_________________
PROSPECTUS _________________
betreffende de doorlopende aanbieding van aandelen in de PARAPLU SICAV
PARVEST
Beleggingsvennootschap met veranderlijk kapitaal (Société d’Investissement à Capital Variable: “SICAV”) naar Luxemburgs recht
.
augustus 2006 1
INHOUDSOPGAVE Pagina WAARSCHUWING
4 PROSPECTUS
I. II.
ORGANISATIE VAN DE VENNOOTSCHAP ALGEMENE BESCHRIJVING 1. Inleiding 2. De Vennootschap 3. De Subfondsen
6 9 9 10 10
III. ADMINISTRATIE EN BEHEER 1. Raad van Bestuur 2. Beheersmaatschappij, 3. Beheerders en Gedelegeerde beheerders 4. Beleggingscommissie 5. Depothoudende Bank, Hoofdbetaalkantoor, Gedelegeerd registerbeheerder, Gedelegeerd leveringskantoor 6. Betaalkantoor in Luxemburg 7. Distributeurs en Nominees 8. Toezicht op de verrichtingen van de Vennootschap
13 13 13 14 15 15 16 16 17
IV. DE AANDELEN 1. Algemene Beginselen 2. Uitgifte en Inschrijvingsprijs van de Aandelen 3. Terugkoop van Aandelen 4. Omzetting van Aandelen in Aandelen van andere Subfondsen 5. Provisies en kosten 6. Beursnotering
18 21 23 25 25 26 27
V.
28 28 28 29 29
INTRINSIEKE WAARDE 1. Algemene beginselen A. Definitie en berekening van de Intrinsieke Waarde B. Definitie van de pools van Activa C. Waardering van de Activa 2. Opschorting van de berekening van de Intrinsieke Waarde, van de uitgifte, de omzetting en terugkoop van Aandelen
30
VI. DIVIDENDEN 1. Uitkeringsbeleid 2. Betaalbaarstelling
32 32 32
VII. KOSTEN VOOR REKENING VAN DE VENNOOTSCHAP 1. Directe kosten 2. Indirecte kosten
33 33 34
VIII. BELASTINGEN - TOEPASSELIJK RECHT - OFFICIËLE TAAL 1 Belastingen A. Belasting van de Vennootschap B. Belasting van de Aandeelhouders van de Vennootschap 2. Toepasselijk recht 3. Officiële taal
35 35 35 35 35 35
IX. BOEKJAAR - VERGADERINGEN – VERSLAGEN 1. Boekjaar 2. Vergaderingen 3. Periodieke verslagen
36 36 36 36
X.
37
LIQUIDATIE VAN DE VENNOOTSCHAP - FUSIE VAN SUBFONDSEN, CATEGORIEËN OF KLASSEN
2
1. 2.
XI.
1.
2.
Liquidatie van de Vennootschap A. Minimumvermogen B. Vrijwillige liquidatie Sluiting en fusie van Subfondsen, Categorieën of Klassen A. Sluiting van Subfondsen, Categorieën of Klassen B. Fusie van Subfondsen, Categorieën of Klassen
37 37 37 37 37 37
INFORMATIE - DOCUMENTEN TER INZAGE Beschikbare informatie A. Intrinsieke Waarde B. Uitgifte- en Terugkoopprijzen C. Kennisgevingen aan de Aandeelhouders Documenten ter inzage
39 39 39 39 39 39
BIJLAGEN Bijlage I – 1. 2. 3.
BELEGGINGSBELEID VAN DE SUBFONDSEN, FINANCIÊLE INSTRUMENTEN EN TECHNIEKEN Algemene beleggingsbepalingen Financiële technieken en instrumenten Beleggingsbeleid van de Subfondsen
41 41 43 45
Bijlage II –
BELEGGINGSBEPERKINGEN
70
Bijlage III –
HET "BESCHERMDE" SUBFONDS: KENMERKEN
76
Bijlage IV – OVERZICHTSTABEL VAN DE BEHEERSPROVISIES PER SUBFONDS EN CATEGORIE
78
Bijlage V –
81
OVERZICHTSTABEL VAN BEHEERDERS EN GEDELEGEERDE BEHEERDERS
Bijlage VI – DE PERFORMANCES
82
3
WAARSCHUWING 1.
Algemene waarschuwing
PARVEST (hierna “de Vennootschap” of de "SICAV") is ingeschreven op de officiële lijst van de Instellingen voor Collectieve Belegging (ICB) overeenkomstig zowel de wet van 20 december 2002 m.b.t. de ICB's zoals eventueel laatstelijk gewijzigd (hierna genoemd de “Wet”). Deze inschrijving mag in geen geval en onder geen enkele vorm worden gezien als een positieve waardering door de Commission de Surveillance du Secteur Financier ("CSSF") in verband met de kwaliteit van de te koop aangeboden effecten. De Raad van Bestuur van de Vennootschap heeft al het mogelijke gedaan om de gegevens in dit prospectus zo nauwkeurig en juist mogelijk te vermelden en geen essentiële gegevens weg te laten waardoor de inhoud van dit prospectus misleidend zou kunnen zijn. De Raad van Bestuur aanvaardt zijn aansprakelijkheid in verband met de juistheid van de gegevens in dit prospectus op de publicatiedatum. Maar eventuele gegevens of verklaringen die niet zijn opgenomen in dit prospectus, in de appendices of in de verslagen die hiervan integraal deel uitmaken, dienen te worden beschouwd als verstrekt door onbevoegden. De afgifte van dit prospectus en de aanbieding, uitgifte of verkoop van aandelen van de Vennootschap op enig tijdstip na de uitgiftedatum van dit prospectus houden niet in dat de in dit prospectus verstrekte informatie op dat tijdstip nog juist is. Ingeval zich belangrijke veranderingen mochten voordoen, zoals de oprichting van een nieuw subfonds, zullen dit prospectus en haar appendices tijdig worden aangepast. Inschrijvers op aandelen wordt dan ook geadviseerd contact op te nemen met de Vennootschap om te informeren of er intussen een nieuw prospectus is uitgegeven. 2.
Waarschuwing in verband met de commercialisering van de SICAV
De Vennootschap heeft de status van een Instelling voor Collectieve Belegging in Effecten (ICBE) in Luxemburg. Zij is geregistreerd om haar aandelen aan te bieden en te verkopen in Luxemburg, Frankrijk, België, Zwitserland, Nederland, Duitsland, Italië, Oostenrijk, Spanje, Griekenland, Hongkong, de Tsjechische Republiek, Zweden, Taiwan, Portugal, Noorwegen, Libanon, Bahrein, Jersey, Finland, Liechtenstein, Hongarije, op Malta, het Verenigd Koninkrijk, Turkije, Koeweit en de Verenigde Arabische Emiraten. Er zijn geen stappen ondernomen om het publiekelijk aanbieden van de aandelen toe te staan in een jurisdictie waar deze maatregelen nodig zijn. Daarom dienen toekomstige beleggers voorafgaand aan een inschrijving in elk land waar Parvest is geregistreerd, te verifiëren welke subfondsen, welke categorieën en welke klassen van aandelen in de desbetreffende landen mogen worden aangeboden; zij zullen ook het bestaan van juridische en valutabeperkingen voor inschrijving op, aankoop, bezit of verkoop van aandelen van de Vennootschap dienen te verifiëren. Wij raden de beleggers in het bijzonder aan om zich te informeren over de onkosten en uitgaven die hem aangerekend kunnen worden door een betaalkantoor dat gevestigd is in het rechtsgebied waarin de aandelen worden aangeboden, wanneer op aandelen wordt ingeschreven of deze worden teruggekocht via de tussenpersoon van dit betaalkantoor. Tot slot is dit prospectus geen openbare aanbieding, noch een verzoek tot verkoop in een rechtsgebied waarin het verhandelen van de aandelen van de Vennootschap niet is toegestaan. 3.
Waarschuwing in verband met de kwaliteit van de belegger
Er zijn geen stappen ondernomen om de Vennootschap of haar aandelen te registreren bij de Securities and Exchange Commission, volgens de wet van 1940 op de Amerikaanse beleggingsvennootschappen (Investment Company Act) zoals laatstelijk gewijzigd, of volgens enige andere wet in verband met effecten. Bijgevolg mag het document niet in de Verenigde Staten van Amerika (“de USA”), haar grondgebied of afhankelijke gebieden worden binnengebracht, noch ernaar verzonden worden, noch afgegeven worden aan een “Amerikaans Staatsburger”, zoals bepaald door de Reglementering S van de wet van 1933 op de effecten (Regulation S of the US Securities Act of 1933, zoals gewijzigd). Bovendien mogen de aandelen van de Vennootschap niet aan een Amerikaans Staatsburger, die in de zin van artikel 11 van de statuten van de Maatschappij een “niet toegelaten persoon” is, worden aangeboden of verkocht. Iedere overtreding van deze restricties kan een inbreuk vormen op de Amerikaanse effectenreglementering. De Raad van Bestuur van de Vennootschap eist dat, van zodra hij daarvan kennis heeft, de aandelen die Amerikaanse Staatsburgers hebben gekocht of die zij in hun bezit hebben, onder wie beleggers die Amerikaans staatsburger zijn geworden na de aankoop, onmiddellijk door de Vennootschap worden ingekocht. Tot slot mag dit prospectus niet worden overhandigd aan personen die deze wettelijk niet in ontvangst mogen nemen of ten overstaan van wie een aanbieding voor verkoop onwettig is. 4.
Waarschuwing gekoppeld aan de inschrijving op de SICAV
Op de aandelen van de verschillende subfondsen van PARVEST kan uitsluitend worden ingeschreven op basis van de gegevens in dit prospectus en in de appendices welke in het bijzonder het beleggingsbeleid van de diverse subfondsen van de Vennootschap beschrijven.
4
Alvorens op de aandelen in te schrijven, raden wij u aan dit prospectus aandachtig te lezen en de meest recente financiële verslagen van de Vennootschap te raadplegen. Exemplaren van dit verslag zijn verkrijgbaar bij BNP PAM Lux, bij plaatselijke vertegenwoordigers of bij de organisaties die de aandelen van de Vennootschap verhandelen. 5.
Waarschuwing in verband met beleggen in de SICAV
Beleggen in de Vennootschap brengt risico’s met zich mee, waaronder vooral risico’s in verband met aandelen- en obligatiemarkten, valutarisico’s en rentevolatiliteiten. Er kan geen garantie worden gegeven dat de Vennootschap haar doelstellingen zal realiseren. De waarde van het kapitaal en inkomen voortvloeiende uit beleggingen in aandelen van de Vennootschap is onderhevig aan verandering en er kan niet worden gegarandeerd dat beleggers aanvankelijk geïnvesteerde bedragen terugkrijgen. Bovendien bieden in het verleden behaalde resultaten geen garantie voor de toekomst. De beleggers doen er goed aan eerst hun eigen financiële, juridische en fiscale adviseurs te raadplegen alvorens te beleggen in de Vennootschap, om vast te stellen in hoeverre een belegging in de Vennootschap geschikt is voor hen.
5
I. ORGANISATIE VAN DE VENNOOTSCHAP STATUTAIRE ZETEL: 33, rue de Gasperich, L-5826 Howald-Hesperange, Groothertogdom Luxemburg (postadres L-2952 Luxemburg) RAAD VAN BESTUUR: VOORZITTER VAN DE VENNOOTSCHAP: Gilles de GLICENSTEIN, Président van BNP Paribas Asset Management, 5, avenue Kléber, Parijs VICE-VOORZITTERS VAN DE VENNOOTSCHAP: François DEBIESSE, Directeur Banque Privée Monde, BNP Paribas, 33, rue du 4 Septembre, Parijs
Guy de FROMENT, Vice-Président van BNP Paribas Asset Management, 5, avenue Kléber, Parijs
BESTUURSLEDEN VAN DE VENNOOTSCHAP: Gilles de VAUGRIGNEUSE, Président van BNP PAM Group, 5, avenue Kléber, Parijs
Jean BEGO, Chief Operating Officer, Banque Privée, BNP Paribas, 33, rue du 4 Septembre, Parijs
M. Vincent CAMERLYNCK, Responsable du Développement Commercial BNP Paribas Asset Management 5, Avenue Kléber, Parijs
Mme Marie-Claire CAPOBIANCO, Directeur Banque Privée France, BNP Paribas, 33, rue du 4 Septembre, Parijs
M. Hervé CAZADE, Directeur Epargne Financière Banque de Détail en France, BNP Paribas Assurance, 4, rue des Frères Caudron, Rueil-Malmaison
M. Vincent LECOMTE, Directeur Général Délégué de Cortal Consors, 22-24 rue des Deux Gares, Rueil Malmaison
M. Olivier LE GRAND, Président du Directoire, Cortal Consors, 24 rue des Deux Gares, Rueil Malmaison M. Michel LONGHINI, Responsable Produits et Stratégie Asie, BNP Paribas Private Bank, Singapore Branch, 20, Collyer Quay, Singapore
M. Philippe MARCHESSAUX, Membre du Comité Exécutif de BNP Paribas Asset Management Responsable des Gestions Privée, de FundQuest et du Marketing 5, avenue Kléber, Parjis
M. Eric MARTIN Directeur Général BNP Paribas Luxembourg 10A, boulevard Royal, Luxemburg
M. Yves MARTRENCHAR, Directeur de la Banque de Détail France, Retail, BNP Paribas 16, boulevard des Italiens, Parijs
M. Olivier MAUGARNY, Responsable Produits et Services Financiers Banque Privée, BNP Paribas 33, rue du 4 Septembre, Parijs
M. Marc RAYNAUD, Membre du Comité de Direction Générale de BNP Paribas Asset Management, Responsable de la Distribution Externe, 5, Avenue Kléber, Parijs
6
Mme Béatrice RUAULT, Responsable du Développement Commercial avec la Banque Privée Internationale, BNP Paribas Asset Management, 5, Avenue Kléber, Parijs
M. Paul VILLEMAGNE, Président de Cardif, 4, rue des Frères Caudron, Rueil-Malmaison
M. Christian VOLLE, Membre du Comité de Direction Générale de BNP Paribas Asset Management, Responsable du Marketing, 5, avenue Kléber, Parijs
DIRECTEUR-GENERAAL
SECRETARIS-GENERAAL
Christian VOLLE, Membre du Comité de Direction Générale de BNP Paribas Asset Management, Responsable du Marketing, 5, Avenue Kléber, Parijs
Tina WILKINSON, Administrateur-Délégué de BNP Paribas Asset Management Luxembourg, 33, rue de Gasperich, Howald-Hesperange. BEHEERSMAATSCHAPPIJ
BNP Paribas Asset Management Luxembourg, 33, rue de Gasperich, L-5826 Howald-Hesperange, (postadres L-2952 Luxemburg) BEHEERDERS BNP Paribas Asset Management U.K. Limited, 10 Harewood Avenue, Londen NW1 6AA
BNP Paribas Asset Management, 5, Avenue Kléber, 75116 Parijs
BNP Paribas Asset Management Japan Ltd., Tokyo Sankei Building 18F, 1-7-2, Otemachi, Chiyoda-ku, Tokyo 100-0004.
BNP Paribas Asset Management Brasil Ltda, Av. Juscelino Kubitchek 510 – 11 Andar, 04543 – 000 Sao Paulo – SP. GEDELEGEERDE BEHEERDERS
Fischer Francis Trees & Watts, 2, Royal Exchange, Londen EC3V 3LS
Neuberger Berman LLC, 605, Third Avenue, New York, NY 10158
IT Asset Management, 40, rue de la Boétie, 75008 Parijs
Hyperion Asset Management Limited, Level 21 Riverside Centre, 123, Eagle Street, Brisbane Qld 4000
MFS International (UK) Limited, One Angel Court, 12th Floor, Londres EC2R 7HJ
Sumitomo Mitsui Asset Management Company Limited, Atago Green Hills, Mori Tower, 28F, 2-5-1 Atago, Minato-ku Tokyo 105-6228
Alliance Capital Management L.P., 1345, Avenue of the Americas, New York, NY 10105
Lehman Brothers Asset Management LLC, 2711 Centerville Road, Suite 400, County of New Castle, Wilmington, Delaware 19808
Pzena Investment Management, LLC, 1013 Centre Road, County of New Castle, Wilmington, Delaware 19805, USA
Overlay Asset Management, 29 Avenue Kléber, 75116 Parijs, Frankrijk
7
Optimum Investment Advisors, LLC, 100 South Wacker Drive, Suite 2100, Chicago, IL 60606, USA
FundQuest, 5, Avenue Kléber 75 116 Parijs, Frankrijk
SPARX Asset Management Co., Ltd, Gate City Ohsaki, East Tower 16F, 1-11-2, Ohsaki Shinagawa-ku, Tokio 141-0032, Japan BELEGGINGSCOMMISSIE VOORZITTER Philippe Lespinard, LEDEN: Patrick Barbe, Nicolas Chaput, Catherine Guinefort, Dominique Laroche, Patrick Mange, Dominique Reliquet,
Anthony Finan, Hubert Goyé, Guillaume Hollier-Larousse, Luc Lefer, Frank Monier, Olivier Rudigoz, Jacqueline Vidé.
De voorzitter en de leden van de Beleggingscommissie zijn allen medewerkers van beheersentiteiten van de Groupe BNP Paribas. DEPOTHOUDENDE BANK, HOOFDBETAALKANTOOR, GEDELEGEERD LEVERINGSKANTOOR EN GEDELEGEERD REGISTERBEHEERDER BNP Paribas Securities Services, Luxemburgs bijkantoor, 33, rue de Gasperich, Howald-Hesperange Postadres L-2085 Luxemburg) BETAALKANTOOR IN LUXEMBURG BNP Paribas Luxembourg, 10A, boulevard Royal, L-2093 Luxemburg ACCOUNTANTS PricewaterhouseCoopers, 400, route d‘Esch, L-1014 Luxemburg
8
II. ALGEMENE BESCHRIJVING 1.
INLEIDING PARVEST is een beleggingsmaatschappij met veranderlijk kapitaal naar Luxemburgs recht opgericht door de BNP Paribas Groep. De beleggingsmaatschappij wordt beheerd door BNP Paribas Asset Management Luxembourg (hierna “BNP PAM Lux” genoemd) alsook door beheerders en subbeheerders. De Vennootschap is in het bijzonder onderworpen aan deel I van de Wet die speciaal betrekking heeft op de ICB's zoals gedefinieerd in de Europese Richtlijn van 20 december 1985 (85/611/EEC), die werd gewijzigd door de Europese Richtlijn 2001/108/CE (hierna de “Richtlijn 85/611/EEC” genoemd). PARVEST is een beleggingsvennootschap die is samengesteld uit diverse subfondsen die elk een specifieke vermogensportefeuille hebben, bestaande uit in verschillende valuta’s genoteerde effecten en/of andere liquide financiële activa. De kenmerken en het beleggingsbeleid van elk subfonds worden beschreven in appendix I bij dit prospectus. Het kapitaal van de Vennootschap is verdeeld over verschillende subfondsen, die elk verschillende categorieën aandelen hebben, zoals gedefinieerd in onderstaand hoofdstuk IV en in bijlage IV bij dit prospectus. Bepaalde categorieën kunnen twee klassen van aandelen aanbieden: kapitalisatieaandelen ("kapitalisatieaandeel") en uitkeringsaandelen ("uitkeringsaandeel"). De Vennootschap heeft de mogelijkheid om nieuwe subfondsen op te richten. Dit prospectus zal in dat geval dienovereenkomstig worden gewijzigd en zal gedetailleerde informatie over de nieuwe subfondsen geven. De oprichting van een nieuw subfonds, een nieuwe categorie of klasse van aandelen van een subfonds genoemd in dit prospectus zal worden bepaald door de Raad van Bestuur. In het bijzonder zal de Raad van Bestuur de initiële inschrijvingsprijs, inschrijvingsperiode/-dag en de betalingsdag van deze initiële inschrijvingen bepalen. De aandelen van elk subfonds van de Vennootschap worden uitgegeven en ingekocht tegen een prijs die in principe op elke bankwerkdag in Luxemburg (hierna de "Waarderingsdag(en)" genoemd) voor elk subfonds berekend wordt, of met een frequentie zoals aangeduid in het hoofdstuk “Intrinsieke waarde”. Deze prijs is voor ieder subfonds, iedere categorie en klasse van aandelen, gebaseerd op de intrinsieke waarde per aandeel van het subfonds. De Intrinsieke waarde die met een bepaalde Waarderingsdag overeenstemt, is op die Waarderingsdag gedateerd, maar wordt berekend en bekend gemaakt op de eerstvolgende bankwerkdag na deze Waarderingsdag (hierna de "Berekeningsdag(en)" genoemd), waarbij rekening wordt gehouden met de bepalingen van "Definitie en Berekening van de Intrinsieke Waarde" in het hoofdstuk "Intrinsieke waarde". In principe kan de overstap van een subfonds, categorie of klasse naar een andere op iedere Waarderingsdag gebeuren door de aandelen van een subfonds, categorie of klassen om te zetten in aandelen van een ander subfonds, een andere categorie of klasse. In voorkomend geval dient hiervoor een conversieprovisie te worden betaald, zoals vermeld in hoofdstuk "III. De Aandelen – 5. Provisies en kosten". De toegelaten conversies tussen subfondsen, categorieën en klassen van aandelen worden uiteengezet in hoofdstuk "III. De Aandelen – 4. Conversie van aandelen in aandelen van verschillende subfondsen". De intrinsieke waarde van elk subfonds wordt uitgedrukt in de referentievaluta van dat subfonds, of in twee andere valuta’s (EUR en USD), behalve voor de subfondsen PARVEST Short Term (CHF), PARVEST Short Term (Euro), PARVEST Short Term (Sterling) en PARVEST Short Term (Dollar) waarvan de intrinsieke waarde alleen in de referentievaluta van het subfonds wordt uitgedrukt. De onderstaande afkortingen verwijzen naar de volgende munteenheden: AUD Australische dollar JPY Japanse yen CHF Zwitserse frank NOK Noorse kroon DDK Deense kroon SEK Zweedse kroon EUR euro USD Amerikaanse dollar GBP Britse pond YTL Nieuwe Turkse lira
9
2.
DE VENNOOTSCHAP De Vennootschap “PARVEST” werd op 27 maart 1990 voor onbepaalde tijd opgericht in Luxemburg. Het minimumkapitaal bedraagt EUR 1.250.000,00 (een miljoen tweehonderd vijftig duizend euro). Het kapitaal van de Vennootschap is steeds gelijk aan de intrinsieke waarde van alle subfondsen tezamen en wordt vertegenwoordigd door aandelen zonder vermelding van nominale waarde. Wijzigingen in het kapitaal geschieden rechtsgeldig zonder inachtneming van de bepalingen betreffende publicatie en registratie in het Handels- en Bedrijvenregister van Luxemburg vereist voor kapitaalverhogingen en -verminderingen van naamloze vennootschappen. De statuten van de Vennootschap werden op 26 september 1990 gepubliceerd in het "Mémorial, C, Recueil des Sociétés et Associations” (het “Mémorial”) nadat deze werden gedeponeerd bij de Griffie van de Arrondissementsrechtbank van en in Luxemburg, alwaar deze ter inzage liggen. De doorlopende tekst van de statuten werd meerdere malen gedeponeerd bij de Griffie van de Arrondissementsrechtbank van en in Luxemburg, de laatste maal op 7 april 2006, alsmde gepubliceerd in het "Mémorial"de laatste maal op 25 april 2006. Exemplaren van de doorlopende tekst van de statuten kunnen worden verkregen bij de Griffie van de Arrondissementsrechtbank van en in Luxemburg tegen betaling van griffiekosten. De Vennootschap is ingeschreven in het Handels- en Bedrijvenregister van Luxemburg onder nummer B-33.363. De "Notice Légale" is gedeponeerd bij de Griffie van de Arrondissementsrechtbank van en in Luxemburg, en ligt daar ter inzage. Exemplaren hiervan zijn verkrijgbaar tegen betaling van griffiekosten.
3.
DE SUBFONDSEN Beschikbare subfondsen, Categorieën en Klassen van aandelen * De volgende subfondsen zullen op een later tijdstip worden geactiveerd: «PARVEST BEST ALPHA BOND», «PARVEST BRAZIL», «PARVEST BRIC FLEXIBLE», «PARVEST DYNAMIC CURRENCIES (USD)», «PARVEST DYNAMIC EUROPEAN ABS», «PARVEST DYNAMIC SHORT TERM EURO», «PARVEST DYNAMIC USD ABS», «PARVEST EMERGING MARKETS OPPORTUNITIES», «PARVEST ENVIRONMENTAL OPPORTUNITIES», «PARVEST EURO ALPHA», «PARVEST EURO BOND SUSTAINABLE DEVELOPMENT», «PARVEST EURO CREDIT ARBITRAGE», «PARVEST EURO DIVIDEND», «PARVEST EURO FAMILY COMPANIES», «PARVEST EURO LONG TERM BOND», «PARVEST EURO CORPORATE BOND SUSTAINABLE DEVELOPMENT», «PARVEST EURO STRUCTURED CREDIT», «PARVEST EUROPE REAL ESTATE», «PARVEST EUROPE SELECTION», «PARVEST EUROPE SMALL CAP», «PARVEST EUROPE SPECIAL SITUATIONS », «PARVEST EUROPE SUSTAINABLE DEVELOPMENT», «PARVEST EUROPEAN CONVERGENCE BOND», «PARVEST EUROPEAN SMALL CONVERTIBLE BOND», «PARVEST EUROPEAN TOTAL RETURN BOND», “PARVEST JAPAN CONVERTIBLE BOND», «PARVEST JAPAN OPPORTUNITIES», «PARVEST RUSSIA», «PARVEST SOUTH KOREA», «PARVEST TARGET RETURN (USD)», «PARVEST TURKEY», «PARVEST TURKISH BOND», «PARVEST TURKISH EUROBOND», «PARVEST UK OPPORTUNITIES», «PARVEST US BOND PREMIUM», «PARVEST US CONVERTIBLE BOND», «PARVEST US CORE», «PARVEST US CORPORATE BOND», «PARVEST US GROWTH», «PARVEST US MID CAP GROWTH», «PARVEST US MID CAP VALUE», «PARVEST US OPPORTUNITIES», «PARVEST US SHORT TERM BOND», «PARVEST US SMALL CAP GROWTH», «PARVEST WORLD BOND SELECTION», «PARVEST WORLD COMMODITIES», «PARVEST WORLD CONSUMER TREND», «PARVEST WORLD CONVERTIBLE BOND», «PARVEST WORLD GOLD», «PARVEST WORLD HEALTH CARE», «PARVEST WORLD HIGH YIELD BOND», «PARVEST WORLD LIFE SCIENCES», «PARVEST WORLD OPPORTUNITIES», «PARVEST WORLD REAL ESTATE», «PARVEST WORLD MID CAP», «PARVEST WORLD SMALL CAP », «PARVEST WORLD SUSTAINABLE DEVELOPMENT » en «PARVEST WORLD VALUE» . *De categorie «Classic Hedged EUR» zal op een later tijdstip worden geactiveerd, behalve voor de subfondsen « PARVEST Japan», « PARVEST Japan Mid Cap » «PARVEST Japan Small Cap», «PARVEST USA», «PARVEST US Dollar Bond», «PARVEST US High Yield Bond», « PARVEST US Mid Cap », «PARVEST US Small Cap» en «PARVEST US Value» waar deze categorie reeds werd geactiveerd. De categorieën «Classic Hedged USD», «Classic Hedged JPY», «Institutions Hedged EUR», «Institutions Hedged USD» en «Institutions Hedged JPY» zullen op een later tijdstip worden geactiveerd. *De uitkeringsaandelen van de categorie «Institutions» zullen op een later tijdstip worden geactiveerd, behalve voor de subfondsen «PARVEST Dynamic Eonia», «PARVEST Euro Corporate Bond», « PARVEST Japan Small Cap », « PARVEST Credit Strategies » en « PARVEST Dynamic ABS » waar deze reeds zijn geactiveerd.
10
De uitkeringsaandelen van de categorie «Classic» van de subfondsen «PARVEST Dynamic Eonia Premium» en «PARVEST (Euro) Bond Premium» zullen op een later tijdstip worden geactiveerd. De uitkeringsaandelen van de categorie « M » zullen op een later tijdstip worden geactiveerd. Profiel van de beleggers PARVEST is een paraplu BMVK/BEVEK (SICAV) met als doel aan de aandeelhouders een uitgebreide keuzemogelijkheid voor hun beleggingen te bieden, om hen in staat te stellen hun effectenportefeuille en/of portefeuille met andere liquide financiële activa te beheren. Daarom bestaat het huidige aanbod uit: -
voornamelijk gespecialiseerde subfondsen die de grote activacategorieën (aandelen, obligaties, korte termijn, dynamisch korte termijn) en de grote wereldmarkten bestrijken,
-
en ter aanvulling:
*
gediversifieerde subfondsen die actief worden beheerd op basis van de beleggingsstrategie van BNP Paribas Asset Management, in het kader van de vooraf vastgestelde exposure-limieten in de verschillende financiële activacategorieën. Deze subfondsen zijn beschikbaar in drie profielen (Balanced, Conservative en Growth) voor de beleggers met voorkeur voor de Eurozone en in een profiel (Balanced) voor de beleggers met voorkeur voor de Verenigde Staten en gediversifieerde subfondsen die naar een absolute performance op middellange termijn streven met een min of meer agressief profiel en met een voorkeur voor de eurozone.
*
PARVEST richt zich zowel op particuliere als institutionele beleggers. Deze laatsten kunnen over een specifieke aandelencategorie beschikken zodra hun beleggingen een bepaalde drempel overschrijden. Risicoprofiel van de subfondsen De keuze van de subfondsen hangt vooral af van het risiconiveau dat de belegger wil nemen. Hierbij moet de belegger wel beseffen dat er een hecht verband bestaat tussen het risiconiveau en de performance die van het subfonds mag worden verwacht. Er zijn vijf risiconiveaus bepaald. Om het de belegger bij zijn keuze gemakkelijker te maken, wordt het risiconiveau van de subfondsen van PARVEST weergegeven op basis van hun volatiliteit gemeten over drie jaar of ten minste over één jaar indien er geen performance-historie is van drie jaar. Voor de subfondsen die nog geen jaar zijn geactiveerd of die later in werking zullen worden gesteld, wordt het risiconiveau voorlopig geraamd. De subfondsen « Korte termijn » hebben het laagste risiconiveau (niveau 1). De obligatiesubfondsen zitten op niveau 2 en 3. Het risiconiveau van de « Aandelen»-subfondsen tenslotte varieert van 3 tot 5. De onderstaande tabel werd opgesteld op basis van de volatiliteit gemeten op 31 december 2005. Het risicoprofiel van de hierna beschreven subfondsen houdt rekening met het feit dat deze subfondsen met het oog op een efficiënt portefeuillebeheer, gebruik mogen maken van technieken en derivaten (voornamelijk rente- of valutaswap-contracten, valutacontracten en andere financiële instrumenten, termijncontracten, opties op effecten of op rentevoeten). Uit voorzichtigheid zijn een aantal subfondsen (PARVEST Europe Growth, PARVEST Europe Opportunities, PARVEST Europe Value en PARVEST Japan Yen Bond), die op grond van hun reële volatiliteit op een lager risiconiveau dan niveau 3 of 4 thuishoren, omwille van hun opportunistisch of gestileerd beleid toch in niveau 3 of 4 ondergebracht. Uit voorzichtigheid zijn een aantal subfondsen (PARVEST Asia, PARVEST Asian Bond, PARVEST Asian Convertible Bond, PARVEST BRIC, PARVEST Emerging Markets, PARVEST Emerging Markets Bond, PARVEST Euro Small Cap, PARVEST India), die op grond van hun reële volatiliteit (of potentiële volatiliteit voor de subfondsen die nog geen jaar zijn gelanceerd) op een lager risiconiveau dan niveau 5 thuishoren, omwille van de specifieke risico’s inherent aan de markten waarop zij actief zijn, toch in niveau 5 ondergebracht (cfr. Bijlage I – "Beleggingsbeleid van de Subfondsen, Financiële technieken en instrumenten").
11
I. «Actions»-subfondsen Risiconiveau A. Beheersstijl «Growth» PARVEST ASIA PARVEST AUSTRALIA PARVEST BRAZIL (1) PARVEST BRIC (2) PARVEST CHINA PARVEST EMERGING MARKETS PARVEST EMERGING MARKETS EUROPE (2) PARVEST EURO EQUITIES PARVEST EURO SMALL CAP PARVEST EUROPE GROWTH PARVEST EUROPE MID CAP PARVEST EUROPE SMALL CAP (1) PARVEST FRANCE PARVEST INDIA (2) PARVEST ITALY PARVEST JAPAN PARVEST JAPAN SMALL CAP PARVEST LATIN AMERICA PARVEST RUSSIA (1) PARVEST SOUTH KOREA (1) PARVEST SWITZERLAND PARVEST TURKEY (1) PARVEST UK PARVEST USA PARVEST US CORE (1) PARVEST US GROWTH (1) PARVEST US MID CAP (2) PARVEST US MID CAP GROWTH (1) PARVEST US SMALL CAP GROWTH (1) PARVEST WORLD
B. Beheersstijl «Value» (vervolg) 5 4 5 5 5 5 5 4 5 4 4 5 4 5 4 4 5 5 5 5 4 5 4 4 4 4 4 4 5 4
B. Beheersstijl «Value» PARVEST EUROPE VALUE PARVEST JAPAN MID CAP (2) PARVEST US MID CAP VALUE (1) PARVEST US SMALL CAP PARVEST US VALUE
Risiconiveau
4 4 4 4 4
PARVEST WORLD VALUE (1)
4
C. Meerdere stijlen «Growth/Value» PARVEST EMERGING MARKETS OPPORTUNITIES (1) PARVEST EURO ALPHA (1) PARVEST EUROPE ALPHA (2) PARVEST EUROPE OPPORTUNITIES PARVEST EUROPE SELECTION (1) (4) PARVEST JAPAN OPPORTUNITIES (1) PARVEST UK OPPORTUNITIES (1) PARVEST US OPPORTUNITIES (1) PARVEST WORLD MID CAP (1) PARVEST WORLD OPPORTUNITIES (1) PARVEST WORLD SMALL CAP (1)
5 4 4 4 4 4 4 4 4 4 5
D. Thematische/Sectorale PARVEST CONVERGING EUROPE PARVEST ENVIRONMENTAL OPPORTUNITIES (1) PARVEST EURO DIVIDEND (1) PARVEST EURO FAMILY COMPANIES (1) PARVEST EUROPE DIVIDEND PARVEST EUROPE FINANCIALS PARVEST EUROPE REAL ESTATE (1) PARVEST EUROPE SPECIAL SITUATIONS (1) PARVEST EUROPE SUSTAINABLE DEVELOPMENT (1) PARVEST FLOOR 90 EURO (3) PARVEST WORLD COMMODITIES (1) PARVEST WORLD CONSUMER TREND (1) PARVEST WORLD GOLD (1) (4) PARVEST WORLD HEALTH CARE (1) PARVEST WORLD LIFE SCIENCES (1) PARVEST WORLD BRANDS PARVEST WORLD REAL ESTATE (1) PARVEST WORLD RESOURCES PARVEST WORLD SUSTAINABLE DEVELOPMENT (1) PARVEST WORLD TECHNOLOGY
5 4 4 4 3 4 4 5 4 3 4 4 4 4 4 4 4 4 4 5
II. «Obligatie»subfondsen A. Overheidsobligaties PARVEST EURO GOVERNMENT BOND PARVEST EURO LONG TERM BOND (1) PARVEST TURKISH BOND (1)
C. Gemengde (vervolg) 2 3 3
PARVEST US DOLLAR BOND PARVEST US SHORT TERM BOND (1) PARVEST JAPAN YEN BOND PARVEST WORLD BOND PARVEST WORLD BOND SELECTION (1) (4)
3 2 3 3 3
D. Thematische
B. Bedrijfsobligaties PARVEST CREDIT STRATEGIES PARVEST EURO CORPORATE BOND PARVEST EUROPEAN HIGH YIELD BOND (2) PARVEST US CORPORATE BOND (1) PARVEST US HIGH YIELD BOND D. Thematische (vervolg) C. Gemengde PARVEST ASIAN BOND
5
PARVEST ASIAN CONVERTIBLE BOND PARVEST BEST ALPHA BOND (1) PARVEST (EURO) BOND PREMIUM PARVEST EURO BOND SUSTAINABLE DEVELOPMENT (1) PARVEST EURO CORPORATE BOND SUSTAINABLE DEVELOPMENT (1) PARVEST EURO INFLATION LINKED BOND PARVEST EUROPEAN BOND OPPORTUNITIES PARVEST EUROPEAN CONVERGENCE BOND (1)
3 2 3 3 3
5 4 2 2 2 2 3 4
12
PARVEST EMERGING MARKETS BOND PARVEST EURO BOND PARVEST EUROPEAN BOND PARVEST EURO CREDIT ARBITRAGE (1) PARVEST EURO MEDIUM TERM BOND PARVEST EURO SHORT TERM BOND (2) PARVEST EURO STRUCTURED CREDIT (1) PARVEST SCANDINAVIAN BOND
5 2 2 2 2 2 3 2
PARVEST TURKISH EUROBOND (1)
3
D. Thematische (vervolg) PARVEST EUROPEAN CONVERTIBLE BOND PARVEST EUROPEAN SMALL CONVERTIBLE BOND (1) PARVEST EUROPEAN TOTAL RETURN BOND (1) PARVEST JAPAN CONVERTIBLE BOND (1) PARVEST US BOND PREMIUM (1) PARVEST US CONVERTIBLE BOND (1) PARVEST WORLD CONVERTIBLE BOND (1) PARVEST WORLD HIGH YIELD BOND (1) PARVEST WORLD INFLATION LINKED BOND (2)
3 3 3 3 2 3 3 3 2
III. «Korte termijn»-subfondsen PARVEST SHORT TERM (CHF) PARVEST SHORT TERM (DOLLAR)
1 1
PARVEST SHORT TERM (EURO) PARVEST SHORT TERM (STERLING)
1 1
IV. «Dynamische korte termijn»-subfondsen PARVEST DYNAMIC ABS
2
PARVEST DYNAMIC EONIA PREMIUM (2)
2
PARVEST DYNAMIC CURRENCIES (EURO) (2) PARVEST DYNAMIC CURRENCIES (USD) (1) PARVEST DYNAMIC EONIA
3 3 2
PARVEST DYNAMIC EUROPEAN ABS (1) PARVEST DYNAMIC SHORT TERM EURO (1) (4) PARVEST DYNAMIC USD ABS (1)
2 2 2
V. «Gediversifieerde» subfondsen A. Conservative PARVEST CONSERVATIVE (EURO)
D. Flexible 2
B. Balanced PARVEST BALANCED (EURO) PARVEST BALANCED (USD)*
PARVEST BRIC FLEXIBLE (1)
5
E. Target Return 3 3
PARVEST TARGET RETURN (EURO) (4) PARVEST TARGET RETURN PLUS (EURO) (4) PARVEST TARGET RETURN (USD) (1) (4)
2 3 2
C. Growth PARVEST GROWTH (EURO)
4
(1) Deze subfondsen zullen op een later tijdstip in werking treden; hun risiconiveau wordt dan ook voorlopig geschat. (2) Deze subfondsen zijn nog geen jaar geactiveerd; hun risiconiveau wordt dan ook voorlopig geschat. (3) Het gaat om het subfonds dat over een garantie beschikt zoals die in Bijlage IIl bij het onderhavige prospectus wordt beschreven. Omwille van deze garantie wordt dit subfonds het «Beschermde subfonds» genoemd. (4) Dit zijn subfondsen die voor meer dan 10% beleggen in deelbewijzen in andere ICBE's of in andere ICB's.
* Op 24 oktober 2006 zal de naam van PARVEST Balanced (USD) worden veranderd in PARVEST Target Return Plus (USD); dit subfonds zal worden ondergebracht bij de familie «Gediversifieerde subfondsen – Target Return ».
13
III. ADMINISTRATIE EN BEHEER 1.
RAAD VAN BESTUUR
De Raad van Bestuur van de Vennootschap is verantwoordelijk voor de administratie en het beheer van de activa van elk subfonds van de Vennootschap. De Raad van Bestuur is bevoegd tot alle daden van beheer en beschikking ten behoeve van de Vennootschap, en in het bijzonder tot het aankopen en verkopen, inschrijven op of omwisselen van alle overdraagbare effecten en voorts tot het uitoefenen van alle rechten die direct of indirect verband houden met de activa van de Vennootschap.
2.
BEHEERSMAATSCHAPPIJ
BNP PAM Lux is aangesteld als beheersmaatschappij van de Vennootschap. Deze maatschappij is op 19 februari 1988 voor onbepaalde duur opgericht als een naamloze vennootschap (“société anonyme”) naar Luxemburgs recht. De statutaire zetel bevindt zich op het adres 33, rue de Gasperich in Howald-Hesperange en haar kapitaal bedroeg EUR 3 miljoen op 31 december 2005. De meerderheidsaandeelhouder is BNP PAM Group, Paris. BNP PAM Lux is onderworpen aan hoofdstuk 13 van de Wet en is uit dien hoofde is zijn belast met het collectief beheer van de portefeuille van de Vennootschap. Overeenkomstig bijlage II van de Wet omvat deze beheersfunctie de volgende taken: (I)
het beheer van de portefeuille. In deze context mag BNP PAM Lux:
-
alle adviezen of aanbevelingen verstrekken met betrekking tot de uit te voeren beleggingen, contracten sluiten, alle overdraagbare effecten en alle overige activa kopen, verkopen, omwisselen en leveren, voor rekening van de Vennootschap alle stemrechten uitoefenen die gekoppeld zijn aan de overdraagbare effecten van het vermogen van de Vennootschap.
(II) het administratief beheer dat omvat: a) b) c) d) e) f) g) h) i)
de juridische diensten en het boekhoudkundig beheer van de Vennootschap, de follow-up van de aanvragen om inlichtingen vanwege cliënten, de waardering van de portefeuille en de vaststelling van de waarde van de aandelen van de Vennootschap (met inbegrip van de fiscale aspecten), het nagaan of de wettelijke bepalingen worden nageleefd, het beheren van het register van de aandeelhouders van de Vennootschap, de verdeling van de inkomsten van de Vennootschap, de uitgifte en de terugkoop van de aandelen van de Vennootschap (d.w.z. de activiteiten van Leveringskantoor), het afwikkelen van de contracten (met inbegrip van het versturen van de certificaten), het registreren en bewaren van de transacties.
(III) het op de markt brengen van de aandelen van de Vennootschap De rechten en de verplichtingen van BNP PAM Lux zijn onderworpen aan de contracten die voor onbepaalde duur zijn gesloten. De Vennootschap kan BNP PAM Lux hiervan ontslaan door middel van een schriftelijke kennisgeving met een opzeggingstermijn van drie maanden. Ook BNP PAM Lux kan haar verplichtingen jegens de Vennootschap beëindigen door middel van een schriftelijke kennisgeving met een opzeggingstermijn van drie maanden. Overeenkomstig de geldende wetten en reglementen en met voorafgaande toestemming van de Raad van Bestuur van de Vennootschap is BNP PAM Lux bevoegd om voor eigen rekening haar bevoegdheden en rechten geheel of gedeeltelijk te delegeren aan elke persoon of onderneming die daarvoor geschikt wordt geacht (hierna genoemd “gedelegeerde(n)”), op voorwaarde dat het prospectus op voorhand wordt aangepast en dat BNP PAM Lux volledig aansprakelijk blijft voor de handelingen van de gedelegeerde(n). Momenteel zijn alleen de taken van de beheersmaatschappij, de registerbeheerder en van het leveringskantoor gedelegeerd, zoals hierna wordt beschreven. Op de datum van het onderhavige prospectus beheert BNP PAM Lux de gemeenschappelijke beleggingsfondsen BNP Paribas High Quality Euro Bond Fund, BNP Paribas Islamic Fund en Euro Floor.
14
3.
BEHEERDERS – GEDELEGEERDE BEHEERDERS
BNP PAM Lux moet het beheer van de subfondsen van de Vennootschap verzekeren. Zij kan het beheer van die subfondsen echter aan beheerders delegeren. BNP PAM Lux is ook bevoegd om de beheerders hun bevoegdheden en rechten of een deel daarvan te laten delegeren aan een of meer gedelegeerde beheerders op voorwaarde dat deze delegatie voorafgaand door de Raad van Bestuur van de Vennootschap wordt goedgekeurd. In geval van delegatie aan een gedelegeerd beheerder die niet direct of indirect deel uitmaakt van de BNP Paribas Groep dient het verkorte prospectus van het desbetreffende subfonds te worden aangepast teneinde de delegatie van de bevoegdheid te vermelden. Het volledige prospectus mag op latere datum worden bijgewerkt. De controle van de activiteiten van de beheerders is de uitsluitende verantwoordelijkheid van BNP PAM Lux. De Raad van Bestuur van de Vennootschap neemt echter de uiteindelijke verantwoordelijkheid voor het beheer van de subfondsen van de Vennootschap. De beheerders en gedelegeerde beheerders hebben de bevoegdheid om effecten in blok te kopen of te verkopen, om die vervolgens toe te wijzen aan de structuren die zij beheren. De beheerders zijn: *
BNP PARIBAS ASSET MANAGEMENT, op 28 juli 1980 in Parijs opgericht naar Frans recht is een dochter van de BNP PAM Group, Paris. Zij staat geregistreerd bij de Autorité des Marchés Financiers (voorheen de Commission des Operations de Bourse) als vermogensbeheerder onder nummer GP 96-02. Haar hoofdactiviteit bestaat uit het beheer van kapitaal van derden en, op ondergeschikte basis, financiële en commerciële transacties van alle typen die hierop betrekking hebben.
*
BNP PARIBAS ASSET MANAGEMENT U.K. LIMITED werd op 1 juli 1994 in Londen opgericht en treedt voornamelijk op als adviseur en beheerder met name op het gebied van financiële beleggingen. . De aandeelhouders van BNP Paribas Asset Management U.K. Limited zijn geassocieerd met BNP Paribas.
*
BNP PARIBAS ASSET MANAGEMENT JAPAN LTD. werd op 9 november 1998 in Tokio opgericht en treedt voornamelijk op als adviseur en beheerder van met name financiële beleggingen en is actief op het gebied van ‘Securities Investments Trust Business’. De aandeelhouders van BNP Paribas Asset Management Japan Ltd. maken deel uit van de BNP Paribas Group.
*
BNP PARIBAS ASSET MANAGEMENT BRASIL Ltda werd opgericht 20 mei 1998 en treedt voornamelijk op als adviseur en beheerder met name op het gebied van financiële beleggingen. BNP Paribas Asset Management Brasil Ltda is in bezit van de BNP Paribas Group.
Hierna vindt u de gedelegeerde beheerders: *
FISCHER FRANCIS TREES & WATTS (FTTW) werd opgericht in 1989 als een maatschap (“English Corporate Partnership”) naar Engels recht. . Fischer Francis Trees & Watts, Londen, staat onder toezicht van de Financial Services Authority, Londen.
*
NEUBERGER BERMAN LLC werd opgericht in 1939 en heeft als voornaamste activiteit het beheer van overdraagbare effecten namens instellingen, beleggingsfondsen en zeer vermogende particulieren. Neuberger Berman LLC staat onder toezicht van de U.S. Securities and Exchange Commission, New York.
*
IT ASSET MANAGEMENT werd opgericht in 1994 als een naamloze vennootschap naar Frans recht. Haar voornaamste activiteit is vermogensbeheer voor derden, hoofdzakelijk voor verzekeringsmaatschappijen, maar ook voor banken en beheersmaatschappijen die optreden voor vermogende cliënten. IT Asset Management staat onder toezicht van de Autorité des Marchés Financiers (voorheen de Commission des Opérations de Bourse), Parijs.
*
HYPERION ASSET MANAGEMENT LIMITED werd oorspronkelijk in 1997 opgericht onder de naam WHTM Asset Management Limited. Haar belangrijkste activiteit is het verstrekken van beheers- en beleggingsdiensten aan zeer vermogende klanten en aan institutionele beleggers. Hyperion Asset Management Limited staat onder toezicht van de Australian Securities and Investments Commission, Brisbane.
*
MFS INTERNATIONAL (UK) LIMITED werd opgericht op 24 mei 1995 in de vorm van een "private company limited by shares" naar Engels recht. De hoofdactiviteit is vermogensbeheer. MFS International (UK) Limited staat onder toezicht van de Financial Services Authority, Londen.
15
*
SUMITOMO MITSUI ASSET MANAGEMENT COMPANY LIMITED werd oorspronkelijk opgericht onder de naam Mitsui Life Global Asset Management Co., Ltd en is een naamloze vennootschap naar Japans recht. Haar hoofdactiviteit is vermogensbeheer. Sumitomo Mitsui Asset Management Company Limited staat onder toezicht van de Financial Supervisory Agency, Tokio.
*
ALLIANCE CAPITAL MANAGEMENT L.P. werd opgericht in januari 1971 als een commanditaire vennootschap (“limited partnership”) van Delaware. De hoofdactiviteit is vermogensbeheer. Alliance Capital Management L.P. staat onder toezicht van de U.S. Securities and Exchange Commission, New York.
*
LEHMAN BROTHERS ASSET MANAGEMENT, LLC. werd oorspronkelijk opgericht onder de naam Lincoln Capital Fixed Income Management Company, LLC, als een “Limited Liability Company” naar het recht van de Staat Delaware, VSA. De vennootschap is een volle dochteronderneming van de wereldwijde investeringsbankgroep “Lehman Brothers Holdings Inc.”, een venootschap die gespecialiseerd is in obligatiebeheer voor institutionele beleggers. Het “Fixed Income”-team van Lehman Brothers Asset Management, LLC beheert de institutionele activa sinds 1981. Lehman Brothers Asset Management, LLC staat onder toezicht van de US Securities and Exchange Commission.
*
PZENA INVESTMENT MANAGEMENT, LLC. werd opgericht op 27 november 1995 als een « Limited Liability Company » naar het recht van de Staat Delaware, USA. De hoofdactiviteit van de onderneming is het vermogensbeheer voor rekening van institutionele cliënten, beleggingsfondsen en zeer vermogende particulieren. Pzena Investment Management, LLC staat onder toezicht van de US Securities and Exchange Commission.
*
OVERLAY ASSET MANAGEMENT werd opgericht op 2 juni 1998 als een naamloze vennootschap naar Frans recht. De hoofdaandeelhouder is BNP PAM Group. De hoofdactiviteit van de onderneming is portefeuillebeheer gespecialiseerd in het beheer van het wisselrisico. Overlay Asset Management staat onder toezicht van de Autorité des Marchés Financiers.
*
SPARX ASSET MANAGEMENT CO., LTD is een onafhankelijke Japanse beheersmaatschappij die werd opgericht op 20 juni 1988. Sinds haar oprichting is SPARX Asset Management Co., Ltd. gespecialiseerd in de "bottom-up" selectie van Japanse ondernemingen. De vennootschap is sinds december 2001 in Japan genoteerd op de "Jasdaq Equity Market". De vennootschap staat onder toezicht van de Financial Services Agency, Tokyo.
*
OPTIMUM INVESTMENT ADVISORS, LLC. werd opgericht op 28 december 1989 als een "Limited Liability Company" naar het recht van de Staat Illinois, VSA. De hoofdactiviteit van de onderneming is het vermogensbeheer voor institutionele en particuliere cliënten. Optimum Investment Advisors, LLC staat onder toezicht van de US Securities and Exchange Commission. De meerderheidsaandeelhouder is Optimum Investment Group, LLC.
*
FUNDQUEST, voorheen Cortal Consors Fund Management genoemd, werd opgericht op 21 oktober 1994 als vennootschap onder firma naar Frans recht, en is een dochter van de BNP Paribas Group. De hoofdactiviteit van de onderneming is portefeuillebeheer en zij staat onder toezicht van de Autorité des Marchés Financiers.
De gedelegeerde-beheersovereenkomsten zijn afgesloten voor onbepaalde duur en kunnen door beide partijen worden beëindigd met een opzegtermijn gaande van één tot drie maanden, afhankelijk van de desbetreffende overeenkomst. In bijlage V van het onderhavige prospectus vindt u in tabelvorm welk(e) compartiment(en) door iedere beheerder en gedelegeerd beheerder wordt/worden beheerd. De beheersvergoedingen welke zijn opgenomen in appendix IV bij dit prospectus dienen om BNP PAM Lux, de beheerders en de gedelegeerde beheerders te belonen. 4.
BELEGGINGSCOMMISSIE
De Beleggingscommissie staat de Raad van Bestuur bij in het bepalen van het beleggingsbeleid van de subfondsen en in de keuze van nieuw op te richten subfondsen. De leden van deze Commissie worden in dit prospectus vermeld. 5. DEPOTHOUDENDE BANK, HOOFDBETAALKANTOOR, GEDELEGEERD REGISTERBEHEERDER, GEDELEGEERD LEVERINGSKANTOOR BNP Paribas Securites Services, Luxemburgs bijkantoor (hierna “de Depothoudende bank” of "BPSS Luxembourg") is aangesteld als Depothoudende bank en Hoofdbetaalkantoor. BPSS Luxembourg is een bijkantoor van BNP Paribas Securities Services, die een bank is die is opgezet in de vorm van een naamloze vennootschap (“Sociéte Anonyme”) naar Frans recht, en die een volle dochteronderneming is van BNP Paribas. Het Luxemburgse bijkantoor van BNP Paribas Securities Services is zijn activiteiten op 1 juni 2002. De controle over alle effecten en liquide middelen van de Vennootschap wordt toevertrouwd aan de Depothoudende bank, die de door de Wet voorgeschreven verplichtingen en taken vervult.
16
Overeenkomstig de gebruikelijke bankgewoonten is zij, op eigen verantwoordelijkheid, bevoegd om alle of een deel van de activa van de Vennootschap, die zij in Luxemburg in bewaring heeft, aan andere bankinstellingen en financiële tussenpersonen toe te vertrouwen. Om het even welke handelingen waarbij de activa van de Vennootschap worden verkocht, worden uitgevoerd door de Depothoudende bank op instructie van de Vennootschap. De Depothoudende bank is in het bijzonder belast met: a)
er zich van te vergewissen dat de verkoop, de uitgifte, de terugkoop en het intrekken van de aandelen, zoals die door de Vennootschap of voor haar rekening zijn uitgevoerd, gebeuren overeenkomstig de Wet en de statuten van de Vennootschap;
b)
er zich van te vergewissen dat in gevallen van verrichtingen die betrekking hebben op de activa van de Vennootschap, haar binnen de gangbare termijn wordt meegedeeld wat de tegenprestatie is;
c)
er zich van te vergewissen dat de inkomsten van de Vennootschap een bestemming krijgen die in overeenstemming is met de statuten.
In haar hoedanigheid van Hoofdbetaalkantoor betaalt de Depothoudende bank de dividenden uit aan de aandeelhouders van de Vennootschap. Het Hoofdbetaalkantoor mag de betaling van de dividenden aan andere betaalkantoren delegeren. De aandeelhouders die in het bezit zijn van aandelen aan toonder, moeten de overeenstemmende coupons voorleggen wanneer zij zich bij het Hoofdbetaalkantoor of bij de overige betaalkantoren aanmelden. De Overeenkomst van Depothoudende bank en Hoofdbetaalkantoor kan door beide partijen worden beëindigd met schriftelijke opzegtermijn van drie maanden. BNP PAM Lux delegeert van haar luik "Administratief beheer" de functies van het bijhouden van het register en Leveringskantoor aan BPSS Luxembourg (hierna de “Gedelegeerd Registerbeheerder” en het “Gedelegeerd Leveringskantoor” genoemd). De functies van Gedelegeerd Registerbeheerder en Gedelegeerd Leveringskantoor komen niet in aanmerking voor verdere delegatie, zelfs niet gedeeltelijk. 6.
BETAALKANTOOR IN LUXEMBURG
BNP Paribas Luxembourg (hierna het “betaalkantoor” genoemd) is door BPSS Luxembourg aangesteld als betaalkantoor in Luxemburg. 7.
DISTRIBUTEURS EN NOMINEES
BNP PAM Lux kan besluiten Distributeurs/Nominees aan te stellen om zich te laten bijstaan in de verkoop van de aandelen van de Vennootschap in de landen waar deze worden verhandeld. Bepaalde Distributeurs/Nominees kunnen niet alle van de subfondsen/categorieën/klassen van aandelen of alle van de inschrijvings-/terugkoopvaluta’s aanbieden aan hun cliënten. Voor nadere gegevens worden de Cliënten verzocht hun Distributeur/Nominee te raadplegen. Tussen BNP PAM Lux en de verschillende Distributeurs/Nominees kunnen Distributeurs-/Nominee-overeenkomsten worden gesloten. Overeenkomstig de bepalingen van de Distributeur-/Nominee-overeenkomst zal de Nominee, in plaats van de cliënten die in de Vennootschap hebben belegd, in het Aandeelhoudersregister worden ingeschreven. De Overeenkomst zal o.a. bepalen dat een cliënt die via een Nominee in de Vennootschap heeft belegd, op ieder ogenblik kan eisen dat de aandelen waarop hij via de Nominee heeft ingeschreven, op zijn naam worden overgedragen. De cliënt zal in dat geval in het Aandeelhoudersregister onder zijn eigen naam worden ingeschreven met ingang van de datum waarop de Vennootschap de overdrachtinstructies van de Nominee heeft ontvangen. Aandeelhouders kunnen rechtstreeks bij de Vennootschap inschrijven zonder bemiddeling van de Distributeurs/Nominees. Wanneer een Nominee is benoemd, dan dient deze de procedures tegen het witwassen van geld na te leven, zoals omschreven in artikel "IV. De Aandelen - 2. Uitgifte en Inschrijvingsprijs van de Aandelen". De Distributeurs zijn niet bevoegd om hun functies en bevoegdheden, of een deel daarvan, te delegeren, tenzij zij daarvoor schriftelijke toelating krijgen van de Hoofddistributeur. De Nominees zijn niet bevoegd om hun functies en bevoegdheden, of een deel daarvan, te delegeren.
17
8.
TOEZICHT OP DE VERRICHTINGEN VAN DE VENNOOTSCHAP
De rekeningen en jaarverslagen van de Vennootschap worden gecontroleerd door PricewaterhouseCoopers in hun hoedanigheid van accountants van de Vennootschap.
18
IV. DE AANDELEN 1.
ALGEMENE BEGINSELEN
Het kapitaal van de Vennootschap bestaat uit de activa van de verschillende subfondsen. De inschrijvingen worden belegd in de activa van het desbetreffende subfonds. A. Categorieën van aandelen In elk subfonds kan de Vennootschap de volgende categorieën van aandelen uitgeven; het belangrijkste verschil betreft de kosten die aan het eind van dit artikel worden besproken: y
«Classic»: aangeboden aan natuurlijke personen en rechtspersonen.
y
«L»: aangeboden aan natuurlijke personen en rechtspersonen. Het verschil met de categorie “Classic” is de kostenstructuur. De kosten worden onder punt 5 “Provisies en kosten” van dit artikel vermeld.
y
«Privilege»: aangeboden aan natuurlijke personen en rechtspersonen. Het verschil met de categorie “Classic” is dat er specifieke beheerskosten worden gevraagd en een minimum inschrijvingsbedrag wordt toegepast.
•
«B1»: voorbehouden voor speciaal door Parvest erkende Distributeurs.
y
«Institutions»: voorbehouden aan rechtspersonen die inschrijven voor eigen rekening of voor rekening van natuurlijke personen, in het kader van een collectief spaarsysteem of van een vergelijkbaar systeem als ook ICBE’s.
y
«M»: voorbehouden:
-
enerzijds aan speciaal door Parvest erkende institutionele klanten, en
-
anderzijds aan beheerders, aan de dochterondernemingen daarvan evenals aan de portefeuillebeheerders die zich inschrijven binnen het kader van geïndividualiseerd discretionair portefeuillebeheer voor hun institutionele cliënten. Deze entiteiten en hun institutionele klanten moeten speciaal door Parvest zijn erkend.
y
«Classic Hedged EUR»: aangeboden aan natuurlijke en rechtspersonen. Deze aandelencategorie is alleen verkrijgbaar voor de in USD of JPY uitgedrukte subfondsen. Voor deze subfondsen onderscheidt de categorie "Classic Hedged EUR" zich van de overige categorieën door het feit dat gebruik wordt gemaakt van technieken van indekking tegen valutarisico’s voor de referentievaluta (d.w.z. USD of JPY) ten opzichte van de EURO.
y
«Classic Hedged USD»: aangeboden aan natuurlijke en rechtspersonen. Deze aandelencategorie is alleen verkrijgbaar voor de in EUR uitgedrukte subfondsen. Voor deze subfondsen onderscheidt de categorie "Classic Hedged USD" zich van de overige categorieën door het feit dat gebruik wordt gemaakt van technieken van indekking tegen valutarisico’s voor de referentievaluta (d.w.z. EUR) ten opzichte van de USD.
y
«Classic Hedged JPY»: aangeboden aan natuurlijke en rechtspersonen. Deze aandelencategorie is alleen verkrijgbaar voor de in EUR uitgedrukte subfondsen. Voor deze subfondsen onderscheidt de categorie "Classic Hedged JPY" zich van de overige categorieën door het feit dat gebruik wordt gemaakt van technieken van indekking tegen valutarisico’s voor de referentievaluta (d.w.z. EUR) ten opzichte van de JPY.
y
«Institutions Hedged EUR»: aangeboden aan rechtspersonen die inschrijven voor eigen rekening of voor rekening van natuurlijke personen, in het kader van een collectief spaarsysteem of van een vergelijkbaar systeem als ook ICBE’s. Deze aandelencategorie is alleen verkrijgbaar voor de in USD of JPY uitgedrukte subfondsen. Voor deze subfondsen onderscheidt de categorie "Institutions Hedged EUR" zich van de overige categorieën door het feit dat gebruik wordt gemaakt van technieken van indekking tegen valutarisico’s voor de referentievaluta (d.w.z. USD of JPY) ten opzichte van de EURO.
y
«Institutions Hedged USD»: aangeboden aan rechtspersonen die inschrijven voor eigen rekening of voor rekening van natuurlijke personen, in het kader van een collectief spaarsysteem of van een vergelijkbaar systeem als ook ICBE’s. Deze aandelencategorie is alleen verkrijgbaar voor de in EUR uitgedrukte subfondsen. Voor deze subfondsen onderscheidt de categorie "Institutions Hedged USD" zich van de overige categorieën door het feit dat gebruik wordt gemaakt van technieken van indekking tegen valutarisico’s voor de referentievaluta (d.w.z. EUR) ten opzichte van de USD.
19
y
«Institutions Hedged JPY»: aangeboden aan rechtspersonen die inschrijven voor eigen rekening of voor rekening van natuurlijke personen, in het kader van een collectief spaarsysteem of van een vergelijkbaar systeem als ook ICBE’s. Deze aandelencategorie is alleen verkrijgbaar voor de in EUR uitgedrukte subfondsen. Voor deze subfondsen onderscheidt de categorie "Institutions Hedged JPY" zich van de overige categorieën door het feit dat gebruik wordt gemaakt van technieken van indekking tegen valutarisico’s voor de referentievaluta (d.w.z. EUR) ten opzichte van de JPY. Voor de categorieën "Hedged":
(i)
de dekking geldt zowel bij positieve als negatieve schommelingen van de referentievaluta ten opzichte van de valuta van de desbetreffende categorie. De aandeelhouder wordt hierdoor in zeer ruime mate beschermd wanneer de referentievaluta in waarde vermindert ten opzichte van de valuta van de desbetreffende categorie. Maar wanneer de waarde van de referentievaluta stijgt ten opzichte van de valuta van de desbetreffende categorie krijgt de aandeelhouder niets van de eruit voortvloeiende winst.
(ii) Ter dekking van de valutarisico’s mag de beheerder gebruik maken van ieder instrument dat is toegelaten door de Wet en het prospectus. (iii) Onder normale omstandigheden zorgt de beheerder ervoor dat tussen 80% en 100% van de netto activa van de betrokken categorie "Hedged" is gedekt. Indien de waarde van de portefeuille verandert of in geval van inschrijvingen en terugkopen kan het dekkingspercentage lager zijn dan 80% of hoger dan 100% van de netto activa. In dit geval zal de beheerder ervoor zorgen het dekkingspercentage opnieuw tussen 80% en 100% te brengen. B. Klassen van aandelen. De categorieën "Classic", "Institutions" en "M" bieden twee klassen (kapitalisatie- en uitkeringsaandelen) van aandelen aan voor alle subfondsen, met uitzondering van het subfonds PARVEST Floor 90 Euro dat alleen kapitalisatieaandelen van de categorie Classic aanbiedt. De overige categorieën bieden alleen kapitalisatieaandelen aan. De categorieën en klassen van aandelen waarop via een individueel spaarplan kan worden ingeschreven, worden in voorkomend geval vastgesteld in de prospectussen en/of addenda van dit prospectus en/of de inschrijvingsformulieren verkrijgbaar in de landen waarin het aanbieden is toegestaan. De ingehouden kosten en provisies in het kader van een individueel spaarplan mogen in geen geval voor meer dan een derde worden toegerekend aan het bedrag dat tijdens het eerste jaar van dit individueel spaarplan wordt gestort. Wordt het duidelijk dat andere dan de bovengenoemde erkende personen aandelen in de categorieën “Institutions”, "Institutions Hedged EUR", "Institutions Hedged USD" en "Institutions Hedged JPY" bezitten, dan zal de Raad van Bestuur die aandelen vrij van kosten omzetten in aandelen van de categorie ”Classic” respectievelijk "Classic Hedged EUR", "Classic Hedged USD" en "Classic Hedged JPY". Als de "Classic Hedged"-categorie met dezelfde dekkingsvaluta als de "Institutions Hedged"-categorie nog niet in werking is, worden de aandelen omgezet in aandelen van de categorie "Classic". Alvorens in te schrijven dienen beleggers in appendix IV en in hoofdstuk II. punt 3 van dit prospectus na te gaan welke categorieën en welke klassen van aandelen er voor elk subfonds beschikbaar. Onder punt 2 van dit artikel wordt het minimale inschrijvingsbedrag vermeld. De aandelen worden uitgegeven tegen de inschrijvingsprijzen van de desbetreffende Waarderingsdag. De activa van de verschillende categorieën en klassen van een subfonds vormen samen één enkele pool. Aandeelhouders kunnen verzoeken hun aandelen, of een deel ervan, te converteren volgens de voorwaarden en beperkingen zoals vermeld onder punt 4 en 5 van dit artikel. De Vennootschap kan nieuwe subfondsen openen en aldus nieuwe aandelen in beide categorieën en beide klassen uitgeven die de activa van deze subfondsen vertegenwoordigen. De aandelen van de subfondsen hebben geen nominale waarde en geven geen voorkeursrecht bij de uitgifte van nieuwe aandelen. Ieder aandeel geeft recht op één stem tijdens de Algemene Aandeelhoudersvergadering, ongeacht de intrinsieke waarde van dat aandeel. Alle aandelen van de Vennootschap dienen volledig volgestort te zijn.
20
* dividenden Bij uitkering van een dividend op uitkeringsaandelen wordt het aan de aandelen van deze klasse toe te rekenen bedrag verminderd met het totale bedrag van het dividend, waarbij het bedrag van het netto vermogen dat aan de kapitalisatieaandelen kan worden toegekend ongewijzigd blijft. Zodoende leidt iedere uitkering van dividend noodzakelijkerwijs tot een stijging van de verhouding tussen de waarde van de kapitalisatieaandelen en die van de uitkeringsaandelen van het desbetreffende subfonds. In dit prospectus wordt deze verhouding de "pariteit" genoemd. Aandeelhouders kunnen te allen tijde binnen dezelfde categorie of subfonds, op eigen kosten, hun uitkeringsaandelen inwisselen voor kapitalisatieaandelen en vice versa. Deze inwisseling wordt uitgevoerd op basis van de pariteit van die dag. * aandelen op naam en aandelen aan toonder (i)
Algemeen
De Vennootschap geeft aandelen op naam en aandelen aan toonder uit. Wat de aandelen aan toonder betreft, geeft de Vennootschap aandelen aan toonder uit die voorzien zijn van een certificaat (hierna "aandelen aan toonder met certificaat") mits voorafgaand akkoord van de Raad van Bestuur van de Vennootschap, alsmede in de rekening ingeschreven aandelen aan toonder (hierna "in de rekening ingeschreven aandelen aan toonder"), d.w.z. dat deze aandelen ingeschreven zijn in een effectenrekening bij de Bewaarhoudende bank van de Vennootschap of bij lokale banken die instaan voor de financiële dienstverlening voor de aandelen van de Vennootschap. (ii) Bijzonderheden van iedere aandelencategorie De aandelen in de categorieën “Classic”, “Classic Hedged EUR”, "Classic Hedged USD", "Classic Hedged JPY", “L” en “Privilege” kunnen, naar keuze van de aandeelhouder, zowel aandelen op naam als in de rekening ingeschreven aandelen aan toonder zijn. De aandelen in de categorieën “Institutions”, "Institutions Hedged EUR", "Institutions Hedged USD", "Institutions Hedged JPY", “B1” en “M” worden alleen op naam uitgegeven. Aandelen op naam in de categorieën “Classic”, “Classic Hedged EUR”, "Classic Hedged USD", "Classic Hedged JPY", “L” en “Privilege” kunnen op verzoek en op kosten van de aandeelhouder omgezet worden in aandelen aan toonder ingeschreven in de rekening, en vice versa. * certificaten en fracties van aandelen Voor de aandelen op naam ontvangen de Aandeelhouders ontvangen nog alleen bevestigingen van inschrijving in het register van aandelen op naam. Aan aandeelhouders zullen geen certificaten op naam meer worden afgeleverd. Fracties van aandelen tot drie cijfers achter de komma zullen worden uitgegeven voor aandelen op naam van de categorieën “Classic”, « Classic Hedged EUR ", "Classic Hedged USD ", "Classic Hedged JPY", "B1", " Institutions ", " Institutions Hedged EUR ", "Institutions Hedged USD ", "Institutions Hedged JPY", "L", "M " en "Privilège" evenals voor in rekening ingeschreven aandelen aan toonder van de categorieën “Classic”, "Classic Hedged EUR", "Classic Hedged USD ", "Classic Hedged JPY", “L” en “Privilege”. In geval van aandelen op naam of in rekening ingeschreven aandelen aan toonder wordt het overschot na inschrijving aan de aandeelhouder terugbetaald, tenzij dit bedrag minder bedraagt dan EUR 15 of eventueel het equivalent daarvan in een andere valuta. De aldus niet uitgekeerde bedragen komen ten goede aan het desbetreffende subfonds. De certificaten voor aandelen aan toonder die nog niet aan de Vennootschap werden overgemaakt voor omwisseling tegen in rekening ingeschreven aandelen aan toonder of voor omzetting in aandelen op naam, en die geen vermelding hebben met betrekking tot welke categorie de aandelen behoren, zullen worden beschouwd als aandelen van de categorie “Classic”. Formulieren voor de overdracht van aandelen op naam zijn verkrijgbaar op het adres waar De Vennootschap statutair gevestigd is en bij het Gedelegeerd leveringskantoor.
21
2.
UITGIFTE EN INSCHRIJVINGSPRIJS VAN DE AANDELEN
* Initiële inschrijvingen De initiële inschrijvingsprijs van een aandeel van de categorieën “Classic”, “Classic Hedged EUR”, "Classic Hedged USD", "Classic Hedged JPY", “L”, en “M” bedraagt volgens de referentievaluta van het subfonds EUR 100,-, USD 100,-, CHF 160,-, GBP 60,-, JPY 10.000,-, AUD 150, of DKK 750,-. Wanneer reeds is ingeschreven op een aandeel in een van de categorieën “Classic” (kapitalisatie of uitkering), “Classic Hedged EUR”, "Classic Hedged USD", "Classic Hedged JPY", “L” of “M” (kapitalisatie- of uitkeringsaandeel) zal de initiële inschrijvingsprijs van aandelen van de overige categorieën gelijk zijn aan de intrinsieke waarde van de categorie waarop reeds is ingeschreven. Indien reeds op een of meerdere categorieën is ingeschreven zal de initiële inschrijvingsprijs van de overige categorieën worden bepaald op basis van de intrinsieke waarde die reeds voor deze categorie(ën) in de volgende orden van voorrang is bepaald: “Classic” (kapitalisatie of uitkering), “Classic Hedged EUR”, "Classic Hedged USD", "Classic Hedged JPY", “L” en “M” (kapitalisatieof uitkeringsaandeel). De initiële inschrijvingsprijs van een aandeel van de categorie “Privilège” bedraagt volgens de referentievaluta van het subfonds EUR 800,-, USD 800,-, CHF 1.200,-, GBP 500,-, JPY 80.000,-, AUD 1.200,-, of DKK 6.000,-. De initiële inschrijvingsprijs van een aandeel van de categorieën “Institutions”, "Institutions Hedged EUR", "Institutions Hedged USD" en "Institutions Hedged JPY" bedraagt volgens de referentievaluta van het subfonds EUR 100.000,-, USD 100.000,-, CHF 160.000,-, GBP 60.000,-, JPY 3.000.000,-, AUD 150.000,- of DKK 750.000,-. * Opvolgende inschrijvingen Opvolgende aanvragen voor aankoop van aandelen kunnen op elke dag worden ontvangen op het Gedelegeerd leveringskantoor, evenals aan de loketten van andere door de Vennootschap of, op diens verzoek, door het Gedelegeerd leveringskantoor, aan te wijzen instellingen waar het prospectus kan worden verkregen. De inschrijvingslijsten worden gesloten elke Waarderingsdag om 4.00 uur (Luxemburgse tijd) voor de subfondsen die hoofdzakelijk op de Aziatische markten belegd zijn of die daar voor het merendeel belegd kunnen zijn PARVEST Asia, PARVEST Asian Bond, PARVEST Asian Convertible Bond, PARVEST Australia, PARVEST China, PARVEST Emerging Markets, PARVEST Emerging Markets Bond, PARVEST Emerging Markets Opportunities, PARVEST Japan, PARVEST Japan Convertible Bond, PARVEST Japan Mid Cap, PARVEST Japan Opportunities, PARVEST Japan Small Cap, PARVEST Japan Yen Bond en PARVEST South Korea (hierna de "Aziatische" subfondsen genoemd). Ook voor de volgende “Gediversifieerde” subfondsen worden de inschrijvingslijsten elke Waarderingsdag om 4 uur (Luxemburgse tijd) afgesloten: PARVEST Conservative (EURO), PARVEST Balanced (EURO), PARVEST Balanced (USD)(*) en PARVEST Growth (EURO). Voor de subfondsen PARVEST Europe Selection, PARVEST World Gold, PARVEST World Bond Selection, PARVEST Target Return (Euro), PARVEST Target Return Plus (Euro), PARVEST Target Return (USD), PARVEST Target Return Plus (USD) en PARVEST Dynamic Short Term Euro die voor meer dan 10% in deelbewijzen van andere ICBE’s of andere ICB’s beleggen, alsmede voor sommige subfondsen die voornamelijk beleggen of kunnen beleggen op de Indische markt (PARVEST India, PARVEST BRIC en PARVEST BRIC Flexible) (hierna de "Indische" subfondsen genoemd), worden de inschrijvingslijsten op de bankwerkdag voorafgaand aan de Waarderingsdag om 15 uur (Luxemburgse tijd) gesloten. (*) Het uur waarop de inschrijvings-, terugkoop en conversielijsten van het subfonds Parvest Balanced (USD) worden afgesloten, verandert op 24 oktober 2006, naar aanleiding van de naamswijziging in Parvest Target Return Plus (USD), naar 15 uur (Luxemburgse tijd). Voor alle overige subfondsen worden de inschrijvingslijsten elke Waarderingsdag om 15 uur (Luxemburgse tijd) gesloten. Alle aanvragen die voor deze tijdstippen worden ontvangen, worden uitgevoerd op basis van de intrinsieke waarde van die Waarderingsdag. De inschrijvingsorders die na deze tijdstippen worden ontvangen, zullen de volgende Waarderingsdag worden verwerkt. De inschrijvingsprijzen van de aandelen van de verschillende categorieën wordt bepaald door de intrinsieke waarde van het betrokken subfonds zoals bepaald overeenkomstig artikel V, vermeerderd met een toetredingsprovisie en / of een inschrijvings- of distributieprovisie welke tegen het onder punt 5 van dit artikel vermelde tarief in rekening kan worden gebracht.
22
* minimum inschrijvingen en deelnemingen Voor bepaalde categorieën aandelen gelden de volgende minimumbedragen voor inschrijving en bezit: Categorie
Minimum voor Initiële inschrijving en bezit
Minimum voor Opvolgende inschrijvingen
Classic/ Classic Hedged EUR/Classic Hedged USD/ Classic Hedged JPY, L en M
1 aaandeel (1)
1 aandeel
Privilège
EUR 1 miljoen per subfonds (2)
Geen (3)
Institutions/ Institutions Hedged EUR/ Institutions Hedged USD/ Institutions Hedged JPY
EUR 3 miljoen per subfonds of EUR 10 milljoen over alle subfondsen van de SICAV (4) (5)
Geen (3)
(1) (2) (3) (4)
Voor omzettingen geldt eveneens het minimum van één aandeel, Behalve voor de subfondsen PARVEST Short Term (CHF), PARVEST Short Term (Dollar), PARVEST Short Term (Euro) en PARVEST Short Term (Sterling) waarvoor het minimum bedrag EUR 100.000 is, Mits de minimum drempel voor deelneming wordt gerespecteerd, Entiteiten die verzoeken om inschrijving en waarvan uit de naam blijkt dat deze tot een en dezelfde groep behoren, of die een centraal beslissingslichaam hebben, kunnen worden gegroepeerd om te voldoen aan de minimum inschrijvingsbedragen.
De Raad van Bestuur kan ieder moment beslissen om af te zien van deze minima. Als een aandeelhouder in de categorieën "Classic", "L", "B1", "M", "Classic Hedged EUR", "Classic Hedged USD" of "Classic Hedged JPY" minder dan 1 aandeel in bezit heeft, kan de Raad van Bestuur beslissen deze fracties van aandelen terug te kopen. Als een aandeelhouder in de categorieën "Privilège", “Institutions”, "Institutions Hedged EUR", "Institutions Hedged USD" en "Institutions Hedged JPY" minder 1 aandeel in bezit heeft dan de hierboven bepaalde inschrijvingsminima, kan de Raad van Bestuur beslissen deze aandelen om te zetten in de toegelaten en voor de aandeelhouder voordeligste categorie van hetzelfde subfonds, waar hij dan wel aan het vereiste minimumaantal voldoet. Voor de omzetting zal de aandeelhouder een maand vooraf een schriftelijke kennisgeving ontvangen waarin hem wordt voorgesteld te voldoen aan het vereiste minimumaantal voor de desbetreffende categorie. * inschrijvingsbetalingen De aandelen waarop wordt ingeschreven, dienen te worden voldaan uitsluitend in de referentievaluta van het subfonds voor de subfondsen PARVEST Short Term (CHF), PARVEST Short Term (sterling), PARVEST Short Term (dollar) en PARVEST Short Term (euro). Voor alle overige gevallen dienen de aandelen waarop wordt ingeschreven, te worden betaald in de referentievaluta van het subfonds of in twee andere valuta’s: EURO en USD. Uitgifte van aandelen vindt gewoonlijk pas plaats wanneer de Depothoudende Bank of de Distributeur/Nominee de werkelijke ontvangst van de inschrijvingsprijs heeft bevestigd. De betaling dient plaats te vinden binnen 3 bankwerkdagen na de Berekeningsdag waarop de toepasbare intrinsieke waarde wordt berekend. Ledere wijziging van de kosten zoals vermeld in punt 5 van dit artikel dient te worden goedgekeurd door de Raad van Bestuur van de Vennootschap en in het jaarverslag te worden vermeld. De wijziging dient in dat geval te worden vermeld in het jaarverslag en zal worden aangepast in het prospectus. Niettemin kan de Vennootschap, indien dat naar haar mening in het belang is van de bestaande aandeelhouders, op eigen verantwoording en in overeenstemming met dit prospectus, besluiten beursgenoteerde effecten met nominatie in bovengenoemde valuta’s als betaling voor een inschrijving accepteren. De als betaling voor een inschrijving geaccepteerde effecten van vennootschappen moeten echter passen in het beleggingsbeleid van het desbetreffende subfonds. In dat geval hoeft de toetredingsprovisie, die anders naar het subfonds zou gaan, niet te worden betaald. Voor alle effecten die als betaling voor een inschrijving geaccepteerd zijn, is het Gedelegeerd leveringskantoor verplicht een waarderingsverslag te hebben dat is opgesteld door de accountants van de Vennootschap waarin in het bijzonder de hoeveelheid, de denominaties en de waarderingsmethode die voor die effecten is gehanteerd worden vermeld. Ook dient het verslag de totale waarde van de effecten te vermelden, uitgedrukt in de valuta van het desbetreffende subfonds. De effecten die als betaling zijn geaccepteerd, worden ten behoeve van de transactie gewaardeerd tegen de laatste biedkoers zoals die genoteerd is op de Waarderingsdag waarmee de intrinsieke waarde die op de inschrijving van toepassing is, overeenstemt. De Raad van Bestuur van de Vennootschap kan naar eigen goeddunken, zonder opgave van reden, effecten die ter betaling van een inschrijving zijn aangeboden weigeren.
23
Eventueel te betalen belasting en bemiddelingskosten bij inschrijving zijn voor rekening van de inschrijver. Deze kosten mogen echter in geen geval de maxima overschrijden die zijn vastgelegd in de wetten, regelgeving en bankpraktijken van het land waar de aandelen worden gekocht. * opschorten en weigeren van inschrijvingen De Raad van Bestuur kan de uitgifte van de aandelen van een subfonds van de Vennootschap te allen tijde opschorten of onderbreken, met name in de omstandigheden die worden beschreven in artikel V, punt 2. Bovendien kan de Raad van Bestuur naar eigen goeddunken en zonder opgave van reden: -
inschrijvingen op aandelen weigeren,
-
aandelen van de Vennootschap waarop onterecht was ingeschreven of die onterecht gehouden waren, te allen tijde terugkopen.
Wanneer de Raad van Bestuur, na een opschorting voor onbepaalde tijd, besluit de uitgifte van aandelen in één of meer subfondsen te hervatten, zullen alle ‘hangende’ inschrijvingen worden uitgevoerd op basis van dezelfde intrinsieke waarde die overeenstemt met de Waarderingsdag volgend op de hervatting van de berekening. Momenteel weigert de Raad van Bestuur voor onbepaalde duur elke nieuwe inschrijving op aandelen van categorie “B1”. De Raad van Bestuur gaat niet akkoord met de praktijken verbonden aan Market Timing zoals bepaald in het rondschrijven CSSF 04/146, noch met de praktijken die verband houden met "active trading" of "excessive trading" (hierna "Active Trading" genoemd) die bepaald worden als inschrijvingen op/terugkoop/conversie van aandelen in eenzelfde subfonds binnen een korte periode en voor een belangrijk bedrag, in voorkomend geval, met het oog op het realiseren van winst op korte termijn. Zowel de praktijken van Active Trading als van Market Timing zijn schadelijk voor de overige aandeelhouders omdat zijn de performance van het subfonds beïnvloeden en het vermogensbeheer verstoren. De Raad van Bestuur behoudt zich het recht voor om de inschrijvings- en conversieorders te weigeren van een belegger, die hij van Active Trading of Market Timing verdenkt. De Raad van Bestuur mag de nodige maatregelen nemen om de andere beleggers van de Vennootschap te beschermen wanneer vermoeden van dergelijke praktijken bestaat, voornamelijk door toepassing van een aanvullende terugkoopvergoeding van maximaal 2% ten gunste van het subfonds, waarbij men dient te weten dat de uittredende aandeelhouder voorafgaande informatie krijgt die hem in staat stelt zijn aanvraag om terugkoop weer in te trekken. * bestrijding van het witwassen van geld In het kader van de bestrijding van het witwassen van geld dient bij het inschrijvingsformulier een (door de ambassade, het consulaat, de notaris of politiecommissaris) gewaarmerkte kopie te worden gevoegd van de identiteitskaart van de inschrijver indien het een natuurlijk persoon betreft, of van de statuten en een uittreksel uit het handelsregister indien het om een rechtspersoon gaat. Deze verplichting geldt in de volgende gevallen: 1.
bij rechtstreekse inschrijving bij de Vennootschap;
2.
bij inschrijving via een professionele tussenpersoon werkzaam in de financiële sector woonachtig in een land dat niet verplicht is een identificatieprocedure te volgen vergelijkbaar met de door de Luxemburgse wetgeving vereiste procedure met betrekking tot het voorkomen van het witwassen van geld via het financiële systeem;
3.
bij inschrijving via een dochtermaatschappij of bijkantoor waarvan de moedermaatschappij verplicht is een identificatieprocedure te volgen vergelijkbaar met die welke door de Luxemburgse wet wordt vereist, indien de wet die op de moedermaatschappij van toepassing is, het volgen van de genoemde procedure niet oplegt aan dochtermaatschappijen en bijkantoren.
Bovendien is de Vennootschap gehouden de herkomst van de gelden te identificeren indien zij afkomstig zijn van financiële instellingen die niet aan een gelijkwaardige identificatieplicht, zoals voorzien in de Luxemburgse wetgeving, gehouden zijn. De inschrijvingen kunnen tijdelijk geblokkeerd worden totdat de herkomst van de gelden is vastgesteld. In het algemeen wordt aangenomen dat professionele tussenpersonen werkzaam in de financiële sector uit landen die de aanbevelingen van het GAFI-rapport (Groupe d'Action Financière sur le blanchissement de capitaux) onderschrijven, een identificatieplicht hebben die vergelijkbaar is met die welke de Luxemburgse wet voorschrijft.
24
3.
TERUGKOOP VAN AANDELEN
De aandeelhouders van de Vennootschap kunnen op elke Waarderingsdag een order plaatsen tot terugkoop van hun aandelen, of een deel ervan, tegen contante betaling. De terugkoopaanvragen die als onherroepelijk worden beschouwd, dienen te worden ingediend bij het Gedelegeerd Leveringskantoor, bij één van de andere door het Gedelegeerd Leveringskantoor aangewezen instellingen of bij de statutaire vestiging van de Vennootschap zelf. Deze aanvraag dient de volgende informatie te bevatten: naam en adres van de aanvrager, aantal aandelen dat ter terugkoop wordt aangeboden, het subfonds waartoe de aandelen behoren, het soort aandeel (op naam, in rekening ingeschreven aandelen aan toonder of aandelen aan toonder met certificaat), categorie en klasse van aandelen en de terugkoopvaluta (voor PARVEST Short Term (CHF), PARVEST Short Term (sterling), PARVEST Short Term (dollar) en PARVEST Short Term (euro) mag de terugkoop uitsluitend in de referentievaluta van het subfonds worden uitgevoerd. Voor alle overige subfondsen mag de terugkoop gebeuren in de referentievaluta van het subfonds of één van de twee volgende valuta’s: EUR en USD). De terugkooplijsten worden elke Waarderingsdag gesloten y
om 4.00 uur (Luxemburgse tijd) voor de Aziatische subfondsen, evenals voor de Gediversifieerde subfondsen vermeld onder “Opvolgende inschrijvingen” hierboven,
y
om 15.00 uur (Luxemburgse tijd) op de bankwerkdag voorafgaand aan de Waarderingsdag voor de subfondsen die voor meer dan 10% in deelbewijzen van andere ICBE’s of ICB’s beleggen, alsmede voor de Indische subfondsen die onder het kopje "Opvolgende inschrijvingen" hierboven worden vermeld, en
y
elke Waarderingsdag om 15 uur (Luxemburgse tijd) voor alle overige subfondsen.
Alle aanvragen die voor deze tijdstippen worden ontvangen, worden uitgevoerd op basis van net intrinsieke waarde van die Waarderingsdag. De aanvragen tot terugkoop die na deze tijdstippen worden ontvangen, worden de volgende Waarderingsdag verwerkt. Voor elk aandeel dat voor terugkoop wordt aangeboden, wordt de aandeelhouder een bedrag terugbetaald in verhouding tot de intrinsieke waarde van die Waarderingsdag van het betreffende subfonds. Er kan een terugkoopprovisie worden ingehouden die aan de Distributeur wordt betaald en/of een uittredingsprovisie die aan de Vennootschap wordt betaald, evenals het tarief zoals bepaald in punt 5 van dit artikel. De terugkoopwaarde kan hoger zijn dan, gelijk zijn aan of lager zijn dan de aanvankelijke koopprijs. Het bedrag van de terugkoop zal binnen drie bank Waarderingsdagen na de Berekeningsdag van de toepasbare intrinsieke waarde worden betaald. Verwerking van terugkooporders en uitbetaling van de opbrengst zal niet eerder plaatsvinden dan nadat: -
het/de certifica(a)ten die de aandelen aan toonder ter terugkoop vertegenwoordig(t)en, tezamen met de daaraan gehechte nog niet vervallen coupons door de Depothoudende bank van de Vennootschap zijn ontvangen, of
-
de Depothoudende bank van een onafhankelijke depothoudende bank de bevestiging heeft ontvangen dat inderdaad een onherroepbare opdracht is gegeven tot uitgifte van de effecten in kwestie, of
-
het overdrachtsformulier voor aandelen op naam is ontvangen.
Ingeval de nog niet vervallen coupons niet aan de Vennootschap worden overhandigd, kan een bedrag dat gelijk is aan de laatst betaalde coupon, vermenigvuldigd met het aantal ontbrekende coupons worden afgetrokken van de opbrengst van de terugkoop. Noch de Raad van Bestuur van de Vennootschap noch de Depothoudende Bank zijn verantwoordelijk voor enige wanbetaling als gevolg van eventuele valutabepalingen of andere omstandigheden buiten hun macht, waardoor de overmaking van het bedrag van de afgeloste aandelen beperkt of onmogelijk zou worden naar andere landen. Onder uitzonderlijke omstandigheden kan de Raad van Bestuur op uitdrukkelijk verzoek van de belegger aanvragen tot terugkoop in natura aanvaarden. Voor alle effecten die ter betaling van een terugkoop worden geleverd, dient het Gedelegeerd Leveringskantoor door de accountant van de Vennootschap een waarderingsverslag te laten opstellen, met opgave van de hoeveelheid, de valuta en de voor die effecten toegepaste waarderingsmethode. Dit verslag dient tevens de totale waarde van de effecten te vermelden, uitgedrukt in de valuta van het subfonds dat bij de terugkoop is betrokken. De ter betaling van een terugkoop geleverde effecten worden gewaardeerd tegen de laatste laatkoers van de markt genoteerd op de Waarderingsdag waarmee de toepasselijke
25
intrinsieke waarde overeenstemt. De Raad van Bestuur zal er bij dergelijke terugkooptransacties in natura voor zorgdragen dat deze terugkoop de overige aandeelhouders niet zal benadelen. De opschorting van de berekening van de intrinsieke waarde van de Vennootschap leidt niet alleen tot opschorting van de uitgifte van aandelen, maar ook tot opschorting van de terugkoop- en conversietransacties. De aandeelhouders die aanvragen hebben ingediend, waarvan de uitvoering wordt uitgesteld of opgeschort, zullen via de geëigende kanalen van de opschorting in kennis worden gesteld, overeenkomstig het bepaalde in artikel V punt 2. B. Ingeval het voor een subfonds ontvangen netto aantal terugkoopaanvragen op een Waarderingsdag in totaal meer dan 10% (*) van de activa betreft, kan de Raad van Bestuur beslissen de huidige terugkoopaanvragen verhoudingsgewijs te verminderen of uit te stellen om zo het aantal terug te kopen aandelen op die dag terug te brengen tot 10% (*) van de activa van het betreffende subfonds. Alle aldus uitgestelde terugkoopaanvragen zullen voorrang krijgen op de terugkoopaanvragen die op de volgende Waarderingsdag worden ontvangen, maar altijd onder voorbehoud van bovengenoemde limiet van 10% (*). (*) Voor het subfonds PARVEST Japan Small Cap bedraagt dit percentage 5%.
4.
OMZETTING VAN AANDELEN IN AANDELEN VAN ANDERE SUBFONDSEN
Een conversie is de gelijktijdige terugkoop van en inschrijving op aandelen. Dientengevolge kan een dergelijke transactie pas worden verwerkt op de eerste gemeenschappelijke Waarderingsdag voor de beide subfondsen die bij deze omzetting betrokken zijn. Aandeelhouders kunnen binnen eenzelfde aandelencategorie op ieder ogenblik een verzoek indienen om hun aandelen, of een deel ervan, te converteren in aandelen van een ander subfonds of van een andere aandelenklasse uitkerings -of kapitalisatieaandelen. Daarentegen zijn conversies tussen de aandelencategorieën alleen toegestaan in onderstaande gevallen: Van Classic (*) Institutions (**) L M Privilège B1
Naar Classic (*) Ja Ja Nee Ja Ja Ja (***)
Institutions (**)
L
M
Privilège
B1
Rechtspersonen : Ja Natuurlijke personen: Nee Ja Nee Rechtspersonen : Ja Natuurlijke personen: Nee Rechtspersonen : Ja Natuurlijke personen: Nee Nee
Ja
Nee
Ja
Nee
Ja Ja Ja
Nee Nee Ja
Ja Nee Ja
Nee Nee Nee
Ja
Nee
Ja
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
(*) alsmede de categorieën « Classic Hedged EUR », « Classic Hedged USD » et « Classic Hedged JPY » (**) alsmede de categorieën « Institutions Hedged EUR », « Institutions Hedged USD » et « Institutions Hedged JPY » (***) alleen voor de aandelen "B1" die reeds meer dan 4 jaar worden aangehouden. Van zodra de Vennootschap de informatie ontvangt, waaruit blijkt dat een aandeelhouder reeds langer dan 4 jaar aandelen "B1" in bezit heeft, zullen deze aandelen worden omgezet in aandelen van de categorie "Classic". Het verzoek tot conversie kan per brief, telex of telefax aan het Gedelegeerd Leveringskantoor of aan een andere door de Vennootschap aangewezen instelling worden gestuurd, onder vermelding van de naam van het subfonds waarin de aandelen moeten worden omgezet. Hierbij dient te worden aangegeven of de te converteren aandelen en de aandelen van het nieuwe subfonds, aandelen op naam of in rekening ingeschreven aandelen aan toonder zijn en tot welke categorie en klasse de te converteren aandelen behoren en in welke categorie en klasse deze worden ingeschreven in het nieuwe subfonds. Indien de informatie niet wordt aangegeven, zal de omzetting geschieden naar aandelen van dezelfde categorie en klasse. De lijsten met conversieverzoeken worden elke Waarderingsdag op de volgende uren gesloten:
26
Naar Van Aziatische en sommige Gediversifieerde (*) subfondsen Subfondsen die voor meer dan 10% belegd zijn in andere ICBE’s of andere ICB’s en de Indische subfondsen(*) Overige subfondsen
Aziatische en sommige Gediversifieerde (*) subfondsen 4 uur (Luxemburgse tijd) 15 uur (Luxemburgse tijd) W – 1
Subfondsen die voor meer dan 10% belegd zijn in andere ICBE’s of andere ICB’s (*) 15 uur (Luxemburgse tijd) W – 1 15 uur (Luxemburgse tijd) W – 1
Overige subfondsen 4 uur (Luxemburgse tijd) 15 uur (Luxemburgse tijd) W – 1
4 uur (Luxemburgse tijd)
15 uur (Luxemburgse tijd) W – 1
15 uur (Luxemburgse tijd)
(*) De lijst met de betrokken subfondsen staat vermeld in punt « IV. De Aandelen – 2. Uitgifte en inschrijvingsprijs van de aandelen – Opvolgende inschrijvingen». De verzoeken tot omzetting die voor deze tijdstippen worden ontvangen, worden uitgevoerd op basis van de intrinsieke waarde van die Waarderingsdag. De verzoeken tot omzetting die na deze tijdstippen worden ontvangen, worden de volgende Waarderingsdag verwerkt. Het verzoek tot omzetting dient – naar gelang van het geval - vergezeld te zijn van het certificaat c.q. de certificaten aan toonder, voorzien van alle nog niet vervallen coupons voor de aandelen aan toonder met certificaat, of van het certificaat c.q. de certificaten, die aandelen op naam vertegenwoordigen. Behalve in het geval dat de berekening van de intrinsieke waarde is opgeschort, kunnen de aandelen worden geconverteerd op elke Waarderingsdag op basis van de intrinsieke waarde van de aandelen van de desbetreffende subfondsen die overeenstemt met deze Waarderingsdag. De verhouding waarin de aandelen, of een deel ervan, in een bepaald subfonds ('het oorspronkelijke subfonds') worden omgezet in aandelen van een ander subfonds ('het nieuwe subfonds') wordt zo nauwkeurig mogelijk bepaald volgens de volgende formule: A=BxCxE D A B C D E
het aantal toe te wijzen aandelen van het nieuwe subfonds; het aantal om te zetten aandelen van het oorspronkelijke subfonds; de op die dag geldende intrinsieke waarde per aandeel van het oorspronkelijke subfonds gedateerd op de desbetreffende Waarderingsdag; de op die dag geldende intrinsieke waarde per aandeel van het nieuwe subfonds gedateerd op de desbetreffende Waarderingsdag; de op het moment van de conversie geldende wisselkoers tussen de valuta van het subfonds van de te converteren aandelen en de valuta van het subfonds van de toe te wijzen aandelen.
Na conversie zal het Gedelegeerd Leveringskantoor de aandeelhouders op de hoogte stellen van het aantal aandelen dat zij in het nieuwe subfonds hebben verkregen evenals de prijs ervan. In het geval van aandelen op naam of in rekening ingeschreven aandelen aan toonder die in depot worden gehouden (met of zonder toekenning van fracties van aandelen), wordt het overschot aan de aandeelhouder terugbetaald, tenzij dit bedrag minder bedraagt dan EUR 15 of eventueel de tegenwaarde daarvan. De aldus niet uitgekeerde bedragen komen ten goede aan het desbetreffende subfonds. 5.
PROVISIES EN KOSTEN Classic (*)
Institutions (**)
L
M
Privilege
B1
Toetredingsprovisie (1)
Vergoedingen voor de Vennootschap
Nul
Nul
Nul
Nul
Nul
Nul
Verkoopkost Uittredingsprovisie (1) (2) BEHALVE bij terugkoop/omzetting >10% van de aandelen van een bepaald subfonds op een bepaalde dag >5% van de aandelen van PARVEST Japan Small Cap op een bepaalde dag
Nul
Nul
Nul
Nul
Nul
Nul
Max.1%
Max.1%
Max.1%
Max.1%
Max.1%
Max.1%
Max. 1%
Max. 1%
Max. 1%
Max. 1%
Max. 1%
Max. 1%
27
Vergoedingen voor de distributeur Inschrijvingsprovisie Uittredingsprovisie Uitgestelde verkoopprovisie (CDSC) Jaarlijkse provisie Distributeur Conversievergoeding - binnen één en hetzelfde subfonds tussen de verschillende klassen: - tussen de subfondsen, binnen een bepaalde categorie of tussen geautoriseerde categorieën (naast de eventuele toetredingsen/of uittredingsprovisies)
L
M
Max. 5% Nul Nul Nul
Classic (*)
Max. 5% Nul Nul Nul
Institutions (**)
Nul Max. 5% Nul (4)
Max. 5% Nul Nul Nul
Privilege Max. 5% Nul Nul Nul
Nul Nul Max. 4% (3) 1%
B1
Nul
Nul
Nul
Nul
Nul
Nul
Max. 2% (5)
Max. 2% (5)
Max. 2% (5)
Max. 2% (5)
Max. 2% (5)
Nul
(*) alsmede de categorieën « Classic Hedged EUR », « Classic Hedged USD » en « Classic Hedged JPY » (**) alsmede de categorieën « Institutions Hedged EUR », « Institutions Hedged USD » en « Institutions Hedged JPY » De beheersvergoedingen die van toepassing zijn voor de verschillende subfondsen staan vermeld in Appendix IV bij dit prospectus. (1)
De toetredings- en uittredingsprovisies zijn bedoeld ter dekking van alle investerings- en desinvesteringskosten die aan het desbetreffende subfonds worden berekend op all-in basis als gevolg van inschrijvings- en omzettingsverzoeken.
(2)
De uittredingsprovisies zijn ook van toepassing, onder dezelfde voorwaarden, bij omzettingen die kunnen worden aangemerkt als zijnde dezelfde transacties tot omzetting en inschrijving op aandelen.
(3)
Deze vergoeding is degressief naar gelang de tijdsduur dat de aandelen worden gehouden. Wanneer de aandelen “B1” worden gepresenteerd voor terugkoop binnen het eerste jaar van de inschrijvingsdatum, zal de CDSC 4% bedragen: tijdens het tweede, derde en vierde jaar, respectievelijk 3%, 2% en 1%. Na het vierde jaar is geen CDSC verschuldigd. In geen geval mag de CDSC berekend worden over een intrinsieke waarde die hoger is dan de oorspronkelijke aankoopwaarde. De berekening wordt dus gebaseerd op de intrinsieke waarde per aandeel op de dag van terugkoop indien de waarde van de aandelen lager ligt dan de oorspronkelijke aankoopwaarde, of op de aankoopwaarde van het teruggekochte aandeel, in het tegenovergestelde geval. Wanneer “B1”-aandelen voor terugkoop worden aangeboden door een aandeelhouder die de aandelen op verschillende tijdstippen heeft gekocht, zullen de aandelen die het langst in het bezit zijn van de aandeelhouder worden afgelost volgens de regel FIFO (First In-First Out). De CDSC zal worden geanalyseerd als een uitgestelde verkoopprovisie die de aandeelhouder niet hoeft te betalen op de inschrijvingsdatum, maar bij de omzetting van zijn/haar aandelen volgens bovengenoemde voorwaarden. Ondanks de mogelijkheid die aan de aandeelhouders wordt geboden om kosteloos uit de Vennootschap te stappen (o.a. wanneer subfondsen fuseren), dient, gezien de aard ervan, de CDSC te allen tijde bij de omzetting van de categorie van aandelen “B1” te worden betaald als uitgestelde verkoopprovisie.
(4)
Voor subfondsen “Korte termijn” en “Dynamisch korte termijn” geldt: 0,25%, voor de “obligatie” subfondsen: 0,50%, voor de “gediversifieerde” subfondsen: 0,65%, en voor de aandelensubfondsen: 0,75%. Deze jaarlijkse provisie wordt elke dag berekend op basis van de dagelijkse intrinsieke waarde. Raadpleeg de “Lijst van de subfondsen” aan het begin van dit prospectus om te kijken onder welke groep de subfondsen vallen: “korte termijn”, “dynamisch korte termijn” “obligatie”, “gediversifieerde”, “aandelen”.
(5)
Desondanks kan dit bedrag hoger zijn wanneer de betaalde inschrijvingskosten van het originele subfonds minder bedroegen dan het gestelde maximum. In deze gevallen, mag de omzettingsprovisie het bedrag dat het verschil van de maximumprovisie en de initiële inschrijvingsprovisie betreft niet overschrijden.
6.
BEURSNOTERING
De Raad van Bestuur kan besluiten de aandelen van de subfondsen en de categorieën van de Vennootschap op te nemen in de officiële koerslijst van de Beurs van Luxemburg. Thans zijn de aandelen van de categorie “Classic” genoteerd aan de Beurs van Luxemburg.
28
V. INTRINSIEKE WAARDE 1.
ALGEMENE BEGINSELEN
A. DEFINITIE EN BEREKENING VAN DE INTRINSIEKE WAARDE De berekening van de intrinsieke waarde per aandeel van elk subfonds, categorie en klasse van aandelen van de Vennootschap wordt door de Administratiekantoor onder de verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur van de Vennootschap in Luxemburg geëffectueerd. Met elke weekdag waarop banken open zijn in Luxemburg (hierna de "Waarderingsdag” genoemd) komt een intrinsieke waarde overeen die op die Waarderingsdag is gedateerd en die wordt berekend en bekend gemaakt op de bankwerkdag die volgt op deze Waarderingsdag (hierna "de Berekeningsdag" genoemd). Inschrijvingen, terugkopen en conversies worden uitgevoerd tegen een onbekende intrinsieke waarde volgens de hierna bepaalde regels. Centralisatie van de orders
Datum van de intrinsieke waarde om de orders uit te voeren
Datum waarop de intrinsieke waarde wordt bekend gemaakt
W (1) om 4 uur (2) voor de Aziatische en sommige Gediversifieerde subfondsen W (1) –1 om 15 uur (2) voor de subfondsen die voor meer dan 10% belegd zijn in andere ICBE’s of andere ICB’s en de Indische subfondsen W (1) om 15 uur (2) voor alle overige subfondsen
W
W+1 d.w.z. de eerste Waarderingsdag na W
(1) W = Waarderingsdag (2) Luxemburgse tijd Voor het subfonds PARVEST ASIA wordt geen intrinsieke waarde berekend als sommige effecten in portefeuille, die samen minstens 50% van de activa van het subfonds vertegenwoordigen, vanwege de sluiting van een of meerdere beurzen ter gelegenheid van het Chinese Nieuwjaar niet kunnen worden gewaardeerd. Voor de volgende subfondsen wordt de intrinsieke waarde voor elke Waarderingsdag berekend, met dien verstande dat deze Waarderingsdag ook een dag is waarop de aandelenbeurs van de plaats die tussen haakjes wordt vermeld achter de naam van het subfonds, geopend is voor de handel: - PARVEST AUSTRALIA : - PARVEST BRAZIL (*)
(Sydney) :
(Sao Paulo)
- PARVEST CHINA :
(Hongkong)
- PARVEST FRANCE :
(Parijs)
- PARVEST INDIA :
(Bombay)
- PARVEST ITALY :
(Milaan)
- PARVEST JAPAN, PARVEST JAPAN MID CAP, PARVEST JAPAN OPPORTUNITIES (*), en PARVEST JAPAN SMALL CAP :
(Tokio)
- PARVEST SOUTH KOREA (*) :
(Seoul)
- PARVEST SWITZERLAND :
(Zürich)
- PARVEST TURKEY (*) :
(Istanboel)
- PARVEST RUSSIA (*), PARVEST UK et PARVEST UK OPPORTUNITIES (*) :
(Londen)
- PARVEST USA, PARVEST US CORE (*), PARVEST US GROWTH (*), PARVEST US MID CAP, PARVEST US MID CAP GROWTH (*), PARVEST US MID CAP VALUE (*), PARVEST US OPPORTUNITIES (*), PARVEST US SMALL CAP, PARVEST US SMALL CAP GROWTH (*) en PARVEST US VALUE : (New York) (*) Deze subfondsen zullen op een later tijdstip in werking treden. Deze regel is alleen van toepassing indien ten minste 50% van de activa van de desbetreffende subfondsen is genoteerd in de hierboven tussen haakjes vermelde plaatsen.
29
De intrinsieke waarden worden uitgedrukt uitsluitend in de referentievaluta van het subfonds voor de subfondsen PARVEST Short Term (CHF), PARVEST Short Term (Sterling), PARVEST Short Term (Dollar) en PARVEST Short Term (Euro). Voor alle overige subfondsen wordt de intrinsieke waarde uitgedrukt in de referentievaluta van het des betreffende subfonds en in een van twee andere valuta’s (EUR en USD). De intrinsieke waarde van de aandelen van ieder subfonds, van iedere categorie en klasse wordt bepaald door de intrinsieke waarde van het betrokken subfonds, categorie en klasse te delen door het aantal in omloop zijnde aandelen van deze subfondsen, categorieën en klassen, en wordt afgerond naar twee cijfers na de komma, behalve voor de valuta's waarvoor geen cijfers na de komma bestaan. Voor de aandelen van elk subfonds van de Vennootschap wordt de waarde van het uitkeringsaandeel berekend door de intrinsieke waarde van het subfonds te delen door het aantal in omloop zijnde uitkeringsaandelen, vermeerderd met het aantal in omloop zijnde kapitalisatieaandelen, vermenigvuldigd met de op de desbetreffende waarderingsdag geldende pariteit. De waarde van de kapitalisatieaandelen komt overeen met de waarde van de uitkeringsaandelen, vermenigvuldigd met de pariteit. Als de Raad van Bestuur besluit dat de intrinsieke waarde voor een bepaalde Waarderingsdag niet representatief is voor de reële waarde van de aandelen van de Vennootschap, of indien er sinds de berekening van de intrinsieke waarde belangrijke mutaties zijn geweest op de betrokken effectenbeurzen, kan de Raad van Bestuur beslissen om de intrinsieke waarde op die dag zelf aan te passen. Onder zulke omstandigheden zullen alle voor die dag ontvangen inschrijvings-, terugkoop- en conversieaanvragen worden ingewilligd op basis van de behoedzaam en te goeder trouw aangepaste intrinsieke waarde. B.
DEFINITIE VAN DE POOLS VAN ACTIVA
De Raad van Bestuur zal voor elk subfonds afzonderlijk de intrinsieke waarde bepalen. In de onderlinge relaties tussen de aandeelhouders en derden zal die waarde alleen gelden voor de aandelen die door het desbetreffende subfonds zijn uitgegeven. Waar nodig wordt overeenkomstig dit artikel rekening gehouden met de uitsplitsing van dat vermogen tussen de uitkerings- en/of kapitalisatieaandelen van "Classic", "Classic Hedged EUR", "Classic Hedged USD", "Classic Hedged JPY", "L", "B1", "Institutions"," Institutions Hedged EUR", "Institutions Hedged USD", "Institutions Hedged JPY", "M" en "Privilege" van dat subfonds. Teneinde de intrinsieke waarde van de afzonderlijke subfondsen af te bakenen: 1.
indien twee of meerdere categorieën/klassen van aandelen betrekking hebben op een bepaald subfonds, zullen de aan deze categorieën en/of klassen toegekende activa samen worden belegd in overeenstemming met het beleggingsbeleid van het desbetreffende subfonds onder voorbehoud van de specifieke kenmerken inherent aan deze categorieën en/of klassen van aandelen;
2.
zullen de opbrengsten uit de uitgifte van aandelen, van een categorie en/of klasse van aandelen van een bepaald subfonds in de boeken van de Vennootschap worden toegekend aan de bepaalde categorie en/of klasse van dat subfonds met dien verstande dat indien meerdere categorieën en/of klassen van aandelen uit hoofde van dit subfonds worden uitgegeven, de verhouding van de netto activa van dit subfonds, die aan de categorie en/of klasse van uit te geven aandelen moeten worden toegekend, met het overeenstemmende bedrag zal verhogen;
3.
de activa, verplichtingen, inkomsten en onkosten met betrekking tot dit subfonds, deze categorie en/of klasse zullen worden toegekend aan dit subfonds/deze categorie en/of klasse;
4.
zal ieder activum dat uit een ander activum voortvloeit, in de boeken van de Vennootschap worden toegekend aan het subfonds waaruit deze voortgevloeide activa resulteren, en iedere volgende waardevermeerdering of vermindering van de activa zal bij elke herwaardering worden toegekend aan het overeenkomstige subfonds;
5.
zal een verplichting die de Vennootschap op zich neemt, en die moet worden toegekend aan de activa van een subfonds, of aan een transactie in verband met de activa van een bepaald subfonds, worden toegekend aan dat subfonds;
6.
zullen activa en verplichtingen van de Vennootschap die niet aan een bepaald subfonds zijn toe te kennen, worden toegewezen aan alle subfondsen in verhouding tot de intrinsieke waarde van de desbetreffende aandelencategorieën en/of -klassen of op om het even welke andere wijze die de Raad van Bestuur te goeder trouw zal vaststellen;
7.
na betaling van de dividenduitkering aan uitkeringsaandelen van een bepaalde categorie en/of klasse, zal de intrinsieke waarde van deze categorie en/of klasse die aan deze uitkeringsaandelen wordt toegerekend, worden verminderd met de dividenduitkering.
30
C.
WAARDERING VAN DE ACTIVA
De activa van elk subfonds van de Vennootschap worden gewaardeerd in overeenstemming met de volgende principes: 1.
de waarde van kasgelden, deposito's, wissels en promessen, te ontvangen vorderingen, vooruitbetaalde kosten, dividenden en vervallen en nog niet ontvangen renten, zal gelijk zijn aan de nominale waarde van deze vermogensbestanddelen, tenzij blijkt dat het volle bedrag van die activa waarschijnlijk oninbaar is. In dat geval zal de waarde van de betreffende activa met een passend bedrag verminderd worden teneinde de reële waarde vast te stellen;
2.
overdraagbare effecten die (i) genoteerd zijn of verhandeld worden op een gereglementeerde markt in de zin van de Wet of (ii) worden verhandeld op een andere markt van een Lidstaat van de Europese Unie die gereglementeerd is, regelmatig werkt, erkend en open is, of (iii) die zijn opgenomen in de officiële notering van een effectenbeurs van een land dat geen deel uitmaakt van de Europese Unie, of die worden verhandeld op een andere markt van een land dat geen deel uitmaakt van de Europese Unie, die gereglementeerd is, regelmatig werkt, erkend en open is (deze drie typen van markten worden “Gereglementeerde markt” genoemd), worden gewaardeerd tegen de laatst bekende slotkoers van de Waarderingsdag; indien dergelijke effecten op verschillende markten worden verhandeld, wordt hun waarde gebaseerd op de laatst bekende slotkoers op de Waarderingsdag op de belangrijkste markt waar de effecten verhandeld worden. Indien de laatst bekende slotkoers van die bepaalde Waarderingsdag niet representatief is, worden de effecten gewaardeerd op basis van de waarschijnlijke verkoopprijs, welke zorgvuldig en te goeder trouw zal worden bepaald;
3.
overdraagbare effecten die niet genoteerd zijn of verhandeld worden op een Gereglementeerde markt, worden gewaardeerd op basis van hun waarschijnlijke verkoopprijs, welke zorgvuldig en te goeder trouw zal worden bepaald;
4.
de waarde bij afrekening van de termijn- en optiecontracten die niet op de Gereglementeerde markt worden verhandeld, zal gelijk zijn aan hun netto waarde bij afrekening die wordt bepaald overeenkomstig het door de Raad van Bestuur vastgestelde beleid, op een basis die coherent op ieder contracttype wordt toegepast. De waarde bij afrekening van de termijn- of optiecontracten die op Gereglementeerde markten worden verhandeld, zal worden bepaald op basis van de laatste beschikbare afrekeningsprijs voor deze contracten op de Gereglementeerde markt waarop deze termijn- of optiecontracten door de Vennootschap worden verhandeld. Indien een termijn- of optiecontract niet kan worden afgerekend op de dag waarop de intrinsieke waarde wordt gewaardeerd, zal de basis die wordt gebruikt om de waarde bij afrekening van dit contract te bepalen, door de Raad van Bestuur op correcte en redelijke wijze worden vastgesteld;
5.
de renteswaps worden gewaardeerd tegen hun marktwaarde die wordt vastgesteld op basis van de toepasselijke rentecurve. De swaps op indexen of financiële instrumenten worden gewaardeerd tegen hun marktwaarde die wordt vastgesteld op basis van de desbetreffende index of het desbetreffende financiële instrument. De swaps met betrekking tot deze indexen of financiële instrumenten zullen worden gewaardeerd op basis van de marktwaarde van deze swaptransacties, en dit volgens de procedures die door de Raad van Bestuur worden vastgesteld;
6.
indien de praktijk zulks toelaat, mogen alle liquide activa, geldmarktinstrumenten en alle andere instrumenten worden gewaardeerd tegen de laatste bekende slotkoers op de Waarderingsdag of volgens de methode van lineaire afschrijving. In geval van lineaire afschrijving worden de posities van de portefeuille regelmatig herzien onder leiding van de Raad van Bestuur om na te gaan of er een verschil is tussen de waardering op basis van de laatste bekende slotkoers en die van de lineaire afschrijving. Indien er een verschil bestaat met een mogelijke verwatering als gevolg of met mogelijk nadeel voor de aandeelhouders, mogen gepaste corrigerende maatregelen worden genomen. Die kunnen zo nodig betekenen dat de intrinsieke waarde wordt berekend aan de hand van de laatst bekende slotkoersen.
7.
de waarden die in een andere valuta genoteerd zijn dan de referentievaluta van het desbetreffende subfonds, worden omgezet tegen de wisselkoers op de Waarderingsdag. Indien geen wisselkoersen beschikbaar zijn, worden die zorgvuldig en te goeder trouw vastgesteld volgens de door de Raad van Bestuur bepaalde procedures;
8.
alle overige activa worden gewaardeerd tegen hun waarschijnlijke verkoopprijs, welke zorgvuldig en te goeder trouw zal worden bepaald;
31
9.
de Raad van Bestuur mag naar eigen goeddunken, toestaan dat een andere waarderingsmethode wordt gebruikt indien de Raad van Bestuur van oordeel is dat een dergelijke waardering de activa van de Vennootschap correcter weergeeft.
Er zullen passende verminderingen worden toegepast voor de door de Vennootschap te dragen uitgaven en de passiva van de Vennootschap zullen volgens billijke en voorzichtige criteria in aanmerking worden genomen. Daartoe zullen voldoende voorzieningen worden opgebouwd en eventueel zal rekening worden gehouden met de verplichtingen van de Vennootschap buiten de balans om, dit alles volgens billijke en voorzichtige criteria. 2. OPSCHORTING VAN DE BEREKENING VAN DE INTRINSIEKE WAARDE, VAN DE UITGIFTE, DE OMZETTING EN TERUGKOOP VAN AANDELEN A.
De Raad van Bestuur is bevoegd de berekening van de intrinsieke waarde van de aandelen van één of meer subfondsen van de Vennootschap en van de waarde per aandeel van het betrokken subfonds tijdelijk op te schorten. Ook kan hij in de volgende gevallen de uitgifte, terugkoop en conversie van de aandelen van de subfondsen opschorten:
a)
wanneer - afgezien van de normale vakantieperiodes - een Gereglementeerde markt, waarop een aanzienlijk deel van de activa van een subfonds of subfondsen is genoteerd, gesloten is, of wanneer de handel in de desbetreffende effecten is opgeschort of beperkt;
b)
wanneer - afgezien van de normale vakantieperiodes - de markt in een valuta waarin een aanzienlijk deel van de activa van een subfonds of subfondsen van de Vennootschap is uitgedrukt, is gesloten of wanneer de handel in die valuta is opgeschort of beperkt;
c)
tijdens een storing in de communicatiemiddelen of andere middelen die normaliter voor de berekening van de waarde van de vermogensbestanddelen van een subfonds gebruikt worden, of wanneer de waarde van een belegging van de Vennootschap om welke reden dan ook, niet met de gewenste snelheid en nauwkeurigheid kan worden bepaald;
d)
wanneer valutarestricties of belemmeringen in het kapitaalverkeer de uitvoering van transacties van de Vennootschap verhinderen of wanneer aan- of verkopen voor rekening van de Vennootschap niet kunnen worden uitgevoerd tegen de normale wisselkoers;
e)
wanneer politieke, militaire, economische, monetaire of fiscale omstandigheden buiten de macht en verantwoordelijkheid van de Vennootschap, de Vennootschap verhinderen op een normale en redelijke wijze de activa van een subfonds of subfondsen te verkopen, of de intrinsieke waarde daarvan te bepalen;
f)
indien een besluit is genomen tot liquidatie of ontbinding van de Vennootschap of van een of meerdere subfondsen.
B.
Elke opschorting van de berekening van de intrinsieke waarde van de aandelen in één of meer subfondsen die langer dan 3 bankwerkdagen duurt, dient via alle daartoe geëigende kanalen te worden bekendgemaakt, meer in het bijzonder in de kranten waarin de intrinsieke waarde normaliter wordt gepubliceerd. In geval van opschorting van de berekening dient de Vennootschap de aandeelhouders die de inschrijving op of de terugkoop of conversie van aandelen van één of meer subfondsen hebben aangevraagd, op gepaste wijze op de hoogte te brengen. Tijdens een opschortingsperiode, kunnen aandeelhouders de inschrijvings-, terugkoop- en conversieorders die zij hebben doorgegeven, intrekken. Indien de orders niet worden ingetrokken dan zullen de aandelen worden uitgegeven, teruggekocht of geconverteerd op basis van de eerst berekende intrinsieke waarde na de opschortingsperiode.
32
VI. DIVIDENDEN 1.
UITKERINGSBELEID
Op basis van de jaarrekening van de Vennootschap per de laatste dag van februari van elk jaar, beslist de jaarlijkse Algemene Vergadering van aandeelhouders, op voorstel van de Raad van Bestuur, over de bestemming van de jaarlijkse netto winst. In deze context behoudt de Algemene Vergadering zich het recht voor het netto vermogen van elk subfonds van de Vennootschap uit te keren, zonder het wettelijk minimumkapitaal te overschrijden. De vorm waarin de uitkering geschiedt (netto beleggingsinkomsten of kapitaal), wordt in de financiële verslaglegging van de Vennootschap vermeld. Elk besluit van de Algemene Aandeelhoudersvergadering om aan de aandeelhouders van een bepaald subfonds een dividend uit te keren, dient door de aandeelhouders van dat subfonds te worden goedgekeurd met een meerderheid van stemmen zoals in de statuten is bepaald. Tenslotte kan de Raad van Bestuur besluiten een interim-dividend op de uitkeringsaandelen uit te keren. 2.
BETAALBAARSTELLING
De dividenden en interim-dividenden op uitkeringsaandelen worden uitgekeerd op een door de Raad van Bestuur te bepalen tijdstip en plaats. Dividenden en interim-dividenden die niet binnen een periode van vijf jaar na de datum van betaalbaarstelling door de aandeelhouders zijn geïnd, vervallen en komen toe aan het betrokken subfonds. Er wordt geen interest betaald op gedeclareerde dividenden of interim-dividenden die door de Vennootschap worden aangehouden voor rekening van de aandeelhouders van het desbetreffende subfonds die daar recht op hebben. Dit zal plaatsvinden tot aan de verjaringsdatum. De inkomsten worden alleen uitbetaald indien de geldende valutabepalingen in het land waar de begunstigde zijn verblijfplaats heeft, de uitkering ervan toestaan.
33
VII. 1.
KOSTEN VOOR REKENING VAN DE VENNOOTSCHAP
DIRECTE KOSTEN
De volgende kosten zijn voor rekening van de Vennootschap: -
de oprichtingskosten van de Vennootschap, inclusief de kosten voor het drukken van eventuele certificaten en de kosten voor de diensten verleend in verband met de oprichting van de Vennootschap, officiële beursintroductie en het verkrijgen van de goedkeuring van de bevoegde autoriteiten;
-
de vergoedingen aan de Depothoudende Bank, het Hoofdbetaalkantoor, het Leveringskantoor en Registerbeheerder en diens vertegenwoordigers, de Hoofddistributeur, de Distributeurs, de beheersmaatschappij, de beheerders en hun vertegenwoordigers en in voorkomende gevallen de vergoedingen aan correspondenten;
-
de vergoedingen voor werkzaamheden van het Administratie- en Domiciliary-kantoor;
-
accountantskosten en -honoraria;
-
honoraria, zitpenningen, vergoedingen en/of en onkostenvergoedingen aan de leden van de Raad van Bestuur;
-
de kosten in verband met het drukken en publiceren van informatie voor de aandeelhouders, met name de kosten voor het drukken en verspreiden van de periodieke verslagen, prospectussen en brochures;
-
de provisies en makelaarskosten voor transacties betreffende effecten die de Vennootschap in portefeuille heeft;
-
alle eventueel op de inkomsten van de Vennootschap drukkende belastingen en heffingen;
-
de jaarlijkse registratierechten (zie hoofdstuk VIII punt 1), belastingen en alle andere kosten die aan de toezichthoudende instanties betaald dienen te worden, en de kosten in verband met dividenduitkering;
-
de advieskosten en andere kosten van buitengewone maatregelen, met name de kosten voor advies van deskundigen of voor maatregelen ter bescherming van de belangen van de aandeelhouders;
-
de jaarlijkse kosten van de beursnotering;
-
de contributies voor de beroepsverenigingen en andere organisaties van het Luxemburgs financieel centrum (hierna het “Centrum” genoemd) waaraan de Vennootschap kan besluiten deel te nemen in zijn eigen belang en dat van zijn aandeelhouders.
Deze kosten en uitgaven worden in principe betaald uit de activa van de verschillende subfondsen in verhouding tot hun intrinsieke waarde. Als vergoeding voor de activiteiten als Depothoudende bank, Hoofdbetaalkantoor, Gedelegeerd Leveringskantoor en Gedelegeerd Registerbeheerder die zij voor de Vennootschap levert, zal BPSS Luxembourg een jaarlijkse vergoeding ontvangen van maximaal 0,13%, te berekenen over het gemiddelde van de intrinsieke waarden van de verschillende subfondsen van de Vennootschap voor de periode waarover de vergoeding is verschuldigd. Als vergoeding voor de activiteiten als Administratie- en Domiciliary-kantoor, Leveringskantoor en Registerbeheerder die zij voor de Vennootschap levert, zal BNP PAM Lux, een jaarlijkse vergoeding ontvangen van maximaal 0,19%, te berekenen over het gemiddelde van de intrinsieke waarden van de verschillende subfondsen van de Vennootschap voor de periode waarover de vergoeding is verschuldigd. Voorts zijn alle onkosten, waaronder begrepen telefoon-, fax-, email- en verzendingskosten, etc., zonder dat deze opsomming beperkend is, die de Depothoudende Bank, het Administratie- en Domiciliary-kantoor of het Leveringskantoor/Gedelegeerd Leveringskantoor en de Registerbeheerder/Gedelegeerd Registerbeheerder heeft moeten maken in het kader van hun functies, evenals de kosten van de correspondenten, voor rekening van het betrokken subfonds van de Vennootschap. In haar hoedanigheid van hoofdbetaalkantoor mag de Depothoudende Bank de in het Groothertogdom gebruikelijke provisie berekenen.
34
Ingevolge de overeenkomst tussen de Vennootschap en BNP PAM Lux, zal de Vennootschap een beheersprovisie betalen tegen de in bijlage IV bij dit prospectus vermelde tarieven aan BNP PAM Lux. Elke vergoeding van de beheerders en gedelegeerde beheerders is inbegrepen in de vergoeding ontvangen door BNP PAM Lux. De terugkerende kosten zullen eerst in mindering worden gebracht op de beleggingsinkomsten en als deze niet toereikend zijn, op de gerealiseerde vermogenswinst. De kosten die verbonden zijn aan de oprichting van elk nieuw subfonds zullen zelf door het nieuwe subfonds worden gedragen en integraal worden afgeschreven over een periode van een jaar beginnende van de dag van oprichting van dat subfonds of over een periode zoals de Beheerders kunnen beslissen met een maximum van vijf jaar beginnende op de dag van oprichting van het subfonds. Wanneer een subfonds wordt geliquideerd, zullen de nog niet afgeschreven oprichtingskosten ten laste worden gebracht aan het subfonds dat in liquidatie is. 2.
INDIRECTE KOSTEN
De beheersprovisies van de ICBE’s en ICB’s waarin de subfondsen van PARVEST meer dan 10% van hun activa mogen beleggen bedragen maximaal 3% (zonder belastingen).
35
VIII. 1.
BELASTINGEN – TOEPASSELIJK RECHT – OFFICIËLE TAAL
BELASTINGEN
A. BELASTING VAN DE VENNOOTSCHAP De Vennootschap valt onder de Luxemburgse fiscale wetgeving. Krachtens de huidige wetgeving en voorschriften is de Vennootschap verplicht, vanaf de datum van verschijning van dit prospectus, een jaarlijks(fiscaal) registratierecht (registration tax) van 0,05% te betalen (de subfondsen of aandelen categorieën die in aanmerking komen voor het lagere tarief van 0,01%, m.a.w. “korte termijn” subfondsen alsook de categorie(ën) van aandelen “Institutions”, "Institutions Hedged EUR", "Institutions Hedged USD", "Institutions Hedged JPY" en “M” van de verschillende subfondsen, vormen hierop een uitzondering). Deze belasting dient per kwartaal te worden voldaan en die berekend wordt over de intrinsieke waarde van de Vennootschap aan het einde van het desbetreffende kwartaal. Voor de uitgifte van aandelen van de Vennootschap is slechts een vaste kapitaalbelasting van EUR 1.200,- verschuldigd, te voldoen bij de oprichting. Dit bedrag dekt de opbouw van het kapitaal. Er hoeven geen rechten of andere belastingen te worden betaald. De inkomsten die de Vennootschap ontvangt uit buitenlandse beleggingen, kunnen onderhevig zijn aan bronbelasting in het land van herkomst en worden derhalve pas na deze inhouding door de Vennootschap geïnd. Deze bronbelasting wordt niet opgelegd en komt niet in aanmerking voor restitutie. B. BELASTING VAN DE AANDEELHOUDERS VAN DE VENNOOTSCHAP Volgens de huidige wetgeving en voorschriften zijn noch de Vennootschap noch de aandeelhouders onderworpen aan belastingen of inhoudingen op hun inkomsten in Luxemburg, op de gerealiseerde vermogenswinst, op de overdracht van aandelen bij overlijden en op de verdeling ingevolge ontbinding, met uitzondering van: (i)
aandeelhouders die in Luxemburg gedomicilieerd zijn, er verblijven of permanent gevestigd zijn,
(ii) bepaalde aandeelhouders die niet in Luxemburg verblijven en die meer dan 10% van de aandelen van de Vennootschapnin bezit hebben en die hun aandelen volledig of gedeeltelijk overdragen binnen zes maanden na aankoop, (iii) in een beperkt aantal gevallen sommige aandeelhouders die vroeger in Luxemburg verbleven en die meer dan 10% van de aandelen van de Vennootschap in bezit hebben) (iv) aandeelhouders die natuurlijke personen zijn en die verblijven in een andere lidstaat van de Europese Unie dan Luxemburg en die via een in Luxemburg gevestigd betaalkantoor inkomsten op hun spaargeld ontvangen die voortvloeien uit de belegging in de Vennootschap, zoals wordt bepaald door de wet van 21 juni 2005 die de Richtlijn 2003/48/CE van 3 juni 2003 van de Raad van de Europese Unie i.v.m. de belasting op de inkomsten uit spaargeld in de vorm van rentebetalingen, in Luxemburgs recht omzet. Dergelijke inkomsten zijn onderworpen aan een bronheffing tegen een tarief vn 15% tot 30 juni 2008, 20% tot 30 juni 2011 en 35% vanaf 1 juli 2011. Huidige en potentiële aandeelhouders wordt aangeraden te informeren en, indien nodig, advies in te winnen over de wetten en voorschriften (vooral in verband met fiscaliteit zoals de in punt (iv) hierboven vermelde fiscaliteit op spaargeld, en valutacontrole) betreffende de inschrijving, de aankoop, het bezit van en de beschikking over aandelen in hun plaats van herkomst, hun verblijfplaats en/of hun woonplaats. 2.
TOEPASSELIJK RECHT
Geschillen tussen aandeelhouders en de Vennootschap wordt beslecht door arbitrage. De scheidsrechter(s) doen een uitspraak op grond van de Luxemburgse wet en deze uitspraak is bindend. 3.
OFFICIËLE TAAL
De officiële taal van het prospectus en de statuten is het Frans. Niettemin kunnen de Raad van Bestuur van de Vennootschap en de Depothoudende Bank, het Hoofdbetaalkantoor, het Administratie- en Domiciliary-kantoor en het Leveringskantoor/Gedelegeerd Leveringskantoor en de Registerbeheerder/Gedelegeerd Registerbeheerder, persoonlijk en namens de Vennootschap de vertaling van deze stukken in de talen van de landen waar de aandelen worden aangeboden en verkocht, verplicht achten. In het geval dat deze vertalingen afwijken van de Franse tekst, zal de Franse tekst bindend zijn.
36
IX. BOEKJAAR – VERGADERINGEN – VERSLAGEN 1.
BOEKJAAR
Het boekjaar start elk jaar op 1 maart en eindigt op de laatste dag van februari van ieder kalenderjaar. 2.
VERGADERINGEN
De jaarlijkse Algemene Vergadering van aandeelhouders wordt op de derde donderdag van juni om 11.00 uur gehouden in Luxemburg op het adres van de statutaire vestiging van de Vennootschap. Indien die dag in Luxemburg geen bankwerkdag is, wordt de jaarlijkse Algemene Vergadering gehouden op de eerstvolgende bankwerkdag. Om tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders te worden toegelaten, dient iedere eigenaar van aandelen aan toonder met certificaat zijn certificaten aan toonder ten minste vijf dagen voor de geplande datum van de Vergadering te deponeren op het statutaire adres van de Vennootschap of bij de in de oproep genoemde instellingen. De oproepen voor de Algemene Vergaderingen van Aandeelhouders, waarin de datum en het uur van de Vergadering en de aanwezigheids- en quorumvereisten worden vermeld, zullen ten minste 14 dagen tevoren aangetekend naar de in het aandeelhoudersregister vermelde adressen van de houders van aandelen op naam worden verzonden. In de oproepen wordt de agenda vermeld. De publicatie van de aankondiging van de vergadering geschiedt overeenkomstig de Luxemburgse wetgeving. De aandeelhouders van de door elk subfonds uitgegeven categorie(-ën) van aandelen, kunnen te allen tijde Algemene Vergaderingen houden die uitsluitend beraadslagen over onderwerpen die alleen dat subfonds betreffen. Daarnaast kunnen de aandeelhouders van elke categorie van aandelen te allen tijde Algemene Vergaderingen houden die uitsluitend beraadslagen over onderwerpen die alleen betrekking hebben op die categorie van aandelen. De besluiten die tijdens een dergelijke vergadering worden genomen, zijn respectievelijk van toepassing op de Vennootschap, het betrokken subfonds en/of de betrokken aandelencategorie. 3.
PERIODIEKE VERSLAGEN
Het door de accountant van de Vennootschap gecontroleerde jaarverslag per de laatste dag van februari en de niet-gecontroleerde halfjaarlijkse verslagen per 31 augustus zullen kosteloos verkrijgbaar worden gesteld aan de aandeelhouders. De Vennootschap is bevoegd om financiële verslagen in verkorte vorm te publiceren. Niettemin, kan een volledige versie van de financiële verslagen kosteloos worden verkregen op de statutaire vestiging van de Vennootschap, aan de loketten van de Depothoudende Bank, bij het Domiciliary-kantoor alsmede bij de andere door de Vennootschap aangewezen instellingen. In deze verslagen wordt informatie verstrekt over elk afzonderlijk subfonds en over het vermogen van de Vennootschap als geheel. De financiële overzichten van de subfondsen worden weergegeven in de valuta van het desbetreffende subfonds; de geconsolideerde rekening wordt in EUR opgemaakt. De jaarverslagen, die binnen vier maanden na het verstrijken van het boekjaar beschikbaar worden gesteld, en de halfjaarlijkse verslagen, die binnen twee maanden na het verstrijken van het betreffende halfjaar gepubliceerd worden, zijn beschikbaar voor de aandeelhouders.
37
X. LIQUIDATIE VAN DE VENNOOTSCHAP - FUSIE VAN SUBFONDSEN, CATEGORIEËN OF KLASSEN 1.
LIQUIDATIE VAN DE VENNOOTSCHAP De eventuele liquidatie van de Vennootschap zal overeenkomstig de bepalingen van de Luxemburgse Wet.
A. Minimumvermogen Indien het kapitaal van de Vennootschap tot onder twee derde van het vereiste minimum daalt, is de directie verplicht een voorstel tot ontbinding van de Vennootschap voor te leggen aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders, waarvoor in dit geval geen quorum vereist zal zijn, en die kan besluiten met een gewone meerderheid van de op de vergadering vertegenwoordigde aandelen. Indien het kapitaal van de Vennootschap tot onder één vierde van het vereiste minimum daalt, is de directie verplicht de kwestie van de ontbinding van de Vennootschap voor te leggen aan de Algemene Vergadering van aandeelhouders, waarvoor in dit geval geen quorum vereist zal zijn. Tijdens deze vergadering kan tot ontbinding worden besloten door de aandeelhouders die samen één vierde van de op deze vergadering vertegenwoordigde aandelen bezitten. De vergadering dient op een zodanige manier bijeengeroepen te worden dat zij binnen 40 dagen vanaf het moment dat is vastgesteld dat de intrinsieke waarde tot onder tweederde of één vierde van het wettelijk minimum is gedaald, gehouden kan worden. De Vennootschap kan ook worden ontbonden door een besluit van een Algemene Vergadering overeenkomstig de betreffende statutaire bepalingen. De besluiten van de Algemene Vergadering of de beslissing van de rechtbank tot ontbinding en liquidatie van de Vennootschap, zal worden gepubliceerd in het 'Mémorial' en in twee kranten met een adequate oplage, waarvan één een Luxemburgse krant moet zijn. De aankondiging zal worden gepubliceerd op verzoek van de vereffenaar(s). B. Vrijwillige liquidatie Ingeval van liquidatie van de Vennootschap wordt de vereffening uitgevoerd door één of meer vereffenaars, die benoemd worden overeenkomstig de statuten van de Vennootschap en de Wet betreffende ICB's, waarin wordt aangegeven hoe de netto-opbrengst bij vereffening, na aftrek van de vereffeningskosten, onder de aandeelhouders moet worden verdeeld. Bedragen die ten tijde van de vereffening niet zijn uitgekeerd, zullen tot de verjaringsdatum ten behoeve van de rechthebbenden aan de 'Caisse des Consignations' in Luxemburg worden overgedragen. Zodra een besluit tot ontbinding van de Vennootschap is genomen, worden de uitgifte en conversie van aandelen opgeschort. Zodra het besluit tot ontbinding van de Vennootschap is genomen, wordt de terugkoop van aandelen opgeschort, tenzij de Algemene Vergadering anders beslist; in dit geval dient rekening te worden gehouden met de liquidatiekosten om deze terugkoop mogelijk te maken. 2.
SLUITING EN FUSIE VAN SUBFONDSEN, CATEGORIEËN OF KLASSEN
A. SLUITING VAN SUBFONDSEN, CATEGORIEËN OF KLASSEN Indien de activa van een subfonds volgens de Raad van Bestuur niet (meer) voldoende zijn om een goed beheer mogelijk te maken, kan de Raad van Bestuur besluiten dat subfonds te sluiten. Hetzelfde kan zich voordoen in het kader van een verkleining van het aan de cliënten aangeboden productenassortiment. In dat geval zal een bericht in de in artikel XI hierna vermelde dagbladen worden gepubliceerd om de aandeelhouders van de Vennootschap en in het bijzonder de aandeelhouders van het desbetreffende subfonds, categorie of klasse in kennis te stellen van de beslissing tot sluiting en de procedure daarvan. Alle houders van aandelen op naam van dit subfonds zullen eveneens een bericht over de sluiting van het subfonds, categorie of klasse toegestuurd krijgen. De netto activa van het betrokken subfonds, categorie of klasse zullen in dat geval worden verdeeld onder de overige aandeelhouders van dat subfonds, categorie of klasse. De bedragen die na afloop van de liquidatietransacties van het betrokken subfonds niet zijn uitgekeerd, zullen tot de verjaringsdatum ten behoeve van de rechthebbenden in bewaring worden gegeven bij de ’Caisse des Consignations’ in Luxemburg. B. FUSIE VAN SUBFONDSEN, CATEGORIEËN OF KLASSEN In het belang van de aandeelhouders kan de Raad van Bestuur van de Vennootschap besluiten een subfonds, categorie of klasse te fuseren met één of meer andere subfondsen, categorieën of klassen van de Vennootschap, of de aan een subfonds, categorie of
38
klasse toe te wijzen activa en passiva over te dragen naar een andere ICB naar Luxemburgs recht, die opgericht is in overeenstemming met de bepalingen van Deel I van de Wet, of in een subfonds, categorie of klasse binnen een andere dergelijke ICB. Een zodanige beslissing dient te worden bekendgemaakt op de hierna beschreven wijze en de publicatie dient informatie betreffende de andere ICB te bevatten. In geval van een fusie met een andere beleggingsinstelling van het type “gemeenschappelijk beleggingsfonds”, zal de fusie slechts bindend zijn voor de aandeelhouders van het desbetreffende subfonds, de desbetreffende categorie of klasse die zich uitdrukkelijk met die fusie akkoord hebben verklaard. De aandelen die toebehoren aan de aandeelhouders die zich niet over de samenwerking hebben uitgesproken, zullen daarentegen worden teruggekocht. In alle vormen van fusies zal een bericht over de verscheidene fusietransacties van deze subfondsen, categorieën of klassen worden verstrekt aan de houders van aandelen op naam van de betrokken subfondsen, categorieën of klassen. Dit bericht zal eveneens gepubliceerd worden in ten minste één regelmatig verschijnende Luxemburgse krant en in de dagbladen van de landen waar de aandelen worden verhandeld, zoals bepaald door de Raad van Bestuur. Deze publicatie dient ten minste één maand voor de datum waarop de fusie effectief wordt, plaats te vinden om de aandeelhouders de gelegenheid te geven de terugkoop van hun aandelen zonder kosten aan te vragen (behoudens eventuele plaatselijke belastingen). De accountant van de Vennootschap zal een verslag over de fusie opstellen. Tot deze fusies kan worden besloten naar aanleiding van diverse economische omstandigheden. De als gevolg van fusies van subfondsen, categorieën of klassen resterende bedragen zullen op dezelfde wijze worden verwerkt als bij inschrijvingen of conversies.
39
XI. INFORMATIE – DOCUMENTEN TER INZAGE 1.
BESCHIKBARE INFORMATIE
A. Intrinsieke waarde Informatie betreffende de intrinsieke waarde van de aandelen van elk subfonds is op elke bankwerkdag beschikbaar op het statutaire adres van de Vennootschap. De Raad van Bestuur kan op een later tijdstip besluiten de intrinsieke waarden te publiceren in kranten van de landen waar de aandelen van de Vennootschap worden aangeboden of verkocht. De intrinsieke waarden kunnen ook worden verkregen op het statutaire adres van het Domiciliary-kantoor en bij de andere betaalkantoren. B. Uitgifte- en terugkoopprijzen De uitgifte- en terugkoopprijzen van de aandelen van elk subfonds van de Vennootschap zullen dagelijks worden bekendgemaakt ten kantore van het Administratiekantoor en bij de andere betaalkantoren. C. Kennisgevingen aan de aandeelhouders Andere voor de aandeelhouders bestemde informatie zal in het Mémorial in Luxemburg worden gepubliceerd indien de statuten of het prospectus publicatie voorschrijven. Deze informatie kan ook worden gepubliceerd in een regelmatig verschijnende Luxemburgse krant. 2.
DOCUMENTEN TER INZAGE
De volgende documenten kunnen door de aandeelhouders worden ingezien op het statutaire adres van de Vennootschap: 1.
de Statuten van de Vennootschap;
2.
de overeenkomst van Depothoudende bank en Hoofdbetaalkantoor tussen de Vennootschap en BPSS Luxembourg ,
3. de overeenkomst van Administratiekantoor, Domiciliary-kantoor, Registerbeheerder en Leveringskantoor tussen de Vennootschap en BNP Paribas Asset Management Luxembourg, 4.
de Hoofddistributeurovereenkomst tussen de Vennootschap en BNP PAM Lux,
5.
de overeenkomst van Gedelegeerd Leveringskantoor en Gedelegeerd Registerbeheerder tussen BNP PAM Lux en BPSS Luxembourg,
6.
de overeenkomst van Betaalkantoor voor Luxemburg tussen BPSS Luxembourg en BNP Paribas Luxembourg,
7.
de overeenkomst betrekking hebbende op de beheersdelegatie tussen BNP PAM Lux en BNP Paribas Asset Management, Parijs,
8.
de overeenkomst betrekking hebbende op de beheersdelegatie BNP PAM Lux en BNP Paribas Asset Management U.K. Limited, Londen,
9.
de overeenkomst betrekking hebbende op de beheersdelegatie tussen BNP PAM Lux en BNP Paribas Asset Management Japan Ltd., Tokio,
10. de overeenkomst betrekking hebbende op de beheersdelegatie tussen BNP PAM Lux en BNP Paribas Asset Management Brasil Ltda, Sao Paulo, 11. de gedelegeerdebeheersovereenkomst tussen BNP Paribas Asset Management U.K. Limited, Londen en Fisher Francis Trees & Watts, Londen, 12. de gedelegeerdebeheersovereenkomst tussen BNP Paribas Asset Management, Parijs en Neuberger Bermann LLC, New York, ; 13. de gedelegeerdebeheersovereenkomst tussen BNP Paribas Asset Management, Parijs en IT Management, Parijs, 14. de gedelegeerdebeheersovereenkomst tussen BNP Paribas Asset Management, Parijs, en Lincoln Capital Fixed Income Management Company, LLC (waarvan de naam op 1 april 2005 is gewijzigd in Lehman Brothers Asset Manangement LLC),
40
15. de gedelegeerdebeheersovereenkomst tussen BNP Paribas Asset Management, Parijs en WHTM Asset Management Limited (waarvan de naam op 13 oktober 2004 is gewijzigd in Hyperion Asset Management Limited), Brisbane, 16. de gedelegeerdebeheersovereenkomst tussen BNP Paribas Asset Management, Parijs en MFS International (UK) Limited, Londen, 17. de gedelegeerdebeheersovereenkomst tussen BNP Paribas Asset Management Japan Ltd., Tokio en Sumitomo Mitsui Asset Management Company Limited, Tokyo, 18. de gedelegeerdebeheersovereenkomst gesloten tussen BNP Paribas Asset Management, Parijs en Pzena Investment Management, LLC, 19. de gedelegeerdebeheersovereenkomst tussen BNP Paribas Asset Management, Parijs en Alliance Capital Management L.P., New York, 20. de gedelegeerdebeheersovereenkomst gesloten tussen BNP Paribas Asset Management, Parijs en Overlay Asset Management, 21. de gedelegeerdebeheersovereenkomst gesloten tussen BNP Paribas Asset Management, Parijs en SPARX Asset Management Co., Ltd., 22. de gedelegeerdebeheersovereenkomst gesloten tussen BNP Paribas Asset Management, Paris en Optimum Investment Advisors, LLC, 23. de gedelegeerdebeheersovereenkomst gesloten tussen BNP Paribas Asset Management Parijs en FundQuest, 24. de garantieovereenkomst tussen BNP Parisbas S.A., Parijs en de Vennootschap, voor het subfonds PARVEST Floor 90 Euro. De bovengenoemde overeenkomsten kunnen in onderlinge overeenstemming tussen de betrokken partijen worden gewijzigd. Inschrijvingsformulieren kunnen worden verkregen op het statutaire adres van de Vennootschap.
41
BIJLAGEN BIJLAGE I – BELEGGINGSBELEID VAN DE SUBFONDSEN, FINANCIËLE TECHNIEKEN EN INSTRUMENTEN De hoofddoelstelling van de Vennootschap bestaat eruit de aandeelhouders de mogelijkheid te bieden te participeren in het professionele beheer van portefeuilles van overdraagbare effecten en/of van andere liquide financiële activa in de zin van de Wet betreffende de ICB's, en zoals gedefinieerd in het beleggingsbeleid van elk subfonds van de Vennootschap. De beleggingsbeperkingen worden beschreven in bijlage II bij dit prospectus. 1.
ALGEMENE BELEGGINGSBEPALINGEN
Het beleggingsbeleid van elk der subfondsen zoals omschreven in punt 3 van deze appendix wordt bepaald door de Raad van Bestuur. Het beleggingsbeleid van de verschillende subfondsen is onderworpen aan de bij wet en dit prospectus vooral Bijlage II opgelegde beperkingen. Het doel van elk subfonds is de waarde van de belegde activa te verhogen. De Vennootschap neemt risico’s voor zover het die redelijk acht ten opzichte van de te verwezenlijken doelstelling. Gezien de koersschommelingen op de beurs en de andere risico’s waaraan overdraagbare effecten onderhevig zijn, kan de Vennootschap echter niet garanderen dat dit beoogde doel wordt verwezenlijkt. Subfondsen die “voornamelijk” beleggen in een bepaalde categorie beleggingen moeten ten minste 2/3 van hun activa in de desbetreffende categorie beleggen; subfondsen met als doel een “meerderheidspositie” in een bepaalde categorie beleggingen te verkrijgen, moet meer dan 50% van hun activa in de desbetreffende categorie beleggen. De begrippen “voornamelijk” en “meerderheidspositie” zijn van toepassing op het soort belegging, de geografische of economische sector, de nationaliteit, de lokaliteit of de marktkapitalisatie van de vennootschappen, de uitgevende instelling, de kwaliteit van de uitgevende instellingen of van de uitgiften, de beursindex en de munteenheid van de beleggingen zoals beschreven in het beleggingsbeleid van de verschillende subfondsen. Bij de uitoefening van inschrijvingsrechten die verbonden zijn aan de overdraagbare effecten of de geldmarktinstrumenten die tot haar activa behoren hoeft de Vennootschap zich niet te houden limieten genoemd in deze Bijlage alsmede deze genoemd in Bijlage II – "Beleggingsbeperkingen" van het prospectus. Indien de limieten bedoeld in deze Bijlagen of in Bijlage II overschreden worden buiten de macht van de Vennootschap of ten gevolge van de uitoefening van de inschrijvingsrechten, moet de Vennootschap bij zijn toekomstige verkooptransacties voorrang geven aan het ongedaan maken van de ontstane situatie, daarbij rekening houdend met de belangen van de aandeelhouders. Met het oog op een doeltreffend beleid kan de Raad van Bestuur beslissen dat de activa van bepaalde subfondsen gezamenlijk worden beheerd, als deze wijze van beheer overeenstemt met het beleggingsbeleid van de betrokken subfondsen. In voorkomend geval worden de activa van de verschillende subfondsen gezamenlijk beheerd. De activa die gezamenlijk worden beheerd worden "pools" genoemd, waarbij deze pools uitsluitend voor intern beheer worden gevormd. Deze pools vormen geen afzonderlijke entiteiten en zijn niet rechtstreeks toegankelijk voor beleggers. Ieder gezamenlijk beheerd subfonds zal eigenaar zijn van een deel van de gezamenlijk beheerde activa dat overeenstemt met het percentage van zijn netto activa in verhouding tot de totale waarde van de gezamenlijk beheerde activa. In geval van een nieuwe inschrijving in een subfonds onder gezamenlijk beheer zal de opbrengst van deze inschrijving aan de gezamenlijk beheerde subfondsen worden toegewezen, waarbij rekening wordt gehouden met de gewijzigde proporties als gevolg van de toename van de netto activa van het subfonds onder gezamenlijk beheer waarin wordt ingeschreven. Omgekeerd geldt dat in geval van terugkoop in een subfonds onder gezamenlijk beheer de vereiste liquiditeiten kunnen worden afgenomen van de liquiditeiten in bezit van de subfondsen onder gezamenlijk beheer, waarbij rekening wordt gehouden met de gewijzigde proporties als gevolg van de vermindering van de netto activa van de entiteit onder gezamenlijk beheer waarin de terugkoop wordt uitgevoerd. De rechten van ieder betrokken subfonds op de gezamenlijk beheerde activa zijn van toepassing op alle beleggingen van de pool. De aanvullende beleggingen die worden uitgevoerd voor rekening van de subfondsen onder gezamenlijk beheer zullen overeenkomstig hun respectieve rechten aan deze subfondsen worden toegewezen. Op analoge wijze zullen de verkochte activa overeenkomstig hun respectieve verplichtingen proportioneel worden afgenomen van de activa in het bezit van deze subfondsen.
42
De hierna vermelde beleggingstypes hebben tot doel bepaalde beleggingscategorieën te preciseren en, in voorkomend geval, de beleggingsbeperkingen die daarop van toepassing zijn. Deze paragrafen mogen geenszins worden gezien als een volledige definitie van de erkende beleggingscategorieën. Het gebruik van ADR's/GDR's verwijst naar American Depository Receipts en Global Depository Receipts, die substituten van effecten zijn die om wettelijke redenen niet plaatselijk gekocht kunnen worden; ADR's en GDR's zijn niet plaatselijk genoteerd maar aan beurzen zoals New York en Londen. A. Beleggingen in effecten die schuldvorderingen vertegenwoordigen (a)
Algemene bepalingen
Bij de uitvoering van hun beleggingsbeleid zullen de “Obligatie”-subfondsen, die aan het begin van dit prospectus worden vermeld, minstens twee derde van hun activa in verschillende soorten obligaties beleggen, zoals obligaties met vaste of veranderlijke rente, geïndexeerde, ondergeschikte obligaties of obligaties “cum warrants” en de Asset Backed Securities. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in converteerbare obligaties, in aandelen of andere effecten en aandelenbelangen en/of in geldmarktinstrumenten. Hierbij dient wel te worden gepreciseerd dat deze beleggingen nooit meer mogen bedragen dan respectievelijk een vierde, een tiende of een derde van de totale activa van het desbetreffende subfonds. Voor de subfondsen waarvan het hoofdbeleggingsbeleid bestaat in het beleggen in converteerbare obligaties mag het resterende gedeelte van de activa worden belegd in vooral andere converteerbare obligaties dan die bepaald in het hoofdbeleggingsbeleid evenals in elk ander effect dat in het beleid van de subfondsen in kwestie wordt bepaald. (b) Specifieke bepalingen met betrekking tot de Asset Backed Securities (ABS) Met ABS wordt in dit prospectus verwezen naar alle effecten voortgesproten uit de zogeheten "effectiseringsactiviteiten" (cash of synthetisch). Effectisering is het mechanisme waarmee specifieke financiële activa worden omgezet in effecten die op de kaptiaalmarkten kunnen worden verhandeld. Binnen de ABS bestaan er meerdere grote families die overeenstemmen met specifieke activacategorieën, nl.: y
de "klassieke" Asset Backed Securities zijn verhandelbare effecten waarvan de onderliggende activa overeenstemmen met activa die financieringen/verbruikleningen in de ruime zin van het woord vertegenwoordigen.
y
de Mortgage Backed Securities (MBS) zijn verhandelbare effecten waarvan de onderliggende activa overeenstemmen met activa die financieringen/hypotheekleningen in de ruime zin van het woord vertegenwoordigen. De MBS omvatten in het bijzonder de Interest Only (IO) en de Principal Only (PO):
y
de Collateralized Debt Obligations (CDO) zijn verhandelbare effecten waarvan de onderliggende activa overeenstemmen met activa die kredietinstrumenten vertegenwoordigen die over het algemeen worden toegekend aan ondernemingen of vergelijkbare entiteiten in de ruime zin (effecten die vorderingen en/of leningen vertegenwoordigen (in dit laatste geval "Collateralized Loan Obligations" (CLO) genoemd)).
Bijzonder geval voor de "synthetische CDO": De onderliggende activa van een CDO worden over het algemeen aangeschaft op de markt en worden direct gehouden door de uitgevende instelling van de CDO. De uitgevende instelling van de CDO kan echter via transacties op kredietderivaten (vooral CDS) blootgesteld zijn aan de onderliggende activa. In dat geval spreekt men van "synthetische CDO" of "Pooled Corporate CDS". Het principe van de synthetische CDO bestaat erin producten te vormen op basis van een geheel van kredietderivaten (vooral CDS). Dientengevolge zijn de in punt 2. "Financiële technieken en instrumenten" bepaalde gebruikslimieten mutatis mutandis van toepassing op de onderliggende kredietderivaten. De beheerders/gedelegeerd beheerders zullen de ABS kiezen die een zo voorspelbaar en veilig mogelijke liquiditeitenstroom genereren. B. Beleggingen in effecten die kortetermijnvorderingen vertegenwoordigen De beleggingen van de “Korte termijn”-subfondsen worden zodanig verricht dat de gemiddelde resterende looptijd van de effecten in portefeuille kleiner is dan 12 maanden en dat de resterende looptijd van elk effect minder is dan 3 jaar. Wanneer in de
43
uitgiftevoorwaarden is bepaald dat de rentevoeten minstens jaarlijks op basis van de marktomstandigheden worden aangepast, geldt de volgende renteaanpassing als vervaldag. De “Korte termijn”-subfondsen mogen niet beleggen in aandelen, in andere effecten en aandelenbelangen en evenmin in converteerbare obligaties en obligaties met warrant. C. Beleggingen in deelbewijzen van ICBE's of andere ICB's De subfondsen van de Vennootschap mogen beleggen in deelbewijzen van andere ICBE's of andere ICB's binnen de grenzen van 10% van de intrinsieke waarde per subfonds. De subfondsen PARVEST Dynamic Short Term Euro, PARVEST Europe Selection, PARVEST Target Return (Euro), PARVEST Target Return (USD), PARVEST Target Return Plus (Euro), PARVEST Target Return Plus (USD), PARVEST World Bond Selection et PARVEST World Gold zijn echter te allen tijde voor minstens 10% van hun activa belegd in deelbewijzen van andere ICBE’s of andere ICB’s. D. Transacties op warrants Binen de grenzen bepaald in Bijlage II – "Beleggingsbeperkingen" mag worden belegd in warrants op overdraagbare effecten. Toekomstige beleggers dienen zich ervan bewust te zijn dat beleggingen in warrants op overdraagbare effecten (aandelen…) tot een verhoogde volatiliteit van de portefeuille kunnen leiden. 2.
FINANCIËLE TECHNIEKEN EN INSTRUMENTEN
A. Algemene bepalingen Met het oog op een goed beheer van de portefeuille en/of om haar activa en verplichtingen te beschermen, mag de Vennootschap voor ieder subfonds gebruik maken van technieken en instrumenten die betrekking hebben op Overdraagbare Effecten en Geldmarktinstrumenten. Bovendien mag elk subfonds transacties aangaan met als doel de aan- of verkoop van termijncontracten op wisselkoersen, de aanof verkoop van valutatermijncontracten en de verkoop van koopopties of de aankoop van verkoopopties op deviezen om de activa te beschermen tegen schommelingen in de wisselkoersen of om het rendement te optimaliseren, d.w.z. met het oog op een goed portefeuillebeheer. B. Afgeleide financiële instrumenten (a) Specifieke bepalingen met betrekking tot Credit Default Swaps (CDS) De compartimenten mogen gebruik maken van Credit Default Swaps (CDS). Met een CDS wordt het risico dat aan een bepaalde lener (onderneming of een soevereine staat) is verbonden van een van de partijen (de koper van de CDS) naar de andere partij (de verkoper van de CDS) overgedragen. Met deze transactie wordt het risico, dat gelijk is aan het verschil tussen de nominale waarde en de marktwaarde van het door de lener uitgegeven schuldeffect dat de onderliggende activa van de CDS vormt, van de verkoper naar de koper overgedragen. Deze overdracht gebeurt alleen wanneer sprake is van "wanbetaling". Deze wanbetaling komt van de kant van de lener en kan bijv. betekenen dat hij wordt geliquideerd, dat hij zijn schulden niet kan herschikken of de voorziene terugbetalingen niet kan uitvoeren. Het merendeel van de CDS-contracten is gebaseerd op een fysische liquidatie waarbij de verkoper de nominale waarde van het onderliggende schuldeffect aan de koper betaalt tegen afgifte van dit effect. Een alternatief bestaat erin dat hete contract tegen betaling wordt geliquideerd, d.w.z. dat de verkoper aan de koper het verschil betaalt tussen de nominale waarde en de marktwaarde. In ruil voor deze dekking dient de koper van een CDS regelmatig een premie te betalen aan de verkoper. De betaling van deze premies houdt op van zodra zich een wanbetaling voordoet. De Vennootschap mag uitsluitend CDS-contracten sluiten op basis van standaarddocumenten (in het bijzonder ISDA-contracten) en met financiële instellingen van eerste kwaliteit die gespecialiseerd zijn in dit type van transacties. De market-to-market waardering van dergelijke instrumenten wordt bepaald volgens dezelfde frequentie als de intrinsieke waarde. De exposure van ieder subfonds in CDS mag samen met de exposure van dit subfonds aan de overige technieken en instrumenten, nooit groter zijn dan de totale netto waarde van de portefeuille. Een CDS-contract kan met het oog op de volgende doelstellingen worden gesloten:
44
a.
als dekking: de Vennootschap mag CDS-contracten sluiten om zich in te dekken tegen specifieke of algemene risico's die verbonden zijn aan haar kredietactiviteiten door dergelijke beschermingen te kopen.
b.
met het oog op een goed portefeuillebeheer: om haar beleggingsdoelstellingen te halen mag de Vennootschap CDS-contracten sluiten om daarmee algemene of specifieke exposures te verwerven die verbonden zijn aan haar kredietactiviteiten.
De CDS-contracten zullen samen met de overige afgeleide instrumenten, zodanig worden gesloten dat de exposure aan alle onderliggende activa niet groter is dan welke door de beleggingsbeperkingen is bepaald. De relatieve exposure aan de verkochte CDS-contracten is gelijk aan de onderliggende nominale waarde van het contract, terwijl de aan de gekochte CDS-contracten gekoppelde exposure gelijk is aan de geactualiseerde waarde van de te betalen premies. (b) Gebruikslimieten Wanneer transacties het gebruik van afgeleide instrumenten betreft, dienen de voorwaarden en limieten vastgesteld in Bijlage II Sectie A, punt (7), Sectie C, punten (9), (10), (11), (13) en (14) evenals in Sectie D, punt (1) te worden nageleefd. In het kader van de internationale distributie van bepaalde (hieronder vermelde) subfondsen en overeenkomstig de modaliteiten afgesproken met de toezichthoudende overheid van de desbetreffende landen, mag het totaal bedrag dat met het oog op een goed portefeuillebeheer en/of om de activa te beschermen, in afgeleide producten wordt belegd, niet groter zijn dan 15% van de laatste intrinsieke waarde voor de volgende subfondsen: PARVEST Asia, PARVEST Asian Bond, PARVEST Asian Convertible Bond, PARVEST Australia, PARVEST Balanced (Euro), PARVEST Balanced (USD)* PARVEST Conservative (Euro), PARVEST Converging Europe, PARVEST Growth (Euro), PARVEST Emerging Markets Bond, PARVEST Euro Bond, PARVEST Euro Corporate Bond, PARVEST Euro Equities, PARVEST Euro Government Bond, PARVEST Euro Medium Term Bond, PARVEST Euro Small Cap, PARVEST Europe Alpha, PARVEST Europe Dividend, PARVEST Europe Financials, PARVEST Europe Growth, PARVEST Europe Mid Cap, PARVEST Europe Opportunities, PARVEST European Bond, PARVEST European Bond Opportunities, PARVEST European Convertible Bond, PARVEST France, PARVEST Italy, PARVEST Japan, PARVEST Japan Yen Bond, PARVEST Japan Small Cap, PARVEST Latin America, PARVEST Scandinavian Bond, PARVEST Short Term (CHF), PARVEST Short Term (Dollar), PARVEST Short Term (Euro), PARVEST Short Term (Sterling), PARVEST Switzerland, PARVEST UK, PARVEST US Dollar Bond, PARVEST US High Yield Bond, PARVEST US Small Cap, PARVEST USA, PARVEST World, PARVEST World Bond, PARVEST World Brands, PARVEST World Resources, PARVEST World Technology. * Op 24 oktober 2006 zal de naam van het subfonds PARVEST Balanced (USD) worden veranderd in PARVEST Target Return Plus (USD). Tenslotte mag het gebruik van transacties met betrekking tot derivaten of andere financiële technieken en instrumenten hoe dan ook niet tot gevolg hebben dat de Vennootschap afwijkt van haar in het prospectus vermelde beleggingsdoelstellingen. (c) Risico's - Waarschuwing Om het rendement van hun portefeuille te optimaliseren mogen alle subfondsen gebruik maken van de technieken en afgeleide instrumenten beschreven in deze Bijlage alsmede in Bijlagen II (vooral renteswaps, deviezencontracten en contracten op andere financiële instrumenten, termijncontracten, opties op overdraagbare effecten, op rentevoeten of op termijncontracten), waarbij de voorwaarden in de hierboven vermelde Bijlagen dienen te worden nageleefd. Beleggers worden erop gewezen dat de marktvoorwaarden en de geldende voorschriften het gebruik van deze instrumenten kunnen beperken. Er kan geen enkele garantie worden gegeven dat deze strategieën ook succes zullen hebben. De subfondsen die gebruik maken van deze technieken en instrumenten zijn voor deze beleggingen blootgesteld aan risico’s en kosten waaraan zij niet hadden blootgesteld geweest zijn als zij geen gebruik hadden gemaakt van deze strategieën. Wij willen beleggers attenderen op het grotere volatiliteitsrisico dat subfondsen lopen als zij deze technieken en instrumenten voor andere doeleinden dan indekking gebruiken (vooral de subfondsen met risiconiveau 3, 4 of 5 (zie de "Lijst met subfondsen" vooraan in het prospectus)). Als blijkt dat de verwachtingen van de beheerders en gedelegeerd beheerders met betrekking tot de schommelingen op de effecten-, valuta- en rentemarkten fout zijn, kan het betrokken subfonds er slechter voorstaan dan indien het geen gebruik had gemaakt van deze strategieën. Wat het gebruik van afgeleide instrumenten betreft, mag elk subfonds OTC-transacties op termijncontracten of contantencontracten op indexen of andere financiële instrumenten en op swaps op indexen of andere financiële instrumenten aangaan met eersterangs gespecialiseerde banken of makelaars die optreden als tussenpersoon. Hoewel de overeenstemmende markten niet noodzakelijk als volatieler dan andere termijnmarkten staan aangeschreven genieten de spelers bij hun transacties op deze markten minder bescherming tegen wanbetaling omdat de op deze markten verhandelde contracten niet door een clearing instituut zijn gegarandeerd.
45
C. Repurchaseovereenkomsten, retrocessieovereenkomsten, overeenkomsten tot verbruikleen van effecten (a)
Repurchaseovereenkomsten, retrocessieovereenkomsten
Het is de Vennootschap aanvullend en om een grotere dynamiek in te bouwen, toegestaan repurchaseovereenkomsten of retrocessieovereenkomsten te sluiten. Dergelijke overeenkomsten betreffen de aankoop en verkoop van effecten waarbij een clausule de verkoper het recht geeft of hem verplicht ingevolge de voorwaarden van de overeenkomst de effecten van de koper terug te kopen tegen een prijs en gedurende een termijn als tussen de twee partijen bij het afsluiten van de overeenkomst is overeengekomen. De Vennootschap mag bij deze repurchaseovereenkomsten of retrocessieovereenkomsten als koper of verkoper optreden, echter met inachtneming van de volgende regels: (i)
In het kader van een repurchaseovereenkomst of retrocessieovereenkomst mag de Vennootschap uitsluitend effecten aan- of verkopen indien de tegenpartij een financiële instelling is die een hoge ‘rating’ heeft en die gespecialiseerd is in de uitvoering van dergelijke overeenkomsten.
(ii) Gedurende de looptijd van een repurchaseovereenkomst mag de Vennootschap de effecten die onderwerp zijn van een dergelijke overeenkomst niet verkopen vóór het tijdstip waarop de tegenpartij haar kooprecht uitoefent of waarop de terugkooptermijn verstrijkt. (iii) Wanneer de Vennootschap open-end is, moet zij het volume van de repurchaseovereenkomsten of retrocessieovereenkomsten zodanig vaststellen dat zij te allen tijde kan voldoen aan haar verplichtingen van terugkoop. (b) Overeenkomsten tot verbruikleen van effecten De Vennootschap mag overeenkomsten tot verbruikleen van effecten aangaan mits de volgende regels in acht worden genomen: (i)
De Vennootschap mag uitsluitend deelnemen aan overeenkomsten tot verbruikleen van effecten binnen een gestandaardiseerd systeem, georganiseerd door een erkende clearing instelling of een hierin gespecialiseerde financiële instelling met een hoge ‘rating’.
(ii) Met betrekking tot deze overeenkomsten dient de Vennootschap in principe voldoende zekerheid te verkrijgen die op de contractdatum tenminste gelijk is aan de waarde van de globale waardering van de uitgeleende effecten. Deze zekerheid wordt verstrekt in de vorm van contant geld en/of effecten uitgegeven of gegarandeerd door een OESOlidstaat, diens plaatselijke bevoegde instanties of door supranationale instellingen en organisaties met communautair, regionaal of mondiaal karakter, en die op naam van de Vennootschap geblokkeerd blijven tot de afloop van de verbruikleenovereenkomst in effecten. Een dergelijke zekerheid is niet vereist indien de lening op effecten geschiedt via CLEARSTREAM of EUROCLEAR of via iedere andere instelling die de lener via een zekerheid of anderszins de garantie geeft dat de waarde van de geleende effecten wordt terugbetaald. (iii) De overeenkomsten tot verbruikleen van effecten mogen niet langer dan 30 dagen duren en mogen niet meer dan 50% van de totale marktwaarde van de effecten in portefeuille van het betrokken subfonds bedragen. Deze beperking is niet van toepassing ingeval de Vennootschap het recht heeft om op ieder tijdstip de beëindiging van de overeenkomst en de teruggave van de uitgeleende effecten te vorderen. (iv) De Vennootschap mag de geleende effecten niet verkopen tijdens de volledige looptijd van de lening, tenzij er een dekking bestaat middels financiële instrumenten, waardoor de Vennootschap aan het eind van de transacties de geleende effecten kan terugbetalen. (v) De overeenkomsten tot verbruikleen van effecten mogen niet langer dan 30 dagen duren en mogen niet meer dan 50% van de totale marktwaarde van de effecten in portefeuille van ieder subfonds bedragen. (vi) De Vennootschap mag alleen in de volgende uitzonderlijke omstandigheden overeenkomsten tot verbruikleen van effecten aangaan: (x) wanneer de Vennootschap zich heeft verbonden tot de verkoop van effecten uit haar portefeuille op het ogenblik dat deze effecten bij een regeringsoverheid worden geregistreerd en dus niet beschikbaar zijn; (y) wanneer geleende effecten niet op tijd worden teruggegeven; en (z) om te voorkomen dat een beloofde levering van effecten niet kan doorgaan indien de Bewaarder zijn verplichting niet nakomt en de effecten in kwestie niet levert.
46
3.
BELEGGINGSBELEID VAN DE SUBFONDSEN
*
Het subfonds "PARVEST ASIA" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of in effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in Aziatische landen, met uitzondering van Japan. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of effecten vergelijkbaar met aandelen anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, in obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Beleggers worden erop gewezen dat de wijze waarop deze markten functioneren en het toezicht aldaar kunnen afwijken van de normen die in de grote internationale financiële centra gelden. De risico’s kunnen van verschillende aard zijn, zoals risico’s in verband met de wetgeving, de fiscaliteit en de valuta van elk van die landen, beleggingsrestricties, volatiliteit, beperkte liquiditeit van de markten en de kwaliteit van de beschikbare informatie. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers die worden aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST ASIAN BOND" (in USD) belegt voornamelijk in obligaties uitgegeven door Aziatische vennootschappen met statutaire zetel in een van de Aziatische landen of die een belangrijk gedeelte van hun activiteiten in een van de Aziatische landen uitoefenen. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties dan welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%). Beleggers worden erop gewezen dat de wijze waarop deze markten functioneren en het toezicht aldaar kunnen afwijken van de normen die in de grote internationale financiële centra gelden. De risico’s kunnen van verschillende aard zijn, zoals risico’s in verband met de wetgeving, de fiscaliteit en de valuta van elk van die landen, beleggingsrestricties, volatiliteit, beperkte liquiditeit van de markten en de kwaliteit van de beschikbare informatie. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers die worden aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST ASIAN CONVERTIBLE BOND" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in converteerbare obligaties en met converteerbare obligaties vergelijkbare overdraagbare effecten uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in een van de Aziatische landen of die een belangrijk deel van hun activiteiten in een van de Aziatische landen uitoefenen. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere converteerbare obligaties en vergelijkbare effecten dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, in aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%), obligaties (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%). Beleggers worden erop gewezen dat de wijze waarop deze markten functioneren en het toezicht aldaar kunnen afwijken van de normen die in de grote internationale financiële centra gelden. De risico’s kunnen van verschillende aard zijn, zoals risico’s in verband met de wetgeving, de fiscaliteit en de valuta van elk van die landen, beleggingsrestricties, volatiliteit, beperkte liquiditeit van de markten en de kwaliteit van de beschikbare informatie. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers die worden aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen.
*
Het subfonds “PARVEST AUSTRALIA" (in AUD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op de middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of in effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in Australië. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of effecten vergelijkbaar met aandelen anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST BALANCED (EURO)" (in EUR) heeft tot doel waardevermeerdering van de activa op de middellange termijn in de referentievaluta. Om deze doelstelling te behalen zal worden geïnvesteerd in een gediversifieerde portefeuille die minimaal voor 40% en maximaal voor 70% bestaat uit vastrentende schuldbrieven of schuldbrieven met veranderlijke rente (obligaties of geldmarktinstrumenten). Beleggingen in aandelen en met aandelen vergelijkbare effecten van alle landen dienen zodanig te geschieden dat de exposure in de aandelenmarkten tussen 30% en 60% van de activa van het subfonds bedraagt. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in liquiditeiten (maximum 33%).
47
Beleggers worden erop gewezen dat de referentievaluta van het subfonds mag verschillen van de valuta van de beleggingen. Dit subfonds is bedoeld voor beleggers die ernaar streven de waarde van hun kapitaal te vergroten door middel van een gelijke blootstelling aan obligaties en aandelen. *
Het subfonds "PARVEST BALANCED (USD)" (in USD) heeft tot doel waardevermeerdering van de activa op de middellange termijn in de referentievaluta. Om deze doelstelling te behalen zal worden geïnvesteerd in een gediversifieerde portefeuille die minimaal voor 40% en maximaal voor 70% bestaat uit vastrentende schuldbrieven of schuldbrieven met veranderlijke rente (obligaties of geldmarktinstrumenten). Beleggingen in aandelen en met aandelen vergelijkbare effecten van alle landen dienen zodanig te geschieden dat de exposure in de aandelenmarkten tussen 30% en 60% van de activa van het subfonds bedraagt. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in liquiditeiten (maximum 33%). Beleggers worden erop gewezen dat de referentievaluta van het subfonds mag verschillen van de valuta van de beleggingen. Dit subfonds is bedoeld voor beleggers die ernaar streven de waarde van hun kapitaal te vergroten door middel van een gelijke blootstelling aan obligaties en aandelen. Op 24 oktober 2006 zal de naam van het subfonds PARVEST Balanced (USD) worden veranderd in PARVEST Target Return Plus (USD), en zal het beleggingsbeleid als volgt worden gewijzigd: "Het subfonds "PARVEST TARGET RETURN PLUS (USD)" (in USD) streeft naar een absolute performance op middellange termijn. Om deze doelstelling te bereiken zal het subfonds voornamelijk beleggen in vastrentende schuldbrieven of schuldbrieven met veranderlijke rente (obligaties of geldmarktinstrumenten), aandelen en met aandelen vergelijkbare effecten uitgegeven op de Noord-Amerikaanse en Europese markt. Deze beleggingen gebeuren via beleggingsfondsen of rechtstreeks. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in schuldbrieven (obligaties of geldmarktinstrumenten), aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn bepaald, of in liquiditeiten. Het subfonds streeft naar een volatiliteit op jaarbasis van maximaal 10%. Beleggers worden erop gewezen dat de referentievaluta van het subfonds kan verschillen van de valuta van de beleggingen."
*
Het subfonds "PARVEST BEST ALPHA BOND" (in EUR) belegt voornamelijk in Asset Backed Securities, in vastrentende schuldbrieven of schuldbrieven met veranderlijke rente, in nationale of internationale obligaties uitgedrukt in om het even welke valuta of in geldmarktinstrumenten uitgegeven door emittenten uit alle landen. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%) of liquiditeiten (maximum 33%). Het beheer van het subfonds streeft naar het realiseren van een absolute performance die hoger ligt dan het rendement van de euro-geldmarkt. Dit subfonds richt zich naar beleggers die de voorkeur geven aan performance op middellange termijn en die bereid zijn een eventuele daling van de liquidatiewaarde van hun portefeuille te accepteren die het gevolg is van een grote exposure in markten met geringe liquiditeit. Het is niet uitgesloten dat emittenten van effecten in portefeuille hun verplichtingen niet kunnen nakomen. Dientengevolge richt dit subfonds zich op geïnformeerde beleggers die wordt aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen.
* Het subfonds "PARVEST BRAZIL" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk: - in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants ("subscription warrants"), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of in effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in Brazilië, of die een groot deel van hun activiteiten in dit land uitoefenen, en/of - in ADR’s, GDR’s en in vergelijkbare effecten uitgegeven door eersterangs banken en/of financiële instellingen van een geïndustrialiseerd land als tegenpartij voor de deposito van de in de vorige paragraaf vermelde effecten.
48
Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, ADR's, GDR's, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants ("subscription warrants"), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of met aandelen vergelijkbare effecten, anders dan deze welke bepaald zijn in het hoofdbeleggingsbeleid, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Beleggers worden erop gewezen dat de wijze waarop de Braziliaanse markt functioneert en het toezicht aldaar kunnen afwijken van de normen die in de grote internationale financiële centra gelden. De risico’s kunnen van verschillende aard zijn, zoals risico’s in verband met de wetgeving, de fiscaliteit en de valuta van Brazilië, beleggingsrestricties, volatiliteit, beperkte liquiditeit van de markten en de kwaliteit van de beschikbare informatie. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers die wordt aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen. *
Het subfonds "PARVEST BRIC" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk: - in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants ("subscription warrants"), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of in effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in Brazilië, Rusland, India of in de Chinese Volksrepubliek, of die een groot deel van hun activiteiten in deze landen uitoefenen, en/of - in ADR’s, GDR’s en in vergelijkbare effecten uitgegeven door eersterangs banken en/of financiële instellingen van een geïndustrialiseerd land als tegenpartij voor de deposito van de in de vorige paragraaf vermelde effecten. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants ("subscription warrants"), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten, ADR’s, GDR’s, anders dan deze welke bepaald zijn in het hoofdbeleggingsbeleid, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Sommige van deze markten worden voor het moment niet als gereglementeerde markten beschouwd. Rechtstreekse beleggingen op deze markten moeten tot 10% van de netto activa worden beperkt. Rusland is een van deze niet gereglementeerde markten, behalve de Russian Trading System Stock Exchange ("RTS Stock Exchange") en de Moscow Interbank Currency Exchange ("MICEX"), die als gereglementeerde Russische markten worden beschouwd en waarin de rechtstreekse beleggingen 10% van de netto activa mogen overschrijden. Beleggers worden erop gewezen dat de wijze waarop deze markten functioneren en het toezicht aldaar kunnen afwijken van de normen die in de grote internationale financiële centra gelden. De risico’s kunnen van verschillende aard zijn, zoals risico’s in verband met de wetgeving en de valuta van elk van die landen, beleggingsrestricties, volatiliteit, beperkte liquiditeit van de markten en de kwaliteit van de beschikbare informatie. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers die worden aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST BRIC FLEXIBLE" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, inschrijvingswarrants ("subscription warrants"), converteerbare obligaties, warrants op aandelen, ADR’s, GDR’s en in vergelijkbare effecten uitgegeven door eersterangs banken en/of financiële instellingen van een geïndustrialiseerd land als tegenpartij voor de deposito van de in de vorige paragraaf vermelde effecten) en andere met aandelen vergelijkbare effecten die worden uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in Brazilië, Rusland, India of de Chinese Volksrepubliek, of. Om de belangen van de aandelen onder bepaalde ongunstige marktomstandigheden te beschermen, mag het subfonds voornamelijk beleggen in in vastrentende schuldbrieven of schuldbrieven met veranderlijke rente (obligaties of geldmarktinstrumenten), beleggingscertificaten uitgedrukt in om het even welke valuta uitgegeven door emittenten van alle landen. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants ("subscription warrants"), warrants op aandelen of vergelijkbare effecten, ADR’s, GDR’s, anders dan deze welke bepaald zijn in het hoofdbeleggingsbeleid, of in liquiditeiten. Sommige van deze markten worden voor het moment niet als gereglementeerde markten beschouwd. Rechtstreekse beleggingen op deze markten moeten tot 10% van de netto activa worden beperkt. Rusland is een van deze niet gereglementeerde markten, behalve de Russian Trading System Stock Exchange ("RTS Stock Exchange") en de Moscow Interbank Currency Exchange ("MICEX"), die als gereglementeerde Russische markten worden beschouwd en waarin de rechtstreekse beleggingen 10% van de netto activa mogen overschrijden.
49
Beleggers worden erop gewezen dat de wijze waarop deze markten functioneren en het toezicht aldaar kunnen afwijken van de normen die in de grote internationale financiële centra gelden. De risico’s kunnen van verschillende aard zijn, zoals risico’s in verband met de wetgeving en de valuta van elk van die landen, beleggingsrestricties, volatiliteit, beperkte liquiditeit van de markten en de kwaliteit van de beschikbare informatie. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers die worden aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen. *
Het subfonds "PARVEST CHINA" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn, voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of in effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in de Volksrepubliek China. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of effecten vergelijkbaar met aandelen anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Beleggers worden erop gewezen dat de wijze waarop deze markten functioneren en het toezicht aldaar kunnen afwijken van de normen die in de grote internationale financiële centra gelden. De risico’s kunnen van verschillende aard zijn, zoals risico’s in verband met de wetgeving, de fiscaliteit en de valuta van elk van die landen, beleggingsrestricties, volatiliteit, beperkte liquiditeit van de markten en de kwaliteit van de beschikbare informatie. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers die worden aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST CONSERVATIVE (EURO)" (in EUR) heeft tot doel waardevermeerdering van de activa op de middellange termijn in de referentievaluta. Om deze doelstelling te behalen zal worden geïnvesteerd in een gediversifieerde portefeuille die in hoofdzaak bestaat uit vastrentende schuldbrieven of schuldbrieven met veranderlijke rente (obligaties of geldmarktinstrumenten). Bovendien mag de exposure in de aandelenmarkten maximaal 30% van de activa van het subfonds bedragen. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in converteerbare obligaties (maximum 25%) of in liquiditeiten (33%). Beleggers worden erop gewezen dat de referentievaluta van het subfonds mag verschillen van de valuta van de beleggingen. Dit subfonds richt zich op voorzichtige beleggers.
*
Het subfonds "PARVEST CONVERGING EUROPE" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde minimaal 75% in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of in effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in een van de volgende: Cyprus, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Malta, Polen, Tsjechië, Slowakije en Slovenië. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of vergelijkbare effecten anders dan die welke bepaald zijn in het hoofdbeleggingsbeleid, in ADR’s, GDR’s, obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Tenslotte worden sommige markten voor het moment niet als gereglementeerde markten beschouwd. Dientengevolge moeten de beleggingen op deze markten (behalve de ADR’s en de GDR’s) samen met de beleggingen in niet-genoteerde effecten, worden beperkt tot 10% van de netto activa. Beleggers in dit subfonds moeten zich ervan bewust zijn dat zij grote risico’s nemen gezien met name de onzekerheden die gepaard gaan met het sociaal-economische beleid dat in die landen wordt gevoerd en met het beleidsniveau van de ondernemingen waarvan de aandelen in portefeuille zullen worden genomen. Bovendien kan het eigendomsrecht in sommige landen onzeker zijn. Dit kan resulteren in een aanzienlijke volatiliteit van de betrokken effecten, beurzen en valuta’s, en dus ook van de intrinsieke waarde van dit subfonds. Dit subfonds is bijgevolg bestemd voor ervaren beleggers en hen wordt aangeraden slechts een deel van hun vermogen erin te beleggen. *
Het subfonds "PARVEST DYNAMIC ABS" (in EUR) belegt voornamelijk Asset Backed Securities. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere vastrentende effecten of effecten met veranderlijke rente dan die welke bepaald zijn in het hoofdbeleggingsbeleidn, in converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktijnstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%).
50
Het beheer van het subfonds streeft naar het realiseren van een performance die gecorreleerd is aan het rendementsniveau van de euro-geldmarkt. *
Het subfonds "PARVEST CREDIT STRATEGIES" (in EUR) belegt voornamelijk in Asset Backed Securities, vastrentende schuldbrieven of schuldbrieven met veranderlijke rente, nationale of intenationale obligaties uitgedrukt in om het even welke valuta, of in geldmarktinstrumenten uitgegeven door emittenten van alle landen. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%) of liquiditeiten (maximum 33%). Dit subfonds richt zich naar beleggers die de voorkeur geven aan performance op middellange termijn en die bereid zijn een eventuele daling van de liquidatiewaarde van hun portefeuille te accepteren die het gevolg is van een grote exposure in markten met geringe liquiditeit. Het is niet uitgesloten dat emittenten van effecten in portefeuille hun verplichtingen niet kunnen nakomen. Dientengevolge richt dit subfonds zich op geïnformeerde beleggers die wordt aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen
*
Het subfonds "PARVEST DYNAMIC CURRENCIES (EURO)" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn in valutadeposito's, obligaties, euro-obligaties, Asset Backed Securities, geldmarktinstrumenten of andere liquiditeiten dan valutadeposito's . Het beheer van het subfonds streeft via beleggingen in deviezen naar het realiseren van een hogere performance dan het rendementsniveau van de euro-geldmarkt. Beleggers worden erop gewezen dat de referentievaluta van het subfonds mag verschillen van de valuta van de beleggingen Dit subfonds richt zich naar beleggers die de voorkeur geven aan performance op middellange termijn en die bereid zijn een eventuele daling van de liquidatiewaarde van hun portefeuille te accepteren die het gevolg is van een grote exposure in volatiele markten. Dientengevolge richt dit subfonds zich op geïnformeerde beleggers die wordt aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST DYNAMIC CURRENCIES (USD)" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn in valutadeposito's, obligaties, euro-obligaties, Asset Backed Securities, geldmarktinstrumenten of andere liquiditeiten dan valutadeposito's . Het beheer van het subfonds streeft via beleggingen in deviezen naar het realiseren van een hogere performance dan het rendementsniveau van de Amerikaanse geldmarkt. Beleggers worden erop gewezen dat de referentievaluta van het subfonds mag verschillen van de valuta van de beleggingen. Dit subfonds richt zich naar beleggers die de voorkeur geven aan performance op middellange termijn en die bereid zijn een eventuele daling van de liquidatiewaarde van hun portefeuille te accepteren die het gevolg is van een grote exposure in volatiele markten. Dientengevolge richt dit subfonds zich op geïnformeerde beleggers die wordt aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST DYNAMIC EONIA" (in EUR) belegt voornamelijk in vastrentende obligaties, obligaties met veranderlijke rente of geïndexeerde obligaties, of in geldmarktinstrumenten, alle uitgedrukt in EUR. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties of geldmarktinstrumenten dan die welke bepaald zijn in het hoofdbeleggingsbeleid, in converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%) of in liquiditeiten (maximum 33%).
*
Het subfonds "PARVEST DYNAMIC EUROPEAN ABS" (in EUR) belegt voornamelijk in Asset Backed Securities uitgegeven door vennootschappen mete statutaire zetel of een belangrijk deel van hun activiteiten in een van de Europese landen. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in vastrentende effecten of effecten met veranderlijke rente anders dan die welke bepaald zijn in het hoofdbeleggingsbeleid, in converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%). Het beheer van het subfonds streeft naar het realiseren van een performance die gecorreleerd is aan het rendementsniveau van de euro-geldmarkt.
*
Het subfonds "PARVEST DYNAMIC SHORT TERM EURO" (in EUR) belegt voornamelijk in obligaties of geldmarktinstrumenten uitgedrukt in euro via gecoördineerde Europese ICBE’s of directe beleggingen. De gemiddelde resterende looptijd van de portefeuille mag niet groter zijn dan drie jaar, de resterende looptijd van elke belegging niet groter dan vijf jaar. Het beheer van het subfonds is gericht op het bereiken van een beter resultaat dan het rendement van de geldmarkt over een periode van een jaar, en tegelijkertijd streeft het ernaar de volatiliteit van de portefeuille op jaarbasis
51
op minder dan 1,5% te houden. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties of geldmarktinstrumenten dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, of in liquiditeiten. *
Het subfonds "PARVEST DYNAMIC USD ABS" (in USD) belegt voornamelijk in Asset Backed Securities uitgedrukt in USD. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in vastrentende effecten of effecten met veranderlijke rente anders dan die welke bepaald zijn in het hoofdbeleggingsbeleid, in converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%). Het beheer van het subfonds streeft naar het realiseren van een performance die gecorreleerd is aan het rendementsniveau van de Amerikaanse geldmarkt.
*
Het subfonds "PARVEST EMERGING MARKETS" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn volgens een methode van kwantitatief beheer voornamelijk in: -
aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of in effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen die hun statutaire zetel in een land dat nog in ontwikkeling is (voornamelijk gesitueerd in Azië, Latijns-Amerika, het Midden-Oosten en Afrika); en/of.
-
ADR's, GDR's of daarmee vergelijkbare effecten en uitgegeven door banken met een hoge rating en/of financiële instellingen van geïndustrialiseerde landen als de tegenpartij van de bewaarder van deze effecten uit de vorige paragraaf. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen, effecten vergelijkbaar met aandelen of ADR’s en GDR’s anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
Beleggers worden erop gewezen dat de wijze waarop deze markten functioneren en het toezicht aldaar kunnen afwijken van de normen die in de grote internationale financiële centra gelden. De risico’s kunnen van verschillende aard zijn, zoals risico’s in verband met de wetgeving, de fiscaliteit en de valuta van elk van die landen, beleggingsrestricties, volatiliteit, beperkte liquiditeit van de markten en de kwaliteit van de beschikbare informatie. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers die worden aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen. *
Het subfonds "PARVEST EMERGING MARKETS BOND" (in USD) belegt voornamelijk in obligaties uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in een van de landen die deel uitmaken van de landen die wereldwijd nog in ontwikkeling zijn, o.a. in Oost-Europa, Latijns-Amerika, Azië en Afrika. In de uitvoering van zijn beleggingsbeleid zal dit subfonds voornamelijk beleggen in de verschillende categorieën van vast renderende financiële activa (binnenlandse en buitenlandse obligaties met vaste en veranderlijke rentevoet, uitgedrukt in alle valuta’s). Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties dan welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%). Dit subfonds richt zich tot beleggers die de voorkeur geven aan rendement op de middellange termijn en die bereid zijn eventuele dalingen van de afkoopwaarde van hun portefeuille die zouden kunnen voortvloeien uit een omvangrijke positie op zeer volatiele markten en de kwaliteit van de beschikbare informatie te aanvaarden. Beleggers in dit subfonds moeten zich ervan bewust zijn dat zij grote risico’s nemen gezien met name de onzekerheden die gepaard gaan met het sociaal-economische beleid dat in die landen wordt gevoerd en met het beleidsniveau van de ondernemingen waarvan de effecten in portefeuille zullen worden genomen. Bovendien kan het eigendomsrecht in sommige landen waaronder Rusland onzeker zijn. Dit kan resulteren in een aanzienlijke volatiliteit van de betrokken effecten, beurzen en valuta’s, en dus ook van de intrinsiek waarde van dit subfonds. Tot slot kan wanbetaling van de betrokken emittenten niet volledig worden uitgesloten. Sommige van deze markten worden voorlopig niet als gereglementeerde markten beschouwd en de beleggingen zullen er moeten worden beperkt tot 10% van de intrinsieke waarde, behalve, wat Rusland betreft, de Russian Trading System
52
Stock Exchange (RTS Stock Exchange) en de Moscow Interbank Currency Exchange (MICEX) die als Russische gereglementeerde markten worden beschouwd. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers die worden aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen. *
Het subfonds "PARVEST EMERGING MARKETS EUROPE" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde minimaal 75% in: -
aandelen, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in een land van Europa dat nog in ontwikkeling is (Centraal Europa, Oost-Europa, Turkije, Rusland,…), en/of
-
ADR's, GDR's of daarmee vergelijkbare effecten en uitgegeven door banken met een hoge rating en/of financiële instellingen van geïndustrialiseerde landen als de tegenpartij van de bewaarder van deze effecten uit de vorige paragraaf. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of andere effecten vergelijkbaar met aandelen, ADR’s en GDR’s anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
Sommige markten van deze zone worden voor het moment niet als gereglementeerde markten beschouwd, en de beleggingen op deze markten (behalve de ADR’s en de GDR’s) moet samen met de beleggingen in niet-genoteerde effecten, worden beperkt tot 10% van de netto activa. Rusland is een van deze niet gereglementeerde markten, behalve de Russian Trading System Stock Exchange ("RTS Stock Exchange") en de Moscow Interbank Currency Exchange ("MICEX"), die als gereglementeerde Russische markten worden beschouwd en waarin de rechtstreekse beleggingen 10% van de netto activa mogen overschrijden. Beleggers worden erop gewezen dat de wijze waarop deze markten functioneren en het toezicht aldaar kunnen afwijken van de normen die in de grote internationale financiële centra gelden. De risico’s kunnen van verschillende aard zijn, zoals risico’s in verband met de wetgeving, de fiscaliteit en de valuta van elk van die landen, beleggingsrestricties, volatiliteit, beperkte liquiditeit van de markten en de kwaliteit van de beschikbare informatie. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers die worden aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen. *
Het subfonds "PARVEST EMERGING MARKETS OPPORTUNITIES" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of in effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel of een belangrijk gedeelte van hun activiteiten in een land dat nog in ontwikkeling is (voornamelijk gesitueerd in Azië, Latijns-Amerika, het Midden-Oosten en Afrika) en van om het even welke beurskapitalisatie. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Beleggers worden erop gewezen dat de wijze waarop deze markten functioneren en het toezicht aldaar kunnen afwijken van de normen die in de grote internationale financiële centra gelden. De risico’s kunnen van verschillende aard zijn, zoals risico’s in verband met de wetgeving, de fiscaliteit en de valuta van elk van die landen, beleggingsrestricties, volatiliteit, beperkte liquiditeit van de markten en de kwaliteit van de beschikbare informatie. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers die wordt aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST ENVIRONMENTAL OPPORTUNITIES" (uitgedrukt in EUR) belegt voornamelijk voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants ("subscription warrants"), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of andere met aandelen vergelijkbare effecten uitgegeven door vennootschappen van alle landen die gerelateerd zijn aan de milieumarkten of de sectoren van alternatieve energie, energiebesparing, waterbehandeling en –zuivering, controle van vervuiling, afvalbeheer of –recyclage. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants ("subscription warrants"), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten, anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn bepaald, in obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
53
Dit subfonds richt zich naar ervaren beleggers die we aanraden er slechts een deel van hun vermogen in te beleggen. *
Het subfonds "PARVEST DYNAMIC EONIA PREMIUM" (in EUR) belegt voornamelijk in obligaties en andere schuldbrieven met vaste en/of veranderlijke rente en/of geïndexeerde schuldbrieven, die een uitzondering vormen op de Europese richtlijn met betrekking tot het spaargeld van 3 juni 2003 (2003/48) omdat zij vóór 1 maart 2001 werden uitgegeven door vennootschappen waarvan de effecten bij aankoop van « investment grade » zijn en die hun statutaire zetel in een Europees land hebben, indien er sinds 1 maart 2002 geen nieuwe uitgifte van deze effecten meer is geschied. Het beleggingsbeleid vna het subfonds streeft ernaar een performance te halen die gekoppeld is aan het rendement van de euro-geldmarkt. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in obligaties en schuldbrieven anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%). Beleggers worden erop gewezen dat de referentievaluta van het subfonds kan verschillen van de valuta van de beleggingen.
*
Het subfonds "PARVEST EURO ALPHA" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde minimaal 75% in een portefeuille die bestaat uit aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met om het even welke kapitalisatie en met statutaire zetel in een van de landen van de Eurozone, die in de indices MSCI EMU of DJ Euro Stoxx zijn opgenomen en geselecteerd zijn vanwege hun winstpotentieel. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, in obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST EURO BOND" (in EUR) belegt voornamelijk in obligaties of euro-obligaties in EUR uitgegeven door debiteuren waarvan de effecten op het ogenblik van aankoop van investment grade zijn. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties of euro-obligaties dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%).
* Het subfonds "PARVEST (EURO) BOND PREMIUM" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in obligaties en andere schuldbrieven met vaste en/of veranderlijke rente en/of geïndexeerde schuldbrieven, die een uitzondering vormen op de Europese richtlijn met betrekking tot het spaargeld van 3 juni 2003 (2003/48) omdat zij vóór 1 maart 2001 werden uitgegeven door Europese vennootschappen waarvan de effecten bij aankoop van « investment grade » zijn en die hun statutaire zetel in een Europees land hebben, indien er sinds 1 maart 2002 geen nieuwe uitgifte van deze effecten meer is geschied. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in obligaties en schuldbrieven anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%). Beleggers worden erop gewezen dat de referentievaluta van het subfonds kan verschillen van de valuta van de beleggingen. *
Het subfonds "PARVEST EURO BOND SUSTAINABLE DEVELOPMENT" (in EUR) belegt voornamelijk in obligaties of euro-obligaties in EUR uitgegeven door debiteuren met statutaire zetel of een belangrijk gedeelte van hun activiteiten in een van de landen van de eurozone, waarvan de effecten op het ogenblik van aankoop van investment grade zijn en die in hun werking de criteria van duurzame ontwikkeling respecteren, de maatschappelijke verantwoordelijkheid en/of de verantwoordelijkheid ten opzichte van het milieu en corporate governance. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties of euro-obligaties dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%).
*
Het subfonds "PARVEST EURO CORPORATE BOND" (in EUR) belegt voornamelijk in obligaties of andere euroobligaties dan staatsobligaties uitgedrukt in euro met investment grade op het ogenblik van aankoop en die worden uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in een van de landen van de Eurozone. Het subfonds streeft naar het bereiken van winstniveaus die hoger liggen dan welke normaal worden bereikt op staatsobligaties. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties dan welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%).
54
*
Het subfonds "PARVEST EURO CORPORATE BOND SUSTAINABLE DEVELOPMENT" (in EUR) belegt voornamelijk in andere obligaties dan staatsobligaties uitgedrukt in euro met investment grade op het ogenblik van aankoop en die worden uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in een van de landen van de Eurozone, en die in hun werking de criteria van duurzame ontwikkeling respecteren, waarin begrepen de maatschappelijke verantwoordelijkheid en/of de verantwoordelijkheid ten opzichte van het milieu en corporate governance. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties dan welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%).
*
Het subfonds "PARVEST EURO CREDIT ARBITRAGE" (uitgedrukt in EUR) belegt voornamelijk in schuldbrieven (obligaties en/of geldmarktinstrumenten) uitgedrukt in EUR die van investment grade zijn op het ogenblik van aankoop en die worden uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel of een belangrijk deel van hun activiteiten in een van de landen van de eurozone. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere schuldbrieven dan die welke bepaald zijn in het hoofdbeleggingsbeleid, in converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%) of liquiditeiten (maximum 33%). Het beheer van het subfonds streeft naar het bereiken van een hogere performance dan die van het rendementsniveau van de eurogeldmarkt door gebruikmaking van voornamelijk kansen op de euro-obligatiemarkt.
*
*
Het subfonds "PARVEST EURO DIVIDEND" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde minimaal 75% in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in een van de landen van de Eurozone, die in de indices MSCI EMU of DJ Euro Stoxx zijn opgenomen en geselecteerd zijn vanwege hun dividendvooruitzichten. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, in obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST EURO EQUITIES" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn, te allen tijde minimaal 75% in aandelen, inschrijvingswarrants, (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of in effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in een land van de eurozone. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST EURO FAMILY COMPANIES" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde minimaal 75% in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in een van de landen van de Eurozone, die in de indices MSCI EMU of DJ Euro Stoxx zijn opgenomen en vooral geselecteerd zijn omdat een deel van hun kapitaal direct of indirect in bezit is van familiale aandeelhouders. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, in obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST EURO GOVERNMENT BOND" (in EUR) belegt voornamelijk in obligaties of Eurooverheidsbonds in EUR uitgegeven door de Lidstaten van de Europese Unie. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties of euro-obligaties dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%).
*
Het subfonds "PARVEST EURO INFLATION LINKED BOND" (in EUR) belegt voornamelijk in obligaties of euro-obligaties geïndexeerd op de inflatie van de landen van de Eurozone, of met veranderlijke rente uitgedrukt in euro. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties of euro-obligaties dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, in converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%). Het subfonds "PARVEST EURO LONG TERM BOND" (in EUR) belegt voornamelijk in obligaties of euro-
55
overheidsobligaties in EUR, met een gemiddelde looptijd van meer dan 10 jaar en die uitgegeven worden door de Lidstaten van de Europese Unie. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties of euroobligaties dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, in converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%). *
Het subfonds "PARVEST EURO MEDIUM TERM BOND" (in EUR) belegt voornamelijk in obligaties op middellange termijn in EUR. De gemiddelde resterende looptijd van de portefeuille mag niet groter zijn dan 6 jaar, de looptijd van een belegging van de portefeuille mag niet groter zijn dan 10 jaar. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%).
*
Het subfonds "PARVEST EURO SHORT TERM BOND" (in EUR) belegt voornamelijk in obligaties in EUR. De gemiddelde resterende looptijd van de portefeuille mag niet meer dan drie jaar bedragen, de resterende looptijd van elke belegging niet meer dan vijf jaar. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%).
*
Het subfonds "PARVEST EURO SMALL CAP" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde minimaal 75% in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met kleine kapitalisatie met statutaire zetel in een van de landen van de Eurozone en waarvan de beurskapitalisatie bij aankoop niet groter is dan 3 miljard euro. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of effecten vergelijkbaar met aandelen anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Dit subfonds is bestemd voor ervaren beleggers en hen wordt aangeraden slechts een deel van hun vermogen erin te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST EURO STRUCTURED CREDIT" (in EUR) belegt voornamelijk in schuldbrieven (obligaties en/of geldmarktinstrumenten) en/of Asset Backed Securities in EUR met investment grade op het ogenblik van aankoop en die uitgegeven worden door vennootschappen met statutaire zetel of een belangrijk deel van hun activiteiten in een van de landen van de eurozone. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in schuldbrieven en /of Asset Backet Securities anders dan welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%) of liquiditeiten (maximum 33%). Het beheer van dit subfonds streeft naar het realiseren van een hogere performance dan deze van de eurogeldmarkt, door voornamelijk te beleggen in schuldbrieven waarvan het rendement gelinkt is aan het beheer van een kredietportefeuille. Dit subfonds is bestemd voor beleggers die de voorkeur geven aan een performance op middellange termijn en die accepteren dat de liquidatiewaarde van hun portefeuille kan dalen als gevolg van de aanzienlijke exposure in markten met geringe liquiditeit. Het kan evenmin worden uitgesloten dat emittenten in gebreke zullen blijven inzake de uitbetaling van de in portefeuille zijnde effecten. Bijgevolg is dit subfonds bestemd voor ervaren beleggers en hen wordt aangeraden er slechts een deel van hun vermogen in te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST EUROPE ALPHA" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde minimaal 75% in een portefeuille die bestaat uit aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met om het even welke kapitalisatie en met statutaire zetel in een van de Lidstaten van Europese Unie, die in de indices MSCI Europe of DJ Stoxx 600 zijn opgenomen en geselecteerd zijn vanwege hun winstpotentieel. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, in obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST EUROPE DIVIDEND" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde minimaal 75% in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in een van de lidstaten van de Europese Unie die zijn opgenomen in de indexen MSCI Europe of DJ Stoxx Mid en die geselecteerd zijn op basis van hun dividendperspectieven. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten of vergelijkbare effecten anders dan die
56
welke in het hoofdbeleggingsbeleid vermeld zijn, obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. *
Het subfonds "PARVEST EUROPE GROWTH" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde 75% in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of in effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in een van de lidstaten van de Europese Unie die zijn opgenomen in de indexen MSCI Europe of DJ Stoxx Mid en die geselecteerd zijn op basis van hun groeiperspectieven. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of effecten vergelijkbaar met aandelen anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten
*
Het subfonds "PARVEST EUROPE FINANCIALS" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde minimaal 75% in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met zetel in een van de lidstaten van de Europese Unie uit de financiële sector (vooral banken en verzekeringsmaatschappijen). Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST EUROPE MID CAP" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde minimaal 75% in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of in effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in een van de lidstaten van de Europese Unie die in de indexen DJ Stoxx Mid, Citigroup EMI Europe Index of FTSE Developed Europe Mid Cap Index zijn opgenomen. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of effecten vergelijkbaar met aandelen anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten
*
Het subfonds "PARVEST EUROPE OPPORTUNITIES" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde minimaal 75% in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of in effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in een van de Lidstaten van de Europese Unie en met om het even welke marktkapitalisatie. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST EUROPE REAL ESTATE" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde minimaal 75% in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in een van de lidstaten van de Europese Unie die gespecialiseerd zijn in de vastgoedsector. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST EUROPE SELECTION" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in deelnemingsrechten in ICBE's of andere ICB's die zelf voornamelijk beleggen in aandelen, inschrijvingswarrants ("subscription warrants"), beleggingscertificaten of ander met aandelen vergelijkbare effecten uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in een van de landen van de Europese Unie en met om het even welke beurskapitalisatie. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in deelnemingsrechten in ICBE's of andere ICB's anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn bepaald en overeenkomstig bijlage II punt A.5 van het onderhavige prospectus ook in aandelen, inschrijvingswarrants ("subscription warrants"), beleggingscertificaten of vergelijkbare effecten, in obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST EUROPE SMALL CAP" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde minimaal 75% in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met kleine beurskapitalisatie met statutaire zetel in een van de lidstaten van de Europese Unie, die in de indexen MSCI Europe Small Cap Index of HSBC European Smaller Companies zijn opgenomen. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of effecten vergelijkbaar met aandelen anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
57
Dit subfonds is bestemd voor ervaren beleggers en hen wordt aangeraden slechts een deel van hun vermogen erin te beleggen. *
Het subfonds "PARVEST EUROPE SPECIAL SITUATIONS" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde minimaal 75% in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met om het even welke kapitalisatie en met statutaire zetel in een van de Lidstaten van de Europese Unie, die in de indices MSCI Europe of DJ Stoxx 600 zijn opgenomen en waarop een OBA kan worden uitgebracht en/of die in een herstructueringsfase zitten en/of aan een ommekeer werken. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, in obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds " PARVEST EUROPE SUSTAINABLE DEVELOPMENT" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde minimaal 75% in aandelen, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten of andere met aandelen vergelijkbare aandelen uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in een van de Lidstaten van de Europese Unie die de criteria van duurzame ontwikkeling naleven, waarin begrepen de maatschappelijke verantwoordelijkheid en/of de verantwoordelijkheid ten opzichte van het milieu en corporate governance.. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST EUROPE VALUE" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde minimaal 75% in aandelen, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten of andere met aandelen vergelijkbare effecten, uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in een van de Lidstaten van de Europese Unie , die worden geselecteerd op basis van hun waardering. De Beheerder selecteert de effecten die volgens hem worden ondergewaardeerd in vergelijking met de markt op het ogenblik van aankoop. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST EUROPEAN BOND" (in EUR) belegt voornamelijk in obligaties of euro-obligaties uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in een van de Europese landen en waarvan de effecten op het ogenblik van aankoop van goede kwaliteit ("investment grade") zijn. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties of euro-obligaties dan welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%).
*
Het subfonds "PARVEST EUROPEAN BOND OPPORTUNITIES" (in EUR) belegt voornamelijk in obligaties met een waardering lager dan investment grade of waarvan de notering van Standard & Poor’s op het ogenblik van aankoop maximaal BBB+ is (equivalent van Moody's Baa1) of in obligaties geïndexeerd op de inflatie of obligaties met veranderlijke rente. Deze obligaties worden uitgegeven door emittenten met statutaire zetel in een van de Europese landen. Het subfonds streeft ernaar hogere rendementen te bereiken dan de rendementen die normaal op vastrentende staatsobligaties zijn te verwachten. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, in converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%). Het subfondsis bestemd voor beleggers die de voorkeur geven aan een performance op middellange termijn en die accepteren dat de liquidatiewaarde van hun portefeuille kan dalen als gevolg van de aanzienlijke exposure in markten met geringe liquiditeit. Het kan niet kan worden uitgesloten dat emittenten in gebreke zullen blijven inzake de uitbetaling van de in portefeuille zijnde effecten. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers die worden aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST EUROPEAN CONVERGENCE BOND" (in EUR) belegt voornamelijk in obligaties uitgegeven door de regeringen van Centraal- en Oost-Europese landen of door vennootschappen met statutaire zetel in een van de landen van Centraal- of Oost-Europa. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, in converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%).
58
Beleggers worden erop gewezen dat de wijze waarop deze markten functioneren en het toezicht aldaar kunnen afwijken van de normen die in de grote internationale financiële centra gelden. De risico’s kunnen van verschillende aard zijn, zoals risico’s in verband met de wetgeving en de valuta van elk van die landen, beleggingsrestricties, volatiliteit, beperkte liquiditeit van de markten en de kwaliteit van de beschikbare informatie. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers die worden aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen. *
Het subfonds "PARVEST EUROPEAN CONVERTIBLE BOND" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in converteerbare obligaties en met converteerbare obligaties vergelijkbare overdraagbare effecten, uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in een van de Europese landen. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in converteerbare obligaties en vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn bepaald, in aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%), obligaties (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%). Als er behoefte is aan een grotere diversificatie dan kan de portefeuille eveneens niet-Europese converteerbare obligaties bevatten tot maximaal 10% van de intrinsieke waarde van het subfonds.
*
Het subfonds "PARVEST EUROPEAN HIGH YIELD BOND" (in EUR) belegt voornamelijk in obligaties met een waardering lager dan investment grade op het ogenblik van aankoop, die door vennootschappen met statutaire zetel of een belangrijk deel van hun activiteiten in een van de Europese landen worden uitgegeven. Het subfonds streeft naar het bereiken van winstniveaus die hoger liggen dan die normaal worden bereikt bij staatsobligaties. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties dan welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%). Het subfonds is geschikt voor beleggers die bereid zijn hoge risico’s te nemen. Beleggers in dit subfonds dienen er zich van bewust zijn dat de wisselvalligheid van de intrinsieke waarde van dit subfonds groter kan zijn dan bij de traditionele obligatiesubfondsen en dat niet kan worden uitgesloten dat emittenten in gebreke zullen blijven inzake de uitbetaling van de in portefeuille zijnde effecten. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers die wordt aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen. *
Het subfonds "PARVEST EUROPEAN SMALL CONVERTIBLE BOND" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in converteerbare obligaties en met converteerbare obligaties vergelijkbare effecten, waarvan de beurskapitalisatie op het moment van uitgifte of van aankoop niet groter is dan 300 miljoen euro, en die worden uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel of een belangrijke deel van hun activiteiten in een Europees land. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in converteerbare obligaties en vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%), obligaties (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%). Het subfonds is geschikt voor beleggers die bereid zijn hoge risico’s te nemen. Beleggers in dit subfonds dienen er zich van bewust te zijn dat de wisselvalligheid van de intrinsieke waarde van dit subfonds groter kan zijn dan bij de traditionele obligatiesubfondsen en dat niet kan worden uitgesloten dat emittenten in gebreke zullen blijven inzake de uitbetaling van de in portefeuille zijnde effecten.
*
Het subfonds "PARVEST EUROPEAN TOTAL RETURN BOND" (in EUR) belegt voornamelijk in obligaties of euroobligaties in EUR uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel of een belangrijk deel van hun activiteiten in een Europees land en waarvan de effecten op het ogenblik van aankoop van investment grade zijn. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties of euro-obligaties dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%). Het beheer van het subfonds streeft naar het realiseren van een absoluut rendementspeil dat weinig correlatie vertoont met de ontwikkeling van de Europese obligatiemarkt.
*
Het subfonds "PARVEST FLOOR 90 EURO" (in EUR) heeft tot doel:
59
-
waardevermeerdering door middel van een deelparticipatie in de prestaties van de aandelenmarkten binnen de Eurozone
-
het risico van daling van de intrinsieke waarde van het subfonds tot een minimum te beperken.
Om deze doelstelling te bereiken zal dit subfonds in hoofdzaak investeren in aandelenmanden (in de zin van een selectie aandelen die zijn opgenomen in de index Euro Stoxx 50), evenals in vastrentende effecten of geldmarktinstrumenten uitgedrukt in euro. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, vastrentende effecten of geldmarktinstrumenten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn bepaald, in liquiditeiten of in kortetermijndeposito’s. De garantie van het subfonds werd op 16 december 2005 voor een jaar verlengd *
Het subfonds "PARVEST FRANCE" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde minimaal 75% in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in Frankrijk. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of effecten vergelijkbaar met aandelen anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST GROWTH (EURO)" (in EUR) streeft naar de waardevermeerdering van zijn activa op middellange termijn in de referentievaluta. Om deze doelstelling te bereiken zal dit subfonds beleggen in een gediversifieerde portefeuille die bestaat uit aandelen, met aandelen vergelijkbare effecten uit alle landen, waarbij de exposure in de aandelenmarkten groter is dan 50% van de activa van het subfonds. Vastrentende schuldbrieven of schuldbrieven met veranderlijke rente (obligaties of geldmarktinstrumenten mogen niet meer dan 50% van de activa van het subfonds vertegenwoordigen. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in liquiditeiten (maximum 33%). Beleggers worden erop gewezen dat de referentievaluta van het subfonds kan verschillen van de valuta van de beleggingen. Dit subfonds is gericht op beleggers die de waarde van hun vermogen willen vermeerderen door de dynamische diversifiëring van hun beleggingen en tegelijkertijd naar een risiconiveau streven dan het risiconiveau dat gekoppeld is aan uitsluitend de aandelenmarkt.
*
Het subfonds "PARVEST INDIA" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in: -
aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel of een belangrijk deel van hun activiteiten in India, en/of
-
ADR’s, GDR’s en vergelijkbare effecten uitgegeven door banken en/of financiële instellingen van prima kwaliteit van een geïndustrialiseerd land, in ruil voor het deposito van de in de voorgaande alinea bedoelde effecten.
Beleggers worden er bovendien op gewezen dat de wijze waarop de Indische markt functioneert en het toezicht aldaar kunnen afwijken van de normen die in de grote internationale financiële centra gelden. De risico’s kunnen van verschillende aard zijn, zoals risico’s in verband met de wetgeving, de fiscaliteit en de valuta van India, beleggingsrestricties, volatiliteit, beperkte liquiditeit van de markten en de kwaliteit van de beschikbare informatie. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers die worden aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen. *
Het subfonds "PARVEST ITALY" (in EUR) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde minimaal 75% in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in Italië. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of effecten vergelijkbaar met aandelen anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST JAPAN" (in JPY) belegt volgens een methode van kwantitatief beheer en met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties,
60
inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in Japan. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of effecten vergelijkbaar met aandelen anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. *
Het subfonds "PARVEST JAPAN CONVERTIBLE BOND" (in JPY) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in converteerbare obligaties en met converteerbare obligaties vergelijkbare effecten uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in Japan of die een belangrijk deel van hun activiteiten in Japan uitoefenen. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties dan die vermeld in het hoofdbeleggingsbeleid, aandelen en effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%).
*
Het subfonds "PARVEST JAPAN MID CAP" (in JPY) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of andere met aandelen vergelijkbare effecten uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in Japan of die een belangrijk deel van hun activiteiten in Japan uitoefenen, en waarvan de beurskapitalisatie bij de aankoop tussen 75 en 750 miljard JPY bedraagt. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Dit subfonds is bestemd voor ervaren beleggers en hen wordt aangeraden slechts een deel van hun vermogen erin te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST JAPAN OPPORTUNITIES" (in JPY) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of andere met aandelen vergelijkbare effecten uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in Japan of die een belangrijk deel van hun activiteiten in Japan uitoefenen, en die in de indexen Topix of Russell Nomura All Cap zijn opgenomen. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST JAPAN SMALL CAP" (in JPY) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met kleine kapitalisatie met statutaire zetel in Japan en waarvan de beurskapitalisatie bij de aankoop maximaal 150 miljard JPY bedraagt. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of met aandelen vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Dit subfonds is bestemd voor ervaren beleggers en hen wordt aangeraden slechts een deel van hun vermogen erin te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST JAPAN YEN BOND" (in JPY) belegt voornamelijk in Japanse binnenlandse en “Yankee” obligaties en euro-obligaties in JPY, uitgegeven door debiteuren met statutaire zetel in Japan of die een belangrijk deel van hun economische activiteiten in Japan uitoefenen of die als houdstermaatschappijen in het bezit zijn van belangrijke belangen in vennootschappen met statutaire zetel in Japan, en waarvan de effecten op het ogenblik van aankoop van goede kwaliteit ("investment grade") zijn. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties of euro-obligaties dan welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, in converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%).
*
Het subfonds "PARVEST LATIN AMERICA" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in de volgende effecten: -
aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of in effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen die hun statutaire zetel in Latijns-Amerika hebben, met name Argentinië, Brazilië, Chili, Mexico, Peru, Colombia en Venezuela, en/of.
61
-
ADR's, GDR's of daarmee vergelijkbare effecten uitgegeven door banken met een hoge rating en/of financiële instellingen van geïndustrialiseerde landen als de tegenpartij van de bewaarder van deze effecten uit de vorige paragraaf. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
Beleggers worden erop gewezen dat de wijze waarop deze markten functioneren en het toezicht aldaar kunnen afwijken van de normen die in de grote internationale financiële centra gelden. De risico’s kunnen van verschillende aard zijn, zoals risico’s in verband met de wetgeving, de fiscaliteit en de valuta van elk van die landen, beleggingsrestricties, volatiliteit, beperkte liquiditeit van de markten en de kwaliteit van de beschikbare informatie. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers die worden aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen. *
Het subfonds "PARVEST RUSSIA" (lin USD) belegt, met het oog op de waardevermeerdering van de activia op middellange termijn, voornamelijk in:
-
aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of in effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel of een belangrijk deel van hun activiteiten in Rusland, en/of.
-
ADR's, GDR's en daarmee vergelijkbare effecten uitgegeven door eersterangsbanken en/of financiële instellingen van geïndustrialiseerde landen als de tegenpartij van de bewaarder van deze effecten uit de vorige paragraaf. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of met aandelen vergelijkbare effecten, ADR's, GDR's anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten Sommige van markten worden voor het moment niet als gereglementeerde markten beschouwd. Rechtstreekse beleggingen op deze markten moeten tot 10% van de netto activa worden beperkt. Rusland is een van deze niet gereglementeerde markten, behalve de Russian Trading System Stock Exchange ("RTS Stock Exchange") en de Moscow Interbank Currency Exchange ("MICEX"), die als gereglementeerde Russische markten worden beschouwd en waarin de rechtstreekse beleggingen 10% van de netto activa mogen overschrijden. Beleggers worden erop gewezen dat de wijze waarop de Russische markt functioneert en het toezicht aldaar kunnen afwijken van de normen die in de grote internationale financiële centra gelden. De risico’s kunnen van verschillende aard zijn, zoals risico’s in verband met de wetgeving, de fiscaliteit en de valuta van het land, beleggingsrestricties, volatiliteit, beperkte liquiditeit van de markten en de kwaliteit van de beschikbare informatie. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers en hen wordt aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen. *
Het subfonds "PARVEST SCANDINAVIAN BOND" (in DKK) belegt voornamelijk in Deense, Zweedse en Noorse binnenlandse obligaties en in euro-obligaties in DKK, SEK en NOK, uitgegeven door debiteuren waarvan de effecten op het ogenblik van aankoop van goede kwaliteit ("investment grade") zijn en waarvan de statutaire zetel in een van de Scandinavische landen gevestigd is. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties of euro-obligaties dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%).
*
Het subfonds "PARVEST SHORT TERM (CHF)" (in CHF) belegt voornamelijk in obligaties, euro-obligaties of geldmarktinstrumenten uitgedrukt in de referentievaluta van het subfonds. De gemiddelde resterende looptijd van het subfonds mag niet groter zijn dan 12 maanden, de resterende looptijd van elke belegging niet groter dan drie jaar. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in obligaties, euro-obligaties of geldmarktinstrumenten anders dan die welke bepaald zijn in het hoofdbeleggingsbeleid, of liquiditeiten (maximaal 33%).
62
Beleggingen in andere valuta’s dan de referentievaluta van het subfonds zullen tegen het valutarisico worden ingedekt, met inachtneming van de in het prospectus vermelde speciale regels en beleggingsbeperkingen. Het beleid van dit subfonds is gericht op de realisatie van een performance gecorreleerd aan de rendementspercentages van de Zwitserse binnenlandse geldmarkt. Beleggers worden erop gewezen dat de referentievaluta van het subfonds mag verschillen van de valuta van de beleggingen. *
Het subfonds "PARVEST SHORT TERM (DOLLAR)" (in USD) belegt voornamelijk in obligaties, “Yankee-bonds”, euro-obligaties of geldmarktinstrumenten uitgedrukt in Amerikaanse dollar. De gemiddelde resterende looptijd van het subfonds mag niet groter zijn dan 12 maanden, de resterende looptijd van elke belegging niet groter dan drie jaar. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in obligaties, euro-obligaties of geldmarktinstrumenten anders dan die welke bepaald zijn in het hoofdbeleggingsbeleid, of liquiditeiten (maximaal 33%). Beleggingen in andere valuta’s dan de referentievaluta van het subfonds zullen tegen het valutarisico worden ingedekt, met inachtneming van de in het prospectus vermelde speciale regels en beleggingsbeperkingen. Het beleid van dit subfonds is gericht op de realisatie van een performance gecorreleerd aan de rendementspercentages van de Amerikaanse binnenlandse geldmarkt. Beleggers worden erop gewezen dat de referentievaluta van het subfonds mag verschillen van de valuta van de beleggingen.
*
Het subfonds "PARVEST SHORT TERM (EURO)" (in EUR) belegt voornamelijk in obligaties, euro-obligaties of geldmarktinstrumenten uitgedrukt in de referentievaluta van het subfonds. De gemiddelde resterende looptijd van het subfonds mag niet groter zijn dan 12 maanden, de resterende looptijd van elke belegging niet groter dan drie jaar. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in obligaties, euro-obligaties of geldmarktinstrumenten anders dan die welke bepaald zijn in het hoofdbeleggingsbeleid, of liquiditeiten (maximaal 33%). Beleggingen in andere valuta’s dan de referentievaluta van het subfonds zullen tegen het valutarisico worden ingedekt, met inachtneming van de in het prospectus vermelde speciale regels en beleggingsbeperkingen. Het beleid van dit subfonds is gericht op de realisatie van een performance die gecorreleerd is aan de rendementspercentages van de Europese geldmarkt. Beleggers worden erop gewezen dat de referentievaluta van het subfonds mag verschillen van de valuta van de beleggingen.
*
Het subfonds "PARVEST SHORT TERM (STERLING)" (in GBP) belegt voornamelijk in obligaties, euro-obligaties of geldmarktinstrumenten uitgedrukt in Britse pond. De gemiddelde resterende looptijd van het subfonds mag niet groter zijn dan 12 maanden, de resterende looptijd van elke belegging niet groter dan drie jaar. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in obligaties, euro-obligaties of geldmarktinstrumenten anders dan die welke bepaald zijn in het hoofdbeleggingsbeleid, of liquiditeiten (maximaal 33%). Beleggingen in andere valuta’s dan de referentievaluta van het subfonds zullen tegen het valutarisico worden ingedekt, met inachtneming van de in het prospectus vermelde speciale regels en beleggingsbeperkingen. Het beleidsdoel van dit subfonds is een performance die gecorreleerd is aan het rendementspercentage van de Britse binnenlandse geldmarkt. Beleggers worden erop gewezen dat de referentievaluta van het subfonds mag verschillen van de valuta van de beleggingen.
*
Het subfonds "PARVEST SOUTH KOREA" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of in effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in Zuid-Korea of die een belangrijk deel van hun activiteiten in Zuid-Korea uitoefenen. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties,
63
inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, in obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Beleggers worden erop gewezen dat de wijze waarop de Zuid-Koreaanse markt functioneert en het toezicht aldaar kunnen afwijken van de normen die in de grote internationale financiële centra gelden. De risico’s kunnen van verschillende aard zijn, zoals risico’s in verband met de wetgeving, de fiscaliteit en de valuta van dit land, beleggingsrestricties, volatiliteit, beperkte liquiditeit van de markten en de kwaliteit van de beschikbare informatie. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers die worden aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen. *
Het subfonds "PARVEST SWITZERLAND" (in CHF) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde 75% in aandelen, converteerbare obligaties, certificaten van inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in Zwitserland. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST TARGET RETURN (EURO)" (in EUR) streeft naar een absolute performance op middellange termijn. Om deze doelstelling te bereiken zal het subfonds voornamelijk beleggen in vastrentende schuldbrieven of schuldbrieven met veranderlijke rente (obligaties of geldmarktinstrumenten), aandelen en met aandelen vergelijkbare effecten van alle landen. Deze beleggingen gebeuren via beleggingsfondsen of rechtstreeks. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in liquiditeiten. Het subfonds streeft naar een volatiliteit op jaarbasis van maximaal 6%. Beleggers worden erop gewezen dat de referentievaluta van het subfonds kan verschillen van de valuta van de beleggingen.
*
Het subfonds "PARVEST TARGET RETURN (USD)" (in USD) streeft naar een absolute performance op middellange termijn. Om deze doelstelling te bereiken zal het subfonds voornamelijk beleggen in vastrentende schuldbrieven of schuldbrieven met veranderlijke rente (obligaties of geldmarktinstrumenten), aandelen en met aandelen vergelijkbare effecten uitgegeven op de Noord-Amerikaanse en Europese markt. Deze beleggingen gebeuren via beleggingsfondsen of rechtstreeks. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in schuldbrieven (obligaties of geldmarktinstrumenten), aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn bepaald, of in liquiditeiten. Het subfonds streeft naar een volatiliteit op jaarbasis van maximaal 6%. Beleggers worden erop gewezen dat de referentievaluta van het subfonds kan verschillen van de valuta van de beleggingen.
*
Het subfonds "PARVEST TARGET RETURN PLUS (EURO)" (in EUR) streeft naar een absolute performance op middellange termijn. Om deze doelstelling te bereiken zal het subfonds voornamelijk beleggen in vastrentende schuldbrieven of schuldbrieven met veranderlijke rente (obligaties of geldmarktinstrumenten), aandelen en met aandelen vergelijkbare effecten uit alle landen. Deze beleggingen gebeuren via beleggingsfondsen of rechtstreeks. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in liquiditeiten. Het subfonds streeft naar een volatiliteit op jaarbasis van maximaal 10%. Beleggers worden erop gewezen dat de referentievaluta van het subfonds kan verschillen van de valuta van de beleggingen.
*
Het subfonds "PARVEST TARGET RETURN PLUS (USD)" (in USD) streeft naar een absolute performance op middellange termijn. Om deze doelstelling te bereiken zal het subfonds voornamelijk beleggen in vastrentende schuldbrieven of schuldbrieven met veranderlijke rente (obligaties of geldmarktinstrumenten), aandelen en met aandelen vergelijkbare effecten uitgegeven op de Noord-Amerikaanse en Europese markt. Deze beleggingen gebeuren via beleggingsfondsen of rechtstreeks. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in schuldbrieven (obligaties of
64
geldmarktinstrumenten), aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn bepaald, of in liquiditeiten. Het subfonds streeft naar een volatiliteit op jaarbasis van maximaal 10%. Beleggers worden erop gewezen dat de referentievaluta van het subfonds kan verschillen van de valuta van de beleggingen. *
Het subfonds "PARVEST TURKEY" (in EUR) belegt met het oog op een waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of andere effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel of een belangrijk deel van hun activiteiten in de Turkse Republiek. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten Beleggers worden erop gewezen dat de wijze waarop de Turkse markt functioneert en het toezicht aldaar kunnen afwijken van de normen die in de grote internationale financiële centra gelden. De risico’s kunnen van verschillende aard zijn, zoals risico’s in verband met de wetgeving, de fiscaliteit en de valuta van de Turkse Republiek, beleggingsrestricties, volatiliteit, beperkte liquiditeit van de markten en de kwaliteit van de beschikbare informatie. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers en hen wordt aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST TURKISH BOND" (in EUR) belegt voornamelijk in overheidsobligaties in YTL uitgegeven door de Turkse Republiek. Het resterende deel van de activa mag worden belegd in andere obligaties dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenparticipaties (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%). Beleggers worden erop gewezen dat de wijze waarop de Turkse markt functioneert en het toezicht aldaar kunnen afwijken van de normen die in de grote internationale financiële centra gelden. De risico’s kunnen van verschillende aard zijn, zoals risico’s in verband met de wetgeving, de fiscaliteit en de valuta van de Turkse Republiek, beleggingsrestricties, volatiliteit, beperkte liquiditeit van de markten en de kwaliteit van de beschikbare informatie. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers en hen wordt aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST TURKISH EUROBOND" (in EUR) belegt voornamelijk in euro-overheidsobligaties in EUR en uitgegeven door de Turkse Republiek. Het resterende deel van de activa mag worden belegd in andere obligaties dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden vermeld, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenparticipaties (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%). Beleggers worden erop gewezen dat de wijze waarop de Turkse markt functioneert en het toezicht aldaar kunnen afwijken van de normen die in de grote internationale financiële centra gelden. De risico’s kunnen van verschillende aard zijn, zoals risico’s in verband met de wetgeving, de fiscaliteit en de valuta van de Turkse Republiek, beleggingsrestricties, volatiliteit, beperkte liquiditeit van de markten en de kwaliteit van de beschikbare informatie. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers en hen wordt aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST UK" (in GBP) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde minimaal 75% in aandelen, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in het Verenigd Koninkrijk. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrants, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST UK OPPORTUNITIES" (in GBP) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn te allen tijde minimaal 75% in aandelen, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten of andere met aandelen vergelijkbare effecten uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in het Verenigd Koninkrijk die in de index FTSE All Share zijn opgenomen. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten of vergelijkbare
65
effecten anders dan welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, converteerbare obligaties en obligaties met warrant, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. *
Het subfonds "PARVEST US BOND PREMIUM" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in obligaties en andere schuldbrieven met vaste en/of veranderlijke rente, en/of in geïndexeerde schuldbrieven die een uitzondering vormen op de Europese richtlijn met betrekking tot het spaargeld van 3 juni 2003 (2003/48) omdat zij vóór 1 maart 2001 werden uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in de Verenigde Staten of die een belangrijk deel van hun economische activiteiten uitoefenen in de Verenigde Staten waarvan de effecten bij aankoop van « investment grade » zijn, indien er sinds 1 maart 2002 geen nieuwe uitgifte van deze effecten meer is geschied. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties en schuldbrieven dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), in aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%).
*
Het subfonds "PARVEST US CONVERTIBLE BOND" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in converteerbare obligaties en met converteerbare obligaties vergelijkbare overdraagbare effecten uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in de Verenigde Staten van Amerika of die een belangrijk deel van hun economische activiteiten uitoefenen in de Verenigde Staten. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, in aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%), obligaties (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%).
*
Het subfonds " PARVEST US CORE" (in USD) belegt volgens een methode van kwantitatief beheer en met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in de Verenigde Staten van Amerika of die een belangrijk deel van hun economische activiteiten uitoefenen in de Verenigde Staten, die in de indexen S&P 500, Russell 1000 of Dow Jones zijn opgenomen. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten
*
Het subfonds "PARVEST US CORPORATE BOND" (in USD) belegt voornamelijk in andere dan staatsobligaties van prima kwaliteit ("investment grade") op het ogenblik van aankoop, uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in de Verenigde Staten van Amerika of die een belangrijk deel van hun economische activiteiten uitoefenen in de Verenigde Staten. Het subfonds streeft ernaar hogere rendementen te bereiken dan de rendementen die normaal op staatsobligaties zijn te verwachten. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%).
*
Het subfonds "PARVEST US DOLLAR BOND" (in USD) belegt voornamelijk in Amerikaanse binnenlandse en “Yankee” obligaties en euro-obligaties in USD, uitgegeven door debiteuren waarvan de effecten op het ogenblik van aankoop van goede kwaliteit ("investment grade") zijn. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties of euro-obligaties dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, in converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%).
*
Het subfonds "PARVEST US GROWTH", (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants ») beleggingscertificaten, warrants op aandelen of andere met aandelen vergelijkbare effecten, en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in de Verenigde Staten van Amerika of die een belangrijk deel van hun economische activiteiten uitoefenen in de Verenigde Staten, en die in de indexen S&P 500 of Russell 1000 Growth zijn opgenomen en die geselecteerd worden op basis van hun groeivooruitzichten. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Los van het voorgaande dient het gedeelte belegd in aandelen en in andere met aandelen vergelijkbare effecten steeds het grootste gedeelte van de activia van het subfonds te zijn.
*
Het subfonds "PARVEST US HIGH YIELD BOND" (in USD) belegt voornamelijk in obligaties met een waardering lager dan investment grade op het ogenblik van aankoop, die door vennootschappen met statutaire zetel in de Verenigde Staten worden uitgegeven. Het subfonds streeft naar het bereiken van winstniveaus die hoger liggen dan die normaal worden bereikt bij staatsobligaties. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere
66
obligaties dan welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%). Het subfonds is geschikt voor beleggers die bereid zijn hoge risico’s te nemen. Beleggers in dit subfonds dienen er zich van bewust zijn dat de wisselvalligheid van de intrinsieke waarde van dit subfonds groter kan zijn dan bij de traditionele obligatiesubfondsen en dat niet kan worden uitgesloten dat emittenten in gebreke zullen blijven inzake de uitbetaling van de in portefeuille zijnde effecten. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers die worden aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen. *
Het subfonds "PARVEST US MID CAP" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met middelgrote kapitalisatie met statutaire zetel in de Verenigde Staten van Amerika of die een belangrijk deel van hun economische activiteiten uitoefenen in de Verenigde Staten en waarvan de beurskapitalisatie op het ogenblik van aankoop tussen 1 miljard en 12 miljard USD bedraagt. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST US MID CAP GROWTH" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of in effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met middelgrote kapitalisatie met statutaire zetel in de Verenigde Staten of die een belangrijk deel van hun economische activiteiten uitoefenen in de Verenigde Staten en die zijn opgenomen in de index Russell Mid Cap Growth. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Los van het voorgaande mag het gedeelte belegd in aandelen en andere met aandelen vergelijkbare effecten nooit meer dan 50% van de activa van het subfonds bedragen.
*
Het subfonds "PARVEST US MID CAP VALUE" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of andere met aandelen vergelijkbare effecten, uitgegeven door vennootschappen met middelgrote kapitalisatie met statutaire zetel in de Verenigde Staten van Amerika of die een belangrijk deel van hun economische activiteiten in de Verenigde Staten van Amerika uitoefenen en met een beurskapitalisatie tussen 1,5 miljard en 12 miljard USD op het ogenblik van aankoop. De Beheerder selecteert de effecten die volgens hem op het ogenblik van aankoop ondergewaardeerd zijn ten opzichte van de markt in haar geheel. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrant »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of andere vergelijkbare effecten anders dan die welke worden vermeld in het hoofdbeleggingsbeleid, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST US OPPORTUNITIES" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel of het merendeel van hun activiteiten in de Verenigde Staten, die zijn opgenomen in de indexen Russell 1000, S&P 500 of Russell Midcap Index. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST US SHORT TERM BOND" (in USD) belegt hoofdzakelijk in obligaties uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in de Verenigde Staten van Amerika of die een belangrijk deel van hun economische activiteiten uitoefenen in de Verenigde Staten. De gemiddelde resterende looptijd van de portefeuille mag niet groter zijn dan drie jaar en de resterende looptijd van een belegging mag nooit groter zijn dan vijf jaar. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, in converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%).
67
*
Het subfonds "PARVEST US SMALL CAP" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of andere met aandelen vergelijkbare effecten uitgegeven door vennootschappen met kleine kapitalisatie met statutaire zetel in de Verenigde Staten van Amerika waarvan de beurskapitalisatie op het ogenblik van aankoop niet groter is dan 3,5 miljard Amerikaanse dollar. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Dit subfonds richt zich op geïnformeerde beleggers die worden aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST US SMALL CAP GROWTH" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrjivingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertifcaten, warrants op aandelen of andere met aandelen vergelijkbare effecten uitgegeven door vennootschappen met kleine kapitalisatie met statutaire zetel in de Verenigde Staten van Amerika of die een belangrijk deel van hun economische activiteiten uitoefenen in de Verenigde Staten en die in de index Russell 2000 Growth opgenomen zijn. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Los van het voorgaande mag het gedeelte belegd in aandelen en andere met aandelen vergelijkbare effecten nooit meer dan 50% van de activa van het subfonds bedragen.
*
Het subfonds "PARVEST US VALUE" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in de Verenigde Staten van Amerika die geselecteerd zijn op basis van hun waarderingsniveau. De Beheerder zal de effecten selecteren die op het ogenblik van de aankoop volgens hem ondergewaardeerd zijn ten opzichte van de markt. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST USA" (in USD) belegt volgens een methode van kwantitatief beheer en met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in de Verenigde Staten van Amerika. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST WORLD" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of andere met aandelen vergelijkbare effecten, uitgegeven door vennootschappen van om het even welk land. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST WORLD BOND" (in USD) belegt voornamelijk in nationale en internationale obligaties in om het even welke valuta (geïndexeerde, ondergeschikte obligaties, obligaties cum warrants) uitgegeven door debiteuren van om het even welk land waarvan de effecten op het ogenblik van aankoop van goede kwaliteit ("investment grade") zijn. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%).
*
Het subfonds "PARVEST WORLD BOND SELECTION" (in EUR) belegt voornamelijk in deelnemingsrechten in ICBE's of andere ICB's die zelf voornamelijk beleggen in nationale en internationale obligaties uitgedrukt in alle deviezen (geïndexeerde, achtergestelde, met warrant) uitgegeven door debiteuren van alle landen. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in deelnemingsrechten in ICBE's of andere ICB's anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid bepaald zijn en overeenkomstig bijlage II punt A.5 van het onderhavige prospectus, alsmede in obligaties, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%). Het subfonds is geschikt voor beleggers die bereid zijn hoge risico’s te nemen.
68
Beleggers in dit subfonds dienen er zich van bewust zijn dat de wisselvalligheid van de intrinsieke waarde van dit subfonds groter kan zijn dan bij de traditionele obligatie subfondsen en dat niet kan worden uitgesloten dat emittenten in gebreke zullen blijven inzake de uitbetaling van de in portefeuille zijnde effecten. Dit subfonds richt zich derhalve alleen op geïnformeerde beleggers die worden aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen. *
Het subfonds "PARVEST WORLD BRANDS" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of andere effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen uit elk land, die gespecialiseerd zijn in de sector van consumptiegoederen of consumentendiensten, met uitzondering van basisproducten en –diensten. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST WORLD COMMODITIES" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen uit elk land, die gespecialiseerd zijn in de sector van de grondstoffen. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Het subfonds mag niet direct grondstoffen houden. Dit subfonds is bestemd voor ervaren beleggers en hen wordt aangeraden slechts een deel van hun vermogen erin te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST WORLD CONSUMER TREND" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen over de gehele wereld gespecialiseerd in de sector van de consumptie. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Het subfonds mag niet direct consumptiegoederen houden.
*
Het subfonds " PARVEST WORLD CONVERTIBLE BOND" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in converteerbare obligaties van om het even welk land en met converteerbare obligaties vergelijkbare effecten van om het even welk land. Het resterende gedeelte van de activa mag worden beleg in aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%), liquiditeiten (maximum 33%) of obligaties (maximum 33%).
*
Het subfonds "PARVEST WORLD GOLD" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen uit elk land die gespecialiseerd zijn in de sector van de exploitatie van goudmijnen. Deze beleggingen geschieden via fondsen, met inbegrip van exchange traded funds of direct, of via directe beleggingen. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Het subfonds mag niet rechtstreeks goud houden. Dit subfonds richt zich alleen op geïnformeerde beleggers en hen wordt aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST WORLD HEALTH CARE" (in USD) belegt met het oog op de waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription
69
warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of andere effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen uit elk land die gespecialiseerd zijn in de sector van de gezondheidszorg (vooral farmacie, medische en paramedische diensten en biotechnologie) en/of die hieraan gelinkt zijn. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. *
Het subfonds "PARVEST WORLD HIGH YIELD BOND" (in USD) belegt voornamelijk in obligaties met een waardering lager dan investment grade op het ogenblik van aankoop, die door vennootschappen van alle landen worden uitgegeven. Het subfonds streeft naar het bereiken van winstniveaus die hoger liggen dan die normaal worden bereikt bij staatsobligaties. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties dan welke in het hoofdbeleggingsbeleid worden bepaald, converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%). Het subfonds is geschikt voor beleggers die bereid zijn hoge risico’s te nemen. Beleggers in dit subfonds dienen er zich van bewust zijn dat de wisselvalligheid van de intrinsieke waarde van dit subfonds groter kan zijn dan bij de traditionele obligatiesubfondsen en dat niet kan worden uitgesloten dat emittenten in gebreke zullen blijven inzake de uitbetaling van de in portefeuille zijnde effecten. Dit subfonds richt zich derhalve op geïnformeerde beleggers die wordt aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST WORLD INFLATION LINKED BOND" (in EUR) belegt voornamelijk in inflatiegelinkte obligaties uitgedrukt in alle deviezen en uitgegeven door lidstaten van de OESO. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in andere obligaties dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid bepaald zijn, in converteerbare obligaties (maximum 25%), aandelen en andere effecten en aandelenbelangen (maximum 10%), geldmarktinstrumenten (maximum 33%) of liquiditeiten (maximum 33%). Het wisselrisico zal voor minimaal 60% in de referentievaluta van het fonds worden gedekt.
*
Het subfonds "PARVEST WORLD LIFE SCIENCES" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of andere met aandelen vergelijkbare effecten, uitgegeven door vennootschappen uit om het even welk land, die gespecialiseerd zijn in de sectoren gezondheidszrog, farmacie, biotechnologie of biowetenschappen. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Dit subfonds richt zich op geïnformeerde beleggers die worden aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST WORLD MID CAP" (in USD) belegt met het oog op de waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of andere met aandelen vergelijkbare effecten, uitgegeven door vennootschappen met middelgrote kapitalisatie uit alle landen. - als het Europese vennootschappen zijn, dienen deze te zijn opgenomen in de indices DJ Stoxx Mid, Citigroup EMI Europe Index of FTSE Developed Europe Mid Cap Index; of - als het Japanse vennootschappen zijn, dient hun beurskapitalisatie op het ogenblik van aankoop begrepen te zijn tussen 75 en 750 miljard JPY, of - als het Amerikaanse vennootschappen zijn, dient hun beurskapitalisatie op het ogenblik van aankoop te liggen tussen 1 miljard en 12 miljard USD.
.
Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Dit subfonds richt zich op geïnformeerde beleggers die wordt aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen.
70
*
Het subfonds "PARVEST WORLD OPPORTUNITIES" (in USD) belegt met het oog op de waardevermeerdering van zijn activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants ("subscription warrants"), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of andere met aandelen vergelijkbare effecten van alle landen en van ondernemingen met om het even welke beurskapitalisatie. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST WORLD REAL ESTATE" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of effecten vergelijkbaar met aandelen uitgegeven door vennootschappen uit elk land, die gespecialiseerd zijn in de sector van het vastgoed. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST WORLD RESOURCES" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen, of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen in elk land, gespecialiseerd in de sector van de ruwe grondstoffen (metalen, mijnen en olie etc.) en handelsproducten (papier en aluminium etc.). Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, in obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Het subfonds mag niet rechtstreeks ruwe grondstoffen noch basisproducten houden.
*
Het subfonds "PARVEST WORLD SMALL CAP" (in USD) belegt met het oog op waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of andere met aandelen vergelijkbare effecten, uitgegeven door vennootschappen met kleine kapitalisatie van om het even welk land: - als het Europese vennootschappen zijn, dienen deze te zijn opgenomen in de indexen MSCI Europe Small Cap Index of HSBC European Smaller Companies; of - als het Japanse vennootschappen zijn, mag hun beurskapitalisatie op het ogenblik van aankoop niet groter zijn dan 150 miljard JPY; of - als het Amerikaanse vennootschappen zijn, mag hun beurskapitalisatie op het ogenblik van aankoop niet groter zijn dan 3,5 miljard USD; of - die opgenomen zijn in de index .MSCI World Small Cap. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Dit subfonds richt zich op geïnformeerde beleggers die worden aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen.
*
Het subfonds "PARVEST WORLD SUSTAINABLE DEVELOPMENT" (in USD) belegt met het oog op de waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten of andere met aandelen vergelijkbare aandelen uitgegeven door vennootschappen met statutaire zetel in alle landen, die de criteria van duurzame ontwikkeling naleven, waarin begrepen de maatschappelijke verantwoordelijkheid en/of de verantwoordelijkheid ten opzichte van het milieu en corporate governance. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
*
Het subfonds "PARVEST WORLD TECHNOLOGY" (in USD) belegt met het oog op de waardevermeerdering van zijn activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (“subscription warrants”), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of effecten vergelijkbaar met aandelen en uitgegeven door vennootschappen van elk land gespecialiseerd in de technologiesector (telecom, internet en
71
datagegevens verwerking). Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten. Dit subfonds richt zich op geïnformeerde beleggers en hen wordt aangeraden slechts een deel van hun bezit hierin te beleggen. *
Het subfonds "PARVEST WORLD VALUE" (in USD) belegt met het oog op de waardevermeerdering van de activa op middellange termijn voornamelijk in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten, warrants op aandelen of andere met aandelen vergelijkbare aandelen uitgegeven door vennootschappen uit allen landen, die geselecteerd zijn op basis van hun waarderingsniveau. De Beheerder selecteert de effecten die volgens hem op het ogenblik van aankoop worden ondergewaardeerd ten opzichte van de markt in haar geheel. Het resterende gedeelte van de activa mag worden belegd in aandelen, converteerbare obligaties, inschrijvingswarrants (« subscription warrants »), beleggingscertificaten warrants op aandelen of vergelijkbare effecten anders dan die welke in het hoofdbeleggingsbeleid zijn vermeld, obligaties, geldmarktinstrumenten of liquiditeiten.
72
BIJLAGE II – BELEGGINGSBEPERKINGEN Zich baserend op het principe van risicospreiding heeft de Raad van Bestuur de bevoegdheid om het beleid van de Vennootschap te bepalen met betrekking tot de beleggingen van ieder subfonds, de referentievaluta en het te volgen beleid voor het beheer van de zaken van de Vennootschap. Tenzij in het supplement van een bepaald subfonds een andersluidende bepaling is opgenomen, moet het beleggingsbeleid overeenstemmen met de hierna vermelde regels en beperkingen. Voor een beter begrip van deze sectie worden de onderstaande begrippen als volgt gedefinieerd: Groep van Vennootschappen:
vennootschappen die tot eenzelfde groep behoren wanneer zij in hoofde van de Richtlijn 83/349/EEG van de Raad van 13 juni 1983 met betrekking tot de geconsolideerde rekeningen of overeenkomstig de internationaal erkende boekhoudkundige regels, geconsolideerde rekeningen moeten opstellen.
Geldmarktinstrumenten:
instrumenten die gewoonlijk op de geldmarkt worden verhandeld, die liquide zijn en waarvan de waarde op ieder moment nauwkeurig kan worden bepaald.
Gereglementeerde markt:
de markt waarvan de clearing een essentieel kenmerk is, wat het bestaan van een centrale beursorganisatie voor de uitvoering van de orders laat veronderstellen, en die bovendien wordt gekenmerkt door een algemeen systeem van vraag en aanbod dat het mogelijk maakt dat een enkele koers wordt bepaald, dat de markt transparant is en dat de organisator ervan neutraal is.
Overdraagbare Effecten:
- aandelen en andere met aandelen vergelijkbare effecten, - obligaties en andere schuldbrieven, - alle andere verhandelbare effecten die de houders van die effecten recht geven om die overdraagbare effecten via inschrijving of ruil te verwerven.
A. De beleggingen van de Vennootschap kunnen bestaan uit: (1) Overdraagbare Effecten en Geldmarktinstrumenten die op een Gereglementeerde markt worden genoteerd of verhandeld. (2) Overdraagbare Effecten en Geldmarktinstrumenten die worden verhandeld op een andere markt van een Lidstaat van de Europese Unie (hierna “de EU”) die gereglementeerd is, die regelmatig werkt, erkend en open is voor het publiek. (3)
Overdraagbare Effecten en Geldmarktinstrumenten die genoteerd worden op een effectenbeurs van een Staat die geen deel uitmaakt van de EU of die worden verhandeld op een andere markt van een Staat die geen deel uitmaakt van de EU, die gereglementeerd is, die regelmatig werkt, erkend en open is voor het publiek.
(4)
Recentelijk uitgegeven Overdraagbare Effecten en Geldmarktinstrumenten onder voorbehoud dat:
(5)
-
in de emissievoorwaarden de verbintenis is opgenomen dat het verzoek zal worden ingediend voor notering op een effectenbeurs of op een andere markt die gereglementeerd is, regelmatig werkt, erkend en open is voor het publiek;
-
en dat de toelating op die beurs of markt binnen het jaar na de uitgifte is verkregen.
Deelnemingsrechten van ICBE’s en/of van andere ICB’s in de betekenins van artikel 1(2), eerste en tweede punt van de Richtlijn 85/611/EEG, ongeacht of die al dan niet in een Lidstaat van de EU gevestigd zijn, met dien verstande dat: -
deze andere ICB’s erkend zijn overeenkomstig een wetgeving die bepaalt dat deze instellingen moeten onderworpen zijn aan het toezicht dat door de CSSF (Commission de Surveillance du Secteur Financier = Commissie van Toezicht van de Financiële Sector in Luxemburg) als gelijkwaardig wordt beschouwd aan het toezicht dat door de wetgeving van de EU wordt bepaald, en dat de samenwerking tussen de overheden op voldoende wijze wordt gegarandeerd;
73
-
het beschermingsniveau dat voor de houders van deelnemingsrechten in deze andere ICB’s wordt gegarandeerd gelijkwaardig is aan het niveau bepaald voor houders van deelnemingsrechten in een ICBE en, vooral, dat de regels met betrekking tot de allocatie van de activa, tot leningen, tot ongedekte verkopen van Overdraagbare Effecten en Geldmarktinstrumenten gelijkwaardig zijn aan de eisen geformuleerd in de Richtlijn 85/611/EEG;
-
over de activiteiten van die andere ICB’s halfjaar- en jaarverslagen worden opgesteld zodat de activa en verplichtingen, de winsten en de transacties van de voorbije periode kunnen worden geëvalueerd;
-
het gedeelte van de activa van de ICBE’s of van die andere ICB’s dat voor verwerving is gepland en dat overeenkomstig de oprichtingsdocumenten globaal mag worden belegd in deelnemingsrechten van andere ICBE’s of andere ICB’s, niet groter is dan 10%.
(6)
Deposito’s bij een kredietinstelling die op verzoek terugbetaalbaar zijn of die kunnen worden opgenomen en een looptijd hebben van minder dan of gelijk aan twaalf maanden, op voorwaarde dat de statutaire zetel van die kredietinstelling in een Lidstaat van de EU is gevestigd, of indien de statutaire zetel van die kredietinstelling in een ander land is gevestigd, die kredietinstelling onderworpen is aan regels van bedrijfseconomisch toezicht die door de CSSF als gelijkwaardig worden beschouwd aan die welke door de wetgeving van de EU worden bepaald.
(7)
Afgeleide financiële instrumenten, inclusief de vergelijkbare instrumenten die aanleiding geven tot betaling in contant geld, die worden verhandeld op een gereglementeerde markt van het type vermeld in punten (1), (2) en (3) hiervoor, en/of afgeleide financiële instrumenten die over the counter worden verhandeld (“OTC-derivaten”), op voorwaarde dat: (i) - de onderliggende activa bestaan uit instrumenten die vallen onder het huidige punt A, uit financiële indexen, rentevoeten, wisselkoersen of valuta’s, waarin de Vennootschap, overeenkomstig haar beleggingsdoelstellingen, mag beleggen;
(ii)
-
de tegenpartijen bij deze transacties op OTC-derivaten kredietinstellingen zijn die onderworpen zijn aan bedrijfseconomisch toezicht en die behoren tot de door de CSSF erkende categorieën; en
-
de OTC-derivaten dagelijks betrouwbaar en controleerbaar worden gewaardeerd en dat zij op initiatief van de Vennootschap op ieder moment en tegen hun juiste waarde kunnen worden verkocht, ten gelde gemaakt of afgesloten door middel van een symmetrische transactie;
deze operaties er geenszins mogen toe leiden dat de Vennootschap afwijkt van haar beleggingsdoelstellingen.
De Vennootschap mag zich in het bijzonder inlaten met transacties die betrekking hebben op opties, termijncontracten op financiële instrumenten en op opties op dergelijke contracten. (8)
Andere Geldmarktinstrumenten dan die welke worden verhandeld op een Gereglementeerde markt indien de uitgifte of de emittent van deze instrumenten zelf onderworpen is aan een reglementering die erop gericht is de beleggers en hun vermogen te beschermen en dat deze instrumenten: -
worden uitgegeven of gewaarborgd door een centrale, een regionale of een plaatselijke overheid, door een centrale bank van een Lidstaat van de EU, door de Europese Centrale Bank, door de EU of door de Europese Investeringsbank, door een andere Staat of voor een federale Staat, door een van de samenstellende leden van de federatie, of door een internationale openbare organisatie waarvan een of meerdere Staten lid zijn van de EU; of
-
worden uitgegeven door een onderneming waarvan de effecten worden verhandeld op de gereglementeerde markten die worden vermeld in de punten (1), (2) en (3) hiervoor; of
-
worden uitgegeven of gewaarborgd door een instelling die is onderworpen aan een bedrijfseconomisch toezicht volgens de criteria bepaald door de wetgeving van de EU, of door een instelling die is onderworpen en zich houdt aan regels voor bedrijfseconomisch toezicht die door de CSSF als minstens even streng worden beschouwd als die welke door de wetgeving van de EU worden bepaald; of
-
worden uitgegeven door andere entiteiten die behoren tot categorieën die door de CSSF worden erkend voor zover de beleggingen in deze instrumenten onderworpen zijn aan regels die bedoeld zijn om de beleggers te beschermen en die gelijkwaardig zijn aan de regels bepaald in de punten achter het eerste, tweede en derde streepje hierboven, en dat de belegger een vennootschap is waarvan het kapitaal en de reserves minstens tien miljoen euro (10.000.000 euro) bedragen, en die haar jaarrekeningen voorlegt en publiceert in overeenstemming met de Richtlijn 78/660/EEG, of een entiteit die binnen een Groep van Vennootschappen die een of meerdere beursgenoteerde ondernemingen omvat, zich toelegt op de financiering van de Groep of een entiteit is die zich toelegt op de financiering van effectiseringsinstrumenten die voordeel halen uit een bankfaciliteit.
74
B.
Bovendien mag de Vennootschap in ieder subfonds:
(1)
Tot 10% van de netto activa van het subfonds beleggen in Overdraagbare Effecten en Geldmarktinstrumenten anders dan die vermeld onder A in de punten (1) tot (4) en (8).
(2)
Aanvullend ook liquiditeiten en andere met liquiditeiten vergelijkbare instrumenten houden.
(3)
Tot 10% van de netto activa van het subfonds lenen indien het gaat om tijdelijke leningen. De verbintenissen met betrekking tot optiecontracten, aankoop en verkoop van termijncontracten worden bij de berekening van de beleggingslimiet niet als leningen beschouwd.
(4)
Valuta’s verwerven via back-to-back leningen.
C.
Bovendien zal de Vennootschap met betrekking tot de netto activa van ieder subfonds de volgende beleggingsbeperkingen per emittent in acht nemen:
(a)
Regels met betrekking tot risicospreiding
Voor de berekening van de beperkingen die in de punten (1) tot (5) en in punt (8) hierna worden beschreven, dienen de vennootschappen van eenzelfde Groep van Vennootschappen als één enkele emittent te worden beschouwd. In de mate waarin een emittent een juridische entiteit met meerdere subfondsen is waarin de activa van een subfonds uitsluitend instaan voor de rechten van de beleggers met betrekking tot dit subfonds en voor de rechten van de schuldeisers van wie de vordering is ontstaan als gevolg van de oprichting, de werking of de liquidatie van dit subfonds, dient ieder subfonds, bij toepassing van de regels van risicospreiding, als een afzonderlijke emittent te worden beschouwd. y (1)
Overdraagbare Effecten en Geldmarktinstrumenten Een subfonds mag geen extra Overdraagbare Effecten en Geldmarktinstrumenten van een en dezelfde emittent verwerven, indien als gevolg hiervan: (i)
meer dan 10% van de netto activa van dit subfonds belegd zijn in Overdraagbare Effecten of Geldmarktinstrumenten die door deze entiteit zijn uitgegeven.
(ii)
de totale waarde van de Overdraagbare Effecten en Geldmarktinstrumenten die het subfonds in het bezit heeft van emittenten waarin het telkens meer dan 5% belegt, groter is dan 40% van de intrinsieke waarde. Deze limiet geldt niet voor de deposito’s bij financiële instellingen die onderworpen zijn aan een bedrijfseconomisch toezicht en evenmin voor de transacties op OTC-derivaten met deze instellingen.
(2)
De limiet van 10% die in punt (1)(i) is bepaald, wordt opgetrokken tot 20% indien de Overdraagbare Effecten en Geldmarktinstrumenten worden uitgegeven door dezelfde Groep van Vennootschappen.
(3)
De limiet van 10% die in punt (1)(i) is bepaald, wordt opgetrokken tot 35% indien de Effecten en Geldmarktinstrumenten worden uitgegeven of gewaarborgd door een Lidstaat van de EU, door diens plaatselijke overheden, door een andere Staat of door internationale publieke organisaties waarvan een of meer Lidstaten van de EU deel uitmaken.
(4)
De limiet van 10% die in punt (1)(i) is bepaald, wordt voor bepaalde obligaties opgetrokken tot 25% indien zij worden uitgegeven door een kredietinstelling met statutaire zetel in een Lidstaat van de EU die wettelijk is onderworpen aan een bijzondere openbare controle met het oog op de bescherming van de houders van die obligaties. In het bijzonder moeten de bedragen die voortvloeien uit de uitgifte van die obligaties, in overeenstemming met de wetgeving, worden belegd in activa die gedurende de volledige looptijd van de obligaties dekking kunnen bieden voor de uit de obligaties voortvloeiende schuldvorderingen, en die ingeval van faillissement van de emittent in eerste instantie zullen worden gebruikt voor de aflossing van het kapitaal en de betaling van de nog uit te keren rente. Indien een subfonds meer dan 5% van zijn activa in dergelijke door eenzelfde emittent uitgegeven obligaties belegt, mag de totale waarde van die beleggingen niet meer dan 80% van de intrinsieke waarde van dat subfonds bedragen;
(5)
Bij de berekening van het in punt (1)(ii) bedoelde limiet van 40% dient geen rekening te worden gehouden met de hierboven in de punten (3) en (4) vermelde waarden.
75
(6)
(7)
Ondanks de hierboven beschreven limieten, mag ieder subfonds, in overeenstemming met het principe van risicospreiding, tot 100% van zijn activa beleggen in Overdraagbare Effecten en Geldmarktinstrumenten uitgegeven of gewaarborgd door een Lidstaat van de EU, door diens plaatselijke overheden, door een Lidstaat van de OESO zoals de Verenigde Staten of door internationale publiekrechtelijke instellingen waarvan een of meerdere Lidstaten van de EU deel uitmaken, op voorwaarde dat (i) deze effecten tot minstens zes verschillende uitgiften behoren en dat (ii) de effecten van één uitgifte niet meer dan 30% van de netto activa van het subfonds vertegenwoordigen. Onverminderd de in sectie (b) hierna opgelegde limieten, worden de in punt (1) bedoelde limieten tot maximaal 20% opgetrokken voor de beleggingen in aandelen en/of obligaties uitgegeven door een en dezelfde entiteit, indien de Vennootschap overeenkomstig haar beleggingsbeleid ernaar streeft de samenstelling van een door de CSSF erkende aandelen- of obligatie-index op de volgende basis te kopiëren: -
de samenstelling van de index is voldoende gediversifieerd
-
de index bevat een aantal ondernemingen die representatief zijn voor de markt waarop hij betrekking heeft,
-
de index wordt naar behoren gepubliceerd.
De limiet van 20% wordt opgetrokken tot 35% indien dit wordt gerechtvaardigd door uitzonderlijke omstandigheden op de markten, en dan vooral op de gereglementeerde markten die duidelijk door bepaalde Effecten of Geldmarktinstrumenten worden gedomineerd. Beleggen tot deze limiet is beperkt tot een enkele emittent. y (8)
y
Bankdeposito’s De Vennootschap mag niet meer dan 20% van de netto activa van ieder subfonds beleggen in deposito’s bij een en dezelfde entiteit. Afgeleide instrumenten
(9)
Het risico dat de tegenpartij bij een transactie op OTC-derivaten in gebreke blijft, mag niet groter zijn dan 10% van de netto activa van het subfonds, indien de tegenpartij een in sectie A (6) hierboven bedoelde kredietinstelling is, of 5% van de activa in alle andere gevallen.
(10)
Er mag worden belegd in afgeleide financiële instrumenten indien de globale risico’s waaraan de onderliggende effecten worden blootgesteld niet groter zijn dan de in de punten (1) tot (5), (8), (9), (13) en (14) bepaalde beleggingsbeperkingen. Wanneer de Vennootschap belegt in op een index gebaseerde financiële derivaten, dienen deze beleggingen niet noodzakelijk te worden gecombineerd met de in de punten (1) tot (5), (8), (9), (13) en (14) bepaalde beperkingen.
(11)
Wanneer een Overdraagbaar Effect of een Geldmarktinstrument een afgeleid instrument omvat, dient met dat laatste rekening te worden gehouden bij de toepassing van de in Sectie C punt (14) en in Sectie D, punt (1) vermelde bepalingen, evenals voor de raming van de risico’s die verbonden zijn aan transacties op afgeleide instrumenten, zodat het globale aan derivaten gekoppelde risico niet groter is dan de totale intrinsieke waarde.
y
Deelnemingsrechten in open-end beleggingsfondsen
(12)
De Vennootschap mag niet meer dan 20% van de netto activa van ieder subfonds beleggen in deelnemingsrechten van een en dezelfde ICBE of van een andere ICB, zoals wordt bepaald in Sectie A, punt (5).
y
Gecombineerde limieten
(13)
Ondanks de in punten (1), (8) en (9) hierboven bepaalde limieten mag een subfonds het volgende niet combineren: -
beleggingen in Overdraagbare Effecten of Geldmarktinstrumenten uitgegeven door eenzelfde entiteit,
-
deposito’s bij een en dezelfde entiteit, en/of
-
risico’s voortvloeiend uit transacties op OTC-derivaten met een enkele entiteit,
die meer bedragen dan 20% van de netto activa van het subfonds.
76
(14)
De limieten bepaald in punten (1), (3), (4), (8), (9) en (13) hierboven, mogen niet worden gecombineerd. Bijgevolg mogen de beleggingen van ieder subfonds in Overdraagbare Effecten of Geldmarktinstrumenten uitgegeven door een en dezelfde entiteit, in deposito’s bij deze entiteit of in afgeleide instrumenten verhandeld met deze entiteit, overeenkomstig punten (1), (3), (4), (8), (9) en (13) in totaal niet meer bedragen dan 35% van de intrinsieke waarde van dit subfonds.
(b) Beperkingen met betrekking tot de controle (15)
De Vennootschap mag geen aandelen met stemrecht verwerven waardoor zij in staat zou zijn een aanzienlijke invloed uit te oefenen op het bestuur van een emittent.
(16)
De Vennootschap mag (i) niet meer dan 10% verwerven van de aandelen zonder stemrecht van een en dezelfde emittent; (ii) niet meer dan 10% verwerven van de obligaties van een en dezelfde emittent; (iii) niet meer dan 10% verwerven van de Geldmarktinstrumenten uitgegeven door een en dezelfde emittent; of (iv) niet meer dan 25% verwerven van de deelnemingsrechten van een en dezelfde ICBE en/of andere ICB. De in de punten (ii) tot (iv) bepaalde limieten hoeven niet te worden nageleefd bij een verwerving, indien op het moment van de verwerving het bruto bedrag van de obligaties of Geldmarktinstrumenten of het netto bedrag van de uitgegeven effecten niet kan worden berekend. De in de punten (15) en (16) vastgestelde limieten gelden niet voor: -
Overdraagbare Effecten en Geldmarktinstrumenten uitgegeven of gewaarborgd door een Lidstaat van de EU of door diens plaatselijke overheden;
-
Overdraagbare Effecten en Geldmarktinstrumenten uitgegeven of gewaarborgd door een Staat die geen deel uitmaakt van de EU;
-
Overdraagbare Effecten en Geldmarktinstrumenten uitgegeven door internationale publiekrechtelijke organisaties waarvan een of meer Lidstaten van de EU deel uitmaken;
-
de aandelen in het kapitaal van een vennootschap van een Staat die geen deel uitmaakt van de EU, op voorwaarde dat (i) deze vennootschap haar activa voornamelijk investeert in effecten van emittenten die ressorteren onder deze Staat indien (ii) krachtens de wetgeving van deze Staat een dergelijke participatie voor de Vennootschap de enige mogelijkheid is om te kunnen beleggen in effecten van emittenten van die Staat, en (iii) deze vennootschap in haar beleggingsbeleid de regels van risicospreiding en van controlebeperking naleeft, die worden bedoeld in Sectie C, punt (1), (3), (4), (8), (9), (12), (13), (14), (15) en (16) en in Sectie D, punt (2);
-
de aandelen in het kapitaal van dochterondernemingen die uitsluitend ten behoeve van de Vennootschap activiteiten van beheer, advies of verkoop uitoefent in het land waar de dochteronderneming is gevestigd, met betrekking tot de terugkoop van deelnemingsrechten op verzoek van de aandeelhouders.
D.
Bovendien moet de Vennootschap voor de onderstaande instrumenten de volgende beleggingsbeperkingen in acht nemen:
(1)
Ieder subfonds moet ervoor zorgen dat het globale aan afgeleide instrumenten verbonden risico niet groter is dan de totale intrinsieke waarde van zijn portefeuille. Bij de berekening van de risico’s wordt rekening gehouden met de actuele waarde van de onderliggende activa, met het risico dat de tegenpartij in gebreke blijft, met de geraamde marktontwikkeling en met de tijd vereist voor de liquidatie van de posities.
(2)
Beleggingen in deelnemingsrechten van andere ICB’s dan ICBE’s mogen in totaal niet groter zijn dan 30% van de intrinsieke waarde van de Vennootschap.
E.
Tenslotte moet de Vennootschap zich ervan vergewissen dat de beleggingen van ieder subfonds aan de volgende regels voldoen:
(1)
De Vennootschap mag geen grondstoffen, edele metalen of certificaten verwerven die grondstoffen of edele metalen vertegenwoordigen.
77
(2)
De Vennootschap mag geen onroerende goederen verwerven, tenzij een dergelijke aankoop onontbeerlijk is voor de directe uitoefening van haar activiteit.
(3)
De Vennootschap mag haar activa niet gebruiken als garantie voor effecten.
(4)
De Vennootschap mag geen warrants of andere instrumenten uitgeven, die het recht geven om aandelen van het fonds te verwerven.
(5)
Hoewel de Vennootschap obligaties en andere schuldbrieven mag verwerven en bankdeposito’s mag houden, mag zij geen kredieten toekennen of zich borg stellen voor rekening van derden. Ondanks deze beperking mag zij niet volledig volgestorte Overdraagbare Effecten, Geldmarktinstrumenten of andere financiële instrumenten verwerven.
(6)
De Vennootschap mag geen ongedekte effecten, geldmarktinstrumenten of andere financiële instrumenten verkopen, die zijn opgenomen in Sectie A punten (5), (7) en (8).
F.
Ondanks alle hierboven vermelde bepalingen:
(1)
De hiervoor bepaalde limieten hoeven niet te worden nageleefd bij de uitoefening van inschrijvingsrechten verbonden aan Overdraagbare Effecten of Geldmarktinstrumenten die deel uitmaken van de activa van het desbetreffende subfonds.
(2)
Indien een limiet buiten de macht van de Vennootschap om, of door de uitoefening van inschrijvingsrechten wordt overschreden, moet de Vennootschap in haar verkoopactiviteiten prioriteit verlenen aan het terugdraaien van die situatie, daarbij rekening houdend met de belangen van de aandeelhouders. De Raad van Bestuur heeft het recht andere beleggingsbeperkingen te bepalen indien deze limieten nodig zijn om de wetten en reglementen te kunnen naleven van de landen waarin de aandelen van de Vennootschap worden aangeboden of verkocht.
78
BIJLAGE III – HET "BESCHERMDE" subfonds: KENMERKEN Het subfonds PARVEST Floor 90 Euro (hierna genoemd: het "Beschermde Subfonds") profiteert van de garantie volgens de hieronder omschreven voorwaarden. Voor het “Beschermde subfonds” garandeert BNP Paribas aan de aandeelhouders die een aanvraag tot terugkoop van hun aandelen indienen, een terugkoopprijs per aandeel die op ieder moment gelijk is aan een drempel die van kracht is op een gegeven Waarderingsdag. Overeenkomstig de garantievoorwaarden zal BNP Paribas, indien de intrinsieke waarde beneden die drempel komt, het verschil betalen tussen die drempel en de intrinsieke waarde per aandeel die op de desbetreffende Waarderingsdag wordt bepaald. De drempel wordt vastgesteld en kan onder de hierna beschreven voorwaarden worden gewijzigd. 1.
ALGEMENE INFORMATIE Krachtens een Garantieovereenkomst verplicht BNP Paribas, een naamloze vennootschap naar Frans recht met statutaire zetel in F-75009 Parijs, 16 boulevard des Italiens, (hierna genoemd: de "garantieverstrekker") zich tot het betalen aan de Depothoudende Bank - voor rekening van de aandeelhouders die verzoeken om terugkoop van de aandelen in het Beschermde Subfonds - van een som gelijk aan het verschil tussen de intrinsieke waarde die van toepassing is op de verzoeken tot terugkoop en een drempel (hierna genoemd: de "Toepasselijke Drempel"), zoals hieronder gedefinieerd en in detail uiteengezet. Indien de intrinsieke waarde lager is dan de Toepasselijke Drempel, dan profiteert de aandeelhouder die een verzoek tot terugkoop van zijn aandelen in het Beschermde Subfonds heeft ingediend van de garantie. De beheerder van het Beschermde Subfonds zal, namens de aandeelhouders die een verzoek tot terugkoop van hun aandelen hebben ingediend, per fax een beroep doen op de garantie bij BNP Paribas, overeenkomstig de procedures zoals bepaald in de Garantieovereenkomst. Bovendien worden inschrijvingen en conversies opgeschort zodra de intrinsieke waarde op een bepaalde Waarderingsdag minder bedraagt dan de Toepasselijke Drempel. Zodra de intrinsieke waarde van het Beschermde Subfonds gedurende ten minste twee opeenvolgende Waarderingsdagen weer meer bedraagt dan of gelijk is aan de Toepasselijke drempel, wordt de opschorting van inschrijvingen en terugkoop opgeheven.
2.
DEFINITIE EN HERZIENING VAN DE DREMPEL De Toepasselijke Drempel wordt vastgesteld voor een periode van maximaal een jaar. Al naar gelang de omstandigheden, zal deze een referentie zijn: - voor de aanvankelijke drempel (die voor het subfonds PARVEST Floor 90 Euro overeenstemt met de toepasselijke drempels van het subfonds van de beleggingsmaatschappijen ("sicav") BNP PROTECTED bij de fusie met PARVEST), - ofwel voor de herziene drempel. De beheerder zal de Toepasselijke Drempel herzien op de volgende data (hierna genoemd: de “Herzieningsdata"): a)
bij de jaarlijkse vervaldag van de garantie, d.w.z. op 16 december van ieder jaar, zal de Toepasselijke Drempel worden vervangen door een nieuwe Drempel die gelijk is aan 90% van de intrinsieke waarde gedateerd op 16 december of op de daaraan voorafgaande bankwerkdag (indien 16 december geen bankwerkdag is). De nieuwe Drempel wordt van kracht op de eerste bankwerkdag na de vervaldag van de garantie. De nieuwe Drempel kan lager of hoger zijn dan de aanvankelijke drempel of de eerder bepaalde drempel;
b)
wanneer de intrinsieke waarde een toename vertoont van 10% in vergelijking tot de intrinsieke waarde op basis waarvan de Toepasselijke Drempel werd vastgesteld, dan wordt de Toepasselijke Drempel vervangen door een nieuwe drempel die van kracht wordt op de Herzieningsdatum en de gelijk is aan 90% van de intrinsieke waarde op die datum.
De Drempel mag uitsluitend aan het eind van een jaarlijkse garantieperiode naar beneden worden bijgesteld. De Beheerder zal de Garantieverstrekker op de hoogte stellen van iedere herziening van de Toepasselijke drempel.
79
3.
DUUR VAN DE GARANTIE De garantie wordt door de garantieverstrekker toegekend voor een periode van één jaar, die ieder jaar op 16 december vervalt. De eerste garantieperiode van het Beschermde subfonds begon op 20 september 2002 en liep af op 16 december 2002. De garantie wordt stilzwijgend verlengd met een nieuwe periode van één jaar met een maximale looptijd van 5 jaar, zodat op 16 december 2010 een einde komt aan de garantie – tenzij de garantieverstrekker besluit de garantie volgens de hieronder gespecificeerde voorwaarden te beëindigen. De garantieverstrekker kan besluiten de garantie na verloop van deze 5 jaar te verlengen, telkens met een periode van één jaar. De garantieversterkker kan besluiten de garantie niet te verlengen aan het eind van een jaarlijkse periode. In dat geval zullen de aandeelhouders en de beheerder van het Beschermde Subfonds een maand tevoren hierover worden geïnformeerd. Bovendien kan de garantieverstrekker besluiten in de volgende gevallen de toegekende garantie te beëindigen: - indien het Beschermde Subfonds wordt opgeheven; - ingeval van fusie van het Beschermde Subfonds met een andere Luxemburgse ICB die gelijkwaardige garantievoorwaarden biedt, zoals beschreven onder « IX. Liquidatie van de vennootschap – Fusie van subfondsen» - indien de index van het Beschermde Subfonds is veranderd of niet meer bestaat volgens de voorwaarden zoals beschreven in de Garantieovereenkomst. In voornoemde gevallen zullen de bij deze beëindiging betrokken geregistreerde aandeelhouders hiervan vooraf in kennis worden gesteld, wat hen de mogelijkheid biedt om ten minste een maand vóór het van kracht worden van de beëindiging van de garantie, de opheffing of de fusie om terugkoop van hun aandelen te verzoeken. De overige aandeelhouders zullen via publicaties in de pers van deze periode van een maand worden geïnformeerd. Indien de garantieverstrekker besluit de garantie te beëindigen of de garantie na de jaarlijkse vervaldag op 16 december niet meer te verlengen, zullen de aandeelhouders van het Beschermde Subfonds hiervan een maand van tevoren in kennis worden gesteld, wat hen de mogelijkheid biedt te verzoeken om een kosteloze terugkoop van hun aandelen volgens de hierboven beschreven procedures. De terugkoopprijs zal ten minste gelijk zijn aan de intrinsieke waarde die van toepassing is op de dag waarop het terugkooporder is ingediend, of aan de Toepasselijke Drempel wanneer deze hoger is dan de intrinsieke waarde die op de terugkoop van toepassing is. Aandelen van aandeelhouders die gedurende de periode van een maand niet verzoeken om terugkoop van hun aandelen, zullen op de laatste dag van de periode van kennisgeving van een maand gedwongen worden ingelost.
4.
MAXIMUM OMVANG VAN HET SUBFONDS De maximale omvang van het Beschermde Subfonds is vastgesteld op 180.000 aandelen voor de kapitalisatiecategorie Classic. Hierboven zullen geen nieuwe inschrijvingen of conversies in het Beschermde Subfonds worden aanvaard.
5.
HONORARIUM Het honorarium voor de garantieverstrekker is opgenomen in de beheersvergoeding die de Beheerder ontvangt in het kader van het beheren van de activa van het Beschermde Subfonds, zoals vermeld in Appendix IV.
80
BIJLAGE IV - OVERZICHTSTABEL VAN DE BEHEERSPROVISIES (*) PER SUBFONDS EN CATEGORIE Voor de categorie « M » wordt geen beheersprovisie aangerekend. De beheersvergoedingen welke zijn opgenomen in appendix IV bij dit prospectus dienen om BNP PAM Lux, de beheerders en de gedelegeerde beheerders te belonen. BNP ontvangt alle desbetreffende vergoedingen. Dit is een maximale provisie maandelijks betaalbaar berekend over het gemiddelde van de netto activa van de afgelopen maand van iedere aandelencategorie voor ieder subfonds.
Subfondsen
Classic en L
Classic Hedged Classic USD en Classic Hedged EUR Hedged JPY
Privilège
Institutions
Institutions Institutions Hedged USD en Hedged EUR Institutions Hedged JPY
B1
PARVEST Asia PARVEST Asian Bond PARVEST Asian Convertible Bond PARVEST Australia PARVEST Balanced (Euro) PARVEST Balanced (USD) (1) PARVEST Best Alpha Bond PARVEST Brazil PARVEST BRIC PARVEST BRIC Flexible PARVEST China PARVEST Conservative (Euro) PARVEST Converging Europe PARVEST Credit Strategies PARVEST Dynamic ABS PARVEST Dynamic Currencies (Euro) PARVEST Dynamic Currencies (USD) PARVEST Dynamic Eonia PARVEST Dynamic Eonia Premium PARVEST Dynamic European ABS PARVEST Dynamic Short Term Euro PARVEST Dynamic USD ABS PARVEST Emerging Markets PARVEST Emerging Markets Bond PARVEST Emerging Markets Europe PARVEST Emerging Markets Opportunities PARVEST Environmental Opportunities
1.50% 0.75% 1.10% 1.50% 1.10% 1.10% 0,70% 1.75% 1.75% 1.75% 1.50% 1.00% 1.50% 0.75% 0.50% 0.75% 0.75% 0.50% 0.50% 0.50% 0.70% 0.70% 1.50% 1.20% 1.50% 1.50% 1.75%
1.50% 0.75% 1.10% 1.10% 1.75% 1.75% 1.75% 1.50% 0.75% 0.70% 1.50% 1.20% 1.50% -
1.10% 0.70% 1.00% 1.50% 0.75% 0.50% 0.75% 0.50% 0.50% 0.50% 0.70% 1.50% 1.75%
1.00% 0.50% 0.75% 1.00% 0.80% 0.80% 0.50% 1.15% 1.15% 1.15% 1.00% 0.75% 1.00% 0.50% 0.40% 0.50% 0.50% 0.40% 0.40% 0.40% 0.50% 0.50% 1.00% 0.80% 1.00% 1.00% 1.15%
0.60% 0.30% 0.55% 0.60% 0.55% 0.55% 0.30% 0.70% 0.70% 0.70% 0.60% 0.50% 0.60% 0.30% 0.25% 0.30% 0.30% 0.25% 0.25% 0.25% 0.30% 0.30% 0.60% 0.60% 0.60% 0.60% 0.70%
0.60% 0.30% 0.55% 0.55% 0.70% 0.70% 0.70% 0.60% 0.30% 0.30% 0.60% 0.60% 0.60% -
0.55% 0.30% 0.50% 0.60% 0.30% 0.25% 0.30% 0.25% 0.25% 0.25% 0.30% 0.60% 0.70%
1.50% -
PARVEST Euro Alpha PARVEST Euro Bond PARVEST (Euro) Bond Premium PARVEST Euro Bond Sustainable Development PARVEST Euro Corporate Bond PARVEST Euro Corporate Bond Sustainable Development PARVEST Euro Credit Arbitrage PARVEST Euro Dividend PARVEST Euro Equities PARVEST Euro Family Companies PARVEST Euro Government Bond PARVEST Euro Inflation Linked Bond PARVEST Euro Long Term Bond PARVEST Euro Medium Term Bond PARVEST Euro Short Term Bond PARVEST Euro Small Cap PARVEST Euro Structured Credit PARVEST Europe Alpha PARVEST Europe Dividend PARVEST Europe Growth PARVEST Europe Financials PARVEST Europe Mid Cap PARVEST Europe Opportunities PARVEST Europe Real Estate PARVEST Europe Selection PARVEST Europe Small Cap PARVEST Europe Special Situations PARVEST Europe Sustainable Development
1.50% 0.75% 0.50% 0.75%
-
1.50% 0.75% 0.50% 0.75%
1.00% 0.50% 0.40% 0.50%
0.60% 0.30% 0.25% 0.30%
-
0.60% 0.30% 0.25% 0.30%
0.75% -
0.75% 0.75%
-
0.75% 0.75%
0.50% 0.50%
0.30% 0.30%
-
0.30% 0.30%
-
0.75% 1.50% 1.50% 1.50% 0.75% 0.75% 0.75% 0.50% 0.50% 1.75% 0.75% 1.50% 1.50% 1.50% 1.50% 1.50% 1.50% 1.50% 1.50% 1.75% 1.50% 1.50%
-
0.75% 1.50% 1.50% 1.50% 0.75% 0.75% 0.75% 0.50% 0.50% 1.75% 0.75% 1.50% 1.50% 1.50% 1.50% 1.50% 1.50% 1.50% 1.50% 1.75% 1.50% 1.50%
0.50% 1.00% 1.00% 1.00% 0.50% 0.50% 0.50% 0.40% 0.40% 1.15% 0.50% 1.00% 1.00% 1.00% 1.00% 1.00% 1.00% 1.00% 1.00% 1.15% 1.00% 1.00%
0.30% 0.60% 0.60% 0.60% 0.30% 0.30% 0.30% 0.25% 0.25% 0.70% 0.30% 0.60% 0.60% 0.60% 0.60% 0.60% 0.60% 0.60% 0.60% 0.70% 0.60% 0.60%
-
0.30% 0.60% 0.60% 0.60% 0.30% 0.30% 0.30% 0.25% 0.25% 0.70% 0.30% 0.60% 0.60% 0.60% 0.60% 0.60% 0.60% 0.60% 0.60% 0.70% 0.60% 0.60%
1.50% 1.50% 1.50% -
81
Classic Hedged Classic USD en Classic Hedged EUR Hedged JPY
Subfondsen
Classic en L
PARVEST Europe Value PARVEST European Bond PARVEST European Bond Opportunities PARVEST European Convergence Bond PARVEST European Convertible Bond PARVEST European High Yield Bond PARVEST European Small Convertible Bond PARVEST European Total Return Bond PARVEST Floor 90 Euro PARVEST France PARVEST Growth (Euro) PARVEST India PARVEST Italy PARVEST Japan PARVEST Japan Convertible Bond PARVEST Japan Mid Cap PARVEST Japan Opportunities PARVEST Japan Small Cap PARVEST Japan Yen Bond PARVEST Latin America PARVEST Russia PARVEST Scandinavian Bond PARVEST Short Term (CHF) PARVEST Short Term (Dollar) PARVEST Short Term (Euro) PARVEST Short Term (Sterling) PARVEST South Korea
1.50% 0.75% 0.90% 0.90% 1.10% 1.20% 1.20% 0.90% 1.35% (2) 1.50% 1.30% 1.75% 1.50% 1.50% 1.10% 1.75% 1.50% 1.75% 0.75% 1.50% 1.75% 0.75% 0.50% 0.50% 0.50% 0.50% 1.50%
1.75% 1.50% 1.10% 1.75% 1.50% 1.75% 0.75% 1.50% 1.75% 0.50% 1.50%
1.50% 1.00% 1.00% 1.30% 1.30% 1.75% 1.20% 1.20% 1.50% 1.75% 0.75% 1.10% 1.50% 0.75% 0.75% 1.50% 1.20% 1.75% 1.50% 1.50% 1.50% 0.50% 1.75% 1.75% 1.75% 1.50% 1.50% 0.75% 0.90% 1.50% 1.50% 1.50% 1.10% 1.50% 1.50% 1.20% 0.75% 1.50% 1.75% 1.50% 1.50%
1.00% 1.30% 0.75% 1.10% 1.50% 0.75% 0.75% 1.50% 1.20% 1.75% 1.50% 1.50% 1.50% 0.50% 1.75% 1.75% 1.75% 1.50% 1.50% 0.75% 1.50% 1.50% 1.50% 1.10% 1.50% 1.50% 1.20% 1.50% 1.75% 1.50% 1.50%
PARVEST Switzerland PARVEST Target Return (Euro) PARVEST Target Return (USD) PARVEST Target Return Plus (Euro) PARVEST Target Return Plus (USD) PARVEST Turkey PARVEST Turkish Bond PARVEST Turkish Eurobond PARVEST UK PARVEST UK Opportunities PARVEST US Bond Premium PARVEST US Convertible Bond PARVEST US Core PARVEST US Corporate Bond PARVEST US Dollar Bond PARVEST US Growth PARVEST US High Yield Bond PARVEST US Mid Cap PARVEST US Mid Cap Growth PARVEST US Mid Cap Value PARVEST US Opportunities PARVEST US Short Term Bond PARVEST US Small Cap PARVEST US Small Cap Growth PARVEST US Value PARVEST USA PARVEST World PARVEST World Bond PARVEST World Bond Selection PARVEST World Brands PARVEST World Commodities PARVEST World Consumer Trend PARVEST World Convertible Bond PARVEST World Gold PARVEST World Health Care PARVEST World High Yield Bond PARVEST World Inflation Linked Bond PARVEST World Life Sciences PARVEST World Mid Cap PARVEST World Opportunities PARVEST World Real Estate
Institutions Institutions Hedged USD en Hedged EUR Institutions Hedged JPY
Privilège
Institutions
B1
1.50% 0.75% 0.90% 0.90% 1.10% 1.20% 1.20% 0.90% 1.50% 1.30% 1.50% 0.50% -
1.00% 0.50% 0.65% 0.65% 0.75% 0.80% 0.80% 0.65% 1.00% 1.00% 1.15% 1.00% 1.00% 0.75% 1.15% 1.00% 1.15% 0.50% 1.00% 1.15% 0.50% 0.35% 0.35% 0.35% 0.35% 1.00%
0.60% 0.30% 0.45% 0.45% 0.55% 0.60% 0.60% 0.45% 0.60% 0.75% 0.70% 0.60% 0.60% 0.55% 0.70% 0.60% 0.70% 0.30% 0.60% 0.70% 0.30% 0.20% 0.20% 0.20% 0.20% 0.60%
0.70% 0.60% 0.55% 0.70% 0.60% 0.70% 0.30% 0.60% 0.70% 0.20% 0.60%
0.60% 0.30% 0.45% 0.45% 0.55% 0.60% 0.60% 0.45% 0.60% 0.75% 0.60% 0.20% -
0.75% 1.10% 1.50% 1.50% 0.50% 0.50% -
1.00% 1.30% 1.75% 1.20% 1.20% 0.90% 0.75% -
1.00% 0.80% 0.80% 0.90% 0.90% 1.15% 0.80% 0.80% 1.00% 1.15% 0.50% 0.75% 1.00% 0.50% 0.50% 1.00% 0.80% 1.15% 1.00% 1.00% 1.00% 0.40% 1.15% 1.15% 1.15% 1.00% 1.00% 0.50% 0.65% 1.00% 1.00% 1.00% 0.75% 1.00% 1.00% 0.80% 0.50% 1.00% 1.15% 1.00% 1.00%
0.60% 0.50% 0.50% 0.60% 0.60% 0.70% 0.60% 0.60% 0.60% 0.70% 0.30% 0.55% 0.60% 0.30% 0.30% 0.60% 0.60% 0.70% 0.60% 0.60% 0.60% 0.25% 0.70% 0.70% 0.70% 0.60% 0.60% 0.30% 0.45% 0.60% 0.60% 0.60% 0.55% 0.60% 0.60% 0.60% 0.30% 0.60% 0.70% 0.60% 0.60%
0.50% 0.60% 0.30% 0.55% 0.60% 0.30% 0.30% 0.60% 0.60% 0.70% 0.60% 0.60% 0.60% 0.25% 0.70% 0.70% 0.70% 0.60% 0.60% 0.30% 0.60% 0.60% 0.60% 0.55% 0.60% 0.60% 0.60% 0.60% 0.70% 0.60% 0.60%
0.50% 0.60% 0.70% 0.60% 0.60% 0.45% 0.30% -
1.50% 0.75% 1.50% -
82
Subfondsen PARVEST World Resources PARVEST World Small Cap PARVEST World Sustainable Development PARVEST World Technology PARVEST World Value
Classic en L 1.50% 1.75% 1.50% 1.50% 1.75%
Classic Hedged Classic USD en Classic Hedged EUR Hedged JPY 1.50% 1.75% 1.50% 1.50% 1.75%
-
Privilège
Institutions
1.00% 1.15% 1.00% 1.00% 1.15%
0.60% 0.70% 0.60% 0.60% 0.70%
Institutions Institutions Hedged USD en Hedged EUR Institutions Hedged JPY 0.60% 0.70% 0.60% 0.60% 0.70%
-
B1 1.50% -
(1) Op 24 oktober 2006 zal de naam van het subfonds PARVEST Balanced (USD) veranderen in PARVEST Target Return Plus (USD); naar aanleiding daarvan zullen de beheersvergoedingen als volgt worden gewijzigd: PARVEST Target Return Plus (USD)
1.30%
1.30%
-
0.90%
0.60%
0.60%
-
-
(2) alleen voor de categorie Classic
83
BIJLAGE V – OVERZICHTSTABEL VAN BEHEERDERS EN GEDELEGEERD BEHEERDERS A. Beheerders Alle subfondsen worden beheerd door BNP Paribas Asset Management, Parijs met uitzondering van SUBFONDSEN PARVEST Japan Small Cap PARVEST Brazil PARVEST Latin America PARVEST Best Alpha Bond PARVEST BRIC PARVEST BRIC Flexible PARVEST Dynamic ABS PARVEST Dynamic USD ABS PARVEST European Convergence Bond PARVEST India PARVEST Japan Yen Bond PARVEST Short Term (CHF) PARVEST Short Term (Sterling) PARVEST US Corporate Bond PARVEST US Dollar Bond PARVEST World Bond PARVEST World Inflation Linked Bond
BEHEERDERS BNP Paribas Asset Management Japan Ltd., Tokio BNP Paribas Asset Management Brasil Ltda., Sao Paulo
BNP Paribas Asset Management U.K. Limited, Londen
B. Gedelegeerd Beheerders De volgende gedelegeerd beheerders werden aangesteld: SUBFONDSEN
PARVEST Australia PARVEST Japan Small Cap PARVEST Europe Value PARVEST Emerging Markets Bond PARVEST US Small Cap PARVEST Europe Opportunities PARVEST World Technology PARVEST Dynamic ABS PARVEST Dynamic USD ABS PARVEST Best Alpha Bond PARVEST European Convergence Bond PARVEST Japan Yen Bond PARVEST US Corporate Bond PARVEST US Dollar Bond PARVEST World Bond PARVEST World Inflation Linked Bond PARVEST US High Yield Bond PARVEST US Value PARVEST Dynamic Currencies (Euro) PARVEST Dynamic Currencies (USD) PARVEST US Mid Cap PARVEST Japan Mid Cap PARVEST Europe Selection PARVEST World Bond Selection
GEDELEGEERD BEHEERDERS
Hyperion Asset Management Limited, Brisbane, Australië Sumitomo Mitsui Asset Management Company Limited, Tokio, Japan Alliance Capital Management L.P., New York, USA Neuberger Berman LLC, New York, USA MFS International (UK) Limited, Londen, Engeland IT Asset Management, Parijs,Frankrijk Fischer Francis Trees & Watts, Londen, Engeland
Lehman Brothers Asset Management LLC, Wilmington, USA Pzena Investment Management, LLC, Wilmington, USA Overlay Asset Management, Parijs, Frankrijk Optimum Investment Advisors, LLC, Chicago, USA SPARX Asset Management Co., Ltd., Tokio, Japan FundQuest, Parijs, Frankrijk
84
BIJLAGE VI. DE PERFORMANCES SUBFONDSEN PARVEST
Categorie
Performance per 31/12 (na aftrek van kosten) 2002 2003 2004 2005
PARVEST ASIA PARVEST ASIA PARVEST ASIA PARVEST ASIA PARVEST ASIA PARVEST ASIAN BOND PARVEST ASIAN BOND PARVEST ASIAN BOND PARVEST ASIAN BOND PARVEST ASIAN BOND PARVEST ASIAN CONVERTIBLE BOND PARVEST ASIAN CONVERTIBLE BOND PARVEST ASIAN CONVERTIBLE BOND PARVEST ASIAN CONVERTIBLE BOND PARVEST ASIAN CONVERTIBLE BOND PARVEST AUSTRALIA PARVEST AUSTRALIA PARVEST AUSTRALIA PARVEST AUSTRALIA PARVEST AUSTRALIA PARVEST BALANCED (EURO) PARVEST BALANCED (EURO) PARVEST BALANCED (EURO) PARVEST BALANCED (EURO) PARVEST BALANCED (EURO) PARVEST BALANCED (USD) (1) PARVEST BALANCED (USD) (1) PARVEST BALANCED (USD) (1) PARVEST BALANCED (USD) (1) PARVEST BALANCED (USD) (1) PARVEST CHINA PARVEST CHINA PARVEST CHINA PARVEST CHINA PARVEST CHINA PARVEST CONSERVATIVE (EURO) PARVEST CONSERVATIVE (EURO) PARVEST CONSERVATIVE (EURO) PARVEST CONSERVATIVE (EURO) PARVEST CONSERVATIVE (EURO) PARVEST CONVERGING EUROPE PARVEST CONVERGING EUROPE PARVEST CONVERGING EUROPE PARVEST CONVERGING EUROPE PARVEST CONVERGING EUROPE PARVEST CONVERGING EUROPE PARVEST DYNAMIC ABS PARVEST DYNAMIC ABS PARVEST DYNAMIC ABS PARVEST DYNAMIC ABS PARVEST DYNAMIC ABS
Classic Instit P L M Classic Instit P L M Classic Instit P L M Classic Instit P L M Classic Instit P L M Classic Instit P L M Classic (3) Instit P L M Classic Instit P L M Classic Instit P B1 L M Classic Instit P L M
-16.20% -15.41% -15.69% -16.83% -14.90% 12.81% 13.28% 13.11% 12.24% 13.85% 7.61% 8.23% 7.98% 6.91% 8.85% -14.57% -13.85% -14.19% -15.21% -12.94% -15.35% -14.80% -15.08% -15.89% -14.53% -4.73% -4.17% -4.45% -5.35% -3.42% -77.71% -4.96% -4.41% -4.72% -5.58% -4.37% 0.29% 1.33% 0.86% -0.36% -0.40% 2.35% -
42.63% 43.97% 43.63% 41.51% 44.77% 11.01% 11.55% 11.34% 10.45% 11.84% 14.90% 15.58% 15.32% 14.16% 16.17% 11.70% 12.78% 12.27% 10.86% 13.81% 8.39% 9.00% 8.72% 7.69% 9.92% 14.71% 15.38% 15.06% 13.97% 16.58% 90.21% 4.55% 5.11% 4.82% 3.88% 5.38% 14.70% 15.78% 15.30% 14.27% 13.85% 16.91% -
8.39% 9.41% 9.18% 7.57% 10.12% 6.76% 7.29% 7.08% 6.23% 7.60% 4.33% 4.95% 4.69% 3.67% 5.52% 27.60% 28.83% 28.17% 26.64% 29.96% 4.88% 5.49% 5.19% 4.20% 6.23% 7.12% 7.74% 7.44% 6.42% 8.62% -11.09% -10.23% -10.57% -11.75% -9.45% 3.41% 3.94% 3.66% 2.74% 4.56% 50.16% 51.58% 51.16% 48.68% 49.05% 52.65% -
20.04% 21.17% 20.86% 19.15% 21.90% 3,50 % 4.01% 3.80% 2.98% 4.31% 10.14% 11.00% 10.70% 9.77% 11.53% 26.46% 27.66% 27.30% 25.52% 28.86% 12.00% 12.67% 12.35% 11.38% 13.41% 1.82% 2.41% 2.10% 1.12% 3.02% 7.76% 8.77% 8.29% 6.95% 9.42% 6.32% 6.85% 6.56% 5.75% 7.43% 44.10% 45.45% 44.82% 42.65% 43.02% 46.62% 2.13% 2.42% 2.26% 1.73% 2.67%
85
SUBFONDSEN PARVEST
Categorie
Performance per 31/12 (na aftrek van kosten) 2002 2003 2004 2005
PARVEST DYNAMIC EONIA PARVEST DYNAMIC EONIA PARVEST DYNAMIC EONIA PARVEST DYNAMIC EONIA PARVEST DYNAMIC EONIA PARVEST EMERGING MARKETS PARVEST EMERGING MARKETS PARVEST EMERGING MARKETS PARVEST EMERGING MARKETS PARVEST EMERGING MARKETS PARVEST EMERGING MARKETS BOND PARVEST EMERGING MARKETS BOND PARVEST EMERGING MARKETS BOND PARVEST EMERGING MARKETS BOND PARVEST EMERGING MARKETS BOND PARVEST (EURO) BOND PREMIUM PARVEST (EURO) BOND PREMIUM PARVEST (EURO) BOND PREMIUM PARVEST (EURO) BOND PREMIUM PARVEST (EURO) BOND PREMIUM PARVEST EURO BOND PARVEST EURO BOND PARVEST EURO BOND PARVEST EURO BOND PARVEST EURO BOND PARVEST EURO BOND PARVEST EURO CORPORATE BOND PARVEST EURO CORPORATE BOND PARVEST EURO CORPORATE BOND PARVEST EURO CORPORATE BOND PARVEST EURO CORPORATE BOND PARVEST EURO EQUITIES PARVEST EURO EQUITIES PARVEST EURO EQUITIES PARVEST EURO EQUITIES PARVEST EURO EQUITIES PARVEST EURO EQUITIES PARVEST EURO GOVERNMENT BOND PARVEST EURO GOVERNMENT BOND PARVEST EURO GOVERNMENT BOND PARVEST EURO GOVERNMENT BOND PARVEST EURO GOVERNMENT BOND PARVEST EURO INFLATION LINKED BOND PARVEST EURO INFLATION LINKED BOND PARVEST EURO INFLATION LINKED BOND PARVEST EURO INFLATION LINKED BOND PARVEST EURO INFLATION LINKED BOND PARVEST EURO MEDIUM TERM BOND PARVEST EURO MEDIUM TERM BOND PARVEST EURO MEDIUM TERM BOND PARVEST EURO MEDIUM TERM BOND PARVEST EURO MEDIUM TERM BOND PARVEST EURO SMALL CAP PARVEST EURO SMALL CAP PARVEST EURO SMALL CAP
Classic Instit P L M Classic Instit P L M Classic Instit P L M Classic Instit P L M Classic Instit P B1 L M Classic Instit P L M Classic Instit P B1 L M Classic Instit P L M Classic Instit P L M Classic Instit P L M Classic Instit P
9.45% 10.16% 9.94% 8.91% 11.04% 8.93% 9.46% 9.20% 7.85% 8.39% 10.44% 7.38% 7.91% 7.78% 6.85% 8.22% -37.74% -37.16% -37.43% -38.36% -38.21% -36.81% 8.58% 9.16% 9.02% 8.08% 9.85% 7.75% 8.07% 7.87% 7.21% 9.06% -25.15% -24.42% -24.78%
20.80% 21.59% 21.55% 20.22% 22.71% 3.89% 4.40% 4.15% 2.85% 3.37% 5.12% 5.31% 5.83% 5.58% 4.78% 5.95% 12.15% 13.19% 12.72% 11.03% 11.32% 13.84% 3.28% (2) 3.79% (2) 3.55% (2) 2.77% (2) 4.3% (2) 3.17% 3.47% 3.34% 2.65% 3.94% 32.33% 33.66% 33.11%
1.94% 2.22% 2.03% 1.56% 2.46% 24.72% 25.80% 25.36% 23.80% 26.94% 9.00% 9.71% 9.62% 8.46% 10.36% 6.44% 6.95% 6.70% 5.38% 5.90% 7.44% 6.52% 7.03% 6.77% 5.98% 8.03% 7.03% 8.04% 7.60% 5.97% 6.23% 8.67% 6.41% 6.91% 6.66% 5.87% 7.22% 4.79% 5.09% 4.89% 4.27% 5.33% 24.32% 25.67% 25.18%
1.28% 1.68% 1.38% 0.88% 1.86% 31.81% 33.05% 32.77% 30.83% 33.85% 7.42% 8.17% 8.23% 6.88% 8.99% 2.03% 2.38% 2.64% 1.74% 2.39% 3.59% 4.12% 3.84% 2.56% 3.08% 4.50% 2.52% 3.13% 2.77% 2.01% 4.19% 22.44% 23.58% 23.05% 21.21% 21.55% 24.34% 3.96% 4.48% 4.21% 3.45% 4.84% 4.90% 5.53% 5.17% 4.39% 5.85% 1.90% 2.20% 2.00% 1.39% 2.83% 28.98% 30.36% 29.89%
86
SUBFONDSEN PARVEST
Categorie
Performance per 31/12 (na aftrek van kosten) 2002 2003 2004 2005
PARVEST EURO SMALL CAP PARVEST EURO SMALL CAP PARVEST EUROPE DIVIDEND PARVEST EUROPE DIVIDEND PARVEST EUROPE DIVIDEND PARVEST EUROPE DIVIDEND PARVEST EUROPE DIVIDEND PARVEST EUROPE FINANCIALS PARVEST EUROPE FINANCIALS PARVEST EUROPE FINANCIALS PARVEST EUROPE FINANCIALS PARVEST EUROPE FINANCIALS PARVEST EUROPE FINANCIALS PARVEST EUROPE GROWTH PARVEST EUROPE GROWTH PARVEST EUROPE GROWTH PARVEST EUROPE GROWTH PARVEST EUROPE GROWTH PARVEST EUROPE MID CAP PARVEST EUROPE MID CAP PARVEST EUROPE MID CAP PARVEST EUROPE MID CAP PARVEST EUROPE MID CAP PARVEST EUROPE MID CAP PARVEST EUROPE OPPORTUNITIES PARVEST EUROPE OPPORTUNITIES PARVEST EUROPE OPPORTUNITIES PARVEST EUROPE OPPORTUNITIES PARVEST EUROPE OPPORTUNITIES PARVEST EUROPE VALUE PARVEST EUROPE VALUE PARVEST EUROPE VALUE PARVEST EUROPE VALUE PARVEST EUROPE VALUE PARVEST EUROPEAN BOND PARVEST EUROPEAN BOND PARVEST EUROPEAN BOND PARVEST EUROPEAN BOND PARVEST EUROPEAN BOND PARVEST EUROPEAN BOND PARVEST EUROPEAN BOND OPPORTUNITIES PARVEST EUROPEAN BOND OPPORTUNITIES PARVEST EUROPEAN BOND OPPORTUNITIES PARVEST EUROPEAN BOND OPPORTUNITIES PARVEST EUROPEAN BOND OPPORTUNITIES PARVEST EUROPEAN CONVERTIBLE BOND PARVEST EUROPEAN CONVERTIBLE BOND PARVEST EUROPEAN CONVERTIBLE BOND PARVEST EUROPEAN CONVERTIBLE BOND PARVEST EUROPEAN CONVERTIBLE BOND
L M Classic Instit P L M Classic Instit P B1 L M Classic Instit P L M Classic Instit P B1 L M Classic Instit P L M Classic Instit P L M Classic Instit P B1 L M Classic
-25.71% -23.95% -31.90% -31.24% -31.54% -32.43% -30.57% -34.47% -33.84% -34.11% -35.12% -34.96% -33.34% -22.50% -21.75% -22.11% -23.08% -21.00% -23.35% -22.63% -22.97% -24.12% -23.93% -22.13% -22.66% -22.14% -22.38% -23.06% -21.66% 8.35% 8.88% 8.91% 7.27% 7.81% 9.40% -2.95%
31.33% 34.71% 7.18% (2) 8.24% (2) 7.73% (2) 6.38% (2) 9.42% (2) 18.22% 19.34% 19.00% 17.06% 17.36% 20.46% 18.92% (2) 20.07% (2) 19.66% (2) 18.00% (2) 21.22% (2) 15.17% 16.25% 15.76% 14.04% 14.31% 17.29% 8.28% (2) 9.33% (2) 8.78% (2) 7.49% (2) 10.49% (2) 2.33% 2.83% 2.84% 1.31% 1.81% 3.32% 7.15% (2)
23.40% 26.87% 19.60% 20.75% 20.32% 18.70% 21.94% 11.12% 12.16% 11.74% 10.00% 10.27% 13.23% 12.22% 13.35% 12.78% 11.38% 14.49% 21.44% 22.59% 22.05% 20.23% 20.53% 23.41% 14.01% 15.09% 14.69% 13.16% 15.94% 15.11% 16.25% 15.74% 14.31% 17.33% 6.32% 6.83% 6.59% 5.26% 5.78% 7.35% 2.62%
28.02% 31.66% 19.65% 20.78% 20.57% 18.75% 21.49% 24.49% 25.67% 25.45% 23.26% 23.57% 26.48% 24.55% 25.72% 25.17% 23.61% 26.97% 24.41% 25.58% 25.03% 23.17% 23.48% 26.34% 25.36% 26.54% 26.00% 24.42% 27.36% 25.30% 26.50% 25.98% 24.37% 27.25% 4.77% 5.29% 5.02% 3.73% 4.25% 5.79% 2.28%
Instit
-2.48%
7.68% (2)
3.09%
2.88%
P
-2.41%
7.63% (2)
2.93%
2.51%
L
-3.44%
6.62% (2)
2.10%
1.77%
M
-1.83%
8.06% (2)
3.36%
3.34%
-11.79% -11.26% -11.47% -12.67% -12.35%
9.39% 10.03% 10.03% 8.30% 8.68%
4.83% 5.42% 5.46% 3.78% 4.16%
13.03% 13.74% 13.44% 11.91% 12.47%
Classic Instit P B1 L
87
SUBFONDSEN PARVEST
Categorie
Performance per 31/12 (na aftrek van kosten) 2002 2003 2004 2005
PARVEST EUROPEAN CONVERTIBLE BOND PARVEST FLOOR 90 EURO PARVEST FRANCE PARVEST FRANCE PARVEST FRANCE PARVEST FRANCE PARVEST FRANCE PARVEST FRANCE PARVEST GROWTH (EURO) PARVEST GROWTH (EURO) PARVEST GROWTH (EURO) PARVEST GROWTH (EURO) PARVEST GROWTH (EURO) PARVEST ITALY PARVEST ITALY PARVEST ITALY PARVEST ITALY PARVEST ITALY PARVEST JAPAN PARVEST JAPAN PARVEST JAPAN PARVEST JAPAN PARVEST JAPAN PARVEST JAPAN PARVEST JAPAN PARVEST JAPAN SMALL CAP PARVEST JAPAN SMALL CAP PARVEST JAPAN SMALL CAP PARVEST JAPAN SMALL CAP PARVEST JAPAN SMALL CAP PARVEST JAPAN SMALL CAP PARVEST JAPAN YEN BOND PARVEST JAPAN YEN BOND PARVEST JAPAN YEN BOND PARVEST JAPAN YEN BOND PARVEST JAPAN YEN BOND PARVEST LATIN AMERICA PARVEST LATIN AMERICA PARVEST LATIN AMERICA PARVEST LATIN AMERICA PARVEST LATIN AMERICA PARVEST SCANDINAVIAN BOND PARVEST SCANDINAVIAN BOND PARVEST SCANDINAVIAN BOND PARVEST SCANDINAVIAN BOND PARVEST SCANDINAVIAN BOND PARVEST SHORT TERM (CHF) PARVEST SHORT TERM (CHF) PARVEST SHORT TERM (CHF) PARVEST SHORT TERM (CHF) PARVEST SHORT TERM (CHF) PARVEST SHORT TERM (DOLLAR) PARVEST SHORT TERM (DOLLAR) PARVEST SHORT TERM (DOLLAR)
M Classic Classic Instit P B1 L M Classic Instit P L M Classic Instit P L M Classic Classic Hedged EUR Instit P B1 L M Classic Classic Hedged EUR Instit P L M Classic Instit P L M Classic Instit P L M Classic Instit P L M Classic Instit P L M Classic Instit P
-10.11% -9.38% -35.59% -34.98% -35.24% -36.23% -36.07% -34.47% -27.09% -26.63% -26.87% -27.55% -26.28% -22.94% -22.20% -22.55% -23.54% -21.53% -17.31% -16.54% -16.70% -18.14% -17.91% -16.01% -15.05% -14.26% -14.57% -15.70% -13.18% 0.98% 1.52% 1.43% 0.48% 2.08% -24.78% -24.05% -24.37% -25.36% -23.46% 9.89% 10.43% 10.21% 9.34% 10.68% 0.75% 0.98% 0.89% 0.50% 1.43% 1.36% 1.67% 1.51%
11.54% 4.95% 17.55% 18.65% 18.12% 16.36% 16.65% 19.72% 10.17% 10.88% 10.50% 9.44% 11.49% 18.15% 19.32% 18.84% 17.29% 20.56% 31.22% 32.47% 32.10% 29.93% 30.27% 33.30% 67.81% 69.45% 68.92% 66.61% 70.61% -1.67% -1.11% -1.14% -2.17% -0.67% 72.82% 74.47% 73.94% 71.54% 76.09% 3.06% 3.56% 3.37% 2.54% 3.84% 0.27% 0.40% 0.42% 0.04% 0.61% 0.63% 0.94% 0.78%
6.81% 1.83% 6.29% 7.30% 6.86% 5.23% 5.49% 8.25% 3.45% 4.08% 3.76% 2.79% 5.05% 19.37% 20.49% 20.21% 18.46% 21.66% 10.68% 11.74% 11.24% 9.58% 9.84% 12.40% 19.56% 20.89% 20.29% 18.66% 21.83% 0.32% 0.98% 0.80% -0.18% 1.69% 35.26% 36.54% 35.96% 34.24% 37.78% 6.39% 6.91% 6.70% 5.86% 7.32% 0.30% 0.37% 0.36% 0.27% 0.43% 0.69% 0.99% 0.84%
14.45% 9.59% 22.72% 23.88% 23.60% 21.51% 21.81% 25.04% 19.26% 20.29% 19.69% 18.61% 20.96% 17.95% 19.09% 18.81% 17.07% 20.22% 41.50% 42.70% 42.84% 42.20% 40.10% 40.43% 43.69% 59.54% 60.92% 61.29% 60.50% 58.34% 62.44% -0.41% 0.20% -0.12% -0.91% 0.84% 47.85% 49.24% 48.78% 46.75% 50.59% 2.39% 2.91% 2.65% 1.88% 3.27% 0.64% 0.73% 0.69% 0.64% 0.54% 2.67% 2.98% 2.83%
88
SUBFONDSEN PARVEST
Categorie
Performance per 31/12 (na aftrek van kosten) 2002 2003 2004 2005
PARVEST SHORT TERM (DOLLAR) PARVEST SHORT TERM (DOLLAR) PARVEST SHORT TERM (DOLLAR) PARVEST SHORT TERM (EURO) PARVEST SHORT TERM (EURO) PARVEST SHORT TERM (EURO) PARVEST SHORT TERM (EURO) PARVEST SHORT TERM (EURO) PARVEST SHORT TERM (EURO) PARVEST SHORT TERM (STERLING) PARVEST SHORT TERM (STERLING) PARVEST SHORT TERM (STERLING) PARVEST SHORT TERM (STERLING) PARVEST SHORT TERM (STERLING) PARVEST SWITZERLAND PARVEST SWITZERLAND PARVEST SWITZERLAND PARVEST SWITZERLAND PARVEST SWITZERLAND PARVEST SWITZERLAND PARVEST TARGET RETURN (EURO) PARVEST TARGET RETURN (EURO) PARVEST TARGET RETURN (EURO) PARVEST TARGET RETURN (EURO) PARVEST TARGET RETURN (EURO) PARVEST TARGET RETURN PLUS (EURO) PARVEST TARGET RETURN PLUS (EURO) PARVEST TARGET RETURN PLUS (EURO) PARVEST TARGET RETURN PLUS (EURO) PARVEST TARGET RETURN PLUS (EURO) PARVEST UK PARVEST UK PARVEST UK PARVEST UK PARVEST UK PARVEST US DOLLAR BOND PARVEST US DOLLAR BOND PARVEST US DOLLAR BOND PARVEST US DOLLAR BOND PARVEST US DOLLAR BOND PARVEST US DOLLAR BOND PARVEST US DOLLAR BOND PARVEST US HIGH YIELD BOND PARVEST US HIGH YIELD BOND PARVEST US HIGH YIELD BOND PARVEST US HIGH YIELD BOND PARVEST US HIGH YIELD BOND PARVEST US HIGH YIELD BOND PARVEST US SMALL CAP PARVEST US SMALL CAP PARVEST US SMALL CAP PARVEST US SMALL CAP PARVEST US SMALL CAP PARVEST US SMALL CAP
B1 L M Classic Instit P B1 L M Classic Instit P L M Classic Instit P B1 L M Classic Instit P L M Classic Instit P L M Classic Instit P L M Classic Classic Hedged EUR Instit P B1 L M Classic Classic Hedged EUR Instit P L M Classic Classic Hedged EUR Instit P L M
0.38% 1.10% 2.02% 2.70% 3.01% 2.84% 1.68% 2.45% 3.21% 3.25% 3.59% 3.71% 3.11% 3.82% -33.34% -32.71% -33.02% -34.00% -33.83% -32.20% -24.64% -23.94% -24.25% -25.20% -23.30% 10.75% 11.30% 11.03% 10.52% 10.20% 11.75% 1.03% 1.52% 1.63% 0.54% 2.04% -7.76% -6.88% -7.30% -8.45% -6.10%
0.04% 0.39% 1.67% 1.78% 2.09% 1.93% 0.77% 1.52% 2.29% 2.97% 3.31% 3.42% 2.71% 3.86% 19.51% 20.62% 20.08% 18.48% 18.39% 21.57% 8.49% 9.50% 9.02% 7.68% 10.13% 1.19% 1.69% 1.45% 0.19% 0.69% 1.96% 15.25% 15.84% 15.97% 14.69% 15.48% 29.77% 31.02% 30.43% 28.81% 31.76%
0.10% 0.45% 1.69% 1.44% 1.74% 1.59% 0.43% 1.19% 1.95% 3.69% 4.02% 4.37% 3.44% 4.29% 9.00% 10.04% 9.55% 7.92% 8.19% 10.94% 11.74% 12.80% 12.30% 10.90% 13.64% 2.80% 3.31% 3.05% 1.77% 2.28% 3.83% 7.75% 8.79% 8.61% 7.56% 9.94% 16.10% 17.37% 16.79% 15.22% 18.19%
1.66% 2.42% 3.23% 1.48% 1.78% 1.63% 0.49% 1.23% 2.04% 4.10% 4.43% 4.61% 3.84% 4.43% 30.27% 31.50% 30.92% 28.97% 29.29% 32.41% 6.26% 5.01% 7.84% 5.93% 8.91% 7.23% 7.60% 7.43% 6.50% 11.89% 20.59% 21.73% 21.20% 19.70% 22.51% 1.98% -13.73% 2.50% 2.24% 0.97% 1.48% 3.82% 2.87% -11.72% 3.53% 3.43% 2.35% 4.44% 10.20% -6.45% 11.41% 10.86% 9.38% 12.19%
89
SUBFONDSEN PARVEST
Categorie
Performance per 31/12 (na aftrek van kosten) 2002 2003 2004 2005
PARVEST US VALUE PARVEST US VALUE PARVEST US VALUE PARVEST US VALUE PARVEST US VALUE PARVEST US VALUE PARVEST USA PARVEST USA PARVEST USA PARVEST USA PARVEST USA PARVEST USA PARVEST USA PARVEST WORLD PARVEST WORLD PARVEST WORLD PARVEST WORLD PARVEST WORLD PARVEST WORLD BOND PARVEST WORLD BOND PARVEST WORLD BOND PARVEST WORLD BOND PARVEST WORLD BOND PARVEST WORLD BRANDS PARVEST WORLD BRANDS PARVEST WORLD BRANDS PARVEST WORLD BRANDS PARVEST WORLD BRANDS PARVEST WORLD RESOURCES PARVEST WORLD RESOURCES PARVEST WORLD RESOURCES PARVEST WORLD RESOURCES PARVEST WORLD RESOURCES PARVEST WORLD TECHNOLOGY PARVEST WORLD TECHNOLOGY PARVEST WORLD TECHNOLOGY PARVEST WORLD TECHNOLOGY PARVEST WORLD TECHNOLOGY PARVEST WORLD TECHNOLOGY
Classic Classic Hedged EUR Instit P L M Classic Classic Hedged EUR Instit P B1 L M Classic Instit P L M Classic Instit P L M Classic Instit P L M Classic Instit P L M Classic Instit P B1 L M
-27.12% -26.43% -26.75% -27.78% -27.66% -26.01% -25.06% -24.36% -24.69% -25.63% -23.94% 18.88% 19.42% 19.14% 18.26% 19.32% -12.32% -11.49% -11.88% -12.98% -10.73% -4.77% -3.85% -4.22% -5.49% -2.97% -40.38% -39.79% -40.08% -40.58% -40.81% -39.30%
36.06% 37.34% 36.74% 34.92% 35.05% 38.12% 22.52% 23.68% 23.13% 21.62% 24.38% 14.58% 15.15% 14.83% 14.04% 15.14% 42.74% 44.07% 43.45% 41.68% 45.27% 30.80% 32.04% 31.66% 29.83% 33.44% 47.95% 49.35% 48.92% 46.49% 46.84% 50.75%
8.10% 9.12% 8.64% 7.03% 7.29% 9.78% 7.45% 8.48% 8.00% 6.66% 9.12% 9.56% 10.11% 10.01% 9.02% 10.91% 16.55% 17.66% 17.15% 15.68% 18.36% 19.20% 20.31% 19.77% 18.30% 21.52% 3.21% 4.15% 3.98% 2.18% 2.44% 5.06%
8.46% -6.20% 9.76% 9.18% 7.67% 10.43% 10.20% -5.55% 11.35% 10.75% 9.10% 9.37% 11.90% 10.57% 11.60% 11.22% 9.74% 12.27% -8.26% -7.75% -7.71% -8.69% -8.03% 1.93% 2.88% 2.47% 1.17% 3.50% 28.25% 29.44% 29.08% 27.30% 30.59% 6.54% 7.49% 7.11% 5.49% 5.75% 8.44%
1) De naam van het subfonds PARVEST Balanced (USD) zal op 24 oktober 2006 veranderen in PARVEST Target Return Plus (USD) (2) Het beleggingsbeleid werd in de loop van het jaar ingrijpend gewijzigd. Een vergelijking van de performance van dit jaar met die van een ander jaar is derhalve niet steeds relevant. (3) Op 6 juni 2003 werd het subfonds PARVEST China gelanceerd na overname van het subfonds INTER MULTI INVESTMENT Chine; de performances voor de periodes vóór deze overname zijn dan ook de performances van het overgenomen subfonds. De performances worden aangegeven over de laatste vier bestaansjaren van de subfondsen. Die komen telkens overeen met een kalenderjaar. Er wordt geen performance aangegeven voor het kalenderjaar waarin het subfonds of de categorie in werking is getreden (behalve door fusie met een derde-fondsen of derde-subfonds). Daarom wordt voor de volgende subfondsen of categorieën geen performance vermeld: * PARVEST BRIC dat op 1 maart 2006 in werking getreden is,
90
* PARVEST Credit Strategies dat op 29 november 2005 in werking getreden is, * PARVEST Dynamic Currencies (Euro) dat op 13 juni 2006 in werking getreden is, * PARVEST Emerging Markets Europe dat op 24 maart 2005 in werking getreden is, * PARVEST Dynamic Eonia Premium dat op 7 juni 2005 in werking getreden is, * PARVEST Euro Short Term Bond dat op 24 maart 2005 in werking getreden is, * PARVEST Europe Alpha dat op 7 juni 2005 in werking getreden is, * PARVEST European High Yield Bond dat op 25 oktober 2005 in werking getreden is, * PARVEST India dat op 22 december 2005 in werking getreden is, * PARVEST Japan Mid Cap dat op 30 januari 2006 in werking getreden is, * PARVEST US Mid Cap dat op 30 januari 2006 in werking getreden is, * PARVEST World Inflation Linked Bond dat op 25 juli.2006 in werking getreden is.
91