Mee op reis Handleiding
Een reis op weg naar bewustwording. Geschreven en getekend door Ilona Verschuren
Mee op reis Inhoud Handleiding Inleiding Werkwijze Reistips Op reis (voorbereiding) Doelen Achtergrondinformatie Oefeningen Benodigdheden Stap Aan boord (wie ben ik?, wat kan ik?) Doelen Achtergrondinformatie Oefeningen Benodigdheden Diereneiland (invloed van lichaamstaal) Doelen Achtergrondinformatie Oefeningen Benodigdheden Luilekkerland (contact maken) Doelen Achtergrondinformatie Oefeningen Benodigdheden De grens bereikt (omgaan met grenzen) Doelen Achtergrondinformatie Oefeningen Benodigdheden Niets te doen eiland (rust en ontspanning) Doelen Achtergrondinformatie Oefeningen Benodigdheden Weer thuis (afsluiting)
4 5 6 7
10
13
17
20
22
26
Bijlagen Waar kun je je bewust van worden Wat maakt het zo handig om signalen van je lichaam te herkennen Kwaliteiten Dieren en hun uitstraling Stappen in het maken van contact Manieren van reageren
3
Inleiding
“Mee op reis” richt zich op het vergroten van het van zichzelf bewust zijn van kinderen in de leeftijd van 6 tot 8 jaar. Het kind wordt zich bewust van zijn eigen gevoel en van signalen van zijn eigen lichaam. Dit maakt het voor het kind mogelijk om invloed te krijgen op zichzelf, zijn eigen handelen en zijn manier van reageren. De persoonlijke bewustwording heeft ook een positief effect op het omgaan met emoties, de mate van ontspanning, de concentratie, het omgaan met sociale situaties en het zelfvertrouwen. Deze kinderen zullen zich daardoor prettiger voelen en sterker in hun schoenen gaan staan. Het werken met dit boek geeft ook een goede basis voor andere trainingen/methodes die zich richten op het aanleren van sociale vaardigheden, leren omgaan met emoties, overwinnen van angst en overige trainingen gericht op persoonlijke groei. Aan de hand van een verhaal gaat het kind mee op reis. De hoofdpersoon in het verhaal is een jongen. Hij wordt door zijn ouders op reis gestuurd om nieuwe dingen te ontdekken. Elke bijeenkomst komt hij bij een nieuwe bestemming aan, waar het kind zich nieuwe dingen bewust kan worden. Ieder kind leert via een eigen voorkeurssysteem. Het ene kind is meer gericht op zien, een ander op voelen of horen. De opdrachten in de handleiding worden dan ook op diverse manieren aangeboden, door middel van verhalen, creatieve activiteiten en bewegen. Zo kan ieder kind aansluiting vinden bij de opdrachten. “Mee op reis” is bedoeld om als volwassene samen met een kind te doen. Dit kan zijn met een individueel kind, maar het is zeker ook geschikt voor groepen kinderen. Om het geheel leesbaar te houden, is gekozen voor de term “het kind”. U kunt in plaats hiervan natuurlijk ook lezen “uw kind”, “zij of hij”, “de kinderen”, “de leerling”, net wat op uw situatie van toepassing is.
4
Werkwijze
“Mee op reis” bestaat uit een verhalenboek en een handleiding. Het verhalenboek is voor het kind bedoeld en wordt samen met de begeleider gelezen. Per verhaal komt een onderdeel van het bewust worden aanbod. Om alles goed op een kind te kunnen laten inwerken en het kind tijd te geven het geleerde in de praktijk toe te passen, moet per keer zeker niet meer dan één verhaal behandeld worden. Vaak kan het zelfs nodig zijn langere tijd aan één verhaal te besteden. De handleiding is bedoeld voor de begeleider. Over ieder verhaal uit het boek is in de handleiding meer informatie te vinden. Deze informatie is opgebouwd uit doelen, achtergrondinformatie, opdrachten en benodigdheden behorende bij dit hoofdstuk. Het is raadzaam als begeleider eerst de handleiding helemaal door te lezen om overzicht te krijgen van de opbouw van “mee op reis’. Vervolgens is het zinvol om voor het begin aan een nieuw verhaal opnieuw de bijbehorende informatie uit de handleiding door te nemen. Zo is de begeleider zelf goed voorbereid, wat de mogelijkheid geeft het kind goed te begeleiden. Bij tips worden soms boeken, methodes of zaken aangeraden, waar ik zelf positieve ervaringen mee heb. Er zijn ongetwijfeld veel meer mogelijkheden of goed bruikbare aanvullingen te vinden. Gebruik datgene wat het beste bij de begeleider en het kind past.
5
Reistips Hieronder volgen tips (of hieronder volgt een aantal tips) die gedurende de hele reis en nog lang daarna van belang kunnen zijn: -
-
-
-
-
-
-
Bewust worden van jezelf, leer je niet slechts uit een boekje. Je leert het door oefenen en ervaren. De opdrachten in deze handleiding zijn op het ervaren gericht. Maar juist ook in de dagelijkse praktijk leren kinderen zich bewust te worden. Schenk daarom niet alleen tijdens het werken met dit boekje aandacht aan het bewust worden, maar ook daarbuiten. Om het effect van de meeste opdrachten echt op een kind te kunnen laten inwerken, is het nodig hier langer mee aan de slag te gaan. Neem de tijd. Je kunt langere tijd met hetzelfde verhaal bezig blijven of teruggaan naar een eerder verhaal. Je van jezelf bewust zijn, heeft niets te maken met “perfect” zijn of worden. Het gaat om de reis die het kind maakt, om de beleving en om vaardigheden te leren en te ervaren, waarop hij zijn verdere leven beroep kan doen. Het ervaren en het beleven tijdens de opdrachten is dan ook veel belangrijker dan alle opdrachten klakkeloos uitvoeren. Ook het bewust zijn dat je bepaalde zaken niet zo goed beheerst, is al voldoende om profijt van te hebben. Als volwassene ben je de reisleider tijdens deze reis. Je bent een voorbeeld voor het kind. Het is dan ook erg zinvol eens stil te staan van hoe bewust jezelf bent van signalen van je lichaam en je reacties hierop. Alle oefeningen kunnen ook de volwasse inzicht geven. Geef het kind tijd en ruimte om te ervaren. Probeer geen dingen voor het kind in te vullen vanuit een eigen gevoel of ervaring, maar laat het kind zelf uitvinden wat het ervaart. Door het kind na ieder verhaal voor zichzelf een vakantiekaart te laten maken, kan het de geleerde inzichten of vaardigheden beter onthouden. Laat het kind op de voorkant een afbeelding maken van het hoofdstuk en laat het op de achterkant schrijven of tekenen welke oefeningen hij gedaan heeft en als het lukt welke dingen hij nu geleerd heeft over zichzelf. Geniet van deze mooie reis.
6
Op reis Een goede reis begint met een goede voorbereiding, zo ook nu. Dit hoofdstuk richt zich op voorbereiding. Doelen
- Inleiding in bewustwording - Motiveren, door inzien van het belang om jezelf te leren kennen - Creëren van veilige sfeer - Afspraken maken die gelden
Achtergrondinformatie Gedurende de hele dag neemt een kind dingen waar. Het is zich alleen niet van elke waarneming bewust. Dat is goed, anders zou het kind overprikkeld worden. Echter het te onbewust waarnemen leidt ertoe dat een kind signalen van zijn eigen lichaam niet herkent. Dit met het gevolg dat het kind geen invloed heeft op de reactie die deze waarnemingen teweeg brengen. Zo kan een kind ineens heel boos worden, angstig worden of sociaal onhandig reageren. Bewust worden begint dan ook met meer aandacht te geven aan je waarnemingen. Waarnemen gebeurt via de zintuigen. Door aandachtiger te proeven, voelen, ruiken, horen en zien zal je meer bewust zijn. Om een kind te motiveren en het bereid te vinden mee te doen, is het nodig dat hij inziet wat het belang is van wat hij gaat doen. Voor iets waar het kind het belang van inziet, zal het zich beter inzetten. Om zich bewust te worden is het, naast het inzien van het belang hiervan, ook belangrijk dat het kind zich veilig voelt. Vanuit een veilige situatie kan een kind zich ontwikkelen. Het creëren van een juiste sfeer tijdens “Mee op reis”, ruimte voor het kind, een positieve benadering en duidelijke grenzen bevorderen dit gevoel van veiligheid. Het maken van afspraken hoort hier ook bij. Welke afspraken zijn er nodig voor jullie reis. Denk hierbij aan zaken als elkaar niet uitlachen, wat gezegd wordt, blijft geheim onder de deelnemers en als iemand aan het woord is, luisteren de anderen.
Opdrachten Lees samen het eerste verhaal. De volgende opdrachten kunnen hierna gedaan worden. Wees creatief en sluit aan bij het kind. Het gaat er niet om dat iedere opdracht correct uitgevoerd wordt. Het gaat om welke ervaring en beleving het teweegbrengt bij het kind. Prikkelen van de zintuigen Waarnemen gebeurt via de zintuigen. Deze oefening is gericht op bewuster waarnemen van je zintuigen door aandachtig te proeven, ruiken, voelen, horen en zien. Hierdoor worden kinderen zich bewuster van wat ze zoal kunnen waarnemen. 1. Proeven/ruiken met aandacht: Blinddoek het kind en laat het verschillende smaken proeven. Laat het kind benoemen wat het proeft. Ditzelfde kun je doen door het verschillende dingen te laten ruiken.
7
2. Voelen met aandacht: Maak voeldozen: Leg verschillende spullen in dozen. Maak een opening in de doos, waardoor het kind zijn hand kan stoppen om de spullen te voelen. Laat het kind benoemen wat het voelt. 3. Horen met aandacht: Laat het kind zijn ogen dicht doen en vervolgens benoemen wat het allemaal hoort. Tip: Wanneer er met een groep gewerkt wordt, kan één kind zijn ogen dicht doen. Een ander kind zegt iets. Het kind met de ogen dicht moet raden wie dit zei. 4. Zien met aandacht . Laat het kind heel kort naar een persoon of afbeelding kijken. Laat het kind de ogen dicht doen (?) en het dan benoemen wat het heeft gezien. Geef het kind daarna ruim de tijd om naar dezelfde afbeelding of persoon te kijken. Ziet het kind nu ook andere dingen? Doe met het kind “zoek de verschillen”- raadsels of kijk samen naar zogenaamde gezichtsbedrog- afbeeldingen. Deze zijn op internet makkelijk te vinden. Tip: Ook in de dagelijkse routine is aandachtiger waarnemen makkelijk in te voeren. Door één ding tegelijk te doen, is er meer aandacht voor de waarneming van dat moment. Eten voor de tv maakt bijvoorbeeld dat een kind minder proeft. Maak tijd om dingen te doen en geef aandacht aan datgene wat je doet. Hoe voelt het als je onder de douche staat? Hoe voelen de spullen die opruimt? Wat ruik of zie je als je ergens zit te wachten? Wat zie je allemaal in de klas? Welke geluiden hoor je op de gang? Vul niet alle tijd van het kind op met activiteiten,er is al genoeg waar te nemen. Maak het kind daar bewust van. Motiveren Praat met kinderen over dat het belang van jezelf bewust zijn. Wat kun je je bewust zijn (zie ook voorgaande opdracht)? Waar heb je bewustwording voor nodig? Bedenk wat er handig aan is om hierover dingen te leren. Stel het kind open vragen (dit zijn vragen waar je niet alleen met ja of nee op kan antwoorden), zodat het kind ruimte krijgt zijn gedachten hierover uit te spreken. In bijlage 1 en 2 zijn lijsten te vinden van zaken die het kind zich bewust kan worden en van mogelijke redenen voor het belang van beheersen van deze zaken. Koffer inpakken Laat het kind via een knutselwerk ( tekening of geknutseld) zijn koffer inpakken. Het kind maakt of tekent een koffer en daarbij alles wat hij mee zou nemen op reis. Wat is voor het kind belangrijk om mee te nemen? Alle dingen die je anders zou missen mogen er in. Op deze manier gaat het kind bewust nadenken over wat belangrijk voor hem is. Tip: Onne in het verhaal neemt zijn knuffel mee. Heeft het kind ook iets of iemand die hem steun geeft? Of wie of wat zou hem steun kunnen geven (dit kan zelfs een stripheld, favoriete sportheld of fantasiefiguur zijn)? Die mag ook mee. Laat het kind weten dat hij altijd aan zijn steunfiguur kan denken als hij het nodig heeft. Reisbrochure met regels Praat samen over welke regels nodig zijn voor jullie reis. Maak een reisbrochure waarin de afspraken van deze reis worden weergegeven. Voor kinderen kan het handig zijn dit in plaatjes te zien.
8
Spel “ik ga op reis en neem mee…” Het kind start het spel door te zeggen: “ik ga op reis en ik neem mee…” en voegt daar iets aan toe wat van hem is, bijvoorbeeld zijn knuffel of familieleden. Dan is de ander aan de beurt (of in groepen het volgende kind). Hij gaat verder met “Ik ga op reis en ik neem mee een knuffel” (datgene wat eerder dus genoemd is)…en voegt hier iets aan toe. Zo gaat het steeds door en steeds wordt alles wat eerder genoemd is weer opgezegd. Je kunt stoppen als iemand een fout maakt of als het gelukt is een bepaald aantal dingen te noemen of als iedereen geweest is. Als afsluiting kan de begeleider noemen dat natuurlijk de eerder genoemde afspraken ook mee gaan op reis. Een spel dat naast het aanzetten tot nadenken over belangrijke dingen voor jezelf, vooral zorgt voor een luchtige speelse sfeer om met deze verhalen aan de slag te gaan.
Benodigdheden
Kennis van je zelf bewust worden, zie ook bijlage 1 Motivatie over het belang van jezelf bewust worden, zie ook bijlage 2 Voor opdrachten: papier, pen, kleurtjes, tijdschriften, groot vel papier/karton, materialen om te voelen, ruiken, zien of horen.
9
Stap aan boord De reis gaat beginnen. Om mee op reis te kunnen, wil de kapitein weten wie hij aan boord krijgt. In dit hoofdstuk gaat het over wie je bent en wat je kan. Doelen
- Beginnen met ontdekken wie je bent - Bewust worden van wat je goed kan en daarmee het zelfvertrouwen vergroten
Achtergrondinformatie Het is niet eenvoudig de vraag “wie ben ik?” te beantwoorden. Het zal ook een antwoord zijn dat gedurende iemands leven kan veranderen. Toch is het zinvol al op jonge leeftijd stil te staan bij wie je bent, wat je kan en wat je nog zou willen leren. Hierdoor komt een kind beter in balans en het heeft bovendien een positieve werking op zijn zelfvertrouwen. Meer zelfvertrouwen hebben, maakt het kind weerbaarder en in staat zich te ontwikkelen. Daarnaast zal het kind, door bewust stilstaan bij wie hij is, zijn gevoel beter begrijpen en herkennen en het daardoor kunnen leren beheersen. Weten wie je bent, helpt een kind in veel verschillende situaties. Veel kinderen weten niet precies waar ze goed in zijn, dit heeft een negatief effect op hun houding. Ze worden onzeker, angstig, verlegen, zijn vaak boos of gaan pesten. Door een kind met eenvoudige opdrachten te laten inzien en voelen welke kwaliteiten hij allemaal al bezit, gaat hij beter over zichzelf denken, wat direct een positief effect heeft op zijn houding. Ieder mens straalt onbewust uit hoe het over zichzelf denkt. Een positief beeld vergemakkelijkt het omgaan met sociale situaties en het omgaan met eigen emoties. Als begeleider kun je erop letten bij het geven van complimenten te benoemen wat je daadwerkelijk zo goed vond. In plaats van “goed gedaan” zou je kunnen zeggen “wat heb jij goed volgehouden” of “wat fijn dat je zo behulpzaam was”. Door concreet te benoemen wat positief is, ontdekt het zijn vaardigheden beter. Het is wennen om op deze manier te praten, maar het heeft een groot effect. Om te wennen aan praten in concrete termen kun je als begeleider een lijst maken van termen die je zou kunnen gebruiken. Tip: Het deugden project baseert zich hierop en is een interessant middel om je in te verdiepen. Opdrachten Lees samen het verhaal. De volgende opdrachten kunnen hierna gedaan worden. Wees creatief en sluit je aan bij het kind. Het gaat er niet om dat iedere opdracht correct gedaan wordt. Het gaat om welke ervaring en beleving het teweeg brengt bij het kind. Paspoort maken Laat het kind een paspoort maken, waarin het schrijft, plakt of kleurt wie het is. Denk aan gegevens als naam, leeftijd, omschrijving/tekening/foto van hoe je er uitziet. Ook
10
komt in het paspoort te staan waar je goed in bent. De volgende oefening en bijlage 3 kunnen daarbij helpen. Eventueel kan worden aangeven wat het kind tijdens de reis wil leren. Beperk het leren tot enkele zaken. Onbewust zal het meer leren dan van te voren gedacht en een hele waslijst kan demotiveren of niet te overzien zijn. 1 of 2 dingen zijn ook al genoeg. Bewaar het paspoort tijdens de reis. Tip: Het is een idee om een lege bladzijde aan het paspoort toe te voegen. Hierop zou de begeleider na het doornemen van ieder verhaal een stempel, handtekening of sticker kunnen plakken dat het eiland uit dat hoofdstuk bezocht is. Zoals landenstempels in een echt paspoort. Leer je kwaliteiten kennen Kinderen (en ook volwassenen) hebben niet altijd door over welke goede eigenschappen en vaardigheden ze al beschikken. Er zijn diverse manieren om dit in beeld te brengen, afhankelijk van tijd en groepsgrootte kan een geschikte manier gekozen worden. Bijlage 3 kan helpen het kind op ideeën te brengen van wat het goed kan. 1. Laat het kind staan en laat het een kwaliteit noemen. Voor ieder genoemde kwaliteit krijgt het kind een blaadje dat het naast zich op de grond mag leggen. Uiteindelijk liggen er om het kind heen allemaal blaadjes met goede dingen. Nu is het voor het kind zichtbaar hoeveel het al kan. 2. Geef het kind een rood en een groen blaadje. Noem kwaliteiten op en het kind mag bepalen of het die kwaliteit heeft of niet. Zo ja, dan legt het een muntje, kaartje, steentje of wat ervoor gekozen wordt op het groene blad, bij nee op het rode blad. Uiteindelijk zal er veel meer liggen op het groene blad dan op het rode. Heel tastbaar. Let op dat je sommige kinderen moet sturen in het positief zijn. In een groep zou je ook kunnen vragen of andere kinderen willen zeggen wat ze zo goed vinden aan iemand. 3. Ga met het kind traplopen. Bij iedere trede moet het iets goeds over zichzelf benoemen. Zie je dat je zo boven staat! In plaats van traplopen kun je dit ook doen met dozen die gestapeld worden, of een lego blokjes toren. Het gaat erom dat het niet alleen benoemen van kwaliteiten is, maar dat het ook zichtbaar is en hierdoor echt ervaren wordt. Tip: het kinderkwaliteiten spel is een duidelijk hulpmiddel in het uitzoeken van iemands kwaliteiten. Tip: Nu het kind inzicht heeft in wat het wel beheerst, is wellicht ook iets voorbij gekomen wat het nog niet beheerst. Dit kan eventueel in het paspoort genoemd worden bij ‘nog te leren’.
Wie/wat blijft achter Als je op reis gaat zijn er altijd mensen en dingen die niet met je meegaan. Deze mensen en dingen kun je soms best missen. Schrijf of teken wie en wat er achter zouden blijven als jij op reis ging. Zet een rode cirkel om alle mensen en dingen die je vreselijk zou missen, een groene cirkel om wie of wat je een beetje zou missen en een grijze cirkel om de mensen en dingen die je niet zou missen. Deze oefening geeft inzicht in wie en wat erg belangrijk is voor dit kind.
11
Benodigdheden Kennis van kwaliteiten, zie ook bijlage 3 Kennis van leerdoelen omzetten in positieve concrete omschrijvingen Veel complimenten om uit te delen Papier, potloden en knutsel spullen om paspoort en wie/wat blijft achter te kunnen maken Materiaal om kwaliteiten zichtbaar te laten worden. Afhankelijk van gekozen manier kunnen die blaadjes zijn, rood en groen papier, muntjes, steentjes, dozen, lego
12
Diereneiland In dit hoofdstuk komen we aan op het diereneiland, waar houding en lichaamstaal aandacht krijgen. Doelen
- Ervaring opdoen in stevig staan - Ontdekken welke invloed je houding heeft op reactie van anderen - Ontdekken welke invloed je stemgebruik heeft op reactie van anderen - Herkennen van je gevoel
Achtergrondinformatie Je eigen houding, gezichtsuitdrukking en stemgebruik hebben invloed op de omgeving. We noemen dit lichaamstaal. Om van je eigen lichaamstaal gebruik te kunnen maken, is bewust worden van je eigen lichaam van essentieel belang. Je bewust zijn van je eigen lichaam is nog niet zo vanzelfsprekend. Zeker in een drukke maatschappij, waarin een aaneenschakeling is van activiteiten kun je het contact met je lichaam ongemerkt makkelijk verliezen. Bedenk ook dat het spelen van computerspelletjes of kijken van tv, niets vraagt van het kind zijn gevoel, energie of fantasie. Het contact met eigen lichaam gaat totaal verloren. Het kind mist dan signalen van zijn eigen lichaam, zoals bijvoorbeeld opkomende onrust. Contact met je lichaam is dan ook niets anders dat je eigen lichaam voelen, ervaren en zo signalen van je lichaam herkennen. Dit is belangrijk in sociale contacten om aan te voelen of iets wel of niet goed voelt, maar ook om je eigen rust of onrust te herkennen. Als je de signalen van je lichaam mist over opkomende irritatie kun je zomaar ineens heel boos worden en hier geen controle meer over hebben. Als je signalen mist van een onprettig gevoel, kan het zijn dat je ineens overvallen wordt door angst. Om goed met je lichaam in contact te komen en blijven is het belangrijk je te kunnen aarden. Door aarden wordt je bewust van je lichaam en je grenzen. Het maakt dat een kind letterlijk en figuurlijk sterker in zijn schoenen komt te staan en bewust een keuze kan maken hoe te reageren. Een kind is hierdoor meer in het “nu”, kan zich beter afschermen tegen invloeden van anderen en kan zich beter aanpassen. Een kind krijgt hierdoor meer grip op zichzelf en zijn reacties. Met je lichaamshouding bepaal je je uitstraling. Een kind dat in elkaar gezakt staat en voortdurend naar beneden kijkt, komt minder zelfverzekerd over dan iemand die rechtop staat met schouders naar achter en die vooruit kijkt. Zo ook met je stemgebruik. Een zachte, twijfelende manier van praten komt anders over dan een scherpe, duidelijke toon. Dit zien anderen en dit bepaalt hoe anderen op het kind reageren. Het is goed op te merken dat het zelfbeeld van een kind van invloed is op zijn houding. Hoe beter je jezelf voelt hoe makkelijker het is om die houding aan te nemen. Nogmaals in het gemaakte paspoort kijken van vorig hoofdstuk kan een kind helpen. Je kunt je van veel verschillende gevoelens/emoties bewust worden. Er zijn veel onderzoeken gedaan naar emoties bij mensen en er is geprobeerd een indeling te maken in de basisemoties die een mens hebben kan. Er bestaan verschillende meningen over deze basisemoties en hoeveel we er zouden hebben. Voor dit boekje kies ik voor de 4 B’s: Blij, boos, bang en bedroefd. Deze zijn over het algemeen ook de emoties die 13
kinderen in deze leeftijd kunnen benoemen. Als een kind in staat is een gevoel te herkennen, zoals ik voel kriebel in mijn buik, dat is fijn of juist ik voel hard in mijn keel, dat voelt boos, zal het uiteindelijk ook meer controle krijgen over zijn gevoel. Zo voorkom je bijvoorbeeld het ineens heel boos worden of juist heel bang. Maar ook leert het te voelen of iets goed is of niet en kan het kind daar later keuzes op baseren. Daarnaast helpt het herkennen van emoties bij anderen je in de sociale omgang. Kinderen van deze leeftijd kunnen zich meestal nog goed inleven in dieren. Dieren nadoen en bekijken. Door aan de hand van dieren met houding en uitstraling aan het werk te gaan, leren ze op een speelse manier de invloed van houding en stem.
Opdrachten Lees samen het verhaal. De volgende opdrachten kunnen hierna gedaan worden. Wees creatief en sluit je aan bij het kind. Het gaat er niet om dat iedere opdracht correct gedaan wordt. Het gaat om welke ervaring en beleving het teweeg brengt bij het kind. Stevig staan Tijdens de harde wind op het eiland waren er bomen die omvielen en bomen die bleven staan. Voor bomen is het handig om te blijven staan. Maar ook voor mensen. Wij waaien niet zo snel om door de wind, maar je kunt wel wankelen als iemand je duwt. Of het gevoel hebben dat je valt of kleiner wordt als iemand lelijke dingen tegen je zegt. Daarom is het handig dat mensen ook leren om stevig te staan. Neem de tijd voor deze oefening, het is nog niet zo eenvoudig als het lijkt. Als een kind erg teruggetrokken, wiebelig of druk is, kan ook gekozen worden eerst de oefening contact maken met de grond te doen. Het is dan makkelijker om stevig te staan. Stel je voor dat je een boom bent. Met hele lange wortels in de grond. Een kind heeft vaak veel fantasie en vind het vaak mooi om te vertellen hoe ze er als boom uitzien. Een boom mag niet zomaar omvallen, dus moet je stevig staan. Dit kan door je ademhaling omlaag te brengen. Als je inademt moet je buik naar voren gaan. Leg je hand maar op je buik en let op of dat gebeurt. Een klein beetje door je knieën zakken kan een kind ook helpen steviger te staan. Maar een boom moet ook een beetje meeveren met de wind, anders breekt hij. De begeleider kan het kind zachtjes duwen om te kijken hoe stevig deze boom is en of hij beetje kan veren zonder om te vallen. Tip: voor sommige kinderen is het makkelijker om laag te ademen als ze zich voorstellen een ballon in hun buik te hebben, die opgeblazen wordt bij het inademen en leeg loopt bij het uitademen. Een ander kind vind dit juist een eng idee. Contact maken met de grond Zoals het woord al zegt is het bij aarden belangrijk contact te maken met de aarde. Lekker op de grond stampen, springen, zachtjes lopen en op blote voeten lopen zijn hiervoor zeer geschikt. Maak er een spel van door dieren na te doen: stampen als een olifant, springen als een kikker, kronkelen als een slang, enz.
14
Tip: Bij kinderen die wiebelig of druk zijn, teruggetrokken zijn of veel piekeren, zijn bovenstaande twee oefeningen heel goed om te doen. Zo komen ze weer met beide voeten op aarde, waardoor je minder nadenkt. Het geeft je stevigheid en je kunt weer door. Voor scholen kan dit bijvoorbeeld ook gedaan worden als de groep erg druk is. Een paar minuten oefenen kan zorgen dat de les daarna rustiger verloopt. Eindig wel met staan als een boom, want als je nog midden in het stampen van een olifant zit is het moeilijk ineens stil te moeten zitten. Tip: Voeten masseren van een kind kan ook helpen bij aarden. Wees creatief als masseren niet in jullie aard ligt, bijvoorbeeld naspelen van massagesalon of gewoon wrijven tijdens lezen van een verhaaltje. Zie ook opdrachten bij verhaal over Niets te doen eiland.
Hoe zit dat bij dieren? Op het eiland waren veel dieren. Voor het ene dier ben je misschien een beetje bang, voor het andere dier juist niet. Hoe komt dat? 1. Ga met het kind eens kijken naar bepaalde dieren. Een boek of plaatjes van dieren kunnen hierbij helpen. Laat het kind ontdekken dat houding, uitstraling, geluid van een dier bepaalt hoe je een dier ervaart. Een leeuw straalt kracht uit…dat komt door zijn grote formaat, maar ook doordat hij zijn hoofd omhoog heeft en krachtig kan brullen. Een aapje dat vrolijk heen en weer zwaait, maakt je aan het lachen. In bijlage 4 zijn verschillende dieren en de beschrijving van hun uitstraling te vinden. 2. Laat de kinderen dierenhoudingen nadoen en benoemen welk verschil ze merken. Laat ze ook dierengeluiden nadoen. Is het zachtjes piepen van een klein muisje anders dan het luid toeteren van een olifant? Zou het bij mensen ook zo zijn. Oefen maar… Tip: In het liedje “ik loop, ik loop” van Dirk Scheele komt veel loopgedrag van dieren voorbij. Een goed bruikbaar liedje om uit te voeren bij deze oefening. Tip: Welk dier zou een kind zelf willen zijn? En kan het de reden hiervan uitleggen? Vaak kun je daardoor ontdekken welke vaardigheid een kind graag zou willen hebben. Tip: laat kinderen verschillende houdingen aannemen en vraag welke uitstraling dat heeft. Oefen zo ook met je stem. Tip: Voor sommige kinderen is deze oefening moeilijk. Ze kunnen doorslaan in het overdreven nadoen of hard gillen. Dan is het goed weer rust in de groep te brengen door stevig te staan. En uit te leggen dat harder gillen of heel raar gaan doen eigenlijk juist niet werkt. Een poesje dat wil brullen als een tijger lach je eerder uit, dan dat je denkt “zo dat is goed”. Leren doen wat bij je past en daar wat verschil in kunnen aanbrengen is zoveel knapper dan gek doen. Herken je je gevoel?/Herkennen emoties 1. Kijk samen met het kind naar plaatjes van dieren. Kan het kind benoemen wat het voelt? Een voorbeeld is dat bij het kijken naar een nestje jonge katjes het kind dingen voelt als “lief” of “blij”. Of bij een plaatje van een roofvogel “bang”. Dit benoemen is al heel knap. Tip: Je kunt ook afwijken van het thema diereneiland en dit met plaatjes van gezichten van mensen doen of smileys. Het doel is om emoties te herkennen.
15
2. . Een stap verder is na te gaan waar een kind dit voelt…in je buik of in je keel of ergens anders? En hoe voelt dat dan…hard, zacht. Er zijn ook kinderen die het zullen omschrijven in vormen of kleuren. Alles is goed wat een kind zegt, zolang het van het kind zelf komt. Zo herkent hij zijn eigen gevoel. Je kunt het kind dit laten tekenen, door zichzelf te tekenen en in die tekening te kleuren waar hij een bepaald gevoel heeft. 3. Sta in diverse situaties stil bij het gevoel van een kind. Welk gevoel kreeg je toen je zo hoog geklommen was? Welk gevoel kreeg je bij het lezen van dat spannende verhaal? Welk gevoel kreeg je toen je een compliment kreeg? Vertel eens hoe dat gevoel bij jou is. Er zijn in de dagelijkse bezigheden genoeg momenten om hier eens bij stil te staan met het kind. Emotiespel Noem een emotie (bang, boos, blij, bedroefd) en laat het kind deze emotie uitvoeren in houding en mimiek. Doe elkaar na. Wanneer het spel in een groep gespeeld wordt, kun je achter elkaar gaan zitten als in een trein. Iedere nieuwe passagier die de trein instapt, noemt een emotie die iedereen aanneemt. Variant is een emotie uitbeelden en een kind laten raden welke dit is. Op deze manier raken kinderen vertrouwd met de verschillende emoties die er zijn. Dierenmaskers maken Een leuke activiteit is het maken van maskers. Het knutselen alleen al maakt dat een kind door het bezig zijn met materialen, al voelt en ervaart. En sommige kinderen kunnen (durven) zich beter in iets in te leven met een masker voor. Ineens is een stil kind wel die grote sterke beer. Benodigdheden Kennis van lichaamstaal, invloed van houding en stemgebruik Kennis van de oefening “stevig staan” Kennis van herkennen van emoties Genoeg ruimte om te opdrachten uit te voeren Afbeeldingen van lichaamstaal, emoties en dergelijke. Om in het thema te blijven, zouden dit dierenafbeeldingen zijn, maar natuurlijk kunnen ook anderen gebruikt worden. Materiaal voor het maken van dierenmaskers.
16
Luilekkerland Op Luilekkerland staat het thema contact maken met anderen centraal. Doelen
- Bewust worden hoe je contact maakt met een ander - Invloed krijgen op je manier van reageren.
Achtergrondinformatie Contact maken met anderen lijkt zo vanzelfsprekend, maar kan nog best moeilijk zijn. Veel kinderen lukt het wel om op een prettige manier contact te maken, maar er zijn kinderen die hierbij problemen ondervinden. Deze kinderen trekken zich terug en gaan contact uit de weg. Ze zijn eerder alleen en worden vaker gepest. Of het zijn juist kinderen die op een verkeerde manier contact leggen, waardoor er vaak misverstanden, ruzie of pestgedrag ontstaan. Door kinderen inzicht te geven in de manier waarop je contact kunt maken, kan het zich makkelijker redden in sociale situaties. Jonge kinderen hebben hun aandacht nog veel op zichzelf gericht. Ze kunnen zich niet inleven in de ander, wat prettig contact maken in de weg staat. Ze moeten leren zich meer af te stemmen op de ander. Het contact aangaan, heeft op het Luilekkerland de aandacht, maar ook het reageren op de ander is een belangrijk onderdeel in contact maken. Je reactie wordt bepaald door je gevoel. Echter om invloed te krijgen op je reactie zul je naast bewust zijn van dit gevoel ook bekend moeten zijn met verschillende mogelijkheden om te reageren. Er zijn veel verschillende manier om in een sociale situatie te reageren. Denk hier bij aan aardig, gefrustreerd, ontspannen, flexibel, angstig, boos, eigenwijs en zo nog vele mogelijkheden. Vaak zal een kind altijd op dezelfde manier reageren op soortgelijke situaties. Welke manier van reageren gekozen wordt, is afhankelijk van zijn ervaring hiermee en wat het kind in zijn omgeving als voorbeeld krijgt. De gekozen manier van reageren heeft gevolgen voor het verdere verloop van het contact. Ook hierin is juist afstemmen op de situatie en op de ander erg belangrijk. Er zijn aparte “Mee op reis” verhalen en bijbehorende handleidingen te verkrijgen die specifieker ingaan op reacties zoals bijvoorbeeld leren omgaan met boosheid of angst. Meer informatie hierover is te vinden op de website www.ilonakindercoach.nl
Opdrachten Lees samen het verhaal. De volgende opdrachten kunnen hierna gedaan worden. Wees creatief en sluit aan bij het kind. Het gaat er niet om dat iedere opdracht correct gedaan wordt. Het gaat om welke ervaring en beleving het teweeg brengt bij het kind. Gesprek beginnen Onne moet gaan samenwerken met een groep mensen die hij niet kent en ook op het speeleiland ontmoet hij nieuwe mensen. Bespreek wat je allemaal kan doen om contact te maken. De volgende zaken kunnen daarbij aan de orde komen: Hoe kun je een
17
gesprek beginnen? Hoe kun je iets vragen? Als je terugdenkt aan je houding, welke houding zou nu handig zijn? En hoe zit het met je stem? In bijlage 5 zijn stappen te vinden in het maken van contact. Tip: maak kaarten met de verschillende stappen erop, zodat een kind hiernaar terug kan kijken. Rollenspel Laat een kind een rollenspel doen waarin ze contact maken. Bedenk verschillende situaties, zoals bijvoorbeeld dat hij Onne uit het verhaal is, dat hij in een winkel komt, dat hij mee wil spelen. Tip: Je kunt ook kinderen een rol geven dat ze heel verlegen iets moeten vragen of juist heel brutaal. Dan ervaren ze de verschillende uitwerkingen van hun eigen houding. Tip: Rollenspel is zeer bruikbaar om het kind verschillende manieren van reageren te laten ervaren. Wat gebeurt er als je heel boos reageert? Wat gebeurt er als je rustig reageert en zoekt naar een oplossing? Tip: Sommige kinderen durven beter deel te nemen aan een rollenspel als ze verkleed zijn. Ballenspel Overgooien met de bal. Laat het kind elke keer dat het de bal gooit naar een ander een vraag stellen. De ander geeft antwoord en gooit dan zelf de bal weer met een vraag. Een kind leert hiermee een gesprek te beginnen, interesse te tonen in anderen, maar ook om te antwoorden. Let er op dat het kind bij het antwoorden een zin maakt. Dus op de vraag “hoe heet jij” is het antwoord niet alleen “Onne”, maar “Ik heet Onne”. Spelletjes doen Samen spelletjes spelen leert een kind veel in het contact maken met anderen en omgaan met je emoties. Je aan regels houden, op je beurt wachten, omgaan met winnen en verliezen zijn allerlei zaken die een bepaald gevoel oproepen bij een kind. Je dit bewust worden en leren hoe je hiermee om kunt gaan, geeft een kind meer houvast. Alle spelletjes die je samen doet, zijn hiervoor geschikt: bordspelen, kwartet, verstoppertje, tikkertje, knikkeren, enz. Tip: Laat kinderen zo min mogelijk computeren. Computeren is een passieve manier van spelletjes doen, die weinig tot niets bijdragen aan ontwikkelen van sociale vaardigheden. Ook al doen kinderen samen het spel, het contact verloopt via een beeldscherm en niet met elkaar. Tip: In het eerste hoofdstuk zijn afspraken gemaakt over regels voor deze reis. Ook bij spelletjes doen zijn regels belangrijk. Er kan onenigheid over ontstaan. Begeleid een kind hierin en kom tot goede afspraken over de regels waar iedereen zich aan moet houden. Spiegelen Deze oefening is gericht op het afstemmen op de ander. Laat het kind tegenover iemand staan (de begeleider of een ander kind). Ga samen liedjes zingen en ondertussen doet het kind de bewegingen van de ander na. Of laat het kind dansen op muziek waarbij hij de bewegingen van de ander nadoet.
18
Benodigdheden
Kennis van de stappen in het maken van contact, zie bijlage 5 Kennis van verschillende manieren van reageren Diverse voorbeelden van situaties om het rollenspel te spelen Bal Spelletjes
19
De grens bereikt Ieder kind is gebaat bij duidelijke grenzen. Dit hoofdstuk gaat hierover Doelen
- Bewust worden van eigen grenzen - Leren omgaan met grenzen van anderen
Achtergrondinformatie Ieder kind heeft zijn eigen grenzen in wat het wel of niet prettig vind. Een kind, dat niet goed bewust is van zichzelf, kan deze grens niet goed bepalen en aangeven. Dit maakt dat er door anderen makkelijk over deze grens heengegaan kan worden. Anderzijds krijgt ieder kind ook te maken met grenzen van andere mensen om zich heen. Duidelijke grenzen geeft een kind rust en houvast. Niet alleen moet een kind leren zich aan deze grens te houden, ook moet het leren hoe je grenzen moet accepteren. Ben je bewust dat het hebben van emoties en het uiten hiervan belangrijk zijn om ons lichaam weer in balans te brengen. Het is belangrijk om het kind alternatieven aan te bieden in zijn manier van reageren. Voor kinderen die veel moeite hebben met het omgaan van emoties is het aanvullende pakket van “Mee op reis” over emoties goed te gebruiken. Ben je er als volwassene van bewust dat hoe duidelijker en consequenter je bent in het aangeven van grenzen, hoe makkelijker het voor een kind is om hiermee om te gaan. Als de regels en verwachtingen duidelijk zijn, hoeft een kind niet voortdurend op zoek naar de grens. Dit geeft een kind rust en veiligheid. Over het bieden van grenzen is veel te schrijven, maar dit valt net buiten het onderwerp van dit boek. Wanneer er sprake is van pesten of gepest worden, is het onderwerp grenzen erg belangrijk. Als pesten aan de orde is, is het zeer belangrijk hier goed op in te spelen. Ook hierover is veel meer informatie te geven, dan past in dit boek. Voor meer informatie over het aanvullende pakket over emoties of informatie over het bieden van grenzen en informatie over pesten kunt u altijd contact opnemen met Ilona Verschuren kindercoach via www.ilonakindercoach.nl Opdrachten Lees samen het verhaal. De volgende opdrachten kunnen hierna gedaan worden. Wees creatief en sluit aan bij het kind. Het gaat er niet om dat iedere opdracht correct gedaan wordt. Het gaat erom welke ervaring en beleving het teweeg brengt bij het kind. Stop teken Spreek met het kind een stopteken af. Bijvoorbeeld door te zeggen “Stop, hou op”. Als dit teken gezegd wordt, moet er altijd gestopt worden. Ga tegenover elkaar staan en loop op het kind af. Zodra het kind vindt dat je niet dichter in de buurt moet komen, zegt het het stopteken. Wissel je houding eens af; loop een keer vrolijk op het kind af en vervolgens boos. Is er een verschil? Waar voelt het kind dat het
20
niet wil dat je dichterbij komt? Geef het kind compliment als het zijn grens goed aangeeft. De oefeningen van het diereneiland over de invloed van je houding en stem zijn ook hierin belangrijk. Het heeft veel invloed hoe jij je stopteken zegt. Oefen hierin. Tip: je kunt deze oefening ook met een groep kinderen doen. Let er dan ook op kinderen te complimenteren als zij zich houden aan de aangeven grens. Verkeersspel De ene persoon loopt of fietst en een ander is de agent met een stopbord. Laat het kind spelen en in het spel zal de agent grenzen aangeven met het bord. Een leuke en speelse manier om te leren omgaan met aangegeven grenzen of zelf grenzen aan te geven. Natuurlijk zijn er diverse varianten op dit spel, zoals bijvoorbeeld spelen met auto’s en stoplichten. Je grens Laat het kind zichzelf teken in het midden van het papier. Teken er vervolgens een grote cirkel omheen. Binnen in de cirkel kan het kind tekenen, schrijven of plakken welke dingen het leuk en prettig vind. Buiten de cirkel juist de dingen die het niet prettig vind. Deze oefening laat het kind bewust stil staan bij zijn eigen grens. Omgaan met grenzen Laat het kind een situatie noemen dat het heel graag iets wilde, maar het van de ander niet mocht. Hoe voelde het kind zich toen en wat was zijn reactie. Kijk samen naar welke manier van hiermee omgaan handig is voor een kind. In bijlage …. zijn stappen beschreven van hoe je kunt reageren. Besef je dat een kind emoties als verdriet of boos zijn wel mag hebben. Maar dat er diverse manieren zijn om hier mee om te gaan. Stripverhaal Laat het kind een verhaal tekenen waarin iets niet mag en hoe het dan kan reageren. De verhalen kunnen voorgelezen worden en daarna besproken worden of deze reactie handig was. Zo ja, onthoud hem. Zo nee, wat kun je dan doen?
Benodigdheden
Kennis van bieden en aangeven van grenzen Kennis van verschillende stappen in de manier van reageren Knutselmateriaal voor oefening je grens en stripverhaal
21
Niets te doen eiland Het niets te doen eiland richt zich op ontspanning. Doelen
- Kinderen leren zich te ontspannen - Inzicht in de invulling van vrije tijd
Achtergrond informatie De mate waarin een kind (en ook volwassene) zich ontspannen of gespannen voelt, heeft invloed op zijn reactie. Bij een gevoel van ontspannen zijn heb je meer grip op jezelf en kun je flexibeler reageren op situaties. Kinderen die zich nog niet erg bewust zijn van zichzelf missen ook de signalen van hun lichaam die waarschuwen voor spanning, moeheid en onrust. Hierdoor gaan ze maar door met opzoeken van prikkels. Voor veel kinderen is het “gewoon” die bepaalde spanning, haast en onrust te voelen, omdat zij dit heel hun leven al doen. Het is nodig deze kinderen grenzen te geven en te helpen zich te leren ontspannen. Het ontspannen richt zich niet alleen op oefeningen om je gespannenheid te doen afnemen, het richt zich ook op de invulling van vrije tijd. Iedere dag zijn er tal van dingen die ‘moeten” en daarnaast is er overige tijd, die vaak ook vol gepland staat. Kritisch kijken naar hoe de tijd van een kind is ingedeeld, is erg belangrijk. Zo is sporten een vorm van ontspanning. Maar als een kind te vaak naar sport moet of het direct volgt op een andere activiteit kan het juist ook spanning geven. Een ander voorbeeld is het kijken van tv. Dit kan een ontspannende activiteit zijn, maar is het krijgen van zoveel prikkels wel echt ontspannen? Of geeft het een kind juist onrust? Daarnaast hebben veel kinderen toegang tot de sociale media. Dit geeft een continue stroom van prikkels, wat maakt dat er zelden rust is. Soms lijkt iets op het moment van uitvoering wel ontspanning te geven, maar merk je dat een kind daarna sneller geïrriteerd, moe of wiebelig is. Dit kan zijn door een teveel aan prikkels, maar bijvoorbeeld ook doordat het kind zijn energie niet helemaal kwijt kan in deze activiteit. Het niet kwijt kunnen van je energie geeft ook spanning in je lichaam. Zo kan bij iedere invulling van de vrije tijd nagegaan worden welk effect het heeft. Een kind hoeft niet voortdurend bezig te zijn of bezig gehouden te worden. Er is niets mis met een tijdje zich te vervelen. Hierdoor krijgt het kind tijd en ruimte voor zichzelf en zijn eigen ideeën. Als ouders/volwassen is het ook goed eens kritisch stil te zijn bij je eigen invulling van tijd. Je bent een voorbeeld voor je kinderen. Daarnaast kan een kind zich niet fijn voelen over bepaalde zaken. Het maakt zich zorgen, is bang of verdrietig. Als een kind dit niet kan uitten, maakt het dat dit gevoel zich opstapelt in zijn lichaam, wat spanning veroorzaakt. Het kind helpen om zich te uitten is dan ook belangrijk.
22
Opdrachten Lees samen het verhaal. De volgende opdrachten kunnen hierna gedaan worden. Wees creatief en sluit aan bij het kind. Het gaat er niet om dat iedere opdracht correct gedaan wordt. Het gaat erom welke ervaring en beleving het teweegbrengt bij het kind. De eerder genoemde opdracht bij het diereneiland over contact maken met de grond is ook hier heel bruikbaar. Goed met beide benen op de grond staan / goed aarden, maakt dat je kunt ontspannen. Uiten van je gevoel Als een kind niet lekker in zijn vel zit, geeft dit spanning. Je kunt met een kind praten over wat maakt dat hij zich niet lekker voelt. Maar woorden geven aan een gevoel of praten over bepaalde situaties kan heel moeilijk zijn. Dan kun je een kind andere manieren aanbieden om zich te uitten, bijvoorbeeld door tekenen, dans, situatie spelen via poppen/knuffels. Je kunt ook plaatjes zoeken met verschillende emoties en het kind hierover laten vertellen. Je kunt hem vragen hoe de persoon op het plaatje zich voelt en wat zou kunnen maken dat hij zich zo voelt. De kans is groot dat het kind zijn eigen verhaal vertelt via de persoon op de afbeelding. Vind wat bij het kind past. Tip: de gevoelmonsterkaarten zijn een middel om gevoelens en gebeurtenissen met kinderen bespreekbaar te maken Even weg van de buitenwereld Laat het kind plaatsnemen in een positie die voor het kind makkelijk is. Bijvoorbeeld liggen of zitten op een lekkere stoel. Vraag het kind om diep adem te halen. Als je inademt gaat je buik uit en als je uitademt gaat je buik in. Het kind kan zijn ogen dicht doen. Vertel het kind een verhaal waarbij het zich kan ontspannen en waarbij het eventueel een eigen invulling eraan kan geven. Er zijn diverse boeken met verhalen die zich richten op ontspanning. Maar je kunt ook zelf een verhaal maken. Zo’n verhaal zou kunnen beginnen met een zin als “stel je eens voor dat je in het bos bent. Je loopt over het bospad. Dan kom je bij een boom. Het is een holle boom en je klimt erin…enz” Zo neem je een kind mee naar een plek waar het zelf kan fantaseren over wat het daar tegen komt. Praat rustig en zacht en met tussenpozen zodat het kind ruimte heeft voor eigen invulling. Laat het kind na het verhaal nog rustig bijkomen. Massage Tijd nemen voor een massage geeft rust en ontspanning. Daarnaast is het een mooi moment voor echte aandacht voor elkaar. Het kan zijn dat een kind moet wennen aan aanraking. Begin dan bijvoorbeeld met alleen de handen. Of start met aanraking via een liedje, zoals “er komt een muisje aangelopen”. Met een klein balletje over de rug rollen is ook een manier.
Tip: Gebruik dit weerbericht bij het masseren. Het is speels en leuk.
23
Het weerbericht Op de rug laat je het kind het weerbericht voelen: de zon: met de volle hand cirkels over de rug wrijven wolken: stevig met de handen kneden regen: tokkelen met de vingertoppen hagel: harder tokkelen met de vingertoppen sneeuw: heel lichtjes de vingertoppen neer laten dalen ijzel: hand over hand, steeds glijdend een stukje opschuiven bliksem: met de vinger zigzagbewegingen maken storm: de hele rug kneden en erbij blazen Aan het einde gaat de zon weer onder: langzaam met beiden handen van boven naar beneden strijken. (Bron www.kiind.nl) Belangrijk is altijd het kind te respecteren. Dwing het kind nooit tot iets!!!
Mijn lichaam Om het kind echt bewust te maken van zijn lichaam is deze eenvoudige oefening toe te passen. Naast bewust maken werkt het ook zeer ontspannend. Laat het kind een prettige houding aannemen (zitten of liggen). Let er op dat lichaamsdelen elkaar niet kruisen (dus geen voeten over elkaar). Laat het kind zijn hele lichaam voelen door te beginnen bij zijn voeten. Voel je je voeten? En ga dan eens naar je benen? Zo ga je met het kind zijn hele lichaam langs tot bovenop zijn hoofd. Je kunt eventueel ook bij sommige plaatsen zeggen: span ze eens aan, kort daarop gevolgd door laat ze nu weer los. Vrije tijd in beeld Laat het kind vertellen of tekenen wat het in zijn vrije tijd doet. Bekijk samen of hier genoeg rust momenten in zitten. Kijk eerlijk naar welk effect een activiteit heeft. Is er ook ruimte voor rust? Is er ruimte voor echt contact? Wat zijn ideeën om ook te kunnen doen? Kinderen kunnen, net als volwassenen, ook vast zitten in bepaalde gewoonte. Laat het kind zien wat je allemaal nog meer kunt doen. Voor leerkrachten kan dit ook gebruikt worden voor het programma op school. Laat de kinderen eens vertellen of tekenen hoe hun dag op school eruit ziet. Wellicht blijkt dat het omdraaien van bepaalde activiteiten meer rust geeft. Of is het mogelijk om enkele minuten rust in te bouwen tussen twee lessen. Tijd om even te aarden en vervolgens meer rust en aandacht te hebben. Wandelen Ga met het kind naar buiten. Tijdens het wandelen maak je het kind bewust van de omgeving. Voel je je voeten op de grond? Voel je de wind in je gezicht? Welke geluiden hoor je. Het prikkelen van de zintuigen brengt een kind dichter bij zichzelf, wat ontspanning geeft.
24
Benodigdheden
Kennis van ontspanning en effect van diverse activiteiten hierop Knutselmateriaal Alternatieven in het aanbod van activiteiten Verhaal ter ontspanning
25
Weer thuis Met dit hoofdstuk zijn we aan het eind gekomen van deze reis. Echter aan van jezelf bewust zijn en blijven komt nooit een eind. Alle ervaringen en belevingen die het kind door de oefeningen uit dit boek heeft gehad, worden meegenomen. Het kind zal in zijn leven nieuwe ervaringen opdoen en nieuwe dingen van zichzelf ontdekken. Belangrijk is dat het kind bewust aandacht blijft geven aan zichzelf. Nu als kind en later als volwassenen. Bij dit verhaal zijn geen specifieke oefeningen geschreven. Samen kijken naar wat voor het kind belangrijk was deze reis, wat het geleerd heeft en wat nog aandacht nodig heeft, kan wel aan de hand van dit hoofdstuk gedaan worden. Door de hele reis heen zal het kind vast een voorkeur gehad hebben voor een soort oefening: praten, kleuren of spelen. Sluit je aan bij deze voorkeur bij het nabespreken van dit boek. Veel plezier met bewust worden en zijn en blijven.
26
.Bijlage 1: Waar kun je je bewust van worden Je bewust worden van jezelf betekent dat je signalen van je lichaam voelt en dat je herkent wat ze voor jou betekenen. Signalen die je lichaam kan geven, zijn zeer divers. Deze lijst is dan ook zeker niet compleet, maar geeft een idee van mogelijke zaken die een kind zich bewust kan worden Moe Blij Boos Bang Bedroefd Hoofdpijn Buikpijn Meer zin in snoepen Brok in je keel Kriebels in je buik Onrust Wiebelen Slecht slapen Niet goed kunnen opletten (concentreren) Zin om weg te rennen Kramp in je kaken Trillen Kriebel Wiebel benen Slapende voet Druk gevoel in je hoofd (Vieze) smaak Zweten Droge mond Geluiden
27
Bijlage 2: Wat maakt het zo handig om signalen van je lichaam te herkennen Om kinderen te motiveren mee te werken, is het nodig dat ze het belang inzien van hetgeen ze gaan doen. De volgende lijst bevat mogelijke voordelen van het bewust worden van jezelf. Ongetwijfeld zijn er nog veel meer motivaties te bedenken. Niet meer plotseling boos worden Waarschuwing dat er iets is Weten dat je moet eten of drinken Weten dat je moet uitrusten/slapen Meer zelfvertrouwen Veel duidelijker wat je wel of niet wil Je prettiger gaan voelen Rustiger gevoel Beter met anderen kunnen omgaan Beter concentreren Minder piekeren Aanvoelen wat je nodig hebt Leuker kunnen spelen Minder snel in huilen uitbarsten Beter kunnen reageren op dingen’ Makkelijker beslissingen kunnen maken Minder pesten of gepest worden Eerst denken dan doen Dingen lukken beter Je voelt je minder gehaast
28
Bijlage 3: Kwaliteiten Onderstaande kwaliteiten kunnen helpen een kind bewust te maken van wat het allemaal goed kan. Deze lijst geeft de begeleider een idee aan welke kwaliteiten je kunt denken. Natuurlijk kan dit met eigen kwaliteiten aangevuld worden. Creatief (goed kunnen tekenen, knutselen, schilderen) Goed kunnen spelen Leuk zingen of muziek maken Veel fantasie Te vertrouwen zijn Vrolijk/ gezellig Positief Eerlijk Goed kunnen luisteren Mooi kunnen vertellen Vriendjes maken en hebben’ Doorzetten Mooi zijn Goed grappen maken Nieuwsgierig Goed kunnen sporten Lief zijn Goed kunnen delen Samen werken Goed dingen aanvoelen Let op kleine dingen Serieus Geordend Slim Opkomen voor jezelf Kiezen Verhalen vertellen of schrijven Helpen Weten wat je wel of niet wil Lief voor dieren Zorgzaam Opgeruimd Goed kunnen zoeken
29
Bijlage 4 Dieren en hun uitstraling In deze bijlage wordt van een aantal dieren hun houding en daarmee hun uitstraling genoemd. Als het kind een ander gevoel of idee bij een bepaald dier heeft, is dat ook goed. Het gaat erom bewust te worden dat een bepaalde houding invloed heeft op hoe anderen je ervaren. Dier
Houding
Uitstraling
Pauw
Loopt rechtop, borst vooruit en hoofd omhoog
Trots, niemand kan mij iets maken
Leeuw
Staat stevig op de grond, kijkt recht vooruit, borst vooruit. Brult
Kracht, leider, luister naar mij
Aapje
Schommelt aan een boom, springt rond, “lachend”gezicht,
Vrolijk, gezellig, flexibel, spontaan Ik heb er zin in, ik doe mee
Gorilla
Staat rechtop met borst vooruit, kijkt streng en slaat met handen op borst met hard geluid
Kracht, zeggen
Roofvogel
Met vleugels gespreid is hij groot, scherpe blik,
Stoer, sterk, oplettend. Mij ontgaat niets
Mug
Komt heel dichtbij en komt steeds terug, continue geluid
Vervelend, irritant
Poes
Kopjes geven, met grote ogen iemand aankijken, krommende bewegingen
Lief, knuffelen, aardig
Muis
Klein, snel weg rennen
Bang, makkelijke prooi
Beer
Groot, staat rechtop, brult
Sterk, krachtig, doe mij maar niets
Olifant
Groot en stevig
Mij loop je niet omver
ik heb het hier voor het
30
Bijlage 5: Stappen in het maken van contact
Stap 1 Ben je bewust van je eigen houding en stem dit af met hoe je het wil. (Hoe sta je?, Hoe is de uitdrukking op je gezicht? Voel je zeker of onzeker? Gebruik je een harde of zachte stem?) Stap 2 Trek de aandacht van de ander. Bijvoorbeeld door erheen te lopen of te zwaaien Stap 3 Kijk de ander aan als je praat. Stap 4 Noem de naam van de ander (Ben je je bewust van je stemgeluid en stem dit af met hoe je het wil (praat je zacht of hard? Praat duidelijk). Als je de ander niet kent, zou je je kunnen voorstellen (Ik ben ….) en vragen wie hij is. Stap 5 Vertel of vraag wat je wilde Stap 6 Geef de ander tijd om te reageren Stap 7 Praat om de beurt Stap 8 Sluit het gesprek af
31
Bijlage 6: Stappen in reageren Een reactie wordt bepaald door een emotie/gevoel dat het kind bij iets heeft. Emoties mogen er zijn, ze brengen je lichaam weer in balans. Kort gezegd vind je iets leuk (emotie blij) of niet leuk (emotie boos, bang, bedroefd). Alleen de manier waarop dit gevoel, deze emotie geuit wordt, kan soms problemen geven, zoals heel verlegen zijn of heel boos worden. Door kinderen kennis te laten maken met manieren van reageren kan het een manier kiezen die wel handig is. Om invloed te krijgen en hebben op je manier van reageren is het belangrijk je eigen gevoel te herkennen. In “Mee op reis” zijn hiervoor vele opdrachten te vinden. Pas daarna kan het kind gaan leren zijn emoties te beheersen. In deze bijlage zijn de eerste stappen in reageren te vinden. Voor sommige kinderen is dit echter niet voldoende. Zij hebben meer nodig om met hun emoties te kunnen omgaan. Het aanvullende pakket van “Mee op reis” over emoties gaat hierover. Hieronder volgen een aantal stappen in reageren als iets leuk is Stap 1 Bepaal je gevoel Je vind het leuk (blij) Stap 2 Kijk de ander aan (blij gezicht en blije houding). Stap 3 Zeg dat je leuk vind (zorg dat de ander je hoort, vrolijke stem) Voorbeelden van wat je kunt zeggen zijn; Ja, leuk! of Dat is mooi! of Goed idee! Soms vind je iets leuk, maar kan het nu niet. Dan kun je dat beter ook zeggen, zodat de ander wel weet dat je het leuk vind. Hieronder volgen een aantal stappen in reageren als iets niet leuk is Stap 1 Bepaal je gevoel Je vind het niet leuk (boos, bang, bedroefd) Stap 2 Bepaal je reactie die nu handig is. 1. Is er een grens aangegeven dan moet je stoppen. Daar heb je geen keuze in. Dan voel je je misschien teleurgesteld. Dat mag, maar boos worden of gaan huilen is niet handig. Je kunt wel zeggen; “jammer” of “oke” of “Ik hoopte iets anders, maar is wel goed zo”. 2. Het is niet helemaal duidelijk of dit de grens is. Je kunt vragen naar de reden van iemand. Dan begrijp je het beter en is het makkelijker om er mee om te gaan. Je kunt ook bekijken of er misschien wel een andere oplossing mogelijk is. Je kunt vragen “kan het misschien op een andere manier?” of “kan het misschien een volgende keer?” of “Wat
32
zou wel kunnen?” Denk aan je stem! Zorg dat de ander je wel kan verstaan, maar praat rustig en niet te hard. Als het antwoord nee blijft of er zijn geen andere oplossingen, dan is dit dus wel een grens. Dan stop je, zie punt 1.
Geschreven en getekend door Ilona Verschuren Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, verzonden worden, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand en/of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op enige andere manier zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteur
33
.
34