Utrechts Stedelijk Gymnasium
Informatieavond voor ouders van leerlingen in groep 8 26 november 2015
Inhoudsopgave
Voorwoord
blz. 3
Ondersteuning van eersteklassers op het USG
blz. 4/5
Klassieke vorming op het USG
blz. 6/7
Internationalisering: versterkt talenonderwijs (vto)
blz. 8/9
Internationalisering: ELOS
blz. 10
Homerusprogramma
blz. 11/13
Zorgteam en ondersteuning op het USG
blz. 14
2
26 november 2015
Beste ouders en verzorgers,
Hopelijk heeft u vanavond een goede indruk gekregen van het Utrechts Stedelijk Gymnasium. Wij hebben geprobeerd u een aansprekend en realistisch beeld te geven van onze school, de sfeer, het onderwijsaanbod en de begeleiding. De informatie van de verschillende keuzeonderdelen hebben wij in dit boekje gebundeld, dat uiteraard ook op de website staat. Wij nodigen u en uw kind graag uit voor ons Open Huis, zaterdag 23 januari 2016 van 10.00 tot 13.00 uur. Uw kind is ook van harte welkom op de Open Lesmiddag van woensdag 10 februari 2016, van 13.30 tot 15.30 uur. Na een korte centrale verwelkoming gaan de kinderen in groepen uiteen en volgen zij, onder begeleiding van leerling-mentoren, een aantal voorbeeldlessen. Wij wensen uw zoon of dochter veel succes met de schoolkeuze en een heel prettige laatste tijd op de basisschool. Mocht u of uw kind nog vragen hebben, aarzel dan niet contact met ons op te nemen (
[email protected]). Raadpleeg onze website voor actuele informatie: www.usgym.nl. U vindt daar onder andere de schoolgids. Tenslotte staat op de site natuurlijk ook informatie over aanmelding en toelating. Met vriendelijke groet,
Paula Mostert, Conrector onderbouw
3
Ondersteuning van eersteklassers op het USG Voor veel leerlingen is de overstap van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs een hele spannende tijd. Alles zal anders gaan: een ander gebouw, nieuwe docenten, nieuwe klasgenoten, andere vakken. Kortom, het overgrote deel van de nieuwe school is voor hen onbekend. Een goede opvang is dan ook essentieel. Wij trachten dat te realiseren door vlak voor de zomervakantie alle aanstaande leerlingen uit te nodigen om vast kennis te komen maken met het gebouw, de klasgenoten en de mentor. Na de zomervakantie starten de leerlingen met een introductiedag. Op deze dag neemt de mentor de gang van zaken op het USG met de nieuwe leerlingen door. Hij/zij wordt geassisteerd door vier leerling-mentoren. Dit zijn vijfdeklassers die het hele jaar de nieuwe leerlingen zullen helpen. Deze leerling-mentoren worden betrokken bij de begeleiding omdat zij uit eigen ervaring weten hoe het is om eersteklasser te zijn. Naast de begeleiding worden ze ook ingezet bij verschillende klassenactiviteiten (bijv. de Sinterklaasviering) zodat zij de leerlingen goed kunnen leren kennen. Gedurende het hele jaar zijn er twee lesuren in de week waarin de klas aan de slag blijft om dat eerste jaar zo goed mogelijk door te komen. Het ene lesuur wordt gebruikt voor studieles en het andere voor mentorles. Tijdens de studieles wordt er aan de leervaardigheden gewerkt: hoe moet de agenda worden ingevuld, hoe plan je op een juiste manier en hoe leer je leren. Het studievaardighedenboekje dat hiervoor gebruikt wordt is door het onderbouwteam van mentoren zelf ontwikkeld en daardoor specifiek gericht op leerlingen van het USG. De leerling-mentoren zijn in dit uur regelmatig aanwezig en zullen in groepjes met de leerlingen aan het werk gaan. Tijdens de mentorles wordt er gewerkt aan alles wat te maken heeft met de sfeer in de klas, omgang met elkaar, hoe gaat het bij de verschillende docenten e.d. Sociale vaardigheden worden hierin benadrukt. Persoonlijke gesprekken met de mentor kunnen ook tijdens dit uur plaatsvinden. Als een mentor merkt dat een leerling meer hulp/steun nodig heeft dan de mentor zelf kan bieden wordt deze leerling intern doorverwezen naar het ondersteuningsteam (zie elders in dit boekje). Om snel een juiste indruk te krijgen van onze leerlingen wordt rond de herfstvakantie een aantal tests afgenomen waarin gekeken wordt naar de motivatie, de intelligentie op verschillende gebieden en het welbevinden van de leerlingen. De uitkomsten van deze tests worden door een specialist van het CBO (centrum voor begaafdheidsonderzoek, Radboud Universiteit) besproken met de mentor van elke klas zodat er hulp op maat geboden kan worden aan de leerlingen die dat nodig hebben. Gedurende het eerste jaar organiseert de school een aantal activiteiten, speciaal voor de brugklas: Eind september gaan alle brugklasleerlingen vier dagen op werkweek naar Terschelling. In deze dagen leren alle leerlingen van de verschillende klassen elkaar beter kennen. Bovendien maken de kinderen kennis met het eiland vanuit biologisch oogpunt, maar ook vanuit het oogpunt van aardrijkskunde en geschiedenis. Uiteraard wordt er ook een aantal sportieve activiteiten gedaan. 4
In het voorjaar wordt een apart brugklasfeest georganiseerd. Daarbij zijn geen andere leerlingen toegestaan dan onze eigen brugklasleerlingen, met uitzondering van de leerlingmentoren. Het jaar wordt afgesloten met een vakantiebeurs waarbij ook ouders, broers en zusjes van harte welkom zijn. Ook wordt er afscheid genomen van de leerling-mentoren. Verder zijn in de loop van het schooljaar diverse activiteitendagen gepland. Het programma van deze dagen loopt uiteen van excursies naar musea tot muziek. Ook voor ouders/verzorgers van nieuwe leerlingen is de overstap naar het USG spannend. In september wordt een plenaire ouderavond georganiseerd zodat ouders met elkaar en met docenten die de klas lesgeven kunnen kennismaken. De tweede ouderavond, ongeveer twee maanden later, is een avond waarop ouders apart met de mentor kunnen spreken. Verder is er in de loop van het schooljaar ook de mogelijkheid voor ouders/verzorgers om met een aantal van de vakdocenten te kunnen praten over de vorderingen van hun kind. Dit alles is bedoeld om bij uw zoon/dochter een basis te kunnen leggen voor een veilige, leuke en nuttige schooltijd.
5
Klassieke Vorming op het Utrechts Stedelijk Gymnasium Urenoverzicht verdeeld over zes leerjaren :
klas 1 4 uur Latijn /Grieks
klas 2 3 uur Latijn
klas 3
klas 4
3 uur Latijn
3 uur Grieks
3 uur Grieks
2 KCV themadagen
1 KCV themadag
Trierreis
Totaal per week: 4 uur klassieke vorming
Totaal per week: 6 uur klassieke vorming
Totaal per week: 6 uur klassieke vorming
klas 5
klas 6
4 uur Latijn
5 uur Latijn
4 uur Latijn
en/of 4 uur Grieks
en/of 5 uur Grieks
en/of 4 uur Grieks
Klassieke reis Totaal per week: 4 (of 8) uur klassieke vorming
Totaal per week: 5 (of 10) uur klassieke vorming
Totaal per week: 4 (of 8) uur klassieke vorming
Na meer dan tweeduizend jaar klassiek onderwijs zijn de zogenaamde “dode talen’’ en hun cultuur in heel Europa nog altijd springlevend! Het bestuderen van de klassieke talen leidt tot het voortdurend verwerven van nieuwe inzichten: in het klassieke verleden én in de manier waarop onze culturele identiteit er in de loop der tijd door is gevormd. De klassieke teksten vormen de bakermat van onze beschaving. Wie Homerus, Euripides, Ovidius of Vergilius kent, kan hun werk in andere literatuur en kunst herkennen. Belangrijker dan dat: wie het werk van de klassieke auteurs leest, kan genieten van de schoonheid van hun taal, verhalen en levenslessen. Het herkennen van de waarde van de Klassieke Oudheid geldt uiteraard ook op veel andere gebieden. Een gymnasiast maakt kennis met de ideeënrijkdom van de oude filosofen als Plato en Seneca, met de bakermat van o.a. onze democratie, architectuur en kunst. De Griekse en Latijnse taal zijn niet eenvoudig. Dat betekent dat jonge mensen zich werkelijk in moeten spannen, dat ze iets onder de knie moeten krijgen wat hen uitdaagt. Daarmee krijgen ze op een hoog niveau inzicht in het fenomeen taal en de structuur daarvan. Dat biedt niet alleen ondersteuning bij het leren van andere talen (gymnasiasten presteren aantoonbaar beter bij de moderne vreemde talen en Nederlands), het vergroot de eigen taalvaardigheid, het vergroot het analytisch vermogen van leerlingen, het leert hun systematisch werken. Met andere woorden: een klassieke taal leren, behelst een cursus nadenken op hoog niveau. In klas 1 staat er een excursie naar het Museum van Oudheden in Leiden en een sportdag rondom de Olympische Spelen op het programma. In klas 2 bestuderen leerlingen bij zowel Latijn als Grieks het dagelijks leven van de Romeinen en Grieken en staat er een excursie naar het Romeinse Xanten op het programma. Aan het einde van klas 3 wordt de populaire reis naar het Duitse Trier voorbereid. Deze stad was in de Oudheid een van de hoofdsteden van het Romeinse Rijk. Leerlingen krijgen bij verschillende vakken een gedegen voorbereiding op de klassieke en moderne geschiedenis van deze stad. 6
In klas vijf hebben leerlingen een keuze tussen een zevendaags bezoek aan de Eeuwige Stad Rome (tevens een dagexcursie naar de oude havenstad Ostia), een rondreis door de baai van Napels of een rondreis door Griekenland. Verder zullen alle leerlingen van klas 5 een bezoek brengen aan de schouwburg om vaak voor het eerst van hun leven een opera bij te wonen. Daarnaast (afhankelijk van het aanbod) bezoeken de leerlingen uit de bovenbouw regelmatig de schouwburg voor diverse voorstellingen met een klassiek thema. Kortom: In de lessen Latijn en Grieks houden wij ons enerzijds bezig met het Grieks en Latijn als talen, de klassieke literatuur en cultuur in de Oudheid zelf, anderzijds kijken we naar de doorwerking van de klassieken door de tijd heen. De klassieken zijn namelijk een uitdaging om ons culturele heden beter te begrijpen. En dat maakt onderwijs in de ‘dode talen’ alles behalve doods!
7
Internationalisering: versterkt talenonderwijs (vto) Een goede beheersing van de moderne vreemde talen opent wereldwijd deuren. Het Utrechts Stedelijk Gymnasium leidt zijn leerlingen op tot mondige en meertalige wereldburgers. Versterkte talenprogramma’s bij Engels, Duits en Frans bereiken dat leerlingen uitstekend gekwalificeerd zijn voor Engelstalige studies of opleidingen in het buitenland. Wij willen zoveel mogelijk leerlingen laten profiteren van een breed talenaanbod. Het versterkt talenonderwijs biedt hiervoor uitstekende mogelijkheden. Wij richten ons hierbij niet alleen op de moderne vreemde talen, maar ook op de samenhang tussen de moderne vreemde talen, de klassieke talen en Nederlands. Het vak Nederlands is een kernvak. Onze moedertaal heeft bijvoorbeeld wat urenaantal betreft een belangrijke positie. Onze inzet is onze leerlingen ver voorbij de landelijke examendoelen te brengen, zowel in taalbeheersing als in literaire vorming. Naast de reguliere lessen bieden wij ondersteuning aan leerlingen die dat nodig hebben door zogenoemde steunuren. Vroeger was Latijn een wereldtaal. Vandaag de dag geldt Engels als de belangrijkste lingua franca. Vanaf leerjaar één biedt de school Cambridge English als standaardonderwijs aan. Onder auspiciën van de gelijknamige Engelse universiteit kunnen leerlingen verschillende Cambridge Certificates halen. Deze oorkondes gelden internationaal op universiteiten en in het bedrijfsleven als geloofsbrief van betekenis. Elk jaar zijn er minimaal 30 leerlingen die hun CPE certificaat (Certificate of Proficiency in English) behalen. Dit is het hoogste haalbare Cambridge certificaat. Deze leerlingen zijn near-native speaker. Daarnaast zijn er veel leerlingen die het Cambridge Advanced Certificate halen. Het niveau onder CPE. Leerlingen in leerjaar vier moeten verplicht Frans of Duits kiezen. Uiteraard wordt het volgen van beide moderne vreemde talen gestimuleerd. In de bovenbouw kunnen de leerlingen die Frans en/of Duits gekozen hebben, voorbereid worden op Delf- en/of Goethe- examens. Dit jaar is alleen het aantal Goethe en Delfleerlingen 90. In leerjaar 5 is er i.v.m. Cambridge Engels de mogelijkheid om mee te gaan met een literatuurreis naar Engeland. Voor de leerlingen die Frans gekozen hebben, is er de mogelijkheid in leerjaar 5 te kiezen voor een uitwisseling met een school in de buurt van Lyon. In leerjaar 6 zijn er voor de leerlingen met Frans en/of Duits cultuurweekenden naar Parijs en Berlijn. Ook de andere wereldtalen worden niet vergeten. In de onderbouw/middenbouw(leerjaren een tot en met drie) kunnen leerlingen een Spaans of Chinees volgen. Voor leerlingen uit leerjaar vier/vijf die verder willen gaan met Spaans of Chinees is er, bij voldoende belangstelling, een aanvullende cursus. Voor alle talen hebben wij vakbekwame native speakers in huis. In breder verband richten wij ons op de samenhang tussen alle talen, zowel op het gebied van de grammatica als op het gebied van de literatuur en cultuur. Het onderwijs in de moderne vreemde talen moet bijvoorbeeld ook het onderwijs in de klassieke talen versterken en ondersteunen. Een ander voorbeeld is dat taalfouten in toetsen bij alle talen op dezelfde manier worden meegerekend. Dit om leerlingen te stimuleren om hun gedachten en ideeën in al deze talen zo zorgvuldig mogelijk te verwoorden. Het USG vindt het niet alleen belangrijk dat leerlingen door middel van het vakkenaanbod breedtalig worden opgeleid, maar ook dat er verdieping van die ‘leskennis’ plaatsvindt. 8
Daarom vinden er vanaf het derde leerjaar tal van internationale activiteiten plaats waar leerlingen aan deel kunnen nemen. Hiervoor geldt dat leerlingen in aanmerking kunnen komen voor een speciaal ELOS-certificaat, maar ook leerlingen die niet voor de ELOS-route kiezen, kunnen aan internationale activiteiten deelnemen. Door middel van reizen en uitwisselingen is het immers mogelijk om op locatie een andere taal en cultuur zelf te ervaren. Meer informatie over de internationale activiteiten en ELOS vindt u elders in dit boekje. In de schoolgids, onder het kopje ‘Missie en visie’, geeft het USG aan o.a. te streven naar breedte en diepgang, kennisoverdracht en burgerschapsvorming. Versterkt talenonderwijs is een van de middelen om deze elementen met elkaar te kunnen verbinden.
9
Internationalisering: ELOS Steeds meer mensen, bedrijven of landen hebben op de één of andere manier met elkaar te maken. De wereld lijkt steeds kleiner te worden. Het Utrechts Stedelijk Gymnasium heeft daarom internationalisering in het onderwijs hoog in het vaandel staan. Zo leren leerlingen over grenzen heen te kijken en worden zij voorbereid op de internationale samenleving. Bovendien biedt internationale ervaring de leerling een andere kijk op hun eigen leefomgeving en een grotere motivatie voor hun schoolwerk. Het Utrechts Stedelijk Gymnasium is een zogenaamde ELOS-school. De afkorting ELOS staat voor Europa (internationalisering) als Leeromgeving Op School. Leerlingen kunnen in de derde klas kiezen voor een ELOS-route waarvoor zij een apart certificaat naast hun schooldiploma behalen. Eén van de onderdelen van de ELOS-route vormen de internationale lessenseries in leerjaren 3 en 4 waarbij verschillende (internationale) thema’s interdisciplinair behandeld worden. Deze lessen worden in het Engels gegeven. Maar ook leerlingen die niet voor de ELOSroute kiezen, kunnen aan internationale activiteiten deelnemen. Door middel van buitenlandse reizen en uitwisselingen is het immers mogelijk om op locatie een andere taal en cultuur te ervaren. Net als het Versterkt Talenonderwijs (zie eerder in dit gidsje) vormt Internationalisering een van de middelen om onze missie en visie, zoals streven naar breedte en diepgang, kennisoverdracht en burgerschapsvorming, te bereiken.
10
Homerusprogramma Homerus is natuurlijk de beroemde Griekse dichter, maar ook een verwijzing naar de straatnaam van ons voormalige schoolgebouw aan de Homeruslaan. De naam wordt gebruikt om de vele keuze-activiteiten van het USG aan te duiden. In januari 2015 heeft het USG voor de derde keer het predicaat “Excellente School” ontvangen. Dit schooljaar is de jury weer op bezoek geweest en in januari 2016 wordt bekend of het USG wederom uitgeroepen wordt tot “Excellente School”, nu voor de komende 3 jaar. Excellente school betekent voor het USG dat leerlingen de gelegenheid krijgen bezig te zijn met iets wat ze leuk vinden, waar ze goed in zijn. Elke leerling moet de gelegenheid krijgen zijn/haar talenten verder te ontwikkelen. Het USG daagt ze uit om dat te doen. Getalenteerde leerlingen kunnen en/of willen meer leren dan het reguliere curriculum. Om het onderwijs beter aan te laten sluiten bij hun capaciteiten en wensen is het mogelijk voor leerlingen om te versnellen, te verdiepen en te verbreden. Leerlingen die versnellen volgen één of meer vakken in een hoger leerjaar. Dit schooljaar kent het USG in leerjaar 2 t/m 5 150 leerlingen die dit doen. Bij versnellen ervaren de leerlingen de urgentie om de lesstof goed bij te houden, voldoende tijd te besteden aan het huiswerk en goed op te letten in de les. Voor leerlingen die het leuk vinden om veel te leren en te weten is het mogelijk om te verbreden en te verdiepen. De leergierigheid wordt vergroot door de verbanden die gelegd worden tussen de theorie en de toepassingen. De leerlingen ervaren dat de lesstof niet alleen nodig is voor het kunnen maken van een toets, maar dat de theorie daadwerkelijk van toepassing is in het ‘leven in en buiten de school’. Leerlingen worden zoveel mogelijk gestimuleerd zelf na te denken in plaats van de uitleg van de docent en de stof uit het boek over te nemen. De ervaring heeft geleerd dat de schoolmotivatie van leerlingen een impuls krijgt als de mogelijkheid tot versnellen, verbreden en/of verdiepen aangeboden wordt.
11
Voor de leerlingen die meer willen en kunnen heeft het USG het Homerusprogramma. Deze bestaat uit:
Compacten & Verrijken voor klas 1 t/m 3: Leerlingen kiezen één (klas 1) of twee vakken (klas 2 en 3) uit waarvoor zij gaan “C&Ven”. De leerlingen werken de leerstof van dat vak/die vakken “ingedikt” (in compacte vorm) zelfstandig door zodat er tijd ontstaat voor een verrijkingsproject. Leerlingen uit klas 1 mogen max. 2 lesuren per week aan het project besteden; leerlingen uit klas 2 en 3 max. 3 à 4 lesuren. Eén van deze lesuren werken zij onder begeleiding van een “C&V-docent”. Deze docent begeleidt de leerlingen bij het proces; de vakdocent begeleidt de leerlingen inhoudelijk.
U-talent: U-talent is een project van de Universiteit Utrecht waarbij leerlingen uitdagend bètaonderwijs volgen op school of op de Universiteit. Op dit moment volgen 18 leerlingen uit klas 5 en 14 leerlingen uit klas 6 het volledige U-talent programma. Voor Lln uit klas 1 t/m 4 (10-12 per leerjaar) bestaat de mogelijkheid 2 dagen per jaar naar de universiteit te gaan.
Honours Programma Gymnasia vanaf klas 4: De Stichting Het Zelfstandig Gymnasium (SHZG), vertegenwoordiger van de 38 zelfstandige gymnasia in Nederland, heeft een programma ontwikkeld waarin een achttal competenties centraal staan. Leerlingen kunnen deze competenties ontwikkelen door het uitvoeren van een zelfgekozen project. Maximale keuzevrijheid en zelfsturing van de leerling staat centraal. Het HPG sluit aan bij de Honours programma’s op Universiteiten.
Hoger niveau in de moderne vreemde talen. Leerlingen die verder willen in taal kunnen op verschillende niveaus programma’s volgen. Zij kunnen vrijwillig examens afleggen in Frans (Delf), Duits (Goethe), Cambridge Engels (CPE), die buiten school plaats vinden.
Versnellen: Leerlingen volgen één of meer vakken in een hoger leerjaar.
Uitgebreid vakkenpakket Vanaf klas 1 bestaat de mogelijkheid om het vakkenpakket uit te breiden met Spaans en/of Chinees. In de bovenbouw is het mogelijk een vakkenpakket te kiezen waarmee in meer dan één profiel eindexamen gedaan kan worden. Meer dan de helft van de leerlingen doet examen in een dubbel profiel.
Internationaliseringsprogramma vanaf klas 4: Zie aparte informatie in dit boekje. Elosmodules klas 3 en 4: De leerlingen kunnen ervoor kiezen één of meerdere modules te volgen met een internationaal georiënteerd onderwerp. Op dit moment hebben 50 leerlingen uit klas 3 zich voor een module ingeschreven.
Olympiades vanaf klas 1: Leerlingen kunnen zich voor een bepaald vak via hun docent aanmelden voor een nationale Olympiade. Alle Olympiades starten met een eerste ronde waarin een toets op school wordt afgenomen. Daarna gaan de beste leerlingen naar de eindronde. De winnaars van de eindronde vertegenwoordigen Nederland op de internationale Olympiades.
Door middel van zelfstudie en trainingen die georganiseerd worden door de organisaties van de nationale Olympiades worden de deelnemende leerlingen voorbereid op de internationale wedstrijd. 12
Diverse leerlingenverenigingen: Leerlingen met interesses op het gebied van debat, horeca, licht- en geluidtechniek, toneel, muziek, dans, economie, journalistiek en leerlingenraad kunnen zich aansluiten bij één van onze leerlingenverenigingen of leerlingenteams. Deze verenigingen worden door de leerlingen zelf bestuurd onder toezicht van een medewerker van de school.
Uitgebreider informatie over het Homerusprogramma vindt u op de website www.usgym.nl onder het kopje “Homerus”
13
Leerlingondersteuning/ondersteuningsteam op het USG Naast het mentoraat, de basisondersteuning voor elke leerling, is er een ondersteuningsteam op het USG voor de leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte. Binnen het ondersteuningsteam is er een kernteam waar de mentoren specifieke vragen over de begeleiding van hun mentorleerlingen kunnen neerleggen. Het kernteam bestaat uit de zorgcoördinator (Lilian Blom), Ingrid van Veggel (individueel ondersteuner) en Martine Korpel (individueel ondersteuner). Het kernteam wordt versterkt met een schoolmaatschappelijk werkster en de Begeleider Passend Onderwijs vanuit het samenwerkingsverband SterkVO. Het ondersteuningsteam biedt individuele ondersteuning voor leerlingen op basis van een heldere diagnose. Leerlingen met een arrangement vanuit cluster 2 of een ondersteuningsarrangement vanuit ons samenwerkingsverband (zie ook www.sterkvo.nl) komen hiervoor in aanmerking. Voor leerlingen die in groep 8 geen extra ondersteuning krijgen maar waarbij dit mogelijk wel nodig is op het USG, kan in overleg met ouders besloten worden om dit aan te vragen. Elke leerling met een ondersteuningsarrangement krijgt een individuele ondersteuner toegewezen. Ouders van leerlingen waar eerder een diagnose is gesteld of waarbij sprake is van een toegekend arrangement dienen vóór 15 februari 2015 in gesprek te zijn met de zorgcoördinator, Lilian Blom (
[email protected]).
Dyslexieprotocol op het USG Het USG heeft een dyslexieprotocol wat aansluit bij het Landelijk Protocol Dyslexie VO. Het USG biedt dyslectische leerlingen een aantal voorzieningen, dat naar ons idee past bij onze leerlingen en bij ons onderwijs. Het gymnasium is een bij uitstek (ook) talige opleiding. In leerjaar twee en drie krijgen de leerlingen maar liefst zes talen tegelijkertijd, het tempo en het niveau van de talige vakken zoals Geschiedenis en Aardrijkskunde is hoog en naarmate de leerjaren stijgen, stijgen uiteraard ook het niveau en de abstractiegraad van teksten. Ouders en dyslectische leerlingen moeten zich dit terdege realiseren voordat zij de keuze voor een gymnasium maken. Het uiteindelijke doel is dat alle leerlingen met plezier en goede resultaten de school kunnen doorlopen.
14
