Sociaal-Duurzame Wijk Transitiestrategieën voor Probleemwijken Werkboek Minor Sociaal-Duurzame Wijk BK-Mi-143-10 _ 30ects _ najaarssemester 2010
Remon Rooij _ semestercoördinator Afdeling Stedebouwkunde, faculteit der Bouwkunde, TU Delft Onderzoeksinstituut DRIFT, Erasmus Universtiteit Rotterdam Veldacademie Rotterdam Versie 27 Augustus 2010
Are strategies real things? Unlike buildings, strategies do not get finished. They are work-in-progress, always changing. So their structures have to be fluid, their walls permeable. Strategists cannot just hand them over to others for implementation the way architects hand over plans to builders for construction. Strategies in other words, have to live, and so the people concerned with them had better be able to deal with them intimately, continuously. That is why the strategy process cannot be replicated in a classroom or a consulting study. Strategies from the consulting office or the case classroom, even the executive suite, often prove sterile because real strategies are about living stakeholders and dynamic markets and evolving technologies, not about abstract strengths, weaknesses, threats, and opportunities. Mintzberg, H. et al, 2005, Strategy Bites Back. FT Prentice Hall, p32
Strategic thinking as ‘seeing’ Strategic thinking is seeing ahead. keywords: foresee the future; visioning Strategic thinking is seeing behind. keywords: life may be lived forward, but is understood backward; learn from the past; foresee discontinuities Strategic thinking is seeing above. keywords: helicopter view; the big picture Strategic thinking is seeing below. keywords: finding the diamond in the rough; hard messy digging; inductive thinking Strategic thinking is seeing beside. keywords: creativity; challenging conventional wisdom; lateral thinking. Strategic thinking is seeing beyond. keywords: placing ideas into context; constructing the future. Strategic thinking is seeing it through. keywords: programming and implementing the consequences of the all above Mintzberg, H. et al, 2005, Strategy Bites Back. FT Prentice Hall, p139-142
Inhoud 1 Inleiding …………………………………………………………………………………………… 01 1.1 Probleemwijken, Transitiestrategieën, Sociale Duurzaamheid 1.2 Leerdoel 1.3 Opzet en Didactiek van het Minor programma 1.4 Verdere informatie 2 Ontwerp- en Onderzoeksatelier Transitiestrategieën voor Probleemwijken ……………… 05 2.1 Inhoud en Leerdoelen 2.2 Opzet en Didactiek 2.3 Eindproducten en Beoordelingscriteria 2.4 Literatuur en verwijzingen 3 Seminars De Leefbare Stad ………………………………………………………….…… 09 3.1 Inhoud en Leerdoelen 3.2 Opzet en Didactiek 3.3 Eindproducten en Beoordelingscriteria 3.4 Literatuur en verwijzingen 4 Vakoefening Methoden en Technieken van Ontwerpend en Sociaal Wetenschappelijk Onderzoek ……………………………………………..…………………………..…....… 13 4.1 Inhoud en Leerdoelen 4.2 Opzet en Didactiek 4.3 Eindproducten en Beoordelingscriteria 4.4 Literatuur en verwijzingen 5 Vakoefening Presentatie, Communicatie en Visualisatie ………….…………………………. 17 5.1 Inhoud en Leerdoelen 5.2 Opzet en Didactiek 5.3 Eindproducten en Beoordelingscriteria 5.4 Literatuur en verwijzingen
1 Inleiding 1.1 Probleemwijken, Transitiestrategieën, Sociale Duurzaamheid In deze Minor ‘Sociaal-Duurzame Wijk’ staat de sociaal-fysieke invalshoek en de relatie tussen maatschappij en ruimte binnen de context van een stadswijk centraal; zij wordt op een onderzoekende en ontwerpende wijze van werken benaderd. Leefbaarheid, duurzaamheid en het (aan)sturen van zowel ruimtelijke als sociale transitieprocessen zijn hierbij kernbegrippen waar de (strategische) planner, als (ontwerpende) onderzoeker en (onderzoekende) ontwerper, mee aan de slag moet. Kenmerkend voor een stadswijk waar zich problemen voordoen is dat er meervoudige oorzaken te benoemen zijn die die wijk tot een zogenaamde aandachtswijk, prioriteitswijk of probleemwijk maken. Door de diversiteit en de complexiteit van de problemen is het vaak moeilijk om de aard, de omvang en de impact van het probleem op de wijk te duiden en een oplossing daarvoor te genereren. Je kan vanuit verschillende standpunten en disciplines naar de problemen kijken waardoor je tot zeer verschillende oplossingen kan komen; alle lijken legitiem hoewel ze soms strijdig met elkaar kunnen zijn. Toch zal er één (transitie)strategie ontwikkeld moeten worden om de (hoofd)problemen op te lossen en om daarmee van de problemen van de "probleemwijk" enerzijds, maar ook het imago van de “probleemwijk” anderzijds af te komen. Als initiatiefnemers van dit studieonderdeel hebben we bewust gezocht naar een maatschappelijk relevant onderwerp waarbij de input door ‘het veld’ geleverd wordt en niet door de docent(en)! Tijdens e het confrontatiecollege in de 2 week van het onderwijs is er gelegenheid om vragen te stellen aan de actoren in de probleemwijk; Wij dagen jullie uit om van deze unieke mogelijkheid gebruik te maken en goed na te denken over wat je deze mensen eventueel nog zou willen vragen. Verdiep je ter voorbereiding van de conferentie al enigszins in de problematiek. Wie weet geeft een beknopte SWOT- analyse je al houvast om aard van de problemen nu al te onderkennen of op zijn minst bespreekbaar te maken. Meervoudige problemen vragen vaak om een creatieve opstelling om tot oplossingen te komen. Er zullen ongetwijfeld ook goede dingen in deze probleemwijk te vinden zijn. Hoe kan je het proces van verval, achteruitgang en verloedering ombuigen? Wat te doen aan negatieve beeldvorming? Ga vooral op zoek, vanuit de sociale en ruimtelijke disciplines, naar de mogelijkheden om een bijdrage te leveren om de wijk er bovenop te helpen.
-2-
1.2 Leerdoel De opgave in deze onderwijsmodule is dat de studenten, mede op basis van een confrontatiecollege met actoren uit het veld, enerzijds het probleem(veld) van een zogenaamde "probleemwijk" leren duiden en anderzijds oplossingsrichtingen/strategieën hiervoor leren aandragen. Vanuit onze universitaire opleiding(en) is een wetenschappelijke werkwijze en attitude van de studenten noodzakelijk om empirisch onderzoek, voorbeelden en referentieprojecten, een gedegen (stede)bouwkundige analyse van de wijk en ontwerpstudies op een verantwoorde wijze bij de oplossing(srichting en/of -strategie) te betrekken. Ten aanzien van de voorstellen om ‘het probleem’ te tackelen stellen wij ons voor dat er op z’n minst één sociaal, één ruimtelijk én één proces aspect bij betrokken wordt.
1.3 Opzet en Didactiek van het Minor programma In het interdisciplinaire ontwerp- en onderzoeksatelier wordt gewerkt door middel van onderzoek, analyse en ontwerp aan een (sociaal-fysieke) transitiestrategie voor een probleemwijk uit de praktijk. Rond een concrete Rotterdamse casus wordt in interactie met lokale bewoners en bestuurders en in relatie tot een geïdentificeerde leefbaarheidsopgave een concreet (ruimtelijk- of proces-) ontwerp wordt gemaakt. Deze kan zowel elementen bevatten van stedebouw en ruimtelijke ordening als van bestuurlijke en maatschappelijke procesontwerpen. Er wordt nauw samengewerkt met de Rotterdamse Veldacademie, Kenniscentrum voor Wijktransformatie (www.veldacademie.nl). Een theoretische verdieping enerzijds en de praktische vertaalslag naar de transitiestrategie + ruimtelijke uitwerking anderzijds van de begrippen leefbaarheid en duurzaamheid komen aan de orde in een aantal seminars, getiteld ‘De Leefbare Stad’. Een vakoefening over een aantal method(olog)ische aspecten bij strategieontwikkeling, sociaalwetenschappelijk onderzoek, het ontwerpend onderzoeken en onderzoekend ontwerpen geven de student de munitie om de probleemwijkopgave academisch te lijf te gaan. Een vakoefening over mondeling en schriftelijk presenteren en visualiseren biedt de student de vaardigheden om communicatietechnieken in te zetten om het analysewerk, onderzoekswerk, ontwerpwerk, en de strategische visie helder, eenduidig en transparant, te communiceren naar de relevante actoren in het planvormingsproces.
-3-
1.4 Verdere informatie Deze Minor is een co-productie van meerdere instituten. De penvoerder is de TU Delft, faculteit der Bouwkunde (leerstoelen Ruimtelijke Planning & Strategie en Milieutechnisch Ontwerpen). Daarnaast zijn Erasmus Universiteit R’dam (sociaal-ruimtelijke wetenschappen bij monde van DRIFT (Dutch Research Institute for Transitions) en de leerstoel Media van de TUD, fac.BK, partners in het programma. En verder vindt de Minor plaats in de sociaal-maatschappelijke werkelijkheid van Rotterdamse stadswijkenproblematiek. De Veldacademie R’dam is het faciliterend platform met wie de opgave wordt verkend en gedefinieerd; zij draagt zorg voor de huisvesting, de contacten met de relevante actoren, en ook voor de toegang tot data en informatie en het gebruik van (ICT) faciliteiten van de gemeente Rotterdam. Staf Drs. Herman Rosenboom Docent atelier Leerstoel Ruimtelijke Planning & Strategie, Afdeling Stedebouwkunde, TUD Dr. Ir. Machiel van Dorst Coördinator vakoef. Meth. en Techn. van Sociaal Wetenschappelijk en Ontwerpend Onderzoek Leerstoel Milieutechnisch Ontwerpen, Afdeling Stedebouwkunde, TUD Ir. Otto Trienekens Coördinator Veldacademie, www.veldacademie.nl Ruth Höppner, Dipl. Ing. Arch Docent Methoden en Technieken van Sociaal Wetenschappelijk en Ontwerpend Onderzoek Veldacademie en Bureau Frontlijn, Gemeente Rotterdam Dr.ir. Remon Rooij Semestercoördinator en coördinator vakoefening Presentatie, Communicatie en Visualisatie Leerstoel Ruimtelijke Planning & Strategie, Afdeling Stedebouwkunde, TUD www.urbanism.nl; secretariaat Stedebouwkunde - Linda de Vos Dr. Derk Loorbach Coördinator seminar ‘De Leefbare Stad’ DRIFT, Dutch Research Institute For Transition, EUR http://www.drift.eur.nl/?home
-4-
-5-
2 Ontwerp- en Onderzoeksatelier Transitiestrategieën voor Probleemwijken BK7750 _ 15ects _ Vakreferent Machiel van Dorst / Remon Rooij, docent Herman Rosenboom
2.1 Inhoud en Leerdoelen In dit interdisciplinaire Ontwerp- en Onderzoeksatelier wordt gewerkt door middel van onderzoek, analyse en ontwerp aan een (sociaal-fysieke) transitiestrategie voor een probleemwijk uit de praktijk. Deze kan / moet zowel elementen bevatten van stedebouw en ruimtelijke ordening als van bestuurlijke en maatschappelijke procesontwerpen. Er wordt nauw samengewerkt met de Rotterdamse Veldacademie, Kenniscentrum voor Wijktransformatie. Rond een Rotterdamse casus wordt in interactie met lokale bewoners en bestuurders en in relatie tot een geïdentificeerde leefbaarheidopgave een concreet (ruimtelijk- of proces-) ontwerp gemaakt. Na afronding van dit onderwijsdeel heeft de student de vaardigheid om: - (in teamverband) een heldere en eenduidige transitiestrategie te ontwikkelen voor een probleemwijk met als doel het verbeteren van de leefbaarheid (op basis van analyse, onderzoek en ontwerp); - om de inhoudelijke kant (inrichtingsopgave) en de procesmatige kant (sturingsopgave) van de transitie naast elkaar en in relatie tot elkaar te ontwikkelen; - het begrip 'sociale duurzaamheid' binnen de ontworpen transitiestrategie te operationaliseren in concrete doelstellingen en acties; - om hoofd- en bijzaken in de complexe planningsopgave van de probleemwijkenproblematiek (via argumentatie en verantwoording) te onderscheiden; - in een interdisciplinaire omgeving doelgericht te werken. Tevens heeft de student begrip van: - de complexe relatie tussen samenleving en leefomgeving (ruimte) in de probleemwijkenproblematiek.
2.2 Opzet en Didactiek Het eerste kwartaal staat in teken van het ontwikkelen (in teamverband) van een interdisciplinaire (sociaal-fysiek) probleemvelddefinitie. Het tweede kwartaal staat in teken van het ontwikkelen (in teamverband) van een verbetervoorstel voor de wijk in de vorm van een transitiestrategie die zowel
-6-
aandacht heeft voor sociaal-maatschappelijke als fysiek-ruimtelijke processen. De studio wordt het hele semester 1x per week begeleid gedurende een dagdeel (de vrijdagmiddag). Week 1 Week 2 Week 3 Week 4 Week 5 Week 6 Week 7 Week 8 Week 9 Week 10
Introductie Probleemwijken en Sociale Duurzaamheid Confrontatiecollege Veldacademie Onderzoeksthema’s + onderzoeksaanpak SWOT analyse Tussenpresentatie ‘De eerste glimpen” Voortgangsbespreking Voortgangsbespreking Zelfstudie Zelfstudie Mid-term presentatie
Week 11 Week 12 Week 13 Week 14 Week 15 Week 16 Week 17 Week 18 Week 19 Week 20
Introductie Strategievorming en Transities Van Probleemvelddefinitie naar Ambitie, Visie, Doel Van Plan naar Implementatie Actoren Voortgangsbespreking Tussenpresentatie Voortgangsbespreking Zelfstudie Eindpresentatie Inleveren eindrapportage
2.3 Eindproducten en Beoordelingscriteria Mondelinge eindpresentatie (voor derden) op basis van een eindrapport, gericht op de voorgestelde sociaal-fysieke transitiestrategie. Mid-term presentatie na het eerste kwartaal op basis van een serie posters, gericht op een interdisciplinaire probleemvelddefinitie.
2.4 Literatuur en Verwijzingen pm
-7-
-8-
-9-
3 Seminars De Leefbare Stad BK7751 _ 5ects _ vakreferent Derk Loorbach
2.1 Inhoud en Leerdoelen Deze seminarreeks, getiteld ‘De Leefbare Stad’ geeft, door middel van lezingen en debatten met professionals uit de praktijk en wetenschap, een theoretische verdieping van de begrippen leefbaarheid en sociale duurzaamheid. De studenten krijgen daarmee gerichte input om zowel hun probleemvelddefinitie voor de wijk als de transitiestrategie voor de wijk inhoudelijk te verdiepen en beter te beargumenteren. De student ontwikkelt daarbij de vaardigheid om: - een review paper te schrijven over een onderwerp binnen het thema 'leefbaarheid en duurzaamheid' ter verdieping en/of onderbouwing van de transitiestrategie; - uit de literatuurstudie conclusies te trekken die leiden tot een concretisering en/of operationalisering van de begrippen 'leefbaarheid en duurzaamheid' in de doelstellingen van en/of de beoogde acties binnen de transitiestrategie.
2.2 Opzet en Didactiek In het eerste kwartaal is er elke week een lezing waarbij vanuit verschillende perspectieven wordt gesproken over een sociaal-duurzame wijk. De perspectieven lopen uiteen van abstract (theoretisch) tot concreet en van sterk sociaal naar sterk fysiek. De student krijgt hiermee een breed speelveld gepresenteerd waarin hij of zijn zichzelf kan oriënteren: wat is hier wijsheid en wat is hier waarheid? De lezingen kunnen hierbij concreet informatie geven over de wijk of juist meer relativeren. In beide gevallen geven ze input en inspiratie voor het eindproduct van dit vak; een review paper. De lezingen zij op woensdagochtend. Programma 1 sept 10.45 – 12.30
8 sept 10.45 – 12.30 15 sept 11.00 – 12.30 22 sept 8.45 - 12.30
Introductie (Sociale) duurzaamheid Een duurzaam leefbare woonomgeving Probleemwijk? “op de Erasmus Universiteit Rotterdam” Korte lezingen en debat met vele locatie
- 10 -
Derk Loorbach Machiel van Dorst Andre Ouwehand Henk Oosterling oa Rini Biemans, Derk Tetteroo,
29 sept 10.45 – 12.30 6 okt 8.45 – 12.30 13 okt 10.45 – 12.30
deskundigheid van diverse pluimage Sociaal Duurzaam Ontwerp programmatische vanzelfsprekendheid Lezingen en debat Instructies voor een goede afloop Evt. extra lezing
Chris Roorda (ovb) Fokke Wind Jan Rotmans en Barend Rombout (ovb) Derk Loorbach Machiel van Dorst
2.3 Eindproducten en Beoordelingscriteria Een review paper (3000-5000 woorden), gebaseerd op een kritische beschouwing van wetenschappelijke en/of professionele literatuur over een zelf gekozen subthema binnen het hoofdthema sociale duurzame woonomgeving. Inleveren voor 12.00 uur op 29 oktober 2010, bij Derk Loorbach en Machiel van Dorst
2.4 Literatuur en Verwijzingen Nader individueel te bepalen, afhankelijk van het onderwerp van de review paper.
- 11 -
- 12 -
- 13 -
4 Vakoefening Methoden en Technieken van Ontwerpend en Sociaal Wetenschappelijk Onderzoek BK7752 _ 5ects _ vakreferent Machiel van Dorst, docent Ruth Höppner
4.1 Inhoud en Leerdoelen Juist op het snijvlak van sociaal en fysiek is er een grote diversiteit aan methoden en technieken van onderzoek beschikbaar. In deze vakoefening gaan we in op de methode van onderzoek; wat is het doel van een methode en op welk moment kan ik een specifieke methode gebruiken? Daarnaast worden onderzoekstechnieken ook geoefend in de wijk. De student ontwikkelt daarbij de vaardigheid om: - een grote diversiteit aan methodes en hun toepassing te herkennen binnen de probleemvelddefinitie van een probleemwijk alsmede de strategieontwikkeling voor de probleemwijk; - aan een onderzoeksvraag of ontwerpdoel de juiste methode(n) te koppelen; 4.2 Opzet en Didactiek In het eerste kwartaal ligt de nadruk op methoden voor veldwerk. De basis hiervan is observeren, interviewen en enquêteren. Met name de eerste twee methoden worden (in al hun verscheidenheid) concreet geoefend. Hierna volgt aanvullende methoden die van pas kunnen komen bij het doen van een case studie in de gebouwde omgeving; data verzameling uit externe bronnen (zoals onderzoek door derde en bestaand statistisch materiaal). In het tweede kwartaal ligt de nadruk op ontwerpend onderzoek; hoe onderzoekend te ontwerpen? Het gebruik van de tekening komt aan bod; waar stopt analyse en begint ontwerp en strategievorming? Ook de rol van referentieprojecten als belangrijke methode in het ontwerpvak wordt besproken; wat is de waarde van een referentieproject, zowel voor het ontwerp (inspiratie) als voor het onderzoek (case studie)? Het vak wordt gegeven op de woensdagochtend in week 1, 2, 3, 5, 7, 11, 12, 13, 15, 17. Let op: het vak is niet elke week! In het eerste kwartaal beginnen we om 8.45 en in het tweede kwartaal om 9.15 uur. Elke les wordt er een oefening gegeven waarvan de resultaten verzameld worden.
- 14 -
Programma 1 sept 8.45 – 10.30 8 sept 8.45 – 10.30 15 sept 8.45 – 10.30 29 sept 8.45 – 10.30 13 okt 8.45 – 10.30 10 nov 9.15 – 11.00 17 nov 9.15 – 11.00 24 nov 9.15 – 11.00 8 dec 9.15 – 11.00
5 jan 9.15 – 11.00
Introductie leefvelden Methodieken voor leefvelden onderzoek Leefveldenanalyse Observeren & Interviewen Observeren & Interviewen Tekenen als methode, de tekening als middel van onderzoek Casestudie of Referentie projecten Casestudie of Referentie projecten Reflectie op het totale pallet van gekozen methoden. Hoe verhouden de methoden zich tot elkaar en hoe om te gaan met strijdigheden Verantwoording van de gekozen aanpak (presentatie) en feedback per project op de gekozen set aan methoden
Ruth Höppner Ruth Höppner Ruth Höppner Machiel van Dorst Machiel van Dorst Machiel van Dorst Machiel van Dorst Machiel van Dorst Ruth Höppner Machiel van Dorst Ruth Höppner Machiel van Dorst
4.3 Eindproducten en Beoordelingscriteria De methoden worden geoefend en zullen van pas komen in het ontwerp- en onderzoeksatelier. Het eindproduct van deze vakoefening is dus de wijze van toepassing. Dit wordt getoetst doormiddel van een geschreven reflectie van plusminus 2000 woorden op de gebruikte methoden en technieken binnen het studiowerk. Deze reflectie heeft een bijlage met daarin de resultaten en bevindingen van de oefeningen.
4.4 Literatuur en Verwijzingen Lin, J (ed), 2005, Urban sociology reader, Routledge
- 15 -
- 16 -
- 17 -
5 Vakoefening Presentatie, Communicatie en Visualisatie BK7753 _ 5ects _ vakreferent Remon Rooij
5.1 Inhoud en Leerdoelen Deze vakoefening over mondeling en schriftelijk presenteren en visualiseren biedt de student de vaardigheden om communicatietechnieken in te zetten om het analysewerk, onderzoekswerk, ontwerpwerk, en de strategische visie helder, eenduidig en transparant, te communiceren naar de relevante actoren in het planvormingsproces van een probleemwijk. De student ontwikkelt daarbij de vaardigheid om: - de probleemvelddefinitie (kwartaal 1) alsmede de transitiestrategie (kwartaal 2) effectief en adequaat te presenteren, zowel schriftelijk als mondeling, voor een professioneel gehoor (derden); - de ruimtelijke (kern)componenten van de transitiestrategie zodanig te visualiseren, dat de doelstellingen en/of beoogde effecten van de strategie letterlijk 'in beeld worden gebracht'.
5.2 Opzet en Didactiek De didactische opzet van dit cursorische deel bestaat uit een aantal praktische oefeningen op basis van ‘huiswerk’ als input voor de sessie. Week 1-3
Het schrijven van een review paper Van outline naar paper; structuur van een review paper; brongebruik
Week 4-6
Mondeling presenteren Je gehoor tegemoet komen; theatervaardigheden; je wordt gefilmd!
Week 7-8
Het maken van een posterpresentatie Posterdesign; inhoud versus vorm
Week 11-14
Visualiseren De kracht van de schets; foto(bewerking); de stedebouwkundige kaart; film
- 18 -
Week 15-17
Het schrijven van een eindrapportage + flyer De inleiding; de opbouw van een wetenschappelijk eindrapport; conclusies en aanbevelingen
5.3 Eindproducten en Beoordelingscriteria Posters (mid-term presentatie) Mondelinge (eind)presentatie Eindrapportage Hoe effectief en adequaat wordt de beoogde boodschap overgebracht; mondeling, schriftelijk, visueel.
5.4 Literatuur en Verwijzingen pm
- 19 -
- 20 -