OVER DE ACHTERGRONDEN VAN DIT BOEK
De oorsprong van informatie zegt wellicht niet alles, maar wel veel. Vandaar dat u, zoals u in dit boek heeft kunnen lezen, aantoonbaar voorzichtig moet zijn met wat beleggingsadviseurs en vermogensbeheerders u adviseren: meestal vallen de resultaten namelijk tegen. Hetzelfde geldt voor de adviezen van schrijvers. Immers: als al die adviseurs, beheerders en schrijvers werkelijk zo slim en kundig waren als ze zelf meestal pretenderen, dan kunnen ze meer en gemakkelijker geld verdienen door hun eigen advies in de praktijk te brengen dan door hun tijd te verdoen met het beheren van het geld van anderen en/of het schrijven van een boek. Wat betreft beleggingsadviseurs, vermogensbeheerders en schrijvers is er daarom één minimale randvoorwaarde waar ze zeker aan moeten voldoen alvorens ze een begin van uw vertrouwen waard zijn: een substantieel deel van hun eigen privévermogen moet op hetzelfde moment in dezelfde fondsen geїnvesteerd worden als ze u adviseren te doen. In hoeverre beleggingsadviseurs, vermogensbeheerders en schrijvers aan deze randvoorwaarde voldoen is moeilijk te controleren, maar op basis van mijn eigen ervaring is het nog maar zeer de vraag of dat meer dan 5% is. Toch is dit een uiterst belangrijke randvoorwaarde.
407
DE BASIS VAN HET BELEGGEN
Het beleggen van een substantieel deel van het eigen vermogen conform het eigen advies, verzekert u er namelijk van dat u te maken heeft met een beleggingsadviseur, vermogensbeheerder of schrijver die gelooft in zichzelf en in zijn eigen product. Dat is nog geen garantie op succes, maar wel een garantie dat u niet slechts met een snelle verkoper te maken heeft. Daarnaast geeft Curtis M. Faith, auteur van het boek ‘Way of the Turtle’, een paar aanvullende criteria ter beoordeling van de geloofwaardigheid en kundigheid van beleggingsadviseurs, vermogensbeheerders en schrijvers. Aan het einde van zijn boek stelt hij (en ik sluit me daar van harte bij aan):cxxv “Unfortunately, in most fields the number of people who really understand what’s going on is very limited. For every true expert, there are scores of pseudo-experts who are able to perform in the field, have assembled loads of knowledge, and in the eyes of those who are not experts are indistinguishable from the true experts. These pseudo-experts can function but do not really understand the area in which they claim expertise. True experts do not have rigid rules; they understand what’s going on, and so they do not need rigid rules. Pseudo-experts, however, don’t understand, and so they tend to look at what the experts are doing and copy it. They know what to do but not why it should be done. Therefore, they listen to the true experts and create rigid rules where none were intended. One sure sign of a pseudo-expert is writing that is unclear and difficult to follow. Unclear writing comes from unclear thinking. A true expert will be able to explain complicated ideas in ways that are clear and easy to understand. Another common characteristic of pseudo-experts is that they know how to apply complex processes and techniques and have been well trained but do not understand the limits of those techniques.
408
OVER DE ACHTERGRONDEN VAN DIT BOEK
(…) Don’t confuse experience with expertise or knowledge with wisdom.”cxxvi Deze criteria van Faith combinerend met: ∗
∗
de voorwaarde dat een substantieel deel van het eigen privévermogen van een beleggingsadviseur, vermogensbeheerder en/of schrijver op hetzelfde moment en in dezelfde fondsen geїnvesteerd moet worden als zij de cliënt adviseren te doen; en, de hiervoor in hoofdstuk 5 besproken parabel van Warren Buffett over de coin flipping contest;
geeft de volgende vijf vereisten waarvan u mag verwachten dat een betrouwbare beleggingsadviseur, vermogensbeheerder en/of schrijver daaraan voldoet: 1. hij investeert minimaal de helft van het eigen privévermogen conform het door hemzelf verstrekte advies; 2. hij kan het eigen advies helder en begrijpelijk presenteren; 3. hij geeft inhoudelijk heldere en begrijpelijke antwoorden op al uw moeilijke ‘ja maar, waarom….?’-vragen, zonder daarbij gebruik te maken van algemene en nietszeggende non-antwoorden of u de indruk te geven dat het antwoord te ingewikkeld voor u is om te begrijpen; 4. hij heeft minimaal tien, maar bij voorkeur twintig of meer jaar beleggingservaring; en, 5. hij heeft over die periode een bovengemiddeld trackrecord opgebouwd. Deze criteria op mijzelf als schrijver van dit boek toepassend, geeft u het volgende beeld: Aan het eerste criterium voldoe ik volledig. Zoals u op de vooruitzichtenpagina’s van de website hollandinvest.com kunt lezen heeft dat er toe geleid dat ik sinds 2005 posities ben gaan afbouwen omdat ik
409
DE BASIS VAN HET BELEGGEN
de beurzen te hoog vond in het licht van de economische gang van zaken: de onderliggende economische risico’s waren veel te hoog voor de in het beste geval nog te verwachten rendementen. Een groot deel van de aan dat oordeel ten grondslag liggende informatie treft u aan op de site en in dit boek.258 Wat betreft het tweede criterium kan ik alleen maar hopen dat u van mening bent dat ik daar in geslaagd ben. Zo niet, dan moet u dit boek niet kopen en al helemaal niet aan uw vrienden, collega’s en kennissen aanraden. Wat betreft het derde criterium (over de moeilijke ‘ja maar, waarom...?’vragen): deze vragen hoop ik met behulp van de aanvullende informatie in de diverse terzijdes en voetnoten zoveel mogelijk te hebben beantwoord. Of ik daar ook op een heldere en begrijpelijke manier in geslaagd ben is wederom niet aan mij om te beoordelen. Ik hoop echter van harte dat u van mening bent dat ik daar inderdaad in geslaagd ben. Zo niet, dan doet u er wederom verstandig aan dit boek niet te kopen en door te zoeken tot u een boek vindt waarin uw moeilijke vragen wel op een voor u begrijpelijke wijze worden uitgelegd. Wat betreft het vierde criterium: door de terminale ziektes van mijn ouders werd ik steeds meer geconfronteerd met serieuze bedragen en goed betaalde vermogensbeheerders. Op het moment van dit schrijven is dat zo’n 18 jaar geleden. Vervolgens duurde het nog even voordat ik inzag dat de vermogensbeheerders die mijn ouders hadden ingehuurd hun geld
258 Uitgedrukt in de termen van dit boek werd mijn disconteringsvoet te hoog. Daarnaast werd de toekomst in mijn ogen zo onzeker dat er zelfs ten aanzien van het ‘juiste bedrijf’ geen betrouwbare toekomstprojectie meer te maken viel. Er was daardoor geen intrinsieke waarde meer te bepalen en dus ook geen belegging meer te doen. Dat er later ook inderdaad een crisis en beurscrash volgde heeft mij vanzelfsprekend niet verbaasd. En ook de duur en diepte van de crisis niet. Maar dat wil nog niet zeggen dat ik die crisis en beurscrash ook letterlijk voorspeld heb. Althans, niet als belegger. Als belegger heb ik slechts de basisprincipes uit dit boek ter harte genomen.
410
OVER DE ACHTERGRONDEN VAN DIT BOEK
en ons vertrouwen niet waard waren. Dat moment brak aan toen in 2000 de dot.com crisis uitbrak. Daarna ben ik mij in korte tijd steeds meer en steeds directer gaan bezighouden met het eigen vermogensbeheer. Dat heeft er toe geleid dat ik sinds 2005 mijn posities langzaam ben gaan afbouwen omdat ik, zoals gezegd, de economische stand van zaken op dat moment niet vertrouwde: de risico’s waren gewoonweg opnieuw te groot om het risico van met name een substantiële aandelenbelegging nog langer verantwoord te kunnen nemen. Wat betreft het vijfde criterium: door het succesvol vermijden van de meest recente financiële crisis voldoe ik ook daar aan. Voorzover relevant: ook over de toekomst op de korte en middellange termijn ben ik (eind maart 2011) nog niet bepaald optimistisch. Op de website hollandinvest.com schreef ik daarover in september 2009, onder het vooruitzicht voor de middellange termijn, het volgende: “Op de middellange termijn zijn er drie mogelijke scenario’s voor de financiële markten (...): 1. de beurzen negeren de onderliggende economische problemen en zetten hun voortgang voort, alsdan zijn de komende jaren de risico’s op een herhaling van de meest recente crisis (met zwaardere consequenties) aanzienlijk; 2. de beurzen komen terug op het huidige optimisme en blijven daarna lange tijd zijwaarts bewegen totdat de onderliggende economie zich weer voldoende heeft hersteld voor nieuw (en alsdan: gerechtvaardigd) optimisme; 3. de beurzen komen terug op het huidige optimisme en crashen opnieuw, maar dan naar een dusdanig laag niveau dat instappen voor de lange termijn, ongeacht een vooralsnog uitblijvend economisch herstel, gerechtvaardigd zal zijn.
411
DE BASIS VAN HET BELEGGEN
Vanuit een beleggingsstandpunt hoopt Holland Invest op het derde scenario; vanuit het algemeen belang zou het tweede scenario het meest wenselijk zijn. Op dit moment lijkt echter het eerste scenario zich te ontvouwen.” Sindsdien hebben de diverse aandelenbeurzen hun opgaande lijn, met een korte onderbreking medio vorig jaar, alleen maar verder voortgezet. We zitten daarmee dus inderdaad in het eerste van de drie geschetste scenario’s. Met, zoals het zich nu laat aanzien, vroeger of later waarschijnlijk een omslag naar het derde scenario. In het korte termijn vooruitzicht voor de periode 2011 – 2016 schreef ik daarover: “In de reële economie is een afglijden naar een herhaling van de Grote Depressie voorkomen, mede doordat grote hoeveelheden liquiditeit de financiële beurzen een kunstmatige dosis adrenaline heeft gegeven. Zolang dit adrenaline-infuus van kunstmatig lage rentes en het zonder reële afschrijvingen overhevelen van private schulden op de schouders van de belastingbetalers doorgaat, zal er voorlopig financieel sprake zijn van verder stijgende aandelenbeurzen en grondstofkoersen. Met name de aandelenbeurzen zullen hierdoor een steeds grotere overwaardering laten zien. (...). De ervaring uit het verleden leert echter dat dit soort spanningen in veruit de meerderheid van de gevallen zich niet langzaam en geleidelijk laat oplossen. Kortom, de kans op een hernieuwde, zwaardere, crisis op de korte en middellange termijn is aanzienlijk.” Voor mij persoonlijk leidt de bovenstaande zienswijze er toe dat, in de context van dit boek, de te hanteren disconteringsvoet te hoog is om een aanzienlijke nieuwe investering in aandelen te rechtvaardigen. Of dat ook voor u zo is zult u zelf aan de hand van uw eigen situatie, inzicht en risicotolerantie moeten bepalen. Daarbij is het van belang om in het achterhoofd te houden dat de enkele aanwezigheid van een hoog risico niet wil zeggen dat dat risico zich dús ook daadwerkelijk zal verwerkelijken. Dat gezegd zijnde zou het mij echter niet verbazen als er zich ergens binnen de huidige korte termijn periode (2011 – 2016) een herhaling zou voordoen van de op dit moment
412
OVER DE ACHTERGRONDEN VAN DIT BOEK
meest recente financiële crisis. Maar dan met veel zwaardere consequenties. De redenen daarvoor vindt u terug op de blogpagina van Holland Invest. Samengevat komen die redenen op het volgende neer: • •
•
• •
het feit dat Tobin’s Equity q, zoals u hiervoor in grafiek 28 kunt zien, alweer op een historisch zeldzaam hoog niveau staat; de wetenschap dat internationaal bezien de bedrijfswinsten volgens iedere denkbare maatstaf op een historisch zeldzaam hoog niveau staan; terwijl, eveneens internationaal bezien, de schulden van overheden en burgers eveneens op een historisch hoog niveau staan; het einde van de mogelijkheden van quantitative easing bereikt lijkt te zijn; en dat alles, terwijl het met name die quantitative easing is die de lange termijn rentes op een, het wordt eentonig, historisch zeldzaam laag niveau houdt.
Anders gezegd: zeldzaam hoge schulden voor overheden en burgers, een zeldzaam sterk overgewaardeerde aandelenbeurs, zeldzaam hoge bedrijfswinsten als percentage van zowel de nationale als internationale inkomens (waardoor sterke verdere winststijgingen weinig economisch reëel noch sociaal wenselijk en mogelijk lijken), alle in combinatie met de zeer reële dreiging van stijgende rentes, kan onder vrijwel ieder denkbaar scenario nooit goed nieuws inhouden voor het lange termijn rendement op obligaties, aandelen en vastgoed. Dit is echter geen advies, noch een voorspelling, maar een op het verleden gebaseerd vermoeden. Onder deze omstandigheden voel ik mij persoonlijk, ongeacht het werkelijke verloop van de toekomst, aardig op mijn gemak met een relatief hoge cashpositie. Zodra u echter na lezing van dit boek van mening bent dat er, met inachtneming van uw risicotolerantie en disconteringsvoet, weer beleggingskansen zijn moet u dat zeker niet laten. Zoals Benjamin Graham dat uitdrukte:cxxvii
413
DE BASIS VAN HET BELEGGEN
“You are neither right nor wrong because the crowd disagrees with you. You are right because your data and reasoning are right.” Stewart Island – Nieuw Zeeland, 30 maart 2011
414
EINDNOTEN
cxxiii. B. Graham, The Intelligent Investor, a.w., p. 250. cxxiv. “(...) ‘Ontleen moed aan je eigen kennis en ervaring. Als je op basis van de feiten tot een conclusie bent gekomen en als je weet dat je oordeel klopt: handel ernaar – zelfs als anderen aarzelen of met je van mening verschillen.’ (Je hebt geen gelijk noch ongelijk enkel omdat de meerderheid het met je oneens is. Je hebt gelijk doordat je gegevens en conclusies kloppen). Evenzo, in de wereld van het beleggen, vormt moed de beste eigenschap, maar pas nadat voldoende kennis verzameld is en je je eigen oordeel in de praktijk getest hebt. Voor de meeste beleggers is het daarom waarschijnlijk fijn om te weten dat het voor het behalen van beleggingssucces geenszins vereist is deze kwaliteiten te bezitten en te ontwikkelen alvorens de beurs te betreden – mits een belegger zijn ambitie maar beperkt tot zijn eigen mogelijkheden en hij zich tevens beperkt tot het beleggen in de klassieke vermogenscategoriën in de vorm van indexfondsen. Het behalen van een bevredigend beleggingsrendement is makkelijker dan de meeste mensen zich realiseren; het behalen van een bovengemiddeld beleggingsrendement is veel moeilijker dan het lijkt.” Twee opmerkingen bij deze vertaling: ten eerste is de vertaling van het gedeelte dat de doorsnee belegger zich het beste kan beperken tot ‘de klassieke vermogenscategoriën in de vorm van indexfondsen’ niet slechts een vrije vertaling, maar zelfs een zeer vrije vertaling van het origineel. Niettemin is dit wel de strekking van wat Graham in dit citaat, gegeven de inhoud van zijn boek ‘The Intelligent Investor’ zelf omschrijft als ‘the safe and narrow path of standard, defensive investment’. Ten tweede zijn de in het oorspronkelijke onvertaalde citaat in de hoofdtekst door middel van onderstreping geaccentueerde woorden, in deze vertaling conform het origineel cursief gedrukt. Met andere woorden, de nadruk gevende lay-out van de tekst is niet van mij maar van Benjamin Graham zelf. Ik sluit me er echter van harte bij aan. cxxv. C.M. Faith, Way of the Turtle, McGraw-Hill, eerste druk, 2007, p. 134. cxxvi. “Helaas is het aantal mensen dat werkelijk snapt hoe iets in elkaar steekt, ongeacht het vakgebied, altijd zeer beperkt. Tegenover iedere werkelijke expert staan heel veel pseudo-experts. Deze pseudo-experts zijn meestal in staat goed te functioneren binnen het desbetreffende vakgebied, hebben vaak zeer veel kennis, en zijn daardoor in de ogen van de meeste burgers niet te onderscheiden van de werkelijke expert. Hoewel deze pseudo-experts dus goed
415
DE BASIS VAN HET BELEGGEN
kunnen functioneren, hebben zij het vakgebied waarin zij werken niet werkelijk in de vingers. Werkelijke experts hebben geen onbuigzame regels: zij begrijpen wat er werkelijk gebeurt waardoor zij geen houvast zoeken in vastomlijnde regels en gebruiken. Pseudo-experts echter missen dit gevoel voor de werkelijke onderliggende dynamiek van het vakgebied. Daardoor kijken zij naar wat de werkelijke experts doen, en proberen zij dat vervolgens na te doen. Hierdoor weten zij wat ze moeten doen, maar niet precies waarom. En dat is hoe hun onbuigzame regels ter wereld komen. Regels die nooit als vastomlijnde voorschriften bedoeld waren. Een onmiskenbaar teken waarmee een pseudoexpert zich van een werkelijke expert onderscheidt is een onduidelijke schrijfstijl die moeilijk te volgen is. Een onduidelijke schrijfstijl is het gevolg van niet helder denken. Een werkelijke expert is in staat om moeilijke zaken helder en begrijpelijk uit te leggen. Een overeenkomst tussen de diverse pseudoexperts is dat zij zeer goed getrained zijn in het toepassen van complexe processen en technieken, maar geen oog hebben voor de praktische limieten aan de toepasbaarheid daarvan. (...). Verwar daarom ervaring niet met inzicht, noch kennis met wijsheid.” cxxvii. B. Graham, The Intelligent Investor, a.w., p. 250.
416