De meest gestelde vragen over het Comenius College Informatie voor ouders van leerlingen in groep 8
Januari 2011
1.
DE SCHOOL
1. WAT IS DE EERSTE INDRUK? De school valt op door zijn ligging: een ruim en transparant gebouw, omringd door sportvelden en tennisbanen, in het Corversbos aan de rand van Hilversum. Leerlingen voelen zich hier op hun plek. Er hangt een veilige en plezierige sfeer. Leerlingen en medewerkers gaan op een open wijze met elkaar om. De school wordt de komende tijd in gedeelten uitgebreid en verbouwd. Tijdens de verbouwing wordt een gedeelte van de vakken tijdelijk gehuisvest in het ‘Witte Huis’ aan de rand van onze eigen sportvelden. Hierdoor kunnen de lessen ongestoord doorgaan. 2. Wat is de missie van de school? Het Comenius College wil leerlingen vanuit een christelijke levensvisie helpen kennis en inzichten te verwerven en vaardigheden en persoonlijke kwaliteiten te ontwikkelen om uit te groeien tot zelfstandige, zelfbewuste en kansrijke jongeren en tot burgers met verantwoordelijkheid voor zichzelf, de ander en de omgeving. Kansrijk de wereld in! 3. Wat is de visie op onderwijs en leren? Het Comenius College wil een school zijn waar leerlingen en leraren graag leren de kwaliteit en de opbrengsten van het leren hoog zijn iedereen zich inzet om het beste uit zichzelf te halen rekening gehouden wordt met verschillen in aanleg, belangstelling en leerstijl de betrokkenheid van leerlingen en leraren hoog is iedereen zich veilig voelt en zichzelf kan zijn. Wij verwachten van onze leerlingen dat zij zich tot het uiterste inzetten om het beste uit henzelf te halen door op tijd te komen, hun werk op tijd af te hebben en te streven naar resultaten die passen bij hun mogelijkheden. ‘Laten we onze didactiek vooral richten op het volgende: Het zoeken naar en het vinden van een methode van onderwijzen, waardoor leraren minder uitleggen en leerlingen meer leren; waardoor scholen zich gaan kenmerken door minder lawaai, minder tegenzin en zinloos werk, maar door meer prestaties, plezier en blijvende voortgang.’ Jan Amos Comenius, ‘Didactica Magna’.
4. HOE MERK JE DAT HET COMENIUS COLLEGE EEN CHRISTELIJKE SCHOOL IS? De school kent het vak godsdienst/levensbeschouwing, waarin aandacht is voor alle wereldgodsdiensten, schenkt aandacht aan de christelijke feestdagen en is betrokken op de wereld om ons heen. Denk aan acties voor de Voedselbank en voor de Derde Wereld, projecten met gehandicapte leerlingen van de Klimopschool etc. De betrokkenheid van leerlingen en medewerkers is groot. Waarden als rechtvaardigheid, eerlijkheid, respect en hulpvaardigheid zijn zichtbaar in het dagelijkse handelen van de medewerkers. Er is voor iedereen persoonlijke aandacht. De school staat open voor alle leerlingen die onze doelstellingen onderschrijven. 5. WAT ZIJN DE STERKE PUNTEN VAN DE SCHOOL? a. Oog voor ieders talent Het Comenius College wil dat de talenten van kinderen gezien worden. Hard aan het werk in de les, een prachtig profielwerkstuk maken, een prestatie leveren bij het debat (Comenius is 3e geworden op het NK debatteren!), een groepsrecord lopen bij de estafette, de sterren van de hemel spelen op het cultureel café of tijdens de musicals. Wanneer kinderen zich gekend voelen in wat ze goed kunnen, voelen ze zich ook veiliger om zich verder te ontwikkelen op andere terreinen. 2
b. Open omgang met elkaar Vraag leerlingen, ouders, medewerkers en zelfs de inspectie naar de sfeer en je krijgt het antwoord: een open omgang met elkaar. De Comeniussfeer heeft in de breedste zin van het woord alles te maken met veiligheid en vertrouwen. c. Gevarieerd onderwijskundig profiel De school verbindt de sterke kanten van het traditionele onderwijs met vernieuwingen die hun waarde in de praktijk bewijzen. De docent is daarbij een belangrijke spil. De leerlingen ervaren in de lessen een evenwichtige en afgestemde mix van directe instructie en activerend leren, zelfstandig leren, samenwerkend leren en buitenschoolse leeractiviteiten. Waar mogelijk, betrekken wij de wereld om ons heen in onze lessen of gaan er zelf op uit, de wereld in. d. Structuur Leerlingen hebben verschillende leerstijlen en verschillende voorkeuren. De keuzemogelijkheden variëren per vak en per onderwerp. De docent stelt het tijdpad en het einddoel vast en bewaakt het leerproces. Leerlingen weten zo waar ze aan toe zijn. Andere manieren om structuur te bieden zijn bijvoorbeeld de strikte absentiecontrole, de studiewijzers en de ononderbroken lesdagen in de gehele onderbouw.
3
2.
DE BRUGKLAS
1. HOE ZIET DE BRUGPERIODE ERUIT? Leerlingen starten in de mavo/havo-klas, de havo/vwo-klas of de gymnasiumklas. Aan het einde van het eerste leerjaar gaan de leerlingen voor wie de keuze dan al duidelijk is, over naar 2 gymnasium, 2 atheneum of 2 mavo. De andere leerlingen krijgen een jaar langer de kans om het beste uit zichzelf te halen in klas 2 mavo/havo of 2 havo/vwo. Bij het begin van het derde leerjaar zit iedereen op zijn plek. In schema: 3M
3H
2M
2M/H
3A
2H/V
1M/H
2A
1H/V
3G
2G
1G
Onderbouw en derde leerjaar
2. HOE GROOT ZIJN DE KLASSEN IN HET EERSTE LEERJAAR? De laatste jaren tellen de klassen in leerjaar 1 gemiddeld tussen de 25 en de 28 leerlingen. Bij de plaatsing houden wij er rekening mee dat de leerlingen samen kunnen fietsen. 3. HOE LANG DUREN DE LESSEN? Op het Comenius werken wij met een 60-minuten rooster. Zo hebben wij meer tijd en gelegenheid voor variatie in werkvormen, uitleg, oefening, discussie, verdieping en zelfstandig werken. Een ander voordeel is het feit dat leerlingen minder lesuren op een dag hebben en dus minder boeken hoeven mee te nemen. Er zijn minder leswisselingen, waardoor minder tijd opgaat aan het (in)pakken van boeken en het wisselen van lokaal. 4. HOE ZIET HET GYMNASIUM ERUIT? Het Comenius College heeft een aparte gymnasiumstroom. In de gymnasiumbrugklas zitten leerlingen met een positief advies en een bijpassende Citoscore. Ook vanuit de havo/vwo-klas kun je doorstromen naar het gymnasium. Je volgt dan een apart programma. In de bovenbouw zitten de gymnasiasten bij alle verplichte vakken als klas bij elkaar. Bij de overige vakken kan het voorkomen dat zij lessen volgen met andere vwo-leerlingen. Op het gymnasium is veel aandacht voor de typische gymnasiale vorming: hoog niveau, talig, cultuur, geschiedenis, klassieke oudheid, verleden betrekken op heden. Excursies naar Utrecht, Aken, Trier, Rome en Pompeii maken deel uit van het programma. Zie ook de aparte gymnasiumbrochure.
4
3. AANMELDING EN TOELATING 1. WORDT IEDERE LEERLING DIE ZICH AANMELDT TOEGELATEN? Voor de toelating hanteren alle scholen voor voortgezet onderwijs de normen van de Centrale Toelatingscommissie voor voortgezet onderwijs ‘t Gooi (CTC). De plaatsing is afhankelijk van het advies van de basisschool, in combinatie met de citoscore of een ander onafhankelijk gegeven. Wanneer het tweede gegeven afwijkt van het advies van de basisschool, winnen wij advies in bij de leerkracht van groep 8 en nemen we een nader onderzoek af. 2. MAG EEN LEERLING ZICH OP MEERDERE SCHOLEN AANMELDEN? In Hilversum mag een leerling zich op slechts één school aanmelden. 3. WAT GEBEURT ER ALS ER TE VEEL AANMELDINGEN ZIJN? Wij gaan ervan uit dat wij alle leerlingen die zich op tijd aanmelden en die aan de gebruikelijke toelatingscriteria voldoen, kunnen plaatsen. 4. HOE KOM JE AAN EEN AANMELDINGSFORMULIER? Aanmeldingsformulieren zijn op school verkrijgbaar vanaf de Voorlichtingsavond en de Open Dag. Het is ook te downloaden op de website. 5. WANNEER WORDEN DE AANMELDINGEN GETELD? De officiële aanmelding start voor alle scholen in het Gooi op maandag 28 februari 2011. Eerder inleveren van het aanmeldingsformulier mag, maar het tellen gebeurt pas vanaf 28 februari. De aanmelding moet vóór 15 maart binnen zijn! Ouders ontvangen per brief een bericht van ontvangst. 6. WANNEER BEN JE TOELAATBAAR TOT DE H/V-BRUGKLAS? Bij een havo-advies en een Citoscore van 542 ben je toelaatbaar tot de havo/vwo brugklas. In voorkomende gevallen kijken wij ook naar het leerlingvolgsysteem (LVS) van de basisschool en overleggen wij met de leerkracht van groep 8. 7. WANNEER BEN JE TOELAATBAAR TOT DE GYMNASIUMBRUGKLAS? Bij een positief advies van de basisschool en een Citoscore van 543 ben je toelaatbaar tot de gymnasiumbrugklas. In voorkomende gevallen kijken wij ook naar het leerlingvolgsysteem (LVS) van de basisschool en overleggen wij met de leerkracht van groep 8. 8. WANNEER BEN JE TOELAATBAAR TOT DE M/H-BRUGKLAS? Bij een vmbo-t –advies en een Citoscore van 535 ben je toelaatbaar tot de mavo/havo brugklas. In voorkomende gevallen kijken wij ook naar het leerlingvolgsysteem (LVS) van de basisschool en overleggen wij met de leerkracht van groep 8. 9. DE BASISSCHOOL NEEMT GEEN CITO-TOETS AF. KAN IK DAN TOCH WORDEN AANGENOMEN? Het advies van de basisschool is leidend en moet worden ondersteund door een tweede gegeven, bijvoorbeeld de NIO (= de nationale intelligentietest voor onderwijsniveau) of de gegevens uit het LVS. 10. WAT ZIJN DE MOGELIJKHEDEN, WANNEER JE NIET VOLDOET AAN DE CRITERIA? Leerlingen die niet aan de criteria voldoen kunnen meedoen aan een Nader Onderzoek. Dit bestaat o.a. uit de NIO. Het nader onderzoek wordt afgenomen begin april 2011. De uitslag is binnen een week bekend.
5
4. DE EERSTE KENNISMAKING 1. ZIJN ER KENNISMAKINGSLESSEN VOOR 8E GROEPERS? Op woensdagmiddag 26 januari is er een open lesmiddag voor leerlingen van groep 8. Je kunt je hiervoor opgeven vanaf januari via de website. Voor leerlingen van groep 8 met een vwo-advies en/of gymnasiuminteresse die een aantal middagen serieus aan het werk willen, is er het 8+ plan. 2. WAT HOUDT HET 8+ PLAN IN? In overleg met de leerkracht van de basisschool komen leerlingen die mee willen doen aan het 8+ plan een aantal keren naar het Comenius College voor een extra les met opdrachten van een vakdocent. De opdrachten worden daarna op de basisschool verder uitgewerkt. De 8+ bijeenkomsten zijn op de woensdagmiddag. Je kunt je opgeven via het aanmeldingsformulier dat je kunt vinden op de website of in het informatiepakket dat uitgedeeld wordt op de Voorlichtingsavond en op de Open Dag. 3. KAN JE ALVAST EEN BEETJE WENNEN AAN JE NIEUWE SCHOOL? Vóór de zomer wordt je uitgenodigd voor een korte kennismaking met je mentor en je nieuwe klasgenoten. Op de eerste echte schooldag na de zomer krijgen alle brugklassers een introductie in en rond het schoolgebouw. Half september ga je met zijn allen twee dagen op kamp buiten de school.
6
5. BEGELEIDING 1. HOE IS DE BEGELEIDING IN DE BRUGKLAS GEREGELD? Elke klas heeft een ervaren mentor, die vertrouwd is met de ontwikkeling van beginnende brugklassers. Naast de vaklessen verzorgt de mentor één uur per week een mentorles. De brugklasmentor wordt geholpen door twee leerlingen uit de hogere klassen, de secondanten. 2. HOE ZIET DE MENTORLES ERUIT? In de mentorles wordt aandacht besteed aan de sfeer in de klas, aan het plannen van je huiswerk en aan studievaardigheden. De eigen schoolagenda is hierbij een handig hulpmiddel. De leerlingen werken met een digitale schooltas in een elektronische leeromgeving. In de loop van het jaar worden er allerlei activiteiten met de mentor georganiseerd zoals klassenfeesten, Sinterklaas en een kerstlunch. Aan het einde van het schooljaar bereidt de mentor samen met zijn leerlingen de overgang naar het tweede leerjaar voor. 3. DOET DE SCHOOL IETS EXTRA’S VOOR HET VERBETEREN VAN DE REKEN- EN TAALVAARDIGHEID VAN LEERLINGEN? Alle leerlingen worden in september getest op reken- en taalvaardigheden. Hierbij wordt gekeken of deze vaardigheden op het niveau staan van het advies van de basisschool. Vanaf kwartaal 2 krijgen alle leerlingen reken- en taalvaardigheden aangeboden in een apart projectuur. De leerlingen worden ingedeeld in verschillende groepen en krijgen een verrijkings- of verdiepingsprogramma. 4. GEEFT DE SCHOOL HUISWERKBEGELEIDING? De speciaal ontworpen brugklasagenda en de studiewijzers helpen de leerlingen bij het indelen en het uitvoeren van het huiswerk. De school besteedt in de vaklessen en in de mentorles uitgebreid aandacht aan het leren maken van huiswerk en geeft bij talen en wiskunde extra ondersteuning. 5. IS ER EEN HUISWERKKLAS? Minimaal drie dagen per week is er na afloop van de lessen een huiswerkklas. Deze klas is bedoeld voor leerlingen die om een of andere reden thuis moeilijk tot werken komen. Leerlingen mogen hieraan alleen deelnemen als zij voldoende gemotiveerd zijn. Bovendien wordt een kleine vergoeding gevraagd. De begeleiding is in handen van vrijwilligers. Zij geven geen vakbegeleiding maar zorgen voor orde en een goed leerklimaat en bieden hulp bij planning. Incidenteel worden ook ouderejaars leerlingen ingezet voor het geven van bijles aan onderbouwers. 6. HOE WORDEN DE LEERLINGEN OPGEVANGEN ALS ER EEN LES UITVALT? In klas 1, 2 en 3 worden in beginsel alle tussenuren opgevangen door docenten. Er zijn dus mooie, aansluitende roosters. Alleen bij lesuitval op het eerste of het laatste uur kan het voorkomen dat leerlingen later mogen komen of eerder naar huis kunnen gaan. In de bovenbouw wordt het structureel voorkomen van tussenuren tegengegaan door de begeleide studie-uren die elke leerling verplicht is te volgen. Bij ziekte van een docent kun je doorwerken in de aula, de studieruimten, de mediatheek en de bovenhal. Bij langdurige ziekte nemen vakcollega’s de lessen waar, zodat er geen achterstand ontstaat. 7. WAT GEBEURT ER WANNEER EEN LEERLING ZIEK WORDT OP SCHOOL? Een leerling mag nooit zomaar naar huis. Wanneer het een leerling van de onderbouw betreft, belt de afdelingsleider naar huis om te horen of de ouders thuis zijn. Ouders moeten toestemming geven als een leerling van school naar huis wil. Een leerling kan worden opgehaald of gaat zelf naar huis. Zo nodig fietst er een medeleerling mee. Als de leerling beter is, meldt hij dat door middel van een zogenaamde witte kaart. 7
8. WAT DOET DE SCHOOL OM VERZUIM TEGEN TE GAAN? De school investeert veel tijd in de handhaving van een gedisciplineerd onderwijsklimaat. Docenten melden elk lesuur digitaal, welke leerlingen aanwezig zijn. Ouders van leerlingen die niet zijn afgemeld, worden door de school geïnformeerd. Indien nodig is er contact met de leerplichtambtenaar.
8
6.
CULTUUR EN SPORT
1. DOET DE SCHOOL BIJZONDERE DINGEN OP CULTUREEL GEBIED? Kunst en cultuur nemen een belangrijke plaats in op het Comenius College. Dat zie je ondermeer aan: •
•
•
•
Theaterproject De leerlingen van 2 mavo werken gedurende een periode van negen weken aan een brede introductie op theater. In 3 mavo is een aparte theaterklas. Leerlingen krijgen dramalessen en werken toe naar een uitvoering. HKU project Kunstzinnige leerlingen uit de bovenbouw havo/vwo werken met de Hogeschool voor Kunsten Utrecht (HKU) aan een projectweek met muziektheater en een oriëntatietraject op beeldende vorming. Omgevingseducatie In leerjaar 1 en 2 nemen leerlingen deel aan een project rondom kunst, cultuur en erfgoed. Zij bezoeken kunst- en cultuurinstellingen, maken een fietstocht door de omgeving en werken opdrachten uit in lessen bij verschillende vakken. Hun verslagen komen op de site van de Stichting Omgevingseducatie. Cultuurmarathon Aan het einde van het schooljaar is er een tweedaagse cultuurmarathon voor alle leerlingen van de onderbouw. De leerlingen kunnen dan kiezen uit een heleboel culturele activiteiten binnen en buiten de school.
2. WAT ZIJN DE EXAMENMOGELIJKHEDEN VOOR KUNST EN CULTUUR? Tekenen, handvaardigheid en muziek zijn alle drie examenvakken. Leerlingen exposeren hun werk regelmatig op tentoonstellingen in de regio. 3. WAT MERKT EEN LEERLING VAN CULTUUR? Regelmatig zijn er bijzondere projecten zoals de kunst- en cultuurweek. Er zijn talentenshows, een open podium voor leerlingen, leraren en ouders en een poëziefestival. Jaarlijks worden door leerlingen één of twee musicals opgevoerd. Ieder jaar een kerstmusical en om het jaar ook een grote musical als Fame, de Blues Brothers of Anatevka. Naast deze eigen producties zijn er toneel- en cabaretvoorstellingen op school en uitstapjes naar het museum, het theater en de opera. Op woensdagmiddag zijn er voor de bovenbouwleerlingen workshops toneel, decorbouw, muziek, dans, koor, fotografie en video. De workshops zijn onderdeel van het vak CKV. 4. DOET DE SCHOOL BIJZONDERE DINGEN OP HET GEBIED VAN SPORT? Het Comenius College is LOOT-school. (Landelijk Overleg Onderwijs en Topsport). Leerlingen die op regionaal of landelijk niveau aan topsport doen, kunnen rekenen op extra begeleiding door een topsportcoördinator en speciale voorzieningen bij (de planning van) proefwerken, tentamens e.d. Ook kunnen zij vrijstellingen van uren of zelfs vakken krijgen om de zware combinatie van studie en topsport mogelijk te maken. Zie ook de aparte LOOT-brochure. In de bovenbouw kunnen leerlingen kiezen voor het nieuwe vak ‘Bewegen, Sport en Maatschappij’(BMS).
9
5. BIJZONDERE BEGELEIDING EN ZORG 1. WAT DOEN WE MET DYSLEXIE EN DYSCALCULIE? Dyslexie Alle brugklasleerlingen worden getest op spelling, leestempo en begrijpend lezen. In het kader van het nationale protocol dyslexie krijgen leerlingen die (aanzienlijk) uitvallen op deze testen eerst gerichte training door de remedial teacher. Als er onvoldoende vorderingen zijn volgt er een onderzoek door een extern bureau. Hieruit volgen een diagnose en een advies over de benodigde faciliteiten. Sommige leerlingen hebben op de basisschool al een dyslexieverklaring gekregen. Leerlingen met dyslexie kunnen faciliteiten krijgen als tijdverlenging, vermindering van vragen, mondeling overhoren, aangepaste normering voor spelfouten en bijvoorbeeld toetsen in een groot lettertype. Deze faciliteiten zijn maatwerk en staan vermeld op de dyslexiekaart. De remedial teacher blijft de vinger aan de pols houden. Dyscalculie Ook bij rekenen krijgt iedere leerling een test en is er extra hulp voor de uitvallers. Bij dyscalculie en andere complexe rekenproblemen kan de hulp individueel gegeven worden. Bij een dyscalculieverklaring, die overigens nog niet wettelijk geldig is, kan de school extra faciliteiten aanbieden aan de leerling. 2. WAT IS EEN RUGZAKJE? HOE GAAT DE SCHOOL ERMEE OM? Een erkende zorgleerling kan kiezen voor speciaal onderwijs of voor gewoon onderwijs. In dit laatste geval krijgt de leerling een rugzakje, een som geld die wordt besteed in overleg met de ouders. Leerlingen met rugzakjes hebben een ambulante (externe) begeleider. De school wil zoveel mogelijk een afspiegeling zijn van de samenleving en heeft dus binnen redelijke grenzen plaats voor (erkende) zorgleerlingen.
10
6. LEER- EN LEEFKLIMAAT 1. VOELEN LEERLINGEN ZICH VEILIG OP SCHOOL? Het Comenius College kenmerkt zich door een open omgang tussen leerlingen en docenten. Medewerkers en leerlingen werken actief aan een verdraagzaam en veilig onderwijsklimaat. De kleinschaligheid van het werken in teams zorgt ervoor dat er oog is voor iedere leerling. Mentoren begeleiden de leerlingen bij hun sociaal-emotionele ontwikkeling. Zij richten zich daarbij zowel op de individuele leerling als op de klas/groep. Indien nodig wordt externe hulp ingeroepen. 2. WAT DOET DE SCHOOL TEGEN PESTEN? ‘Pesten’ is een terugkerend item in de mentorlessen in het eerste en het tweede leerjaar. In klas 2 wordt expliciet aandacht besteed aan digitaal pesten. Ieder jaar worden activiteiten georganiseerd als voorlichtingsavonden voor ouders, theatervoorstellingen over het thema of gastsprekers in de les. Schoolbrede afspraken over pesten en hoe te handelen bij pestgedrag zijn ondergebracht in een pestprotocol. Het leerlingenstatuut en de afdelingsboekjes bevatten een gedragscode voor iedereen die leert en werkt op het Comenius. 3. WAT HOUDT ‘MEDIATION’ IN? Tussen leerlingen spelen regelmatig kleine conflicten. Leerlingen kunnen daar behoorlijk last van hebben. Bij mediation of ‘leerlingbemiddeling’ wordt een aantal leerlingen uit de onderbouw opgeleid om andere leerlingen te helpen conflicten op te lossen. De mediators worden daarbij geholpen door twee begeleidende docenten. Het programma wordt geïntroduceerd in de mentorlessen. Zo wordt het cultuur om je niet neer te leggen bij frictie tussen leerlingen maar om er wat aan te doen! Wij starten met het opzetten van ‘mediation’ in het voorjaar van 2010. 4. WAT DOET DE SCHOOL TEGEN SEKSUELE INTIMIDATIE, AGRESSIE, GEWELD EN DISCRIMINATIE? Als een leerling of medewerker wordt lastiggevallen door een medeleerling of medewerker van de school, kan hij/zij gebruik maken van de klachtenprocedure. Leerlingen kunnen zich behalve tot de interne vertrouwenspersonen ook direct wenden tot de externe vertrouwenspersonen die in de schoolgids worden genoemd. De school is aangesloten bij de onafhankelijke klachtencommissie Noord-Holland. 5. HOE STIMULEERT DE SCHOOL EEN GEZONDE LEEF- EN LEEROMGEVING? Het Comenius College wil bijdragen aan het terugdringen van riskant experimenteergedrag bij jongeren. Dat doen wij door duidelijke regelgeving, voorlichting in de mentorlessen en bij biologie, speciale projecten en signalering en begeleiding van problematisch gedrag. Ook ouders worden bij het project betrokken. 6. HOE GAAT DE SCHOOL OM MET ALCOHOL EN DRUGS? Gebruik van alcohol en andere verdovende en/of stimulerende middelen door de leerlingen is in het gebouw en op het schoolterrein niet toegestaan. Ook de schoolfeesten zijn alcoholvrij. In het gebouw wordt niet gerookt. Als leerlingen worden betrapt op strafbare feiten, volgt aangifte bij de politie. 7. HOE GEZOND IS HET AANBOD VAN DE SCHOOLKANTINE? Bij de samenstelling van het assortiment wordt rekening gehouden met de gezondheidswaarde van de producten. Er is een ruim aanbod van fruit en zuivelproducten. De automaten bevatten een ruime keuze aan caloriearme frisdranken. Patat en kroketten worden niet verkocht. De prijslijst van de kantine geeft per product een gezondheidsindicatie aan. 8. ZIJN DE BEZITTINGEN VAN DE LEERLINGEN VEILIG? Iedere leerling kan een kluisje huren om zijn bezittingen in op te bergen. 11
Er is cameratoezicht op de fietsenstallingen en de belangrijkste openbare ruimten (benedenhal, gangen met kluisjes, mediatheek) in het gebouw. 9. HOE STAAT HET MET DE BRANDVEILIGHEID? Het gebouw voldoet aan de modernste eisen op het gebied van de brandveiligheid. Minstens één keer per jaar vindt er een ontruimingsoefening plaats.
12
7: CONTACT MET THUIS 1. HOE WORDEN OUDERS GEÏNFORMEERD OVER DE ALGEMENE GANG VAN ZAKEN OP SCHOOL? De website www.comenius-hilversum.nl is een heldere bron van informatie over de school. Ouders kunnen zich abonneren op de digitale uitgave van het mededelingenblad Comcomm. Daarnaast krijgen de leerlingen regelmatig brieven mee met informatie over speciale activiteiten zoals excursies, voorstellingen e.d. 2. HOE WORDEN OUDERS GEÏNFORMEERD OVER DE GANG VAN ZAKEN IN DE BRUGKLAS? De mentor is het best geïnformeerd over het wel en wee van de leerlingen en is daarom het eerste aanspreekpunt voor de ouders. Elk jaar zijn er avonden waarop ouders worden uitgenodigd voor een gesprek met de mentor of de vakdocenten. Daarnaast zijn er regelmatig voorlichtingsavonden over speciale onderwerpen zoals: dyslexie, de afdelingskeuze, de voorbereiding op de Tweede Fase en de sectorkeuze op de mavo. In het eerste jaar organiseert de school een ‘Brugklasoudercafé’. In meerdere workshoprondes worden ouders geïnformeerd over schoolse zaken in de breedste zin van het woord. Voorbeelden van workshops zijn: - begeleiding door ouders bij huiswerk, - het talenprogramma volgens de ERK-norm, - begeleiding en zorg op het Comenius College, - toepassing van nieuwe inzichten over leren, verkregen door hersenonderzoek 3. HOE VAAK KRIJGEN OUDERS INFORMATIE OVER DE VORDERINGEN VAN HUN KIND? Via het leerlingenweb kunnen ouders op elk gewenst moment inzicht krijgen in de schoolresultaten. Zij krijgen daarvoor een eigen inlogcode. De leerlingen krijgen elk kwartaal een rapport mee naar huis. De rapportages gaan gepaard met een uitnodiging voor een mentorspreekavond of een algemene ouderspreekavond. Zonodig neemt de mentor tussentijds contact op. Bovendien hebben alle docenten een telefonisch spreekuur. Ouders kunnen ook zelf mentoren en vakdocenten bellen voor extra informatie. 3. HOE WORDEN DE OUDERS BETROKKEN BIJ DE DAGELIJKSE GANG VAN ZAKEN? De school waardeert de actieve inzet van ouders. Zij kunnen lid worden van het ouderpanel van een afdeling, de ouderraad, de schoolraad en de medezeggenschapsraad. Ouders doen vaak actief mee aan bijzondere onderwijsprojecten en worden betrokken bij de belangrijke beslissingen zoals de verbouwing van de school. Ook bij vrijwilligersactiviteiten zoals de begeleiding van de huiswerkklas en ondersteuning van de mediathecaresse worden zij van harte ingezet. 4. HOE WORDEN DE LEERLINGEN BETROKKEN BIJ DE DAGELIJKSE GANG VAN ZAKEN? Er is een actieve leerlingenraad. De leerlingenraad geeft een leerlingenstatuut uit dat de rechten en plichten van leerlingen en medewerkers bevat. Via de leerlingenraad, de schoolraad en de medezeggenschapsraad zijn de leerlingen direct betrokken bij het schoolbeleid. Ook nemen zij deel aan leerlingpanels en klankbordgroepen, bijvoorbeeld om mee te denken over ons onderwijs of ons gebouw. Jaarlijks kiezen de leerlingen hun docent van het jaar.
13
8: SCHOOLKOSTEN 1. WELKE KOSTEN KAN IK VERWACHTEN? De school verstrekt gratis schoolboeken aan de leerlingen. De ouders van de leerlingen moeten hier wel een borg voor betalen die zij terugkrijgen als zij de boeken weer in goede staat inleveren. Zaken die meerdere jaren meegaan of geen informatiedragers zijn zoals agenda, schriften, multomappen, pennen, rekenmachine, sportkleding, gereedschap, beschermende kleding/bril, USB-stick, atlas, woordenboeken, lees- en literatuurboeken en de kosten van sommige ICT-applicaties moeten nog steeds betaald worden door de ouders. Ook de kosten van kluisjes, leerlingpasjes, excursies, werkweken etc. worden door de ouders zelf betaald. In de brugklas worden in ieder geval kosten in rekening gebracht voor: Comeniusagenda (‘Citruspers”) € 8,00 Tekendoos € 10,00 Kennismakingsdag en brugklaskamp € 41,50 Huur kluisje (facultatief) € 12,50 Borgsom kluisje (facultatief) € 15,00 Daarnaast worden incidenteel vakexcursies en klassenexcursies gehouden. De kosten hiervoor bedroegen in de afgelopen jaren maximaal €15,00. Hierover wordt u vooraf geïnformeerd door middel van een brief of mail. Minder draagkrachtige ouders kunnen voor andere schoolkosten dan studieboeken een beroep doen op de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten. (WTOS) of in bijzondere gevallen op een speciale regeling van CVO ’t Gooi. 2. KENT DE SCHOOL EEN SCHOOLFONDS OF OUDERBIJDRAGE? In feite ontwikkelt de school veel meer activiteiten dan door de overheid worden vergoed. Als de school dat niet zou doen, leidt dat onherroepelijk tot een verschraling van het totale onderwijsklimaat. Daarom vragen wij van de ouders een bijdrage van € 80,00 per leerling per jaar. Bij meerdere kinderen op het Comenius College of één van de andere scholen van CVO ‘t Gooi geldt een kortingsregeling. Voor de besteding wordt elk jaar overlegd met het bestuur en de schoolraad. 9: NOG VRAGEN? Indien u nog vragen heeft kunt u contact opnemen met één van de afdelingsleiders: Christel Wets, afdelingsleider HV-brugklas en 2HV:
[email protected] Grace Otto, afdelingsleider MH-brugklas en 2,3 en 4 MAVO:
[email protected]
14