INSTALLATIESYSTEMEN TECHNISCHE INFORMATIE
MLC Meerlagenleidingsysteem voor de drinkwaterinstallatie en radiatoraansluiting
Uponor – de doordachte keuze Uponor biedt oplossingen die op doordachte producten zijn gebaseerd, wat de reden is dat wij momenteel wereldwijd tot de belangrijkste leveranciers behoren op het gebied van woning, milieu- en gemeentelijke techniek. Met het samenbrengen tot een sterk, globaal merk, stroomlijnen wij arbeidsprocessen, werken nog efficiënter en vereenvoudigen ons aanbod. Dat wil zeggen: alleen uitstekende producten verlaten ons bedrijf. Producten die reeds nu voldoen aan de eisen van morgen, gecombineerd met een voortreffelijke service voor onze klanten uit de sectoren verwarmen/koelen, installatie- en leidingsystemen.
Uponor maakt het verschil
Onderneming
De onderneming Uponor staat voor kwaliteit en knowhow, voor een groot scala aan individuele oplossingen in combinatie met een service van topklasse.
Bedrijfssectoren
Voor de toekomst bundelen wij onze deskundigheid in de drie bedrijfssectoren verwarmen/koelen, installatiesystemen en infrastructuur.
Toepassingsgebied
Ieder toepassingsgebied vraagt naar zijn eigen, individuele uitgangspunten voor probleemoplossingen. Wij leveren deze!
Systemen
Ten minste twee componenten verbinden zich tot een systeem. Wij bieden zorgvuldig uitgewerkte en aan de praktijk beproefde oplossingen voor onze klanten en partners.
Componenten
De basis van onze systemen vormen afzonderlijke op elkaar afgestemde componenten, die in onze prijslijsten eenvoudig te vinden zijn.
Eén merk – één belofte Wij voelen ons verplicht ten opzichte van onze klanten en partners. Met verantwoordelijkheidsgevoel, betrouwbaarheid en duidelijkheid maken wij iedere belofte waar. Samen met de vakmensen in de markt staan wij voor levenslange behaaglijkheid, zodat u met ons aan de toekomst bouwt. Vandaag en in de toekomst Technische wijzigingen, druk- en zetfouten voorbehouden. Meer informatie onder www.uponor.nl
2
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Inhoudsopgave: Het Uponor meerlagenleidingsysteem ••••••••••••••••••••••••• 5 De Uponor Unipipe meerlagenleiding •••••••••••••••••••••• 5 lagen – gebouwd voor de toekomst •••••••••••••••••••••••••• Technische gegevens en leveringsomvang •••••••••••••••••••••• Zeta-waarden en gelijkwaardige leidinglengten ••••••••••••••••••
6 6 7 9
Snel, eenvoudig, veilig: de verbindingstechniek voor Uponor Unipipe meerlagenleidingen••••••••••••••••••••••• 10
Het meerlagenleidingsysteem in de drinkwaterinstallatie ••••••• 12 Montagevriendelijke systeemcomponenten •••••••••••••••••••• 13 Individueel installeren met de Uponor 2 m montagerail ••••••••••• 15 Ontwerpgrondslagen drinkwaterinstallatie ••••••••••••••••• Installatievarianten ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••• Bescherming van het drinkwater••••••••••••••••••••••••••••• Circulatiesystemen ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••• Uponor „Aquastrom T plus“ •••••••••••••••••••••••••••••••• Toepassing van elektrische verwarmingsband ••••••••••••••••••• Aansluiting van doorstroomtoestellen, warmwaterboilers en appendages •••••••••••••••••••••••••••••• Vochtbescherming ••••••••••••••••••••••••••••••••••••••• Druktest/keuringsrapporten •••••••••••••••••••••••••••••••• Leidingweerstandtabellen •••••••••••••••••••••••••••••••••• Drukverliesdiagram •••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
16 17 18 18 19 20 20 21 22 26 29
De radiatoraansluiting met het Uponor meerlagenleidingsysteem 30 Ontwerpgrondslagen radiatoraansluiting •••••••••••••••••• Toepassingsgebieden ••••••••••••••••••••••••••••••••••••• Installatiemogelijkheden – 1-pijpsverwarmingsysteem •••••••••••• Installatiemogelijkheden – 2-pijpsverwarmingsysteem •••••••••••• Aansluitvarianten met het Uponor meerlagenleidingsysteem ••••••• Druktest/druktestrapport ••••••••••••••••••••••••••••••••••
32 32 32 33 34 37
Berekeningsgrondslagen radiatoraansluiting ••••••••••••••• Drukverliesdiagrammen •••••••••••••••••••••••••••••••••••• Leidingweerstandtabellen •••••••••••••••••••••••••••••••••• Berekeningsvoorbeeld •••••••••••••••••••••••••••••••••••••
39 39 41 69
Aarding •••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••• Combinatie installaties •••••••••••••••••••••••••••••••••••• Reparatie- of renovatiewerkzaamheden ••••••••••••••••••••••• Uitwendige corrosiebescherming van Uponor fittingen •••••••••••• Verwerkingsaanwijzingen schroefdraadverbindingen •••••••••••••
70 70 70 71 71
Alle wettelijke en technische informatie zIjn naar beste weten zorgvuldig samengesteld. Fouten kunnen echter niet volledig worden uitgesloten en hiervoor wordt geen aansprakelijkheid aanvaard. Alleen de originele tekst van deze handleiding is wettelijk bindend. Het werk is inclusief al zijn onderdelen auteursrechtelijk beschermd. Iedere toepassing buiten de door de auteurswet toegestane uitzonderingen is zonder toestemming van Uponor GmbH niet toegestaan. Met name reproducties, nadruk, bewerkingen, opslag en verwerking in elektronische systemen, vertalingen en microfilms behouden wij ons voor. Technische wijzigingen voorbehouden.
Montage- en installatierichtlijnen ••••••••••••••••••••••••••• 72 Overzicht Uponor persgereedschappen •••••••••••••••••••••••• 72
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
3
Inhoudsopgave: Compatibiliteitslijst Uponor persbekken/externe persmachines ••••• Montage afmetingen ••••••••••••••••••••••••••••••••••••• Montage volgens Z-maat •••••••••••••••••••••••••••••••••• Buigen van de Uponor Unipipe MLC leidingen •••••••••••••••••• Inachtneming van de thermische lengteverandering •••••••••••••• Installatie van leidingen op de ruwe vloer •••••••••••••••••••••• Installatie onder gietasfalt ••••••••••••••••••••••••••••••••••
73 74 75 76 77 79 81
Transport-, opslag- en verwerkingsvoorwaarden •••••••••••••• 82
4
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Het Uponor meerlagenleidingsysteem Basis voor uw professionele installatie
Het complete systeem uit één hand
Duurzame dichtheid, gecombineerd met een lange levensduur, is de belangrijkste eis, die tegenwoordig aan een betrouwbare en hoogwaardige installatie wordt gesteld. Uponor als leidende producent van meerlagenleidingen voor de woningbouw en gemeentelijke techniek komt aan deze eis volledig tegemoet. Daarmee bieden wij u de veiligheid, die voor uw installatie zo belangrijk is.
Of het nu gaat om drinkwater/sanitair, radiatoraansluiting of persluchttoepassingen, het Uponor meerlagenleidingsysteem is de perfecte oplossing. Het volledige programma maakt de complete installatie vanaf de stijgleiding tot aan de gebruiker mogelijk. Daarbij is de installatie bijzonder eenvoudig en rendabel. Het essentiële van het systeem, namelijk de Uponor Unipipe meerlagenleiding en de daarbij behorende verbindingsstukken, worden in eigen huis vervaardigd en zijn dus perfect op elkaar afgestemd. Door de vormvastheid van de leiding en de geringe lineaire uitzetting zijn slechts weinig bevestigingspunten nodig – het praktische voordeel voor een veilige en snelle installatie. Afgerond wordt het Uponor meerlagenleidingsysteem door een doordacht gereedschapprogramma: van buissnijgereedschap via ontbramer tot en met persgereedschappen.
Beproefde kwaliteit Met het Uponor meerlagenleidingsysteem gebruikt u beproefde en gecertificeerde kwaliteit. Op deze wijze houdt u zich aan alle vereiste bouwrichtlijnen, inclusief brandbescherming, geluidsisolatie en warmte-isolatievoorschriften. De systeem techniek is ook hier bijzonder duurzaam en veilig, wat door talrijke tests en keuringen wordt gecertificeerd.
De Uponor Unipipe meerlagenleiding – een uitgekiende ontwikkeling Opbouw van de Uponor Unipipe meerlagenleiding
PE-RT
Hechtfilm
Hechtfilm
PE-RT
Overlappend in de lengte richting gelaste aluminium buis
5 lagen – gebouwd voor de toekomst Met onze uit 5 lagen bestaande meerlagenleiding hebben wij een product voor de toekomst ontwikkeld, dat de voordelen van een metalen en een kunststof leiding in zich verenigt. Daarmee worden productvoordelen bereikt die niet te overtreffen zijn: de binnenliggende aluminium leiding is absoluut veilig tegen het binnendringen van zuurstof. Hij compenseert de reactiekrachten en de lineaire uitzetting bij temperatuurswisselingen. De basis van het systeem is de eenvoudige, veilige en snelle montage van de leiding. Eenvoudig met de hand buigen, knippen, ontbramen, in de fitting steken, persen – klaar!
Koper Staal, verzinkt Roestvast staal
6
De Uponor Unipipe meerlagenleiding heeft een in vergelijking geringe uitzettingscoëfficiënt op grond van zijn vaste verbinding van de kunststoflagen met het aluminium.
De Uponor Unipipe meerlagenleiding bestaat uit een met overlappend in de lengterichting gelaste aluminium buis, waar zowel van binnen als van buiten een tegen hoge temperaturen bestendige laag polyethyleen is aangebracht (volgens DIN 16833). Alle lagen worden duurzaam met elkaar verbonden door een tussenliggende hechtfilm. Een speciale lastechniek garandeert een optimale veiligheid. De voor de Uponor Unipipe meerlagenleiding geselecteerde aluminiumdikte is exact aangepast aan de eisen voor zowel drukbestendigheid als flexibiliteit.
Uw voordeel Absoluut zuurstofdiffusiedichte meerlagenleiding Leverbaar in de afmetingen 14-110 mm Eenvoudige verwerking Gering gewicht Grote vormvastheid en flexibiliteit Geringe uitzettingscoëfficiënt
Uitstekend geïsoleerd
Uitstekende levensduur
Voor radiatoraansluiting is de Uponor Unipipe meerlagenleiding ook voorgeïsoleerd als standaard leverbaar. Zodoende staat in de afmetingen 16-32 mm een assortiment ter beschikking, dat voldoet aan alle isolatie eisen van de DIN 1988-2, het Energiebesparingsbesluit (EnEV), KIWA en KOMO. Hiermee voldoet het systeem aan de installatievoorschriften in Nederland en België. De voorgeïsoleerde leidingen maken een tijdbesparende installatie mogelijk, aangezien het kostbare na-isoleren en dus ook het vastplakken van stootranden vervalt.
Corrosiebestendigheid
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
In regelmatige trekproeven wordt de belastbaarheid van de meerlagenleiding gecontroleerd. Behalve de voortdurende keuring van de leiding in het laboratorium wordt iedere Uponor Unipipe meerlagenleiding tijdens de productie gecontroleerd op maatvastheid en dichtheid.
Technische gegevens en leveringsomvang Afmetingen da x s [mm]
14 x 2
16 x 2
18 x 2
20 x 2,25
25 x 2,5
32 x 3
Binnendiameter di [mm] Rollengte [m] Leidinglengte [m] Buitendiameter rol [cm] Gewicht rol/lengte [g/m] Gewicht rol/lengte met water 10 °C [g/m] Gewicht per rol [kg] Gewicht per lengte [kg] Watervolume [l/m] Leidingruwheid k [mm] Warmtegeleidbaarheid λ (W/m x K) Uitzettingscoëfficiënt α (m/m x K)
10 200 80 91/-
12 100/200/500 5 80 105/118
14 200 5 80 123/135
15,5 100/200 5 100 148/160
20 50/100 5 120 211/240
26 50 5 120 323/323
170/18,2 0,079 0,0004
218/231 21,0/52,5 0,59 0,113 0,0004
277/289 24,6 0,68 0,154 0,0004
337/349 14,8/29,6 0,80 0,189 0,0004
525/554 10,6/21,1 1,20 0,314 0,0004
854/854 16,2 1,6 0,531 0,0004
0,40
0,40
0,40
0,40
0,40
0,40
25 x 10 -6
25 x 10 -6
25 x 10 -6
25 x 10 -6
25 x 10 -6
25 x 10 -6
maximale temperatuur: 95 °C*, niet continue
maximale continubedrijfsdruk 10 bar bij continubedrijfstemperatuur 70 °C, beproefde levensduur 50 jaar, veiligheidsfactor 1,5* Min. buigradius met de hand: 5 x da [mm] Min. buigradius met interne buigveer 4 x da [mm] Min. buigradius met externe buigveer 4 x da [mm] Min. buigradius met buigtang [mm]
70
80
90
100
125
160
56
64
72
80
100
128
56
64
72
80
100
-
43
49
49
78
80
128
* Bij vragen over een andere interpretatie van gebruiksparameters moet ruggespraak worden gehouden met de fabriek.
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
7
Technische gegevens en leveringsomvang (vervolg) Afmetingen da x s [mm]
40 x 4
50 x 4,5
63 x 6
75 x 7,5
90 x 8,5
110 x 10
Binnendiameter di [mm] Lengte rol [m] Leidinglengte [m] Buitendiameter rol [cm] Gewicht rol/lengte [g/m] Gewicht rol/lengte met water 10 °C [g/m] Gewicht per rol [kg] Gewicht per lengte [kg] Watervolume [l/m] Leidingruwheid k [mm] Warmtegeleidbaarheid λ (W/m x K) Uitzettingscoëfficiënt α (m/m x K)
32 5 -/508
41 5 -/745
51 5 -/1224
60 5 -/1788
73 5 -/2545
90 5 -/3597
-/1310 2,54 0,800 0,0004
-/2065 3,73 1,320 0,0004
-/3267 6,12 2,040 0,0004
-/4615 8,94 2,827 0,0004
-/6730 12,73 4,185 0,0004
-/9959 17,99 6,362 0,0004
0,40
0,40
0,40
0,40
0,40
0,40
25 x 10 -6
25 x 10 -6
25 x 10 -6
25 x 10 -6
25 x 10 -6
25 x 10 -6
maximale temperatuur: 95 °C*, niet continue
maximale continubedrijfsdruk 10 bar bij continubedrijfstemperatuur 70 °C, beproefde levensduur 50 jaar, veiligheidsfactor 1,5* Min. buigradius met de hand: 5 x da [mm] Min. buigradius met binnenbuigveer 4 x da [mm] Min. buigradius met buitenbuigveer 4 x da [mm] Min. buigradius met buigtang [mm]
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
* Bij vragen over een andere interpretatie van gebruiksparameters moet ruggespraak worden gehouden met de fabriek.
8
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
-
Knie 45°
2,8
8,3
2,0
7,3
Verloop
Aftakking bij stroomsplitsing
Aftakking doorlaat bij stroomsplitsing
Aftakking tegenloop bij stroomsplitsing
-
7,0
Hoek 90°
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
2,7
0,7
3,0
1,0
-
2,5
-
4,6 2,1
1,2 0,6
5,2 2,4
1,7 0,8
-
4,4 2,0
äL
ζ
ζ
äL
16 x 2 12
14 x 2 10
Afmeting da x s [mm] Binnendiameter di [mm] Zeta-waarde ζ (-)/gelijkwaardig Leidinglengte äL [m]
3,7
1,0
4,2
1,4
-
3,6
ζ
2,0
0,6
2,3
0,8
-
2,0
äL
18 x 2 14
3,2
0,8
3,6
1,2
-
3,0
ζ
2,0
0,5
2,3
0,8
-
1,9
äL
äL
2,9 2,5
0,8 0,7
3,2 2,7
1,0 0,9
1,5 1,3
2,8 2,4
ζ
20 x 2,25 25 x 2,5 15,5 20
2,3
0,7
2,6
0,9
1,2
2,3
ζ
2,7
0,8
3,1
1,1
1,4
2,7
äL
32 x 3 26 äL
2,1 3,2
0,5 0,8
2,4 3,7
0,8 1,2
1,2 1,8
2,0 3,1
ζ
40 x 4 32
1,7
0,4
1,9
0,6
0,8
1,6
ζ
3,5
0,8
3,9
1,2
1,7
3,3
äL
50 x 4,5 41
1,5
0,4
1,7
0,6
0,8
1,4
ζ
ζ
4,1 1,5
1,1 0,4
4,6 1,7
1,6 0,5
2,2 0,8
4,9
1,3
5,6
1,6
2,6
4,6
äL
75 x 7,5 60
3,8 1,4
äL
63 x 6 51
2,2
0,5
3,7
0,5
0,7
3,7
ζ
9,1
2,1
15,4
2,1
2,9
15,4
äL
90 x 8,5 73 äL
1,7 9,1
0,4 2,1
2,9 15,5
0,7 3,7
0,6 3,2
2,9 15,5
ζ
110 x 10 90
Zeta-waarden fittingen en gelijkwaardige leidinglengten
Voor de bepaling van de gelijkwaardige leidinglengten is een stroomsnelheid van 2 m/s gebruikt.
9
Snel, eenvoudig, veilig: de verbindingstechniek voor Uponor Unipipe meerlagenleidingen Omvangrijk programma uit één hand Ook in de ontwikkeling en constructie van een fittingconcept dat exact is afgestemd op de leiding, toont Uponor zijn kracht. Het fittingprogramma met koppelingen, bochten, T-stukken en een groot aantal op de praktijk gerichte systeemcomponenten laat niet te wensen over. Persen of koppelen – beide methodes zijn mogelijk en garanderen duurzaam dichte verbindingen.
Door de flexibiliteit van de Unipipe MLC leiding kan vaak op hoeken worden bespaard. Hierdoor dalen de materiaalkosten en de geïnvesteerde tijd aanzienlijk. Kortere inbouwlengten en een verhoogde montageveiligheid zijn hierbij verdere voordelen.
Uponor MLC persfittingen
Zelfs bij gecompliceerde toepassingen vindt u in het omvangrijke fittingprogramma van Uponor de juiste verbinding – ongeacht of het nu gaat om persen of om koppelen.
De verbindingstechnieken persen, klemmen en koppelen zijn duurzaam dicht, zoals wordt bevestigd door de SKZ-testrapporten en de DVGW-certificaten.
Met het gepatenteerde Uponor perssysteem kunnen in enkele seconden verbindingen worden gemaakt. Kostbare verbindingstechnieken zoals lassen of solderen komen te vervallen.
Overzicht meerlagenleiding en verbindingstechniek Leidingafmeting
MLC metalen persfitting testveilig, met gekleurde aanslagringen
MLC metalen persfitting
MLC MLC metalen composietfitting klemfitting PPSU
MLC schroeffitting, testveilig
14 x 2 16 x 2 18 x 2 20 x 2 25 x 2,5 32 x 3 40 x 4 50 x 4,5 63 x 6 75 x 7,5 90 x 8,5 110 x 10
Testveilige metalen persfitting
10
Composietfitting van PPSU
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Testzekerheid in serie: de Uponor MLC persfittingen 14 - 32 mm Uponor MLC metalen persfittingen met gekleurde aanslagringen De Uponor MLC persfitting 14-32 mm is een metalen persfitting van de nieuwe generatie. Hier is immers sprake van een betrouwbare testveiligheid in serieproductie. De fitting wordt met geoptimaliseerde steunhulsgeometrie vervaardigd en waarborgt door een aanslagring en de persbekgeleiding een eenvoudige, kantelvrije persing. De O-ringen garanderen een absoluut dichte verbinding tussen steunhuls en binnenste leidingwand. Het systeem is door de DVGW gecertificeerd. De montagevriendelijke metalen persfitting is zodanig ontworpen, dat bij de voorgeschreven druktest aan de ongeperste verbinding water uittreedt of dat de fitting losraakt van de leiding. Nog even persen en dan is de verbinding duurzaam en veilig dicht.
1. Aanleggen De persbek wordt tegen de persbekgeleiding van de pershuls gelegd.
2. Persen Tijdens het persproces maakt de aanslagring zich in afzonderlijke delen los van de pershuls.
3. Controleren De losgemaakte aanslagringen duiden op een succesvolle persing – zelfs op enkele meters afstand op betrouwbare wijze herkenbaar.
4. Isoleren Over de gladde verbinding kan zonder moeite een doorlopende leidingisolatie zoals Tubolit worden geschoven.
Wanneer een verbinding nog niet geperst is, valt deze bij het afpersen direct dubbel op. De gekleurde aanslagringen zijn nog aanwezig. Bovendien is de fitting zodanig geconstrueerd, dat tijdens de drukproef water uittreedt. Nu eenvoudig persen en dan is de verbinding duurzaam dicht.
Gekleurde aanslagringen aan de beproefde, montagevriendelijke MLC persfittingen van Uponor zijn het kenmerk van de nieuwe fittinggeneratie van Uponor. Iedere nominale breedte van 14 t/m 32 mm heeft daarbij zijn eigen kleur – dat schept duidelijkheid op de bouwplaats, in het magazijn en bij de groothandel.
Afmeting 32
Afmeting 25
Kleurcode afmeting
Afmeting 20
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Afmeting 18
14
20
16
25
18
32
Afmeting 16
Afmeting 14
11
Uponor MLC persfittingen met gekleurde aanslagringen Toepassingsgebied
Beschrijving/eigenschappen
Materiaal
Vast gefixeerde pershuls, vast verbonden met het fittingdeel, biedt
14 – 32 mm
bescherming tegen mechanische inwerking op de afdichtringen. Pershuls met kijkvensters, waarmee de insteekdiepte van de leiding in de fitting vóór het persen kan worden gecontroleerd. Gekleurde aanslagringen die er tijdens het persen vanaf vallen. Na de montage kan de verbinding door de vormvaste pershuls buigkrachten opnemen, zonder dat lekkages ontstaan. Een reeds geïnstalleerde leiding kan daardoor naderhand (tot aan de druktest) wor-
Messing, vertind geprofileerde pershuls van aluminium gekleurde aanslagringen van kunststof Kleurcode afmeting 14
20
16
25
18
32
den uitgelijnd.
Uponor MLC persfittingen Toepassingsgebied
Beschrijving/eigenschappen
Materiaal
Vast gefixeerde pershuls, vast verbonden met het fittingdeel biedt bescherming tegen mechanische inwerking op de afdichtingen. Pershuls met kijkvensters, waarmee de insteekdiepte van de leiding in de fitting vóór het persen kan worden gecontroleerd.
40 – 75 mm
Messing, vertind pershuls van RVS
Uponor MLC composiet persfittingen Toepassingsgebied 16 – 32 mm
Beschrijving/eigenschappen
Materiaal
De Uponor Unipipe MLC leiding wordt tijdens het monteren tussen steun- en RVS-pershuls geschoven en door het persproces krachtgesloten verbonden met de Uponor composietfitting. De speciale profilering van de PPSU-steunhuls zorgt door de persing in de inwendige kunststoflaag van de leiding voor een veilige verbinding. De afdichting vindt plaats tussen steunhuls en de binnenwand van de leiding door middel van een in een groef liggende O-ring van EPDM, die tegen hoge temperatuur en veroudering bestand is. Na de montage kan de verbinding door de vormvaste pershuls buigkrachten opnemen, zonder dat lekkages ontstaan. Een reeds geïnstalleerde leiding kan daardoor naderhand (tot aan de druktest) worden uitgelijnd.
Hoogwaardige kunststof PPSU pershuls van RVS
Uponor MLC metalen klemfitting Toepassingsgebied 90 – 110 mm
Beschrijving/eigenschappen
Materiaal
Klemverbinders waarbij de leiding duurzaam dicht tussen steunhuls en klemring wordt geperst. Op het uiteinde van de leiding wordt eerst de insteekdiepte van de fitting gemarkeerd. Vervolgens wordt de leiding in de fitting gestoken en de klemring met gebruikelijk gereedschap vastgetrokken. Voor deze verbindingstechniek is geen persmachine nodig. Na de montage kan de verbinding door de vormvaste pershuls buigkrachten opnemen, zonder dat lekkages ontstaan. Een reeds geïnstalleerde leiding kan daardoor naderhand (tot aan de druktest) worden uitgelijnd
Rood messing
Uponor MLC schroeffitting Toepassingsgebied 14 – 25 mm
12
Beschrijving/eigenschappen
Materiaal
Voor de directe aansluiting van de Uponor Unipipe meerlagenleidingen aan ½“ Uponor vormdelen, verdelers en sanitaire aansluitingen kan de Uponor MLC schroeffitting worden toegepast. De ¾” variant maakt de aansluiting aan ¾” Euroconusvormdelen mogelijk.
Gecoate messing wartel steunhuls PPSU persring van polyamide (PA).
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Het meerlagenleidingsysteem in de drinkwaterinstallatie Omvangrijk assortiment voor de complete installatie Alles met slechts één systeem: het Uponor meerlagenleiding drinkwaterprogramma maakt complete drinkwaterinstallaties – vanaf woningaansluiting tot en met het laatste aftappunt mogelijk. Welke installatievariant u daarbij kiest, is alleen uw beslissing: afzonderlijke aansluitingen via sanitairverdelers, T-stuk verdeling of circulatieleidingsysteem. Door de comfortabele systeemtechniek lukt de montage eenvoudig en uitzonderlijk snel en u gebruikt gecertificeerde en geteste kwaliteit. Duurzaamheid en veiligheid zijn door talrijke proefnemingen bevestigd. Het Uponor Unipipe meerlagenleidingsysteem beschikt over de DVGW- en SKZ-toelating en kan worden gebruikt voor drinkwaterinstallaties van elk formaat. Door de grote keuze aan speciale oplossingen dekken wij alle afzonderlijke gevallen in bestaande- en nieuwbouw af. Een uitgebreid assortiment aansluitingen maakt de aansluiting aan alle gangbare voorwandinstallatiesystemen en appendages mogelijk.
De Uponor Unipipe meerlagenleiding is op grond van het werkblad DVGW 542 gecertificeerd. Deze certificering houdt naast talrijke eisen aan het mechanische gedrag, tevens rekening met de controle dan wel beoordeling van de groei van micro-organismen op basis van het werkblad DVGW W 270. Daartoe behoort ook de regelmatige controle van de eisen aan de hygiëne volgens de KTW-aanbevelingen (Kunststof-drinkwater aanbevelingen van de werkgroep¨”Drinkwater belangen” van de kunststofcommissie van de federale gezondheidsdienst). De pers- en klemverbinders die in het Uponor meerlagenleidingsysteem worden gebruikt, worden volledig vertind. De gebruikte messingmaterialen voldoen aan alle eisen van het nieuwe drinkwaterbesluit. Zij zijn volgens DIN 50930-6 zonder beperking te gebruiken met alle drinkwaterkwaliteiten die voldoen aan het nieuwe drinkwaterbesluit.
Uw voordeel Voldoet aan de strenge richtlijnen van het nieuwe drinkwaterbesluit Uit 5 lagen bestaande meerlagenleiding van polyethyleen, geschikt voor gebruik met levensmiddelen Omvangrijke kwaliteitscontrole tijdens de productie voor de veiligheid van de drinkwaterinstallatie De beste oppervlaktekwaliteit voorkomt aanslag Eenvoudige en veilige montage Op de praktijk gericht leveringsprogramma Ideaal geschikt voor in- en opbouwmontage
Kortom: het Uponor meerlagenleidingsysteem is en blijft het beste en op de toekomst gerichte systeem voor de drinkwaterinstallatie en kan voor alle soorten drinkwater, die voldoen aan het drinkwaterbesluit, onbeperkt worden gebruikt! Een investering in de toekomst.
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
13
Montagevriendelijke systeemcomponenten Functioneel, praktisch en montagevriendelijk Het Uponor drinkwateraansluitsysteem hebben wij voor u nog gebruikersvriendelijker gemaakt. De nieuwe Uponor drinkwatercomponenten van het meerlagenleidingsysteem zijn het resultaat van de verdere ontwikkeling van onze innovatieve producten. Het perfect op elkaar afgestemde leveringsprogramma maakt op elk gebied een rendabele en eenvoudige montage mogelijk. Overtuigt u zichzelf!
Het nieuwe concept: insteken – klemmen – vast!
Voor muurbeugels en muurplaten kunt u kiezen uit onze beproefde verbindingstechnieken persen en schroeven.
1. Uponor persmuurknie insteken en fixeren
Snel monteren Geprefabriceerde montage-units vergemakkelijken het werk: eenvoudig uitpakken en direct bevestigen. Voorgemonteerde montageplaten en –beugels leveren wij in diverse hart-op-hart maten. Deze zijn onder andere ook verkrijgbaar met gecontroleerde geluidsisolatie volgens DIN 4109.
Voor de installatie van circulatieleidingen hebben wij naast afzonderlijke aansluitingen ook dubbele muurbeugels en dubbele muurplaten in 90°- en 160°-uitvoeringen. Bovendien staan voor doorvoer door de droogbouwwand verschillende varianten ter beschikking. Ook voor de universele spoelreservoiraansluiting bieden wij optimale oplossingen.
2. Uponor fixeerelement plaatsen
Uponor muurdoorvoer
Voor alle inbouwsituaties Voorgebogen montagebeugels en montageplaten, muurbeugels en muurplaten voor diverse inbouwsituaties vergemakkelijken het werk op de bouwplaats. Door de aangebrachte langs- en rondgatboringen van de montagebeugels en –platen is een simpele uitlijning en bevestiging op de ondergrond mogelijk.
Op de praktijk gericht leveringsprogramma
3. Klemmen – de Uponor persmuurknie is torsieveilig en vast op de Uponor montagebeugel bevestigd.
Uponor UPS-aansluitknie, vlak
Uponor montageplaat, 50 mm
Uponor montageplaat, 75/150 mm
Uponor MLC persmuurplaat
Uponor montage-unit met geluidsset
14
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Individueel installeren met de Uponor 2 m montagerail Voldoet aan alle eisen op de bouwplaats
Gebruikersvriendelijke uitrusting
De nieuwe Uponor 2 m montagerail maakt het werken op de bouwplaats aanzienlijk gemakkelijker. De rail kan heel eenvoudig met de Uponor buigtang naar behoefte worden gebogen.
Overtuigende afmetingen: 2 m lang, 50 mm hoog, met 8 mm ovale gaten en 6 mm ronde gaten voor de eenvoudige positionering en bevestiging tegen de wand. Van verzinkt staal.
en de geluidsisolatieset worden met de systeemschroeven (toebehoren art.nr.: 97 00 95) vóór op de rails geschroefd.
Groter toepassingsgebied Voor de snelle en ongecompliceerde montage van Uponor muurbeugels en muurplaten (ook met geluidsisolatieset). Gemakkelijke buigbaarheid De Uponor 2 m montagerail kan met de Uponor buigtang gemakkelijk worden gebogen. Daarom is de rail ideaal voor alle denkbare taken. Eenvoudige montage De Uponor MLC wandknieën worden snel en variabel aan de rail bevestigd: insteken – klemmen – vast. De Uponor MLC muurplaat
Geluidsisolatie volgens DIN 4109 gekeurd door het Fraunhofer Institut für Bauphysik (IBP), keuringsrapport P-BA 242/2004
Één rail voor alle inbouwsituaties variabel en exact passend
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
15
Ontwerpgrondslagen drinkwaterinstallatie met het Uponor meerlagenleidingsysteem Toepassingsgebieden
Certificaten
Het Uponor meerlagenleidingsysteem wordt toegepast voor alle sanitaire ruimtes, bijvoorbeeld voor bedrijfs- en overheidsgebouwen, voor de woningbouw, voor in serie opgestelde wasbakken en voor aangepast bouwen.
Voor meerlagenleidingen in drinkwaterdistributie installaties dient volgens het DVGW-werkblad W 542 een minimale levensduur van minimaal 50 jaar te worden aangetoond. Een onafhankelijk keuringsinstituut voert een serie keuringen uit en vervaardigt de diagrammen met betrekking tot de inwendige druk over een langere periode, die hieruit resulteren. Voor Uponor worden deze waarden bepaald door het Süddeutsche Kunststoffzentrum in Würzburg (SKZ). Na verdere onderzoeken vormen de waarden van het diagram m.b.t. de inwendige druk over een langere periode de basis voor de uitreiking van het DVGWsysteemkeurmerk voor Uponor met de bijbehorende verbindingen. Samen met het keuringsinstituut en de DVGW werkt Uponor voortdurend aan de keuring van het leidingsysteem conform de desbetreffende werkbladen van de DVGW. Het leidingsysteem is ook KIWA gecertificeerd.
De grote keuze aan Uponor Unipipe meerlagenleidingen en fittingen in de afmetingen 14 tot 110 mm maakt een veilige en snelle drinkwaterinstallatie van eengezinswoningen tot en met gebouwen van bijzondere aard en gebruik mogelijk. Het Uponor meerlagenleidingsysteem biedt een grote keuze uit speciale oplossingen die alle toepassingen in zowel bestaande- als in nieuwbouw mogelijk maken. Alle gangbare sanitaire objecten en appendages kunnen op het systeem worden aangesloten. Dit wordt gewaarborgd door het omvangrijke assortiment appendage- en objectaansluitingen. Bij de aanleg van leidinginstallaties dient ervoor te worden gezorgd dat de ontkoppeling van alle installatiedelen van het montagedeel foutloos geschiedt. Hiertoe biedt Uponor de geluidsisolatieset voor muurplaten aan.
16
De DVGW-certificatie geeft toestemming voor het gebruik van Uponor in drinkwaterinstallaties conform de eisen van DIN 1988 TRWI. Alle onderdelen van de installatie die conform het gebruiksdoel in aanraking komen met het drinkwater, zijn voorwerpen als bedoeld in de Duitse wet op levensmiddelen en voorwerpen die direct of indirect met levensmiddelen in aanraking komen. Het Uponor meerlagenleidingsysteem komt overeen met de in dit verband vereiste aanbevelingen van de Duitse federale gezondheidsdienst (KTW-aanbeveling) en is door het keurmerk van de DVGW dienovereenkomstig gekeurd en gemarkeerd. De toegepaste messinglegering voor de Uponor MLC fittingen voldoet aan de DIN 50930-6 en beantwoordt aan de eisen van de drinkwaterverordening (TrinkwV), Voor de wereldwijde toepassing beschikt Uponor over meer dan 60 internationale certificaten (bijvoorbeeld ÖVGW, SVGW, KIWA, etc.).
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Installatievarianten Het Uponor meerlagenleidingsysteem biedt de mogelijkheid van de complete sanitaire installatie vanaf de woningaansluiting tot aan het laatste aftappunt. Hierbij zijn bijvoorbeeld de volgende installatievarianten mogelijk:
Stort- Wastafel Douche bak
1-pijpssysteem via sanitairverdeler en afzonderlijke aansluitingen
Objectaansluiting via dubbele aansluitingen
Ringleidingsysteem met sanitairverdeler en dubbele aansluitingen
Klassiek objectaansluiting via Tstukken en afzonderlijke aansluitingen
Afzonderlijke aansluiting aan een voedingsleiding uit het tussenplafond met afzonderlijke afsluiting
Afzonderlijk voedingsleidingsysteem uit het tussenplafond via sanitairverdelers
Technische ruimte verdeling
xxxxx
WW W WC KW
3
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
17
Bescherming van het drinkwater Maatregelen ter reducering van de legionellagroei In drinkwaterverwarmingsinstallaties en de daaraan aangesloten warmwaterverdeelsystemen moeten voorwaarden worden gesteld die een voor de gezondheid bedreigende concentratie van legionellabacteriën voorkomen. Legionella’s zijn staafvormige bacteriën die in de natuur in kleine hoeveelheden in zoetwater (bijvoorbeeld meren, rivieren en soms ook in drinkwater) voorkomen. Van de groep van legionella’s zijn circa 40 vormen bekend. Enkele van de legionellasoorten kunnen, door inademing van besmette aerosolen (zeer fijne waterdruppels), bijvoorbeeld tijdens het douchen of door luchtbevochtigers in luchtbehandelingsinstallatie, infecties veroorzaken. Bij personen met een zwakke gezondheid, bijvoorbeeld met een laag immuunsysteem, chronische bronchitis kan dit leiden tot longontsteking (legionellapneumonie dan wel veteranenziekte) of tot Pontiackoorts.
vermindering van de legionellagroei in drinkwaterinstallaties, gebaseerd op de huidige stand van de wetenschap. Bovendien worden maatregelen voor de sanering van besmette drinkwatersystemen vermeld.
Circulatiesystemen Warmwaterverdeelsystemen, waarbij direct aan de tappunten voortdurend warm tapwater beschikbaar moet worden gesteld, geven een permanent in stand te houden warmwatercircuit te zien. Voor het bedrijf van dergelijke – zogenaamde circulatie installaties – moeten de in de DVGM-werkbladen W 551 en W 553 voorgeschreven randvoorwaarden worden nagekomen, zodat de bovengenoemde risico’s voor de gezondheid worden voorkomen. Voor warmwatercirculatiesystemen in Nederland is als ontwerpnorm geldig: NEN 1006, Vewin-werkbladen, ISSO publicatie 55.1 en ISSO publicatie 55.2.
Gestelde eisen Vewin Het gezamenlijke warmwaterverdeelsystemen dient zodanig te werken dat het warmwater enerzijds op de boiler met minstens 60 °C retour komt en met een temperatuurverlies van maximaal 5 K weer in het circulatienet terugstroomt. Anderzijds moeten in alle circulatiestrangen voldoende warmwatervolumestromingen aanwezig zijn.
Volgens DVGW werkblad W 551 staat het risico van infectie in rechtstreeks verband met de temperatuur van het drinkwater uit de drinkwaterinstallatie. Het temperatuurbereik waarin de legionellagroei versterkt optreedt, ligt tussen 30 °C en 45 °C. Het werkblad beschrijft de noodzakelijke technische maatregelen ter
18
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Uponor „Aquastrom T plus“ Thermostatische afsluiter met voorinstelling voor circulatieleiding Uponor „Aquastrom T plus“ is een thermostatische afsluiter met voorinstelling voor circulatieleidingen volgens DVGW werkblad W551 en W553. Hij regelt de temperatuur van het circulatiewater in het aanbevolen regelbereik van 60 °C tot 65 °C (maximaal regelbereik 40 °C tot 65 °C, regelnauwkeurigheid ± 1 °C). De afsluiter steunt automatisch de thermische desinfectie. De volumestroom stijgt circa 6K boven de ingestelde temperatuur en loopt, onafhankelijk van de ingestelde temperatuur, vanaf ca. 70 °C terug tot de restvolumestroom. De afsluiter ondersteunt daarmee de thermische desinfectie van de circulatie installatie optimaal. De maximale volumestroom onafhankelijk van de ingestelde regeltemperatuur vooraf worden ingesteld en afgesloten. De afsluiter met een behuizing van brons is uitgerust met een aftapafsluiter met slangbevestiging, waarmee de circulatiestrang worden afgetapt ten behoeve van onderhoudswerkzaamheden. Temperatuurcontrole is mogelijk door thermometer of temperatuuropnemer. De temperatuurinstelling kan door een verzegelingskap tegen verstellen worden beveiligd. Daarbij blijft de ingestelde temperatuurwaarde afleesbaar. Let op: de maximale constante druk voor het Uponor MLC leidingsysteem bedraagt 10 bar bij een maximale constante temperatuur van 70 °C !
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Voordelen Automatische thermische regeling van de volumestroom Ondersteunt thermische desinfectie Volumestroom stijgt circa 6 K boven de ingestelde temperatuur waardoor de desinfectietemperatuur in de leidingstrang snel wordt bereikt Remt boven 70 °C opnieuw de volumestroom af om desinfectie van overige installatiedelen te waarborgen Hoge corrosiebestendigheid Temperatuurinstelling ook bij opgeplaatste verzegelingskap afleesbaar Verzegeling naderhand mogelijk Temperatuurcontrole met thermometer of temperatuuropnemer (toebehoren) voor integratie in de gebouwbeheersysteemtechniek mogelijk Maximum volumestroom onafhankelijk van ingestelde regeltemperatuur vooraf instelbaar en kan voor onderhoudsdoeleinden worden afgezet Met geïntegreerde aftapafsluiter voor slangbevestiging
19
Toepassing van elektrische verwarmingsband De Uponor Unipipe meerlagenleiding is geschikt voor toepassing van elektrische verwarmingsbanden. De binnenliggende aluminiumleiding garandeert de gelijkmatige warmteverdeling rond om de leiding. De temperatuurbegrenzing door de fabrikant van gewoonlijk 60 °C moet in acht genomen worden. De bevestiging van de verwarmingsband moet aan de hand van de fabrikanteninformatie worden uitgevoerd waarbij de Uponor Unipipe meerlagenleiding als kunststofleiding moet worden beschouwd. Wanneer Uponor Unipipe meerlagenleidingen met een verwarmings-
band wordt uitgerust, moet ervoor worden gezorgd dat het water zich dienovereenkomstig kan verspreiden. Mocht dit niet het geval zijn, bijvoorbeeld bij boileruitgangen naar de warmwaterverdeler, bij korte trajecten tot aan de aftappunten of bij stijgleidingen die slechts een verdieping overbruggen, is beschadiging van de Uponor leiding door de hoge drukstijging niet uit te sluiten. Voor deze gevallen moeten passende veiligheidsmaatregelen, zoals bijvoorbeeld de inbouw van een deugdelijke veiligheidsafsluiter of van een adequaat membraanexpansievat, worden genomen.
Aanwijzing: met de drukverhoging van de installatiedelen door de toegepaste verwarmingsband moet absoluut rekening worden gehouden. Er dienen passende veiligheidsmaatregelen te worden getroffen om de drukcompensatie te waarborgen. De montagevoorschriften en installatie aanwijzingen van de fabrikant van de elektrische leidingverwarmingsband moeten in acht worden genomen.
Aansluiting aan doorstroomtoestellen, warmwaterboilers en appendages
20
Aansluiting aan doorstroomtoestellen
Aansluiting aan warmwaterboilers
Appendage aansluitingen
Hydraulisch bestuurde, elektrische en gasgestookte doorstroomtoestellen kunnen op grond van de constructie bij normaal bedrijf en in geval van storing ontoelaatbaar hoge temperaturen en druk opbouwen die beschadigingen aan het leidingsysteem veroorzaken. Het Uponor meerlagenleidingsysteem mag uitsluitend direct aan elektronische apparaten worden aangesloten. Bij gebruik van elektronisch geregelde apparaten voor de drinkwaterverwarming moet rekening worden gehouden met de informatie van de fabrikant.
Over het algemeen moet bij de aansluiting aan warmwaterboilers (met name bij direct gestookte warmwaterboilers, zonneboilers en speciale constructies) worden gegarandeerd dat bij normaal bedrijf en in geval van storing de toepassingsgrenzen van de Uponor Unipipe meerlagenleiding niet worden overschreden. Dit geldt vooral voor de maximale uittredetemperatuur van warmwater, die bij de inbedrijfname moet worden gecontroleerd of bij de fabrikant moet worden opgevraagd. In geval van twijfel moeten passende veiligheidsmaatregelen (bijvoorbeeld inbouw van een tapwatermengkraan) worden genomen.
Appendage aansluitingen moeten principieel torsievrij worden gemonteerd (bijvoorbeeld door bevestiging van de persmuurplaten op de montagebeugels of montageplaten).
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Vochtbescherming De vereiste vochtbeveiliging in sanitaire ruimten wordt in DIN 181955 “Afdichtingen tegen niet drukkend water” geregeld. De volgende uitvoeringen zijn beperkt tot de vochtbescherming op het gebied van sanitaire appendages en doorvoeren, bijvoorbeeld in het bereik van droogbouwafwerking.
1 2
2
Iedere sanitaire ruimte wordt in twee “Vochtigheidsklassen“ onderverdeeld.
Vochtbescherming op het gebied van sanitaire appendages en doorvoeren Bij inbouwappendages moet de afdichting op het metselwerk of ten opzichte van de droogbouwafwer-
1 droge zone
Doorvoerafdichting met elastische silicone
2 natte zone
Doorvoerafdichting met afdichtring en integratie in de oppervlakte afdichting
king met een bij de appendage passende vochtigheidsafdichting worden gemaakt. De tegellegger neemt deze op in een oppervlakte afdichting volgens de erkende technische voorschriften.
Hetzelfde geldt voor doorvoeren van appendage aansluitingen bij opbouwappendages, bijvoorbeeld voor douches en badkuipen.
Inbouwappendage met opname in de oppervlakte afdichting 1 Droogbouwafwerking/pleisterwerk
1 4
2 Inbouwappendage
2
5
3 Oppervlakte afdichting, bijvoorbeeld door de tegellegger 6
4 Afdichtingsmanchet, bijvoorbeeld door de tegellegger 5 Lijmmortel 6 Tegels
3
Bij uitsnijdingen, bijvoorbeeld voor urinoirbediening, moet op grond van de vochtigheidsvorming (condensvocht) vooral bij de aansluitingen van de doorvoeren van
2
waterbelast
droogbouwafwerking, een afdichting van de bouwmateriaaloppervlakken tegen vochtdoorslag worden aangebracht. Alle overige doorvoeren in niet met water belaste zones (bij-
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
voorbeeld tegen keramische bekleding/tegels) kunnen met neutraal uithardende sanitaire siliconen worden afgedicht.
21
Doorvoer met opname in de oppervlakte afdichting 1 Droogbouwafwerking/pleisterwerk
5 1
4
2 Persmuurplaat wanddoorvoer
2
6
3 Afdichtingsmanchet van elastomeren 4 Oppervlakte afdichting, bijvoorbeeld door de tegellegger 5 Lijmmortel 6 Tegels
3 2
waterbelast
Druktest van de drinkwaterinstallatie Zoals voor alle drinkwaterinstallaties moet ook voor het Uponor meerlagenleidingsysteem volgens DIN 1988-2 een druktest worden uitgevoerd. Vóór de druktest moet gewaarborgd zijn dat alle componenten van de installatie vrij toegankelijk en zichtbaar zijn om bijvoorbeeld ongeperste of foutief geperste fittingen te kunnen lokaliseren. Alle open leidingen moeten met metalen pluggen, kappen, steekschijven of blindflenzen worden gesloten. Apparaten, drukvaten of drinkwaterverwarmers moeten van de leidingen worden losgekoppeld. Wanneer na een druktest het leidingsysteem in ongevulde toestand achterblijft, dan is het uitvoeren van een druktest met perslucht dan wel met edele gassen aan te bevelen, bij de eindafname moet de druktest en spoeling volgens DIN 1988-2 met water plaatsvinden.
22
Druktest met perslucht dan wel edele gassen De druktest met perslucht dan wel edele gassen vindt plaats met inachtneming van de erkende technische voorschriften in twee stappen, de afdichtingstest en de sterktetest. Bij beide tests moet na het opbouwen van de druk de temperatuur en de stabilisatie worden afgewacht, daarna begint de testtijd.
Sterktetest In aansluiting op de afdichtingstest volgt de sterktetest. Hierbij wordt druk tot maximaal 3 bar (leidingafmeting ≤ 63 x 6 mm) dan wel maximaal 1 bar (leidingafmetingen ≥ 63 x 6 mm) verhoogd. Bij een installatievolume tot 100 liter bedraagt de testtijd minimaal 30 minuten. De vereiste tijd wordt per extra 100 liter met nog eens 10 minuten verlengd.
Afdichtingstest Vóór de afdichtingstest moet de visuele controle van alle leidingverbindingen worden uitgevoerd. De bij de test toegepaste drukmeter moet voor de te meten druk een passende nauwkeurigheid van 0,1 bar op het indicatiebereik hebben. Het systeem wordt belast met een testdruk van 110 mbar. Bij een installatievolume tot 100 liter bedraagt de testperiode minimaal 30 minuten. De vereiste tijd wordt per extra 100 liter met nog eens 10 minuten verlengd. Tijdens de test mogen geen lekkages aan de verbindingen optreden.
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Druktest met water Vóór de druktest met water moet de visuele controle van alle leidingverbindingen worden uitgevoerd. Het drukmeetapparaat moet op het diepste punt van de te testen installatie worden aangesloten. Er mogen alleen meetapparaten worden gebruikt waarop een drukverschil van 0,1 bar duidelijk afleesbaar wordt weergegeven. De installatie dient met gefiltreerd drinkwater te worden gevuld (tegen bevriezing beschermen!) en te worden ontlucht. Afsluiters vóór en achter warmte opwekkers en boilers moeten worden gesloten, zodat de testdruk geen invloed kan uitoefenen op de rest van de installatie. Het systeem moet worden belast met de toelaatbare bedrijfsdruk (10 bar) te vermeerderen met 5 bar (gerelateerd aan het diepste punt van de installatie). Bij drukverhogingsinstallaties de maximale bedrijfsdruk testen! Met de temperatuurcompensatie tussen omgevingstemperatuur en vulwatertemperatuur moet met een adequate wachttijd rekening worden gehouden. De testdruk moet na de wachttijd eventueel weer worden hersteld.
Voortest De testdruk moet binnen 30 minuten met tussenpozen van telkens 10 minuten 2 maal herhaald worden. De testdruk mag na verloop van nog eens 30 minuten met niet meer dan 0,6 bar zakken. Hoofdtest Onmiddellijk in aansluiting op de voortest vindt de hoofdtest plaats. Deze geldt als succesvol afgesloten wanneer de testdruk na nog eens 2 uur niet meer dan 0,2 bar is gezakt.
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Na beëindiging van de druktest moeten alle leidingverbindingen worden gecontroleerd op eventuele lekkages. De resultaten van de druktest worden als bewijsstuk voor de installateur en opdrachtgever in een rapport vastgelegd. Voor dit doel kunnen de formulieren aan het einde van dit hoofdstuk worden gebruikt.
23
KOPIEERMODEL
Druktest met water voor drinkwaterleidingen Aanwijzing: het hoofdstuk “Druktest van drinkwaterinstallaties” in de actuele technische handleiding „ MLC Meerlagenleidingsysteem voor de drinkwaterinstallatie en radiatoraansluiting“ dient in acht te worden genomen. Bouwproject*
Bouwsector: Testpersoon: Testdruk = toelaatbare maximum bedrijfsdruk + 5 bar ≤ 15 bar (gerelateerd aan het diepste punt van de installatie) Alle reservoirs, apparaten en appendages, bijvoorbeeld veiligheidsafsluiter en expansievaten, die niet geschikt zijn voor de testdruk, moeten tijdens de druktest van de te testen installatie zijn afgekoppeld. De installatie is gevuld met gefiltreerd water en volledig ontlucht. Tijdens de test is een visuele controle van de leidingverbindingen uitgevoerd. De temperatuurcompensatie tussen omgevingstemperatuur en vulwatertemperatuur moet na het aanbrengen van de testdruk door een adequate wachttijd in acht genomen worden. De testdruk moet na de wachttijd eventueel weer worden hersteld.
Voortest ,
Begin: datum
uur
Testdruk:
bar
tijdstip
Daarna tweemaal de proefdruk binnen 30 minuten opnieuw opbouwen met tussenpozen van telkens 10 minuten – vervolgens nogmaals 30 minuten afwachten en de testdruk aflezen (maximaal drukverlies 0,6 bar).
Einde:
, datum
uur
Testdruk:
bar
uur
Testdruk:
bar
uur
Testdruk:
bar
tijdstip
(maximaal drukverlies 0,6 bar!)
Hoofdtest ,
Begin: datum
Einde:
tijdstip
, datum
tijdstip
(maximaal drukverlies 0,2 bar!)
Aan de bovengenoemde installatie konden zowel tijdens de voortest als ook tijdens de hoofdtest geen lekkages worden vastgesteld.
Ondertekend:
24
Plaats, datum
Handtekening/stempel opdrachtnemer
Plaats, datum
Handtekening/stempel opdrachtgever
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
KOPIEERMODEL
Druktest met perslucht of edele gassen voor drinkwaterinstallaties Testmethode voor deelafnamen, bij de eindafname moet de druktest volgens DIN 1988-2 met water plaatsvinden. In aansluiting op het ZVSHK gegevensblad “Dichtheidstests van drinkwaterinstallaties met perslucht, edel gas of water”. Aanwijzing: het hoofdstuk “Druktest van de drinkwaterinstallatie” in de actuele technische handleiding „ MLC Meerlagenleidingsysteem voor de drinkwaterinstallatie en radiatoraansluiting“ dient in acht te worden genomen. Bouwproject*
Opdrachtgever vertegenwoordigd door: Opdrachtnemer/verantwoordelijke vakman vertegenwoordigd door: Verbindingswijze:
Installatiedruk
bar
Testmedium
Omgevingstemperatuur:
°C
olievrije perslucht
Temperatuur testmedium:
°C
De drinkwaterinstallatie is als totale installatie
stikstof
in
kooldioxide
deelsectoren getest.
Alle open leidingen moeten met metalen pluggen, kappen, steekschijven of blindflenzen worden gesloten. Apparaten, drukvaten of drinkwaterverwarmers moeten van de leidingen worden losgekoppeld. Een visuele controle op vakkundige uitvoering van alle leidingverbindingen dient te worden uitgevoerd. Afdichtingstest Testdruk 110 mbar Testtijd tot 100 liter leidingvolume tenminste 30 minuten voor elke verdere 100 liter moet de testtijd met 10 minuten worden verhoogd. Leidingvolume:
liter
Testtijd:
minuten
Op de temperatuur en de stabiliteit wordt gewacht, daarna begint de testtijd.
Op de temperatuur en de stabiliteit wordt gewacht, daarna begint de testtijd.
Tijdens de testtijd is geen drukverlies geconstateerd. Sterktetest met verhoogde druk
Tijdens de testtijd is geen drukverlies geconstateerd.
Testdruk: Uponor leiding ≤ 63 x 6 mm max. 3 bar Uponor leiding > 63 x 6 mm max. 1 bar Testtijd tot 100 liter leidingvolume tenminste 30 minuten voor elke verdere 100 liter moet de testtijd met 10 minuten worden verhoogd.
Plaats, datum
Handtekening/stempel opdrachtnemer
Plaats, datum
Handtekening/stempel opdrachtgever
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Het leidingsysteem is dicht.
25
Leidingweerstandtabellen Dimensionering van de deeltrajecten (ontwerptabellen) De keuze van de leidingafmeting voor een deeltraject kan aan de hand van de volgende tabel of uit het drukverliesdiagram worden bepaald. De vereiste voorschriften voor de bepaling van de leidingen, de noodzakelijke minimale stromingsdruk en berekeningsdebiet zijn vermeld in de DIN 1988-3. In beide gevallen moet echter rekening worden gehouden met de maximale stromingssnelheid en het drukverlies door leidingweerstand. De volgende tabellen geven het drukverlies door leidingweerstand en de stromingssnelheid afhankelijk van het piekdebiet voor koud water (10 °C) weer. da x s di V/l . Vs l/s
14 x 2 mm 10 mm 0,078 l/m v R m/s hPa/m
16 x 2 mm 12 mm 0,11 l/m v R m/s hPa/m
18 x 2 mm 14 mm 0,15 l/m v R m/s hPa/m
20 x 2,25 mm 15,5 mm 0,19 l/m v R m/s hPa/m
0,01 0,02 0,03 0,04 0,05 0,06 0,07 0,08 0,09 0,10 0,15 0,20 0,25 0,30 0,35 0,40 0,45 0,50 0,55 0,60 0,65 0,70 0,75 0,80 0,85 0,90 0,95 1,00 1,05 1,10 1,15 1,20 1,25 1,30 1,35
0,13 0,25 0,38 0,51 0,64 0,76 0,89 1,02 1,15 1,27 1,91 2,55 3,18 3,82 4,46 5,09 5,73 6,37 7,00
0,09 0,18 0,27 0,35 0,44 0,53 0,62 0,71 0,80 0,88 1,33 1,77 2,21 2,65 3,09 3,54 3,98 4,42 4,86 5,31 5,75 6,19 6,63 7,07
0,06 0,13 0,19 0,26 0,32 0,39 0,45 0,52 0,58 0,65 0,97 1,30 1,62 1,95 2,27 2,60 2,92 3,25 3,57 3,90 4,22 4,55 4,87 5,20 5,52 5,85 6,17 6,50 6,82 7,15
0,05 0,11 0,16 0,21 0,26 0,32 0,37 0,42 0,48 0,53 0,79 1,06 1,32 1,59 1,85 2,12 2,38 2,65 2,91 3,18 3,44 3,71 3,97 4,24 4,50 4,77 5,03 5,30 5,56 5,83 6,09 6,36 6,62 6,89 7,15
0,51 1,61 3,19 5,21 7,62 10,43 13,59 17,12 20,99 25,20 51,07 84,56 125,23 172,79 227,01 287,69 354,68 427,86 507,11
0,22 0,69 1,36 2,21 3,23 4,41 5,75 7,23 8,86 10,63 21,49 35,52 52,55 72,43 95,07 120,39 148,33 178,83 211,85 247,33 285,24 325,56 368,25 413,27
0,11 0,34 0,66 1,07 1,56 2,13 2,78 3,49 4,28 5,13 10,35 17,08 25,24 34,76 45,59 57,70 71,05 85,62 101,38 118,31 136,40 155,63 175,98 197,44 219,99 243,63 268,35 294,13 320,97 348,86
0,07 0,21 0,41 0,66 0,97 1,32 1,72 2,16 1,91 3,17 6,39 10,54 15,56 21,41 28,07 35,52 43,72 52,67 62,35 72,74 83,84 95,64 108,13 121,29 135,12 149,62 164,77 180,57 197,02 214,11 231,84 250,19 269,17 288,77 308,99
Vs = Piekdebiet in liters/seconde volgens DIN 1988-3 v = Stromingssnelheid in meters/seconde R = Drukverlies door leidingweerstand in hectopascal/meter (1 hPa = 1 mbar = 100 Pa, 1 hPa ≈ 10 mm WS)
26
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
da x s di V/l . Vs l/s 0,10 0,20 0,30 0,40 0,50 0,60 0,70 0,80 0,90 1,00 1,10 1,20 1,30 1,40 1,50 1,60 1,70 1,80 1,90 2,00 2,10 2,20 2,30 2,40 2,50 2,60 2,70 2,80 2,90 3,00 3,50 4,00 4,50 5,00 5,50 6,00 6,50 7,00 7,50 8,00 8,50 9,00
25 x 2,5 mm 20 mm 0,31 l/m v R m/s hPa/m
32 x 2 mm 25 mm 0,53 l/m v R m/s hPa/m
40 x 4 mm 32 mm 0,80 l/m v R m/s hPa/m
50 x 4,5 mm 40 mm 1,32 l/m v R m/s hPa/m
0,32 0,64 0,95 1,27 1,59 1,91 2,23 2,55 2,86 3,18 3,50 3,82 4,14 4,46 4,77 5,09
0,19 0,38 0,57 0,75 0,94 1,13 1,32 1,51 1,70 1,88 2,07 2,26 2,45 2,64 2,83 3,01 3,20 3,39 3,58 3,77 3,96 4,14 4,33 4,52 4,71 4,90 5,09
0,12 0,25 0,37 0,50 0,62 0,75 0,87 0,99 1,12 1,24 1,37 1,49 1,62 1,74 1,87 1,99 2,11 2,24 2,36 2,49 2,61 2,74 2,86 2,98 3,11 3,23 3,36 3,48 3,61 3,73 4,35 4,97 5,60
0,08 0,15 0,23 0,30 0,38 0,45 0,53 0,61 0,68 0,76 0,83 0,91 0,98 1,06 1,14 1,21 1,29 1,36 1,44 1,51 1,59 1,67 1,74 1,82 1,89 1,97 2,05 2,12 2,20 2,27 2,65 3,03 3,41 3,79 4,17 4,54 4,92 5,30 5,68 6,06 6,44 6,82
0,95 3,15 6,38 10,55 15,62 21,55 28,30 35,86 44,20 53,30 63,16 73,76 85,08 97,12 109,88 123,33
0,28 0,91 1,84 3,03 4,48 6,17 8,10 10,25 12,63 15,22 18,02 21,03 24,24 27,66 31,28 35,09 39,10 43,30 47,69 52,27 57,04 61,99 67,13 72,45 77,96 83,64 89,50
0,10 0,34 0,69 1,13 1,67 2,30 3,01 3,81 4,69 5,65 6,69 7,80 8,99 10,25 11,59 13,00 14,48 16,03 17,65 19,34 21,10 22,92 24,82 26,78 28,81 30,90 33,06 35,28 37,57 39,93 52,65 66,93 82,73
0,03 0,11 0,21 0,35 0,52 0,71 0,93 1,17 1,44 1,73 2,05 2,39 2,76 3,14 3,55 3,98 4,43 4,90 5,40 5,91 6,45 7,00 7,58 8,18 8,79 9,43 10,09 10,76 11,46 12,17 16,04 20,37 25,17 30,41 36,09 42,22 48,77 55,74 63,13 70,94 79,16 87,78
Vs = Piekdebiet in liters/seconde volgens DIN 1988-3 v = Stromingssnelheid in meters/seconde R = Drukverlies door leidingweerstand in hectopascal/meter (1 hPa = 1 mbar = 100 Pa, 1 hPa ≈ 10 mm WS)
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
27
da x s di V/l . Vs l/s 1,00 1,25 1,50 1,75 2,00 2,25 2,50 2,75 3,00 3,25 3,50 3,75 4,00 4,25 4,50 4,75 5,00 6,00 7,00 8,00 9,00 10,00 11,00 12,00 13,00 14,00 15,00 16,00 17,00 18,00 19,00 20,00 21,00 22,00 23,00 24,00 25,00 26,00 27,00 28,00 29,00 30,00
63 x 6 mm 51 mm 2,04 l/m v R m/s hPa/m
75 x 7,5 mm 60 mm 2,83 l/m v R m/s hPa/m
90 x 8,5 mm 73 mm 4,18 l/m v R m/s hPa/m
110 x 10 mm 90 mm 6,36 l/m v R m/s hPa/m
0,49 0,61 0,73 0,86 0,98 1,10 1,22 1,35 1,47 1,59 1,71 1,84 1,96 2,08 2,20 2,33 2,45 2,94 3,43 3,92 4,41 4,90 5,38
0,35 0,44 0,53 0,62 0,71 0,80 0,88 0,97 1,06 1,15 1,24 1,33 1,41 1,50 1,59 1,68 1,77 2,12 2,48 2,83 3,18 3,54 3,89 4,24 4,60 4,95 5,31 5,66 6,01
0,24 0,30 0,36 0,42 0,48 0,54 0,60 0,66 0,72 0,78 0,84 0,90 0,96 1,02 1,08 1,13 1,19 1,43 1,67 1,91 2,15 2,39 2,63 2,87 3,11 3,34 3,58 3,82 4,06 4,30 4,54 4,78 5,02 5,26 5,50 5,73
0,16 0,20 0,24 0,28 0,31 0,35 0,39 0,43 0,47 0,51 0,55 0,59 0,63 0,67 0,71 0,75 0,79 0,94 1,10 1,26 1,41 1,57 1,73 1,89 2,04 2,20 2,36 2,52 2,67 2,83 2,99 3,14 3,30 3,46 3,62 3,77 3,93 4,09 4,24 4,40 4,56 4,72
0,61 0,91 1,25 1,65 2,08 2,57 3,10 3,67 4,28 4,94 5,64 6,38 7,16 7,98 8,84 9,73 10,67 14,80 19,53 24,84 30,71 37,15 44,13
0,28 0,42 0,58 0,76 0,96 1,18 1,43 1,69 1,97 2,27 2,59 2,93 3,29 3,66 4,06 4,47 4,90 6,79 8,95 11,38 14,07 17,01 20,20 23,63 27,31 31,23 35,38 39,77 44,39
0,11 0,17 0,23 0,30 0,38 0,46 0,56 0,66 0,77 0,89 1,01 1,15 1,29 1,43 1,59 1,75 1,92 2,65 3,49 4,44 5,49 6,63 7,87 9,21 10,63 12,16 13,77 15,47 17,27 19,15 21,12 23,17 25,31 27,54 29,86 32,25
0,04 0,06 0,08 0,11 0,14 0,17 0,21 0,24 0,28 0,33 0,37 0,42 0,47 0,53 0,58 0,64 0,70 0,97 1,28 1,63 2,01 2,43 2,88 3,37 3,89 4,45 5,03 5,65 6,31 6,99 7,71 8,46 9,24 10,05 10,89 11,77 12,67 13,60 14,57 15,56 16,58 17,63
Vs = Piekdebiet in liters/seconde volgens DIN 1988-3 v = Stromingssnelheid in meters/seconde R = Drukverlies door leidingweerstand in hectopascal/meter (1 hPa = 1 mbar = 100 Pa, 1 hPa ≈ 10 mm WS)
28
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Drukverliesdiagram Het drukverliesdiagram bevat de leidingkarakteristieken voor de Uponor Unipipe MLC leidingen met de verschillende afmetingen alsmede de grenslijnen van de stromingssnelheden. Uit het diagram kan bij gegeven volumestroom dan wel debiet op eenvoudige, grafische wijze de leidingweerstand per meter afhankelijk van de leidingdiameter en de stromingssnelheid worden vastgesteld.
Drukverlies door leidingweerstand Uponor Unipipe meerlagenleiding Water, gemiddelde temperatuur 10 °C
Drukverlies door leidingweerstand R [hPa/m]
1.000,0
100,0
10,0
1,0
v = 0,1 m/s
0,1 0,01
0,1
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
1,0 Piekdebiet V· s [l/s]·
10,0
100,0
29
De radiatoraansluiting met het Uponor meerlagenleidingsysteem UPONOR – een veilige partner in de professionele installatietechniek Met de radiatoraansluiting van het Uponor meerlagenleidingsysteem installeert u complete verwarmingsinstallaties - van warmte opwekker tot aan de verst verwijderde radiator - snel en economisch. Het programma kan zonder problemen worden gecombineerd met alle op de markt aangeboden warmte opwekkers en radiatoren. Overtuigt u zich van de grote verscheidenheid van het Uponor meerlagenleidingsysteem met componenten voor de woning of appartementen verdeling, regeling en meting van de warmte. Uitgebreid toebehoren vormt de afronding van het systeem.
30
Een grote verscheidenheid in aansluitingen Het systeem voor radiatoraansluitingen is een compleet systeem met talrijke componenten. Daardoor ontstaan zich uitgebreide aansluitmogelijkheden. Het is geschikt voor 1-pijps- en 2-pijpsaansluitingen en kan zowel direct vanuit de vloer of uit de wand, snel en veilig met alle gangbare radiatoren worden verbonden. De winst aan flexibiliteit: u kunt alle leidinginstallatiemethodes toepassen. Dit systeem is KOMO gecertificeerd.
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Uw voordeel Op de prakrijk gerichte radiatoraansluitvarianten voor nieuwbouw en renovatie Absoluut zuurstofdiffusiedichte meerlagenleiding Radiatoraansluitset
Radiatoraansluitblok
De Uponor radiatoraansluitset maakt niet alleen de inbouw makkelijk. Hij beschermt de leiding tegen beschadigingen in de dekvloer en zorgt bovendien voor een optisch keurige afstandsgeleiding.
Nog vóór de montage van de radiator kan het systeem worden afgeperst. De voorgebogen Uponor meerlagenleiding in de isolatiebox wordt eenvoudig in de wand geplaatst en verbonden met de radiatoren dan wel met de verdeelleidingen. De radiator kan ook op een later tijdstip eenvoudig worden gemonteerd. De montage van de aansluiting wordt in de wand uitgevoerd. Uw voordeel: een optisch keurige aansluiting en installatie van de radiator.
Voorgeïsoleerde meerlagenleidingen en componenten Veelzijdig fittingassortiment Uitgebreid toebehorenprogramma
Pers aansluit T-stuk Met het pers aansluit T-stuk kan de aansluiting van de radiator door gecoate koperen leidingen worden uitgevoerd. Dat waarborgt een stabiele constructie ook in het dagelijks gebruik. Deze variant wordt toegepast wanneer wandaansluiting niet mogelijk is.
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
31
Ontwerpgrondslagen radiatoraansluiting Toepassingsgebieden Door toepassing van de hoogwaardige Uponor Unipipe meerlagenleiding met de buitendiameter 14-32 mm op rol en 16-110 mm op lengte alsmede de daarbij behorende systeemcomponenten zoals pers- en schroefdraadfittingen kunnen alle componenten van radiatorinstallaties worden aangesloten. De mogelijkheid tot levering van de grote leidingafmetingen tot da = 110 mm maakt de toepassing als kelderverdeel- en stijgleiding in grotere verwarmingsinstallaties mogelijk. Het Uponor meerlagenleidingsysteem kan dus van warmte opwekker via de verdeel- en stijgleidingen tot aan de aansluiting van de warmteverbruiker worden ingezet.
De Uponor Unipipe meerlagenleidingen zijn door hun grote belastbaarheid uitstekend geschikt voor toepassing in de verwarmingsinstallatie. maximale temperatuur: 95 °C*, niet continue maximale continubedrijfsdruk 10 bar bij continubedrijfstemperatuur 70 °C, beproefde levensduur 50 jaar, veiligheidsfactor 1,5* *Bij vragen over een andere interpretatie van gebruiksparameters moet ruggespraak gehouden worden met de fabriek.
Let op: Uponor leidingen mogen niet direct worden aangesloten aan installaties met bedrijfstemperaturen ≥ 95 °C, zoals bijvoorbeeld installaties voor zonnewarmte of stadsverwarming. In iedere bedrijfssituatie dient te worden gewaarborgd, dat de gebruiksgrenzen voor de Uponor leiding niet worden overschreden. Met het Uponor meerlagenleidingsysteem kunnen zonder problemen de volgende methoden voor de CVwaterverdeling worden gerealiseerd: 1-pijpsverwarmingsysteem 2-pijpsverwarmingsysteem Tichelmannsysteem
Installatiemogelijkheden – 1-pijpsverwarmingsysteem Bij de 1-pijpsverwarmingsystemen worden alle radiatoren op een gesloten ringleiding aangesloten. Deze wordt, wanneer het om een ringleiding gaat, via een T-stuk direct verbonden met de stijgleidingen van de warmte opwekker. Is er sprake van meerdere ringleidingen, dan kunnen deze worden aangesloten aan de Uponor verwarmingsverdeler. De verdeler wordt op zijn beurt weer aangesloten aan de stijgleiding van de warmte opwekker. De inregeling van 1-pijpsverwarmingsystemen blijkt over het algemeen omslachtig te zijn. Met de tussen de radiatoren optredende temperatuurgradiënt bij het 1-pijpsverwarmingsysteem, dat wil zeggen de van radiator tot radiator afnemende aanvoertemperatuur, dient bij de radiatordimensionering in de vorm van oppervlaktetoeslag rekening te worden gehouden. De geringere materiaal- en montagekosten leveren voordelen op.
32
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Installatiemogelijkheden – 2-pijpsverwarmingsysteem Het 2-pijpsverwarmingsysteem met de verschillende variaties voor de eengezinswoning- en appartementensector is bijzonder geschikt voor lagetemperatuurverwarmingen. Bij
deze installatievariant worden de radiatoren telkens op de aanvoer en de retour aangesloten. Alle radiatoren hebben ongeveer dezelfde aanvoertemperatuur.
Voordelig is de snelle en gemakkelijke inregeling van het 2-pijspverwarmingsysteem.
noeg even groot is. Dat houdt in, dat de radiator met de langste aanvoer de kortste retour heeft. Daardoor moet een zelfde drukverlies in
de afzonderlijke deelsectoren worden bereikt.
2-pijpsverwarmingsysteem met centrale verdeler Bij deze installatievariant vindt de verdeling van het CV-water naar de radiatoren plaats via afzonderlijke aanvoerleidingen vanuit een centrale verdeler. De Uponor verwarmingsverdeler wordt op zijn beurt weer aangesloten aan de stijgleiding van de warmte opwekker.
2-pijspverwarmingsysteem met pers aansluit T-stukken en kruisfitting Uitgaande van de stijgleiding vindt de CV-waterverdeling plaats via een gemeenschappelijke ringleiding. Wanneer de ringleiding direct tegen de radiator ligt, kan de radiatorverbinding via de pers aansluit T-stukken worden uitgevoerd. De laatste radiator van de ringleiding wordt via de persaansluitknie aangesloten. Wanneer de radiator via een afzonderlijke leiding op de ringleiding wordt aangesloten, komt de toepassing van een kruisfitting in aanmerking.
Tichelmannsysteem In het Tichelmannsysteem zijn de leidingen zodanig aangebracht, dat de som van de lengten van aanvoer en retour voor iedere radiator nage-
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
33
Aansluitvarianten met het Uponor meerlagenleidingsysteem Alle afbeeldingen zonder isolatie; deze moet volgens het Energiebesparingsbesluit worden uitgevoerd. (zie hoofdstuk „Warmte-isolatie“ vanaf bladzijde 57). Aansluitmogelijkheden van het 2-pijpsverwarmingsysteem met verdelersysteem Radiatoraansluitingen van onderen en aan de zijkant. Voordelen: eenvoudig ontwerp eenvoudige bepaling van drukverlies en dimensionering lage drukverliezen geen verbindingspunten in de vloer noodzakelijk er worden slechts weinig verbindingsdelen benodigd een groot aantal varianten mogelijk
34
Aansluiting van een radiator door middel van een aansluitset of met persaansluiting uit de muur.
Aansluiting van een radiator met Uponor MLC persaansluitknie uit de muur.
Aansluiting van een onderblok met Uponor MLC persaansluitknie uit de muur.
Aansluiting van een onderblok door middel van een Uponor MLC koppeling uit de muur.
Aansluiting van een onderblok door middel van een montageknie 35/50 mm, Uponor MLC perswandknie en aansluitleidingen uit de muur.
Aansluiting van een onderblok met het Uponor MLC radiatoraansluitblok uit de muur.
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Aansluiting van een radiator met Uponor persaansluitknie uit de vloer.
Aansluiting van een onderblok door middel van de Uponor MLC koppeling en de Uponor radiatoraansluitset.
Aansluiting van een onderblok met Uponor MLC persaansluitknie uit de vloer.
Aansluitmogelijkheden van het 2-pijpsverwarmingsysteem via T-stuk verdeling Radiatoraansluitingen van onderen. Voordelen: eenvoudig ontwerp kruisingsvrije radiatoraansluitingen door toepassing van kruisfittingen groot aantal aansluitvarianten van de radiatoren alle radiatoren met dezelfde aanvoertemperatuur
Aansluiting van een onderblok met Uponor MLC persaansluiting T-stukken.
Aansluiting van een radiator met Uponor MLC persaansluiting T-stukken.
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Aansluiting van een onderblok met het Uponor MLC radiatoraansluitblok uit de muur. Aansluiting van de aansluitleiding aan de verdeelleiding door middel van de Uponor MLC kruisfitting.
35
Aansluitmogelijkheden van het 2-pijpsverwarmingsysteem uit de plint Radiatoraansluitingen van onderen. Voordelen: ideaal voor verbouwing en renovatie weinig vuil, omdat weinig breekwerk nodig is korte montagetijden geen brandgevaar door lassen en solderen bij modernisering in bestaande bouw eenvoudig ontwerp alle radiatoren met dezelfde aanvoertemperatuur
Aansluiting van een onderblok met de Uponor MLC pers SL-aansluitset en de Uponor SLknie.
Aansluiting van een afsluiterradiator met de Uponor MLC pers SL-aansluitset en de Uponor SL-bocht.
Aansluitmogelijkheden van het 1-pijpsverwarmingsysteem met ringleiding Radiatoraansluitingen van onderen. Voordelen: geringe leidinglengten weinig verbindingsdelen
Aansluiting van een radiator en 1-pijpsradiatorset door middel van de Uponor MLC koppeling uit de vloer.
36
Aansluiting van een onderblok en 1-pijpsaansluitblok met Uponor MLC persaansluitknie uit de vloer.
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Druktest van de radiatorinstallatie Druktest voor radiatorinstallatie volgens DIN 18380 De volgende methode beschrijft de druktest voor de Uponor meerlagenleiding met schroef- en persverbindingen. De verwarmingsinstallateur moet de verwarmingsleidingen na het inbouwen en voor het sluiten van de muursleuven, muur- en plafonddoorvoeren alsmede het eventueel aanbrengen van de dekvloer of een andere bedekking aan een dichtheidstest te onderwerpen. De verwarmingsinstallatie moet langzaam worden gevuld en volledig worden ontlucht (tegen vorst beschermen!). Dit kan snel en zonder veel moeite met de Uponor afdrukstop plaatsvinden.
Waterverwarmingen moeten met een druk worden getest die het 1,3voudige van de totale druk (statische druk) van de installatie bedraagt, echter tenminste 1 bar overdruk aan ieder punt van de installatie. Er dienen uitsluitend meetapparaten te worden gebruikt, waarop een drukverandering van 0,1 bar duidelijk kan worden afgelezen. Het drukmeetapparaat dient zoveel mogelijk aan het diepste punt van de installatie te worden aangebracht.
De testdruk moet 2 uur worden gehandhaafd en mag niet meer dan 0,2 bar zakken. Hierbij mogen geen lekkages optreden. Zo snel mogelijk na de koudwaterdruktest moet door verwarmen tot de hoogste aan de berekening ten grondslag gelegde CV-watertemperatuur worden gecontroleerd of de installatie ook bij de hoogste temperatuur dicht blijft. Na het afkoelen moeten de verwarmingsleidingen en hun verbindingen worden gecontroleerd op lekkages.
De temperatuurstabilisatie tussen omgevingstemperatuur en vulwatertemperatuur moet na het aanbrengen van de testdruk door een adequate wachttijd in acht genomen worden. De testdruk moet na de wachttijd eventueel weer worden hersteld.
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
37
KOPIEERMODEL
Druktestrapport voor de radiatorinstallatie
Aanwijzing: het hoofdstuk “Druktest van de radiatorinstallatie” in de actuele technische handleiding „ MLC Meerlagenleidingsysteem voor de drinkwaterinstallatie en radiatoraansluiting“ dient in acht te worden genomen.
Bouwproject*
Bouwsector: Testpersoon:
Toegestane maximum bedrijfsdruk (gerelateerd aan het diepste punt van de installatie): Installatiehoogte:
bar
m
Ontwerpparameters – aanvoertemperatuur:
°C
– retourtemperatuur:
°C
De temperatuurcompensatie tussen omgevingstemperatuur en vulwatertemperatuur moet na het aanbrengen van de testdruk door een adequate wachttijd in acht genomen worden. De testdruk moet na de wachttijd eventueel weer worden hersteld. Alle reservoirs, apparaten en appendages, bijvoorbeeld veiligheidsafsluiter en expansievaten, die niet geschikt zijn voor de testdruk, moeten tijdens de druktest van de te testen installatie zijn afgekoppeld. De installatie is gevuld met gefiltreerd water en volledig ontlucht. Tijdens de test is een visuele controle van de leidingverbindingen uitgevoerd.
Begin:
, datum
Einde:
, datum
uur
Testdruk:
uur
Drukverlies:
bar
tijdstip
tijdstip
bar
(maximum 0,2 bar!)
De bovenvermelde installatie is op tot de ontwerptemperaturen verwarmd en er konden geen lekkages worden geconstateerd. Na het afkoelen zijn eveneens geen lekkages geconstateerd. Bij gevaar voor bevriezing dienen passende maatregelen (bijvoorbeeld toepassing van antivriesmiddelen, op temperatuur houden van het gebouw) genomen te worden. Voorzover voor het reglementaire bedrijf van de installatie geen vorstbeveiliging meer noodzakelijk is, moeten de antivriesmiddelen door aftapping en spoeling van de installatie met tenminste een 3-voudige waterverwisseling worden verwijderd. Antivriesmiddel is aan het water toegevoegd. Verloop als boven vermeld:
ja
ja
nee
nee
Ondertekend:
Opdrachtgever – datum/handtekening
Opdrachtgever – datum/handtekening
Installateur – datum/handtekening
38
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Berekeningsgrondslagen radiatoraansluiting Drukverliesdiagrammen Drukverlies door leidingweerstand afhankelijk van de massastroom bij een gemiddelde watertemperatuur van 60 °C
ΔT = 10 K ΔT = 15 K ΔT = 20 K ΔT = 5 K
Vermogen Q in kW bij
Massastroom m in [kg/h]
Door leidingweerstand R in Pa/m
De drukverliesdiagrammen bevatten de leidingkarakteristieken voor Uponor Unipipe meerlagenleidingen in de verschillende afmetingen alsmede de grenslijnen van de stromingssnelheden.
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
39
ΔT = 10 K ΔT = 15 K ΔT = 20 K ΔT = 5 K
Vermogen Q in kW bij
Massastroom m in [kg/h]
Drukverlies door leidingweerstand R in Pa/m
Drukverlies door leidingweerstand afhankelijk van de massastroom bij een gemiddelde watertemperatuur van 60 °C
40
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Leidingweerstandtabellen Leidingweerstandtabel verwarmen ΔT = 20 K (80 °C/60 °C) Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 70 °C en een spreiding van ΔT = 20 K (80 °C/60 °C) da x s di V/l Q W
m kg/h
400 600 800 1000 1200 1400 1600 1800 2000 2200 2400 2600 2800 3000 3200 3400 3600 3800 4000 4200 4400 4600 4800 5000 5200 5400 5600 5800 6000 6200 6400 6600 6800 7000 7200 7400 7600 7800 8000 8500 9000 9500 10000 10500 11000 11500 12000 12500 13000 13500
17 26 34 43 52 60 69 78 86 95 103 112 121 129 138 146 155 164 172 181 189 198 207 215 224 233 241 250 258 267 276 284 293 301 310 319 327 336 344 366 388 409 431 452 474 495 517 538 560 581
14 x 2 mm 10 mm 0,08 l/m v m/s
R Pa/m
0,06 0,09 0,12 0,16 0,19 0,22 0,25 0,28 0,31 0,34 0,37 0,41 0,44 0,47 0,50 0,53 0,56 0,59 0,62 0,65 0,69 0,72 0,75 0,78 0,81 0,84 0,87 0,90 0,93 0,97 1,00
10 20 33 48 66 86 108 132 159 187 218 250 284 321 359 399 441 484 530 577 626 677 729 783 839 897 956 1017 1079 1143 1209
16 x 2 mm 12 mm 0,11 l/m v m/s
R Pa/m
0,04 0,06 0,09 0,11 0,13 0,15 0,17 0,19 0,22 0,24 0,26 0,28 0,30 0,32 0,35 0,37 0,39 0,41 0,43 0,45 0,48 0,50 0,52 0,54 0,56 0,58 0,61 0,63 0,65 0,67 0,69 0,71 0,74 0,76 0,78 0,80 0,82 0,84 0,87 0,92 0,97 1,03
4 9 14 21 28 36 46 56 67 79 92 105 120 135 151 168 186 204 223 243 263 284 306 329 353 377 401 427 453 480 507 536 564 594 624 655 687 719 751 836 925 1018
18 x 2 mm 14 mm 0,15 l/m v m/s
R Pa/m
0,03 0,05 0,06 0,08 0,10 0,11 0,13 0,14 0,16 0,17 0,19 0,21 0,22 0,24 0,25 0,27 0,29 0,30 0,32 0,33 0,35 0,37 0,38 0,40 0,41 0,43 0,45 0,46 0,48 0,49 0,51 0,52 0,54 0,56 0,57 0,59 0,60 0,62 0,64 0,68 0,72 0,76 0,79 0,83 0,87 0,91 0,95 0,99 1,03 1,07
2 4 7 10 14 18 22 27 32 38 44 51 58 65 73 81 89 98 107 117 127 137 147 158 169 181 193 205 218 231 244 257 271 285 300 314 329 345 361 401 444 488 534 582 632 684 737 792 849 908
Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
41
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 70 °C en een spreiding van ΔT = 20 K (80 °C/60 °C) da x s di V/l Q W
m kg/h
1000 2000 3000 4000 5000 6000 7000 8000 9000 10000 11000 12000 13000 14000 15000 16000 17000 18000 19000 20000 21000 22000 23000 24000 25000 26000 27000 28000 29000 30000 32000 34000 36000 38000 40000 42000 44000 46000 48000 50000 52000 54000 56000 58000 60000 62000 64000 66000 68000 70000
43 86 129 172 215 258 301 344 388 431 474 517 560 603 646 689 732 775 818 861 904 947 990 1033 1077 1120 1163 1206 1249 1292 1378 1464 1550 1636 1722 1809 1895 1981 2067 2153 2239 2325 2411 2498 2584 2670 2756 2842 2928 3014
20 x 2,25 mm 15,5 mm 0,19 l/m v R m/s Pa/m
25 x 2,5 mm 20 mm 0,31 l/m v R m/s Pa/m
32 x 2 mm 26 mm 0,53 l/m v m/s
R Pa/m
0,06 0,13 0,19 0,26 0,32 0,39 0,45 0,52 0,58 0,65 0,71 0,78 0,84 0,91 0,97 1,04
0,04 0,08 0,12 0,16 0,19 0,23 0,27 0,31 0,35 0,39 0,43 0,47 0,51 0,55 0,58 0,62 0,66 0,70 0,74 0,78 0,82 0,86 0,90 0,93 0,97 1,01 1,05 1,09 1,13 1,17 1,25 1,32 1,40 1,48 1,56
0,02 0,05 0,07 0,09 0,12 0,14 0,16 0,18 0,21 0,23 0,25 0,28 0,30 0,32 0,35 0,37 0,39 0,41 0,44 0,46 0,48 0,51 0,53 0,55 0,58 0,60 0,62 0,65 0,67 0,69 0,74 0,78 0,83 0,88 0,92 0,97 1,01 1,06 1,11 1,15 1,20 1,24 1,29 1,34 1,38 1,43 1,48 1,52 1,57 1,61
1 2 4 6 8 12 15 19 23 28 33 39 44 51 57 64 71 79 87 95 103 112 122 131 141 151 161 172 183 195 218 243 269 296 325 354 385 417 449 483 519 555 592 630 670 710 752 795 838 883
6 20 40 66 98 134 176 222 273 329 389 454 523 596 673 755
2 6 12 20 29 40 52 66 81 98 116 135 155 177 200 224 249 275 303 332 362 393 425 459 493 529 566 603 642 682 766 853 945 1041 1140
Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
42
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 70 °C en een spreiding van ΔT = 20 K (80 °C/60 °C) da x s di V/l Q W
m kg/h
5000 10000 15000 20000 25000 30000 35000 40000 45000 50000 55000 60000 65000 70000 75000 80000 85000 90000 95000 100000 105000 110000 115000 120000 125000 130000 135000 140000 145000 150000 160000 170000 180000 190000 200000 210000 220000 230000 240000 250000 260000 270000 280000 290000 300000 310000 320000 330000 340000 350000
215 431 646 861 1077 1292 1507 1722 1938 2153 2368 2584 2799 3014 3230 3445 3660 3876 4091 4306 4522 4737 4952 5167 5383 5598 5813 6029 6244 6459 6890 7321 7751 8182 8612 9043 9474 9904 10335 10766 11196 11627 12057 12488 12919 13349 13780 14211 14641 15072
40 x 4 mm 32 mm 0,80 l/m v m/s
R Pa/m
0,08 0,15 0,23 0,30 0,38 0,46 0,53 0,61 0,68 0,76 0,84 0,91 0,99 1,07 1,14 1,22 1,29 1,37 1,45 1,52
3 10 21 35 52 72 95 120 148 179 212 248 286 326 369 414 462 512 564 619
50 x 4,5 mm 41 mm 1,32 l/m v R m/s Pa/m
63 x 6 mm 51 mm 2,04 l/m v m/s
R Pa/m
0,05 0,09 0,14 0,19 0,23 0,28 0,32 0,37 0,42 0,46 0,51 0,56 0,60 0,65 0,70 0,74 0,79 0,83 0,88 0,93 0,97 1,02 1,07 1,11 1,16 1,20 1,25 1,30 1,34 1,39 1,48 1,58
0,03 0,06 0,09 0,12 0,15 0,18 0,21 0,24 0,27 0,30 0,33 0,36 0,39 0,42 0,45 0,48 0,51 0,54 0,57 0,60 0,63 0,66 0,69 0,72 0,75 0,78 0,81 0,84 0,87 0,90 0,96 1,02 1,08 1,14 1,20 1,26 1,32 1,38 1,44 1,50 1,56 1,62 1,68 1,74 1,80 1,86 1,92 1,98 2,04 2,10
1 1 2 4 6 8 10 13 16 19 23 27 31 35 40 44 50 55 60 66 72 78 85 92 99 106 113 121 129 137 154 171 190 209 230 251 273 295 319 343 368 394 421 449 477 506 536 567 599 631
1 3 7 11 16 22 29 37 45 55 65 76 87 100 113 126 141 156 172 188 206 223 242 261 281 302 323 345 367 390 438 489
Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
43
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 70 °C en een spreiding van ΔT = 20 K (80 °C/60 °C) da x s di V/l Q W
m kg/h
60000 80000 100000 120000 140000 160000 180000 200000 220000 240000 260000 280000 300000 320000 340000 360000 380000 400000 420000 440000 460000 480000 500000 520000 540000 560000 580000 600000 620000 640000 660000 680000 700000 720000 740000 760000 780000 800000 820000 840000 860000 880000 900000 920000 940000 960000 980000 1000000 1020000 1040000
2584 3445 4306 5167 6029 6890 7751 8612 9474 10335 11196 12057 12919 13780 14641 15502 16364 17225 18086 18947 19809 20670 21531 22392 23254 24115 24976 25837 26699 27560 28421 29282 30144 31005 31866 32727 33589 34450 35311 36172 37033 37895 38756 39617 40478 41340 42201 43062 43923 44785
75 x 7,5 mm 60 mm 2,83 l/m v R m/s Pa/m
90 x 8,5 mm 73 mm 4,18 l/m v R m/s Pa/m
110 x 10 mm 90 mm 6,36 l/m v R m/s Pa/m
0,26 0,35 0,43 0,52 0,61 0,69 0,78 0,87 0,95 1,04 1,13 1,21 1,30 1,38 1,47 1,56 1,64 1,73 1,82 1,90 1,99
0,18 0,23 0,29 0,35 0,41 0,47 0,53 0,58 0,64 0,70 0,76 0,82 0,88 0,94 0,99 1,05 1,11 1,17 1,23 1,29 1,34 1,40 1,46 1,52 1,58 1,64 1,70 1,75 1,81 1,87 1,93 1,99
0,12 0,15 0,19 0,23 0,27 0,31 0,35 0,38 0,42 0,46 0,50 0,54 0,58 0,62 0,65 0,69 0,73 0,77 0,81 0,85 0,88 0,92 0,96 1,00 1,04 1,08 1,12 1,15 1,19 1,23 1,27 1,31 1,35 1,38 1,42 1,46 1,50 1,54 1,58 1,62 1,65 1,69 1,73 1,77 1,81 1,85 1,89 1,92 1,96 2,00
12 20 30 42 55 70 87 105 125 146 169 193 218 245 274 304 335 367 401 437 473
5 8 12 16 22 28 34 41 49 57 66 75 85 96 107 118 130 143 156 170 184 199 214 230 246 263 280 298 316 335 354 374
2 3 4 6 8 10 12 15 18 21 24 28 31 35 39 43 48 52 57 62 67 73 78 84 90 96 102 109 115 122 129 136 144 151 159 167 175 183 192 200 209 218 227 236 245 255 265 275 285 295
Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
44
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Leidingweerstandtabel verwarmen ΔT = 20 K (70 °C/50 °C) Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 60 °C en een spreiding van ΔT = 20 K (70 °C/50 °C) da x s di V/l Q W
m kg/h
200 400 600 800 1000 1200 1400 1600 1800 2000 2200 2400 2600 2800 3000 3200 3400 3600 3800 4000 4200 4400 4600 4800 5000 5200 5400 5600 5800 6000 6200 6400 6600 6800 7000 7500 8000 8500 9000 9500 10000 10500 11000 11500 12000 12500 13000 13500 14000 14500
9 17 26 34 43 52 60 69 78 86 95 103 112 121 129 138 146 155 164 172 181 189 198 207 215 224 233 241 250 258 267 276 284 293 301 323 344 366 388 409 431 452 474 495 517 538 560 581 603 624
14 x 2 mm 10 mm 0,08 l/m v m/s
R Pa/m
0,03 0,06 0,09 0,12 0,15 0,19 0,22 0,25 0,28 0,31 0,34 0,37 0,40 0,43 0,46 0,50 0,53 0,56 0,59 0,62 0,65 0,68 0,71 0,74 0,77 0,81 0,84 0,87 0,90 0,93 0,96 0,99 1,02
3 11 21 34 50 68 89 112 137 164 194 225 258 294 331 370 411 454 499 546 595 645 697 751 807 864 923 984 1046 1111 1177 1244 1313
16 x 2 mm 12 mm 0,11 l/m v m/s
R Pa/m
0,02 0,04 0,06 0,09 0,11 0,13 0,15 0,17 0,19 0,22 0,24 0,26 0,28 0,30 0,32 0,34 0,37 0,39 0,41 0,43 0,45 0,47 0,50 0,52 0,54 0,56 0,58 0,60 0,62 0,65 0,67 0,69 0,71 0,73 0,75 0,81 0,86 0,91 0,97 1,02
1 5 9 15 21 29 38 47 58 69 82 95 109 124 140 156 173 192 210 230 250 271 293 316 339 363 388 414 440 467 494 522 551 581 611 690 773 860 951 1046
18 x 2 mm 14 mm 0,15 l/m v m/s
R Pa/m
0,02 0,03 0,05 0,06 0,08 0,09 0,11 0,13 0,14 0,16 0,17 0,19 0,21 0,22 0,24 0,25 0,27 0,28 0,30 0,32 0,33 0,35 0,36 0,38 0,40 0,41 0,43 0,44 0,46 0,47 0,49 0,51 0,52 0,54 0,55 0,59 0,63 0,67 0,71 0,75 0,79 0,83 0,87 0,91 0,95 0,99 1,03 1,07 1,11 1,15
1 2 4 7 10 14 18 23 28 34 40 46 53 60 67 75 84 92 101 111 121 131 141 152 163 175 187 199 211 224 238 251 265 279 294 331 371 413 456 502 549 599 650 703 758 814 873 933 995 1059
Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
45
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 60 °C en een spreiding van ΔT = 20 K (70 °C/50 °C) da x s di V/l Q W
m kg/h
1000 2000 3000 4000 5000 6000 7000 8000 9000 10000 11000 12000 13000 14000 15000 16000 17000 18000 19000 20000 21000 22000 23000 24000 25000 26000 27000 28000 29000 30000 32000 34000 36000 38000 40000 42000 44000 46000 48000 50000 52000 54000 56000 58000 60000 62000 64000 66000 68000 70000
43 86 129 172 215 258 301 344 388 431 474 517 560 603 646 689 732 775 818 861 904 947 990 1033 1077 1120 1163 1206 1249 1292 1378 1464 1550 1636 1722 1809 1895 1981 2067 2153 2239 2325 2411 2498 2584 2670 2756 2842 2928 3014
20 x 2,25 mm 15,5 mm 0,19 l/m v R m/s Pa/m
25 x 2,5 mm 20 mm 0,31 l/m v R m/s Pa/m
32 x 3 mm 26 mm 0,53 l/m v m/s
R Pa/m
0,06 0,13 0,19 0,26 0,32 0,39 0,45 0,52 0,58 0,64 0,71 0,77 0,84 0,90 0,97 1,03
0,04 0,08 0,12 0,15 0,19 0,23 0,27 0,31 0,35 0,39 0,43 0,46 0,50 0,54 0,58 0,62 0,66 0,70 0,74 0,77 0,81 0,85 0,89 0,93 0,97 1,01 1,05 1,08 1,12 1,16 1,24 1,32 1,39 1,47 1,55
0,02 0,05 0,07 0,09 0,11 0,14 0,16 0,18 0,21 0,23 0,25 0,28 0,30 0,32 0,34 0,37 0,39 0,41 0,44 0,46 0,48 0,50 0,53 0,55 0,57 0,60 0,62 0,64 0,66 0,69 0,73 0,78 0,83 0,87 0,92 0,96 1,01 1,05 1,10 1,15 1,19 1,24 1,28 1,33 1,38 1,42 1,47 1,51 1,56 1,60
1 2 4 6 9 12 16 20 24 29 34 40 46 52 59 66 73 81 89 98 106 115 125 135 145 155 166 177 188 200 224 249 276 304 333 363 395 427 461 496 532 569 607 646 686 728 770 814 859 905
6 21 42 68 101 138 181 229 281 338 400 466 537 612 692 775
2 6 13 21 30 41 54 68 84 101 119 139 160 182 205 230 256 283 311 341 372 404 437 471 506 543 580 619 659 700 785 875 969 1067 1169
Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
46
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 60 °C en een spreiding van ΔT = 20 K (70 °C/50 °C) da x s di V/l Q W
m kg/h
10000 15000 20000 25000 30000 35000 40000 45000 50000 55000 60000 65000 70000 75000 80000 85000 90000 95000 100000 105000 110000 115000 120000 125000 130000 135000 140000 145000 150000 160000 170000 180000 190000 200000 210000 220000 230000 240000 250000 260000 270000 280000 290000 300000 310000 320000 330000 340000 350000 360000
431 646 861 1077 1292 1507 1722 1938 2153 2368 2584 2799 3014 3230 3445 3660 3876 4091 4306 4522 4737 4952 5167 5383 5598 5813 6029 6244 6459 6890 7321 7751 8182 8612 9043 9474 9904 10335 10766 11196 11627 12057 12488 12919 13349 13780 14211 14641 15072 15502
40 x 4 mm 32 mm 0,80 l/m v m/s
R Pa/m
0,15 0,23 0,30 0,38 0,45 0,53 0,61 0,68 0,76 0,83 0,91 0,98 1,06 1,13 1,21 1,29 1,36 1,44 1,51
11 22 36 54 74 97 123 152 184 217 254 293 334 378 425 473 524 578 633
50 x 4,5 mm 41 mm 1,32 l/m v R m/s Pa/m
63 x 6 mm 51 mm 2,04 l/m v m/s
R Pa/m
0,09 0,14 0,18 0,23 0,28 0,32 0,37 0,41 0,46 0,51 0,55 0,60 0,65 0,69 0,74 0,78 0,83 0,88 0,92 0,97 1,01 1,06 1,11 1,15 1,20 1,24 1,29 1,34 1,38 1,47 1,57
0,06 0,09 0,12 0,15 0,18 0,21 0,24 0,27 0,30 0,33 0,36 0,39 0,42 0,45 0,48 0,51 0,54 0,57 0,60 0,63 0,66 0,69 0,71 0,74 0,77 0,80 0,83 0,86 0,89 0,95 1,01 1,07 1,13 1,19 1,25 1,31 1,37 1,43 1,49 1,55 1,61 1,67 1,73 1,79 1,85 1,91 1,97 2,03 2,09 2,14
1 2 4 6 8 11 13 16 20 23 27 32 36 41 46 51 56 62 68 74 80 87 94 101 108 116 124 132 140 157 175 194 214 235 256 279 302 326 351 377 403 431 459 488 518 548 579 612 644 678
3 7 11 17 23 30 38 47 56 67 78 89 102 115 130 144 160 176 193 211 229 248 267 288 309 330 353 376 399 448 500
Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
47
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 60 °C en een spreiding van ΔT = 20 K (70 °C/50 °C) da x s di V/l Q W
m kg/h
70000 90000 110000 130000 150000 170000 190000 210000 230000 250000 270000 290000 310000 330000 350000 370000 390000 410000 430000 450000 470000 490000 510000 530000 550000 570000 590000 610000 630000 650000 670000 690000 710000 730000 750000 770000 790000 810000 830000 850000 870000 890000 910000 930000 950000 970000 990000 1010000 1030000 1050000
3014 3876 4737 5598 6459 7321 8182 9043 9904 10766 11627 12488 13349 14211 15072 15933 16794 17656 18517 19378 20239 21100 21962 22823 23684 24545 25407 26268 27129 27990 28852 29713 30574 31435 32297 33158 34019 34880 35742 36603 37464 38325 39187 40048 40909 41770 42632 43493 44354 45215
75 x 7,5 mm 60 mm 2,83 l/m v R m/s Pa/m
90 x 8,5 mm 73 mm 4,18 l/m v R m/s Pa/m
110 x 10 mm 90 mm 6,36 l/m v R m/s Pa/m
0,30 0,39 0,47 0,56 0,65 0,73 0,82 0,90 0,99 1,08 1,16 1,25 1,33 1,42 1,51 1,59 1,68 1,76 1,85 1,94 2,02
0,20 0,26 0,32 0,38 0,44 0,49 0,55 0,61 0,67 0,73 0,79 0,84 0,90 0,96 1,02 1,08 1,13 1,19 1,25 1,31 1,37 1,42 1,48 1,54 1,60 1,66 1,72 1,77 1,83 1,89 1,95 2,01
0,13 0,17 0,21 0,25 0,29 0,33 0,36 0,40 0,44 0,48 0,52 0,55 0,59 0,63 0,67 0,71 0,75 0,78 0,82 0,86 0,90 0,94 0,98 1,01 1,05 1,09 1,13 1,17 1,21 1,24 1,28 1,32 1,36 1,40 1,43 1,47 1,51 1,55 1,59 1,63 1,66 1,70 1,74 1,78 1,82 1,86 1,89 1,93 1,97 2,01
17 26 37 50 64 80 98 118 138 161 185 210 237 265 295 326 359 392 428 464 503
6 10 14 19 25 31 38 46 54 63 72 82 92 103 115 127 140 153 167 181 196 211 227 243 260 277 295 313 332 352 372 392
2 4 5 7 9 12 14 17 20 23 26 30 34 38 42 46 51 56 61 66 71 77 83 89 95 101 108 114 121 128 136 143 151 158 166 174 183 191 200 209 218 227 236 246 255 265 275 285 296 306
Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
48
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Leidingweerstandtabel verwarmen ΔT = 15 K (70 °C/55 °C) Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 62,5 °C en een spreiding van ΔT = 15 K (70 °C/55 °C) da x s di V/l Q W
m kg/h
200 400 600 800 1000 1200 1400 1600 1800 2000 2200 2400 2600 2800 3000 3200 3400 3600 3800 4000 4200 4400 4600 4800 5000 5200 5400 5600 5800 6000 6200 6400 6600 6800 7000 7200 7400 7600 7800 8000 8200 8400 8600 8800 9000 9200 9400 9600 9800 10000
11 23 34 46 57 69 80 92 103 115 126 138 149 161 172 184 195 207 218 230 241 253 264 276 287 299 310 322 333 344 356 367 379 390 402 413 425 436 448 459 471 482 494 505 517 528 540 551 563 574
14 x 2 mm 10 mm 0,08 l/m v m/s
R Pa/m
0,04 0,08 0,12 0,17 0,21 0,25 0,29 0,33 0,37 0,41 0,46 0,50 0,54 0,58 0,62 0,66 0,70 0,74 0,79 0,83 0,87 0,91 0,95 0,99 1,03
5 17 34 55 81 111 145 182 223 268 316 367 422 480 542 606 674 745 819 896 976 1060 1146 1235 1327
16 x 2 mm 12 mm 0,11 l/m v m/s
R Pa/m
0,03 0,06 0,09 0,11 0,14 0,17 0,20 0,23 0,26 0,29 0,32 0,34 0,37 0,40 0,43 0,46 0,49 0,52 0,55 0,57 0,60 0,63 0,66 0,69 0,72 0,75 0,78 0,80 0,83 0,86 0,89 0,92 0,95 0,98 1,01
2 7 14 24 34 47 61 77 94 113 133 155 178 202 228 255 284 313 344 377 410 445 481 518 557 597 638 680 723 767 813 860 908 957 1007
18 x 2 mm 14 mm 0,15 l/m v m/s
R Pa/m
0,02 0,04 0,06 0,08 0,11 0,13 0,15 0,17 0,19 0,21 0,23 0,25 0,27 0,30 0,32 0,34 0,36 0,38 0,40 0,42 0,44 0,46 0,49 0,51 0,53 0,55 0,57 0,59 0,61 0,63 0,65 0,68 0,70 0,72 0,74 0,76 0,78 0,80 0,82 0,84 0,87 0,89 0,91 0,93 0,95 0,97 0,99 1,01 1,03 1,06
1 4 7 11 17 23 30 37 45 55 64 75 86 97 110 123 137 151 166 181 197 214 231 249 268 287 306 326 347 368 390 413 435 459 483 508 533 558 584 611 638 666 694 723 752 782 812 843 874 906
Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
49
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 62,5 °C en een spreiding van ΔT = 15 K (70 °C/55 °C) da x s di V/l Q W
m kg/h
1000 1500 2000 2500 3000 3500 4000 4500 5000 5500 6000 6500 7000 7500 8000 8500 9000 9500 10000 10500 11000 11500 12000 12500 13000 13500 14000 14500 15000 16000 17000 18000 19000 20000 22000 24000 26000 28000 30000 32000 34000 36000 38000 40000 42000 44000 46000 48000 50000 52000
57 86 115 144 172 201 230 258 287 316 344 373 402 431 459 488 517 545 574 603 632 660 689 718 746 775 804 833 861 919 976 1033 1091 1148 1263 1378 1493 1608 1722 1837 1952 2067 2182 2297 2411 2526 2641 2756 2871 2986
20 x 2,25 mm 15,5 mm 0,19 l/m v R m/s Pa/m
25 x 2,5 mm 20 mm 0,31 l/m v R m/s Pa/m
32 x 3 mm 26 mm 0,53 l/m v m/s
R Pa/m
0,09 0,13 0,17 0,22 0,26 0,30 0,34 0,39 0,43 0,47 0,52 0,56 0,60 0,65 0,69 0,73 0,78 0,82 0,86 0,90 0,95 0,99 1,03
0,05 0,08 0,10 0,13 0,16 0,18 0,21 0,23 0,26 0,28 0,31 0,34 0,36 0,39 0,41 0,44 0,47 0,49 0,52 0,54 0,57 0,59 0,62 0,65 0,67 0,70 0,72 0,75 0,78 0,83 0,88 0,93 0,98 1,03 1,14 1,24 1,34 1,45 1,55
0,03 0,05 0,06 0,08 0,09 0,11 0,12 0,14 0,15 0,17 0,18 0,20 0,21 0,23 0,24 0,26 0,28 0,29 0,31 0,32 0,34 0,35 0,37 0,38 0,40 0,41 0,43 0,44 0,46 0,49 0,52 0,55 0,58 0,61 0,67 0,73 0,80 0,86 0,92 0,98 1,04 1,10 1,16 1,22 1,29 1,35 1,41 1,47 1,53 1,59
1 2 3 4 6 8 10 12 14 17 19 22 25 29 32 36 40 43 48 52 56 61 65 70 75 80 86 91 97 109 121 134 147 161 191 222 256 293 331 371 413 458 504 552 603 655 709 766 824 884
10 21 34 50 68 89 112 137 165 195 227 261 298 336 376 419 463 509 558 608 660 714 770
3 6 10 15 20 27 33 41 49 58 68 78 89 100 112 124 138 151 166 180 196 212 228 245 263 281 300 319 339 380 423 468 515 564 668 780 900 1027 1161
Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
50
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 62,5 °C en een spreiding van ΔT = 15 K (70 °C/55 °C) da x s di V/l Q W
m kg/h
8000 10000 12000 14000 16000 18000 20000 22000 24000 26000 28000 30000 32000 34000 36000 38000 40000 42000 44000 46000 48000 50000 55000 60000 65000 70000 75000 80000 85000 90000 95000 100000 105000 110000 115000 120000 125000 130000 140000 150000 160000 170000 180000 190000 200000 210000 220000 230000 240000 250000
459 574 689 804 919 1033 1148 1263 1378 1493 1608 1722 1837 1952 2067 2182 2297 2411 2526 2641 2756 2871 3158 3445 3732 4019 4306 4593 4880 5167 5455 5742 6029 6316 6603 6890 7177 7464 8038 8612 9187 9761 10335 10909 11483 12057 12632 13206 13780 14354
40 x 4 mm 32 mm 0,80 l/m v m/s
R Pa/m
0,16 0,20 0,24 0,28 0,32 0,36 0,40 0,44 0,48 0,53 0,57 0,61 0,65 0,69 0,73 0,77 0,81 0,85 0,89 0,93 0,97 1,01 1,11 1,21 1,31 1,41 1,52
12 18 24 32 40 50 60 71 83 95 108 123 137 153 170 187 204 223 242 262 283 304 361 422 487 556 629
50 x 4,5 mm 41 mm 1,32 l/m v R m/s Pa/m
63 x 6 mm 51 mm 2,04 l/m v m/s
R Pa/m
0,10 0,12 0,15 0,17 0,20 0,22 0,25 0,27 0,30 0,32 0,34 0,37 0,39 0,42 0,44 0,47 0,49 0,52 0,54 0,57 0,59 0,62 0,68 0,74 0,80 0,86 0,92 0,98 1,05 1,11 1,17 1,23 1,29 1,35 1,42 1,48 1,54
0,06 0,08 0,10 0,11 0,13 0,14 0,16 0,17 0,19 0,21 0,22 0,24 0,25 0,27 0,29 0,30 0,32 0,33 0,35 0,37 0,38 0,40 0,44 0,48 0,52 0,56 0,60 0,64 0,68 0,72 0,76 0,80 0,84 0,87 0,91 0,95 0,99 1,03 1,11 1,19 1,27 1,35 1,43 1,51 1,59 1,67 1,75 1,83 1,91 1,99
1 2 3 3 4 5 7 8 9 10 12 13 15 17 18 20 22 24 26 28 30 33 39 45 52 60 67 76 84 93 103 113 123 134 145 156 168 180 206 233 262 292 324 357 392 428 466 505 545 587
4 5 8 10 12 15 18 22 25 29 33 38 42 47 52 57 63 68 74 80 86 93 110 129 148 169 192 215 240 266 293 321 351 381 413 446 480
Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
51
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 62,5 °C en een spreiding van ΔT = 15 K (70 °C/55 °C) da x s di V/l Q W
m kg/h
40000 50000 60000 70000 80000 90000 100000 110000 120000 130000 140000 150000 160000 170000 180000 190000 200000 220000 240000 260000 280000 300000 320000 340000 360000 380000 400000 420000 440000 460000 480000 500000 520000 540000 560000 580000 600000 620000 640000 660000 680000 700000 720000 740000 760000 780000 800000 820000 840000 860000
2297 2871 3445 4019 4593 5167 5742 6316 6890 7464 8038 8612 9187 9761 10335 10909 11483 12632 13780 14928 16077 17225 18373 19522 20670 21818 22967 24115 25263 26411 27560 28708 29856 31005 32153 33301 34450 35598 36746 37895 39043 40191 41340 42488 43636 44785 45933 47081 48230 49378
75 x 7,5 mm 60 mm 2,83 l/m v R m/s Pa/m
90 x 8,5 mm 73 mm 4,18 l/m v R m/s Pa/m
110 x 10 mm 90 mm 6,36 l/m v R m/s Pa/m
0,23 0,29 0,34 0,40 0,46 0,52 0,57 0,63 0,69 0,75 0,80 0,86 0,92 0,98 1,03 1,09 1,15 1,26 1,38 1,49 1,61 1,72 1,84 1,95 2,07
0,16 0,19 0,23 0,27 0,31 0,35 0,39 0,43 0,47 0,50 0,54 0,58 0,62 0,66 0,70 0,74 0,78 0,85 0,93 1,01 1,09 1,16 1,24 1,32 1,40 1,48 1,55 1,63 1,71 1,79 1,86 1,94 2,02
0,10 0,13 0,15 0,18 0,20 0,23 0,26 0,28 0,31 0,33 0,36 0,38 0,41 0,43 0,46 0,49 0,51 0,56 0,61 0,66 0,72 0,77 0,82 0,87 0,92 0,97 1,02 1,07 1,12 1,17 1,23 1,28 1,33 1,38 1,43 1,48 1,53 1,58 1,63 1,69 1,74 1,79 1,84 1,89 1,94 1,99 2,04 2,09 2,15 2,20
10 15 21 27 35 43 52 61 72 83 95 107 120 134 148 164 180 213 249 288 329 373 419 468 519
4 6 8 11 14 17 20 24 28 32 37 42 47 52 58 64 70 83 97 112 128 145 163 182 202 223 244 267 290 315 340 366 393
1 2 3 4 5 6 7 9 10 12 14 15 17 19 21 23 26 30 36 41 47 53 60 67 74 81 89 97 106 115 124 134 143 154 164 175 186 197 209 221 233 246 259 272 286 299 314 328 343 358
Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
52
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Leidingweerstandtabel verwarmen ΔT = 10 K (55 °C/45 °C) Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 50 °C en een spreiding van ΔT = 10 K (55 °C/45 °C) da x s di V/l Q W
m kg/h
200 300 400 500 600 700 800 900 1000 1100 1200 1300 1400 1500 1600 1700 1800 1900 2000 2100 2200 2300 2400 2500 2600 2700 2800 2900 3000 3200 3400 3600 3800 4000 4200 4400 4600 4800 5000 5200 5400 5600 5800 6000 6200 6400 6600 6800 7000 7200
17 26 34 43 52 60 69 78 86 95 103 112 121 129 138 146 155 164 172 181 189 198 207 215 224 233 241 250 258 276 293 310 327 344 362 379 396 413 431 448 465 482 500 517 534 551 568 586 603 620
14 x 2 mm 10 mm 0,08 l/m v m/s
R Pa/m
0,06 0,09 0,12 0,15 0,19 0,22 0,25 0,28 0,31 0,34 0,37 0,40 0,43 0,46 0,49 0,52 0,56 0,59 0,62 0,65 0,68 0,71 0,74 0,77 0,80 0,83 0,86 0,89 0,93 0,99 1,05
11 22 36 52 71 93 116 142 171 201 234 268 305 343 384 427 471 517 566 616 668 722 777 835 894 955 1018 1082 1148 1286 1430
16 x 2 mm 12 mm 0,11 l/m v m/s
R Pa/m
0,04 0,06 0,09 0,11 0,13 0,15 0,17 0,19 0,21 0,24 0,26 0,28 0,30 0,32 0,34 0,36 0,39 0,41 0,43 0,45 0,47 0,49 0,51 0,54 0,56 0,58 0,60 0,62 0,64 0,69 0,73 0,77 0,81 0,86 0,90 0,94 0,99 1,03
5 9 15 22 30 39 49 60 72 85 99 113 129 145 162 180 199 218 238 259 281 304 327 351 376 402 428 455 483 540 601 664 730 799 870 945 1021 1101
18 x 2 mm 14 mm 0,15 l/m v m/s
R Pa/m
0,03 0,05 0,06 0,08 0,09 0,11 0,13 0,14 0,16 0,17 0,19 0,20 0,22 0,24 0,25 0,27 0,28 0,30 0,31 0,33 0,35 0,36 0,38 0,39 0,41 0,42 0,44 0,46 0,47 0,50 0,54 0,57 0,60 0,63 0,66 0,69 0,72 0,76 0,79 0,82 0,85 0,88 0,91 0,94 0,98 1,01 1,04 1,07 1,10 1,13
2 5 7 11 15 19 24 29 35 41 48 55 62 70 78 87 96 105 115 125 136 146 158 169 181 193 206 219 232 260 289 319 351 384 418 454 490 528 568 608 650 693 737 782 829 877 925 976 1027 1079
Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
53
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 50 °C en een spreiding van ΔT = 10 K (55 °C/45 °C) da x s di V/l Q W
m kg/h
500 1000 1500 2000 2500 3000 3500 4000 4500 5000 5500 6000 6500 7000 7500 8000 8500 9000 9500 10000 10500 11000 11500 12000 12500 13000 13500 14000 14500 15000 16000 17000 18000 19000 20000 21000 22000 23000 24000 25000 26000 27000 28000 29000 30000 31000 32000 33000 34000 35000
43 86 129 172 215 258 301 344 388 431 474 517 560 603 646 689 732 775 818 861 904 947 990 1033 1077 1120 1163 1206 1249 1292 1378 1464 1550 1636 1722 1809 1895 1981 2067 2153 2239 2325 2411 2498 2584 2670 2756 2842 2928 3014
20 x 2,25 mm 15,5 mm 0,19 l/m v R m/s Pa/m
25 x 2,5 mm 20 mm 0,31 l/m v R m/s Pa/m
32 x 3 mm 26 mm 0,53 l/m v m/s
R Pa/m
0,06 0,13 0,19 0,26 0,32 0,39 0,45 0,51 0,58 0,64 0,71 0,77 0,83 0,90 0,96 1,03
0,04 0,08 0,12 0,15 0,19 0,23 0,27 0,31 0,35 0,39 0,42 0,46 0,50 0,54 0,58 0,62 0,66 0,69 0,73 0,77 0,81 0,85 0,89 0,93 0,96 1,00 1,04 1,08 1,12 1,16 1,23 1,31 1,39 1,47 1,54
0,02 0,05 0,07 0,09 0,11 0,14 0,16 0,18 0,21 0,23 0,25 0,27 0,30 0,32 0,34 0,37 0,39 0,41 0,43 0,46 0,48 0,50 0,52 0,55 0,57 0,59 0,62 0,64 0,66 0,68 0,73 0,78 0,82 0,87 0,91 0,96 1,00 1,05 1,10 1,14 1,19 1,23 1,28 1,32 1,37 1,41 1,46 1,51 1,55 1,60
1 2 4 6 9 12 16 20 25 30 35 41 47 54 61 68 76 84 92 101 110 119 129 139 149 160 171 182 194 206 231 257 285 313 343 374 406 440 474 510 547 585 624 665 706 749 792 837 883 930
7 22 43 71 104 143 188 237 291 350 414 482 555 632 714 800
2 7 13 21 31 43 56 71 87 104 123 143 165 188 212 237 264 292 321 352 383 416 450 486 522 560 598 638 679 721 809 901 997 1098 1203
Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
54
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 50 °C en een spreiding van ΔT = 10 K (55 °C/45 °C) da x s di V/l Q W
m kg/h
2000 4000 6000 8000 10000 12000 14000 16000 18000 20000 22000 24000 26000 28000 30000 32000 34000 36000 38000 40000 42000 44000 46000 48000 50000 55000 60000 65000 70000 75000 80000 85000 90000 95000 100000 105000 110000 115000 120000 125000 130000 135000 140000 145000 150000 155000 160000 165000 170000 175000
172 344 517 689 861 1033 1206 1378 1550 1722 1895 2067 2239 2411 2584 2756 2928 3100 3273 3445 3617 3789 3962 4134 4306 4737 5167 5598 6029 6459 6890 7321 7751 8182 8612 9043 9474 9904 10335 10766 11196 11627 12057 12488 12919 13349 13780 14211 14641 15072
40 x 4 mm 32 mm 0,80 l/m v m/s
R Pa/m
0,06 0,12 0,18 0,24 0,30 0,36 0,42 0,48 0,54 0,60 0,66 0,72 0,78 0,84 0,90 0,96 1,02 1,08 1,14 1,20 1,27 1,33 1,39 1,45 1,51
2 8 15 25 38 52 68 86 106 127 151 176 203 231 261 293 327 362 398 437 476 518 561 605 651
50 x 4,5 mm 41 mm 1,32 l/m v R m/s Pa/m
63 x 6 mm 51 mm 2,04 l/m v m/s
R Pa/m
0,04 0,07 0,11 0,15 0,18 0,22 0,26 0,29 0,33 0,37 0,40 0,44 0,48 0,51 0,55 0,59 0,62 0,66 0,70 0,73 0,77 0,81 0,84 0,88 0,92 1,01 1,10 1,19 1,28 1,38 1,47 1,56
0,02 0,05 0,07 0,09 0,12 0,14 0,17 0,19 0,21 0,24 0,26 0,28 0,31 0,33 0,36 0,38 0,40 0,43 0,45 0,47 0,50 0,52 0,55 0,57 0,59 0,65 0,71 0,77 0,83 0,89 0,95 1,01 1,07 1,13 1,19 1,25 1,30 1,36 1,42 1,48 1,54 1,60 1,66 1,72 1,78 1,84 1,90 1,96 2,02 2,08
1 1 2 3 4 6 7 9 11 14 16 19 22 25 28 32 35 39 43 47 51 56 60 65 70 83 97 112 127 144 162 180 200 220 241 263 286 310 335 360 387 414 442 471 500 531 562 594 627 661
1 2 5 8 12 16 21 26 32 39 46 54 62 71 80 90 100 111 122 133 145 158 171 185 199 235 275 317 362 410 461 514
Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
55
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 50 °C en een spreiding van ΔT = 10 K (55 °C/45 °C) da x s di V/l Q W
m kg/h
40000 50000 60000 70000 80000 90000 100000 110000 120000 130000 140000 150000 160000 170000 180000 190000 200000 210000 220000 230000 240000 250000 260000 270000 280000 290000 300000 310000 320000 330000 340000 350000 360000 370000 380000 390000 400000 410000 420000 430000 440000 450000 460000 470000 480000 490000 500000 510000 520000 530000
3445 4306 5167 6029 6890 7751 8612 9474 10335 11196 12057 12919 13780 14641 15502 16364 17225 18086 18947 19809 20670 21531 22392 23254 24115 24976 25837 26699 27560 28421 29282 30144 31005 31866 32727 33589 34450 35311 36172 37033 37895 38756 39617 40478 41340 42201 43062 43923 44785 45646
75 x 7,5 mm 60 mm 2,83 l/m v R m/s Pa/m
90 x 8,5 mm 73 mm 4,18 l/m v R m/s Pa/m
110 x 10 mm 90 mm 6,36 l/m v R m/s Pa/m
0,34 0,43 0,51 0,60 0,69 0,77 0,86 0,94 1,03 1,11 1,20 1,29 1,37 1,46 1,54 1,63 1,71 1,80 1,88 1,97 2,06
0,23 0,29 0,35 0,41 0,46 0,52 0,58 0,64 0,69 0,75 0,81 0,87 0,93 0,98 1,04 1,10 1,16 1,22 1,27 1,33 1,39 1,45 1,50 1,56 1,62 1,68 1,74 1,79 1,85 1,91 1,97 2,03
0,15 0,19 0,23 0,27 0,30 0,34 0,38 0,42 0,46 0,50 0,53 0,57 0,61 0,65 0,69 0,72 0,76 0,80 0,84 0,88 0,91 0,95 0,99 1,03 1,07 1,10 1,14 1,18 1,22 1,26 1,29 1,33 1,37 1,41 1,45 1,49 1,52 1,56 1,60 1,64 1,68 1,71 1,75 1,79 1,83 1,87 1,90 1,94 1,98 2,02
22 32 44 58 74 92 111 131 153 177 202 229 257 287 318 351 385 420 457 495 535
8 13 17 23 29 36 43 51 60 69 79 89 100 112 124 137 150 164 178 193 208 224 241 258 275 293 312 331 350 371 391 412
3 5 6 8 11 13 16 19 22 25 29 33 37 41 45 50 55 60 65 71 76 82 88 94 101 107 114 121 128 135 143 150 158 166 175 183 192 200 209 218 228 237 247 257 267 277 287 298 308 319
Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
56
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Leidingweerstandtabel verwarmen ΔT = 5 K (50 °C/45 °C) Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 47,5 °C en een spreiding van ΔT = 5 K (50 °C/45 °C) da x s di V/l Q W
m kg/h
200 250 300 350 400 450 500 550 600 650 700 750 800 850 900 950 1000 1050 1100 1150 1200 1250 1300 1350 1400 1450 1500 1550 1600 1650 1700 1750 1800 1850 1900 1950 2000 2100 2200 2300 2400 2500 2600 2700 2800 2900 3000 3100 3200 3300
34 43 52 60 69 78 86 95 103 112 121 129 138 146 155 164 172 181 189 198 207 215 224 233 241 250 258 267 276 284 293 301 310 319 327 336 344 362 379 396 413 431 448 465 482 500 517 534 551 568
14 x 2 mm 10 mm 0,08 l/m v m/s
R Pa/m
0,12 0,15 0,18 0,22 0,25 0,28 0,31 0,34 0,37 0,40 0,43 0,46 0,49 0,52 0,55 0,59 0,62 0,65 0,68 0,71 0,74 0,77 0,80 0,83 0,86 0,89 0,92 0,96 0,99 1,02
36 53 72 94 118 144 173 203 236 271 308 347 388 431 476 523 571 622 674 729 785 843 902 964 1027 1092 1159 1227 1298 1370
16 x 2 mm 12 mm 0,11 l/m v m/s
R Pa/m
0,09 0,11 0,13 0,15 0,17 0,19 0,21 0,24 0,26 0,28 0,30 0,32 0,34 0,36 0,39 0,41 0,43 0,45 0,47 0,49 0,51 0,53 0,56 0,58 0,60 0,62 0,64 0,66 0,68 0,71 0,73 0,75 0,77 0,79 0,81 0,83 0,86 0,90 0,94 0,98 1,03
16 23 31 40 50 61 73 86 100 115 130 146 164 182 201 220 241 262 284 307 330 355 380 406 432 459 487 516 546 576 607 638 670 703 737 771 806 878 953 1030 1111
18 x 2 mm 14 mm 0,15 l/m v m/s
R Pa/m
0,06 0,08 0,09 0,11 0,13 0,14 0,16 0,17 0,19 0,20 0,22 0,24 0,25 0,27 0,28 0,30 0,31 0,33 0,35 0,36 0,38 0,39 0,41 0,42 0,44 0,46 0,47 0,49 0,50 0,52 0,53 0,55 0,57 0,58 0,60 0,61 0,63 0,66 0,69 0,72 0,75 0,79 0,82 0,85 0,88 0,91 0,94 0,97 1,01 1,04
8 11 15 19 24 30 35 42 48 55 63 71 79 88 97 106 116 126 137 148 159 171 183 195 208 221 235 248 262 277 292 307 322 338 354 371 387 422 458 495 533 573 614 656 699 744 789 836 884 934
Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
57
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 47,5 °C en een spreiding van ΔT = 5 K (50 °C/45 °C) da x s di V/l Q W
m kg/h
400 600 800 1000 1200 1400 1600 1800 2000 2200 2400 2600 2800 3000 3200 3400 3600 3800 4000 4200 4400 4600 4800 5000 5200 5400 5600 5800 6000 6500 7000 7500 8000 8500 9000 9500 10000 10500 11000 11500 12000 12500 13000 13500 14000 14500 15000 15500 16000 16500
69 103 138 172 207 241 276 310 344 379 413 448 482 517 551 586 620 655 689 723 758 792 827 861 896 930 965 999 1033 1120 1206 1292 1378 1464 1550 1636 1722 1809 1895 1981 2067 2153 2239 2325 2411 2498 2584 2670 2756 2842
20 x 2,25 mm 15,5 mm 0,19 l/m v R m/s Pa/m
25 x 2,5 mm 20 mm 0,31 l/m v R m/s Pa/m
32 x 3 mm 26 mm 0,53 l/m v m/s
R Pa/m
0,10 0,15 0,21 0,26 0,31 0,36 0,41 0,46 0,51 0,56 0,62 0,67 0,72 0,77 0,82 0,87 0,92 0,97 1,03
0,06 0,09 0,12 0,15 0,18 0,22 0,25 0,28 0,31 0,34 0,37 0,40 0,43 0,46 0,49 0,52 0,55 0,59 0,62 0,65 0,68 0,71 0,74 0,77 0,80 0,83 0,86 0,89 0,92 1,00 1,08 1,16 1,23 1,31 1,39 1,46 1,54
0,04 0,05 0,07 0,09 0,11 0,13 0,15 0,16 0,18 0,20 0,22 0,24 0,26 0,27 0,29 0,31 0,33 0,35 0,36 0,38 0,40 0,42 0,44 0,46 0,47 0,49 0,51 0,53 0,55 0,59 0,64 0,68 0,73 0,77 0,82 0,87 0,91 0,96 1,00 1,05 1,09 1,14 1,18 1,23 1,28 1,32 1,37 1,41 1,46 1,50
1 3 4 6 9 11 14 17 21 24 28 32 37 42 47 52 57 63 69 75 81 88 95 102 109 116 124 132 140 161 184 208 233 259 287 316 346 377 410 443 478 514 551 590 629 670 712 755 799 844
15 30 49 72 98 128 162 199 239 282 329 378 431 486 545 606 670 737 807
5 9 15 22 29 38 48 59 71 84 98 113 128 145 162 180 199 219 240 261 283 306 330 355 380 407 434 461 490 564 643 727 815 908 1005 1107 1213
Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
58
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 47,5 °C en een spreiding van ΔT = 5 K (50 °C/45 °C) da x s di V/l Q W
m kg/h
4000 5000 6000 7000 8000 9000 10000 11000 12000 13000 14000 15000 16000 17000 18000 19000 20000 22000 24000 26000 28000 30000 32000 34000 36000 38000 40000 42000 44000 46000 48000 50000 52000 54000 56000 58000 60000 62000 64000 66000 68000 70000 72000 74000 76000 78000 80000 82000 84000 86000
689 861 1033 1206 1378 1550 1722 1895 2067 2239 2411 2584 2756 2928 3100 3273 3445 3789 4134 4478 4823 5167 5512 5856 6201 6545 6890 7234 7579 7923 8268 8612 8957 9301 9646 9990 10335 10679 11024 11368 11713 12057 12402 12746 13091 13435 13780 14124 14469 14813
40 x 4 mm 32 mm 0,80 l/m v m/s
R Pa/m
0,24 0,30 0,36 0,42 0,48 0,54 0,60 0,66 0,72 0,78 0,84 0,90 0,96 1,02 1,08 1,14 1,20 1,32 1,44 1,56
26 38 52 68 87 107 128 152 177 204 233 264 296 329 365 402 440 522 610 704
50 x 4,5 mm 41 mm 1,32 l/m v R m/s Pa/m
63 x 6 mm 51 mm 2,04 l/m v m/s
R Pa/m
0,15 0,18 0,22 0,26 0,29 0,33 0,37 0,40 0,44 0,48 0,51 0,55 0,59 0,62 0,66 0,70 0,73 0,81 0,88 0,95 1,03 1,10 1,17 1,25 1,32 1,39 1,47 1,54
0,09 0,12 0,14 0,17 0,19 0,21 0,24 0,26 0,28 0,31 0,33 0,36 0,38 0,40 0,43 0,45 0,47 0,52 0,57 0,62 0,66 0,71 0,76 0,81 0,85 0,90 0,95 0,99 1,04 1,09 1,14 1,18 1,23 1,28 1,33 1,37 1,42 1,47 1,52 1,56 1,61 1,66 1,71 1,75 1,80 1,85 1,90 1,94 1,99 2,04
3 4 6 7 9 12 14 16 19 22 25 28 32 36 39 43 47 56 66 76 86 97 109 122 135 149 163 178 193 209 226 243 261 279 298 317 337 358 379 400 422 445 468 492 516 541 566 592 618 645
8 12 16 21 27 33 39 47 54 63 71 81 90 101 111 123 134 159 186 215 245 277 311 347 384 423 464 506
Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
59
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 47,5 °C en een spreiding van ΔT = 5 K (50 °C/45 °C) da x s di V/l Q W
m kg/h
20000 25000 30000 35000 40000 45000 50000 55000 60000 65000 70000 75000 80000 85000 90000 95000 100000 105000 110000 115000 120000 125000 130000 135000 140000 145000 150000 155000 160000 165000 170000 175000 180000 185000 190000 195000 200000 205000 210000 215000 220000 225000 230000 235000 240000 245000 250000 255000 260000 265000
3445 4306 5167 6029 6890 7751 8612 9474 10335 11196 12057 12919 13780 14641 15502 16364 17225 18086 18947 19809 20670 21531 22392 23254 24115 24976 25837 26699 27560 28421 29282 30144 31005 31866 32727 33589 34450 35311 36172 37033 37895 38756 39617 40478 41340 42201 43062 43923 44785 45646
75 x 7,5 mm 60 mm 2,83 l/m v R m/s Pa/m
90 x 8,5 mm 73 mm 4,18 l/m v R m/s Pa/m
110 x 10 mm 90 mm 6,36 l/m v R m/s Pa/m
0,34 0,43 0,51 0,60 0,68 0,77 0,86 0,94 1,03 1,11 1,20 1,28 1,37 1,45 1,54 1,63 1,71 1,80 1,88 1,97 2,05
0,23 0,29 0,35 0,40 0,46 0,52 0,58 0,64 0,69 0,75 0,81 0,87 0,93 0,98 1,04 1,10 1,16 1,21 1,27 1,33 1,39 1,45 1,50 1,56 1,62 1,68 1,73 1,79 1,85 1,91 1,97 2,02
0,15 0,19 0,23 0,27 0,30 0,34 0,38 0,42 0,46 0,49 0,53 0,57 0,61 0,65 0,68 0,72 0,76 0,80 0,84 0,87 0,91 0,95 0,99 1,03 1,06 1,10 1,14 1,18 1,22 1,26 1,29 1,33 1,37 1,41 1,45 1,48 1,52 1,56 1,60 1,64 1,67 1,71 1,75 1,79 1,83 1,86 1,90 1,94 1,98 2,02
22 32 45 59 75 92 112 132 155 178 204 231 259 289 321 353 388 423 460 499 539
9 13 18 23 29 36 44 52 60 70 80 90 101 113 125 138 151 165 179 194 210 226 242 260 277 295 314 333 353 373 394 415
3 5 6 8 11 13 16 19 22 26 29 33 37 41 46 50 55 60 66 71 77 83 89 95 101 108 115 122 129 136 144 152 159 168 176 184 193 202 211 220 229 239 248 258 268 279 289 300 310 321
Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
60
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Leidingweerstandtabel koelen ΔT = 6 K (6 °C/12 °C) Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 9 °C en een spreiding van ΔT = 6 K (6 °C/12 °C)* da x s di V/l Q W
m kg/h
-100 -200 -300 -400 -500 -600 -700 -800 -900 -1000 -1100 -1200 -1300 -1400 -1500 -1600 -1700 -1800 -1900 -2000 -2100 -2200 -2300 -2400 -2500 -2600 -2700 -2800 -2900 -3000 -3100 -3200 -3300 -3400 -3500 -3600 -3700 -3800 -3900 -4000 -4100 -4200 -4300 -4400 -4500 -4600 -4700 -4800 -4900 -5000
14 29 43 57 72 86 100 115 129 144 158 172 187 201 215 230 244 258 273 287 301 316 330 344 359 373 388 402 416 431 445 459 474 488 502 517 531 545 560 574 589 603 617 632 646 660 675 689 703 718
14 x 2 mm 10 mm 0,08 l/m v m/s
R Pa/m
0,05 0,10 0,15 0,20 0,25 0,30 0,36 0,41 0,46 0,51 0,56 0,61 0,66 0,71 0,76 0,81 0,86 0,91 0,96 1,02
12 36 69 112 162 220 286 358 437 523 615 714 818 929 1046 1169 1297 1432 1572 1717
16 x 2 mm 12 mm 0,11 l/m v m/s
R Pa/m
0,04 0,07 0,11 0,14 0,18 0,21 0,25 0,28 0,32 0,35 0,39 0,42 0,46 0,49 0,53 0,56 0,60 0,63 0,67 0,71 0,74 0,78 0,81 0,85 0,88 0,92 0,95 0,99 1,02
5 15 30 48 69 94 122 152 186 222 261 303 347 394 443 495 549 605 664 726 789 855 923 994 1066 1141 1218 1297 1379
18 x 2 mm 14 mm 0,15 l/m v m/s
R Pa/m
0,03 0,05 0,08 0,10 0,13 0,16 0,18 0,21 0,23 0,26 0,29 0,31 0,34 0,36 0,39 0,41 0,44 0,47 0,49 0,52 0,54 0,57 0,60 0,62 0,65 0,67 0,70 0,73 0,75 0,78 0,80 0,83 0,86 0,88 0,91 0,93 0,96 0,98 1,01 1,04 1,06 1,09 1,11 1,14 1,17 1,19 1,22 1,24 1,27 1,30
3 8 15 23 34 46 59 74 90 108 126 147 168 190 214 239 265 293 321 350 381 413 446 480 514 550 587 626 665 705 746 788 831 875 921 967 1014 1062 1111 1161 1212 1264 1316 1370 1425 1481 1537 1595 1653 1712
* Er moet rekening worden gehouden met mogelijke condensvorming. Indien nodig moeten passende maatregelen worden genomen om het condenswater af te voeren. Bij onvoldoende voorgeïsoleerde koudwaterleidingen kan vorming van condenswater ontstaan op het oppervlak van de isolatielaag en kunnen ongeschikte materialen met vocht worden doortrokken. Daarom moeten geslotencellige of vergelijkbare materialen met een hoge waterdampdiffusieweerstand worden gebruikt. Alle stoot-, snij-, naad- en eindplaatsen moeten waterdampdicht worden gesloten. Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
61
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 9 °C en een spreiding van ΔT = 6 K (6 °C/12 °C)* da x s di V/l Q W
m kg/h
-400 -600 -800 -1000 -1200 -1400 -1600 -1800 -2000 -2200 -2400 -2600 -2800 -3000 -3200 -3400 -3600 -3800 -4000 -4200 -4400 -4600 -4800 -5000 -5500 -6000 -6500 -7000 -7500 -8000 -8500 -9000 -9500 -10000 -10500 -11000 -11500 -12000 -12500 -13000 -13500 -14000 -14500 -15000 -16000 -17000 -18000 -19000 -20000 -21000
57 86 115 144 172 201 230 258 287 316 344 373 402 431 459 488 517 545 574 603 632 660 689 718 789 861 933 1005 1077 1148 1220 1292 1364 1435 1507 1579 1651 1722 1794 1866 1938 2010 2081 2153 2297 2440 2584 2727 2871 3014
20 x 2,25 mm 15,5 mm 0,19 l/m v R m/s Pa/m
25 x 2,5 mm 20 mm 0,31 l/m v R m/s Pa/m
32 x 3 mm 26 mm 0,53 l/m v m/s
R Pa/m
0,08 0,13 0,17 0,21 0,25 0,30 0,34 0,38 0,42 0,47 0,51 0,55 0,59 0,63 0,68 0,72 0,76 0,80 0,85 0,89 0,93 0,97 1,01
0,05 0,08 0,10 0,13 0,15 0,18 0,20 0,23 0,25 0,28 0,30 0,33 0,36 0,38 0,41 0,43 0,46 0,48 0,51 0,53 0,56 0,58 0,61 0,63 0,70 0,76 0,83 0,89 0,95 1,02 1,08 1,14 1,21 1,27 1,33 1,40 1,46 1,52
0,03 0,05 0,06 0,08 0,09 0,11 0,12 0,14 0,15 0,17 0,18 0,20 0,21 0,23 0,24 0,26 0,27 0,29 0,30 0,32 0,33 0,35 0,36 0,38 0,41 0,45 0,49 0,53 0,56 0,60 0,64 0,68 0,71 0,75 0,79 0,83 0,86 0,90 0,94 0,98 1,01 1,05 1,09 1,13 1,20 1,28 1,35 1,43 1,50 1,58
1 3 4 6 8 10 13 16 19 22 26 30 34 38 42 47 52 57 62 68 73 79 85 91 108 125 144 163 184 206 229 253 278 304 331 359 388 418 449 481 514 548 583 619 693 771 853 938 1027 1120
15 28 46 67 91 118 148 181 217 255 297 340 387 436 487 541 597 656 717 780 846 914 984
4 9 14 20 28 36 45 55 65 77 89 102 116 131 146 162 179 196 214 233 253 273 294 316 372 433 498 567 639 715 796 879 967 1058 1152 1250 1352 1457
* Er moet rekening worden gehouden met mogelijke condensvorming. Indien nodig moeten passende maatregelen worden genomen om het condenswater af te voeren. Bij onvoldoende voorgeïsoleerde koudwaterleidingen kan vorming van condenswater ontstaan op het oppervlak van de isolatielaag en kunnen ongeschikte materialen met vocht worden doortrokken. Daarom moeten geslotencellige of vergelijkbare materialen met een hoge waterdampdiffusieweerstand worden gebruikt. Alle stoot-, snij-, naad- en eindplaatsen moeten waterdampdicht worden gesloten. Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
62
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 9 °C en een spreiding van ΔT = 6 K (6 °C/12 °C)* da x s di V/l Q W
m kg/h
-4000 -6000 -8000 -10000 -12000 -14000 -16000 -18000 -20000 -22000 -24000 -26000 -28000 -30000 -32000 -34000 -36000 -38000 -40000 -42000 -44000 -46000 -48000 -50000 -52000 -54000 -56000 -58000 -60000 -62000 -64000 -66000 -68000 -70000 -72000 -74000 -76000 -78000 -80000 -82000 -84000 -86000 -88000 -90000 -92000 -94000 -96000 -98000 -100000 -102000
574 861 1148 1435 1722 2010 2297 2584 2871 3158 3445 3732 4019 4306 4593 4880 5167 5455 5742 6029 6316 6603 6890 7177 7464 7751 8038 8325 8612 8900 9187 9474 9761 10048 10335 10622 10909 11196 11483 11770 12057 12344 12632 12919 13206 13493 13780 14067 14354 14641
40 x 4 mm 32 mm 0,80 l/m v m/s
R Pa/m
0,20 0,30 0,40 0,50 0,60 0,69 0,79 0,89 0,99 1,09 1,19 1,29 1,39 1,49 1,59
23 47 77 114 156 204 258 317 382 452 527 607 692 781 876
50 x 4,5 mm 41 mm 1,32 l/m v R m/s Pa/m
63 x 6 mm 51 mm 2,04 l/m v m/s
R Pa/m
0,12 0,18 0,24 0,30 0,36 0,42 0,48 0,54 0,60 0,66 0,73 0,79 0,85 0,91 0,97 1,03 1,09 1,15 1,21 1,27 1,33 1,39 1,45 1,51
0,08 0,12 0,16 0,20 0,23 0,27 0,31 0,35 0,39 0,43 0,47 0,51 0,55 0,59 0,62 0,66 0,70 0,74 0,78 0,82 0,86 0,90 0,94 0,98 1,02 1,05 1,09 1,13 1,17 1,21 1,25 1,29 1,33 1,37 1,41 1,44 1,48 1,52 1,56 1,60 1,64 1,68 1,72 1,76 1,80 1,84 1,87 1,91 1,95 1,99
3 5 9 12 17 22 28 35 42 49 57 66 75 85 95 106 117 129 141 153 167 180 194 209 224 239 255 272 289 306 324 342 360 379 399 419 439 460 481 503 525 547 570 594 618 642 666 691 717 742
7 15 24 35 48 63 79 98 117 139 162 186 212 240 269 299 331 364 399 435 472 511 551 592
* Er moet rekening worden gehouden met mogelijke condensvorming. Indien nodig moeten passende maatregelen worden genomen om het condenswater af te voeren. Bij onvoldoende voorgeïsoleerde koudwaterleidingen kan vorming van condenswater ontstaan op het oppervlak van de isolatielaag en kunnen ongeschikte materialen met vocht worden doortrokken. Daarom moeten geslotencellige of vergelijkbare materialen met een hoge waterdampdiffusieweerstand worden gebruikt. Alle stoot-, snij-, naad- en eindplaatsen moeten waterdampdicht worden gesloten. Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
63
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 9 °C en een spreiding van ΔT = 6 K (6 °C/12 °C)* da x s di V/l Q W
m kg/h
-10000 -15000 -20000 -25000 -30000 -35000 -40000 -45000 -50000 -55000 -60000 -65000 -70000 -75000 -80000 -85000 -90000 -95000 -100000 -105000 -110000 -115000 -120000 -125000 -130000 -135000 -140000 -145000 -150000 -160000 -170000 -180000 -190000 -200000 -210000 -220000 -230000 -240000 -250000 -260000 -270000 -280000 -290000 -300000 -310000 -320000 -330000 -340000 -350000 -360000
1435 2153 2871 3589 4306 5024 5742 6459 7177 7895 8612 9330 10048 10766 11483 12201 12919 13636 14354 15072 15789 16507 17225 17943 18660 19378 20096 20813 21531 22967 24402 25837 27273 28708 30144 31579 33014 34450 35885 37321 38756 40191 41627 43062 44498 45933 47368 48804 50239 51675
75 x 7,5 mm 60 mm 2,83 l/m v R m/s Pa/m
90 x 8,5 mm 73 mm 4,18 l/m v R m/s Pa/m
110 x 10 mm 90 mm 6,36 l/m v R m/s Pa/m
0,14 0,21 0,28 0,35 0,42 0,49 0,56 0,63 0,71 0,78 0,85 0,92 0,99 1,06 1,13 1,20 1,27 1,34 1,41 1,48 1,55 1,62 1,69 1,76 1,83 1,90 1,97 2,05
0,10 0,14 0,19 0,24 0,29 0,33 0,38 0,43 0,48 0,52 0,57 0,62 0,67 0,71 0,76 0,81 0,86 0,91 0,95 1,00 1,05 1,10 1,14 1,19 1,24 1,29 1,33 1,38 1,43 1,52 1,62 1,72 1,81 1,91 2,00
0,06 0,09 0,13 0,16 0,19 0,22 0,25 0,28 0,31 0,34 0,38 0,41 0,44 0,47 0,50 0,53 0,56 0,60 0,63 0,66 0,69 0,72 0,75 0,78 0,82 0,85 0,88 0,91 0,94 1,00 1,07 1,13 1,19 1,25 1,32 1,38 1,44 1,50 1,57 1,63 1,69 1,76 1,82 1,88 1,94 2,01 2,07 2,13 2,19 2,26
6 12 19 28 39 51 65 80 96 114 133 153 175 197 221 246 273 300 329 359 390 422 456 490 526 563 601 640
2 5 8 11 15 20 26 31 38 45 52 60 68 77 87 97 107 118 129 141 153 165 178 192 206 220 235 250 266 298 332 368 405 444 485
1 2 3 4 6 7 9 12 14 16 19 22 25 28 32 36 39 43 47 52 56 61 66 70 76 81 86 92 97 109 122 135 149 163 178 193 209 226 243 261 279 298 317 337 358 379 400 422 445 468
* Er moet rekening worden gehouden met mogelijke condensvorming. Indien nodig moeten passende maatregelen worden genomen om het condenswater af te voeren. Bij onvoldoende voorgeïsoleerde koudwaterleidingen kan vorming van condenswater ontstaan op het oppervlak van de isolatielaag en kunnen ongeschikte materialen met vocht worden doortrokken. Daarom moeten geslotencellige of vergelijkbare materialen met een hoge waterdampdiffusieweerstand worden gebruikt. Alle stoot-, snij-, naad- en eindplaatsen moeten waterdampdicht worden gesloten. Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
64
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Leidingweerstandtabel koelen ΔT = 3 K (17 °C/20 °C) Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 18,5 °C en een spreiding van ΔT = 3 K (17 °C/20 °C)* da x s di V/l Q W
m kg/h
-50 -100 -150 -200 -250 -300 -350 -400 -450 -500 -550 -600 -650 -700 -750 -800 -850 -900 -950 -1000 -1050 -1100 -1150 -1200 -1250 -1300 -1350 -1400 -1450 -1500 -1550 -1600 -1650 -1700 -1750 -1800 -1850 -1900 -1950 -2000 -2050 -2100 -2150 -2200 -2250 -2300 -2350 -2400 -2450 -2500
14 29 43 57 72 86 100 115 129 144 158 172 187 201 215 230 244 258 273 287 301 316 330 344 359 373 388 402 416 431 445 459 474 488 502 517 531 545 560 574 589 603 617 632 646 660 675 689 703 718
14 x 2 mm 10 mm 0,08 l/m v m/s
R Pa/m
0,05 0,10 0,15 0,20 0,25 0,31 0,36 0,41 0,46 0,51 0,56 0,61 0,66 0,71 0,76 0,81 0,86 0,92 0,97 1,02
11 33 64 103 149 203 264 332 405 485 572 664 762 866 975 1090 1211 1337 1468 1605
16 x 2 mm 12 mm 0,11 l/m v m/s
R Pa/m
0,04 0,07 0,11 0,14 0,18 0,21 0,25 0,28 0,32 0,35 0,39 0,42 0,46 0,49 0,53 0,57 0,60 0,64 0,67 0,71 0,74 0,78 0,81 0,85 0,88 0,92 0,95 0,99 1,02
5 14 27 44 64 86 112 141 172 206 242 281 322 366 412 460 511 564 619 677 736 798 862 928 996 1067 1139 1213 1290
18 x 2 mm 14 mm 0,15 l/m v m/s
R Pa/m
0,03 0,05 0,08 0,10 0,13 0,16 0,18 0,21 0,23 0,26 0,29 0,31 0,34 0,36 0,39 0,42 0,44 0,47 0,49 0,52 0,54 0,57 0,60 0,62 0,65 0,67 0,70 0,73 0,75 0,78 0,80 0,83 0,86 0,88 0,91 0,93 0,96 0,99 1,01 1,04 1,06 1,09 1,12 1,14 1,17 1,19 1,22 1,25 1,27 1,30
2 7 13 21 31 42 54 68 83 100 117 136 156 177 199 222 247 272 299 326 355 385 416 447 480 514 549 584 621 659 697 737 778 819 862 905 949 994 1040 1088 1135 1184 1234 1285 1336 1389 1442 1496 1551 1607
* Er moet rekening worden gehouden met mogelijke condensvorming. Indien nodig moeten passende maatregelen worden genomen om het condenswater af te voeren. Bij onvoldoende voorgeïsoleerde koudwaterleidingen kan vorming van condenswater ontstaan op het oppervlak van de isolatielaag en kunnen ongeschikte materialen met vocht worden doortrokken. Daarom moeten geslotencellige of vergelijkbare materialen met een hoge waterdampdiffusieweerstand worden gebruikt. Alle stoot-, snij-, naad- en eindplaatsen moeten waterdampdicht worden gesloten. Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
65
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 18,5 °C en een spreiding van ΔT = 3 K (17 °C/20 °C)* da x s di V/l Q W
m kg/h
-200 -400 -600 -800 -1000 -1200 -1400 -1600 -1800 -2000 -2200 -2400 -2600 -2800 -3000 -3200 -3400 -3600 -3800 -4000 -4200 -4400 -4600 -4800 -5000 -5200 -5400 -5600 -5800 -6000 -6200 -6400 -6600 -6800 -7000 -7200 -7400 -7600 -7800 -8000 -8200 -8400 -8600 -8800 -9000 -9200 -9400 -9600 -9800 -10000
57 115 172 230 287 344 402 459 517 574 632 689 746 804 861 919 976 1033 1091 1148 1206 1263 1321 1378 1435 1493 1550 1608 1665 1722 1780 1837 1895 1952 2010 2067 2124 2182 2239 2297 2354 2411 2469 2526 2584 2641 2699 2756 2813 2871
20 x 2,25 mm 15,5 mm 0,19 l/m v R m/s Pa/m
25 x 2,5 mm 20 mm 0,31 l/m v R m/s Pa/m
32 x 3 mm 26 mm 0,53 l/m v m/s
R Pa/m
0,08 0,17 0,25 0,34 0,42 0,51 0,59 0,68 0,76 0,85 0,93 1,02
0,05 0,10 0,15 0,20 0,25 0,31 0,36 0,41 0,46 0,51 0,56 0,61 0,66 0,71 0,76 0,81 0,86 0,92 0,97 1,02 1,07 1,12 1,17 1,22 1,27 1,32 1,37 1,42 1,47 1,53
0,03 0,06 0,09 0,12 0,15 0,18 0,21 0,24 0,27 0,30 0,33 0,36 0,39 0,42 0,45 0,48 0,51 0,54 0,57 0,60 0,63 0,66 0,69 0,72 0,75 0,78 0,81 0,84 0,87 0,90 0,93 0,96 0,99 1,02 1,05 1,08 1,11 1,14 1,17 1,20 1,23 1,26 1,29 1,32 1,35 1,38 1,41 1,44 1,47 1,50
1 4 7 12 18 24 31 39 48 58 68 79 91 104 117 131 145 161 177 193 210 228 247 266 285 306 327 348 370 393 417 440 465 490 516 542 569 596 624 653 682 712 742 773 804 836 868 901 935 969
13 42 84 138 202 276 361 455 558 671 792 922
4 13 25 41 61 83 108 136 167 200 236 275 316 360 406 454 505 559 614 672 732 794 859 926 995 1066 1139 1215 1293 1372
* Er moet rekening worden gehouden met mogelijke condensvorming. Indien nodig moeten passende maatregelen worden genomen om het condenswater af te voeren. Bij onvoldoende voorgeïsoleerde koudwaterleidingen kan vorming van condenswater ontstaan op het oppervlak van de isolatielaag en kunnen ongeschikte materialen met vocht worden doortrokken. Daarom moeten geslotencellige of vergelijkbare materialen met een hoge waterdampdiffusieweerstand worden gebruikt. Alle stoot-, snij-, naad- en eindplaatsen moeten waterdampdicht worden gesloten. Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
66
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 18,5 °C en een spreiding van ΔT = 3 K (17 °C/20 °C)* da x s di V/l Q W
m kg/h
-2000 -3000 -4000 -5000 -6000 -7000 -8000 -9000 -10000 -11000 -12000 -13000 -14000 -15000 -16000 -17000 -18000 -19000 -20000 -21000 -22000 -23000 -24000 -25000 -26000 -27000 -28000 -29000 -30000 -31000 -32000 -33000 -34000 -35000 -36000 -37000 -38000 -39000 -40000 -41000 -42000 -43000 -44000 -45000 -46000 -47000 -48000 -49000 -50000 -51000
574 861 1148 1435 1722 2010 2297 2584 2871 3158 3445 3732 4019 4306 4593 4880 5167 5455 5742 6029 6316 6603 6890 7177 7464 7751 8038 8325 8612 8900 9187 9474 9761 10048 10335 10622 10909 11196 11483 11770 12057 12344 12632 12919 13206 13493 13780 14067 14354 14641
40 x 4 mm 32 mm 0,80 l/m v m/s
R Pa/m
0,20 0,30 0,40 0,50 0,60 0,70 0,79 0,89 0,99 1,09 1,19 1,29 1,39 1,49 1,59
22 44 72 106 146 192 243 299 360 426 497 572 653 738 828
50 x 4,5 mm 41 mm 1,32 l/m v R m/s Pa/m
63 x 6 mm 51 mm 2,04 l/m v m/s
R Pa/m
0,12 0,18 0,24 0,30 0,36 0,42 0,48 0,54 0,61 0,67 0,73 0,79 0,85 0,91 0,97 1,03 1,09 1,15 1,21 1,27 1,33 1,39 1,45 1,51
0,08 0,12 0,16 0,20 0,23 0,27 0,31 0,35 0,39 0,43 0,47 0,51 0,55 0,59 0,63 0,66 0,70 0,74 0,78 0,82 0,86 0,90 0,94 0,98 1,02 1,06 1,10 1,13 1,17 1,21 1,25 1,29 1,33 1,37 1,41 1,45 1,49 1,53 1,56 1,60 1,64 1,68 1,72 1,76 1,80 1,84 1,88 1,92 1,96 1,99
2 5 8 12 16 21 26 33 39 46 54 62 71 80 89 100 110 121 133 145 157 170 183 197 211 226 241 257 273 289 306 323 341 359 378 397 416 436 456 476 497 519 541 563 585 608 632 656 680 704
7 14 22 33 45 59 75 92 110 131 152 175 200 226 253 282 312 344 376 411 446 483 521 560
* Er moet rekening worden gehouden met mogelijke condensvorming. Indien nodig moeten passende maatregelen worden genomen om het condenswater af te voeren. Bij onvoldoende voorgeïsoleerde koudwaterleidingen kan vorming van condenswater ontstaan op het oppervlak van de isolatielaag en kunnen ongeschikte materialen met vocht worden doortrokken. Daarom moeten geslotencellige of vergelijkbare materialen met een hoge waterdampdiffusieweerstand worden gebruikt. Alle stoot-, snij-, naad- en eindplaatsen moeten waterdampdicht worden gesloten. Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
67
Drukverschil door leidingweerstand voor water, afhankelijk van warmte- dan wel massastroom bij gemiddelde watertemperatuur van 18,5 °C en een spreiding van ΔT = 3 K (17 °C/20 °C)* da x s di V/l Q W
m kg/h
-8000 -10000 -12000 -14000 -16000 -18000 -20000 -22000 -24000 -26000 -28000 -30000 -32000 -34000 -36000 -38000 -40000 -42000 -44000 -46000 -48000 -50000 -52000 -54000 -56000 -58000 -60000 -62000 -64000 -66000 -68000 -70000 -75000 -80000 -85000 -90000 -95000 -100000 -105000 -110000 -115000 -120000 -125000 -130000 -135000 -140000 -145000 -150000 -155000 -160000
2297 2871 3445 4019 4593 5167 5742 6316 6890 7464 8038 8612 9187 9761 10335 10909 11483 12057 12632 13206 13780 14354 14928 15502 16077 16651 17225 17799 18373 18947 19522 20096 21531 22967 24402 25837 27273 28708 30144 31579 33014 34450 35885 37321 38756 40191 41627 43062 44498 45933
75 x 7,5 mm 60 mm 2,83 l/m v R m/s Pa/m
90 x 8,5 mm 73 mm 4,18 l/m v R m/s Pa/m
110 x 10 mm 90 mm 6,36 l/m v R m/s Pa/m
0,23 0,28 0,34 0,40 0,45 0,51 0,57 0,62 0,68 0,73 0,79 0,85 0,90 0,96 1,02 1,07 1,13 1,19 1,24 1,30 1,36 1,41 1,47 1,53 1,58 1,64 1,70 1,75 1,81 1,86 1,92 1,98 2,12
0,15 0,19 0,23 0,27 0,31 0,34 0,38 0,42 0,46 0,50 0,53 0,57 0,61 0,65 0,69 0,73 0,76 0,80 0,84 0,88 0,92 0,95 0,99 1,03 1,07 1,11 1,15 1,18 1,22 1,26 1,30 1,34 1,43 1,53 1,62 1,72 1,81 1,91 2,00
0,10 0,13 0,15 0,18 0,20 0,23 0,25 0,28 0,30 0,33 0,35 0,38 0,40 0,43 0,45 0,48 0,50 0,53 0,55 0,58 0,60 0,63 0,65 0,68 0,70 0,73 0,75 0,78 0,80 0,83 0,85 0,88 0,94 1,00 1,07 1,13 1,19 1,26 1,32 1,38 1,44 1,51 1,57 1,63 1,70 1,76 1,82 1,88 1,95 2,01
12 18 25 33 41 51 61 72 84 97 111 125 141 157 174 191 209 228 248 269 290 312 335 358 382 407 432 459 485 513 541 570 645
5 7 10 13 16 20 24 28 33 38 44 49 55 61 68 75 82 89 97 105 113 122 131 140 149 159 169 179 190 200 211 223 252 283 315 349 385 422 461
2 3 4 5 6 7 9 10 12 14 16 18 20 23 25 28 30 33 36 39 42 45 48 51 55 58 62 66 70 74 78 82 92 104 116 128 141 155 169 183 199 215 231 248 265 283 302 321 340 360
* Er moet rekening worden gehouden met mogelijke condensvorming. Indien nodig moeten passende maatregelen worden genomen om het condenswater af te voeren. Bij onvoldoende voorgeïsoleerde koudwaterleidingen kan vorming van condenswater ontstaan op het oppervlak van de isolatielaag en kunnen ongeschikte materialen met vocht worden doortrokken. Daarom moeten geslotencellige of vergelijkbare materialen met een hoge waterdampdiffusieweerstand worden gebruikt. Alle stoot-, snij-, naad- en eindplaatsen moeten waterdampdicht worden gesloten. Q = vermogen in Watt v = stromingssnelheid in meter/seconde R = drukverschil door leidingweerstand in Pascal/Meter (100 Pa = 1 hPa = 1 mbar, 1 hPa ~ 10 mm WS)
68
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Berekeningsvoorbeeld De keuze van de betreffende leidingafmeting richt zich naar de vereiste massastroom (volumestroom) voor het betreffende deeltraject. Afhankelijk van de afmeting van de leiding da x s veranderen de stromingssnelheid en het drukverlies door leidingweerstand R. Wanneer de leiding te klein wordt berekend, stijgt de stromingssnelheid v en het drukverlies door leidingweerstand R. Dit leidt tot hogere stromingsgeluiden en tot een groter stroomverbruik van de circulatiepomp.
Daarbij moeten de richtwaarden voor de stromingssnelheid worden aangehouden.
Daarom raden wij aan om bij het ontwerp van het leidingnet de volgende snelheidsrichtwaarden niet te overschrijden: radiatoraansluitleiding ≤ 0,3 m/s verwarmingsverdeelleidingen: ≤ 0,5 m/s verwarmingsstijg- en kelderleidingen: ≤ 1,0 m/s
In de volgende tabellen is, met inachtneming van de maximale stromingssnelheid, afhankelijk van de leidingsoort, de spreiding ΔT en de leidingafmeting da x s, het maximaal overdraagbare warmtevermogen QN vermeld.
Het leidingnet dient zodanig te worden ontworpen, dat de stromingssnelheid vanaf de verwarmingsketel tot aan de verst verwijderde radiator gelijkmatig afneemt.
Radiatoraansluitleiding ≤ 0,3 m/s Leiding da x s [mm]
14 x 2
16 x 2
18 x 2
20 x 2,25
25 x 2,5
32 x 3
Massastroom m ˙ (kg/h) Warmtevermogen QN (W) bij Δ T = 5 K Warmtevermogen QN (W) bij Δ T = 10 K Warmtevermogen QN (W) bij Δ T = 15 K Warmtevermogen QN (W) bij Δ T = 20 K Warmtevermogen QN (W) bij Δ T = 25 K
85 493 986 1479 1972 2465
122 710 1420 2130 2840 3550
166 966 1933 2899 3865 4832
204 1185 2369 3554 4738 5923
339 1972 3944 5916 7889 9861
573 3333 6666 9999 13332 16665
Verwarmingsverdeelleidingen: ≤ 0,5 m/s Leiding da x s [mm]
14 x 2
16 x 2
18 x 2
20 x 2,25
25 x 2,5
32 x 3
40 x 4
Massastroom m ˙ (kg/h) Warmtevermogen QN (W) bij Δ T = 5 K Warmtevermogen QN (W) bij Δ T = 10 K Warmtevermogen QN (W) bij Δ T = 15 K Warmtevermogen QN (W) bij Δ T = 20 K Warmtevermogen QN (W) bij Δ T = 25 K
141 822 1643 2465 3287 4109
204 1183 2367 3550 4733 5916
277 1611 3221 4832 6442 8053
340 1974 3948 5923 7897 9871
565 3287 6574 9861 13148 16434
956 5555 11110 16665 22219 27774
1448 8414 16829 25243 33658 42072
Verwarmingsstijg- en zakleidingen: ≤ 1,0 m/s Leiding da x s [mm]
14 x 2
16 x 2
18 x 2
20 x 2,25
25 x 2,5
32 x 3
40 x 4
Massastroom m ˙ (kg/h) Warmtevermogen QN (W) bij Δ T = 5 K Warmtevermogen QN (W) bij Δ T = 10 K Warmtevermogen QN (W) bij Δ T = 15 K Warmtevermogen QN (W) bij Δ T = 20 K Warmtevermogen QN (W) bij Δ T = 25 K
283 1643 3287 4930 6574 8217
407 2367 4733 7100 9466 11833
554 3221 6442 9663 12885 16106
679 3948 7897 11845 15794 19742
1131 6574 13148 19721 26295 32869
1911 11110 22219 33329 44439 55548
2895 16829 33658 50487 67316 84144
Voorbeeld: berekening van de massastroom m (kg/h) m = QN/(cW x (tVL – tRL)) m = 1977 W/(1,163 Wh/(kg K) x (70 °C – 50 °C)) m = 85 kg/h
daarin: cW specifieke warmtecapaciteit CV-water ≈ 1,163 Wh/(kg x K) tVL aanvoertemperatuur in °C tRL retourtemperatuur in °C QN nominaal vermogen in W
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
De specifieke warmtecapaciteit van het CV-water wordt daarbij met cW ≈ 1,163 Wh/(kg x K) vastgesteld. Aanwijzing: bij systeemgebonden verwarmingscircuits (1-pijpsverwarming) moet rekening worden gehouden met de totale ringvolumestroom van alle radiatoren! 69
Aarding
Combinatie installaties
De DIN IEC 60364 ff. verlangt een aarding tussen alle soorten aardleidingen en de aanwezige „operationele” water, afvoerwater- en verwarmingsleidingen. Aangezien een Uponor meerlagenleiding niet voortdurend operationeel is, kan deze ook niet als aarding worden gebruikt en moet dus ook niet worden geaard.
Bij drinkwaterinstallaties met twee of meer metalen leidingsystemen moet, gezien in de stromingrichting, eerst het onedele en daarna het edele materiaal worden gebruikt, dat wil zeggen eerst bijvoorbeeld de verzinkte stalen leiding en dan de koperen leiding.
De aarding vindt plaats volgens de VDE richtlijn vanaf de te aarden bouwdelen direct aan de aardingsrail aan de in het ontwerp bestemde plaats. De installateur of bouwopzichter moet de opdrachtgever of de gevolmachtigde van de opdrachtgever erop wijzen, dat door een erkend elektricien wordt gecontroleerd of de installatie van Uponor de aanwezige elektrische beveiligings- en aardingsmaatregelen niet beïnvloed (VOB Deel C Algemene technische contractvoorwaarden ATV).
De Uponor meerlagenleiding is te combineren met metalen leidingen kunststofleidingsystemen. Het aanhouden van een bepaalde stromingsrichting van het drinkwater is, anders dan bij combinatie installaties met meerdere metalen, voor het Uponor systeem niet noodzakelijk.
Reparatie- of renovatiewerkzaamheden In de geschiedenis van Uponor is de Unipipe meerlagenleiding in verschillende varianten geleverd. Rode Unipipe F meerlagenleiding (PE-MD/AL/PE-MD) voor de vloerverwarmingsinstallatie Bruine Unipipe F meerlagenleiding (PE-X/AL/PE-X) voor de drinkwaterinstallatie Witte Unipipe F meerlagenleiding (PE-X/AL/PE-X) voor de verwarmingsinstallatie
Bestaande installatie
Drinkwater
Voor het geval dat installaties met oudere Unipipe meerlagenleidingen moeten worden uitgebreid of gerepareerd, biedt de Uponor MLC persreparatiekoppeling de mogelijkheid over te stappen op het actuele Uponor Unipipe meerlagenleidingsysteem. De reparatiekoppeling is verkrijgbaar in de afmetingen 25, 32 en 40 mm. De eenzijdig verlengde inwendige steunhuls van de koppeling vergemakkelijkt het verbinden van de leidinguiteinden ook bij beperkte ruimtelijke omstandigheden. Bovendien is bij de kleinere afmetingen tot 32 mm de overgang van bestaande installaties op nieuwe installaties ook met de composiet perskoppelingen of bij de afmetingen 25 mm met koppelingen in combinatie met dubbele nippels mogelijk. Bij de fittingen vanaf afmeting 50 mm kunnen de standaardfittingen met RVS-pershulzen worden gebruikt.
Nieuwe installatie Sinds 1997
Vloerverwarming Unipipe F (PE-MD/AL/PE-MD)
Sinds het begin van 1997 wordt de witte Uponor meerlagenleiding (PERT/AL/ PE-RT) voor alle toepassingen (sanitair-, verwarmings- en vloer- en wandverwarmingsinstallatie) geleverd.
Bij renovatie, uitbreiding of reparatie:
Unipipe S (PE-X/AL/PE-X) Verwarming
Drinkwaterinstallatie, verwarmingsinstallatie Uponor Unipipe MLC (PE-RT/AL/PE-RT)
Unipipe H (PE-X/AL/PE-X) Drinkwater, verwarming, vloerverwarming, wandverwarming Unipipe E (PE-RT/AL/PE-RT)
70
Voorbeeld: overgang met Uponor MLC persreparatiekoppeling
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Uitwendige corrosiebescherming van Uponor fittingen
Verwerkingsaanwijzingen schroefdraadverbindingen
Voor combinatie installaties met andere installatiesystemen bestaan om redenen van uitwendige corrosiebescherming geen beperkingen. De erkende technische voorschriften dienen in acht te worden genomen.
Schroefdraadafdichtingsmiddelen moeten voor het betreffende toepassingsgeval gecontroleerd en toegelaten zijn. Deze moeten worden gebruikt overeenkomstig de informatie van de fabrikant van het afdichtingsmiddel. Uponor MLC persfittingen mogen uitsluitend worden gecombineerd met standaard schroefdraden (DIN EN 10266).
Uit het oogpunt van corrosiebescherming van het oppervlak kunnen Uponor MLC fittingen direct in beton, dekvloer of onder pleisterwerk aangebracht worden. Er zijn echter bijkomende omstandigheden die in het algemeen bescherming van metallische verbindingen dan wel metallische componenten in het directe contact met bouwmaterialen vragen. Deze zijn in combinatie: permanente en/of duurzame doortrokkenheid met vocht en een pH-waarde groter dan 12,5. In deze situatie raden wij voor de Uponor MLC fittingen een geschikte ommanteling aan, bijvoorbeeld isolatieband of krimpmof of dergelijke. Onafhankelijk van de corrosiebeveiliging van de verbindingsdelen moet rekening gehouden worden met de wettelijke voorschriften en de daarop betrekking hebbende normen voor de betreffende toepassing met name tegen de achtergrond van warmte-isolatie en geluidsontkoppeling.
Het maken van de schroefdraadverbinding moet vóór het persen plaatsvinden, zodat de persfittingverbinding niet wordt belast. De schroefdraadverbindingen moeten vakkundig volgens de technische voorschriften worden uitgevoerd. Bij de verwerking van messing bouwdelen mag in het algemeen geen geweld worden gebruikt. Teveel schroefdraadafdichtmiddel (bijvoorbeeld teveel hennep) aan de schroefdraadverbindingen moet worden vermeden.
Met de volgende punten dient bij het maken van schroefdraadverbindingen rekening te worden gehouden. Door te stevig aantrekken van de schroefdraadverbinding bestaat het gevaar van beschadiging van het materiaal, er moet passend gereedschap worden gebruikt. De montagegereedschappen mogen voor het aanhalen van de verbinding niet worden verlengd (bijvoorbeeld door het aanbrengen van buizen). Alle gebruikte materialen en hulpstoffen (bijvoorbeeld afdicht-, montage- en reinigingsmiddelen) moeten vrij zijn van media die spanningscheurcorrosie veroorzaken (bijvoorbeeld ammoniak- of chloorhoudende verbindingen).
Let op! In het bereik van de drinkwaterinstallatie moeten door de DVGW toegelaten en gecertificeerde afdichtmiddelen (DVGW keuringsmerk) worden gebruikt.
Vóór het aanbrengen van de isolatie moet de voorgeschreven controle op lekkages worden uitgevoerd.
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
71
Montage- en installatierichtlijnen Het Uponor meerlagenleidingsysteem is samengesteld uit op de praktijk gerichte componenten die een eenvoudige en snelle montage
op de bouwplaats mogelijk maken. Uitvoerige informatie over de bediening en het werken met de Uponor gereedschappen alsmede gedetail-
leerde beschrijvingen van de leiding- en fittingmontage vindt u als bijlage bij de producten of onder www.uponor.nl of www.uponor.be.
Overzicht Uponor persgereedschap voor de drinkwater- en radiatorinstallatie* Voor de Uponor MLC persfittingen (composiet- en metalen fittingen) worden gekozen uit de volgende persmachines en persbekken dan wel inzetstukken: Uponor Unipipe meerlagenleiding da [mm]
14 16 18 20 25 32 40 50 63 75
– – – – – –
De Uponor persbekken zijn speciaal geconstrueerd voor gebruik in combinatie met de Uponor elektrischealsmede de Uponor accupersmachine. Verdere voor het Uponor meerlagenleidingsysteem vrijgegeven persmachinefabrikanten vindt u in de volgende compatibiliteitslijst.
– – – – – – – – – – De handperstang met de daarbij behorende inzetstukken is geschikt voor het persen van de afmetingen 14 tot 20 mm. De handperstang is een gunstig alternatief en een aanvulling op de elektrische persmachines. De handperstang en de accu-
– – – –
persmachines maken het mogelijk dat op de bouw onafhankelijk van het net worden gewerkt.
* Gereedschap voor de gas installatie, zie Uponor technische informatie MLC-G gas
72
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Compatibiliteitslijst Uponor persbekken/externe persmachines* Let op! Voor de gas installatie mogen alleen de Uponor MLC-G gas persgereedschappen worden gebruikt. Persmachines en persbekken van een andere fabrikant mogen voor de gas installatie met Uponor MLC niet gebruikt worden. Machinetype
Uponor persbek afmetingen
Benaming
Kenmerken
Type 14 tot 32
type 40 en 50
Type 63 en type 75
Viega „Alt“ Type 1 Viega „Neu“ Type 2
Typ 1 Type 2, serienummer beginnend met 96...; zijframe voor boutcontrole Type EFP 1; kop niet draaibaar Type EFP 2; kop draaibaar Type PWH – 40; zwarte huls over persbekopname Type PWH – 75; blauwe huls boven persbek opname ECO 1/ACO 1 AFP 201/EFP 201 ACO 201 Ridgid RP300 Viega PT2 H Ridgid RP300 B Viega PT3 AH Viega PT3 EH Ridgid RP 10B Ridgid RP 10S Romax Pressliner
ja
nee
nee
ja
nee
nee
ja
nee
nee
ja
nein
nee
ja
nee
nee
ja ja ja ja
nee ja ja ja
nee nee nee nee
ja
nee
nee
ja ja
ja ja
nee nee
ja
ja
nee
ja
ja
nee
ja
ja
nee
ja
ja
nee
Mannesmann „Alt“ Mannesmann „Alt“ Geberit „Alt“
Geberit „Neu“
Novopress Novopress Novopress Ridge Tool/Von Arx Ridge Tool/Von Arx Ridge Tool/Von Arx Ridge Tool/Von Arx Rothenberger
vanaf 01-02-2004 vanaf serienummer 010204999001
Rothenberger
Romax Pressliner ECO vanaf 01.02.2004 vanaf serienummer 010204999001
Rothenberger
Romax AC Eco vanaf 01.05.2004 vanaf serienummer 010504555001
Stand 09/2006
* Deze compatibiliteitslijst geldt voor gereedschappen bij de installatie van drinkwater- en radiatorinstallaties. Gereedschappen voor de gas installatie, zie technische info MLC-G gas.
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
73
Montage afmetingen Minimale leidinglengte vóór de montage tussen twee persfittingen Leidingafmeting da × s [mm]
Leidinglengte (L) in mm
14 × 2,0 16 × 2,0 18 × 2,0 20 × 2,25 25 × 2,5 32 × 3,0 40 × 4,0 50 × 4,5 63 × 6,0 75 x 7,5 90 × 8,5 110 × 10,0
min. 50 tenminste 50 tenminste 50 tenminste 55 tenminste 70 tenminste 70 tenminste 100 tenminste 100 tenminste 150 tenminste 150 tenminste 160 tenminste 160
Aanwijzing: alvorens in de fitting te steken moeten de leidinguiteinden (zie montagehandleiding) ontbraamd zijn.
Minimaal benodigde plaats voor het persproces met de persmachines (UP 75, UP 75 EL en Mini 32) Leidingafmeting da × s [mm]
Afmeting: A mm
Afmeting: B* mm
14 × 2,0 16 × 2,0 18 × 2,0 20 × 2,25 25 × 2,5 32 × 3,0 40 × 4,0 50 × 4,5 63 × 6,0 75 × 7,5
15 15 17 18 27 27 45 50 80 82
45 45 46 48 71 75 105 105 98 125
"
"
!
Leidingafmeting Afmeting: A Afmeting: B* Afmeting: C da × s [mm] mm mm mm 14 × 2,0 16 × 2,0 18 × 2,0 20 × 2,25 25 × 2,5 32 × 3,0 40 × 4,0 50 × 4,51) 63 × 6,0 75 × 7,5
30 30 30 32 49 50 55 60 80 82
88 88 89 90 105 110 115 135 125 125
30 30 30 32 49 50 60 60 75 82
" # !
* Bij dezelfde buitendiameter van de buizen.
74
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Minimale plaatsbehoefte voor het persproces met de handperstang Leidingafmeting Afmeting: X da × s [mm] [mm]
Afmeting: Y [mm]
Afmeting: Z* Afmeting: B [mm] [mm]
Afmeting: H [mm]
14 × 2,0 16 × 2,0 18 × 2,0 20 × 2,25
50 50 50 50
55 55 55 55
510 510 510 510
25 25 25 25
510 510 510 510
*Bij dezelfde buitendiameter van de buizen.
H
Z Y X
B
Montage volgens Z-maat Als basis voor een efficiënt ontwerp, werkvoorbereiding en prefabricage levert de Z-maatmethode voor de installateur aanzienlijke werkverlichtingen en besparingen op. Basis voor de Z-maat methode is het uniforme meten. Alle te maken tracés worden via de axiale lijn vastgelegd door van midden tot midden
(snijpunt van de axiale lijnen) te meten. (Voorbeeld: LR = LG - Z1 Z2.) Met behulp van de Z-maat gegevens van de Uponor MLC persfittingen kan de installateur snel en gemakkelijk op rekenkundige wijze de exacte leidinglengte tussen verbindingsdelen bepalen. Door nauwkeu-
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
rige vaststelling van het leidingtraject en coördinatie met architect, ontwerper en bouwleiding bij de voorbereidingen van de eigenlijke installatie kunnen grote delen van de installatie tegen geringe kosten geprefabriceerd worden (Z-maten zie artikellijst Uponor MLC meerlagenleidingsysteem onder www.uponor.nl of www.uponor.be).
75
Buigen van de Uponor Unipipe MLC leidingen De Uponor Unipipe meerlagenleidingen 14 x 2,0; 16 x 2,0; 18 x 2,0; 20 × 2,25; 25 × 2,5 en 32 × 3 mm kunnen met de hand, met de buigveer of met de buigtang worden gebogen. De minimale buigradius volgens de onderstaande tabel mogen niet worden onderschreden. Wanneer een Uponor Unipipe meerlagenleiding per ongeluk wordt geknikt of anderszins beschadigd, dan moet deze plaats onmiddellijk worden vervangen dan wel een Uponor pers- of schroefkoppeling worden ingebouwd.
Let op! Het warm buigen van de Uponor Unipipe meerlagenleiding met behulp van open vuur (bijvoorbeeld soldeervlam) of andere warmtebronnen (bijvoorbeeld heteluchtpistool, industrieföhn) is verboden! Het meerdere malen buigen op hetzelfde buigpunt is niet toegestaan!
Aanwijzing: in dit verband dient erop te worden gelet dat de minimale buigradius (bijvoorbeeld in het bereik tussen vloer en muur) niet wordt onderschreden. Wanneer de minimale buigradius wordt onderschreden, moet een overeenkomstig vormstuk (bijvoorbeeld een Uponor persknie 90°) worden ingebouwd.
Minimale buigradius Minimale buigradius in mm met de volgende hulpmiddelen: Leidingafmeting da × s [mm]
Buigradius met de hand [mm]
Buigradius met binnenbuigveer [mm]
Buigradius met buitenbuigveer [mm]
Buigradius met buigtang [mm]
14 × 2,0 16 × 2,0 18 × 2,0 20 × 2,25 25 × 2,5 32 × 3
(5 × da) 70 (5 × da) 80 (5 × da) 90 (5 × da) 100 (5 × da) 125 (5 × da) 160
(4 × da) 56 (4 × da) 64 (4 × da) 72 (4 × da) 80 (4 × da) 100 (4 × da) 128
(4 × da) 56 (4 × da) 64 (4 × da) 72 (4 × da) 80 (4 × da) 100 -
40 46 52 80 83 111
da = Buitendiameter s = Wanddikte
Via plafonduitsparingen en muurdoorvoeren gelegde leidingen mogen nooit over randen worden gebogen.
76
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Inachtneming van de thermische lengteverandering De thermische lengteveranderingen die op grond van wisselende gebruikstemperaturen ontstaan, moeten constructief bij de leidinginstallatie in acht genomen worden. Bij de lengteverandering spelen het temperatuurverschil Δt en de leidinglengte L een doorslaggevende rol. Bij alle montagevarianten, met name bij vrij beweeglijk geïnstalleerde leidingen zoals radiatoraansluitingen uit de vloer of uit de plint
evenals bij kelderverdeel- en stijgleidingen, moet de lengte uitzetting van de Uponor Unipipe MLC leidingen in aanmerking genomen worden om overmatige spanningen in het leidingmateriaal en schade aan de aansluitingen te voorkomen. Voor leidingen die in de muur onder het pleisterwerk worden ingemetseld of in de dekvloer worden ingebouwd, wordt de lengte uitzetting door de isolatie in het gebied van de richtingsverandering opgenomen.
De lengteverandering wordt aan de hand van de volgende vergelijking berekend: Δl = α × L × Δt Hierbij zijn: Δl: lengte uitzetting (mm) α: : lengte uitzettingscoëfficiënt (0,025 mm/(m × K)) L: leidinglengte (m) Δt: Temperatuurverschi (K)
90
Δt = 70K
80 Δt = 60K
Δ l = uitzetting [mm]
70 Δt = 50K
60 50
Δt = 40K
40
Δt = 30K
30
Δt = 20K
20 Δt = 10K
10 0 0
20
10
40
30
50
Leidinglengte [m]
Kelderverdeel- en stijgleidingen
Uponor Unipipe meerlagenleidingen mogen niet star tussen twee vaste punten worden ingebouwd. De lengteverandering van de leidingen moet steeds opgenomen en/of gestuurd kunnen worden.
uitzettingscompensatie krijgen. Daartoe is de kennis van de positie van alle vaste punten nodig. Er Δ
wordt steeds gecompenseerd tussen twee vaste punten (FP) en richtingswijzigingen (buigbeen BS). L
L
Expansiebeen BS
Bij het ontwerpen en installeren van kelderverdeel- en stijgleidingen met het Uponor Unipipe meerlagenleidingsysteem moeten naast de bouwtechnische eisen ook de thermisch gebonden lengte uitzettingen in aanmerking worden genomen.
Vast punt (FP)
Glijklem (GS) Buigbeen
Vrij gelegde Uponor Unipipe meerlagenleidingen, die volledig aan een warmte uitzetting zijn blootgesteld, moeten een overeenkomstige TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Vast punt (FP)
77
Bepaling van de buigbeenlengte Grafische bepaling van de vereiste buigbeenlengte da = 14 16 18 20
25
32
40
50
63
75
50 45 L = lengte expansiebeen [m]
40
90
35 110 mm
30 25 20 15 10 5
80
70
60
50
40
30
20
10
0
500
0
Δt = temperatuuverschil [K]
1000
1500
2000
2500
BS = buigbeenlengte [mm]
Afleesvoorbeeld
Berekeningsformule
Installatietemperatuur: Bedrijfstemperatuur: Temperatuurverschil ΔT: Lengte expansiebeen: Leidingafmeting da × s: Vereiste buigbeenlengte BS:
BS = k x da x (Δt x α x L)
20 °C 60 °C 40 K 25 m 32 × 3 mm ca. 850 mm
da = buitendiameter leiding in mm L = lengte expansiebeen in m BS = buigbeenlengte in mm α = lengte uitzettingscoëfficiënt (0,025 mm/(m × K)) Δt = Temperatuurverschil in K k = 30 (materiaalconstante)
Bevestigingstechniek Aansluitingen van appendages en apparaten alsmede aansluitingen van meet- en regelinrichtingen dienen torsieveilig te worden uitgevoerd.
richtingsverandering van de leiding worden opgenomen. Wanneer de Uponor Unipipe meerlagenleidingen aan het plafond met leidingklemmen vrij worden geïnstalleerd, moeten geen draagbakken worden gebruikt. De volgende tabel toont de maximale bevestigingsafstand “L” tussen de afzonderlijke leidingklemmen voor de verschillende leidingafmetingen.
Alle leidingen moeten zodanig worden uitgevoerd dat de thermische lengteverandering (verwarming en afkoeling) niet wordt belemmerd. De lengteverandering kan tussen twee vaste punten door expansiebochten, compensatoren of door
L
78
L
L
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Leidingafmeting da x s [mm]
14 × 2,0 16 × 2,0 18 × 2,0 20 × 2,25 25 × 2,5 32 × 3,0 40 × 4,0 50 × 4,5 63 × 6,0 75 × 7,5 90 × 8,5 110 × 10,0
Maximale bevestigingsafstand tussen de leidingklemmen L Horizontaal Op rol [m] Op lengte [m]
Verticaal [m]
Leidinggewicht met 10 °C watervulling/zonder isolatie Rol Lengte [kg/m] [kg/m]
1,20 1,20 1,20 1,30 1,50 1,60 -
1,70 1,70 1,70 1,70 2,00 2,10 2,20 2,60 2,85 3,10 3,10 3,10
0,168 0,218 0,278 0,338 0,529 0,854 -
Aard en afstanden van de leidingbevestiging zijn afhankelijk van druk, temperatuur en medium. Het ontwerp van de leidingbevestigingen dient volgens het totale gewicht (leidinggewicht + gewicht van het medium + gewicht van de isolatie) vakkundig volgens de technische voorschriften te worden uitgevoerd. Aanbevolen wordt om de leidingbevestigingen zo veel mogelijk in de buurt van de vorm- en verbindingsstukken te plaatsen.
Installatie van leidingen op de ruwe vloer Bij het leggen van leidingen op de ruwbetonvloer moeten de algemeen erkende technische voorschriften worden aangehouden. De contactgeluidisolatie dient overeenkomstig de norm DIN 4109 „Contactgeluid in de bouwtechniek” te worden uitgevoerd. De isolatievoorschriften volgens het Energiebesparingsbesluit EnEV en volgens de Technische voorschriften voor drinkwaterinstallaties (TRWI) DIN 1988-2 moeten worden nageleefd. Bovendien moet rekening gehouden worden met de thermische beweegbaarheid van leidingen bij thermische uitzetting (zie hoofdstuk “Thermische lengteverandering”).
1,60 1,60 1,60 1,80 1,80 2,00 2,00 2,20 2,40 2,40 2,40
Wanneer dekvloeren op isolatielagen worden aangebracht (zwevende dekvloer), dient vooral de DIN 18560-2 „Dekvloeren in de bouw“ in aanmerking genomen te worden. In de DIN 18560-2: 2004-04 wordt hierover het volgende (punt 4.1 Dragende ondergrond) vermeld: De dragende ondergrond moet voor de opname van de zwevende dekvloer voldoende droog zijn en een egaal oppervlak vertonen. Vlakheid en toleranties moeten voldoen aan de DIN 18202. Er mogen geen puntvormige verhogingen, leidingen of iets dergelijks te zien zijn, die zouden kunnen leiden tot geluidsbruggen en/ of schommelingen in de dikte van de dekvloer. Voor warme dekvloeren van montage elementen moeten bovendien de bijzondere eisen van de fabrikant aan de vlakheid van de dragende ondergrond in aanmerking worden genomen. Indien leidingen op de dragende ondergrond zijn geïnstalleerd, moeten zij gefixeerd zijn. Door een egalisatie dient weer een vlakke ondergrond te worden gevormd voor de opname van de isolatielaag, tenminste van de contactgeluidisolatie. De daartoe noodzakelijke constructie hoogte moet ingepland zijn.
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
0,231 0,287 0,368 0,557 0,854 1,310 2,062 3,265 4,615 6,741 9,987
Egaliseerlagen moeten in ingebouwde toestand een gebonden vorm vertonen. Stortingen mogen worden toegepast, wanneer hun bruikbaarheid is aangetoond. Drukbelastbare isolatiematerialen mogen als egaliseerlagen worden toegepast. Afdichtingen tegen bodemvochtigheid en niet drukkend water moeten door de bouwontwerper worden vastgelegd en vóór het aanbrengen van de dekvloer worden aangebracht (zie DIN 18195-4 en DIN 18195-5).” De installatie van de Uponor Unipipe meerlagenleidingen en andere installaties op de ruwbetonvloer moeten zoveel mogelijk zonder kruisingen, rechtlijnig en evenwijdig aan as en muur worden uitgevoerd. Het maken van een installatie ontwerp vóór de inbouw van leidingtracés en andere installaties vergemakkelijkt de installatie.
79
Bevestigingsafstanden bij de leidinginstallatie op de ruwbetonvloer
80
30
30 Bij de installatie van Uponor Unipipe meerlagenleidingen op de ruwbetonvloer wordt een bevestigingsafstand van 80 cm aanbevolen. Vóór en na iedere bocht moet op een afstand van 30 cm een bevestiging worden geplaatst. Leidingkruisingen moeten worden gefixeerd. De bevestigingen worden uitgevoerd met kunststof plughaken voor de afzonderlijke of dubbele leidingbevestiging.
80
80 Bij de toepassing van montageband als bevestiging moet erop worden gelet, dat de Uponor Unipipe MLC leiding met/zonder mantelbuis of isolatie vrij beweegbaar blijft. Wanneer de leiding vast wordt gefixeerd, kunnen bij warmte uitzetting van de leiding geluiden ontstaan. Als het Uponor meerlagenleidingsysteem direct in de dekvloer wordt gelegd, moeten de fittingen met passende maatregelen tegen corrosie worden beschermd.
Over de bouwvoegen moeten ook in de isolatielaag en in de dekvloer voegen worden aangebracht (dilatatievoegen) om beschadiging aan de dekvloer en vloerbedekkingen te voorkomen. Uponor Unipipe MLC leidingen, die bouwvoegen kruisen, moeten in het bereik van de voegen tenminste worden ommanteld met in de lengte doorgesneden voegmantelbuis (iedere zijde van de dilatatievoeg 20 cm).
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Installatie onder gietasfalt Gietasfalt wordt met een temperatuur van maximaal 260 °C opgebracht. Daarom moeten de Uponor Unipipe meerlagenleidingen en alle andere temperatuurgevoelige kunststofdelen worden beschermd. De bij het Uponor systeem behorende randisolatiestrook is voor het inbrengen van het gietasfalt niet toegestaan. Voor dit toepassingsgeval zijn er speciale asfaltbestendige randisolatiestroken van steenwol, die op de bouw verkrijgbaar zijn. Het Uponor systeem met inachtneming van de volgende voorzorgsmaatregelen kan zonder bezwaar in combinatie met gietasfalt worden toegepast. De niet geïsoleerde Uponor Unipipe meerlagenleiding moet tenminste in een mantelbuis worden geïnstalleerd. Om aan de eisen van de DIN 1988 en het Energiebesparingsbesluit (EnEV) te voldoen, moet de toepassing van de voorgeïsoleerde Uponor Unipipe meerlagenleiding worden aanbevolen. Het leidingsysteem moet met koud water worden gevuld en onder druk worden gezet om eventuele beschadiging bij het inbrengen van het gietasfalt te kunnen constateren.
Let op: het koude water moet continu door de leiding circuleren om een eventuele beschadiging bij het inbrengen van het gietasfalt te kunnen constateren.
gietasfaltbestendige randisolatiestrook gietasfalt overlappen geïnstalleerd golfkarton of wolviltkarton gietasfaltbestendige steenwolplaten egaliseerlaag gebonden storting ruwbetonvloer (voor)geïsoleerde Uponor Unipipe MLC leiding
De inbouw van een gietasfaltdekvloer over Uponor leidingen plaatsvinden met inachtneming van de volgende vloeropbouw (van beneden naar boven): Ruwbetonvloer, daarop geïnstalleerde Uponor Unipipe MLC leiding in mantelbuis of voorgeïsoleerde Uponor Unipipe meerlagenleiding. Perlite-storting als egaliseerlaag tot bovenkant mantelbuis of leidingisolatie. Steenwolmat (geschikt voor gietasfalt) van minimaal 20 mm dikte, WLG 040. Gietasfalt, inbrengtemperatuur circa 260 °C.
Systeemcomponenten (leidingen en fittingen) die met gietasfalt in contact kunnen komen (bijvoorbeeld in het gebied van de doorvoer onder een radiator), moeten worden ommanteld met 50 % isolatie (dikte minimaal 20 mm) van de brandwerendheidsklasse A1 (niet brandbaar) volgens DIN 4102 (bijvoorbeeld met Rockwool isolatieschaal RS 835/Conlit 150 P/U). De onbrandbare isolatie moet de Uponor Unipipe meerlagenleiding en de Uponor fittingen volledig omsluiten. De stootkanten van de isolatieschalen en de overgang van de hittebestendige warmte- en contactgeluidisolatie (geschikt voor gietasfalt) naar de onbrandbare leidingisolatie moeten worden afgeplakt met een temperatuurbestendige plakband (bijvoorbeeld aluminium plakband).
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
De isolatieschalen en de leiding kunnen alternatief ook met binddraad worden gefixeerd. Deze maatregelen beschermen het Uponor meerlagenleidingsysteem tegen warmtestraling en tegen direct contact met het gietasfalt. Uit de vloer stekende leidingdelen moeten worden beschermd tegen direct contact met het gietasfalt dan wel tegen de warmtestraling. Na het uitharden en afkoelen van het gietasfalt wordt de steenwol in het zichtbare bereik van de Uponor Unipipe meerlagenleiding of van de radiatoraansluiting verwijderd. Voor een keurige afsluiting wordt het gebruik van een vloerrozet aanbevolen.
Let op: in ieder geval moet worden gewaarborgd dat de Uponor meerlagenleiding niet met het gietasfalt in contact komt. Door de beschreven beschermingsmaatregelen moet worden gegarandeerd, dat de maximumtemperatuur aan het leidingoppervlak niet hoger wordt dan 95 °C. In het algemeen gelden hierbij de DIN 18560 “Dekvloeren in de bouw”, de informatie van de fabrikant van het gietasfalt, de zorgvuldigheidverplichting van de inbrenger van het gietasfalt, de DIN 4109 “Geluidsisolatie in de bouwtechniek” alsmede de erkende technische voorschriften.
81
Transport-, opslag- en verwerkingsvoorwaarden
82
Algemeen
Verwerkingstemperaturen
Uponor fittingen
Het Uponor meerlagenleidingsysteem is zodanig ontworpen, dat bij reglementair werken een maximum aan systeemveiligheid wordt bereikt. Alle componenten van het systeem dienen zodanig getransporteerd, opgeslagen en verwerkt te worden, dat een correcte functie van de installatie is gewaarborgd. De systeemcomponenten moeten systeemconform worden opgeslagen teneinde verwisselingen met componenten van andere toepassingsgebieden te voorkomen. Als aanvulling op de volgende aanwijzingen moeten de instructies in de betreffende montagehandleidingen van de afzonderlijke systeemcomponenten en gereedschappen in acht genomen worden.
De toegestane verwerkingstemperatuur voor het Uponor meerlagenleidingsysteem (leidingen en fittingen) ligt tussen -10 °C en +40 °C. De toegestane temperatuurbereiken voor de persgereedschappen zijn vermeld in de betreffende bedrijfs- en bedieningshandleidingen van de apparaten.
Met de Uponor fittingen mogen niet worden gegooid of anderszins onvakkundig worden behandeld. De fittingen moeten tot aan de verwerking in de originele verpakking bewaard worden om beschadigingen en verontreinigingen te voorkomen. Beschadigde fittingen en/of fittingen met beschadigde O-ringen mogen niet worden verwerkt.
Uponor Unipipe meerlagenleidingen De leidingen dienen tijdens transport, opslag en verwerking te worden beschermd tegen mechanische beschadigingen, verontreinigingen en directe zonnestraling (UV-straling). Om die reden moeten de leidingen tot aan de verwerking zoveel mogelijk worden bewaard in de originele verpakking. Dat geldt eveneens voor reststukken, die voor verdere bewerking zijn bestemd. De leidinguiteinden moeten tot aan de verwerking worden afgesloten om het binnendringen van vuil in de leidingen te voorkomen. Beschadigde, geknikte of vervormde leidingen mogen niet worden verwerkt. Kartonnen leidingdozen en leidingrollen kunnen tot een maximale hoogte van 2 m worden gestapeld. Leidingen op lengte moeten zodanig worden getransporteerd en opgeslagen, dat zij niet verbogen kunnen worden. De betreffende opslagvoorschriften moeten in acht genomen worden.
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
Notities:
TI MEERLAGENLEIDINGSYSTEEM TW/HKA 11/2007
83
Uponor – partner, pionier en marktleider De mogelijkheden van Uponor zijn omvangrijk. Deze reiken van vloerverwarming via drinkwaterinstallaties, radiatoraansluitingen tot aan concepten voor de civiele techniek en de milieu- en gemeentelijke techniek. Sinds de oprichting in Finland in 1965 heeft Uponor met nieuwe ontwikkelingen maatstaven aangelegd en deze voortdurend verder ontwikkeld. Ook u kunt in de toekomst op ons prestatievermogen in de drie bedrijfssectoren verwarmen/koelen, installatiesystemen en infrastructuur rekenen. Een nieuwe structurering, die tegelijk een unieke meerwaarde inhoudt – in het voordeel van onze klanten. Uponor. Simply more.
1022938 - 11/2007 – Wijzigingen, druk-en zetfouten voorbehouden
uw partner in klimaattechniek
Nathan Import/Export B.V. Postbus 1008 6920 BA Duiven Nederland T +31 (0)26-445 98 45 F +31 (0)26-445 93 73 E
[email protected] W www.nathan.nl Nathan Import/Export N.V.-S.A. Lozenberg 4 1932 Zaventem België T +32 (0)2 721 15 70 F +32 (0)2 725 35 53 E
[email protected] W www.nathan.be
Uponor Central Europe
Uponor GmbH Postfach 1641 97433 Hassfurt Germany T +49 (0)9521 690-0 F +49 (0)9521 690-105 W www.uponor.de E
[email protected] www.uponor.nl www.uponor.be