Jaarverslag Educatie (WEB)2014 Regio Noordoost Brabant
HOOFDSTUK 1: INLEIDING EN ONTWIKKELING E DUCATIE IN DE REGIO Educatiemiddelen zijn bedoeld om volwassen inwoners van de gemeenten onderwijs te bieden waardoor zij beter kunnen participeren in de samenleving of meer of betere kansen hebben op de arbeidsmarkt. De afgelopen vijf jaar zien we dat de landelijke overheid haar koers regelmatig heeft bijgesteld of omgegooid waardoor het op gemeentelijk niveau soms lastig werd om beleid uit te zetten en gericht te sturen op efficiënte inzet van de beschikbare gelden, die zoals u verder kunt lezen, meer dan gehalveerd zijn. Daarbij speelt in de regio Brabant Noordoost dat er drie subregio’s te onderscheiden zijn (Oss, Uden/Veghel en Land van Cuijk) en dat deze regio opgaat in een grotere arbeidsmarktregio. Er wordt dan ook extra ingezet op samenwerking en afstemming tussen de verschillende gemeenten, ketenpartners, bedrijven en instellingen. We zien dat de regio zich meer en meer verenigd onder de koepel van Agrifood Capital . De samenwerking tussen de overheid, ondernemers en onderwijs krijgt hier vorm. ROC de Leijgraaf richt zich op jongeren en volwassenen en wil die brede doelgroep opleiden en begeleiden naar werk of een zo goed mogelijke plaats in de samenleving. Het overgrote deel van onze leerlingen haalt op eigen kracht bij ons een diploma. Maar ook de kwetsbare mensen, de mensen met een grotere afstand tot het onderwijs of de arbeidsmarkt, willen wij bedienen. Voor deze doelgroep is meer nodig dan alleen goed onderwijs. Zij hebben extra begeleiding, aandacht en vooral continuïteit in hun traject nodig. Vaak zijn zij gebaat bij een aanpak die langs meer stations leidt, meestal bij verschillende partijen. Samenwerking in de keten is dan cruciaal. Het gaat dan om bijvoorbeeld screening, testen, training basisvaardigheden, (beroeps)opleiding, training in werknemersvaardigheden en arbeidsbemiddeling. Onmisbaar is de continue regievoering over de deelnemer wanneer hij daartoe zelf niet of minder in staat is. Het ROC speelt niet alleen een directe rol in volwasseneneducatie maar ook indirect door met een sluitende aanpak voor jongeren ervoor te zorgen dat er minder volwassenen in een uitkering komen of geïsoleerd raken. Al deze uitgangspunten dienen voor ons als baken in de ontwikkeling van nieuwe producten en de samenwerking met de regionale partijen. Hoe meer we erin slagen om regionaal goed af te stemmen en duidelijkheid te creëren over welke producten we hiervoor nodig hebben, hoe beter we in staat zijn onze doelstellingen te realiseren. Dit verslag geeft een kijk op het afgelopen jaar. Niet alleen zijn de cijfers per gemeente terug te vinden, maar ook zijn de hoofdlijnen van de koers die we uitgezet hebben meer en meer afleidbaar uit die cijfers. Ik ben ervan overtuigd dat de betrokkenheid met de doelgroep en de regio van doorslaggevend belang zijn voor de participatie van onze inwoners. Wij staan klaar met ons onderwijs maar ook staan we klaar voor een verdere dialoog en de beleidsontwikkeling die een regio sterk maakt.
Eric van Daelen Directeur Loopbaancentrum
pag. 1
HOOFSTUK 2: ONDERWIJS DOOR MIDDEL VAN BO UWSTENEN
Het Loopbaancentrum biedt voor Educatie verschillende producten, trajecten en diensten aan. De belangrijkste Doelstelling daarbij is:
Meer werken op basis van vraagsturing door gemeenten. Geen maatwerk zonder uniformiteit. elke doelgroep bedienen waarvan gemeenten het noodzakelijk achten dat zij via educatie gaan participeren. Dit willen wij bereiken door onze producten breed inzetbaar te maken.
Dat betekent dat ons aanbod is vastgelegd in een keuzemenu. Dit keuzemenu bestaat uit bouwstenen. Een bouwsteen is vergelijkbaar met een legoblok. De legoblokken kunnen naar wens op elkaar gebouwd worden. Meerdere legoblokken op elkaar gebouwd vormen een traject, zoals de bestaande trajecten als Basisvaardigheden, Spirit to Work en Aan de Slag.
Basisvaardigheden
Spirit to Work
Aan de Slag
5 dagdelen per week
3 dagdelen per week
5 dagdelen per week
Sollicitatietraining
Sollicitatietraining
Sollicitatietraining
Digitale vaardigheden
Digitale vaardigheden
Digitale vaardigheden
Loopbaanoriëntatie
Loopbaanoriëntatie
Loopbaanoriëntatie
Sociale communicatieve vaardigheden en presentatie
Sociale communicatieve vaardigheden en presentatie
Sociale communicatieve vaardigheden en presentatie
Budgetteren en geldzaken
Assertiviteitstraining
Budgetteren en geldzaken
Werknemersgedrag
Werknemersgedrag
Nederlandse taalniveauverhoging
Nederlandse taalniveauverhoging
Rekenen
Rekenen Sport en bewegen Motivatietraining
Het volledige portfolio is terug te vinden als bijlage van de product overeenkomst Elke bouwsteen staat voor een dienst, denk aan bouwsteen Nederlandse taal van niveau 0 naar A1, bouwsteen budgetteren of bouwsteen sollicitatietraining. Indien er een vraag van een opdrachtgever komt, dan wordt die vraag omgezet in ‘welke bouwstenen moeten in het traject komen om de vraag te kunnen beantwoorden?’. De bouwstenen zijn aangepast aan het leervermogen van een deelnemer. Sommige deelnemers hebben een laag niveau en andere hebben een hoog niveau. Er zijn dus bouwstenen Digitale vaardigheden voor een laag niveau, de beginners en een bouwsteen Digitale vaardigheden voor een hoger niveau, de gevorderden. De deelnemer moet uitgedaagd worden.
pag. 2
Bij maatwerk wordt in overleg met de opdrachtgever vastgesteld welke bouwstenen deel uitmaken van het traject. De duur en de frequentie kan eveneens in samenspraak worden bepaald. Gelet op kwaliteit en efficiency wordt zoveel mogelijk gestreefd naar uniformiteit. Indien u meer informatie zou willen ontvangen over welke bouwstenen er in het keuzemenu zitten, dan kunt u dat opvragen bij onze accountmanager Wilma van Antwerpen,
[email protected] of 06-21897583
pag. 3
HOOFSTUK 3: FEITEN EN CIJFERS
3.1 BUDGET EN BESTEDING
Het budget is sinds 2011 substantieel geslonken. In de jaren 2013 en 2014 werd dit deels gecompenseerd door inzet van ROC gelden. ROC de Leijgraaf heeft in die jaren een totaal bedrag van ruim €750.000 in de regio geïnvesteerd.
Fig. 1
pag. 4
Fig 2a
Bovenstaande tabel geeft aan hoeveel er contractueel is uitgegeven aan de Educatie in de Regio Noordoost Brabant. De volgende tabellen laten zien wat er daadwerkelijk is gerealiseerd aan trajecten. De bedragen zijn dus verschillend.
Fig. 2b
pag. 5
Van het totale beschikbare budget is in 2014 80% besteed aan trajecten. De verschillen tussen de gemeenten zijn aanzienlijk. Alleen de gemeente Cuijk heeft meer gerealiseerd dan het beschikbare budget. Dit verschil wordt gecompenseerd door de overschotten bij de gemeenten Grave en Mill. Zie ook fig. 7 voor het aantal deelnemers per gemeente. Van het door het ROC de Leijgraaf voor de uitvoering van trajecten beschikbaar gestelde budget is 73% niet benut. Hoofdoorzaak is het te laat op gang komen van instroom van deelnemers. 2015 is meer voorspoedig van start gegaan. In Januari waren 43 van de 46 beschikbare dagdelen ingevuld (90%).
Fig. 3
Van de gemeenten in onze regio hebben alleen Uden, St. Oedenrode, Boekel en Maasdonk niet vooraf 100% maar 75% ingekocht. Uden heeft later alsnog 15% extra ingekocht. Het zijn dan ook die gemeenten die verhoudingsgewijs beduidend in de realisatie van hun eigen budget achter zijn gebleven. Zij nemen maximaal 25% mee naar 2015.
pag. 6
Fig. 4
Uit bovenstaande grafiek is op te maken dat voor volledige realisatie van het totale budget €28.000 per week aan groepscontacturen/dagdelen gedraaid moest worden. Hoewel de trend gedurende het jaar opwaarts was, is er alleen in het laatste kwartaal van 2014 sprake geweest van een volledige bezetting. Zoals gezegd, het te laat op gang komen en tevens het niet laten doorgaan van eerder geplande groepen, zijn de voornaamste reden. Die weken met uitschieters in negatieve zin zijn vaak weken met minder lesdagen (denk aan Pinksteren, Pasen etc. )
Fig. 5
Deze grafiek laat zien hoe de bezettingsgraad is. Met andere woorden: wat is de daadwerkelijke groepsgrootte (ingeschreven deelnemers en dus niet presentie van deelnemers) vs. het een gemiddelde van een groepsgrootte van 14 deelnemers. Dit gemiddelde is weer een (gewogen)gemiddelde van de 4 wettelijk voorgeschreven groepsgrootten van 12, 16, 18 en 20. De bezettingsgraad was over de gehele linie in 2014: 66%. Dit wil dus zeggen dat van elke groep van gemiddeld 14 deelnemers er slechts 9 stoeltjes bezet waren. Voor hetzelfde budget dat in 2014 is gerealiseerd, te weten €924.480, was het mogelijk geweest om 11/2 keer zoveel deelnemers te bedienen. Gelet op de aantallen in de volgende grafiek (fig. 7) betekent dit dus dat er geen 681 maar 1020 deelnemers bediend hadden kunnen worden. Voornaamste conclusie is dus dat er (1) te weinig deelnemers zijn aangeleverd om voldoende groepen te kunnen vormen en (2) dat deze groepen te weinig deelnemers hadden. Zowel de effectiviteit als de efficiency waren in 2014 voor verbetering vatbaar
3.2 DEELNEMERS EN TRAJECTEN
Fig. 6
pag. 7
In 2014 zijn er in totaal 912 trajecten uitgevoerd. De toetsing wordt als een apart traject beschouwd. Een traject is een samenhangend inhoudelijk geheel met een duidelijk doel en een kop en een staart. Sommige deelnemers volgen meerdere trajecten.
Fig. 7
Fig. 8
De gemiddelde realisatie per deelnemer bedroeg €1.358 per deelnemer. Bij de uitschieters naar boven gaat het om die gemeenten waarbij de werving niet of nauwelijks op gang is gekomen. St. Oedenrode heeft al sinds jaar en dag 4 deelnemers in traject die op locatie van de gemeente worden bediend. Indien er sprake zou zijn geweest van optimaal bezetting met 1.020 deelnemers dan was de gemiddelde besteding €906 per deelnemer geweest.
pag. 8
pag. 9
Voornaamste conclusie is dat er in de gerealiseerde trajecten een drietal hoofdgroepen te onderscheiden zijn: 1. Laaggeletterdheid (NT1): Veghel & Bernheze 2. Re-integratie vanuit de uitkering. Basisvaardigheden met uitstroom naar werk of opleiding. (Beroepsonderwijs gericht op niveau 1 (Entree) en niveau 2 (Logistiek): met name Cuijk, Grave, Mill maar ook Optimisd (Veghel, Bernheze) en nu ook Uden. 3. Taal (NT2) & digitale vaardigheden. Met als doel activering: Oss
3.3 UITVAL DEELNEMERS
Niet gestarte en tussentijds gestopte trajecten
30%
niet gestart tussentijds gestopt
58%
afgerond 12%
Fig. 9
Deze grafiek laat zien dat 30% van de deelnemers die door de gemeenten worden aangemeld niet daadwerkelijk met het traject start. Hoofdoorzaak is dat de deelnemers op voorhand onvoldoende zijn gescreend en dat ten tijde van de intake door het ROC wordt geconstateerd dat het traject niet passend is. Ook zijn deelnemers niet of onvoldoende geïnformeerd over de deelname aan het traject. Het onterecht inschrijven van deelnemers leidt tot verhoging van de administratieve lastendruk. Het tijdbeslag van een onterechte inschrijving bedraagt circa 30 minuten.
pag. 10
HOOFDSTUK 4: KLANTTEVREDENHEID & KEURMERK
4.1 TEVREDENHEIDSONDERZOEKEN 2014 In 2014 zijn er verschillende enquêtes met betrekking tot klanttevredenheid gehouden. Van het merendeel wordt slechts het totaal rapportcijfer benoemd. Die enquête die qua opzet anders is worden iets uitgebreider beschrijven. Alle enquêtes zijn volledig op verzoek in te zien. 1. Deelnemerstevredenheidonderzoek (DTO) “Aan de Slag” april 2014. Respons 10/13 (77%). Rapportcijfer 6,5. 2. Eindevaluatie “Aan de Slag” groep April 2014 bij Management/beleid van Optimisd. Respons 0 3. DTO onder deelnemers “Laaggeletterdheid” gemeente Veghel. Respons 12/31 (39%). Rapportcijfer 8,5. 4. DTO Educatie en Inburgering. Respons 122/355 (34%). Rapportcijfer 7,4. 5. DTO “Aan de slag”. Laatste groep 2014. Respons 10/15 ( 66%). Zie toelichting 6. DTO “Basisvaardigheden” Cuijk, Grave en Mill December 2014. Respons 2/15. Te lage respons voor betrouwbaar rapportcijfer. 7. Evaluatie “Basisvaardigheden” Juni 2014 bij Management/beleid van Cuijk, Grave, Mill. Respons 0
Ad 5)
Informatievoorziening vooraf: tevreden over gemeente 60%, tevreden over ROC 70% Volgens 90% klopte de inhoud van het traject met de informatievoorziening door het ROC. 80% gaf aan dat de verwachtingen met betrekking het traject strookte met de daadwerkelijke inhoud. 100% was tevreden over de inhoud van het traject 70% beoordeelde de deskundigheid van de docent als goed, 30% als voldoende. 100% was tevreden over de begeleiding van het ROC. 80% gaf aan dat het traject geholpen heeft bij de volgende stap naar werk of opleiding. 100% heeft het traject naar tevredenheid afgesloten.
4.2 KEURMERK ROC de Leijgraaf was in 2014 in het bezit van het Keurmerk ‘Blik op Werk’ Dit voor het vierde achtereenvolgende jaar. In cyclusjaar 4 (najaar 2013) was er geen resultatenaudit nodig aangezien ROC de Leijgraaf vier achtereenvolgende jaren voldeed aan de normen aan de hand van de aangeleverde gegevens met betrekking tot slagingspercentage etc. Dit betekent dat de laatste rapportage dateert van najaar 2013. ( resultaten en tevredenheidsmeting ) Het ROC is continue bezig zijn kwaliteit te verbeteren. De ‘leasons learned’ bij de ‘Blik op werk’ audits worden daarbij als kapstok gebruikt. In januari 2016 zal de audit over 2015 plaatsvinden. Voor een gedetailleerde toelichting. Zie bijlage 1
pag. 11
HOOFDSTUK 5: CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN
pag. 12
In hoofdstuk 3 is aangegeven dat de gemiddelde groepsbezetting in 2014 slechts 66% was. Dit pleit voor een betere samenwerking tussen gemeenten. Maandelijks ontvangt elke gemeente een overzicht (bijlage 2) waaruit blijkt hoe de bezetting (gebruikte stoeltjes) is van de diverse groepen. Het ROC pleit ervoor dat dit overzicht een periodiek gespreksonderwerp is van een door de gemeenten te beleggen overleg. Trajecten zoals “Aan de Slag”, “Spirit to Work” en “Basisvaardigheden” zijn grotendeels opgebouwd uit gelijke bouwstenen. Het ROC is van mening dat dit goede mogelijkheden biedt voor verbetering van de onderlinge samenwerking en dus groepsbezetting. De uitval, dat wil zeggen deelnemers die wel zijn aangemeld door de gemeente maar hun traject niet beginnen of afmaken, is erg hoog. Deelnemers zijn vaak onvoldoende vooraf gescreend en/of is onvoldoende afgebakend tot welke doelgroep een deelnemer zou moeten behoren. Advies: Beleidsmatig en planmatig tijdig, juist en volledig vaststellen welke deelnemers behoren deel te nemen aan een specifiek traject. Dit verminderd ook de administratieve lasten druk bij het ROC (overhead). De focus in de regio Noordoost Brabant ligt op een drietal stromingen (laaggeletterdheid, naar werk of opleiding, taal als activering). Deze stromingen zijn complementair aan elkaar. Dit kan betekenen dat, hoewel elke gemeente een beleidsprioriteit heeft, er toch geprofiteerd kan worden van elkaars “couleur locale”. Immers, door samen te werken hoeft de keuze voor het ene niet tot uitsluiting van het andere te leiden.
BIJLAGE 1: SAMENVATTING RESULTATEN BLIK OP WERK KEURMERK
Stichting Regionaal Opleidingencentrum de Leijgraaf Gecontroleerd door Blik op Werk op 01-08-2013 Dienstv erlening gericht op:
Score
Aantal respondenten
Marktgemiddelde
Scholing, opleiding en training
-
0
7,6
8,5
51
7,7
Inburgeren
Scores van opdrachtgevers
Totaal
Score
Aantal respondenten
Marktgemiddelde
6,4
9
-
A. ALGEMENE INDICATOREN Resultaten
Voldoet aan alle eisen
1. Kwaliteit van de organisatie
Ja
2. Waarborgen privacy
Ja
3. Managen van klachten
Ja
4. Waarborgen kwaliteit personeel
Ja
5. Duurzame inzetbaarheid
Ja
B. INDICATOREN RONDOM TEVREDENHEID EN ERVARING KLANT Op dit moment kunnen de TVO-cijfers nog niet worden opgenomen in dit document.
C. INDICATOREN NAKOMEN VAN AFSPRAKEN Dienst 1 Scholing, Opleiding en Training
pag. 13
Aantal
%
Norm
Behaald
1.a.2. Het aantal contracten Scholing, Opleiding en 0 Training met prestatieafspraak
0%
1.b.0. Het aantal succesvol beëindigde contracten Scholing, Opleiding en Training
42
98%
1.b.2. Het aantal succesvol beëindigde contracten Scholing, Opleiding en Training met prestatieafspraak
0
-
80%
Ja
Dienst 11.2 Inburgeren wachttijd tot start
Aantal
%
Norm
Behaald
2.e. Aantal cursisten van 2d waarvoor de activiteit ook daadwerkelijk is gestart binnen de tijd die was afgesproken.
0
-
80%
Ja
Dienst 11.A Inburgeren vragen analfabeten
Aantal
%
Norm
Behaald
3.c. Aantal cursussen dat volledig is afgerond en 17 waarvoor afspraken waren gemaakt over de doorlooptijd die zijn afgerond binnen de tijd die met de cursist in het cursuscontract is afgesproken.
89%
80%
Ja
4.b. Aantal examens van de bij punt a opgegeven examens (dus eerste of tweede poging) dat in de rapportageperiode met goed gevolg is afgelegd (geslaagd).
73%
64%
Ja
Dienst 11.B Inburgeren vragen laag opgeleiden Aantal
%
Norm
Behaald
3.c. Aantal cursussen dat volledig is afgerond en 29 waarvoor afspraken waren gemaakt over de doorlooptijd die zijn afgerond binnen de tijd die met de cursist in het cursuscontract is afgesproken.
91%
80%
Ja
4.b. Aantal examens van de bij punt a opgegeven examens (dus eerste of tweede poging) dat in de rapportageperiode met goed gevolg is afgelegd (geslaagd).
84
70%
68%
Ja
Dienst 11.C Inburgeren vragen gemiddeld opleidingsniveau
Aantal
%
Norm
Behaald
3.c. Aantal cursussen dat volledig is afgerond en 60 waarvoor afspraken waren gemaakt over de doorlooptijd die zijn afgerond binnen de tijd die met de cursist in het cursuscontract is afgesproken.
86%
80%
Ja
4.b. Aantal examens van de bij punt a opgegeven examens (dus eerste of tweede poging) dat in de rapportageperiode met goed gevolg is afgelegd (geslaagd).
214
78%
77%
Ja
Dienst 11.D Inburgeren vragen hoog opleidingsniveau
Aantal
%
Norm
Behaald
85%
80%
Ja
43
3.c. Aantal cursussen dat volledig is afgerond en 81 waarvoor afspraken waren gemaakt over de doorlooptijd die zijn afgerond binnen de tijd die met de cursist in het cursuscontract is afgesproken.
pag. 14
4.b. Aantal examens van de bij punt a opgegeven examens (dus eerste of tweede poging) dat in de rapportageperiode met goed gevolg is afgelegd (geslaagd).
287
75%
75%
Ja
Dienst 11.5 Contractprestaties afgeronde collectieve contracten
Aantal
%
Norm
Behaald
5.d. Het totaal aantal cursisten van het aantal bij 4.11.5b (met afspraken over de inburgeringsdoelstelling) dat de inburgeringsdoelstelling heeft behaald.
27
84%
80%
Ja
5.g. Het totaal aantal cursisten binnen de bij f bedoelde trajecten (met afspraken over de participatiedoelstelling ) dat de participatiedoelstelling heeft behaald.
1
50%
80%
Nee
CONCLUSIE Uw gegevens zijn beoordeeld door Blik op Werk. U voldoet aan alle eisen.
pag. 15
BIJLAGE 2: MAANDELIJKS OVERZICHT BEZETTING GROEPEN.
pag. 16