CAO SCHILDERS-, AFWERKINGS- EN GLASZETBEDRIJF 2013-2014 Akkoord Partijen betrokken bij de CAO voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf - OnderhoudNL, FNV Bouw en CNV Vakmensen - hebben op 7 maart 2014, na elf onderhandelingsronden een akkoord bereikt. Het akkoord betreft de volgende punten: 1. Looptijd CAO De looptijd van de CAO is van 6 april 2013 tot en met 31 december 2014. 2. Loon Gedurende de looptijd van de CAO wordt de volgende stijging van de lonen in de loontabellen doorgevoerd. Met ingang van loonperiode 3 (24 februari) van 2014
2,25%
De werkgeversbijdrage voor levensloop komt met ingang van loonperiode 3 van 2014 te vervallen. Kosten voor kort verzuim blijven voor rekening van werknemer 3. Vakantiefonds Het Vakantiefonds wordt gecontinueerd tot en met ultimo 2016. Partijen treden tijdig met elkaar in overleg over de eventuele voortzetting van het Vakantiefonds na 2016. De lasten voor een eventuele voortzetting van het Vakantiefonds zijn na die datum voor rekening van werknemers. 4. Consignatiediensten Vergoedingen voor bereikbaarheid per consignatiedienst (bereikbaarheidsdienst): Voor de vak-volwassen werknemer: € 10,- bruto of 30 minuten vrije tijd per dag: van maandag tot en met vrijdag € 25,- bruto of 75 minuten vrije tijd per dag: in het weekend en op feestdagen (het weekend begint op zaterdagmorgen om 06.00 uur en eindigt op maandagmorgen om 06.00 uur). Voor de werknemer in leerling- en aanloopschalen: € 5,- bruto of 30 minuten vrije tijd per dag: van maandag tot en met vrijdag € 12,50 bruto of 75 minuten vrije tijd per dag: in het weekend en op feestdagen (het weekend begint op zaterdagmorgen om 06.00 uur en eindigt op maandagmorgen om 06.00 uur). Vergoedingen voor een daadwerkelijke oproep (uitruk): Voor de vak-volwassen werknemer: € 30,- bruto of 90 minuten vrije tijd per uitruk op maandag tot en met vrijdag.
1 20140307 akkoord 7 maart 2014 definitieve versie
€ 45,- bruto of 135 minuten vrije tijd per uitruk in het weekend en op feestdagen(het weekend begint op zaterdagmorgen om 06.00 uur en eindigt op maandagmorgen om 06.00 uur). Voor de werknemer in leerling- en aanloopschalen: € 15,- bruto of 90 minuten vrije tijd per uitruk op maandag tot en met vrijdag. € 20,- bruto of 135 minuten vrije tijd per uitruk in het weekend en op feestdagen (het weekend begint op zaterdagmorgen om 06.00 uur en eindigt op maandagmorgen om 06.00 uur). In dit kader wordt een uitruk geacht maximaal 75 minuten te duren. Is de werknemer langer van huis dan worden de vergoedingen voor een uitruk verdubbeld. Werkgever en werknemer bepalen in overleg of de vergoeding in geld of in tijd is. In gezamenlijk overleg van werknemer en werkgever wordt bepaald wanneer de vrije tijd wordt opgenomen. Als opname in tijd om zwaarwegende redenen niet mogelijk is, volgt alsnog uitbetaling in geld. Het inroosteren van diensten gebeurt minimaal 1 maand en bij voorkeur 3 maanden van tevoren. Na een dienst waarin een uitruk heeft plaatsgevonden heeft de werknemer recht op rust conform de Arbeidstijdenwet. Werknemers kunnen vanwege medische en/of zwaarwegende sociale redenen in voorkomende gevallen niet worden verplicht tot het meedraaien in een consignatiedienst. 5. ATV-dagen Het aantal ATV-dagen wordt in 2014 verminderd met één dag, zodat in 2014 nog recht bestaat op 6 ATV-dagen. Het bijdragepercentage voor het Vakantiefonds wordt overeenkomstig aangepast. 6. Interne flex In afwijking van de standaard arbeidstijdenregeling (cao artikel 10), kan een bedrijf, onder voorwaarden, gebruik maken van de volgende ruimere regels m.b.t. arbeidstijden: Maximale arbeidsduur per dag: 9 uur. Maximale arbeidsduur per week: 45 uur. Maximale arbeidsduur per kwartaal: 13 x 42,5 uur. Werkuren buiten deze uren zijn overuren. Werkuren buiten de normale arbeidsduur van artikel 10 lid 2 onder a, zijn plusuren. o o o
o o
Werknemers mogen op enig moment maximaal 150 plusuren hebben. De intentie is om de jaarlijkse arbeidsduur te maximeren op het aantal werkdagen in een jaar x 7,5 uur. Plusuren zijn bedoeld om dalen in het laagseizoen te overbruggen. Zijn daarna nog uren over dan worden deze uitbetaald. In overleg tussen werknemer en werkgever mogen werknemers 75 plusuren meenemen naar het volgende jaar (zie verder). Bij een arbeidsduur van meer dan 8 uur wordt in de werktijd een extra kwartier pauzetijd ingeroosterd. Maximaal aantal uren per dag, inclusief reistijd: 11,5 uur.
2 20140307 akkoord 7 maart 2014 definitieve versie
o o
Normale werktijd loopt van maandag tot en met vrijdag. Dagvenster is van 6.00 uur tot 18.00 uur.
Voor deze regeling gelden de volgende voorwaarden: o
o o o o
o
o
o o o
o
o o
Meer gewerkte uren worden door de werkgever geregistreerd als plusuren. De werknemer krijgt van de mutaties en van zijn saldo elke loonperiode op of bij de loonstrook een overzicht. Plusuren worden in beginsel niet uitbetaald in geld, maar opgenomen in tijd. Dit gebeurt binnen een jaar (peildatum week 13). Plusuren worden in beginsel opgenomen in hele dagen. In onderling overleg kan daarvan worden afgeweken. Plusuren kunnen niet vervallen door ziekte. Onder overwerk wordt onder de standaard arbeidstijdenregeling verstaan de arbeid na 8 uur per dag; Indien gebruik gemaakt wordt van de verruimde arbeidstijdenregeling en er is een tijdig bekendgemaakt rooster (minstens 1 werkweek van te voren) dan gaan overuren in na het aantal ingeroosterde uren per dag. Indien er in het bedrijf een verruimde regeling is, maar er is geen rooster of dit is niet tijdig bekend gemaakt dan gelden de uren boven de 8 uur als overuren. Indien de arbeid op een dag korter duurt dan waarvoor men maximaal een week daarvoor was ingeroosterd, zullen de extra ingeroosterde maar niet gewerkte uren toch als plusuren worden aangemerkt, tenzij een opdracht of project eerder eindigt. In overleg tussen werknemer en werkgever mogen werknemers 75 plusuren meenemen naar het volgende jaar. Indien er meer uren staan aan het einde van het jaar (week 13) worden deze uitbetaald tegen 125% (normale loon + de vakantieverlofwaarde). De loonbetaling blijft gebaseerd op de reguliere werkweek van 37,5 uur. De verplichte wintersluiting wordt teruggebracht tot twee weken. Werkgevers kunnen na overleg met werknemers een langere wintersluiting overeenkomen. Van werknemers die in enig kwartaal gewerkt hebben in de ruimere regeling arbeidstijden, kan de arbeidsverhouding niet worden beëindigd voordat de plusuren zijn opgenomen. Bij einde dienstverband, of bij niet voortzetten van de regeling ruimere arbeidstijden in het bedrijf, worden de plusuren uitbetaald tegen 125% (normale loon + de vakantieverlofwaarde). Door het bedrijf ingezette flexibele arbeidskrachten vallen onder de arbeidstijdenregeling die voor de werknemers van het schildersbedrijf zelf geldt. Standaardregeling is de huidige arbeidstijdenregeling uit de cao.
Spelregels: o
In het bedrijf kunnen werkgever en OR, PvT of bij ontbreken daarvan de personeelsvergadering, in overeenstemming besluiten om gebruik te maken van een ruimere arbeidstijdenregeling, tot maximaal de hierboven geformuleerde grenzen, en de voorwaarden waaronder dat dan gebeurt, indien: - Tenminste 2/3 werknemers die het betreft hiermee instemt. De stemming geschiedt schriftelijk en anoniem. De werkgever legt deze besluitvorming vast. - Werkgever zal verzoeken van een werknemer om niet onder de ruimere arbeidstijdenregeling te vallen in redelijkheid overwegen. De werkgever is daartoe verplicht indien de werknemer kan aantonen bijvoorbeeld d.m.v.
3 20140307 akkoord 7 maart 2014 definitieve versie
o
o
o
een medische verklaring dat hij hiertoe niet in staat is of i.v.m. het uitvoeren van zorgtaken. - De afspraak over het toepassen van de ruimere arbeidstijdenregeling in het bedrijf geldt voor een jaar. Verlenging van de instemming kan schriftelijk worden afgesproken, indien wederom 2/3 van de betreffende werknemers hiermee schriftelijk en anoniem instemt. De werkgever legt deze besluitvorming vast. Indien in het bedrijf is afgesproken dat van de ruimere arbeidstijden gebruik kan worden gemaakt, gelden de volgende procedure-afspraken: - Bij de afspraak kunnen voorwaarden zijn geformuleerd waaraan roosters moeten voldoen: bijvoorbeeld niet dagelijks wisselende begin- en eindtijden, of persoonlijke wensen waaraan de werkgever tegemoet komt. Roosters moeten hier vorm aan geven. - Gebruikmaking van de ruimere arbeidstijden kan alleen volgens een rooster dat minimaal 1 volle werkweek van te voren bij de werknemer bekend is gemaakt. (week 1 vrijdags melden = v.a. maandags week 3 zo kunnen werken). - De werknemer kan zijn wensen t.a.v. het rooster aan de werkgever kenbaar maken. Hij doet dit bij voorkeur 2 weken voordat de werkgever het rooster bekend maakt. De werkgever zal rekening houden met de persoonlijke omstandigheden van de werknemer. De werkgever is daartoe verplicht indien de werknemer kan aantonen bijvoorbeeld d.m.v. een medische verklaring dat hij hiertoe niet in staat is of i.v.m. zorgtaken. - Zaterdag is geen normale werkdag en kan alleen ingeroosterd worden met individuele instemming van de betreffende werknemer. Hiervoor geldt dan een toeslag van 25% eventueel verhoogd met overurentoeslag. De regeling ruimere arbeidstijden geldt in beginsel voor de duur van de caoperiode. Voor afloop worden de effecten van de regeling gemonitord. Naar aanleiding van de monitoring besluiten partijen of de regeling ruimere arbeidstijden wordt verlengd.
De bepalingen betreffende jaarmodel en RWS blijven gehandhaafd. 7. Externe flex 1. Vergroting draagvlak sociale fondsen 1. Aan bedrijven die onder de schilders cao vallen worden eisen gesteld met betrekking tot in te huren zzp-ers en uitzendkrachten (verzekeren arbeidsongeschiktheid, pensioenopbouw enz.) 2. Met uitzendbureaus die hoofdzakelijk actief zijn in de schilders branche wordt overlegd over toepassing en naleving van de cao 2. Afspraken maken over uitzendarbeid 1. Partijen in de schilders branche spreken af dat alleen gewerkt mag worden met uitzendbureaus die aan de met de uitzendbranche af te spreken nieuwe cao-eisen, zoals de beloning, werktijden, vakopleidingen, pensioenen en arbeidsomstandigheden, voldoen (nu gelden alleen de NEN normen volgens artikel 7 lid 3) en die daarvoor hebben getekend. 2. Er komt een door cao partijen en uitzendbranche (ABU en NBBU) onderschreven afspraak waarbij de afspraak die nu bestaat bij de bouw en infra-bedrijven als inspiratie kan dienen.
4 20140307 akkoord 7 maart 2014 definitieve versie
3. Cao-partijen en uitzendbranche weren uitzendbedrijven en andere aanbieders van flexibele arbeid die zich niet aan de gemaakte afspraken houden. 4. Partijen onderzoeken de wenselijkheid en haalbaarheid om uitzendkrachten te laten participeren in de opleidingen of in het O&O-fonds. 3. Voorwaarden aan het inlenen van zzp-ers 1. Aan bedrijven die onder de schilders cao vallen worden eisen gesteld m.b.t. het inhuren c.q. inschakelen van zzp-ers. In te schakelen zzp-ers dienen te zijn verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid en bedrijfsaansprakelijkheid en te voldoen aan de verplichte pensioenopbouw, als het om schilders gaat, aan het BPF Schilders. Werkgevers vragen vooraf een schriftelijke verklaring aan de in te huren zzp-er dat deze voldoet aan de gestelde eisen. 2. Partijen onderzoeken de wenselijkheid en haalbaarheid om zzp-ers te laten participeren in de opleidingen of in het O&O-fonds. 4. Het tegengaan van valse concurrentie in het algemeen 1. Voorstel is om hierover afspraken te maken met koepelorganisaties, zoals Aedes ed. vanuit het oogpunt van maatschappelijk verantwoord ondernemen en aansluitend daarop met een aantal grotere overheidsdiensten. 5. Naleving cao 1. Invoering van een meldpunt oneerlijke concurrentie (conform protocolafspraak CAO 2011 – 2013 m.b.t. naleving CAO). 2. Cao-partijen brengen een gezamenlijke brochure uit, waarin cao bepalingen nader worden toegelicht. Daarnaast zullen partijen aan werkgevers en werknemers voorlichting geven over het op de juiste wijze toepassen van de cao en de werkingssfeer. Partijen hechten aan naleving van die bepalingen en zien hier ook op toe. 8. Scholing en opleiding (IBR) De huidige IBR-regeling komt te vervallen en daarmee, per 1 januari 2014, de premieafdrachten voor dit fonds. Het saldo aan IBR-gelden vervalt aan het O&O fonds. Binnen het O&O fonds worden deze gelden geoormerkt voor scholing. De werknemer heeft tot einde 2016 het recht om tot een bedrag van het tot 1 januari 2014 voor hem gereserveerde IBR-saldo, conform de huidige voorwaarden en met behoud van de bestaande rechten en verplichtingen, cursuskosten bij het O&O fonds te declareren (de verletkosten zijn voor rekening van de werknemer). De mogelijkheid om meer op te nemen dan het beschikbare saldo vervalt. Partijen stellen een werkgroep in die een nieuwe Scholings- en Opleidingsregeling (SOR) ontwerpt die in 2015, of zoveel eerder als mogelijk is, in werking treedt. Voor deze regeling wordt voor zover nodig in verband met een eventueel onvoldoende resterend budget met ingang van 1 januari 2015 een werkgeversbijdrage geheven van 0,3% van de loonsom. Het voorstel m.b.t. scholing dient minimaal te voldoen aan de volgende voorwaarden: Alle werknemers hebben recht op scholing Het bedrijf is verantwoordelijk voor de verletkosten van cursussen i.v.m. bedrijfsbelang/ontwikkeling in schildersvak. Voor preventie en re-integratie doeleinden zal werknemer gebruik kunnen maken van Mijn Loopbaan. Werkgever
5 20140307 akkoord 7 maart 2014 definitieve versie
dient werknemer op de hoogte te brengen van de mogelijkheden van Mijn Loopbaan. 9. Protocolafspraken Keurmerk Partijen zullen onderzoeken of gekomen kan worden tot een Keurmerk waarmee bedrijven zich positief kunnen onderscheiden op het gebied van duurzaam ondernemen. Pensioen Het bestuur van BPF Schilders heeft een werkgroep geïnstalleerd, waarin partijen participeren, die aan de slag is gegaan om een nieuwe betaalbare, kwalitatief aanvaardbare en toekomstbestendige pensioenregeling te ontwerpen die, rekening houdend met nieuwe wet- en regelgeving , per 1 januari 2015 door PGGM kan worden uitgevoerd. Leerwerkovereenkomsten Partijen zullen met elkaar overleggen over mogelijkheden om de instroom van leerlingen te bevorderen en de kwaliteit van de opleiding te verbeteren, door mogelijk te maken dat samenwerkingsverbanden de leerroute op maat van de leerling bieden (BOL, BBL). Partijen onderschrijven de problemen met de huidige BBL contracten en zijn bereid na te denken over alternatieven. Afspraken hierover zullen op een zodanig tijdstip worden vormgegeven dat deze ingaande schooljaar 2014/2015 effect zullen sorteren. Stichting Arbouw Partijen hechten aan verdere verbetering van arbeidsomstandigheden in de bedrijfstak, mede gezien de noodzaak te komen tot duurzame inzetbaarheid van medewerkers in de bedrijfstak. Uiterlijk in juli 2014 zullen partijen het huidige arbeidsomstandighedenbeleid en de wijze waarop dit is vormgegeven hebben geëvalueerd en zo mogelijk nieuwe afspraken hebben gemaakt over het arbeidsomstandighedenbeleid in de bedrijfstak. Periodiek Arbeidsgeneeskundig Onderzoek (PAGO) Partijen stellen vast dat de huidige regeling voor de PAGO’s financieel een open einde kent. Daarnaast wensen partijen de functie van de PAGO in het kader van duurzame inzetbaarheid te evalueren en eventueel nieuwe afspraken te maken die de functie van de PAGO verbeteren. Hier maakt financiële beheersbaarheid van de regeling onderdeel van uit. Een kleine werkgroep van partijen zal in 2014 over dit onderwerp advies aan partijen uitbrengen. Balans in opbrengsten en uitgaven aanvullingsregelingen en seniorenregeling Partijen stellen een werkgroep in die, binnen het taakstellende budget van O&Oen Vakantiefonds, in kaart brengt hoe de inkomsten en uitgaven van de beide fondsen structureel met elkaar in evenwicht kunnen worden gebracht, zodat de nodige maatregelen om dit structurele evenwicht te bereiken ingevoerd kunnen worden door partijen met ingang van 1 januari 2015. Modernisering cao Partijen zullen zo spoedig mogelijk met elkaar in overleg treden om te komen tot modernisering van de cao.
6 20140307 akkoord 7 maart 2014 definitieve versie
10.Redactionele wijzigingen In de cao wordt artikel 58 lid 3 aangepast aan de norm voor teamtillen zoals opgenomen in het A-blad glaszetten- en montage uitgegeven door Arbouw cq de door partijen goedgekeurde ARBOcatalogus glaszetten. Aldus overeengekomen en getekend te Rijswijk op 7 maart 2014, namens:
OnderhoudNL
M.J. van Olst
FNV Bouw
P.H. Roos
R. van Dijk
7 20140307 akkoord 7 maart 2014 definitieve versie
CNV Vakmensen