ADHD
I
Luk h 10 & 11
Lu k is druk, heel druk
Luk is niet als andere kinderen. Van in zijn wieg leek hij al veel onrustiger dan zijn oudere broer en zus. Als peuter en kleuter kon hij nooit lang met iets spelen. Hij was zijn speelgoed dadelijk beu. In de lagere school hoort en ziet Luk alles wat er rond hem gebeurt, maar wat de lerares vertelt … dat heeft hij meestal niet gehoord. Het ene moment zit hij op zijn stoel, het volgende onder de tafel. Luk heeft ADHD, hij is nu in therapie. Twee keer per dag neemt hij een pilletje. “Dat pilletje maakt me rustig in mijn hoofd,” zegt Luk.
ADHD in kaart ADHD is een ontwikkelingsstoornis met als hoofdkenmerken aandachtstekort en hyperactiviteit/impulsiviteit. Kinderen die lijden aan aandachtstekort en concentratiestoornis kunnen moeilijk de aandacht op een taak richten, die aandacht vast houden en zich niet laten afleiden door externe prikkels. Ze slagen er nauwelijks in om dingen af te maken, hebben moeite om taken en activiteiten te plannen en te organiseren, raken spullen kwijt en zijn vergeetachtig. Impulsieve kinderen handelen voor ze nadenken. Ze geven antwoord, nog voor de vraag is gesteld, hebben geen tijd om keurig hun beurt af te wachten, verkopen anderen een dreun voor ze het zelf in de gaten hebben. Hyperactieve kinderen zijn voortdurend in beweging, zitten continu te draaien op hun stoel, staan op, kruipen onder de tafel of beklimmen het boekenrek. Ze zijn snel opgewonden, maar ook gauw gefrustreerd. Stil zitten en rustig zijn vraagt van hen een overmaat aan energie.
Niet altijd even druk Geen twee kinderen met ADHD zijn hetzelfde. Sommigen hebben alleen aandachtstekort, men spreekt dan van ADD, anderen zijn overwegend hyperactief en impulsief. Daarom zijn er verschillende subtypes binnen het concept ADHD. Bovendien ontwikkelen kinderen met ADHD soms een aantal bijkomende problemen waaronder motorische, leer-, gedrags-, relationele en emotionele problemen.
Lange tijd dachten de ouders van Luk dat hij gewoon een lastig kind
Ze vroegen zich af: “Zal zijn hele verdere leven in het teken van
was. Tot de juf van het eerste leerjaar hen vertelde dat hun zoontje
deze ziekte staan?”
onmogelijk was in de klas. “Of ze Luk al eens hadden laten testen?” Na talrijke onderzoeken en gesprekken met de kinderpsychiater en
In elke klas
de neuropsycholoog viel de diagnose: ADHD. Dat staat voor de Engelse term “Attention Deficit Hyperactivity Disorder” ofwel aan-
Naar schatting lijdt ongeveer één kind op twintig aan ADHD. Dat
dachtsstoornis met hyperactiviteit en impulsiviteit. Gemakkelijker te
betekent dat er in elke schoolklas gemiddeld één kind met ADHD
onthouden is misschien “Alle Dagen Heel Druk”, maar deze bena-
zit. Het is een misverstand dat ADHD er altijd “uitgroeit”. Een aan-
ming klopt niet helemaal want er zijn ADHD-kinderen die alleen aan-
zienlijk deel van de volwassenen bij wie als kind de diagnose ADHD
dachtstoornissen hebben maar niet altijd hyperactief of druk zijn.
werd gesteld, heeft er op latere leeftijd nog last van. Ze lopen een
De diagnose was een opluchting voor de ouders van Luk. Er was
hoger risico om vast te lopen in studie, werk, relaties of familie.
erkenning van hun probleem. Ze wisten wat er met Luk aan de hand was. Het was nu gemakkelijker om aan anderen – de juf, de badmeester, de trainer van de turnploeg – uit te leggen waarom
Geen test
Luk soms zo heftig was. Bovendien konden ze starten met een
Een eerste moeilijkheid bij ADHD begint met de diagnose: er bestaat
behandeling.
niet zoiets als “een test voor ADHD”. Kinderen bij wie ADHD wordt ver-
Anderzijds was het ook een tegenslag. Luk was anders dan de ande-
moed, vertonen een grote verscheidenheid aan probleemgedrag.
re kinderen. Luk was plots “een kind met een stoornis”, een ziekte.
Bovendien schuiven ouders, leraren en andere opvoeders de meest uit-
Mijn bijzonder brein
Aangeboren of falende opvoeding?
symptomen van aandachtstekort en/of hyperactiviteit/impulsiviteit vertonen. Deze symp-
70 tot 80 % van de vatbaarheid voor ADHD zou genetisch bepaald zijn. Daarmee is ADHD
tomen moeten minstens zes maanden aan-
voor een flink deel een aangeboren afwijking, of met andere woorden “het zit voor een stuk
wezig zijn, gedeeltelijk al voor de leeftijd van
in de genen”. Ook omgevingsfactoren spelen een rol: een te laag geboortegewicht,
zeven jaar en ze moeten zich ten minste op
vroeggeboorte, roken, druggebruik van de moeder tijdens de zwangerschap …. Dit zijn
twee of meer terreinen afspelen, bijvoorbeeld
overigens geen risicofactoren die alleen tot ADHD kunnen leiden, ook bij andere psychische
op school, thuis, de jeugdbeweging.
aandoeningen van het kind spelen ze een rol.
Daarom is het stellen van de diagnose een taak voor professionele hulpverleners, die
ADHD is een stoornis die zich in de hersenen afspeelt. Bij ADHD-kinderen zijn de frontale
voldoende tijd kunnen uittrekken … en daar
cortex gemiddeld kleiner en de kleine hersenen gemiddeld kleiner dan bij andere kinderen.
durft het wel eens foutlopen. Bij de gespecia-
Belangrijker is dat er bij ADHD een verstoring is van de communicatie tussen diepgelegen
liseerde centra loopt de wachttijd vaak op tot
hersenkernen en de prefrontale cortex, het hersengebied achter het voorhoofd. De
meerdere maanden, zodat kinderen soms bij
diepgelegen kernen bepalen hoeveel en welke informatie wordt verwerkt, de prefrontale
artsen of paramedici terecht komen die de
cortex bepalen de manier van reageren. De zenuwbanen die zorgen voor de verbinding tus-
diagnose niet altijd even zorgvuldig stellen.
sen deze hersengebieden maken te weinig dopamine en noradrenaline aan, en dat heeft ADHD-gedrag tot gevolg. Methylfenidaat, het bestanddeel dat de basis vormt van medicijnen
Glijdende diagnose?
als Rilatine®, verhoogt de concentratie van deze boodschapperstoffen en verbetert daarmee de communicatie tussen die hersengebieden (zie ABC van mijn bijzonder brein).
Sommigen beweren dat er in de maat-
Verder zijn de meeste specialisten het er over eens dat ADHD geen gevolg is van TV-kijken,
schappij tendensen aan het werk zijn die
videospelletjes spelen, falende opvoeding, overgevoeligheid of allergie voor bepaalde
maken dat de diagnose ADHD nu veel vaker
voedingsstoffen of een teveel aan snoepgoed en suiker. Toch is het zo dat een onregelmatig,
wordt gesteld dan vroeger. Dat heeft veel
onrustig en jachtig leven, thuis en op school, de symptomen van een ADHD-kind versterken.
te maken met de wat vage omschrijving
Kinderen en jongeren met ADHD hebben nood aan betrokkenheid en geborgenheid,
van de aandoening. Zo leidt een ruimere
genegenheid, stimulering, emotionele steun en structuur in hun omgeving.
interpretatie van de criteria tot een exponentiële toename van het aantal kinderen dat het predikaat ADHD opgespeld krijgt. De
I
Luk h 12 & 13
diagnose ADHD blijft een beetje arbitrair: je eenlopende houdingen bij kinderen weg
moet voldoen aan zes van de negen crite-
onder het etiket “concentratiemoeilijkheden”.
ria voor zowel aandachtstoornis als hyper-
Kinderen die faalangst hebben, niet gemoti-
activiteit/impulsiviteit. Waarom niet aan
veerd of onwillig zijn, die de leerstof niet
zeven? En eerlijk … een kind dat vier of vijf
begrijpen of die door zorgen worden afgeleid
van de symptomen heeft, kan ook al knap
… Ze worden allemaal gecatalogeerd als kin-
druk zijn.
deren met een concentratiestoornis. Kortom
Misschien is er meer aan de hand. Misschien
de termen “concentratiegestoord”, “hyperac-
leven we vandaag in een maatschappij waar-
tief” en “impulsief”, de kernsymptomen van
in het voor sommige ouders beter past om
ADHD, worden van persoon tot persoon ver-
een kind met een aandoening te hebben, dan
schillend ingevuld.
een “gewoon” kind dat misschien wat ruim
Vooraleer een kind de diagnose ADHD krijgt,
afwijkt van het gemiddelde kind. Er zijn men-
moet het een combinatie van verschillende
sen die vinden dat er van onze maatschappij
een dwang uitgaat om drukke
en noradrenaline in
het uitdenken en uitvoeren van een meer
kinderen al snel “onaangepast
verhoogde
mate
gepaste reactie. Onderzoek wijst uit dat
druk” te vinden waardoor ouders
beschikbaar zijn in de
geneesmiddelen als Rilatine® succesvol zijn
in de richting van een medische
hersenen (zie ABC van
bij 70 tot 80 % van de ADHD-kinderen. De
diagnose worden geduwd.1
mijn bijzonder brein).
hyperactiviteit, impulsiviteit en concentratie-
Dat zou leiden tot een over-
Daardoor verlopen sommi-
zwakte verminderen, er is minder fysieke en
diagnose van ADHD.
ge hersenactiviteiten efficiën-
verbale agressie, het schoolwerk wordt
Ongetwijfeld leidt dat tot een span-
ter, zoals de selectie en orde-
beter en nauwkeuriger gemaakt, de contac-
ningsveld, want voor een kind dat echt
ning van prikkels uit de omge-
ten met leeftijdsgenoten verlopen vlotter
ADHD heeft, is een snelle en accura-
ving, het afremmen van een
waardoor ze beter worden geaccepteerd.
te diagnose een “must”. Zonder
te snelle impulsieve reactie en
Medicatie kan bij sommige kinderen vermij-
een correcte diagnose kan een kind gedurende vele jaren verstoken blijven van de
De therapie voorbij
juiste zorgen en behandeling.
Hoe behandelen?
middel. De groep van symptomen die samen de diagnose ADHD uitmaken, vinden
In 2003 publiceerde een groep vooraan-
we ook als afzonderlijke entiteiten bij kinde-
staande Amerikaanse bio-ethici een lijvig
ren terug en in variërende mate.
rapport waarin ze de mogelijke problemen
Een aantal symptomen wordt ook terugge-
ADHD echt genezen kan niet. Er bestaat geen
schetsen die een toenemende medicalise-
vonden in “normale” kinderen.
geneesmiddel of behandeling die ADHD
ring van ons dagelijks leven met zich brengt.
Doordat artsen deze geneesmiddelen als
geneest. Wel kunnen de verschijnselen die
Ze erkennen dat toediening van neurostimu-
“veilig” beschouwen, bestaat de neiging dat
samenhangen met ADHD worden verminderd.
lerende medicijnen in echte ADHD-gevallen
ouders en zorgverleners steeds vaker naar
Dat laat toe om de negatieve spiraal in de
een effectieve therapie is. Toch zien zij grote
het middel grijpen onder het motto “baat
ontwikkeling van het kind te doorbreken.
maatschappelijke problemen bij het toene-
het niet, dan schaadt het niet”.
Behandeling kan op twee niveaus: er is
mend gebruik van deze geneesmiddelen.
Er is een groeiende socio-economische druk
gedragstherapie en medicatie. Gedrags-
Hun bezwaren:
– van scholen, verzorgers, de farmaceuti-
therapie richt zich op het kind, de ouders, de
Zelfs als neurostimulerende geneesmidde-
sche industrie en de sociale zekerheid – om
school, of alle drie tegelijk. Die therapie is
len correct worden gebruikt voor de behan-
deze geneesmiddelen voor te schrijven om
evenwel niet altijd beschikbaar of de ouders,
deling van een erkende aandoening, blijven
ongewenst gedrag te behandelen in plaats
het kind of de school kunnen er de energie
het middelen die bedoeld zijn om het
van de onderliggende maatschappelijke
niet voor opbrengen.
gedrag te veranderen en te controleren.
problemen aan te pakken.
Medicatie is een andere mogelijkheid. Het
Bovendien worden ze door volwassenen
Deze geneesmiddelen kunnen eveneens de
gaat dan in de eerste plaats om neurostimu-
opgelegd aan kinderen. Aan de basis van
mentale prestaties – onder meer het con-
lerende middelen als methylfenidaat, in
het gebruik ervan ligt “afwijkend gedrag”;
centratievermogen – van normale mensen
België beter bekend onder de merknamen
precies de vermindering of het wegvallen
verbeteren. Ze worden steeds vaker door
Rilatine® en Concerta®. Het is nog niet hele-
van dit afwijkend gedrag is de maat voor
studenten gebruikt om hun prestaties bij
maal duidelijk waarom hyperactieve kinde-
het succes van het geneesmiddel.
studie en examens te verbeteren.
ren baat hebben bij een stimulerend middel,
Er is onduidelijkheid welk gedrag precies
maar geneesmiddelen als Rilatine zorgen
moet worden behandeld met het genees-
“Better children, beyond therapy”, a report of the President’s Council on Bioethics, 2003.
ervoor dat de neurotransmitters dopamine 1 Interview met Micha De Winter “Van pathologiebestrijding naar functieverbetering”, in “Een ander ik. Technologisch ingrijpen in de persoonlijkheid”, Rathenau Instituut, 2004.
Mijn bijzonder brein
den dat ze naar het bijzonder onderwijs
het normale brein een fikse concentratieduw.
moeten of in ernstige opvoedingsmoeilijk-
Het verruimde gebruik van dergelijke medicij-
heden terecht komen. Alleen maar voorde-
nen leidt tot een samenleving waarin
len dus? Of toch niet?
“gewoon” niet meer genoeg is, waarin varia-
Meer info over ADHD: z
ties onmiddellijk als afwijkend worden
Druk kind, pilletje erin?
beschouwd en natuurlijke eigenschappen 2
ADHD? Laat je niets wijsmaken!, H. De
onherroepelijk moeten worden verbeterd.
Backer, EPO, 2003.
Pieters staat niet alleen met zijn kritiek.
z
werkingsduur. Ze moeten elke dag worden
Talrijke mensen stellen zich vragen bij het toe-
probleem, M. Danckaerts, UZ Gezondheidsbrief,
genomen (vaak meermaals) en gedurende
nemend gebruik van geneesmiddelen om
113, 2001.
vele jaren. Ze genezen ADHD niet echt.
onze psyche, ons gedrag, en onze mentale
z
Toch zijn neurostimulerende middelen aan
vaardigheden te verbeteren. Zeker als het
teit, www.gezondheid.be
een gestage opmars bezig. Alhoewel ze al
onze kinderen betreft (zie kader “De therapie
z
tientallen jaren beschikbaar zijn, worden ze
voorbij”). Het slikken van medicijnen heeft
vooral de laatste tien jaar in versneld tempo
dan niet langer tot doel om ziekte te verhel-
Zelfhulpgroepen en websites
gebruikt. Zo nam tussen 1990 en 2000 in de
pen, maar eerder om ons functioneren en ons
z
Centrum “Zit Stil”, www.zitstil.be
VS de jaarlijkse productie van methylfenidaat
gedrag te verbeteren. Daarmee worden medi-
z
Aandacht, Werkgroep volwassenen met
met 730 % toe. Ook in Europa zit het verbruik in
cijnen een reëel instrument in de opvoeding,
de lift. In Nederland werd in 1997 Rilatine
een pedagogisch hulpmiddel.
60.000 keer verstrekt, in 2000 was dat 180.000
ADHD, een complex diagnostisch
ADHD – Aandachtstoornis met hyperactiviADHD-consultatielijn, 0902 88 777
ADHD, www.adhd-volwassenen.be z
ADHD-land, centraal informatiepunt rond ADHD in Nederland, www.adhd.nl
keer.
Ook de ouders van Luk hebben geaarzeld of
“Rilatine® was aanvankelijk voorbehouden
ze hem neurostimulerende geneesmiddelen
voor zeer moeilijke hyperactieve kinderen
zouden geven … net als de meeste ouders
met ADHD,” zegt de Nederlandse medisch
van een ADHD-kind, overigens. Ook voor hen
historicus Toine Pieters. “Nu krijgen ook
was dat geen evidente beslissing.
gewoon drukke kinderen het.” Zo wordt het pilletje al te snel de “gemakkelijke weg” die vermijdt dat onderliggende, vaak sociale en opvoedkundige, problemen worden aangepakt. Want zo’n pilletje werkt heel simpel: druk kind, pilletje erin … en weg zijn de problemen. Bovendien beginnen nu ook studenten deze medicijnen te slikken bij het afleggen van examens. Het geneesmiddel geeft ook aan
I
2004, Wilrijk. z
Geneesmiddelen als Rilatine hebben een korte
®
Luk h 14 & 15
Kennismakingsnummer Centrum “Zit Stil”
2 Toine Pieters, “Pillen en psyche, culturele eb- en vloedbewegingen”, Rathenau Instituut, 2002.
Nota’s
leerproblemen
I
Luk h 16 & 17
Met de vinger gewezen…
Inmiddels is Luk,de jongen met ADHD uit het vorige verhaal, twaalf geworden. Hij heeft nog steeds moeite om stil te zitten. Zich concentreren is evenmin zijn beste eigenschap. Maar hij heeft het wel tot in de zesde klas gebracht. De ouders, de school en de medewerkers van het CLB leverden prachtig werk. Ze maakten ADHD bespreekbaar, zowel in de klas als daarbuiten. Dat maakte het voor Luk gemakkelijker om “zijn bijzonder brein” te accepteren. De school organiseerde ook een ouderavond voor alle ouders uit de klas van Luk. Zo kregen ze een beter inzicht in ADHD en zagen achter het drukke gedrag van Luk een kind met een verhaal. En een stel ouders voor wie het opvoeden van een kind niet altijd even gemakkelijk was.
Helaas verloopt het schoolparcours van een kind met ADHD niet altijd even vlekkeloos. Heel wat kinderen met een “bijzonder brein” vallen uit de boot. Of het nu gaat om kinderen met ADHD, met leerstoornissen zoals dyslexie, dyscalculie …, met een autismespectrumstoornis of met een psychisch probleem. Vaak worden deze kinderen met de vinger gewezen, gepest, voor dom versleten, staan ze buiten de groep, moeten meer dan eens een jaar overdoen, veranderen vaak van school (vrijwillig of onder druk van de school) of ze haken af. Ze verdwijnen uit het reguliere schoolcircuit, terwijl er vaak helemaal niks mis is met hun intelligentie. Van gemiste kansen gesproken.
Eén op vijf
Gestoord of divers
Mijn kind, beter dan gemiddeld
Experts verschillen van mening over hoe de
De Utrechtse hoogleraar pedagogische
samenleving met deze gemiste kansen moet
wetenschappen, Micha De Winter, is een
Ook ouders gaan niet vrijuit, zegt De Winter.
omspringen. Sommigen zien deze stoornissen
andere mening toegedaan. Elk kind is ver-
Ouders willen een eigen identiteit voor hun
als medische problemen die vragen om een
schillend en we moeten al die verschillen
kinderen, een erkenning van hun persoonlijk-
medische oplossing. Zij zien het meeste heil in
veel minder medicaliseren, stelt hij. Een
heid. Maar dat krijgen ze niet altijd voor
een volwaardige en geïntegreerde gezond-
Engels spreekwoord zegt: “It takes a village
elkaar in het reguliere onderwijssysteem.
heidszorg voor kinderen en jongeren. En die is
to raise a child,” en dat gemeenschapsele-
Tenzij er voor hun kind een medisch label is
er (nog) niet in België. Het aantal jongeren met
ment komt in onze samenleving steeds meer
bedacht, een syndroom. Je mag dan niet
een expliciete zorgvraag wordt geraamd op 3 %.
op de tocht te staan. Onze cultuur is geïndi-
meer twijfelen aan het syndroom dat zij net
Een derde daarvan staat op een wachtlijst of
vidualiseerd en gefragmenteerd en precies
met zoveel moeite hebben geclaimd.
krijgt niet meteen de zorg die nodig is. Dat
daar ligt de oorzaak van de “boom” aan neu-
Tegenwoordig zie je die reactie bijvoorbeeld
betekent dat in Vlaanderen ongeveer 13 000
ropsychiatrische diagnoses bij kinde-
jongeren (voor heel België gaat het dan om
ren en jongeren. Kinderen moe-
meer dan 20 000) of hun ouders of opvoeders
ten meer worden gerespec-
een uitdrukkelijke hulpvraag hebben geformu-
teerd in hun natuurlijke diver-
leerd, waaraan niet wordt tegemoet gekomen.1
siteit. Onze maatschappij is
Om nog te zwijgen van de talrijke jongeren die
niet in staat om te gaan met
geen hulpvraag hebben geformuleerd, maar
normale tempoverschillen in
die wel met een neuropsychisch probleem
leren tussen kinderen.
kampen. Dat zijn er heel wat. Uit een
Eerst moet er een
Nederlandse epidemiologische studie blijkt dat
“medisch label”
liefst 22 % van de jongeren voldoet aan de criteria
op worden geplakt.
van een of andere neuropsychiatrische stoornis2.
Pas als een kind
Geen wonder dus dat er spanning heerst in de
dyslectisch (woordblind)
sector van de geestelijke gezondheidszorg: de
wordt bevonden, krijgt het allerlei aanpassin-
en op hoge poten eisen ouders een diagno-
zorg lijkt vast te lopen. Er is toenemende frustra-
gen in leervormen en krijgt het bij examens
se, een label. “Mijn kind is hoogbegaafd, en
tie bij ouders omwille van lange wachttijden, er
en toetsen meer tijd. Wij hebben zo’n starre
daardoor is het op school onaangepast.”
zijn escalerende problemen bij jongeren en over-
omgeving voor kinderen georganiseerd dat
Natuurlijk zijn ze er wel, hoogbegaafde kin-
belaste zorgverleners … Dat een samenleving dit
we dit soort diagnoses, en wellicht straks ook
deren met een super-IQ, dyslectici met grote
schromelijke tekort in het zorgaanbod lijkt te
allerlei pillen, nodig hebben om hen tege-
taalproblemen, en onhandelbare ADHD‘ers.
aanvaarden, heeft volgens sommigen te maken
moet te komen. Alleen op medische gronden
Alleen: het maatschappelijk effect is dat meer
met een diepgewortelde en globale miskenning
kunnen we dan nog verschillen tussen kinde-
kinderen labels opeisen of opgelegd krijgen
van de psychische problemen bij jongeren.1
ren toestaan3.
dan wetenschappelijk valt te onderbouwen.
heel sterk bij “hoogbegaafdheid” en “dyslexie”. Met veel assertiviteit
1 Cools B, “Kortsluiten om te ontsluiten. Stappen in de ontwikkeling naar een geïntegreerde geestelijke gezondheidszorg voor jongeren in Vlaanderen”, Acta Hospitalia, 2003-2, 59-74. Bob Cools is klinisch psycholoog en was adviseur geestelijke gezondheidszorg tijdens de regering Verhofstadt I. 2 Verhulst F, “Kinder- en jeugdpsychiatrie”. In : de Jong A en anderen, “Handboek psychiatrische epidemiologie”, 1999. 3 Interview met Micha De Winter “Van pathologiebestrijding naar functieverbetering”, in “Een ander ik. Technologisch ingrijpen in de persoonlijkheid”, Rathenau Instituut, 2004.
Mijn bijzonder brein
Het begrip verspreidt zich en wordt van zijn
De reddingssloep van 1B+
klinische
zorgvuldigheid
ontdaan.
De
verspreiding van een medisch begrip onder Eind juni 1997 waren een aantal ouders koortsachtig op zoek naar een aangepaste opleiding voor
het grote publiek werkt zo gemakzucht in de
hun kinderen binnen het gewoon secundair onderwijs. Allemaal normaal begaafde kinderen met
hand, bij ouders, hulpverleners en maat-
een leer- en/of aandachtsprobleem. De overgang van lager naar secundair onderwijs leek voor
schappelijk werkers. Waarom richten we het
deze kinderen, juist omwille van hun leerproblemen, geen evidentie. Ze konden inschrijven voor
onderwijs niet zo in dat alle kinderen zorg op
de B-stroom (de richting die leidt naar het beroepsonderwijs in de tweede en derde graad). Of ze
maat krijgen? Dan heb je die omweg van de
kozen voor een eerste jaar A (algemeen en technisch onderwijs), met het risico te mislukken.
medische en psychologische labels helemaal
Een aantal ouders vond een luisterend oor bij de directie en de leraren van het Sint-Jozefinstituut
niet nodig.
in Kessel-Lo. In september 1998 werd gestart met een brugklas (1B+) die moest toelaten om de leerlingen later te laten opstromen naar 1A.
Niet voor doetjes
School als spiegel van de samenleving Elke leerkracht, elke directeur, elke zorgvers-
Inmiddels bestaat 1B+ al zes jaar. Meer dan tachtig leerlingen hebben gebrugd in 1B+, de meer-
trekker worstelt vandaag met de vraag hoe
derheid onder hen stroomt op naar 1A. Het aantal leerlingen in 1B+-klas wordt elk jaar bewust
hij al deze kinderen en jongeren met een bij-
laag gehouden, liefst rond de twaalf. Het zijn allemaal leerlingen met een ernstig partieel tekort
zonder brein aan hun trekken laat komen bin-
voor lezen en spelling, rekenen, of aandacht en werkhouding. In de meeste gevallen werd hier-
nen het reguliere onderwijssysteem. Er zijn
aan een diagnose van een leer- of aandachtsprobleem verbonden (dyslexie, dysorthografie, dys-
mogelijkheden. Door differentiatie in de klas
calculie, ADHD …).
kan de leraar of lerares proberen het onder-
Alle leerlingen van 1B+ hebben recht op individuele handelingsplannen en maatregelen om te
wijsaanbod maximaal af te stemmen op de
stimuleren, te compenseren, te remediëren en te dispenseren (sti-co-r-di-maatregelen). “Toch is
onderwijsbehoeftes van ieder individueel
de 1B+-klas niet voor doetjes,” zegt directrice Jeanine Engelbosch. "Wij verwachten veel van die
kind. Daarnaast bestaat de mogelijkheid om
kinderen. De speelse uren in een gewone B-klas worden vervangen door hoofdvakken.
via een taakleerkracht leerlingen met speci-
Bovendien krijgen verschillende kinderen na de schooltijd extra begeleiding. Al bij al moeten ze
fieke moeilijkheden tijdelijk bij te werken,
een stuk harder werken dan wanneer ze in een gewone B-klas zouden zitten.”
individueel of in kleine groep. Veel scholen hanteren een “leerlingvolgsysteem” om pro-
Mentaliteitswijziging
blemen tijdig te signaleren. Andere scholen
"Als je geen leraren hebt die met hart en handen willen werken aan een brugklas, moet je er
kend is er het opvangnet van het buitenge-
niet aan beginnen," stelt de directrice. "In onze school vonden de leraren dat een uitdaging, een
woon onderwijs … En toch gebeurt het nog
nieuwe wending in hun carrière. Maar het vraagt tijd, die andere aanpak. De evaluatie op twee
veel te vaak dat ouders en kinderen zich
(of meer) sporen knaagt aan het rechtvaardigheidsgevoel waar veel leraren zich aan vast-
omwille van hun anders zijn, ongelukkig voe-
klampen: iedereen gelijk voor de wet. Wij zijn echter tot het inzicht gekomen dat het juist niet
len. Dat ze de indruk hebben dat ze met de
rechtvaardig is om kinderen met verschillende startkansen aan het einde van de rit gelijk te
vinger worden gewezen.
I
Luk h 18 & 19
beoordelen. Je vraagt toch ook niet aan een kind dat een bril draagt om aan het einde examen af te leggen zonder die bril. Dat is een mentaliteitswijziging die wij achter de rug hebben." In 2002 kreeg het Sint-Jozefinstituut voor zijn 1B+-project de koningin Paola-prijs voor het onderwijs. Infopakket Sint-Jozefinstituut en SCHOOLdirect 12 juni 2002.
opteren voor speciale klassen en vanzelfspre-
Nota’s
Meer info: z
Infopakket “Eerste hulp bij leerstoornissen”, Die-’s-lekti-kus vzw.
z
Kinderen met problemen, P. Ghesquière en B. Maes, Garant, 1995.
z
Leerproblemen bestaan echt! Gids voor ouders en betrokkenen, Sprankel vzw.
z
Op eigen kracht ...? Afhankelijkheid en speciale onderwijszorg, T. Dollevoet, G. van Stralen en H. Top, Garant, 2000.
z
Dyslexie en Dyscalculie: ernstige problemen in het leren lezen en rekenen. Recente ontwikkelingen in onderkenning en aanpak, A.J.J.M. Ruijssenaars en P. Ghesquière, Acco, 2002.
z
Leerproblemen, Ik kan niet volgen..., www.gezondheid.be
Zelfhulpgroepen en websites z
Sprankel, Vereniging van ouders van normaalbegaafde kinderen met leerproblemen, www.sprankel.be
z
Die-’s-lekti-kus, www.letop.be
z
NLD-vereniging, Niet verbale leerstoornissen, www.nld.be
z
Vlaamse Vereniging Autisme, www.autismevlaanderen.be
z
Bekina, werkgroep voor ouders en opvoeders van hoogbegaafde kinderen en adolescenten, www.u-stream.be/bekina