Eindrapportage West-Brabant werkt door!
Naam aanvrager: Regio West-Brabant mei 2009- juli 2011
0
INHOUD
Hoofdstuk
Bladzijde
1.
Inleiding
2-3
2.
Structuur en partners
4-7
3.
Realisatie
8-11
3.1 Realiseren van 1100 evc- en duale trajecten voor werkzoekenden
8
3.2 Realiseren van 200 evc- en duale trajecten voor nuggers
12
3.3 Realiseren van 200 evc- en duale trajecten voor werkende jongeren zonder startkwalificatie 3.4 Ruime bekendheid bij werkgevers, werkzoekenden en werknemers over de integrale dienstverlening door gemeenten, UWV en CWI
13
4.
Resultaten
14
15-17
4.1 Realiseren van 1100 evc- en duale trajecten voor werkzoekenden 4.2 Realiseren van 200 evc- en duale trajecten voor nuggers
15 17
4.3 Realiseren van 200 evc- en duale trajecten voor werkende jongeren zonder startkwalificatie
17
5.
Knelpunten en oplossingen
18-19
6.
West-Brabant werkt door 2.0
20-22
1
1. INLEIDING In West-Brabant werken overheden, onderwijs en ondernemers in het Regionaal Platform Arbeidsmarktbeleid (rpA) West-Brabant samen aan een goed functionerende arbeidsmarkt. Het rpA West-Brabant heeft begin 2008 het Regionaal Programma West-Brabant werkt door! 2008 – 2011 opgesteld. Dit meerjarige programma is gericht op verregaande integratie van serviceverlening op de regionale arbeidsmarkt, uitgewerkt in 8 resultaatdoelen. Dit programma geeft aan hoe de regio de komende vier jaar relevante provinciale en landelijke doelstellingen in regio wil realiseren. Het Regionaal programma is op 6 maart 2008 aangeboden aan staatssecretaris Aboutaleb en gedeputeerde Moons. Het project is verdeeld in 2 financieringperiodes: I 2008- mei 2009 II mei 2009- 2010 I De 8 resultaatdoelen voor de eerste periode (2008 – mei 2009): 4 Integrale dienstverlening in bedrijfsverzamelgebouwen (Werkpleinen) met werkgeversservicepunten en leerwerkloketten in 2011. 5 500 extra EVC trajecten in 2008 – 2009 en 6 200 extra nieuwe duale trajecten (werkend leren) in 2008 – 2009. 7 25% minder mensen afhankelijk van een WWB-uitkering of WW-uitkering (1920 minder bijstandsgerechtigden en 1952 minder WW uitkeringen). 8 1250 extra niet uitkeringsgerechtigden aan een baan. 9 100 extra ondernemers passen actief HRM beleid toe. 10 Voor elke MBO opleiding in onze regio een contextrijke leeromgeving creëren. 11 Ruime bekendheid bij werkgevers, werkzoekenden en werknemers over de integrale dienstverlening door gemeenten, UWV en CWI.
II Voor de tweede periode (mei 2009- december 2010) zijn de volgende resultaatdoelen omschreven: 1. Integrale dienstverlening in bedrijfsverzamelgebouwen (Werkpleinen) met werkgeversservicepunten en leerwerkloketten in 2011. 2. Transitie West-Brabantse Arbeidsmarkt 3. Realiseren van 1300 evc- en duale trajecten voor werkzoekenden (waaronder 200 nuggers) 4. realiseren van 200 evc- en duale trajecten voor werkende jongeren zonder startkwalificatie 5. 100 extra ondernemers passen actief HRM beleid toe. 6. Ruime bekendheid bij werkgevers, werkzoekenden en werknemers over de integrale dienstverlening door gemeenten en UWV Werkbedrijf. Voor de uitvoering is voor verschillende onderdelen subsidie verkregen van het Rijk (projectdirectie Leren en Werken) of de provincie Noord-Brabant.
2
In deze eindrapportage wordt verantwoording afgelegd over die planonderdelen waarvan de activiteiten met middelen van de provincie zijn gerealiseerd in periode II (mei 2009 – december 2010) Het betreft hier: 1. Integrale dienstverlening in bedrijfsverzamelgebouwen (Werkpleinen) met werkgeversservicepunten en leerwerkloketten in 2011 2. Transitie West-Brabantse Arbeidsmarkt 3. 100 extra ondernemers passen actief HRM beleid toe 4. Ruime bekendheid bij werkgevers, werkzoekenden en werknemers over de integrale dienstverlening door gemeentenen UWV Werkbedrijf Tot grote tevredenheid van het rpA blijken de behaalde resultaten ruim de verwachtingen te hebben overschreden terwijl de aangewende middelen in substantiële zin zijn achtergebleven ten opzichte van de aanvankelijke raming van de kosten. Hiervoor zijn de volgende verklaringen aan te geven: 1. De voorbereiding van de prestatieovereenkomsten hebben meer tijd gekost dan geraamd waardoor de feitelijke start van de activiteiten later op gang is gekomen. Er zijn dan ook minder kosten in deze kortere projecttijd gedeclareerd. 2. Bovenstaande geldt ook voor het traject om te komen tot aanstelling leerwerkadviseurs. 3. De reorganisatie van de voor dit plan belangrijke partners, CWI en UWV, heeft o.a. geleid tot een inperking van de kort daarvoor ontplooide werkorganisatie in de regio. In samenspraak met de gemeenten heeft dit geleid tot afslanking van aantal werkpleinen.
3
2. STRUCTUUR EN PARTNERS
Periode 2009-2011: Projectorganisatie West-Brabant werkt door!
Stuurgroep (rpA West-Brabant)
Werkgroep Zakelijke Dienstverlening
Werkgroep Agrarische Sector Begeleidingsgroep Leren en Werken West-Brabant (dagelijkse projectleiding, SES West-Brabant)
Werkgroep Techniek
Werkgroep Zorg
Werkgroep HRM
Werkgroep wsp/ Leerwerkadvis.
A. Stuurgroep In West-Brabant werken overheden, onderwijs en ondernemers in het Regionaal Platform Arbeidsmarktbeleid (rpA) West-Brabant samen aan een goed functionerende arbeidsmarkt. Het rpA West-Brabant functioneert als stuurgroep en is verantwoordelijk voor de voortgang en de resultaten van het project West-Brabant werkt door! Deelnemers rpA West-Brabant: -
wethouder gemeente Breda
-
wethouder gemeente Bergen op Zoom
-
wethouder gemeente Etten-Leur
-
wethouder gemeente Oosterhout
-
wethouder gemeente Roosendaal
-
vertegenwoordiger CWI Zuidwest Nederland
-
UWV
-
Bestuurder UNIE/MHP (tevens plv voorzitter van de KvK West-Brabant)
-
Bestuurder CNV
-
Bestuurder MKB
-
Voorzitter raad van bestuur ROC West-Brabant
-
Bestuurder ZLTO
4
B. Begeleidingsgroep De voorzitters van de sectorwerkgroepen vormen samen met vertegenwoordigers van gemeenten en UWV Werkbedrijf de Begeleidingsgroep Leren en Werken onder voorzitterschap van de projectleider van SES West-Brabant. Taken/bevoegdheden en verantwoordelijkheden De begeleidingsgroep laat zich informeren over de voortgang van het project door de projectleider en bespreekt in haar vergaderingen knelpunten en oplossingen en de aangewezen werkgroepcoördinatoren. De begeleidingsgroep adviseert de projectleider over de maatregelen die hij kan nemen om het project volgens plan te doen verlopen. De begeleidingsgroep richt zich op: -
Het structureel verbeteren van het kennisniveau van de partijen die verantwoordelijk zijn voor leren en werken in West-Brabant.
-
De verbetering van de interne organisatie van betrokken instellingen en organisaties.
-
Het verbeteren van de onderlinge samenwerking van de partijen.
-
Het verbeteren van communicatie en dienstverlening naar bedrijven en scholen.
-
Het ontwikkelen van structuren en instrumenten die er toe bijdragen dat duale trajecten en EVC duurzaam worden veranderd in West-Brabant.
-
Bijdragen aan deskundigheidsbevordering van medewerkers ten aanzien van de EVC’s en het begeleiden van duale trajecten
-
Het vergroten van inzicht in arbeidsmarktontwikkelingen in de diverse sectoren
-
Het betrekken van zoveel mogelijk gemeenten in West-Brabant bij dit project
-
Het voorlichten en involveren van relevante organisaties verantwoordelijkheden en taken bij leren en werken in West-Brabant
-
Het monitoren van de aantallen en doelstellingen van dit project en het tijdig bijsturen van de resultaten
en
instellingen
met
De begeleidingsgroep valt onder verantwoordelijkheid van het rpA West-Brabant. De voorzitter van de begeleidingsgroep is de portefeuillehouder Leren en werken in het rpA. C. Regiowerkgroepen In het projectplan zijn op basis van de arbeidsmarktanalyse, vijf voor de regio meest kansrijke sectoren aangewezen: zorg, agrarische sector, zakelijke dienstverlening, logistiek en techniek. Binnen elke sector heeft de projectleiding met de voor de regio meest bepalende organisaties en partijen het projectplan inhoudelijk afgestemd. Vanaf dat moment zijn de participerende partijen als partners in het project aangeduid. De partners hebben per sector werkgroepen opgericht. In deze werkgroepen hebben de drie O’s zitting. Vanaf 2009 is de werkgroep logistiek samengevoegd met de werkgroep techniek en is de werkgroep Leerwerkadviseurs/ Wsp toegevoegd.
5
D. HRM werkgroep: -
Dhr. G. Verpaalen, voorzitter (voormalig HRM directeur Phillip Morris) Adviseurs: • Dhr. G. Strien, MKB • Dhr. R. Rosbak, Syntens • Mevr. L. de Bruijn, ECABO namens samenwerkende kbb’s • Dhr. C. Bergmans, vertegenwoordiger namens UWV/Werkbedrijf/WSP’s • Vertegenwoordiger namens de gemeenten
-
Uitvoerders: • Dhr. R. Huser, Alles voor Groene Arbeid • Mevr. L. de Wolf, Werk en Vakmanschap • Dhr. A. Kat Spectrim • Dhr. P. Rooze, Innoveren met Personeel
Deelnemende partijen in begeleidings- en werkgroep(-en): Gemeente Breda Gemeente Bergen op Zoom Gemeente Roosendaal Gemeente Etten-Leur Gemeente Oosterhout Gemeente Moerdijk UWV Breda en Bergen op Zoom Wsp Breda Colo Calibris Kenteq Ecabo Aequor Savantis KC Handel OOM Metaalunie BSW Bedrijven Innovam A&O Metaalelectro ROC West-Brabant (P3- Vitalis – Markiezaat- Prinsentuin) PMLF Alles voor groene Arbeid Werk en Vakmanschap StartPeople Platform Partners In Opleiding Transvorm Colo KvK
6
Bij het project zijn veel partijen betrokken. Dit is belangrijk voor de realisatie van de doelen maar is tevens lastig bij het aansturen van het project. Daarom zijn van te voren goede afspraken gemaakt over de taken, rollen en verantwoordelijkheden ten aanzien van het project.
Deelnemende gemeenten West-Brabant •
Deelname aan de sectorale werkgroepen
•
Deelname in de Begeleidingsgroep
•
Inzicht verstrekken in de bestaande loketten en de wijze waarop de dienstverlening aan werkgevers verloopt.
•
Actief de toestroom van kandidaten bevorderen vanuit gemeentelijke sociale diensten in de richting van de sectorale werkgroepen.
•
Vrijmaken van medewerkers voor de afgesproken trainings- en begeleidingsactiviteiten.
UWV Werkbedrijf (vestigingen Breda, Bergen op Zoom, Oosterhout, Etten-Leur, Roosendaal) •
Deelname aan sectorale werkgroepen
•
Deelname in de Begeleidingsgroep
•
Inzicht verstrekken in de bestaande loketten en de wijze waarop de dienstverlening aan werkgevers verloopt
•
Actief de toestroom van kandidaten voor de sectorale pilots bevorderen vanuit bestanden van het UWV Werkbedrijf
•
Vrijmaken van medewerkers voor de afgesproken scholings- en ontwikkelingsactiviteiten
ROC West-Brabant: •
Deelname aan sectorale werkgroepen
•
Deelname in de Begeleidingsgroep
•
Bijdrage aan de opzet en uitvoering van de scholingstrajecten
Kenniscentra: •
Deelname aan de sectorale werkgroepen en de werkgroep leerwerkloketten
•
Deelname in de Begeleidingsgroep
•
Bijdrage leveren aan de acquisitie van EVC’s en duale trajecten en bij de uitvoering van EVCtrajecten
•
Vergroten van bekendheid EVC en duale trajecten onder bedrijven en instellingen
•
Bijdrage aan de opzet en uitvoering van de scholingstrajecten voor begeleiders van duale trajecten
•
Vrijmaken van medewerkers voor de afgesproken scholings- en ontwikkelingsactiviteiten
•
Zorg dragen voor scholingsactiviteiten
•
Bewaken en borgen van kwaliteit van de beroepskwalificering
deelname
van
begeleiders
7
uit
betrokken
bedrijfsleven
aan
3. REALISATIE 3.1 Integrale dienstverlening in bedrijfsverzamelgebouwen (Werkpleinen) met werkgeversservicepunten en leerwerkloketten in 2011 3.2 Transitie West-Brabantse Arbeidsmarkt 3.3 100 extra ondernemers passen actief HRM beleid toe 3.4 Ruime bekendheid bij werkgevers, werkzoekenden en werknemers over de integrale dienstverlening door gemeenten en UWV Werkbedrijf 3.1. Integrale dienstverlening in bedrijfsverzamelgebouwen (Werkpleinen) met werkgeversservicepunten en leerwerkloketten in 2011 3.1.1. Werkgeversservicepunten: Werkplein Breda: In eerste kwartaal van 2010 is in Breda een projectleider Leren en Werken aangesteld. Het werkgeversservicepunt bestaat o.a. uit 6 klantmanagers en werkcoaches, 4 jobhunters, een EVC adviseur en een Leerwerkadviseur. Klanten die bij het werkplein de Brug binnenkomen, kunnen direct een afspraak maken. Bovendien nemen klantmanagers, werkcoaches en jobhunters de scholingsbehoefte standaard mee in hun intake, screening en bemiddelingsgesprekken. Het werkgeversservicepunt heeft specialisaties aangebracht binnen het team: groen, techniek, zorg, zakelijke dienstverlening en detailhandel. De jobhunters werken naast vraaggerichte benadering ook aanbodsgericht. Met name omdat de ondernemers ruime keuze hebben als het gaat om de selectie van werknemers. Een overschot in aanbod maakt dat er maatwerk gevraagd wordt in de bemiddeling van werkzoekenden met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt. Op het werkplein Breda is een brancheservicepunt Detailhandel, Zorg en Techniek opgericht. Werkplein Bergen op Zoom: In 2009 is het WSP geëvalueerd en opnieuw ingericht. Hierbij is de samenwerking tot stand gekomen tussen UWV en de drie gemeenten Bergen op Zoom, Woensdrecht en Steenbergen om de juiste dienstverlening aan te bieden aan de werkgevers. Er is een coördinator aangesteld , een marktbewerkingsplan opgesteld en een arbeidsmarktanalyse opgesteld voor 2010. In het kader van de bestrijding van de jeugdwerkloosheid in crisistijd zijn een tweetal acquisiteurs aangesteld om jongeren in het kader van deze crisis te bemiddelen naar een baan. Acquisiteurs bezoeken bedrijven om jongeren uit te plaatsen op een baan, leerwerkbaan of stage. De jobhunter begeleidt jongeren naar een baan: sollicitatieworkshops, aanbieden leerwerkbaan, in contact brengen met bedrijven en aanbieden van een opleiding om startkwalificatie te behalen. Gedurende heel het jaar 2010 hebben er extra activiteiten plaatsgevonden tbv jongeren zoals netwerk/ sollicitatieworkshops. Werkplein Roosendaal:
8
Ook Roosendaal heeft extra activiteiten in gezet op jongeren. Er is een jongerenloket opgericht waarin uwv en gemeente samenwerken. Daar hebben beide partijen fte’s ingezet om werkzoekenden te begeleiden en de vraag van werkgevers en het aanbod van jonge werkzoekenden te matchen. Deze extra fte’s zijn een mix van medewerkers gemeente, uwv en externe krachten. De taken van deze “werkmakelaars”: Proactieve benadering van werkgevers -
Structureel onderhouden van contacten met mogelijke werkgevers
-
Ombuigen van de vraag van werkgevers teneinde de plaatsing van werkzoekenden te realiseren
-
Informeren van werkgevers over diverse subsidiemogelijkheden en reintegratieinstrumenten
- Matchen van vraag en aanbod Er zijn flyers en folders gemaakt ten behoeve van de werkgevers. Werkplein Etten-Leur: Er is extra personele formatie ingezet binnen het bestaande wsp, met als doel de bedrijfsbezoeken te intensiveren en de dienstverlening aan de werkgevers te verbeteren. Binnen het wsp werken werkmakelaars van het UWV-Werkbedrijf en de gemeenten Moerdijk, Rucphen en Zundert samen. Binnen het wsp is een nieuwe branchegerichte aanpak ingevoerd. Door branchespecialisatie van de wsp-medewerkers neemt de kennis over de arbeidsbehoefte (kwalitatief en kwantitatief) van de werkgevers in de verschillende branches en sectoren, en daarmee de (regionale) arbeidsmarkt als geheel , toe. De intensieve werkgeversbenadering, met bedrijfsbezoeken en de vervulling van de daarmee verworven vacatures, wordt gewaardeerd door de werkgevers met een klanttevredenheid van 7,3. Het werkplein Etten-Leur heeft bovendien verschillende banenmarkten en werkgeversbijeenkomsten georganiseerd en nemen zij deel aan verschillende samenwerkingsverbanden. Werkplein Oosterhout: In 2009 is Werklink opgericht, een werkgeversservicepunt dat zich voornamelijk richt op de doelgroep jongeren. In totaal zijn 343 werkgeversbezoeken afgelegd en 34 werkgeversbijeenkomsten georganiseerd. 3.1.2. Leerwerkadviseurs In 2009-2010 zijn 6 leerwerkadviseurs actief, verspreid over 5 werkpleinen. Bergen op Zoom heeft 2 leerwerkadviseurs. De leerwerkadviseurs richten zich op de volgende taken: * deelname aan de sectorale regiowerkgroepen. * screening van bestanden van de gemeenten en UWV * individuele adviesgesprekken over EVC’s en leerwerkbanen * voorlichting geven over demogelijkheden voor EVC’s en leerwerkbanen aan werknemers, werkgevers en werkzoekenden. * Zij voorzagen niet-uitkeringsgerechtigden en uitkeringsgerechtigden van een scholingsaanbod op maat met als uiteindelijk doel doorbegeleiding naar werk. * het houden van spreekuren binnen het werkplein
9
* het organiseren van (mini) banenmarkten waarbij scholingsaanbod wordt gegeven aan werkzoekenden * het binnenhalen van leerwerktrajecten *acquireren van werkgevers die werkzoekenden de mogelijkheid geven tot het gericht leren van een vak in de praktijk. Aanbevelingen: -
Leerwerkadviseur/ leerwerkloket nog meer zichtbaar maken op de pleinen, bijvoorbeeld door het houden van spreekuren en/of door een werkplek op de beursvloer in te richten.
-
De leerwerkadviseur toegang geven tot zowel de computersystemen van UWV als gemeente.
-
Werken met projecteigenaren. De leerwerkadviseur geeft een advies aan de casemanager of werkcoach. Deze zijn verder verantwoordelijk voor de uitvoering van het advies.
-
Werkprocessen dusdanig inrichten dat de samenwerking tussen de leerwerkadviseur en de diverse medewerkers van het werkplein een vanzelfsprekend proces wordt. 3.2 Transitie West-Brabantse Arbeidsmarkt
3.3
100 extra ondernemers passen actief HRM beleid toe
100 extra (MKB-) ondernemers passen actief HRM beleid toe , door: a. een leergang voor ondernemers b. individueel advies op maat voor ondernemers c. deskundigheidsbevordering medewerkers Werkgeversservicepunten/leerwerkadviseurs Ondernemers in West-Brabant hebben aangegeven dat kennis en informatieoverdracht over HRM beleid in relatie tot leren en werken moet groeien in deze regio. Er is een regionale werkgroep HRM opgericht met als doel het duurzaam organiseren van één of meer kringen van maatschappelijke ondernemers die nauw betrokken zijn en actief betrokken willen blijven bij modern HRM beleid in West-Brabant. Ondernomen activiteiten medio 2008 - april 2011 1. IMP heeft een leergang “Innoveren met Personeel” voor 29 werkgevers georganiseerd. De leergang heeft zich gericht op: •
het werven, binden en boeien van personeel bij een continue veranderende arbeidsmarkt;
•
het stimuleren van bredere inzetbaarheid, door opleiding en training, voor meer in- en externe arbeidsmobiliteit;
•
flexibiliteit: hoe geef je dit economisch gezien vorm (bijv. deeltijd en langer werken);
•
prestatiebeloning: passend en goed;
•
op welke wijze creëer je een gezond bedrijf dat in staat is om topprestaties te kunnen leveren
10
een de concurrentie met de markt/globalisering aan te kunnen. Resultaat •
Werkgevers hebben tools, inzichten en voorbeelden gekregen waardoor zij beter in staat zijn om concrete invulling te geven aan begrippen als slimmer werken, employability en participerende aansturing. Dit alles moet leiden tot meer efficiency, binding en kostenbesparing en minder afhankelijkheid van de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt.
Bijlage 1: deelnemerslijst leergang “Innoveren met Personeel” (IMP, Peter Rooze) 2. Individueel advies voor 28 ondernemers , uitgevoerd door Spectrim (i.s.m. Alles voor Groene Arbeid en Werk & Vakmanschap): •
bedrijfsscan personeelsbeleid afgenomen
•
eerste advies HRM op maat (als vervolg op de afgenomen bedrijfsscan) verstrekt
•
begeleiding bij versterken HR-beleid aangeboden
•
advies gegeven over subsidiemogelijkheden (zoals de BSI-regeling; een subsidie waarmee MKB-ondernemers maximaal € 20.000,- kunnen verkrijgen voor het realiseren van Sociaal Innovatie activiteiten in hun onderneming.
Resultaat •
Ieder bedrijf heeft een deskundig advies (aan de hand van een concrete bedrijfsscan personeelsbeleid) op maat gekregen om een eerste verdere stap te zetten bij het versterken en professionaliseren van het eigen HR-beleid.
Bijlage 2: deelnemerslijst scan personeelsbeleid (Spectrim (19), Lieneke de Wolf en Alles voor Groene Arbeid (9), Bertus ten Pas) 3. Trainingen HR-adviesgesprekken PSW voor de Werkpleinen/WSP’s/UWV WERKbedrijven/Kenniscentra. Dit om hen betere gesprekspartner (vraaggericht opereren, brede HRM vraag ophalen, inzicht in rollen, adviesstrategieën etc.) voor werkgevers te maken. Deze trainingen (3) hebben in de periode eind maart – eind mei 2010 plaatsgevonden. In totaal hebben hier 18 “accountmanagers” aan deel genomen. Resultaat De accountmanagers hebben meer in hun “rugzak” (deskundigheid is bevorderd) gekregen wat zij direct in hun werkgeverscontacten kunnen toepassen en daarmee dus enerzijds een beter gewaardeerde gesprekspartner zijn en anderzijds in staat zijn om daadwerkelijk vraaggericht te opereren. 4. Werkgroep HRM onder leiding van Guust Verpaalen, voorheen HRM directeur bij Philip Morris. In deze werkgroep zitten onder andere enkele ondernemers en vestigingsmanagers UWV WERKbedrijven uit West-Brabant alsmede vertegenwoordigers van de Kamer van Koophandel en Syntens
11
Resultaat Input, suggesties en draagvlak voor de invulling en de gewenste richting van de 2 HRMbijeenkomsten genoemd onder het volgende punt 4 verkregen
5. Twee HRM-bijeenkomsten voor Werkpleinen/WSP’s/UWV WERKbedrijven in Etten-Leur om deskundigheid te bevorderen op het gebied van HRM en wel specifiek dat van de vraaggerichte werkgeversbenadering. Anders gezegd wat vraagt “de ondernemer centraal stellen” concreet in de praktijk van je eigen organisatie en van je eigen gedrag (handelen, attitude en vaardigheden). Dit aspect stond centraal op de bijeenkomst van 4 maart 2010. Op 15 september waren er ook 12 werkgevers aanwezig en werd het debat aangegaan door hen met de “mensen in de frontoffice” . Dit alles in het licht van de veranderende arbeidsmarkt die steeds meer voelbaar is en dus de noodzaak om pro-actief en samenwerkingsgericht (samenwerking tussen de 3 O’s) op het terrein van HR-vraagstukken te werk te gaan. Bijlage 3: deelnemende werkgevers HRM-bijeenkomst 15 september 2010 Resultaten 1. De mensen in de frontoffice (accountmanagers, werkcoaches) zijn overtuigd van de zin en de wijze waarop hun dienstverlening moet kantelen van aanbod naar vraaggericht werken. 2. Werkgevers en accountmanagers gaan elkaar resultaatgerichter en concreter op zoeken omdat bij de snel veranderende arbeidsmarkt beiden hiermee gebaat zijn. 3. Werkgevers en UWV hebben meer begrip voor elkaars mogelijkheden en onmogelijkheden ten aanzien van pro-actief HR-beleid gekregen.
6. Ondernemersbijeenkomst Sociale Innovatie co-productie ACE (ArbeidsmobiliteitsCentrum) – rpA te Etten-Leur, 15 maart 2011. Tijdens deze bijeenkomst heeft Danny Willems, Coördinator HRMproject (SES West-Brabant) enerzijds namens het rpA resultaatdoel 7 formeel afgerond door de ondernemers aan te geven dat de ondersteuning vanuit het projectplan West-Brabant werkt door!, medio april 2011 en anderzijds aan de aanwezige ondernemers een vervolg geboden: •
Deelname aan de workshop Sociale Innovatie: weten, zien en vooral doen! (een praktische workshop waarbij deelnemers gericht werken (soort trechtermodel via de Moderatiemethode) aan hoe zij “de volgende dag” Sociale Innovatie handen en voeten kunnen geven in hun eigen bedrijf. Deze workshop is 3x aangeboden en is door 36 deelnemers gevolgd. (workshop aangeboden door rpA/SES West-Brabant en uitgevoerd door 2 adviseurs van PSW)
•
Aanwezigen kunnen gebruik maken (facultatief) van de diensten van ACE en/of lid worden van het ACE-netwerk en regionale kenniskringen.
Bijlage 4: deelnemerslijst ondernemersbijeenkomst 15 maart 2011 (ACE) Bijlage 5: deelnemerslijst workshops Sociale Innovatie 15 maart 2011 (PSW)
12
Resultaat Los van de algemene afsluitende bijeenkomst (20 april 2011) van het meerjarenprogramma WestBrabant werkt door! - waar in principe de ondernemer niet aanwezig zal zijn – is het resultaatdoel 100 extra (MKB-) ondernemers passen actief HRM beleid formeel afgerond. De ondernemers zijn handvatten geboden om verder invulling te geven aan actief HRM beleid (sociale innovatie zoals slimmer werken, talentontwikkeling van medewerkers etc.).
Resumé Het resultaatdoel 100 extra (MKB-) ondernemers passen actief HRM beleid is gerealiseerd. Kwantitatief (geparticipeerde ondernemers): Leergang IMP 29 (bijlage 1) Scan personeelsbeleid 28 (bijlage 2) HRM-bijeenkomst 15 september 2010 12 (bijlage 4) Ondernemersbijeenkomst ACE/rpA 15 maart 2011 42 (bijlage 5) ---------------------- + Totaal 111
Kwalitatief Veel ondernemers (111) zijn niet alleen bereikt maar ook geactiveerd om daadwerkelijk (pro-actief) aan de slag gaan met modern HRM-beleid (slimmer werken, talentontplooiing van medewerkers, psychologisch contract) om mee te kunnen in en minder afhankelijk te zijn van de sterk veranderende (arbeids)markt . Hiervoor hebben de ondernemers inzichten (door onder andere een scan personeelsbeleid en workshops Sociale Innovatie) en HR- tools aangereikt (door onder andere de leergang Innoveren met Personeel) gekregen. Ook zijn er informele verbindingen tot stand gekomen op 2 niveaus: a) ondernemers onderling (o.a. bij de ondernemersbijeenkomst 15 maart 2011) b) tussen de 3 O’s (tijdens en na de 2 HRM-bijeenkomsten) Verder heeft er gericht deskundigheidbevordering bij “accountmanagers” plaatsgevonden via specifieke training “HR-adviesgesprek” én door ze in contact te brengen met ondernemers op de HRM-bijeenkomst van 15 september 2010. Hierdoor kunnen de accountmanagers de ondernemers beter van dienst zijn bij het toepassen/verbeteren van hun actief HRM-beleid. Conclusies
13
Onderstaande conclusies zijn geformuleerd vanuit de gedachten “de ondernemer centraal”, de ondernemer meer en pro-actief aan de slag met HRM-beleid én op basis van opgedane ervaring gedurende het project. Ondernemers De meesten maken zich niet al te druk om HRM-beleid en de veranderende arbeidsmarkt. Ze zijn veelal bezig met overleven en het vullen van de orderportefeuille voor de komende 3 maanden. Een kleine groep wacht niet tot “het water boven de lippen staat” maar komt pro-actief in beweging, een gedeelte (111 ondernemers) hiervan heeft als “early adapter” geparticipeerd in het meerjarenprogramma “West-Brabant werkt door”. Ondernemers en overheden De ondernemers hebben niet direct vertrouwen dat de publieke partijen (UWV Werkbedrijven, Werkpleinen, gemeenten, ROC’s en dergelijke) hen kan helpen bij ervaren en te verwachten personele vraagstukken. Zij zoeken vaker bewust aansluiting bij ondernemerskringen en bestaande netwerken, als het ArbeidsmobiliteitsCentrum (ACE) in Etten-Leur en dat van Werk & Vakmanschap in Roosendaal, omdat er hier “dezelfde taal” wordt gesproken. De ondernemers hebben, als ze al contact hebben, met publieke partijen hiermee geen goede ervaringen. Daarnaast, of wellicht mede hierdoor, zijn zij onbekend met het scala aan mogelijkheden qua dienstverlening en financiële stimulansen (regelingen, subsidies etc.) Ook geven zij aan dat de “accountmanagers” niet goed weten wat de behoefte van de ondernemer is. Daarnaast achten zij aspecten als het hoge verloop van contactpersonen, de geringe mate van ondernemerschap en het ontbreken van goed relatiebeheer voor verbetering vatbaar. Een eerste aanzet tot verbetering is gemaakt op 15 september 2010 (zie pagina 3, resultaten bij punt 5). Ondernemers en onderwijs De meeste ondernemers kennen onvoldoende de weg in onderwijsland (ROC, vmbo’s). Over de kenniscentra (zoals Kenteq, Savantis, PMLF) is de ondernemer lovender; in het geval van erkende leerbedrijven worden de contacten voldoende tot goed ervaren. Opvallend is dat in West-Brabant in tegenstelling tot andere regio’s in Noord-Brabant vertegenwoordigers van kenniscentra zelden of nooit tot de Werkgeversadviesteam e.d. worden toegelaten terwijl zij juist een wezenlijke schakel tussen vraag (werkgever-accountmanager) en aanbod (kandidaten-werkcoach) kunnen staan. Hoe nu verder? - Aanbevelingen
14
Bovenstaande uiteenzetting geeft aan dat de 3 0’s onderling in beweging zijn en langzamerhand beseffen dat ze elkaar nodig hebben. Elkaar opzoeken gaat niet vanzelf en moet dus vooralsnog gefaciliteerd worden (rol voor Regio West-Brabant). De kunst is dan ook om in 2011 e.v. ondernemers aan te laten sluiten bij HRM-servicecentra in ontwikkeling, Werkpleinen, brancheservicepunten/teams of regionale mobiliteitscentra (rmc’s). Dit verlangt een actieve houding van de HRM-servicecentra door de bedrijven zelf te benaderen. (faciliterende rol voor regio West-Brabant). Verdere concrete aanbevelingen: 1. Genereer meer loopvermogen in West-Brabant door meer accountmanagers aan te stellen die ook in staat zijn om de ondernemer daadwerkelijk te helpen bij zijn brede HRM-vraag /HRM-beleid (aanjaag- en makel/schakelfunctie voor Regio West-Brabant). 2. Zorg op de HRM-servicecentra dat er een vraagbaak (PSW) is die, alle brede HRM-vragen die mensen in de frontoffice ophalen en niet direct zelf kunnen tackelen of gericht in de backoffice kunnen neerleggen, rechtstreeks met de ondernemer tackelt. Daarnaast kan deze persoon dan ook een interne vraagbaakfunctie voor de accountmanagers vervullen. Bovenstaande aanbevelingen zullen niet voldoende zijn om al huidige en toekomstige personele knelpunten te tackelen net zomin als dat de veranderende arbeidsmarkt ook niet stopt in het voorjaar van 2011. Sterker nog de krappe arbeidsmarkt klopt al aan deur, onomkeerbaar demografische ontwikkelingen als ontgroening en vergrijzing worden steeds merkbaarder, globalisering neemt toe en de medewerker van straks (generatie Z, A en B) is een andere dan de huidige medewerker. Rollen zullen verschuiven door bezuinigingen en bestuurlijk/politieke keuzes (ontmanteling UWV Werkbedrijven en gemeenten als bemiddelaar voor alle mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt?). De rol van social media wordt belangrijker voor de bedrijfsvoering. Ook de ondernemer zal een andere, actieve rol moet pakken in relatie tot de overige 2 O’s: overheid en onderwijs. Ofwel blijven werk maken van de kracht van samenwerking! Regio West Brabant kan in de beoogde en broodnodige samenwerking faciliterend zijn maar wel altijd vanuit het adigium: de ondernemer centraal!
15
BIJLAGEN Bijlage 1
Deelnemerslijst leergang “Innoveren met Personeel” (IMP, Peter Rooze)
Bijlage 2
Deelnemerslijst scan personeelsbeleid (Spectrim (19), Lieneke de Wolf en Alles voor Groene Arbeid (9), Bertus ten Pas)
Bijlage 3
Deelnemende werkgevers HRM-bijeenkomst 15 september 2010
Bijlage 4
Deelnemerslijst ondernemersbijeenkomst 15 maart 2011 (ACE)
Bijlage 5
Deelnemerslijst workshops Sociale Innovatie 15 maart 2011 (PSW)
3.4 Ruime bekendheid bij werkgevers, werkzoekenden en werknemers over de integrale dienstverlening door gemeenten en UWV Werkbedrijf 1. website In 2009 is in samenwerking met de partners een communicatieplan opgesteld. Dit plan is in de begeleidingsgroep van 15 september 2009 vastgesteld. Op basis hiervan is in oktober aan Confirma de opdracht gegeven de website www.westbrabantwerktdoor.nl te vernieuwen en te actualiseren. Dit onderdeel van het project loopt door in 2011.
2. Regionale voortgangsrapportage arbeidsmarkt: Elk kwartaal is een regionale arbeidsmarktanalyse opgesteld op basis van cijfers van UWV en CBS en besproken in rpA overleg.
4. RESULTATEN 4. 1. totaal aantal plaatsingen
16
Tabel 1 : totaal behaald aantal per partner. Partner Breda
Aantal volgens prestatieovereenkomst 381
Resultaat EVC 54
Resultaat Duaal 279
Totaal Behaald: 333
Bergen op Zoom
196
1
188
189
Roosendaal
170
6
176
182
Etten-Leur
190
1
99
100
Oosterhout
155
0
99
99
Calibris
238
2
372
374
Vitalis College
26
0
347
347
Kenteq (+ werk. Jong. Zonder startkwal.) PMLF
226
21
124
145
48
2
15
17
Markiezaat College Ecabo
22
-
-
-
208
7
510
517
Alles voor groene Arbeid (+ werk. Jong. zonder startkwal. ) Kenniscentrum Hout en Metaal
130
0
41
41
-
29
0
29
Totaal
2170
123
2250
2373
Tabel 2: verdeling per partner
17
onderverdeling per partner 600
500
400
300
200
100
0 ecabo calibris 517 374
vitalis 347
breda boz 189 333
rdaal 182
kenteq 145
eleur 100
ohout h&m 29 pmlf 17 99
Tabel 3: verdeling per gemeente, onderwijs en kenniscentrum
totaal aantal plaatsingen (2373)
gemeente (903) onderwijs (347) Kenniscentrum (1123)
18
4.2. prestatieovereenkomsten tbv behalen 200 evc- en duale trajecten nietuitkeringsgerechtigden: - gemeenten Breda en Moerdijk Tabel 4: totaal behaald aantal plaatsingen nuggers. Partner
Aantal volgens Resultaat EVC prestatieovereenkomst
Resultaat Duaal
Totaal Behaald:
Breda Moerdijk *
145 55
2 -
20 -
22 -
Totaal
200
2
20
22
* Gemeente Moerdijk heeft 5 plaatsingen behaald, maar zonder crebo- en brinnummer waardoor ze in verantwoording naar Projectdirectie Leren&Werken niet meetellen. * totaal behaalde resultaat is verwerkt in tabel 1.
4.3 Realiseren van 200 evc- en duale trajecten voor werkende jongeren zonder startkwalificatie - Kenteq en Alles voor groene Arbeid Tabel 3: totaal aantal behaalde plaatsingen werkende jongeren zonder startkwalificatie Partner
Aantal volgens Resultaat EVC prestatieovereenkomst
Resultaat Duaal
Totaal Behaald:
Kenteq Alles voor groene Arbeid
180 20
3 -
110 6
113 6
Totaal
200
3
116
119
19
5. KNELPUNTEN, AANBEVELINGEN EN OPLOSSINGEN a. Leerwerkadviseur: -
Bij start West-Brabant werkt door! is gekozen voor het onderbrengen van de leerwerkadviseur in de integrale dienstverlening van de werkpleinen. Dit is in de loop van het project verandert: de adviseurs houden nu spreekuren en hebben een fysieke werkplek op de beursvloer. Dit bevordert niet alleen de toegankelijkheid voor de werkzoekenden maar ook voor de werkcoaches.
-
Functie van leerwerkadviseur duidelijker inbedden in de structuur van het werkplein. Ook verdiend het aanbeveling om nog meer bekendheid te geven aan de functionaliteit van de leerwerkadviseur. Dit kan bijvoorbeeld door gerichter deel te laten nemen aan overlegvormen en vergaderingen waar Leren en Werken aan de orde komt.
-
Inrichten van werkprocessen op de werkpleinen dienen aangepast te worden om de samenwerking tussen leerwerkadviseur en andere medewerkers te formaliseren.
b. Financiering -
De reintegratiestop bij het UWV maakte dat een aantal duale- en evc trajecten voor ww-ers met een uitkeringsduur < 12 maanden niet opgestart konden worden.
-
Bij regionale projecten gaat veel tijd zitten in de financiering per individuele kandidaat. Niet alleen hebben kandidaten een andere uitkering, maar ook de financiering per gemeente is verschillend.
c. Registratie -
Op de werkpleinen wordt gewerkt met verschillende registratiesystemen van UWV en gemeenten. Dit heeft negatieve gevolgen voor het zoeken van geschikt aanbod voor de vraag van de werkgever en voor de monitoring door de verschillende partijen. Een uniform registratiesysteem met daarin bedrijfsbezoeken en aanbod wordt dan ook als een prioriteit aangegeven door alle partijen.
-
Daarnaast is er behoefte aan een regionale activiteitenkalender met daarop vermelding van alle evenementen zoals ondernemersavonden, branchewerken e.d. zodat partners optimaal kunnen inspelen op deze data voor het aanleveren van deelnemers, vacatures, werkgevers voor stands en bedrijfsbezoeken.
d. Doelgroepen -
Betrek naast de kenniscentra ook uitzendorganisaties in de zoektocht naar werkende jongeren.
-
Kenmerkend voor de benadering van de Nuggers is dat de klanten zelf de regie over hun traject mogen behouden. De doelgroep participeert vrijwillig en vaak vanuit een heel bewuste keuze. Dit betekent dat te allen tijde een evc- en/of duaal traject aangeboden wordt, maar dat het uiteindelijk aan de nugger zelf is te bepalen welk traject hij of zij gaat volgen. Nuggers zijn zeker bereikbaar en aan te zetten tot werk, maar moeilijker te bewegen tot het volgen van een opleiding. De toetreding tot de arbeidsmarkt is een eerste stap waarbij zij niet
20
ook nog een opleiding willen gaan volgen omdat dit als te belastend wordt ervaren. Het dient daarom aanbeveling om pas na gewenning aan de arbeidsmarkt scholing te gaan inzetten. e.
Beroepskeuze
-
Jongeren kiezen nog steeds voor beroepen waar weinig arbeidsmarktperspectief ligt. Het ROC kan inspelen op de vraag van de arbeidsmarkt door het starten van opleidingen voor kansrijke sectoren, ook op de lage niveaus.
-
Het actief gebruiken van de COLO barometer kan bijdragen tot een beroepskeuze die wel beter aansluit op de vraag van de arbeidsmarkt.
-
Loopbaanoriëntatie is in West-Brabant lokaal georganiseerd. In de rest van Brabant worden zgn. brede vmbo Carrousels georganiseerd, de opzet en uitvoering is uniform voor heel Brabant. Grote werkgevers (erkende leerbedrijven) zoals bijv. de Belastingdienst zijn eerder bereid hieraan deel te nemen dan aan kleine lokale projecten. In een aantal steden ontbreekt gecoördineerde loopbaanoriëntatie helmaal of is in handen van individuele docenten.
-
Gebruik expertise van partijen zoals kenniscentra op gebeid van beroepenvoorlichting en loopbaanoriëntatie. Zij hebben netwerkcontacten en kennis van sectoren en sectorale middelen.
21
6. WEST-BRABANT WERKT DOOR 2.0 West-Brabant kent inmiddels een stevig netwerk van partners actief op de arbeidsmarkt. De sturende en initiërende rol van het RPa is daarbij onomstreden. De inbedding van nieuwe initiatieven zoals het Actieplan Jeugdwerkloosheid West-Brabant kon hierdoor moeiteloos in de regio infrastructuur worden ingepast. Uitvoering is feitelijk terstond ter hand genomen. De digitale informatievoorziening op onder andere de websites worden optimaal benut. De verbinding van de regionale activiteiten in groter verband vindt plaats via Pact Brabant.
Activiteiten 2011-2015: Sociaal-economische strategische agenda regio West-Brabant 6.1 Sinds 2010 is de regio West-Brabant (samenstelling van 18 gemeentes + Tholen) een nieuwe strategische agenda aan het opstellen op sociaal economisch terrein. Visie: Samen geven de algemene bestuurlijke hoofdopgaven een regionaal kader dat moet waarborgen dat inwoners zoveel mogelijk zelfstandig in hun inkomen kunnen voorzien, dat ondernemers over voldoende ruimte en personeel kunnen beschikken voor hun productieproces en dat het onderwijs levenlang leren realiseert, zoveel mogelijk in een contextrijke leeromgeving. De inzet en aandacht hiervoor richt zich op het vitaal houden van de sociaal economische basis van West-Brabant met een aantrekkelijk vestigingsklimaat. Vaak is bij de uitwerking van deze opgaven samenwerking op subregionaal schaalniveau afdoende. Voor het verkrijgen van cofinanciering is het zaak dat hier regionale afstemming van beleid aan voorafgaat. Focus op excelleren: Het betreft de sectoren: 1. Logistieke Dienstverlening, 2. Procesindustrie, Onderhoud, Reparatie en Revisie (Maintenance) en 3. Biobased Economy. Partners in de regio investeren in innovatie, kennis en ondernemerschap met het doel deze sectoren te ontwikkelen tot de wereldwijd erkende top. West-Brabant zal op deze drie terreinen de komende jaren uitgroeien tot een centre of excellence. Alleen op deze wijze is het mogelijk dat behoud en
22
groei van werkgelegenheid in de regio over een veel breder terrein gehandhaafd kan blijven met in stand houding van een aantrekkelijk leefklimaat. Ondernemingen en onderwijsinstellingen nemen daarbij het voortouw, de overheid schept de randvoorwaarden die nodig zijn om dit proces mogelijk te maken.
Algemene opgaven: De aandacht gaat bij de algemene opgaven vooral uit naar het behouden van datgene dat een duidelijke toegevoegde waarde heeft en het alert zijn op inspanningen om dit up to date te houden. Drie sectoren springen er daarbij uit: 1. de zorg 2. de agrarische sector: boomteelt en glastuinbouw en 3. het toerisme. Medio juni 2011 zal deze strategische agenda gereed zal zijn en aan ter vaststelling aan de colleges zal worden gepresenteerd.
6.2 regionale meerjarenvisie arbeidsmarktbeleid 2011-2015 In samenwerking met de gemeente Breda wordt door SES West-Brabant in opdracht van het rpA in het eerste kwartaal van 2011 een regionale meerjarenvisie arbeidsmarktbeleid (2011-2015 met doorkijk naar 2020) opgesteld die als basis gaat dienen voor een nieuw meerjarenprogramma voor de regio West-Brabant. Speerpunten van deze meerjarenvisie: 1. leven lang leren a. Door de vergrijzing en de ontgroening gaat in West-Brabant een tekort aan werknemers ontstaan. Scholing nu inzetten dient een tweedelig doel: hiermee wordt voldaan aan de steeds zwaardere opleidingseisen die aan werknemers worden gesteld. Bovendien zorgt scholing voor doorschuiving in een bedrijf waardoor er ruimte komt in de laaggeschoolde functies. 2. iedereen doet mee Door het te verwachten tekort aan werknemers, is het zaak om onbenut arbeidspotentieel aan te spreken. Zowel laagopgeleiden, deeltijders (met name vrouwen) en allochtonen zullen gemotiveerd moeten worden om meer te gaan deelnemen aan de arbeidsmarkt. 3. samenwerking drie O’s De samenwerking van de drie O’s op regionaal gebied is noodzakelijk om de pittige uitdaging aan te gaan om de tekorten op de arbeidsmarkt de komende jaren aan te gaan. West-Brabant heeft hiervoor al een solide structuur opgezet en zal de komende jaren blijven inzetten op gezamenlijke verantwoordelijkheid en inzet. 6.3 verduurzaming werkgroepen
23
Om dit stevig netwerk te verduurzamen is door het rpA in het laatste kwartaal van 2010 aan kenniscentrum Calibris gevraagd om een opzet tot een strategische verkenning tot verduurzaming van de regiowerkgroepen te komen. Deze opzet is in oktober in de begeleidingsgroep gepresenteerd. In het laatste kwartaal van 2010 is door de werkgroepen gestart met deze strategische verkenning. Op 1 april 2011 zal dit leiden tot 4 convenanten waarin de partners resultaatafspraken opgesteld hebben om ook in 2011 en 2012 de regiowerkgroep te continueren met accent op leren en werken.
inzet HRM adviseurs brancheservicepunten 6.4 Inzet HRM adviseur voor de brancheservicepunten groen, zorg&welzijn, techniek en detailhandel, met als taken: - Deskundigheidsbevordering medewerkers werkpleinen - Meer werkgevers laten aansluiten en verbinden met brancheservicepunt
24