RUIMTELIJKE ONDERBOUWING HOLLEWAL 40-42 DEN BURG
Status Concept Ontwerp Definitief
Datum 27 november 2013 20 februari 2014 -
Ruimtelijke onderbouwing Hollewal 40-42 Den Burg
Pagina 1
INHOUDSOPGAVE 1.
Inleiding..................................................................................................................... 3 1.1 Aanleiding ................................................................................................................ 3 1.2 Ligging en begrenzing plangebied ............................................................................ 3 1.3 Geldend bestemmingsplan ....................................................................................... 4
2.
Omschrijving ontwikkeling ...................................................................................... 5 2.1 Bestaande situatie.................................................................................................... 5 2.2 Ontwikkeling ............................................................................................................. 6
3.
Ruimtelijk beleid ....................................................................................................... 9 3.1 Rijksbeleid................................................................................................................ 9 3.2 Provinciaal beleid ..................................................................................................... 9 3.3 Gemeentelijk beleid .................................................................................................10
4.
Onderzoek ................................................................................................................12 4.1 Geur/luchtkwaliteit ...................................................................................................12 4.2 Flora en Fauna ........................................................................................................12 4.3 Water.......................................................................................................................12 4.4. Verkeer/parkeren....................................................................................................12 4.5 Archeologie .............................................................................................................13 4.6 Externe veiligheid ....................................................................................................13 4.7 Bodem.....................................................................................................................13 4.8 Geluid......................................................................................................................13
5.
Uitvoerbaarheid .......................................................................................................14 5.1 Economische uitvoerbaarheid .................................................................................14 5.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid ...........................................................................14
BIJLAGEN .......................................................................................................................14
Ruimtelijke onderbouwing Hollewal 40-42 Den Burg
Pagina 2
1. Inleiding 1.1 Aanleiding De eigenaar van het perceel Hollewal 40-42 (hierna: initiatiefnemer) heeft begin 2013 een principeverzoek ingediend bij de gemeente voor het wijzigen van de bestemming van het perceel Hollewal 40-42 in Den Burg. Het perceel heeft nu een maatschappelijke bestemming en initiatiefnemer wil het perceel splitsen en de bestemming wijzigen naar een dubbele woonbestemming. Daarnaast heeft hij verzocht het pand Hollewal 42 aan de voorkant uit te breiden met ca. 50m2. In september 2013 heeft het college van burgemeester en wethouders besloten om in principe medewerking te verlenen aan het verzoek. Om medewerking te kunnen verlenen aan het verzoek dient een procedure als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a onder 3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) te worden gevoerd. In verband hiermee is onderhavige ruimtelijke onderbouwing opgesteld.
1.2 Ligging en begrenzing plangebied Het plangebied is gelegen aan de Hollewal nabij het woningbouwproject Woonstede Nesland in Den Burg West.
Afbeelding 1 Locatie plangebied
Ruimtelijke onderbouwing Hollewal 40-42 Den Burg
Pagina 3
1.3 Geldend bestemmingsplan Ter plaatse van het perceel Hollewal 40-42 geldt binnen het geldende bestemmingsplan Den Burg (vastgesteld door de raad op 27 juli 2004, goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Noord-Holland op 22 februari 2005) de bestemming Maatschappelijke doeleinden. Op afbeelding 2 is de locatie weergegeven. Gronden met de bestemming Maatschappelijke doeleinden zijn bestemd voor maatschappelijke functies zoals behandelruimten, praktijkruimten met de daarbij behorende hoofdgebouwen en woningen. De nieuwbouw van zelfstandige woningen is ter plaatse niet toegestaan. Dit betekent dat het verzoek in strijd is met het geldende bestemmingsplan. Het bestemmingsplan kent in deze ook geen ontheffings- en/of wijzigingsbevoegdheid.
Afbeelding 2: Afbeelding bestemmingsplan Den Burg
Ruimtelijke onderbouwing Hollewal 40-42 Den Burg
Pagina 4
2. Omschrijving ontwikkeling 2.1 Bestaande situatie In de bestaande situatie woont initiatiefnemer in de bedrijfswoning op Hollewal 40. Deze bedrijfswoning heeft een oppervlakte van ca. 222m2. Hiervan is het hoofdgebouw ongeveer 155m2 en het bijgebouw ongeveer 67m2. Op Hollewal 42 is een bedrijfspand aanwezig met een oppervlakte van 145m2. Hier is jarenlang een uitvaartcentrum geweest. Op afbeelding 3 is de planlocatie weergegeven. Afbeelding 4 bevat een tekening van het bestaande hoofdgebouw op Hollewal 42. Kadastraal gezien, gaat het om twee verschillen percelen die elk een oppervlakte hebben van ongeveer 800m2. Toen initiatiefnemer in 2001 (bouwjaar van Hollewal 40 en 42) op de betreffende locatie kwam wonen was Den Burg West bestemd als medisch/maatschappelijk. Er zouden naast Hollewal 42 twee woningen met praktijkruimten komen. Dit gold eveneens voor percelen langs de Pontweg. Gebleken is dat de behoefte aan deze combinatie binnen Den Burg West niet groot is. Nu wordt op de betreffende locatie, die voorheen ook een maatschappelijke bestemming had, seniorenwoningen (Woonstede Nesland) ontwikkeld. Naar zelfstandige (senioren)woningen is voldoende vraag. Momenteel staat het gebouw op nummer 42 al lange tijd te koop. Verhuur is ook niet gelukt. In deze woonomgeving is volgens initiatiefnemer geen interesse voor een perceel met een kleinschalige maatschappelijke bestemming en een voormalig gebruik als uitvaartcentrum.
Afbeelding 3 Locatie Hollewal 40-42
Ruimtelijke onderbouwing Hollewal 40-42 Den Burg
Pagina 5
Afbeelding 4 Bestaande situatie Hollewal 42
2.2 Ontwikkeling Initiatiefnemer heeft het plan om het bestaande gebouw op nummer 42 aan te passen als seniorenwoning en daar te gaan wonen. Dit sluit gezien de ligging goed aan bij het plan Woonstede Nesland. Nummer 40 kan dan worden verkocht als zelfstandige woning. Dit sluit aan op de bestaande woningen aan de Hollewal. Het komt er in feite op neer dat een omgevingsvergunning wordt verleend voor hetgeen binnen het geldende bestemmingsplan Den Burg mogelijk is binnen de bestemming Woondoeleinden, met de categorie ‘Wo” = uitsluitend vrijstaande woning of maximaal twee aaneen’. Hierbij geldt dat het gaat om klasse 2. Dit betekent dat de bebouwing een maximale goot- en nokhoogte mag hebben van respectievelijk 7,5 en 10 meter. De bestaande bebouwing voldoet grotendeels aan de planregels die gelden voor de voornoemde bestemming Wo. De strijdigheden zijn dat de voorgevel van het bestaande gebouw verder dan 2 meter van de voorgevelrooilijn ligt (artikel 3, lid 3 onder b van de planregels) en het maximaal aantal vierkante meters aan bijgebouwen wordt overschreden (artikel 3, lid 4 onder e van de planregels). Verder wordt voldaan aan de afstanden tot de perceelsgrenzen. Wat betreft het aantal vierkante meters aan bijgebouwen geldt dat dit past binnen de binnenplanse afwijkingsbevoegdheid die in het geldende bestemmingsplan is opgenomen. Deze maakt het mogelijk de toegestane oppervlakte van 40m2 te verhogen tot maximaal 70m2 in geval sprake is van een aan-huis-verbonden beroep en/of kleinschalige bedrijfsmatige activiteit. Nu sprake is van een aan-huis-verbonden beroep en de oppervlakte 67m2 is, wordt hieraan voldaan. Daarnaast past het verzoek binnen het in procedure zijnde bestemmingsplan Den Burg, waarin maximaal 80m2 is toegestaan. Zoals in paragraaf 1.1 aangegeven, wil initiatiefnemer het bestaande pand op nummer 42 aan de voorzijde met ca. 50m2 uitbreiden, zie afbeelding 5. Van belang hierbij is dat in het in voorbereiding zijnde bestemmingsplan Den Burg conform de systematiek van de nieuwe bestemmingsplannen de maximale oppervlakte voor een woning maximaal120 m2 is. Voorgesteld zal worden om de bestemming Wonen - Vrijstaand op te nemen, waarbij een afwijking op de bouwregels mogelijk is voor een oppervlakte van maximaal 150 m2. Door deze functiewijziging (maatschappelijk naar wonen) wordt in het toekomstige plan de bouwmogelijkheid van het hoofdgebouw beperkt.
Ruimtelijke onderbouwing Hollewal 40-42 Den Burg
Pagina 6
Afbeelding 5 Situatie Hollewal 42 (inclusief uitbreiding)
Bij de stedenbouwkundige en architectonische uitwerking heeft initiatiefnemer ervoor gezorgd dat het gebouw de uitstraling krijgt van een woning en dat het past in het bebouwingsbeeld van de bestaande (woon)omgeving. Gezien de voormalige maatschappelijke functie als uitvaartcentrum is het gebouw vrij gesloten naar buiten toe. Met een uitbreiding aan de voorzijde kan deze uitstraling worden verbeterd en naar een woning worden getransformeerd. Verder heeft initiatiefnemer rekening gehouden met de wens van de gemeente om de uitbreiding van nummer 42 gelijk of achter de voorgevelrooilijn op nummer 40 te houden. Dit sluit goed aan bij de planregels voor de hiervoor vermelde Wo-bestemming. Afbeelding 6 bevat een afbeelding van de nieuwe situatie.
Ruimtelijke onderbouwing Hollewal 40-42 Den Burg
Pagina 7
Afbeelding 6 situatie Hollewal 42 (nieuw)
Ruimtelijke onderbouwing Hollewal 40-42 Den Burg
Pagina 8
3. Ruimtelijk beleid 3.1 Rijksbeleid 3.1.1 Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) In de structuurvisie stelt het Rijk heldere ambities voor Nederland in 2040; een visie hoe Nederland er in 2040 voor moet staan. Dit doet het Rijk op basis van de (inter)nationale ontwikkelingen die de ruimtelijke en mobiliteitsopgaven zowel bovengronds als ondergronds richting 2040 bepalen. Zo werkt het Rijk aan een concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig Nederland. Het Rijk benoemt 13 nationale belangen; hiervoor is het Rijk verantwoordelijk en wil het resultaten boeken. Deze belangen zijn gelijkwaardig aan elkaar en beïnvloeden elkaar onderling. In de SVIR is een eerste integrale afweging gemaakt van deze belangen. Dit heeft als gevolg dat het Rijk in gebieden of projecten een gebieds- of projectspecifieke afweging zal maken. Indien nodig maakt het Rijk duidelijk welke nationale belangen voorgaan. Blijkens de SVIR spelen er in Texel geen nationale belangen ten aanzien van woningbouw. Dit betekent dat de SVIR geen belemmering vormt voor voorliggende ontwikkeling. 3.1.2 Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) In het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) word geregeld hoe de nationale belangen op perceelsniveau moeten worden verwerkt in bestemmingsplannen en andere decentrale ruimtelijke besluiten. De regels van de in het Barro opgenomen ruimtelijke belangen kunnen op perceelsniveau samenvallen. Voor zover deze regels onderling niet strijdig zijn dient de gemeente de betrokken belangen in het bestemmingsplan op te nemen. Het hier aan de orde zijnde verzoek is gelegen in het Waddengebied, dit is een gebied dat valt onder de werking van het Barro. Dit besluit bepaalt voor het Waddengebied onder andere dat bij het mogelijk maken van nieuwe bebouwing binnen stedelijk gebied regels moet worden gesteld die ertoe strekken dat de maximaal toelaatbare bouwhoogte aansluiten bij de hoogte van bestaande bebouwing (artikel 2.5.12 van het Barro). De voorliggende ontwikkeling is niet strijdig met dit uitgangspunt. 3.1.3 Conclusie Het rijksbeleid vormt geen belemmering voor de gewenste ontwikkeling.
3.2 Provinciaal beleid 3.2.1 Structuurvisie Noord-Holland 2040 De Structuurvisie Noord-Holland 2040 is vastgesteld op 21 juni 2010 (en herzien bij besluit van 23 mei 2011) en bevat algemene regels voor de hele provincie Noord-Holland. Het stelt voornamelijk regels voor het gebied buiten Bestaand bebouwd gebied (BBG) waarbij ruimtelijke kwaliteit voorop staat. De provincie streeft naar stedelijke verdichting en is voorstander van ontwikkelen binnen Bestaand Bebouwd Gebied. De voorgenomen ontwikkeling is gelegen binnen Bestaand Bebouwd Gebied. 3.2.2 Provinciale Ruimtelijke Verordening Structuurvisie (PRVS) De Provinciale Ruimtelijke Verordening Structuurvisie is vastgesteld 21 juni 2010 en laatstelijk herzien op 19 maart 2013. De PVRS is opgesteld omdat de provincie het in het belang van een goede ruimtelijke ordening noodzakelijk acht algemene regels vast te stellen betreffende de inhoud van en de toelichting op bestemmingsplannen. Dit geldt ten aanzien van onderwerpen in zowel het landelijk als het stedelijk gebied (BBG) van Noord-Holland waar een provinciaal belang mee gemoeid is.
Ruimtelijke onderbouwing Hollewal 40-42 Den Burg
Pagina 9
De voorgenomen ontwikkeling vindt plaats in stedelijk gebied en voorziet in feite enkel in het wijzigen van het toegestane gebruik. Het geldende bestemmingsplan laat ten dienste van de maatschappelijk bestemming reeds bebouwing toe. Daarbij geldt dat per hoofdgebouw een dienstwoning is toegestaan. Binnen het geldende bestemmingsplan zijn er gezien de omvang van het perceel ter plaatse twee hoofdgebouwen mogelijk zodat ook twee dienstwoningen mogelijk zijn. Dit wordt gewijzigd naar bebouwing ten dienste van een woonbestemming. In zoverre is de voorgenomen ontwikkeling niet in strijd met de verordening. 3.2.3 Provinciale Milieuverordening (PMV) De voorgenomen ontwikkeling ligt in een gebied dat is aangewezen als aardkundig monument. Aardkundige monumenten worden beschermd door de Provinciale Milieuverordening (PMV). Het is in principe verboden in of op een aardkundige monument, handelingen te verrichten, die het aardkundig monument kunnen aantasten. Gedeputeerde Staten kunnen ontheffing verlenen van dit verbod als naar hun oordeel het aardkundig monument door de beoogde handeling minimaal zal worden aangetast. Het ligt in de lijn der verwachting dat Gedeputeerde Staten de ontheffing verlenen aangezien de grondwerkzaamheden, die plaatsvinden ten behoeve van de aanleg van de fundering, niet dieper gaan dan een 1 meter. 3.2.4 Provinciale woonvisie De provincie Noord-Holland heeft op 25 mei 2010 de Provinciale Woonvisie vastgesteld. De speerpunten van beleid en opgaven zijn als volgt geformuleerd: 1. Verbeteren van de afstemming tussen vraag en aanbod voor alle consumenten, en specifiek voor doelgroepen die minder kansen hebben op het vinden van een geschikte woning. 2. Verbeteren van de mate waarin voorzieningen in de woonomgeving aansluiten bij de vraag van bewoners. 3. Verbeteren van de duurzaamheid van het woningaanbod en de woonomgeving. Het proces om de Regionale Actieprogramma’s (RAP) op te stellen is afgerond en bekrachtigd per november 2011. Op zowel perceel Hollewal 40 als 42 is per hoofdgebouw met een maatschappelijk bestemming een bedrijfswoning toegestaan. Indien op elk perceel dus een hoofdgebouw aanwezig is, is op elk perceel ook een bedrijfswoning toegestaan. In de gewenste situatie gaat het om twee burgerwoningen, waarvan één seniorenwoning, die beter aansluiten op de vraag. Hiermee past de ontwikkeling binnen de provinciale woonvisie. 3.2.4 Conclusie Het provinciale beleid vormt geen belemmering voor de gewenste ontwikkeling.
3.3 Gemeentelijk beleid 3.3.1 Texel op Koers, Structuurvisie 2020 In de gemeentelijke structuurvisie wordt het toekomstbeeld van de gemeente geschetst. Dit beeld is een vitaal en springlevend eiland. In de structuurvisie is opgenomen dat de gemeente specifiek aandacht gaat besteden aan wonen, welzijn en zorg voor ouderen. In alle dorpen wil men levensloopbestendige seniorenwoningen en –complexen mogelijk maken. Er is volgens de structuurvisie geen woningnood op Texel. De gemeente wil actief zijn op het gebied van wonen en wijst locaties aan voor nieuwe woningen voor de Texelaars. De woningen worden voor een deel bij Den Burg gebouwd. In de plannen krijgen levensloopbestendige woningen en seniorencomplexen extra nadruk.
Ruimtelijke onderbouwing Hollewal 40-42 Den Burg
Pagina 10
3.3.2 Woonvisie 2008-2015 In de gemeentelijke woonvisie worden de visie en de doelstellingen op het gebied van wonen beschreven. Deze worden verwoord als zijnde ambities: • Lokale woningbehoefte staat voorop in vitale, leefbare dorpskernen; • Bouwen op maat en duurzaam met versterking van identiteit en kwaliteit. De ontwikkeling geeft invulling aan de woonvisie omdat er nultredenwoningen worden gerealiseerd en er in bestaand stedelijk gebied wordt gebouwd. De woningen betreffen particulier initiatief, er worden geen sociale sector woningen in gerealiseerd. De woningcategorieën zijn gelegen in de sector middelduur en duur. 3.3.3 Nota van uitgangspunten komplannen Op 13 december 2011 heeft de raad de Nota van uitgangspunten komplannen vastgesteld. Wat betreft Den Burg en het onderwerp woningbouw is hierin het volgende opgenomen. • Door de toenemende vergrijzing is het gewenst ruimere planologische mogelijkheden te bieden aan het mogelijk maken van levensloopbestendige woningen en kangoeroewoningen. Zo kunnen bewoners langer in de woning blijven wonen of mantelzorg bieden. • Den Burg heeft als enig dorp op Texel grotere woningbouwuitbreidingen die niet bepalend zijn voor het toeristisch-recreatief product Texel. Binnen deze gebieden staat de woonfunctie voorop. Hier kan een globale, flexibele regeling voor worden opgesteld. Als uitgangspunt geldt: Een globale flexibele regeling voor de woongebieden/woonwijken en de bebouwing. De realisatie van twee burgerwoningen, waaronder één seniorenwoning, past binnen deze uitgangspunten. 3.3.4 Welstandsnota De Welstandsnota geeft een helder en actueel beeld van de bestaande architectonische en stedenbouwkundig - landschappelijke kwaliteiten van de gemeente Texel. Dit geldt zowel voor de bebouwde kommen op het eiland als het buitengebied. Voor wat betreft de locatie aan de Hollewal geldt welstandsniveau ’dorpsranden’. Door de ontwikkeling van Woonstede Nesland en andere bebouwing kan in de praktijk niet meer worden gesproken van een locatie die aan een dorpsrand ligt. De uitgangspunten in de welstandsnota over zichtbaarheid worden als gevolg van het bouwplan dan ook niet aangetast. 3.3.5 Conclusie De voorgenomen ontwikkeling past binnen het gemeentelijk beleid.
Ruimtelijke onderbouwing Hollewal 40-42 Den Burg
Pagina 11
4. Onderzoek 4.1 Geur/luchtkwaliteit De Wet milieubeheer omvat richt- en grenswaarden voor verschillende luchtvervuilende stoffen. Deze grenswaarden geven een niveau van de buitenluchtkwaliteit aan dat binnen een bepaalde termijn moet zijn bereikt. Dit in het belang van de bescherming van de gezondheid van de mens en van het milieu in zijn geheel. Het Besluit NIBM geeft een algemeen criterium voor het begrip ‘niet in betekenende mate bijdragen’. Er geldt een NIBM-grens van 3% van de jaargemiddelde grenswaarde van NO2 en PM10. In Bijlage 3A en 3B van de Regeling Niet In Betekende Mate is aangegeven wanneer een project niet in betekende mate aan de luchtkwaliteit bijdraagt. Dit is onder andere het geval bij projecten met minder dan 1500 woningen bij één ontsluitende weg of 3.000 woningen bij twee ontsluitende wegen. De voorgenomen ontwikkeling aan de Hollewal voldoet hier aan. Daarmee is het duidelijk dat het plan Niet In Betekenende Mate bijdraagt aan de concentraties in de lucht. Verdere toetsing is niet nodig en de luchtkwaliteitseisen uit de Wet milieubeheer vormen dan ook geen probleem voor het plan.
4.2 Flora en Fauna Het gaat om een ontwikkeling binnen stedelijk gebied op perceelsniveau waarbij geldt dat binnen het geldende bestemmingsplan reeds bebouwing is toegestaan en deze ook aanwezig is. De buitenruimte is nu ingericht als verhard parkeerterrein ten behoeve van de maatschappelijke functie. Door de voorgenomen ontwikkeling zullen geen bijzondere of beschermde natuurwaarden worden aangetast en/of verloren gaan. Dit betekent dat geen onderzoek hoeft te worden uitgevoerd.
4.3 Water Wat betreft het aspect water is van belang de toename van verharding ten opzichte van de bestaande situatie. Hierbij geldt dat binnen het geldende bestemmingsplan reeds bebouwing is toegestaan en het met name om een functiewijziging gaat. De toename van verharding, als gevolg van de uitbreiding aan de voorzijde op Hollewal 42 overschrijdt niet de grens van 800 m2. Deze oppervlakte is door het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier als grens is gesteld, waarbij de noodzaak van compenserende maatregelen ‘in beeld’ komt. In het kader van de te voeren ruimtelijke procedure zal het plan ter beoordeling nog worden toegezonden aan het Hoogheemraadschap.
4.4. Verkeer/parkeren Binnen het geldende bestemmingsplan geldt een maatschappelijke bestemming. Deze bestemming heeft een grotere verkeersaantrekkende werking dan de voorgenomen woonbestemming. Naar verwachting zal het aantal verkeersbewegingen dus afnemen. Voor het parkeren zal op eigen terrein, evenals in de bestaande situatie, voldoende ruimte parkeerruimte aanwezig zijn. Hierbij is uitgegaan van de door de gemeente Texel op 4 juni 2013 vastgestelde parkeernorm van 1,3 parkeerplaats per woning.
Ruimtelijke onderbouwing Hollewal 40-42 Den Burg
Pagina 12
4.5 Archeologie Op 12 juni 2013 is de nieuwe archeologische beleidskaart vastgesteld. Op deze kaart ligt de ontwikkellocatie binnen een gebied met een hoge archeologische verwachting: categorie 3. Binnen deze categorie geldt dat voor bouwwerken met een grotere oppervlakte dan 100 m² op locaties waar de grond nog niet verstoord is en waar dieper dan 0,50 m wordt gegraven archeologisch onderzoek moet worden uitgevoerd. Zoals in paragraaf 1.1 aangegeven, heeft de uitbreiding aan de voorzijde van het bestaande pand op Hollewal 42 een oppervlakte van 50m2. Dit betekent dat geen nader onderzoek hoeft te worden uitgevoerd. Daarbij geldt dat op dit moment het reeds mogelijk is te bouwen op de gronden waar het project staat gepland. De haalbaarheid van het bouwen op de gronden is reeds aangetoond in het kader van het bestemmingsplan ‘Den Burg’. Feitelijk is er alleen sprake van een functiewijziging ten opzichte van de voorgenomen bestemming zoals opgenomen in het bestemmingsplan ‘Den Burg’.
4.6 Externe veiligheid Bij ruimtelijke ingrepen dient rekening te worden gehouden te worden met het Besluit externe veiligheid inrichtingen milieubeheer (Bevi) en het transport van gevaarlijke stoffen over de weg. De voorgenomen ontwikkeling betreft een ontwikkeling op perceelsniveau waarbij geldt dat binnen het geldende bestemmingsplan reeds bedrijfswoningen zijn toegestaan. Het aantal kwetsbare objecten neemt dus niet toe. Externe veiligheid vormt zodoende geen belemmering voor de voorgenomen ontwikkeling.
4.7 Bodem De gronden waar de voorgenomen ontwikkeling plaatsvindt, hebben binnen het geldende bestemmingsplan Den Burg een maatschappelijke bestemming. De gronden zijn dus geschikt bevonden voor het (langdurig) verblijf van mensen. De haalbaarheid van het bouwen van dergelijke functies is dus al aangetoond. Nader onderzoek is dus niet nodig.
4.8 Geluid Binnen het geldende bestemmingsplan zijn reeds bedrijfswoningen toegestaan. Dit zijn net als burgerwoningen gevoelige bestemmingen. Bij de vaststelling van het geldende bestemmingsplan Den Burg is reeds geoordeeld dat deze woningen aan de Hollewal kunnen worden gerealiseerd. De voorgenomen ontwikkeling brengt hierin geen verandering. Dit betekent dat geen nader akoestisch onderzoek hoeft te worden uitgevoerd. Bij de aanvraag omgevingsvergunning zal worden aangetoond dat de vereiste binnenwaarden in de woning worden gehaald.
Ruimtelijke onderbouwing Hollewal 40-42 Den Burg
Pagina 13
5. Uitvoerbaarheid 5.1 Economische uitvoerbaarheid De kosten van de verbouwing en de (her-)inrichting van de planlocatie komen geheel voor rekening van de initiatiefnemer. Daarnaast wordt in verband met de te voeren procedure een planschadeovereenkomst gesloten tussen de gemeente en de initiatiefnemer.
5.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid In het kader van de maatschappelijke uitvoerbaarheid wordt het ontwerpbesluit (inclusief onderhavige ruimtelijke onderbouwing) conform artikel 3.10 van de Wabo gepubliceerd in de Texelse Courant, de Staatscourant en op de website van de gemeente. Daarnaast wordt een de kennisgeving van de terinzagelegging van het ontwerpbesluit toegezonden aan bestuurlijke instanties, zoals de provincie en het waterschap.
BIJLAGEN 1. N.n.b.
Ruimtelijke onderbouwing Hollewal 40-42 Den Burg
Pagina 14
Bouwservice buro Kuip Heemskerckstraat 26 1792 AB Oudeschild
Onderwerp: Actualisatie bodemonderzoek Hollewal 42 te Den Burg Onze referentie: 051002367
Winkel, 25 maart 2014
Geachte heer Kuip, Hierbij stuur ik u de resultaten van het actualisatie bodemonderzoek. De aanleiding van het bodemonderzoek is het voornemen om het voormalige rouwcentrum ter verbouwen tot woning met een uitbouw en een garage. Circa 10 jaar geleden is de locatie aangekocht door de huidige eigenaar met een bodemonderzoek waarbij er geen belemmering was voor de bouw van het rouwcentrum en de naastgelegen woning. Veldwerk Op 12 maart 2014 is het actualisatiebodemonderzoek door de heer R. Pronk (geregistreerd veldwerker) uitgevoerd conform SIKB 2000, protocol 2001. Na een gesprek met de eigenaar en een locatie-inspectie zijn er twee boringen tot 2,0 meter en vier boringen tot 0,5 meter minus maaiveld geplaatst. In de bovengrond zijn wat puin- en koolsporen aangetroffen. Deze grond is volgens de eigenaar door de gemeente circa 10 jaar geleden aangebracht in verband met het verhogen van het peil. In de ondergrond is zintuiglijk geen verontreiniging waargenomen. Interpretatie analyseresultaten Van de bovengrond is een mengmonster samengesteld welke is geanalyseerd op het NEN 5740 pakket voor grond inclusief het gehalte lutem en organische stof. Uit de analyseresultaten blijkt dat de gehalten van lood en PAK de betreffende achtergrondwaarden overschrijden. Conclusies en aanbevelingen De lichte verhogingen in de bovengrond zijn mogelijk te wijten aan de sporen van puin en kooldeeltjes in de bovengrond. Op basis van de resultaten is er vanuit milieuhygiënisch oogpunt geen bezwaar voor het verlenen van een omgevingsvergunning. Als u naar aanleiding van bovenstaande nog vragen of opmerkingen heeft dan sta ik u graag te woord. Met vriendelijke groet, Robin Pronk Bodem Belang BV
Bijlage 1 Locatiegegevens
Omgevingskaart
Klantreferentie: 051002367
0m
125 m
Deze kaart is noordgericht.
625 m
Schaal 1: 12500
Hier bevindt zich Kadastraal object TEXEL O 1781 Hollewal 42, 1791 GH DEN BURG © De auteursrechten en databankenrechten zijn voorbehouden aan de Topografische Dienst Kadaster.
Uittreksel Kadastrale Kaart
Uw referentie: 051002367
1968
1969
1782
36
38
1781 40
42
1970
554 0m
Deze kaart is noordgericht Perceelnummer 25 Huisnummer Vastgestelde kadastrale grens Voorlopige kadastrale grens Administratieve kadastrale grens Bebouwing Overige topografie Voor een eensluidend uittreksel, Apeldoorn, 25 maart 2014 De bewaarder van het kadaster en de openbare registers
12345
5m
25 m
Schaal 1:500 Kadastrale gemeente Sectie Perceel
TEXEL O 1781
Aan dit uittreksel kunnen geen betrouwbare maten worden ontleend. De Dienst voor het kadaster en de openbare registers behoudt zich de intellectuele eigendomsrechten voor, waaronder het auteursrecht en het databankenrecht.
N
Ho
Locatie:
Hollewal 42
Te:
Den Burg
Projectnummer:
051002367
Opdrachtgever:
Bouwservice buro Kuip
Legenda = Peilbuis = Boring tot 2,0 m-mv X = Boring tot 0,5 m-mv
al w e ll
Foto’s locatie
Biologische tuin
Bijlage 2 Boorstaten
Onafhankelijkheidsverklaring Bodem Belang bv en opdrachtgever Tussen Bodem Belang en de opdrachtgever is er geen sprake van een relatie, die de onafhankelijkheid en de integriteit van Bodem Belang zou beïnvloeden en/of de werkzaamheden zou kunnen belemmeren. Bodem Belang is geen eigenaar van de te keuren grond.
Dhr. D.J. Schermer (directeur) Veldwerker(s) en opdrachtgever Ik verklaar dat het veldwerk onafhankelijk van de opdrachtgever is uitgevoerd conform de eisen van de uitgevoerde BRL en de daarbij behorende protocollen. Ik verklaar dat de veldwerkzaamheden onafhankelijk van de opdrachtgever is uitgevoerd conform de eisen van de uitgevoerde BRL, waarbij gebruik is gemaakt van interne functiescheiding onder de voorwaarde die het Besluit uitvoeringskwaliteit bodembeheer hieraan stelt.
Robin Pronk (Geregistreerd veldwerker)
1/1
Projectnr: 051002367 Projectnaam: Hollewal 42 Locatie: Den Burg X: 115037
X: 115020
Y: 563021
Y: 563039
GWS:
GWS:
Opmerking:
Opmerking:
Boring: 01
Boring: 02 0
0
01a
-50
50
Zand, matig grof, zwak siltig, matig humeus, zwak wortelhoudend, geen olie-water reactie, donkerbruin
01b
Zand, matig grof, zwak siltig, sterk humeus, sporen puin, sporen kolen, matig wortelhoudend, geen olie-water reactie, donkerbruin
02a
-50
50
0
0
Zand, matig grof, zwak siltig, sterk humeus, sporen puin, matig wortelhoudend, geen olie-water reactie, donkerbruin
Zand, matig grof, zwak siltig, matig humeus, zwak wortelhoudend, geen olie-water reactie, donkerbruin
02b
100
100 -110
Zand, matig fijn, zwak siltig, geen olie-water reactie, beigebruin
02c
01c
-140
150
Zand, matig grof, zwak siltig, geen olie-water reactie, beigebruin
150 02d 01d
-200
200
X: 115033
X: 115042
Y: 563016
Y: 563020
GWS:
GWS:
Opmerking:
Opmerking:
Boring: 03
Boring: 04 0
0
Zand, matig grof, zwak siltig, sterk humeus, sporen puin, matig wortelhoudend, geen olie-water reactie, donkerbruin
03a
50
-200
200
-50
0
0
Zand, matig grof, zwak siltig, sterk humeus, matig wortelhoudend, geen olie-water reactie, donkerbruin
04a
50
-50
getekend volgens NEN 5104
Datum: 12-03-2014
Projectnr: 051002367 Projectnaam: Hollewal 42 Locatie: Den Burg X: 115020
X: 115026
Y: 563033
Y: 563044
GWS:
GWS:
Opmerking:
Opmerking:
Boring: 05
Boring: 06 0
0
Zand, matig grof, zwak siltig, sterk humeus, matig wortelhoudend, sporen puin, sporen kolen, geen olie-water reactie, donkerbruin
05a
50
-50
0
0
Zand, matig grof, zwak siltig, sterk humeus, sporen puin, sporen kolen, matig wortelhoudend, geen olie-water reactie, donkerbruin
06a
50
-50
getekend volgens NEN 5104
Datum: 12-03-2014
Legenda (conform NEN 5104) grind
klei
geur
Grind, siltig
Klei, zwak siltig
Grind, zwak zandig
Klei, matig siltig
Grind, matig zandig
Klei, sterk siltig
Grind, sterk zandig
Klei, uiterst siltig
Grind, uiterst zandig
Klei, zwak zandig
geen geur zwakke geur matige geur sterke geur uiterste geur
olie geen olie-water reactie zwakke olie-water reactie matige olie-water reactie sterke olie-water reactie Klei, matig zandig
Klei, sterk zandig
zand
uiterste olie-water reactie
p.i.d.-waarde >0
Zand, kleiïg
>1 >10 Zand, zwak siltig
>100
leem
>1000
Zand, matig siltig
Leem, zwak zandig
>10000
Zand, sterk siltig
Leem, sterk zandig
monsters geroerd monster
Zand, uiterst siltig
overige toevoegingen
ongeroerd monster
zwak humeus
veen Veen, mineraalarm
matig humeus
overig bijzonder bestanddeel
Veen, zwak kleiïg
sterk humeus
Gemiddeld hoogste grondwaterstand grondwaterstand
Veen, sterk kleiïg
zwak grindig
Veen, zwak zandig
matig grindig
Veen, sterk zandig
sterk grindig
Gemiddeld laagste grondwaterstand slib
water
peilbuis blinde buis
casing
hoogste grondwaterstand gemiddelde grondwaterstand laagste grondwaterstand
bentoniet afdichting
filter
Bijlage 3 Analysecertificaten
Bodembelang T.a.v. Robin Pronk Zandloper 17 1731LM WINKEL
Analysecertificaat Datum: 20-03-2014
Hierbij ontvangt u de resultaten van het navolgende laboratoriumonderzoek. Certificaatnummer/Versie Uw project/verslagnummer Uw projectnaam Uw ordernummer Monster(s) ontvangen
2014027666/1 051002367 Hollewal 42 051002367 12-03-2014
Dit certificaat mag uitsluitend in zijn geheel worden gereproduceerd. De grondmonsters worden tot 6 weken na datum ontvangst bewaard en watermonsters tot 2 weken na datum ontvangst. Zonder tegenbericht worden de monsters nadien afgevoerd. Indien de monsters langer bewaard dienen te blijven verzoeken wij U dit exemplaar uiterlijk 1 week voor afloop van de standaardbewaarperiode ondertekend aan ons te retourneren. Voor de kosten van het langer bewaren van monsters verwijzen wij naar de prijslijst.
Bewaren tot: Datum:
Naam:
Handtekening:
Wij vertrouwen erop uw opdracht hiermee naar verwachting te hebben uitgevoerd, mocht U naar aanleiding van dit analysecertificaat nog vragen hebben verzoeken wij U contact op te nemen met de afdeling Verkoop en Advies.
Met vriendelijke groet, Eurofins Analytico B.V.
Ing. A. Veldhuizen Technical Manager
Eurofins Analytico B.V. Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL
Tel. +31 (0)34 242 63 00 BNP Paribas S.A. 227 9245 25 Fax +31 (0)34 242 63 99 VAT/BTW No. NL 8043.14.883.B01 E-mail
[email protected] KvK No. 09088623 Site www.eurofins.nl IBAN: NL71BNPA0227924525 BIC: BNPANL2A
Eurofins Analytico B.V. is ISO 14001: 2004 gecertificeerd door TÜV en erkend door het Vlaamse Gewest (OVAM en Dep. LNE), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheden van Frankrijk en Luxemburg (MEV).
Analysecertificaat Uw project/verslagnummer Uw projectnaam Uw ordernummer
051002367 Hollewal 42 051002367
Monsternemer Monstermatrix
R. Pronk Grond; Grond (AS3000)
Certificaatnummer/Versie Startdatum Rapportagedatum Bijlage Pagina
Eenheid
Analyse
2014027666/1 12-03-2014 20-03-2014/09:09 A,B,C 1/2
1
Voorbehandeling
Uitgevoerd
Cryogeen malen AS3000 Bodemkundige analyses
S
Droge stof
% (m/m)
83.3
S
Organische stof
% (m/m) ds
3.7
Q
Gloeirest
% (m/m) ds
96.2
S
Korrelgrootte < 2 µm (Lutum)
% (m/m) ds
<2.0
Metalen
S
Barium (Ba)
mg/kg ds
21
S
Cadmium (Cd)
mg/kg ds
<0.20
S
Kobalt (Co)
mg/kg ds
<3.0
S
Koper (Cu)
mg/kg ds
9.2
S
Kwik (Hg)
mg/kg ds
0.095
S
Molybdeen (Mo)
mg/kg ds
<1.5
S
Nikkel (Ni)
mg/kg ds
<4.0
S
Lood (Pb)
mg/kg ds
56
S
Zink (Zn)
mg/kg ds
51
Minerale olie (C10-C12)
mg/kg ds
<3.0
Minerale olie (C12-C16)
mg/kg ds
<5.0
Minerale olie (C16-C21)
mg/kg ds
<5.0
Minerale olie (C21-C30)
mg/kg ds
<11
Minerale olie (C30-C35)
mg/kg ds
6.7
Minerale olie (C35-C40)
mg/kg ds
<6.0
Minerale olie totaal (C10-C40)
mg/kg ds
<35
Minerale olie
S
Polychloorbifenylen, PCB
S
PCB 28
mg/kg ds
<0.0010
S
PCB 52
mg/kg ds
<0.0010
S
PCB 101
mg/kg ds
<0.0010
S
PCB 118
mg/kg ds
<0.0010
Nr. Monsteromschrijving
Datum monstername Analytico-nr.
1
12-Mar-2014
01 (0-50) 02 (0-50) 03 (0-50) 04 (0-50) 05 (0-50) 06 (0-50)
8012332
Q: door RvA geaccrediteerde verrichting A: AP04 erkende verrichting S: AS 3000 erkende verrichting Eurofins Analytico B.V.
Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL
Dit certificaat mag uitsluitend in zijn geheel worden gereproduceerd. Tel. +31 (0)34 242 63 00 Fax +31 (0)34 242 63 99 E-mail
[email protected] Site www.eurofins.nl
BNP Paribas S.A. 227 9245 25 VAT/BTW No. NL 8043.14.883.B01 KvK No. 09088623 IBAN: NL71BNPA0227924525 BIC: BNPANL2A
Eurofins Analytico B.V. is ISO 14001: 2004 gecertificeerd door TÜV en erkend door het Vlaamse Gewest (OVAM en Dep. LNE), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheden van Frankrijk en Luxemburg (MEV).
TESTEN RvA L010
Analysecertificaat Uw project/verslagnummer Uw projectnaam Uw ordernummer
051002367 Hollewal 42 051002367
Monsternemer Monstermatrix
R. Pronk Grond; Grond (AS3000)
Certificaatnummer/Versie Startdatum Rapportagedatum Bijlage Pagina
Analyse
Eenheid
S
PCB 138
mg/kg ds
<0.0010
S
PCB 153
mg/kg ds
<0.0010
S
PCB 180
mg/kg ds
<0.0010
S
PCB (som 7) (factor 0,7)
mg/kg ds
0.0049
2014027666/1 12-03-2014 20-03-2014/09:09 A,B,C 2/2
1
1)
Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen, PAK
S
Naftaleen
mg/kg ds
<0.050
S
Fenanthreen
mg/kg ds
0.11
S
Anthraceen
mg/kg ds
0.11
S
Fluorantheen
mg/kg ds
0.31
S
Benzo(a)anthraceen
mg/kg ds
0.17
S
Chryseen
mg/kg ds
0.22
S
Benzo(k)fluorantheen
mg/kg ds
0.12
S
Benzo(a)pyreen
mg/kg ds
0.19
S
Benzo(ghi)peryleen
mg/kg ds
0.18
S
Indeno(123-cd)pyreen
mg/kg ds
0.17
S
PAK VROM (10) (factor 0,7)
mg/kg ds
1.6
Nr. Monsteromschrijving
Datum monstername Analytico-nr.
1
12-Mar-2014
01 (0-50) 02 (0-50) 03 (0-50) 04 (0-50) 05 (0-50) 06 (0-50)
Q: door RvA geaccrediteerde verrichting A: AP04 erkende verrichting S: AS 3000 erkende verrichting Eurofins Analytico B.V.
Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL
Dit certificaat mag uitsluitend in zijn geheel worden gereproduceerd. Tel. +31 (0)34 242 63 00 Fax +31 (0)34 242 63 99 E-mail
[email protected] Site www.eurofins.nl
BNP Paribas S.A. 227 9245 25 VAT/BTW No. NL 8043.14.883.B01 KvK No. 09088623 IBAN: NL71BNPA0227924525 BIC: BNPANL2A
Eurofins Analytico B.V. is ISO 14001: 2004 gecertificeerd door TÜV en erkend door het Vlaamse Gewest (OVAM en Dep. LNE), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheden van Frankrijk en Luxemburg (MEV).
8012332
Akkoord Pr.coörd.
VA TESTEN RvA L010
Bijlage (A) met deelmonsterinformatie behorende bij analysecertificaat 2014027666/1 Pagina 1/1 Analytico-nr. Boornr
Omschrijving
Van
Tot
Barcode
8012332
01
01a
0
50
0531560094
8012332
02
02a
0
50
0531560096
8012332
03
03a
0
50
0531560092
8012332
04
04a
0
50
0531560085
8012332
05
05a
0
50
0531560089
8012332
06
06a
0
50
0531560090
Monsteromschrijving
01 (0-50) 02 (0-50) 03 (0-50) 04 (0-5
Eurofins Analytico B.V.
Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL
Tel. +31 (0)34 242 63 00 Fax +31 (0)34 242 63 99 E-mail
[email protected] Site www.eurofins.nl
BNP Paribas S.A. 227 9245 25 VAT/BTW No. NL 8043.14.883.B01 KvK No. 09088623 IBAN: NL71BNPA0227924525 BIC: BNPANL2A
Eurofins Analytico B.V. is ISO 14001: 2004 gecertificeerd door TÜV en erkend door het Vlaamse Gewest (OVAM en Dep. LNE), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheden van Frankrijk en Luxemburg (MEV).
Bijlage (B) met opmerkingen behorende bij analysecertificaat 2014027666/1 Pagina 1/1 Opmerking 1)
De toetswaarde van de som is gelijk aan de sommatie van 0,7*RG
Eurofins Analytico B.V.
Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL
Tel. +31 (0)34 242 63 00 Fax +31 (0)34 242 63 99 E-mail
[email protected] Site www.eurofins.nl
BNP Paribas S.A. 227 9245 25 VAT/BTW No. NL 8043.14.883.B01 KvK No. 09088623 IBAN: NL71BNPA0227924525 BIC: BNPANL2A
Eurofins Analytico B.V. is ISO 14001: 2004 gecertificeerd door TÜV en erkend door het Vlaamse Gewest (OVAM en Dep. LNE), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheden van Frankrijk en Luxemburg (MEV).
.
Bijlage (C) met methodeverwijzingen behorende bij analysecertificaat 2014027666/1
Pagina 1/1
Analyse
Methode
Techniek
Referentiemethode
Cryogeen malen AS3000
W0106
Voorbehandeling
Cf. AS3000
Droge Stof
W0104
Gravimetrie
Cf. pb 3010-2 en Gw. NEN-ISO 11465
Organische stof (gloeirest)
W0109
Gravimetrie
Cf. pb 3010-3 en cf. NEN 5754
Lutum (fractie < 2 µm)
W0171
Sedimentatie
Cf. pb 3010-4 en cf. NEN 5753
Barium (Ba)
W0423
ICP-MS
Cf. pb 3010-5 en cf. NEN-EN-ISO 17294-2
Cadmium (Cd)
W0423
ICP-MS
Cf. pb 3010-5 en cf. NEN-EN-ISO 17294-2
Kobalt (Co)
W0423
ICP-MS
Cf. pb 3010-5 en cf. NEN-EN-ISO 17294-2
Koper (Cu)
W0423
ICP-MS
Cf. pb 3010-5 en cf. NEN-EN-ISO 17294-2
Kwik (Hg)
W0423
ICP-MS
Cf. pb 3010-5 en cf. NEN-EN-ISO 17294-2
Molybdeen (Mo)
W0423
ICP-MS
Cf. pb 3010-5 en cf. NEN-EN-ISO 17294-2
Nikkel (Ni)
W0423
ICP-MS
Cf. pb 3010-5 en cf. NEN-EN-ISO 17294-2
Lood (Pb)
W0423
ICP-MS
Cf. pb 3010-5 en cf. NEN-EN-ISO 17294-2
Zink (Zn)
W0423
ICP-MS
Cf. pb 3010-5 en cf. NEN-EN-ISO 17294-2
Minerale Olie (GC) (C10 - C40)
W0202
GC-FID
Cf. pb 3010-7 en cf. NEN 6978
PCB (7)
W0271
GC-MS
Cf. pb 3010-8 en gw. NEN 6980
PAK som AS3000/AP04
W0271
GC-MS
Cf. pb. 3010-6 en gw. NEN-ISO 18287
PAK (10 VROM)
W0271
GC-MS
Cf. pb. 3010-6 en gw. NEN-ISO 18287
Eurofins Analytico B.V.
Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL
Tel. +31 (0)34 242 63 00 Fax +31 (0)34 242 63 99 E-mail
[email protected] Site www.eurofins.nl
BNP Paribas S.A. 227 9245 25 VAT/BTW No. NL 8043.14.883.B01 KvK No. 09088623 IBAN: NL71BNPA0227924525 BIC: BNPANL2A
Eurofins Analytico B.V. is ISO 14001: 2004 gecertificeerd door TÜV en erkend door het Vlaamse Gewest (OVAM en Dep. LNE), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheden van Frankrijk en Luxemburg (MEV).
Bijlage 4 Toetsing analyseresultaten
Toetsing: S en I 2012 incl Barium Certificaatnummer 2014027666 Monsteromschrijving 01 (0-50) 02 (0-50) 03 (0-50) 04 (0-50) 05 (0-50)06 (0-50) Monstersoort Grond, AS3000 Uw projectnummer 051002367 Uw projectnaam Hollewal 42 Uw ordernummer 051002367 Datum monstername 12-03-2014 Monsternemer R. Pronk Parameter Eenheid MM +/RG AW Voorbehandeling Cryogeen malen AS3000 Uitgevoerd Bodemkundige analyses Droge stof % (m/m) 83,3 Organische stof % (m/m) ds 3,7 Gloeirest % (m/m) ds 96,2 Korrelgrootte < 2 µm (Lutum) % (m/m) ds <2,0 Metalen Barium (Ba) mg/kg ds 21 49 49,0 Cadmium (Cd) mg/kg ds <0,20 0,350 0,376 Kobalt (Co) mg/kg ds <3,0 4,30 4,27 Koper (Cu) mg/kg ds 9,2 19,3 20,5 Kwik (Hg) mg/kg ds 0,095 0,100 0,106 Molybdeen (Mo) mg/kg ds <1,5 1,5 1,5 Nikkel (Ni) mg/kg ds <4,0 12 12 Lood (Pb) mg/kg ds 56 + 32 32,8 Zink (Zn) mg/kg ds 51 59 61,5 Minerale olie Minerale olie (C10-C12) mg/kg ds <3,0 Minerale olie (C12-C16) mg/kg ds <5,0 Minerale olie (C16-C21) mg/kg ds <5,0 Minerale olie (C21-C30) mg/kg ds <11 Minerale olie (C30-C35) mg/kg ds 6,7 Minerale olie (C35-C40) mg/kg ds <6,0 Minerale olie totaal (C10-C40) mg/kg ds <35 38 70,3 Polychloorbifenylen, PCB PCB 28 mg/kg ds <0,0010 PCB 52 mg/kg ds <0,0010 PCB 101 mg/kg ds <0,0010 PCB 118 mg/kg ds <0,0010 PCB 138 mg/kg ds <0,0010 PCB 153 mg/kg ds <0,0010 PCB 180 mg/kg ds <0,0010 PCB (som 7) (factor 0,7) mg/kg ds 0,0049 0,00490 0,00740 Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen, PAK Naftaleen mg/kg ds <0,050 Fenanthreen mg/kg ds 0,11 Anthraceen mg/kg ds 0,11 Fluorantheen mg/kg ds 0,31 Benzo(a)anthraceen mg/kg ds 0,17 Chryseen mg/kg ds 0,22 Benzo(k)fluorantheen mg/kg ds 0,12 Benzo(a)pyreen mg/kg ds 0,19 Benzo(ghi)peryleen mg/kg ds 0,18 Indeno(123-cd)pyreen mg/kg ds 0,17 PAK VROM (10) (factor 0,7) mg/kg ds 1,6 + 1,05 1,5 Legenda + ++ +++ RG
< streefwaarde/aw2000 of RG > AchtergrondWaarde (AW) > Tussenwaarde (T) > Interventiewaarde (I) Niet getoetst Rapportagegrens
Normwaarden zijn gecorrigeerd met de volgende gegevens: Lutum: 2% van droge stof en organische stof:3.70% van droge stof.
T
I
143 4,26 29,1 58,8 12,8 95,8 23,1 190 189
237 8,14 54,0 97,2 25,4 190 34,3 347 317
960
1850
0,189
0,370
20,8
40
Bijlage 5 Toetsingskader
Bodem Belang BV
Toetsingskader Als beoordelingskader van de analyseresultaten is gebruik gemaakt van de achtergrondwaarden (AW2000) uit de “Regeling bodemkwaliteit” (Nederlandse Staatscourant, nummer 247, 20 december 2007) en de herziene interventiewaarde voor grond en de streef- en interventiewaarden voor grondwater uit de “Circulaire bodemsanering 2009” (Nederlandse Staatscourant, nummer 67, 7 april 2009) De tussenwaarde voor grond is het gemiddelde van de achtergrondwaarde (AW2000) en de bovenstaande interventiewaarde. In deze bijlage treft u een overzicht aan van de belangrijkste terminologie en regelgeving in deze circulaires. In het onderstaande overzicht wordt een drietal toetsingswaarden genoemd, als toetsingskader voor de beoordeling van grond en water, te weten: AW2000:
De achtergrondwaarde 2000 (AW2000) geeft het niveau aan van een duurzame bodemkwaliteit oftewel het niveau, tot waar risico´s voor mens, dier en plant verwaarloosbaar zijn. In het geval de detectielimiet van een analysemethode de streefwaarde overschrijdt is de detectielimiet door ons als toetsingswaarde gehanteerd.
Tussenwaarde:
De tussenwaarde is gelijk aan het gemiddelde van de streefwaarde en interventiewaarde. Als de tussenwaarde wordt overschreden is er in principe een noodzaak tot het verrichten van een nader onderzoek naar de mate en omvang van een aangetoonde verontreiniging. In sommige situaties, met name wanneer sprake is van mobiele verontreinigingen in het grondwater, kan dit echter ook zonder overschrijding van de tussenwaarde al het geval zijn.
Interventiewaarde: De interventiewaarden geven aan wanneer de functionele eigenschappen die de bodem heeft voor mens, plant of dier ernstig zijn verminderd of dreigen te worden verminderd. De waarde geldt als criterium ter bepaling van het vaststellen of er sprake is van een geval van ernstige bodemverontreiniging.
Bodem Belang BV
De genoemde toetsingswaarden zijn beschikbaar voor zowel grond als het grondwater. De toetsingswaarden voor de grond zijn over het algemeen afhankelijk van het percentage lutum en organische stof. Om de mate van verontreiniging aan te geven, wordt gebruik gemaakt van de volgende terminologie. Niet verontreinigd:
Geval van ernstige verontreiniging:
Van een niet verontreinigde oftewel schone bodem is sprake wanneer de concentraties van de geanalyseerde stoffen lager dan of gelijk zijn aan de achtergrondwaarde (AW2000). In bepaalde situaties kan, ondanks een of meerdere overschrijdingen van de achtergrondwaarde, toch worden gesproken van “schone grond”.
Wanneer voor tenminste een stof de gemiddeld gemeten concentratie van minimaal 25 m3 bodemvolume in het geval van grond- of sedimentverontreiniging en/of 100 m3 poriënverzadigd bodemvolume in het geval van grondwaterverontreiniging de interventiewaarde overschrijdt, is sprake van een geval van ernstige bodemverontreiniging.