BRIEF – Cruiservaarders vereniging e
3 Jaargang, nr. 4 – februari 2010 VOORWOORD Hierbij een nieuwe poging om onze periodieke digitale nieuwsbrief nieuw leven in te blazen waarbij uw hulp onontbeerlijk is. Stuurt u alstublieft bijdragen want er zijn vast wel zaken die u buiten het forum om met mede-cruiservaarders wilt delen. Het kan gaan over ervaringen, technische opmerkingen, naslagwerkjes, wat zoal interessant voor ons is en iets uitgebreider geschreven dient te worden. Uiteraard hebben wij nog steeds ons forum op de website voor het “chatten” en de korte berichten. Het is de bedoeling deze nieuwsbrief, afhankelijk van voldoende kopij, eens per kwartaal te laten verschijnen. Uw bijdragen voor de volgende editie, die gepland staat voor in de zomer, zien wij gaarne tegemoet per mail (
[email protected]) of post aan onze secretaris. VLAGVOERING Voor menig bootbezitter een moeilijk onderwerp! Hierbij een relaas van hoe het moet. Met de etiquette of courtoisie van vlagvoering wordt nogal eens de hand gelicht. Een correcte vlagvoering betekent dat vlaggen in grootte moeten kloppen met de afmetingen van het schip. Een klungelig driekleurtje aan een petieterig vlaggenstokje is zelfs op een bootje van een paar meter geen gezicht. Het minimum is eigenlijk wel een anderhalfskleeds (75x112 cm) vlag. Natuurlijk dienen vlaggen schoon en niet gerafeld te zijn en vrij van het schip en niet in het water te hangen. Voor motorboten gelden de volgende regels: WAAR OP HET SCHIP?
Nationale- of Natievlag
Aan de vlaggenstok OP HET HEK. Iedere andere vlag is onjuist met uitzondering van de KNZR (gekroonde W) en de KRZM (Koninklijke kroon). Friesland is GEEN natie, Europa ook niet. .
De vlaggenstok is recht en achterover hellend geplaatst. Liefst in de as van het schip of anders iets naar stuurboord. Een gebogen vlaggenstok wordt niet gebruikt op motorboten (dus ook niet op motorsloepen!), maar alleen op het aangehangen roer van ronde en platbodem zeiljachten waarvan het helmhout of gaffel ook een gebogen vorm hebben Clubvlag
In de top van de mast of indien dat bezwaarlijk is aan BAKBOORD ONDER DE ZALING of in het want. Bij motorboten zonder mast op de steven. Een clubvlag dient een vorm van een gelijkbenige driehoek te hebben, met de hijs aan de korte zijde. De hoogte/breedte verhouding is 2:3. Ter onderscheiding kunnen bestuursleden een rechthoekige vlag voeren en ereleden een rechthoekige vlag met een driehoekige insnijding. Beleefdheidsvlag Aan STUURBOORD ONDER DE ZALING of in het want. Hoewel met de beleefdheidsvlag officieel een kleine natie- of handelsvlag wordt bedoeld, die gehesen wordt in het land dat men bezoekt is in Nederland de leuke gewoonte ingeslopen om per bezochte provincie een kleine provincievlag te voeren als beleefdheidsvlag. Eigenaars- of bezoekersvlag In de top van de mast of aan STUURBOORD ONDER DE ZALING of in het want, eventueel onder de beleefdheidsvlag. De bezoekersvlag, ook wel drankvlag genoemd (uitnodiging voor een borrel) is een door de eigenaar zelf ontworpen / gemaakte vlag. Soms wordt daarbij bijv. de afbeelding van een wijnglas gebruikt. Als de eigenaar geen bezoek wenst, hijst hij in plaats hiervan een effen blauw vlaggetje. Geus- of provinciale-, stedelijke-, persoonlijke herkomstvlag OP DE STEVEN. Het kleine vlaggetje in de nationale kleuren rood, wit en blauw, stervormig in acht segmenten aangebracht en die we veel in de watersport zien is de PRINSENGEUS. De Prinsengeus werd alleen gevoerd op zondag en op christelijke feestdagen. Oorspronkelijk moet de geus echter iets vertellen over de herkomst van de eigenaar. De Prinsengeus doet dat dus niet! Beter is een provinciale, stedelijke- of persoonlijke herkomstvlag. De vlag is pas een "geus" als hij rechthoekig van vorm is en op voorsteven, botteloef, boegspriet of kluiverboom is geplaatst. Volgens overlevering komt de naam van de watergeuzen die hun herkomstvlag aan een "geusstok" op de boegspriet voerden.
Enkele geus
Dubbele geus
Voor jachten is slechts de enkele prinsengeus geschikt want bij Koninklijk Besluit nr. 315 van 20 juli 1931 werd bepaald dat de dubbele prinsengeus gevoerd wordt op in dienst zijnde stilliggende oorlogsschepen. Hoe vastmaken? De vlag met een schootsteek of het vlaggenlijn oogje aan de bovenkant aanhaken, e.v.t. een voorziening in de vorm van een haakje of S oogje aan een vlaggentouw of mastkloot maken. De onderzijde van de vlaggenlijn bij de vlaggenstok op de kikker beleggen, of in de mast met een rondtorn met minimaal twee halve steken aan het want vastmaken. Wanneer? Nationale vlag: OVERDAG. Beleefdheidsvlag: OVERDAG. Geus of als geus gebruikte vlag: OVERDAG. Clubvlag: DAG en NACHT als het schip in gebruik is. Eigenaars vlag:OVERDAG,wanneer de eigenaar aan boord is,stilliggend. Wat is overdag? Vanaf 8.00 uur ('s zondags 9.00 uur ) tot zonsondergang, maar niet later dan 21.00 uur. Varend mag van deze tijdregel worden afgeweken. “Voor de hoeren vlaggen” De vlag de hele nacht laten hangen, althans na zonsondergang niet binnenhalen. Ik hoop hiermee dat iedereen het nu snapt en zie dan volgend seizoen ook graag iedereen met de goede vlaggen op de juiste plaats tegemoet. (bronnen: Peter Versteeg, Maandblad Motorboot) VERLENGING VAARBEWIJS De nieuwe Binnenvaartwet is per juli 2009 ingegaan waarin opgenomen is dat het vaarbewijs nu geldig is tot de houder 70 jaar wordt en kan dan voor 5 jaar verlengd worden. Bovendien is vanaf 1 januari 2010 het vaarbewijspasje geïntegreerd met het ICC, dus wie dat wil kan een nieuw vaarbewijs aanvragen met direct de goede vervaldatum en het ICC erop. Dat is echter een advies, geen verplichting (bron: Vamex) BOORDBOEK SCHEEPSDIESELS Een handzaam geplastificeerde ringband van Hans Donat (Uitgeverij De Alk & Heijnen Watersport, ISBN 90 5961 045 8) met doe-het-zelf onderhoudstips en storingen verhelpen. Duidelijk geschreven en goede uitleg over motorinstallatie, dynamo, smering, koeling, kleppen, schroefas, elektriciteit en de keerkoppeling etc..
Handig om aan boord te hebben want het geeft antwoord op vele vragen. BELANGRIJKSTE BETONNING (bron: Vaartips)
Linkerzijde Rechterzijde (spits) (stomp)
Stroomafwaarts varend (van hoger naar lager pand). De kleuren zijn dan tegengesteld aan je boordlichten. Markering vaarwater hoofdbetonning Recreatiebetonning, bruikbaar vaarwater buiten de hoofdbetonning. Boompjes; ook wel prikken, staken, struik- of steekbakens genoemd. Bijeengebonden: betekenis als groene ton. Uitstaande takken: betekenis als rode ton. Afbakening bijzonder gebied, markering voor doorgaande vaart Tekens op de oever van een rivier waarlangs het diepste gedeelte loopt. Kijk voor deze stroomdraadmarkering ook bij riviervaren. Bleesbaken, gevaarlijk punt of opstakel, krib, te water geraakt object o.i.d. Scheidingston hoofdvaarwater links. Deze ton ligt in de rode (stompe) tonnenlijn en dient stroomafwaarts varend aan stuurboordkant (rechts) gehouden te worden. Scheidingston hoofdvaarwater rechts. Deze ton ligt in de groene (spitse) tonnenlijn en dient stroomafwaarts varend aan bakboord (links) gehouden te worden.
Scheidingston vaarwater van gelijk belang (bol als topteken).
Internationaal Certificaat van Competentie (ICC) De meeste Europese landen hebben met elkaar afgesproken dat bezoekende watersporters voor zeil- en motorboten een Internationaal Vaarbewijs, het Internationale Certificaat van Competentie (ICC) moeten hebben. Het is zelfs vaak zo dat al bent u in Nederland niet vaarbewijsplichtig u in het buitenland wel om een ICC wordt gevraagd als u daar met een pleziervaartuig vaart. (bron: Vamex) Internationaal Certificaat Pleziervaartuigen (ICP) De douane in het buitenland wil weten of het schip waarmee u vaart uw eigendom is/ Doordat in Nederland voor veel categoriën pleziervaartuigen geen registratieplicht bestaat, ontbreekt vaak een eigendomsverklaring. Het is dus raadzaam om bij bezoek aan het buitenland dit ICP mee te nemen en in sommige landen is het ICP zelfs verplicht. Het ICP is een officieus eigendomsbewijs dat in de praktijk uitstekend voldoet en in vrijwel geheel Europa geaccepteerd wordt als identiteitsbewijs van de boot. Het ICP bevat de gegevens van de eigenaar en een beschrijving van het schip. Het document is in het Nederlands, Engels en Frans gesteld. Ook de inventaris zoals marifoon en de motor staat erop. U kunt daarmede aantonen dat de apparatuur bij het schip hoort. Het ICP is op alle Europese binnen- en kustwateren geldig en het aanvraagformulier is te downloaden via de website van Vamex. Wanneer u met uw boot naar of in het buitenland wilt varen is het raadzaam u voldoende voor te bereiden en u te (laten) informeren over de algemene en specifieke regels en voorschriften die in bepaalde landen gelden, een heel goede bron hiervoor is de website van VAMEX.
Manoeuvreren Natuurlijk kunnen wij allemaal vaardig varen en gaat het boekje van Martine van de Veen (www.bootmeester.nl) over gesneden koek, echter toch een nuttig naslagwerkje, ISBN 978 90 812610 1 2.
Primeur: de Intercruiser 28 door Jerry Schuiten Met deze vierde cruiser voltooit Interboat een prachtig kwartet. Bij een primeur is het altijd de vraag in hoeverre het kritische publiek waardering kan opbrengen voor de hand van de meester. Om een lang verhaal kort te maken, de Intercruiser 28 is verwelkomd met een ovationeel applaus dat eigenlijk niet meer is verstomd sinds de introductie in IJmuiden. Een compacte cruiser met een optimum aan binnenruimte is wat in de theaterwereld een „blockbuster‟ heet. Het enorme volume van de kajuit met een optimale stahoogte komt het meeste naar voren uit de „reviews‟ van kopers tot nu toe. Dat spreekt voor zich: naast het 2-persoons bed en de volledig ingerichte kombuis met kookplaat, spoelbak en koelkast bevindt zich in de kajuit ook een natte cel. De zeer ruime kuip biedt 8 personen een comfortabele zitplaats en via een deurtje in de spiegel is het grote zwemplateau eenvoudig te bereiken.
Electriciteit aan boord Jos de Kleine organiseerde in Zwartsluis op 5 februari een informatiemiddag over de electriciteit aan boord van onze cruisers. 18 leden hadden zich ingeschreven voor deze leerzame middag en hierbij enkele notities: 1. De cruisers hebben “natte” accu‟s > zuur + loodplaten, dus vloeistofniveau in de cellen controleren en vullen met gedistilleerd water, 2. eigenlijk altijd aan de walstroom liggen met de Mastervolt op “aan”, 3. in de winter accu‟s om de 2-3 maanden opladen, 4. de omvormer gebruikt alleen wat gevraagd wordt en kan dus altijd blijven aanstaan, echter wanneer langere tijd van boord en niet aan walstroom dan uitzetten, 5. walstroom aan en van boord dan de hoofdschakelaars uitzetten, 6. accu‟s in de winter niet te warm bewaren en zijn beschermd tegen min 20˚C., 7. als in de zomer de koelbox/kast blijft aanstaan dan omvormer aan laten staan en aan de walstroom, 8. 3-4 uur varen is voldoende om de accu‟s weer geheel op (vol) te laden, 9. 13.5V is de laadspanning, alles in orde, 12.6V op het display betekent dat accu‟s vol zijn. Website Op onze website staat naast de ledenlijst ons smoelenboek waarvoor u een foto kunt zenden aan
[email protected] Mocht u de huidige foto willen vervangen dan gaarne een nieuw exemplaar aan dit e-mail adres. Activiteitenkalender 2010 5 maart, HISWA borrel 20 maart, Instructiemiddag over onze wadvaartocht, Zie onze website voor meer informatie.