BIJLAGE 1.2: VOORSCHRIFTEN IKB KIP PLUIMVEEBEDRIJVEN

BIJLAGE 1.2: VOORSCHRIFTEN IKB KIP PLUIMVEEBEDRIJVEN Het bestuur van de Stichting PLUIMNED heeft, gelet op Artikel 14 van de Algemene Voorwaarden IKB Kip, ter zake de voorschriften waar een deelnemer aan moet voldoen om deel te nemen aan het certificatieschema IKB Kip vastgesteld de navolgende voorschriften IKB Kip: - Bijlage 1.2A: Voorschriften voor alle pluimveebedrijven - Bijlage 1.2B: Voorschriften voor opfok voor fok- en vermeerderingsbedrijven - Bijlage 1.2C: Voorschriften voor fok- en vermeerderingsbedrijven - Bijlage 1.2D: Voorschriften voor vleeskuikenbedrijven - Bijlage 1.2E: Voorschriften antibioticagebruik vleeskuikenbedrijven Deze voorschriften nemen de terminologie van de Algemene Voorwaarden IKB Kip over.

Versie: 5 Goedgekeurd CCvD IKB Kip: 22 juni 2015 Deze voorschriften zijn laatstelijk vastgesteld op 23 juni 2015 en treden in werking op 1 augustus 2015.

Voor het bestuur,

Drs. H. de Haan

voorzitter

ir. B.M. Dellaert secretaris

BIJLAGE 1.2: VOORBLAD 1/35

BIJLAGE 1.2A: VOORSCHRIFTEN IKB KIP ALLE PLUIMVEEBEDRIJVEN Versie: 5 / Goedgekeurd CCvD IKB Kip: 22-06-2015 / Ingangsdatum: 01-08-2015 NORM

VOORSCHRIFT

INTERPRETATIE VOORSCHRIFT

MEETMETHODE

INTERPRETATIE VAN DE MEETMETHODE

ANTWOORDMOGELIJKHEDEN NIET NEE GECONTROLEERD

JA

Weging 1-ste constatering A A01

ALGEMEEN Het IKB bedrijf laat zich jaarlijks Deelnemer dient dit aan te tonen d.m.v. controleren op naleving van de aanwezige IKB Kip certificaten. voorschriften van het IKB Kip programma.

A02

De taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van bedrijfseigenpersoneel zijn schriftelijk aantoonbaar.

A03

De deelnemer beschikt over een, met EHBO artikelen, gevulde EHBO-kist.

Verplicht als er gebruikt wordt gemaakt van bedrijfseigen personeel.

A04

De pluimveehouder beschikt over een klachtenregistratie.

In deze registratie worden de inkomende administratief klachten opgenomen inclusief bewijs van afhandeling van deze klachten (bv kopie brief of aantekening telefoongesprek).

A05

Dit betreft de IKB administratie.

B B01

Alle IKB-bedrijfsadministratie wordt, indien niet anders aangegeven, twee jaar bewaard. GEBOUW EN INRICHTING Het bedrijf dient te beschikken over een nationale en / of EU registratie en / of erkenning welke alle werkzaamheden omvat binnen de scope.

B02

B03

Weging 2-de constatering

BOVENWETTELIJK

INGANGSDATUM

NVT opties

administratief

Controleer, indien het niet om een erkenningscontrole gaat, of het IKB bedrijf in het bezit is van een geldig IKB Kip certificaat (incl. leegstand / verlening).

Schorsing

Uitsluiting

NVT: Erkenningscontrole, geen wisseling CI.

Ja

1-1-2013

administratief

Controle aan de hand van bedrijfsadministratie (bv. protocollen, functieomschrijvingen e.d.) Controleer in de personeelsadministratie of de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van al het bedrijfseigenpersoneel omschreven staan.

Middel

Zwaar

NVT: Geen bedrijfseigen personeel, geen wisseling personeel t.o.v. vorige IKB Kip controle.

Nee

1-1-2013

fysiek

Controleer, indien gebruik gemaakt wordt van bedrijfseigenpersoneel, of er een met EHBO artikelen gevulde EHBO-kist aanwezig is. Controleer of de pluimveehouder beschikt over een klachtenregistratie.

Middel

Zwaar

NVT: Geen bedrijfseigen personeel

Nee

1-1-2013

Licht

Middel

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

Controleer of de bedrijfsadministratie minimaal twee jaar wordt bewaard.

Licht

Middel

Voorschrift geldt nog Ja geen 2 jaar.

1-1-2015

administratief NL= KIP-nummer. Voor buitenlandse bedrijven geldt registratienummer van desbetreffend land dat is uitgegeven door de autoriteit van dat land. Deze registratie vloeit voort uit EU-richtlijn 90/359.

Controleer of het bedrijf beschikt over een KIP-nummer of registratienummer van desbetreffend land (indien buitenlandse deelnemer). Noteer het KIP-nummer dan wel een buitenlands registratienummer.

Zwaar

Schorsing

NVT: geen erkenningscontrole.

Nee

1-1-2013

De stallen of het erf zijn / is afgesloten.

Zodanig dat geen ongehinderde toegang fysiek verschaft kan worden tot de dieren en bezoekers altijd door een medewerker moeten worden begeleid om de stal te betreden. Indien er werkzaamheden in de stal uitgevoerd worden hoeft deze niet afgesloten te zijn.

Controleer of alle stallen afgesloten zijn of het erf afgesloten is.

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

Deelnemer beschikt over een hygiëneprotocol voor bezoekers.

In het hygiëneprotocol staat opgenomen administratief hoe een bezoeker dient te handelen bij betreding van het bedrijf. Er is minimaal het volgende opgenomen in het protocol: - bedrijfskleding / schoeisel - handen wassen - persoonlijke beschermingsmiddelen

Controleer of er een hygiëneprotocol voor bezoekers aanwezig is waarin omschreven wordt hoe een bezoeker dient te handelen bij betreding van het bedrijf.

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

administratief

2/35 BIJLAGE 1.2A: VOORSCHRIFTEN IKB KIP ALLE PLUIMVEEBEDRIJVEN

B04

B05

B06

B08

fysiek Alleen noodzakelijk indien er meerdere stallen / voersilo's op het bedrijf aanwezig zijn.

Controleer of alle stallen en alle voersilo's uniek en duidelijk leesbaar, genummerd zijn.

Middel

Zwaar

NVT: 1 stal en/of 1 voersilo.

Nee

1-1-2013

Werkend = de alarmvoorziening fysiek waarschuwt de pluimveehouder zodra de ventilatie in de stal uitvalt. Het alarmsysteem moet de pluimveehouder ook waarschuwen indien hij niet op het bedrijf is, tenzij iemand anders door het alarmsysteem wordt gewaarschuwd die op de hoogte is van de te treffen maatregelen. Werking wordt aangetoond doordat de deelnemer minimaal 1 keer per 2 maanden een controle uitvoert op de alarminstallatie en deze controle registreert. Indien mechanische ventilatie: Er is een Werking wordt aangetoond doordat de fysiek werkende noodstroomaggregaat deelnemer minimaal 1 keer per 2 voorhanden op de bedrijfslocatie. maanden een controle uitvoert op de noodstroomaggregaat en deze controle registreert. Bij gebruik van natuurlijke ventilatie heeft De opening is dusdanig dat de luchtuitlaat fysiek de nok een regelbare opening. 2,5 cm2 per m3 te verversen lucht bij maximale ventilatie bedraagt.

Controleer, indien mechanische ventilatie, of er een werkende alarminstallatie aanwezig is door aanwezigheid registraties controle alarminstallatie.

Middel

Zwaar

NVT: Geen mechanische ventilatie

Nee

1-1-2013

Controleer bij mechanische ventilatie op de aanwezigheid van een werkende noodstroomaggregaat door aanwezigheid registraties controle noodstroomaggregaat. Controleer in alle stallen, indien natuurlijke ventilatie gebruikt wordt, aan de hand van het aantal aanwezige dieren en het gemiddeld gewicht hoeveel m3 lucht vereist is. En meet of de grootte van de nok toereikend is. Bijvoorbeeld 10.000 vleeskuikens met een gem. gewicht van 2 kg hebben (10.000 dieren x 2 kg x 3,6 m3) 72.000 m3lucht nodig. 72.000 m3 x 2,5 cm2 = 18 m2. De nok moet dan een opening hebben van minimaal 18m2 bij maximale ventilatie. Afmetingen op basis van bouwtekening toegestaan.

Middel

Zwaar

NVT: Geen mechanische ventilatie.

Nee

1-1-2013

Middel

Zwaar

Geen natuurlijke ventilatie/ geen wisseling van CI / geen verbouwing / geen erkenningscontrole.

Ja

1-1-2013

Stallen en voersilo’s zijn per bedrijfsperceel individueel uniek genummerd en deze nummers zijn duidelijke herkenbaar en leesbaar voor derden. Indien mechanische ventilatie: er is een werkende alarminstallatie m.b.t. ventilatie aanwezig.


C C01

BEDRIJFSHYGIENE EN VOEDSELVEILIGHEID Al het pluimvee, aangevoerd op Ontheffing geldig voor: opfokbedrijven, fokbedrijven en - Opfok fokbedrijven: eendagskuikens vermeerderingsbedrijven, zijn afkomstig afkomstig van niet gecertificeerde van leveranciers die erkend zijn in het overgrootdierenbroederij; kader van IKB Kip of Belplume of zijn - Opfok vermeerderingsbedrijven: aangevoerd met een ontheffing van de eendagskuikens afkomstig van niet schemabeheerder. gecertificeerde fokbroederij; - Fokbedrijven: pluimvee afkomstig van niet gecertificeerde opfok fok bedrijven; - Vermeerderingsbedrijven: pluimvee afkomstig van niet gecertificeerde opfok vermeerderingsbedrijven. Ontheffingsaanvraag: volgens Artikel 7 van Bijlage 11 van de AV IKB Kip vóór ontvangst niet IKB Kip / Belplume erkende aanvoer plaatsvindt.

C02

Het leeftijdsverschil van opfokdieren en vleeskuikens aanwezig in 1 stal is, tot een leeftijd van 18 weken, maximaal 2 dagen. Er geldt een uitzondering indien voldaan wordt aan bepaalde voorwaarden.

C03

Per bedrijf is tenminste één schone handenwasgelegenheid aanwezig, waarin zich tenminste een wasbak met afvoer, water, zeep en een handdoek bevindt

C04

Voor elke dierruimte is een schoon gedeelte aanwezig met staleigenschoeisel. Daarnaast is er bedrijfseigenkleding aanwezig.

C05

Eén keer per kalenderjaar wordt bij vleeskuikenbedrijven, fokbedrijven en opfokbedrijven, bij leegstand, een hygiëneonderzoek uitgevoerd Indien er Salmonella is aangetoond is er voor het opzetten van een nieuw koppel d.m.v. een stalonderzoek aangetoond dat de stal vrij van Salmonella was.

C06

Controleer aan de hand van afleverbonnen van het afgelopen jaar of al het aangevoerde pluimvee afkomstig is van leveranciers die een IKB Kip of Belplume certificaat hebben. Controleer dit aan de hand van deelnemerslijsten van betreffende kwaliteitsregeling. Indien dit niet het geval is controleer of er een ontheffing van de schemabeheerder aanwezig is.

Zwaar

Schorsing

NVT: Ja vleeskuikenbedrijven (voor vleeskuikenbedrijven zie voorschriften vleeskuikenbedrijven)

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014

Controleer, van het afgelopen jaar, aan de hand van afleverbonnen van het pluimvee in de bedrijfsadministratie het leeftijdsverschil van de vleeskuikens en opfokdieren. Controleer, indien het leeftijdsverschil meer dan 2 dagen bedraagt of aan de voorwaarde voldaan wordt (zie interpretatie).

Zwaar

Schorsing

NVT: fok of Ja vermeerderingsbedrij f.

1-1-2013

fysiek

Controleer op aanwezigheid van een schone handenwasgelegenheid, met tenminste een wasbak met afvoer, water, zeep en een handdoek.

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

nee

1-1-2013

fysiek

Controleer in alle stallen of er voor elke dierruimte een schoon gedeelte aanwezig is waarbinnen van schoeisel gewisseld wordt, per bedrijf is bedrijfseigen kleding aanwezig. Controleer of je zelf van kleding en schoeisel moet verwisselen voordat je de stal betreedt.

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

nee

1-1-2013

Monsterneming en analyse wordt uitgevoerd volgens Artikel 2 van Bijlage 11 van de AV IKB Kip.

administratief

Controleer of het hygiëneonderzoek is uitgevoerd volgens Bijlage 11 van de AV IKB Kip.

Zwaar

Schorsing

Vermeerderingsbedrijven

nee

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014

Monsterneming en analyse uitgevoerd volgens Artikel 3 van Bijlage 11 van de AV IKB Kip. Vleeskuikenbedrijven mogen in afwachting van de uitslag van het onderzoek wel een nieuw koppel opzetten

administratief

Controleer of het stalonderzoek wordt uitgevoerd volgens Bijlage 11 van de AV IKB Kip.

Zwaar

Schorsing

NVT: afgelopen jaar nee geen Salmonella besmettingen gehad.

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014 1-1-2015

administratief

Voorwaarde: een leeftijdsverschil binnen administratief één stal van 3 tot 7 dagen is toegestaan voor 'eendagskuikens' mits de dieren de eerste 2 levensweken gescheiden gehouden worden. Geboortedag is dag 1.


C07

Bij besmetting met Salmonella zonder aantoonbare reden, of als gevolg van voer; worden bij opfokbedrijven en fok- en vermeerderingsbedrijven gebruikte silo's voor opzet van een nieuw koppel gereinigd en ontsmet.

Deze verplichting vervalt indien wordt administratief vastgesteld dat de oorzaak van besmetting kan worden teruggetraceerd naar een factor anders dan de voersilo’s. De definities voor reiniging en ontsmetting wordt hier onder beschreven. Reiniging van voersilo’s: Het verwijderen van voerrestanten en ander vuil van zowel de binnen- als buitenzijde van de voersilo. De silo is na reiniging zowel aan de binnen- als buitenkant bezemschoon. Reiniging van voersilo’s vindt onder verantwoordelijkheid van de deelnemer plaats. Ontsmetting van voersilo’s: Het ontsmetten van de binnenzijde van voersilo’s met daarvoor geschikte desinfecterende middelen. Ontsmetting van voersilo’s gebeurt onder verantwoordelijkheid van de deelnemer. Deelnemer kan dit aantoonbaar maken via logboek.

Controleer of de reiniging en ontsmetting van voersilo's bij een Salmonella besmetting zonder aantoonbare reden of met als reden een besmetting veroorzaakt door voer, wordt vastgelegd in de administratie. Controleer hiertoe de administratie van het afgelopen jaar.

Zwaar

Schorsing

NVT: Geen salmonella besmetting, vleeskuikenbedrijf.

Ja

1-1-2013

C08

Stallen hebben een gesloten watersysteem.

Een open voorraadtank is niet toegestaan.

fysiek

Controleer in alle stallen of het watersysteem in de stallen gesloten is.

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

C09

De aanbiedingsplaats van destructiemateriaal bevindt zich buiten, of aan de rand van het bedrijfsperceel.

administratief

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

Nee

1-1-2013

C10

Er is een gekoelde, afsluitbare en schone kadaveropslag aanwezig. Deze bevindt zich buiten de stal waar dieren aanwezig zijn (mag wel in voorruimte).

Controleer op de plattegrond (zie F01) of de aanbiedingsplaats van destructiemateriaal zich buiten of aan de rand het bedrijfsperceel bevindt. Controleer of er een gekoelde, afsluitbare en schone kadaveropslag aanwezig is die zich buiten de stal bevindt. Controleer in alle stallen of zich daar geen kadaveropslag bevindt.

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

C11

Deelnemer moet dit aantoonbaar maken administratief Bij een Salmonella besmetting bij het koppel moet alle mest van het betreffende door afleverbonnen mest koppel van het bedrijf afgevoerd worden voordat een volgend koppel wordt opgezet.

Zwaar

Schorsing

NVT: Geen salmonella besmetting

Ja

1-1-2013

Schoon = aan de buitenkant visueel fysiek schoon. Een gëintegreerde kadaveropslag (waarbij input dode dieren in de stal plaatsvindt en output buiten stal plaatsvindt) is toegestaan.

Controleer van het afgelopen jaar, of er een positieve uitslag van Salmonella in de administratie aanwezig is. Indien aanwezig: vergelijk datum afleverbon mest en datum opzet nieuw koppel. Controleer of datum opzet nieuw koppel ná datum aflevering mest ligt.


D D01

PLAAGDIERENBESTRIJDING Indien de deelnemer zelf zorgt voor plaagdierenbestrijding is er een plaagdierenbestrijdingsplan.

D02

Plaagdierenbestrijdingsmaatregelen worden minimaal 6 keer per jaar gecontroleerd en bijgehouden in een logboek.

D03

Het bestrijdingsmiddel wordt in daarvoor geschikte lokdozen aangeboden zodat pluimvee niet bij het middel kan.

E E01

KWALITEIT EN TRACEERBAARHEID Er is een actuele plattegrond van het bedrijf aanwezig.

In het plaagdierenbestrijdingsplan zijn de administratief volgende zaken opgenomen: - de soorten ongedierte die bestreden worden; - welke middelen worden gebruikt waarmee ongedierte wordt geweerd en bestreden (raadpleeg voor de meest actuele lijst van toegelaten middelen de site van het ctgb: www.ctgb.nl); - met welke regelmaat en waar de maatregelen worden uitgevoerd; - plaats van de lokdoosjes/vallen/kistjes (vermeld bij de plaats ook het middel en het te bestrijden organisme) op de bedrijfsplattegrond.

Controleer of er een plaagdierenbestrijdingsplan aanwezig is en controleer of de inhoud voldoet aan het voorschrift.

Middel

Zwaar

Ja NVT: Plaagdierenbestrijdin gsbedrijf ingeschakeld

1-1-2013

In het logboek wordt per lokdoosje/val/kist administratief het volgende omschreven: - datum controle; - opname middel (geen, weinig, onbereikbaar, vermissing); - naam bestrijdingsmiddel Controle door deelnemer zelf of door ongediertebestrijdingsbedrijf.

Controleer in het logboek van het afgelopen jaar of minimaal 6 keer per jaar aantekeningen gemaakt zijn over uitgevoerde controles

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

Controleer in alle stallen of er geen bestrijdingsmiddelen aanwezig zijn die niet in geschikte lokdozen aangeboden worden controleer bij eventuele lokdozen in de stal of het pluimvee er niet bij kan.

Zwaar

Schorsing

NVT: geen Ja bestrijdingsmiddelen.

1-1-2013

Controleer of er een actuele plattegrond op het bedrijf aanwezig is en of de in de interpretatie aangegeven zaken erop staan.

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

1-1-2013

fysiek

administratief Op de plattegrond zijn alle ruimten benoemd en de perceelsgrenzen en toegangen, de situering van silo's (inclusief silonummers), eventuele mestopslag, opslag- en aanbiedingsplaats van het destructiemateriaal, medicijnopslag, opslag van reinigings-, desinfectie- en plaagdierenbestrijdingsmiddelen, aanwezigheid van lokdozen, aggregaat, locatie ventilatie-, koel- en verwarmingssystemen, locatie voeder en watervoorziening, de gebruikelijke loopen rijroutes en de afmetingen van de stallen zijn hierop aangegeven. Deze is aangepast aan de laatste stand van zaken. Deelnemer heeft inzichtelijk gemaakt welke aanpassingen er het afgelopen jaar gedaan zijn (data worden vermeld)

Nee


Dit register bevat van iedere individuele administratief bezoeker aan het bufferdeel of schone deel van de stallen de volgende gegevens: organisatie, datum, tijdstip van aankomst, stalnummer, eventuele dierziekte op voorgaand bezocht pluimveebedrijf (inclusief Salmonella), de reden van het bezoek (bv. hulp bij reiniging, dierenarts o.id.).

E02

De deelnemer houdt een bezoekersregister bij.

E03

In de administratie is opgenomen wie de Dit kan bijvoorbeeld via het P-formulier of administratief directe afnemer van het pluimvee was. via VKI-formulier aangetoond worden.

E04

De ondernemer registreert alle verplaatsingen in KIP met de in de interpretatie omschreven gegevens.

*Vermelding van stalnummers (verdeling administratief van de dieren) *Leveringstype (opzet, bijplaatsing, uitladen, wegladen) *Aantal dieren

E05

De ondernemer registreert alle verplaatsingen binnen 5 werkdagen.

Gerekend vanaf de dag na de dag van de administratief verplaatsingsdatum. Voor ondernemers met een vermeerderingsbedrijf is de termijn maximaal 10 werkdagen.

E06

Indien koppels geruid worden, wordt het begin van de nieuwe productieperiode geregistereerd in het KIPsysteem.

Dit is de startdatum van de ruiperiode.

administratief

Controleer van het afgelopen jaar de op aanwezigheid van een bijgehouden en volledig bezoekerregister. Controleer dit bijvoorbeeld aan de hand van bezoek plaagdierenbestrijdingsbedrijf, dierenarts en diervoerleverancier.

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

Controleer van ieder koppel, over het afgelopen jaar, of de deelnemer de directe afnemer van het pluimvee vastgelegd heeft. Dit voorschrift wordt op twee manieren gecontroleerd: 1. via jaarlijkse hercontrole op bedrijf: Controleer in KIP of alle in de interpretatie opgenomen gegevens geregistreerd zijn van alle koppels die sinds de vorige controle op het bedrijf opgezet (en afgevoerd) zijn. Controleer daarbij of de verplaatsingsgegevens in KIP overeenkomen met de op het bedrijf aanwezig verplaatsingsgegevens. LET OP! Verschillen in ras en afwijkingen in aantallen < 500 dieren worden niet gerapporteerd. 2. via IKB CRA / uitgifte benchmarkrapporten

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

Zwaar

Schorsing

NVT: buitenlandse deelnemers.

Nee

1-8-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014

Middel

Zwaar

NVT: buitenlandse deelnemers.

Nee

1-8-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014

Middel

Zwaar

NVT: buitenlandse deelnemers of geen ruikoppel.

Nee

1-8-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014

Dit voorschrift wordtop twee manieren gecontroleerd: 1. via jaarlijkse hercontrole op bedrijf: controleer of de ondernemer alle verplaatsingen binnen 5 werkdagen geregistreerd heeft. 2. via IKB CRA / uitgifte benchmarkrapporten Dit voorschrift wordt op twee manieren gecontroleerd: 1. via jaarlijkse hercontrole op bedrijf: Controleer in KIP of alle ruiperiodes zijn opgenomen. Bij een controle in 2013 gaat het om alle koppels die vanaf 1 januari 2013 opgezet en afgevoerd zijn. Controleer daarbij of de verplaatsingsgegevens in KIP overeenkomen met de op het bedrijf aanwezig verplaatsingsgegevens. LET OP! Verschillen in ras en afwijkingen in aantallen < 500 dieren worden niet gerapporteerd. 2. via IKB CRA / uitgifte benchmarkrapporten


F F01

VOER(SYSTEMEN) EN DRINKWATER(SYSTEMEN) De deelnemer kan dit aantoonbaar maken administratief Er wordt alleen voer aan het pluimvee aan de hand van voederbonnen (incl. verstrekt van GMP+ gecertificeerde diervoederleveranciers of de deelnemer bonnen van voederadditieven). Indien het beschikt over een ontheffing. Wanneer er bedrijf voer inkoopt van GMP Ovocom, sprake is van voedermiddelen van eigen QS (GMP anerkannt, Duitsland), UFAS of ISO22000 (incl. feed) dan wordt hiervoor teelt, wordt gewerkt conform de vooraf jaarlijks een ontheffing voor voorwaarden van de GMP-code “Teelt aangevraagd bij de schemabeheerder van voedermiddelen”(GMP B6). volgens Artikel 8 van Bijlage 11 van de AV IKB Kip.

F02

Controleer van alle voerleveranciers van het afgelopen jaar, aan de hand van voederbonnen en/of voederfacturen in combinatie met het register voor GMP+/ GMP B6 erkenningen of voerleverancier GMP+ gecertificeerd was. Indien bedrijf voer inkoopt bij een niet GMP+ gecertificeerde leverancier, controleer of er een ontheffing aanwezig is van de schemabeheerder.

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014

Van iedere voerleverantie wordt in de Registratie gebeurt aan de hand van het, administratief bedrijfsadministratie vastgelegd in welke voor betrokken bedrijf, unieke silo de geleverde voeders zijn ontvangen. silonummer.

Controleer van 2 maanden of 2 rondes (indien vleeskuikens) van het afgelopen jaar, aan de hand van de afleverbon of is vastgelegd in welke silo de geleverde voeders zijn ontvangen.

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

F03

Diervoeders worden opgeslagen in afgesloten boxen, zakken of silo's.

fysiek

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

F04

De ondergrond onder de silo's is schoon Schoon = geen voer en / of materialen en verhard. aanwezig. De voedersilo’s moeten van buiten de stallen gevuld worden. Voer dat in de stal aan de dieren verstrekt wordt, is droog en schimmelvrij.

fysiek

Controleer of diervoeders worden opgeslagen in afgesloten boxen, zakken of silo's. Controleer of de ondergrond van de silo's schoon en verhard is. Controleer of de silo's van buiten de stallen gevuld kunnen worden Controleer in alle stallen of het voer dat in de stal aan de dieren verstrekt wordt droog en schimmelvrij is. Controleer van 2 maanden van het afgelopen jaar op aanwezigheid van de voederbonnen met daarop geleverde hoeveelheden en leveringsdata en gebruikte toevoegingsmiddelen waarop wachttermijnen van toepassing zijn. Controleer tevens of deze informatie van de afgelopen twee jaar aanwezig is.

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

F05 F06

fysiek fysiek

F07

De administratie bevat van elk koppel voederbonnen met daarop: geleverde hoeveelheden en leveringsdata en gebruik toevoegingsmiddelen waarop wachttermijnen van toepassing zijn.

administratief

F08

Minimaal één keer per 12 maanden wordt een drinkwateronderzoek conform bijlage 15 bij de AV uitgevoerd.

administratief

Controleer of minimaal één keer per jaar een drinkwateronderzoek is uitgevoerd.

Zwaar

Schorsing

NVT: voorschrift is nog geen jaar van kracht.

Ja

1-8-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014

F09

De watermonsters worden genomen door In bijlage 15 is het 'protocol monsterneming' opgenomen. de dierenarts waarmee de pluimveehouder een IKB-overeenkomst heeft afgesloten of door een HOSOWOinstantie. Voor het bacteriologisch onderzoek wordt één monster per stal genomen, voor het chemisch onderzoek één monster per bedrijfslocatie. De monsters worden genomen op het moment dat er nog pluimvee in de stal aanwezig is.

administratief

controleer of de watermonsters zijn genomen door de dierenarts of HOSOWO-instantie.

Licht

Middel

NVT: voorschrift is nog geen jaar van kracht, of er is geen monster genomen.

Ja

1-8-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014

administratief

Controleer er of voldoende monsters zijn genomen (bacteriologisch per stal, chemisch per bedrijf) en of deze monsters zijn genomen op het moment dat er nog pluimvee in de stal aanwezig was.

Licht

Middel


Ja

1-8-2013

F10


Ja

1-8-2013

F11

De te analyseren parameters zijn: Analyse van de watermonsters als Chemische parameters: genoemd in F10, vindt plaats door een instelling met een accreditaat NEN-EN- -Zuurgraad (pH) -Hardheid ISO/IEC 17025 met het product -IJzergehalte (Fe) veedrinkwater of drinkwater. De instellingen dienen zich tijdens de analyse -Nitriet -Magnaan (Mn) te houden aan de analysemethoden en prestatiekenmerken, zoals beschreven in Bacteriologische parameters: -Totaal kiemgetal artikel 13 van de Drinkwaterregeling -E. coli inclusief bijlage 4. Analyse van de -Gisten en schimmels (gezamelijke parameter “Gisten en schimmels” dient plaats te vinden conform NEN-ISO 21527- waarde) 1:2008.

administratief

Controleer of een instelling met een accreditaat NEN-EN-ISO/IEC 17025 met het product veedrinkwater of drinkwater is ingeschakeld voor de analyse en of de betreffende parameters zijn geanalyseerd.

Licht

Middel


F12

Indien de resultaten m.b.t. de chemische en / of bacteriologische parameters niet voldoen aan de normen dan onderneemt de deelnemer, uiterlijk tijdens de eerstvolgende leegstand herstelmaatregelen. De genomen maatregelen en het effect hiervan worden vastgelegd in de bedrijfsadministratie.

Chemische normen zijn: -Zuurgraad (pH): tussen 4 en 9 -Hardheid: max 20 °D -IJzergehalte (Fe): max 2,5 mg/l -Nitriet: max 1,0 mg/l -Magnaan (Mn): max 2,0 mg/l Bacteriologische normen zijn: -Totaal kiemgetal: max. 100.000 kve/ml -E. coli: max. 100 kve/ml -Gisten en schimmels: max. 10.000 kve/ml Acties kunnen bijvoorbeeld zijn reinigen en ontsmetten van het drinkwatersysteem, controle (en evt. vervanging) van (onderdelen van) het drinkwatersysteem (bijv. de ontijzeringsinstallatie).

administratief

Controleer of deelnemer tijdens de eerstvolgende leegstand actie heeft ondernomen en deze actie heeft vastgelegd in de bedrijfsadministratie.

Licht

Middel

NVT: voorschrift is Ja nog geen jaar van kracht, resultaten voldoen aan de normen, of er is geen monster genomen.

1-8-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014

F13

Na het ondernemen van de acties zoals genoemd in F12 laat de pluimveehouder binnen vier weken opnieuw een wateronderzoek uitvoeren volgens de voorwaarden als genoemd in F09 t/m F11.

Indien enkel bacteriologische normen zijn administratief overschreden kan volstaan worden met enkel analyse van de bacteriologische parameters. Indien enkel chemische normen zijn overschreden kan volstaan worden met enkel analyse van de chemische parameters. Hangende het onderzoek mag de deelnemer nieuwe kuikens opzetten.

Controleer of deelnemer opnieuw wateronderzoek heeft laten uitvoeren.

Licht

Middel

NVT: voorschrift is Ja nog geen jaar van kracht, resultaten voldoen aan de normen, of er is geen monster genomen.

1-8-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014

G G01

IKB PSB / EIGEN PERSONEEL Indien gebruik gemaakt wordt van IKB PSB personeel en/of eigen personeel, is er een ruimte om te pauzeren.

Zwaar

Schorsing

NVT: Geen eigen Ja personeel / IKB PSB personeel.

1-1-2013

G02

Indien gebruik gemaakt wordt van IKB PSB personeel en/of eigen personeel is er een voorziening waar schoenen en / of laarzen gereinigd kunnen worden.

Controleer of er IKB PSB bedrijven ingeschakeld worden door de deelnemer en / of er bedrijfseigenpersoneel aanwezig is. Indien dit het geval is; controleer of er een ruimte is om te pauzeren. Controleer of er PSB bedrijven ingeschakeld worden door de deelnemer en / of er bedrijfseigenpersoneel aanwezig is. Indien dit het geval is; controleer of er een voorziening waar is schoenen en / of laarzen gereinigd kunnen worden.

Zwaar

Schorsing

NVT: Geen eigen Ja personeel / IKB PSB personeel.

1-1-2013

fysiek

fysiek en administratief


fysiek

G03

Niet noodzakelijk indien alleen gebruik Indien gebruik gemaakt wordt van IKB PSB bedrijven is er een hogedrukreiniger gemaakt wordt van IKB PSB gecertificeerde entploegen. aanwezig waar het IKB PSB personeel gebruik van kan maken.

G04

Indien gebruik wordt gemaakt van een IKB PSB bedrijf geeft de deelnemer minimaal 24 uur voordat de werkzaamheden worden uitgevoerd schriftelijk een positieve status met betrekking tot Salmonella en Mycoplasma Gallicepticum door (mits bekend).

De deelnemer kan dit aantoonbaar maken administratief of aan de IKB controleur via een kopie van fysiek de melding. Op deze melding staat duidelijk de datum van de melding aangegeven.

G05

Indien gebruik wordt gemaakt van een IKB PSB bedrijf is er een schone en verharde spuitplaats op het pluimveebedrijf aanwezig waar het IKB PSB bedrijf zijn materialen kan schoonspuiten. In de directe omgeving van de spuitplaats is een waterpunt en electriciteit aanwezig zodanig dat hierop een hoge drukspuit aangesloten kan worden.

Met schoon wordt bedoeld dat de plaats fysiek schoon is na uitvoer van de werkzaamheden (bv. geen mest / strooisel meer aanwezig na laden). De deelnemer moet tijdens de IKB controle kunnen aangeven hoe dit gerealiseerd wordt. Niet noodzakelijk indien alleen gebruik gemaakt wordt van IKB PSB gecertificeerde entploegen of indien alleen personeel wordt ingeschakeld van een IKB PSB bedrijf en geen materiaal.

G06

Het laden van pluimvee wordt uitgevoerd Ontheffing: administratief door een IKB PSB gecertificeerde lader, Inzet van familie of vrienden is toegestaan tenzij pluimveehouder beschikt over eigen indien vooraf een ontheffing is afgegeven personeel of een ontheffing. door de schemabeheerder. Pluimveehouder dient deze ontheffing jaarlijks 2 weken voor aanvang eerste werkzaamheden van dat jaar aan te vragen bij de schemabeheerder. Zie ook Artikel 9 van Bijlage 11 voor voorwaarden voor ontheffingsaanvraag IKB PSB. Eigen personeel: Indien het laden uitsluitend wordt uitgevoerd door eigen personeel hoeft de pluimveehouder geen ontheffing aan te vragen. Tijdens IKB Kip controle dient pluimveehouder aantoonbaar te maken dat de werkzaamheden uitgevoerd zijn door eigen personeel (via loonlijst). De werkzaamheden dienen door een realistisch aantal eigen personeelsleden uitgevoerd te zijn.

Controleer of er IKB PSB bedrijven ingeschakeld worden door de deelnemer. Indien dit het geval is; controleer of er een hogedrukreiniger aanwezig is waar het IKB PSB personeel gebruik van kan maken. Controleer, indien gebruik gemaakt wordt van een IKB PSB bedrijf, of er het afgelopen jaar een positief Salmonella, Campylobacter of MG uitslag geweest is. Indien dit het geval was controleer of dit 24 uur voor uitvoer werkzaamheden doorgegeven is aan het IKB PSB bedrijf.

Zwaar

Schorsing

NVT: Geen IKB PSB Ja personeel, alleen IKB PSB entploeg ingeschakeld.

1-1-2013

Zwaar

Schorsing

NVT: Geen IKB PSB Ja bedrijf ingeschakeld of afgelopen jaar geen besmetting gehad.

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014

Controleer, indien gebruik gemaakt wordt van een IKB PSB bedrijf, of er een schone en verharde spuitplaats op het pluimveebedrijf aanwezig is. Controleer of er in de directe omgeving van deze plaats een waterpunt en electriciteitspunt aanwezig is waarop een hoge drukspuit aangesloten kan worden.

Zwaar

Schorsing

NVT: geen IKB PSB Ja bedrijf ingeschakeld, alleen IKB PSB entploeg ingeschakeld of alleen personeel van IKB PSB bedrijf ingeschakeld.

1-1-2013

Controleer bij alle opgezette koppels van het afgelopen jaar of het laden door een IKB PSB bedrijf is uitgevoerd, indien niet, controleer of er gebruik gemaakt is van (een realistisch aantal) eigen personeel of dat er een ontheffing aanwezig is. Controleer dit a.d.h.v. facturen / loonlijsten.

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk. Ja

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014


G06 vervolg

G07

Deel inhuur / deel eigen personeel: Het is toegestaan om de werkzaamheden uit te laten voor door IKB PSB bedrijf én eigen personeel. Dit dient vooraf met het IKB PSB bedrijf besproken te worden en tijdens de IKB controle aan de IKB controleur aangegeven te worden. Pluimveehouder dient vervolgens via loonlijst aantoonbaar te maken dat er sprake was van eigen personeel. IKB PSB Buitenland / binnenland: Buitenlandse IKB Kip deelnemers kunnen een IKB PSB 'buitenland"erkend pluimveeservice bedrijf inschakelen óf een IKB PSB 'Nederland' erkend pluimveeservicebedrijf. Nederlandse IKB Kip deelnemers kunnen alleen een IKB PSB 'Nederland' erkend pluimveeservice bedrijf inschakelen. Het enten van pluimvee wordt uitgevoerd Ontheffing: administratief door een IKB PSB gecertificeerde enter, Inzet van familie of vrienden is toegestaan tenzij pluimveehouder beschikt over eigen indien vooraf een ontheffing is afgegeven personeel of een ontheffing. door de schemabeheerder. Pluimveehouder dient deze ontheffing jaarlijks 2 weken voor aanvang eerste werkzaamheden van dat jaar aan te vragen bij de schemabeheerder. Zie ook Artikel 9 van Bijlage 11 voor voorwaarden voor ontheffingsaanvraag IKB PSB. Eigen personeel: Indien het enten uitsluitend wordt uitgevoerd door eigen personeel hoeft de pluimveehouder geen ontheffing aan te vragen. Tijdens IKB Kip controle dient pluimveehouder aantoonbaar te maken dat de werkzaamheden uitgevoerd zijn door eigen personeel (via loonlijst). De werkzaamheden dienen door een realistisch aantal eigen personeelsleden uitgevoerd te zijn.

Controleer bij alle opgezette koppels van het afgelopen jaar of het enten door een IKB PSB bedrijf is uitgevoerd, indien niet, controleer of er gebruik gemaakt is van (een realistisch aantal) eigen personeel of dat er een ontheffing aanwezig is. Controleer dit a.d.h.v. facturen / loonlijsten.

Zwaar

Schorsing

NVT: geen entingen. Ja

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-8-2013 1-5-2014


G07 vervolg

G08

Deel inhuur / deel eigen personeel: Het is toegestaan om de werkzaamheden uit te laten voor door IKB PSB bedrijf én eigen personeel. Dit dient vooraf met het IKB PSB bedrijf besproken te worden en tijdens de IKB controle aan de IKB controleur aangegeven te worden. Pluimveehouder dient vervolgens via loonlijst aantoonbaar te maken dat er sprake was van eigen personeel. IKB PSB Buitenland / binnenland: Buitenlandse IKB Kip deelnemers kunnen een IKB PSB 'buitenland"erkend pluimveeservice bedrijf inschakelen óf een IKB PSB 'Nederland' erkend pluimveeservicebedrijf. Nederlandse IKB Kip deelnemers kunnen alleen een IKB PSB 'Nederland' erkend pluimveeservice bedrijf inschakelen. Reinigen wordt uitgevoerd door: - een IKB PSB gecertificeerde reiniger, of - de pluimveehouder zelf, of - ingehuurd personeel (zzp-ers) zónder materiaal.

Pluimveehouder zelf, (ingehuurd) administratief / fysiek personeel: Indien de werkzaamheden uitsluitend worden uitgevoerd door de pluimveehouder of (ingehuurd) personeel, dient de pluimveehouder dit tijdens de IKB Kip controle aantoonbaar te maken (via loonlijst / factuur). De werkzaamheden dienen door een realistisch aantal personen uitgevoerd te zijn. De pluimveehouder kan aantoonbaar maken dat werkzaamheden uitgevoerd konden worden zonder IKB PSB bedrijf (door aanwezigheid bedrijfseigen materiaal). IKB PSB Buitenland / binnenland: Buitenlandse IKB Kip deelnemers kunnen een IKB PSB 'buitenland"erkend pluimveeservice bedrijf inschakelen óf een IKB PSB 'Nederland' erkend pluimveeservicebedrijf. Nederlandse IKB Kip deelnemers kunnen alleen een IKB PSB 'Nederland' erkend pluimveeservice bedrijf inschakelen.

Controleer bij alle opgezette koppels van het afgelopen jaar of het reinigen is uitgevoerd door een IKB PSB bedrijf, een realistisch aantal (eigen) personeel of pluimveehouder zelf. Controleer dit a.d.h.v. facturen / loonlijsten. Controleer bij uitvoer werkzaamheden door pluimveehouder of (ingehuurd) personeel of de juiste materialen op het bedrijf aanwezig zijn om werkzaamheden uit te voeren.

Zwaar

Schorsing


1-1-2013


G09

Ontsmetten wordt uitgevoerd door: - een IKB PSB ontsmetter, of - de pluimveehouder zelf, of - ingehuurd personeel (zzp-ers) zónder materiaal.

administratief / fysiek Pluimveehouder zelf, (ingehuurd) personeel: Indien de werkzaamheden uitsluitend worden uitgevoerd door de pluimveehouder of (ingehuurd) personeel, dient de pluimveehouder dit tijdens de IKB Kip controle aantoonbaar te maken (via loonlijst / factuur). De werkzaamheden dienen door een realistisch aantal personen uitgevoerd te zijn. De pluimveehouder kan aantoonbaar maken dat werkzaamheden uitgevoerd konden worden zonder IKB PSB bedrijf (door aanwezigheid bedrijfseigen materiaal). IKB PSB Buitenland / binnenland: Buitenlandse IKB Kip deelnemers kunnen een IKB PSB 'buitenland"erkend pluimveeservice bedrijf inschakelen óf een IKB PSB 'Nederland' erkend pluimveeservicebedrijf. Nederlandse IKB Kip deelnemers kunnen alleen een IKB PSB 'Nederland' erkend pluimveeservice bedrijf inschakelen.

Controleer bij alle opgezette koppels van het afgelopen jaar of het ontsmetten is uitgevoerd door een IKB PSB bedrijf, een realistisch aantal (eigen) personeel of pluimveehouder zelf. Controleer dit a.d.h.v. facturen / loonlijsten. Controleer bij uitvoer werkzaamheden door pluimveehouder of (ingehuurd) personeel of de juiste materialen op het bedrijf aanwezig zijn om werkzaamheden uit te voeren.

Zwaar

Schorsing


1-1-2013

G10

Ongediertebestrijding wordt uitgevoerd door: - een IKB PSB gecertificeerde ongediertebestrijder, of - de pluimveehouder zelf, of - ingehuurd personeel (zzp-ers) zónder materiaal.

administratief / fysiek Pluimveehouder zelf, (ingehuurd) personeel: Indien de werkzaamheden uitsluitend worden uitgevoerd door de pluimveehouder of (ingehuurd) personeel, dient de pluimveehouder dit tijdens de IKB Kip controle aantoonbaar te maken (via loonlijst / factuur). De werkzaamheden dienen door een realistisch aantal personen uitgevoerd te zijn. De pluimveehouder kan aantoonbaar maken dat werkzaamheden uitgevoerd konden worden zonder IKB PSB bedrijf (door aanwezigheid bedrijfseigen materiaal). IKB PSB Buitenland / binnenland: Buitenlandse IKB Kip deelnemers kunnen een IKB PSB 'buitenland"erkend pluimveeservice bedrijf inschakelen óf een IKB PSB 'Nederland' erkend pluimveeservicebedrijf. Nederlandse IKB Kip deelnemers kunnen alleen een IKB PSB 'Nederland' erkend pluimveeservice bedrijf inschakelen.

Controleer bij alle opgezette koppels van het afgelopen jaar of de ongediertebestrijding is uitgevoerd door een IKB PSB bedrijf, een realistisch aantal (eigen) personeel of pluimveehouder zelf. Controleer dit a.d.h.v. facturen / loonlijsten. Controleer bij uitvoer werkzaamheden door pluimveehouder of (ingehuurd) personeel of de juiste materialen op het bedrijf aanwezig zijn om werkzaamheden uit te voeren.

Zwaar

Schorsing


1-1-2013


Controleer bij alle opgezette koppels van het afgelopen jaar of de snavels behandeld worden en of dit door een IKB PSB bedrijf of IKB Kip broederij uitgevoerd wordt.

Zwaar

Schorsing

NVT: geen snavelbehandeling.

Ja

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-8-2013

Controleer van elk koppel van het afgelopen jaar of de in het voorschrift genoemde gegevens in de administratie zijn opgeslagen.

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

GPD staat voor de Regeling Geborgde administratief PluimveeDierenarts. Binnen GPD is een voorbeeldovereenkomst opgenomen, deze dient gehanteerd te worden. Voor buitenlandse IKB deelnemers geldt dat er een contract afgesloten moet zijn met een dierenarts, de GDP dierenarts eis gaat op een nader te bepalen tijdstip in (gebruik van de GPD-voorbeeldovereenkomst is in dit geval niet verplicht).

Controleer of de dierenarts GPD gecertificeerd is en of er een overeenkomst met deze dierenarts afgesloten is. Bij buitenlandse IKB deelnemers: controleer of er een overeenkomst afgesloten is.

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-4-2014

Wanneer een koppel pluimvee diergeneesmiddelen toegediend krijgt is een ondertekende en gedateerde verklaring van de GPD dierenarts waarmee het bedrijf een overeenkomst heeft afgesloten, aanwezig over de dosering van de betreffende diergeneesmiddelen en de daarbij behorende wachttijd.

Dit moet een verklaring per koppel of deelkoppel (ingeval van alleen behandelen hanen / hennen) zijn.

administratief

Controleer van alle opgezette koppels van het afgelopen jaar in de bedrijfsadministratie of er een dierenartsverklaring per koppel aanwezig is met daarop de toediening, dosering en wachttijd van de voorgeschreven diergeneesmiddelen. Controleer of de dierenartsverklaring afkomstig is van de GPD dierenarts waarmee een overeenkomst afgesloten is.

Zwaar

Schorsing

NVT: Geen Ja diergenees-middelen toegediend.

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-4-2014

H04

Voor elke overplaatsing wordt AI onderzoek uitgevoerd, indien er geen sprake is van overplaatsingen wordt minimaal 1x per jaar een AI onderzoek uitgevoerd in alle stallen.


administratief

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

Nee

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014

H05

Controle op de dieren wordt minimaal tweemaal per dag uitgevoerd.

Controles worden geregistreerd op de koppelkaart.

administratief

Controleer of er AI onderzoeken zijn uitgevoerd voor alle overplaatsingen van het afgelopen jaar, indien er geen sprake is van overplaatsingen, controleer of minimaal 1x per jaar een AI onderzoek uitgevoerd is volgens Bijlage 11 van de AV IKB Kip. Controleer bij vleeskuikens en opfokbedrijven van de afgelopen 2 rondes de registratie van controle op de dieren op de koppelkaarten. Controleer of dit minimaal 2x per dag uitgevoerd werd. Controleer bij de overige schakels van de afgelopen 2 maanden de registraties van controle op de dieren op de koppelkaarten. Controleer of dit minimaal 2x per dag was.

Licht

Middel

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

administratief Pluimveehouder kan dit aantoonbaar maken a.d.h.v. facturen. IKB PSB Buitenland / binnenland: Buitenlandse IKB Kip deelnemers kunnen een IKB PSB 'buitenland"erkend pluimveeservice bedrijf inschakelen óf een IKB PSB 'Nederland' erkend pluimveeservicebedrijf. Nederlandse IKB Kip deelnemers kunnen alleen een IKB PSB 'Nederland' erkend pluimveeservice bedrijf inschakelen.

G11

Snavelbehandelingen: worden uitsluitend uitgevoerd door een IKB PSB gecertificeerd bedrijf of een IKB Kip gecertificeerde broederij.

H H01

DIERPRESTATIE EN DIERGEZONDHEID Per koppel zijn de volgende gegevens Indien gebruik gemaakt wordt van een administratief opgeslagen in de administratie: standaard staltemperatuur, voerschema, geboortedatum, opzetdatum, stalnummer, entschema, gewichtschema en aantal dieren bij opzet, selectie aantallen, lichtschema wordt deze getoond. Indien reden selectie, dagelijkse uitval, gewijzigd hiervan afgeweken is, wordt dit bij het lichtschema,entschema, gewichtschema betreffende koppel in de administratie en voerschema. opgenomen.

H02

De gezondheidskundige begeleiding van het pluimvee wordt uitgevoerd door een GPD gecertificeerde dierenarts waarmee de pluimveehouder per KIPnummer een overeenkomst heeft afgesloten.

H03


H06

De pluimveehouder heeft een actueel bedrijfsgezondheidsplan (BGP) opgesteld met de GPD dierenarts waarmee de pluimveehouder een overeenkomst heeft. Het IKB Kip-model BGP wordt gevolgd.

administratief Door pluimveehouder in samenwerking met dierenarts en eventuele adviseurs opgesteld plan waarin naast het bedrijfsbehandelplan ook beschreven staat welke andere maatregelen het bedrijf neemt om het gebruik van antibiotica te beperken. Het plan wordt 1x per jaar geëvalueerd met de dierenarts en, indien nodig, aangepast. Voor buitenlandse IKB Kip bedrijven geldt dat de dierenarts geen GPD erkenning hoeft te hebben.

Controleer of er een bedrijfsgezondheidsplan is dat minimaal voldoet aan het model bedrijfsgezondheidsplan.

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-4-2014

H07

De pluimveehouder heeft een actueel bedrijfsbehandelplan (BBP) opgesteld met de GPD dierenarts waarmee de pluimveehouder een overeenkomst heeft. Het IKB Kip-model BBP wordt gevolgd.

Door dierenarts en pluimveehouder administratief opgesteld plan waarin staat op welke wijze ziekten worden behandeld dan wel hiertegen wordt gevaccineerd. Het bedrijfsbehandelplan is opgesteld op basis van de meest recente versie van het Formularium Pluimvee (richtlijn voor antibioticumgebruik opgesteld door de Werkgroep Veterinair Antibioticum Beleid van de KNMvD). Het plan wordt 1x per jaar geëvalueerd met de dierenarts en, indien nodig, aangepast. Indien een nieuw formularium wordt uitgebracht welke invloed heeft op het bedrijfsbehandelplan, worden binnen 4 weken na verschijnen formularium aanpassingen gemaakt. Voor buitenlandse IKB Kip bedrijven geldt dat de dierenarts geen GPD erkenning hoeft te hebben. Ook hoeft in dat geval niet het Nederlandse Formularium te worden gevolgd, maar de buitenlandse equivalent.

Controleer of er een bedrijfsbehandelplan is dat opgesteld is met de GPD dierenarts waarmee de pluimveehouder een overeenkomst heeft en minimaal voldoet aan het model bedrijfsbehandelplan. Controleer voorts of dit plan 1x per jaar geëvalueerd is met deze dierenarts en of de laatste versie van het formularium erin is opgenomen.

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-4-2014

H08

De pluimveehouder heeft de dierenarts(enpraktijk) in kennis gesteld van abnormale verlaging van de voeren/of wateropname, groeivertraging en/of sterfte en overige indicaties die kunnen wijzen op een diergezondheidsprobleem.

Controleer aan de hand van het dierenartsverslag of er een aantekening gemaakt is dat de dierenarts(enpraktijk) in kennis is gesteld.

Middel

Zwaar

Nee Geen afwijkingen zoals omschreven in voorschrift.

1-1-2013

H09

De uitslag van eventueel uitgevoerde secties zijn per koppel opgeslagen in de administratie.

Interview deelnemer of hij het afgelopen jaar secties heeft laten uitvoeren, indien dit het geval is controleer of de uitslagen aanwezig zijn.

Middel

Schorsing

NVT: Geen secties

1-1-2013

administratief

Ja


H10

H11

De pluimveehouder heeft elk koppel laten Vastgesteld schema: administratief onderzoeken op Salmonella volgens het - Vleeskuikenbedrijven: inlegvellen bij vastgestelde schema. plaatsing van eendagskuikens en overschoentjes binnen 21 dagen voor de datum waarop het koppel aan de slachterij wordt geleverd. Monsterneming en analyse wordt uitgevoerd volgens Artikel 5a van Bijlage 11 van de AV IKB Kip. - Opfokbedrijven: inlegvellen bij plaatsing van eendagskuikens, overschoentjes op 4 weken leeftijd en maximaal 14 dagen voor overplaatsing. Monsterneming en analyse wordt uitgevoerd volgens Artikel 5c van Bijlage 11 van de AV IKB Kip. - Fokbedrijven en vermeerderingsbedrijven: overschoentjes tussen 22 en 24 weken leeftijd en vervolgens éénmaal per 3 weken tot afvoer dieren. Monsterneming en analyse wordt uitgevoerd volgens Artikel 5d van Bijlage 11 van de AV IKB Kip. Wanneer aan de dieren op het bedrijf een administratief derde keus middel is geleverd, stelt de pluimveehouder samen met de dierenarts binnen vier weken na levering van het middel een aanvulling op van het bedrijfsgezondheidsplan, gericht op het voorkómen van het gebruik van derde keus middelen in de toekomst. De aanvulling wordt door pluimveehouder en dierenarts ondertekend.

Administratieve controle bij de ondernemer: Controleer of elk koppel van het afgelopen jaar volgens het vastgestelde schema is onderzocht op Salmonella en dit volgens Bijlage 11 is. KIPnet controle: voor controle bij Nederlandse bedrijven geldt dat bij controle gebruik gemaakt wordt van de microbiologische registraties in KIPnet. Controleer of, volgens KIPnet, elk koppel van het afgelopen jaar is onderzocht op Salmonella en wordt voldaan aan Bijlage 14. Indien KIPnet niet volledig, controleer in de administratie of onderzoeken gedaan zijn / aan de voorwaarden voldaan wordt.

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

Nee

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014 1-1-2015

Controleer of, indien er een derde keus middel is geleverd, het bedrijfsgezondheidsplan binnen vier weken is herzien.

Zwaar

Schorsing

NVT: geen derde keus middel geleverd.

Ja

1-7-2014

Voor UDD en UDA diergeneesmiddelen is fysiek / administratief er een logboekformulier aanwezig. Voor URA diergeneesmiddelen is een gewaarmerkt afschrift van het recept aanwezig (is een door verkoopkanaal getekend kopie van het recept).

Dit voorschrift bestaat uit 2 controle onderdelen: 1. Controleer welke middelen aanwezig zijn op het bedrijf en controleer of logboekformulieren (UDD en UDA) of gewaarmerkte afschriften (URA) aanwezig zijn van deze middelen. 2. Controleer van alle toegediende middelen per koppel of er een logboekformulier (UDD en UDA) of een gewaarmerkt afschrift (URA) aanwezig is.

Zwaar

Schorsing

NVT: geen Ja diergenees-middelen aanwezig en toegediend.

1-1-2013

Zoals aangegeven door producent/leverancier.

Controleer bij drie aanwezige diergeneesmiddelen of de houdbaarheidsdatum niet verstreken is.

Licht

Middel

NVT: Geen Ja diergenees-middelen aanwezig.

1-1-2013

Controleer of in de opslag voor diergeneesmiddelen geen volledige koppelkuur antibiotica op voorraad is. Controleer in dierenartsverslag of er een aantekening is gemaakt over het niet afmaken van de kuur of het eventueel alsnog inzetten ervan.

Middel

Zwaar


1-1-2013

I I01

DIERGENEESMIDDELEN Voor alle aanwezige en/of toegediende diergeneesmiddelen is een logboekformulier of gewaarmerktafschrift van het recept aanwezig in de administratie van de pluimveehouder.

I06

Er zijn geen diergeneesmiddelen op het bedrijf aanwezig die over de houdbaarheidsdatum heen zijn.

I07

De pluimveehouder heeft geen volledige Indien er wel een volledige koppelkuur fysiek koppelkuur antibiotica op voorraad. aanwezig is, is gebruik aantoonbaar door recept of dierenartsverslag. Een restant van een kuur mag aanwezig zijn.

fysiek


administratief

I08

De pluimveehouder heeft de dierenarts in Geen verbetering merkbaar in kennis gesteld indien de voorgeschreven dierprestatie/diergezondheid. Dierenarts middelen niet het gewenste effect hadden heeft melding opgenomen in bezoekersverslag als reden bezoek.

I09

De pluimveehouder heeft voorgeschreven UDA-diergeneesmiddelen voor het pluimvee uitsluitend afgenomen van de dierenarts(enpraktijk) waarmee hij de overeenkomst heeft gesloten of van een apotheker.

I10

De pluimveehouder heeft UDDdiergeneesmiddelen voor het pluimvee uitsluitend laten toepassen door de dierenarts(enpraktijk) waarmee hij de overeenkomst heeft gesloten.

I11

Alle aanwezige diergeneesmiddelen en additieven zijn door de nationale autoriteit toegelaten voor gebruik op het doeldier of de cascade regeling wordt toegepast.

fysiek en administratief

I12

Diergeneesmiddelen en additieven Op het recept worden minimaal de verstrekt op recept (URA middelen), zijn volgende gegevens aangeleverd, datum verstrekt door de dierenarts waarmee de levering, naam product, batchnummer, overeenkomst is afgesloten. Recepten registratienummer, hoeveelheid, te worden per koppel afgegeven. Deelnemer gebruiken voor stal of koppelidentificatie (inclusief aantal dieren), reden van kan dit aantonen d.m.v. gewaarmerkt toediening en te hanteren wachttijd, afschrift van het recept (ontvangen van conform Richtlijn 2001/82 EC. apotheek / erkende handelaar).

administratief

fysiek en UDA-diergeneesmiddelen zijn administratief diergeneesmiddelen die, op voorschrift van de dierenarts waarmee de overeenkomst is gesloten, worden geleverd door de voorschrijvende dierenarts of apotheker en door de pluimveehouder mogen worden toegediend. administratief UDD-diergeneesmiddelen zijn diergeneesmiddelen die uitsluitend mogen worden toegediend door de dierenarts waarmee de overeenkomst is gesloten.

Controleer bij vleeskuikenbedrijven en opfokbedrijven of in de dierenartsverslagen van de afgelopen twee ronden opmerkingen staan m.b.t. het wel/niet in kennis stellen indien diergeneesmiddelen niet het gewenste effect hadden. Controleer bij de overige schakels of in de dierenartsverslagen van het afgelopen jaar opmerkingen staan m.b.t. het wel/niet in kennis stellen indien diergeneesmiddelen niet het gewenste effect hadden Controleer of aanwezige UDAdiergeneesmiddelen afkomstig zijn van de dierenarts(enpraktijk) waarmee de overeenkomst is gesloten of van een apotheek.

Zwaar

Schorsing

NVT: Geen middelen Ja gebruikt/ middelen hadden het gewenste effect.

1-1-2013

Zwaar

Schorsing

NVT: Geen UDAmiddelen gebruikt.

Ja

1-1-2013

Controleer aan de hand van de diergeneesmiddelenadministratie en dierenartsverslagen van het afgelopen jaar of UDD-diergeneesmiddelen uitsluitend zijn toegediend door de dierenarts(enpraktijk) waarmee de overeenkomst is gesloten. Controleer op de etiketten van aanwezige diergeneesmiddelen en additieven of zij gebruikt mogen worden voor het doeldier indien dit niet het geval is controleer of de cascaderegeling wordt toegepast.

Zwaar

Schorsing

NVT: Geen UDDmiddelen gebruikt.

Ja

1-1-2013

Zwaar

Schorsing

Ja NVT: Geen diergenees-middelen aanwezig.

1-1-2013

Controleer bij vleeskuikens van 2 maanden van het afgelopen jaar bij alle opgezette koppels of diergeneesmiddelen / additieven op recept verstrekt zijn door de GPD dierenarts waarmee de overeenkomst is afgesloten. Controleer hiertoe het gewaarmerkte afschrift van het recept. Controleer bij de overige schakels van minimaal een periode van 2 maanden gedurende het afgelopen jaar, waarbinnen diergeneesmiddelen / additieven zijn ingezet of deze verstrekt zijn door de GPD dierenarts waarmee de overeenkomst is afgesloten. Controleer hiertoe het gewaarmerkte afschrift van het recept

Zwaar

Schorsing

Ja NVT: Geen diergenees-middelen verstrekt gedurende het afgelopen jaar.

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-4-2014


I13

Toediening van diergeneesmiddelen en additieven aan pluimvee wordt per stal geregistreerd in een logboek.

De volgende gegevens worden minimaal administratief per stal vastgelegd: datum aanvang en einde behandeling, naam product, batchnummer, registratienummer, hoeveelheid, toegepast op stal of koppelidentificatie (inclusief aantal dieren), reden van toediening, wie heeft de behandeling uitgevoerd en wachttijd, conform Richtlijn 2001/82 EC.

Controleer van alle opgezette koppels van het afgelopen jaar, de aanwezigheid van diergeneesmiddelenregistratie met de minimaal vereiste gegevens. Indien men aangeeft dat er geen diergeneesmiddelens zijn ingezet, crosscheck dit aan de hand van dierenartsverslagen.

Middel

Zwaar

Ja NVT: Geen diergenees-middelen / additieven verstrekt.

1-1-2013

I14

Wanneer diergeneesmiddelen worden verstrekt waarop wachttermijnen van toepassing zijn, worden de betreffende wachttermijnen altijd minimaal in acht genomen.

Doel is dat het pluimveevlees voldoet aan administratief de EU residuenrichtlijn (EU2377/90 EG). Voor Nederlandse deelnemers gelden de normen conform de diergeneesmiddelenwet. Voor buitenlandse deelnemers gelden de normen die zijn opgenomen in de relevante Nationale wetgeving. De deelnemer is verplicht middels documentatie aan te tonen dat de geadviseerde wachttermijnen is gehanteerd.

Controleer bij vleeskuikens van alle opgezette koppels van het afgelopen jaar in de diergeneesmiddelenregistratie en aan de hand van afleverbonnen van betreffende koppels of de voorgeschreven wachttijd wordt gehanteerd. Controleer bij fokbedrijven en vermeerderingsbedrijven of bij het laatst afgeleverde koppel, aan de hand van de diergeneesmiddelenregistratie en aan de hand van afleverbonnen van dit koppel of de voorgeschreven wachttermijn wordt gehanteerd.

Zwaar

Schorsing

NVT: opfokkoppels, geen diergeneesmiddelen met wachttermijn verstrekt.

1-1-2013

I15

De pluimveehouder laat de voorgeschreven en geleverde antibiotica registreren in de antibiotica databank CRA door zijn dierenarts. Indien pluimveehouder weet dat geleverde antibiotica niet correct zijn geregistreerd in de antibiotica databank CRA, dan heeft pluimveehouder zijn dierenarts hierop geattendeerd en hem opgedragen de registratie te verbeteren.

Dierenarts doet registraties in antibiotica databank. Eerste verantwoordelijkheid ligt, via GPD, bij dierenarts. Pluimveehouder is, als opdrachtgever, wel verplicht om bij hem bekende fouten te laten herstellen door de dierenarts.

Licht

Middel

Ja NVT: buitenlandse deelnemer, of geen aanwijzingen voor niet correcte registratie, of geen antibiotica geleverd.

1-8-2015

Licht

Middel


1-1-2015

Middel

Zwaar


1-1-2015

Middel

Zwaar

NVT: geen andere dieren.

1-1-2015

administratief

IN NEDERLANDSE GIDS VOOR GOEDE PRAKTIJKEN (GvGP) GvGP: andere dieren IN01 Er zijn geen aanwijzingen dat huisdieren, Bedrijfsgebouw: het gebouw waarin fysiek landbouwhuisdieren, ander pluimvee of pluimvee wordt gehouden of broedeieren sier- en nutsgevogelte aanwezig zijn zijn ingelegd en de tot het gebouw binnen de bedrijfsgebouwen. behorende voorruimte, stallen en lokalen. IN02

Er zijn geen huisdieren, landbouwhuisdieren, ander pluimvee of sier- en nutsgevogelte aanwezig binnen de bedrijfsgebouwen.

fysiek Bedrijfsgebouw: het gebouw waarin pluimvee wordt gehouden of broedeieren zijn ingelegd en de tot het gebouw behorende voorruimte, stallen en lokalen.

IN03

Indien er huisdieren, landbouwhuisdieren of ander pluimvee, sier- of nutsgevogelte op het perceel gehouden wordt waarop het pluimveebedrijf wordt uitgeoefend, kunnen deze dieren niet in de bedrijfsgebouwen komen.

Perceel: samenhangend stuk grond dat fysiek één bepaalde vorm van gebruik heeft en dat is omgeven door een duidelijk herkenbare grens.

Controleer of er aanwijzingen (bv. uitwerpselen) zijn dat huisdieren, landbouwhuisdieren of ander pluimvee of sier- en nutsgevogelte binnen de bedrijfsgebouwen aanwezig zijn. Controleer of er huisdieren, landbouwhuisdieren of ander pluimvee of sier- en nutsgevogelte binnen de bedrijfsgebouwen aanwezig zijn. Dieren worden zodanig gehouden dat ze niet los kunnen lopen / raken en het bedrijfsgebouw in kunnen lopen. Noteer welk pluimvee, sier- of nutsgevogelte het betreft.

Nee

Ja


IN04

Indien er huisdieren, landbouwhuisdieren of ander pluimvee, sier- of nutsgevogelte op het perceel gehouden wordt waarop het pluimveebedrijf wordt uitgeoefend, wordt verzorging van deze dieren strikt gescheiden gehouden van het pluimvee.

IN05

Het bedrijf is zodanig ingericht dat er geen vogels in de bedrijfsgebouwen kunnen komen.

GvGP: ongediertebestrijding IN06 Indien een ongediertebestrijdingsbedrijf ingeschakeld is, komt deze ten minste één maal per twee maanden op het bedrijf om ongedierte te bestrijden. GvGP: bedrijfsinrichting IN07 De perceelgrenzen zijn als zodanig herkenbaar.

Controleer of de verzorging van de dieren strikt gescheiden wordt gehouden van de verzorging van het pluimvee. Noteer welk pluimvee, sier- of nutsgevogelte het betreft.

Middel

Zwaar

NVT: geen andere dieren.

Ja

1-1-2015

fysiek

Controleer of de bedrijfsgebouwen zodanig zijn ingericht dat er geen vogels de bedrijfsgebouwen in kunnen komen.

Licht

Middel

NVT: bedrijven met vrije uitloop.

Ja

1-1-2015

administratief

Controleer in de administratie of ten minste één maal per twee maanden een ongediertebstrijdingsbedrijf het ongedierte heeft bestreden.

Licht

Middel

NVT: er wordt niet gewerkt met een ongediertebestrijdingsbedrijf.

Ja

1-1-2015

Controleer of het duidelijk is waar zich de perceelgrenzen bevinden.

Licht

Middel


1-1-2015

Controleer of het bedrijfsgebouw en de inventaris visueel schoon zijn.

Licht

Middel


1-1-2015

Controleer of de directe omgeving van de stallen schoon is. Controleer of in ieder bedrijfsgebouw een voorruimte aanwezig is welke volledig afgescheiden is van de ruimte waarin het pluimvee is gehuisvest. Controleer of bij elk bedrijfsgebouw tussen de voorruimte en de stal een fysieke scheiding is aangebracht in een bufferdeel en het deel waarin het pluimvee wordt gehouden. Controleer of de looproutes van een naar het bedrijfsgebouw zodanig verhard zijn dat deze gereinigd kunnen worden.

Licht

Middel


1-1-2015

Zwaar

Schorsing


1-1-2015

Zwaar

Schorsing


1-1-2015

Licht

Middel


1-1-2015

Perceel: samenhangend stuk grond dat fysiek één bepaalde vorm van gebruik heeft en dat is omgeven door een duidelijk herkenbare grens. Bijvoorbeeld: voeropslag, verzorgingsmateriaal, bodembedekking etc. gescheiden.

Aantoonbaar via rekeningen/logboek.

Perceel: samenhangend stuk grond dat fysiek één bepaalde vorm van gebruik heeft en dat is omgeven door een duidelijk herkenbare grens. Dmv omheining, weg, sloot, paaltjes etc. Dat wil zeggen alle gebouwen waar geen fysiek dieren zijn moeten vrij zijn van mest, strooisel en overdadig stof. fysiek Dat wil zeggen opgeruimd en vrij van mest, strooisel en overdadig stof. fysiek

IN08

Het bedrijfsgebouw en de inventaris zijn visueel schoon.

IN09

De directe omgeving van de stallen is visueel schoon. In het bedrijfsgebouw is een voorruimte aanwezig welke volledig is afgescheiden van de ruimte waarin het pluimvee is gehuisvest. Bij ieder bedrijfsgebouw is tussen de fysiek voorruimte en de stal een fysieke scheiding aangebracht in een bufferdeel en deel waarin het pluimvee wordt gehouden. Looproutes van en naar het Onder looproute wordt de route direct fysiek bedrijfsgebouw zijn zodanig verhard dat aangrenzend en, indien aanwezig, geheel deze deugdelijk gereinigd kunnen worden. rondom de bedrijfsgebouwen bedoeld.

IN10

IN11

IN12

IN13

Op het perceel is een deugdelijk functionerende afwatering ten opzichte van de stal aanwezig.

Zodanig dat bij regenval geen water de stal in kan lopen.

GvGP: voeder en mest IN14 Bij het lossen van het voer wordt gebruik Dit mag ook een eenmalige gemaakt van een bedrijfseigen wegwerpstofzak van de voerleverancier stofopvangmiddel. zijn.

IN15

Indien er na het afvoeren van pluimvee nog voeder aanwezig is in het voedersysteem dient dit te worden afgevoerd voor het plaatsen van een nieuw stalkoppel.

fysiek

Controleer of er geen water in de stal of voorruimte staat. Controleer tevens of er dakgoten en regenbuizen aanwezig, heel en goed gekoppeld zijn.

Licht

Middel


1-1-2015

fysiek

Controleer of er een bedrijfseigen stofopvangmiddel aanwezig is, indien niet controleer of een eenmalige wergwerpstofzak van de voerleverancier gebruikt wordt. Controleer aan de hand van afleverbonnen van het voer en het pluimvee of er nog voer aanwezig was na het afvoeren van pluimvee en of het achtergebleven voer afgevoerd is.

Licht

Middel


1-1-2015

Middel

Zwaar

NVT: geen voer over Ja na het afvoeren van pluimvee.

1-1-2015

administratief


De inrichting van de stal is eenvoudig te reinigen en ontsmetten.

IN17

Bijvoorbeeld deze mest niet in de Indien er sprake is van een Salmonella besmet stalkoppel wordt de mest van dit omgeving van een pluimveebedrijf koppel op zodanige wijze afgevoerd dat uitrijden. verdere besmetting zoveel mogelijk wordt voorkomen.

GvGP: reinigen en ontsmetten IN18 Nadat het pluimvee uit de betreffende stal is afgevoerd, is de in de stal aanwezige mest en het strooisel verwijderd. IN19

De stal(len) zijn na het afvoeren van het pluimvee en het verwijderen van de in de stal aanwezige mest en strooisel, gereinigd en ontsmet.

GvGP: onderzoek naar Salmonella IN20 De ondernemer heeft Salmonella positieve monsters laten serotyperen. GvGP: informatieoverdracht Salmonella IN21 De ondernemer heeft de resultaten van het Salmonella onderzoek schriftelijk of electronisch gemeld aan de leverancier van het bemonsterde stalkoppel en de afnemer van (broedeieren afkomstig van) het bemonsterde stalkoppel.

Controleer of er in de stal gladde en dichte oppervlakten aanwezig zijn. Controleer of de inrichting van de stal eenvoudig te reinigen en ontsmetten is.

Licht

Middel


1-1-2015

administratief

Controleer aan de hand van onderzoeksuitslagen of een van de koppels besmet was met Salmonella. Indien ja, controleer de mestboekhouding op afvoer van de mest.

Middel

Zwaar

Ja NVT: geen salmonella besmette stalkoppels.

1-1-2015

fysiek/interview

Controleer nadat het pluimvee is afgevoerd uit de betreffende stal of mest en strooisel is verwijderd

Middel

Zwaar


1-1-2015

administratief

Controleer in de administratie of na het afvoeren van het pluimvee en het verwijderen van de in de stal aanwezige mest en strooisel, de stallen gereinigd en ontsmet zijn. Ondernemer moet dit aantoonbaar kunnen maken.

Zwaar

Schorsing


1-1-2015

administratief

Controleer of positieve monsters geserotypeerd zijn.

Zwaar

Schorsing

NVT: geen Ja Salmonella positieve monsters.

1-1-2015

Controleer in de administratie of via interview met de pluimveehouder of de resultaten van Salmonella onderzoek schriftelijk of electronisch zijn gemeld.

Middel

Zwaar


1-1-2015

Controleer of de resultaten van Salmonella onderzoek aan de aangewezen databank (KIPnet) zijn gemeld. Controleer of alle meldingen gedaan zijn en de benodigde en juiste gegevens bevatten.

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk. Nee

1-1-2015

Licht

Middel


1-1-2015

Zwaar

Schorsing


1-1-2015

In de stal bevinden zich gladde en dichte fysiek oppervlakten waardoor de stal eenvoudig te reinigen en ontsmetten is.

IN16

administratief / Leverancier en afnemer (in beginsel): interview Bij vleeskuikenbedrijven: leverancier = broederij, afnemer = slachterij; Bij fok- & vermeerdering: leverancier = opfokker, afnemer = pluimveebedrijf; Bij opfok fok- & vermeerdering: leverancier = broederij, afnemer = fok- & vermeerderingsbedrijf In geval van opfok: melding aan afnemer altijd voordat het stalkoppel wordt geleverd. Melding geschiedt via het erkende administratief laboratorium.

IN22

De ondernemer heeft de uitslag van het Salmonella onderzoek gemeld aan de aangewezen databank (KIPnet).

IN23

administratief De meldingen als bedoeld in IN21 en Benodigde gegevens: KIPnummer, IN22 bevatten alle benodigde gegevens. activiteit, geboortedatum stalkoppel, stalnummer, datum bemonstering, monsternemer (naam HOSOWO of DA), type monster (inlegvel, overschoentjes), type onderzoek (regulier of officieel Salmonella), uitslag, datum uitslag, indien positief ook het serotype.

GvGP: maatregelen bij Salmonellabesmetting IN24 De ondernemer gebruikt geen antimicrobiële stoffen als bestrijding tegen Salmonella.

administratief

Controleer, voornamelijk bij positieve uitslagen voor Salmonella, of na bekend worden van de uitslag er antimicobiële stoffen zijn gebruikt.

GvGP: hygiënescan


IN25

De pluimveehouder vult ten minste iedere De scan wordt beschikbaar gesteld door 12 maanden de hygiënescan in. stichting AVINED via www.avined.nl.

administratief

Controleer of iedere 12 maanden de hygiënescan is ingevuld.

Licht

Middel

NVT: voorschrift nog Ja geen 12 maanden van kracht.

1-8-2015


BIJLAGE 1.2B: VOORSCHRIFTEN IKB KIP OPFOK VOOR FOK- EN VERMEERDERINGSBEDRIJVEN Versie: 5 / Goedgekeurd CCvD IKB Kip: 22-06-2015 / Ingangsdatum: 01-08-2015 NORM

VOORSCHRIFT


MEETMETHODE

INTERPRETATIE MEETMETHODE JA

OA OA01

OA02

OA03

ADMINISTRATIE De volgende informatie is per koppel Aantonen d.m.v. P-formulieren. administratief vastgelegd: - aantal hanen/ hennen; - merk en type - toeleverancier (naam broederij en fokbedrijf); - entschema Terugmelding t.b.v. kuikenpaspoort: De Dit kan de opfokker aantonen door middel administratief van een kopie / bewijs van verzenden. opfokker meldt de uitvalsgegevens van het koppel over de eerste levensweek per stal per vermeerderaar/fokker schriftelijk terug aan de broederij, waarvan de kuikens zijn ontvangen. Dit gebeurt uiterlijk de tweede week na opzet van de kuikens. De volgende informatie wordt aan het fok of vermeerderingsbedrijf doorgegeven bij aflevering van het opfokpluimvee: - merk en type - aantal hanen / hennen - entschema - dierenartsverslagen indien diergeneesmiddelen zijn gebruikt - leeftijd dieren - afleverdatum - alle Salmonella en Mycoplasma uitslagen

Toelichting dierenartsverslagen: van de diergeneesmiddelen verstrekken zijn verstrekkingsdatum, naam / registratienummer en wachttermijn geregistreerd.

OB OB01

DIERPRESTATIE EN DIERGEZONDHEID De pluimveehouder heeft ervoor gezorgd Voor een klinische inspectie en dat de dierearts(enpraktijk) minimaal bedrijfsbegeleiding. Aantonen d.m.v. tweemaal per ronde het bedrijf heeft dierenartsenverslag. bezocht. OIN NEDERLANDSE GIDS VOOR GOEDE PRAKTIJKEN (GvGP) GvGP: hygiënogram OIN01 De ondernemer heeft, nadat hij de stal heeft gereinigd en ontsmet, voorafgaand aan het plaatsen van een nieuw koppel, één maal per kalenderjaar een hygiënogram laten uitvoeren. OIN02

OIN03

Indien de uitslag van het hygiënogram Een lijst met erkende IKB PSB onder OIN01 > 1,5 of < 3,0 is, dan wordt ontsmettingsbedrijven is te vinden op de betreffende stal opnieuw door een www.avined.nl. ontsmettingsbedrijf gereinigd en ontsmet. Daarna mag een nieuw stalkoppel worden geplaatst. Indien de uitslag van het hygienogram onder OIN01 > 1,5 maar < 3,0 is, dan laat de ondernemer tijdens de eerstvolgende leegstandperiode aansluitend aan het reinigen en ontsmetten opnieuw een hygienogram uitvoeren.

ANTWOORDMOGELIJKHEDEN NEE NIET GECONTROLEERD Weging 2-de NVT opties Weging 1-ste constatering constatering

BOVENWETTELIJK

INGANGSDATUM

Controleer van van het afgelopen jaar of de informatie als genoemd in het voorschrift per koppel in de administratie is opgenomen.

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

Controleer in de administratie of van elk koppel per stal een melding aan de broederij heeft plaatsgevonden over de utivalsgegevens van de eerste levensweek.

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

administratief

Controleer van het afgelopen jaar of of de in het voorschrift genoemde informatie doorgegeven is aan het fok of vermeerderingsbedrijf bij aflevering van het opfokpluimvee.

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

administratief

Controleer aan de hand van het dierenartsenverslag of de dierenarts minimaal tweemaal per ronde op het bedrijf langskomt.

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

administratief

Controleer of de ondernemer één maal per kalenderjaar een hygiënogram laat uitvoeren.

Middel

Zwaar

Ja

1-1-2015

administratief

Controleer of de ondernemer opnieuw heeft laten reinigen en ontsmetten door een ontsmettingsbedrijf. Controleer datum opzet volgend koppel en factuur ontsmettingsbedrijf.

Middel

Zwaar

NVT: uitslag niet > 1,5 en Ja < 3,0

1-1-2015

administratief

Controleer of de ondernemer opnieuw een hygienogram heeft laten uitvoeren.

Middel

Zwaar

NVT: uitslag niet > 1,5 en Ja < 3,0

1-1-2015

BIJLAGE 1.2B: VOORSCHRIFTEN IKB KIP VOOR OPFOK VOOR FOK- EN VERMEERDERINGSBEDRIJVEN

22/35

OIN04

Een nieuw stalkoppel mag pas geplaatst worden indien de uitslag van het hygienogram onder OIN03 <= 1,5 is.

Als de uitslag > 1,5 is, dan worden de administratief reiniging en ontsmetting en de uitvoering van een hygienogram net zo lang herhaald totdat de uitslag alsnog <= 1,5 is. administratief

OIN05

Indien de uitslag van het hygienogram onder OIN01 = 3,0, dan laat de ondernemer de stal opnieuw reinigen en ontsmetten door een ontsmettingsbedrijf.

OIN06

Na reinigen en ontsmetten van OIN05 is opnieuw een hygiënogram uitgevoerd.

administratief

OIN07

Een nieuw stalkoppel mag pas geplaatst worden indien de uitslag van het hygienogram onder OIN06 <= 1,5 is.

Als de uitslag > 1,5 is, dan worden de administratief reiniging en ontsmetting en de uitvoering van een hygienogram net zo lang herhaald totdat de uitslag alsnog <= 1,5 is.

BIJLAGE 1.2B: VOORSCHRIFTEN IKB KIP VOOR OPFOK VOOR FOK- EN VERMEERDERINGSBEDRIJVEN

Controleer of de ondernemer pas een nieuw stalkoppel heeft geplaatst nadat de uitslag van het hygienogram <= 1,5 was.

Middel

Zwaar

NVT: uitslag > 1,5

Ja

1-1-2015

Controleer of de ondernemer opnieuw heeft laten reinigen en ontsmetten.

Middel

Zwaar

NVT: uitslag < 3,0

Ja

1-1-2015

Controleer of er opnieuw een hygiënogram is uitgevoerd.

Middel

Zwaar

Ja

1-1-2015

Controleer of de ondernemer pas een nieuw stalkoppel heeft geplaatst nadat de uitslag van het hygienogram <= 1,5 is.

Middel

Zwaar

Ja

1-1-2015

NVT: uitslag > 1,5

23/35

BIJLAGE 1.2C: VOORSCHRIFTEN IKB KIP FOK- EN VERMEERDERINGSBEDRIJVEN Versie: 5 / Goedgekeurd CCvD IKB Kip: 22-06-2015 / Ingangsdatum: 01-08-2015 NORM

VOORSCHRIFT


MEETMETHODE

INTERPRETATIE MEETMETHODE

ANTWOORDMOGELIJKHEDEN NEE NIET GECONTROLEERD

JA

Weging 1-ste constatering FA FA01

GEBOUW EN INRICHTING Er is een van de dierruimten afgescheiden verwerkingsruimte voor de broedeieren.

FA02

De deelnemer beschikt over een eierbewaarplaats.

FA03

Er worden geen broedeieren buiten de eierbewaarplaats opgeslagen.

FB FB01

BEDRIJFSHYGIENE EN VOEDSELVEILIGHEID administratief Deelnemer kan dit aantoonbaar maken Er zijn alleen hanen bijgeplaatst die rechtstreeks afkomstig zijn van een IKB dmv KIPnummer herkomstkoppel hanen, Kip erkend pluimveebedrijf, waarvan max. kopie onderzoek naar Salmonella en 14 dagen voor bijplaatsing aangetoond is Mycoplasma Gallicepticum van herkomst bedrijf hanen. Uitslagen zijn maximaal dat bij het herkomstkoppel geen Salmonella of Mycoplasma Gallicepticum van 14 dagen voor overplaatsing. aangetoond is en dat aangetoond is dat wordt voldaan aan de NCD verordening.

FB02

Vermeerderingsbedrijven: één keer per twee ronden wordt een hygiënogram uitgevoerd.


administratief

FB03

De pluimveehouder plaatst de uitgeselecteerde dieren in bedrijfseigen kratten buiten het bedrijfsperceel.

Behalve tijdens selectieproces.

fysiek

FB04

De broedeieren worden op de volgende materialen verpakt voor vervoer: - visueel schone, nog nooit gebruikte pulptrays (verpakt in plastic), - visueel schone plastic trays of - visueel schone voorbroedladen vervoerd.

Visueel schoon = geen stof, mest, eierresten e.d. aanwezig.

fysiek

FB05

Broedeiertransportbanden, raaptafels en Zijn zodanig schoon dat resten van inpakapparatuur zijn schoon. voorgaande werkdagen verwijderd zijn.

fysiek

fysiek

fysiek

Behalve tijdens raapproces.

BIJLAGE 1.2C: VOORSCHRIFTEN IKB KIP VOOR FOK- EN VERMEERDERINGSBEDRIJVEN

fysiek


BOVENWETTELIJK

INGANGSDATUM

NVT opties

Zwaar

Schorsing

Zwaar

Schorsing

Controleer in alle stallen of er geen broedeieren buiten de eierbewaarplaats opgeslagen worden.

Zwaar

Schorsing

Controleer aan de hand van herkomst / data op P-formulier van het afgelopen jaar of er hanen bijgeplaatst zijn en of deze afkomstig waren van IKB Kip gecertificeerde pluimveebedrijven en zo ja of aan de gestelde voorwaarden is voldaan.

Zwaar

Schorsing

NVT: Geen hanen bijgeplaatst

Ja

1-1-2013

Controleer op aanwezigheid van rapportage van het hygiënogram van het afgelopen jaar en controleer of het hygiënogram uitgevoerd volgens Bijlage 11. Controleer in alle stallen of er geen kratten / containers met uitgeselecteerde dieren in de stal aanwezig zijn.

Zwaar

Schorsing

NVT: Fokbedrijven

Ja

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014 1-1-2015

Zwaar

Schorsing

NVT: geen uitgeselecteerde dieren aanwezig.

Ja

1-1-2013

Controleer of het aanwezige verpakkingsmateriaal aan de voorwaarden voldoet.

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

Controleer of de eiertransportbanden, raaptafels en inpakapparatuur schoon zijn.

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

Controleer in alle stallen of er een van de dierruimten afgescheiden verwerkingsruimte aanwezig is voor de broedeieren. Controleer de aanwezigheid van een eierbewaarplaats.

NVT: geen Ja erkenningscontrole / wisseling van CI / verbouwingen Ja NVT: geen erkenningscontrole / wisseling van CI / verbouwingen Geen NVT mogelijk Ja

1-1-2013

1-1-2013

1-1-2013

24/35

FB06

Wachttermijn voor diergeneesmiddelen wordt in acht genomen bij afzet broedeieren als consumptie-eieren (ook indien bestemming eiproductenindustrie is).

Bedrijf kan dit aantonen via afleverbonnen administratief diergeneesmiddelen en eieren. Bij melding van gebruikte diergeneesmiddelen wordt de volgende informatie doorgegeven aan afnemer eieren (ook aan broederij): - naam middel, - regNL nummer middel, - gebruikperiode.

Controleer of er het afgelopen jaar eieren afgezet zijn als consumptie-ei. Indien dit het geval is controleer dhet diergeneesmiddelen gebruik in de periode van afzet en controleer of er middelen gebruikt zijn met een wachttermijn.

zwaar

schorsing

Ja NVT: Geen broedeieren afgezet als consumptie eieren.

1-1-2013

FB07

Indien bij een koppel Salmonella Voor Nederlandse bedrijven van administratief enteritidis (Se), Salmonella typhimurium toepassing indien na verificatie-onderzoek (St), Salmonella Java of Mycoplasma door GD Se, St of Java aangetoond is. gallisepticum (Mg) aangetoond is worden de nog op het bedrijf aanwezige eieren van dat koppel afgezet aan de eiproducten-industrie.

Controleer afgelopen jaar aan de hand van positieve uitslag van onderzoeksrapport (van verificatie onderzoek) voor Se/St/java/M.g. in combinatie met de afleverbonnen naar de eierenafnemers.

zwaar

schorsing

NVT: geen Se , St of Ja Mg aangetoond.

1-1-2013

FC FC01

ADMINISTRATIE Bij aflevering van de broedeieren geeft het bedrijf de de volgende gegevens door aan de broederij: - n.a.w. gegevens - kipnummer - geboortedatum koppel* - aantal hanen / hennen* - entschema* - uitval per week - aantal geproduceerde eieren per koppel per week - aantal broedeieren gesplits in schone en gewassen eieren - dierenartsverslagen indien diergeneesmiddelen zijn ingezet - merk en type van de dieren* - Mycoplasma Gallisepticum uitslag Salmonella uitslag Van elke aangevoerd koppel zijn de volgende gegevens van het opfokbedrijf aanwezig: - NCD uitslag - AI uitslag - leeftijd dieren - aanvoerdatum dieren - dierenartsverslagen (gebruikte diergeneesmiddelen inclusief diagnose)

Controleer bij 10 afleveringen van het afgelopen jaar of het bedrijf de in het voorschrift opgesomde gegevens doorgegeven heeft aan de broederij.

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

administratief

Controleer of van elk aangevoerd koppel van het afgelopen jaar de in het voorschrift opgenomen informatie is opgenomen.

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

administratief

Controleer aan de hand van het dierenartsenverslag of de dierenarts minimaal eenmaal per ronde op het bedrijf langskomt.

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

FC02

FD FD01

DIERPRESTATIE EN DIERGEZONDHEID De pluimveehouder heeft ervoor gezorgd dat de dierearts(enpraktijk) minimaal eenmaal per ronde het bedrijf heeft bezocht.

Buitenlandse bedrijven geven het IKB administratief Kipnummer door. Bij afzet zelfde broederij, gedurende hele ronde, mogen gegevens met een * eenmalig per koppel doorgegeven worden. Dierenartsverslag incl. naam dierenarts, diagnose en diergeneesmiddelenverstrekking. Dient aangeleverd te worden gedurende verstrekking en tot 6 weken na verstrekking.

Voor een klinische inspectie en bedrijfsbegeleiding, dit is in het bedrijfsbehandelplan opgenomen. Aantonen d.m.v. dierenartsenverslag.


25/35

FIN NEDERLANDSE GIDS VOOR GOEDE PRAKTIJKEN (GvGP) GvGP: hygiënogram FIN01 De ondernemer heeft, nadat hij de stal heeft gereinigd en ontsmet, voorafgaand aan het plaatsen van een nieuw koppel, één maal per kalenderjaar een hygiënogram laten uitvoeren. FIN02

FIN03

FIN04

FIN05

Indien de uitslag van het hygiënogram Een lijst met erkende IKB PSB onder FIN01 > 1,5 of < 3,0 is, dan wordt ontsmettingsbedrijven is te vinden op de betreffende stal opnieuw door een www.avined.nl. ontsmettingsbedrijf gereinigd en ontsmet. Daarna mag een nieuw stalkoppel worden geplaatst. Indien de uitslag van het hygienogram onder FIN01 > 1,5 maar < 3,0 is, dan laat de ondernemer tijdens de eerstvolgende leegstandperiode aansluitend aan het reinigen en ontsmetten opnieuw een hygienogram uitvoeren.

administratief

Controleer of de ondernemer één maal per kalenderjaar een hygiënogram laat uitvoeren.

Middel

Zwaar

administratief

Controleer of de ondernemer opnieuw heeft laten reinigen en ontsmetten door een ontsmettingsbedrijf. Controleer datum opzet volgend koppel en factuur ontsmettingsbedrijf.

Middel

Zwaar

administratief

Controleer of de ondernemer opnieuw een hygienogram heeft laten uitvoeren.

Middel

Controleer of de ondernemer pas een nieuw stalkoppel heeft geplaatst nadat de uitslag van het hygienogram <= 1,5 was.

Een nieuw stalkoppel mag pas geplaatst Als de uitslag > 1,5 is, dan worden de administratief worden indien de uitslag van het reiniging en ontsmetting en de uitvoering hygienogram onder FIN03 <= 1,5 is. van een hygienogram net zo lang herhaald totdat de uitslag alsnog <= 1,5 is. administratief Indien de uitslag van het hygienogram onder FIN01 = 3,0, dan laat de ondernemer de stal opnieuw reinigen en ontsmetten door een ontsmettingsbedrijf.

FIN06

Na reinigen en ontsmetten van FIN05 is opnieuw een hygiënogram uitgevoerd.

FIN07

administratief Een nieuw stalkoppel mag pas geplaatst Als de uitslag > 1,5 is, dan worden de reiniging en ontsmetting en de uitvoering worden indien de uitslag van het van een hygienogram net zo lang hygienogram onder FIN06 <= 1,5 is. herhaald totdat de uitslag alsnog <= 1,5 is.


administratief

Ja

1-1-2015

NVT: uitslag niet > 1,5 en < 3,0

Ja

1-1-2015

Zwaar

NVT: uitslag niet > 1,5 en < 3,0

Ja

1-1-2015

Middel

Zwaar

NVT: uitslag > 1,5

Ja

1-1-2015

Controleer of de ondernemer opnieuw heeft laten reinigen en ontsmetten.

Middel

Zwaar

NVT: uitslag < 3,0

Ja

1-1-2015

Controleer of er opnieuw een hygiënogram is uitgevoerd.

Middel

Zwaar

Ja

1-1-2015

Controleer of de ondernemer pas een nieuw stalkoppel heeft geplaatst nadat de uitslag van het hygienogram <= 1,5 is.

Middel

Zwaar

Ja

1-1-2015

NVT: uitslag > 1,5

26/35

BIJLAGE 1.2D: VOORSCHRIFTEN IKB KIP VOOR VLEESKUIKENBEDRIJVEN Versie: 5 / Goedgekeurd CCvD IKB Kip: 22-06-2015 / Ingangsdatum: 01-08-2015 NORM

VOORSCHRIFT


MEETMETHODE


ANTWOORDMOGELIJKHEDEN NEE NIET GECONTROLEERD

JA

Weging 1-ste constatering VA VA01

GEBOUW EN INRICHTING Bij mechanische ventilatie bedraagt de Geldt alleen voor stallen gebouwd na 1-1- fysiek en geïnstalleerde ventilatiecapaciteit 2003. administratief tenminste 3,6 m3 lucht per uur per kilogram levend gewicht van vleeskuikens waarbij een maximum bezettingsdichtheid van 42kg/m2 met deze capaciteit behaald moet kunnen worden in de stal.

VA02

De lichtintensiteit is gelijkmatig in de stal verdeeld zodanig dat op elke plek een krant gelezen kan worden op ooghoogte van de vleeskuikens of 20 lux gemeten kan worden met een luxmeter.

VA03

De vleeskuikens worden met dimlicht of groen / blauw licht uitgeladen.

VA04

Aantoonbaar maken d.m.v. Binnen zeven dagen nadat de vleeskuikens in het gebouw zijn geplaatst, tijdschakelaar. tot drie dagen vóór de geplande slachttijd moet de verlichting een 24-uurschema volgen en donkerperiodes omvatten die in totaal ten minste zes uur duren, met ten minste één ononderbroken donkerperiode van ten minste vier uur, periodes met gedimd licht niet inbegrepen.

VB VB01

BEDRIJFSHYGIËNE EN VOEDSELVEILIGHEID Aanvoer van het pluimvee vindt direct Verkoop via tussenhandelaar is administratief vanaf de broederij plaats. toegestaan (zie VB03), echter aanvoer is direct vanaf de broederij / transport wordt door broederij uitgevoerd.

VB02

De bodem van de stal is bedekt met strooisel.

fysiek

Aantoonbaar maken d.m.v mogelijkheid dim of groen/ blauwlicht.

De bodem van de stal is niet te zien. Er wordt circa 1 kg strooisel per vierkante meter aangehouden. Er bevinden zich geen schimmelplekken in het strooisel.

BIJLAGE 1.2D: VOORSCHRIFTEN IKB KIP VOOR VLEESKUIKENBEDRIJVEN

fysiek

fysiek

fysiek


BOVENWETTELIJK

INGANGSDATUM

NVT opties

Middel

Zwaar

Geen mechanische ventilatie of stal gebouwd voor 1-12003.

Nee

1-1-2013

Licht

Middel

Geen NVT mogelijk

Nee

1-1-2013

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

Bij daglicht in de stal is dit aspect altijd goed. Controleer bij kunstlicht in alle stallen de tijdschakelaar van het licht op 6 uur donkerperiode van minstens 4 uur aaneengesloten (uitgezonderd eerste 7 dagen en laatste 3 dagen van opzet). Vraag na welk lichtschema gehanteerd wordt.

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Nee

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-8-2013

Controleer van alle koppels van het afgelopen jaar, aan de hand van afleverbonnen en transportbonnen, of de aanvoer van het pluimvee direct vanaf de broederij plaats vindt. Controleer in alle stallen of de bodem van de stal bedekt is met strooisel, zodanig dat de bodem van de stal niet te zien is, controleer tevens of zich geen schimmelplekken in het strooisel bevinden.

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

Controleer in alle stallen, indien de stallen na 1-1-2003 gebouwd en voorzien van mechanische ventilatie zijn, aan de hand van de maximum bezettingsdichtheid van 42 kg/m2 en de beschikbare ventilatiecapaciteit of de ventilatiecapaciteit tenminste 3,6 m3 per uur per kilogram levend gewicht is. Controleer in alle stallen of de lichtintensiteit op alle plekken in de stal hetzelfde is. Controleer vervolgens, op een willekeurige plek in de stal, of op ooghoogte van de vleeskuikens een krant gelezen kan worden of controleer met een luxmeter of de intensiteit minimaal 20 lux is. Controleer in alle stallen of er gebruik gemaakt kan worden van dimlicht of groen / blauw licht in de stallen.

27/35

VB03

Alle vleeskuikens zijn afkomstig van IKB Kip of Belplume gecertificeerde broederijen. Aanlevering via een tussenhandelaar is alleen toegestaan indien voldaan wordt aan de voorwaarden.

VC VC01

ADMINISTRATIE Op de afleverbonnen van de vleeskuikens zijn de volgende zaken aangegeven: geboortedatum, opzetdatum, aantal vleeskuikens, merk / type, naam broederij, registratienummer vermeerderaar en leeftijd moederdieren.

VC02

In de administratie is per afgeleverd koppel de kwaliteitsbeoordeling van de slachterij opgenomen.

VC03

In de administratie zijn van ieder koppel de afkeurrapporten van de veterinaire autoriteit met symptomen van afkeur opgenomen.

VC04

In de administratie is van ieder koppel een slachtrapport opgenomen.

VC06

De ondernemer kan aantonen dat voor elke aflevering van vleeskuikens aan de slachterij een schriftelijke melding tot laden door deze slachterij afgegeven is.

VC07

De uitslag van eventueel uitgevoerde secties zijn per koppel opgeslagen in de administratie.

Voorwaarden: administratief - per aflevering is er geen menging van meerdere broederijen, er mogen wel meerdere leveringen van 1 tussenhandelaar in 1 stal geplaatst worden; - per aflevering is de tussenhandelaar, broederij en vermeerderaar waarvan de eendagskuikens afkomstig zijn bekend dit wordt geregistreerd inclusief n.a.w. gegevens tussenhandelaar en broederij en geleverde hoeveelheid dieren; - het kuikenpaspoort wordt direct aan de broederij teruggekoppeld, pluimveehouder kan dit aantoonbaar maken; - de eendagskuikens zijn voorzien van een kuikenspaspoort van de broederij; - positieve Salmonella resultaten worden, aantoonbaar, aan de broederij teruggekoppeld; - broederij is IKB Kip / Belplume gecertificeerd.

Controleer van het afgelopen jaar of alle koppels afkomstig waren van IKB Kip of Belplume gecertificeerde broederijen. Indien sprake was van een tussenhandelaar: controleer of voldaan is aan de voorwaarden.

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

administratief

Controleer van elk koppel van het afgelopen jaar of de in het voorschrift genoemde gegevens op de afleverbonnen staan.

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

Alleen noodzakelijk indien de vleeskuikens geleverd zijn aan een IKBerkende slachterij.

administratief

Controleer van elk koppel van het afgelopen jaar, de aanwezigheid van de kwaliteitsbeoordelingen per koppel in de bedrijfsadministratie.

Middel

Zwaar

1-1-2013

Alleen noodzakelijk indien de vleeskuikens geleverd zijn aan een IKBerkende slachterij.

administratief

Controleer van elk koppel van het afgelopen jaar, de aanwezigheid van de documenten ten aanzien van afkeuring door veterinaire autoriteit per koppel in de bedrijfsadministratie. Controleer van elk koppel van het afgelopen jaar, of het slachtrapport in de administratie opgenomen is. Controleer van elk afgeleverd koppel (let op uitlaad / weglaadkoppels) van het afgelopen jaar, of er een schriftelijke melding tot laden is.

Middel

Zwaar

Middel

Zwaar

NVT: alleen koppels ja afgeleverd aan niet IKB Kip gecertificeerde slachterijen. NVT: alleen koppels ja afgeleverd aan niet IKB Kip gecertificeerde slachterijen. Geen NVT mogelijk ja

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

Middel

Zwaar

NVT: geen secties uitgevoerd

ja

1-1-2013

administratief

In deze schriftelijke melding wordt de datum en het tijdstip van laden vermeld.


administratief

administratief

Interview deelnemer of hij het afgelopen jaar secties heeft laten uitvoeren, indien dit het geval is controleer of de uitslagen aanwezig zijn.

1-1-2013

1-1-2013

28/35

Controleer van elk koppel van het afgelopen jaar of de in het voorschrift genoemde gegevens in de administratie zijn opgeslagen.

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Nee

1-1-2013

Controleer, van elk koppel (let op uitlaad / weglaadkoppels) van het afgelopen jaar, de doorgifte en vastlegging van de resultaten van het onderzoek op Salmonella. Crosscheck in de database met Microbioligische resultaten of de doorgegeven resultaten juist zijn. Controleer of dit 24 uur voor aflevering gebeurde. Controleer, van elk koppel van het afgelopen jaar, of ingevulde VKI formulieren voor elke aflevering aan de slachterij doorgegeven zijn (let op uitlaad / weglaadkoppels). Controleer in de administratie of van elk koppel per stal een schriftelijke / digitaal melding aan de broederij heeft plaatsgevonden over de uitvalsgegevens van de eerste levensweek. Controleer of deze melding uiterlijk de tweede week na opzet gedaan is.

middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Nee

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-8-2013

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Nee

1-1-2013

Zwaar

Schorsing

Ja NVT: kuikens afkomstig van een niet IKB Kip erkende broederij.

1-1-2013

Controleer het BGP, het BBP en aanpassingen of aanvullingen ten minste vijf jaar worden bewaard, of voor die termijn dat dit voorschrift van kracht is.

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-7-2014

administratief

Controleer, indien een overeenkomst tussen pluimveehouder en GPD dierenarts is beëindigd of de verklaring van de dierenarts ten aanzien van de reden van beïndiging is opgenomen in de administratie. Indien een dergelijke verklaring niet aanwezig is, controleer of de pluimveehouder heeft verzocht om een dergelijke verklaring.

Middel

Zwaar

NVT: geen overenkomst beïndigd.

Ja

1-7-2014

administratief

Controleer of de verslagen ten minste 5 jaar worden bewaard, of voor die termijn dat dit voorschrift van kracht is.

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-7-2014

administratief

Controleer of, indien pluimveehouder is overgestapt, een kopie van het bedrijfsdossier aan de nieuwe dierenarts is verstrekt.

Middel

Zwaar

NVT: pluimveehouder is niet overgestapt.

Ja

1-7-2014

administratief Indien gebruik gemaakt wordt van een standaard staltemperatuur, voerschema, entschema en lichtschema wordt deze getoond. Indien hiervan afgeweken is, wordt dit bij het betreffende koppel in de administratie opgenomen.

VC08

Per koppel zijn de volgende gegevens opgeslagen in de administratie: opzetdatum, geboortedatum, stalnummer, staltemperatuur per dag, selectie aantallen per dag (incl. reden van selectie), wateropname per dag, lichtschema, gewichtstoename per dag, voerschema, entschema, uitval per dag en data lediging en inspectie van voersilo.

VC09

De veehouder geeft minimaal 24 uur voor Bewijs: bv. kopie fax / brief / afleverbon, elke aflevering van de vleeskuikens de bewijs moet voorzien zijn van datum + juiste resultaten van Salmonella tijdstip. onderzoeken door aan de slachterij en legt bewijs van deze doorgifte vast in de eigen administratie

VC10

De pluimveehouder geeft minimaal 24 uur voor elke aflevering van de vleeskuikens het ingevulde VKI formulier door aan de slachterij.

VC11

Terugmelding t.b.v. Kuikenpaspoort: De Dit kan de pluimveehouder aantonen pluimveehouder meldt de uitvalsgegevens d.m.v. een kopie. Terugmelding via kuikenpaspoort van bijproductenkoppels van het koppel over de eerste levensweek schriftelijk / digitaal per stal is niet noodzakelijk. terug aan de broederij waarvan de kuikens zijn ontvangen. Bij deze terugkoppeling wordt aangegeven van welke vermeerderaar(s) de kuikens afkomstig waren. De melding gebeurt uiterlijk de tweede week na opzet.

administratief

VC12

Bewaartermijn is nodig i.h.k.v. UDDHet bedrijfsgezondheidsplan, het bedrijfsbehandelplan en aanpassingen of voorschriften. aanvullingen op deze plannen - als gevolg Dit voorschrift geldt tot nader orde niet van de jaarlijkse evaluatie of het gebruik voor buitenlandse IKB bedrijven. van derde keus middelen - worden ten minste vijf jaar bewaard. In geval van beëindiging van de Verklaring is nodig i.h.k.v. UDDovereenkomst tussen de pluimveehouder voorschriften. Dit voorschrift geldt tot en GPD dierenarts wordt de verklaring nader orde niet voor buitenlandse IKB van de dierenarts met de reden van de bedrijven. beëindiging van de overeenkomst bewaard in de administratie.

administratief

VC13

VC14

VC15

VD

administratief

Kan dit aantoonbaar maken a.d.h.v. kopie administratief VKI formulieren. Het standaard VKI formulier is terug te vinden op www.pve.nl.

De verslagen van de bezoeken van de dierenarts worden ten minste 5 jaar bewaard.

Bewaartermijn is nodig i.h.k.v. UDDvoorschriften. Dit voorschrift geldt tot nader orde niet voor buitenlandse IKB bedrijven. Indien de pluimveehouder overstapt naar Overdragen van dit zogenoemde een andere dierenarts, dan draagt hij er bedrijfsdossier is nodig i.h.k.v. UDDzorg voor dat de nieuwe dierenarts een voorschriften. Dit voorschrift geldt tot kopie ontvangt van de zaken zoals nader orde niet voor buitenlandse IKB genoemd in voorschrift VC12, VC13 en bedrijven. VC14. VOER(SYSTEMEN) EN DRINKWATER(SYSTEMEN)


29/35

Zie ook kwaliteitsbeoordeling VE02. N.v.t. administratief indien kuikens geleverd zijn aan een niet IKB Kip erkende slachterij.

VD01

Uit de kwaliteitsbeoordeling van de slachterij blijkt dat de vleeskuikens nuchter waren op moment van slachten.

VD02

Vleeskuikens kunnen onbeperkt eten en drinken.

VD03

Op alle punten in de vleeskuikenstal is er Alleen van toepassing bij stallen die na 01 fysiek binnen een afstand van maximaal 3 meter 01-2003 in gebruik zijn genomen en voor een voerpunt aanwezig. stallen waarin na deze datum het voersysteem is aangepast.

VD04

Bij voergoot: de voerbaklengte in een vleeskuikenstal is minimaal 4,0 cm per dier.

fysiek

VD05

Bij voerpannen: de voerbaklengte in een Geldt in geval van voerpannen. Alleen van fysiek toepassing bij stallen die na 01-01-2003 in vleeskuikenstal is minimaal 1,0 cm per gebruik zijn genomen en voor stallen dier. waarin na deze datum het voersysteem is aangepast.

VD06

De wateropname is per dag en per stal afleesbaar.

VD07

Op alle punten in de vleeskuikenstal is Alleen van toepassing bij stallen die na 01 fysiek binnen een afstand van maximaal 3 meter 01-2003 in gebruik zijn genomen en voor stallen waarin na deze datum het een drinkpunt aanwezig. drinkwatersysteem is aangepast.

VD08

Bij ronddrinkers: minimaal 0,6 cm per dier.

Alleen van toepassing bij stallen die na 01 fysiek 01-2003 in gebruik zijn genomen en voor stallen waarin na deze datum het drinkwatersysteem is aangepast.

VD09

Bij nippels: maximaal 16 dieren per nippel.


fysiek

Geldt in geval van een voergoot. Alleen van toepassing bij stallen die na 01-012003 in gebruik zijn genomen en voor stallen waarin na deze datum het voersysteem is aangepast.

fysiek


Controleer van alle koppels van het afgelopen jaar in de ontvangen kwaliteitsbeoordelingen van de slachterij (zie VE02) of de vleeskuikens nuchter waren ten tijde van het aanhangen. Let op uitlaad / weglaadkoppels.

Zwaar

Schorsing

NVT: kuikens gelever ja aan niet IKB Kip erkende slachterij.

1-1-2013

Controleer in alle stallen op het bedrijf of de vleeskuikens tijdens de controle kunnen eten en drinken. Indien stallen / voersysteem van na 1-12003: meet in alle stallen de afstand tussen voerpunten onderling en voerpunten en muur; controleer of dit
Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

1-1-2013

Zwaar

Schorsing

NVT: Stal of ja voersysteem gebouwd voor 1-12003, geen erkenningscontrole, geen wisseling CI en geen verbouwingen die van invloed zijn op voerpunten.

1-1-2013

Indien stallen / systemen van na 1-1-2003 en voergoot: meet in alle stallen de voerbak op en bereken aan de hand van het aantal dieren of minimaal 4 cm van de voerbak per dier beschikbaar is. 2% meetafwijking toegestaan.

Zwaar

Schorsing

NVT: Stal / systeem Ja gebouwd voor 1-12003 of geen rechte voergoot

1-1-2013

Indien stallen / systemen van na 1-1-2003 en voerpannen: meet in alle stallen de voergoot op en bereken aan de hand van het aantal dieren of de voerbak minimaal 1 cm per dier is. 2% meetafwijking toegestaan. Controleer in alle stallen of de wateropname per dag per stal afleesbaar is. Ga op 4 willekeurige punten inalle stallen staan en controleer of binnen een afstand van maximaal 3 meter een drinkpunt aanwezig is. 2% meetafwijking toegestaan.

Zwaar

Schorsing

NVT: Stal / systeem gebouwd voor 1-12003 of geen ronde voergoot

Ja

1-1-2013

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013

Zwaar

Schorsing

NVT: stal / systeem Ja gebouwd voor 1-12003, geen erkennings-controle, geen wisseling CI en geen verbou-wingen die van invloed zijn op drinkpunten.

1-1-2013

Zwaar

Schorsing

NVT: Stal / systeem gebouwd voor 1-12003 of geen ronddrinkers.

Ja

1-1-2013

Zwaar

Schorsing

NVT: Stal /systeem Ja gebouwd voor 1-12003 of geen nippels.

1-1-2013

Indien stallen / systemen van na 1-12003: bereken op basis van de lengte van de drinkwatervoorziening en het aantal aanwezige dieren in alle stallen of elk dier de beschikking over minimaal 0,6 cm drinkwatervoorziening heeft. 2% meetafwijking toegestaan. Indien stallen / systemen van na 1-12003: bereken in alle stallen aan de hand van het aantal nippels en het aantal aanwezige dieren of er maximaal 16 dieren per nippel zijn.

nee

30/35


VD10

Bij drinkcups: maximaal 50 dieren per cup.

VE VE01

DIERPRESTATIE EN DIERGEZONDHEID administratief De pluimveehouder heeft ervoor gezorgd Voor een klinische inspectie en bedrijfsbegeleiding, inclusief evaluatie van dat de dierenarts(enpraktijk) minimaal het eventuele antibioticagebruik. eenmaal per ronde het bedrijf heeft Aantonen d.m.v. dierenartsenverslag. bezocht. De pluimveehouder geeft de uitslagen van administratief Salmonella onderzoeken 24 uur voor slachten door aan de slachterij.

VE02

VF VF01

SALMONELLA JAVA Indien de pluimveehouder op de hoogte is Het gaat hierbij om alle constateringen administratief gesteld van een Salmonella Java van Salmonella Java (niet alleen de besmetting op het bedrijf, dan wordt dit eerste!). Pluimveehouder maakt tijdig binnen 24 uur aan de schemabeheerder melding van: KIP-nummer, gemeld (melding via KIPnet is geboortedatum koppel, afvoerdatum toegestaan). koppel, stalnummer, datum monstername, datum uitslag. Melding kan tijdens IKB controle aangetoond worden (kopie).

VF02

Indien eerste besmetting door onderzoek van pluimveehouder middels overschoentjes of inlegvellen: na afvoer besmet koppel en reiniging en ontsmetting, swabonderzoek (1) uit laten voeren door HOSOWO-instantie. Uitslag swabonderzoek (1) binnen 24 uur melden aan de schemabeheerder. Er mag een nieuw koppel (2-de) geplaatst worden.

VF03

Indien swabonderzoek (1) uit VF02 Pluimveehouder maakt melding van: KIP- administratief positief: na afvoer 2-de koppel 3 weken nummer, geboortedatum koppel en leegstandsperiode hanteren. Opzet nieuw stalnummer. koppel (3-de) melden aan de schemabeheerder.

Pluimveehouder maakt melding van: KIP- administratief nummer, geboortedatum koppel, afvoerdatum koppel, stalnummer, datum swabonderzoek, HOSOWO-instantie, uitslag swabonderzoek.


Indien stallen / systemen van na 1-12003: bereken in alle stallen op basis van het aantal cups en het aantal aanwezige dieren of er maximaal 50 dieren per cup zijn. 2% meetafwijking toegestaan.

Zwaar

Schorsing

NVT: Stal / systeem gebouwd voor 1-12003 of geen drinkcups.

Ja

1-1-2013

Controleer aan de hand van het dierenartsenverslag of de dierenarts het afgelopen jaar minimaal eenmaal per ronde op het bedrijf langskomt. Administratieve controle bij de ondernemer: Controleer of elk koppel vleeskuikens van het afgelopen jaar is onderzocht op Salmonella en dit volgens Bijlage 11 is. KIPnet controle: voor controle bij Nederlandse bedrijven geldt dat bij controle gebruik gemaakt wordt van de microbiologische registraties in KIPnet. Controleer of, volgens KIPnet, elk koppel van het afgelopen jaar is onderzocht op Salmonella en wordt voldaan aan Bijlage 11. Indien KIPnet niet volledig, controleer in de administratie of onderzoeken gedaan zijn / aan de voorwaarden voldaan wordt.

Middel

Zwaar

Geen NVT mogelijk

Ja

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-7-2014

Zwaar

Schorsing

Geen NVT mogelijk

Nee

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014

Controleer van het afgelopen jaar, indien er een Salmonella Java positieve uitslag was, of dit tijdig doorgegeven is.

Schorsing.

Uitsluiting

Geen Salmonella Java

Nee

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014 1-8-2015

Indien de Salmonella Java besmetting geconstateerd is door de pluimveehouder (d.m.v. overschoentjes of inlegvellen); controleer of er een swabonderzoek is uitgevoerd door een HOSOWO-instantie en of de uitslag van dit swabonderzoek is doorgegeven. Notitie voor KIPnet: noteer naam HOSOWO-instantie.

Schorsing.

Uitsluiting

Geen Salmonella Nee Java door onderzoek pluimveehouder.

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014

Controleer of er een leegstandsperiode van 3 weken gehanteerd is en controleer of pluimveehouder opzet nieuw koppel gemeld heeft.

Schorsing.

Uitsluiting


1-1-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014

31/35

VF04

VF05

VF06

Tijdens leegstandsperiode van VF03 de stal reinigen en ontsmetten en een swabonderzoek (2) laten uitvoeren door een HOSOWO-instantie. Uitslag swabonderzoek (2) binnen 24 uur melden aan de schemabeheerder. Indien swabonderzoek (2) uit VF04 positief na afvoer 3-de koppel leegstandsperiode hanteren en net zo lang reinigen en ontsmetten totdat swabonderzoek (3) negatief is. Uitslag swabonderzoek (3) binnen 24 uur melden aan de schemabeheerder. Indien swabonderzoek (3) uit VF05 negatief is mag een nieuw koppel (4-de) opgezet worden. Opzet nieuw koppel (4de) melden aan de schemabeheerder.

Pluimveehouder maakt melding van: KIP- administratief nummer, geboortedatum koppel, afvoerdatum koppel, stalnummer, datum swabonderzoek, HOSOWO-instantie, uitslag swabonderzoek. Pluimveehouder maakt melding van: KIP- administratief nummer, geboortedatum koppel, afvoerdatum koppel, stalnummer, datum swabonderzoek, HOSOWO-instantie, uitslag swabonderzoek.

Pluimveehouder maakt melding van: KIP- administratief nummer, geboortedatum koppel en stalnummer.

VIN NEDERLANDSE GIDS VOOR GOEDE PRAKTIJKEN (GvGP) GvGP: Salmonella graan VIN01 Indien de ondernemer aan een koppel vleeskuikens graan voert afkomstig van eigen teelt of rechtstreeks afkomstig van een andere teler, bewaart hij een monster van iedere partij.

Uitsluiting

Nee Geen Salmonella Java door onderzoek pluimveehouder.

1-1-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014

Schorsing.

Uitsluiting


1-1-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014

Schorsing.

Uitsluiting


1-1-2013 Gewijzigd per: 1-5-2014

Controleer of pluimveehouder graan voert afkomstig van eigen teelt of rechtstreeks afkomstig van een andere teler van iedere partij een monster bewaart.

Licht

Middel

NVT: geen eigen graan of graan rechtstreeks van teler.

Ja

1-1-2015

Vraag de ondernemer hoe hij de monsters genomen heeft en controleer of dit volgens artikel 5b van Bijlage 11 van de AV IKB Kip is gebeurd. Controleer indien bij een koppel een Salmonellabesmetting is aangetoond, of het bewaarde graanmonster onderzocht op de aanwezigheid van Salmonella. Controleer of dit volgens artikel 5b van Bijlage 11 van de AV IKB Kip is gebeurd.

Licht

Middel

Ja

1-1-2015

Licht

Middel

NVT: geen eigen graan of graan rechtstreeks van teler. NVT: geen Salmonella.

Ja

1-1-2015

Controleer of de ondernemer de rest van de partij graan niet aan een koppel vleeskuikens heeft gevoerd.

Licht

Middel

NVT: geen Ja Salmonella. NVT: VIN03 heeft aangetoond dat voer niet de oorzaak is van Salmonella besmetting.

1-1-2015

Controleer of het behandelde graan opnieuw ter verificatie onderzocht is op de aanwezigheid van Salmonella. Indien het onderzoek uitwijst dat het niet meer besmet is met Salmonella mag de ondernemer het aan een koppel vleeskuikens voeren.

Licht

Middel

NVT: geen Salmonella, graan wordt niet opnieuw aangeboden.

Ja

1-1-2015

Controleer in de administratie: of er één maal per kalenderjaar een hygiënogram is uitgevoerd.

Zwaar

Schorsing


1-1-2015

De monsters zoals bedoeld in VIN01 zijn genomen overeenkomstig artikel 5b van Bijlage 11 van de AV IKB Kip.

fysiek

VIN03

Indien bij een koppel een Salmonellabesmetting is aangetoond wordt het bewaarde graanmonster onderzocht op de aanwezigheid van Salmonella overeenkomstig artikel 5b van Bijlage 11 van de AV IKB Kip.

administratief

VIN04

Indien uit het in VIN03 bedoelde onderzoek blijkt dat het monster graan is besmet met Salmonella, voert de ondernemer de rest van de partij graan niet aan een koppel vleeskuikens.

administratief

VIN05

Indien besmet graan behandeld is voor Onderzoek volgens artikel 5b van Bijlage administratief Salmonella, wordt het graan opnieuw ter 11 van de AV IKB Kip. verificatie onderzocht op de aanwezigheid van Salmonella. Indien het onderzoek uitwijst dat het niet meer besmet is met Salmonella mag de ondernemer het aan een koppel vleeskuikens voeren.


Schorsing.

administratief

VIN02

GvGP: hygiënogram VIN06 De ondernemer heeft, nadat hij de stal heeft gereinigd en ontsmet, voorafgaand aan het plaatsen van een nieuw koppel, één maal per kalenderjaar een hygiënogram laten uitvoeren.

Controleer of er tijdens de leegstandsperiode van M2b een swabonderzoek is uitgevoerd door een HOSOWO-instantie en of de uitslag is doorgegeven. Notitie KIPnet: noteer naam HOSOWO-instantie. Controleer of er niet eerder een nieuw koppel opgezet is dan dat de uitslag van het swabonderzoek negatief was, controleer of de uitslagen van swabonderzoeken zijn doorgegeven. Notitie KIPnet: noteer naam HOSOWOinstantie. Controleer of de opzet van een nieuw koppel is doorgegeven.

administratief

32/35

VIN07

VIN08

VIN09

VIN10

Het hygiënogram, zoals genoemd in VIN06, is uitgevoerd door een HOSOWOinstantie. Indien de uitslag van het hygiënogram > 1,5 en < 3,0 dan laat de ondernemer tijdens de eerstvolgende leegstandsperiode, nadat hij de stal gereinigd en ontsmet heeft, opnieuw een hygiënogram uitvoeren. Indien de uitslag van het hygiënogram = Een lijst met erkende IKB PSB 3,0 dan wordt tijdens de volgende ontsmettingsbedrijven is te vinden op leegstandsperiode de stal ontsmet door www.avined.nl. een ontsmettingsbedrijf.

administratief

Na de ontsmetting als bedoeld in VIN09 wordt opnieuw een hygiënogram uitgevoerd door een HOSOWO-instantie.

administratief


administratief

administratief

Controleer in de administratie of een hygiënogram is uitgevoerd door een HOSOWO instantie. Controleer in de administratie of de uitslag van het hygiënogram > 1,5 en < 3,0 was en of tijdens de volgende leegstandsperiode opnieuw een hygiënogram is uitgevoerd door een HOSOWO-instantie Controleer in de administratie of de uitslag van het hygiënogram = 3,0 en tijdens de volgende leegstandsperiode ontsmet is door een professioneel ontsmettingsbedrijf. Controleer in de administratie of de uitslag van het hygiënogram = 3,0 en opnieuw een hygiënogram is uitgevoerd.

Licht

Middel


1-1-2015

Middel

Zwaar

NVT: uitslag niet > 1,5 en < 3,0.

Ja

1-1-2015

Zwaar

Schorsing

NVT: uitslag niet = 3,0.

Ja

1-1-2015

Middel

Zwaar

NVT: uitslag niet = 3,0.

Ja

1-1-2015

33/35

BIJLAGE 1.2E: VOORSCHRIFTEN IKB KIP ANTIBIOTICAGEBRUIK VLEESKUIKENBEDRIJVEN Versie: 5 / Goedgekeurd CCvD IKB Kip: 22-06-2015 / Ingangsdatum: 01-08-2015 NORM

VOORSCHRIFT


MEETMETHODE


JA

ANTWOORDMOGELIJKHEDEN NEE

Weging 1-ste constatering AB05

AB06

Notitie te maken door CI: noteer in welk niveau het bedrijf is ingedeeld. Deelnemer zorgt voor een dermate goede I&R-registratie waardoor een benchmarkrapport inclusief vermelding van het antibioticumgebruik (dd/dj-getal) kan worden opgesteld.


Streef-, signalerings- of actieniveau.

BOVENWETTELIJK NIET GECONTROL EERD NVT opties Ja

administratief Beoordeling vindt twee keer per jaar plaats en betreft steeds het benchmarkrapport over de eerste, dan wel de tweede helft van een kalenderjaar. Indien registraties (I&R) niet voldoende op orde zijn, dat wil zeggen dat de aanvoerregistratie niet volledig is kan geen juist gebruik worden berekend. Bedrijf dient dan de registraties te verbeteren, zodanig dat wel een juiste berekening kan worden gedaan en rapport kan worden opgemaakt.

Controleer of het bedrijf beschikt over een rapport inclusief vermelding van het gebruik.

Middel

Zwaar

NVT: Ja fokbedrijven, opfokbedrijven, vermeerderings bedrijven en buitenlandse vleeskuikenbed rijven.

INGANGSDATUM

1-8-2013 Gewijzigd per: 1-8-2015 1-8-2015

AB07

Indien bedrijf in signaleringsniveau zit: deelnemer heeft binnen vier weken na melding door CI vervolgactie ondernomen, te weten verbeterplan opgesteld en ingestuurd naar zijn CI. Het verbeterplan bevat ten minste het KIPnummer, de datum van opstellen en de conclusies / te ondernemen acties.

administratief Beoordeling vindt twee keer per jaar plaats en gaat steeds over de eerste, dan wel de tweede helft van een kalenderjaar. Aan de hand van uitgegeven benchmarkrapporten verstuurt CI een melding aan het bedrijf waarin ook de vervolgactie (verbeterplan) wordt benoemd. Benchmarkrapporten worden vaker afgegeven, maar beoordeling enkel t.a.v. deze twee periodes. Signaleringsniveau: >17, doch ≤ 34 dd/dj.

Controleer of bedrijf in signaleringsniveau zit en, zo ja of een verbeterplan, met de gevraagde informatie is ingestuurd naar de CI.

Middel

Zwaar

Ja NVT: fokbedrijven, opfokbedrijven, vermeerderings bedrijven en buitenlandse vleeskuikenbed rijven, of niet ingedeeld in signaleringsniv eau.

1-8-2015

AB08

administratief Indien bedrijf in actieniveau zit: deelnemer Beoordeling vindt twee keer per jaar heeft binnen vier weken na melding door plaats en gaat steeds over de eerste, dan wel de tweede helft van een kalenderjaar. CI vervolgactie ondernomen, te weten Aan de hand van de uitgegeven samen met zijn dierenarts een benchmarkrapporten verstuurt CI een gestructureerde aanpak antibiotica melding aan het bedrijf waarin ook de opgesteld en (door dierenarts) laten opnemen in de antibiotica databank CRA. vervolgactie (gestructureerde aanpak) wordt benoemd. Benchmarkrapporten worden vaker afgegeven, maar beoordeling enkel t.a.v. deze twee periodes. Actieniveau: > 34 dd/dj.

Controleer of bedrijf in actieniveau zit en, zo ja of een gestructureerde aanpak is ingelezen in de antibiotica databank.

Middel

Zwaar

Ja NVT: fokbedrijven, opfokbedrijven, vermeerderings bedrijven en buitenlandse vleeskuikenbed rijven, of niet ingedeeld in actieniveau, of reeds voor derde achtereenvolge nde keer in actieniveau.

1-8-2015

BIJLAGE 1.2E: VOORSCHRIFTEN IKB KIP ANTIBIOTICAGEBRUIK VLEESKUIKENBEDRIJVEN

34/35

AB09

administratief Beoordeling vindt twee keer per jaar Indien bedrijf 3 achtereenvolgende plaats en gaat steeds over de eerste, dan periodes (benchmarkrapporten over wel de tweede helft van een kalenderjaar. eerste of tweede helft van een kalenderjaar) in actieniveau zit: deelnemer Aan de hand van de uitgegeven heeft binnen vier weken na melding door benchmarkrapporten verstuurt CI een CI vervolgactie ondernomen, te weten het melding aan het bedrijf waarin ook de vervolgactie (externe begeleider) wordt inplannen van een afspraak met extern begeleider (de afspraak hoeft niet binnen benoemd. Benchmarkrapporten worden vaker afgegeven, maar beoordeling enkel 4 weken plaats te vinden). t.a.v. deze twee periodes. Extern begeleider wordt benoemd door de Werkgroep antibioticagebruik pluimveesector. De extern deskundige maakt melding van het bezoek en de uitkomst aan de schemabeheerder. Schemabeheerder geeft de bezoekafpraak door aan CI. Kosten t.a.v. extern deskundige zijn voor rekening deelnemer.

BIJLAGE 1.2E: VOORSCHRIFTEN IKB KIP ANTIBIOTICAGEBRUIK VLEESKUIKENBEDRIJVEN

Controleer of bedrijf 3 achtereenvolgende periodes (benchmarkrapporten) in actieniveau zit en, zo ja of een afspraak met extern begeleider is ingepland.

Middel

Zwaar

Ja NVT: fokbedrijven, opfokbedrijven, vermeerderings bedrijven en buitenlandse vleeskuikenbed rijven, of niet voor derde achtereenvolge nde keer ingedeeld in actieniveau.

1-8-2015

35/35

BIJLAGE 1.2: VOORSCHRIFTEN IKB KIP PLUIMVEEBEDRIJVEN

Recommend Documents