Notitie Referentienummer
Datum
Kenmerk
10 april 2012
314119-03
Betreft
Gedifferentieerde rioolheffing
1 Inleiding Op 8 december 2009 is het Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Winsum (VGRP) vastgesteld. Naast de herberekening voor de rioolheffing van 2012 worden de mogelijkheden van het gedifferentieerd invoeren van de rioolheffing bekeken. In deze notitie (discussiestuk) zijn de verschillende mogelijkheden van differentiatie van de rioolheffing verwoord. 2 Opbouw rioolheffing In deze notitie worden de mogelijkheden voor tariefdifferentiatie en de mogelijkheden voor aanwijzing van belastingplichtige aan de orde gesteld. Gevraagd wordt om op basis van de overwegingen in deze notitie een beleidskeuze te maken inzake: 1. de heffingsmaatstaf voor de nieuwe rioolheffing (vast bedrag, grootte huishouden, waterverbruik, oppervlakte, WOZ-waarde); 2. de aan te wijzen belastingplichtige(n) voor de nieuwe rioolheffing (eigenaar, gebruiker of beide); 3. een splitsing te maken in heffingen gebaseerd op afvoer van afvalwater en afvoer van hemel- en grondwater. Eventuele meerkosten (bijv. hoge perceptiekosten) welke zijn verbonden aan een bepaalde heffingsmaatstaf zullen direct of indirect doorberekend worden aan de belastingplichtige. De uiteindelijke keuze voor een bepaalde heffingsmaatstaf zal daarom van invloed zijn op de verdeling van de lastendruk. Ongeacht welke keuze u maakt geldt: de heffing mag maximaal 100% kostendekkend zijn. Rioolheffing: bestemmingsheffing De rioolheffing heeft het karakter van een bestemmingsheffing. In fiscaal-juridische zin betekent dit dat de heffing een zuivere belasting is. Toch heeft het karakter bestemmingsheffing enkele specifieke aandachtspunten: • De opbrengsten van de heffing zijn specifiek bestemd voor het doel waarvoor de heffing in het leven is geroepen. De heffing mag niet hoger zijn dan de gemeentelijke kosten en de gemeente mag de opbrengst niet aan andere zaken uitgeven. • De vormgeving van de heffing moet een relatie hebben met de gemeentelijke watertaken. De gemeente treft de voorzieningen in het algemeen belang, maar zij moet de kosten wel op een aanvaardbare wijze verdelen. Dit houdt in dat er een zekere relatie moet zijn tussen het kostenverhaal via de rioolheffing en het belang dat de belastingplichtige heeft bij de openbare voorzieningen (profijtbeginsel). (Bron: Leidraad Riolering module D1200)
Gemeenten hebben bij de rioolheffing een zekere vrijheid bij de beantwoording van de vraag hoe zij de rioleringskosten willen dekken. Gemeenten kunnen zelf invulling geven aan de op te nemen heffingsmaatstaf, zij het met in achtneming van het algemene verbod van strijd met het draagkrachtbeginsel. Het staat gemeenten vrij om die heffingsmaatstaf op te nemen die zich het beste verstaat met het gemeentelijk beleid en de praktijk van belastingheffing. Hierbij geldt dat de geraamde opbrengsten niet hoger mogen zijn dan de geraamde kosten, dat de maatstaven zich niet mogen richten naar het inkomen, de winst of het vermogen, en dat er geen onredelijke of willekeurige verdeling van de kosten ontstaat. Belangrijk verschil tussen het voormalige rioolrecht en de
Referentienummer
Pagina
2 van 8
huidige rioolheffing is dat de nieuwe verbrede rioolheffing niet het karakter heeft van een individuele dienstverlening zoals dat bij het eerdere rioolrecht wel het geval was. De verbrede zorgplicht is gericht op collectieve maatregelen die de gemeente noodzakelijk acht voor een doelmatig werkende riolering en overige maatregelen ten aanzien van afval-, hemel- en grondwater. Alle daaraan verbonden kosten kunnen worden verhaald op de burgers en bedrijven. Dit betekent dat gemeenten het individuele profijt van de nieuwe rioolheffing niet meer hoeven aan te tonen, zoals dat wel het geval was bij rioolrecht. Binnen de hiervoor genoemde voorwaarden geldt dat de gemeente de vrijheid heeft om te kiezen uit meerdere heffingsmaatstaven. Hieronder is een opsomming van andere mogelijke varianten weergegeven. Dit houdt ook in dat er gekozen kan worden voor het (gedeeltelijk) belasten van woningen/bedrijven in het buitengebied, ondanks dat zij geen gemeentelijke voorziening voor het afvalwater hebben. Zij lozen wel gezuiverd afvalwater en regenwater op het oppervlaktewatersysteem en in de bodem. Daarnaast kan voor het belasten van deze groep een argument zijn dat zij wel gebruik maken van bijvoorbeeld voorzieningen als de winkelstraat in het centrum van kernen binnen gemeente Winsum. In de gevoerde gesprekken met gemeente Winsum is aangegeven dat een differentiatie in de rioolheffing gewenst is, waarin 'de gebruiker betaalt' de grondslag is, naast een vast tarief. De constructie moet relatief eenvoudig uitvoerbaar zijn, vergeleken met de huidige constructie. 3 Huidige tariefstructuur: vast bedrag voor eigenaar Gemeente Winsum belast de eigenaren van objecten, welke direct of indirect op de gemeentelijke riolering zijn aangesloten. Er is gekozen voor een vast bedrag per eigenaar van momenteel € 215,-- (in december 2011 is besloten het tarief met € 15,- te verlagen). Ook bij omliggende gemeenten wordt over het algemeen de eigenaar van een object belast. Voordeel: Eenvoudige uitvoering en daardoor relatief lage uitvoerings- en perceptiekosten. Nadelen: Geen relatie tussen de hoogte van de heffing en het genot dat de eigenaar van de aansluiting op de gemeentelijke riolering heeft. De alleenstaande eigenaar/gebruiker van een kleine, eenvoudige woning betaalt evenveel als de eigenaar/gebruiker van bijvoorbeeld een grote woning waarin veel personen verblijven. Een klein bedrijf betaalt evenveel als bijvoorbeeld een groot verzorgingshuis. 4
Mogelijkheden in differentiatie van de rioolheffing
In deze paragraaf zijn de volgende mogelijkheden van tariefdifferentiatie beschreven: • Tarief naar werkelijk waterverbruik. • Tarief naar vloeroppervlakte object en/of oppervlakte van het perceel. • Tarief naar omvang huishouden. • Tarief naar waarde van de onroerende zaak. • Een combinatie van boven genoemde mogelijkheden. • Heffing naar de aard van het eigendom (woning/niet-woning)
Referentienummer
Pagina
3 van 8
4.1 Tarief naar werkelijke hoeveelheid waterverbruik Bij deze maatstaf wordt de hoogte van de aanslag voor een perceel gerelateerd aan de hoeveelheid afgevoerd afvalwater. Veelal wordt deze hoeveelheid gelijkgesteld aan de hoeveelheid afgenomen water van het waterleidingbedrijf. Voordeel: Van deze heffingsmaatstaf kan een stimulans tot beperking van het waterverbruik uitgaan. Of dit ook werkelijk gebeurt is twijfelachtig. De omvang van het waterverbruik blijkt slechts in zeer beperkte mate, te variëren als gevolg van technische ontwikkeling, zoals andere spoelsystemen in toiletvoorzieningen, waterbesparende douchekranen en -koppen, geavanceerde huishoudelijke apparaten als (af)wasmachines, etc. Prijsstijging van drinkwater leidt niet of nauwelijks tot een verminderde afname. Nadelen: Er wordt met deze maatstaf op geen enkele wijze rekening gehouden met afgevoerd hemelwater dat van het perceel wordt afgevoerd, terwijl hemelwater een zeer groot deel uitmaakt van het af te voeren water op de riolering. Het bepaalt voor een belangrijk deel de rioleringskosten. De invoering van de nieuwe brede waterheffing is een argument tegen deze maatstaf omdat met deze heffing ook de kosten van maatregelen ten aanzien van hemelwater en grondwater moeten worden verhaald. Het aandeel van afvalwater is slechts 1/35 deel van de belasting van het rioolstelsel (de grotere diameters zijn aangelegd voor de afvoer van hemelwater, wat 34/35 deel betreft). Bij verschillende bedrijven komt het voor dat niet al het water dat wordt gebruikt ook afkomstig is van het waterleidingbedrijf. Soms wordt water opgepompt of wordt oppervlaktewater ingenomen. Het tegengestelde komt ook voor: een gedeelte van de afgenomen hoeveelheid water wordt in een productieproces gebruikt en niet via de riolering afgevoerd. Ook zijn er bedrijven waar een groot deel van de (van het waterleidingbedrijf) afgenomen hoeveelheid waterverbruik niet in de gemeentelijke riolering terecht komt, maar rechtstreeks in het grondwater. Na splitsing van een perceel in meerdere percelen komt het voor dat er sprake is van één watermeter voor meerdere percelen en zijn er geen specifieke gegevens van waterverbruik per afzonderlijk perceel beschikbaar. Bovenstaande aspecten leiden regelmatig tot reacties (o.a. bezwaar- en beroepsprocedures) over de hoeveelheid waterverbruik van een bepaald perceel. Het waterleidingbedrijf brengt voor het verstrekken van de verbruiksgegevens aan de gemeente kosten in rekening. De heffingsmaatstaf kenmerkt zich door hoge perceptiekosten en lastige uitvoerbaarheid. Mogelijk zware belasting voor minima (bijvoorbeeld gezinnen met kleine kinderen verbruiken relatief veel water). 4.2 Oppervlakte van het object De hoogte van de aanslag wordt hierbij afhankelijk gesteld van de oppervlakte van het belastbaar object. Het object betreft het gebouw + verhard oppervlak. Voordeel: Hoewel het verschil in tarief in het licht van de nieuwe heffing te rechtvaardigen is, van een perceel met een grote oppervlakte wordt o.a. meer hemelwater afgevoerd dan van een kleiner perceel, is er geen noemenswaardig voordeel te noemen voor deze maatstaf. Bij de heffing van rioolrecht was deze maatstaf niet geschikt omdat een groot deel van de meeste percelen gewone (tuin)grond is, waarin het hemelwater verdwijnt, zonder dat de riolering hiermee wordt belast. Nadeel: Deze heffingsmaatstaf brengt hoge uitvoeringskosten met zich mee. De oppervlakte van een object als zodanig vormt geen grondslag voor enig andere belasting en zou dus voor ieder belastbaar object afzonderlijk voor moeten worden opgevoerd en vervolgens permanent geactualiseerd moeten worden. Afhankelijk van de termijn van actualisatie is dit met name een grote inspanning voor het eerste jaar dat deze constructie zou worden ingevoerd (alle verhard oppervlak bepalen). 4.3
Omvang huishouden
Referentienummer
Pagina
4 van 8
De hoogte van de aanslag wordt hierbij afhankelijk gesteld van het aantal gebruikers van een perceel. Voordelen: Het aantal bewoners van woningen is in eigen organisatie voorhanden, registratie ervan vindt plaats in het GBA, de uitvoering is dus redelijk eenvoudig. Tegemoetkoming aan rechtmatigheidsgevoel van belastingplichtige. Nadelen: Voor niet-woningen is er geen registratie van het aantal gebruikers, voor deze objecten kan deze maatstaf niet worden gehanteerd. Voor recreatiewoningen is er geen registratie van het aantal gebruikers. Een groot gedeelte van de recreatiewoningen wordt door de eigenaar verhuurd. Ook van recreatiewoningen welke als tweede woning door de eigenaar zelf beschikbaar wordt gehouden is de grootte van het huishouden niet bekend. Voor de objecten waarvan het aantal bewoners niet bekend is zal een andere heffingsmaatstaf in de verordening moeten worden opgenomen. Dat heeft verschillende toepassingen van de verordening en daardoor hogere perceptiekosten tot gevolg. Met deze heffingsmaatstaf wordt het aanwijzen van de belastingplichtige in feite beperkt tot de gebruiker van een perceel. Bij mutaties in omvang huishouden wijzigt de hoogte van de belastingaanslag. Dit brengt extra werkzaamheden en kosten met zich mee. Het is moeilijk beheersbaar en kan snel tot veel bezwaren leiden. Dit resulteert in hoge perceptiekosten. Mogelijk zware belasting voor minima. 4.4 WOZ-Waarde Bij deze heffing wordt de WOZ-waarde gebruikt als maatstaf voor de rioolheffing. Mede als gevolg van de OZB in de afgelopen jaren heeft deze maatstaf aan populariteit gewonnen. Er zijn diverse gemeenten waar de WOZ-waarde wordt toegepast, voorbereid of besproken als maatstaf voor de rioolheffing. Het belang dat een eigenaar of gebruiker van een duur pand heeft bij een goed functionerend rioleringssysteem of adequate waterhuishouding is in absolute zin groter dan bij een lager gewaardeerd object. De WOZ-waarde als heffingsmaatstaf voor de rioolheffing doet recht aan het evenredigheidsbeginsel en dat dit een goede maatstaf kan zijn voor de rioolheffing. De gemiddelde WOZ-waarde was in 2011 in gemeente Winsum € 185.000,-. Dat betekent dat het omslagpunt rond dat bedrag ligt (lager resulteert in een lagere heffing en een hogere WOZ-waarde resulteert in een hogere heffing). Er kan worden gekozen voor een % van de WOZ-waarde of een staffel-constructie waar vast tarieven worden gehanteerd. Voordelen: Bij de uitvoering van de heffing kan gebruik gemaakt wordt van de informatie die voor de meeste objecten al aanwezig is in de belastingadministratie, omdat de maatstaf ook als heffingsgrondslag voor de OZB wordt gehanteerd. Er is geen afzonderlijke registratie van gegevens nodig. De implementatiekosten zijn daardoor gering en de structurele uitvoering is eenvoudig. Deze variant van de mogelijke heffingsmaatstaven is daarom verreweg de goedkoopste en meest efficiënte variant. Heffingsmaatstaf wijzigt doorgaans niet in de loop van belastingjaar, dus geen extra werkzaamheden voor aanpassing belastingaanslag (m.u.v. wijziging na bezwaar). Met deze variant vindt er een verschuiving plaats in de bijdrage die de verschillende categorieën belastingplichtigen leveren aan de dekking van de rioleringslasten, waarbij het beginsel “de breedste schouders dragen de zwaarste lasten” geldt. Burgers/bedrijven met een klein huis/pand gaan minder rioolrecht betalen. Voor huizen met een hoge waarde en grote bedrijven/kantoren betekent het een stijging van de verschuldigde rioolheffing. Nadelen Toepassing van deze heffingsmaatstaf kan leiden tot een hoger aantal bezwaar- en beroepschriften tegen de jaarlijks vast te stellen WOZ-waarde. Het gevoelde financiële belang van de eigenaar wordt immers groter.
Referentienummer
Pagina
5 van 8
Een veel groter aantal bezwaren kan worden verwacht wanneer gekozen zou worden voor de combinatie WOZ-waarde als maatstaf en gebruiker als belastingplichtige. Sinds de afschaffing van de gebruikersaanslag OZB is er voor deze groep weinig reden tot het indienen van bezwaar tegen de vastgestelde WOZ-waarde. Herzieningen van de WOZ-waarde door bezwaar en beroep zullen leiden tot herberekening en terugbetaling van de rioolheffing, waarbij het zal gaan om relatief geringe bedragen. Op de uitvoeringskosten zal dat echter geen effect hebben omdat in dergelijke situaties de evt. terugbetaling zal worden gecombineerd met de terugbetaling van het teveel betaalde bedrag OZB. Met deze variant vindt er een verschuiving plaats in de bijdrage die de verschillende categorieën belastingplichtigen leveren aan de dekking van de rioleringslasten, waarbij het beginsel “de breedste schouders dragen de zwaarste lasten” geldt. Burgers/bedrijven met een klein huis/pand gaan minder rioolrecht betalen. Voor huizen met een hoge waarde en grote bedrijven/kantoren betekent het een stijging van de verschuldigde rioolheffing. 4.5 Heffing naar de aard van het eigendom (woning/niet-woning) De hoogte van de aanslag wordt hierbij afhankelijk gesteld van het type object, waarbij verschillende onderdelen kunnen worden onderscheiden. Kan van zeer beperkt tot zeer uitgebreid worden ingevoerd. Een aantal gemeenten in de regio maken onderscheid in 'normale' woningen, bejaardenwoningen/tehuizen, winkels, bedrijven, scholen,...etc. Het betreft dan een vast tarief per type object. Voordelen: Het type object is in eigen organisatie voorhanden, registratie ervan vindt plaats in het GBA, de uitvoering is dus redelijk eenvoudig. Tegemoetkoming aan rechtmatigheidsgevoel van belastingplichtige. Nadelen: Eigenaren kunnen ineens voor een (stijging van de) heffing komen te staan. Afhankelijk van de keuze voor de mate van differentiatie kunnen de uitvoeringskosten oplopen. 5 Één of meerdere rioolheffingen? Naast het feit dat de gemeente kan kiezen uit verschillende heffingsmaatstaven en verschillende belastingplichtigen (eigenaar, gebruiker of beide) is het mogelijk om in plaats van één rioolheffing twee afzonderlijke rioolheffingen te heffen: een rioolheffing afvalwater en een rioolheffing hemel- en grondwater. De nieuwe rioolheffing heeft het karakter van een bestemmingsheffing waarmee de gemeente alle kosten kan verhalen om collectieve maatregelen te treffen die zij noodzakelijk acht voor een doelmatig werkende riolering en overige maatregelen ten aanzien van hemelwater en grondwater. Het heffen van twee afzonderlijke belastingen brengt met zich mee dat de daarmee te dekken kosten ook afzonderlijk in beeld moeten worden gebracht. Dit is echter niet zo eenvoudig. Een landelijke werkgroep heeft zich daar mee bezig gehouden en vastgesteld dat aan het in beeld brengen van een afzonderlijk kostendekking heel veel haken en ogen kleven. Het niet voldoende controleerbaar kunnen toedelen van kosten aan de afzonderlijke rioolheffingen kan leiden tot kostbare bezwaar- en beroepsprocedures en zelfs tot onverbindendverklaring van de belastingverordening. Door alle kosten te laten dekken door één rioolheffing kan dit worden voorkomen, hetgeen in het kader van doelmatigheid dus duidelijk de voorkeur verdient. Splitsing van alle kosten brengt naast de hiervoor genoemde problematiek ook veel extra administratie met zich mee. Een geheel andere werkwijze moet dan worden ingevoerd binnen de organisatie. Vervolgens moeten die gesplitste kosten worden vertaald naar de rioolheffingen aan de burger. Dit wordt zeer complex en zal leiden tot hoge perceptiekosten. 6
Wat doen andere gemeenten in de regio?
Referentienummer
Pagina
6 van 8
Uit de benchmark van 2010 is gebleken dat 70% van alle gemeenten in Nederland één vast tarief heffen. Hieronder is de wijze van heffen van een aantal gemeenten in Groningen weergegeven: Gemeente Bedum: Gedifferentieerd tarief van de gebruiker. Gemeente Bedum overweegt momenteel de heffing te verleggen naar de eigenaar en de verdere mogelijkheden van differentiatie. • Tarief voor woningen (€ 186,93). • Percelen met bedrijf, instelling met meer dan 10 werknemers, diverse typen winkels/bedrijven (€ 230,06). • Verzorgingstehuis (€ 1.210,47). Gemeente Zuidhorn: Gedifferentieerd tarief van de gebruiker. • Voor fabrieksruimten, kantoren, werkplaatsen en dergelijke het aantal personen dat daarin werkzaam is. • Voor de overige onroerende zaken de aard en soort van gebruik dat van die onroerende zaken wordt gemaakt. Voor agrarische bedrijven is mede bepalend voor de hoogte van de heffingsgrondslag de aan de onroerende zaak getroffen alternatieve voorziening ten behoeve van de zuivering, verwerking, opslag en afvoer van schrob- en spoelwater van het bedrijf. Voor een uitsluitend als woonhuis in gebruik zijnde onroerende zaak (€ 186,28). Voor een in hoofdzaak als woonhuis in gebruik zijnde onroerende zaak waarin tevens bedrijfsmatige activiteiten worden uitgevoerd (€ 203,10). Voor een bedrijfspand: • Gebruikt als winkel, bakkerij, slagerij, kantoor of praktijkruimte of als woning met winkel, bakkerij, slagerij, kantoor of praktijkruimte (€ 253,71). • Gebruikt als café of als woning met café (€ 335,02). • Gebruikt als fabrieksruimte, kantoor, werkplaats e.d. waarin werkzaam zijn: - minder dan 20 personen (€ 253,71), - 20 personen, doch minder dan 50 personen (€ 707,65), - 50 personen, doch minder dan 90 personen (€ 1.572,60), - 90 personen en meer (€ 1.572,60), vermeerderd met voor elk tiental personen of een gedeelte daarvan boven 90 personen (€ 163,56). • Gebruikt als agrarisch bedrijf waarin geen schrob - of spoelwater ontstaat ten behoeve van het bedrijf (€ 253,71). • Gebruikt als agrarisch bedrijf waaraan een aantoonbare alternatieve voorziening is getroffen voor de zuivering, verwerking, opslag en afvoer van schrob- en spoelwater (€ 253,71). • Gebruikt als agrarisch bedrijf ten behoeve waarvan het ontstane schrob- en spoelwater op het gemeentelijk rioolnet c.q. rioleringsstelsel wordt geloosd (€ 421,41).
Referentienummer
Pagina
7 van 8
Voor een bijzonder gebouw: • Gebruikt voor het geven van onderwijs, per lokaal (€ 115,74). • Gebruikt als verenigingsgebouw of buurthuis (€ 337,57). • Gebruikt als bibliotheek of voor een andere, culturele of recreatieve, bestemming (€ 421,41). • Gebruikt als clubgebouw zonder was- en kleedruimten en/of met beperkt gebruik van het gebouw (€ 203,10). Voor een onroerende zaak, niet vallende onder één van de voorgaande leden (€ 421,41). Gemeente Grootegast: Vast tarief van de eigenaar (€ 241,18). Gemeente Eemsmond: Vast tarief van eigenaar en gebruiker, beide 50% (€ 118,75, totaal € 237,50). Gemeente De Marne: Vast tarief van de eigenaar (€ 311,-). Gemeente Loppersum: Vast tarief van de eigenaar (€ 269,55). Tarief voor lozing van alleen hemel- en grondwater met een WOZ-waarde <€30.000,- (€ 81,25). Tarief voor woning in een bejaardentehuis (€ 134,75). Gemeente Ten Boer: Vast tarief van eigenaar (€ 245,97). Gemeente Marum Tarief voor woningen in 2011 (€ 285,-), percelen met IBA's door eigenaar onderhouden (€ 142,-). Tarief voor niet-woningen afhankelijk van bebouwd oppervlak en type object. Hierin wordt onderscheid gemaakt in: • winkelpanden, met of zonder woning, (€ 311,- tot € 377,-); • horecapanden en recreatie-ondernemingen, met of zonder woning, (€ 336,- tot € 456,-); • kantoren en praktijkruimten, met en zonder woning, (€ 316,- tot € 336,-); • werkplaatsen, productiehallen (fabriek), benzinestations, met of zonder woning, (€ 336,tot € 456,-); • panden bestemd voor opslag, distributie, of groothandel, met of zonder woning (€ 316,tot € 336,-); • argrarische panden, met of zonder woning, (€ 316,- tot € 336,-); • basisscholen per leslokaal, (€ 143,-); • creche, peuterspeelzaal of dagverblijf, met of zonder woning, (€ 336,- tot € 355,-); • bejaardenwoning of gezinsvervangend tehuis per appartement en/of wooneenheid (€ 285,-); • wijk- of buurtcentrum en clubgebouw (€ 285,- tot € 377,-); • sportgebouwen met kleed- en doucheruimte, met of zonder kantine (€ 316,- tot € 336,-); • overige percelen (€ 285,-). Gemeente Groningen Vast tarief van de eigenaar (€ 131,80).
Referentienummer
Pagina
8 van 8
7
Keuze
Resumerend wordt van u gevraagd om een keuze maken over: •
Wie u belast: de eigenaar, gebruiker of een combinatie?
•
Wilt u een splitsing aanbrengen in de heffing voor afvalwater en hemel- en grondwater?
•
Wilt u onderscheid maken in type woning, zoals bejaardenwoningen en de percelen die aangesloten zijn op IBA's aanslaan, garageboxen, recreatiewoningen,...etc?
•
Moeten woningen in het buitengebied worden aangeslagen, die geen gemeentelijke voorziening hebben, maar wel lozen op het watersysteem en profijt hebben van uitgevoerde gemeentelijke watertaken binnen de gemeente Winsum?
•
Hoe u diegene wilt belasten. Wilt u per type woning/bedrijf een vast tarief of met differentiatie?
•
Bij een differentiatie: met welke grondslag(en) en voor welke bedragen? Op basis van waterverbruik, aangesloten verhard oppervlak, grootte huishouden, WOZ-waarde of een combinatie van dezen, al dan niet met een vast starttarief.
K EUZE: EI GENAAR, GEBRUI K ER OF COM BI N ATI E?
H EFFI NG SPL I TSEN I N AFVAL ,- REGEN EN - GRONDWATER?
TYPE AANSL UI TI N G APART BEL ASTEN?
JA
NEE
RESUL TAAT VAST TARI EF VOOR EI GENAAR, GEBRUI K ER OF COM BI NATI E NAAR TYPE OBJECT.
DI FFERENTI ATI E NAAR GRONDSL AG?
NEE
K EUZE TARI EF VOOR : -W ONI NG BEJAARDENWON I NG - BEJAARDENTEH U I S OF RECREATI - VERZORGI EWONI NG UI S NGSTEH BEDRI JF WONI NG M ET I BA WONI - NG BUI TENGEBI ED SEPTI CTANK
JA
RESUL TAAT VAST TARI EF VOOR EI GENAAR, GEBRUI K ER OF COM BI NATI E EVENTUEEL GESPL I TST I N AFVAL ,-REGEN EN - GRONDWATER
K EUZE DI FFERENTI ATI E NAAR : WATERVERBRUI K OM - VANG H UI SH OUDEN VERH - ARD OPPERVL AK OBJECT RESUL TAAT GEDI FFERENTI EERD TARI EF VOOR -WOZ-WAARDE COM - BI NATI E VAN BEI DEN EI GENAAR, GEBRUI K ER OF COM BI N ATI E, EVENTUEEL I N COM BI NATI E M ET VAST TARI EF OP BASI S VAN BOVENGENOEM DE TYPE OBJECT.