OVER SENIOREN IN OEGSTGEEST
Een samenvatting van vier rapporten: - Senioren Onderzoek 2009 - Welzijnsbezoek Oegstgeest 2006-2010 - Wie de ouderen heeft, heeft de toekomst (2010) - Woonvoorkeuren en woningmarktgedrag van senioren in Oegstgeest (2008)
Over Senioren in Oegstgeest
maart 2011
1
Over Senioren in Oegstgeest
maart 2011
2
Inhoudsopgave
Inleiding
………………………………………..
3
Hoofdstuk 1 De vier rapporten in een notendorp
………………………………………
5
……………………………………………… …………………………………………….. ……………………………………………..
7 7 8
Inleiding ………………………………………………. Samenvatting, conclusies en aanbevelingen ……………………………………………….
9 9
Hoofdstuk 2 Senioren Onderzoek 2009 2.1 2.2 2.3
Inleiding Samenvatting en conclusies Aanbevelingen
Hoofdstuk 3 Welzijnsbezoek Oegstgeest 2006-2010 3.1 3.2
Hoofdstuk 4 Wie de ouderen heeft, heeft de toekomst 4.1 4.2 4.3
Inleiding Samenvatting en conclusies Aanbevelingen
……………………………………………….. ……………………………………………….. ………………………………………………..
11 11 11
Hoofdstuk 5 Woonvoorkeuren en woningmarktgedrag van senioren in Oegstgeest 5.1 5.2 5.3
Inleiding Conclusies Aanbevelingen
Over Senioren in Oegstgeest
………………………………………………….. 13 ………………………………………………….. 13 ………………………………………………….. 13
maart 2011
3
Inleiding De huidige ouderennota “Senior in Oegstgeest” heeft een looptijd van 2008 tot en met 2011. Dat betekent dat dit kalenderjaar een nieuwe nota geschreven zal worden. Als eerste stap om de ontwikkelingen van de laatste jaren in beeld te brengen hebben de seniorenraad en de gemeente Oegstgeest besloten gezamenlijk een samenvatting te maken van vier rapporten die de afgelopen jaren zijn verschenen. Deze rapporten hebben alle vier betrekking op senioren in Oegstgeest, en de conclusies en aanbevelingen die erin worden genoemd zijn bruikbare bouwstenen voor een nieuwe nota ouderenbeleid 2012-2015. Het gaat om de volgende rapporten: - Senioren Onderzoek 2009 - Welzijnsbezoek Oegstgeest 2006-2010 - Wie de ouderen heeft, heeft de toekomst (2010) - Woonvoorkeuren en woningmarktgedrag van senioren in Oegstgeest (2008) In hoofdstuk 2 tot en met 5 wordt een samenvatting gegeven van de conclusies en aanbevelingen uit deze rapporten. In hoofdstuk 1 wordt op basis hiervan in een notendop een beeld van senioren in Oegstgeest geschetst. Dit beeld is ingedeeld langs de lijnen van de thema’s van het landelijke en gemeentelijke seniorenbeleid. De ontwikkeling van de nieuwe nota ouderenbeleid zal verder na de zomer van 2011 vorm krijgen. Oegstgeest, maart 2011
Over Senioren in Oegstgeest
maart 2011
4
Hoofdstuk 1 DE VIER RAPPORTEN IN EEN NOTENDOP Het karakter van de vier rapporten is verschillend: - een qua thematiek breed onderzoek dat representatief is voor de 55-plussers in Oegstgeest; - een onderzoek naar woonvoorkeuren en woningmarktgedrag onder 55-plussers; - een verslag over welzijnsbezoeken aan 75-plussers dat een beeld geeft van een specifieke groep ouderen; - en een verslag van een gespreksronde over eenzaamheidsproblematiek en mantelzorgondersteuning met professionals en vrijwilligers van diverse instanties. Welk beeld van de senioren in Oegstgeest doemt op uit deze rapporten? Langs de lijnen van de thema’s van het landelijke en gemeentelijke seniorenbeleid is het volgende beeld te schetsen. De conclusies en aanbevelingen die in elk rapport worden gegeven zijn te vinden in de desbetreffende paragrafen. 1. Gezond blijven, zorg verzekeren en waardig kunnen sterven Ouderdom komt met gebreken. Van bijna 1/3 van de 55-plussers is de gezondheid matig tot slecht. Vanaf het 75ste levensjaar is dat het geval voor bijna de helft van de 75-plussers. Vrijwel alle senioren weten waar ze terecht kunnen met een gezondheidsprobleem en zijn in staat om in de nodige zorg te voorzien. Meer dan de helft van de senioren is niet op de hoogte van zorgmogelijkheden tijdens de laatste levensfase, veelal omdat men hier nog niet mee te maken heeft gehad. 2. Actieve maatschappelijke bijdrage Tot 60 jaar verricht 70% van de Oegstgeestenaren betaald werk. Tussen 60 en 65 jaar ligt dit percentage net iets boven de 30%. Onder de 65-69 jarigen zijn de meeste vrijwilligers te vinden: ruim 1/3 is actief als vrijwilliger. Bijna 20% van de niet als vrijwilliger actieve 60 tot 65 -jarigen geeft aan dit wel te willen. 60% van de senioren is maatschappelijk actief, voornamelijk als lid van een vereniging, club of als vrijwilliger. Onder de maatschappelijk niet-actieven ligt het percentage mensen met een matige tot slechte gezondheid aanzienlijk hoger. 3. Inkomen op peil houden De rapporten gaan niet in op de inkomenssituatie van de Oegstgeester senioren. Uit de welzijnsbezoeken komt wel naar voren dat 75-plussers met een inkomen beneden het minimum geen gebruik maken van het minimabeleid van de gemeente. 4. Adequate woonvoorzieningen Het merendeel van de senioren wil zo lang mogelijk in de huidige woning blijven wonen en een zelfstandig huishouden voeren. Van de 55% die op termijn wel denkt te verhuizen, wil het grootste deel in Oegstgeest blijven; rond de 40% naar een aparte ment of flat, niet speciaal voor senioren en eveneens zo’n 40% naar een speciale seniorenwoning. 2/3 van de 75-plussers denken aan een seniorenwoning. Uit de welzijnsbezoeken komt naar voren dat 75-plussers aanbod aan ruimere (luxere) seniorenwoningen missen en het aanbod aan zogenoemde aanleunwoningen te klein vinden. 5. Vrij en veilig bewegen Slechts 1% van de 55-plussers is in het geheel niet mobiel, merendeels door een slechte of matige gezondheid. Van de mobielen gebruikt 70% de auto, 51% loopt en fietst (ook), 21% maakt gebruik van het OV en 4% van de dorpsbus of regiotaxi. De bekendheid met de vervoerskostenregeling van de gemeente is beperkt. 1/3 van de senioren is ontevreden over de kwaliteit van de trottoirs en de verkeersveiligheid. Uit de welzijnsbezoeken komt naar voren dat een meerderheid van de bezoch te 75-plussers problemen heeft met lopen en gebruik maakt van hulpmiddelen. Uit deze bezoeken blijkt ook dat bijna 1/5 van de 75-plussers gebruik maakt van door de gemeente gestimuleerde bewegingsactiviteiten en andere sportvoorzieningen. Over Senioren in Oegstgeest
maart 2011
5
6. Eenzaamheid voorkomen 9% van de senioren voelt zich af en toe eenzaam en 2% vaak. Het aantal mensen dat zich eenzaam voelt neemt toe, naarmate de leeftijd toeneemt. Zo voelt bijvoorbeeld bijna 40% van de 90-plussers zich af en toe eenzaam en bijna 30% van de 80 tot 84jarigen vaak of af en toe. Uit de welzijnsbezoeken bij 75-plussers blijkt dat 12% de sociale contacten onvoldoende vindt. In het rapport “Wie de ouderen heeft, heeft de toekomst” wordt opgemerkt dat een zaamheidsproblematiek en mantelzorgondersteuning onvoldoende geagendeerd worden, samenwerking te beperkt is en er weinig aandacht is voor emotionele ondersteuning, zingeving en levensvragen.
Over Senioren in Oegstgeest
maart 2011
6
Hoofdstuk 2 SENIOREN ONDERZOEK 2009 2.1 Inleiding Dit senioren onderzoek is in de periode februari tot en met april 2009 uitgevoerd door Bureau Duodecim, in opdracht van de gemeente Oegstgeest. Het betreft een telefonisch onderzoek. Het eindrapport is in februari 2010 opgeleverd. Doel van dit onderzoek was om inzicht te verkrijgen in de beoordeling van de senioren zelf over de verschillende aspecten van een seniorproof Oegstgeest en om tegelijkertijd informatie te verkrijgen voor verdere optimalisatie van het seniorenbeleid. Het onderzoek heeft plaatsgevonden onder 400 inwoners van de gemeente Oegstgeest vanaf 55 en ouder en is representatief voor alle 55plussers in Oegstgeest. 2.2 Samenvatting en conclusies Samenvatting van de onderzoeksresultaten 1. Senioren in Oegstgeest geven een gemiddeld rapportcijfer van 6,9 voor de mate waarin Oegstgeest anno 2009 seniorproof is; 2. De gezondheid van 71% van de senioren in Oegstgeest is goed tot uitstekend, van 28% van de senioren is de gezondheid matig tot slecht; 3. Vanaf 65 jaar wordt de gezondheid van senioren slechter, naarmate de leeftijd toeneemt; 4. De gezondheid van mannelijke senioren is gemiddeld beter dan die van vrouwelijke senioren; 5. 74% van de senioren in Oegstgeest heeft het afgelopen jaar gebruik gemaakt van één of meer zorgvoorzieningen; 6. Vrijwel alle senioren (99,5%) in Oegstgeest weten waar ze terecht kunnen met een gezondheidsprobleem en zijn in staat om in de behoefte aan zorg te voorzien; 7. 48% van de senioren is tevreden tot zeer tevreden over het aanbod van zorgvoorzieningen. 40% van de senioren heeft hierover geen mening gegeven; 8. 54% van de senioren is niet op de hoogte van de zorgmogelijkheden tijdens de laatste levensfase, veelal omdat men hier nog niet mee te maken heeft gehad; 9. ‘Jonge’ senioren (55-64 jaar) zijn vooral actief in de vorm van betaald werk. Senioren in de leeftijd van 65 tot en met 69 jaar verrichten weer meer vrijwilligerswerk; 10. De rolverdeling tussen mannen en vrouwen is traditioneel: mannen verrichten vaker dan vrouwen betaald werk, terwijl vrouwen vaker dan mannen het huishouden doen; 11. 79 % van de ondervraagden is niet actief als vrijwilliger. Van hen is 8% bereid om dit wel te gaan doen. Het ontbreken van tijd en een slechte gezondheid zijn de meest genoemde redenen om dit niet te doen; 12. 60% van de senioren in Oegstgeest is maatschappelijk actief, voornamelijk als lid van een vereniging, club of als vrijwilliger; 13. 99% van de senioren is mobiel: 70% maakt gebruik van de auto, 51% loopt of fietst en 21% gebruikt het openbaar vervoer; 14. 91% van de senioren is tevreden over de bereikbaarheid en toegankelijkheid van openbare gebouwen en voorzieningen in Oegstgeest; 15. De beweegmogelijkheden in de openbare ruimte worden door 55% van de senioren als voldoende tot goed beoordeeld. 33% is hier ontevreden over. Er zijn met name veel opmerkingen gemaakt over de kwaliteit van de trottoirs en de verkeersveiligheid; 16. 93% van de senioren voelt zich veilig tot zeer veilig in de woning en de woonomgeving. Senioren in de wijken Poelgeest en Buitenlust voelen zich het veiligst. Senioren in de wijken Haaswijk en De Morsebel het minst; 17. 89% van de senioren voelt zich nooit eenzaam, 9% af en toe en 2% vaak. De mate van eenzaamheid neemt toe, naarmate de leeftijd toeneemt; 18. 50% van de senioren kent de Seniorenraad en de Ouderenorganisaties, 33% van de senioren is bekend met de Financiële Kaart; Over Senioren in Oegstgeest
maart 2011
7
19. 20.
De Oegstgeester Courant (61%), per brief (43%) en via internet (37%) zijn de meest geschikte middelen om senioren te bereiken. Internet wordt met name door ‘jonge’ senioren (55-64 jaar) gezien als een geschikt communicatiemiddel; Er zijn in totaal 220 suggesties gedaan om Oegstgeest nog beter seniorproof te maken. De meeste suggesties zijn gemaakt over het openbaar vervoer (42) en de kwaliteit van de trottoirs (37).
Conclusies Op basis van de resultaten van het uitgevoerde seniorenonderzoek blijkt dat Oegstgeest hard op weg is om seniorproof te worden. De senioren zijn over het algemeen tevreden, gezien het gemiddelde rapportcijfer van 6,9 maar er is ook nog ruimte voor verbetering. Positief is dat een grote meerderheid van de senioren gezond en mobiel is, zich veilig voelt en werkzaam is via een betaalde baan, actief is als vrijwilliger of maatschappelijk actief is via een vereniging of club. In lijn met deze resultaten voelt de grote meerderheid van de senioren zich bijna nooit eenzaam. Inwoners van de gemeente Oegstgeest vanaf 55 jaar en ouder zijn over het algemeen tevreden over het aanbod van zorgvoorzieningen en de bereikbaarheid en toegankelijkheid van de gebouwen en voorzieningen in Oegstgeest. Dit betekent echter niet dat een specifiek seniorenbeleid niet langer noodzakelijk is. Uit het onderzoek is gebleken dat er ook senioren zijn met wie het minder goed gaat. Deze weliswaar kleinere groep senioren heeft te kampen met een slechte gezondheid, is minder mobiel, is niet of zeer beperkt actief, is af en toe of zelfs vaak eenzaam en voelt zich onveilig in de woon- en leefomgeving. 2.3 Aanbevelingen Aansluitend heeft het onderzoek ook informatie opgeleverd voor de terreinen waarop verbetering wenselijk is. Zo is 33% van de senioren ontevreden over de openbare ruimte. Met name de kwaliteit van de trottoirs en in minder mate de fietspaden zijn volgens veel senioren onder de maat (stoeptegels liggen los). Aansluitend zijn veel suggesties gedaan over het openbaar vervoer, de verkeersveiligheid, het aanbod van seniorenwoningen, het winkelaanbod en de behoefte aan een groene woon- en leefomgeving. Wat tevens opvalt is dat ‘slechts’ 8% van de senioren die op dit moment geen vrijwilligerswerk verrichten (79% van de senioren) bereid is om vrijwilligerswerk te gaan verrichten. Gezien het belang van voldoende vrijwilligers voor tal van maatschappelijke organisaties kan er, op basis van de uitkomst van dit onderzoek, voor gekozen worden om senioren nadrukkelijker te gaan stimuleren om als vrijwilliger actief te worden. Door met deze aanbevelingen van de senioren zelf aan de slag te gaan, wordt Oegstgeest in de komende jaren nog meer seniorproof. Hierbij dient te worden opgemerkt dat deze nulmeting de mogelijkheid biedt om de effecten en resultaten van het seniorenbeleid te monitoren door dit onderzoek over enkele jaren opnieuw uit te voeren. Hiermee wordt niet alleen opnieuw inzicht verkregen in de actuele stand van zaken, maar ook in de ontwikkeling van een seniorproof Oegstgeest door de jaren heen.
Over Senioren in Oegstgeest
maart 2011
8
Hoofdstuk 3 WELZIJNSBEZOEK OEGSTGEEST 2006-2010 3.1 Inleiding Sinds 2006 legt de stichting Radius zogenoemde welzijnsbezoeken af aan Oegstgeester senioren. Doelstelling van deze bezoeken is 75-plussers te bereiken die niet op de hoogte zijn van voorzieningen en regelingen en hen op de hoogte te brengen van advies en hulp mogelijkheden. De huisbezoeken worden afgelegd door getrainde vrijwilligers. Zij stellen aan de hand van een vragenlijst onderwerpen aan de orde op het vlak van wonen, gezondheid, mobiliteit, hulp- en dienstverlening, tijdsbesteding en contacten en financiën. Van eind 2006 tot begin 2010 werden 1745 senioren van 75 jaar en ouder door de gemeente aangeschreven met het aanbod van een bezoek. Deze senioren kunnen door middel van het terugsturen van een antwoordkaart aangeven een dergelijk bezoek op prijs te stellen. Uiteindelijk hebben 283 (16,2%) van de aangeschreven senioren, na een positieve reactie op dit aanbod, een vrijwilliger thuis ontvangen. De ingevulde vragenlijsten zijn door Radius verwerkt tot het rapport “Welzijnsbezoek Oegstgeest 2006-2010”. De resultaten zijn niet representatief voor alle 75-plussers in Oegstgeest. 3.2
Samenvatting, conclusies en aanbevelingen
Wonen Uit de gegevens blijkt dat over het algemeen de ondervraagde 75-plussers tevreden zijn over de manier waarop zij wonen en over hun gevoel van veiligheid. Daarbij wordt in het rapport aangetekend: 1. Bijna alle ondervraagden zijn niet bekend met de regeling ‘verhuiskostenvergoeding om medische redenen”. Aanbeveling: maak deze regeling meer bekend. Verhuiskosten kunnen een reden zijn om toch in de niet aangepaste woning te blijven wonen; 2. Een deel van de ondervraagden geeft aan ruimere (luxe) seniorenwoningen in 3. Oegstgeest te missen; 4. Een groot deel van de ondervraagden het aanbod van aanleunwoningen met verzorging te klein te vindt. Geconcludeerd wordt dat hieruit zou blijken dat veel ouderen niet op de hoogte zijn van het feit dat aanvragen voor hulp en zorg in iedere woning mogelijk is. Aanbeveling: creëer hierover helderheid; 5. Seniorenwoningen in de Apollolaan en in Haaswijk liggen niet op loopafstand van winkelmogelijkheden. Aanbeveling: bezien van de mogelijkheden. Gezondheid Het grootste deel van de ondervraagden omschrijft hun gezondheid als redelijk tot goed. Wel blijkt dat een meerderheid problemen heeft met lopen en gebruik maakt van bv. een rollator of stok. Aanbeveling: blijf aandacht besteden aan slechte bestrating en slecht begaanbare trottoirs (voor rollators en rolstoelen) Mobiliteit 6. Aandacht voor stoepen en stoepranden; 7. De mogelijkheid van een vervoerskostenregeling meer bekendheid geven. Men verwacht niet in aanmerking te komen vanwege financiële middelen, terwijl de inkomensgrens in Oegstgeest relatief hoog ligt. Ook de slechte naam die de regiotaxi heeft bij een deel van de ondervraagden speelt een rol; 8. Het openbaar vervoer in Oegstgeest uitbreiden en aandacht besteden aan een oplossing voor het gemis van buslijn 42; 9. Van de ondervraagde 75-plussers maakt 18% gebruik van door de gemeente Over Senioren in Oegstgeest
maart 2011
9
gestimuleerde bewegingsactiviteiten en andere sportvoorzieningen. Hulp- en dienstverlening 10. Aandacht voor mantelzorgers. Het begrip mantelzorg meer bekendheid geven; 11. Meer promotie van het aanbod aan hulp- en dienstverlening. Van de ondervraagden had 33% een hulpvraag. Zonder het welzijnsbezoek had men waarschijnlijk niet zelf de weg gevonden; 12. De ruimte van het Lokaal Loket wijzigen: meer privacy; 13. Aandacht (blijven) besteden aan het werven van vrijwilligers. Er is veel behoefte aan bezoekvrijwilligers en vrijwilligers voor klusjes in en om het huis. Tijdsbesteding en contacten Het grootste deel van de bezochte 75-plusers is tevreden over de manier waarop zij hun tijd besteden en het aantal sociale contacten dat zij hebben. Toch is eenzaamheid een vaker gehoord gevoel tijdens de huisbezoeken en de vervolgcontacten. 12% vindt de sociale contacten onvoldoende. Aanbevelingen: 14. Ondermeer de gemeente dient aandacht te (blijven) besteden aan eenzaamheid en sociaal isolement; 15. Telefonische verkoop en verkoop aan de deur wordt als zeer hinderlijk ervaren. De gemeente zou registratie in het “bel mij niet register” meer kunnen promoten. Ook kan zij stickers beschikbaar stellen voor op de voordeur waarmee aangegeven wordt geen prijs te stellen op verkoop aan de deur; 16. Aandacht voor het blijven ontwikkelen van activiteiten voor senioren en mensen met een beperking. Financiën Een ruime meerderheid van de ondervraagden kan zich financieel (goed) redden. Opvallend is dat bijna geen van de mensen met een inkomen beneden de minimagrens gebruik maakt van het minimabeleid van de gemeente. Aanbevelingen: Blijf het minimabeleid promoten; Vereenvoudig de wijze waarop voorzieningen vanuit het minimabeleid kunnen worden aangevraagd; Aandacht voor het beleid inzake ouderenmishandeling, waaronder financieel misbruik. Een van de voornaamste doelen van het welzijnsbezoek is het bereiken van senioren die niet op de hoogte zijn van de voorzieningen, regelingen en het hulp- en dienstverleningsaanbod. Vanuit de bezochte 75-pussers zijn 92 hulpvragen voortgekomen (33%). De bezoeken voldoen aldus het rapport zeker aan het doel. Zeker gezien het feit dat een deel van de soms kwetsbare 75-plussers geen thuiszorg en/of mantelzorg heeft en het welzijnsbezoek heeft bijgedragen aan een vorm van preventie en voegsignalering. Aanbevolen wordt te kijken naar de wijze waarop de 75-plussers in Oegstgeest worden aangeschreven om het aantal bezochte 75-plussers (17%) te vergroten. In omringende gemeenten blijkt dat het werken met een zogenoemde “nee-kaart”, dat wil zeggen dat de 75plussers aangeven geen prijs te stellen op een bezoek, een aanzienlijk hoger bezoekpercentage oplevert (meer dan 40%). In die gemeenten wordt met 75-plussers die geen “neekaart” hebben teruggestuurd, door Radius, onder het waarborgen van de privacy, telefonisch contact opgenomen voor het maken van een afspraak. De gemeente Oegstgeest prefereert het werken met een “ja-kaart” in verband met de privacy van de bewoners.
Over Senioren in Oegstgeest
maart 2011
10
Hoofdstuk 4 WIE DE OUDEREN HEEFT, HEEFT DE TOEKOMST 4.1 Inleiding Dit rapport is in 2010 opgesteld door dr C. Arie Kooijman van Contrapunt & Variatie, in opdracht van de gemeente Oegstgeest. Dhr. Kooijman heeft met een twintigtal professionals en vrijwilligers van diverse instanties gesprekken gevoerd. Hij omschrijft het zelf als een inventariserend onderzoek naar mantelzorgondersteuning en eenzaamheidproblematiek bij senioren van 65 jaar en ouder in Oegstgeest. Het is geen onderzoek naar de omvang en de aard van eenzaamheid, maar naar de vraag welke instanties zich daarmee bezighouden, welke knelpunten kunnen worden aangewezen en wat denkbare oplossingen zijn. Hetzelfde geldt voor de mantelzorgondersteuning, ook dit onderdeel van het onderzoek is inventariserend van karakter. Bijzondere aandacht wordt besteed aan de vraag of er voldoende aandacht is voor zingeving en mentale ondersteuning van zowel ouderen als hun mantelzorgers. 4.2 Samenvatting en conclusies In het eerste hoofdstuk wordt een maatschappelijk kader geschetst waarbinnen eenzaamheid en mantelzorg zich voordoen. In het tweede hoofdstuk wordt vervolgens verslag gedaan van gesprekken die met diverse partijen zijn gevoerd. Daaruit kwam naar voren, dat eenzaamheid en mantelzorg onvoldoende worden geagendeerd. Verder bleek dat van samenwerking in beperkte mate sprake is, en dat vraag en aanbod niet goed op elkaar zijn afgestemd. Er is weinig aandacht voor emotionele ondersteuning, zingeving en levensvragen bij eenzame senioren en/of mantelzorgers. In het derde hoofdstuk staan een aantal aanbevelingen op een rij. Belangrijk is te blijven werken aan bewustwording bij zorgverleners, mantelzorgers zelf en senioren die eenzaam zijn. Van belang is een integrale aanpak, waarbij alle partijen samenwerken die met senioren te maken hebben. In het vierde hoofdstuk wordt een aanzet gegeven tot een pilot. De belangrijkste aanbeveling is, dat er meer regie en samenwerking moet komen. Eenzaamheid en mantelzorg bij senioren zijn – zo bleek tijdens het onderzoek – twee terreinen met veel overlap. 4.3 Aanbevelingen Op grond van de inventarisatie waarin niet alleen knelpunten werden gesignaleerd, maar ook suggesties naar voren kwamen, noemt het rapport de volgende aanbevelingen voor de aanpak van eenzaamheid bij ouderen en de ondersteuning van de mantelzorgers in Oegstgeest. De aanbevelingen zijn nogal uiteenlopend, sommige meer praktisch van aard en eenvoudig uitvoerbaar, andere ideeën vragen om de nodige inspanningen om te kunnen worden gerealiseerd. 1. Bewustwording Er moet nog veel worden gedaan aan de bewustwording onder de bewoners van Oegstgeest in het algemeen en senioren in het bijzonder rond mantelzorg. Veel mensen beseffen niet mantelzorger te zijn, en vinden het vanzelfsprekend dat zij die zorg verlenen. Meer aandacht moet worden gevraagd, met name bij zorgverleners voor de eenzaamheidsproblematiek. Nu is er onvoldoende aandacht voor dit aspect van de problemen waarmee ouderen vaak worstelen. Training op dit terrein kan helpen. 2. Informatie mantelzorg Er is onvoldoende informatie beschikbaar voor mantelzorgers. Het zou goed zijn als voor Oegstgeest een gids komt met alle relevante informatie voor mantelzorgers. De gemeente Oegstgeest zou hier initiatiefnemer kunnen zijn.
Over Senioren in Oegstgeest
maart 2011
11
3. Informatie senioren Voor zorgverleners is het van belang dat er een gids komt waarin een overzicht te vinden is van het aanbod op het terrein van de ouderenzorg en ouderenwelzijn te Oegstgeest. Heel veel zorgverleners weten niet welk aanbod anderen leveren. Het is wenselijk dat deze informatie digitaal beschikbaar is, zodat updates gemakkelijk te realiseren zijn. Of de huidige gemeentegids hierin al voorziet is te onderzoeken. 4. Inloopspreekuur mantelzorg Het is een goed initiatief van de gemeente Oegstgeest om samen met enkele lokale partners het inloopspreekuur mantelzorg te openen. Het is echter de vraag of het loket dat gedurende één uur in de week geopend is, toereikend is, en of de locatie (in de bibliotheek) daarvoor geschikt is. Overwogen kan worden – zoals voorgesteld is door één van onze gesprekspartners – of een locatie in het gemeentecentrum niet praktischer is, daar komen al veel ouderen. Integratie in het lokaal loket is wenselijk, en een aparte gespreksruimte is aan te bevelen. 5. Integrale aanpak Als het gaat om de aanpak van eenzaamheid is een integrale aanpak vereist. Eenzaamheid is dikwijls verbonden met klachten van somberheid, dementie, verlies en toenemende fysieke beperkingen. Het is van belang om deze klachten juist in hun onderlinge samenhang te zien. Binnen die samenhang moet er gerichte aandacht komen voor de rol van de mantelzorger. 6. Aandacht voor zingeving en levensvragen Diverse partijen geven aan het toe te juichen als er meer aandacht komt voor zingeving en mentale begeleiding bij (eenzame) ouderen en mantelzorgers. Nu ligt de nadruk vooral op het ontlasten van mantelzorgers, of een activiteitenaanbod voor eenzame ouderen. Aan de levensfaseproblematiek en de zingeving wordt bijzonder weinig aandacht geschonken. 7. Mantelzorgondersteuning (zie ook voorgaande aanbevelingen) Voor de mantelzorgondersteuning is het dringend gewenst dat alle partijen, gemeente en zorgverleners de handen ineen slaan. Nu is het aanbod te gering, te verbrokkeld, en vindt er geen of onvoldoende afstemming plaats. In Leiden is een convenant gesloten om gericht aandacht te schenken aan de mantelzorg. Daarbij maakt men gebruik van de POM-methodiek, d.w.z. de zorgverleners worden getraind om aandacht te schenken aan de mantelzorgers als geïntegreerd onderdeel van de geboden totale zorg. Wellicht is het mogelijk aansluiting te zoeken bij dit Leidse convenant, of een vergelijkbaar convenant voor Oegstgeest af te sluiten. 8. Kritische evaluatie Het verdient aanbeveling om het huidige aanbod van mantelzorg-ondersteuning kritisch tegen het licht te houden. Het verdient aanbeveling om op het terrein van de mantelzorgondersteuning en aandacht voor eenzaamheidsproblematiek bij ouderen met zorgaanbieders hierover prestatieafspraken te maken. 9. De kracht van senioren Het is van belang bij de ontwikkeling van plannen over eenzaamheid en mantelzorg ruggespraak te houden met de doelgroep. In dit verband moet worden onderstreept dat juist in de groep senioren een enorm potentieel aanwezig. Zij hebben ook veel te bieden: ervaring, deskundigheid, wijsheid en creativiteit. En last but not least, ze hebben tijd.
Over Senioren in Oegstgeest
maart 2011
12
Hoofdstuk 5 WOONVOORKEUREN EN WONINGMARKTGEDRAG VAN SENIOREN IN OEGSTGEEST. Resultaten schriftelijke enquête onder 55-plussers in de gemeente Oegstgeest, april 2008 5.1 Inleiding In opdracht van de gemeente Oegstgeest heeft het Tympaan Instituut eind 2007 een onderzoek verricht naar de woonvoorkeuren en het woningmarktgedrag van senioren (55-plussers). Deze informatie heeft de gemeente nodig om ontwikkelingsplannen te beoordelen voor de realisatie van seniorenwoningen en de vorming van woon/zorgcombinaties in Oegstgeest. De vragenlijst is toegestuurd aan een a-selecte steekpoef van 500 van 6.450 inwoners van 55 jaar en ouder, met uitzondering van bewoners van verzorgings- en verpleeghuizen. De resultaten van het onderzoek zijn representatief voor de groep zelfstandig wonende 55-plussers in Oegstgeest. 5.2
Samenvatting en conclusies
Woonsituatie en verhuisplannen 1. Tweederde van de zelfstandig wonende senioren heeft een eengezinswoning en 20% een flat of appartement (niet speciaal voor senioren). Een klein deel (6%) woont in een senioren- of bejaardenwoning. Ook van de 75-plusers (14%) woont een minderheid in een senioren- of bejaardenwoning; 2. Het merendeel van de huizen zijn koopwoningen. Dat geldt ook voor woningen speciaal voor senioren; 3. Van de senioren denkt 45% niet aan verhuizen. Van de 55% die op termijn wel denkt te verhuizen, wil het grootste deel in Oegstgeest blijven; 4. Bewoners van eengezinshuizen, particuliere huurders, eigenaren van koopwoningen, 55-74-jarigen, samenwonenden en de midden en hoge inkomensgroepen denken vaker dan gemiddeld aan verhuizen. 55-plussers met een woning speciaal voor senioren denken het minst vaak op termijn te gaan verhuizen; 5. De belangrijkste redenen voor verhuizen zijn achtereenvolgens gezondheid, te grote woning, te grote tuin en gebrek aan voorzieningen in de buurt; 6. Het merendeel van de senioren wil zo lang mogelijk in hun huidige woning blijven wonen en een zelfstandig huishouden voeren; 7. Als een zelfstandig huishouden in de huidige woning niet meer mogelijk is, wil 41% naar een appartement of flat die niet speciaal voor senioren is ontworpen en 40% naar een speciale seniorenwoning. Van de 75-plussers wil tweederde naar een speciale seniorenwoning. Het aandeel van de senioren dat wil kopen en het aandeel dat wil huren is ongeveer gelijk. Voor bijna een kwart van de 75-plussers is een seniorenwoning (aanleunwoning) de gewenste woonvorm. 5.3 Aanbevelingen De volgende aanbevelingen worden gedaan: Zorg (samen met woningcorporaties) bij renovatie of woningaanpassing voor levensloopbestendige aanpassingen, omdat de meeste senioren in de eigen woning willen blijven wonen. Belangrijk is: de afwezigheid van trappen, de aanwezigheid van woningaanpassingen en de toegankelijkheid van het woongebouw en de woning; Ondersteun burgers die bereid zijn mantelzorg (buren- en familiehulp) te verlenen aan senioren; Zorg voor een mix van huur- en koopwoningen in verschillende prijsklassen. Zorg bij realisatie van nieuwe koopwoningen voor een mix van woningen met drie en vier kamers. Koopwoningen moeten even vaak een woonoppervlakte hebben van 80-120 m2 als een woonoppervlakte van 120-200 m2; Zorg bij realisatie van nieuwbouw voor een mogelijkheid om buiten te zitten;
Over Senioren in Oegstgeest
maart 2011
13
Zorg voor goede voorzieningen in de openbare ruimte: verlichting, groen, trottoirs en een supermarkt; Zorg voor bushalten op loopafstand en voor mogelijkheden van aanvullend openbaar vervoer; Zorg voor medische, zorg- en welzijnsvoorzieningen in de buurt: huisarts, apotheek, huisartsen- of zorgpost voor avond- en weekenddiensten en alarmering aan huis.
Over Senioren in Oegstgeest
maart 2011
14