Ongelijkheid en armoede op wereldvlak: wat meten we ? wat weten we?
André Decoster Departement Economie ETEW
1
Human Development Report, 1999, p.3: "The income gap between the fifth of the world's people living in the richest countries and the fifth in the poorest was 74 to 1 in 1997, up from 60 to 1 in 1990 and 30 to 1 in 1960" Bhalla, 2002, p.2: "Poverty [...] declined at a faster pace than at any time in world history. Using the popular $1-a-day poverty line, the precentage of poor people in the developing world declined by 25% points from 1985 to 2000 – from 37.4 to 13.1 percent" Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
2
2
Chen and Ravallion, 2004, p.15-16: "[...] we find that the percentage of the population of the developing world living below $1 per day was almost halved, falling from 40% to 21% over 1981-2001. [...] The number of poor fell by 390 million, from 1.5 billion in 1981" Milanovic, 2002, p.88-89: "World income inequality is very high. [...] World inequality has increased from a Gini of 62.8 in 1988 to 66.0 in 1993. The bottom 5% of the world grew poorer, [...] while the richest quintile grew richer. [...] The ratio between average income of the world top 5% and the world bottom 5% increased from 78 to 1 in 1988, to 114 to 1 in 1993." Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
3
3
Doelstelling van deze lezing
! !
vanwaar deze "verwarring", kakofonie? vraag lijkt nochtans eenvoudig: zijn ongelijkheid tussen en/of armoede van de mensen in de wereld nu toegenomen of afgenomen?
!
maar antwoord is niet noodzakelijk eenvoudig: 1. probleem van gegevens? ja, maar... 2. conceptueel: ongelijkheid en armoede zijn rijke, multidimensionele concepten, die bovendien inherent waardegeladen zijn.
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
4
4
Welke gegevens hebben we?
! BBP of BBP/capita ! nu meestal beschikbaar per land ! tot ongeveer 1975 (World Development Indicators 2004 van de Wereldbank)
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
5
5
De "taart" van het wereld BBP
1975
1980
1985
1990
1995
100
2002
209
twee opmerkingen:
1) de taart per inwoner: het wereld BBP per capita 1975
100
1980
1985
1990
2) hoe is de taart verdeeld?
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
1995
2002
139 Prof. A. Decoster
6
6
En welke gegevens hebben we nodig? ! het wereld BBP zegt niets over de verdeling ervan (juist zoals een BBP van een land niets zegt over de verdeling binnen een land);
! als we de ongelijkheid tussen de burgers van de wereldsamenleving willen in kaart brengen hebben we gegevens nodig over het welvaartsniveau van individuele burgers: microdata ! Dus meer dan 6 miljard gegevens, en als we iets willen zeggen doorheen de tijd: nodig over vele jaren ! steeds meer "surveys" met microdata ter beschikking (Wereldbank)
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
7
7
Maar...
! een "verdeling" is een complex gegeven, dat zich niet makkelijk (of op veel manieren) laat samenvatten ! we geven een voorbeeld van een individueel land: Rusland in 2000: "
"
op basis van microdata (survey) bij een volledige gelijke verdeling zou iedereen het gemiddelde van 2000 Roebel per maand hebben:
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
8
8
Russische welvaartsverdeling in 2000 12
% van de bevolking
Percentage van de bevolking in deze klasse
10
gemiddeld welvaartsniveau: 2030 Roebel per maand
8
6
4
2
0
<250 500 750 1000 1250 1500 1750 2000 2250 2500 2750 3000 3250 3500 3750 4000 4250 4500 4750 5000 5250 5500 5750 6000 6250 6500 6750 7000 7250 7500>7500
Klassen van 250 Roebel per maand (per capita) Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
9
9
! maar zelfs als we over voldoende microdata zouden beschikken op wereldvlak, dan nog verre van eenvoudig ! hoe vergelijken we "verdelingen"? ! bvb. doorheen de tijd voor Rusland:
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
10
10
de verandering in de welvaartsverdeling in Rusland van 1994 tot 2001
1994 1995 1996 1998 2000 2001
0
1007
2014
3021
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
4028
5035
14 maart 2005
6042
7049
8056
9063
Prof. A. Decoster
11
11
Russische en Belgische inkomensverdeling 12
hoe vergelijken?
10
• welvaartsbegrip: inkomen? uitgaven?
8
6
4
• munteenheid verschillend: $
2
0
• prijzen verschillend: PPP
<250 500 750 1000 1250 1500 1750 2000 2250 2500 2750 3000 3250 3500 3750 4000 4250 4500 4750 5000 5250 5500 5750 6000 6250 6500 6750 7000 7250 7500>7500
Klassen van 250 Roebel per maand (per capita)
12
hoe samenvatten?
10
8
• ongelijkheid
6
• armoede
4
2
0
25005000750010000 12500 15000 17500 20000 22500 25000 27500 30000 32500 35000 37500 40000 42500 45000 47500 50000 52500 55000 57500 60000 62500 65000 67500 70000 72500 75000 77500 80000 82500 85000 87500 90000 92500 95000 97500 100000 >100000
Klassen van 2500 BEF per maand (per capita)
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
12
12
Russische en Belgische inkomensverdeling 8
armoedelijn
7
gemiddeld welvaartsniveau: genormaliseerd op 1
6 5 4 3 2 1
10
4. 5
3. 5
2. 5
<0 .0 5 0. 15 0. 25 0. 35 0. 45 0. 55 0. 65 0. 75 0. 85 0. 95 1. 05 1. 15 1. 25 1. 35 1. 45 1. 55 1. 65 1. 75 1. 85 1. 95
0
Verdeling van de welvaart in Rusland en in België (t.o.v. gemiddelde)
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
13
13
Deel 1: Ongelijkheid Deel 2: Armoede Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
14
14
Ongelijkheid: moeilijker te meten dan we denken
! vergelijkt alle inkomens met elkaar ! bij meer dan 2, wordt dat al snel "moeilijk", en is de intuïtie van de taart in gelijke stukken snijden misleidend
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
15
15
welke verdeling is (on)gelijker dan de andere? Verdeling
te verdelen
persoon An
Bert
Carl
Donna
Evert
gelijk
20
4
4
4
4
4
A
20
1
3
4
6
6
B
20
C
20
D
20
E
30
F
30
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
16
16
welke verdeling is (on)gelijker dan de andere? Verdeling
te verdelen
persoon An
Bert
Carl
Donna
Evert
gelijk
20
4
4
4
4
4
A
20
1
3
4
6
6
B
20
1
3
4
5
7
C
20
2
2
4
6
6
D
20
2
2
3
6
7
F
30
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
17
17
welke verdeling is (on)gelijker dan de andere?
gelijk
20
persoon in wordt vertaald An een schaalinvariante Bert Carl Donna maatstaf 4 of relatieve 4 4 4
A
20
1
B
20
C
20
D
20
2
E
30
1,5
F
30
Verdeling
te verdelen
3
4
4
6
6
4
5
7
4 procenten 6
6
2
3
6
7
4,5
6
9
9
1 3 verhoudingen ongewijzigd 2 kloof groter 2 absolute
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
Evert
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
18
18
welke verdeling is (on)gelijker dan de andere?
gelijk
20
persoon in wordt vertaald An Bert absolute Carl Donna een maatstaf 4 ("linkse") 4 4 4
A
20
1
3
4
6
6
B
20
1
3
4
5
7
Verdeling
te verdelen
Evert
4
absolute kloof ongewijzigd 4verhouding 6rijk/arm 6 gedaald
C
20
2centen 2
D
20
2
2
3
6
7
E
30
1,5
4,5
6
9
9
F
30
3
5
6
8
8
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
19
19
Ongelijkheid: moeilijker te meten dan we denken
! meest gebruikte ongelijkheidsmaatstaven zijn relatief van aard ! bovendien: verschillende maatstaven, zelfs de relatieve, geven verschillend gewicht aan veranderingen in de verdeling op verschillende plaatsen ! maar als je naar absolute kloof wil kijken: dan moet je absolute maatstaf gebruiken ! de meting zelf is derhalve waardegeladen
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
20
20
Hoe ziet de ongelijkheid op wereldvlak eruit? Drie stappen: 1. convergentie of divergentie tussen BBP's per capita van de landen (de VN Assemblee) 2. mensen i.p.v. landen 3. de wereldongelijkheid
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
21
21
Ongelijkheid in de VN Assemblee: 2002 Aantal landen (op 158)
20
15
Normale verdeling Wereldverdeling
10
gemiddelde: 7969 PPP$
De verdeling is zeker ongelijk, eigenlijk gepolariseerd
5
0 500 1500 2500 3500 4500 5500 6500 7500 8500 9500 10500 11500 12500 13500 14500 15500 16500 17500 18500 19500>2000
Klassen van BBP per capita van 500 PPP-$ per jaar Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
22
22
"Ongelijkheid" in de VN Assemblee: evolutie doorheen de tijd % van aantal landen in WDI 14
De polarisering neemt toe doorheen de tijd…
12
1975 1985 1995 2002
10 8 6 4 2 0
500 1500 2500 3500 4500 5500 6500 7500 8500 9500 10500115001250013500145001550016500175001850019500>20000
Klassen van BBP per capita van 500 PPP-$ per jaar Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
23
23
Ongelijkheid in de VN Assemblee
! Maar het beeld is “ingewikkeld” en onze grove indruk kan misleidend zijn, ! dus ongelijkheidsmaatstaven gebruiken ! Figuur 1: verhouding bovenste 20% en armste 20% ! Figuur 2: Gini-coefficiënt
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
24
24
Verhouding BBP/capita van 20% rijkste landen t.o.v. 20% armste landen en Gini coëfficiënt 56 29
27
20% rijkste landen/20% armste landen (linker as)
55
Gini (rechteras) 54
25 53 23 52
21
51
17
50
19 7 19 5 7 19 6 7 19 7 7 19 8 7 19 9 8 19 0 8 19 1 8 19 2 8 19 3 8 19 4 8 19 5 8 19 6 8 19 7 88 19 8 19 9 9 19 0 9 19 1 9 19 2 9 19 3 9 19 4 9 19 5 9 19 6 9 19 7 9 19 8 9 20 9 0 20 0 0 20 1 02
19
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
25
25
Ongelijkheid in de VN Assemblee: van landen naar mensen
! Maar: is eigenlijk geen antwoord op onze vraag naar de ongelijkheid tussen de wereldbevolking ! Dus: we wegen elk land met de bevolking ! We bekijken achtereenvolgens: "
"
"
"
Histogram van 2002 voor landen en mensen Evolutie doorheen de tijd in het histogram Evolutie doorheen de tijd in de quintiel ratio (20% rijkste/20% armste mensen in de wereld) Evolutie doorheen de tijd in de Gini coëfficiënt
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
26
26
Van landen naar mensen: 2002 25
% van aantal landen of mensen in WDI
20
Maakt een groot, zeer groot verschil (rol van China en India)
15
landen mensen
10
5
0 500 1500 2500 3500 4500 5500 6500 7500 8500 9500 10500115001250013500145001550016500175001850019500>20000
Klassen van BBP per capita van 500 PPP-$ per jaar Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
27
27
Van landen naar mensen: 1975-2002 50 45 40 35 30
% van bevolking in WDI
1975 1985 1995 2002
Rol van China en India is overduidelijk
25 20 15 10 5 0 500 1500 2500 3500 4500 5500 6500 7500 8500 9500 10500115001250013500145001550016500175001850019500>20000
Klassen van BBP per capita van 500 PPP-$ per jaar Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
28
28
Verhouding BBP/capita van 20% rijkste mensen t.o.v. 20% armste mensen: 1975-1999 30
Het wegen met bevolking is CRUCIAAL voor het beeld dat men bekomt
25
20
15
landen 10
mensen
19 75 19 76 19 77 19 78 19 79 19 80 19 81 19 82 19 83 19 84 19 85 19 86 19 87 19 88 19 89 19 90 19 91 19 92 19 93 19 94 19 95 19 96 19 97 19 98 19 99 20 00 20 01 20 02
5
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
29
29
Gini voor ongelijkheid tussen wereldbevolking: 1975-99 65 63 61 59 57 55
landen mensen
53 51 49 47
19 75 19 76 19 77 19 78 19 79 19 80 19 81 19 82 19 83 19 84 19 85 19 86 19 87 19 88 19 89 19 90 19 91 19 92 19 93 19 94 19 95 19 96 19 97 19 98 19 99 20 00 20 01 20 02
45
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
30
30
Van landen naar mensen: 1975-2002
Het is dit inzicht dat tot euforische commentaren heeft geleid de laatste jaren, bijvoorbeeld in The Economist, maar ook in vele andere media:
Maar… Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
31
31
Van landen naar mensen: 1975-2002 ! !
Maar… Beetje te “optimistische” of te euforische boodschap, omwille van twee redenen: 1. blijft cruciaal afhankelijk van de waardegeladen veronderstellingen in de meetapparatuur 2. We verwaarlozen de ongelijkheid binnen landen
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
32
32
Welke ongelijkheid? Verschillende Gini’s 90 85 80 75 70 65
“Weten is meer dan Meten”: waardegeladen keuzes in de meetprocedure bepalen (mee) het beeld en de conclusie
60 55 50 45
gewone Gini meer gewicht onderaan nog meer gewicht onderaan focus op onderste staart
19 75 19 76 19 77 19 78 19 79 19 80 19 81 19 82 19 83 19 84 19 85 19 86 19 87 19 88 19 89 19 90 19 91 19 92 19 93 19 94 19 95 19 96 19 97 19 98 19 99 20 00 20 01 20 02
40
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
33
33
Welke ongelijkheid? Relatief of absoluut? 4100 64
62 60
Dat geldt a fortiori voor de switch van “relatieve” naar “absolute” Gini
3900 3700 3500
58
3300
56
3100
54 52
2900
relatieve Gini (linker as)
2700
absolute Gini (rechter as) 2500
19 7 19 5 7 19 6 7 19 7 7 19 8 7 19 9 8 19 0 8 19 1 8 19 2 8 19 3 8 19 4 8 19 5 8 19 6 8 19 7 8 19 8 8 19 9 9 19 0 9 19 1 9 19 2 9 19 3 9 19 4 9 19 5 9 19 6 9 19 7 9 19 8 9 20 9 0 20 0 0 20 1 02
50
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
34
34
Wereldongelijkheid mag ongelijkheid binnen landen niet verwaarlozen ! hierboven: ongelijkheid binnen landen verwaarloosd ! Er is evidentie dat ongelijkheid binnen belangrijke landen is toegenomen (China, India, voormalige Sovjet-Unie en Oostbloklanden) 29 "
bvb. Gini voor China 1983-1995 (uit Zhang and Kanbur, 2001) 28
27.7 27.3 26.7
27
26.3
26
25 25
23.9 24
24.1 23.7
23 23
22.5 22
22
21.7
21.6
1984
1985
21 20 1983
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
1986
1987
14 maart 2005
1988
1989
1990
1991
1992
1993
1994
1995
Prof. A. Decoster
35
35
Wereldongelijkheid mag ongelijkheid binnen landen niet verwaarlozen ! hierboven: ongelijkheid binnen landen verwaarloosd ! Er is evidentie dat ongelijkheid binnen belangrijke landen is toegenomen (China, India, voormalige Sovjet-Unie en Oostbloklanden) ! jammer genoeg kunnen we niet over de gegevens beschikken met microdata voor heel de wereld ! diegenen die die wel ter beschikking hebben: enkel voor twee jaren (gigantisch werk van vergelijkbaar maken van de data) ! twee grote “scholen”: "
"
gebruik BBP en verdeel het over bvb. 5 groepen (o.a. Bhalla, Sala-i-Martin), gebruik de microdata (Milanovic)
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
36
36
Milanovic over de evolutie van de wereldongelijkheid 70
Gini
1988 1993
60 50 40 30 20 10 0 Wereld
Azië
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
Latijns Amerika en Caraiben
Afrika
14 maart 2005
Oost Europa en West Europa, Voormalige SU Noord Amerika, Oceanië
Prof. A. Decoster
37
37
Besluit over de wereldongelijkheid ! mensen i.p.v. landen speelt een grote rol voor het beeld dat bekomen wordt (China, India) ! meestal wordt de verandering in ongelijkheid binnen landen verwaarloosd ! weten is meer dan meten: "
"
"
absolute kloof neemt toe, relatieve daalt wellicht hangt ook af van gewicht dat we toekennen aan verschillende delen van de verdeling wellicht zijn polarisatiemaatstaven meer aangewezen
! Empirisch: "
"
"
niveau: ongelijkheid in de wereld is hoog verandering: in begin jaren negentig nam ze sterk toe in voormalige SU en vroegere Oostblok de regionale ongelijkheid in de grote landen (China, India) is eveneens toegenomen
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
38
38
Deel 1: Ongelijkheid Deel 2: Armoede Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
39
39
Armoede ! Ook hier keuze tussen absoluut of relatief ! meest geciteerde cijfers in wereldcontext: absolute armoede: $1,08 per dag-lijn ! controversieel, niet omwille van de laagte ervan (want wil absolute armoede meten), maar omwille van de gebruikte PPP-factoren ! aantal mensen of percentage van de bevolking?
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
40
40
Armoede: miljoen mensen onder 1.08$ per dag 1600
1481.8
wereld
wereld zonder China
1400
1218.5 1200 1000
1095.7 848.1
843.7
872.9
1089 877.4
800 600
Persbericht Wereldbank: armoede daalt met 400 miljoen eenheden
400 200 0 1981
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
1990
1999
14 maart 2005
2001
Prof. A. Decoster
41
41
Armoede: miljoen mensen onder 1.08$ per dag Regio
1981 1990 1999 2001 Dus uitspraak Wereldbank is correct, China 634 375 223 212 Oost-Europa voormaligezou SU:zijn: maar betere en verwoording India 382 357 352 359 vertienvoudiging jarenreveleert 90, nu gedaald “forse groei in in China zich Rest van ZO Azië 202 135 stijging 132 Latijns en254 Centraal Amerika: ook in een daling van het aantal India: daling gestokt in jaren 90 Oost Europa en Centraal Azië 2.3 30 17 armen op3.1 wereldvlak” Latijns Amerika en Caraïben
36 zeer sterke 49 toename 54 Maar vooral in 50 Midden Oosten en N Afrika Sub Sahara 9.1Afrika5.5 7.8 7.1 Sub Sahara Afrika
Wereld Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
164
227
294
313
1482
1219
1096
1089
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
42
42
Armoede: sterke regionale verschuiving aandeel in de wereldarmoede in %
Sub Sahara Afrika
100 90
11.0 2.4
80
18.6
26.9
28.7
Midden Oosten en Noord Afrika
4 Latijns Amerika en Caraïben
4.9
70
4.6
Oost-Europa en Centraal Azië 60 100 arme mensen in 1981 woonden er 11 Van in Sub-Sahara 25.8 Afrika en 43 in China. 50 Rest van Zuid-Oost Azië 29.3 Nu40 wonen er van die 100 armen, nog slechts 19 in China, maar 32.2 bijna 30 in Sub Sahara Afrika 32.9 India 30 20
42.8 30.8
10
China
20.3
19.4
1999
2001
0
1981
1990
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
43
43
De resultaten zijn gevoelig voor
! Kijken we naar aantal armen, of naar het percentage van de bevolking dat arm is? Voor hele wereld
1981
1990
1999
2001
Aantal (miljoen)
1482
1219
1096
1089
% van de bevolking
40.4
27.9
21.8
21.1
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
44
44
De resultaten zijn gevoelig voor
! Kijken we naar aantal armen, of naar het percentage van de bevolking dat arm is? Voor hele wereld
1981
1990
1999
2001
Aantal (miljoen)
1482
1219
1096
1089
Aantal (1981=100)
100.0
82.2
73.9
73.5
40.4
27.9
21.8
21.1
100.0
69.1
54.0
52.2
% van de bevolking
% (1981=100)
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
45
45
Aantal armen of percentage van de bevolking? (1981=100) 100
De daling van het aantal armen was groter dan de aanwas van de bevolking, zodat het percentage 82.2 armen nog sterker daalde
95 90 85 80
73.9 75
73.5
69.1
70 65
Wereld: aantal armen 60
54
Wereld: % van de bevolking 55
52.2
50
1981 Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
1990
1999 14 maart 2005
2001 Prof. A. Decoster
46
46
Aantal armen of percentage van de bevolking? (1981=100) 100 90
Dit geldt ook voor China
80 70
59.1
60 50
51.7
40
35.2
33.4
27.9
26.0
1999
2001
30 20 10
China: aantal armen China: % van de bevolking
0
1981 Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
1990 14 maart 2005
Prof. A. Decoster
47
47
Aantal armen of percentage van de bevolking? (1981=100) 120
110
Maar, wat belangrijker is, keert de conclusie om voor de wereld zonder China:
102.9
99.5
103.5
100
90
80
70
82.3
Een stijging van de aantallen wordt een daling van het percentage: van 31,7% armen in 1981 naar 22,5% in 2001
72.9
Wereld zonder China: aantal Wereld zonder China: %
71.0
60
1981 Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
1990
1999 14 maart 2005
2001 Prof. A. Decoster
48
48
Aantal armen of percentage van de bevolking? (1981=100) 200
Dit geldt mutatis mutandis zelfs voor Sub-Sahara Afrika:
180
191
180
De bijna verdubbeling van de aantallen (164 tot 313 miljoen) wordt 139 teruggebracht tot een stijging van het percentage van 41,6% tot 46,4%
160
140
120
100
80
107
110
112
1990
1999
2001
Sub Sahara Afrika: aantal Sub Sahara Afrika: %
60
1981 Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
49
49
De resultaten zijn gevoelig voor
! Kijken we naar aantal armen, of naar het percentage van de bevolking dat arm is? ! Hoogte van de armoedelijn: i.p.v. $1 per dag, $2 per dag:
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
50
50
Gevoeligheid voor de hoogte van de armoedelijn 3000
2739
2654 miljoen mensen onder de armoedelijn
2500
2000
1500
2735
2450
Zelfs inclusief China krijgen we nu geen daling, maar een stijging van de 1482 armoede. Kwetsbaarheid blijft dus zeer groot 1219 1096
$1 per dag $2 per dag
1089
1000
500
0 1981
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
1990
1999
14 maart 2005
2001
Prof. A. Decoster
51
51
De resultaten zijn gevoelig voor
! Kijken we naar aantal armen, of naar het percentage van de bevolking dat arm is? ! Hoogte van de armoedelijn ! De keuze voor een relatieve i.p.v. een absolute armoedelijn
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
52
52
Een relatieve armoedelijn i.p.v. een absolute 2000
absolute lijn
1722
1800 miljoen mensen onder de armoedelijn
relatieve lijn
1517
1600 1400 1200
1171
1096
1000 800
afname van het aantal armen, wordt toename bij een relatieve lijn
600 400 200 0 1987
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
1999
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
53
53
De resultaten zijn gevoelig voor
! Kijken we naar aantal armen, of naar het percentage van de bevolking dat arm is? ! Hoogte van de armoedelijn ! De keuze voor een relatieve i.p.v. een absolute armoedelijn ! De gebruikte PPP-factoren ! De herziening van de data
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
54
54
Besluit (1)
! het beeld hoeft geen kakofonie te zijn, maar wel genuanceerd ! ongelijkheid: "
"
"
"
mensen tellen (en dus gedomineerd door China, India) binnenland ongelijkheid in rekening brengen zich bewust zijn van de waardegeladen meting resultaat: voorlopig onzeker
! armoede: "
"
"
aantal en percentage dalen maar opnieuw: China rol van PPP-factoren, hoogte van de grens
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
55
55
Besluit (2)
! wat we niet besproken hebben: ! verklaring van niveau en vooral verandering in ongelijkheid en armoede: "
"
"
"
rol van economische groei verband met globalisering verband met omvang en vorm van hulp ...
Lessen XXIste eeuw: Wereldongelijkheid
14 maart 2005
Prof. A. Decoster
56
56