Noord-Holland in gesprek met Johan Remkes
jaarverslag 2011 CvdK - noord-holland in gesprek met Johan remkes
jaarverslag 2011 CvdK
Noord-Holland in gesprek met Johan Remkes in 2011
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 3
2 |
INHOUD
1 2
1 2 4 6
Voorwoord
5
De slak die voortglijdt
9
Waar zouden we zijn zonder vrijwilligers?
15
Interview
20
Column De grenzeloze wereld
22
Interview
24
3 4
De kracht van het Noord-Hollandse bedrijfsleven
29
De mensen in het veld maken het verschil
33
Interview
38
Column Samen aan de slag
40
Interview
42
5 6
Van bovenaf ziet alles er anders uit
45
Help, de hulpverlener verzuipt!
51
Interview
56
Column De roep om (schijn)veiligheid
58
Interview
60
7 8
Volksvertegenwoordiging
63
Oude waarden en Het Nieuwe Werken
67
Interview
70
Overzichtskaart burgemeesters in NH
75
Colofon
76
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 5
4 |
voorwoord Met genoegen bied ik u mijn tweede jaarverslag aan met als titel: Noord-Holland in gesprek met Johan Remkes. In dit jaarverslag krijgt u een beeld van wat Noord-Hollanders mij tijdens mijn tocht door Noord-Holland hebben laten zien en verteld. Zoals u kunt lezen ben ik verrast en onder de indruk van de wijze waarop zij allen Noord-Holland op de kaart zetten. Ondernemers, vrijwilligers, werknemers, noem maar op. Allen dragen met enorm veel passie, enthousiasme en innovatieve ideeën bij aan economische groei en werkgelegenheid, een gezonder leefklimaat voor mens en dier, cultuur en historisch besef, zorg en aan veel meer wat in het dagelijks leven zinvol en nodig is. Het thema ‘vrijwilligers’ wordt in het verslag ruimt belicht. Ook probeer ik een antwoord te vinden op de vraag hoe wij ervoor kunnen zorgen dat de aandacht voor vrijwilligers beklijft. De interviews met zes vrijwilligers bieden een kijkje in hun wereld. Noord-Holland is ondernemend en vernieuwend en in veel opzichten internationaal georiënteerd. Ik wens u veel leesplezier. Johan Remkes
6 |
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 7
Linda Bakernes, vrijwillige Brandweer Enkhuizen
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 9
8 |
traagheid
1
De slak die voortglijdt Traagheid in besluitvorming
Gemeenten, provincies, waterschappen en het Rijk: ze kosten ons flink wat belastinggeld, dus eisen we goed bestuur. Daarmee bedoelen Nederlanders: snelle en zichtbare resultaten. Maar overheden lijken vooral bedreven in vergaderen en het produceren van papier. Een chronische traagheid is ingebakken in ons openbaar bestuur. De overheid is als een slak die voortglijdt. Dit wekt toenemende irritatie. Sommigen zien zelfs een legitimiteitscrisis opdoemen. Zou de overheid sneller kunnen werken en het contact met de bevolking kunnen verbeteren? En wat is daarbij de rol van provincies?
Procedurele traagheid Klachten over de slome overheid zijn talrijk. Veel ongenoegen van burgers en bedrijven richt zich op procedurele traagheid. Dan gaat het om overheden die de eigen termijnen overschrijden, waardoor procedures te lang duren. Denk bijvoorbeeld aan vergunningverlening, de behandeling van bezwaar schriften of de implementatie van bestuursrechtelijke uitspraken. Laks overheidsoptreden leidt tot begrijpelijke irritatie, maar zorgt ook voor financiële schade omdat projecten niet verder mogen.
“Een chronische traagheid is ingebakken in ons openbaar bestuur” Deze procedurele traagheid wordt al langere tijd bestreden. Bijvoorbeeld met de ‘Wet dwangsom bij niet tijdig beslissen’ die eind 2009 is ingevoerd. Deze wet geeft belanghebbenden de mogelijkheid om een dwangsom te vragen wanneer een overheid niet tijdig over een aanvraag of bezwaarschrift beslist. Met ‘tijdig’ wordt dan bedoeld de redelijke termijnen die die overheid voor zichzelf vast gesteld heeft. Deze wet heeft de dienstverlening van overheden zichtbaar verbeterd, al blijkt dat bijvoorbeeld veel gemeenten nog worstelen om aanvragen binnen de gestelde termijnen af te handelen.
Bestuurlijke versplintering Dienstverlening is een heel zichtbaar aspect van openbaar bestuur, maar bepaald niet het enige. Overheden besteden ook veel tijd aan elkaar. Traagheid ontstaat door bestuurlijke touwtrekkerij, gebrekkige afstemming en versplintering van taken en bevoegdheden. Een klassiek voorbeeld op Rijksniveau is de organisatie van het veiligheidsbeleid, dat tot voor kort verdeeld was tussen twee departementen (Binnenlandse Zaken en Justitie). Met de oprichting van het nieuwe ministerie van Veiligheid en Justitie is geprobeerd om door centralisatie meer voortvarendheid te verkrijgen. Een ander voorbeeld is de crisis- en herstelwet uit 2010. Deze wet bouwt voort op het werk van de commissie-Elverding, die in 2008 al diverse voorstellen lanceerde om onze zo kenmerkende
stroperige besluitvorming te doorbreken. Het credo ´Anders en beter´ van Elverding was een hartek reet om eindelijk eens de turbo te zetten op de trage realisatie van belangrijke infrastructurele projecten, die voortdurend in de wielen werden gereden door bezwaar- en inspraakprocedures.
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 11
10 |
aspecten van bestuur. Een dergelijke houding past bij deze tijdgeest waarin verticale Bij een groot aantal projecten kan die spade nu inderdaad eerder in de grond. Of de bestuurlijke
gezagsrelaties verwateren en horizontale, vaak informele netwerken aan belang winnen.
traagheid ook structureel verminderd is, moeten we nog afwachten. Critici laten zich niet over tuigen door versnelde procedures. Het is mogelijk dat bestaande weerstanden zich in een latere fase
Die relationele aspecten zijn niet alleen van belang voor de samenwerking tussen overheden,
en op andere punten zullen ophopen. Uiteindelijk wordt bestuurlijke voortvarendheid niet alleen
maar ook voor de omgang met de bevolking. De Raad voor het Openbaar Bestuur (ROB) heeft er in
bepaald door de inrichting van het besluitvormingsproces, maar vooral door de kwaliteit van de
2010 op gewezen dat door de ‘horizontalisering’ van de samenleving een legitimiteitscrisis dreigt
besluiten.
te ontstaan. De Nederlandse bevolking heeft steeds minder vertrouwen in politieke partijen en politici. Het per definitie verticaal georganiseerde openbaar bestuur komt los te staan van de
Traagheid als traditie
horizontaal geworden samenleving. De hedendaagse netwerksamenleving vraagt om verbindend
Teveel centralisme botst al snel op de Nederlandse bestuurlijke traditie. In onze geschiedenis ligt de
bestuur. Nieuwe koppelingen tussen mensen en hun bestuurders zijn dus noodzakelijk. De ROB
verklaring voor de traagheid. Het openbaar bestuur is gegrond in een lange traditie van polderen, van
pleit in dat kader voor meer burgerparticipatie en burgerinvloed en voor meer contact tussen de
collegiale besluitvorming op basis van brede draagvlakken. Iedereen schikt in, scherpe kantjes
overheid en de bevolking. Daarmee kan de legitimiteit van het democratisch bestel worden
worden weggemasseerd. Decentrale bestuursinstellingen zijn een logische uitwerking van dit
vergroot.
poldermodel. In ons kleine, dichtbevolkte land kan niemand iets doordrukken. Alles moet in overleg met anderen. Het is een eeuwenlang beproefde besluitvormingstechniek, die Nederland ver heeft gebracht. Bestuurlijke traagheid is de prijs die we daarvoor betalen.
Horizontalisering en legitimiteitscrisis Deze historische waarheid maakt grootschalige vernieuwingsvoorstellen bij voorbaat kansloos. In de lage landen valt alleen langs de weg van de geleidelijkheid iets te veranderen. Het relationele aspect
“De verklaring voor de traagheid ligt in onze geschiedenis”
is belangrijker dan de structuur. Het gaat om overtuigen in plaats van afdwingen. Bestuurlijke traagheid kan snelheid worden wanneer overheden meer aandacht besteden aan de relationele
Protest in de Statenzaal
NZH museum, Haarlem
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 13
12 |
Vertrouwen en rolvervulling
Kansen voor provincies
Het is interessant na te gaan of uit deze analyse ook een opdracht voortvloeit voor provincies. Het
De provincie richt zich slechts sporadisch tot individuen. De natuurlijke samenwerkings
antwoord daarop is geen simplistisch ‘ja’. Het vereist allereerst reflectie op de specifieke rol die
partners zijn vooral gemeenten, het maatschappelijk middenveld, het regionale bedrijfsleven
provincies binnen ons openbaar bestuur vervullen. Natuurlijk, wanneer momenteel sprake is van
en andere actoren op streekniveau. Maar ook die opereren binnen de hedendaagse netwerk
een zeker ‘horizontaal’ maatschappelijk wantrouwen aangaande politiek en overheid, dan raakt dat
samenleving waar ‘horizontalisering’ gaande is en relationele vaardigheden steeds
ook de provincie. De vraag is echter in hoeverre provincies daarnaast nog een meer rolspecifieke
belangrijker worden.
vertrouwensrelatie onderhouden met de bevolking. Deze ontwikkeling biedt kansen. In beginsel zijn provincies uitstekend toegerust om te Over de burgemeester hebben mensen bijvoorbeeld heel duidelijke verwachtingen. Bij calamiteiten
functioneren als verbindende schakel in de regio. De recente decentralisaties op het terrein van
vervult de burgemeester een betekenisvolle rol als ‘burgervader’. De figuur van de burgemeester is
natuurbeleid en ruimtelijke ordening geven die provinciale rol nog een extra kleuring. In ons
daarmee een belangrijk ankerpunt voor het vertrouwen van inwoners in hun lokale bestuur. Daar
poldermodel kan slechts door overleg en afstemming iets bereikt worden. Dat geldt bij uitstek
hoort wel een tamelijk scherp afgebakende rolvervulling bij, waarbinnen frivool gedrag al snel als
voor het middenbestuur. Daar ligt een grote bestuurlijke opdracht voor provincies, die zij het
niet passend wordt ervaren.
beste kunnen vervullen door te zoeken naar verbindingen en te investeren in relationeel bestuur. Een dergelijke oriëntatie past goed binnen de gedachtegang van de ROB.
Hebben burgers over provinciale gezagsdragers ook dergelijke specifieke verwachtingen waarin ze beschaamd kunnen worden? Dat valt te bezien. Provinciale Staten worden rechtstreeks gekozen en leggen rekenschap af aan het electoraat. Maar de provincie is middenbestuur. Naar haar aard staat de provinciale politiek wat verder af van de bevolking. Het pleidooi van de ROB voor meer recht streeks contact met burgers om daarmee de legitimiteitscrisis tegen te gaan, lijkt slechts in beperkte mate van toepassing op provincies. Sterker nog, provincies moeten in het streven naar zichtbaarheid juist oppassen dat ze geen verkeerde verwachtingen wekken bij de bevolking.
“De hedendaagse netwerksamenleving vraagt om verbindend bestuur”
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 15
14 |
vrijwilligers
2 Waar zouden we zijn zonder vrijwilligers?
Vrijwilligerswerk – iedereen kent er voorbeelden van. In ons dagelijks leven zijn vrijwilligers niet weg te denken. Een land zonder vrijwilligers? Zeker is, dat de maatschappij er dan een stuk schraler zou uitzien. Het raderwerk zou stroever draaien en soms zelfs bijna stil komen te staan. Daarom is het goed om vrijwilligers extra aandacht te geven en waardering uit te spreken voor hun vrijwillige inzet. 2011 is terecht door de Europese Unie uitgeroepen tot het jaar van de Vrijwilligers. Media en politiek Den Haag hebben de vele vrijwilligers extra in het zonnetje gezet. Zelf heb ik tijdens mijn ambts bezoeken aan gemeenten vele vrijwilligers mogen ontmoeten. Ik zou het terecht vinden als de aandacht voor hen blijvend is. Hoe kunnen we daar met zijn allen voor zorgen? Vrijwilligers vullen met veel liefde en passie gaten op die overheid en bedrijfsleven niet kunnen of willen opvullen. Zij maken het verschil en zij zijn in onze samenleving het sociale cement en de smeerolie tegelijkertijd. Vrijwilligers, ze zijn er in alle soorten en maten. Op alle gebieden zijn ze actief. Allen zijn een verplichting aangegaan, want vrijwilligerswerk is niet vrijblijvend.
“Vrijwilligers zijn in onze samenleving het sociale cement en de smeerolie tegelijkertijd” Een paar voorbeelden Zo is er de vrijwillige brandweer. Heel wat brandweerkorpsen in Noord-Holland (in heel Nederland) draaien op vrijwilligers. Zonder vrijwilligers geen brandweer. Ook de vrijwilligers die in het brede scala van zorg allerlei werkzaamheden verrichten voor de medemens. Zo ontvangen zij nieuwe patiënten in ziekenhuizen en verzorgen daar de bloemen van patiënten. In hospices worden mensen begeleid in hun laatste levensfase. Een andere mogelijkheid is dat de vrijwilliger bij de familie thuis zelf werk uit handen neemt, zodat partner en familie tijd en aandacht kunnen geven aan de stervende. En wat te denken van vrijwilligers die zorgen voor het herstel en behoud van waardevolle cultuurhistorische waarden, het vergroten van de leefkwaliteit in de kleine kernen? Collectanten voor bijvoorbeeld KWF-kankerbestrijding of de Anjeractie onder de vlag van het Prins Bernard Cultuurfonds. Zij trekken er keer op keer door weer en wind op uit om geld in te zamelen. Zo maar een greep uit de vele soorten vrijwilligerswerk. In de interviews kunt u er meer over lezen.
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 17
16 |
De ‘kampioenen’ van het ‘samen leven’, doen dit meestal anoniem en vaak naast een andere baan.
Over vrijwilligers schrijft de Raad in 1997 onder de kop: Uitsluitend vrijwillig!?
Daarnaast is er ook een grote groep mensen die meer vrije tijd heeft, omdat ze gestopt zijn met de
“Vrijwilligerswerk is naar zijn aard geen beleidsinstrument voor sociale activering, en sociale
arbeid, of omdat de kinderen het huis uit zijn en ze de vrijgekomen tijd zinvol willen besteden. Niet
activering kan de tekorten in het vrijwilligerswerk ook niet oplossen.”
achter de geraniums willen gaan zitten. Het doet me plezier dat er ook veel jongeren zijn die vrijwilligerswerk doen.
In 2000 schreef de Raad onder de kop: Alert op vrijwilligers. “De sociale infrastructuur bestaat in Nederland in belangrijke mate uit de vrijwillige initiatieven en activiteiten van betrokken
Tegenover een nog steeds voortgaande afkalvende aanhang van de traditionele en van oudsher vaak verzuilde verenigingsverbanden als politieke partijen, vakbonden en kerken, staan nieuwe vormen van maatschappelijke betrokkenheid bij de eigen lokale gemeenschap en omgeving.
burgers.” In 2008 bleek uit een studie Verkenning Participatie; Arbeid, vrijwillige inzet en mantelzorg in perspectief, van de Raad het volgende.
Ruim vier op de tien volwassenen zet zich op vrijwillige basis in. Dat blijkt nog niet voldoende, want de
“Het onderzoek constateert dat het met de participatiegraad van Nederlanders over het
vraag naar vrijwilligers blijft stijgen. Op sommige plekken is sprake van een tekort aan menskracht.
algemeen goed gaat, maar ontwaart nog wel veel onbenut participatiepotentieel bij bepaalde groepen.” En in 2011 kwam uit het onderzoek naar Burgerkracht; De toekomst van het sociaal werk in Nederland het
“De vraag naar vrijwilligers blijft stijgen”
advies van de Raad “dat je van burgers ook best mag vragen wat terug te doen.” De wijze waarop de vrijwilligers in 2011 in het zonnetje zijn gezet en de media dat breed onder de aandacht hebben gebracht, leidde tot een grotere bekendheid van het vrijwilligerswerk. En wellicht is er ook extra belangstelling voor deze
Vrijwilligerswerk is, als gezegd, het vrijwillig aangaan van een verplichting. Er wordt op je gerekend,
vorm van maatschappelijke betrokkenheid gewekt.
dus er kan geen sprake zijn van vrijblijvendheid. En hoe zit het dan met de waardering voor dat vrijwillig aangaan van een verplichting? Die krijgen
En nu, is die aandacht eenmalig? Ik zou graag zien dat
vrijwilligers vooral van elkaar, het delen van het succes, het kneepje in de hand of de glimlach van
we er samen voor zorgen dat de aandacht beklijft. Ik
een zieke die wordt verzorgd. Voldoening door het gevoel nuttig bezig te zijn, een bijdrage te leveren,
daag u uit om ideeën daarvoor bij mij in te leveren. Laat
gehoor te geven aan een passie. Waardering is er ook in de vorm van de jaarlijkse verkiezing van de
u daarbij leiden door de interviews met vrijw illigers in
vrijwilliger in veel gemeenten. En er is de Culturele Prijs Noord-Holland, die jaarlijks door het Prins
dit jaarverslag en de adviezen van de raad.
Bernard Cultuurfond wordt toegekend uit waardering voor de inspanningen die het stichtingsbestuur en vrijwilligers belangeloos leveren. Tot slot nog wat meningen over vrijwilligers van de Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling door de jaren heen. De Raad adviseert al jaren regering en parlement over de sociale verhoudingen in Nederland.
Ik ben benieuwd!
18 |
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 19
Nel Vreugdenhil, Hospice, Haarlem
20 |
interview vrijwilligers
Eigenlijk vanaf m’n jeugd al. Ik ben begonnen bij de padvinderij. En ik was 14 jaar toen ik bij de NZH begon. Toen in 1981 de maatschappij 100 jaar bestond, hebben we een tentoonstelling georganiseerd. En daar is uiteindelijk het NZHmuseum met trams en bussen uit voortgekomen. Tijdens de restauratie van trams en bussen bieden we leerlingen aan om het ‘oude’ vak van houtbewerking en stoffering te leren. Scholen zijn reuze enthousiast, ook omdat ze nu iets maken wat blijvend is.
Dertien jaar geleden kwam ik hier wonen vanuit Amsterdam. Tijdens het forensen zag een plaatsgenoot dat ik steeds bij het Tropenmuseum uitstapte. En als men eenmaal weet dat je bij een museum werkt, dan rol je al snel in het bestuurswerk voor het Speeltoren museum hier in Monnickendam.
Hospice trok me altijd. Ik wist: dat ga ik doen na mijn pensionering, ook omdat de dood voor mij een mooi mysterie is. Na een training ben ik dit werk gaan doen. Om dit te kunnen doen, moet je van mensen houden en niet bang zijn voor de dood.
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 21
“Hoe bent u in het vrijwilligerswerk terecht gekomen?” Ik ben jong moeder geworden, heb geen diploma gehaald. Via het UWV kwam ik in een sociaal activeringstraject. Toen kwam ik hier bij de Vrijwilligerscentrale. Eerst zou ik beginnen op een kinderboerderij, maar ik bleek allergisch voor knaagdieren. Toen ben ik hier begonnen, aan de telefoon.
Eigenlijk via een collega en vriendin. Ik werk als verpleeg kundige. Zij vroeg me. Kom een keertje kijken, helpen. Ik ben begonnen bij de vrijwilligersuitgifte: T-shirts, polsbandjes… Sinds drie jaar zit ik in de staf. En nu ben ik voorzitter van de staf van Bevrijdingspop.
M’n vader zat al bij de vrijwillige brandweer – zat er van jongs af aan in. Toen ik 13 was, werd de jeugdbrandweer opgericht. Daar ging ik bij, tot m’n 18de. Daarna ging ik bij het vrijwilligerskorps, en daar zit ik nu al 11 jaar. Sinds vorig jaar april ben ik bevelvoerder.
22 |
Column De grenzeloze wereld
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 23
Met de komst van internet is de wereld grenzeloos geworden. Ondernemers komen vanuit alle uithoeken van de wereld via internet bij u thuis. Voordelen van gebruik van het internetnetwerk zijn groot, zoals snel uitwisselen van ideeën, van elkaar leren en samen werken om tot co-creatie te komen. Ook overheden maken steeds beter gebruik van internet. Informeren en communiceren met inwoners gaat steeds beter. Steeds meer diensten worden digi taal aangeboden. Op risicokaart.nl laten de overheden bijvoorbeeld samen zien welke veiligheidsrisico’s aanwezig zijn. Ook aanvragen van een vergunning kan steeds vaker digitaal. Naar mijn mening gebruiken overheden de mogelijk heden van internet om tot betere samenwerking of zelfs tot daadwerkelijke co-creatie te komen nog onvoldoende. Oude organisatiegrenzen worden moeizaam overwonnen. Het is moeilijk om boven het eigen belang en hiërarchische lijnen uit te stijgen. Samenwerking tussen overheden of tussen overheden en inwoners en bedrijfsleven moet beter en internet biedt hiervoor kansen. Ik ondersteun de zoektocht naar betere samenwerkingsvormen en besluitvorming. Een goed voorbeeld hiervan is het organiseren van digitale inspraakmogelijkheden.
Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing Vierde druk april 2012
24 |
interview vrijwilligers
Het geeft een soort innerlijke bevrediging. Voor een deel is het ook het inburgeren in een kleine gemeenschap. En je doet iets terug voor de samenleving. Het heeft iets megalomaans: in deze tijd een nieuw museum bouwen. We hebben hier het unieke verhaal van het Waterlandse landschap en we hebben de toren (met het oudste nog steeds werkende originele speelmechaniek ter wereld). Het was sowieso een kick om te proberen of het zou lukken. In de gemeenteraad praten ze veel over Cultuur en over Recreatie en Toerisme. Wij zeiden: wij kunnen de daad bij het woord voegen, wij kunnen een slecht weervoorziening bieden. Daar zijn ze op ingegaan, en de Provincie heeft ook subsidie gegeven.
Het is leuk om buiten je werk iets voor de samenleving te doen, maar er zit ook persoonlijke bevrediging in - een kick als ’t lukt. Het levert een hoop nieuwe contacten op. Ik doe meer competenties op, zoals vergaderingen voorzitten, notulen maken, aansturen. Langzaam word ik daar beter in. Als je dan op 5 mei bij Bevrijdingspop hoort: Marloes, ik vind het zo gaaf - daar doe je het voor. De dagen ervoor zijn het mooist, het opbouwen, dan de explosie op 5 mei: 150.000 man.
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 25
“Wat wilt u bereiken met het vrijwilligerswerk? Wat levert het u op?” Ik streef met mijn vrijwilligerswerk geen doelen na. Maar als ik contact kan krijgen, iemand laat mij toe, dat is het ultieme geluk. Dat contact is wederzijds. Vaak ook krijg je geen contact, want ze hebben hun familie – daar moet je ook niet tussen willen komen. Nu zit ik 1,5 jaar in de buitenzorg en nu ga ik naar mensen toe. Dan ben je niet zo bij de lichamelijke zorg betrokken.
Ik heb al veel bereikt: alle opleidingen, een positie in het korps, de band die je met elkaar hebt. Je moet elkaar voor 300% kunnen vertrouwen. Dat werkt ook daarbuiten door. Als ik om drie uur ’s nachts zou bellen, omdat ik hulp nodig heb, rukt 80% van de vrijwilligers uit. Mijn zelfvertrouwen is heel erg gegroeid. Daar heb ik ook baat bij in mijn werk in de gehandicaptenzorg.
Ik wil de maatschappij in en veel leren hier. Ik heb nu een dagelijkse bezigheid, krijg een vast ritme. Dat doet je goed. Ik leer veel en ik kom voldaan thuis. Ik gebruik mijn energie. Ik weet nu dat ik niet zo maar kan afbellen en doe er alles aan om er te zijn. Ik wil steeds meer leren en ik mag nu ook een klein project zelf doen.
26 |
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 27
Marloes Romeijn, Bevrijdingspop, Haarlem
28 |
innovatie
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 29
3 De kracht van het NoordHollandse bedrijfsleven
“Wie goed zaait, zal goed oogsten”. Dat is het motto van één van de dynamische en sterk groeiende bedrijven die ik afgelopen jaar bezocht heb. Ik heb gezien hoe ondernemers in heel Noord-Holland, aangejaagd door internationaal scherpe concurrentie, met kennis, inzet en ondernemersgeest een bedrijf opzetten en ontwikkelen. Vernieuwen is essentieel om lokaal of internationaal concurrerend te blijven. Tijdens mijn werkbezoeken vragen ondernemers van kleine en grote bedrijven van de overheid vooral ruimte om ongehinderd te ontwikkelen en te groeien. Ze vragen om te blijven werken aan het weghalen van belemmeringen en obstakels en te voorkomen dat nieuwe obstakels worden opgericht. Daarnaast kost het ondernemers nog steeds moeite om overheden en instellingen tot een hogere versnelling te bewegen. In mijn gesprekken met ondernemers blijkt dat ze de overheid niet vragen om hen te stimuleren om te innoveren, dat zit ze in het bloed. Innovatie kan ook niet door de overheid worden opgelegd maar ontstaat doordat ondernemers zelf een nieuw idee hebben en ook als ondernemers en bestuurders zelf onverwachte bruggen weten te slaan en nieuwe verbindingen weten te leggen. Nieuwe ideeën ontstaan als gedreven mensen met een gedeeld belang bij elkaar zitten. Bijvoorbeeld als onderzoekers en onder nemers of als ondernemers vanuit verschillende sectoren bij elkaar komen en van elkaar leren.
“Nieuwe ideeën ontstaan als gedreven mensen met een gedeeld belang bij elkaar zitten” Over de eigen grenzen kijken en innoveren is noodzaak om als onderwijs, (creatieve) industrie en bijvoorbeeld tuinbouw tot bloei te komen. Ondernemers zoeken zelf vanuit een gedeeld belang samenwerking met scholen en overheden. Helaas verloopt de aansluiting van onderwijs en over heden met het bedrijfsleven nog niet altijd soepel. In het zogenaamde topsectorbeleid werken overheden, bedrijfsleven en onderwijs- en onderzoeks instituten samen om internationaal een toppositie te houden en uit te bouwen door bundeling van kennis, innovatie en duurzaamheid. Dit is een prima voorbeeld van samenwerking met een gedeeld doel waarbij de markt aangeeft waar behoefte aan is. Overheden en instituten schakelen naar een hogere versnelling en bieden ruimte aan ondernemerschap. De uitgangspunten en lessen uit het topsectorenbeleid verdienen lokaal en regionaal breed navolging. In Noord-Holland zijn de AgriBoard van ondernemers, overheid, onderwijs en anderen en de oprichting van de Agritech campus Noord-Holland Noord prima voorbeelden van pogingen om de aansluiting van het onderwijs met de arbeidsmarkt te verbeteren en de agrarische sector duurzaam te versterken.
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 31
30 |
De Rotary Batch Seed Coater geven zaden een blauwe coating
Naast aandacht voor innovatie, kennis en duurzaamheid blijft aandacht voor de dagelijkse bedrijfs voering natuurlijk essentieel. In de Kop van Noord-Holland is er ruimte voor groei en zijn er volop kansen voor goed opgeleide MBO en HBO vaklieden. Met de ondernemers en bestuurders in deze regio constateer ik dat er nog onvoldoende opleidingskansen in deze regio zijn om aan de nijpende vraag naar vaklieden te voldoen. De Kop van Noord-Holland is een regio met uitstekende kansen voor ondernemers en voor vaklieden. Deze kansen mogen we niet laten liggen. Laten we gezamenlijk goed zaaien, dan zullen we ongetwijfeld ook goed gaan oogsten.
“Met ondernemers en bestuurders in Noord-holland Noord constateer ik dat er onvoldoende opleidingskansen zijn voor MBO en HBO vaklieden”
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 33
32 |
inloopstal
4 De mensen in het veld maken het verschil
In de eerste anderhalf jaar als commissaris ben ik tijdens mijn werkbezoeken aan de gemeenten verrast. Verrast op een aantal fronten. Zo zijn mijn ogen geopend door de vele creatieve initiatieven die worden ondernomen voor mensen met een handicap. Ook zijn mij mogelijkheden getoond voor een diervriendelijk leven. Voorbeelden hiervan zijn onder meer initiatieven van betrokken mensen die een ouder, kind of familielid hebben die zorg nodig heeft of omdat ze in bijvoorbeeld de gezondheidszorg of gehandicaptenzorg werken of hebben gewerkt. Er zijn ook betrokken mensen die het mogelijk maken dat mensen met een handicap met zo min mogelijk hulp een zelfstandig en zinvol leven kunnen leiden. En wat te denken van agrariërs die een systeem hebben bedacht om dieren op een diervriendelijke wijze te laten leven. Dergelijke koeien leveren vervolgens mals vlees, vrij van ziekten of een overdosis aan geneesmiddelen. Het systeem zorgt bovendien voor een sterke reductie van de intensieve boerenarbeid.
“Beleidsmakers kunnen niet zonder de ideeën en initiatieven van de mensen in het veld” Dit soort initiatieven wordt vaak tegen de wind in met bijzonder veel uithoudingsvermogen genomen. Hiermee wordt voor een steeds grotere groep een mens- of dierwaardig en zinvol leven mogelijk gemaakt. Ik ben mij nog meer bewust geworden dat juist de mensen ‘in het veld’ weten wat en hoe het beter kan. Die oplossingen worden echt niet achter een bureau bedacht. Ik laat u kennismaken met enkele van de vele voorbeelden die ik in Noord-Holland ben tegengekomen. Deze voorbeelden zijn voor mij het bewijs dat beleidsmakers niet zonder de ideeën en initiatieven van de mensen in het veld kunnen. Ik zal dan ook waar ik kom vragen of er is geluisterd naar de mensen in het veld en wat er met hun ideeën, suggesties is gedaan. Ook mijn collegabestuurders en directeuren vraag ik: Stel u open voor die initiatieven, luister en bied ruimte om de vaak pragmatische ideeën die mensen hebben, uit te voeren.
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 35
34 |
Agrarisch zorgbedrijf Noorderhoeve te Schoorl
De Klaverhoeve te Zeevang
Wonen in het duindorpenl and
hebben koeien met kalveren volop
schap. Werken op de boerderij,
ruimte voor een prettig leven.
het land, in de natuur en de zuivel
Natje en droogje op een warme en
makerij voor mensen met een VG
ruime plek. De koeien worden door
indicatie. Samenleven in een
de opstelling gestimuleerd om de
landelijke huiselijke omgeving met
dagelijkse 10 km te wandelen.
aandacht voor persoonlijke
Volautomatisch wordt het stro
ontwikkeling.
dagelijks ververst en de mest
Resultaat: Een zinvoller en zelf
In de inloopstal van boer Vrolijk
afgevoerd.
standiger bestaan voor mensen met
Resultaat: gezonde koeien en mest
een handicap.
zonder stinkende ammoniakgeur.
WarmThuis Klein Suydermeer WarmThuis Klein Suydermeer is een woonvoorziening voor mensen met dementie op een voormalig boerenerf in Zuidermeer. Een gezamenlijke woonkamer ingericht naar eigen smaak voor zes bewoners. Het nor male dagelijks leven en ruimte om te wandelen, de hond uit te laten of in de moestuin te werken.
Resultaat: Mensen met dementie die langer een menswaardig bestaan hebben.
“Deze voorbeelden zijn voor mij het bewijs dat beleidsmakers niet zonder de ideeën en initiatieven van de mensen in het veld kunnen”
36 |
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 37
Gabriëlla Hamans, Vrijwilligerscentrale, Haarlem
38 |
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 39
interview vrijwilligers
In totaal 80-90. Maar gemiddeld 20-22 per hospice. We hebben twee huizen en de buitenzorg. En dan zijn er nog vrijwilligers voor de klussen eromheen: de tuin, boodschappen, enzovoort. De Gierstraat (in Haarlem) bijvoorbeeld heeft een prachtige stadstuin. Of je het op elke leeftijd kunt doen hangt af van je rugzakje. Ik heb in dit werk nog nooit een 20-jarige gezien. Dan kies je ander vrijwilligerswerk. Maar de leeftijd verlaagt zich wel, naar 30-40. Vooral vrouwen. Af en toe een man, dat is zo fijn.
Met 18. Bijna allemaal gepensioneerd. De helft is oudNZH-er, en de andere helft komt van buiten (Fokker, KLM…).
De vrijwilligerscentrale heeft zo’n 500 tot 600 vacatures. Iedere gemeente heeft in principe haar eigen centrale.
Zo’n 45 van wie twee vrouwen. Vrouwen zijn hier geaccepteerd. De leeftijd zit tussen de 18 en 55 jaar. Bij 55 neem je in principe afscheid. Je mag wel blijven, maar iemand van 57 bijvoorbeeld nemen we niet meer aan. Je moet wel om drie uur ’s nachts je bed uit kunnen. Dat wordt moeilijker als je ouder wordt. Zelfs ik merk het wel eens. Mijn joggingpak en sleutels liggen klaar op een vaste plaats. Van pieper tot ter plaatse in acht minuten – dat is het streven. Dat betekent dat ze in vier minuten probeert op de kazerne te zijn.
“Met hoeveel vrijwilligers werkt u samen, en wat is hun gemiddelde leeftijd?” Bijna 500. Jong, oud, alles. Maar het zijn lange dagen, je moet lang op je benen staan. Een bepaalde vitaliteit is nodig. 16 jaar is de ondergrens. We doen wel wat met maatschappelijke stages, maar beperkt. Nadeel van vrijwilligerswerk is: ze smeren ‘m soms naar het podium met bijvoorbeeld Acda & De Munnik. Ze laten hun team in de steek, dat is moeilijk. Je moet het gezamenlijke gevoel creëren.
Acht mensen in de stuurgroep, zeven in het bestuur, en 30 tot 40 suppoosten, bouwers, enzovoort. Ik denk zo’n man of 25 actief en zo’n man of twintig minder actief. Het merendeel is boven de 50. Het is handig als je ook wat jongere mensen hebt die goed met moderne apparatuur kunnen omgaan. Voor oudere medewerkers moet je toch al gauw eenvoudige apparatuur hebben met een aan- en een uitknop. Als je nu voor een subsidieaanvraag een SWOT-analyse moet maken, staan de vrijwilligers als enige categorie aan beide kanten. Dat is typerend voor vrijwilligerswerk.
40 |
Column Samen aan de slag Kans op natuurbrand voorkomen Onder bepaalde omstandigheden – denk aan lange droogteperiode, ongunstige wind en veel recreatie – loopt de kans op een grote bos- of natuurbrand op. In het intensief gebruikte Noord-Holland is niet veel bos- en natuurgebied meer over, dus wat we nog hebben moeten we beschermen. Ook tegen natuurbranden. Daarom moeten we maatregelen nemen om een grote natuurbrand te voorkomen of de effecten daarvan te beperken. Verlies In juli 2010 heb ik een bezoek gebracht aan het door brand verwoeste duingebied in Bergen en Schoorl. Ook in 2011 hebben hier natuurbranden gewoed. Enkele branden duurden meerdere dagen. Deze waren slechts met grote inzet van mens en materieel, waaronder blushelikopters, te blussen. De grote branden veroorzaakten grote ecologische en economische schade en hadden een grote emotionele impact. Denk aan verlies van bijzondere planten en dieren, de kosten voor het bestrijden van de brand en de angst om je huis te moeten verlaten. In Bergen aan Zee en in Schoorl moesten mensen (tijdelijk) worden geëvacueerd, vanwege de oprukkende vlammenzee. Startbijeenkomst Voor mij voldoende reden om gehoor te geven aan het verzoek van de minister van Veiligheid en Justitie, om een startbijeenkomst natuurbranden te organiseren. Op 12 oktober 2011 zijn circa 80 bestuurders en directeuren in Noord-Holland zich bewust geworden van de grote kans op een natuurbrand in het duingebied. Ze hebben ook de urgentie onderkend om met elkaar aan de slag te gaan. Aan het eind van de bijeenkomst is door natuur beheerders, recreatieondernemers, veiligheidsregio’s, bestuurders van gemeenten, defensie, directeuren vitale infrastructuur en bedrijven in deze gebieden afgesproken om nog een stap verder te gaan. Tenminste, als de provincie daarin het voortouw neemt.
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 41
Samen met de gedeputeerden met Ruimtelijke Ordening en Natuurbeheer in het pakket heb ik de handschoen opgepakt. We gaan in 2012 met alle partijen aan de slag.
42 |
interview vrijwilligers
Je moet goed kunnen samenwerken, sociaal krachtig en heel flexibel zijn. Vertrouwen is in dit vrijwilligerswerk wel heel belangrijk, dat is anders dan in ander vrijwilligerswerk. Ik heb wel eens meegemaakt dat ik in dikke rook geen hand voor ogen kon zien. Dan moet je wel weten dat als ik val, dat die ander mij dan helpt of hulp inroept. Een promotie-iets opzetten. Lobbyen. De jeugd brandweer is de kweekvijver voor nieuwe vrij willigers.
Ik denk dat iedereen vrijwilligerswerk kan doen. Vrijwilligers werk is heel breed. Je kunt van alles doen. Een sociaal mens zijn, is wel een voorwaarde voor een goede vrijwilliger. De Vrijwilligers Academie, Haarlem geeft trainingen, workshops. Daarmee proberen we het vrijwilligerswerk aantrekkelijk te maken.
Men meldt zich zelf altijd aan. Er is nu een groep van 15 vrijwilligers in training. Daar vallen er altijd wat van af. Ik zeg altijd: als je ’t aandurft: doen!
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 43
“Wat heb je nodig om een vrijwilliger te zijn?” “Hoe krijg je nieuwe vrijwilligers?” Het moet ook in je hart zitten, of vanuit je hart komen. Ik ben verpleegkundige – ik heb een bepaald gevoel van: zorgen voor. We doen veel via scholen, mond op mond reclame, en de social media.
Aanvullende deskundigheid voor het team en goede sociale contacten. Mensen die in ons museum werken, hebben vaak liefde voor de samenleving. Via anderen, via de website. We doen veel aan publiciteit. Als wij enthousiast zijn kun je ook anderen enthousiast maken.
Geld is wel altijd een kwestie. Zo heb ik In Engeland eens goede zaken kunnen doen toen ik voor 680 euro aan oude uniformen kon verkopen. Het helpt als je je kansen ziet en weet te benutten. Het loopt eigenlijk vanzelf. ‘Kom eens kijken’ zeg je dan, en zo rolt men erin.
44 |
vangnet
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 45
5 Van bovenaf ziet alles er anders uit!
De commissaris van de Koningin heeft tot op heden geen middel om tijdig en daadkrachtig in te grijpen als een gemeentebestuur dreigt vast te lopen in een bestuurlijke crisis. Ik heb behoefte aan een extra handvat om bij een ‘nog-net-niet-crisissituatie’ zelfstandig op te kunnen treden. In mijn jaarverslag van 2010 heb ik in mijn column: Tunnelvisie en veiligheid al geschreven dat het fout kan gaan door een tekort aan zelfreflectie. Commissarissen van de Koningin worden soms geconfronteerd met gemeenten waarbij het fout ging door een tekort aan zelfreflectie bij bestuurders - gemeenteraad of college van burgemeester en wethouders. Dat kan leiden tot persoonlijke schade voor bestuurders en imagoschade van (voor) het lokale bestuur. Bestuurders luisteren niet meer naar elkaar en er resten slechts verwijten. De betrokkenen hebben zich vastgebeten in het eigen gelijk. De zelfreflectie is weg met als gevolg herrie in de gemeente. Door ruzie en achterklap verdwijnen visie en daadkracht van het gemeentebestuur en daarmee het vertrouwen van de bevolking in het lokale bestuur. Het juiste moment voor een gesprek is dan al gepasseerd. Dan mis ik als commissaris van de Koningin dat extra handvat.
“Met het verdwijnen van visie en daadkracht stagneren ook de belangrijke projecten voor inwoners en bedrijven van de gemeente” De gemeentelijke organisatie voert de dagelijkse werkzaamheden gewoontegetrouw nog uit. Daar maak ik me dan ook geen zorgen over. Maar met het verdwijnen van visie en daadkracht stagneren ook de belangrijke projecten voor inwoners en bedrijven van de gemeente, zoals woningbouw, bedrijfsontwikkeling en de oprichting van regionale uitvoeringsdiensten. Terwijl dat juist voor een gezonde gemeente zo belangrijk is. Er is dan sprake van een gemeentelijk bestuursprobleem dat zo snel mogelijk moet worden opgelost. De mogelijkheid die de wetgever mij in zo’n situatie biedt is een goed gesprek. In mijn rol als commissaris van de Koningin nodig ik bestuurders daarvoor uit. Omdat ik niet daadwerkelijk betrokken ben, kan ik de zaak in kwestie met een helicopterview aanschouwen. Van bovenaf ziet alles er immers anders uit. Het relativerend vermogen van een ‘buitenstaander’ kan vaak tot een oplossing leiden. Partijen gaan weer met elkaar in gesprek en het vertrouwen kan weer worden hersteld. Een andere mogelijkheid die ik heb is het aanstellen van een waarnemend burgemeester. Dat kan echter alleen als de burgemeester zelf vertrekt, door de raad ‘naar huis wordt gestuurd’ of gedurende langere tijd niet inzetbaar is wegens ziekte. In mijn rol als commissaris vind ik het belangrijk dat dit – waar mogelijk – wordt voorkomen.
46 |
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 47
De oplossing die ik voor ogen heb is een tijdelijke bestuursopdracht aan de burgemeester of waarnemer met bijpassende aanvullende bevoegdheden. Bijvoorbeeld de opdracht voor een onderzoek door een extern bureau. De bestuursopdracht is openbaar en kan op voordracht van de commissaris van de Koningin worden gesanctioneerd door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksaangelegenheden. De commissaris houdt tijdens de waarnemingsperiode verscherpt toezicht op de voortgang en uitvoering van de opdracht. Met mijn collega commissarissen en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijks aangelegenheid ga ik hierover in gesprek.
“Het relativerend vermogen van een ‘buitenstaander’ kan later tot een oplossing leiden”
“De zaak met een helicopterview aanschouwen”
48 |
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 49
Gerrit Schaap, NZH-museum, Haarlem
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 51
50 |
6 Help, de hulpverlener verzuipt! Agressie tegen publiek personeel moet ophouden
De hulpverlener dreigt te verzuipen in een moeras van verbaal en fysiek geweld. Steeds vaker verschijnen er berichten dat hulpverleners bij hun werk worden belemmerd doordat burgers zich er negatief mee bemoeien. Schelden, slaan, schoppen, hulpverleners krijgen het allemaal te verduren. Voorheen heb ik als minister van Binnenlandse Zaken al aandacht gevraagd voor de toenemende agressie tegen hulpverleners en ander overheidspersoneel. Sindsdien zijn de voorbeelden echter talrijker geworden. Een medewerker bij de gemeentelijke Sociale Dienst die over de balie wordt getrokken, ambulancepersoneel en brandweermannen die worden geslagen en bespuugd, leraren en medewerkers van woningcorporaties die worden bedreigd.
“Belangrijk is dat de publieke werknemers weten dat ze er niet alleen voor staan”
halt
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 53
52 |
Werkgevers Soms lijkt het wel of het algemene verval van norm- en waardebesef in de samenleving wordt aan gemerkt als een vrijbrief om zich te keren tegen diegenen die normaal hun werk proberen te doen. Belangrijk is dat de publieke werknemers weten dat ze er niet alleen voor staan. Zij moeten kunnen terugvallen op de werkgever en dat die voor hen opkomt. Voorlichting, training, opvang, luisteren, begeleiden, noodzakelijke acties ondernemen, het maakt allemaal deel uit van een pakket aan maatregelen. Maatregelen om agressie tegen te gaan en medewerkers zo nodig te wapenen.
Bewustwording en acties Het in mijn ministersperiode gestarte Programma Veilige Publieke Taak probeert hieraan een invulling te geven. Gelukkig is dit programma ontkomen aan de bezuinigingen. Het probleem bestaat en moet worden uitgebannen. Dat kan alleen in gezamenlijkheid en daarbij verwacht ik ook een inzet van alle betrokken partijen.
“Schelden, slaan, schoppen, hulpverleners krijgen het allemaal te verduren”
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 55
54 |
Frans Fontaine, Museum De Speeltoren, Monnickendam
56 |
interview vrijwilligers
Er is een opbouw in uren. Vanaf januari draai ik vier uur per week. Maart en april zijn de topmaanden. En de eerste week van mei neem ik een hele vakantieweek op. Ik ben ook penningmeester van mijn bewonersvereniging in Schalkwijk. En voor de musicalsite doe ik wat journalistiek werk. Als hobby probeer ik te sporten. Ik klets lekker, heb veel vrienden en vriendinnen om me heen. En musicals zijn mijn passie. Zo lang ik het leuk vind ga ik door. Ik ben nu single. Als je een gezin hebt, verandert er vaak iets.
Ik ben minder gaan werken bij het Tropenmuseum – tijdelijk. Hier besteed ik op dit moment tussen de 25 en 30 uur per week. Ik ben een van de weinige museumprofessionals. Ik ga zo lang mogelijk door. Met 63 hou ik op met mijn betaalde baan en dan wil ik niet in een zwart gat vallen.
Dit werk mag je maximaal 2 x 4 uur per week doen. Anders wordt het te belastend. Daarnaast hou ik heel erg van kunst en van muziek. Ik ga graag naar het Concertgebouw. Voor mijn twee kleinkinderen staat de deur altijd open. Ik vind dat ik een geweldig leven heb. Ik weet niet hoe lang ik door ga, ik zie het wel. Ik ben nu 6,5 jaar bezig en het voorlopig nog niet zat.
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 57
“Hoeveel tijd besteedt u aan het vrijwilligerswerk?” “Hoe lang blijft u vrijwilliger?” Dat wisselt. Van één à twee keer per week, tot zes à zeven keer per week. 6,5 uur per week sowieso. Plus de uitruk, commandant van de jeugdbrandweer en de wedstrijdoefeningen erbovenop. Daar kies ik voor. Ik hoop ook tot m’n 55ste door te gaan. Net als mijn vader.
Ik werk drie à vier dagen per week, van 09.00 tot 15.00 uur. Dat is voor vrijwilligers niet gebruikelijk, maar geldt voor het traject waar ik in zit. In mijn vrije tijd geniet ik van m’n zoontje die nu op de crèche zit. Ik heb nu geen beeld. Het liefst heb ik binnen één jaar een betaalde baan.
Vrij veel. Maar m’n vrouw heeft ook een hobby, dus zo hebben we het 52 jaar volgehouden. Zelf heb ik als hobby de modelbouwclub en ik help mee met huizen verbouwen. Ik blijf het doen zo lang de gezondheid het toelaat.
58 |
Column De roep om (schijn)veiligheid Veiligheid is in. We willen allemaal meer veiligheid, zeker na een vervelend incident of een publicatie met ver ontrustende onderzoeksresultaten. De druk is erg groot. De pers valt over ons heen, althans zo voelt het en we denken dat u van ons maatregelen verwacht en snel ook. Het resultaat is dan al gauw symbolische schijnveiligheid. Schijnveiligheid wordt bijna onvermijdelijk gelogenstraft door een volgend incident. Uw vertrouwen in de overheid daalt. Terecht, we deden het tenslotte voorkomen dat we het risico in de hand hadden en herhaling van het risico hadden uitgebannen. En zoals u wel begrijpt, wordt van wege dat groeiend “wantrouwen” de druk op ons tot het nemen van veiligheidsmaatregelen, ongeacht de kosten en baten van die maatregelen, daarmee alleen maar groter. Ik wil graag deze vicieuze cirkel doorbreken. Ik zal mijn best doen om mijn collegabestuurders te overtuigen om niet reflexmatig te handelen, maar om meer tijd te nemen en weloverwogen keuzes te maken. Meer veiligheid is goed, maar niet tegen elke prijs. Meer reële veiligheid is goed, meer schijnveiligheid niet.
Woningen onder hoogspanningsleidingen worden opgekocht. Geschatte kosten: (samen met andere maatregelen) € 1,7 miljard. Veiligheidswinst = ?
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 59
60 |
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 61
interview vrijwilligers
Ja, ik voel me gewaardeerd. Ik krijg complimenten. En ik mag steeds meer zelfstandig doen. Hier waren veel projecten voor het vrijwilligerswerk.
Ja, ik geloof ’t wel. Dat saamhorigheidsgevoel. Als Bevrijdingspop dan staat, als het doek onthuld wordt met het nieuwe logo, dan heb ik tranen in mijn ogen. Dat is mijn beloning. Eerlijk gezegd heb ik weinig meegekregen van het Jaar van de Vrijwilliger.
Het ligt eraan. Wel vanuit het korps en vanuit de gemeente. Als mensen zeggen: ik ga liever met jou een brand in dan met Pietje, dan weet je dat ze je vertrouwen en waarderen. Van het Jaar van de Vrijwilliger heb ik weinig meegekregen.
Die is enorm groot. Iedereen is altijd zo blij dat we er zijn. Ik vind het een prachtige instelling. Als je niet thuis kunt overlijden, dan is er het bijna thuishuis. We worden vaak als engelen gezien. Overlijden in een ziekenhuis is heel wat anders. In Heemstede zijn we vrijwilliger van het jaar geworden. Het Jaar van de Vrijwilliger is aan mij voorbij gegaan.
“Voelt u zich voldoende gewaardeerd als vrijwilliger?” “Wat vond u van het Jaar van de Vrijwilliger?” Ja hoor. We hebben veel open dagen georganiseerd. Kom kijken! Velen hebben dat gedaan. En ik maak ook een nieuwsbrief. Hou zittende vrijwilligers betrokken – daar gaat het om. Het is belangrijk als waardering naar de mensen. Al jaren doet Waterland de vrij williger van het jaar, dus de landelijke verkiezing valt bij ons wat minder op.
Jawel, al krijg je een hoop gezeik aan je kop. Toen het bedrijf hier wegging, hebben we een fotoboekje gemaakt. Ik geef wel eens zo’n boekje weg. Daar krijg ik dan commentaar op. Maar ik denk: Als je een visje uitgooit, vang je misschien een kabeljauw. Ik vond het voor het eerst goed georganiseerd door Zandvoort. Dat zouden ze meer moeten doen. Krijg je toch een beetje waardering.
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 63
62 |
geheugen
7 Volksvertegenwoordiging e waan van de dag regeert als het collectief D politiek geheugen ontbreekt
De rook van de verkiezingscampagne is alweer ruim een jaar opgetrokken, de nieuwe politieke samenstelling en de verhouding tussen nieuwe en herkozen leden worden zichtbaar. Van de 55 Statenleden maken 33 leden voor het eerst hun entree aan de Dreef. Slechts 22 oudgedienden mogen de komende vier jaar op herhaling. Voor Noord-Holland een unieke verhouding tussen eerstgekozen en herkozen volksvertegenwoordigers. Een breuk met het verleden die een kanttekening verdient. Ik wil op deze plaats een krachtig pleidooi houden voor een goede balans of verdeling tussen ervaren en nieuwe Statenleden. Ervaren Statenleden kunnen het verschil maken tussen het met historisch besef doordrongen debat gericht op positief resultaat en besluitvorming die niet gekenmerkt wordt door de waan van de dag. Hoe zit het met de wervingskracht van politieke partijen? Hoe behouden zij het collectief geheugen?
“Het berust vaak op een misverstand dat een ingrijpende vernieuwing voor de kieslijst een politieke partij uit het electorale moeras kan trekken” Vanaf de jaren tachtig van de vorige eeuw -en wellicht ook nog wel eerder- bezetten oudgedienden veelal tweederde van het aantal zetels in de Statenzaal. Deze volksvertegenwoordigers waren verspreid over vrijwel alle fracties en opereerden als een ‘collectief politiek geheugen’. Met hun ervaring en kennis van lopende dossiers beperkten zij de kans op politieke uitglijders of het opnieuw uitvinden van het wiel en verhinderden zij dat besluiten werden genomen die door onwetendheid verkeerd konden uitpakken. Aan de verkiezingen deelnemende partijen zagen bij de kandidaatstelling voor de kieslijsten ook terdege toe op een verdeling ten gunste van ervaren Statenleden. Continuïteit van bestuur stond voorop. Bij de Statenverkiezingen van 2011 hebben de kiezers en de deelnemende partijen duidelijk andere keuzes gemaakt. Onbekende namen prijkten op de oude en nieuwe kieslijsten. De keuze voor ‘nieuw voor oud’ betekende een grotere uittocht van kennis en ervaring dan per saldo in de Staten terugkeerde. Het berust vaak ook op een misverstand dat een ingrijpende vernieuwing voor de kieslijst een politieke partij uit het electorale moeras kan trekken. Dat zal een optelsom zijn van vernieuwingsdrang binnen politieke partijen (soms ook een opgelegd aantal zittingstermijnen) en de bereidheid zich voor een volgende termijn kandidaat te stellen. Ik vind die ontwikkeling zorgelijk.
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 65
64 |
Nevenfunctie
Dan is er nog het gegeven dat werkgevers bij excellerende medewerkers op dezelfde talenten
Solliciteren naar een plek op de
een beroep doen als waar de politiek aan appelleert maar daar aantrekkelijker arbeids
kieslijst en aanvaarding van
voorwaarden tegenover stellen.
een Statenzetel zijn op eigen initiatief genomen vrijwillige beslissingen. Mensen nemen die beslissingen omdat zij positieve verwachtingen hebben van het werk dat hun wacht. Het statenlidmaatschap is dan ook soms liefdewerk, een nevenfunctie waar wel een vergoeding tegenover staat. Kenmerk daarvan is de bereid
“Een bestuurlijk loopbaanontwikkelingstraject kan de aantrekkelijkheid voor een bestuurlijke en politieke baan vergroten”
heid een zekere mate van economisch en sociaal ongerief voor lief te nemen. Dit ongerief bestaat voor Statenleden uit het inleveren van betaalde uren bij
Hoe verder
een werkgever of eigen bedrijf, beschikbaar zijn voor fractie en partij tijdens weekeinden en avond
Ik heb niet de panacee voor het geschetste probleem. Willen de politieke partijen zich ook in
uren en dag en nacht door burgers, fractieleden en media gebeld, gemaild, getwitterd worden en
de toekomst voor het bestuurlijke werk van vers bloed verzekeren dan zullen zij daarvoor ook
bovenal ook nog eens onheus bejegend kunnen worden. Hoewel politiek bedrijven voor Statenleden
perspectief moeten bieden. Een bestuurlijk loopbaanontwikkelingtraject kan de aan
een zaak van maatschappelijke betrokkenheid is en geen activiteit die zij uit geldelijk gewin onder
trekkelijkheid voor een bestuurlijke en politieke baan vergroten. Ook het bedrijfsleven kan
nemen, beschouwen zij de ontvangen vergoeding voor het vele werk niet als ruimhartig. De inbreuk
een rol spelen door medewerkers te enthousiasmeren voor politieke en bestuurlijke neven
op hun sociaal leven wordt door steeds meer Statenleden als belastend ervaren. Zij haken dan vaak
activiteiten. De samenleving is ingewikkelder geworden en daarmee ook het werk van de
al na één Statenperiode af en bedanken voor de eer.
volksvertegenwoordiger. Het vraagt veel meer tijd en aandacht dan in het verleden het geval was. Wat meer maatschappelijke waardering daarvoor zou op haar plaats zijn. Ook politieke
Politieke partijen zien hun ledenaantallen teruglopen en hebben moeite goede kandidaten te vinden
jongerenorganisaties hebben in dit verband een belangrijke taak. Vele getalenteerde jongeren
voor de bemensing van de vertegenwoordigende en bestuursorganen van met name de gemeenten.
stroomden van daaruit al door naar de ‘echte’ politiek. Ik zelf vorm daarop geen uitzondering.
Toegegeven, het is ook de huidige tijd die barrières opwerpt te kiezen voor het politieke werk. Er is onzekerheid over de eigen werkkring, het inkomen of de carrière. De huidige dynamiek en beeld vorming rond het ‘pluche’ lijken eerder een werend dan wervend effect op mensen te hebben.
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 67
66 |
hnw
8 Oude waarden en
Het Nieuwe Werken
De provincie bevindt zich in roerige tijden. Een snel veranderende omgeving, zowel in huis als daarbuiten, heeft ook gevolgen voor oude waarden als integriteit en transparantie. Hoe garandeer je dat die waarden in een veranderende omgeving overeind blijven? Er zijn naar mijn idee twee bewegingen in de juiste richting: Het Nieuwe Werken, dat gestalte kan krijgen in ons nieuwe kantoor, en onze operatie Schoon Schip. Uitvoering van de provinciale taken op een integere en transparante manier – dat is nog altijd een belangrijk streven van de Provincie. Met het onderzoek Schoon Schip en met het invoeren van Het Nieuwe Werken en de werkprocessen die daarbij horen, denken we hieraan een bijdrage te kunnen leveren. Bij beide bewegingen zie ik een grote inzet en betrokkenheid van de medewerkers.
“Met Het Nieuwe Werken sluit de provincie aan bij maatschappelijke ontwikkelingen”
Een Nieuw Huis Begin volgend jaar, in 2013, is er veel veranderd. De medewerkers werken dan in wat wij noemen: Een Nieuw Huis. Een pand ingericht om Het Nieuwe Werken mogelijk te maken. Dat is flexibel werken: niet plaats- en tijdgebonden, zonder vaste werkplek en met veel minder papier. Dat vraagt een omslag van de medewerkers. Die zijn zich daarvan bewust en ze zijn ermee bezig. Met de vraag: Wat heb je nodig aan faciliteiten in het nieuwe gebouw om te kunnen doen wat je moet doen? Archivering bijvoorbeeld zal op een andere manier plaatsvinden. Veel meer digitaal. In de praktijk van alledag betekent dit bijvoorbeeld nu al het opschonen van bureaus, ladeblokken en kasten. Heel veel overbodig papier verdwijnt. Met Het Nieuwe Werken sluit de provincie aan bij maatschappelijke ontwikkelingen waarin kantoren met vaste werkplekken minder belangrijk worden en medewerkers beoordeeld worden op hun productie in plaats van op hun aanwezigheid.
Schoon Schip Aan het bestuurlijke front wordt dit jaar het onderzoek Schoon Schip afgerond. Aanleiding voor dit onderzoek was vermeend onrechtmatig gedrag van een voormalig gedeputeerde. Rond het project Distriport, een bedrijventerrein, bleken afspraken te zijn gemaakt die niet in het
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 69
68 |
college van Gedeputeerde Staten aan de orde waren geweest. Was dat een incident? Of was er meer? Was er sprake van een bepaalde cultuur die dit mogelijk maakte? Die vragen waren voor het college aanleiding om een onderzoek te laten instellen naar de bestuurscultuur in de periode 2003-2011. Het onderzoek kreeg de naam Schoon Schip en drie hoogleraren voeren het uit. Zij vroegen medewerkers mogelijke misstanden te melden. Van die mogelijkheid werd ruim gebruik gemaakt. Daar ben ik blij om, want ambtenaren moeten zich vrij voelen om mogelijke misstanden te melden. Een aantal medewerkers werd vervolgens uitgenodigd voor een gesprek met de commissie Schoon Schip. We kijken met spanning uit naar de bevindingen van de commissie. Ons nieuwe huis viel meteen al in de prijzen, want het rijk had er een stevige subsidie
van 6,5 miljoen euro voor over, krachtens het zogenaamde Unieke Kansen Programma. Een programma dat scholen en kantoren de kans biedt ervaring op te doen met energieneutrale utiliteitsbouw en ook een voorbeeld te zijn voor anderen.
70 |
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 71
interview vrijwilligers
Een blije vrijwilliger is… …een gelukkig mens en ook een recept om gezond te blijven. Zonder meer. Ik zie het aan zo veel vrienden die op hun stoel blijven zitten. Die krijgen toch allerlei kwaaltjes.
…iemand die voldoening uit vrijwilligerswerk haalt. We spannen ons ervoor in dat iedereen vrijwilligerswerk kan doen. Ook kwetsbare vrij willigers. Die krijgen een coach.
…van heel veel betekenis in de wereld. Zonder vrijwilligers valt de maatschappij in elkaar. Nu vind ik het al angstig hoe individueel we leven. Laat er veel vrijwilligers zijn die dit prachtige werk doen. Soms kan het zwaar zijn. Maar je kunt dan zeggen: ik wil even niet. Time out. In goed overleg is dat mogelijk. Het gaat om de gast. Die verdient het zo om in de watten gelegd te worden. Dat je zegt: Wat wil je? Een harinkje? Paling?
…ik ben blij met de saamhorig heid, de samenwerking die ik hier ervaar. En er moet genoeg te doen zijn. Als we maar drie uitrukken in een jaar hebben… Een grote brand is ‘een mooie melding’. Dat is het gekke. Wat de meeste ellende voor een ander geeft, zijn de mooiste klussen voor ons. Je gaat niet bij de brandweer om nooit een brand te blussen.
…een vrijwilliger die naar mij toekomt, en zegt: ik heb zo’n leuke dag gehad. Ook elkaar schouderklopjes geven is belangrijk. We hebben de laatste jaren bedankfeestjes gegeven. Dan komt de groep die het meest betrokken is. Maar ook juist die andere vrijwilligers wil je erbij houden. Ik zoek naar een manier om ze persoonlijk te bedanken.
…van onschatbare waarde. Je moet je vrijwilligers wel tevreden houden. Het is leuk om hier vrijwilliger te zijn. Op 10 maart organiseren we een dag voor vrijwilligers.
72 |
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 73
Noord-holland in gesprek met Johan Remkes in 2011 | Provincie Noord-Holland | 75
74 |
overzichtskaart burgemeesters in noord-holland
Texel Texel vv
Den Den Helder Helder mm
Wieringen Wieringen vv
Anna Anna Paulowna Paulowna mm Wieringermeer Wieringermeer mm
Zijpe Zijpe vv Schagen Schagen mm
Harenkarspel Harenkarspel mm
Niedorp Niedorp vv Medemblik Medemblik mm
Opmeer Opmeer mm Langedijk Langedijk mm Heerhugowaard Heerhugowaard mm
Bergen Bergen vv
Heemskerk Heemskerk mm
Drechterland Drechterland mm
Schermer Schermer mm
Heiloo Heiloo mm
Castricum Castricum mm
Hoorn Hoorn mm
Koggenland Koggenland vv
Alkmaar Alkmaar mm
Enkhuizen Enkhuizen mm Stede Stede Broec Broec vv
Graft-De Graft-De Rijp Rijp vv
Uitgeest Uitgeest vv
Beverwijk Beverwijk mm
Beemster Beemster mm
Wormerland Wormerland mm
Zeevang Zeevang vv
Edam-Volendam Edam-Volendam Purmerend Purmerend mm mm
Zaanstad Zaanstad vv Oostzaan Oostzaan Waterland Waterland Landsmeer Landsmeer mm mm vv
Velsen Velsen mm
Bloemendaal Bloemendaal mm Haarlemmerliede Haarlemmerliede c.a. c.a. mm Haarlem Haarlem mm Zandvoort Zandvoort mm Heemstede Heemstede vv
Amsterdam Amsterdam mm
Haarlemmermeer Haarlemmermeer mm
Diemen Diemen Muiden Muiden vv vv Amstelveen Amstelveen Amsterdam Amsterdam Weesp Weesp mm mm mm Ouder-Amstel Ouder-Amstel vv
Aalsmeer Aalsmeer mm Uithoorn Uithoorn vv
VVD VVD PvdA PvdA CDA CDA D66 D66 GroenLinks GroenLinks geenpolitieke politiekepartij partij geen
Waarnemend WaarnemendBurgemeester Burgemeester
Naarden Naarden vv
Huizen Huizen mm Blaricum Bussum Bussum Blaricum vv mm Laren Laren mm
Wijdemeren Wijdemeren Hilversum Hilversum mm mm
20.000 20.000
Man MM Man Vrouw V V Vrouw Datum:16-02-2012 16-02-2012 Datum: Formaat:A4 A4 Formaat: Projectnr.:2313 2313 Projectnr.: Copyright:Prov. Prov.Noord-Holland Noord-Holland Copyright:
mm
´´
Sector Sector Kennis Kennis && Beleidsevaluatie Beleidsevaluatie Bron: Bron: Provincie Provincie Noord-Holland Noord-Holland
76 |
COLOFON Uitgave en ontwikkeling Provincie Noord-Holland Postbus 123 | Fax: 023 5144040 www.noord-holland.nl
[email protected] Redactie Directie Algemene Dienst | Sector Kabinet Directie Beleid | sector BOSE Statengriffie Authority Institute Redactie interviews Directie Algemene Dienst | Sector Kabinet Directie Middelen | Sector Communicatie Eindredactie Directie Algemene Dienst | Sector Kabinet Fotografie Provincie Noord-Holland Overzichtskaart burgemeesters NH Directie Beleid | Sector Kennis & Beleidsevaluatie Grafische verzorging Directie Middelen | MediaProductie Geïnterviewden Gerrit Schaap, NZH-museum Frans Fontaine, Museum De Speeltoren Nel Vreugdenhil, Hospice Haarlem Marloes Romeijn, Bevrijdingspop Gabriëlle Hamans, Vrijwilligerscentrale Linda Bakernes, Vrijwillige brandweer, Enkhuizen Oplage 500 exemplaren Haarlem, mei 2012
Museum De Speeltoren met het oudste nog werkende originele speelmechaniek ter wereld