WBL Nieuwsbrief Tiendweg Willeskop Foto: Jan Reijnders
Werkgroep Behoud Lopikerwaard Jaargang 32, nummer 102. Zomer 2012
WBL Nieuwsbrief 32-‐102. Zomer 2012 Van de redactie
Stichting WBL De Stichting WBL heeft ten doel: het be-‐ houd en de versterking van het eigen ka-‐ rakter van de Lopikerwaard en naaste om-‐ geving: te weten de natuur-‐, landschaps-‐ en cultuurhistorische waarden in samen-‐ hang met de leefomgeving.
Inhoudsopgave
Van de redactie Uit het bestuur Verslag WBL excursies Van het front Streekfonds Utrechtse Waarden Tiendweg in revisie Met de dierenarts op pad: Boutvuur Steengoede maatregelen voor de steenuil Ooievaars ringen in de Lopikerwaard Lopikerkapel weer even Zevenhoven Sporen in land en geheugen WBL Donateursdag 1 september 2012 Uitgelezen? Zet zelf eens een boom op WBL uitgaven Colofon
2
2 3 5 9 10 13 16 20 23 25 27 28 29 30 31
Voor u ligt de zomereditie 2012 van de WBL Nieuwsbrief. De redactie heeft haar uiterste best gedaan om u bij terugkeer van vakantie een leesbaar en informatief blad te presenteren. Globaal is dit nummer opgebouwd rond een drietal thema’s. Het eerste heeft be-‐ trekking op de activiteiten van de WBL zelf. Het bevat naast de vaste rubrieken ‘Uit het bestuur’ en ‘Van het front’ een bloemlezing uit de verslagen van de WBL excursies. Het artikel over het Streekfonds Utrechtse Waarden vormt een soort van overgang tussen het eerste en het tweede thema, dat betrekking heeft op het landschap van de Lopikerwaard. Hierin staan twee ken-‐ merkende landschapselementen centraal: de tiendweg en het pestbosje. De eerste als punt van zorg, de tweede als boosdoe-‐ ner in de raadselachtige ziektegeschiede-‐ nis van een aantal jonge runderen. Het derde thema heeft betrekking op de bewoners van de Lopikerwaard. In eerste instantie gaat het om de gevederde inwo-‐ ners in de gedaante van de steenuil en de ooievaar. Daarna komen de menselijke bewoners aan de orde. Zij hebben monu-‐ menten gebouwd en hun creativiteit heeft zijn sporen in het landschap achtergela-‐ ten. De laatstgenoemde sporen vormen overigens het onderwerp van de WBL do-‐ nateursdag die op 1 september 2012 wordt gehouden. Daarvoor wordt u van harte uitgenodigd Jan Reijnders, hoofdredacteur
Uit het bestuur In de vaste rubriek ‘Uit het Bestuur’ snijdt de WBL voorzitter een actueel thema aan dat valt binnen het interessegebied van de WBL. Dit keer is de beurt aan het woningbouw-‐ en kantorenbeleid dat spreekt uit de recent gepubliceerde Provincia-‐ le Ruimtelijke Structuurvisie 2013-‐2028.
Bron: PRS
Visie Recent heeft de Provincie Utrecht ons deelgenoot gemaakt van de nieuwe Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie (PRS). Hierin legt de provincie het ruimtelijke beleid voor de periode 2013-‐2028 vast. Het plan geeft de wettelijke kaders alsmede de toe-‐ komstvisie van de Provincie Utrecht aan. In dit voorwoord ga ik hierop nader in. Ik beperk me hier in eerste instantie tot het beleid ten aanzien van kanto-‐ ren-‐ en woningbouw. Bij een andere gelegenheid kom ik nog terug op een aantal andere aspecten van deze visie, waaronder het beleid ten aanzien van industrieterreinen.
Kantoren De Provincie Utrecht geeft in dit rap-‐ port aan geen nieuwe kantoorruimte te willen realiseren. Dit is een waardig streven. Het werd tijd ook, want er is al te veel op de schop gegaan voor weer een nieuw kantorencomplex. Eindelijk een verstandige beslissing, ingegeven door de realiteit van leeg-‐ stand in de regio. De wal keert het schip, hoewel helaas wat aan de late kant. Woningtekort? Hoe staat het met het woningbeleid? Nog steeds wordt ons in de pers schrik aangejaagd door met name woning-‐
3
bouwverenigingen die ophef maken over het dreigende woningtekort. Ze spreken over een ernstig gebrek aan woongelegenheid. De vraag is of de getallen waarmee geschermd wordt wel reëel zijn. De cijfers worden aan-‐ geleverd door de corporaties zelf. Het is onduidelijk hoe ze zijn samengesteld en ze roepen vele vraagtekens op. Het lijkt erop dat hier sprake is van ‘slagers die hun eigen vlees keuren’. In IJsselstein ziet de Woningbouwver-‐ eniging zich genoodzaakt om in het appartementencomplex Pandora bij aankoop van een appartement één jaar gratis wonen aan te bieden. Een lokkertje dus dat er niet op duidt dat er sprake is van een ernstig tekort. Al vanaf de realisatie van deze torenflat is een groot aantal appartementen onverkocht gebleven. Woningbouw De Provincie Utrecht heeft in mijn ogen een nette en reële visie ontwik-‐ keld op de ongebreidelde ambities van de woningbouwcorporaties en som-‐ mige gemeenten. Voor woningbouw is er slechts een beperkte uitbreidingsruimte voorzien buiten de rode contouren voor Ben-‐ schop, Lopik en Montfoort-‐Linschoten. (Rode contouren zijn de doorgetrok-‐ ken rode lijnen rond de woongebieden in bovenstaand kaartje, redactie).
IJsselstein en Oudewater moeten hun uitbreidingen binnen de rode contou-‐ ren realiseren. Rijnenburg staat nog steeds als toekomstige bouwlocatie op de kaart. Lopik mag binnenstedelijk nog 180 woningen bouwen en buiten de rode contouren 120 woningen op de loca-‐ ties Benschop Oost (80 woningen) en Lopik Oost (40 woningen). Montfoort en Linschoten mogen 270 woningen realiseren binnen de rode contouren en 80 woningen erbuiten. Een deel daarvan wordt gebouwd op de sportvelden van Linschoten. De sportvelden worden om die reden voor een deel verplaatst naar een ge-‐ bied buiten de rode contouren! Toch weer een (vaker voorkomende) truc om de rode contouren te omzeilen teneinde alsnog uitbreiding van het woningbestand te realiseren. Oudewater mag 300 woningen bou-‐ wen binnen de rode contouren in de projecten Noord Syde II en Westerwal. In de toekomst mogen op het terrein van de voormalige touwfabriek enkele woningen worden gebouwd om de restauratie en herontwikkeling van het fabrieksterrein te financieren. Tenslotte mag IJsselstein 500 nieuwe woningen realiseren binnen de rode contouren. Wim Boesten
IJsselstein bouwt binnen de rode contouren ……………………………………………………………………...… Foto: Jan Reijnders
4
Verslag WBL excursies De WBL-‐excursies vormen een vast bestanddeel van de activiteitenkalender van de Werkgroep Behoud Lopikerwaard. Hierbij een bloemlezing uit de verslagen.
Excursie Huis te Linschoten ………………………………………………………………………………………Foto: Wim van der Putten
Huis te Linschoten Op zondag 22 april was het weer zo-‐ ver. Het massieve, maar sierlijke hek van het landgoed ging weer open voor de WBL. Mevrouw Bosma, onze gast-‐ vrouw en tevens natuurgids, stond ons al op te wachten op de parkeerplaats aan de rand van het landgoed. Het weer had bepaald geen zomerse uitstraling: wind, regen en zelfs hagel vergezelden ons op deze interessante rondwandeling. Niettemin was de op-‐ komst maximaal. Vast gedreven door nieuwsgierigheid naar dit sprookjes-‐ achtige en geheimzinnige landgoed Linschoten. Je kunt er wel omheen wandelen of fietsen maar het grote monumentale hek sluit de toegang tot de kern van het historische estate hermetisch af. Door de spijlen kun je
in de verte wel het gebouw zien lig-‐ gen. De twee torentjes, de geur van daslook en de uitstraling van de Engel-‐ se landschapstuin roepen dan wel de nodige adellijke gevoelens op. Ondanks de twee torentjes en de dubbele naam, die de heer Strick toentertijd had aangenomen, is het toch nooit een echt kasteel geworden en de heer Strick niet van adel! Het agrarisch karakter voert hier de bo-‐ ventoon. De riant wonende leenheer omringd door 14 pachters van zijn boerderijen. In 1633 kocht Johan Strick het 500 hectare grote landgoed voor 3000 gulden van de bisschop van Utrecht. Hij was toen daar kameraar en de bisschop kon het financieel niet meer bolwerken. Hij liet er dit huis op bouwen, wel een stuk kleiner en nog zonder torentjes. Zijn familie bleef 250 jaar eigenaar totdat er geen jonge 5
Strickjes meer werden geboren en het geheel ongezien gekocht werd door ene Ribbius Peletier, een rijke sigaren-‐ fabrikant aan de Oude Gracht in Utrecht. Deze gebruikte het als bui-‐ tenhuis maar toen Gerlachus Peletier, ongeveer 50 jaar later ook kinderloos stierf, ging het gehele landgoed met zijn 14 boerderijen over in een stich-‐ ting. Voordat hij stierf had Peletier bij testament alles goed geregeld. Hij eis-‐ te daarin dat het landgoed in zijn oor-‐ spronkelijke staat behouden zou blij-‐ ven. Vandaar dat de poorten zo vaak gesloten blijven. Wat in het testament stond is dan ook strikt opgevolgd. Bij onze rondwande-‐ ling werd al snel duidelijk dat alles ook echt bij het oude was gebleven. Aan de cultuurhistorische waarden was niet getornd. De gebouwen zien er na de restauratie nog precies hetzelfde uit als toen. Dat geldt ook voor de En-‐ gelse landschapstuin met zijn typische doorkijkjes. Nog steeds kun je daar-‐ door ongestoord naar die verre bui-‐ tenwereld kijken en zien of de trein al op station Woerden is binnengelopen.
De ijskelder…………………..Foto: Wim van der Putten
6
Wat ook opviel was dat de vorige ei-‐ genaren toen al aan duurzaamheid dachten. Een soort metershoge terp met niet een grote oorlogsbunker maar een echte en nog intacte ijskel-‐ der. De tweepersoons handzagen la-‐ gen er nog om in de winter het ijs uit de, voor die terp benodigde grond ge-‐ graven plas, met de hand in grote blokken te zagen. Geen stroomver-‐ slindende koelkasten maar ijs uit eigen tuin. Zo ook de beschoeiingen van al die grote waterpartijen. Geen zogenaam-‐ de duurzame hardhouten planken uit verre tropische regenwouden, door-‐ zeefd met roestvrije glimmend ver-‐ zinkte bouten. In plaats daarvan wil-‐ genteen uit eigen tuin. Sierlijk ge-‐ vlochten tot tientallen meters lange matten om hier op natuurlijke wijze alle waterpartijen te omzomen. Geen werkloosheid op dit landgoed van Lin-‐ schoten. Het enige dat een beetje uit de toon viel, was de koffie. Die werd niet ge-‐ serveerd uit met bloemetjesmotief beschilderde oudhollandse koffiekan-‐ nen op temperatuur gehouden met brandende kaarsjes. Kleurloze plastic thermoskannen en van die witte ge-‐ makkelijk in te deuken, te dunne plas-‐ tic bekertjes. En wilde je roeren dan werd het contrast nog groter. Mis-‐ schien een idee voor de volgende keer. Hopelijk gaan in de toekomst de poor-‐ ten van het Huis te Linschoten wat va-‐ ker open. Niet om er een pretpark van te maken maar gewoon om wat meer mensen te laten genieten van dit prachtige bezit. Wim van der Putten
Plas-‐dras excursie Op zaterdag vijf mei ‘s-‐morgens vroeg werden we op de boerderij van de fa-‐ milie Overbeek verwacht. De Agrari-‐ sche Natuurvereniging Lopikerwaard (ANL) had ons uitgenodigd voor een excursie naar een plas-‐dras gebied. Plas-‐dras is het net onder water zetten (10-‐15 cm) van een gebied van mini-‐ maal een halve hectare.
Na een kopje koffie vertelde de heer Kramer, veldcoördinator, enthousiast over de mogelijkheden om met een dergelijke maatregel de weidevogel-‐ stand te verbeteren. Met name door een verdroging van de polder en een verandering van de vegetatiesamen-‐ stelling komen grutto, tureluur, kievit en scholekster steeds meer in het ge-‐ drang. Door een perceel land onder water te zetten wordt het aanbod van wormen en insecten en dus de moge-‐ lijkheden tot foerageren van de vogels sterk verbeterd. Soms rusten de vo-‐ gels ook meer uit in het gebied. De heer Kramer heeft ons daarnaast er-‐ van overtuigd dat een goede omge-‐ ving van het natte perceel mede bepa-‐ lend is voor het slagen van een derge-‐ lijk project. De vogels moeten vol-‐ doende mogelijkheden hebben veilig te kunnen broeden en de kuikens vei-‐ lig op te laten groeien. Agrariërs kunnen een tegemoetko-‐ ming krijgen in de vorm van een sub-‐ sidie voor het onder water zetten van een stuk land. Op dit moment worden
sidie voor het onder water zetten van een stuk land. Op dit moment worden plas-‐dras situaties met het aangren-‐ zende land in een mozaïekbeheers-‐ plan met hulp van vrijwilligers van de weidevogelbescherming, boeren en eigenaren door de heer Kramer in kaart gebracht. We zijn meegenomen naar een mooi plas-‐dras perceel met veel foerage-‐ rende grutto’s, tureluurs, kieviten en scholeksters, dat achter de boerderij ligt. De vogels waren druk bezig op en om het water. In de weilanden in de omgeving hebben we volop broeden-‐ de grutto’s en kieviten gezien en ook in de lucht was het een drukte van je-‐ welste. Andere vogels zoals de boe-‐ renzwaluw en een purperreiger vlogen over. We werden gewezen op de ver-‐ schillen in vegetatie en wat het belang is van gras en oeverbegroeiing die be-‐ scherming biedt en tegelijkertijd open genoeg voor een goed zicht op roof-‐ vogels.
Plas-‐dras in zicht………… Foto: Wim van der Putten
Na een aarzelend begin is dit jaar het aantal aanvragen voor een plas-‐dras situatie sterk toegenomen. Wij willen de ANL veel succes wensen met hun activiteiten en hun plas dras project dat samen met andere beheersmaat-‐ regelen, goede kansen biedt voor de weidevogels. Mieke Sinke
7
Natuurhistorische wandeling Op 2 juni had zich een tiental mensen verzameld bij het startpunt in Lopik. Dat viel mee, want er waren die dag een aantal andere activiteiten in de regio. En het was mooi weer. We wandelden langs de parallelweg naar het Oerlemansbosje. Een mooi stukje aangelegde natuur. De heer Oerle-‐ mans wilde indertijd op zijn lap grond een voorbeeld hebben van alle land-‐ schappen, die er in de Lopikerwaard te vinden waren. Dat probeert de ge-‐ meente nu nog steeds zichtbaar te maken. Het vergt veel onderhoud, an-‐ ders groeit het gebied geheel dicht met bomen en struiken. Griendhout wordt elk jaar (voor wilgentenen) of
wordt elk jaar (voor wilgentenen) of om de paar jaar afgezet, riet en hooi-‐ land nu en dan gemaaid, de plas uit-‐ gediept, enzovoort. De jachthut wordt voor educatieve doeleinden gebruikt. Er waren heel wat planten te zien en vogels te horen. Helaas geen kamsa-‐ lamanders; die zitten er wel. Aan de achterzijde grenst het terrein aan de Lekdijk. Daar liepen we langs tot aan de Lopikerhout. Er was te zien dat de hooilanden mooi bloemrijk wa-‐ ren. Echte koekoeksbloemen, rate-‐ laars, margrieten, enzovoort. Om 4 uur keken we terug op een geslaagde tocht. Op 13 oktober wordt dezelfde excursie weer gehouden. Dan kunnen we opnieuw genieten van de beide gebieden, maar dan in herfstsfeer. Theo Hattink
Het Oerlemansbosje ………………………………………...…………..…………………………………………..Foto: Herman Boonekamp
In de maanden september en oktober is nog een viertal excursies gepland: de donateursdag met Land Art, een bezoek aan een modern boerenbedrijf, een be-‐ zoek aan het Streekmuseum Reeuwijk met wandeling vanuit Reeuwijkerhout en tenslotte de herfstvariant van de natuurhistorische wandeling Lopikerhout en Oerlemansbosje. Voor meer informatie, zie de WBL website: www.wbl-‐web.nl/excursies.html 8
Van het front In de rubriek “van het front” wordt verslag gedaan van WBL activiteiten op het ge-‐ bied van de ruimtelijke ordening. Verder wordt de lezer bijgepraat wat betreft nieuwe ontwikkelingen op dit gebied. Ruimtelijke Structuurvisie minst af te remmen. Als reactie op dit In april heeft de provincie het ontwerp ontwerp hebben we de provincie ge-‐ voor de Provinciale Ruimtelijke Struc-‐ vraagd de Oude Hollandse Waterlinie tuurvisie (PRS) gepubliceerd. In de PRS in de PRS op te nemen als beschermd verwoordt de provincie haar ruimtelij-‐ cultureel erfgoed. Alhoewel de Oude ke beleid. De gemeenten dienen daar Hollandse Waterlinie minder promi-‐ bij hun bestemmingsplannen rekening nent in het landschap aanwezig is dan de Nieuwe Hollandse Waterlinie, is mee te houden. Als een gemeente dat niet doet, kan de provincie dit voor-‐ haar historische betekenis minstens zo belangrijk. leggen aan de bestuursrechter. Buitengebied Montfoort In het vorige nummer van de WBL Nieuwsbrief is ons commentaar op de herziening van het bestemmingsplan buitengebied Montfoort gemeld. In-‐ middels heeft Montfoort het ontwerp bestemmingsplan buitengebied ter inzage gelegd. Het verheugt ons dat de gemeente onze opmerkingen ter harte heeft genomen. Minder blij zijn we met de beoogde vestiging van een bedrijf voor het groenonderhoud in een voormalig agrarisch bedrijf in Heeswijk. Deze toename van de lintbebouwing is in strijd met het bestemmingsplan en de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie. De WBL heeft samen met de Natuur en Milieufederatie Utrecht (NMU) een Innundaties en forten Oude Hollanse Waterlinie 17e en 18e eeuw …………...……………….... Bron: NielsB zienswijze tegen dit plan ingediend. Montfoort heeft toch besloten voor De Utrechtse waarden zijn in de PRS dit plan een vergunning af te geven. aangemerkt als landschappelijk en cul-‐ Blijkbaar zijn sociaal-‐economische be-‐ tuurhistorisch waardevol gebied waar-‐ langen zwaarwegender dan de in het in vooral agrarische bedrijven zich bestemmingsplan en de PRS genoem-‐ moeten kunnen ontwikkelen. De pro-‐ de landschappelijke en cultuurhistori-‐ vincie beoogt hiermee de uitbreiding sche kwaliteit. van woongebieden en bedrijfsterrei-‐ nen te voorkomen, dan wel op zijn Herman Boonekamp
9
Streekfonds in de Utrechtse Waarden De WBL Nieuwsbrief opent zijn kolommen voor initiatieven die vergelijkbare doe-‐ len nastreven. Het woord is aan de coördinator van Stichting De Utrechtse Waar-‐ den.
Kernwaarden Het Streekfonds is opgericht door en voor mensen die wonen, werken en leven in de Utrechtse Waarden. De Utrechtse Waarden liggen tussen de A12, de A2 en de Lek; eigenlijk het-‐ zelfde gebied als waar de WBL naar kijkt. De aanleiding voor het oprichten van het Streekfonds is dat mensen weer zelf voor hun leefomgeving gaan zorgen, hun betrokkenheid vormgeven en verantwoordelijkheid nemen. Het Streekfonds hoopt hier een impuls aan te geven. Het bestuur heeft een aantal essenti-‐ ele kernwaarden benoemd: - de kwaliteit van de leefomgeving - de vitaliteit van het gebied - eigenaarschap 10
-
verantwoordelijkheid leefomgeving
voor
de
Opstarten Het Streekfonds opzetten kost tijd en aandacht. We moeten aan veel men-‐ sen uitleggen waarom we er zijn; daarom hebben we over de kern-‐ waarden lang nagedacht. De Utrecht-‐ se Waarden als begrip zijn nog weinig bekend en ook dat vraagt een heldere communicatie. Daarom willen we tot en met het voorjaar van 2012 een aansprekende website maken en communicatiemiddelen inzetten die de aandacht trekken. Dit eerste jaar willen we vooral pro-‐ jecten steunen die de streekeigenheid goed laten zien. Streekeigen rotondes
zijn daar een goed voorbeeld van. Het arrangement Cope Landmeten wil het Streekfonds graag helpen vermarkten als “streekeigen uitje voor het be-‐ drijfsleven en groepen”, als alternatief voor golfen of een dagje stad. Buiten in de mooie Utrechtse Waarden proe-‐ ven bezoekers het gebied door, met behulp van middeleeuws gereed-‐ schap, landschap te meten (cope ont-‐ ginnen). Een ander project is ‘de broedkorf voor iedereen’, refererend aan de eendenkooien van dit gebied. Steun We hopen dat mensen het gebied via het Streekfonds willen steunen door projecten te sponsoren, door giften en donaties te geven of via legaten. Daarvoor is het nodig dat de bekend-‐ heid van het Streekfonds en de Utrechtse Waarden groter worden. Om een stevige start te maken vragen we eerst bedrijven om “Waard” te worden. Waard staat voor gastheer-‐ schap en een Waard van het Streek-‐ fonds geeft jaarlijks tenminste “een cope” in geld of tijd. Een cope is een oude maat van dit gebied -‐ de lengte van de kavels – en die is 1250 meter. Een cope in euro’s is dus € 1250,=. Met dat geld kunnen we de eerste projecten en communicatie goed vormgeven. Vanaf 2013 willen we een groter publiek in het gebied bereiken met het verhaal en de vraag om hun betrokkenheid. Bedrijven kunnen ook via de Streekre-‐ kening bij de Rabobank Utrechtse Waarden helpen. Dit houdt in dat een bedrijf een bedrag in deposito stort op deze Streekrekening en daarvoor een marktconforme rente krijgt. De Rabo-‐ bank Utrechtse Waarden keert 5% van
het rentebedrag aan het Streekfonds uit. Op deze Streekrekening staat nu drie miljoen euro van circa 12 bedrij-‐ ven en het Nationaal Groenfonds. Het Streekfonds ontvangt hierdoor op dit moment jaarlijks dus 5% van het ge-‐ middelde rendement van circa 2%. Betrokkenheid Waardevoller dan geld vinden we be-‐ trokkenheid. En dus vragen we als Streekfonds particulieren en bedrijven allereerst welke verbondenheid zij hebben met de Utrechtse Waarden en hoe betrokken ze willen zijn. Dat kan ook door tijd of creativiteit te geven. Het voorbeeld hieronder laat dat mooi zien. ‘De Poldergast’ helpt door een streek-‐ eigen rotonde te schetsen. Daarmee geeft hij zijn creativiteit en tijd. Het bestuur en de landschapscoördinato-‐ ren van de gemeenten helpen vervol-‐ gens om dit concept weg te zetten (tijd). Vervolgens vragen we streekei-‐ gen ondernemers om inrichting en beheer te realiseren (betrokkenheid bij de kwaliteit van de leefomgeving en geld, soms ook tijd). Anderen helpen in hun eigen tijd met het opzetten van de communicatie, de website of werken samen om het oer-‐ graan ‘Spelt’ in de polder te gaan ver-‐ bouwen en dit als streekproduct te gaan verkopen. Wat we niet doen is -‐ op basis van een projectplan -‐ zomaar geld geven, omdat we ook willen we-‐ ten of het met creativiteit uit het net-‐ werk van de streek anders kan. Pas dan kijken we of er financiële steun nodig is. Bij de speltketen helpt het streekfonds bij het opzetten (initiëren) en betaalt het verder alleen de ont-‐ wikkeling van de marketing.
11
Profiel rotonde en sponsorbord -‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐ -‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐Illustratie: De Poldergast
Streekeigen rotonde Hierboven ziet u de schets van de streekeigen rotonde gebaseerd op wind, openheid en waterwegen. De knotbomen staan scheef en in rij van zuidwest naar noordoost. Daaronder groeien bloeiende kruiden. De rand is afgewerkt met basalt (verwijzing naar Lek) of gebakken steentjes (IJssel). Va-‐ rianten zijn mogelijk door knot-‐essen of fruitboompjes te planten en detail-‐ ontwerpen te maken. De bedoeling is dat we overal in het gebied op de ro-‐ tondes de streekeigenheid terug zien en dat mensen dat gaan herkennen. In ruil voor hulp mogen bedrijven een kleine bescheiden glasplaat met hun naam op een corten-‐stalen achter-‐ grond plaatsen. De meerwaarde voor bedrijven zit vooral in het hogere doel: laten zien dat je zorg draagt voor de kwaliteit van de leefomgeving. Die meerwaarde willen we de komen-‐ de jaren vormgeven samen met men-‐ sen die wonen, werken en leven in de Utrechtse Waarden.
Contact Het bestuur bestaat uit: Marius Rutges (voorzitter), Frans ter Maten, Flore Mulder, Rene Straver en Harold van Velzen. De coördinator is: Klaas-‐ Hemke van Meekeren, Telefoon: 06-‐ 24911646 Website: www.utrechtsewaarden.nl/streekfonds E-‐mail:
[email protected] Twitter: @uwaard Stichting Streekfonds De Utrechtse Waarden, Girorekening 1244.99.600. De Belastingdienst heeft de Stichting Streekfonds De Utrechtse Waarden aangemerkt als een algemeen nut beo-‐ gende instelling (ANBI). Dit houdt in dat de giften of bijdragen voor de belasting aftrekbaar zijn. Het ANBI – fiscaal nummer is: 850557082. Klaas-‐Hemke van Meekeren
Montfoort Blokland …………………………………………….……………………………………………………………... Foto: Jan Reijnders
12
Tiendweg in de revisie Op initiatief van de gemeenten Montfoort en Oudewater is een deel van de histo-‐ rische Tiendweg Willeskop gereconstrueerd. Daarmee is een belangrijk cultuurhis-‐ torisch landschapselement in de Utrechtse Waarden opnieuw zichtbaar gemaakt.
Tiendweg Willeskop ................................................................................................................................................... Foto: Jan Reijnders
In de winter en het vroege voorjaar van 2012 is door de beheerploeg van Landschap Erfgoed Utrecht, in overleg met de landschapscoördinatoren van de gemeenten Montfoort en Oudewa-‐ ter, gewerkt aan het herstel van een gedeelte van de Tiendweg Willeskop. Deze loopt parallel aan de gelijknami-‐ ge provinciale weg tussen Montfoort en Oudewater. Het project ‘Herstel Tiendweg Willeskop’ is gestart in 2010. Het had tot doel om de tiend-‐ weg weer zichtbaar te maken in het landschap. De bedoeling was om de oude struc-‐ tuur waar mogelijk te herstellen, de bestaande beplanting te saneren en de ontbrekende beplanting aan te vul-‐ len.
Om het plan tot uitvoer te brengen was het noodzakelijk om de mede-‐ werking te verkrijgen van de eigena-‐ ren van de percelen die door de tiendweg doorsneden worden. Het is uiteindelijk gelukt om een tiental grondeigenaren te overtuigen van het nut en de noodzaak van de recon-‐ structie van de tiendweg. Bijgevolg bleek het mogelijk om de tiendweg over een lengte van ongeveer 900 me-‐ ter in zijn oude glorie te herstellen. Uiteindelijk zijn er meer dan 100 knotwilgen, essen en meidoorns aan-‐ geplant, zijn delen van de tiendwete-‐ ringen opnieuw gegraven en is de griendhoutbeschoeiing ervan hersteld. Het project is begin april van dit jaar voltooid. De feestelijke afsluiting vond
13
plaats op 12 april van dit jaar. Op die dag verzamelde zich een bont gezel-‐ schap van hoogwaardigheidsbekle-‐ ders, belanghebbenden en belangstel-‐ lenden op het erf van de boerderij van de familie van der Wind aan de Wil-‐ leskop 49 in Montfoort. De weergoden waren hen niet bepaald welgezind. Het regende pijpenstelen waardoor het eerste, formele deel van de bij-‐ eenkomst in de nieuwe koestal van de familie van der Wind moest worden afgehandeld. De lucht klaarde echter op op het moment suprême waarop burgemeester Jansen van Montfoort en wethouder Smelik van Oudewater het project definitief voltooiden door gezamenlijk de laatste nieuwe knot-‐ wilg te planten.
Burgmeester Jansen van Montfoort (midden links) en wethouder Smelik van Oudewater (midden rechts) leggen gezamenlijk de laatste hand aan de Tiendweg Willeskop. Dit onder het toeziend oog van (v.l.n.r.) de heren Rutges (voorzitter Streek-‐ fonds De Utrechtse Waarden), van der Wind (per-‐ ceeleigenaar), Ter Maten (directeur Landschap Erfgoed Utrecht) en Middeljans (lid beheerploeg Landschap Erfgoed Utrecht). .....Foto: Jan Reijnders
Historie Een tiendweg is een stelsel van een veelal onverharde weg op een kade met aan weerszijden een wetering. In 14
Nederland zijn ongeveer 50 histori-‐ sche tiendwegen bekend. De oudst bekende vermelding is die van de tiendweg Heeswijk in Montfoort; deze is gedateerd in 1164-‐1169. Globaal heeft de aanleg van tiendwegen plaatsgevonden in de tweede helft van de Middeleeuwen tussen 1100 en 1500. Tiendwegen zijn geconcentreerd in het rivierengebied van Midden-‐ Nederland ten westen van Tiel: in de Lopikerwaard, de Krimpenerwaard, de Alblasserwaard en de Vijfheerenlan-‐ den. Van de genoemde historische tiendwegen liggen er 13 langs de Hol-‐ landse IJssel en 10 langs de Lek. Een typisch kenmerk is dat deze wegen op minder dan één kilometer afstand van -‐ en parallel aan -‐ de rivier liggen van waaruit de ontginning oorspronkelijk gestart is. Ze liggen daarmee dwars op de perceelrichting van de ontgin-‐ ningen. Uit de ligging kan worden af-‐ geleid dat de functie ervan naar alle waarschijnlijkheid op waterbeheersing betrekking had. Dit geldt met name voor die gebieden waar de afwatering problematisch werd door inklinking van de ontgonnen veengronden. Een dubbele wetering rond een tussenlig-‐ gende dam maakt het immers moge-‐ lijk om verschillende waterstanden te handhaven. Eén voor het gebied direct achter de boerderijen, welke in de re-‐ gel aan de kant van de rivier gesitu-‐ eerd waren. Eén voor het achterland waarvan de ontginning van recenter datum was of waarvan de ontginning nog ter hand genomen moest worden. Men zou verwachten dat de naamge-‐ ving van de tiendweg een afgeleide is van zijn functie. Vanuit dit standpunt bezien is het plausibel dat de naam is afgeleid van het werkwoord tiën: trek-‐ ken (denk ook aan tijen of tijgen en het Duitse woord ‘ziehen’). Het gaat dan om het ‘trekken’, het stroomaf-‐
waarts afvoeren en lozen van overtol-‐ lig water. In een andere variant zou het werk-‐ woord tiën kunnen slaan op het ‘trek-‐ ken’, het per kar of per schuit vervoe-‐ ren van goederen. Daarop voortbor-‐ durend komen sommigen met de sug-‐ gestie dat de tiendweg een soort van tolweg zou zijn waarop de ‘tiende’, de belasting op de vervoerde goederen wordt geheven. Beide suggesties lijken echter minder aannemelijk, omdat noch voor het vervoer, noch voor be-‐ lastingheffing een dubbele wetering noodzakelijk is. In de ogen van weer anderen slaat de naam op het tiendhout (of griend-‐ hout) waarmee de weg omzoomd wordt. Tot slot is er nog de verklaring dat de naam is afgeleid uit zijn locatie: een landweg, een weg door de ‘tien-‐ den’, de stukken land waarop de oogst staat waarover belasting is verschul-‐ digd. Belang Over de oorsprong van de naam tiendweg kan men wellicht nog van mening verschillen. Over zijn functie is het debat inmiddels uitgewoed. Het is juist die functie en de historische fase waarin deze tot stand is gekomen die het belang van het behoud van de tiendweg onderstrepen. De tiendweg biedt als het ware een direct inzicht in de wijze waarop het unieke Waarden-‐ landschap is ontstaan. Het is als het ware de handtekening van onze voor-‐ vaderen die proefondervindelijk heb-‐ ben vastgesteld hoe het weerbarstige veenlandschap van weleer op de na-‐ tuur kon worden veroverd, in cultuur gebracht en behouden voor het nage-‐ slacht. Het getuigt dan ook van inzicht dat de gemeenten Montfoort en Oudewater met steun van de Provincie Utrecht
(via het de gebiedscommissie De Utrechtse Waarden) de financiële middelen beschikbaar hebben gesteld om de reconstructie van de Tiendweg Willeskop mogelijk te maken. Het ge-‐ tuigt ook van visie dat de ter beschik-‐ king gestelde middelen zodanig ver-‐ deeld worden dat ook ruimte is voor het toekomstige onderhoud van de tiendweg. Het toekomstige beheer van de bestaande en nieuwe beplan-‐ ting is in overeenkomsten met de per-‐ ceeleigenaren voor de komende tien jaar vastgelegd. Het benodigde geld wordt ter beschikking gesteld door de gemeenten Montfoort en Oudewater. Het streekfonds De Utrechtse Waar-‐ den draagt zorg voor de duurzame in-‐ standhouding en keert jaarlijks aan de beheerders de daartoe afgesproken vergoeding uit. Het is een goede zaak dat langs deze weg een belangrijk cultuurhistorisch landschapselement in de Lopiker-‐ waard visueel wordt teruggebracht. Het is eveneens van belang dat hier-‐ mee een element terugkeert dat van wezenlijk belang is voor de ecologie van de Lopikerwaard. Het is bekend dat tal van vogelsoorten, waaronder steenuil in de oude (en in de toekomst in de nieuw toegevoegde) knotbomen een veilig heenkomen, nestplaats vin-‐ den (zie ook het artikel ‘Steengoede maatregelen voor de steenuil’ later in dit nummer, red.). Jan Reijnders Bronvermelding: Kees de Leeuw et al. (redactie): Linten in de leegte (2008); Paul Minkjan: Tiendwegen in Neder-‐ land, Historisch Geografisch Tijdschrift, 23, no. 1 (2005); OKRA landschapsar-‐ chitecten: Kwaliteitsgids Utrechtse Landschappen -‐ Katern Groene Hart (2011).
15
Met de dierenarts op pad: Boutvuur In de derde aflevering van de serie “Met de dierenarts op pad” legt Wim van der Putten een verband tussen een Pestbosje en de raadselachtige dood van een aan-‐ tal pinken in de wei.
Pinken in de wei -‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐Foto: Wim van der Putten
Een goede boer houdt zijn vee nauw-‐ lettend in de gaten. Wat het melkvee betreft, gaat dat vanzelf tijdens de da-‐ gelijkse melkbeurten. Voor de jongere generatie moet de boer er actief op uit. Meestal lopen deze dieren verder van huis omdat de boer de melkkoei-‐ en liever dicht bij huis heeft. Zij moe-‐ ten immers twee keer per dag gemol-‐ ken moeten worden. Sommigen kijken dagelijks even met de verrekijker om te zien of al de pinken er nog zijn. Maar op deze manier is het onmoge-‐ lijk onderscheid tussen ziek en gezond te maken. Af en toe zult je er toch heen moeten om alles te controleren. Pink dood in de wei Pink is de benaming voor een vrouwe-‐ lijk jong rund dat nog geen kalfje ter wereld gebracht heeft. Het kan wel al drachtig zijn van een kalfje. De dracht duurt net als de menselijke zwanger-‐ schap 9 maanden. Heeft de pink
16
eenmaal gekalfd dan is het pink af en wordt het een vaars. Tot een leeftijd van 2 jaar lopen deze dieren meestal verder van de boerderij. Ze verblijven daar ook meestal gedurende de hele zomer, tot soms diep in de herfst. Het zijn de pubers onder de runderen en ze gedragen zich ook zo: dartel, nieuwsgierig en met een open oog voor de omgeving. Je ziet ze altijd sa-‐ men. Een boer trof bij zijn inspectie een pink dood aan. Met de tractor en een kar werd het dode dier van achter uit het land mee naar voren genomen en bij de boerderij gelegd. Vervolgens werd de dierenarts gebeld. Dit is zeker geen spoedgeval en eigenlijk werk voor een patholoog-‐anatoom, want aan de buitenkant van een dood dier is vaak moeilijk nog de doodsoorzaak op te sporen. Sectie doen op het erf is verboden en ”opsturen” een kostbare zaak.
Hemelvuur Boeren hebben in de regel geen ziek-‐ tekostenverzekering voor hun vee. De premie is te hoog en ze nemen daar-‐ om liever zelf het risico. Dus schade door ziektes en ook dode dieren als gevolg daarvan worden niet vergoed. Wat sommige boeren wel hebben is een ongevallenverzekering. Dode die-‐ ren ten gevolge van een ongeval wor-‐ den dan wel vergoed. Dood door blik-‐ sem is een ongeval en dus verzeke-‐ ringstechnisch een aantrekkelijke doodsoorzaak. ”Ik denk dat de pink door het hemel-‐ vuur is getroffen”, sprak de boer plechtig. Hemelvuur is de hier gebrui-‐ kelijke benaming voor de bliksem. Soms zie je dan als spoor nog een zwarte brandvlek op de huid van het dier maar dat is lang niet altijd zo. Het bewijs kon dus niet geleverd worden maar de stelling kon ook niet weerlegd worden. ”Ik heb het vannacht niet ho-‐ ren onweren”, sprak ik. Misschien was het onweer wel erg lokaal geweest, had ik erg vast geslapen of had de blikseminslag al nachten eerder plaatsgevonden. Ik dacht laat die ver-‐ zekering dat maar uitzoeken, ze kun-‐ nen het zo laten controleren bij het KNMI in De Bilt. Ik schreef een onzeke-‐ re verklaring voor zijn ongevallenver-‐ zekering. Tot mijn verbazing ging deze zondermeer akkoord en zou gaan be-‐ talen. Ik vond ze wel erg soepel maar misschien was het wel zijn eerste claim! De volgende ochtend lag er weer een pink dood in de wei. Weer werd ik er-‐ bij gehaald. Het had de afgelopen nacht zeker niet geonweerd. En twee keer door hetzelfde lot getroffen wor-‐ den, leek mij bijna onmogelijk. Het kadaver was nog erg vers en nog niet zo enorm opgezwollen. Er moest toch wel iets ernstigs aan de hand zijn. De-‐
ze keer had ik een beetje geluk. Bij nadere uitwendige inspectie viel me op dat een bil van de pink duidelijk was opgezwollen. Ik sloeg er met mijn hand op en hoorde een dof geluid als-‐ of ik op een trommel sloeg: gasvor-‐ ming onder de huid! Gezien de voor-‐ geschiedenis blijft er dan nog maar één diagnose over: Boutvuur. Boutvuur Deze ziekte wordt niet veroorzaakt door een virus zoals bijvoorbeeld bij griep het geval is maar door een bac-‐ terie (de Clostridium chauvoei). Deze bacterie is direct familie van de ver-‐ wekker van tetanus, botulisme en koudvuur, allemaal bacteriën die vaak overvloedig in de bodem voorkomen maar die zich alleen kunnen verme-‐ nigvuldigen in wonden die afgesloten zijn van de buitenlucht. Zorg er dus voor dat wonden in contact blijven met de buitenlucht als ze verontrei-‐ nigd zijn met (straat)vuil. Dan krijgen deze bacteriën niet veel kans. Berucht zijn de diepe steekwonden van bij-‐ voorbeeld vuile roestige spijkers. De bacteriën zitten lekker diep, inge-‐ bracht door die vuile spijkers en zijn afgesloten van de buitenwereld. Zo zie je nog al eens tetanus optreden bij niet ingeënte paarden als ze in hun eigen hoefijzernagels hebben getrapt nadat deze losgegaan waren en die spijkers zodoende in het ”leven” te-‐ recht kwamen. Allemaal bacteriën ook die een heel sterk dodelijk vergif aanmaken. Een vingerhoed vergif van de botulisme verwekker bijvoorbeeld kan de gehele Nederlandse bevolking doden. De verwekker van boutvuur voelt zich vooral thuis in rijk doorbloed spier-‐ weefsel. Er gaat niet alleen veel bloed heen maar dus ook veel bacteriën en door het vele gebruik van deze spieren
17
zitten er vaak ook veel microbeschadi-‐ gingen in wat ook nog eens gunstig is voor het aanslaan ervan. Hoe komen die bacteriën in het bloed terecht? Ze worden opgenomen met verontreinigd voedsel of drinkwater, komen in de mondholte en maag te-‐ recht en komen daar via kleine wond-‐ jes in het bloed terecht. Het wisselen van de tanden bij deze jonge dieren is een belangrijke toegangspoort. Een-‐ maal in het spierweefsel aangeland, gaan ze zich razendsnel vermenigvul-‐ digen. Niet de bacteriën zelf zijn het grote probleem maar het gif dat zij produceren. Dit gif komt in het bloed, gaat naar de vitale organen zoals hart, lever en nieren, hetgeen een snelle dood tot gevolg heeft. Pestbosje Waar kwam die stortvloed van bacte-‐ riën nu zo plotseling vandaan en hoe gaat het aflopen met de rest van zijn pinken? Boutvuur is een ziekte van alle tijden. Ging er vroeger op de boerderij een dier dood dan werd dit niet opgehaald door de destructiewa-‐ gen maar door de boer begraven op zijn privé dierenkerkhof: het zoge-‐ naamde Pestbosje. Deze naam stamt nog uit de tijd dat er in Europa met regelmaat de runderpest uitbrak en er van de Nederlandse veestapel soms niets over bleef. Deze begraafplaatsen werden zover mogelijk achter in het land gelegd. Daar ver van de boerderij verdwenen toen al die kadavers met hun agressieve ziekteverwekkers on-‐ der de grond. Voor die ziekteverwek-‐ kers lijkt het niet zo gunstig om met hun gedode gastheer begraven te worden, want hoe vind je dan weer een nieuw slachtoffer? Maar ook bac-‐ teriën weten dat al eeuwen en hebben daar allemaal hun eigen trukendoos
18
voor. Anders zouden ze er ook al lang niet meer geweest zijn! Sporevorming De boutvuurbacil overleeft evenals de verwekkers van miltvuur, tetanus, koudvuur en nog vele andere ziekten door middel van een spore. Voordat de bacterie afsterft stopt ze al haar belangrijke overlevingsfuncties in een minuscuul klein bolletje om zo lang mogelijk te kunnen overleven. Alle andere ballast gaat overboord. Deze sporen hebben een zeer dikke be-‐ schermende wand en een zeer lage stofwisseling. Ze kunnen zo maar hon-‐ derd jaar onder de grond overleven. Zij zijn zo goed beschermd dat zelfs een half uurtje koken ze niet zou de-‐ ren. Kom er maar eens ooit vanaf van die superkillers. Komen ze na honderd jaar door graafwerkzaamheden weer boven de grond en worden ze dan via vervuild gras of drinkwater opgeno-‐ men door een rund dan ontkiemen ze weer. Een nieuw slachtoffer dient zich weer aan. Spelende kinderen of vol-‐ wassen mensen maar ook paarden hebben er geen last van. Dat is geluk-‐ kig een hele geruststelling anders zou-‐ den zandbakken niet meer veilig zijn voor ons nageslacht. Na het stellen van mijn diagnose was dan ook mijn eerste vraag of de boer graafwerkzaamheden had uitgevoerd op het land. Een nieuwe sloot aange-‐ legd of andere sloten zeer diep uitge-‐ baggerd vooral achter in het land? Pijpleiding In Lopikerkapel staan enorme contai-‐ ners met miljoenen liters kerosine. Op Schiphol hebben ze daarvan steeds meer nodig. Een nieuwe pijpleiding zou het transport daarvoor gaan rege-‐ len. Deze zou dwars door de Lopiker-‐ waard richting Amsterdam gaan, op
een zo gunstig mogelijke plaats, dus aan het einde van de boerenweilan-‐ den en zo ver mogelijk van de boerde-‐ rijen verwijderd. Ook bij deze boer waren die werkzaamheden in volle gang! Hoogstwaarschijnlijk wist die boer niet eens dat daar achter ooit een pestbos-‐ je geweest was en dat zoiets na 100 jaar nog kwaad zou kunnen. Van deze pestbosjes zijn er nog steeds enkele in de Lopikerwaard bewaard gebleven. Ze worden nu gebruikt als buitenver-‐ blijfje met een gammel schuurtje als onderkomen. Een groentetuintje erbij
zou nog kunnen als je maar niet te diep gaat spitten. De afloop De volgende dag lag er weer een pink dood. Om het gevaar in te dammen hebben we al de andere pinken zo snel mogelijk voorbehoedend geënt. Deze strategie hebben we nog een aantal jaren met goed resultaat vol gehouden. Alle kosten werden -‐zoals dat hoort-‐ vergoed door de aannemer van het pijpleidingenbedrijf. Wim van der Putten
Pestbosje in de Lopikerwaard -‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐ Foto: Wim van der Putten
19
Steengoede maatregelen voor de steenuil De steenuil is de kleinste in Nederland voorkomende uil. Het bruingevlekte veren-‐ bolletje met grote felgele ogen is nauwelijks groter dan een merel. Toch oogt hij door z’n opbollende verenkleed veel forser. Uit de Steenuileninventarisatie Utrechtse Waarden van Alauda Ecologisch Advies, blijkt dat dit honkvaste uiltje het ‘t best naar zijn zin heeft in de Lopikerwaard.
Steenuil ....................................................................................................................................................................... Foto: Reiner Warnink
De steenuil is populair. Meer dan vier miljoen mensen volgden in juni het wel een wee van een steenuilskuiken via de webcambeelden van Vogelbe-‐ scherming Nederland. Het trieste be-‐ richt dat het jong was overleden, haalde zelfs het NOS Journaal. Mis-‐ schien komt dat wel omdat deze vogel de laatste dertig jaar een zeldzame verschijning is geworden in Nederland. Door de sterke verandering van zijn
20
leefgebied staat de steenuil op de ro-‐ de lijst. Wachten op reactie Een steenuil knapt graag een uiltje in knotwilgen, hoogstamfruitbomen en boerenschuren. De lange bebouwings-‐ linten in de Lopikerwaard zijn daarom ideaal gebied voor deze vogel. Niet zo vreemd dat een paar jaar geleden het idee ontstond om te inventariseren hoeveel steenuilen er precies in de
Utrechtse Waarden voorkomen. In opdracht van de gemeenten Lopik, Montfoort, Oudewater en IJsselstein brengt Warner Reinink van Alauda Ecologisch Advies, samen met Kees de Leeuw en Jasper Klomp sinds 2010 de steenuilenstand in kaart. ”We voeren de inventarisaties uit volgens de ge-‐ standaardiseerde methode van SOVON”, vertelt Reinink. “Tussen half februari en half april bezoeken we ons gebied drie keer in de ochtend-‐ en avondschemer. Elke 250 meter speel je de baltsroep af en wacht vervolgens in spanning of er een reactie komt. De steenuilen die terugroepen noteer je als territoriumhouder. Uiteraard moet je daarnaast ook goed je ogen open houden. Mijn ervaring leert dat ik het vaak wel goed inschat of er ergens steenuilen zitten.” De gebieden Het voorjaar van 2011 was warm, droog en vaak windstil. Ideale om-‐ standigheden voor een steenuilenin-‐ ventarisatie. Reinink somt de zeven gebieden op die hij, De Leeuw en Klomp inventariseerden: “Diemer-‐ broek, Waardsedijk, Cattenbroek, Mastwijk, Polsbroek, Lopikerkapel en Over Oudland. Bebouwingslinten in de gemeenten Lopik, Montfoort, Oude-‐ water en IJsselstein, waar we in totaal 24 territoria hebben aangetroffen. We hoorden ook bos-‐ en ransuilen, maar omdat deze inventarisatie specifiek gericht is op de verspreiding van de steenuil, zijn die gegevens niet volle-‐ dig. Toch geven ze een indicatie van hoeveel andere uilensoorten er hier voorkomen en daarom hebben we ze wel opgenomen in dit rapport.” De gebieden met de meeste steenuilterri-‐ toria in de Lopikerwaard zijn zonder-‐ meer Blokland met z’n hoogstam-‐ boomgaardjes, knotwilgen en afwisse-‐
lend landschap. En het lint (Tiendweg) aan de Lekdijk West in Lopik waar lan-‐ ge rijen knotwilgen vanaf de bebou-‐ wing de weilanden insteken. In het halfopen groen ten noorden van Mastwijk trof Reinink nog een ransuil aan en in het enige opgaande oudere bosje ontdekte hij een bosuil. Knotwilgen en voorlichting Hoewel je aan de hand van een aantal inventarisaties geen vergaande con-‐ clusies kunt trekken, vindt Reinink het wel boeiend om te kijken wat de ge-‐ gevens zeggen over de verschillende gebieden. En of het mogelijk is een prioritering aan te brengen tussen de verschillende maatregelen om het leefgebied van steenuilen te verster-‐ ken. ”Een logische maatregel is het in stand houden en uitbreiden van het knotwilgenbestand. Het is zaak om daar wel op tijd mee te beginnen, want een nieuw geplante knotwilg is pas na een aantal jaren geschikt voor steenuilen. Ook hoogstamboomgaar-‐ den hebben een duidelijke relatie met het voorkomen van steenuilen.” Ver-‐ der valt het Reinink op dat veel bewo-‐ ners die hij spreekt vaak geen idee hebben dat er steenuilen op hun erf zitten. Goede voorlichting over be-‐ staande territoria en het behoud van hun leefgebied is volgens hem dus ook een waardevolle maatregel. “Bijvoor-‐ beeld door het aanbieden van een er-‐ vencursus. Want een erf met streekei-‐ gen beplanting als knotwilgen, leilin-‐ des en een ligusterhaag heeft een gunstige invloed op bijvoorbeeld de huis-‐ en ringmus, grauwe vliegenvan-‐ ger en insecten en daarmee ook weer op de steenuil zelf. De landschaps-‐ coördinatoren van gemeenten of Landschap Erfgoed Utrecht kunnen hierover meer informatie geven. Bij deze laatste organisatie kun je ook
21
met korting oude rassen hoogstam fruitbomen kopen via de actie ‘Boeren planten bomen’. “ Trots op elke vogel Reinink, woonachtig in IJsselstein maar geboren op de Veluwe, was als kind al geïnteresseerd in vogels en na-‐ tuur. “Ik was altijd in de weer met schepnetjes langs de waterkant en had al heel jong mijn eigen verrekijker. Na mijn opleiding Bos-‐ en Natuurbe-‐ houd werk ik inmiddels als regiohoofd bij het Zuid-‐Hollands Landschap. Alau-‐ da heb ik opgericht, omdat ik het leuk vind om ecologisch onderzoek te doen en advies te geven. Toen Kees de Leeuw van de gemeente Lopik met het idee kwam om in een aantal jaren al de bebouwingslinten in de Utrechtse Waarden te inventariseren, heb ik na-‐ tuurlijk meteen ja gezegd.” Met Rei-‐ ninks rapport en advies kunnen de gemeenten hun beschikbare tijd en
geld ter verbetering van steenuilbio-‐ topen optimaal inzetten. “Trouwens niet alleen gemeenten”, merkt hij op. “Ook particulieren kunnen allerlei maatregelen nemen om het de steen-‐ uil meer naar de zin te maken. Afwis-‐ selend kort en ruig gras, veenpoeltjes, hagen, natuurvriendelijke oevers, knotwilgen, hoogstamboomgaarden; hoe meer elementen je bij elkaar brengt, hoe groter de kans op steenui-‐ len is. Maar focus je niet alleen op dit uiltje. Ook andere dieren profiteren er van mee. Wees trots op elke vogel in de tuin!” Miranda Spek Bronnen: Websites Vogelbescherming Nederland, Stone, SOVON. Steenuilen-‐ inventarisatie Utrechtse Waarden 2011 van Alauda Ecologisch Advies en het boekje ‘Steenuil onder de pannen’ van Vogelbescherming Nederland.
Steenuilkuiken ……………………………………………………………………………………………………………………………. Foto: Rasbak
22
Ooievaars ringen in de Lopikerwaard Jaarlijks trekken professionals en vrijwilligers erop uit om ooievaars te ringen. Ons jongste redactielid vergezelde haar vader op zijn tocht langs de nesten en brengt verslag uit.
Ooievaarsnest op paal in Polsbroek ………………………………………………………………………………………….Foto: Yvet Boele
Begin juni was het weer tijd om ooie-‐ vaars te gaan ringen. Elk jaar ga ik met mijn vader mee de nesten langs. Veel jonge ooievaars krijgen een ring om hun poot. De jongen moeten wel groot genoeg zijn en het nest moet (veilig) bereikbaar zijn. Het ringen Dit jaar ben ik op twee ochtenden mee geweest. Op 2 juni ringden we in Polsbroek en een week later in Willige Langerak. Op 9 juni hebben we langs de Lekdijk in Willige Langerak drie jon-‐ gen in één nest geringd. Eerst haalden we de jongen uit het nest door een
lange ladder tegen het nest te zetten, de jongen in een tas te doen en ze vervolgens in het gras te leggen. De jongen doen alsof ze dood zijn zodat roofdieren (wij dus) ze niet op willen eten en lopen dus niet weg. Eerst me-‐ ten en wegen we de ooievaars. In de tabel op pagina 24 staan de gegevens. We beginnen met het meten van de snavel. Dat is vanaf het puntje van de snavel tot de ‘overloop’ van snavel tot kop, daar waar de veertjes beginnen. Daarna meten we de kop. Dit is weer vanaf het puntje van de snavel tot achter het hoofd. Daarna de tarsus, dat is de lengte van de ‘onderpoot’. 23
Een ooievaar heeft een kromming (soort knie) in zijn poot en er wordt gemeten vanaf die kromming tot de ‘enkel’. Als laatste wegen we de ooie-‐ vaar en doen we (indien de vogel groot genoeg is) de ring om. Zoals te zien is, is ooievaar 3 een stuk kleiner en zelfs zo klein dat hij nog niet
Ooievaar 1
Ooievaar 2
Ooievaar 3
Snavel Kop
6.0 cm 11.4 cm
6.2 cm 12.0 cm
5.3 cm 10.8 cm
Tarsus Vleugel Gewicht Ring?
10.3 cm 12.7 cm 1200 gr Ja
11.0 cm 14.3 cm 1410 gr Ja
7.7 cm 8.1 880 gr Nee
geringd kon worden. Dit komt door het ‘overlevingsinstinct’ van ooievaars. Als er drie ooievaars uitkomen en er niet zo veel voedsel is, kun je beter twee ooievaars genoeg te eten geven en één gewoon dood laten gaan dan drie ooievaars een klein beetje eten geven en ze allemaal dood laten gaan. Ooievaar 3 gaat dus waarschijnlijk dood en dat bleek enkele weken later inderdaad het geval.
Ongeringd ooievaarsjong op nest in Willige Lan-‐ gerak ………………………………………….Foto: Yvet Boele
24
inderdaad het geval. Waarom ringen? Het ringen van vogels wordt gedaan om de populatie van die soort te ‘vol-‐ gen’. Hoeveel jongen zijn er? Hoe lang leven ze gemiddeld? Waar trekken ze heen? Als er een ooievaar met een ring wordt gezien, wordt de code op de ring doorgegeven aan het Vogel-‐ trekstation, bijvoorbeeld via het inter-‐ net-‐programma GRIEL (www.griel.nl). Hier worden alle gegevens opgeslagen van geringde vogels in Nederland. Teruggevonden ooievaars Mijn vader ringt al een tijd ooievaars in de Lopikerwaard. Twee jaar geleden ringde hij in Lopik een ooievaar die in januari 2012 bij Madrid werd gezien en waarvan de ring kon worden afge-‐ lezen. Dit voorjaar broedde die vogel in Bergambacht! Yvet Boele (12 jaar)
Een jonge ooievaar heeft een zwarte snavel, bij volwassen ooievaars is de snavel oranje ………. …………………………………………………..Foto: Yvet Boele
Lopikerkapel weer even Zevenhoven Lopikerkapel bestaat 200 jaar. Natuurlijk is het dorp aan de Lek veel ouder, maar in de Franse Tijd heette het Zevenhoven en pas in 1812 kreeg het z’n huidige naam. Een leuke aanleiding om mee te doen aan de landelijke Open Monumentendag. Want bijzondere monumenten zijn er genoeg.
Nederlands Hervormde Kerk, Lopikerkapel ......................................................................................................Foto: Jan Reijnders
Rijksmonumenten als de Hervormde Kerk, Zendstation Nozema en Huis Overvliet bijvoorbeeld. Maar ook het buurthuis d’Ouwe School, de Holle Brug, Huis te Vliet en het voormalig rechthuis annex herberg waar nu bak-‐ ker Lakerveld huist. Op 8 september kunt u ze met een bezoekje vereren tijdens de landelijke Open Monumen-‐ tendag. Proclamatie Om het 200-‐jarig bestaan een feeste-‐ lijk tintje te geven organiseert de Werkgroep Kunst en Cultuur, samen met verenigingen en inwoners van
Lopikerkapel, allerlei activiteiten. Zo herrijst Napoleon uit de dood om een proclamatie te houden voor de dorpe-‐ lingen. Wordt het dorp versierd met Franse vlaggen en is iedereen uitge-‐ nodigd om zich uit te dossen in kleding van 200 jaar geleden. In café de Roode Leeuw is een tentoonstelling over ra-‐ diozenders en in d’ Ouwe School han-‐ gen familiefoto’s van weleer. En bij de Bolle brug over de wetering, waar in vroeger tijden een muziektent stond, zijn optredens van Crescendo en an-‐ der muzikaal lokaal talent. Miranda Spek
25
Land Art in de Lopikerwaard ……………………………………………………………………………………………..Foto: Miranda Spek
26
Sporen in land en geheugen Van een afstand lijken het manden van luchtballonnen die in het veld zijn neerge-‐ daald. Maar kom je dichterbij, dan zie je dat het een kunstwerk van wilgentenen is. Land Art: gemaakt door honderden kinderhanden uit de Lopikerwaard, samen met de kunstenaars Jan van Schaik en Johan Sietzema. één uur? In de ideale wereld zouden Land Art is een kunststroming die aan we veel tijd, geld en fysieke ruimte het eind van de jaren zestig opkwam hebben. Maar helaas is er nauwelijks en het landschap als onderdeel van geld voor kunstonderwijs. En de leer-‐ het kunstwerk beschouwt. Bekende lingen hebben maar een uurtje. Dus landschapskunstenaars zijn Richard ons idee om eerst urenlang te fantase-‐ Long, Robert Smithson, Christo en Ma-‐ ren met kinderen en dan met vijftien rinus Boezem. Hun kunstwerken zijn groepen in vijftien verschillende wei-‐ vaak van tijdelijke aard en daarom landen aan de slag gaan, zat er niet spelen fotografie en film een belang-‐ in.” Toch staat er in de polder een rijke rol als registratiemateriaal. Zo prachtig kunstwerk van vijf manden maakte de Britse kunstenaar Richard van wilgentenen. “Een uur plezier, Long veelvuldig gebruik van audiovi-‐ met hun handen werken en lekker suele middelen om zo toch zijn ingre-‐ buiten zijn”, somt Van Schaik op. pen in verlaten gebieden als het Hima-‐ “Maar ook samenwerken, op elkaar layagebergte aan het publiek te laten wachten en krachtinspanning. Dat is zien. Het kunstwerk van wilgentenen wat we de kinderen meegeven. Na de dat de leerlingen uit groepen vijf en wilgendans was ’t werken geblazen. zes maakten, ligt gelukkig niet in een Elke klas vlocht er zo’n twintig centi-‐ verlaten gebied, maar in de polder bij meter wilgentakken op. Naarmate de Benschop achter het terrein van Re-‐ manden hoger werden, werd het creatie Landschap Rosenboom. Een steeds indrukwekkender.” mooie wandeling over camping, wei-‐ landen en bruggetjes, langs fruitgaar-‐ Een verrassing den en suizende windmolens, brengt u Wat gebeurt er met het kunstwerk? erheen. “De manden blijven daar staan”, aldus Van Schaik. “Maar hoe het zich ont-‐ Twintig centimeter per uur wikkelt, dat blijft nog een verrassing. Het project ‘Sporen in het land’ is on-‐ Ik hoop dat het kunstwerk niet alleen derdeel van het cultuurprogramma sporen in het land achterlaat, maar van Kunst Centraal, een provinciale ook in het geheugen van de kinderen. organisatie voor kunst-‐ en cultuuredu-‐ “Het zou mooi zijn als ze later nog catie in het primair onderwijs. Onder eens terugdenken aan dat moment leiding van de kunstenaars Johan Siet-‐ waarop ze met de klas aan Land Art zema en Jan van Schaik zijn de kids hebben meegewerkt.” aan de slag gegaan. “Johan en ik heb-‐ ben het heel pragmatisch aangepakt”, Miranda Spek vertelt Van Schaik. “Hoe krijg je dertig kinderen kunstzinnig aan het werk in
27
WBL Donateursdag 1 september 2012 Het WBL bestuur nodigt alle leden/donateurs van harte uit tot deelname aan de jaarlijkse donateursdag die zal worden gehouden op zaterdag 1 september 2012. kunstwerken te bekijken die gemaakt zijn door de leerlingen van de lokale scholen onder leiding van Jan van Schaik en Johan Sietzema (zie het voorgaande artikel: ‘Sporen in land en geheugen’). Voor een hapje en een drankje wordt gezorgd. Het wilgenteenproject sluit aan bij de tentoonstelling ‘Kunst en Ambacht aan de Hollandse IJssel’. Het vindt plaats in het kader van het Cultuur-‐ programma van Kunst Centraal. Het project is gestart op 16 april. De groe-‐ pen 5 en 6 van de scholen in Lopik nemen hieraan deel. Zij werken onder leiding van de kunstenaar samen aan een blijvend kunstwerk van wilgente-‐ …………………………………………….. Foto: Miranda Spek nen op het terrein van Recreatie Land-‐ schap Rosenboom in Benschop. Waar en wanneer Om ongeveer 19.00 uur keren we In de namiddag zijn we te gast bij de weer per boot of te voet terug naar de familie Rosenboom. Zij bezitten de boerderij om daar te gaan genieten oudste nog in bedrijf zijnde boerderij van soep en broodjes verzorgd door van Nederland. Weilanden met koei-‐ de familie Rosenboom. en, poldervergezichten met misschien wel opvliegende grutto’s en kievieten Kosten vormen de omlijsting van deze dag. De kosten bedragen 17,50 euro per persoon. Het programma Om 16.00 uur worden we met een Aanmelden kopje koffie verwelkomd op de recrea-‐ U kunt zich tot en met 24 augustus tieboerderij van de familie Rosen-‐ aanmelden: boom, Benedeneind Zuidzijde 283A te per e-‐mail:
[email protected] Benschop (te herkennen aan de ont-‐ per telefoon:-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐0348-‐551612 vangstruimte en uitkijktoren). per telefoon:-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐-‐0348-‐553632 Vervolgens gaan we met fluisterboten of wandelend de polder in om de WBL Bestuur ‘Land Art’ objecten, de wilgentenen 28
Uitgelezen? Zet zelf eens een boom op!
Foto: Jan Reijnders
De meeste lezers van de WBL Nieuws-‐ brief wonen in de Lopikerwaard. Ze zijn actief betrokken bij wat daar ge-‐ beurt. Wat is er eigenlijk precies aan de hand? Hoe was het verleden, hoe staat het er voor in het heden, wat brengt de toekomst? Deel je ervarin-‐ gen, contacten, wetenswaardigheden, tendensen, het moois, het lelijks, poli-‐ tieke en economische ontwikkelingen, verwikkelingen, kansen, bedreigingen, tegenstellingen, opinies et cetera. Stel een vraag, breng verslag uit, ventileer je mening, neem stelling, start een discussie.
Onder onze leden zijn er vast een flink aantal mensen, die voor onze nieuws-‐ brief zouden willen schrijven. De nieuwsbrief wordt er zeker spannen-‐ der en interessanter door. De WBL Nieuwsbrief zal dan een nóg beter ge-‐ fundeerd en veelzijdiger beeld geven van wat er in de Lopikerwaard gaande is. Heb je een idee? Wil je iets kwijt? Heb je een zetje nodig? Neem dan contact op met een van de redactie-‐ of be-‐ stuursleden. De redactie 29
WBL uitgaven WBL-‐Natuurwijzer Dieren WBL-‐Natuurwijzer Planten Vouwkaart (6-‐vouws, geplastificeerd) of poster Ledenprijs € 4,-‐-‐ per stuk (winkelprijs is €_5,-‐-‐ per stuk) en € 7,50 per set Mythe van het Groene Hart (2006) -‐ 100 pagina's-‐in kleur Door Harm Hoogendoorn Ledenprijs € 10,-‐-‐ Dierenarts in de Lopikerwaard (2003) -‐ 60 pagina's -‐ fotoboek Door Gé Tielens en Peter Arno Broer Ledenprijs: € 5,-‐-‐ Holland in Touw (2002) -‐ 120 pagina's -‐ 70 foto's Door B.R. Feis, H. Hoogendoorn en P. Stoppelenburg Ledenprijs: € 13,-‐-‐ (winkelprijs € 15,75) Oude Bedrijven in de Lopikerwaard 96 pagina's -‐ 60 foto's Door B.R. Feis. Deel 5 Waardenreeks Ledenprijs: € 8,-‐-‐ (winkelprijs € 10,-‐-‐) Tuinen in de Lopikerwaard 226 pagina's -‐ 130 foto's Door P.A.W. Broeders Ledenprijs € 10,-‐-‐ (winkelprijs € 15,-‐-‐) Wandelen in Oudewater 45 pagina's Door C.J.H. Meijerink Ledenprijs: € 6,25 (winkelprijs € 7,50) Routekaart Lopikerwaard (€ 0,50) Willem van Bezooyen, de laatste machi-‐ nist van het gemaal ‘De Batauwe’. (2006) -‐ 52 pagina's. Cultuurhistorisch en persoonlijk verslag van de bemaling in de 30
polder 'Batuwe' Lopikerkapel. Met foto's en oud kaartmateriaal. Door Lydia Blom. €.10,-‐ Ook te verkrijgen via Lydia BLom:
[email protected] Genoemde uitgaven zijn af te halen bij: • Het WBL secretariaat, Herman Boone-‐ kamp, Lekdijk West 8 te Lopik, tel. 0348-‐553632. • Eise Jongsma, Frankrijkstraat 156, IJs-‐ selstein, tel. 030-‐6874217. Aanbevolen publicatie (uitgave van De Utrechtse Waarden): Linten in de Leegte. Handboek groene be-‐ bouwingslinten in de Utrechtse Waarden. Twee delen: 119 en 87 pagina’s in kleur. Redactie: De Leeuw, Van Meekeren, Schik, Steenbergen en Sturkenboom Het boek ‘Linten in de Leegte’ is voor € 18,95 verkrijgbaar bij de VVV’s in de re-‐ gio (IJsselstein, Lopik, Oudewater, Mont-‐ foort), de boekhandels in de streek (zie www.lintenindeleegte.nl) en de Stichting Groene Hart (plus verzendkosten). WBL-‐leden krijgen reductie. De ledenprijs bedraagt € 15,-‐-‐. Alleen af te halen bij Eise Jongsma, Frank-‐ rijkstraat 156, IJsselstein. Graag eerst even bellen: 030-‐68 74217. -‐
Herinnering
Vergeet u niet de donateurs-‐ of lidmaatschapscontributie voor het lopende jaar over te maken op bankrekening 1053029 ten name van ”Penn. Stichting WBL”? Graag met opgave van uw naam en adres. Dat bespaart ons zoekwerk, tijd, papier en verzendkosten. Met dank voor uw medewerking.
Colofon WBL Nieuwsbrief Is een uitgave van de Stichting WBL: Werk-‐ groep Behoud Lopikerwaard. De stichting is ingeschreven in het stichtingenregister K.v.K. onder nr. 41179802. Bestuur WBL Voorzitter: Wim Boesten Secretaris: Herman Boonekamp Penningmeester: Theo Hattink Tweede penningmeester: Eise Jongsma Leo van den Berg Wim van der Putten Jan Reijnders Secretariaat WBL H.A.L. Boonekamp Lekdijk West 8 3411 MT Lopik Telefoon 0348 553632
[email protected] Redactie Nieuwsbrief Kopij en info aan: Redactie WBL Koperwiekweg 19 3403 ZT IJsselstein 06 19674710
[email protected] Samenstelling redactieteam Eise Jongsma Wim van der Putten Jan Reijnders (hoofdredactie) Miranda Spek Nely den Toom Jeugdlid: Yvet Boele Vormgeving Nieuwsbrief Theo Hattink (correctie) Jan Reijnders (vormgeving) Excursiecommissie Mieke Sinke Piet Mulder Wim van der Putten
Vrijwilliger natuureducatie Theo Hattink (scholen IJsselstein) Fotografie en illustraties: Yvet Boele, Herman Boonekamp, Hans van Kleinwee, NielsB, De Polderwachter, PRS, Wim van der Putten, Rasbak, Jan Reijnders, Miranda Spek. © Copyright: betreffende fotograaf of illu-‐ strator en WBL WBL lidmaatschap WBL lid/donateurs dragen minimaal €.15,-‐-‐ per persoon of € 20,-‐-‐ per gezin (één woon-‐ adres) bij. Het contributiejaar loopt van ja-‐ nuari tot en met december. U kunt uw bij-‐ drage overmaken op bankrekening 1053029, ten name van ‘Penn. Stichting WBL’. Graag onder vermelding van uw naam en adres. Indien u zelf uw bijdrage aan het begin van het jaar overmaakt dan bespaart dit ons kosten en kan de donatiebijdrage laag blij-‐ ven. Leden/donateurs ontvangen drie keer per jaar de WBL Nieuwsbrief, uitnodigingen voor lezingen / excursies en korting op di-‐ verse uitgaven van de WBL. Opzegging van het lidmaatschap donateur-‐ schap graag melden vóór 1 november van het lopende jaar. Schriftelijk bij het WBL-‐ secretariaat. De volgende WBL Nieuwsbrief verschijnt omstreeks begin december 2012. Kopij, maximaal 2 pagina’s in Word (incl. afbeel-‐ dingen als los jpg-‐bestand bij te leveren) naar:
[email protected] WBL op internet Site: www.wbl-‐web.nl E-‐mail:
[email protected]
Gedrukt bij Drukkerij van Midden, Benschop 31
Natuurgebied Willeskop ............................................................................................................................... Foto: Hans van Kleinwee
32