PIER+HORIZON
Paul de Kort
INLEIDING
7.
Land Art Flevoland “God schiep de Aarde, maar de Nederlanders schiepen Nederland”, aldus een veelgehoorde uitspraak in het buitenland. Deze uitspraak geldt misschien nog het sterkst voor de Flevopolders, de grootste kunstmatige eilanden ter wereld. Het is dan ook geheel terecht dat een van de beroemdste collecties land art kunstwerken in deze provincie liggen. Land art is een kunststroming die opkwam in de Verenigde Staten in de jaren ‘60 en ‘70. Nederland maakte vrijwel meteen kennis met de land art door de tentoonstellingen ‘Op Losse Schroeven’ (‘69) in het Stedelijk Museum in Amsterdam en ‘Sonsbeek Buiten de Perken’ (’71) in Arnhem. Vroeg in de jaren ‘70 is men begonnen om in het kunstmatige landschap van de Flevopolders land art kunstwerken op te richten. Dat de land art met name hier zo’n vruchtbare voedingsbodem vond is niet verwonderlijk en inmiddels zijn er zes kunstwerken verrezen in Zuidelijk en Oostelijk Flevoland.
4. 1.
2.
3.
6.
HET ZEVENDE LANDSCHAPSKUNSTWERK De provincie Flevoland heeft daarom besloten om naast deze zes landschapskunstwerken een zevende versie toe te voegen die gesitueerd moet worden in de Noordoostpolder. Er zijn twee mogelijke locaties aangewezen. Eén ontwerp wordt gemaakt voor de Rotterdamse hoek, boven Urk. PIER+HORIZON is ontworpen voor de locatie bij het Zwarte Meer, in de buurt van Kraggenburg en de Kadoelersluis. waterloopbos
5.
De Wieden
NOORDOOSTPOLDER Kraggenburg Kadoelersluis
1. Polderland of Love and Fire, Daniel Libeskind 1997 2. Bomenkathedraal, Marinus Boezem 1996 3. Aardzee, Piet Slegers 1982 4. Exposure, Anthony Gormley 2010 5. Sea Level, Richard Serra 1996 6. Observatorium, Robert Morris 1977
Arembergergracht
Zwanendiep
Oud Kraggenburg
Vogeleiland Zwartsluis
Zwolsche Diep Ramsdiep
ZWARTE MEER
1.
2.
Genemuiden
3.
Ramspolbrug Balgstuw
OVERIJSSEL
4.
5.
6.
Zwarte Water
OVERIJSSEL
BRONNEN
Verkavelingskaart Noordoostpolder door C. van Eesteren 1948
Centrale Plaatsen Model van Walter Christaller
Leidammen verbinden Oud Kraggenburg met het Zwarte Water
Drijftillen of kraggen in de weerribben
Maakbaar landschap, maakbare samenleving De Duitse geograaf Walter Christaller ontdekte tijdens wandelingen in Polen dat dorpjes, herbergen en steden steeds ongeveer één uur gaans uit elkaar lagen. Op basis van deze waarneming ontwikkelde hij in 1933 het Centrale Plaatsen Model. Dit model vormt in zijn theoretische vorm een streng hexagonaal raster. Het geografische ontwerp voor de Noordoostpolder is geënt op dit principe. Emmeloord ligt als centrale plaats in het hart van de polder en daar omheen zien we een krans van dorpen, die steeds ongeveer een uur fietsafstand van het volgende dorp en van Emmeloord liggen. De vorm van de polder tekent zich hierdoor heel duidelijk af als een geometrische veelhoek in het IJsselmeer. De verkaveling van de polder heeft een streng, ‘mondrianesk’ raster van rechthoekige kavels in afmeting oplopend van 12 en 24 via 36 tot 48 hectare. Journalist en schrijfster Eva Vriend is opgegroeid in de polder en heeft onlangs in haar boek ‘Het Nieuwe Land’ het demografische ontwerp van de Flevopolders nageplozen. Uit al deze verhalen klinkt een rotsvast geloof door in het ideaal van de maakbare samenleving. Vandaag ziet de wereld er volkomen anders uit dan 60 jaar geleden. In de Noordoostpolder woont inmiddels de derde generatie, een bevolking die deel uitmaakt van een turbulente maatschappij in volle ontwikkeling. Het strenge regime van het grid kan niet voorkomen dat er krachten van buitenaf inwerken en op meer of minder zichtbare wijze structuren beïnvloeden en veranderen. Oude sporen in een nieuw landschap Het klinkt misschien eigenaardig, maar toen de eerste bewoners zich in 1949 in het dorp Kraggenburg vestigden bestond Kraggenburg al meer dan 100 jaar! Eind december 1848 vestigde Hendrik Willem Winkel zich met vrouw en kinderen in de Lichtwachterswoning op het kunstmatig aangelegde eilandje bij de vluchthaven Kraggenburg, dat gelegen was aan het eind van twee strekdammen, aan de monding van het Zwolsche Diep. Voor de fundatie en versteviging van deze dammen werden “kraggen” gebruikt als zinkstukken. Kraggen zijn drijvende stroken vast ineengegroeide zoden van riet en waterplanten, ook drijftil genoemd. In de Wieden en Weerribben werden de kraggen losgestoken tot lange smalle repen die achter een schip over de Arembergergracht werden vervoerd richting Zwartsluis en het Zwolsche Diep. Kunsthistorische verankering In 1914, nu precies 100 jaar geleden, maakte Mondriaan een serie studies en schilderijen met de titel Compositie 10, ook wel ‘Pier+Ocean’ genaamd. Deze Pier+Ocean serie laat een abstractie zien van een strekdam die haaks op de branding naar de horizon reikt. Het schilderij is volledig opgebouwd uit verticale en horizontale streepjes, wat later zo kenmerkend is gebleken voor Mondriaans’ oeuvre. Je ziet de schilder zoeken en tasten naar een dynamisch evenwicht. Wie zich nu bezig houdt met landschapskunst is schatplichtig aan de pioniers van de land art. Wie het begrip ‘land art’ zoekt op het internet stuit vrijwel meteen op het werk ‘Spiral Jetty’ in Utah van Robert Smithson uit 1971. Spiral Jetty is uitgegroeid tot hét icoon van de land art. In de 19e eeuw probeert de Duitse Romanticus Caspar David Friedrich overweldigende natuurervaringen te vangen in zijn schilderijen. In ‘Mondaufgang über dem Meer’ uit 1821 kijken wij via de twee dames op de voorgrond en de twee heren verderop naar een opkomende maan. De heren hebben het erop hebben gewaagd om van rots naar rots de branding in te lopen. Het is dit samengaan van een diep beleefde schoonheidservaring gekoppeld aan een vleugje gevaar dat door kunsthistorici ook wel wordt aangeduid met het begrip ‘the sublime’.
‘Pier+Ocean’
‘Spiral Jetty’ ‘Mondaufgang über dem Meer’
KADERS Topografie Als je de historische kaart van de Zuiderzee over de topografie van het Zwarte Meer legt, dan valt op dat de lijn van de strekdam zich nog steeds messcherp in de verkaveling van de Noordoostpolder aftekent. Het lichtwachtershuis Oud Kraggenburg vormt de beëindiging van deze lijn en ligt nu als een verhoging in het landschap. Het deel tussen Zwartemeerweg en Zwartemeerdijk is een 900 meter lang en kaarsrecht betonpad. Loop je dit pad uit en beklim je tenslotte de dijk dan zie je recht voor je op ongeveer 600 meter afstand een klein eilandje. Dit is nog een restant van de strekdam. Wind als richtinggevend thema Of het nou stormt of bijna windstil is, boven het open water van het Zwarte Meer speelt de wind altijd een hoofdrol. Wind uit het zuiden of het zuidwesten blaast over het Ketelmeer en via de Ramsgeul en heeft vrij spel boven het Zwarte Meer. Noordwesten wind komt over het vlakke land van de Noordoostpolder richting het Zwarte Meer aanwaaien. Toch is het deze windrichting die het water in het IJsselmeer opstuwt en richting het Ketelmeer en het Zwarte Meer drijft, waardoor het peil bij het meetpunt aan de Kadoelersluis kan oplopen tot bijna een meter boven NAP. Sinds 2002 sluit de balgstuw bij Ramspol in dit soort situaties het Ketelmeer af van het Zwarte Meer en zal het water niet verder stijgen. Normaal gesproken is het waterpeil in het Zwarte Meer tussen 0,20 en 0,40 onder NAP, maar bij een doorstaande oostenwind kan het peil zakken tot meer dan 0,60 onder NAP en is het water in dit deel van het Zwarte Meer nog meer enkele decimeters diep. In Nederland is de windrichting dé bepalende factor voor het weer. Stormen komen uit het zuidwesten, westen of noordwesten, koud winterweer komt uit het oosten of noordoosten en warme zomerse dagen komen doorgaans uit het zuiden of zuidoosten aangewaaid. Natuurwaarden Het driehoekige, ondiepe deel van het Zwarte Meer dat ingeklemd ligt tussen het Zwanendiep, het Ramsdiep en de Zwartemeerdijk, is in erfpacht bij Natuurmonumenten. Het maakt deel uit van de ecologische hoofdstructuur (EHS) en is Natura 2000 gebied. Verschillende vogelsoorten vinden hier hun habitat en het is de taak van de provincie en Natuurmonumenten om het landschap zo te beheren en in te richten dat bijvoorbeeld Grote karekiet, Roerdomp en Purperreiger hier hun thuis (her)vinden. Viseters als de Fuut en de Aalscholver bezoeken regelmatig het Zwarte Meer. De (driehoeks)mossel keert geleidelijk terug en door hun filtratie neemt de helderheid van het water verder toe, waar watervogels als Tafeleend, Kuifeend en Meerkoet weer van profiteren. Onderwaterplanten als Krabbenscheer en Fonteinkruiden groeien op de bodem van de ondiepe delen, evenals grote hoeveelheden groenalg, zoals het Waternetje. Dit heeft ook een positief effect op de helderheid van het water. Tussen de waterplanten leven flinke aantallen van de Kleine en de Grote modderkruiper, ook de Rivierdonderpad komt in het meer voor. Boven het water foerageren meervleermuizen die afkomstig zijn van kolonies in de omgeving. Smienten en Wintertalingen gebruiken het meer vooral om te rusten, terwijl ze voedsel zoeken op graslanden in de omgeving. Duizenden kolganzen en Toendrarietganzen komen ‘s nachts in het Zwarte Meer slapen. In de trektijd vinden ook honderden grutto’s in het gebied een rustplaats. Het zou een fantastische meerwaarde van dit landschapskunstwerk betekenen als in het kielzog ervan bepaalde natuurdoelen van Natuurmonumenten en de provincie kunnnen worden meegenomen.
In het verlengde van het pad ligt een restant van de oude strekdam
Afbeeldingen uit ‘Atlas van de Wederopbouw’ afbeeldingen MUST stedebouw
Hoog water tot 95 cm boven NAP tijdens een noordwesterstorm in januari 2012.
NAP zomerpeil winterpeil Extreem laag water tot 65 cm onder NAP na een zeer droge en warme zomer in 2003.
Noordwester storm boven de Noordzee en het IJsselmeer
De Grote Karekiet bouwt zijn nest in de randen van overjarige rietkragen Smienten weten het meer in grote getale te vinden
ONTWERP Kadoelersluis
Zwanendiep
wind uit het zuiden Zwartemeerweg
lijn van oude leidam
wind uit het zuidwesten
Vogeleiland
PIER+HORIZON brengt de strekdam tussen het eilandje en de dijk weer terug in beeld. Een eerste gedeelte steekt zo’n 200 meter in het Zwarte Meer. In het verlengde hiervan liggen 2 kortere segmenten van ieder 40 meter. Het basalt waaruit de nieuwe dam wordt opgetrokken, vormt een prima basis voor de aangroei van mosselbanken. De eilandjes zijn ook zeer aantrekkelijk voor watervogels. Rondom de strekdam worden 48 palen geplaatst in een omvangrijk veld van zo’n12 ha. (ruim 300x300 mtr) en in een streng raster dat is geïnspireerd op het hexagonale Centrale Plaatsen Model van Walter Christaller. De koppen van de palen staan zo’n 3 meter boven NAP. De paalkoppen zullen populair zijn bij Aalscholvers om een hun vleugels te drogen of bij meeuwen om even een tukje te doen. Aan elke paal is een langgerekte kragge bevestigd van 24 meter lang die 360˚ kan draaien ten opzichte van het vaste punt. De heersende windrichting bepaalt de oriëntatie die een kragge aanneemt. Bij windstilte zullen de kraggen zich richten naar lichte stromingen in het Zwarte Meer en zal het beeld wanordelijker zijn. De kraggen worden beplant met soorten die in deze omstandigheden goed gedijen, zoals gele lis, hoge cyperzegge, rietgras, kattenstaart, waterzuring. Keuze en verdeling wordt in samenspraak gedaan met de ecologen van de provincie en Natuurmonumenten. De kraggen drijven op het water, dus als het waterpeil stijgt dan stijgen de kraggen mee en lijken de palen relatief kort. De dam ligt met de bovenkant precies op NAP-niveau. Bij normaal waterpeil (winter -0,40, zomer -0,20) ligt de dam net droog, maar het water in het Zwarte Meer hoeft maar een klein beetje te stijgen en de dam verdwijnt onder water. Dit is essentieel voor de rietoevers ten oosten van de dam, daar wil de Grote Karekiet nestelen en daarvoor moeten deze oevers bij storm ‘schoongespoeld’ kunnen worden en mag de dam geen golfbreker zijn.
restant strekdam
Zwolsche Diep
wind uit noord tot noordwesten
windstilte of variabele wind
Ramsdiep
Het Centrale Plaatsen Model als basis om de palen te rangschikken in het Zwarte Meer
Drijvende kraggen in het Zwarte Meer bij een stevige wind uit het zuiden
Rijkswaterstaat werkt samen met Natuurmonumenten aan 2 langgerekte rietstroken langs het Ramsdiep PIER+HORIZON in vogelvlucht vanuit het noorden en het oosten, bij zuidenwind en noord tot noordwestenwind
BELEVING De Zwartemeerdijk maakt onderdeel uit van een uitgebreid fietsnetwerk, maar tijdens het broedseizoen van half maart tot half augustus mag over de dijk niet gefietst worden. Natuurmonumenten, de provincie en het Waterschap denken na over aanpassingen, waardoor de dijk het hele jaar ook voor fietsers toegankelijk zal zijn. De locatie van het kunstwerk is bereikbaar vanaf de Zwartemeerweg, door het betonpad over ongeveer een kilometer te bewandelen. Vanaf de Kadoelersluis is PIER+HORIZON te bereiken via de Zwartemeerdijk, een wandeling van ongeveer anderhalve kilometer. In het eerste scenario wandel je in een kwartiertje naar de dijk, die al die tijd het zicht op de wereld erachter blokkeert, totdat je bovenop de dijk arriveert en de weidsheid zich in één keer aan je openbaart. Tijdens de wandeling vanaf de Kadoelersluis doemt het kunstwerk heel geleidelijk op. De inspanning en duur van deze wandelingen draagt bij aan de beleving van het kunstwerk en van de overweldigende weidsheid van het Zwarte Meer. PIER+HORIZON ligt afgelegen, niet zelden zult u het in alle eenzaamheid en afzondering kunnen ervaren. Caspar David Friedrich stuurde de twee heren in het schilderij ‘Mondaufgang über dem Meer’ van rots naar rots de branding in, ter verdieping van hun natuurervaring. De beleving van PIER+HORIZON zal eveneens optimaal zijn als je op het tipje van de strekdam gaat staan, het water aan de randen likt en je volledig omringd bent door de drijvende kraggen. Het is echter lang niet altijd gewenst om mensen tot hier toe te laten, in verband met de kwestbaarheid van het gebied en het schrikeffect op de vogels. Vandaar dat de dam slechts enkele periodes per jaar toegankelijk zal zijn via een tijdelijk bruggetje. Het bijzondere zal de beleving van zo’n moment alleen maar verdiepen.
TIME LAPSE De lijn van de strekdam wijst naar een punt op de horizon ca. 16 graden noordelijk van het geografische oosten. Dat betekent dat op een bepaalde dag in november en een dag in februari de zon rond acht uur in de vroege ochtend precies in het verlengde van de strekdam opkomt. Op de dijk, precies in de lijn van de strekdam, staat een mast met een webcam. De camera maakt iedere dag precies om ... uur (zonnetijd) een foto en zendt deze naar een server, waar hij wordt toegevoegd een geleidelijk groeiende reeks foto’s. Via een website zal deze fotosequentie als een time-lapse filmpje te zien zijn. In de fotosequentie beweegt de zon niet in een boog van oost naar west langs de hemel, zoals we gewend zijn, maar rijst en daalt hij gedurende een jaar in een verticale beweging op en neer. Tegelijkertijd schuiven traag de seizoenen voorbij, De kraggen slingeren onrustig om hun ankerpunten, voortgestuwd op de al maar draaiende wind. Bij het stijgen en weer dalen van het waterpeil zien we de strekdam soms verdwijnen en weer tevoorschijn komen. Soms gaat dit gepaard met regen, dan weer met zon, mist, storm, vorst of sneeuw. Tussen november en februari is de zon achter de horizon verdwenen en rond de kortste dag begint het boven het Zwarte Meer rond dit tijdstip nog maar net te dagen.
www.pauldekort.nl
[email protected]
©2014