AcUTE ZORG IN TWENTE EN OOST-AcHTERHOEK Vernieuwde onderzoeksmethode ‘Triage’ op Twentse basisscholen
net werk
Nieuw wagenpark AZMT Project ‘Lekenhulpverlening’
Koppeling EDAZ en Corpuls 3 monitor
Netcentrisch werken DECEMBER 2011
112 journaal
Kruidnootjes en dennennaalden GHOR dag met drie regio’s Het zijn onzekere tijden. Wat gebeurt er met de euro, de financiële markten en ons geld? Wat gebeurt er met onze pensioenen? Daalt de waarde van onze huizen? Wat voor toekomst hebben onze kinderen? Ook binnen de zorg heerst veel onzekerheid. Wat gaan de zorgverzekeraars doen, wat hebben ons kabinet en parlement in petto voor de zorg? Aan de ene kant wil iedereen dat de kwaliteit van zorg zich blijft verbeteren, aan de andere kant roept iedereen dat de zorg met minder middelen rond moet komen. De politiek wil enerzijds dat landelijk een groot aantal SEH’s worden gesloten, terwijl gelijktijdig de garantie wordt geboden dat meer mensen in minder tijd worden geholpen. De wirwar van tegenstrijdigheden is nagenoeg voldoende om het overzicht geheel te verliezen.
2
Op zo’n moment denk ik altijd terug aan de woorden van mijn leermeester, Prof. Theo van Vroonhoven tijdens een lastige operatie: ‘Als je door alle details de vooruitgang niet meer ziet, doe dan een stap terug. Bekijk de zaak rustig van een afstand en je zult het overzicht weer zien!’. Hij had gelijk: kennis, ervaring en vaardigheden hebben we zelf in overvloed in onze bagage. Maar door de onzekerheid en wirwar van tegenstrijdigheden vergeten we hoe we deze moeten inzetten. Deze tijden van onzekerheid vragen ons om even afstand te nemen en ons te bezinnen. Dat komt mooi overeen met deze tijd van het jaar; een periode die overspoeld wordt door tradities. Tradities waardoor je kunt terugvallen op zekerheden. Privé laven we ons in huiselijke tradities van Sinterklaas, Kerst en Oud en Nieuw. Surprises, rijmpjes, kerstbomen, oliebollen, champagne en vuurwerk. We warmen ons aan vertrouwde geuren van speculaas, stoofschotels, warme chocolademelk, een knapperend haardvuur, gepofte kastanjes en glühwein met kruidnagels. Spelletjes spelen met de kinderen, luisterend naar de Top 2000 op de radio. Er zijn in deze periode van het jaar voldoende mogelijkheden om afstand te nemen van de waan van de dag. Laten we die benutten! Om vervolgens met een frisse blik en nieuwe energie diezelfde waan van de dag in het nieuwe jaar het hoofd te kunnen bieden. Even een paar stappen terugnemen, de rust hervinden en vanuit een ander perspectief naar de situatie kijken. Dan weet ik zeker dat we gezamenlijk tot de juiste aanpak en oplossingen weten te komen. Geniet van deze ‘traditionele’ maanden! Graag mag ik u langs deze, ietwat minder persoonlijke weg, alvast fijne kerstdagen en een mooie jaarwisseling toewensen. En daarbij wens ik u en al uw dierbaren, al het goede voor 2012.
Germaine Vos-Deckers Manager Acute Zorg Euregio
112 NETWERK | dEcEmbER 2011
Op maandag 12 september 2011 heeft GHOR Twente samen met P&A coaching een dag georganiseerd voor medewerkers van de veiligheidsregio’s Twente Noorden Oost-Gelderland en IJsselland. De voorwaarde: meedraaien in de piketfunctie van Hoofd Sectie GHOR (HS GHOR) of Operationeel Directeur GHOR (OD GHOR). De dag had als thema ‘Bestuurlijke dilemma’s’. De functionarissen werden verdeeld over drie groepen. Elke groep onderging een GHORquiz en besprak daarbij welke taken bij welke functionaris horen. Hier werd verder op ingegaan tijdens een rollenspel. Tijdens de plenaire terugkoppeling zijn enkele aandachtspunten en leermomenten naar voren gekomen, één ervan is het omgaan met slachtoffergegevens. Er is afgesproken dat er een gelijkluidende aanpak komt in de drie veiligheidsregio’s. Daarna volgde een praktisch gedeelte, waarbij de theorie werd beoefend. Via actieve sessies werden enkele bestuurlijke dilemma’s behandeld. Daarmee werden de verschillende werkwijzen vergeleken en besproken. Deze dag is georganiseerd met de achterliggende gedachte dat de HS GHOR en OD GHOR veel met elkaar te maken hebben. Uit de oefeningen bleek dat de functionarissen uit de verschillende veiligheidsregio’s veelal op één lijn zitten. Er is een stap gemaakt in het samenwerken tussen HS GHOR en OD GHOR in de eigen en de andere veiligheidsregio’s. n Meer informatie? Mail naar Heidi Plas, senior vakspecialist OTO en HS GHOR van GHOR Twente:
[email protected]
Oefening Zelden Rust
Samen werken aan zorgcontinuïteit GHOR Twente organiseerde op donderdagmiddag 8 december een expertmeeting om ontwikkelingen omtrent zorgcontinuïteit te bespreken. Hiervoor waren alle zorginstellingen in Twente en enkele steultelfuncionarissen van GHOR Twente uitgenodigd. Voor deze middag was een gastspreker uitgenodigd, die een presentatie gaf over de grote brand die afgelopen juni heeft plaatsgevonden in het verpleeghuis ‘De Geinsche Hof’ in Nieuwegein. In de presentatie werd geschetst hoe
dit incident verlopen is, welke chaos er heerste bij de hulpdiensten en bij de zorginstelling zelf en wat de belangrijkste leermomenten zijn geweest. Er werd gelegenheid geboden om vragen te stellen, te netwerken en om ervaringen en kennis uit te wisselen tussen gelijksoortige zorginstellingen over planvorming, opleiden en oefenen. n Meer informatie? Mail naar Penny Weustink, vakspecialist operationele ondersteuning en HS GHOR van GHOR Twente: p.weustink@ ghortwente.nl
Student Health Sciences studeert af bij Acute Zorg Euregio
In mei, juni en juli van het afgelopen jaar zijn in samenwerking met GHOR VNOG, GHOR IJsselland en het oefencluster Noord van Brandweer Twente zes GNK oefeningen georganiseerd met de naam ‘Zelden Rust’. GHOR Twente heeft de oefeningen verzorgd en voor de thema’s samengewerkt met Ambulance Oost, SIGMA van het Nederlandse Rode kruis en het MMT uit Twente. De oefeningen richtten zich op verminderd zelfredzamen en vonden plaats op de voormalige vliegbasis Twente (Trainingscentrum Oost Nederland; TRONED). De doelgroep bestond uit MMT, OvD-G, HGN, CGV, Ambu-teams en SIGMA. Er werd geoefend door de brandweer en de GHOR organisatie, de politie werd als tegenspeler aangeboden. GHOR Twente heeft als voorbereiding het oefendraaiboek uitgewisseld en ter discussie aangeboden aan de andere twee regio’s. Hierbij werd gekeken naar de verschillen en overeenkomsten in het draaiboek en de wijze van oefenen, om zo de draaiboeken uit de regio’s te kunnen optimaliseren. De oefeningen waren zeer geslaagd. Na afloop worden de evaluaties van GHOR IJsselland, GHOR VNOG en GHOR Twente nauwkeurig bekeken en in één evaluatierapport aangeboden. Tips en trucs worden gedeeld en van elkaar overgenomen. n Meer informatie? Mail naar Heidi Plas, senior vakspecialist OTO en HS GHOR van GHOR Twente:
[email protected]
Harm-Jan Otten presenteert zijn scriptie ‘In-hospital trauma triage’.
Van februari tot september 2011 heeft Harm-Jan Otten, Master student Health Sciences van de Universiteit Twente (UT), aan zijn afstudeerproject gewerkt binnen Acute Zorg Euregio. Op 11 oktober 2011 heeft hij zijn scriptie gepresenteerd en ontving Harm-Jan een positieve beoordeling. Hierna werd zijn Master diploma overhandigd. Onderwerp van de scriptie is in-hospital trauma triage. Dit betreft het beslisproces dat personeel op de Spoedeisende Hulp (SEH) gebruikt om te bepalen of
een traumateam opgeroepen moet worden voor een ernstige traumapatiënt en welke samenstelling dat team moet hebben. Alle leidinggevenden van de SEH´s in Nederland zijn uitgenodigd om mee te werken aan het onderzoek. In een online vragenlijst werd gevraagd naar algemene kenmerken van de SEH, welke teams ingezet kunnen worden en welke criteria hierbij gebruikt worden. Ook naar de tevredenheid met de huidige situatie is gevraagd. 78 van de 102 SEH’s in Nederland hebben aan het onderzoek deelgenomen. n 112 NETWERK | dEcEmbER 2011
3
KetenPartnerS
Opvoeden is leuk, maar niet altijd… Kortdurende Pedagogische Gezinsbegeleiding voor kinderen en ouders Door Irma Huiskes, Regio Twente Kortdurende Pedagogische Gezinsbegeleiding (kortweg KPG) is een vorm van hulp die ingeschakeld kan worden wanneer ouders/verzorgers vinden dat het opvoeden niet goed gaat. De KPG wordt georganiseerd door de afdeling Jeugdgezondheidszorg van GGD Twente.
4
ezinsbegeleiding houdt in dat de gezinsbegeleider van de Jeugdgezondheidszorg GGD Twente bij een gezin thuis komt. De gezinsbegeleiders zijn opvoeddeskundigen. Ze hebben nauw contact met de orthopedagoog, een specialist op het gebied van ontwikkeling en opvoeding van kinderen. Tijdens een oriënterend intake/kennismakingsgesprek probeert de begeleider samen met de ouders duidelijkheid te krijgen over het probleem en samen wordt gezocht naar een aanpak die bij het gezin en de kinderen past. Het probleem wordt vervolgens besproken met de orthopedagoog.
Hulpvoorstel Daarna wordt een hulpvoorstel aan het gezin voorgelegd en wordt deskundige ondersteuning, specifiek voor de desbetreffende situatie gegeven. Het hulpvoorstel kan bijvoorbeeld bestaan uit het voeren van een aantal gesprekken, samen met ouders en kinderen spelen en meekijken hoe het gaat. Als het nodig is, oefent de gezinsbegeleider de vaardigheden met ouders en kinderen. Zo wordt gaandeweg geleerd hoe een probleem het best aangepakt kan worden. Er wordt wel verwacht dat ouders zelf voldoende tijd en energie in de begeleiding steken. De gezinsbegeleider komt maximaal tien keer bij het gezin thuis. Vaak kan het gezin na korte tijd en een aantal gesprekken of aangeboden oefeningen zelf weer verder.
Aanmelden of verwijzen Vragen over de opvoeding of ontwikkeling van kinderen kunnen uitstekend besproken worden op het consultatie112 NETWERK | dEcEmbER 2011
Wanneer het opvoeden niet goed gaat, levert dit problemen op voor zowel ouders als kinderen.
Tessa van 4 die haar bord niet leeg eet… Martijn van 8 die zijn bed telkens uit komt… Shamira van 16 die uitgaat, maar steeds te laat thuiskomt… Herkenbaar? Kortdurende begeleiding bij de opvoeding kan uitkomst bieden!
bureau, met de leerkracht van het kind of met de jeugdarts of -verpleegkundige verbonden aan de school van het kind. Zij kunnen meedenken welke hulp geschikt is voor de situatie, maar ook - met instemming van de ouders - verwijzen naar de gezinsbegeleiding. De ouders kunnen ook rechtstreeks contact opnemen met de Jeugdgezondheidszorg van GGD Twente. Of KPG geschikt is voor een gezin, hangt af van de hulpvraag
en wordt gezamenlijk bepaald. Aan de kortdurende gezinsbegeleiding zijn geen kosten verbonden, om de drempel voor ouders laag te houden. n Aanmelden of informatie opvragen kan via 053-487 66 14 (maandag, dinsdag en donderdag, van 09.15 tot 10.15 uur) of via
[email protected]. Ook op www.ggdtwente.nl is meer informatie te vinden.
KetenPartnerS
AZMT vervangt complete wagenpark Werkgroep beoordeelt diverse merken en uitvoeringen Door Martin Bartelink, Ambulance Oost In 2012 worden alle voertuigen van de huisartsenvervoersdiensten door de stichting Acute Zorg Mobiel Twente vervangen. Hier gaat een uitgebreide evaluatie van het bestaande voertuig, door verschillende disciplines uit de acute zorg aan vooraf. De Bleeker Groep in Hengelo zal de voertuigen gaan leveren.
e stichting Acute Zorg Mobiel Twente (AZMT) is in 2005 opgericht door de Stichting Ambulance Oost en de Federatieve Vereniging van Huisartsendienstenstructuren in Oost-Nederland. De Stichting heeft als doel de volksgezondheid te bevorderen door het leveren van ambulancevervoersdiensten en huisartsenvervoersdiensten. De zes voertuigen van de stichting worden bestuurd door huisartsenchauffeurs die door de afdeling Opleidingen van Ambulance Oost zijn geschoold. Deze voertuigen zijn verdeeld over 4 locaties gestald: Almelo (2 voertuigen), Enschede (2 voertuigen), Hengelo (1 voertuig) en Oldenzaal (1 voertuig).
Evaluatie en advies Het eerste voertuig van het bestaande wagenpark, een Mercedes B-klasse uit 2006, was toe aan de reguliere vervanging. Een mooie aanleiding om een werkgroep te vormen die de opdracht kreeg het bestaande voertuig te evalueren en een advies uit te brengen ten aanzien de mogelijke opvolger.
5
De huidige Mercedes B-klasse voertuigen worden begin 2012 vervangen.
De werkgroep bestond uit een aantal huisartsen, huisartsenchauffeurs, het management van AZMT en de staffunctionaris van het facilitair bureau Ambulance Oost. Het management wilde daarnaast beoordelen of het mogelijk was het totale wagenpark in één keer te vervangen. Doelstelling hierbij was het reduceren van de exploitatiekosten. Hierdoor kunnen de directies van de huisartsenposten een gunstig uurtarief aangeboden krijgen voor de af te nemen diensten en dus concurrerend zijn met andere potentiële aanbieders. De werkgroep heeft diverse merken en uitvoeringen beoordeeld. Uiteindelijk is de keuze gevallen op de Volkswagen Touran in de zogenaamde Comfort-
Tijdens diverse bijeenkomsten van de werkgroep, kwamen een aantal punten naar voren, waarop het nieuwe voertuig hoog zou moeten scoren: • zichtbaarheid en uitstraling (in het kader van veiligheid en herkenbaarheid) • comfortabele en instelbare stoelen voor chauffeur en huisarts, • motorvermogen.
line uitvoering. De motoruitvoering is een 2.0 TDI Blue Motion Technology 103kW/140 pk 6-DSG. De VW Touran heeft zich ook bij andere hulpverleningsdiensten al bewezen. Tevens is gebleken dat het rendabel is om het gehele wagenpark van AZMT te vernieuwen. Dit betekent dat zes nieuwe VW Tourans zijn besteld.
Operationeel in 2012 De voertuigen zijn besteld bij de Bleeker Groep, locatie Hengelo, die ook het onderhoud en de eventuele schadeafhandeling van de voertuigen zal uitvoeren. Alvorens de voertuigen daadwerkelijk worden ingezet, zullen alle chauffeurs een instructie krijgen over de belangrijkste voertuigtechnische aspecten. In januari 2012 wordt gestart met de opbouw van de voertuigen, naar de wensen en eisen van AZMT. Hierbij is het Programma van Eisen vastgelegd in een werkdocument. Kort na het ombouwen zullen de voertuigen operationeel zijn en worden ingezet voor alle vervoersdiensten van AZMT. n 112 NETWERK | dEcEmbER 2011
Patiëntenzorg
Project Lekenhulpverlening s Netwerk van opgeleide vrijwilligers bedient AED’s Door Kitty Muntenaar, Ambulance Oost
Ambulance Oost voert sinds 2007 het project ‘Lekenhulpverlening’ uit. In dit project wordt gebouwd aan een netwerk van vrijwilligers en AED’s. Dit netwerk kan bij een melding van een (mogelijke) circulatiestilstand worden ingezet om de reanimatie zo snel mogelijk op gang te brengen. Het projectplan wordt gesubsidieerd door de Provincie Overijssel en Menzis Zorgverzekeraar.
6
n de eerste fase van 2007 tot en met 2009 is gewerkt aan de opbouw van het vrijwilligersnetwerk. Deze opbouw bestond uit het voorlichten, werven en opleiden van vrijwilligers. Deze vrijwilligers zijn allemaal burgers die bereid zijn zich in te zetten bij reanimaties. Tevens moest er een alarmeringssysteem worden ontwikkeld dat in staat was om de vrijwilligers op de juiste wijze en op het juiste moment te waarschuwen. In deze periode is ook de basis gelegd voor talloze lokale werkgroepen. Deze werkgroepen, vaak opgericht per buurt of dorpskern, hebben zich bezig gehouden met het maatwerk ter plaatse: iedere buurt of ieder dorp is weer net even anders. Naast het opleiden van nieuwe vrijwilligers, is ook met succes een beroep gedaan op burgers die al eerder en elders een reanimatie/AED-
training hadden gevolgd, Het resultaat van de eerste fase was een goed werkend alarmeringssysteem (AED-Alert). Eind 2009 bestond het netwerk uit 4700 beschikbare vrijwilligers en 400 beschikbare AED’s voor het hele werkgebied van Ambulance Oost (heel Twente). Gedurende die eerste fase bleek wel dat er nog wel wat ‘witte vlekken’ bleven bestaan. Dit zijn gebieden waar nog geen vrijwilligersnetwerk beschikbaar was. Met name het stedelijk gebied bleef achter. Dat was ook goed verklaarbaar: de eerste fase van het project richtte zich vooral op het platteland van Twente.
2010-2012 Vanwege de ‘witte vlekken’ is voor de tweede fase gekozen om van het stedelijk gebied een speerpunt te maken.
Ook daar moesten activiteiten op gang komen. Het streven is om eind 2012 ruim 8000 vrijwilligers beschikbaar te hebben, waarbij ook een goede dekking van het stedelijk gebied is bereikt. Omdat een dergelijk project in het stedelijk gebied een andere aanpak vraagt, is hierbij de hulp van de gemeenten hard nodig. Het was niet eenvoudig om dit overleg op gang te brengen, maar we zien nu ook de grotere gemeenten beleid maken op het gebied van lekenhulpverlening. Momenteel zijn er 6700 vrijwilligers en 700 AED’s beschikbaar en dit aantal groeit dagelijks.
Altijd reanimeren? De ontwikkeling van reanimatienetwerken heeft mede bijgedragen aan 112 NETWERK | dEcEmbER 2011
Patiëntenzorg
g succesvol in Twente
7
een discussie in de landelijke pers: ‘Moet ieder slachtoffer gereanimeerd worden?’ Indien er bij een reanimatie een melding bij alarmnummer 112 wordt gedaan, moet op adequate wijze gereageerd worden. Bij reanimaties worden altijd twee ambulances gestuurd én worden sinds een paar jaar ook burgers (en politie) ingeschakeld. Op dat moment is er geen gelegenheid meer om eerst na te denken óf het slachtoffer eigenlijk wel gereanimeerd moet worden. Aangenomen mag worden dat het slachtoffer daar vooraf al duidelijk over heeft nagedacht en dat familie, naasten en in geval van verpleeghuispatiënten, ook de zorginstelling, de wens van het slachtoffer kennen en deze wens uiten. n
Oproep Omdat er steeds meer vrijwilligers nodig zijn voor een goede dekking van het reanimatienetwerk, wordt iedereen die een geldige reanimatie/AED-certificaat heeft opgeroepen zich aan te melden voor het alarmeringssysteem. Zie hiervoor de website www.lekenhulpverlening.nl
Tegenwoordig worden veel vrijwilligers via hun mobiele telefoon gealarmeerd wanneer hulp noodzakelijk is.
CoVerinterVieW
Ambulance Oost koppelt EDAZ en Corpuls 3 monitor Ziekenhuizen ontvangen medische gegevens met één druk op de knop Door Annemarie Smidt
Sinds eind 2010 werkt Ambulance Oost met het Elektronische Dossier AmbulanceZorg, afgekort EDAZ. Met behulp van dit digitale ritformulier kunnen ambulancechauffeurs en -verpleegkundigen NAW8
gegevens van een patiënt eenvoudig vastleggen en communiceren naar de ziekenhuizen. Vanaf december 2011 wordt EDAZ bovendien gekoppeld aan de nieuwe Corpuls 3 hartmonitor.
e koppeling tussen de twee systemen zorgt ervoor dat ambulancepersoneel ook medische gegevens, zoals bloeddruk of hartfilmpjes, met één druk op de knop naar het ziekenhuis kan versturen. Het ziekenhuis kan zich zo nog beter voorbereiden op de komst van de patiënt, wat de kwaliteit van de benodigde zorg ten goede komt. Albert van Eldik, regionaal opleidingscoördinator, Martin Bartelink, staffunctionaris facilitair bureau en een zestal kerninstructeurs van Ambulance Oost zijn nauw betrokken bij de implementatie van de koppeling van EDAZ en de Corpuls-monitor. Bartelink vertelt: ‘Al onze ambulances werken met EDAZ. Door de koppeling met de Corpulsmonitor worden ook medische gegevens doorgesluisd naar ziekenhuizen. Dit geeft een veel completer patiëntenbestand, waar naast de NAW-gegevens, ook de metingen die de ambulanceverpleegkundige heeft gedaan zichtbaar zijn.’ 112 NETWERK | dEcEmbER 2011
E-learning Om de nieuwe manier van werken in te voeren, zijn alle ambulanceverpleegkundigen en -chauffeurs geschoold. Van Eldik is vanuit zijn functie nauw bij deze scholing betrokken. ‘We werken met zo’n 180 verpleegkundigen en chauffeurs. Deze moeten allemaal geschoold worden in de bediening van het apparaat. De koppeling wordt meestal tot stand gebracht door de verpleegkundigen, maar alle medewerkers moet ermee kunnen werken.’ Door middel van een uitgebreide e-learning module zijn de medewerkers getraind in het werken met de monitor. Het eerste gedeelte van de module is theoretisch: hoe wordt de koppeling met EDAZ tot stand gebracht en welke knoppen moeten bediend worden? Als afsluiting van het theoretische gedeelte wordt een toets afgenomen. Deze moeten alle medewerkers positief
afronden. Het tweede gedeelte is een online simulatie, waarbij de toepassing van de monitor geoefend kan worden. Van Eldik benadrukt dat het leerproces niet alleen om het bedienen van de monitor draait. ‘Patiëntenzorg is uiteraard onze eerste prioriteit. Maar voor de ketenzorg is het van belang dat de knop ‘gegevens verzenden’ wordt ingedrukt. Voor medewerkers betekent het werken met de koppeling misschien een paar extra handelingen, maar het belangrijkste is dat vervolgtraject wat betreft zorg waar de patiënt recht op heeft. We benadrukken dus steeds dat het gaat om dat stukje extra dat wij onze patiënten door middel van EDAZ en Corpuls kunnen bieden.’
Kerninstructeurs Naast de e-learning module zijn er acht instructiemomenten voor het personeel, die worden gegeven door de leveran-
CoVerinterVieW
Het bijzondere aan de Corpuls 3 monitor is dat deze los te koppelen is van het patiëntensysteem. Vooral bij ongevallen op straat is het soms handig dat de monitor niet altijd vastzit aan een patiënt. De gegevensoverdracht is draadloos en de nieuwe monitor is minder zwaar dan zijn voorganger.
9
cier van Corpuls. Ook heeft Ambulance Oost zes kerninstructeurs aangewezen, één per hoofdlocatie van de organisatie. Deze kerninstructeurs kunnen vragen van collega’s direct beantwoorden en bijspringen in de eerste weken na de invoering van de nieuwe Corpulsmonitoren. Bartelink ziet de invoering met vertrouwen tegemoet. ‘Op alle hoofdlocaties hebben we een nieuwe monitor, exact dezelfde die in de auto’s worden gebruikt. Hierop kunnen medewerkers oefenen en vertrouwd raken met het apparaat. In combinatie met de trainingen, aanwezigheid en hulp van de kerninstructeurs kunnen alle betrokken medewerkers dus oefenen, spelen en vragen stellen. Je kunt wel stellen dat we er alles aan gedaan hebben om onze mensen met het systeem bekend te maken. Onze professionals gaan er nu voor zorgen dat wij patiënten nog betere ketenzorg kunnen bieden.’ n
‘Belangrijk om op de hoogte te zijn van nieuwe ontwikkelingen’ Vincent van Heck is ambulancechauffeur bij Ambulance Oost en kerninstructeur voor het werken met de nieuwe Corpuls-monitoren. ‘Toen ik werd benaderd om instructeur te worden, was ik direct enthousiast. Ik vind het belangrijk om op de hoogte te zijn van nieuwe ontwikkelingen in het werkveld. Het werken met de nieuwe monitor wordt goed opgepakt door de collega’s. Het apparaat is ook zeer gebruiksvriendelijk. En als ik merk dat collega’s toch moeite hebben met bepaalde handelingen, is dat niet erg. Samen tackelen we het probleem.’
112 NETWERK | dEcEmbER 2011
grootSCHalige zorg
Netcentrisch werken voor de opgeschaalde gezondheidszorg Verbeterde en versnelde beeldvorming in geval van calamiteit Door Joost Hofhuis, Acute Zorg Euregio
Veiligheids regio
HAP ICo
GGD
GHOR ICo
ICo
Gedeeld Geneeskundig Beeld ICo
ZKHn
ICo
GGZ
ICo
10
RAV
Begin 2011 zijn de Regionaal Overleg Acute Zorgketen (ROAZ) regio’s Zwolle en Euregio gestart met een nieuw project. Het project moet resulteren in de brede invoering van een nieuwe werkwijze voor alle betrokken partijen: netcentrisch werken. Deze werkwijze moet de beeldvorming van een calamiteit verbeteren en versnellen.
e netcentrische werkwijze wordt al breed ingevoerd bij alle veiligheidsregio’s en gebruikt op het moment dat wordt opgeschaald. Resultaat: een forse verbetering en versnelling van de beeldvorming van een calamiteit. De huidige informatie-overdracht tussen GHOR, ziekenhuizen, RAV en GGD bij calamiteiten, waarbij veel telefoon- en e-mailverkeer plaatsvindt, is duidelijk voor verbetering vatbaar. De maatschappelijke vraag om snelle en gevalideerde informatie over slachtoffers, wordt bovendien gevoed door Twitter, Nu.nl en 112 NETWERK | dEcEmbER 2011
andere nieuwskanalen. Hierop verschijnt immers constant veel actuele informatie.
Wat houdt netcentrisch werken in? Voorheen waren hulpdiensten en andere betrokken partijen gemiddeld 80% van de tijd kwijt aan beeldvorming (het ‘wie-wat-waar-hoe’). Hierdoor kwamen besluiten te laat tot stand en waren ze per definitie gedateerd. Met netcentrisch werken wordt met name de beeldvorming voor alle betrokken partijen van de opgeschaalde zorg verbeterd. Zodoende blijft er meer tijd over voor oordeels- en besluitvorming. Dit kan doordat alle betrokken partijen relevante informatie publiceren in een Gedeeld Geneeskundig Beeld (GGB). Dat klinkt simpel, maar in de praktijk moeten betrokkenen van te voren goed overleggen wie voor welke informatie verantwoordelijk is en hoe die informatie ten goede komt aan de besluitvorming.
Nulmeting In de ROAZ regio’s Zwolle en Euregio is tijdens de eerste fase van het project een nulmeting uitgevoerd. Hierbij zijn
bestaande knelpunten geïnventariseerd en enthousiasme en draagvlak zijn gecreëerd voor de nieuwe, netcentrische werkwijze. Vervolgens zijn processen en de organisatie van het netcentrisch werken beschreven. Bij positieve besluitvorming start het OTO-proces om de organisatie klaar te stomen voor de nieuwe werkwijze medio 2012.
Verwachtingen De primaire verwachting is dat het beeld van slachtoffers, aard van de ramp, soort aandoening en aanbod van patiënten snel en glashelder voor alle convenantpartijen in het GGB staat. De partijen weten dan van elkaar waar de knelpunten zitten en kunnen anticiperen in plaats van achter de feiten aan te lopen. Tegelijk kan de Algemeen Commandant Geneeskundige Zorg een betrouwbaar en actueel slachtofferbeeld aan het Regionaal Operationeel Team presenteren. Tenslotte kan de maatschappij snel en betrouwbaar worden geïnformeerd. De ROAZ regio’s Euregio en Zwolle zijn hier erg enthousiast over en delen graag hun ervaringen met anderen. n
oVer De grenS
MST gecertificeerd door Duits traumanetwerk Toekenning bevordert samenwerking in Euregio gebied Door Rolf Egberink, Acute Zorg Euregio
11 Paul Bertelink (midden) ontving het certificaat uit handen van Prof. Johannes Sturm (links) en Annette Künzel (rechts).
In september 2011 werden 25 geauditeerde klinieken van Traumanetzwerk Nordwest, waaronder het Medisch Spectrum Twente, officieel gecertificeerd. De aansluiting bij het Duitse traumanetwerk bevordert de samenwerking tussen verschillende zorgverleners in het Euregio gebied.
oor de samenwerking kan traumazorg geoptimaliseerd worden en op langere termijn kan een grensoverschrijdend netwerk voor acute zorg gerealiseerd worden. Sinds jaren bestaat er al grensoverschrijdende samenwerking tussen MST en het academisch ziekenhuis in Münster op het gebied van de zorg voor ernstige ongevalpatiënten. Om deze samenwerking te waarborgen is MST in 2010 door DIOcert geauditeerd. DIOcert is een onafhankelijke Duitse certificeringorganisatie die in opdracht van de Deutsche Gesellschaft für Unfallchirugie (DGU) ziekenhuizen toetst of zij voldoen aan de Duitse stan-
daarden voor traumazorg. Op 10 juni 2010 ontving Marianne Lensink, lid Raad van Bestuur van MST, tijdens het symposium Trends in Trauma een verklaring van een succesvolle audit. Vanaf dat moment is MST als eerste en enige Nederlands traumacentrum aangesloten bij het Traumanetzwerk NordWest, een samenwerkingsverband van meer dan 45 ziekenhuizen uit Nordrhein-Westfalen en Niedersachsen.
Uitreiking Op 7 september 2011 werd Traumanetzwerk NordWest officieel gecertificeerd in Münster. Dit gebeurde in aanwezigheid van NRW Gesundheitsministerin Barbara Steffens. Tevens ontvingen 25 van de 45 geauditeerde klinieken binnen het netwerk op deze dag de certificering. Paul Bertelink, traumachirurg in MST en medisch coördinator Acute Zorg Euregio, ontving het certificaat uit handen van Prof. Johannes Sturm,
voorzitter van de DGU en mevrouw Annette Künzel, directrice van DIOcert. Met de aansluiting van MST zijn de Nederlandse en Duitse traumaregio’s hecht met elkaar verbonden.
Grensoverschrijdend netwerk De komende jaren zal de samenwerking verder geïntensiveerd worden om de traumazorg te verbeteren en uiteindelijk één grensoverschrijdend netwerk voor acute zorg te realiseren. Voor patiënten in het Euregio gebied betekent dit dat zij kunnen rekenen op de beste Nederlandse of Duitse acute zorg, ongeacht hun nationaliteit of waar zij zich ten tijde van een ongeval of aandoening bevinden. De komende weken zullen de teamhoofden/medisch coördinatoren van de betrokken afdelingen/maatschappen een kopie van het officiële certificaat uitgereikt krijgen. Daarnaast is er een logo met het afgegeven certificeringnummer beschikbaar voor MST, dat gebruikt kan worden op de website en op documenten. n 112 NETWERK | dEcEmbER 2011
innoVatie
Vernieuwde onderzoeksmethode ‘T Meer ruimte voor ondersteuning aandachtskinderen Door Irma Huiskes en Leonie Jellema, Regio Twente
De Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van GGD Twente is dit schooljaar gestart met een vernieuwde onderzoeksmethode voor preventieve gezondheidsonderzoeken. De methodiek is ingevoerd op alle basisscholen in Twente. De vernieuwde methode biedt nog steeds elk kind een onderzoek aan maar creëert daarnaast meer ruimte voor zorg op maat.
12
ondersteuning van aandachtskinderen’, legt Josephine van Meijel, hoofd JGZ GGD Twente uit.
Wat gaat er gebeuren?
Alle basisschoolleerlingen wordt onderzoek aangeboden door de vernieuwde methode.
e aftrap van de methodiek voor heel Twente is feestelijk gevierd op basisschool De Schothorst in Hengelo. Samen met schoolkinderen, leraren, wethouder Lievers van de gemeente Hengelo en medewerkers van de JGZ GGD Twente is de vernieuwde onderzoeksmethodiek gestart. Gezond opgroeien en een goede ontwikkeling zijn belangrijk voor het groot worden van jonge kinderen. De JGZ van GGD Twente wil ouders hier graag bij helpen. In de basisschoolperiode voert de JGZ twee 112 NETWERK | dEcEmbER 2011
keer een preventief gezondheidsonderzoek uit, in groep 2 en 7. ‘De taak van JGZ is preventieve gezondheidsonderzoeken uit te voeren die als doel hebben de lichamelijke, geestelijke, cognitieve en psychosociale ontwikkeling van jeugdigen te bevorderen. De laatste jaren is, ook landelijk, een toename waar te nemen van kinderen die extra aandacht nodig hebben. Wij willen hier op aansluiten. Daarom kiezen wij voor een vernieuwde onderzoeksmethode, die ook ruimte biedt voor een goede
Het gezondheidsonderzoek Triage is een korte check en duurt ongeveer 15 minuten. Tijdens de check worden gezichtsvermogen, gehoor, lengte en gewicht gecontroleerd. Ouders worden gevraagd twee vragenlijsten in te vullen. Ook de school van het kind ontvangt een vragenlijst. Samen met de ingevulde lijsten geeft de check een goed beeld. Na afloop krijgt het kind een formulier met de bevindingen mee naar huis. Het onderzoek vindt plaats in de vertrouwde omgeving van de kinderen, op school, zonder aanwezigheid van ouders. De check wordt uitgevoerd door een doktersassistente van de JGZ. ‘Voor het vertrouwen van de kinderen is het belangrijk dat zij de assistente al kennen voor het onderzoek. Ik vind het
innoVatie
e ‘Triage’ Twentse basisscholen daarom prettig dat de assistente zich eerst voorstelt aan de groep’, vertelt Wendy Steenbeeke, locatieleider basisschool De Schothorst in Hengelo.
Voordelen nieuw traject Soms is er naar aanleiding van de check wat meer tijd en aandacht nodig voor een kind. Dan wordt het kind, samen met een ouder, uitgenodigd voor een aanvullend onderzoek op het spreekuur van de arts of verpleegkundige van de JGZ. ‘Ik ben blij met deze nieuwe methode. Het kind en de ontwikkeling van het kind staan centraal’, vertelt Erik Lievers, wethouder Onderwijs van de gemeente Hengelo. ‘Alle kinderen blijven goed in beeld. Maar kinderen die aandacht nodig hebben, komen ook duidelijk en goed in beeld. Een kind kan snel doorverwezen en geholpen worden. Ik vind dat een goede ontwikkeling.’ n Voor meer informatie kan contact worden opgenomen met de afdeling Jeugdgezondheidszorg van GGD Twente, telefoonnummer 053-487 69 51. Erik Lievers (links, gemeente Hengelo), verzorgt de feestelijke kick-off met Josephine van Meijel (midden, JGZ GGD Twente) en Wendy Steenbeeke (rechts, De Schothorst).
112 NETWERK | dEcEmbER 2011
13
aCHtergronD
Realistisch oefenen met ambulancepersoneel Bedrijfshulpverleners ForFarmers houden kennis op niveau Door Kitty Muntenaar, Ambulance Oost ism ForFarmers
14
De bedrijfhulpverleners van ForFarmers (locaties Delden, Almelo en Deventer) hebben eind juni in samenwerking met Ambulance Oost een aantal ongevallen op bedrijfsniveau nagespeeld. Dit in het kader van realistisch oefenen.
mbulance Oost geeft jaarlijks trainingen aan bedrijven, met als doel om elkaar te trainen en van elkaar te leren. Hierbij worden bedrijfsspecifieke situaties nagebootst, die voor ieder bedrijf verschillen. Op de oefendagen bij 112 NETWERK | dEcEmbER 2011
Forfarmers zijn verschillende casussen nagespeeld, waaronder: • • • •
Een ongeval in de werkplaats; een val van de vrachtwagen; een ongeval met een heftruck; een val in het ruim van een schip.
De casussen zijn gemaakt door Vincent van Heck en Patrick Jansen van Ambulance Oost, samen met ForFarmers. Tijdens de training hebben zowel de bedrijfshulpverleners van ForFarmers als een ambulancekoppel, laten zien hoe zij situaties zouden aanpakken. Na iedere oefening is geëvalueerd hoe de oefening verliep. Het niveau van be-
drijfshulpverlening bij ForFarmers ligt hoog. Vincent van Heck en Patrick Jansen hebben wel feedback gegeven en enige verbeterpunten en tips genoemd.
Communicatie en samenwerking Deze manier van oefenen wordt als zeer prettig ervaren. De bedrijfshulpverleners hebben veel geleerd. Ze zijn geïnformeerd over het doen van een correcte melding van een ongeval, het verlenen van de eerste hulp en bijbehorende communicatie en samenwerking met het personeel van de ambulancedienst. Het realistisch oefenen is een belangrijk middel om de kennis van de bedrijfshulpverlening op niveau te houden. n
Het volgende
Ambutip: de nieuwe toepassing van Ambuweb Laagdrempelige mogelijkheid voor meldingen en tips Door Kitty Muntenaar, Ambulance Oost
magazine van
net werk verschijnt in maart 2012 Rectificatie: verkeerde auteur. In de septembereditie van 112 Netwerk staan helaas de verkeerde auteurs vermeld bij het artikel ‘ETS-trainingen in Acute Zorg Euregio’. Dit moeten Lia Simon ism Annelies Roording, ZIROP coördinator ZGT zijn.
Colofon 112 Netwerk is een uitgave van Acute Zorg Euregio, Ambulance Oost en GHOR Twente.
Ambulance Oost kent al jaren het gemak van Ambuweb, de intranetomgeving waarop medewerkers hun rooster raadplegen, checklists invullen en actualiteiten binnen de organisatie volgen. Sinds september 2011 is daar een nieuwe toepassing aan toegevoegd: Ambutip. Een applicatie waarmee op een laagdrempelige manier meldingen en tips kunnen worden gegeven. De eerste 20 reacties zijn al binnen.
et systeem is eenvoudig van opzet, gemakkelijk te vinden en biedt de mogelijkheid om suggesties voor verbetering door te geven en meldingen van uiteenlopende aard te doen. Er zijn acht soorten reacties mogelijk: van verbetervoorstellen en navigatietips tot incidentmeldingen en klachten. Meldingen die binnenkomen worden direct toegewezen aan een verantwoordelijke. Vervolgens kan de melder de stand van zaken volgen over het verloop van het bericht.
Goede tips De kracht zit hem in de eenvoud. Er is bewust voor gekozen om laagdrempelig meldingen te kunnen doen, eventueel zelfs anoniem. Goede tips ontstaan vaak als reactie op een situatie waarbij niet alles naar wens is verlopen. De professionele medewerker heeft vaak goede verbeteringen in gedachten, maar
het is van belang dat die corrigerende maatregelen in de organisatie terechtkomen. Op die manier kunnen collega’s daar ook de vruchten van plukken. Het systeem voorziet ook in de mogelijkheid om bepaalde registraties te doen, zoals meldingen van agressie tijdens hulpverleningen en signalen van kindermishandeling of huiselijk geweld. De formulering van die voorvallen is vastgesteld volgens de landelijke standaard en daarom is vergelijking met andere ambulanceorganisaties mogelijk. Ambutip maakt onderdeel uit van het thema Patiëntveiligheid van Ambulance Oost. Binnen de sector is het afgelopen jaar gewerkt aan diverse maatregelen om het zorgsysteem rondom de patiënt te verbeteren. Overal zijn risico’s, het is alleen de kunst om ze tijdig te signaleren en te minimaliseren. Ambutip kan dus gezien worden als het nieuwe interne verbetersysteem. n
Dit magazine verschijnt vier keer per jaar en bericht over ontwikkelingen rondom acute zorg in Twente en Oost-Achterhoek. Redactie Kitty Muntenaar
[email protected] Lia Simon
[email protected] Irma Huiskes
[email protected] Annemarie Smidt
[email protected] Coverfoto Harry Klunder Bladformule, vormgeving, eindredactie en drukwerk
GEEN BLAD VOORDE MOND MAKERS VAN MAGAZINES
Geen Blad voor de Mond B.V. Lasondersingel 149-151 7514 BR Enschede tel. 053 460 9002 www.geenbladvoordemond.nl Geen Blad voor de Mond is aangesloten bij:
ISSN 2211-8225
112 NETWERK | dEcEmbER 2011
15
Bezoek ons ook online
Acute Zorg Euregio
GHOR Twente
Ambulance Oost
Postbus 50000
Postbus 1400
Postbus 784
7500 KA Enschede
7500 BK Enschede
7550 AT Hengelo
Tel. 053 487 20 97
Tel. 053 487 65 70
Tel. 074 256 22 22
[email protected]
[email protected]
[email protected]
www.acutezorgeuregio.nl
www.ghortwente.nl
www.ambulanceoost.nl