Handleiding 4seizoenenonderhoud voor schilders- en onderhoudsbedrijven
IPW-bureau
1
juni 2006
Handleiding 4seizoenenonderhoud voor schilders- en onderhoudsbedrijven Het kán! Als schilders- en onderhoudsbedrijf zonder werkloosheid de winter door. Met de moderne middelen als afschermconstructies, doorwerkverven en -kleding is het met name een kwestie van goed organiseren. Veel bedrijven hebben inmiddels goede ervaringen. De praktijkprojecten die onder begeleiding van het programma 4seizoenenonderhoud (4SO) in de winter 2005-2006 zijn uitgevoerd, brachten ook nieuwe inzichten. Alle nu beschikbare kennis en ervaring vindt u in deze handleiding. De uitvoerige informatie, nuttige tips en handzame hulpmiddelen zijn ontwikkeld met schildersbedrijven en hun opdrachtgevers. Uw collega’s zijn enthousiast. Het werkt. Vier seizoenen lang! Voorwoord (0) 1. Werving (1) a. Slim organiseren (1.a) b. Effectief communiceren (1.b) c. Bewust technisch werken (1.c) 2. Calculatie en werkvoorbereiding (2) a. Slim organiseren (2.a) b. Effectief communiceren (2.b) c. Bewust technisch werken (2.c) 3. Uitvoering (3) a. Slim organiseren (3.a) b. Effectief communiceren (3.b) c. Bewust technisch werken (3.c) 4. Afronding en evaluatie (4) a. Slim organiseren (4.a) b. Effectief communiceren (4.b) c. Bewust technisch werken (4.c) Bijlagen (5) Leveranciersoverzichten (6)
IPW-bureau
1
juni 2006
Voorwoord (0)
Inleiding (0.a) Van materialen en middelen…(0.b) …naar mensen en methodes (0.c) Stand van zaken (0.d) Het project 4seizoenenonderhoud (0.e) Hoofdfasen en basisvoorwaarden (0.f) Een volgende stap (0.g)
IPW-bureau
2
juni 2006
Inleiding (0.a) Winterwerkloosheid onder schilders heeft een lange geschiedenis. Meerdere duizenden schilders zitten thuis in de wintermaanden, met februari over het algemeen als dieptepunt. De winterwerkloosheid is in de afgelopen decennia gelukkig wel afgenomen. Dit laten de werkloosheidscijfers onder werknemers die vallen onder de CAO voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf ook zien. Redenen hiervoor zijn nieuwe technische ontwikkelingen, campagnes en acties. Verschuivingen in de markt en de conjunctuur dragen er eveneens aan bij. Het arbeidsaanbod is bovendien meer flexibel en ook dat drukt de cijfers. In februari 1995 waren 12.500 schilders werkloos, in februari 1998 ongeveer 10.000 en in februari van 2005 zo’n 5.000. In februari 2006 waren er nog bijna 4.000 schilders werkloos. Dit laatste deel van de winterwerkloosheid blijkt echter moeilijk weg te krijgen. Een laatste slag is nodig. Van materialen en middelen… (0.b) De bestrijding van winterwerkloosheid onder schilders is niet iets van de laatste jaren. Zo is de afgelopen tien jaar veel ontwikkeld om de uitvoering van buitenschilderwerk in de winter mogelijk te maken. Verfleveranciers brachten verven op de markt die ook in minder gunstige omstandigheden goed verwerkbaar zijn, de zogeheten doorwerkverven. Daarnaast is er veel gedaan om de werkomgeving beter te kunnen conditioneren met afscherming(constructies). Verder is de doorwerkkleding ten behoeve van de uitvoerende schilders steeds verder doorontwikkeld. … naar mensen en methodes (0.c) Nu is het belangrijk te kijken naar de achtergronden van de resterende, moeilijk te bestrijden winterwerkloosheid. Die werkloosheid verder verminderen door meer buiten door te werken in de winter, blijkt maar deels een kwestie van ‘kunnen’. De grootste blokkades vormen de methoden (organisatie en logistiek van een doorwerkproject) en de mensen (‘de mogelijkheden om in de winter buiten door te werken ook zien’ en ‘willen’). De stand van zaken (0.d) Op dit moment is de stand van zaken als volgt: Materialen Verfmaterialen en dergelijke zijn goed doorontwikkeld. Onder meer de doorwerkverven maken het werken in de winter (bij lagere temperaturen) beter mogelijk. Voorwaarde is natuurlijk dat er toereikende voorzieningen zijn getroffen (middelen) en dat de toepassing correct gebeurt (mensen). Voorbeeld uit de leerprojecten Vanuit het oogpunt van technische innovatie was het project van woningbouwcorporatie Wooncom uit Emmen met SW bijzonder. Bij dit project is voor een aantal woningen als proef gebruik gemaakt van zogenaamde stralingsdrogende verven. Deze verven drogen door middel van infrarood en UV waarbij speciaal ontwikkelde lampen worden gebruikt. Naast de snelle droging is het in het kader van doorwerken in de winter een groot voordeel dat weersinvloeden grotendeels worden uitgeschakeld. Deze innovatie zal in de toekomst verder worden doorontwikkeld.
IPW-bureau
3
juni 2006
Foto 1: het gebruik van de lamp bij het project
Middelen Afschermmiddelen maakten de afgelopen jaren een grote ontwikkeling door. Het gaat daarbij om steigers, doeken / zeilen op maat en professionele doorwerkkleding. Methoden Werkmethoden kunnen steeds verder worden geprofessionaliseerd. De onderbouwde keuze voor een van de vormen van functionele afscherming of voor gehele afscherming bijvoorbeeld, maar ook de samenwerking met de toeleverende steigerbouwer of de bewust vormgegeven planning om overlast voor de gebruikers/bewoners te beperken. Een flexibele én beheerste organisatie en logistiek is nodig en dat bouw je als organisatie op door te leren van je ervaringen. Speciale aandacht vraagt daarbij het beheersen van juist de kritische overdrachtsmomenten tijdens het totale proces. In bijlage 5.a. staan de belangrijkste op een rij, elk voorzien van een voorbeeld van mogelijke ruis die zich voor kan doen. Houding en gedragsvaardigheden Houding en gedrag van ondernemers en werknemers vragen eveneens om een (nog) verdere professionalisering. Dit betekent nog beter aansluiten op de behoeften en belangen van de opdrachtgever t.a.v. doorwerken in de winter, door als schilder- en onderhoudsbedrijf ook de rol van adviseur van de opdrachtgever serieus in te vullen. Dit betekent ook klantgericht blijven werken in alle fasen van het werkproces, zodat gebruikers/bewoners en opdrachtgever tevreden zijn met doorwerken in de winter. Het programma 4seizoenenonderhoud (0.e) Alleen in de praktijk zijn nieuwe en verbeterde methoden te ontwikkelen. Hetzelfde geldt voor het aanpassen van houding en gedrag van alle betrokken partijen. In de winter van 2005 - 2006 zijn daarom zo’n 25 praktijkprojecten uitgevoerd. Dit gebeurde onder de vlag van het programma 4seizoenenonderhoud. Opdrachtgevers en opdrachtnemers gaven van te voren aan op welke punten ze ervaring op wilden doen. Deze punten zijn vanuit het project gemonitord. Naast algemene informatie over doorwerken in de winter, treft u vooral deze samengevatte ervaringen aan in deze handleiding. Specifieke punten uit de individuele projecten, zoals de hierboven vermelde toegepaste innovatie, komen afzonderlijk aan bod. Houding wordt beïnvloed door praktijkervaringen De houding van opdrachtgevers t.a.v. de uitvoering van buitenschilderwerk in de winter kan alleen in de praktijk door uitvoering van een concreet project worden beïnvloed. Zo blijkt uit onderzoek dat door SGBO vorig jaar in het kader van het project 4seizoenenonderhoud onder gemeenten is uitgevoerd (“Gemeenten en de spreiding van opdrachten voor schilderwerk, rapport SGBO) dat gemeenten die ervaring hebben met doorwerkprojecten positief zijn over de uitvoering.
Hoofdfasen en basisvoorwaarden (0.f)
IPW-bureau
4
juni 2006
De handleiding is in vieren ingedeeld. Het sluit aan bij de hoofdfasen van de realisatie van een schilderopdracht: 1. 2. 3. 4.
werving; calculatie en werkvoorbereiding; uitvoering; afronding en evaluatie.
In bijlage (5.b.) is een kritisch tijdspad uitgezet waarlangs deze vier hoofdfasen idealiter zouden kunnen verlopen om een doorwerkproject nog meer kans van slagen te geven. Daarnaast geldt voor elk van deze fasen dat aan een aantal inhoudelijke basisvoorwaarden moet worden voldaan voor een optimaal doorwerkproject. Deze basisvoorwaarden zijn: a. slim organiseren; b. effectief communiceren; c. bewust technisch werken. In deze handleiding wordt voor elke hoofdfase elke basisvoorwaarde ingevuld. Een volgende stap (0.g) Na de technische ontwikkeling in materialen en middelen komt het nu aan op het ontwikkelen van methoden en mensen om succesvol buiten door te werken in de winter. Dit wil zeggen, het slim organiseren van doorwerkprojecten, met álle betrokken. Wie zijn die betrokkenen? Bij het schilders- en onderhoudsbedrijf zijn dat de acquisiteur, de calculator / werkvoorbereider en natuurlijk de voorlieden en de schilders. Bij de opdrachtgever zijn dat bijvoorbeeld de inkoper, de technisch adviseur, de financieel verantwoordelijke, de verhuurder (in geval van bijvoorbeeld woningcorporaties) en de opzichter. Het professioneel organiseren van een doorwerkproject door een schilder- en onderhoudsbedrijf: y y y y
begint bij de werving (waarom welke mogelijkheden creëren in type en omvang van het werk en in de tijd, d.w.z. proberen de samenstelling van het werk mee bepalen); wordt concreet ingevuld tijdens de calculatie en de werkvoorbereiding (wat doen we precies, hoe en wanneer); verdient zich terug / wordt werkelijkheid tijdens de uitvoering (bijvoorbeeld door een slimme/ flexibele detailplanning om steeds door te kunnen werken); en gaat steeds beter met een goede afronding en evaluatie (wat hebben we geleerd en bouwen we zo aan onze eigen 4SO-methode als bedrijf).
Een professionele organisatie van een doorwerkproject vereist dat de opdrachtgever ruimte maakt/laat voor de opdrachtnemer. Op zijn beurt moet de opdrachtnemer verantwoordelijkheden nemen. Dit veronderstelt dat het schildersbedrijf bij voorkeur al tijdens de specificatiefase van het inkoopproces bij de opdrachtgever gesprekspartner is en niet pas bij de selectie, zie onderstaande figuur.
Figuur 1 Inkoopproces van schilderwerk
IPW-bureau
5
juni 2006
Hoofdstuk 1. Werving (1)
1.a. Slim organiseren (1.a) 1.b. Effectief communiceren (1.b) 1.c. Bewust technisch werken (1.c)
1.a. Slim organiseren (1.a) Klant kennen (1.a.I) Keuze project (1.a.II) Keuze afschermmethode (1.a.III) Klant kennen (1.a.I) Voor het verwerven van een doorwerkproject, is het noodzakelijk om van tevoren uw klant goed te kennen. Verzamel daarvoor de volgende informatie: •
informeer naar de mening van de opdrachtgever als het gaat over 4seizoenenonderhoud / buiten doorwerken in de winter. Zie bijlage ‘Weet hoe je opdrachtgever denkt over 4SO.’ (5.c)
•
achterhaal wie feitelijk uw opdrachtgever is. Want er zijn immers diverse mensen die beslissen, beïnvloeden etc. (de zogeheten decisionmaking unit: het besluitvormingsteam).U zult rekening moeten houden met de specifieke behoeften en wensen van alle inkoopbetrokkenen (met name ook t.a.v. doorwerken in de winter): technisch verantwoordelijken, financieel verantwoordelijken, verantwoordelijke voor de huurders (bij een corporatie), eindverantwoordelijke. Dus die moet u kennen, u moet weten wat hen drijft. Bij bepaalde opdrachtgevers zoals gemeenten kunt u daarnaast ook te maken krijgen met verschillende beleidsvelden of diensten. Zie bijlage: ‘Wie is eigenlijk mijn opdrachtgever?’ (5.d.)
Het schildersbedrijf dient zich te realiseren dat dé opdrachtgever niet bestaat, er is sprake van een besluitvormingsteam bij de opdrachtgever. Zo is dat bij een woningcorporatie vaak naast de technische man, de financieel verantwoordelijke en natuurlijk de verhuurder. Elk zal een ander belang benadrukken, bijvoorbeeld: de technische man de kwaliteit, de financieel verantwoordelijke de kosten en de verhuurder vooral tevreden bewoners die weinig overlast hebben ervaren. In het kader van slim organiseren in de fase van de werving, lopen we in de praktijk aan tegen financieel-organisatorische blokkades vanuit de financieel verantwoordelijke, bij vooral de woningcorporaties en de overheden. Het gaat hierbij om: 1. Het laat beschikbaar komen van budgetten (voor onderhoud); 2. De onmogelijkheden om budgetten door te schuiven naar het volgende jaar. Ad 1. Bij verschillende opdrachtgevers komen de budgetten voor het lopende jaar pas laat in het voorjaar beschikbaar voor de inkopers. Daarmee wordt de periode voor het opstellen van de (bestek)eisen, het aanvragen van offertes / de aanbieding, de gunning en de uitvoering sterk beperkt. De eerste maanden van het jaar zijn dan immers verstreken.
Ad 2. Op 31 december wordt het boekjaar afgesloten. Financieel verantwoordelijken bij opdrachtgevers willen dan een compleet overzicht van de kosten die op de begroting van dat jaar drukken. Dit bemoeilijkt het doorschuiven van werkzaamheden over het jaar heen.
IPW-bureau
1
juni 2006
Deze blokkades blijken in de praktijk bij collega-opdrachtgevers wel degelijk oplosbaar. We zetten ze hieronder op een rij. Als een schildersbedrijf kan meedenken bij het oplossen van dergelijke problemen pleit dat immers voor hem.
Aangetroffen oplossingen voor mogelijke financieel - organisatorische blokkades
1. Splitsing van de opdracht
2. Treffen van een voorziening
3. Het werken met meerjarenbegrotingen
4. Doorloopposten
Keuze project (1.a.II) Als het gesprek met de opdrachtgeververtegenwoordigers over een doorwerkproject tot stand is gekomen en aan belangrijke voorwaarden m.b.t. kwaliteit en prijs is voldaan en bovendien de opdrachtgever een win – winsituatie (h)erkent (zie daarvoor de volgende paragraaf 1.b. communicatie met de opdrachtgever) dan dient zich een volgend onderwerp aan in het kader van slim organiseren: de keuze van een geschikt project. Welke type project is technisch – economisch geschikt om buiten door te werken. Mede op basis van de ervaringen die opgedaan zijn in de voorbeeld- en leerprojecten is een beslismodel gemaakt dat een eerste indicatie geeft of een buiten - schilderproject geschikt kan zijn om in de winter uit te voeren. Zoals uit het beslismodel blijken zijn belangrijke kenmerken die de geschiktheid van een project bepalen: • gebouwtype: een galerijflat leent zich bijzonder goed, een vrijstaande eengezinswoning minder, tenzij er natuurlijk een aantrekkelijke combinatie van onderstaande punten aan de orde is; • omvang van het werk; eenheden per m2 geveloppervlak • welke behandelingen moeten worden uitgevoerd (welke beurttype) en op welke ondergronden? • hoe te bereiken: vorm van de gevel?; welk klimmateriaal? • bereikbaarheid van het object in zijn directe omgeving: obstakels? • welke afscherming wordt gebruikt? • hoeveel kan worden afgeschermd? Het beslismodel wordt op dit moment in de praktijk getoetst door te kijken naar de projecten die in het kader van het project 4seizoenenonderhoud zijn uitgevoerd. Daarna gaat het om het doordacht samenstellen van de onderdelen en de omvang van het project en de fasering. Is het bijvoorbeeld mogelijk meerdere typen activiteiten aan de gevel te combineren? Daarmee wegen de kosten van de doorwerkvoorzieningen optimaal op tegen de baten (naast schilderwerk bijvoorbeeld ook bouwkundige werkzaamheden uitvoeren).
Voorbeeld uit de leerprojecten Schildersbedrijf Albert Verhoeven heeft voor de Rijksgebouwendienst Arnhem het belastingkantoor in Zwolle geschilderd. Omdat er naast het buitenschilderwerk ook andere werkzaamheden werden uitgevoerd, waaronder het reinigen van de zonnewering, was de keuze van de opdrachtgever voor volledige afscherming goed te maken.
IPW-bureau
2
juni 2006
Foto 2: het reinigen van de zonnewering
Ook is het interessant om te kijken of er uitwijkmogelijkheden gecreëerd kunnen worden om een project dat niet of beperkt wordt/kan worden afgeschermd toch geschikt te maken voor uitvoering in de winter. Zie bijlage: ‘Creëren van uitwijkmogelijkheden’ (5.e.) Voorbeeld uit de leerprojecten Volksbelang Wonen en Welzijn uit Hoogezand was een van de opdrachtgevers van een leerproject in de winterperiode 2005-2006. Siemon Balkema, opzichter technisch beheer, organiseert ieder jaar in juni met zijn drie vaste schildersbedrijven een rondje langs de objecten. Gezamenlijk wordt per complex het onderhoud in kaart gebracht. De galerijflat aan de Klompéstraat in Hoogezand die in de winterperiode 2005-2006 door Van Tour de Groot Groningen is behandeld biedt interessante combinatiemogelijkheden om doorwerken beter mogelijk te maken: afschermen langs de galerijen, de vlakke gevel bij goed weer en de kelders en trappenhuizen als uitwijk. Er wordt dus gezamenlijk met het schildersbedrijf bewust gekeken naar de samenstelling van het doorwerkproject, mede om uitwijkmogelijkheden te creëren.
IPW-bureau
3
juni 2006
Foto 3: de flat van Volksbelang aan de Klompéstraat in Hoogezand.
Keuze afschermmethode (1.a.III) Dan is het de vraag welke afschermmethode past bij de bedrijfsvoering van het schilderbedrijf. Werkt de uitvoerende ploeg, gezien ervaring en kennisniveau, het best met een in grote mate voorspelbare doorloop van opeenvolgende werkzaamheden, die vooraf helemaal is doordacht? Er is dan nagenoeg geen zelfsturing bij de uitvoerende ploeg. In dat geval blijkt dat er regelmatig de voorkeur aan gegeven wordt om het object geheel in te pakken. De planning is goed beheersbaar. In andere gevallen/bedrijven is de voorman opgeleid en ervaren in het werken met een grotere zelfstandigheid waardoor hij meer verantwoordelijkheid kan nemen voor de detailplanning, zodat de flexibiliteit van de uitvoerende ploeg ook toeneemt. De uitvoerende ploeg kent een grotere zelfwerkzaamheid. In dat geval kan functioneel ofwel bewust gedeeltelijk afschermen een goede, kostenefficiënte methode zijn. Die methode is te bereiken door in samenwerking met de opdrachtgever: • •
•
IPW-bureau
bij de opdracht ook uitwijkmogelijkheden binnen te hebben bij te slechte omstandigheden (zoals binnenwerk, trappenhuizen, inpandige balkons etc.); de uit te voeren buitenwerkzaamheden op te delen in meer en minder weersgevoelig. De laatstgenoemde categorie is dan bij ook (wat) slechtere weersomstandigheden uit te voeren zonder dat (omvangrijke) conditioneringvoorzieningen nodig zijn; de buitenwerkzaamheden op te delen in de tijd. Minder weersgevoelige werkzaamheden zijn dan in de winterperiode (evt. zonder (omvangrijke) conditionering- voorzieningen) uit te voeren en meer weersgevoelige in het voorjaar.
4
juni 2006
1.b. Effectief communiceren (1.b) De bril van de opdrachtgever (1.b.I) Gesprek voorbereiden (1.b.II) De bril van de opdrachtgever (1.b.I) Voorafgaand aan het contact met de klant is het van belang de opdrachtgever reeds te ‘kennen’. Is bekend welke opvattingen, (voor)oordelen en eerdere ervaringen de verschillende betrokkenen bij de opdrachtgever hebben? Dan is ook na te gaan hoe ze voorstellen zullen interpreteren. Door welke bril kijkt ieder van de betrokkenen? Bijvoorbeeld een economische bril of juist een technische bril? Zie ook de bijlage ‘Door welke bril kijkt de opdrachtgever?’. (5.f) Als u weet door welke bril de opdrachtgever kijkt dan kunt u er bewust rekening mee houden. U bent effectief in uw communicatie tijdens de wervingsfase, als u kunt inspelen op wat de ander drijft. Dan telt ook wie contact heeft en onderhoudt met wie. Acquisitie loopt vaak via meerdere niveaus, natuurlijk altijd afhankelijk van de specifieke situatie: - op strategisch niveau tussen meestal de directie van de opdrachtgever en de directeur van het schildersbedrijf; - op tactisch niveau tussen meestal de technisch adviseur van de opdrachtgever en de directeur of de bedrijfsleider van het schildersbedrijf; - op operationeel niveau tussen meestal de opzichter van de opdrachtgever en de projectleider van het schildersbedrijf.
Contact voorbereiden (1.b.II) Bereid het gesprek met de klant vervolgens goed voor. Dit geldt zowel voor de inhoud als voor het gedrag. Globaal blijkt een inhoudelijk advies met deze opeenvolgende onderdelen effectief te zijn: •
De basis: vergelijking Winter-Zomer: winterwerk hoeft niet duurder te zijn (zie slim organiseren) dan zomerwerk en levert tenminste dezelfde kwaliteit op door de bewuste monitoring en waar nodig conditionering van de omstandigheden; Als er eenmaal een gesprek met leden van het beslisteam mogelijk is, dan blijken in de praktijk veel opdrachtgevers het gesprek te beginnen met het uitgangspunt dat het doorwerkproject een gelijke kwaliteit als in de zomer dient op te leveren en dat de prijs niet hoger mag zijn als in de zomer. Mogelijke reactie op beide punten: M.b.t. ‘gelijke kwaliteit als in de zomer’: De gedachte dat de kwaliteit in de winter minder zou zijn is een echte misvatting die voortkomt uit onbekendheid met afgeschermd buitenwerk. In het Nederlandse klimaat hebben we het hele jaar door tamelijk wisselende weer- en dus verwerkingsomstandigheden. Doordat in de winter door het schildersbedrijf via afscherming (en eventueel. verwarming) de condities zelf worden gecreëerd en in stand gehouden is juist sprake van veel betere en stabielere verwerkingscondities. Dat maakt dat de kwaliteit tenminste even goed is als in de zomer. Omdat in de winter bovendien de verwerkingscondities (temperatuur, relatieve vochtigheid e.d.) doorlopend gemeten worden (3 x daags) wordt er ook bewust technisch gewerkt, zo blijkt in de praktijk, hetgeen de kwaliteit natuurlijk ook ten goede komt. M.b.t. ‘niet duurder dan in de zomer’: Natuurlijk brengen extra voorzieningen ten behoeve van het conditioneren (afscherming en evt. verwarming) extra kosten met zich mee. Als het project echter slim wordt gekozen en samengesteld dan kunnen voldoende uitwijkmogelijkheden worden ingebouwd om te kunnen volstaan met functioneel afschermen: gedeeltelijk wel afschermen en gedeeltelijk niet, afhankelijk van de (weers)omstandigheden. Dat scheelt aanzienlijk in de kosten. Het is daarom voor de beheersing van de kosten zeer gewenst dat het schildersbedrijf zo vroeg mogelijk aan tafel komt bij de opdrachtgever zodat zijn de deskundigheid m.b.t. functioneel afschermen volop kan worden benut.
IPW-bureau
5
juni 2006
De wijze van calculeren is uiteindelijk aan het schildersbedrijf zelf. Bedrijfseconomische afwegingen bepalen in welke mate het schildersbedrijf in staat is om de dan resterende meerkosten zelf (mee) te dragen (zie paragrafen 2aI en 2aII). •
Win-win: Vervolgens is van belang om de voordelen die doorwerken in de winter heeft voor de opdrachtgever onder de aandacht te brengen (win-win). De volgende voordelen van 4seizoenenonderhoud voor de opdrachtgever kunnen worden gebruikt, aansluitend op de gesprekspartner met wie men spreekt: a. Controle over planning en kwaliteit De opdrachtgever heeft betere controle over de planning en de kwaliteit van het project. Faalkosten worden verkleind. Voorbeeld: geen of minder tijd- en productiviteitverlies omdat de weeromstandigheden geen invloed uitoefenen. Plus een constante kwaliteit doordat de werkomstandigheden geconditioneerd zijn. b. Tijd en kosten worden gespreid Optimaliseren van de interne tijd- én kostendruk bij de opdrachtgeverorganisatie. Drukke terugkerende periodes van piekbelasting worden ook bij de opdrachtgever afgevlakt. De inkoper kan zijn werk meer over het jaar spreiden en ook de opzichter heeft met minder piekbelasting in de zomerperiode te maken. c. Betere beheersing van effecten voor bewoners Voorbeelden: de tuin wordt minder beschadigd en de bewoners/gebruikers kunnen zomers buiten zitten. Daarnaast is de communicatie met bewoners/gebruikers bij doorwerkprojecten meer geconcentreerd waardoor uiteindelijk minder risico op overlast(claims) ontstaat: meer expliciete communicatie over het waarom van doorwerken en hoe omgegaan wordt met de aan te brengen voorzieningen, meer expliciete communicatie over de (detail)planning etc. d. Kostprijs Met winterwerk voorkomen opdrachtgevers dat de premielasten voor de schildersbedrijven sterk gaan stijgen door de premiedifferentiatie. Grote schommelingen in de kostprijs worden zo voorkomen. 4seizoenenonderhoud helpt de klant bovendien om ook zijn eigen (indirecte) kosten te besparen (Total Cost of Ownership). Zie ook bijlage 5.n. “Total Cost of Ownership”. e. Behoud van vakmanschap De schilder die het hele jaar door werkt maakt goede reclame voor zijn vak. Zolang jonge mensen kiezen voor het schildersvak blijft het vakmanschap behouden en dat is in ieders belang. f. Maatschappelijk actief Maatschappelijk verantwoordelijk actief zijn. De opdrachtgever draagt bij aan het voorkomen van seizoenswerkloosheid, toont betrokkenheid en verantwoordelijkheid. Het zijn dus maatschappelijk betrokken opdrachtgevers.
•
Invloed in de specificatiefase realiseren: Inhoud én gedrag: Geef vertrouwen in uw vakkundigheid door: y
IPW-bureau
het tonen van begrip van en inzicht in klantbehoeften en het daarop te baseren inhoudelijke programma van eisen en hoe die te realiseren is; Benoem de meerwaarde die juist uw bedrijf onderscheidt als opdrachtnemer (van buitenschilderwerk in de winter) gegeven deze klantbehoeften. Het kan daarbij ook gaan om de ervaring met het communiceren met bepaalde bewoners/gebruikers (zoals studentenhuizen, ziekenhuizen, seniorencomplexen etc.) of om de ervaring met het organiseren van effectief maatwerk van een doorwerkproject.
6
juni 2006
y
uw professionele wijze van adviseren! Het helpt om de vaardigheden te gebruiken die horen bij ‘adviserend verkopen’ (zie bijlage ‘Vaardigheden bij adviserend verkopen.’ (5.g)
Ruimte voor creativiteit: tracht bij het opstellen van de specificaties ruimte te krijgen als schilders- en onderhoudsbedrijf om uw kennis en ervaring met betrekking tot slim organiseren in te brengen: y
wat kan in de zomer en wat kan in de winter? Vanuit technisch, economisch en organisatorisch oogpunt. welke praktische combinaties van werkzaamheden, combinaties van binnen en buiten en welke uitwijkmogelijkheden (portieken, trappenhuizen etc) zijn mogelijk?
y
Op welke wijze het schilderwerk ook wordt uitgevoerd het is steeds van belang om de verwachtingen die de opdrachtgever heeft specifiek t.a.v. de uitvoering in de winter expliciet te krijgen. Voor de wijze waarop dit gebeurt en hoe het schilder- en onderhoudsbedrijf daar invulling aan kan geven maakt het natuurlijk wel uit of het gaat om een bestek dat door de opdrachtgever of een derde (adviseur/verfleverancier) is opgesteld of bijvoorbeeld resultaatgericht vastgoedonderhoud. Onderstaand de belangrijkste verschillen tussen prestatie-/resultaatgericht werken en werken op basis van een bestek in relatie tot 4seizoenenonderhoud zoals we die in de projecten 2005-2006 zijn tegengekomen.
Bestek
Prestatie-/resultaatgericht
De eisen van de opdrachtgever t.a.v. 4seizoenenonderhoud worden in het bestek opgenomen. Er wordt duidelijk omschreven welke activiteiten de opdrachtnemer moet oppakken.
De verwachtingen/behoeften van de opdrachtnemer t.a.v. 4seizoenenonderhoud worden expliciet gemaakt en in meetbare resultaten vastgesteld. De opdrachtnemer stelt gezamenlijk met de opdrachtgever vast hoe het best aan deze eisen invulling gegeven kan worden.
Beperkte ruimte voor inbreng opdrachtnemer. Dat geldt met name t.a.v. de uit te voeren werkzaamheden alsook de periode van uitvoering. Het ontwerp en de uitvoering zijn gescheiden.
Meer ruimte voor de inbreng van de opdrachtnemer. De te behalen resultaten staan vast (ook wanneer uitvoering in de winter plaatsvindt) en de opdrachtnemer stelt het scenario op waarlangs deze resultaten behaald worden. De periode van uitvoering is daarmee flexibeler. Het ontwerp en de uitvoering zijn in een hand.
Aanbesteding vindt openbaar of onderhands onder meerdere opdrachtnemers plaats. De kans is groot dat opdrachtgever en opdrachtnemer geen gezamenlijke ervaringen hebben opgebouwd met de uitvoering van buitenschilderwerk in de winter.
Er is meer sprake van 1 op 1 relaties. Opdrachtgever en opdrachtnemer kunnen op deze wijze werken aan gezamenlijke ervaringen en referenties t.a.v. doorwerken in de winter.
Laagste prijs geeft met name de doorslag
De wijze waarop het best invulling gegeven wordt aan de functionele eisen (ook t.a.v. 4seizoenenonderhoud) van de
IPW-bureau
7
juni 2006
opdrachtgever geeft de doorslag.
•
Tenslotte: Doen wat je belooft Vertrouwen komt te voet en vertrekt te paard. Effectief communiceren betekent ook dat in het handelen van het schildersbedrijf daadwerkelijk gezien kan worden dat afspraken worden nagekomen. Als daar licht tussen zit dan is het vertrouwen uit de acquisitiefase snel weer verdwenen. Dit legt een grote verantwoordelijkheid bij alle betrokkenen binnen het schildersen onderhoudsbedrijf. In de voorbereiding is het dan ook belangrijk om goed te weten wat er beloofd kan worden, omdat dat ook waargemaakt moet worden.
IPW-bureau
8
juni 2006
1.c. Bewust technisch werken (1.c)
Een succesvol doorwerkproject vraagt om een vertrouwensrelatie tussen opdrachtgever en opdrachtnemer. Dat vertrouwen wordt opgebouwd door positieve ervaringen. En daar zit meteen een cruciaal punt: vertrouwen bouw je heel langzaam op maar verdwijnt weer heel snel wanneer negatieve ervaringen zich voordoen. Daarom is het cruciaal dat alle medewerkers van het schildersbedrijf professioneel willen handelen, d.w.z. dat ieder steeds erop uit is zijn vak steeds beter uit te oefenen. Positieve ervaringen moeten tot vaste werkmethoden en bedrijfsprocessen worden uitgebouwd, het bedrijf moet geheugen maken: “wij zijn een heel goed 4seizoenenonderhoudsbedrijf omdat wij er heel veel ervaring mee hebben, die we hebben verankerd in heel goede methoden en mensen”. Het zijn die methoden en mensen die in de werving bij opdrachtgevers tot uiting kunnen worden gebracht door een uitstekend onderbouwd verhaal en een presentatie gebaseerd op zelfvertrouwen. Positieve ervaringen met schildersbedrijven die eerder aantoonbaar succesvol doorwerkprojecten hebben uitgevoerd blijkt voor opdrachtgevers een zeer belangrijk criterium bij hun selectie van een opdrachtnemer voor 4seizoenenonderhoud. Bij de Rijksgebouwendienst (RGD) wordt gewerkt aan de ontwikkeling van een formele selectiemethodiek waarbij bijvoorbeeld deze eerdere positieve ervaringen met opdrachtnemers zelfs met een bepaald % wordt meegewogen, naast het criterium van de prijs, bij de vergelijking van verschillende aanbiedingen: de methodiek van het Economisch Meest Voordelige Aanbieding.
IPW-bureau
9
juni 2006
Hoofdstuk 2. Calculatie en werkvoorbereiding (2)
2.a. Slim organiseren (2.a) 2.b. Effectief communiceren (2.b) 2.c. Bewust technisch werken (2.c)
IPW-bureau
10
juni 2006
2.a. Slim organiseren (2.a)
Toerekenen van kosten (2.a.I) Bedrijfseconomische mogelijkheden (2.a.II) Tijdig overleggen en plannen (2.a.III)
Toerekenen van kosten (2.a.I) In het streven naar continuïteit van het bedrijf, zal iedere ondernemer doelmatig calculeren. Kosten en opbrengsten worden nauwkeurig vastgesteld. Dat betekent ook dat bij 4seizoenenonderhoud meerkosten moeten worden vergeleken met extra opbrengsten. Het is niet mogelijk hiervoor een uniform (reken)model in te richten. Er zijn de afgelopen jaren meerdere onderzoeken uitgevoerd naar een eventuele verhoging van de kostprijs van het doorwerken in de winter. De meningen zijn behoorlijk verdeeld. Dit komt vooral door de wijze waarop bepaalde specifieke meerkosten van onder meer afscherming aan één bepaald project worden toegerekend. Of juist niet. Voorbeelden kosten: Aanschaf of huur afschermmateriaal; Uren opbouw, aanmaak en / of het plaatsen van doorwerkconstructies; Uren verplaatsen van de constructies; Uren afbreken constructies; Kosten elektriciteit; Kosten verwarming, inclusief brandstofgebruik; Kosten doorwerkkleding; Kosten meetapparatuur; Uren meten en gegevens vastleggen. Voorbeelden opbrengsten: Meer werkbare uren; Betere dekking van de vaste kosten, zoals de algemene bedrijfskosten; Goedkopere uren in de herfst- en winterseizoen (denk aan de premiedifferentiatie); Minder aan- en afloopverlies, door vermindering van het aantal keren stilleggen van het werk tengevolge van bijvoorbeeld regen; Door continu te werken kan een snellere oplevering worden gerealiseerd; Hogere productiviteit; Behoudt personeel; Minder ziekte; Betere kwaliteit. De mate waarin kosten óf aan een specifiek project worden doorberekend óf aan projecten in een bepaalde periode, maakt qua calculatie nogal een verschil. Neem afschermmateriaal als voorbeeld. Afscherming kan in de herfst en in de winter, maar kan natuurlijk ook in de zomer worden toegepast. In de afgelopen jaren zien we dat laatste steeds meer. Met andere woorden, aan welke projecten wordt de afschrijving van de afscherming dan toegerekend? Drie jaar of meer? Worden de kosten specifiek gecalculeerd op winterprojecten of niet? De wijze van calculeren is aan de ondernemer zelf. Hier is slechts getracht inzichtelijk te maken met welke factoren u rekening kunt houden. U kunt vervolgens het eigen beleid betreffende de calculatie inrichten. Zie hieronder in Bedrijfseconomische mogelijkheden (2.a.II) en bijlage 5.h. Bedrijfseconomische mogelijkheden (2.a.II) In dit stadium draait het om het bepalen van de bedrijfseconomische mogelijkheden om het project dat ter tafel komt als (functioneel) afgeschermd buitenwerk uit te voeren, gegeven de (on)mogelijkheden om kosten van afscherming in de huidige markt door te rekenen. Over welke financiële ruimte beschikt de opdrachtnemer? En tot welke keuzes leidt dat m.b.t. de gewenste/noodzakelijke bijdrage van het betreffende werk aan de dekking van de algemene kosten en aan het rendement? En welke kosten zijn dan verantwoord voor afscherming tegen die achtergrond? Zie bijlage: ‘Bedrijfseconomische afweging bij het aanbieden van een afgeschermd buitenwerkproject.’ (5.h)
IPW-bureau
11
juni 2006
Tijdig overleggen en plannen (2.a.II) Als een doorwerkproject redelijk complex is, dan is het de kunst om vanuit samenhangende werkprocessen te denken en te handelen. Betrokkenen die werkzaam zijn in verschillende stadia in het werkproces zullen dan eerder en intensiever met elkaar overleggen ten behoeve van het te bereiken eindresultaat in termen van de kwaliteit van het schilderwerk en in termen van klant- en bewonerstevredenheid. Alleen dan is namelijk slim organiseren, effectief communiceren en bewust technisch werken mogelijk! Als betrokkenen teveel blijven denken in termen van deeltaken en deelverantwoordelijkheden bestaat het risico dat deelproducten teveel ‘over de schutting’ gaan ten koste van het eindresultaat. Concreet is het volgende gewenst: • Overleg tijdig met de voorman die op het werk de operationeel leidinggevende en/of het aanspreekpunt wordt. Maak met de voorman al tijdens de werkvoorbereidingsfase voor een afgeschermd buitenwerk afspraken over werk, besteigering / afscherming en voorzieningen. Neem ook de planning door. Doe dit in technische zin: de verwachting van de klant over de kwaliteit (juist bij afgeschermd buitenwerk), de wijze van afschermen, de wijze van meten van de verwerkingscondities en kwaliteitsniveau. Bespreek ook de planning en planningrealisatie als het gaat om klantgericht werken: wanneer gaat welke (schriftelijke) informatie naar bewoners, de voorman als aanspreekpunt en wat betekent dat/hoe doe je dat?, hoe omgaan met detailplanning, etc. •
Daarnaast is het nuttig in alle fases van de opdracht bewust samen te werken met de steigerbouwer. Vroegtijdig bestellen van steigers is een aandachtspunt. Leg daarbij schriftelijk alle afspraken vast met de steigerbouwer. Zorg ook voor een vast aanspreekpunt bij het team dat de steiger bouwt. Laat ook tijdens de opbouw van de steiger de betrokken voorman aanwezig zijn.
Voorbeelden uit de leerprojecten Uit de leerprojecten is duidelijk naar voren gekomen dat een goede instructie vooraf en afstemming tijdens de uitvoering met de steigerbouwer van groot belang is. Het gaat hierbij om: -
-
-
-
de functionele eisen die gesteld worden aan de steiger en de afschermconstructie: welke werkzaamheden moeten worden uitgevoerd en wat betekent dat voor de steiger en de afscherming? de planning van de werkzaamheden: wanneer worden welke onderdelen van het project behandeld en wat betekent dat voor de momenten waarop de steiger geplaatst en verwijderd moet worden? de flexibiliteit van de steigerbouwer met name wanneer er sprake is van functioneel afschermen. Wanneer je als bedrijf werkt met een flexibele planning (t.a.v. de onderdelen die worden uitgevoerd) verwacht je dezelfde flexibiliteit van de steigerbouwer. Kunt u daar op rekenen? het plaatsen en verwijderen van de steiger en de afscherming dient zo min mogelijk overlast voor de gebruiker/bewoner op te leveren. Denk daarbij bijvoorbeeld aan schade aan de tuinen.
•
Het uitvoeren van zowel buiten- als binnenwerk in de herfst of in de winter vraagt om extra aandacht voor de planning en logistiek. Bij afgeschermd buitenwerk moet u ook specifieke werkzaamheden inplannen, zoals het aanbrengen van afscherming, het aan- en afvoeren van afschermmaterialen, het aan- en afvoeren van verlichting en conditionering en het aan- en afvoeren van energiebronnen (eventuele aggregaten en brandstoffen). Cruciaal is dat hier de werkvoorbereiding vroegtijdig en intensief overlegt met de uitvoering (projectleider en voorman).
•
Het is raadzaam om reeds in de voorbereiding iemand aan te stellen die tijdens de uitvoering van de doorwerkprojecten in de ochtend net iets eerder op het werk is om de
IPW-bureau
12
juni 2006
voorbereidende werkzaamheden uit te voeren zodat, als de ploeg arriveert, direct gestart kan worden met het werk. Dit is met name van belang als de klimatologische omstandigheden daar om vragen.
IPW-bureau
13
juni 2006
2.b. Effectief communiceren (2.b) Communiceren met de bewoners (2.b.I) Communiceren met de opdrachtgever (2.b.II) Communiceren met uitvoerende medewerkers (2.b.III) Communiceren met de bewoners (2.b.I) Tijdens de voorbereiding van een project is er contact met bewoners. Opdrachtgever en opdrachtnemer informeren ze over: het waarom van het afgeschermde buitenproject; de planning; wie het aanspreekpunt is binnen de uitvoerende schildersploeg (voorman); wat van hen verwacht wordt; waar men terecht kan met ideeën of zorgen / klachten bij zowel de opdrachtgever als de opdrachtnemer. Het eerste contact gebeurt via een bewonersbrief of -brochure. Vaak is er een splitsing tussen • een brief met een vooraankondiging: o daarin staat het waarom van het afgeschermde buitenwerk centraal. Het is aan te raden om via de vooraankondiging ook richting bewoners duidelijk te maken wat de mogelijkheden en voordelen zijn van het (kunnen) doorwerken in de winter. o daarnaast globale uitleg over hoe afgeschermd en welke eventuele voorzieningen (b.v. heaters). Eventuele, resterende overlast benoemen tezamen (!) met de inspanningen die worden gedaan worden om het te beperken (zoals i.g.v. wegnemen van licht/zicht: het zo kort mogelijk afschermen) • en later een brief met een planning en verdere praktische informatie: bijvoorbeeld deuren en ramen moeten worden opengezet. Richting gebruiker / bewoner is de informatieverstrekking over planning en de praktische informatie natuurlijk heel ‘to the point’ en niet onnodig uitgebreid en daardoor verwarrend. Grotere projecten kennen vaak een voorlichtingsavond. Dit maakt een directe interactie mogelijk met de bewoners, over het project en wat daarbij komt kijken. Ook zijn voorbeelden bekend van kleinere projecten waar de opdrachtgever persoonlijk de individuele bewoners langs gaat om het doorwerken en het doorwerkproject toe te lichten.
Voorbeeld uit de leerprojecten Bij het leerproject van woningcorporatie Goed Wonen uit Twello dat door Rensink Schilderwerken is uitgevoerd moesten veel werkzaamheden worden uitgevoerd. Naast schilderwerk en houtrotreparatie werden er glas en ventilatieroosters geplaatst. Daarnaast bevonden zich in de blokken woningen ook koopwoningen. Voor een goede communicatie met de bewoners (huurders en de eigenaren van de koopwoningen) is naast een gezamenlijke brochure daarom ook een voorlichtingsavond georganiseerd, waarbij de planning bekend is gemaakt en de kleur en de werkzaamheden werden besproken. Een effectieve manier om bewoners bij de uitvoering van het project te betrekken.
IPW-bureau
14
juni 2006
Foto 4: de uitvoering van verschillende werkzaamheden
Voorbeeld uit de leerprojecten Een effectieve communicatie met de bewoners is uiteraard sterk afhankelijk van het type bewoner. Het maakt natuurlijk verschil wanneer je een seniorenflat of bijvoorbeelld een studentencomplex moet schilderen. Bij het project van woningbouwcorporatie IN uit Groningen dat door Totaal b.v. is uitgevoerd was bewust nagedacht over de wijze waarop het best met de bewoners, in dit geval studenten, gecommuniceerd kon worden. Naast een specifieke door Totaal ontwikkelde brochure over de voordelen van doorwerken in de winter, stelde het bedrijf aan de individuele bewoners een bioscoopbon ter beschikking wanneer zij contact opnamen voor het maken van een afspraak over de uitvoering van het schilderwerk. Aan dit aanbod is massaal gevolg gegeven waardoor weliswaar kosten gemaakt moesten worden voor de bioscoopbonnen, maar veel tijd (en dus geld) werd bespaard voor het maken van afspraken.
Foto 5: de studentenflat van IN aan de Gedempte Zuiderdiep in Groningen
IPW-bureau
15
juni 2006
In het volgende praktijkvoorbeeld van een woningcorporatie leidde de navolgende tijdstabel met stappen, tot een effectieve communicatie met de bewoners over een afgeschermd buitenwerkproject: •
Een woningcorporatie informeert haar klanten 3 á 4 weken van tevoren omtrent de werkzaamheden die worden verricht. Hierin wordt reeds het hoe en waarom van het onderhoud – buiten schilderproject dat wordt uitgevoerd aangegeven. Indien noodzakelijk wordt ook aangegeven wie de hoofdaannemer is;
•
Tussen 1 á 2 weken voor aanvang stuurt het onderhoudsbedrijf een brief rond met relevante informatie inzake het (winter-)project. Op deze wijze weten de bewoners wat er concreet in het betreffende project gaat gebeuren;
•
Zo kort mogelijk voor aanvang van de werkzaamheden krijgt de bewoner een kaartje in de bus met informatie wanneer bij zijn woning activiteiten worden uitgevoerd en een telefoonnummer voor vragen of anderszins. Door dit zo kort mogelijk voor de concrete aanvang te doen houd je meer vrijheid in de planning omdat er teveel factoren zijn die het onderhoudsbedrijf kan laten afwijken van het vooraf vastgestelde werkschema. Het blijft immers een planning!
Hieronder staat nog eens schematisch wanneer wie welk instrument meestal gebruikt, in de huidige praktijk van de communicatie met bewoners.
Opdrachtgever
Opdrachtnemer
Ruim voor aanvang
Direct voor aanvang
Tijdens uitvoering
Na afloop
‘Waarom-brief’ verstuurd
Opzichter spreekt (kritische) bewoners actief aan
Opzichter zichtbaar als bewaker van kwaliteit en voortgang
Bewonersenquête
Klachtenbehandeling (eventueel)
Klachtenbehandeling (eventueel)
Concrete informatiebrief verstuurd
Voorman als aanspreekpunt gepositioneerd
Afsprakenbrief of – kaart
Voorman geeft de detailplanning door
Voorman spreekt (kritische) bewoners actief aan voor de evaluatie
Voorman maakt afspraken
Voorman overlegt over eventuele wijzigingen of probleempunten
Informatiebrochure onder bewoners verspreid Er is voor het maken van afspraken een premium verstrekt
Gezamenlijk
Voorlichtingsavond georganiseerd
Gezamenlijk werkoverleg met de bewonerscommissie
Gezamenlijke evaluatie met de bewonerscommissie
Gezamenlijke brief verstuurd.
Wat valt n.a.v. de leerprojecten 2005-2006 op als het gaat over effectief communiceren met bewoners: •
Communicatie met bewoners voor aanvang van een opdracht kwam de afgelopen jaren op een veel professioneler niveau. Het gaat niet alleen om een bewonersbrief (dit is standaard
IPW-bureau
16
juni 2006
geworden), maar ook om voorlichtingsbrochures en –avonden. Waar nodig worden premiums ingezet. Soms kiezen woningcorporaties er voor om vooraf zelf actief bewoners in een individueel gesprek benaderen. •
Door professioneel te communiceren met de bewoners blijkt het aantal inhoudelijke klachten fors te verminderen. Juist de communicatie over en weer tussen individuele bewoners en de voorman vlak voor, tijdens en vlak na de uitvoering bleek daarbij een cruciale factor.
•
Steeds vaker verstuurt de opdrachtgever een bewonersenquête na afloop van het project om de tevredenheid van de bewoners te peilen (zie bijlage 5.p.VII).
•
Er is gebrek aan het na afloop gestructureerd evalueren van de effectiviteit van de communicatie met de bewoners door opdrachtgever en opdrachtnemer gezamenlijk.
•
Door het ontbreken van een gezamenlijke evaluatie kunnen goed vermijdbare fouten toch worden gemaakt. Dit bijvoorbeeld als gevolg van het onvoldoende precies afstemmen tussen opdrachtgever en opdrachtgever over de inhoud en planning van ieders communicatie met de bewoners.
Communiceren met de opdrachtgever (2.b.II) In deze fase van het werkproces gaat het om het vertalen van de verwachtingen van de opdrachtgever. Het gaat daarbij zowel om de te verrichten werkzaamheden als de daarmee te bereiken kwaliteit, technisch en qua klantgericht werken. Veel aandacht moet er zijn voor juist het goed verwoorden en vastleggen van de verwachtingen van de opdrachtgever. Dat is temeer nodig omdat opdrachtgevers van afgeschermd buitenwerk steeds weer benadrukken: dat de te behalen technische kwaliteit hetzelfde moet zijn als in de zomer; en dat er geen klachten van bewoners mogen komen;.
Technisch Goed doorvragen wat precies de technische verwachtingen zijn van de opdrachtgever is een belangrijke voorwaarde. Over het te realiseren technisch niveau dient geen misverstand te bestaan/te ontstaan. Dit kan op meerdere (te combineren) manieren, zo is in de projecten 2005-2006 gebleken: • via een heldere ‘verstandhouding’ over wat geleverd gaat worden. Dit kan gebaseerd zijn op een langjarige positieve samenwerking (in bepaalde gevallen komt het bedrijf over een aantal jaren ook weer zelf op het project terug); • met duidelijke omschrijving van de handelingen; • met duidelijke omschrijving van de handelingen met vastgestelde monitoringsprocedure t.a.v. de verwerkingscondities; • met duidelijke omschrijving van de handelingen met vastgestelde monitoringsprocedure t.a.v. de uitvoering van de handelingen (wat wordt waar en hoe gemeten en welke acties zijn ondernomen) • maken van een referentie; • opleveringseisen t.a.v. de kwaliteit van het schilderwerk bij oplevering; • prestatiegericht of resultaatgericht vastgoedonderhoud (RVO); Zie bijlage “Bepalen van de kwaliteit” (5.i.)
Voorbeelden uit de leerprojecten Bij drie projecten uit de winterperiode 2005-2006 zijn tussen opdrachtgever en opdrachtnemer afspraken gemaakt over het volgen van de kwaliteit waarbij de monitoring vanuit het project 4seizoenenonderhoud plaatsvindt. De Huismeester uit Groningen – SW Bij dit project wordt een vergelijking gemaakt tussen twee blokken die in het hoogseizoen zijn geschilderd het blok dat in het afgelopen winterseizoen is behandeld. Om een goede vergelijking te maken is hetzelfde type verf gebruikt.
IPW-bureau
17
juni 2006
Woonservice Drenthe uit Westerbork - SW Voor dit project zijn verschillende typen verven en merken gebruikt (doorwerkverven en traditionele verven). Er wordt gemonitord hoe de kwaliteit van het schilderwerk zich ontwikkeld. Acantus uit Veendam met Schilders Boekema Ook hier gaat het om drie blokken. Twee zijn in de winter geschilderd en een in het voorjaar, door dezelfde ploeg en met dezelfde verf. De startkwaliteit is vastgelegd en wordt nu gemonitord.
Foto 6: de project van Acantus aan de Straat Bali in Veendam
Klantgericht werken Het is ook noodzakelijk concreet af te spreken welke verwachtingen de opdrachtgever heeft ten aanzien van de bewoners. Belangrijke aspecten zijn: •
het beperken van de overlast: wat en hoe?
•
het informeren en communiceren. o Wie verstrekt welke informatie via welke communicatiemiddelen aan de bewoners? o Welke faciliteiten zijn nodig voor de bewoners? Denk daarbij bijvoorbeeld aan een ideeënbus of over afspraken met bewoners over het verrekenen van elektriciteitskosten of over via welke huizen schilders naar de achterzijde kunnen en hoe dat is te regelen. o Het is verder verstandig met de opdrachtgever af te spreken of, en zo ja hoe, de tevredenheid van de bewoners wordt gemeten (aantal spontane klachten, bewonersenquête etc.).
Communiceren met uitvoerende medewerkers (2.b.III) Om aan de verwachtingen van de opdrachtgever te kunnen voldoen, is goed communiceren met de eigen uitvoerende medewerkers essentieel. Afgeschermd buitenwerken vraagt immers om extra aandacht voor bijvoorbeeld de besteigering en afscherming en het (technisch) bewaken van de kwaliteit. Dat betekent in elk geval: •
vroegtijdig en direct overleggen tussen werkvoorbereider en voorman / uitvoerende ploeg. Dit is een basisvoorwaarde om een doorwerkproject succesvol te maken. Voor de start van de werkzaamheden dient bij voorkeur een kick-off bijeenkomst plaats te vinden;
IPW-bureau
18
juni 2006
•
dat de uitvoerende ploeg goede voorzieningen tot zijn beschikking heeft (verwarmde keet / schaftruimte binnen, goede sanitaire voorzieningen, thermokleding). Als de arbeidsomstandigheden niet goed zijn, kun je ook niet verwachten dat er een goede kwaliteit schilderwerk wordt afgeleverd. Ook zal de communicatie met bijvoorbeeld de bewoners / gebruikers minder goed verlopen. Naast voorzieningen gaat het natuurlijk ook om de feitelijke werkplek. Een belangrijk aandachtspunt daarbij is het voorkomen van tocht en een goed geplaatste steiger (voldoende werkruimte, overal bij kunnen).
IPW-bureau
19
juni 2006
2.c. Bewust technisch werken (2.c)
Taakvolwassen medewerkers: vakbekwaam en gemotiveerd (2cI) Stappen om een bewuste technische uitvoering slim te organiseren (2cII) Bewuste regelkring tijdens de uitvoering (2cIII)
Taakvolwassen medewerkers: vakbekwaam en gemotiveerd (2cI) 4seizoenenonderhoud heeft tot gevolg dat in bepaalde situaties onder kritischer omstandigheden gewerkt moet worden. Dit vraagt een aanpassing van zowel mensen als middelen. Juist in een arbeidsintensief proces als schilderwerk is goed geïnstrueerd en gemotiveerd personeel van doorslaggevend belang. Zorg dat uw mensen goed voorbereid zijn en weten waarom we dit met zijn allen doen. Overbrengen theoretische kennis (een must): Het personeel vooraf goed informeren over de mogelijkheden blijkt in de praktijk bijzonder goed te werken. De kennis over doorwerken neemt toe, maar ook de betrokkenheid. Door een presentatie binnen uw bedrijf te organiseren kunt u nut en noodzaak van verschuiven van binnenwerk naar de winter en het uitvoeren van afgeschermd buitenschilderwerk onder de aandacht brengen. Laat aansluitend middels praktijksituaties (foto/dia) zien op welke wijze het mogelijk is verschillende type objecten af te schermen en wat er verder voor nodig is om goed te kunnen werken: -
Afschermmateriaal, wat is nu precies 90% windreducerend gaas of gewapende folie; Doorwerkkleding, zoals functionele ondergoed of een doorwerkjas; Meetapparatuur; Verwarming; Het verwerken van specifieke doorwerkverven.
Belangrijk is dat uw vakmensen concreet ervaren wat doorwerken inhoudt, dat kan het beste door hen te laten leren door het doen! Dat kan bijvoorbeeld door een demonstratiebijeenkomst rond besteigeren en afschermen te laten verzorgen en natuurlijk zijn pilot- of leerprojecten een prima manier om ervaringen op te doen. Aandacht voor de verspreiding van de ervaringen binnen het bedrijf is dan wel geboden. Van theorie naar praktijk: Zorg dat bij het daadwerkelijk uitvoeren van een winterproject de omstandigheden optimaal zijn. Logistiek zult u de zaak dus “op de rit” moeten hebben. Dit zal zonder meer het vertrouwen doen toenemen. Te vaak nog staat de werknemer in weer en wind, wat overigens ook een negatieve invloed heeft op de productiviteit. Uit onderzoek is gebleken dat werknemers die op een goede wijze in staat worden gesteld hun werk uit te voeren, vele malen enthousiaster zijn dan werknemers die onder slechtere omstandigheden werk moeten uitvoeren. En dan nog maar te zwijgen over het vertrouwen van de opdrachtgever als onder slechte omstandigheden een object wordt onderhouden. Het gevoel dat zijn of haar object in goede handen is zal dan zeker niet worden bevestigd. Stappen om een bewuste technische uitvoering slim te organiseren (2cII) Bewust technisch werken is niet alleen een punt van aandacht tijdens de uitvoering zelf, het is voor 90% afhankelijk van de manier waarop in de fase van werkvoorbereiding de zaak georganiseerd is. We onderscheiden hier de volgende organiseerstappen voor een bewuste technische uitvoering van een doorwerkproject: •
•
Succes in de uitvoering begint met een goede voorbereiding. Als daar de brug naar de praktijk al gemaakt wordt, door bijvoorbeeld de voorman te betrekken bij belangrijke keuzes m.b.t. werk en conditioneren (zeker als het een complexer doorwerkproject is) dan leidt dat tot minder ruis en faalkosten tijdens de uitvoering en tot meer (zelf)vertrouwen bij de uitvoerende ploeg; De juiste samenstelling van de ploeg is cruciaal. Als er niet voldoende teamsamenwerking is, dan komt dat altijd tot uiting in de kwaliteit van het werk. De vaardigheden van de voorman spelen daarbij een cruciale rol, maar ook heldere afspraken over hoe er wordt samengewerkt. Als het team naast schilders ook bestaat uit timmerlieden is voor een goed verloop van een
IPW-bureau
20
juni 2006
•
•
•
•
doorwerkproject (zeker in geval functionele afscherming) heel belangrijk dat beide groepen bereid zijn/geleerd hebben om elkaar te helpen en waar mogelijk elkaars werkzaamheden te verrichten. Dat vergroot de flexibiliteit van de ploeg en maakt een op doorwerken gerichte detailplanning mogelijk. Vervolgens is een goede inschatting vereist van te gebruiken materialen en middelen, gelet op de omstandigheden en de opeenvolgende werkzaamheden. Dat vertaalt zich in: een goed ontwerp van de noodzakelijke besteigering en afscherming, passend in de concrete praktijksituatie: het conditioneringsplan Een kick off van het werk via een bijeenkomst of door een instructie op het werk bij aanvang maakt het mogelijk om naast het wat (welke handelingen gaan we doen op dit werk om welk resultaat te bereiken) ook het waarom (waarom is dit doorwerkproject belangrijk) en het hoe (op welke manier moeten jullie werken om bij te dragen aan een succesvol doorwerkproject voor deze opdrachtgever); Tijdens de werkzaamheden is van belang dat regelmatig ervaringen van de uitvoerende ploeg worden geëvalueerd, en lessen getrokken. Aanpassingen kunnen worden doorgevoerd. Ook dit werkt versterkend op het (zelf)vertrouwen van de werknemers. Het is zeer belangrijk dat de projectleider deze tussentijdse evaluaties vooraf inplant en ook weet hoe hij zulke evaluaties op een productieve manier moet vormgeven en leiden i.s.m. de voorman. Na de afronding van de (wat grotere) doorwerkprojecten is het aan te bevelen om samen met de uitvoerende ploeg (of de voorman) en de voorbereiding het oorspronkelijk voorgenomen plan te vergelijken met de resultaten, zowel qua technisch niveau en kosten als qua manier van samenwerken! Op die manier wordt gezamenlijk gewerkt aan een eigen 4SO – methode voor het totale bedrijf. Hier ligt een zeer belangrijke taak voor de bedrijfsleiding.
. Bewuste regelkring tijdens de uitvoering (2cIII) Als tijdens de voorbereiding een goed ontwerp is gemaakt van de opeenvolgende werkzaamheden met de daarbij horende instructies, die rekening houden met de mogelijke weersomstandigheden (‘als’- ‘dan’)) dan is het tijdens de uitvoering vervolgens aan de voorman i.s.m. de projectleider om doorlopend bewust te (laten) werken. Een regelkring is aan de orde waarin permanent bewaakt wordt of het beoogde resultaat ook daadwerkelijk bereikt wordt: plan – do – check – act: •
•
• •
plan: heldere, meetbare normen zijn voorhanden waarbinnen gebleven dient te worden om door te kunnen gaan met de verschillende handelingen. Bekende normen betreffen die voor de omgevingstemperatuur en relatieve vochtigheid achter de afscherming, de verwerkingstemperatuur, de oppervlaktetemperatuur en het relatieve houtvochtgehalte en natuurlijk het dauwpunt (zie 3c.I); do: op de afgesproken momenten worden op de afgesproken plaatsten de metingen gedaan, op de overeengekomen wijze en met de overeengekomen, geijkte meetapparatuur. Alle metingen worden op vooraf overeengekomen staten ingevuld met daarbij wie, wanneer, waar, wat gemeten heeft; check: doorlopend maakt de uitvoerende ploeg, en m.n. de voorman, op basis van de vergelijking van de feitelijk gemeten waarden met de vooraf gestelde normen een risicoanalyse m.b.t. de te verrichten handelingen en de te gebruiken materialen. act: Als de feitelijk gemeten waarden de gestelde kritische normen benaderen dan treedt de vooraf bepaalde richtlijn inwerking d.w.z. op het vooraf afgesproken niveau van verantwoordelijkheid (voorman, projectleider, bedrijfsleider etc, al of niet in overleg met de opdrachtgever) wordt besloten of en wanneer het werk of specifieke handelingen worden aangepast (uitwijkmogelijkheden inzetten) of stopgezet.
De ervaring leert dat de uitvoerende ploeg zich goed bewust moet zijn dat de metingen niet primair voor de opdrachtgever worden gedaan, maar dat ze noodzakelijk zijn om zelf (nog) te beter presteren als schilders- en onderhoudsbedrijf. Meten als onderdeel van de verbetercyclus van het schilders- en onderhoudsbedrijf zelf. Dan worden de metingen ook bewuster gedaan en worden ze bewust gebruikt om goed technisch werk te kunnen realiseren.
IPW-bureau
21
juni 2006
Hoofdstuk 3. Uitvoering (3)
3.a. Slim organiseren (3.a) 3.b. Effectief communiceren (3.b) 3.c. Bewust technisch werken (3.c)
IPW-bureau
22
juni 2006
3.a. Slim organiseren (3.a)
Detailplanning die continu doorwerken ook mogelijk maakt (3.aI) Overlast voor bewoners zoveel mogelijk beperken (3.aII) Logistiek op het werk is onderdeel van het vak 3.aIII Beschermende voorzieningen voor de uitvoerende schilders zelf 3.aIV
Detailplanning die continu doorwerken ook mogelijk maakt (3.aI) Tijdens de uitvoering betekent slim organiseren enerzijds dat zodanig op detail wordt gepland en vervolgens wordt uitgevoerd dat er zoveel mogelijk continu kan worden doorgewerkt. Als er voor gekozen is om dat te bereiken met tegelijkertijd een functionele (gedeeltelijke) afscherming, dan vraagt dat veel van het organiseervermogen van de voorman of teamleider. Hij zal de detailplanning zo dienen te organiseren dat er zoveel mogelijk een continue werkstroom voor alle medewerkers op het werk resulteert: • tijdig laten bestellen/bezorgen van leveranties, van glas e.d.; • tijdig afspraken maken met de bewoners: wanneer komen we wat bij u doen; • de onderling teamsamenwerking goed aansturen: medewerkers die elkaar helpen en elkaars werk willen doen, ook wanneer er meerdere disciplines op het werk zijn zoals schilders en timmerlieden;
Overlast voor bewoners zoveel mogelijk beperken (3.aII) Tijdens de uitvoering betekent slim organiseren anderzijds dat zodanig wordt gewerkt dat de extra overlast voor de bewoners zoveel mogelijk wordt beperkt. Aandachtspunten daarbij: • zo kort mogelijk aan elke woning werken; • zo inplannen en afspreken met de steigerbouwer dat tijdens het weekend bij voorkeur de afscherming weg is; • goed verankeren van de afscherming om klapperen en stormschade te voorkomen; • adequaat motiveren en, indien nodig, instrueren en controleren van de uitvoerende medewerkers om beschadigingen aan de tuinen zoveel mogelijk te voorkomen • juiste keuze van de afscherming i.r.t. de bewoners (bijvoorbeeld deels doorzichtig vanwege het uitzicht) Zie bijlage 5.j. het beperken van overlast. Logistiek op het werk is onderdeel van het vak 3.aIII Wat verder van belang is, is de logistiek op het project. Het logistiek proces is niets anders dan het zorgdragen dat mensen en middelen op tijd in de juiste hoeveelheden op de juiste plaats zijn. Dat vergt steeds vooruit denken en dat is bij winterprojecten niet altijd eenvoudig:
Voorbeeld 1 m.b.t. logistiek op het project Zo kan het in de winter en in de herfst bij buitenwerk voorkomen dat op bepaalde tijden nog niet afgelakt kan worden, bijvoorbeeld vroeg in de ochtend, of aan het eind van de middag. Het is dan noodzaak het logistieke proces al zo ingericht te hebben dat men op die tijden andere werkzaamheden kan doen:
bij buitenwerk voldoende werk afschermen om door te kunnen werken of voldoende uitwijkwerkzaamheden (bijvoorbeeld binnen) startklaar hebben; afschermmateriaal tijdig en voldoende aanwezig;. verwarming en/of verlichting beschikbaar hebben; brandstof, elektriciteit of een aggregaat beschikbaar hebben; dat tijdig functionele kleding uitgereikt kan worden voorafgaand aan de start van een buitenproject; tijdig specifieke doorwerkverven op het project hebben staan; op de hoogte zijn van de weersverwachting; meetapparatuur beschikbaar hebben;
IPW-bureau
23
juni 2006
Voorbeeld 2 m.b.t. logistiek op het project Tevens dient u de planning van het inpakken van objecten te beheersen. Bijvoorbeeld per serie van 2 x 5 woningen inpakken om in ieder geval het werk te kunnen opleveren conform afspraak. Met name bij de korte termijn planning is het belangrijk inzichtelijk te hebben of de gewenste productie is gehaald, om nog tijdig te kunnen bijsturen. Voorbeeld 3 m.b.t. logistiek op het project Indien 4 seizoenen per jaar gewerkt wordt, komt er qua opslag van materiaal nog een dimensie bij. In de maanden waarin we veelal spreken van minder gunstige weersomstandigheden moet u zorgen voor een verwarmde plek voor de opslag van de te verwerken materialen in verband met koude / vorstgevoeligheid.
Beschermende voorzieningen voor de uitvoerende schilders zelf 3.aIV Kleding Doorwerkkleding is een belangrijke voorwaarde om het doorwerken in de winterperiode mogelijk te maken. De kleding moet derhalve goede bescherming bieden tegen: kou, vocht, wind / tocht en neerslag. Bij koude zal het lichaam proberen de vitale lichaamsdelen (hart, longen, hersenen) warm te houden. Die warmte wordt onttrokken aan onder meer de handen en de voeten. Maar veel lichaamswarmte verlaat ons ook via het hoofd. Lage temperatuur, wind en het ontbreken van stralingswarmte betekenen een grote thermische belasting. Gevolg: Een mens voelt zich onbehagelijk, is minder handvaardig en kan daardoor niet goed meer werken. Functionele doorwerkkleding neemt de negatieve gevolgen van slechte weersomstandigheden weg. Doorwerkkleding moet comfortabel dragende kleding zijn die goede bescherming biedt tegen de weersinvloeden. Dit kan worden bereikt door een zorgvuldige samenstelling van de toegepaste stoffen in combinatie met een goede pasvorm. Daarnaast is het van belang dat u de verschillende kledingstukken goed op elkaar afstemt. Doorwerkkleding zorgt namelijk dat de lichaamswarmte blijft behouden en transpiratievocht door de kleding naar buiten wordt getransporteerd. Het heeft dus geen enkele zin thermo-ondergoed te dragen en een functionele fleecetrui als je daarop een niet-ademende regenjas draagt. Het vocht wordt dan wel door het thermo-ondergoed en het shirt naar buiten getransporteerd, maar komt vervolgens niet door de regenjas. Het gevolg is dat je alsnog nat en koud wordt (in vaktermen heet dat een after-chill). Het is dus belangrijk dat alle kledingstukken dezelfde eigenschappen hebben. Doorwerkkleding kan bestaan uit: - doorwerkjas - werkbroek - thermo-onderbroek - thermohemd - fleece-shirt / trui - thermosokken - thermohandschoenen - muts Schafruimte Tevens dient er voor een ruimte te worden gezorgd waar de mensen verwarmd kunnen zitten tijdens de pauze. Dit kan uiteraard een verwarmde schaftkeet zijn, maar soms wordt ook een vrijstaande woning beschikbaar gesteld door de opdrachtgever.
Voorbeeld uit de leerprojecten Herum schilder- en afbouwwerken heeft voor woningbouwcorporatie Weller uit Heerlen een project uitgevoerd dat bestond uit flatwoningen. Als schaft- en kleedruimte en opslag werd door de opdrachtgever een woning te beschikking gesteld die tijdens de uitvoering van het project leeg stond. Een prima manier om goede voorzieningen aan de uitvoerende schilders te kunnen bieden.
IPW-bureau
24
juni 2006
Foto 7: het project van Weller aan de Cookstraat in Heerlen
Arbeidsomstandigheden Afgeschermd werken kent vanuit het oogpunt van arbeidsomstandigheden naast de voordelen (beperking van de weersinvloeden) ook nadelen. Het is daarom van belang om bij de afschermconstructie te letten op: • de stijfheid, stabiliteit en sterkte van de constructie • de bescherming tegen weersinvloeden (zoals te sterke wind) • de afstemming van de constructie op de uit te voeren werkzaamheden • ventilatiemogelijkheden • gewicht van de elementen i.r.t. lichamelijke belasting
IPW-bureau
25
juni 2006
3.b. Effectief communiceren (3.b)
Communiceren met bewoners 3.bI Communiceren met de opdrachtgever 3bII Communiceren met de uitvoerende medewerkers 3.bIII
Communiceren met bewoners 3.bI Feitelijk voert het schildersbedrijf de opdracht uit voor bijvoorbeeld een woningbouwcorporatie of een gemeente. Maar in werkelijkheid zijn alle bewoners of gebruikers van het object opdrachtgever. Zijn deze tevreden over de uitvoering, dan is dat een enorme winst ten opzichte van de feitelijke opdrachtgever. Daarnaast bestaat bij veel leken twijfel of dit nu wel allemaal kan in de winter of de herfst. Daarom hebben we al gezien dat het van wezenlijk belang is om in de voorbereidingsfase voorafgaand aan het uitvoeren van schilderwerk gebruikers of bewoners van het object te informeren over het waarom van doorwerken en wanneer de schilders komen, hoe de planning is, etc. De ervaring heeft inmiddels geleerd dat zo’n informatief schrijven omtrent nut en noodzaak van het uitvoeren van het werk in deze periode én een helder inzicht in de planning, veel problemen vooraf voorkomt. Het gros van de bewonersproblemen ben je dan kwijt! Aandachtspunt daarbij is dat het schildersbedrijf de planning beter niet al te strak aangeeft om teleurstellingen van bewoners te voorkomen. Een planning van weken vooruit naar de bewoners of gebruikers (in week 4 melden dat de schilders komen in week 10) is daarom ook niet altijd raadzaam. In de voorbereidingsfase wordt bewust de nodige informatie verstrekt aan bewoners: van opdrachtgever / opdrachtnemer naar bewoner. Maar dat is vooral eenrichtingsverkeer. Er wordt maar in een enkel geval (bij grotere projecten) een voorlichtingsavond gehouden. Tijdens de uitvoeringsfase verloopt het contact echter per definitie tweezijdig: de voorman en zijn schilders hebben doorlopend contact met de bewoners! En dat is ook zeker nodig want in deze fase is effectief communiceren heel erg belangrijk. Voor veel gebruikers of bewoners van objecten is het “zitten” achter afscherming sowieso nieuw. Maar bijvoorbeeld ook het regelen dat de ramen of deuren geopend blijven in verband met de droging, vraagt in de winterperiode de nodige extra informatie. En het plaatsen van de steiger met afscherming zal toch ook enige overlast kunnen opleveren: bijvoorbeeld beperkte schade aan de tuin, beperkt uitzicht, geluid van de zeilen etc. Een specifiek aandachtspunt is nog de communicatie over eventuele aanpassingen in de planning. Kortom, doorwerkprojecten vragen een grote(re) communicatievaardigheid van de uitvoerende schilders: Zijn de wederzijdse verwachtingen helder gemaakt en begrepen? Wordt er eenduidig (qua vorm en inhoud) gecommuniceerd? Wordt voldoende aandacht gegeven aan de bewoners en hun zorgen en opmerkingen? De dienst ‘schilderen’ vereist technische vaklieden maar zeer zeker ook klantgerichte vaklieden! Een goed beeld van alle mogelijke (!) overlast die afgeschermd buitenwerk kan opleveren is een must voor allen die betrokken zijn bij de communicatie met de bewoners. De mogelijke soorten overlast, én de daarbij behorende mogelijke oplossing, staan in bijlage 5.j. op een rij.
Communiceren met de opdrachtgever 3bII Tijdens de uitvoering dient de communicatie met de opdrachtgever door te gaan. Niets laten weten is ook een vorm van communiceren, maar dan met héél ongewenste consequenties. Aandachtspunten voor de communicatie met de opdrachtgever tijdens de uitvoering: •
Conform de afspraken in de voorbereidingsfase worden de meetrapportages periodiek aan de opdrachtgever verstrekt.
•
Verwachtingen van de opdrachtgever/opzichter over kwaliteit (technisch en qua klantgericht handelen) zijn, als het goed is, in de voorbereidingsfase expliciet geformuleerd en vastgelegd. Van belang is om doorlopend voeling te houden met de opzichter tijdens de uitvoering of die oorspronkelijke verwachtingen zich (toch) wijzigen resp. of en hoe die verwachtingen zich naar zijn mening uit gaan komen. Dat vraagt effectief communiceren: luisteren en doorvragen
IPW-bureau
26
juni 2006
zijn daarvoor de belangrijkste instrumenten van de voorman en/of de uitvoerder en/of de projectleider (=managen van verwachtingen). •
Van belang is tenslotte om u te vergewissen dat binnen de opdrachtgeverorganisatie de communicatie over het project op een goede manier plaatsvindt (vooral tussen inkoper en opzichter en omgekeerd). Ervaring leert dat het belangrijk is om werk te maken van de terugkoppeling van ervaringen naar de opdrachtgever tijdens de uitvoering. Dat kan schriftelijk in combinatie met het aanleveren van de meetstaten, maar een gesprek werkt zeker zo goed.
Communiceren met de uitvoerende medewerkers 3.bIII •
Een zorgvuldige kick off met de uitvoerende ploeg, of het nu een aparte bijeenkomst is of het samen langslopen van het werk, is voorwaarde voor een succesvol doorwerkproject. Alleen dan kunnen de verwachtingen van de opdrachtgever zoals die begrepen (en vastgelegd) zijn in de werving- en voorbereidingsfase zonder ruis overgedragen worden naar hen die het werk moeten maken! Aandachtspunten voor bij een kick off : o
o o
o
o
•
Zorg dat belangrijke werkdocumenten op schrift aanwezig zijn in het werkboek zoals planningen, werkomschrijvingen, productbladen, meetinstructies, gemaakte afspraken over communicatie e.d.; In te vullen formulieren zoals de meetstaten dienen voldoende aanwezig te zijn en adequaat uitgelegd door de projectleider i.s.m. de voorman; De projectleider i.s.m. de voorman lopen de belangrijke stappen in het werk door en wijzen op belangrijke punten, zowel vanuit technisch oogpunt als vanuit het oogpunt van de verwachtingen van de opdrachtgever; M.b.t. de communicatie met bewoners wordt aangegeven wie het aanspreekpunt voor de bewoners is en wat al aan de bewoners is doorgegeven via brieven e.d. Brieven zijn ook op schrift aanwezig; Een effectieve uitleg en instructie vraagt van degene die de kick off leidt een aantal heel belangrijke vaardigheden: duidelijke lijn in de uitleg en een goede opbouw (kop/romp/staart) waardoor de hoofdzaken en bijzaken uit elkaar gehouden worden; niet alleen vertellen maar ook luisteren naar de reacties van de uitvoerende schilders en vervolgens doorvragen wat men precies bedoelt; vervolgafspraken die gemaakt worden door de projectleider ook nakomen; enthousiasme en vertrouwen uitstralen door de projectleider en de voorman over doorwerken en het betreffende doorwerkproject;
Zoals hierboven aangegeven is het zaak dat de projectleider afspraken, die hij maakt tijdens de kick off, ook nakomt om zo de motivatie van uitvoerende medewerkers op peil te houden. Bovendien is het tussentijds terugkoppeling van ervaringen vragen van de uitvoerende schilders bij elk uit te voeren schilderproject wenselijk, maar voor een doorwerkproject geldt dit des te meer door haar complexiteit.
3.c. Bewust technisch werken (3.c)
Meten (3c.I) Wat schilders die bewust werken op doorwerkprojecten kunnen (3c.II)
Kritische omgevingsomstandigheden, zoals in de winter, vragen extra aandacht voor het bewust technisch werken. Dit betekent dat de vakkundigheid (kennis en motivatie) van de uitvoerende schilders zodanig dient te zijn dat: •
steeds goed de risico’s worden ingeschat van temperatuur en relatieve vochtigheid in relatie tot de technische gevolgen.
IPW-bureau
27
juni 2006
•
er doorlopend een bewuste afweging plaatsvindt of er afgeschermd en / of bij verwarmd moet worden. En zo ja hoe, met welke middelen en materialen. De verwerkingscondities en de werkomstandigheden voor de schilder bepalen de noodzaak van afscherming en verwarming.
Daartoe moeten allereerst periodiek de juiste metingen gedaan worden en vastgelegd. Dat betekent niet alleen de verwerkingscondities meten, maar ook aangeven waar op dat moment gewerkt wordt en welke werkzaamheden worden uitgevoerd (zie 3c.I). En vervolgens daar de juiste conclusies uittrekken op basis van bewust werken op doorwerkprojecten (zie 3c.II). Meten (3c.I) De noodzaak van het goed meten van de omstandigheden waaronder het materiaal wordt verwerkt is essentieel. In een toolboxmeeting kan bijvoorbeeld uitgelegd worden welke factoren een rol spelen en op welke wijze dat gemeten kan worden. Tevens bepalen wat voor apparatuur daarvoor aanwezig dient te zijn. Ook dient uitgelegd te worden hoe gemeten moet worden (denk aan de kritische plaatsen) en op welke wijze dat wordt vastgelegd in een keuringsplan dat uiteindelijk in een logboek bijgehouden wordt. 1. Omgevingstemperatuur: De temperatuur die voor de werkomstandigheden voldoende hoog is, ligt in het algemeen rond de +5°C; 2. Verwerkingstemperatuur: De fabrikant geeft de minimale verwerkingstemperatuur van zijn producten aan; 3. Oppervlaktetemperatuur: De temperatuur van de ondergrond heeft mede invloed op de kwaliteit van het werk. De fabrikant geeft de minimale ondergrondtemperatuur van zijn producten aan; 4. Dauwpunt: Door een lage temperatuur van de ondergrond en een hogere temperatuur van de omgeving waarin je werkt, kan op de ondergrond het dauwpunt worden bereikt. Op deze “koude” ondergrond treedt namelijk condensvorming op. In bepaalde gevallen zal het resultaat van dit verschijnsel niet altijd direct zichtbaar zijn, maar pas na enige tijd waarneembaar zijn. Dit kan bijvoorbeeld leiden tot een slechte hechting van de aangebrachte verflaag, tot mat slaan van de verflaag of tot blaarvorming; 5. Relatieve vochtigheid: Naast de temperaturen is uiteraard de relatieve vochtigheid ook van groot belang. Je moet dus weten hoe hoog deze RV is. Veelal wordt gedacht dat de RV-waarde in de winter hoger is dan in de zomer. We kunnen vaststellen dat deze gedachte naar het land van de fabelen kan worden verwezen. Op een droge, zonnige winterse dag is de RV namelijk erg laag ! 6. Houtvochtgehalte: Indien het houtvochtpercentage te hoog is kan niet worden geschilderd. Het verdient aanbeveling om tenminste 3 maal daags op gezette tijden metingen uit te voeren om inzicht te verkrijgen in de omstandigheden. Dit kan op bijvoorbeeld 08.00 uur, 11.30 uur en 15.00 uur (als het weer plotseling omslaat is het raadzaam extra metingen uit te voeren). Dit wordt bijgehouden in een zogenaamd keuringsplan (logboek), waarin de betreffende gegevens worden vermeld en deze gegevens worden bijvoorbeeld wekelijks met de opdrachtgever gecommuniceerd. Voorts is het raadzaam ook de plaats (de kritische plaatsen) en de werkzaamheden te vermelden. Als de omstandigheden van dien aard zijn dat niet kan worden geschilderd, kunnen andere werkzaamheden worden verricht die onder de gemeten omstandigheden wel kunnen worden uitgevoerd. Denk bijvoorbeeld aan schoonmaken, schrapen en schuren. Na oplevering kan het volledige logboek aan de opdrachtgever worden overhandigd. Op deze wijze worden kerngegevens opgebouwd die mogelijk later bij een eventuele schade gebruikt kunnen worden om aan te tonen dat de schade niet het gevolg hoeft te zijn van het feit dat het werk in de winter is uitgevoerd. Zie de bijlage ‘Voorbeeld van een keuringsplan.’ (5.k)
Wat schilders die bewust werken op doorwerkprojecten kunnen (3c.II) De werknemers die op de voorbeeld- en leerprojecten 2005-2006 hebben gewerkt, hebben gezamenlijk benoemd wat bewust werken op een afgeschermd buitenwerk project concreet betekent voor de uitvoerende schilders. Wat moeten zij dan extra kunnen? Dit is het resultaat: •
Houding van de werknemers: over de drempel heen helpen: enthousiast over doorwerken en bereid om verantwoordelijkheid te nemen.
IPW-bureau
28
juni 2006
•
•
•
•
Meedenken met de opdrachtgever: o
Ook denken in termen van bewonerstevredenheid
o
Consequent detailplanning bewaken rekening houdend met wensen opdrachtgever/bewoners
o
Externe veiligheid: spullen opruimen en steiger/afscherming niet langer dan nodig i.v.m. bijvoorbeeld hangjongeren bij afscherming
Communicatie met de bewoners: vooraf, tijdens en na afloop o
Uitleggen waarom wat gebeurt
o
Consequente detailplanning maken en communiceren aan de individuele bewoners
o
Waken over tevredenheid bewoners en indien nodig/mogelijk detailplannen bijstellen
o
Eventuele onvermijdelijke overlast vooraf benoemen tezamen (!) met de inspanningen die gedaan worden om het te beperken. Bijvoorbeeld: wijzen op haspels en dus gevaar voor struikelen en dat dit aandacht krijgt
o
Eventueel overleg i.g.v. stroomverbruik bij klant (wie betaalt wat)
o
Direct eventuele problemen oplossen
o
Laat aan bewoner weten wanneer je klaar bent en evalueer
Techniek van (goed) afschermen: o
Steigeren en afschermen is een specialisme (maatwerk, ook de logistiek)
o
I.v.m. afscherming extra verankeren
o
Verwarming en verlichting voldoende
o
Vooraf gekozen verwarmingtype correct toepassen: olie en gas hebben als nadelen stank en vocht. Infrarood, elektrisch en indirect gestookt hebben voorkeur: probleem daarbij is echter de krachtstroomvoorziening. Conclusie is: “wat waar” blijkt toch maatwerk
Goed afstemmen en samenwerken met de steigerbouwer: o
Goed samenwerken met (vast) aanspreekpunt ook bij de steigerploeg
o
Steigers voor schilderwerk vragen specifieke kennis bij steigerbouwers: bewaken
•
Vooraf gekozen producten (beoordeling door het schildersbedrijf) correct toepassen en opslaan in een (verwarmde) opslag
•
Werkomstandigheden schilders:
•
o
Vooraf gekozen maatregelen om door te kunnen werken toepassen: voorzieningen m.b.t. inrichting werkplek (heater, vorstvrije opslag etc)
o
Goede ventilatie (i.v.m. gassen)
o
Gebruiken van goede schaftlocatie
o
Toepassen van beschermde kleding uitvoerenden (thermokleding etc.)
Meten = weten: en dan? Vooraf gemaakt afspraken over wanneer wel/niet stoppen nakomen. Wie beslist? Risico’s inschatten en alternatieven organiseren.
IPW-bureau
29
juni 2006
•
Vooruit blijven denken, ook tijdens de uitvoering: a. Plannen: wanneer wat het beste doen? b. Schilder moet bewust werken
•
Meer begeleiding vooraf, zoals in leerproject is gebeurd, blijkt goed te werken
•
Team maken zorgt voor kwalitatief goed en kostenefficiënt werken
•
Prettig samenwerken: elkaar helpen en efficiënt werk verdelen
Vertaald naar competenties van 4SO–medewerkers benoemden de uitvoerende medewerkers die werkten op de voorbeeld- en leerprojecten in 2005 – 2006 de volgende competenties: •
Allround vakman: bewust technisch kunnen werken, d.w.z. o
moet weten wanneer hij kan werken
o
heeft inzicht in de planning
o
‘als,…dan’ kunnen redeneren
o
niet op de automatische piloot (’s winters anders werken dan ’s zomers)
•
Positieve instelling: 4seizoenenovertuiging
•
Kwaliteitsbesef: bestelde kwaliteit leveren
•
Flexibel en kunnen improviseren: situatie inschatten, beoordelen wat te doen in relatie tot specifieke omstandigheden: bewust inschatten van technische mogelijkheden en aanpassen eigen handelen als nodig; op verantwoorde manier verantwoordelijkheid nemen
•
Doorzettingsvermogen, ook als het even lastiger is
•
Willen samenwerken: collega’s helpen binnen het team
•
Kunnen meedenken met anderen zoals bewoners, collega’s (inlevingsvermogen)
•
Teamwork: schilders en timmerlieden helpen elkaar
•
Communiceren: klantgericht kunnen werken richting opdrachtgever/opzichter en bewoners, goed intern kunnen communiceren met collega’s
IPW-bureau
30
juni 2006
Hoofdstuk 4. Afronding en evaluatie (4)
4.a. Slim organiseren (4.a) 4.b. Effectief communiceren (4.b) 4.c. Bewust technisch werken (4.c)
31
4.a. Slim organiseren (4.a) De afronding en evaluatiefase vraagt om slim organiseren, want al te vaak wordt gedacht dat het werk gedaan is als het schilderwerk klaar is. Maar dan is een doorwerkproject zeker nog niet af. Onderstaand de extra aandachtspunten die tijdens de voorbeeld- en leerprojecten 2005-2006 naar voren kwamen m.b.t. de afrondings- en evaluatiefase van een doorwerkproject: •
juist bij doorwerkprojecten worden de verwachtingen van de opdrachtgever m.b.t. kwaliteit zoveel mogelijk expliciet gemaakt (om te kunnen vergelijken met de kwaliteit in de zomer) en wordt ook consequent gemeten (m.n. verwerkingscondities). Tegen deze achtergrond is het van belang om de (voor)oplevering met vertegenwoordigers van de opdrachtgever heel bewust te organiseren: de afspraken leggen naast de realisatie: o
natuurlijk met betrekking tot het eindresultaat: het geleverde schilderwerk
o
maar nadrukkelijk óók op het proces: zijn alle overeengekomen processtappen verricht:
metingen conform afspraak gedaan en conform afspraak vastgelegd en wanneer en hoe deze doorgegeven aan de opdrachtgever;
communicatie met de bewoners conform afspraak gedaan en wanneer en hoe ervaringen teruggekoppeld aan de opdrachtgever;
•
het snel en zorgvuldig weg (laten) halen van de afscherming zodra het werk gereed is. Soms wordt de afscherming onnodig lang aan de gevel gehouden, wat tot onnodige overlast voor de bewoners kan leiden. Dit geldt ook voor het weghalen van andere voorzieningen zoals de schaftkeet e.d.;
•
slim organiseren betekent ook dat het schilders- en onderhoudsbedrijf doorwerkprojecten steeds beter wil doen en dus wil leren van elk doorwerkproject ten gunste van de volgende. Dat kan alleen door een doorwerkproject (zekere de wat grotere) achteraf de evalueren met de werkvoorbereider en de uitvoering (de projectleider en voorman en indien gewenst de hele uitvoerende schildersploeg);
32
4.b. Effectief communiceren (4b)
Communiceren met bewoners 4.bI De uitvoerende ploeg heeft tijdens het doorwerkproject regelmatig contact gehad met de bewoners/gebruikers. De kwaliteit van dit contact is van doorslaggevend belang voor het verkrijgen van tevreden bewoners en dus uiteindelijk van een tevreden opdrachtgever. Cruciaal is dat de voorman dan ook in de eindfase heel bewust een moment van afronding per bewoner inplant: toetsen of er nog openstaande punten zijn zowel ten aanzien van het verrichtte schilderwerk als ten aanzien van de gemaakte procesafspraken daarom heen. Behalve dat deze aandacht als zodanig de tevredenheid over het onderhavige werk sowieso al zal verhogen, wordt hiermee een ambassadeur voor het schildersbedrijf (én de betreffende ploeg) gevormd. De eerste stap voor de volgende opdracht wordt hiermee al gezet. In de afrondings- en evaluatiefase zal de opdrachtgever gaan bepalen of aan zijn verwachtingen is voldaan. Dat gebeurt natuurlijk tijdens de oplevering voor wat betreft de kwaliteit van het schilderwerk, maar een moderne opdrachtgever is evenzeer uit op tevreden gebruikers of bewoners. Bij woningcorporaties is de invloed van de “verhuurder” binnen de opdrachtgeverorganisatie bij dergelijke projecten aanzienlijk groter geworden. Een schildersbedrijf dat rond een doorwerkproject effectief communiceert, toetst daarom, in overleg met de opdrachtgever, zelf de tevredenheid van de bewoners/gebruikers op een gestructureerde wijze. Een middel dat daar regelmatig voor wordt ingezet is de bewonersenquête. In bijlage 5.p.VII is een voorbeeld van een korte bewonersenquête opgenomen.
33
4.c. Bewust technisch werken (4c)
Zoals onder 4.a al aangegeven is de interne evaluatie van een doorwerkproject een belangrijke voorwaarde om als schilders- en onderhoudsbedrijf steeds slimmer te worden in het organiseren van 4seizoenenonderhoud. Deze interne evaluatie vindt bij voorkeur plaats met de hele uitvoerende ploeg, zodat het bewust technisch werken steeds meer gaat behoren tot de vaste methode waar het betreffende schildersbedrijf zich op voorstaat. Bewust werken groeit bij de uitvoerende ploeg als een vanzelfsprekendheid indien de leiding dit voortdurend en expliciet aandacht geeft en het belang ervan benadrukt, ook in het eigen gedrag. Een interne evaluatie van een doorwerkproject in aanwezigheid van de leiding is een prima middel daarvoor. Een werkoverleg is daarvoor een geëigende vorm.
34
Bijlagen (5)
Bijlage 5.a. Kritische overdrachtsmomenten Bijlage 5.b. Aandachtspunten succesvol kritisch pad bij doorwerkprojecten: wat, wanneer doen? Bijlage 5.c. Weet hoe je opdrachtgever denkt over 4SO. Bijlage 5.d. Wie is eigenlijk mijn opdrachtgever? Bijlage 5.e. Creëren van uitwijkmogelijkheden Bijlage 5.f. Door welke bril kijkt de opdrachtgever? Bijlage 5.g. Vaardigheden bij adviserend verkopen. Bijlage 5.h. Bedrijfseconomische afweging bij aanbieden afgeschermd buitenwerkproject Bijlage 5.i. Bepalen van de kwaliteit Bijlage 5.j. Het beperken van overlast Bijlage 5.k. Voorbeeld van een keuringsplan Bijlage 5.l. Doorwerkproducten Bijlage 5.m. Doorwerktechnieken Bijlage 5.n.Total cost of ownership Bijlage 5.o. Communicatie-instrumenten
35
Bijlage 5.a. Kritische overdrachtsmomenten De zwakste schakel bepaalt de sterkte van de keten. Dat geldt ook voor doorwerkprojecten. Die zwakste schakels betreffen heel vaak de volgende kritische overdrachtsmomenten. 1. Bij de opdrachtgever: 1.1. tussen strategisch niveau (financiële man) en tactisch niveau (technisch inkoper) in het inkoopproces; 1.2. tussen tactisch niveau (technisch inkoper) en operationeel niveau (opzichter) in het inkoopproces; 1.3. overeenkomen van de specificatie van het 4SO-project met de opdrachtnemer. 2. Bij de opdrachtnemer: 2.1. tussen acquisitiefase en de werkvoorbereiding; 2.2. tussen werkvoorbereiding en toeleveranciers (steiger/glas/verf) of andere werkzame partijen (voeger); 2.3. tussen projectleider en voorman; 2.4. tussen voorman en uitvoerende schilders. 3. Terugkoppeling opdrachtnemer – opdrachtgever: 3.1. terugkoppeling van voorman naar projectleider; 3.2. terugkoppeling van projectleider naar opzichter. 4. In relatie met de bewoners: 4.1. opdrachtgever / opdrachtnemer informeren de bewoners; 4.2. relatie tussen voorman / uitvoerende schilders en de bewoners; 4.3. terugkoppeling door bewoners naar de opdrachtgeverorganisatie.
Voorbeelden van te voorkomen ruis op kritische overdrachtsmomenten
Kritisch overdrachtsmoment 1.1
Te voorkomen ruis op dit kritische overdrachtsmoment Financiële man komt niet zelf aan tafel. Onbesproken procedurele voorwaarde dat project niet over jaarwisseling heen kan lopen.
1.2
Technische inkoper informeert de opzichter niet voldoende over de afspraken die in de specificatiefase zijn gemaakt. Wat wordt wel / niet afgeschermd is opzichter onbekend.
1.3
Acquisiteur schildersbedrijf en technisch inkoper opdrachtgever beschikken over onvoldoende concrete gezamenlijke specificatietaal voor een doorwerkproject. • het meetbaar maken van de afgesproken kwaliteit van het schilderwerk, zodat vergelijking met zomerproject mogelijk is; • onduidelijkheid over minimaal noodzakelijke verwerkingstemperatuur; • onvoldoende gezamenlijk begrip over de kwaliteit van een afschermingsysteem / -methodiek (hoeveel tegelijk afgeschermd? Welke methode: horizontaal / verticaal, wel / niet zijkanten dicht?); • Meetbaar maken / krijgen van overige aspecten (beperking overlast, communicatie met bewoners) van doorwerkproject.
36
Kritisch overdrachtsmoment 2.1
Te voorkomen ruis op dit kritische overdrachtsmoment Werkvoorbereider is vooral geïnformeerd over de technische specificaties en niet (voldoende) over andersoortige verwachtingen van de opdrachtgever. Wijze van meten van de verwerkingscondities en wijze van vastleggen.
2.2
Steiger te laat besteld. Onvoldoende afstemming met andere steigergebruikers zoals het voegbedrijf.
2.3
Instructies over conditioneringsplan (functioneel afschermen) onvoldoende duidelijk. Welke verantwoordelijkheid heeft de voorman?
2.4
Gebruik van de ter beschikking gestelde voorzieningen (afscherming, doorwerkkleding etc.) niet optimaal.
3.1
Beperkte communicatie over afwijken van de planning.
3.2
Ingevulde meetstaten niet (tijdig) verstuurd naar de opzichter.
4.1
Afstemming tussen opdrachtgever en opdrachtnemer over wie wanneer een informerende brief naar de bewoners stuurt.
4.2
Onvoldoende managen van verwachtingen tussen uitvoerend bedrijf en bewoners. Ander aanvangsmoment dan in bewonersbrief, zonder dit eerst te melden. Wat wel / niet wegknippen in de tuin?
4.3
Geen (tijdige) terugkoppeling naar bewoners georganiseerd.
37
Bijlage 5.b. Aandachtspunten succesvol kritisch pad bij doorwerkprojecten: wat, wanneer doen?
Wanneer welke fase
Aandachtspunten
Bij de opdrachtgever
Inventariseren en samenstellen 4SO-projecten: -
-
vooraf structureel voor het hele woningbestand bepalen welke in principe geschikt zijn voor doorwerken; vooraf structureel de geldigheid van interne, budgettaire randvoorwaarden bespreken.
Specificeren van de te stellen eisen aan het concrete 4SO-project: tenminste drie maanden voor aanvang van de uitvoering
Totale woningbestand vooraf structureel screenen op in principe wel / niet technisch – economisch haalbaar doorwerkproject. Aansluitend vooraf bepalen hoe deze technisch – economische haalbaarheid is te bevorderen door de bewuste samenstelling van het project: - combinatie van weersgevoelige en weersongevoelige werkzaamheden; combinatie van werken in winter- en in voorjaarsperiode; - uitwijkmogelijkheden organiseren om functioneel afschermen haalbaar te maken (verschillende typen gebouwen in één project, combinatie van binnen- en buitenwerk).
Een helder extra programma van eisen ontwikkelen voor 4SO–deel van het concrete project (technisch, qua organiseren en qua communicatie).
Als niet gekozen wordt voor één op één, dan worden eisen in het bestek opgenomen / daaraan toegevoegd. Van belang is om wel ruimte te laten in de inhoudelijke uitwerking van de eisen, zodat aanbieders creatieve doorwerkoplossingen in kunnen brengen.
Selecteren opdrachtnemer: tenminste drie maanden voor aanvang van de uitvoering
Als niet één op één, dan in elk geval voldoende ruimte laten in de selectieprocedure. Opdat aanbieders creatieve doorwerkoplossingen in kunnen brengen.
Bewaken bij de uitvoering
Structureel en gezamenlijk met opdrachtnemer voortgang bespreken. Onder andere ten aanzien van meetgegevens, planning etc.
Nazorg plegen bij de gebruikers
38
Wanneer welke fase
Aandachtspunten uit 2005 –2006
Bij de opdrachtnemer
Werven: winterwerk werf je in de zomer
In vroeg stadium bij opdrachtgever aan tafel: bij voorkeur in specificatiefase. Zo is samen de technisch – economische haalbaarheid van het doorwerkproject te vergroten, omdat kennis kan worden ingebracht. Effectief adviseren, door aan te sluiten op ‘bril’ van de opdrachtgever.
Werk calculeren en aannemen: tenminste drie maanden voor aanvang uitvoering
Met behulp van het beslisschema technischeconomische haalbaarheid het project beoordelen als mogelijk doorwerkproject: kan het wel / niet uit? Bedrijfseconomisch afwegen welk deel van de extra kosten van afscherming op verantwoorde wijze eventueel zelf is te nemen als schildersbedrijf.
Werk voorbereiden: tenminste vier weken voor aanvang van de uitvoering
Voorman en toeleveranciers tijdens de werkvoorbereiding al actief betrekken om alle hoe- en wanneer vragen in relatie tot de uitvoering optimaal te beantwoorden. Specificaties met toeleveranciers bespreken en tijdig bestellen. Checken van uiteindelijke uitwerkingskeuzes tijdens de voorbereiding met verwachtingen bij de opdrachtgever.
Werk uitvoeren: volledig conform afgesproken planning -
kick off bij aanvang
-
tussentijdse evaluaties, ook met de opdrachtgever (opzichter), halverwege de werkzaamheden
-
eindevaluatie, ook met de opdrachtgever (opzichter en technisch inkoper)
Kick off met alle uitvoerende schilders, de voorman en de werkvoorbereider.
Nazorg
39
Bijlage 5.c. Weet hoe je opdrachtgever denkt over 4SO.
Opdrachtgevers kijken ieder op hun eigen manier naar onderhoud in de winter. Er zijn vijf categorieën te onderscheiden.
Strategisch
Financieel
Toekomstgericht
Maatschappelijk
Behoudend
D. De behoudende opdrachtgever Deze (potentiële) opdrachtgever ziet doorwerken in de winter als een probleem. En dan vooral als úw probleem; het probleem van het schildersbedrijf. C. De maatschappelijke opdrachtgever Deze klant voelt zich verantwoordelijk en is gevoelig voor het maatschappelijke argument. Hij wil best een bijdrage leveren aan het voorkomen van werkloosheid onder schilders. Hij ziet echter technisch en financieel toch ook nog wel bezwaren. B. De toekomstgerichte opdrachtgever De derde categorie opdrachtgever is doordrongen van zijn eigen belang op termijn. Zonder 4 seizoenenonderhoud stijgen de kosten van schilderwerk flink, door de hogere premies. Bovendien komt het noodzakelijke vakmanschap van schilders in gevaar. A2. De rationeel inkopende opdrachtgever Deze opdrachtgever is financieel onderlegd. Hij betrekt alle financiële effecten van 4 seizoenenonderhoud bij zijn afwegingen. De total cost of ownership vanuit zijn eigen organisatie is een concept dat hem aanspreekt. Kosten en opbrengsten voor zijn hele organisatie, daarvoor is hij gevoelig. Vanuit deze benadering biedt 4 seizoenenonderhoud hem mogelijkheden om zelfs geld te gaan besparen. Wel wil hij graag overtuigd worden met argumenten op het gebied van techniek en financiën. A1. De strategisch inkopende opdrachtgever De strategisch inkopende opdrachtgever gaat voor niet minder dan optimaal onderhoud. Dit op basis van resultaatafspraken met het onderhoudsbedrijf. Per definitie mag er 12 maanden per jaar buiten geschilderd worden. Of en hoe het gebeurt, is de verantwoordelijkheid van het schilders- en onderhoudsbedrijf.
40
Bijlage 5.d. Wie is eigenlijk mijn opdrachtgever?
Decision Making Unit (5.d.I) Vijf rollen (5.d.II) Uitdaging (5.d.III) Decision Making Unit (5.d.I) Hoe lopen de lijnen bij (de organisatie van) de opdrachtgever bij beslissing en beïnvloeding? Daar volstrekte duidelijkheid over hebben is een belangrijke voorwaarde voor een effectieve verkoopinspanning. Wie heeft welke rol? Wat vinden ze belangrijk? Met andere woorden, alles begint met een feitelijke inventarisatie van (de organisatie van) de klant en de relevante zogeheten Decision Making Unit (DMU). De Decision Making Unit bestaat uit diegenen die deelnemen aan de besluitvorming bij de inkoop van een product of dienst. Tot die groep van betrokkenen behoren de gebruikers, zij die het koopproces beïnvloeden, de inkopers, de beslissers en de zogeheten gatekeepers. Vijf rollen (5.d.II) Er zijn in het besluitvormingsproces van de inkoop vijf rollen te onderscheiden. Gebruikers Dit zijn leden van de organisatie die het product of de dienst gebruiken. In veel gevallen geven gebruikers de aanzet tot het koopvoorstel. Ze stellen mede de productspecificaties op. Dit kan bijvoorbeeld een bewonersraad zijn in geval van een Vereniging van Eigenaren. Beïnvloeders Dit zijn mensen die de koopbeslissing beïnvloeden. Ook zij helpen bij het opstellen van de productspecificaties. Tevens krijgen zij de rol toegedicht van informatieverstrekker over alternatieven. Belangrijke beïnvloeders zijn vaak te vinden in de technische hoek van een organisatie. Denk hierbij ook aan adviseurs (bijvoorbeeld van verfleveranciers). Inkopers Inkopers zijn mensen die formeel gemachtigd zijn de leverancier te selecteren en de koopvoorwaarden te regelen. Ook inkopers beslissen mee over productspecificaties. Hun meest essentiële rol is de selectie van leveranciers. Zij zijn meestal de onderhandelaars waar een verkoper mee te maken krijgt. In ingewikkelde koopsituaties betrekken inkopers soms directieleden in de onderhandelingen. Hun rol kan dan ook weer verschillen. Zo kan een directielid bij de inkoop worden betrokken vanwege zijn deskundigheid op het betreffende gebied. Ook is het mogelijk dat hij geen verstand van de materie heeft, maar wel een ervaren onderhandelaar is. Soms is zijn aanwezigheid alleen bedoeld om de druk op te voeren. Beslissers Zij hebben officieel of informeel de macht om de uiteindelijke leveranciers te selecteren of deze selectie goed te keuren. Bij routinematige inkopen zijn inkopers vaak zelf de beslissers. Bij complexe aankopen neemt meestal de financieel eindverantwoordelijke de uiteindelijke beslissing. De inkoper heeft in dit laatste geval veel meer een adviserende taak dan een beslissingsverantwoordelijkheid. Gatekeepers Gatekeepers zijn mensen die de stroom van informatie naar anderen beheersen. Een voorbeeld van een gatekeeper is iemand die kan verhinderen dat een verkopende partij de eindgebruiker of beslisser te zien of te spreken krijgt. Technisch personeel kan die rol van gatekeeper spelen, of een standvastige secretaresse. Uitdaging (5.d.III) De DMU is zeker geen vaste, laat staan formele eenheid binnen een organisatie. Per koopsituatie en per onderhandelingsfase zal de DMU kunnen verschillen van samenstelling. Met het wijzigen van de samenstelling zullen ook de machtsverhoudingen binnen de DMU wisselen. Het kennen van de DMU is een belangrijke uitdaging voor een verkoper van 4SO.
41
Hij of zijn dient er achter te komen: wie deelneemt aan de besluitvorming; vanuit welke rol dat gebeurt (wie is wie, dat is de hamvraag); welke verantwoordelijkheid aan deze rol is gekoppeld; welke belangrijkste criteria hij/zij in het onderhandelingsproces meeneemt. Het onderhandelen met DMU’s is vaak een ingewikkeld en langdurig proces met meerdere personen. Daarom is gedegen voorbereiding van cruciaal belang. Dit vormt 90% van het succes. Zorg dat u alle informatie heeft om de DMU vast te stellen.
42
Bijlage 5.e. Creëren van uitwijkmogelijkheden Niet elke object is even geschikt om af te schermen. Daarnaast kan het voor kostenbesparingen zinvol zijn om functioneel af te schermen (alleen afschermen als het nodig is). Een project is dan toch geschikt te maken voor uitvoering in de winter. Het is daarbij van belang om uitwijkmogelijkheden te creëren of in het project op te nemen. Door daar gebruik van te maken, kun je toch doorwerken als de uitvoering van schilderwerk zonder afscherming niet mogelijk is. Bijvoorbeeld bij slechte weersomstandigheden in relatie tot de verwerkingscondities of de arbeidsomstandigheden. Daartoe moet je al in de inventarisatie- en specificatiefase van het inkoopproces van een opdrachtgever bewust nadenken over de samenstelling van het 4SO-project. Op die manier kun je uitwijkmogelijkheden inbouwen. Als opdrachtgever moet je daarom een ervaren schilder- en onderhoudsbedrijf eerder aan tafel halen.
Uitwijkmogelijkheden
Binnen het project
In de tijd
Tussen projecten
Verschillende typen gebouwen in één project
Weergevoelige werkzaamheden eerder of later
Schuiven tussen projecten
Je kunt het project zo samenstellen, dat het zowel goed af te schermen (bijvoorbeeld galerijwoningen) als minder goed af te schermen objecten (bijvoorbeeld eengezinswoningen) omvat. Bij goede weersomstandigheden kun je de minder goed af te schermen objecten schilderen zonder afscherming. Goed af te schermen objecten gebeuren bij verwerkingscondities die afscherming noodzakelijk maken.
De invloed van weersomstandigheden is niet voor alle werkzaamheden even groot. Wanneer je niet meer kunt aflakken, zijn bepaalde andere werkzaamheden nog wel uit te voeren. Denk bijvoorbeeld aan voorbereidende werkzaamheden als het verwijderen van verflagen, schoonmaken, schuren e.d. Ook kunnen in de opdracht nog andere werkzaamheden zijn opgenomen die minder weersgevoelig zijn. Denk bijvoorbeeld aan het plaatsen van glas of gevelreiniging. Andere meer weersgevoelige werkzaamheden (houtrotreparatie, schilderen van beton of staal en aflakken) kun je eerder of later plannen en uitvoeren.
Binnen grote bedrijven kun je tussen projecten schuiven, als bij één project de uitvoering van werkzaamheden minder weersgevoelig is. Denk aan grote schilderprojecten binnen (bijvoorbeeld in nieuwbouw) en spuitwerkzaamheden (in een eigen hal). Voor de kleinere bedrijven zou collegiale in- en uitlening een oplossing kunnen zijn om tussen projecten te schuiven.
Zowel binnen als buitenwerkzaamheden Je kunt een zeer goede uitwijkmogelijkheid creëren door naast buitenschilderwerk ook binnenschilderwerk in het project op te nemen. Daarbij kan het bijvoorbeeld gaan om de gemeenschappelijke ruimtes, zoals trappenhuizen, portieken en kelders. Bij minder gunstige weersomstandigheden kun je de binnenwerkzaamheden oppakken.
43
Het gebruik maken van uitwijkmogelijkheden is niet alleen een kwestie van het aanwezig zijn ervan. Het vereist vooral ook een goede organisatie en logistiek. En verder is het, als de kennis en ervaring ervoor aanwezig is, gewenst om de verantwoordelijkheid voor de beslissing tot uitwijken zo laag mogelijk te leggen, bijvoorbeeld bij de voorman.
44
Bijlage 5.f. Door welke bril kijkt de opdrachtgever?
Als verkoper wilt ude juiste focus kiezen. Dat lukt pas als u weet hoe de verschillende betrokkenen bij (de organisatie van) de opdrachtgever ‘kijken’. Dus welke bril heeft hij of zij op? Er zijn vier veelvoorkomende brillen te onderscheiden; elk kent een eigen focus en beïnvloeding kent. De econoom Focus: de econoom zal de onderhandeling vooral volgen dan wel sturen op basis van budgettaire aspecten. Denk aan investeringen en rendementen. Hij wil weten welke financiële gevolgen het resultaat van de onderhandeling voor de organisatie zal hebben. Beïnvloeden met: de econoom moet worden beïnvloed door een globaal concept van een kostenbatenanalyse. Daaruit zijn de resultaten op korte, middellange en lange termijn in grote lijnen af te leiden. Een te gedetailleerde analyse kan resulteren in een smallere onderhandelingsruimte. Een vage analyse zal leiden tot irritatie over ‘natte vingerwerk’. De geloofwaardigheid van uzelf en uw organisatie zal in een vroeg stadium bij de econoom moeten worden gewaarborgd. De technicus Focus: de technicus zal zijn rol in de DMU (zie bijlage ‘Wie is eigenlijk mijn opdrachtgever?’) (5.d) invullen op basis van zijn programma van eisen. Hij is de expert die de kennis in huis claimt te hebben als het gaat om de inhoudelijke kant van de onderhandelingen. Zijn oordeel is vooral gericht op de verschillende mogelijke technische oplossingen. Beïnvloeden met: de technicus is het best te benaderen vanuit objectieve feiten. ‘Meten is weten’ is zijn credo. Ook referenties waar de technicus zich mee kan en wil associëren zijn van belang om zijn stem te winnen. De gebruiker Focus: de gebruiker is een procesmens. Het gaat hem om de effecten van de aangeboden oplossingen op het dagelijkse proces. Hij zal de onderhandelingen volgen vanuit het perspectief van ‘what's in it for me’. Hij is immers degene die uiteindelijk met het resultaat van de onderhandelingen aan de slag moet. Beïnvloeden met: de gebruiker moet vooral inzicht krijgen in de voordelen van het dagelijkse gebruik. Dit kan bijvoorbeeld door hem deel te laten nemen aan een testsituatie of de beoordeling van een proefopstelling. De gids Focus: de gids helpt bij de onderhandelingen door aan te geven met wie het beste gepraat kan worden. Ook is hij degene die u de weg kan wijzen in de onderlinge rolverdeling binnen de DMU (zie bijlage ‘Wie is eigenlijk mijn opdrachtgever?’) (5.d) en de daaraan gekoppelde machtsstructuur. Hij kan u unieke informatie geven die van grote waarde is voor de onderhandeling. Dit is vaak informatie over de politieke infrastructuur. Met de informatie van de gids in de hand kunt u richting geven aan het onderhandelingsproces. Beïnvloeden met: ‘vertrouwen’ is hier het sleutelwoord. Vertrouwen geven, winnen en vooral niet beschamen is belangrijk. Bij een gids is het een kwestie van geven en nemen. Dit betekent dat ook de gids belang heeft bij het slagen van de onderhandeling. Een goede gids heeft vertrouwen in jou en geniet ook vertrouwen bij (de organisatie van) de opdrachtgever.
45
Bijlage 5.g. Vaardigheden bij adviserend verkopen. Om een doorwerkproject in het kader van 4seizoenenonderhoud te kunnen verwerven is een adviesrelatie nodig met de klant. Een adviserend verkoopgesprek is namelijk heel wat anders dan een gesprek waar op basis van een kant en klaar bestek over de door het schilders- en onderhoudsbedrijf aangeboden capaciteit en prijs wordt gesproken. Hoe maak je een advies relatie? Het maken van een adviesrelatie betekent vooral investeren in uw geloofwaardigheid als adviserend verkoper. Dat is zeker géén kwestie van alleen maar zenden van inhoudelijke adviezen en proberen de klant te overtuigen van uw gelijk als adviseur. Het is juist bewust investeren in (1) het verkrijgen van vertrouwen van de klant en (2) het bieden van veiligheid. Welnu dat gaat als volgt: Ad 1) Een klant voelt zich veiliger als er sprake is van structuur. Dat kan bijvoorbeeld door de globale opbouw van het inhoudelijk advies te volgen zoals aangegeven in paragraaf 1.bII, maar zeker ook door in elk gesprek een heldere volgorde aan te houden: samen met de klant helder maken welk doel u samen met het gesprek willen bereiken en langs welke stappen u voorstelt dat te doen. Ad 2) Vertrouwen krijg je als adviserend verkoper als je een klant invloed geeft en blijft geven. Een adviesgesprek dient ertoe om de behoeften van de (potentiële) opdrachtgever helder te krijgen en samen met hem een oplossingsrichting te bedenken die aansluit op zijn wensen. De adviserend verkoper ordent hetgeen de klant naar voren brengt en stelt nieuwe manieren voor om zijn probleem beter te analyseren en hanteerbaar te maken en ontwikkelt zo een aanpak voor een oplossing die door de klant wordt gedragen. Schematisch samengevat: adviesrelatie maken: Effectief adviesgedrag
Structuur bieden
Veiligheid klant vergroot
Invloed aan klant geven
Vertrouwen klant vergroot
Geloofwaardigheid naar klant vergroot als adviserend verkoper Om op die manier te werken aan een klantrelatie vraagt een aantal heel belangrijke vaardigheden van een adviserend verkoper:
46
Luistervaardigheid Luisteren is een belangrijk onderdeel van de communicatie tussen mensen. Goed luisteren betekent niet alleen ook zelf beter begrijpen wat de spreker naar voren wil brengen, maar geeft de spreker ook het aangename gevoel dat hij wordt begrepen! En dat maakt luisteren tot een vaardigheid van het grootste belang voor iedereen die in relatie staat met (potentiële) klanten. Hulpmiddelen op het gebied van luistervaardigheid om de spreker te stimuleren om meer informatie te geven: • Houding, oogcontact en mimiek • Verbale en non-verbale tussenvoegsels • Niet interrumperen • Beknopt samenvatten, herhalen van een boodschap • Doorvragen • Doelbewust zwijgen • Confronteren
Vraagsoorten Van belang is op het juiste moment de juiste type vragen te stellen. De volgende typen vragen kunt u stellen: • • • • •
Suggestieve vragen, bijvoorbeeld: ‘Je wilt zeker koffie?’ of ‘U wilt zeker dezelfde kleuren’ Gesloten vragen, bijvoorbeeld: ‘Woon je hier?’ (Ja of nee) of ‘Zijn het alleen eengezinswoningen? Reflecterende vragen, bijvoorbeeld: ‘Heb ik begrepen dat jij koffie wilt?’ of ‘Heb ik begrepen dat de laatste onderhoudsbeurt 5 jaar geleden was?’ Open vragen, bijvoorbeeld: ‘Waarom gaan jullie dit jaar niet op vakantie?’ of ‘wat vindt u belangrijk in de communicatie naar de bewoners?’ Keuzevragen, bijvoorbeeld: ‘Wil je koffie of thee?’ of ‘Wilt u kleur a of kleur b?’
Het stellen van een open vraag, geeft inhoudelijk de meeste kans op het verkrijgen van nuttige, nog onbekende informatie van de opdrachtgever én draagt bij aan de kwaliteit van de relatie en communicatie met uw gesprekspartner. Het voorkomt het ontstaan van een gevoel van onvoldoende invloed en dus van weerstand bij de klant. Dat neemt niet weg dat in bepaalde gevallen gesloten of keuzevragen natuurlijk nodig zijn, vooral om informatie te checken of om een noodzakelijke keuze te expliciteren.
47
Bijlage 5.h. Bedrijfseconomische afweging bij aanbieden afgeschermd buitenwerkproject Voor een opdrachtgever kunnen, onder voorwaarden, de kosten van de realisatie van een project in de zomer en in de winter gelijk zijn. Dit verkoopargument kunnen we dan naar hem gebruiken. (Let op: niet elk project leent zich hier zonder meer toe!). We gaan er hierbij vanuit dat we in de winter kwalitatief gezien hetzelfde werk kunnen afleveren als in de zomer. Lukt het bij een specifiek project om in de winter door te werken met dezelfde kosten voor de opdrachtgever? Het antwoord op die vraag is op bedrijfsniveau te geven. Stel dat we een project in de traditioneel stille tijd uitvoeren voor dezelfde aanneemsom als we voor dit project in de zomer in rekening zouden brengen. Hoeveel geld kunnen we dan maximaal besteden aan afscherming en maatregelen? Hiervoor moet ‘andersom’ worden gecalculeerd. Dus, niet hoeveel kosten de maatregelen en wat moet dan de aanneemsom zijn. Maar de aanneemsom is gelijk aan de aanneemsom in de zomer. Hoeveel mogen de afscherming en extra maatregelen dan kosten? De redenering: De marginale kostprijs voor het werk is lager dan wanneer u als bedrijf uitsluitend projecten in de zomer realiseert en de mensen in tijdelijk dienstverband laat werken. Dit als gevolg van lagere loonkosten door een lagere ww-premie. Daarnaast kun je, vanuit de economische benadering van de marginale meeropbrengst, stellen dat de opslag voor de algemene kosten en winstopslag een meeropbrengst genereren voor het bedrijf. Als u het werk namelijk niet maakt, ontvangt u deze ook niet. Zo kunt u terugrekenen. Het komt er dan op neer dat het verschil tussen de aanneemsom en de marginale kostprijs van het winterwerk de maximale speelruimte bepaalt die u kunt benutten voor het nemen van maatregelen en voorzieningen. In het geval u dit volledige bedrag hiervoor benut, is de bijdrage van dit werk aan de dekking van de vaste bedrijfskosten of winst echter nul. De strategie moet dus zijn juist die projecten te verwerven waarbij de kosten voor maatregelen en afscherming (aanzienlijk) minder zijn dan dit bedrag! Dan draagt de realisatie van dit project bij tot extra dekking of winst van het bedrijf. Schematisch:
Project gerealiseerd in de zomer:
Zelfde project gerealiseerd in de winter:
Opslag winst Beschikbaar voor afscherming
Opslag AK
Marginale kostprijs Aanneemsom normaal zomerwerk
Marginale kostprijs
48
Let op:
Let echter op dat de redenering uitsluitend opgaat wanneer u als bedrijf door het aannemen van dit project meer omzet genereert. Of wanneer u door het aannemen van dit project het in de zomer minder druk hebt en daardoor met minder overhead toe kunt. Als het louter de verschuiving van werk betekent zonder dat dit minder kosten of meer omzet oplevert, gaat deze berekening van marginale meeropbrengst uiteraard niet op.
49
Bijlage 5.i. Bepalen van de kwaliteit Bij doorwerkprojecten geeft de opdrachtgever vaak expliciet aan dat de kwaliteit van het uitgevoerde schilderwerk minimaal gelijk moet zijn als wanneer het project in de zomer zou zijn uitgevoerd. De wijze waarop de kwaliteit wordt gegarandeerd en vastgesteld blijkt echter zeer verschillend. Vanwege het belang dat gehecht wordt aan gelijke kwaliteit als in de zomer is het cruciaal dat opdrachtnemer en opdrachtgever van een doorwerkproject elkaars verwachtingen daaromtrent vooraf goed kennen. Onderstaand schema geeft de verschillende ‘talen’ die we in de praktijk tegen gekomen zijn, variërend van meer impliciet naar meer expliciet.
Expliciet
Impliciet
Prestatiegericht of resultaatgericht vastgoedonderhoud (RVO)
Opleveringseisen voor de kwaliteit van het schilderwerk bij oplevering
Maken van een referentie
Prestaties van het schilderwerk worden van te voren voor een langere periode vastgesteld
Van te voren worden voor een aantal kwaliteitsaspecten (hechting, laagdikte etc.) opleveringseisen vastgesteld.
Voor aanvang van uitvoering van het schilderwerk een proefobject (woning) maken, dat geldt als referentie voor de rest van het project.
Duidelijke omschrijving van de handelingen met vastgestelde monitoringsprocedure bij de uitvoering van de handelingen (wat waar en hoe meten en welke acties zijn ondernomen) Voor de handelingen die moeten worden uitgevoerd, worden criteria vastgesteld die tijdens en na de uitvoering zij te beoordelen.
Duidelijke omschrijving van de handelingen met vastgestelde monitoringsprocedure bij de verwerkingscondities
Duidelijke omschrijving van de handelingen
Langdurige relatie tussen opdrachtgever en opdrachtnemer
Wanneer er een monitoringprocedure van de verwerkingscondities is vastgesteld en er geen problemen zijn geconstateerd (te lage temperaturen of te hoge luchtvochtigheid), zou de kwaliteit bij een goede uitvoering goed moeten zijn.
In een bestek is duidelijk omschreven welke handelingen uitgevoerd moeten worden.
Wanneer tussen opdrachtgever en nemer sprake is van een langdurige relatie, zijn in de loop van de tijd de wederzijdse verwachtingen over de kwaliteit helderder geworden.
50
Bijlage 5.j. Het beperken van overlast In welk seizoen er ook wordt geschilderd, de gebruikers / bewoners ervaren altijd (enige mate van) overlast. In bijna alle 4SO-projecten eiste de opdrachtgever daarom dan ook dat overlast zoveel mogelijk wordt beperkt. Overlast
Oplossing(en)
Algemeen
Detailplanning zo inrichten (en uitvoeren) dat:
steigers en afschermconstructies alleen op werkdagen aanwezig zijn;
zo kort mogelijk aan elke woning wordt gewerkt.
Uitzicht
Als afscherming wordt gebruikt en uitzicht belangrijk is (bijvoorbeeld wanneer de bewoners veel aanwezig zijn), is doorzichtige afscherming (folie of gaas) of afscherming met doorkijkvensters te gebruiken.
Toegankelijkheid
Gebruik maken van flexibele afschermconstructies bij deuren, portieken (bijvoorbeeld gaas of folie dat is op te rollen).
Tuinen en balkons
Lawaai
Energieverlies
Aanwezigheid en te nemen maatregelen
Een groot voordeel van uitvoering van buitenschilderwerk in de winter, is dat bewoners zeer beperkt gebruik maken van hun tuinen en balkons. Dit is een belangrijk argument om naar voren te brengen.
In de winter is de schade die aan tuinen wordt aangebracht een stuk minder. Toch is het van belang om vooral ook met de steigerbouwer goede afspraken te maken over het plaatsen én verwijderen van de steiger.
Het uitvoeren van buitenschilderwerk zorgt voor restafval (schuurpapier, verwijderde verf etc). Maak afspraken met de voorman voor het tussentijds en na afloop schoonmaken van de werkplek.
Een volledig afgeschermd object werkt als klankkast. Daardoor kunnen bewoners en gebruikers al snel lawaaioverlast ervaren. Goede afspraken over de onderlinge communicatie en gebruik van radio’s en dergelijk is noodzakelijk.
Lawaaioverlast kan ook worden veroorzaakt door het klapperen van afscherming. De afscherming dient dus goed vastgemaakt te worden.
Voor het schilderen van sponningen dienen ramen en deuren open te staan. In de winter kan daarom energieverlies optreden. Beperk daarom de tijd dat ramen en deuren open moeten staan.
Aan de andere kant is bij volledige afscherming sprake van extra isolatie. Daardoor kunnen bewoners zelfs energiekosten sparen!
Voor het schilderen van sponningen, maar ook bij andere werkzaamheden, kan de aanwezigheid van de bewoner nodig zijn. Van belang is bij de detailplanning aan te geven wanneer de aanwezigheid van de bewoner wordt gevraagd. Uiteraard kan de detailplanning (onverhoopt) veranderen (tussentijds maar ook bij aanvang). Dan moet je de betrokkenen tijdig, en met redenen omkleed, informeren. Goede informatie voorkomt klachten.
In de bewonersbrief waarin de uitvoering van de werkzaamheden wordt aangekondigd, zul je duidelijk moeten omschrijven wat je van de bewoner verwacht. Bijvoorbeeld ten aanzien van het ontruimen van het balkon of het verwijderen van schotelantennes.
51
Overlast Particuliere koopwoningen tussen huurwoningen
Oplossing(en)
Woningcorporaties zijn overgegaan op de mogelijkheid tot koop(constructies). Daardoor komt het steeds vaker voor dat zich in een rij huurwoningen ook een of meer koopwoningen bevinden. Tijdig vooroverleg is dan van belang om de overlast ook bij hen te voorkomen: maatwerkoplossingen zijn vaak nodig. Een goed alternatief is natuurlijk dat de particulier in kwestie zelf of via de woningcorporatie zich aansluit en gelijktijdig onderhoud aan zijn woning laat uitvoeren.
52
Datum Tijd Bijzonderheden
Werkzaamheden
PROJECT:
Oppervlakte Temperatuur
Dauwpunt
Houtvochtgehalte
RV
Temperatuur achter afscherming Temperatuur
Temperatuur
Bijlage 5.k. Voorbeeld van een keuringsplan
WEEKRAPPORTAGE WEEK:
53
Bijlage 5.l. Doorwerkproducten
Ontwikkeling verfsystemen (5.l.I) Garantie (5.l.II) Tips (5.l.III) Veldonderzoek COT in de winter 2002 – 2003 (5.l.V) Ontwikkeling verfsystemen (5.l.I) In de winterperiode moet bij lage temperaturen mogelijk met andere materialen gewerkt worden dan in de zomer of lente. De verfindustrie werkte de laatste jaren hard om verfsystemen te ontwikkelen die zijn te verwerken bij lagere temperaturen. Doorwerkverven hebben primair de eigenschap dat ze kunnen drogen bij een heel lage temperatuur, kouder dan +5 graden (zelfs beneden het vriespunt). De zogeheten specifieke doorwerkverven haalden eerst nog niet de glansgraad van traditionele verven. Dat probleem heeft de industrie inmiddels deels opgelost. Garantie (5.l.II) We kunnen ons afvragen wat garantie in de praktijk eigenlijk voorstelt. Bij oplevering beoordeelt de opdrachtgever vrij intensief of de opdracht goed is uitgevoerd. Vervolgens wordt er in jaren niet meer naar gekeken. Tenminste, als er geen problemen zijn. Het is toch feitelijk na zes jaar niet meer te beoordelen of gebreken of anderszins toe te wijzen zijn aan de uitvoering. Het is daarom verstandig met de opdrachtgever enkele inspectierondes af te spreken, waardoor ook concreet invulling gegeven kan worden aan de verleende garantie. Meerwaarde leveren dus! Een aardige bijkomstigheid is dat u met deze aanpak het contact in stand houdt en werkt aan een duurzame, betekenisvolle, relatie. Wilt u er zeker van zijn dat u bij eventuele problemen niet aansprakelijk bent te stellen voor gebreken die niet te wijten zijn aan de uitvoering, maar het gevolg zijn van het verwerkte materiaal, dan is het meten van de omstandigheden dus essentieel. We adviseren daarom driemaal daags te meten en dit ook te registreren (keuringsplan en logboek, zie ook bijlage ‘Voorbeeld van een keuringsplan.’) (5.k) Tips (5.l.III) Zorg dat uw materiaal verwerkt dat aansluit bij de omgevingsfactoren (temperatuur). Dit kan betekenen dat u tijdens de uitvoering van het project een specifieke doorwerkverf gaat verwerken. Bijvoorbeeld omdat op enig moment de reguliere verf mat slaat als gevolg van een te hoog vochtpercentage in de lucht. Dit kan gebeuren als bijvoorbeeld te laat op de dag wordt afgelakt in combinatie met een trage droging. Zorg dat het materiaal in een verwarmde ruimte op het project is opgeslagen. Indien de omstandigheden dusdanig zijn dat u deze niet meer kunt beheersen, bijvoorbeeld bij storm of extreme kou, is het raadzaam dit met de opdrachtgever te bespreken. Laat bij de aankoop van bijvoorbeeld een doorwerkverf het productinformatieblad op het werk. Voor het personeel is dan duidelijk onder welke omstandigheden het materiaal moet worden verwerkt. Veldonderzoek COT in de winter 2002 – 2003 (5.l.V) Doorwerken in de winter - onder geconditioneerde omstandigheden - is een wezenlijk onderdeel van het streven om gedurende vier seizoenen continu te werken. Opdrachtgevers reageren nog steeds terughoudend op opdrachtspreiding in het algemeen en het uitvoeren van buitenwerk in de winter in het bijzonder. Het blijkt in de praktijk vaak moeilijk opdrachtgevers ervan te overtuigen dat buitenwerk in de winter dezelfde kwaliteit kan hebben als in de andere seizoenen. Het COT te Haarlem is opdracht gegeven een aantal projecten gedurende vijf jaar jaarlijks te inspecteren. Deze projecten zijn in de winter onder goede geconditioneerde omstandigheden uitgevoerd. Het onderzoeksresultaat kan de overtuiging met harde objectieve gegevens onderbouwen. Het onderzoek omvat twaalf woning- of utiliteitscomplexen. Het aantal verschillende verfproducten/verfsystemen (inclusief kleur) dat hierbij is betrokken, bedraagt ook twaalf. Het zijn allen oplosmiddelhoudende alkydharsverven, waarvan acht zogeheten doorwerkverven. De overige vier zijn (urethan- of siloxaan-) gemodificeerde alkydharsverven. Van de verfsystemen worden de volgende aspecten bepaald/gemeten: Glans Verkleuring
54
-
Barstvorming Blaarvorming Bladdervorming Hechting Vervuiling
Van de ondergrond worden de volgende aspecten bepaald/gemeten: Omtrekspeling Openstaande verbindingen Scherpe kanten Scheurvorming Houtrot Houtvochtgehalte Gebreken in de glasafdichting Na twee inspectierondes is te concluderen dat verfgebreken nog nauwelijks voorkomen. Dit beeld komt overeen met de bevindingen van een vergelijkbaar onderzoek, waarbij projecten zijn gevolgd die in de zomer zijn uitgevoerd.
55
Bijlage 5.m. Doorwerktechnieken Afscherming (5.m.I) Verlichting (5.m.II) Verwarmingsapparatuur (5.m.III) Luchtontvochtigers (5.m.IV)
56
Bijlage 5.m.I Afscherming Typen afscherming (5.m.I.A) Lichtdoorlaatbaarheid (5.m.I.B) Windbestendigheid (5.m.I.C) Bevestiging (5.m.I.D) Verankering (5.m.I.E) Afscherming in de praktijk (5.m.I.F) Wat altijd geldt (5.m.I.G) Brandvertragend afschermmateriaal (5.m.I.H) Leveranciers (5.m.I.J)
Typen afscherming (5.m.I.A) Voor het afschermen van schilderwerk bestaan verschillende materialen en mogelijkheden: 50% windreducerend gaas; 90% windreducerend gaas (ook in DIN-kwaliteit, ofwel brandvertragend materiaal); versterkte afschermfolies (ook in DIN-kwaliteit); PVC; krimpfolie (ook in DIN-kwaliteit); polyethyleen (ook in DIN-kwaliteit).
Daarnaast zijn er diverse raamwerken bespannen met folie, veerdruksystemen of zelfs polyester platen (een gevel voor een gevel) op de markt. Welke materialen en methoden bij het afschermen het best bruikbaar zijn, is afhankelijk van de mogelijkheden van het object. Bij de keuze van het materiaal speelt het eenmalig of meermalig gebruik een rol. Ook de opslag van afschermingmateriaal is bepalend voor de keuze. Voor 1.000 m² afschermfolie is bijvoorbeeld een opslag van ongeveer één m³ nodig. Raamwerk bespannen met folie vereist een forse opslagruimte en is tijdens de opslag kwetsbaar. 50% windreducerend gaas Dit gaas is op rol in verschillende breedtes beschikbaar. Het is desgewenst te voorzien van lussen voor bevestiging. Het gaas is erg open van structuur en levert geen enkele bijdrage aan het conditioneren. Twee lagen over elkaar geven ook niet het gewenste resultaat. Dit materiaal is wel geschikt als bouwgaas, maar niet geschikt als afschermmateriaal! Verzeker u ervan dat u dit materiaal niet krijgt geleverd. Overigens is het in vele kleuren verkrijgbaar (rood, blauw, geel, groen). 90% windreducerend gaas Ook dit gaas is op rol in verschillende breedtes verkrijgbaar. En het is te voorzien van lussen voor de bevestiging. Het voordeel van gaas is dat het ademt. De wind heeft er minder vat op en het maakt minder geluid als het hard waait. Dit gaas is eveneens in verschillende kleuren leverbaar. Achter 90% windreducerend gaas is conditionering prima mogelijk. Afschermfolie Folie is zowel niet-gewapend als gewapend (versterkt) te verkrijgen. Versterkte afschermfolie heeft een goede inscheurweerstand. Krimpfolie Krimpfolie is een eenmalig te gebruiken afscherming. Het wordt meestal toegepast als er een langere periode achter afscherming moet worden gewerkt. De afscherming is niet gebonden aan specifieke maatvoering, omdat de folie aan elkaar is te ’verlijmen’ door verhitting. Het is daardoor relatief makkelijk om ingewikkelde hoeken af te schermen. Krimpfolie is eenmalig te gebruiken en is af te voeren als bedrijfsafval.
Lichtdoorlaatbaarheid (5.m.I.B)
57
Folies worden in verschillende typen in de handel gebracht: niet lichtdoorlatend, lichtdoorlatend en doorzichtig. Steeds meer wordt gekozen voor doorzichtige materialen. Bij bewoonde objecten of bijvoorbeeld kantoorpanden die in gebruik zijn, waarderen de bewoners en gebruikers het zeer. Ook werknemers ervaren het als plezierig.
Windbestendigheid (5.m.I.C) Bij een goede bevestiging, is folieafscherming tot en met windkracht 6 à 7 goed te gebruiken. Boven windkracht 7 is toepassing veelal niet meer verantwoord. Zie onderstaande tabel voor de windkracht en kenmerken volgens de schaal van Beaufort. KRACHT WINDSNELHEID (10 m boven de grond) m/sec. 0 0.0-0.2 1 0.3-1.5 2 1.6-3.3 3 3.4-5.4
OMSCHRIJVING
4
5.5-7.9
Matig
5
8.0-10.7
Vrij krachtig
6
10.8-13.8
Krachtig
7
13.9-17.1
Hard
8
17.2-20.7
Stormachtig
9
20.8-24.4
Storm
10
24.5-28.4
Zware storm
11
28.5-32.6
Zéér zware storm
12
> 32.6
Orkaan(kracht)
Stil Zwak Zwak Matig
KENMERKEN OP LAND
windstil; rook stijgt vrijwel recht omhoog te zien aan rook, sommige blaadjes bewegen voelbaar in het gelaat; bladeren ritselen bladeren en kleine twijgen constant in beweging stof en losse papiertjes worden opgewaaid; kleine takken bewegen kleine takken en bomen beginnen te zwaaien; kleine kuifjes op golven op binnenwateren grote takken in beweging; vaak gefluit te horen; paraplu's worden moeilijk hanteerbaar hele bomen in beweging; lopen tegen de wind in wordt moeilijk twijgen breken af van de bomen; lopen en fietsen wordt erg moeilijk takken breken af; lichte schade aan gebouwen (dakpannen waaien soms af) zelden in het binnenland; bomen worden ontworteld; grotere materiële schade zéér zelden boven land; veel schade op grote schaal zéér verwoestend en zéér gevaarlijk boven land; zéér zeldzaam
Bevestiging (5.m.I.D) Bevestiging speelt bij windbestendigheid een belangrijke rol. Sommige afschermfolies hebben een versterkte band met openingen voor bevestiging. Ook zijn bevestigingsmaterialen aan te brengen in de dubbel geslagen rand van de afschermfolie. Bevestigingsmaterialen (binders) komen in verschillende vormen voor, u kunt ze voor diverse toepassingen gebruiken. Aantal bevestigingen (verticaal) voor de onderste 6 meter: 1 à 3 binders per m²; tussen 6 en 10 meter: 2 à 3 binders per m²; boven 10 meter: 3 of meer binders per m². Let op Bevestigingspunten aan de balustrade kunnen bij sterke rukwinden grote schade veroorzaken. Andere bevestigingspunten kunt u maken door stempels tussen vloer en plafond te plaatsen. Bij gebruik van steigers zijn speciale binders voorhanden.
58
Verankering (5.m.I.E) Bij afgeschermde steigers oefent de wind een ongekende kracht op de steigers uit. Het is van groot belang alle soorten steigers goed te verankeren. Hierbij moet u zowel de binnenste als de buitenste staanders verankeren. Verankeringspatroon voor een systeemsteiger met afscherming
Verankeringspatroon voor een systeemsteiger zonder afscherming
59
Veiligheid bij sterke windbelasting Je moet natuurlijk altijd voldoen aan de voorschriften vanuit de arbeidsomstandighedenregelgeving. Daarnaast is in het bijzonder aan te raden om een rolsteiger met afscherming altijd te verankeren. Bij verplaatsing wordt geadviseerd eerst de afscherming te verwijderen.
Afscherming in de praktijk (5.m.I.F) Door het afschermen van een gebouw kan een situatie ontstaan waarbij het bouwwerk tijdelijk niet in overeenstemming is met bijvoorbeeld de gestelde eisen in het Bouwbesluit of bestemmingsplan. De opdrachtgever, maar ook de uitvoerder van de werkzaamheden, moet dan betrokkenen vooraf in kennis stellen van die omstandigheid (het aanbrengen van afscherming). Ook moet informatie worden gegeven over hoe te handelen bij eventuele calamiteiten. Daarnaast kunt u voorzieningen treffen om het mogelijke risico te beperken. Hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan extra toezicht, instructie van de uitvoerders (bij brand het direct openbreken van de afscherming, zodat eventuele rook zich direct naar buiten kan verspreiden) of het geheel of gedeeltelijk openen van de afscherming na beëindiging van de werkdag. Hoogbouw Bij werk aan hoogbouw (bijvoorbeeld kantoorpanden of woningen) wordt veelal gebruik gemaakt van steigers .U kunt steigers afschermen met afschermfolie en / of 90% windreducerend gaas in banen, of verstelbare steigerkappen. Het is belangrijk dat de bevestigingsgaten op de juiste bevestigingsbreedte van de steiger zitten of worden gemaakt. Het steigermateriaal moet u goed verankeren aan het gebouw, om schade bij storm te voorkomen. De verankering van een steiger die niet is afgeschermd is dus niet voldoende als de steiger wordt ingepakt. Scherm niet meer af dan noodzakelijk. Het is verstandig om: de overlast die bewoners dan wel gebruikers (eventueel) ervaren tot een minimum te beperken. voor objecten waar de slaapkamers zich aan de achterzijde bevinden de keuze van het afschermmateriaal goed te overwegen. Niets is zo vervelend als bewoners ’s nachts wakker liggen van klapperende afscherming. Galerijwoningen Scherm bij galerijwoningen niet te veel galerijen tegelijk af. Doe dit alleen bij het directe werkgebied. Bij harde wind moet u de afscherming snel weer kunnen weghalen. Verplaatsen van afschermfolie doet u zo. Maak eerst de afschermfolie aan de bovenkant los. Sla vervolgens de afschermfolie om naar de onderliggende etage. Daarna kunt u de afschermfolie / 90% windreducerend gaas aan de onderkant van deze onderliggende etage bevestigen. Afschermen met schotten die met afschermfolie /90% windreducerend gaas zijn bespannen, is kostbaar. Het vergt veel tijd om te plaatsen en het vereist een grote opslagruimte na gebruik. Het heeft wel het voordeel dat geen geluidsoverlast optreedt bij wind. Bespannen schotten zijn goed bruikbaar als het gaat om het afschermen van inpandige balkons waarvoor slechts twee à drie schotten nodig zijn. Ook zijn voor galerijen systemen op de markt met stabilisatoren. Met een veerdruksysteem met een druk van circa 85 kilo is per vier strekkende meters af te schermen. Dit kan handig zijn bij galerijen met veel (antenne-)schotels of bij inpandige balkons. Tevens kan deze aan het eind van de dag eenvoudig worden verwijderd bij wind of om mogelijk vandalisme tegen te gaan. Eengezinswoningen (laagbouw) Eengezinswoningen kunt u met aluminium snelbouwsteigers en doorwerkschermen goed afschermen. Voor dit doel zijn ook specifieke afschermconstructies van staal, aluminium en glasfiber in de handel. Het is verstandig de zijkanten met folie dicht te zetten. Dit maakt het werkklimaat direct een stuk aangenamer. Er zijn vele systemen op de markt. Laagbouw afschermen wordt veelal als de moeilijkste opgave ervaren. Het is dus raadzaam vooraf goed te bepalen welke objecten zich ‘lenen’ voor afscherming. Immers niet alle objecten zijn even geschikt.
60
Wat altijd geldt (5.m.I.G) Wind is het enige echte grote probleem. Wees daar attent op. Haal indien nodig de afscherming tijdelijk weg. Laten hangen kan grote schade tot gevolg hebben, heeft de praktijk inmiddels geleerd! Door de zijkanten af te schermen met folie is veel tocht te voorkomen!
Brandvertragend afschermmateriaal (5.m.I.H) Brandvertragend afschermmateriaal betekent dat als een vlam bij de afscherming komt, deze weer dooft. Het verdient aanbeveling altijd dit veilige materiaal toe te passen. Op dit moment is de toeleverende industrie bezig om deze zogenaamde DIN-kwaliteit te voorzien van een logo of bijvoorbeeld een ingeweven rode draad om daarmee de herkenbaarheid te vergroten. De plaatselijke brandweer kan ‘niet-vlamonderhoudende afschermmaterialen’ eisen! Navraag vooraf verdient aanbeveling. Leveranciers (5.m.I.I) Leveranciers van doorwerkconstructies en folie en windreducerend gaas zijn te vinden in bijgaand overzichten. (6.a en 6.b).
61
Bijlage 5.m.II Verlichting Algemeen (5.m.II.A) Halogeen versus PL- en TL-verlichting (5.m.II.B) Veiligheid (5.m.II.C) Tips (5.m.II.D) Leveranciers (5.m.II.E) Algemeen (5.m.II.A) Bij het verlichten van de werkplek komt een aantal vragen naar voren. Wanneer verlichten? Hoe verlichten? Welk lamptype? Welk armatuur? Voor het beantwoorden van deze vragen heeft u met wisselende factoren te maken, zoals verschillende afmetingen van werkruimtes, reflectie van wanden en plafond en het soort werkzaamheden. Bij afgeschermd buitenwerk is in de werkruimte vaak sprake van verminderd daglicht. Oorzaken zijn donker weer en het feit dat een aantal typen afschermfolie licht tegenhoudt. Daardoor ontbreekt het aan voldoende licht om goed zicht op de werkplek te hebben. Het is dan raadzaam kunstlicht te gebruiken. De opvatting dat alleen daglicht in een werkruimte een goede belichting geeft, is met de moderne verlichtingstechnieken achterhaald. Goede verlichting is van invloed op de kwaliteit van het werk, de veiligheid op het werk (gebruik goedgekeurde verlichtingsarmaturen) en de werkomstandigheden. Een aantal factoren is bepalend voor de keuze van de verlichting: soort werkzaamheden, verlichtingssterkte, het vermogen van lampen en de afstand vanaf de lamp tot het werkvlak.
Halogeenverlichting versus PL- en TL-verlichting (5.m.II.B) Halogeenverlichting geeft een hinderlijke en ongelijke lichtvlakverdeling. Daardoor is moeilijk te zien waar men is gebleven bij het schilderen van een oppervlakte. Bij daglicht komen kleuren op hun ware kleur. Bij halogeen is dat helaas niet het geval. Halogeenverlichting is te vergelijken met het schilderen in een ruimte waar de zon een directe invloed heeft. Halogeenverlichting geeft een verblindende bundeling van licht. Het geschilderde vlak is dan met moeite te onderscheiden van het ongeschilderde vlak. Voor dit probleem is PL- of TL-verlichting een oplossing, omdat de armaturen die gebruikt worden voor PL- of TL-lampen een meer gespreid lichtoppervlak geven. PL- of TL-licht heeft een ander verloop van de kleuren. Er ontstaat een licht dat het daglicht evenaart. Werken met dit licht geeft de indruk dat men werkt alsof het een bewolkte dag is. Wanneer men een oppervlakte wil belichten, wordt aangeraden om dit boven of naast de betreffende werknemer te doen. Er ontstaat dan een groter strijklicht en geen schaduw van de werknemer op het oppervlak. Door de lage temperatuurontwikkeling is het ook geen probleem om in de buurt van de PLof TL -lampen te werken. Eigenschappen: - Een halogeenlamp geeft gebundeld licht. - Een PL- of TL-lamp geeft gespreid licht. - Het spectrum van de halogeenlamp is egaler, waardoor voor het oog een fel en geel licht ontstaat. - Het spectrum van de PL- en TL-lamp geeft een soort licht waarmee het daglicht geëvenaard wordt.
Veiligheid (5.m.II.C) In de bouw zijn armaturen en lampen extra kwetsbaar. Om de kwetsbaarheid te verminderen zijn de armaturen met specifieke voorzieningen uitgerust. Aan verlichtingsarmaturen worden aanvullende kwaliteitseisen gesteld in relatie met de veiligheid: -
Het armatuur moet voldoen aan de EN 60598. Het armatuur moet dubbel geïsoleerd zijn.
62
-
Het armatuur kan naar de mate van afdichting geclassificeerd worden met spatwaterdicht en stofdicht, volgens de beschermingsgraad IP54. Kabels moeten voorzien zijn van het type neopreen .Veelal staat op de kabel het volgende: H07 RN-F. Het getal 7 slaat hierbij op de dikte van de kabel. U moet de kabel ontlasten van krachten, trekken of wringen. Dit bereikt u door het aanbrengen van een trekontlasting op de plek waar de kabel de armatuur en de stekkerdoos verlaat.
Tips (5.m.II.D) - Verblinding. U moet de verlichting zo plaatsten, dat geen verblinding kan ontstaan. Verblinding vermindert het waarnemingsvermogen en het veroorzaakt vermoeidheid van de ogen. Reflectie kan ook verblinding veroorzaken. Verblinding wordt in grote mate veroorzaakt door horizontale of bijna horizontale lichtstralen. Het verblindend effect van een lichtbron neemt toe naarmate deze dichter bij de gezichtslijn van de ogen komt. De waarnemer mag de lamp slechts zien indien hij zijn blik 30° à 45° opslaat. Verlichting op de juiste hoogte en plaats ten opzichte van het werkvlak kan verblinding wegnemen en voorkomen. - Schaduw: U moet het werken in de eigen schaduw vermijden. Dit is te voorkomen door de verlichting aan weerszijde van het werkoppervlak te plaatsen. Laat, als het mogelijk is, de lichtbundel tegen het plafond reflecteren. - Contrast: Er mag tussen de helderheid van het werkoppervlak en de overige ruimte geen al te groot verschil zijn. - Koop altijd veilige en goedgekeurde verlichting! Koop goedgekeurd materiaal. Een calamiteit van onveilige verlichting kan tot grote schades leiden. Feitelijk mogen lampen die niet aan de eisen van een looplamp voldoen helemaal niet worden aangeboden. De praktijk wijst echter helaas anders uit. Wees dus alert!
Leveranciers (5.m.II.E) Goedgekeurde typen verlichting zijn verkrijgbaar bij bijna alle professionele paint en non-paint verkooppunten.
63
Bijlage 5.m.III Verwarmingsapparatuur
-
Direct gestookt met heteluchtkanonnen (5.m.III.A) Indirect gestookt met heteluchtkanonnen (5.m.III.B) Elektrische luchtverwarmers (5.m.III.C) Infraroodstralers (5.m.III.D) Tips (5.m.III.E) Verder van belang (5.m.III.F)
Direct gestookt met heteluchtkanonnen (5.m.III.A) Bij deze vorm van verwarming wordt de brandstof verstoven in de verbrandingskamer van het verwarmingsapparaat en daarna tot verbranding gebracht. De hete gassen worden nauwkeurig gedoseerd en vervolgens met de luchtstroom van de ventilator vermengd.
Let op! Door deze vorm van verwarming komen gelijktijdig met warme lucht ook afvoergassen en vocht in de ruimte. De hoeveelheid vocht die bij verbranding vrij komt, is afhankelijk van de gebruikte brandstof. Gemiddeld komt bij één liter propaangas of één liter olie ongeveer één liter water vrij. In de praktijk komt het voor dat men problemen heeft met vocht. Vaak plaatst men deze ‘heater’ achter de afscherming. Daardoor ontstaat een groot probleem. Het verdient dus zorg om de verwarming goed te plaatsen, bijvoorbeeld aan de zijkant met voldoende ventilatie. Daarmee voorkomt u het vochtprobleem. Houdt er rekening mee dat direct en indirect gestookte verwarming door de verbranding altijd zuurstof aan de ruimte onttrekt. Om één liter petroleum te kunnen verbranden, is ongeveer 15 m³ lucht nodig. Voor propaangas is dit ongeveer 25 m³. Bij onvoldoende ventilatie kan bij direct gestookte verwarming koolmonoxidevergiftiging voorkomen! Zowel bij directe als indirecte verbranding is namelijk zuurstof nodig.
Indirect gestookt met heteluchtkanonnen (5.m.III.B) Bij dit systeem vindt de verbranding net zo plaats als bij de direct gestookte verwarming. Het verschil is, dat bij indirect gestookte verwarming de verbrandingskamer een afvoer heeft voor de gassen en het vocht. Zodoende kunnen deze niet in de te verwarmde ruimten komen. Het is mogelijk deze verwarming buiten de ruimte te plaatsen en de warmte met slangen de te verwarmen ruimten binnen te leiden. Het voordeel hiervan is dat geen verbrandingsgassen in de ruimten worden gelaten.
Afvoer verbrandingsgassen
Inblazen van droge, warme lucht
64
Dit blijkt in de praktijk een goede vorm van verwarmen. Droge warme lucht wordt de ruimte in geblazen. Wel zijn de kosten relatief hoog. Als een indirect gestookte verwarming buiten de te verwarmen ruimte wordt gehouden en de warme lucht met een flexibele luchttransportslang naar binnen wordt geleid, ontstaat er geen zuurstofverlies in de ruimte.
Elektrische luchtverwarmers (5.m.III.C) Bij elektrische luchtverwarming wordt de lucht door een ventilator langs elektrische buisverwarmingselementen geblazen en verwarmd. Deze heaters kunt u makkelijk bedienen en verplaatsen. Elektroheaters moet u altijd aansluiten op geaarde leiding. Ook moet u rekening houden met de stroomafname en met het aantal ampère van de zekering. Op het typeplaatje moet altijd de stroomsterkte staan vermeld die de elektroheater afneemt. Deze apparaten verbruiken veel elektriciteit! Het is in de praktijk best lastig om stroom te krijgen bij bewoners als u werk uitvoert voor een woningbouwvereniging. Het is dus raadzaam vooraf de mogelijkheden te onderzoeken. Eventueel heeft u een aggregaat nodig. Elektrische verwarming vereist geen zuurstof. Zorg dat er altijd voldoende frisse lucht in de ruimte kan komen. Wanneer er geen goede ventilatie kan plaatsvinden, moet u kiezen voor elektrische verwarming.
Infraroodstralers (5.m.III.D) Verwarming met infraroodstralers neemt een aparte plaats in. U zult ze vooral inzetten voor plaatselijke verwarming, bijvoorbeeld van de werkplek, in grote ruimten. Infraroodverwarming is gebaseerd op het principe van straling. De brander wordt gevoed met olie, gas of elektra. Infraroodverwarming is direct gestookt. In ruimten smaller dan twee meter, zoals galerijen, kunt u het best een kleine infraroodstraler met losse gasflessen gebruiken, of een elektra gestookte infraroodstraler. Ook dan betreft het plaatselijke verwarming.
Tips (5.m.III.E) -
-
-
-
-
Nieuwbouw en renovatie. Voor binnenwerk in nieuwbouw- en renovatieprojecten waarbij de centrale verwarming nog niet is aangesloten, is de indirect gestookte verwarming de aangewezen oplossing (zowel gas- als oliegestookt of elektrische luchtverwarming). Steigerafscherming. Bij steigerafscherming kunt u zowel direct- als indirect gestookte verwarming inzetten (zowel gas, olie als elektra). Bij direct verwarmen zorgdragen voor het juist plaatsen en een goede ventilatie. Galerijafscherming. Voor galerijafscherming zijn gasgestookte, indirecte verwarming en elektroheaters aan te bevelen. Waar mogelijk kunt u kleine infraroodstralers op gas of elektra als plaatselijke verwarming gebruiken. Eengezinswoningen. Bij afscherming van eengezinswoningen kunt u direct gestookte verwarming gebruiken. Daarbij is het aan te bevelen om de verwarmingsapparatuur buiten de afscherming op te stellen. De ruimte voor het plaatsen van deze apparatuur is binnen de afscherming vaak te beperkt. Verwarmde lucht wordt met een flexibele luchttransportslang binnen de afscherming gebracht. Indirect gestookte verwarming kunt u binnen de afscherming gebruiken, mits u voldoende ventileert. Bij verwarming gevoed door olie of gas: altijd ventileren. Gebruik altijd de voorgeschreven brandstof. Vul nooit brandstof bij als het verwarmingsapparaat in werking of nog heet is. Zorg dat er geen brandgevaarlijke stoffen binnen een straal van twee meter aanwezig zijn. Plaats het verwarmingsapparaat nooit voor een uitgang of een trap. Trek nooit aan de kabel. Pak de stekker vast bij het verwijderen uit de wandcontactdoos. Vraag bij aankoop of huur een veiligheidsadvies bij de leverancier.
65
Verder van belang (5.m.III.F) Hoeveel stroom heb ik nodig? Bij een netspanning van 220 Volt en een zekering van 16 Ampère is het toelaatbare vermogen 220 volt x 16 Ampère = 3.520 Watt. Dat betekent dat u een elektroheater met een vermogen van maximaal 3,5 kW kunt gebruiken. Elektro-heaters zijn leverbaar voor zowel 220 als 380 volt. Welke capaciteit is vereist? De capaciteit is te berekenen met de volgende gegevens: Hoeveel m3 is de ruimte die u gaat verwarmen? Wat voor soort ruimte ga u verwarmen? Wat is de buitentemperatuur en welke binnentemperatuur is noodzakelijk? Voor berekening van de vereiste capaciteit, kunt u bij de leverancier een rekenschijf of tabel krijgen. Brandstofverbruik Het brandstofverbruik vormt de grootste kostenpost. Daarom speelt het soort brandstof en de hoogte van het verbruik een belangrijke rol bij de keuze van verwarming. Sommige direct en indirect gestookte verwarmingsapparaten gebruiken huisbrandolie of petroleum, andere propaangas. Daarnaast is er elektra nodig voor ontsteking, ventilator en dergelijke. Bij gasgestookte verwarmingsapparaten is de brandstoftoevoer regelbaar. Bij oliegestookte verwarmingsapparaten is dat niet het geval. Oliegestookte verwarmingsapparaten kunnen een eigen tank of een losstaande tank hebben. Een losstaande tank heeft het voordeel dat deze een grotere inhoud heeft en op afstand van het verwarmingsapparaat is te plaatsen. Leveranciers Leveranciers van verwarming zijn te vinden in bijgaand overzicht. (6.c)
66
Bijlage 5.m.IV. Luchtontvochtigers In de nieuwbouw komt het vaak voor dat te schilderen bouwmaterialen te veel vocht bevatten. Hierdoor kan stagnatie ontstaan. Ook kan de kwaliteit van het werk teruglopen. Leveranciers geven naast de verwerkingstemperatuur vaak ook een vochtigheidsnorm aan waaraan de ondergronden en omgevingen moeten voldoen. Het ontvochtigen van lucht is een speciale techniek. Vraag daarom vooraf altijd advies bij de leverancier. Het is handig er toch iets over te weten. Er zijn twee manieren om vocht in de bouw terug te dringen: verwarmen en tegelijkertijd ventileren; luchtontvochtiging door luchtdrogers. Verwarmen en tegelijkertijd ventileren Te schilderen bouwmaterialen die teveel vocht bevatten, drogen door het verdampen van water aan het oppervlak. Hiervoor wordt warmte aan de omgeving onttrokken. Hoe droger de omgevingslucht, hoe sneller de verdamping. Het vocht wordt aan de oppervlakte van het bouwmateriaal weggehaald en aangevuld vanuit het inwendige. Warme lucht kan meer vocht opnemen dan koude. Het is daarom belangrijk dat in koudere perioden de omgeving te verwarmen en tegelijkertijd te ventileren. De snelheid waarmee vocht wordt afgegeven aan de lucht is voor ieder soort bouwmateriaal anders. Er ontstaat doorgaans voldoende ventilatie als enkele kleine ramen of bovenlichten openstaan. Als dit echter onvoldoende ventileert, moet u geforceerd ventileren (met verplaatsbare ventilatoren). Luchtontvochtiging door luchtdrogers Er bestaan twee typen luchtdrogers: absorptiedrogers en condensatiedrogers. Absorptiedrogers Voor de bouw zijn alleen luchtdrogers geschikt die volgens het absorptieprincipe drogen en tegelijk het droogmiddel regenereren. Een absorptiedroger werkt als volgt. Het droogproces verloopt via een langzaam draaiend absorptiewiel. Op een punt van dit wiel stroomt in tegengestelde richting voorverwarmde lucht, die vocht opneemt. Een luchtgekoelde condensor koelt de vochtige lucht af. Daardoor condenseert het vocht. Het condenswater wordt afgevoerd. Deze absorptiedrogers werken bij elke temperatuur. Er is geen onderbreking voor het ontdooien. Bij dit systeem komt bovendien warmte in de ruimte vrij.
Condensatiedrogers De condensatiedroger zuigt vochtige lucht aan en koelt deze snel af. Het vocht condenseert en wordt als water afgevoerd. Tijdens dit proces komt er droge lucht vrij. Deze wordt in de ruimte geblazen. Ook komt warmte vrij. Deze warmte komt uiteraard het droogproces ten goede, aangezien warme lucht meer vocht kan bevatten. De ruimte is extra te verwarmen met elektroheaters of indirect gestookte verwarmingsapparaten. Deze apparaten geven geen vocht in de ruimte af, in tegenstelling tot direct gestookte verwarmingsapparaten.
67
Bij het verwarmen van een gesloten ruimte, kunt u niet werken met in die ruimte geplaatste indirect gestookte verwarmingsapparatuur. De apparatuur gebruikt veel zuurstof. Indirect gestookte verwarming kunt u wel gebruiken, als de verwarming buiten de te verwarmen ruimte staat. De warme lucht wordt met een flexibele luchttransportslang naar binnen geleid. U kunt echter niet ventileren; dan komt weer vocht naar binnen. Leveranciers Leveranciers van ontvochtigers zijn te vinden in bijgaand overzicht. (6.d)
68
Bijlage 5.n. Total Cost of Ownership Denken in Total Cost of Ownership onderbouwt de voordelen van doorwerken voor de opdrachtgever Voor het verkopen van 4seizoenenonderhoud is een noodzakelijk uitgangspunt dat de opdrachtnemer ervoor zorgt dat de prijs (is het bedrag dat de opdrachtgever betaalt voor een project) van winterwerk niet (teveel) hoger is dan de opdrachtgever zou betalen voor hetzelfde project in de zomer. Het is dan ook noodzakelijk dat schilders- en onderhoudsbedrijven argumenten kunnen aanreiken waaruit blijkt dat de waarde van doorwerken in de winter voor de opdrachtgever zelf wordt vergroot. Dat vraagt om rationele argumenten: de verlaging van de Total Cost of Ownership voor de opdrachtgever als gevolg van doorwerken in de winter (verlaging van de indirecte kosten over een langere termijn gezien). De D-, C- of B – type opdrachtgever wordt op die manier naar een hoger A – niveau bewogen en de verhouding tussen klantwaarde en prijs valt dan gunstiger uit. Wat houdt het Total Cost of Ownership - denken in? Organisaties die iets inkopen of werkzaamheden uitbesteden, moeten hiervoor zelf ook een bepaalde inspanning leveren. Er moet een offerte aangevraagd worden, de uitvoering moet worden gecontroleerd, er moet worden afgerekend en de factuur moet worden gecontroleerd, geadministreerd en uiteindelijk worden betaald. Sommige organisaties beschikken zelfs over een behoorlijk apparaat voor het verrichten van dergelijke handelingen. Tekenaars, opzichters en een administratieve afdeling maken hier deel van uit. Kortom, met de bewerkelijkheid van het inkopen en uitbesteden zijn eveneens kosten gemoeid. Louter op basis van laagste prijs kleine onderdelen inkopen kan uiteindelijk fors duurder uitpakken. Als we in deze overweging dan ook nog de kosten voor onderhoud en gebruik meerekenen, krijgen we een totaal beeld. Deze wijze van benaderen komt uit de inkooptheorie en wordt de Total Cost of Ownership (TCO) benadering genoemd. Iedereen die bij de aanschaf van een auto wel eens de keuze tussen diesel, benzine of LPG heeft gemaakt, is ervaringsdeskundige op het gebied van Total Cost of Ownership. Bij het maken van de aanschafkeuze hangen de variabelen aanschafkosten, inruilwaarde, wegenbelasting, onderhoudskosten, stalling en brandstofprijs met elkaar samen. Voor een opdrachtgever is het daarom van groot belang om bij het uitbesteden van werk een verstandige afweging te maken tussen projectgrootte, uitvoeringstijdstip en bezetting van het eigen apparaat. Steeds vaker worden in dit soort afwegingen ook maatschappelijke kosten betrokken. Files kosten de maatschappij geld, dus Rijkswaterstaat laat onderhoudswerk aan de weg steeds vaker ‘s nachts uitvoeren. De uurlonen zijn dan weliswaar iets hoger, maar vanuit de maatschappelijke Total Cost of Ownership benadering weegt dit ruimschoots op tegen de kosten van weer een extra file overdag. Ook risico’s dienen een rol te spelen in het maken van een Total Cost of Ownership benadering. Een werk goedkoop uitbesteden aan een bedrijf dat halverwege de klus failliet gaat, levert een opdrachtgever zeker geen besparing op. Uiteraard kunnen in dit soort overwegingen ook ideologie en politiek (terugtredende overheid) een rol spelen. Een voorbeeld uit de wereld van de overheid: Inkoopbeleid gemeente Assen versie 29 april 2005: Opdrachtgeversbelang De gemeente Assen geeft jaarlijks vele miljoenen Euro’s uit aan inkopen en aanbestedingen. Het is van evident belang dat hier op efficiënte en effectieve wijze mee wordt omgegaan. Het inkoopbeleid van de gemeente Assen is gericht op het beheersen en zo mogelijk verlagen van de totale kosten voor de gemeente (Total Costs of Ownership). Het gaat hierbij om zowel directe kosten (de inkoopprijs) als indirecte kosten, zoals bijvoorbeeld inkoopkosten, administratiekosten, voorraadkosten en onderhoudskosten gedurende de gehele levensduur van het product of de dienstverlening, kwaliteit en arbeidsomstandigheden.
69
Om de indirecte kosten, kwaliteit en duurzaamheid bij de beoordeling te kunnen betrekken, zal bij voorkeur aanbesteed moeten worden en gegund volgens het principe van de “Economisch voordeligste aanbieding”, waarbij rekening is gehouden met de Total Costs of Ownership. Als we de schilder- en onderhoudbranche bekijken, dan zien we dat veel opdrachtgevers organisaties van oudsher over een sterk eigen apparaat beschikken. Vanuit opdrachtgeverperspectief kan het alleen hierom al erg economisch zijn de onderhoudswerkzaamheden gelijkmatiger over het jaar te verspreiden om zo de TCO te verminderen! Daarnaast kan het erg verstandig zijn om ook de maatschappelijke overlast - aspecten van onderhoudswerk onder de aandacht te brengen. Een voorbeeld hiervan is de steiger in de tuin, over het algemeen zal dit in de winter minder overlast met zich meebrengen dan in de zomer (schade aan de tuin, zomers gewoon buiten kunnen zitten e.d.). Het is zinvol per potentiële opdrachtgever een analyse te maken en met gedegen argumenten te komen. Resultaatgericht Vastgoedonderhoud is een zeer consequent doorgevoerde aanpak van de Total Cost of Ownership benadering van een opdrachtgever. Zijn technisch apparaat kan met een substantieel mindere omvang toe. De opdrachtgever regisseert een proces en zijn opdrachtnemer neemt een grotere verantwoordelijkheid waardoor het totaal aan kosten voor de opdrachtgever minder is. Wat betekent deze manier van Total Cost of Ownership – denken voor het schilders- en onderhoudsbedrijf? Niet alleen een product leveren, maar de klant waardecreatie bieden door hem en zijn processen optimaal te kennen. Dat is de grondgedachte van verkoop op basis van Total Cost of Ownership (TCO). Door te denken in termen van Total Cost of Ownership — de integrale klant- benadering die zowel klant als leverancier voordeel oplevert – kunt u dan ook als schilder- en onderhoudsbedrijf onderscheiden voor de klant: u creëert voor hem waarde. Concreet, zoek u naar manieren waarop de klant kosten kan besparen. Met TCO snijdt het mes aan twee kanten: de klant profiteert van besparingen, terwijl het de leverancier (= het schilder- en onderhoudsbedrijf) een zeer hechte klantenbinding oplevert. U moet dan niet meer alleen denken vanuit de techniek, maar vanuit één centrale vraag: wat is ons nut voor de klant? Dat betekent een andere, integrale klant- benadering. Cruciaal bij TCO is dus ook dat u over een uitstekende, en diepere, klantkennis beschikt en contacten hebt met de juiste mensen bij de opdrachtgever. En dat u komt tot kostentransparantie. Veel bedrijven zijn namelijk niet kostenbewust op het gebied van inkoop. Om uw meerwaarde te tonen moet u als leverancier ook een rol spelen in het helder maken van die kosten. Voor schilderondernemers en acquisiteurs betekent dit een verbreding en een verdieping van hun rol als gesprekspartner van de klant. En u praat dan vaker op verschillende niveaus bij de klant, ook met directie en het hogere management.
70
Bijlage 5.o. Communicatie-instrumenten Schema (5.o.I) Persbericht (5.o.II) Mailings/Brief aan relaties (5.o.III) Bewonersbrief (5.o.IV) Planningskaartje (5.o.V) Bewonersenquête (5.o.VI) Advertentie en eigen website(5.o.VII) Schema (5.o.I)
Informatie één richting
In gesprek
Stap 1 Persbericht (project in het kader van 4seizoenenond erhoud) Voorlichtend gesprek Voorlichtingsbijeenkomst opdrachtgever
Stap 2 Bewonersbrief
Stap 3
Stap 4 Detailplanningkaartje
Stap 5 Bewonersenquête
Teamleider / voorman als aanspreekpunt
Teamleider / voorman als aanspreekpunt
Teamleider / voorman sluit bewust af met bewoner
71
Persbericht (5.o.II)
Persbericht: inleiding Een persbericht versturen heeft zin als u iets nieuwswaardigs te melden heeft. Dat ‘nieuws’ kunt u deels zelf sturen. Nieuws van het schilders- en onderhoudsbedrijf kan zijn: een groot contract met een opdrachtgever, een opvallend pand of object ‘ingepakt’ voor onderhoud in de winter, een opvallend afschermdoek, een opmerkelijke actie. De gouden regels van het persbericht zijn: -
Zet het belangrijkste nieuws bovenaan, de kop en de lead (‘Schildersbedrijf Professio geeft grootste flat van Aalszee onderhoudsbeurt in hartje winter’)
-
Kies voor actief taalgebruik (‘Professio presenteert nieuwe winterkleding voor onder nul’)
-
Gebruik geen superlatieven (‘unieke methode’) of commerciële taal (‘beste in de regio’).
-
Onderbouw het persbericht met onderzoekgegevens (‘uit onderzoek blijkt dat 50% van de woningcorporaties winterwerk ondersteunt’).
-
Houd het kort, geen ellenlange verhalen of specifieke uitleg; het persbericht moet op 1 A4 passen.
-
Bied - op aanvraag - illustratiemateriaal aan, het 4 seizoenenlogo of goede digitale foto’s. Stuur de foto’s nooit ongevraagd mee.
-
Let op de datum (nieuws van gisteren, is oud nieuws), blik vooruit, blik niet terug.
-
Verstuur het persbericht naar een geselecteerd persbestand, t.a.v. de redactie of ter attentie van de redacteur die u kent. Dat kan per post of per email.
-
Vergeet onderaan de gegevens niet: naam, adres, telefoonnummer, email.
Tips voor gebruik/inzet: -
Stuur slechts af te toe een persbericht uit, alleen als u echt iets nieuwswaardigs te melden heeft. Redacties worden overstelpt met persberichten waarvan 95% in de prullenbak belandt.
-
Neem ook eens contact op met de journalist, u kunt dan uw persbericht persoonlijk toelichten. Of nodig een journalist uit om getuige te zijn van de start van een opmerkelijk project.
-
Verwar nooit een persbericht (nieuws) met een advertentie (commercieel).
-
Bedenk dat iedereen wel in de krant wil staan, kies een werkelijk originele en verrassende invalshoek.
-
De kwaliteit van uw persbericht vergroot de kans op plaatsing aanzienlijk: kies voor een pakkende kopregel, een nette indeling en vermijd taalfouten (laat het bericht checken voordat u het verstuurt).
72
Voorbeeld (1)
Persbericht Wij werken door: object …….landelijk leerproject 4seizoenenonderhoud …………………….. (opdrachtgever) en ……………….. (bedrijf) willen laten zien dat buiten doorschilderen in de winter heel goed kan. Als je het samen maar goed organiseert. ……………….. (opdrachtgever) heeft daarom ….. (object) uitgekozen als voorbeeldproject dat meedraait in het landelijke programma 4seizoenenonderhoud van de schildersbedrijfstak. ………………….. (bedrijf) is door de ……………………….. (opdrachtgever) uitgekozen als het uitvoerende schilder- en onderhoudsbedrijf. Veel schilders zijn elke winter weer werkloos, ook in onze regio. Oorzaak is dat er te weinig binnenwerk is om door te kunnen werken. Een andere reden is dat buiten doorwerken in de winter nog onvoldoende breed verspreid is. Dat is nou precies waar het project 4seizoenenonderhoud van de schildersbedrijfstak wat aan wil doen. Technisch zijn de verfmaterialen beschikbaar om in de winter buiten door te blijven schilderen als professionele schildersbedrijven. Waar nodig kan er afgeschermd worden. Het vraagt natuurlijk wel een andere organisatie van de opdrachtgever en het schildersbedrijf en een goede communicatie met de bewoners of gebruikers. En daar doen we nu ervaring mee op in het voorbeeldproject van ………………………….. (opdrachtgever). …………………….. (opdrachtgever) en ……………….. (bedrijf) laten er geen twijfel over bestaan, ze hebben het met grote letters aan de gevel gehangen: ‘Wij werken door’. En daarmee is het kernachtig samengevat wat in het voorbeeldproject aan de ……straat wordt aangetoond. Doorwerken in de winter kan, ook buiten. De ervaringen van …………………….. (opdrachtgever) en ……………….. (bedrijf) delen ze met 30 andere opdrachtgevers en schildersbedrijven uit Noord-, Oost- en Zuid-Nederland. Zij doen ook mee aan het project 4seizoenenonderhoud. De site www.4seizoenenonderhoud.nl verspreidt de ervaringen onder alle professionele opdrachtgevers en opdrachtnemers van schilderwerk. Tot 2009 worden elke winter dergelijke voorbeeldprojecten uitgevoerd, ook in onze regio. Genoemde site vermeldt ook die projecten. Noot voor de redactie: voor meer informatie kunt u contact opnemen met ……………………….. ……(opdrachtgever) en ……………….. (bedrijf)
73
Voorbeeld (2) Persbericht
Aalszee, datum, 200X
Gemeente Aalszee verplaatst onderhoudwerk naar winter STADHUIS IN CADEAUVERPAKKING
Het stadhuis van Aalszee krijgt in januari een nieuw aanzien. Het gebouw wordt dan kundig ingepakt in verband met een onderhoudsbeurt van het complete exterieur. De dienst Onderhoud & Restauratie van de gemeente kiest nadrukkelijk voor de winterperiode, omdat dergelijke onderhoudsprojecten niet langer afhankelijk zijn van het seizoen of het weer. Volgens diensthoofd Henk Brummer komt de gemeente Aalszee ook het schilders- en onderhoudsbedrijf tegemoet dat zijn vakmensen het hele jaar door aan het werk wil houden.
Winterwerkloosheid, het tijdelijk ontslaan van medewerkers in het laagseizoen, komt nog steeds voor bij schilders. Terwijl professioneel onderhoud door nieuwe technieken en verven niet langer gebonden is aan klimaat- of weeromstandigheden. Brummer ziet verschillende voordelen van het laten uitvoeren van onderhoudsprojecten in de winter. “We spreiden het werk over het hele jaar, dat levert voordelen op in onze planning en calculatie. Ook is het kostenplaatje vriendelijk, omdat het schildersbedrijf graag aan de slag blijft.” Aalszee wil ook maatschappelijk goed voor de dag komen. “Met onderhoud in de koudste maanden van het jaar blijft bij de schilders thuis de kachel gewoon branden”, aldus Henk Brummer. Voor een overheidsorganisatie vindt hij het een heel normale zaak om op deze wijze vaklieden te behoeden voor de ww.
Ab op den Steiger van het schildersbedrijf Professio ziet nog een ander voordeel. “Op de langere termijn zorgt winters onderhoud ook voor een rustig prijsbeeld, want minder mensen in de ww betekent een stabiele kostprijs. Daarmee is iedereen mee gebaat.”
Het onderhoudswerk start op 5 januari aanstaande. Professio werkt met speciale steigers en isolerend afschermmateriaal. Ook worden duurzame verven gebruikt en vinden permanent kwaliteitsmetingen plaats. Begin maart is het stadhuis weer glimmend van nieuwheid te bewonderen.
Einde bericht Noot voor de redactie (niet voor publicatie): Voor nadere informatie kunt u contact opnemen met: Henk Brummer, hoofd dienst Onderhoud & Restauratie gemeente Aalszee, telefoon YYYY, email
[email protected] Ab op den Steiger, directeur Professio, telefoon XXXXXXX, email
[email protected]
74
Mailings/Brief aan relaties (5.o.III) Een (e)mailing of brief kan een geschikt middel zijn om uw (potentiële) klanten op de hoogte te houden van ontwikkelingen binnen uw bedrijf, en vooral om een bijzonder ‘4 seizoenen aanbod’ te doen. De mailing moet wel aan een aantal specifieke eisen voldoen, anders valt u mensen lastig en kunt u het beter laten. Met een goede voorbereiding en een bijzondere boodschap kan uw mailing echt een succes worden. -
Zorg voor een compleet en actueel adressenbestand; dat kan ook een emailbestand zijn. Update ten minste twee keer per jaar dit bestand. Het is helemaal niet vreemd om organisaties te bellen en persoon- en adresgegevens te checken.
-
Maak een keuze: een persoonlijke brief op naam, persoonlijk ondertekend eventueel aangevuld met een attentie, iets wat opvalt. Of een email, geen gewoon mailtje maar speciaal opgemaakt in kleur met beknopte informatie om door te klikken naar de website.
-
Het doel van een mailing is: response. Denk hierover goed na: sluit een (portovrij) antwoordkaartje bij en bel zelf uw contacten na. Zorg ervoor, als u gaat nabellen, dat tussen de aankomst van uw zending en uw telefoontje slechts enkele dagen zitten. Houd het gesprek formeel en informatief, vermijd een commerciële insteek en pas op met een informele toon.
-
Ga eens na welke mailings u zelf in de bus krijgt, welke spreken u aan en wekken de nieuwsgierigheid en welke verdwijnen direct in de prullenbak? Maak gebruik van de elementen die u aanspreken.
-
Ga uit van de interesse van de ontvanger. Het versturen van de campagnekrant kan zinnig zijn, indien de informatie van nut is voor uw doelgroep. Een eigen folder of bedrijfsbrochure bijsluiten is zelden interessant (die kunt u wel meegeven na afloop van een persoonlijk gesprek).
75
Voorbeeld Brief aan relaties
Betreft: Ons eerste gezamenlijke winterproject
Geachte heer Kijkuit,
Hoe onderhoudend kan een brief over onderhoud zijn? Behoorlijk, denken wij. Want wanneer wij u bijpraten over het ‘4 seizoenen onderhoud’, bent u straks beter uit. Hoeveel beter? Dat hangt af ons eerste gezamenlijke winterproject en de projecten die daarop volgen. Want: om iets uit te pakken moet je het eerst laten inpakken.
Laten we direct ter zake komen: wij willen met u een onderhoudproject in de aanstaande winter uitvoeren. Daar schieten wij beiden iets mee op. Uw belang is een betere spreiding van het onderhoudswerk. Als u het onderhoud spreidt, neemt u de druk weg van de aanloop op het hoogseizoen. Dat levert een relaxte planning, calculatie en voorbereiding op. Financieel pakt u het voordeel van de winterpremie. In maatschappelijk opzicht draagt u direct bij aan het voorkomen van de winterwerkloosheid. Onze vakmensen zijn opgeleid om het hele jaar te werken en komen dat graag bij u bewijzen. Schilders niet meer in de winter-ww? Het kan!
Ervaringen van collega-opdrachtgevers Wie zijn u voorgegaan? Vele collega-opdrachtgevers en opdrachtnemers hebben al in eerdere winters ervaren hoe het werkt. Tientallen gemeenten, woningcorporaties, maar ook bijvoorbeeld de Rijksgebouwendienst (RGD) kiezen al voor 4 seizoenen onderhoud. Uit al deze ervaringen heeft brancheorganisatie FOSAG een handleiding voor opdrachtnemers en voor opdrachtgevers, dus voor u, samengesteld. Deze laatste kom ik binnenkort graag even bij u langs brengen.
Twijfels? Want als u nog twijfelt, bent u niet uniek. Vanzelfsprekend wilt u waterdichte garanties op het gebied van metingen, planningen, kwaliteit, duurzaamheid en communicatie. Die garanties hebben wij voor u. Ook hebt u vast nog vragen of vraagtekens over onderhoud in de winter. Wij willen graag met u hierover om de tafel en u oplossingen aanbieden, geen problemen.
Wilt u de winter goed benutten? Ik neem het initiatief en bel u binnen een week voor een afspraak.
U zult zien dat - ook in onderhoud - elk seizoen zijn charme heeft.
Met vriendelijke groet,
Ab op den Steiger, directeur Professio
76
Voorbeeld Brief bij campagnekrant
Betreft: 4 seizoenen onderhoud
Geachte heer Kijkuit,
Schilders- en onderhoudswerk in Nederland is aan het veranderen. Met de komst van het 4 seizoenen onderhoud ervaren opdrachtgevers zelf de voordelen van projecten die in de winter worden uitgevoerd. Winterwerk is allang geen pleidooi meer, maar werkelijkheid. Wij zijn benieuwd naar uw ideeën over gespreid onderhoud. Hebt u al ervaring (en hoe is die) of twijfelt u nog?
In de krant ‘4 seizoenen onderhoud’ leest u over actuele ontwikkelingen op het gebied van onderhoud. Opdrachtgevers en opdrachtnemers nemen u mee naar ‘hun’ proefproject en evalueren het traject. Welke nieuwe hulpmiddelen en instrumenten zijn ontwikkeld? U leest het in de krant.
Speciale bedoeling De krant sturen wij u toe met een speciale bedoeling. Ons bedrijf heeft de afgelopen seizoenen geïnvesteerd en ervaring opgebouwd met winters onderhoud. Daarover willen graag eens onder het genot van een kop koffie met u om de tafel. Niet alleen over onze ervaringen, maar vooral over uw meningen en ideeën. Waar staat u en welke kant gaat het onderhoud in uw organisatie op? Ik ben zeer benieuwd.
Binnen een week neem ik contact met u om een afspraak te maken voor een onderhoud(end) gesprek.
Met vriendelijke groet,
Ab op den Steiger, directeur Professio
77
Bewonersbrief (5.o.IV)
Bij winterprojecten is de communicatie met bewoners/gebruikers extra belangrijk. Voor veel mensen komt het project in de koude maanden onverwacht met als gevolg dat zij veel vragen hebben. Naast allerlei praktische zaken zijn opdrachtgever en –nemer erbij gebaat dat bewoners op de hoogte zijn van het waarom van winters onderhoud, dat vergroot het begrip én de medewerking. -
Schrijf de brief uit beider naam (opdrachtgever en opdrachtnemer).
-
Wees vriendelijk en informatief.
-
Geef een goed onderbouwde toelichting op het feit dat het onderhoud in het winterseizoen plaatsvindt.
-
Neem een planning op van de werkzaamheden per straat of woningblok.
-
Beschrijf de steigers en afscherming tot in de details, benoem de eventuele nadelen (slecht zicht). Geef ook aan hoeveel schilders aan het werk zijn, op welke tijden.
-
Besteed expliciet aandacht aan welke medewerking van de bewoners wordt verwacht. En met welke (eventuele) overlast men rekening moet houden.
-
Besteed aandacht aan veiligheid en hoe inbraak kan worden verkomen (steigers kunnen voor dieven een ‘opstapje’ zijn).
-
Vermeld telefoonnummers voor meer informatie en eventuele calamiteiten.
-
Dank bewoners voor hun medewerking aan het slagen van het onderhoudsproject.
Voorbeeld Aan de bewoners van ………………………………………….
……. , …… 200. Geachte heer / mevrouw, In de periode …….. voeren we aan uw woning schilder- en onderhoudswerkzaamheden aan de buitenkant uit. Het gaat om de volgende werkzaamheden …………………………. De planning van de werkzaamheden van het totale complex loopt van ….. tot ….. We zullen u specifiek informeren over de datum waarop wij werkzaamheden aan uw woning zullen gaan uitvoeren, zodat u daarmee rekening kunt houden. De buitenwerkzaamheden zullen we met behulp van afscherming uitvoeren. Dat betekent dat uw woning naar schatting … dagen is afgeschermd met …. Op deze wijze kunnen we de omstandigheden dusdanig beheersen, dat we goede kwaliteit leveren. Ook kunnen de vakmensen zo op goed hun werk doen. Is het weer van dien aard dat afscherming niet nodig is, dan zullen we dit ook achterwege laten. Mogelijk bezorgen deze activiteiten u enige overlast. Het gaat hierbij om: ……………………. We zullen er echter alles aan doen dit tot een minimum te beperken. Wij vertrouwen op een goede
78
samenwerking en stellen uw medewerking dan ook bijzonder op prijs. Voor vragen of opmerkingen kunnen u contact opnemen met: …………….. Met vriendelijke groet,
Planningskaartje (5.o.V) Voorbeeld Geachte bewoner, Op ………. zullen onze vakmensen onderhoudswerkzaamheden aan uw woning uitvoeren. Om de werkzaamheden goed te laten verlopen, willen wij u verzoeken de:
………………………………………………………….
………………………………………………………….
Voor vragen of opmerkingen kunt u contact opnemen met ……….., tel. Wij danken u voor uw medewerking. Met vriendelijke groet,
(naam bedrijf)
79
Bewonersenquête (5.o.VI) Voorbeeld
Inleiding In de afgelopen winterperiode voerden we aan uw woning afgeschermd buitenschilderwerk uit. Wij willen via deze korte vragenlijst uw mening vragen over de wijze waarop deze werkzaamheden zijn uitgevoerd. Bij elke vraag van blok 1 verzoeken wij u om via een cijfer van 1 (zeer ontevreden) tot 5 (zeer tevreden) uw oordeel te geven. Bij elke vraag van blok 2 verzoeken wij u om via de keuze uit eens / oneens / geen mening uw oordeel te geven. Aan het eind van de vragenlijst kunt u uw opmerkingen of suggesties doorgeven, die daarvoor nog niet aan de orde zijn gekomen. Blok 1 Zeer ontevreden < --------------Æ Zeer tevreden
1
2
3
4
5
De manier waarop (naam opdrachtgever) u vooraf heeft geïnformeerd De manier waarop de voorman van (naam bedrijf) met u contact heeft gehouden De wijze waarop de overlast voor u is beperkt De manier waarop de afscherming is geplaatst De kwaliteit van het uitgevoerde werk
Blok 2 Eens
Oneens
Geen mening
Afgeschermd buitenschilderwerk maakt het voor schilders mogelijk om in de winter door te werken. Dat vind ik een goede zaak. De buitenschilderwerkzaamheden door (naam bedrijf) in de afgelopen winter bezorgden mij niet veel overlast. Ik vond de voorlichting over het buitenschilderwerk deze winter vanuit (naam opdrachtgever) goed verzorgd. Ik vond de communicatie rond het buitenschilderwerk deze winter vanuit (naam bedrijf) goed verzorgd. De buitenschilderwerkzaamheden door (naam bedrijf) in de afgelopen winter bezorgden mij niet veel overlast. Blok 3 Ik wil het volgende nog opmerken over het buitenschilderwerk deze winter: Richting (naam opdrachtgever): ……………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………… Richting (naam bedrijf): ……………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………
Advertentie en eigen website (5.o.VII)
80
Advertenties Een advertentie is een commerciële uiting in een medium waarvoor u betaalt. Voor een nieuws- of achtergrondartikel in de lokale krant betaalt u niet. Daarom wordt wel gesproken over free publicity, ofwel vrije publiciteit. Het voordeel van een advertentie is dat u zelf de boodschap kunt bepalen en vormgeven. Het voordeel van een artikel is dat het geloofwaardiger is en beter wordt gelezen. Toch zijn advertenties de moeite waard om uw bekendheid te verhogen en/of om een speciale aanbieding, actie of promotie te doen.
Tips voor inzet / gebruik
-
Houd het simpel, formuleer een heldere boodschap, kies voor een korte, pakkende tekst en zorg voor een opvallende illustratie/foto. Vergeet uw contactgegevens niet.
-
Ga niet zelf ‘knippen en plakken’, tenzij u een professioneel opmaakprogramma heeft waar u goed mee kan werken. Een grafisch ontwerper, DTP-er of reclamebureau kan u helpen een professionele uiting te ontwikkelen.
-
Een goede advertentie heeft een pakkende kop/heading die de aandacht trekt. Bijvoorbeeld: ’De winter is vandaag begonnen’ (plaatsen in hartje zomer) of ‘Kijkt u ook zo uit naar de winter?’ ‘Ook wij hebben een nieuw kledinglijn’ (medewerker in winters tenue) ‘Extreme make-over!’ (opvallend ingepakt pand)
-
Bepaal eerst welke doelgroep u wilt bereiken en kies daar het juiste medium bij: lokaal/in de buurt: het huis-aan-huis blad of de wijkkrant regionaal: regionaal dagblad of regionale omroep professionele doelgroepen: vakbladen en websites
-
Overleg met de advertentieafdeling of uitgever met welke specificaties uw de advertentie het beste kunt aanleveren.
-
Denk ook eens aan een advertentie (banner) die u op websites kunt plaatsen. Dit is vooral interessant als u een eigen site heeft, zodat bezoekers kunnen doorklikken.
81
Eigen website Veel nieuwe klanten die u voor het eerst ontmoet, hebben van u al een indruk. Zij hebben namelijk uw website bezocht. De website is vaak de eerste kennismaking met uw bedrijf. De site geeft dus de mogelijkheid om u met succes te presenteren wat de kans op een persoonlijke kennismaking groter maakt. Andersom maakt u een slechte indruk met een verouderde, onverzorgde site.
De gouden regels van een goede website:
-
De verhouding tussen tekst en beeld is minimaal 50/50. Veel tekst lezen op een computerscherm is onplezierig.
-
Gevarieerde opzet: u kunt uw homepagina zien als uw etalage, of als de voorpagina van de krant. Het is de kunst voor elk wat wils te bieden. Mensen zijn altijd geïnteresseerd in mensen, dus een persoonlijk verslag van een bijzonder project scoort beter dan een zakelijke versie.
-
Zekerheden: bezoekers zoeken referentieprojecten, collega-opdrachtgevers, professionele ‘zekerheden’ (materialen, methoden, mensen) en de bevestiging van de kwaliteit die zij willen inhuren.
-
Contactgegevens: helaas is het soms een hele toer om telefoonnummer en emailadres te vinden. Een gemiste kans, want dat alleen kan al de reden zijn waarom klanten naar uw site gaan. Zorg ervoor dat deze gegevens direct te vinden zijn.
-
Fotografie: goede foto’s maken een site aantrekkelijk. Het loont zeer de moeite om een fotograaf in te schakelen voor reportages, portretfoto’s, e.d.
82
Leveranciersoverzichten (6)
6.a. Leveranciers van folie en 90% windreducerend gaas (6.a) 6.b. Leveranciers van doorwerkconstructies (6.b) 6.c. Leveranciers van verwarming (6.c) 6.d. Leveranciers van ontvochtigers (6.d)
83
Leveranciersoverzicht 6.a. Folie en windreducerend gaas (6.a)
Argos BV Stationsweg 19 Postbus 5 2675 ZG Honselersdijk Tel. 0174 - 630011 www.argos.nu Bakker Zeilmakerij Vaart 5 4206CC Gorinchem Tel. 0183 - 642899 Bingham BV Postbus 50 3100 AB Schiedam Tel. 010 - 4730100 Huntink Bouwstoffen BV Netwerkweg 8 7251 KV Vorden Tel. 0575 - 553167 www.huntink.com Koevoets / van Grinneken Koepeldwarsstraat 10 / 12 4611 JV Bergen op Zoom Tel. 0164 - 251971 Kwint Rotterdam BV V Riemsdijk 12 3088 HC Rotterdam Tel. 010 - 4951595 Lammerts van Bueren Arkansasdreef 24 3565 AR Utrecht Tel. 030 - 2660600 Simonis Techniek BV Berkenwoudsestraat 22 3076 JA Rotterdam Tel. 010 - 4322888 www.simonisverf.nl Waterborg BV Koldingweg 20 9723 HK Groningen Tel. 050 - 5493939 www.waterborg.nl
84
Leveranciersoverzicht 6.b. Doorwerkconstructies (6.b)
Ahlers handelsmaatschappij BV Modem 33 7741 MA Coevorden Tel. 0524 - 525795 ALS Doorwerksystemen P. Schotmanstraat 2b 1931 AR Egmond aan Zee Tel. 072 - 5065942 Altrex BV Mindenstraat 7 8028 PK Zwolle Tel. 038 - 457700 www.altrex.nl Apma Doorwerksysteem Goldkampstraat 6 7722 RN Dalfsen Tel. 0529 - 436063 www.apma.nl Artilan Aluminium BV Minervum 7310 4817 ZD Breda Tel. 076 - 5221160 www.artilan.nl Dolan BV Hoge Ham 122 5104 JK Dongen Tel. 0162 - 322440 www.dolan.nl Layher BV Lissenveldsweg 18 4941 VL Raamsdonksveer Tel. 0162 - 586800 www.layher.nl Skyworks (hoofdkantoor) Postbus 388 2650 AA Berkel en Rodenrijs Tel. 010 - 5140058 www.skyworks.nl Steigermantel Aartsbisschop Romerostraat 529 3573 AS Utrecht Tel. 030 - 2720516 www.steigermantel.com
85
Leveranciersoverzicht 6.c. Verwarming (6.c)
AIC BV Lorentzstraat 2 3846 AW Harderwijk Tel. 0341 - 013341 www.aic-harderwijk.nl Toxopeus en Brouwers Industrieweg 28 9601 LJ Hoogezand Tel. 0598 - 393100 www.toxopeus-brouwers.nl Gerard Verboom Installatietechniek BV Ambachtweg 22 2841 LZ Moordrecht Tel. 0182 - 379842 www.verboom-warmtetechniek.nl Andrews Sykes BV Hoefweg 151-155 2665 CD Bleiswijk Tel. 010 - 5214455 www.andrewssykes.nl Kusters BV Postbus 315 5900 AH Venlo Tel. 077 - 3540341 www.kusterstho.nl Woodcap BV Aquamarijnstraat 122 7554 NT Hengelo Tel. 074 - 2430305 www.woodcap.nl Verder kunt u denken aan verhuurbedrijven met landelijk verspreide vestigingen.
86
Leveranciersoverzicht 6.d. Ontvochtigers (6.d)
AIC BV Lorentzstraat 2 3846 AW Harderwijk Tel. 0341 - 013341 www.aic-harderwijk.nl Toxopeus en Brouwers Industrieweg 28 9601 LJ Hoogezand Tel. 0598 - 393100 www.toxopeus-brouwers.nl Gerard Verboom Installatietechniek BV Ambachtweg 22 2841 LZ Moordrecht Tel. 0182 - 379842 www.verboom-warmtetechniek.nl Interland Techniek BV Postbus 3030 3301 DA Dordrecht Tel. 079 - 6180600 www.interlandtechniek.nl Andrews Sykes BV Hoefweg 151-155 2665 CD Bleiswijk Tel. 010 - 5214455 www.andrewssykes.nl Kusters BV Postbus 315 5900 AH Venlo Tel. 0773540341 www.kusterstho.nl Woodcap BV Aquamarijnstraat 122 7554 NT Hengelo Tel. 074 – 2430305 www.woodcap.nl Munters Droogtechniek Energieweg 39 2404 HE Alphen aan den Rijn Tel. 0172 – 421600 www.munters.nl
87