programma van toetsing en afsluiting atheneum-6

programma van toetsing en afsluiting atheneum-6 2015 – 2016

ds. Pierson College te 's-Hertogenbosch

PTA-regeling atheneum 6 schooljaar 2015-2016

Inhoudsopgave DEEL 1 ................................................................................................................................................................................ 4 regels betreffende het schoolexamen en het centraal examen atheneum .......................................................................... 4 artikel 1 algemeen .................................................................................................................................................. 4 artikel 2 schoolexamen ........................................................................................................................................... 4 artikel 3 cijfers......................................................................................................................................................... 5 artikel 4 verhindering bij een onderdeel van het schoolexamen ............................................................................. 5 artikel 5 herkansingen ............................................................................................................................................ 6 artikel 6 herexamen van het schoolexamen atheneum .......................................................................................... 6 artikel 7 het profielwerkstuk .................................................................................................................................... 7 artikel 8 het combinatiecijfer ................................................................................................................................... 7 artikel 9 het examendossier en de afronding van het schoolexamen ..................................................................... 8 artikel 10 beroep ....................................................................................................................................................... 8 artikel 11 verlenging van de periode waarover het schoolexamen zich uitstrekt ...................................................... 9 artikel 12 maatregelen .............................................................................................................................................. 9 DEEL 2 .............................................................................................................................................................................. 11 het centraal examen .......................................................................................................................................................... 11 uitslagregels .................................................................................................................................................................. 12 gang van zaken tijdens het centraal examen ................................................................................................................ 13 DEEL 3 .............................................................................................................................................................................. 16 data centraal examen 1e en 2e tijdvak .............................................................................................................................. 16 eerste tijdvak ................................................................................................................................................................. 16 tweede tijdvak ............................................................................................................................................................... 16 DEEL 4 .............................................................................................................................................................................. 17 toegestane hulpmiddelen bij het schoolexamen en centraal examen atheneum 2016 ..................................................... 17 A. het basispakket .................................................................................................................................................... 17 B. vakspecifieke hulpmiddelen atheneum ................................................................................................................ 17 DEEL 5 .............................................................................................................................................................................. 18 de vakken .......................................................................................................................................................................... 18

Pagina 2 van 35


Beste leerling,

Voor je ligt het programma van toetsing en afsluiting (PTA). Dit boekje is een soort spoorboekje dat je aan het begin van dit (examen)jaar vertelt langs welke tussenstations (tentamens en opdrachten) je gaat, om uiteindelijk bij het eindstation (je eindexamen) te komen. We hopen èn verwachten dat je op dat eindstation gaat aankomen met een mooi diploma, een ticket voor je verdere toekomst. In dit ‘spoorboekje’ staan alle onderdelen beschreven die dit jaar (al) meetellen voor je eindexamen. In het algemene deel staat het examenreglement en in het vakken deel staat per vak de omschrijving van de te behandelen stof, de toetsen, de opdrachten en de handelingsdelen. We adviseren je dit boekje goed door te nemen, opdat je niet achteraf voor verrassingen komt te staan. Je hebt goede conducteurs (je docenten) die je wegwijs zullen maken in dit spoorboekje. Je mentor zal zo nodig aandacht besteden aan het plannen van je werk. Lukt het niet zoals je zou willen, raadpleeg dan je vakdocent en je mentor, want met hun hulp èn jouw eigen inzet zul je een voorspoedige reis hebben naar het begeerde eindstation.

We wensen je veel succes, namens je docenten,

mevrouw drs. M.C.P.J. Martens

Pagina 3 van 35


DEEL 1 regels betreffende het schoolexamen en het centraal examen atheneum artikel 1 1.

2. 3. 4.

algemeen

Het bevoegd gezag stelt jaarlijks vóór 1 oktober het programma van toetsing en afsluiting vast. Dit bevat tevens de algemene regels van het schoolexamen voor het examenjaar en het centraal examen, alsmede een lijst van toegestane hulpmiddelen bij het schoolexamen en het centraal examen. Het examenprogramma wordt door de Minister vastgesteld. In gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist de voorzitter van de examencommissie. De schoolexamencommissie bestaat uit de conrector (voorzitter), examensecretaris en afdelingsleider.

artikel 2

schoolexamen

1.

Het schoolexamen bestaat uit: a. toetsen met gesloten en/of open vragen b. praktische opdrachten c. het profielwerkstuk d. handelingsdelen.

2.

In het vijfde deel van dit programma van toetsing en afsluiting wordt per vak tenminste aangegeven: a. onderdelen van het examenprogramma die in de loop van het schoolexamen worden getoetst in de diverse leerjaren; b. de wijze waarop de toetsing geschiedt; c. de relatieve zwaarte van de betreffende toets of praktische opdracht; d. of het niet afgeronde eindcijfer van klas Atheneum-4 en/of Atheneum-5 meegenomen wordt bij de bepaling van het eindcijfer SE. Indien dit het geval is, wordt het aangegeven bij de vak PTA's.

3.

Het schoolexamen vangt in het vierde, vijfde of zesde leerjaar aan.

4.

Voor een vak waarin geen centraal examen wordt afgelegd, bepaalt het bevoegd gezag het tijdstip waarop het schoolexamen wordt afgesloten. Het vak lichamelijke opvoeding wordt in het zesde leerjaar na periode 1 afgesloten.

5.

Met inachtneming van de door de Minister bepaalde termijnen van melding van eindcijfers van het schoolexamen, wordt door het bevoegd gezag vastgesteld op welke datum het schoolexamen moet zijn afgesloten voor die vakken waarin de kandidaten tevens centraal examen afleggen.

6.

Minstens één week vóór de aanvang van het centraal examen wordt aan de kandidaten schriftelijk meegedeeld welke eindcijfers zij hebben behaald voor het schoolexamen in de vakken waarin zij tevens centraal examen zullen afleggen. Tevens wordt meegedeeld wat de eindcijfers zijn van de afgelegde schoolexamens waarvoor geen centraal examen wordt afgelegd, het combinatiecijfer, alsmede de cijfers van de afzonderlijke onderdelen daarvan: maatschappijleer, algemene natuurwetenschappen en het profielwerkstuk, en de beoordeling van de vakken culturele en kunstzinnige vorming en lichamelijke opvoeding en de rekentoets. Aan de kandidaten wordt tijdig gemeld of er voor één of meer vakken handelingsdelen niet zijn afgerond.

7.

De resultaten van het schoolexamen worden vastgelegd in het examendossier zoals beschreven in artikel 9.

Pagina 4 van 35


artikel 3

cijfers

1.

De docent die belast is met het verzorgen van onderwijs aan een kandidaat in enig jaar waarover het schoolexamen zich uitstrekt, treedt in dat jaar op als examinator.

2.

De examinator stelt van de genoemde onderdelen in het programma van toetsing en afsluiting de beoordeling van de prestaties vast. De beoordeling wordt uitgedrukt in cijfers van één (1) tot en met tien (10), waarvan de tussenliggende cijfers niet meer dan één decimaal mogen bevatten.

3.

Bij een onderdeel dat schriftelijk wordt geëxamineerd, stelt de examinator het cijfer vast op basis van een correctievoorschrift.

4.

Bij een praktische opdracht en een opdracht uit de handelingsdelen wordt aan de kandidaten vooraf schriftelijk meegedeeld wat de beoordelingscriteria zijn.

5.

Indien een kandidaat een door de examinator/docent aangegeven termijn voor het inleveren van een praktische opdracht/verslag overschrijdt, zonder dat daarvoor een geldige reden was (ter beoordeling van de afdelingsleider), wordt per ‘te late’ werkdag 0,5 punt in mindering gebracht op het eindresultaat van de opdracht. Hierbij geldt een maximum van twee punten aftrek (vier werkdagen). Vervolgens wordt de leerling verplicht gesteld na de lessen op school aan het werkstuk/verslag te werken en daarna het werk uiterlijk binnen drie werkdagen in te leveren. Wanneer deze tweede inlevertermijn wordt overschreden, wordt de afdelingsleider opnieuw door de examinator op de hoogte gebracht. Als alle bovenstaande stappen volgens voorschrift zijn doorlopen, is de afdelingsleider gerechtigd -na overleg met de conrector- het cijfer één (1) toe te kennen.

6.

Het gewogen gemiddelde van de in het programma van toetsing en afsluiting genoemde toetsen en praktische opdrachten wordt bepaald op één decimaal nauwkeurig. Dit gemiddelde is het eindcijfer van het schoolexamen. Is het schoolexamen tevens eindcijfer ten behoeve van het toepassen van de slaag/zak-regeling, dan wordt het gewogen gemiddelde cijfer van toetsen en praktische opdrachten afgerond tot een geheel getal, waarbij een decimaal van 5 of meer wordt afgerond naar boven. Een gewogen gemiddelde van 0,45 tot 0,50 wordt hierbij tweemaal afgerond en wel naar boven, zodat bijvoorbeeld 5,45 het eindcijfer 6 oplevert.

7.

De conrector rapporteert tenminste tweemaal per jaar aan de kandidaat die het schoolexamen aflegt, en indien de kandidaat minderjarig is ook aan de ouders, omtrent de voortgang van het schoolexamen. De rapportage omvat een voortschrijdend gemiddelde van de resultaten per vak.

8.

De vakken culturele en kunstzinnige vorming en lichamelijke opvoeding moeten ‘voldoende’ of ‘goed’ worden afgesloten om te kunnen slagen voor het eindexamen.

9.

Uit de eindcijfers voor de vakken maatschappijleer en algemene natuurwetenschappen en het cijfer voor het profielwerkstuk wordt een combinatiecijfer berekend zoals beschreven in artikel 8.

10.

Het resultaat van de rekentoets wordt vermeld op de cijferlijst, zowel het cijfer als de beoordeling voldaan of niet voldaan. Indien niet wordt voldaan kan een kandidaat niet slagen voor het eindexamen.

artikel 4 1.

verhindering bij een onderdeel van het schoolexamen

Indien een kandidaat vanwege ziekte of een andere geldige reden, ter beoordeling van de conrector of een door hem daartoe gemachtigde functionaris, een onderdeel van het schoolexamen niet kan doen op het daarvoor Pagina 5 van 35

PTA-regeling atheneum 6 schooljaar 2015-2016 vastgestelde tijdstip, dan wordt de kandidaat in de gelegenheid gesteld het betreffende onderdeel alsnog af te leggen. 2.

Is daarbij sprake van een toets, dan telt dat als een herkansing in de zin van artikel 5, lid 2.

3.

Indien een kandidaat een onderdeel zonder geldige reden niet heeft afgelegd, dan kan de conrector besluiten voor dat betreffende onderdeel het cijfer één (1) toe te kennen.

4.

Deelname aan een toets betekent altijd dat het eenmaal gemaakte werk zijn geldigheid behoudt. Kandidaten worden erop gewezen dat zeer bijzondere omstandigheden voorafgaand aan het maken van de toets bij de afdelingsleider gemeld moeten worden. In overleg kan dan worden vastgesteld of het raadzaam is aan de toets deel te nemen.

artikel 5

herkansingen

1.

Een kandidaat heeft met inachtneming van het tweede lid het recht om éénmaal opnieuw een toets van het schoolexamen af te leggen (‘herkansing’).

2.

Het totale aantal herkansingen dat een kandidaat in atheneum 6 kan afleggen bedraagt drie. Na elke periode, met uitzondering van periode 4, kan één toets worden herkanst. Is een kandidaat bij een herkansing verhinderd wegens ziekte of een andere reden, dan vervalt de mogelijkheid tot herkansen.

3.

In bijzondere gevallen kan het bevoegd gezag voor een kandidaat een hoger aantal herkansingen toestaan dan vermeld in het tweede lid.

4.

Het hoogste van de cijfers, behaald bij de herkansing en de eerder afgelegde toets, geldt als definitief cijfer voor de desbetreffende toets.

5.

De kandidaat wordt bij elk onderdeel van de vakken culturele en kunstzinnige vorming en lichamelijke opvoeding en bij de handelingsdelen van de andere vakken in de gelegenheid gesteld de uitwerking zodanig aan te vullen of bij te stellen dat daardoor tenminste de beoordeling ‘voldoende’ kan worden verkregen.

6.

Praktische opdrachten, mondelinge toetsen en luistertoetsen kunnen niet worden herkanst.

artikel 6

herexamen van het schoolexamen atheneum

1.

Voor één vak waarin alleen een schoolexamen wordt afgelegd kan een kandidaat opnieuw schoolexamen afleggen. Het herexamen bevat door het bevoegd gezag aangegeven onderdelen van het schoolexamen, waarbij in individuele gevallen rekening kan worden gehouden met reeds voldoende onderdelen.

2.

De examinator stelt vast hoe het cijfer van het herexamen wordt bepaald, indien cijfers die hoger waren dan 6,0 van het eerder afgelegde schoolexamen bij de beoordeling van het herexamen worden betrokken.

3.

Het hoogste van de cijfers van het herexamen en het eerdere cijfer van het schoolexamen geldt als eindcijfer voor dat vak.

4.

Een herexamen, als bedoeld in artikel 6, lid 1 kan alleen worden afgelegd in het laatste jaar van het atheneum.

Pagina 6 van 35


artikel 7

het profielwerkstuk

1.

Het schoolexamen atheneum omvat mede een ‘profielwerkstuk’. Het profielwerkstuk is een werkstuk, een presentatie daaronder begrepen, waarin op geïntegreerde wijze kennis, inzicht en vaardigheden aan de orde komen.

2.

Het profielwerkstuk heeft betrekking op twee vakken uit het totale vakkenpakket van de leerling. Ten minste één van deze vakken heeft een omvang van 400 uur of meer. Voor het maken van een profielwerkstuk staat een studielast van 80 klokuren.

3.

De examinatoren van de door de kandidaat gekozen vakken, komen aan de hand van vooraf verstrekte beoordelingscriteria tot een cijfer. De beoordelingscriteria en richtlijnen voor de verwerking van het profielwerkstuk zijn opgenomen in een ‘Draaiboek profielwerkstuk voor leerlingen’ dat als bijlage geldt bij het Programma voor Toetsing en Afsluiting.

4.

Het profielwerkstuk krijgt een cijfer op de cijferlijst dat voor de uitslagbepaling meeweegt in het zogenaamde combinatiecijfer (zie artikel 8).

5.

Het profielwerkstuk vangt aan in atheneum 5 en wordt in atheneum 6 afgerond met een presentatie op een jaarlijks door het bevoegd gezag te bepalen tijdstip.

6.

Wanneer een kandidaat het profielwerkstuk niet binnen de gestelde termijn inlevert, of een reeds beoordeeld werkstuk moet verbeteren (zie artikel 8, lid 2 en lid 4), bepaalt de examinator een nieuwe inlevertermijn en stelt de kandidaat en de afdelingsleider hiervan schriftelijk op de hoogte. Bij overschrijding van de nieuw gestelde inlevertermijn, wordt de kandidaat verplicht gesteld het werkstuk/verslag na schooltijd alsnog op school af te ronden en vervolgens binnen uiterlijk drie werkdagen in te leveren. Indien ook deze tweede inlevertermijn wordt overschreden, kan de conrector in overleg met de rector besluiten de kandidaat van verdere deelname aan het schoolexamen uit te sluiten.

artikel 8

het combinatiecijfer

1.

Het combinatiecijfer is het gemiddelde van de eindcijfers van vakken die in het combinatiecijfer worden opgenomen. Voor atheneum betreft dit het profielwerkstuk en de vakken maatschappijleer en algemene natuurwetenschappen waarbij elk van de onderdelen even zwaar meeweegt.

2.

Eindcijfers van vakken, opgenomen in het combinatiecijfer, worden afgerond op een geheel getal, conform de berekeningswijze zoals vermeld in artikel 3, lid 6.

3.

Het combinatiecijfer wordt afgerond op een geheel getal en wordt als zodanig vastgelegd in het examendossier.

4.

Per vak of onderdeel dat deel uitmaakt van het combinatiecijfer wordt een eindcijfer vastgesteld, waarbij een cijfer, lager dan een vier (4) niet is toegestaan. Is de beoordeling voor een of meer van de onderdelen lager dan vier (4), dan wordt de kandidaat in staat gesteld het cijfer te verbeteren: a. voor de vakken maatschappijleer of algemene natuurwetenschappen dient de kandidaat hiervoor gebruik te maken van een herexamen in de zin van artikel 6. b. voor het profielwerkstuk wordt de kandidaat in de gelegenheid gesteld het profielwerkstuk aan te passen tot ten minste het cijfer vier (4) kan worden gegeven zoals vermeld in artikel 7 lid 6.

5.

De vakken maatschappijleer en algemene natuurwetenschappen zijn in atheneum 4 afgesloten. In atheneum 6 wordt het combinatiecijfer definitief vastgesteld.

Pagina 7 van 35


artikel 9

het examendossier en de afronding van het schoolexamen

1.

De resultaten van het schoolexamen worden vastgelegd in het examendossier.

2.

De examinator meldt binnen een termijn van één week na bespreking van een toets of praktische opdracht het resultaat per kandidaat op de door de conrector aangegeven wijze.

3.

Het gestelde in het tweede lid is tevens van toepassing op: a. een door de kandidaat afgelegde herkansing als bedoeld in artikel 4 en 5 b. het cijfer van het profielwerkstuk.

4.

De examinator bewaart tot een half jaar na het verlaten van de school door de betrokken kandidaat een exemplaar van de opgaven van elke voor het schoolexamen meetellende toets of praktische opdracht alsmede de wijze waarop de beoordeling tot stand is gekomen.

5.

De (gezamenlijke) examinator(en) die is (zijn) belast met het geven van onderwijs in een bepaald vak, geeft (geven) aan of hij (zij) de door de leerlingen gemaakte toetsen wenst (wensen) te bewaren of dit overlaat (overlaten) aan de kandidaat.

6.

Een kandidaat heeft het schoolexamen afgerond, indien: a. het combinatievak is afgerond, waarbij voor elk afzonderlijk onderdeel tenminste het cijfer 4 is behaald (artikel 8, lid 4) en b. de deelvakken culturele en kunstzinnige vorming en lichamelijke opvoeding zijn beoordeeld met ‘voldoende’ of ‘goed’ en c. voor de praktische opdrachten en toetsen van de vakken in het gemeenschappelijk deel een cijfer is verkregen en d. de vakken van het door de kandidaat gekozen profiel zijn getoetst als aangegeven in het programma voor toetsing en afsluiting en een cijfer is verkregen en e. de onderdelen in het vrije deel die door de overheid van eindtermen zijn voorzien en waarin de kandidaat te kennen geeft deze onderdelen te laten betrekken bij de slaag/zak-regeling heeft afgelegd overeenkomstig het programma van toetsing en afsluiting en f. de handelingsdelen van de door de kandidaat gevolgde vakken en de maatschappelijke stage naar behoren zijn afgerond. g. voor de rekentoets minimaal het cijfer 5 is behaald.

artikel 10

beroep

1.

Een kandidaat en/of de ouders (verzorgers) kan (kunnen) tot uiterlijk vijf werkdagen na het bekend maken van een beoordeling hiertegen schriftelijk beroep aantekenen bij de schoolexamencommissie (zie artikel1.4).

2.

Indien een beroep betrekking heeft op een beoordeling, gedaan door een lid van de schoolexamencommissie, dan neemt dit lid niet aan de beraadslagingen deel.

3.

De schoolexamencommissie hoort de examinator en, indien de schriftelijke toelichting van de kandidaat onvoldoende helder is, de kandidaat.

4.

De schoolexamencommissie kan zich laten bijstaan door een door haar aan te zoeken deskundige.

5.

De examinator van de kandidaat die een beroep heeft ingesteld stelt de voorzitter van de schoolexamencommissie een exemplaar van de toets en het correctiemodel dan wel de beschrijving van de opdracht met de uitgereikte Pagina 8 van 35

PTA-regeling atheneum 6 schooljaar 2015-2016 criteria voor beoordeling ter hand. De houder van het werk, zijnde de kandidaat of de examinator, afhankelijk van het bepaalde krachtens artikel 9 lid 5, stelt het werk ter hand van de voorzitter van de schoolexamencommissie. 6.

De schoolexamencommissie doet een bindende uitspraak en brengt de examinator en de kandidaat, en indien deze minderjarig is, de ouders schriftelijk op de hoogte.

7.

Indien de kandidaat zich niet kan aansluiten bij het oordeel, dan staat voor de kandidaat beroep open bij de Commissie van Beroep Eindexamens, zie artikel 12, lid 6.

8.

Is binnen de in lid 1 gestelde termijn geen beroep aangetekend bij de schoolexamencommissie, dan is het cijfer definitief vastgesteld.

artikel 11

verlenging van de periode waarover het schoolexamen zich uitstrekt

1.

Indien een kandidaat het zesde leerjaar van het atheneum opnieuw doet, is er vrijstelling mogelijk voor de vakken die alleen een schoolexamen kennen. Alle andere vakken worden in het geval van doublure weer gevolgd.

2.

Vrijstelling kan alleen worden verleend wanneer er voor de vrijgevallen uren een goede invulling is gevonden in de vorm van een maatwerkprogramma.

3.

Een verzoek tot vrijstelling wordt door de leerling bij de afdelingsleider aangevraagd voor de aanvang van het schooljaar, na overleg met zijn/haar ouders.

4.

Voor de vakken die met een CE worden afgesloten vervallen alle PTA cijfers uit het eindexamenjaar, met uitzondering van de volgende gevallen: a. cijfers van praktische opdrachten mogen, indien het cijfer 6,0 of hoger was, blijven staan b. voor de vakken Nederlands, Engels, Duits en Frans kunnen in overleg met de vakdocent cijfers voor onderdelen van het schoolexamen blijven staan.

artikel 12

maatregelen

1.

Wanneer een kandidaat zich tijdens een onderdeel van het schoolexamen niet gedraagt op een wijze die redelijkerwijs van hem mag worden verwacht, wordt dit gemeld aan de conrector, die daarop de beslissing neemt over eventuele maatregelen.

2.

Indien een kandidaat zich ten aanzien van enig onderdeel van het schoolexamen of het centraal examen aan enige onregelmatigheid of fraude schuldig maakt of heeft gemaakt, kan de conrector maatregelen nemen. Onder fraude kan o.m. worden verstaan: - (delen) van het (school)examenwerk niet inleveren en beweren het wel ingeleverd te hebben; bij het inleveren van de uitwerkingen van een PTA-toets moet een kandidaat op het eerste blad vermelden hoeveel blaadjes hij inlevert. - (school)examenwerk van anderen inleveren; - plagiaat plegen (o.m. via digitale bronnen); - citeren van bronnen zonder bronvermelding; - afkijken of overleggen met anderen tijdens een (school)examentoets; - bij bespreking van het (school)examenwerk antwoorden verbeteren en beweren dat dit oorspronkelijk eigen antwoorden zijn.

Pagina 9 van 35

PTA-regeling atheneum 6 schooljaar 2015-2016 3.

Een kandidaat die fraudeert, wordt daarvan direct na constatering in kennis gesteld door de docent of surveillant. Bij afname van een (school)examentoets wordt hij/zij in staat gesteld het werk af te maken, nadat de docent/surveillant relevante gegevens en verklaringen gegevens verzameld heeft. De docent/surveillant meldt de fraude schriftelijk aan de conrector die kan besluiten maatregelen te nemen.

4.

De maatregelen die de conrector in overleg met de rector, na het horen van de kandidaat - die zich daarbij desgewenst van een door hem aan te wijzen meerderjarige kan laten bijstaan - kan nemen, kunnen zijn: a. het toekennen van het cijfer één (1) voor het betreffende onderdeel van het schoolexamen of het centraal examen. b. verlagen van het toegekende cijfer voor het betreffende onderdeel van het schoolexamen of centraal examen met één of meerdere punten, rekening houdend met de ernst van de geconstateerde fraude. c. het ontzeggen van de deelname of de verdere deelname aan één of meer onderdelen van het schoolexamen of het centraal examen. d. het ongeldig verklaren van één of meer toetsen van het reeds afgelegde deel van het schoolexamen of het centraal examen. e. het bepalen dat het diploma en de cijferlijst slechts kunnen worden uitgereikt na een hernieuwd examen in door de conrector aan te wijzen onderdelen. f. indien het hernieuwd examen, bedoeld in de vorige volzin, betrekking heeft op één of meer onderdelen van het centraal examen, legt de kandidaat dat examen af in het volgende tijdvak van het centraal examen, dan wel ten overstaan van de staatsexamencommissie. g. indien de onregelmatigheid pas na afloop van het schoolexamen wordt ontdekt, kan de conrector het schoolexamen ongeldig verklaren, hetgeen tevens ontzegging van deelneming aan het centraal examen inhoudt, ofwel bepalen dat het schoolexamen slechts geldig is na een hernieuwd schoolexamen in de door de conrector aan te wijzen onderdelen en op de door hem/haar te bepalen wijze. h. de uitvoering van de regels berust bij de conrector. i. de conrector is bevoegd om passende maatregelen van minder verregaande aard, dan de ontzegging van de verdere deelneming aan het schoolexamen, te treffen ten aanzien van de kandidaat, die zich tijdens het schoolexamen niet gedraagt als redelijkerwijs van hem verwacht kan worden.

5.

De conrector deelt het door hem op grond van lid 4 genomen besluit schriftelijk aan de kandidaat mede. De beslissing wordt tevens aan de ouders, voogden of verzorgers van de kandidaat meegedeeld, alsmede aan de inspecteur van het onderwijs die belast is met het toezicht op de school.

6.

De kandidaat kan, binnen drie werkdagen na het vernemen van een in artikel 12, lid 5 bedoeld besluit, tegen het besluit van de conrector in beroep gaan bij de Commissie van Beroep Eindexamens: Commissie van Beroep Eindexamens p/a Christiaan Huijgens College Rachmaninowlaan 2 5653 AT Eindhoven

7.

De Commissie van Beroep Eindexamens doet schriftelijk een bindende uitspraak en zendt deze binnen 14 werkdagen naar de kandidaat, zijn ouders, verzorgers of voogden, de conrector en de inspectie.

Pagina 10 van 35


DEEL 2 het centraal examen 1.

De Minister van Onderwijs en Wetenschappen wijst voor elke school één of meer gecommitteerden aan. Deze aanwijzing geldt totdat de herkansingen hebben plaatsgehad. 2. De opgaven van het schriftelijk examen worden vastgesteld door een commissie, ingesteld door de minister. 3. Een kandidaat, die te laat op het schriftelijk examen aanwezig is, mag uiterlijk tot een half uur na het begin van het examen tot het examenlokaal worden toegelaten. Hij levert zijn werk in op het tijdstip, dat is aangegeven voor het einde van de zitting. 4. Het is de kandidaten niet geoorloofd boeken, logaritmetafels en tabellenboeken en evenmin andere hulpmiddelen, zoals kladpapier mee te nemen in het examenlokaal. Een lijst van toegestane hulpmiddelen zoals rekenmachines en tekenmateriaal, staat vermeld in deel 4 van deze regeling. 5. De conrector kan toestaan, dat een lichamelijk gehandicapte kandidaat het examen aflegt op een wijze, die aangepast is aan de mogelijkheden, die de lichamelijke gesteldheid van de kandidaat biedt. 6. Het gemaakte werk wordt door de examinator en door de gecommitteerde onafhankelijk van elkaar beoordeeld. 7. Het eindcijfer voor het schriftelijk examen in het desbetreffende vak wordt door beiden in onderling overleg vastgesteld. 8. Indien een kandidaat om een geldige reden, ter beoordeling van de conrector, verhinderd is één of meer zittingen aanwezig te zijn, wordt hem de gelegenheid gegeven het eindexamen te voltooien gedurende de herkansingsdag c.q. gedurende het derde tijdvak staatsexamens. 9. Bij de ontdekking van bedrog voor of tijdens het examen wordt de kandidaat door de conrector, in overleg met de rector, de verdere deelneming aan het examen ontzegd. Bij de ontdekking na het examen wordt hem door de conrector het diploma onthouden. 10. De kandidaat kan binnen drie dagen aan het bevoegd gezag verzoeken de beslissing van de conrector bedoeld onder punt 9, te herzien. Het bevoegd gezag is daartoe aangesloten bij een Commissie van Beroep (zie deel 1, artikel 12, lid 6). 11. Het eindcijfer voor een vak wordt bepaald op het gemiddelde van het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het schriftelijk examen. Er wordt afgerond op gehele getallen, waarbij  minder dan 0,50 wordt verwaarloosd  0,50 of meer naar boven wordt afgerond. 12. Indien de kandidaat een herkansing aanvraagt, is de uitslag een voorlopige.

Pagina 11 van 35


uitslagregels Elk vak op de cijferlijst kent een schoolexamen (SE). Bij een aantal vakken is dit schoolexamen het eindcijfer, ofwel afgerond op een geheel getal, ofwel met de beoordeling 'voldoende' of 'goed'. Bij de andere vakken wordt het eindcijfer bepaald door het gemiddelde van het schoolexamen (SE, afgerond op één decimaal) en het centraal examen (CE, afgerond op één decimaal). Dit eindcijfer wordt afgerond op een geheel getal. Een examenkandidaat is geslaagd als: alle eindcijfers 6 of hoger zijn, of er 1x5 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, of er 1x4 of 2x5 of 1x5 en 1x4 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde tenminste 6.0 is. Tevens moet de kandidaat hebben voldaan aan elk van onderstaande voorwaarden: -

het gemiddelde van alle onafgeronde resultaten behaald tijdens het centraal examen (CE) is hoger of gelijk aan 5,5 (dus een gemiddelde van 5,49 is niet voldoende) en er is maximaal één 5 (en niet lager) als eindcijfer behaald voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde, en CKV en LO zijn beoordeeld als 'voldoende' of 'goed', en de cijfers die deel uitmaken van het combinatiecijfer (algemene natuurwetenschappen, maatschappijleer en het profielwerkstuk) zijn niet lager dan een 4, en voor de rekentoets minimaal het cijfer 5 is behaald.

Indien een kandidaat is gezakt als gevolg van een onvoldoende voor een extra vak in de vrije ruimte, moet dit vak buiten beschouwing worden gelaten waardoor de kandidaat alsnog slaagt. De kandidaat mag kiezen of het extra vak wel of niet op de cijferlijst wordt vermeld. Elke kandidaat heeft recht op maximaal één herkansing van een vak van het centraal examen, ongeacht het resultaat van dat vak en ongeacht het feit of de kandidaat geslaagd is of niet. Het hoogste van de cijfers, behaald bij de herkansing en het eerder afgelegde centraal examen geldt als definitief cijfer voor het centraal examen.

judicium Een kandidaat heeft uitmuntend (cum laude) gepresteerd als hij/zij gemiddeld over alle onderdelen van het examen, inclusief het profielwerkstuk, een cijfer van tenminste 8,0 heeft behaald. Een kandidaat heeft "met genoegen" gepresteerd als hij/zij gemiddeld over alle onderdelen van het examen een cijfer van tenminste 7,5 heeft behaald en een 8,0 voor het profielwerkstuk. Het cijfer van de rekentoets, alsmede de afzonderlijke cijfers voor de vakken van het combinatiecijfer worden bij de bepaling van het judicium buiten beschouwing gelaten.

Pagina 12 van 35


gang van zaken tijdens het centraal examen algemeen 1. Ieder zorgt steeds 15 minuten vóór de aanvang van het examen bij de op het dagrooster aangegeven ruimte aanwezig te zijn. Bij ziekte van een kandidaat dienen zijn ouders/verzorgers zo spoedig mogelijk mw. E. Heijmen of mw. C. Martens op de hoogte te stellen. Mocht dit onverhoopt niet lukken, stel dan de voorzitter van de examencommissie, mw. J. van Aller, op de hoogte. Deze kandidaten en zij, die om één of andere geldige reden afwezig zijn bij een onderdeel van het centraal examen kunnen aan de herkansing deelnemen. De geldigheid van de reden van afwezigheid wordt beoordeeld door de conrector. 2.

Vóór de zitting wordt gecontroleerd of elke kandidaat aanwezig is.

3.

Het werk wordt gemaakt op papier, verstrekt door de school.

4.

De kandidaat vermeldt links boven op het papier zijn examennummer, tevens wordt naam, examenvak, vakdocent en schooltype vermeld.

5.

De kandidaat mag niet met potlood schrijven. Tekenen (van grafieken e.d.) met potlood is toegestaan.

6.

Schrijf duidelijk leesbaar schrift! Bij verschillende vakken komen meerkeuzevragen én open vragen voor. De meerkeuzevragen moeten beantwoord worden met HOOFDLETTERS en dus niet met kleine letters. Dus ABCD en niet abcd.

7.

De kandidaat mag geen gebruik maken van correctielak, -pen of -lint.

8.

Het gebruik van eigen klad-/aantekenpapier is niet toegestaan.

9.

Na het inleveren van het examenwerk mag de kandidaat onder geen beding wijzigingen of aanvullingen in het ingeleverde werk aanbrengen.

10. Bij het inleveren van de uitwerkingen van een examen, moet de kandidaat op het eerste blad hebben vermeld hoeveel blaadjes hij inlevert. 11. Op ieder blad vermeldt de kandidaat het nummer van het betreffende blad, zijn naam en examennummer. 12. Na het openen van de envelop met opgaven is het verboden enige mededeling of inlichting over het werk aan de kandidaat te verstrekken. Ook over kennelijke druk- of spelfouten mag geen mededeling aan de kandidaten gedaan worden. Fouten in het examenwerk, ontdekt door kandidaat of toezichthouder moeten onmiddellijk aan de secretaris van het examen meegedeeld worden; hij zorgt ervoor dat de desbetreffende en verantwoordelijke instantie ingelicht wordt. Met fouten in de opgaven wordt bij de normering volledig rekening gehouden. Alleen mededelingen inzake fouten in de opgaven, die door het College van Toetsen en Examens (CvTE) aan de scholen schriftelijk is doorgegeven, mogen aan de kandidaten worden bekend gemaakt. 13. Het meenemen van andere dan de toegestane boeken, tabellen en andere hulpmiddelen is verboden. Voor aanvang van de zitting dienen toegestane hulpmiddelen (zoals woordenboeken) door de toezichthouders gecontroleerd te worden. Mobiele telefoons/muziekdragers zijn in de examenzaal niet toegestaan. Deze moeten uitgeschakeld en in de tas/jas op de gang worden gelegd. Hetzelfde geldt voor etuis. 14. Zonder toestemming van de toezichthouder mag een kandidaat de hem toegewezen zitplaats niet verlaten. Ook mag hij zich niet zonder toestemming verwijderen uit het examenlokaal. Pagina 13 van 35

PTA-regeling atheneum 6 schooljaar 2015-2016 15. Indien zich tijdens het examen een onrechtmatigheid voordoet (zoals fraude) treedt artikel 12 van het programma van toetsing en afsluiting in werking. gang van zaken a. Nadat alle kandidaten hun plaats hebben ingenomen toont een der daartoe aangewezen toezichthouders de kandidaten de gesloten envelop en wordt aan de hand van de vermelde gegevens omtrent vak, datum en uur gecontroleerd of dit de juiste envelop is. Deze gegevens en eventueel andere op de envelop vermelde gegevens worden daarna hardop aan de kandidaten voorgelezen. Vervolgens wordt de envelop geopend. De toezichthouder controleert of de gegevens op de envelop overeenstemmen met de inhoud van de envelop. Onmiddellijk nadat de enveloppe is geopend, worden de opgaven en het eventueel bijgesloten uitwerkpapier rondgedeeld. Daarbij dient nauwkeurig te worden toegezien, dat geen andere opgaven dan de bedoelde in handen van de kandidaten komen. b.

Tijdens het uitdelen van de opgaven heerst er volkomen rust in het examenlokaal. De kandidaten laten de uitgedeelde opgaven gesloten voor zich liggen, totdat de toezichthouder een teken geeft dat de kandidaten aan het examen mogen beginnen.

c.

Gedurende het eerste uur mag de kandidaat de examenzaal niet verlaten.

d.

Een kandidaat die te laat komt, mag uiterlijk tot een half uur na het begin van de zitting tot het examenlokaal worden toegelaten. Hij levert zijn werk in op het tijdstip, dat is aangegeven voor het einde van de zitting. Kandidaten die meer dan een half uur te laat komen, kunnen niet deelnemen aan de zitting. Bij een geldige reden, ter beoordeling aan de conrector, kunnen zij voor dit vak verwezen worden naar het tweede tijdvak. Op de overige zittingen dienen zij wel te verschijnen.

e.

De kandidaat, die tijdens de zitting onwel wordt, kan onder begeleiding het examenlokaal verlaten. In overleg met de kandidaat beoordeelt de conrector of de kandidaat na enige tijd het werk kan hervatten. Indien de kandidaat het werk niet kan hervatten, kan de conrector, zo mogelijk op grond van een medische verklaring, beslissen, dat het voor een deel gemaakte werk ongeldig is. De kandidaat mag, indien het werk door de conrector ongeldig verklaard is, in het tweede tijdvak opnieuw aan de desbetreffende zitting deelnemen. Ziekmeldingen achteraf kunnen het werk, dat gemaakt is, niet meer beïnvloeden. Hetzelfde geldt voor andere ongunstige invloeden als bijv. een sterfgeval.

f.

De kandidaat die tijdens de zitting gebruik wenst te maken van het toilet, mag daartoe alleen onder begeleiding in de gelegenheid worden gesteld.

g.

Het komt jaarlijks voor dat kandidaten per ongeluk niet alle vragen van een examen beantwoord hebben. Daarom: controleer als je klaar bent of alle vragen zijn beantwoord. Onderaan elke pagina van het examen staat: lees verder ►►►, behalve na de laatste vraag, daar staat onderaan de pagina de tekst: einde ■.

h.

De kandidaat levert zijn werk in bij een toezichthouder. Deze controleert de naam en het nummer van de kandidaat en staat hem toe het lokaal te verlaten nadat hij zich ervan vergewist heeft, dat het werk compleet is. Na het verlaten van het examenlokaal mag de kandidaat onder geen beding worden toegestaan nog examenwerk in te leveren c.q. eraan te werken. De examenopgaven en het kladpapier mogen niet eerder dan aan het einde van de zitting door de kandidaten uit de examenzaal worden meegenomen.

i.

Einde zittingen centraal examen. Het verdient aanbeveling, dat een kwartier voor het einde van de zitting een daartoe aangewezen toezichthouder dit tijdstip aangeeft. Om organisatorische redenen is het gewenst, dat tijdens het laatste kwartier van de zitting geen kandidaten meer vertrekken.

Pagina 14 van 35

PTA-regeling atheneum 6 schooljaar 2015-2016 Aan het einde van de zitting halen de toezichthouders het werk op en één van hen controleert of van iedere kandidaat al het werk is ingeleverd. Aan het einde van de zitting blijven de kandidaten zitten totdat een toezichthouder het sein geeft om op te staan en het examenlokaal te verlaten. Het werk van de kandidaten, het proces-verbaal en de resterende opgaven worden door een daartoe aangewezen toezichthouder aan de betreffende examensecretaris ter hand gesteld. j.

De kandidaten dienen beschikbaar te blijven totdat de definitieve uitslag bekend is.

Pagina 15 van 35


DEEL 3 data centraal examen 1e en 2e tijdvak

eerste tijdvak donderdag vrijdag

12 mei 2016 13 mei 2016

13.30 – 16.30 uur: 13.30 - 16.30 uur:

Nederlands scheikunde

dinsdag

17 mei 2016

09.00 - 12.00 uur: 13.30 - 16.00 uur:

geschiedenis Engels

woensdag

18 mei 2016

donderdag

19 mei 2016

09.00 - 11.30 uur: 13.30 - 16.30 uur: 13.30 - 16.30 uur:

tehatex wiskunde A, B en C economie

vrijdag maandag

20 mei 2016 23 mei 2016

dinsdag

24 mei 2016

13.30 - 16.30 uur: 09.00 - 11.30 uur: 13.30 - 16.30 uur: 13.30 - 16.30 uur:

natuurkunde Duits management & organisatie biologie

woensdag donderdag

25 mei 2016 26 mei 2016

13.30 - 16.00 uur: 13.30 - 16.30 uur:

Frans aardrijkskunde

tweede tijdvak In maart 2016 wordt bekendgemaakt op welke dagen en tijdstippen de centrale examens in het tweede tijdvak worden afgenomen.

Pagina 16 van 35


DEEL 4 toegestane hulpmiddelen bij het schoolexamen en centraal examen atheneum 2016 A.

het basispakket

Bij het centraal schriftelijk examen zijn bij ieder vak toegestaan:  eendelig verklarend woordenboek Nederlands  schrijfmaterialen, inclusief millimeterpapier  tekenpotlood (voor het maken van tekeningen en grafieken, niet om mee te schrijven)  blauw en rood kleurpotlood  liniaal met millimeterverdeling  passer  geometrische driehoek  vlakgum  een eenvoudige rekenmachine: Bij de vakken zonder grafische rekenmachine is een rekenmachine met de basisbewerkingen voldoende. Niet toegestaan is het gebruik van apparaten die: a. op het lichtnet aangesloten moeten worden; b. tijdens het examen opgeladen moeten worden; c. geluidsoverlast veroorzaken; d. zijn voorzien van een schrijfrol, alarminstallatie, dan wel zend- en/of ontvangstmogelijkheden; e. alfanumeriek zijn; f. grafieken kunnen weergeven in het afleesvenster.

B.

vakspecifieke hulpmiddelen atheneum

moderne vreemde talen

woordenboek naar en van de vreemde taal. Engels (op verzoek kandidaat) woordenboek Engels-Engels in plaats van Engels-Nederlands.

wiskunde A, B en C

grafische rekenmachine 2 roosterpapier in cm

natuurkunde, scheikunde en biologie

een door de CEVO goedgekeurd informatieboek: BINAS, 6 druk

aardrijkskunde

Grote Bosatlas, 54e druk

e

Pagina 17 van 35


DEEL 5 de vakken belangrijk:

Voor alle vakken, opgenomen in het PTA, geldt dat: a. hoofdzaken van voorafgaande lesstof bekend worden verondersteld; b. mogelijk extra opdrachten worden opgenomen, die aansluiten bij een omschreven PTA-onderdeel; c. de extra opdrachten (genoemd onder b) bij een goed resultaat als bonus worden verrekend in het betreffende PTAonderdeel, waarbij een maximale cijferverhoging van een half punt kan worden behaald.

Pagina 18 van 35


Aardrijkskunde code

PTA nummer en inhoud

Toetsvorm*

Duur

Herkansbaar

Gewicht %

Opmerkingen

Cijfers uit voorexamenklassen Het jaarcijfer atheneum 5 (op 1 decimaal) telt mee voor het schoolexamen voor

60%

Periode 1 731

1. Aarde: endogene en exogene processen

pw

100’

ja

12%

schakelweek 1 boek 5 VWO: H2

pw

100'

ja

16%

schakelweek 2 boek 5 VWO: H4 boek 6 VWO: H1

pw

100'

ja

12%

schakelweek 3 boek 6 VWO: H2 en H3

Periode 2 732

2. Nederland; Stedelijke gebieden Wereld: stedelijke gebieden in de VS

Periode 3 733

3. Aarde: landschapszones en Aarde: Middellandse Zeegebied

Periode 4 Herhaling (boek 6 VWO) = ook examenstof maar wordt niet apart getoetst. totaal periodes 100%

*

pw = proefwerk: een deel van het cijfer van een pw zal kunnen bestaan uit een extra (groeps)opdracht

Pagina 19 van 35


Biologie code


Toetsvorm*

Duur

Herkansbaar

Gewicht (%)

Opmerkingen


20%

Het jaarcijfer atheneum 5 (op 1 decimaal) telt mee voor het schoolexamen voor

20%

Periode 1 pw

100’

ja

Bonus opdracht

po

-

-

732

PTA 2 Voeding en homeostase

pw

100’

ja

15%

Tijdens de periode Herhaling: Uit A4: geen Uit A5: T1 / T5 / T6 Uit A6 (Nieuw): T1

733

PO. Labwerk

pr

180'

nee

10%

schakelweek 2 Uitvoering van proeven en het schrijven van een verslag

Bonus opdracht

po

-

-

PTA 3 Fysiologie en evolutie

pw

100’

ja

Bonus opdracht

po

-

-

-

PTA 734 analyse max 0.5 bonus op PTA 3

Bonus opdracht

po

-

-

-

Drosphila opdracht max 0.5 bonus op PTA 4

PTA 4 Examentraining

pw

100’

nee

731

PTA 1 Fysiologie en cellen

10%

schakelweek 1 Herhaling: Uit A4: T2 Uit A5: T2 Uit A6 (Nieuw): T2 en T4

Periode 2 -

PTA 731 analyse max 0.5 bonus op PTA 1

Periode 3

734

10%

PTA 732 analyse max 0.5 bonus op PTA 2 schakelweek 3 Herhaling: Uit A4: T5 / T6 Uit A5: T3 Uit A6 (Nieuw): T3

Periode 4

735

15%

tentamenweek 4 Alle CE-examenstof.

totaal periodes 100%

*

pw = proefwerk

po = praktische opdracht

pr = practicum

Pagina 20 van 35


Duits code


ERK niveau **

Toetsvorm*

Duur

Herkansbaar

Gewicht %

Opmerkingen


0%


10%

Periode 1 731

pw

50’

nee

5%

afname in lesuur Fünf Nobelpreisträger der deutschen Literatur

pw

50’

nee

5%

ERK B1

pw

120’

ja

25%

afname in lesuur Examenidioom + examentekst + 42 zinnen behorende bij zakelijke brief schakelweek 2 zakelijke brief + persoonlijke e-mail

ERK B2

lt

60’

nee

25%

Cito luistertoets (18-01-2016)

pw

60’

nee

5%

schakelweek 3

pw

50’

nee

5%

afname in lesuur examenidioom + examentekst + gespreksidioom

md

30’

nee

20%

tentamenweek 4 In tweetallen gesprek over: Tekst – pro/contra discussie – 2 boeken + algemene vragen

1. Literatuur A

Periode 2 732

2. Taalondersteunende toets A

733

3. Schrijfvaardigheid

Periode 3 734

4. Luistervaardigheid

735

5. Literatuur B

Periode 4 736

6. Taalondersteunende toets B

737

7. Gespreks- en spreekvaardigheid

ERK B2

totaal periodes 100% *

pw = proefwerk

lt = luistertoets

md = mondeling

**

ERK = Europees Referentiekader, Europese standaard voor de moderne vreemde talen

Pagina 21 van 35


Economie code


Toetsvorm*

Duur

Herkansbaar

Gewicht %

Opmerkingen


0%


25%

Periode 1 731

1. Werk en Inkomen

pw

120’

ja

15%

schakelweek 1 Werk en Inkomen Globalisering Hfdstk 1

pw

120’

ja

15%

schakelweek 2 Markten en Welvaart De Nederlandse Economie Hfdstk 2 Globalisering Hfdstk 2

pw

120’

ja

20%

schakelweek 3 Waarde van de Munt De Nederlandse Economie Hfdstk 1-3-4 Globalisering Hfdstk 3

pw

150’

nee

25%

tentamenweek 4 Waarde van de munt De Nederlandse Economie Werk en Inkomen Markten en Welvaart Globalisering

Periode 2 732

2. Markten en Welvaart

Periode 3 733

3. Waarde van de Munt

Periode 4 734

4. Overzichtstoets


pw = proefwerk

Pagina 22 van 35


Engels code


ERK niveau **

Toetsvorm*

Duur

Herkansbaar

Gewicht %

Opmerkingen


0%


0%

Periode 1 731 732

1.1 Taalvaardigheid / Tekstbegrip 1 2. Leesvaardigheid

B2/C1

pw

50’

ja

10%

tjidens de les

B2/C1

pw

150'

ja

20%

schakelweek 1

B2/C1

pw

60’

nee

20%

Essay Writing schakelweek 2

Periode 2 733

3. Literatuur roman

Periode 3 734


B2

lt

60’

ja

20%

Cito Kijk- en Luistertoets

735

5. Spreekvaardigheid / Gespreksvaardigheid*

B2

md

25’

nee

20%

Discussie / debat / gesprek (start in periode 2)

B2/C1

pw

50'

nee

10%

tentamenweek 4

Periode 4 736

1.2. Taalvaardigheid / Tekstbegrip 2


pw = proefwerk

lt = luistertoets

md = mondeling

**

ERK = Europees Referentiekader, Europese standaard voor de moderne vreemde talen

Pagina 23 van 35


Frans code


ERK niveau **

Toetsvorm*

Duur

Herkansbaar

Gewicht %

Opmerkingen


0%


10%

Periode 1 731

1.1 Taalvaardigheid deel 1

pw

732

2. Literatuur 1

md

50’

nee

2%

schakelweek 1

5%

Periode 2 733


734

3. Schrijfvaardigheid

ERK B1+

pw

50’

nee

3%

tijdens de les

pw

100’

ja

20%

schakelweek 2 Een samenhangende brief met een zakelijk karakter.

pw md

50’

nee

2% 5%

tijdens de les

lt

100’

nee

25%

md pr

20’ 10'

nee

25%

luistertoets 20 januari 2016 Het kunnen volgen van complex Frans over redelijk vertrouwde onderwerpen en het nieuws. gespreksvaardigheid: SW3 in groepen. spreekvaardigheid: tijdens de les spreken en een presentatie houden over gelezen boeken tijdens KWT

pw

50’

nee

3%

tijdens de les

Periode 3 735 736

1.3 Taalvaardigheid deel 3 4. Literatuur 2

737


ERK B 2

738

6. Gespreksvaardigheid en spreekvaardigheid

ERK B1+

Periode 4 739



*

pw = proefwerk

pr = presentatie

lt = luistertoets

md = mondeling

**

ERK = Europees Referentiekader, Europese standaard voor de moderne vreemde talen.

Pagina 24 van 35


Geschiedenis code


Toetsvorm*

Duur

Herkansbaar

Gewicht %

Opmerkingen


15%


35%

Periode 1 731

1. HC Duitsland 1871-1945

pw

90’

nee

10%

schakelweek 1 HC Duitsland 1871-1945

pw

90’

ja

10%

schakelweek 2 HC Koude oorlog 1945-1991

pw

180’

nee

30%

tentamenweek 4 Tien Tijdvakken en vier historische contexten

Periode 2 732

2. HC Koude oorlog 1945-1991

Periode 3 Periode 4 733

3. Gehele examenstof


pw = proefwerk

Pagina 25 van 35


Informatica code


Toetsvorm*

Duur

Herkansbaar

Gewicht %

Opmerkingen


30%

Periode 1 Periode 2 731

1. Toets Hoofdstuk 10 en 11

pw

2 x 50’

ja

18%

tijdens de les

nee

10%

individueel studielast ± 10 uur

nee

18%

tentamenweek 4

nee

24%

studielast ± 35 uur project start in januari en loopt tot en met april

Periode 3 732

po 1. Bouwen Database

po

Periode 4 733

2. Toets Hoofdstuk 13 en 14

pw

734

po 2. Examenproject

po / go

60’


pw = proefwerk


go = groepsopdracht

Pagina 26 van 35


Kunstvak code


Toetsvorm*

Duur

Herkansbaar

Gewicht %

Opmerkingen


0%


20%

Periode 1 731

p1. Foto-opdracht

pb

nee

20%

proces en eindwerk Foto-opdracht ter voorbereiding op het CPE

ja

20%

schakelweek 2 Thema CSE, H1 en H2

nee

20%

proces en eindwerk Gedicht-opdracht ter voorbereiding op het CPE

nee

20%

Schakelweek 3 Thema CSE, H1 t/m H4 met de nadruk op 3 & 4

Periode 2 732

1. KG/KB voorbereiding CSE deel 1

pw

733

p2. Gedicht-opdracht

pb

100’

Periode 3 734

2. KG/KB voorbereiding CSE deel 2

pw

100’

Periode 4 totaal periodes 100% *

pw = proefwerk

Opmerking:

pb = praktisch/beeldend werk

Het schoolexamencijfer (SE) is het gewogen gemiddelde van bovenstaande toetsen, afgerond op één decimaal. Het Centraal Examen (CE) bestaat voor tekenen uit twee onderdelen die even zwaar meetellen:  Centraal Praktisch Examen (CPE): start in januari, tijdens de tekenlessen, wordt beoordeeld door de docente en een gecommitteerde, cijfer in één decimaal  Centraal Schriftelijk Examen (CSE): in mei, over kunstgeschiedenis en kunstbeschouwing, cijfer in één decimaal. CE = (CPE + CSE)/2

afgerond op één decimaal

eindcijfer = (SE + CE)/2

afgerond op een geheel getal

Pagina 27 van 35


Lichamelijke opvoeding  



Aantal studielasturen: 20 In atheneum 6 zullen in periode 1, indien het budget dit toelaat, alleen activiteiten buiten de school worden aangeboden. Daarbij moet dan gedacht worden aan enige keuzemogelijkheden; in atheneum 5 heeft de kennismaking plaatsgevonden, waarbij alle leerlingen deelnemen aan alle activiteiten. In atheneum 6 kunnen leerlingen, indien mogelijk een keuze maken uit diverse activiteiten. Eventuele keuzes zijn: 1. Fitness 2. Kickboksen 3. Spinning 4. Tae Bo / Streetdance 5. Samenwerking 6. Zwemmen Bij doubleren in atheneum 6 dient het gehele programma opnieuw te worden gevolgd en voldoende of goed te worden afgesloten.

code


780

Eindbeoordeling lichamelijke opvoeding

Toetsvorm*

Duur

Herkansbaar

Gewicht

Opmerkingen

Om te kunnen slagen moet de beoordeling G of V zijn.

Pagina 28 van 35


Management & Organisatie code


Toetsvorm*

Duur

Herkansbaar

Gewicht %

Opmerkingen


10%

Periode 1 731

1. Industriële onderneming

pw

120’

ja

20%

schakelweek 1 H26 t/m H31 H31 KWT-stof ZS

pw

120’

ja

20%

schakelweek 2 H32, 38, 39, 40 en 41** H38 KWT-stof ZS

90’

nee

20%

schakelweek 3 H42 t/m H44

nee

10%

inleverdatum wordt bij uitdelen PO bekend gemaakt

nee

20%

tentamenweek 4 Examentraining over totale stof M&O

Periode 2 732

2. Uitvoering van beleid

Periode 3 733

3. Informatievoorziening en evaluatie

pw

734

4. Praktische opdracht

po

Periode 4 735

5. Examenvraagstukken

pw

150’


* **

pw = proefwerk po = praktische opdracht uitbreiding met herhalingsstof

Pagina 29 van 35


Natuurkunde code


Toetsvorm*

Duur

Herkansbaar

Gewicht %

Opmerkingen

Cijfers uit voorexamenklassen Het jaarcijfer atheneum 4 telt niet mee voor het schoolexamen Het jaarcijfer atheneum 5 (op 1 decimaal) telt mee voor het schoolexamen voor In atheneum 5 zijn twee keuzeonderwerpen behandeld en getoetst: Kern- en deeltjesprocessen (SE keuze) en Biofysica (SE keuze).

0%

30%

Periode 1 731

1. Gravitatie en Astrofysica

pw

120’

nee

10%

schakelweek 1 H17 Gravitatie H18 Astrofysica

100’

nee

10%

nee

5%

In periode 2, twee aangesloten lesuren H1 H2 H4 H6 H7 Mechanica en Energie Praktische keuzeopdracht In duo’s uit te voeren

Periode 2 732

2. Mechanica en Energie

pw

733

po 1 Praktische opdracht

po

734

po 2 Practicum

pr

180’

nee

5%

schakelweek 2 Praktische opdrachten In duo’s uit te voeren

pw

120’

ja

20%

schakelweek 3 H13 Straling H19 Quantumwereld H21 Natuurwetten en modellen

pw

120’

nee

20%

tentamenweek 4 H1 H2 H4 H5 H6 H7 Mechanica en Energie H3 Elektriciteit H8 H9 Trillingen en Golven H17 H18 Gravitatie en Astrofysica

Periode 3 735

3. Straling, Quantumwereld, Natuurwetten en modellen

Periode 4 736

4. Overzichtstoets


pw = proefwerk


pr = practicum

Pagina 30 van 35


Nederlands code


Toetsvorm*

Duur

Herkansbaar

Gewicht (%)

Opmerkingen


0%


0%

Periode 1 731 732

pw

50’

ja

15%

tijdens de les

pw

120’

ja

7%

schakelweek 1

3. Presentaties literatuur

md

7’

nee

+ Literatuurgeschiedenis 1945 – heden en LD 10

pw

60’

ja

15%

schakelweek 2

md

60’

nee

10%

schakelweek 3 Mondeling groepstentamen over het hele leesdossier A4, A5, A6***

25%

1. Schrijfvaardigheid: basisvaardigheden 2. Tekstbegrip

Periode 2 733

tijdens de les

Periode 3 734

4. Leeskringgesprek over LD 11, 12 en leesdossier**

Periode 4 735

5. Discussie

md

50’

nee

736

6. Tekstbegrip

pw

50’

nee

3%

tijdens de les De leerling bereidt een groepsdiscussie voor a.d.h.v. een documentatiemap.**** tijdens de les

737

7. Schrijfvaardigheid: betoog

pw

120’

nee

25%

tentamenweek 4


*

pw = proefwerk

**

Het leesdossier bestaat uit alle boeken en gedichten die gelezen zijn in A4, A5 en A6. Daarnaast komt de literatuurgeschiedenis die in A4, A5 en A6 behandeld is aan de orde in het leeskringgesprek.

***

Een voldoende afgetekend leesdossier is voorwaarde voor deelname aan pta 4. Bij niet gehaalde planning is de regeling in artikel 12 uit deel 1 van dit programma van toetsing en afsluiting van toepassing.

****

De documentatiemap wordt beoordeeld. De beoordeling is onderdeel van het cijfer. Bij het niet op tijd inleveren van de documentatiemap is uitsluiting van pta 5 Discussie mogelijk.

md = mondeling

Pagina 31 van 35


Scheikunde code


Toetsvorm*

Duur

Herkansbaar

Gewicht (%)

Opmerkingen


0%


30%

Periode 1 731

1. Microstructuren en materialen

pw

100’

ja

20%

schakelweek 1 Nova 4 vwo: H1, H3 Nova 5 vwo: H8 Nova 6 vwo: H11

pw

100’

ja

20%

schakelweek 2 Nova 4 vwo: H5 Nova 5 vwo: H6, H9 Nova 6 vwo: H12

po / pr

180’

nee

10%

schakelweek 3 individueel uitgevoerd practicum

pw

100’

nee

20%

tentamenweek 4 Nova 4 vwo: H2, H4 Nova 5 vwo: H7, H10 Nova 6 vwo: H13, H14

Periode 2 732

2. Zuren, basen, redox en analytische chemie

Periode 3 733

po. Praktisch schoolonderzoek

Periode 4 734

3. Chemie van het leven en Groenere chemische industrie

totaal periodes *

pw = proefwerk


100% pr = practicum

Pagina 32 van 35


Wiskunde A code


Toetsvorm*

Duur

Herkansbaar

Gewicht %

Opmerkingen


0%


20%

Periode 1 731

1. Algebraïsche vaardigheden

pw

100’

ja

20%

schakelweek 1 Hoofdstuk 12 van G&R deel 3

pw

100’

ja

20%

schakelweek 2 Hoofdstuk 13 van G&R deel 4 Hoofdstuk 15 van G&R deel 4

pw

100’

20%

schakelweek 3 De samenvatting en diagnostische toets van hoofdstuk 10 Hoofdstuk 14 G&R deel 4

pw

100’

20%

tentamenweek 4 Opgaven uit eerdere CE’s

Periode 2 732

2. Statistiek

Periode 3 733

3. Differentiaalrekening

ja

Periode 4 734

4. Examentraining

*

pw = proefwerk

nee


Pagina 33 van 35


Wiskunde B code


Toetsvorm*

Duur

Herkansbaar

Gewicht %

Opmerkingen


0%


20%

Periode 1 731

1. Goniometrische functies

pw

120’

ja

25%

schakelweek 1 G&R Boek VWO B deel 4: hoofdstuk 12 G&R hoofdstuk 6 Deel 2. Via de leerlingen kit van het boek

pw

120’

ja**

15%

schakelweek 2 G&R Boek VWO B deel 4: hoofdstuk 13 G&R hoofdstuk 8 deel 2

pw

120’

ja**

25%

schakelweek 3 G&R VWO B deel 4: hoofdstuk 14 G&R hoofdstuk 10 Deel 3

pw

120’

nee

15%

tentamenweek 4 examentraining van hoofdstuk 15. Oefening eindexamens mbv de examen sites

Periode 2 732

2. Bewijzen in de meetkunde

Periode 3 733

3. Afgeleiden en primitieven

Periode 4 734

4. Examentraining wiskunde B

totaal periodes 100% *pw = proefwerk

Pagina 34 van 35


Wiskunde C code


Toetsvorm*

Duur

Herkansbaar

Gewicht %

Opmerkingen


0%


20%

Periode 1 731

1. Algebraïsche vaardigheden, Formules en grafieken

pw

100’

ja

20%

schakelweek 1 uit Getal en Ruimte deel 3: hoofdstuk 10 deel 4: hoofdstuk 13

pw

100’

ja

20%

schakelweek 2 uit Getal en Ruimte deel 3: hoofdstuk 11 deel 4: hoofdstuk 14

pw

100’

ja

20%

schakelweek 3 uit Getal en Ruimte deel 4: hoofdstuk 15

pw

100’

nee

20%

tentamenweek 4 Opgaven uit eerdere CE’s

Periode 2 732

2. Kansverdelingen en mathematische statistiek

Periode 3 733

3. Examentraining

Periode 4 734

4. Alle CE-domeinen


pw = proefwerk

Pagina 35 van 35

programma van toetsing en afsluiting atheneum-6

Recommend Documents