Burgerschap op het Stella Maris College MEERSSEN
Inhoudsopgave: 1. Burgerschapsvorming op het Stella Maris College 1.1 Visie op burgerschap 1.2 Inspelen op risico’s 2. Practice what you preach: reglementen en beleid 2.1 Gedragsregels 2.2 Inspraak 3. Burgerschap als onderdeel van het lesprogramma 3.1 Maatschappijleer 3.2 Het vak LEF 3.3 Burgerschapsvorming binnen andere vakken 4. Niet-lesgebonden burgerschapsactiviteiten 4.1 MEP en Module Europa en Debat 4.2 De leerling vertegenwoordiging 4.3 Global Exploration 4.4 Internationalisering 4.5 Belang Euregio 4.6 Maatschappelijke stage
Burgerschapsvorming op het Stella Maris College
2
1. Burgerschapsvorming op het Stella Maris College In de visie van het Stella Maris College is goed onderwijs meer dan een opleiding tot een diploma in één van de niveaus. Het Stella Maris College heeft de volgende onderwijsvisie geformuleerd: 1. De leerling staat centraal. Rekening houdend met de competenties van een leerling (= kennis, houding en vaardigheden), willen wij zijn maatschappelijke mogelijkheden optimaliseren. Een zelfstandige, zelfverantwoordelijke persoon is ons doel naast kans rijkheid en uitdagend onderwijs. 2. Elke leerling wordt voldoende uitgedaagd. De docent leert daarvoor omgaan met verschillen in de klas. 3. Een leerling leert door docenten, medeleerlingen hoe hij zelfstandig kan werken in de klas, in het OLC en thuis. 4. Docenten zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het totale onderwijs in de basisvorming en de 2de fase. Met het schoolplan als uitgangspunt hebben docenten in afdelingsteams een eigen verantwoordelijkheid voor de invulling van het onderwijs. In deze teams stimuleren, inspireren en ondersteunen ze elkaar. 5. We zijn een lerende organisatie met een open cultuur en professionele ruimte waarin verantwoordelijkheden gespreid zijn en personeelsleden elkaar aanspreken op hun functioneren. 6. Door ons kwaliteitsbeleid willen we het onderwijs evalueren, verbeteren en vernieuwen. Al het aanwezige talent willen we optimaal benutten. Ouders en leerlingen hierbij structureel betrekken is ons streven. Een school met ambitie voor leerlingen met ambitie. Het Stella Maris College heeft de ambitie een bijdrage te leveren aan een succesvolle integratie van haar leerlingen in de maatschappij. De school beperkt zich daarbij niet tot de overdracht van kennis en vaardigheden die noodzakelijk zijn voor het behalen van een diploma, maar richt zich op burgerschapsvorming in de breedste zin van het woord.
1.1 Visie op burgerschap In 2006 werd de wettelijke opdracht van kracht om ‘actief burgerschap en de sociale integratie’ van leerlingen te bevorderen. Actief burgerschap, zo geeft de toelichting op de wet aan, verwijst naar de bereidheid en het vermogen deel uit te maken van een gemeenschap en daar een actieve bijdrage aan te leveren. Sociale integratie betreft de deelname van burgers ongeacht hun etnische of culturele achtergrond aan de samenleving, in de vorm van participatie, deelname aan de maatschappij en haar instituties en bekendheid met en betrokkenheid bij uitingen van de Nederlandse cultuur. De basis voor de burgerschapsvorming binnen het Stella Maris College vormen de “10 gouden regels” van LVO. Zij zijn de richtlijn voor ons handelen binnen de gehele school (medewerkers, leerlingen, ouders). Daarnaast heeft de maatschappelijke stage een prominente rol in het curriculum en versterkt zij de binding met de regio. Maatschappelijke Stage (MaS) is een verplicht onderdeel in alle curricula. In de onderbouw worden activiteiten ontplooid, vooral gericht vanuit groepsopdrachten. In de bovenbouw doet een leerling een gerichte stage buiten school, in nauwe samenwerking met cluster-collega-school SG Sophianum en omliggende gemeentes. We werken met een stagebank waarbij vraag en aanbod worden gecoördineerd door een stagemakelaar vanuit de gemeenten. Wekelijks heeft deze zitting op school. Onze intentie is om, ook na het vervallen van de landelijke verplichting, de MaS op deze manier voort te zetten. Burgerschapsvorming op het Stella Maris College
3
In het kader van Internationalisering kunnen leerlingen deelnemen aan uitwisselingen waardoor ze via gastgezinnen kennis maken met andere culturen. Dit wordt jaarlijks gedaan in het kader van het vak FLE. Ook nemen leerlingen jaarlijks deel aan het MEP, Model European Parliament. Gedurende het schooljaar vinden er op vaste momenten door de leerlingen georganiseerde sociale acties plaats. Het Stella Maris College heeft een aantal vaste goede doelen waar de opbrengst van deze acties naar toe gaat: “ Help een handje met een voetje als sponsoractie”. De overkoepelende filosofie achter deze sponsoractie is dat er projecten opgenomen zijn die werken aan primaire zaken in ontwikkelingsgebieden, zoals kinderopvang, onderwijs, scholingsprojecten en huisvesting. De sponsordoelen worden geacht actief deel te nemen aan de informatieverstrekking aan de leerlingen tijdens de lessen, waarbij voornamelijk het vak levensbeschouwing ondersteund wordt. De actie vindt jaarlijks plaats op de vrijdag voor Carnaval. De actiegroep wordt gevormd door de leerlingen van de klassen 1 en 2 en wordt op touw gezet door een trouwe groep medewerkers die bestaan uit leden van het onderwijzend personeel, het onderwijsondersteunend personeel, de ouderraad en de plaatselijke carnavalsvereniging. Onderdeel van de burgerschapsvorming zijn ook een leerlingenpanel R9. In dit panel krijgen leerlingen de mogelijkheid hun stem te laten horen over het onderwijs, duurzaamheid en de organisatie binnen hun afdeling. Op deze wijze leren ze op een constructieve wijze mee te denken en te participeren in het verbeteren van hun eigen onderwijssituatie. De panelleden kunnen zich ook aanmelden voor de schoolbrede leerlingenraad en voor een plek in de leerling geleding van de MR. In het kader van de onderwijsinnovatie worden leerlingen ook actief betrokken. Ook heeft de school sinds drie jaar een schoolwacht. Alle leerlingen van de 3e en 4e klas krijgen een scholing hiervoor en worden ingezet tijdens de pauzes om leerlingen aan te spreken op afval, gedrag en rommel.
1.2 Inspelen op risico’s Jongeren in de middelbare schoolleeftijd zijn sterk beïnvloedbaar door de omgeving en bovendien gevoelig voor groepsdruk. Dit brengt o.a. de volgende risico’s met zich mee: •
Risico op intolerantie ten opzichte van mensen die op welke wijze dan ook afwijken van wat als door de leerlingen als “normaal” wordt gezien;
•
Risico op het ontwikkelen van extremistische ideeën en radicalisering. Dit risico wordt versterkt door de polarisatie van het huidige politieke debat.
•
Deze risico’s maken het van groot belang dat de school aandacht besteedt aan het ontwikkelen van tolerantie en verdraagzaamheid. Enkele voorbeelden van strategieën die de school hierbij hanteert: het vergroten van kennis t.a.v. alles wat “anders” is, het geven van het goede voorbeeld, het handhaven van normen die gebaseerd zijn op basiswaarden als gelijkwaardigheid, respect en tolerantie, leerlingen in contact brengen met mensen die “anders” zijn en hen samen activiteiten laten ondernemen.
•
Risico op slachtofferschap van nieuwe ontwikkelingen op het gebied van sociale media, zoals cyberpesten en grooming.
•
Dit risico maakt het van groot belang dat de school aandacht besteedt aan mediawijsheid en haar leerlingen waarschuwt voor de risico’s. De strategie hierbij bestaat voornamelijk uit het besteden van aandacht aan het thema “mediawijsheid” binnen verschillende vakken en het (bij)scholen van docenten.
De school is zich bewust van deze en andere risico’s van de moderne maatschappij en speelt hierop in bij de vormgeving van haar burgerschapsonderwijs.
Burgerschapsvorming op het Stella Maris College
4
2. Practice what you preach: reglementen en beleid Het Stella Maris College besteedt in haar onderwijsaanbod de nodige aandacht aan burgerschapsvorming. Het effectief tot ontwikkeling laten komen van kennis, vaardigheden, houdingen en ervaringen op dit gebied, vraagt om een omgeving waarin deze aspecten zichtbaar en voelbaar zijn. De school draagt er daarom zorg voor dat haar reglementen en beleid in overeenstemming zijn met hetgeen zij uitdraagt in haar burgerschapsonderwijs.
2.1 Gedragsregels In de eerste plaats gelden er op school natuurlijk dezelfde wetten als in de rest van de samenleving. Wetsovertreding wordt zeer serieus genomen en de school doet in de voorkomende gevallen aangifte bij de politie. Daarnaast beschikt het Stella Maris College over een eigen schoolreglement en onderschrijft zij de 10 Gouden Regels van LVO. Schoolreglement 1. Iedere leerling zorgt steeds bij aanvang van de lessen aanwezig te zijn. De leerlingen verlaten het schoolterrein nooit voor het einde van de laatste les. 2. (Cyber)pesten en gebruik van geweld zijn niet toegestaan. Bij overtreding kunnen de ouders worden ingelicht en kan een leerling geschorst worden. In ernstige gevallen kan een leerling verwijderd worden en wordt er aangifte gedaan bij de ( school )politie. 3. Een leerling die betrapt wordt op het bezit van een wapen wordt geschorst met melding aan de inspectie. Er volgt direct aangifte bij de politie. 4. Het bezit en gebruik van drugs en alcohol op school en tijdens door de school georganiseerde activiteiten zijn verboden. Bij overtreding wordt de leerling de toegang tot het terrein ontzegd. Hij/zij wordt geschorst en er volgt een schriftelijke melding aan de inspectie. De ouders/verzorgers worden hiervan eveneens schriftelijk op de hoogte gesteld. Indien hij/zij wordt betrapt op dealer schap en/of het verspreiden van alcohol en drugs wordt er in alle gevallen melding gemaakt naar de politie en ouders. Tevens volgt er onmiddellijke schorsing en verbod het schoolterrein te betreden. Een dergelijke melding kan gevolgd worden door een aangifte. De school behoudt zich het recht voor om in gevallen van verdenking van het overtreden van deze laatste regel betreffende leerling te fouilleren en zijn/haar schooltassen en locker te inspecteren. Laatstgenoemde maatregelen worden uitgevoerd door een politieagent(e). Van door de school georganiseerde feesten zijn deze volledig alcoholvrij. 5. Tijdens de lessen kom je niet in de gangen en de garderobe. Zitten in de gangen is verboden. Je jas en andere kledingstukken berg je op in de garderobe. Iedere leerling draagt zijn eigen verantwoordelijkheid voor waardevolle spullen en is medeverantwoordelijk voor het handhaven van een normale rust in de gebouwen. Tijdens de pauze houdt men zich aan de praktische aanwijzingen. 6. Het gebruik van alle geluids- en andere communicatieapparatuur is in de schoolgebouwen alleen toegestaan met goedkeuring van een docent / medewerker van de school. Het maken van foto's en video's op school is alleen toegestaan na expliciete toestemming van de directie Het gaat hier om de bescherming van de privacy van ieder van ons. 7. Voor alle schade die een leerling opzettelijk of door eigen schuld veroorzaakt zal hij/zij of de wettelijke vertegenwoordiger aansprakelijk worden gesteld. 8. Er geldt een algeheel alcoholverbod voor alle leerlingen. Op door school georganiseerde feesten en tijdens, door school georganiseerde, activiteiten en excursies is het gebruik van alcohol niet toegestaan. Dit geldt ook voor leerlingen van 18 jaar en ouder.
Burgerschapsvorming op het Stella Maris College
5
9. Leerlingen zijn verplicht de aanwijzingen van de docenten en het onderwijs ondersteunend personeel op te volgen. Zij nemen een correcte houding aan tegenover medeleerlingen en personeelsleden. 10. Men ruimt altijd zijn rommel op. Iedere leerling is medeverantwoordelijk voor een goede sfeer in het gebouw. Ook de aanwijzingen van de schoolwacht worden opgevolgd. 11. De docent kan voor zijn eigen klas/lokaal nadere regels stellen. 12. Het is bij wet verboden vuurwerk en andere explosieven bij zich te hebben. 13. Het is op school verboden om kleding te dragen met discriminerende of racistische teksten of kleding met teksten/opdrukken die verwijzen naar een racistische organisatie. In de zomermaanden geldt er een strikt kledingvoorschrift namelijk bedekte kleding en geen campingkleding of campingschoeisel. 14. De locatiedirecteur kan, zo mogelijk na overleg met de teamleiders, tijdelijk of permanent aanvullende regels stellen indien hiertoe aanleiding bestaat. 15. Bij schoolreizen en excursies gelden specifieke regels Deze dienen de ouders te ondertekenen voor aanvang van de activiteit.
Het Stella Maris College is al jarenlang bekend met het fenomeen schoolagent. Hij/zij is wekelijks in het kader van preventie en voorlichting een dag(deel) op school aanwezig. Zij worden ook ingeschakeld bij problemen op de route van school naar huis en terug en maken deel uit van het Zorgadviesteam en het Preventieteam van het Stella Maris College.
2.2 Inspraak Het Stella Maris College betrekt alle geledingen van de school bij het vaststellen van haar beleid. Ouders, leerlingen, docenten en onderwijsondersteunend personeel worden vertegenwoordigd in de medezeggenschapsraad. De ouders uit deze raad voeren het woord namens hun achterban, zoals verenigd in de oudercommissies van havo/vwo. Achter de leerling geleding van de MR schuilt een breed stelsel van vertegenwoordiging.
Burgerschapsvorming op het Stella Maris College
6
3. Burgerschap als onderdeel van het lesprogramma Burgerschapsvorming maakt bij verschillende vakken onderdeel uit van het reguliere lesprogramma. In de eerste plaats biedt het Stella Maris College enkele vakken aan die volledig in het teken staan van burgerschapsvorming: maatschappijleer en levensbeschouwing. Tot slot zijn er nog een aantal andere vakken die met één of meerdere programmaonderdelen een bijdrage leveren aan burgerschapsvorming, zoals geschiedenis, het (versterkt) Engels FLE, CKV en de mentorlessen.
3.1 Maatschappijleer Maatschappijleer is hét vak bij uitstek waar burgerschapsvorming een plaats krijgt. Het vak maatschappijleer is voor twee lesuren per week opgenomen in het curriculum van de vierde klas van havo en de vierde klas van het vwo. Het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) bestaat uit vijf onderdelen, waarbij alle aspecten van burgerschap aandacht krijgen. 1. Parlementaire democratie 2. Rechtsstaat 3. Pluriforme samenleving 4. Verzorgingsstaat 5. Actualiteit en vaardigheden (informatievaardigheden, presenteren, meningsvorming, debatvaardigheden)
3.2 HET VAK LEF Visie op en ontwerpprincipes bij het vak LEF. Visie: waar zijn we in ons vak op uit. Ontwerpprincipes: op welke manier willen we dat in ons onderwijs realiseren. VISIE : De culturele achtergrond van de meeste van onze leerlingen is vooral bepaald door het Christendom. In het algemeen kun je stellen dat er in Nederland al eeuwen sprake is van een Joods/Christelijke/ Humanistische cultuur. De laatste decennia krijgen we ook steeds meer te maken met mensen die opgegroeid en opgevoed zijn in de traditie van de Islam. En in geringere mate zien we ook mensen die zich wat hun gedachtegoed betreft tot het Hindoeïsme en Boeddhisme rekenen. Vanwege deze ontwikkelingen wordt burgerschapsvorming een steeds belangrijker issue. Burgerschap maakt het mogelijk om samen te kunnen leven in een multiculturele samenleving. Je kunt stellen dat de waarden: vrijheid, gelijkheid en gelijkwaardigheid, democratie en tolerantie de basiswaarden voor onze samenleving zijn. Deze basiswaarden brengen ook bepaalde normen met zich mee, die we aan ons gedrag ten grondslag moeten leggen. Dat wordt van ons als burger verwacht. En dat wordt ook verwacht van het onderwijs: Onderwijs moet jongeren er op voorbereiden dat ze deel kunnen nemen aan de samenleving en daarin een plek kunnen verwerven. Onze eigen traditie mag ook blijven, maar moet bijdragen aan een samenleving, waarin we elkaar, met onze verschillende achtergronden, met open vizier tegemoet treden. Een maatschappij waarin we allemaal burger zijn en ook leren burger te zijn.
Burgerschapsvorming op het Stella Maris College
7
In bovenstaande is al verwezen naar de normen die de basiswaarden met zich meebrengen. Dat betekent dat het ontwikkelen van de ethische identiteit ook een belangrijke plek in het leven van jongeren moet hebben. Het vak levensbeschouwing kan en moet hier een wezenlijke bijdrage aan leveren. Daarom hanteren we de volgende ontwerpprincipes”: ONTWERPPRINCIPES: •
Wij hebben primair aandacht voor de levensbeschouwelijke belevingswereld en de identiteitsontwikkeling van hedendaagse jongeren in een postmoderne, multiculturele en multireligieuze samenleving/wereld. Belangrijk hierbij is dat jongeren taal/woorden tot hun beschikking krijgen die hen in deze tijd kunnen helpen bij hun levensbeschouwelijke vorming. We willen jongeren niet alleen mono religieus toerusten maar ook multireligieus en interreligieus/cultureel.
•
Tevens is het belangrijk dat jongeren het feitelijk voorkomen en functioneren van levensbeschouwing en ethiek in interpersoonlijke relaties herkennen, kunnen duiden en beoordelen. ( opmerking: het duiden en beoordelen is vooral iets wat in de module ethiek aangeleerd wordt.)
•
Daarnaast ook het feitelijk voorkomen en functioneren van levensbeschouwing en ethiek in de samenleving kunnen herkennen, duiden en beoordelen. Evenals in de voor hen relevante studiecq. beroepssituaties. (zie opmerking vorige punt)
DOELSTELLINGEN •
Het ontwikkelen van het besef van de aanwezigheid van eigen levensbeschouwelijke/filosofische/ethische opvattingen .
•
Het ontwikkelen van het besef dat die eigen opvattingen bestaan temidden van andere, vaak afwijkende, opvattingen.
•
Het wekken van inzicht bij de leerling in het belang van levensbeschouwing en levensbeschouwelijke vragen, ethiek en ethische vragen.
•
Het wekken van inzicht in de aard van dergelijke vragen en de onvermijdelijkheid ervan.
•
Het wekken van inzicht in enerzijds de relativiteit van individuele waarden en normen, anderzijds de onmisbaarheid van gedeelde waarden en normen.
•
Het leren omgaan met de spanning tussen relativiteit enerzijds en onmisbaarheid anderzijds.
•
Het leren toepassen van deze inzichten in praktische vragen en kwesties die het eigen leven van de leerling raken.
•
Het leren inzien van het belang van een dialoog tussen antwoorden op levensvragen, antwoorden die ieder op zich altijd voorlopig blijven.
•
Daartoe maakt de leerling kennis met de belangrijke levensbeschouwelijke stromingen in Nederland, waarbij Nederland beschouwd wordt als onderdeel van de wereld als global village.
•
Langs die weg maakt de leerling kennis met een kritisch verantwoorde.
Burgerschapsvorming op het Stella Maris College
8
3.3 Burgerschapsvorming binnen andere vakken Ook vakken waarbij burgerschapsvorming niet expliciet tot de doelstellingen behoort, leveren hier in meer of mindere mate een bijdrage aan. Deze bijdrage is van groot belang omdat de kracht van goed burgerschapsonderwijs onder andere gelegen is in de verwevenheid van de verschillende doelen door het gehele onderwijsprogramma. •
Nederlands: Het vak Nederlands levert een belangrijke bijdrage aan het vergroten van de communicatieve vaardigheden van leerlingen. Ze leren een mening te onderbouwen met argumenten en deze zowel mondeling als schriftelijk te verwoorden. Ook informatievaardigheden (werkstukken, spreekbeurten) en presentatievaardigheden (spreekbeurten) en het schrijven van een betoog krijgen de nodige aandacht.
•
Geschiedenis: Binnen het vak geschiedenis komen verschillende onderwerpen aan bod die een bijdrage leveren aan burgerschapsvorming. Zo wordt uitgebreid aandacht besteed aan het thema staatsinrichting, waarbij de nadruk ligt op de landelijk politiek (democratie, Staten-Generaal, regering, kabinet, coalitie, oppositie, politieke stromingen, belangrijkste politieke partijen, etc.). Ook komt het ontstaan van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden aan de orde. Tot slot wordt er in de bovenbouw aandacht besteed aan het revolutiejaar 1848, waarin de basis is gelegd voor het politieke systeem zoals we dat vandaag de dag kennen. In het kader van burgerschap speelt het vak geschiedenis een belangrijke rol: inzicht in het verleden is immers een noodzakelijke voorwaarde voor het begrip van het heden.
•
Moderne vreemde talen: Beheersing van moderne vreemde talen wordt in de huidige open samenleving steeds belangrijker. Bij alle moderne vreemde talen is er tevens aandacht voor andere culturele aspecten. Ook hebben we het literatuurproject met een aantal LVO scholen voor de talen Nederlands, Duits en Frans. Leerlingen bezoeken in de Euregio de steden Luik en Aken om deel te nemen aan lezingen. Schrijvers geven presentaties en leerlingen stellen vragen aan de schrijvers. Er is eenmaal per jaar een recensieavond en jurydag.
•
Culturele en kunstzinnige vorming (CKV): Bij het vak CKV komt het thema “mode” aan de orde. De leerlingen maken kennis met diversiteit aan stijlen door de jaren heen en in de huidige samenleving. Ook gaan ze op zoek naar een antwoord op de vraag welke rol mode speelt bij in eigen identiteit: middels het maken van een moodboard onderzoeken de leerlingen wat hun smaak is en wat ze willen uitstralen.
•
Mentorlessen: Tijdens de mentorlessen komen, met name in de onderbouw, enkele belangrijke thema’s in het kader van burgerschap aan de orde: (omgaan met) diversiteit, pestgedrag, groepsdruk, identiteitsvorming, etc. Dit is niet vastgelegd in een lesprogramma of PTA, maar is het onvermijdelijke gevolg van het bij elkaar plaatsen een groot aantal individuen die met elkaar een mentorklas gaan vormen. De onderlinge verschillen zijn soms groot en iedere leerling moet uiteindelijk zijn eigen plekje vinden in de groep. In dit proces van groepsvorming en ontwikkeling, dat in de meeste gevallen tot cohesie leidt, komen dergelijke thema’s ongetwijfeld aan bod. De mentor is er om dit bespreekbaar te maken en in goede banen te leiden. De mentorklas kan gezien worden als een pluriforme samenleving op microniveau en vormt zodoende een oefenplaats voor burgerschap.
Burgerschapsvorming op het Stella Maris College
9
4. Niet-lesgebonden burgerschapsactiviteiten Op het Stella Maris College draait onderwijs om meer dan lesgeven alleen. Er wordt jaarlijks een breed scala aan niet-lesgebonden activiteiten georganiseerd, o.a. op het gebied van kunst & cultuur, sport, muziek en burgerschap. Hieronder volgt een overzicht van de activiteiten in het kader van burgerschapsvorming.
4.1 MEP en Debating Debating De module debating past in de burgerschapsvorming op het Stella Maris College. Leerlingen van de bovenbouw kunnen hier aan deelnemen De essentie is leerlingen te leren debatteren aan de hand van actuele onderwerpen met name omtrent Europese ontwikkelingen. Leerlingen krijgen kennis over de EU en haar instellingen, leren hoe moeilijk het is om tot compromissen te komen, leren een mening te vormen over Europese vraagstukken en de rol van Europese burgers hierin. HET MODEL EUROPEAN PARLIAMENT (MEP) Het Stella Maris College is een van de 12 Limburgse scholen die meedoen aan het MEP. Het MEP is een simulatie van het Europees Parlement. Iedere school vormt een delegatie van 6 leden. Iedere delegatie vertegenwoordigt een EU- land. Ieder delegatielid wordt in de MEP week deelnemer van een commissie. Hij/ zij vertegenwoordigt het standpunt van het land dat aan een school is toegewezen. Tijdens de MEP- week worden de leerlingen voorbereid om als commissie een oplossing te vinden voor een bepaald Europees probleem. Zij schrijven daartoe een resolutie en proberen de andere parlementsleden/ landen over te halen om hun resolutie aangenomen te krijgen. De rol van de media en het lobbyen is een vast onderdeel van deze parlementariërs in wording. Elke school houdt een voorronde of meerdere voorrondes om te komen tot de vorming van een delegatie. Oud- Meppers uit de 5e en 6e klassen proberen leerlingen door middel van voorlichting in elke 4e klas over te halen om mee te doen. Ook de discussierondes worden geleid door oudMeppers. De eindronde vindt plaats in de raadszaal van de gemeente Gulpen- Wittem.
4.2 De leerling vertegenwoordiging Er is op het Stella Maris College nog geen leerlingenraad. Maar wel een klankbordgroep waar leerlingen in participeren m.b.t. de onderwijsiinnovatie..
Burgerschapsvorming op het Stella Maris College
10
4.3 Global Exploration Sinds enkele jaren neemt het Stella Maris College deel aan het project Xplore van de Stichting Global Exploration. Dit project biedt leerlingen de kans de wereld te exploreren, andere culturen te verkennen en te ontdekken. Via masterclasses worden de jongeren voorbereid op een reis van drie weken naar India, Nepal, Peru, Tanzania, Indonesië of China. Daar bezoeken ze scholen, worden ze aan het werk gezet om goede doelen te verwezenlijken en kunnen ze zelf zien hoe hard het door henzelf opgebrachte sponsorgeld nodig is. Deze ervaring laat hen terugkomen als een ander mens, met het besef deel uit te maken van een wereldomvattende gemeenschap waarvoor ook zij een verantwoordelijkheid dragen. Hoewel de bijdrage van Xplore aan burgerschapsvorming uiteraard het grootst is voor de deelnemende leerlingen, wordt ook de rest van de school bij het project betrokken. Na afloop van hun reis deelt de groep haar ervaringen met de rest van de school en enkele basisscholen door het geven van presentaties (global ambassadorship). Op die manier wordt ook de bewustwording van en betrokkenheid van niet-deelnemende leerlingen bij mondiale vraagstukken als armoede, ontwikkeling en duurzaamheid vergroot.
4.4 Internationalisering De leerlingen van het Stella Maris College vervullen een actieve rol bij de Douzelage. De Douzelage wil zorgen voor ontmoetingen tussen burgers uit verschillende landen van de Europese Unie om zo de Europese eenwording gestalte te geven. Het gevoel samen een Europa te vormen ontstaat als mensen elkaar kennen en begrijpen. Alleen zo worden vooroordelen en tegenstellingen opgeheven. Om vrede en stabiliteit in de Europese Unie te hebben voor elkaars problemen en cultuurverschillen. Douzelage draagt bij aan deze eenwording door verschillende bijeenkomsten, uitwisselingen en internationale projecten te organiseren. De leerlingen van het Stella Maris College vervullen een actieve rol hierin. Jaarlijks wordt een driedaagse Europese Conferentie georganiseerd. Deze conferentie vindt elk jaar in een ander land plaats. Tijdens de jaarlijkse conferentie wordt door de afgevaardigde vertegenwoordigers in een General meeting gesproken over diverse Europese onderwerpen, over de actuele projecten. In de Educational Meeting wisselen leerkrachten en leerlingen informatie uit over onderwijs en opleiding, Ook in de Youth Meeting komen de jongeren uit alle deelnemende landen samen rondom thema’s zoals duurzaamheid die specifiek voor de jeugd spelen. Regelmatig organiseren de deelnemende Douzelage-gemeenten ( Meerssen ) uitwisselingsbijeenkomsten tussen twee of meer partnergemeenten. Dit kunnen bijeenkomsten zijn op diverse gebieden, zoals kunst, cultuur, muziek, onderwijs, sport, toerisme, gezondheidszorg en bedrijfsleven.
4.5 Belang Euregio De geografische ligging van het Stella Maris College biedt veel kansen om binnen de Euregio samen te werken. Steden als Aachen, Liège en Hasselt liggen dichtbij. De kans is groot dat onze leerlingen uiteindelijk met studie of werk in deze internationale omgeving terecht komen. Vandaar dat het buurtalenonderwijs in Frans en Duits extra versterkt wordt aangeboden. Met partnerscholen in de regio Aachen en Liège wordt intensief samengewerkt om de buurtalen van alle partijen nog verder te ontwikkelen ( reeds eerder genoemde literatuur project ). Ook worden leerlingen gestimuleerd om te kiezen voor een vervolgopleiding aan de Universiteiten en hogescholen in de Euregio. Hun kansen op de arbeidsmarkt worden hierdoor zowel in NL, B en D vergroot. Met de universiteit Hasselt is er een exclusieve samenwerking waarbij getalenteerde leerlingen vakken kunnen volgen uit het curriculum van de Universiteit. Zij kunnen hierin ook examen doen. Momenteel zijn we bezig om te participeren in het netwerk aan de UCLL: Universitair centrum Leuven/Limburg . Dit om leerlingen beter voor te bereiden op een studie in de Euregio. Burgerschapsvorming op het Stella Maris College
11
4.6 Maatschappelijke stage Maatschappelijke stages werden met ingang van het schooljaar 2011-2012 een vast en verplicht onderdeel op elke school voor voortgezet onderwijs in Nederland. Ze maken deel uit van het onderwijsprogramma van scholen. Nu de verplichting is vervallen, heeft het Stella Maris College de intentie om op dezelfde voet verder te gaan. De stages zijn er om leerlingen als vrijwilliger ervaringen op te laten doen en te laten leren vanuit de gedachte ‘Samen leven kun je leren’. Bij maatschappelijke stages gaat het altijd om onbetaald vrijwilligerswerk dat leerlingen uitvoeren onder verantwoordelijkheid van de school. Meer specifiek gaat het om doelen als: -
leerlingen actief kennis laten maken met allerlei aspecten van de samenleving
-
een vorm van buitenschools leren voor de leerlingen
-
actief burgerschap stimuleren
-
vergroten van maatschappelijke betrokkenheid
-
leerlingen een bredere kijk op de maatschappij geven door ze uit hun vertrouwde wereldje te halen
-
vergroten van besef van normen en waarden
-
verbeteren van sociale omgang en communicatieve vaardigheden van de leerlingen
-
werken aan generatieverschillen tussen jongeren en ouderen
-
leerlingen toerusten met kennis, inzichten en vaardigheden om in de samenleving te kunnen
-
functioneren naar eigen aard en aanleg
-
contacten maken met andere leefwerelden
-
het bevorderen van de persoonlijke en sociale ontwikkeling van leerlingen
-
het stimuleren van de uitvoering van maatschappelijke taken c.q. vrijwilligerswerk door
-
jongeren
-
belang van vrijwilligerswerk overbrengen en leerlingen ertoe stimuleren
-
leerlingen kennis laten maken met een eventueel toekomstig beroep in de maatschappelijke sector
Naast bovengenoemde onderwijsdoelen blijkt dat veel leerlingen een maatschappelijke stage gewoon als een leuke, waardevolle en soms spannende ervaring beleven. Het Stella Maris College maakt bij de praktische invulling van MaS onderscheid tussen onder- en bovenbouw activiteiten. Belangrijk uitgangspunt is dat gekozen wordt voor een interne activiteit, dit om overbelasting van stagebieders te voorkomen. Zie hiervoor he tonderdeel schoolwacht
Burgerschapsvorming op het Stella Maris College
12
In de bovenbouw kiest een leerling uit: -
een blokstage Een aaneengesloten (korte) periode waarin stage wordt gelopen bij een maatschappelijke instelling/organisatie (extern). In principe binnen één van de activiteitenweken gedurende het curriculum (bovenbouw). De leerling geeft een voorkeur aan (keuze uit vacaturebank), wordt geplaatst maar verzorgt daarna alle contacten zelf.
-
een lintstage Gedurende een langere periode (bijvoorbeeld een half jaar) op een vast moment (in de week) stage lopen bij een maatschappelijke organisatie/instelling. Eigen initiatieven zijn in overleg mogelijk. Daarnaast kan een keuze uit een vacaturebank worden gemaakt.
Maatschappelijke stages bieden een rijke leeromgeving waarin meerdere competenties ontwikkeld kunnen worden. Competenties waaraan geappelleerd wordt: -
Samenwerken en overleggen (persoonlijk, per e-mail en per telefoon)
-
Communiceren en presenteren (luisteren, doorvragen, inleven, adequaat reageren, jezelf laten zien, schriftelijke en mondelinge uitdrukkingsvaardigheid)
-
Zelfstandig werken (zelf contacten leggen, plannen maken, zaken regelen, evalueren)
-
Opkomen voor jezelf (vragen durven stellen, een eigen mening uitdragen, nee durven zeggen)
-
Werken in een rol (weten wat er van je verwacht wordt, afspraken nakomen, met regels omgaan, eigen werk kritisch beschouwen, doorzettingsvermogen))
-
Verantwoordelijkheid nemen (inzicht hebben in eigen kunnen, reflecteren, feedback geven en ontvangen, uitleggen waarom je dingen doet)
-
Organiseren (initiatief nemen, ideeën in de praktijk uitvoeren)
-
Inzicht hebben in het omgaan met meningsverschillen (conflicthantering)
-
Behulpzaam zijn (anderen helpen, kennis en ervaringen overbrengen, probleem oplossend werken, rekening houden met anderen, inlevingsvermogen in de ander, klantgerichtheid)
-
Omgaan met onvoorziene situaties (creativiteit en vindingrijkheid)
Drs. H. de Haas MSc
Burgerschapsvorming op het Stella Maris College
13