Starters ING Economisch Bureau
Minder startende ondernemers in 2012 Aantal starters loopt in alle provincies terug
Dit jaar zijn er tot en met september circa 95.000 mensen een onderneming gestart, ruim 4% minder dan in dezelfde periode vorig jaar. Door het gebrek aan vertrouwen wordt ook voor de rest van dit jaar een krimp verwacht op de startersmarkt. De regionale verschillen blijven groot. Zo trekt de Randstad circa 55% van alle starters aan.
Figuur 1 Ontwikkeling economie en startersmarkt, 2005 – 2012
Minder starters in 2012 De stagnatie op de startersmarkt hield in de eerste drie kwartalen van 2012 zoals verwacht aan. Iets meer dan 95.000 mensen hebben in deze periode een onderneming opgericht. Dat is ruim 4% minder dan in dezelfde periode vorig jaar. Het aantal bedrijfsoprichtingen is vanaf de tweede helft van 2011 zeer waarschijnlijk teruggelopen als gevolg van een gebrek aan vertrouwen in de economie. In 2009 weerspiegelde dit gebrek aan vertrouwen zich ook in een terugval van het aantal startende ondernemers (figuur 1). Voor mensen in loondienst en toetreders tot de arbeidsmarkt, zoals studenten, huisvrouwen en –mannen, is de stap naar het ondernemerschap minder aantrekkelijk als het economisch minder voor de wind gaat. Uiteraard zijn er ook mensen die uit noodzaak, zoals (dreigende) werkloosheid, een bedrijf oprichten. Deze groep is doorgaans kleiner dan de groep mensen dat het oprichten van een bedrijf als kans aangrijpt.1 Stagnatie houdt dit en volgend jaar aan Doordat de economische omstandigheden in 2012 en 2013 naar verwachting niet verbeteren, zal de stagnatie op de startersmarkt de komende tijd waarschijnlijk aanhouden. Wel kan, als gevolg van de toenemende werkloosheid, het aantal starters dat uit noodzaak een bedrijf opricht groeien. Al met al zal het aantal mensen dat een bedrijf start in 2012 naar verwachting uitkomen op een totaal van circa 120.000, ruim 4% minder dan in 2011. Voor 2013 wordt ten opzichte van dit jaar stabilisatie verwacht op de startersmarkt Startersratio’s lopen overal terug De startersratio, het aantal startende ondernemers als percentage van de potentiële beroepsbevolking (alle inwoners tussen 15 en 65 jaar), verschilt sterk per regio.
Zie: EIM, Zelfbewust een zelfstandige positie (2011) en EIM, Van baan naar eigen baas (2009).
1
Figuur 2 Aantal starters per regio in 2012 (Q1-Q3)*
Bron: KvK en CBS; * Aantal starters afgerond op honderdtallen. Kleur indiceert regionale startersratio: aantal starters als aandeel op de potentiële beroepsbevolking (alle 15 tot 65 jarigen)
Zo kent de Randstad een relatief hoge startersratio en ligt dit in andere gebieden een stuk lager (zie figuur 2). Doordat het aantal startende ondernemers overal is teruggelopen zijn deze startersratio in de verschillende provincies gedaald in vergelijking met vorig jaar. In de eerste drie kwartalen in 2011 begonnen op alle 10.000 mensen meer dan 90 mensen een bedrijf. Deze startersratio is in dezelfde periode dit jaar tot 86 teruggelopen. Regio Amsterdam kent hoogste startersaandeel Wanneer dieper wordt ingezoomd op de verschillende provincies, wordt duidelijk dat nagenoeg alle gebieden met een hoger dan gemiddeld startersaandeel in de Randstad liggen (tabel 1). De regio Groot-Amsterdam voert de lijst aan. In de eerste drie kwartalen van 2012 startten circa 12.000 mensen een bedrijf, oftewel 131 starters op iedere 10.000 inwoners (tussen 15 en 65 jaar). Andere gebieden met een relatief hoog startersaandeel zijn: Den- Haag, Gooi en Vechtstreek, Haarlem en Flevoland.
Starters november 2012 2
Nieuw in de top tien is West-Brabant. Ruim 3.500 mensen hebben er een bedrijf opgericht. Vooral starten in de detailhandel is populair in de regio.
Tabel 1 Top 10 Startersregio 2012 (Q1 – Q3) Regio 1. Groot-Amsterdam 2. Agglomeratie ’s-Gravenhage 2. Gooi en Vechtstreek 4. Agglomeratie Haarlem 5. Flevoland 6. Utrecht 7. Groot-Rijnmond 8. Arnhem/ Nijmegen 9. Zaanstreek 10. West-Brabant
Startersratio* 131 115 113 107 106 100 89 87 86 85
Aantal starters 11.700 6.300 1.800 1.500 2.900 8.300 8.500 4.200 900 3.500
*Aantal starters per 10.000 mensen behorend tot de potentiële beroepsbevolking (alle 15 tot 65 jarigen). Bron: KvK, bewerking ING Economisch Bureau
Figuur 3 Aandeel 25-45 jarigen en aantal starters per provincie
Combinatie van factoren verklaart regionale verschillen De grote regionale verschillen worden verklaard door een combinatie van factoren, zoals: de leeftijdsopbouw, de omvang van de zakelijke dienstverlening en de bevolkingsdichtheid in een regio. Jonge provincies veel starters, maar 45+ starter komt op Een belangrijke verklaring voor de verschillen tussen de regio’s is de leeftijdsopbouw binnen de gebieden. In de provincies met een hoog startersaandeel is het aantal 25 tot 45-jarigen oververtegenwoordigd (figuur 3). Uit onderzoek van de Kamer van Koophandel is gebleken dat mensen in deze leeftijdsklasse relatief vaak een eigen onderneming beginnen.2 Zo wachten studenten over het algemeen met het starten van een bedrijf totdat hun studie is afgerond en zijn mensen rond en boven de pensioengerechtigde leeftijd minder geneigd een bedrijf op te richten. Het is één van de redenen waardoor provincies waar de gemiddelde leeftijd hoog ligt, zoals Limburg en Zeeland, minder starters voortbrengen. Doordat 45-plussers in toenemende mate een bedrijf oprichten, is er op dit punt echter verandering te verwachten. Terwijl in 2005 slechts 22% van de startende ondernemers binnen deze leeftijdscategorie viel, is dit de laatste jaren tot circa 30% toegenomen. De ervaring die in loondienst is opgedaan wordt meer en meer in een eigen onderneming te gelde gemaakt. Hoge bevolkingsdichtheid stimuleert starters Daarnaast bestaat er een verband tussen het startersaandeel en de bevolkingsdichtheid in een regio. Dichtbevolkte gebieden, zoals de regio Den-Haag, Amsterdam en Kamer van Koophandel, Starterprofiel (2005-2010). Starters november 2012 3 2
Haarlem, hebben doorgaans een hoge startersratio (zie figuur 4). Dit kan verklaard worden door verschillende factoren, zoals:
De omvangrijke afzet- en werknemersmarkt van steden biedt kansen voor nieuw ondernemerschap. Potentiële afnemers en personeelsleden wonen in de buurt.
Dichtbevolkte gebieden hebben over het algemeen een hoge bedrijfsdichtheid.3 Dit creëert business to business mogelijkheden en dus ook kansen voor beginnende ondernemers. Bestaande bedrijven kunnen bovendien evenals (en in samenwerking met) de aanwezige kenniscentra, zoals hogescholen en universiteiten, spin-offs voortbrengen.
Zakelijke dienstverlening trekt starters aan Ondernemers beginnen gemakkelijk een bedrijf in de zakelijke dienstverlening. Regio’s met een groot aandeel in de zakelijke dienstverlening trekken doorgaans veel starters aan die in deze sector werkzaam zijn. Dit is één van de redenen dat de startersratio in deze regio’s relatief hoog is. Het relatief grote aantal starters in de zakelijke dienstverlening wordt vooral verklaard door de geringe toetredingsdrempel. De benodigde investeringen, vergunningen en kennis om een bedrijf op te richten zijn betrekkelijk laag in de sector. Daarnaast speelt de relatief hoge penetratiegraad van zzp’ers (zelfstandigen zonder personeel), die ruim 90% van het totaal aantal starters vertegenwoordigen, een belangrijke rol.
3
CPB, The Netherlands of 2040 (2010).
Figuur 4 Bevolkingsdichtheid en aantal starters per regio
Dataverantwoording De in dit rapport gebruikte gegevens over de startersmarkt zijn afkomstig uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel.
Starters november 2012 4
Meer weten? Kijk op ING.nl/zakelijk Of bel met Stef Bais, Econoom 020 56 47 247
Disclaimer De informatie in dit rapport geeft de persoonlijke mening weer van de analist(en) en geen enkel deel van de beloning van de analist(en) was, is, of zal direct of indirect gerelateerd zijn aan het opnemen van specifieke aanbevelingen of meningen in dit rapport. De analisten die aan deze publicatie hebben bijgedragen voldoen allen aan de vereisten zoals gesteld door hun nationale toezichthouders aan de uitoefening van hun vak. Deze publicatie is opgesteld namens ING Bank N.V., gevestigd te Amsterdam en slechts bedoeld ter informatie van haar cliënten. ING Bank N.V. is onderdeel van ING Groep N.V. Deze publicatie is geen beleggingsaanbeveling noch een aanbieding of uitnodiging tot koop of verkoop van enig financieel instrument. ING Bank N.V. betrekt haar informatie van betrouwbaar geachte bronnen en heeft alle mogelijk zorg betracht om er voor te zorgen dat ten tijde van de publicatie de informatie waarop zij haar visie in dit rapport heeft gebaseerd niet onjuist of misleidend is. ING Bank N.V. geeft geen garantie dat de door haar gebruikte informatie accuraat of compleet is. De informatie in dit rapport kan gewijzigd worden zonder enige vorm van aankondiging. ING Bank N.V. noch één of meer van haar directeuren of werknemers aanvaardt enige aansprakelijkheid voor enig direct of indirect verlies of schade voortkomend uit het gebruik van (de inhoud van) deze publicatie alsmede voor druk- en zetfouten in deze publicatie. Auteursrecht en rechten ter bescherming van gegevensbestanden zijn van toepassing op deze publicatie. Overneming van gegevens uit deze publicatie is toegestaan, mits de bron wordt vermeld. In Nederland is ING Bank N.V. geregistreerd bij en staat onder toezicht van De Nederlandsche Bank en de Autoriteit Financiële Markten.
De tekst is afgesloten op 20 november 2012.