Nederlandse Vereniging van Maag-Darm-Leverartsen
Excelleren in de breedte Beleidsplan MDL 2013 – 2018
Excelleren in de breedte
Beleidsdoelen 2013-2018 2 • In de MDL-zorg staat de patiënt centraal. De MDLarts levert kwalitatief hoogwaardige zorg over het gehele palet van MDL-aandoeningen en borgt daarbij te allen tijde de patiëntveiligheid. Excellente MDL basiszorg en speciële zorg zijn over de volle breedte in Nederland beschikbaar. De beroepsgroep is transparant over de wijze waarop zorg verleend wordt en over de uitkomsten van behandelingen, welke zullen worden geregistreerd middels de Dutch Gastroenterology Audit (onderdeel van DICA, Dutch Institute for Clinical Auditing). • De MDL-arts is kernspecialist op het gebied van aandoeningen van het maagdarmkanaal, lever en galwegen en alvleesklier en treedt daarbij op als regisseur in multidisciplinaire samenwerking, overleg en behandeling van MDL-patiënten. • De Nederlandse Vereniging voor Gastroenterologie (NVGE), de Nederlandse Vereniging voor Hepatologie (NVH) en de Nederlandse Vereniging van Maag-Darm-Leverartsen (NVMDL) integreren uiterlijk in 2015 tot een overkoepelende organisatie, die functioneert als een wetenschappelijke en beroepsbelangen vereniging voor medisch specialisten die beroepsmatig zijn betrokken bij zorg, onderwijs en onderzoek ten behoeve van patiënten met MDL-aandoeningen. • De opleiding tot MDL-arts is zodanig vormgegeven, dat het aantal op te leiden MDL-artsen, de structuur en inhoud van de opleiding optimaal aansluiten bij de behoefte en wensen uit de MDL-praktijk. • De medisch professionele autonomie van de MDLarts is geborgd, gekoppeld aan passende honorering en goede werkomstandigheden. • Het bevolkingsonderzoek naar darmkanker is succesvol geïmplementeerd en ingepast in de dagelijkse praktijk van de MDL-arts. Het aantal sterfgevallen door darmkanker neemt af door vroegtijdige opsporing en behandeling van darmkanker en voorstadia van darmkanker.
Excelleren in de breedte
Inhoud 3 1. Inleiding
4
2. Missie
5
3. Visie
6
4. Trends
7
5. Beleidsdoelen
9
6. Randvoorwaarden
19
Excelleren in de breedte
1. Inleiding 4 De Nederlandse Vereniging van Maag-Darm-Leverartsen vertegenwoordigt de in Nederland werkzame MDL-artsen en hen die daarvoor in opleiding zijn. De vereniging is betrokken bij inrichting van de MDL-zorg in Nederland, zij maakt zich sterk voor het leveren van goede en veilige zorg aan patiënten met aandoeningen van het maag-darmkanaal, de lever, de galwegen en alvleesklier en zij zet zich in voor de positie van de MDL-arts. De MDL-arts is kernspecialist op het gebied van aandoeningen van maag-darmkanaal, lever, galwegen en alvleesklier en is primair verantwoordelijk voor de zorg voor patiënten met MDL-aandoeningen. De gezondheidszorg anno 2013 is sterk in beweging. Er vinden in snel tempo grote veranderingen plaats in organisatie en financiering van zorg. Beperkingen zijn opgelegd wat betreft groei. Er is echter sprake van een gestage stijging van vraag naar MDL-zorg. De marktwerking neemt toe, integrale prijzen, regierol van zorgverzekeraars, opkomst van ZBC’s. Spreiding en concentratie van zorg zijn actuele ontwikkelingen, die in toenemende mate van invloed zijn op de praktijkvoering. Het hoofdlijnen akkoord 2015 zal richting geven aan wat de MDL-arts aan MDL-patiënten kan en mag bieden. Daarin hebben de MDL-artsen zelf een belangrijke rol door het leveren van doelmatige en gepaste zorg, door het voeren van kwaliteits- en opleidingsbeleid en het verantwoord toepassen van taakherschikking. Door registratie van behandelingen en uitkomsten kan de MDL-arts laten zien dat de geleverde zorg niet alleen van hoge kwaliteit, maar ook gepast en verantwoord is. Om een regierol te spelen bij deze ontwikkelingen is een helder geschreven beleidsplan, waarin toetsbare doelen voor de komende jaren staan geformuleerd, essentieel. In het beleidsplan “Zichtbaar presteren” waarin de beleidsdoelen voor de periode van 2007 – 2012 zijn beschreven, lag het focus op positionering en profilering van het specialisme MDL-ziekten, patiëntveiligheid en kwaliteit. Op al deze terreinen zijn belangrijke vorderingen gemaakt en verreweg de meeste doelen uit dit plan zijn gerealiseerd. Het is na een periode van sterke groei en profilering tijd voor een nieuw beleidsplan, waarin de doelen voor de komende vijf jaar zijn weergegeven en dat antwoord
geeft op de nieuwe uitdagingen waar we voor staan. Voor de ontwikkeling van het beleidsplan tot 2018 is gekozen voor een gezamenlijke en brede aanpak. Het bestuur heeft samen met de commissies van de NVMDL en met vertegenwoordigers van de NVGE en de NVH een brainstorm bijeenkomst georganiseerd, waarin gezamenlijk de beleidsdoelen voor de komende vijf jaar werden geformuleerd. Dit heeft geresulteerd in het voorliggende beleidsplan “Excelleren in de breedte”. In dit document worden die doelen voor de komende vijf jaar benoemd en wordt beschreven hoe we die doelen gaan realiseren, wat we willen bereiken en hoe we dat meten. De titel “Excelleren in de breedte” is met reden gekozen. De kracht van de MDL-arts komt naar voren in de breedte van het werkterrein. Veel facetten van de geneeskunde komen binnen de MDL-ziekten aan de orde. De MDL-arts is naast expert op deelgebieden tevens breed en algemeen georiënteerd, is generalist met aandacht voor multi-morbiditeit, voor de kwetsbare oudere en voor MDL-zorg in de diverse levensfasen. Anderzijds vindt differentiatie plaats door toename van diagnostische en therapeutische mogelijkheden en profilering van de deelgebieden te weten: chronische darmontstekingen (IBD), MDL oncologie en screening op (pre)maligne aandoeningen, hepatologie, endoscopie en geavanceerde endoscopie, neurogastroenterologie en motiliteit, functionele klachten en ook voeding en leefstijl. Deze ontwikkelingen zorgen voor verdere kwaliteitsverbetering maar stellen ook eisen aan ons beroep. Een gevolg van deze ontwikkelingen is specialisatie en concentratie van MDL-zorg in steeds groter wordende centra. De NVMDL maakt zich sterk voor zowel goede algemene áls speciële MDL-zorg, die breed beschikbaar is, dat wil zeggen over héél Nederland verspreid: excelleren in de breedte. De uitdaging ligt erin om deze zaken op elkaar af te stemmen. Dús breed als het kan, gedifferentieerd als het nodig is. Om dat te realiseren is bereidheid tot regionale samenwerking en taakverdeling van MDL-zorg binnen regio’s een voorwaarde. Daarbij moet de algemene MDL zorg beschikbaar zijn en blijven in de kleinere regionale ziekenhuizen. Dit beleidsplan is tot stand gekomen in nauwe samenwerking met de Nederlandse Vereniging voor Gastro enterologie (NVGE) en de Nederlandse Vereniging
Excelleren in de breedte
2. Missie 5 voor Hepatologie (NVH). Dat is niet voor niets: wetenschap en beroepsuitoefening gaan hand in hand en versterken elkaar. Het gegeven dat de NVGE als hét wetenschappelijk MDL-platform fungeert voor vele andere disciplines zal de samenwerking versterken en verbreden. Een belangrijk doel is intensivering van de bestaande samenwerking van de drie verenigingen, waarbij de ambitie is uitgesproken om in de nabije toekomst te komen tot één organisatie.
De Nederlands Vereniging van Maag-Darm-Leverartsen (NVMDL) zet zich in voor optimale, kwalitatief hoogstaande en veilige zorg voor patiënten met aandoeningen van het maag-darmkanaal, lever, galwegen en alvleesklier. In deze zorg staat de patiënt centraal en richt de NVMDL zich op vernieuwing en blijven werken aan verbetering van kwaliteit (en het zichtbaar maken daarvan) en op veiligheid van zorg onder de randvoorwaarde van maatschappelijk acceptabele kosten. Daarnaast behartigt de NVMDL de belangen van de MDL-artsen. Zij creëert de voorwaarden waardoor en de omstandigheden waarin MDL-artsen optimale kwaliteit kunnen leveren en veilig kunnen werken. Ze ondersteunt de beroepsgroep in verdere profilering en behartigt de beroepsbelangen. De NVMDL zet zich in voor het creëren van zo optimaal mogelijke omstandigheden om de missie te verwezenlijken.
Excelleren in de breedte
3. Visie 6 De strategie van de NVMDL is gebaseerd op een aantal pijlers:
Patiënt centraal Het principe “patiënt centraal” is leidend in de MDL visie op zorg. Dat houdt in dat het belang van de patiënt in het MDL-zorgproces uitgangspunt én doel is. Wat wil en wat verwacht de MDL-patiënt? • kwalitatief uitstekende en veilige zorg • zorg in een vertrouwde omgeving • zorg in samenhang waarbij een patiënt voor onderdelen van zorg niet naar individuele hulpverleners hoeft te gaan maar waar die zorg in samenhang wordt geboden. • respectvolle bejegening: aandacht voor de persoon, achtergrond, religie en cultuur, gezin en familie, sociale samenhang Wat treft de MDL-patiënt aan? • zorg die is gericht op beter-worden, gezondheidswinst, en die pas succesvol is als die ook beantwoordt aan verwachtingen van patiënten. Naast medischtechnische prestaties spelen patiënt beleving, winst in gezondheid en kwaliteit van leven, een grote rol • zorg moet met toewijding gegeven worden en door patiënten ook als zodanig worden beleefd • de patiënt is betrokken en is mede-deskundige in het denken over en het komen tot besluiten: “shared decision making” Waarin kunnen patiënten ons, als MDL-zorgverleners, ondersteunen en hun betrokkenheid tonen? Anders gezegd: wat mogen wij van patiënten verwachten? • mede regie voeren in aanpak en behandeling • bereidheid tot zelfmanagement • participeren in nieuwe initiatieven rond zorg • bewustzijn van kosten van zorg en mede verantwoordelijkheid dragen voor gepast gebruik van zorg
Kwaliteit De MDL-arts levert kwalitatief hoogwaardige zorg met bijzondere aandacht voor patiëntveiligheid. De beroepsgroep is transparant over de wijze waarop zorg verleend wordt en over geboekte resultaten. De commissie Kwaliteit initieert en onderhoudt een proces van voortdurende kwaliteitsverbetering en
draagt zorg voor borging hiervan door het voeren van een geïntegreerd kwaliteitsbeleid, gericht op inzet en onderhoud van richtlijnen, certificering, kwaliteitsregistratie van endoscopieën en een landelijke complicatieregistratie.
Profilering De MDL-arts heeft een centrale rol bij het stellen van diagnoses en het behandelen en begeleiden van patiënten met MDL-aandoeningen en bij de preventie van maagdarm- en leverziekten en ziekten van de galwegen en de alvleesklier. De MDL-arts heeft een duidelijke positie in het ziekenhuis als eerst verantwoordelijke en regisseur van patiënten met aandoeningen van het maagdarmkanaal, lever, galwegen en alvleesklier. MDL-artsen ambiëren een regiefunctie over MDL-zorg en organisatie in de relatie met externe belanghebbenden. In de komende jaren zal naast basis MDL-zorg het focus steeds meer komen te liggen op de MDL aandachtsgebieden MDL oncologie, hepatologie, geavanceerde endoscopie en neurogastroenterologie en motiliteit (NGM). Voeding speelt in de dagelijkse praktijk van de MDL-arts een grote rol, met name klinische voeding. Daarnaast behoeft voeding als onderdeel van leefstijl management en van preventie structureel meer aandacht in MDL-praktijk en opleiding. Met de toename van diagnostische faciliteiten en complexe behandel mogelijkheden voor patiënten met chronische darmontstekingen wordt overwogen om IBD tot aandachtsgebied te benoemen.
Beroepsbelangen De borging van de professionele autonomie van de MDL-arts, gekoppeld aan passende honorering en goede, veilige werkomstandigheden.
Opleiding De opleiding tot MDL-arts dient zodanig te worden vormgegeven dat in de toekomst kwalitatief goede MDLzorg in de breedte kan worden verleend. De structuur en de inhoud van de opleiding dient zodanig te zijn, dat elke opgeleide MDL-arts excellente basis MDL-zorg kan verlenen, maar door middel van differentiatie daarnaast ook specifieke kennis, expertise en ervaring heeft binnen een of meerdere aandachtsgebieden zoals boven genoemd. Het aantal op te leiden MDL-artsen en de inhoud van de opleiding dient aan te sluiten bij de praktijkbehoefte.
Excelleren in de breedte
4. Trends 7 Er gaat in de komende jaren veel veranderen in de maatschappij en in de gezondheidszorg met gevolgen voor de beroepsuitoefening van MDL-artsen. Hierbij is een aantal trends en bewegingen te benoemen.
Toenemend belang van preventie Het belang van preventie neemt toe, zowel het voorkómen van aandoeningen door een gezonde(re) levensstijl, het vroegtijdig detecteren en behandelen van afwijkingen, als het voorkómen van complicaties en gevolgen van aandoeningen. Preventie is discipline overstijgend. Hier is een belangrijke rol voor de MDL-arts weggelegd omdat veel chronische en kwaadaardige aandoeningen van het maagdarmkanaal en ook van andere orgaan systemen te maken hebben met voeding, eetgedrag en leefstijl. De MDL-arts is bij uitstek deskundig op het gebied van voeding. Gedegen vooronderzoek heeft aannemelijk gemaakt dat het bevolkingsonderzoek naar darmkanker een belangrijk instrument zal zijn om darmkanker in een voorstadium te ontdekken, de mortaliteit te reduceren en (kosten) effectief te zijn. Het is evident dat de NVMDL de komende vijf jaar zich sterk maakt om de implementatie van het bevolkingsonderzoek naar darmkanker succesvol te laten verlopen.
Taakherschikking De herschikking van taken van MDL-artsen naar gespecialiseerde verpleegkundigen en Physician Assistants (PA’s) zal verder vorm krijgen. Daarbij spelen een toenemende zorgvraag en beperkte beschikbaarheid van financiële middelen een rol. De MDL-arts zal meer geprotocolleerde zorg als ook laag complexe diagnostische endoscopieën kunnen overdragen aan hiertoe opgeleide en gespecialiseerde verpleegkundigen en PA’s. De MDL-arts houdt hierin regie, is verantwoordelijk voor de kwaliteit van zorg en veiligheid, borgt de opleiding en training van PA’s en gespecialiseerde verpleegkundigen en integreert hun werkzaamheden in de MDL-praktijkvoering. De MDL-arts kan zich hierdoor meer gaan richten op complexe zorg en innovatie maar blijft betrokken bij eenmaal gesubstitueerde MDL-zorg en blijft daarvoor ook (mede)verantwoordelijk.
Zorg in levensfasen: vergrijzing De vergrijzing leidt tot toename in zorgvraag. Daarnaast is er vaak sprake van multi-morbiditeit met meer complexere zorgbehoefte. Met de verplichting tot het leve-
ren van gepaste en verantwoorde zorg zal de beschikbare MDL-capaciteit zo effectief mogelijk dienen te worden ingezet. Naast vergrijzing hebben we te maken met “ontgroening” en zijn minder jongeren beschikbaar als werkers in de zorg. Daarom zullen creatieve oplossingen gevonden moeten worden om optimaal gebruik te maken van het beschikbare arbeidspotentieel. Hierbij zullen taakherschikking en inzet van ICT en uitrol van nieuwe zorgconcepten van belang zijn.
Profilering van de MDL De ontwikkeling van het specialisme MDL-ziekten heeft in de twee afgelopen decennia een enorme vlucht genomen. Waren er in 1992 nog maar 50 MDL-artsen geregistreerd, inmiddels is dit aantal toegenomen tot ruim 400. Met de toename van het aantal MDL-artsen profileert de beroepsgroep zich steeds duidelijker: ze is herkenbaar geworden en gezichtsbepalend wat betreft MDL-zorg, kwaliteit en veiligheid. In de multidisciplinaire samenwerking en behandeling van patiënten met MDL-aandoeningen is de MDL-arts regisseur: voor patiënten én voor de organisatie.
Centralisatie en specialisatie Door fusies en samenwerking zal het aantal zelfstandige ziekenhuizen verder gaan afnemen. De verwachting is dat deze trend zich de komende jaren versterkt zal voortzetten. Naast bestuurlijke fusies zal door medisch specialisten geïnitieerde, bottom-up, zorginhoudelijke samenwerking en het creëren van centers of excellence gestalte krijgen. Het duurzaam kunnen voldoen aan toenemende volume normen voor hoog complexe zorg is een belangrijke drijfveer tot centralisatie. Waar centralisatie voor laag-volume hoog-complexe zorg duidelijke voordelen heeft, is voor acute zorg en voor behandeling van frequent voorkomende MDL- aandoeningen bereikbaarheid en capaciteit een belangrijke voorwaarde. Het motto is daarom: dichtbij als het kan, verder weg als het nodig is. Van MDL-teams anno 2018 mag worden verwacht dat zij niet alleen gedegen brede basiszorg leveren maar ook dat zij zich aantoonbaar hebben gedifferentieerd met expertise van de aandachtsgebieden. Dit zal leiden tot verder gaande regionale samenwerking en het bundelen van krachten.
Excelleren in de breedte
8 Transparantie De maatschappij vraagt om transparantie, verantwoording afleggen en verslag doen van activiteiten. Certificering, complicatieregistratie, registratie van verrichtingen en prestatie indicatoren zullen meer tijd en aandacht vragen. Aan patiënten, maatschappij, overheid en zorgverzekeraars zijn we verplicht de resultaten van MDL-zorg inzichtelijk te maken. De uitkomsten van deze registraties zijn goed bruikbaar om ons streven naar continue verbetering van zorg te ondersteunen.
Samenwerken Het accent in de zorg verschuift van aanbod- naar vraag gestuurde zorg. Het belang van de patiënt is daarbij uitgangspunt en MDL-zorg wordt steeds meer ingericht rondom de patiënt met een MDL probleem, en minder rondom individuele artsen of specialismen. Het specialisme MDL-ziekten is in het algemeen de ini-
tiator van MDL-zorgketens, bepaalt de vorm van deze ketens en heeft als zodanig een prominente plaats in de kliniek. Het kent daardoor intensieve samenwerking met andere specialismen zoals interne geneeskunde, heelkunde, pathologie, (interventie)radiologie, medische oncologie en radiotherapie. De traditionele wijze van zorg verlenen vanuit medische specialismen neemt geleidelijk aan af en wordt ingeruild voor een meer thematische indeling naar ziektebeelden en patiënten categorieën. Dat geldt met name voor meer complexe zorg, top-referente en academische zorg waarbij deskundigen vanuit meerdere specialismen en ook deskundigen en hulpverleners buiten het ziekenhuis in multidisciplinaire teams zijn vertegenwoordigd en samenwerken. Deze initiatieven van multidisciplinaire samenwerking stellen nieuwe én andere eisen aan de inzet van professionals en gaan a priori uit van hun bereidheid tot samenwerking.
Cartoon richtlijnen.tif Excelleren in de breedte
5. Beleidsdoelen 9 In de periode van 2013 – 2018 wil de Vereniging de volgende beleidsdoelen uitwerken en realiseren: • In de MDL-zorg staat de patiënt centraal. De MDLarts levert kwalitatief hoogwaardige zorg over het gehele palet van MDL-aandoeningen en borgt daarbij te allen tijde de patiëntveiligheid. Excellente MDL basiszorg en speciële zorg zijn over de volle breedte in heel Nederland beschikbaar. De beroepsgroep is transparant over de wijze waarop zorg verleend wordt en over de uitkomsten van behandelingen, welke zullen worden geregistreerd middels de Dutch Gastroenterology Audit (onderdeel van de DICA).
5.1 In de MDL-zorg staat de patiënt centraal. De MDL-arts levert kwalitatief hoogwaardige zorg over het gehele palet van MDLaandoeningen en borgt daarbij te allen tijde de patiëntveiligheid. Excellente MDLbasiszorg en speciële zorg zijn over de volle breedte in heel Nederland beschikbaar. De beroepsgroep is transparant over de wijze waarop zorg verleend wordt en over de uitkomsten van behandelingen, welke zullen worden geregistreerd middels de Dutch Gastroenterology Audit (onderdeel van de DICA). Wat is de gewenste situatie?
• De MDL-arts is kernspecialist op het gebied van aandoeningen van het maagdarmkanaal, lever en galwegen en alvleesklier en treedt daarbij op als regisseur in multidisciplinaire samenwerking, overleg en behandeling van MDL-patiënten.
Elke patiënt heeft toegang tot adequate, tijdige en hoogwaardige MDL-zorg met voorzieningen voor basis MDL-zorg dichtbij en voor meer complexe MDL-zorg binnen regio’s, georganiseerd in netwerken van MDL-artsen en maatschappen.
• De NVGE, NVH en NVMDL integreren uiterlijk in 2015 tot een overkoepelende organisatie, die functioneert als een wetenschappelijke vereniging voor medisch specialisten die beroepsmatig zijn betrokken bij zorg, onderwijs en onderzoek ten behoeven van patiënten met MDL-ziekten
Regionale samenwerking wordt verder vorm gegeven met academische en niet-academische expertisecentra op MDL deelgebieden. In alle centra zijn MDL-artsen initiator van zorgketens waarbij rondom de patiënt zorgpaden zijn ontwikkeld in samenwerking met aanpalende specialismen, zoals interne geneeskunde, heelkunde, pathologie, radiologie , medische oncologie en radiotherapie. Samenwerking met deze afdelingen is zichtbaar in multidisciplinaire besprekingen, in gezamenlijke activiteiten zoals een gecombineerd spreekuur, gezamenlijke faciliteiten zoals een gezamenlijke verpleegafdeling, gezamenlijke registratiesystemen om de resultaten van de zorg te evalueren en gezamenlijke nascholingsactiviteiten.
• De opleiding tot MDL-arts is zodanig vormgegeven, dat het aantal op te leiden MDL-artsen, de structuur en inhoud van de opleiding optimaal aansluiten bij de behoefte en wensen uit de MDL-praktijk • De medisch professionele autonomie van de MDLarts is geborgd, gekoppeld aan passende honorering en goede werkomstandigheden • Het bevolkingsonderzoek naar darmkanker is succesvol geïmplementeerd en ingepast in de dagelijkse praktijk van de MDL-arts. Het aantal sterfgevallen door darmkanker neemt af door vroegtijdige opsporing en behandeling van darmkanker en voorstadia van darmkanker
Daartoe gecertificeerde MDL-artsen zijn verantwoordelijk voor goede en veilige MDL-zorg en voeren regie over multidisciplinaire samenwerking, overleg en behandeling van MDL-patiënten. In 2018 wordt er een geïntegreerd kwaliteitsbeleid gevoerd, dat gericht is op de inzet en het onderhoud van richtlijnen, certificering, kwaliteitsregistratie van endoscopieën en een landelijke complicatieregistratie.
Excelleren in de breedte
10 Hoe gaan we dit bereiken? Om patiëntveiligheid op de endoscopieafdeling te garanderen zal het certificatieschema “Patiëntveiligheid voor endoscopieafdelingen” volgens HKZ-protocol worden geïmplementeerd op alle endoscopieafdelingen in Nederland. Het ligt in de lijn der verwachting dat ook zorgverzekeraars deze certificering zullen gaan verlangen. De participatie van alle endoscopieafdelingen in de landelijke complicatie registratie moet samen met de Dutch Gastro-Enterology Audit (DGEA) registratie, benchmarking en verbetering stimuleren. Dit zal in toenemende mate een rol gaan spelen bij de inkoop van zorg door verzekeraars. Het kwaliteitsregistratiesysteem van endoscopieën zal op geautomatiseerde wijze kwaliteitsindicatoren uit het verslagleggingsysteem extraheren, zodat de registratielast zoveel mogelijk beperkt is. Deze indicatoren worden, door aan te sluiten aan een landelijke datawarehouse, aangeleverd aan het ‘Dutch Institute of Clinical Auditing’ (DICA) en hierna geanonimiseerd en gecorrigeerd voor case-mix teruggekoppeld aan de endoscopist. De certificering van endoscopische verrichtingen zoals ERCP, EUS en EMR /ESD, zal tot gevolg hebben dat de NVMDL kiest voor een heroriëntatie op de organisatie van deze zorg. Door middel van regionale samenwerking zal brede beschikbaarheid in de nabije omgeving van de patiënt gewaarborgd zijn. Om te garanderen dat de patiëntenzorg evidence based is en zo veel mogelijk gebaseerd op richtlijnen, is verbetering van het gebruik en de toegankelijkheid van de richtlijnen noodzakelijk. Hiertoe zullen e-learning modules worden uitgebouwd en geaccrediteerd en zullen mobiele applicaties ontwikkeld worden voor het toepassen van enkele veel gebruikte richtlijnen. Door gebruik te maken van Europese richtlijnen, die worden toegespitst op de Nederlandse situatie, zal er voor gezorgd worden dat het aantal beschikbare richtlijnen in aantal toeneemt en dat updates vlot verschijnen. De Farmacotherapie Commissie signaleert knelpunten op het gebied van medicatie, voeding en voedingssupplementen. Om te borgen dat elke MDL-patiënt de medicatie krijgt die voor haar/hem geïndiceerd is, ongeacht prijs van het medicament, ontwikkelt de commissie in samenwerking met landelijke experts richtlijnen en afspraken waarin duidelijk gedefinieerd wordt wat indi-
caties zijn en criteria voor het verantwoord en gepast voorschrijven van deze medicatie. Bovendien wordt gedefinieerd wanneer weer verantwoord gestopt kan worden met de betreffende medicatie. De farmacotherapiecommissie gaat proactief in overleg met VWS, NVZ, CVZ, CBG en zorgverzekeraars en patiëntenverenigingen om er voor te zorgen dat voor MDL-patiënten toegang tot optimale farmacotherapie is gewaarborgd onder condities van gepast en verantwoord gebruik. Wellicht kunnen er valide uitkomstindicatoren worden ontwikkeld voor medicatie-effecten. De NVMDL kiest voor één MDL-arts zoals die geregistreerd wordt door de Registratie commissie Geneeskundige Specialismen (RGS). Tegelijk is er behoefte aan herkenbaarheid van speciële persoonsgebonden expertise middels certificaten. De MDL-aandachtsgebieden c.q. profielen geavanceerde endoscopie, MDL-oncologie, hepatologie en neurogastroenterologie en motiliteit (wellicht aangevuld met voeding en preventie) worden verder ontwikkeld met het opstellen van aantrekkelijke en interessante curricula, gebaseerd op criteria en eisen voor certificering. Ook voor IBD zullen dergelijke criteria worden opgesteld, waarbij het denkbaar is dat IBD als aandachtsgebied zal worden benoemd. De ontwikkeling binnen het opleiden volgens het CanMed systeem maakt dat het profiel “Clinical teacher” verder ontwikkeld moet worden, de NVMDL zal zich in de herstructurering van de opleiding inzetten om dit profiel verder vorm te geven. De hepatologie in Nederland behoeft aandacht en investeringen om het aantal MDL-artsen met hepatologische deskundigheid in balans te brengen met de zorgvraag op dit gebied. Er zal ingezet worden op de ontwikkeling van een zeer aantrekkelijk hepatologisch curriculum om de belangstelling voor dit aandachtsgebied te verhogen. Met de landelijke profilering van oncologische zorg zal van de MDL-arts op oncologie gebied meer inzet en expertise gevraagd worden. Hierbij heeft de MDL-arts de rol van regisseur, aan de poort van het diagnostisch traject. Maar ook in het behandeltraject is de MDL-arts betrokken en wordt haar/zijn deskundigheid gevraagd. Klinische en metabole aspecten van voeding, en voedingsinterventies vallen onder de verantwoordelijkheid
Excelleren in de breedte
11 van de MDL-arts, die in de praktijk meestal regisseur is van een multidisciplinair voedingsteam. Voor patiëntencategorieën waarvoor multidisciplinaire zorg vereist is, worden lokaal besprekingen ingericht met heelkunde, radiologie, pathologie en andere specialismen. Daarnaast is een multidisciplinair overleg over patiënten met tumoren van het maagdarmkanaal, lever, galwegen en alvleesklier een vereiste. Zorgprocessen zullen kritisch moeten worden beschouwd. In alle ziekenhuizen in Nederland moet een brede, goed toegankelijke, snel beschikbare basiszorg voor patiënten met MDL-aandoeningen gegarandeerd kunnen worden. Patiënten met aandoeningen van het maagdarmkanaal, lever, galwegen of alvleesklier dienen in principe behandeld te kunnen worden door een MDL-arts in een ziekenhuis in de nabije woonomgeving. Uitzondering hierop vormen de patiënten met hoog complexe of weinig frequent voorkomende aandoeningen. Voor deze patiëntengroepen is concentratie
van zorg vereist, zowel uit kwaliteits als ook uit efficiency overwegingen. Om dit te bereiken is regionale samenwerking van MDL-vakgroepen/maatschappen een vereiste en dienen regionale expertisecentra te worden opgezet. Om de kwaliteitsvisitaties – en daarmee de kwaliteit van de MDL-zorg in Nederland – verder te verbeteren zullen kwaliteitsvisitaties gaan verlopen volgens de leidraad: “Waarderingssystematiek voor de kwaliteitsvisitatie”. Hierbij is er duidelijke aandacht voor de verschillende kwaliteitsdomeinen, te weten Evaluatie van Zorg, Vakgroep functioneren, Patiënten perspectief en Professionele ontwikkeling. Bovendien zullen normen worden vastgesteld volgens een vaste systematiek. Om te komen tot deze methode van visiteren heeft de kwaliteitsvisitatiecommissie een stappenplan ontwikkeld, waarbij wordt gestreefd naar implementatie vanaf het najaar 2014. Aanschaf van een programma voor een digitale manier van visiteren is een vereiste.
Excelleren in de breedte
12 Resultaten in 2018 In 2018 geldt voor de endoscopieafdelingen in Nederland het volgende: • 100% van de endoscopieafdelingen is gecertificeerd volgens het certificatieschema “Patiëntveiligheid voor endoscopieafdelingen” • Elke endoscopieafdeling participeert in de landelijke complicatieregistratie. • Er is een online kwaliteitsregistratie van de endoscopieën via de DICA. Met betrekking tot ontwikkeling en gebruik van richtlijnen zullen er in 2018 • E-learning modules ontwikkeld zijn voor richtlijnen die betrekking hebben op frequent voorkomende ziektebeelden in de MDL-praktijk . • Mobiele applicaties ontwikkeld zijn, waarop een aantal veel voorkomende richtlijnen (Coloscopie Surveillance als eerste) toegankelijk worden gemaakt. • Europese richtlijnen bewerkt zijn voor de Nederlandse situatie. De toegang tot optimale farmacotherapie is gewaarborgd, ook indien er sprake is van dure geneesmiddelen, met gepast en verantwoord gebruik en transparantie ten aanzien van effecten en kosten. On-lable registratie van generieke off-lable medicijnen dient nagestreefd te worden. Zorg voor patiënten met MDL-aandoeningen geschiedt door MDL-artsen, met een breed beschikbare MDL-basiszorg en regionaal toegankelijke hoog complexe MDL-zorg. De MDL-arts is op deelgebieden gecertificeerd. Dit zal leiden tot ontwikkeling van regionale expertisecentra en netwerken waarin er intensief wordt samengewerkt met andere betrokken specialismen en de zorg zo veel mogelijk georganiseerd is in multidisciplinaire zorgpaden. De kwaliteitsvisitatie zal plaatsvinden volgens de leidraad “Waarderingssystematiek voor de kwaliteitsvisitatie”, waarbij de focus ligt op verschillende kwaliteitsdomeinen en op normering.
5.2 De MDL-arts is kernspecialist op het gebied van aandoeningen van het maagdarmkanaal, lever en galwegen en alvleesklier en treedt op als regisseur in multidisciplinaire samenwerking, overleg en behandeling van MDL-patiënten. Wat is de gewenste situatie? De MDL-arts is regisseur in de zorg voor patiënten met maag-, darm- en leverziekten, ziekten van de galwegen en alvleesklier en is eerst verantwoordelijke in de zorg voor deze patiënten, en voor beleid, binnen en buiten de instelling, op het gebied van MDL-aandoeningen. Er is een beroepsprofiel waarin taken, competenties en werkveld van de MDL-arts zijn beschreven.
Hoe gaan we dit bereiken? De bekendheid van het specialisme MDL-ziekten, MDL-artsen en hun kennis en expertise bij het grote publiek is nog onvoldoende. Met name in de eerste lijnszorg, bij apotheken, bij patiënt- en zorgorganisaties en bij patiënten zelf worden MDL-arts en internist verward. Hierop wordt ingezet door in samenwerking met de Maag Lever Darm Stichting (MLDS) de patiënten informatie te optimaliseren en gezamenlijk campagnes te voeren. De introductie van het bevolkingsonderzoek naar darmkanker zal dit proces in een stroomversnelling brengen. In samenwerking en afstemming met de Orde van Medisch Specialisten (OMS) zal desgewenst bij belangrijke ontwikkelingen op strategische wijze de publiciteit worden gezocht. De MDL-arts heeft regie in het zorgtraject voor alle patiënten met aandoeningen van het maagdarmkanaal, lever, galwegen en alvleesklier, omdat zij/hij aan de basis staat van de hiermee samenhangende zorgketens. Zowel uit het oogpunt van kwaliteit als ook uit het oogpunt van doelmatige en gepaste zorg dienen patiënten met MDL-klachten bij indicatie tot verwijzing rechtstreeks naar een MDL-arts te worden verwezen: ook bij atypische buikklachten, functionele aandoeningen, acute buik problematiek en bijvoorbeeld bij analyse van ferriprieve anemie (waar meestal een MDL-oorzaak aan ten grondslag ligt). Dit zal zowel met verwijzers en hun wetenschappelijke verenigingen (NHG) als met financiers van deze zorg worden afgestemd.
Excelleren in de breedte
13 In het kader van de primaire verantwoordelijkheid voor patiënten met MDL-aandoeningen in het ziekenhuis neemt de MDL-arts het initiatief tot het opzetten van gespecialiseerde zorglijnen en gespecialiseerde poliklinieken. Hierbij wordt intensief samengewerkt met andere specialismen. In de komende jaren zal thematische inrichting van zorg leiden tot toename van gezamenlijke verpleegafdelingen van MDL-ziekten met heelkunde. Waar het laagcomplexe, hoogvolume MDLzorg betreft is een efficiënte organisatie gewenst die uitstekend monodisciplinair kan functioneren. In samenwerking met het Concilium wordt een beroepsprofiel ontwikkeld, dat recht doet aan de veelheid van taken van de MDL-arts: excelleren in de breedte!
Resultaten in 2018 • De MDL-arts is initiator en regisseur in de zorgketen voor patiënten met maag-, darm- en leverziekten, ziekten van galwegen en alvleesklier en is als zodanig primair verantwoordelijk voor de zorg voor deze patiënten en voor beleid, binnen en buiten de instelling, op het gebied van MDL-aandoeningen • In elk ziekenhuis is een duidelijk herkenbare maatschap of vakgroep MDL aanwezig, die de ambitie heeft zich te profileren in kwaliteit met brede beschikbaarheid van MDL-zorg. Er is een beroepsprofiel voor de MDL-arts opgesteld, in samenhang met en afgestemd op de te behalen competenties tijdens de opleiding.
5.3 De NVGE, NVH en NVMDL integreren uiterlijk in 2015 tot één overkoepelende organisatie, die functioneert als wetenschappelijke en beroepsbelangen vereniging voor medisch specialisten die beroepsmatig zijn betrokken bij zorg, onderwijs en onderzoek ten behoeve van patiënten met MDL-aandoeningen. Wat is de gewenste situatie? Het specialisme MDL-ziekten heeft een duidelijk gezicht naar buiten. Er is een overkoepelende organisatie die tot doel heeft: • het bevorderen van wetenschappelijk onderzoek zowel basaal als translationeel als klinisch in een set-
ting van multidisciplinariteit. • het vergaren en verspreiden van kennis en expertise over MDL-ziekten • garanderen van optimale zorg aan patiënten met aandoeningen van het maagdarmkanaal, lever, galwegen en alvleesklier met respect voor de wensen van de patiënt en zijn/haar sociale context • het behartigen van de belangen van de MDL-artsen. Deze doelen zijn typisch discipline overstijgend. Samenwerking met andere specialismen en beroepsgroepen zoals die momenteel plaatsvindt dient actief verder te worden gestimuleerd en uitgebouwd. In deze overkoepelende organisatie zijn doelen, plannen, acties van NVGE, de NVH en de NVMDL geïntegreerd. De organisatie vertegenwoordigt de beroepsbelangen van alle MDL-artsen. Een eerste stap is om in 2014 te komen tot een gezamenlijke website voor de congresinschrijvingen. De overkoepelende organisatie streeft beleidsmatige inbreng na op regionaal, nationaal en internationaal niveau. Zij is een herkenbare gesprekspartner voor externe partijen en is vertegenwoordigd in belangrijke nationale en internationale gremia. Zij opereert autonoom, maar heeft goede en intensieve contacten met andere beroepsverenigingen en met de Orde van Medisch Specialisten. In dit verband wordt de intensivering van samenwerking met NVGIC genoemd, omdat in nieuwe zorgconcepten het thematisch werken meer en meer gestalte zal krijgen. Dit zal leiden tot gemeenschappelijke verpleegafdelingen en poliklinieken in ziekenhuizen.
Hoe gaan we die bereiken? De NVGE, de NVH en de NVMDL hebben als doel geformuleerd om voor 2015 te komen tot een gezamenlijke overkoepelende organisatie. Hierbij is het essentieel dat de belangen van de leden in de afzonderlijke verenigingen worden behartigd, er gezamenlijk een duidelijke organisatiestructuur ontworpen wordt en dat deze organisatie daarnaast een platform is voor discipline overstijgende samenwerking in onderzoek en zorg. Dit proces van integratie dient uiterst zorgvuldig plaats te vinden, waarbij er uitdrukkelijk aandacht is voor de belangen van de drie partners, maar waarbij het doel voorop staat: komen tot een organisatie die krachtig de belangen van MDL-arts en MDL-patiënt behartigt, en die vertegenwoordigd is in alle belangrijke regionale,
Excelleren in de breedte
14 nationale en internationale organisaties betreffende MDL-zorg.
Resultaten in 2018 Er is een overkoepelende organisatie ontstaan door integratie van NVGE, NVH en NVMDL, die een sterke stem naar buiten laat gelden en vertegenwoordigd is in belangrijke regionale, nationale en internationale organen.
5.4 De opleiding tot MDL-arts is zodanig vormgegeven, dat het aantal op te leiden MDL-artsen, de structuur en inhoud van de opleiding optimaal aansluiten op de behoefte en wensen uit de MDL-praktijk. Wat is de gewenste situatie? De jaren 2007-2012 hebben in het licht gestaan van de modernisering van de medische vervolgopleidingen. Er is veel werk verricht aan het tot stand brengen van het document Herstructurering Opleiding MDL (HOM) waarin de 14 thema’s van de opleiding MDL worden beschreven, maar ook de competentieniveaus welke in bepaalde fasen van de opleiding aanwezig mogen worden verondersteld en de methoden om dit te toetsen. Dit heeft zijn weg gevonden in officiële kaders zoals het Kaderbesluit en het Specifiek Besluit MDL maar ook de talloze lokale opleidingsdocumenten waarin per kliniek is beschreven op welke wijze welke thema’s vormgegeven zijn. Het merendeel van de klinieken is gevisiteerd waarbij ook is geconstateerd dat de implementatie van al deze nieuwe ontwikkelingen volgens de systematiek van de Modernisering Medisch Vervolgopleidingen (MMV) zeer voortvarend ter hand is genomen. Dit alles overziend is wel het meest opvallende de enorme motivatie en daadkracht van de opleiders en hun opleidingsteams. De uitdaging waar de NVMDL voor staat is om een revisie van het document HOM te maken waarbij we een koppeling maken tussen modern opleiden volgens de CanMed principes en aanpassen van de opleiding aan de ontwikkelingen in het werkveld waarbij niet iedere MDL-arts meer alle taken uitoefent die de MDL tot zijn vakgebied rekent.
De afgelopen jaren is er een sterke toename van de jaarlijkse instroom van aios geweest. Dit had alles te maken met de nog steeds aanwezige grote onvervulde vraag en de te verwachten toename van werk voor de MDLartsen in het kader van de start van het bevolkings onderzoek naar damkanker begin 2014. Hierop voortbordurend heeft het Concilium MDL een transparant verdeelmodel ontwikkeld voor de instroom van aios per opleidingsregio. Hierbij is uitgegaan van een gelijke basis instroom per regio met verdeling van een surplus op basis van productie. De MDL-ziekten is op dit moment de enige wetenschappelijke vereniging die een dergelijk model heeft kunnen ontwikkelen en toepassen. Voor de toekomst zijn er een aantal minder plezierige externe, door de politiek opgelegde factoren waarmee we te maken krijgen: een forse reductie van de instroom van aios (-30%), een reductie van de subsidies (-30%) waarbij het overigens onduidelijk is of dit vanuit de instroomreductie kan worden gegenereerd of dat hiervoor additionele opleidingsverkorting noodzakelijk is. Wat dat laatste betreft is er uitvoerig nagedacht door alle opleiders en aios MDL en lijkt het niet mogelijk om de huidige expositie verder te verminderen zonder verregaande kwaliteitsverliezen te moeten boeken. Vanuit de NVMDL zijn er belangrijke ontwikkelingen die de opleiding zullen raken: als voorbeelden noemen we het vaststellen van kwaliteitscriteria voor de coloscopist en de ERCP-ist. Het eerste wordt gevoed vanuit de kwaliteitseisen voor de coloscopist die gecertificeerd wordt voor deelname aan het bevolkingsonderzoek op darmkanker, het tweede vanuit de inspectie voor de gezondheidszorg, die van mening is dat ERCP’s als hoog risico procedure niet meer door iedereen verricht moeten en kunnen worden. Er is nu een landelijke kwaliteit studie gaande (PERK), die inzicht moet geven in welke criteria hiervoor toegepast dienen te gaan worden. Met betrekking tot de opleiding is er door het Concilium veel werk verzet aan het verbeteren van de ERCP-training in de opleiding. Dit heeft geleid tot het concept dat ERCP’s voortaan nog maar worden geleerd aan een minderheid van de aios die dan minimaal 150 ERCP’s tijdens de opleiding uitvoeren. Verder worden resultaten gemonitored via het digitaal portfolio, waarmee in de toekomst een verfijning van het curriculum kan worden verkregen.
Excelleren in de breedte
15 Hoe gaan we dit bereiken? Capaciteit Een gedegen en goed onderbouwde capaciteitsraming MDL is van ontegenzeggelijk belang voor de opleiding en de MDL-praktijk. Deze vitale parameter raakt de opleiding in het hart. MDL-ziekten is al vele jaren het snelst groeiende specialisme met een blijvend hoog percentage niet vervulde vacatures. De rekenmodellen die het Capaciteitsorgaan hanteert om tot een voor de langere termijn passende instroom te komen zijn voor de MDL-ziekten minder goed hanteerbaar. Om die reden heeft de NVMDL in 2006 aan het NIVEL gevraagd een uitgebreide analyse van MDL-capaciteit en praktijk behoefte te verrichten. Dit heeft geresulteerd in tijdelijke uitbreiding van instroom. In 2013 doet deze situatie zich opnieuw voor: onzekerheid over instroom MDL bij voortgaande groei van MDL-zorgvraag en een persisterend fors aantal onvervulde vacatures. De NVMDL zal zich de komende vijf jaar meer actief moeten inzetten om de feiten over demografie, marktontwikkeling en functiedeling helder te krijgen. Uitrol van het bevolkingsonderzoek naar darmkanker en,
in het kader van kwaliteitseisen en veiligheid, substitutie door MDL-artsen van de nu nog 15-20% door internisten en chirurgen verrichte endoscopieën, zijn factoren die in de raming van instroom sterk mee dienen te wegen. We moeten overwegen een commissie te benoemen die deze zaken actief benadert en borgt. Deze commissie zou ook adviezen kunnen geven over de verdeling van de instroom. Het model zoals dat nu staat is voor verbetering vatbaar: zo kan men denken aan een vertaalslag van totale productie naar de productie die daadwerkelijk ten goede komt aan de opleiding en naar meer kwalitatieve parameters. De verdere ontwikkeling van het digitale portfolio geeft hiertoe goede mogelijkheden.
Coloscopie Met de komst van de kwaliteitscriteria voor de coloscopist in het kader van certificering voor het bevolkingsonderzoek darmkanker is het onontkoombaar dat deze toets ook in de opleiding zijn doorwerking gaat vinden. Dit betekent dat ook de aios zaken als coecum intubatie en adenoomdetectie moeten gaan bijhouden om zich tijdens de opleiding te kunnen certificeren als
Excelleren in de breedte
16 coloscopist. Maar ook de e-learning module en de hands-on examinering zouden daarbij deel uit kunnen gaan maken van de opleiding. Er zullen wegen moeten worden gezocht om de aantallen aan de aios ter beschikking staande coloscopieën zodanig te vergroten dat deze criteria ruimschoots worden gehaald. Dit zou bijvoorbeeld kunnen door het lopen van coloscopie-stages in gecertificeerde centra.
ERCP en advanced endoscopy Een principiële vraag en keuze die gemaakt moet worden is wat thuis hoort in het publiek gefinancierde basis curriculum van iedere aios MDL en wat daarbuiten geleerd moet worden, bijvoorbeeld via een aparte aandachtstage waarbij de mogelijkheid wordt geopperd om dit privaat te financieren. De komende vijf jaar zal het curriculum ERCP training verder verfijnd gaan worden dankzij input van het digitaal portfolio. De data die hieruit voortvloeien geven bijvoorbeeld inzicht in het aanbod van het aantal procedures met naïeve papillen die de aios tijdens de opleiding moet uitvoeren om tot een acceptabel percentage geslaagde procedures te komen. Het zou kunnen zijn dat de training begint in een perifeer centrum, waar dit aanbod traditioneel groot is, en dat de rol van de academische ziekenhuizen, die meer tertiaire verwijzingen krijgen die eigenlijk voor de beginnende aios niet geschikt zijn, naar een latere fase van de opleiding wordt verschoven. Hetzelfde geldt voor andere advanced endoscopy procedures en endo-echografie. Er is op dit moment een werkgroep ingesteld die zich hier mee bezighoudt.
Kennistoetsen Er wordt gewerkt aan de opzet van een systeem van voortgangstoetsen waarmee de aios geleidelijk tijdens de opleiding alle kennisdomeinen van de MDL aantoonbaar leert beheersen. Deze toetsen zullen consequenties gaan krijgen waarbij zelfs het voortzetten van de opleiding in het geding kan komen.
beoordeeld te worden. Zijn alle thema’s en aandachtsgebieden nog actueel? Zijn de toetsingskaders realistisch? Moet er meer aandacht komen voor de training van de aios MDL in een veranderende omgeving met haar/zijn patiënt: met meer digitale communicatie en ook “shared decision making”. Moeten we actief aandacht geven aan de oudere patiënt gezien de veroudering die op ons af komt? Moeten we actief investeren, zoals sommige andere wetenschappelijke verenigingen, in trainingen in management en organisatie voor aios zodat de MDLarts van de toekomst in een ziekenhuisorganisatie maar ook landelijk voor de beroepsgroep een steviger gesprekspartner kan zijn ?
Resultaten in 2018 Het vijfjarenbeleidsplan van de opleiding MDL wordt gekenmerkt door een herziening van het HOM waarbij nieuwe curricula ten aanzien van coloscopie, ERCP training en advanced endoscopy een plaats krijgen. Daarnaast zal er meer aandacht voor het belang van kwaliteitssystemen en het zichtbaar maken van kwaliteit in de bedrijfsvoering in de opleiding moeten komen. Ook de aandachtsgebieden zullen qua vorm en inhoud bediscussieerd en mogelijk geherstructureerd worden, zodat de aios die anno 2019 klaar is optimaal toegerust is voor de scherpere eisen die de samenleving aan kwaliteit van het MDL-vak stelt. Dit zal hand in hand gaan met heldere certificeringseisen, zowel ten aanzien van deze praktische vaardigheden, maar ook ten aanzien van kennisontwikkeling tijdens de opleiding en de daarbij horende toetsingen. De NVMDL gaat in nauwe samenwerking met het Concilium structureel meer aandacht besteden aan capaciteitsontwikkeling en planning, heeft daartoe regelmatig overleg met betrokken partijen en partners. De in 2013 uit te voeren onafhankelijke capaciteitsraming zal in verdere planningen over instroom richtinggevend zijn. De doorontwikkeling van het digitale portfolio zal talloze kansen bieden om de opleiding zowel qua inhoud als capaciteit nauwkeuriger af te stemmen.
HOM 2.0 Het document Herstructurering Opleiding MDL (HOM) zal de komende vijf jaar herschreven worden waarbij nieuwe curricula zoals bovengenoemd worden toegevoegd. Bovendien dient het huidige HOM kritisch
Excelleren in de breedte
17 5.5 De medisch professionele autonomie van de MDL-arts is geborgd, gekoppeld aan passende honorering en goede werk omstandigheden. Wat is de gewenste situatie? De definitie van professionele autonomie luidt: ‘De vrijheid van oordeelsvorming van de arts om, gegeven de wettelijke kaders en de professionele standaarden, zonder inmenging van derden, in de individuele arts-patiëntrelatie te komen tot diagnosestelling en advisering over behandeling en/of het verrichten van diagnostische en therapeutische interventies, waarbij inbegrepen het onderzoeken en het geven van raad met als doel de bescherming en/of verbetering van de gezondheidstoestand van de patiënt’ Deze autonomie is een wezenlijk onderdeel van het vak van MDL-arts. Patiënten dienen er ook in de toekomst op te kunnen vertrouwen dat medisch inhoudelijke criteria doorslaggevend zijn bij de keuze van de behandeling. Er zijn voor 2018 en de daarop volgende jaren voldoende MDL-artsen opgeleid zodat vlotte toegankelijkheid van MDL-zorg geborgd is, terwijl de arbeidstijden van de MDL-artsen voldoen aan de normen die voor medisch specialisten gebruikelijk zijn. De MDL-arts van de toekomst wordt reeds tijdens zijn opleiding voorbereid op de rol als regisseur van zorg met nadrukkelijk aandacht voor de competenties management en organisatie. De MDL-arts ontvangt een passende beloning. De administratieve taken die in het kader van zorg en kwaliteitsbewaking dienen te worden verricht zijn realistisch en uitvoerbaar waarbij ondersteuning door automatisering en ICT is geborgd.
Hoe gaan we dit bereiken? De NVMDL bewaakt de professionele autonomie van de MDL-artsen. Dit doet zij door zorg te dragen voor professionele standaarden, richtlijnen en protocollen die zijn opgesteld door of in opdracht van de vereniging. Hierin wordt waar dat maar enigszins kan samengewerkt met andere professionals/beroepsgroepen. Toenemende vergrijzing, verdergaande groei van vraag naar MDL-zorg , afname van aantallen scopiërende niet
MDL-artsen en vervanging daarvan door MDL-artsen, en uitrol van het bevolkingsonderzoek zal de behoefte aan MDL-zorg en zorgverleners MDL doen toenemen. Ondanks uitbreiding van de opleidingscapaciteit zal dit leiden tot problemen als we geen efficiencyslag maken. Onderdelen van de MDL-praktijkvoering lenen zich voor taakherschikking. Laag complexe geprotocolleerde zorg zal kunnen worden toevertrouwd aan verpleegkundig specialisten/endoscopisten, maar in de uitvoering daarvan en de borging van kwaliteit blijft de MDL-arts (mede)verantwoordelijk. Verpleegkundig specialisten en Physician Assistants werken te allen tijde onder verantwoordelijkheid van een gecertificeerd MDL-arts. In de herziening van het opleidingsplan komt er meer nadrukkelijk aandacht voor management en organisatie voor alle MDL-artsen in de breedte terwijl zij die daarin willen excelleren de mogelijkheid geboden wordt verdiepingsmodules te volgen. Honorering heeft de aandacht van de Commissie Beroepsbelangen. Het waarborgen van een marktconform uurloon is daar onderdeel van. Taakherschikking en de opkomst van de verpleegkundig endoscopist is hierbij een belangrijk aandachtspunt. Zowel gespecialiseerde verpleegkundigen als PA’s gaan ingezet worden voor geprotocolleerde MDL-zorg en uitvoeren van laagcomplexe endoscopieën. Deze substitutie van taken dient meegenomen te worden in de capaciteitsplanning van de komende jaren.
Resultaten in 2018 De MDL-arts is in staat zijn vak uit te oefenen als een medisch autonome professional. Door taakherschikking met inzet van verpleegkundig specialisten/endoscopisten, werkend onder supervisie van een MDL-arts, breed beschikbare MDL basis zorg en door samenwerken in regionale expertisecentra, kan worden voldaan aan de toenemende zorgvraag, terwijl de arbeidsbelasting van MDL-artsen acceptabel blijft en arbeidssatisfactie toeneemt. De MDL-arts ontvangt een passende beloning en de vraag naar MDL-artsen is in overeenstemming met de beschikbare capaciteit.
Excelleren in de breedte
18 5.6 Het bevolkingsonderzoek naar darmkanker is succesvol geïmplementeerd en ingepast in de dagelijkse praktijk van de MDL-arts. Het aantal sterfgevallen door darmkanker neemt af door vroegtijdige opsporing en behandeling van darmkanker en voorstadia van darmkanker. Wat is de gewenste situatie? Vanaf begin 2014 wordt het bevolkingsonderzoek darmkanker gefaseerd ingevoerd. Het bevolkingsonderzoek is gericht zowel op mannen als vrouwen tussen de 55 en 75 jaar. Na volledige invoering zullen 4,4 miljoen mensen elke twee jaar worden uitgenodigd voor het bevolkingsonderzoek. Naar verwachting zal dit na volledige uitrol in 2018 resulteren in ruim 72.000 extra coloscopieën per jaar. Het doel van het bevolkingsonderzoek is reductie van het aantal sterfgevallen aan colon en rectum carcinoom, door vroegtijdige detectie en behandeling van premaligne en maligne afwijkingen in colon en rectum. Door invoeren van een geïntegreerd kwaliteitsbeleid rondom de coloscopieën verricht in het kader van het bevolkingsonderzoek zal zichtbaar worden dat de kwaliteit van coloscopieën verricht door MDL-artsen hoog is en zal verdere verbetering van kwaliteit van coloscopieën plaatsvinden. Dit uit zich in een verbetering van de kwaliteitsindicatoren coloscopie zoals die zijn vastgelegd in richtlijnen over coloscopie, “coloscopie surveillance” en endoscopische behandelingen.
darmkanker screening te implementeren en in de jaren na 2018 aandacht te kunnen geven aan alle relevante deelgebieden naast endoscopieën. Het bevolkingsonderzoek stelt niet alleen eisen aan capaciteit, maar ook aan kwaliteit. Maximale gezondheidswinst is immers alleen mogelijk als de kwaliteit van de uitvoering van de gehele keten van het bevolkingsonderzoek en de aansluitende zorg hoog is. Om een landelijke uniforme kwaliteit te bereiken, zijn kwaliteitseisen voor coloscopiecentra en endoscopisten opgesteld. Deze eisen zijn beschreven in het Protocol Toelating en auditing van coloscopiecentra. Alleen coloscopiecentra en endoscopisten die voldoen aan de landelijk gestelde kwaliteitseisen krijgen verwijzingen vanuit het bevolkingsonderzoek.
Resultaten in 2018 In 2018 is het bevolkingsonderzoek volledig en succesvol uitgerold met een breed draagvlak en participatie binnen de MDL-beroepsgroep. Alle participerende coloscopiecentra en endoscopisten voldoen aan de kwaliteitseisen zoals die zijn beschreven in het Protocol Toelating en auditing van coloscopiecentra en endosco pisten.
Hoe gaan we dit bereiken? Gezien de omvang van de totale doelgroep wordt het bevolkingsonderzoek darmkanker gefaseerd ingevoerd. Op deze wijze kan de benodigde capaciteit worden opgebouwd, zowel voor de uitvoering van het bevolkingsonderzoek als voor de diagnostiek en behandeling in de aansluitende zorg. Om wachtlijsten te voorkomen zijn extra maatregelen noodzakelijk. Enerzijds zal er gestreefd moeten worden naar efficiencyverbeteringen, anderzijds zijn taakverschuivingen noodzakelijk. Het behouden van de huidige bandbreedte aan instroom van aios MDL per jaar helpt om oplopen van wachtlijsten na 2018 te beperken,
Excelleren in de breedte
6. Randvoorwaarden 19 Dit beleidsplan is ambitieus en stelt concrete doelen voor de periode 2013-2018. Om de doelen zoals beschreven in het beleidsplan te realiseren is breed draagvlak van onze beroepsgroep noodzakelijk. Vragen dienen zich aan als: Blijven we als beroepsgroep bereid om de kwaliteit van onze zorg en individuele prestaties zichtbaar te maken? Gaan we ons verder verdiepen en bekwamen in de diverse aandachtsgebieden? Blijven er daarnaast voldoende MDL-generalisten om de MDL-zorg in de breedte te borgen? Zijn we bereid om regionaal samen te gaan werken en taken over te dragen om zo als regio wél het hele palet aan MDL-zorg te kunnen blijven bieden? Nemen we de verantwoording op ons om te streven naar gepaste en doelmatige zorg met taakherschikking waar dat mogelijk is met behoud van kwaliteit en veiligheid? Die vragen dienen te worden gesteld en het antwoord is niet vrijblijvend. De samenleving en de politiek vragen om maatregelen. Dit beleidsplan reikt een vergezicht aan voor de MDLzorg met als kern-principes: de patiënt centraal, kwalitatief hoogwaardige zorg, breed en tijdig beschikbare MDL-zorg, opleiding van hoog niveau en behoud van de professionele autonomie. De ontwikkelingen binnen de MDL-ziekten gaan snel en de stappen zijn groot. Het is al niet meer mogelijk om het vak in alle facetten en details te beheersen. Als we samen de schouders zetten onder het bereiken van gestelde doelen blijven we in staat zijn om zelf de regie te behouden: regie in MDLzorg, regie in organisatie, beleid en in opleiding. Wanneer we echter vast blijven houden aan de huidige structuur en niet bereid zijn tot verandering zullen anderen voor ons de keuzes maken. Bij dit alles staat de patiënt met een MDL-aandoening en zijn/haar belang centraal.
Excelleren in de breedte
Nederlandse Vereniging van Maag-Darm-Leverartsen Postbus 657 2003 RR Haarlem Telefoon: (023) 5513016 | Fax: (023) 5513087 E-mail:
[email protected] Website: www.mdl.nl