Plastische chirurgie
Borstverkleining Geneesmiddelengebruik Wanneer u met bloedverdunnende middelen wordt behandeld zoals acenocoumarol (Sintrom) moet u hiermee 3 dagen voor de opname stoppen. Fenprocoumon (Marcoumar) moet 7 dagen voor de opname gestaakt worden. Ook een bloedverdunnende werking hebben acetylsalicylzuur of soortgelijke middelen (bijv. Aspirine, Ascal, Sinaspril, Saridon, APC etc.) Deze medicijnen moeten ook 7 dagen voor de opname gestaakt worden. U krijgt hierover ook van de afdeling Opname bericht. Gebruikt u andere geneesmiddelen waarover u twijfelt of het gebruik kan doorgaan rondom de operatie, overlegt u dit dan met uw arts.
Insuline gebruik Als u insuline gebruikt en ’s morgens nuchter moet komen, mag u voor de operatie geen insuline spuiten. Overleg dit tijdig voor de operatie met uw behandelend arts.
Zwangerschap Als u zwanger bent of de kans op een zwangerschap bestaat, geef dit dan aan bij de arts, deze zal overwegen of de operatie wel of niet door zal gaan. Ook is het verstandig om in het eerste jaar na de operatie niet zwanger te worden, zodat de borsten goed kunnen herstellen en de littekens volledig kunnen genezen.
Algemeen De plastisch chirurg heeft met u afgesproken dat er een borstverkleining gaat plaatsvinden. In deze folder krijgt u informatie over de voorbereiding, de operatie en de leefregels na de operatie.
104891 15042008
1
U kunt in deze folder de informatie die u hebt gekregen van uw arts nog eens rustig thuis doorlezen.
Mamma-reductie De operatie die u ondergaat heet een borstverkleining ofwel mammareductie. Mamma-reductie houdt in dat een deel van de huid, het vet onder die huid en een deel van het klierweefsel wordt weggenomen. De tepel wordt meestal samen met een deel van de borstklier naar boven verplaatst. De littekens, die altijd zichtbaar blijven, ontstaan dan als volgt: als een cirkel rondom de tepel, vanaf de tepel naar beneden tot de plooi onder de borst en tenslotte in de meeste gevallen een litteken in de huidplooi onder de borst. Het gevoel in de tepel kan na de operatie verminderd of zelfs geheel verdwenen zijn. Vaak komt het gevoel wel weer terug, maar niet altijd volledig. Of u na de borstverkleining nog borstvoeding kunt geven is onzeker en in ieder geval niet vooraf te zeggen. Bij iedere patiënt zal dit anders zijn. Als u zich ongerust maakt, bespreek dit dan met uw specialist. Het model van de borst zal in de maanden na de operatie nog enigszins veranderen. Pas na 4 tot 6 maanden is de uiteindelijke vorm bereikt. De opnameduur is 2 dagen. Bij een mamma-reductie gaat u onder algehele narcose. De operatie duurt gemiddeld twee uur.
Hoe bereidt u zich voor U wordt op de dag van de operatie opgenomen en moet u nuchter naar het ziekenhuis komen. Dit wil zeggen dat u na middernacht niet meer mag eten en drinken. Op de afgesproken dag meldt u zich bij de afdeling opname, waar u wordt ingeschreven. Eén van de vrijwilligers brengt u naar de afdeling. De verpleegkundige die u op de afdeling ontvangt, zal u enkele vragen stellen die betrekking hebben op de ziekenhuisopname. Ook zal de verpleegkundige vragen of u nog vragen heeft over deze informatiefolder. Met de verpleegkundige van de afdeling kunt u overleggen hoe laat uw partner/familie kan bellen voor verdere informatie.
2
De dag van de operatie Wij vragen u thuis uw oksels te scheren. Gedurende de opname krijgt u één keer per dag een injectie (fraxiparine) in de buikwand of het bovenbeen toegediend. Dit is ter voorkoming van trombose. De arts tekent op de afdeling of op de operatiekamer de borsten af, deze tekening wordt tijdens de operatie als patroon gehanteerd. Het is niet toegestaan om voor de operatie deodorant te gebruiken. Een uur à drie kwartier voor de operatie krijgt u een operatiejas en -onderbroek aan. Hierna krijgt u een tablet waar u rustig en ontspannen van wordt. Alle sieraden, make-up, nagellak van handen en voeten, evt. bril, lenzen, gehoorapparaat en gebitsprothesen af/-uitdoen. Na de operatie blijft u een poosje op de uitslaapkamer. Als uw bloeddruk goed is en u goed wakker bent uit de narcose, gaat u weer terug naar de afdeling. Na de operatie rusten uw armen op kussens en onder de knieën ligt een kussen. Dit is om de borsten zoveel mogelijk te ontlasten. Dit hoeft u thuis niet meer te doen. Uw borsten zijn na de operatie bedekt met gaascompressen. U heeft aan de linker en rechterborst drains, om het overtollige bloed en/of wondvocht weg te halen. Tevens heeft u een infuus in de arm voor de toediening van vocht. Het is mogelijk dat u zich na de operatie misselijk voelt en/of moet braken. Ditzelfde geldt ook voor de pijn. Heeft u na de operatie pijn of bent u misselijk, geeft u dit dan aan bij de verantwoordelijke verpleegkundige. Zij zal u hiertegen wat geven. Het is mogelijk dat u op de operatiedag drie maal een antibioticum krijgt. Dit bepaalt de arts na de operatie. De verpleegkundige zal regelmatig na de operatie naar u komen kijken, controleert dan de borsten, de tepels, de drains, het infuus. In principe mag u na een mamma-reductie weer gewoon alles eten.
De eerste dag na de operatie Het verband en de drains gaan in overleg met de arts in principe de ochtend na de operatie eraf/eruit. Vanaf vandaag moet u uw BH weer gaan dragen.
3
Dit moet een naadloze sport-BH zijn, zonder beugels of baleinen en het liefst met een sluiting aan de voorkant. De maat van uw BH blijft hetzelfde alleen de cupmaat is kleiner geworden. Deze maat heeft u voor de operatie met de chirurg besproken op de polikliniek. Wij vragen u bij uw opname alvast een sport-BH mee te nemen. U moet gedurende 6 weken na de operatie, ter ondersteuning, dag en nacht een sport-BH dragen. Afhankelijk van het bloedgehalte, dat ’s morgens wordt geprikt, gaat het infuus er in de loop van de dag uit. U mag de eerste dag na de operatie rustig gaan mobiliseren. De arts bespreekt tijdens de visite wanneer u naar huis mag en wanneer u op controle moet komen.
De tweede dag na de operatie U mag nu weer gaan douchen. Na de operatie hebt u hechtstrips. De hechtstrips vallen er in principe vanzelf af of worden tijdens de poliklinische controle verwijderd. De wonden bij de borsten zijn gehecht met oplosbare en niet oplosbare hechtingen. Mits de arts anders beslist, kunt u op deze dag naar huis.
Complicaties Hoewel deze operatie ingrijpend van aard is, doen zich gelukkig zelden ernstige complicaties voor, zoals nabloedingen of infecties. Wel kan het voorkomen dat de wond langzamer geneest dan werd verwacht. Hierdoor kan het litteken hier en daar uiteindelijk breder worden.
Complicaties kunnen zijn: -
haematomen (bloeduitstortingen) nabloeding (zeldzaam) infectie tepelnecrose (necrose betekent het plaatselijk afsterven van weefsel) - wondgenezingsstoornissen
4
Herstel Zoals bij de meeste operaties is het niet te voorspellen hoe de littekens er uiteindelijk uitzien. In het begin kunnen ze vrij dik, rood en gevoelig zijn. Na verloop van maanden neemt de gevoeligheid af en worden de littekens bleker en minder dik. De herstelperiode na de operatie duurt enkele weken. Wanneer u thuis kleine kinderen te verzorgen heeft is het aan te bevelen dat er hulp aanwezig is. Dit geldt zeker voor de eerste week na uw thuiskomst. Vanzelfsprekend kunt u in die periode ook nog niet werken. Het is verstandig de eerste vier weken na de operatie geen zwaar (huishoudelijk) werk te verrichten, kinderen of zware voorwerpen te tillen. Ook moet u in deze periode grote bewegingen met de bovenarmen vermijden.
Samengevat: - - - -
u mag de eerste 4 tot 6 weken niet zwaar tillen u mag 4 tot 6 weken alleen licht huishoudelijk werk doen u mag de eerste 4 tot 6 weken niet sporten u mag 6 weken lang niet op de armen steunen of u eraan optrekken - u mag in principe gelijk weer onder de zonnebank of in de zon. U moet daarbij wel de eerste 4 tot 6 maanden de borsten afdekken. Dit in verband met de gevoeligheid van de littekens. Op de eerst volgende controle, na de operatie, kunt u bespreken wanneer u uw werk kunt hervatten. Als u nog naar school gaat kunt u naar eigen inzicht bepalen wanneer u daar weer naartoe wilt gaan.
Bij ontslag krijgt u het volgende mee: - Een controle afspraak bij de behandelend arts wordt thuisgestuurd - Een brief voor de huisarts krijgt u mee (wilt u deze brief afgeven?) - Eventueel een recept voor pijnstillers, zoals paracetamol, voltaren of naprosyne.
5
U moet contact opnemen met het ziekenhuis: - Bij sterke pijnklachten - Bij ontstekingen - Bij ernstige ongerustheid U kunt dan van maandagochtend 07.00 uur tot vrijdagavond 22.00 uur contact opnemen met afdeling A3K.
Hebt u nog vragen? Mocht u na het lezen van deze folder nog vragen hebben, dan kunt u ze bij uw opname stellen aan de verpleegkundige.
Afdeling A3K Tel. (0344) 67 45 77
Poli plastische chirurgie Tel. (0344) 67 40 41 Wilt u zo vriendelijk zijn deze folder mee te nemen bij uw opname.
6
Ruimte voor aantekeningen
7
Ziekenhuis Rivierenland Tiel Pres. Kennedylaan 1 4002 WP Tiel Postbus 6024 4000 HA Tiel Tel. (0344) 67 49 11 Fax (0344) 67 44 19 Internetsite: www.zrt.nl