Beter gebruik gegevens Gezonde School Niels Reijgersberg Esther Slinkman m.m.v. Aniek Verhoofstad
2 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Beter gebruik gegevens Gezonde School
In opdracht van de Onderwijsagenda Sport, Bewegen en een Gezonde Leefstijl
Niels Reijgersberg* Esther Slinkman** m.m.v. Aniek Verhoofstad*
* Mulier Instituut ** Rondom Organisatieadvies
© Mulier Instituut Utrecht, december 2015
3 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Mulier Instituut
Rondom Organisatieadvies
sociaal-wetenschappelijk sportonderzoek Postbus 85445 | 3508 AK Utrecht Herculesplein 269 | 3584 AA Utrecht
Lindestraat 7 | 3581 LR Utrecht
+31 (0)30 721 02 20 | www.mulierinstituut.nl
+31 (0)6 236 73 783 | www.rondom-advies.nl
[email protected] | @mulierinstituut
[email protected] | @rondomadvies
4 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Inhoudsopgave 1.
Inleiding
7
1.1
Achtergrond en doel
7
1.2
Opzet en werkwijze
8
1.3
Leeswijzer
9
2.
Het perspectief van scholen
11
2.1
Vermindering regeldruk in het onderwijs
11
2.2
Prioriteit gezondheidsbevordering
12
2.3
Bekendheid met vignet Gezonde School en ondersteuningsaanbod
14
2.4
Wat hebben scholen nodig om aan gezondheid te werken?
15
2.5
Tot slot
19
3.
Inventarisatie bij betrokken organisaties
21
3.1
Aanbod voor realiseren van Gezonde School
21
3.2
Bereik en contact met scholen rond aanbod Gezonde School
23
3.3
Samenwerking rond Gezonde School
27
3.4
Informatiebehoefte
30
3.5
Vastleggen en verspreiden van gegevens
32
3.6
Organisaties die (school)data verzamelen en verspreiden
34
4.
Probleemanalyse en oplossingsrichtingen
37
4.1
Belangrijkste bevindingen en probleemanalyse
37
4.2
Oplossingsrichtingen
40
5.
Voorkeursscenario’s
41
5.1
Keuze van scenario’s
41
5.2
Scenario 1: Gegevens Gezonde School weergeven op een kaart
42
5.3
Scenario 2: Indicator Gezonde School op scholenopdekaart.nl
44
Bijlage I Landelijk samenwerkingsverbanden m.b.t. Gezonde School
47
Bijlage II Categorieën organisaties
49
Bijlage III Top vijf interventies ondersteuningsaanbod
52
Bijlage IV Topiclist brede inventarisatie
53
Bijlage V Klankbordgroep
54
Bijlage VI afbeeldingen bij scenario 1
55
5 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
6 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
1. 1.1
Inleiding Achtergrond en doel De PO-Raad, VO-raad en MBO Raad werken samen aan een groter en beter sport-, beweeg- en gezond leefstijlaanbod in het onderwijs. Hiervoor hebben zij, op verzoek van het Ministerie van VWS en OCW, gezamenlijk de Onderwijsagenda Sport, Bewegen en een Gezonde Leefstijl (SBGL) opgesteld. Scholen in het primair onderwijs, voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs worden gestimuleerd om werk te maken van een ‘gezonde leeromgeving’. De Onderwijsagenda SBGL werkt samen met landelijke en regionale partners om Gezonde School in het onderwijs te stimuleren. Zowel op landelijk als op regionaal en lokaal niveau zijn hier verschillende organisaties bij betrokken.1 Steeds vaker worden maatschappelijke vraagstukken (bijvoorbeeld overgewicht, sociale veiligheid) bij het onderwijs neergelegd. Deze opgaven kunnen door scholen als extra belasting worden ervaren. Het is dan ook goed te beseffen dat de doelen die de betrokken organisaties rond Gezonde School willen bereiken, door het onderwijs als extra (maatschappelijke) druk kan worden ervaren. De drie onderwijsraden vinden het belangrijk dat de ontwikkeling van Gezonde School-beleid bij de ambities van scholen zelf aansluit. Daarom is het van belang zicht te krijgen op het perspectief van scholen. Wat zijn de wensen en prioriteiten met betrekking tot gezondheidsbevordering bij leerlingen en studenten? De PO-Raad, VO-raad en MBO Raad constateren dat veel informatie beschikbaar is over van scholen die (willen) werken aan Gezonde School. Informatie die kan helpen om een beeld te vormen over waar een school mee bezig is, kan bij verschillende websites of organisaties worden opgehaald. Het gaat om informatie over vignet Gezonde School, of en welke ondersteuning een school bij de ontwikkeling van Gezonde School-beleid heeft aangevraagd of welke interventies een school inzet op welke thema’s van Gezonde School. Deze kennis moet niet alleen op verschillende plekken worden verzameld, een deel van deze informatie is ook niet openbaar beschikbaar. In sommige gevallen wordt het contact en/of het bezoek aan een school ook vastgelegd, denk bijvoorbeeld aan het bezoek van een Gezonde Schooladviseur of het bezoek van de Schoolkantinebrigade van het Voedingscentrum. De gedachte is dat, door bestaande gegevens rond Gezonde School slimmer te gebruiken, activiteiten van verschillende organisaties beter op elkaar kunnen worden afgestemd. Door activiteiten beter op elkaar af te stemmen, zou de ondersteuning aan scholen gerichter kunnen worden ingezet en daarmee kan de belasting voor scholen worden verminderd. Daarnaast is de verwachting dat door het benutten van bestaande gegevens rond Gezonde school, de voortgang van het beleid beter zichtbaar wordt. De PO-Raad, VO-raad en MBO Raad hebben vanuit de Onderwijsagenda SBGL het Mulier Instituut en Rondom Organisatieadvies gevraagd onderzoek te doen naar deze mogelijkheden en te inventariseren of deze gedachte ook door betrokken organisaties wordt herkend.
1
Zie bijlage 1 voor een overzicht van welke organisaties in welk geformaliseerd samenwerkingsverband rond Gezonde School actief zijn.
7 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Doelstelling Het doel van dit project is om meer zicht te krijgen op mogelijkheden om gegevens die organisaties rond Gezonde School verzamelen, beter te gebruiken. We onderzoeken kansen om op basis van beschikbare gegevens de voortgang van Gezonde School beter zichtbaar te maken en kijken op welke wijze activiteiten beter op elkaar kunnen worden afgestemd door gegevens beter te gebruiken. We houden daarbij rekening met de behoefte van organisaties die betrokken zijn bij Gezonde School en met de wensen van scholen.
1.2
Opzet en werkwijze De opzet van het onderzoek is in drie fasen verdeeld: -
Een brede inventarisatie inclusief probleemanalyse;
-
Opstellen van oplossingsrichtingen en bespreken in een klankbordgroep;
-
Uitwerken van een of meerdere voorkeurscenario’s.
Brede inventarisatie De brede inventarisatie heeft betrekking op de organisaties die actief zijn rond Gezonde School en scholen zelf. Bij de organisaties inventariseren we in hoeverre zij contact hebben met scholen en/of welke informatie zij zoeken om scholen beter te ondersteunen. Welke gegevens houden partijen bij en wat is de kwaliteit daarvan? Anderzijds willen we meer zicht krijgen op wensen van scholen in het werken aan gezondheidsbevordering van leerlingen/studenten en de ontwikkeling van Gezonde Schoolbeleid. Betrokken organisaties De brede inventarisatie richt zich voornamelijk op landelijk opererende organisaties die actief zijn rond Gezonde School. In overleg met de opdrachtgever is afgestemd welke organisaties in de brede analyse zijn betrokken. In totaal is met 27 personen van 25 organisaties een (telefonisch) interview afgenomen waarvan een kort gespreksverslag is gemaakt. De benodigde gegevens zijn verzameld op basis van deskresearch en telefonische interviews. Van twee organisaties zijn de belangrijkste gegevens via deskresearch achterhaald (zie ook bijlage II). De organisaties die in deze inventarisatie zijn opgenomen, hebben we in vier categorieën verdeeld. Zie bijlage II voor een toelichting op onderstaande categorieën en het overzicht van alle betrokken organisaties inclusief geïnterviewde personen.
Organisaties die (in)direct ondersteuning bieden rond Gezonde School;
Organisaties met een aanbod voor scholen rond een thema van Gezonde School;
Organisaties die actief zijn in de (directe) omgeving van Gezonde School;
Organisaties die (school)data verzamelen, beheren en verspreiden.
Centrale thema’s Zes centrale thema’s vormden de leidraad voor de inventarisatie onder betrokken organisaties. Met de organisaties uit categorie 1 en 2 zijn alle thema’s besproken, omdat deze organisaties de scholen ondersteunen bij het werken aan Gezonde School en/of een aanbod hebben op een thema van Gezonde School. De inventarisatie van organisaties uit categorie 3 beperkte zich tot vragen die te maken hebben met gegevens die worden bijgehouden over hun activiteiten op scholen of in de omgeving van scholen en verbeterpunten. De organisaties uit categorie 4 zijn in deze inventarisatie meegenomen omdat zij een rol zouden kunnen spelen in mogelijke oplossingen. Zie tabel 1.1 voor een overzicht van de thema’s en met welke categorieën organisaties deze zijn besproken.
8 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Categorie 1
Categorie 2
Categorie 3
Categorie 4
Aanbod rondom Gezonde School
X
X
Bereik en contact scholen
X
X
Samenwerking andere partijen
X
X
Informatiebehoefte
X
X
X
Vastleggen en verspreiden van gegevens
X
X
X
X
Verbeterpunten
x
x
x
X
Perspectief van scholen Het perspectief van scholen brengen we in beeld op basis van onderzoeksgegevens uit de lopende Monitor Onderwijsagenda SBGL en de beleidssituatie rond de aanpak van regeldruk in het onderwijs. Het doel hiervan is te achterhalen wat scholen vinden van de wens om werk te maken van een gezonde leeromgeving voor leerlingen. Door gebruik te maken van bestaande informatie, willen we voorkomen dat we scholen te veel belasten met vragen die elders al zijn beantwoord. De vragenlijst is door 397 schoolleiders uit het primair onderwijs en 200 uit het voortgezet onderwijs ingevuld. De vragenlijst voor het middelbaar beroepsonderwijs is ingevuld door 208 leidinggevenden, afkomstig van verschillende onderwijslocaties.
Op basis van de probleemanalyse zijn vier oplossingsrichtingen geformuleerd die passen bij de gesignaleerde problemen in de brede inventarisatie. De belangrijkste uitkomsten van de inventarisatie en probleemanalyse zijn in een klankbordgroepbijeenkomst besproken (bijlage V). Tijdens deze bijeenkomst zijn vier mogelijke oplossingsrichtingen besproken. De feedback van de klankbordgroep heeft geresulteerd in twee voorkeurscenario’s. De leden van de klankbordgroep hebben op een conceptuitwerking van de voorkeursscenario’s kunnen reageren. Vervolgens zijn de voorkeursscenario’s verder uitgewerkt. Bij het uitwerken van deze scenario’s is rekening gehouden met:
De bestaande infrastructuur voor het verzamelen en verspreiden van kennis (o.a. Venster voor Verantwoording en Nationaal Kompas).
De korte- en lange termijn. De korte termijn betreft de periode tot 1 januari 2017 wanneer een aantal projecten (waaronder de Onderwijsagenda SBGL) eindigt vanwege het aflopen van de subsidie. De lange termijn gaat om oplossingen met een structureel karakter.
1.3
Leeswijzer In hoofdstuk 2 gaan we in op het perspectief van scholen in relatie tot het stimuleren van een gezonde leeromgeving voor leerlingen en studenten. De resultaten van de brede inventarisatie onder betrokken organisaties bij Gezonde School staan in hoofdstuk 3 weergegeven. In hoofdstuk 4 beschrijven we de probleemanalyse en bijbehorende oplossingsrichtingen. Vervolgens zijn de gekozen voorkeursscenario’s te lezen.
9 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
10 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
2.
Het perspectief van scholen Hoe ervaren scholen de roep om meer werk te maken van Gezonde School en daarmee een gezonde leeromgeving voor leerlingen/studenten te stimuleren? In hoeverre is binnen het onderwijs ruimte voor het werken aan verschillende gezondheidsthema’s?
2.1
Vermindering regeldruk in het onderwijs Het Ministerie van OCW heeft met de partners uit het onderwijsveld de Regeldrukagenda Onderwijs 2014–2017 opgesteld met als doel om de regeldruk te verminderen.2 Om de stand van zaken weer te geven, is begin 2015 hierover een voortgangsrapportage verschenen.3 De afspraken over de aanpak van de regels hebben betrekking op het afschaffen of vereenvoudigen van regels, het beter uitleggen en vroegtijdig afstemmen en over het slimmer omgaan met de regels. Van belang hierbij is om dubbelingen in registraties te voorkomen en om geen gegevens bij scholen op te vragen die elders al beschikbaar zijn. De regeldruk kan verder worden verminderd door afstemming te zoeken met lokale samenwerkingspartijen (slimmere organisatie, betere taakverdeling).
Regeldruk Scholen kunnen een hoge regeldruk ervaren. Die regeldruk heeft een negatieve invloed op de werkdruk, het werkplezier en de kwaliteit van het onderwijs. Regeldruk kan worden verdeeld in: -
Formele regeldruk vanuit wet- en regelgeving;
-
Omgaan met regels en interne regeldruk;
-
Maatschappelijke druk en nieuwe uitdagingen.
Het gaat dus niet alleen om formele wet- en regelgeving vanuit de overheid, maar ook om de geschreven én ongeschreven regels en afspraken die op scholen en binnen schoolbesturen worden gehanteerd. Daarnaast speelt ook de druk die in het onderwijs vanuit een veranderende samenleving wordt ervaren. Steeds vaker worden veranderingen van scholen verlangd als het om zaken als gezondheid, overgewicht en pesten gaat. Deze maatschappelijke en/of politieke druk vertaalt zich soms in beleidsveranderingen (zie bijvoorbeeld de wet Sociale Veiligheid in het onderwijs). Scholen kunnen door discussies over deze onderwerpen veel druk ervaren.
2
Zie de Regeldrukagenda Onderwijs 2014-2017 http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en publicaties/regelingen/2014/12/18/regeldrukagenda-onderwijs-2014-2017.html
3
http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/kamerstukken/2015/02/17/kamerbrief-over-deaanpak-van-de-regeldruk-in-het-onderwijs.html
11 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
2.2
Prioriteit gezondheidsbevordering In figuur 2.1 staat weergegeven hoe de ondervraagde scholen in het algemeen denken over het belang van gezondheidsbevordering voor studenten op hun locatie. De ruime meerderheid van de schoollocaties binnen alle schooltypes heeft een positieve houding ten aanzien van gezondheidsbevordering voor leerlingen. Vrijwel geen locatie heeft een negatieve houding ten aanzien van het belang van gezondheidsbevordering voor leerlingen.
Figuur 2.1 Hoe staat u tegenover gezondheidsbevordering voor de leerlingen op uw schoollocatie, (in procenten)
De tweede figuur geeft aan op welke gezondheidsthema’s de ondervraagde schoollocaties een structureel en beschreven beleid hebben. Het thema is dan in het beleid opgenomen en komt ieder jaar in een of meerdere leerjaren aan bod. De meeste locaties in het primair onderwijs hebben beleid voor leerlingen op het gebied van sociale ontwikkeling en welbevinden. Een reden voor deze hoge percentages is waarschijnlijk de wet Sociale Veiligheid die in het schooljaar 2015/2016 is ingegaan. Scholen in het primair onderwijs en voortgezet onderwijs zijn verplicht een sociaal veiligheidsbeleid te hebben. Daarnaast moeten scholen een persoon inzetten die dit beleid coördineert en scholen moeten de sociale veiligheid en het welbevinden van leerlingen monitoren. Binnen het voortgezet onderwijs wordt het meest beleid gemaakt op het gezondheidsthema roken, alcohol, drugs en gehoorschade. Het thema bewegen en sport wordt in het middelbaar beroepsonderwijs het meest in beleid verankerd.
12 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Figuur 2.1 Gezondheidsthema's waar de schoollocatie een structureel en beschreven beleid op heeft, meer antwoorden mogelijk (in procenten)
* De term sociale ontwikkeling en welbevinden: in het PO en VO is het Welbevinden en sociale veiligheid en in het MBO is het een Psychosociaal welbevinden. De thema’s Fysieke veiligheid, Hygiëne, huid en gebit en Milieu zijn enkel in het PO voorgelegd.
13 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Op de vraag hoe groot de prioriteit is om werk te maken van gezondheidsthema’s, kon per thema een cijfer worden gegeven waarbij 1 voor zeer onbelangrijk staat en 10 voor heel belangrijk. Tabel 2.1 laat de gemiddelde beoordeling per schooltype zien. Het thema sociale ontwikkeling en welbevinden heeft op zowel het primair onderwijs als het voortgezet onderwijs de grootste prioriteit. De ondervraagde locaties binnen het middelbaar beroepsonderwijs geven de meeste prioriteit aan bewegen en sport, het thema voeding en aan het thema roken, alcohol, drugs en gehoorschade.
Tabel 2.1 Prioriteit van Gezonde School10= heel belangrijk, (gemiddelde)
Sociale ontwikkeling en welbevinden1 Bewegen en sport Fysieke veiligheid Voeding Milieu Relaties en seksualiteit Roken, alcohol (drugs en gehoorschade) Hygiëne, huid en gebit
Primair onderwijs (n=397) 8,6 7,6 7,3 7,1 7 6,9 6,3 6,3
Voortgezet Onderwijs (n=200) 8,2 7,5 n.v.t. 7,1 n.v.t. 7,4 7,8 n.v.t.
Middelbaar Beroepsonderwijs (n=208) 7,5 7,7 n.v.t. 7,7 n.v.t. 6,8 7,7 n.v.t.
* Sociale ontwikkeling en welbevinden: in het PO en VO is het Welbevinden en sociale veiligheid en in het MBO is het een Psychosociaal welbevinden.
2.3
Bekendheid met vignet Gezonde School en ondersteuningsaanbod Aan de ondervraagde scholen is de vraag gesteld of ze bekend zijn met het vignet Gezonde School. Vervolgens is hen de vraag voorgelegd of hun schoollocatie een vignet Gezonde School heeft en of ze bekend zijn met het ondersteuningsaanbod voor Gezonde School via www.gezondeschool.nl. De resultaten zijn in tabel 2.2 weergegeven. Uit de resultaten lijkt de bekendheid van het vignet Gezonde School het grootst te zijn op het voortgezet onderwijs: 94 procent kent het vignet. Dit percentage ligt op 86 procent in het primair onderwijs en op 64 procent in het middelbaar beroepsonderwijs. Hoewel de bekendheid met het vignet Gezonde School in het middelbaar beroepsonderwijs het laagst lijkt, geven leidinggevenden het meest aan dat hun school een dergelijk vignet heeft: 28 procent heeft voor één of meerdere gezondheidsthema’s een certificaat Gezonde School. In het voortgezet onderwijs ligt dit percentage op 17 procent en in het primair onderwijs geven 12 procent van de schoolleiders aan minstens één themacertificaat van het vignet Gezonde School te hebben. Het is niet helemaal duidelijk hoe schoolleiders en leidinggevenden deze vraag hebben geïnterpreteerd. In het middelbaar beroepsonderwijs zijn op peildatum mei 2015 een kleine 40 vignetten uitgegeven. Slechts enkele locaties hebben een vignet voor meerdere gezondheidsthema’s. Het kan ook zijn dat de vraag voor de hele school is geïnterpreteerd die op meerdere locaties hetzelfde vignet heeft behaald.
14 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Op de vraag of men bekend is met het ondersteuningsaanbod voor Gezonde School dat via www.gezondeschool.nl een gezonde leefstijl van leerlingen/studenten wil stimuleren, wordt binnen het middelbaar beroepsonderwijs door ruim de helft van de leidinggevenden aangegeven dat dit niet het geval is. Dit percentage ligt lager binnen het voortgezet onderwijs (18 procent) en het primair onderwijs (28 procent). Binnen het voortgezet onderwijs wordt het meest ondersteuning aangevraagd vanuit het ondersteuningsaanbod. Ruim een derde heeft deze ondersteuning aangevraagd. Binnen het primair onderwijs geeft een kwart van de schoolleiders aan ondersteuning te hebben aangevraagd, voor het middelbaar beroepsonderwijs ligt dit percentage op 23.
Tabel 2.2 Bekendheid Gezonde School en ondersteuningsaanbod in het primair onderwijs, voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs, (in procenten) Primair onderwijs (n=397)
2.4
Voortgezet Onderwijs (n=200)
Middelbaar beroepsonderwijs (n=208) %
%
%
Bekend met het vignet Gezonde School? Nee Ja
14 86
6 94
36 64
Heeft uw school een vignet Gezonde School? Nee, wel van plan Nee, ook geen plannen Ja, voor één gezondheidsthema Ja, voor meerdere gezondheidsthema's
27 61 9 3
39 45 12 5
32 40 20 8
Bekend met het ondersteuningsaanbod via www.gezondeschool.nl? Nee Ja, maar geen ondersteuning aangevraagd Ja, ondersteuning aangevraagd
28 48 25
18 47 36
52 25 23
Wat hebben scholen nodig om aan gezondheid te werken? Welke behoeften hebben de scholen op dit moment bij het werken aan gezondheid voor leerlingen en welke thema’s wensen zij meer aandacht? Een grote meerderheid van de scholen wil meer aandacht voor de gezondheidsthema’s. Binnen het primair onderwijs en het voortgezet onderwijs liggen deze percentages op 77 respectievelijk 79 procent. Binnen het middelbaar beroepsonderwijs lijkt de grootste behoefte te zijn aan meer aandacht voor de voorgelegde gezondheidsthema’s: 93 procent geeft aan deze wens te hebben. Ondervraagde locaties binnen het middelbaar beroepsonderwijs noemen gemiddeld ook meer gezondheidsthema’s (2,14) waar ze aandacht voor wensen dan locaties binnen het primair onderwijs (2,06) en voortgezet onderwijs (2,05).
15 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
De thema’s in het primair onderwijs waar meer aandacht voor wordt gewenst zijn sociale ontwikkeling en welbevinden, het thema sport en bewegen en voeding. Binnen het voortgezet onderwijs worden sociale ontwikkeling en welbevinden, het thema roken, alcohol en drugs en voeding het meest genoemd. Leidinggevenden in het middelbaar beroepsonderwijs noemen de thema’s voeding, sport en bewegen en roken, alcohol en drugs het meest als gezondheidsthema’s waar zij meer aandacht voor wensen, zie figuur 2.3
Figuur 2.3 Gezondheidsthema's waar schoollocaties meer aandacht voor wensen, maximaal drie antwoorden mogelijk (in procenten)
Bij gezondheidsbevordering op scholen, is het van belang te inventariseren wat scholen motiveert om werk te maken van gezondheidsbeleid en wat zij nodig hebben om hier mee aan de slag te gaan. In figuur 2.4 zijn de resultaten weergegeven over de mogelijkheden die ondervraagde schoollocaties zouden inspireren om aan de slag te gaan met gezondheidsbevordering van leerlingen/studenten. Binnen het middelbaar beroepsonderwijs werden de meeste mogelijkheden per school opgegeven: gemiddeld werden 2,3 opties genoemd. Dit aantal ligt op 1,85 binnen het primair onderwijs en op 1,77 voor het voortgezet onderwijs. Schoolleiders in het voortgezet onderwijs geven in ruim een kwart van de gevallen aan dat geen van de aangegeven mogelijkheden hen zal inspireren of motiveren. Dit geldt voor 16 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
14 procent van de schoolleiders binnen het primair onderwijs en 8 procent in het middelbaar beroepsonderwijs. Over het algemeen zijn in het primair onderwijs en voortgezet onderwijs goede voorbeelden van andere scholen op het gebied van gezondheidsbevordering van leerlingen/studenten de meest genoemde inspiratiebronnen. Daarnaast zou een stimulans uit kunnen gaan van het zichtbaar maken van wat al op school gebeurt. Ook het inschakelen van een inspirerende spreker op school wordt vaak genoemd, het meest door leidinggevenden binnen het middelbaar beroepsonderwijs. De vaak genoemde stimulansen lijken allemaal op activiteiten binnen de eigen schoollocatie gericht.
Figuur 2.4 Welke mogelijkheden inspireren/motiveren (meer) werk te maken van gezondheidsbevordering van leerlingen, meer antwoorden mogelijk (in procenten)
Figuur 2.5 laat per schooltype zien welke ondersteuningsvormen scholen zouden helpen om (meer) werk te maken van gezondheidsbevordering van leerlingen/studenten op hun locatie. Er konden meerdere ondersteuningsvormen worden opgegeven. Leidinggevenden binnen het middelbaar beroepsonderwijs gaven met 3,1 vormen per locatie gemiddeld de meeste ondersteuningsvormen op. Dit gemiddelde lag binnen het primair onderwijs op 2,4 en binnen het voortgezet onderwijs op 2,6. Een vergoeding voor taakuren van een medewerker is de meest genoemde ondersteuningsvorm, zowel binnen het primair 17 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
onderwijs, het voortgezet onderwijs als binnen het middelbaar beroepsonderwijs. Ongeveer de helft van de scholen binnen de drie schooltypen noemen deze mogelijkheid. Binnen de drie schooltypen komt het hebben van een checklist voor gezondheidsbeleid op de tweede plek, met percentages tussen de 39 en 46 procent.
Figuur 2.5 Wat hebben scholen nodig (meer) werk te maken van gezondheidsbevordering van leerlingen, meer antwoorden mogelijk (in procenten)
18 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
De resultaten op de vraag welke maatregelen vanuit het landelijk beleid kunnen helpen om de aandacht voor gezondheidsbevordering van leerlingen/studenten op school te vergroten, zijn in figuur 2.7 weergegeven. Schoolleiders in het primair onderwijs en voortgezet onderwijs noemen het vrijmaken van extra budget voor scholen het meest als effectieve maatregel. Een betere verankering van sport, bewegen en een gezonde leefstijl in de kwalificatiestructuur wordt door leidinggevenden uit het middelbaar beroepsonderwijs het meest als maatregel aangegeven. Maatregelen die scholen minder vaak kiezen zijn toezicht van de onderwijsinspectie op gezondheidsthema’s en een verplichting om een eigen Gezonde School-beleid te formuleren.
Figuur 2.7 Maatregelen vanuit landelijk beleid die de aandacht voor gezondheidsbevordering in het onderwijs kunnen vergroten, meer antwoorden mogelijk (in procenten)
2.5
Tot slot
Zo’n drie kwart van de scholen in het primair onderwijs en ruim vier vijfde van de scholen in het voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs staat positief tegenover de bevordering van de gezondheid van leerlingen/studenten. Sociaal-emotionele ontwikkeling en Bewegen en sport krijgen van scholen de hoogste prioriteit.
Op een schaal van 1 (onbelangrijk) tot en met 10 (heel belangrijk), krijgen de aangeboden thema’s in het po een gemiddelde prioriteit van 7.1. Voor vo ligt de gemiddelde prioriteit met
19 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
7,6 hoger. De prioriteit van gezondheidsthema’s in het middelbaar beroepsonderwijs is gemiddeld 7.5.
Het vignet Gezonde School is bij een groot deel van de scholen bekend (86% po, 94% vo en 64% mbo). Ook het ondersteuningsaanbod is bij de meerderheid van de scholen (po 72%, vo 82% en mbo 48%) bekend.
Goede voorbeelden van andere scholen in de buurt en betere mogelijkheden om te laten zien wat er al gebeurt, zou scholen motiveren om meer werk te maken van een gezonde leeromgeving voor leerlingen/studenten. Om meer werk te maken van gezondheidsbevordering hebben scholen binnen dit onderzoek vooral behoefte aan meer taakuren voor docenten en een checklist voor gezondheidsbeleid.
Maatregelen vanuit de landelijke overheid die scholen zouden aanzetten om meer werk te maken van gezondheidsbevordering zijn: meer financiële middelen, een betere verankering van gezondheid in kerndoelen/kwalificatiestructuur en minder verplichtingen ten aanzien van kernvakken.
20 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
3.
Inventarisatie bij betrokken organisaties In dit hoofdstuk beschrijven we het aanbod van de betrokken organisaties rondom Gezonde School en hoe zij hun aanbod onder de aandacht van scholen brengen (bereik). Ook gaan we op de samenwerking en de informatiebehoefte in: naar welke informatie zijn organisaties op zoek om scholen beter te kunnen ondersteunen? Vervolgens beschrijven we in hoeverre de betrokken organisaties sturingsinformatie vastleggen, beheren en eventueel verspreiden. Tot slot gaan we in op de verbeterpunten die worden gesignaleerd.
3.1
Aanbod voor realiseren van Gezonde School Welke activiteiten worden ingezet om scholen te ondersteunen bij het werken aan Gezonde School of welk aanbod hebben organisaties beschikbaar? En in hoeverre werken de betrokken organisaties samen met andere partijen? We beschrijven eerst de bevindingen van organisaties uit categorie 1 en vervolgens bespreken we de resultaten van organisaties uit categorie 2. Categorie 1 RIVM/CGL voert diverse taken uit rond Gezonde School, waaronder de helpdesk voor scholen, het onderhoud van de kennisbasis, het ontsluiten van het interventieaanbod, de organisatie van de NOT, de netwerkbijeenkomsten en scholing van Gezonde School-adviseurs en de inzet van diverse communicatiemiddelen, waaronder de website gezondeschool.nl. Dit is de portal voor scholen die op zoek zijn naar informatie over Gezonde School en hiermee aan de slag willen. Daarnaast is RIVM/CGL samen met de Onderwijsagenda SBGL verantwoordelijk voor het landelijk ondersteuningsaanbod. Scholen (po, vo en mbo) konden de afgelopen jaren ondersteuning aanvragen voor (1) advies op maat, (2) taakuren om aan schoolgezondheidsbeleid te werken en (3) een aantal interventies. Het ondersteuningsaanbod heeft als doel om scholen te stimuleren om met Gezonde School-beleid aan de slag te gaan. De onderwijsagenda SBGL heeft vier Gezonde School-adviseurs aan zich verbonden die elk voor een regio verantwoordelijk zijn. Deze Gezonde School-adviseurs hebben als taak om scholen te enthousiasmeren voor Gezonde School (draagvlak vergroten) en om scholen te helpen bij de ontwikkeling van een structureel Gezonde Schoolbeleid. Dat laatste krijgt vorm in de uitvoering van advies op maat-trajecten die van regionale GGD’en worden overgenomen die onvoldoende capaciteit hebben. GGD GHOR Nederland is beheerder van de Gezonde School-vignetten. Om een aanvraag te kunnen doen, moeten scholen zich registreren op gezondeschool.nl. De beheerder draagt zorg voor de aanvraag van de school vanaf het moment van registratie tot en met de afhandeling. Voor vragen rond het vignet, kunnen scholen bij de helpdesk van GGD GHOR Nederland terecht. Indien nodig worden vragen naar betrokken thema-partners of de regionale GGD doorgeleid. De Gezonde School-adviseurs van de GGD’en worden bij de uitvoering van het ondersteuningsaanbod (advies op maat) op scholen ingezet. Daarnaast ondersteunen zij, vanuit het reguliere contact dat de GGD’en met scholen hebben, scholen bij themaspecifieke vragen. Bijvoorbeeld rond de uitvoering van de Jeugdgezondheidszorg en het contactmoment adolescenten.
21 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Tabel 3.1 Overzicht van het aanbod van organisaties in categorie 1 rond Gezonde School Aanbod voor scholen rond Gezonde School RIVM/CGL
Website gezondeschool.nl Ondersteuningsaanbod
Onderwijsagenda SBGL
Ondersteuningsaanbod Adviseurs: Ondersteuning scholen bij Advies op maat-trajecten vanuit het ondersteuningsaanbod
GGD GHOR Nederland
Vignet Gezonde School Helpdesk vragen rond vignet Gezonde School Ondersteuning scholen bij Advies op maat-trajecten vanuit het ondersteuningsaanbod Ondersteuning scholen bij themaspecifieke vragen (vanuit regulier contact)
Categorie 2 De organisaties uit categorie 2 (aanbieders) hebben een aanbod voor scholen ontwikkeld dat op een specifiek thema (bijvoorbeeld voeding of roken, alcohol- en drugspreventie) van Gezonde School is gericht. Hierbij gaat het om verschillende soorten organisaties: thema-instituten (b.v. Nationale Hoorstichting), een vakvereniging (KVLO) en commerciële aanbieders van interventies. Deze organisaties bieden voornamelijk lesprogramma’s aan op het thema waarin zij zijn gespecialiseerd. Uitzondering hierop vormt de KVLO. De KVLO biedt geen lesprogramma’s aan, maar organiseert (in samenwerking met NOC*NSF) twee evenementen: de sportiefste scholenverkiezing (het ene jaar voor po en het andere jaar voor vo) en Olympic Moves (schoolsporttoernooi) dat zich op het voortgezet onderwijs richt. De organisaties die als partners betrokken zijn bij vignet Gezonde School, ontwikkelen daarnaast themacertificaten en onderhouden de themapagina’s op gezondeschool.nl.
Tabel 3.2 Overzicht van het aanbod van organisaties in categorie 2 rond Gezonde School Aanbod voor scholen rond Gezonde School KVLO
Sportiefste scholenverkiezing (po en vo) Olympic moves (vo)
Voedingscentrum
Smaaklessen (po) De gezonde basis op school tool (po) De Gezonde Schoolkantine (vo en mbo) Weet wat je eet (vo en mbo) Websites met ingang voor het onderwijs (po, vo en mbo) Het Voedingscentrum heeft daarnaast meegewerkt aan de ontwikkeling van een aantal programma’s (waaronder Superchefs en
22 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Coach&Coach, beschikbaar via Arko). Arko Sports Media B.V.
Lekker Fit (po) DoIt (mbo)
Stichting School en Veiligheid
Helpdesk (po en vo)
Rots & Water Instituut NL
Rots & Water (po, vo en mbo)
SocioQuest (onderdeel RUG)
KiVa (po)
Trimbos-instituut
Gezonde School en Genotmiddelen (po, vo, en mbo) Hou vol: geen alcohol (po) Actie Tegengif (vo) Preventie Alcoholgebruik Scholieren (vo) Stemmingmakerij (vo)
Rutgers WPF
Relaties en seksualiteit (po) Begrijp me Goed (vo en mbo) Boys R Us (po en vo) Girls’ Choice (po en vo) Girls’ Talk (vo en mbo) Let’s Talk (vo) Lang leve de Liefde (vo en mbo) i.s.m. Soa Aids Nederland Website seksuelevorming.nl.
Nationale Hoorstichting
Geluidstuin.nl (po) Hoortoren (po) Oorcheck.nl (vo)
3.2
Bereik en contact met scholen rond aanbod Gezonde School In deze paragraaf beschrijven we op welke manier organisaties uit categorie 1 en 2 met scholen contact hebben over het aanbod rond Gezonde School. Hebben zij rechtstreeks contact met scholen of verloopt het contact via intermediairs? Onder ‘contact’ wordt onderlinge communicatie tussen de organisatie en de school verstaan. Dit impliceert tweerichtingsverkeer. Het verspreiden van een nieuwsbrief valt niet onder deze definitie omdat hier feitelijk sprake is van eenrichtingsverkeer van een zender (de aanbieder) naar een ontvanger (de school). Verder bekijken we in welke mate de organisatie contact met de school onderhoudt. Gaat het om incidentele contacten of kun je van een vorm van relatiebeheer spreken? Categorie 1 Organisaties uit categorie 1 bieden scholen (in)direct ondersteuning. Het contact met scholen over ondersteuning bij Gezonde School verloopt voornamelijk via de Gezonde School-adviseurs van de GGD’en en Onderwijsagenda SBGL. Hierbij is duidelijk sprake van tweerichtingsverkeer tussen de school en de adviseur. RIVM/CGL heeft in samenwerking met de Onderwijsagenda SBGL veel inspanning geleverd om het ondersteuningsaanbod onder scholen bekend te maken. Dat gebeurt via de gebruikelijke kanalen van de onderwijsraden en RIVM/CGL (via zogenoemd éénrichtingsverkeer). Dit
23 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
heeft de bekendheid met ondersteuningsaanbod een stimulans gegeven waardoor het contact tussen de Gezonde School-adviseurs van de GGD’en en van de Onderwijsagenda SBGL met scholen enorm is toegenomen. De onderwijsagenda SBGL is tevreden over het bereik: scholen weten het ondersteuningsaanbod (via www.gezondeschool.nl) goed te vinden. In 2015 oversteeg het aantal aanvragen voor de tweede maal het beschikbare budget. De inzet van de Gezonde School-adviseurs richt zich op drie fasen: 1.
Informatie over Gezonde School verspreiden (presentaties, op aanvraag van de school);
2.
Hulp bij indienen aanvraag voor ondersteuning;
3.
Begeleiding en ondersteuning van scholen in het kader van advies op maat.
De geïnterviewde Gezonde School-adviseur van de Onderwijsagenda SBGL geeft aan dat hij de scholen in fase 1 niet rechtstreeks benadert. Over het algemeen verloopt dit eerste contact via de lokale GGD, een JOGG-regisseur of via een sportservicebureau. Het voordeel hiervan is dat de school informatie vanuit een vertrouwd contact krijgt aangereikt, aldus de Gezonde School-adviseur van de Onderwijsagenda SBGL. Het contact met scholen in fase 2 en fase 3 verloopt met name via het ondersteuningsaanbod. Dit contact met scholen is, afhankelijk van de mate waarin scholen moeten worden begeleid, intensiever. Na afronding van het traject heeft de Gezonde School-adviseur van de Onderwijsagenda SBGL met de school in principe geen contact meer. Voor de regionale GGD’en geldt dat zij, naast het ondersteuningsaanbod, vanuit hun reguliere taken met scholen contacten hebben. Over het algemeen kun je hierbij spreken van relatiebeheer. De mate waarin het aanbod rond Gezonde School onder de aandacht van scholen wordt gebracht, verschilt sterk per regio (en per adviseur). De contacten die GGD GHOR Nederland rechtstreeks met scholen onderhoudt, zijn beperkt tot het beantwoorden van vragen over het vignet Gezonde School die via de helpdesk binnen komen. Ook bij RIVM/CGL komen vragen bij de helpdesk binnen. Vragen over het vignet worden doorgespeeld naar GGD GHOR Nederland en de overige vragen beantwoordt RIVM/CGL zelf. RIVM/CGL heeft daarnaast contact met scholen rond de aanvraag/verantwoording van het ondersteuningsaanbod. Het gaat hier met name om eenmalige contacten. Naast de (in)directe ondersteuning zijn er contacten met scholen via klankbordgroepen. Tabel 3.3 Overzicht van het bereik en aard van het contact met scholen van organisaties in categorie 1 RIVM/CGL
Onderwijsagenda SBGL
Bereik
Direct
Intensiteit contact
Via website
-
Vaak sprake eenmalig
Via het
bij aanvraag en
ondersteuningsaanbod
verantwoording.
Via de inzet van de
+/-
Soms eenmalig, bij
Gezonde School-
Via intermediair
‘advies op maat’
adviseurs. Contact is
structureler. GGD neemt
vooral gekoppeld aan
contact over.
ondersteuningsaanbod. GGD GHOR Nederland
Weinig direct contact met scholen. Vragen
-
Losse contacten via helpdesk
24 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
over vignet doorgeleid naar themapartners Regionale GGD
Direct contact met
+
Structureel contact in
scholen reguliere taken
kader
Via de inzet van
gezondheidsbevordering
Gezonde school-advies
en ‘advies op maat’
gekoppeld aan het ondersteuningsaanbod
Categorie 2 De organisaties in categorie 2 (aanbieders) geven aan dat de meeste scholen hun aanbod goed weten te vinden. De organisaties hebben het bereik de afgelopen jaren zien toenemen en willen de komende jaren graag nog meer scholen bereiken. Dat deze organisaties positief zijn over het bereik is niet vreemd omdat we binnen deze inventarisatie met eigenaren van interventies hebben gesproken die via het landelijke ondersteuningsaanbod het meest zijn aangevraagd. Er zijn twee aanbieders in categorie 2 die scholen rechtstreeks met hun aanbod benaderen. Dit zijn het Voedingscentrum en SocioQuest. Het Voedingscentrum heeft als opdracht van de overheid, ondersteund door een motie in de Tweede Kamer (motie Vendrik), om op alle scholen voor voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs gezonde schoolkantines te realiseren. Hiervoor zetten zij de Schoolkantine Brigade in. SocioQuest heeft sinds enkele weken een salesteam dat scholen actief benadert om hun interventie (KiVa) onder de aandacht te brengen. De meeste organisaties maken zo nu en dan gebruik van meer indirecte kanalen (éénrichtingsverkeer), zoals onderwijsconferenties, vaktijdschriften en andere online kanalen om scholen over hun aanbod te informeren. Een deel van de organisaties in categorie 2 brengt hun aanbod onder de aandacht bij scholen via intermediairs, zoals de GGD’en en regionale instellingen voor verslavingszorg. Dit geldt bijvoorbeeld voor het aanbod van de Hartstichting, het Trimbos-instituut, Arko Sports Media en Rutgers WPF. Hiervoor wordt over het algemeen tussen de aanbieders en de betreffende intermediairs nauw contact onderhouden. “Wij hebben zelf geen rechtstreeks contact met scholen. Wij brengen ons aanbod onder de aandacht van professionals in de regio. Dat zijn voor ons de lokale GGD’en en regionale instellingen voor verslavingszorg.” (Trimbos-instituut) Sommige organisaties (o.a. Arko Sports Media en Rutgers WPF) geven aan dat de capaciteit van de GGD in sommige regio’s beperkt is of dat een bepaald thema weinig of geen aandacht van een GGD krijgt. Sommige geïnterviewden benadrukten dat de aandacht voor thema’s of de mate waarin er aandacht is voor Gezonde School hierdoor per regio behoorlijk kan verschillen. Rutgers WPF is om die reden op zoek naar andere ingangen om hun aanbod bij scholen te krijgen. Deze organisatie wil gaan werken met een pool van trainers die op verzoek inzetbaar is in regio’s waar de GGD minder actief is. Bij de meeste organisaties is sprake van incidenteel contact met scholen. Dit gebeurt vooral op initiatief van de school, bijvoorbeeld naar aanleiding van een incident of een specifieke vraag over het aanbod. In enkele gevallen is sprake van een terugkerend contact. Dit is over het algemeen met scholen die zelf ‘bovengemiddeld actief’ zijn op het thema. Rutgers WPF heeft intensiever contact met voorbeeldscholen in het primair onderwijs die als ambassadeurs voor hun thema inzetbaar zijn. Soms is
25 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
sprake van een tijdelijk intensiever contact, bijvoorbeeld met scholen die aan een klankbordgroep rond een bepaald thema deelnemen. Bij enkele organisaties is sprake van relatiebeheer. Zo onderhoudt de KVLO contact met scholen die aan Olympic Moves deelnemen, het Voedingscentrum met scholen waar de Schoolkantine Brigade een bezoek heeft gebracht en SocioQuest doet aan relatiebeheer met de KiVa-scholen. Tabel 3.4 Overzicht van het bereik en aard van het contact met scholen van organisaties in categorie 2 KVLO
Bereik
Direct
Intensiteit contact
Olympic Moves bereikt
-
Relatiebeheer met
de helft van de vo
Via vakleerkrachten
scholen die deelnemen
scholen (300
aan Olympic Moves
gymleraren). Sportiefste scholenverkiezing ongeveer 15. Het themacertificaat Bewegen en Sport is het meest aangevraagde themacertificaat. Voedingscentrum
De Schoolkantine Brigade
+
Relatiebeheer met de
heeft 1055 scholen
Het
scholen die door de
bezocht (vo en mbo).
Voedingscentrum
Schoolkantinebrigade
Ongeveer twee derde van
benadert de
zijn bezocht.
de scholen is hiermee in
schoolkantines zelf
zicht. Er is veel animo
actief en gericht.
voor het ondersteuningsaanbod. Ook wordt de website goed bezocht. Arko Sports Media B.V.
Lekker Fit! bereikt zo’n
-
1250 scholen.
Via GGD’en en soms
(Voorheen door Nederlandse
via sportservices.
Hartstichting) Stichting School en
Helpdesk ongeveer 200
Veiligheid
telefoontjes per maand
Rots & Water Instituut NL
Er zijn zo’n 2.000 rots en
-
Alleen bij incompany
water scholen.
Via vraag van
trainingen is het contact
scholen.
intensiever.
Er zijn een ‘paar
+
Het relatiebeheer met
honderd’ KiVascholen.
Er is sinds kort een
bestaande KiVascholen
salesteam dat
verloopt vooral via 25
scholen werft.
betrokken trainers.
SocioQuest (onderdeel RUG)
26 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Trimbos-instituut
Thema heeft aandacht
-
van scholen, geen
Via lokale GGD en
actueel cijfer van het
verslavingszorg
bereik Rutgers WPF
-
-
Ambassadeurs in po en
Via GGD’en.
een klankbordgroep (vo, mbo, po, leerlingenopleiding)
Nationale Hoorstichting
3.3
De Hoortoren is zo’n
-
Er is weinig sprake van
2500 keer besteld. Deels
Alleen direct in
relatiebeheer
via Hoorstichting, deels
combinatie met
via uitgever.
onderzoek
Samenwerking rond Gezonde School Er zijn veel organisaties actief rond Gezonde School die gelijksoortige doelen nastreven. Hoe verloopt de samenwerking tussen deze organisaties, met welke organisaties wordt samengewerkt rond het aanbod voor Gezonde School en welke organisaties komen elkaar tegen? Waar liggen kansen om elkaar te versterken?
Samenwerking rond themagericht aanbod GGD GHOR Nederland werkt als beheerder van het vignet Gezonde School actief samen met diverse (landelijke) partijen, zoals RIVM/CGL, de Onderwijsagenda SBGL en de partners rond een thema van Gezonde School. Alle partners zijn aan een thema gekoppeld. Per thema vindt veel coördinatie en afstemming plaats. Hoewel een groot aantal interventie-eigenaren zich (op papier) met Gezonde School heeft verbonden, blijkt uit de verschillende gesprekken dat deze verbondenheid niet altijd wordt gevoeld en/of dat er geen uitdrukking aan wordt gegeven. Dit lijkt zich met name voor te doen bij organisaties die niet aan een thema-instituut zijn verbonden. “Onze interventie is geen verplichting voor het vignet. Wij hebben een erkende interventie. Dan is jammer dat die koppeling er niet is. Ik heb daarom ook niet de stimulans om scholen op het vignet te attenderen.” “Bij de meeste producten hebben wij een verwijzing: ‘dit is een Gezonde School-product’. Hier zou je in de communicatie meer in kunnen doen met alle partners. Meer die gezamenlijke boodschap communiceren. Dat helpt om de versnippering tegen te gaan.” “Ik voel mij niet betrokken bij Gezonde School. Het is voor ons een ingang: er zitten middelen in die ingezet kunnen worden.” Uit onderstaande uitspraken valt op te maken dat sommige organisaties vinden dat afzonderlijke thema’s en losse interventies te veel aandacht krijgen. Er zou meer focus moeten komen en de kern van de Gezonde School-aanpak zou meer centraal moeten staan. "We zouden veel meer de beperking van scholen moeten zoeken en daar mee aan de slag gaan. Er worden nu te veel interventies aangeboden.”
27 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
“Ik zou het liefst een consulent Gezonde Leefstijl hebben, die langs de scholen gaat. Dit zou helpen om het bredere plaatje bij scholen voor het voetlicht te krijgen.” “Ik mis overzicht in het grotere geheel. Er wordt veel aangeboden vanuit Gezonde School. Dan wordt het voor scholen net zoiets als shoppen in een warenhuis. Het zou mooi zijn als er meer focus is in wat er wordt aangeboden.”
Afstemming landelijk en lokaal Het aanbod rond Gezonde School (website, landelijk ondersteuningsaanbod, vignet) is de afgelopen jaren in afstemming met een groot aantal organisaties tot stand gekomen. RIVM/CGL en de Onderwijsagenda SBGL (onderwijsraden) werken rond het landelijk ondersteuningsaanbod aan scholen nauw samen. Vanuit dit ondersteuningsaanbod onderhoudt met name RIVM/CGL een intensieve samenwerkingsrelatie met de GGD’en en met de eigenaren van erkende interventies (‘aanbieders’). De Gezonde School-adviseurs van de Onderwijsagenda SBGL werken aan dezelfde doelen als diverse regionale organisaties (GGD) en lokale organisaties (o.a. sportservice) die in de omgeving van een school actief zijn. Dit geldt ook voor de ‘aanbieders’ – vaak landelijke organisaties - op een thema van Gezonde School. Afstemming op strategisch niveau – die landelijk plaatsvindt - moet ook op operationeel niveau (lokaal) zijn uitwerking krijgen. Sommige respondenten geven aan dat de afstemming tussen ‘landelijk’ en ‘lokaal’ beter kan. Daarnaast blijken regionale verschillen de samenwerking tussen landelijke organisaties en lokale intermediairs te bemoeilijken (zie ook vorige paragraaf). “Bij de bezoeken van de Schoolkantine Brigade was niet helemaal duidelijk hoe de lijntjes lopen. Wie gaat de scholen benaderen en hoe dan verder?” (Gezonde School-adviseur GGD) Ook een van de organisaties in de omgeving van scholen gaf aan dat, wanneer geen afstemming plaatsvindt, scholen soms dubbel worden benaderd. “Als je van elkaar niet weet dat een school is bezocht, straalt dit voor een school negatief af op het hele thema of de aanpak.” (Jongeren op Gezond Gewicht) Vanuit RIVM/CGL, maar ook vanuit de Gezonde School-adviseurs zelf, is aangegeven dat in de samenwerking tussen de Gezonde School-adviseurs van de Onderwijsagenda SBGL en van de GGD kansen liggen om elkaar te versterken. Het beter delen van informatie over scholen ligt hieraan ten grondslag. Momenteel worden in een aantal regio’s tussen de twee typen Gezonde School-adviseurs werkafspraken gemaakt. Dit blijkt de ondersteuning aan scholen te verbeteren, volgens een Gezonde School-adviseur van de GGD. Ditzelfde zou ook kunnen gelden voor de afstemming met de JOGG-regisseurs, ook een professional die lokaal werkt. De GGD-adviseur is van mening dat ondersteuning vooral lokaal dient te worden aangeboden en niet vanuit een landelijke organisaties, zoals bijvoorbeeld de Schoolkantine Brigade. De directeur van Arko Sports Media geeft aan dat de samenwerking met Jongeren Op Gezond Gewicht versterkt zou moeten worden. Hij verwacht méér te kunnen bereiken als zij ook actiever op scholen inzetten. Jongeren Op Gezond Gewicht geeft aan dat veel van hun organisatie en lokale regisseurs wordt verwacht, maar dat zij niet altijd worden betrokken om plannen goed op elkaar af te stemmen. “Educatie zou de start van JOGG moeten zijn. De koppeling tussen JOGG en Lekker Fit!, een erkende interventie die zich zowel op bewegen als voeding richt, is een logische.” (Arko Sports) 28 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
“Wij leveren een belangrijke bijdrage aan Gezonde School en er wordt wel het een en ander van ons verwacht. Dit zou meer een wisselwerking moeten zijn.” (Jongeren op Gezond Gewicht) Diverse organisaties vinden dat meer uitwisseling en samenwerking tussen de partners zou mogen plaatsvinden en dat scholen meer kunnen worden geactiveerd. Wanneer scholen actiever worden benaderd, maakt dit betere afstemming noodzakelijk om te voorkomen dat scholen niet dubbel worden belast.
Lokale samenwerking: de inzet van de buurtsportcoach Om gemeenten te ondersteunen in het creëren van voldoende sport- en beweegaanbod voor alle inwoners van jong tot oud, investeert het Ministerie van VWS in buurtsportcoaches. Een buurtsportcoach is een functionaris die als opdracht heeft om een sport- en beweegaanbod in de buurt het organiseren van en een verbinding te maken tussen sport- en beweegaanbieders en andere sectoren zoals zorg, welzijn, jeugdzorg en kinderopvang en onderwijs. Er is altijd sprake van een combinatie met sport en bewegen. In totaal gaan 2.900 buurtsportcoaches actief aan de slag. De buursportcoach en de Gezonde School-adviseur hebben een raakvlak; het stimuleren van de gezondheid van de schoolgaande kinderen en jongeren. De Gezonde School-adviseur richt zich daarbij hoofdzakelijk op het onderwijs. Voor de buurtsportcoach is de school een belangrijke plek om veel kinderen te bereiken, maar ook de sportvereniging en wijk zijn omgevingen waar de buurtsportcoach actief is. De Gezonde School-adviseur en de buurtsportcoach kunnen samen een brug slaan tussen de school en de wijk en of sportvereniging. Kwaliteitsimpuls Buurtsportcoaches De gedachte om kennis tussen buurtsportcoaches beter te delen, leeft ook bij de Vereniging Sport en Gemeenten (VSG). Investeren in kwaliteit en kennisdeling tussen buurtsportcoaches is van belang om de kwaliteit en continuïteit van buurtsportcoaches te waarborgen. Vanuit de ‘kwaliteitsimpuls buurtsportcoaches’ (looptijd 2014-2016) uitgevoerd door VSG en partners (met name NISB) wordt een fundament gelegd voor een duurzame structuur van kennis delen, kennis uitwisselen en ontwikkelen voor en door buurtsportcoaches. Het doel is dat de buurtsportcoach beter in staat is om zijn of haar werk uit te voeren en bij te dragen aan de doelstellingen van het beleidsprogramma Sport en Bewegen in de Buurt van het Ministerie van VWS. In het kader van de kwaliteitsimpuls is een applicatie (app) voor buurtsportcoaches ontwikkeld. Op www.sportindebuurt.nl4 kunnen buurtsportcoaches zich registreren en toegang krijgen tot de buurtsportcoach app. De schatting is dat zo’n 800-900 buurtsportcoaches zich inmiddels hebben geregistreerd. Met deze app kunnen buurtsportcoaches in contact komen met collega’s in het land. De app biedt ook andere functionaliteiten die voor een buurtsportcoach toegevoegde waarde hebben, zoals kennis delen, toegang tot de kennisbank en een nieuwsfunctie. Een andere functie van de app is de weergave van sport- en beweegprojecten op een kaart. Buurtsportcoaches kunnen daarmee zien welke lokale sport- en beweegprojecten in hun regio worden uitgevoerd, zoals projecten vanuit de Sportimpuls, Gezonde Scholen, Gezonde Schoolpleinen of JOGG-wijken. Op dit moment zijn geen
4
https://www.sportindebuurt.nl/buurtsportcoaches/kwaliteitsimpuls-buurtsportcoaches/
29 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
contactgegevens van uitvoerders van deze projecten opgenomen. De VSG denkt er ook over na om andere lokale professionals (met name JOGG-regisseurs) toegang tot de app te verlenen. Dit om het ontmoeten tussen verschillende sectoren te kunnen bevorderen. Indien, naast de sport- en beweegprojecten, ook contactgegevens worden toegevoegd zou dit mogelijk een bijdrage kunnen leveren aan samenwerking op lokaal niveau. Op deze manier zou een JOGG-regisseur contact kunnen opnemen met de aanvrager en/of uitvoerder van een advies op maat-traject of een buurtsportcoach kan in contact komen met de JOGG-regisseur in een andere wijk.
3.4
Informatiebehoefte In deze paragraaf beschrijven we naar welke informatie betrokken organisaties op zoek zijn, in hoeverre zij benodigde informatie kunnen vinden en met welke reden zij over deze informatie willen beschikken. We beschrijven de bevindingen van organisaties uit categorie 1, 2 en 3. De behoefte aan informatie is in vijf thema’s onder te verdelen: -
afstemmingsbehoefte;
-
contactinformatie;
-
goede voorbeelden;
-
feiten en cijfers;
-
werking interventies.
Afstemmingsbehoefte Er lijkt bij verschillende organisaties een groeiende behoefte te zijn om de ‘aanwezigheid’ van organisaties op scholen beter in beeld te brengen. Onderstaande uitspraak is kenmerkend: “Ik ben geregeld op zoek naar informatie over: heeft een school een vignet aangevraagd, is de Schoolkantine Brigade op bezoek geweest? Het is soms lastig om door de bomen het bos te zien. Er komt veel op de scholen af en ik moet nu op veel verschillende sites zoeken of informatie opvragen. Het is een wirwar van gegevens.” (Gezonde School-adviseur GGD) In meerdere gesprekken (o.a Nationale Hoorstichting, Rutgers WPF) werd aangegeven dat ze van scholen zouden willen weten met welke lespakketten of programma’s wordt gewerkt. Dergelijke informatie kan betrokken organisaties helpen hun werk beter op de activiteiten van anderen af te stemmen. Dit maakt beter zichtbaar waar een school aan werkt. Organisaties kunnen dan afwegen of dit aansluit bij hun aanbod en in hoeverre hun inzet nog wenselijk is. Om te zien wat er op een school gebeurt geeft de Gezonde School-adviseur van de Onderwijsagenda SBGL aan dat hij gebruik maakt van de databestanden die RIVM bijhoudt ten aanzien van het ondersteuningsaanbod. Hij geeft daarbij aan dat hij soms bij collega-organisaties navraagt hoe het met een bepaalde school verloopt. Dit is tijdrovend en levert niet altijd de gewenste informatie op. De Gezonde School-adviseur heeft ervaren dat hij niet altijd over dezelfde informatie beschikt als de Gezonde School-adviseurs van de lokale GGD en andersom.
Contactinformatie Om scholen beter te bereiken en te kunnen ondersteunen, zou het helpen wanneer namen en contactgegevens van betrokken personen en organisaties op school, of in de omgeving van een school, sneller vindbaar zijn. Organisaties hebben vooral behoefte aan meer specifieke informatie, bijvoorbeeld: wie heeft de ondersteuningsaanvraag gedaan en hoe kan ik hem of haar het beste bereiken? De meeste respondenten geven aan dat zij algemene contactinformatie kunnen vinden. De website van de Dienst Uitvoering Onderwijs wordt regelmatig voor een actueel overzicht van scholen 30 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
geraadpleegd. In deze bestanden is vooral algemene informatie te vinden over scholen en besturen in primair onderwijs en voortgezet onderwijs. Daarnaast zoekt men regelmatig informatie via de website www.gezondeschool.nl, zoekmachines, websites van de themapartners, via scholenopdekaart.nl of op websites en in schoolgidsen van scholen zelf. Bovenstaande informatiebronnen zijn openbaar beschikbaar en redelijk eenvoudig te raadplegen, maar de informatie is versnipperd. Zo is de projectleider van de Johan Cruyff Foundation op zoek naar contactgegevens van ondersteunende organisaties in de omgeving van de school, zoals de buurtsportcoach. Naar verwachting zijn dit jaar zo’n 300 schoolpleinen gerealiseerd. Om scholen te helpen het schoolplein ook goed te benutten, is onvoldoende mankracht beschikbaar. De projectleider zou graag de koppeling willen maken met buurtsportcoaches, jongerenwerkers of sportverenigingen. “Het liefst zouden we scholen en gemeenten hierover op maat willen adviseren, met een juiste verwijzing naar een bepaalde functionaris waar de school contact mee kan opnemen. Op die manier kun je het schoolplein ten volle benutten.” (Cruyff Foundation)
Feiten en cijfers Organisaties hebben feiten en cijfers nodig over de voortgang van hun beleidsprogramma’s. Daarnaast kwam de koppeling tussen gegevens van verschillende organisaties regelmatig ter sprake om de samenwerking tussen programma’s inzichtelijk te maken. Enkele voorbeelden die zijn genoemd: het vignet Gezonde School in relatie tot het ondersteuningsaanbod, JOGG-wijken in relatie tot het aantal Gezonde Scholen of de koppeling tussen JOGG-wijken en scholen met een gezonde schoolkantine. Deze feiten en cijfers zijn vooral op strategisch niveau nodig om:
te informeren (brede publiek, media);
te verantwoorden (geldverschaffers);
bij te sturen.
Goede voorbeelden De meeste organisaties (o.a. Jantje Beton, Rutgers WPF, KVLO, Stichting School en Veiligheid, de Onderwijsagenda SBGL, RIVM/CGL en Johan Cruyff Foundation) zijn op zoek naar scholen die goed bezig zijn met Gezonde School. Soms voor een artikel, een promotiefilmpje of om een werkbezoek voor te bereiden. Verder zijn deze goede voorbeelden nodig om successen te laten zien. Verschillende organisaties (zoals RIVM/CGL en Rutgers WPF) raadplegen de GGD’en voor goede voorbeelden. “De praktische voorbeelden van de manier waarop scholen het een en ander hebben geregeld, zouden meer naar boven gehaald moeten worden. Scholen kunnen elkaar inspireren. Er zou een verzamelplek moeten komen die het voor scholen makkelijk maakt om goede voorbeelden te vinden.” (Jantje Beton)
Werking va Deze laatste informatiebehoefte kwam minder vaak naar voren, maar was terug te horen bij de organisaties met een aanbod rond een specifiek thema van de Gezonde School (zoals de Nationale Hoorstichting, Rutgers WPF en Trimbos-instituut). Zij gaven aan meer over de effectiviteit en de inzet van hun interventie te willen weten. Het gaat er niet alleen om dat scholen de lespakketten afnemen, maar ook om wat er vervolgens mee wordt gedaan. Zij hebben signalen ontvangen dat de manier waarop hun interventies worden ingezet, sterk wisselt. Het kan zijn dat een interventie onderdeel is van een structureel gedragen beleid op school, maar het kan ook zijn dat een interventie als een losse activiteit binnen een bepaald leerjaar is ingezet. Met behulp van verdiepende informatie zouden de interventie-eigenaren hun aanbod verder kunnen ontwikkelen. 31 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
3.5
Vastleggen en verspreiden van gegevens In deze paragraaf gaan we in op welke gegevens de betrokken organisaties over het aanbod rond Gezonde School registreren en in hoeverre deze gegevens worden verspreid. Daarnaast hebben we geprobeerd meer zicht te krijgen op de kwaliteit van de gegevens. We beschrijven de bevindingen voor organisaties in categorie 1, 2 en 3. Bijna alle organisaties in categorie 1 leggen informatie over individuele scholen vast. Met uitzondering van de verantwoording van advies op maat, worden de gegevens via geautomatiseerde systemen verzameld. Echter, ook wanneer gebruik wordt gemaakt van geautomatiseerde systemen, blijken gegevens nog niet altijd van goede kwaliteit. Gedurende dit project liepen we tegen het volgende voorbeeld aan dat scholen de registratie van vignetten zelf moeten invullen. Deze zelf gerapporteerde gegevens van scholen (adresgegevens en BRIN-nummer) bleken niet met de contactgegevens van het CRM-systeem van een van de Onderwijsraden overeen te komen. Dit kleine voorbeeld maakt duidelijk dat de kwaliteit van gegevens van groot belang is. Het handmatig uitzoeken en verbeteren van data is namelijk een tijdrovende en kostbare klus. Kenmerkend voor de gegevens van organisaties in categorie 1 is dat deze veelal niet openbaar beschikbaar zijn. De enige informatie die openbaar beschikbaar is, zijn de scholen met een vignet Gezonde School. Verder zijn gegevens, bijvoorbeeld over het ondersteuningsaanbod, vooral op geaggregeerd niveau beschikbaar. Deze gegevens worden via de website gezondeschool.nl of via volksgezondheid.info verspreid. Gegevens over individuele scholen worden op dit moment niet openbaar verspreid. In sommige interviews kwam naar voren dat sommige partners op aanvraag wel over gegevens van individuele scholen kunnen beschikken.
Tabel 3.6 Overzicht beschikbare registraties rond Gezonde School van organisaties in categorie 1 Registratie/data
Niveau
Verspreiding
RIVM/CGL
Ondersteuningsaanvragen
Gemeente
gezondeschool.nl
GGD GHOR
Vignetten
School
gezondeschool.nl
Registratie voor vignetten
School
Op aanvraag
Verantwoording taakuren
School
Voortgangsrapportage
Verantwoording advies op maat
School
rapport
Verantwoording advies op maat
School
niet beschikbaar
Onderwijsagenda SBGL
Over het algemeen registreren alle organisaties in categorie 2 gegevens over hun bereik onder scholen, waarbij de meerderheid van de organisaties de gegevens handmatig in losse bestanden (Excel of Word) registreert. Het bijhouden van het bereik ligt ook moeilijker bij organisaties die zelf geen rechtstreeks contact met scholen hebben (o.a. Trimbos-instituut, Rutgers WPF en de Nationale Hoorstichting). Zij moeten via anderen, bijvoorbeeld via de GGD of via de uitgever, achterhalen welke scholen gebruik maken van hun aanbod. Incidenteel wordt via de intermediairs geïnventariseerd hoeveel scholen precies worden bereikt. De mate waarin organisaties in categorie 2 gegevens verspreiden of benutten, loopt sterk uiteen. “Er is een Excel-bestand over het verloop van onze activiteiten. Deelnemende scholen worden geregistreerd in ons ‘systeem’. We weten waar de scholen zitten, hoeveel groepen van een school deelnemen en hoeveel trainingen zijn gevolgd. Maar deze gegevens zijn niet openbaar.” (SocioQuest) 32 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
“We doen niks met onze eigen registraties, omdat het nog niet nodig is. Veel scholen weten ons wel te vinden. We zullen dan ook af moeten wegen wat het uiteindelijke doel is en of die inspanningen onze organisatie en de scholen ook echt kan helpen.” (Rots en Water Instituut) Sommige organisaties houden hun bereik onder scholen continu op hun eigen website bij (o.a. het Voedingscentrum). Andere organisaties delen hun gegevens (geaggregeerd) in structurele of incidentele (onderzoeks)publicaties. We spraken organisaties die hun gegevens nog niet ontsluiten, maar wel bereid zijn deze kennis in de toekomst te delen. Enkele organisaties waren niet direct enthousiast of zijn niet bereid beschikbare gegevens te delen omwille van de privacy van klanten (scholen).
organisaties in categorie 2
KVLO
Registratie/data
Niveau
Verspreiding
Deelnemende scholen
School
geen
School
geen
Gezonde schoolkantines
School
website
Bezoeken Schoolkantine
School
onderzoeksrapport
schoolsportcompetitie (Olympic Moves) Deelnemers sportiefste school verkiezing Voedingscentrum
Brigade Arko Sports Media
Deelnemers lekker fit!
School
Stichting School en Veiligheid
Scholen die helpdesk bellen
School
en onderwerp Rots & Water Instituut NL
Rots en Water Scholen,
Kwartaal verslagen op geaggregeerd niveau
School
Via website
School
geen
Geaggregeerd
onderzoeksrapport
Geaggregeerd
geen
School
geen
trainers per school SocioQuest
Kiva-scholen, en voortgang (aantal trainingen, groepen)
Trimbos-instituut
Aantal scholen met interventie/ Intermediairs die interventie gebruiken
Rutgers WPF
Intermediairs die interventie gebruiken
Nationale Hoorstichting
Overzicht scholen lespakket
De organisaties in categorie 3 volgen vrij consequent het bereik van hun activiteiten, zoals de realisatie van zeventig Gezonde Schoolpleinen (Jantje Beton), het aantal JOGG-gemeenten en bijbehorende JOGG-wijken of de scholen in het voortgezet onderwijs met een rookvrij schoolplein (Longfonds). Evenals in categorie 2 worden gegevens vooral handmatig in losse bestanden verzameld. De meeste gegevens worden verspreid via een eigen website of via de website sportopdekaart.nl, dat onderdeel is van volksgezondheidenzorg.info. Sommige organisaties in categorie 3 verzamelen meer 33 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
gegevens dan alleen de scholen die aan hun programma meedoen. Onbeperkt Sportief heeft een eigen monitorinstrument ontwikkeld om de sportdeelname van leerlingen op Special Heroes scholen te volgen. Deze tool is ontwikkeld omdat ook de deelnemende scholen behoefte hadden om leerlingen beter te kunnen volgen. De ontwikkeling van dit instrument verkeerde tijdens de inventarisatie in een pilotfase. Kansen van meer geautomatiseerde gegevensverzameling worden herkend. Ook Jongeren Op Gezond Gewicht geeft aan bezig te zijn met verdere verbetering van informatieverzameling en –beheer.
Tabel 3.8 Overzicht beschikbare registraties in de omgeving van scholen van organisaties in categorie 3 Registratie/data
Niveau
Verspreiding
Jantje Beton
Gezonde schoolpleinen
School
Website en
Jongeren Op
JOGG-gemeenten
Gemeente
volksgezondheidenzorg.info Gezond Gewicht Cruyff foundation
Website en volksgezondheidenzorg.info
Schoolplein14
School
Geen
Cruyff-courts
Wijk
volksgezondheidenzorg.info
Longfonds
Rookvrije schoolpleinen in VO
School
Website
Krajicek Foundation
Krajicek Playgrounds
Wijk
Website
Onbeperkt Sportief
Deelname scholen Special Heroes
School
Volksgezondheidenzorg.info
Sportdeelname leerlingen via Special
Leerling
Onbekend
Heroes
3.6
Organisaties die (school)data verzamelen en verspreiden Organisaties in categorie 4 hebben voor scholen geen aanbod, maar verzamelen, beheren en verspreiden schooldata. Omdat deze organisaties mogelijk een rol kunnen spelen bij het slimmer gebruik maken van de sturingsinformatie rond Gezonde School, zijn zij bij de inventarisatie betrokken. De volgende drie organisaties zijn geraadpleegd: RIVM, Mulier Instituut en de stichting Schoolinfo (scholenopdekaart.nl).
RIVM RIVM houdt zich op verschillende manieren bezig met dataverzameling rond Gezonde School, namelijk: -
Monitoring van de Gezonde Schoolkantine;
-
Sportopdekaart.nl (Volksgezondheidenzorg.info)
-
Monitoring van het Nationaal Programma Preventie (online voortgangsmonitor).
Daarnaast heeft RIVM ook een rol bij de Jeugdmonitor. Hierbij worden geen gegevens verzameld op schoolniveau, maar worden op middelbare scholen vragenlijsten afgenomen bij leerlingen. Om bovenstaande activiteiten goed uit te kunnen voeren, worden registraties bij verschillende organisaties opgevraagd en soms wordt aanvullend onderzoek onder scholen uitgezet. In principe worden geen gegevens over individuele scholen bijgehouden, maar deze informatie is soms wel bekend vanuit data die RIVM krijgt aangeleverd. Voor de website sportopdekaart.nl en voortgangsmonitor van het NPP wordt bij diverse organisaties data verzameld en op kaarten weergegeven. Dit zijn kaarten met informatie over sportgerelateerde onderwerpen die ook met Gezonde School of omgeving van scholen (o.a sportdeelname, buurtsportcoaches, JOGG-gemeenten, Sportimpuls-projecten) raakvlakken hebben. 34 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
De website is onderdeel van volkgezondheidenzorg.info. Deze website wordt beheerd door het RIVM, in opdracht van het Ministerie van VWS. Het doel van deze website is om beleidsinformatie ‘in een oogopslag’ zichtbaar te maken voor actoren die daar interesse in hebben. Het zijn dan ook vooral feiten en cijfers op geaggregeerd niveau. In het gesprek met RIVM kwam naar voren dat ook zij geluiden ontvangen dat bepaalde gebruikers vaak ook interesse hebben in de achterliggende gegevens. Het ontsluiten van gegevens is een ander doel en daarvoor is de website momenteel (nog) niet ingericht, maar de behoefte wordt herkend.
Mulier Instituut Het Mulier Instituut (MI) verzamelt data over het thema ‘school en sport’, zoals: het aantal lessen en aantal lesminuten bewegingsonderwijs of het aantal scholen met een keuze-examenvak voor bewegen en sport. Deze gegevens worden verzameld uit bestaande databestanden of zijn met aanvullend onderzoek verkregen. Het MI verzamelt nog andere data over de sport in Nederland. De belangrijkste in relatie tot het onderwijs, is een database van alle sportaccommodaties in Nederland. Deze database wordt momenteel met alle gymaccommodaties uitgebreid. Daarnaast worden gegevens verzameld over het aantal buurtsportcoaches per gemeente (via gemeentefonds) en openbare speelterreinen (Cruyffcourts, Krajicek playgrounds). De gegevens worden op dit moment vooral verzameld en voor onderzoek gebruikt. Uitkomsten worden op onregelmatige basis in publicaties gepubliceerd. In het voorjaar van 2016 verschijnt het brancherapport sportaccommodaties. Verder worden de gegevens op aanvraag aan andere organisaties beschikbaar gesteld. Het MI levert data aan RIVM voor verschillende kaarten van de website sportopdekaart.nl.
Venster voor Verantwoording en Scholenopdekaart.nl Het Ministerie van OCW, gesteund door de PO-Raad en VO-raad, wil dat scholen hun resultaten zelf inzichtelijk maken, zodat het voor ouders en andere maatschappelijke actoren mogelijk is een goed oordeel over een school te vormen en deze school te kunnen vergelijken. Wanneer ouders of andere actoren iets over een school te weten wilden komen, kon informatie op hoofdlijnen worden gezocht bij de onderwijsinspectie, op de website en in de schoolgids. De afgelopen jaren is gewerkt aan een portal waar deze informatie kan worden ontsloten. In samenwerking met de sectorraden zijn vervolgens de Vensters voor Verantwoording ontstaan. Vensters voor Verantwoording is een project waarbij cijfermatige informatie over scholen in één systeem wordt verzameld. Het doel is om de regeldruk voor scholen te verminderen en om de schoolkeuze van ouders te vergemakkelijken door informatievoorziening en ICT beter af te stemmen op wat besturen, scholen, ouders en andere actoren nodig hebben. De afgelopen jaren is de website scholenopdekaart.nl ontwikkeld waar centrale en decentrale indicatoren over scholen inzichtelijk worden gemaakt. Het gaat dan bijvoorbeeld om gegevens op het gebied van onderwijsopbrengsten, leerlingpopulatie, financiën en personeel. Deze centrale indicatoren worden bij DUO en de Inspectie van het Onderwijs opgevraagd. Op de site www.scholenopdekaart.nl kunnen scholen, ieder in hun eigen SchoolVenster, een toelichting geven op hun onderwijsopbrengsten en decentrale indicatoren aanvullen, zoals een omschrijving van het schoolprofiel en lestijden. De gedachte hierachter is dat scholen de dialoog met ouders en andere actoren kunnen aangaan. Schoolinfo is de organisatie die tot de zomer van 2015 in het primair onderwijs en voortgezet onderwijs aan dit project uitvoering heeft gegeven. Het onderhoud en beheer van scholenopdekaart.nl gaat over naar Kennisnet en de doorontwikkeling van scholenopdekaart.nl wordt bij de onderwijsraden ondergebracht. De projectleider van schoolinfo vertelde dat onlangs een indicator rond bewegingsonderwijs is toegevoegd. Het beleid is om dergelijke verzoeken met de sector te bespreken
35 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
en op die manier van onderaf draagvlak te creëren. Het uitbreiden van indicatoren of toevoegen van nieuwe indicatoren vergt dan ook een behoorlijke doorlooptijd. “Als scholen zelf het belang niet inzien van een indicator, wordt die ook niet gevuld. Het is daarom van belang om uitbreiding met scholen te bespreken en hen mee te nemen in het proces en de achterliggende redenen” Indicatoren kunnen dus niet zomaar worden toegevoegd. Als scholen het nut of de noodzaak niet inzien, worden ze niet ingevuld. Een ander nadeel is dat de decentrale indicatoren doorgaans zelf gerapporteerde gegevens betreffen, of dat indicatoren alleen worden ingevuld als een school zelf vindt dat ze op de betreffende indicatoren goed scoren. In het primair onderwijs worden de decentrale indicatoren door bijna een op de drie scholen ingevuld. In het voorgezet onderwijs wordt de website door bijna 90 procent van de scholen gevuld. Voor scholen, besturen en eventueel beleidsmakers of gemeenten kunnen managementinformatiesystemen worden ingebouwd. Zo kan Vensters een bijdrage leveren aan het onderwijsklimaat, omdat scholen zich met andere scholen kunnen vergelijken en op basis van de inzichten hun proces kunnen bijsturen. Een ander bijkomend doel is de regeldruk verminderen door informatie centraal te verzamelen en beter te ontsluiten zodat gegevens niet nogmaals aan andere organisaties moet worden verstrekt. De data is in principe allemaal van scholen zelf. De data zijn dan ook voor andere organisaties beschikbaar wanneer het aan de doelstellingen bijdraagt. Door het beschikbaar stellen van deze data, kan ook de onderzoekslast voor scholen worden verminderd. Er zijn diverse onderwijsmonitoren die data over scholen verzamelen, bijvoorbeeld de monitor cultuuronderwijs of de monitor bewegingsonderwijs.
36 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
4.
Probleemanalyse en oplossingsrichtingen In paragraaf 4.1 beschrijven we de belangrijkste bevindingen en probleemanalyse op basis van de resultaten die in hoofdstuk 2 en 3 zijn beschreven. In paragraaf 4.2 zijn vier oplossingsrichtingen geformuleerd die passen bij de gesignaleerde problemen.
4.1
Belangrijkste bevindingen en probleemanalyse Perspectief van scholen Drie kwart van de scholen in het primair onderwijs en ruim vier vijfde van de scholen in het voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs staat positief tegenover de bevordering van de gezondheid van leerlingen/studenten. We constateren dat scholen de meeste belangstelling hebben voor een aantal thema’s van Gezonde School. De vier thema’s de scholen de meeste prioriteit toekennen zijn sociaalemotionele ontwikkeling, bewegen en sport, voeding en roken, alcohol en drugs. Dit zijn tegelijkertijd de thema’s waar scholen ook binnen hun beleid het meeste aandacht voor hebben. Het vignet Gezonde School en het ondersteuningsaanbod is bij een groot deel van de scholen bekend. Als scholen wordt gevraagd naar wat hen zou motiveren om werk te maken van een gezonde leeromgeving voor leerlingen/studenten, geven zij aan behoefte te hebben aan goede voorbeelden van andere scholen in de buurt en betere mogelijkheden om te laten zien wat er gebeurt. Om aan de slag te gaan met gezondheidsbevordering, hebben scholen vooral behoefte aan financiële middelen. Dat was ook de voornaamste maatregel vanuit de overheid die zou aanzetten om meer werk te maken van gezondheidsbevordering. Ook een betere verankering van gezondheid in kerndoelen/ kwalificatiestructuur en minder verplichtingen ten aanzien van kernvakken, zou scholen ruimte bieden om werk te maken van een gezonde leeromgeving. Scholen geven aan vooral behoefte te hebben aan financiële middelen om meer werk te maken van een gezonde leeromgeving. Indien het wenselijk wordt geacht op deze behoefte in te spelen, zou nagedacht moeten worden over de manier waarop hierin kan worden voorzien. Dit met het oog op het aflopen van het landelijke ondersteuningsaanbod Gezonde School dat gedeeltelijk in deze behoefte voorzag.
Contact met scholen rond Gezonde School Onze inventarisatie rond dit thema richtte zich op de landelijke organisaties die Gezonde School ondersteunen en de organisaties met aanbod rond een thema van Gezonde School. Het beeld dat uit deze inventarisatie naar voren komt, is dat de organisaties redelijk terughoudend zijn in het actief benaderen van scholen. Incidenteel wordt informatie (via nieuwsbrieven) aan scholen toegezonden (eenrichtingsverkeer). Intensiever contact lijkt vooral te ontstaan op initiatief van scholen zelf.
De Gezonde School-adviseurs (GGD en Onderwijsagenda SBGL) onderhouden vrij regelmatig contact met scholen in het kader van advies-op-maat-trajecten vanuit het ondersteuningsaanbod. Daarnaast geven de adviseurs ook presentaties over Gezonde School, maar vooral op verzoek van scholen of schoolbesturen.
Over algemeen hebben de organisaties met een aanbod rond een specifiek thema van Gezonde School geen regelmatig contact met scholen. Het contact met scholen verloopt doorgaans via intermediairs (Gezonde School-adviseur van de GGD of een andere regionale instellingen). Uitzondering hierop vormen het Voedingscentrum en SocioQuest, die scholen direct en actief met hun aanbod benaderen.
37 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Samenwerking rond Gezonde School Gezonde School weet via het ondersteuningsaanbod of als partners van de afzonderlijke gezondheidsthema’s veel partijen aan zich te verbinden. Om dubbele benadering van scholen te voorkomen en om regeldrukte vanuit het perspectief van scholen te verminderen blijft het van belang om landelijke en regionale ondersteuning op elkaar af te stemmen. Diverse respondenten hebben aangegeven dat zij denken meer te kunnen bereiken met betere afstemming en samenwerking. Veelal gaat het om bestaande samenwerkingsverbanden, die steviger kunnen worden ingezet om samen tot een beter resultaat te komen. Wij zien hier drie lijnen:
De eerste lijn is de samenwerking tussen Gezonde School en Jongeren Op Gezond Gewicht (JOGG). JOGG richt zich sinds 2015 nadrukkelijker op scholen in JOGG-gemeenten. Hierdoor wordt het van belang dat zowel op strategisch niveau, als op operationeel niveau afspraken worden gemaakt over de inzet van JOGG-regisseurs in de wijken en Gezonde School-adviseurs (zowel van de GGD als van de Onderwijsagenda SBGL). Voordat een Gezonde School-adviseur een school in een JOGG-gemeente bezoekt, zou er afstemming met de lokale JOGG-regisseur kunnen plaatsvinden. Dit, om meer te weten te komen over activiteiten die er al plaatsvinden of om de school te verbinden aan de uitvoering van de JOGG-aanpak.
Uit de inventarisatie komt naar voren dat er weinig verbondenheid lijkt te zijn tussen interventieeigenaren die geen deel uitmaken van een geformaliseerd samenwerkingsverband (zoals de themainstituten) en de Gezonde School. Dit geldt in meer of mindere mate voor alle drie de organisaties waarmee is gesproken (SocioQuest, Rots en Waterinstituut en Arko Sports). Deze groep interventieeigenaren zou in potentie het bereik van Gezonde School enorm kunnen vergroten door in het contact met scholen niet alleen aandacht te hebben voor hun eigen aanbod, maar met een bredere insteek scholen te ondersteunen en/of te informeren.
In verschillende gesprekken kwam naar voren dat de inzet en betrokkenheid van de GGD bij Gezonde School per regio verschilt. Uit deze inventarisatie blijkt dat verschillende organisaties een ‘capaciteitsprobleem’ en of een geringere inzet op een aantal specifieke thema’s in sommige regio’s ervaren. Sommige organisaties met een aanbod voor scholen rond een thema van de Gezonde School gaven aan dat de (geringe) belangstelling van de GGD voor een specifiek thema een groter bereik in de weg staat. Zij zijn vaak afhankelijk van de GGD als intermediaire partij om hun aanbod bij scholen onder de aandacht te brengen.
Informatiebehoefte De informatiebehoefte van organisaties uit de drie verschillende categorieën blijkt dicht bij elkaar te liggen. Op hoofdlijnen zijn vijf thema’s onder te verdelen:
Afstemmingsbehoefte
Contactinformatie
Goede voorbeelden
Feiten en cijfers
Effectiviteit van interventies
Afstemmingsbehoefte Bij verschillende organisaties is een groeiende behoefte om beter zichtbaar te maken waar een school aan werkt. Wanneer dergelijke informatie voorhanden is, zou dit het werk makkelijker maken omdat organisaties beter kunnen aansluiten bij wat er op een school gebeurt. Contactinformatie Om scholen daadwerkelijk beter te kunnen ondersteunen en om activiteiten beter af te kunnen stemmen, zou het helpen wanneer namen en contactgegevens van betrokken personen op school of van betrokken organisaties in de omgeving van een school beschikbaar zijn. 38 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Goede voorbeelden Het viel op dat veel organisaties zoeken naar scholen die goed bezig zijn met Gezonde School. Goede voorbeelden om andere scholen te inspireren en om successen te laten zien. Er lijkt behoefte aan een vindplaats die het voor scholen én voor betrokken organisaties makkelijk maakt om goede voorbeelden te vinden. Feiten en cijfers Een aantal organisaties heeft feiten en cijfers nodig over het bereik van programma’s en/of de samenwerking tussen verschillende programma’s. Koppeling van gegevens van verschillende organisaties (databestanden) kan samenwerking of effectiviteit van programma’s meer inzichtelijk maken. Cijfermatige gegevens zijn nodig om te informeren (brede publiek, media), te verantwoorden (geldverschaffers) en indien nodig bij te sturen. Verdieping implementatie interventies Een aantal organisaties met een aanbod rond een thema van Gezonde School geeft aan dat zij meer zicht zouden willen hebben op het gebruik en het effect van hun interventies.
Registratie en kwaliteit gegevens Over het algemeen geven organisaties aan dat zij gegevens (zoals informatie over de school, de afname van het aanbod en de contactpersonen op school) bijhouden. De mate waarin informatie wordt verspreid is verschillend. De meeste gegevens worden gepubliceerd op een eigen website of op sportopdekaart.nl. Niet alle partijen zijn bereid om gegevens uit te wisselen, vanwege de privacy van hun klanten (scholen). Slechts een beperkt aantal organisaties, vooral in categorie 1, maakt bij gegevensverzameling gebruik van meer geautomatiseerde systemen. Het merendeel van de gegevens rond Gezonde School wordt handmatig bijgehouden in losse bestanden (Excel/Word). Dat vergroot de kans op fouten, kost tijd en vergt discipline om gegevens consequent door te voeren. Bovendien ontbreken soms goede afspraken over wat geregistreerd wordt. We constateerden dat overzichten niet altijd compleet zijn omdat gegevens niet bekend zijn, of omdat registraties onvoldoende zijn doorgevoerd. We kunnen concluderen dat de kwaliteit van de gegevens sterk wisselt. Dit stelt grenzen aan de mate waarin gegevens voor andere doeleinden bruikbaar zijn. De meeste kansen om beter gebruik te maken van gegevens, lijken te liggen in de gegevens die automatisch worden geregistreerd en in een database worden vastgelegd (RIVM/CGL, GGD GHOR) of de gegevens over het bereik op scholen die vrij gestandaardiseerd worden verzameld (o.a. Voedingcentrum en Longfonds).
Aansluiten bij bestaande structuren Binnen deze inventarisatie hebben we gesproken met organisaties die schooldata verzamelen en verspreiden, omdat we bij voorkeur aansluiten bij de bestaande infrastructuur voor dataverzameling en –verspreiding. De belangrijkste aanknopingspunten zijn hieronder benoemd:
Het RIVM verzamelt gegevens over Gezonde School bij diverse organisaties. Op basis van deze data wordt beleidsinformatie op de website www.sportopdekaart.nl inzichtelijk gemaakt. Gegevens over individuele scholen zijn niet zichtbaar en het combineren van gegevens op een kaart is (nog) niet mogelijk. Dit lijkt een wenselijke uitbreiding om de voortgang van Gezonde School landelijk en lokaal beter zichtbaar te maken. Deze behoefte onder een deel van de gebruikers van de website wordt door het RIVM herkend.
Vanuit het project Venster voor Verantwoording is de afgelopen jaren gewerkt aan een portal (www.scholenopdekaart.nl) waar cijfermatige informatie over individuele scholen kan worden
39 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
ontsloten. Iedere school heeft zijn eigen venster waarin informatie centraal wordt verzameld en door de school zelf kan worden toegevoegd (decentrale gegevens). Deze portal wordt inmiddels door een aanzienlijk deel van de scholen gebruikt.
4.2
Oplossingsrichtingen In deze paragraaf zijn vier oplossingsrichtingen geformuleerd die aansluiten bij de gesignaleerde problemen en die passen bij de wensen en behoeften van betrokken organisaties en het onderwijs. 1. Klant-contact-systeem Een systeem waarin de school centraal staat en waarin vraagstelling (ondersteuningsbehoefte) van de school wordt vastgelegd. De ondersteuning aan scholen via de verschillende kanalen (organisaties) wordt door de betrokken organisaties in dit systeem geregistreerd. In dit systeem kan dan ook worden bijgehouden welke contactpersonen op school voor welke thema’s aanspreekbaar zijn. Voor organisaties die scholen lokaal ondersteunen (o.a. Gezonde School-adviseurs GGD en Onderwijsagenda SBGL) kan een dergelijk systeem de samenwerking en afstemming bevorderen. Dit sluit aan bij de behoefte om beter af te stemmen en bij de vraag naar contactgegevens. 2. Gegevens weergeven op kaart Een vindplaats waar (open) databestanden van organisaties rond Gezonde School op kaart worden gevisualiseerd. Op dit moment is beleidsinformatie (feiten en cijfers op geaggregeerd niveau) beschikbaar via de website www.sportopdekaart.nl, onderdeel van www.volksgezondheidenzorg.info. Deze oplossing zou een stap verder gaan en maakt het mogelijk verschillende gegevens rond Gezonde School tegelijk op een kaart weer te geven (‘visueel correleren’). Dit sluit aan bij het idee van de app voor buurtsportcoaches. Ook in andere sectoren zijn goede voorbeelden beschikbaar van dergelijke websites, bijvoorbeeld opengis.eu en www.risicokaart.nl. Deze oplossing speelt in op de behoefte aan het zichtbaar maken van de voortgang van Gezonde School en draagt bij aan het inzichtelijk maken van de samenwerking tussen organisaties. Hierdoor kan bijvoorbeeld inzichtelijk worden gemaakt in welke JOGG-gemeenten Gezonde Scholen zijn gerealiseerd. 3. Indicatoren toevoegen aan scholenopdekaart.nl Scholenopdekaart.nl is een bestaande website waar informatie over individuele scholen vindbaar is. Een goede mogelijkheid lijkt om te bekijken in hoeverre indicatoren rond Gezonde School kunnen worden toegevoegd. De indicator rond Gezonde School zou uit bestaande gegevens kunnen worden opgebouwd en worden aangevuld met informatie die de school zelf invult (centrale en decentrale indicatoren). Dit kan interessante informatie zijn voor ouders en zou voor scholen een meerwaarde kunnen opleveren in hun profilering. Deze oplossing speelt in op de wens van scholen om beter te laten zien wat er al gebeurt. Een bijkomend voordeel is de mogelijkheid om een managementsysteem in te richten op basis van de data die op scholenopdekaart.nl is ingeladen en ingevuld. Dit draagt bij aan feiten en cijfers over de voortgang van Gezonde School. 4. Database Best-practices Scholen geven aan dat goede voorbeelden in de omgeving hen motiveren om meer werk te maken van Gezonde School. Ook de diverse betrokken organisaties hebben behoefte aan goede voorbeelden om andere scholen te inspireren. Een aantal organisaties werkt al met voorbeeldscholen die zij als ambassadeurs inzetten. Een database met voorbeeldscholen zou het voor scholen makkelijker kunnen maken een goed voorbeeld in hun omgeving te vinden.
40 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
5. In dit hoofdstuk werken we de oplossingsrichtingen uit die door de klankbordgroep als meest kansrijk en haalbaar werden gezien. Deze zogenaamde voorkeursscenario’s zijn op basis van het advies van de klankbordgroep tot stand gekomen.
5.1 De voorgestelde oplossingsrichtingen zijn op 18 juni 2015 in een bijeenkomst met de klankbordgroep besproken. De klankbordgroep heeft over de meest wenselijke en meest haalbare oplossingen geadviseerd. Dit heeft geresulteerd in de uitwerking van twee zogenaamde voorkeursscenario’s, dit zijn:
Gegevens Gezonde School weergeven op een kaart; Indicatoren toevoegen aan scholenopdekaart.nl.
Voor de uitwerking van deze voorkeursscenario’s zijn drie aanvullende gesprekken gevoerd. Een gesprek was met de programmacoördinator van het project Vensters van de PO-Raad en een ander gesprek was met de productmanager Vensters van de VO-raad. Beiden waren voorheen werkzaam bij de stichting Schoolinfo, de organisatie die vanuit het project Vensters de website scholenopdekaart.nl heeft ontwikkeld. Het tweede gesprek was met de Vereniging Sport en Gemeenten (VSG), die de app voor buurtsportcoaches heeft ontwikkeld waarin sport- en beweegprojecten op een kaart worden weergegeven. Het derde gesprek was met een medewerker van het RIVM die betrokken is bij de ontwikkeling van de website sportopdekaart.nl. De gesprekken dienden om meer zicht te krijgen op mogelijkheden binnen de gekozen voorkeurscenario’s. Een eerste versie van deze voorkeursscenario’s is in oktober aan de klankbordgroep toegestuurd. De leden van de klankbordgroep zijn uitgenodigd om te reageren op de scenario’s, waarna de feedback van de klankbordgroep in de definitieve versie van het rapport is verwerkt. Het rapport met bijbehorende scenario’s wordt in november 2015 in de stuurgroep Gezonde School besproken. In dit overleg wordt besproken in hoeverre de scenario’s aansluiten op de ontwikkeling van Gezonde School op korte- en lange termijn, waarbij de lange termijn vooral op de ontwikkeling van Gezonde School na 2016 is gericht.
Afgevallen oplossingsrichtingen De keuze voor het uitwerken van twee voorkeurscenario’s betekent dat de twee oplossingsrichtingen zijn afgevallen. De achterliggende reden staat hieronder kort beschreven.
Een klant-contact-systeem was volgens de klankbordgroep geen haalbaar scenario. De belangrijkste argumenten waren de kosten voor ontwikkeling van deze communicatiestructuur en de benodigde bereidheid van betrokken organisaties om via een dergelijk systeem te werken. Het lijkt dan ook niet zinvol om hier verder op in te zetten.
Een database met best practices verdiende volgens de klankbordgroep geen verdere uitwerking. Hoewel de behoefte aan goede voorbeelden werd herkend, is eerder gebleken dat alleen een database niet de juiste stimulans is voor scholen. Het is mogelijk wel zinvol om na te gaan in hoeverre NISB, en in de toekomst het nieuwe ‘Kennisportaal Sport’, vanuit hun reguliere functie in deze behoefte kan voorzien. Om de informatie-uitwisseling tussen scholen te stimuleren werd door
41 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
een van de leden aan het landelijk Steunpunt Brede Scholen gerefereerd. Dit steunpunt werkt met het Netwerk van Ambassadeurs.5 De ambassadeurs zijn medewerkers die binnen een school nauw bij de ontwikkeling van de Brede School zijn betrokken. Scholen die behoefte hebben aan goede voorbeelden kunnen een ambassadeur bezoeken; tegelijkertijd worden de ambassadeurs voor bijeenkomsten en werkbezoeken uitgenodigd om ook binnen hun eigen school geïnspireerd te blijven.
5.2
Scenario 1: Gegevens Gezonde School weergeven op een kaart In dit scenario gaan we in op de mogelijkheden om de gegevens over Gezonde School, die verschillende organisaties verzamelen, op een kaart weer te geven.
Achtergrond Het RIVM beheert en ontwikkelt de website www.sportopdekaart.nl als onderdeel van de website www.volksgezondheidenzorg.info. Op deze website zijn gegevens over individuele scholen niet zichtbaar en het combineren van gegevens op een kaart is niet mogelijk. Dit zou een uitbreiding kunnen zijn om in te spelen op de behoefte om gegevens over Gezonde School met maar met name op lokaal niveau beter zichtbaar te maken. Deze behoefte wordt ook door de geïnterviewde medewerker van RIVM herkend. In andere sectoren zijn van dergelijke websites goede voorbeelden beschikbaar, bijvoorbeeld www.risicokaart.nl of www.opengis.eu. Ook de app voor buurtsportcoaches, die door de Vereniging Sport en Gemeenten is ontwikkeld, heeft een functionaliteit waar sport- en beweegprojecten op een kaart kunnen worden weergegeven (zie afbeelding 1 in bijlage VI). Tegelijkertijd is deze app een platform waar buurtsportcoaches elkaar kunnen vinden en met elkaar in contact kunnen komen (zie afbeelding 2 in bijlage VI). Dit zien wij ook als een meerwaarde voor de professionals van betrokken organisaties die aan Gezonde School werken.
Voorstel We stellen voor om een website te ontwikkelen voor de professionals van organisaties die bij Gezonde School zijn betrokken. Deze website biedt een tool waar gegevens over Gezonde School en andere gerelateerde projecten (o.a. JOGG, GIDS, Sportimpuls) op een kaart zichtbaar kunnen worden gemaakt. Het doel van dit voorstel is om de gegevens van Gezonde School beter te ontsluiten op lokaal niveau. Tegelijkertijd ontstaat zo de mogelijkheid om de samenhang tussen projecten visualiseren. De kaart moet het mogelijk maken om op regioniveau in te zoomen, zodat het voor lokale professionals duidelijk wordt wat in een regio gebeurt. Het gaat om feitelijke gegevens die niet continu aan verandering onderhevig zijn. Om te zorgen dat gegevens actueel zijn, zou 1 a 2 keer per jaar een update nodig zijn. Een waardevolle toevoeging zou kunnen zijn dat contactgegevens vindbaar zijn, zodat afstemming en informatie-uitwisseling makkelijker tot stand kan komen. In het geval dat deze gegevens vanwege privacy niet openbaar beschikbaar mogen zijn, zouden deze gegevens bijvoorbeeld alleen in een beveiligde omgeving voor een beperkte groep gebruikers vindbaar kunnen zijn (o.a. JOGG-regisseur en Gezonde School-adviseur van de Onderwijsagenda SBGL en GGD en mogelijk ook buurtsportcoaches).
5
http://www.bredeschool.nl/ambassadeurs/wat-is-een-ambassadeur.html
42 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Binnen dit scenario verdient het aanbeveling om aansluiting te zoeken bij de bestaande structuren voor informatie-uitwisseling. Voor de ontwikkeling van dit scenario zou de Onderwijsagenda SBGL samenwerking kunnen zoeken met de VSG en/of RIVM. Beide organisaties herkennen de behoefte om gegevens beter of anders te ontsluiten en hebben eerste stappen gezet. Uit onze inventarisatie is gebleken dat de kwaliteit van de beschikbare gegevens sterk wisselt. Dit maakt dat een eerste versie van de website vooral uit gegevens van een beperkt aantal organisaties bestaat. Waarschijnlijk de organisaties die hun informatie nu ook beschikbaar stellen aan www.sportopdekaart.nl. Alleen om aan de informatiebehoefte van organisaties te voldoen moeten exacte locatiegegevens worden getoond en bij voorkeur ook contactgegevens. De website heeft daarmee een ander doel dan www.sportopdekaart.nl, namelijk het beter ontsluiten van de gegevens in plaats van het voorzien in beleidsinformatie. Bij VSG wordt met behulp van de app voor buurtsportcoaches ervaring opgedaan met informatie-uitwisseling tussen buurtsportcoaches en het lijkt VSG wenselijk om die uitwisseling ook met andere lokale professionals te laten plaatsvinden. Begroting De kosten voor de ontwikkeling van een (eigen) website is van vele factoren afhankelijk. Er moeten afwegingen worden gemaakt via welke middelen (telefoon, tablet, desktop) en op welke manier (website, app) toegang kan worden verkregen. Daarnaast zijn er kosten voor het hosten van een server en mogelijk moet vanuit verschillende rollen en bevoegdheden kunnen worden ingelogd. De kosten voor de ontwikkeling van een minimale variant schatten we op € 10.000,- tot 15.000,-. Exclusief de kosten voor beheer en onderhoud.
Voorwaarden voor succes Verschillende organisaties onderschrijven de behoefte om gegevens beschikbaar te maken en beter af stemmen. Wanneer op regionaal en/of lokaal niveau beter zichtbaar is wat de resultaten (bereik) van verschillende organisaties zijn, ontstaat niet vanzelfsprekend een betere samenwerking. Het aanbieden van een instrument dat samenwerking kan faciliteren, is niet voldoende. Ook op strategisch niveau moeten hierover afspraken worden gemaakt en zal sturing moeten plaatsvinden.
Voordelen
Wanneer beter zichtbaar is welke projecten rond Gezonde School plaatsvinden, zou dit er toe kunnen bijdragen dat regionale partijen elkaar beter kunnen vinden. Dit gebeurt alleen niet vanzelf.
Het beter zichtbaar maken van gegevens is voor organisaties mogelijk een stimulans om de kwaliteit van hun gegevens te verbeteren.
Nadelen
Het aansluiten bij bestaande structuren zou gepaard moeten gaan met de ontwikkeling van extra functionaliteiten (locatiegegevens, bij voorkeur contactinformatie). Hoewel de behoefte wordt herkend, moet ook bij betrokken organisaties draagvlak worden gevonden. Hierdoor kan het project mogelijk niet op korte termijn worden gerealiseerd.
Beperkte beschikbaarheid van actuele en betrouwbare gegevens
Een website waar informatie over scholen te vinden is, kan op weerstand van scholen stuiten. Je ontsluit informatie over scholen waar zij zelf niet op kunnen reageren. De website zou zich dan ook kunnen richten op de informatie die nu openbaar is (vignetten) en gegevens over projecten in de omgeving van scholen.
43 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
5.3
Scenario 2: Indicator Gezonde School op scholenopdekaart.nl Op de website www.scholenopdekaart.nl worden verschillende indicatoren over het onderwijs op een school inzichtelijk gemaakt en kunnen vergelijkingen met andere scholen worden gemaakt. In dit scenario beschrijven we de mogelijkheid om een indicator Gezonde School aan scholenopdekaart.nl toe te voegen.
Achtergrond Het Ministerie van OCW, gesteund door de PO-Raad en VO-raad, wil dat scholen hun resultaten inzichtelijk maken zodat ouders en andere maatschappelijke actoren zich een beeld kunnen vormen over een school en deze met andere scholen kunnen vergelijken. De stichting Schoolinfo heeft dit project – Venster voor Verantwoording – in opdracht van de sectorraden uitgevoerd. Sinds 1 september is het onderhoud en beheer van scholenopdekaart.nl overgegaan naar Kennisnet. De doorontwikkeling van scholenopdekaart.nl is bij de onderwijsraden ondergebracht. De afgelopen jaren is aan een portal gewerkt waar centrale en decentrale indicatoren over scholen in één systeem worden verzameld. Centrale indicatoren gaan o.a. over onderwijsopbrengsten, leerlingpopulatie, financiën en personeel en worden bij de Dienst Uitvoering Onderwijs en de Inspectie van het Onderwijs opgevraagd. Decentrale indicatoren worden door scholen zelf aangevuld en kunnen gaan over het profiel van de school, lestijden per vak en sociale veiligheid.
Voorstel We adviseren een indicator Gezonde School te ontwikkelen en toe te voegen aan de website www.scholenopdekaart.nl. Op basis van de gevoerde gesprekken zien we twee mogelijkheden. Optie 1: Ontwikkel een nieuwe indicator Gezonde School. De ontwikkeling van een nieuwe indicator kost tijd, mede omdat scholen bij dit proces worden betrokken. Daarnaast vergt dit proces een behoorlijke investering. De kosten voor de ontwikkeling van een nieuwe indicator worden op minimaal € 75.000,- geschat. Bij de keuze voor deze optie komen de te verwachten voordelen (zie onder) het beste tot zijn recht. Naar verwachting is de ontwikkeling van een nieuwe indicator niet voor 2016 te realiseren. Ook de geïnterviewde medewerkers achten de kans klein dat op korte termijn een nieuwe indicator kan worden toegevoegd omdat de prioriteit op dit moment ligt op het verhogen van het gebruik en de invulling van bestaande indicatoren. Het verdient aanbeveling om te bezien of de uitwerking van een nieuwe indicator kan worden opgenomen in de langetermijnplannen voor Gezonde School in de periode 2016-2020. Optie 2: Voeg subindicatoren rond Gezonde School toe aan bestaande indicatoren. Binnen deze mogelijkheid wordt kritisch gekeken naar de bestaande indicatoren en gezocht naar mogelijkheden om aspecten toe te voegen die raakvlakken hebben met Gezonde School. Er is al een indicator ‘sociale veiligheid’ en een subindicator ‘vakleerkracht bewegingsonderwijs’. Dit zijn aspecten die een relatie hebben met Gezonde School. De ontwikkeltijd en bijbehorende investering voor deze optie zijn aanzienlijk lager.
Voorwaarden voor succes Het ontwikkelen van meer en nieuwe indicatoren moet passen bij de strategie voor gebruik en ontwikkeling van Scholenopdekaart.nl. Die is breder dan alleen Gezonde School. Bij de ontwikkeling moet rekening worden gehouden dat scholen de noodzaak inzien van een indicator Gezonde School. Zij moeten ook decentrale indicatoren invullen. Het lijkt erop dat onder scholen draagvlak te vinden is om een indicator Gezonde School in te vullen, omdat de programmacoördinator van het project Venster PO
44 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
het vermoeden heeft dat bij de decentrale indicator ‘schoolprofiel’ signaalwoorden rond gezondheid relatief vaak worden ingevuld. We adviseren om bij het ontwikkelen van een (sub)indicator Gezonde School vooral naar decentrale indicatoren te zoeken. Dit is minder kostbaar en sneller te realiseren. Uit onze inventarisatie blijkt daarnaast dat niet al te veel van het inladen van centrale indicatoren kan worden verwacht, omdat de kwaliteit van de gegevens sterk wisselt. Hierdoor krijgt de informatie die scholen zelf invullen (decentrale indicatoren) bij de opbouw van de indicator een belangrijke rol. Voldoende draagvlak onder scholen voor de ontwikkeling van een indicator Gezonde School is daarom belangrijk. Het helpt als het om informatie gaat die ouders belangrijk vinden.
Voordelen
Met het toevoegen van een indicator Gezonde School kan tevens het bewustzijn bij schoolleiders en ouders over het belang van een gezonde leeromgeving worden vergroot. Dit zou een impuls kunnen geven aan de ontwikkeling van Gezonde School.
Aansluiting bij een bestaande infrastructuur voor gegevensverzameling en –verspreiding, waardoor geen nieuw platform hoeft te worden ontwikkeld. Bovendien maakt een groot deel van de scholen inmiddels gebruik van dit kanaal en wordt de structuur door het Ministerie van OCW en de PO-Raad en VO-Raad ondersteund.
Scholen gaven aan behoefte te hebben om beter te laten zien wat zij (al) doen aan gezondheidsbevordering van leerlingen/studenten. Het toevoegen van een indicator Gezonde School speelt op de wens van scholen in.
Scholenopdekaart.nl biedt de mogelijkheid om rapportages te maken waarin vooraf opgestelde vragen met behulp van de data worden beantwoord. Deze managementinformatie kan worden opgesteld voor scholen en schoolbesturen, maar mogelijk ook voor beleidsadviseurs bij gemeente en overheid. Dit sluit aan bij de behoefte aan feiten en cijfers over de voortgang van Gezonde School.
Het downloadbare rapport kan verschillende subindicatoren samenbrengen. Dit is bijvoorbeeld gebeurd voor Sociale Veiligheid. De hiervoor relevante items zijn bij 2 indicatoren ondergebracht en worden gezamenlijk weergegeven in een rapport dat uitwisselbaar is met de Inspectie voor het Onderwijs in het kader van de wet Sociale Veiligheid.
Nadelen
Bovengenoemde voordelen komen alleen tot zijn recht wanneer scholen het belang van de indicator erkennen en de decentrale indicatoren (naar waarheid) invullen.
Het middelbaar beroepsonderwijs is in dit scenario niet meegenomen omdat een dergelijke informatiestructuur voor het middelbaar beroepsonderwijs minder goed is ingebed. Er is een website (www.mbotransparant.nl) waar vooral centrale indicatoren inzichtelijk worden gemaakt die afkomstig zijn uit gegevens van de Dienst Uitvoering Onderwijs. Daarnaast zijn gegevens niet op locatieniveau, maar alleen op bestuursniveau inzichtelijk.
Het ontwikkelen en toevoegen van een nieuwe indicatoren is een langdurig en kostbaar traject, waarbij ook de scholen het belang moeten zien om informatie goed in te vullen. Dit geldt in mindere mate wanneer aspecten aan een bestaande indicator (optie 2) worden toegevoegd. Het nadeel hiervan is dat de zichtbaarheid van de indicator kleiner wordt en daarmee een belangrijk voordeel van dit scenario verloren gaat. Door het toevoegen van een nieuwe indicator ‘Gezonde School’ kan het bewustzijn bij schoolleiders en ouders over het belang van Gezonde School-beleid verder worden vergroot.
Het downloadbare rapport in het Management Venster zou dit wel kunnen ondersteunen, zoals bijvoorbeeld voor de monitoring van Sociale Veiligheid.
45 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Tot slot Het doel van dit project was om meer zicht te krijgen op de mogelijkheden om op basis van bestaande gegevens de ontwikkeling van Gezonde School beter zichtbaar te maken en na te gaan of, en op welke wijze, de activiteiten van diverse organisaties beter op elkaar afgestemd kunnen worden. Dit hebben we onderzocht via een brede inventarisatie waarin met 27 personen van 25 organisaties is gesproken die bij Gezonde School zijn betrokken. Daarnaast hebben we de wens van scholen met betrekking tot het stimuleren van een gezonde leeromgeving op basis van lopend onderzoek uit de monitor onderwijsagenda SBGL in kaart gebracht. Op basis van de bevindingen en het advies van de klankbordgroep zijn twee voorkeurscenario’s uitgewerkt. Het eerste scenario biedt aanknopingspunten om gegevens rond Gezonde School op lokaal niveau beter zichtbaar te maken. Mogelijk zou dit een bijdrage kunnen leveren aan een betere afstemming rond Gezonde School. Enerzijds door beter zichtbaar te maken wat in de omgeving van en op scholen gebeurt. Anderzijds door het beschikbaar maken van contactinformatie, zodat professionals elkaar beter kunnen vinden. Het tweede scenario sluit vooral aan bij de wens van scholen om beter te kunnen laten zien wat ze doen. Wanneer de ontwikkeling van de indicator Gezonde School goed van de grond komt, kan het ook een bijdrage leveren aan de behoefte aan feiten en cijfers over de voortgang van Gezonde School. Scholenopdekaart.nl biedt de mogelijkheid om op basis van de achterliggende data managementinformatie te berekenen. Aangezien de twee voorkeurscenario’s inspelen op uiteenlopende doelen, sluit de keuze voor het ene scenario het andere scenario niet uit. De kracht zou kunnen liggen in het combineren van de twee verschillende scenario’s.
46 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Bijlage I Landelijk samenwerkingsverbanden m.b.t. Gezonde School Stuurgroep Gezonde School
RIVM, Centrum Gezond Leven
Onderwijsraden
GGD GHOR Nederland
Samenwerkende Gezondheidsfondsen (SGF)
Landelijk Overleg Thema-instituten (LOT-i)
Stuurgroep vignet Gezonde School
KVLO
NOC*NSF
NISB
Voedingscentrum
Nederlandse Hartstichting
Trimbos-instituut
VeiligheidNL
Stichting School en Veiligheid
Longfonds
KWF Kankerbestrijding
Rutgers WPF
Soa Aids Nederland
VeiligheidNL
Nationale Hoorstichting
GGD GHOR Nederland
LCHV
Ivoren Kruis
Pharos
Adviseurs:
Onderwijsraden
VWS
RIVM/CGL
Pharos
LOT-i De onderstaande zeven gezondheidsbevorderende thema-instituten werken samen in het Landelijk Overleg Thema-instituten (LOT-i):
Voedingscentrum
Soa Aids Nederland
Pharos
Trimbos-instituut
VeiligheidNL
RutgersWPF
NISB
47 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Samenwerkende Gezondheidsfondsen (SGF) In de Samenwerkende GezondheidsFondsen (SGF) bundelen 19 gezondheidsfondsen hun krachten. Dit zijn:
Aids Fonds
Alzheimer Nederland
Diabetes Fonds
Epilepsiefonds
Fonds Psychische Gezondheid
Fonds verstandelijk gehandicapten
Hartstichting
Hersenstichting Nederland
Johanna Kinderfonds
KWF Kankerbestrijding
Longfonds
Maag Lever Darm Stichting
Nederlandse Brandwonden Stichting
Nederlandse Cystic Fibrosis Stichting
Nierstichting
Prinses Beatrix Spierfonds
Reumafonds
Revalidatiefonds
Stichting MS Research
48 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Bijlage II Categorieën organisaties 1. Organisaties die scholen ondersteuning bieden rond Gezonde School De organisaties uit de eerste categorie adviseren en/of begeleiden scholen op een (in)directe manier bij (de aanpak van) Gezonde School. Dit zijn: RIVM/CGL, Onderwijsagenda SBGL, GGD GHOR Nederland en regionale GGD’en. In deze categorie zijn bij vijf verschillende organisaties zes telefonische interviews afgenomen.
2. Organisaties met een aanbod voor scholen rond een thema van Gezonde School De organisaties uit de tweede categorie hebben een aanbod voor scholen rond een van de specifieke thema’s van Gezonde School. Deze thema’s zijn gekoppeld aan interventie-eigenaren en partners van Gezonde School. De meest aangevraagde interventies uit het ondersteuningsaanbod waren richtinggevend voor de organisaties die binnen dit onderzoek zijn meegenomen (zie bijlage III voor de top-5 van meest aangevraagde interventies). Met tien organisaties uit deze groep is een telefonisch interview afgenomen.
3. Organisaties die actief zijn in de (directe) omgeving van Gezonde School In de directe omgeving van Gezonde School zijn diverse organisaties actief rond het sport-, beweeg- en gezonde leefstijlaanbod op en rond scholen. Bijvoorbeeld Jongeren Op Gezond Gewicht, het Longfonds (Rookvrije schoolpleinen) en de Cruyf Foundation (Schoolplein 14). Zeven organisaties in deze categorie zijn in de inventarisatie opgenomen. Met zes organisaties zijn interviews gehouden en een organisatie is via deskresearch betrokken. De telefonische interviews met deze organisaties beperkten zich tot de vragen die te maken hebben met gegevens die worden bijgehouden over hun activiteiten op scholen of in de omgeving van scholen.
4. Organisaties die (school)data van scholen verzamelen, beheren en verspreiden Dit zijn organisaties die zich bezighouden met data verzamelen, beheren en ontsluiten rondom scholen of over de omgeving van scholen. Voorbeelden van deze organisaties zijn DUO, (Dienst Uitvoering Onderwijs), RIVM (Nationaal Kompas) en Scholenopdekaart.nl (vanuit en met onderwijsraden). Er zijn vijf organisaties betrokken: met vier organisaties is een interview gehouden en een organisatie is via deskresearch geïnventariseerd. In paragraaf 3.5 wordt deze categorie besproken. Organisatie
Contactpersoon
Interview (I), deskresearch (D) of geen (-)
Categorie 1: Organisaties die scholen (in)direct ondersteuning bieden rond GS RIVM/CGL
Marloes Damhuis
I
GGD GHOR Nederland
Sabine Neppelenbroek
I
Onderwijsraden, via samenwerking Onderwijsagenda
Dave Schoonen/ Martijn
I (2x)
SBGL
Sobels 2 personen namen toevoegen
I (2x)
Categorie 2: School Bewegen en sport (po, vo, mbo) KVLO NOC*NSF
Cees Klaassen
I -
49 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
NISB
-
Stichting IRun2Bfit
-
Voeding (po, vo, mbo) Voedingscentrum
Margret Ploum
I
Bewegen en Voeding Nederlandse Hartstichting Arko Sports Media B.V.
Arno Barendse
I
(voorheen door Nederlandse Hartstichting) Universiteit Maastricht vakgroep
-
Gezondheidsvoorlichting Sociaal-emotionele ontwikkeling (po), Sociale veiligheid en welbevinden (vo), Psychosociaal welbevinden (mbo) Trimbos-instituut
Jeroen Lammers
VeiligheidNL
I -
Stichting School en Veiligheid
Janet Houweling
I
Rots & Water Instituut NL
Freerk Ykema
I
SocioQuest (onderdeel RUG)
Theo van der Zee
I
Stichting Kanjertraining
-
Roken en alcohol (en drugspreventie) (po, vo, mbo) Trimbos-instituut
Jeroen Lammers
I
Longfonds
-
KWF Kankerbestrijding
-
Nederlandse Hartstichting
-
Relaties en seksualiteit (po, vo, mbo) Rutgers WPF
Ineke van der Vlugt
Soa Aids Nederland
I -
Fysieke veiligheid (po) VeiligheidNL Nationale Hoorstichting
Laura van Deelen
I
Milieu (po) GGD GHOR Nederland
-
Longfonds
-
Hygiëne, huid, gebit (en gehoor) (po) LCHV
-
Ivoren Kruis
-
KWF Kankerbestrijding
-
Pharos (themaoverstijgend)
-
Categorie 3: Omgeving Gezonde School Stichting Jongeren op Gezond Gewicht
Mijke Sluis
I
Longfonds
Benjamin van Wijngaarden
I
50 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Pharos en Platform31
Daphne Ketelaars
Jeugdsportfonds
-
Johan Cruyff Foundation
Carole Thate
I
Krajicek Foundation
Eric van Veen
D
Jantje Beton
Tijs den Uijl
I
ZonMw
Jan Bouwens
-
VSG
Roland Rijshouwer
I
Stichting Onbeperkt Sportief
Erna Mannen
I
Testjeleefstijl, MBO Diensten (MBO Raad)
Jan Faber
I
Feedback Foundation
-
Samenwerkende Gezondheidsfondsen (SGF).
-
Alles is gezondh
-
(NPP) Categorie 4: Verzamelen, beheer en ontsluiten data scholen RIVM
Ivon Milder/ Henriette
I/D (2X)
Giesbers Scholenopdekaart.nl (PO-Raad en VO-raad)
Jessica Theunissen
I
Mulier Instituut
Karin Hoenderkamp
I
NOC*NSF (KISS)
-
51 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Bijlage III Top vijf interventies ondersteuningsaanbod
Interventie
Interventie-eigenaar
Primair onderwijs 2013 Rots & Water (169)
Rots & Water Instituut NL
Vallen is ook een sport (93)
VeiligheidNL
KiVa (80)
SocioQuest
Lekker Fit (56)
Arko Sports Media B.V.
Kanjertraining (49)
Stichting Kanjertraining
Voortgezet onderwijs 2014 Rots & Water (36)
Rots & Water Instituut NL
De Gezonde Schoolkantine (17)
Voedingscentrum
De Gezonde School en Genotmiddelen (14)
Trimbos-instituut
IRun2BFit (6)
Stichting IRun2Bfit
Lang Leve de Liefde (5)
Rutgers WPF
DoIt (5)
Arko Sports Media B.V.
Krachtvoer (5) Middelbaar beroepsonderwijs (2014)
Universiteit Maastricht, Vakgroep
Rots & Water (5)
Gezondheidsvoorlichting Rots & Water Instituut NL
De Gezonde School en Genotmiddelen (5)
Trimbos-instituut
De Gezonde Schoolkantine (4)
Voedingscentrum
Lang Leve de Liefde (3)
Rutgers WPF
Leefstijl (1) Alle leerlingen aktief! (1)
52 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Bijlage IV Topiclist brede inventarisatie 1.
Doel organisatie en aanbod naar scholen: -
Kun je iets vertellen over het aanbod dat jullie organisatie voor scholen heeft ontwikkeld?
-
Wat is het doel/ wat willen jullie bereiken met dit aanbod?
-
Hoe is het aanbod aan scholen gelinkt aan de doelstelling van jullie organisatie?
2.
Bereik en contact scholen -
Weten scholen jullie aanbod te vinden en hoe komt dat?
-
Lukt het om scholen te enthousiasmeren?
-
Wat is het bereik (aantal scholen, type scholen)?
-
Hoe actief benader je scholen (initiatief)?
-
Hoe verloopt het contact met scholen?
-
Wat gaat goed/ wat kan beter in het benaderen van scholen?
-
Wat voor soort relatie heb je met de scholen (eenmalige of terugkerende contacten)?
-
Is er sprake van een follow-up na een scholencontact?
3.
Samenwerking -
Met welke organisaties werken jullie samen rond het aanbod voor scholen?
-
Welke organisaties kom je verder tegen in het scholencontact?
-
Laat je andere patijen weten dat scholen worden benaderd? Waarom wel/niet?
-
Liggen er kansen om elkaar te versterken?
-
Wie kan hierin het voortouw moeten nemen?
-
Is er iets wat die samenwerking mogelijk in de weg staat?
4.
Bestaande databestanden -
Ben je wel eens op zoek naar gegevens over scholen? Wat voor gegevens? Hoe gaat dat in zijn werk (waar zoek je)? Wat zijn je ervaringen daarmee?
-
Zijn er databestanden met gegevens die je raadpleegt (welke)? Vind je wat je zoekt?
-
Welke gegevens heb je nog nodig om scholen gerichter te benaderen en/of te ondersteunen?
-
Welke gegevens heb je nog nodig om de samenwerking met andere organisaties te versterken?
5.
Vastleggen en verspreiden gegevens -
Welke gegevens houden jullie bij? Zou ik een voorbeeld kunnen krijgen?
-
Wat wordt er vastgelegd, op welke manier, volgens een systeem?
-
Op welk niveau worden gegevens vastgelegd (school, wijk, gemeente, regio, landelijk)?
-
Wat gebeurt daarmee (analyse)?
-
Zijn de gegevens zichtbaar (bijvoorbeeld op een website) of mogen ze zichtbaar worden?
53 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Bijlage V Klankbordgroep Organisatie
Contactpersoon
RIVM/ Centrum Gezond Leven
Vivian Bos, Programmacoördinator Gezonde School
Onderwijsraden/ Onderwijsagenda SBGL
Martijn Sobels, Regisseur Gezonde School (communicatie & marketing) Jan Faber, Projectmanager MBO Raad
LOT-i
Judith Oostendorp, Programmahoofd Opvoeding en Educatie Trimbos-instituut en namens LOT-i lid van stuurgroep Gezonde School Afwezig, input per mail ontvangen
SGF
Naomi Rosekrans-Navon, Relatiemanager Primair Onderwijs bij de Nederlandse Hartstichting
VWS
Aimée de Wilde, Beleidsmedewerker Welzijn en Sport, directie VGP Ron Lemmers, Senior Beleidsadviseur Directie Sport
GGD GHOR Nederland
Sabine Neppelenbroek, Projectleider vignet Gezonde School
54 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
Bijlage VI afbeeldingen bij scenario 1 Afbeelding 1. Schermafbeelding van de app voor buurtsportcoaches met een overzicht van de toegekende Sportimpulsprojecten in 2014
Afbeelding 2 Schermafbeelding van de app voor buurtsportcoaches met een overzicht op kaart geregistreerde buurtsportcoaches
55 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies
56 Beter gebruik gegevens Gezonde School | Mulier Instituut | Rondom Organisatieadvies