OKTOBER 2014 Jaargang 18 nummer 2
HET APG NIEUWSBLAD
1
Alphens Platform Gehandicaptenbeleid Postbus 559 2400 AN Alphen a/d Rijn e-mail:
[email protected]
Website:
www.stichtingapg.nl
Algemeen info nr.:
0172 – 490900
-----------------------------------------------------------------------------------------
Dagelijks bestuur APG Voorzitter
M. Orbons-Meijerink
tel.0172–490900
[email protected]
Secretaris
VACATURE!!
Penningmeester:
H. Orbons
tel.06 39836800
[email protected]
Cliëntenraad WWB
P. Wilschut
tel.0172-475793
[email protected]
Algemene leden
P. Kahn
tel.0172-437616
[email protected]
M.A. de Wolf
tel.0172-421966
[email protected]
E. Redegeld – Brandt tel.0172-490807
[email protected]
In het Alphens Platform zijn de volgende groepen actief: Wet Maatschappelijke Ondersteuning
mevr. M. Orbons-Meijerink
tel.: 0172 – 490900
Toegankelijkheid/vervoer
de heer P. Kahn
tel.: 0172 – 437616
Voorlichting (o.a. scholen en APG-blad)
mevr. M.A. de Wolf
tel.: 0172 - 421966
---------------------------------------------------------------------------------------------------------
Vóór 1 december 2014.
Kopij kunt u sturen naar redactie nieuwsblad:
Gerda de Wolf, Evenaar 54, 2408MN Alphen aan den Rijn Email:
[email protected] of
[email protected] Verantwoording Het bestuur en de redactie aanvaarden op geen enkele grond aansprakelijkheid voor eventuele onjuistheden en/of onvolledigheden van overgenomen gegevens. De inhoudelijke verantwoording van de artikelen berust bij de auteur. De inhoud van en de meningen in de artikelen verwoorden niet noodzakelijkerwijs die van het bestuur en/of de redactie.
Aan dit blad werkten buiten de redactie mee: Marjanne Orbons-Meijerink
voorzitter
Christine Dessauvagie
gastschrijver
Loes Gouweloos
columniste
Ellie Baaijens
gastschrijver
Kinderen van de basisschool: Meridiaan
2
VAN DE REDACTIE Wachten, wachten en nog eens wachten op meer concrete informatie die wij u kunnen doorgeven. Na een paar keer vertellen dat wij niets te vertellen hadden, waren we het zat en hebben dus zitten wachten op zinvolle informatie over al die veranderingen die op ons af komen. Vandaar dus, dat dit blad extreem laat is . . .maar wél met heel veel informatie. En natuurlijk ook een glimlach op zijn tijd. Want zonder (glim)lachen leven is geen fijn leven. Gerda
INHOUD 4. 5. 6. 7. 9. 11. 12. 13. 15. 16. 17. 18. 20.
Van de voorzitter Over de gehandicapten parkeerkaart WMO Koopkracht onderzoek Nibud Brief van staatssecretaris v. Rijn Nieuwe regels voor hulpmiddelen Botox remt kwijlen In de kantlijn Klachten over hulpmiddelenleverancier Moet mijn familie mij verplicht helpen? Internationale week van hulphond Vet verbranden zonder bewegen Helpen placebo’s tegen jeuk? Houdt contact met dementerenden Achtervolging per scootmobiel I.M. Pieternella v.d. Valk
21. 22. 23. 25. 26. 27. 28. 29. 30. 31. 32. 33.
-----
Van het A.P.G. zijn o.a. sponsor: Weerheim advertentie op bladzijde
14 16
Bever
3
Vrij verkrijgbare pijnstiller vaak onveilig gebruikt Mogelijk meer maag-darminfecties door maagzuurremmers Voorlichting scholen Nieuw € 10 biljet beter herkennen Onduidelijk vergoedingen zorgverzekering Chronisch zieke houdt zorg liefst in eigen hand Loesje Ergotherapie bij parkinsonpatiënten Instanties moeten beroepsgeheim dokter niet omzeilen De smartphone als breinhulpje Waarom je zou moeten lachen (Mantel)zorgmakelaar Het wolvenspoor
VAN DE VOORZITTER In de 20 jaar dat ik bij het Platform bezig ben heb ik nog niet een periode mee gemaakt waarin zoveel veranderingen moesten worden doorgevoerd. In 1998 dachten we dat het hectisch was, dat was echter een peulenschil vergeleken bij deze exercitie. De nieuwe verordening sociaal domein is tot stand gekomen (zie de website van de gemeente) en wij maken ons grote zorgen wat de gevolgen hiervan zijn voor onze achterban. Dat het heel veel (nare) maatregelen zijn is zeker en iedereen zal met elkaar de schouders eronder moeten zetten om het voor alle doelgroepen nog een beetje leefbaar te houden. Wel is het zo dat men toch anders tegen het verleden aan gaat kijken en zich misschien gaat bedenken dat sommige zaken toch wel erg makkelijk gingen. Iedereen wordt nu geacht zelf eerst een oplossing voor zijn of haar probleem te zoeken en wanneer dat echt niet lukt, dan komt de gemeente pas in zicht. Op zich niets mis mee als de mensen die het echt niet kunnen wel de goede hulp krijgen en dat zijn de zorgen die wij hebben. Zoals het er nu uitziet zullen er in onze achterban veel mensen de dupe worden van deze maatregelen. Hier heb ik in onze laatste twee APG-bladen al voor gewaarschuwd, u kunt ze binnenkort op onze vernieuwde website vinden. Er is nog wel een belangrijke brief gekomen van staatsecretaris van Rijn (over de eigen bijdrage voor rolstoelen en voor voorzieningen voor kinderen), die bij het onderwerp WMO te vinden is in dit blad. Rest mij U nog een aantal mooie herfstmaanden toe te wensen hoewel wij denken dat er veel storm zal komen!!
Marjanne Orbons-Meijerink
OVER DE GEHANDICAPTEN PARKEERKAART: Bij het aanvragen van een gehandicapten parkeerkaart moet u een bedrag van € 22 betalen. Dit wil niet zeggen of u de kaart wel of niet krijgt, het zijn de legeskosten die omliggende gemeenten samen afgesproken hebben.
4
WMO Aan Griffie, raadsleden, burgemeester en wethouders van Alphen aan den Rijn. Geachte lezers, Drie keer is scheepsrecht!!! Na één keer inspreken en één keer U iets per mail toe te sturen, een derde en laatste poging. Wij blijven als APG nog steeds van mening dat men weinig tot niets gedaan heeft met onze input. Wij hebben toch al heel wat meegemaakt sinds de WVG (1994) maar 2015 wordt de start van de terugkeer naar de jaren zeventig. We kunnen zeggen wat we willen maar het is overduidelijk dat de prioriteit van de gemeente niet bij de mensen met een beperking ligt. Wanneer wij dit aangeven dan zegt men "wij zijn er voor de mensen wanneer ze op bijstandsniveau komen". Een groot gedeelte van de groep zit al op het sociaal minimum en door de extra kosten dus zo op bijstandsniveau!! De groep die er net boven zit is helemaal de pineut en zal dan ook snel op bijstandsniveau raken. DEZE GROEP (VAN MENSEN MET EEN BEPERKING EN/OF EEN CHRONISCHE ZIEKTE) CREPEERT NOG LIEVER DAN DAT ZE WEER MOETEN GAAN VERTELLEN DAT DE POT AL LANG LEEG IS. GEVOLG: armoede en eenzaamheid, MAAR zo houden we natuurlijk wel de mensen
bezig die verplicht vrijwilligerswerk moeten gaan doen. Ondanks dat de gemeente een paragraaf heeft staan in de verordening waardoor het college de mogelijkheid heeft om mensen te compenseren, is deze definitie zo vaag dat men hier alle kanten mee op kan. Als mensen/indiceerders al weten dat deze paragraaf bestaat, dan kunnen ze er totaal geen zekerheid aan ontlenen dat het college bereid is om dit toe te passen, gebakken lucht dus. Trouwens, welke Alphenaar weet dat er een 35 pagina grote verordening sociaal domein bestaat waar deze paragraaf in voorkomt? We hopen dat bijgevoegd artikel van het NIBUD en het krantenartikel over de casus uit Alphen aan den Rijn (waar de cliënt overigens niets meer van gehoord had de afgelopen 3 maanden) totdat de verslaggever ging informeren, misschien leidt tot ander inzicht. Het is voor onze groep te laat, de voorbeelden zijn er nu al en zoals ik in mijn inspreek stuk al zei "volgend jaar zal ik U laten weten hoeveel mensen er naar een verpleegtehuis zijn gegaan en hoeveel keer ik op begrafenis of crematie geweest ben van mensen van onze achterban". Klinkt dramatisch maar het is de harde waarheid waar de gemeente Alphen aan den Rijn kennelijk de ogen voor sluit. 5
Begrijp ons goed wij zijn ons terdege van bewust dat er veel zaken in het verleden veel te makkelijk gingen, maar dat de gemeente nu volledig de andere kant op gaat is niet acceptabel. Met vriendelijke groet Marjanne Orbons-Meijerink Voorzitter APG
LET OP! , NEEM ALTIJD EEN TWEEDE PERSOON MEE NAAR HET KEUKENTAFELGESPREK MET IEMAND DIE KOMT INDICEREN, ONGEACHT OF DIT THUIS IS OF OP HET GEMEENTEHUIS! P.S. Het NIBUD heeft het vervallen van de WTCG tegemoetkoming nog niet eens meegenomen in hun berekening.
KOOPKRACHT ACHTERUIT VOOR CHRONISCH ZIEKEN EN GEHANDICAPTEN Het Nibud heeft voor Ieder(in), het netwerk voor mensen met een beperking of chronische ziekte, onderzoek gedaan naar de koopkracht in 2015 voor chronisch zieken en gehandicapten. In het slechtste geval gaat deze groep er in 2015 4000 euro op achteruit. Het instituut voor budgetvoorlichting presenteert elk jaar de koopkrachteffecten naar aanleiding van de Miljoenennota. Bij huishoudens met zorgkosten, die een eigen bijdrage Wmo betalen, daalt de koopkracht zichtbaar dan bij huishoudens zonder zorgkosten, stelt het Nibud. Dat wordt veroorzaakt doordat per 1 januari 2015 de Wtcg-korting van 33 procent op de eigen bijdrage voor zorg zonder verblijf wordt afgeschaft. Voor lagere inkomens betekent dat een koopkrachtdaling van ongeveer 0,5 procent. Voor hogere inkomens daalt de koopkracht harder doordat de eigen bijdrage inkomensafhankelijk is. Foto:ANP XTRA
Oudere echtparen met een AOW-uitkering, 30.000 euro pensioen, een zorgvraag, een eigen bijdrage in de Wmo en bij wie de huishoudelijke hulp vervalt, gaan er in het slechtste geval bijna 4000 euro per jaar op achteruit, zo blijkt uit de cijfers. Aan de hand van drie voorbeeldhuishoudens, kun je in onderstaand model zien wat er met de koopkracht voor een huishouden met zorgkosten gebeurt in 2015. Let wel, in dit onderzoek is geen rekening gehouden met hoe de gemeenten extra zorgkosten mogelijk compenseren. Volgens het Nibud zullen gemeenten beleid gaan ontwikkelen om de koopkrachtgevolgen voor deze groepen te verzachten. De gegevens in de tabel geven een het meest negatieve scenario weer, dus wanneer de gemeente geen enkele extra ondersteuning biedt. De directeur van iederin: 'Opnieuw wordt over het hoofd gezien dat chronisch zieken en gehandicapten op meerdere niveaus met bezuinigingen te maken hebben. Veel mensen komen hierdoor in financiële problemen. Dit kan leiden tot sociaal isolement en juist minder participatie. Sommigen zien zelfs af van noodzakelijke zorg. Zowel het kabinet als gemeenten moeten hiermee aan de slag.' 6
Kolom 1: Huishoudens die extra zorgkosten hebben, maar geen beroep doen op Wmo of AWBZ. Zij hebben te maken met een maximaal eigen risico, en krijgen in sommige gevallen belastingaftrek vanwege hun specifieke ziektekosten. Kolom 2: Huishoudens die ook een beroep doen de Wmo en/of de AWBZ. Zij betalen daarvoor de maximale inkomensafhankelijke bijdrage. Kolom 3: Huishoudens waarvoor ook nog de huishoudelijke hulp komt te vervallen. Zij krijgen het niet of moeten deze hulp nu zelf betalen.
Koopkrachtonderzoek Nibud
Bron: Alexandra Sweers, 16 sep 2014.
7
Copy van de brief over eigen bijdragen van de staatssecretaris: Bezoekadres: Rijnstraat 50 2551 XP Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340 78 34 www.rijksoverheid.nl Ons kenmerk 644650-123771-DMO Uw kenmerk 2014Z12822
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Datum 18 juli 2014 Betreft Commissiebrief inzake eigen bijdrage voor rolstoelen Geachte voorzitter, Bij brief van 3 juli 2014 heeft u mij, namens de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, verzocht de Kamer te informeren over mijn beleidsvoornemens ten aanzien van de eigen bijdrage voor rolstoelen. Ik heb het voornemen om voor jeugdigen tot 18 jaar zowel de rolstoelen als overige hulpmiddelen vrij te stellen van het betalen van een eigen bijdrage. Voor cliënten van 18 jaar en ouder geldt de vrijstelling alleen voor rolstoelen. Deze regeling wordt opgenomen in het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015. De Raad van State zal hierover nog een advies uitbrengen.
Hoogachtend, de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport drs. M.J. van Rijn
8
NIEUWE REGELS VOOR HULPMIDDELEN . . . NU DE UITVOERING NOG. Foto: Nivel
De regelgeving voor mensen met een chronische ziekte of beperking om thuis hulpmiddelen te krijgen is de afgelopen jaren op diverse onderdelen aangepast. Het moet voor cliënten eenvoudiger worden en meer ruimte bieden voor maatwerk. Cliënten en thuiszorgmedewerkers hebben echter nog weinig gemerkt van de veranderingen. Wijziging van regelgeving is één stap, nu de uitvoering nog. De verstrekking van hulpmiddelen aan thuiswonende mensen met een chronische ziekte of beperking is vereenvoudigd door het aantal regelingen hiervoor terug te brengen van drie naar twee (Wet maatschappelijke ondersteuning en Zorgverzekeringswet). Sinds 2013 worden daarom hulpmiddelen die eerder werden verstrekt via de AWBZ, verstrekt via het basispakket van de zorgverzekering. Daarnaast is de lijst met vanuit het basispakket van de zorgverzekering verstrekte hulpmiddelen, de afgelopen jaren geleidelijk vervangen door een ‘functiegerichte aanspraak’ op hulpmiddelen. Niet het aanbod aan hulpmiddelen, maar het opheffen of verminderen van de stoornis of beperking is nu leidend in de keuze voor een bepaald hulpmiddel. Hierdoor krijgen ook innovatieve hulpmiddelen een kans en valt er voor mensen meer te kiezen. Dit biedt meer mogelijkheden voor maatwerk. Het ministerie van VWS wilde weten of gebruikers van hulpmiddelen iets hebben gemerkt van deze veranderingen in de regelgeving en vroeg het NIVEL (Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg) dit te onderzoeken. Gebruikers en aanvragers van hulpmiddelen zijn over het algemeen niet geïnformeerd over de verandering in de aanspraak op hulpmiddelen. Bijna de helft van de aanvragers van hulpmiddelen uit het basispakket is naar hun wensen gevraagd bij de keuze voor een hulpmiddel. Echter, bijna een kwart gaf aan dat er geen maatwerk is geleverd. Gebruikers zien nog weinig keuze in leveranciers en type hulpmiddel. NIVEL-programmaleider Mieke Rijken: “Dit laatste zagen we ook al in ons vorige onderzoek in 2007. Voor gebruikers van hulpmiddelen is er op dit punt dus nog niet veel verbeterd.” Gebruikers en thuiszorgmedewerkers, hebben weinig gemerkt van de overheveling van de AWBZ-hulpmiddelen naar het basispakket van de zorgverzekering. De overheveling lijkt wat dat betreft dus soepel verlopen. Maar ondanks de vermindering van het aantal regelingen, blijven sommige aspecten van de twee resterende regelingen lastig voor gebruikers en aanvragers. Het belangrijkste knelpunt blijft dat gebruikers bij aanvragen voor een hulpmiddel steeds opnieuw informatie moeten geven over hun probleem of situatie. Twee derde geeft aan het prima te vinden als zorgverleners en gemeente bepaalde informatie met elkaar delen. Een ander lastig punt is dat bepaalde hulpmiddelen voor tijdelijk gebruik worden vergoed door de zorgverzekeraar, maar dat je voor langdurig gebruik hetzelfde hulpmiddel bij de gemeente moet aanvragen via de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). De inschatting of zo’n hulpmiddel alleen tijdelijk nodig is of toch blijvend, blijkt volgens thuiszorgmedewerkers lastig. Als een 9
hulpmiddel voor tijdelijk gebruik alsnog langer nodig is, vergt het volgens thuiszorgmedewerkers veel tijd en inspanning om hetzelfde hulpmiddel via de Wmo te verkrijgen. Veertig procent van de thuiszorgmedewerkers pleit daarom voor een betere afstemming tussen zorgverzekeraars en gemeenten. De onderzoekers concluderen dat alleen verandering van de regelgeving niet genoeg is om ervoor te zorgen dat de hulpmiddelenverstrekking aan thuiswonende mensen sneller en eenvoudiger verloopt en er meer maatwerk wordt geleverd. Daarvoor moet ook de uitvoering nog worden aangepast. Mieke Rijken: “Belangrijk is dat zorgverzekeraars en gemeenten, samen met patiënten- en cliëntenorganisaties en zorgverleners, nagaan hoe het in de praktijk beter kan. Afstemming en samenwerking zijn nodig, maar daarvoor moet ook duidelijk zijn bij wie de regie ligt.” In het onderzoek zijn de ervaringen van gebruikers van hulpmiddelen uit het Nationaal Panel Chronische zieken en Gehandicapten (NPCG) en de ervaringen van verpleegkundigen en verzorgenden werkzaam in de thuiszorg uit het Panel Verpleging & Verzorging van het NIVEL meegenomen. Voor het onderzoek is bij 171 hulpmiddelengebruikers en 198 verpleegkundigen en verzorgenden een enquête afgenomen.
Bron: Nivel, 24-07-2014.
zucht!
10
BOTOX REMT KWIJLEN Kwijlen is een belangrijk probleem voor patiënten met een hersenbeschadiging. Het kan onder andere sociale buitensluiting en longontsteking tot gevolg hebben. Onderzoeker Arthur Scheffer concludeert dat zowel botoxinjecties als operaties het kwijlen bij veel patiënten kunnen remmen. De behandeling met botox is effectief en minder ingrijpend dan een operatie. Ongeveer de helft van de kinderen met een houdings- en bewegingsstoornis door een hersenbeschadiging, kwijlt overmatig. Hierdoor worden ze vaak sociaal buitengesloten en moeten ze meerdere keren per dag van kleding wisselen. Door de slechte slikfunctie blijven ze ook op oudere leeftijd kwijlen. In veel gevallen krijgen ze huiduitslag rond hun mond en sommigen krijgen longontsteking waarvoor opname op een intensive care nodig is. In zulke ernstige gevallen wordt gekeken of de speekselproductie terug is te dringen met een operatie. Medicijnen die de activiteit van het zenuwstelsel beïnvloeden, kunnen ook helpen, maar hebben vaak bijwerkingen. Een vergelijking van de verschillende behandelingen ontbrak tot nu toe. KNO-arts in opleiding Arthur Scheffer bekeek daarom de effectiviteit van diverse behandelingen. Hij concludeert dat operaties, zoals het omleiden of afbinden van de afvoergangen van de speekselklieren, bij 80 procent van de kinderen voor een vermindering van de speekselproductie zorgen. Scheffer: “Operaties zijn de meest effectieve behandeling voor ernstig kwijlen en we verwachten dat het effect levenslang aanhoudt.” Een minder ingrijpende oplossing is een botoxinjectie in de speekselklieren van de onderkaak. In zijn onderzoek kregen 131 patiënten tussen de 3 en 27 jaar een injectie onder narcose. Na twee maanden was de speekselvloed bij meer dan de helft van de patiënten met de helft afgenomen. De vermindering hield gemiddeld zes maanden aan. Een klein deel van de patiënten had na een jaar nog baat bij de behandeling. Scheffer: “Helaas kunnen we nog niet aangeven bij welke patiënten botox effectief is en bij wie niet. Wel blijkt dat als we extra injecties geven, 60-65 procent van de patiënten baat bij de therapie heeft.”
Bron: Radboudumc, 3 april 2014.
11
GELUK.
Een fietstochtje door de polders in de buurt van Alphen aan den Rijn. De geur van vers gemaaid gras, het geluid van zingende vogels, de zon op mijn huid. Ik geniet. Dan een harde klap. Ik schiet over mijn stuur heen. Knal met mijn gezicht op de punt van een verkeerspaaltje dat ik niet had gezien. Daarna op het wegdek. Stuiter nog even door. Dan is het stil. Doodstil. Bloed, bloed, overal bloed. Maar vooral een ondraaglijke pijn in mijn nek. Ik kan niet bewegen. Ik kan niets zeggen. Maar ik denk: Ik ga dood, ik ga dood, ik heb mijn nek gebroken, ik ga dood! Andere fietsers snellen toe. Schrikken van het bloed dat in straaltjes uit mijn hoofd gutst. Maar ik denk alleen maar: mijn nek, mijn nek. Nee, ik wil niet dood. Ik wil niet dood! 112, ambulance, ziekenhuis. Een hele avond op de Spoedeisende Hulp. Onderzoek na onderzoek. Foto's, hechtingen, pijnstillers, weer een onderzoek. De pijn zakt een beetje. Ik beweeg mijn voeten. Ik beweeg mijn handen. En langzaamaan besef ik: nee, ik ga niet dood, ik heb ontzettend veel geluk gehad. Diagnose: kneuzingen van top tot teen. Ontelbare bulten en blauwe plekken. Scheurtje in mijn oogkas. Gebroken vinger. Een gezicht vol schaafwonden, en drie diepe gaten in mijn voorhoofd. "Die littekens op uw gezicht zullen altijd zichtbaar blijven, mevrouw. Maar u heeft geluk gehad. Het heeft maar een haartje gescheeld. Hersenletsel, een dwarslaesie... Het kan een tijd duren, maar u zult weer helemaal genezen." De eerste paar weken thuis ben ik uitsluitend bezig met overleven. Ik weet met mijn verstand dat ik geluk heb gehad. Maar ik vóel alleen maar pijn, pijn, pijn. Zwellingen van kruin tot kin. Slapeloze nachten. En steeds weer zie ik mezelf door de lucht vliegen, voel ik hoe mijn hoofd over het fietspad stuitert, zie ik plassen bloed. Dan word ik langzaam wakker uit mijn roes. De pijn wordt minder, de zwellingen verdwijnen, het beeld van mijn ongeluk vervaagt.
12
Als een mol die boven de grond komt, kom ik uit mijn hol tevoorschijn. Ik knipper tegen het felle zonlicht, schuifel voorzichtig over straat, zijg neer op een bankje in het park. En daar dringt het pas echt tot me door: ik leef, ik leef. Tranen van dankbaarheid. Nu weet ik niet alleen dat ik geluk heb gehad, nu voel ik het ook. Domweg gelukkig, blij dat ik er nog ben. Zorgen van vóór mijn val betekenen niets meer, lijken iets uit een heel ver verleden. Ik hoop dat ik in staat zal zijn dat gevoel vast te houden. Het schijnt dat je ontsierende littekens kunt laten weg-laseren. Maar ik ga dat niet doen, ik ga ze koesteren als een herinnering aan het geluk dat ik heb gehad. Ik heb niets meer nodig dan dit: ademen, ruiken, horen, zien. Leven. Gewoon een bankje in een park in Alphen aan den Rijn. De geur van vers gemaaid gras, het geluid van zingende vogels, de zon op mijn huid. Geluk. Loes Gouweloos
OPROEP Klachten over uw hulpmiddelenleverancier kunt u rechtstreeks mailen naar
[email protected] (Het e-mailadres van Marjanne Orbons-Meijerink) Ook als u vindt dat u niet goed geholpen bent op het serviceplein, kunt u dat direct aan haar laten weten via de e-mail.
Er is nogal wat te doen over het feit dat mensen verplicht zouden worden om hun buren, vrienden en familie om hulp te vragen. Ik ben eens gaan zoeken op het internet en op de site van het ministerie van VWS vond ik het volgende:
MOET MIJN FAMILIE MIJ VERPLICHT HELPEN? Nee, hulp van kinderen, vrienden of buren is niet verplicht. Gemeenten mogen wel vragen of mensen in uw omgeving u willen helpen. Als die hulp beschikbaar is, is minder professionele hulp nodig. Krijgt u al hulp van uw partner, of een andere mantelzorger? In het gesprek over uw hulpvraag moet de gemeente ook vragen of uw mantelzorger extra hulp nodig heeft. Bron: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport .
Doe uw voordeel met deze informatie. 13
Dit stukje, geschreven vanuit een hulphond, kreeg ik via facebook binnen. Natuurlijk kan ik dat dan doorgeven, maar . . . Ook de mensen die geen facebook hebben of zelfs geen computer wil ik dit niet onthouden. Wie het heeft geschreven, waarschijnlijk een zekere Amy, ken ik niet. Maar dat maakt het niet minder mooi en duidelijk voor al die mensen die nog steeds niets snappen van het begrip “hulphond”.:
VOOR DE INTERNATIONALE WEEK VAN DE HULPHOND: "jij bent zielig" "wat moet jij hard werken" "jij hebt nooit vrij"! Dagelijks krijg jij verschillende opmerkingen van wild vreemden naar je hoofd gegooid, wildvreemden die jouw voor de 1ste keer zien en meteen alles over jouw weten. Ze vinden je zielig, vinden dat jij hard moet werken en vinden zich zelf nog zieliger omdat ze niet aan jouw mogen zitten. Jij luistert er al lang niet meer na, in het begin slaakte je nog een diepe zucht of keek je nog omhoog als iemand tegen je praatte inmiddels kijk je nog niet meer naar ze om. Terwijl een vreemde tegen jouw verteld hoe zielig jij wel niet bent en je baas volledig negeert dwalen jouw gedachte af naar het kleine hondje wat deze vreemde tegen zich aanklampt. Jij vraagt je af waarom dit kleine hondje niet mag lopen en waarom word het zo plat gedrukt? Ook vraag jij je af of dit hondje het niet warm heeft want het hondje heeft een gebreide trui aan terwijl het buiten 30 graden is. 14
Jij kijkt stoer omhoog naar de vreemde en slaakt een diepe zucht ik zie je hardop denken "nee mevrouw ik ben niet zielig" Bij de supermarkt loop jij trots naast je baas als je bij de kassa een vreemde meneer tegen komt. Met een boze brommende stem hoor jij dat hij boos is op je baas want hij vind het niet kunnen dat jij de hele dag moet werken.Jij vraagt je stiekem af wat werken is en legt je kop bij je baas op schoot en kijkt haar diep in de ogen aan om haar te vertellen dat ze niet naar deze brommende man moet luisteren. Trots loop jij naar buiten naast je baas bijna de brommende man vergeten als je ziet dat hij buiten de supermarkt een riem van een lantaarnpaal probeert los te knopen, schreeuwen tegen zijn hond dat hij niet mag blaffen loopt hij boos weg. Jij kijkt stoer omhoog naar je baas en denkt "ik hoef niet te werken" Jij probeert al deze vreemde mensen jouw boodschap duidelijk te maken maar ze willen niet naar je luisteren, ze zijn te druk om jouw baas de regels over een hulphond te lezen, te druk met jouw baas te vertellen hoe zielig jij wel niet bent, en terwijl ze jouw aan het aaien zijn vertellen ze jouw baas waarom een hulphond niet geaaid mag worden. Jij moet stiekem een beetje lachen en denkt bij jezelf waarom zit jij aan mij? Op een dag in de trein ben jij klaar met al die vreemde oordelende mensen, jij ligt netjes naast je baas in de trein te slapen als je een hoge kakelende stem hoort schreeuwen is hij ook wel eens vrij? Jij kijkt om je heen en denkt bij jezelf: "ik heb de beste baan die er is, ik heb zelf mijn baas mogen uitkiezen, ik mag de hele dag spelen en krijg er nog iets liefs voor terug ook. Ik mag aan broeken trekken, op schoenen kauwen, worst in mijn bek houden zonder dat mijn baas boos word. Ik mag bij haar slapen, ik mag overal mee naar toe en word nooit alleen thuis gelaten. Mijn baas heeft lang op mij moeten wachten en voordat ze mij kreeg heeft ze eerst moeten leren hoe ze mij moet verzorgen als ik gewond raak, ze heeft mijn taal leren verstaan en weet precies wat ze moet doen om mij gelukkig te maken. Mijn baas laat mij nooit alleen in een auto met warm weer, heeft altijd vers water bij en zelfs een brok, draagt altijd mijn speelgoed en in haar handtas zit altijd een EHBO set voor als ik ergens in ga staan. Ik hoef niet in een pension als mijn baas naar een attractiepark gaat en mag zelfs mee een kleine attractie in, ik hoef niet in een klein hokje in een donkere ruimte als mijn baas gaat vliegen ik mag gewoon naast haar op een stoel zitten. En behalve dat krijg ik heel veel aandacht de hele dag door!" "Nee ik ben niet zielig, ik hoef niet te werken" en “ik wil ook geen vrij" Maar ze willen nog steeds niet naar je luisteren Amy
15
Gewoon een opkikkertje voor alle mensen die echt niet kunnen bewegen. Dit las ik op het internet:
VET VERBRANDEN ZONDER TE BEWEGEN Je hoeft niet noodzakelijk de zetel verlaten om je lichaam vetten te doen verbranden. Kou doet dat wel in jouw plaats. Een kwartier rillen verbrandt mogelijk evenveel vetten als een uurtje recreatief fietsen. Je moet dus wel een beetje afzien. Rillen doet het lichaam vanaf een temperatuur van 14 - 16 graden Celsius. Een frisse duik of 's morgensvroeg wandelen helpt je om sneller gewicht te verliezen. Het is de logica zelve: in koudere omstandigheden moet het lichaam meer energie verbranden. Bij voorkeur worden de vetreserves aangesproken. Speciaal weefsel staat in voor de warmteproductie, bruin vet, dat slechts sporadisch in het lichaam voorkomt. Regelmatig de kou opzoeken is dus een gezonde gewoonte. Als je maar geen kou vat. Bron: www.abcgezondheids.nl Mocht u me nou in de winter redelijk luchtig gekleed buiten zien: Ik ben niet gek geworden, ik heb ook géén opvlieger, ik zit “gewoon” mijn vet te verbranden. Gerda.
16
HELPEN PLACEBO'S TEGEN JEUK? Foto: Zorgkrant
Als een pilletje zonder werkzame stofjes toch helpt, dan heet zo'n positieve verwachting een placeboeffect. Een negatieve verwachting heet een noceboeffect. Beide zijn te sturen met verbale suggesties en conditionering. Deze combineren is volgens de onderzoeksgroep van Andrea Evers de meest veelbelovende aanpak bij jeuk. Placebo-effecten spelen een belangrijke rol bij tal van aandoeningen in de medische praktijk. Zo kan een positieve verwachting alleen al de werking van een behandeling beïnvloeden. Het onderzoek naar placebo-effecten heeft de laatste jaren een grote vlucht genomen. Er is steeds meer bekend over dit effect bij een groot aantal lichamelijke aandoeningen. Andersom kan ook een negatieve verwachting een rol spelen voor de uitkomst van de behandeling. Dit zogenaamde nocebo-effect kan het effect verminderen. Placebo- en nocebo-effecten berusten op leermechanismen. Zo kan je verwachtingen sturen met verbale suggesties als: ‘deze pil werkt bij veel mensen’. Ook conditionering treedt op, waarbij de pijn al vermindert bij het zien van pijnstillend middel. Pijnbeleving is een van de bekende onderzoeksgebieden. Over de effecten bij jeuk is veel minder bekend. De onderzoeksgroep van Andrea Evers tracht meer zicht te krijgen op de mechanismen die spelen bij lichamelijke klachten als jeuk. Daarvoor heeft Evers enkele jaren geleden van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) een Vidi-subsidie ontvangen. Promovenda Danielle Bartels vergelijkt in haar onderzoek de beide leermechanismen, verbale suggesties en conditionering bij jeukprikkels. Uit de resultaten blijkt dat vooral de combinatie van een verbale suggestie en conditionering effectief is voor nocebo- en placebo-effecten. Dat sluit aan op eerdere bevindingen bij pijn. De combinatie van beide leermethoden om positieve en negatieve verwachtingen te sturen lijkt ook de meest veelbelovende voor placebo- en nocebo-effecten bij jeuk. In promotieonderzoek van Antoinette van Laarhoven heeft de onderzoekgroep al eerder laten zien dat bij jeuk vooral nocebo-effecten relatief eenvoudig gestuurd kunnen worden door een verbale suggestie. Proefpersonen die in een laboratoriumsetting te horen krijgen dat een prikkel bij 95% van de proefpersonen jeuk oproept reageren op alle prikkels met meer jeuk dan proefpersonen die te horen krijgen dat een prikkel maar bij 5% van de proefpersonen jeuk oproept. Dat was het eerste duidelijke bewijs dat nocebo-effecten ook bij jeuk een rol spelen. Vervolgonderzoek moet uitwijzen of deze effecten ook weer te veranderen zijn. Dit is belangrijk voor de klinische praktijk met onbedoelde nocebo- effecten, bijvoorbeeld bij toelichting van risico’s over bijwerkingen aan patiënten die overmatig bang zijn voor bijwerkingen van hun medicijnen. Evers heeft recent een subsidie toegewezen gekregen. Met deze Europese subsidie zal ze onderzoek doen naar conditionering van het immuunsysteem en het hormoonstelsel. Bron: Universiteit leiden, 25-04-2014.
17
HOUDT CONTACT MET DEMENTERENDEN EN HUN MANTELZORGERS. Dementie is niet alleen zwaar voor mensen met de ziekte of hun naaste mantelzorgers. Ook voor buren, vrienden en familie op afstand is dementie een ingrijpende ziekte. Iemand waar u om geeft is ziek. Maar wat kunt u nu doen om te helpen? Dat vroegen Alzheimer Nederland en Mezzo eind 2013 in een peiling onder 560 mantelzorgers. Hieronder vindt u hun antwoorden en tips. De belangrijkste? Houdt contact. Vraag hoe het gaat en of u iets kunt doen. Vindt u dat moeilijk? Kijk dan eens bij onderstaande tips, die zijn aangevuld met informatie van Alzheimer Nederland. De tips uit de enquête delen we bijna onveranderd met u. Ze staan door elkaar en sommige tips spreken elkaar tegen. Dementie verloopt bij iedereen namelijk anders en iedere mantelzorger heeft natuurlijk zijn eigen voorkeuren en ervaringen. Mensen met dementie kunnen door hun ziekte dingen niet meer zo snel verwerken als vroeger. Als u de zorg voor iemand met dementie overneemt, pas u dan aan, aan het tempo van degene met dementie. Verleent iemand mantelzorg en kunt, wilt of mag u de zorg niet overnemen? Misschien kunt u de mantelzorger dan helpen door even zijn boodschappen te doen, de kinderen van school te halen of de hond uit te laten. Gemiddeld verleent de naaste mantelzorger meer dan twintig uur zorg per week. Wanneer u een taak overneemt, is het natuurlijk slim om dit goed te overleggen. Anders gaat degene met dementie bijvoorbeeld op één dag drie maal wandelen en daarna twee weken niet. Oppassen geeft de mantelzorger even ademruimte om iets voor zichzelf te doen. Maar u hoeft natuurlijk niet stil te zitten. U kunt leuke dingen doen met degene met dementie. Weet u niet wat hij fijn vindt om te doen? Overleg dan met de mantelzorger of haal inspiratie uit onze 100 activiteiten voor mensen met dementie. Vraagt de mantelzorger gemakkelijk om hulp of juist nooit? Is hij gewend om altijd zijn eigen dingen op zijn eigen tijd te doen, of is iedere hulp altijd welkom? Door goed overleg is de meerwaarde van uw hulp het grootst en ontstaan er minder misverstanden. Sommige mantelzorgers vinden het prettig om hulp te krijgen bij het wassen, aankleden of eten geven. Dingen die normaal altijd op hun schouders rusten. Dit is alleen niet in iedere situatie mogelijk. Zo accepteren sommige mensen met dementie geen hulp van 'vreemden'. Degenen die de zorg op zich neemt, kan het financieel moeilijk krijgen. Reiskosten, minder kunnen werken, enz. Misschien zijn er oplossingen te bedenken om de financiële kosten (binnen de familie) te delen? Help mee het mogelijk te blijven maken. De situatie van de mantelzorger en degene met dementie is vaak complexer dan u denkt. De interactieve film www.alzheimerexperience.nl kan u veel inzicht geven in de situatie van iemand met dementie en zijn naaste. 18
Dementie is een ernstige ziekte, maar voor de buitenwereld is dat niet altijd duidelijk. Mensen met dementie kunnen hun ziekte vaak goed verbloemen. Dit heet 'façade gedrag' en dit is één van de kenmerkende symptomen van dementie. Wees zuinig met kritiek of goedbedoelde tips en adviezen. Dementie is een lastige ziekte. Bij iedereen verloopt de ziekte anders en daarbij verandert de ziekte met de tijd waardoor ook de zorg veranderd. Vaak zien alleen degenen die veel tijd met iemand doorbrengen wat iemand nodig heeft. Zelfs voor professionele verzorgenden en verpleegkundigen, met jaren opleiding en ervaring blijft het vaak lastig om goed om te kunnen gaan met deze ziekte. Vaak zijn er handigheidjes die ervoor zorgen dat u makkelijker met iemand met dementie kunt omgaan. Deze handigheidjes verschillen van persoon tot persoon, waardoor de naaste mantelzorger ze vaak als geen ander kent. Als u om deze tips vraagt, kunt u misschien wel voorkomen dat degene met dementie boos wordt, of kunt u ervoor zorgen dat dat hij juist wél iets wil ondernemen. Net als mensen die lijden aan andere ziektes, hebben mensen met dementie de behoefte aan gezelligheid en geborgenheid. Bel iemand met dementie eens op. Bezoek samen een museum, dierentuin of maak een wandeling door bos of park. Ga samen ergens lunchen. In een restaurant, of juist op een bankje in het park als iemand dat prettiger vindt. Door de ziekte gaan sommige dingen gaan minder makkelijk of snel dan vroeger. Praat tijdens een (verjaardags)feest even apart met degene met dementie. Door de drukte van feestjes krijgt iemand niet alles mee. Praat niet over iemand, terwijl hij erbij zit. Betrek iemand juist bij een gesprek en laat zien dat iemand belangrijk is. De mantelzorger raakt iemand kwijt, een partner een ouder of een vriend. Een moeilijk proces waarbij hij iemand langzaam kwijt raakt. Dan is het vaak prettig om een klankbord te hebben. Mantelzorgers zijn vaak enorm verrast door (verre) familieleden of vrienden die juist wél het contact aanhalen. En denk klein én groot. Misschien woont u te ver weg om op te passen, maar kunt u wel (weer) samen op vakantie, zodat u de zorg kunt delen Ook als iemand in een verpleeghuis zit kan het contact met vrienden en familie afnemen. Het bezoek aan de patiënt kost natuurlijk tijd, die niet aan andere dingen te besteden zijn. Misschien kunt u samen op bezoek gaan? Wanneer u dementie van een afstand meemaakt, zit u vaak met veel vragen. Zit iemand wel te wachten op bezoek? Is het niet te zwaar als ik op bezoek kom? Waar moeten we over praten? Doe ik het wel goed? Het is helemaal niet gek om dit soort vragen aan degene met dementie of de mantelzorger te stellen! Integendeel, misschien zijn deze vragen juist een mooie aanleiding om iemand weer eens op te bellen of langs te gaan!
19
We hopen dat de tips van mantelzorgers u helpen te helpen, te luisteren of te doen! Zit u nog met vragen? Kijk dan hoe Alzheimer Nederland u kan bijstaan. Via website, forum, e-mail, Alzheimertelefoon, het Alzheimer Café of Facebook. We helpen u graag! Bron: www.Alzheimer Nederland.nl, 24-06-2014.
MAN IN SCOOTMOBIEL ZET ACHTERVOLGING WINKELDIEF IN Een stoere actie in de Raadhuisstraat vanochtend! Een jonge winkeldief ging er snel vandoor vanaf de Hoogvliet supermarkt in de Raadhuisstraat. Een getuige in een scootmobiel liet dit echter niet gebeuren en zette de achtervolging in. De getuige volgde, samen met een andere man, de winkeldief over de Swaenswijckbrug en richting de Julianastraat. Daar probeerde de winkeldief zich te verstoppen maar werd al snel gevonden door het duo. Samen wisten zij de winkeldief, onder luid protest, mee terug te nemen naar de Raadhuisstraat waar de reeds gealarmeerde politie hen kon opvangen. Bron: Alphens.nl, 12 juni 2014.
I.M. PIETERNELLA VAN DER VALK - BOERS
Veel te vroeg hebben wij in mei plotseling afscheid moeten nemen van Pieternella. Ze werkte zeer enthousiast mee aan ons voorlichtingsprogramma voor de basisscholen. Wij missen haar droge humor, relativering- en doorzettingsvermogen. Dit gemis zal niet snel vervagen.
20
VRIJ VERKRIJGBARE PIJNSTILLER VAAK ONVEILIG GEBRUIKT Foto: Zorgkrant
Minstens 333.000 Nederlanders gaan onveilig om met vrij verkrijgbare pijnstillers als diclofenac, ibuprofen en naproxen. Ze gebruiken meer dan de dagelijks toegestane hoeveelheid van deze zogenoemde NSAID’s en lopen daarmee een verhoogde kans op onder andere maagbloedingen of schade aan de nieren. Bovendien worden deze pijnstillers ook vaak gebruikt door mensen met een verhoogde kans op ernstige complicaties. Dat blijkt uit onderzoek van het Erasmus MC, dat zojuist is gepubliceerd in de British Journal of General Practice. NSAID’s zijn al geruime tijd zonder recept verkrijgbaar bij de drogist, apotheek en in de supermarkt. Ze worden in verband gebracht met een verhoogd risico op onder andere hartproblemen, maag- en darmbloedingen en nierproblemen. De pijnstillers vormen een extra risico voor onder andere ouderen, mensen die eerder maag-, of hartproblemen hebben gehad en mensen die bloedverdunners gebruiken. Mensen uit dergelijke risicogroepen wordt geadviseerd om de pijnstillers niet te gebruiken zonder overleg met een arts. Voor gezonde (jonge) mensen adviseren artsen om ze in een zo laag mogelijke dosering, gedurende een zo kort mogelijke periode te gebruiken. Bijna één op de drie mensen gebruikt één of meerdere soorten NSAID’s zonder recept, blijkt uit het onderzoek van de afdelingen huisartsgeneeskunde en medische informatica van het Erasmus MC. Bijna één op de 10 personen neemt meer in dan de dagelijks aanbevolen maximum dosering. ‘Als we dat omrekenen naar de gehele Nederlandse bevolking gaat het om zo’n 333.000 mensen’, zegt onderzoekster Aafke Koffeman. Ze slikken de pillen voornamelijk tegen hoofdpijn, pijn aan spieren en gewrichten en menstruatiepijn. Opvallend is dat de pijnstillers ook gebruikt worden door mensen die een groot risico lopen op ernstige complicaties. Zo’n 13 procent van hen gebruikt ze en 3 procent slikt meer dan de maximum aanbevolen dosis. Koffeman ‘Hoewel deze mensen aandoeningen hebben waardoor ze vaker in contact komen met dokters en apothekers, zijn ze kennelijk onvoldoende op de hoogte van de risico’s van deze pijnstillers. Gezien deze cijfers is het de vraag of het wel goed is dat deze medicijnen in Nederland vrij verkrijgbaar zijn.’ Gebruikers van NSAID’s kunnen zelf bijdragen om het risico op problemen zo klein mogelijk te houden. Bijvoorbeeld door de pijnstillers kort te gebruiken niet meer te nemen dan de maximaal aangeraden dagdosering . Wie ouder is dan 70, reeds andere medicatie slikt of een chronische aandoening heeft, kan beter eerst advies inwinnen bij de huisarts. Bron: Erasmus MC, 2 april 2014.
21
MOGELIJK MEER MAAG-DARMINFECTIES DOOR MAAGZUURREMMERS In Nederland is sinds enkele jaren een toename te zien in het aantal maagdarminfecties die veroorzaakt worden door de Campylobacter-bacterie. Het gebruik van een bepaald type maagzuurremmer (protonpompremmer)*) lijkt hierbij een rol te spelen. Vooral onder ouderen lijkt een groot deel van de Campylobacter-infecties verband te houden met het gebruik van protonpompremmers. Dit publiceren onderzoekers in het wetenschappelijke tijdschrift Eurosurveillance. De laatste jaren komen in Nederland (net als in een aantal andere Europese landen) meer infecties voor die veroorzaakt worden door de Campylobacter-bacterie. In 2011 zijn naar schatting 102.000 infecties door deze bacterie voorgekomen. Voor 1100 patiënten was die infectie zo ernstig dat zij in het ziekenhuis zijn opgenomen. Onderzoekers van het RIVM gingen na of er een verband is met het gebruik van protonpompremmers. De laatste jaren wordt dit type maagzuurremmer vaker voorgeschreven. Er bleek inderdaad een verband te zijn tussen het gebruik van deze maagzuurremmers en infecties met de Campylobacter-bacterie. Bacteriën die op voedsel zitten worden normaal gesproken in de maag gedood vanwege de zure omgeving. Door het gebruik van protonpompremmers wordt de maaginhoud minder zuur. Hierdoor hebben bacteriën die op voedsel zitten een grotere kans om in de maag te overleven en in de darmen een infectie te veroorzaken. Mogelijk is het gebruik van protonpompremmers ook van invloed op maag-darminfecties die veroorzaakt worden door andere ziekteverwekkers, zoals Salmonella, E. colien Listeria. De Campylobacter-bacterie is de belangrijkste veroorzaker van voedselinfecties. Klachten zijn diarree, wat gepaard kan gaan met ernstige buikkrampen en koorts. In een enkel geval kunnen ernstiger complicaties ontstaan. Omdat protonpompremmers naast het verhoogde risico op maag-darminfecties ook gunstige effecten op de gezondheid hebben, pleit het RIVM voor een zorgvuldige afweging bij het gebruik van protonpompremmers gecombineerd met goede voorlichting aan de gebruikers. Bron: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu. (RIVM), 15-08-2014.
*)
Protonpompremmers zijn o.a.: esomeprazol, lansoprazol, omeprazol, pantoprazol en rabeprazol.
22
VOORLICHTING SCHOLEN. Aan het einde van het laatste schooljaar hebben we buiten de gebruikelijke voorlichtingsmiddagen ook een avond mogen genieten van de jaarlijkse musical, die door de kinderen van alle groepen 8 van de Meridiaan werd opgevoerd. Dat moet een behoorlijke hoeveelheid werk met zich meebrengen, zo’n happening. Goed gedaan! En leuk dat wij daar bij mochten zijn. Uiteraard ook nog een aantal reacties van de kinderen op onze voorlichtingsmiddagen. :
23
24
------
NIEUW 10-EUROBILJET IS BETER TE HERKENNEN Sinds 23 september 2014 is er een nieuw 10eurobiljet in omloop. Het nieuwe biljet bevat, net als bij het nieuwe 5-eurobiljet dat vorig jaar verschenen is, beter voelbare kenmerken. Aan de voorzijde van het biljet bevindt zich aan de beide zijkanten een voelbaar strookje van lijntjes. Bij het nieuwe vijfje is dit strookje aaneengesloten, bij het nieuwe tientje wordt het strookje in het midden één keer onderbroken. Daarnaast is de visuele herkenning verbeterd. De kleuren zijn helder, de contrasten zijn sterker en het cijfer 10 is groter uitgevoerd. De EBU (European Blind Union) en de Oogvereniging zijn actief betrokken geweest bij deze verbeteringen.
25
ONDUIDELIJKHEID VERGOEDINGEN ZORGVERZEKERING Verzekerden blijken niet te weten wat hun zorgverzekering vergoedt Veel mensen weten niet precies wat hun zorgverzekering vergoedt en worden daardoor geconfronteerd met onverwachtse rekeningen van hun zorgverzekeraar. Dit blijkt uit een inventarisatie van vragen over zorgverzekeringen aan juristen. Onduidelijkheid over vergoeding van behandelingen veroorzaken de meeste problemen rond zorgverzekeringen. Dit blijkt uit een inventarisatie van Rechtswinkel.nl in samenwerking met vergelijkingssite Qlick.nl. In totaal zijn 200 vragen over zorgverzekeringen van consumenten en ondernemers uit de periode 2011 tot en met 2014 aan professionele juristen geanalyseerd op inhoud. Het grootste deel van de onderzochte vragen (42%) blijkt samen te hangen met onduidelijkheid rond vergoedingen vanuit de zorgverzekering. Het meest voorkomende probleem is dat behandelingen waarvoor de consument verzekerd dacht te zijn niet volledig vergoed worden door de zorgverzekering. Vooral door de huisarts voorgeschreven behandelingen, medicatie en bloedonderzoeken brengen onverwachte kosten met zich mee. Omdat een huisartsconsult zelf niet onder het eigen risico valt wordt er onterecht van uitgegaan dat dit ook geldt voor datgene dat de huisarts voorschrijft. Daarnaast blijken de kosten voor het aangaan van een behandeling voor de consument niet inzichtelijk te zijn. In de woorden van een anonieme vragensteller “Het lijkt mij niet meer dan normaal dat iemand van tevoren weet wat iets gaat kosten. Dat weet ik ook in de supermarkt en wanneer ik mijn auto naar de garage breng” Problemen met niet-gecontracteerde zorg staan op de tweede plaats na onduidelijkheid rond vergoedingen. Veel verzekerden (27%) geven aan geen vergoeding te ontvangen vanuit de zorgverzekering voor de gewenste medische instelling. Vooral bij jarenlange behandeling in een medische instelling ontstaan schrijnende situaties wanneer deze instelling niet langer gecontracteerd wordt door de zorgverzekeraar. Naast de problemen rond vergoedingen en al dan niet gecontracteerde zorg worden veel vragen gesteld (18%) over betalingsproblemen. Door onduidelijkheid rond vergoedingen gaat de consument er van uit dat een genoten medische behandeling volledig wordt vergoed. Wanneer onverwachts een rekening van de zorgverzekering op de mat valt zorgt dit in veel gevallen voor onvoldoende saldo waardoor een betalingsregeling getroffen dient te worden. Bron: Derek Visser, Qlick.nl., 26-09-2014.
26
Tja, dat is ook een manier om te kunnen zeggen dat de aangepaste toiletten toch niet echt veel gebruikt worden. Dus blijkbaar niet zo nodig zijn.
CHRONISCH ZIEKE HOUDT ZORG LIEFST IN EIGEN HAND Negen van de tien chronisch zieken voelen zich zelf primair verantwoordelijk voor de dagelijkse omgang met hun ziekte. Zij willen zelf de regie voeren over hun eigen zorg en leven, het liefst met informele hulp van familie en vrienden. Maar juist deze informele hulp blijkt vaak moeilijk te regelen. Steeds meer wordt van chronisch zieken verwacht dat zij zelf de verantwoordelijkheid nemen voor hun gezondheid, ziekte en zorg. Er ligt een sterke nadruk op ‘zelfmanagement’ en ‘eigen regie’. Overheden en zorgverleners spelen daarop in door steeds meer verantwoordelijkheid neer te leggen bij de chronisch zieke en zijn sociale netwerk. In samenwerking met Achmea inventariseerde het NIVEL wat mensen met een chronische ziekte van deze ontwikkelingen en ‘zelfmanagement’ vinden en hoe zij hun eigen verantwoordelijkheden en de verantwoordelijkheden van professionals daarbij zien. Hierbij werd gebruikgemaakt van focusgroepen en een schriftelijke peiling onder 1180 mensen met hart- of vaatziekte, astma, COPD of diabetes uit het Nationaal Panel Chronisch Zieken en Gehandicapten (NPCG) van het NIVEL. Mensen met een chronische ziekte houden liefst zelf de regie over hun ziekte en zorg. Een deel van de chronisch zieken, met name ouderen, alleenstaanden en mensen met complexe problematiek of lichamelijke beperkingen, kan dat echter niet zonder hulp. Deze hulp krijgen zij het liefst van mensen uit hun naaste omgeving, zoals een partner of uitwonende kinderen, maar juist bij het organiseren van deze hulp ervaren ze problemen.
27
Ongeveer vier van de tien chronisch zieken voelen zich bezwaard om structureel hulp te vragen aan leden van hun sociale netwerk bij de dagelijkse omgang met hun chronische ziekte. Ze geven aan dat partner, familie en vrienden zelf al te zwaar belast zijn, bijvoorbeeld door hun eigen slechte gezondheid of de zorgen voor een gezin met jonge kinderen. Kinderen wonen vaak ver weg of mensen hebben een te beperkt netwerk om beroep op te kunnen doen. Ook ontbreekt het mensen in het sociale netwerk vaak aan kennis en vaardigheden om de benodigde hulp te kunnen bieden. NIVEL-onderzoeker Monique Heijmans: “Mensen met een chronische ziekte staan dus niet onwelwillend tegenover zelfmanagement of het inschakelen van informele hulp, maar de rek is er bij veel mensen uit.” Ook als professionele zorg nodig is ervaren mensen een aantal knelpunten, zoals ingewikkelde wet- en regelgeving en onduidelijkheid over tot wie ze zich moeten richten. Om de gewenste beleidsdoelen te bereiken, meer verantwoordelijkheid bij de persoon zelf en zijn omgeving, zullen een aantal innovaties doorgevoerd moeten worden om de ervaren problemen tegen te gaan bij het verkrijgen van informele en formele zorg. Hier liggen heel veel kansen zoals ICT toepassingen om zorg op afstand te kunnen regelen, buurtvoorzieningen zoals een gemeenschappelijke boodschappendienst, maar ook cursussen om mantelzorgers meer kennis en vaardigheden te bieden en beter toe te rusten op hun taak. De uitkomst van dit onderzoek is voor Achmea aanleiding om meer in te zetten op het faciliteren en ondersteunen van mensen met een chronische ziekte én hun mantelzorgers, zodat die in staat zijn en blijven om ‘zelfmanagement samen’ te kunnen toepassen. Bron: Nivel, 16 mei 2014. Nivel: Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg
28
PARKINSONPATIËNT HEEFT BAAT BIJ ERGOTHERAPIE
Mensen die lijden aan de ziekte van Parkinson kunnen problemen ervaren bij hun dagelijkse activiteiten. Verwijzing naar een ergotherapeut kan hen helpen beter te functioneren. Of dit ook werkelijk helpt, is nooit wetenschappelijk onderbouwd. Ergotherapeut en onderzoeker Ingrid Sturkenboom vond in de eerste grootschalige studie hiernaar dat ergotherapie daadwerkelijk het dagelijks functioneren van Parkinsonpatiënten verbetert. De resultaten van haar onderzoek verschenen op 9 april in The Lancet Neurology. Een van de redenen waarom het effect van ergotherapie bij Parkinson zo weinig is onderzocht, is dat iedere patiënt andere problemen in zijn of haar dagelijks leven ervaart. Het doel van ergotherapie is dan ook voor iedereen verschillend. De onderzoeksmethodes moesten dus ook persoonsgericht zijn. Ingrid Sturkenboom: “We hebben de individuele wensen van de patiënten als uitkomstmaat gebruikt. Zij bepaalden zelf op welke punten ergotherapie hun functioneren moest verbeteren. Op die punten konden we het functioneren van de patiënten voor en na de therapie vergelijken. We keken ook naar het functioneren van mensen die geen ergotherapie kregen. We vonden duidelijke verschillen. In de negen ParkinsonNet-regio’s waar wij ons onderzoek uitvoerden, beoordeelden de deelnemende patiënten die ergotherapie ontvingen hun dagelijks functioneren beter.” In het onderzoek is patiënten gevraagd in welke mate zij dagelijkse handelingen konden uitvoeren en of zij tevreden waren over dit functioneren. Bij ongeveer de helft van de patiënten die ergotherapie kregen, namen de beperkingen in het dagelijks leven sterk af. Bij de andere helft waren de verbeteringen minder sterk. Ingrid Sturkenboom: “Het is interessant om te achterhalen waarom persoonsgerichte ergotherapie bij de een beter werkt dan bij de ander. We verwachten dat hier veel factoren een rol kunnen spelen. Het is goed om hier in vervolgonderzoek verder aandacht aan te besteden.” De resultaten van het onderzoek worden gebruikt om de behandeling van patiënten met Parkinson te verbeteren.
Bron: Radboudumc, 10 april 2014.
29
PATIËNTENFEDERATIE NPCF EN KNMG: INSTANTIES MOETEN BEROEPSGEHEIM DOKTER NIET OMZEILEN Artsenfederatie KNMG en patiënten-federatie NPCF willen afspraken met instanties die onnodig hele medische dossiers opvragen bij cliënten. Zo omzeilen ze het medisch beroepsgeheim, want ze mogen feitelijk alleen gerichte schriftelijke vragen stellen aan de arts. Mensen voelen de druk om hun medisch dossier op te vragen bij hun arts en een kopie te verstrekken aan instanties als het UWV, gemeenten, levensverzekeraars en letselschadebureaus. Zij werken mee uit angst anders geen uitkering of verzekering te krijgen. Dit blijkt uit een meldactie van NPCF en signalen van artsen bij de KNMG. KNMG-voorzitter Rutger Jan van der Gaag: "Instanties moeten gerichte schriftelijke vragen stellen aan een arts, met toestemming van de patiënt. Ze moeten dit niet omzeilen door de patiënt bij de arts een kopie van zijn hele dossier te laten opvragen. Wat een patiënt met een arts bespreekt, is vertrouwelijk. Dan past het om alleen informatie op te vragen die écht nodig is om een aanvraag van bijvoorbeeld een arbeidsongeschiktheidsverzekering of een uitkering wegens letselschade te beoordelen." Wilna Wind, algemeen directeur NPCF: "Het gaat erom dat een patiënt weloverwogen toestemming kan geven voor gerichte informatieverstrekking. Zonder druk of onterechte eisen van instanties. Je wilt ook niet dat je medisch dossier bijvoorbeeld bij een gemeente gaat zwerven." NPCF en KNMG zijn met diverse instanties in gesprek over handhaving van de regels om inbreuk op de privacy van patiënten te voorkomen. Wind: "Deze handelwijze staat op gespannen voet met de regels. Mensen in een kwetsbare positie voelen zich al gauw gedwongen om mee te werken terwijl ze daartoe niet verplicht zijn. Het is goed als er meer aandacht komt voor het patiënten-geheim: niet alleen artsen, ook patiënten moeten bewust omgaan met hun medische gegevens. Dan kun je misbruik door anderen voorkomen." Van der Gaag: "Het is een gedeelde verantwoordelijkheid van patiënt en arts om te kijken wat verstandig is bij het verlenen van toestemming." Met de overheveling van zorg naar de gemeenten kan dit probleem nog wel eens drastisch toenemen, een gevaar waar de artsenfederatie het kabinet al eerder voor waarschuwde. "We vinden het belangrijk dat de VNG en de overheid afspraken maken over gerichte inzage in het medisch dossier. Veel gemeenten zijn zich nog onvoldoende bewust over wat zij wel en niet aan medische gegevens mogen vragen van burgers. En dat geldt evengoed voor uitkeringsinstanties, letselschadebureaus en verzekeraars."
Bron: NPCF, 6-09-2014.
30
DE SMARTPHONE ALS BREINHULPJE Overal liggen briefjes in huis. Op de keukentafel, op mijn bureau, op mijn nachtkastje, in de boekenkast op het randje. Overal waar een plekje is ligt een briefje. Ook mijn handtas en de auto zijn favoriete plaatsen. Allerlei soorten briefjes. Gele memo papiertjes, al dan niet afgescheurde schrijfblok briefjes, een `stukje van een krant gescheurd` briefje, een `hoekje van een bedruk papier` briefje of een gebruikte enveloppe. Alles waar je op kunt schrijven pak ik aan. Overal woorden en zinnetjes dwars door elkaar, schuin en recht. Daarnaast ben ik ook een liefhebber van lijstjes. Overal maak ik lijstjes van. Ik beperk me zeker niet tot boodschappenlijstjes. Ik maak ook lijstjes wat ik mee moet nemen op vakantie of een weekendje weg. Ook voor een dagje uit maak ik briefjes. Als er iets in me opkomt wat ik niet wil vergeten schrijf ik het op een briefje…….of op een hoekje van een papiertje. Mijn favoriete lijstje is het `to do` lijstje. Ook heb ik lijstjes gemaakt om mijn gedachten te ordenen. En bovendien heb ik ook een lijstje gemaakt met daarop geschreven wat ik wel wil. Bijzonder handig om je brein op orde te krijgen en flink op te ruimen in je hoofd. Het is ook heel leuk om door te strepen wat je al gedaan hebt. Maar . . . Sinds ik een smartphone heb is het dagelijks leven een stuk overzichtelijker geworden, zonder briefjes. Tegenwoordig staan al mijn briefjes in mijn toestel. Overzichtelijk en geordend. Het ding heb ik altijd bij me. Ik heb namelijk een heel tuttig tasje gekocht waar hij perfect in past. Als een ketting hang ik mijn nieuwe tasje om mijn nek…….ik heb mijn lijstjes dus de hele dag bij me. Als ik een reminder nodig heb dan gaat-ie piepen. Dit moet ik natuurlijk wel instellen. Doordat ik mijn agenda ook in mijn mobieltje zet, gaat ie lawaai maken als ik een afspraak heb, uiteraard op tijd, rekening houdend met voorbereidings- en reistijd. Omdat ik soms wat vergeetachtig ben, is het een verlengstuk van mijn hoofd geworden. Lang leve de smartphone! Christine
Bewegen moet! Zelfs in een rolstoel.
31
WAAROM JE VAKER ZOU MOETEN LACHEN Van een flinke lachbui knapt bijna iedereen op. Als je tenminste niet de slappe lach krijgt op een ongeschikt moment. Lachen is niet alleen lekker op het moment zelf, maar ook je gezondheid heeft er baat bij. Doktersvoorschrift: meer lachen! Als je lacht maken je hersenen endorfine aan. Deze signaalstof werkt ontspannend en pijnstillend. Daarnaast worden er extra witte bloedcellen aangemaakt. Ook zet je heel veel spieren in beweging. Alleen in je gezicht al zeker vijftien. En ook je buikspieren en middenrif spannen aan als je lacht. Er gebeurt dus nogal wat in het lichaam als je lacht. Met veelal positieve gevolgen. Jouw hersenen weten namelijk wanneer je lacht. En zo’n lach brengen zij automatisch in verband met een positieve stemming. Van endorfine is ook bekend dat ‘t het geluksgevoel vergroot. Daarbij lijkt lachen stress, depressie, bezorgdheid en slapeloosheid te verminderen. Maar ook je lichaam houdt van lachen. Zo wordt er gezegd dat optimistische mensen gezonder zijn en goedlachse mensen langer leven. Ook zijn er positieve effecten op de bloeddruk en bloedvaten bekend en zou het de luchtwegen beschermen tegen infecties. De weerstand is ook gebaat bij lachen. Lachende mensen schijnen een beter werkend immuunsysteem te hebben. En dat is nog niet alles. Lachen maakt je aantrekkelijker: zelfs de knapste mensen zijn minder mooi met een chagrijnige gezichtsuitdrukking. Vergeet ook vooral niet dat mensen graag imiteren. Glimlach eens naar mensen met een norse gezichtsuitdrukking. Wie weet is je glimlach wel besmettelijk! Een vrouwenlach blijkt trouwens aanstekelijker dan een mannenlach. Humor kan je ook helpen om met een beetje afstand naar jezelf te kijken. Door lachen kunnen ‘grote’ problemen ineens een stuk kleiner lijken en moeilijkheden overwinbaar. Lachen kan je ook creatiever en alerter maken. Sommigen zeggen dat lachen zelfs goed is voor het geheugen en leervermogen. De meeste effecten van lachen zijn overigens tijdelijk. Je moet dus veel lachen voor een optimaal resultaat. Niet alle wetenschappelijke onderzoeken zijn positief over lachen. Vooral over het effect van een nep-glimlach zijn de wetenschappers het niet eens. Er zijn zelfs aanwijzingen dat een constante opgeplakte lach de kans op een depressie vergroot. Met oprecht lachen lijkt niet zo heel veel mis. Dus doe dat vooral. We schijnen namelijk veel minder te lachen dan vroeger: mensen in de jaren vijftig lachten ongeveer drie keer zoveel als wij nu. Daarbij lachen volwassenen ook veel minder vaak dan kinderen. Alsof we het verleerd zijn. Zonde. Want zelfs als de gezondheidseffecten van lachen minder groot zijn dan verwacht, maakt het je nog steeds een mooi persoon. En flink schateren geeft vooral ook een fijn gevoel. Bron: Gezondheidsnet/Annemieke Hoogland, 06-05-2014. Naschrift redactie: Hé, hé, dat wist ik dus al lang en ik probeer het ook altijd te verspreiden. Bovendien: lachen is (nog steeds) gratis. En in deze moeilijke tijden is ieder cadeautje meegenomen. Gerda.
32
(MANTEL)ZORGMAKELAAR EN UW ZIEKTEKOSTEN VERZEKERING Ziektekosten verzekeraars hebben steeds vaker in de aanvullende verzekering een vergoeden voor het inschakelen van extra hulp. Dit kan in de vorm van (mantel)zorgmakelaar of vervangend mantelzorg (respijt zorg) zijn. Een (mantel)zorg makelaar zorgt voor tijdelijke professionele ondersteuning van de mantelzorger door het overnemen van allerlei regeltaken op het gebied van zorg, welzijn, financiën, etc. U kunt haar/hem inschakelen als u (mantel)zorg ontvangt of mantelzorger bent. Deze makelaar stelt vooraf het benodigde uren vast en zal uw ziektekosten verzekering om toestemming vragen om voor u de regeltaken te kunnen doen. Kijk uw polisvoorwaarden eens na op deze regeling of kijk of u volgend jaar hiervoor uw verzekering op kan aanpassen! Vervangende mantelzorg of respijt zorg is een regeling om tijdelijke vervanging van mantelzorg te krijgen met het doel de mantelzorger tijdelijk vrijaf te geven. U kunt een beroep doen op de regeling als u mantelzorger bent of als u mantelzorg ontvangt. Afhankelijk van uw polisvoorwaarden kan dit voor enkele dagen of langer even rust geven in de volle taak van mantelzorgverlener. Afhankelijk van de ziektekosten verzekering kunt u gebruik maken van een door de ziektekosten verzekeraar aangewezen zorgaanbieder of kunt u dit zelf bepalen. Kijk uw polisvoorwaarden eens na op de regeling of informeer bij uw ziektekosten verzekeraar. Volgende keer meer over de (mantel)zorgmakelaar. Ellie Baaijens
HET WOLVENSPOOR Participatie, met dat woord worden we tegenwoordig gek gemaakt. En als het echt meedoen uit vrije wil zou betekenen, zou het fijn zijn. Maar het betekent meestal: “meedoen, tegen wil en dank” of te wel: “je moet!” Je moet zelfredzaam zijn, je moet je buren lastig vallen met hulpvragen, je moet je vrienden misschien wel kwijtraken omdat ze te veel belast worden door jou te helpen, je moet zelf alle kosten ophoesten omdat je gehandicapt en/of chronisch ziek bent en je moet vooral niet zeuren! Zo langzamerhand krijg ik daar helemaal het heen en weer van (toch weer een beetje beweging). Maar gelukkig, er is nog hoop aan de horizon. Er zijn nog momenten dat ik om hulp kan/moet vragen.
33
Als ik zelf naar een ziekenhuis wil, gewoon omdat ik dat altijd al alleen heb gedaan en dat per se zo veel mogelijk wil blijven doen, kom ik toch regelmatig een situatie tegen waarin ik niet zelf het ziekenhuis in kan komen zonder een klant te worden van de hart en/of long afdeling van het betreffende ziekenhuis.
Kom op!
Waarom? Omdat de route van de parkeerplaats naar de ingang zoveel belemmeringen opwerpt dat ik echt hulp aan toevallige voorbijgangers moet vragen. Waar is mijn zelfredzaamheid nou gebleven?
Natuurlijk kan ik niet alle ziekenhuizen over één kam scheren, maar het is vreemd dat bijvoorbeeld het Rijnland ziekenhuis in Leiderdorp met een rolstoel niet meer zelfstandig door mij te bereiken is! Er zit zo’n helling in de toegang tot het ziekenhuis dat die zonder hulp voor mij niet meer te nemen is. En omdat ik niet het enige eigenwijze mens met een beperking ben, kan het niet anders dan dat ook andere mensen hier tegenaan “lopen”. Gaan die bestuurders van dat ziekenhuis er altijd van uit de je altijd met hulptroepen naar hen toe gaat? Waarom eigenlijk? Er zijn talloze mensen die het liefst alleen naar een dokter gaan, waarom mag dat dan niet als je toevallig gebruik maakt van een rolstoel of anderszins slecht ter been bent. In de meeste ziekenhuizen zijn de afstanden die afgelegd moeten worden behoorlijk, zodat ik probeer om mijn vervoermiddel zo dicht mogelijk bij de ingang van het gebouw te zetten om het te kunnen doen zonder al te veel benauwdheid en pijn. Lijkt me logisch. Waarom dan die hellingproef bij het Rijnland ziekenhuis en bijvoorbeeld de stoepjes die je over moet als je van de parkeergarage naar het LUMC gebouw wilt. Oh ja, er is daar ook een parkeerplaats naast het gebouw voor mensen met een gehandicaptenparkeerplaats. Maar die is niet zo groot en dus wel eens vol. Moet ik er echt vanuit gaan dat de afdelingen cardiologie en longziekten aan nieuwe klanten moeten worden geholpen omdat er te weinig patiënten zijn? Daar geloof ik helemaal niets van. Maar wat is het dan? Waarom kreeg ik een klacht via het klachtenformulier een nietszeggend antwoord terug, waar ik helemaal niets mee opschiet? (Rijnland) Zelfstandigheid? Wat sommige ziekenhuizen betreft alleen voor redelijk gezonde mensen of (nog) sterke gehandicapten. . . Gerda.
34
Letterlijke tekst uit de statuten. De Stichting Alphens Platform Gehandicaptenbeleid stelt zich ten doel een bijdrage te leveren aan de instandhouding en de totstandkoming van een samenhangend en voldoend ontwikkeld aanbod van activiteiten en voorzieningen op het terrein van lichamelijk- zintuiglijk- en orgaangehandicapten. Het APG tracht deze doelstelling te bereiken door middel van activiteiten die worden uitgevoerd door de diverse werkgroepen. Tevens wonen vertegenwoordigers uit het bestuur de diverse vergaderingen bij van organisaties, die nauw betrokken zijn met, of dienst verlenen aan gehandicapten. Ook wordt voorlichting, informatie en advies gegeven aan onze doelgroep. ------------------------------------------------------------------------------------------------------
Verantwoording Het bestuur en de redactie aanvaarden op geen enkele grond aansprakelijkheid voor eventuele onjuistheden en/of onvolledigheden van overgenomen gegevens. De inhoudelijke verantwoording van de artikelen berust bij de auteur. De inhoud van en de meningen in de artikelen verwoorden niet noodzakelijkerwijs die van het bestuur en/of de redactie. ------------------------------------------------------------------------------------------------------hier afknippen ---------------------------------------------------------------- --------------------------------------Afzender: Naam -------------------Adres
Alphens Platform Gehandicaptenbeleid
----------------Postbus 559 Postcode+woonplaats 2400 AN Alphen aan den Rijn --------------------Tel. Nummer - - - - - - - - - - - - - - - - - - - --
35
U wordt toch ook ”donateur ” van het APG? Het Alphens Platform Gehandicaptenbeleid is opgericht als Stichting. Een stichting kent geen leden en heeft dus geen contributie-inkomsten. Onze stichting kent echter wel ”donateurs” , die het APG jaarlijks ondersteunen met een financiële bijdrage. Draagt u het APG een warm hart toe en bent u van mening, dat dit vrijwilligerswerk blijvend moet zijn, vul dan het aanmeldingsformulier in en stuur dit naar het APG. Dan ontvangt u regelmatig het APG nieuwsblad en alle verdere informatie, die voor u van belang kan zijn. Let wel, u krijgt geen acceptgiro. Wij verzoeken u vriendelijk om uw donatie over te maken op onderstaand bankrekeningnummer. Bij voorbaat onze dank. Het bestuur.
---------------------------------------------------------
AANMELDING o
Ik/wij wil(len) het APG ondersteunen en geef mij/ons op als donateur.
o
De jaarlijkse donatie heb(ben) ik/wij bepaald op € . . . , . . (min.€ 12,00)
o
Als donateur wil(len) ik/wij ook graag het APG nieuwsblad ontvangen.
o
Ik/wij wil(len) het APG ondersteunen met een eenmalige gift van € ....,..
o
Graag wil(len) ik/wij actief deelnemen in een werkgroep van het APG.
Het door mij/ons ingevuld bedrag zal voor de eerste keer worden overgemaakt op iban-rekeningnummer NL26 RABO 0391 7308 86 van de Rabobank te Alphen a/d Rijn, onder vermelding van donatie/gift 2014.
Handtekening
36