Bidden op Harvard Parker Palmer als een zoutend zout in het (hoger) onderwijs
Naar aanleiding van: Palmer, P.J. (1998), The Courage to Teach. Exploring the Inner Landscape of a Teacher’s Life, San Francisco, CA: Jossey-Bass Door: Jacquelien Bulterman-Bos
Hoe ik aan Parker Palmer gekomen ben, weet ik niet meer precies. Het eerste boek dat ik van hem las, The Courage to Teach. Exploring the Inner Landscape of a Teacher’s Life 1 heb ik gekocht in 2002 in de Verenigde Staten toen ik bezig was een proefschrift te schrijven over omgaan met verschillen in de klas. Parker Palmer bekritiseert een ‘objectiviteitsdenken’, waarbij autoriteiten in naam der wetenschap bepalen hoe de wereld in elkaar zit. Deze ‘objectieve’ visie op kennis geeft aan de student geen andere rol dan slaafs te consumeren wat anderen bedacht hebben. De vraag hoe de student zich zelf tot deze opvattingen verhoudt is niet aan de orde. Een opleiding wordt dan louter een middel om een briefje te halen om een betere positie te krijgen. Palmer protesteert zowel tegen onderwijs dat niet tegelijkertijd vorming’ is, maar ook tegen kennisontwikkeling die alleen over ‘het weten’ gaat, maar ‘het leven’ buiten beschouwing laat. Tegen ‘het van bovenaf verordonneren van waarheden’ liep ik aan in mijn eigen vak, onderwijskunde. Theoretici hadden bedacht dat
1 Palmer, P.J. (1998), The Courage to Teach. Exploring the Inner Landscape of a Teacher’s Life, San Francisco, CA: Jossey-Bass
Bidden op Harvard
65
leraren moesten omgaan met verschillen, maar ik vond dat ze weinig oog hadden voor wat dit in de praktijk betekent. Uit hun geschriften kon ik niet opmaken dat ze begrepen wat het van leraren vraagt om een (grote) groep kinderen de hele dag lang gemotiveerd, vrolijk en vreedzaam te houden. Te midden van allerlei aannames van geleerden, die zelf niet voor de klas stonden, verstomde de stem van de struikelende leraar, vond ik. In plaats dat wetenschap leraren hielp om dichter bij de complexiteit van de klassenpraktijk te komen, had ik het gevoel dat wetenschap ervoor zorgde dat de werkelijke problemen van de praktijk op de achtergrond raakten. Het ‘objectieve’ denken veronderstelde immers dat de leraar uitvoert wat geleerden hadden bedacht. Parker Palmer gaf taal aan wat mij dwars zat. Hij bekritiseerde een manier van kennisontwikkeling die aan de ene groep recht van spreken toekent en de andere groep marginaliseert. Kennis zou geen middel moeten zijn om iemands macht of status te verhogen, benadrukte Palmer, maar zou mensen moeten helpen om zich beter met de werkelijkheid te kunnen verbinden. En met elkaar!
Wie is Parker Palmer?
Toen ik dit boek kocht, werd mij duidelijk dat Palmer een gelovig mens was, maar ik wist nog niet dat hij een reeks boeken over christelijke spiritualiteit had geschreven. Ook wist ik niet dat Palmer bevriend was met de inmiddels overleden priester Henri Nouwen.2 Ik wist niet dat hij acht eredoctoraten en zeven nationale prijzen in de VS had ontvangen. Ik wist niet dat Palmer in 1998 van 10.000 leidinggevenden in het hoger onderwijs in de VS een plaats in de top dertig van ‘meest invloedrijke 2 Henry Nouwen schreef het voorwoord van Palmer, P.J. (1980), The Promise of Paradox. A Celebration of the Contradictions in the Christian Life, San Francisco, CA: Jossey-Bass. Henri Nouwen zegt over dit boek: “Het is niet belangrijk omdat het geschreven is door een man die de bijbel goed kent, maar omdat het geschreven is door een man die zichzelf en zijn geliefden op een radicale manier door de bijbel laat aanpreken.”
66 | Vuur dat vuur ontsteekt
Vorming
leiders in het hoger onderwijs’ had gekregen. Ik wist niet dat hij in de top tien stond van mensen die de agenda voor het hoger onderwijs hadden bepaald. Palmer had dit alles verdiend vanwege zijn visie op ‘gemeenschap, kennisontwikkeling en spirituele heelheid.’ Ik wist ook niet dat de wereldwijde bestseller die ik kocht weldra in het Nederlands vertaald zou worden, uitgerekend door het niet-identiteitsgebonden Algemeen Pedagogische Studiecentrum (APS).3
Kennen zoals wij gekend worden
Parker Palmer’s bronnen gaan terug op de woestijnvaders, de christenen die vanaf de derde eeuw de heidense cultuur verlieten om God te zoeken in de stilte van de woestijn. Via onder andere Augustinus kreeg de spiritualiteit van de woestijnvaders een belangrijke invloed op de ontwikkeling van de gehele christelijke kerk. Authentieke spiritualiteit, zo gelooft Palmer met de woestijnvaders, begint met openstaan voor de waarheid, wat dat dan ook moge zijn en waar het ons ook brengt. Terwijl het in de wetenschap lang vanzelfsprekend heeft geleken dat persoonlijke betrokkenheid in de zoektocht naar waarheid zoveel mogelijk uitgeschakeld moest worden, laat Palmer (in navolging van erkende wetenschapsfilosofen) zien dat grote wetenschappers hun ontdekkingen juist gedaan hebben dankzij hun persoonlijke betrokkenheid. Zoals ook het Bijbelse begrip ‘kennen’ de hele persoon omvat, zo vorm liefde en compassie de basis van ware kennis, benadrukt Palmer. In het boek To Know as we are Known. Education as a Spiritual Journey 4 legt Palmer dit uitgebreid uit. Onderwijs en wetenschap beogen doorgaans te weten te komen ‘hoe de wereld in elkaar zit’ om 3 Palmer, P.J. (2005), Leraar met hart en ziel. Over persoonlijke professionele groei, Groningen/Houten: Noordhoff Uitgevers 4 Palmer, P. (1993), To know as we are known, San Francisco, CA: Harper Collins Publishers
Bidden op Harvard
67
vervolgens deze wereld te manipuleren. Zo worden allerlei technieken ontwikkeld. De vraag wie de mensen zijn die deze technieken zouden moeten gebruiken, blijft buiten beschouwing. Als Adam en Eva verlangen wij naar kennis om als goden te heersen, maar vermijden we kennis waardoor we zelf opgeroepen worden om ons te bekeren, zegt Palmer. Maatschappelijke problemen, zoals milieuvervuiling, hangen rechtstreeks samen met kennisontwikkeling die zich alleen maar richt op de buitenwereld, maar niet op de binnenwereld. Palmer benadrukt dat ‘De waarheid leren’ veronderstelt dat we een persoonlijke relatie aangaan met wat de wereld onthult en van ons vraagt. Maar wat is waarheid? Deze vraag van Pilatus uit Johannes 18 komt uitgebreid aan de orde. Jezus reikte geen hypothesen aan die op hun waarheidsgehalte getoetst konden worden, maar hij reikte zichzelf en zijn leven aan. Hij zei niet: ,,Ik spreek ware woorden,” maar hij zei: ,,Ik ben de waarheid.” Daarmee nodigt hij ons uit om een persoonlijke relatie met de waarheid aan te gaan en zo te leven in verbondenheid met elkaar en met de schepping. ‘Gehoorzaamheid aan de waarheid’ is voor Palmer de kern van onderwijs en wetenschap. Deze gehoorzaamheid betreft niet alleen het verstand, maar gaat over een levenshouding van participatie en verantwoordelijkheid die de hele mens betreft. Palmer benadrukt dat het begrip ‘relatie’ tweezijdig is. Als wij ons hele wezen inzetten om de waarheid te leren kennen, ontdekken we dat we gekend worden. Om deze reden trokken christenen in de derde eeuw de woestijn in: ze wilden open leren staan voor de waarheid, opdat ze door de waarheid gevonden konden worden.
Praktijk van het onderwijs
Van belang voor mij is dat Parker Palmer zich niet alleen bezighoudt met filosofische beschouwingen en kennisparadigma’s, maar zich 68 | Vuur dat vuur ontsteekt
Vorming
uitermate praktische bezighoudt met de praktijk van het (hoger) onderwijs. Daarbij gaat het om alle disciplines; zijn laatste boek heeft hij onder andere samen met een natuurwetenschapper geschreven.5 Juist doordat hij zijn analyses vergezeld laat gaan met reflecties op eigen ervaringen, worden zijn boeken uitermate toegankelijk. Talloze vragen en kritische opmerkingen van docenten in het hoger onderwijs heeft hij verwerkt. Steeds weer zoekt Palmer naar manieren om zijn studenten actief bij de gedachtevorming in de klas te betrekken; altijd is de vraag aan de orde: wat hebben wijzelf te maken met datgene wat deze schrijver te berde brengt? Wat heeft dit te maken met de manier waarop wij in de wereld staan? Hoe kunnen we gehoor geven aan deze waarheid? Hoe kan deze gehoorzaamheid ons vrijmaken en verbinden met elkaar? Onderwijs, persoonlijke vorming en spirituele ontwikkeling gaan dus altijd samen. Een verschil van mening ziet Palmer als een uitnodiging om samen nog dieper op de werkelijkheid in te gaan. Een dergelijk gesprek veronderstelt nederigheid in de goede zin des woords, open staan voor wat hoger is dan wat jezelf voor waar had gehouden, anderen serieus nemen, onderzoek serieus nemen. Het vraagt om vertrouwen, eerbied en verantwoordelijkheid. Waarheid is een transcendent begrip. De waarheid zoeken veronderstelt een leven van gebed.
Een voorbeeld
Hoe kan dit vorm krijgen in het onderwijs? Met opzet vertaal ik Palmers visie naar het basisonderwijs, naar een eenvoudig probleem dat in het rekenonderwijs aan de orde kan komen, namelijk hoeveel blikken
5 Palmer, P.J., Zajonc, A., & Scribner (2010), The Heart of Higher Education: a Call to Renewal, San Francisco, CA: Jossey-Bass
Bidden op Harvard
69
verf zijn nodig om een schuurtje te verven. Het ene kind kan een rekenprobleem sneller en beter oplossen dan het andere. Als ‘objectieve’ kennis het enige doel van het rekenonderwijs is, ontstaat in de klas een hiërarchie waarbij sommige kinderen tot de knappen behoren en anderen tot de dommen. Maar deze zinloze scheiding tussen ‘onder’ en ‘boven’ hoeft niet bij voorbaat het uitgangspunt te zijn. Er zijn voorbeelden bekend van leraren die alle kinderen uitnodigen om na te denken over een manier waarop het probleem opgelost kan worden.6 Ze letten er scherp op dat kinderen goed naar elkaar luisteren, hun argumenten goed uitleggen, respectvol op elkaar ingaan en zorgvuldige afwegingen maken. Houdingen als ‘ik weet nu eenmaal het goede antwoord, hou jij, dommerik, je mond maar’, moeten geen kans krijgen. Het doel is immers om samen ‘gehoorzaamheid aan de waarheid’ te leren! Zo kan (een bepaalde mate van) consensus ontstaan. Als ook de vraag gesteld wordt welk type verf men wil kopen, kan het in de rekenles gaan over verantwoordelijkheid voor het milieu en van daaruit kunnen de kinderen terechtkomen bij hun relatie met hun Schepper. Dat zal niet in iedere les gebeuren; anderzijds is het ook weer niet ondenkbaar dat het voorkomt. Als er een conclusie wordt getrokken, zijn alle kinderen hierbij betrokken: kennis scheidt kinderen niet, maar verbindt hen. Ook is het duidelijk dat kinderen geen kennis leren waar ze zelf niet bij betrokken zijn, maar dat ze behalve rekenen ook leren samenleven en essentiële democratische vaardigheden verwerven.7 Bij dit alles vraagt Palmer aandacht voor de identiteit en de spiritualiteit van leraren. Hij benadrukt dat innerlijke overtuigingen 6 Mijn voorbeeld is Lampert , M. (1990), When the problem is not the question and the solution is not the answer: mathematical knowing and teaching, American Educational Research Journal, Vol 27, No. 1, pp. 29-63 7 Palmer’s laatste boek (2011) heet Healing the Heart of Democracy: The Courage to Create a Politics worthy of the Human Spirit.
70 | Vuur dat vuur ontsteekt
Vorming
uiteindelijk sterker zijn dan uiterlijke omstandigheden, ook als die uiterlijke omstandigheden de innerlijke overtuigingen in de weg staan. Inmiddels worden talloze retraites georganiseerd waar leraren zich bezinnen hoe ze – op scholen waar alleen waarde aan toetsresultaten gehecht lijkt te worden – toch trouw kunnen blijven aan hun roeping.
Bidden op Harvard?
Tussen ‘zoeken naar waarheid’ en ‘het contemplatieve gebed’ (waarbij de bidder de stem van God leert verstaan) ziet Palmer een duidelijke relatie. Hij appelleert daarmee aan mijn bevindelijke achtergrond. Zijn benadering voelt als ‘dicht bij huis’. Tegelijkertijd is duidelijk dat hij in de loop der jaren geleerd heeft om zo te schrijven dat zijn boodschap ook verstaanbaar is voor mensen die in een andere traditie staan. De bijbel bevat voor hem geen definitieve waarheden die verder onderzoek overbodig maken. De bijbel is ons uitgangspunt als wij ons erdoor laten transformeren tot nieuwe mensen. In mei van dit jaar sprak Palmer op de Harvard Graduate School of Education naar aanleiding van het boek The Heart of Higher Education: a Call to Renewal.8 Het ging over Contemplative Leadership. Onderdeel van de middag was een oefening waarbij leiders in kleine groepjes stil waren en luisterend op zoek gingen naar een diepere waarheid over zichzelf en de situatie waarin zij leidinggeven. In dergelijke gesprekken worden bruggen geslagen tussen verschillende tradities. De wereld van de bevindelijke christen wordt verbonden met wereldwijde spirituele bewegingen. Onze eigen traditie kan daar volgens mij in geplaatst worden; tegelijkertijd is duidelijk dat de Geest ook buiten het gereformeerde wereldje waait.
8 Palmer, P.J., Zajonc, A., & Scribner (2010), The Heart of Higher Education: a Call to Renewal, San Francisco, CA: Jossey-Bass
Bidden op Harvard
71
Dat dergelijke activiteiten op universiteiten plaatsvinden laat zien dat er ruimte begint te ontstaan voor een verbinding tussen kennen en zijn. De enorme oplages van Palmers boeken bewijzen dat heel veel mensen hun werk met hun diepere beweegredenen wensen te verbinden. Er is in onze tijd behoefte aan een zoutend zout!
72 | Vuur dat vuur ontsteekt
Vorming