Hoofdstuk 2: Programmaplannen § 2.1 Totaal netto lasten en dekkingsmiddelen per programma Het resultaat van de Begroting 2014 is € 186.000 negatief. Dit is een positief verschil ten opzichte van de Kadernota 2014-2024 van € 2,77 miljoen, waar een negatief resultaat geraamd was van € 2,96 miljoen. Programma (b edragen x € 1000)
Jaarrekening 2012
Begroting 2013
Kadernota 2014
Begroting 2014
Afwijking t.o.v. Kadernota
Netto lasten 1000 - Planvorming
4.870
4.838
5.055
5.327
-271
2000 - Waterkeringen
3.933
4.801
5.633
5.618
+15
3000 - Watersystemen
28.242
28.906
30.923
30.104
+818
4000 - Zuiveringstechnische werken
51.696
50.916
52.316
51.992
+325
5000 - Vaarwegen en havens
2.356
2.517
2.574
2.330
+244
6001 - Vergunningverlening
2.235
2.051
2.213
2.334
-121
6002 - Handhaven keur
1.253
1.720
1.581
2.011
-431
6501 - Beheersing van lozingen
2.052
1.785
1.885
1.661
+224
6502 - Handhaving WVO
3.034
3.221
3.142
3.317
-174
7000 - Heffing en invordering
6.279
6.691
5.799
5.777
+21
8000 - Bestuur en communicatie
3.907
4.015
4.179
3.812
+367
9000 - Overige dekkingsmiddelen
-1.992
-1.380
-1.355
-1.386
+30
107.864
110.082
113.944
112.897
+1.047
-1.322
-1.423
-1.580
-1.410
-169
Totaal netto lasten Dekkingsmiddelen Bijdrage provincie Opbrengst waterschapsbelastingen Omslag watersysteem gebouwd
-27.053
-29.204
-31.313
-30.898
-414
Omslag watersysteem ongebouwd
-4.383
-4.594
-4.925
-5.599
+674
Omslag watersysteem ingezetenen Omslag watersysteem natuurterrein
-14.025 -47
-14.505 -48
-15.553 -52
-15.242 -104
-311 +52
Omslag verontreiningsheffing
-372
-388
-403
-392
-12
Omslag zuivering bedrijven
-19.489
-18.576
-16.991
-19.238
+2.246
Omslag zuivering huishoudens Omslag zuivering overig
-37.929 -36
-39.447 -
-39.647 -
-39.829 -
+182 -
-104.655
-108.184
-110.463
-112.711
+2.248
-153 -210
-160 -361
-1.535
-2.960
Totaal dekking Onbenoemde bezuinigingen Winnend 1)
Samenwerken : Watersysteembeheer Zuiveringsbeheer Inschattting resultaat (+ = voordelig / - = nadelig) Afwijking t.o.v. Kadernota 2014
21
-3.208
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
-160 -361 -186 +2.774
+2.774
§ 2.2 Programmaplannen De programmaplannen bevatten het te realiseren beleid van het waterschap voor het begrotingsjaar 2014. Het biedt inzicht in de doelstellingen per programma, de beoogde effecten en de wijze waarop gestreefd wordt die effecten te bereiken. Per programma worden tevens de begrote netto lasten en prestatie indicatoren weergegeven. De belangrijkste financiële afwijkingen ten opzichte van Jaarplan 2013 en Kadernota 2014-2024 worden inhoudelijk kort toegelicht. Bij de Kadernota zijn geen prestatieindicatoren gedefinieerd, in de tabellen is deze kolom daarom ook niet ingevuld.
Programma 1000 – Planvorming Programmabeheerder: A. Meuleman Doelstelling programma Het programma planvorming voorziet in eenduidige beleidskaders en strategieën, waarbinnen overige programma's hun taken tot stand brengen. Het werkveld is breed en omvat alle thema's waar het waterschap aan werkt. Tot de activiteiten behoren: het opstellen van het waterbeheerplan en beleidslijnen voor beheer en vergunningverlening, het in overleg met andere partijen strategische vraagstukken op het gebied van waterbeheer oplossen en waarborgen dat het waterschap de Europese richtlijnen, landelijke wetten en afspraken naleeft. Doelstellingen, beoogde effecten en plan van aanpak Zoetwatervoorziening
Europese verplichtingen
Deltaprogramma
Samenwerking Vlaanderen
22
Doelstelling: Het maken van uniforme afspraken over het serviceniveau in de zoetwatervoorziening voor peil gestuurd en vrij afwaterend gebied binnen Brabantse Delta. Plan van aanpak: Uitwerken resultaat uit pilot Rietkreek (uitvoeren kosten-baten analyse, bepalen serviceniveau en communicatie op verwachtingenmanagement). Het leveren van een bijdrage leveren aan het uitwerken van de „altijd-goed-maatregel‟ zoetwatervoorziening Roode Vaart (uitgevoerd door gemeente Moerdijk). Starten met de nadere uitwerking van de Uitvoeringsprogramma‟s (DP) hoge zandgronden en Zuidwestelijke Delta op lokaal niveau (pilots). Doelstelling: Voldoen aan de Europese rapportageverplichtingen. Plan van aanpak: Het afronden van de OverstromingsRisicoBeheerPlannen (ORBP) zodat deze begin 2015 de inspraak in kunnen. Het vaststellen van Ontwerpdoelen en maatregelen als bijdrage aan de concept stroomgebiedsbeheerplannen voor Maas en Schelde (Kaderrichtlijn Water). Het uitwerken van de watercondities voor het Natura 2000 gebied Markiezaatsmeer. Doelstelling en beoogde effecten: Vaststellen voorkeursstrategie (zoetwater en veiligheid) om te anticiperen op de klimaatsveranderingen. Plan van aanpak: De nationale en regionale voorkeursstrategie vertalen naar een integrale strategie voor Brabantse Delta en deze opnemen in het ontwerp Waterbeheerplan. Doelstelling: De grensoverschrijdende samenwerking met Vlaamse en Nederlandse partners nader uitbouwen en versterken. Plan van aanpak: Het afronden van een verkenning naar de haalbaarheid van een nieuw projectvoorstel voor Interreg V (grensregio VlaanderenNederland, 2015-2020). Het afsluiten van een bestuurlijke samenwerkingsovereenkomst over de uitwerking van de stroomgebiedvisie voor de Kleine Aa/Molenbeek Met de Vlaamse Milieumaatschappij, via het regionaal Bestuurlijk Overleg Maas, afspraken maken over doelen en maatregelen in de grensbeken (de grensoverschrijdende KRW waterlichamen). Een strategienota maken om het calamiteitenhandboek in de grensregio te herzien. Uitvoering van het Life+ project voor het Markdal, indien Europese subsidie wordt toegekend.
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Waterbeheerplan
Flexibel peilbeheer
Verminderen regeldruk
Stedelijk waterbeheer
Monitoringsstrategie
Regie op relaties
23
Doelstelling en beoogde effecten: Een ontwerp waterbeheerplan dat bestuurlijk vrijgegeven kan worden voor inspraak in 2015. Binnen het plan wordt aangegeven hoe het watersysteem op orde wordt gebracht en gehouden en hoe het waterschap blijft anticiperen op de klimaatveranderingen. Plan van aanpak: Gestreefd wordt om medio 2014 een concept Waterbeheerplan gereed te hebben voor afstemming met de beheerplannen andere overheden. Het opstellen van onder meer een doelrealisatiekaart met de gerealiseerde doelen en de resterende opgave. Met de provincie verkennen welke afspraken worden gemaakt voor de 3e bestuursovereenkomst. Tevens wordt gekeken naar meekoppelkansen ten aanzien van het groenontwikkelfonds. Doelstelling: Ontwikkeling van het instrument flexibel peilbeheer. Plan van aanpak: Het bepalen van de gebieden waar flexibel peilbeheer een toegevoegde waarde heeft. Op basis van knelpunten uit de verkeerstoren verkennen of er een eerste proefproject uitgevoerd kan worden. Doelstelling: Stroomlijnen van het proces voor het actueel houden van legger en beheerregister. Plan van aanpak: Het beperken van de doorlooptijd actualiseren legger en beheerregister op basis van vergunningen en projectplannen. Het terugdringen van de regels over categorie C waterlopen (implementatie via herziening Keur in 2015). Meer inzet op communicatie en bewustwording bij burgers, onder andere via het nieuwe handhavingsbeleid. Doelstelling en beoogde effecten: Geactualiseerd strategisch en operationeel beleid voor stedelijk water. Voor alle gemeenten vastgestelde functies en ambities voor stedelijke wateren vastleggen. Dit geeft een betere basis voor een meer gerichte aanpak voor knelpunten als blauwalgen, botulisme, vissterfte en mogelijke meekoppelkansen. Plan van aanpak Het gezamenlijk met gemeenten uitwerken van de Visie Impuls Stedelijk Water tot (gezamenlijk) strategisch en operationeel beleid stedelijk water. Op basis van de Brabantse „keuzeklapper stedelijk water‟ functies, streefbeelden en ambities voor stedelijk water vastleggen. Nagaan in hoeverre stakeholders/omwonenden een actieve rol kunnen spelen in het beheer van het stedelijk water (zelfzorg en participatie). Doelstelling: Geactualiseerde monitoringsstrategie, gericht op zowel toestand- en trendmonitoring als op projectmonitoring en monitoring van maatregel-effect relaties. Plan van aanpak: Het vormgeven van de monitoringsstrategie wordt als onderdeel van het waterbeheerplan uitgewerkt. Er wordt kritisch gekeken naar de meerwaarde van eigen onderzoek in relatie tot (en in samenhang met) onderzoek door derden (kennisinstituten, andere waterschappen, Stowa). Doelstelling en beoogde effecten: Het creëren van overzicht en voeren van regie over contacten (relatielijnen) met de belangrijkste stakeholders om effectiever de ambities van stakeholders met die van het waterschap te verbinden (het van buiten naar binnen denken en werken versterken). Plan van aanpak: Het in kaart brengen van de ambities van het waterschap ten aanzien van de geselecteerde stakeholders. Het in kaart brengen van de ambities van de stakeholders. Het in kaart brengen van de contacten (relatielijnen) van operationeel tot strategisch niveau met de geselecteerde stakeholders. Het in kaart brengen van gezamenlijke ambities en opstellen van een samenhangende strategie. Het inrichten van het accountmanagement (rol en positie accountmanager, werkzaamheden, benodigde ondersteunende faciliteiten).
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Samenwerking in ruimtelijke ordening
Versterken innovatiekracht
Grondwaterbeleid
Regionale werkeenheden
Doelstelling: Het opstellen van gezamenlijke plannen met de streek op het gebied van ruimtelijke ordening. Plan van aanpak: Invulling geven aan: RO-visie West Brabant 2030. RO-visie Hart van Brabant. Krekenvisie/Waterpoort. Afronding bekenvisie als uitwerking van de RO-visie voor West-Brabant. Doelstelling: Stimulering van toepassing van verrijkende innovaties binnen het waterschap. Plan van aanpak: Uitwerking geven aan de innovatienota die in 2013 wordt vastgesteld. Hierin wordt voorgesteld in 2014 een innovatieagenda op te stellen voor de verreikende innovaties. Bij de Kadernota 2015-2025 kan mogelijk een deel van de financiële middelen specifiek worden toegewezen aan dergelijke innovaties. Doelstelling: Actualisatie van het grondwaterbeleid. Plan van aanpak: Het bestuurlijk vaststellen van het door de provincie geaccordeerde grondwaterbeleid, met daaraan gekoppeld herziening van het grondwatermeetnet en vergunningen. Het waterschap streeft naar een zo spoedig mogelijke afhandeling van het onderzoek naar de effecten van beregening van grondwater. Doelstelling: Regionaal en landelijk bijdragen aan succes van de werkeenheden. Plan van aanpak: In 2013 is de deelname van Waterschap Brabantse Delta gegroeid naar betrokkenheid bij ongeveer 45 gezamenlijke processen in de vier werkeenheden. De verwachting is dat in 2014 het ongeveer om eenzelfde aantal zal gaan. Waterschap Brabantse Delta zet vanuit een positieve insteek vol in op de samenwerking in de waterketen. Directe besparingen zullen daarbij met name komen uit de heroverweging (die alleen maar kan bestaan door de bestaande goede relaties en onderling vertrouwen). Mogelijk komt er in 2014 een bezoek van de landelijke visitatiecommissie.
Prestatie indicatoren DB nota‟s die met geen of kleine wijzigingen worden goedgekeurd (%) Geld (bedragen x € 1.000) Totaal netto kosten programma 1)
Rekening 2012
Jaarplan 2013
Kadernota 2014
Jaarplan 2014
>89%
>80%
-
>80%
Rekening 2012
Jaarplan 2013
Kadernota 2014
Jaarplan 2014
4.870
4.838
1)
5.055
5.327
Het effect van de nieuwe methodiek raming investeringen en kapitaallasten is opgenomen in de cijfers, waar deze bij de Kadernota nog extracomptabel verwerkt was. Het bedrag wijkt derhalve af van het bedrag in de Kadernota (€ 5.102)
Ten opzichte van de kadernota zijn de kosten € 272 hoger. Dit wordt veroorzaakt door hogere directe en afdelingskosten als gevolg van samenwerking in de afvalwaterketen. Dit ten gevolge van de keuze van het dagelijks bestuur om een „groeimodel‟ te hanteren en vanwege de extra externe aandacht door de Visitatiecommissie Waterketen onder leiding van oud-minister Peijs. Ten opzichte van jaarplan 2013 zijn de kosten € 489 hoger. Dit wordt veroorzaakt door hogere directe en afdelingskosten als gevolg van samenwerking in de afvalwaterketen. Ook is er extra budget opgenomen voor calamiteitenplannen in verband met een eenmalig extra geplande grote oefening met de veiligheidsregio (GRIP4). Conclusie Het waterschap is op veel fronten beleidsmatig actief om de belangen van het waterschap af te stemmen met partners en te borgen (versterken van buiten naar binnen denken en werken).
24
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Programma 2000 – Aanleg en Onderhoud Keringen Programmabeheerder: A. Meuleman Doelstelling programma Het doel van dit programma is de bescherming tegen overstromingen in het beheergebied te waarborgen door de primaire keringen op orde te houden en de regionale en overige keringen op orde te brengen en te houden. Onderdeel hiervan is het voldoen aan landelijke normen (primaire keringen) en provinciale normen (regionale keringen). Dit vereist de volgende activiteiten: het verwerven, aanleggen, inspecteren, toetsen, verbeteren, onderhouden, handhaven en bewaken van de keringen, inclusief de bijbehorende kunstwerken. Verwerven geldt alleen voor primaire keringen, het is geen vereiste, maar heeft tot doel de beheersituatie te verbeteren. Doelstellingen, beoogde effecten en plan van aanpak Toetsing regionale waterkeringen
Toetsing, beheer en verbetering primaire keringen
Waterberging VolkerakZoommeer
Overdracht keringen Rijkswaterstaat
Ruimte voor Rivier projecten
Leggers en beheerregisters
25
Doelstelling en beoogde effecten: De wettelijk verplichte toetsing van regionale keringen afronden en indien noodzakelijk verbeterplannen opstellen en uitvoeren om de regionale keringen op orde te brengen. Plan van aanpak: In 2014 is de toetsing van de regionale keringen afgerond en in 2013 het Plan van Aanpak Regionale Keringen vastgesteld. Conform dit plan van aanpak start de uitvoering van verbetermaatregelen en fysieke beheermaatregelen (beiden gereed in 2018, Mark-Vliet en overige regionale keringen uiterlijk 2020) en van de administratieve beheermaatregelen (gereed 2015). Doelstelling en beoogde effecten: Jaarlijkse toetsing van de primaire keringen. Maatregelen uitvoeren om afgekeurde primaire keringen te verbeteren. In 2013 voldoet 90% van de primaire keringen aan de norm. De hoogte van het percentage dat in 2016 voldoet is afhankelijk van het HoogWaterBeschermingsProgramma (nHWBP). Plan van aanpak: Het opstellen van een planning voor de jaarlijkse toetsing van de primaire keringen als gevolg van de wijziging van de Waterwet en in ieder geval de Veiligheid Nederland in Kaart (VNK2) trajecten in dijkring 34 aanmelden. Start van voorbereiding en uitvoering van maatregelen die voortkomen uit de 3e ronde toetsing van de primaire keringen, waarover overeenstemming is bereikt met het programmabureau nHWBP. Doelstelling en beoogde effecten: Het voorkomen van negatieve effecten van waterberging in het Volkerak-Zoommeer voor het beheergebied van het waterschap. Plan van aanpak: De voorbereiding van de aanpassingen aan primaire keringen, regionale keringen en kunstwerken is in volle gang. Daarnaast het verder uitwerken van het in 2013 opgestelde Inzetprotocol in concrete calamiteitenplannen. Doelstelling: Uitwerking van de consequenties van de beheeroverdracht keringen van Rijkswaterstaat langs het Afwateringskanaal ‟s Hertogenbosch-Drongelen en het Markkanaal met betrekking tot beheer, onderhoud, leggers en beheerregister. Plan van aanpak: Het opnemen in het onderhoudsplan van het waterschap, leggers en beheerregister. Doelstelling: Het continueren van dijkverbeteringen, daar waar dat noodzakelijk is. Het betreft de Ruimte voor Rivier projecten. Deze projecten worden gefinancierd door het Rijk. Plan van aanpak: Als onderdeel van het programma “Ruimte voor de rivier” uitvoering van de dijkverbeteringen aan: Overdiepse polder inclusief aanleg nieuwe primaire keringen Overdiep (afronding in 2015). Keizersveer (eind 2014 gereed). Doelstelling en beoogde effecten: Leggers en beheerregister keringen beheren en actualiseren indien nodig. Data over waterkeringen (opbouw, dimensionering, beplanting, beheer, gebruik, etc.) op orde brengen en onderzoek uitvoeren om kennis- en gegevenslacunes op te lossen.
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Samenwerken
Plan van aanpak: Het versneld completeren en actualiseren van het beheerregister. Aanvullen leggers en beheerregister vanwege de van RWS overgenomen keringen. Aanpassen van Keur en leggers aan het Uniemodel (wijziging beschermingszones). Doelstelling en beoogde effecten: Door samenwerking bijdragen aan voor het waterschap belangrijke strategische beslissingen en door samenwerken de voorbereiding en uitvoering van werken faciliteren. Plan van aanpak: Samenwerking in het kader van Winnend samenwerken continueren en uitbouwen. Samenwerking met gemeenten over dijken intensiveren ten behoeve van de aanpassingen van regionale en primaire keringen. Samenwerking met Scheldestromen intensiveren in verband met Deltabeslissing „Rijn-Maas delta‟. Rekening 2012
Jaarplan 2013
Kadernota 2014
Jaarplan 2014
202
202
-
202
36
36
-
36
Aantal km verbeterde primaire kering
-
-
-
12
Aantal km verbeterede regionale kering
-
-
-
0
Aantal km getoetste primaire kering
-
-
-
25
78%
95%
-
95%
Rekening 2012
Jaarplan 2013
Kadernota 2014
Jaarplan 2014
Prestatie indicatoren Aantal km onderhouden overige waterkering/ kade Aantal km uitvoeren maaiwerken via Europese aanbesteding
Status gegevens beheerregister waterkeringen op orde (%) Geld (bedragen x € 1.000) Totaal netto kosten programma 1)
3.933
4.801
1)
5.633
5.618
Het effect van de nieuwe methodiek raming investeringen en kapitaallasten is opgenomen in de cijfers, waar deze bij de Kadernota nog extracomptabel verwerkt was. Bovendien was in de Kadernota abusievelijk de afschrijvingslast van het HWBP voor het volledige jaar opgenomen. Het bedrag wijkt derhalve af van het bedrag in de Kadernota (€ 7.150)
Ten opzichte van de kadernota zijn er geen noemenswaardige afwijkingen. Ten opzichte van jaarplan 2013 zijn de kosten € 817 hoger. Dit wordt veroorzaakt door hogere kapitaallasten en hogere directe kosten als gevolg van CBS-indexering en afschaffing van het accijnstarief voor rode diesel in 2013. Conclusie In 2014 zal het Waterschap op veel plekken in het beheergebied investeren in verbetering van de regionale en primaire keringen conform de planning van Kadernota 2014-2024. Hiermee wordt invulling gegeven aan de kerntaak veiligheid.
26
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Programma 3000 – Inrichting en Onderhoud Watersystemen Programmabeheerder: A. Meuleman Doelstelling programma Het doel van dit programma is het inrichten en in stand houden van de natte infrastructuur, inclusief bodems, taluds, oevers en kunstwerken, zodat aan- en afvoer van water altijd past bij het doorstroomprofiel en bergingsvermogen van waterlopen. Daarbij moet een balans bestaan tussen landbouw, natuur en andere functies die de waterlopen vervullen. Waar nodig vinden aanpassingen aan de infrastructuur plaats door nieuwbouw of onderhoud, op basis van monitoringgegevens en inspecties. Doelstellingen, beoogde effecten en plan van aanpak Duurzaam onderhoud
Integrale inrichting van het watersysteem
Verkeerstoren
Zelfzorg en participatie
Digitale overheid 27
Doelstelling en beoogde effecten: Een onderhoudsregime dat bijdraagt aan het voorkomen van wateroverlast, een goede ecologische kwaliteit en het vasthouden (vertraagd afvoeren) van water. Tevens invulling geven aan maatschappelijk verantwoord ondernemen (zoals verwaarding van groene reststoffen en reductie CO2 emissies). Plan van aanpak: Het uitwerken van de maaibestekken op basis van het nieuwe algemeen onderhoudsplan. Samenwerking met gemeenten is hierbij een aandachtspunt. Bij de planning, binnen de wettelijke mogelijkheden, actief anticiperen op de actuele weersomstandigheden. In alle rayons wordt een proefproject uitgewerkt voor het anders omgaan met maaisel. Uitvoering waterbodembeleidsplan, met aandacht voor duurzame baggermethoden (ook aandacht voor alternatieve methoden om interne eutrofiëring te voorkomen). Het onderhouden van ingerichte groenelementen (waaronder Ecologische Verbindingszones) conform opgestelde beheerplannen, met het oog op de gestelde doelen voor ecologie en waterkwaliteit. Doelstelling en beoogde effecten: Het trekken van of participeren in integrale inrichtingsprojecten die bijdragen aan een meer robuust waterbeheer op het gebied van waterkwantiteit, waterkwaliteit en ecologie, zoals gepland in het waterbeheerplan 2010-2015. Plan van aanpak: Bij inrichtingsplannen rekening houden met klimaatscenario‟s (minimaal de scenario‟s van het KNMI uit 2006) voor 2050 en het koppelen van kansen voor waterberging, waterkwaliteit en ecologie. Hierbij bewust kiezen voor een natuurlijke oplossingsinrichting waar mogelijk en een technische oplossing waar noodzakelijk. Voortgang van projecten monitoren en jaarlijks evalueren, zodat duidelijk is of het waterschap de resultaatverplichting voor Kader Richtlijn Water en tweede bestuursovereenkomst nakomt. Op basis van deze evaluatie waar nodig aanpassing van projecten. Actief aanvullende subsidies verwerven en samenwerken met derden. Doelstelling en beoogde effecten: Het door middel van pro-actieve sturing vergroten van de effectiviteit van het beheer. Plan van aanpak: Uitwerking van de verkeerstoren voor watersystemen (fase 2: samenwerkingsproject Winnend Samenwerken). Door bijvoorbeeld pro-actief met de bediening van kunstwerken in te spelen op weersverwachtingen, kan de effectiviteit van het beheer en onderhoud worden vergroot. Doelstelling: Toename van initiatieven op het gebied van zelfzorg en participatie, zoals verwoord in de visie die in 2013 (of begin 2014) door het bestuur wordt vastgesteld. Plan van aanpak: Het aanboren en benutten van kansen in het gebied voor meer betrokkenheid en sturing door de maatschappij op het gebied van inrichting, beheer en onderhoud van watersystemen (uitwerking van de ontwikkelrichting „zelfsturing door watergebruikers‟). Doelstelling: De operationele monitoringsgegevens van het watersysteem zijn voor burgers en bedrijven via internet te raadplegen.
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Asset management
Plan van aanpak: Het in samenwerking met waterschappen De Dommel en Aa en Maas inzetten van de applicatie HydroView in de HydroNetPortal. Doelstelling: Implementatie van asset management voor de objecten in het watersystemen. Plan van aanpak: In 2013 is de methode doorlopen en in beeld gebracht wat er nodig is voor implementatie. In 2014 wordt op basis van een bedrijfswaardenmodel een afweging gemaakt voor de instandhouding van deze objecten op basis van risicobenadering en toegevoegde waarde. De scope betreft investeringen, exploitatie (onderhoud en beheersmaatregelen) en restrisico‟s. De resultaten zijn input voor de P&C cyclus. Rekening 2012
Jaarplan 2013
Kadernota 2014
Jaarplan 2014
Aantal km gedifferentieerd onderhoud
-
-
-
1094
Aantal proefprojecten anders omgaan met maaisel
-
-
-
>4
200
250
-
250
Aantal locaties met structurele blauwalgenoverlast (meer dan 5 meldingen)
-
-
-
5
Aantal oefeningen calamiteitenbestrijding
3
1
-
1
Aantal trainingen calamiteitenbestrijding
7
4
-
4
% Projectplannen binnen 3 maanden na realisatie verwerkt in beheerregister
-
-
-
>90%
Energieverbruik watersystemen
-
-
-
32
% Uitgevoerde handmetingen voor validatie van gegevens (ten opzichte van planning)
-
-
-
85%
% Kwantiteitsgegevens beschikbaar via internet
-
45%
-
60%
% Door Aquon geleverde meetpunt parameter combinaties t.o.v. de vraag van het waterschap
-
-
-
98%
Aantal voortgangsrapportages Aquon
-
-
-
6
Rekening 2012
Jaarplan 2013
Kadernota 2014
Jaarplan 2014
Prestatie indicatoren
Aantal km te baggeren waterlopen
Geld (bedragen x € 1.000) Totaal netto kosten programma 1)
28.242
28.906
1)
30.923
30.104
Het effect van de nieuwe methodiek raming investeringen en kapitaallasten is opgenomen in de cijfers, waar deze bij de Kadernota nog extracomptabel verwerkt was. Het bedrag wijkt derhalve af van het bedrag in de Kadernota (€ 31.947)
Ten opzichte van de kadernota zijn de kosten € 819 lager. Dit wordt veroorzaakt door lagere kapitaallasten als gevolg van lagere rentelasten. Ten opzichte van jaarplan 2013 zijn de kosten € 1.198 hoger. Dit wordt veroorzaakt door hogere directe kosten als gevolg van overname stedelijk water, overname extra arealen EVZ‟s, CBS-indexering, afschaffing van rode diesel en gestegen onderzoekskosten (Aquon). Conclusie Met de verdere ontwikkeling van de verkeerstoren en de implementatie van de systematiek van asset management voor onderhoud en investeringen wordt in 2014 een verdere professionalisering richting een robuust en duurzaam watersysteembeheer vorm gegeven. Tevens krijgt samenwerking met de omgeving een impuls via de doelstelling Zelfzorg en Participatie, waarbij tevens een financieel voordeel op termijn wordt verwacht.
28
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Programma 4000 – Bouw en exploitatie zuiveringstechnische werken Programmabeheerder: A. van Rijn Doelstelling programma Het doel van dit programma is het aangeboden afvalwater efficiënt en effectief af te nemen uit de gemeentelijke riolering, te zuiveren en weer af te voeren naar oppervlaktewater. Hierbij komt slib vrij dat na verwerking wordt afgevoerd naar de Slibverbrandingsinstallatie Noord-Brabant (SNB) voor eindverwerking. Tot dit programma behoort ook het beheer en onderhoud van installaties voor individuele behandeling van afvalwater (IBA‟s) en voor zuivering van huishoudelijk afvalwater afkomstig van niet-gerioleerde panden. Bij dit programma behoort eveneens het doelmatig realiseren van de benodigde investeringsprojecten, waarbij programmering wordt gedaan gebruikmakend van de methodiek Asset Management. Doelstellingen, beoogde effecten en plan van aanpak Afvalwaterzuiveringsprestatie
Doelstellingen: 1. De bestaande zuiveringscapaciteit maximaal benutten. 2. De bedrijfsvoering optimaliseren. 3. De Waterwet- en Wet Milieubeheervergunningen op orde houden. 4. Voldoen aan de eisen uit deze vergunningen. Plan van aanpak: 1. Ingezet wordt op het behalen van de eisen die in elke vergunning per rwzi worden gesteld. Gebiedsbreed moet 75% verwijderingsrendement worden gehaald voor zowel stikstof als fosfaat. De processturing is er op gericht om voor fosfaat 76% verwijdering te halen en voor stikstof het maximale uit de installaties te halen waardoor ongeveer 78% gebiedsrendement kan worden bereikt. Tezamen met de CZV-verwijdering geeft deze sturing een zuiveringsrendement van 81%. 2. Verdere ontwikkeling van De Verkeerstoren: doel is een verbeterslag te maken in de bedrijfsvoering van de primaire processen (zowel zuiveren als waterbeheer). Het basisidee is het bij elkaar brengen (fysiek of virtueel) van betrokken disciplines en de ondersteunende informatievoorziening rondom beheer (en onderhoud). Op deze manier wordt bereikt dat de kennis van de medewerkers over de steeds complexere installaties optimaal benut en gedeeld wordt. In 2013/2014 is er een project gestart om de sluitende buisiness case van het werkconcept “verkeerstoren” aan te tonen cq. inzichtelijk te maken. Ook worden twee werkprocessen inhoudelijk onder de loep genomen. Bij gebleken rentabiliteit wordt in 2014 uitvoeringskrediet voor het reeds in het IP opgenomen project aangevraagd en begonnen met de feitelijke implementatie van tenminste 2 werkprocessen. 3. Door een adequate procesvoering, onderhoud op basis van risico, en een meet- en monitoringsprogramma wordt ingezet op het voldoen aan alle individuele vergunningseisen van de 17 rwzi‟s. 4. Daarnaast worden de volgende punten concreet gerealiseerd: De BHV-organisatie wordt in 2014 hernieuwd ingevoerd. Op basis van de in 2013 gereed gekomen BHV-plannen wordt de BHV structuur voor de zuiveringslocaties weggezet, opgeleid en geoefend. Dit conform het kaderplan “bedrijfshulpverlening”. De resultaten van het in 2013 lopende project “ATEX-inventarisatie” worden in 2014 geïmplementeerd. Concreet betekent dit dat de locaties Bath, Nieuwveer, Dongemond en Waalwijk een actueel “explosieveiligheidsdocument (EVD) hebben en dat de meest acute beheersmaatregelen hieruit getroffen zijn. Voor mogelijke vervolgmaatregelen zal een apart traject/project opgestart moeten worden. In 2011 is er een RI&E uitgevoerd, in 2013 de Branche RI&E. De uitkomsten hiervan zullen in 2014 tot uitvoering moeten gebracht. Belangrijk voor de procesvoering is een goede informatievoorziening. Per 1-1-2014 wordt het systeem Z-Info in gebruik genomen als vervanger van Pauz+. Na jarenlang gewend te zijn geweest aan het Pauz+ systeem zal dit periode van gewenning met izh meebrengen.
29
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Instandhouden betrouwbare werking
Na de implementatie van Z-Info wordt het huidig vergunningenbeheersysteem (VBS) ondergebracht in het onderhoudsbeheerssysteem (OBS). Het VBS vertaald de waterwet en de omgevingsvergunning naar alle taken/acties die hieruit moeten gebeuren. Het aantoonbaar uitvoeren van al deze taken/acties vormt de garantie voor het voldoen aan de vergunning. Het huidig VBS is niet gebruikersvriendelijk genoeg en sluit onvoldoende aan bij de huidige werkwijze (los systeem). Door de integratie in het OBS moet het naleefgedrag van de vergunningen aantoonbaar verbeteren. Doelstelling: Betrouwbaarheid en beschikbaarheid van de installaties in stand houden. Plan van aanpak: Het budget voor de instandhouding/exploitatie bestaat voor 30% uit eigen manuren en voor 70% uit in te kopen diensten en onderdelen. Het merendeel van wat ingekocht wordt, wordt via raamcontracten aanbesteed. Nieuw in 2013 is de uitvoering van een deel van het onderhoud via prestatiecontracten. In 2014 is het onderhoud van de slibverwerkingsinstallaties Nieuwveer en Rijen het volle jaar uitbesteed middels een prestatiecontract. Dit prestatiecontract is ook onderwerp van onderzoek van de Universiteit van Tilburg. In de praktijk wordt onderzocht wat de voor- en nadelen zijn van dergelijke contracten om te kunnen bepalen hoe hier in de toekomst mee verder gegaan kan worden. In 2014 wordt gewerkt volgens de met de assetmanager (afdeling Zuiveren) nieuw opgestelde dienstverleningsovereenkomst. Hierin zijn rollen en taken scherper ingevuld volgens de principes van het asset management. Het planmatig onderhoud wordt verder ontwikkeld om enerzijds een nauwkeurigere instandhoudingsplanning te kunnen maken, anderzijds via asset management een kosten optimalisatie te kunnen maken tussen onderhoud en instandhoudingsprojecten. Een deel van het onderhoudsbudget wordt besteed om de uitvoering van projecten mogelijk te kunnen maken en te ondersteunen. Het bouwproces wordt uitgevoerd met aandacht voor: 1. Toepassen van Design Construct-contractvormen, toepassen van nieuwe inkoopmethodieken, zoals Best Value Procurement en het vasthouden van de goede score voor aanbestedingen met behulp van EMVI-afwegingen (Economisch Meest Voordelige Inschrijving). 2. IPM projectmanagement (team van projectmanagers met elke een eigen aandachtsgebied). 3. Kennisdeling met externe (markt)partijen als NL Ingenieurs, Bouwend Nederland en Rijkswaterstaat, bijv. rondom geïntegreerd Aanbesteden, projectmanagement en verandermanagement.
Capaciteitsbeheer installaties
30
De volgende projecten (samengevat) zullen in 2014 investeringsuitgaven kennen. Reeds besloten: Cluster renovatie rioolgemalen: 250.000; Renovatie rwzi‟s: 9.000.000; Renovatie Putte en Ossendrecht: 1.100.000; Rwzi Bath, instandhouding; 2.200.000; Onderhoud Afvalwaterketen: 2.700.000; Overige: 4.750.000. Nog te besluiten: Noodbuffer Roosendaal; 250.000; Maatregelen Afvalwaterakkoorden (AWA): 130.000; Herinrichting infrastructuur Nieuwveer: 1.300.000; Rioolgemaal 2e tranche cluster 1: 430.000; Overige: 740.000. Doelstelling en beoogde effecten: 1. Bepaling doelmatige afnamehoeveelheid, uitgaande van oppervlaktewaterkwaliteit, in plaats van normatief (BasisInspanning). Als gevolg van de cultuuromslag is het tekort aan afnamecapaciteit mogelijk kleiner dan tot nu toe berekend. 2. Behoud van industriële lozers van biologische goed afbreekbaar afvalwater. Dit water verbetert de doelmatige werking van de zuiveringsinstallatie.
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Afvalwaterketensamenwerking
Energiebesparing
Ontwikkelingsinvesteringen / Innovatieagenda ZB / NEWater / Energie- en Grondstoffenfabriek / biobased economy
31
Plan van aanpak: 1. De hydraulische capaciteit van de rioolgemalen en zuiveringen dient afgestemd te zijn op het afvalwateraanbod van de rioleringssystemen van de gemeenten. Tot nu toe vormden de aan de gemeenten verleende aansluit- en overstortvergunningen de basis voor deze „afnameverplichting‟. Nu wordt samen met gemeentes en de waterkwaliteitsbeheerders het OAS-resultaat heroverwogen. Er wordt hierbij gekeken naar de werkelijk aangeboden afvalwaterhoeveelheden en effecten hiervan op de werking van het systeem, inclusief kansen op overstorten van ongezuiverd, gedeeltelijk gezuiverd en gezuiverd afvalwater. Bij deze heroverweging speelt het recente Bestuursakkoord Water een belangrijke rol: de waterkwaliteitsbeheerder bepaalt hoeveel immissie vanuit riolering en rwzi toegestaan wordt. De benodigde afnamehoeveelheid neemt hierdoor af ten opzichte van het OASresultaat. De nieuw vastgestelde afnamehoeveelheid wordt vastgelegd in het afvalwaterakkoord (AWA) en vervangt de aansluitvergunning. 2. Ook hiervoor goed gebruik maken van de samenwerking tussen waterschappen en gemeentes, waarvoor in ons werkgebied vier werkeenheden zijn ingericht. Doelstelling: Samen met de gemeenten werken aan de besparingsopgaven uit het Bestuursakkoord Water. Plan van aanpak: 1. Samen met de gemeenten de OAS-maatregelen heroverwegen, zodat minder investeringen in capaciteitsuitbreiding nodig zijn. 2. Samen met gemeenten binnen de werkeenheden samenwerken op operationele onderwerpen waar besparingen zijn te halen, bijvoorbeeld door schaalgroottevoordelen. 3. Steeds meer denken vanuit één systeem voor afvalwater, de zogenaamde afvalwaterketen. 4. Werken aan optimale kennisdeling op gemeenschappelijke onderwerpen, zoals aanleg riolering, beheer en onderhoud rioolgemalen, inspecties en projectmatig werken. Doelstelling en beoogde effecten: De kerntaak zuiveren volgens het afgesproken kosten- en kwaliteitsniveau uitvoeren en daarbij jaarlijks besparen op het energieverbruik, conform de afspraken in het Bestuursprogramma en het Klimaatakkoord (in totaal 30% c.q. 140.000 GJ/j besparen ten opzichte van 2005). In de voorgaande jaren t/m 2012 is reeds 11% besparing gerealiseerd. Plan van aanpak: 1. Verder besparen op het energieverbruik door uitvoering van de volgende projecten: realisatie deelstroombehandeling rwzi Nieuwveer (3% besparing c.q. 16.000 GJ/j), realisatie warmtelevering aan gemeente Breda (4% besparing c.q. 19.000 GJ/j), investering van SNB in twee hogedrukketels (11% besparing c.q. 50.000 GJ/j) 2. Onderzoek uitvoeren en ontwikkelingen in gang zetten om de resterende opgave voor vermindering van het energieverbruik en verhoging van de zelfvoorzienendheid in te kunnen vullen. 3. Evalueren van de proef voor thermofiele slibgisting rwzi Bath. 4. Verwoorden kaders en richtlijnen voor toepassingen van opwekking van zon- en windenergie; de bevordering van de toepassing daarvan binnen deze kaders. Doelstelling en beoogde effecten: Ontwikkelingsinvesteringen baseren op de resultaten van de Innovatieagenda ZB en de ontwikkelingen binnen de Energie- en Grondstoffenfabriek (NEWater). De Innovatieagenda beoogt het vinden van maatregelen die naast energiebesparing ook kostenbesparing en sluiting van de kringloop bereiken. In de Innovatieagenda ZB zijn onderwerpen geselecteerd die bijdragen aan de doelstellingen uit onder andere de Ambitienota Zuiveren en passen in het concept van NEWater, dat uitgaat van afvalwater als bron van grondstoffen/nutriënten, energie en schoon water. Dit betekent onder andere dat er in samenwerking met het bedrijfsleven, ZLTO, gemeenten, onderwijs- en kennisinstellingen en andere partners gezocht wordt naar kansen om afvalwater meer te laten zijn dan een kostenpost.
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Assetmanagement
Plan van aanpak: De Innovatieagenda ZB richt zich op 4 speerpunten: fosfaat, thermofiele gisting, biobased economy en de energiefabriek Nieuwveer. 1. Fosfaat wordt uit het zuiveringsslib teruggewonnen na eindverwerking bij de Slibverwerking Noord-Brabant (SNB). De SNB hanteert de doelstelling 100% terugwinning en hergebruik van het fosfaat in 2015. 2. Begin 2013 is de full-scale proef thermofiele gisting op Bath gestart. Bij de uitvoering van deze proef is tegen een aantal beperkende factoren aangelopen waardoor de proef eind 2013 (tijdelijk) is stilgezet. Uit de evaluatie moet blijken of de proef in aangepaste vorm in 2014 kan worden voortgezet, dit is wel de intentie. 3. Brabantse Delta participeert in een aantal biobased-platforms in de regio, met bedrijven en andere stakeholders. Ook in 2014 zal de focus liggen op verkenning van het speelveld en identificatie van mogelijke business-cases. Doelstelling is het sluiten van stoffenkringlopen. Binnen de Grondstoffenfabriek ontwikkelen de waterschappen gezamenlijk kennis, o.a. in samenwerking met het Stowa, maar ook door kennis te delen afkomstig uit lokale projecten en ervaringen. 4. Op basis van uitkomsten van de strategiestudie Energiefabriek Nieuwveer worden projecten voorbereid die de Energiefabriek Nieuwveer dichterbij brengen. Voor 2014 betekent dit concreet de proef met de Unas-installatie (koude anammox in de hoofdstroom). 5. Andere innovatieprojecten die in 2014 zullen worden gestart dan wel voorbereid: pilotproef voor de productie van bioplastic PHA (polyhydroxyalkanoaat) uit afvalwater op de rwzi Bath Onderzoek naar de winning van lignine uit zuiveringsslib (grondstof voor de chemische industrie voor de productie van aromaten) pilotproef voor de productie van eendenkroos (Lemna) uit deelstroom Nieuwveer in samenwerking met Avans Hogeschool. Het eendenkroos is weer de grondstof voor de productie van eiwitten. praktijkproef in samenwerking met Alumet en de gemeente EttenLeur naar een nieuwe duurzame inzet van aluminiumhoudende afvalstromen voor de defosfatering op de rwzi Bath. Doelstelling en beoogde effecten: De methodiek van Asset Management verder ontwikkelen om de doelmatigheid van investeringen te vergroten en om investeringen integraal te kunnen afwegen. Hiervoor worden risico‟s geïnventariseerd en gewaardeerd. De risicoreductie wordt bepaald, afgewogen en gepland. Dit resulteert in een input voor het investeringsprogramma voor instandhoudingsinvesteringen. Plan van aanpak: Streven is in 2014 in het kader van winnend samenwerken een bestuurlijk goedgekeurd bedrijfswaardenmodel beschikbaar te hebben. Vanuit daar zal de systematiek (ook weer Brabantbreed en zowel voor watersystemen als zuiveringsbeheer) verder worden uitgewerkt. Het doel daarbij is om te komen tot een „gewogen” investeringsprogramma voor 2015 en verder. Rekening 2012
Jaarplan 2013
Kadernota 2014
Jaarplan 2014
99,95%
99%
-
99%
Voldoen aan de afnameverplichting (%)
94,0%
100%
-
100%
Zuiveringsprestatie (%)
81,5%
81%
-
81%
Stikstofverwijderings-rendement (%)
78,2%
77%
-
77%
Fosfaatverwijderings-rendement (%)
76,5%
76%
-
76%
CZV-verwijderingsrendement (%)
89,8%
89%
-
89%
Prestatie indicatoren Nalevingspercentage lozingseisen (%)
32
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Geld (bedragen x € 1.000) Totaal netto kosten programma 1)
Rekening 2012 51.696
Jaarplan 2013 50.916
Kadernota 2014 1)
Jaarplan 2014
52.316
51.992
Het effect van de nieuwe methodiek raming investeringen en kapitaallasten is opgenomen in de cijfers, waar deze bij de Kadernota nog extracomptabel verwerkt was. Het bedrag wijkt derhalve af van het bedrag in de Kadernota (€ 52.649)
Ten opzichte van de kadernota is er een overschot van € 324. Dit overschot wordt voornamelijk veroorzaakt door lagere kapitaallasten (€ 1.201) en hogere directe kosten (€ 877): Hogere directe kosten ontstaan doordat waterschap De Dommel een hoger aantal VE blijft zuiveren dan waarmee in de kadernota gerekend is. Dit doordat een eigen zuivering van een viertal bedrijven in 2014 nog niet in bedrijf gaat. Tegenover de hogere prognose van € 1.493 staat een hogere opbrengst aan heffingen (zie programma 9000); De kapitaallasten vallen lager uit vanwege lagere rente, SNB agiostorting m.b.t. investering energie optimalisatie en bijstelling van projecten met een latere realisatiedatum; Naast lagere kapitaallasten is ook het budget voor energiekosten en industriële reiniging verlaagd; Bij de kosten voor de SNB is de bij de Kadernota voorziene verhoging achterwege gebleven vanwege verhoogde opbrengsten derden en bijstelling van slibhoeveelheden. Ten opzichte van jaarplan 2013 bedraagt het negatieve verschil € 1.076 Dit wordt veroorzaakt door hogere afdelingskosten (€ 339), hogere directe kosten en opbrengsten (€ 415), hogere kapitaallasten (€ 110) en hogere overige doorrekeningen (€ 212). Conclusie De realisatie van de taakstelling van programma 4000 is grotendeels „geborgd‟ in ervaring en kennis van mensen. Er wordt nu volop gewerkt aan meer structuur, waarbij deze kennis en ervaring optimaal gebruikt en geborgd worden in deze structuur. Dat leidt onder meer tot beter onderbouwde afwegingen, een groter gebruik van innovatieve methodieken en beter aantoonbare behaalde doelen. Belangrijk is om daarbij de hogere werktevredenheid vasthouden en om een goede samenwerking binnen het waterschap te bevorderen.
33
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Programma 5000 – Inrichting en Nautisch Onderhoud Vaarwegen en Havens Programmabeheerder: A. Meuleman Doelstelling programma Het doel van dit programma is te zorgen voor veilige en goed toegankelijke vaarwegen en havens. Tot de werkzaamheden behoren het verwerven, aanleggen, inspecteren, monitoren, onderhouden, handhaven en bewaken van de vaarwegen, de bijbehorende kaden en de kunstwerken. Ook de aanleg en het onderhoud van kunstwerken ter voorkoming van wateroverlast en schade in vaarwegen zoals de Mark-Vliet zijn onderdeel van dit programma. Doelstellingen, beoogde effecten en plan van aanpak Verbeterslag nautisch beheer
Baggeren MarkVlietsysteem
Aanscherpen vergunningverleningseisen projecten op vaarwegen Assetmanagement kunstwerken vaarwegen
Uitvoering beheer en onderhoud vaarweg- en nautisch beheer Markkanaal en Oude Maasje/Zuiderkanaal
Doelstelling: Verkeersbesluiten, verkeersborden/nautische voorzieningen en handhaafbaarheid op elkaar afstemmen. Plan van aanpak: Bestaande verkeersbesluiten bekijken en waar nodig vervangen door één verkeersbesluit. Markkanaal en Oude Maasje/ Zuiderkanaal hier ook in betrekken (zoals snelle motorbotenregeling Oude Maasje). Niet handhaafbare borden verwijderen/aanpassen. Doelstellingen en beoogde effecten: Voldoende baggeren om de scheepvaartfunctie te behouden. Plan van aanpak: Baggeren op basis van peilingen en de scheepvaartklasse. Doelstellingen en beoogde effecten: Ervoor zorgen dat scheepvaartverkeer (relatief) vlot kan blijven verlopen. Plan van aanpak: De procedure van Rijkswaterstaat bekijken en toepassen op onze vaarwegen en dit verankeren in de keur. Doelstelling: Risicogestuurd onderhoud. Plan van aanpak: Vertalen van de resultaten uit het inspectieprogramma 2013 in het meerjarenonderhoudsprogramma. Waar nodig ook decompositie van vaarwegen toepassen (oevervoorzieningen). Doelstellingen en beoogde effecten: Inpassen nieuw vaarwegareaal in beheerorganisatie. Plan van aanpak: Onvoorziene omstandigheden uit de overeenkomst met Rijkswaterstaat repareren.
Prestatie indicatoren % Afgerond onderhoud t.o.v. het onderhoudsplan vaarwegen en havens % Afgerond baggeren t.o.v. het baggerprogramma % Status gegevens beheerregister vaarwegen op orde Geld (bedragen x € 1.000) Totaal netto kosten programma 1)
Rekening 2012
Jaarplan 2013
Kadernota 2014
Jaarplan 2014
100%
80%
-
100%
-
50%
-
100%
99%
99%
-
99%
Rekening 2012
Jaarplan 2013
Kadernota 2014
Jaarplan 2014
2.735
2.517
1)
2.574
2.330
Het effect van de nieuwe methodiek raming investeringen en kapitaallasten is opgenomen in de cijfers, waar deze bij de Kadernota nog extracomptabel verwerkt was. Het bedrag wijkt derhalve af van het bedrag in de Kadernota (€ 2.607)
Ten opzichte van de kadernota zijn de kosten € 244 lager. Dit wordt veroorzaakt door lagere kapitaallasten als gevolg van het vertragen van projecten en lagere rentelasten . Ten opzichte van jaarplan 2013 zijn de kosten € 187 lager. Dit wordt veroorzaakt door lagere kapitaallasten als gevolg van het vertragen van projecten en lagere rentelasten. Conclusie De begroting is aangepast zodat deze past binnen de afspraken met de provincie Noord-Brabant en kaders die in de Kadernota gesteld zijn, waarbij de vaarwegfunctie intact blijft. 34
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Programma Vergunningverlening Keur (6001) en Beheersen van Lozingen (6501) Programmabeheerder: A. van Mieghem Doelstelling programma Vergunningverlening Keur: Het door middel van eigen regelgeving en ontheffingverlening in stand houden van veilige waterkeringen, van de water aan -en afvoerfunctie van de oppervlaktewateren en het realiseren van een goed beheer daarvan. Beheersen van lozingen: Het door middel van vergunningverlening, alsmede goedkeuring en stimulering van gemeentelijke rioleringsplannen beheersen van lozingen van afvalwater met het oog op het bereiken of behouden van een goede oppervlaktewaterkwaliteit en de doelmatige werking van zuiveringstechnische werken. Doelstellingen, beoogde effecten en plan van aanpak Keur
Omgevingswet
Omgevingsdienst Midden en West-Brabant
Doelstelling en beoogde effecten: Brabantbrede keur, waardoor onderlinge uitwisseling van medewerkers makkelijker wordt en er eenduidigheid ontstaat voor aanvragers die in het hele gebied werkzaam zijn. Plan van aanpak: Uitvoering van het project zoals benoemd onder winnend samenwerken. Doelstelling en beoogde effecten: Het behartigen van de belangen van het waterschap bij de invoering van de omgevingswet. Het omgevingsrecht bestaat uit tientallen wetten en honderden regelingen voor ruimte, wonen, infrastructuur, milieu, natuur en water. De omgevingswet integreert deze wetten. Naar verwachting treedt de wet in 2018 in werking. Plan van aanpak: Brede interne werkgroep (vergunningen, handhaving, juridische zaken, beleid) en afstemming met de Dommel en Aa & Maas leidt tot een gezamenlijk geluid naar de Unie van Waterschappen. Doelstelling en beoogde effecten: De samenwerkingsafspraken met betrekking tot Wabo-advisering nader vorm geven ten behoeve van effectieve en efficiënte advisering. Plan van aanpak: Door middel van werkafspraken en accountgesprekken op basis van een samenwerkingsovereenkomst. Rekening 2012
Jaarplan 2013
Kadernota 2014
Jaarplan 2014
Aantal afgeronde reguleringen
830
825
-
825
Afgeronde procedures binnen wettelijke termijn
93%
100%
-
95%
Aantal afgewikkelde meldingen
325
375
-
325
Aantal Wabo-adviezen
103
n.v.t.
-
75
Prestatie indicatoren
Het percentage “afgeronde procedures binnen wettelijke termijn” is bijgesteld naar 95%: Er zijn altijd wel procedures die met medeweten van de aanvrager buiten de termijn vallen; Het verlengen van de procedure in de 7e of 8e week levert vaak negatieve reacties op, waardoor er vaak voor gekozen de termijn met enkele dagen te overschrijden; Andere organisaties hanteren vaak ook een kpi van 95% als een reële kpi. Geld (bedragen x € 1.000) Totaal netto kosten programma
Rekening 2012
Jaarplan 2013
4.287
3.836
Kadernota 2014 4.098
Jaarplan 2014 3.995
Ten opzichte van de kadernota zijn de lasten € 103 lager. Dit betreft een verschuiving van directe kosten van dit programma naar het programma Handhaving Keur voor het wegwerken van de handhavingsachterstanden. Ten opzichte van jaarplan 2013 Het Jaarplan 2014 ligt € 159 hoger door hogere afdelingslasten. Conclusie Het jaarplan valt ruim binnen de kaders van de Kadernota 2014. 35
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Programmaplan Handhaving Keur (6002) en WVO (6502) Programmabeheerder: M.J. van Overveld Doelstelling programma De
doelstelling van het programma is om door middel van handhaving: Het in stand houden en beheren van waterkeringen; Het in stand houden van de water aan- en afvoerfunctie van oppervlaktewateren; het beheersen van lozingen van afvalwater met als doel een goede oppervlaktewaterkwaliteit en doelmatige werking van zuiveringstechnische werken.
Doelstellingen, beoogde effecten en plan van aanpak Professionalisering handhaving Waterwet
Samenwerking in de handhaving
Inhaalslag uniform uitvoeren keurbepalingen
Implementatie VTH pakket SAW@
36
Doelstelling en beoogde effecten: Het streven naar effectief toezicht en handhaving van de Waterwet (inclusief keur), waarbij wordt voldaan aan de kwaliteitscriteria. Deze zijn bedoeld om de uitvoering van vergunningverlening, toezicht en handhaving (de VTH-taken) in het omgevingsrecht te professionaliseren en de kwaliteit in de organisatie te borgen (kwaliteitscriteria KPMG 2.1). Daarnaast voldoen aan de wettelijk vereiste kwaliteitscriteria zoals opgenomen in het Besluit omgevingsrecht (Bor) en Ministeriële regeling omgevingsrecht (Mor). Plan van aanpak: Uitwerken van het in 2013 opgestelde verbeterplan; Implementatie professionele handhaving. Doelstelling: Verdere afstemming en versterking van het toezicht en handhaving met de andere handhavingspartners. Plan van aanpak: In het kader van Winnend samenwerken de werkwijzen en procedures van de Brabantse waterschappen uitwisselen en op elkaar afstemmen (zoals de prioriteringsmethodiek en de gemeenschappelijke keur). Uitvoering geven aan de speerpunten zoals geformuleerd in het kader van de bestuursovereenkomst “Handhaving omgevingsrecht NoordBrabant”. De samenwerking met de Omgevingsdiensten (inclusief toezicht op chemie- en BRZO-bedrijven) verder vormgeven en effectueren. Doelstelling en beoogde effecten: Het wegwerken van de achterstanden bij handhaving keur. Plan van aanpak: De inhaalslag betreft een drietal fasen. De analysefase en de strategische fase worden in 2014 uitgevoerd. De analysefase dient om inzicht in overtredingen en de overtreders te krijgen en helpt om de uitvoering strategisch te kunnen inrichten. In de strategische fase worden keuzes gemaakt in de soort handhaving en het al dan niet legaliseren, oftewel hoe zwaar gaan we als waterschap acteren op geconstateerde groepen overtredingen in een klein gebied. De uitvoeringsfase loopt van 2015 tot en met 2018. Doelstelling en beoogde effecten: Het implementeren van een operationeel ICT-pakket voor Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (VTH) dat de handhavingsprocessen optimaal ondersteunt. Plan van aanpak: Het samen met Rijkswaterstaat en een viertal waterschappen voorbereiden en implementeren van een geselecteerd softwarepakket (SAW@) ten behoeve van het proces van handhaving en vergunningverlening.
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Prestatie indicatoren keur (6002) Aantal toezichtcontroles Aantal beschikkingen Aantal processen verbaal/BSB Aantal repressieve controles Prestatie indicatoren WVO (6502) Aantal toezichtcontroles Aantal beschikkingen Aantal processen verbaal Aantal repressieve controles
Rekening 2012
Jaarplan 2013
Kadernota 2014
Jaarplan 2014
12.572
10.900
-
10.000
175
150
-
150
0
20
-
10
1.702
2.250
-
2.250
Rekening 2012
Jaarplan 2013
Kadernota 2014
Jaarplan 2014
4.143
4.000
-
3.800
24
25
-
25
6
20
-
10
506
500
-
500
Het aantal toezichtcontroles keur bestaat uit de volgende onderdelen: vaarwegenbeheer, schouw, waterkwantiteit, waterkering en grondwater. Het aantal toezichtcontroles wordt ten opzichte van 2013 naar beneden bijgesteld vanwege een capaciteitsverdeling over de genoemde doelstellingen naast het reguliere werk. In 2014 zoeken we voor wat betreft de prestatie indicatoren een betere aansluiting met de doelstellingen zoals omschreven in het Waterbeheerplan. Uiteraard rekening houdend met de wettelijke vereisten, zoals omschreven in Bor/Mor. Geld (bedragen x € 1.000) Totaal netto kosten programma 1)
Rekening 2012
Jaarplan 2013
4.287
4.942
Kadernota 2014 1)
Jaarplan 2014
4.723
5.328
Het effect van de nieuwe methodiek raming investeringen en kapitaallasten is opgenomen in de cijfers, waar deze bij de Kadernota nog extracomptabel verwerkt was. Het bedrag wijkt derhalve af van het bedrag in de Kadernota (€ 4.746)
Ten opzichte van de kadernota nemen de kosten toe met € 605. Deze stijging wordt veroorzaakt door verschuiving van de budgetten “wegwerken achterstanden handhaving keur”. Dit budget was bij de kadernota nog verdeeld over meerdere beleidsvelden. Bij de begroting is besloten dit budget centraal weg te zetten op beleidsveld 6002/6502. Daarnaast zijn de afdelingskosten en de kosten van overige doorrekeningen hoger. Ten opzichte van jaarplan 2013 nemen de kosten toe met € 386. Ook hier is een stijging te zien als gevolg van het wegwerken van de achterstanden handhaving keur. Daarnaast zijn de kosten van Aquon hoger. Conclusie Zowel ten opzichte van de kadernota 2014 als het jaarplan 2013 zijn de kosten in het jaarplan 2014 gestegen. Het jaar 2013 was het voorbereidingsjaar voor het wegwerken van de achterstanden handhaving keur en in 2014 start de uitvoering van dit traject.
37
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Programma 7000– Heffen en Invordering Programmabeheerder: A. van Mieghem Doelstelling programma Het programma Heffen en Invordering heeft als doelstelling het opleggen en invorderen van de waterschapsbelasting in het beheersgebied. Deze activiteiten zijn uitbesteed aan de Belastingsamenwerking West-Brabant (BWB). Doelstellingen, beoogde effecten en plan van aanpak Optimaliseren informatievoorziening
Uitbreiding van aantal deelnemers BWB, taakintensivering en efficiencymaatregelen realiseren.
Doelstelling: Het optimaliseren van de informatievoorziening tussen waterschap en BWB. Plan van aanpak: De jaren 2012 en 2013 stonden vooral in het teken van het opstarten van de nieuwe belastingorganisatie en implementatie van het nieuwe belastingsysteem. In 2014 komt het accent te liggen op het stroomlijnen van de informatie van de BWB naar het waterschap en omgekeerd. Het gaat dan onder meer om heffingsgegevens, financiële informatie, prognoses en discrepantiegegevens. Hiertoe zullen sluitende afspraken worden gemaakt en deze worden verankerd in het jaarlijks op te stellen uitvoeringsconvenant. Doelstellingen: Het uitbreiden van het aantal deelnemers van de BWB binnen het beheergebied, het realiseren van taakintensivering en efficiencymaatregelen. Plan van aanpak: De genoemde doelstellingen zijn als taakstellende acties benoemd in de Begroting 2014 van de BWB.
Prestatie indicatoren (aantallen x 1.000)
Rekening 2012
Jaarplan 2013
Kadernota 2014
Jaarplan 2014
Aantal aanslagregels
-
1.149
-
1.292
Aantal aanslagen
-
362
-
392
Aantal (bruto) vervuilingseenheden
-
1.170
-
1.179
Geld (bedragen x € 1.000) Totaal netto kosten programma
Rekening 2012
Jaarplan 2013
6.608
6.691
Kadernota 2014 5.799
Jaarplan 2014 5.777
Ten opzichte van de kadernota zijn er geen noemenswaardige financiële afwijkingen. Ten opzichte van jaarplan 2013 zijn de lasten € 914 lager, met name lager door een lagere bijdrage aan de BWB (€ 635) en de afbouw van de desintegratiekosten als gevolg van het outsourcen van de belastingtaken. Conclusie Het jaarplan ligt in lijn met de kadernota.
38
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Programma 8000 – Bestuur en externe communicatie Programmabeheerder: H. van Stokkom Doelstelling programma Bestuur: Het zodanig besturen van het waterschap, dat rechtmatig en integer, doelgericht, doelmatig en meetbaar invulling gegeven wordt aan de wettelijke taak c.q. de organisatiedoelstellingen. Bestuursondersteuning: Het optimaal ondersteunen van bestuurders en bestuursorganen, op grond waarvan bestuurlijke besluitvorming op efficiënte en effectieve wijze tot stand kan komen. Beheer niet reglementair zaken: Het exploiteren van in principe afstootbare objecten, zaken en samenwerkingsvormen van het waterschap die geen functie (meer) vervullen voor de taken. Bijvoorbeeld pachtgronden, huurwoningen, cultuurhistorische objecten, voormalige kantoorpanden etc. Externe communicatie: Substantieel bijdragen aan het realiseren van de organisatiedoelstellingen door het leveren van specifieke communicatieve expertise. Adequate communicatie is in staat tot duurzame beïnvloeding van kennis, houding en gedrag. Het unieke vermogen van communicatie is van belang voor de relatie met belastingplichtigen en samenwerkingspartners. Doelstellingen, beoogde effecten en plan van aanpak Bestuurlijk functioneren
Rekenkamerfunctie
Doelmatigheids- en doeltreffendheidsonderzoek door DB
Verkiezingen
Externe communicatie
39
Doelstelling en beoogde effecten: Periodiek het bestuurlijk functioneren evalueren en daar waar mogelijk verder verbeteren. Plan van aanpak: Periodiek wordt hier in het AB bij stil gestaan (bijvoorbeeld bij de kadernota). Daarnaast is dit een vast agendapunt in het fractievoozittersoverleg. Doelstelling en beoogde effecten: Het uitvoeren van rekenkameronderzoek. Het beoogd effect is het waar mogelijk verder leren en verbeteren op basis van de uitkomsten Plan van aanpak: De rekenkamercommissie stelt voorafgaand aan het jaar haar onderzoekskalender op waarbij het Algemeen bestuur ook onderwerpen kan aandragen. Op basis van de definitieve onderzoekskalender initieert en organiseert de rekenkamercommissie in 2014 haar onderzoeken. Doelstelling en beoogde effecten: Het door middel van onderzoek komen tot mogelijkheden om te leren en verbeteren. Plan van aanpak: Op basis van de in het laatste kwartaal 2013 te maken afspraken worden de onderzoekonderwerpen gekozen ter uitvoering in 2014. Doelstelling en beoogde effecten: Het voorbereiden van de waterschapsverkiezingen in 2015, die samen gehouden worden met de verkiezingen voor de Provinciale Staten. Plan van aanpak: De voorbereidingen worden in het laatste kwartaal 2013 landelijk opgestart door de Unie. Brabantse Delta zal hier bij aanhaken en ook de eigen voorbereidingen verder opstarten en uitvoeren. Doelstelling en beoogde effecten: Het op basis van communicatievisie en –beleid invulling geven aan de communicatiestrategie. Beoogd effect is bekendheid met en transparantie in de waterschapstaken en –projecten en draagvlak daarvoor bij burgers en bedrijven. Plan van aanpak: De communicatievisie wordt op dit moment herijkt en deze zal de basis vormen voor de communicatiestrategie vanaf 2014.
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Geld (bedragen x € 1.000) Totaal netto kosten programma 1)
Rekening 2012
Jaarplan 2013
3.907
4.015
Kadernota 2014 1)
Jaarplan 2014
4.179
3.812
Het effect van de nieuwe methodiek raming investeringen en kapitaallasten is opgenomen in de cijfers, waar deze bij de Kadernota nog extracomptabel verwerkt was. Het bedrag wijkt derhalve af van het bedrag in de Kadernota (€ 4.186)
Ten opzichte van de kadernota en jaarplan 2013 is er sprake van een voordeel van respectievelijk € 367 en € 203 vanwege lagere afdelingskosten en overige doorrekeningen als gevolg van het verwerken van de reorganisatie. Conclusie Geen bijzonderheden.
40
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Programma 9000– Dekkingsmiddelen en saldo Programmabeheerder: A. van Mieghem Doelstelling programma Dit programma betreft de planning en verantwoording van de dekkingsmiddelen, waaronder belastingopbrengsten (inclusief kwijtschelding en oninbaarverklaring), dividend en rente. De kosten van het waterschap worden voor 95% door de belastingopbrengsten gedekt. Opbrengst Waterschapsbelastingen (bedragen x € 1.000)
Rekening 2012
Jaarplan 2013
Kadernota 2014
Jaarplan 2014
Netto opbrengst Waterschapsbelastingen Opbrengst omslag gebouwd
27.053
29.204
31.313
30.898
4.383
4.594
4.925
5.599
14.025
14.505
15.553
15.242
Opbrengst omslag natuurterreinen
47
48
51
103
Opbrengst verontreinigingsheffing
372
388
392
392
Opbrengst zuiveringsheffing bedrijven
19.240
18.679
16.820
19.237
Opbrengst zuiveringsheffing huishoudens
37.929
39.344
39.829
39.829
103.333
106.761
108.883
111.300
1.992
1.380
1.356
1.386
105.325
108.141
110.239
112.686
Kwijtschelding watersysteemheffing
632
649
747
747
Oninbaar watersysteemheffing
104
100
100
100
1.400
1.706
1.723
1.688
401
362
365
400
Opbrengst omslag ongebouwd Opbrengst omslag ingezetenen
Zuiveringsheffing overig
36
Netto belastingopbrengst Overige dekkingsmiddelen Totaal dekkingsmiddelen
1)
Oninbaar/kwijtschelding uitgelicht:
Kwijtschelding zuiveringsbeheer Oninbaar zuiveringsbeheer Geld (bedragen x € 1.000) Totaal dekkingsmiddelen 1)
1)
Rekening 2012 102.327
Jaarplan 2013 108.141
Kadernota 2014 110.239
Jaarplan 2014 112.686
Naast de opbrengsten waterschapsbelastingen 2014 zijn in de cijfers ook de overige dekkingsmiddelen opgenomen, met uitzondering van de vergoeding van de provincie voor het vaarwegenbeheer, die rechtstreeks op de taak vaarwegenbeheer is verantwoord.
Ten opzichte van de kadernota zijn de opbrengsten € 2.447 hoger. Watersysteembeheer: Door de nieuwe kostentoedeling zijn de percentages van de omslagen gewijzigd. Voor de oude en nieuwe percentages zie Hoofdstuk 1 Nota financieel beheer. Zuiveringsbeheer: De hogere opbrengst zuiveringsheffing wordt veroorzaakt doordat het zelf zuiveren van een aantal bedrijven is uitgesteld naar 2015. Dit veroorzaakt een toename van het aantal vervuilingseenheden met 43.000 vervuilingseenheden, met name in het gebied van waterschap de Dommel. Op beleidsveld 4000 staat daartegenover een hogere bijdrage aan de Dommel. Hiernaast is in de Begroting 2014 rekening gehouden met een daling van 4000 vervuilingseenheden door faillissementen van bedrijven vanwege de economische situatie. Ten opzichte van jaarplan 2013 zijn de opbrengsten € 4.545 hoger. Watersysteembeheer: De verschillen worden veroorzaakt door de gewijzigde percentages van de nieuwe kostentoedeling zie verklaring hierboven. De WOZ-waarde is gedaald ten opzichte van 2013 met 2,5%. Zuiveringsbeheer: Het aantal vervuilingseenheden bij bedrijven is gestegen met 13.000 vanwege een bedrijf dat pas in 2015 zelf gaat zuiveren en gedaald met 3.600 vanwege vermoedelijke faillissementen vanwege de economische situatie.
41
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Programma 200/500 – Centraal Management en Concernstaf Programmabeheerder: H. van Stokkom Doelstelling programma Centraal management: De activiteiten die betrekking hebben op het op centraal niveau leiding geven aan het ambtelijk apparaat alsmede de (secretariële) ondersteuning daarvan. Tot dit product behoren: Activiteiten van management–team/directie; Representatie management–team/directie; Directe ondersteuning managementteam/directie; Voorbereiding, begeleiding en uitvoering van vergaderingen management–team/directie). Concernstaf: Onder dit ondersteunende product vallen: kadernota, concerncontrol, concern-KAM (coördinatie Kwaliteit, Arbo en Milieu) en de werkwijze met betrekking tot inrichting AO-IC (administratieve organisatie en interne controle), inclusief de controles met betrekking tot het voldoen aan de financiële rechtmatigheid. Doelstellingen, beoogde effecten en plan van aanpak Bedrijfsvoering
Winnend samenwerken in Brabant
Samenwerking met het bestuur
In control zijn en blijven
Doelstelling en beoogde effecten: Per 1 januari wordt het beleidsvoornemen „Sterk in je werk‟ geïmplementeerd. Het beoogd effect is een kwalitatief en kwantitatief goed op de toekomst uitgeruste organisatie. Plan van aanpak: Het beleidsvoornemen vormt de basis voor de organisatie per 1-1-2014. Verder is er een implementatiegroep die alle aspecten belicht en coördineert die verder nodig zijn om alle aspecten voldoende aandacht te geven. Doelstelling en beoogde effecten: Intensieve samenwerking tussen de Brabantse waterschappen om daarmee winst te boeken op de 3 k‟s (Kwaliteit, kwetsbaarheid en Kosten) Plan van aanpak: Dit krijgt invulling door de verschillende werkgroepen en afstemming in de stuurgroep en het bestuurlijk platvorm. Daarbij wordt gemonitord of de financiële doelstelling voor 2014 van € 750.000 wordt ingevuld (zie ook elders in de begroting). Doelstelling en beoogde effecten: Periodiek afstemmen tussen bestuur en organisatie om daarmee de samenwerking waar mogelijk verder te optimaliseren. Plan van aanpak: Dit gebeurt enerzijds door het acteren op bestuurlijk afgegeven signalen, bijvoorbeeld tijdens vergaderingen, en anderzijds door periodieke afstemming tussen MT en DB. Doelstelling en beoogde effecten: Beoogd wordt met de implementatie van het beleidsvoornemen een situatie te krijgen waarbij er een beter evenwicht bestaat tussen pré-control (advisering) en antecontrol (monitoring en onderzoek). Door die extra monitoring en onderzoek ontstaat er een beter zicht op de mate van in-control zijn en kan daar waar nodig op worden bijgestuurd. Plan van aanpak: De aanpak is bij het beleidsvoornemen verder uitgeschreven en wordt nu verder voorbereid. Deze komt vooral tot uitdrukking in een adequate bemensing, heldere taken en rolverdeling en een goede monitoring. Ook wordt er op korte termijn een controllersstatuut opgesteld om de afspraken rondom concerncontrol goed te borgen.
Geld (bedragen x € 1.000) Totaal netto kosten programma
Rekening 2012
Jaarplan 2013
948
1.048
Kadernota 2014 1.024
Jaarplan 2014 1.209
Ten opzichte van de kadernota en jaarplan 2013 is er sprake van een voordeel van respectievelijk € 185 en € 161 vanwege lagere afdelingskosten en overige doorrekeningen als gevolg van het verwerken van de reorganisatie. Conclusie Geen bijzonderheden. 42
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Programmaplan 300/400 Bedrijfsvoering Programmabeheerder: M.J. van Overveld Doelstelling programma Dit programma is bedoeld om de primaire taken van de organisatie zo soepel en efficiënt mogelijk te kunnen realiseren. Het programma biedt de organisatie continu ondersteuning en advies op het gebied van financiën, ICT, juridische zaken en vastgoed, facilitaire zaken, inkoop en personeel en organisatie. Doelstellingen, beoogde effecten en plan van aanpak Implementeren nieuwe afdeling Mens, Informatie & Organisatie (MI&O)
Uitwerken geven aan de HR visie
Intensivering samenwerking personeelsen salarisadministratie (PSA) Brabantse Waterschappen
eHRM (landelijk of Brabantbreed)
43
Doelstelling: Het doel van de nieuwe opzet van de afdeling is om meer focus te krijgen op strategische beleidsontwikkeling. Deze ontwikkeling is gebaseerd op twee pijlers: de O(rganisatie)-kant en de I(nformatie)-kant. Plan van aanpak: 2014 Wordt benut om plannen te maken zodat MI&O vanaf 2015 op strategisch, tactisch en operationeel niveau een volwaardig partner is van medewerkers, management en bestuur. Daarbij spelen twee ontwikkelingen een belangrijke rol: Doorontwikkeling en integratie van organisatiebeleid en informatiebeleid. Door de I-kant los te knippen van ICT en toe te voegen aan MI&O krijgt de ontwikkeling van strategisch Informatiebeleid meer focus. Hierdoor wordt tevens de integratie geborgd met de O-kant. Veranderende rol MI&O. Het stuurmodel 2014 legt verantwoordelijkheden lager in de organisatie en geeft daarnaast invulling aan procesgericht denken en werken. Voor MI&O betekent dit dat een aantal verantwoordelijkheden die nu bij de afdeling liggen in de lijn worden belegd. Dit heeft consequenties voor de rol van MI&O. Deze wordt meer gericht op de ondersteuning van het integraal management en vraagt een meer faciliterende, adviserende en controlerende rol. Doelstelling en beoogde effecten: De HR-visie beoogt de flexibiliteit en het verandervermogen van de organisatie verder te ontwikkelen, de in- en externe dienstverlening te verbeteren. Plan van aanpak: De HR-visie is in 2013 verder ingebed in de organisatie. Onderdelen van de visie zijn talentmangement, organisch organiseren en veranderen als tweede natuur. De verbinding hiertussen is (persoonlijk) Leiderschap. In 2014 worden deze begrippen nader verkend en uitgewerkt in plannen die tot de gewenste verandering leiden. Vervolgens wordt in de tweede helft van het jaar gestart met de implementatie. Denk bijvoorbeeld aan de invoering van een generiek functieboek. Daarnaast wordt blijvend geïnvesteerd in cultuur door in te zetten op persoonlijk leiderschap en “doorbreek de cirkel”. Doelstelling en beoogde effecten: Door de samenwerking op PSAgebied verder te intensiveren wordt verbetering op de drie K‟s beoogd. Dus kwetsbaarheid verminderen, kwaliteit van administratie en managementinformatie verhogen en daarbij de kosten te verlagen. Plan van aanpak: In 2013 is gestart met het intensiveren van de samenwerking tussen de personeels- en salarisadministraties van de Brabantse waterschappen en wordt duidelijk hoe het eindplaatje van deze samenwerking eruit zal komen te zien. In 2014 wordt het plan vervolgens uitgevoerd. Om de samenwerking en de implementatie van eHRM (zie volgende punt) zo succesvol mogelijk te maken is het van belang dat de samenwerkingspartners over dezelfde lokale arbeidsvoorwaarden beschikken. In 2013 is hiermee gestart, in 2014 wordt het traject afgerond en vanaf 1 januari 2015 zijn de arbeidsvoorwaarden geharmoniseerd. Doelstelling: Verdere digitalisering van MI&O processen. Plan van aanpak: In 2014 vindt de aanbesteding en mogelijke implementatie plaats van een nieuw landelijk of Brabantbreed eHRM systeem. Dit is enerzijds noodzakelijk omdat de huidige contracten aflopen. Anderzijds biedt een nieuw systeem kansen om verder te investeren in digitalisering van MI&O-processen.
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Ontwikkelen gezamenlijk mobiliteitsbeleid in relatie tot winnend samenwerken
Het in eigen beheer nemen van overgedragen archieven
Het beter regelen van oneigenlijke gebruik van gronden in eigendom door derden
Treasurybeleid
Wet Hof (Houdbare overheidsfinanciën)
Kwaliteitsimpuls afdeling Financiën
44
Doelstelling en beoogde effecten: Doel is te komen tot gezamenlijke uitgangspunten die het mede mogelijk maken het wagenpark gezamenlijk in te kopen. Het uiteindelijke resultaat is standaardisatie, onderlinge uitwisselbaarheid en kostenreductie. Plan van aanpak: In de stuurgroep winnend samenwerken wordt met behulp van een externe adviseur een strategiesessie voorbereid. Vooruitlopen op deze sessie vindt er een inventarisatie plaats bij de 3 waterschappen. De resultaten van deze sessie vormen de kaders op basis waarvan het beleid kan worden uitgewerkt. Het beleid vormt de basis voor een gezamenlijke aanbesteding van het wagenpark. In november 2014 moet er een nieuw contract afgesloten zijn. Doelstelling: Het in eigen beheer nemen van de overgedragen archieven van Waterschap Brabantse Delta en alle rechtsvoorgangers, behalve die van Land van Nassau. Plan van aanpak: De overeenkomsten met Regionaal Archief Tilburg, Bergen op Zoom en Breda worden opgezegd, de archiefruimte Bouvigne wordt aangepast tot archiefbewaarplaats en de archieven worden met in achtneming van de opzegtermijnen verhuisd naar Bouvigne. Tevens wordt de bewerking van 1 kilometer archief verder opgepakt, wordt de waterschapsarchivaris benoeming beëindigd en wordt een DVO gesloten voor studiezaaldienstverlening voor externen en specifieke advisering ter ondersteuning van het beheer. Doelstelling en beoogde effecten: Op een betere manier het oneigenlijke gebruik door derden van gronden in eigendom regelen en indien mogelijk, hiervoor een vergoeding te vragen, dan wel die gronden te verkopen. Plan van aanpak: In 2013 is reeds gestart met een pilot oneigenlijk grondgebruik. Bekeken wordt hoe derden de gronden van het waterschap gebruiken, hoe ze van de gronden afgehaald kunnen worden, dan wel hoe het grondgebruik privaatrechtelijk geregeld kan worden. Ook zal bekeken worden of de gronden verkocht, verpacht of verhuurd kunnen worden. Indien de pilot succesvol verloopt, wordt in 2014 op projectmatige basis een dergelijke aanpak van oneigenlijk gebruik op grotere schaal in het beheersgebied uitgevoerd. Hierbij wordt nauw afstemming gezocht met het project van de inhaalslag handhaving keur. Doelstelling en beoogde effecten: Door optimalisatie van het treasurybeheer worden de rentekosten, verband houdend met benodigde financieringsmiddelen, zo veel mogelijk beperkt. Uiteraard worden hierbij de wettelijke kaders in acht genomen zoals de kasgeldlimiet. Plan van aanpak: Dagelijks worden de liquiditeiten bewaakt en zo nodig de liquiditeitsprognoses bijgesteld. Door optimaal gebruik te maken van de gunstige kortgeldfaciliteiten worden de rentekosten beperkt. In de praktijk betekent dit dat naast roodstand op de rekening courant ook met kasgeldleningen wordt gewerkt. Pas als deze kortgeldfaciliteiten de kasgeldlimiet structureel overschrijden, wordt overgegaan tot het sluiten van een langlopende lening. Doelstelling en beoogde effecten: De wet Hof stelt kaders om de begrotingstekorten (EMU-saldo) en de schuldposities (EMU-schuld) van de centrale en decentrale overheden terug te dringen. De wet Hof komt voort uit begrotingsafspraken tussen de lidstaten van de Europese Unie. Het toegestane EMU-saldo (tekort) wordt op termijn afgebouwd met als doel volledig begrotingsevenwicht te bereiken. Plan van aanpak: De kaders van de wet Hof worden bij elke kadernota en begroting gemonitord. Het toegestane EMU-saldo (EMUreferentiewaarde) wordt afgezet tegen het daadwerkelijke geprognosticeerde EMU-saldo in meerjarenperspectief. Doelstelling en beoogde effecten: Bij de reorganisatie „sterk in je werk‟ is gekozen voor een kwantitatieve en kwalitatieve impuls bij de afdeling Financiën. Hierdoor mag van de afdeling een prominente rol worden verwacht in de strategische beleidsprocessen van het waterschap. Meer dan voorheen komt een belangrijk accent te liggen op de advies- en controlrol en is er aandacht voor de kwaliteitsborging
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Schatkistbankieren
Winnend samenwerken op gebied van financiën
Nieuw telecommunicatiebeleid
binnen de financiële administratie. Plan van aanpak: In 2012 is het onderzoeksrapport van Exsin over de afdeling Financiën verschenen. De bevindingen in dit rapport waren aanleiding een ontwikkeltraject te starten met een collectieve en individuele lijn. De collectieve lijn heeft geresulteerd in een gezamenlijk opgesteld afdelingsplan 2013, de individuele lijn in ontwikkelassessments per individu. In 2014 zal op basis hiervan een taakverdeling tot stand komen waarbij de medewerkers zoveel als mogelijk in hun kracht worden ingezet. Daarnaast zullen zowel in de financieel administratieve processen als de planning– en controlprocessen vereenvoudigingen worden doorgevoerd. Doelstelling en beoogde effecten: De schuldpositie op rijksniveau verkleinen. De overtollige middelen van de decentrale overheden worden door middel van verplicht schatkistbankieren bij het Rijk gestald. Hierdoor ontstaat de mogelijkheid deze middelen met de schulden van het Rijk te salderen. Plan van aanpak: Alle decentrale overheden worden m.i.v. 2014 verplicht een rekening courant te openen bij het Rijk waar dagelijks de overtollige middelen (boven een normbedrag) op gestort worden. Voor waterschap Brabantse Delta zal dit in de praktijk nauwelijks iets betekenen, omdat steeds sprake is van een schuldpositie in plaats van overtollige middelen. Voor de Belastingsamenwerking West Brabant heeft het wel directe gevolgen. Doelstelling en beoogde effecten: Het realiseren van voordelen op het gebied van kwaliteit, kosten en kwetsbaarheid door samen te werken met de Brabantse waterschappen De Dommel en Aa en Maas. De authenticiteit van de drie waterschappen blijft geborgd. Plan van aanpak: Eind 2013 wordt het plan van aanpak inclusief business-case vastgesteld voor de samenwerking tussen de drie waterschappen op financieel gebied. In 2014 en 2015 wordt gewerkt aan het stroomlijnen van de werkprocessen, het uniformeren van de beleidskaders/informatievoorziening waar gewenst en met het implementeren van één financieel systeem. Het doel is om aanvang 2016 dit systeem operationeel te hebben. Doelstelling en beoogde effecten: Uitvoering geven aan het nieuwe telecommunicatiebeleid met als doel de dienstverlening beter te laten aansluiten bij de wensen en behoeften van de interne klanten. Plan van aanpak: Het afsluiten van een nieuw telecommunicatie contract. Insteek hierbij is onder meer „Choose Your Own Device‟ als onderdeel van het nieuwe werken. Implementatie wordt verwacht in het eerste kwartaal van 2014.
Prestatie indicatoren
Rekening 2012
Jaarplan 2013
Kadernota 2014
Jaarplan 2014
% Facturen voldaan binnen betaaltermijn
-
100%
-
80%
% Beschikbaarheid belangrijke infrastructuur
-
95%
-
95%
% Facturen voldaan binnen betaaltermijn: Door het vereenvoudigen van het inkoopproces moet de gemiddelde betaaltermijn aanzienlijk worden verkort. Op basis van de realisatiecijfers 2012/2013 is 80% een realistische termijn. Het streven naar 100% is niet realistisch. % Beschikbaarheid belangrijke infrastructuur: Het streefgetal voor de beschikbaarheid van belangrijke infrastructuur onderdelen (hardware, systeem-/communicatiesoftware) wordt voorlopig gesteld op 95%. Belangrijke systemen moeten soms uit de lucht voor onderhoud, dit gebeurt zo veel mogelijk in de avonduren en weekenden.
45
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Geld (bedragen x € 1.000) Totaal netto kosten programma
Rekening 2012 19.631
Jaarplan 2013 18.379
Kadernota 2014 18.188
Jaarplan 2014 17.865
Ten opzichte van de kadernota zijn de lasten met € 323 gedaald. Een oorzaak voor deze daling is de verwerking van de bezuinigingsopgave. Daarnaast zijn er, als gevolg van de reorganisatie, budgetten verschoven naar andere beleidsvelden/kostenplaatsen. Ten opzichte van jaarplan 2013 zijn de lasten met € 514 gedaald. Ook hier veroorzaakt door de bezuinigingen en verschuivingen naar andere beleidsvelden/kostenplaatsen. Conclusie De lasten zijn gedaald t.o.v. kadernota en het jaarplan 2013 vanwege het verwerken van de reorganisatie en het invullen van de bezuinigingsopgave.
Kostenplaats salarissen Geld (bedragen x € 1.000) Totaal netto kosten kostenplaats salarissen
Rekening 2012 30.231
Jaarplan 2013 30.459
Kadernota 2014 32.070
Jaarplan 2014 31.993
Ten opzichte van de kadernota zijn de lasten met € 77 gedaald. Ten opzichte van jaarplan 2013 zijn de lasten gestegen met € 1.534. Deze stijging wordt veroorzaakt door een verwachte procentuele verhoging van de salarislasten (2%), periodieke verhogingen (1,5%) en sociale lasten en premies. Daarnaast zijn de lasten ten opzichte van het jaarplan hoger door verschuiving van het budget „inhuur personeel van derden vanwege ziekte‟ van programma 300 (centraal) naar de afdelingen (decentraal). Conclusie Ten opzichte van het jaarplan 2013 zijn de totale salarislasten van het waterschap gestegen, met name door een verwachte procentuele verhoging van salarislasten (2%) en periodieke verhogingen (1,5%).
46
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Programma 600/800 – Ondersteuning Watersystemen Programmabeheerder: A. Meuleman Doelstelling programma Dit programma bestaat uit de onderdelen muskusrattenbestrijding en geografische informatie (GEO). Het doel van dit programma is muskus- en beverratten te bestrijden om schade aan waterkeringen en waterlopen te voorkomen dan wel te minimaliseren en zo een bijdrage te leveren aan de veiligheid. Daarnaast biedt het programma de organisatie continu ondersteuning en advies op het gebied van geografische informatie. Doelstellingen, beoogde effecten en plan van aanpak Muskusrattenbestrijding Vangstaantallen
Gemeenschappelijke Regeling muskusrattenbestrijding Noord-Brabant
Landelijk onderzoek
Dataregistratie (mobiel werken)
47
Doelstelling en beoogde effecten: Beperking van risico‟s en schade door effectieve bestrijding. Plan van aanpak: Het voortzetten van de daling van de populatie. Sinds 2013 is de landelijke Veldproef gestart, wat extra waakzaamheid vraagt op de ontwikkeling van populatie in de proefgebieden. In 2014 wordt een opleiding afgerond die druk zet op het aantal effectieve „velduren‟. Gepoogd wordt zonder extra inzet de populatie stabiel te houden. De beverratpopulatie is stabiel en laag in omvang. Doelstelling en beoogde effecten: Het scheppen van randvoorwaarden door de waterschappen Brabantse Delta, Aa en Maas en De Dommel voor de organisatie van de bestrijding van muskus-en beverrat in Noord-Brabant. Plan van aanpak: Op basis van de Gemeenschappelijke Regeling zorgdragen voor: Uitvoering van de bestrijding in de beheersgebieden van de 3 waterschappen; Het opstellen van plan, begroting en jaarverslaglegging en dit ter goedkeuring voorleggen aan de betrokken partijen. De begroting 2014 is goedgekeurd door de overige deelnemers aan de gemeenschappelijke regeling, de waterschappen Aa en Maas en de Dommel. Doelstelling: Onderzoek naar de mogelijkheden van alternatieve bestrijdingsstrategieën en naar de toepasbaarheid van preventieve maatregelen. Voor 2014 wordt deelgenomen in de Landelijke Veldproef. Plan van aanpak: Medewerking verlenen aan 3-jarig landelijk onderzoek (de Veldproef) van de Unie van Waterschappen. De medewerking bestaat uit: Fluctueren van de bestrijdingsdruk (inzet van uren) in 12 geselecteerde proefgebieden; Fluctueren van de bestrijdingsdruk door het jaar heen (geen inzet in de zomerperiode) in geselecteerde proefgebieden; Schade-inventarisaties in de geselecteerde proefgebieden; Begeleiden en beoordelen van het onderzoek en de resultaten. Doelstelling en beoogde effecten: Betere managementtools voor de aansturing van de bestrijding. Verbetering mogelijkheden tot bestuurlijke verantwoording. Terugdringen tijdsbesteding aan dataregistratie. Plan van aanpak: In 2012 werd de pilot met mobiel werken in de bestrijdingsorganisatie van Noordoost Nederland succesvol afgerond. De tweede helft van 2013 loopt een gezamenlijke „kennismakings‟proef met Scheldestromen. In 2014 worden alle bestrijders met digitale registratie uitgerust.
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta
Doelstellingen, beoogde effecten en plan van aanpak Geografische informatie Samenwerkingsinitiatieven GEO-informatie
Optimaliseren strategie productbeheer
Doelstelling: Optimalisatie van de ruimtelijke informatievoorziening op kosten, kwaliteit en kwetsbaarheid. Plan van aanpak: Actief wordt geparticipeerd in: Programma GeoBrabant (provincie, waterschappen, gemeenten): Afhankelijk van de nog te nemen beslissingen eind 2013 wordt meegewerkt aan vervolgprojecten. Winnend Samenwerken (waterschappen): Nieuwe initiatieven worden samen opgepakt betreffende mobiel werken, vervolg IRIS en BGT. Samenwerken in de afvalwaterketen (gemeenten en waterschap): Voor het overgrote deel wordt advies gegeven dat leidt tot standaardisering en optimale gegevensuitwisseling. Doelstelling: Organisatie van het beheer en onderhoud van het product verbeteren. Plan van aanpak: De volgende stappen worden gezet: Handboek Centrale geo-grafische informatie bijwerken; Werkprocessen en werkwijzen certificeringsproof maken; Noodzakelijke personele acties uitvoeren behorend bij de nieuwe rollen, verantwoordelijkheden en resultaatafspraken.
Rekening 2012 4.092
Jaarplan 2013 3.900
Kadernota 2014 -
Jaarplan 2014 3.900
22
40
-
40
Vangst per uur muskusratten
0,14
0,13
-
0,13
Vangst per km watergang muskusratten
0,18
0,18
-
0,18
Aantal velduren
-
-
-
31.000
Waardering RIV dienstverlening
-
-
-
7
Rekening 2012
Jaarplan 2013
Kadernota 2014
Jaarplan 2014
Prestatie indicatoren Muskusrattenbestrijding Jaarvangst muskusratten Jaarvangst beverratten
Geld (bedragen x € 1.000) Totaal netto kosten Muskusrattenbestrijding
675
698
790
715
Totaal netto kosten Geografische informatie
1.550
1.330
1.336
1.428
Muskusrattenbestrijding: Ten opzichte van de kadernota en jaarplan 2013 zijn er geen grote afwijkingen. Geografische informatie: Ten opzichte van de kadernota en jaarplan 2013 zijn de lasten resp. € 92 en € 98 hoger. Dit betreft een verschuiving van lasten van beleidsveld 7000 naar dit beleidsveld. De kadasterkosten, die voorheen via de bijdrage aan de BWB betaald werden, worden nu door rechtstreeks door het waterschap betaald en zijn hier verwerkt. Conclusie Muskusrattenbestrijding: In 2014 worden de mogelijkheden onderzocht voor verdere verbetering van efficiency op basis van de eerste resultaten van de landelijke veldproef en samenwerking met de bestrijdingsorganisatie van Waterschap Scheldestromen.
48
Programmaplannen | Beleidsbegroting 2014 – Waterschap Brabantse Delta