Hoofdstuk 00: ALGEMEEN
00.00.01 Projectgegevens Bouwplaats : BUNSCHOTEN SPAKENBURG (HAARBRUG ZUID) Projectomschrijving : de realisatie van een bedrijfsverzamelgebouw te BUNSCHOTEN SPAKENBURG Hierna te noemen "het object" waarvan de fasen nader zijn omschreven in het hoofdstuk "Overige bepalingen". Uiteindelijke bestemming van het object : bedrijfsverzamelgebouw 00.00.04 Afmetingen cf. benoemde tekeningen Van toepassing zijnde documenten: Tekeningen van Hercuton b.v.: * 11402 VO-01 comm. 2012-1 nr. 04 d.d. 17-10-2012 Alle door Hercuton verstrekte afbeeldingen hebben het karakter van een benaderende aanduiding en zijn niet bindend. Niets van deze afbeeldingen mag zonder nadrukkelijke toestemming van Hercuton b.v. op enige wijze worden vermenigvuldigd of overgenomen. Afmetingen: Breedte voorgevel : 33,00 m¹ Breedte pand : 24,54 m¹ Lengte : 42,69 m¹ Zijwandhoogte : 7,20 m¹ respectievelijk 7,50 m¹ Spantafstanden : 12,00 m¹ Dakhelling : 1,60 procent Oppervlakten: Oppervlakte begane grond : 1.048,00 m² Gebouwoppervlakte totaal : 1.048,00 m² Hoofdstuk 12: GRONDWERK
12.00 ALGEMEEN De grond dient niet verontreinigd te zijn en vrij te zijn van obstakels, zowel onder- als bovengronds. Alle uitkomende grond wordt ter plaatse op het bouwterrein opgeslagen om rondom het gebouw aan te vullen. De overtollige grond wordt ter plaatse in depot gezet. Het meer of minder toe te passen grondwerk wordt tegen plaatselijk geldende m³. prijzen verrekend. Uitgangspunt voor de prijsberekening is dat het maaiveld 100 mm. beneden peil (peil = bovenkant afgewerkte vloer) ligt, welke door de gemeente wordt aangegeven. De grondwaterstand wordt verondersteld beneden de aanlegdiepte van de fundering te liggen. Indien bronbemaling / horizontale drainage nodig is zal dit verrekenbaar worden gesteld. * Grondwerk door opdrachtgever: Met uitzondering van het onder paragraaf 12.01 en 12.02 vermelde grondwerk wordt het grondwerk voor het project in zijn geheel uitgevoerd door de opdrachtgever. Dit geldt tevens voor de coördinatie hierop. Uitgangspunt is tevens dat de opdrachtgever zorg draagt voor een goed bereidbare en draagkrachtige ondergrond ten behoeve van de bouwkraan vanaf de openbare weg naar de bouwlocatie en ter plaatse van het gehele gebouw. 12.01 GRONDWERK FUNDERING Het uitgraven tot onderkant van de fundering. Het aanvullen rondom de fundering met de uitkomende grond na gereed fundering. Indien deze grond niet te gebruiken is wordt dit verrekend tegen plaatselijk geldende m³. prijzen. * Fundering op staal met grondverbetering:
Het uitgraven voor de fundering tot de vaste laag, uitgangspunt hierbij is dat deze zich op circa 2.000 mm beneden peil bevindt. Het aanvullen tot onderkant fundering met schoon aanvulzand. Dit in lagen van maximaal 300 mm. welke goed verdicht worden. 12.02 GRONDWERK RIOLERING * Grondwerk riolering: Het graafwerk ten behoeve van de in hoofdstuk 14 omschreven riolering. De riolering wordt aangevuld met de uitgegraven grond. Indien deze grond niet te gebruiken is wordt dit verrekend tegen plaatselijk geldende m³. prijzen. De kosten van het grondwerk zijn opgenomen onder Paragraaf 01 van Hoofdstuk 14. Hoofdstuk 14: BUITENRIOLERING EN DRAINAGE
14.01 GRONDRIOLERING * Riolering: Het grondrioleringssysteem, inclusief de benodigde hulpstukken, uit te voeren in p.v.c. De riolering wordt berekend om onder normale omstandigheden een goede doorstroming te garanderen. De grondriolering wordt standaard aangebracht, 8 maal een leiding met een maximale lengte van 1,00 m¹. buiten het gebouw, richting erfgrens. In deze aanbieding zijn wij er vanuit gegaan dat de leidingen vanaf 1,00 m¹. buiten het gebouw tot aan erfgrens opgenomen worden in de door derden te leveren en aan te brengen terreinriolering. De aansluitkosten van de riolering op het gemeenteriool zijn voor rekening van de opdrachtgever. Het eventueel meer of minder aantal m¹. wordt verrekend. * Grondriolering hemelwaterafvoer: Het plaatsen van de riolering voor de afwatering van het regenwater. Hierin zijn opgenomen de aansluitingen van de hemelwaterafvoeren. Tevens zijn voldoende ontstoppingsstukken opgenomen. * Grondriolering vuilwaterafvoer: Het plaatsen van de riolering voor de afwatering van het vuilwater. Hierin zijn opgenomen de hoofdleidingen, hulpstukken, ontstoppingsstukken en de vertakkingen van de hoofdleiding ten behoeve van de sanitaire toestellen. Uitgangspunt is het plaatsen van de sanitaire toestellen nabij de voorgevels van de diverse units. Per unit zijn er de volgende leidingen opgenomen: - 1 afgedopte leiding rond 125 mm.; - 1 afgedopte leiding rond 40 mm. Uitgangspunt: 14 units Hoofdstuk 21:BETONWERK
21.00 ALGEMEEN Ten behoeve van de door derden te leveren en te leggen gas-, water- en elektraleidingen worden door Hercuton b.v. invoersets voorzien. Uitgangspunt: 14 sets 21.01 FUNDERING 21.01.01 Fundering algemeen * Funderingen: Het uitzetten van de bouw volgens een door bouwtoezicht aan te geven plaats en peilhoogte. De afmetingen en de wapening van de fundering worden door de constructeur berekend nadat de sondering bekend is. Hierna kan dan ook worden bepaald wat voor funderingstype er wordt toegepast. De grondwaterstand wordt verondersteld beneden de aanlegdiepte van de fundering te liggen. Indien bronbemaling / horizontale drainage nodig is zal dit verrekenbaar worden gesteld. Uitgangspunt is dat de fundering ter plaatse van de gevels in metselwerk wordt uitgevoerd als een in het werk gestortte funderingsstrook en funderingspoeren welke op staal met grondverbetering zijn gefundeerd. 21.01.02 Funderingspoeren De in het werk gestorte betonfunderingen ter plaatse van de voorgevel worden aangelegd op 1.000 mm. beneden peil. Nadere gegevens met betrekking tot de (fundering van de) belending kunnen aanleiding geven tot een wijziging
van het hierboven vermelde funderingssysteem en opzet van de fundering. Hieruit voortvloeiende meer- of minderprijzen zullen verrekenbaar worden gesteld. 21.01.03 Ringbalken De funderingspoeren onder de kolommen ter plaatse van de voorgevel worden met elkaar verbonden door middel van een in het werk gestorte funderingsbalk zoals hieronder omschreven. De in het werk gestorte funderingsbalk heeft een breedte van 550 mm. en loopt vanaf 1.000 mm. beneden peil tot 600 mm. beneden peil. 21.02 WERKVLOEREN: FOLIE/BETON/ISOLATIE 21.02.03 Vloerisolatie De vloerisolatie (inclusief hiervoor benodigd grondwerk) wordt geheel uitgevoerd door de opdrachtgever. Dit geldt tevens voor de coördinatie en de controle hierop. 21.51 I.H.W. GESTORT BETON, MONOLITISCH 21.51.01 Vloeren algemeen * Bedrijfsvloeren: De vloer wordt aangebracht op de ondergrond als omschreven onder paragraaf 12.03 van Hoofdstuk 12 (en op een isolatiepakket, indien omschreven onder paragraaf 21.02 van Hoofdstuk 21). Deze vloer is voorzien van een monolitisch aangebrachte slijtvaste instrooilaag, bestaande uit een kwartscementmengsel volgens NEN-2743, Slijtvastheidsklasse III. De vloer wordt uitgevoerd met een vlakheid volgens NEN-norm 2747, tabel 1, klasse 5. Na het afwerken van de vloer wordt curing-compound aangebracht ten behoeve van een volledige hydratatie van de beton. De vloer wordt aangebracht op de door de opdrachtgever te leveren en aan te brengen ondergrond als omschreven onder Hoofdstuk 12 respectievelijk op een door derden te leveren en aan te brengen isolatiepakket, als omschreven onder paragraaf 21.02 van Hoofdstuk 21. 21.51.02 Betonvloer vezelwapening * Betonvloer vezelwapening: Het aanbrengen van de begane grondvloer, welke bestaat uit een betonvloer met een door de constructeur nader te bepalen dikte, voorzien van een vezelwapening. Bij dit vloertype bestaat het risico dat er incidenteel vezels aan de oppervlakte kunnen komen. Het eventueel zagen van krimp- of schijnvoegen, circa 3 mm. breed, om het risico van wilde scheurvorming zoveel mogelijk te voorkomen. Aangenomen uitgangspunten vooruitlopend op het sonderingsrapport: - beddingsconstante: 0,06 N/mm³. - veranderlijke belasting: 15,00 kN/m². Hoofdstuk 22:METSELWERK
22.01 GEVELMETSELWERK Het gemetselde buitenblad (met inbegrip van isolatie, spouwankers en voegwerk) ter plaatse van de voorgevel conform de tekeningen zoals omschreven in hoofdstuk 00, wordt in zijn geheel geleverd en uitgevoerd door de opdrachtgever. Dit geldt tevens voor de coördinatie en de controle hierop. Het betonnen binnenspouwblad (24,00 x 7,80 m1 exclusief de sparingen) wordt geleverd en gemonteerd door Hercuton, een en ander zoals omschreven in hoofdstuk 23. 22.03 LIJMWANDEN 22.03.01 Kalkzandsteen, gelijmd * De gelijmde scheidingswanden. Het leveren en monteren/lijmen van de scheidingswanden tussen de units onderling zoals weergegeven op tekeningen welke in hoofdstuk 00 zijn omschreven, wordt uitgevoerd door de opdrachtgever. Dit geldt tevens voor de coördinatie en de controle hierop.
Hoofdstuk 23: VOORAF VERV. STEENACHTIGE ELEMENTEN
23.01 FUNDERINGEN 23.01.01 Fundering algemeen * Funderingen: Het uitzetten van de bouw volgens een door bouwtoezicht aan te geven plaats en peilhoogte. De afmetingen en de wapening van de fundering worden door de constructeur berekend nadat de sondering bekend is. Hierna kan dan ook worden bepaald wat voor funderingstype er wordt toegepast. De grondwaterstand wordt verondersteld beneden de aanlegdiepte van de fundering te liggen. Indien bronbemaling / horizontale drainage nodig is zal dit verrekenbaar worden gesteld. 23.01.01 Putten De prefab betonfunderingen worden aangelegd op 1.520 mm. beneden peil. Bij de prijsberekening is er van uitgegaan dat de draagkrachtige laag zich op op circa 2.000 mm. beneden peil bevindt. Uitgangspunt is dat de fundering wordt uitgevoerd in prefab beton, met uitzondering van de fundering ter plaatse van de voorgevel. 23.01.02 Plinten De funderingspoeren onder de kolommen worden met elkaar verbonden door middel van prefab betonelementen zoals hieronder omschreven. De prefab betonelementen hebben een dikte van 200 mm. en lopen vanaf 600 mm. beneden peil tot 100 mm. beneden peil. De buitenzijde van de betonelementen is glad afgewerkt en de binnenzijde is afgestreken. 23.02 HOOFDDRAAGCONSTRUCTIE De gehele hoofddraagconstructie heeft een brandwerendheid van 60 minuten. 23.02.01 Constructieve elementen De betonconstructie bestaat uit het benodigde aantal hoofdspanten en kopgevelconstructies. De afmetingen worden bepaald volgens de tekeningen en de berekeningen van de constructeur. De geprefabriceerde kolommen worden uitgevoerd in gewapend en getrild beton. De kolommen zijn glad afgewerkt en voorzien van de nodige verankeringselementen en consoles voor de bevestiging van de liggers en de wandelementen. De geprefabriceerde liggers worden uitgevoerd in voorgespannen en getrild beton. De liggers zijn glad afgewerkt. De geprefabriceerde eindliggers worden uitgevoerd in gewapend en getrild beton. Deze eindliggers zijn glad afgewerkt. Er is in deze aanbieding geen rekening gehouden met een aanrijdbelasting. De uitvoering van de constructie is industrieel beton. Er dient dus rekening te worden gehouden met oneffenheden, ruwe kanten en lichte vlekvorming. 23.02.02 Kolommen Ten behoeve van de afvoer van hemelwater zijn, daar waar mogelijk, in de geprefabriceerde betonkolommen p.v.c -afvoerbuizen ingestort. Aantal en afmeting volgens af te voeren dakoppervlak. Onder het spant en onder de vloer is bij de desbetreffende kolom een aansluitmogelijkheid. Hierop wordt de dakuitloop aangesloten. Het aansluiten van de hemelwaterafvoeren op de grondriolering is omschreven onder Hoofdstuk 14. 23.43 DAKELEMENTEN De dakconstructie wordt opgebouwd met de volgende materialen: TT-dakelementen in voorgespannen beton, gevormd door drie ribben h.o.h. 800 mm. verbonden door een druktafel van 35 mm. respectievelijk 45 mm. dikte. De elementen hebben een werkende breedte van 2.400 mm. en een hoogte van 330 mm. Deze dakelementen zijn aan de onderzijde glad afgewerkt. Opmerking: op het dak kunnen zonnepanelen worden geplaatst i.v.m. duurzaamheid. Berekend is dat het maximale gewicht van deze panelen 15,0 kg/m2 mag bedragen. De exacte plaatsing zal in nader onderling overleg worden bepaald. 23.50 WANDELEMENTEN
Geprefabriceerde elementen waarbij de binnenzijde bestaat uit grijs beton, gewapend met bouwstaalmatten en met de hand afgestreken. De elementen worden onderling verwerkt met een groefverbinding, en aan de constructie gemonteerd door middel van speciale bevestigingsmiddelen. Alle naden worden aan de buitenzijde opgevoegd met een elastische voegvulling. 23.50.03 Glad beton De voorgevel is opgebouwd uit elementen waarbij de bestaat uit een laag glad beton. De uitvoering van de betonwanden is industrieel beton. Er dient dus rekening te worden gehouden met oneffenheden, ruwe kanten en lichte vlekvorming. De elementen hebben een dikte van 140 mm. De wanden lopen vanaf 600 mm. min peil tot 7.500 mm. plus peil. 23.50.04 Geïsoleerde wanden Geprefabriceerde elementen in een sandwich-structuur, waarbij tussen de twee betonlagen isolatie is verwerkt. De isolatie loopt volledig door waardoor er geen koudebruggen ontstaan. Een verschil in dilatatie van binnenlaag en buitenlaag kan resulteren in een lichte kromming van de elementen. Totale dikte van het geprefabriceerde element is 270 mm., dikte van de betonlaag aan de binnenzijde is 110 mm. Voor de isolatie tussen de twee betonlagen is voorzien in 90 mm. polyisocyanuraat. De buitenzijde bestaat uit een betonlaag van 70 mm. in uitgewassen natuursteengranulaat. Deze laag wordt na gedeeltelijke verharding uitgewassen zodat het natuursteengranulaat in reliëf komt te liggen. Natuursteengranulaat is een natuurlijk gewonnen grondstof, waardoor er verschil in tint kan optreden. De Rcwaarde van het wandpaneel is 3,50 m².K/W. De wanden lopen vanaf 100 mm. min peil tot 7.200 mm. plus peil. 23.50.05 Kleuren silex Invulling van de kleuren van de onder Paragraaf 23.50 genoemde geprefabriceerde elementen met een buitenzijde in uitgewassen natuursteengranulaat. Deze laag wordt na gedeeltelijke verharding uitgewassen zodat het natuursteengranulaat in reliëf komt te liggen. Natuursteengranulaat is een natuurlijk gewonnen grondstof, waardoor er verschil in tint kan optreden. De dagkanten van de sparingen worden bij de transportdeuren uitgevoerd in uitgewassen natuursteengranulaat en bij de overige sparingen in glad beton. De wanden in de linker en rechter zijgevel en de achtergevel worden uitgevoerd in de kleur Negro lichtgrijs (kleurnummer 208). Dit op basis van lichtgrijze cement (met kleurstof), zeezand en natuursteengranulaat 8/12. Hoofdstuk 30: KOZIJNEN, RAMEN EN DEUREN
30.34 GEVELKOZIJNEN METAAL 30.34.01 Aluminium kozijnen * Aluminium kozijnen: De kozijnen worden uitgevoerd in geëxtrudeerde thermisch ontkoppelde aluminium profielen gemoffeld in een nader te bepalen standaard RAL-kleur. De kozijnen worden geleverd onder KOMO-certificaat en de productie staat onder SKG controle. Afmetingen en aantallen van de kozijnen conform de tekeningen, als benoemd in Hoofdstuk 00. * Ventilatieroosters: Ten behoeve van ventilatie zijn ventilatieroosters voorzien. Uitgangspunt: 22 stuks * Draai / kiep ramen: Ten behoeve van spuimogelijkheden zijn draaiende delen (draaikiepramen) voorzien. Uitgangspunt: 22 stuks 30.62 GARAGE- EN BEDRIJFSBUITENDEUREN 30.62.01 Transportdeuren * Transportdeuren: De transportdeuren zijn opgebouwd uit dubbelwandige aluminium sandwichpanelen, deze panelen hebben een
afmeting van 600 mm. hoog en 45 mm. dik en zijn geïsoleerd met een 45 mm. CFK vrije polyurethaankern. De binnen- en buitenplaat zijn uitgevoerd in 0,5 mm. geprofileerde aluminium stuccoplaat. De buitenplaat wordt uitgevoerd in de kleur cobaltblauw (RAL 5013), bestaande uit een primer van 5 micron en een laklaag van 30 micron. De deuren worden aangebracht in een gegalvaniseerd stalen railsysteem. De deuren worden voorzien van een veerbreukbeveiliging. Zonder aanvullende vermelding worden de deuren handbediend uitgevoerd. Beslag: high lift: De deuren worden aangebracht met een zgn. high lift, waarbij de deuren zo ver mogelijk verticaal achter de gevel en hierna horizontaal wegdraaien. Afmeting: 3.000 x 3.500 mm Aantal: 12 stuks Tussen de transportdeur en de entreedeur wordt een stalen kolom gemonteerd, welke de scheiding vormt tussen beide deuren. Hoofdstuk 33: DAKBEDEKKINGEN
33.00 ALGEMEEN * Dampremmende laag gehele dak: Over het gehele dak wordt een dampremmende laag toegepast. 33.01 BAANVORMIGE DAKBEDEKKING De dakbedekking is aangeboden met een garantieperiode van 10 jaar, met inachtneming van regulier onderhoud. Ter plaatse van de hemelwaterafvoeren wordt 10 mm. minder dikke ongecacheerde minerale wol aangebracht. In de hemelwaterafvoeren worden bladvangers geplaatst. Hierop aangesloten worden de hemelwaterafvoeren in slagvast p.v.c. Aantal en afmetingen volgens af te voeren dakoppervlak. Tevens worden er spuwers aangebracht om in geval van overmacht de afvoer van het water te garanderen. 33.01.05 PVC dakbedekking op PIR Dakisolatie bestaande uit polyisocyanuraat (PIR) dikte 100 mm. (Rc - 3,50 m².K/W), tweezijdig gecacheerd met aluminium. De isolatie wordt los op de ondergrond gelegd, eventueel voorzien van 1 werkparker. De pvc dakbaan wordt tezamen met de isolatie verdekt mechanisch bevestigd in de overlap. De hemelwaterplakstukken zijn uitgevoerd in pvc en worden waterdicht in de dakbedekking opgenomen. 33.01.07 Dakrandafwerking * Dakrandafwerking PVC: De dakranden worden eenlaags uitgevoerd. Ter plaatse van oneffenheden in de ondergrond wordt een nonwoven polyesterbeschermingsvlies aangebracht op de dakrand. Op de dakrand wordt ter plaatse van de gevelbeeindiging een folieplaattrim gemonteerd, voorzien van een nader te bepalen standaard HPS plastisol coating. Daarover wordt de PVC-toplaag aangebracht tot op de dakbedekking. Hoofdstuk 34: BEGLAZING
34.00 ALGEMEEN De kosten ten behoeve van de hieronder omschreven beglazing zijn opgenomen in de kosten van de kozijnen, als omschreven in Hoofdstuk 30. 34.32 GELAAGD GLAS * Gelaagd glas: De NEN 3569 is niet van toepassing; gelaagd glas (letselveilig) wordt toegepast in de deuren van de entree en in de onderste delen van de kozijnen op de verdiepingen welke aanvangen op vloerniveau (doorvalveilig). Hierbij wordt de gelaagde zijde aan de binnenzijde geplaatst.
34.33 MEERBLADIG ISOLEREND GLAS De kozijnen ter plaatse van het kantoor worden voorzien van helder isolerende beglazing (U= 1,20 W/m².K). De kozijnen worden (daar waar aangegeven) voorzien van een geëmailleerd hardglas in een nader te bepalen standaard kleur. Hoofdstuk 36: VOEGVULLING
36.30 VOEGVULLINGEN MET KIT * Brandwerend kitwerk: Bij de kolommen gelegen aan de buitengevel, welke de scheiding vormen tussen twee verschillende units, is aan beide zijde van de kolom de overgang tussen de kolom en het wandpaneel voorzien van een 60 minuten brandwerende kitvoeg.