Plannersboekje Periode 2 3 Havo
1
Inhoudsopgave Nederlands……………………………………………………………………………………………………………………….….3 Engels…………………………………………………………………………………………………………………………….…….5 Frans………………………………………………………………………………………………………………………………….…7 Natuurkunde……………………………………………………………………………………………………………………….10 Scheikunde……………………………………………………………………………………………………………………….…13 Aardrijskunde………………………………………………………………………………………………………………………16 Economie…………………………………………………………………………………………………………………………….18 Wiskunde………………………………………………………………………………………………………………………….…22 Lichamelijke opvoeding………………………………………………………………………………………………….……24
-
2
Nederlands
Periode 2
Hoofdstuk 1: Cultuur en maatschappij – alleen paragraaf grammatica Hoofdstuk 2: Economie en maatschappij Hoofdstuk 3: Natuur en gezondheid Hoofdstuk 4: Natuur en techniek – alleen paragraaf Lezen Leerdoelen (hoofdstuk 2, 3 en 4) Extra wekelijks schrijfopdrachten. Extra wekelijks nrc- next artikelen met stencil in je mapje, aftekening vindt wekelijks plaats. Wekelijks woordenschat ppt, aftekening vindt plaats. JE KENT/WEET: 1. Lezen: Vaste tekststructuren herkennen 2. Spreken/Kijken/Luisteren: Luistermanieren, rondleiding, journalistiek interview 3. Schrijven: Inleiding en slot, voorbeelden geven, publiekgericht schrijven en duidelijke taal 4. Woordenschat: beeldspraak: metoniemen, vergelijking, metafoor en personificatie 5. Grammatica: werkwoordelijk gezegde met wederkerende werkwoorden, werkwoordelijke uitdrukkingen, wederkerend en wederkerig voornaamwoord, zinsdelen, zelfstandig werkwoord, hulpwerkwoord en koppelwerkwoord in samengestelde zinnen 6. Spelling: met of zonder –n? en cijfers en getallen
X
JE KUNT: 7. Lezen: vaste tekststructuren in een tekst herkennen 8. Spreken/Kijken/Luisteren: Je kunt een rondleiding geven en een journalistiek interview houden 9. Schrijven: teksten schrijven met een duidelijke inleiding en slot, voorbeelden in je tekst geven, schrijven voor het juiste publiek en je kunt duidelijke taal gebruiken als je schrijft. 10. Woordenschat: je kunt verschillende vormen van beeldspraak herkennen en ze zelf gebruiken. 11. Grammatica: je kunt zinnen ontleden aan de hand van de geleerde theorie 12. Spelling: je kunt de geleerde spellingsregels over de tussen-n en getallen toepassen
X
TOETS OF OPDRACHT Toets hoofdstuk 2: s/k/l, schrijven, woordenschat en spelling Toets grammatica hoofdstuk 1 en 2 Toets lezen hoofdstuk 1 tot en met 3 (toetsweek) Boekverslag 1
DATUM Week 47
WEGING 1
Week 50 Week 04 Week 48
1 4 2
3
17 november
M-CIJFER
H-CIJFER
Nederlands klas 3 havo periode 2 WEEK 46
INHOUD
IN DE LES
Hoofdstuk 2: woordenschat en s/k/l
Nakijken Woordenschat opdracht 1 tot en met 5
Hoofdstuk 2: s/k/l en spelling
Afronden opdracht 2 van s/k/l
Opdracht 1 en 2 maken van s/k/l
Maken van spelling: 1 tot en met 6 Hoofdstuk 2
Voorbereiden van de toets over hoofdstuk 2: op Schoolwise
Toets
Toets over hoofdstuk 2: s/k/l, schrijven, woordenschat en spelling
Hoofdstuk 1: grammatica
Maken opdracht 1 tot en met 4
Hoofdstuk 1: grammatica
Maken opdracht 5 tot en met 7
Hoofdstuk 2: grammatica
Maken opdracht 1 tot en met 4
Hoofdstuk 2: grammatica
Maken opdracht 5 tot en met 9
Oefenen grammatica h1 en h2
Extra opdracht schrijven!
Toets grammatica h1 en h2
Toets grammatica
Hoofdstuk 3: Lezen
Maken opdracht 1 tot en met 3
Hoofdstuk 3: Lezen
Extra opdracht schrijven
2
Boekverslag 2 Boekverslag 2
In de les werk je aan je tweede boekverslag In de les werk je aan je tweede boekverslag
3
Oefenen voor de toetsweek
Oefentekst met vragen maken
TOETSWEEK
Toets lezen hoofdstuk 1 tot en met 3
TOETSWEEK
Toets lezen hoofdstuk 1 tot en met 3
LET OP!
Inleveren:
47
48
49
50
51
4
Boekverslag (17 november 2013) en Schoolwise laten zien
4
Year 3 Havo English
Periode 2
Chapter 3 Who dares? Chapter 4 Tall tales 1) Always bring your reading book with you! 2) Exercise book (schrift) – for taking notes 3)All unfinished assignment(s) in the class is Homework Leerdoelen JE KENT/WEET: 1. Je kent woorden waarmee je vertelt over gewoontes 2. Je kent uitdrukkingen waarmee je spijt betuigt 3. Je kent uitdrukkingen waarmee je iemand waarschuwt 4. Je kent uitdrukkingen waarmee je vertelt of je iets wel of niet kunt 5. Je weet wat meer over afwijkende meervoudsvormen in het Engels 6. Je weet wat meer over James Cook, een bekende ontdekkingsreiziger 7. Je weet wat de juiste woordvolgorde is in Engelse zinnen 8. Je weet hoe en wanneer je should(n’t) en should(n’t) have gebruikt 9. Je weet hoe je de passive kunt herkennen 10. Je weet hoe en wanneer je can, could en to be able to gebruikt 11. Je kent woorden die te maken hebben met boeken, films en verhalen 12. Je kent woorden waarmee je iets kunt aan-of afraden 13. Je ken woorden waarmee je je mening kunt geven 14. Je kent woorden waarmee je kunt aangeven wat iemand anders heeft gezegd 15. Je weet wat onomatopoeia zijn 16. Je weet wat meer pver Elizabethan toneel 17. Je weet hoe en wanneer je what en which gebruikt 18. Je weet hoe en wanneer je de past perfect gebruikt 19. Je weet hoe en wanneer je indirect speech gebruikt JE KUNT: 20. Je kunt praten over gewoontes 21. Je kunt zeggen dat je ergens spijt van hebt 22. Je kunt iemand waarschuwen 23. Je kunt zeggen of je iets wel of niet kunt 24. Je kunt kort en eenvoudig een gebeurtenis of ervaring beschrijven (ERK A2) 25. Je kunt de informatie die je belangrijk vindt, duidelijk opschrijven (ERK A2) en/of 26. Je kunt persoonlijke standpunten, commentaar en meningen geven (ERK A2) 27. Je kunt eenvoudige, gedetailleerde beschrijvingen geven van bekende onderwerpen (B1) 28. Je kunt vragen stellen en beantwoorden over boeken en films 29. Je kunt iemand iets aan-of afraden 30. Je kunt zeggen watiemand anders heeft gezegd
5
X
X
WEEK 46
LES
1 2
47
3 4
48
5
VAKINHOUD Start chapter 3. Study Voca A Listening Pronunciation & Spelling Reading C. Listening en and writing D Study Voca C & D Reading Countries & Culture Listening E. Reading F Reading F. Study Voca F & G Grammar Wordorder/should/shouldn’t Study all Voca chapter 3 Reading, Watching & Listening BBC
6 49
50
51
7
Study all Voca + grammar chapter 3
8
Start chapter 4. Listening Pronunciation & Spelling. Study Voca A Reading C Listening and writing D Study Voca C + D Reading Countries & Culture Grammar What/Which Past Perfect Listening E Reading F. Listening G Reading, Watching & Listening BBC Christmas spirit
52/53
IN DE LES Opdracht A + B Ex. 1 t/m 5 Opdracht C Ex. 6 t/m 8 Stone 9 + 10 ex. 9 t/m 13 Exercise 14 + 15 Ex. 16 t/m 19 Ex 23 t/m 25 Ex. 1 +2 Read your novel – Finish Grammar 1, ex. 13, C&C, ex. 19-27 Grammar Rehearse. Grammar 2 + ex. 28-33 Test yourself SO Voca A t/m G en Stones ch. 3 Opdracht A + B Ex. 1 t/m 9 p. 94 t/m 97 Oefenen I-clips PO: Your own novel + Hand in report/assignment. 10 t/m 12 Stone 13/ 14 ex. 13 t/m 16 Ex. 17/18 Ex. 1/2A/2B Ex. 19/20/21 Ex. 29 t/m 31 Stone 15 en16 ex. 32 t/m 34B Voca F en G Test yourself
CHRISTMASBREAK
01
Reading, Watching & Listening BBC
Watching & Listening Presentation
02
Watching & Listening Revision Grammar chapter 3 and 4 Watching & Listening Presentation
Toets Luistervaardigheid Revision Grammar chapter 3 and 4 Watching & Listening Presentation
03
Test week 20 – 26 January 2016
04
Project week
Study all voca and grammar chapter 3 &4 Project week
Project week
Project week
TOETS OF OPDRACHT SO voca + grammar ch. 3 PO: Literatuur / Book Luistervaardigheidstoets Period test ch. 3 en 4
WEEK/ DATUM
Wk 49 Wk 50 Wk 01 Wk 03/4 6
WEGING 1 1 2 4
H-CIJFER
Frans
Havo 3
Periode 2
Chapitre 3: Un pas vers l’avenir Chapitre 4: Jet set! Leerdoelen (chapitre 3 et 4) JE KENT/WEET: 31. De vervoeging van de imparfait (verleden tijd) 32. De vervoeging van het onregelmatige werkwoord lire (lezen) 33. De manier waarop je het lijdend voorwerp vervangt door een persoonlijk voornaamwoord 34. Woorden waarmee je je mening kunt geven 35. Verschillende manieren waarop je een zin met een vraagwoord vragend kunt maken 36. De vervoeging van het onregelmatige werkwoord partir (vertrekken) 37. De futur simple (toekomende tijd) 38. De namen van beroepen/ namen van schoolvakken 39. De vormen van het aanwijzend voornaamwoord 40. Woorden die met media te maken hebben 41. Verschillende werkwoorden vervoegen in verschillende tijden (toets) 42. JE KUNT: 43. Je kunt naar een gesprek , interview luisteren 44. Je kunt een tijdschriftartikel, korte krantenberichten, een internetpagina lezen 45. Je kunt vertellen over je favoriete muziek en artiest 46. Je kunt vertellen over school 47. Je kunt vertellen over vakken die je(niet) leuk vindt en waarom 48. Je menig over iets geven 49. Een gebeurtenis beschrijven 50. Vertellen over wat je later wilt worden 51. 52. 53. 54. 55.
7
X
X
LES
1
DATUM
Wk 47
VOOR DE LES Werkwoorden doornemen
IN DE LES Werkwoorden stencil uitdelen Laten invullen
2
3
Periodetoets bespreken
W k 48
Leren voca 3.1
Herhalen voca 3.1 en leren 3.2
4
Leren Phrases-clés E
5
Wk 49
Leren voc 3.3 Herhalen voca 3.1, 3.2 en Bron E
6
7
Wk 50
Introductie chapitre 3: un pas vers l‘avenir Inleiding 1,2 Bron A 3, 4 Bron B 5, 6 Bron C 7, 8, 9 nakijken Herhalen: een vraag stellen Bron D 10,11, 12, (Werkwoordenstencil invullen) Bron E 13, 14, 15 Bron F 16, 17 nakijken bron G (partir) 18 werkwoordenstencil invullen bron H 19, 20 bron I 21, 22 bron K: 24, 25, 26, 27 werkwoordenstencil invullen nakijken bron L: 28, 29, 30
Leren Voc 3.4, Bron K
la chanson 31, 32
Spreken oefenen
Hw. Froncofolies 33, 34, Lecture 35, 36
Tâche: stap 1 t/m 4 (inleveren in de map)
Nakijken
D-toets maken
Luistertoets (x2) Bespreken D-toets Starten : Chapitre 4 Jet Set
9
10
Inleiding 1,2 Bron A 3, 4 Bron B 5, 6 Bron C7, 8, 9 Bez.v.n.w 10 nakijken
Leren voca 4.1 en 4.2
8
W k 51
Leren Phrases-clés Leren voca 4.1 t/m 4.4
Hw. Froncofolies: 32, 33, Lecture 34 maken
8
bron D 11, 12 Bron E 13,14, 15 Bron F 16,17 Bron G 18 bron H: 19, 20 nakijken bron K (le passé composé): 24, 25, 26, 27 werkwoorden stencil invullen bron L: 28, 29 la chanson 30, 31
11
Tâche: stap 1 t/m 4 inleveren
alles nakijken
D-toets maken
Bespreken D-toets Oefentoets maken en bespreken
12
Werkwoorden leren voor de toets
Werkwoordentoets (x3)
13
Presentatie / Spreken voorbereiden
Presentatie voorbereiden
14 Presentaties (x2)
15
Proeftoets maken en bespreken Alles herhalen
16
SE week
voorbereiding voor de periodetoets 2 Alles herhalen
Week 3/4 17 Wk 6
Toetsweek/SE-week Periodetoets bespreken
18
TOETS OF OPDRACHT Luistervaardigheid
DATUM Week50
WEGING 2
M-CIJFER
o Werkwoordentoets Presentatie/spreekvaardigheid Periodetoets (3, 4)
Week 2 Week 4 Week 3/4
9
3 2 4
v
H-CIJFER
g
o
v
g
Natuurkunde
Periode 2
Hoofdstuk 3 Elektriciteit Digitaal!: Systeemborden Salvo 8: Formules en evenredigheden Leerdoelen Hoofdstuk 3 Elektriciteit KENNISDOELEN 1. Ik kan uitleggen wat spanning , stroomsterkte en vermogen is. 2. Ik kan de richting van de stroom en van de elektronen aangeven. 3. Ik kan rekenen met vermogen, spanning en stroomsterkte met de bijbehorende eenheden. 4. Ik kan een voltmeter en ampèremeter gebruiken. 5. Ik weet wat weerstand is en kan rekenen met de formule U = I x R. 6. Ik kan met de “Wet van Ohm” werken. 7. Ik kan drie factoren noemen waar de weerstand van een draad afhangt. 8. Ik kan uitleggen hoe een regelbare weerstand werkt. 9. Ik kan het onderscheid maken tussen een parallel- en een serieschakeling . 10. Ik kan rekenen aan een serieschakeling (stroom, spanning, vervangingsweerstand, vermogen en energie) 11. Ik kan rekenen aan een parallel schakeling (stroom, spanning, vervangingsweerstand, vermogen en energie) 12. Ik weet hoe de spanning en stroom zich gedragen in een serie en parallel schakeling. 13. Ik kan uitleggen hoe een regelbare weerstand werkt en dat toepassen. 14. Ik weet hoe automatische systemen werken en kan dit in eigen woorden uitleggen. 15. Ik kan het verschil tussen een stuur- en een regelsysteem uitleggen. 16. Ik kan uitleggen wat we verstaan onder LDR, NTC-weerstand, sensorspanning, ijkdiagram, gevoeligheid en meetbereik. 17. Ik kan een schakeling van een sensor en van een relais tekenen. 18. Ik kan uitleggen waarom een sensor geijkt moet worden en hoe ik dit moet doen. 19. Ik kan rekenen aan een gecombineerde parallel en seriële schakeling 20. Ik kan eenvoudige automatische systemen ontwerpen en bouwen 21. Ik kan energieomzettingen in een blokschema aangeven 22. Ik kan berekeningen uitvoeren met energieverbruik (in kWh en J), vermogen en rendement. VAARDIGHEIDSDOELEN IK KAN... A. Formules omschrijven B. Volgens vaste stappen een som oplossen C. Rekenen met de formules R=U/I, P=UI, E=Pt, I=Q/t
X
X
Leerdoelen Digitaal! KENNISDOELEN 19. Je weet wat het verschil is tussen digitaal en analoog 20. Je weet wat spanning is en kunt de Voltmeter aansluiten en aflezen 21. Je kent verschillende sensoren 22. Je kent de verschillende functies van het systeembord en kunt verschillende digitale schakelingen maken 23. Je kunt voor een bepaalde functie een eigen digitale schakeling ontwerpen
10
X
Leerdoelen Formules en evenredigheden Salvo 8 KENNIS- EN VAARDIGHEIDSDOELEN 1. Je herkent een evenredig en omgekeerd evenredig verband 2. Je kunt bij evenredige en omgekeerd evenredige verbanden rekenen met verhoudingen 3. Je kunt een verband herkennen in een formule 4. Je weet wat de evenredigheidsconstante is TOETS OF OPDRACHT Alle opgegeven opdrachten af en nagekeken
DATUM
WEGING *
CIJFER V NV
Alle opdrachten van de site maken
*
V
NV
Alle uitgedeelde extra sommen af en nagekeken
*
V
NV
Periodeopdrachten 2*
0
V
NV
Verslag/PO Systeemborden
1
SO Elektriciteit
1
Toets H3 Elektriciteit
2
SO Salvo 8: formules en evenredigheden
(1)
* mogelijk niet, i.v.m. volle planning Periodetoets H3, systeemborden en Salvo 8
4
2
VAKNHOUD Bespreken van periodetoets 1 Start H3 Elektriciteit 3.1 Elektrische apparaten
3
3.2 Weerstand
4
7 8 9
SO elektriciteit 1 Vermogen en energie 3.3 Apparaten regelen (parallel en serie) 3.4 Sturen en regelen Practicum elektriciteit Afronding H3 Toets H3 Systeemborden
10
Systeemborden
11
Systeemborden
12
Salvo 8: Formules en evenredigheden
13
Salvo 8: Formules en evenredigheden
LES
1
5 6
DATUM
IN DE LES Bespreken periodetoets 1 Demo en uitleg over elektriciteit Opdrachten route1 of route 2 + Werkblad Opdrachten route 1 of route 2 + werkblad
11
Werkblad Opdrachten route 1 of route 2 Samenvatting par. 3.4 maken Practicum elektriciteit Oefentoets maken + samenvatting Hoofdstuk 1 *LD: 1, 2, 3 Hoofdstuk 2 *LD 4 Hoofdstuk 3 *LD: 5 H1 *LD: 1 Inleveren verslag systeemborden H2
X
14
Salvo 8: Formules en evenredigheden
15 16 18
SO Formules en evenredigheden Uitloop (start nieuw onderwerp) Uitloop (start nieuw onderwerp) Periodetoets 2
* Je maakt een keuze uit route 1 of route 2
12
*LD: 2, 3 H3 *LD: 4
Scheikunde
Havo3
Periode 2
Hoofdstuk 2 Voor de spiegel Hoofdstuk 3 Drop en ander snoep Leerdoelen KENNISDOELEN H2 56. Je bent in staat om weer te geven hoe een zeepdeeltje eruit ziet en de termen hydrofiel en hydrofoob eraan te koppelen.
X
57. Ik kan aangeven hoe zeep actief vel deeltjes kan verwijderen en kan daar de term micel aan koppelen 58. Je kan aangeven wat een emulsie is en kan voorbeelden noemen uit de dagelijkse praktijk. 59. Je weet wat E nummers zijn en kan deze herkennen op een etiket. 60. Je kan aangeven wat een suspensie is en hoe deze gescheiden kan worden door middel van filtratie bezinken of centrifugeren. 61. Je kan aangeven wat bedoeld wordt met de zuurgraad van een stof. Ik kan aangeven welke schaal daarvoor gebruikt wordt en hoe dit gemeten kan worden. 62. Je weet wat veiligheid pictogrammen zijn en kent de meest voorkomende. KENNISDOELEN H3 1. Je kan aangeven wanneer er sprake is van een chemische reactie en wanneer er sprake is van een verandering van fase. Van beide kun je voorbeelden geven.
X
2. Je kan een Reactieschema opstellen met behulp van woorden en toestand aanduidingen. 3. Je weet wat de wet van behoud van massa inhoud. Je kan de termenmassa verhouding daarmee koppelen en kan ermee rekenen. Je bent op de hoogte van de samenhang tussen opbrengsten en rendement. 4. Je kan van een chemisch proces een blokschema opstellen. 5. Je weet wat een reagens is en kan de stoffen noemen die water kunnen aantonen, koolstofdioxide kunnen aantonen, Eiwitten kunnen aantonen. BINAS 6. Ik kan in BINAS de eigenschappen van een stof opzoeken
X
ALGEMENE VAARDIGHEDEN 7. Ik ben in staat om een net verslag te maken van experimenten.
X
8. Ik kan samen met willekeurige mensen aan het werk zowel theoretisch als ook praktisch bij scheikunde. Ik doe mijn best om met verschillende mensen te kunnen samenwerken. 9. In mijn manier van werken heb ik oog voor veiligheid en diepgang. 10. Ik ben in staat een onderzoek te bedenken (zoals bij de eindopdracht) waarbij meerdere factoren met elkaar vergeleken moeten worden. Dat doe ik een goede samenspraak met anderen.
13
TOETS OF OPDRACHT Opdrachten H2+3 af en nagekeken
DATUM
WEGING *
Aantekeningen en practicumverslagen P2
*
Verslag willekeurig experiment
1
Eindopdracht Hoofdstuk 3
2
Tussentoets Elementen
1
Toets Hoofdstuk 2
3
Toets Hoofdstuk 3
3
CIJFER V NV V
NV
Jaarplanning PERIODE
AANTAL
VAKNHOUD
AFSLUITINGEN
LESSEN PER WEEK
1
1 (=9 lessen)
2
1 (= 9 lessen)
3
2 (=20 lessen)
4
2 (= 20 lessen)
LES
DATUM
1
Week 45
2
Week 46
3
Week 47 Week 48 Week 49
4 5
H1 Speuren naar de dader H2 Voor de spiegel
H2 Voor de spiegel + indeling stoffen +zouten H3 Drop en ander snoep+ Massa verhoudingen H4 Kleiner dan een korrel + Elementen TT extra oefening reactievergelijkingen H6 Aardappelen: Van snack tot plastic H7 Gezond aan tafel H8 Tanken in 2020
Tussentoets H1 Eindopdracht Mayo Toets H1 Verslag 1 Eindopdracht H3 Toets H3 Toets H2 en 3 Tussentoets reactievergelijking Verslag Toets H4 Toets H6
1 2
Verslag 1 Eindopdracht H8 Toets H7 Toets H8
1 2 3 3
3 1 2 2 3 1 1 3 3
VAKNHOUD IN DE LES Toetsweek week 44 2.3 Suspensie, filtreren en centrifugeren Technieken uitgelegd. Oefening scheidingstechnieken HW: Lezen 2.4 2.4 pH, neutraliseren en pictogrammen Demo pH Thuisopdracht pH (maak selfies) Extra Indeling stoffen +Zouten uitleg Extra A4tje +opdrachten Toepassing Activiteit 2D Shampo maken Scheikunde in beroepen HW: Lezen 3.1 3.1 Reactie en reactieschema Uitleg aan de hand van act 3c Salmiak HW: Lezen 3.2 + 3.3 Toets Hf 2
14
6
Week 50
7
Week 51
8
Week 1 Week 2
9
3.2 behoud van massa + Massa verhoudingen 3.3 Blokschema’s en opschakelen 3.4 Het aantonen van stoffen
HW: Lezen 3.4 A4tje massaverhoudingen + opdrachtjes Proef 29 en 30 (kalkwater en wit kopersulfaat) HW: eindopdracht kalk verwijderen
Eindopdracht p67 Toepassing Uitloop Toetsweek P2 week 3
15
Aardrijkskunde Periode 2 2015-2016 Havo 3 Altijd nodig: Terra Tekstboek, werkboek, schrift, atlas. Leerdoelen hoofdstuk 2: Wereldlandschappen JE KENT/WEET:
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
X
Verschillende soorten van verwering De werking van endogene krachten. De werking van exogene krachten. De werking van erosie. De gevolgen van erosie en sedimentatie Het ontstaan van verschillende kustvormen. Het ontstaan van Karst verschijnselen Topo Europese Unie
JE KUNT:
X
De instructie over te gebruiken materiaal maken De begrippen endogene krachten, exogene krachten, erosie en verwering toepassen De atlas als info bron gebruiken De opdrachten uit het boek maken Zelfstandig en in groepen werken aan vragen en opdrachten
Leerdoelen hoofdstuk 3: Bric landen JE KENT/WEET:
X
63. De Topografie van de Bric landen. 64. De oorzaken van onderontwikkeling en van ontwikkeling in Brazilië verklaren. 65. De oorzaken van onderontwikkeling en van ontwikkeling in Rusland verklaren. 66. De oorzaken van onderontwikkeling en van ontwikkeling in India verklaren. JE KUNT:
X
Het begrip BNP/inwoner hanteren en uitrekenen De instructie over te gebruiken materiaal maken Sterfte en geboortecijfers toepassen als ontwikkelingsverschijnsel Sterfte en geboortecijfers uitrekenen. Sterfte en geboortecijfers in grafieken interpreteren Ontwikkelingsindicatoren interpreteren De atlas als info bron gebruiken De opdrachten uit het boek maken Zelfstandig en in groepen werken aan vragen en opdrachten De eindtoets maken Een artikel schrijven over een van de BRIC landen 16
WEEK 46
VAKINHOUD
47
H2 P3 Kustvorming
IN DE LES Nabespreken toets p1 Maken focus van H1 Vraag 1 t/m 10 maken Regio Canada of Australië
48
H2 P4 Karstverschijnselen
Vraag 1t/m 9 maken Regio Canada of Australië Hoofdstuk in kaart vraag 1t/m 6, P1 Vraag 1t/m 15.
49
H3 P1 en hoofdstuk in kaart
50
Brazilië H3 P2 Deeltoets H2 P 3 en 4
Vraag 1t/m 13 maken
51
H3 P3 India
Uitleg artikel Bric landen en 2 tallen vormen. Vraag 1t/m 11 maken
52
kerstvakantie
53 1
kerstvakantie
2
Vraag 1 t/m 12 maken
H3 P4 China Herhaling lesstof
Inleveren artikel BRIC landen 3
Toetsweek
4
Toetsweek
TOETS OF OPDRACHT
Inleveren artikel BRIC landen Eindtoets Terra hoofdstuk 2 paragraaf 3,4, focus en regio, hoofdstuk 3 paragraaf 1t/m 4
17
DATUM Week 2 Week 3/4
WEGING 2 4
M-CIJFER
H-CIJFER
Werkplanner Economie Havo 3 Periode 2 Week 45-4 Tijdvak 1: Pincode 3havo Hoofdstuk 3 Financiering. Pincode 3havo Hoofdstuk 4 Kosten. Pincode 3havo Hoofdstuk 5 Markt.
Altijd nodig: Pincode Tekstboek, schrift en rekenmachine Leerdoelen – Hoofdstuk3 JE KENT/WEET: 9. Je weet wat schaarste is. 10. Je weet wat primaire en secundaire behoeften zijn. 11. Je kent de begrippen/vaardigheden keuzes maken/schaarste en het verband daartussen. 12. Je kent de verschillende soorten geld. 13. Je weet wat budgetteren en het Nibud is. 14. Je kent de oorzaken en gevolgen van de Industriële Revolutie. 15. Je kent de diverse politieke stromingen in Nederland en je kunt hun opkomst verklaren. 16. Je kent het verband tussen koopkracht en welvaart. 17. Je hebt inzicht in aspecten van het consumentengedrag, zoals keuzes, behoeften, inkomen en in de functies van het geld, lenen en sparen en kunt dit inzicht toepassen in een gegeven casus. 18. Je hebt inzicht in aspecten van het consumentengedrag, zoals keuzes, behoeften, inkomen en in de functies van het geld, lenen en sparen en kunt dit inzicht toepassen in een gegeven casus. JE KUNT: Je kunt basisvaardigheden toepassen die betrekking hebben op communiceren, samenwerken en informatie verwerven en verwerken. Je kunt procentuele groei berekenen. Je kunt een budgetlijn berekenen en interpreteren. Je kunt percentages uitrekenen. Je kunt een budget opstellen. Je kunt verband tussen economische activiteiten leggen/oorzaak/gevolg
18
X
X
Leerdoelen hoofdstuk 4 JE KENT/WEET: 1 Je weet wat marketing is. 2 Je weet hoe je een marketing strategie opzet. 3 Je weet de begrippen afroomprijspolitiek, penetratieprijspolitiek en psychologische prijzen toe te passen. 4 Je kent de 5 marketinginstrumenten. 5 Je weet wat btw is. 5 Je weet hoe een organogram werkt. 6 Je hebt inzicht in de organisatie van bedrijven 7 Je hebt inzicht in aspecten van de manieren om bedrijven in te richten en kunt dit inzicht toepassen in een gegeven casus. JE KUNT: Je kunt basisvaardigheden toepassen die betrekking hebben op communiceren, samenwerken en informatie verwerven en verwerken. Je kunt een organogram interpreteren. Je kunt bedrijven indelen in F, G, P of M organogrammen. Je kunt een bedrijf oprichten Je kunt de uitgavenpercentages van inkomens uitrekenen Je kunt verband tussen economische activiteiten leggen/oorzaak/gevolg Leerdoelen hoofdstuk 5 JE KENT/WEET: 1 Je weet wat marketing is. 2 Je weet hoe je een marketing strategie opzet. 3 Je weet de begrippen afroomprijspolitiek, penetratieprijspolitiek en psychologische prijzen toe te passen. 4 Je kent de 5 marketinginstrumenten. 5 Je weet wat btw is. 5 Je weet hoe een organogram werkt. 6 Je hebt inzicht in de organisatie van bedrijven 8 Je hebt inzicht in aspecten van de manieren om bedrijven in te richten en kunt dit inzicht toepassen in een gegeven casus. JE KUNT: Je kunt basisvaardigheden toepassen die betrekking hebben op communiceren, samenwerken en informatie verwerven en verwerken. Je kunt een organogram interpreteren. Je kunt bedrijven indelen in F, G, P of M organogrammen. Je kunt een bedrijf oprichten Je kunt de uitgavenpercentages van inkomens uitrekenen Je kunt verband tussen economische activiteiten leggen/oorzaak/gevolg
19
X
X
X
X
Weekplannen WEEK VAKINHOUD
IN DE LES
45
Voorbereiden Proefwerk Hoofdstuk 1 en 2
Vragen stellen
46
Proefwerk Hoofdstuk 1 en 2, schriftcontrole
Rekenmachine mee! Schrift mee ter controle
47
Introductieles Pincode Hoofdstuk 3: Financiering
Aantekeningen maken Vragen maken
Inleiding blz 56-69 tekstboek, introvragen 1-5 + Startopdracht
48
Par 3.1 blz 58-61 tekstboek, vraag 1-7.
Aantekeningen maken
Par 3.2 blz 62-65, vraag 8-16.
Vragen maken
Par 3.3 blz 66-69, vraag 17-24.
Aantekeningen maken
-
Vragen maken
Rekenen
Introductieles Pincode Hoofdstuk 4: Kosten.
Aantekeningen maken
Inleiding blz 80-81 tekstboek, introvragen 1-5
Vragen maken
Par 4.1 blz 82-85 tekstboek, vraag 1-7.
Aantekeningen maken Vragen maken
47
Par 4.2 blz 86-89, vraag 8-13.
Aantekeningen maken Vragen maken
Par 4.3 blz 90-93, vraag 14-20.
Aantekeningen maken Vragen maken
49
Toets voorbereiden
Aantekeningen maken
Test, herhalingsopgaven, rekenen
Vragen maken
Toets H3 + H4
Rekenmachine mee!
Inleveren schrift H3+H4
Schrift mee
Introductieles Pincode Hoofdstuk 5: Markt!
Aantekeningen maken
Inleiding blz 104-105 tekstboek, introvragen 1-4
Vragen maken
50
51
Par 5.1 blz 106-109 tekstboek, vraag 1-6 Par 5.2 blz 110-113 tekstboek, vraag 7-13
Aantekeningen maken
Toets voorbereiden H3+H4+H5
Vragen maken
20
52-1
1
Kerstvakantie (Par 5.3 blz 114-117 tekstboek, vraag 14-21)
Aantekeningen maken
Rekenen
Vragen maken
Test, herhalingsopgaven, rekenen
Aantekeningen maken
Toets bespreken
Vragen maken
Eindtoets
Pincode hoofdstuk 3, 4 en 5 Rekenmachine mee!
2 Inleveren schrift H5
Schrift mee
TOETS OF OPDRACHT
DATUM
Toets H3+H4 Inleveren schrift H3+H4 Inleveren schrift H5 Eindtoets Pincode hoofdstuk 3, 4 en 5
Week 49 Week 49 Week 51 Week 51
.
21
WEGING 2x 1x 4x
Wiskunde Baken Poort
klas 3havo
Periode 2
H4 Zicht op toeval H5 Verbanden herkennen Technische vaardigheden blok1 tm 3
H6 Vergelijkingen
Aandachtspunten: 1. 2. 3. 4.
Het werk van de vorige les hoort aan het begin van de les af te zijn. Gebruik de samenvatting en ‘test jezelf’ om je voor te bereiden op de toetsen. Hou de planning van REKENEN ook in de gaten. Je bent ‘nooit’ klaar met je werk: nakijken van je werk en de fouten verbeteren, extra oefenen en herhalen staat niet op de planning, maar toch moet dit allemaal gedaan worden. VAKINHOUD §4-1: steekproeven
IN DE LES EN HUISWERK Opdr 1 t/m 7
2
§4-2: simuleren §4-3: kansexperimenten
Opdr 8 t/m 14 Opdr 15 t/m 20
3
§4-4: kansen berekenen §4-5: gemengde opdrachten
Opdr 21 t/m 26 Opdr 27 t/m 32
4
Technische vaardigheden blok 1 Door elkaar: D1 tm D6
blz. 58 en 59 blz. 60 en 61
5
Technische vaardigheden blok 2 Door elkaar: D1 tm D5
blz. 128 en 129 blz. 130 en 131
6
H5: voorkennis §5-1: recht en omgekeerd evenredig
Opdr V1 t/m V7 Opdr 1 t/m 8
7
§5-2: hyperbolen §5-3: machtsformules
Opdr 9 t/m 15 Opdr 16 t/m 23
8
§5-4: wortelformules §5-5: tabellen en verbanden
Opdr 24t/m 32 Opdr 33 t/m 38
9
§5-6: Gemengde opdrachten
Opdr 39 t/m 43
LES
1
DATUM
10
TOETS H4 en H5
11
H6: voorkennis §6-1: lineaire en gebroken vergelijkingen
22
Opdr V1 t/m V7 Opdr 1 t/m 7
12
§6-2: kwadratische vergelijkingen §6-3: exponentiële vergelijkingen
Opdr 8 t/m 14 Opdr 15 t/m 22
13
§6-4: wortel- en machtsvergelijkingen
Opdr 23t/m 30
14
§6-5: gemengde opdrachten
Opdr 31 t/m3 7
15
Technische vaardigheden blok 3 Door elkaar: D1 tm D6
blz. 192 en 193 blz. 194 en 195
16
REKENTOETS2
TOETS OF OPDRACHT Toets H4 en H5
DATUM
WEGING 2
Toets rekenen2
1
Periodetoets H4 t/m H6
4
23
CIJFER
Planner Lichamelijke Opvoeding Havo 3 Leerdoelen leerjaar 3, periode 1 t/m 4 Aan het einde van periode 4 voldoe je aan de volgende eisen om het vak L.O. te kunnen afronden: Je kent/weet:
x
•
de regels die we hanteren bij een les L.O.
•
de regels van de sport basketbal, in zoverre als ze behandeld zijn in de les
•
de regels van de sport handbal, in zoverre als ze behandeld zijn in de les
•
"
badminton
•
“
volleybal,
"
•
“
(uni)hockey,
"
"
tafeltennis,
"
"
welk tempo je moet aanhouden om een 12 minuten loop vol te houden op je eigen niveau. x
Je kunt*: •
samenwerken
•
zelfstandig een bewegingsactiviteit op ganghouden.
•
schommelen in de trapeze.
•
een hurkwendsprong op de kast maken
•
in de ringen en trapeze hangen (zwaaien) en een vorm van de vouwhang laten zien. m.b.v. een minitrampoline een vorm van de handstandoverslag laten zien. de fosbury flop demonsteren Bewegen Op Muziek: bewegen op de beat van een liedje met 8 tellen. van de aangeboden onderdelen gemiddeld een cijfer behouden van boven de 5,5 gedurende de L.O. lessen.
• • • •
Afsluitmoment gemist? -> veegdag! - Als je het afsluit moment hebt gemist krijg je automatisch één op je cijferlijst. - Deze één kun je weghalen door je te melden op de veegdag. - De veegdag is eenmaal per periode voor alle leerlingen die geen beoordeling hebben kunnen krijgen omdat ze een afsluitmoment hebben gemist. - Als je niet op de veegdag komt, blijft de één staan.
24
Gymkleding vergeten - Je mag per periode maximaal één keer je gymkleren vergeten. - Wanneer je je gymkleren twee keer bent vergeten moet je één uur nakomen of je ook melden op de veegdag. - Vaker dan twee keer gymkleren vergeten is corvee bij de conciërge. Wat moet je doen als je kort geblesseerd bent? Wanneer je kort geblesseerd bent (één, twee of drie lessen) lever je een brief in van je ouders waarin staat: - Wat je blessure is; - De verwachtte tijd van je blessure; - Handtekening van je ouders; - Contactgegevens van je ouders (telefoonnummer); - De datum.
Wanneer de brief is ingeleverd hoef je niet mee te doen, maar je bent wel aanwezig in de les. Je assisteert de docent wanneer dit wordt gevraagd (de docent bepaalt of dit mogelijk is) en je stoort de andere leerlingen niet. Als je niet op tijd (binnen een week, tenzij de docent anders met je heeft afgesproken) je brief inlevert bij de docent moet je je melden bij de veegdag. Wanneer je niet komt op de veegdag moet je twee uur nakomen. Ben je geblesseerd bent op de dag van het afsluitmoment dan baseert de docent het cijfer op de vorige lessen of op hoe goed je hebt meegeholpen.
Wat moet je doen als je lang geblesseerd bent? Als je langdurig geblesseerd bent (4 of meer lessen) moet je ook een brief inleveren van je ouders (zie hierboven), én moet dit bekend zijn bij je mentor. Met toestemming van je L.O. docent mag je op school blijven, dit hoeft echter niet. De leerling krijgt een vervangende opdracht voor elk onderdeel dat hij/zij mist.
25
Samenwerkingsopdrachten:
2 lessen
Handbal:
5 lessen
Handstandoverslag:
5 lessen
Hoogspringen:
4 lessen
Volleybal:
6 lessen
Basketbal:
5 lessen
Vouwhang:
6 lessen
Flagfootbal/trapezezwaaien
.. lessen -> wanneer men klaar is met bewegen samen regelen kan de overgebleven tijd gebruikt worden voor lessen flagfootball of trapezezwaaien
Unihockey:
6 lessen
Bokspringen:
3 lessen
Bewegen op muziek:
4 lessen
Buiten periode Voetbal:
4 lessen
(blokuren)
12 minuten loop:
3 lessen
(blokuren)
In totaal:
72 lesuren
Periode Vakinhoud
In de les
1
Introductie week
Samenwerkingsopdrachten
1
Handbal (2x)
Spelvormen uitbreiden naar activiteiten als wigwambal. Cirkelverdediging moet aan het einde van de lessenreeks een welbesproken begrip zijn.
1
Handbal (2x)
Spelvormen uitbreiden naar activiteiten als wigwambal. Cirkelverdediging moet aan het einde
26
van de lessenreeks een welbesproken begrip zijn. 1
Handbal(1x)
Spelvormen uitbreiden naar activiteiten als wigwambal. Cirkelverdediging moet aan het einde van de lessenreeks een welbesproken begrip zijn. Leerlingen kiezen: Tipsalto over de kast of handstand overslag
Handstandoverslag (1x)
1
Handstandoverslag (2x)
Leerlingen kiezen: Tipsalto over de kast of handstand overslag
1
Handstandoverslag (2x)
Leerlingen kiezen: Tipsalto over de kast of handstand overslag
1
Hoogspringen (2x)
Fosbury-flop becijferen (naar behaalde hoogte)
1
Hoogspringen (2x)
Fosbury-flop becijferen (naar behaalde hoogte)
1
Volleybal (2x)
Er wordt gestreefd naar een volleybalspel met de 'echte' regels. Niet meer vangen en drie keer overspelen. In dit jaar wordt ook een volleybaltoernooi georganiseerd van vier tegen vier, hier worden ze ook op voorbereid.
1
Volleybal (2x)
Er wordt gestreefd naar een volleybalspel met de 'echte' regels. Niet meer vangen en drie keer overspelen. In dit jaar wordt ook een volleybaltoernooi georganiseerd van vier tegen vier, hier worden ze ook op voorbereid.
1
Volleybal (2x)
Er wordt gestreefd naar een volleybalspel met de 'echte' regels. Niet meer vangen en drie keer overspelen. In dit jaar wordt ook een volleybaltoernooi georganiseerd van vier tegen vier, hier worden ze ook op voorbereid.
1
Bewegen op muziek (2x)
Keuze (samen met opdracht dans): In groepje een voorstelling in elkaar zetten en laten zien voor een cijfer. In groepje een dansje maken (minimaal 8x8 tellen) en voor een cijfer laten zien. 27
1
Bewegen op muziek (1x)
Keuze (samen met opdracht dans): In groepje een voorstelling in elkaar zetten en laten zien voor een cijfer.
Eindeperiode 1
2
In groepje een dansje maken (minimaal 8x8 tellen) en voor een cijfer laten zien.
Bewegen op muziek (1x)
Keuze (samen met opdracht dans): In groepje een voorstelling in elkaar zetten en laten zien voor een cijfer.
Vouwhang (1x)
In groepje een dansje maken (minimaal 8x8 tellen) en voor een cijfer laten zien.
28