1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 o o o o
o
9
8
7
6
5
4
3
10
dicteewoord schaduw reizen menu schapen grappig lengte speurtocht raadsel zenuw lelijk schrijfster getallen bekeuring scharen volgorde hoofdstad brommer wasbeurt koppig gerucht tempo verschillen schroeiplek gewichtige strikken
2
eenheid
1
Medio groep 5 start
2.7 6.3 4.3 4.1 4.2 2.9 7.1 5.1 2.7 4.1 1.5 4.1 2.9 4.1 7.1 7.1 4.2 7.1 4.2 2.8 4.3 4.2 7.1 2.8 4.2
In de vakjes staan de spellingcategorieën, zie p.30-31 van de Handleiding Zin in Spelling. Groen is: zowel het woord als de categorie is geoefend. Wel als categorie aangeboden, maar het woord zelf niet: reizen, lengte, speurtocht, raadsel, schrijfster, getallen, bekeuring, scharen, volgorde, brommer, wasbeurt, koppig, tempo, verschillen, schroeiplek, gewichtige. Deze zijn oranje in de tabel. De leerlingen hebben samenstellingen zonder tussenklank leren schrijven. De delen van de samenstellingen behoren tot categorieën die al aan bod zijn geweest, dus veel leerlingen zullen deze zonder fouten schrijven. Woorden uit categorie 4.1 en 4.2 leren de leerlingen veel en expliciet met het klaverblad. Ze passen het schrijfvoorschrift toe op woorden die aan de criteria voldoen. Het is niet nodig dat ze precies de woorden van de toets vooraf oefenen. In Zin in Spelling oefenen de leerlingen meerlettergrepige woorden met open en gesloten lettergrepen (Bijvoorbeeld: vastmaken, oplossen, tekenen, babbelen …) Deze categorieën komen opnieuw, nog uitgebreider aan bod in de volgende jaargroep. Voor woorden met f wordt v en s wordt z hebben de leerlingen de regel geleerd. Ook hier is het niet nodig dat ze de toetswoorden vooraf oefenen.
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 o o o
o o
9
8
7
6
5
4
3
10
dicteewoord taalschrift bericht keukendeur avond bladeren heerlijk strenge dooier kassa meeuwen hutten fotograaf prijzen beertje rechtop metaal hinkelbaan eikel dochters nodig glimlach binnentuin vergadering afschuw gloeilamp
2
eenheid
1
Medio groep 5 vervolg 1
7.1 2.8 7.1 6.1 2.2 2.4 2.9 2.6 4.3 2.7 4.2 6.3 9.2 7.1 7.1 5.2 2.8 4.1 2.8 7.1 4.1 2.7 7.1
In de vakjes staan de spellingcategorieën, zie p.30-31 van de Handleiding Zin in Spelling. Groen is: zowel het woord als de categorie is geoefend. Wel als categorie aangeboden, maar het woord zelf niet: taalschrift, keukendeur, avond, kassa, hutten, prijzen, rechtop, hinkelbaan, dochters, binnentuin, vergadering, gloeilamp. Deze zijn oranje in de tabel. Woorden uit categorie 4.1 en 4.2 leren de leerlingen veel en expliciet met het klaverblad. Ze passen het schrijfvoorschrift toe op woorden die aan de criteria voldoen. Het is niet nodig dat ze precies de woorden van de toets vooraf oefenen. In Zin in Spelling oefenen de leerlingen meerlettergrepige woorden met open en gesloten lettergrepen (Bijvoorbeeld: vastmaken, oplossen, tekenen, babbelen …) Deze categorieën komen opnieuw, nog uitgebreider aan bod in de volgende jaargroep. De leerlingen hebben samenstellingen zonder tussenklank leren schrijven. De delen van de samenstellingen behoren tot categorieën die al aan bod zijn geweest, dus veel leerlingen zullen deze zonder fouten schrijven. De woorden fotograaf en metaal worden in groep 6 niet geoefend. Het gaat om frequente leenwoorden, die voor veel leerlingen geen onoverkomelijke spellingmoeilijkheden kennen.
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 o o o
o
9
8
7
6
5
4
3
10
dicteewoord schrikkeljaar beneden lawaai iglo duizend spoken elleboog pijnlijk ondanks zilvergrijs sporttas prachtig leeuwin boodschappen fantasie koningin voorzichtig achtste nieuwsgierig kamelen schuldig kantoor gordijn verstand allebei
2
eenheid
1
Medio groep 5 vervolg 2
7.1 4.1 2.6 4.3 6.1 4.1 2.4 2.9 7.1 7.1 2.3 2.7 7.1 2.9 2.3 1.4 2.7 2.3 1.5 5.2 5.1 5.2
In de vakjes staan de spellingcategorieën, zie p.30-31 van de Handleiding Zin in Spelling. Groen is: zowel het woord als de categorie is geoefend. Wel als categorie aangeboden, maar het woord zelf niet: schrikkeljaar, beneden, iglo, duizend, ondanks, zilvergrijs, boodschappen, koningin, voorzichtig, achtste, schuldig, allebei. Deze zijn oranje in de tabel. Woorden uit categorie 4.1 en 4.2 leren de leerlingen veel en expliciet met het klaverblad. Ze passen het schrijfvoorschrift toe op woorden die aan de criteria voldoen. Het is niet nodig dat ze precies de woorden van de toets vooraf oefenen. In Zin in Spelling oefenen de leerlingen meerlettergrepige woorden met open en gesloten lettergrepen (Bijvoorbeeld: vastmaken, oplossen, tekenen, babbelen …) Deze categorieën komen opnieuw, nog uitgebreider aan bod in de volgende jaargroep. De woorden elleboog, fantasie en kamelen behoren tot categorieën die pas later aan bod komen. Fantasie kan een struikelblok zijn voor veel leerlingen.
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 o o o o
o
9
8
7
6
5
4
3
10
dicteewoord tennisschoen opbrengst viltstift doorzichtig zwaluw rommeltje wolven gisteren gierig schrammen toeschouwers beeldscherm kazerne vriendinnen bodem sierlijk beestje spulletjes regelrecht ochtend kieuwen neven kastje augustus staven
2
eenheid
1
Eind groep 5 start
7.1 2.9 7.1 2.3 2.7 9.2 6.3 2.2 2.3 4.2 5.3 7.1 4.2 4.1 2.4 9.2 9.2 7.1 6.1 2.7 6.3 9.2 5.3 6.3
In de vakjes staan de spellingcategorieën, zie p.30-31 van de Handleiding Zin in Spelling. Groen is: zowel het woord als de categorie is geoefend. Wel als categorie aangeboden, maar het woord zelf niet: tennisschoen, opbrengst, doorzichtig, rommeltje, gierig, schrammen, toeschouwers, beeldscherm, vriendinnen, regelrecht, neven. Deze zijn oranje in de tabel. De leerlingen hebben samenstellingen zonder tussenklank leren schrijven. De delen van de samenstellingen behoren tot categorieën die al aan bod zijn geweest, dus veel leerlingen zullen deze zonder fouten schrijven. Woorden uit categorie 4.1 en 4.2 leren de leerlingen veel en expliciet met het klaverblad. Ze passen het schrijfvoorschrift toe op woorden die aan de criteria voldoen. Het is niet nodig dat ze precies de woorden van de toets vooraf oefenen. Deze categorieën komen opnieuw, nog uitgebreider aan bod in de volgende jaargroep. Leenwoorden komen pas later systematisch aan bod. Kazerne is geen probleem, omdat het woord volgens de Nederlandse spelling wordt geschreven.
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 o o o o
o o
9
8
7
6
5
4
3
10
dicteewoord schatrijke vriendje staking pauze goedkoop omgeving oppasser eieren stevig vleesschotel inktvis nachtegaal 2.8? spannend uren eerlijk kistje raven luchtbed knechten feestje ruwe sprinkhanen ontvoerders 6.2 laarzen stiekem
2
eenheid
1
Eind groep 5 vervolg 1
7.1 9.2 4.1 5.3 7.1 4.1 7.1 2.2 4.1 7.1 2.9 2.8 6.1 4.1 2.4 9.2 6.3 7.1 2.8 9.2 2.7 2.9 6.3 4.1
In de vakjes staan de spellingcategorieën, zie p.30-31 van de Handleiding Zin in Spelling. Groen is: zowel het woord als de categorie is geoefend. Wel als categorie aangeboden, maar het woord zelf niet: schatrijke, goedkoop, omgeving, oppasser, vleesschotel, nachtegaal, spannend, luchtbed, laarzen. Deze zijn oranje in de tabel. De leerlingen hebben samenstellingen zonder tussenklank leren schrijven. De delen van de samenstellingen behoren tot categorieën die al aan bod zijn geweest, dus veel leerlingen zullen deze zonder fouten schrijven. Woorden uit categorie 4.1 en 4.2 leren de leerlingen veel en expliciet met het klaverblad. Ze passen het schrijfvoorschrift toe op woorden die aan de criteria voldoen. Het is niet nodig dat ze precies de woorden van de toets vooraf oefenen. Deze categorieën komen opnieuw, nog uitgebreider aan bod in de volgende jaargroep. Nachtegaal is hier vanwege de ch/g ingedeeld in categorie 2.8, en zal later opnieuw aan de orde komen als uitzondering bij de woorden met een tussen-e(n), categorie 7.3. Ontvoerders kunnen de leerlingen schrijven door het woord in delen te splitsen. Woorden met ont~ (ontdekken, ontdooien …) komen later nog expliciet aan de orde.
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 o o o o
o
9
8
7
6
5
4
3
10
dicteewoord schommelstoel karretje handdoek kauwgom breinaald eeuwig ballon kwalijk schroeven knakworstje postzegel toetje plechtig geduld luidspreker druiven tandje frisdrank voorrang vochtig benieuwd minuten prijzen stemming voorruit
2
eenheid
1
Eind groep 5 vervolg 2
7.1 9.2 7.1 7.1 7.1 2.7 4.1 6.3 9.2 7.1 9.2 2.3 2.1 7.1 6.3 9.2 7.1 7.1 2.3 2.7 4.1 6.3 4.2 7.1
In de vakjes staan de spellingcategorieën, zie p.30-31 van de Handleiding Zin in Spelling. Groen is: zowel het woord als de categorie is geoefend. Wel als categorie aangeboden, maar het woord zelf niet: schommelstoel, breinaald, schroeven, knakworstje, postzegel, toetje, luidspreker, frisdrank, voorrang, vochtig, minuten, prijzen, stemming, voorruit. Deze zijn oranje in de tabel. De leerlingen hebben samenstellingen zonder tussenklank leren schrijven. De delen van de samenstellingen behoren tot categorieën die al aan bod zijn geweest, dus veel leerlingen zullen deze zonder fouten schrijven. Woorden uit categorie 4.1 en 4.2 leren de leerlingen veel en expliciet met het klaverblad. Ze passen het schrijfvoorschrift toe op woorden die aan de criteria voldoen. Het is niet nodig dat ze precies de woorden van de toets vooraf oefenen. Deze categorieën komen opnieuw, nog uitgebreider aan bod in de volgende jaargroep. Formeel is ballon in te delen als leenwoord, maar het is zo frequent dat het voor veel leerlingen geen problemen oplevert.