1 STAKEHOLDERS WORKSHOP NATIONALE EDUCATION LEADERS (SYSTEM LEVEL) DISTRICT: PARAMARIBO DATUM: DONDERDAG 24 OKTOBER 2013 LOCATIE: LALAROOKHGEBOUW PARAMARIBO
Op 24 oktober vond in het Lalla Rookhgebouw de stakeholders workshop met leidinggevenden uit het onderwijsveld plaats voor het beleidsplan over ICT en Onderwijs. De workshop werd geopend door Meneer Biervliet, directeur van Onderwijsdie aangeeft dat de workshop bedoeld is om bouwstenen aan te dragen voor het formeren van beleid voor ICT in het onderwijs. SESSIE 1: PRESENTATIE RAPPORT HUIDIGE SITUATIE ICT IN ONDERWIJS Na een kennismakingsronde presenteert Martine Koopman de hoofdlijnen van het rapport over de huidige situatie van ICT in het onderwijs in Suriname. Daarna is er een vragenronde. Aandachtspunten: Bij het samenstellen van het beleidsplan wordt ook gekeken naar beleidsplannen op het vlak van ICT in het onderwijs in andere landen en wat zou daar eventueel van kunnen worden overgenomen. Beleidsplannen worden overal op een eigen manier ingevuld – maar er zijn altijd hoofdlijnen, bespreken van de huidige situatie en de visie waar je heen wil en hoe je daar heen gaat, maar de invulling is echt land specifiek. Sommige plannen zijn heel uitgebreid, andere niet. Wil men in Suriname een uitgebreid plan waar heel veel in staat of wil men meer een visonair document. Ten tweede is belangrijk dat het lokaal moet worden ingevuld en met multi stakeholders. In Suriname is buiten de hoofdstad vooral het gebrek aan elektriciteit en infrastructuur en het onderhoud daarvan een knelpunt. In sommige landen is dat opgelost door met zonne-energie te werken. Ook in andere landen kijkt men uit naar hoe zaken duurzaam lokaal kunnen worden onderhouden. Er moet voor worden gewaakt om niet, zoals in sommige landen een heel mooi infrastructuur op te zetten, met satelliet verbinding met gratis internetverbinding voor 1 jaar, maar de school heeft absoluut niet de middelen om een connectie te maken, na dat jaar, dus er moet gekeken worden naar oplossingen die niet alleen maar initieel gefinancierd kunnen worden maar die lokaal onderhouden worden/ dat het blijft voortbestaan binnen de community, binnen de school. Voor de duurzaamheid is het belangrijk dat er een goed budgettair overzicht is wat zoiets gaat kosten op lang termijn, zodat de overheid dat kan opnemen in haar uitbouwstructuur. Er zijn wel methodes om in te schatten wat de kosten zullen zijn per school voor duurzaam lokaal ownership. Er is, volgens een deelnemer, al een plan van meneer Groenhart die al op een aantal scholen reeds gestart moet zijn. Het is onduidelijk of dit het leerlingvolgsysteem betreft of een E-schoolproject. Er is ook nog een ander project meneer Blanker (stichting LIN?) Voor wat betreft het effect van ICT op de schoolresultaten wordt aangegeven dat de gegevens wisselend zijn: in sommige rapporten blijkt dat er geen enkele effecten zijn. In andere rapporten zijn die er wel, met name in Rekenen, maar het is niet geheel duidelijk hoe tot die conclusive is gekomen. Uit onderzoek blijkt dat als je alleen maar een computerlab neerzet in een school, dat dat geen invloed heeft op de leerprestaties. Maar als leerkrachten meegenomen worden en goed worden opgeleid om het te kunnen gebruiken dan is er wel invloed op de leerprestaties. ICT is geen doel, het is een middel om de leerkrachten/scholen te helpen hun prestaties te
2 bereiken. Er zijn wel onderzoeken maar er zijn weinig resultaten van ICT op nationale schaal. Er zijn dus vaak hele specifieke pilots onderzocht waarin een aantal dingen zijn uitgewerkt en die zijn niet overal hetzelfde. Voor het beleidsplan worden alvast de volgende aanbevelingen gedaan: -
Maak het financieel haalbaar Zorg ervoor dat er vanaf het begin gemeten wordt wat de resultaten zijn van het gebruik van ICT
DEEL 2 SESSIE 1. PRESENTATIE OVER DE REGIONALE CONSULTATIES Er wordt een kort overzicht gegeven van de regionale consultaties te brokopondo en Marowijne. Men is benieuwd welk beeld de mensen daar hadden van ICT in het onderwijs. Er wordt aangegeven dat de mensen zowel aan visueel als digitaal zowel hardware als software noemen als te zijn van belang- dus leermateriaal, Power Point, maar ook de computers, internet, mobiele telefoon en ook schoolradio. Het was een combinatie van diverse ICT middelen.
SESSIE 2. ROLLENSPEL: DISCUSSIE Om te komen tot een gezamenlijke visie krijgen alle deelnemers de gelegenheid om na te denken over een aantal vragen: 1. 2. 3. 4.
Wat zijn relevante ICT’s onderwijs Suriname? Hoe ICT integreren binnen onderwijssystemen voor kwaliteit van leren en onderwijzen? Wat zijn u drie prioriteiten van ICT in het onderwijs? Wat zijn de minimale acties om ICT in het Basis onderwijs in Suriname te integreren op een duurzame manier?
5.
Welke elementen niet ontbreken in Beleidsplan ICT In het onderwijs. Welke doelen?
Daarna werden de deelnemers in verdeeld in 2 groepen voor het houden van een “debat”rollenspel. Men mocht ‘overlopen’ indien men overtuigd raakte van de argumenten van de andere groep. Onderstaand de stellingen en de gebruikte argumenten.
Voor
Tegen Stelling 1: ICT heeft geen toegevoegde waarde, vroeger was alles beter.
-Je ziet dat 90 % van de projecten mislukt en dat heeft dan een heleboel geld gekost.
-Als het is toegepast is er wel economische- en sociale groei.
-Vroeger daar zijn wij de producten van en ik denk niet dat we slecht zijn
-Het kan altijd beter en je moet niet terugdeinzen voor technologie
3 -Het kost alleen maar geld en we zien dat het ook effect heeft op de school resultaten. -De technologie gaat gepaard met elektriciteit en als Afobaka een week een storing heeft, is iedereen op school en overal lam. Vroeger kon je nog op papier bezig zijn. -Als je geen leerkracht traint heb je geen ICT op school dus zoals het vroeger gebeurde, het leerproces werd aan de kinderen overgebracht zou het beter werken trouwens als er iets gebeurt met de elektriciteit gebeuren in Suriname dan ligt alles plat. -Betere leeromgeving nodig, meer lokalen minder leerlingen in de klas dan krijgen we prestaties. -Dat betekent dat ons onderwijs niet alleen afhankelijk wordt van de leerkracht maar ook van andere bronnen. -Het onderwijssysteem is heel complex en heel kwetsbaar dat kun je maar heel langzaam veranderen. ICT gaat zo ontzettend snel.
-De toekomst van deze wereld ligt in handen van ICT, ruimtevaartprogramma alles dat met ruimte te maken heeft is gebaseerd op ICT -Vroeger was je afhankelijk v/d leerkracht ook al vertelde die je nonsens. Vroeger moest je aannemen nu ken je zelf onderzoeken en zien. -We moeten mensen trainen om de Afobakadam in uitstekende conditie te houden zodat dat allemaal goed functioneert en dat doen we met ICT want als we u blijven volgen zijn er straks afgestudeerden die in het prachtig management center te Afobakazitten en o de verkeerde knop drukken dan is heel Paramaribo zonder stroom en dat is inderdaad een probleem. -Er zijn andere vormen van energie dus we zouden niet alleen op diesel enz. werken. Je hebt nu ook zonne-energie en men is hard op weg om andere bronnen van energie te zoeken dus dan hoeft het geen probleem te zijn wanneer Afobaka uitvalt, omdat er andere mogelijkheden zijn. -ICT is niet meer weg te denken in onze samenleving en als we het niet gebruiken voor onze kinderen gaat alles mis.
Stelling 2: Als we alle scholen 10 pc’s geven zijn alle problemen v/h onderwijs opgelost --Als je ergens waar er geen pc’s zijn geeft, krijgen de kinderen vleugels en weten eindeloos over de wereld en meer dan hun ouders weten.
-We kunnen 10 pc’s geven en ze blijven i/d doos en heeft geen enkel nut
-Computer is een middel niet de oplossing
-Ook het probleem van kinderen die laat komen lost het?
-We hebben een aantal pc’s in Brownsweg geïnstalleerd en de kinderen komen op tijd want ze hebben computer onderwijs.
-Kinderen komen niet op school omdat ze graag op school zijn, ze komen meer voor de computer anders zou je geen zittenblijvers meer hebben.
- Met die interesse voor de computer moeten we ze verder helpen.
-Leerkrachten die geen kennis van de computer hebben ontmoedigen het computeronderwijs.
-Die leerkrachten kunnen we motiveren en die vaardigheden bijbrengen.
-Er zijn leraren die bang zijn om achter de computer te zitten en enkele die nooit 1 hebben aangeraakt.
4 -Kinderen kunnen van elkaar leren en hebben in feite de leerkracht niet nodig, dus als ze 10 computers krijgen is het helemaal goed. - En als je klaar bent met Rekenen kun je dat op andere vakgebieden doen totdat alle problemen zijn opgelost.
- De leerlingen zijn geïnteresseerd in de computer maar de lessen interesseren ze helemaal niet -Je kan enkele problemen oplossen maar niet alle problemen omdat er veel meer komt bij kijken dan alleen een computer hebben. Want ze moeten ook ermee kunnen omgaan. Als er problemen zijn met bijvoorbeeld Rekenen zou je dan middels ICT kunnen nagaan wat de problemen zijn. Je zou dat kunnen analyseren en van daaruit het probleem gaan djekkeren (?). Maar niet alle problemen zijn dan opgelost.
Laatkomen van leerkrachten, leerlingen, leermiddelen kun je niet sowieso niet oplossen met ICT
Stelling 3: voor elk kind 1 laptop dan behoort Suriname snel tot de wereldtop -Nu in de 21ste eeuw is de rol van de leerkracht veranderd. De kinderen gaan zelf op zoek naar informatie. -De laptops gaan naar huis en dan is het voor het eerst dat je zo een duur apparaat in je huis hebt en zoveel mee kan doen. Voor het eerst dat je iets met internet kan doen. Dat is gewoon een klein wonder. -Daarvoor kan je naar bepaalde sites gaan om sommige dingen te blokkeren en heb je software zodat je het kan beperken dus er is genoeg controle. -Het is bewezen dat kinderen vaardiger zijn met de pc dan hun ouders en dat stimuleert kinderen om zelf a/d slag te gaan. -We hebben zelf geleerd dat het begint bij het kind, als je begint bij het kind dan investeer je in de toekomst. En hoe meer je investeert in je toekomst dan verbetert het. En inderdaad niet iedereen kan hetzelfde niveau halen maar ze helpen ook om Suriname op te bouwen want zelf die vuilnisman heb je nodig
-het one laptop per child programma bestaat al lang en als je evaluaties leest dan zie je dat de kinderen echt enthousiast zijn maar dat de docenten liever hebben dat het mooi in de tas blijft zitten. -Het is een hulpmiddel, niet de oplossing. -Eenouder gezinnen: komt de laptop thuis er is geen gezag, de kinderen doen en laten wat ze willen met de laptop. Want behalve dat je hele goede dingen kunt doen, kun je ook hele negatieve dingen ermee. -Maar als de ouders geen weet hebben hoe te beperken of te blokkeren lukt het ook niet want dan weten de kinderen veel meer. -Er zijn meer voorwaarden om dat in Suriname uit te brengen, is niet het enige dat je nodig hebt. -Niet elk kind zal komen tot het resultaat dat wij beogen hier. Zij die het kunnen die gaan het bereiken. Je zal altijd kinderen hebben die niet mee kunnen gaan ook al willen ze. -Een laptop is een heel duur artikel en we weten in
5 -We krijgen ze gedoneerd uit China -In Georgia hebben ze het gepresteerd om het onderwijs om te gooien naar laptops en die laptop is niet aantrekkelijk waarbij je het gaat willen stellen. Het zijn echt kindvriendelijke laptops, in een bepaalde kleur wie gaat dat willen stelen.
Suriname dat dat gewild is en als we alle kinderen een dure laptop geven is ieder huishouden een doelwit om de laptop weer weg te halen. We brengen ze in gevaar en hebben we straks een enorme export van laptops.
Stelling 4: een laptop maakt je automatisch een betere leerkracht -1 v/d competenties van een leerkracht is dat ze zich steeds moeten professionaliseren. Soms heeft de school geen bibliotheek, hebben ze een laptop kunnen ze op zoek gaan naar meer informatie. -Geen enkel overheid gaat zomaar een laptop geven aan een leerkracht Er gaan sowieso voorwaarden zijn. - Je hebt opleiding nodig anders kun je als leerkracht geen research doen, dus dan kun je de laptop gebruiken. -We hadden het over relevant leerinhoud m/d laptop kan de leerkracht naar relevant leerinhoud gaan. -Als je wilt dat het automatisch wordt, moet je het verplicht stellen.
-Het is niet automatisch er zijn voorwaarden aan verbonden om beter te worden zoals: opleiding, verdieping, motivatie -Maar verplicht stellen is nog ni de garantie dat het gaat gebeuren. Rijbewijs is ook verplicht maar kijk wat er gebeurt. -Ik ken leerkrachten die ook een BB hebben die er de hele dag erop zitten en geen les geven, wat gaat gebeuren als de leekracht ook een laptop heeft met facebook, email enz. -Wat doet de leerkracht m/d laptop. Praktisch voorbeeld: een leerkracht leende v/d directeur zijn laptop en ontdekte repetitiewerk v/e collega erop, printte dat uit en verkocht het a/d studenten.
-Een laptop gaat ni zomaar uit de hemel komen vallen, je krijgt het v/d overheid en die is verplicht je te controleren
SESSIE 3. VERDIEPINGSVRAGEN Er werden 4 groepen samengesteld die ieder een verdiepingsvraag kregen.
GROEP 1(ZIE POWERPOINT V/D GROEP) Wat zijn de minimale acties die vanuit uw perspectief nodig zijn om ICT te integreren in het basisonderwijs van Suriname op een duurzame manier om nationaal niveau te bereiken? De belangrijkste woorden : integreren, duurzaam en acties.
6 De acties zijn: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Vertalen van de beleidsvisie naar integratie en stappenplan. Dus ook aanpassen: onderwijswet, het curriculum, bekostiging en de taak van de inspectie. Inventarisatie van deskundigheid- wat is binnen en wat moet van buiten komen (de private sector, andere relevante partijen) Voorlichting van de maatschappij en in het bijzonder de stakeholders. Ministeries van TCT en NH spelen een hele belangrijke rol, voor internetconnectie, en voor elektriciteitsvoorziening. Programma van die pedagogische instituten en van Bureau professionalisering uitbreiden en of aanpassen. Aandacht voor nieuwe functie van ICT coördinator en ICT beheerder. ICT leermiddelen verwerven en aanpassen aan de lokale situatie Aanschaffen van de technische infrastructuur en het organiseren van het onderhoud controleteam ( . ICT coördinator en die ICT beheerder. )
GROEP 2 (ZIE POWERPOINT PRESENTATIE VRAAG 5 (1) ) Welke doelen voor het ICT in onderwijsbeleid ? en met welke elementen vooral rekening houden in het beleidsplan? Doelen: 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Kindvriendelijk onderwijs. De betrokkenen daarbij zijn alle onderwijsinstellingen, ouders, leerkrachten en leerlingen. Bevorderen van de communicatie en administratie binnen het onderwijsveld. Alle scholen, leerkrachten en mensen binnen het Minov (onderwijsveld) De gemeenschap voorbereiden op het plan door ze ook te trainen en voor te lichten over het gebruik van alle ICT middelen. Zelfwerkzaamheid bevorderen bij leerlingen, leerkrachten en ook de gemeenschap Het bevorderen van de leerprestaties. Voorbereiden van leerlingen op de informatiemaatschappij.
Elementen: 1. 2. 3. 4.
Trainingen voor alle stakeholders ICT curriculum , rekening houdend met alle schooltypen, aansluitend op vervolgonderwijs Infrastructuur: de middelen, computers, mediatheken alles voor het opzetten van ICT op scholen. Samenwerking zijn tussen MINOV en bedrijfsleven
Bijzondere aandacht voor: -
Bewaking van het project- opstart, bijsturing, begeleiding aandacht voor mensen met een beperking.
7 -
Duurzaamheid.
GROEP 3 ELEMENTEN & DOELSTELLINGEN) a. op het niveau van beleid: MINOV moet in staat zijn om duurzaam ICT beleid te implementeren - ICT moet ten dienste staan aan management: ervoor zorgen dat er up to date data aanwezig is om beleidsadviezen te formuleren. (bijv. Het EducationManagment Information System, kan gebruik maken van ICT. Nu worden data handgeschreven vaak in schriftjes ingevoerd, die gaan naar de stad en worden apart ingevoerd.) - het plan moet omvatten een duidelijk budget, acties, duidelijke verantwoordelijkheden zijn, monitoringsplan. Budget, activiteiten, en managementstructuur (unit). b. op het niveau van Lesgeven is het doel : leerkrachten hebben de competentie om ICT passend en effectief te integreren in hun lesprogramma De studenten hebben de potentie om tot goede leerkrachten uit te groeien en de leerkrachten zijn competent om hun werk goed te doen. De leerkrachten zijn competent om ICT te integreren in hun lesprogramma, om zaken audiovisueel aan te bieden. Op het niveau van Leren: ICT is een algemeen geaccepteerd middel om het leerdoel te halen. Niet alleen ICT als onderwijs maar ook naar ICT als communicatie om leerlingen in hun eigen tempo te laten leren, actief onderwijs, met gebruik van programma’s op de computers met software binnen het Surinaamse curriculum. De infrastructuur op school moet duurzaam beheerd kunnen worden.
GROEP 4 (ZIE POWERPOINT PLENAIRE TERUGKOPPELING GROEPSWERK PARAMARIBO) Vraag: welke rollen en verantwoordelijkheden kunnen we als belanghebbenden legitimeren in het Nationaal Beleidsplan? -
De verantwoordelijkheid van de regering is onder andere het formuleren van het nationaal beleid en daarbij de ontwikkelingsdoelen stellen. Zij geven het beleidskader aan. MINOV, moet het beleid van de regering concretiseren. de schoolleiders. Zij moeten aansturen dat het ICT wordt geïmplementeerd in de lessen. de leerkrachten zorgen voor overdracht van kennis. het bedrijfsleven draagt zorg voor het verzorgen van trainingen en donaties/sponsoring.( Public Private Partnership gedachte De afdeling curriculum moet zorgdragen voor het lesmateriaal. afdeling onderzoek en planning moet de statistieken bij houden en onderzoek verrichten wat betreft de voortgang van zaken. pedagogische instituten moeten de opleidingen verzorgen de leerlingen genieten van het onderwijs. ook aandacht voor de media, die zorg draagt voor awareness.
SLOTDISCUSSIE
8 De rol van de leerkracht wordt gezien als -
leerlingen begeleiden om op zoek te gaan naar informatie, faciliteren van het leerproces coachen
Rollen die niet genoemd zijn, maar wel van belang: -
de ouders (dienen te ondersteunen, betrokkenheid tonen. Ze moeten ook voorgelicht worden over het gebruik/nut van ICT) -de gemeenschap(community), -NGO’s en andere civil society organisaties Ook de pedagogische instituten zijn specifieke actoren. Hun rol is leerkrachten opleiden en hun verantwoordelijkheid is: erop letten dat die leerkrachten voldoende toegerust zijn in het gebruik van ICT, lesgeven over ICT als lesgeven in ICT.
Er wordt een voorbeeld gegeven van een stappenplan om ICT in het katholiek onderwijs te introduceren. -
Eerst hebben alle schoolleiders een computer gekregen zodat ze elektronisch met het hoofdkantoor kunnen communiceren. Daarnaast hebben ze ook een beamer gehad een streven is dat er op elke katholieke basis schooleen mediatheek is, zodat de kinderen ten minste 1 keer per week achter de computer kunnen zitten.Het uiteindelijk doel is dat elk kind een computer heeft en ook de leerkracht zodat het normaal wordt in het onderwijs dat de computer wordt gebruikt.
Voor duurzame integratie van ICT in het onderwijs moet eerst bepaald worden over welk tijdsbestek we praten voor wat betreft het beleidsplan. Dat zal bepalen of we kiezen voor een pilot of voor een deelpopulatie van het basisonderwijs. Een tijdsbestek dat wordt genoemd is 5 jaar voor het landelijk implementeren van het beleidsplan. De beste keus is om te starten: -
in gebieden die al internetverbinding hebben, met scholen die al voldoen aan de randvoorwaarden. In leerjaren 4 en 5 of juist in de onderbouw (maar tegenargument is dat door alle leerjraren mee te nemen tegelijkertijd er bespaard wordt op infrastructuurinvesteringen in de pilotfase- “Als we zeggen, we gaan met 100 kinderen werken, alleen in de bovenbouw, dan zijn het 10 scholen. Nemen we echter 100 kinderen over de hele school, leerjaar 1 tot en met groep 8, dan kunnen we met 5 scholen werken.”
Draagvlak creëren is cruciaal. Het voorbeeld van de koorschool wordt aangehaald, een basisschool met elke dag 1 uur muziek. De ouders staan erachter en doneren geld. Hou er rekening mee dat examens centraal worden afgenomen- wat doe je dan als je op een deel vand e scholen pilot ? De TAS geeft aan dat voor het National School Connectivity plan zij pilots hebben uitgevoerd, waarbij de scholen en de gemeenschappen meewerkten om een lokaal vrij te maken en in te richten. --/--
