Chirurgie | Abdominale Chirurgie
Dikke-darmoperatie bij goedaardige aandoeningen
Belangrijke telefoonnummers Algemeen nummer UMCG U kunt hier ook terecht met algemene vragen over het UMCG. Bijvoorbeeld over de bereikbaarheid van het UMCG, het parkeren of wat de bezoektijden zijn.
(050) 361 61 61
Patiënteninformatie U kunt hier onder andere terecht met vragen over de gang van zaken in het UMCG, vragen over andere gezondheidszorginstellingen, verwijsprocedures en patiëntenverenigingen. Ook kunt u hier terecht voor opmerkingen en klachten. Bereikbaar maandag t/m vrijdag van 9.00 tot 17.00 uur.
(050) 361 33 00
www.umcg.nl Het (web)adres voor informatie over het Universitair Medisch Centrum Groningen.
Abdominale Chirurgie
Dikke-darmoperatie bij goedaardige aandoeningen
Dikke-darmoperatie bij goedaardige aandoeningen
Inhoud Inleiding
3
De functie van de dikke darm
3
Darmaandoeningen
4
Klachten
6
Voorbereiding op de opname
7
De opname
7
De dag van de operatie
8
De operatie
8
De duur van de operatie
9
Complicaties
10
Na de operatie
10
Herstel en ontslag uit het ziekenhuis
11
Vragen
12
2
Chirurgie | Abdominale Chirurgie
Inleiding U heeft een goedaardige afwijking aan de dikke darm, waaraan u geopereerd zult worden. In deze brochure staat informatie over verschillende goedaardige aandoeningen aan de dikke darm en over de gang van zaken bij een dikke-darmoperatie. Meestal wordt een dikke-darmoperatie uitgevoerd als er sprake is van een ontsteking (zoals diverticulitis, ziekte van Crohn en colitis ulcerosa) of een grote poliep. Ook bij complicaties van dikkedarmafwijkingen (zoals een perforatie of vernauwing van de darm) vindt een operatie plaats. Uw behandelend specialist heeft u verteld wat de reden voor de operatie is.
De functie van de dikke darm Voedsel komt via slokdarm, maag en dunne darm terecht in de dikke darm. De dikke darm is het laatste deel van ons spijs verteringskanaal. In de dikke darm worden vitaminen en vocht uit het voedsel afgegeven aan de bloedbaan. Daardoor dikt de inhoud van de dikke darm in tot normale ontlasting. De dikke darm is ongeveer 150 centimeter lang en bestaat uit een aantal delen.
3
Dikke-darmoperatie bij goedaardige aandoeningen
12-vingerige darm
maag
dikke darm
blinde darm
dunne darm
Rechtsonder in de buik ligt de blindedarm (een gedeelte van de dikke darm). De dunne darm mondt hierop uit. Rechts in de buik, tot aan de lever, loopt het opstijgende deel van de dikke darm. Bij de lever maakt de dikke darm een bocht en loopt onder de maag door naar links. Dit heet het dwarslopende deel. Vervolgens maakt de dikke darm opnieuw een bocht en loopt links in de buik naar beneden: het dalende deel. Dit gaat over in een S-bocht. Het laatste deel van de dikke darm bestaat uit de endeldarm, die eindigt met de sluitspier.
Darmaandoeningen Hieronder staan verschillende aandoeningen aan de dikke darm waarbij een operatie noodzakelijk kan zijn.
4
Chirurgie | Abdominale Chirurgie
Diverticulose Diverticulose is een veel voorkomende afwijking in de dikke darm, waarbij het slijmvlies van de dikke darm door de darmwand naar buiten puilt door drukverhoging. Dit is te vergelijken met de binnenband van een fiets die door een gat in de buitenband uitpuilt. Als deze uitstulpingen (‘divertikels’) zijn ontstoken dan spreekt men van diverticulitis. Bij diverticulitis kunnen er aanvallen van pijn en koorts optreden en kan de darm vernauwd raken. Een operatie is niet in alle gevallen nodig. Goedaardige poliepen Grote goedaardige poliepen kunnen in alle delen van de darm voorkomen. Als poliepen nog klein zijn kunnen ze meestal via een endoscoop worden verwijderd. Een endoscoop is een flexibele kijkbuis die via de anus in de dikke darm wordt gebracht. Bij grote poliepen is een operatie noodzakelijk. Het is van belang goedaardige poliepen te verwijderen, omdat ze op den duur kwaadaardig kunnen worden. Polyposis coli Polyposis coli is een erfelijke aandoening waarbij honderden goedaardige poliepen in de dikke darm voorkomen. Als deze poliepen niet worden verwijderd, ontaarden enkele op den duur in dikke-darmkanker. Vanwege het hoge risico op dikke-darmkanker kan het uit voorzorg nodig zijn om de hele dikke darm te verwijderen. De patiënt krijgt dan een kunstmatige uitgang voor de ontlasting (een stoma). Een andere mogelijkheid is dat de dunne darm op de anus wordt aangesloten. Colitis ulcerosa Colitis ulcerosa is een ontsteking van de hele dikke darm, die met medicijnen meestal goed is te behandelen. Als de ontsteking niet goed reageert op medicijnen moet soms de hele dikke darm worden verwijderd. De patiënt krijgt dan een kunstmatige uitgang
5
Dikke-darmoperatie bij goedaardige aandoeningen
voor de ontlasting (een stoma). Een andere mogelijkheid is dat de dunne darm op de anus wordt aangesloten. Ziekte van Crohn Bij de ziekte van Crohn kan een deel van de dikke darm zijn aangedaan. Er wordt alleen geopereerd als medicijnen geen uitkomst meer bieden. Ook in dit geval krijgt de patiënt soms een stoma. Naast deze aandoeningen zijn er ook nog andere, zeldzame ziektes die een dikke-darmoperatie nodig maken. Als bij u een operatie nodig is waarbij u een stoma krijgt, legt een verpleegkundige van de polikliniek u uit wat dit betekent en welke gevolgen dit voor u heeft.
Klachten Als de afwijking zich in het laatste deel van de dikke darm bevindt, zit deze de ontlasting in de weg. In het laatste deel is namelijk het voedselrestant al ingedikt als het de afwijking moet passeren. Hierdoor kunnen een of meer van de volgende klachten optreden: • verstopping • veranderingen in het ontlastingspatroon, bijvoorbeeld veel verstopping of afwisselend verstopping en diarree • rood bloed en/of slijm bij de ontlasting • loze aandrang. Bij afwijkingen in het eerste deel van de dikke darm kunnen ook verstoppingen voorkomen. Als hierbij bloedingen optreden is het bloed meestal vermengd met de ontlasting. Ook komt vaak bloedarmoede voor bij deze afwijkingen.
6
Chirurgie | Abdominale Chirurgie
Voorbereiding op de opname Sieraden (ook trouwringen) zijn niet toegestaan bij een operatie. U kunt deze het beste thuis laten of meegeven aan de familie. Wilt u ook eventuele nagellak verwijderen, zodat de anesthesio loog tijdens de operatie de doorbloeding onder uw nagels kan controleren? Als u medicijnen gebruikt, neemt u die dan mee naar het ziekenhuis.
Opname Eén dag voor de operatie wordt u opgenomen (behalve wanneer u op maandag geopereerd wordt; dan wordt u al op vrijdag opgenomen). Op de dag van de opname kunt u thuis gewoon eten en drinken. Nadat u zich heeft gemeld bij de opnamebalie brengt een gastvrouw u naar de afdeling. Op de afdeling heeft u een opnamegesprek met een verpleegkundige. Deze vertelt u over de dagelijkse gang van zaken op de afdeling. Een zaalarts doet een lichamelijk onderzoek. De chirurg komt langs om u nogmaals te informeren over de operatie. Als u vragen hebt, kunt u die stellen. De anesthesioloog komt langs om de narcose te bespreken. Over het algemeen heeft u hierover eerder ook al informatie gekregen op de pre-operatieve polikliniek van de Anesthesiologie (POPA) geweest. Ook kunt u met de anesthesioloog overleggen of u een slaaptablet mag gebruiken. Vanaf de dag voor de operatie krijgt u een injectie ter voorkoming van trombose (een bloedstolsel in een bloedvat dat kan ontstaan door te weinig beweging). U krijgt elke dag zo’n injectie totdat u na de operatie weer op de been bent of totdat u met ontslag gaat. Vanaf 24.00 uur mag u niets meer eten en drinken.
7
Dikke-darmoperatie bij goedaardige aandoeningen
De dag van de operatie Op de dag van de operatie krijgt u ’s morgens speciale operatie kleding aan. Een verpleegkundige brengt u op uw bed naar de operatieafdeling. U komt eerst op de ‘holding’. Hier worden alvast voorbereidingen getroffen voor de operatie. U krijgt een infuus ingebracht waardoor later de narcose wordt toegediend. Soms krijgt u al antibiotica toegediend om infecties te voorkomen, soms wordt dit ook pas op de operatiekamer gedaan. In sommige gevallen wordt de buik geschoren, ook om de kans op infecties te verkleinen. Daarna wordt u gevraagd om op de operatietafel te gaan liggen. U krijgt de narcosemiddelen toegediend, waardoor u onder narcose raakt en niets van de ingreep merkt.
De operatie Er zijn twee technieken om de operatie uit te voeren: de conventionele en de laparoscopische techniek. Welke techniek voor u het meest geschikt is, is afhankelijk van de oorzaak en de plaats van de afwijking. Als beide technieken bij u mogelijk zijn, kunt u zelf kiezen op welke manier u geopereerd wilt worden. Vaak echter wordt pas duidelijk wat de operatiemogelijkheden zijn als de buik open is. Dan kan het bijvoorbeeld voorkomen dat een laparoscopische operatie toch een conventionele operatie wordt. Conventionele operatie Bij de conventionele operatie maakt de chirurg een snede in de buik, zodat hij of zij met de instrumenten bij het operatiegebied kan komen en de operatie uit kan voeren. Laparoscopische operatie Bij de laparoscopische operatie bedient de chirurg de instrumenten via de monitor. 8
Chirurgie | Abdominale Chirurgie
Er wordt een kleine snede in de buik gemaakt, waardoor CO2-gas in de buik wordt geblazen. Dit onschadelijke gas scheidt de buikwand van de interne organen, zodat er voor de chirurg voldoende ruimte in de buik is ontstaan om de operatie uit te voeren. Daarna wordt er nog een aantal kleine snedes in de buik gemaakt. Via één daarvan wordt een laparoscoop in de buik gebracht. Dit is een dunne, telescoopachtige buis, die de darm op een monitor zichtbaar maakt. Via de andere snedes worden de chirurgische instrumenten ingebracht, die de chirurg via de monitor bedient. Soms moet toch een grotere snede gemaakt worden om de operatie goed uit te voeren. Dan wordt de laparoscopische operatie een conventionele operatie. Nadat het zieke deel is verwijderd probeert de chirurg de twee uiteinden van de darm aan elkaar te maken. Bij een afwijking in het laatste deel van de dikke darm of in het bovenste deel van de endeldarm kunnen de twee uiteinden niet altijd direct met elkaar worden verbonden. Het onderste uiteinde wordt dan gesloten. Van het bovenste uiteinde maakt de chirurg een (tijdelijke) stoma. Het verwijderde zieke deel van de darm wordt opgestuurd naar het laboratorium voor weefselonderzoek.
De duur van de operatie De operatieduur is mede afhankelijk van het soort operatie en de uitgebreidheid. Gemiddeld duurt een laparoscopische operatie vier uur en een conventionele operatie anderhalf uur.
9
Dikke-darmoperatie bij goedaardige aandoeningen
Complicaties Bij elke operatie bestaat de kans op complicaties zoals trombose, longontsteking en nabloeding. Deze risico’s bestaan dus ook bij dikke-darmoperaties. Daarnaast zijn er bij dikke-darmoperaties nog enkele specifieke complicaties mogelijk: • Lekkage van de darmnaad (de verbinding van twee darmuiteinden). Dit is een ernstige complicatie, die gelukkig weinig voorkomt. Om deze complicatie te voorkomen wordt antibiotica gegeven. Ook het aanleggen van een tijdelijke stoma kan om deze reden gebeuren. Als er toch lekkage optreedt, is een nieuwe operatie nodig om dit op te heffen. • Wondinfectie komt vaker voor. Hierdoor wordt de wondgenezing vertraagd. In deze gevallen wordt de wond soms weer opengemaakt (door enkele hechtingen te verwijderen), zodat wondvocht en/of pus eruit kan en de wond gespoeld kan worden. • Bij mannen die een uitgebreide endeldarmoperatie hebben ondergaan, treedt soms impotentie op. Soms is het tijdens zo’n operatie niet te vermijden dat de zenuwen naar de geslachtsdelen worden beschadigd.
Na de operatie Na de operatie wordt u naar de uitslaapkamer gebracht. Als u pijn heeft of misselijk bent kunt u om medicijnen vragen. Wanneer u goed wakker bent, uw bloeddruk en ademhaling goed zijn, uw pijn te dragen is en u niet heel erg misselijk bent, gaat u terug naar de afdeling. U bent met een aantal slangen verbonden, afhankelijk van de operatie die u heeft ondergaan: • één of twee infusen voor het toedienen van vocht • een dun slangetje in uw rug voor de pijnbestrijding 10
Chirurgie | Abdominale Chirurgie
•
een sonde door uw neus, die via de slokdarm in de maag ligt en ervoor zorgt dat het overtollige maagsap wordt afgezogen • een drain in uw buik voor afvoer van eventueel bloed en inwendig wondvocht • een blaaskatheter voor afloop van de urine. Naarmate uw herstel na de operatie vordert worden deze slangen verwijderd. U kunt last van darmkrampen hebben doordat de darmbewegingen geleidelijk weer op gang komen. Hier is helaas niet veel tegen te doen. Zodra de darmen weer op gang zijn worden de krampen geleidelijk minder. De voeding wordt geleidelijk uitgebreid van vloeibaar naar normale voeding.
Herstel en ontslag uit het ziekenhuis Hoe lang u in het ziekenhuis moet blijven is afhankelijk van de operatie, uw leeftijd en conditie, en of er complicaties optreden. In het gunstigste geval kunt u tien tot veertien dagen na de operatie het ziekenhuis verlaten. Voor uw ontslag kijkt de verpleegkundige met u naar uw thuissituatie. Als speciale thuishulp (gezinszorg of wijkverpleging) nodig is, wordt dit vanuit het ziekenhuis geregeld. Als u een (tijdelijke) stoma heeft, oefent de verpleegkundige samen met u de verzorging van de stoma voordat u naar huis gaat. De uitslag van het weefselonderzoek is na ongeveer tien dagen bekend. Als u nog opgenomen bent, komt de chirurg bij u langs om de uitslag te bespreken. Als u al met ontslag bent, hebt u een afspraak meegekregen voor controle op de polikliniek. De chirurg controleert de wond en de eventuele stoma en bespreekt hoe het verder met u gaat. Als u een (tijdelijke) stoma heeft, dan wordt u op dezelfde dag ook door een (stoma)verpleegkundige gezien. 11
Dikke-darmoperatie bij goedaardige aandoeningen
Het is moeilijk aan te geven hoe lang het duurt voordat u weer helemaal van de operatie hersteld zult zijn. Dit hangt af van de grootte van de operatie, de aard van de darmaandoening en hoe u zich na de operatie voelt. De meeste patiënten kunnen na twee tot drie maanden hun normale bezigheden en werk weer hervatten.
Vragen Als u na het lezen van deze brochure nog vragen heeft, dan kunt u die stellen aan de verpleegkundige of de zaalarts. Na uw ontslag uit het ziekenhuis kunt u met vragen terecht bij • De stomaverpleegkundige, bij vragen/problemen met uw stoma. De stomaverpleegkundige heeft telefonisch spreekuur van ma. t/m vr. van 08.00 tot 09.00 uur. Belt u tel.nr: (050) 361 61 61 en vraag om doorverbonden te worden met pieper 55819. • De casemanager IBD, bij andere vragen/problemen die te maken hebben met uw operatie. De casemanager is bereikbaar van ma. t/m vr. van 08.00 tot 16.30 uur via tel. nr: (050) 361 28 48 of 06 218 391 12. • Het telefonisch verpleegkundig spreekuur van de afdeling Chirurgie, bereikbaar van ma. t/m vr. van 08.00 tot 16.30 uur, tel.nr: (050) 361 61 61, vraagt u naar pieper 55833. • Uw huisarts, bij andere vragen of problemen.
12
Colofon Vormgeving Eden, Amsterdam Lay-out Gravis Ontwerpers, Groningen Fotografie omslag Barelds en Reese, Groningen Zetwerk Letter & Lijn bv, Groningen Druk Zalsman, Groningen © Universitair Medisch Centrum Groningen, UMC-staf, Communicatie Groningen 2009. Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen zonder uitdrukkelijke toestemming van UMC-staf, Communicatie.
Patiënteninformatie vlc 888/0908