Onderwijs- en examenregeling
Opleiding Commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen Crebo 90500 Niveau 4 BOL Cohort 2015 - 2018 Nominale studieduur 3 jaar / 4800 SBU versie 2, juni 2015
1
I1.
Welkom bij het Florijn College
Met deze OnderwijsExamenRegeling(OER) willen wij je wegwijs maken in de opleiding die je gaat volgen. De OER is een belangrijk onderdeel van de onderwijsovereenkomst die je met het ROC WestBrabant en dus met het Florijn college hebt gesloten. Het is belangrijk deze OER goed te lezen en er regelmatig dingen in op te zoeken, want het is ook een soort naslagwerk dat je ondersteunt tijdens de studie. Als Florijn College hebben wij ons ten doel gesteld studenten op te leiden tot succesvolle wereldburgers. Onze studenten zijn afkomstig uit allerlei culturen. Daar zijn we trots op. Ons onderwijs en onze begeleiding zijn er dan ook op gericht om het beste uit jezelf te halen. Dat kan alleen als we steeds in beweging blijven en bij de tijd. Dat doen we samen: jij als student en al onze medewerkers. Wij nodigen jou dan ook van harte uit hieraan bij te dragen door jouw ambities waar te maken. Ben jij succesvol, dan is het Florijn College dat ook. Wij wensen je een leerzame en fijne tijd toe.
Lisan van Beurden, directeur
2
I2.
Inhoud
Algemene informatie I1. Welkom bij het Florijn College .................................................................................................................................... 2 I2. Inhoud ................................................................................................................................................................................... 3 I3. Belangrijk om te weten .................................................................................................................................................. 5 Informatie over werk en beroep W1. Het beroep (algemeen) .................................................................................................................................................. 7 W2. Het beroep (uitstroomprofielen) ................................................................................................................................. 9 Informatie over het onderwijsprogramma O1. O2. O3. O4. O5. O6.
Opleiding op hoofdlijnen .............................................................................................................................................. 10 Onderdelen van de opleiding ..................................................................................................................................... 13 Maatwerk ........................................................................................................................................................................... 16 Voortgang .......................................................................................................................................................................... 18 Planning van de onderwijstijd.................................................................................................................................... 21 Kerntaken .......................................................................................................................................................................... 25
Informatie over het examenprogramma E1. E2. E3. E4. 3
Verschillende examens ................................................................................................................................................. 34 Examenplan ...................................................................................................................................................................... 37 Inzien examens, herkansing en vrijstelling aanvragen ................................................................................... 46 Klachten, bezwaar en beroep bij examens .......................................................................................................... 47
Informatie over begeleiding B1. B2. B3. B4. B5.
4
Begeleiding bij het leren .............................................................................................................................................. 48 Zorgbegeleiding ............................................................................................................................................................... 50 Leerplicht, kwalificatieplicht en aanwezigheid .................................................................................................... 51 Veiligheid, gedrag en vertrouwenspersoon .......................................................................................................... 52 Inspraak en klachten over het onderwijs en de organisatie ......................................................................... 54
I3.
Belangrijk om te weten
Op de website van het Florijn College staat belangrijke informatie over procedures, afspraken, rechten en plichten, etc. Deze informatie kan je terugvinden op de website onder de tab ‘Studenteninformatie’. (http://www.florijn.nl/studieinformatie/studenteninfo). Opleidingskosten en schoolkosten
Algemene schoolkosten en specifieke opleidingskosten
Afspraken op Florijn College
Algemene informatie over en afspraken op Florijn College (studenteninfogids)
Studentenstatuut
Onderwijs
5
Doorstroomformulier
Onderwijsovereenkomst (OOK)
Praktijkovereenkomst (POK)
Leerplichtwetgeving of Leerplichtinformatie of Leerplicht - Regionaal bureau West-Brabant
Vakantierooster
Verzuim en consequenties daarvan
Studentenbegeleiding
Zorgbegeleiding ‘Als het (even) tegen zit’
Pestprotocol
Flyer voordelen bij bedrijven met Florijnpas - Florijn College MBO
Klachtenregeling (procedure Bezwaar en beroep algemeen)
Examinering
Onderwijs- en Examenreglement (OER)
Algemeen centraal Examenreglement Beroepsonderwijs
Vrijstellingsregeling
Herkansingsregeling
Hulpmiddelen examen
Procedure Bezwaar en beroep Examinering
Inzien en bespreken examen en beoordeling
ARBO en veiligheid
Schoolveiligheidsplan
Calamiteitenflyer ‘Wat te doen bij een calamiteit?’
Studentenraad
Namen en contactgegevens
Verslagen
Klassenvertegenwoordigers
6
Verslagen
Data en locatie overleggen
W1. Het beroep (algemeen)
Werkomgeving Een commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen werkt bij een bank, een verzekeraar of bij een assurantietussenpersoon. De plek binnen deze organisaties kan verschillen. Hij kan een functie in de front office bekleden waarin hij direct cliëntcontact heeft, bijvoorbeeld in de buitendienst, bij een bankfiliaal, bij een call-/servicecenter of een baliefunctie bij een intermediair. Hij kan ook in de back office werkzaam zijn waarbij hij met name indirect cliëntcontact heeft. Dit kan bijvoorbeeld op een administratie-unit van een bank of een claimafhandel-unit van een verzekeraar zijn. Bij een assurantietussenpersoon is de scheiding tussen front en back office minder scherp waardoor de werkzaamheden van een medewerker doorgaans gevarieerder zijn. Beroepshouding Een commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen weet alles van financiële producten zoals schadeverzekeringen, betalingsverkeerproducten en kredieten. Hij heeft een commerciële instelling en gedraagt zich altijd integer en ethisch verantwoord naar anderen, bijvoorbeeld als het gaat om het omgaan met vertrouwelijke gegevens. Hij beschikt over uitstekende communicatieve vaardigheden, zowel mondeling als schriftelijk. Betrouwbaar zijn en punctualiteit nastreven zijn essentieel voor dit beroep. Verder kan de commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen goed met cijfers omgaan, is hij nauwkeurig en kent hij uiteraard de relevante wetgeving.
7
Resultaat De adviseur financiële dienstverlening adviseert klanten over financiële producten en diensten, houdt dit advies actueel en beheert de gegevens rondom het advies in een klantdossier, zodanig dat de klant op een passende manier geholpen is met een advies dat aansluit bij zijn profiel.
8
W2. Het beroep (uitstroomprofielen)
Voor de opleiding Commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen zijn er geen aparte uitstroomprofielen.
9
O1. Opleiding op hoofdlijnen
Een studiejaar bestaat uit 4 periodes van 9 of 10 weken. Een lesweek op school bevat ongeveer 25 klokuren aan geroosterde onderwijsactiviteiten. In alle studiejaren bestaat je lesweek uit een aantal vergelijkbare onderdelen. We maken onderscheid tussen: a. Beroepsvorming Je krijgt een opleiding waarbij de vakkennis van de bankwereld en verzekeringswereld centraal staan. Landelijk is vastgelegd dat je voor het diploma Commercieel medewerker Bank- en Verzekeringswezen WFT Basis Deskundigheid + 1 verplichte keuze uit de WFT modulen: WFT Schade Particulieren, WFT Schade Bedrijven, WFT Consumptief krediet en WFT Vermogen moet afleggen. Deze examens bepalen voor een groot deel de inhoud van de leerjaren: Leerjaar 1:
Basiscursus deskundigheid en schade particulier.
Leerjaar 2:
Schade Bedrijven en Consumptief krediet
Leerjaar 3:
Vermogen
De opleiding Commercieel medewerker Bank- en Verzekeringswezen bestaat uit een aantal vergelijkbare onderdelen die we leerlijnen noemen.
10
De geïntegreerde leerlijn Je gaat aan het werk in dagelijkse situaties die horen bij het beroep waarvoor je wordt opgeleid. Bij deze leerlijn horen stages en projecten. De individuele leerlijn In de beroepsproducten wordt een aantal competenties gemeten. Je maakt elke periode vier beroepsproducten, waarin competenties beoordeeld worden. De ondersteunende leerlijn Deze leerlijn bestaat uit 3 onderdelen: -
Kernvakken (zoals Assurantie, Bankleer) Dit zijn vakken die horen bij beroepssituaties zoals je die in de geïntegreerde leerlijn oefent.
-
Lintvakken (zoals Nederlands, Engels, BUCO, computervaardigheden, rekenen) Dit zijn vakken waarbij je meer algemene vaardigheden leert.
-
Workshops Om in te kunnen spelen op actuele ontwikkelingen in het bank- en verzekeringswezen worden er workshops gegeven. Een workshop gaat dieper in op een onderdeel van een kernvak en duurt maximaal één periode.
11
Een schematische weergave van het studietraject vind je terug in de volgende tabel.
Intro
P1
P2
School
School
P3
P4
School School
SA1
P5
P6
P7
P8
School
Stage
School
School
SA2
P9
P10
School School
P11
P12
Stage
Stage
SA3
Periode 1 start met een introductieprogramma. In periode 5 of 6 loop je 5 dagen per week stage. Deze stage is algemeen. De stage in 11 en 12 voer je taken uit op een hoger niveau.
12
O2. Onderdelen van de opleiding
Je opleiding bestaat uit een aantal vaste onderdelen. Informatie over de inhoud en leerdoelen krijg je van je docent. Documenten waarin de leerdoelen beschreven zijn, vind je op www.kwalificatiesmbo.nl. a. Beroep De kerntaken en werkprocessen komen tijdens je opleiding aan bod in verschillende vakken. Je leert vakkennis en vaardigheden toe te passen in beroepssituaties. Er zijn kerntaken voor het gemeenschappelijk deel en kerntaken voor het uitstroomprofiel. Er worden verschillende werkvormen gebruikt: o.a. projecten, individuele en groepsopdrachten, digitale oefeningen, praktijksimulatie, leren uit boeken, instructies van de docent. De leerdoelen zijn beschreven in het kwalificatiedossier ‘Commercieel medewerker Bank- en Verzekeringswezen’. Meer informatie over de inhoud van de kerntaken vind je in deel C van het kwalificatiedossier. b. Nederlands Taaltraining op de vaardigheden lezen, luisteren, spreken, gesprekken voeren, schrijven, taalverzorging en begrippen. Er worden verschillende werkvormen gebruikt: o.a. digitale oefeningen, leren uit boeken, instructies van de docent, rollenspel, luisteroefeningen. De leerdoelen zijn beschreven in het ‘Referentiekader Taal en Rekenen’.
13
c. Engels Taaltraining op de vaardigheden lezen, luisteren, spreken, gesprekken voeren en schrijven. Er worden verschillende werkvormen gebruikt: o.a. digitale oefeningen, leren uit boeken, instructies van de docent, rollenspel, luisteroefeningen. De leerdoelen zijn beschreven in het ‘Europees ReferentieKader’. d. Rekenen In de trainingen rekenvaardigheid wordt aandacht besteed aan 4 domeinen: getallen, verhoudingen, meten en meetkunde, verbanden. Middels digitale oefeningen, opdrachten en instructie werk je toe naar het Cito-examen. De leerdoelen zijn beschreven in het ‘Referentiekader Taal en Rekenen’. e. Oriëntatie en Burgerschap De onderdelen Oriëntatie en Burgerschap zijn gericht op je persoonlijke ontwikkeling. Bij oriëntatie staat het vinden van betekenisvol werk of vervolgonderwijs centraal. Daarbij krijg je inzicht in je eigen kwaliteiten, je mogelijkheden en de waarden en motieven die voor jou belangrijk zijn. Bij burgerschap krijg je inzicht in 4 dimensies: politiek juridische, economische en sociaalmaatschappelijke dimensie en vitaal burgerschap. Middels discussie, onderzoek, opdrachten en presentaties werk je aan je persoonlijke ontwikkeling. De leerdoelen zijn beschreven in het document ‘Kwalificatie-eisen loopbaan en burgerschap (vanaf 2012)’
14
f. BPV (stage) Stage wordt ook wel BPV (Beroeps Praktijk Vorming) genoemd. Tijdens de stage leer je werken in een bedrijf en kan je toepassen wat je op school hebt geleerd. De eerste stage is gericht op het basisdeel van je opleiding. In de tweede stage komen er steeds meer taken bij, die passen bij jouw uitstroomrichting. Bij iedere stage hoort een werkboek met uitleg en opdrachten. De keuze voor een stagebedrijf is afhankelijk van de uitstroom die je kiest, het type bedrijf dat bij je past en de beschikbaarheid van bedrijven. Het stagebedrijf moet goedgekeurd zijn voor de opleiding die je gekozen hebt. De lijst met alle goedgekeurde stagebedrijven vind je terug op www.stagemarkt.nl. De BPV-begeleider helpen je bij het vinden van een goed stageadres. De BPV-begeleider komt enkele malen bij je stagebedrijf op bezoek voor voortgangsgesprekken en begeleiding. Binnen het stagebedrijf is er altijd een medewerker (praktijkopleider) die je dagelijks begeleidt in het bedrijf. Samen met het bedrijf en de school onderteken je een praktijkovereenkomst (POK) waarin afspraken staan over wat er van jou verwacht wordt en wat jij van het bedrijf mag verwachten. Het is ook mogelijk om in een internationale stage ervaring op te doen in het buitenland. g. Keuzevakken Niet van toepassing. h. Begeleiding De wijze waarop je wordt begeleid is beschreven in het hoofdstuk ‘B1. Begeleiding bij het leren’.
15
O3. Maatwerk
Aansluiting op je vooropleiding Een diploma van de kaderberoepsgerichte-, gemengde of theoretische leerweg in de sector economie sluit het beste aan. Aansluiting op vervolgonderwijs en arbeidsmarkt, Met het diploma “Commercieel medewerker Bank – en Verzekeringswezen” kun je gaan werken bij een bankbedrijf, een verzekeraar of als intermediair. De werkzaamheden richten zich op de particuliere klanten en de kleinere midden – en kleinbedrijven. Je kunt aan de slag in een frontoffice omgeving, een backoffice omgeving, een multichannel customer contact center, een buitendienstfunctie en een combinatie van genoemde omgevingen. Met je mbo-diploma kun je ook verder studeren aan het HBO, onder andere HBO FSM (Financial Services Management), HBO Vastgoed (in Eindhoven), HBO MER (Avans). Versnellen of vertragen Voor studenten met een Havo-diploma is het mogelijk de opleiding in twee jaar af te ronden. Heb je VMBO als vooropleiding, dan geldt in principe dat de opleiding drie jaar duurt. Door het niet tijdig voldoen aan de voortgangsnormen kan het zijn dat je vertraging oploopt.
16
Remediëren, verrijken, verdiepen Omdat het leertraject beperkt flexibel is ingericht, kan je waar nodig langer meer opleidingstijd besteden in bepaalde vakken. Ook zijn er mogelijkheden voor extra ondersteuning voor bijvoorbeeld rekenen. Daarvoor kun je maatwerkafspraken maken.
17
O4. Voortgang
Ontwikkelingsgericht beoordelen en feedback Tijdens de studieonderdelen (bv. projecten, lessen of trainingen) word je regelmatig beoordeeld door middel van bijvoorbeeld opdrachten, presentaties of toetsen. Deze beoordelingen zijn bedoeld om je ontwikkeling te ‘meten’ en om te kijken waar het beter kan. Bij ieder studieonderdeel word je vooraf verteld wat er van je wordt verwacht. Je bent op de hoogte van alles wat je moet doen (bewijslast) en aan welke eisen deze bewijslast moet voldoen. Wanneer je werk is beoordeeld, krijg je feedback op je prestatie: wat is er goed en wat kan beter. Je probeert daarna zelf vast te stellen wat je al goed kan, op welke punten je nog kunt verbeteren en hoe je dat gaat doen. Je tussentijdse resultaten worden bijgehouden op een resultatenoverzicht. Iedere periode worden je voortgang en je resultaten besproken met je studieloopbaanbegeleider. De cijfers die je in de voortgang behaald hebt worden omgerekend naar studiepunten: lager dan 4,5
0 studiepunten
4,5 tot 5,5
1 studiepunten
5,5 tot 6,5
2 studiepunten
6,5 of hoger
3 studiepunten
De behaalde studiepunten worden uitgedrukt in een percentage van de maximaal te behalen studiepunten. Maximaal te behalen studiepunten: aantal vakken keer 3 studiepunten.
18
Studieadvies Op basis van je resultaten en voortgang krijg je een studieadvies. Er zijn bij het studie advies drie mogelijke uitkomsten: Jammer, maar deze opleiding past niet bij jou. We gaan je in de resterende periode helpen bij het vinden van een andere opleiding en daar waar mogelijk ondersteunen bij je overstap. We denken dat je het diploma kan behalen maar... Afhankelijk van je achterstanden wordt er een afspraak gemaakt. Deze afspraak wordt vastgelegd in een studiecontract. Misschien kan je pas op een later moment op stage en ga je studie achterstand oplopen. Je ontwikkeling verloopt volgens verwachting of zelfs daarboven. Je kan zonder studievertraging beginnen aan je stage. Voor het eerste studieadvies (in periode 2) wordt er gekeken of: •
de opleiding/het beroep bij je past;
•
je voldoende aan je opleiding werkt en gemotiveerd bent;
•
je studieresultaten aan de verwachtingen voldoen.
Bij het tweede studieadvies (in de periode voorafgaande aan je stage) wordt bepaald of je voldoende geleerd hebt om op stage te gaan. Je kan beginnen aan deze stage als je geen achterstanden hebt en je resultaten op orde zijn. Afhankelijk van mogelijke achterstanden wordt er een afspraak gemaakt. Deze afspraak wordt vastgelegd in het begeleidingsdossier.
19
Bij het derde studieadvies (in de periode voorafgaande aan je eindstage) wordt bepaald of je voldoende geleerd hebt om op stage te gaan. Je kan beginnen aan deze stage als je geen achterstanden hebt en je resultaten op orde zijn. Afhankelijk van mogelijke achterstanden wordt er een afspraak gemaakt. Deze afspraak wordt vastgelegd in het begeleidingsdossier. Eisen aan studievoortgang Norm Studieadvies 1
Op basis van jouw en onze ervaringen. 1 Voor de competentieclusters inzet, gedrag en communicatie is een minimale score van 50% behaald. 2 Het diploma Basiscursus Deskundigheid is behaald.
Studieadvies 2
3 Studiepuntenpercentage is minimaal 70% 4 Het diploma computervaardigheden is behaald 5 Het diploma Schade particulieren of het diploma Schade Zakelijk of het diploma Consumptief krediet of het diploma Vermogen is behaald 1. Diploma Basis Deskundigheid is behaald. 2. Het diploma Schade particulieren of het diploma Schade Zakelijk of het diploma Consumptief krediet of het diploma Vermogen is behaald
Studieadvies 3
3. Studiepuntenpercentage is minimaal 70% 4. Voor de competentieclusters inzet, gedrag en communicatie is een minimale score van 70% behaald. 5. Diploma computervaardigheden is behaald. 6. De 1e proeve van bekwaamheid FPVB is behaald.
20
O5. Planning van de onderwijstijd
Planning onderwijstijd (in klokuren per week) Schooljaar 1
P1
P2
P3
P4
17.5
17.5
19.5
19.5
3
3
3
3
Engels
2.5
2.5
2.5
2.5
Rekenen
1.5
1.5
1.5
1.5
Oriëntatie
1
1
1
1
Burgerschap
2
2
2
2
1
1
1
1
28.5
28.5
30.5
30.5
Beroep Nederlands
BPV Begeleiding Totaal
21
Schooljaar 2
P5
P6
P7
P8
18.5
-
17.5
18
3
-
3
3
2.5
-
2.5
2.5
Rekenen
2
-
2
2
Oriëntatie
1
-
1
1
2.5
-
2
2.5
Beroep Nederlands Engels
Burgerschap BPV Begeleiding Totaal
22
350 1
-
1
1
29.5
350
29
30
Schooljaar 3
P9
P10
P11
P12
18.5
17.5
-
-
3
3
-
-
2.5
2.5
-
-
Rekenen
1
1
-
-
Oriëntatie
1
1
-
-
-
-
350
350
Beroep Nederlands Engels
Burgerschap BPV Begeleiding Totaal
1
1
-
-
27
26.5
350
350
In deze tabellen zijn uren voor introductie, toetsing en andere activiteiten niet opgenomen.
23
Eisen aan het studietraject en studiebelasting De school heeft de wettelijke plicht om je voldoende aantal uren te begeleiden in je studieproces. Deze begeleiding mag je van ons verwachten. Vanaf 18 jaar hangt je recht op studiefinanciering hiervan af. In onderstaande tabel zie je het aantal begeleide onderwijsuren (BOU) en stage-uren (BPV) per studiejaar. Eis BOU
Planning
Eis BPV
Planning
Eis totaal
Planning
Studiejaar 1
700
998
0
0
0
998
Studiejaar 2
0
716
0
350
0
1036
Studiejaar 3
0
426
0
700
0
1126
1800
2140
900
1050
3000
3190
Totaal
24
O6. Kerntaken
K1: Verricht front office werkzaamheden In een kantoor ontvangt de commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen de cliënt. Hij vraagt of hij de cliënt ergens mee kan helpen en verwijst de cliënt, indien nodig, door naar de juiste adviseur of het juiste distributiekanaal, zoals een internetzuil of een geldautomaat. De medewerker checkt of de cliënt begrijpt waar hij met zijn vraag terecht kan en begeleidt de cliënt zo nodig bij het betreffende distributiekanaal. De commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen informeert de cliënt over lopende acties, het wisselen van vreemde valuta en adviseert over het afsluiten van financiële simple-risk producten zoals betaal- en spaarrekeningen of verzekeringen zoals een reis- en bromfietsverzekering. De medewerker maakt gebruik van brochures en informatie die te vinden is op de internetsite of in de digitale systemen, of andere hulpmiddelen. Wanneer een cliënt een financieel product wil afsluiten, verzamelt de medewerker N.A.W.-gegevens, een kopie van een identiteitsbewijs en andere relevante gegevens. Hij controleert of de foto op het identiteitsbewijs overeenkomt met de cliënt en controleert de echtheidskenmerken, o.a. met een retroviewer. Hij maakt bij een nieuwe cliënt een cliëntdossier aan. De medewerker informeert de cliënt over de behandelprocedure en beantwoordt eventuele vragen.
25
Vragen probeert de medewerker in eerste instantie zelf te beantwoorden. Hij maakt hiervoor gebruik van brochures en informatie van internet en uit digitale systemen van de organisatie. Wanneer de medewerker de cliënt niet voldoende kan informeren, neemt hij contact op met een collega, een expert of met zijn leidinggevende. Wanneer de cliënt telefonisch een klacht meldt, luistert de medewerker actief door vragen te stellen en de klacht samen te vatten. Hij staat stil bij de emotie van de cliënt en biedt, mits noodzakelijk, zijn excuses aan namens de organisatie. Samen met de cliënt zoekt de medewerker naar een oplossing, hierbij schakelt hij desgewenst een collega of zijn leidinggevende in. De medewerker maakt afspraken met de cliënt voordat hij het gesprek afrondt. Na het gesprek maakt de medewerker een aantekening van de klacht en de daaropvolgende acties en afspraken in het cliëntdossier. Voor schriftelijke klachten zoekt hij binnen de organisatie een antwoord of oplossing en stemt dit/deze zo nodig af met een collega of leidinggevende. De medewerker archiveert zowel de inkomende als uitgaande post. Als medewerker aan de kas/balie van een bankkantoor kan een commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen ook in aanraking komen met chartaal geld. Wanneer er een kas aanwezig is, verzorgt de medewerker transacties. Wanneer een cliënt geld wil opnemen of storten, zoekt de medewerker de gegevens van de cliënt op met behulp van de computer. De cliënt moet zich identificeren middels zijn paspoort, rijbewijs of identiteitskaart. Hij controleert of de foto op het identiteitsbewijs overeenkomt met de cliënt en controleert de echtheidskenmerken van het identiteitsbewijs en het chartale geld met een retroviewer. De medewerker telt het geld nauwkeurig en hardop, zowel bij een storting als bij een opname. Hij verzorgt het stortings- of opnamebewijs en geeft dit aan de cliënt mee, nadat hij gevraagd heeft of hij de cliënt nog ergens anders mee kan helpen. Wanneer dit niet het geval is, sluit de medewerker het gesprek af. De medewerker blijft altijd alert op cross- of deepselling kansen. 26
De commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen krijgt uitdraaien met gegevens van cliënten aangereikt die hun saldo-limiet hebben overschreden. In overleg met zijn leidinggevende beslist de medewerker welke vervolgacties er namens de organisatie genomen moeten worden. In opdracht van zijn leidinggevende blokkeert de medewerker betaalpassen en storneert hij incasso's. Het kan ook voorkomen dat een cliënt het verzoek tot storneren doet. Dit verzoek legt de medewerker altijd eerst voor aan zijn leidinggevende, alvorens hij tot storneren overgaat. De medewerker schrijft vervolgens standaardbrieven/e-mails met als doel de cliënt te informeren over de situatie die is ontstaan en de financiële consequenties. Toelichting: De commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen houdt zich strikt aan de veiligheidsvoorschriften die gelden voor het kantoor. Werkproces 1.2 wordt door de medewerker alleen uitgevoerd bij een bank of bij een direct writer. Voor het mondelinge en schriftelijke cliëntcontact beschikt de commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen over zeer goede mondelinge en schriftelijke taalvaardigheden, zowel in het Nederlands als in het Engels. Het antwoord dat hij geeft is cliëntgericht en voldoet aan de (formattechnische) richtlijnen van de organisatie. In de meeste bankkantoren is geen kas meer aanwezig en nemen de cliënten geld op/storten de cliënten geld via een geldautomaat. Elke organisatie heeft haar eigen veiligheidsprocedures, ook omtrent het opnemen en uitgeven van chartaal geld. De medewerker kent deze procedures en volgt ze nauwgezet.
27
K2: Behandelt administratieve offertetrajecten De commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen krijgt een conceptofferte/dossier van een collega aangereikt. De medewerker kijkt voor welk(e) product(groep) deze offerte/dit dossier is en controleert vervolgens of alle velden correct zijn ingevuld en of er geen gegevens ontbreken. De commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen vraagt ontbrekende stukken of gegevens uit een dossier op bij de cliënt of bij de betreffende organisatie. Hij maakt tevens van deze gelegenheid gebruik om zijn relatienetwerk te onderhouden. Hij maakt een planning en de medewerker monitort het dossier totdat hij alle relevante stukken heeft ontvangen. Hij maakt gebruik van verschillende bronnen zoals bijvoorbeeld de cliënt, de makelaar, collega's en internet. Wanneer de stukken niet binnen de afgesproken tijd binnen zijn, benadert de medewerker de desbetreffende cliënt/organisatie nog een keer. Dit kan zowel per email, brief als telefonisch. De commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen beoordeelt het complete dossier aan de hand van acceptatienormen. In het geval van particuliere financieringen voert de medewerker een BKR-toetsing uit. In het geval van verzekeringen voert de medewerker een VIS-check uit. Wanneer de uitkomst van de beoordeling van het dossier in een grijs gebied ligt, raadpleegt de medewerker zijn leidinggevende of een ervaren collega zodat ze samen tot een oordeel komen. In het geval dat de medewerker werkt voor een verzekeraar, maakt hij de afweging tussen het risico voor de eigen organisatie en het risico van de cliënt. Wanneer de medewerker werkt voor een intermediair, kijkt hij alleen naar het risico voor de cliënt.
28
De commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen koppelt de uitkomst van de beoordeling zo snel mogelijk terug. In de meeste gevallen zal dit naar de betreffende financieel adviseur zijn die deze cliënt in zijn portefeuille heeft. Het kan ook voorkomen dat de medewerker de uitkomst zelf naar de cliënt terugkoppelt. Bijvoorbeeld via een brief of een e-mail. Hij maakt van deze gelegenheid gebruik om zijn relatienetwerk te onderhouden. Hij informeert naar de situatie en het welzijn van de relatie en of deze nog verzoeken heeft. De medewerker maakt hiervan een aantekening in het cliëntdossier en voegt een kopie van de brief of de e-mail toe. Tijdens een slecht-nieuws-gesprek kan de medewerker omgaan met druk en tegenslag. Hij toont zich betrouwbaar en deskundig en legt duidelijk uit waarom de cliënt niet is geaccepteerd. Tenslotte archiveert de medewerker het cliëntdossier volgens de procedures van de organisatie. Toelichting: De medewerker werkt foutloos en nauwkeurig tot op gedetailleerd niveau. De commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen kan stukken opvragen zowel telefonisch als schriftelijk (e-mail, brief). K3: Handelt schadeclaims af De commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen neemt de schadeclaim aan. De medewerker vraagt door en vat het verhaal van de cliënt samen. Bij een emotionele cliënt staat de medewerker stil bij de emotie. De medewerker maakt een schadedossier aan en verwerkt hierin de melding. Hij schetst tenslotte de procedure aan de cliënt zodat die weet wat hem te wachten staat.
29
De commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen onderzoekt onder welke verzekering de claim valt. In het cliëntdossier controleert de medewerker of de cliënt deze verzekering heeft en in welke vorm. Hij raadpleegt eventueel de polisvoorwaarden van een of meerdere verzekeringen. Wanneer de schade niet onder de lopende verzekeringen gedekt is, koppelt de medewerker dit terug aan de cliënt. Wanneer de schade wel gedekt is, legt de medewerker de volgende zaken vast in een schadedossier: tijd, plaats, betrokkenen, eventuele schets van de situatie, chronologisch verloop gebeurtenissen, enz. Wanneer hij niet beschikt over alle gegevens, vraagt hij deze op bij de cliënt en bij de betrokkenen. Wanneer het schadebedrag boven een bepaalde grens ligt (deze grens is per organisatie verschillend) schakelt de medewerker een expert of technisch inspecteur in. De medewerker bewaakt de voortgang en legt alle stappen en contactmomenten vast in het schadedossier, inclusief datum en afspraken. De commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen bepaalt aan de hand van de situatieschets en de bewijsstukken (bonnen, foto's, expertrapport) de hoogte van het uit te keren schadebedrag. Wanneer de medewerker twijfelt, raadpleegt hij een ervaren collega/zijn leidinggevende, zodat zij samen het bedrag kunnen vaststellen. De commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen koppelt de uitkomst terug aan de cliënt. Wanneer hij signalen opvangt voor mogelijke uitbreiding, gaat de medewerker hierop in, door bijvoorbeeld een afspraak voor de cliënt te plannen met een adviseur. De medewerker noteert alle handelingen in het schadedossier en archiveert dit volgens richtlijnen van de organisatie.
30
Toelichting: De medewerker kan een claim aannemen via de telefoon, per e-mail/brief en face to face. Ook het terugkoppelen van de uitkomst aan de cliënt kan een medewerker zowel telefonisch, als per email/brief of face to face. De medewerker bepaalt de hoogte van het uit te keren schadebedrag wanneer hij voor een verzekeraar werkt. Wanneer de medewerker voor een intermediair werkt, levert hij genoemde stukken aan de betreffende verzekeraar zodat deze de hoogte van het bedrag kan vaststellen. De medewerker houdt zich aan de procedures van de organisatie. Hij communiceert vriendelijk en duidelijk en geeft, mits van toepassing een toelichting. De medewerker blijft altijd servicegericht en probeert een teleurgestelde of boze cliënt tevreden te houden, ondanks het slechte nieuws dat hij soms brengt. Ook blijft de medewerker alert op kansen en mogelijkheden voor uitbreiding van de dienstverlening. K4: Adviseert over en verkoopt financiële producten De commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen bereidt zich voor op het advies/verkoopgesprek. Bij een bestaande cliënt verzamelt hij relevante gegevens uit het cliëntdossier. Hij checkt de actualiteit van de gegevens en vraagt eventueel bij collega's of zij nog aanvullende informatie hebben. De commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen analyseert het cliëntdossier. De medewerker signaleert in de voorbereiding eventuele cross- of deepselling kansen. Cliënten kunnen ook op eigen initiatief een kantoor bezoeken. De medewerker dient in dat geval de gegevens van een bekende cliënt te verzamelen en te gebruiken bij het gesprek.
31
De commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen achterhaalt ten behoeve van de advisering/verkoop de cliëntbehoefte door het stellen van vragen en door actief naar de cliënt te luisteren. Hij verzamelt en noteert relevante gegevens, dit kan zowel op papier als digitaal. De commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen brengt de financiële en fiscale risico's van de cliënt in kaart door middel van een risico-analyse. Vervolgens presenteert de commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen die financiële producten die aansluiten bij de cliëntbehoefte en het cliëntprofiel. Hij informeert de cliënt over de mogelijkheden, kenmerken, randvoorwaarden en mogelijke fiscale en juridische consequenties van de producten. De commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen maakt wanneer de cliënt interesse toont voor een of meerdere producten berekeningen zodat de cliënt inzicht krijgt in de financiële consequenties. Hij stelt op verzoek (concept)offertes op c.q. vult aanvraagformulieren in, loopt samen met de cliënt de offertes/ aanvraagformulieren door en verheldert de begrippen en berekeningen, mits nodig. Indien nodig vraagt hij de cliënt het document te ondertekenen.
32
De commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen neemt naar aanleiding van de offertes contact op met de cliënt. Hij benadrukt nogmaals de overeenkomsten en verschillen tussen de offertes zodat de cliënt een bewuste keuze voor een product kan maken. Hij vat samen wat de behoefte van de cliënt was en noemt die aspecten van de voorgelegde producten die daarbij aansluiten. Hij speelt in op koop- en weerstandssignalen door bijvoorbeeld over prijs en/of rente te onderhandelen. Bij instemming van de cliënt sluit hij de verkoop af. Wanneer het van toepassing is, en het de verkoop kan bevorderen, heeft de medewerker enige ruimte om te kunnen onderhandelen over prijs en/of rente. De medewerker onderhoudt het productpakket van de cliënt. Dit houdt in dat hij na een bepaalde periode (afhankelijk van het product) contact met de cliënt opneemt om samen kritisch te kijken of het product(pakket) nog aan de wensen van de cliënt voldoet en/of het alle financiële risico's dekt. Toelichting: De commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen voert het advies-/ verkoopgesprek geheel zelfstandig uit. De medewerker handelt altijd volgens de zorgplicht. Dit houdt in dat hij ethisch en integer handelt en altijd rekening houdt met de financiële risico's van de cliënt. De medewerker werkt volgens de normen van de zorgplicht binnen de Wet op het financieel toezicht.
33
E1. Verschillende examens
Een examen is een eindtoets die meetelt voor diplomering. In het examenplan staan alle examens die meetellen voor je diploma. Bij het Florijn College gebruiken we verschillende examenvormen. Hieronder vind je een korte toelichting bij iedere examenvorm. Praktijkexamen of Proeve van bekwaamheid (PE) Een proeve van bekwaamheid is een praktijkexamen waarin je laat zien dat je een kerntaak beheerst. Het examen vindt plaats in je stagebedrijf of in een simulatie op school. Je wordt beoordeeld op wat je laat zien en de producten die je hebt gemaakt. Theorie-examen (TE) Het theorie-examen is een examen om je vakkennis te beoordelen. Het gaat om kennis die belangrijk is voor de uitoefening van het beroep en die je nodig hebt om je proeve goed te kunnen afsluiten. Centrale examens Nederlands en Rekenen (COE) Voor de onderdelen Nederlands Lezen en Luisteren is er een verplichte centraal examen van het CITO. De examens worden digitaal afgenomen in een aantal computerlokalen van het Florijn College. De examens bestaan uit teksten en filmpjes met multiple choice vragen. Voor rekenen bestaat het centrale examen uit de onderdelen Getallen, Verhoudingen, Verbanden en Meten en Meetkunde.
34
Instellingsexamens Nederlands (IE-S en IE-M) Het Florijn College heeft eigen examens voor de vier onderdelen Schrijven, Taalverzorging en begrippenlijst, Spreken en Gesprekken Voeren. Deze examens zijn schriftelijk (open en gesloten vragen, opdrachten en multiple choice) en mondeling (bijvoorbeeld een klantgesprek of presentatie). Examens Moderne vreemde talen (MVT-S en MVT-M) Voor Engels, Duits en Frans zijn de examens gericht op de vaardigheden Luisteren, Lezen, Schrijven, Spreken en Gesprekken voeren. De examenvormen zijn vergelijkbaar met die van Nederlands. Examens Oriëntatie en Burgerschap (BuCo) Bij Oriëntatie maak je opdrachten die worden verzameld in een portfolio. Dit onderdeel is afgerond wanneer je portfolio compleet is en de opdrachten voldoen aan de eisen. Bijzonder voor het onderdeel Burgerschap is dat de examens je ontwikkeling meten. Je toont met werkstukken, opdrachten en presentaties aan dat je je verdiept hebt in een onderwerp en wat je hebt geleerd. Het gaat hierbij om kennis, inzicht en bewustzijn, en ook hoe je je gedraagt en functioneert. De vier onderdelen voor burgerschap zijn: de politiek-juridische dimensie, de economische dimensie, de sociaal-maatschappelijke dimensie en de dimensie vitaal burgerschap. Een overzicht van al deze examens, tref je verderop aan in het Examenplan.
35
Hulpmiddelen bij examens Afhankelijk van de examenvorm mag je gebruik maken van hulpmiddelen zoals bijvoorbeeld een rekenmachine. Op het voorblad van ieder examen worden toegestane hulpmiddelen vermeld. Belangrijkste hulpmiddelen zijn de rekenmachine (R), het woordenboek (W), de hoofdtelefoon (H) en hulpmiddelen bij praktijkexamens (P). Meer informatie over hulpmiddelen vind je terug op de website in de bijlage ‘Hulpmiddelen bij examens’. Voor studenten met een beperking kunnen speciale hulpmiddelen worden toegestaan. Ook is er toetstijdverlenging mogelijk. Je vraagt dit aan bij de zorgcoördinator. De examencommissie beslist welke hulpmiddelen zijn toegestaan. Het kan bijvoorbeeld gaan om een daisyspeler of computer. Je krijgt hiervoor een speciaal pasje dat tijdens het examen moet tonen aan de surveillant.
36
E2.
Examenplan
Examenplan cohort 2015 Commercieel medewerker Bank- en verzekeringswezen Naam opleiding Commercieel medewerker Bank- en verzekeringswezen
Niveau
Leerweg
4
☒ BOL ☐ BBL
Cohort
2015
Crebo
90500
Startdatum
1/8/2015
Studiejaar diplomering
Kwalificatiedossier
Kwalificatieeisen L&B
Vaststellingsdatum examenplan
2017-2018
Commercieel medewerker Banken verzekeringswezen 2015
Brondocument 2012
1/6/2015
Weging examens
Resultaat
School
Beoordelaar school
BPV
Beoordelaar beroepspraktijk
Plaats afname
Aantal gelegenheden
Titel examen
Duur examen
Vorm
Periode afname
Examencode
Kerntaken/ werkprocessen
Beroepsgerichte examens (kerntaken en werkprocessen)
x
1
o-v-g
Kerntaak 1 Verricht front office werkzaamheden FPVB905001
PE
PvB kerntaak 1 en 3 (onderdeel kt1)
1.1 t/m 1.5
12
Slaag-/zakregeling: het examen dient met minimaal een voldoende te zijn afgesloten. Het kerntaakcijfer (KT1) is het resultaat van het onderdeel kt1 van het examen.
37
480
3
x
Kerntaak 2 Behandelt administratieve offertetrajecten FPVB905002
PE
PvB kerntaak 2 en 4 (onderdeel kt2)
2.1 t/m 2.4
12
480
3
x
x
1
o-v-g
3
x
x
1
o-v-g
x
1
o-v-g
Slaag-/zakregeling: het examen dient met minimaal een voldoende te zijn afgesloten. Het kerntaakcijfer (KT2) is het resultaat van het onderdeel kt2 van het examen. Kerntaak 3 Handelt schadeclaims af FPVB905003
PE
PvB kerntaak 1 en 3 (onderdeel kt3)
3.1 t/m 3.4
12
480
Slaag-/zakregeling: het examen dient met minimaal een voldoende te zijn afgesloten. Het kerntaakcijfer (KT3) is het resultaat van het onderdeel kt3 van het examen. Kerntaak 4 Adviseert over en verkoopt financiële producten FPVB905004
PE
PvB kerntaak 2 en 4 (onderdeel kt4)
4.1 t/m 4.4
12
Slaag-/zakregeling: het examen dient met minimaal een voldoende te zijn afgesloten. Het kerntaakcijfer (KT2) is het resultaat van het onderdeel kt4 van het examen.
38
480
3
x
Wft Basismodule Deskundigheid
x
Beoordelaar school
3
extern
1
1-dec
Beoordelaar beroepspraktijk
?
Plaats afname
4
School
Resultaat
TE
Ext.
Weging examens
FWFT1BA
Titel examen
Aantal gelegenheden
Vorm
Duur examen
Examencode
Periode afname
Wettelijke beroepsvereisten (Wft-examens)
Verplichte keuze uit 1 van de onderstaande modules FWFT2CO
TE
Wft Consumptief krediet
8
?
3
x
extern
1
1-dec
FWFT3SZP
TE
Wft Schadeverzekeringen Zakelijk
7
?
3
x
extern
1
1-dec
FWFT3SP
TE
Wft Schadeverzekeringen Particulieren
4
?
3
x
extern
1
1-dec
FWFT5VM
TE
Wft Vermogen
10
?
3
x
extern
1
1-dec
Slaag-/zakregeling: FWFT1BA verplicht en minimaal voldoende. Tevens 1 van de keuze modules minimaal voldoende. De verplichte WFT-examens worden afgenomen bij een door het ministerie van financiën erkend exameninstituut. Het betreffende instituut heeft eigen examenprocedures en regelingen.
39
Vorm
Vaardigheid
Niveau examen
Periode afname
Duur examen
Aantal beoordelaars
Aantal gelegenheden
Weging examens
Resultaat
Beroepsgerichte eisen talen
FENLEB1d
MVT-S
Beroepsgericht Engels lezen
B1
flexibel <11
60
1
3
1
1-dec
FENLUB2d
MVT-S
Beroepsgericht Engels luisteren
B2
flexibel <11
60
1
3
1
1-dec
FENSPB2d
MVT-M
Beroepsgericht Engels spreken
B2
flexibel <11
30
2
3
1
1-dec
FENGEB2d
MVT-M
Beroepsgericht Engels gesprekken voeren
B2
flexibel <11
30
2
3
1
1-dec
FENSCB1d
MVT-S
Beroepsgericht Engels schrijven
B1
flexibel <11
60
1
3
1
1-dec
Examencode
Engels
Slaag-/zakregeling: voor beroepsgericht Engels wordt het cijfer van de examens gemiddeld tot één heel eindcijfer. Dit eindcijfer moet tenminste een 6 zijn. De afzonderlijke examencijfers mogen niet lager dan 4,0 zijn.
40
Examencode
Vorm
Vaardigheid
Niveau examen
Periode afname
Duur examen
Aantal beoordelaars
Aantal gelegenheden
Weging examens
Resultaat
Generieke examens Nederlands
FNELL3FCOE
COE
Lezen en luisteren
3F
7+8
120
-
3
1
1-dec
FNESP3Fd
IE-M
Spreken
3F
flexibel <11
30
2
3
1
1-dec
FNEGE3Fd
IE-M
Gesprekken voeren
3F
12
30
2
3
1
1-dec
FNESC3Fd
IE-S
Schrijven
3F
flexibel <11
120
1
3
1
1-dec
flexibel 120 1 3 1 1-dec <11 Slaag-/zakregeling: Voor Nederlands wordt het cijfer van het centrale examen (= één cijfer met één decimaal) en het cijfer van het instellingsexamen (= één cijfer met één decimaal) gemiddeld tot één heel eindcijfer (van 1 – 10). Dit is het eindcijfer voor het onderdeel Nederlands. Voor alle instellingsexamens geldt dat je een 4,0 of hoger dient te behalen. Van de eindcijfers voor generieke onderdelen Nederlands, Rekenen en Engels mag er één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5), de twee andere eindcijfers moeten ten minste een 6 zijn. Van de eindcijfers voor Nederlands en rekenen mag er één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5), het andere eindcijfer moet ten minste een 6 zijn. FNEBE3Fd
IE-S
41
Taalverzorging/begrippenlijst
3F
Examencode
Vorm
Vaardigheid
Niveau examen
Periode afname
Duur examen (min)
Aantal beoordelaars
Aantal gelegenheden
Weging examens
Resultaat
Generieke examens Engels
FENLEB1d
MVT-S
Beroepsgericht Engels lezen
B1
flexibel <11
60
1
3
1
1-dec
FENLUB1d
MVT-S
Beroepsgericht Engels luisteren
B1
flexibel <11
60
1
3
1
1-dec
FENSPA2d
MVT-M
Beroepsgericht Engels spreken
A2
flexibel <11
30
2
3
1
1-dec
FENGEA2d
MVT-M
Beroepsgericht Engels gesprekken voeren
A2
flexibel <11
30
2
3
1
1-dec
FENSCA2d
MVT-S
Beroepsgericht Engels schrijven
A2
flexibel <11
90
1
3
1
1-dec
Slaag-/zakregeling: Voor generiek Engels wordt het cijfer van alle examens gemiddeld tot één heel eindcijfer (van 1 – 10). Dit is het eindcijfer voor het onderdeel generiek Engels. Dit eindcijfer moet ten minste een 5 zijn. Voor alle examens geldt dat je een 4,0 of hoger dient te behalen. Van de eindcijfers voor generieke onderdelen Nederlands, Rekenen en Engels mag er één een 5 zijn, de twee andere eindcijfers moeten ten minste een 6 zijn.
42
Resultaat
Rekenen
Weging examens
COE
Aantal gelegenheden
FRE3FCOE
Aantal beoordelaars
Vaardigheid
Duur examen
Vorm
Periode afname
Examencode
Niveau examen
Generieke examens Rekenen
3F
7-11
120
-
3
1
0-dec
Slaag-/zakregeling: Voor rekenen is het cijfer van het centrale examen het eindcijfer (heel cijfer van 1 - 10). Van de eindcijfers voor generieke onderdelen Nederlands, Rekenen en Engels mag er één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5), de twee andere eindcijfers moeten ten minste een 6 zijn. LET OP: bij het schrijven van deze OER is nog niet precies bekend hoe de slaag-/zakregeling er definitief uit zal zien. Indien de regeling anders wordt dan hierboven, word je hierover geïnformeerd door de examencommissie.
43
Loopbaan en Burgerschap Examencode
Onderwerp Capaciteitenreflectie, Motievenreflectie, Werkexploratie, Loopbaansturing, Netwerken Burgerschap Politiek juridische dimensie
Loopbaan FBUCOD1-1
Naam kwalificerende opdracht
Periode
Weging
Resultaat
lob
1 t/m 12
1
Voldaan–Niet voldaan
pvb
10
1
Voldaan–Niet voldaan
FBUCOD2-1
Burgerschap Economische dimensie
pvb
10
1
Voldaan–Niet voldaan
FBUCOD3-1
Burgerschap Sociaal maatschappelijke dimensie
pvb
10
1
Voldaan–Niet voldaan
FBUCOD4-1
Burgerschap Dimensie Vitaal burgerschap dimensie
pvb
10
1
Voldaan–Niet voldaan
Slaag-/zakregeling: voor iedere afzonderlijke dimensie is aan de inspanningsverplichting voldaan.
44
Beroepspraktijkvorming Onderdeel
Onderwerp
Periode
Weging
Resultaat
FBPV90500P1
BPV periode 1
6
1
OnvoldoendeVoldoende
FBPV90500P1U
Uren periode 1
350 klokuren
1
Voldaan–Niet voldaan
FBPV90500P2
BPV periode 2
11 en 12
1
OnvoldoendeVoldoende
FBPV90500P2U
Uren periode 2
700 klokuren
1
Voldaan–Niet voldaan
Slaag-/zakregeling: de stages zijn met een voldoende beoordeeld en er is aan het aantal vereiste uren voldaan.
45
E3. Inzien examens, herkansing en vrijstelling aanvragen
Inzien examens Je hebt het recht op inzage van je examenwerk. Ook kan je een toelichting vragen op de beoordeling. In de bijlage ‘Inzien en bespreken examen en beoordeling’ op de website van het Florijn College lees je
binnen welke termijn je inzage kan aanvragen;
hoe je inzage kan aanvragen bij het examenbureau.
Herkansingen Je hebt recht op minimaal 1 herkansing van ieder examen. Waar mogelijk kan je 2 keer herkansen. Het aantal gelegenheden is aangegeven in het examenplan. In de ‘Herkansingsregeling’ op de website van het Florijn College lees je
wanneer je in aanmerking komt voor een herkansing;
hoe je een herkansing kan aanvragen bij het examenbureau.
Vrijstellingen Het kan zijn dat je in een voorgaande opleiding resultaten hebt behaald die je recht geven op een vrijstelling. De examencommissie kan je vrijstelling verlenen. In de ‘Vrijstellingsregeling’ op de website van het Florijn College lees je
46
wanneer je mogelijk in aanmerking komt voor een vrijstelling;
hoe je een vrijstelling kan aanvragen bij de examencommissie.
E4. Klachten, bezwaar en beroep bij examens
Klacht over examinering Wanneer je een klacht hebt over een examen of de manier waarop het examen is afgenomen, kan je een brief schrijven aan de examencommissie. De examencommissie zal je klacht onderzoeken. Mogelijk word je uitgenodigd om je klacht toe te lichten. De examencommissie beslist of en wat er moet gebeuren. Je wordt via je e-mailadres van school over de beslissing geïnformeerd. Procedure voor bezwaar en beroep Het kan voorkomen dat je het niet eens bent met de uitslag van een examen of de manier waarop je bent beoordeeld. In dat geval dien je binnen 14 dagen na de bekendmaking van de einduitslag schriftelijk te melden bij de examencommissie (via STIP). Dit geldt alleen voor de examens, dus niet voor andere vormen van beoordeling tijdens het studietraject. Voor die gevallen ga je met je bezwaren naar je afdelingsmanager. In de ‘Procedure bezwaar en beroep’ op de website van het Florijn College lees je
47
Hoe je bezwaar aan kan tekenen bij de examencommissie;
Hoe je in beroep kan gaan bij de Commissie van Beroep van ROC West-Brabant.
B1. Begeleiding bij het leren
Studieloopbaanbegeleiding Iedere student heeft een studieloopbaanbegeleider (SLB) die je helpt tijdens je opleiding. Regelmatig ga je met je klas, in een groepje of individueel in gesprek. De studieloopbaanbegeleider ondersteunt je bij het verwezenlijken van je doelen. De begeleiding is gericht op de korte termijn (studiesucces) en de lange termijn (loopbaansucces). Je krijgt inzicht in je persoonlijkheid (wie ben ik), in je drijfveren (wat vind ik belangrijk, wat wil ik) en je capaciteiten (wat kan ik al en wat nog niet). Doel van de begeleiding is dat je:
48
inzicht hebt in je eigen vermogens;
keuzes kan maken en achter deze keuzes staat;
leert doelgericht te werken aan je toekomst;
zelfstandig bent;
je verantwoordelijk voelt en proactief bent;
zelfvertrouwen hebt;
je een belangrijk onderdeel voelt van onze veelkleurige samenleving;
je het maximale uit je (school)carrière haalt;
je goed voorbereid bent op toekomstig werk of vervolgopleiding;
je regisseur bent van je eigen leven.
Je studieloopbaanbegeleider helpt je bij het behalen van deze doelen. De taken van de studieloopbaanbegeleider zijn:
Oplossingsgericht begeleiden;
Ontwikkelen van studievaardigheden;
Volgen van je aanwezigheid, prestaties en gedrag;
Begeleiden bij problemen en waar nodig doorverwijzen naar zorgbegeleiding;
Loopbaanbegeleiding, helpen bij keuzes maken voor (vervolg)opleiding of werk;
Uitstroombegeleiding en nazorg.
In je begeleidingsdossier worden afspraken vastgelegd en wordt je studievoortgang, begeleiding en aanwezigheid bijgehouden. Als er zaken zijn die het studeren moeilijk maken (bv. een beperking of privéproblemen), dan kan je studieloopbaanbegeleider je doorverwijzen naar het zorgteam.
49
B2. Zorgbegeleiding
Begeleiding door de Trajectbegeleider zorg Er zijn verschillende problemen die een negatieve invloed kunnen hebben op je studieresultaten. Het gaat dan om bijvoorbeeld dyslexie, dyscalculie, motivatieproblemen en sociaal-emotionele problemen. Als je bijvoorbeeld gepest wordt of er gebeuren dingen in je privéleven die je heel erg raken. Alles wat je het leren erg moeilijk maakt kun je bespreken met de Trajectbegeleider Zorg van je opleiding. De trajectbegeleider zorg beoordeelt of je hulpvraag door het team kan worden begeleid of dat er meer hulp nodig is. Samen met de zorgcoördinator van het Florijn College wordt dan naar een goede oplossing gezocht. Begeleiding door het zorgteam De zorgcoördinator van het Florijn College vormt samen met de trajectbegeleiders zorg het intern zorgteam. Voor problematiek die door het Zorgteam niet (of niet voldoende) kunnen worden opgevangen, kan via de zorgcoördinator een doorverwijzing plaatsvinden naar de Schoolmaatschappelijk werker, het Service Centrum Studie & Beroep of externe zorgbegeleiding. Meer informatie over zorgbegeleiding vind je op de website in brochure ‘Als het even tegen zit’. Indien je een gerichte ondersteuningsvraag hebt, dan worden voordat je aan je opleiding begint afspraken gemaakt met de zorgcoördinator.
50
B3. Leerplicht, kwalificatieplicht en aanwezigheid
Leerplicht en kwalificatieplicht Leerplicht geldt tot het einde van het schooljaar waarin je 16 jaar bent geworden. Na het laatste schooljaar van de leerplicht begint de kwalificatieplicht voor kinderen die nog geen startkwalificatie hebben gehaald. Een startkwalificatie is een havo-, vwo- of mbo-diploma (niet niveau 1). Met de kwalificatieplicht wordt de leerplicht verlengd tot de dag dat de je een startkwalificatie heeft gehaald, of tot de dag dat de je 18 jaar wordt. Meer informatie vind je op onze website in de bijlage ‘Leerplichtinformatie’. Aanwezigheid Je aanwezigheid wordt met behulp van je schoolpas geregistreerd in ‘Pars’. Je krijgt bij aanvang van je studie uitleg over het systeem en over de eisen die er aan je aanwezigheid worden gesteld. De studieloopbaanbegeleider let op je aanwezigheid. Indien je vaak te laat bent of ongeoorloofd afwezig bent, moet de school hiervan verplicht melding maken bij de kwalificatieplichtambtenaar en bij DUO. De werkwijze en eisen die er aan aanwezigheid worden gesteld, kun je terugvinden op de website in de bijlage ‘Verzuim en consequenties daarvan’.
51
B4. Veiligheid, gedrag en vertrouwenspersoon
Veiligheid en gedrag In de economische beroepen is het werken over de grenzen en met verschillende culturen een gegeven. We zien de veelkleurigheid en diversiteit van de wereld om ons heen dan ook als een kans. In de missie van het Florijn College staat: ‘Studenten opleiden tot succesvolle wereldburgers die een tastbare bijdrage leveren aan handel en zakelijke dienstverlening’. Dat betekent in de praktijk dat we elkaar serieus nemen en met respect behandelen. Onderlinge bedreigingen en pesten worden niet getolereerd. We bestrijden discriminatie op basis van verschillende culturele/etnische herkomst of seksuele geaardheid. Regels over leef- en werkomgeving en onderwijs vind je op de website in het ‘Deelnemersstatuut’ en in de ‘Schoolregels’. Veiligheid en calamiteiten We hebben allemaal een actieve rol in de veiligheid in en buiten het schoolgebouw. In de introductieweek krijg je instructies over wat je moet doen bij calamiteiten. Met de studieloopbaanbegeleider loop je naar de verzamelplaats waar iedereen naar toe moet bij een ontruiming. Tijdens je studie doe je ook mee aan een ontruimingsoefening. De instructie voor ontruimingen ‘Calamiteitenflyer locatie W33’ kan je vinden op de website.
52
Vertrouwenspersoon Je kunt altijd hulp krijgen van de vertrouwenspersoon als je te maken hebt gekregen met ongewenste intimiteit (bijvoorbeeld een vernederende grap of ongewenst lichamelijk contact) of andere zaken die je erg raken. De vertrouwenspersonen, mevrouw Liesbeth Joris en de heer Bart Edwards van Muijen, hebben een zwijgplicht. Ze zijn op school te bereiken onder nummer (076) 530 88 00.
53
B5. Inspraak en klachten over het onderwijs en de organisatie
Inspraak Op verschillende manieren word je betrokken bij de verbetering van ons onderwijs. Jaarlijks vinden er enquêtes en onderzoeken plaats. Om het jaar is er een grote enquête (JOB-enquête) die door alle studenten van het Florijn College wordt ingevuld. Daarnaast worden er panelgesprekken met studenten georganiseerd over bepaalde thema’s. In de studentenraad spreken studenten met de directie over belangrijke ontwikkelingen. Al deze informatie wordt gebruikt om het onderwijs en onze organisatie te verbeteren. Meer informatie vind je op onze website in de bijlage ‘Studentenraad’. Klachten Op een school met ongeveer 1700 studenten gaat ook wel eens wat fout. Dat vinden we natuurlijk heel vervelend, maar we weten ook dat het niet uit te sluiten valt. We proberen problemen uiteraard goed oplossen. We kijken wat we kunnen doen om fouten in de toekomst te voorkomen. Heb je een serieuze klacht die te maken heeft met het onderwijs of de organisatie van het Florijn College, dan kun je dat in eerste instantie melden bij je studieloopbaanbegeleider. Die kan reageren op je klacht en helpen het probleem op te lossen. Kom je er op die manier niet uit, dan kun je gebruikmaken van de klachtenprocedure. De ‘Klachtenprocedure’ vind je terug op de website.
54