De dagen in rouw ENKELE FRAGMENTEN UIT MIJN DAGELIJKS LEVEN
Martine Witteveen september 2015 copyright
www.martinewitteveen.nl
Hét nieuws Er was een flits en ik was verblind, daarna volgde de knal en ik was verdoofd en toen begon het te regenen. Ineens, hard, snoeihard. In de volle zon werd het ineens asgrauw, donker en koud. En het bleef regenen en onweren die dag, soms heel hard en soms in de verte. Deze enorme onweersbui laat dagenlang zijn sporen na. Mistig en vochtig is de omgeving en laat koude en klamheid achter in mijn hoofd. Een watten gevoel waardoor ik niet kan nadenken. Pijn in mijn hele lijf, van mijn haarzakjes tot de nagels van mijn kleine teen. Niet na te vertellen intense, verdovende pijn. Tijd bestaat niet meer. De dagen van de week hebben geen betekenis meer. Een minuut voelt als een uur en omgekeerd evenzo. Het enige wat telt dat ben jij. En wij.
Nog maar 24 uur Nog maar 24 uur. Hoe onmogelijk, onmenselijk is het dat je weet; nog maar 24 uur. Ik word wakker. Heb ik eigenlijk wel geslapen? Slapen en waken gaan al dagenlang op een vreemde manier in elkaar over. En elke keer hoop ik dat ik nu uit deze nare droom wakker word en dat de zon dan weer schijnt. Nog 8 uur te gaan. In de vroege ochtend hebben we nog een half uurtje samen. Ik kijk je diep in je ogen en ik zie je berusting en je verdriet. Woorden zijn niet meer nodig, ze uitspreken is al bijna onmogelijk voor je. Zo zitten we samen en ik houd je hand vast. Je valt in slaap en ik houd nog steeds je hand vast. Ik heb er goud voor over als ik je hand nooit meer los hoef te laten. Maar dan moet ik plassen en sta ik op. Het laatste uur. Je schrikt wakker en denkt dat de huisarts je vergeten is. Je bent er klaar voor. Wachten duurt zelfs aan het eind van je leven nog eindeloos lang. Een laatste zin, kus en knuffel. ‘mama, stuur je wel een sms je als je er bent?’ Jij moet lachen, wij moeten lachen. Goede reis mama! En weg ben je.
Zomaar een dag Het is dinsdagmorgen. Ik ben alleen thuis en zit op de bank. En ik zit en na een tijdje zit ik er nog steeds. Gedachten zijn er soms en dan zijn ze weer weg. Ik denk nergens specifiek aan. Ik denk niet aan jou en ik denk ook niet niet aan jou. Mijn lijf voelt zwaar en vermoeid. Het voelt zo zwaar dat het me niet lukt om op te staan. Een uur later. Ik zit er nog steeds. Er lopen tranen over mijn wangen. Ik heb pijn, zóveel pijn. Deze pijn ken ik niet. Zachtjes huilen gaat over in hard huilen en dan hysterisch huilen. Hysterisch hard huilen, ik kan niet ophouden. Alle vezels in mijn lichaam doen me pijn. Ik verkramp en klap dubbel van het huilen en de pijn en het verdriet. Stoppen is onmogelijk en pas uren later zijn de tranen op. Ik ben uitgeput. Hoe is het toch mogelijk zo vervuld met verdriet en leegte te zijn. De pijn is eigenlijk niet te beschrijven of te vergelijken. Dit is een heel nieuw en uniek gevoel. Ik denk aan de keren dat ik liefdesverdriet had, toen dacht ik dat ik nooit iets ergers zou voelen. De keren dat iemand ver weg was die ik graag bij me had, het missen. Ook dat is geen vergelijkbaar gevoel. Het is ook niet het gevoel dat ik had toen mijn opa overleed. Dat verdriet was ‘zachter’. Waar lijkt het dan wel op? Weer de conclusie ik kan het nergens mee vergelijken, dit is nieuw en uniek. En dan komt de gedachte, hoe ga ik om met iets wat ik nog nooit eerder heb gevoeld en meegemaakt. Kan ik hier wel mee omgaan? Wat is rouwen eigenlijk, hoe ziet dat eruit, hoe voelt dat, wat doe je dan, wat doe je dan niet? Ik weet het niet.
www.martinewitteveen.nl
Als moderne burger open ik op een dag mijn internetbrowser om eens te surfen op het woord ‘rouw’ en ‘rouwverwerking’ en dat levert de nodige hits op. Veel informatie over de verschillende fases van rouw en veel ervaringen op fora, hulpgroepen en (ervarings)deskundigen die nu anderen helpen, vaak tegen betaling. Wil ik dit nu echt allemaal weten? Ik lees op enkele sites wat over rouwverwerking. Ik lees over boosheid, onderhandelen, depressie en aanvaarding. En ik herken wat, het ene wat meer dan het andere. Wat doet deze informatie nu met mij? Waarom ging ik het eigenlijk zoeken? Wil ik weten wat ik voel en hoe ik doe ‘normaal’ is? Eigenlijk wil ik weten hoe lang het duurt voor ík weer ‘normaal’ ben. Ik wil controle, overzicht en inzicht. Dit is zo groot en heftig ik heb perspectief nodig terwijl het lijkt alsof er geen perspectief meer is. Het voelt zo uitzichtloos, nutteloos in alles wat ik doe. En ondertussen ga ik gewoon door. Langzaamaan weer wat werken, concentreren gaat moeizaam maar het huis uit zijn voelt goed. Wat huishoudelijk werk en zorgen voor mijn gezin.
www.martinewitteveen.nl
Sociaal geaccepteerde antwoorden? “Hé hoi, hoe is het met je?” Een dagelijkse vraag die je zelf wel tien keer stelt of gesteld krijgt op een dag. Een vraag waar je vaak uit automatisme en sociale norm direct met “goed” op antwoord. En nu weet ik er letterlijk geen antwoord op te geven. Wat antwoord je en wat verwacht de ander? Ik wil je niet in verlegenheid brengen door mijn antwoord of gebrek aan antwoord, maar ik heb geen antwoord en al zeker geen leuk antwoord. Wat moet ik nu antwoorden? Paniek! Zoeken naar woorden, excuses maken, voorzichtig optimistische antwoorden, sociaal geaccepteerde antwoorden, échte antwoorden, vertellen wat ik voel, vertellen wat er is gebeurd en soms niets vertellen. Alle varianten heb ik geprobeerd, gegeven of nagelaten. Nog nooit heeft één simpele vraag me zoveel hoofdbrekens gegeven en mij zoveel stress bezorgd. De eerste weken gaf ik vooral het antwoord ‘gaat niet goed met me’. Voor diegenen die nog van niets wisten, liet je dan schrikken met hét nieuws, anderen toonden begrip en heel soms schiet de andere partij in de stress van je antwoord waarna ik vaak maar snel het onderwerp veranderde. Gelukkig zat ik zo in mijn cocon van verdriet dat het me vrij onverschillig liet wat er bij anderen gebeurde door zo’n antwoord.
Je bent niet alleen! Je komt binnen, ik zie je schouders hangen en je hebt kleine ogen. Je hele wezen straalt verdriet en eenzaamheid uit. Ik voel een scherpe pijnlijke steek in mijn hart. Ik voel met je mee, kan het onmeetbare verdriet niet bevatten maar begrijp dat het je compleet van je sokken heeft geslagen. Ik zoek en vraag, wat kan ik doen. Weinig en niets maar ik ben er voor je. Tranen rollen nu over je wangen en ik probeer door een arm om je heen te slaan je te laten weten dat je niet alleen bent. Op hetzelfde moment denk ik aan mijn eigen verdriet en probeer een vergelijking te maken. Ik weet dat een vergelijking niet mogelijk is. De relatie die je met iemand hebt bepaald hoe het verdriet is. “Waarom moest dit gebeuren? Waar heeft zij en of ik dat aan verdiend? Hoe moet het nu verder?” De wanhoop en boosheid die uit die vragen spreekt. Ik heb geen antwoord, niemand heeft antwoord dat maakt het juist zo onnoemelijk ingewikkeld en oneerlijk. Mijn eigen boosheid duurde kort, slechts enkele dagen tussen de diagnose en het moment dat ik jullie zag. De waarom vraag heb ik losgelaten in vertrouwen, dit is wat jouw ziel moest meemaken. En wij ook. En daarom kon ik er zijn in die laatste dagen. Ik hoefde niet anders dan te voelen dat ik je liefheb en dat ik dankbaar ben dat je er was voor mij in alles wat je voor mij hebt betekent en gedaan. Maar jouw boosheid gaat dieper, dit komt zo onverwacht en uit het niets, deze ziekte en het afscheid. Nooit maar dan ook nooit hadden jullie erbij stilgestaan dat dit nu al zou moeten. Jullie hadden nog wel 20 jaren samen voor de boeg. En toch moest je loslaten, met heel veel moeite, gedwongen door de omstandigheden en de wens van je vrouw omdat het niet anders kon. De pijn in haar ogen als ik haar naar jou zag kijken. Jullie waren zeker nog niet klaar voor dit afscheid. Je schouders schokken, je bril in je hand, je hand op je voorhoofd, ik herken de houding inmiddels. Je bent zo dichtbij als ook ver weg dat mijn uitgestoken hand onzichtbaar lijkt en je het met slechts veel moeite ziet. Nu voel ik mij wanhopig, hoe kan ik er voor je zijn en je bereiken. Je laten weten dat er nog enkele mooie dingen in je naaste omgeving zijn om voor te gaan en om te geven. Dat jouw reis hier op aarde nog niet voorbij is ook al voelt dat nu nog niet zo. Ik vertrouw op jou en jouw kracht.
www.martinewitteveen.nl
Boodschappen doen, simpel toch? Met enig doorzettingsvermogen en moeite weet ik een boodschappenlijst te maken. Bedenken wat er vanavond gekookt kan worden en wat er de komende dagen nodig is voor ontbijt of lunch. En in de tussentijd ook de kasten na te lopen zodat er niet onnodig dingen dubbel gehaald worden in de supermarkt. Gelukkig deze taak zit erop. Tas pakken, portemonnee en fiets. Deur op slot en gaan. Een kleine vijf minuten later loop ik al in de supermarkt gewapend met een mandje, zoveel heb ik niet nodig. Lijstje in de hand en de boodschappen verzamelen. Een bekende spreekt me aan en maakt een praatje. Afgeleid loop ik verder, mijn ogen scannen de boodschappenlijst en mijn mandje. Ik ben alweer vergeten wat ik al gepakt had. Volgende item in het mandje en zo verder. Nog een bekende, praatje maken en weer verder. Redelijk gefrustreerd kijk ik nu mijn lijstje na, ik weet niet meer waar ik gebleven ben en kan maar niet ontdekken wat ik nog moet pakken. Ik probeer rustig te worden en van boven naar beneden mijn lijstje te vergelijken met de boodschappen die ik al in mijn mandje heb. Ik zie het al, nog twee dingen te gaan en dan naar de kassa. Voor de kassa pak ik nog eenmaal mijn lijstje erbij en vergewis me ervan dat ik niets vergeten ben. Afrekenen en snel naar huis, niemand meer aankijken, ik wil niet nog een praatje maken. De boodschappen staan op het aanrecht en ik vraag me af hoe het toch mogelijk is dat ik wéér wat vergeten ben.
‘Toen oma nog niet dood was’ ‘Kijk mama, hier had ik pijn en was er bloed. Toen kreeg ik een pleister van oma. Dat was toen oma nog niet dood was’ Volgende fase in de rouw van de peuter, er is een ervoor en een erna. Weer verbluffend hoe een heel klein kind met het verlies van een dierbare omgaat. Twee jaar en negen maanden ben je als jouw oma ineens onverwacht uit je leven verdwijnt. Je begrijpt er niets van waarom ze niet meer met je wil voetballen in de gang. ‘Oma je hebt pijn aan je hand! kom voetballen!’ en dan eten jullie samen je laatste waterijsje en leert ze je nog slurpen. Want oma slurpt en dat wil jij dus ook, niet wetende dat oma slurpt omdat haar spieren in haar gezicht het niet zo goed meer doen en dat ijsjes, soep en vla eten het enige is wat ze nog enigszins binnen krijgt. De eerste weken na haar overlijden ben je constant op zoek in opa’s huis naar oma. Wordt je wakker tussen de middag dan roep je om oma en moet je huilen. Je gaat bij haar foto zitten en vertelt verhaaltjes. Alle dingen die oma met je deed moet opa nu doen van jou. Bij al het grote en kleine verdriet noem je oma. Als je valt en je pijn doet, als je naar bed moet en als je opstaat en ’s nachts huilend wakker wordt. Het verdriet is voor jou net zo groot als voor ons. En zoals wij er niets van begrijpen wat er is gebeurd en dat ze er niet meer is, zo begrijp jij er nog minder van. Nachtenlang lig je vastgeklampt aan mij te slapen. Ik voel je dromen en leef met je rusteloosheid mee. Op de crèche merken ze het ook goed aan je dat je verdriet hebt. Bij het wegbrengen zit je aan mij vastgeklampt, wellicht bang dat ik niet meer terugkom. De overgangsmomenten met eten en spelen, van binnen naar buiten en omgekeerd zijn voor jou moeilijk, je bent dan snel uit je doen. Je speelt veel op jezelf en zoekt veel aandacht van de ‘juffen’. Ik probeer me constant in je te verplaatsen hoe het voor jou moet zijn. Nog zo klein en nog geen begrip van de grote problemen in de wereld. Al het verdriet is even groot of is dit dan toch wat groter? Op jouw vragen antwoord geven is niet eenvoudig, duiden wat je precies voelt en ervaart ook niet. Ik luister naar je als je het over oma hebt en probeer met vragen erachter te komen wat er in jou kleine koppie omgaat. Een knuffel helpt soms ook al veel, bevestiging van je gevoel doet jou goed. Jij mag er zijn met jouw verdriet! En soms ben je ook bijzonder slim om het te gebruiken als je denkt dat je er dan je zin mee krijgt en dan hebben we er gelukkig ook veel lol om. ‘Mama ik wil een koekje. Nee nu niet. Maar mama dat wil ik omdat oma dood is’. Je bent een boefje!
www.martinewitteveen.nl
Ontroerd Daar sta je dan ineens, achter jouw man en mijn kind die mij uitzwaaien voor het raam terwijl ik wegfiets. Liefdevol omarmend en beschermend. Het straalt vrede en veiligheid uit en voor ik het besef rollen er tranen over mijn wangen. Wat een onverwacht mooie ontmoeting gun je mij. Maar het overvalt me ook totaal. Ik ben er de hele dag van slag van, om de haverklap lopen de tranen mij over de wangen. Ik ben echter niet verdrietig, in tegendeel het voelt heel mooi en goed. Mijn vriendin geeft er uiteindelijk ’s avonds het juiste woord aan die ik al de hele dag zoek. Ontroerd, ik ben tot in het diepst van mijn hart ontroerd. Je hebt mij zo’n vertrouwen gegeven dat het goed is, dat het goed gaat en dat je er bent.
www.martinewitteveen.nl
Onvoorspelbaarheid van rouw Vandaag is weer zo'n dag dat er zonder (voor mij zichtbare) aanleiding ineens weer een grijze sluier over mij hangt. Tranen die constant blijven prikken in mijn ogen en geïrriteerd over werkelijk alles en geen klusje die er uit mijn handen komt. Dat is precies wat rouw zo vreselijk ongrijpbaar en onvoorspelbaar maakt. De eerste maanden leefde ik voor mijn gevoel op een automatische piloot bij activiteiten waar dat bij kon. Overige kon ik geeneens aan, of aan beginnen. Alle kleur was letterlijk uit mij weg. Toen kon ik naar de supermarkt gaan met een boodschappenlijst en dan thuis komen met de helft van wat erop stond. Dan kwam ik iemand tegen die me aansprak en dat was genoeg om geen concentratie meer te hebben om mijn boodschappenlijst af te werken. Totaal gebrek aan concentratie en een geheugen wat me compleet in de steek liet. Het verdriet om het verlies van je naaste is zo allesoverheersend dat ik letterlijk geen plek in mijn hoofd en hart had om ook maar iets anders toe te laten. En dan ineens na maanden van (hysterisch) huilen, apathie, grijsheid, en zowel fysieke als mentale pijn voelen veranderde er wat. Ik kan weer ademen. Ik zie weer kleur. Ik heb zin om wat te ondernemen. Ik vergeet niet constant van alles. Ik herken, letterlijk, weer mensen bij naam. Als ik lach voelt het ook echt als lachen. Ik maak weer plannen. Ik werk, ga uit eten, doe leuke dingen. En dan zijn er ineens weer die dagen, momenten, ogenblikken dat ik weer terug ben bij het begin. Onvoorspelbaar onvoorstelbaar verdrietig.
Geen klein meisje meer In mijn armen val je in slaap, mijn kleine meisje, mijn kindje. Ik streel je haren en kijk naar je mooie gezichtje, zo ontspannen en puur. Mijn hart zwelt op van liefde. En dan stromen de tranen over mijn wangen. Ik zal niet meer mijn moeders meisje zijn want mijn moeder is er niet meer. Diegene die je onvoorwaardelijke liefde geeft, er altijd voor je is ook al laat de hele wereld je in de steek, diegene die jou toen je klein was ’s avonds instopte en ’s morgens weer wakker maakte. Diegene waar je ruzie mee kon maken zonder consequenties, diegene die bezorgd wakker lag als je uit ging, diegene die je verzorgde, eten maakte, altijd voor schone kleren zorgde en altijd zeurde dat je je kamer op moest ruimen of huiswerk maken. Diegene die je liet bellen, later sms’en en nog later whatsappen om te weten dat je veilig thuis was gekomen. Mijn lieve mama waar ik zo trots op was dat ze zich zo ontwikkelde in haar schilderkunst, haar workshops en iedereen altijd motiveerde om ook mooie dingen te maken. Mijn lieve mama die me soms mateloos irriteerde zoals alleen moeders dat kunnen. Jij met je oneindig vele vragen, altijd alles willen weten en je vraag om aandacht. Mijn lieve mama waar ik dagjes mee uit ging, museum of winkelen, we zijn in Parijs geweest en vele malen naar de sauna. En ons laatste tripje samen naar Maastricht om jouw lang gekoesterde wens in vervulling te laten gaan, een concert van André Rieu op het Vrijthof. Onze passie voor mooie spullen en met name schoenen en tassen, maar evenzoveel kunst en andere hebbedingetjes. Was je nog maar hier om mij te irriteren en om te lachen en kletsen. Was je nog maar hier want dan was ik nog jouw kleine meisje en voelde ik me niet zo alleen. Was je nog maar hier om mij te troosten en mijn tranen te drogen. Was je maar.……
www.martinewitteveen.nl
Zomaar Het lijkt soms onmogelijk om te stoppen met huilen. Waar komen die tranen toch ineens vandaan? De laatste dagen schieten de hele tijd beelden in mijn hoofd. Een soort foto album wat ineens geopend is en de meest onverwachte foto’s komen op mijn netvlies. Alhoewel je mij vaak vertelde dat ik maar een slecht geheugen had, is er iets gebeurd waardoor ik de meest onverwachte herinneringen in fotoformaat te zien krijg. Lang vergeten momenten zijn er weer. Even.
Verdoofd Zelf dacht ik dat ik al een tijdje weer wat meer energie uitstraalde. Ik voelde me goed in mijn vel. Deed mijn werk en ondernam weer wat in de avonden. Maar toen ik onverwacht iemand nieuw vertelde over jouw korte ziekbed en overlijden verstomde mijn energie en werd mijn stem monotoom. Ik voelde het en hoorde het en toen mijn gesprekspartner zei ‘goh je bent nog helemaal verdoofd, het is wel echt een trauma wat je hebt meegemaakt’ toen brak ik. Het voelt inderdaad nog vers en pijnlijk. Op vele momenten geloof ik nog niet dat het waar is. Als ik een foto zie, dan ruik ik je nog bijna. En dan hoor ik mezelf zeggen dat het alweer 8 maanden geleden is en ik geloof het nauwelijks. De tijd is voorbij gegaan zonder dat ik weet wat ik gedaan heb of wat er in die maanden gebeurd is. En dan voel ik ook ineens die moeheid in mijn lijf. Zware moeheid en pijnlijke spieren. Wie houd ik nu eigenlijk voor de gek? Ik mag toch verdrietig zijn. Ik mag rouwen. Ik hoef echt nog niet alles en ik mag het mezelf gunnen om te voelen, huilen, rouwen en accepteren dat ik verdriet heb. Maar wat is het moeilijk als je het gevoel hebt dat de wereld al vergeten is wat bij jou nog vers is en zoveel pijn doet.
“In liefde zijn we vrij” Als vanzelf begonnen mijn handen het ijzerdraad in een vorm te duwen en met aluminiumfolie kregen ze rondingen. Lijfje, armen en benen. Zwierig en zwaaien, zweven, dansen of vliegen. Luierend, zittend overdenken, mijmerend of dromend. Het kan ook nog aanschouwend of bewonderend zijn. Nu het af is laat ik het aan de verbeelding van de kijker over wat het is. Het eindresultaat is volledig intuïtief gegroeid. Het enige kader is de houten lijst die ik had. De lijst heeft echter een geschiedenis. Tien maanden geleden is deze gemaakt om als basis voor het rouwstuk voor jouw uitvaart te dienen. Het stond symbool voor jouw creativiteit. Jouw passie voor kunst en schilderen. Het werd een schitterend rouwstuk. Een schilderachtige kleurrijke compositie van bloemen. Afgelopen maand besloot ik te kijken of de lijst niet aangetast was door het mos en water, om deze vervolgens te kunnen gebruiken voor een nieuw werkstuk. Als het ware te transformeren, een tweede leven te geven. Al snel kwam het idee om er een 3D beeldend werk van te maken en de rest van het proces voltrok zich intuïtief. Een verwerkingsproces en scheppend proces. Door te verwerken kon ik creëren en laten zien wat ik voel. In het proces van creëren merkte ik dat mijn gevoelens van verdriet omkeerden naar vertrouwen. Ik kon loslaten, ik zag de beeldjes groeien en wist dat het goed was wat er uit mijn handen kwam. Mijn handen maakten wat mijn hart aangaf. De vrijheid en ontspannenheid die het nu uitstraalt. De liefde en warmte zijn in plaats gekomen van pijn, het harde verdriet en de restjes boosheid en frustratie. Jouw ziel zit in dit werkstuk en jouw ziel is verder gegaan op jouw reis. En ik ben dankbaar. Ik heb het werkstuk de titel gegeven “In liefde zijn we vrij”.
www.martinewitteveen.nl
Bevrijding Vandaag was het besef er ineens dat ik al een paar weken niet gehuild heb. Zomaar zijn de weken voorbij gegleden zonder dat het verdriet om jou me tot tranen brengt. Ik vind het een pijnlijk besef en tegelijkertijd ook een bevrijdend besef. Pijnlijk omdat blijkt dat de pijn en verdriet veranderd en niet meer dagelijks voor een traan zorgt. Pijnlijk omdat gemis dus andere vorm krijgt en ervoor zorgt dat ik niet meer dagelijks aan je denk. En dat maakt het ook bevrijdend. Ik kan leven zonder de dagelijkse gedachten aan jou die me verdriet bezorgen. Ik kan leven zonder tranen maar met liefde. In liefde denk ik aan je en voel ik je nog dicht bij mij. Elf maanden geleden overleed je. Zo’n 335 dagen zijn er voorbij, waarvan ik er van zeker 250 niet meer weet wat ik die dag gedaan heb of gevoeld heb. In een waas, een ruis, zucht en steun zijn de uren van die dagen voorbij gegaan. Was ik verdrietig, moest ik huilen, was ik boos of toch ook wel blij? Wat heb ik op mijn werk gedaan en wie heb ik gesproken? Ben ik je naam vergeten of had ik je nog niet eerder ontmoet? Nooit geweten dat intens verdriet, échte rouw, je hersenen zodanig in beslag neemt dat er geen ruimte is om andere zaken te onthouden. Of het nu om een simpele boodschappenlijst gaat of een vergadering voorzitten, mijn hersenen speelden een spelletje met mij. Geheugen en concentratie lieten mij weten dat ik maar een belangrijk ding te doen had: rouwen. Ik vertrouw nog niet volledig op mijn geheugen, to do-lijstjes en aantekeningen zijn mijn zekerheid dat ik dingen die ik wil doen niet vergeet. Maar dankzij de intense periode van rouwen, voelen, huilen en verdrietig zijn kan ik weer vooruit kijken. De lust om te ondernemen, ontmoeten en inspireren is terug. Ik ga weer naar buiten en ontmoet. De kern van mijn zijn hier op aarde begint weer te pruttelen, de creatieve ideeën beginnen weer te stromen en de wereld is weer de plek waar ik wil zijn. En dankzij jou mama, zal ik daar stralen.
www.martinewitteveen.nl
Epiloog Het is een jaar geleden (sept. 2014) dat we totaal overvallen werden door het nieuws dat mijn moeder kanker had. Het was in dermate vergevorderd stadium dat ze niet lang meer te leven zou hebben. Dat klopte, slechts een kleine 3 weken na dit dramatische nieuws overleed ze al. Nooit had ik gedacht dat mijn moeder ons zo jong zou verlaten en al helemaal niet aan deze ziekte. Zo onverwacht en zo intens verdrietig, het zette mijn leven compleet op zijn kop. Rouw is overweldigend groot, allesoverheersend heftig. Je kunt je er werkelijk geen voorstelling van maken totdat je het een keer meemaakt. Een aantal van mijn ervaringen in mijn rouwproces heb ik hier met jullie gedeeld. Voor diegenen die dit lazen die in rouw zijn of zijn geweest hoop ik dat je wat herkende, wellicht dat het je troost of steun biedt. Voor diegenen die dit lazen en zelf nog geen rouw hebben meegemaakt dan hoop ik op een stuk empathie naar mensen in je omgeving die in rouw zijn. Rouw heeft geen tijdschema, rouw heeft geen chronologisch patroon of überhaupt een patroon en rouw kent een groot scala aan verschillende emoties. Onthoud dat op zijn minst vooral als je iemand in je omgeving treft die in rouw is. Dank je voor je vertrouwen dat je mijn fragmenten uit mijn dagelijks leven in rouw hebt gelezen.
Soms zoek je naar een reden zodat je kunt begrijpen Soms valt er niets te begrijpen omdat het is wat het is
Tineke Witteveen-Kemp 5 april 1942 - 6 oktober 2014
www.martinewitteveen.nl