cultuur071
CULTUURNOTA 2012-2018 De kracht van cultuur is de toekomst van de stad
INHOUDSOPGAVE Samenvatting
Doel 7 Cultuur verbinden met
26
kennis en historie DEEL 1 – OP WEG NAAR EEN NIEUW CULTUURBELEID
1.
Doel 8 Cultuur gaat partnerschappen
Op naar een nieuw cultuurbeleid
5
1.1 Het belang van cultuur
Kennis – Stadshistorie – Historische binnenstad 28
aan met andere sectoren
5
Waarom cultuurbeleid - Waarden van Cultuur 5. Ambitie III - Cultuur (ver)bindt
Cultuur vergroot de aantrekkelijkheid van de stad 1.2 De uitgangspositie
en ontwikkelt talenten en activiteiten
7
die passen bij Leiden,
Huidig beleid - Gemeentelijke beleidskaders -
Stad van Ontdekkingen
De identiteit – Externe ontwikkelingen 1.3
De stad aan het woord
11
1.4
De Spelers
13
De kracht van de stad - Rol van de gemeente
1.5 SWOT-matrix
29
Doel 9 Cultuur heeft speciale aandacht voor
29
ontwikkelen en ontdekken van talent Binnenschools – Buitenschools - Amateurkunst Jeugdcultuurfonds - Bibliotheek -
14
Huisvesting BplusC Doel 10 Cultuur heeft speciale aandacht voor
DEEL 2 – DE KEUZES 2. De kracht van cultuur is de toekomst
32
jongeren, kenniswerkers en expats
16
Meer aandacht voor jongeren - Meer aanbod
van de stad! 2.1
Cultuurvisie
16
2.2
Drie ambities
16
2.3
Cultuurverandering
17
voor kenniswerkers en expats Doel 11 Leiden heeft een productieklimaat
33
waarin makers en amateurkunst zichtbaar zijn in de stad
3. Ambitie I - Cultuur heeft een breed
18
Makers - Professionele beeldend kunstenaars Geen aanjager - De Veenfabriek - Amateurkunst
en divers aanbod, met meer kwaliteit en vernieuwing Doel 1 Leiden waarborgt haar brede en
18
diverse cultuuraanbod Breed, divers, toegankelijk, in binnenstad en wijken
DEEL 3 – HOE GAAN WE DAT DOEN? 6. Cultuurverandering
36
6.1
36
Partnerschap – Zichtbaar: binnenstebuiten
vernieuwing - Huren gemeentelijk vastgoed Doel 2 Leiden verbetert haar cultuuraanbod
en open deuren – Cultuurfonds
20 6.2
met (pop)muziek en film
37
Huisvester – Partner
Verbetering filmaanbod – architectuur
Rol gemeente
Regisseur - Subsidieverlener –
Verbetering aanbod popmuziek – Doel 3 Musea en podia zetten Leiden
Rol cultuursector
Kwaliteit - Cultureel ondernemerschap –
– Kwaliteitsslag gebouwen - Meer kwaliteit en
21
nationaal en regionaal op de kaart
7. Middelen
40
Musea, podia en festivals - Marketing
7.1 Financiële gevolgen
40
nieuwe Cultuurnota 4. Ambitie II -Cultuur versterkt
23
7.2 Meerjarenraming
40
beschikbare middelen
de levendigheid en identiteit van de (binnen)stad Doel 4
Cultuur gebruikt de stad als podium
23
Zichtbaarheid: binnenste buiten en open deuren -
Monitoring, evaluatie en planning
8.1 Effectmeting 8.2
Ruimte voor makers, festivals en evenementen Doel 5 Leiden maakt cultuurkwartier
8.
Planning en evaluatie
42 42 43
24
tot kloppend hart Cultuur vliegwiel stedelijke ontwikkeling –
Bronnenvermelding
45
Begrippenkader
46
Bijlage Ringenmodel VNG
48
Ontwikkeling loopt Doel 6 Meer plek voor beeldende kunst in de openbare ruimte
Meer ruimte - Onderhoud
cultuur071
Cover: Werfpop, foto: K. Davidse
25
en Cultuuraanbod Leiden
Foto: Jannie de Groot
cultuur071
Muziek in de hofjes
Samenvatting De waarde van cultuur Cultuur is van grote waarde voor de stad. Allereerst vanwege haar intrinsieke waarde, maar cultuur vormt ook een belangrijke factor die bijdraagt aan de aantrekkelijkheid van de stad. Aan het woonklimaat voor de burgers, aan het vestigingsklimaat voor ondernemers en aan de aantrekkingskracht voor talentvolle bewoners en voor bezoekers. Leiden heeft cultuur in haar genen Leiden heeft een prachtige historische binnenstad, vol cultuur met schitterende monumenten, waaronder de oudste schouwburg van Nederland. Leiden is de derde monumentenstad én de derde museumstad van ons land. Aan het culturele klimaat wordt hard gewerkt. Veel cultuurgebouwen zijn of worden verbeterd: de Stadsgehoorzaal is uitgebreid, Haagweg 4 is gerenoveerd, er komt een nieuw muziekcentrum De Nobel en De Lakenhal maakt zich op voor een restauratie en uitbreiding. Het Cultuurfonds Leiden is opgericht, waardoor culturele initia
tieven gestimuleerd en verbonden worden. Er zijn steeds meer initiatieven van (jonge) makers. Het aantal festivals neemt toe en trekt een groot publiek. Onze stad is cultuur en ademt cultuur. Er liggen tal van mogelijkheden om bij te dragen aan de aantrekkelijkheid van de stad waar het goed wonen en werken is. Veel van die kwaliteiten moeten nog worden verzilverd. Hier ligt een opdracht voor de stad, maar ook een bijzondere kans en een moment om ons te onderscheiden van andere steden. Cultuurvisie Onze cultuurvisie luidt dan ook: Cultuur in onze historische stad is een dragende pijler van de stadsvisie Leiden, Stad van Ontdekkingen en maakt daardoor Leiden één van de aantrek kelijkste steden van Nederland: de kracht van cultuur is de toekomst van de stad! Deze visie werken we uit in drie ambities: ontdek het aanbod, ontdek de stad en ontdek talent. Ontdek het aanbod Bij de eerste ambitie kiezen we voor behoud van onze sterke punten en het aanpakken van
3
onze zwakkere punten. Dit is ingegeven door de Tussenstand, waaruit bleek dat de vele onderdelen van de Leidse culturele infrastructuur door velen gewaardeerd worden. Onze eerste ambitie is dan ook gericht op prolongatie en kwalitatieve verbetering van het cultuur aanbod. Wij willen een cultureel aanbod dat past bij een stad van onze omvang. Met meer aandacht voor kwaliteit en vernieuwing. Vooral in de binnenstad, maar ook in de wijken. En we willen dat cultuur Leiden daarmee regionaal en nationaal op de kaart zet. De eerste ambitie luidt: Cultuur heeft een breed en divers aanbod Ontdek de stad Dit is echter niet genoeg om de kansen die cultuur de stad biedt, optimaal te benutten. Wij scherpen ons cultuurbeleid verder aan en geven het focus. Als tweede ambitie kiezen wij ervoor om cultuur meer in te zetten om de levendigheid en identiteit van de (binnen) stad te versterken. Dat doen we door cultuur meer zichtbaar te maken in de stad, de stad als podium te gebruiken, het Cultuurkwartier op de kaart te zetten, meer ruimte te geven aan kunst in de openbare ruimte, de link te maken met kennis en historie en partnerschappen aan te gaan met andere sectoren als horeca, toerisme, detailhandel, wooncorporaties en onderwijs. Ontdek talent Cultuur moet er zijn vóór de mensen, dóór de mensen. Cultuur moet zich meer richten op het versterken en verbinden van activiteiten die passen bij Leiden Stad van Ontdekkingen, van kennis en van de cultuurhistorische binnenstad. Als derde ambitie willen we dat cultuur activiteiten en talenten verbindt en ontwik kelt, die passen bij het profiel van de stad. Voor jongeren, expats en kenniswerkers moet voldoende aanbod zijn. Cultuurmakers en amateurkunstverenigingen zijn zichtbaar in de stad.
cultuur071
Andere rollen Deze cultuurnota gaat ook in op veranderende rollen. Die rollen zijn nodig om onze ambities te realiseren. Meer externe oriëntatie, eigen kracht, samenwerking en cultureel ondernemerschap vanuit de stad. Vanuit de gemeente meer faciliteren en ondersteunen van initiatieven, veranderende eisen bij subsidieverlening en intersectoraal werken. Wat betekent het nieuwe cultuurbeleid? We gaan door met de kwaliteitsslag bij culturele gebouwen. De Nobel gaan we realiseren en de Lakenhal restaureren en uitbreiden. Op onze agenda staan vervolgens de komende jaren de uitbreiding van de Schouwburg en de huisvesting van BplusC. We gaan hard werken aan de doorstart van Scheltema en het LAKtheater. Er komt meer ruimte voor beeldende kunst en voor makers. BplusC krijgt een centrum voor amateurkunst. Er komt een budget voor culturele makers en een jeugdcultuurfonds. Uitnodiging aan de stad Deze nota gaat over cultuur in de stad. We richten ons niet alleen tot de cultuursector, maar ook vaak tot veel andere sectoren. Daarom is deze nota ook een uitnodiging aan de stad: aan ondernemers, winkeliers, horeca, woning corporaties et cetera. We hopen de stad te prikkelen, uit te dagen, enthousiasme en nieuwe initiatieven te kweken en zo te zorgen dat cultuur borrelt en bruist in Leiden, Stad van Ontdekkingen! Uitvoering De nota is ambitieus. Uitgangspunt is evenwel dat de nota binnen de beschikbare budgetten het nieuwe beleid formuleert. Leiden bezuinigt, in tegenstelling tot veel andere gemeenten, niet op cultuur! Belangrijk hierbij is ook dat de nota een andere opstelling vraagt van de cultuur sector, de stad en onze eigen gemeente.
Foto: Luca Di Tommaso
cultuur071
Scheltema
1. Op naar een nieuw cultuurbeleid 1.1 Het belang van cultuur Waarom cultuurbeleid De gemeente draagt, samen met alle partners in de stad, zorg voor de kwaliteit van het lokale leven. Eén van de pijlers van het lokale leven is cultuur. Cultuur in de openbare ruimte, cultuur op podia, cultuur in het museum of waar dan ook in de stad. Cultuur is overal. Cultuur is vroeger, nu en de toekomst. Cultuur stelt vragen, geeft afwijkende meningen, ontwikkelt nooitgedachte ideeën. Van cultuur kun je genieten, je blikveld verruimen, iets leren of er samen aan deelnemen. Een groot deel van de Nederlandse bevolking ervaart cultuur als belangrijk (92%) (Motivaction, 2007). Dit vormt een legitimatie voor het feit dat gemeenten zorgen voor een breed en divers cultureel leven in hun stad. Zowel door een culturele infrastructuur te bieden, als door er
voor te zorgen dat de inwoners kennis kunnen nemen van de cultuur (reflectieve cultuurparti cipatie) en er actief aan deel kunnen nemen (actieve cultuurparticipatie). Cultuur is autonoom beleid. Er bestaat weinig wet- en regelgeving die voorschrijft wat een gemeente aan cultuur moet doen. Het is aan de gemeente zelf om te bepalen welke gemeen-
Wat verstaan we onder cultuur? Onder cultuur verstaat men meestal zowel de kunsten (zoals dans, muziek, theater, beeldende kunst, architectuur, nieuwe media), als cultureel erfgoed (zoals musea en monumenten). Ook culturele evenementen en festivals vallen daaronder. Ons beleid voor cultureel erfgoed is al verwoord in de Nota Cultureel Erfgoed Leiden. Daarom zullen we in deze nota dit beleid als uitgangspunt nemen en alleen ingaan op nieuwe aanknopingspunten. In de praktijk worden de begrippen kunst en cultuur nogal eens door elkaar gebruikt. Wij proberen hier zoveel mogelijk de overkoepelende term cultuur te hanteren.
5
telijke middelen zij in wil zetten en of zij de kansen die cultuur voor de stad biedt, wil benutten. Die kansen zijn er niet alleen vanwege de intrinsieke waarde van cultuur, maar ook vanwege de waarde die cultuur heeft voor andere doelen. Waarden van cultuur Cultuur heeft een intrinsieke waarde. Actief door zelf de kunsten te beoefenen, reflectief door te kijken of te luisteren naar cultuur. Maar cultuur heeft ook een extrinsieke waarde. Cultuur draagt bij aan het bruisende klimaat in de stad en zorgt voor kleur en sfeer. Cultuur geeft uiting aan de identiteit van de stad, geeft de stad uitstraling. En cultuur zorgt voor binding en schept ontwikkelingskansen. Cultuur verruimt je blikveld en is daarmee een verrijking voor het individu en voor de maatschappij. Cultuur draagt bij aan de economie en de lokale werkgelegenheid. De nabijheid van stedelijke voorzieningen in het algemeen en culturele voorzieningen in het bijzonder zijn tegenwoordig doorslaggevende redenen bij de woonplaatskeuze. Dat constateert Gerard Marlet (Atlas voor Gemeenten, 2011). Daar waar men tegenwoordig voor werken bereid is te reizen, heeft men het cultuuraanbod graag dicht bij huis. Om er gebruik van te maken of om in ieder geval de mógelijkheid daartoe te hebben (de zgn. optionele waarde van cultuur). De steden waar op loop- en fietsafstand een gevarieerd voorzieningenaanbod te vinden is, zijn extra aantrekkelijk (de ‘walking cities’). Cultuur is een belangrijke factor die de aantrekkelijkheid van de stad vergroot. En cultuur is daarmee ook belangrijk voor de werkgelegenheid, omdat werken tegenwoordig wonen volgt. Het heeft bovendien een positief effect op de waarde van het lokale vastgoed en het versterkt de investeringsbereidheid van ondernemers. De Atlas voor Gemeenten heeft in opdracht van de gemeente het rapport Cultuur in Leiden opgesteld (juni 2011). Dit vergelijkt het culturele
cultuur071
aanbod van Leiden met andere steden en bepaalt de bijdrage van dit aanbod voor de aantrekkingskracht van de stad. Het aanbod van musea en historisch erfgoed blijkt in Leiden hoger te zijn dan gemiddeld in andere steden in Nederland. Het aanbod van podiumkunsten is iets lager dan in andere (universiteits)steden. Met name het aantal popconcerten is lager dan gemiddeld. De cultuurdeelname in Leiden is relatief groot. Dat heeft te maken met de relatief hoog opgeleide bevolking, het grote aanbod en het aanbod in dichtbij gelegen grote steden. De aantrekkingskracht van de stad Leiden is groot. Niet alleen trekt de stad relatief veel jonge mensen aan, ook scoort Leiden hoog op de woonaantrekkelijkheids-index, die de migratiebalans en de concurrentiepositie van steden in hoge mate bepaalt en verklaart. Zowel het historisch erfgoed als het culturele aanbod leveren een belangrijke bijdrage aan de aantrekkingskracht van de stad. Cultuur vergroot de aantrekkelijkheid van de stad Cultuurbeleid is dus bij uitstek geschikt om de aantrekkelijkheid van een stad te vergroten. En het is een van de knoppen waar de gemeente zelf aan kan draaien. Aantrekkelijk voor inwoners om te wonen, voor bedrijven om zich te vestigen en voor bezoekers om van het cultuuraanbod te genieten. En dat is van belang voor een stad. De concurrentie met andere steden zal steeds meer toenemen. Wie heeft een aantrekkelijk potentieel van arbeidskrachten voor bedrijven? Hoe kunnen - met de toenemende vergrijzing - jongeren voor onze stad behouden worden? Hoe trekken we bezoekers naar de stad en zorgen we dat ze er langere tijd verblijven? Met cultuurbeleid kan de gemeente zichzelf een goede uitgangspositie geven in deze concurrentiestrijd. Kortom, het gaat niet alleen om de waarde van cultuur zelf. Al is dat natuurlijk altijd de kern van
cultuur071
het cultuurbeleid. Cultuur is ook een aanjager van veel andere stedelijke ontwikkelingen. Daarin ligt de bredere betekenis van cultuur voor de stad. En daarin willen wij investeren!
1.2 De uitgangspositie Huidig cultuurbeleid Een nieuw beleid voor cultuur in Leiden begint niet bij een blanco situatie. Er is al een bloeiend cultureel leven in de stad met theaters, muziekpodia, musea, bibliotheek, verenigingen, kunstenaars en cultuureducatie. En er liggen al een Cultuurnota 2006-2008, een Cultuurbrief 20092011 en een aantal subsidieverordeningen (Deelverordening Amateurkunst Subsidies en de Deelverordening Kunst- en Cultuursubsidies). Toch zijn er redenen om het cultuurbeleid te herijken. De samenleving blijft immers in beweging en Leiden verandert. Daarom hebben we ons oor te luisteren gelegd bij de stad (zie 1.3) en het beleid geëvalueerd. De Cultuurnota 2006-2008 had 26 beleidskaders als basis; bij de vaststelling werden 11 moties aangenomen. Daarmee bleef bijna alles belangrijk en werden onvoldoende onderscheidende keuzes gemaakt. Dat resulteerde in veel wensen voor de uitvoering, waarvoor echter onvoldoende extra geld beschikbaar kwam (met uitzondering van budget voor het Muziekcentrum en het Cultuurfonds). Het op orde brengen van fysieke achterstanden en exploitatietekorten bij een aantal instellingen vroeg dan ook veel meer tijd dan voorzien in de nota. Daarom besloot de raad in de Cultuurbrief ‘Er is momentum’ 2009-2011 de Cultuurnota te verlengen, eerst de uitvoering te voltooien en een aantal knelpunten op te lossen door herschikking van een deel van de gelden uit het budget voor het Cultuurfonds. De afgelopen periode werd dan ook veel geïnvesteerd in culturele voorzieningen: Stadsgehoorzaal, Muziekhuis, Scheltema, Lakenhal, Schouwburg, Pieterskerk en Haagweg 4. Met als gevolg dat we in Leiden een grote
culturele slag hebben gemaakt en dat onze culturele basisinfrastructuur een stevig fundament vormt waarop kan worden voortgebouwd! Begin 2010 verscheen de Evaluatie Cultuurnota 2006-2008 en Cultuurbrief 2009-2011. Daarin werd geconcludeerd dat de Cultuurnota zich meer richtte op instellingen dan op doelstel lingen. De aansluiting bij de stadvisie Leiden, Stad van Ontdekkingen was nog te beperkt, evenals de verbinding tussen kennis en cultuur. In subsidiebudgetten is weinig flexibiliteit; dat geeft spanning tussen bestaande en nieuwe initiatieven, tussen organisaties die al jaren subsidie krijgen en nieuwe organisaties die een beroep op subsidie doen maar waarvoor slechts beperkt budgetruimte beschikbaar is. Wel worden met dit bescheiden budget bijzondere culturele initiatieven mogelijk gemaakt. En wordt het budget vaak ‘vermeerderd’ door cofinanciering van derden (die vaak een financiële bijdrage door de gemeente als basisvoorwaarde stellen). Aparte aandacht verdient het Cultuurfonds Leiden dat begin 2009 van start ging. Fonds 1818 en de gemeente Leiden hebben ieder hierin jaarlijks 2 ton gestort. Ook de Kamer van Koophandel neemt deel. Er kwam een cultuurmakelaar die met dit budget moest zorgen voor versterking van de cultuursector en culturele activiteiten moest stimuleren. Het Cultuurfonds en de cultuurmakelaar zijn een succes gebleken. Het Cultuurfonds is niet een subsidieloket, maar de Cultuurmakelaar is een meedenkende, adviserende en bindende kracht geworden in het Leidse cultuurveld. Inspelen op nieuwe initiatieven, bundelen van cultuuraanbod, de cultuursector versterken. Daarbij genereert het Cultuurfonds geld voor Leiden. Allereerst door de unieke co-financieringsconstructie met Fonds 1818, maar ook doordat het Cultuurfonds derden verleidt tot een financiële bijdrage aan Leidse culturele activiteiten.
7
Gemeentelijke beleidskaders Het cultuurbeleid zal aansluiting zoeken bij een aantal bestuurlijk vastgestelde beleidsdocumenten.
uu r ap pe lij k Stru ct ciaal M aatsch So tep nc Co er De is ee n ov en in Leid en’ n, vi sie 20 25 ‘L ev e be leid svel de rs ve di or de r vo pu nt gs an ko ep el en d ka tg ui d en ltu ur. He t leid ne m en waa ro nd er cu aa rb ij we he t w , n’ se en m n va t en . ch ra ul ‘k is st ad stim er atieve n ui t de n, ve ie va n eige n initi at iti ze in st aa n vo or de aa n En m ee r op en ruim te geve n r ee m en n re ite cil fa r ee ze m tale nt . ex pe rim en t en of do pg aven , ’ he ef t drie ho en id Le ‘L even in en , St ad va n steren in Leid st waa rvan ‘Inve e st ad ’ de m ee aa ntre kkelijk n, ge or in vo kk n de de O nt ld te wor om do or ve rt aa be la ng rijke is ur no ta . nieu we cultu cultu ur in de
In de Leids e bin ne ns tad ko me n fu nc tie s als winkele n, uitgaan , cultu ur, we rke n en wo ne n sam en . Me t he t Pr og ram ma Bin ne ns tad wil Leide n me er bezo eker s tre kken , ho ge re be ste din ge n stimu leren en ho ge re wa ard ering oo gs ten . He t cultu uraa nb od sp ee lt daarin ee n be lan grijke ro l, ma ar ka n no g be ter wo rd en be nu t. He t uit we rking sp ro gram ma ‘Ve rd er me t de Bin ne ns tad ’ (b es tu urlijke be sluitv or ming loo pt) laa t de ve rsc hillen de fu nc tie s va n en in de bin ne ns tad zie n, me t de gewe ns te on tw ikke lin ge n en he t ka rak ter va n de ve rschil len de ge bie de n: wo ne n, ke rnwinkelg eb ied , zwer f milie u, ac ad emisc he cultu ur, ste de lijke cultu ur me t cultu ur kwar tie r, nie uwe sta ds cu ltu ur en sta tio ns bu ur t. He t prog ram ma beva t all erl ei ac tiv iteite n die de bin ne ns tad ve rb ete ren en aa ntrek ke lijker ma ke n om te bezo eken , te we rke n, te lev en en te wo ne n.
schrijf t d Leid en om ur ee l Er fg oe cturen , ru st e D e N ot a Cu lt ch et de hi storis m an ga archie f. om ho e we gi sch bo de m he t arch eo lo en t we g in da d uw be bo lturee l er fg oe t ee n rijk cu is ch e ef or he st hi en e id D Le be nu tten . én en rm he nd ve rhaal w ill en be sc to t ee n leve om er gt al s aa vr cultuu r n deze no ta de n. W ij zulle or w te kt e aa w ge m j de nieu ge br uike n bi un te n ui tg an gs pu nt nk no ping sp aa op en le al en a Cultuu rn ot an . se ctoren in ga tu ss en beid e
cultuur071
De St ad sv isi e ‘Le id en , St ad van Ontd ek ki ng en’ beva t ee n on tw ikkeling sri ch tin g to t 2030 . De sluit aa n bij de visie ste rke pu nten va n de sta d: ke nn en cultu ur. Er is is ve el te be leven op he t ge bied cultu ur in de hi va n sto ris ch e binn en sta d, m aa r oo k de ke nniswerel in d va n unive rsi te it en mus ea . Leid is ee n ke nniss ta en d m et on de rw ijs en on de rzoe k op all e ni veau s en ee n sta d m et ee n ze er aa ntre kk lijke wo on en e le efom gevin g. Ee n sta d die ve tale nten he ef t el vo or tg eb ra ch t en da t al s St ad On td ek kin ge n va n oo k in de to ekom st zal do en .
ar een ver lei de lijke He t be lei dskad er ‘Na ho e wij me t de sta ds wi nkels tad ’ ge eft aan als win kel ge bie d ad pa rtn ers de bin ne nst ken . Onze am bitie is aan tre kke lijker wil ma ad te staan als bin ne nst om in 2020 be ken d ed go g vin ge om he isc waar je in een his tor ine re el in gro te als in kle ku nt win kel en , zow ig ard wa alit atief ho og win kel s, me t een kw is’ en lev ‘be kel en een aan bo d en waar win lin ge n is da t de tel els do de van is. Eén et zijn: vee l be lev ing mo nd bin ne nst ad bruise d in he t win kelaan bo en ver ras sin g zowel de sen ras ssa nte , ver als in an de re intere da t en die ertoe lei de n eit ivit act e) rel ltu (cu n. com bin eerd wo rde bezoe km otieve n ge
Het Beleids kader Vastgoe d 2010 geeft aan hoe wij in de toekom st met het gemeen telijk vastgoe d om willen gaan (b.v. aard, omvang , beheer, huur berekening). Dit beleidskader kan voor een aantal culturel e organis aties verstrek kende gevolge n hebben , omdat zij in gemeen telijke panden zitten waarvan de huur kan worden verhoog d. Deze huurver hoging zal voor de meeste culturel e organis aties zeer lastig zelf op te brengen zijn. Zonder aanvulle nde maatreg elen of scherpe re keuzes in beleid en subsidie s, zal dit beleid tot gevolge n voor het culturel e aanbod kunnen leiden. Omdat de (financiële) consequ enties van dit beleidskader voor de sociaal maatschappelijk functies niet goed waren te overzie n, heeft de raad beslote n uit te laten zoeken of het beleids matig gewens t is instellin gen te ondersteunen met een (huur)su bsidie. Dit onderzo ek is gaande.
cultuur071
De identiteit De identiteit van een stad wordt bepaald door haar karakteristieke kenmerken, zoals ligging, historie, bevolking en typisch ‘Leidse zaken’. Leiden ligt in de Randstad. Op betrekkelijk korte reisafstand van vier grote steden: Rotterdam, Amsterdam, Utrecht en Den Haag. Binnen de regio vervult Leiden de rol van centrum gemeente. Dat lijkt overigens meer te gelden voor de direct aangrenzende gemeenten dan de gemeenten die iets verder weg liggen. Kennis en cultuur zitten in de genen van Leiden. Op cultuurgebied onderscheidt Leiden zich door meer dan 3000 monumenten en tal van musea en theaters: Leiden is de derde monumenten- en de derde museumstad van het land. De musea zijn de grootste publiektrekker: samen met Corpus bijna een miljoen bezoekers per jaar. De cultuurdeelname in Leiden is hoog. Uit het onderzoek Cultuur in Leiden blijkt dat deze groter is dan in andere vergelijkbare steden: zowel het bezoek aan concerten en theater voorstellingen, als het bezoek aan musea. Het hoge opleidingsniveau van de Leidse bevolking is de belangrijkste verklarende factor (Cultuur in Leiden, 2011). Leiden is van oudsher een stad voor vrije geesten, een gastvrije stad. Een stad waar vluchtelingen
onderdak vonden. En een stad met veel wetenschappers, als gevolg van de aanwezigheid van de universiteit. Kennis is niet alleen door de oudste universiteit van Nederland een belangrijke pijler, maar ook door het Leids Universitair Medisch Centrum, het Bio Science Park, het Brain & Cognition Centre, de Nano Microscoop (NeCEN) en de vele musea die vaak tevens (inter)nationaal kenniscentrum zijn. Deze karakteristieken zijn mede van invloed op een specifieke bevolkingsopbouw. In Leiden wonen veel mensen die in de creatieve sector werken, waaronder wetenschappers, kennis werkers en expats. De bevolking is hoog opgeleid. Er wonen veel professionals die op innovatie zijn gericht. Daarnaast heeft Leiden een grote groep jongeren tussen de 18 en 26 jaar, wat voor een groot deel te verklaren is door de studenten. De vergrijzing is in Leiden nog beperkt ten opzichte van andere steden. Maar rond 2018 is het moment waarop Leiden meer 65-plussers zal hebben dan 20-minners. Rond 2030 zal Leiden met haar 65-plussers op het landelijke gemiddelde zitten: dat is dan rond de 24% (Sociale Staat Leiden, 2011). Om de vitaliteit in de stad en het evenwicht in de bevolkingssamenstelling te behouden, vraagt dit extra aandacht voor het aantrekken en behouden van jongeren.
u en te n te stim om even em en el ie eg tr dr aa ta kies t vo or 08 beva t m te re n. D e no ente nn ot a 20 ti vals . ijk te prio ri D e Even em el ud ee Sl eu te lfes ho tw in en en n n te re es le e fe gu r 3 ok to be n. H et even le re n, te re em en te n: de te su bsidië re n en te ev e n en ig te em al en groo ts ch n’. Even em an de re even ntde kkin ge bu dg et om O er n is va va st ad aa no St Daa rn unie ke , in j ‘L ei de n, ei de n’, do or d slui t aa n bi nd de n en ve rl in m en te nb el ei de rlin ge ba rb ve on , de en n n ‘ver ra ss rs te rken va Ze ve t n. he re ; to en drag en bij aa itia tiev scip lin es /s ec alit atieve in in de n va n di en ex tra tieve en kw én he t ve rb ad st aa rd oo r Leid de w , in ad n st se de en n m ee rd . va tu ss en prom otie dt ge stimul zo rg en vo or on omie wor k ec oo de n te en pp t oe ra or ta ge m er s trek n de tu ss en nale bezo ek nl ei ding va aa ar na ecifi ce ring (b oven)regio n sp lin ge em en te n, n en aa nv ul ng va n even ri ië id nt alle n A an pa ssin ge bs aa su ne n de w ijze va es to eg es ta ti a. ca o. lo n fe de ef be tr atie s, de op proced ure. ve rg un ning em en te nloc erin g en de va n de even m or sn id lu n, de ge even em en te
A ls uit w e rkin g v a n ‘Ve rd d e B in n e er met n s ta d ’ w o rd t g ew aa n H o re e rk t c a sfe re n in d e Bin Wa a r m a n e n st a d g ik o p re : ke n e n? D g e e ft h e it stu k ld e rh eid o ve r we lk h o re c a o e n tw ik ke lin g e n in va n d e b we lk d e in n e n st a el d ka n srij stu k die k zijn . H n t als alg e t emeen a ka d e r w fwe gin g aa rm e e s h o re c a aa nv ra in d e b in n e n st a d gen wo rd e n d e e ld . T beoor o t slo t is ook een Eco n o m nie u we is ch e v is ie in d e maak.
9
Het straatbeeld in Leiden is dus een mengeling van studenten, wetenschappers, creatieve geesten en bewoners uit een bonte kleuring van wijken in de stad. Door haar historische binnenstad heeft ze een bijzonder aantrekkelijke uit straling, Tegelijk is de kwaliteit van de openbare ruimte in de (binnen)stad van Leiden soms nog erg wisselend. Verbetering is hier nodig.
Foto: Frits Westra
Tot slot is Leiden alleen Leiden door een aantal ‘typisch Leidse’ zaken, waar de Leidenaar trots op is. De Taptoe en de 3-oktober viering, het Leids kwartiertje en de Leidse tongval (‘cultuuwrw in Leiu’).Ook dat is onze Leidse cultuur!
3 Oktober
Trends en ontwikkelingen Een aantal externe ontwikkelingen is van belang voor het ontwikkelen van de nieuwe cultuurvisie. Demografisch springen de verkleuring en de vergrijzing in het oog. Nederland vergrijst, het aantal ouderen neemt toe. Op zich is dit een interessante doelgroep voor cultuur, want deze groep heeft in het algemeen veel interesse in kunst en cultuur, veel vrije tijd en vaak voldoende financiële middelen. Een andere ontwikkeling is dat Nederland veelkleuriger wordt. Er is een instroom van nieuwe groepen bewoners. Dat biedt enerzijds een verrijking van het cultuuraanbod, anderzijds zal de behoefte aan cultuur (vorm, plaats en inhoud)
cultuur071
ook verschillen van datgene wat wij hier in Leiden gewend zijn. Kansrijk is de opkomst van de belevingseconomie. Nu alles op internet is te zien, te beluisteren of te kopen, zit de toegevoegde waarde van het ‘de stad in gaan’ steeds meer in de beleving. Consumenten zijn op zoek naar beleving, avontuur, authenticiteit. Daar liggen mogelijk heden voor de culturele sector en voor het midden- en kleinbedrijf, waaronder de horeca en de detailhandel. In onderlinge samenwerking kunnen zij Leiden een prominente plek in de belevingseconomie geven. Leiden wordt een stad waar je op één dag van alles kan beleven. Inspelen op het ‘meervoudig bezoekmotief’ van bezoekers biedt Leiden een enorme kans! Cultuurhistorie beleeft een revival. De publieke belangstelling voor cultureel erfgoed en geschiedenis is in Nederland toegenomen. Meer aandacht in de media, meer bezoek aan musea en archieven. Leiden heeft met haar historische binnenstad goud in handen. Ook blijken de Leidenaren bovengemiddeld historische belangstelling te hebben: bijna driekwart van hen geeft aan in de geschiedenis van Leiden en haar omgeving geïnteresseerd te zijn (Stadsenquête, 2010). Meer en meer vinden cross-overs plaats tussen kunstvormen en wordt kunst beoefend buiten de bestaande kaders en gevestigde structuren om. Dit leidt tot nieuwe verbanden en partnerships, die het culturele domein dat was voor behouden aan kunstenaars en culturele instellingen openbreken en vragen om een meer integrale benadering. Zo worden er allianties gesloten tussen culturele instellingen en woningbouwcorporaties om de leefbaarheid in de wijk te vergroten en werken het bedrijf sleven en kunstenaars samen aan innovatie. In het culturele veld is een groeiend besef van het belang van (meer) cultureel ondernemer-
cultuur071
schap. Zeker jonge kunstenaars stellen zich onafhankelijker op van ondersteuning door de overheid en zoeken andere kanalen om hun werk te realiseren. Sponsoring, crowdfunding en mecenaten worden (nog) vaker gezocht, al is het in tijden van economische crisis niet altijd even gemakkelijk. Culturele organisaties zoeken inkomsten door combinaties met horeca en winkeltjes. Ze zijn steeds meer een ‘third place’, waar het goed toeven is, waar je kan werken, drinken en ontmoeten. Hoe langer bezoekers bij hen verblijven, hoe meer inkomsten gegenereerd kunnen worden. En hoe aantrekkelijker een bezoek aan Leiden voor hen wordt. Ook de culturele sector heeft te maken met de individualisering. Mensen willen hun eigen ding doen, op hun eigen moment en op hun eigen voorwaarden. Vrijheid van keuze, zapgedrag en kortdurende arrangementen horen hierbij. Het cultureel aanbod speelt daar op in. Mensen zoeken nieuwe ontmoetingsplekken, een functie die culturele instellingen in toe nemende mate vervullen. Festivals en culturele evenementen beantwoorden aan de behoefte van een wij-gevoel. Snelle technologische ontwikkelingen en digi talisering maken nieuwe kunst- en presentatievormen mogelijk. Ook stellen ze mensen in de gelegenheid zich te informeren over kunst uitingen en cultureel erfgoed. Dat geldt zowel voor (achtergrond)informatie, als om te weten wat er speelt. Deze ontwikkelingen geven ook nieuwe mogelijkheden voor cultuurparti cipatie en marketing. De cultuursector zal hier ten volle gebruik van moeten maken, om mee te kunnen met andere concurrerende vrijetijdssectoren. En om de voor een stad belangrijke groep van jongeren, die hier het meest gebruik van maken, te bedienen. De culturele sector staat onder druk. Niet alleen door de economische crisis, maar ook door de
aangekondigde bezuinigingen op cultuur bij de rijksoverheid. De prijzen van podia, cursussen, lessen stijgen. Ook de BTW-verhoging is van substantiële betekenis. De rijksbudgetten voor theatergezelschappen worden kleiner. Productiehuizen waar jonge theatermakers zich kunnen ontwikkelen zullen verdwijnen volgens de aangekondigde bezuinigingen. Deze negatieve ontwikkeling biedt Leiden ook kansen om makers naar onze stad te trekken. Andere ontwikkelingen binnen de overheid zijn de toenemende concurrentiestrijd tussen steden. Citymarketing om bezoekers naar de stad te trekken is al een aantal jaar een belangrijk speerpunt van veel steden. Meer recent komt daar de strijd om de jongeren en de hoogopgeleiden bij, omdat deze groepen belangrijk zijn voor de vitaliteit van de stad.
1.3 De stad aan het woord Over het algemeen is de stad tevreden over het brede en diverse cultuuraanbod in de stad (Leiden Panel, 2011), met name over het theateraanbod, de musea en de historische binnenstad. Als er iets ontbreekt dan is dat vooral op het gebied van popmuziek en films; ook beeldende kunst in de openbare ruimte en aandacht voor architectuur vindt men matig vertegenwoordigd. Het aanbod kan meer gebundeld worden, met een duidelijker focus (bijvoorbeeld bij festivals). Amateurkunst en makers hebben meer behoefte aan (tijdelijke) ruimtes en aan podia. Men vindt dat er veel is te doen op cultureel gebied in Leiden, maar het is nog te weinig bekend, te moeilijk te vinden, niet op één plek gebundeld aangeboden. In de marketing zijn met de komst van de cultuuragenda op www.leiden.nl en Juni Cultuurmaand recent stappen gezet, maar verdere uitwerking met o.a. het gebruik van nieuwe media is gewenst.
11
Eerst luisteren, dan kiezen Beleid kan niet in het stadhuis worden bedacht. Daarom is eerst het oor te luisteren gelegd in de stad. Door heel veel mensen is meegedacht. Zonder voor behoud, met veel energie, in oude en nieuwe net werken. Mensen droegen bij omdat cultuur hen nauw aan het hart ligt, omdat ze er hun brood mee verdienen, omdat ze ervan genieten, omdat ze de stad met cultuur willen verrijken en aantrekkelijker willen maken, omdat ze goede ideeën hebben, omdat ze kansen zien. Het leidde tot nieuwe contacten. Zo heeft de Linkedin-group cultuur071 zich ontwikkeld tot een platform waar mensen elkaar informeren over plannen, tips uitwisselen en partners voor samen werking vinden. Eind juni verscheen De Tussenstand, waarin de oogst uit de stad is opgeschreven. Op 2 juli is een stadsb ijeenkomst gehouden waar De Tussenstand besproken en bediscussieerd werd. Een aantal belangrijke constateringen hebben we hieronder samengevat. Daarbij hebben we de reacties soms vertaald naar een hoger abstractieniveau.
De verbinding tussen de kennis- en cultuur wereld moet volgens velen sterker. De rol van de universiteit in de stad is weinig zichtbaar, en tegelijkertijd benut de universiteit de kracht van cultureel Leiden te weinig om aantrekkelijk voor studenten te zijn. De wetenschap kan beter naar een breed publiek vertaald worden. Cultuurbeleid zou meer ruimte voor innovatie en experiment moeten bieden. De stad is van mening dat organisatorische en creatieve kracht van studenten beter benut kan worden. Men wil vaker studenten van kunstopleidingen naar Leiden halen (bij het ontbreken van een kunst opleiding in onze stad). Leiden beschikt over een grote creatieve klasse, die kracht moeten we meer gebruiken, ook als brug tussen kennis en cultuur. En Leiden moet een aanbod hebben dat afgestemd is op kenniswerkers en expats. De stad signaleert dat de unieke ligging van Leiden (tussen vier grote steden) jonge makers de kans biedt zich aan deze grote vier op te trekken, maar ook om in de luwte te zoeken naar eigen vorm en inhoud. Leiden is door zijn kleinschaligheid een broedkamer en springplank voor nieuw talent. Ook kleinere podia passen in de Leidse kleinschaligheid en zijn een kweekvijver voor talent.
cultuur071
De samenwerking binnen de cultuursector is de laatste jaren gegroeid (mede door de komst van de Cultuurmakelaar), maar kan nog veel sterker. De grote, professionele cultuurinstellingen dienen meer verantwoordelijkheid te nemen voor het culturele leven in Leiden. Professionals die samenwerken met kunstenaars, organisatoren en amateurs (ter beschikking stellen van expertise of ruimtes); samen het cultuuraanbod naar buiten brengen; arrangementen voor toeristen; de organisatiekracht in de stad benutten bij evenementen. Samen voor meer zichtbaarheid en uitstraling, een betere dienstverlening aan bezoekers en een aantrekkelijk aanbod in de belevingseconomie. Men constateert dat de Cultuurmakelaar en het Cultuurfonds Leiden bijdragen aan versterking van de cultuursector zelf en van cultuur in de stad. Zij zijn een verbindende en drijvende kracht door initiatieven samen te brengen en te helpen ontwikkelen. Meer samenwerking tussen cultuur en horeca, detailhandel, onderwijs, zorg en welzijn verbreedt de waarde van cultuur voor de stad. Theater in winkels, tentoonstellingen in etalages, kunstenaars in de klas. Maak samen een propo sitie voor bedrijven in de gezondheids- en welzijnszorg, de sector met de meeste werknemers in Leiden. Onderken de waarde van amateurkunstbeoefening en festivals voor deze sectoren. De bindende kracht van cultuur voor de samen leving komt met name bij de amateurkunst, kunst in de wijken en community art naar voren. De rol die makers hierbij kunnen spelen moet meer worden benut. De wenselijkheid van meer zichtbaarheid van cultuur in de stad is vrij breed onderschreven. De cultuurgebouwen in de stad kunnen zich meer openen voor Leidenaren en bezoekers. Programmering in de stad zelf, op bijzondere
cultuur071
(monumentale) locaties. De stad als podium! Makers, organisatoren en amateurkunst hebben zich gemeld om cultuur meer zichtbaar in de stad te maken en zijn vaak op zoek naar podia om ‘hun kunsten te vertonen’. Niet alleen in de binnenstad, maar ook in de wijken en voor groepen die minder geregeld in de grotere cultuurorganisaties komen. De makers vormen een groep waarvoor het gemeentelijk beleid tot nu toe weinig aandacht had; hun bijdrage aan een levendige en kleurrijke stad is tot nu toe weinig benut. Cultuureducatie wordt door velen belangrijk gevonden. Het maakt mogelijk dat mensen, en met name de jeugd, in aanraking komen met cultuur. Onderwijs speelt daar een rol in, evenals de cultuursector. Het stopzetten van de subsidie aan het programma Cultuur & School wordt betreurd. Een jeugdcultuurfonds biedt mogelijkheden om financiële drempels weg te nemen voor kinderen met cultuur willen kennismaken en die kunsten willen (leren) beoefenen. In de openbare ruimte liggen nog veel kansen voor versterking van het cultuurprofiel van Leiden. In Leiden is relatief weinig beeldende kunst op straten en pleinen te vinden. Dat geldt ook voor voorstellingen en concerten. Het Cultuurkwartier kan Leiden een bijzonder gebied geven, waarbij makers en kunstenaars samen met een aantal grote culturele instellingen hun werk kunnen tonen en bijzondere projecten kunnen organiseren. Meer verbindingen worden bepleit tussen alle parels die Leiden al heeft: routes door de stad die water, cultuur en historische omgeving verbinden. Het plan voor het Singelpark sluit hier bij aan. Jongeren hebben nog te weinig eigen plekken en weinig eigen cultuuraanbod. Zij zijn vooral op zoek naar multiculturele en multidisciplinaire evenementen, waar ze zelf ook actief kunnen zijn, wat eten en drinken, wat kunnen zien. Zij
besluiten vaak op het laatste moment om iets te doen, dus het aanbod moet hier mogelijkheden voor bieden. Meer gebruik van sociale media bij bekendmaking is een veelgehoorde wens. Er vindt landelijk maar ook op het Leidse niveau een omslag plaats van verzorgingsstaat, waarin de overheid een dominante positie heeft, naar een activerende participatie maatschappij. Dit sluit aan bij de potentie van (grote groepen) burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties, maar is daarnaast ook noodzakelijk vanwege beperkte financiële middelen. De overheid kan niet alles (meer) zelf doen. En inwoners willen dat zelf ook niet meer. Ruimte voor eigen kracht!
1.4 De spelers De kracht van de stad Culturele organisaties zijn meer gaan samenwerken en nemen steeds meer een eigen verantwoordelijkheid voor het culturele leven in Leiden. Maatschappelijke ontwikkelingen als de teruggang van de verzorgende overheid, de opkomst van de participatiemaatschappij en de bezuinigingen op cultuur dwingen hen tot een andere oriëntatie. Meer samenwerking binnen de cultuursector, gezamenlijke marketing, externe oriëntatie en cultureel ondernemerschap zijn nodig om in deze tijden te overleven en om de kracht van cultuur voor de stad te verzilveren. Er staan nieuwe partners op die actief zijn in het culturele veld. Nieuwe evenementen worden door Leidse inwoners georganiseerd: het Leids Film festival, de Cum Laude Concerten, Stukafest, de Museumnacht. Vaak zijn studenten hierbij betrokken. Ook heeft een groep professionals en geïnteresseerde inwoners van Leiden zich verenigd in het Stadslab. Zij zetten zich belangeloos in om onze stad bruisender, innovatiever, cultureler en spannender te maken met projecten als het Cultuurkwartier en de Stadszomernachtsdromen.
13
Dat er veel creatieve energie en kracht in de stad schuilt blijkt ook uit het proces rond de nieuwe Cultuurnota. Op bijeenkomsten, via sociale media, radio|uitzending, films, collages en andere uitingen dachten veel mensen mee met de kansen voor cultuur! Rol van de gemeente De rol van de gemeente is op dit moment vooral gericht op in stand houden van cultuurorgani saties en een aantal cultuurinitiatieven. Het meest maakt ze daarbij gebruik van instrumenten als subsidieverlening,en beheer en verhuur van gemeentelijke panden. De subsidiering heeft tot nu toe gelukkig niet te leiden onder bezuinigingen van de gemeente. Zwak punt is wel de geringe flexibiliteit in de subsidiesystematiek: doordat de meeste budgetten vastliggen is er weinig ruimte voor nieuwe initiatieven. Bij het beheer en onderhoud van culturele panden zijn de afgelopen jaren grote slagen gemaakt. Er zijn renovaties en uitbreidingen gerealiseerd bij Stadsgehoorzaal, Muziekhuis, Lakenhal, Schouwburg, Pieterskerk en Haagweg 4. De verhuur van vastgoed gaat de gemeente echter noodgedwongen op een meer kosten dekkende leest schoeien, wat mogelijk gevolgen heeft voor culturele huurders. Nog te vaak wordt de gemeente gezien als enige verantwoordelijke voor het cultuuraanbod in de stad. In toenemende mate komen er echter initiatieven die uitgaan van hun eigen kracht en een andere rol van de gemeente vragen. Initiatiefnemers komen minder primair voor subsidie bij de gemeente, maar meer om mee te denken, te ondersteunen. Dat vergt een meer faciliterende rol van de gemeente en inzet van andere instrumenten als het tijdelijk beschikbaar stellen van leegstaande panden, vergunning- en ontheffingverlening of gebruik
cultuur071
Urban knitting bij de Aalmarkt
van gemeentelijke objecten (zoals recent het project Kunst onder bruggen). De gemeente is nog niet goed ingesteld op deze andere rol. Cultuur is daarvoor te weinig in de volle breedte van het gemeentelijk beleid én de gemeentelijke organisatie geworteld. Daarbij is er vanuit de gemeente veel aandacht voor het opereren vanuit een veelheid van regels, die weliswaar vaak opgesteld zijn om belangen van burgers te dienen, maar tegelijk regelmatig op gespannen voet staan met (culturele) activiteiten die de stad kleur geven en laten bruisen.
1.5 SWOT-matrix Op basis van alle input uit de stad, het onderzoek van Marlet, de trends en ontwikkelingen en de beleidskaders van de gemeente, komen we tot de volgende beknopte SWOT-matrix en trekken we daarna een aantal conclusies voordat we onze visie in hoofdstuk 2 gaan formuleren. De uitgebreide SWOT is te vinden in De Tussenstand en in het verslag van de bespreking ervan met de stad op 2 juli. In het voorgaande hoofdstuk hebben we cultuur in Leiden vanuit verschillende invalshoeken bekeken. Uiteindelijk heeft dit geresulteerd in een SWOT-matrix. Op basis hiervan moeten we keuzes maken, waarbij we vooral willen inzetten op een combinatie van bestaande kracht en nieuwe kansen. Die keuzes treft u, onderbouwd, in de volgende paragrafen aan.
cultuur071
Sterktes
Zwaktes
• • • • • • • • • • •
enutten meerwaarde van cultuur voor • B de stad • Partnerschap & coproducties cultuur en andere sectoren • Zichtbaarheid cultuur in openbare ruimte en buiten muren cultuurorganisaties • (Gezamenlijke) marketing en promotie cultuur • Gemeentelijke rol anders dan gevraagd door cultuursector • Beschik- en betaalbaarheid, onderhoud accommodaties • Beschik- en betaalbaarheid podia (voor amateurkunst en Leidse makers) • Aanbod film, popmuziek en voor jongeren • Beleid beeldende kunst • Subsidies versnipperd en weinig flexibel • Vernieuwing en experiment in cultuuraanbod
Historische binnenstad Veel kennisorganisaties Derde museumstad, derde monumentenstad Gedegen stadsvisie, breed gedragen Stad in het algemeen tevreden over aanbod Brede en diverse culturele infrastructuur Cultuur binnen singels,op loopafstand Groeiende samenwerking in cultuursector Grote amateurkunstsector De eigen kracht van de stad Cultuurfonds Leiden
Kansen
Bedreigingen
• C ultuur draagt sterk bij aan aantrekkelijkheid stad • Cultuur belangrijk voor groepen die Leiden wil hebben/houden • Cultuur versterkt de kwaliteit openbare ruimte • Makers en festivals maken de stad levendiger • Groeiend besef cultureel ondernemerschap • Belevingseconomie, third places • Technologische ontwikkelingen • Leiden centrumgemeente • Culturele initiatieven uit studentenwereld • Stijgend aantal bezoekers/dagjesmensen • Nieuwe financieringsvormen • Leegstand (kantoor)gebouwen
• • • • • •
De economische crisis Bezuinigingen op cultuur door rijk Bezuinigingen op cultuur door provincie Concurrentie in de vrijetijdssector Concurrentie citymarketing Middelen gemeente beperkter
15
2. De kracht van cultuur is de toekomst van de stad! 2.1 Cultuurvisie Cultuur zit in de genen van Leiden, net als kennis en cultuurhistorie. En cultuur is een drijvende kracht voor de ontwikkeling, vitaliteit en levendigheid van de stad. Het vormt één van de knoppen waar een gemeente aan kan draaien om haar aantrekkelijkheid te vergroten. Het gaat natuurlijk allereerst om de waarde van cultuur zelf, maar minstens zo belangrijk is de meerwaarde van cultuur voor de stad! Leiden Stad van Ontdekkingen heeft met cultuur, naast kennis en haar historische binnenstad, goud in handen. Dáárom willen we meer prioriteit aan cultuur geven. Onze cultuurvisie luidt: Cultuur in onze historische stad is een dragende pijler van de stadsvisie Leiden, Stad van Ontdekkingen en maakt daardoor Leiden één van de aantrekkelijkste steden van Nederland: de kracht van cultuur is de toekomst van de stad!
2.2 Drie ambities Wij hebben drie ambities om cultuur in Leiden Stad van Ontdekkingen die dragende pijler te laten zijn. Ontdek het aanbod dat er al is en dat we nog beter gaan maken. Ontdek de stad, waar cultuur meer zichtbaar is, de stad levendiger maakt en de identiteit versterkt. Ontdek talent, waarbij we extra aandacht hebben voor cultuureducatie en de Leidse makers. Ontdek het aanbod Bij de eerste ambitie kiezen we voor behoud en uitbreiding van onze sterke punten. Dit is inge geven door de Tussenstand, waaruit bleek dat de vele onderdelen van de Leidse culturele infrastructuur in het algemeen gewaardeerd worden. Intensivering op enkele specifieke onderdelen en/ of afbouw van een aantal andere, is niet uit
cultuur071
De Tussenstand naar voren gekomen. Daarom kiezen we voor versterken wat er is en een plus voor “kansrijk nieuw”. Onze eerste ambitie is dan ook gericht op prolongatie en kwalitatieve verbetering van het cultuuraanbod. Vooral in de binnenstad, maar ook in de wijken. Met meer aandacht voor kwaliteit en vernieuwing. En meer regionaal en nationaal bereik. Ambitie I luidt: Cultuur heeft een breed en divers aanbod, met meer kwaliteit en vernieuwing Ontdek de stad Maar er liggen veel meer (nieuwe) kansen voor cultuur. Wij willen de waarde van cultuur voor de stad vergroten. Cultuur meer benutten om de stad levendiger te maken, haar identiteit te versterken en haar aantrekkingskracht te ver groten. Cultuur helpt de naam van Leiden in ons land te versterken. Cultuur moet de stad veel meer als podium gebruiken, in de openbare ruimte, op historische locaties, in het winkelgebied en in de directe omgeving van de culturele instellingen. De identiteit van Leiden Stad van Ontdekkingen, van kennis en historie, komt veel meer voor het voetlicht of wordt als decor gebruikt. Cultuur gaat partnerschappen aan met andere sectoren als de horeca, toerisme, de detailhandel, de wooncorporaties en het onderwijs. Ambitie II luidt: Cultuur versterkt de levendigheid en identiteit van de (binnen)stad Ontdek talent Cultuur moet er zijn voor de mensen, door de mensen. Cultuur moet zich meer richten op het versterken en (ver)binden van activiteiten die passen bij Leiden Stad van Ontdekkingen, van
cultuur071
Cultuurvisie 2012-2018 Cultuur in onze historische stad is een dragende pijler van de Stadsvisie Leiden, Stad van Ontdekkingen en maakt daardoor Leiden één van de aantrekkelijkste steden van Nederland: de kracht van cultuur is de toekomst van de stad!
Ambitie 1 Cultuur heeft een breed en divers aanbod, met meer kwaliteit en vernieuwing
Ambitie 2 Cultuur versterkt de levendigheid en identiteit van de (binnen)stad
Ambitie 3 Cultuur (ver)bindt en ontwikkelt talenten en activiteiten die passen bij Leiden, Stad van Ontdekkingen
Iedere ambitie zullen wij in de hoofdstukken 3, 4 en 5 uitwerken in een aantal doelstellingen en activiteiten.
2.3 Cultuurverandering
Wil cultuur deze ambities waarmaken, dan vergt dat een andere rol en Doelstelling 1 Doelstelling 4 Doelstelling 9 Leiden waarborgt haar brede Cultuur gebruikt de stad Cultuur heeft speciale attitude van de spelers in en diverse cultuuraanbod als podium aandacht voor ontwikkelen en ontdekken van talent het veld. Dat geldt voor ons als gemeente, maar Doelstelling 2 Doelstelling 5 Doelstelling 10 ook voor de cultuursector Leiden verbetert haar cultuur Leiden maakt Cultuurk wartier Cultuur heeft speciale aanaanbod met (pop)muziek tot kloppend hart dacht voor jongeren, kennisen film werkers en expats en voor de stad. Vooral nu in het huidige econo Doelstelling 3 Doelstelling 6 Doelstelling 11 mische klimaat de finan Musea en podia zetten Leiden Meer plek voor beeldende Leiden heeft een productie nationaal en regionaal op kunst in de openbare ruimte klimaat waarin makers en ciële middelen onder de kaart amateurskunst zichtbaar zijn in de stad druk staan. Van het rijk, de provincie en het Doelstelling 7 Cultuur verbinden met publiek. In Leiden is kennis en historie het totaal beschikbare cultuurbudget niet verDoelstelling 8 minderd. Onze bijdrage Cultuur gaat partnerschappen aan met andere sectoren aan het Cultuurfonds Leiden willen wij conti kennis, cultuur en historische binnenstad. Onze nueren. Daar staat wel wat tegenover. Van de derde ambitie is erop gericht de werkingskracht cultuursector verwachten wij meer externe van cultuur te vergroten, voor en door de mensen oriëntatie en cultureel ondernemerschap en uit onze stad van ontdekkingen. Cultuur helpt minder afhankelijkheid van subsidies. In een tijd mensen hun talenten te ontwikkelen en zich te waarin de cultuursubsidies onder druk staan, zal ontplooien. In een stad waar creatieve mensen de cultuursector aan het draagvlak voor cultuur hun ‘kunsten’ kunnen vertonen. Hierdoor ontstaat moeten werken en de band met het publiek een klimaat waarbij groepen die bij een stad van moeten verstevigen. Verder vragen we meer ontdekkingen horen, zoals jongeren, studenten, zichtbaarheid en samenwerking. Onze rol als kenniswerkers en expats, aan de stad ge- en vergemeente zullen wij aanpassen door meer bonden worden. Zij dragen door inzet van hun ondersteunend te zijn bij culturele initiatieven talent bij aan de ontwikkeling van de stad. uit de stad. Dat vergt een brede verankering van het cultuurbeleid in onze gemeentelijke organi Ambitie III luidt: Cultuur verbindt en satie, waarbij we ook steeds andere belangen ontwikkelt talenten en activiteiten die als veiligheid en (geluids)overlast zullen mee passen bij Leiden, Stad van Ontdekkingen wegen. In hoofdstuk 6 gaan wij nader in op deze veranderingen.
17
Museum De Lakenhal
3. Ambitie I - Cultuur heeft een breed en divers aanbod, met meer kwaliteit en vernieuwing
Ontdek het aanbod Met deze eerste ambitie kiezen we voor prolongatie van het huidige aanbod, maar wél met meer aandacht voor kwaliteit en vernieuwing. En met verbeteringen: een nieuw muziekcentrum, een gerenoveerde Lakenhal, een breder popmuziekaanbod en verbetering van het filmaanbod. Verder willen we het regionaal en nationaal bereik vergroten. Dat doen we met drie doelstellingen 1. L eiden waarborgt haar brede en diverse cultuuraanbod; 2. L eiden verbetert haar cultuuraanbod met (pop)muziek en film; 3. M usea en podia zetten Leiden nationaal en regionaal op de kaart
Doel 1: Leiden waarborgt haar brede en diverse cultuuraanbod Waarom dit doel? Wij willen een cultuuraanbod dat past bij een 100+-gemeente. Het zgn. Ringenmodel van de VNG geeft aan welk aanbod daar gemiddeld bij hoort. Leiden beschikt over een breed en divers cultuuraanbod, dat afgezet tegen dit model goed scoort (zie bijlage 1). De afgelopen jaren is er veel gebeurd om de culturele infrastructuur te verbeteren. Uit De Tussenstand blijkt dat de stad in het algemeen tevreden is. Tegelijk is het belang van cultuur voor de stad steeds meer onderkend en is het cultuurbudget van de gemeente niet verminderd. Wel zijn er nog knelpunten en gaten in de cul turele infrastructuur. En komen er bedreigingen op cultureel Leiden af. Door cultuurbezuinigingen bij het rijk, de provincie en de universiteit Leiden. Onze eerste prioriteit is dan ook het huidige
cultuur071
cultuuraanbod te waarborgen, als basisvoor waarde voor een rijk cultureel klimaat in de stad. Hiermee geven we ook invulling aan onze rol als centrumgemeente: ook de regio is welkom in onze culturele stad. Wat willen we? Breed, divers, toegankelijk Wij willen een breed aanbod dat verspreid is over verschillende kunstdisciplines: theater, muziek, cultureel erfgoed, letteren, nieuwe media, cultuureducatie, beeldende kunst en architectuur. Het aanbod moet een divers publiek bedienen: van de doorgewinterde cultuurminnaar tot de incidentele cultuurbelever, voor zowel de actieve als reflectieve cultuur participant. En dit verband willen we Scheltema en het LAKtheater graag behouden voor de stad. Niet voor niets hebben we vorig jaar besloten
cultuur071
de gemeentelijke bijdrage aan het LAKtheater met € 350.000 te verhogen, nadat de universiteit had aangekondigd het LAKtheater niet meer te financieren. Zie voor Scheltema verder onder doel 5. Het aanbod moet voorts financieel toegankelijk zijn voor grote groepen (zie verder onder ambitie III, doel 9, jeugdcultuurfonds). Kwaliteitsslag gebouwen We zijn bezig om in een periode van ongeveer tien jaar (2005-2015) een enorme kwaliteitsslag te maken bij de gemeentelijke gebouwen van de culturele instellingen. Wij hebben de afgelopen jaren de Stadsgehoorzaal uitgebreid en Haagweg 4 gerenoveerd. We zijn bezig met de ontwikkeling van het nieuwe muziek centrum De Nobel en gaan De Lakenhal restaureren en uitbreiden. Voor de komende jaren staat een uitbreiding van de Schouwburg naar (een deel van) het naastgelegen pand en een meer centrale huisvesting van BplusC op onze agenda. Meer kwaliteit Wij willen daarnaast meer aandacht van de cultuursector voor kwaliteit. Kwaliteit is bij de meeste grote Leidse cultuurorganisaties goed gewaarborgd. Bij kleinere initiatieven kan dit nog wel eens verschillen. Daar willen we sterker op gaan sturen. Voor die gevallen waarin onduidelijk is of er sprake is van kwaliteit, vragen wij nu vaak advies aan deskundigen uit het veld. Dat voldoet goed en daarom willen we geen externe adviescommissie instellen. Ook omdat we zo min mogelijk tussenlagen in het leven willen roepen. Meer vernieuwing Leiden heeft een cultuuraanbod dat vrij tradi tioneel is. Innovatie en experiment moeten ruimte krijgen in onze Stad van Ontdekkingen. Wij willen meer spannende programmering, meer ontdekkingen in het culturele aanbod. Daarom willen we
meer ruimte geven aan makers en festivals, maar vragen we ook van de instellingen die het huidige cultuuraanbod verzorgen een inspanning. Wij vinden publieksbereik een belangrijke voorwaarde bij onze subsidieverlening. Wel realiseren wij ons dat vernieuwende concepten soms met nog beperkte publieke belangstelling te maken hebben. In dergelijke gevallen zullen wij daar rekening mee houden. Binnenstad en wijken Veel culturele voorzieningen zijn in de binnenstad te vinden. Dat is meestal het geval bij een voor ziening op stedelijk niveau, maar past ook binnen onze prioriteit voor de binnenstad. Dat neemt niet weg dat wij ook in de wijken culturele activiteiten willen. Enerzijds omdat het prettig is om sommige voorzieningen dicht bij de hand te hebben (zoals een bibliotheek). Anderzijds omdat het wijk bewoners de kans geeft mee te doen met culturele projecten, omdat het de sociale samenhang in de wijk bevordert en omdat cultuur van waarde kan zijn bij andere ontwikkelingen in de wijk (bijvoorbeeld ’t Was Goed’). Het project Wijken voor Kunst, een initiatief van Fonds 1818 en het Druckerfonds, ondersteunt plannen van bewoners(organisaties) en kunstenaars voor culturele activiteiten in de wijk. Wij zijn van plan Wijken voor Kunst in stand te houden, mits de bijdrage die we hiervoor van het Fonds Cultuurparticipatie ontvangen (2009-2012) gecontinueerd wordt. Incidentele ondersteuning vanuit het subsidiebudget Bijzondere Projecten en door het Cultuurfonds Leiden blijft mogelijk. Huren gemeentelijk vastgoed Een mogelijk knelpunt voor culturele organisaties die een pand huren van de gemeente, is het nieuwe vastgoedbeleid. Historisch is de situatie gegroeid dat zij vaak niet-kostendekkende huren betalen. Feitelijk betekent dat verborgen subsidie. Voor een gezond vastgoedbeheer willen wij de huren marktconform gaan maken. Dit kan
19
maatschappelijke organisaties voor onoverkomelijke kosten plaatsen. Daarom is besloten dat we, om hogere huurlasten voor door de gemeente als beleidsondersteunend erkende initiatieven en organisaties te kunnen compenseren, de betreffende begrotingsprogramma’s gelijktijdig zullen worden verhoogd ten laste van de afdracht van ontvangen huren aan de algemene middelen. Met welke activiteiten? 1
Hanteren van de volgende uitgangspunten bij het subsidiëren van culturele organisaties en activiteiten: breed en divers aanbod, toe gankelijk, meer kwaliteit, meer vernieuwing, groot accent op de binnenstad maar ook met aandacht voor cultuur in de wijken. Zie voor nadere uitwerking hoofdstuk 6.
Doel 2: Leiden verbetert haar cultuur aanbod met (pop)muziek en film Waarom dit doel? Uit De Tussenstand blijkt dat Leidenaren een aantal zaken missen in het Leids cultuuraanbod. Wij willen een cultuuraanbod dat past bij een 100+-gemeente. Daarin hoort, zeker voor en stad met een profiel als Leiden, een goed aanbod van popmuziek en film. Daarom willen we met name het aanbod van popmuziek en film verbeteren. Daarnaast willen we ook voor activiteiten rond architectuur en voor beeldende kunst meer ruimte maken. Op beeldende kunst komen we bij doel 6 terug. Wat willen we? Verbetering aanbod (pop)muziek Op dit moment programmeert het LVC pop concerten en veel jongeren- en dance-events. Door beperkingen in de financiën en de accommodatie is het momenteel geen volwaardig poppodium. Verder programmeert ook het Muziekhuis popconcerten, met name voor een oudere doelgroep. Ondanks de beperkte financiële middelen is het tot een belangrijk podium in zijn genre uitgegroeid. Daarnaast
cultuur071
heeft het Muziekhuis een functie voor beginnende bandjes. Met de ontwikkeling van het nieuwe muziek centrum De Nobel moet Leiden een brede programmering krijgen van popmuziek voor verschillende doelgroepen, met regionaal bereik. Zeker nu de raad recent heeft besloten tot ver hoging van het exploitatiebudget. Meer samenwerking, afstemming en openstaan voor co-producties is wenselijk. Door de grote en de kleine podia, en door organisatoren van concerten en optredens. Verbetering filmaanbod Film is over het algemeen een zaak van de commerciële markt. Alleen filmhuizen krijgen in andere gemeenten vaak subsidie. In Leiden is dat voor het Kijkhuis niet het geval. Toch vinden we dat een goed aanbod van arthousefilms in onze stad met studenten, jongeren en een grote creatieve klasse thuishoort. Daarom gaan wij hierover in overleg met film-exploitanten. Daarnaast hebben we ieder jaar gedurende een kleine week een welkome aanvulling op dit gebied met het Leids Film Festival. Voor het reguliere filmaanbod doen zich de komende jaren twee kansen voor. Ten eerste is er de ambitie van de bestaande eigenaren en exploitanten. Indien deze investeren in een combinatie van nieuwe techniek (digitaliseren en 3D) en oude sfeer (onder andere renovatie van Lido), hebben zij een sterke uitgangspositie. Mocht deze investering niet tot stand komen, dan is er belangstelling voor een nieuwe bioscoopvoorziening als onderdeel van de ontwikkeling van het stationsgebied. Architectuur Architectuur kent in Leiden een platform: het Rijnlands Architectuur Platform (RAP). Zij benadert architectuur breed, van stedenbouw tot individueel woonhuis en van landschaps inrichting tot kunst in de openbare ruimte. Bij de bezuinigingen in 2010 is besloten de subsidie
Foto: Museum Volkenkunde Leiden
cultuur071
Maori’s in Leiden
voor het RAP per 2014 stop te zetten. Als wij nu de totaalafweging maken van een breed en divers cultuuraanbod voor een 100+gemeente, dan vinden we dat aandacht voor architectuur hierin thuis hoort. De instelling van de Leidse architectuurprijs in 2011 past ook in deze opvatting. Daarom gaan we voor de toekomst kijken of we onze subsidie toch ook na 2014 kunnen voortzetten. Dit in lijn met de bijdragen van de afzonderlijke corporaties en eventuele andere instellingen. Met welke activiteiten? 2
Bouwen van muziekcentrum De Nobel. Met de verhoging van het exploitatiebudget wordt een bredere programmering mogelijk. In de subsidievoorwaarden worden een bredere programmering en het bereiken van een bredere doelgroep als eis opgenomen.
3
Meer samenwerken en afstemmen van de pro grammering door de muziekprogrammerende organisaties (zowel de acts als de zalen).
4
Actief opstellen naar partners die willen investeren in een up to date filmaanbod.
5
Overleg voeren met het RAP over haar toe komstige rol. Hiertoe zal het RAP een plan van aanpak opstellen. Op basis hiervan onze bijdrage vanaf 2014 bepalen.
Doel 3: Musea en podia zetten Leiden nationaal en regionaal op de kaart Waarom dit doel? Leiden is de geboortestad van Rembrandt, met de oudste schouwburg van Holland. Deze zin vat de stadsoverstijgende potentie van de Leidse cultuur samen. De (rijks)musea dragen bij aan circa de helft van de cultuurtoeristen die uit heel Nederland naar Leiden komen. De podia hebben deze aantrekkende functie in de regio. De bezettingsgraad van de meeste podia is hoog, maar wordt bedreigd door de econo mische crisis en de btw-verhoging van het rijk op de toegangskaartjes. Aanboren van nieuw publiek is dus nodig. Verder willen we meer mensen naar Leiden trekken, die een cultureel bezoek combineren met andere activiteiten in Leiden. En willen we als centrumgemeente een rol spelen voor inwoners in de regio, die mede gebruik maken van een groot aantal van onze culturele organis aties. Sommige van die organisaties zijn overigens ook actief in/voor regiogemeenten, zoals BplusC, Museum & School en het Regionaal Archief.
21
Wat willen we? Podia, musea en festivals Van onze podia als de Stadsgehoorzaal, de Schouwburg, het nieuwe muziekcentrum De Nobel en het LAKtheater, verwachten wij een groter regionaal bereik. We streven er naar dat musea, die de grootste trekpleister voor een bezoek aan Leiden zijn, nog meer bezoekers uit het (buiten)land trekken en meer herhaalbezoeken krijgen. Om dat te realiseren werken wij graag met de musea samen, waarbij we de schat aan musea ver binden met de pracht van de stad. Het stedelijk museum De Lakenhal is voor Leiden een belangrijk museum. Het bevestigt de identiteit van de stad door haar collectie. Met (inter) nationaal aansprekende tentoonstellingen op basis van Leidse bronnen, zorgt zij voor verankering van Leidse roem. Na de restauratie en uitbreiding van de Lakenhal voor ruim 13 miljoen euro, verwachten wij versterking van programmering en verdubbeling van het bezoekersaantal. Leiden onderscheidt zich door een sterke erfgoedfunctie die het waard is om te behouden. De gemeente hanteert de door de Rijksdienst voor het Culturele Erfgoed ontwikkelde LAMOrichtlijn om te voorkomen dat kostbaar cultuurbezit verdwijnt. Van de Leidse festivals heeft met name het Leids Film Festival de ambitie ook een (inter)nationaal bereik te realiseren. Wij verwachten van alle festivals overigens dat zij zich inspannen om hun bereik uit te breiden. Door bijzondere programmering, door bundeling van hun activiteiten en door betere marketing. Marketing We willen met organisaties als Leiden Marketing, het Centrummanagement, de Museumgroep Leiden, de Cultuurmakelaar en de directeuren van de grote culturele instellingen afspraken maken over het meer richten op de regio en op landelijk bereik in de gezamenlijke marketing.
cultuur071
Leiden en de regio Het richten op een groter bereik in de regio heeft voordelen voor Leiden, maar ook voor de regio. Bewoners van de regiogemeenten kunnen genieten van ons brede aanbod. Wij gaan overigens onderzoeken of meer gebruik van onze cultuureducatieve programma’s gewenst wordt door de regiogemeenten en of dit mogelijk is voor onze cultuurorganisaties. Reden hiervoor zijn de bezuinigingen van rijk en provincie, die voor de regiogemeenten leiden tot minder budget en (waarschijnlijk) het weg vallen van het cultuureducatief programma van de provincie. Met welke activiteiten? 6
Bij de subsidieverlening aan grotere muziek- en theaterpodia de voorwaarde stellen een groter regionaal bereik te realiseren. Gezamenlijke marketing is een van de instrumenten die zij daarvoor inzetten. Tevens houden zij de herkomst – lokaal, regionaal (inter)nationaal van hun bezoekers bij.
7
De musea vergroten hun regionaal en landelijk bereik en stimuleren herhaalbezoek.
8
Na de restauratie en uitbreiding van De Lakenhal, verwachten wij versterking van programmering en verdubbeling van het bezoekersaantal.
9
Bij de subsidieverlening aan de festivals de voorwaarde stellen hun (bovenlokale) bereik te vergroten. Dit kan door bijzondere pro grammering, bundeling van hun activiteiten en goede (gezamenlijke) marketing.
10
Afspraken maken over collectieve marketing van Leiden met Leiden Marketing, het Centrummanagement, de Museumgroep Leiden, de Cultuurmakelaar en de directies van de grotere cultuurinstellingen. Dit moet (onder meer) leiden tot een groter regionaalen landelijk bereik.
11
Wij gaan onderzoeken of meer gebruik van onze cultuureducatieve programma’s door regiogemeenten is gewenst en voor onze culturele instellingen mogelijk is.
Foto: Jannie de Groot
cultuur071
4. Ambitie II - Cultuur versterkt de levendigheid en identiteit van de (binnen)stad
Schemerstad in Hortus
Doel 4: Cultuur gebruikt de stad als podium Waarom dit doel? Cultuur is een belangrijke factor in de aantrekkelijkheid van de stad. Daarom willen we meer zichtbaarheid van cultuuruitingen in de stad. Cultuur blijft nu nog te vaak verscholen achter de ramen en deuren van culturele instellingen, een repetitieruimte, een zolder. Meer naar buiten met cultuur betekent dat cultuur meer zichtbaar wordt en dat meer mensen ervan kunnen genieten. Een dagje Leiden wordt een prettig verblijf met veel activiteiten en mensen in de stad. Dit leidt tot meer belevenissen in en beleving van de stad. Wat willen we? Zichtbaarheid: binnenste buiten en open deuren Wij willen meer culturele activiteiten in de openbare ruimte, binnen of buiten, op verrassende en/ of historische locaties. Daarom willen we dat de culturele organisaties niet alleen binnen de muren
Ontdek de stad! Onze tweede ambitie is het vergroten van de waarde van cultuur voor de stad. We willen dat de stad veel meer van de cultuursector gaat merken, van hun activiteiten geniet en ze kan benutten. Cultuur gebruikt de stad veel meer als podium. Culturele activiteiten verlevendigen de (binnen) stad. De stad borrelt en bruist. De identiteit van Leiden Stad van Ontdekkingen, van kennis en historie, komt veel meer voor het voetlicht of wordt als decor gebruikt. Geen kennisstad zonder een bloeiend cultureel leven! Wij hebben vijf doelstellingen geformuleerd om deze ambitie waar te maken. 4. Cultuur gebruikt de stad als podium; 5. L eiden maakt Cultuurkwartier tot kloppend hart; 6. M eer plek voor beeldende kunst in de openbare ruimte; 7. Cultuur verbinden met kennis en historie; 8. C ultuur gaat partnerschappen aan met andere sectoren.
van hun gebouw programmeren, maar ook meer daarbuiten. Dat sluit tevens aan bij trends als de opkomst van locatietheater en de toename van festivals en evenementen. Hiertoe behoort ook dat de grote culturele organisaties meer hun expertise en/of accommodatie ter beschikking stellen van Leidse makers en de amateurkunst, die in de openbare ruimte optreden. We vragen de culturele organisaties meer hun deuren te openen voor het publiek en hun waarde
23
als verblijfs- en ontmoetingsplek te vergroten. Transparantie, kijkjes achter de schermen, een goede verblijfsfunctie in combinatie met horeca, activiteiten ‘voor de deur’ om voorbijgangers van het culturele product te laten genieten. Ruimte voor makers, festivals en evenementen We willen meer ruimte geven aan makers (van beeldende kunst, theater, films, concerten), festivals en evenementen. Makers vervullen een belangrijke rol om de levendigheid in de stad te vergroten. Zij zijn mobiel, flexibel en kunnen makkelijker afwijkende presentatievormen gebruiken. Zij opereren in wisselende netwerken die makkelijk aansluiten bij de vraag uit de stad (zie verder onder doel 11). Festivals en evenementen bieden laagdrempelig cultuur aan en spelen in op de steeds grotere behoefte om cultuur te combineren met ergens iets zien, kijken, doen en nuttigen. Zij hebben ruimte voor verrassende presentatievormen, cross-overs en bijzondere locaties.
Met welke activiteiten? 12
De grote culturele organisaties vragen meer buiten de muren van hun eigen organisatie te programmeren, in de directe omgeving of in de stad op bijzondere locaties.
13
De culturele organisaties aanmoedigen om hun organisatie/gebouw meer als verblijfs- en ontmoetingsplek te laten fungeren.
14
Stimuleren van meer culturele activiteiten met de historische binnenstad als decor, binnen en buiten.
15
Makers stimuleren om de stad als podium te gebruiken: voor voorstellingen, concerten, evenementen, festivals en andere culturele activiteiten in de stad. Zie verder doel 11.
Doel 5: Leiden maakt Cultuurkwartier tot kloppend hart Waarom dit doel? We willen de fysieke component benutten om cultuur te laten bijdragen aan de levendigheid van de stad. De belangrijkste mogelijkheden liggen in het ontwikkelen van het Cultuur
cultuur071
kwartier. Het gebied heeft de potentie om zich tot een aantrekkelijk gebied te ontwikkelen en een economische bijdrage aan Leiden te leveren door meer bezoekers te trekken, bezoekersstromen uit te wisselen en ze langer in de stad te laten verblijven. Het cultuurkwartier ligt tussen het kernwinkel- en het uitgaans gebied. Het kan daardoor ook bijdragen aan het verlengen van de verblijfsduur van middag naar avond en van avond naar nacht. Wat willen we? Cultuur vliegwiel stedelijke ontwikkeling Wij willen dat alle culturele activiteiten elkaar versterken en het Cultuurkwartier tot een verblijfsvriendelijke, bruisende en duidelijk culturele wijk maken. Het moet een ontmoetingsplek worden met veel activiteit en dynamiek, levendigheid, experiment en kunstzinnigheid. Op alle momenten van de dag is er iets te doen. Met cultuur in de gebouwen, maar ook buiten op straat. De culturele instellingen programmeren in onderlinge samenwerking verrassende cross-overs, bieden combinatiebezoeken aan en stellen zich open naar de omgeving. Er zijn (culturele) ondernemers gevestigd en kunstenaars zijn in tijdelijke ateliers/werkruimtes aan het werk. Er is goede horeca, liefst gelieerd aan kunst en cultuur. We willen de openbare ruimte in het Cultuur kwartier aantrekkelijker maken, zodat bezoekers graag in de wijk vertoeven en er altijd wat te doen of te zien is. Dat kan bijvoorbeeld door de stegen een bijzondere uitstraling te geven,
cultuur071
maar ook door meer activiteiten in de openbare ruimte. Bezoekers komen voornamelijk op de fiets of lopend, maar ook de parkeergelegenheid is om de hoek. De Lammermarkt fungeert als toegangspoort voor het Cultuurkwartier.
kan Scheltema een vernieuwde bouwsteen voor het Cultuurkwartier zijn. 2012 zal een overgangsjaar zijn waarin met huidige en nieuwe partners gewerkt wordt aan een levendige culturele plek. Met welke activiteiten?
Ontwikkeling loopt We investeren als gemeente al fors in het Cultuurkwartier: De Lakenhal, die een promi nente plek in dit gebied inneemt, wordt gerestaureerd en krijgt een deel nieuwbouw. Muziekcentrum de Nobel komt in het oude fabrieksgebouw aan de Marktsteeg. Via de NUON-middelen is geld beschikbaar om de foyer van de Schouwburg uit te breiden, zodat de faciliteiten voor een drankje voor of na de voorstelling en voor (cultuureducatieve) bijeenkomsten sterk verbeteren. Ook willen we in het Cultuurkwartier meer kunst in de openbare ruimte (zie doel 6) en zullen we meer gaan sturen op activiteiten die de levendigheid van het cultuurkwartier versterken (zie hoofdstuk 6). Door fors in te zetten op het Cultuurkwartier werkt cultuur als vliegwiel voor de ontwikkeling van dit gebied en wordt het ook voor derden aantrekkelijk om hier nieuwe initiatieven te ontplooien en investeringen te doen. Het Scheltemacomplex en haar culturele functie zijn heel belangrijk voor het Cultuurkwartier. Het huidige bestuur van de Stichting Scheltema heeft aangegeven per 1-1-2012 te stoppen met de exploitatie en programmering in het Scheltemacomplex. Vanwege haar betekenis voor het Cultuurkwartier, haar programmering en de combinatie van het monumentale pand met cultuuraanbod, willen wij graag een culturele en publieksfunctie in het Scheltemacomplex houden. Momenteel verkennen wij andere concepten van exploitatie en programmering en overleggen met culturele ondernemers die dit op zich willen nemen. Zo kan in het gebouw een doorstart gemaakt worden, met culturele partners als de Veenfabriek en de Lakenhal. En
16
Opstellen van een uitvoeringsprogramma Cultuurkwartier. Daarin o.a. aandacht besteden aan gezamenlijke marketing van het Cultuurkwartier, verrassende programmering met cross-overs tussen het aanbod van de ver schillende actoren, gebruik tijdelijke leegstand, horeca en kwaliteit van de openbare ruimte.
17
Doorstart van het Scheltemacomplex met culturele ondernemers, die exploitatie en programmering op zich willen nemen.
Doel 6: Meer plek voor beeldende kunst in de openbare ruimte Waarom dit doel? Het Leidse beleid voor beeldende kunst in de openbare ruimte beperkt zich momenteel tot onderhoud van de 77 beelden die Leiden op dit moment rijk is. Er is geen structureel budget voor het aankopen van nieuwe beeldende kunst in de openbare ruimte. Leiden is daarmee niet een spannende stad met permanente beeldende kunst, maar vooral een stad van monumenten en cultureel erfgoed. Daar zijn we natuurlijk trots op, maar we willen toch meer aandacht voor beeldende kunst in de openbare ruimte geven. Wat willen wij? Meer ruimte Wij gaan een plan maken om plekken in de openbare ruimte aan te bieden voor tijdelijke bijzondere kunstuitingen. Kunstenaars kunnen zo de stad laten kennis maken met bijzondere vormen van beeldende kunst. En het draagt bij aan een levendig klimaat in de stad. We denken met name aan plekken voor tijdelijke plaatsing van kunstobjecten. De financiering zal vooral door derden moeten worden verzorgd. Daartoe roepen we ook partners in de stad op.
25
Foto: Jannie de Groot
Leidse koorboeken in Pieterskerk
We denken dan bijvoorbeeld aan de woning corporaties, die bij realisatie van nieuwbouw aandacht aan kunst op, aan of in de openbare ruimte kunnen geven. Verder zullen we vanuit de gemeentelijke middelen een beroep gaan doen op onze bestemmingsreserve. Deze heeft tot doel een kwaliteitsimpuls aan de openbare ruimte te geven. Hieruit kunnen onder andere kunstobjecten in de openbare ruimte worden bekostigd. Onderhoud Wij zullen ons onderhoudsbudget in stand houden. Als er meer kunstwerken in de openbare ruimte worden geplaatst, dan is verhoging van het budget nodig.
cultuur071
Met welke activiteiten? 18
Uitwerken van een plan om meer plekken in de openbare ruimte te bieden voor tijdelijke plaatsing van bijzondere kunstuitingen.
19
Gebruik maken van de bestemmingsreserve Bovenwijkse Voorzieningen voor kunst in de openbare ruimte.
20
Partners in de stad, waaronder de woning corporaties, vragen bij nieuwbouw aandacht te besteden aan de inrichting van de openbare ruimte met beeldende kunst.
Doel 7: Cultuur verbinden met kennis en historie Waarom dit doel? Leiden is een stad van kennis, historie en cultuur. Wij willen dat de partners in de stad dat nog meer
cultuur071
zichtbaar maken. Cultureel Leiden geeft Leiden in combinatie met haar historische binnenstad, de aanwezigheid van de universiteit en al haar musea die bijzondere mix waardoor Leiden zich van veel andere gemeenten onderscheidt. Daar willen we veel meer gebruik van maken. Cultuur vertelt de geschiedenis van de stad. Cultuur laat zien welke ontdekkingen er gedaan zijn en worden. Cultuur gebruikt de cultuurhistorische binnenstad met al haar monumenten als decor. Wat willen we? Kennis Wij willen dat cultuur nog meer verbindingen aangaat met de kennissector. Door de wetenschap beter naar een breed publiek te vertalen. Door cultuurhistorische en wetenschappelijke schatten van de universiteit (sociale wetenschappen, bio science, Asian studies) te tonen. Door binnen cultuur meer ruimte voor innovatie en experiment te bieden. Scheltema heeft kunst en kennis al centraal staan in haar activiteiten. Andere initiatieven op het gebied van kunst en kennis zijn b.v. Academie der Kunsten, T.I.M.E (This Is Musictheatre Education), TAGC (The Arts And Genomics Centre) en Utopisch Nest (De Lakenhal, Veenfabriek en Scheltema). Maar wij dagen ook andere kunst- en kennisinstellingen uit deze verbinding vaker te zoeken. Leiden is museumstad. Vijftig procent van de nationale collectie bevindt zich in onze stad. Gemeente, organisaties in de stad en de musea zijn partners om Leiden museumstad zo aan trekkelijk mogelijk te maken. De betrokkenheid van de rijksmusea bij de stad waarderen wij dan ook zeer (deelname aan Leidse festivals, de Museumnacht, onderdak bieden aan activiteiten et cetera). We nodigen ze uit de samenwerking met Leidse (culturele) partners voort te zetten en uit te bouwen, bijvoorbeeld door tentoonstellingen thematisch aan andere activiteiten in de stad te koppelen, door combinatietickets en door het herhaalbezoek te stimuleren.
Stadshistorie Wij willen meer combinaties van cultuur en stads geschiedenis. Leiden heeft een rijke geschiedenis: van de stad, van kunstenaars en van weten schappers. Rembrandt van Rijn, Wij vinden het belangrijk Brillenverkoper; in De Lakenhal die geschiedenis levend te houden, omdat deze vertelt wie en wat wij in Leiden zijn. Aandacht hiervoor door tentoonstellingen in musea of in theatervoorstellingen van Leidse productiegezelschappen, juichen we toe en zullen we ondersteunen. Ook de erfgoedsector is cultuurproducent. Zo maakt het Regionaal Archief, als centrum waar alle informatie over de stadsgeschiedenis is terug te vinden, tentoons tellingen, cultuur educatieve programma’s en projecten. Een ander voorbeeld van het zichtbaar maken van Leidse geschiedenis en kennis is het plan voor een Science-route langs Leidse wetenschappelijke ontdekkingen. Hierbij aansluitend noemen we ook de routes die het Stadslab tijdens de voorbereiding van de Cultuurnota ontwikkelde. Deze routes verbonden nog meer elementen met elkaar, zoals historie, monumenten, kennis, toerisme, water, groen, licht, daken, waterfietsen et cetera. Historische binnenstad We vinden dat culturele uitingen in de historische binnenstad of bij/in monumenten een toegevoegde waarde hebben. Daarom willen we historische locaties in de stad en monumenten meer als decor voor culturele activiteiten gebruiken. De historische binnenstad en de kerken zijn publiekstrekkers. Gebruik deze als decor voor culturele activiteiten, binnen en buiten. De Leidse koorboeken in de Pieterskerk hebben laten zien dat hiermee landelijk
27
aandacht getrokken kan worden. Ook willen we bij herbestemming van monumenten nadrukkelijker kijken of zij een culturele functie kunnen krijgen. Met welke activiteiten? 21
De culturele organisaties en de kennisinstellin gen aanmoedigen om de stadshistorische en wetenschappelijke schatten meer in combina tie met cultuur voor een breder publiek te vertalen.
22
De musea uitnodigen nog meer bij te dragen aan de identiteit van de stad en samen te werken met de stad en elkaar bij thematische activiteiten.
23
Bij herbestemming van monumenten nadruk kelijk bekijken of er een passende culturele functie is.
24
De nieuwe combinatie van het Regionaal Archief en Monumentenzorg en Archeologie ontwikkelen zich tot een historisch centrum, dat (in samenwerking met stad en regio) een ‘verhalenverteller’ van onze stadsgeschiedenis wordt.
Doel 8: Cultuur gaat partnerschappen aan met andere sectoren Waarom dit doel? Wij willen dat cultuur meer waarde heeft voor de stad en dat de stad meer waarde heeft voor cultuur. Wij denken dat er nog veel meer samenwerking en coproductie mogelijk is, waardoor de stad levendiger wordt en een cultuursignatuur krijgt. Samenwerking tussen culturele en niet-culturele instellingen, zoals het bedrijfsleven, het onderwijs, de toeristische sector en de horeca. Wat willen we? Op toeristisch gebied willen wij de verbinding maken door meer aandacht voor het vertellen van de Leidse geschiedenis. In dat verband willen we een quick scan uitvoeren naar de mogelijk heden voor een Rembrandt Center (bijvoorbeeld zoals het Vermeercentrum in Delft).
cultuur071
Ook al weten we dat de grote werken van Rembrandt in Den Haag en Amsterdam hangen, toch is er in Leiden nog veel dat het verhaal van de jonge Rembrandt vertelt: de Latijnse school, het atelier. Leiden vertelt het verhaal van de jonge Rembrandt en de stad van Rembrandt is er nog steeds. Wij willen een nauwe verbinding tussen evenementen en cultuur. Vanuit het evenementenbeleid is budget beschikbaar voor alleen die evenementen, die een cultureel karakter hebben. Ook in De Tussenstand zijn op dit gebied veel goede ideeën voor verbindingen aangedragen. Zoals culturele koopzondagen, waar eens in de maand de koopzondag gecombineerd wordt met allerlei culturele activiteiten in het winkelgebied. Etalages in laten richten door kunstenaars. Congressen in Leiden omlijsten met culturele activiteiten (en zo Leiden als congresstad versterken). Een matchingsmarkt waarop culturele organisaties of makers bedrijven ontmoeten, kijken wat ze voor elkaar kunnen betekenen en samen besluiten met ieder hun eigen inbreng een project te starten. Een cultuurprogramma voor scholen, opgezet door scholen en de cultuursector. Met welke activiteiten? 25
Quick scan uitvoeren naar mogelijkheden voor een Rembrandt Center in Leiden. Hierbij wordt ook de Latijnse School als locatie overwogen.
26
De cultuursector vragen een aantrekkelijke partner te zijn voor en meer samen te werken met andere sectoren (waaronder detailhandel, horeca, toerisme, bedrijfsleven, zorg- en welzijnssector en onderwijs). Andersom deze sectoren uitnodigen met de cultuursector samen te werken en coproducties te maken.
27
De cultuurmakelaar vragen een matchings markt te organiseren voor de cultuursector en het bedrijfsleven.
28
De cultuursector en het Centrummanagement vragen om te onderzoeken op welke wijze de belevingseconomie in het winkelgebied ver sterkt kan worden door culturele activiteiten.
Foto: Jannie de Groot
cultuur071
Openluchtconcert
5. Ambitie III - Cultuur (ver)bindt en ontwikkelt talenten en activiteiten die passen bij Leiden, Stad van Ontdekkingen
Ontdek talent! Onze derde ambitie richt zich op het vergroten van de werkingskracht van cultuur voor en door de mensen. Omdat we meer met cultuur willen voor onze Stad van Ontdekkingen. Vóór de Leidse inwoners, en met extra aandacht voor groepen die belangrijk zijn voor een vitale Stad van Ontdekkingen: kenniswerkers, expats, jongeren en studenten. Dat vereist een bepaald cultureel voor zieningenniveau in Leiden, met een culturele programm ering die bij hen past. Met meer gebruik van de creatieve energie in de stad. Aandacht voor talento ntwikkeling, met prioriteit voor cultuur educatie voor jongeren en kansen voor makers. We doen dat met de volgende drie doelstellingen: 9. Cultuur heeft speciale aandacht voor ontwikkelen en ontdekken van talent; 10. Cultuur heeft speciale aandacht voor jongeren, kenniswerkers en expats; 11. L eiden heeft een productieklimaat waarin makers en amateurkunst zichtbaar zijn in de stad.
Doel 9: Cultuur heeft speciale aandacht voor ontwikkelen en ontdekken van talent Waarom dit doel? Cultuureducatie is één van de speerpunten uit het huidige cultuurbeleid. Wij willen dit voortzetten. Omdat we het belangrijk vinden dat kinderen en jongeren al vroeg kennismaken met kunst, erfgoed en media en zo leren ontdekken wat cultuur voor henzelf en voor de maatschappij betekent. Cultuureducatie is onontbeerlijk: voor persoonlijke ontwikkeling, voor de creativiteit van onze samenleving als geheel en om in de top van de kenniseconomie te kunnen meedoen. Cultuureducatie kan ook bijdragen aan sociale binding en aan onderling cultureel begrip. En het biedt tot slot de culturele organisaties de mogelijkheid zich bekend te maken aan hun toekomstig publiek en hun waarde voor de maatschappij zichtbaar te maken.
29
Cultuureducatie is ook de verzamelnaam voor kunsteducatie, erfgoededucatie en media-educatie.
Wat willen we? Wij willen dat in Leiden iedere jongere tot 25 jaar tijdens de schoolloopbaan (zowel onder als na schooltijd) kennis met cultuur maakt en aan verschillende vormen van cultuur deelneemt. Onder schooltijd, maar ook daarbuiten. Verder willen we een breed en kwalitatief goed aanbod in de stad, waar ook volwassenen gebruik van maken. Ons uitgangspunt daarbij is dat er een doorlopende leerlijn in de cultuureducatie moet zijn: kennismaken, leren, uitvoeren. Wij continueren onze beleidslijn om versnippering van het gesubsidieerde cultuureducatief aanbod tegen te gaan en het zoveel mogelijk in één organisatie te bundelen: BplusC. Binnenschools Het rijk gaat zich in haar cultuureducatiebeleid de komende tijd richten op meer verdieping en verankering van cultuureducatie door de basisscholen en legt meer verantwoordelijkheid bij de scholen. Basisscholen ontvangen reeds een bijdrage in de lump sum uitkering en krijgen €10,90 per leerling uit de regeling Versterking Cultuureducatie Primair Onderwijs. Verder gaat het rijk de kwaliteit en bundeling van het cultuureducatief aanbod stimuleren1. In lijn met het rijksbeleid is ons uitgangspunt dat cultuureducatie onder schooltijd de primaire 1
Volgens recente informatie zal er een nieuwe subsidieregeling bij het Fonds Cultuurparticipatie komen voor verbetering van een gebundeld cultuureducatie programma voor scholen. Wij willen dat Leiden hiervan gebruik gaat maken.
cultuur071
Voor cultuureducatie in het middelbaar onderwijs hebben we alleen budget beschikbaar voor een kennismakingsactiviteit (momenteel in de vorm van Kunstshot). Hieraan betalen de scholen/leerlingen zelf ook een bijdrage. Bekostiging van andere programma’s voor het middelbaar onderwijs laten wij over aan de culturele organisaties, de scholen en derden. Wij leggen onze focus bij het primair onderwijs.
Museum Naturalis Foto: Mirjam Lichtenauer
Cultuureducatie omvat alle vormen van educatie waarbij cultuur als doel of als middel wordt ingezet. Cultuureducatie is leren over, door en met cultuur. Deze omschrijvingen sluiten puur instrumenteel gebruik van cultuur, zoals het versterken van sociale cohesie, niet uit. Meestal is echter sprake van cultuurgerelateerde doelstellingen: kennismaking met of verdieping in kunst, cultureel erfgoed en/of media. Ook het genieten, leren beoordelen, en zelf beoefenen hoort daarbij.
verantwoordelijkheid is van de scholen en de cultuursector. Wij zien de rol van de gemeente als stimulerend en faciliterend. Door subsidie te verlenen aan de Museumgroep Leiden voor Museum & School en aan BplusC (die wij gevraagd hebben een vervangend aanbod voor Cultuur & School te maken: een andere opzet, tegen lagere kosten en met financiële bijdrage van de scholen). Onze ondersteuning aan het programma Museum & School conti nueren wij. Ook de musea dragen hier zelf aan bij. Wij leggen bij dit programma prioriteit omdat het sterk bijdraagt aan de identiteit van Leiden als museumstad.
cultuur071
Buitenschools Er zijn veel aanbieders van cultuurlessen en cursussen in Leiden. Wij subsidiëren BplusC voor het verzorgen van een breed en gebundeld aanbod. Daarnaast subsidiëren wij Ars Aemulea en de jeugdtheaterscholen. Wij vinden het belangrijk dat er in Leiden een aanbod is met een doorlopende leerlijn. BplusC wordt door de gemeente ondersteund een dergelijk aanbod te verzorgen. Voor alle leeftijdsgroepen, maar met prioriteit voor jongeren. Dat komt tot uitdrukking in het programma, maar ook in tarieven. Daarnaast willen we het structurele gemeentelijk budget voor de twee jeugdtheaterscholen 2 uit de Cultuurbrief voortzetten. Amateurkunst Met de oprichting van het Centrum voor Amateurkunst bij BplusC is een eerste (virtuele) stap gezet voor een centraal steunpunt voor de amateurkunst. Dit concept moet verder worden uitgewerkt en opgebouwd. Zie verder doel 11. Jeugdcultuurfonds BplusC kent voor de muzieklessen reeds een gedifferentieerd tarief waarvan gebruik wordt gemaakt als het inkomen onder bepaalde normen blijft. Echter, de kosten kunnen een drempel zijn om kinderen actief aan kunst beoefening te laten deelnemen. Een Jeugd cultuurfonds maakt het cultuureducatief aanbod een stuk laagdrempeliger en toegankelijker, daarom gaan wij een Jeugdcultuurfonds oprichten. We bekostigen dit voor een bedrag van € 50.000 per jaar uit het budget Bijzondere Bijstand (plus € 15.000 aanloopkosten). Het streven is om een publiek/privaat fonds te zijn en te zorgen voor matching van de gemeentelijke investeringen met andere middelen. Bibliotheek De vrije toegang tot informatie en media scharen wij ook onder cultuureducatie. Ondanks de ver2
anderingen in de informatiewereld vinden wij het bestaan van de bibliotheek nog steeds van belang. Wel zullen we de ontwikkelingen rond internet en binnen de Bibliotheekvernieuwing nauwlettend volgen, wat mogelijk in de toekomst tot heroverwegingen rond de huidige opzet van de bibliotheekvoorziening zal leiden. Huisvesting BplusC Met het ontstaan van BplusC zijn er plannen gekomen om een aantal functies van BplusC centraal te huisvesten. Hieraan lagen diverse argumenten ten grondslag. Allereerst de effi ciencywinst, die vergroot kan worden als de organisatie niet over veel gebouwen verspreid is. Inhoudelijk kan de meerwaarde van samenvoeging van verschillende kunstdisciplines pas goed gerealiseerd worden als men bij elkaar zit. Het idee is om één groot gebouw te hebben waarin men cultuureducatie krijgt en media leent. Waar men van presentaties van cursisten en leerlingen kan genieten: muziekuitvoeringen, voorstellingen en tentoonstellingen. Met een goede culturele verblijfsfunctie. Vrij toegankelijk. Alle dagen in het jaar open, op de feestdagen na. Dat maakt cultuur zichtbaar en de stad levendiger. Daarmee zou Leiden een uniek concept in haar binnenstad hebben. Wij zijn aan het onderzoeken of wij deze huisvesting kunnen (helpen) realiseren. Met welke activiteiten? 29
BplusC zorgt voor een vervangend programma van Cultuur & School voor cultuureducatie in het basisonderwijs.
30
BplusC ontwikkelt het centrum Amateurkunst
31
Oprichten van een Jeugdcultuurfonds, bekostigd vanuit het budget Bijzondere Bijstand voor een bedrag van € 50.000 per jaar (plus € 15.000 aanloopkosten).
32
Voortzetten van de subsidiëring van de jeugd theaterscholen, alsmede van Museum & School.
33
Onderzoeken of een centrale huisvesting in de binnenstad van een aantal functies van BplusC te realiseren is.
Eén van beide scholen, het Jeugdtheaterhuis Zuid-Holland, wordt momenteel bedreigd in haar voortbestaan. Haar belangrijkste subsidiegever, de provincie Zuid-Holland, heeft aangekondigd met de subsidie te gaan stoppen.
31
bijdragen aan het ‘at home’ voelen en verleiden om nog eens terug te keren. Wat willen we? Meer aandacht voor jongeren
Open | Makers aan de markt
Doel 10: Cultuur heeft speciale aandacht voor jongeren, kenniswerkers en expats Waarom dit doel? In onze stad zijn van oudsher veel onderwijs instellingen aanwezig. Zij zorgen voor de aan wezigheid van tienduizenden jongeren in de stad die zeer bepalend zijn voor de sfeer die de stad ademt. Jongeren die zich ook na hun studie thuis moeten blijven voelen in Leiden, waardoor zij ook later met hun kennis een rol spelen in de verdere economische ontwikkeling van de stad en zorgen voor een balans in onze bevolkings opbouw. Jongeren en cultuur zijn belangrijke smaakmakers. Tegelijk is het cultuuraanbod in Leiden vrij traditioneel. De cultuurhistorische stad is prachtig, maar mist hippe uitstraling voor jongeren. Er is weinig ‘gewoon’ vermaak voor jongeren (muziek en bioscoop/filmhuis). Ook de creatieve klasse en kenniswerkers willen we aan onze stad binden. Voor hen voorzien wij in een breed cultuuraanbod waar zij hun hart aan kunnen ophalen (zie doel 1). Daarnaast zijn er mensen die tijdelijk in onze stad verblijven. Leiden trekt als Stad van Ontdekkingen veel mensen van buiten de regio en van buiten Nederland. Een deel daar van komt voor een (kort) bezoek naar Leiden of omgeving voor een toeristische stedentrip, anderen blijven enkele maanden tot enkele jaren zoals buitenlandse kenniswerkers (expats) en buitenlandse studenten. Zij vormen een interessante doelgroep voor de Leidse cultuurmakers. Maar het Leidse culturele klimaat kan ook
cultuur071
Bij de vorige doelstelling (cultuureducatie) hebben wij al een belangrijk accent bij jongeren gelegd. Maar er zijn meer punten waarop we de aandacht voor jongeren willen versterken. Het cultuur aanbod moet meer gericht zijn op jongeren. Het cultuuraanbod moet meer gericht zijn op jongen. Meer aandacht voor jonge makers en voor vernieuwing in culturele initiatieven. Wij zullen de culturele organisaties vragen hun bereik onder jongeren te vergroten. Jongeren vragen ook om meer aanbod, specifiek gericht op jongeren. Wij zullen daarover in overleg gaan met jongeren en de cultuursector. Andersom, willen we culturele initiatieven van jongeren ondersteunen. Het budget voor King for a day, dat jongereninitiatieven ondersteunt, is weliswaar teruggebracht, maar blijft hierbij belangrijk. Bij gebrek aan een kunstacademie in Leiden willen wij activiteiten ondersteunen die studenten van andere (kunst)opleidingen naar Leiden halen. We verwachten dat zij een bijdrage kunnen leveren aan de dynamiek van de stad. Ook waarderen wij zeer de initiatieven voor culturele evenementen die de laatste jaren uit de studentenwereld zijn voortgekomen. Vaak zijn dat (multidisciplinaire) evenementen, die ook goed passen bij het zap-gedrag van jongeren. Het organisatietalent onder studenten willen wij dan ook graag meer benutten. Meer aanbod voor kenniswerkers en expats Cultuur in internationale context stimuleert het vestigingsklimaat. Wie zich hier vestigt woont in de stad van Rembrandt. En maakt gebruik van het Leidse cultuuraanbod, dat vaak ook toegankelijk is voor mensen die de Nederlandse taal niet machtig zijn. Internationalisering van het aanbod en de marketing kan evenwel nog beter! Hoe weet de
cultuur071
Engelstalige expat in de wijde omgeving van Leiden wat er aan interessant ‘niet-talig’ aanbod is en hoe hij er gebruik van kan maken? Programmaboeken, LOS, huis aan huisbladen en ander Nederlandstalige communicatiemiddelen helpen dan niet. Hoe komt de toerist of congresbezoeker te weten wat er juist die avond of weekend in Leiden op het gebied van cultuur te doen is. Zijn er nog kaartjes te koop? En zo ja, waar dan? Is het programmaboekje ook in het Engels, is het onderschrift in het museum ook in het Engels? Een belangrijke rol lijkt hier weggelegd voor het Visitors Center met inschakeling van de digitale media. Misschien moeten er gerichte acties plaatsvinden om expats over de drempel te krijgen. Met welke activiteiten? 34
Culturele organisaties vragen hun bereik onder jongeren te vergroten.
35
Overleg voeren met jongeren en culturele organisaties om te kijken hoe we het specifieke aanbod voor jongeren kunnen vergroten.
36
Ondersteunen van initiatieven die studenten van andere (kunst)opleidingen naar Leiden halen.
37
Het organisatietalent van studenten meer benutten voor culturele initiatieven.
38
De cultuursector vragen ook anderstalig te programmeren, voor expats, buitenlandse stu denten en toeristen.
39
De cultuursector vragen de marketing ook op anderstaligen te richten.
Doel 11: Leiden heeft een productieklimaat waarin makers en amateurkunst zichtbaar zijn in de stad Waarom dit doel? Bij een stad van ontdekkingen, van kennis en cultuur, past het om ruimte te bieden voor ontwikkeling van talenten. Dat versterkt het profiel van Leiden (ontdekken, talenten ontwikkelen, jongeren) en maakt onze stad levendig en vitaal. De culturele talenten maken voor en
met inwoners van Leiden kleine producties. Zo ontstaat een stedelijk productieklimaat dat ‘het weefsel van de stad vormt (Productieklimaat in Leiden, 2011). En komt er evenwicht in cultureel Leiden. De grote podia en de musea bieden vooral landelijk bekende voorstellingen, films en tentoonstellingen, de kleinere podia en organisatoren geven ruimte aan kleinere initiatieven en fungeren als springplank voor jong talent. Overigens spelen wij met ons beleid voor makers in op de kansen die ongewild ontstaan door de rijksbezuinigingen. Jonge makers zullen niet meer in door het rijk gesubsidieerde productiehuizen terecht kunnen. Leiden wil een broedplaats worden voor talentvolle makers en zich daar als stad mee onderscheiden! Wat willen we? Makers Leiden kent vele soorten makers. Beeldend kunstenaars, theatermakers, muziekmakers et cetera. Wij willen meer aandacht besteden aan deze groep, met name als ze jong zijn of in een startfase zitten. En vooral daar waar ze ‘de stad met de stad’ verbinden. Wij zullen ons inspannen om (tijdelijke) ruimtes van de gemeente voor makers tegen huur- of (gebruiks)vergoeding beschikbaar te stellen. Het project ‘Open | Makers aan de markt’ is een goed voorbeeld hiervan. Ook met particuliere vastgoedbezitters zullen we hierover gaan overleggen. Een Huis voor de Makers is een wens uit het veld die hierdoor mogelijk dichterbij komt. Verder komt er een budget om makers te ondersteunen. Zichtbaarheid is een sleutelbegrip hierbij. Dat kan zowel voor het totstandkomingproces als het eindproduct gelden. Aan de grotere podia vragen we als mentor op te treden voor de jonge makers (en amateurs). En hun podium of zalen meer beschikbaar te stellen voor kwaliteitsvolle producties. Ook vragen we de grote organisaties aandacht te hebben voor het
33
vroegtijdig bekendmaken van hun (voorgenomen) programmering (waaronder themajaren), zodat kunstenaars hier tijdig op in kunnen springen. De gemeente vindt het instellen van een Leidse prijs voor kunstenaars een goed idee. Deze prijs zou geen gemeentelijke prijs moeten zijn maar een prijs van de sector zelf. Daarom is een actie opgenomen waarin de sector en de cultuur makelaar gevraagd worden over de opzet van zo’n prijs voor nieuwe Leidse producties na te denken. Professionele beeldend kunstenaars Voor professionele kunstenaars is met het gereed komen van het vernieuwde kunstcentrum Haagweg 4 een basis gelegd voor de beeldende kunstenaars in Leiden. Een vernieuwd enthousiasme heeft de laatste jaren gezorgd voor streven naar kwaliteit, externe oriëntatie en meer ondernemerschap. Daarnaast blijven wij Leidse kunstenaars ondersteunen door het verstrekken van presentatiesubsidies en door bij te dragen aan de Kunstroute. Geen aanjager Met het verdwijnen van het CBK is een centraal punt met expertise van hedendaagse beeldende kunst verdwenen. De wens om een ‘verbinder/aanjager’ in de stad aan te stellen om verbindingen te maken op het gebied van actuele beeldende kunst, honoreren wij niet. Ten eerste ligt een deel van deze activiteiten op het terrein van de Cultuurmakelaar, ten tweede proberen wij zo min mogelijk de cultuurbudgetten aan te wenden voor ‘tussen-organisaties’. De Veenfabriek Traditioneel neemt het rijk de ondersteuning op zich voor organisaties als theatergezelschappen, productiehuizen voor jonge makers en orkesten. Zo ontvangt het Leidse muziektheatergezelschap De Veenfabriek jaarlijks een bijdrage van het Fonds Podiumkunsten (2009-2012). De Veenfabriek neemt als groot gezelschap met
cultuur071
(inter)nationale uitstraling een aparte plaats in. Het gezelschap past goed bij wat Leiden met cultuur wil: het gebruikt de stad (en regio) als podium, begeeft zich op de grensvlakken van kennis en cultuur, gaat samenwerking aan met andere culturele organisaties, het bedrijfsleven en de inwoners van de stad. Het haalt studenten van kunstacademies uit andere steden naar Leiden en vervult regelmatig een mentorrol voor jonge talenten. Daarom willen wij onze relatie met de Veenfabriek voortzetten en hopen we dat het rijk haar bijdrage aan dit gezelschap continueert. Amateurkunst Wij continueren de instandhoudings- en uit voeringssubsidies voor de Amateurkunst verenigingen in Leiden. Voorts willen wij de ondersteuning en coördinatie van de amateurkunst verbeteren. Daarom zullen wij BplusC vragen het Centrum Amateurkunst Leiden samen met de amateurkunstsector verder te ontwikkelen. Dit centrum beoogt een serviceverlenende en ondersteunende functie voor amateurkunstbeoefenaars te krijgen. Het wordt zowel een digitaal als fysiek loket. Binnen de UVOK (en subsidiebeschikking) zullen wij samen met BplusC hiervoor ruimte maken. Van de gesubsidieerde amateurkunstverenigingen vragen wij meer zichtbaarheid in de stad, buurten verzorgingshuizen, op straten en pleinen. Daarom gaan wij de voorwaarde uit de Deelverordening Amateurkunst Subsidies dat jaarlijks een uitvoering gegeven wordt, strikter handhaven. Wij vragen ook van de amateurkunst meer partner- en ondernemerschap. Samen uitvoeringen geven voorkomt versnippering, maakt promotie makkelijker, trekt meer publiek. Wij zullen afspraken maken met de professionele podia in de stad om hun zalen meer beschikbaar te stellen voor amateurkunstuitvoeringen.
cultuur071
Met welke activiteiten? 40
Inspanningen verrichten om (tijdelijke) tegen huur- of gebruiksvergoeding ruimte beschikbaar te stellen voor makers en broedplaatsen. Het gaat zowel om panden van de gemeente als van particulieren. We zullen hierover overleggen met particuliere onroerend goedbezitters.
41
Een gemeentelijk budget van circa € 50.000 beschikbaar stellen om makers financieel te ondersteunen.
42
De sector en de cultuurmakelaar vragen over de opzet van een prijs voor nieuwe Leidse producties na te denken.
43
Voortzetten van de subsidiëring aan de Veenfabriek.
44
BplusC vragen om het Centrum Amateurkunst Leiden samen met de amateurkunstsector ver der te ontwikkelen.
45
Bij de subsidieverlening aan de amateurkunst het vereiste van uitvoeringen geven, strikter handhaven.
46
De amateurkunst vragen meer samen te wer ken bij marketing en optredens.
47
Afspraken maken met de professionele podia in de stad om hun zalen en expertise meer beschikbaar te stellen voor uitvoeringen van amateurkunst en voor Leidse makers.
35
Foto: Museum De Lakenhal
Werk in uitvoering
6. Cultuurverandering Wil cultuur de ambities en doelstellingen uit de vorige hoofdstukken waarmaken, dan is één van de belangrijkste voorwaarden dat de spelers in het veld een andere rol gaan vervullen, zich breder gaan oriënteren en meer gaan samen werken. Dat geldt voor ons als gemeente, maar ook voor de stad.
6.1 Rol cultuursector Niet alleen de gemeente, niet alleen de wethouder cultuur, maar ook de culturele sector en de stad dragen een verantwoordelijkheid voor het culturele leven in de stad. Zij doen dat op dit moment al, maar wij willen dat zij meer dan voorheen naar buiten treden. Meer samenwerking met andere (culturele) partners, meer gebruik maken van elkaars expertise en ruimtes (mentorschap), meer zichtbaar zijn voor de stad. Van de cultuursector vragen wij een actieve rol op de volgende onderwerpen: kwaliteit, cultureel ondernemerschap, partnerschap en binnenste buiten. Wij zullen in onze subsidieverlening hier eisen aan stellen. Kwaliteit Wij verwachten van de cultuursector een
cultuur071
artistiek aanbod van hoge kwaliteit. Bij kwaliteit van cultuur denken wij aan één of meer van de volgende elementen: heeft schoonheid, toont vakmanschap en professionaliteit, heeft diepgang, is oorspronkelijk en biedt een andere invalshoek. Met spannende programmering door grensoverschrijdend aanbod, afwijkend van het meer traditionele aanbod. Coproducties met cross-overs met zowel andere cultuurmakers als met andere sectoren. Een tentoonstelling over Kamerlingh Onnes in zowel De Lakenhal als het Boerhaavemuseum is daarvan een mooi voorbeeld. Of filmprogrammering rond het Leids Cabaretfestival in de Schouwburg. Of Muziek in Musea, waarbij de grote musea hun zalen beschikbaar stellen als podium voor Leidse (amateur)muzikanten. Cultureel ondernemerschap Het succes van een cultureel ondernemer wordt niet alleen (en steeds minder) bepaald door de artistieke kwaliteit. Het kunnen beheren, organiseren en vermarkten is zeker zo’n belangrijke eigenschap. Daarom zullen bij onze beoordeling van activiteiten die onze ondersteuning vragen de volgende zaken belangrijk zijn: het bedrijf op orde hebben, een goede marketing verzorgen, innoverend vermogen, eigen verdien-
cultuur071
vermogen, een zogenoemde ‘stakeholders’benadering (directe betrokkenheid van de klant bij het product) en een gezamenlijke propositie maken voor andere sectoren en voor mogelijke financiers. Meer aandacht voor het aanboren van externe financieringsmogelijkheden als mecenaten, fondsenwerving en crowdfunding. Wij zien graag creatieve plannen om bezoekers langer vast te houden. Partnerschap De afgelopen jaren is grote vooruitgang geboekt met sectorvorming in de Leidse cultuursector. Versnippering leidt tot dubbel werk of verspilling en tot een beperkt bereik. De Leidse cultuursector zal de komende jaren haar partnerschap verder uitbouwen. Meer samenwerken over de grenzen van de eigen organisatie heen. Door gezamenlijke marketing, of door accommodatie en expertise ter beschikking te stellen aan Leidse makers en de amateurkunst bij optredens. Partnerschap geldt niet alleen binnen de cultuursector, maar zeker ook daarbuiten. De cultuursector in Leiden wordt een nog sterkere partner waar de hele stad graag mee samenwerkt. Zichtbaar: binnenstebuiten en open deuren Wij willen dat cultuur meer zichtbaar is in de stad door activiteiten in de openbare ruimte, binnen of buiten, op culturele en historische locaties. Daarom willen we dat de culturele organisaties niet alleen binnen de muren van hun gebouw programmeren, maar ook meer daarbuiten. Verder vragen we de culturele organisaties meer hun deuren te openen voor het publiek en hun waarde als verblijfs- en ontmoetingsplek te vergroten. Transparantie, kijkjes achter de schermen, een goede verblijfsfunctie, activiteiten ‘voor de deur’ om voorbijgangers van het culturele product te laten genieten. Dat vraagt het nodige van de cultuursector, van hun programmering en mogelijk van een andere inzet van hun middelen.
Instrument Cultuurfonds en -makelaar Tot slot willen we onze subsidie aan het Cultuurfonds Leiden en de Cultuurmakelaar continueren. Daarbij is cofinanciering door Fonds 1818, of andere partners, wel een voorwaarde. Wij willen dat omdat de Cultuurmakelaar voor samenwerking en afstemming zorgt, bijzondere projecten mogelijk maakt en Leiden beter op de kaart zet. Verder is er met de constructie van Cultuurfonds en Cultuurmakelaar een flexibel budget voor de stad beschikbaar. Mocht deze constructie op enig moment ophouden te bestaan, dan zal het budget toegevoegd worden aan het flexibele budget voor Bijzondere Projecten van de gemeente. Anders is er in de stad te weinig ruimte om projecten te ondersteunen en leidt dat tot verschraling van het aanbod.
6.2 Rol gemeente De maatschappij verandert en neemt meer verantwoordelijkheid. De gemeente wil meer aandacht geven aan de wensen en initiatieven van de stad en meer dan voorheen de kracht van de samenleving benutten. Dat vraagt een andere rol van de gemeente. We moeten meer aan de stad overlaten, maar tegelijk zelf ook meer openstaan voor initiatieven, meedenken en faciliteren. Niet alleen in geld, maar ook in faciliteiten als gebouwen en vergunningen. We moeten gaan werken met minder regels: zo is per 1 januari 2012 voor subsidies tot € 5000,- geen aparte verantwoording meer nodig (wijziging Algemene Subsidie Verordening). Om onze cultuurvisie daadwerkelijk tot een succes te maken, willen we de volgende rollen vervullen: regisseur, subsidieverlener, huisvester en facilitator. Regisseur In de regierol zorgen wij voor samenwerking en afstemming bij de uitvoering van deze visie. Een van de acties daarbij is dat we in overleg gaan met particuliere vastgoedbezitters om
37
leegstaande kantoor- en winkelpanden tijdelijk een andere functie te geven, zodat het culturele veld een plek heeft en de panden weer een aanwinst zijn voor de stad. Subsidieverlener Subsidieverlening blijft een belangrijk instrument voor ons. Wij zullen bij alle subsidies de volgende eisen stellen aan de culturele organisaties: • kwaliteit en vernieuwing; • cultureel ondernemerschap; • partnerschap; • zichtbaarheid: binnenste buiten en open deuren.
Met de grote organisaties zullen we in uitvoeringsovereenkomsten voor meerdere jaren (de zgn. UVOK’s) prestatieafspraken maken en hun bijdragen aan de realisatie van de doelstellingen uit deze nota vastleggen.
Daarnaast zullen we aanvragen beoordelen op hun bijdrage aan onze visie, ambities en doelstellingen. Het gaat dan om vragen als: • Past het in ons brede & diverse aanbod (of ‘dubbelt’ het)? • Is er een breed bereik, ook regionaal en nationaal? • Draagt het bij aan de levendigheid? • Versterkt het de identiteit? • Trekt het studenten van andere (kunst) opleidingen naar Leiden? • Vergroot het bereik onder jongeren? • Kan de organisatietalent van studenten benut worden, is het voor hen een aantrekkelijke ervaring? • Is het aantrekkelijk voor expats, buitenlandse studenten et cetera? Is de marketing ook anderstalig? • (Bij nieuwe initiatieven:) kan het initiatief bijdragen aan de ontwikkeling van het Cultuurkwartier? • Zijn er activiteiten in de binnenstad (prioriteit), maar ook in de wijken?
Daarnaast zijn er enkele cultuurbudgetten waar kleinere organisaties en projecten gebruik van maken. Hiervoor is steeds een zgn. subsidie-deelverordening opgesteld. Het gaat om de deelverordeningen Amateurkunst Subsidies en Kunst- en Cultuursubsidies (Presentaties, Bijzonder projecten en Promotionele activiteiten). Daarin gaan we de volgende aanpassingen doen: • Bij de deelverordening Amateurkunst Subsidies gaan we strikter de al in de verordening gestelde eis van een jaarlijkse uitvoering handhaven (meer zichtbaar en meer levendigheid voor de stad); • De deelverordening Kunst- en Cultuursubsidies gaan we aanpassen. We willen meer aansluiten bij het nieuwe cultuurbeleid en de hierboven genoemde criteria. Verder is ons belangrijkste flexibele cultuur- subsidiebudget nu beperkt tot ‘bijzondere’ (niet tot de reguliere activiteiten van een organisatie behorend) projecten. Wij willen de werking verruimen door het criterium ‘bijzonder’ te laten vervallen. • We gaan een nieuw budget instellen voor makers. Hiervoor gaan we een deelverordening opstellen, waarin we ook het budget van de Presentatiesubsidies (immers ook voor makers) gaan opnemen. Doel is ondersteuning van de talentontwikkeling van makers (met name degenen die in een startfase zitten) en die bijdragen aan de levendigheid van de stad.
Veel van de cultuurbudgetten zijn structureel in de begroting opgenomen. Veelal gaat het om de grote organisaties, die een eigen gebouw gebruiken en personeel in dienst hebben; een enkele keer gaat het om een kleinere organisatie.
Wij zorgen voor meer flexibiliteit in onze subsidiebudgetten door een aantal maatregelen. Verruiming van de subsidiemogelijkheden van het budget Bijzondere Projecten, het instellen van een subsidiebudget voor makers en het in
cultuur071
cultuur071
standhouden van onze bijdrage aan het Cultuurfonds. Huisvester Wij bieden een aantal culturele organisaties onderdak in onze gemeentelijke panden. Zie onder doel 1 onder kwaliteitsslag gebouwen en huren gemeentelijk vastgoed. Onze tijdelijk leegstaande panden willen wij, tegen passende huur of gebruiksvergoeding, meer ter beschikking stellen van het culturele veld. Zie onder doel 11 onder Makers. Partner Wij willen als gemeente meer openstaan voor initiatieven uit de stad. Wij denken mee met de stad om culturele activiteiten te organiseren. En
faciliteren ze in onze regel- en vergunningverlening. Hiervoor is nodig dat het cultuurbeleid binnen de gemeente breed is geworteld en wordt uit gevoerd. Dat we binnen de gemeente regel geving daarop afstemmen en optredens in de stad zoveel mogelijk faciliteren. De gemeente vormt zo min mogelijk een drempel vanwege al te veel of stringent toegepaste regelgeving, maar doet dat wel in een continue afweging tussen de verschillende belangen die in de stad spelen. Met welke activiteiten (voor zover nog niet eerder genoemd)? 48
Aanpassen deelverordeningen Amateurkunst Subsidies en Kunst- en Cultuursubsidies. Opstellen deelverordening subsidiebudget makers.
Kunstwerk van Leidse kunstenaars, aangeboden aan wethouder cultuur tijdens stadsbijeenkomst op 2 juli 2011.
39
Haagweg 4, tijdens Kunstroute
7. Middelen De nota is ambitieus. Uitgangspunt is evenwel dat de nota binnen de beschikbare budgetten het nieuwe beleid formuleert. Leiden bezuinigt, in tegenstelling tot veel andere gemeenten, niet op cultuur! Belangrijk hierbij is ook dat de nota een andere opstelling vraagt van de cultuursector, de stad en onze eigen gemeente. Verder bevat de nota ambities voor de periode tot 2018. Dat betekent dat niet direct al in 2012 alle ambities en doelen gerealiseerd hoeven te zijn. In paragraaf 8.2 wordt nader toegelicht hoe de uitvoering plaats zal vinden.
7.1 Financiële gevolgen nieuwe Cultuurnota De belangrijkste financiële gevolgen van deze cultuurnota zijn: • C ontinueren van onze bijdrage aan het Cultuurfonds Leiden (€ 200.000 jaarlijks, t/m 2015);
cultuur071
• Instellen van een budget voor makers (ca. € 50.000 jaarlijks, structureel); • Continueren van onze bijdragen uit de Cultuurbrief voor Veenfabriek, Scheltema, Museum & School en jeugdtheater (€ 200.000, tot en met 2015); • Instellen Jeugdcultuurfonds (€ 50.000 jaarlijks, eenmalig 15.000); • Verschuiving binnen budget BplusC voor vernieuwing Cultuureducatie (€ 300.000, te reglen in nieuwe UVOK). Deze maatregelen zullen gedekt worden uit al in de begroting opgenomen, beschikbare budgetten.
7.2 Meerjarenraming beschikbare middelen In de volgende tabel staan de (indicatieve) bedragen die de komende jaren voor de verschillende onderdelen van cultuur geraamd zijn*.
cultuur071
Het gaat om een totaal bedrag van circa 13 miljoen euro per jaar. Bij de grotere veranderingen
van de bijdragen ten opzichte van het voorgaande jaar, geven we een korte toelichting.
Meerjarenraming Belangrijkste instellingen Amateurkunst
Begr 2011
2012
2013**
2014**
163.000
163.000
152.000
152.000
245.000
248.000
212.000
212.000
AK-verenigingen
Toelichting: M.i.v. 2013 vervalt bijdrage Fonds Cultuurparticipatie voor Open Doek (11.000) Beeldende Kunst
Kunstsubsidies, onderhoudsbudget bkor
Toelichting: M.i.v. 2013 vervalt bijdrage Fonds Cultuurparticipatie voor Wijken voor Kunst (35.000) Bibliotheek
BplusC
3.800.000
3.900.000
3.900.000
3.900.000
Cultuureducatie
BplusC, Ars Aemulae, jeugdtheater
1.750.000
1.775.000
1.650.000
1.575.000
438.000
415..000
415.000
695.000
2.850.000
3.000.000
3.000.000
3.000.000
Sieboldhuis, Pieterskerk
408.000
408.000
408.000
408.000
Cultuurfonds
Cultuurfonds Leiden
200.000
200.000
200.000
200.000
Bijzondere
Subsidies bijzondere projecten
70.000
70.000
70.000
70.000
Media
Lokale radio-omroep
75.000
75.000
-
-
Interne instellingen
Lakenhal en Molen De Valk
3.000.000
3.000.000
3.000.000
3.000.000
Kunst- en Kennisfestival
Leiden Marketing
200.000
200.000
200.000
200.000
95.000
95.000
95.000
95.000
scholen, Museum & School, Cultuur & School, Kunstshot Toelichting: M.i.v. 2013 vervalt bijdrage Fonds Cultuurparticipatie voor jeugdtheaterscholen (25.000) M.i.v. 2013 stopt de subsidie voor Cultuur & School (100.000) M.i.v. 2014 een bezuiniging BplusC van 75.000 (besloten bij …. begroting) Muziek
LVC/Nobel, Muziekhuis, diverse programmerende organisaties
M.i.v. 2012 vervalt het budget voor enkele tijdelijk subsidies M.i.v. 2014 verhoging door bijdrage Nobel Theater
B.V. Stadspodia (Stadsgehoorzaal, De Waag. Schouwburg), LAKtheater, Scheltema, Imperiumtheater, Veenfabriek, Leids Film Festival
Toelichting: M.i.v. 2012 verhoging door hogere bijdrage aan LAKtheater Overig museum cultureel erfgoed
projecten
Evenementen *) B ovenstaande cijfers zijn sterk afhankelijk van een aantal historisch gegroeide factoren (b.v. huisvesting, doorberekening personeelskosten) en kunnen nog wijzigen (bijvoorbeeld onder invloed van het Beleidskader Vastgoed, accres in 2013 en 2014). **) In de bedragen voor 2013 en 2014 is nog geen accres verwerkt
41
8. Monitoring, evaluatie en planning 8.1 Effectmeting Om goed te monitoren of met de acties uit de Cultuurnota 2012-2018 de gewenste doelen bereikt worden, gebruiken we effectindicatoren. Wij hanteren onderstaande indicatoren. Deze zullen meegenomen worden bij (de door-
ontwikkeling van) de programmabegroting 2013. Ook de ambities, doelen en prestaties zullen hierin verwerkt worden. De stand van zaken van de indicatoren wordt meegenomen in de Beleidsmonitor van de gemeente. 3 3
De Beleidsmonitor wordt bijgehouden door de Afdeling Strategie & Onderzoek.
Ambitie I - Cultuur heeft een breed en divers aanbod, met meer kwaliteit en vernieuwing Indicator 1: Aantal culturele bezoeken door Nederlanders aan Leiden. In 2010 waren er 794.000 culturele bezoeken aan Leiden. De ambitie is dat dit aantal toeneemt. (bron: CVO) Indicator 2: Percentage Leidenaren dat per jaar een culturele voorstelling of voorziening bezoekt. In 2011 lag dit percentage op 78% De ambitie is om dit te laten stijgen. (bron: Stadsenquête) Indicator 3: Aantal bezoeken aan theater- en muziekpodia in Leiden. In 2010 waren er 205.000 bezoeken aan theateren muziekpodia in Leiden. De ambitie is om hier een stijging te bewerkstelligen. (bron: jaaropgave culture instellingen aan gemeente) Indicator 4: Rapportcijfer van Leidenaren voor de kwaliteit van concerten en voorstellingen. In 2011 gaf men gemiddeld een 7,2. De ambitie is dat dit stijgt.(bron: Stadsenquête) Indicator 5: Rapportcijfer van Leidenaren voor de variatie in het aanbod van concerten en voorstellingen. In 2011 gaf men gemiddeld een 7,1. De ambitie is om dit te doen stijgen. (bron: Stadsenquête) Ambitie II - Cultuur versterkt de levendigheid en identiteit van de (binnen)stad Indicator 6: Percentage Leidenaren dat vindt dat er genoeg te beleven valt in de binnenstad van Leiden. In 2011 lag dit percentage op 76%. De ambitie is om dit te doen verhogen. (bron: Stadsenquête) Indicator 7: Rapportcijfer voor de levendigheid van de binnenstad. In 2011 beoordeelden Leidenaren de levendig heid van de binnenstad met een 7,3. De ambitie is om dit te laten stijgen. (bron: Stadsenquête)
Ambitie III - Cultuur verbindt en ontwikkelt talenten en activiteiten die passen bij Leiden, Stad van Ontdekkingen. Indicator 8: Percentage Leidenaren dat actief participeert m.b.t. kunst en cultuur In 2011 lag dit percentage op 43%. De ambitie is om dit percentage te laten stijgen. (bron: Stadsenquête)
cultuur071
cultuur071
8.2 Planning en evaluatie De diverse activiteiten starten in 2012. De Cultuurnota 2012-2018 kan voor het eerst in de begroting 2013 verwerkt worden, aan de hand van de doelenboom uit deze nota. Daarop vooruitlopend kan een aantal activiteiten uit deze nota al, na vaststelling van de nota, in 2012 gestart worden. Echter voor veel activiteiten zijn eerst voorbereidende acties nodig: twee nieuwe subsidieverordeningen (voor makers en voor cultuurprojecten), een uitvoeringsprogramma voor het Cultuurkwartier, een plan voor locaties in de stad waar tijdelijk beeldende kunst geplaatst kan worden en nieuwe uitvoeringsovereenkomsten met de grotere instellingen. Daarvoor gaan we het jaar 2012 benutten. In 2013, 2014 en 2015 gaan we geheel volgens de nieuwe cultuurnota werken. Het is van belang om na een aantal jaar te bekijken hoe het staat
met de uitvoering, of de doelstellingen en ambities nog realistisch zijn. Hebben we de doelen bereikt? Zo ja, gaan we door op de ingeslagen weg. Zo nee, moeten we onze doelen aanpassen, of andere middelen inzetten? Een tussenevaluatie en rapportage over de stand van zaken vindt eind 2015 plaats. Waar nodig worden ook bijsturingvoorstellen gedaan. De nieuwe raad zal aan de hand van deze evaluatie kunnen besluiten over eventuele bijstellingen van het cultuurbeleid. In 2016, 2017 en 2018 volgt dan de tweede implementatie periode van de nota. Aanvullend zullen wij op ambtelijk niveau gebruik maken van ‘de stoplichtmethode’, zoals ook gebruikelijk bij o.a. de bestuursrapportage, waarbij wij halfjaarlijks bekijken of de uitvoering van activiteiten goed verloopt en of bijsturing noodzakelijk is. Radiouitzending PStheater bij BplusC
43
cultuur071
Bronnen Bijeenkomsten • V erslag, filmverslag en dominostenen Startbijeenkomst Cultuurnota, maart 2011 • Verslag gesprek initiatiefnemers studentenwereld, maart 2011 • Verslag, filmverslag en adviezen focusgroep studenten, april 2011 • Verslag Twitterlunch wethouder De Haan, april 2011 • Verslag Ontbijtbijeenkomst Stadslab, april 2011 • Rapportage en filmverslag Open Space bijeenkomst jongeren, april 2011 • Radio-uitzending en keepstream Radio Laat je Leiden editie Cultuur071, mei 2011 • Verslag en presentatie bijeenkomst De Tussenstand, juli 2011
Ingezonden reacties • W erkgroep amateurkunst (WAK): Amateurkunst een onmisbaar onderdeel van het Leidse culturele klimaat, mei 2011 • Kleine podia en producenten: productie klimaat in Leiden, mei 2011 • Directieoverleg grote culturele instellingen: bijdrage aan de cultuurnota, juni 2011 • Wijken voor de kunst: Stad van Ontdekkingen - ontdekt de stad, mei 2011 • Beeldend kunstenaars: Visie op Leiden stad van kennis en cultuur, juni 2011 • Blog Creatieve Stad Leiden Cultuurnota-tip 1 t/m 5, juni 2011 • K unstwerk van aantal kunstenaars, overhandigd aan wethouder op bijeenkomst 2 juli 2011 • Toekomst van de Leidse filmcultuur, Leiden filmstad: open brief, 2009
Gemeentelijke publicaties • D eelverordening Kunst-en Cultuursubsidies, januari 2004 • Nota Cultureel Erfgoed Leiden, Ontdekkingen van de Stad, 2005-2015
• Cultuurnota 2006-2008, februari 2006 • Leiden Stad van Ontdekkingen, het vervolg, juni 2006 • Raadsbesluit Het Cultuurfonds Leiden, mei 2008 • Cultuurbrief 2009-2011, september 2008 • Evenementennota 2008: focus op feesten, oktober 2008 • Evaluatie Cultuurnota 2006-2008 en cultuurbrief 2009-2011, december 2009 • Programma Binnenstad, mei 2009 • Deelverordening Amateurkunst Subsidies 2010-2011, januari 2010 • Stadsenquête, oktober 2010 • BOA feitenblad Cultuur in Leiden, maart 2011 • Sociale Staat; Leven in Leiden: cijfers en ontwikkelingen Leiden, april 2011 • BOA feitenblad Cultuur in Atlas voor Gemeenten, mei 2011 • Rapportage Evenementennota 2008, juni 2011 • Rapportage en bijlage van Leiden Panel, juni 2011 • Evaluatie cultuurfonds (ambtelijk, juni 2011) • De Tussenstand, op weg naar een nieuw Leids Cultuurbeleid: voor de stad en voor het publiek, juni 2011 • Cultuur in Leiden: rapport in opdracht van gemeente Leiden, Atlas voor gemeenten, juni 2011 • Cultuur071 Tweetbook, juli 2011
Overige publicaties • G emeentelijk cultuurbeleid: een handleiding, C. Wijn, 2003 • Een brede kijk op de belangstelling voor kunst en cultuur: een eerste verkenning, Motivaction 2007 • Cultuur in Leiden sector in opkomst: bij symposium ‘De Kracht van Cultuur in Leiden’, november 2009 • Binden en bezielen, advies van de werkgroep kunst en cultuur PvdA Leiden, januari 2010 • De tafel van zes: Minder waar het kan, beter waar het moet, maart 2011
45
• A tlas voor gemeenten 2011: de waarde van cultuur voor de Stad, mei 2011 • Meer dan kwaliteit: een nieuwe visie op cultuurbeleid: Kamerbrief cultuurbeleid, juni 2011 • Kwaliteit voorop, kwaliteit voor iedereen: cultuurvisie GroenLinks Leiden, januari 2011
Beeld en geluid • Raadsleden aan het woord, maart 2011 • Serie de stad aan het woord, april-mei 2011 • Videoblogs Wethouder De Haan, maart – juni 2011 • Interview met Robbert van Heuven over jeugdcultuurfonds, juli 2011
Zie ook www.leiden.nl/cultuur071 voor de digitale versies
Begrippenkader Actieve, reflectieve en receptieve cultuurparticipatie Zélf tekenen, dansen, schrijven, toneelspelen, filmen enzovoorts is de actieve vorm van omgaan met kunst: kunstbeoefening. Kunstbezoek, dus naar theater, dans, film, tentoonstellingen gaan, is receptief van aard. Bij zowel kunstbeoefening en kunstreceptie kan verdieping plaatsvinden door het bestuderen van technieken en theorie, en door nadere reflectie op wat het werk teweeg brengt bij de toeschouwer. Optimaal voor kunsteducatie is een combinatie van actieve, receptieve en reflectieve elementen. Amateurkunst Het beoefenen van kunst, uit passie, liefhebberij of engagement, zonder daarmee primair in het levensonderhoud te willen voorzien. De amateurkunstenaar geniet daar al dan niet samen met andere beoefenaars en/of publiek van en wil het best mogelijke bereiken binnen de beschikbare vrije tijd. Het onderscheid met een beroepskunstenaar of professional is niet altijd eenvoudig te bepalen. Dat wordt niet alleen op het primaire inkomen gebaseerd, maar ook op kwalitatieve aspecten als de intentie van de kunstenaar, de
cultuur071
context waarin hij of zij werkt en de relatie van het werk met de hedendaagse kunst. Arthouse films Kleinere artistieke films draaien, die vaak met minder geld gemaakt zijn en doorgaans een minder groot publiek trekken dan mainstream films. De bioscopen die zich op dit segment richten worden ook wel filmhuis genoemd. Vaak worden deze films ook als nietcommercieel aangeduid. Cultuur Onder cultuur verstaan wij zowel de kunsten (zoals dans, muziek, theater, beeldende kunst, architectuur, nieuwe media), als cultureel erfgoed (zoals musea en monumenten). Ook culturele evenementen en festivals vallen daaronder. In de praktijk worden de begrippen kunst en cultuur nogal eens door elkaar gebruikt. Wij proberen hier zoveel mogelijk de overkoepelende term cultuur te hanteren. Cultuureducatie Cultuureducatie omvat alle vormen van educatie waarbij cultuur als doel of als middel wordt ingezet. Cultuureducatie is leren over, door en met cultuur. Deze omschrijvingen sluiten puur instrumenteel gebruik van cultuur, zoals het
cultuur071
versterken van sociale cohesie, niet uit. Meestal is echter sprake van cultuurgerelateerde doels tellingen: kennismaking met of verdieping in kunst, cultureel erfgoed en/of media. Ook het genieten, leren beoordelen, en zelf beoefenen hoort daarbij. Cultuureducatie is ook de verzamelnaam voor kunsteducatie, erfgoededucatie en media-educatie. Creatieve klasse Het begrip ‘creative class’ werd door Richard Florida geïntroduceerd. Hij gaat ervan uit dat alle mensen die economische waarde toevoegen door middel van creativiteit hieronder vallen. De Nederlandse creatieve klasse bestaat allereerst uit bedenkers van creatieve ideeën, zoals wetenschappers en onderzoekers, innovatieve ICT’ers, ingenieurs, architecten, tv-makers, journalisten en bohemiens zoals musici, vorm gevers, schrijvers en kunstenaars. Ook de uitvoerders van creatieve ideeën in kennisintensieve economische sectoren zijn tot de creatieve klasse gerekend: managers, specialisten, assistenten en verkopers van creatieve ideeën in de wetenschap, de geneeskunde, de high-tech en ICT, financiële, organisatorische, bedrijfskundige en juridische dienstverlening en creatieve sectoren zoals design en kunst. Evenementen en festivals Een evenement is volgens de evenementennota 2008 voor een ieder toegankelijk, wordt doel bewust georganiseerd voor een relatief groot aantal bezoekers, heeft een tijdelijk karakter, is incidenteel, kan binnen en buiten plaatsvinden, heeft een positieve inhoud en een recreatief
karakter en mag niet zomaar georganiseerd worden, er is toestemming van de gemeente voor nodig. In deze nota laten we festivals vallen onder de noemer evenementen. Een festival is een, meestal openbaar toegankelijk en entreeheffend, cultureel evenement dat onder één noemer wordt gepresenteerd. Diverse presentaties worden door kunstenaars gegeven op diverse binnen- en/of buitenlocaties, die met elkaar verbonden of op loopafstand van elkaar zijn. Makers Onder makers verstaan we in deze nota: beeldend kunstenaars, theatermakers, muziekmakers, filmmakers, die met hun cultureel product zichtbaar zijn in de stad en bijdragen aan de levendigheid in de stad.. Podia In deze nota wordt het begrip podia in twee betekenissen gebruikt. Allereerst het fysieke podium, een gebouw met een podium waar optredens plaatsvinden. Daarnaast gebruiken we het soms ook om programmerende organis aties aan te geven, die zelf geen gebouw met podium hebben. Third place Een ‘third place’ is een plek anders dan je thuis (first place) of je werk (second place). Een prettige plek om te verblijven, je terug te trekken, te werken, te ontmoeten en je onderdeel van de gemeenschap te voelen. Overal waar binnenste buiten staat, moet het toch aan elkaar in het stuk: binnenstebuiten.
47
Bijlage – Ringenmodel VNG en Cultuuraanbod Leiden Toelichting Ringenmodel De Vereniging voor Nederlandse Gemeenten heeft een zgn. Ringenmodel ontwikkeld, waarin wordt aangegeven wat in een stad aan culturele infrastructuur verwacht mag worden. De binnenste ring geldt voor gemeenten met minder dan 30.000 inwoners, de middelste ring
voor gemeenten tussen de 30.000 en 100.000 inwoners, en de buitenste voor gemeenten met meer dan 100.000 inwoners. Aan de hand van dit model kunnen de lacunes in het culturele aanbod van Leiden worden aangegeven. Op basis daarvan kunnen partners
Bron: Vereniging voor Nederlandse Gemeenten
cultuur071
cultuur071
in de stad of de gemeente constateren dat een lacune gevuld moet worden.
Geen: percentageregeling, kunstuitleen, aankoopfonds, centrum voor beeldende kunst
Hierna is dit model uitgewerkt voor Leiden. Per kunstdiscipline is geconcretiseerd wat Leiden te bieden heeft. Het gaat met name om voor zieningen die momenteel en/of gedurende meerdere jaren door de gemeente ondersteund worden: vaak door subsidiering, maar bijvoorbeeld ook door het gebruik van gemeentelijke accommodaties. Onderstaand overzicht noemt de belangrijkste culturele initiatieven. Daarnaast zijn er ook veel culturele initiatieven van particulieren.
Amateurkunst en kunsteducatie • Amateurkunstverenigingen, Werkgroep AmateurKunst, Leids Amateurkunst Festival, Centrum voor Amateurkunst • Instituut voor Kunsteducatie (BplusC) • Pluriform cursusaanbod (naast BplusC: Ars Aemulea, Jeugdtheaterschool Leiden, Jeugdtheaterhuis Zuid-Holland en diverse particuliere aanbieders) • Cultuur & School (tot 2013), Museum & School, Kunstshot
Culturele aanbod in Leiden, afgezet tegen het Ringenmodel VNG Media en Letteren • Bibliotheek met wijkvestigingen (BplusC) • Burcht Literair, Poëziemanifestatie, Leids Dichtersgilde • Subsidieregeling Leidse boeken • Lokale radio/televisie (voortbestaan onzeker) Geen: beurzen en opdrachten voor schrijvers Cultureel Erfgoed • Vele monumenten • Archeologisch Centrum • Regionaal Archief • De Lakenhal, Molen De Valk en alle rijksmusea • Open monumentendag, Museumnacht, Muziek in het Museum, Muziek in Leidse hofjes, Leidse Koorboeken, Leidse Orgeldag Beeldende Kunst/bouwkunst • Rijnlands Architectuur Platform • Openbare tentoonstellingsruimte (De Lakenhal, Scheltemacomplex, Ars Aemula, Wijken voor Kunst, de Leidse galeries, Kunstroute) • Vormgeving van de openbare ruimte • Kunstenaarsbeleid, ateliers (Haagweg 4), kunstenaarsinitiatieven, presentatiesubsidies.
Podiumkunsten • Schouwburg (Leidse Schouwburg) • Andere theaters (LAKtheater, Imperium theater, Plantsoentheater) • Concertzaal (Stadsgehoorzaal) • Kleine zaal (Stadsgehoorzaal) • Danstheater (in Schouwburg en LAKtheater) • Kernpodium Popmuziek (LVC, in toekomst De Nobel; daarnaast in Muziekhuis/Qbus) • Kernpodium jazzmuziek (geen kernpodium, verspreid over meerdere podia: Burcht, Muziekhuis, Stadsgehoorzaal) • Programmerende podia (Cultureel Centrum de X, Hot House, Burcht Jazz, Burcht Klassiek) • Theatergezelschappen (Veenfabriek, Fields of Wonder, PStheater, Plantsoentheater, e.a.) • Oefenruimtes (Muziekhuis) • Theaterwerkplaats (Ins Blau) • Uitvoeringen voor de jeugd (Leidse Schouwburg, LAKtheater, Volkshuis e.a.) • Muziekensembles (brede variatie aan ensembles en orkesten) • Festivals (Leids cabaretfestival, Werfpop, Leids Film Festival, Kennisfestival, Zomerjam, Grenzeloos Festival, Rapenburgfestival, Stukafest, Cum Laude, Waterdagen, Leidse Jazzweek, Zomer in Leiden et cetera) Geen: apart danstheater, kleine theaterzaal
49
Film (artistiek waardevolle films) • Kijkhuis • Incidentele vertoningen: Leids Film Festival Conclusie Leiden heeft een breed en divers aanbod. In alle kunstdisciplines is het aanbod (goed) vertegenwoordigd. Ontbrekende voorzieningen/activiteiten in Leiden zijn: Centrum voor Beeldende Kunst, percentage regeling, kunstuitleen, aankoopfonds, lokale televisie, apart danstheater, beurzen en opdrachten voor schrijvers. Verder zijn er in Leiden weinig theatergezelschappen en –theaterwerkplaatsen en is het aanbod voor artistiek waardevolle films beperkt.
Achterkant cover: Anatomisch theater, foto: Museum Boerhaave
cultuur071
cultuur071
Colofon Uitgave van: Gemeente Leiden ©2012 Productie en realisatie: Sociaal en Economisch Beleid/Projectteam cultuur071 Communicatie Grafisch Productiecentrum
51
cultuur071