een heelkundige ingreep of een onderzoek onder verdoving in het ZIEKENHUIS
Info voor de opnamedienst Naam patiënt:.......................................................................................................................................................... Opnamedatum: ................ /................. / ................................
Opname-uur: ..................................................
Vermoedelijke verblijfsduur: ................................................... Dienst: ..................................................................................................................................................................... Aangevraagde kamer: ............................................................................................................................................. Stempel en handtekening arts:
De anesthesie Anesthesie is ‘ongevoeligheid’ voor pijn. Er worden verschillende vormen van anesthesie gebruikt: algemene anesthesie, locoregionale anesthesie of zuiver lokale anesthesie. Bij algemene anesthesie brengt men de hersenen ‘in slaap’. De patiënt is niet bij bewustzijn en de anesthesist bewaakt de patiënt. De verdovingsproducten worden meestal via een infuus gegeven dat vooraf wordt ingebracht in een ader. De essentiële functies van het lichaam worden voortdurend gevolgd via een monitor (hartritme, bloeddruk, zuurstofhoeveelheid in het bloed). Vaak wordt bij de slapende patiënt een buisje tussen of net boven de stembanden geplaatst om de ademhaling te ondersteunen. Na de ingreep gaat de patiënt naar de ontwaakzaal tot het bewustzijn volledig is teruggekeerd en de pijn voldoende onder controle is. Bij locoregionale anesthesie worden de zenuwen van een bepaald deel van het lichaam verdoofd. Een ruggenprik maakt bijvoorbeeld de onderbuik en onderste ledematen ongevoelig. Bij lokale verdoving wordt verdoving ingespoten ter hoogte van de operatiestreek. Meestal zorgt de chirurg hiervoor. Deze verdoving is te vergelijken met de plaatselijke verdoving bij de tandarts. Vaak worden bovenvermelde technieken gecombineerd om pijnstilling na de ingreep mogelijk te maken. Na overleg kiest de anesthesist de voor jou meest aangewezen techniek. Sedatie is een veel lichtere vorm van algemene anesthesie. De veiligheidsvoorwaarden zijn echter dezelfde als voor een algemene anesthesie. Lokale of locoregionale anesthesie wordt vaak gecombineerd met sedatie. Voor de verdoving De voorbereiding op de anesthesie en eventueel preanesthetisch onderzoek is belangrijk. Het laat toe de risico’s die aan elke ingreep verbonden zijn in te schatten. Wij verzoeken je de vragenlijst in deze bundel juist te beantwoorden. Je huisarts, je behandelend arts en/of de chirurg kunnen hierbij helpen. Eens in de operatiezaal zullen de verpleegkundige en de anesthesist je nog enkele vragen stellen. Nadelen en complicaties van anesthesie Allergieën: tijdens de verdoving en de chirurgische ingreep komt de patiënt in contact met allerhande stoffen die vreemd zijn aan het lichaam. Sommige patiënten kunnen allergisch zijn voor deze stoffen zonder het zelf te weten en er al dan niet hevig op reageren. Deze reacties kunnen gaan van huiduitslag tot ernstige bloeddrukval en ademhalingsproblemen. Patiënten met gekende allergieën dienen voor de ingreep de anesthesist hierover in te lichten. Misselijkheid en braken kunnen optreden na de ingreep, afhankelijk van het type operatie, de chirurgische belasting enz. Er bestaan hiervoor geneesmiddelen zodat deze complicaties minder voorkomen of de ernst ervan kan worden ingeperkt. Postoperatieve pijn: er bestaan verschillende technieken om deze pijn te verminderen. De anesthesist zal je preventief medicatie geven voor en tijdens de ingreep, maar zal je ook pijnstillers voorschrijven, samen met een innameschema voor verdere behandeling thuis. Hoofdpijn wordt veroorzaakt door de verdoving, de ingreep, stress enz. Een epidurale of spinale anesthesie kan aanleiding geven tot hoofdpijn. Deze hoofdpijn verdwijnt na enkele dagen. Soms is bijkomende behandeling door de anesthesist noodzakelijk. Verwardheid of concentratiestoornissen: vooral oudere patiënten hebben soms enige tijd na de ingreep last van verwardheid, geheugenverlies en concentratiestoornissen. Dit is meestal van voorbijgaande aard.
Last aan de ogen: tijdens de anesthesie wordt alles in het werk gesteld om de ogen te beschermen. Er wordt oogzalf ingebracht om uitdroging te voorkomen. Dit verklaart waarom je onmiddellijk na het ontwaken wazig ziet. Soms gebeurt het toch dat er lichte beschadiging van het hoornvlies optreedt, met lichte pijn tot gevolg. Als deze beschadiging zich voordoet, wordt dit in overleg met de oogarts behandeld. Kracht- en/of gevoelsverlies kan veroorzaakt worden door een zenuwbeschadiging (met een naald in geval van regionale anesthesie, door een bloeduitstorting of door druk op een zenuw tijdens een ingreep onder algemene anesthesie). De meeste zenuwbeschadigingen zijn tijdelijk en genezen vanzelf. Beschadiging van tanden, lippen of tong en keelpijn: je kan je tanden, lippen of tong beschadigen door krachtig je mond dicht te knijpen tijdens het ontwaken uit de algemene verdoving. Ook kunnen de tanden beschadigd worden als de anesthesist moeilijkheden heeft om een buis in de luchtpijp in te brengen. Dit veroorzaakt soms lichte keelpijn onmiddellijk na de ingreep. Andere milde nevenwerkingen zijn onder andere duizeligheid, dubbel zien, jeuk, spierpijn, blauwe plekken, moeilijk plassen enz. Bij verdere vragen kan je voor de ingreep, indien gewenst, een anesthesist raadplegen. Daarvoor kan je contact opnemen met het operatiekwartier op het nummer 09 340 82 70.
toestemmingsverklaring Je ondergaat binnenkort een opname in het ziekenhuis. Via deze informatie willen we je enkele richtlijnen meegeven. Het is de bedoeling dat je ze strikt naleeft om problemen te voorkomen. Gelieve dit document de dag van de opname ingevuld mee te brengen naar het ziekenhuis. Anesthesie - aandachtspunten die de veiligheid verhogen 1. Het inademenen van maaginhoud tijdens een sedatie of anesthesie is gevaarlijk. Ik houd mij daarom aan de afspraken rond nuchter zijn. Ik kom de dag van de ingreep volledig nuchter naar het ziekenhuis. Indien de ingreep gepland is na 13 uur, mag ik voor 7 uur wel een licht ontbijt nemen in samenspraak met de arts. 2. Ik vermeld bij opname aan de verpleegkundige welke medicatie ik al ingenomen heb. Neem enkel die geneesmiddelen die door de arts worden voorgeschreven. 3. Alcohol kan ernstige nevenwerkingen hebben na een anesthesie of operatie. Ik drink geen alcoholische dranken tot 24 uur na de ingreep. 4. Zelfs de dag nadien kan een operatie of verdoving nog nawerken. Ik neem dan ook geen belangrijke beslissingen de eerste 24 uur.
Ik verklaar mij akkoord om een heelkundige ingreep of onderzoek onder anesthesie te ondergaan in het AZ Lokeren. Gelezen en goedgekeurd,
.....................................................................
Handtekening patiënt
Datum: ................ /................. / ..........................
Vragenlijst anesthesie De ingreep gebeurt onder volledige of gedeeltelijke verdoving. Om deze verdoving vlot te laten verlopen, is het uitermate belangrijk dat de anesthesist over de juiste en meest volledige informatie beschikt. Gelieve de informatie op dit formuilier zo juist en zo volledig mogelijk in te vullen. Bloedverdunnende medicatie dien je zeker te vermelden en zonodig te stoppen. Vermeld dit op voorhand aan je arts zodat er hieromtrent afspraken kunnen gemaakt worden. Het spreekt voor zich dat medewerkers, artsen en verpleegkundigen gebonden zijn aan het beroepsgeheim. Alle info die je invult, wordt met de meeste discretie en op een strikt geheime manier behandeld. Gelieve de bolletjes in te kleuren (in te vullen door de patiënt of begeleider).
leeftijd: ...................................
gewicht:...........................kg
lengte:...........................cm
1. Heb je al een anesthesie (verdoving) gehad? 0 ja
0 nee
Zo ja: een algemene verdoving
0 ja
0 nee
Zo ja: een plaatselijke verdoving
0 ja
0 nee
Vertoonde je een ongewone reactie bij de verdoving?
0 ja
0 nee
Zo ja, welke problemen? ..........................................................................................................................
Zijn er in de familie problemen met verdoving?
0 ja
0 nee
Zo ja, welke problemen? ..........................................................................................................................
2. Rook je?
0 ja
0 nee Zo ja: .................... sig./dag
Heb je gerookt?
0 ja
0 nee
Zo ja: hoe lang (aantal jaren)? ......................................... gestopt sinds: .................................................
3. Gebruik je regelmatig alcohol?
0 ja
0 nee
Zo ja: hoeveel? ......................................................................................................................................... 4. Gebruik je regelmatig drugs (verslavingsmiddelen)?
0 nee
Zo ja: welke en hoeveel? ..........................................................................................................................
5. Ben je allergisch (overgevoelig)?
0 ja 0 ja
0 nee
Zo ja: voor wat ben je overgevoelig:
0 antibiotica: welke? ...................................................................................................................
0 kleefpleisters: welke? ...............................................................................................................
0 jodium
0 contrastof
0 latex (vb. rubber, handschoenen enz.)
0 andere: .....................................................................................................................................
6. Lijd je aan een hartziekte of heb je hartproblemen gehad?
0 ja
0 nee
Zo ja: welke:
0 hartklepstelsel
0 pacemaker sinds: ............ / ............ / .....................
0 hartkloppingen
0 hartinfarct gehad: ............ / ............ / ...................
0 hartoverslag
0 hoge bloeddruk of te lage bloeddruk
0 borstpijn
0 Wat is uw gemiddelde bloeddruk? ........ / ..........
7. Lijd je aan één van de volgende aandoeningen?
0 spataderen
0 ja
0 nee
Draagt u hiervoor steunkousen?
0 ja
0 nee (Indien ja, breng deze mee)
0 flebitis (ontsteking van de aderen) in de benen
0 ja
0 nee
0 flebitis gehad
0 ja
0 nee Wanneer? ....... / ....... / .......
0 zwelling van enkels en/of voeten
0 ja
0 nee
8. Lijd je aan een verhoogde oogdruk (glaucoom)?
0 ja
0 nee
9. Draag je contactlenzen?
0 ja
0 nee
Gebruik je hiervoor oogdruppels?
0 ja
0 nee
Zo ja: dewelke? ........................................................................................................................................
10. Draag je een kunstgebit?
0 ja
11. Draag je een hoorapparaat 12. Draag je loszittende tanden/implantaten?
0 nee
0 boven 0 ja
0 nee
0 links 0 ja
0 nee
13. Heb je mondproblemen 0 ja
0 nee
0 boven
0 onder 0 rechts
0 onder
Zo ja: dewelke? ........................................................................................................................................ 14. Heb je
0 astma
0 chronische bronchitis
0 tuberculose
0 andere: ...................................................................
15. Lijd je aan of heb je ooit last gehad van
0 een maagbreuk
0 een maagzweer
16. Lijd je aan een leveraandoening? 0 ja
0 nee
0 geelzucht/
0 type A
0 type B
0 type C
0 andere: ................................................................................................................................................
17. Lijd je aan of heb je ooit last gehad van een nieraandoening?
0 ja
0 nee
Zo ja: dewelke? ........................................................................................................................................ 18. Bloed je abnormaal lang bij
0 een snijwonde
0 een tand uittrekken 0 een neusbloeding
0 een operatie
19. Heb je al een bloedtransfusie gehad? 0 ja
0 nee
Zo ja, welke waren de reacties tijdens of na de bloedtransfusie? ...........................................................
..................................................................................................................................................................
20. Weiger je een bloedtransfusie?
0 ja
0 nee
Zo ja, gelieve dan een bijkomend formulier op te vragen en te ondertekenen bij opname.
21. Lijd je aan aids?
0 ja
0 nee
Heb je bezwaar tegen een bloedonderzoek voor het opsporen van aids?
0 ja
0 nee
22. Heb je suikerziekte? 0 ja
Zo ja, neem je hiervoor
0 aangepaste voeding
0 medicatie via pillen
0 insuline
23. Heb je de laatste 6 maanden cortisone genomen?
0 nee
0 ja
0 nee
24. Heb je last van de schildklier/heb je een schildklieraandoening? 0 ja
0 nee
25. Lijd je aan of heb je één van deze zenuwaandoeningen (gehad)? 0 hersentrombose/hersenbloeding
0 epilepsie
0 verlamming of krachtsvermindering
0 zenuwletsel
0 multiple sclerose
0 migraine
26. Heb je nu last van je rug? 0 ja
0 nee
27. Heb je vroeger al problemen gehad met je rug?
0 ja
0 nee
28. Werd bij jou ooit een prothese ingeplant?
0 ja
0 nee
0 heup:
0 links 0 rechts
0 knie:
0 links
0 rechts
0 schouder:
0 links
0 rechts
Hebt u beperkingen bij de uitvoering van bepaalde beweging die niet in verband staan met de operatie?
0 ja
0 nee
Zo ja, omschrijf nauwkeurig: ............................................................................................................................ ......................................................................................................................................................................... 29. Heb je rugoperaties ondergaan?
0 ja
0 nee
30. Lijd jij of een familielid aan een spieraandoening?
0 ja
0 nee
Zo ja, welke? ............................................................................................................................................ 31. Ben je zwanger of mogelijks zwanger (vrouwen < 50 jaar)?
0 ja
0 nee
32. Neem je momenteel de pil?
0 ja
0 nee
33. Bijkomende bijzonderheden (vermeld gegevens waarvan je denkt dat ze belangrijk kunnen zijn voor een veilig verloop van het onderzoek of de ingreep: .................................................................................................... ................................................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................................................... ...................................................................................................................................................................................
Vragenlijst medicatie Neem je een geneesmiddel? Zo ja, vul dan onderstaande tabel zo volledig mogelijk in. Indien je verblijft in een voorziening (woon- zorgcentrum ...), voeg dan een medicatieblad van de voorziening toe.
Medicatieschema: vb. Dafalgan, 500 mg
Ontbijt
Middagmaal
Avondmaal
Slapen
uur
uur
uur
uur
AANDACHT - BRENG MEE INDIEN VAN TOEPASSING IS: • Orthopedische steun- en verbandmateriaal (krukken, brace enz.) • Medicatie voor suikerziekte (insuline) • Medicatie voor epilepsie • Bloeddrukregelende medicatie • Medicatie voor ademhaling (puffers enz.) • Bloedverdunnende medicatie en stopdatum Gelieve je behandelende arts te contacteren indien je hierover vragen hebt.
........................................................................................... Handtekening patiënt of de begeleider
Opmerkingen
60500479 - © AZ Lokeren 2013
Algemeen Ziekenhuis Lokeren Partner van het UZ Gent Lepelstraat 2 9160 LOKEREN Onthaal tel. 09 340 81 11 fax 09 340 81 91 www.azlokeren.be
[email protected]