BPV-WEGWIJZER:
BASIS II KENNISCENTRUM PMLF
1
december 2011
BPV-WEGWIJZER:
BASIS II KENNISCENTRUM PMLF
SAMENVATTING De belangrijkste werkzaamheden van het Kenniscentrum PMLF zijn: 1. onderhouden, ontwikkelen kwalificatiestructuur; 2. erkennen van leerbedrijven; 3. bevorderen van de kwaliteit van de BPV. De belangrijkste erkenningscriteria van het Kenniscentrum PMLF zijn: 1. een goede en veilige leerplaats; 2. werkzaamheden sluiten aan bij betreffende opleiding; 3. voldoende deskundige begeleiding; 4. bereidheid tot overleg met onderwijsinstelling en kenniscentrum.
2
december 2011
BPV-WEGWIJZER:
1
BASIS II KENNISCENTRUM PMLF
december 2011
Informatie Kenniscentrum PMLF
De kenniscentra beroepsonderwijs bedrijfsleven vormen de schakels tussen het middelbaar beroepsonderwijs (MBO) en het bedrijfsleven. Elke branche heeft een eigen kenniscentrum. Kenniscentrum PMLF is het kenniscentrum dat bijdraagt aan de kwaliteitsverbetering van het beroepsonderwijs in de sectoren Procesindustrie, Operationele Techniek, Milieutechniek, Media en Laboratoriumtechniek. Kenniscentrum PMLF is onderdeel van de VAPRO groep en wordt bekostigd door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). Met deze bekostiging voert PMLF de volgende wettelijke taken uit: • • • •
het ontwikkelen en onderhouden van een competentiegerichte kwalificatiestructuur; het zoveel mogelijk zorgdragen voor voldoende BPV-plaatsen/ leerbedrijven; het erkennen van BPV-plaatsen/ leerbedrijven; het bijdragen aan de bevordering van de kwaliteit van de verschillende BPV-plaatsen/ leerbedrijven.
Naast de genoemde wettelijke taken is Kenniscentrum PMLF ook betrokken bij onder andere: • • • •
het uitvoeren van arbeidsmarktonderzoeken; het bijdragen aan de versterking van de beroepskolom VMBO/MBO/HBO/(WO)voor zover dit vanuit de kwalificatiestructuur vereist is; het participeren in landelijke en regionale netwerken van bedrijven en onderwijsinstellingen met als doel de landelijke en regionale opleidingsinfrastructuur te versterken buitenlandse bedrijven accrediteren op aanvraag en internationale diplomawaardering
Kenniscentrum PMLF werkt intensief samen met brancheverenigingen, onderwijsinstellingen en diverse commissies van deskundigen op de gebieden personeelsontwikkeling en werkinzetbaarheid. Het kenniscentrum wordt bestuurd door vertegenwoordigers van werkgevers, werknemers (en in de toekomst ook onderwijsinstellingen).
Kenniscentrum PMLF denkt graag met u mee over bovenstaande onderwerpen. Indien u meer wilt weten over Kenniscentrum PMLF, kijk dan op de internetsite van kenniscentrum PMLF: www.pmlf.nl De taken van het kenniscentrum beroepsonderwijs en bedrijfsleven zijn vastgelegd in de Wet educatie beroepsonderwijs (WEB). Zie: www.wetten.overheid.nl
Eén van de wettelijke taken van Kenniscentrum PMLF is het bewaken van de kwaliteit van de BPV. Daarom krijgt elk leerbedrijf met kenniscentrum PMLF te maken, namelijk bij de erkenning als leerbedrijf. Meer hierover vindt u in de volgende paragraaf.
3
BPV-WEGWIJZER:
2
BASIS II KENNISCENTRUM PMLF
december 2011
Informatie voor het leerbedrijf
Binnen het beroepsonderwijs is het belangrijk om een goede en veilige leeromgeving te creëren voor de deelnemers. In Nederland mogen deelnemers in het MBO daarom alleen stage lopen bij een erkend leerbedrijf. Als dit niet het geval is dan zal de BPV als ‘niet geldig’ worden beschouwd en zal de BPV nogmaals bij een ander bedrijf moeten worden uitgevoerd door de deelnemer. Regelmatig ontstaan hierdoor problemen voor de deelnemers, zij lopen immers studievertraging op.
Erkenningscriteria
De erkenning van BPV-bedrijven door Kenniscentrum PMLF is niets anders dan het vaststellen dat een bedrijf deelnemer serieus wil opleiden en begeleiden. Bedrijven die bereidheid tonen om tijd te investeren in het opleiden van deelnemers, ligt weinig in de weg om erkend te worden als leerbedrijf. Uiteraard moet het leerbedrijf technologisch en/of kwalitatief in staat zijn een BPV te realiseren die aansluit bij het niveau van de opleiding. Er moet in diversiteit en complexiteit voldoende te leren zijn. De erkenning heeft dus met name te maken met het kunnen en willen opleiden van deelnemers. Dit is vertaald naar een aantal concrete criteria: • • •
het bedrijf biedt de deelnemer een reële beroepssituatie, waarbinnen vaardigheden en competenties, genoemd in het Kwalificatiedossier (het dossier waarin de eisen staan voor de beginnend beroepsbeoefenaar), kunnen worden aangeleerd of geoefend. het bedrijf zorgt voor een praktijkbegeleider, die deskundig is op het vakgebied en die pedagogische/didactische vaardigheden bezit om voor een goede ontwikkeling van de benodigde vaardigheden en competenties van de deelnemer te zorgen. er is voldoende tijd en aandacht voor (de ontwikkeling van) de deelnemer.
Praktijkcentra en detacheringbedrijven
Naast de erkenning van leerbedrijven kent het kenniscentrum PMLF nog twee erkenningen: erkenning van praktijkcentrum (simulatie) en erkenning van detacheringbedrijven. Het is mogelijk de beroepspraktijkvorming te doorlopen terwijl de deelnemer in formele zin in dienst is van of stage loopt bij een “intermediaire arbeidsorganisatie” (detacheringbedrijf). Deze arbeidsorganisatie vervult de werkgeversrol, terwijl de feitelijke beroepspraktijkvorming bij een erkend leerbedrijf plaats vindt. Voor de erkenning als detacheringbedrijf wordt het bedrijf onder andere geacht: • Uitvoering van de beroepspraktijkvorming te laten plaatsvinden bij één of meerdere erkende leerbedrijven waarbij de BPV periode bij elk erkend leerbedrijf tenminste zes maanden aaneengesloten is. • Te zorgen voor een individueel opleidingsplan en een voortgangsregistratie van de deelnemer. • Bereid te zijn tot overleg met de onderwijsinstelling en het KC PMLF over de voortgang en de kwaliteitsbevordering van de BPV. De eisen die aan een leerplaats en aan de begeleiding worden gesteld zijn afhankelijk van de bijzondere eisen per kwalificatie waarvoor de erkenning wordt verleend. Ten aanzien van de praktijkcentra is door de gezamenlijke kenniscentra het standpunt ingenomen dat simulatie wel een goede voorbereiding op de beroepspraktijk kan zijn maar dat de afronding altijd moet plaatsvinden in een reële beroepsomgeving. Voor de erkenning als praktijkcentrum wordt het centrum onder andere geacht: • een goede en veilige leerplaats en voldoende mogelijkheden te bieden voor het aanleren en inoefenen van vaardigheden relevant voor het beroep waarvoor de onderwijsdeelnemer wordt opgeleid; • het ontbrekende deel van de BPV te laten plaatsvinden bij een voor die kwalificatie erkend leerbedrijf gedurende een afsluitende BPV periode van tenminste 6 maanden aaneengesloten; • voldoende en deskundige begeleiding te bieden gericht op de deelnemer; • bereid te zijn tot overleg met de onderwijsinstelling en KC PMLF over de voortgang en de kwaliteitsbevordering.
4
BPV-WEGWIJZER:
BASIS II KENNISCENTRUM PMLF
december 2011
Het totale Reglement Erkenning Leerbedrijven is te lezen op de internetsite van kenniscentrum PMLF: www.pmlf.nl, onder het tabblad leerbedrijven.
Het erkenningsgesprek: Wat kunt u verwachten?
Voorafgaand aan de erkenning vindt er een gesprek plaats met een consultant van kenniscentrum PMLF. Dit gesprek zal met name gericht zijn op de intentie van uw bedrijf om een kwalitatief goede en veilige BPV-plaats aan te bieden. De consultant zal bijvoorbeeld willen weten op welke manier een nieuwe deelnemer in het bedrijf wordt geïntroduceerd en hoe de begeleiding tijdens de BPV verloopt. Van belang zijn ook het bijhouden van de vorderingen van de stagiair gedurende de stage en de vraag of de deelnemer de kans krijgt een voldoende breed scala aan werkzaamheden uit te voeren. Daarnaast zal een antwoord worden verwacht op de volgende vragen: • • •
hoe zelfstandig mag de deelnemer zijn werkzaamheden uitvoeren? wordt er nagegaan of de deelnemer voldoende inhoudelijke kennis en begrip bezit van de uit te voeren werkzaamheden, voor hij/zij hieraan begint? hoe wordt de deelnemer gestimuleerd om de vaardigheden en competenties te ontwikkelen/aan te leren?
Gebruik de checklist: BPV erkenning voor leerbedrijven om na te gaan of er nog aandachtspunten zijn bij uw bedrijf omtrent de erkenning tot leerbedrijf en de verlenging ervan.
Geldigheid van de erkenning
Bij het erkennen van een leerbedrijf wordt er gekeken naar de betreffende BPV-plaats binnen het bedrijf. Na erkenning wordt er per BPV-plaats een certificaat uitgereikt. Het kan dus voorkomen dat één leerbedrijf meerdere erkenningen heeft. De erkenning heeft een geldigheid van vier jaar. Indien het leerbedrijf nog steeds aan de voorwaarden van erkenning voldoet, wordt deze erkenning voor dezelfde duur verlengd.
Een overzicht van alle erkende leerbedrijven kunt u vinden in een openbaar bedrijvenregister op de internetsite van Kenniscentrum PMLF: www.pmlf.nl, onder het tabblad leerbedrijven.
5
BPV-WEGWIJZER:
BASIS II KENNISCENTRUM PMLF
december 2011
Kwaliteitsbevordering
De kwaliteit van de beroepspraktijkvorming is van groot belang, zowel voor de deelnemer als voor u. U profiteert namelijk veel meer van een deelnemer die goed functioneert. Een gestructureerde aanpak en de juiste begeleiding leveren veel voordelen op. Kenniscentrum PMLF biedt u expertise en diverse kwaliteitsbevorderinginstrumenten die u als leerbedrijf of begeleider een stap verder brengen. De consultants van het kenniscentrum bezoeken regelmatig de leerbedrijven om de voortgang, ervaringen en eventuele knelpunten te bespreken. Op basis van uitgebreide ervaring kan de consultant u advies op maat geven. Indien u daar behoefte aan heeft, kunt u naast het bezoek extra ondersteuning krijgen. Hiervoor kunt u contact opnemen met uw consultant.
Trainingen
Kenniscentrum PMLF heeft zich ten doel gesteld voor de sectoren procestechniek, milieutechniek, media en laboratoriumtechniek de kwaliteit van de beroepspraktijkvorming in het MBO te handhaven en waar mogelijk te verbeteren. Daartoe organiseert Kenniscentrum PMLF verschillende trainingen. Deze trainingen richten zich op de actualiteit en de behoefte vanuit de markt.
Voor een actueel overzicht van de aangeboden trainingen en data verwijzen wij u door naar de internetsite van kenniscentrum PMLF: www.pmlf.nl, onder het tabblad beroepspraktijkvorming.
Beste leerbedrijf van het jaar
Jaarlijks organiseert Kenniscentrum PMLF de verkiezing van het beste leerbedrijf van het jaar. Onderwijsinstellingen, bedrijven en/of consultants dragen leerbedrijven voor, die zich onderscheiden door hun opleidingsbeleid. Een deskundige jury beoordeelt de leerbedrijven onder andere op de begeleiding van de leerlingen, de innovatieve aspecten van de opleiding en de samenwerking met andere partijen. Het gekozen leerbedrijf wordt vervolgens weer door PMLF voorgedragen voor de Landelijke Verkiezing waarvoor alle 17 kenniscentra hun beste leerbedrijf voordragen.
Vindt u dat uw bedrijf zich onderscheidt op het gebied van beroepspraktijkvorming en opleidingsbeleid, geef uw bedrijf dan op als leerbedrijf van het jaar! Wanneer de inschrijving is geopend kunt U het aanmeldingsformulier vinden op de internetsite van kenniscentrum PMLF: www.pmlf.nl, onder het tabblad leerbedrijven.
6
BPV-WEGWIJZER:
3
BASIS II KENNISCENTRUM PMLF
december 2011
Checklist BPV erkenning voor leerbedrijven
Veilige BPV
Een leerbedrijf moet een veilige leeromgeving bieden tijdens de beroepspraktijkvorming. Veiligheid kan in dit geval verdeeld worden in: • technische veiligheid (denk aan apparatuur, gevaarlijke stoffen et cetera); • organisatorische veiligheid (denk aan instructie, voorschriften, toezicht op naleving, beschikbaarheid PBM’s, risico-inventarisaties/ evaluaties, et cetera); • sociale veiligheid (denk aan omgang met jongeren, intimidatie, discriminatie et cetera). Punten 1 t/m 3 zijn voorwaardelijke criteria om een erkenning te ontvangen
Ja 1
Onze afdeling/ ons bedrijf zorgt voor een technisch veilige leeromgeving.
2
Onze afdeling/ ons bedrijf zorgt voor een organisatorisch veilige leeromgeving.
3
Onze afdeling/ ons bedrijf zorgt voor een sociaal veilige leeromgeving.
7
In ontwikkeling
Nee
BPV-WEGWIJZER:
BASIS II KENNISCENTRUM PMLF
december 2011
Kwalitatief goede begeleiding
Een leerbedrijf moet vakkundige praktijkbegeleiders aanwijzen die op basis van ervaring en/of opleiding in staat zijn om de deelnemer op een goede manier te begeleiden. Bij kwalitatief goed begeleiden kunt u denken aan de volgende punten: • . vakdeskundigheid/ ervaring van de praktijkbegeleider • . de organisatorische inbedding (denk aan continuïteit van de BPV en taakomschrijvingen betrokkenen) • . de geschreven en uitgesproken verantwoordelijkheid (denk aan de BPV-overeenkomst) • . het begeleidingsniveau (zie ook checklist: praktijkbegeleider) • . de bereidheid tot continue verbetering kwaliteit BPV • . het contact met de onderwijsinstelling en Kenniscentrum PMLF Punten 4, 6 en 11 zijn voorwaardelijke criteria om een erkenning te ontvangen. De overige punten worden als ontwikkelpunten gezien. Tijdens de gesprekken met de consultant van kenniscentrum PMLF kunnen hierover afspraken gemaakt worden.
Ja 4
De praktijk begeleider(s) heeft tenminste een hoger werken denkniveau op het betreffende vakgebied dan de onderwijsdeelnemer.
5
De praktijkbegeleider(s) hebben ervaring met het begeleiden van deelnemers, studenten of leerlingen.
6
Onze afdeling/ ons bedrijf streeft naar continuïteit van de BPV.
7
De taken, rollen en verantwoordelijkheden van de betrokken medewerkers zijn vastgelegd en bekend bij een ieder.
8
De BPV overeenkomst is voor alle partijen bindend. De rechten, plichten en afspraken zijn duidelijk verwoord en vastgelegd.
9
De praktijkbegeleider is bewust van zijn kunnen en streeft naar voortdurende deskundigheidsbevordering.
10
Onze afdeling/ ons bedrijf is erop gericht om de kwaliteit van de BPV te optimaliseren. Er wordt gewerkt vanuit heldere doelen, die regelmatig getoetst worden.
11
Onze afdeling/ ons bedrijf streeft naar een duurzame relatie met de school en Kenniscentrum PMLF.
8
In ontwikkeling
Nee
BPV-WEGWIJZER:
BASIS II KENNISCENTRUM PMLF
december 2011
Kwantitatief goede begeleiding
Naast kwalitatief goede begeleiding wordt verwacht dat praktijkbegeleiders ook beschikken over voldoende tijd en middelen. Bij kwantitatief goede begeleiding kunt u denken aan: • Beschikbaarheid van middelen ten behoeve van de BPV (bijvoorbeeld tijd en materiaal) • Beschikbaarheid van voldoende begeleiding De punten 12, 13 en 14 worden als ontwikkelpunten gezien. Tijdens de gesprekken met de consultant van kenniscentrum PMLF kunnen hierover afspraken gemaakt worden.
Ja 12
De deelnemer krijgt voldoende tijd om in een professionele omgeving, de benodigde leerdoelen aan te leren.
13
Er zijn voldoende middelen ter beschikking voor de deelnemer om de benodigde leerdoelen aan te leren.
14
Er is tijd voor de begeleider om de deelnemer te begeleiden en tijdig te kunnen reageren op problemen.
In ontwikkeling
Nee
Structurele BPV gericht op de deelnemer
Van leerbedrijven wordt verwacht dat ze de BPV structureel aanpakken en dat de opbouw en structuur hiervan bekend en geaccepteerd zijn binnen het bedrijf. Een leerbedrijf kan dit aantonen door: • Een planmatige aanpak met behulp van een BPV-plan • Afspraken die aan de start van de BPV zijn gemaakt met de onderwijsinstelling en de deelnemer • persoonlijke ontwikkelingsplannen van de deelnemer Tevens moet er rekening gehouden worden met het ontwikkelingsniveau van de deelnemer Punt 15 is een voorwaardelijk criterium om een erkenning te ontvangen. De overige punten worden als ontwikkelpunten gezien. Tijdens de gesprekken met de consultant van kenniscentrum PMLF kunnen hierover afspraken gemaakt worden.
Ja 15
De BPV vindt plaats onder eindverantwoordelijkheid van het opleidingsinstituut.
16
Er is een plan, dat als uitgangspunt dient van de BPV. Dit plan sluit aan bij de te behalen kwalificatie.
17
Onze afdeling/ ons bedrijf maakt met de onderwijsinstelling/ deelnemer afspraken over de doelen die gehaald moeten worden tijdens de BPV.
18
Er wordt rekening gehouden met de opleidingsfase en interesse van de deelnemer in relatie tot de te behalen kwalificatie.
9
In ontwikkeling
Nee
BPV-WEGWIJZER:
BASIS II KENNISCENTRUM PMLF
december 2011
Outillage en faciliteiten
Van leerbedrijven wordt verwacht dat ze aannemelijk kunnen maken dat de aangeboden werkzaamheden van de deelnemer aansluiten bij de opleiding (kwalificaties) waarvoor het bedrijf erkend is. Hierbij wordt gekeken naar de outillage en faciliteiten die nodig zijn om in de praktijk de betreffende kwalificatie te kunnen aanleren. Punten 19 t/m 21 zijn voorwaardelijke criteria om een erkenning te ontvangen
Ja 19
Er zit voldoende breedte in de aangeboden BPV. De werkzaamheden sluiten qua diversiteit aan bij de kwalificaties waarvoor onze afdeling/ ons bedrijf is erkend.
20
Er zit voldoende diepgang in de aangeboden BPV. De werkzaamheden sluiten qua complexiteit aan bij de kwalificaties waarvoor onze afdeling/ ons bedrijf is erkend.
21
De aangeboden BPV is in overeenstemming met de algemene stand der techniek.
10
In ontwikkeling
Nee