NONPROFIT GAZET
TOM FLACHET Brussels Boxing Academy BESPARINGEN JA, er is wél een alternatief! Een blik achter de schermen bij GAIA
RACHIDA AZIZ MODE-ONTWERPSTER FEMINISTE - ACTIVISTE
N O N P R O F I T G A Z E T L E N T E 2 0 1 5 De non-profit gazet verschijnt drie keer per jaar en is een uitgave van de LBC-NVK non-profit, de vakbond van de werknemers in alle sectoren van zorg, welzijn en cultuur.
[email protected] Werkten aan dit nummer mee: Geert De Wortelaer, Maarten Brys, Mark Selleslach, Zakaria Sellam en Peter Darin v.u. Mark Selleslach, Sudermanstraat 5, 2000 Antwerpen
In dit nummer
23
4-5 RACHIDA AZIZ 6-7 TOM FLACHET 8-9 JA, ER IS WÉL EEN ALTERNATIEF 10-11 EVEN VOORSTELLEN... [DE RESIDUAIRE SECTOR] 12-13 HOE DOEN ZIJ HET [GAIA] 14 LEKKER MAROKKAANS 15 FACEBOOKMAN
23
Edito
De non-profit kan terugblikken op een stevige deelname aan de “hete herfst”. We kwamen op straat tegen de besparingsplannen van deze “regering voor de rijken”. Een dikke merci aan iedereen die mee actie heeft gevoerd of de acties gesteund heeft. Ook de komende maanden blijft de LBC-NVK nonprofit strijdvaardig. Het lijstje van asociale maatregelen tegen de werknemers blijft groeien en de besparingen in zorg, welzijn en cultuur bedreigen de sector. Er is nochtans een breed gedragen alternatief voor die asociale regeringspolitiek. Een vermogensbelasting zorgt ervoor dat eindelijk ook de grote vermogens hun steentje bijdragen. Die inkomsten kunnen meteen gebruikt worden om de sector van zorg, welzijn en cultuur, de non-profit dus, “van zuurstof te voorzien”. Klinkt heel logisch, maar met deze regering voor de rijken zal de invoering daarvan allesbehalve vanzelfsprekend zijn. We rekenen dus op jou om de komende maanden samen met ons op te komen voor de sector. Aan zorg, welzijn en cultuur laten we niet raken! Mark Selleslach Nationaal secretaris LBC-NVK non-profit
RACHIDA Wilde je altijd al mode-ontwerpster worden? Neen, totaal niet eigenlijk. Als kind droomde ik niet van een carrière in de modewereld. Oorspronkelijk wilde ik een ASO-richting volgen. Maar daar werd ik met zoveel racisme geconfronteerd dat ik uiteindelijk in het beroepsonderwijs terechtkwam, samen met alle migrantenkindjes. Daar leerde ik naaien en ontdekte ik dat ik zo mijn eigen kleren kon ontwerpen. Vanaf mijn 15de werd ontwerpen een passie. Pas in 2008 overwoog ik voor het eerst om professioneel als modeontwerpster aan de slag te gaan. Daarvoor werkte ik in de sociale sector. Toen ik ernstig ziek werd en duidelijk werd dat ik een job van 9 tot 5 niet langer kon volhouden, ben ik gaan nadenken over hoe ik wel nog een bijdrage aan de maatschappij kon leveren. Ik kwam op het idee om mijn eigen project op te starten. En zo werd AZIRA geboren. Waar haal jij de inspiratie voor je collectie? Er is een grote nood aan westerse kledij voor moslima’s. Zij vinden moeilijk trendy kledij die voldoet aan hun behoeften. Door een kledinglijn voor hen te ontwerpen wilde ik hen ook een plek geven in de stad en hen zo in de samenleving betrekken. Een merk dat
openlijk voor moslima’s ontwerpt kan ook heel emanciperend werken. Want veel merken maken wel kleren voor moslima’s maar communiceren er niet openlijk over. Aanvankelijk wist ik helemaal niet of AZIRA ging aanslaan. Pas nadat de eerste kleine productie in een paar weken tijd helemaal de deur uit was, merkte ik dat het echt iets kon worden. Hoe pak jij het aan? Heel anders dan de doorsnee modeontwerper. Maar dat heeft vooral te maken met mijn ethiek en waarden. Het eerste jaar heb ik alleen maar onderzoek gedaan. Er komt dan ook heel wat kijken bij de lancering van een merk. Op een heel organische manier heb ik dan alle waarden die ik belangrijk vind in alle aspecten van AZIRA verwerkt. Ik ging naar fairtrade-workshops en zocht ecologisch verantwoorde stoffen. Ook in de communicatie van AZIRA, ben ik uitgegaan van mijn eigen visie op de wereld en niet van wat gangbaar is in de modewereld. Alle modellen van AZIRA zijn klanten en vrouwen die ik in het dagelijks leven tegenkom. Ik vertik het om vrouwen een ideaalbeeld op te leggen. Mijn mode is voor alle vrouwen, voor échte vrouwen. Wist je dat minder dan één op tienduizend vrouwen beantwoordt aan het
Rachida Aziz is meer dan een succesvolle modeontwerpster. Naast het runnen van haar eigen modelabel is ze ook activiste. Onverschrokken stelt ze bepaalde structuren in onze samenleving in vraag en neemt ze maatschappelijke kwesties onder handen. En dat zie je ook aan haar werk. Toch was ze niet altijd van plan om van mode haar vak te maken. Maar een samenloop van omstandigheden besliste daar anders over.
AZIZ ideaalbeeld dat ons wordt opgedrongen door de media en de modewereld? Dat ideaalbeeld brengt vrouwen enorm veel schade toe. Onderzoek wijst uit dat er een directe relatie is tussen dat ideaalbeeld en eetstoornissen, een gebrek aan zelfrespect en een minderwaardigheidsgevoel. Ik weiger daar aan mee te doen. We moeten af van de gedachte dat vrouwen alleen gewaardeerd kunnen worden om hun uiterlijk. Ik ben er mij heel goed van bewust dat de textielindustrie schadelijk is voor onze samenleving en voor onze planeet. Door het op mijn manier te doen wil ik laten zien dat er een alternatief is, dat het ook anders kan. Je bent niet alleen onderneemster maar ook activiste. Hoe werkt dat? In het begin kreeg ik vaak opmerkingen dat die rollen onverenigbaar waren. Men zei me dat ik een keuze moest maken, ofwel was ik een ondernemer ofwel een activiste. Dat bracht me in het begin soms in de war. Men denkt dat activisme niet thuishoort in het ondernemerswereldje omdat men ervan uitgaat dat het wel een heel liberale en rechtse wereld moet zijn. Ik besefte dat ik mij helemaal niet moest aanpassen. Er is niets mis met mijn project. Misschien zijn die rechtse, ultraliberalen gewoon fout bezig?
Ik vind dat ondernemers een sociaal aspect moeten integreren in hun bedrijf. Zij moeten ook maatschappelijke kwesties aanpakken. Ik steun projecten met een sociale dimensie. Als een bedrijf echt eerlijk met sociale thema’s omgaat, moeten we dat aanmoedigen. Om als samenleving vooruit te gaan moet de ondernemerswereld ook maatschappelijke thema’s omarmen. Je noemt jezelf feministe. Is feminisme nog even relevant als 20 jaar geleden? Zeker en vast. Alle onderzoeken tonen aan dat we op alle vlakken achteruitgaan. Er is nog steeds ongelijkheid op de arbeidsmarkt, vrouwen geraken nog altijd moeilijk aan de top in de bedrijfswereld en ook de politiek blijft veel te mannelijk. Begrijp me niet verkeerd, we hebben veel vooruitgang geboekt. Maar ergens is dat proces gestopt en we beseffen het niet eens. Nu denken dat we geen strijd meer te voeren hebben is kortzichtig. Op een dag vertelde mijn nichtje van 3 dat ze liever een jongen wilde zijn. Ze was boos omdat haar school haar verboden had om mee met de jongens op te treden op het schoolfeest. Het voetbalthema van de jongens sprak haar meer aan dan het dansje in tutu dat de meisjes moesten doen. Maar dat hoorde niet volgens haar school. Ze werd verplicht om met de meisjes mee te doen. Daarom zeg ik dat vrouwen nog veel vooruitgang kunnen boeken. Al van kleins af aan worden we geconditioneerd. We moeten voldoen aan bepaalde verwachtingen en er wordt ons verteld wat we wel of niet mogen. Dat veranderingen nodig zijn, weet zelfs een kind van 3.
CHECK OUT WWW.AZIRA.BE Van Rachida mogen wij een 100% AZIRA approved sjaal weggeven. Motiveer in een mail naar
[email protected] waarom die naar jou zou moeten gaan. Het meest originele antwoord wint!
TOM FLACHET BRUSSELS BOXING ACADEMY Onze club bestaat ondertussen 10 jaar. We werken met 4 trainers die alles omkaderen. De club telt bijna 500 leden. In vergelijking met andere boksclubs zijn we heel groot. Alhoewel we niet héél competitief ingesteld zijn, hebben we enkele wedstrijdboksers. Twee van onze jongeren doen mee aan het Belgische kampioenschap. Maar de meeste leden komen gewoon aan hun conditie werken. En geloof me, bij ons zijn ze aan het juiste adres. Boksen is daar een heel goede sport voor. Tot wie richten jullie je? We richten ons bewust niet op één bepaalde groep. De club is erg toegankelijk en laagdrempelig. Vanaf 6 jaar is iedereen bij ons welkom. De kerngroep bestaat uit jongeren uit de omliggende wijken. Maar ook mensen van bijvoorbeeld Zaventem of Vilvoorde komen hiernaartoe. Vooral de laatste jaren zijn we er in geslaagd om te verbreden. Meer en meer vrouwen komen bij ons sporten. Door relaties uit te bouwen met studentenorganisaties trekken we jongeren aan die we normaal gezien niet zouden bereiken. Wat is de band tussen jullie sportieve en sociale functie? Jongeren brengen hun school, familie en hun problemen mee naar de zaal. Je kan dan twee dingen doen. Ofwel trek je je daar niets van aan, ofwel maak je de keuze om ze te ondersteunen. Al van bij het begin helpen we de jongeren met hun huiswerk en allerlei papierwerk. Maar dat is maar een klein deeltje van het sociaal werk dat we doen. Door het boksen komen er veel fundamentele levensvragen naar boven. Dat
Gezien onze plannen om samen één vuist te maken tegen de besparingen in de non-profit besloten we alvast wat tips te vragen aan bokstrainer Tom Flachet. Misschien ken je hem van de Canvasreeks ‘Naar de top’, een documentaire over een groep Brusselse jongeren die samen één van de hoogste bergen in de Alpen willen beklimmen. Tom is bokstrainer in de Brussels Boxing Academy. De BBA, gelegen in hartje Brussel, vervult niet alleen een sportieve maar ook een sociale functie.
merk ik ook aan de gesprekken die ik heb met de jongeren en de vragen die ze me stellen. Ze denken na over wie ze zijn, wat ze willen bereiken, waar ze naartoe willen in het leven. Deze generatie Brusselse jongeren is volop op zoek naar een identiteit. Wij ondersteunen hen daarin. Daarbovenop kan de discipline die verwacht wordt van een atleet ingrijpend zijn op het leven. Wat heeft boksen met trektochten in de bergen te maken? Ze hebben veel meer met elkaar te maken dan je zou denken. Ten eerste is bergen beklimmen net zoals het boksen fysiek zeer zwaar. Maar het zijn ook mentale testen. Je moet tot het uiterste gaan, je leert je eigen grenzen aftasten en ontdekt je volle potentie. Wanneer je uit je comfortzone gehaald wordt, ontwikkel je jezelf als persoon. Doelen die je eerst voor onmogelijk hield liggen nu binnen handbereik. Als we met de jongeren de bergen intrekken, iets dat we in principe elk jaar doen, moeten ze het zonder hun normale houvast doen. Ze zijn volledig op zichzelf aangewezen. Zelf koken, geen internet, voor sommigen is het de eerste keer dat ze in een tent en slaapzak slapen. Dat lijken simpele dingen maar het zijn ervaringen die ze heel hun leven meenemen. Wat vindt jij van de plannen van de regering om te besparen op zorg en welzijn? Als ik kijk naar wat zich nu allemaal afspeelt in de maatschappij rond radicalisering heb ik niet veel begrip voor de besparingen. De sociale sector zorgt ervoor dat kwetsbare jongeren deel uitmaken van de maatschappij..
Ik denk daarbij niet alleen aan onze club. De meerwaarde van allerlei activiteiten en verenigingen voor het welzijn van jongeren wordt enorm onderschat. Nu daarop besparen werkt radicalisering in de hand. Je duwt de jongeren terug in hun moeilijke wijk en leefwereld vol sociaaleconomische problemen. Dan is er geen contact meer, geen uitwisseling van ideeën of mentaliteiten. Op een bepaald moment stoot je hen zodanig ver af dat ze op zoek gaan naar andere waarden. Door initiatieven als BBA voelen de jongeren zich een deel van het geheel. Het feit dat zoveel Brusselse jongeren zich niet thuis voelen in de maatschappij maakt dat ze vatbaar worden voor het discours van het radicalisme. Ik merk dat ook in gesprekken met de jongeren. Ze worden uitgesloten en krijgen geen plaats. Net zoals hun ouders geen plaats kregen. Ze voelen zich gediscrimineerd en het lukt niet op school. Vaak vinden ze geen werk. En dat stapelt zich allemaal op. Je kan radicalisering niet los zien van racisme, sociale achterstelling en slecht onderwijs. In die zin krijg je een enorm maatschappelijk debat. En enkel zo kan je maatschappelijk kwesties oplossen. Daarom stel ik me vragen bij de beslissingen van de regering. De logica blijft repressief, de logica blijft uitsluiting. Zolang we die logica hanteren zitten we op een tijdbom. Net het omgekeerde is nodig. We zouden iedereen bij de samenleving moeten betrekken. Dat is het idee in onze club. Sport brengt ons samen maar daar stopt het niet. Het is een vertrekpunt naar meer inclusie.
MEER WETEN? http://bba-olympic.be/ google “canvas + naar de top”
Ja, er is wél e
een alternatief!
De LBC-NVK non-profit voerde de afgelopen maanden heel wat acties tegen de besparingspolitiek van de regering. Samen met de andere vakbonden en de burgerbeweging Hart boven Hard gaan wij niet akkoord met de asociale keuzes die de regering maakt. De lijst van wie geviseerd wordt door de regeringsmaatregelen wordt altijd maar langer, maar er is één constante. Deze regering voor de rijken bespaart op kap van de werknemers. Of die nu aan het werk zijn of werk aan het zoeken zijn. De eenzijdige manier waarop de werknemers geviseerd worden, is onaanvaardbaar. Het kan nochtans anders. Er zijn alternatieven. Er is in dit land zelf een bijzonder groot draagvlak voor. Meer dan 8 op de 10 mensen vinden dat er een vermogensbelasting moet komen. Dat wie leeft van wat hij of zij op een bankrekening of in zijn aandelenportefeuille heeft zitten, even hard moet bijdragen als wie moet gaan werken om te leven. Want ook de LBC-NVK vindt dat arbeid te zwaar wordt belast maar wij vinden het bijzonder onrechtvaardig dat wie rijk is niet of amper bijdraagt. Een eerlijke “tax shift”, een vermogensbelasting zorgt er bovendien voor dat er voldoende geld naar de sociale zekerheid gaat. Daarmee kunnen wij ons sociaal systeem in stand houden en broodnodige investeringen doen in zorg en welzijn. Zodat de werknemers in zorg en welzijn in staat zijn om kwaliteit te garanderen en iedereen de zorg en welzijn krijgt waarop hij of zij recht heeft. Zonder dat dat laatste afhangt van de grootte van zijn of haar portemonnee.
Actie tegen besparingen Vlaamse regering op zorg en welzijn Op 20 maart 2015 voerde de LBC-NVK non-profit samen met de andere vakbonden, de werkgeversen gebruikersorganisaties een eerste actie tegen de besparingen van de Vlaamse regering in de sector van de personen met een beperking, jongerenwelzijn, het welzijnswerk, de CIG’s en de CKG’s. In plaats van besparingen eisen wij investeringen. Alleen zo kan kwaliteitsvolle zorg gegarandeerd worden aan wie dat nodig heeft. Ook in de ouderenzorg rommelt het al stevig en bereiden we ons voor op weerwerk tegen de besparingspolitiek. De LBC-NVK zal er in de komende weken en maanden alles aan doen om alle sectoren van welzijn, zorg en cultuur samen te brengen en te tonen dat het ons écht niet om het even is wat de regeringen verder aanrichten met onze zorgzame samenleving.
Het is niet omdat sommige sectoren in de non-profit gazet wat minder vaak aan bod komen dat ze niet belangrijk zijn. In dit nummer laten we je kennismaken met de sector van de gezondheidsinstellingen, labo’s en preventiediensten, in het kort: de residuaire sector. Luc De Roover, voorzitter van de nationale belangengroep voor de residuaire sector van de LBC-NVK, stelt het vakbondswerk in de sector aan je voor. Waar werk jij? Ik werk in een externe dienst voor preventie en bescherming op het werk. Indertijd ben ik begonnen in een dienst met 70 werknemers. Na een aantal fusies is het bedrijf uitgegroeid tot een mastodont. Ondertussen werken er meer dan 550 mensen. Wat doet een externe dienst voor preventie & bescherming op het werk? Wij zorgen ervoor dat werknemers in een veilige omgeving hun werk kunnen doen. Welzijn en het voorkomen van werkongevallen en beroepsziekten staan bovenaan onze agenda. Op basis van risicoanalyses voorzien we werkgevers van praktijkgerichte richtlijnen. Daarvoor maken we een ‘röntgenfoto’ van de situatie op de
werkvloer, rekening houdend met de (mogelijke) klachten van werknemers. We voeren ook controles van de werkplaats uit. Het psychosociaal aspect is bij ons al jaren een hot item en vraagt terecht veel aandacht. Bij stress, conflicten of grensoverschrijdend gedrag grijpen wij in. Tenslotte bieden we ook opleidingen aan rond ergonomie, EHBO, preventieadvies, stressbeheersing, enz. Wat zijn de belangrijkste uitdagingen in jouw sector? Wij zijn veel te weinig gekend. We zijn niet zo’n grote sector maar toch heeft elk bedrijf in ons land met ons te maken en komt de hele bevolking vrij regelmatig met ons in aanraking. Iedereen maakt gebruik van onze sector. Denk maar aan
EVEN VOORSTELLEN...
DE RESIDUAIRE SECTOR een bloedanalyse, dringend ziekenvervoer of voor de slechthorenden onder ons, de aanschaf van een hoorapparaat, een dokters- of een tandartsbezoek,... Onze sector op de kaart zetten is dan ook een grote uitdaging. Maar binnen de LBC-NVK hebben we daar nu een middel voor want de vergadering van onze militanten is door de LBC-NVK officieel erkend als nationale belangengroep. De nationale belangengroep verzamelt alle militanten van de LBC-NVK uit de residuaire sector. In die vergadering bespreken we alles wat de sector aangaat. We bereiden caoonderhandelingen of nationale en/ of sectorale acties voor. Wat houdt jouw vakbondswerk in? Ik ben vakbondsmilitant en dus ben ik voor mijn collega’s de spreekbuis bij de werkgever en vorm ik voor hen de link met de vakbond. Zij kunnen met al hun vragen en problemen bij mij terecht. Militanten zetelen vaak ook in een ondernemingsraad of een comité voor preventie en bescherming op het werk. Ik ben ook voorzitter van de nationale belangengroep voor de residuaire sector van de LBC-NVK. Van waar komt je engagement voor de vakbond? Eerlijk gezegd weet ik niet waar dat precies vandaan komt. Ik kom uit een doorsnee middenstandsgezin en mijn ouders waren niet bijzonder syndicaal ingesteld. Wel ben ik heel sociaal voelend en heb ik een sterk rechtvaardigheidsgevoel. Ik merk ook dat je als individu “groeit” wanneer je je bij een groep aansluit. Samen staan we ook sterker.
Haal je voldoening uit je vakbondswerk? Natuurlijk, het is leuk om de vooruitgang op syndicaal vlak te zien. Het is geen sprint maar een marathon. Tien jaar geleden stond de sector syndicaal in zijn kinderschoenen. Maar door het engagement van kwaliteitsvolle militanten zien we het syndicalisme opbloeien. Het is mooi om te zien dat je bijdrage voor verandering zorgt. Heb je tips voor andere militanten? Volgens de wetgeving heeft een vakbondsafvaardiging voor haar taken recht op ‘de nodige tijd’. Eén gouden tip: neem die ook. In mijn onderneming hebben we vanaf dag één die tijd opgeëist. Letterlijk opgeëist zelfs … we hebben daarvoor op tafel moeten kloppen. Door op onze strepen te staan, hebben we nu een vast stramien van overleg. Wij komen bijvoorbeeld de laatste maandag van de maand een hele dag samen. We overleggen in een gesloten en veilige omgeving. Je moet elkaar kunnen vertrouwen en standpunten durven innemen. Zo kan je je punten hard maken wanneer je voor je werkgever zit zonder te moeten vrezen dat je door iemand uit je eigen groep onderuit wordt gehaald. Hoe heb jij de acties ervaren? Wij hebben ons geëngageerd om de nationale acties te ondersteunen en onze steentje bij te dragen. Op 15 december 2014 hebben we voor het eerst in de geschiedenis van onze dienst aan de ingang van het bedrijf een bemand stakingspiket georganiseerd. Dat was echt een mijlpaal. Wij zijn daar heel trots over.
HOE DOEN ZIJ HET? Een blik achter de schermen bij GAIA Als actieve en strijdbare vakbond in de non-profit is de LBC-NVK altijd op zoek naar de beste manier om de belangen van de werknemers in de sector van zorg, welzijn en cultuur te verdedigen. Dat we daarbij kunnen leren van andere actiegerichte organisaties spreekt voor zich. In het vorige nummer van de non-profit gazet gingen we bij Greenpeace op de koffie, nu werpen we een blik achter de schermen van dierenrechtenorganisatie GAIA. Voorzitter Michel Vandenbosch, al jaar en dag het bekendste gezicht, legt uit. Waar komen de ideeën voor jullie campagnes en acties vandaan? MVB. Voor grote campagnes komen de ideeën meestal van het communicatiebureau waar wij mee samenwerken. Zij weten dat zij een campagne moeten uitwerken die ons toelaat van met beperkte middelen zoveel mogelijk resultaat te halen. Dat heeft altijd in ons DNA gezeten. GAIA krijgt geen subsidies maar is een ledenorganisatie. Onze leden zorgen voor de inkomsten die de werking van GAIA mogelijk maken. Daarnaast moet een campagne ook altijd zo professioneel mogelijk zijn. Alleen dan heeft ze effect. Zo nodig sturen wij het voorstel van het communicatiebureau hier en daar bij. Het idee, het concept dat door hen wordt uitgewerkt moet overeenkomen met onze doelstellingen.
Waar zijn jullie momenteel vooral mee bezig? MVB. Ik noem drie prioriteiten: GAIA ijvert voor de verplichte verdoving van dieren die geslacht worden, zonder uitzondering voor rituele slachtingen. Ook willen we een verbod op nertsenkwekerijen voor de bontproductie.
Begin dit jaar hebben we die doelstelling trouwens gerealiseerd in Wallonië. En ten derde: de verplichte sterilisatie of castratie van huiskatten om de massale dumping van ongewenste katten in de asielen en de voortdurende toestroom van zwerfkatten in te dijken. Daarnaast zijn we er eind vorig jaar in geslaagd om 185.000 potjes Faux Gras de GAIA te verkopen, ons diervriendelijke alternatief voor foie gras.
Welke andere actievormen gebruiken jullie nog zoal? MVB. Eind september 2014 hebben we een betoging tegen onverdoofd slachten gehouden. Er liepen toen 10 000 mensen mee in Brussel. Zo gaven we een signaal dat het thema leefde. Het is niet onze bedoeling om ritueel slachten te verbieden, het gaat over de manier waarop geslacht wordt.
Jullie krijgen geregeld steun van BV’s. Hoe komen die relaties tot stand? MVB. Relaties bouw je op door de jaren heen. GAIA bestaat al sinds 1992. Met sommige BV’s, zoals Herman
Brusselmans en Pol Goossen, hebben we al jaren een goede relatie. Zij zijn overtuigde GAIA-aanhangers en steunen ons al een hele tijd. Bruno Vanden Broecke is door ons communicatiebureau aangebracht. Hij was meteen bereid om zijn gezicht te lenen aan onze foie gras-campagne. Met Erika van Tielen hebben we al meerdere keren samengewerkt. Zij was eerder één van de gezichten van onze campagne tegen bont.
Hoe gaan jullie om met mensen die het niet eens zijn met wat jullie proberen te doen? MVB. Ik moet zeggen dat GAIA daarin geëvolueerd is. Vandaag zijn we een volwassen organisatie. Dat kan je ook aflezen uit de invloed die we hebben op de politiek. In onze beginjaren was onze algemene strategie meer gericht op assertieve actie en geweldloze confrontatie. Die methodiek noem ik PRADA, Pragmatisch Radicaal Dierenactivisme. We gingen het die dierenmishandelaars recht in hun gezicht zeggen. We confronteerden hen op een directe manier met hun wandaden. Daardoor riskeerden we gewelddadige reacties en kregen dierenmishandelaars de kans om zich in de media te profileren als slachtoffers. Maar in die periode was het nodig om zo te werk te gaan. Op die manier hebben we naam gemaakt. Geleidelijk aan is onze toon minder scherp geworden. Vandaag hanteren we een andere methodiek. We noemen die PIDA, Pragmatisch Idealistisch Dierenactivisme. We blijven assertief, we blijven georganiseerde dierenmishandeling aanklagen, maar we graven ons niet in in loopgraven. We brengen ook oplossingen aan, gaan in dialoog en we overleggen met bedrijven en de retail, die we meestal eerst wakker moeten schudden. Zo zorgden we ervoor dat in België geen enkele grootwarenhuisketen nog verse kooieieren verkoopt.
Wat zijn volgens jou jullie belangrijkste verwezenlijkingen? MVB. Sinds de recentste parlementsverkiezingen is dierenwelzijn een regionale bevoegdheid. Onze doelstelling was dat er in Vlaanderen, Wallonië en Brussel een volwaardige minister van dierenwelzijn kwam die niet tegelijkertijd bevoegd was voor landbouw. Want door die twee bevoegdheden samen te voegen zorg je ervoor dat dierenwelzijn altijd aan het kortste eind trekt. Dat was zo vóór 1999. Toen vielen beide bevoegdheden, op federaal niveau, nog onder één minister. Landbouw wierp altijd het grootste gewicht in de schaal. Onder de vorige regering was er sprake van die twee weer onder één dak te brengen. Gelukkig hebben we dat kunnen voorkomen. We hebben veel vooruitgang geboekt. Maar we hebben nog heel wat werk voor de boeg.
14
Nu de lente stilaan haar intrede doet en de temperatuur terug richting 20° opschuift, kan je in plaats van traditioneel te barbecueën ook gezellig experimenteren met varianten. Een lekkere tajine, klaargemaakt op een (klein) houtskoolvuurtje zal je mogelijk wel inspireren en aanzetten tot meer. Zeker als het bovendien om een lekker gerecht gaat.
Lekker Marokkaans
Keftatajine Doe het gehakt, de ui, look en specerijen in een kom en meng alles goed. Breng op smaak met zout en peper. Rol tot balletjes van ongeveer 3 cm doorsnee. Bak de balletjes mooi bruin, leg ze nadien in een kom met wat keukenpapier. Maak de saus. Verhit de olijfolie in een koekenpan en bak de ui 5 minuten op een zacht vuur tot hij zacht is. Voeg de look, komijn, kaneel en het paprikapoeder toe en bak alles 1 minuut, tot het mengsel begint te geuren. Roer de tomatenblokjes en harissa erdoor en breng aan de kook. Draai het vuur laag en laat de saus 20 minuten zacht koken. Voeg de gehaktballetjes toe, dek de pan af en laat alles 10 minuten sudderen. Roer de koriander er door. Breek de eitjes in een kom en giet ze boven op het gerecht. Laat even meekoken tot ze gestold zijn. Voeg er nog wat peper en zout aan toe en bestrooi met verse gehakte koriander.Je kan het gehakt ‘bereid’ kopen bij de Marokkaanse beenhouwer. Een variant maak je door het gehakt te vervangen door merguez worstjes. Voeg eventueel stukjes zoete aardappel en paprika aan de saus toe, of vervang paprikapoeder door gerookt paprikapoeder.
KEFTABALLETJES: 1 kg lamsgehakt, 1 ui gesnipperd, 2 tenen knoflook fijngehakt, 2 el bladpeterselie fijngehakt, 2 el koriander fijngehakt, ½ tl cayennepeper, ½ tl gemberpoeder, 1 tl gemalen komijn, 1 tl paprikapoeder, 2 el olijfolie, 24 kwarteleitjes VOOR DE SAUS: 2 el olijfolie, 1 ui gesnipperd, 2 tenen knoflook fijngehakt, 2 tl gemalen komijn, ½ tl kaneel, 1 tl paprikapoeder, 2 blikken tomatenblokjes (à 420 gr) van goede kwaliteit, 2 tl harissa – naar smaak -, 4 el gehakte korianderblaadjes
15
FAC E B O O K M A N WAT MAG OP FACEBOOK?
1,4 miljard gebruikers telt facebook ondertussen. Dat geeft elke dag een immense stroom aan statusupdates en foto’s. Soms zorgt die stroom voor controverse. Zo regende het reacties toen facebook foto’s van borstvoedende moeders verwijderde. Om een einde te maken aan de onduidelijkheid over wat mag en wat niet mag, heeft facebook de regels nog eens scherpgesteld. Niet minder dan 2 500 woorden tellen die verkeersregels nu – méér woorden dan wij ooit van onze hoofdredacteur zouden krijgen. Over naakt zijn de beheerders duidelijk: kan niet, tenzij het om kunst, borstvoeding of medische beelden gaat. Met de billen bloot gaan op het sociale netwerk, is er dus niet meer bij.
BAFFE, IP JE MUULE* Geweld, haat en terreur kunnen ook niet. Tenzij je net door de beelden te tonen, mensen bewust wil maken van iets. Wat wettelijk verboden is, mag je niet promoten. Maar je mag wel oproepen om die praktijk te legaliseren. De meeste van je vakantiefoto’s kunnen dus gerust op facebook blijven staan, maar bedenk misschien nog eens goed met wie je ze allemaal deelt. Misschien hoeven niet al je ‘vrienden’ je strandfoto’s te zien? [*Westvlaams voor: djoef op a muile]
wittewoede.be alle nieuws uit de non-profit door de lbc-nvk
OR JE WERKT IN DE SECTEN VAN ZORG, WELZIJN CULTUUR? WIJ ZIJN JOUW VAKBOND. WORD LID. CHECK WITTEWOEDE.BE OF SPRING BINNEN IN ÉÉN VAN ONZE SECRETARIATEN.
AALST-OUDENAARDE
TURNHOUT
ANTWERPEN
KORTRIJK
BRUGGE-OOSTENDE
LEUVEN
BRUSSEL
MECHELEN
GENT -
VILVOORDE
HALLE
WAAS & DENDER
[email protected] Hopmarkt 45 - 9300 Aalst 053 73 45 20
[email protected] Nationalestraat 111-113 - 2000 Antwerpen 03 222 70 00
[email protected] Kan. Dr. L. Colensstraat 7 - 8400 Oostende 059 55 25 54
[email protected] Pletinckxstraat 19 - 1000 Brussel 02 557 86 40
[email protected] Poel 7 - 9000 Gent 09 265 43 00
[email protected] Vanden Eeckhoudtstraat 11 - 1500 Halle 02 557 86 70
HASSELT
[email protected] Mgr. Broekxplein 6 - 3500 Hasselt 011 29 09 61
[email protected] Korte Begijnenstraat 22 - 2300 Turnhout 014 44 61 55
[email protected] President Kennedypark 16D - 8500 Kortrijk 056 23 55 61
[email protected] Martelarenlaan 8 - 3010 Kessel-Lo 016 21 94 30
[email protected] Onder Den Toren 5 - 2800 Mechelen-Rupel 015 71 85 00
[email protected] Toekomststraat 17 - 1800 Vilvoorde 02 557 86 80
[email protected] H. Heymanplein 7 - 9100 Sint-Niklaas 03 765 23 70