De verschillende vormen van 'leegte' in de therapiekamer. Dichtgeslibde agenda's, vastzittende snelwegen, uitpuilende warenhuizen, overbevolkte woongebieden en ga zo maar door. Waar is in onze samenleving de heilzame werking van de leegte gebleven en de leegte als medicijn? Psychische klachten kunnen veroorzaakt worden door een duidelijk gemis aan leegte maar ook doordat men zich leeg en nutteloos voelt. Daartegenover staat de ervaring van de Leegte als volheid, als eenheid, als bron, als voedingsbodem, als inspirator. Van Dale's woordenboek meldt over de leegte: het niet gevuld zijn, niet vol zijn. Van jongs af aan heeft de leegte mij gefascineerd. Ik kreeg er altijd een beeld bij dat met verte, horizon, eindeloosheid, stilte en rust te maken had. Soms ook verlangde ik naar de leegte, een soort heimwee. Nu denk ik dat dat een onbewust vermoeden was; dat de schepping ( en ik dus ) in wezen vanuit de Leegte ontstaan is. De conceptie vindt plaats in de leegte van de baarmoeder. De klanken door muziekinstrumenten voortgebracht ontstaan in de leegte van de klankkasten. Neem de leegte van de cello, van een vleugel en de leegte in de enorme orgelpijpen van een kerkorgel. Zonder de leegte zouden er geen klanken zijn. In mijn tuin stonden diverse lege bloempotten. Ik stelde me voor hoe kleurrijk ze er uit zouden zien als ik ze met viooltjes beplant had. Leegte laat ruimte aan de fantasie, creativiteit en scheppingsdrang. Ik begin op een lege bladzijde te schrijven, de schilder begint op een leeg doek. Druivensap wordt in lege vaten gegoten om tot wijn te kunnen rijpen. De interieurontwerper Jan des Bouvries stelt: haal je huis eens helemaal leeg, begin opnieuw en plaats weinig terug, geef de leegte een plaats. In mijn nieuwe werkkamer prijkt een muur met leegte. De kracht van Zen is het rusten in Zijn en de ervaring van de Leegte. Het bewustzijn van de mens bevindt zich in de leegte van de cellen. Het onbewuste wordt geactiveerd in de leegte van de nacht en uit zich via de droom. De oude Chinese wijsgeer Lau-tse schreef: 'Tau is een onuitputtelijke bron, het wordt gebruikt, maar raakt nooit leeg. Een eeuwige leegte is het, doch boordevol mogelijkheden' ( uit Tau-te tjing). Een taoïstische wijsheid van J.C.Cooper luidt als volgt: 'Als een mens leeg is en onbevooroordeeld, zal alles zijn wijsheid aan hem mededelen'. Tekort aan leegte. Bart was 41 en burn-out. Hij voelde zich al maandenlang totaal opgebrand. Hij was moe, sliep amper en was nauwelijks nog tot iets 'zinnigs' in staat. Werken ging niet meer en de relatie met zijn vrouw en 3 jonge kinderen liet te wensen over. Zijn huisarts had hem doorverwezen naar onze praktijk voor Jungiaans filosofische therapie. Als een cliënt plaats neemt in de therapiekamer probeer ik onbevooroordeeld en leeg te zijn. In die leegte kan een wezenlijke ontmoeting plaatsvinden. Het is belangrijk dat de therapiekamer vooral rustig ingericht is, dat er ruimte is voor de leegte zodat het onbewuste van de cliënt makkelijker geactiveerd kan worden. 'Vertel eens Bart, hoe was je leven voor de burn-out?' 'Ooh prima. Ik kon alles en deed dan ook veel. Ik heb nooit eerder klachten gehad. Op mijn werk liep alles goed, ik maakte regelmatig overuren en dat werd zeer gewaardeerd. Daarnaast zat ik in het schoolbestuur en sportte ik drie maal in de week. Ik heb me nooit verveeld, had altijd wel iets te doen. Maar nu…nu kan ik niets meer, heb totaal geen energie'. 'Bart, heb je ooit wel eens Niets gedaan?' 'Niets? Niets gedaan? Nee, niets doen was doodzonde. Toen ik klein was werd ik altijd al aangemaand om bezig te zijn. 'Ga in Godsnaam iets doen', riep mijn moeder vaak. 'Ledigheid is des duivels oorkussen'. 'Bart, waar verlang je nu in wezen het sterkste naar?'
'Oooh, ik snak naar rust, niets hoeven doen, geen gezanik aan mijn hoofd en geen gejengel van de kinderen. Het liefst zou ik almaar in bed met mijn kop onder de dekens willen liggen, desnoods opgenomen worden in een rusthuis of bejaardencentrum'. Zijn antwoord sprak boekdelen. Ik had het idee dat hij leed aan volksziekte nummer een: een gebrek aan rust en leegte. Meestal weten mensen zelf waar de sleutel voor hun problemen ligt maar ze zijn zich dat niet bewust. Een spontaan antwoord, een droom of een geleide fantasie geven vaak al een betekenisvolle richting aan. In eerste instantie was het belangrijk voor Bart om een evenwicht te vinden tussen rust en bescheiden deelname aan zijn gezin. Daarnaast kreeg hij geleidelijk aan meer inzicht in de herkomst van zijn problemen. Doordat hij van huis uit altijd tot activiteiten aangezet was, was de waarde van 'stilte, rust, leegte en niets' hem vreemd. Hij moest leren inzien hoe broodnodig deze ingrediënten waren en ze een plaats geven in zijn dagelijks leven. Nu heeft elk mens zijn eigen manier wat het ervaren van rust, stilte en leegte betreft. Siegmund Freud bijvoorbeeld, was een verwoed wandelaar. Mensen die hem goed gekend hebben is het opgevallen dat hij op zijn scherpst en vindingrijkst was als hij wandelde en dat hij direct na een wandeling uren lang energiek kon werken, vooral schrijven. De componist Franz Schubert wandelde veel en de filosoof Emmanuel Kant liep urenlang hetzelfde weggetje op en af. De Leidse psycholoog en schrijver René Diekstra benadrukte de waarde van wandelen en het effect daarvan op vermindering van spanning en het verkrijgen van inzicht wat problemen betreft. Veel mensen kunnen zich tijdens een wandeling 'leeg' maken, ze ontdoen zich ongemerkt van alles overheersende gedachten en andere ballast. En in het 'niets' in die 'lege ruimte' ontstaat dan vaak het nieuwe idee of dat heldere inzicht. Anderen beoefenen yoga of mediteren om leeg te worden. C.G.Jung bouwde met eigen handen een huis en toren om zich vrij te maken. Hij voelde zich in zijn toren met alles verenigd, in alles aanwezig en met alles verbonden. In zijn eigen woorden: 'Soms heb ik het gevoel alsof ik mij over het landschap en tot in de dingen uitspreid en zelf in iedere boom leef, in het geruis van de golven, in de wolken en in de dieren die komen en gaan, of in het voortgaan der seizoenen'. (Uit: 'Herinneringen, dromen en gedachten. C.G.Jung) Bart maakte 2 maal per dag een flinke wandeling. De frisse lucht deed hem goed en hij keek er steeds naar uit. Hij maakte voor het eerst in zijn leven een tijdsindeling. In wezen was het zijn onvermogen om tijd in te delen wat hem de das om gedaan had. De tijdsindeling, of liever gezegd het gebrek daaraan, veroorzaakt stress omdat we zonder tijdsindeling de vrijheid kwijt raken om te doen wat we moeten doen, te zijn wie we willen zijn en plezier te hebben in wat we doen. Een goede tijdsindeling geeft ons de mogelijkheid ons leven zó in te richten dat we gelukkiger en produktiever worden. Maar het indelen van tijd heeft alles te maken met: in vrijheid durven kiezen. De franse filosoof J.P.Sartre stelde: 'De mens is gedoemd tot vrijheid'. Hij meende dat de ziekte van de mensheid bestond uit het ontkennen van persoonlijke eigenheid en de daaruit voortvloeiende morele conflicten tussen wat 'men' denkt en wil en wat hij in diepste wezen zelf denkt en wil. Sören Kierkegaard, de grondlegger van het existentialisme, stelt het persoonlijk 'geweten' en denken boven wat 'men' denkt en weet. Hij werpt de mens voortdurend terug op zijn eigen innerlijke moraal, op eigen motieven en eigen geweten. Voor Bart betekende dit dat hij bewuste keuzes ging maken en daarbij vroeg hij zich steeds af: 'Doe ik dit omdat men dat van mij verwacht of doe ik dit omdat ik het zelf graag wil'. Hij begon zich te realiseren hoe vast hij aan oude patronen gezeten had en hoe verstikkend dit gewerkt had. Na verloop van tijd kwam hij meer in contact met zichzelf en kreeg vertrouwen in zijn eigen unieke proces. Voor hem was de burn-out een kans om de ommekeer aan te gaan, een kans om het oude onbruikbare los te laten en in te ruilen voor het nieuwe, de eigen weg naar binnen. Volgens C.G.Jung ligt het in de aard van de mens om zich steeds meer te verinnerlijken. Zo rond het veertigste levensjaar zou men geleidelijk aan de weg van individuatie in moeten slaan. Dat de mens zich volgens zijn oorsprong en natuur
ontwikkelt, steeds meer uniek en zichzelf wordt. Freud heeft er al op gewezen dat, in perioden van depressie, melancholie en impasse, het uiterlijke leven misschien een lege indruk maakt, maar dat er tegelijkertijd innerlijk op volle snelheid wordt gewerkt. Bart is een half jaar in de ziektewet geweest. In die tijd is hij langzaam tot het besef gekomen dat het leven ook andere meer intrinsieke waarden kan hebben. Hij kreeg oog voor de natuur, nam tijd voor een wandeling met zijn vrouw en speelde met de kinderen. Elke dag laste hij meerdere rustpunten in om zijn blik naar binnen te richten en zich af te vragen wat die dag de meest wezenlijke dingen voor hem geweest waren. Zo kreeg hij zicht op zijn situatie en op zijn mogelijkheden. Hij zag de toekomst weer zitten. Na een reïntegratieperiode was hij weer in staat om hele dagen te werken. Op zijn werk had hij gepleit voor een 'Stilte kamer' waarvan hij elke dag gebruik maakte. De 'oude' is hij niet meer geworden maar wel de 'nieuwe'. De Bart die het leven als rijk en zinvol kon ervaren en voor het eerst in zijn leven momenten van intense vreugde ervoer. Plaatje 1. Goudzoeker. 'Door mijn moeten ontken ik mijn licht.' ( acryl op doek 150 x 100 door Marijke Vonk ) Innerlijke leegte De Duitse schrijver Hermann Hesse schreef over de jongeling Siddhartha die, na veel omzwervingen en gebeurtenissen op zijn uiterlijke maatschappelijke weg ondervonden en doorleefd te hebben, door toedoen van een wijze veerman een nieuwe innerlijke weg insloeg. Hij stak de rivier over en begon aan zijn innerlijke reis. Het volgende citaat is treffend: 'Siddhartha keek naar beneden in het groene water dat onder hem voorbij stroomde en voelde zich geheel en al vervuld van het verlangen om zich te laten vallen en in dit water onder te gaan. Een afschuwelijke leegte spiegelde hem vanuit het water tegemoet, een leegte, die overeenkwam met de verschrikkelijke leegte in zijn eigen ziel.' Sonja was 48. Ze had al twee scheidingen achter de rug en haar huidige relatie stelde ook weinig voor en dreigde op de klippen te lopen. Haar partner kon het niet meer uithouden met al die vreetbuien en onbedwingbare kooplust van haar. Ze waren al flink in de rode cijfers terecht gekomen. Hij stelde haar voor de keuze: 'Je gaat er iets aan doen of we gaan uit elkaar'. Ze had al jarenlang bij het RIAGG gelopen en een antidepressivum slikte ze nog steeds. Desondanks voelde ze zich leeg, waardeloos en schuldig. Op aanraden van een vriendin was ze bij onze praktijk terecht gekomen. 'Sonja, die vreetbuien en kooplust kunnen wel eens een roep van je ziel zijn. Misschien zelfs een noodkreet'. 'Ja, maar waaròm en wat moet ik ermee?' 'Dat is nu net de zoektocht, de uitdaging, jouw uitdaging.' Soms kan het zijn dat een mens de neiging heeft om veel te kopen of te eten om de onbewuste innerlijke leegte op te vullen. Vaak zoeken we het buiten onszelf en schaffen alles rond huis en tuin aan wat we wensen, in de hoop dat onze geestelijke honger voor even gestild zal zijn. We leven dan te veel naar buiten toe en weten ons niet meer naar binnen te keren. Velen hebben het belangrijkste van het leven verleerd. Ze hebben het contact met zichzelf verloren, zijn van hun oorsprong, hun eigenheid afgedwaald. Men voelt een tekort, beseft niet dat het een innerlijk gemis is en zoekt compensatie in meer prikkels, indrukken en bezit. Voor Sonja was het nodig om de reis naar haar binnenwereld aan te gaan want dààr bevond zich de mogelijkheid om haar leegte op te vullen en om harmonie en wijsheid te vinden. Maar ook moest ze de confrontatie met oude pijn en nog ongeheelde wonden aangaan. Vaak hebben vreetbuien en magerzucht te maken met een verdriet of een traumatische gebeurtenis die men onbewust niet voelen kan. Alle aandacht gaat dan naar het eten of juist uithongeren en de
dieperliggende pijn wordt zo niet waargenomen. Maar zodra we iets van pijn en verdriet buiten ons sluiten, snijden we in wezen iets van onszelf af. Sonja had zich als kleuter al onzeker en altijd de mindere gevoeld. Ze was onhandig en ook op de basisschool kon ze niet goed meekomen. Haar andere broers en zussen deden het daarentegen heel goed. Vaak kreeg ze van haar ouders te horen: 'ach, dat kun jij toch niet', of: 'nee, dat is niets voor jou'. Ongemerkt had ze de rol aangenomen van het kind dat er amper was en dat er niet toe deed. Met veel moeite en twee maal zitten blijven haalde ze toch haar Mulo diploma. En daarna volgde ze als vanzelfsprekend de verpleegstersopleiding. Haar ouders vonden dit de enige passende opleiding. Misschien dat er dan toch nog iets van haar terecht zou komen. Ze waren zeer verrast toen ze drie jaar later verkering met een arts kreeg. Sonja voelde zich in aanzien stijgen. Voor het eerst kreeg ze het gevoel dat ze voor haar ouders, broers en zussen mee telde. Dat ze toch ook wel iemand was. Twee jaar later trouwden ze en al snel kwamen er kinderen. De arts promoveerde en bekommerde zich nauwelijks om zijn gezin. Sonja was voor haar gevoel terug bij af. Ze voelde zich eenzaam en waardeloos. Tien jaar later ontmoette ze Henk op een feestje. Hij was een gezien advocaat en buitengewoon charmant. Ze werden op slag verliefd en begonnen in het geheim een relatie. Dit lekte al snel uit wat een scheiding tot gevolg had. Het verliefde stel trok bij elkaar, de kinderen bleven bij hun vader en Sonja werd afgedaan als 'bedriegster'. Na enkele jaren strandde ook de relatie met Henk. Een paar jaar later kwam Pierre in beeld. De overeenkomst tussen de drie mannen was dat ze academisch geschoold waren en zich een goede status verworven hadden. Sonja had haar eigenwaarde ontleend aan de maatschappelijke positie van haar partners. Ze was de charmante, goed uitziende en zorgzame vrouw 'van'. Ze was niet zichzelf, ze had zich slechts ten dienste gesteld aan hun carrière. Door de jaren heen was ze steeds meer gaan eten. Maat 42 werd vervangen door maat 50. Haar huis was geleidelijk aan verworden tot museum en kunstgalerie. Eten en kopen waren een symptoom van het onderliggende probleem. Er was innerlijk werk aan de winkel. Voor het eerst besefte Sonja dat ze haar hele leven bezig geweest was met 'niet voelen'. En nu voelde ze voor het eerst de intense pijn en het diepe gemis. En die leegte. Als de pijn wordt toegestaan en aanvaard dan rijst vanzelf het besef dat het er niet om gaat om het gemiste alsnog te verwerven. Het is nodig om contact te maken met de werkelijkheid van het gevoel, het de toestemming te geven dat het er mag zijn. Pas als er acceptatie en liefdevol contact is naar die pijn kan de energie die bij de pijn zit doorstromen en transformeren tot een andere gevoelskwaliteit: pijn wordt volheid, kou wordt warmte. Daarnaast was het belangrijk dat Sonja in contact kwam met haar diepere verlangens en authenticiteit. Als kind al had ze veel belangstelling voor kunst en schilderen aan de dag gelegd. 'Kunstschilder' wilde ze worden maar die droom werd meteen de grond in geboord. Daar kon je immers geen droog brood mee verdienen. Haar creativiteit had ze als een geheime schat diep in de kluis weggeborgen. Nu haalde ze de penselen weer tevoorschijn en begon verlegen iets op het doek te zetten. Haar oude verlangen was weer aangewakkerd en de rest vloeide daar vanzelf uit voort. Ineens wist ze het. Ze wilde een cursus tekenen en schilderen gaan volgen en misschien ooit een galerie beginnen. Tijdens haar hele therapieproces heeft Sonja een dagboek bijgehouden. Hierin vermeldde ze wanneer ze weer geplaagd werd door koopwoede of vreetbuien. Het was belangrijk dat ze het eten niet weg schrokte maar langzaam en met smaak at terwijl ze zich tegelijkertijd moest afvragen en voelen wat de onderliggende pijn was. Na enkele maanden was er al duidelijke verandering zichtbaar. Ze leerde zelfs de buien vòòr te zijn door meteen bij zichzelf te rade te gaan wat er speelde. Ook schreef ze haar dromen op die vervolgens tijdens de therapiegesprekken ter sprake kwamen. Langzaam kwam ze tot het besef dat ze ook steeds op dezelfde mannen viel. Op mannen die alleen zichzelf, hun status en carrière belangrijk vonden. Narcistische persoonlijkheden. 'Narcisme is een situatie waarin iemand niet van
zichzelf houdt. De narcistische mens weet eenvoudig niet hoe diep en interessant zijn ware aard is' schrijft de Jungiaanse analiticus Thomas Moore in zijn boek 'Zorg voor de ziel'. In wezen heeft narcisme met innerlijke leegte en een gebrek aan eigenliefde te maken. Om die leegte op te vullen doet de narcist op alle mogelijke manieren zijn best om van anderen aandacht, waardering en liefde te ontvangen. Helaas beseft hij nog niet dat hij eerst zichzelf moet liefhebben voordat een ander hem kan liefhebben. Alice Miller heeft dit in haar boek 'Het drama van het begaafde kind' helder uiteengezet. Ook het boek: 'Narcisme' van Alexander Löwen is een aanrader op dit gebied. Sonja besloot ruim een jaar later bij haar partner weg te gaan. Ze kreeg zelfvertrouwen en zoals ze zelf zei: 'Ik ben er nog lang niet maar mijn leven heeft inhoud en betekenis gekregen. Ik weet nu dat mijn vreetbuien en koopwoede me iets te zeggen hebben, dat ik het in mezelf moet zoeken'. Plaatje 2 : Leegte 'Mijn eten is mijn huis waarin ik me veilig waan.' ( olie op doek 60 x 50 door Marijke Vonk ) 'Leegte' als ervaring Lang geleden toen ik nog volop in de kleine kinderen zat heb ik in verband met relatieproblemen een periode van psychotherapie ondergaan. Ik was in een impasse terecht gekomen en voelde de onweerstaanbare behoefte om me voor een week terug te trekken. Ik verlangde naar de stilte van een klooster en naar de kale muren die mij alle indrukken zouden ontnemen en me terug zouden leiden naar mijn ziel. Die kloosterperiode was voor mij een grote ommekeer, ik ervoer de heilzame werking van de stilte, zelfs de maaltijden werden in stilte genuttigd. Ik wandelde en zat veel langs de rivier. Ik vereenzelvigde me met haar en werd me bewust van haar eeuwig voortdurende stroom, almaar voortgaan ergens heen, steeds weer anders en soms zelfs een stukje bergopwaarts. Mijn levensstroom, uniek en eigen, begon ik vanuit mijn innerlijk te aanvaarden. In deze dagen, waarin ik met veel verdriet en vertwijfeling geconfronteerd werd, had ik ook een heel andere ervaring. Op een nacht werd ik wakker van de stilte, alsof er geen enkele beweging meer was in de atmosfeer. Mijn beide ramen stonden open en ik keek over de kloostertuin en het rivierlandschap uit. Het was volle maan en de sterren schenen helder. Genietend van dat nachtelijke tafereel voelde ik ineens vanuit mijn borstkast een enorme zuigkracht ontstaan. Mijn hele wezen werd meegezogen naar eindeloze verten. En toen was er niets. Er was Leegte. Ik was niet meer, maar tezelfdertijd was ik alles, Een. Hoe lang deze ervaring geduurd heeft weet ik niet. Op dat moment was alles tijdloos. Wèl wist ik dat ze een grote fysieke uitwerking had, alsof mijn adrenaline-peil een onmeetbare hoogte bereikt had, waardoor een bruisende energie in mij ontstond. Hierna kon ik de slaap niet meer vatten. Door deze ervaring was ik tot het besef gekomen dat ik in diepste wezen verbonden was met het Eeuwige. Ook in de periode daarna werkte deze ervaring door. Ik voelde me ontwaakt uit de diepe slaap van de maatschappelijke beslommeringen, onbewuste verplichtingen en aanpassingen en had veel meer oog voor het wezenlijke gekregen. Ineens wist ik helder wat me te doen stond. Ik besprak deze ervaring in de therapiekamer en gelukkig was de therapeut er bekend mee. Tijdens een proces van psychotherapie kunnen we, doordat we gevoelens en innerlijke ervaringen toelaten, in contact komen met het eeuwige. Moniek was 28 en voelde zich door haar ouders in de steek gelaten. Ze leed aan het vermoeidheidssyndroom en zat net in de ziektewet. Ze zag er mat en depressief uit. Een jaar lang kwam ze voor gesprekken en langzaam verbeterde haar situatie. Op een dag kwam ze opmerkelijk anders binnen, ze was vrolijk, had een zekere uitstraling en in haar ogen was iets
van een twinkeling te zien. Ik dacht dat ze misschien verliefd geworden was. 'Moniek, wat is het, je ziet er zo stralend uit?' 'Ooh, niks hoor. Ik heb gewoon even een lekkere vakantie met mijn zus gehad. Jammer genoeg kon ik weinig doen en we zijn ook niet uit geweest, maar toch was de vakantie goed.' Er was iets in mij dat doorvroeg: 'Moniek en toch zie ik iets aan je? Er is meer, een kwartje voor je geheim?' Ze lachte en zei: 'Ik kan het gewoon niet vertellen, het was zomaar even maar sindsdien voel ik me een stuk beter'. 'Wat was dat zomaar even?' 'Nou dat kan ik nou juist niet uitleggen. Ik zat met mijn zus op een duintop terwijl we over de zee uitkeken en ineens werd alles anders. Er was niets meer, alleen maar leegte en licht. Langzaam werd alles weer normaal maar ik was diep onder de indruk. Ik vroeg aan mijn zus of zij ook iets gemerkt of gezien had. Ze keek me vreemd aan, kennelijk vond ze me merkwaardig. Dat verwarde me en tóch is er iets geweest. Heb ik het gezien. Ik weet het zeker. Jij zult me misschien ook wel gek vinden maar voor mij was het heel indrukwekkend'. Ze had tranen in de ogen en plukte verlegen aan haar trui. Ik kon zien dat het hier om een authentieke ervaring ging en zei: 'Moniek wat mooi, wat een cadeau.' Opgelucht keek ze me aan. Psychiaters en psychotherapeuten krijgen tegenwoordig meer oog voor de mystieke of eenheidservaringen van hun cliënten. Ook zien ze hoe ingrijpend, maar vooral ook hoe waardevol zo'n ervaring kan zijn. Freud noemde dit al 'oceanische belevenissen'. Psychiater Mark Gyselen meent: 'Zoals de menselijke liefde is de mystieke ervaring enerzijds niet het privilege van neurosevrije mensen ( voor zover die bestaan ), en anderzijds biedt zij de mens een mogelijkheid om méér mens te worden. ( uit: 'Hoe menselijk is mystiek?') Aanvankelijk dacht men dat mystieke ervaringen zich vooral voordeden bij mensen in een overgangsfase van het ene levenstijdperk naar het andere, dat ze dus gebonden waren aan een crisissfeer. Abraham Maslow ( de grondlegger van de humanistische psychologie) constateerde dat deze 'piekervaringen' juist bij psychisch gezonde mensen voorkomen en ziet hierin de top van een ontplooiing naar menselijke volwassenheid. Hij schreef hierover in zijn boek: 'Religie en topervaring'. C.G.Jung spreekt over het 'collectief onbewuste', wanneer hij de andere dimensie bedoelt. Hij noemt dit ook wel het boeddha-bewustzijn. Hoe we het ook noemen, dáár in die andere dimensie liggen de ervaringen van leegte, volheid, oneindigheid, onsterfelijkheid, heelheid of Satori. Volgens Suzuki, een zenmeester, is Satori het in-zicht in de natuur van het Zelf. Volgens Jung is het Zelf de ervaring van de totaliteit van ikzelf in verbinding met het hele universum, alles, één geheel. De Italiaanse psychiater Roberto Assagioli (grondlegger van de psychosynthese) omschrijft het proces van inkeer, groei en in verbinding komen mèt als 'transpersoonlijke ontwikkeling'. Hij legt er in zijn boek: 'Transpersoonlijke ontwikkeling' sterk de nadruk op dat dit een moeilijke weg is. De hedendaagse Ken Wilber schrijft over Leegte het volgende: 'Waar de heilige het innerlijk goddelijke licht, genade, liefde en extase ervoer, ervoer de wijze niets. De wijze was degene die als eerste doordrong in het zuiver vormloze gebied van de zuivere Leegte. Deze Leegte was echter zeker geen 'niets' in de letterlijke zin, maar de scheppende grondslag van al wat is, een uitgestrekte Vrijheid en oneindige Openheid waarvan de ontdekking leidt tot verlossing uit de wereld van vorm, lijden, zonde en samsara. Het afzonderlijke zelf gaat op in Leegte en daar is vormloze mystiek, de mystiek van de Afgrond, de grote Wolk van Niet-weten, het Bewustzijn dat oneindig binnen en buiten de manifeste wereld ligt'. (uit: 'Integrale psychologie') Moniek begon snel te veranderen, alsof haar hele proces in een stroomversnelling terecht was gekomen. Ze voelde zich dankbaar en koesterde de herinnering aan de ervaring in haar hart en zoals ze zelf zei: 'Sindsdien ziet mijn leven er anders uit, lichter en niet meer zo uitzichtloos als daarvoor.'
Bron afbeeldingen: 'Ode' schilderijen met gedichten door Marijke Vonk. www vonkverbeeld.nl