Misjpoge 1991 nr 2, pagina 49-57
BRONNEN VOOR JOODSE GENEALOGIE IN DE NEDERLANDSE ARCHIEVEN I. Het Haagse Gemeente-archief 1. INLEIDING. Ook het Haagse Gemeente-archief merkt een duidelijke toename van de belangstelling voor het beoefenen van de genealogie. Om de onderzoeker beter van dienst te kunnen zijn en de kwaliteit van zijn onderzoeksresultaten te verhogen, zal in 1991 een gids voor genealogisch onderzoek verschijnen. Het is géén leerboek voor genealogie: wij verwachten dat men de beginselen van deze hulpwetenschap onder de knie heeft. Het boek is ook beperkt omdat het alleen vermeldt wat bij één archiefdienst aan bronnen, toegangen en nadere toegangen aanwezig is. Het leidt de gebruiker langs die bronnen die een groot aantal namen bevatten, geeft aanwijzingen voor 'zelfbediening' -met behulp van microfilms en -fiches en verschaft een aanvraaginstructie voor die stukken die nog in originali aan te vragen zijn. Tenslotte wijst het op leemten in de informatie en hoe die op te vullen zijn. Bij deze gestegen belangstelling is de vraag naar joodse familiegegevens extra opvallend. Die vraag kan voor de 20e en 19e eeuw goeddeels beantwoord worden uit de algemene bronnen als Burgerlijke Stand (vanaf Augustus 1811) en Bevolkingsregisters (1823-1939). Maar al snel passeert men het jaar 1811. Hoewel het Gemeente-archief uitgaat van zelfwerkzaamheid van de onderzoeker en de interpretatie van de gegevens aan de gebruiker overlaat, kan het Hebreeuwse schrift een groot probleem zijn; de dienst heeft zelf geen medewerkers die dit schrift kunnen lezen en de tekst verklaren. Daarom is een groot deel van de bronnen bewerkt en nader ontsloten. 2. ONTSLUITING EN NADERE ONTSLUITING. Archivarissen spreken over ontsluiting en nadere ontsluiting. Ontsluiting gebeurt door middel van een inventaris of, als de beschrijving van de stukken minder diepgaand is, van een plaatsingslijst. Zo'n inventaris of plaatsingslijst is een toegang. Van nadere ontsluiting is sprake, wanneer personen of zaken uit bepaalde bestanddelen van een archief op een lijst worden gezet. Dan ontstaat een nadere toegang. Vaak is dit een alphabetische index en daarom bij onderzoekers gewild. Er is wel een groot gevaar aan verbonden: meestal is alleen de naam of zaak, die expliciet in een stuk genoemd wordt, geïndiceerd terwijl begrippen als "de vrouw van de koster" verwaarloosd worden. Een archiefdienst is niet ingesteld louter ten behoeve van de genealogie-beoefening. Nader ontsluiten kan dan ook, vanwege de onvoorstelbaar grote hoeveelheden archief die op bewerking wachten, bij archiefdiensten geen hoge prioriteit hebben. Jammer, maar tal van onderzoekers gaan daarom zelf nader ontsluiten. Een aantal van onderstaande nadere toegangen is dan ook particulier vervaardigd. Het Kinderboek 1759-1815 is in 1916 door Mr S. van Oven getranscribeerd. Hij ontving daarvoor één cent per inschrijving. Jammer dat pas in 1990 bleek dat hij er ongeveer 25 vergeten had! De heer Ir I.B. van Creveld besteedde in 1989-1990 circa 116 uur aan het samenstellen van de lijst van joodse huwelijken (nr. 10 hieronder); het overtypen in tekstverwerking zal nog vele uren vergen. Ook ondergetekende, nazaat van een indexmaker van de Staten van Holland, merkte hoe vaak genealogische onderzoeken gestaakt moesten worden omdat bronnen ontoegankelijk waren en heeft daarom vele uren aan het nader toegankelijk maken besteed.
De studiezaal van het Gemeente-archief 's-Gravenhage, Loosduinseweg 17 (Openingstijden Dinsdag t/m Zaterdag 9.30-16.15 uur) Na jaren zijn de resultaten daarvan in een beeld uit te drukken: tal van stukjes snelweg die er (soms geïsoleerd) al lagen, zijn nu met elkaar verbonden. De (genealogische) onderzoeker kan nu methodischer werken, kan sneller het gezochte vinden en heeft een grotere kans op succes. Verdergaande ontsluiting door transcriptie van in het Hebreeuws gestelde acten en namen mag men van een archiefdienst echter niet verwachten. 3. IS JOODS FAMILIE-ONDERZOEK ANDERS DAN NIET-JOODS? Terug naar de leesbaarheid van in het Hebreeuws gestelde bronnen. Afgezien van dit practische probleem, wijkt joods familie-onderzoek in de periode voor 1811 qua mogelijkheden en technieken vaak heel snel af van dat naar niet-joodse Hagenaars. Eén van de hoofdproblemen is het grote aantal naam-varianten waaronder eenzelfde persoon voor kan komen (b.v. Zippora = Duifje). Men mag van een indexmaker echter niet verwachten dat hij al deze naamsvormen (her)kent. De tekstverwerker bracht hier onverwacht uitkomst. Een aantal bronnen leende zich bij uitstek voor het presenteren van de gegevens in kolommen. De inconsistentie in namen in de 18e eeuw wordt dan grotendeels opgeheven omdat de gegevens op acht manieren te benaderen zijn: er is altijd wel één deel van de gegevens dat de onderzoeker herkent. De kans op het vinden van een geboorte-inschrijving wordt daardoor sterk vergroot. 4. NIET-JOODSE BRONNEN NAAST JOODSE BRONNEN; ALGEMENE EN BIJZONDERE BRONNEN. Hoe rijk aan joodse bronnen het Haags Gemeente-archief ook is, toch zijn ook algemene, niet specifiek joodse bronnen voor joodse genealogie van belang. Het Oud Archief van de Secretarie, het notarieel en rechterlijk archief, de Buurtboeken, het Registre Civique en de collaterale successie bevatten natuurlijk ook gegevens over joodse personen. In het bijgevoegde overzicht is een onderscheid aangebracht in algemene en bijzondere bronnen. Algemene bronnen bevatten vaak notulen, overzichten en dergelijke maar missen meestal een index. Bijzondere bronnen zijn vaak wel 'onderzoekvriendelijk' omdat dikwijls een index aanwezig is, maar geven zelden aan, waarom een gegeven nu juist daar staat. Kortom: bij goed onderzoek maakt u ook altijd gebruik van algemene bronnen om een vermelding in een bijzondere bron beter te kunnen begrijpen. Tenslotte gebruikt u de bronnen pas echt goed door over en weer de gevonden informatie te vergelijken: gegevens uit het ene register vult u aan met die uit een ander register. 5. EEN BELANGRIJK JAAR: 1811. Meer nog dan voor niet-joodse genealogie is 1811 in Den Haag een belangrijk jaar. In de tafel op de prille Burgerlijke Stand van dat jaar (die vanaf 24 Augustus ingevoerd werd) komen enige pasgeboren kinderen van joodse ouders voor onder de noodnaam Nomenestus, een geslachtsnaam die niet altijd
in de geboorte-acte zelf voorkomt en waarnaar men nooit zal zoeken. Andere joodse kinderen staan nog onder patroniem. Curieus is de aangifte van Levy Jacob, geboren 14 Augustus maar pas op 3 September 1811 aangegeven, alsmede het feit dat Jacob Lehman (blijkens het joodse kinderboek Kerkelijk Register 382 nr. 2011 geboren op 9 December 1811) niet in de Burgerlijke Stand voorkomt. Behalve de Burgerlijke Stand en het Registre Civique (waarin gezinshoofden met hun beroep en geboortedatum vermeld staan> zijn in 1811 registers opgemaakt, die een overzicht van de joodse bevolking in dat jaar geven en die hieronder speciaal genoemd worden.
6. MAAK GEBRUIK VAN VERDWENEN REGISTERS. Vaak kunt u gebruik maken van gegevens uit niet meer aanwezige geboorte- of besnijdenisregisters. Uittreksels daarvan bevinden zich namelijk vaak in de huwelijkse bijlagen die vanaf 1811 bestaan.
Actes van bekendheid (actes de notorité) zijn acten waarbij derden verklaren dat x een zoon is van y en op dag z daar en daar geboren is. Deze acten treft u eveneens aan in de huwelijkse bijlagen en tussen 1811-1838 ook in de archieven van de Vrederechter. Een voorbeeld: Henry Davison kon in 1817 geen uittreksel uit het besnijdenisregister tonen omdat het register van de achttiende-eeuwse mohel (besnijder) Simon Boas toen bij diens zoon Samuel in Amsterdam berustte. Uit de tijd voor de instelling van het ambt van Vrederechter in 1811, zijn slechts incidenteel acten te vinden. Een voorbeeld is de verklaring die in 1800 werd afgelegd, dat Jacob Lopes Suasso op 3 Augustus 1750 werd geboren als zoon van François en Rachel Lopes Suasso (Rechterlijk Archief beheersnummer 351, inv.nr. 668, 17.9.1800). Door het ontbreken van een geboorteregister van de Portugees-Israëlietische gemeente kon geen uittreksel worden overgelegd. Overzicht van beschikbare bronnen ALGEMENE BRONNEN 1. Plaatsingslijst van het archief van de Portugeesch-Israëlietische Gemeente te 's-Gravenhage, 1708-1941. Beheersnummer 130. Het archief is geheel openbaar; oudere stukken zijn vaak in het Portugees. Personalia als huwelijkscontracten, testamenten en boedelpapieren in plaatsingslijsten nrs. 288324. Voor registers van geboorten en besnijdenissen, zie hieronder bij Bijzondere Bronnen. 2. F.R. Biesta en J. Cahen, Inventaris van de archieven van de Nederlandsch-Israelietische Gemeente, het Synagogaal ressort en joodse instellingen te 's-Gravenhage, (1684) 1694-1944. Beheersnummer 131. Stukken jonger dan 75 jaar zijn niet openbaar. Oudere stukken zijn vaak in het Hebreeuws of jiddisj gesteld. De inleiding op deze inventaris van archieven van tal van joodse instellingen en personen van voor 1945 is belangrijk om de vele archiefstukken op de juiste wijze te kunnen waarderen en de samenhang tussen de diverse archiefstukken in deze verzamelinventaris te verstaan. Hierin zijn vooral belangrijk: Pinkas 1723-1785 (inv.nr. 1) en 1797-1809 (inv.nr. 2), met resoluties, overzichten van verhuurde zitplaatsen in de synagoge en van lidmaten die zich hebben ingekocht. Voor registers met personalia, zie hieronder bij Bijzondere Bronnen. BIJZONDERE BRONNEN Bevolkingssituatie in 1811: 3. Register van naamsaanneming en -behoud, 1811. Oud Archief, beheersnummer 350, inv.nr. 1174. Ca 1175 personen. Index op: - oude geslachtsnaam, verwijzend naar nieuwe naam - nieuw aangenomen of behouden geslachtsnaam van familiehoofd, zijn kinderen of kleinkinderen - patroniem Gepubliceerd door de Nederlandse Kring voor Joodse Genealogie. 4. Personen geboren 1765-1811 in de Hoogduitsch-Israelietische gemeente en in 1811 nog in leven. Kerkelijk register, beheersnummer 377, inv.nr. 383. Nederlandstalig uittreksel van inv.nr. 382. Index op: - voornaam van het kind of de volwassene - voornaam van de vader en de moeder - geslachtsnaam van de vader en de moeder - datum van geboorte Gepubliceerd door de Nederlandse Kring voor Joodse Genealogie. Geboorte en besnijdenis: N.B. Zie ook nummers 3 en 4. 5. Register van verlossingen gedaan door S.E. Stein (1779-1851), med. dr. en vroedmeester, over 1797-1835. Bibliotheek, signatuur H s 416. Bevat ook inschrijvingen van niet-joodse kinderen. Index in deel 1 en 2. Toegevoegd: joodse data in het Hebreeuws.
-
Deel 1. 1797 Mei - 1799 Juni 4: 37 verlossingen te Leiden 1799 October 4 - 1823 December 26: 802 verlossingen in Den Haag Deel 2. 1824 Januari 16 - 1835 December 12: 1057 verlossingen in Den Haag Deel 3. 1836 - ? ontbreekt, maar heeft wel bestaan.
6. Geboorten in de Hoogduitsch-Israëlietische gemeente, November 1759-1815 (15 Chesjwan 5520…). Kerkelijk register, beheersnummer 377, inv.nr. 382. Aangelegd ingevolge besluit van de parnassiem van 1 November 1773 en bijgehouden door de sjammes (koster). De inschrijvingen over 1759-1773 (265 jongens, 222 meisjes) zijn uit andere bronnen overgeschreven; daarbij ontbreekt meestal de naam van de moeder. Waarschijnlijk zijn inmiddels gestorven kinderen toch meevermeld. Tussen 8 Chesjwan 5523 en 9 Nisan 5524 (November 1762 - Maart 1764) ontbreken de gegevens. In totaal zijn ongeveer 2204 kinderen (1206 jongens en 998 meisjes) onder 2102 nummers ingeschreven, van een enkeling is geen geslacht vermeld. Origineel in het Jiddisj. Nederlandstalige indexen gesorteerd op: - voornaam van het kind - voornaam van de vader en de moeder - voornaam van vaders vader en moeders vader - geslachtsnaam van de vader en de moeder - geboortejaar en -datum - nummer in het register Microfiches (3) van het originele register zijn tegen kostprijs verkrijgbaar. 7. Besnijdenissen 1755-1782 en geboorten 1785-1823 in de Portugeesch-lsraëlietische gemeente. Kerkelijk register, beheersnummer 377, inv.nr. 381. Bevat 115 inschrijvingen. Index op geslachtsnaam. Gepubliceerd door de Nederlandse Kring voor Joodse Genealogie. 8. Besnijdenisregister van Menachem Ben Sjemarja Zalman 1737-1840. Archief Nederlandschlsraëlietische gemeente, inv.nr. 1682. Bevat 210 inschrijvingen, waaronder van buiten 'sGravenhage. Index op beheersnummer 131 op: - voornaam van het kind - voornaam van de vader - chronologisch - woonplaats Gepubliceerd door de Nederlandse Kring voor Joodse Genealogie. 9. Lijst van jongens, tussen 1790 en Januari 1811 geboren in de Nederlandsch-Israëlietische gemeente. Per jaar opgave van de naam van de vader, van het kind en de geboortedatum in Nederlandse jaarrekening. Oud Archief, inv.nr. 474, bijlagen 11 Februari 1811. Een dergelijke lijst over 1794-1806 en Januari-Augustus 1811 in Oud Archief, inv.nr. 5666. Ondertrouw en huwelijk vóór 1811: 10. Aangiften van ondertrouw en huwelijk door joden te 's-Gravenhage, ca 1689-1811. Uittreksel van de ondertrouwindex, vervaardigd door Ir I.B. van Creveld. 1205 inschrijvingen. Toegankelijk op formulieren op geslachtsnaam van de bruidegom; in de originele ondertrouwindex ook toegankelijk op de naam van de bruid. De gegevens zijn zodanig genoteerd, dat de formulieren in de toekomst kunnen worden gebruikt voor gezinsreconstructie. In afwachting daarvan zullen de gegevens worden overgetypt en toegankelijk worden op: - voornaam van de bruid resp. bruidegom - patroniem van de bruid resp. bruidegom - geslachtsnaam van de bruid resp. bruidegom - naam van vroegere echtgenoot of echtgenote - datum van ondertrouw - overige bij de inschrijving vermelde gegevens zoals bewijs aan kinderen, verwijzing naar notariële acten etc. 11. Acten van huwelijken tussen 1725 en 1799 in de Nederlandsch-Israëlietische gemeente te 'sGravenhage gesloten, alsmede van huwelijken tussen 1684 en 1907 buiten 's-Gravenhage
gesloten, aanwezig in het archief van de N.l.G. Index op beheersnummer 131. 12. Lijst van joden wier huwelijk nooit voor het gerecht in Den Haag is geregistreerd, ingezonden 8 November 1719. Betreft 51 echtparen. Origineel in Rechterlijk Archief, beheersnummer 351, inv.nr. 571. Afgedrukt in D.S. van Zuiden, De Hoogduitsche joden in 's-Gravenhage van af hunne komst tot op beden. Den Haag 1913, blz. 26-27. Begraven: N.B. Alle personen, in Den Haag begraven, zijn opgenomen in de centrale begraafindex. Vanaf November 1695 tot 1805 zijn alleen de impostregisters geïndiceerd. Om personen elders te mogen begraven (b.v. te Muiderberg) werd dubbele leges geheven. 13. Grafboeken en -stenen van de Nederlandsch- en de Portugeesch-Israëlietische gemeenten 16971891. Archief Nederlandsch-Israëlietische gemeente, inv.nr, 881 (1736-1838), 882 (1838-1891) en Portugeesch-Israëlietische gemeente, inv.nr. 364 (1697-1871). Index op beheersnummers 1301131 op: - voornaam van overledene - voornaam van vader van overledene - geslachtsnaam van overledene - voornamen en geslachtsnamen die voorkomen - Portugees-Spaanse dubbele geslachtsnamen Verwijzend naar documentatieformulieren van de grafboeken en documentatiekaarten van de grafstenen: - plattegrond van de begraafplaats met aanduiding van de graven. Vestiging, verblijf en vertrek: Vestiging: 14. Admissie van nieuwe burgers 1623-1811. Oud Archief, beheersnummer 350. Indexen op persoonsnamen. 15. Acten van indemniteit, bij vestiging in Den Haag overgelegd ter secretarie, 1728-1811. Oud Archief, beheersnummer 350. Index op persoonsnamen. Verblijf: 16. Buurtboeken ca 1715-1816. Archief Buurten, beheersnummer 380. Achttiende-eeuwse 'bevolkingsregisters' die zeer incompleet bewaard zijn gebleven. Indicering thans in bewerking. De index op persoonsnamen telt twee delen. Daarnaast bevinden zich in dit archief van enkele buurten registers van ontvangen geboorte-, entree- en trouwgelden, waaruit met veel moeite gegevens over verblijf en gezinsuitbreiding kunnen worden opgemaakt. Deze registers gaan terug tot in de 17e eeuw. 17. Kohier van de personele quotisatie 1743, bijgehouden tot en met 1748. Oud Archief, beheersnummer 350, inv.nrs. 4763-4770. Informatieve index die gebruik van originele stukken overbodig maakt. Bevat veel vermogensgegevens. Een voorbeeld:
-
-
Boas, Abraham, 4157, rentenier. Woont in bij Tobias Boas (O.A. 4763) Is voor het consent van 1747 in Den Haag overleden en heeft voor ƒ 5600,- tot mede-erfgenaam nagelaten Sara Boas, x Abraham Arons van Cleeff te Rotterdam. (Overschrijvingen op andere steden 1747, lijst Rotterdam in O.A. 4766) Heeft zijn weduwe Dyna Gompers een jaarlijks legaat van ƒ 500,- vermaakt. Zij is inmiddels (voor 17-1-1748) te Amsterdam overleden. Ook heeft geërfd Hanna Boas, x Abraham Philips, ƒ 5600,(Overschrijvingen op andere steden 1747, in O.A. 4766)
-
Is aangeslagen voor ƒ 50,- in de 9e classe, met lijst van legaten. (Alsvoren, en Redres personeel 1747, ƒ 17r. in O.A. 4766)
Vertrek: 18. Register van personen aan wie het verblijf in Den Haag en jurisdictie is verboden, 1763-1797. Rechterlijk Archief, beheersnummer 351, inv.nr. 115. Bevat opvallend veel namen van joodse bedelaars, met hun geboorteplaats. Sv. E. Veldhuijzen Hoofd Inlichtingen, Externe Dienstverlening Gemeente-archief Den Haag