NATIONALE BANK VAN BELGIË
BELGISCHE ECONOMISCHE STATISTIEKEN 1950 - 1960
DEEL I T o elich tin g
B E L G IS C H E
E C O N O M IS C H E
W o o rd
S T A T IS T IE K E N
1 9 5 0 -1 9 6 0
v o o ra f
Reeds driemaal heeft de B a n k een verzameling statistische reeksen in verband met de Belgische economie uitgegeven : — de eerste verzameling had betrekking op de periode van 1919 tot 1928; — de tweede liep over de periode van 1929 tot 1940-, — de derde strekte zich, u it over de jaren 1941 tot 1950. H et onderhavige werk is de voortzetting van deze inlichtingen tot en met het jaar 1960; het omvat, eveneens de nieuwe statistieken die tijdens de beschouwde periode werden samengesteld. De lezer zal evenwel opm erken dat de tabellen de gegevens van het jaar 1950 overnemen, die reeds aangéhaald werden in de verzameling welke tien jaar geleden verschenen is. W ij zijn van oordeel dat zulks de continuïteit t.a.v. de voorheen gepubliceerde statistieken in de hand werkt; door 1950 als uitgangspunt te nemen kom t bovendien de cyclische evolutie beter tot uiting. . . De opeenvolgende tienjaarlijkse num m ers van het tijdschrift getuigen van de geleidelijke ontw ikkeling van het statistische onderzoek in België. O nm iddellijk na de tweede wereldoorlog werd een nieuwe im puls gegeven aan de inlichtingen in de vorm van cijfers, onder de druk. van de eisen van het ogenblik en voor de behoeften van de betrekkingen met de internationale instellingen. Inzonderheid inzake financiële en monetaire statistieken beschikt België thans over talrijke en gedetailleerde gegevens in verband met de bewegingen van de vorderingen en de schulden, de investeringen, de betalingsbalans, de geïntegreerde balansen van de geldscheppende instellingen, de schommelingen van de geldhoeveelheid en hun oorsprong, de goud-en deviezenvoorraad, de evolutie van de overheidsschuld. E r dienen evenwel nog vorderingen gemaakt en de dubbeltellingen blijven talrijk. De vooruitgang die gemaakt werd is het resultaat van de werkzaamheden en van de navor singen van overheidsorganismen, wetenschappelijke instellingen, openbare nutsbedrijven en zelfs particuliere bedrijven. De B a n k heeft niet nagelaten haar bijdrage te leveren op het gebied dat onder haar bevoegdheid valt. Gelet op het groot aantal te publiceren cijfers waren w ij verplicht bepaalde tabellen, w aarin voorheen meer bijzonderheden voorkwamen, te vereenvoudigen. W ij m enen evenwel dat w ij de ■ hoofdzaak behouden hebben van hetgeen de lezer zal vinden wanneer h ij retrospectieve gegevens raadpleegt. Daarentegen hebben w ij meer plaats gereserveerd voor de nieuwe inlichtingen, inzonder heid voor de gegevens in verband met de macro-economische verschijnselen. . . . . Zoals voorheen geven de noten, die samengebracht zijn in deel I , een verduidelijking van de cijfers, opgenomen in deel I I . Som m ige tabellen zijn aangevuld met grafieken waarvan de nom enclatuur in een bijzondere inhoudstafel is opgenomen. ....................... Diverse instellingen hebben ons, met welunllendheid in onze taak geholpen. W ij betuigen h u n onze dank voor hun vruchtbare medewerking. De ministeriële departementen, waarvan het M inisterie van F inanciën en het M inisterie van Economische Zaken, het N ationaal In stitu u t voor de Statistiek, de Algem ene Spaar- en Lijfrentekas, het Herdiscontering- en W aarborginstituvt, de N ationale M aatschappij voor K rediet aan de Nijverheid, het Gemeentekrediet, van België, het « In stitu t de Recherches Economiques, Sodales et Politiques » van de Katholieke Universiteit van Leuven, het « Département d ’Economie Appliquée » van de Vrije Universiteit van Brussel hebben ons h un zeer gewaardeerde medewerking verleend. W ij dänken eveneens de Organisatie voor Economische Sam enw erking en O ntwikkeling die bereid w as. onze teksten en tabellen, in verband met de vergelijking van het economische leven van België met dat van het buitenland, te onderzoeken.
In h o u d so p g a v e Bladzijden
B la d z ijd e n
X. — V A L U T A M A R K T
A. — ALGEMENE GEGEVENS. 5
I I . — R E T R O SP E C T IE V E S T A T IS T IS C H E R E E K S E N .
9
B___ STATISTIEKEN 1950-1960. D E M O G R AF IE GEN :
EN
N A T IO N A L E
1. 2. 8. 4.
B . — NATIONALE KEKENINQEN : 1. o v e rz ic h t v a n d e v ersch illen d e r a m in g e n v a n h e t n a tio n a a l I n k o m e n .......................................... 2. officiële ra m in g v a n h e t n a tio n a a l In k o m e n ( N .I .S .) ........................................................................... S. ra m in g e n v a n h e t « D é p a rte m e n t d ’économ ie ap p liq u é e d e l'U .L .B . ».......................................... 4. ra m in g e n v a n h e t M .E .Z . in v e rb a n d m e t d e . b ru to v o rm in g v a n v a s t k a p i ta a l........................
goudnoterlngen................................................................. goudtransacties door de N.B.B.............................. wisselkoersen .................................................................... termijnwisselkoersen ....................................................
B. —
LAGERE OVERHEID
C. —
SOCIALE Z E K E R H E ID ......................................................... .. .
................................................................................ 1 1 9
21
XIII. —
G ELDSC H EPPEN DE IN S T E L L IN G E N : A . — ECONOMISCHE INDELING VAN DB BALANSGEGE-
23
VENS DER GELDSCHEPPENDE IN S T E L L IN G E N ____
B.
28
29 82
36 38
A . — ALGEMEEN ..................................................................................... B . — INDEXCIJFERS VAN DE NIJVHRHEID8PRODT7KTIE
39 40
C. D. E. F.
— — — —
EN ERGIE............................................................................... METAALPRODUKTIB........................................................... CHEMISCHE PRODUKTEN ............................................... STEENGROEVEN ...............................................................
48 48 60 50
G. — H. — I. — J. — K. — L. — M. — N. — O. — P. — Q. — B. —
BOUWBEDRIJF .................................................................... TEXTIELPRODUKTEN........................................................ LEDERNIJVERHEID ........................................................... DE PRODUKTEN VAN DE VOEDINGSBEDRIJVEN . . TABAK.................................................................................... PAPIER.................................................................................... GLAS ....................................................................................... KLEINUVERHEID............................................................... KERAMIEK ........................................................................... HOUT EN AANVERWANTE PRODUKTEN ................... CEMENT ................................................................................ WATERVOORZIENING........................................................
51 58 54 54 66 56 66 57 67 67 68 68
—
1. 2.
' C. —
VERVOER ............................................................................. VERKEER EN TOERISME................................................. BINNENLANDSE HANDEL................................................. HET VERBRUIK ...............................................................
61 66 68 70
V I. — IN K O M E N S V A N D E A R B E I D E R S ............................
78
Nationale Bank van België..................................... Gepubliceerde balansen van de deposito banken...................................................................................
A . — DB PRIJZEN : 1. la n d b o u w p r o d u k te n ................................................. 2. n ljv e rh e ld s p ro d u k te n : a) s t e e n k o l e n ........................................................ .... b) n o n -fe rro m e ta le n ............................................... c) ijzer- e n s t a a lp r o d u k te n ................................. d ) s te e n g ro e v e n p ro d u k te n ................................. e) te x tie lp r o d u k te n ................................................. B . — DE PRU8INDEX0IJFERS : 1. v a n d e g ro o th a n d e lsp rijz e n : a ) M in iste rie v a n E c o n o m isch e Z a k e n .......... b) I n s t i t u t d e R ec h erch es E c o n o m iq u e s e t Sociales d e L o u v a in .......................................... c) w e re ld g ro o th a n d e lsp rljz e n ............................ 2. v a n d e k le in h a n d e ls p rijz e n ................................. 3. v a n d e la n d b o u w p rijz e n ...................................... 4. v a n d e v r a c h tp r ijz e n ...............................................
88 86 86 88 89
V I I I . — D E B U IT E N L A N D S E H A N D E L V A N D E B.L.E.U .
83
REKENING ................................................................ D. — DOOR DE N.B.B. GEVISEERDE IN- EN UITVOBRACOEPTEN ................................................................ E. — CENTRALE BANK VAN BEIiGISCH-OONGO BN R uanda-U rundi ....................................................
141 148 143
X IV . — N I E T
GELDSCHEPPENDE F IN A N C IË L E I N S T E L L IN G E N : A. — RENTENFONDS ........................................................ ............. 147 B. — ALGEMENE SPAAR- EN LIJFRENTEKAS .............. ..............148 C. — PARTICULIERE SPAARKASSEN ................................ ............. 149 D. — NATIONALE MAATSCHAPPIJ VOOR KREDIET AAN DE NIJVERHEID ............................ ....................................... 160 E. — GEMEENTEKREDIET VAN BELGIfi.......................... ............. 161 F. — LEVENSVERZEKERINGSMAATSCHAPPIJEN .............. ............. 151 G. — HYPOTHEEKINSOHRUVINGBN.................................. ............. 162
X V . — B E L A N G R IJ K S T E
VORM EN V A N D E I N H E T B IN N E N L A N D B E S C H IK B A R E B E S P A R IN G . . .
166
X V I. — E M IS S IE S E N SCH U LD EN V A N DE O V ER H EID S SECTOR :
................ B. — STAATSSCHULD.......................................................... C. — DE INVENTARIS EN DB KLASSERING VAN DE BEL GISCHE OVERHEIDSFONDSEN..................................
167 159 160
X V I I . — P A R T IC U L IE R E E F F E C T E N :
A. — EVOLUTIE VAN DE BEURSOMZET, HET NOTBRINGSPEIL EN HET RENDEMENT VAN DB AANDELEN . . .
163
B . — RENDEMENT VAN D E BELGISCHE EN KONGOLESE
164 166
77 77 79 79 80 80
80
I X . — D E B E T A L IN G S B A L A N S V A N D E B.L.E.U . M E T H E T B U IT E N L A N D : A . — ALGEMENE BETALINGSBALANS ................................... B . — GEOGRAFISCHE BETALINGSBALANS ..........................
128 187
G e g e v e n s m e t b e t r e k k in g t o t d b t e g o e d e n OP POSTREKENING BN HUN BEWEGING EVENALS TOT DB GEZAMENLIJKE BETALINGEN UITGEVOBRD DOOR MIDDEL VAN DE DIRECT OPVRAAGBARE BANKDEPOSITO’S EN DE TEGOEDEN OP POST
VENNOOTSCHAPPEN OP AANDELEN .................... C. — KAPITAALEMISSIES, -VEREFFENINGEN EN -VER MINDERINGEN VAN DE INDUSTRIËLE, FINAN CIËLE EN HANDELSVENNOOTSOHAPPEN................
V I I. — P R IJ Z E N E N P R IJ S IN D E X C IJ F E R S :
121
GEPUBLICEERDE BALANSEN VAN D E VOORNAAM STE BELGISCHE GELDSCHEPPENDE INSTEL LINGEN :
A. — EMISSIES VAN DE OVERHEIDSSECTOR V . — D IE N S T E N : — — — —
119
20
IV . — N IJV E R H E ID :
A. .B. C. D.
106 106 107 108
1. traditionele administratieve classificatie... ..... 111 2 . economische classificatie ............ ..... 1 1 4 8 . functionele classificatie............................................... ................. 1 1 6
19
I I I . — LANDBOU W E N V IS V A N G S T : A. — LANDBOUW ...................................................................... B . — ZBEVISSERU.........................................................................
ED E LE
A . — CENTRALE OVERHEID :
I I . — W ERKG ELEG ENH EID E N W ERKLOOSHEID : A . — WERKGELEGENHEID........................‘................................. B . — WERKLOOSHEID.................................................................
DER
XI. — O PENBARE F IN A N C IË N :
R E K E N IN
A . — BEVOLKINGSSTATISTIEKEN............................................
MARKT
M ETALEN :
I . — A L G E M E E N O V E R Z IC H T ....................................................
I. —
EN
101 103
X V I I I . — G E LD M A RK T :
A. — MARKT VAN HET DAGGELD EN VAN HET GELD OP
ZEER KORTE TERMIJN ............................................ B. — VERREKENKAMERS ................................................... C. — PARTICULIER DISCONTO ........................................
167 168 168
X I X . — DISCONTO -,
R E N T E - E N R E N D E M E N TSP E R CENTAGES : A. — OFFICIËLE TARIEVEN VAN DE N.B.B.................... ............. 171 B. — PARTICULIER DISCONTO ........................................ ............. 171 C. — « DAGGELD »-VERRICHTINGEN .............................. ............. 172 D. — RENTEVOET VAN DE SCHATKISTCERTIFICATEN. . . 172 E. — RENTETARIEF VOOR DEPOSITO'S IN BELGISCHE FRANKEN BIJ DB BANKEN EN DE A .S .L .K ...................... 174 F. — RENDEMENT VAN VAST RENTENDE WAARDEN___ ______ 174 G. — RENTETARIEVEN VOOR HYPOTHEEKLENINGEN . . . 176
X X . — B E L G IË I N D E O.E.E.S., I N D E E.E.G. E N I N B E N E L U X .....................................................................................
177
A
-
I.
A L G E M E N E
—
A lg e m e e n
E nkele v a n de m eest m a rk a n te Belgische statistisc h e reeksen w erden in een ta b e l o nder de tite l « Algemeen O verzicht » sam engebracht. D e volgende b ek n o p te n o ta ’s zullen de in te rp re ta tie va n de sta tistisc h e reeksen vergem akkelijken. V oor nad ere in lichtingen raadplege m en de hoofdstukken die op de beschouw de reeksen b e trek k in g hebben.
I . — B e v o lk in g e n n a tio n a le r e k e n in g e n
G E G E V E N S
O v e rz ic h t. IV . — N ijv e r h e id
Algem een indexcijfer van de industriële produktie BRON : Institut de Recherches Economiques et Sociale».
H e t g a a t om een gem iddelde v a n tw a a lf m aandelijkse indexcijfers die geen rekening h o uden m e t de bouw nijverheid. I n 1961 w erd h e t indexcijfer door de to e voeging v a n een bep aald a a n ta l p ro d u k te n verruim d. D e weging, op grond v a n de toegevoegde w aarden, w erd hierdoor gewijzigd en al de indexcijfers w erden v a n a f 1954 opnieuw berekend.
Totale bevolking B r o n : Ministerie van Economische Zaken.
W erkelijke bevolking p e r 31 decem ber v a n elk ja a r.
W oningbouw : Toegestane bouwvergunningen BRON : Nationaal Instituut voor de Statistiek.
N ieuw bouw en volledige herbouw bouw vergunning to eg e staa n werd.
w aarvoor
een
Actieve bevolking B r o n : Ministerie van Arbeid .
W erkende bevolking, incl. de w erklozen en excl. de gew apende m ach t. Bruto nationaal produkt BRON : Département d ’Economie Appliquée de V Université de Bruxelles (systeem
van de Groupe d'Etudes de la Comptabilité Nationale de Dulbea).
P .N .B . b erek en d op g ro n d v a n d e b estedingen tegen m ark tp rijzen .
I I . — W e r k g e le g e n h e id e n w e r k lo o s h e id
V. — D ie n s te n Algem een indexcijfer van de verkopen der warenhuizen met veelvuldige afdelingen. B r o n : Nationaal Instituut voor de Statistiek.
H e t indexcijfer is berekend op basis v a n de verkopen u itg e d ru k t in w aarde en n ie t in hoeveelheid. H e t is dus a a n prijsschom m elingen onderhevig. H e t g a a t om een gem iddelde v a n de tw a a lf m aandelijkse indexcijfers.
V I. — I n k o m e n s Indexcijfer van de gemiddelde brutoverdienste per gewerkt uur.
Werkgelegenheid BRON : Ministerie van Arbeid : Begroting van de arbeidskrachten,
D e cijfers b etreffen de b urgerlijke arb eid sk rach ten m et u itzo n d erin g v a n d e volledige w erklozen. Werkloosheid
BRON : Nationale Bank van België .
In d ex cijfer v a n de gem iddelde b ru tolonen v a n de arb eid sters en arbeiders, tew erkgesteld in de vo o r naa m ste in d u striële bed rijv en (ex tractieve bedrijven, fabrieksnijverheid en vervoer).
BRON : H ijktditnti voor A/beidtmiddeling en werklooiheid.
H e t g a a t om h e t dagelijks gem iddeld a a n ta l gecon troleerde volledige, gedeeltelijke en toevallige w erk lozen.
III. — L andbouw Algem een indexcijfer van de landbouwproduktie BRON : Ministerie van Landbouw.
H e t is h e t indexcijfer v a n de b ru to w aard en , berekend teg en de p rijzen v a n 1953, v a n de p lan taard ig e en dierlijke p ro d u k te n , rekening h o u d en d m e t de w ijzi ging v a n de veestapel.
V H . — P r ijs in d e x c ijf e r s Indexcijfers van de groothandelsprijzen B e o n : Ministerie van Economische Zaken.
In d ex cijfers basis 1936-1938 = 100 om gezet op basis 1953 = 100. Indexcijfers van de kleinhandelsprijzen B r o n : Ministerie van Economische Zaken .
V an 1950 t o t 1953, indexcijfers berekend op basis 1936-1938 = 100 en om gezet op basis 1953 = 100. V an 1954 to t 1960 nieuw e reeks indexcijfers rech tstreek s o p g em aak t op basis 1953.
V III. —
B u ite n la n d s e
h a n d el v a n
d e
B .L .E .U .
X I.
—
R ijk s fin a n c ië n
Uitvoering van de gewone en buitengewone begrotingen en F inanciering van het begrotingssaldo
Buitenlandse handel BRON : Nationaal Instituut voor de Statistiek.
B r o n : Ministerie van Financiën.
D e speciale in v o erh an d el o m v a t : 1 ) de goederen die bij de rech tstreek se invoer o f bij
h e t vei la te n v a n de sta p e lp la a ts voor h e t v erbruik w orden aangegeven; ' 2 ) de goederen ingevoerd om op h e t grondgebied van
de E conom ische U nie v erd er v erw erk t en nadien opnieuw uitg ev o erd te worden; 3) sed ert h e t ja a r 1951, de opnieuw ingevoerde goederen n a in h e t b u ite n la n d een aan v u llende bew erking të h ebben ondergaan. D e speciale u itv o erh an d el o m v a t : 1) de Belgische o f L uxem burgse goederen en de gena tionaliseerde goederen die h e t grondgebied v a n de U nie w erkelijk v erlaten; 2 ) de goederen, die n a de v erdere bew erking w aarvoor
zij ingevoerd w erden, opnieuw w orden uitgevoerd; 3) se d e rt h e t ja a r 1951, de goederen die uitgevoerd w orden voor een aanv u llen d e bew erking in h e t b u ite n la n d en die d a a rn a opnieuw ingevoerd worden.
De aangehaalde cijfers hebben betrek k in g op de uitvoering v a n de gewone en buitengew one begrotingen evenals op de financiering v a n h e t gezam enlijke begro tingssaldo voor de ja re n 1954 to t 1960. D e gegevens betreffende de vorige ja re n w erden door h e t M inisterie v an F inanciën n ie t b ek en d g em aak t. D eze cijfers stem m en n ie t overeen m et die welke voorkom en in de officiële s ta a t v a n de S c h a tk ist die a an h e t P arlem en t m edegedeeld w ordt. . In d e rd a a d geven alle boekhoudverrichtingen niet gelijktijdig aanleiding to t geldbewegingen. B ijvoorbeeld, de begrotingsaan wij zing v a n een o v er schrijving op de begroting voor orde b re n g t op h e t ogenblik v a n de v errichting geen enkele betaling teweeg. D e cijfers v a n onderhavige ta b e l vertegenw oor digen de w erkelijke uitg av en en o ntvangsten. D e ru b rie k « O verige » v a n de financiering v a n h e t begrotingssaldo o m v a t de « G elden v a n derden » en de « K asm iddelen v an de R ijksrekenplichtigen ».
X I I I . — G e ld s c h e p p e n d e in s te llin g e n (1) Gezamenlijke balansen
Indexcijfers van het volume e.n van de gemiddelde waarden per eenheid D eze indexcijfers zijn door de N atio nale B an k van België berekend op basis v a n de gegevens v a n h e t N atio n a a l I n s titu u t voor de S ta tistie k . D e indexcijfers v an h e t volum e zijn indexcijfers v a n L aspeyres. De indexcijfers v a n de gem iddelde w aard en per eenheid zijn indexcijfers v a n Paasche.
Indexcijfers van de ruilvoet B r o n : Nationale Bank van België.
,
V erhoudingen v a n h e t indexcijfer v a n de gem iddelde w aarden p e r eenheid bij de u itv o er (f.o.b.) to t h e t in d ex cijfer v a n de gem iddelde w aard en p er eenheid bij de invoer (cif).
IX . — B e ta lin g s b a la n s v a n d e B .L .E .U Algem ene betalingsbalans B b o h : Nationale Bank van België.
D e b etalin g sb alan sen voor de ja re n 1950 to t 1954 k u n n en n ie t volledig m e t die v a n de volgende ja re n vergeleken w orden : v a n a f 1955, beschouw de m en als « n ie t b epaalde tra n sa c tie s » u itg a v e n die vooral blijken te slaan op goederen tran sacties, reisverkeer en k a p i ta a lv e rk e er v a n de p articu liere secto r doch die n ie t over die verschillende ru b riek en k u nnen verdeeld w orden (Zie v o etn o o t (1), ta b e l 1, h o o fd stu k IX ).
■
BRON : Nationale Bank van Belgie.
De geldhoeveelheid (2) o m v a t h e t ch artale en girale geld, excl. de kasv o o rrad en v a n de geldscheppende instellingen. De qm si-m onetaire liquiditeiten (2) . o m v a tte n de d ep osito’s van ingezetenen, in Belgische fran k en op m eer d an één m aa n d en in deviezen, de spaarboekjes evenals de d eposito’s m e t speciale bestem m ing, a a n gehouden door de S ch atk ist bij de geldscheppende instellingen. Goud- en nettodeviezenvoorraad. : H e t g a a t om h e t verschil tu ssen de tegoeden en de verbintenissen te g e n over h e t b u ite n lan d v an de Belgische geldscheppende instellingen. . .. Vorderingen op de overheid : V orderingen op de S ta a t, de provincies en gem eenten, de zelfstandige fondsen en de p a ra sta ta le bestuursinstellingen en de n etto v o rderingen op h e t R entenfonds. Kredieten aan de bedrijven en particulieren : D iscontokredieten, v o o rschotten en accep tk red ieten a a n de bedrijven en p articu lieren , in België gevestigd, gefinan cierd door de geldscheppende instellingen. Overige : H e t g a a t om de obligatieleningen v a n de d epositobanken, de vorderingen en de verbintenissen tegenover de niet-geldscheppende financiële instellingen, h e t saldo v a n de andere d a n ko rtlo p en d e verrich tin g en v an h e t M onetaire F o n d s en v a n de N atio n ale K as voor B eroepskrediet, de n ie t elders o n d ergebrachte v o rd erin gen en verbintenissen op en tegenover onderhorigen, de salderingsrekeningen, de verschillen tu ssen de v a s t leggingen en de deelnem ingen enerzijds, en de eigen m iddelen anderzijds. (X) Bepaling : zie hoofdstuk XIII, blz. 121. . (2) Voor een vollediger bepaling, zie hoofdstuk XIII, bis. 122 en 125.
Omloopssnelheidcoëfficiënten van de direct opeisbare bankdeposito’s en van de tegoeden in postrekening B r o n n e n : Nationale Bank van België.
Bestuur der Postcheeks.
W orden bekom en d oor deling v a n h e t bedrag der debiterin g en op de rekeningen v an de d irect opeisbare b an k d ep o sito ’s in Belgische fran k en o f op de p o strek e ningen v a n de p articu lieren en de buitengew one R ijksrekenplichtigen door de gem iddelde tegoeden op deze rekeningen tijd en s de overzichtsperiode. D e bedragen v a n d e d eb iterin g en op de rek en in g en w orden v o o raf herleid t o t ty p e m a a n d e n v a n 25 dagen.
X IV . — N ie t g e ld s c h e p p e n d e f in a n c ië le in s te llin g e n Algem ene Spaar- en Lijfrentekas B r o n : Verslagen van de Algemene Spaar • en Lijfrentekas.
D e reeks v erm eld t op h e t einde v a n elk ja a r, n a k a p ita lisa tie v a n de in te re ste n , d e saldi v a n de inlagen in de boekjes v a n de p articu lieren . Z ijn n ie t in die cijfers begrepen, d e saldi v a n d e inlagen in d e d o tatieboekjes v a n de krijgsgevangenen en deze v a n d e open b are n u tsb ed rijv en . Particuliere spaarkassen B r o n : Centraal Bureau voor dc Kleine Spaarders.
T o ta a l op h e t einde v a n h e t ja a r v an d e inlagen bij de p articu liere sp aark assen en v a n de door deze instellingen uitgegeven o bligaties en kasbons.
W orden beschouw d als effecten v erk rijg b a a r door h e t publiek, uitgegeven p er g ro te tran ch es, de effecten genoteerd op de B eurs of w aarv a n de to e la tin g to t de Officiële notering in h e t v o o ru itzich t gesteld is. D e bedragen in vreem de v a lu ta ’s w erden in Belgische fra n k en om gezet. Staatsschuld B k o n : Ministerie van Financtën.
B innen- en b uitenlandse, d irecte en in directe S ta a ts schuld, excl. de u it de oorlog 1914-1918 voortvloeiende intergouvernem entele schuld.
X V II. — E ffe c te n v a n d e p a r t i c u l i e r e s e c to r Globaal indexcijfer van de aandelennotering op de contantm arkt B k o n : Nationaal Instituut voor de Statistiek.
In d excijfers v a n de B elgische en K ongolese w aarden op d e B eurzen v a n B russel en A ntw erpen. N etto-uitgiften van nootschappen.
de Belgische
en Kongolese ven
Gegevens opgesteld door h e t N a tio n aa l I n s titu u t voor de S ta tistie k en gew ijzigd door de N atio n ale B ank. Deze w ijzigingen b e sta a n enerzijds in h e t opne m en v a n de bij sto rtin g en en anderzijds in de u itsc h a keling v a n de doorlopende en niet-doorlopende u it giften v a n de overheidssector (N .M .K .N ., Sabena) en de netto-em issies v a n obligaties en kasbons v a n de Belgische banken.
N ationale M aatschappij voor Krediet aan de N ijverheid : obligaties en kasbons B r o n : Verslagen van de Nationale Maatschappij voor Krediet aan de Nijverheid.
B edrag d e r op h e t einde v a n h e t ja a r in d e omloop blijv en d e u itg ifte n v a n o bligaties en k asbons v an de N .M .K .N . Levensverzekeringsmaatschappijen : w iskundige reserves B r o n : Ministerie van Economische Zaken, Dienst van de Verzekeringen.
H e t g a a t om de gezam enlijke w iskundige reserves v an de B elgische v erzek erin g sm aatsch ap p ijen en v a n de Belgische zetels v a n b u iten lan d se m aatschappijen. Deze reserves o m v a tte n eveneens de schadereserves, de technische p articip atiereserv e en de w aarborgreserve.
X V I. — E m is s ie s e n s c h u ld e n v a n d e o v e r h e id s s e c to r Bruto-em issies op lange en halflange term ijn van de overheidssector B r o n : Nationale Bank van België.
O m v a tte n de emissies op lange en halflange term ijn , p er g ro te tra n c h e s, v a n effecten v e rk rijg b a a r door h et publiek. H e t b e tre ft de emissies v a n de S ta a t, de zelf stan d ig e fondsen en in stellingen voor m aatsch ap p elijk e zekerheid, de p a ra sta ta le k redietinstellingen en paras ta ta le b ed rijv en , de lagere overheid, h e t G em eente k red iet, K ongo en R w anda-B urundi.
X IX .
—
D is c o n to -
en
r e n d e m e n ts p e r c e n ta g e s
Gemiddelde discontotarief van de Nationale B a n k van België B b o n : Nationale Bank van België.
Gewogen gem iddelden v a n de discontovoeten to e p a s selijk op de geaccepteerde, in een b a n k gedom icilieerde wissels en op d e w arra n ts. D e weging h o u d t rekening m e t h e t a a n ta l dagen tijd e n s dew elke de disco n to v o eten v a n k ra c h t w aren. Gemiddelde rendement van vast rentende Staatsobligaties. — Looptijd van v ijf tot tw intig jaar. D e ren d em en ten zijn berekend op basis v a n d e n o te ringen op d e B eurs v an B russel v a n leningen w aarv an de w erkelijke lo o p tijd tu ssen v ijf en tw in tig ja a r begrepen is. V an 1953 to t 1955 g a a t h e t om leningen uitgegeven tegen de nom inale ren te v o e te n v a n 4,25 en 4,50 p et.; vervolgens tegen de nom inale re n tev o e ten v a n 4,— to t 5,75 p e t. H e t gem iddelde ren d em en t is h e t percentage d a t, to eg ep ast bij de berekening v a n de actuele w aarde v a n de geza m enlijke nog te o n tv an g en te rm ijn en (aflossing, re n te , gebeurlijke lo ten en prem ies), v a n de an n u ïte ite n , een actuele w aarde geeft die gelijk is a a n de koopprijs v a n h e t u itsta a n d e k a p ita a l, berekend volgens de d ag n o te ring, verhoogd m e t de courtage en gebeurlijk m e t de opgelopen ren te.
II.
—
R e tro s p e c tie v e
D e retro sp ectiev e ta b e l o m v a t de in h e t algem een overzicht gegroepeerde sta tistisc h e reeksen in d e m a te d a t de gegevens v er genoeg in de tijd teruggaan. N o ch tan s is d it la a ts te vrij zeldzaam w a n t h e t beschik b a a r sta tistisc h m ateriaal was vóór de jongste w ereld oorlog zeer ontoereikend.
s ta tis tis c h e
K o l. (1 ) : B e v o lk in g B r o n : M .E.Z.
H e t b e tre ft de w erkelijke bevolking op h e t einde v a n h e t jaa r. De bevolking v a n de 41 gem eenten der O ostkantons is n iet in de cijfers voor de ja re n 1940 to t 1943 begrepen.
H e t toepassingsgebied v a n h e t sta tistisc h onderzoek w erd-sedertdien aanzienlijk v erru im d en de verzam elde gegevens zijn n auw keuriger en om stan d ig er d a n vroeger.
K o l. (2 ) : N a tio n a a l I n k o m e n B ro n :
I.R .E .S. (berekeningen en ramingen van de professor F. Baudhuin).
De gegevens hebben b etrekking op h e t n e tto n a tio n aa l inkom en berekend tegen facto rk o sten (gezam enlijke inkom sten voortvloeiend u it de p ro d u k tie v a n goederen en diensten, inclusief die u it h e t buitenland).
E ven zeer als op h e t probleem v an h e t onderzoek en v an d e telling v a n de statistisch e gegevens, m oet de a a n d a c h t v a n de lezer gevestigd w orden op de grote m oeilijkheid hom ogene gegevens over een lange periode te verkrijgen. D a t is bijvoorbeeld h e t geval m et de indexcijfers v a n d e p rijzen en v a n de p ro d u ktie. Die indexcijfers zijn zelden geldig voor een lange periode inzonderheid wegens de evolutie v a n de gew oonten, de behoeften en de sm aak v a n de v erbruikers, de w ijzigingen w elke de getelde p ro d u k te n n a verloop v a n tijd ondergaan, de uitschakeling v a n de seizoen schom m elingen, enz.
K o l. (3 ) : T o ta le w e rk lo o s h e id van 1920 tot 1934 inbegrepen B ro n
: Ministerie van Nijverheid en Arbeid.
De jaarlijk se cijfers zijn gem iddelden v an h e t a a n ta l verzekerden die volledig o f tijd e lijk werkloos zijn op de la a tste w erkdag v a n de m aan d (gem iddelde v a n de tw a a lf m aanden). D e verzekering tegen onvrijw illige w erkloosheid was n ie t verplicht en w erd genom en door inschrijving bij de erkende kassen voor w erkloosheids verzekering. Die kassen ontvingen subsidies v an de S ta a t op voor w aar de d a t zij o.m . de inlichtingen over m aken vereist voor h e t opstellen v a n de sta tistie k bij h e t M inisterie v a n N ijverheid en A rbeid. Op 31 decem ber 1930 vertegenw oordigde h e t a a n ta l ingeschreven verzekerden (d.i. 655.230) ongeveer 35 p et. v a n h e t to ta a l (1.850.272) bij de nijverheids- en handelstelling aangetekende arbeiders en bedienden in de Belgische ind u strie en handel, (zie « Les statistiq u e s du chôm age en Belgique », Tijdschrift voor Documentatie en Voor lichting van de N .B .B ., X I e ja a rg a n g ,d e e ll,n r 10, 25 mei 1936, blz. 552 to t 561).
N ieuw e p ro d u k te n k u n n en de weging v a n som m ige reeksen indexcijfers beïnvloeden. A ldus is de keuze v a n de p ro d u k te n alleen reeds een ind irecte weging v an de algem ene o f v a n de groepsgew ijze indexcijfers. E e n an d ere red en lig t nog in de m ogelijke w ijzi gingen v a n d e s tru c tu u r d er p rijzen en d er w aarde schalen. A ldus k u n n e n de p rijzen v a n landbouw prod u k te n en die v a n industriële p ro d u k te n soms in een verschillende rich tin g schom m elen. U it a l die beschou w ingen b lijk t d a t de statistisch e reeksen du s v aak gew ijzigd of v e rb e te rd w orden. D e gepubliceerde ta b e l is aan g ev u ld m e t v erklarende n o te n die h iern a w orden hernom en en w aardoor de veran d erin g en v a n elke reeks in de loop v a n de b e schouw de periode k u n n e n gevolgd w orden. W anneer de aan g e b ra ch te w ijziging bovendien geen voldoende vergelijking tu sse n de nieuw e en de oude gegevens m eer m ogelijk m a a k t, w orden zij in de kolom gescheiden door een h orizontale streep. V oor weinig belangrijke of k o rtsto n d ig e w ijzigingen v erw ijst een s te rre tje n a a r de v erk laren d e n o te n v a n de kolom w aarin h e t sta a t.
van 1935 tot 1960 B r o n : R.Â.W . (opgericht bij K .B. van 21 ju li 1935).
I n 1935 m aa k te h e t M inisterie v a n A rbeid een a a n vang m e t h e t bekendm aken v an w ekelijkse gegevens op grond v a n d e dagelijkse controles der w erklozen door de gem eenten. D e techniek v a n die tellingen werd vastgelegd sed ert fe b ru ari 1936. D e gepublioeerde cijfers zijn daggem iddelden v a n h e t a a n ta l gecontro leerde volledig en gedeeltelijk w erklozen en slaan op geheel h e t R ijk.
D eze n o te n zijn b ek n o p t. V oor de vooroorlogse periode k a n ru im ere in fo rm atie gevonden w orden in de vorige n u m m ers v a n de Belgische Economische Statistieken en in de gespecialiseerde p u b lik aties v a n de verm elde inlichtingsbronnen. —
re e k se n
H e t daggem iddelde v a n h e t a a n ta l gecontroleerde w erklozen is gelijk a a n h e t to ta a l v a n h e t a a n ta l gecon troleerde werklozen op iedere w erkdag v a n h e t ja a r, gedeeld door h e t a a n ta l w erkdagen v a n d a t ja a r. 9
—
K o l.
(4 )
:
A lg e m e e n
in d e x c ijfe r
v a n
d e
in d u s tr ië le
p r o d u k tie
B asisp eriod en 1 9 2 3 -1 9 2 4 -1 9 2 5
1953
1953 (verruimde keuze)
1949 tot 1953
1953 tot 1960
1 9 3 6 -1 9 3 7 -1 9 3 8
B r o n ................ ..
Institut de Recherches Economiques et Sodales.
Publikaties ..........
Recherches Economiques de Louvain (statistisch bijvoegsel). Maandelijkse conjunctuurdienst.
Betrokken periode
1920 tot 1939
Soort indexcijfer .
gewogen rekenkundig gemiddelde van 6 groepsindexcijfers.
Aantal groepen . . Aantal produkten
1939 tot 1948
gewogen rekenkundig gemiddelde van de indexcijfers der afzonderlijke produkten.
6
±
90
20
147
112
wegingseoëfficiënt van de afzonderlijke indexcijfers : de waarde aan de grondstoffen toegevoegd door het fabriceren van de produkten in 1953.
Weging . .................
belangrijkheid van de groepen bepaald vol gens de staat van het r e n d e m e n t der naamloze vennoot schappen (gepubli ceerd door de N.B.B.).
wegingseoëfficiënt van de afzonderlijke ind e x o i j f e r s : de waarde aan de grondstoffen toege voegd door het fa briceren van de pro dukten in 1936 1937-1938 lichte wijziging in 1947.
Seizoenbeweging
niet uitgeschakeld
elf reeksen zijn verbe terd om de seizoenbeweging uit te schakelen.
niet uitgeschakeld
Andere aanpassingen
herleid tot type-maan den van 25 of 30 dagen behalve voor de textiel- en de glasnij verheid, glijdend gemiddelde (3 maanden, gecen treerd op de eerste maand voor de glasnijverheid).
herleid tot type-maan den van 25 of 30 dagen.
herleid tot type-maanden van gelijke lengte : 305 . . 303 tot — dagen voor de industrieën die ’s zon 12 dags stilliggen,
Omrekeningscoëfflciënt gebruikt om het oorspronkeli j k indexcijfer tot de basis 1953 = 100 terug te brengen. . .
K o l. (5 )
365 366 , . , . . .. . — tot — dagen voor de ïndustrieen met onon12 12 derbroken bedrijvigheid.
100
100
100
108,55
127
127
: J a a r l i j k s e p r o d u k tie v a n e le k tr ic ite it
B ro n n en : Vereniging der Elektrische Bedrijven in België. M .E.Z. : Dienst voor Elektrische Energie.
D e ja a rlijk se e lek triciteitsp ro d u k tie in België b e sta a t u it de p ro d u k tie v a n d e centrales d e r producentenverdelers en u it die v a n de centrales d er industriële zelfvoortbrengers. Tot in 1946 geeft de sta tistie k de b ru to -v o o rtb re n g st a a n de gen erato ren , v erm inderd m et h e t v e rb ru ik v a n de h u lp k rin g en in de centrales m et een to ta a l geïnstalleerd verm ogen v an m eer d a n 100 kW . V an 1947 a f v erm eld t zij de n e tto v o o rtb re n g st voor alle centrales. D e p ro d u k tie v a n d rie elektrische centrales u it de herw onnen k a n to n s w erd v a n 1940 to t 1944 niet aangetekend.
K o l. (7 ) : In d e x c ijf e r v a n d e v e rk o o p v a n v e r b r u ik s a r tik e le n B ro n n in
:
N.B .B . en N .I.S .
De berekening v a n d it indexcijfer s te u n t op drie reeksen indexcijfers die als volgt gew ogen zijn : 1° W a re n h u iz e n ................................................... 2° W inkels m et bij h u iz e n ............................... 3° C o ö p e ra tie v e n .................................................
65 19 16 100
Die drie reeksen w orden hierna bondig toegelicht. 1° W arenhuizen :
K o l. (6 ) : J a a r l i j k s e p r o d u k tie v a n r u w s t a a l B ro n n e n :
n ie t inbegrepen. D e cijfers o m v a tte n , sed ert au g u stu s 1954, h e t vloeibaar s ta a l voor de gietvorm en.
N .I.S . Bestuur van het Mijnwezen.
Deze sta tis tie k geeft de to ta le jaarlijk se p ro d u k tie v a n ru w sta a l in België, h e t g ietijzer v a n de hoogovens —
— v a n 1928 to t 1947 : bro n : N .B .B . E envoudig reken ku n dig gem iddelde v a n de indexcijfers der ru b riek en : kleding, m eubilering, h u isho udartikelen en diversen. Ie d e r v a n deze drie indexcijfers is eveneens 10 —
alsm ede de m assa sta a l van h e t gereedschap, de m ach i nes en de voertuigen. Te dien einde w erden d e in to n n en u itg e d ru k te w erkelijke hoeveelheden, verm enigvuldigd m et de volgende om rekeningscoëfficiënten :
een eenvoudig gem iddelde v a n de v er koopsindexcij fers m edegedeeld d oor elk a a n de sta tistie k deelnem ende firm a. Deze indexcijfers die h e t m aandgem iddelde v an h e t zakencijfer gedurende de ja re n 1936 t o t 1938 als basis had d en , w erden om gezet in indexcijfers op basis v a n h e t ja a r 1953.
In g o ts en half-ingots ........................................ .............1 ,15 P la tte p ro d u k te n ............................................................1 ,40 A ndere gew alste p ro d u k te n ........................................1,25 B uizen en d ra a d ............................................................1 ,35 P ro d u k te n behorend to t groep n r 149 van de In te rn a tio n a le Classificatie v a n B russel. 1,25
— v a n 1948 t o t 1954 : bron : N .I .S . Algem een indexcijfer v a n de w arenhuizen m e t m eer voudige afdelingen berekend op basis v a n h e t m a a n d gem iddelde v a n de verkopen v a n h e t ja a r 1948 en om gezet m et betrekking to t h e t ja a r 1953. — v a n 1955 to t 1960 : b ron : N .I .S . In d ex cijfer berekend op basis : ja a r 1953. 2°
H e t is duidelijk d a t deze m ethode em pirisch is; de cijfers v a n d e ta b e l m oeten beschouw d w orden als o rden v a n g rootte, veeleer d a n als w erkelijke w aarden.
W inkels in voedingswaren met bijhuizen :
— v a n 1928 to t 1956 : b ro n : N .B .B . In d ex cijfers verkregen door optelling v a n de m aan d e lijkse o m zetten en door de v erhouding e rv an to t h e t overeenstem m end to ta a l v a n de basisperiode gevorm d door de ja re n 1936 to t 1938. Die indexcijfers w erden om gezet door referen tie t o t h e t ja a r 1953;
K o l. (9 ) : A a n ta l p e r s o n e n w a g e n s p e r d u iz e n d in w o n e r s B ro n n e n ;
H ier w erden alleen geteld de particu liere w agens, de ta x is en h u u ra u to ’s, m et uitzondering v a n de a u to bussen, de au to cars en de voertuigen voor goederen vervoer. V an af 1954 w erden d e gem engde voertuigen die en voor personen- en voor goederenvervoer konden dienen o nd ergebracht in d e categorie p articu liere wagens, terw ijl zij voordien m et de voertuigen voor goederenvervoer gelijkgesteld werden. ,
— v a n 1957 t o t 1960 w erd d it indexcijfer berekend door h e t N .I.S . op basis v a n h e t ja a r 1953. 3° Coöperatieven : — v a n 1928 t o t 1947 : b ron N .B .B . In d ex cijfer b erekend zoals voor de winkels in voedings w aren m e t bij huizen en gew ogen m e t h e t verkoopcijfer van elke sector : b ak k erijen , voedingsw aren en kleding. — v a n 1948 t o t 1960 : b ro n : N .I .S . A lgem een in d ex cijfer v a n de verbruikscoöperatieven.
T o t in 1951 telde deze sta tistie k slechts h e t a a n ta l voertuigen aangegeven voor de verkeersbelasting in de loop v a n h e t ja a r. Die gegevens, berekend door h e t M inisterie v a n Financiën, zijn dus n ie t v ergelijkbaar m et die gepubliceerd v a n 1952 af, welke h e t a a n ta l w erkelijk in verkeer opgenom en voertuigen op h et einde v a n h e t ja a r aangeven, m et inbegrip v a n die w aarvoor een vrijstellingsbew ijs w erd afgeleverd.
K o l. (8 ) W a a r n e e m b a a r s t a a l v e r b r u i k p e r in w o n e r v a n d e B .L .E .U . -
B ro n n e n :
Nationaal Instituut voor de Statistiek. Ministerie van Economische Zaken en van Energie.
Economische Commissie voor Europa (O.V.N.). Raad van Europa.
D e gegevens stem m en overeen m e t de p ro d u k tie v an ru w staal, verm in d erd o f v erm eerderd m e t h e t saldo der ijzer- en sta a lp ro d u k te n v a n de b u iten lan d se handel, u itg e d ru k t in ru w staal. I n de sta tis tie k o m v a t d a t saldo de halfafgew erkte p ro d u k te n , de ein d p ro d u k ten ,
Voor de ja re n 1942 to t 1944 o m v at de sta tistie k geen enkel gegeven betreffende de gem eenten die on der de bezetting a a n de Belgische ad m in istratiev e rech tsm ach t w aren o nttrok ken.
K o l. (1 0 ) : In d e x c ijf e r v a n d e g e m id d e ld e b r u to v e r d ie n s te p e r g e w e r k t u u r Basisperioden 1936-1937-1938
1933 T ite l.............................................
Kwartaal indexcijfer van de lonen : indexcijfers van de gemid delde uurlonen per arbeider.
B r o n .............................................
Nationale Bank van België.
Publikatie.....................................
Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting.
Betrokken periode.................... Voorwerp.....................................
1929 tot 1939
1947 tot 1952
1953 Indexcijfer van de gemiddelde brutoverdienste per gewerkt uur.
1953 tot 1960
Lonen in de industrie, met uitzondering van de landbouw en de handel; evenwel met inbegrip van het vervoer en de behandeling der goederen. Exclusief de sociale lasten voor rekening van de onderneming, doch inclusief die gedragen door de werknemers, evenals de premies, de bijslagen en de diverse vergoedingen, de loontoeslagen (overuren, nacht- en zondagsarbeid) en de betaalde vakantiedagen (deze laatste zijn niet in het aantal gewerkte uren begrepen). —
11
—
Basisperioden
1936-1937-1938
1953
Peiiodioiteit ...............................
Arbeiderslonen in januari, april, juli en oktober.
Soort indexcijfer ......................
Gewogen rekenkundig gemiddelde van globoié indexcijfers per nijverheidssector.
Aantal bedrijven of bedrijfs afdelingen .......................... Berekening .................................
Weging ,
Lonen in maart, juni, september en december.
178
187
204
1° «on de afzonderlijke gegevens : de totale brutosom van de bezoldigingen van al het mannelijk en het vrouwelijk arbeiderspersoneel samen gedurende een periode gedeeld door het aantal gepresteerde werkuren; 2° Afzonderlijk indexcijfer (re 2° van de afzonderlijke index 2° Afzonderlijk indexcijfer (re latief loon) : elk afzonderlijk cijfers (relatief loon) : het latiej loon) : elk afzonderlijk gegeven wordt in verhou gegeven wordt in verhou afzonderlijk gegeven in ver ding gebracht tot het gemid ding gebracht tot het houding tot dat van 1933, delde van de loontarieven vermenigvuldigd met 100; gemiddelde van de loonvoor het jaar 1953 en met tarieven voor de jaren 1936 100 vermenigvuldigd; tot 1938 en met 100 ver menigvuldigd; 3° Indexcijfer per nijverheids sector : eenvoudig reken kundig gemiddelde van de afzonderlijke indexcijfers;
3° Indexcijfer per nijverheids sector ; gewogen rekenkun dig gemiddelde van de relatieve lonen;
3° Indexcijfer per nijverheids sector : gewogen rekenkun dig gemiddelde van de rela tieve lonen;
4° Algemeen indexcijfer : gewo gen rekenkundig gemid delde van de indexcijfers per nijverheidssector.
4° Algemeen indexcijfer : gewo gen rekenkundig gemid delde van de indexcijfers per nijverheidssector.
4° Algemeen indexcijfer : gewo gen rekenkundig gemid delde van de indexcijfers per nijverheidsseotor.
De wegingscoëfflciënten van de indexcijfers per nijverheids sector zijn afhankelijk van het aantal arbeiders zoals blijkt uit de telling van 1930.
1° De wegingscoëfflciënten van de relatieve lonen zijn berekend volgens de om vang van het aantal te werkgestelde arbeiders per bedrijf; 2° De wegingscoëfflciënten van de indexcijfers per nijver heidssector zijn afhanke lijk van het aantal tewerk gestelde arbeiders per sec tor. Dat aantal werd be paald : — tot september 1950, volgens de telling van 27-2-1937; — van december 1950 af, volgens de telling van 31-12-1947.
1° De wegingscoëffioiënten van de relatieve lonen zijn bere kend volgens de omvang van het aantal tewerkge stelde arbeiders per bedrijf;
K o l. (1 1 )
2° De wegingscoëfflciënten van de indexcijfers per nijver heidssector zijn afhanke lijk van de totale bezoldi gingen toegekend aan iedere sector in 1953.
: A lg e m e e n in d e x c ijf e r v a n d e g r o o th a n d e ls p r ijz e n Basisperioden april 1914
1936-1937-1938
B r o n ...........................................
Ministerie van Nijverheid, Arbeid en Sociale Voorzorg.
M.E.Z.
Publikatie...................................
Arbeidsblad.
Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Bulletin van het N.I.S.
Betrokken periode..................
Augustus 1921 tot april 1940.
November 1946 tot december 1960.
Soort indexcijfer .....................
Eenvoudig meetkundig gemiddelde van de indexcijfers per produkt.
Aantal produkten ..................
129 produkten omvattend ± 200 handelskwa liteiten.
135 produkten omvattend 272 handelskwali teiten.
Aantal produktengroepen . . .
17
12
B asisp eriod en
Berekening .............................. ..
april 1014
1936-1937-1938
a) Prijs per produkt : rekenkundig gemiddelde van de prijzen der verschillende kwaliteiten;
a) Relatieve prijs per handelskwaliteit : verhou ding van de huidige prijs tot de gemiddelde prijs van 1936 tot 1938, vermenigvuldigd met 100; b) Indexcijfers per produkt : meetkundig gemid delde van de verschillende handelskwaliteiten;
b) Indexcijfer per produkt : verhouding van de prijs van de maand voor ieder produkt tot de prijs van de vorige maand, vermenigvul digd met 100; c) Oroepsindexcijfer en algemeen indexcijfer : eenvoudig meetkundig gemiddelde van de indexcijfers per produkt; d) Die indexcijfers per produkt worden door de kettingmethode tot de basisperiode herleid. Weging ......................................
c) Oroepsindexcijfer8 en algemeen indexcijfer : eenvoudig meetkundig gemiddelde van de indexcijfers per produkt.
Iedere groep is bij benadering gewogen met het aantal produkten die hij omvat.
In iedere groep werd een aantal produkten samengebracht dat ongeveer overeenstemt met de belangrijkheid van die groep in de volkshuishouding. 100 415
100 100 10.000 Omrekeningscoëfficiënt ge 634 X 415 ~ 263.110 bruikt om het indexcijfer terug te brengen tot de 1 basis : jaar 1953 — 100.. i 634 : rekenkundig gemiddelde van de maande lijkse prijsindexcijfers betreffende de jaren 1936 tot 1938, uitgedrukt in verhouding tot de basis april 1914 :
K o l. (1 2 )
'
: A lg e m e e n in d e x c ijf e r v a n d e k le in h a n d e ls p r ijz e n Baaisperioden april 1914
1936-1937-1938
1953
B r o n .............................................
Ministerie van Nijverheid, Arbeid en Sociale Voorzorg.
M.E.Z.
M.E.Z.
Publikatie.....................................
Arbeidsblad (Ravitailleringsbulletin). Belgisch Staatsblad.
Belgisch Staatsblad. Arbeidsblad. Statistisch Bulletin N J .S .
Belgisch Staatsblad. Statistisch Bulletin N .I.S.
Betrokken periode....................
Januari 1920 tot april 1939.
Januari 1939 tot april 1940. September 1946 tot juni 1955.
Aantal produkten ....................
56
56
Lijst der produkten....................
Bezochte plaatsen.......................
van
13 produkten vervangen.
59
62 Ongeveer 3 500
Aantal bezochte winkels..........
het
van
het
Januari 1954 tot 1960. 65 12 produkten afgeschaft. 21 produkten en diensten bijgevoegd. 62 Ongeveer 3.500
Soort indexcijfer ......................
Gemiddelde van prijsverhoudingen.
Berekening ..............................
1) Gemiddelde prijs van een prtidukt voor 1 plaats : rekenkundig gemiddelde van de noteringen van dat produkt in de bezoc hte winkels van de plaats. 2) Indexcijfer per produkt : de gemiddelde prijzen van de maand zijn in verhouding gebracht tot de basisprijzen en verm snigvuldigd met 100. 3) Indexcijfer van de plaats : eemvoudig rekenkundig gemiddelde van de indexcijfers der onder» scheiden produkten. 4) Provinciaal indexcijfer : een 4) Provinciaal indexcijfer : gewogen rekenkundig gemiddelde voudig rekenkundig gemid van de plaatselijke indexcijfers. delde van de plaatselijke indexcijfers. 5) Algemeen indexcijfer van het 5) Algemeen indexcijfer van het Rijk : gewogen rekenkundig gemiddelde van de provinciale indexcijfers. Rijk : eenvoudig rekenkun dig gemiddelde van de pro vinciale indexcijfers.
W eging...... . ................................
a) Indirecte weging volgens het aantal per categorie getelde produkten (vlees, zuivelprodukten enz.). —
1 3
—
.B asisperioden
1936-1937-1938
april 1914
-
1953
-:
b) Weging volgens de omvang van de bevolking in de bezoohte centra (plaatsen-provincies) (op grond van de telling (op grond van de telling van 1930). op 31-12-1947). Gemiddelde van de oude index cijfers gedurende de jaren 1936-1937-1938 (727,3). Omrekeningscoëfficiënt gebruikt 100 om de oorspronkelijke 100 indexcijfers terug te bren 727,3 X 418,8 , :gen tot indexcijfers op basis van het jaar 1953 .. .
10.000 . 304.693,24
,
Belgisch Staatsblad 10-11-1955 (418,8).
van
100 418,8
bew erking te hebben ondergaan » als invoer w orden beschouw d. ■ ■ E venzo v a lt sed ert 1951 onder de bepaling v a n de uitgevoerde goederen « de goederen die w orden u it gevoerd om in h e t b u ite n la n d een bijkom ende bew er king te ondergaan en vervolgens opnieuw te w orden ingevoerd ».
K o l. ( 1 3 ) , (1 4 ) e n (1 5 ) : B u ite n la n d s e h a n d e l B r o n ' : M .E.Z. (N .I.S.).
D e officiële bepalingen zijn opgenom en in hoofdstuk V I I I « B uiten lan d se h an d el » v a n onderhavig deel, blz.93. V erm eld zij d a t sed ert 1951 « de goederen die w eder ingevoerd w orden n a in h e t b u iten lan d een bijkom ende
K o l. (1 6 ) e n (1 7 )
Zie
: V o lu m e - In d e x c ijfe r s v a n d e in v o e r e n d e u itv o e r Basisperioden 1953
1938
1925 B r o n ...............................................................
Ministerie van Economische Zaken (N.I.S.).
Berekeningen van de N.B.B.
Publikatie.....................................
Tijdschriften voor Documentatie en Voorlichting van de N.B.B.
—
• '■
van februari 1956
van oktober 1949
Jaarlijkse artikels over de bui tenlandse handel van de B.L.E.U.
1925 tot 1938
1948
1948 tot I960
Betrokken periode.................... Form ule.......................................
Indexcijfer berekend volgens de kettingmethode waarin elke schakel weergegeven wordt door de formule van Laspeyres, d.i. voor de ne schakel : ' . XBn — I Qn Ln = 100 - = = ;-------------- TT----------XPn — 1 Qn — 1
Weging .......................................
met de gemiddelde waarden per eenheid van de basisperiode.
Omrekeningscoëfficiënt gebruikt om het oorspronkelijk in dexcijfer terug te brengen tot het basisjaar 1953 . . . .
Invoer 100,0 X 100,0 111,3 X 123,3
100,0 X 100,0 X 100,0 147,8 X 111,3 X 123,3
Indexcijfers berekend volgens de kettingmethode, herleid tot de gemeenschappelijke basis 1953 = 100.
Uitvoer 100,0 131,7 Classificatie gebruikt bij de berekening van de index cijfers
X X
100,0 94,8
X X
100,0 94,8
100,0 145,3
X
100,0 145,3
22 secties en hoofdstukken van het toltarief.
22 secties en hoofdstukken van het toltarief.
—
X
1 4
—
De tariefposten werden gegroe peerd in 20 nijverheidssec toren voor de uitvoer en, volgens de bestemming (produktie, verbruik, uitrusting), in 3 goederengroepen voor de invoer.
K o l. ( 1 8 ) e n
(1 9 )
: P r ijs in d e x c ijfe r s v a n
d e in v o e r e n
van
d e u itv o e r
B asisp eriod en 1925
1938
1953
B r o n .............................................
Ministerie van Economische Zaken (N.I.S.). — Berekeningen van de N.B B.
Publikatie.....................................
Tijdschriften voor Documentatie en Voorlichting van de N.B.B. : van februari 1956
van oktober 1949
Jaarlijkse artikelen over de bui tenlandse handel van de B.L.E.U.
1925 tot 1938
1948
1948 tot 1960
Betrokken periode.................... Form ule.......................................
Indexcijfer berekend volgens de kettingmethode, waarin elke schakol wordt weergegeven door de formule van Paasche, d.i. voor de ne schakel : Pn
100
XPn 2T>n-
Qn
Q»
Weging .......................................
met de in- of uitgevoerde hoeveelheid van de basisperiode.
Omrekeningscoëfficiënt om het oorspronkelijk indexcijfer terug te brengen tot het baaisjaar 1953 ..................
Invoer 100,0
105,2 Classificatie gebruikt bij de berekening van de indexcij fers ......................................
X
X
100,0
381,2
X
X
100,0
100,0 356,5 100,0 381,2
103,0
22 secties en hoofdstukken van het toltarief.
te
1 pond
sterling
X
X X
100,0 112,2
Indexcijfers berekend volgens de kettingmethode, omgere kend tot een gemeenschap pelijke basis 1953 = 100.
100,0 103,0
22 secties en hoofdstukken van het toltarief.
K o l. (2 0 ) : I n d e x c ijf e r v a n d e r u ilv o e te n : is de verhouding tu ssen de indexcijfers v a n d e gem iddelde w aard en p e r eenheid bij de u itv o e r (f.o.b.) en d e in d e x cijfers v a n de gem iddelde w aard en p e r eenheid bij de invoer (cif). Deze indexcijfers h ebben h e t ja a r 1953 als basis. K o l. (2 1 ) e n (2 2 ) : W is s e lk o e r s e n u i t g e d r u k t in B e lg is c h e f r a n k e n
X
De tariefposten werden gegroe peerd in 20 nijverheidssec toren voor de uitvoer en, volgens de bestemming (produktie, verbruik, uitrusting), in 3 goederengroepen voor de invoer.
gem iddelde over de la a tste 9 m aanden ................................... 1 9 4 0 — gem iddelde v an 1/1 to t 9 /5 1945 — op 18 septem ber 1949 (1) . . 1949 — op 21 septem ber : dev alu atie v a n h e t pond sterling en v a n de Belgische fra n k (1)......................
145,57 117,09 176,62
29,59 29 ,6 3 4 3 ,8 3
1 4 0 ,—
5 0 ,—
(1) Officiële n o te rin g e n v a s tg e ste ld d o o r de N .B .B . k ra c h te n s b e s lu it n r 0 v a n d e in r a a d v e rg a d e rd e M in iste rs o p 1 m e i 1944 (Belgisch Staatsblad v a n 5 s e p te m b e r 1944, n r 22). V a n 3 0 n o v e m b e r 1949 a f v o o r d e d o lla r e n v a n 17 d e c e m b e r 1951 v o o r h e t p o n d s te rlin g w e rd e n d e n o te rin g e n d a g e lijk s v a s t g este ld d o o r d e in V e rre k e n k a m e r v e rg a d e rd e b a n k ie rs .
B ru sse l 1 $ U.S.A.
K o l. (2 3 ) : B e la s tin g o n tv a n g s te n B b o n : Ministerie van Financiën.
1926 — op 25 o k to b er : d ev alu atie v an d e Belgische fra n k : gem iddelde v a n 1/1 to t 2 5 /1 0 gem iddelde v a n 26 /10 to t 3 1/12 1931 — op 21 septem ber : loslaten v a n de gouden sta n d a a rd : gem iddelde over de eerste 8 m aan d en ................................... gem iddelde over de la a tste 3 m aan d en ........................................ D e B an k v a n E ngeland zet h aar betalingen in goud stop. 1934 — op 1 februari : stabilisatie v a n d e dollar : gem iddelde over de la a tste 11 m aand en ................................. 1935 — op 30 m a a rt : d ev alu atie v an de Belgische fra n k : gem iddelde over de eerste 3 m aan d en ...................................
151,38 155,21
H e t b e tre ft de gezam enlijke o n tv an g sten v a n de D irecte B elastingen (inclusief de o p brengst v a n de bij v o o rb a a t betaald e bedrijfsbelasting), de D ouanen en A ccijnzen en de R eg istratie. D it to ta a l o m v a t n iet de provinciale en gem eentelijke opcentiem en, de o n t van g sten v a n de m u ntsaneringsbelastingen en de o n tv a n g sten voor rekening v a n K ongo en R w andaBoeroendi. Voor de directe belastingen is de te rm ijn v a n in v o r dering, in h e t algem een, langer d a n h et k alen d e rja ar d a t overeenstem t m et h e t d ie n stja a r w aarop zij b e tre k king hebben. V oor de andere belastingen geldt hetzelfde slechts voor de successierechten. D e fiscale hervorm ing doorgevoerd bij de w et v a n 8 m a a rt 1951 bem oeilijkt de vergelijking m et de resul ta te n v a n de a a n 1951 voorafgaande jaren .
31,15 35,92
174,40 131,06
21,37
103,68
K o l. (2 4 ) : G e ld h o e v e e lh e id H e t b e tre ft de oude sta tistisch e reeks zoals zij w erd
2 1 ,4 0 —
1 5
—
w erd achtereenvolgens als volgt gew ijzigd : 0,3 pet. op 13 ja n u a ri 1926; 0,33 p et. op 1 ap ril 1932; 0,35 p et. op 16 ja n u a ri 1933 en 0,2 p et. op 8 au g u stu s 1934. D e sta tistie k o m v a t de hernieuw ingen n a v ijftien ja a r die ongeveer 1 y2 pet. v a n h e t to ta a l bedragen. D e w ettelijke hy p o th ek en en de hernieuw ingen erv an die geen inning v a n rech ten m eebrengen, w erden n iet geteld.
opgesteld door de heer L. D upriez en die w erd v o o rt gezet t o t in 1960 om de vergelijking m et de vooroorlogse ja re n m ogelijk te m aken. Deze reeks v ersch ilt dus m et die v a n ta b e l n r 7 v a n h o o fd stu k X I I I « G eldsoheppende instellingen », blz. 274 v an deel I I . D e berekeningsm ethode v a n deze oude reeks w erd to egelicht in h e t T ijdschrift voor Documentatie en Voor lichting, X IV e jaarg an g , deel I , n r 4, a p ril 1939. K o l. (2 5 ) : B ilje tte n v a n d e N .B .B . in o m lo o p B ro n :
K o l. (2 9 )
N.B .B.
B r o n : Ministerie van Financiën.
B edragen overgenom en u it de b alansen per 31 decem ber, gepubliceerd in de V erslagen v an de N .B.B.
Men heeft uitslu ite n d de R ijksschuld p er 31 decem ber v a n ieder ja a r geteld, m e t uitzondering v a n die d e r on dergeschikte b estu ren en der p a ra s ta ta le instellingen.
K o l. (2 6 ): T e g o e d in p o s tr e k e n in g p e r e in d e p e r io d e
D e R ijksschuld o m v a t : 1° D e binnenlandse en buiten lan d se d irecte en indireote gevestigde schuld. Zij o m v a t sed ert 1948 de gevestigde schuld v a n de S ta a t tegenover d e N ationale B an k , w a arv an h e t bedrag schom m elt tu ssen F 34 en F 35 m iljard; 2° D e schuld op k o rte en halflange term ijn , zijnde de in natio n ale m u n t of in deviezen gestelde sch atk istcertificaten (vóór 1946 S chatk istb o n s genoem d), diverse voo rsch o tten v a n de N atio n ale B a n k a a n de S ta a t, en h e t F o n d s v a n de O ud-Strijders. S edert 1940 o m v a t deze ru b rie k eveneens de tegoeden v a n de p articu lieren in postrekening; 3° D e intergouvernem entele schuld die hoofdzakelijk de oorlogsschade (1914-1918) v an de B elgische R egering tegenover de geallieerde regeringen om v at. Zij w as in 1945 h e t voorw erp v a n een m o ratorium . D e in deviezen afgesloten leningen w erden in B el gische fra n k en om gezet teg en de officiële noteringen geldend op 31 decem ber v a n h e t overeen stem m end ja a r.
V an 1920 to t 1925 g a a t h e t om de tegoeden v a n de p articu lieren en v a n de R ijksrekenplichtigen; sedert 1925 b e tre ft h e t slechts de tegoeden v a n p articulieren. D e tegoeden v a n de p articu lieren o m v a tte n de vrije tegoeden en, sed ert o k to b er 1944, de effecten v a n de M untsaneringslening w aarin de d efin itief geblokkeerde tegoeden w erden om gezet. K o l. (2 7 ) : I n la g e n b ij d e A .S .L .K . B r o n : A .S.L.K .
Saldi v a n de inlagen op boekjes v an de p articu lieren p er einde periode. D eze inlagen o m v a tte n de gekapi taliseerde re n te v a n h e t b oekjaar. K o l. (2 8 )
: G e z a m e n lijk e o v e r h e id s s c h u ld
: H y p o th e c a ir e in s c h r ijv in g e n BRON : Belgisch Staatsblad.
H e t bedrag v a n d e h y p o th ecaire inschrijving w ordt berekend volgens h e t geïnde inschrijvingsrecht. D it re c h t, op 24 o k to b er 1919 v astg esteld op 0,25 pet. v a n h e t bed rag d er genom en o f hernieuw de inschrijving,
K o l. (3 0 ) : G lo b a a l in d e x c ijf e r v a n d e a a n d e le n n o te r in g e n (1) Basisperioden 1913 (31 december)
Moniteur des Inté rêts matériels (2). Moniteur des Inté rêts matériels.
B ron n en ..................... Publikatie...................
1920 to t 1927
Betrokken periode . .
1936-1937-1938
N.B.B. (3).
N.B.B. (3).
Tijdschrift voor Doc umentatie en Voorlichting. 1928 tot 1946 (van 1928 to t 1940 omrekening van de indexcijfers basis 3 januari 1928 = 100).
1928 tot 1940
Indexcijfer van de noteringen in het bei gin van een jaar in verhouding tot c ie van het begin van 1iet voorgaande jaar. D it indexcijfer vrordt vervolgens verb<jnden met de basisperiode volgens de kettingmethode.
Soort indexoijfer . . .
O m rek en in g sco ëfficiënt gebruikt om oorspron k elijk e indexcijfers terug te brengen to t het basisjaar 1953
1928 (3 januari)
' i | 100 X 100 X 100 j 613 X 41 X 237 1
100 237
100 X 100 41 X 237
1936-1937-1938
1953
.
Ministerie van Econoinische Zaken (N .I.S.). Statistisch Bulletin van het N .I.S. 1945 tot 1955
1953 to t 1960
Halfmaandelijkse iindexcijfers berekend aan de hand van de kettingmethode en herleid to t hun gemeenschappelijke basis. Indexcijfers van d 3 laatste noteringen van het einde va n het jaar.
100 237
,
(1) In d e x c ijfe rs v a n d e a a n d e le n n o te rin g e n op d e B eu rs te B ru sse l t o t in m ei 1940. S e d e rt ja n u a r i 1941, in d e x c ijfe rs v a n d e a a n d e le n n o te rin g e n o p d e B e u rs te B ru sse l e n te A n tw e rp e n . , (2) W ijze v a n b e re k e n in g : zie Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting, d ee l 1, n r 13, j a a r 1928, b lz . 621. (3) W ijze v a n b ere k e n in g : zie Belgische Economische Statistieken 1929-1940, blz. 101 e n 124 e n v o lg en d e.
—
16
—
K o l. ( 3 1 ) e n K o n g o le s e
(3 2 )
: R e n d e m e n t v a n d e B e lg is c h e e n
v e n n o o tsc h a p p e n B ro n n e n :
op
a a n d e le n
N.B .B. tot 1945. N .I.S . van 1946 af.
De periode ste m t overeen m et h e t ja a r w aarin de dividenden w erden b etaald . K olom 31 geeft de n e tto re su lta te n v a n h e t boekjaar. I n de reeks v a n h e t N .I.S . w erden de dubbeltellingen uitgeschakeld. H e t b e tre ft enkele m aatsch ap p ijen die tw eem aal in hetzelfde ja a r een volledig jaarlijk s divid en d m et betrek k in g to t verschillende d ien stjaren h ebben u itb e ta a ld .
De opstellingsm ethode en de la te r a an g eb rach te wijzigingen w orden in detail uiteengezet in de door de N .B.B. gepubliceerde bundels : Belgische economische statistieken 1919-1928 en Belgische economische statis tieken 1929-1940. V an 1947 to t 1960 w erden de gegevens door h e t N .I.S . opgem aakt volgens de m ethode uiteengezet in de verzam eling Belgische economische statistieken 1941-1950. V erm elden wij onder de aan gebrachte wijzigingen d a t de uitg iften v a n de sem i-overheidsinstellingen die vroeger u it de sta tistie k geweerd w erden, sinds 1947 in de cijfers begrepen zijn.
B elgische v ennootschappen : naam loze v en n o otschap pen en com m an d itaire v ennootschappen op aandelen v an Belgisch recht. K ongolese v ennootschappen : aandelen v en n o otschap p en m e t b ep erk te aan sp rak elijk h eid v a n Kongolees recht. K o l. (3 3 ) : U itg if te n v a n a a n d e le n e n o b lig a tie s v a n d e B e lg is c h e e n K o n g o le s e v e n n o o ts c h a p p e n B ro n n en
: Verslagen van de Ocerzeebank.
N .I.S . N .B.B.
D eze statistisch e reeks v erm eld t p er kalenderjaar, h e t beroep op de k a p ita a lm a rk t v a n de Belgische en K ongolese industriële en com m erciële vennootschappen m et h e t oog op de o prichting v a n vennootschappen, kap itaalverhogingen o f de uitgifte v an obligatie leningen.
K ol. (3 4 ) e n (3 5 ) : B e d r ijv ig h e id v a n d e V e r r e k e n k a m e r s : D ebetverrichtingen. D e V errekenkam ers hebben to t doel de verplichte vereffening v an al de disponeringen, b e ta a lb a a r op de dag zelf, op alle instellingen en ban k en die rech tstreek s of onrechtstreeks v a n de kam ers deel u itm ak en . Die disponeringen o m v a tte n effecten, overheidspapier, cou pons, giro’s, cheques, wissels, prom essen, kw ijtschriften, tran sacties m e t h e t b u iten lan d , en in h e t algem een, alle stu k k e n w aa rv a n de boeking h e t w erk v an de deelnem ers k a n vergem akkelijken en verm inderen. H e t daggeld is in die disponeringen begrepen; v a n 27 feb ru ari 1956 to t 16 n ovem ber 1959 is d a a rin eveneens h e t geleende of opgenom en geld op v ijf en tien dagen begrepen. K o l. (3 6 ) : D is c o n to v o e t v a n d e N .B .B . B ro n :
De cijfers betreffende de periode 1920 to t 1926 zijn ontleend a a n h e t sta tistisc h gedeelte v a n h e t verslag van de O verzeebank.
T o t bij de a a n vang v a n 1945 was de discontovoet h et ta rie f voor geaccepteerde wissels. S edert 16 ja n u a ri 1945 heeft deze benam ing betrekking op h e t ta rie f voor geaccepteerde in een b a n k gedom icilieerde wissels. D e gepubliceerde gem iddelden houden rekening m et de achtereenvolgende tariev en v a n k ra c h t gedurende h e t ja a r en gewogen m et h e t a a n ta l w erkdagen w aarop ze toegepast werden.
V an 1927 to t 1946 w erden zij opgesteld door de N .B.B. De inlichtingen kom en u it de bijlagen v a n h e t Belgisch Staatsblad o f v an h e t A m b telijk B lad van Belgisch-Kongo. De v ennootschappen w aarop de sta tis tie k betrekking heeft zijn : 1° de v en n o otschappen op aandelen en de personen
K o l. (3 7 )
v ennootschappen m e t b ep erk te aan sp rak elijkheid v a n Belgisch recht; 2° de ven n o o tsch ap p en opgericht k rach ten s de K ongo lese w et, in de vorm v a n naam loze v ennootschappen o f v a n v ennootschappen m e t b ep erk te a a n sp ra kelijkheid.
: R e n d e m e n t v a n d e S c h u ld B ro n :
N.B .B.
H e t b e tre ft h e t ren d em en t rekening houd en d m et de n o teringen alleen. T o t in 1934 : Belgische schuld 3 p e t., 2e reeks (belas tin g v a n 2 p e t. to t in m ei 1930; v a n ju n i 1930 a f vrij v an belasting).
T o t 1946 m a a k te n v a n de s ta tistie k geen deel u it : 1° de buiten lan d se v en n o otschappen onderw orpen aa n
Geünificeerde schuld 4 p et., l ste reeks, sed ert 1935.
w ettelijke publik aties in België; 2 ° de u itg ifte n v a n overheids- en sem i-overheidsinstellingen zoals G em eentekrediet v a n België, N .M .B.S., N.M .B., N atio n ale M aatschappij voor goedkope W oningen, H .W .I.
—
N.B .B.
H e t gepubliceerde cijfer is h e t rekenkundig gem iddelde v a n de 12 m aandelijkse verhoudingen verkregen door de ren te (3 p et. of 4 pet.) te delen door h e t gem iddelde v a n de dagnoteringen.
1 7
—
B
I.
_
—
S T A T IS T IE K E N
D e m o g ra fie
en
1 9 5 0 - 1 9 6 0
n a tio n a le
re k e n in g e n
A. — B E V O L K IN G S S T A T IS T IE K E N B ro n n e n :
Nationaal Instituut voor de Statistiek. Ministerie van Arbeid en van Sociale Voorzorg. Ministerie van Tewerkstelling en van Arbeid.
B ib lio g ra fie :
Officiële staat van het bevolkingscijfer op 31 december. Statistisch Jaarboek voor België ( N .I.S .). Statistisch Tijdschrift van het N .I.S. Arbeidsblad (Ministerie van Tewerkstelling en van Arbeid). Statistiques de main-d'œuvre, 1950-1960 (O.E.S.O.). Annuaire démographique (O .V.N .).
T a b e l 1. A lg e m e n e b e w e g in g v a n d e b e v o lk in g
per 1.000 inw oners der geboorten (excl. de doodgebo renen), sterfgevallen en huw elijken.
Deze ta b e l g eeft d e algem ene bew eging v a n d e w erke lijke bevolking d.w .z. v a n h e t a a n ta l inw oners, zowel vreem delingen als Belgen die h u n gew one v erblijfplaats op h e t n atio n ale grondgebied hebben.
« » » » » » »
D a a r tijd e n s d e periode w aarover d it b u lletin loopt geen enkele volkstelling p laatsv o n d , is d e w erkelijke bevolking (kolom 9) een « berekende » bevolking, die bekom en w erd op g ro n d v a n de cijfers v a n de jongste telling (31 decem ber 1947) en de in schrijvingen in de « bevolkingsregisters » en in de « vreem delingenregisters ».
H e t b ru to rep ro d u k tiecijfer v a n K uczynski (kolom 4) is h e t a a n ta l m eisjes w aaraan , op grond v a n de huidige v ru ch tb aarh eid scijfers p e r leeftijd, een generatie v an 1.000 vrouw en h e t leven zouden schenken indien de ste rfte onder hen n u l was. Deze bruto-coëfficiënt b e v a t een stelselm atige fo u t : in d erd aad , 1.000 levend geboren m eisjes bereiken n ie t allen de v ru c h tb a a r heidsleeftijd. » (1)
H e t n etto rep ro d u k tiecijfer v a n K uczynski (kolom 5) « is h e t a a n ta l m eisjes w aaraan op grond v a n de huidige » v ru ch tb aarh eid s- en de overlevingscoëfficiënten per » le eftijd sja ar een generatie v a n 1.000 vrouw en h e t » leven zullen schenken. I n an d ere w oorden, h e t is » de som v a n de p ro d u cten bekom en do o r p er leeftijd » v a n de m oeder, h e t b ru to rep ro d u k tiecijfer te verm e» nigvuldigen m e t d e w aarschijnlijkheid, ontleend a an » d e sterfte tab e l, die de pasgeboren m eisjes hebben om » nog v ijftien ja a r, zestien ja a r, enz. te leven. » (1)
D e w erkelijke geboorte (kolom 1) is d ie welke p la a ts heeft : « 1° op h e t grondgebied v a n de gem eente zelf w a ar de » m oeder v a n de pasgeborene v erblijft; » 2° op h e t grondgebied v a n een an d e re gem eente d an » diegene w aar de m oeder v a n de pasgeborene » v e rb lijft (of in h e t b u iten lan d ) en w aa rv an b e te » kening w erd g ed aan m e t h e t oog op een in sch rij» ving in h e t bevolkingsregister v a n de p la ats » w aar de m oeder h a a r v e rb lijf heeft. (1)
» » » » » » » » » » » »
H e t w erkelijke sterfgeval (kolom 2) is d a t welk zich voordoet : » 1° op h e t grondgebied zelf van de gem eente w aar de » overledene verbleef; » 2°- op h e t grondgebied v a n een an d ere gem eente d an » diegene w aar de overledene verb leef (of in h et » b u iten lan d ) en w aarv an kennis gegeven w erd aa n » de a m b te n a a r v a n de burgerlijke s ta n d v a n deze » la a ts te gem eente d o o r een u ittre k se l o f een afschrift » v a n a k te d a t h em d oor zij n collega v a n de gem eente, » w aar h e t sterfg ev al plaatsg reep , w erd o v er » g em aak t. » (1)
« D e vergelijking v a n h e t n e tto - en h e t b ru toreprod u ktiecijfer la a t to e een nauw keurig oordeel te vellen in hoever h e t sterftecijfer de uitbreidingsm ogelijkheden d er bevolking v erm in d ert. In g ev al h e t n e tto cijfer kleiner is d a n de eenheid, k a n h e t dem ografisch evenw icht th eo retisch h ersteld w orden door een m in o f m eer aanzienlijke verm indering v a n de m o rta liteit, zolang h e t b ru to cijfer g ro ter b lijft d a n de eenheid. In d ien deze la a tste voorw aarde n ie t v erv u ld is, zal geen enkele verbetering v a n de m o rta lite it k u n n en v o lstaan om de algehele vervanging v a n de generaties te verzekeren; om hiertoe te kom en is de stijging v a n de v ru ch tb aarh eid onontbeerlijk. » (2).
H e t b ru to rep ro d u k tiecijfer o n d erstelt d a t de in de beschouw de bevolking w aargenom en v ru ch tb aarh eid sw etten co n sta n t blijven en h e t n etto re p ro d u k tiecijfer o n d erstelt bovendien co n stan te m o rtaliteitsw etten .
T a b e l 2 . G e b o o r t e - , s t e r f t e - , h u w e lijk s - e n v o o r t p la n t i n g s c i j f e r s
D e zuigelingensterfte (kolom 7) is h e t a a n ta l sterfge vallen v a n de k inderen beneden één ja a r (doodgeborenen n ie t inbegrepen) p er duizend geboorten.
D e geboorte- (kolom 1), sterfte- (kolom 2) en huw elijks cijfers (kolom 3) zijn respectievelijk de verhoudingen
(2) Cf. a r tik e l v a n R . O lb re c h ts : « B e e v o lu tie v a n h e t d e m o g rafisch p o te n tia a l d e r B elg isch e b e v o lk in g tu s s e n 1846 e n 1Ô39 », Statistisch Tijdschrift van
(1) S tatistisch Jaarboek voor B elgië, boekdeel 81, blz. XV en XVI.
het N .I.S ., a p r il 1949, b lz . 471 t o t 480. —
1 9
—
T a b el
3 .
B e v o lk in g
en
» rekening w erkende personen, alsm ede de in de fam i» liale b ed rijv en w erkzam e personen (helpers) » (4);
a r b e id s k r a c h te n
T abel 3 k o m t u it h e t Statistisch B ulletin v a n de 0 .E .S .O ., « S ta tistiq u e s d e m ain -d ’œ uvre, 1950-1960 ». Zij b e s ta a t u it vier delen :
— d e tew erkgestelde burgerlijke a rb e id sk rach ten d.w .z. de burgerlijke a rb eid sk ra ch ten m e t uitzondering v a n de volledig w erklozen.
1. Bevolking
De « gew apende m ach t » o m v a t n ie t de rijk sw ach t die bij d e burgerlijke a rb eid sk ra ch ten gerekend w ordt.
: indeling
volgens leeftijd
en
geslacht
H e t g a a t om een ram in g v a n de w erkelijke bevolking (cf. bepaling gegeven voor ta b e l 1 hierboven) in m idden v a n h e t ja a r. M en v erk rijg t deze ram in g door h e t gem id delde te m ak en v a n de officiële ram in g en op 31 decem ber v a n tw ee opeenvolgende jaren .
M et « w erklozen » w orden slechts d e volledig w erk lozen bedoeld. Zij o m v a tte n de door de overheid tew e rk gestelde w erklozen. D e « tew erkgestelde burgerlijke a rb eid sk ra ch ten » o m v a tte n de gedeeltelijke w erklozen.
2. Actieve bevolking D e gegevens betreffende de actieve bevolking w orden verkregen u itg a a n d e v a n de begroting d er arb e id s k ra c h te n o p g em aak t door h e t M inisterie v a n T ew erk stelling en v a n A rbeid. D e ta b e l onderscheidt in de actieve bevolking (3) : — de gezam enlijke arbeid sk rach ten ; — de burgerlijke arb eid sk rach ten , d.w .z. de gezam en lijke arb eid sk rach ten m e t u itzondering v a n de gew apende m ach t. « D e b u rgerlijke a rb eid sk rach ten » zijn sam engesteld u it alle lo o n trek k en d en die hetzij » tew erkgesteld (aan h e t w erk of tijd e lijk afwezig v a n » h u n werk) hetzij werkloos zijn (zonder w erk o f op » zoek n a a r w erk), de w erkgevers en de voor eigen (3) O p g e m e rk t zij d a t d e gegevens in z a k e de a c tie v e b ev o lk in g d e B elgische g re n sa rb e id e rs o m v a tte n . H e t a a n ta l B elgische g re n sa rb e id e rs w e rk z a a m in F r a n k r ijk b ed ro eg o n g ev e er 37.800 in 1950 c n 42.300 in 1960. H e t a a n ta l B elgische g re n s a rb e id e rs d ie in N e d e rla n d w e rk te n , b ed ro eg o n g ev e er 7.500 in 1950 en 9.600 in 1960. M en b e s c h ik t o v e r geen gegevens in v e rb a n d m e t h e t a a n ta l B elgische g re n s a rb e id e rs d ie in d e overige b u u r la n d e n te w e rk g e ste ld zijn .
3. Toestand vólgens het beroep D it deel v a n de ta b e l geeft voor de landbouw en de n iet-lan d b o u w activ iteiten in h e t geheel, een indeling v a n de tew erkgestelde burgerlijke arb eid sk rach ten in loontrekkenden enerzijds, w erkgevers en voor eigen rekening w erkende personen, evenals n ie t bezoldigde fam iliale w erklieden (helpers) anderzijds. 4. Indeling volgens bedrijfstak
.
H e t la a tste deel v a n de ta b e l d e e lt de tew erkgestelde burgerlijke arb eid sk rac h ten in volgens de b edrijfstakken bepaald door de « Classification in tern a tio n a le -ty p e p a r in d u strie de to u te s les branches d ’ac tiv ité écono m ique » (5). (4) Arbeidsblad, s e p te m b e r 1959, b lz. 1231. (5) Nations Unies — Etudes statistiques, série M , n ° 4, R é v . 1.
B. — N A T IO N A L E R E K E N IN G E N B ro n n e n
Nationaal Instituut voor de Statistiek. Département d’Economie appliquée de V Université Libre de Bruxelles (Duîbea). Institut de Recherches économiques et sociales (I.R .E .S .). Ministerie van Economische Zaken (Algemene Directie van Algemene Studiën en Documentatie).
B ib lio g ra fie :
Statistisch Jaarboek voor België ( N .I.S .). Statistisch Tijdschrift van het N .I.S. Les Cahiers économiques de Bruxelles (Dulbea). Recherches économiques de Louvain (I.R.E.S.). Système normalisé de Comptabilité Nationale (E.O.E.S., Uitgave 1968). Statistiques générales (statistisch bulletin van È.O.E.S.). Bulletin général de Statistiques, decembernummer, 1961 (Office Statistique des Communautés européennes). Système de comptabilité nationale et tableaux connexes (études méthodologiques série F , n° 2IRev. 1, Verenigde Naties, I960), Annuaire de Statistiques des Comptabilités Nationales (Verenigde Naties). . Verslagen met betrekking tot het investeringsprobleem (Ministerie van Economische Zaken). .
B l. — O V E R Z IC H T V A N D E V E R S C H IL L E N D E R A M IN G E N V A N H E T N A T IO N A A L IN K O M E N T a b e l 4 . O v e r z ic h t v a n d e v e r s c h ille n d e r a m i n g e n v a n h e t N a tio n a a l I n k o m e n ■ T ab el 4 v erg elijk t v ijf ram ingen v an h e t n a tio n aa l inkom en in België. Deze v ijf ram in g en slaan op h e t n e tto n a tio n a a l inkom en teg en facto rk o sten d.w .z. h e t inkom en d a t a a n de bestendige ingezetenen v a n een lan d te b e u rt v a lt u it hoofde v a n de dien sten die zij a a n de p ro d u cen ten , zowel ingezetenen als n iet ingezetenen verlenen. (6) H e t is een netto -in k o m en (6) « S ystèm e norm alisé de C om ptabilité nation ale », O .E .E .S ., u itg a v e 1958, b lz. 32.
—
o m d a t h e t n ie t de afschrijvingen o f h e t bedrijfsfonds o m v a t, nodig om h e t p ro d u k tie a p p a ra a t in stan d te houden; h e t is « teg en facto rk o ste n » d.i. zonder rekening te houden m et d e invloed v a n de ind irecte belastingen en de toelagen die h e t prijspeil respectievelijk doen stijg en en dalen. . H e t verschil tu sse n de ram ingen v a n F . B a u d h u in ( I e regel), de ram ingen v a n h e t N .I.S . volgens h e t genorm aliseerde stelsel (3e regel), en d e ram in g en v a n D ulbea volgens h e t genorm aliseerde stelsel (4® regel) vloeit n ie t v o o rt u it begripsverschillen doch hoofdzake lijk u it h e t g ebruik v a n verschillende statistiso h e 20 —
reeksen, m ethodes o f ram ingsgrondslagen. Om een betere beoordeling v an deze verschillen to e te la ten heeft m en deze ram in g en in « inkom en v a n de loontrekk enden » en « andere inkom ens » ingedeeld. D aaren teg en is h e t verschil tu ssen de ram ingen v a n de regels 2 en 3 (officiële ram ingen) evenals v a n de regels 4 en 5 (ram ingen v a n D ulbea) u itslu iten d toe te schrijven a a n begripsverschillen.
. N atio n a a l inkom en volgens h e t stelsel v an de Commissie v a n h e t N atio n aal In k o m en (2e re g e l)...............................
J a a r 1959 (miljarden franken)
421,5
plus vervoerk o sten en syndicale bijdragen v a n de loon- en w e d d e tre k k e n d en . .
4 ,4
plus toegerekende re n te voor kosteloze dien sten v a n financiële instellingen . .
3 ,6
m in grondbelastingen en n atio n ale crisisbelasting op de bedrijfsgebouw en v an de v e n n o o ts c h a p p e n .................. — 1 ,0 N a tio n a al inkom en volgens h e t genorm ali seerde stelsel (3e regel) ...............................
H e t verschil tu sse n de tw ee officiële ram ingen (regels 2 en 3) w o rd t als volgt v e rk la a rd : .
m in grondbelastingen en n atio n ale crisisbelasting op de gebouw de eigendom m en toebehorend aa n p a rtic u lie ren . — 4 ,3
4 2 4 ,2
H e t verschil tu ssen de tw ee ram ingen v a n D ulbea w o rd t als volgt g erech tvaardigd : J a a r 1959 . (miljarden franken) N atio n a al inkom en volgens h e t genorm ali seerde stelsel (vierde regel) ...................... 47 3 ,6 plus geboekt inkom en v a n de v aste k a p i taalgoederen v a n de S ta a t, andere d a n gebouw en ......................................
5 ,5
N a tio n aa l inkom en volgens h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s » (vijfde regel) . . . .
479,1
B2. — O F F IC IË L E R A M IN G V A N H E T N A T IO N A A L IN K O M E N (C O M M IS S IE V A N H E T N A T I O N A A L I N K O M E N , B E R E K E N IN G E N V A N H E T N A T IO N A A L I N S T I T U U T V O O R D E S T A T IS T IE K ) T a b e l 5 . V e r d e lin g v a n h e t N a tio n a a l I n k o m e n (v o lg e n s d e b e r e k e n in g e n v a n h e t N a tio n a a l I n s t i t u u t v o o r d e S ta tis tie k )
1. a) Lonen en wedden : Zij worden gegeven vóór aftrek van de belastingen en van de bijdrage van de werklieden aan de sociale verzekering;
D e m eth o d e to eg ep ast voor h e t o p m aken v a n deze ta b e l w erd om stan d ig beschreven in een artik el v an h et Statistisch T ijdschrift v a n m a a rt 1956, gew ijd a a n h e t « N a tio n a a l In k o m e n v a n België v a n 1948 to t 1954 » (blz. 581 t o t 618).
» » » » »
• O pgem erkt zij d a t de Commissie v a n h e t N atio n aal In k o m en om redenen v a n practisch e a a rd « d e m ethode a a n n a m die b e s ta a t in de optelling v a n de bezoldiging welke a a n de p ro d u k tiefacto ren w orden toegekend als vergoeding voor h u n deelnem ing a a n h e t produktieproces » (7) (ontleding v a n d e inkom ens). D e berekende grootheid is h e t n e tto n a tio n a a l inkom en teg en fa c to r kosten.
c) Bijdrage van de werkgevers aan de sociale verzeke ring : H et betreft niet alleen de bijdrage aan de eigenlijk sociale verzekering doch ook de bijdragen voor de verzekering tegen werkongevallen en beroepsziekten. 2. In ko m en van de zelfstandigen : D it inkomen wordt opgetekend vóór aftrek van de directe belastingen. H et dient al de sommen te om vatten die de ondernemer van zijn bedrijfsresultaten afneem t en in zijn bedrijf bewaart o f belegt. H et om vat niet de bestanddelen die een inkomen zijn uit gebouwde o f ongebouwde eigen dom men of uit financiële tegoeden.
D e ram ing is o p g em aak t volgens h e t « stelsel v a n de Commissie v a n h e t N a tio n a a l In k o m en ». H e t bedrag v a n de p o sten die de overgang v a n d it stelsel n a a r h e t genorm aliseerde stelsel v a n de E .O .E .S . m ogelijk m aken, s ta a t o n d eraan de tab el.
3. Ondernemersinkomen voortvloeiend u it de activiteit van de personenvennootschappen : IIet gaat om het « inkomen van de personenvennootschappen m et » beperkte aansprakelijkheid, de vennootschappen onder » firma, de eenvoudige commanditaire vennootschappen » en de coöperatieve vennootschappen.
D e om schrijving v a n de ru b riek en is doorgaans vol doende k la a r zo d at een bijzondere beschrijving over bodig is. D e volgende p u n te n dienen evenw el a a n g estip t : (7)
Statistisch Tijdschrift
b) Bezoldiging van de gewapende macht : « H et zijn de uitkeringen aan de leden van de strijdkrachten, hetzij militairen hetzij miliciens die hun dienstplicht ver vullen o f vrijwilligers. Hierbij dient de waarde gevoegd (tegen de werkelijk door de Staat betaalde prijs) van de kosteloos verstrekte voeding en kleding »; (8)
van m aart 1956, b h . 582.
(8 ) A angehaald artikel, b lz. 588.
—
2 1
—
» » » » » » » »
# I n overeenstem m ing m e t h etg een reeds voor de zelfstandigen w erd a a n g e stip t d ie n t h e t ondernem ers inkom en o f de bedrijfsw in st beschouw d als volledig uitgekeerd. H e t w erd n ie tte m in opgegeven exclusief directe belastingen, d a n w anneer h e t, in theorie, h e t bedrag v a n deze belastingen zou m o eten b e v a tte n . O ver h e t geheel genom en le v e rt d it evenw el geen bezw aar op aangezien deze belastingen in ru b riek 7 h iern a opgenom en w erden. » (9)
4. a) Interesten : D eze p o st o m v a t de effectieve b etalin g en a a n de p articu lieren (incl. de zelfstandigen) en de instellingen zonder w instoogm erk u it hoofde v a n : — de in te re ste n v a n d e spaarin lag en en de kapitalisatieverrichtingen; — de in te re ste n v a n b an k d ep o sito ’s; — de vergoede in te re ste n inzake v erzekeringscontrac ten; — de in te re ste n v a n overheidsfondsen; — de in te re ste n v a n obligatieleningen uitgegeven door v enn o o tsch ap p en en v a n hypotheekleningen.
7. Directe bekisting der vennootschappen, ongeacht hu n juridische vorm : H e t g a a t om
8. In ko m en u it eigendom en ondernemersinkomen die aan de overheid te beurt vallen : D eze ru b rie k o m v a t :
b) H uurgelden : H e t b e tre ft een netto-inkom en, d.w .z. h e t inkom en n a a ftre k van de delgingen, o n der houdskosten en h y p o th ecaire in teresten .
» » » » » » » » » » » » » » » »
6. N iet uitgekeerde inkom ens van vennootschappen op aandelen : H e t is h e t deel v a n de w inst der v en n o o t schappen op aandelen d a t n ie t in een o f an d ere vorm in de econom ische cyclus teru g k w am (dividenden, tan tièm es, d irecte belastingen, o v erd ra ch ten , enz.) (12).
a) « » » » » » » »
c) D ividenden en tantièmes : « O nder deze ru b riek w erd achtereenvolgens h e t geval beschouw d v a n de dividenden u itg ek eerd a a n p articu lieren (m et inbegrip v a n de zelfstandigen in de brede zin v a n h e t woord) die in België verblijv en , d oor Belgische venn o o tsch ap pen, die h u n v o o rn aam ste bedrijv ig h eid in België uitoefenen, door Belgische o f v a n rechtsw ege K ongo lese ven n o o tsch ap p en die in de kolonie o f h e t b u ite n la n d h u n a c tiv ite it uitoefenen, en te n slo tte door de b u iten lan d se v en n o o tsch ap p en die h u n a c tiv ite it in h e t b u ite n la n d uitoefenen. G em akkelijkheidshalve w erden o nder deze ru b riek eveneens opgenom en : de ta n tiè m e s en an d ere vergoedingen a a n d e beheerders u itg ek eerd en w a a rv a n de berekening enigerm ate a fh a n g t v a n de berekening v a n de d ividenden en die tro u w en s n ie t geteld w erden onder de arbeidsbezoldigingen. » (10)
de toegerekende huurgelden v a n de gebouw en die eigendom zijn v a n de centrale o f p laatselijk e openbare b estu re n ofwel v a n organism en begrepen in de sector « O verheid » op voorw aarde d a t deze gebouw en bezet w orden door de burgerlijke ad m in istra tiev e d ien sten v a n de beschouw de overheid o f kosteloos te r beschikking v a n een ondergeschikte overheid w orden gesteld » (14);
b) de in teresten , dividenden, huurgelden, w insten en andere bedrijfsinkom sten die door de sector « O ver heid » geïnd w orden.
9. N iet uitgekeerde inkom sten der zelfstandige openbare bedrijven : H e t g a a t om de evolutie v a n de netto reserv es der instellingen v a n o p en b aar n u t m e t bijzonder k a ra k te r o f v a n de in tercom m unale ven n o o tsch ap p en (16).
5. Giften van de vennootschappen : « H e t g a a t hier » hoofdzakelijk om g iften a a n liefdadige w erken of » a a n particu lieren voor zover deze g iften n ie t als » arbeidsbezoldiging k u n n en beschouw d w orden. Men » b esch ik t over geen in lichtingen betreffende de om vang » van deze g iften die op 2 p e t. v a n de n e tto w in st w erd » vastgesteld. D e gebeurlijke onnauw keurigheid v a n » deze ram in g h eeft feitelijk geen w eerslag op h e t to ta a l » cijfer v a n h e t n a tio n a a l inkom en, d a a r d e gereser» veerde w inst, door a ftre k bekom en, d a n een gelijke » onnauw keurigheid in tegengestelde rich tin g in h o u d t. » (1 1 )
10. Berde van de overheidsschuld : « I n h e t genorm a liseerde stelsel v a n d e n atio n a le boekhouding w o rd t aangenom en d a t de overheidsschuld o n p ro d u k tie f is en d a t bijgevolg de in te re st v a n deze schuld m oet w orden beschouw d als een overgedragen inkom en, d a t in de berekening v a n h e t n a tio n a a l in kom en b u iten beschouw ing d ie n t gelaten. D e in te re ste n welke expliciet w erden m eegeteld in de a a n p articu lieren toebehorende in k o m sten o f im pliciet begrepen zijn in de w inst d er bedrijven, m oeten hier in h u n geheel w orden afgetrokken om m et h e t genorm aliseerde stelsel overeen te stem m en. » (16)
(12) Aangehaald (13) Aangehaald (14) Aangehaald (16) Aangehaald (16) Aangehaald
(0) Aangehaald artikel, blz. 607. (10) Aangehaald artikel, blz. 612. (11) Aangehaald artikel, blz. 613. —
22
—
artikel, blz. 614. artikel, blz. 615. artikel, blz. 616. artikel, blz. 617. artikel, blz. 618.
B3. — R A M IN G E N V A N H E T « D É P A R T E M E N T D ’É C O N O M IE A P P L IQ U É E D E L ’U N IV E R S I T É L I B R E D E B R U X E L L E S » (G R O U P E D ’É T U D E S D E L A C O M P T A B IL IT É N A T IO N A L E ) (1 7 ) J a a r 1959 (miljarden franken)
T a b e l 6 . B e tr e k k in g e n t u s s e n d e v o o r n a a m s te b e s ta n d d e le n v a n h e t in k o m e n e n h e t p r o d u k t D e ta b e l geeft, voor de tw ee ram ingsm ethodes v an D ulbea (6a : stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s », 66 : genorm aliseerd stelsel), de b etrek k in g tu ssen de voor n a a m ste b estan d d elen v a n h e t inkom en en v a n h e t p ro d u k t.
B esparing v a n de gezinshuishoudingen vol gens h e t genorm aliseerde ste lse l................
61,1
•plus tegenw aarde v a n h e t verschil d a t in h e t particuliere v erb ru ik to t uiting k o m t (rubriek 1) .............................................
0 ,1
1 ,9 1. Particulier verbruik : Volgens h e t genorm aliseerde plus verschil in de o v erd rach ten (rubriek 4) stelsel (18) re g istre e rt deze ru b rie k d e w aarde v a n de finale u itg a v e n die de p articu lieren en p riv a te in stel B esparingen van de gezinshuishoudingen 63 ,1 volgens de « G roupe d ’E tu d es » ........... lingen zonder w instoogm erk a a n co u ran te goederen en dien sten besteden, ond er a ftre k v a n de verk open v an gelijkaardige goederen en d ien sten (hoofdzakelijk v er kopen v a n tw eedehan d sartik elen ) en v erm eerderd m et 3. Beschikbaar inkom en van de particulieren, van de de w aarde v a n de (netto) giften in n a tu ra o n tv an g en personen of van de gezinshuishoudingen : H e t is h e t v a n d e overige la n d e n v a n de w ereld. D oor lopende inkom en, u it welke bro n ook, v a n de gezinshuishou u itg av en v e rs ta a t m en voor deze sector de aan kopen dingen en v a n de particu liere instellingen, zonder v an goederen w elke ook h u n d u u rzaam h eid weze, w instoogm erk, n a a ftre k v a n d e d irecte belastingen en exclusief de gro n d en en gebouw en. andere betalingen v a n overd rach ten . H e t ste m t hele m aal overeen m et h e t to ta a l v a n de v e rb ru ik su itg av en en de besparingen v a n de gezinshuishoudingen en v a n de H e t verschil tu ssen h e t genorm aliseerde stelsel en particuliere instellingen zonder w instoogm erk. (21) h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s » w o rd t als volgt v erk laard : H e t verschil tu ssen h e t genorm aliseerde stelsel en J a a r 1959 h e t stelsel v a n d e « G roupe d ’E tu d e s » w o rd t v erk laard {miljarden door h e t verschil d a t in d e « o v erd ra ch ten » to t uiting franken) k o m t (cf. ru b riek 4 hierna). P a rtic u lie r v e rb ru ik volgens h e t gen o rm a liseerde ste lse l................................................... 4 0 1 ,4. Overdrachten : Deze p o st vertegenw oordigt de verschillende o v e rd rac h ten a a n d e gezinshuishoudingen m in aankopen v a n p articu liere a u to ’s (19) — 3 ,7 (rubriek 10 v a n lu ik IV v a n ta b e l 7 hierna) vanw ege plus k ap ita a lv e rb ru ik v a n de particuliere de S ta a t en de overige lan d en v a n de w ereld, onder a u to ’s ............................................................ 3 ,6 aftre k v a n de o v e rd ra ch ten v a n de gezinshuishoudingen a a n de overige lan d en v a n de w ereld (rubriek 4 van P articu lier v erb ru ik volgens de « Groupe luik IV v a n ta b e l 7 hierna). d ’E tu d e s » ....................................................... 4 0 0 ,9 H e t verschil tu sse n h e t genorm aliseerde stelsel en h e t stelsel v a n d e « G roupe d ’E tu d e s » vloeit v o o rt u it 2. Besparingen van de gezinshuishoudingen : H e t is h e t feit d a t voor de o v erd rach ten m e t d e overige lan d en h e t overschot v an h e t beschikbare inkom en v a n de v an de w ereld, h e t genorm aliseerde stelsel u itslu ite n d p articu lieren (rubriek 3) op h e t particuliere verb ruik de co u ran te o v erd rach ten o p tek en t terw ijl h e t stelsel (rubriek 1). O pgem erkt zij d a t h e t deel v a n h e t inkom en v a n d e « G roupe d ’E tu d e s » de co u ran te o v e rd rach ten d a t de individuële ondernem ers in h u n b e d rijf behouden en de k a p ita alo v e rd ra ch te n verm eldt. en investeren, in de besparingen v a n de p articulieren begrepen is (20). 5. Directe belastingen : O m v a tte n al d e som m en H e t verschil tu ssen h e t genorm aliseerde stelsel en verschuldigd door de particu lieren en d e instellingen h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s » w o rd t als volgt zonder w instoogm erk u it hoofde v a n d irecte belastingen d.w .z. regelm atig geheven belastingen op h e t inkom en v erk laard : o f h e t k a p ita a l en w aarv an de berekening doorgaans g eb eurt, rekening houdend m et d e bijzondere to e sta n d (17) Voor de omstaudige beschrijving van de methodes en van de ramingsv a n de belastingplichtige (22). grondsiagen, verwijzen we naar de volgende twee werken: — Premiers éléments d'une comptabilité nationale de la Belgique, 1948-1951, door de « Groupe d’Etudes de la Comptabilité nationale », Uitgaven van het Institut de Sociologie Solvay, Brussel, 1953. — Economie belge et comptabilité nationale, 1948-1964, door de «Groupe d’Etudes de la Comptabilité nationale », Uitgaven van het Institut de Sociologie Solvay, Brussel, 1955. (18) « Système normalisé de comptabilité nationale », O.E.E.S., uitgave 1958, blz. 57. (19) In het stelsel van de Groupe d’Etudes maken de aankopen van parti culiere auto’s deel uit van de brutovorming van vast kapitaal. (20) Zie « Système normalisé de Comptabilité nationale », O.E.E.S., op. cit. blz. 84. —
23
E r is geen verschil tu ssen h e t genorm aliseerde stelsel en h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s ». (21) « Système de Comptabilité nationale > et tableaux connexes (Etude»
méthodologique»), série F, n° 2/Rev. 1, Verenigde Naties, blz. 17.
(22) • Système normalisé de Comptabilité nationale ■, O.E.B.S., op. blz. 86 en 89. —
cit.,
6 . B ijdragen aan de sociale verzekering : O m v atten de gezam enlijke b ijd rag en v a n d e lo o n trekkenden en de w erkgevers a a n instellingen voor sociale verzekering te n g u n ste v a n de lo o n trek k en d en die gew oonlijk in h e t la n d verblijven.
E r b e s ta a t geen verschil tu ssen h e t genorm aliseerde stelsel en h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s ». 7. Aandeel van de particulieren in het nationaal inkom en : D it aan d eel b e s ta a t u it de bezoldiging v a n de loontrekkenden, h e t eigendom s- en h e t bedrijfsinkom en en de re n te v a n de openbare schuld die a a n de p articu lieren en de p riv a te instellingen zonder w inst oogm erk te n deel vallen. E r is geen verschil tu ssen h e t genorm aliseerde stelsel en h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s ». 8 . Aandeel van de bedrijven in het nationaal inkom en : D it aandeel b e s ta a t u it de d irecte b elastingen op de v ennootschappen en de besparingen v a n de v en n o o t schappen (deel v an de inkom ens v a n de particuliere o f openbare ven n o o tsch ap p en en v a n de sam enw erkende venn o o tsch ap p en d a t n ie t opnieuw in de econom ische kringloop g eb rach t w erd in de v o rm v a n interesten, dividenden, o v e rd rach ten en directe belastingen). (23)
H e t verschil voor de besparingen v a n de v en n o o t schappen tu ssen h e t genorm aliseerde stelsel en h e t stelsel v a n de G roupe d ’E tu d e s vloeit u itslu iten d v o o rt u it statistisch e aanpassingen. 9. Aandeel van de Staat in het N ationaal Inkom en : D it aan d eel b e s ta a t u it h e t inkom en u it eigendom m en en b ed rijv en d a t te n deel v a lt a a n de S ta a t, onder a ftre k v a n d e in te re ste n v a n de openbare schuld. H e t verschil tu ssen h e t genorm aliseerde stelsel en h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s » w o rd t als volgt verk laard : J a a r 1959 . (miljarden franken) A andeel v a n de S ta a t in h e t n a tio n a a l in k o m en volgens h e t genorm aliseerde stelsel. — 7 ,7 plus toegerekend inkom en v a n de v aste k ap itaalg o ed eren an d ere d a n de g e b o u w e n ................................................. +
5 ,8
A andeel v a n de S ta a t in h e t n a tio n a al inkom en volgens h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s » .................................... — 1 ,9 10. A anpassingen 11. N ationaal inkom en : V oor de bepaling v a n h e t n a tio n a a l inkom en tegen facto r kosten, verw ijzen wij n a a r de beschrijving v a n ta b e l 4 v a n onderhavig hoofd stu k . (23) « S y s tè m e . n orm alisé de C om ptabilité n ation ale », O .E .E .S ., blz. 86.
op. cit.,
H e t verschil tu ssen h e t genorm aliseerde stelsel en h e t stelsel v a n d e « G roupe d ’E tu d e s » w ordt als volgt v e rk la ard : J a a r 1959 (m iljarden franken) N a tio n aa l inkom en volgens h e t g enorm a liseerde stelsel................................................... 4 7 3 ,6 plus toegerekend inkom en v a n de v aste k apitaalg o ed eren v a n de S ta a t andere d a n gebouw en ...................................... 5 ,8 m in verschillende statistisch e aanpassingen — 0 ,2 N atio n aal inkom en volgens d e « G roupe d ’E tu d e s » ........................................................ 4 7 9,2 12. K apitaalverbruik : O m v at de bedragen geheven op de bedrijfson tvang sten voor h e t aanleggen v a n een fonds voor de uitgave of h e t verlies v ero o rzaak t door de depreciatie v a n h e t v a st k a p ita a l tijd en s de beschouw de boekperiode, door sleet, no rm aal v ero u deren en beschadiging. De voornaam ste v a n deze fondsen hebben betrek kin g op de delging en d e vero u dering (24). H e t verschil tu ssen h e t genorm aliseerde stelsel en h e t stelsel v an de « G roupe d ’E tu d e s » w ordt als volgt v erk laard : J a a r 1959 (miljarden franken) K a p ita a lv e rb ru ik volgens h e t genorm ali seerde stelsel ................................................... 5 1 ,2 plus k ap ita a lv e rb ru ik v a n de particuliere a u to v o e r tu ig e n ...................................... k a p ita a lv e rb ru ik v a n de goederen v a n de S ta a t andere d a n de b u rg er lijke g e b o u w e n ...................................... K a p ita a lv e rb ru ik volgens de « G roupe d ’E tu d e s » ........................................................
3 ,6
plus
8 ,5 63 ,3
13. B .N .P . tegen factorkosten : S tem t overeen m et h et n e tto n atio n aal inkom en tegen facto rk o sten (rubriek 11) verm eerderd m et h e t k a p ita a lv e rb ru ik (rubriek 12). H e t verschil tu ssen h e t genorm aliseerde stelsel en d it van de « G roupe d ’E tu d e s » w o rd t als volgt v erk laard : J a a r 1959 (miljarden franken) B .N .P . tegen facto rk osten volgens h e t genor 52 4 ,8 m aliseerde stelsel .......................................... plus toegerekend inkom en v a n de v aste k apitaalg o ed eren v a n de S ta a t an d ere d a n de g e b o u w e n .................. 5 ,8 plus k a p ita a lv e rb ru ik v a n de p articu liere a u to v o e rtu ig e n ........................................ 3 ,6 plus k a p ita a lv e rb ru ik v a n de goederen van de S ta a t andere d a n de burgerlijke • g e b o u w e n ................................................. 8 ,5 m in diverse statistische aan p assin g en ......... — 0 ,2 B .N .P . tegen fac to rk o sten volgens h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s »...................... (24) b lz. 81.
54 2 ,5
> S y stèm e n o rm a lisé d e C o m p ta b ilité n a tio n a le *, O .E .E .S ., op. cit.,
14. Indirecte belastingen : D e b elastingen op de goe d eren en d ien sten die bij d e bedrijfsk o sten gevoegd w orden en de belastingen op h e t bezit o f h e t gebruik door de p articu lieren v a n som m ige duu rzam e goederen w orden als in d irecte b elastingen geb o ek t (25). E r is geen verschil tu ssen h e t genorm aliseerde stelsel en d it v a n de « G roupe d ’E tu d e s ». 15. Toelagen : D e toelagen w orden om schreven als giften v a n de overheid a a n de p ro d u cen ten , exclusief de k a p ita a lo v e rd ra c h te n . Volgens deze bepaling hebben de toelagen to t deel de p ro d u k tiek o sten te verm inderen en ze k u n n e n als n egatieve indirecte belastingen beschouw d w orden. Zij k u n n e n de vorm aannem en hetzij v a n een directe eenzijdige o v e rd ra c h t a a n de p ro d u cen ten o f a a n de verdelers hetzij v a n een verschil tu ssen de aan- en verkoopprijs v a n een h andelsdienst v an de S ta a t (26). E r is geen verschil tu ssen h e t genorm aliseerde stelsel en h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s ». 16. B .N .P . tegen m arktprijzen : H e t is de h andels w aarde v óór a ftre k v a n de fondsen voor v e rb ru ik v an v a s t k a p ita a l, v a n h e t p ro d u k t to e te schrijven aan de p ro d u k tie fa k to re n v e rstre k t door de su b jecten die in h e t beschouw de la n d verblijven. H e t is volstrek t gelijk a a n d e som v a n d e p articu liere en openbare v erb ru ik su itg av en en de b ru to v o rm in g v a n binnenlands p a rtic u lie r en o p en b aar k a p ita a l, en v a n de n e tto -u itv o er v a n goederen en diensten, plus de n etto -o n tv a n g sten v a n h e t b u iten lan d s inkom en (27). H e t ste m t overeen m e t h e t B .N .P . teg en facto rk o sten (rubriek 13 h ier boven) verm eerd erd m e t de ind irecte belastingen (rubriek 14) en v erm in d erd m e t de toelagen (rubriek 15). H e t verschil tu ssen h e t genorm aliseerde stelsel en h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s » w o rd t op dezelfde m anier v e rk la a rd als voor h e t B .N .P . teg en factorkosten (cf. ru b rie k 13 hierboven). 17. Nettobuitenlands inkom en : H e t b e tre ft h e t verschil tussen h e t inkom en (lonen, w edden en k ap itaalin kom sten) o n tv an g en v a n en b eta a ld a a n h e t buitenland. E r b e s ta a t geen verschil tu ssen h e t genorm aliseerde stelsel en h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s ». 18. Brutobinnenlands produkt tegen m arktprijzen : H e t onderscheid tu ssen d e begrippen « n atio n a al » en « binnenlands » w o rd t d oor h e t genorm aliseerde stelsel v a n de E .O .E .S . als volg t om schreven : H e t verschil tu ssen h e t n atio n ale inkom en en h et binnenlandse p ro d u k t is gelegen in h e t feit d a t d it la a ts te d ien sten o m v a t die d oor d e buiten landers a an bin nenlandse p ro d u cen ten bew ezen w orden (inkom en b e ta a ld a a n h e t b u iten lan d ), doch d a aren teg en de dien sten u itslu it die door d e ingezetenen a a n de buiten-
o n t het het het
H e t verschil tu ssen h e t genorm aliseerde stelsel en h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s » w o rd t op dezelfde m anier v erk laa rd als voor h e t B .N .P . tegen factorkosten (cf. ru b riek 13 hierboven).
T a b e l 7 . D e v ijf b a s is r e k e n in g e n v a n d e N a tie T abel 7 reg istreert sy stem atisch in v ijf basisreke ningen (luiken I to t V) de tran sa cties tu sse n d e verschil lende sectoren v a n de economie. D e bedragen v a n deze rekeningen w orden volgens h e t stelsel v a n d e « G roupe d ’E tu d e s » opgesteld. D e geb ru ik te reg istratiem eth o d e b e ru st op de begin selen v a n de dubbele boekhouding : m et elke inschrijving op h e t credit v a n een rekening ste m t een tw eede v e r rich tin g overeen die er de tegenhanger v a n is en die op h e t d eb et v a n een andere rekening w o rd t gebracht. D e luiken I to t V v a n ta b e l 7 d u iden tegenover elke ru b rie k de teg enpost aan. H e t stelsel v a n natio n ale boekhouding, voorgesteld in ta b e l 7, b e ru st op drie reeksen bepalingen. D e eerste h eeft b etrekking op de sectoren w aarin de econom ische e n tite ite n voorkom en die de tran sa cties doen : h andels bedrijven, S ta a t, particu lieren en p riv a te instellingen zonder w instoogm erk, b u ite n lan d (29). D e tw eede b e tre ft de rekeningen die voor de verschillende sectoren m oeten gehouden w orden, ieder v a n deze rekeningen sla a t op de tran sacties, die u it h e t sta n d p u n t v a n h e t econom ische su b ject die ze u itv o e rt, to t een bepaalde vorm v an de econom ische bedrijvigheid w orden te ru g g eb rach t : rekening v a n de lopende verrichtingen, rekening v an de k a p ita a ltra n sac tie s (29). D e derde reeks bepaling heeft volgende categorieën v a n tra n s acties op h e t oog : lopende aan- en verkopen v a n goe deren en diensten, bezoldiging v a n de produktiefactoren, o n tv an g sten en uitgaven u it overd rach ten , aanvullende k a p itaa ltra n sacties, bru to v o rm in g v a n v a st k a p ita a l, stijging v a n de voorraden, n etto len in g aan h e t b u itenland,... L uik I v a n ta b e l 7 is de consolidatie v a n d e rekeningen « k a p ita a ltra n sac tie s » v a n de verschillende sectoren. Deze geconsolideerde rekening v erm eld t op h e t d eb et de binnenlandse b rutovorm ing v a n k a p ita a l (30) en de netto stijg in g v a n de b u itenlandse tegoeden v a n de n a tie (nettolening a a n h e t b u itenland). T re k t m en v a n d it to ta a l de delgingsfondsen a f (kap itaalv erb ru ik ) die v a n de rekeningen v a n d e lopende tra n sa c tie s v a n de b edrijven (rubriek 7 v a n luik I I) en v a n de S ta a t
(28) « S y stèm e n o rm a lisé d e C o m p ta b ilité n a tio n a le », O .E .E .S ., op. cit., b lz . 32. (29) D e in d e lin g in s e c to re n e n in re k e n in g e n , d o o r h e t g e n o rm alisee rd e Btelsel v a n d e O .E .E .S . is en ig szin s v ersch illen d . H e t g en o rm alisee rd e stelse l v o o rz ie t d rie s e c to re n (h a n d e ls b e d rijv e n , S ta a t, p a rtic u lie re n e n p r iv a te in s te l lin g en z o n d e r w in sto o g m e rk ) e n v o o r elk e se c to r, v ie r re k e n in g e n (p ro d u k tie , b este m m in g , k a p ita a ltr a n s a c tie s en b u ite n la n d s e tra n s a c tie s ). Cf. < S y stè m e n o rm a lisé d e C o m p ta b ilité n a tio n a le », O .E .E .S ., op. cit., b lz . 31 t o t 39. (30) D .w .z. d e b in n e n la n d s e b ru to v o rm in g v a n v a s t k a p ita a l e n d e s tijg in g v a n d e v o o rra d e n . V o o r d e b e te k e n is v a n deze te r m e n v e rw ijz e n w ij n a a r de b e s c h rijv in g v a n ta b e l 9.
(25) « S y stèm e n o rm a lisé d e C o m p ta b ilité n a tio n a le », O .E .E .S ., op. cit.,
blz. 88.
(26) « S y stè m e n o rm a lis é d e C o m p ta b ilité n a tio n a le », O .E .E .S ., op. cit., b lz . 89. (27) t S y stè m e d e c o m p ta b ilité n a tio n a le » e t ta b le a u x co n n e x es (Etudes méthodologique*), série F n ° 2 /R e v . 1, V eren ig d e N a tie s , 1960, b lz . 17.
—
landse p ro d u cen ten bew ezen w erden (inkom en v angen v an h e t buitenland); om gekeerd o m v a t n atio n a al inkom en h e t inkom en o n tv an g en v a n b u iten lan d doch n ie t h e t inkom en b e ta ald a a n b u iten lan d (28).
2 5
—
^rubriek 3 v a n lu ik I I I ) overgedragen w orden op h e t cred it v a n de geconsolideerde rekening v a n de kapita a ltra n sa cties, d a n v e rk rijg t m en een ram ing v a n de n etto stijg in g v a n h e t k a p ita a l v a n de n atie, ongeacht de w ijzigingen voortvloeiend u it kap itaalverliezen en -aanw insten. D e an d ere cred itp o sten v a n deze rekening to n en d a n a a n in welke m a te deze k ap itaalverhoging gefinancierd w erd door de besparing v a n de sectoren o f de n e tto k a p ita a lto e v o er v a n h e t b u iten lan d (31).
D e bijdrage v a n een sector to t h e t B .N .P . o f de « bijgevoegde w aarde » vertegenw oordigt de netto w aarde (36) v an de door deze sector geproduceerde goederen en diensten.
D eel I I is de rekening v a n de lopende tran sacties van de bedrijven. D e handelsbedrijven o m v a tte n al de firm a’s, organism en en instellingen die goederen en d ien sten produceren om ze te verkopen teg en een prijs die ongeveer de k o stp rijs m oet dekken, evenals de instellingen zonder w instoogm erk in d ienst v a n deze b ed rijv en (32). H e t d ien t onderlijn d te w orden d a t de p articu lieren in h u n hoedanigheid v an eigenaars van gebouw en o f au to v o ertu ig en (33) m et b edrijven gelijk gesteld w orden.
De bijdrage v a n de S ta a t to t h e t B .N .P . is gelijk a a n de bijdrage v a n de sectoren R en S en s te m t overeen m et de ru b rie k 12 v a n luik V v a n ta b e l 7.
De bijdrage v a n de bed rijv en to t h e t B .N .P . is gelijk a a n de bijdrage v a n de sectoren A to t Q + T -f- W + Y. Zij ste m t overeen m e t h e t bedrag aangeduid in de ru b riek 16 v a n lu ik I I v a n ta b e l 7.
D e bijdrage v a n h et b u iten lan d t o t h e t B .N .P . is gelijk a a n de bijdrage v a n de sector U en ste m t overeen m et de ru b riek 12 v a n luik V v a n ta b e l 7. E r is geen bijdrage v a n de sectoren v a n de p a rtic u lieren die, per definitie, geen p ro d u cen ten zijn.
L u ik I I I is de rekening v a n de lopende tran sacties v a n de S ta a t. D e S ta a t, in de betekenis v a n de nationale boekhouding, groepeert al de openbare diensten die to t o p d ra c h t hebben kosteloos of eventueel tegen een prijs, o n afh an k elijk v a n de k o stp rijs, dien sten v an algem een belang te verstrek k en . D e S ta a t w ordt in drie sectoren ingedeeld : de centrale overheid, de lagere overheid en de sociale verzekering.
D e indeling per econom ische sector v an ta b e l 8 ste m t in h a a r geheel overeen m e t de in tern atio n a le s ta n d a a rd indeling, per nijverheid, v a n a l de econom ische b edrijfs ta k k e n (I.S.I.C .). D e bedragen v a n ta b e l 8 zijn opgesteld volgens h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s ». D e om zetting v a n deze gegevens in h e t genorm aliseerde stelsel s ta a t in n o o t ond eraan de tabel. H iern a als voorbeeld, voor h e t ja a r 1959 en tegen lopende prijzen, de uitleg v a n h et verschil tu ssen de tw ee stelsels : J a a r 1959 (m iljarden franken) B .N .P . volgens h e t genorm aliseerde stelsel ' op basis v an de analyse v an de p ro d u k tie 57 0 ,5
L u ik IV is de rekening d er lopende tra n sa cties v an de p articu lieren en v a n de p riv a te instellingen zonder w instoogm erk. D eze sector o m v a t al de individuen die gewone ingezetenen zijn en de p articu liere instellingen al d a n n ie t als venn o o tsch ap p en opgericht, zoals vere nigingen, kringen, stich tin g en , enz., w aarv an h et v o o rn aam ste doel noch h e t m ak en v a n w inst is, noch h e t verlenen v a n d ien sten a a n de b ed rijv en (34).
plus k a p ita a lv e rb ru ik v a n de particuliere au to v o ertu ig en (verbetering v an sec to r M) ..................................................... 3 ,6 plus aangerekend inkoinen v a n de v aste k ap itaalgoederen v a n de S ta a t exclu sief de burgerlijke gebouw en (verbe terin g m et b etrek k in g to t de sectoren R en S ) ................................................... 5 ,8 plus k ap ita a lv e rb ru ik v a n de goederen exclusief de burgerlijke gebouw en en h e t burgerb'jke m aterieel (verbe terin g v a n d e sectoren R en S ) . . . . 8, 5 m in diverse sta tistisch e a a n p a ssin g e n ......... — 0 ,2
L uik V is de rekening v an do lopende tran sacties v a n h e t b u iten lan d . H e t geeft een o v erzicht v an al de goederen en d ien sten tran sacties (inclusief de bezoldi gingen v a n factoren) en d e o v e rd ra c h ten tu ssen gewone en buiten lan d se ingezetenen. De bedragen v an deze rekening stem m en n ie t overeen m et h e t saldo v a n de lopende tra n sa c tie s v a n de b etalingsbalans zoals d it in h oofdstuk X I v o o rk o m t : enerzijds h ebben zij alleen op België betrek k in g en n ie t op de B .L .E .U . en a n d e r zijds verschillen de ram ingsm ethodes v a n som m ige rub riek en (35).
B .N .P . volgens h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s » op basis v a n de analyse v a n de p ro d u k tie ..........................................................
T a b e l 8 . B r u to n a tio n a a l p r o d u k t b e r e k e n d d o o r d e o n tle d in g v a n d e p r o d u k tie D e ta b e l v erm eld t teg en de co u ran te p rijzen (sectie a ) en teg en de p rijzen v a n 1953 (sectie b) de bijdrage van de verschillende econom ische sectoren to t h e t b ru to n a tio n a a l p ro d u k t.
T a b e l 9 . B r u to n a tio n a a l p r o d u k t b e r e k e n d d o o r d e a n a ly s e v a n d e b e s te d in g T abel 9 geeft, tegen lopende prijzen (sectie a) en tegen de p rijzen v a n 1953 (sectie b), de indeling van h e t B .N .P . op basis v a n d e bestedingen.
(31) « S y stè m e n o rm a lisé d e C o m p ta b ilité n a tio n a le », O .E .E .S ., op. cit., b lz. 41. (32) Id e m , blz. 34. (33) V o o r d e geb o u w en g e ld t d e o p m e rk in g te rz e lfd e r ti jd v o o r h e t stelse l v a n d e G ro u p e d ’E tu d e s e n v o o r h e t g en o rm alisee rd e stelsel. V o o r d e a u to v o e r tu ig e n is d e o p m e rk in g alleen geldig v o o r h e t stelse l v a n de G ro u p e d ’E tu d e s . (34) « S y stèm e n o rm a lisé d e C o m p ta b ilité n a tio n a le ». O .E .E .S ., op. cit., b lz . 38. (35) D it Is in z o n d e rh e id h e t g e v a l m e t d e g o e d e re n tra n s a c tie s en d e re isk o ste n ev e n a ls m e t d e a a n h e t b u ite n la n d b e ta a ld e k a p ita a lin k o m s te n .
—
5 8 8 ,2
(36) < N e tto >' b e te k e n t : n a a f tr e k v a n de lo p e n d e a a n k o p e n v a n g o ed e re n e n d ie n s te n u it a n d e re se c to re n .
2 6
—
D e an alyse op basis v a n de bestedingen la a t to e te onderzoeken, hoe de m iddelen w aarover een n atie tijd en s een b ep aald ja a r beschikt, g eb ru ik t worden.
m in
d iv e r s e
s ta tis tis c h e
a a n p a s s in g e n
. . . .
O verheidsverbruik volgens h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s » .............................
D e beschikbare m iddelen v a n een n a tie (F 777,6 m il ja rd in 1959) k u n n e n v a n tw eeërlei oorsprong zijn : de m iddelen die voortvloeien u it h a a r eigen p ro d u k tie, h a a r B .N .P . enerzijds (F 590,1 m ilja rd in 1959) en de m iddelen die zij v a n h e t b u iten lan d o n tv a n g t, h a a r invoer anderzijd s (F 187,5 m iljard en in 1959).
—
0 , 4
7 8 ,6
3. Brutovorm ing van vast kapitaal : Volgens h e t genorm aliseerde stelsel o m v a t d e bru to v o rm in g v a n v a st k a p ita a l de w aarde v a n d e v a ste k ap itaalgoederen (terreinen, gebouw en en andere bouw w erken voor burgerlijk gebruik, m achines en andere uitru stin g sgoederen) voor eigen rekening gekocht o f geproduceerd d oor de binnenlandse bed rijv en en de S ta a t (39). M aken deel u it v a n de bru to v o rm in g v a n v a st k a p itaa l, de zw are herstellingen die neerkom ën op een gedeelte lijke hernieuw ing v an de v a ste kapitaalg o ed eren en die n o rm aal slechts p la a ts hebben m et tussenpozen v a n m eer d a n één jaa r.
De g eb ru ik te m iddelen die noodzakelijk gelijk zijn aa n de beschikbare m iddelen (F 777,6 m ilja rd in 1959) k u n n en in tw ee belangrijke gro o th ed en ingedeeld w orden : de b ru to -u itg a v e n v a n de n a tie (of b in n en landse bestedingen v a n de economie) die de m iddelen vertegenw oordigen die door de n a tie zelf geb ru ik t w orden (F 582,9 m iljard in 1959) en de u itv o er die b e s ta a t u it de a a n h e t b u ite n la n d v e rstre k te m iddelen (F 194,7 m iljard in 1959) (37).
De om zetting in gegevens v an h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s » geb eu rt als volgt : J a a r 1959 (m iljarden franken) B rutovorm ing v a n v a st k a p ita a l volgens h et 9 8 ,5 genorm aliseerde s te ls e l .................................
I n elke sectie v a n ta b e l 9 w orden achtereenvolgens de gegevens hernom en, opgesteld volgens h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s » en h e t genorm aliseerde stelsel. H iern a v o lg t een b ek n o p te beschrijving v a n de verschil lende com ponenten v a n de b ru to n atio n ale uitg av en tegen m ark tp rijzen .
plus aan k o p en v a n particuliere a u to ’s . . . 3 ,7 m in evolutie v a n h e t u itsta a n d e bedrag voor de w oningbouw .................................... — 0 ,5 plus aan kopen v a n m ilitaire gebouw en, m aterieel en v o e r tu ig e n .................... 2 ,3
1. Particulier verbruik : V oor deze ru b riek verw ijzen wij n a a r de beschrijving v a n ta b e l 5 (rubriek 1). Voor de indeling v a n h e t p articu liere v e rb ru ik p e r u itg a v e n categorie, zal m en tab ellen 41 en 42 v an h e t hoofd stu k V raadplegen.
B rutovorm ing v an v a st k a p ita a l volgens de « G roupe d ’E tu d e s » .............................
2. Overheidsverbruik : O nder deze ru b rie k b o ek t m en de w aarde v a n de lopende s ta a tsu itg a v e n in goederen en diensten. Zij o m v a t d e aan k o p en a a n de bedrijven, de b estedingen in h e t b u ite n la n d en d e betalingen v an inkom ens a a n de lo o n trek k en d en (38). O pgem erkt zij d a t in h e t genorm aliseerde stelsel elke defensie-uitgave, m et uitzo n d erin g v a n de aank o o p v a n terrein en , als een lopende u itg a v e w o rd t beschouw d terw ijl de u it g av en b etreffende de u itru stin g , d e gebouw en en andere bouw w erken voor b u rg erlijk geb ru ik evenals al de u itg av en voor de aank o o p v a n terrein en , beschouw d w orden als k ap itaalb ested in g en en n ie t onder deze ru b riek voorkom en (38).
1 0 4 ,-
T abel 10 geeft een indeling v a n de b rutovorm ing van v a st k ap itaal. 4. Vermeerdering van de voorraden : H e t b e tre ft de veranderingen in de voorraden — v o orraden v a n gro n d stoffen, v a n p ro d u k ten in bew erking en v a n afgew erkte p ro d u k te n — bij de bed rijv en op h e t einde v a n een ja a r vergeleken m et h e t einde v a n h e t voorgaande ja a r. D e diverse goederen opgestapeld door de particu lieren w orden n ie t als voorraden beschouw d.
D e o m zettin g in gegevens v a n h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s » g eb eu rt als volg t : J a a r 1959 (miljarden franken) O v erheidsverbruik volgens h e t genorm ali seerde stelsel ................................................... 6 7 ,-
O pgem erkt zij d a t in h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s » de evolutie v a n h e t u itsta a n d e bedrag voor de w oningbouw in deze ru b rie k w erd opgenom en terw ijl zij in h e t genorm aliseerde stelsel in de bov en staan d e ru b riek 3 voorkom t. 6 . Netto-uitvoer : H e t g a a t om h e t saldo tu ssen de u itv o er (verkoop v an goederen en diensten a a n en inkom sten on tv an g en v a n h e t b u iten lan d ) en de invoer (aankoop v an goederen en diensten v an h e t b u iten lan d b e taald a a n h e t buitenland).
j)lu8 toegerekend inkom en van de b urger lijke goederen exclusief de gebouwen en v a n de m ilitaire g oederen ........... 5 ,8 plus k a p ita a l v erb ru ik v a n d e burgerlijke goederen, exclusief de gebouw en en h e t m aterieel, en v a n de m ilitaire goederen ................................................. 8 ,5 m in aan k o p en v a n m ilitaire gebouw en, m aterieel en voertu ig en .................. — 2 ,3
T a b e l 10
: b r u t o v o r m i n g v a n v a s t k a p ita a l
T abel 10 geeft, tegen lopende p rijzen (sectie a) en tegen d e prijzen v a n 1953 (sectie 6) een indeling v a n de bru to v o rm in g v a n v a st k a p ita a l zoals b lijk t u it ru b riek 3 v a n ta b e l 9.
(87) Premiers éléments d'une Comptabilité nationale de la Belgique. 1948-1951, d o o r d e « G ro u p e d 'E tu d c s d e la C o m p ta b ilité n a tio n a le », U itg a v e n v a n h e t I n s t i t u t d e Sociologie S o lv ay , B ru sse l 1953, § 91. (88) « S y stè m e n o rm a lisé d e C o m p ta b ilité n a tio n a le », O .E .E .S ., op. cit., b la. 66.
—
(39) • S ystèm e norm alisé de C om ptabilité n a tion ale », O .E .E .S ., b lz. 71.
27
—
op. cit.,
D eze indeling s te u n t op d e a a rd v a n de v a ste k a p i taalgoederen (gebouw en, au to v o ertu ig en, m aterieel) en op de gro te econom ische sectoren (bedrijven, S taat). Zij w erd opgesteld volgens h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s ». Om de overeenstem m ende indeling volgens h e t genorm aliseerde stelsel te verkrijgen, is h e t vol doende geen rekening te houden m et de rub riek en 1 B M ilitaire gebouw en, 2 A P articu liere a u to ’s, 3 B M ilitair m aterieel en de cijfers v a n d e ru b riek 1 A H u is vesting te verv an g en door de bedragen die in de noot o n d eraan de ta b e l s ta a n (40). (40) H e t v ersch il tu s s e n do tw ee re e k s e n v o o r d e h u is v e s tin g is to e te sc h rijv e n a a n h e t f e it d a t in h e t stelse l v a n de G ro u p e d ’E tu d e s d e ev o lu tie v a n h e t u its ta a n d e b e d ra g v o o r d e w o n in g b o u w o p g en o m en w e rd in d e r u b r ie k « stijg in g v a n d e v o o rra d e n » te rw ijl zij in h e t g en o rm alisee rd e stelse l o n d e r d e r u b rie k « b r u to v o rm in g v a n v a s t k a p ita a l >• v o o rk o m t.
O pgem erkt zij d a t d e « H uisvesting » onder de bed rij ven geklasseerd w erd : de p articu lieren die als eigenaars v a n w oningen o ptreden, w erden in d erd aad m et o n d er nem ers gelijkgesteld. Deze opm erking geldt zowel voor h e t stelsel v a n de « G roupe d ’E tu d e s » als voor h et genorm aliseerde stelsel.
V oor h e t stelsel v an de « G roupe d ’E tu d e s » dien t eveneens gewezen op h e t feit d a t de eigenaars v a n p a r ti culiere au to v o ertu ig en m et ondernem ers gelijkgesteld zijn. Deze opm erking is n iet v an toepassing op h et genorm aliseerde stelsel w aarin de aan k o p en van p articu liere a u to ’s als particuliere v erb ruiksuitgaven beschouw d w orden.
B4. — R A M IN G E N V A N H E T M I N I S T E R I E V A N E C O N O M IS C H E Z A K E N IN V E R B A N D M E T D E B R U T O V O R M IN G V A N V A S T K A P IT A A L T a b e l 11. B r u t o - in v e s t e r i n g e n in d e g e z a m e n lijk e e c o n o m ie
D e om schrijving v a n de indeling volgens de a a rd van de geïnvesteerde goederen is doorgaans voldoende duidelijk en v erg t geen bijzondere uitleg. E r d ien t alleen op gew ezen d a t de overige voertuigen (kolom 6) v a n de p articu liere sector (particuliere a u to ’s) en de u itru stin g su itg a v en voor de L andsverdediging (kolom 11) in h e t genorm aliseerde stelsel n iet zouden opgenom en zijn in de bru to v o rm in g v an v a st k a p ita a l doch in de verbruiksuitgaven.
De ta b e l geeft de ram in g v a n de brutovorm ing v a n v a st k a p ita a l teg en lopende p rijzen, o p g em aak t door h et M inisterie v a n E conom ische Z aken, Algem ene D irectie v a n S tu d iën en D ocu m en tatie. W egens de verschillende ram ingsm ethodes w ijk t deze ram ing a f v a n de door D ulbea gepubliceerde gegevens (cf. ta b e l 10). H e t begrip b ru to -in v esterin g d a t in deze ta b e l voorkom t, d e k t elke u itg av e voor de aankoop, de vervanging, de hernieuw ing of de m odernisering van een w illekeurig investeringsgoed, exclusief de courante herstellingen.
G E P U B L IC E E R D E T A B E L L E N
Algem ene beweging v an de bevol king ................................................... G eboorte-, sterfte-, huwelijks- en v o o rtp la n tin g s c ijfe rs .................... B evolking en arb eid sk rach ten . . .
D e ta b e l geeft voor de p articu liere en openbare sector een indeling volgens de a a rd v a n de geïnvesteerde goederen.
1
22
2 3
22 23-24
B. — Nationale rekeningen O verzicht v a n de verschillende ram ingen v a n h e t N atio n aa l I n k o m e n .......................................... V erdeling v an het N atio n aa l Ink o m en volgens de berekeningen v an h e t N atio n aal In s titu u t voor de S ta tistie k .................................. B etrekkingen tu ssen de voor n a am ste b estanddelen v an het inkom en en h e t p r o d u k t ........... De v ijf basisrekeningen v a n de N a t i e ................................................. B ru to n a tio n a a l p ro d u k t door de ontleding van de p ro d u k tie . . . . B ru to n a tio n a a l p ro d u k t door a n a lyse v a n de b e s te d in g e n ........... B ru tovorm ing v a n v a st k a p ita a l . B ruto-investeringen in de gezam en lijke e c o n o m ie ...............................
D e indeling in sectoren ste m t n ie t overeen m e t die v a n de n atio n ale boekhouding. D e openbare sector o m v a t de S ta a t, de lagere overheid, de N .M .B.S., h e t N a tio n a a l B u reau voor de voltooiing d er N oord-Z uid-verbinding, de N atio n ale M aatschappij v an B uurtspoorw egen, de R egie der L uchtw egen, de P o sterijen en h e t B e stu u r der P ostchecks, de Regie v a n T eleg raaf en Telefoon, de Belgische R adio en Televisie, de N atio n ale M aatschappij voor W a terv o o r ziening, d e w aterw egen, de zee- en binnenhavens. D e p articu liere secto r o m v a t alles w at n ie t to t de openbare sector behoort.
verslag xn verband met de investeringsproblemen
—
B la d s.
A. — Bevolkingsstatistieken
E r is geen rekening gehouden m e t h e t negatieve b estanddeel v a n de bru to v o rm in g v an v a st k a p ita al, d.w .z. m et de w aarde v a n h e t schroot bij h e t b u iten gebruik stellen v a n h e t m aterieel (41).
(41) Vijftiende en zestiende (jaren 1959 en 1960), blz. 5.
Nr
2 8
—
4
25
5
26
6
27
7
28 à 33
8
34-35
9 10
39-40 41-42
11
43
II.
—
W e rk g e le g e n h e id
en
W e rk lo o s h e id
A. — W E R K G E L E G E N H E ID B ro n n e n :
Ministerie van Ârbeid en Sociale Voorzorg. Nationaal Instituut voor de Statistiek. Rijksdienst voor Maatschappelijke Zekerheid. Rijksdienst voor Arbeidsbemiddeling en Werkloosheid. Bestuur van het Mijnwezen. Rijksfonds voor verzekering tegen Ziekte en Invaliditeit. Institut de Recherches Economiques et Sodales.
B ib lio g ra fie :
Algemene volkstelling van 31 december 1947. Jaarverslagen van de R.M .Z. Statistisch Tijdschrift van het N .I.S. Statistisch Jaarboek voor België. Arbeidsblad. Annuaire des Statistiques du Travail (I.A .B .). Statistiques de VEmploi, du Chômage et de la Main-d'œuvre (Methodologische Studie — I.A.B .).
» Om de beschikbare arb eid sk rach ten voor h e t ja a r » 1951 v a s t te stellen, w erden die v a n 1949 v erb eterd » door toepassing v a n d e evolutiecriteria v a n de » bevolking v a n v ijftie n to t vijfenzestig ja a r ... W a t de » v o o ru itzichten voor de aanw ending van arbeidskrach» te n -b e tre ft, deze zijn zeer n auw v erb onden a an de » ontw ikkeling der p ro d u k tie die — h e t is onnodig » zulks te zeggen — v a n een ganse reeks zowel in te r » nationale als nationale facto ren a fh a n g t en w aarv an » de studie binnen h e t ra a m der bevoegdheden v a n h e t » M inisterie van Econom ische Z aken en M iddenstand » v a lt. D e studies en de w erkzaam heden v a n d it depar» te m e n t hebben to t grondslag v a n de ram ing der » nodige arb eid sk rach ten voor 1951 gediend.
T a b e l 1. O v e r z ic h t v a n d e a r b e id s k r a c h te n a) Bepalingen I n de h iern a aan g eh aald e bepalingen w o rd t rekening gehouden m e t de aanbevelingen v a n de in tern atio n ale conferenties v a n arb eid sstatistici. O nder to ta le arbeidskrachten v e rs ta a t m e alle personen boven een bepaalde leeftijd, die een beroep uitoefenen (aan h e t w erk o f tijd e lijk afwezig v a n h u n werk) o f die werkloos zijn (zonder b etrek k in g en w erkzoekende). D e to ta le a rb e id sk ra c h ten o m v a tte n dus d e b u rg er lijke arb eid sk rach ten en de strijd k ra c h te n . W ij zullen n o ch tan s u itslu ite n d de burgerlijke arbeidskrachten beschouw en. D eze zijn sam engesteld u it de gezam enlijke tew erkgestelde bezoldigde arb eid sk rach ten , d e volledig w erklozen, de w erkgevers, de zelfstandige arbeiders en de personen tew erkgesteld in de fam iliebedrijven.
» H e t verschil tu ssen de beschikbare en de nodige » arb eid sk rach ten v o rm t de gem iddelde om vang v a n de » verm oede werkloosheid. W e hebben aldus een « begro» tin g v a n de arb eid sk rach ten » u itgew erkt, w aa rv a n de » gegevens w orden versch aft volgens de a c h t grote » afdelingen v a n de in tern atio n ale indeling d er Vere» nigde N aties. D aar h e t ons onm ogelijk w as h e t a a n ta l » w erklozen volgens de a c h t voornoem de afdelingen te » verdelen, hebben wij een negende afdeling voorzien » die al de w erklozen om vat.
O nder tewerkgestelde bezoldigde arbeidskrachten d ien t m en te v e rsta a n alle b u rgerlijke personen in d ienst v a n p riv a te o f openbare w erkgevers, effectief a a n h e t w erk o f tijd e lijk op h u n w erk afwezig (gedeeltelijk en to e vallig werklozen).
» D e voor de fabrieksnijverheid g eb ru ik te bepalingen » zijn gegrond op de n a a m lijst d e r bedrijvigheden » vastg esteld door h e t Com ité voor de S ta tistie k der » V erenigde N aties. »
b) B eschrijving van tabel 1. Overzicht van de tewerk gestelde burgerlijke arbeidskrachten
D e afdeling die h e t a a n ta l w erklozen o m v at, werd n ie t afzonderlijk opgenom en in ta b e l 1; zij is evenwel in h e t to ta a l begrepen.
T ab el 1 geeft de to ta le cijfers w eer v a n de tew e rk gestelde b urgerlijke arb eid sk rach ten en h u n verdeling p er bedrijv ig h eidstak . E en m ethodologische toelich tin g betreffende deze sta tistisc h e reeksen w erd gepubli ceerd in h e t Arbeidsblad (1). Zij v e rs tre k t de volgende bijzonderheden :
» » » » » »
T a b e l 2 . S ta tis tie k e n v a n d e w e r k g e le g e n h e id a lg e m e e n
« D e cijfers v a n de algem ene volkstelling v an 31 decem ber 1947 w erden eerst en v ooral vergeleken m e t de cijfers w elke d oor m iddel v a n voorm elde sta tistie k e n w erden bekom en : over h e t geheel was e r een b ijn a volkom en overeenstem m ing en er w erd u it afgeleid d a t h e t sta tistisc h m ateriaal, hoewel ongelijk, to c h b ru ik b a a r is.
a) A antal werkgevers en werknemers onderworpen aan de sociale verzekering.
(1) Zie in dit verband : DelpÊlrée, «Een begroting van de Belgische arbeids krachten », Arbeidsblad, 62® jaargang, nr 9, september 1958, blz. 910-911. —
:
2 9
D e verzekeringsplichtige werkgevers zijn diegene die, ingeschreven bij de R.M .Z., w erkelijk h u n bijdragen a a n de sociale verzekering b e ta ald hebben en die in de loop v a n h e t tw eede k w a rta a l v a n h e t betrokken ja a r, a a n d e sociale verzekering onderw orpen w erkne m ers hebben tew erkgesteld. —
O nder verzekeringaplichtige werknemers v e rs ta a t m en d e w erknem ers v erb o n d en d oor een c o n tra c t van d ien st verhuring, de tijd elijk e w erknem ers v a n de ad m i n istra tie s v a n h e t R ijk , de provincies en de gem eenten en de b ea m b te n v a n de p a ra s ta ta le instellingen, in de m a te w aarin zij h u n bijd rag e s to rtte n in h e t ra a m van h e t w etsbesluit v a n 28 decem ber 1944 (2). W orden ech ter n ie t als verzekeringsplichtige w erknem ers beschouw d : 1° de leden v a n h e t v a st personeel v an h e t R ijk , de provincies, de gem eenten en de N ationale M aat schappij d e r Belgische Spoorwegen; het toepassingsgebied v a n de m aatsch ap p elijk e zeker heid vallen; einde 1960 behoorden hiertoe nog alleen :
In ta b e l 2 zijn de sta tistisch e reeksen gepubliceerd v a n de N atio n ale C om pensatiekas voor G ezinsvergoe dingen (N.C.K .G .) en van de R.M .Z. m et betrek k in g to t h e t a a n ta l gew erkte dagen alsm ede de sta tistie k v an d e R.M .Z. inzake h e t a a n ta l w erkloosheidsdagen. D ie reeksen geven de to ta le n v a n de gew erkte o f v a n de w erkloosheidsdagen voor ieder v a n de ja re n I960 to t 1960. D e door de N .C.K .G . berekende reeks heeft betrek k in g op de effectief gew erkte o f d aarm ee gelijk te stellen dagen, gepresteerd door de loo n trek k en d en en door de w eddetrekkenden.
2 ° bepaalde categorieën w erknem ers die b u iten
c) De werkloosheidsdagen
— de zelfstandige; — de dien stb o d en en h e t huispersoneel; — de w erknem ers v erbonden d oor een erkend leerco n tract; — de w erknem ers b ehorend to t de fam iliebedrijven; — de in h e t b u iten lan d tew erkgestelde g ren sar beiders die n ie t o nder de Belgische sociale v er zekering vallen.
Men raadplege hiervoor afdeling B v a n onderhavig h o o fd stu k d a t m eer in h e t bijzonder over d e w erkloos heid h andelt.
H e t to ta a l a a n ta l verzekeringsplichtige w erknem ers van ta b e l 2 vertegenw oordigt, per 30 ju n i v a n ieder ja a r, de gezam enlijke ingeschreven bij de R.M .Z. w aarbij m en de m ijnw erkers en de hierm ee gelijk te stellen arbeiders alsm ede de zeelieden v an d e koopvaardij h eeft gevoegd. D e m ijnw erkers en de hierm ee gelijk te stellen arbeiders vallen n ie t ond er de bevoegdheid van de R .M .Z. doch wel v a n h e t N a tio n a a l Pensioenfonds voor M ijnw erkers (N .P.M .).
T abel 3 geeft de evolutie v a n h e t a a n ta l arb eid ers en arb eid sters onderw orpen a a n d e sociale verzekering op 30 ju n i v a n ieder ja a r. T abel 4 v e rstre k t dezelfde evolutie, evenw el voor de m annelijke en vrouw elijke bedienden. I n beide tab ellen w ordt de evolutie p e r bedrijfsgroep weergegeven. « D e reeksindelingen n a a r b e d rijfsta k volgen de door » de V olkenbond voorgestane in te rn a tio n ale m odelin » deling. E lke w erkgever w o rd t bij een bepaald b e d rijf » o n dergebracht, overeenkom stig de hoofdbedrijvig» heid v an zijn in richting. In d ie n de uitgeoefende » bedrijvigheden elk a ar aanvullen, d u s elk a ar in een » zelfde produktiecyclus opvolgen, w o rd t enkel de » bedrijvigheid in v e rb a n d m et h e t e in d p ro d u k t in » aan m erking genom en; w anneer ze noch com plem en» ta ir noch bijkom stig zijn, w orden zij zoveel m ogelijk » ingedeeld en afzonderlijk beschouw d, ten ein d e de » bezw aren v an de classificatie te ondervangen. D e » indeling d er arbeiders w o rd t in v erb a n d g eb rach t » m e t d e classificatie d e r ondernem ing die h e n te w erk » ste lt, d a a r h e t beroep, d a t ieder afzo nderlijk er u it » oefent, h e t voorw erp v a n geen enkele statistisc h e » w aarnem ing u it m aak t.
Zo v allen ook de zeelieden v a n de k oopvaardij onder d e bevoegdheid v a n d e D ien st voor M aatschappelijke V eiligheid v a n de Zeelieden d er K oopvaardij (D.M .V.Z.K.). b) A a n ta l gewérkte dagen en aantal werkloosheidsdagen Volgens de v a n k ra c h t zijnde w etgeving, h o u d t h et begrip « w erkdag » d rie verschillende b estanddelen in : lo d e w erkelijk a a n de arb eid b estede dagen; 2 ® de n ie t gew erkte d agen die d e w erkgever k rach ten s
de w et o f de o vereenkom st v erp lich t is te b etalen (betaalde feestdagen en d e z. g. d agen v a n klein v erlet voor h e t v ervullen v a n fo rm aliteiten v a n burgerlijke stand); 3° d e d ag en w aarop n ie t g ew erkt w o rd t u it hoofde van de w ettelijk e jaarlijk se v ak an tie.
» » » » » » » »
Som m ige bijzondere om stan d ig h ed en voortvloeiend Uit d e w ettelijk e beschikkingen beïnvloeden d e telling v a n de w erkdagen : elk gedeelte v a n een gepresteerde of bezoldigde w erkdag, k rijg t de w aarde v a n een eenheid gelijk a a n een volledige w erkdag; de p re sta tie s v a n een p e r m aa n d bezoldigd w erknem er w orden beschouw d als een overeengekom en g e ta l v a n 75 w erkdagen p er k w artaal; speciale regels w orden to eg ep ast voor som m ige categorieën b ed rijv en w aarvoor op h e t s tu k v a n arb e id s d u u r bijzondere voorw aard en gelden. (2)
Belgisch Staatsblad
T a b e lle n 3 e n 4 . A a n ta l a a n d e s o c ia le v e r z e k e r in g o n d e r w o r p e n w e r k n e m e r s p e r b e d r i j f s g ro e p
» Deze sta tistie k te lt de w erknem er die k ra c h te n s de besluitw et v a n 28 decem ber 1944 (3) o n der de R.M .Z. re sso rtee rt en op 30 ju n i op h e t w erk aanw ezig is. Zij o m v a t eveneens de verzekeringsplichtige w erk nem er wiens arbeidsovereenkom st n ie t verb ro k en m a a r wel geschorst is wegens ziekte, ongeval o f bevallingsru st, en die welke op de beschouw de dag n ie t op h e t w erk aanw ezig is wegens verlof, stak in g , gedeeltelijke w erkloosheid of al d a n n ie t veran tw o o rd e afw ezigheid.
» K ra ch te n s hetzelfde principe der opnem ing in de » sociale zekerheid, d a t de w aam em ingssfeer v a n de » sta tistie k b ep a alt, o m v a t deze n ie t de invalieden, de » volledig w erklozen, noch de gepensionneerden die, (3)
van 30 decem ber 19 4 4 /
—
3 0
—
Belgisch Staatsblad
v a n 30 decem ber 1944.
» » » »
gevolge v an h e t m inisterieel besluit v a n 24 decem ber 1955 (9), h e t a a n ta l aangevers aanzienlijk toegenom en is; h e t steeg v a n 4.077 op einde 1955 t o t 5.175 op einde 1956. H e t N .I.S . publiceerde voor h e t eerste h alfja ar 1956 (10) een vergelijking tu ssen de oude en de nieuw e reeks.
ofschoon opgenom en in de sociale zekerheid, hoewel ze n ie t m eer o nder de R.M .Z. ressorteren, n ie t m eer in d ie n stv e rb a n d s ta a n en dus geen b ijd rag en hoeven te betalen . » (4)
D eze sta tistisc h e reeks o m v a t ook de m ijnw erkers en d e hierm ee gelijkgestelde arbeiders resso rterend onder h e t N .P .M ., en de zeelieden v a n de koopvaardij die onder de bevoegdheid van de D .M .V .Z.K . vallen. T a b e l 5 . A a n ta l te w e r k g e s te ld e s o m m ig e n ijv e r h e id s ta k k e n
a rb e id e rs
D e beide sta tistisch e reeksen zijn h e t voorw erp van ta b e l 5. Om h e t to ta a l cijfer v a n som m ige sectoren (zoals de chem ische bedrijven, de voedingsnijverheid, de pantoffelindustrie, de schoen- en ledernijverheid) te bekom en, w erden d e gegevens v a n de beide s ta tis tie ken sam engeteld. .
in
H e t w etsbesluit v a n 31 ja n u a ri 1945 (5), gewijzigd bij w etsbesluit v a n 7 fe b ru a ri 1947 (6), b elast h e t N .I.S . m e t de opstelling v a n de sta tistie k e n betreffende h et personeel, de p ro d u k tie, de voo rrad en en h e t verb ru ik in de n ijverheid.
D e voornaam ste bro n v a n de gegevens is h e t N .I.S . H e t B estu u r v an h e t M ijnwezen v erstre k te de gegevens m e t b etrekking to t de steenkolenm ijnen en de R .V .A .W . die betreffende de havenarbeiders.
V an 31 ja n u a ri 1945 a f zijn verscheidene n ijv erheids sectoren a a n die w et onderw orpen. D e overige sectoren (7) w erden geleidelijk in die s ta tistie k b e tro k ken. D e toepassing v a n die w etsbesluiten is bij m iniste riële uitvoeringsbesluiten geregeld. A ldus w o rd t door h e t m inisterieel b eslu it v a n 17 o k to b er 1950 (8) een « m aandelijkse s ta tistie k voorgeschreven v a n de bewe» ging v a n h e t personeel d e r n ijv erheidsinrichtingen » welke tie n en m eer arbeiders tew erkstellen. D e s ta » tistie k w o rd t o p g em aak t op grond v a n de inlichtingen » v e rstre k t d oor de in rich tin g en welke in de loop der » m a a n d o k to b er 1950 te n m inste 10 arbeiders hebben » tew erkgesteld.
T a b e l 6 . A r b e id s - e n te w e r k s te llin g s p e r c e n ta g e
» » » »
Deze beide reeksen indexcijfers w orden door h et I.R .E .S . gepubliceerd in Recherches Economiques de L ouvain en Service mensuel de Conjoncture. W ij p u tte n d a a ru it d e volgende toelichting : » » » » » » » » » » »
» A an d it b eslu it zijn n ie t onderw orpen de inrichtin g en w aa rv a n de in d u striële a c tiv ite it, krach ten s vroegere o f to ekom stige m inisteriële b esluiten, onder w orpen is a a n m aandelijkse tellingen m e t betrekking t ó t de bew eging v a n h e t personeel. »
K ra c h te n s h e t m inisterieel b esluit v a n 24 decem ber 1955 (9) o m v a t de s ta tis tie k v a n 1 ja n u a ri 1956 a f b ovendien alle instellingen die op de la a ts te w erkdag v a n de m a a n d m a a rt v a n h e t afgelopen ja a r te n m inste tie n arbeiders tew erkstelden.
T a b e lle n 7 e n 8 . I n d e x c ijf e r s v a n d e te w e r k s t e l lin g in d e n ijv e r h e id (11) H e t M inisterie v a n A rbeid en Sociale V oorzorg pu b liceert in h e t « A rbeidsblad » een indexcijfer v an h et a a n ta l arbeiders in de nijverheid. D e berekening van d a t indexcijfer s te u n t op sta tistie k e n opgesteld door h e t N .I.S . en de R.M .Z. op basis v a n h e t m aandgem iddelde v a n h e t ja a r 1953 = 100. V an 1959 a f is d e basis h et m aandgem iddelde v a n h e t ja a r 1958 = 100.
I n u itv o erin g v a n deze b esluiten p u b liceert h e t N .I.S . tw ee reeksen sta tistie k e n , nl. : 1° h e t personeel g eteld in de instellingen die a a n een
m aan d elijk se sta tis tie k inzak e in d u striële b e d rij vigheid onderw orpen zijn;
T abel 7 geeft h e t ja arlijk s indexcijfer v a n de w erkge legenheid op basis v a n h e t ja a r 1953 = 100, terw ijl ta b e l 8 h e t indexcijfer v erm eld t p er k w artaal, berekend op de nieuw e basis : ja a r 1958 = 100, v a n 1959 af.
2 ° h e t personeel geteld in d e in d u striële b ed rijven die
tie n o f m eer arbeiders tew erkstellen. D eze beide sta tistisc h e reeksen h ebben b etrekking op h e t personeel d a t ingeschreven is op de b e ta a lsta a t w aarin de 15e v a n de m a a n d v a lt. I n de tw eede reeks zijn d e cijfers v a n d e aan 1956 voorafgaande ja re n niet verg elijk b aar m e t die v a n de volgende o m d at, te n
Deze sta tistie k heeft betrekking op alle nijv erh eid s sectoren die onderw orpen zijn a a n de besluiten van 31 ja n u a ri 1945 (12), v a n 17 o k to b er 1950 (13) en van 24 decem ber 1955 (14), alsm ede op de steenkolenm ijnen.
(4) Z ie te r z a k e : M in iste rie v a n Sociale V oorzorg, K .M .Z ., X V I e Jaarverslag, d ie n s tja a r I9 6 0 , b ijla g e I I I , b lz . 133-134. (5) Belgisch Staatsblad v a n 3 fe b r u a ri 1945. ' (0) Belgisch Staatsblad v a n 1 a p ril 1947. (7) Zie d ie n a a n g a a n d e : — « W e rk g e leg e n h eid en w erk lo o sh eid *, Arbeidsblad, n r 9, s e p te m b e r 1955, blz. 1117; — A . C a p o n e n E . M e r t e n s , « O n d erzo ek n a a r d e r e p re s e n ta tiv ite it en d e • b r u ik b a a rh e id v a n d e ja a rlijk s e p r o d u k tie s ta tis tie k in B elgië », Tijdschrift voor Economie, ja a r g a n g V I I , n r 1, 1962, b lz . 29 t o t 60. (8) Belgisch Staatsblad v a n 20-21 n o v e m b e r 1950.
—
« H e t verschil tu ssen h e t to ta a l a a n ta l m ogelijke w erkdagen (aan tal arbeiders x a a n ta l w erkdagen v an de m aand) en h e t to ta a l a a n ta l w erkloosheidsdagen vertegenw oordigt h et a a n ta l dagen effectieve arbeid. V erm indert m en hetzelfde a a n ta l m ogelijke w erk dagen m e t h e t a a n ta l w erkloosheidsdagen van de volledig w erklozen alleen, d an v erk rijg t m en h e t a a n ta l arbeidsdagen voor de volledig o f gedeeltelijk tew erkgestelden, m .a.w . de g ra ad v an volledige en de gedeeltelijke w erkgelegenheid. E lk bestanddeel v a n de berekening is u itg e d ru k t in p ercen t v a n h e t a a n ta l m ogelijke w erkdagen. »
(9) Belgisch Staatsblad v a n 27 ja n u a r i 1956. . (10) Zie d ie n a a n g a a n d e , Statistisch Bulletin van het N .I.S ., n rB 10*11, o k to b e r n o v e m b e r 1956. (11) Zie d ie n a a n g a a n d e : — Arbeidsblad, n r 9, s e p te m b e r 1955 e n ju n i 1960 — Statistisch Bulletin van het N .I.S ., n r 4, a p r il 1956 e n n rB 9-10, s e p te m b e r o k to b e r 1960. (12) Belgisch Staatsblad v a n 3 fe b ru a ri 1945. (13) Belgisch Staatsblad v a n 20-21 n o v e m b e r 1950. (14) Belgisch Staatsblad v a n 27 ja n u a r i 1956.
31
—
A an v an k elijk w erd h e t indexcijfer slechts voor de arbeiders opgesteld; sed ert ja n u a ri 1956 b e rek en t m en een indexcijfer voor de bedienden alsook een gezam en lijk indexcijfer v a n d e w erkgelegenheid d a t de arbeiders en de bedienden sam en o m v at.
E le k triciteit, gas, w ate r en san i ta ire d ie n s te n .................................
1 0 0 ,0 0
S edert de p u b lik atie v an h e t op recentere gegevens steu n en d e indexcijfer, (het ja a r 1958), w erd geen indexcijfer m eer berekend voor de sector vervoer, aangezien de p riv a te bedrijven weinig re p re sen ta tief zijn voor die sector.
De n ijverheidssectoren w aarvoor indexcijfers berekend w orden b en aderen zo d ic h t m ogelijk de in te r n atio n ale classificatie. H e t indexcijfer v a n de tew erkstelling is gewogen in fu n ctie v an de relatiev e b elangrijkheid v an h e t to ta a l a a n ta l arbeiders v a n elke bedrijvigheidssector. Die coëfficiënten w erden berekend op basis v a n d e door de R .M .Z. op 30 ju n i 1954 getelde arbeiders. Ze zullen ieder ja a r herzien en aan g ep ast w orden a a n de han d v an de R .M .Z.-tellingen op 30 ju n i v a n h e t afgelopen ja a r.
T a b e l 9 . W e rk s ta k in g e n T abel 9 geeft h e t a a n ta l verloren arbeidsdagen vol gens de v o o rnaam ste oorzaken v a n de w erkstakingen. O nder h e t hoofd « an d ere oorzaken » d ie n t m en te v ersta a n geschillen in v erb an d m e t tew erkstelling, sancties o f boeten, so lid ariteitsstakingen, p ro te s ts ta kingen, enz.
I n 1960 w aren de wegingscoëfficiënten, steu n en d op de telling v a n 30 ju n i 1959, de volgende : E x tra c tie b ed rijv e n ...........................
12,29
F ab riek sn ijv erh eid
69 ,7 4
...........................
w aarv an : T e x t i e l ............................. N ijverheid d e r basism etalen ...................... N iet m etaalh o u d en d e delfstoffen.................... F ab ricag e v a n m etaalp ro d u k te n .................... M achinebouw ................ B ouw v a n elektrische m achines en a p p a ra te n , elektrisch m a t e r i e e l ........................... B ouw v an tra n sp o rtm a te rie e l...................... B o u w n ijv erh eid ....................................
1 ,60
N a a st deze gegevens, p u b liceert h e t N .I.S . in zijn Statistisch T ijdschrift, h e t a a n ta l conflicten, h e t a a n ta l in een stak in g b etro k k en ondernem ingen, h e t a a n ta l stak ers, de gedw ongen w erklozen en de n o rm aal vóór de conflicten tew erkgestelde arbeiders.
10,88 8 ,6 7
T a b e l 10. G r e n s a r b e id e r s v e r k e e r
5 ,1 6
« G rensarbeiders zijn personen die in een grensprovincie v a n h e t ene la n d w onen en die in een grensprovincie v a n h e t andere la n d w erken en die veelal dagelijks, doch te n m in ste éénm aal per week, n a a r hu n w oonplaats teru g k eren . » (15)
3 ,6 8 4 ,2 4
» » » »
3 ,5 9
T abel 10 geeft de bew eging v a n de Belgische arbeiders tew erkgesteld in F ra n k rijk en in N ed erlan d alsm ede v a n de grensarbeiders v a n deze beide landen.
4 ,7 4 16,37
(16) Statistisch Jaarboek voor België, boekdeel 81, jaar I960, blz. XXXI.
B. — W E R K L O O S H E ID B ronnen
:
Rijksdienst voor Arbeidsbemiddeling en Werkloosheid (1 6 ). Nationaal Instituut voor de Statistiek. Enige Aspecten van de Werkloosheid in België (Arbeidsblad, december 1953).
B i b l i o g r a f i e : Maandelijkse berichten van de R.V.A.W.
Jaarverslag van de R.V.A.W . Halfjaarlijkse telling van de volledige werklozen op 15 mei en op 15 november. Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Bulletin van het N .I.S. Arbeidsblad. Annuaire des Statistiques du Travail (I.A .B .). Annuaire Statistique des Nations Unies. Jaarverslagen van de R.M .Z. De Rijksdienst voor Arbeidsbemiddeling en Werkloosheid telt 26 jaar, 1936-1960.
D e w erk loosheidstatistiek, u itg ew erk t sed ert 1945, b e ru st op een stelsel v a n v erplichte w erkloosheidsver zekering. D eze verzekering, ingevoerd bij w etsbesluit v a n 28 decem ber 1944 (17), is v a n toepassing op alle w erknem ers v erbonden door een c o n tra c t v a n dienst-
verhuring, d.w .z. in hoofdzaak op de arbeiders en de bedienden. Zij o m v a t eveneens h e t personeel d a t tijd e lijk in d ien st is v a n de S ta a t, d e provincies, de gem een te n en de N atio n ale M aatschappij d er Belgische Spoor wegen, alsniede h e t personeel v a n de p a ra sta ta le o rg a nism en, m et uitzondering evenw el v a n de v a ste ag en ten in overheidsdienst w aarvoor bijzondere stelsels gelden.
(16) De R.V.A.W. werd de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (R.V.A.V.) krachtens de wet van 14 februari 1961, Belgisch Staatsblad van 15 februari 1961. (17) Belgisch Staatsblad van 80 december 1944.
B lijven nog b u iten h e t toepassingsgebied van h e t stelsel d er w erkloosheidsverzekering (en d erh alv e b u iten
T a b e l 11. W e rk lo o s h e id p e r j a a r : s a m e n v a ttin g
—
3 2
—
7. Werkloosheidsdagen
de gepubliceerde statistiek en ) de 'w erknem ers v e r bonden door een c o n tra c t v a n dienstv erh u rin g , de leden v a n een fam iliebedrijf en de w erknem ers verbonden do o r een gecontroleerd leerco n tract. D eze la a tste k u n n en , w anneer zij w erkloos w orden, w erklozensteun genieten; op d a t ogenblik w orden zij in de sta tistiek en v a n de gecontroleerde w erklozen opgenom en. W orden hierbij ook gerekend de B elgische grensarbeiders die in F ra n k rijk o f in N ed erlan d g aan w erken en die, hoewel zij a a n d e M aatschappelijke Z ekerheid geen bijdrage betalen , in België w erklozensteun ontv an g en w anneer zij w erkloos zijn.
''
H e t a a n ta l w erkloosheidsdagen is h e t to ta a l v a n de dagen gedurende dew elke de w erklozen effectief to t w erkloosheid gedw ongen w aren. Men b ek o m t d it to ta a l door h e t a a n ta l w erkdagen m et h e t daggem iddelde v a n de gecontroleerde werklozen te verm enigvuldigen. De R .V .A .W . groepeert die gegevens som s onder h e t hoofd « verloren arbeidsdagen ». 8 . Ingeschreven werklozen
D e cijfers voor België, o f zij wekelijks, m aandelijks o f ja a rlijk s gepubliceerd w orden, stem m en overeen m et h e t daggem iddelde v an de gecontroleerde w erklozen, berekend volgens h e t a a n ta l op elke w erkdag v a n de week aan g etek en d e « volledig w erklozen » en « gedeel telijk o f toevallig w erklozen ».
D e ingeschreven w erklozen zijn zij die a a n de verze kering tegen w erkloosheid onderw orpen zijn en die gedurende de beschouw de periode te n m inste één dag werkloos zijn geweest. D e cijfers in ta b e l 10 geven h e t daggem iddelde v a n de ingeschreven w erklozen, per m aand.
H iern a volgt enige toelichting bij de begrippen die voorkom en in ta b e l 10 betreffende de werkloosheid.
9. Gemiddeld aantal werkloosheidsdagen per m aand H e t gem iddeld a a n ta l w erkloosheidsdagen per m aan d w ordt verkregen door h e t a a n ta l jiiet gew erkte o f v e r loren dagen te delen door h e t a a n ta l w erklozen inge schreven in de stem pellokalen.
1. A a n de verzekering tegen werkloosheid onderworpen personen » » » » »
« H iero n d er v e rs ta a t m en h e t a a n ta l bij de M aat schappelijke Z ekerheid aangeslotenen, v erm eerderd m et h e t a a n ta l volledig w erklozen op dezelfde d atu m , plus h e t effectief v a n de grensarbeiders m et inbegrip v a n een ram ing v a n h e t a a n ta l landbouw seizoenarbeiders. »
10. Werklozen tewerkgesteld door de openbare besturen D e openbare b estu ren k u n n en volledig w erklozen tew erkstellen op grond v a n h e t m inisterieel besluit v an 3 novem ber 1944 (19), achtereenvolgens afgeschaft en vervangen door d a t v a n 10 au g u stu s 1946 (20), door d a t v an 6 m ei 1949 (21) en te n slo tte door h e t m inis terieel besluit v a n 20 m a a rt 1956 (22). D ie besluiten bepalen de voorw aarden w aartegen de openbare b e stu re n volledig w erklozen k u n n en tew erkstellen.
2. Volledige werklozen « D e personen » verb ro k en is. »
w ier
arbeids-
of
d ien stco n tract
3. Gedeeltelijke werklozen « Bij h e t koninklijk besluit v a n 2 feb ru ari 1959 (23) » w erd een nieuw systeem ingevoerd voor de tew e rk » stelling v a n de w erklozen door de openbare besturen.
« D e p ersonen die b eurtelings arbeiders of w erkloos » zijn, b.v. een ondernem ing w aar bij tussenpozen » gew erkt w o rd t (2 of 3 dag en p er week) o f bij afwisse» ling (één w eek op tw ee p e r ploeg). D e werkloze h a v e n » arb eid ers w orden eveneens in deze ru b riek opge» nom en. »
» » » » »
4. Toevallige werklozen « D e personen die wegens een geval v a n h e irk rac h t » w erkloos zijn : v o rst, sneeuw , overstrom ing, m achine » b reu k , stroom gebrek, enz. » 5. Gecontroleerde werklozen » » » » »
T a b e l 12. I n d e lin g p e r b e d r ijf s ta k v a n h e t d a g g e m id d e ld e d e r g e c o n tr o le e rd e w e r k lo z e n
« D e sta tistisc h e eenheid is de w erkloze die to t h e t genieten v a n w erklozensteun is toegelaten, nl. de loontrekkende, t o t w erken bekw aam , die n o rm aal w erk t ond er arbeids- of d ie n stc o n tra c t d och zonder w erk is te n gevolge v a n o m stan d ig h ed en b u ite n zijn wil om . »
6.
» H e t bew ust koninklijk besluit b e p a a lt de voor w aarden w aaronder een geldelijke hulp v a n de S ta a t w o rd t verleend voor de uitvoering v a n w erken door de provincies, gem eenten, verenigingen v a n gem een te n en verenigingen v a n polders o f v a n w ateringen m e t de h u lp v a n w erklozen. » (24)
I n die ta b e l w orden de gecontroleerde w erklozen ingedeeld p e r b ed rijfstak w aarin zij w erk ten alvorens werkloos te w orden. D e volledig w erklozen zijn gerang schikt p er beroep, terw ijl de gedeeltelijk en toevallig werklozen slechts p er ind u strie w orden ingedeeld.
Daggemiddelde van het aantal gecontroleerde werklozen
« D it daggem iddelde is gelijk a a n h e t to ta a l a a n ta l » w erklozen die iedere w erkdag v a n een m aa n d gecon» tro leerd w orden, gedeeld d oor h e t a a n ta l w erkdagen » v a n die m aan d . » (18)
(19) Beigisch Staatsblad van 6-7 november 1944. (20) Belgisch Staatsblad van 11 september 1946. (21) Belgisch Staatsblad van 15 mei 1949. (22) Belgisch Staatsblad van 22 maart 1950. (23) Belgisch Staatsblad van 5 februari 1959. (24) Zie terzake De RijJesdienst voor Arbeidsbemiddeling en werkloosheid telt
(18) Zie terzake het Statietiaeh Jaarboek voor België, boekdeel 81, jaar 1960, blz. XXXI. 25 jaar, 1935-1960. 3
—
3 3
—
GEPUBLICEERD! TABELLEN
O verzicht v a n de a rb e id sk ra c h ten . S ta tistie k e n v a n de w erkgelegen , heid : a lg e m e e n ............................. A a n ta l aan de sociale verzekering onderw orpen w erknem ers (arbei ders en arbeidsters) p er bed rijfs groep (per 30 ju n i) .................... A a n ta l a a n de sociale verzekering onderw orpen w erknem ers (m an nelijke en vrouw elijke b edien den) p er bedrijfsgroep (per 30 j u n i ) ............................................ A a n ta l tew erkgestelde arbeiders in som m ige n ijv erh eid stak k en . . . .
Nr
B ll.
GBPUBUOBBKDB TABELLEN
1
44
2
3
4
5
44
45
Nr
B lz.
A rbeids- en tew erkstellingspercent a g e ......................................................
6
1 47
Indexcijfers v a n d e tew erkstelling in de n ijverheid (1953 = 100) .
7
48
Indexcijfers v a n de tew erkstelling in de n ijverheid (1958 = 100) .
8
49
W e rk s ta k in g e n ....................................
9
49
G rensarbeidersverkeer ....................
10
49
W erkloosheid p er ja a r : sam en v a ttin g .............................................
11
51
Indeling per b e d rijfsta k v a n h e t daggem iddelde d er gecontro leerde w e r k lo z e n ...........................
12
52
46
47
—
3 4
—
III.
—
L an d b o u w
e n
V is v a n g s t
A. — L A N D B O U W B bonkbn :
Minuterie van Landbouw. Nationaal Instituut voor de Statistiek.
B ib lio g ra fie :
Statistisch Landbouwjaarboek van België. Brochures met de resultaten van de door het N .I.S . gepubliceerde tellingen. Statistisch Jaarboek voor België. Landbouwtijdschrift (Ministerie van Landbouw). Statistisch Bulletin van het N .I.S . Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N.B .B. Annuaire des Statistiques agricoles et alimentaires (Organisation des Nations Unies pour VAlimentation et VAgriculture). Annuaire Statistique des Nations Unies. Bulletin mensuel : Economie et Statistique agricoles ( F.A.O.). Données Statistiques (Conseil de l’Europe). Informations Statistiques 1960, n ° 2 (Office Statistique des Communautés Européennes).
T abel 1 : L a n d b o u w te llin g e n g e h o u d e n 1 j a n u a r i v a n d e j a r e n 1951 t o t 1961
op
I n iedere gem eente is de burgem eester m et de u it voering v a n de telling belast en er persoonlijk v e ra n t w oordelijk voor. D e gem eenten w orden zo nodig in tellingsdistricten ingedeeld. Voor elk d istric t w ordt er een tellingsagent aangeduid die gekozen w o rd t onder h e t gem eentepersoneel en bij voorkeur on d er de politie.
D e beschouw de ta b e l la a t de vergelijking to e v a n de re su lta te n v a n d e tellin g en v a n de w interbezaaiingen en v a n d e veestap el op 1 ja n u a ri v a n de ja re n 1951 to t 1961. M en zal v aststellen d a t h e t ja a r 1960 tw eem aal m et verschillende cijfers voorkom t. D it verschil vloeit vo o rt u it h e t feit d a t de telling op 1 ja n u a ri 1960 onder tw ee asp ecten voorgesteld w erd : h e t eerste b etre ft alleen de re su lta te n v a n d e ex p lo itaties die een v er bouw de o p p e rv la k te v a n te n m in ste 1 h ec ta re bereiken, h e t tw eede sla a t op alle tellingsplichtigen. D it on d er scheid v erg em ak k elijk t de vergelijking van de re su lta te n :
W aren vóór 1 ja n u a ri 1954 aa n deze telling o n d er w orpen de n a tu u rlijk e o f rechtspersonen die m instens één a re v an een v a n de te e lte n exploiteerden of bew erk te n o f één o f m eer d ieren h ad d en w aarop de telling b e trek k in g had. V an 1 ja n u a ri 1954 a f en t o t 1 ja n u a ri 1960 w erd de telling b ep e rk t to t de exploitaties die m instens één h ectare bedroegen. V an 1 ja n u a ri 1960 a f w erden h ieraan nieuw e exploitatiecategorieën toegevoegd.
а ) v a n d e ex p lo itaties die in 1960 m instens in to ta a l 1 h e c ta re o p p e rv la k te h eb b en m e t d e re su ltate n v a n de vorige ja re n , d.w .z. v a n 1954 to t 1959; tellings
Deze a a n de telling onderw orpen categorieën w erden bij a rtik e l 2 v a n h et m inisterieel besluit v a n 25 n o v em ber 1959 als volgt vastg esteld (2). '
re la tie f belang te beoordelen v a n de m inder d a n één h ectare die tu ssen g eteld w erden volg t h iern a de to e sta n d v a n h u n w interbezaaiingen en dieren :
« A an de telling zijn onderw orpen, de n a tu u rlijk e » personen o f rechtspersonen, w ier b e d rijf zijn zetel in » België heeft en die op 1 ja n u a ri 1960, in welke hoeda» nigheid ook :
б ) v a n d e gezam enlijke to e sta n d v a n al de tellings
plichtigen in 1960 plichtigen in 1961. T en einde h e t ex p lo itaties v a n 1954 en 1960 n ie t op 1 ja n u a ri 1953 T o ta a l A a n ta l A a n ta l A a n ta l A a n ta l A a n ta l
m et
die
van
alle
» 1) in België o f in de bij de d o u an ew etten bepaalde » grenszones één o f m eer gronden u itb a te n o f bezet » te n , welke g eb ru ik t w orden voor landbouw - of » tu in b o u w teelten (in open lu ch t o f onder glas), voor » weiden, voor boom gaarden, o f voor w ijnenteelt, » welke er ook de o p p erv lak te v a n zij, en regelm atig » p ro d u k ten v a n h u n b e d rijf verkopen;
v a n de w interbezaaiingen : 7.094 ha; lan d b o u w p aard en : 2.512; v ark en s : 93.920; schapen : 66.177; g eiten : 32.002. ru n d e re n : 44.982.
» 2) voor zover ze geen grond u itb a te n , ho u d er zijn » v an te n m inste 1 lan d b ouw paard, of 1 ru nddier, » of 1 fokzeug of 1 fokbeer, of 3 m estvarkens, of » 3 schaapsoortigen, o f 3 geitsoortigen, o f 20 stuks » pluim vee, o f 20 konijnen, o f 2 bijenkorven, en » regelm atig p ro d u k te n v a n h u n b e d rijf verkopen;
H iern a v in d t m en enkele aan d u id in g en betreffende de tellingen van de winterbezaaiingen en van het vee op 1 ja n u a ri van de verschillende jaren. D e w etsbesluiten v a n 22 en 31 ja n u a ri 1945 (1) vorm en de juridische grond v a n deze tellingen. (1) Belgisch Staatsblad van 24 januarl 1945 en 3 februari 1945.
(2) Belgisch Staatsblad van 22 december 1959. —
3 5
—
» » » »
» A an de telling zijn eveneens onderw orpen, voor zover zij te n m in ste één are u itb a te n o f voldoen a a n een o f andere voorw aarde v astg esteld onder 2) hierboven en o n d an k s h e t fe it d a t zij geen p ro d u k te n v a n h u n b e d rijf v erkopen :
» » » » » » » »
de strafin rich tin g en , kostscholen, ru sth u izen , te huizen voor ouderlingen o f an d ere gelijkaardige instellingen, de godsdienstige of andere gem een schappen, de onderzoek- en p ro efstatio n s, de a a n p lan tin g sd ien sten v a n o p enbare in rich tin g en die voor de behoeften v a n deze la a ts te voortbrengen, en de b ed rijv en die v a n een onderw ijsinrichting afhangen. »
te elte n zoals de ta b a k en alle tu in b o u w te elten die g eteld w erden v a n zodra ze 1 are bereikten. V oor de sam enstelling v a n d e sta tistisch e reeks voegde m en bij d e ja ren 1952 to t 1960 de to e sta n d op 15 m ei 1950 van de b ed rijv en die in to ta a l geen hectare verbouw en. Zo bek o m t m en de sch a ttin g v a n de gezam enlijke to e sta n d . D e to e sta n d v a n de te e lte n en v a n de veestap el v a n de ex p lo itaties v a n m instens 1 h a w as d e volgende op 15 mei 1950 : A antal hectaren : G raan- en m eelgew assen ........................... N ijverheidsgew assen .................................... W ortel- en knolgew assen ........................... A ndere t e e l t e n .................................................
D e in te w innen inlich tin g en m oeten betrekking h ebben op de to e sta n d p er 1 ja n u a ri en w orden v e r zam eld door m iddel v an tellingslijsten ingevuld door de tellingsagenten; de gegevens w orden door de e x p lo ita n te n v e rstre k t.
13.955 642 . 2 0.839 5 6.489
A a n ta l : L andbouw paarden ........................................... R u n d eren .......................................................... V a r k e n s ............................... .... ! ...................... S c h a p e n .............................................................. G e ite n ...................................................................
D e tellingsplichtigen m oeten de w interbezaaiingen aangeven betreffende de tarw e, de spelt, de m asteluin, de rogge, de w interg erst, h e t w interkoolzaad, h e t w interra a p z a ad , h u n to ta a l en de to ta le verbouw de o p per v lakte.
1.777 36.404 101.940 117.267 77.340
H iern a volgen enkele aanduidingen betreffende de land- en tuinbouw tellingen op 15 mei.
D oor to ta le verbouw de o p p erv lak te v e rsta a t m en al d e gronden die voorbehouden zijn voor de teelten die v erbouw d w orden of die m en tijd e n s h e t te e lt ja a r wil verbouw en, d.w .z. de bew erkte gronden, de w eiden en w eilanden, de tu in b o u w te e lte n in open lu c h t en onder glas, d e boom kw ekerijen en d e teenw ilgenteelten, evenals h e t b ra a k la n d .
D e juridische grond evenals d e u itvoeringsm odali te ite n v an deze tellingen gelijken op die v a n d e tellingen v a n 1 ja n u a ri die hierboven w erden besproken. « D e aan » de telling onderw orpen personen zijn diegene die, op » 15 m ei : » 1) in welke hoedanigheid ook, in België of in de bij de » douanew etten bepaalde grenszones w anneer zij in » België verblijven, één o f m eer g ro nden exploite » ren o f bew erken w elke g e b ru ik t w orden voor de » te e lte n die door de en quêtes bedoeld zijn en die in » to ta a l m instens één hectare bedragen;
De dieren m o eten g eteld w orden op de p la a ts w aar zij zich n o rm aal bevinden. Alle d ieren : paard en , ru n d eren , schapen, vark en s, geiten, pluim vee w orden ingedeeld p e r categorie, ouderdom en geslacht, behalve de schapen en de geiten. H e t a a n ta l b ijenkorven w ordt eveneens opgetekend.
» » » » » » »
W an n eer de te lle r de inlichtingen v a n de aangevers o n tv an g en heeft, te lt hij voor iedere aangever de re su lta te n v a n de verschillende ru b riek en op. D e to ta le n w orden door h e t g em een teb estu u r op een verzam ellijst overgeschreven. Deze lijsten w orden voor advies voor gelegd a a n de p laatselijk e com missie voor controle op de landbouw telling, die in elke gem eente z etelt en b e sta a t u it de burgem eester, de S taatsagronoom of zijn afgevaardigde en tw ee landbouw ers v a n de gem eente aan geduid door de b u rgem eester o f de agronoom .
2)
onder dezelfde voorw aarden als hierboven één o f m eer gronden exploiteren o f bew erken die dienen voor de te e lt v a n groenten, fru it, bloem en, bloem bollen, boom kw ekerijen, tu in bouw zaden, p la n t goed v a n g ro enten en bloem en, v a n ta b a k o f van geneeskrachtige p la n te n m e t h e t oog op d e v e r koop en die in to ta a l m in sten s 1 a re b ed raagt;
» 3 ) zonder d e hierboven o n der 1 ) en 2 ) vastgesteldë » voorw aarden te vervullen, houder zijn v an » m instens tw ee ru n d e ren o f d rie v a rk en s o f vijftig » stu k s pluim vee;
De re su lta te n v a n iedere gem eente w orden n a a r h e t N .I.S . g e stu u rd w aar ze a a n een w aarschijnlijkheidsk ritie k onderw orpen w orden. D eze re su lta te n w orden gegroepeerd p e r lan d b o u w streek , p er provincie en voor h e t land.
» 4) dorsaan n em er zijn o f aan n em er v a n v erstuivingen » o f die landbouw w erktuigen te r beschikking v a n de » landbouw ers stellen. B v. coöperatieven, landbouw » com ités of and ere groeperingen.
T a b e lle n 2 e n 3 : T e llin g e n p e r 15 m e i v a n h e t b e te e ld e a r e a a l e n v a n d e v e e te e lt.
» » » » » » »
» »
D e inlich tin g en kom en, voor de ja re n 1950 en 1951, v a n al d e ex p lo itaties m e t een o p p erv lak te v a n m instens 1 are. V an 1952 a f b e d ra a g t d e getelde m inim um o p p erv lak te 1 h a, behalve voor enkele bijzondere —
36
S edert 1 ja n u a ri 1960 kom en er d e volgende categorieën tellingplichtigen bij : 5)
—
al d e personen, firm a’s o f instellingen die, in welke hoedanigheid ook (gratis o f tegen betaling, m et of zonder personeel), land- o f tuin b o u w w erk tu ig en te r beschikking stellen v a n de landbouw ers, d e fokkers o f d e tu in iers. B v. aan n em ers v a n land- o f tu in bouw w erken, v e rh u u rfirm a ’s v a n m achines, m achineparken; .
» » » » » » »
6)
a l d e coöperatieven voor h e t gem eenschappelijk gebruik v an land- o f tu in b o u w w erk tu ig en voor zover zij over m achines beschikken die geteld zijn.
» O nder b ru to p ro d u k tie d ien t v erstaa n , h e t deel v a n » d e p ro d u k tie d a t de exp lo itatie v e rlaa t, verm eerderd » m et h e t deel d a t in h e t gezin v a n d e e x p lo ita n t » v e rb ru ik t w o rd t (5).
D e op te m ak en sta tistie k e n h ebben b etrekldng op de o p p e rv la k te n v a n al de land- en tuinbouw teelten , h e t a a n ta l dieren en de landbouw w erktuigen (tracto ren , pikm achines, enz.).
» D e re su lta te n w orden gegroepeerd p er provincie, » per streek en voor h e t la n d (3). »
a) Gezamenlijke waarde van de 'plantaardige produktie.
T a b e l 4 : R a m in g v a n d e p l a n t a a r d i g e la n d b o u w p r o d u k tie
» Op grond v a n h e t o o g stjaar en voor elke te elt, g a a t » m en over to t een ram ing v a n de in h e t gezin v an de » ex p lo ita n t v erb ru ik te hoeveelheden.
D e inlichtingen betreffende de ram ing v a n de p la n t aardige lan d b o u w p ro d u k tie w orden verzam eld door vijfh o n d erd lan d b ouw correspondenten die door de landbouw kundigen v a n de S ta a t w orden uitgekozen en onder h u n to ezich t w erken.
» Men verm enigvuldigt die hoeveelheden m et de » gem iddelde p rijzen en m en bekom t de (gezam enlijke) » w aarden u itg e d ru k t in ab so lu te cijfers. » De prijzen zijn h é t eenvoudig rekenkundig gem iddelde van d e beurs- en m ark tp rijzen die tijd e n s de m eest rep resen tatiev e verkoopw aarden w erden opgetekend.
« Deze correspondenten v erstrek k en eerst voorlopige » sch attin g en ; de definitieve gegevens w orden verzam eld » n a a rm a te de oogsten w orden opgehaald. » De sch attin g en w orden p er sector (groepen v a n vijf » to t zeven gem eenten) sam engesteld en gewogen m et » de tijd e n s de la a ts te telling in elke sector opgenom en » teelto p p erv lak ten . » » » »
» H e t door de dieren op de hoeve v e rb ru ik te p ro duktiegedeelte v a lt evenw el buiten beschouw ing; h e t w ordt gevaloriseerd in de vorm v a n « p ro d u k te n v an de veeteelt »; hetzelfde g eld t voor h e t zaai- en p la n t goed d a t w o rd t voorafgenom en m et h e t oog op de volgende te e lt (4). »
» » » » »
b) gezamenlijke waarde van de dierlijke produktie D e gezam enlijke w aarde v an de dierlijke p ro d u k tie w ordt berekend p er burgerlijk ja a r. Zij o m v a t : 1° de w aarde v a n d e dierlijke p ro d u k te n : vlees, zuivelprod u k te n , wol, enz., 2° d e w aarde v an de w ijzigingen in de veestapel.
» D e sc h a ttin g v a n de to ta le opb ren g st v a n elk gewas ste m t overeen m et h e t p ro d u k t v a n h e t rendem ent p er eenheid (u itg e d ru k t in 1 0 0 kg p er h ectare), v er m enigvuldigd m e t de teelto p p erv lak te; zij w ordt opgesteld p e r o o g stjaar (4). »
« W at de dierlijke p ro d u k te n b e tre ft zijn de voor de hoeveelheden in aan m erking genom en prijzen to t in 1952 de gewogen gem iddelden v a n d e prijzen v an de officiële m ark t; v a n a f 1953 zijn deze prijzen gewogen m et d e w aarde v a n de v erkochte hoeveel heden. Voor de vleesproduktie zijn d e hoeveelheden opgetekend volgens de sta tistie k e n van de slachtingen. Men tr e k t h ierv an af, d e hoeveelheden m et b etrekking to t de ingevoerde dieren (m et u itslu itin g v a n d e invoer v a n vark en s en schapen).
» » » » » » » » »
D a a r de getelde o p p erv lak ten evenw el slechts de explo itaties v an 1 h a en m eer behelzen voegt m en h ier bij deze v an de in 1950 getelde te e lte n in de exploitaties v an m inder d a n 1 ha. D it cijfer, verm enigvuldigd m et de re n d e m e n tsch attin g en , vertegenw oordigt de to tale produktie.
T a b e l 5 : W a a r d e r a m i n g v a n d e la n d - e n t u i n b o u w p r o d u k tie in B e lg ië
» D e hoeveelheden betreffende h e t gevogelte : de » eier- en w olproduktie zijn h e t re s u lta a t v a n een » ram ing.
Deze ta b e l o m v a t vier delen : h e t eerste heeft b e tre k king op de gezam enlijke w aarde v a n de land- en tuinbouw produktie, h e t tw eede op de prijsindexcijfers, opgesteld op basis van d e ja re n 1951-1952, van de p lan taard ig e, dierlijke en lan d b o u w p ro d u k tie, h e t derde geeft de gezam enlijke w aarde in m iljoenen franken v an 1951-1952, h e t vierde deel v e rto o n t de indexcijfers v an de w aarde in fran k en v a n 1951-1952.
» » » » » » »
» De evolutie v an de v eestapel w o rd t berekend door h e t verschil te m aken tu ssen d e veestapels opgetekend te r gelegenheid van tw ee opeenvolgende jaarlijk se tellingen. D e jaa rlijk se w aarde v an deze wijziging w o rd t berekend door d e num erieke toenem ing of verm indering v a n de v eestapel te verm enigvuldigen m et de eenheidsprijzen die m e t elke d ierso o rt over eenkom en (4). «
H ie rn a v in d t m en enkele m ethodologische a a n d u i dingen in v e rb a n d m et d e verschillende onderdelen van de ta b e l :
c) Gezamenlijke waarde van de tuinbouwproduktie. V an 1950 to t en m et 1952 is de berekeningsm ethode dezelfde als voor de p la n ta ard ig e p ro d u k ten .
1° G e z a m e n l i j k e w a a k d e : « D e (gezam enlijke) w aarde v a n de landbouw - en » tu in b o u w p ro d u k tie is berekend op basis v a n de » b ru to p ro d u k tie.
S edert 1953 g eb ru ik t m en d e gewogen gem iddelde verkoopprijzen op de veilingen; d e hoeveelheden o m v a tte n , elk ja a r, h e t verschil tu ssen de invoer en de uitvoer.
(3) Zie Information» Statistiques 1962, n° 2, p. 162 (Office Statistique des Communautés Européennes). (4) Zie in dit verband het Statistisch Jaarboek voor België, boekdeel 81, jaar 1960, biz. XIX en XX.
—
(6) Zie Landbouwtijdschrift, mei 1953, blz. 651. 3 7
—
2°
H
et
v an de ta b e l voorkom en w erden om gezet in indexcijfers v a n h e t pro d u ctiev o lu m e door als basis te nem en h e t ja a rlijk s gem iddelde v a n de w aarde v a n de p ro d u k tie tijd en s de ja re n 1951 en 1952.
p r ij s in d e x c ij f e r
D e k en m erk en v an d it indexcijfer w orden besproken in h o o fd stu k V II : « P rijzen en prijsin dexcijfers », zie blz. 88. 3°
W aarde
in
m il jo e n e n
fr a n k en
van
1951-1952 T abel 6 s to ffe n
D e gezam enlijke w aard en die voorkom en in elk v an d e kolom m en v a n h e t eerste deel v a n de ta b e l w erden om gezet in w aard en tegen c o n stan te p rijzen door ze te delen d oor d e indexcijfers gebaseerd op d e prijzen in 1951 en 1952.
d er
w aarde
in
frank en
van
c h e m is c h e
m e s t
« D e gegevens o m v a tte n de cam pagne g aande van » 1 juli to t 30 ju n i v a n volgend ja a r, m e t uitzondering » v a n d e fosfaatm eststofFen w aarvoor zij beg in t op » 1 m ei en eindigt op 30 ap ril (6). »
T en aanzien v a n de tu in b o u w p ro d u k tie, w aarvoor geen p rijsindexcijfers b e sta a n , h eeft m en evenw el de gezam enlijke w aarde gedeeld door de prijsindexcijfers v a n de p la n ta a rd ig e p ro d u k tie. 4 ° I n d e x c ij f e r
: A a n w e n d in g
D e hoeveelheden stikstof-, fosfaat- en potasm eststoffen w erden respectievelijk u itg e d ru k t in hoeveel heden zuivere stik sto f, fosfooranhydride en potas.
van
1951-1952 (6 ) Z ie in d it v e rb a n d : Statistisch Jaarboek van België, b o ek d e el 81, ja a r 1000, b lz . 193.
D e w aard en tegen co n sta n te p rijzen d ie in h e t 2e deel
B. — Z E E V I S S E R I J
Bbon
Zeevisserijdienet te Oostende.
B ib lio g ra fie :
Statistisch Jaarboek voor België. Landbouwtijdschrift. Statistisch Bulletin uitgegeven door het N .I.S . Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N .B .B . Annuaire Statistique des Nations Unies.
kom en elke m aan d voor in h e t tijd sc h rift v a n h e t N .I.S .; elk k w a rta a l zijn zij h e t voorw erp v a n een volledigere indeling, o. m . p er ontschepingshaven.
H e t N .I.S . p u b liceert regelm atig de sta tistie k e n in v erb an d m e t d e B elgische zeevisserij die verzam eld w orden d oor de d ie n st voor de Zeevisserij te O ostende, in sam enw erking m e t d e m ijn en v a n de k u sth av en s.
I n h e t Statistisch Jaarboek voor België v in d t m en an d ere ja arlijk se sta tistie k e n in verb an d m et de sam en stelling en de a c tiv ite it v a n de B elgische vissersvloot.
D e ta b e lle n 7 en 8 v a n d it h o o fd stu k hebben b e tre k king op de in d e Belgische h av en s o n tscheepte vis. T abel 7 geeft algem ene aan d u id in g en a an g aan d e de hoeveelheden en de w aard en v an de vis. I n ta b e l 8 v in d t men m eer g ed etailleerde in lichtingen over de hoeveelheden v a n de v o o rn aam ste vissoorten. D e cijfers
gepubliceerde tabellen
L andbouw tellingen gehouden op 1 ja n u a ri v a n de ja re n 1951 to t 1961
N'
1
D e in ta b e l 7 g e b ru ik te benam ing « P elagische vis » heeft betrek k in g op d e zeevis, die doorgaans in groepen (scholen) en op gem iddelde d ie p te leeft.
GEPUBLICEERDE TABELLEN
Nr
Blz.
W aarderam ing v a n de landbouw en tu in b o u w p ro d u k tie ..................
5
56
A anw ending v a n chem ische m e st stoffen ...............................................
6
56
7
57
8
57
Blz.
53
B eteeld a reaal volgens de tellingen op 15 m e i ........................................
2
54
Telling v a n de veeteelt p er 15 mei
3
54
H oeveelheid en w aarde v a n de vis aangevoerd in de verschillende Belgische visserij h a v e n s ..............
R am ing van de p lan taard ig e landb o u w p ro d u k tie ...............................
4
55
V oornaam ste vissoorten aang e voerd in d e Belgische h a v e n s . . . 38
—
IV .
—
N ijv e rh e id
A. — A L G E M E E N opgetekende gegevens hebben inzonderheid betrek k in g op h e t personeel, h e t a a n ta l w erkuren, de om vang v a n de bedrijvigheid (m aandelijkse p ro d u k tie), de verkopen o f leveringen, de voorraden.
I n le id in g
De v o o rn aam ste sta tistie k e n v a n de industriële p ro d u k tie die in België gepubliceerd w orden, k u n n en in tw ee grote categorieën w orden ingedeeld : 1° De zogenaamde jaarlijkse produktiestatistieken. — Deze gedetailleerde sta tistie k e n w orden opgem aakt krach ten s h e t k o n in k lijk b esluit v a n 24 m ei 1954 (1) d a t de b esluiten betreffende de jaarlijk se sta tistiek e n van de industriële p ro d u k tie coördineert en w ijzigt. D it koninklijk b eslu it legt a a n h e t N atio n aal I n s titu u t voor de S ta tistie k de verp lich tin g op elk ja a r en voor de eerste m aal op 31 decem ber 1953 een s ta tistie k p er einde ja a r op te m ak en v a n de in d u striële p ro d u k tie in de voo rn aam ste n ijv erh eid stak k en . Deze sta tistie k e n w or den o p g em aak t a a n de h a n d v a n in lichtingen die m oeten v e rstre k t w orden door de bedrijfsleiders v a n bedoelde ind u strieën die, in de m a a n d o k to b er v a n h e t ja a r w aarop de s ta tistie k b etrek k in g heeft, m instens v ijf arbeiders tew erkstelden. D a t b esluit w erd aangevuld door d it v a n 1 decem ber 1954 (2), m e t b etrekking to t de ijzer- en staaln ijv erh eid en de nijv erh eid d er nonferrom etalen. V oor laatstg en o em d e sla a t ze alleen op de instellingen die m instens tw in tig arbeiders tew e rk stelden op gelijk welke d ag v a n de m a a n d o k to b er v a n h et ja a r w aarop de s ta tistie k b etrek k in g heeft.
T a b e l 1 : A lg e m e n e r e s u l t a t e n v a n d e j a a r lijk s e p r o d u k tie s ta tis tie k e n B ro n :
Nationaal Instituut voor de Statistiek.
B ib lio g ra fie :
Belgisch Staatsblad. Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Tijdschrift van het N .I.S.
H e t b e tre ft hier de v o o rnaam ste re su lta te n v a n de jaarlijk se statistiek en , p ro d u k tie sta tistie k e n genaam d die door h e t N .I.S . opgesteld w orden. D e uitleg v a n de verschillende gepubliceerde in lich tin g en is ontleend a a n h e t deel « B epalingen en statistisch e m ethodes » v a n h e t Statistisch Jaarboek voor België, boekdeel 81, 1960, blz. X X I to t X X II. T abel 1 die de gezam enlijke jaarcijfers per nijverheid p ubliceert volgens door d e bedrijfsleiders v erstre k te inlichtingen, o m v a t : 1° het aantal arbeiders : h e t b e tre ft de arbeiders inge schreven op de b e ta a lsta te n p e r 1 o k to b er voor de ja re n 1953 en 1954 en per 15 o k to b er voor de ja re n 1955 to t 1960. W orden als arbeiders beschouw d, zij die a a n de sociale verzekering voor arbeiders onderw orpen zijn;
D e ingew onnen inlichtingen h eb b en b etrekking op h e t personeel, de v e rb ru ik te grondstoffen, de gefabri ceerde o f afgew erkte p ro d u k te n en de leveringen en voo rrad en er v a n evenals v a n de p ro d u k te n in fab ri cage o f constructie, de investeringen, enz.
2 ° het bedrag van de lonen en wedden : h e t zijn de onbegrensde bedragen v a n de bru to lo n en en -w edden (inclusief de commissielonen) die door de w erkgever voor h e t b o ek jaar bij de R ijk sd ien st voor M aatschappelijke Zekerheid aangegeven w erden. D eze bezoldigingen o m v a tte n de voordelen in n a tu ra die a a n d it organism e w erden aangegeven. D e door de w erknem ers gedragen sociale en fiscale la sten zijn er d u s n ie t v a n afgetrokken;
D e bijzonderheden v a n deze sta tistie k e n kom en voor in de Statistische Tijdschriften v a n h e t N .I.S . H e t Statistisch Jaarboek voor België p u b liceert de algem ene re su lta te n die voorkom en in ta b e l n r 1 v a n onderhavig hoofdstuk.
3 ° de andere 'personeelsuitgaven : deze p o st o m v a t :
2° De m aand- of kwartaalstatistieken of de zogenaamde statistieken van de industriële bedrijvigheid', ze m oeten dienen om vlug in lich tin g en te v erstrek k en. Deze m eer b e k n o p te sta tistie k e n w orden hoofdzakelijk door h e t N .I.S . o p g em aak t w aaraan evenwel de B esturen (van h e t M ijnwezen, v a n de D ouanen en A ccijnzen, enz.) en zekere beróepsorganism en (bijv. F abrim étal) h u n m edew erking verlenen.
a) h e t bedrag v a n de bijd rag en a a n de M aatschappe lijke Z ekerheid te n laste v a n de w erkgever; b) h e t bedrag v an de verzekeringsprem ies teg en beroepsziekten en w erkongevallen; c) h e t bedrag v a n de andere sociale laste n en v a n de bijkom ende bezoldigingen, bijv. : — h e t a a n de bedienden w ettelij k verschuldigd vakantiegeld boven h u n norm ale w edde (dubbel vakantiegeld); — de door de w erkgever verleende voordelen : 13e m aan d , bepaalde deelnem ingen in de w insten, beloningen voor som m ige verdienstelijke a rb e i ders, w erkgeversbijdragen voor groepsverzeke ringen die a a n de arbeiders een bijkom end p e n
D eze b ed rijv ig h eid statistiek en w orden o p gem aakt k rac h te n s de besluitw et v a n 31 ja n u a ri 1945 (3); m inis teriële b esluiten die op de m eeste in d u striële sectoren, b etrek k in g hebben, regelen de u itv o erin g ervan. D e (1) Belgisch Staatsblad v a n 13 a u g u s tu s 1954. (2) Belgisch Staatsblad v a n 24 d ec em b er 1954. (3 ) Belgisch Staatsblad v a n 3 fe b ru a ri 1945.
—
3 9
—
sioen m oeten verzekeren, bedrag v a n n ie t bij de w et opgelegde pensioenen en die door de w erk gever b e ta a ld w orden in d ien deze geen bijdragen sto rt, enz.; — de vergoedingen verschuldigd in geval v a n con tra c tb re u k ; — de a a n de R.M .Z. n ie t aangegeven voordelen in n a tu ra , inclusief de u itg av en voor de w erking van ziekenzalen, dispensaria, k an tin es, enz., voor zover deze w erkingsuitgaven n ie t door de w et opgelegd zijn;
— de m akelaarslonen, de com m issielonen (b etaald aan personen die n ie t to t h e t personeel v a n de getelde bedrijven behoren), de verplichtingen voor de ex p lo itatie v a n brev etten ; — de los v a n de aan k o o p factu ren gefactureerde v e r voerkosten. 6 ° de waarde van de leveringen : h e t is de w aarde a f fabriek incl. die v a n de verpakkingen (indien deze n iet m oeten teruggezonden worden) en v a n de k o sten v an vervoer uitgevoerd door de getelde b ed rijv en indien deze ko sten in de verkoopprijs begrepen zijn.
4° de gezamenlijke waarde van de verbruikte grond stoffen en produkten : h e t b e tre ft d e w aarde v a n de grondstoffen en p ro d u k te n die w erkelijk door de getelde bed rijv en v e rb ru ik t w erden o ngeacht o f zij tijd en s h e t bo ek jaar o f voorheen aan g ek o ch t werden.
H e t bedrag v a n de ta k se n op d e v erkopen is er niet in begrepen. D e cijfers o m v a tte n eventueel : . — de w aarde v a n de p ro d u k te n die a a n een andere afdeling v an de getelde bed rijv en a fg estaan w erden; — de w aarde v a n h e t eigen v erb ru ik v a n afgew erkte p ro d u k te n die in de instellingen gefabriceerd worden; — h e t bedrag d a t doór de getelde bed rijv en aan g ere ken d w erd voor a a n d erden bew ezen diensten; — de w aarde v a n de constructies die voor h e t eigen gebruik v a n de bed rijv en door h u n eigen w erk k ra c h te n en b u iten h u n c o u ran te bedrijvigheid vol to oid werden;
D eze w aarde is gelijk a a n de boekw aarde v a n de voorrad en op 1 ja n u a ri m in de boekw aarde v a n de voo rrad en op 31 decem ber, plus de w aarde v an de a a n kopen teg en de p rijs geleverd a a n h e t b ed rijf (incl. alle re c h te n en tak sen , de verzekering en de gefactureerde verpakkingen; excl. de k o sten v a n h e t vervoer d a t door de instellingen zelf verzekerd w ordt); 5° de diverse uitgaven : deze p o st o m v at de volgende u itg av en : — h e t bed rag d a t a a n getelde b ed rijv en aangerekend w o rd t voor h e t onderh o u d en de herstelling v an gebouw en, m achines en vervoerm iddelen; — h e t bedrag d a t a a n de getelde b ed rijv en aangerekend w o rd t wegens h e t voor h u n rekening uitgevoerde loonw erk; :— de v erp laatsin g sk o sten v a n h e t personeel (de b ed ra gen die door de instelling b e ta a ld w orden voor h e t vervoer v a n h e t personeel v a n de woon- n a a r de w erkplaats); — de reis-, verblijf- en recep tiek o sten in v erb an d m et de zaak; — de prem ies voor verzekering teg en b ran d , diefstal v a n a u to ’s en teg en de schade o n ts ta a n door autoongevallen; — de d rukw erken, de bureelbenodigdheden, de ab o n n e m en ten op tijd sc h rifte n en dagbladen; — de publiciteit; ' — de post-, telegraaf- en telefoonkosten; — de k o sten v a n juridische en boekhoudkundige d ien ste n verleend door derden;
B.
7° het verschil tussen de waarde van de voorraden : ver schil tu ssen de boekw aarde op 1 ja n u a ri en op 31 decem ber v a n de v o orraden afgew erkte p ro d u k te n en p ro d u k te n in fabricage. H e t tek en ( + ) w ijst op een w aardeverhoging, h e t te k e n (— ) op een -verlaging; 8 ° de verhoging van het geïnvesteerd kapitaal : deze ru b riek o m v a t de bedragen die tijd e n s h e t b o ek jaar b e taa ld w erden of eventueel op h e t einde v a n d it ja a r nog verschuldigd zijn voor de aankoop, de constructie, de verbouw ing en de v erb eterin g v a n investeringsgoederen (gebouwen, burgerlijke bouw w erken, m a te rieel, bebouw de en niet-bebouw de terreinen);
9° de verm indering van het geïnvesteerd kapitaal : h e t is de verm indering v a n de investéringsgoederén tè n gevolge v a n verkoop, a fb ra a k of vernieling; 10 ° de waarde van de delgingen : h e t zijn de délgingen op de gebouw en en h e t m aterieel voorgesteld o f voor te stellen a a n h e t B estu u r v a n de D irecte B elastingen.
I N D E X C I J F E R S V A N D E N IJ V E R H E I D S P R O D U K T IE B ro n n e n : B ib lio g ra fie :
.
Ministerie van Economische Zaken. Institut de Recherches Economiques et Sociales de Louvain. Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Tijdschrift van het N .I.S . Bulletin de VI.R.E.S. Service mensuel de conjoncture de ri.R .E .S . Industrie , Revue de la Fédération des Industries beiges. Annuaire Statistique ( O.V.N .). Bulletin mensuel de Statistique (O.V.N .). Bulletins statistiques : statistiques générales (O.E.E.S.).
T a b e l 2 : A lg e m e e n in d e x c ijf e r v a n h e t N a tio n a a l I n s t i t u u t v o o r d e S t a ti s t i e k (M inisterie v a n Econom ische Zaken)
B asis : H e t indexcijfer Van de ind u striële bed rijv ig heid gepubliceerd voor elk v a n de ja re n 1950, 1951 en 1952 w erd o p g em aak t op basis v a n h e t ja a r 1938 en om gezet in een indexcijfer op basis v a n h e t ja a r 1953. V an 1953 af, w o rd t h e t indexcijfer berekend op basis v a n h e t ja a r 1953 = 100; h e t werd v a n 1955 a f herzien.
H e t algem een indexcijfer v a n de in d ustriële b ed rij vigheid, sinds 1955 gen aam d : « algem een indexcijfer v a n de n ijv erh eid sp ro d u k tie », is h e t voorw erp v a n ta b e l 2. 40
—
W ijz e v a n b e r e k e n in g
:
van 1950 tot 1952 : h e t algem ene indexcijfer v a n de indexcijfers v a n de n ijv erh eid sp ro d u k tie verteg en w oordigt h e t gewogen rekenkundig gem iddelde v a n de pro d u k tien iv eau s v a n a c h t ind u striesecto ren : stee n kolen, ijzer- en staaln ijv erh eid , non-ferrom etalen, m e taalv erw erk en d e nijverh eid , glas, te x tie l, leder en papier. D e weging b e ru st op h e t personeel d a t door deze in d u s trie ë n voor de la a tste oorlog tew erkgesteld werd;
Industriële sectoren
Brouwerijen................................ Plantaardige en dierlijke oliën. . Margarine .................................. Stikstofmeststoffen ................... Steenkooldistillatie.....................
in 1953 en 1954 : h e t g a a t om een b ru to algem een in d ex cijfer v an de in d u striële bedrijvigheid, d.w .z. d a t n iet voor de ongelijke lengte v a n de m aan d en noch voor de seizoenschom m elingen gecorrigeerd w erd. D e eenvou dige indexcijfers w orden bekom en door de verhouding v a n de p ro d u k tie v a n de beschouw de m aan d to t h et m aan d elijk s gem iddelde v a n de p ro d u k tie in 1953 m et 100 te verm enigvuldigen. V oor bepaalde sectoren zoals de m etaalv erw erk en d e n ijv erh eid en de confectie w ordt h e t indexcijfer evenw el o p g em aak t m e t behulp v a n h et a a n ta l arbeidersuren. H e t indexcijfer v an elke b ed rijfstak zoals de steengroeven, de kalkovens, de kalk steen en d eriv aten , de spinnerijen enz., in groepen onderverdeeld, vertegenw oordigt een gewogen re k en kundig gem iddelde v a n de eenvoudige indexcijfers. De wegingscoëfficiënten sta a n in verhouding to t h e t gem id deld a a n ta l arbeiders die in 1953 in de beschouw de groepen tew erkgesteld w aren;
Papier en k a rto n ....................... Spinnerijen ................................ Breigoëdartikelen ..................... 'Weverijen .................................. Confectie...................................... Schoenen .................................... Pantoffels .................................. Elektriciteit................................ Petroleumraffinaderijen............. Aardewerk .'................................ Glasnij verheid............................ Cement........................................ IJzer- en staalnij verh eid......... Non-ferrometalen....................... Metaalverwerkende nijverheid . Diversen ....................................
Indexcijfer van de industriële bedrijvigheid
Indexcijfer van de nijverheids produktie (herzien)
3,9 0,4 1,4 0,3
4,2 0,4 1,4 0,4
0,2 0,8 0,1 0,2
0 ,2 0,8 0,1 0,2
3,4 0,7 9,3 3,0 8,5 7,0
3,5 0,7 8,8 2,8 8,1 6,6 2,2
2,6
0,3 2,3 0,9 0,4
0,3 2,4
1,8 2,8 0,8 8,8 2,8
1,8 2,8 0,8
1,0
0,3
2,8
9,0 3,0 33,0 3,1
100,0
100,0
32,5
III. — Algemeen indexcijfer . . .
100,0
1 0 0 ,0
sedert 1955 : zelfde m eth o d e v a n berekening als de vorige, m e t evenw el, volgende essentiële w ijzigingen : T a b e l 3 : I n d e x c ijf e r s b e d r ijf s s e c to r
— de weginscoëfficiënten v a n de gedeeltelijke in d ex , cijfers s ta a n v o o rta a n in v erhouding to t h e t a a n ta l w erkuren v a n de arbeiders die in 1953 in de verschil lende sectoren geteld werden; — de indexcijfers betreffende de m etaalverw erkende nijv erh eid w orden v o o rta a n o p g em aak t door m iddel v a n de cijfers v a n de verzendingen (hoeveelheid en w aarden) in p la a ts v a n de w erkuren v a n de arb ei ders. Men v e rk rijg t de algem ene indexcijfers door h e t eenvoudig rekenk u n d ig gem iddelde te m aken v a n de gedeeltelijke indexcijfers v an de verzonden to n n e n m a te n en v a n de overeenstem m ende in d ex cijfers berekend voor de w aarde v a n de verzendingen.
Industriële sectoren
I. — Extractiebedrijven ........... Steenkolen.................................. Steengroeven.............................. Kalk, kalksteen en derivaten . . .
II. — Fabrieksnijverheid......... Confituur en aanverwante pro d u k te n .................................... Maalderijen ............................. Suiker..........................................
3,4 100,0
100,0
6,2
H e t algem ene indexcijfer v a n de nijv erheidspro du k tie berekend door h e t I.R .E .S . k o m t in ta b e l 4 voor. Basis : De indexcijfers v a n 1950 to t 1953 werden berekend op basis v a n de ja re n 1936 to t 1938 = 100; deze indexcijfers w erden vervolgens teru g g eb rach t in basisjaar 1953.
76,7
78,5 0,2 0,8 1,0
T a b e l 4 : A lg e m e e n in d e x c ijfe r v a n h e t « I n s t i t u t d e R e c h e r c h e s E c o n o m iq u e s e t S o c ia le s » (Leu vense U niversiteit)
23,3 91,4 5,5 3,1
per
Voor deze indexcijfers dienen geen andere opm er kingen gem aak t inzake de keuze v a n h u n basis o f hu n berekeningsw ijze als die welke voor ta b e l 2 geform u leerd werden.
Indexcijfer van de nijverheids produktie (herzien)
21,5 90,4
p r o d u k tie
De indexcijfers v an de gezam enlijke ex tra c tie b ed rij ven, v a n de gezam enlijke fab rieksnijverheid en h et algem ene indexcijfer v a n de industriële bedrijvigheid vloeien vo ort u it een gewogen rekenkundig gem iddelde v an de verschillende gedeeltelijke indexcijfers. De bouw en de vervoerbedrijven zijn n iet in deze indexcijfers opgenomen.
100
Indexcijfer van de industriële bedrijvigheid
de
Deze ta b e l verm eldt voor de ja re n 1954 to t 1960 de m aandelijkse gem iddelden v a n de herziene indexcijfers v a n de n ijverh eidsproduktie v an h e t N .I.S . : algem een indexcijfer en indexcijfers per bedrijfssector.
W egingscoëfficiënten van h et herziene in dexcijfer van de n ijverh eidsp rod uk tie op gem aakt door het N a t i o naal In stitu u t voor de S tatistiek
1953 =
van
0,2 0,8 1,1
De indexcijfers van 1954 to t 1960 zijn rechtstreek s opg em aak t op basis van h e t ja a r 1953. —
4 1
—
Toepassingsgebied, : H e t indexcijfer d e k t de gezam enlijke p ro d u k te n w aarv an m en elke m a a n d o f elk k w a rta a l d e g efabri ceerde fysische hoeveelheden k en t. I n w erkelijkheid w orden al d e v o o rn aam ste p ro d u k te n in aan m erk in g genom en, m e t uitzo n d erin g v a n die v a n bepaalde bedrijven, d ie naarg elan g d e ta k k e n , m inder d a n 10 o f m inder d a n 5 w erklieden tew erkstellen. V an d e confectie-, hout- en m eubelnijverheid, v an d e cem entp ro d u k ten zijn geen p ro d u k tiecijfers bekend.
H e t I.R .E .S . groepeerde de produktie-indexcijfers volgens de bestem m ing v a n de p ro d u k te n . D eze in d ex cijfers kom en voor in ta b e l 5. H iern a volgen enkele aanduidingen o m tre n t de sam enstelling v a n de v e r schillende rub riek en v a n deze tabel.
W ijze van berekening : H e t algem een in dexcijfer is een gewogen rekenkundig gem iddelde v a n indexcijfers v an 8 econom ische sectoren zelf onderverdeeld in 43 groepen en ondergroepen. H e t geheel o m v a t 131 p ro d u k te n o f hoeveelheden v an p ro d u k ten .
D e ru b riek « G rondstoffen » (toegevoegde w aarde : F 30.330 m iljoen) o m v at : de ijzer- en staaln ijv erh eid , d e non-ferrom etalen, de h alffabrikaten v a n d e m e ta a l verw erkende n ijverheid, de textielgrondstoffen en -garens, de chem ische h alffab rik aten , h e t in p ak p ap ie r en h e t k a rto n , h e t leder en de bouw m aterialen.
D e w egingscoëfflciënten stem m en overeen m e t de w aard en d ie in 1953 door d e p ro d u k ties v a n d e verschil lende industriesectoren toegevoegd werd.
D e ru b rie k v an de « Investeringsgoederen » (toege voegde w aarde : F 23.760 m iljoen) te lt d e p ro d u k ten v a n de m etaalverw erkende n ijv erh eid zonder de halffabrikaten.
(*) H ier de ta b e l v a n de toegevoegde w aarden die de indexcijfers wegen :
(tientallen miljoenen franken)
W eging in pet. v an h et to ta a l
2.0 1 3 1.035
20,27 10,42
B randstoffen en e n e r g ie ............. IJ z e r- en staaln ij v e r h e i d ........... N on-ferrom etalen ........................ M etaalverw erkende nijv erh eid . Chem ische n ijv erh eid ................ B o u w m a te ria le n ............................. T e x tie l............................................... V o e d in g sb e d rijv e n ........................ D iverse b e d r i j v e n ........................
210
2 ,1 2
2 .7 1 0 580 575 1.408 766 633
27 ,3 0 5 ,8 4 5 ,7 9 14,18 7,71 6,3 7
Sam en . . .
9 .9 3 0
100,00
T abel 4 v erm eld t d e b ru to-indexcijfers die h e t m eest g e b ru ik t w orden.
T a b e l 5 : I n d e x c ijf e r s v a n d e n ijv e r h e id s p r o d u k tie v o lg e n s d e b e s te m m in g
D e indexcijfers w orden berekend op basis hetzij van geproduceerde o f geleverde fysische hoeveelheden, hetzij v an de g eb ru ik te grondstoffen, h etzij te n slo tte op basis v a n h e t a a n ta l arbeidersuren.
B ijge voegde w aarde
H e t algem ene indexcijfer en de v o o rn aam ste groepen w orden do o r h e t I.R .E .S . in onbew erkte vorm en n a uitschakeling v an de seizoenschom m elingen gepubliceerd.
D e weefsels, d e breigoederen, de schoenen en p a n toffels, de ru b b e r en a a n h e t lic h t gevoelige p ro d u k te n w erden anderzijds als halfd u u rzam e verbruiksgoederen beschouw d (toegevoegde w aarde : F 10.690 m iljoen). Bij de « B ederfelijke verbruiksgoederen » (toegevoegde w aarde : F 10.270 m iljoen) groepeerde m en h e t witpapier, h e t v erw erk t p apier, d e voedingsm iddelen, de ta b a k , de lucifers, de zeep en w asm iddelen. De ru b riek « B randstoffen en energie » (toegevoegde w aarde : F 20.130 m iljoen) te n slo tte b e s ta a t u it de volgende p ro d u k te n : steenkolen en aan v erw an te p ro d u k ten (cokes, steen k o len b rik etten , gevaloriseerd m ijngas), gas, e le k tric ite it on petro leu m p ro d u k ten .
(*) Bulletin van het I.R .E .S. v a n 2 n o v em b er 1961, blz. 711.
E r d ie n t nog op gewezen d a t de bijzondere in d ex cijfers v e rb e te rd w erden om rekening te h o uden m e t h et ongelijk a a n ta l w erkdagen v a n d e m aand. D e typem aan d en o m v a tte n een a a n ta l dag en gelijk a a n h e t tw aalfd e deel v a n h e t th eo retisch a a n ta l w erkdagen v an h e t ja a r, d. i. 303 t o t 305 dag en voor d e in d u s trie ë n m et z o n d ag ru st en 365 o f 366 d agen voor de in d u s trieën die zonder o n derbreking w erken.
T a b e l 6 : I n d e x c ijf e r s v a n d e n ijv e r h e id s p r o d u k tie v o lg e n s g o e d e r e n g r o e p e n D e ta b e l v e rto o n t de indeling p er n ijv erh eid v a n h e t indexcijfer v a n de nijv erh eid sp ro d u k tie v a n h e t I.R .E .S .
D e produ k tie-in d ex cijfers v a n p ro d u k te n m et een lange p ro d u k tiep erio d e w erden bij d e groepsindexcijfers opgenom en in de vorm v a n een glijd en d gem iddelde over d rie m aan d en (gecentreerd op de la a ts te m aan d ). D e driem aan d elijk se gegevens w orden ingedeeld voor één d erd e p e r m aand. —
V oor m eer details over de wijze w aarop elke reeks indexcijfers v a n ta b e l 6 opgesteld w erd, raadplege m en de p u b lik atie D éfinitions et méthodes statistiques, « C entre de R echerches Econom iques » v a n de L euvense U niversiteit. 4 2
—
C.
I.
—
E N E R G IE
M et betrekking to t de elektrische energie w o rd t h et gem iddelde ren d em en t v a n h e t th erm isch p roduktiea p p a ra a t gekenm erkt door h et specifieke v erbruik, d.w .z. door h e t a a n ta l kcal nodig voor de p ro d u k tie van één k W h op de rails v a n de centrale. D it specifiek v e r bru ik d a a lt trouw ens snel. H e t gem iddeld specifieke verb ru ik voor d e particuliere bed rijv en die elektrische energie v o o rtb rengen en verdelen en aangesloten zijn bij de Vereniging der E lek triciteitsb e d rijv en in België viel in d erd aad v a n 4.160 kcal in 1951 op 2.920 kcal in 1960.
E n e r g ie b a la n s
T abel 7
: G lo b a le b a la n s
B ro n n en :
Annalen der M ijnen van België die m a r de volgende documen tatiebronnen verwijzen : Ministerie van Economische Zaken. — Bedrijfsfederatie der Voortbrengers en Verdelers van Elektriciteit in België. Bulletin du Service d ’Etudes économiques de Vindustrie charbonnière. Statistisch Jaarboek voor België. Vereniging der Elektriciteitsbedrijven in België.
B ib lio g ra fie :
Verslagen van de Bedrij/sfederatie der Voortbrengers en Verdelers van Elektriciteit in België. Energiebalansen — jaren 1948 tot 1963. Verslag van het Verbond der Gamijverheid. Hevue générale du gaz (vovember-deccmber 1952) : Studie van M . O. Leburton. Statistisch Tijdschnft van het N .I.S . (april 1954). Votre électricité.
Men m ag dus geen directe vergelijking m aken tussen de energiehoeveelheden v e rv a t in de brandstoffen en de elektrische energie u itg e d ru k t in kcal b u ite n de gevallen w aarin de elektrische energie als w arm te geb ru ik t w ordt. W anneer m en evenw el h e t aanw endingsrendem en t en h e t « n u ttig effect », u itg e d ru k t in k W h v a n de verschillende energievorm en beschouw t, k a n m en de gew enste vergelijking m aken.
D e D irectie v a n de E lek trisch e E nergie v a n h et M inisterie v a n E conom ische Z aken (A d m inistratie v an de N ijverheid) h e e ft sed ert 1948 een energiebalans van België opgesteld.
H e t aanw endingsrendem ent w o rd t als volgt bepaald : re su lta a t v a n de deling v a n de n u ttig e energie nodig om een d ienst te verzekeren o f een p ro d u k t te fa b ri ceren, door de aangew ende energie.
D e verzam elde sta tistisc h e gegevens la te n een alge m een o v erzicht to e v a n alle in België beschikbare en geb ru ik te energiebronnen. D e hiern a volgende co m m en taar is o ntleend a a n h et artik e l v a n M. G .-H . M archai : « B ilan énergétique d e la Belgique — année 1950 » gepubliceerd in h e t num m er v a n n o vem ber 1952 v a n de A n n a len der M ijnen.
H e t « n u ttig effect » in de verschillende sectoren is h e t energieverbruik (u itg ed ru k t in kW h) v a n d rijfk ra c h t o f verw arm in g sap p araten m et een perfect ren d em en t die dezelfde dien sten zouden bew ijzen als de a p p a ra te n welke in w erkelijkheid g eb ru ik t w orden. H e t n u ttig effect voor h e t gebruik v a n de diverse energievorm en s te m t overeen m et h et p ro d u k t v a n de verm enigvul diging v a n de v erb ru ik te hoeveelheden m e t de over eenstem m ende w aarde v a n h e t aanw endingsrendem ent. Schom m elen laatsgenoem de tu ssen bepaalde grenzen d a n w o rd t h e t rekenkundig gem iddelde tu ssen deze grenzen als basis v a n de berekening genom en.
D e gepubliceerde ta b e l k o m t u it h e t Statistisch J a a r boek voor België, boekdeel 81, 1960, en w erd b ep erk t to t de voorn aam ste b ro n n en en aanw endingen. M en m a a k t een onderscheid tu sse n de p rim aire en de secondaire energie.
» » » » »
« D e 'primaire energievormen zijn de verschillende vo rm en w aarin de energiebronnen a a n v an k elijk voor kom en, en die d ien en hetzij voor d irect v erbruik hetzij voor verw erking to t andere energievorm en. D a a rto e b ehoren de steenkolen, de ruw e brandstoffen, h e t n a tu u rlijk gas, h e t h o u t en d e h y draulische energie.
» » » » »
» D e secondaire energievormen o n ts ta a n u it de v aste en vloeibare bran d sto ffen v a n de prim aire energie. Zij b e sta a n in zonderheid u it agglom eraten, bruinkool b rik e tte n , geraffineerde vloeibare brandstoffen, vloei b a arg em aak te petroleum gassen, cokes, gas, en therm isch-elektrische energie.
» » » »
» D e tra n sfo rm a tie v a n deze verschillende energie vorm en in w arm teëenheden g eb eu rt door d e toepassing v a n de gem iddelde w aard en v a n de hoogste verw ar m ingsverm ogens v a n d e verschillende b randstoffen teg en ab so lu te w aard e (in eigen eenheden). » (4)
H e t verw arm ingsverm ogen v a n h o u t is h e t re su lta a t v a n h e t rekenkundig gem iddelde v a n de verw arm ingsverm ogens v an de verschillende h o u tso o rten die door gaans als b ra n d h o u t aangew end w orden. D e verm elde w aarde geeft de orde v a n g ro o tte aan voor droog h o u t d a t slechts 5 to t 7 pet. v o ch t b evat. Volgende ta b e l v erm eld t de gem iddelde w aarden van de aangew ende hoogste verw arm ingsverm ogens.
Waarde
Eenheid
Steenkolen (algemene gemiddelde) . . . . Steenkolen, elektrische centrales (veran-
7.000
kcal /kg
Steenkolen, cokesfabrieken, gasfabrieken Bruinkoolbriketten................................ Steenkolenbriketten..............................
1- 5.350 7.500 5.000 7.000 7.200
» » » )) »
Hout (met constant volume en gecon denseerd water) ................................
4.345
)) »
Brandstoffen Vaste brandstoffen
D oor hoogste verw arm ingsverm ogen v a n een b ra n d sto f v e rsta a t m en h e t a a n ta l v rijg em aak te calorieën. D e teg en w aard e in w arm te v a n één k W h b e d raag t 860 kcal.
8.000 (4)
Annalen der Mijnen,
n ovem ber 1952, b lz. 837 en 838.
—
43
—
T a b el
Brandstoffen
Waarde
10.500 11.300 11.200 11.100 11.000
10.800 12.000
kcal /kg » » » )) » ))
Gassen Fabriekgas Gas voor de openbare distributie . . . Gas van cokes- en gasfabrieken . . . Waterga8 .......................................... Luchtgas............................................. Hoogovengas...................................... Mijngas ................................................. Elektrische energie..................................
4.250 4.500 2.800 1.100
900 8.500 860
: S te e n k o o lp r o d u k tie
p er
b ek k en
De geografische indeling v a n de bekkens b ean tw o o rd t a a n een besluit v a n de R egent v a n 30 ju n i 1950 (5) d a t h e t grondgebiet v a n h e t R ijk in m ijnbekkens verdeelt. H e t grondgebied w erd aldus in vier d istric te n gesplitst, m et nam e h e t B ekken v a n de B orinage en h e t C entrum , h e t B ekken v a n Charleroi en N am en, h e t B ekken v an L uik en h e t K em pense B ekken. D it besluit w erd aang e v uld door h e t m inisterieel besluit v a n 31 m a a rt 1951 (6) d a t deze d istric te n in m ijn arrondissem enten indeelde en door een m inisterieel besluit v a n 4 m a a rt 1954 (7) d a t w erd opgeheven en vervangen door h e t m inisterieel besluit v an 25 m a a rt 1958 (8) d a t de om vang vaststelde v a n de m ijn arrondissem enten die deel u itm a k e n van h e t d istric t der bekkens v a n de Borinage en h e t C entrum .
Vloeibare brandstoffen Ruwe....................................................... Geraffineerde : vliegtuigbenzine......... autobenzine................. Kerozene ............................................... Gas oil (diesel o il)................................ Fuel oil................................................... Vloeibaar gemaakt petroleumgas........
9
Eenheid
kcal /m* )) » )) » »
T a b e l 10 : S te e n k o o lp r o d u k tie v o lg e n s k w a lite it T abel 10 v erm eldt de n ettosteen ko o lp ro du ktie in to n n e m a a t en in w aarde volgens de kw aliteit. D oor n e tto p ro d u k tie (9) v e rs ta a t m en de som v a n de hoeveel heden die v erkocht, afgestaan, v erb ru ik t, aan h e t personeel geleverd o f opgeslagen w erden (eventueel m in de teru g trek k in g en u it voorraad). D e tw eederangs kw aliteit (schläm m , ruw en gem engd kolengruis) zijn in d it to ta a l to n p er to n begrepen en w orden geboekt op h e t ogenblik v a n h u n produktie.
kcal /kWh
I I . S te e n k o o l, c o k e s e n s te e n k o o lb r ik e tte n B ro n n e n :
Ministerie van Economische Zaken : Bestuur van het Mijnwezen. Nationaal Instituut voor de Statistiek. Europese Gemeenschap voor Kohn en Staal.
B ib lio g ra fie :
Annalen der Mijnen van België. Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Tijdschrift van het N .I.S. Arbeidsblad (Ministerie van Arbeid en Sociale Voorzorg). Bulletin mensuel de VI.R.E.S. Annuaire Statistique (O.V.N.). Bulletin mensuel de statistique ( O.V.N .). Statistisch Bulletin van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal.
Indeling van de steenkolen naar hun aard Deze w erd in 1949 gewijzigd door h e t invoeren v an de 1 /4 v e tte en 3 /4 v e tte steenkolencategorieën. In m a a rt 1953 voerde de H oge A u to rite it een o n d er scheiden classificatie in voor de v e tte steenkolen gepro duceerd door som m ige steenkolenm ijnen, die in beginsel m eer d a n 28 p et. vluchtige stoffen b e v a tte n en noem de deze steenkolen « v et B », de andere v e tte steenkolen (van 20 to t 28 pet. vluchtige stoffen) w erden « v e t A » genoemd.
De v o ornaam ste aanduidingen die hierna volgen w er den hetzij gedeeltelijk hetzij in teg raal ontleend a a n de A nnalen der M ijn e n van België. E r werd gepoogd de essentiële elem enten v an de statistische reeksen van h et B estuu r v a n h e t M ijnwezen te om schrijven en te bepalen. D it B estu u r heeft in d erd aad verschillende reeksen inlichtingen — inzonderheid sed ert 1954 — gewijzigd om ze in overeenstem m ing te brengen m et de bepalingen aangenom en door de Hoge A u to rite it v a n de E .G .K .S. en door h e t Steenkolencom ité van d e E cono m ische Commissie voor E uropa.
B rengen wij in herinnering d a t de steenkolen m et m eer d a n 26 pet. vluchtige stoffen vroeger « F lén u » heetten. V an 7 novem ber 1957 a f w erd de indeling v an de steenkolen volgens h u n aard m et h e t oog op een in te r n atio nale harm onisatie opnieuw d gewijzigd. Deze is h e t re su lta a t v an de w erkzaam heden v a n h e t Steenkolen com ité v a n de Econom ische Commissie voor E u ro p a :
T a b e l 8 : S te e n k o le n m ijn e n : c o n c e s s ie s in w e r k in g e n o n tg o n n e n o p p e r v la k te Men v e rsta a t door « concessie » in w erking, elke con cessie in exp lo itatie of in voorbereiding. Tevens w ordt elke concessie w aar de ex tra c tie ophield doch w aar arbeiders nog diverse w erken v errich ten (dichten van m ijnschachten enz.) beschouw d als nog in w erking zijnde.
a) de benam ing v an de klas der « m agere » steenkolen (m inder d a n 10 p et. vluchtige stoffen) w erd gewijzigd in « a n tra c ie t »; .• b) de benam ing v a n de klas d er « 1 /4 v e tte » (10 to t 12 1 /2 pet.) w erd afgeschaft en v ervangen door die v a n « m agere », te r zelfder tijd w erden bij deze nieuw e klas de steenkolen gevoegd die t o t 14 p et. vluchtige stoffen b e v a tte n (10 to t 14 pet.);
D e exploitatiezetel is een geheel v a n p u tte n m et gem eenschappelijke of te n m inste grotendeels gem een schappelijke installaties. E e n zetel is « in exp loitatie » w anneer er m instens op een p la a ts regelm atig steen kolen gedolven w orden. H ij is « in voorbereiding » w anneer h e t personeel er u itslu iten d voorbereidende w erken of w erken v a n in rich ting o f w ederinrichting, m e t h e t oog op de latere exploitatie, u itv o ert. —
(5) Belgisch Staatsblad v a n 5 a u g u s tu s 1950. (6) Belgisch Staatsblad v a n 24 m ei 1951. (7) Belgisch Staatsblad v a n 25 a p ril 1954. (8) Belgisch Staatsblad v a n 19 ju n i 1958. (9) D e b r u to p ro d u k tie is h e t to t a a l g e w ic h t v a n d e a a n d e o p p e rv la k te g e b ra c h te e n n ie t v a n s te n e n g ez u iv erd e u itg e h o u w e n k o len .
44
—
De « kolenhouw ers » zijn arbeiders die over een d ra a g b aar individueel afbouw m iddel beschikken.
c) de benam ing v a n « h a lfv e tte » w erd gegeven a a n de steenkolen dier m eer d a n 14 to t 18 p et. vluchtige stoffen b e v a tte n , in de p la a ts v a n voorheen 12 1/2 to t 16 pet.
De « hakarbeiders » o m v a tte n b u ite n de kolenhouw ers en h u n helpers, de ondersnijders en h u n helpers, de boorders in de kolenaders en h u n helpers, d e arbeiders b elast m e t h e t schokschieten en de afdekkers.
d) de benam ing « 3 /4 v e tte » w erd u itslu ite n d voorbe hou d en a a n de steenkolen die m eer d a n 18 to t 20 pet. vluchtige stoffen b e v a tte n (tegen 16 to t 20 pet. voorheen);
D e « p ijlerarbeiders » o m v a tte n de h ak arbeiders, de arbeiders b e last m et de verrichtingen volgend op h e t hakw erk of die er m ee sam engaan, h e t personeel b elast m e t h e t vervoer n ie t inbegrepen.
e) te n slo tte w erd h e t onderscheid in gehalte a a n vluch tige stoffen tu ssen « v e t A » en « v e t B » v a n 18,5 pet. op 28 p e t. geb rach t. A angezien de Belgische s ta tis tie k e n deze grens v a n 28 p et. reeds h a d aangenom en b re n g t d it voor h a a r geen enkele v erandering mede. T a b e l 11
A antal uitgevoerde diensten H e t b e stu u r v a n h et M ijnw ezen heeft gevolg gegeven a an de aanbevelingen v a n de in te rn a tio n ale instellingen m e t nam e de p re statie s en de p ro d u k tiv ite it te verge lijken m et een norm ale a rb eid stijd (in België : 8 uren). V oorheen vergeleek h e t B e stu u r v a n h e t M ijnwezen deze elem enten m e t een p re sta tie die re c h t geeft op 8 u re n n o rm aal loon.
: M a a n d e lijk s e s te e n k o o lp r o d u k tie
T ab el 11 la a t to e de m aandelijkse evolutie te volgen v a n de n etto steen k o len p ro d u k tie v a n h e t R ijk. T a b e l 12 : V o o r r a d e n p e r e in d e m a a n d o p d e m ijn te rre in e n
Absenteïsme
De in ta b e l 12 verm elde voo rrad en o m v a tte n al de gew onnen p ro d u k te n , die h u n definitieve bestem m ing n ie t bereik ten . Zij b e v a tte n d us de onontbeerlijke reser ves in de w asserijen, de d ecan tatieb ek k en s, enz. De steenkolen die de ene m ijn v a n de an d ere gekocht heeft zijn hierin, behalve voor 1952 en 1953, n ie t begrepen.
V an ja n u a ri 1954 a f geeft deze ru b rie k nog slechts h e t percentage weer v an de g erechtvaardigde en ongerechtvaardigde afw ezigheid excl. de v a k an tie , de stakingen, enz. Aanwezigheid en niet-aanwezigheid
T a b e l 13 : L e v e r in g e n v a n B e lg is c h e s te e n k o le n e n b r i k e t t e n a a n d e v o o r n a a m s t e v e r b r u ik s s e c to r e n
E lke dag v an h e t ja a r w o rd t geheel h e t ingeschreven personeel hetzij als aanw ezig hetzij als niet-aanw ezig opgetekend; voor de w erkdagen w o rd t de red en v a n de niet-aanw ezigheid aangegeven in één v a n volgende rub riek en : al d a n n ie t veroorloofde afwezigheid, afwezigheid wegens gezondheidsredenen, w erkloosheid wegens gebrek aa n afzet, b e ta a ld verlof, stakingen, andere oorzaken, zondagen en w ettelijke feestdagen.
D e inlichtingen v a n ta b e l 13 w orden m edegedeeld doór h e t Belgisch K olenbüreau. V olgende verbruikssectoren kom en in deze ta b e l voor : — — — — — —
cokes- en gasfabrieken; elektriciteit- en stoom centrales; N.M .B.S. en buurtspoorw egen; cem entfabrieken; glas- en spiegelglasfabrieken; diverse in d u strieën en huishoudelijk verbruik.
Voor h e t R ijk w erd de to ta le aanw ezigheid o f nietaanw ezigheid in dagen vergeleken m e t 365, te n einde h e t gem iddelde v an h e t a a n ta l arbeidsdagen o f afwezigheidsdagen p e r arb eid er in de loop v a n h e t ja a r te doen uitschijnen.
D e sector « diverse in d u strieën » o m v a t in zonderheid : de m etaaln ijv erh eid , de steengroeven, d e keram iek, h e t papier, de te x tie l, de chem ische b ed rijv en en voedings bedrijven, enz. D e leveringen a a n de sta a tsa d m in istra tie zijn in de sector v a n h e t huishoudelijk v erb ru ik o n der geb rach t.
T a b e l 15 : R e n d e m e n t T abel 15 verm eldt h e t ren d em en t per arb eid er en per d ien st v an a c h t uur. T o t in 1950 stem de h e t begrip « dag » m in o f m eer overeen m et een arbeidsdienst; v a n 1951 a f w erd h e t gekoppeld a a n h e t loon. D oor « d ag » w erd to en d e p res ta tie v e rsta a n die overeenstem de m e t 8 u u r a a n die arb eid er te betalen loon, de eventuele overuren w erden in dagen om gezet te n belope v a n één dag voor a c h t u u r no rm aal uurloon.
T a b e l 14 : P e r s o n e e l e n p r e s t a ti e s T ab el 14 h eeft b etrek k in g op de p re sta tie s v a n h et personeel. V an 1951 a f w erd de term inologie betreffende h e t personeel enigszins gew ijzigd en is afgestem d op h e t klassem ent aangenom en door h e t « boekhoudkundig p la n » opgesteld door de N atio n ale R a a d voor de S teen kolenm ijnen.
Deze w erkw ijze w erd evenw el door de afdeling der sta tistie k e n v a n de H oge A u to rite it v a n E .G .K .S . n ie t aangenom en, die voor de rendem entsberekening de delving vergelijkt m et h e t a a n ta l effectieve diensten, zonder rekening te houden m e t h e t loonstelsel.
Men m a a k t een onderscheid tu ssen de ondergrondse arbeiders en de ondergrondse en tev en s bovengrondse arbeiders. E erstgenoem den o m v a tte n de kolenhouw ers, de h ak arb eid ers en de pijlerarbeiders. —
4 5
—
V an 1954 a f is h e t dagelijkse ren d em en t dus de p ro d u k tie p er arbeidsdienst, deze d ien st b e d ra a g t th a n s in België a c h t u u r, incl. afdalen en stijgen. M en bek o m t h e t jaarlijk se ren d em en t door de ja a rp ro d u k tie te delen door de gem iddelde aanw ezigheid op de w erkdagen.
1958 1959 1960
21 1 ,6 184,9 190,0
T a b e l 17 : C o k e s p ro d u k tie e n f a b r ie k e n v a n s t e e n k o le n b r ik e tte n
D e ren d em en ten v a n de ja re n 1951 to t 1953 kun n en n ie t d irect vergeleken w orden m et die v an de vorige noch m e t die v a n de volgende jaren .
a) Cokesfabrieken D e gegevens betreffende de cokesfabricage hebben b etrekking op de cokesfabrieken in de m ijnen, in de m etaaln ijv erh eid en op de onafh an k elijk e cokesfabrie ken. L aatstgenoem de o m v a tte n de cokesfabrieken v an de am m oniakbedrijven, v an de gasfabrieken en v a n de glasnij verheid.
T a b e l 16 : G e m id d e ld a a n t a l g e w e r k te d a g e n D eze ta b e l geeft de m aandelijkse evolutie v a n h et gem iddeld a a n ta l gew erkte dagen. B rengen wij in herinnering d a t voor een bepaalde zetel een dag als « g ew erkt » aanzien indien h e t ondergronds personeel er to t w erken opgeroepen w erd, welke ook de delging v an de dag weze.
D e ingenieurs v a n h e t M ijnkorps h o uden to ezich t op al de cokesfabrieken v a n de m ijn streek v a n h e t land; de an d ere cokesfabrieken delen re ch tstre ek s a a n h e t B e stu u r v a n h e t M ijnw ezen de sta tistisch e inlichtingen m ede die op hen betrek k in g hebben.
D e verm indering v a n de gem iddelde w ekelijkse a rb eid sd u u r to t vijfen v eertig u u r beïnvloedde sed ert 1956 h e t ja a rlijk s gezam enlijk a a n ta l gew erkte dagen. D eze verm indering w erd in 1956 in d e rd a ad verkregen door h et to ek en n en v a n v ijftien dag en b etaald e comp en satiev ak an tie in de loop v a n h e t ja a r en door een dub b el loon voor drie effectief gepresteerde dagen. De syndicale organisaties h ad d en de arbeiders er eveneens toe aan g ezet te w erken op zeven v a n de v ijftien toeg estane v ak an tied ag en ; deze zeven w erkdagen zouden eveneens dub b el b e ta a ld w orden.
D e gegevens slaan n ie t op de gasfabrieken die nog slechts v a n p la atselijk belang zijn. Voor de fabricage v a n 1 to n cokes zijn ongeveer 1,3 to n kolen nodig; d it is h e t percentage aangenom en door h e t B estu u r v a n h e t M ijnwezen voor de om zetting v a n cokes in kolen in de berekeningen v a n h e t geza m enlijke steenkolenverbruik.
A an deze oproep w erd nauw elijks gevolg gegeven behalve in de K em p en w aar bovendien in 1956 de stakin g sd ag en als gevolg v a n de ra m p v a n M arcinelle m inder ta lrijk w aren d a n in h e t Z uiderbekken. I n 1957 w erd de vijfenveertig-urenw eek vollediger m aar n iet in te g ra a l to eg ep ast. D e bezoldiging voor de a c h ttie n v e r lofdagen w erd over de gezam enlijke p re sta ties v a n het ja a r verdeeld door de toekenning v a n extra-lonen gekoppeld a a n de s tip th e id bij h e t w erk, m aa r de over eenstem m ende k alenders o m v a tte n doorgaans slechts v ijftien dagen effectieve r u s t voor h e t gezam enlijke p e r soneel. D e arb eid er die zich op al de openingsdagen v an de m ijn op h e t w erk aan b o o d ontv in g d us a c h ttie n dagen loon voor v ijftien ru std ag en ; er w erd evenw el overeen gekom en d a t de arbeiders die zulks w ensten, in d iv i dueel, drie bijkom ende ru std a g e n m ochten aanvragen.
H e t beschikbaar to ta a l voor de cokesleveringen o m v at de v o orraden in h e t begin v a n de m aan d , de p ro d u k tie en de aankopen. b) Fabrieken van steenkolenbriketten S teen k o len b rik etten w orden hoofdzakelijk v e rv a a r d igd in de fabrieken die a a n de steenkolenm ijnen v e r bonden zijn. H e t v erb ru ik v a n steenkolen p e r to n b rik e tte n beloopt ongeveer 0,9 to n .
T a b e l 18 : P r o d u k tie v a n c o k e s e n le v e r in g e n a a n d e v e r s c h ille n d e e c o n o m is c h e s e c to r e n
V an 1 ja n u a ri 1958 af, w erd de verm indering v a n de w ekelijkse arb e id sd u u r to t v ijfenveertig u u r, toege sta a n te n belope v a n 18 dagen co m p en satievakantie w aarv an de betaling a fh an k elijk w erd gesteld v an som m ige stip th eid sv o o rw aard en , in teg raal toegepast, en de m ijnen w erden tijd e n s h e t ja a r effectief a c h ttie n dagen gesloten. I n feite evolueerde h e t a a n ta l aanw ezigheidsdagen v a n de ondergrondse arbeiders tijd en s de jongste ja re n als volgt : 1953 1954 1955 1956 1957
D eze inlichtingen w orden re ch tstreek s door de cokes fabrieken a a n h e t B e stu u r v an h e t M ijnw ezen m edege deeld die ze voor p u b lik a tie o v e rm a a k t a a n h e t N .I.S . M en m a a k t een onderscheid tu ssen de leveringen aa n h e t b u iten la n d en in België. D e leveringen a a n h e t b u iten la n d b e v a tte n de cokesu itv o e r n a a r h e t G roothertogdom L uxem burg.
...........2 4 1 ,0 ...........23 9 ,0 ...........23 9 ,6 ...........2 3 3 ,4 ...........2 3 0 ,0
D e leveringen in België w orden in vier categorieën ingedeeld m et n am e : ijzer- en staaln ijv erh eid , N.M .B.S. en N .M .B., con tin g en t voor de nijv erh eid en de h u ishou ding en openbare besturen. —
46
—
III.
H e t g a a t om n e tto - o f brutoverm ogen n aargelang h e t elektrisch verm ogen opgenom en door de h u lp diensten v a n de centrale en h e t verm ogen d a t verloren g a a t in de tra n sfo rm ato re n die deel u itm a k en v a n de aggregaten alsm ede h e t elektrisch verm ogen d a t v e rb ru ik t w ordt door de hulptoestellen v a n deze tra n sfo rm a to re n al d an n iet afgetrokken werd.
E le k tr ic ite it
B ro n n e n :
E le k tric ite it :
Ministerie van Economische Zaken (Administratie van de Nijverheid). Vereniging der Elektriciteitsbedrijven. Bedrijfsfederatie der Voortbrengers en Verdelers van Elektriciteit in België. Association des centrales électriques industrielles de Belgique. B ib lio g ra fie :
Annalen der Mijnen van België. Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Tijdschrift van het N .I.S. Belgisch Staatsblad. Revue « Energie » (Association des centrales électriques indus• trielles de Belgique).
Voor de industriële centrales v a n de bed rijv en die zelf h u n elek triciteit produceren, neem t m en alleen h et brutoverm ogen in aanm erking aangezien h e t verm ogen g eb ru ik t door de h u lp d iensten v a n de centrale begrepen is in h e t verb ru ik v a n h e t bedrijf. D e verm ogensw aarden verm eld in de tab ellen zijn b ru to w aard en . D e produktiew aarden zijn n etto w aard en .
D e A d m in istratie v an de N ijverheid, b e stu u r : E lek trisch e energie, verzam elt de sta tistie k e n b etref fende de elektrische centrales hetzij rech tstreek s (zoals die v a n de regies) hetzij door bem iddeling v an beroepsorganisaties zoals de B edrijfsfederatie d er V oort brengers en V erdelers v a n E le k tric ite it in België, de V ereniging d e r E lek triciteitsb ed rijv en , de « A ssociation des centrales électriques industrielles de B elgique ».
T a b e l 20 : N e tto p r o d u k tie v a n e le k tr is c h e e n e r g ie T o t einde 1958 o m v a t de sector v a n de p ro d u k tie v a n elektrische energie tw ee grote categorieën : de b ed rij ven die produceren m et h e t oog op de openbare bedeling (overheidsbedrijven en p articu liere bedrijven) en de industriële bedrijven die zelf h u n elek triciteit p ro d u ceren (gem eenschappelijke en individuele centrales). S edert 1959 onderscheidt m en een derde categorie, m e t nam e de gem engde bedrijven w aarv a n de p ro d u k tie to t einde 1958 begrepen was in die v a n d e particuliere bedrijven en van de industriële bedrijven die zelf hun elek triciteit produceren.
T a b e l 19 : P r o d u k tie v e r m o g e n (10) H e t produktiev erm o g en v a n de elektrische u itru stin g w o rd t doorgaans gek en m erk t door de k ra c h t v a n de centrales, doch w anneer m en h e t gezam enlijk verm ogen v a n h e t la n d b erek en t door de k ra c h t v a n de verschil lende centrales sam en te tellen, d ie n t m en rekening te houden m e t h e t fe it d a t h e t m ax im u m v a n de k ra c h t die a a n elke centrale g evraagd w o rd t k a n v erm inderd w orden door de in terconnexie v a n de centrales, hetgeen to e la a t de sp itsu ren te com penseren : deze zijn in d erd aad n ie t dezelfde in alle sectoren. Deze w erkw ijze la a t toe h e t b estaan d e verm ogen zo goed m ogelijk te gebruiken.
T abel 20 geeft de indeling v a n de n e tto p ro d u k tie v a n elektrische energie volgens d e categorieën p ro d u centen en volgens de pro d u k tiem eth o d e. D e inlichtingen over de in- en u itv o e r v a n elektrische energie la te n toe de to ta le energie te berekenen die door de n e tte n opgenom en w ordt.
I n ta b e l 19 die b etrek k in g heeft op h e t a a n ta l, h e t opgesteld en h e t o n tw ik k elb aar verm ogen v a n de cen trales, w erd rekening gehouden m et a l de bedrijfsklare centrales in h e t begin v a n ieder ja a r en w aa rv a n h e t opgesteld verm ogen hoger lig t d a n 100 kW .
D e p ro d u k tie w o rd t « n e tto » genaam d w anneer zij a a n de generatoren verm inderd w o rd t m e t de energie : — g eb ru ik t door de h u lp diensten v a n de centrale; — die verloren g a a t in d e tran sfo rm a to ren die v a n de aggregaten deel uitm aken; — v e rb ru ik t door de hulptoestellen v a n deze tra n s form atoren.
O nder opgesteld verm ogen in een centrale v e rsta a t m en de som v a n h e t nom in aal verm ogen v a n de gene rato re n , incl. die welke deel u itm a k e n v a n de h u lp groepen, ingeval deze b e sta a n , d och in h e t algem een excl. de ex citato ren .
T a b e l 21 e n e r g ie
O nder o n tw ik k elb aar m ax im u m verm ogen in een cen trale v e rs ta a t m en h e t verm ogen d a t deze centrale elk ogenblik w anneer zij v o o rtd u re n d op volle k ra c h t d ra a it, in norm ale explo itatiev o o rw aard en k a n o n tw ik kelen, vooropgezet d a t a l de eenheden welke in de centrale opgesteld zijn en gelijktijdig k u n n en w erken, in d ien st w orden gesteld.
D e bedeling v a n elektrische energie w o rd t verzekerd door gem eentelijke en in tercom m unale regies, door gem eentelijke en intercom m unale concessies (p a rti culiere bedrijven-concessiehouders) en door regies van de S ta a t en v a n de provincies.
E r w o rd t geen rekening gehouden m e t d e ex ploitatie dien stb aarh ed en , m e t n am e : — h e t door h e t n o rm aal ond erh o u d uitgeschakeld verm ogen, h e t onbesch ik b aar verm ogen wegens h e t in gereedheid brengen v a n zopas opgestelde o f nageziene eenheden; — h e t verm ogen d a t onbesch ik b aar is te n gevolge v a n norm ale exploitatieongevallen. (10) O v erg en o m e n u it « E le k tr ic ite its s ta tis tie k e n », p u b lik a tie v a n M in isterie v a n E c o n o m isch e Z a k e n , A d m in is tra tie v a n d e N ijv e rh e id .
—
: O p e n b a r e b e d e lin g v a n e le k tr is c h e
het
4 7
H e t v erb ru ik v a n elektrische energie w o rd t ingedeeld in laag- en hoogspanning. D e laagspanningsstroom d ien t voor p riv a te verlichting, huishoudelijk gebruik, kleine d rijfk ra c h t evenals voor de openbare diensten (openbare verlichting en verlichting v a n de gem eentelijke gebou wen). D e bedeling in hoogspanning heeft betrek k in g op de energie g eb ru ik t voor de tra c tie (door de N .M .B.S., de N.M .B. en de tram - en tro lley busbedrijven), voor de v erlichting (leveringen bestem d voor gebruik in de groothandel, gem eenschappen, buildings, enz.) en voor industrieel gebruik (aankopen v a n de b ed rijv en die —
zelf h u n elek triciteit p ro duceren o f die geen ele k tri citeit produceren).
D e cijfers v a n de verschillende p ro d u k ties geven de hoeveelheden bestem d voor de openbare bedeling behalve w a t de particu liere cokesfabrieken b e tre ft, w aarvoor alleen een deel in aanm erking m o et w orden genom en.
H e t ab o n n em en t is een c o n tra c t d oor een a b o n n e n t onderschreven voor d e levering v a n laag- o f hoogspan ningsenergie op één enkele plaats.
T a b e l 23 z ie n in g
D e o p enbare bedeling v a n elektrische energie is v e r m eld in ta b e l 21 evenals h e t a a n ta l a b o n n en ten voor laag- en hoogspanning.
D e cijfers v a n ta b e l 22 die de to ta le gasp ro d u k tie geven, verschillen v a n die v a n ta b e l 23 die slaan op de openbare gas voorziening. D it verschil k o m t voor u it h e t fe it d a t in de sta tistie k v a n de p ro d u k tie , de hoe veelheden gas geleverd door de cokesfabrieken te ru g g e b rach t w erden to t 4.250 kcal, 0°, 760 m m , terw ijl in de ta b e l betreffende de sta tistie k v a n de openbare bedeling deze hoeveelheden als dusdanig w orden aange tek en d . '
IV . G a s BRONNEN :
Verbond der Oasnijverheid. Ministerie van Economische Zaken (Administratie van de Nijverheid).
B ib lio g r a fie :
Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Tijdschrift van het N .I.S. Belgisch Staatsblad.
: S ta tis tie k v a n d e o p e n b a r e g a s v o o r -
T a b e l 22 : N e t t o p r o d u k t i e , i n - e n u itv o e r v a n g a s (1 1 ) .
D e directe industriële leveringen v a n de p articu liere cokesfabrieken zijn de leveringen welke door la a ts tg e noem de g edaan w orden hetzij a a n de an d ere afdelingen v a n d e v en nootschap w aarto e de b etro k k en cokesfa brieken behoren, hetzij a a n an d ere jurid isch o n a fh a n kelijke in d u striële vennootschappen.
D e sta tis tie k v a n de n e tto g a sp ro d u k tie heeft b e tre k king op de p ro d u k tie d oor droge d istillatie v a n ste e n kolen in de gas- en cokesfabrieken, gas m et eventuele toevoeging v a n w atergas, lu ch tg as, restgas v a n de am m on iak b ed rijv en , gas v a n de hoogovens, op voor w aarde d a t deze verschillende gassen verm engd w orden m et h e t gas v o o rtk o m en d v a n de droge distillatie v an steenkolen. S edert 1951, b e v a t zij eveneens de p ro d u k tie v an m e ta a n rech tstreek s afkom stig v a n de stee n kolenm ijnen evenals v loeibaar g e m a a k t petroleum gas o v erg eb rach t door leidingen, aangezien a l deze gassen b estem d zijn voor de o p enbare bedeling.
D e openbare gasvoorziening o m v at h e t gas bedeeld : 1° door de distributieorganen; 2 ° door de tra n sp o rtv en n o o tsc h ap p en en h u n andere
cliënteel d a n de distrib u tieo rg an en die bedeeld w orden. Zij o m v a t dus n ie t h e t streeks door de cokesfabrieken geleverd o f n ie t jurid isch o n afhankelijke verw an te bedrijven.
O nderhavige sta tis tie k o m v a t n ie t de hoeveelheden w atergas, luch tg as, restgas, gas v a n de hoogovens, m etaan g as o f vlo eib aar g em a a k t gas die b u ite n h et p ro d u k tie c e n tru m verm engd w orden m et gas v o o rt kom end u it de droge d istillatie v a n steenkolen, behalve die welke rech tstreek s voor de openbare bedeling dienen. Zij o m v a t n ie t h e t gas v o o rtg e b ra ch t o f v e r kregen d oor de cokesfabrieken, koolgas o f andere g eb ru ik t voor h u n eigen behoeften, voor de verw arm ing v a n de ovens, enz.
door hen gas re c h t a a n de al o f n even-
H e t geleverde gas is, in beginsel, gas afk o m stig v an de d istillatie v a n steenkolen, d a t eventueel verm engd w o rd t m et w atergas, arm gas, restgas v a n de am m on iak fabrieken o f gas v a n de hoogovens. De gashoeveelheden verm eld in de sta tistie k v a n de openbare gasvoorziening zijn brutohoeveelheden zoals zij door de m eters w erden opgetekend. Zij ondergingen geen enkele correctie te n aanzien v a n de d ru k , d e te m p e ra tu u r of h e t ver w ar m ingsver m ogen.
(11) U ittre k s e ls u it h e t Statistisch Jaarboek voor België, b o e k d e e l 81 (I9 6 0 ).
D. — M E T A A L P R O D U K T IE B ro n n e n :
Ministerie van Economische Zaken (Bestuur van het Mijnwezen). Nationaal Instituut voor de Statistiek. Fabrimêtal.
B ib lio g ra fie :
Annalen der M ijnen van België. Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Tijdschrift van het N .I.S . Arbeidsblad. Bulletin mensuel de VI.R.E.S. Veertiendaags bulletin van Fabrimêtal. Annuaire Statistique (O.V.N.). Bulletin mensuel de Statistique (O.V.N.). Statistisch Bulletin van de E.O.K.S.
welke definitief gekeurd w erden door de p ro efb an k v a n Luik.
D e ru b rie k « M etaalp ro d u k tie » o m v a t de p ro d u k tie v a n de ijzer- en staaln ij verheid, v a n de n ijverheid der non-ferro m etalen en h u n legeringen en de p ro d u k tie v a n d e m etaalverw erkende n ijverheid. Deze ru b riek o m v a t eveneens een ta b e l die h e t a a n ta w apens v erm eld t —
D e A lgem ene D irectie v a n h e t M ijnw ezen m a a k t de voornaam ste statistisc h e reeksen op betreffende de 4 8
—
2°
de cijfers betreffende de « fijn e zw arte p la te n » o m v a tte n de « p la te n b estem d om v e rtin d , gegal vaniseerd of verlood te w orden » en to t einde 1957 de produktiecijfers v a n de « naadloze buizen ». L aatstgenoem de behoren sed ert 1958 to t de ru b riek « stalen buizen »; 3° de ru b riek « stalen buizen » groepeert de door de ijzer- en staaln ijv erh eid geproduceerde hoeveelheden en v a n 1957 a f de door de verw erkende nijverheid v o o rtgebrachte hoeveelheid; 4° de ru b riek « gegalvaniseerde, verlode en v ertin d e p la te n » o m v at de p ro d u k ties v an de ijzer- en s ta a l nijverheid en v a n de verw erkende nijverheid.
bed rijvigheid in de m etaaln ijv erh eid door m iddel v an aan g iften v a n de bedrijfsleiders. Deze aan g iften gedaan volgens een sed ert lang b esta a n d gebruik, w erden v e r p lich t g em a a k t door h e t m inisterieel b esluit v a n 7 m a a rt 1951 (12) d a t h e t N .I.S . en h e t B estu u r v a n h e t M ijnwezen er m ede belast sam en de jaarlijk se sta tis tiek v a n deze in d u strieën op te m aken. T a b e l 2 4 : I J z e r - e n s ta a ln ijv e r h e id 1) Ijzerg ieterijen G ietijzer w ordt geproduceerd in tw a a lf actieve b e d rij ven w aarv an zeven deel u itm ak en v a n de groep B ra b an tH enegouw en en v ijf v an de groep L uik-L uxem burg. D it a a n ta l w erd sed ert 1946 n ie t gewijzigd. H e t a a n ta l in b e d rijf zijnde hoogovens bleef op een v ijftig tal. In 1956 w erd de g ro o tste elektrische oven v a n E u ro p a in b ed rijf genom en.
T a b e l 25
D e sta tistie k betreffende d e in d u strie v a n de nonferrom etalen v erm eld t de p ro d u k tie v a n de voornaam ste ruw e m etalen (eerste en tw eede sm elting) en halffa b rik a ten : koper, lood, zink, alum inium enz. Zij sla at eveneens op de ruw e p ro d u k te n en halffab rik aten v an de edele m etalen : zilver, goud, p la tin a , enz.
T ijdens de jongste tie n ja a r w erd er geen gietijzer m eer v erv aard ig d voor B essem erstaal. H e t grootste deel v a n h e t geproduceerde gietijzer w o rd t in de s ta a l b ed rijv en v a n de p ro d u cen ten verw erk t. D e v erb ru ik te cokes w orden h a a s t u itslu ite n d door België en voor ongeveer drie vierden door d e cokesfabrieken v a n de ijzer- en staaln ijv erh eid geleverd. D aaren teg en w ordt bijn a gans h e t ijzererts en a l h e t m anganesium erts d a t in de Belgische hoogovens b ew erkt w o rd t ingevoerd.
W ijzen wij te n slo tte erop d a t de jaarlijk se gegevens v an ta b e l 25 alleen betrekking hebben op instellingen die tijd en s de m aa n d o k to b er v a n h e t b e tro k k e n ja a r tw in tig of m eer arbeiders tew erkstelden (cf. koninklijk besluit v a n 1 decem ber 1954, Belgisch Staatsblad v an 24 decem ber 1954).
2) Staalfabrieken
T a b e lle n 26 e n 27 : M e ta a lv e r w e r k e n d e n ijv e r h e id
D.e staalfab riek en zijn in tw ee categorieën ingedeeld :
I n de loop v a n de jo n g ste tie n ja re n zijn er b ijn a geen nieuw e w ettelijke bepalingen geweest die de op m aak v a n de m aandelijkse en jaarlijk se sta tistie k en in de m etaalverw erkende n ijverheid hebben beïnvloed. V er m elden wij evenw el h e t m inisterieel besluit v a n 2 0 april 1953 (13) die h e t toepassingsgebied v a n de m aa n d statistiek e n bep erk te to t de firm a’s en personen die v ijf o f m eer arbeiders tew erkstellen.
a) die welke a a n hoogovens zijn toegevoegd; b) de o n afhankelijke staalfabrieken. D e a a rd v a n de v erb ru ik te grondstoffen v era n d e rt volgens de staalfabrieken; die w elke bij de hoogovens behoren v erb ru ik en h a a s t volledig h e t B elgische g ie t ijzer terw ijl de o n afh an k elijk e staalfab riek en hoofd zakelijk b ev o o rraad w orden in schroot.
H e t N .I.S . publiceerde in ja n u a ri 1955 v erb eterde statistisch e reeksen betreffende de m etaalverw erkende nijverheid : bij de cijfers die door de F ed eratie v a n de O ndernem ingen d er m etaalverw erkende n ijverheid bij h a a r aangeslotenen w erden verzam eld, w erden de cijfers gevoegd welke door de n ie t aangesloten b ed rij ven a a n h e t N .I.S . w erden m edegedeeld o f die welke n ie t door P a b rim é ta l opgetekend w aren. .
3) IJ ze r- en staalwalserijen D e w alserijen w orden door h e t B e stu u r v a n h e t M ijn wezen in tw ee categorieën ingedeeld : a ) de w alserijen die a a n staalfab riek en toegevoegd zijn; ze w orden in tw ee groepen ingedeeld : Heneg ouw en-B rabant enerzijds, L uik-L u x em b u rg a n d e r zijds; b) de o n afh an k elijk e w alserijen, gevestigd in H ene gouw en, B ra b a n t en N am en (eerste groep) evenals te L u ik en A n tw erp en (tw eede groep).
De w aarde v a n de in België gem onteerde voertuigen w erd eveneens gew ijzigd : h e t b e tre ft de to ta le w aarde en n iet m eer de « Belgische toegevoegde » w aarde die ongeveer 25 p et. v a n d e to ta le w aarde vertegenw oor digde (14).
S ed ert 1955 w erden verscheidene sta tistisc h e inlich tin g en n ie t m eer door h e t B e stu u r v a n h e t M ijnwezen gepubliceerd (pro d u k tie v a n gegalvaniseerde, verlode en v ertin d e p la te n , p ro d u k tie v a n gelaste buizen, enz.); sed ertd ien w orden zij door toedoen v a n h e t N .I.S . opgesteld.
T a b e l 28 : A a n ta l g e k e u r d e w a p e n s d o o r d e p ro e f b a n k te L u ik T abel 28 b e tre ft d e nieuw e w apens, de veranderde verouderde oorlogsgew eren evenals d e lopen en losse stukken.
T abel 24 v erm eld t de v o o rn aam ste gegevens b etre f fende de ijzer- en staaln ijv erh eid . D.e aanw ending v a n deze cijfers v e rg t evenw el volgende opm erkingen :
D e verschillende w ap en ty p en (jacht-, verdedigings-, oorlogsw apens enz.) kom en u it België en h e t b u iten la n d .
1° de cijfers betreffende de p ro d u k tie v a n ijzeren en
stalen h alffab rik aten zijn die v an de verzendingen v a n 1957 af;
D e ru b riek « A llerlei w apens en a p p a ra te n » o m v at onder m eer voorlaadrevolvers en -pistolen.
(12) Belgisch Staatsblad v a n 5 m ei 1951. D it b e s lu it w erd a a n g e v u ld d o o r d it v a n 1 d ec em b er 1954, Belgisch Staatsblad v a n 24 d e c e m b e r 1954.
4
: I n d u s t r i e v a n d e n o n - f e r r o m e ta le n
—
4 9
(13) Belgisch Staatsblad v a n 13 m e i 1953. (14) Cf. Fabrimétal, jaarverslag van de Raad van Beheer 1953. blz. 92.
—
E .
—
C H E M IS C H E
B ro n n en :
Nationaal Instituut voor de Statistiek. Ministerie van Financiën (Bestuur der Accijnzen).
B ib lio g ra fie :
Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Tijdschrift van het N .I.S.
la a tste beslu it in de ru b rie k « P ro d u k te n v a n d e steenk o len d istillatie » gerangschikt. •
D e jurid isch e grond v a n de ja a rlijk se s ta tistie k v an de v o o rtb ren g in g v a n chem ische p ro d u k te n is h e t k o n in k lijk b eslu it v a n 24 m ei 1954 (15). D it koninklijk beslu it b e p a a lt in zijn a rtik e l 3 d a t « d e inlichtingen » v erp lich t v e rs tre k t w orden d oor ... elke inrichting » b ehorend to t een d e r ta k k e n v a n b e d rijf verm eld in de » bijlage (bij h e t besluit) (16) en d ie op gelijk w elk » ogenblik d e r m a a n d o k to b er v a n h e t ja a r w aarop d e » s ta tistie k b etrek k in g h eeft v ijf w erklieden o f m eer » h eeft tew erkgesteld. »
T a b e l 30 : B e lg is c h e r a f f in a d e r ije n v a n p e tr o le u m e n v a n z ijn d e r iv a te n
H e t m inisterieel b eslu it v a n 29 o k to b er 1956 (17) h eeft h e t o p m ak en v a n een m aandelijkse sta tistie k v a n d e bedrijvigheid en de v o o rrad en in zekere sectoren v a n de chem ische n ijv erh eid voorgeschreven w aarv an in ’t bijzonder de stik sto fn ijv erh eid en de p etroleum raffinaderijen. T a b e l 29 v a te n
P R O D U K T E N
I n ta b e l 30 v in d t m en de hoeveelheden verw erkte ruw e p etroleum , de p ro d u k tie en h e t v erb ru ik v a n de verschillende verkregen oliën : lichte, halfzw are en zw are oliën, sm eeroliën, residuën n ie t vloeibaar op 50° en lichte oliën bestem d voor d e industriële behandeling v an de grondstoffen. B rengen wij in herinnering d a t on d er de p ro d u k tie v a n de raffinaderijen v a n p etro leu m en v a n zijn d e riv a te n v ersta a n w ordt, de voortbrenging v an geraffineerde p ro d u k te n v a n a f de ingevoerde ruw e petroleum . A nderzijds sla a t h e t v erb ru ik v a n geraffineerde p ro d u k te n op de inheem se m inerale oliën afgehaald in de raffinaderijen evenals in de L uxem burgse en Belgische erkende opslagplaatsen, m et uitzond ering v à n de uitvoer.
: P r o d u k tie v a n t e e r , b e n z o l e n d e r i
H e t o p m ak en v a n een m aan d elijk se sta tistie k van de p ro d u k tie v a n te e r, benzol en d e riv a te n die voorkom en in ta b e l 29 w erd voorgeschreven door h e t m inisterieel beslu it v a n 12 feb ru ari 1951 (18), aan gevuld door h e t m inisterieel b eslu it v a n 12 ja n u a ri 1952 (19). Deze besluiten w erden opgeheven en v erv an g en door h e t m inisterieel b eslu it v a n 29 o k to b e r 1956 (17). D e in aan m erk in g genom en p ro d u k te n w erden door d it
Al deze geraffineerde p ro d u k te n zijn a a n accijnsrech te n onderw orpen, behalve lich te oliën, benzine en w hite spirit. T a b e l 31 : S tik s to f n ijv e r h e id
(15) Belgisch Staatsblad v a n 13 a u g u s tu s 1954. (16) M in erale ch e m isch e p ro d u k te n (m in erale z u re n e n h u n z o u te n , ch em isch e m e ststo ffen , a n d e re m in e ra le ch e m isch e p r o d u k te n ), o rg an isc h e ch em isch e p ro d u k te n (o p lo sm id d ele n , p ro d u k te n v a n d e d is tilla tie v a n s te e n k o le n , k le u r sto ffen , p la stie k sto ffe n , a n d e re o rg an isc h e ch e m isch e p ro d u k te n ), d iv e rse ch e m isch e p r o d u k te n (lijm e n lijm sto ffe n , in d u s trië le v e tte n , p ig m e n te n in p o e d e r, v e rf, la k , v e rn is e n la k v e rf, k e ra m ie k , sto p v e rf, d r u k in k te n , b u s k r u it en sp rin g sto ffen , o n d e rh o u d s p ro d u k te n , fo to p ro d u k te n , a n d e re d iv e rse ch em isch e p ro d u k te n ). (17) Belgisch Staatsblad v a n 10-11 d e c e m b e r 1956. (18) Belgisch Staatsblad v a n 16 m a a r t 1951. (19) Belgisch Staatsblad v a n 30 ja n u a r i 1952.
D a ar de verschillende pro d u k ties v a n de stik sto fn ij verheid n ie t hetzelfde stik sto fg eh alte heb b en w erd in ta b e l 31 in p la a ts v a n h e t gew icht v a n de verschillende p ro d u k te n h e t gew icht stik sto f (chem isch sym bool N) opgetekend behalve voor de sam engestelde m eststoffen w aarvoor n a a st h e t gewoon gew icht, h e t gehalte v a n ieder v a n de drie g ro te v ru c h tb a a rm a k e n d e elem enten voorkom en : stik sto f, p o tas en fosfoorzuur.
F. — STEEN G R O EV EN B ro n n en :
Bestuur van het Mijnwezen. Nationaal Instituut voor de Statistiek. Nationale Maatschappij voor de Huisvesting. Ministerie van Volksgezondheid. Blad « Bet Bouwbedrijf ».
B ib lio g ra fie :
Belgisch Staatsblad. Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Tijdschrift van het N .I.S . Annalen der Mijnen van België. Verslag van de Nationale Maatschappij voor Huisvesting.
T a b e l 32 : P r o d u k t i e v a n d e s te e n g r o e v e n e n a a n v e r w a n te n ijv e r h e id
m e t h e t N .I.S . de jaarlijk se sta tistie k e n op te stellen v a n al de steengroeven en a an v e rw an te n ijv erh eid v a n h e t R ijk.
H e t m inisterieel b eslu it v a n 7 m a a rt 1951 (20) g af h e t B e stu u r v a n h e t M ijnw ezen de o p d rac h t om sam en
D e « a an v erw an te n ijv erh eid » die in deze sta tistie k w erd opgenom en, o m v a t de instellingen die d e p ro d u k te n v a n d e steengroeven verw erken zonder re c h tstre e k s
(20) Belgisch Staatsblad van 5 mei 1951* —
50
—
a à n de ex p lo itatiezetels v erb o n d en te zijn. W orden bij voorbeeld, als « a a n v e rw a n te n ijv erh eid » beschouw d, de fabriek en v a n p leisterk alk en pleisterag g lo m eraten die h e t ingevoerde gips bew erken. Z ulks is eveneens h e t
geval voor d e ondernem ingen die dezelfde m aterialen als de steengroeven produceren zoals d e fabrieken die als bij p ro d u k te n neergeslagen calcium carbonaten winnen.
G. — B O U W B E D R IJ F B ro n n en :
Ministerie van Volksgezondheid. Nationaal Instituut voor de Statistiek. Nationale Bank van België. Nationale Maatschappij voor de Huisvesting. Blad « Het Bouwbedrijf ».
B ib lio g ra fie :
Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Tijdschrift van het N .I.S . Jaarverslagen van de Nationale Maatschappij voor de Huisvesting. Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N .B .B . Annuaire Statistique ( O.V.N .) Bulletin mensuel de Statistique (O.V.N.).
T a b e l 33 : H e t o p e n b a a r b o u w b e d r ijf . — A a n g e g a n e v e r b in te n is s e n
H e t volume v a n de nieuw e gebouw en, verbouw ingen en a fb ra k e n w o rd t verkregen door de o p p erv lak te van elk gebouw, incl. buiten m u ren , te verm enigvuldigen m e t de hoogte berekend v a n a f de b o v en k an t v a n de vloer v a n de benedenverdieping to t a a n d e halve hoogte v a n h e t d a k of to t a a n de b o v e n k an t v a n de bedekking in geval ven een p la t d ak . H e t volum e v a n de kelders en bijgebouw en m oet op dezelfde m anier berekend en in d it to ta a l opgenom en w orden. D e n ie t ov erd ek te b in nen ru im ten m oeten v a n d it to ta a l w orden opgetrokken.
D eze ta b e l v e rto o n t de jaarlijk se v erplichtingen inzake o p en b are bouw w erken v a n vier m inisteriële dep a rte m e n ten , m et n am e : O penbare W erken, V er keersw ezen, V olksgezondheid en L andsverdediging. D e cijfers v a n laatsgenoem d d e p a rte m e n t o m v a tte n slechts de b urgerlijke bouw w erken. D e verplich tin g en v a n drie p a ra s ta ta le instellingen die zich speciaal m e t bouw kredieten bezighouden kom en eveneens in deze ta b e l voor. D aaren teg en zijn de verplich tin g en v a n de lagere over heid er n ie t in opgenom en.
V oor de verbouw ingen w ordt er slechts rekening gehouden m et h e t verschil tu ssen de om vang v a n h e t gebouw vóór en n a de w erken. D it verschil k a n h e t oorspronkelijk volum e v a n h e t gebouw doen stijgen o f dalen.
T a b e lle n 3 4 e n 35 : T o e g e s ta n e b o u w v e r g u n n in g e n T abel 34 b e tre ft de jaarlijk se sta tis tie k v a n de oprich ting, verbouw ing o f a fb ra a k v a n gebouw en w aarvoor een bouw vergunning nodig was (21). T ab el 35 geeft in m aandelijkse gem iddelden de indeling p er provincie v an de to egestane bouw vergunningen.
» » » »
H ierna volgen enkele n o ten betreffende h e t stelsel v an de bouw vergunningen, ontleend a a n h e t Statistisch Jaarboek voor België, boekdeel 81, 1960 : D e bouw vergunning w o rd t afgeleverd in de gem een te n v a n h e t lan d die een bouw reglem ent opstelden. I n d it v erb an d w orden de gem eenten in drie categorieën ingedeeld :
« I n d e sta tistie k e n o p g em aak t door m iddel v a n de bouw vergunningen v in d t m en h e t a a n ta l opgetrokken, w ederopgebouw de, verbouw de o f afgebroken gebouw en w aarvoor de bouw vergunning to eg estaan w erd. » (22)
1 ) de
gem eenten welke door h e t w etsbesluit v an 2 decem ber 1946 (23) onder h e t stelsel v a n de ste denbouw g ep la a tst w erden d a t op 1.553 p la atse n betrekking heeft; 2 ) de gem eenten welke een aaneengebouw d gedeelte o m v a tte n in de betekenis v a n artik e l 90 v a n de gem eentew et; deze bepaling sch rijft voor d a t de bouw plannen u it te voeren door de p articu lieren in h e t b etro k k en gedeelte onderw orpen zijn a a n de goedkeuring v a n h e t college v a n burgem eester en schepenen zowel voor de kleine als voor de grote wegeniswerken; 3) de gem eenten w aar de gem eenteo v er heid een regle m en t voorschreef d a t een vergun n in g verp lich t m a a k t vooraleer een gebouw opgetrokken o f v er bouw d w ordt.
D a a r deze vergunningen a a n de houders n ie t de v e r plichting opleggen de ontw o rp en w erken te doen u it voeren, b e s ta a t er een v rag en lijst die n a a r h e t N .I.S . m o et w orden te ru g g e stu u rd w anneer de bouw beëindigd is. D eze v rag en lijst m oet benevens de kenm erken van h e t gebouw de eventuele w ijzigingen v erm elden die tijd e n s d e bouw o f de verbouw ing aa n g e b ra ch t werden. A an de in de gepubliceerde tab ellen aangew ende te rm e n en criteria m o et de volgende betekenis gehecht w orden. D e bouw vergunning is d e eenheid die a a n de telling to t grondslag ligt; deze v a n d e sta tistie k e n is h e t « gebouw ». H e t verschil b e ru st op h e t feit d a t een bouw vergunning k a n g evraagd w orden voor verschil lende volgens een zelfde p la n op te tre k k e n gebouwen.
B ovendien is er een bouw vergunning nodig voor al de bouw w erken op te rich ten k ra ch te n s de bepalingen voorgeschreven door de w et v a n 29 m ei 1948 (24) « w et D e T aeye » genaam d en door de w et v a n 15 ap ril 1949 (25) d e genaam de « w et B ru n fa u t ».
(21) H e t stelse l v a n d e v e rg u n n in g e n is g eo rg an iseerd d o o r h e t k o n in k lijk b e s lu it v a n 13 ju n i 1951 (Belgisch Staatsblad v a n 24 ju n i 1951). (22) U ittre k s e l u it h e t Statistisch Jaarboek voor Belgii (b o ek d ee l 81).
—
(23) Belgisch Staatsblad v a n 26-28 d e c e m b e r 1946. (24) Belgisch Staatsblad v a n 10 ju n i 1948. (25) Belgisch Staatsblad v a n 25-26 a p ril 1949.
5 1
—
T a b el
36
:
V o lto o id e
3) de niet voor huisvesting bestemde gebouwen die echter gebeurlijk logies kunnen bieden zijn d e gebouw en welke hoofdzakelijk voor een a n d e r gebruik d a n h uisvesting bestem d zijn; in d it geval w o rd t 50 p et. v a n de o p p erv lak te voor an d ere doeleinden d an bew oning aangew end; de re st w o rd t ingenom en door w oningen voor personen die h u n bedrijvigheid in h e t b etro k k en gebouw uitoefenen (conservator, direc te u r, bew aker, concierge, enz.);
g eb o u w en
Deze ta b e l geeft de m aandgem iddelden p er provincie van de effectief voltooide gebouw en. D eze inlichtingen w orden zonder onderscheid door alle gem eenten v erstrek t. T a b e l 37 : I n d e x c ijf e r s v a n d e b e d r ijv ig h e id in d e b o u w n ijv e r h e id
4) de andere gebouwen zijn die w elke u itslu ite n d voor een a n d e r gebruik d a n voor huisvesting bestem d zijn, d.w .z. d a t 100 p e t. v a n de o p p erv lak te voor andere doeleinden w o rd t aangew end.
Om h e t indexcijfer v a n de bedrijvigheid in de bouw nijverheid, d a t h e t voorw erp is v a n ta b e l 37, te bere kenen, heeft h e t N .I.S . t o t in 1950 een co n sta n t a a n ta l v a n 214 instellingen geteld. S edert 1951 o n d erv raag t h e t m aan d elijk s 1.040 b edrijven betreffende h e t tew erk gestelde personeel; deze b ed rijv en steld en in 1950 m eer d a n tie n arbeiders tew erk. D e ingew onnen inlichtingen la te n to e een benad eren d m aandelijks indexcijfer op te m ak en v a n de personeelsverschuiving in deze in d u s trie. S edert 1959 o m v a t de sta tistie k a l de bedrijven die m instens 20 arbeiders tew erkstellen.
T a b e l 39 : S ta tis tie k v a n d e b o u w v e r g u n n in g e n H e t is n u ttig de Belgische economische statistieken 1941-1950 (blz. 83) te raadplegen voor de beschrijving v a n de sta tistie k d er bouw vergunningen opgesteld door de N .B .B . en gepubliceerd in ta b e l 39. H erin n eren wij e raan d a t de lijste n sinds 1927 door de N .B .B . opgesteld slechts u it een keuze v a n sted en en gem eenten b estaan (112 op 31 decem ber 1960) die 52 stadsagglom eraties o m v a tte n .
T a b e l 38 : A a n ta l w o n in g e n e n a n d e r e g e b o u w e n (to estan d p er 31 decem ber)
T a b e l 40 : G o e d k o p e w o n in g e n
D e in v en taris v a n de « gebouw en op 31 decem ber v a n elk ja a r » b e ru st op de aan v an k elijk e volledige telling v a n de gebouw en te r gelegenheid v a n de algem ene te l lingen v a n de bevolking w aa rv a n de eerste d a te e rt v a n 31 decem ber 1947. Bij deze telling voegt m en jaarlijk s de nieuw bouw en m en tr e k t de vernielingen en de a fb ra k e n e rv a n af. E r w o rd t eveneens rekening gehou d en m e t de verbouw ingen die h e t a a n ta l gebouw en v a n elke categorie ded en stijg en of dalen.
T abel 40 geeft de sta tistie k v a n h e t a a n ta l w oningen gebouw d door toedoen v an de N ationale M aatschappij der G oedkope W oningen, die k rach ten s de w et van 27 ju n i 1956 (27) vervangen w erd door de N ationale M aatschappij voor de H uisvesting. .
I n deze s ta tistie k m o et m en een onderscheid m aken tu ssen (26) :
D e eerste ru b riek v a n deze ta b e l v erm eld t h e t a a n ta l door de N atio n ale M aatschappij erkende v en n o o tsch ap pen. D e erkende m aatsch a p p ijen behoren to t vier soorten (28) :
1 ) de w oongebouw en die de w oonhuizen o f 'particuliere
1° d e p laatsèlijk e of gew estelijke m aatsch ap p ijen , do o r
huizen o m v a tte n (eengezinsw oningen en a p p a rte m entsgebouw en) en de huizen waarvan de bewoners in gemeenschap leven (pensionaten, kloosters, gods h uizen o f ouderlingengestichten, hotels, herbergen, logem entshuizen, v ak an tieh u izen enz. behalve k a zernes, hospitalen, k raam inrichtingen);
gaans g estich t door de gem eenten m e t d e m edew er king v a n particulieren; 2 ° sam en w erkende v ennootschappen v a n h u u rd e rs of eigenaars die h u n woning betrekken; 3° vennootschappen opgericht door bed rijv en m et h et oog op de huisvesting v a n h ù n personeel; 4° de m et speciale doeleinden opgerichte v e n n o o t schappen, bijv. m et h e t oog op h e t verschaffen v a n w oningen a a n gebrekkigen.
2)
de noodwoningen zijn w oongebouw en die de huizen en schuiloorden o m v a tte n gebouw d of ingericht om er tijd elijk te verblijven.
De N atio n ale M aatschappij verleen t voorschotten a a n de door h a a r erkende ven n o o tsch ap p en die huizen doen bouw en om te v erh u ren o f te verkopen.
M en m a a k t een onderscheid tu sse n : a) de w oningen welke to eb eh o ren a a n nijverheids- of handelsondernem ingen en die gew oonlijk bew oond zijn d oor arb eid ers u it deze bedrijven; b) de b a ra k k e n v a n h e t « K oning A lbertfonds » die aa n de gem eenten o f a a n de com missies v a n openbare o n d e rstan d toebehoren; c) de paviljoenen v oor geteisterd en afhangende v an — h e t M inisterie v a n O penbare W erken en W eder opbouw — h e t M inisterie v a n F in an ciën (Beheer v an D om einen) d) de w oningen die a a n p articu lieren toebehoren;
D e volgende ru b riek heeft b etrekking op h e t geza m enlijk m aatsch ap p elijk k a p ita a l v a n de erkende vennootschappen. D e ta b el v erm eld t vervolgens h e t to ta a l a a n ta l w oon gelegenheden die door deze v ennootschappen sedert h u n o n tsta a n gebouw d w erden, w oongelegenheden on der verdeeld in eengezinshuizen en in a p p arte m e n ten . D e w oongelegenheden k u n n e n door d e erkende v en no o tschappen v erk o ch t o f v e rh u u rd w orden. (27) Belgisch Staatsblad v a n 1 ju li 1BS6. (28) Cf. F . B a d d h u i n , Code économique et financier, d ee l I , 1954, b lz . 1078 e n 1077.
(26) U ittre k s e l u it h e t Statistisch Jaarboek voor België, (b o ek d elen 80 e n 81).
—
52
—
voor de bouw en de aankoop v a n goedkope w oningen afh an k elijk v an h e t verkrijgen v a n een lening v a n een m aatsch ap p ij aangenom en door de Algem ene Spaaren L ijfrentekas, v a n de N ationale M aatschappij voor de K leine Landeigendom o f v a n h e t H uisvestingsfonds v a n de B ond d e r K ro o strijk e Gezinnen.
D e la a ts te kolom v a n de ta b e l h eeft betrekking op h e t a a n ta l huizen die sinds h e t b e sta a n v a n de erkende ven n o otschappen v erk o c h t w erden. D e gebouw en bestem d voor de verkoop w orden o pgetrokken op basis v a n een « aankoopbelofte » d.w .z., een eenzijdige belofte o n d ertek en d door de k an d id aat-k o p er. Deze constructies w orden gezam enlijk gefinancierd door v o o rsch o tten g e sto rt d oor de kopers, d oor leningen die zij en de erkende v en nootschap bij een k re d ie tm a a t schappij gesloten h ebben en door d e prem ie verleend door de S ta a t. S edert 1959 k a n de financiering eveneens gebeuren door k o rtlo p en d e leningen to eg estaan door de N atio n ale M aatschappij voor de H u isvesting aa n de erkende v ennootschappen, m e t de m edew erking van de A lgem ene Spaar- en L ijfrentekas. T a b e l 41
Op 1 septem ber 1958 heeft een koninklijk besluit (30) voor de personen m et een bescheiden inkom en de m ogelijkheden v erru im d voor h e t verkrijgen v a n een prem ie voor de bouw v a n een woning, terw ijl h e t de norm en, die h e t sociaal k a ra k te r erv an verzekeren, v ersterk te. H e t zelfde besluit bepaalde eveneens afw ij kingen v a n de verplichtingen opgelegd a a n de personen die v a n een prem ie genieten, te n voordele v a n diegenen die h u n w oonplaats dienen te v erla te n te n gevolge v an de definitieve sluiting v a n h e t b e d rijf w aar ze w erken.
: S t a ti s t i e k v a n d e b o u w p r e m ie s
H e t k o n in k lijk b eslu it v a n 25 sep tem b er 1954 (29) m a a k t h e t verlenen v a n een n ie t te ru g b e ta a lb are prem ie (30) Belgisch Staatsblad v a n 6 s e p te m b e r 1958.
(29) Belgisch Staatsblad v a n 30 s e p te m b e r 1954.
H. — T E X T IE L P R O D U K T E N B ro n n e n :
Nationaal Instituut voor de Statistiek. Federatie der Belgische Textielnijverheid (Febeltex).
B ib lio g ra fie :
Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Tijdschrift van het N .I.S. Maandelijks bulletin van Febeltex. Jaarverslagen van de Federatie der Belgische Textielnijverheid. Tijdschrift voor Docwmentatie en Voorlichting van de N.B .B. Annuaire Statistique (O.V.N.). Bulletin mensuel de Statistique (O.V.N.).
H e t k o n in k lijk b esluit v a n 24 m ei 1954 (31) heeft de verschillende b esluiten betreffende de jaarlijk se s ta tis tiek en v a n de in d u striële p ro d u k tie gecoördineerd en aangevuld. Sedertdien h eeft een k oninklijk b esluit v an 9 ja n u a ri 1957 (32) een jaarlijk se sta tistie k v a n de p ro d u k tie voor gans de a f wer kingsnij v erheid voor geschreven.
B ureau v an katoen-, hennep en ju tesp in n ers v a n België d a t de statistiek e n o p m aak te voor de p ro d u k tie van spinsels voor deze drie grondstoffen en h e t V erbond der Belgische K ato en sp in n ers d a t de overeenstem m ende sta tistiek e n voor h e t k ato en opstelde.
D e w etgeving inzake de m aandelijkse sta tistie k en van de p ro d u k tie, de voo rrad en en h e t tew erkgestelde personeel w erd nau w elijk gewijzigd. Zij w erd aangevuld door h e t m inisterieel b eslu it v a n 19 n o vem ber 1957 (33) d a t een sta tistie k v a n de arb eid sd u u r invoerde.
H e t V erbond d er Belgische K ato enspinners m a a k t op 31 ja n u a ri en op 31 ju li v an ieder ja a r h e t a a n ta l spillen op in de katoenspinnerijen, de p ro d u k tie v a n katoenspinsels en de voorraden ruw e k ato en . D e gege vens p er 31 ja n u a ri v a n ieder ja a r kom en voor in ta b e l 44.
T a b e l 42
: P r o d u k tie
van
T a b e l 44 : K a to e n s p in n e r ije n
d e te x tie ln ijv e r h e id I I . Weverij
Deze ta b e l v erm eld t de cijfers v a n de p ro d u k tie v an de verschillende sectoren v a n de tex tieln ijverheid. Deze in lichtingen w orden v e rstre k t door de F ed eratie der Belgische T extielnijverheid. Zij k u n n en verschillen m et deze v an h e t N .I.S . hetzij volgens h e t gebied w aarop h e t onderzoek b etrek k in g heeft, hetzij wegens de to ege paste m ethode (34). .
T a b e l 45 : G a r e n v o o r r a d e n p e r e in d e j a a r Deze ta b e l heeft b etrekking op de garenvoorraden p e r einde ja a r voor eigen rekening en voor loonorders. D e voorraden zijn ingedeeld per geb ru ik te grondstof. D e ru b riek « Mengsels v a n rayonnevezels en an d ere » o m v a t hoofdzakelijk mengsels v an rayonne- en k a to e n vezels. D e la a tste ru b riek v a n de ta b e l « A ndere » o m v a t inzonderheid hennep-, kokos-, m anilla- en sisalvezels.
I. Spinnerijen T a b e l 4 3 : P r o d u k tie v a n s p in s e ls D e gegevens v an deze ta b e l gepubliceerd door h e t N .I.S . kom en v a n verschillende instellingen : C entraal (31) (32) (33) (34) en 86.
T a b e l 46
D e jaarlijk se cijfers v a n ta b e l 46 w erden berekend volgens de m aandelijkse sta tistie k v a n h e t N .I.S . Deze cijfers geven voor kato en , vlas, wol, ray o n n e en ju te , de p ro d u k tie v a n ruw e weefsels zoals zij v a n h e t getouw
Belgisch Staatsblad v a n 13 a u g u s tu s 1954. Belgisch Staatsblad v a n 14 fe b ru a ri 1957. Belgisch Staatsblad v a n 2-3 d e c e m b e r 1957. . Z ie h ie ro v e r Belgische economische statistieken 1941-1950, deel I , b lz. 85
—
: B e w e g in g v a n d e w e e fs e ls
5 3
—
kom en, de geleverde veredelde en ruw e weefsels en de voo rrad en weefsels p er einde ja a r. D e cijfers v a n d e p ro d u k tie, de leveringen en de v o o rrad en v a n katoen-, wol- en ju te ta p ijte n zijn eveneens in deze ta b e l begrepen.
2° de ru b rie k « D am eskousen, in nylon, zijde, enz. » o m v a t eveneens kousen in andere sy n th etisch e vezels en in rayonne. H e t b e tre ft zowel kousen g efabri ceerd op rondbreigetouw en als op « c o tto n » getouw en;
I I I . Breigoednijverheid
3° de ru b riek « Sokken, 3 /4 kousen, sokjes » o m v a t zowel de sokken in sy n th etisch e d rad e n als in wol o f katoen.
T a b e l 47
: G e b r e id e s to ffe n
T abel 47 betreffende de p ro d u k tie, de verkoop, de voo rrad en p e r einde ja a r v a n d e gebreide stoffen om vat :
IV . K unstm atige textiel T a b e l 49
— in de ru b rie k « indém aillable o n d ergoedartikelen » : de ray o n n e en de sy n th etisch e vezels;
: R a y o n n e p r o d u k tie
— in de ru b rie k « A ndere stoffen » : hoofdzakelijk k a to e n en in de tw eede p la a ts wol.
D e sta tistie k betreffende de ray o n n e w o rd t op g ein aak t door de N.V. F ab elta. E r zij a a n h erin n erd d a t de ku n stm atig e en sy n th etisch e vezels in tw ee g rote c a te gorieën ingedeeld w orden die zelf een zeker a a n ta l v er schillende p ro d u k te n o m v a tte n :
T a b e l 4 8 : P r o d u k ti e , v e rk o o p e n v o o r r a d e n v a n a f g e w e r k te a r tik e le n
1° d e vezels op basis v a n cellulose w aarin m en nog
onderscheidt : D e afgew erkte p ro d u k te n v a n deze ta b e l w erden in volgende ru b riek en o n d erg eb rach t : o n dergoedartike len; dam eskousen; sokken, 3 /4 kousen en sokjes; bovengoedartikelen; handschoenen; baskische m utsen.
a ) de doorlopende d ra a d : ray o n n e b) de stu k jes vezels : de fibranne. F ib ra n n e en ray o n n e k u n n en volgens 3 procédés v e r v aard ig d w orden : viscose, a c e ta a t en cupro-am m onium ;
D e sam enstelling v a n deze ru b riek en b ied t geen m oeilijkheid. E venw el d ie n t opg em erk t d a t :
2 ° de
niet-cellulosevezels die k u n n en onderverdeeld w orden in vezels op basis v a n proteïne, vezels op basis v a n alg in aat, glasvezels en sy n th etisch e vezels.
1° de ru b rie k « O ndergoedartikelen » de artik elen in
ray o n n e, k ato e n en wol om vat;
I . — L E D E R N IJ V E R H E ID B ron
:
B ib l i o g r a f i e
Nationaal Instituut voor de Statistiek.
: Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Tijdschrift van hei N .I.S. Annuaire Statistique (O.V.N.).
Deze sta tistie k o m v a t n ie t de schoenen en pantoffels gefabriceerd door de fabrieken die t o t dé ru b b e m ijverheid behoren. D e ru b rie k « Pantoffels » o m v a t de p ro d u k tie v a n espadrilles.
T a b e l 5 0 : P r o d u k ti e v a n a f g e w e r k t le d e r , s c h o e n e n e n p a n to ffe ls D eze ta b e l v erm eld t de produk tiecijfers v a n zw aar leder (zoolleder en technisch leder), lic h t leder, schoenen en pantoffels.
J . — D E P R O D U K T E N V A N D E V O E D IN G S B E D R IJ V E N B ronnen
:
B ib l i o g r a f i e
Ministerie van Financiën , Bestuur der Accijnzen. Nationaal Instituut voor de Statistiek.
: Statistisch Jaarboek van België. Statistisch Tijdschrift van het N .I.S. Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N.B.B. Annuaire Statistique (O.V.N.).
rech tstreek s bekom en op de fab riek zelf, de geraffi neerde suikers v a n de gespecialiseerde raffinaderijen en de raffineerstropen bekom en tijd e n s de e x tra c tie v a n de suiker u it de bieten. D eze sap p en b e v a tte n nog kristalliseerb are suiker en onreinheden (eiw ithoudende stoffen en m inerale zouten).
T a b e l 51 : J a a r p r o d u k t i e e n - v e r b r u ik v a n s u ik e r D eze ta b e l v erm eld t de p ro d u k tie, de raffinering, de in- en u itv o e r en de v o o rrad en v a n suiker tijd en s zijn verschillende p ro d u k tie sta d ia . H e t b e tre ft de ruw e suiker, eerste p ro d u k t v a n de bew erking v a n de suiker b ie t, h e t « w itte fabriekspoeder », raffin ad erijp ro d u k t —
5 4
—
T a b el
52
:
S u ik e r p r o d u k tie
p er
ca m p a g n e
d)
■ D e sta tis tie k v a n de su ik erp ro d u k tie p e r suikercam pagne w o rd t o p g em aak t p er periode gaande v an 1 o k to b er to t 30 sep tem b er v a n h e t volgende ja a r. De p ro d u k tie v a n ruw e suiker g eb eu rt d ad elijk en eindigt in d ecem ber-januari; die v a n de raffinaderijen d a a re n teg en h a n g t a f v a n de vraag.
e) Zuivelprodukten D e cijfers v a n d e ru b riek « R am ing v a n d e to ta le m elkproduktie » w orden verkregen door h e t jaarlijk s gem iddelde ren d em en t p er koe te verm enigvuldigen m e t h e t a a n ta l m elkkoeien v a n h e t R ijk gesteld op 15 m ei v a n elk ja a r. H e t grootste deel v a n de p ro d u k tie dien t voor de fab ricatie v a n b oter, de re st w o rd t in afnem ende m a te g eb ru ik t als consum ptiem elk incl. de chocoladem elk en y o g hurt, als veevoeder en als d eri vaten , m et nam e kaas, poeder v a n volle m elk, gecon centreerde volle m elk en consum ptieroom .
T a b e l 53 : B ie r D e enige nauw keurige sta tistie k e n inzake de b ed rij vigheid v a n de brouw erijen zijn h u n aan g iften b e tre f fende h e t v e rb ru ik v a n m eel en suikerhoudende grond stoffen. D eze aan g iften d ienen als grondslag voor de berekening v an de belasting. H e t accijn srech t op de v e r b ru ik te grondstoffen is progressief. I n geval v a n u it voer w o rd t o n tlastin g v a n accijns to egestaan.
De cijfers v a n de ru b rie k « B o terp ro d u k tie » o m v a tte n de boerenboter en de m elkerijboter. A angezien alleen v an de p ro d u k tie v a n m elkerijboter m a an d sta tistie k e n gehouden w orden, m oet de to ta le b o terp ro d u k tie dus door r a m ing o f door berekening o p gem aakt w orden.
T ab el 53 geeft de p ro d u k tie, de in- en u itv o e r en h et v erb ru ik v a n bier. T a b e l 54
H e t M inisterie v a n L andbouw ging als volgt te w erk om cijfers v a n onderhavige ru b riek op te m ak en :
: A lc o h o l
Deze ta b e l v erm eld t h e t a a n ta l distilleerderijen in b e d rijf evenals h e t in België geproduceerde a a n ta l h ecto liter bran d ew ijn . Zij v erm eld t tev en s de s ta tis tische reeksen betreffende de in- en u itv o er en h et v e r b ru ik v a n alcohol in de B .L .E .U . L aatstgenoem de reeksen w orden u itg e d ru k t in d u izenden hectoliters herleid to t 50° G ay-L ussac, bij een te m p e ra tu u r v an 15° centigraden.
1)
: D iv e r s e
v o e d in g s p r o d u k te n
D eze ta b e l heeft betrek k in g op de hiernavolgende P ro d u k ten : a) Meel De m eelproduktie w o rd t o p g em aak t door de Alge m ene V ereniging d e r Belgische M aalders en w ordt sed ert ja n u a ri 1950 door h e t N .I.S . gepubliceerd.
f) Bijenteelt De ru b riek en betreffende deze n ijv erh eid geven een ram ing v a n h e t a a n ta l bijenkorven en v a n de honigpro d u k tie. D e bijenkorven o m v a tte n de ko rv en in stro en de k isten m et u itn e em b a ar ra am . D e getelde honigp ro d u k tie is h e t re su lta a t v a n een berekening : m en heeft een gem iddelde p ro d u k tie g e raam d v a n 7 kg honig p e r bijenkorf.
b) M argarine c) Glucose D oor gefabriceerde glucose v e rs ta a t m en de glucose, de m altose en de an d ere n ie t k ristalliseerbare suikersoorten.
K.
T a b e l 56
tot in 1952 : u itg aan d e v a n d e to ta le m elkproduktie enerzijds, de m a a n d sta te n voor de fab ricatie in m el kerij v a n m elk voor h e t v erbruik, kaas, m elkpoeder en geconcentreerde m elk en een ram ing v a n de als voeding v e rb ru ik te m elk op de hoeve anderzijds, hebben de dien sten v a n h e t M inisterie, per verschil de hoeveelheid gefabriceerde b o te r berekend;
2) van 1953 a f : laatstgenoem de w o rd t nog steeds per verschil berekend, doch m en tra c h t d ich te r bij de w erkelijkheid te kom en door de hoeveelheid ver b ru ik te m elk op de hoeve b e te r te ram en. Zo w o rd t h e t m elkverbruik door h e t vee d a t vroeger zeer ruw geschat w erd op basis v a n h e t a a n de slachter geleverd vee, v o o rta a n berekend op grond v a n de jaarlijk se veetelling op 15 mei. D oor een zelfde zorg voor nauw keurigheid m a a k t m en een onderscheid tu ssen de fokkalveren en d e m estkalveren en m en k e n t h u n verschillende verbruikscoëfficienten toe.
D e reeks m e t b etrek k in g to t de u itv o er v a n am ylalcohol w ordt aan g ed u id in to n n en ; zij w erd sedert 1959 afgeschaft aangezien de am ylalcohol v a n rech ten w erd vrijgesteld. T a b e l 55
Jam
TABAK
B ronnen :
Ministerie van Financiën, Bestuur der Douanen en Accijnzen. Nationaal Instituut voor de Statistiek.
B ib lio o b a f ib :
Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Tijdschrift van het N .I.S. Belgisch Staatsblad. Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N.B .B.
: T e e lt e n v e r b r u i k
jaarlijk se in- en u itv o er v a n ta b a k . H e t g a a t hier om ruw e ta b a k m et inbegrip v a n de ta b ak sb la d eren , de afv al en h e t ta b a k sto f. H e t v erb ru ik v a n ruw e ta b a k w o rd t bekom en door bij d e p ro d u k tie de invoer op te
D e ta b e l behelst, b u ite n de reeksen in ^verband m e t de inheem se ta b a k ste e lt, de sta tistie k e n betreffende de —
55
—
tellen en de u itv o e r erv an a f te tre k k e n . D e ta b e l ver m eld t eveneens h e t v erb ru ik v a n afgew erkte p ro d u k ten , m e t nam e de sigaren, cigarillo’s, sig a re tten en de rook-, snuif- en p ru im ta b a k . D a a r deze sta tis tie k o p gem aakt w o rd t a a n de h a n d v a n de fiscale b an d jes heeft d it to t gevolg d a t de p ro d u k te n die vrij v a n re ch ten v erkocht w orden (in D u itsla n d gelegerde tro ep en, lu ch thavens, enz.) n ie t w orden geteld.
T a b el
57
:
B e d r ijv ig h e id
in
d e
ta b a k s n ijv e r h e id
Deze ta b e l v erm eld t de hoeveelheid ta b a k g eb ru ik t bij de fabricage v a n sigaren, cigarillo’s, sig aretten , rook-, pruim - en sn u iftab ak . Deze sta tistie k , op g em aak t in sam enw erking m e t de betro k k en beroepsraad, w erd sedert h a a r p u b lik a tie in 1946 n ie t gewijzigd.
L. — P A P I E R
T a b e l 58
B ro n :
Nationaal Instituut voor de Statistiek.
B ib lio g ra fie :
Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Tijdschrift van het N .I.S . Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N .B .B . Annuaire Statistique ( O.V.N .)
: B e d r ijv ig h e id in d e p a p ie r n ijv e r h e id
D eze ta b e l geeft eveneens de hoeveelheid p ap ier en k a rto n die door de p ro d u ce n ten v erw erk t w ordt. D eze sta tistie k b eru st op h e t koninklijk besluit v a n 7 ap ril 1951 (36) d a t een ja arlijk se sta tistie k v o o rsch rijft voor de p ro d u k tie in de n ijv erh eid v a n de papier- en k arto n verw erking. D it besluit evenals d it v a n 27 februari 1948 (37) in v erb an d m e t de jaarlijk se pap ierp ro d u k tie w erden gecoördineerd en gew ijzigd door h e t koninklijk besluit v a n 24 m ei 1954 (38) betreffende de jaarlijkse statistie k e n v a n de industriële produktie.
D e sta tistie k e n v a n de p ro d u k tie in de p ap ie rn ijv er heid w orden o p g em aak t k rach ten s h e t m inisterieel b esluit v a n 13 feb ru ari 1951 (35) d a t een m aandelijkse s ta tistie k voorschrijft v a n de bedrijvigheid in de n ijv e r heid voor d e p ro d u k tie en de verw erking v a n pap ier en k a rto n . D it b esluit v erp lich t inzonderheid de p ap ie r fa b rik a n te n m aan d elijk s a a n h e t N .I.S . h u n p ro d u k tie te doen k en n en p er soort v o o rtg e b ra c h t p ap ier en k arto n .
(36) Belgisch Staatsblad v a n 23 a u g u s tu s 1951. (37) Belgisch Staatsblad v a n 12 m a a r t 1948. (38) Belgisch Staatsblad v a n 13 a u g u s tu s 1954.
(35) Belgisch Staatsblad v a n 5-6 m a a r t 1951.
M. — G L A S B ro n :
Nationaal Instituut voor de Statistiek.
B ib lio g ra fie :
Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Tijdschrift van het N .I.S .
T a b e l 59 : I n d e x c ijf e r s v a n d e p r o d u k tie
b ed rijf nem en o f gebruiken voor de p ro d u k tie van vensterglas v a n elke sm eltoven o f m achine voor de v er vaardiging v a n vensterglas, die n iet bestond op 18 o k to ber 1940 o f die op die d a tu m n iet u itslu ite n d voor deze fabricage aangew end w erd. Deze reglem entering verzet zich n ie t tegen de vervanging v a n h e t m aterieel of tegen h e t toepassen v a n nieuw e u itv in d in g en voor zover h e t p ro d u k tiep o ten tieel hierdoor n ie t verhoogd w ordt. K ra ch te n s h e t zelfde besluit k a n een nieuw e vo o rtbrenger zich slechts vestigen n a d a t hij door de K oning d a a rto e gem achtigd is.
D e indexcijfers v a n de g lasp ro d u k tie gepubliceerd in ta b e l 59 h eb b en b etrek k in g op tw ee sectoren v a n de glasnij v erheid : deze v a n h e t vlakglas en deze v a n h e t holglas. D e indexcijfers betreffende de ja re n 1950 to t 1952 zijn berekend op basis v a n h e t ja a r 1938 = 100 en herleid to t h e t b asisjaar 1953 = 100. V an 1953 a f w erden zij verv an g en door de indexcijfers v a n de industriële p ro d u k tie re ch tstreek s berekend op basis v a n h e t ja a r 1953. D e wijze v a n berekening v a n deze indexcijfers is uitgelegd in h e t begin v a n onderhavig h o o fd stu k in de ru b rie k « Indexcijfers v a n de in d u s triële p ro d u k tie », blz. 40.
D eze m aatregelen w erden door h e t k o n in k lijk besluit v a n 10 m ei 1958 (41) to t 30 ap ril 1963 verlengd.
M et b etrek k in g to t h e t vlakgas d ie n t verw ezen n a a r h e t k o n in k lijk besluit v a n 25 novem ber 1952 (39) d a t gevolg g a f a a n een verzoek v a n de In d u striële V ereniging voor vensterglas ged aan in toepassing v a n h e t k o nin k lijk b eslu it n r 62 v a n 13 ja n u a ri 1935 (40) d a t to elating verleende to t h e t in stellen v a n een econom ische regle m entering v a n de p ro d u k tie en de verdeling.
In de n ijverheid v an h e t gegoten glas, g af h e t k o n in k lijk besluit v a n 12 ap ril 1955 (42) gevolg a a n een v e r zoek m et h e t doel de jaarlijk se p ro d u k tie te beperken to t 50 p et. v an h e t p roduktieverm ogen v a n de op 30 ju n i 1954 bestaan d e in stallaties, om de p ro duktiem iddelen te beperken to t de op deze d a tu m bestaan d e produktiem iddelen en de stand aard reg els in a c h t te nem en.
D it besluit verbood t o t op 31 decem ber 1954 h e t in
Deze bepalingen w aren to t op 30 ju n i 1957 v a n k ra ch t.
(39) Belgisch Staatsblad v a n 4 d e c e m b e r 1952. (40) Belgisch Staatsblad v a n 18 ja n u a ri 1935.
(41) Belgisch Staatsblad v a n 21 m ei 1958. (42) Belgisch Staatsblad v a n 3 ju n i 1955.
—
56
—
N .
—
K L E IN IJ V E R H E ID
BRON :
Nationaal Instituut voor de Statistiek.
B ib lio g ra fie :
Statistisch Tijdschrift van het N .I.S. Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N.B.B. Annuaire Statistique (O.V.N.). Bulletin mensuel de Statistique (O.V.N.).
v a n h et koninklijk besluit v an 24 m ei 1954 (44) d a t de jaarlijk se sta tistie k e n v an de industriële p ro d u k tie coördineert en inzonderheid a a n al de steen- en p o tte n b ak k erijen die v ijf of m eer arbeiders tew erkstelden tijd en s de m aan d o k tober v a n h e t ja a r w aarop de s ta tistie k betrekking heeft, de verplichting oplegde aan h e t N .I.S . de p ro d u k tie m ede te delen v a n artikels die in ta b e l 60 voorkom en. Deze ta b e l o m v a t dus n ie t de pro d u k tie v a n bedrijven m et m inder d a n v ijf arbeiders.
T a b e l 60 : V o o r n a a m s te p r o d u k te n Deze ta b e l te lt volgende ru b riek en : gewone baksteen en gevelsteen, d raineerbuizen, kabeldeksels, holle steen (voor gew elven en andere), an d ere k leiprodukten. E en b eslu it v a n de R eg en t v a n 28 novem ber 1949 (43) schreef een jaarlijk se sta tis tie k v a n de p ro d u k tie in de kleinijverheid voor. D it besluit viel onder de toepassing (43) Belgisch Staatsblad v a n 1-2-3 ja n u a r i 1950.
(44) Belgisch Staatsblad v a n 13 a u g u s tu s 1954.
O. — K E R A M IE K B ro n n en :
Verbond der Keramische Nijverheid van België. Nationaal Instituut voor de Statistiek.
B ib lio g ra fie :
Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Tijdschrift van het N .I.S.
de industriële p ro d u k tie toepasselijk op de k eram iek nij verheid.
T a b e l 61 : P r o d u k tie v a n d e k e r a m ie k n ijv e r h e id H e t N .I.S . p u b liceert regelm atig de driem aandelijkse p ro d u k tie sta tistie k e n verzam eld door h e t V erbond der K eram ische N ijverheid v a n België;
K rac h ten s h e t koninklijk besluit v an 9 m ei 1959 (47) w erd v a n 1 ja n u a ri 1959 a f een driem aandelijkse s ta tis tie k voorgeschreven v a n de voorraden, de o n tvangen hoeveelheden en h e t verb ru ik v a n b ra n d sto f in de keram ieknij verh eid .
E en k o n in k lijk besluit v a n 17 fe b ru a ri 1958 (45) m a a k te de bepalingen v a n h e t k o n in k lijk besluit v an 24 m ei 1954 (46) inzake de jaarlijk se sta tistie k e n van (45) Belgisch Staatsblad v a n 17 m a a r t 1958. (46) Belgisch Staatsblad v a n 13 a u g u s tu s 1954.
(47) Belgisch Staatsblad v a n 28 m ei 1959.
P. — H O U T E N A A N V E R W A N T E P R O D U K T E N B ro n n e n :
Nationaal Instituut voor de Statistiek. Food and Agricultural Organization.
B ib lio g ra fie :
Statistisch Tijdschrift van het N .I.S. Annuaire Statistique des produits forestiers. Annuaire Statistique (O.V.N.).
T a b e l 62 : W a a r d e v a n d e g e f a c tu r e e r d e v e rk o p e n tijd e n s h e t j a a r
T a b e l 63
: O n d e r b e h e e r g e s te ld e b o s s e n
Deze ta b e l geeft h e t p ro d u k t d er k ap pingen per h o u tso o rten in de onder beheer gestelde bossen.
H e t b e tre ft de gezam enlijke w aarde v a n de g efactu reerde v erkopen door de diverse b ed rijv en voor h o u t bew erking en a a n v erw an te bedrijven. D eze sta tistie k heeft voor 1950 en 1951 betrek k in g op een co n stan t a a n ta l v a n 373 instellingen. V an 1952 a f hebben de verk o p en b etrek k in g op de instellingen m e t v ijf arbeiders en m eer, gerang sch ik t volgens h u n v o ornaam ste bedrijvigheid.
» » » » »
« D oor onder beheer gestelde bossen en w ouden v e rsta a t m en de bossen w a arv a n de bew aking, h e t genot en h e t behoud in h an d en zijn v a n een speciale openbare ad m in istratie gekend onder de n aam v a n B estu u r v a n W aters en Bossen en afh an g en d v a n h et M inisterie v a n L andbouw . » (48)
(48) K o n in k lijk b e s lu it v a n 20 a p ril 1885 (Belgisch Staatsblad v a n 2 3 a p ril 1885). K o n in k lijk b e s lu it v a n 30 ju n i 1900 (Belgisch Staatsblad v a n 8 ju li 1900).
—
57
—
Q.
B ron : B ib l i o g r a f i e
—
C E M E N T
Nationaal Instituai voor de Statistiek. : Statistisch Tijdschrift van het N .I.S. Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N.B.B. Annuaire Statistique (O.V.N .). Bulletin mensuel de Statistique (O.V.N .).
T a b el
64
:
D e ru b riek « P o rtla n d ce m en t » o m v a t eveneens de uitgevoerde klinkers. T o t de ru b riek « A ndere cem ent soorten » behoren inzonderheid de gesm olten cem ent of « supercem ent » m e t grote w eerstand, g eb ru ik t voor speciale w erken, de w itte cem ent w aa ru it h e t ijzer verw ijderd w erd en de vulkanische cem ent, verkregen door m engeling zonder b ak k e n v an som m ige n a tu u rlijk kiezelachtige stoffen (puim steen) m et v e tte kalk.
P r o d u k tie
Deze ta b e l sla a t op de p ro d u k tie v a n P o rtlan d cem en t, m etaalcem en t (d.w.z. hoogovencem ent, ijzercem ent, p erm etaal- en o v ergesulfateerd cem ent), slakkencem ent en an d ere cem entsoorten.
R . — W A T E R V O O R Z IE N IN G B ron
:
Nationaal Instituut voor de Statistiek.
B ib l io g r a f ie
: Statistisch Tijdschrift van het N .I.S. Belgisch Staatsblad.
T a b e l 65
: W a te r v o lu m e n
koninklijk besluit beveelt h e t opm aken v an een ja a r lijkse sta tistie k v an de w aterp ro d u k tie. H e t leg t de m aatsch ap p ijen die, tijd en s de m aan d o k tober van h et ja a r w aarop de sta tistie k b etrekking heeft, v ijf o f m eer arbeiders tew erkstelden, inzonderheid de verplichting op m ededeling te doen v a n h e t opgevangen w atervolum e, van h e t w atervolum e afg estaan door en a a n andere m aatsch ap p ijen en h e t to ta a l voor de verdeling beschik b a a r volum e.
D eze sta tistie k is h e t gevolg v a n h e t koninklijk besluit v a n 24 m ei 1954 (49) d a t h e t m inisterieel besluit v an 21 m ei 1946 (50) te n dele verving. B ovengenoem d
(49) Belgisch Staatsblad van 13 augustus 1954. (50) Belgisch Staatsblad van 10 juli 1946.
GEPUBLICEERDE TABELLEN
N'
Blz.
GEPUBLICEERDE TABELLEN
A- — Algem een Algem ene re su lta te n v a n de ja a r lijkse p ro d u k tie sta tistie k e n . . . .
Nr
Hlz.
S teenkolenm ijnen : concessies in w erking en ontgonnen o p p er v lak te ...............................................
8
68
S teenkoolproduktie p e r bekken ..
9
68
10
69
M aandelijkse steenkoolproduktie .
11
70
V oorraden p er einde m aan d op de mij n te rr einen ...............................
12
70
L everingen v a n Belgische stee n kolen en b rik e tte n a a n de voor n aam ste verbruikssectoren . . . .
13
71
Personeel en p resta ties ..................
14
71
R e n d e m e n t..........................................
15
72
G em iddeld a a n ta l gew erkte dagen
16
72
Cokesovens en fabrieken v an stee n k o le n b rik e tten .................................
17
73
P ro d u k tie v a n cokes en leveringen a a n d e verschillende econo m ische sectoren .............................
18
73
19
74
I I . Steenkool, cokes en steenkool b rik e tte n 1
58 à 62
B. — Indexcijfers van de nijverheidsproduktie
S teenkoolproduktie volgens kwaA lgem een indexcijfer v a n h e t N a tio n a a l I n s titu u t voor de S ta tistie k ...............................................
2
62
Indexcijfers v a n d e p ro d u k tie p er b e d rijfsse c to r....................................
3
63
A lgem een indexcijfer v a n h e t « I n s titu t de R echerches économ i ques e t sociales » ........................... In d ex cijfers v a n de nijverheidsp ro d u k tie volgens d e bestem m ing In d ex cijfers v a n de nij verheids p ro d u k tie volgens goedereng r o e p e n .............................................
4
5
6
63
G3
64
C. — Energie I.
E n e r g i e b a l a n s ..................................................
I I I . E le k tric ite it 7
E lek tric ite it : produktieverm ogen
67
—
58
—
G E P U B L IC E E R D E T A B E L L E N .
N e tto p ro d u k tie v a n elektrische e n e r g ie ............................................... O penbare bedeling v a n elektrische e n e r g ie ...............................................
Nr
B lz.
20
75
21
75
G E P U B L IC E E R D E T A B E L L E N
I I . W everij G arenvoorraden per einde ja a r ... Beweging v a n de weefsels ...........
22
76
23
76
G ebreide stoffen ............................... P ro d u k tie , verkoop en voorraden v a n afgew erkte artik elen .........
D. — M etaalproduktie
48
49
I. — Ledernijverheid 24
77
25 26-27
77 78-79
28
80
P ro d u k tie v a n afgew erkt leder, schoenen en p a n to ffe ls ................
29
80
30 31
81 81
50
J . — De produkten van de voedings bedrijven Ja a rp ro d u k tie en -verbruik van s u ik e r ................................................. S uikerproduktie per cam pagne . . Bier ........................................................ Alcohol ................................................. D iverse v o e d in g sp ro d u k te n ...........
E . — Chemische produkten P ro d u k tie v a n te e r, benzol en d eri v a te n ............................................... Belgische raffinaderijen v a n p e tro leum en v a n zijn d e riv a te n . . . . S tikstofnij v erheid .............................
47
IV . K u n stm a tig e te x tie l R a y o n n e p ro d u k tie .............................
IJz e r- en staalnij v e r h e id ................ N ijverheid v a n de non-ferrom eta le n ................................................. M etaalverw erkende nijverheid . . . A an tal gekeurde w apens door de p ro efb an k te L uik ......................
45 46
I I I . B reigoednijverheid
IV . Gas N e tto p ro d u k tie , in- en u itv o e r v a n gas ................................................... S ta tistie k v a n de openbare gasvoorz ie n in g ...............................................
N'
51 52 53 54 55
K . — Tabak T eelt en verb ru ik ........................... B edrijvigheid in de tab ak sn ijverheid ............................................
56 57
F. — Steengroeven P ro d u k tie d e r steengroeven en a a n verw ante n ij v e r h e i d ....................
L. — Papier 32
82
B edrijvigheid in de p ap ie rn ij verheid ............................................
G. — Bouw bedrijf
M. — Glas
H e t o p en b aar b o u w b ed rijf — A an gegane verbintenissen .......................33 T oegestane bouw vergunningen . . . 34-35 V oltooide gebouw en ...................... .......36 Indexcijfers v a n de bedrijvigheid in de b o u w n ijv e rh e id ........................ 37 A a n ta l w oningen en an d ere gebou w en (to estan d p er 31 decem ber) 38 S ta tistie k v a n de bouw vergun ningen ..................................................... 39 G oedkope w o n in g e n ........................ ...... 40 S ta tistie k v a n de bouw prem ies . . 41
Indexcijfers v an de p ro d u k tie . . . . 83 83-84 84
58
59
N. — K leinijverheid V oornaam ste p ro d u k ten ................
85
O. — K eram iek
85
P ro d u k tie v a n de keram ieknijv erheid ............................................
60
61
P. — H out en aanverwante pro dukten
86 86 86
W aard e v a n de gefactureerde v er kopen tijd e n s h e t j a a r ................ O nder beheer gestelde bossen . . . .
62 63
H . — Textielprodukten Q. — Cement P ro d u k tie v a n de tex tieln ijv erh eid
42
87 P ro d u k tie ...............................................
64
I. Spinnerij P ro d u k tie v a n spinsels .................. K a to e n s p in n e rije n .............................
43 44
R . — Watervoorziening
87 87
W a te r volum en —
5 9
—
.................................
65
V.
—
D ie n s te n
A. — V E R V O E R Spoorwegnet. — S edert de afschaffing op 1 ja n u a ri 1959 v an de lijn B russel-T ervuren w o rd t h e t Belgische n e t u itslu iten d door de N.M .B.S. geëxploiteerd. De elektrificatie v a n h e t n e t w ordt sedert verscheidene ja re n voortgezet. De lengte v a n de in gebruik zijnde elektrische lijnen bedroeg 915 km op h e t einde v an 1960. H e t b u iten gebruik stellen en de afschaffing v a n som m ige b aan v ak k en om de ex p lo itatie v an h e t n e t te vereen voudigen, lieten tijd e n s de jongste tie n ja a r toe de geëxploiteerde spoorlijnen m et ongeveer 8 p ercen t te verkorten.
I. — A lg e m e n e b e s c h o u w in g e n D e eerste tw ee tab ellen v a n d it h o o fd stu k la te n een vergelijking to e tu ssen de verschillende w ijzen w aarop h e t v erk eer p la a ts v in d t (tab el 1 ) en zij m ak en h e t m oge lijk zich een beeld te vorm en v a n h e t relatieve belang erv a n in de b u iten lan d se h andel v a n de B .L .E .U . (tabel 2). Tabel 1 : Vervoer per spoor, over de weg en te water. D eze ta b e l geeft een overzich t v a n h e t a a n ta l reiziger kilom eters en to n k ilo m eters w a t de goederen betreft.
Volgens h e t Ja a rv e rsla g v a n de N.M .B.S. voor 1960 b rac h ten deze wijzigingen een u itb reid in g m ede v a n de auto b u slijn en die t o t vervanging en aanvulling ingelegd werden. Deze w aren op einde 1960 respectievelijk 3.299 km en 2.945 km lang.
D oor a a n ta l reizigerkilom eters v e rs ta a t m en de som v an de afsta n d e n in k ilom eters door de reizigers afgelegd. H e t a a n ta l to n k ilo m eters v a n de koopw aren is h e t cijfer bekom en door h e t gew icht v a n elke verzending te verm enigvuldigen m e t d e aangerekende afstan d .
Op 22 novem ber 1956 droeg de M aatschappij bij to t de oprichting v an de E uropese M aatschappij voor de F inanciering v an Spoorw egm aterieel « E urofim a », die to t doel heeft a a n de R a d en v a n B eheer v a n de Spoor wegen die h a a r aandeelhouders zijn, h e t voor hu n ex p lo itatie nodige m aterieel tegen de g u nstigste voor w aarden te verschaffen. D e w et v a n 16 feb ru ari 1960 (1) bekrachtigde de overeenkom st in v erb an d m et de o prichting v a n E urofim a.
I n de kolom m en 2 en 5 v a n de ta b e l is h e t in te rste d e lijk w egverkeer sinds 1954 nog slechts om de tw ee ja a r opgenom en o m d a t h e t a a n ta l onderzoekingen die voor deze sta tis tie k nodig w aren w egens begrotingsredenen verm in d erd w erd. Tabel 2 : W ijze van vervoer b ij de in -, uit- en doorvoer van de goederen. Die ta b e l h eeft b etrek k in g op de volgende w ijzen van vervoer : zee, spoorweg, k an alen en rivieren, R ijn, lucht, baan , u itslag u it e n tre p o t en andere w ijzen v a n vervoer.
Rollend materieel. — H e t p a rk v a n h e t rollend m a te rieel b e sta a t u it locom otieven, w agons, bagage- en goederenw agons. D e locom otieven o m v a tte n stoom loco m otieven, elektrische en D iesellocom otieven, evenals elektrische m otorw agens en ra ila u to ’s. Al de stoom lo com otieven zijn m eer d a n tie n ja a r oud, terw ijl 84 pet. v an de elektrische, 98 p e t. v a n de Diesel, 93 p et. v a n de elektrische m otorw agens en 39 p e t. v a n de ra ila u to ’s m inder d a n tie n ja a r oud zijn.
D e aan d u id in g « R ijn » heeft b etrek k in g op h et R ijn v erv o er v a n goederen afko m stig v a n o f bestem d voor D u itslan d en v erder, zonder overscheping in N ederland. D e ru b rie k « A ndere w ijzen v a n vervoer » o m v a t h e t vervoer bij m iddel v a n Meine w agonnetj es p e r spoor o f p e r kabelspoorw eg. H e t g a a t om h e t vervoer v an ijzererts o f v a n v loeibaar g ietijzer afkom stig u it F ra n k rijk .
Tabel 5 : Algemeen vervoer a) Reizigersverkeer H e t a a n ta l reizigers w o rd t v astgesteld volgens h e t a a n ta l afgeleverde b ilje tte n en volgens h e t conventionele a a n ta l reizen p er soort ab o nnem ent. E r b esta a n b ilje t te n enkele reis, heen en te ru g en tegen verm inderde prijs; de abonn em en ten w orden ingedeeld in gewone, w erklieden-, school-, net- en w erkabonnem enten.
II. — S p o o rw e g v e rv o e r a) B E L G IS C H E S P O O R W E G E N B ro n n e n : B ib lio g ra fie
Ministerie van Verkeerswezen. Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen. : Statistisch Jaarboek van de N .M .B .S. Jaarverslagen over de exploitatie van de N .M .B .S. Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Bulletin van het N .I.S . Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N .B .B . Recherches Economiques de Louvain (I.R .E .S .). Algemeen Statistisch Bulletin (Statistisch Bureau van de Europese Gemeenschappen).
H e t a a n ta l reizigerkilom eters w o rd t als volgt bere kend (2) : a) Voor de reizigers met een gewoon biljet, w o rd t de o n t v an g st per klas gedeeld door de prijs v a n de reis per
Tabellen 3 en 4 : Vervoermiddelen E r w o rd t rekening gehouden m e t de lengte v a n de geëxploiteerde lijn en en m et h e t rollend m aterieel. —
(1) Belgisch Staatsblad v a n 25 a p r il 1960. (2) U ittr e k s e l u i t h e t Statistische Jaarboek I960 v a n d e N .M .B .S ., b lz . 2.
61
—
km (deze p rijs is c o n sta n t welke ook h e t tra je c t weze), eventueel m e t in ach tn em in g v a n d e v erm in deringen die in som m ige gevallen w orden toegestaan.
T a b e l 6 : B e d r i jf s o n t v a n g s t e n e n - u itg a v e n
H e t g a a t om d e geboekte o n tv an g ste n n a a ftre k v a n de belastingen to t 28 feb ru ari 1953, sinds 1 m a a rt 1953 zijn de belastingen en de o n tv a n g sten v a n de a a n v u l lende au to b u slijn en d a a rin begrepen.
b) Voor de gewone en schoolabonnementen met beperkt traject is h e t m aan d elijk s a a n ta l reizen conventioneel en v eran d erlijk volgens de afstan d . Om h e t a a n ta l reizigerkilom eters te bekom en, v erm enigvuldigt m en h e t conventionele a a n ta l reizen (48 p er m aand) m et h e t a a n ta l kilom eters w aarvoor elk abonnem ent geldig is. c) Voor de werkliedenabonnementen en de algemene abonnementen p a s t m en op h e t a a n ta l reizen die erop b etrek k in g h eb b en de respectievelijke gem id delde tra je c te n toe, die d o o r onderzoek o f peiling’ o p g em aak t w erden. H e t a a n ta l enkele reizen voor de algem ene ab o n n em en ten is conventioneel (45 per m aand); voor de w erkliedenabonnem enten m et 1, 6 en 7 v erp laatsin g en p er week, te lt m en 2, 11 o f 13 enkele reizen. H e t gemiddelde traject per reiziger is h et q u o tië n t van h et a a n ta l reizigerkilom eters d oor h e t a a n ta l reizigers. b) Goederenverkeer H e t aantal vervoerde tonnen b e tre ft h e t nettogew icht (na a ftre k v a n de ta rra ) v a n d e w agens die volledig geladen zijn (5.000 kg en m eer). H e t vervoer v a n klein handelsw aren k o m t in deze sta tistisc h e reeks n ie t voor.
D e tegemoetkomingen van de Staat in de financiën v a n de N.M .B.S. zijn veelvuldig en belangrijk. D e S ta a t tre e d t inzonderheid op om h e t vroegere te k o rt weg te w erken (voorschot v a n F 300 m iljoen in 1960) en om tariefverlagingen m ogelijk te m aken. H ij d ra a g t to t h e t H ernieuw ingsfonds bij : zijn d o ta tie voor h e t d ie n stja a r 1960 bedroeg F 1.860 m iljoen. Z ijn aandeel in d e financiële lasten v a n de elektrificatiew erken bedroeg op einde 1960 F 174,5 m iljoen. D e S ta a t levert eveneens een bijdrage in de pensioenuitgaven, om de gevolgen v a n de perekw atie en v a n de verhogingen wegens de stijging v a n d e index te verzachten. V an 1957 a f zijn d e teru g b etalin g en door de s ta a t van abnorm ale la ste n v a n de b edrijfsuitgaven afgetrokken en kom en du s n iet m eer in de o n tv an g ste n voor. D e ezploitatiecoëfficiënt is d e verhouding v an de u itg av en to t de inkom sten, verm enigvuldigd m et honderd. H ij s tijg t n a a rm a te er een te k o rt o n ts ta a t. H e t overschot op honderd d u id t h e t deel v a n de uitg av en aan d a t n ie t gedekt is door d e e x p lo ita tieo n tv a n g sten (incl. de staatstoelagen).
D e berekening v an de tonkilometers v a n goederen geb eu rt als volg t (3) : a) Voor de colli’s en de verzendingen door onvolledige ladingen : de to n n ag es w orden verm enigvuldigd m et de gem iddelde tra je c te n die door onderzoek bepaald worden;
Zo de coëfficiënt lager is d a n h o n derd d a n w ijst d it op een overschot v a n de o n tv an g sten op de exploitatieu itg av en . D it overschot d ie n t om de financiële la ste n te verlichten en eventueel om een w inst te vorm en. De S ta a t g a a t verder m et de financiële d ien st te verze keren v a n de door de N.M .B.S. uitgegeven leningen.
b) Voor de zendingen per volledige wagons (5.000 kg en m eer) w orden de tonnages verm enigvuldigd m et de tra je c te n . D e benam ingen « binnenlandse d ien st, in tern atio n ale d ien st en doorvoer » die in de tab ellen g e b ru ik t w orden, h ebben b etrek k in g op d e landsgrenzen en n iet op de grenzen v a n h e t n e t : een lading die u it h e t b u iten lan d k o m t m et bestem m ing n a a r een Belgische h aven om over zee te w orden u itgevoerd, v a lt onder de categorie « doorvoer » evenals de w agons die d oor h e t lan d rijd en zonder gelost te w orden.
Tabel 7 : Vervoer van de voornaamste zware goederen De indeling v an de goederen aangenom en door de In te rn a tio n a le U nie v a n Spoorw egen w erd sinds 1 ja n u a ri 1954 to egepast. V an to en a f w erd h e t verkeer in rub riek en g esp litst die lic h t v a n die v a n de vorige ja re n verschillen.
H e t begrip p ro d u k tiev e to n k ilo m eter (3) heeft b e tre k king op h e t handelsvervoer (m et u itslu itin g v a n h et d ien st vervoer) : h e t is d e som v a n de p ro d u k te n v a n h et gew icht v a n elke verzending m et h e t tra je c t w aarvoor ze b elast werd.
6) B U U R T S P O O R W E G E N B ro n : B ib lio g r a fie :
B rengen wij in herinnering d a t de nuttige lading de verhouding is v a n het' a a n ta l tonk ilo m eters v a n zw are goederen to t h e t ganse p ro d u k tiev e tra je c t v a n de treinen.
Nationale Maatschappij van Buurtspoorwegen. Jaarverslagen van de Nationale Maatschappij van Buurtspoor• wegen. Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Bulletin van het N .I.S . Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N .B .B .
Tabel 8 : Vervoermiddelen
T en slo tte is h e t gemiddelde traject v a n een to n zw are goederen de verhouding v a n h e t a a n ta l tonkilom eters to t h e t a a n ta l vervoerde to n n en .
a) Geëxploiteerde lijnen. — T abel 8 geeft een over zicht v a n de lengte d er lijn en die door de N ationale M aatschappij v a n B uurtspoorw egen geëxploiteerd w or den, onderverdeeld in spoor- en auto b u slijn en . D e lengte v a n de geëxploiteerde spoorlijnen v erm in d e rt jaarlijk s.
(3). Uittreksel.uit liet Statistische Jaarboek 1960.\aii de N.M.B.S., blz. 2. —
D e o n tv a n g ste n v an reizigers en reisgoederen o m v a tte n de o n tv an g ste n v an de p o stp a k e tte n (W ereld-Postunie). De g o ederenontvangsten groeperen die v a n d e detailverzendingen en v a n de verzendingen p er volledige wagon. D e bijkomstige verkeersontvangsten hebben betrek k in g op de reizigers (p erro n k aartjes in de s ta tions, enz.) en op d e . goeder en (tak sen v a n opslag in pakhuis, v a n weging, enz.).
62
—
Deze lijn en w orden in d e rd a a d v e rb e te rd d oor er a u to bussen a a n to e te voegen o f ze door au to b u ssen te v e r vangen. V ijftien p et. v a n de spoorlijnen w orden nog door niet-elek trisch e tra c tie geëxploiteerd (stoom dienst of railau to ), de re st is geëlektrificeerd.
De au to b u sd ie n sten v a n h e t stelsel 1924 zijn de a u to buslijnen m et eigen kap italen . D e au to b u sd ien sten v a n h e t stelsel 1931 zijn de vervangende o f a a n v u l lende openbare dien sten die de vroegere stoom lijnen, ra ila u to ’s o f elektrische lijnen v erb eteren o f vervangen.
D e au to b u slijn en o m v a tte n de o p enbare b usdiensten die rech tstreek s door de N atio n ale M aatschappij geëxploiteerd w orden en degene die in p a c h t w orden gegeven. Op 31 decem ber 1960 bedroeg de lengte v an de lijn en v a n de openbare b u sd ien sten die rech tstreek s door de N atio n ale M aatschappij geëxploiteerd w erden 8.576 km voor de regelm atige d ien sten en 422 km voor de seizoendiensten. D e op dezelfde d a tu m geëxploi teerd e in p a c h t gegeven o p enbare au to b u sd ien sten w aren 1.527 k m lang. D e to ta le len g te v an de a u to b u s lijn en die d o o r de N atio n ale M aatschappij v a n B u u rt spoorw egen geëxploiteerd w erden, bedroeg dus 10.525 km .
III. — G e m e e n s c h a p p e lijk v e r v o e r in d e s te d e n BRON : Ministerie van Verkeerswezen. Bibliografie : Statistisch Jaarboek van België. ■
Statistisch Bulletin van het N .I.S.
Tabel 12 : Algemeenheden De gepubliceerde statistische reeksen hebben betrek king op het vervoer m et trams, trolleybussen en auto bussen. Ziehier de trammaatschappijen die in de gege vens betrokken zijn :
b) Róllend materieel. — H e t tra c tie m a teriee l zowel elektrisch als m e t stoom o f p er ra ila u to n eem t gelei delijk a f terw ijl h e t a u to b u sp a rk to en eem t. Voor h et goederenvervoer p er spoor g e b ru ik t m en p rak tisc h sed ert 1954 geen stoom lijnen m eer. R a ila u to ’s-locomotiev en h ebben de sto o m tra c tie vervangen.
Verkeer
— — — — — — —
de Antwerpse Trams, Tramways bruxellois, Tramways unifiés de Liège, Tramways de Liège-Seraing, Tramways verviétois, Gentse Trams, Tramways de Charleroi.
Tabel 9 : Reizigersverkeer
D e eerste vier m aatschappijen exploiteren trolley buslijnen en dragen bij to t de hieromtrent gepubli ceerde gegevens.
H e t « reizigersverkeer » g a a t de jo n g ste ja re n licht a c h te ru it w a t de elektrische d ien sten en de diensten p er m otorw agens b e tre ft. Deze te n d e n tie w o rdt gecom penseerd door de vooru itg an g v a n h e t « reizigersver keer » v a n de au to b u sd ien sten .
Sedert 1955 (1956 voor de Tramways verviétois) exploiteren al de hierbovengenoemde tram m aatschap pijen autobussen, terwijl to t in 1954 alleen volgende maatschappijen in de statistiek betreffende de exploi tatie van de autobuslijnen een rol spelen :
Tabel 10 : Goederenverkeer
— de Antwerpse Trams; — Tramways unifiés de Liège; — Tramways de Liège-Seraing.
D ie ta b e l p u b liceert d e vervoerde to n n e n en d e to n kilom eters. V oor de tw ee sta tistisc h e reeksen w erden de goederen volgens h u n a a rd in a c h t groepen o n der verdeeld.
IV . — W e g v e rv o e r
D e b asisdocum enten die to t de sam enstelling v a n de sta tis tie k dienen, zijn de v ra c h tb rie v en d ie d e goederen vergezellen. H e t a a n ta l vervoerde to n n e n w o rd t ver kregen d oor h e t gew icht v a n d e goederen sam en te tellen, de to n k ilo m eters d a a re n te g en w orden verkregen door h e t gew icht v a n de goederen te verm enigvuldigen m et h e t a a n ta l afgelegde kilom eters en deze p ro d u k ten sam en te tellen. D e tw ee bestan d d elen m o eten op de v ra c h tb rie f aangegeven w orden.
BRONNEN :
BIBLIOGRAFIE : Statistisch Jaarboek van België.
Statistisch Bulletin van het N .I.S.
Peilingen inzake h e t w egvervoer g etiteld « Telling v a n h e t w egverkeer » w erden in 1949, 1952 en 1955 g ed aan door de d ien st v a n h e t W egverkeer v a n h et M inisterie v a n O penbare W erken. D e peiling v a n 1949 w erd uitvoerig besproken in de Statistische Bulletins van novem ber en decem ber 1950 gepubliceerd door h e t N .I.S .; deze v an 1952 k o m t voor in h e t B ulletin v an novem ber 1953; d e re su lta te n v a n de peiling van h e t w egverkeer in 1955 verschenen in h e t Statistische B u l letin v an ju n i 1957. H e t Statistische Jaarboek van België (boekdeel 81, blz. 308) p u b liceert een ta b e l m et h e t gem iddelde a a n ta l v o ertuigen d a t tijd e n s de drie hierboven genoem de ja re n door telp o sten en p e r dag tu ssen 6 en 22 u u r opgetekend w erden (dagelijks gem id delde v an 563 telposten).
Tabel 11 : Bedrijfsontvangsten en -uitgaven I n ta b e l « B ed rijfso n tv an g sten en -u itg av en » zijn gepubliceerd enerzijds de b e d rijfsre su lta te n v a n de spoorlijnen en v a n de vervan g en d e en aanvullende au to b u slijn en (stelsel 1931) en anderzijds de re su lta te n v a n al de au to b u sd ien sten (stelsel 1924 en 1931). H ie ru it volgt d a t d e o n tv an g sten en u itg a v en v a n de au to b u slijn en (stelsel 1924) n ie t in de overeenstem m ende ru b riek en van h e t eerste deel v a n d e ta b e l opgenom en zijn. —
Ministerie van Openbare Werken. Ministerie van Financiën. Provinciate Besturen. Ministerie van Verkeerswezen.
63
—
Deze verschillende peilingen hebben hóofdzakelijk to t doel h e t p lan to t organ isatie v an h e t w egennet a a n de ontw ikkeling v a n h e t w egverkeer te k u n n en aanpassen. D e peiling v a n 1955 h a d eveneens b etrek k in g op h et in te rn a tio n a le w egvervoer. D e lezer gelieve de hierboven aan gehaalde bron n en te raad p leg en om de om standige re su lta te n v a n de verschillende peilingen te kennen.
T a b e l 1 5 : A u to b u s s e n e n a u to c a r s
I n die ta b e l zijn volgende gegevens verzam eld b e tre f fende de au to b u ssen en de au to cars : a a n ta l en lengte v a n de toeg elaten au to b u slijn en , a a n ta l diensten en rijtu ig e n voor d e a u to c ard ien sten bestem d, a a n ta l bed rijv en en voertuigen in h e t bezit v an een rijbew ijs voor de speciale au tobusdiensten.
B u ite n deze opzoekingen b e sta a n er slechts de volgende gegevens o m tre n t d e vervoerm iddelen over de weg : d e lengte v an de g ro te verbindingsw egen en de s ta tistie k v a n h e t a a n ta l b elaste m otorvoertuigen en rijw ielen.
V. — Z e e v a a rt e n B in n e n v a a r t B ro n :
Tabel 13 : Lengte der grote verbindingswegen D e gegevens v a n die ta b e l g aan u it v a n h e t M inisterie v a n O penbare W erken. Zij slaan op de lengte (in km ) per ja a ru ltim o v a n de R ijksprovincie- en autosnelw egen.
B ib lio g ra fie
Tabel 14 : M otorvoertuigen aangegeven voor de ver keersbelasting op 15 december V oor deze s ta tistie k v erzam elt h e t N .I.S . de gegevens bij m iddel v a n de afsch riften v a n de fiscale kentekens afgeleverd door h e t B eheer v an de directe belastingen v a n h e t M inisterie v a n F inan ciën . N o ch tan s h e t a a n ta l fietsen w o rd t bij de P rovinciale b estu ren verzam eld.
Tabel 16 : Toestand van de Belgische koopvaardijvloot H et aantal stoom- en motorboten waaruit de Belgische koopvaardijvloot bestaat is gepubliceerd in tabel 16; de paketboten van de Belgische Staat zijn daarin niet begrepen. Brengen wij in herinnering dat de cijfers van de bruto-tonnenm aat het totaal volume van het bin nenruim van het schip vertegenwoordigen, uitgedrukt in registertonnen van 100 kubieke Engelse voeten (1 registerton = 2,83 kubieke meter) en dat de cijfers van de nettotonnenm aat gelijk is aan de brutotonnenm aat verminderd m et de ruimten nodig om het schip te besturen. Volgens de publicatie van de H aven van Antwerpen : Statistiek van de zee- en binnenvaart zou men van de Belgische nettotonnenm aat van de Belgische schepen en van de schepen, die in de Belgische havens ingeschreven zijn, nog m et ongeveer 20 pet. moeten verminderen om haar te kunnen vergelijken m et de nettotonnenm aat aangeduid in de buitenlandse sta tistieken.
T o t in 1951 g a a t h e t om h e t a a n ta l v oertuigen die in de loop v a n h e t ja a r voor de belasting op h e t w egver keer w erden aangegeven. V an 1952 a f k o m t h e t per 15 decem ber aangegeven a a n ta l voertu ig en in a a n m e r king. V oor 1956, 1958 en 1960 b e tre ft h e t de voertuigen die p er 1 au g u stu s in om loop zijn. Deze d a tu m werd in aan m erk in g genom en o m d a t hij de telling to e la a t v a n de rijtu ig en die slechts tijd e n s de zom erperiode rijden. Deze sta tis tie k h o u d t geen rekening m e t de voertuigen v a n h e t leger en v a n de g endarm erie en m e t som m ige v o ertuigen g eb ru ik t door h e t B eheer d er P osterijen, de N .M .B.S., de o p enbare d ien sten (politie, brandw eer, gezondheidsdiensten, enz.) evenals m e t een deel v a n de lan d b o u w tracto ren die onder een bijzondere reglem en terin g vallen. » » » » »
« De gem engde v oertuigen die terzelfder tijd voor h e t vervoer v a n personen en goederen k u n n en dienen, w erden v a n 1954 a f in de categorie v an de particuliere rijtu ig e n gerangschikt, terw ijl zij vroeger bij de v oertuigen voor h e t goederenvervoer gerekend w erden (4). »
De activiteit van de Belgische zeehavens Tabel 17 : A ctiviteit van de gezamenlijke havens H et havenverkeer kan op tw ee manieren worden onderverdeeld : o f wel volgens het ty p e van schip of boot dat het vervoer doet, en men spreekt dan van « zeevaart » wanneer het zeeschepen betreft en van « binnenvaart » wanneer het binnenschepen betreft; of wel volgens de plaats van herkomst of van bestem ming van de vervoerde goederen en in deze gevallen maken de goederen die uit het buitenland komen of naar het buitenland verzonden worden, deel uit van het « internationaal verkeer », o f zij over zee, over een kanaal o f rivier o f per spoor vervoerd worden; de andere goederenverzendingen vormen het « binnenlands verkeer ».
D e rijw ielen m et h u lp m o to r zijn die u itg e ru st m et een m o to r m et een m axim um cylinderinhoud v an 50 cm 8; v an 1950 to t en m e t 1952 w aren deze rijw ielen bij de m otorrijw ielen gevoegd. H e t N .I.S . p u b liceert sed ert 1955 de m aandelijkse indeling v a n de v oertuigen m e t nieuw e m o to r die in om loop g eb rach t w orden. D eze indeling k a n bij het N .I.S . verkregen w orden volgens de w oonplaats v a n de aangever, h e t la n d v a n oorsprong en h e t m erk v a n de voertuigen. S edert ja n u a ri 1960 zijn deze gegevens aan g ev u ld m e t de sta tis tie k v a n de ingeschreven en in om loop g ebrachte tw eedehandsm otorvoertuigen. (4) U ittrek sel u it h et
Statistische Jaarboek van België (boekdeel
D e statistieken betreffende de zee- en binnenvaart worden opgem aakt door de respectieve besturen van de verschillende havens. Zij hebben betrekking op het binnenkomen en het vertrekken van elk schip in elke
81, blz. 309).
—
Zeewezen (Ministerie van Verkeerswezen). Nationaal Instituut van de Statistiek. Beheer van de Havens van Antwerpen, Oent, Oostende. Maatschappij der Brugse Zeevaartinrichtingen. . N .V . Zeekanaal en Haveninrichtingen van Brussel. : Officiële lijst van de Belgische zeeschepen. Statistisch Jaarboek van Belgiê. Statistisch Bulletin van het N .I.S . Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N.B .B. Bulletin van het I.R .E .S. Haven van Antwerpen : Statistisch overzicht. Haven van Antwerpen : Statistiek van de zee- en binnenvaart. Annuaire Statistique des Nations Unies. Bulletin mensuel de Statistique des Nations Unies. Antwerpse Scheepvaartvereniging. Belgische Redersvereniging. Les transports Maritimes (jaarlijkse studie van de E.O.E.S.). Revue de la Navigation Intérieure et Rhénane. Norwegian Shipping News.
64
—
haven welke dit schip aandoet om er te laden of te lossen; de schepen die militair materieel hebben geladen of gelost zijn uitgesloten. De volgende havens werden in de statistiek opgenomen : Antwerpen, Gent, Brussel, Oostende, Brugge, Zeebrugge, Zelzate, Rupel, Luikse Agglomeratie, Brussels Nijverheidsbekken, Nieuwpoort.
ren bestemd voor de doorvoer. Daarentegen vermelden de statistieken van de uitgaande goederen slechts de goederen bestemd voor de uitvoer en de doorgevoerde goederen. Het verkeer waarvan sprake werd door het Beheér van de Douanen opgetekend.
« De statistiek betreffende het internationale zeeha» venverkeer geeft een opgave per haven van het » brutogewicht van de geloste of geladen goederen voor » de in-, uit- en doorvoer en maakt volgend onder» scheid : aard van de goederen, land van herkomst en » van bestemming, wijze van vervoer bij het binnen » komen en buitengaan (zee, spoorweg, kanalen en » rivieren, Rijn), vlag van de schepen in geval van » zeevervoer.
T a b e l l e n
2 0
to t
2 4
De tabellen 20 tot 23 hernemen de statistieken van de zee- en binnenvaart respectievelijk voor de haven van Brugge en Zeebrugge, Brussel, Gent en Oostende. De tabel 24 heeft betrekking op het verkeer (reizigers; wagens) van de lijn Oostende-Dover. T a b e l
2 5
:
T o e s t a n d
v a n
d e
b i n n e n s c h e e p v a a r t
» Het brutogewicht is dit van de goederen met al » de verpakkingen. De goederen worden gerangschikt » volgens de nomenclatuur gebaseerd op het officiële » douanetarief en soms meer onderverdeeld om statis t is c h e doeleinden. Naast deze algemene nomencla» tuur worden de goederen eveneens ingedeeld volgens » de Typeclassificatie van de Internationale Handel » C.T.C.I. » (5). »
De binnenvloot bestaat uit vrachtboten met of zonder motor.
De bepalingen betreffende het internationale zeever keer (bijv. land van herkomst en land van bestemming) zijn die van de statistiek van de buitenlandse handel (zie hoofdstuk VIII — Buitenlandse handel van de B.L.E.U., bladzijde 93).
De tonnenmaat uitgedrukt in metrieke tonnen, stemt overeen met het volume van het ruim dat onder dë waterspiegel ligt.
Men mag het aantal boten van de Belgische vloot niet direct met de beweging van de binnenscheepvaart vergelijken. Inderdaad terwijl de Belgische boten gedu rende verscheidene maanden goederen vervoeren in het buitenland, kunnen van de andere kant vreemde schepen in het Belgische vervoer betrokken zijn.
A T a b e l
1 8
:
H
a v e n
v a n
A
n t w
Wat de zeevaart betreft, worden alle schepen bij hun aankomst te Antwerpen geteld, zelfs wanneer ze reeds aangelegd hebben in andere Belgische havens, en zij worden in het aantal uitgevaren schepen opgenomen, welke ook hun bestemming weze; enkel de schepen die slechts voorbij de rede zijn gegaan, worden niet geteld. De Belgische nettotonnenmaat wordt vermeld in Moorson registertonnen (1 ton = 2,83 m3). De omzetting van de Belgische nettotonnenmaat (N.B.T.) in nettoregis tertonnenmaat (internationale tonnenmaat — N.R.T.) gebeurt door van de N.B.T. voor de jaren 1949 tot 1951, 19,73 pet.; voor 1952, 20,85 pet.; voor de jaren 1953 tot 1956, 18,55 pet.; voor 1957 en de volgende jaren 19,69 pet. af te trekken.
T a b e l
1 9
:
I n t e r n a t i o n a a l
v e r k e e r
v a n
d e
h a v e n
2 6
e r p e n
:
b i n n e n s c h e e p v a a r t
:
A l g e m
e e n
o v e r z i c h t
« Onder in- of uitvoer wordt verstaan alles wat over » de grens gaat, behalve de doorvoer. De goederen die » België langs een bepaalde waterweg verlaten en langs » een andere terug in het land komen, zijn eveneens in » de in- en uitvoer begrepen (6). »
v a n 2 7
e n
2 8
:
V e r k e e r
e n
k i l o m
e t e r t o n n e n m
a a t
Z e e v a a r t v o lg e n s
Het internationale verkeer van de haven van Ant werpen wordt ingedeeld in binnengekomen en uitgaande goederen (lossingen en ladingen). Een tweede klassering rangschikt de goederen naar hun aard in tien categorieën. De binnengekomen goederen worden onderverdeeld in invoer, in goederen opgenomen in pakhuis en in goede
—
d e
a a r d
v a n
d e
g o e d e r e n
De statistiek van de binnenscheepvaart verstrekt eveneens gegevens over de vervoerde zware goederen (tonnen en tonkilometers). De vervoerde tonnenmaat wordt aangegeven door het vrachtcontract en wordt eventueel nagegaan door de diepgang van het schip. De goederen worden volgens hun aard in tien groepen
~ (5) Uittreksel uit het kort voorbericht van het Alfabetisch Qoederenrepertorium gepubliceerd door het N.I.S. (1960).
5
d e
« De statistiek van de binnenscheepvaart neemt nota » van de bewegingen van alle binnenschepen en vlotten » op de Belgische waterwegen, excl. de sloepen van » minder dan drie ton en de plezierboten (6). » De beweging in de havens omvat het binnenlands verkeer en de uitvoer enerzijds (ladingen) en het binnenlands verkeer en de invoer anderzijds (lossingen).
T a b e l l e n A n t w
v a n
De statistieken van de activiteit van de binnenscheep vaart steunen op de verplichte verklaringen welke door de schippers in de burelen voor inning van de scheepvaartsrechten, of bij ontstentenis hiervan, in de burelen voor Regeling van de Binnenscheepvaart afgelegd worden bij iedere verplaatsing van hun schip op het net der Belgische bevaarbare waterwegen.
De statistieken van de binnenscheepvaart omvatten : het aantal binnengekomen en vertrokken binnensche pen, het vermogen (in kubieke meters) van de binnengekomen binnenschepen evenals de tonnenmaat in duizenden metrieke tonnen van de internationale en binnenlandse binnenscheepvaart samen (opgesteld door het Havenbestuur). T a b e l
c t i v i t e i t
e r p e n
(6) Uittreksels uit het Statistische Jaarboek van België (boekdeel 81, blz. XXV). 65
ondergebracht. Ingedeeld volgens deze tien groepen worden het verkeer en de tonkilometers van de binnen scheepvaart respectievelijk gepubliceerd in de tabellen nrs 27 en 28.
B ron
«Bij de in-, uit- en doorvoer hebben de landen van » herkomst en van bestemming betrekking op de laad » en lossingsplaatsen en niet op de werkelijke herkomst » of bestemming van de goederen (6). »
T a b e l
V I. —
L u ch tv erv o er
:
B ib l io g r a f ie
2 9
Sabena. ■ : Statistisch Bulletin van het N.I.S. Statistisch Jaarboek van België. Jaarlijkse verslagen over de exploitatie van de Sabena. Association Internationale du Transport aérien (I.A .T.A .). Annuaire Statistique des Nations TJnies. Bulletin mensuel de Statistique des Nations Unies. Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N.B.B. :
B e s c h i k b a a r
v e r m
o g e n
e n
v e r k e e r
v a n
d e
S a b e n a
Om het vervoervermogen van een luchtvloot te schatten mag men zich niet tevreden stellen met het aantal vliegtuigen die er deel van uitmaken te tellen, daar de verschillen tussen de vliegtuigtypes te groot zijn. Men moet met talrijke andere factoren rekening houden : het aantal beschikbare plaatsen, het aantal passagiers, de ladingsmiddelen, de actiestraal, de snel heid, de aanwendingsmogelijkheid met inachtneming van het onderhoud en de herstellingen.
« De doorvoer omvat slechts de internationale door » voer per binnenschip zonder overlading. De goederen » die België per boot binnenkomen en het land met een » ander vervoermiddel verlaten (zeeschip, spoorweg, » enz.) worden in de statistiek van de binnenscheep » vaart bij de invoer ingedeeld. De goederen die België » per boot verlaten, terwijl voor hun invoer in het land » een ander vervoermiddel gebruikt werd, worden als » uitgevoerd beschouwd (6). »
Het luchtverkeer evenals het verkeer van de andere vervoermiddelen wordt gemeten in brutocijfers en in kilometercijfers. Het brutoverkeer stemt overeen met het begrip van de ingedane lading; het wordt uitgedrukt door het aantal passagiers, in tonnenmaat vracht of post, in vlieguren, in afgelegde kilometers. Gelet op het belang van de gewichtsfactor bij het luchtverkeer, kan men eveneens het gezamenlijke verkeer (passagiers, vracht, post) in tonnenmaat schatten, door voor elk passagier met zijn bagages een overeengekomen gewicht van 100 kg te tellen.
Het verkeer in tonkilometers uitgedrukt, wordt vol gens de aard van de goederen voor het verkeer in zijn geheel gegeven (binnenlands verkeer, in-, uit- en doorvoer). De dichtheid van het verkeer is de verhou ding van de tonkilometers tot de lengte van de afgelegde waterwegen. De lengte van het net bedroeg op einde 1960 : 1.583,3 km.
Het kilometer-verkeer dat het meest overeenstemt met het begrip van bewezen diensten wordt gemeten in passagierkilometer en in tonkilometer vracht of post. Het is de som van de afstanden in kilometers door elke reiziger of iedere ton vracht of post afgelegd.
Van 1953 af, kunnen de resultaten wegens een verbe tering in de opgaven van de basisdocumenten niet helemaal meer met die van de vorige jaren vergeleken worden.
De laadcoëfficiënt is de verhouding van het aantal vervoerde tonkilometers tot het aantal beschikbare tonkilometers. Het aantal beschikbare tonkilometers wordt verkregen door het totaal aantal afgelegde kilo meters te vermenigvuldigen met het gemiddeld beschik baar vermogen per vliegtuig. Dit laatste is natuurlijk veranderlijk volgens de afstand afgelegd door ieder toestel, aangezien de bevoorrading in brandstof afhan kelijk is van deze afstand.
(6) UlttrekBels uit het Statistische Jaarboek van België (boekdeel 81, blz. XXV).
B. — VERKEER EN TOERISME B ronnen
:
B ib l io g r a f ie
Bestuur der Posterijen. Regie van Telegraaf en Telefoon. Nationaal Instituut van de Statistiek. Annuaire Statistique des Nations Unies. : Statistisch Jaarboek van België. Jaarverslagen van de Regie van Telegraaf en Telefoon. Statistisch Bulletin van het N.I.S. Annuaire Statistique des Nations Unies. La vie économique (Suisse). Internationaal Bureau van de Wereldpostunie. De Belgische Nijverheid in 19... Le tourisme en Europe (O.E.C.E.). Commissariaat- Generaal voor Toerisme (Jaarverslagen).
1. Verkeer
Internationale Bureau van de Wereldpostunie te Bern Dit verkeer omvat de brieven (gewone, met de luchtpost en aange tekende) postkaarten, drukwerken en kranten, zaakpapieren en kleine monsters. De dienstbrieven (minis ( A
T a b e l
3 0
:
P o s t
De statistieken betreffende het postverkeer zijn opgesteld volgens de onderrichtingen van het —
66
—
n n u a i r e
S t a t i s t i q u e
d e s
N
a t i o n s
U
n i e s ) .
teries, openbare administraties) die portvrij zijn, wor den in dit verkeer meegeteld; de brieven en colli’s met aangegeven waarde echter niet. De post is ingedeeld in binnenlandse dienst, en in post ontvangen uit en ver stuurd naar het buitenland. Het transito-postverkeer wordt in deze statistieken niet meegeteld. T a b e l
3 1
:
T e l e g r a a f .
De telegrafische verbindingsmiddelen in die tabel heb ben betrekking op de lengte van de geleidraden, het aantal toestellen in dienst en het aantal telegraafkan toren die openstaan voor particuliere verbindingen bij het vertrek en bij de aankomst. Het verkeer wordt weergegeven door het aantal verstuurde telegrammen, waaronder men onderscheidt : de gewone (7) en andere binnenlandse telegrammen (dringende, pers- en luxetelegrammen), de speciale binnenlandse telegrammen (kennisgeving van tele fonische oproep, telegrammen van de N.M.B.S., der Posterijen, van het Zee- en Luchtwezen, van de Dienst van de Regie van Telegraaf en Telefoon), de transitotelegrammen en de internationale telegrammen.
84,36 pet. van het totaal abonnenten. 96,2 pet. van de abonnenten van het land kunnen bereikt worden zonder optreden van een telefonist van het uitgangskantoor. Wat meer in het bijzonder het internationale verkeer betreft, werd een speciale dienst (nr 91), die toelaat de abonnenten van Nederland, Zwitserland en Duitsland automatisch te bereiken in de zone van Brussel in gebruik genomen. De automatische dienst met Parijs en Rijsel, werd in de zones van Luik, Gent en Kortrijk in de loop van het vierde kwartaal van 1960 ingesteld. T a b e l
b)
3 3 .
R a d i o - o m
r o e p
e n
T e l e v i s i e
Het gaat om de telling van het aantal radio- en tele visietoestellen aangegeven op 31 december, incl. de toestellen die van de belasting vrijgesteld zijn. Voor de jaren 1954 tot 1957 betreft het een raming van de tele visietoestellen in gebruik, gepubliceerd in de A
S t a t i s t i q u e
d e s
N
a t i o n s
U
n n u a i r e
n i e s .
2. T o erism e T a b e l
3 2
:
T e l e x d i e n s t
T a b e l
De uitbreiding van deze dienst wordt aangetoond door de statistische reeksen die in die tabel zijn opge nomen. Aantal internationale verbindingen : het gaat om het aantal landen waarmee België telexverbindingen heeft. Het aantal abonnenten bestaat uit de particu lieren en de vennootschappen in België gevestigd en die met het telexnet van de Regie van Telegraaf en Telefoon verbonden zijn. In tegenstelling met de internationale verbindingen, uitgedrukt in minuten, worden de gewestelijke en de intercommunale verbindingen in eenheden opgegeven. Inderdaad is het aantal gewestelijke (3 min.) en inter communale (1 min.) verbindingen niet afzonderlijk gekend en hierdoor kan men ze niet in minuten omzetten. In 1960 gebeuren de Europese gevraagde en ontvan gen verbindingen voor ongeveer 80 pet. automatisch. De buiten-Europese en de doorgaande dienst worden op niet-automatische wijze verzekerd. Van het totaal van de Europese en buiten-Europese aansluitingen kwamen er in 1960, 66 pet. automatisch tot stand. T a b e l
a)
3 3 .
T e l e f o o n
De lengte van de draden en het aantal telefoonposten in gebruik laten toe de ontwikkeling van de telefonische verbindingsmiddelen te volgen. Het verkeer kan beoordeeld worden naar het aantal abonnementen en gesprekken. De automatisering van het net gaat van jaar tot jaar verder. Einde 1960 bedroeg het aantal abonnenten op het automatisch net 657.352 d.i.
34
:
A
a n t a l
o v e r n a c h t i n g e n
v a n
t o e r i s t e n
i n
B e l g i ë
De officiële statistieken van het toerisme in België worden opgesteld krachtens de bepalingen van de koninklijke besluiten van 12 juli 1937 (8) en 20 april 1938 (9) en van het besluit van de Regent van 16 mei 1947 (10), gewijzigd bij ministerieel besluit van 23 decem ber 1953 (11). Dit laatste besluit verstrekt volgende bijzonderheden : «Van januari 1954 afwordt er een statistiek opgemaakt » van al de personen die tijdelijk en mits vergoeding, » buiten hun gewone verblijfplaats gehuisvest werden, » inzonderheid in de hotels, pensions, herbergen, kuurin» stellingen, vacantiehuizen, villa’s en appartementen » evenals in hun permanente of tijdelijke aanhorig» heden, of op de kampeerterreinen. » Maken van deze statistiek geen deel : » 1) » » 2) » 3) » » » » 4) ». »
de studenten, in verband met de gewone huisvesting voor hun studies; de jongelieden in pensioen in onderwijsinstellingen; de bedienden of werklieden die wegens hun bedrijfsbezigheden bij de particulieren inwonen of aan wie door hun werkgever een onderdak ter beschik king gesteld werd; de personen die in de hospitalen, klinieken, kraaminrichtingen, asielen en sanatoria ver blijven. »
De statistieken van de camping hebben slechts betrekking op de periode van mei tot september.
(8) Belgisch Staatsblad van 18 augustus 1037. (9) Belgisch Staatsblad van 19 mei 1938, erratum Belgisch Staatsblad van 6-8 juni 1938. (7) Be internationale Unie der Telecommunicaties beschouwt bovendien de (10) Belgisch Staatsblad van 13 juni 1947. kennisgevingen van telefonische oproepen als gewone telegrammen van de (11) Belgisch Staatsblad van 18-19 januari 1954. binnenlandse dienst. —
67 —
T a b e l 3 5 : B e lg is c h to e r is m e i n
h et b u ite n la n d
L e
De raming van het aantal Belgische toeristen in het buitenland werd ontleend aan de tabel van het interna tionale toerisme van de Deze reeks statistieken is sinds. 1958 afgeschafb. A
N
a t i o n s
U
n n u a i r e
S t a t i s t i q u e
A
n n u a i r e
»
: Statistisch Jaarboek van België. Statistisch Bulletin van het N.I.S. Arbeidsblad. Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N.B.B.
In januari 1950 verkoos het N.I.S. voor zijn index cijfers een meer recente basis met name het jaar 1948 boven de periode 1936 tot 1938, daarenboven werd het aantal rubrieken waarvoor een verkoopsindexcijfer berekend werd, uitgebreid (cf. van mei 1950, blz. 957). S t a t i s t i s c h
B
S t a t i s t i q u e
d e s
N
a t i o n s
U
n i e s .
S t a t i s t i s c h e
B
u l l e t i n s
Het van april 1952 geeft hierna volgend commentaar o p de berekening van de ver koopsindexcijfers voor het verbruik. S t a t i s t i s c h e
B
u l l e t i n
« Een bepaald aantal bedrijven deelt het maandelijks » bedrag van zijn verkopen aan het N.I.S. mede. De » warenhuizen, de verbruikscoöperatieven en de gespe» cialiseerde kledingsbedrijven geven bovendien de » onderverdeling volgens de verschillende goederen » groepen. E n k e l v o u d i g e
S a m
e n g e s t e l d e
i n d e x c i j f e r s
» Bij het berekenen van de indexcijfers die verschil » lende rubrieken of onderverdelingen groeperen, zoals » bv. het algemene indexcijfer van de coöperatieven of » van de warenhuizen, maakt men eerst de som van de » gegevens van al de onderverdelingen waarvan sprake » van de betrokken bedrijven voor de berekenings» maand. De verhouding, vermenigvuldigd met 100, » van dit bedrag tot het overeenstemmende maand » gemiddelde voor 1953, geeft het gezochte indexcijfer.
u l l e t i n
De maandelijkse indexcijfers van deze nieuwe groepen werden sinds 1950 berekend en sedert januari 1951 gepubliceerd in de van het N.I.S. Van 1955 af heeft het N.I.S. de verkoopsindexcijfers op grondslag van het jaar 1953 berekend.
»
e n
B IN N E N L A N D SE HANDEL
—
Nationaal Instituut voor de Statistiek.
:
e
d e s
T abel 36 : M aandelijkse verkoopsindexcijfers
B ib l io g r a f ie
T o u r i s m
n i e s .
G .
B ron
In de publicatie van de. E.O.E.S. van 1961 vindt men voor het jaar 1960 gedeel telijk dezelfde gegevens terug als die gepubliceerd in de E u r o p e
» Er bestaat geen probleem van weging van de samen » stellende delen omdat deze iedere maand in hun » werkelijke verhouding opgenomen worden. » In tabel 36 vindt men de maandelijkse verkoopsindex cijfers opgesteld door het N.I.S. Van 1950 tot 1954 zijn het de indexcijfers berekend op basis van het maande lijks gemiddelde van het jaar 1948 = 100 en herleid tot het maandelijks gemiddelde van het jaar 1953 dat met 100 gelijk gemaakt werd. Van 1955 tot 1960 zijn het indexcijfers die rechtstreeks door het N.I.S. berekend zijn op basis van het maandelijks gemiddelde van het jaar 1953.
T abel 37 : W aarden van de aan de taksen o n d er w orpen tran sacties Bron :
i n d e x c i j f e r s
B ib l io q r a ïie
» Ingeval een onderverdeling per goederensoort niet » noodzakelijk is, worden de brutogegevens van de » betrokken bedrijven opgeteld en de verhouding van » deze som, vermenigvuldigd met 100, tot het overeen » stemmende bedrag van de basisperiode berekend » (thans het maandelijkse gemiddelde van de bedrijven » in 1953). Zo bekomt men de indexcijfers van de maan » delijkse verkopen.
Het « Institut de Recherches Economiques et Socia les » berekent maandelijkse indexcijfers, op basis van het jaar 1953, van de waarden van de aan de taksen onderworpen transacties, door het bedrag van de ver kopen van fiscale zegels te delen door het gewogen gemiddelde van de tarieven der verschillende taksen. De door het I.R.E.S. gepubliceerde maandelijkse gegevens zijn veranderlijke gemiddelden over acht maan den (gecentreerd op de tweede maand) om de hevige bewegingen te verzachten en om rekening te houden met het feit dat de transacties effectief kunnen plaatsge vonden hebben vóór of na de aankoop van de zegels die erop aangebracht worden.
' » De indexcijfers van de gemiddelde dagelijkse ver » kopen zijn dusdanig berekend dat de invloed van het » veranderlijke aantal werkdagen, of beter verkoop » dagen uitgeschakeld wordt. Te dien einde berekent » men de gemiddelde dagelijkse verkoop door deling » van de absolute bedragen door het aantal werkdagen » van de beschouwde periodes.
Tabel 37 is opgemaakt op basis van de maandelijkse gegevens van het I.R.E.S. Zij vermeldt de maandelijkse gemiddelden per kwartaal van de gegevens waarvan sprake, voor de jongste tien jaar.
» De indexcijfers met veranderlijke basis geven de » verhouding aan van de verkopen tijdens een bepaalde » maand tot de verkopen tijdens de overeenkomstige » maand van het vorige jaar. —
Institut de Recherches Economiques et Sociales. : Bulletin de VI.R.B.S.
68
—
T abel 38 : In sch rijvingen en sch rap p in gen in het H a n d elsregister B ron
Ministerie van Economische Zaken.
:
B ib l io g r a f ie
: De Belgische Nijverheid in .19... . Revue de la Banque (1956, nr8 7-8).
.
.
Het S t a a t s b la d van 25 juli 1956 publiceerde de wet van 3 juli 1956 op het Handelsregister. De wet van 30 mei 1924, gewijzigd in 1929, is evenwel steeds van kracht daar de toepassing van de wet van 3 juli 1956 afhangt van een ander koninklijk uitvoeringsbesluit. De voornaamste wijzigingen door de nieuwe wet aange bracht zijn de volgende : de inschrijving in het handelsregister onderstelt de hoedanigheid van handelaar, behoudens tegenstrijdig bewijs; b) de handelaar moet zich vooraf in het handelsre gister inschrijven; c) het Ministerie van Middenstand zal een centraal register voor gans het land bij houden.
Volgens de bepalingen van het koninklijk besluit « betreft de statistiek alle verrichtingen waarbij onmid» dellijke of uitgestelde overdracht van een lichamelijk » roerend goed plaats heeft en waarbij de koper gedeel» telijke, over een periode van ten minste negentig dagen » gespreide stortingen aan de verkoper of aan een derde » verricht, hetzij als gedeeltelijke of volledige betaling » van de prijs, hetzij als aflossing van de verrichting » toegestaan om de aankoop rechtstreeks te financieren. » De periode van negentig dagen wordt berekend van » de eerste storting af, tenzij deze vóór de levering » plaatsheeft.
a)
T abel 39 : F a illissem en ten — G erechtelijke akkoorden — D oor de N ationale Bank van B elg ië ter in ca sserin g aangeboden w is se ls Bronnen
:
B ib l io g r a t ib
Nationaal Instituut van de Statistiek. Moniteur du Commerce Belge. Nationale Bank van België. : Statistisch Bulletin van het N.I.S. Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N.B.B.
Het aantal faillietverklaringen en het aantal aanvra gen voor gerechtelijke akkoorden worden door het N.I.S. overgenomen uit de definitieve jaarverslagen van de griffies der rechtbanken van koophandel.... « De door de N.B.B. ter incassering aangeboden wissels » omvatten alleen de geaccepteerde en nietgeaccepteerde door de N.B.B. gedisconteerde handels wissels, incl. degene die buiten het inc.asseringsgebied van de N.B.B. betaalbaar zijn en die aan het Bestuur der Posterijen toevertrouwd worden. Zij
» » » »
» Het verstrekken van krediet vormt een essentieel element bij de verkoop op afbetaling. De aankoper betaalt een gedeelte van de prijs kontant en krijgt voor het overschot krediet, terugbetaalbaar in 3, 6, 12, 24 of meer termijnen.
» Er bestaan hoofdzakelijk twee financieringsvormen : » de rechtstreekse en de onrechtstreekse financiering.
» Bij de rechtstreekse financiering is het de verkoper » zelf die het krediet verstrekt. Alleen de handelaars » die personeel tewerkstellen (tenminste een werkman » of een bediende) werden in de statistiek in aanmerking » genomen.
» » » » »
» Bij de onrechtstreekse financiering ontvangt de verkoper onmiddellijk de integrale prijs van het ver kochte voorwerp. Een gedeelte van de prijs wordt echter door een derde betaald welke in het verkoopscontract optreedt en aldus een krediet verstrekt dat door de koper zal moeten terugbetaald worden. •
» De onrechtstreekse financiering wordt hetzij door » banken verzekerd, hetzij door financieringsmaat» schappijen of soms door particulieren.
o m v a tte n n ie t d e d o o r d e h o u d e rs V an e e n rek e -
n in g c o u r a n t t e r in c a s s e r in g a a n g e b o d e n w is s e ls .
» In tabel 39 onderscheidt men drie financierings» groepen, te weten : T abel 40 : Verkopen op afbetaling B ron
:
B ib l io g r a f ie
» 1° de financiering door de verkopers,
Nationaal Instituut voor de Statistiek. : Statistisch Bulletin van het N.I.S. Statistisch Jaarboek van België. Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N.B.B.
Het opmaken van de statistiek van de verkopen op afbetaling en de daarmee gelijkgestelde verrichtingen werd bevolen bij koninklijk besluit van 15 maart 1954 (12). Deze statistiek moet om de zes maanden opgemaakt worden; dit gebeurde voor de eerste maal op het einde van het tweede kwartaal van 1954.
» 2° de financiering door banken, » 3° de financiering door financieringsmaatschappijen » of particulieren. . ........
» » » »
» Het uitstaande krediet vertegenwoordigt het geheel der nog verschuldigde saldi (hoofdsom en toebehoren) met inbegrip van de verdisconteerde en nog niet vervallen wissels, alsmede de als borg gestelde contracten en wissels (13). »
(13) Zie hierover het SUUittieche Bulletin van het NJ.S. van november 1954, blz. 1.634.
(12) Belgiteh StaaUblad va n 29-80 m a a rt 1961.
—
69 —
D. — Bronxbn :
B ib l io g r a f ie
H ET
D.Ü.L.B.E.A. Ministerie van Landbouw. Nationaal Instituut voor de Statistiek. Ministerie van Economische Zaken van het Groothertogdom Luxemburg. Bestuur van het Mijnwezen. Ministerie van Financiën. : Cahiers économiques de Bruxelles. Statistisch Bulletin van het N.I.S. Statistisch Jaarboek van België, Tijdschrift voor Documentatie van het Ministerie van Financiën. Revue de I Agriculture. '
T abellen 41 en 42 : De p articu liere verb ru ik sb ested in gen
Het particuliere verbruik, ingedeeld per uitgaven categorie en geraamd eerst tegen de courante prijzen, vervolgens tegen de prijzen van 1953, volgens het stel sel van de Studiegroep van de Nationale Boekhouding, maakt het voorwerp uit van de tabellen nrs 41 en 42. « Volgens het genormaliseerde stelsel van de Nationale » Boekhouding is het gelijk aan de waarde van » de lopende uitgaven van de particulieren voor de » aankoop voor private doeleinden van goederen en » diensten, vermeerderd met de netto waarde van de » giften in natura van de rest van de Wereld (14). v e r b r u i k
» Steeds volgens het genormaliseerde stelsel, verstaat » men door diegene die overeenstem » men met de aankopen van goederen, wat ook de » duurzaamheid ervan weze, excl. de gronden en de » gebouwen. De Studiegroep van de Nationale Boek » houding oordeelde evenwel dat de aankopen van » autovoertuigen door de particulieren, zelfs voor hun » persoonlijk gebruik, moesten beschouwd worden als » vorming van vast kapitaal (15). l o p e n d e
V E R B R U IK
u i t g a v e n
Er dient op gewezen dat het N.I.S. in zijn S ta t is tis c h van januari 1961 : « Enkele globale cijfers over de particuliere verbruiksbestedingen » publiceerde. Deze ramingen waren het voorwerp van een discussie in de Commissie van de Nationale Boekhouding. B u lle t in
T abel 43 : G eslach te d ieren voor het openbaar en p articu lier verbruik
Die tabel publiceert de jaarresultaten van de Sta tistiek opgesteld door het N.I.S. betreffende de geslachte dieren voor het openbare en particuliere verbruik. De slachtingen hebben betrekking op de geslachte dieren voor de verkoop die een onderzoek moeten ondergaan en op het geslachte vee voor particulier ver bruik dat patentvrij is. Deze statistiek vermeldt het aantal geslachte dieren en het gewicht van het vlees (vier kwartieren) voor de runderen, schapen, varkens en paarden.
GEPUBLICEERDE TABELLEN
» Men beschouwt als diegene die » overeenstemmen met aankopen voor private doel » einden. » p a r t i c u l i e r e
u i t g a v e n
Beneden aan tabel 41 vindt men de evolutie, tegen constante prijzen, van het particulier verbruik per inwoner in de vorm van indexcijfers (jaarbasis 1953 = 100) en hun schommelingen in pet. van jaar tot jaar. Door « evolutie tegen constante prijzen » moet men de evolutie in hoeveelheden verstaan d.w.z. « de evolutie van de waarde gedeeld door dé evolutie van de prijzen. » » » » » »
« De verbruiksuitgaven werden, iedere keer dat zulks mogelijk was, berekend op grond van de statistieken van de produktie en van de buitenlandse handel of van de statistieken van de buitenlandse handel alleen voor de produkten die niet in België vervaardigd werden (14). »
De van juli 1959 (nr 4) en van januari 1961 (nr 9) geven de beschrijving van de berekeningsmethodes evenals het detail per verbruikt produkt of dienst, particuliere verbruiksbestedingen, tegen courante en constante prijzen. C a h i e r s
E c o n o m
i q u e s
d e
B r u x e l l e s
(14) Zie hierover, J. P oeluan s, « La consommation en Belgique de 1948 & 1058 », Cahiers Economiques de Bruxelles, nr 4, juli 1959, blz. 601. (15) Cf. « Formation brute de capital fixe, aux prix courants — aux prix de 1958 », Cahiers économiques de Bruxelles, np 12, oktober 1901, blz. 482 tot 485. —
Vervoer per spoor, over de weg en te water ...................................... Wijze van vervoer bij de in-, uit en doorvoer van de goederen... : Vervoermiddelen........................ Aantal wagons aan de nijverheid geleverd.................................... Algemeen vervoer...................... Bedrijfsontvangsten en -uitga-
N'
Bis.
1
99
2
100
3
101
4 5
101 102
6
10 2
7
103
8 9 10
104 104 105
11
105
12
106
13
107
N .M .B .S .
Vervoer van de voornaamste zware goederen........................ : Vervoermiddelen........................ Reizigersverkeer ........................ Goederenverkeer ........................ Bedrijfsontvangsten en -uit gaven ........................................ Gemeenschappelijk vervoer in de
N .M .B .
algemeenheden : a ) Trams, b) Trolleybussen, c) Autobussen. Lengte der grote verbindingswegen 70 —
G E P U B L IC E E R D E T A B E L L E N
Motorvoertuigen aangegeven voor de verkeersbelasting op 15 de cember .......................................... Autobussen en autocars .............. Toestand van de Belgische koop vaardijvloot .................................. Beweging in de gezamenlijke Bel gische zeehavens ...................... Haven van Antwerpen : .............. a) zeevaart, binnenvaart Internationaal verkeer in de Ant werpse haven : zeevaart : . . . a) binnengekomen goederen (los singen), uitgaande goederen (ladingen) Havens van Brugge en van Zeebrugge ........................................
N'
GEPUBLICEERDE TABELLEN
Blz.
14 15
107 108
16
109
17 18
109 110
Beschikbaar vermogen en verkeer van de Sabena .......................... Telegraaf.......................................... Telexdienst...................................... Telefoon, Radio-omroep en Tele visie ............................................ Aantal overnachtingen van toeris ten in België................................ Belgisch Toerisme in het buiten-
b )
19
111-112
b )
113
Haven van Brussel........................
20 21
Haven van G ent............................
22
113
Haven van O ostende.................... Zeevaartlijn Oostende-Dover . . . .
23 24
114
25
114
26
115
27
115
Toestand van de Belgische bin nenvloot ...................................... Algemeen overzicht van de bin nenscheepvaart .......................... Binnenscheepvaart : verkeer vol gens de aard der goederen........ Binnenscheepvaart : aantal ton kilometers volgens de aard van de goederen..................................
28
113
Maandelijkse verkoopsindexcijfers Waarde der aan belasting onder worpen transacties...................... Inschrijvingen en schrappingen in het Handelsregister .................. Faillissementen — Gerechtelijke Akkoorden — Door de N.B.B. ter incassering aangeboden WisVerkopen op afbetaling : .......... 1) algemene resultaten, 2) achterstallige betalingen, 3) indeling van de kredieten ver leend tijdens het halfjaar vol gens de aard der goederen De particuliere verbruiksbestedingen tegen courante prijzen . De particuliere verbruiksbestedingen tegen de prijzen van 1953 Geslachte dieren voor het openbaar en particulier verbruik ............
114
115
—
71 —
N'
Blx.
29 30 31 32
116 116 117 117
33
117
34
118
35 36
118 119
37
120
38
120
39 40
120 121-15
41
123
42
123
43
124
VI. — Inkomens van de arbeiders B ronnen :
N a tion a a l In s titu u t voor de Statistiek. Rijksdienst voor maatschappelijke zekerheid. N ationale Bank van België.
B ib l io g r a f ie : Jaarverslagen van de R .M .Z . Statistisch Jaarboek voor B elgië . . Statistisch T ijd s c h rift van het N . I . S . Arbeidsblad ■ A n n u a ire des Statistiques du T ra v a il ( I . A . B . ). Industrie, tijdschrift van het V .B .N .
Tabel 1 : Totale bezoldigingen uitbetaald aan arbeiders en bedienden Tabel 1 vermeldt het bedrag van de jaarlijkse bezoldi gingen uitbetaald aan al de arbeiders die aan de maat schappelijke zekerheid onderworpen zijn, d.w.z. aan die welke ingeschreven zijn bij de R.M.Z., het Nationaal Pensioenfonds voor Mijnwerkers en de Dienst voor Maatschappelijke Veiligheid van de zeelieden der koop vaardij (1). Het betreft hier de bezoldigingen in aanmerking geno men voor de berekening van de bijdragen aan de maatschappelijke zekerheid die, in de betekenis die de R.M.Z. hieraan hecht, de sommen omvatten in speciën en de voordelen in natura waarop een arbeider krachtens een arbeiders- of bediendencontract recht heeft. Deze bezol digingen zijn noch door een maximum beperkt noch verminderd met de fiscale lasten. Worden niet als bezoldiging beschouwd voor de bere kening van de bijdragen voor sociale verzekering, de voordelen die niet in uitvoering van het contract zelf verleend werden, met name : de verschuldigde vergoedingen bij contractbreuk, de vergoedingen voor werkongevallen of voor beroepsziekten (2), c) de vacantiegelden, d ) de gezinstoelagen, c) over het algemeen, de door de werkgever verleende giften. a) b)
Sommige contractueel door de werkgever verleende voordelen in natura, zoals huisvesting en voedsel worden voor de berekening van de bijdragen voor de maat schappelijke zekerheid geraamd volgens bij koninklijk besluit vastgestelde percentages. De andere moeten daarentegen tegen hun courante waarde geschat worden, dit geldt inzonderheid voor de verwarming, de verlich ting, evenals voor de huisvesting van de arbeider wan neer hij geheel of gedeeltelijk over een gebouw met verscheidene woonruimten beschikt. Voor sommige speciale categorieën arbeiders is de aan de R.M.Z. aangegeven en in de statistieken opgenomen bezoldiging evenwel niet het loon of de voordelen die werkelijk werden toegestaan doch het bij ministerieel besluit vastgestelde loon voor de berekening van de bijdragen voor de sociale verzekering. (1) Zie hierover hoofdstuk II, « Tewerkstelling en werkloosheid » van dit deel, blz. 29. (2) De vergoedingen, de toelagen of de renten toegekend aan de slachtofTers van een arbeidsongeval dat zich na 15 oktober 1951 voordeed of van een beroeps ziekte waarvan de vergoeding na deze datum aangevraagd werd, geven evenwel aanleiding tot de inning van een ingehouden bijdrage. —
Het zijn : de met fooien betaalde arbeiders van de hotelnijverheid en van sommige andere bedrijfstakken (persoonsverzorging, openbare vermakelijkheden,..) b) de arbeiders van de zeevisserij, e) de bestendige en tijdelijke landbouwarbeiders buiten die van de tuin- en bosbouw
a)
Tabellen 2 en 3 Gemiddelde bezoldigingen per bedrijfstak De tabellen 2 en 3 geven het peil van de gemid delde bezoldigingen voor al de arbeiders van de nijver heid, onderworpen aan de sociale verzekering; zij omvatten niet de aan de sociale verzekering onder worpen arbeiders van de bosbouw, de landbouw en de visserij, noch die van de handel, de openbare diensten en andere diensten van algemeen nut. Deze statistiek werd opgemaakt aan de hand van een gedeeltelijke lijst gebaseerd op een ruime steekproef. Het aantal opgenomen bedrijven vertegenwoordigt inderdaad meer dan een derde van de gezamenlijke aangesloten werkgevers; het aantal arbeiders dat aldus in aanmerking werd genomen bedraagt ongeveer 80 pCt. van de gezamenlijke aangeslotenen bij de R.M.Z. De steekproef bestaat uit waarnemingsbestanddelen die zonder enige beredeneerde keuze werden overgeno men uit documenten die bij de R.M.Z. binnen een tame lijk korte periode toekwamen zes tot acht weken na afloop van het kwartaal. De arbeiders en bedienden van de bedrijven van elke grootte, van elke nijverheidsen handelstak zijn vertegenwoordigd. Voor de jaren 1952 en 1953 publiceerde de R.M.Z. slechts de bedragen van de gemiddelde bezoldigingen voor een halfjaar; voor de andere jaren hebben de bedragen betrekking op een periode van een jaar. Men verkreeg de gemiddelde dagelijkse bezoldigingen van de arbeiders en arbeidsters (voorwerp van tabel 2) door de brutobezoldigingen, zonder aftrek van de fiscale lasten en met inbegrip van eender welke som aan een arbeider of arbeidster krachtens het arbeiders- of bediendencontract uitbetaald, te delen door het aantal gewerkte dagen. Opgemerkt zij dat het aantal opgegeven werkdagen in het raam van de vijfdagenweek vooraf vermenigvuldigd werd met de coëfficiënt 1,2 om de inkomens van de werklieden die de vijfdagenweek heb ben, aan te passen aan die van de werklieden die het stelsel van de zesdagenweek of een ander arbeidsstelsel volgen. 73 —
De gegevens van tabel 3 betreffende de gemiddelde maandbezoldigingen van de mannelijke en vrouwelijke bedienden worden verkregen door het gemiddeld dage lijks inkomen te vermenigvuldigen met een vastgesteld getal van vierentwintig dagen.
Tabel 4 : Indexcijfers van de bruto-uurbezoldigingen der arbeiders De indexcijfers van de gemiddelde brutoverdienste per gewerkt uur en van het type-uurloon van de geschoolde en niet geschoolde arbeider, opgesteld door de N.B.B., maken het voorwerp uit van tabel 4. Deze indexcijfers zijn opgemaakt voor de maanden maart, juni, september en december van elk jaar. Door « gemiddelde brutoverdienste per gewerkt uur » verstaat men, voor elk bedrijf of deel van bedrijf dat ondervraagd werd, de verhouding tussen het totale brutobedrag dat aan het gehele mannelijk en vrouwelijk werkliedenpersoneel tijdens een bepaalde periode (maan den maart, juni, september en december) uitbetaald werd, en het aantal werkuren die door dit personeel tijdens dezelfde periode gepresteerd werden. Deze bezoldiging omvat dus de premies, de verschillende toelagen en extra-toelagen in speciën, de extra-lonen voor nacht- en zondagwerk en voor de overuren, de lonen betaald voor de vakantie (laatstgenoemde zijn niet in het aantal gewerkte uren begrepen). Dit loon omvat dus niet de last bestaande uit de werkgeversbijdrage aan de sociale verzekering; daarentegen werd het deel van de bijdrage aan de sociale verzekering ten laste van de arbeiders, noch de bij de bron ingehouden belasting, afgetrokken. Voor de berekening van de indexcijfers van het « typeuurloon » die de veranderingen weerspiegelen van de basislonen, m.a.w. die waartegen de arbeider aan geworven wordt, maakt men een onderscheid tussen de geschoolde en de niet geschoolde arbeider. De onder vraagde firma’s hebben de keuze tussen deze twee arbeiderstypes en in sommige gevallen, indien zij zulks wenselijk achten, een gemiddelde te berekenen voor de basislonen voor verschillende werklieden van eenzelfde categorie. De indexcijfers per bedrijf van de gemiddelde bruto verdienste per gewerkt uur, voor het type-uurloon van de geschoolde arbeider enerzijds en de niet geschoolde arbeider anderzijds, worden medegedeeld door een zeker aantal bedrijven die over het merendeel van de land streken verspreid zijn. De keuze is voldoende represen tatief voor de verschillende Belgische economische sectoren. Het indexcijfer per economische sector is het resultaat van een gewogen rekenkundig gemiddelde van de afzonderlijke loonindexcijfers van elk bedrijf uit die sector. De wegingscoëfficiënt beantwoordt aan de om vang van het arbeiderseffectief van elke firma op het einde van het vorige jaar. Om het algemene indexcijfer van de gemiddelde brutoverdienste per gewerkt uur te berekenen, worden deze indexcijfers per sector zelf ver zameld dank zij een rekenkundig gemiddelde gewogen, niet meer door het aantal arbeiders in elke sector (zoals het nog het geval was voor de jaren 1950 tot 1952), —
doch wel door de gezamenlijke bezoldiging (3) die in 1953 in elke sector werd uitbetaald. Deze methode van weging, juister van theoretisch standpunt uit, werd voor de jaren 1953 tot 1960 toegepast. Bij het gebruik van de statistiek dient rekening gehou den met de grenzen die voortvloeien uit de wijze waarop zij werd opgemaakt. Aldus kan het indexcijfer van de gemiddelde brutoverdienste per gewerkt uur zonder ernstige ontleding niet met het indexcijfer van de klein handelsprijzen vergeleken worden, aangezien het niet de veranderingen van het « nettoloon » (d.w.z. het door de arbeider werkelijk ontvangen bedrag) weergeeft. Dit zelfde indexcijfer is evenmin een indexcijfer van de veranderingen van de loonkosten, aangezien de opgete kende bezoldiging niet de bijdragen omvat die door de werkgever aan de sociale verzekering betaald werden. T abel 5 : Indexcijfer van de gem id d eld e n e tto u u rverd ien ste
Tabel 5 geeft het driemaandelijkse indexcijfer (basis 1953 = 100) van de gemiddelde nettoverdienste per gewerkt uur, berekend door het N.I.S. voor de voor naamste nijverheidssectoren van het land. . » » » » » » » » »
« Door nettoverdienste verstaat men alle sommen die aan de arbeiders in geld betaald werden in uitvoering van een dienst verhuringscon tract en namelijk het basisloon, de vergoeding van de overuren, de sommen ontvangen voor de betaalde feestdagen, de commissie lonen, de aandelen in de winsten, alle andere bij wijze van aanvulling gestorte toelagen of vergoedingen met inbegrip van de voordelen in natura, het geheel verminderd met de aan de bron afgehouden belastin gen en de op de arbeiders rustende sociale lasten. » Zijn van de nettoverdienste uitgesloten :
het verlofgeld; » b) de regelmatige of uitzonderlijke vergoedingen voor » wederuitrusting en elke toelage in natura die wegens » de ambtsuitoefening vereist wordt zoals de vergoe» ding voor de sleet van persoonlijk gereedschap, » vergoeding voor de sleet van werkkleding; »
a )
» c) » » » » » » » » » » » » » »
de regelmatige of uitzonderlijke vergoedingen, die regelmatig aan de functie toegeschreven prestaties compenseren, zoals verblijfs-, verplaatsingsvergoeding enz...;
de individueel aan de arbeiders verleende uitzonder lijke toelagen, zoals sociale toelagen voor individuele onderstand. » Om de gemiddelde netto-uurverdienste te berekenen wordt de nettoverdienste gedeeld door het aantal effectief gepresteerde uren. » Gezien de onmogelijkheid de lonen om de drie maand op te nemen in alle nijverheidsinrichtingen wordt aan de paritaire commissies gevraagd de representatieve ondernemingen te kiezen, rekening houdend met de geografische spreiding der nijverheid en met de verdeling der ondernemingen naar het aantal tewerkgestelde personen. Waar het mogelijk
d )
(3) Xot grondslag dienden de statistieken van de gezamenlijke bezoldiging van het jaar 1953 van de B.M.Z. Zie hierover het negende jaarverslag van de R.M.Z., jaar 1953, blz. 166. ' 74 —
» » »
is dienen de in de keuze begrepen ondernemingen ongeveer 50 pCt. van het in de nijverheid gebezigd personeel te werk te stellen.
» » »
» Er wordt per bedrijf een gemiddelde netto-uurverdienste opgemaakt. Dit gegeven wordt dus berekend zonder onderscheid van kwalificatie of van leeftijd der werknemers.
Voor sommige categorieën werknemers worden de bijdragen niet berekend op de werkelijk uitgekeerde lonen of voordelen doch op basis van hiertoe bij ministe rieel besluit vastgestelde bezoldigingen. De toegepaste percentages zijn evenwel die van de algemene categorie. Het betreft werknemers die tegen fooien werken, die door een contract aan de zeevisserij verbonden zijn en de landbouwarbeiders.
» » »
» De ongewogen rekenkundige gemiddelden van de betrokken indices in alle gekozen ondernemingen geven de algemene indexcijfers van de gemiddelde netto-uurverdienste in de betrokken nijverheid » (4).
De tabellen 6 en 7 houden alleen rekening met de lasten van de sociale verzekering gedragen door de werkgever en de werknemer.
De indexcijfers van het vierde kwartaal van elk jaar vertonen in de meeste gevallen een verhoging vergeleken met de indexcijfers van de eerste drie kwartalen. Deze beweging is hoofdzakelijk het gevolg van de extra-toelagen en de premies die op het einde van het jaar betaald worden en hierdoor begrepen zijn in het indexcijfer van het laatste kwartaal. Tabellen 6 en 7 : Percentages van de sociale bijdragen De percentages van de sociale bijdragen van de arbei ders en de bedienden die in de tabellen 6 en 7 voorkomen, hebben betrekking op de categorieën werknemers aan gesloten bij de R.M.Z. met uitzondering van de mijn werkers en gelijkgestelden en de zeelieden van de koop vaardijvloot. (4) Zie hierover het Statistisch Jaarboek voor België, boekdeel 80, jaar 1959, blz. XXVIII-XXIX.
GEPUBLICEERDE TABELLEN
Totale bezoldigingen uitbetaald aan arbeiders en bedienden.............. Gemiddelde bezoldigingen per dag A. arbeiders, B. arbeidsters ............................ Gemiddelde maandbezoldigingen A. mannelijke bedienden B. vrouwelijke bedienden ........ Indexcijfers van de bruto-uurbezoldigingen der arbeiders .............. Indexcijfers van de gemiddelde netto-uurverdienste .................. Bijdragen voor de maatschappe lijke zekerheid van de arbeiders. Bijdragen voor de maatschappe lijke zekerheid van de bedienden
Nr
Blz.
1
125
2
126
3
127
4
129
5
131-132
6
133
7
134
VII. — Prijzen en prijsindexcijfers A. — DE PRIJZEN PRIJZEN VAN DE LANDBOUWPRODUKTEN T a b e l l e n
1
e n
p r o d u c t e n
e n
2
: v a n
G
e m
id d e ld e
p r i j z e n
v a n
l a n d b o u w
s la c h tv e e
Ministerie van Landbouw. : Statistisch Jaarboek voor België. Landbouwtijdschrift;
BRON : . B ib l io g r a f ie
Het Ministerie van Landbouw publiceert regelmatig in zijn maandelijks tijdschrift prijsgemiddelden van de landbouwprodukten opgetekend op de regulerende markten (1) van het land en prijsgemiddelden van de slachtdieren. Het gaat hier om prijzen betaald aan de producent, taksen niet inbegrepen; de prijzen voor slachtdieren worden opgetekend op de markt van Kuregem. Het boekdeel 81, jaargang 1960, blz. 190, publiceert de gemiddelde prij zen van de voornaamste landbouwprodukten in 1939 en gedurende de jaren 1946 tot 1960. S t a t i s t i s c h
J a a r b o e k
v o o r
B e l g i ë ,
PRIJZEN VAN DE NIJVERHEIDSPRODUKTEN a) Steenkolenprijzen (2) B ronnen
:
•
Belgisch Staatsblad. Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal. Bestuur van hei Mijnwezen. : Annalen der Mijnen van België. Belgisch Staatsblad. Belgische Economische Statistieken (1941-1950).
.
B ib l io g r a f ie
T a b e l s o o r te n
3
: e n
B i n n e n l a n d s e
p r i j z e n
v a n
e n k e le
s te e n k o ó l-
s te e n k o o lb r ik e t te n
Tabel 3 geeft de verkoopprijs, op de binnenlandse markt, van enkele soorten Belgische steenkolen en steenkoolbriketten. Het gaat om prijzen per ton of wagon van de N.M.B.S., bij het verlaten van de steen kolenmijnen of van de brikettenfabrieken. Sedert het van kracht worden van het verdrag tot oprichting van de E.G.K.S., worden de prijzen vastgesteld door de bedrij ven die verplicht zijn de lijsten te publiceren en de regels van het E.G.K.S.-verdrag in acht te nemen. De Belgische Regering heeft niet meer het recht de steen kolenprijzen vast te stellen. Het Hoge Gezagsorgaan van de E.G.K.S. keurt de prijzen goed die door de bedrij ven voorgesteld worden. Op 15 maart 1953 is de eerste door het Hoge Gezags orgaan goedgekeurde prijslijst van kracht geworden. Ze vertoont een prijsvermindering voor het meren deel der kwaliteiten tegenover de laatste door de Belgische Regering vastgestelde lijst. Deze vermin dering viel niet uit ten nadele van de steenkolenmijnen, want zij ontvingen van die datum af, de prijsaanpassing vermeld in paragraaf 26 van de Overeenkomst met betrekking tot de overgangsbepalingen van het verdrag waarbij de E.G.K.S. opgericht werd. (1) Een regulerende markt is een markt die inzake vaststelling van de prijzen van bepaalde produkten de toon aangeeft. (2) Cf. Annalen der Mijnen van België, vooral de nummers van mei 1955, mei 1966 en mei 1961. —
Dat stelsel verschaft aan de steenkolenmijnen een aanvullende ontvangst die de totale ontvangst op het niveau brengt van degene die voortvloeit uit een « rekenschaal » berekend volgens de in 1952 werkelijk ontvangen verkoopprijzen. De aanvullende ontvangst komt uit een fonds voor de prijsaanpassing gestijfd door een bijzondere heffing op de produktie van Duits land en Nederland. Een nieuwe schaal werd vastgesteld in oktober 1953 en bleef van kracht tot op 15 juni 1955. Van 16 juni 1955 af werden de prijzen van sommige half-vette, een vierde vette en magere steenkoolsoorten niet meer voor goed keuring aan het Hoge Gezagsorgaan voorgelegd. De producenten konden dus de prijzen van de niet geregle menteerde kwaliteiten vrij vaststellen. Een wijziging die van 16 juni 1955 af ingevoerd werd, trof echter in aan.zienlijke mate de totale ontvangsten van de steen kolenmijnen. Voor een bepaalde kwaliteit vloeide de prijsaanpassing « a » voort uit het verschil door het Hogé Gezagsorgaan vastgestelde prijs en de prijs van dezelfde kwaliteit volgens een rekenschaal die als onve randerlijk beschouwd werd. Op 16 juni 1955 werd dit beginsel opgegeven en voor elke kwaliteit waarvoor de prijs voorgeschreven bleef werd een wel bepaalde prijsaanpassing « a » vastgesteld, terwijl de kwaliteiten waarvan de prijs vrij werd, geen prijsaanpassing meer ontvingen. Ten slotte dient vermeld te worden dat de door de producenten vastgestelde" verkoopvoorwaarden het merendeel van deze laatsten toeliet bovendien een veranderlijke kwaliteitspremie aan te rekenen van 40 tot 75 F per ton. In september 1955, werden de meeste van deze premies afgeschaft, en slechts drie steenkolenmij nen van het bekken van Luik werden gemachtigd « herkomstpremies » aan te rekenen. Van 8 juni 1956 af, keurde het Hoge Gezagsorgaan een nieuwe prijslijst goed die van kracht bleef tot 30 september 1956. Kwaliteitspremies werden eveneens opnieuw ingesteld ten gunste van 19 steenkolenmijnen van het bekken van Charleroi-Namen en van Luik. Het stelsel van de prijsaanpassing « a » die door de E.G.K.S. verleend werd aan de Belgische steenkolenproducenten, met uitzondering van drie steenkolenmijnen van het Kempensbekken, onderging in 1956 geen wijzigingen. Sedert 10 februari 1956 werd het bedrag van de prijs aanpassing evenwel met één derde verminderd. Na de prijslijsten van 1 oktober 1956 en 14 januari 1957 deed het Hoge Gezagsorgaan vanaf 7 november 1957 door de Belgische steenkolenmijnen een nieuwe classificatie van de steenkolen aannemen, in overeen stemming met die van de andere landen van de Gemeen schap. Deze wijziging vloeit voort uit de werkzaamheden van het Comité van de Steenkool van de Economische Commissie voor Europa die geleid hebben tot een inter nationale classificatie van de steenkolen. 77 —
« De wijzigingen door deze nieuwe indeling aan » gebracht aan de oude Belgische indeling, die sedert » maart 1953 werd toegepast, zijn de volgende : » » » » » » » »
a)
b )
lijke prijslijsten gepubliceerd; de lijsten van de dissi dente Kempense mijnen weken nochtans nauwelijks af van de lijst nr 17 van Cobéchar.
de benaming van de vroegere « magerkool » (minder dan 10 pet. vluchtige bestanddelen) werd vervangen door « antraciet »; de benaming van de klasse « 1 /4 vetkool » (van 10 tot 12,5 pet.) werd afgeschaft en vervangen door « magerkolen », terwijl in deze nieuwe klasse ook de kolen met tot 14 pet. vluchtige bestanddelen werden opgenomen (van 10 tot 14 pet.);
» c) de benaming « 1 /2 vetkool » werd gegeven aan » kolen met van meer dan 14 tot 19 pet. vluchtige » bestanddelen in plaats van zoals voorheen aan » kolen van 12,5 tot 16 pet.; » de benaming « 3/4 vetkool » werd gegeven aan » kolen met van meer dan 18 tot 20 pet. vluchtige » bestanddelen tegen van 16 tot 20 pet. vroeger;
4
d o o r
:
G
d e
e m
id d e ld e
s t e e n k o l e n m
a f z e t p r i j z e n
v a n
s t e e n k o l e n
to e g e p a s t
i j n e n
Deze tabel is onderverdeeld in : — totale afzet; — verkoop buiten het bedrijf; — cessies aan nevenbedrijven afhankelijk van de concessiehouders. De notie « omvat de verkochte, afgestane, ver bruikte en aan het personeel geleverde kolen die de mijn zelf voortgebracht heeft, met uitsluiting van de kolen die sommige mijnen kopen om in bepaalde eigen behoeften te voorzien, om ze aan het personeel te leveren, aan nevenbedrijven af te staan of voort te verkopen (5). » a f z e t
» » » » » »
d )
» e) ten slotte werd de scheiding tussen vetkool A en » vetkool B van 28,5 pet. gebracht op 28 pet. » vluchtige bestanddelen.
Deze door de mijnen gekochte steenkolen worden niet afgetrokken van de totale afzet van de jaren 1951 tot 1953 inbegrepen. In 1954 werden ze van de geza menlijke afzet afgetrokken.
» Alleen de kategorieën « antraciet », « vetkool A », » en « vetkool B » kunnen nog rechtstreeks vergeleken » worden met de « magerkolen », « vetkool A » en « vet » kool B » van de vroegere statistieken. De nieuwe » bepalingen van de kategorieën « magerkolen », » « 1 /2 vetkool » en « 3 /4 vetkool » laten nog alleen toe » deze kategorieën globaal met de vroegere tussenka» tegorieën « 1 /4 vetkool », « 1 /2 vetkool » en « 3 /4 vet » kool » te vergelijken (3). »
« De uitsluiting van de afgekochte kolen heeft tot » doel bij de berekening van de totale afzet van het Rijk » iedere dubbele aanrekening te vermijden. Deze kolen » worden alleen opgenomen in de afzet van de mijn » die ze voortgebracht heeft.
De classificatie van de steenkolen volgens hun aard, een eerste maal gewijzigd in 1949 door het invoeren van de steenkoolcategorieën «1/4 vet » en « 3 /4 vet », daarna een tweede maal in maart 1953, op initiatief van het Hoge Gezagsorgaan door de scheiding van de vetkolen in « vetkool A » met 20 tot 28,5 % en « vetkool B » met meer dan 28,5 % vluchtige bestanddelen onderging geen verandering meer sedert 7 november 1957.
» De heeft betrekking op de buitenlandse » zowel als op de binnenlandse markt. Het is de werke » lijke opbrengst die aangeduid is, met dien verstande » evenwel dat : v e r k o o p
» 1° die opbrengst ten hoogste gelijk is aan de prijs die » de mijn zou bekomen hebben indien de kolen in » dezelfde voorwaarden aan een kleinhandelaar » verkocht geweest waren;
Op 15 juni 1959 werd de lijst nr 15 van kracht. Van 16 januari 1960 af volgden de lijsten nr 16 en 16 die toegepast werden tot 2 maart 1960. Van 3 maart 1960 tot 31 december 1960 was de lijst nr 17 van kracht.
» 2° dat de vergoedingen voor prestaties van de mijn » in verband met het vervoer en het laden voorbij » het leveringspunt dat aan de prijsschaal « wagon » vertrek-mijn » beantwoordt, niet in de waarde van » de afzet begrepen zijn;
b is ,
Terwijl de lijst nr 15 aanmerkelijke dalingen vertoon de, wat de industriële kwaliteiten betreft, tegenover de vorige lijst, voerde de lijst nr 17 verminderingen in op de steenkoolsoorten van tweede rang (schlämm, ruwgruis en gemengd gruis).
» 3° dat de in het buitenland afgezette kolen aange» rekend zijn aan de prijs die de mijn werkelijk » bekomen heeft.
Het dient vermeld te worden dat, van 1 januari 1959 af, drie Kempense steenkolenmijnen uit het Belgisch Steenkolenbureau (Cobéchar) getreden zijn (4) en hun handelsvrijheid teruggenomen hebben. Op 1 januari 1959 heeft elk van deze drie steenkolenmijnen een prijslijst, verschillend van die van Cobéchar, gepubli ceerd. Begin 1960 hebben nog twee steenkolenmijnen uit het zuiden van het land het Belgische Steenkolen bureau verlaten. Die beweging ging voort en op einde 1960, hadden tien steenkolenmijnen hun vrijheid terug genomen. Deze steenkolenmijnen hebben elk afzonder-
» » » » »
» De kolen aan nevenbedrijven (cokes- en agglomeratenfabrieken, de staalfabrieken en andere bedrijven) de verbruikte kolen en deze geleverd aan het personeel zijn in de waarde van de afzet aangerekend tegen de prijzen van de schaal « wagon vertrek-mijn (5). » a f g e s t a a n ,
T a b e l d e
5
:
P
r i j z e n
v a n
c o k e s fa b r ic a g e
e n
d e v a n
p r o d u k t e n d e
e n
b i j p r o d u k t e n
v a n
s te e n k o o l b r i k e t t e n
« De gepubliceerde cijfers zijn gemiddelde verkoop » prijzen van cokes en van de bijprodukten van de
(3) Zie in dit verband de Annalen der Mijnen van België nr 3, maart 1960 blz. 191. (4) Het gaat om een Bamenwerkende vennootschap die de verkoop van som mige categorieën steenkolen in België organiseert. —
T a b e l
(5) Zie in dit verband de Annalen der Mijnen van België, Dr 3, maart 1960, blz. 187. 78
—
De betrokken beroepsorganismen, die krachtens arti kel 5 van het koninklijk besluit van 7 mei 1951 dienen geraadpleegd te worden, hebben de publicatie van meer preciese en meer recente gegevens uitgesteld.
» cokesfabricage door de cokesfabrieken die van een » kolenmijn of van een groep kolenmijnen afhangen, » door de cokesfabrieken van staalbedrijven en door » zelfstandige cokesfabrieken die de cokesfabrieken van » de ammoniakbedrijven, van de gasfabrieken en van » de glasnijverheid omvatten (6). » Zijn niet begrepen in die gemiddelde prijzen, de prijzen van de produkten van de eigenlijke gasfabrieken, die trouwens stilaan verdwijnen. ’
T a b e l
r i j z e n
v a n
d e
c o k e s .
T a b e l
d e
k o -p e r
e n
t i n
te
B r u s s e l
8
: N
o t e r i n g e n
v a n
lo o d ,
z i n k
e n
c a d m
i u m
te
L o n d e n
Wat het lood betreft, vermeldt de tabel de noteringen op het einde van de maand in £ per long ton ingevoerd zacht lood. Tot september 1952 zijn de douanerechten betaald; daarna zijn de noteringen gemaakt, douane rechten niet betaald, op de kade of vanaf het entrepot. Deze laatste noteringen zijn gemiddelde prij zen van de London Metal Exchange. e x - s h i p ,
c u r r e n t
m
o n t h
De zinknoteringen zijn de noteringen per einde maand van het wederingevoerde zink van goede courante kwaliteit. Tot 1952 bevatten de noteringen, eveneens in £ per long ton, de gekweten rechten; nadien betreft het prijsgemiddelden van de London Metal Exchange, douanerechten niet betaald, op de kade of vanaf het entrepot. c u r r e n t
— De verkoopprijs van de briketten wordt goedgekeurd door de E.G.K.S. samen met die van de steenkool. De eerste prijslijst is van kracht geworden op 15 maart 1953. Het dient vermeld dat er geen « rekenschaal » bestaat voor de briketten, maar dat de prijsaanpassing toegekend wordt aan de steenkolen die voor de fabricage van de briketten gebruikt worden. v a n
v a n
De meeste Belgische firma’s die de basisprodukten verwerken waarvan de noteringen vermeld zijn in tabel 8, verwijzen in hun transacties naar de noteringen van deze basisprodukten op de markt van Londen.
De toepassing van de zoneprijzen werd verlengd tot in 1954. Het dient aangestipt te worden dat de waarde per eenheid niet representatief is voor de waarde van de produktie omdat de verkopen hoofdzakelijk betrekking hebben op de tussencategorieën (10-80) terwijl de cessies bijna uitsluitend betrekking hebben op de dikke cokes. r i j z e n
o t e r i n g e n
Voor het tin, komen alle inlichtingen van dezelfde vennootschap. De noteringen zijn eveneens vermeld in franken per kilogram.
Door een beslissing van 25 juni 1953, kregen de Bel gische cokesfabrieken de toelating zoneprijzen toe te passen, d.w.z. zij mochten op de prijzen van hun lijsten verminderingen verlenen, die de franco-prijzen, ten hoogste, gelijkschakelen met de prijs, franco tot op dezelfde bestemming, van de cokes herkomstig van een ander bedrijf gelegen op het gebied van een andere lidstaat van de Gemeenschap. Een besluit van 20 okto ber verduidelijkte die beslissingen, tevens werden de plaats van bestemming alsmede de bedrijven waarmede de gelijkschakeling mocht gebeuren, bepaald.
P
: N
Deze tabel geeft een overzicht van de maandgemiddelden van de dagelijkse noteringen te Brussel van het koper en het tin. Wat het koper betreft zijn de noterin gen van de jaren 1950 tot 1953 overgenomen uit diverse publicaties. Van 1954 tot 1960 werden de gegevens verstrekt door de Société Générale des Minerais. De prijzen zijn in franken per kilogram vastgesteld.
— Sedert 1949 had de Belgische Regering de verkoopprijs van de cokes opnieuw onder het stelsel van de normale prijzen geplaatst. Toen het Hoge Gezagsorgaan de bevoegdheden van de Belgische Regering ter zake overnam, legde zij aan de Belgische cokesfabrieken geen verplichte verkoopprijs op, doch uit hoofde van de beslissing van 12 februari 1953 in verband met de publicatie van de prij slij sten waren de verschillende bedrijven verplicht hun verkoopprijzen bekend te maken. P
7
b r i k e t t e n .
m
o n t h
e x - s h i p ,
De cadmiumnoteringen zijn deze van het einde van de maand op de markt van Londen. Ze zijn vermeld in shilling per lb.
c) P rijzen van de ijzer- en staalprodukten b ) P rijzen van de n on -ferrom etalen B ronnen
:
B ronnen
B ib l io g r a f ie
Beheer van het Mijnwezen. Société générale des Minerais. : Annalen der Mijnen van België. Statistisch Tijdschrift van het N.I.S. Bulletin mensuel de Statistique ( U.N.O.). International Financial Statistics. Belgische financiële kranten.
B ib l io g r a f ie
T a b e l T a b e l
6
:
N o n - f e r r o m
e t a l e n
:
to ta le
:
v e r k o p e n
9
:
Beheer van het Mijnwezen. Groupement des Hauts Fourneaux et Aciéries belges. : Annalen der Mijnen van België. Bulletin de la Chambre syndicale de la Sidérurgie française (groene reeks). Statistische Informaties (E.G.K.S.). I j z e r -
e n
s t a a l p r o d u k t e n
:
g e m
i d d e ld e
v e r k o o p
p r i j z e n
Tabel 6 geeft de waarde van de jaarverkopen van de bedrijven producenten van zink, lood, koper, tin, edele metalen en andere metalen en hun legeringen. De « Annalen der Mijnen » vestigen de aandacht op het feit dat de opbrengst van de verkopen door de producenten niet toelaat de waarde per eenheid van de non-ferrometalen te berekenen, aangezien een deel van de pro duktie die tegen betaling van een loon tot stand kwam, in feite niet verkocht werd.
De gemiddelde prijzen hebben betrekking op de pro dukten van de hoogovens (gietijzer) en van de staal- en ijzerwalserijen (halfafgewerkt staal, afgewerkt staal, afgewerkt ijzer).
(6) Zie in dit verband de Annalen der Mijnen van België, nr 3, manrt 1001, blz. 244. —
79
De « gemiddelde verkoopprijzen » zijn uitdrukkelijk door de industriëlen aangegeven. Ze houden rekening met de hoeveelheden die zowel binnen als buiten het land verkocht worden. Sedert 1952 zijn uit de verkopen uitgesloten de hoeveelheden die door de ene afdeling aan de andere afdeling van dezelfde —
vennootschap afgestaan zijn. Met andere woorden wor den in de ijzer- en staalindustrie de belangrijkste hoeveelheden en tevens de minst dure doorgaans afgetrokken, daar de cessieprijzen onder de verkoop prijs lagen. Hieruit volgt dat sommige prijzen aan merkelijk hoger zijn dan deze van 1950 en 1951. T a b e l
:
1 0
B
a s i s p r i j z e n
v a n
d e
i j z e r -
e n
s t a a l p r o d u k t e n
Sedert 1955 (7) publiceert de E.G.K.S. de basisprij zen van de ijzer- en staalprodukten, zoals deze voor komen op de bij het Hoge Gezagsorgaan neergelegde prijslijsten. « Zij houden geen rekening met de verschillen naar » boven en naar beneden (gemiddeld 2,5 pet.) toegelaten » door de beslissing 2 /54 van het Hoge Gezagsorgaan » voor de periode van 1 februari 1954 tot 1 januari 1955. » Binnen deze marge hebben de prijsverschillen tijdens » deze periode vaak geschommeld naar gelang de pro » dukten. ' » Aangezien het om basisprijzen gaat weerspiegelen » zij evenmin de invloeden van de verhogingen voor » afmetingen, kwaliteit en andere bijzondere eisen van » de koper. » De in de tabellen aangegeven referentiedagen vallen » niet noodzakelijk samen met de datum van de effec» tieve wijziging van de basisprijs die tussen twee dezer » dagen kan liggen. » d ) P rijzen van de steen groevenp rod u kten B ib l io g r a f ie
Beheer van het Mijnwezen. : Annalen der Mijnen van België.
T a b e l
:
B ron
:
1 1
P
r o d u k t e n
v a n
d e
s te e n g r o e v e n
Voortaan hebben de gegevens betrekking op alle steen groeven en nevenbedrijven van het Rijk. De werkzaam heden van het Beheer van het Mijnwezen en het N.I.S. hebben het mogelijk gemaakt sedert 1949, een volledige overeenstemming te bereiken tussen de door deze twee organismen gepubliceerde maand- en jaarcijfers. Onder « nevenbedrijven » verstaat men de afdelingen van een bedrijf die niet rechtstreeks gehecht zijn aan de afdelingen die zich met de extractie van grondstof bezig houdt : pleisterkalkfabrieken en fabrieken van pleisterkalkagglomeraten, fabrieken van neergeslagen calcium-carbonaat, baggerbedrijven, sommige marmerzagerijen, enz. De « gemiddelde verkoopprijzen » zijn diegene die uitdrukkelijk als dusdanig door de industriëlen aange geven zijn. Ze houden rekening met de zowel in buiten land als in het binnenland verkochte hoeveelheden. Sedert 1952, zijn de hoeveelheden die een afdeling aan een andere afdeling van eenzelfde vennootschap afstaat niet meer in de « verkopen » begrepen. Met andere woorden de belangrijkste en tevens de minst dure hoeveelheden worden afgetrokken daar de cessie prijzen lager zijn dan de verkoopprijzen. Hieruit volgt dat sommige prijzen aanmerkelijk hoger liggen dan deze van 1950 en 1951. In hetzelfde verband dient erop gewezen dat de ver dubbeling van de prijs van de « grindsoorten niet her komstig van baggerwerken » in 1956, het gevolg is van een verhoging van de extractie van speciale dure grind soorten door een Luxemburgse producent. e ) P rijzen van de textielprodu k ten
:
g e m
i d d e ld e
B ib l io g r a f ie
Federatie der Belgische Textielnijverheid. : Belgische Textielnijverheid, tijdschrift Febeltex. Jaarrapporten van Febeltex.
T a b e l
:
B ron
v e r k o o p p r i j z e n
Een ministerieel besluit van 7 maart 1951 (8) heeft het Beheer van het Mijnwezen ermede belast samen met het Nationaal Instituut voor de Statistiek, de jaarlijkse statistieken van alle steengroeven en nevenbedrijven van het Rijk op te maken. Tot in 1950, publiceerden de Annalen der Mijnen van België de gegevens betreffende de steengroeven en de nevenbedrijven die onder het toezicht stonden van het corps van Rijksmijningenieurs. (7) Overgenomeu uit Informations statistiques, 2e jaargang, nr 2, februari maart 1955, blz. 11 (E.G.K.S.)* (8) Cf. Belgisch Staatsblad van 4-5 mei 1051.
:
1 2
e n k e le
E v o l u t i e
v a n
t y p e p r o d u k t e n
d e
v a n
p r i j z e n d e
«
a f
f a b r i e k
»
v o o r
t e x t i e l n i j v e r h e i d
Deze prijzen zijn overgenomen uit het jaarrapport van Febeltex. Deze prijzen zijn « af fabriek » in de maand december van elk jaar, van enkele typeprodukten met name : ongèbleekt flanel, vichy, gemengd weefsel en zuiver vlasweefsel, handdoeken, kam wolweefsel, juteweefsel, rayonnegarens, onzichtbare voering in rayonne, merinos-breiwol.
B. — DE PRIJSINDEXCIJFERS 1. Indexcijfers der groothandelsprijzen klarende samenvatting overgenomen uit het Dat indexcijfer is berekend volgens de groothandelsprijzen van 135 produkten die 272 handelskwaliteiten vertegenwoordigen en in 12 groe pen ingedeeld zijn. De prijslijsten hebben betrekking op de tweede helft van de maand en worden medegedeeld door de meest gekende industriëlen en handelaars van het land.
a) M inisterie van Econom ische Zaken
S t a t i s
t i s c h
B ron
Ministerie van Economische Zaken. : Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Tijdschrift van het N.I.S. Arbeidsblad. Annuaire Statistique (U.N.O.). BulUtin mensuel de Statistique (Ü.N.O.).
:
B ib l io g r a f ie
.
.
T a b e l
1 3
:
A l g e m
e e n
.
i n d e x c i j f e r
Wij verwijzen de lezer naar boekdeel 1 (blz. 61) van de jaren 1941-1950, voor een omstandige analyse van de officiële indexcijfers der groothandelsprijzen. Wij publiceren hierna een ver B e l g i s c h e
e c o n o m
is c h e
s t a t i s t i e k e n ,
_
J a a r b o e k
v o o r
B e l g i ë .
Het Ministerie van Economische Zaken berekent een indexcijfer waarvan de vaste basis het gemiddelde is van de indexcijfers van de jaren 1936, 1937 en 1938 gelijk 80 —
aan honderd evenals een indexcijfer berekend volgens het c h a i n
s y s t e m
II. —
De verschillende berekeningsformules die hieronder vermeld zijn worden gebruikt om de indexcijfers te berekenen : — indexcijfer van elke handelskwaliteit : =
a
X 100, P.
zijnde de prijs van de waarnemingsperiode, zijnde de basisprijs. Deze laatste is de prijs van de jaren 1936 tot 1938 of voor het geval van de indexcijfers volgens het « chain system », deze van de maand die de waarnemingsmaand voorafgaat; p ,
p „
— indexcijfer per produkt : = y
X
X
a s
...
X
a k
zijnde het aantal handelscategorieën of -kwali teiten van het beschouwde produkt; k
IV. — Delfstofprodukten (14,1 pot.) Kolen 1. Fijne 0/10 vet 2. 0/70 halfvet type C 3. 30/50 magere gebroken 4. Gezeefde vette Kolenderivaten . 5. Grove cokes voor hoogovens 6. Gecalibreerde industriecokes 7. Ruwe teer 8. Benzol 90 pet. c) Petroleum 9. Benzine (3) 10. Onverpakte gasoil 11. Onverpakte stookolie Ertsen en ruwe metalen 12. Brieyerts 13. Zweeds erts 14. Hematite (2) 15. Ruw galvanisatiezink . 16. Lood in blokken . Steengroefprodukten . 17. Zinnikse steen (2) 18. Zandstenen straatsteen (6) 19. Porphiersteenslag a )
— groepsindexcijfer en algemeen gemiddeld index cijfer : I
n r .—
\
=
:------------------------r
i\ X ii X
...
X
( 1 0 ,4 p o t .)
Tarwe (3) Tarwemeel Haver en gerst (2) Rijst (4) Maïs Inlandse aardappelen (2) Cichoreibonen Koffie. (5) Cacao (2) Tabak (2) Hop Ruwe suiker . Palmpitten Veevoederkoeken (3)
III. — Vetstoffen (1,5 pet.) 1. Plantaardige oliën (3) 2. Minerale oliën en vetten (6)
k ;-------------------------------------------i
P la n ta a r d ig e la n d b o u w p r o d u k te n
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14.
.
i/n
b )
zijnde naar gelang het geval, gelijk aan het aantal produkten van de beschouwde groep (groepsindex cijfer) of aan 135 (algemeen indexcijfer). n
Onrechtstreeks heeft het aantal artikels gekozen voor elke groep een zekere weging tot gevolg. Deze belang rijkheid van de verschillende groepen wordt geraamd op grond van de bestaande statistieken (economische en sociale telling van 1937, statistiek van de buitenlandse handel, gedeeltelijke statistieken van de produktie) en van de adviezen van technici. L i j s t
v a n
d e
b e r e k e n i n g p e r
3 1
p r o d u k t e n v a n
w
a a r v a n
h e t i n d e x c i j f e r
d e c e m b e r
d e d e r
p r i j z e n
d i e n e n
v o o r
g r o o t h a n d e l s p r i j z e n
d )
d e
(9)
1 9 6 0
e )
(Basis 1936-1937-1938 = 100) I. — Dierlijke landbouwprodukten (9,6 pet.) 1. Ossen, mindere kwaliteit en betere kwa liteit (2) 2. Stieren, mindere kwaliteit en betere kwaliteit (2) 3. Koeien, mindere kwaliteit en betere kwaliteit (2) 4. Runderen, mindere kwaliteit en betere kwaliteit (2) 5. Kalveren op voet, mindere hoedanigheid 6. Kalveren op voet, goede hoedanigheid 7. Varkens op voet, mindere kwaliteit 8. Varkens op voet, hogere kwaliteit 9. Eieren 10. Boter 11. Melk 12. Ingevoerde reuzel 13. Kaas (2)
V. — Scheikundige produkten (8,1 pet.) Scheikundige produkten 1. Sodacarbonaat 2. Chloorkalk 3. Bijtende soda 4. Zwavelzuur 60 tot 66° (2) 5. Chloorwaterstofzuur 6. Natriumsulfaat 7. Bijtende kali (2) 8. Zinkwit in poeder b) Kunstmest 9. Phosphaatmeststoffen (2) 10. Stikstofmeststoffen (3) 11. Kalimeetstoffen (2) a )
(9) De percentages geven het relatief belang van elk der groepen, het aantal artikelen die ze omvatten wordt gesteld tegenover het totaal aantal produkten gelijk aan 100. De cijfers tussen haakjes vermelden het aantal soorten en kwaliteiten waarvan de prijzen opgetekend worden. 6
—
VI. — Huiden en leder (3,7 pet.) 1. Ruwe huiden (4) 2. Gelooid leder voor zolen en drijfriemen (6) 3. Chroomleder in box banden keus D 4. Zwart half sterk boxcalf (2) 5. Schoenen (4)
81 —
VII. — -Rubber (0,8 pet.) . . . 1. Ribbed smoked rubber
-
4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24. 25. 26.
VIII. — Hout (4,4 pet.) 1. Amerikaanse eik 2. Rode den, 3 x 9 3. Rode den, 2 1/2 x 7 4. Rode den, 1 x 5 5. Rode den, 3 / 4 x 4 6. Pitchpine planken 1 /10 IX. — Papier en karton (3,0 pet.) 1. Papierpap (3) 2. Papier (10) 3. Karton (2) 4. Krantenpapier X. — Textielprodukten (15,5 pet.) a ) Wol 1. Kam wol (6) 2. Zweetwol (2) 3. Wollen weefgarens 4. Wollen breigarens (2) 5. Wollen stoffen (3) b) Vlas 6. Ruw vlas 7. Geroot vlas 8. Zware vlasgarens nr 30 (2) 9. Zware vlasgarens nr 50 (2) 10. Linnen (2) c) Katoen 11. Strict middling katoen 12. Ruw katoen (2) 13. Katoenen spinsels 18a Q. V en 36a
O
r o e p s i n d e x c i j fe r s
De Algemene Directie van de Nijverheid en van de Handel (Ministerie van Economische Zaken) heeft bepaalde prijzen van de produkten, die in het indexcijfer der groothandelsprijzen voorkomen, gegroepeerd en heeft de volgende indexcijfers samengesteld : T a b e l l e n
1 4
p ro d u k ten
Q. IV (2)
14. Katoenen spinsels Western chain Q. VI 15. Getwijnde Vichy 16. Ruw calicot d) Jute 17. Ruwe jute 18. Inpakdoek in jute e) Kunstgarens 19. Rayonnegarens en -vezels (2) 20. Rayonne voeringen 1 m en rayonne voeringen 100 Q 999 (2) 21. Rayonne voeringen 100 Q 1055, taffetas in nylon en in acetaat-rayonne (3)
Largets Spoorstaven . Profielstukken Handelsijzer . . Stalen platen (3) Gietijzeren buizen Nagels, draadnagels (2) Blanke draad Gegalvaniseerde produkten (3) Stalen kabels (2) Kettingen (2) Kachels (2) Geëmailleerde produkten (3) Vaten (2) Werktuigbank Moeren Automatische balans Afromer Electrisch materieel Zink (2) Geraffineerde tin Lood in bladen Electrolytisch koper.
e n
1 8
:
I n d e x c i j f e r s
o n d e r v e r d e e ld
v a n
d e
i n d u s t r i ë le
:
i n
— grondstoffen — halfafgewerkte produkten — afgewerkte produkten Het NJ.S. publiceert deze drie reeksen indexcijfers onder de titel « Indexcijfers van de industriële pro dukten in de drie produktiestadia ». T a b e l l e n
1 5
p ro d u k ten
e n
1 8
:
I n d e x c i j f e r s
o n d e r v e r d e e ld
i n
v a n
d e
la n d b o u w
:
— halfafgewerkte produkten, — afgewerkte produkten. : : het betreft de hierboven vermelde groepen « Lijst van de produkten waarvan de prijzen dienen voor de berekening van het index cijfer der groothandelsprijzen ».
XI. — Bouwmaterialen (9,6 pet.) 1. Mozaïeksteen (3) 2. Marmer (3) 3. Leien 4. Bakstenen (2) 5. Tegels 6. Boomse pannen (2) 7. Verniste pannen (2) 8. Draineerbuizen (6) 9. Watermortel 10. Doorniks cement 11. Portland cement 12. Vensterglas, vaste maten (4) 13. Vensterglas, vrije maten
T a b e l
T a b e l a )
b )
1 6
1 7
O
:
r o e p s i n d e x c i j f e r s
I n g e v o e r d e
p r o d u k t e n
Indexcijfers der deeld in : — industriële produkten, — landbouwprodukten. Indexcijfers der deeld in : — industriële produkten, — landbouwprodukten.
in g e v o e r d e
i n l a n d s e
e n
i n l a n d s e
p r o d u k t e n .
produkten onderver
produkten onderver
Het terrein waarop het algemeen indexcijfer der groothandelsprijzen betrekking heeft verschilt van het totaal der gebieden bestreken door de indexcijfers van de inlandse en van de ingevoerde produkten. De lijsten
XII. — Metalen en metaalprodukten (19,3 pet.) 1. Schroot 2. Gietijzer 3. Billettes —
82 —
van de produkten die betrekking hebben op elk van die indexcijfers zijn verschillend : bepaalde produkten die opgenomen zijn in het algemene indexcijfer werden weggelaten bij de uitwerking van de indexcijfers van de inlandse produkten en van de ingevoerde produkten, terwijl deze laatste nieuwe produkten omvatten.
» 2° Indexcijfers in drie produktenstadia, » 3° Indexcijfers waarin de hoofdprodukten, neven » produkten en de afval tegenover elkaar worden » gesteld (10). »
S a m
e n s t e l l i n g
I . R
b) In stitu t de R echerches E con om iqu es et S ociales de Louvain Bbon : B ib l io g r a f ie
T a b e l
1 9
b o u w
-
Institut de Recherches Economiques et Sociales. : Bulletin mensuel de l’I.R.E.S.
:A e n
l g e m
e e n
i n d e x c i j f e r
e n
i n d e x c i j f e r s
v a n
v a n
i n d e x c i j f e r
« De noteringen worden voor het merendeel recht » streeks verzameld bij de gespecialiseerde bedrijven en » de bedrijfsverenigingen (80 correspondenten), en » omvatten samen 340 noteringen. Alle belangrijke » goederen die betrekkelijk homogeen zijn in de tijd » en waarvan de groothandelsprijzen kunnen verge » leken worden, zijn geteld. Het gaat om effectieve » groothandelsprijzen, in beginsel de verkoopprijzen af » fabrikant of bij gebrek aan die prijzen, de aankoop » prijzen. » B e r e k e n i n g
» » » »
« Het is een gewogen meetkundig (of logarithmisch) indexcijfer, berekend op basis van het jaar 1953 = 100. De wegingscoëfficiënten zijn vastgesteld afhankelijk van de gezamenlijke waarde van de in 1953 geleverde eindprodukten van de bedrijfstak.
»I = » »i = »C =
. S .
v a n
d e
g r o o t h a n d e l s p r i j z e n
v a n
h e t
(10).
Waarden van de groepen en subgroepen (berekend in 10 millioenen franken) : Sub- Groe- Wegroe- pen ging pen
l a n d
v o e d s e l p r i j z e n
Wij ontlenen de volgende aanduidingen aan « Defini tions et Méthodes statistiques » van het I.R.E.S. (Centre de Recherches Economiques) van de Universiteit van Leuven. Publicatie verschenen in mei 1962. Het nieuwe indexcijfer van de groothandelsprijzen is berekend op basis 1953 = 100. T y p e
. E
indexcijfer per produktengroep of algemeen indexcijfer. indexcijfer van het produkt wegingscoëfficiënt. »
Voor de periode 1946 tot 1954, berekende het I.R.E.S. gewogen rekenkundige gemiddelden waarbij het gemid delde van de prijzen van de jaren 1936 tot 1938 als basis genomen werd. M
e th o d e
» » » » » »
« De indexcijfers van de prijzen der produkten (vaak eenvoudige gemiddelden van indexcijfers van ver scheidene kwaliteiten) zijn gegroepeerd in een gewogen meetkundig gemiddelde. De weging is zo geraamd dat het totaal van de wegingscoëfficiënten gelijk is aan de gezamenlijke waarde van de in 1953 door de groep geleverde eindprodukten.
» Men berekent drie soorten indexcijfers : » 1° Indexcijfers per groep en algemeen indexcijfer, —
1. Brandstoffen en energie .................. 40 Steenkolen................................ 21 Steenkoolderivaten [gas, bri ketten, cokes (*)] .................. 5 Elektriciteit.............................. 6 Petroleum en bij produkten .. 8 2. IJzer- en staalindustrie : grondstoffen en produkten.................................... 28 3. Non-ferrometalen.................. ............. 13 Ruw en bewerkt koper.......... 4,5 Ruw en bewerkt zink .......... 3,5 Ruw en bewerkt lood .......... 2,5 Ruw tin en soldeersel .......... 1,5 Ruw aluminium...................... 1 4. Metalen fabricaten ............................ 12 Draadtrekkerij en, houtenfa brieken, enz........................... 3 Geëmailleerde produkten . . . 3 Kachels en wasmachines . . . . 1,5 Machines.................................... 2,5 Elektrisch materieel .............. 2 5. Chemische produkten........................ 12 Meststoffen .............................. 5 Minerale scheikunde................ 5 2 Vetstoffen ................................ 6. Bouwmaterialen.................................. 11 Cement...................................... 2 Produkten van de steengroeven 2 Bakstenen en keramiek.......... 3 Glas en spiegelglas ................ 2,5 1,5 H o u t.......................................... 7. Textielprodukten .............................. 30 Katoen en katoenprodukten . 9 Wol en wolprodukten............ 13 Kunstvezels en kunstvezelprod u k te n .................................... 3 Vlas en vlasprodukten ........ 3 Hennep en jute en hennep- en juteprodukten................ .. 2 8. Diverse produkten.......................... ... 10 Papier en papierprodukten . 4 Tabak en tabaksprodukten .. 3 Leder en lederprodukten . . . 2 Rubber en rubberprodukten . 1 I n d u s t r i e
z o n d e r
v o e d i n g s n i j v e r h e i d
...........
9. Voedingsprodukten ............................ Plantaardige produkten.......... 24
1 5 6
48
18,6
13 6
5,6
5,6
5,1
14
4,7
7 2 , 5
22,4 11,2
(*) De cokes komen eveneens voor in de groep van de grondstoffen van de ijzer- en staalindustrie. (10) Zie in dit verband Définition* et Méthodes statistiques I.R.E.S., Centre de Recherches Economiques, pp. 83 tot 85. 8 3 —
Sub- Groe- Wegroe- pen ging pen waarvan : produkten voor de voedingsnijverheid 7 produkten van de voedingsnijverheid 9 bij produkten van de voedingsnijverheid 2 diverse produkten .. 6 Dierlijke produkten................ waarvan : vlees ........................ 11 melkerij produkten, gevogelte, enz . . . . 13
24
A a n ta l g e b r u ik te n o te r in g e n (1 1 ) :
Brandstoffen en energie................................ ............36 IJzer- en staalprodukten ............................ ............19 Non-ferrometalen .......................................... ............14 Fabrimetal........................................................ ............25 Chemische produkten.................................... ............34 Bouwmaterialen.............................................. ............33 Textielprodukten............................................ ............67 Diverse produkten ........................................ ............40 Landbouw- en voedingsprodukten ........ ............70 Totaal. . .
11,2
340
T a b e l 2 0 : I n d e x c i jf e r v a n d e g ro o th a n d e ls p r ijz e n v o o r d e d r ie p r o d u k tie s ta d ia (12)
I n d u s t r ie e n v o e d i n g .................................. 2 0 4 10. Landbouwprijzen .............................. (36) Plantaardige produkten........ 11 Dierlijke produkten................ 25 waarvan : produkten die niet bij de voedingsprodukten gerangschikt zijn . . . 11
A lg em een indexcijfer van de g r o o t h and elsp rijzen .................................... 215
9 4 ,9
« Deze indexcijfers omvatten alleen de produkten » waarvan men de prijzen voor de drie produktiestadia » heeft. De produkten die hieraan niet beantwoorden » zijn uitgesloten. »
5,1
» » » »
100
» Vóór 1953 zijn de indexcijfers opgemaakt op basis van het gemiddelde van de prijzen van de jaren 1936 tot 1938 = 100. Van 1953 af, zijn de indexcijfers berekend gelijk het algemeen indexcijfer der groot handelsprijzen, hierboven beschreven.. » .
S a m e n s t e llin g v a n het in d e x c ijf e r v a n d e g ro o th a n d e ls p r ijz e n i n d r ie s ta d ia
Grondstoffen
Weging
8 kwalit. ruw ijz e r ............
10
Halfafgewerkte produkten Weging
Afgewerkte produkten
Elektrische drijfkracht. . . .
4
4 kwal. gewassen, gezeefde, dikke steenkool .............. Eierkolen en gas ................ Elektr. voor huishoudelijk
3 kwaliteiten gewassen, ge zeefde steenkool, ind. ..
4
Weging
7
3
Ruwe petroleum ..............
3
Stookoliën..........................
2
Benzine, petroleum, butaan.
3
Brandstoffen en energie .. IJzer en staal .................... Non-ferrometalen................ Zweetwol, kamwol en kaardwol 8 ind........................... Ruwe katoen 1 ind. ........ Geroot ruw vlas 1 ind........ Ruwe jute 1 ind.................. Houtpap en celstof 1 ind. .. Ruwe sisal en ruwe hennep 1 ind...................................
13
Brandstoffen en energie . IJzer en staal .................. Non-ferrometalen.............. Wolgaren 4 ind..................
12 4,5 4
Brandstoffen en energie .. IJzer en staal .................... Non-ferrometalen................ Wollen weefsels 5 ind.........
15 12 3 5
3,5 1 1/4 1 1/4
Katoen weefsels 4 ind.......... Vlasweefsels 1 ind................ Juteweefsels 1 ind............... Rayonne weefsels 1 ind....... Touw 1 ind...........................
3,5 1 1/2 1 1/2
Textielprodukten................ Papier van goede kwaliteit.
11,5 1,5
7
3 4 2 1 1/4 1
Katoengaren 4 ind............. Vlasgaren 1 ind.................. Jutegaren 1 ind.................. Rayonnegaren 1 ind.......... Hennepgaren 1 ind............
9
1/4
Textielgrondstoffen . . . ___ Papierpap 1 ind................. ..
8,5 1
Ruwe tabak 1 ind............... Ruwe huiden 1 ind.............
1 1/2
Diverse produkten.............. Totaal industriële produkten
2,5 34
Textielprodukten.............. Ruwe papier- en karton soorten 1 ind.................. Bewerkte ta b a k ............ ... Gelooid leder 1 ind...........
10 1 1/2 1
Afgewerkte tabak .............. Schoenen ............................
1,5 1
Diverse produkten............ Totaal industriële produkten
2,5 38
Diverse produkten.............. Totaal industriële produkten
4 45,5
(11) Zie in dit verband Statistique* rétrospectives, Service mensuel de Conjoncture, I.R.E.S., maart 1056, pp. I l l en IV. (12) Zie in dit verband Définitions et Méthodes statistiques, I.R.E.S., Centre de Recherches Economiques, p. 85. —
84
—
c)
gekozen werden terwille van hun belang op speoulatief gebied. Het geeft de evolutie weer van de prijzen der goederen die op de markt te New-York verhandeld worden, op basis van de koersen per 31 december 1931.
I n d e x c ijfe r s v a n d e w e r e ld g r o o th a n d e ls p r ijz e n ConUel Reuter. Moody’8 Investors Service. Der Volkstoirt. : Monatsberichte der Deutschen Bundesbank. Rapporten van de B.I.B. Recherches économiques de Louvain (I.R.E.S.). Wirtschaft und Statistik. Financiële dagbladen.
Bronnen : B ib l io g r a f ie
T a b e l
2 1
: R e u t e r - ,
M
o o d y -
e n
V o l k s w
i r t - i n d e x c i j f e r s
Tabel 21 geeffc de indexcijfers voor de wereldgroot handelsprijzen : Reuter, Moody en Volkswirt (vroegere Schulzeindexcijfers). Deze indexcijfers trachten de evo lutie van de noteringen van de grondstoffen en de basis produkten op de internationale markten weer te geven. Men vindt hiema een beknopt overzicht van de samen stelling en de weging van deze indexcijfers. a
)
r e u t e r
-i n
d e x c ij f b r
De « Reuters daily index of United Kingdom Staple Commodity prices » wordt opgemaakt door het agent schap Reuter (Comtelburo Limited). De noteringen van 18 september 1931, d.w.z. onmiddellijk vóór GrootBrittannië de gouden standaard verliet, zijn de basis van het indexcijfer. Dit indexcijfer vertegenwoordigt het gewogen meet kundig gemiddelde van 21 produkten. De weging houdt rekening met de belangrijkheid van elk produkt in de wereldhandel tijdens de jaren die onmiddellijk op 1930 volgden. In 1951 en. 1956 hadden zekere aanpassingen plaats ten einde rekening te houden met de wijzigingen die zich intussen in de relatieve belangrijkheid van de gekozen produkten in de wereld handel en inzake marktstructuur voorgedaan hadden; aldus werd in 1956 het goud (wegingscoëfficient : 8) vervangen door wol. Ziehier de lijst van de produkten; hun weginscoëfficiënt staat tussen haakjes : tarwe (17), katoen (14), suiker (9), wol (8), koper (6), rijst (6), maïs (5), rubber (5), tin (5), zilver (4), vlaszaad (4), aardnoten (3), jute (2), soyazaad (2), cacao (2), kopra (2), lood (2), zink (1), peper (1), hennep (1), shellak (1). b
)
m o o d y -i n d e x c i j f e r
De « Moody’s daily index of spot commodity prices » wordt berekend door de « Moody’s Investors Service » sedert 1 september 1932. Vóór die datum en sedert januari 1928 werd het indexcijfer wekelijks berekend. Het Moody-indexcijfer vertegenwoordigt het gewo gen gemiddelde van de prijzen van 15 goederen die
De wegingscoëfficiënten werden bepaald volgens de relatieve waarde van elk van deze produkten in de totale productie of de totale consumptie van de Vere nigde Staten tijdens de vijf jaren die aan 1932 vooraf gingen. Aangezien elke koopwaar in verschillende een heden kan genoteerd worden, gebruikt men speciale multiplicators om de waarde van elke gewogen notering terug te brengen tot het gewenste percentage van het geheel. Die multiplicators werden nooit gewijzigd. Men vindt hierna de lijst van de produkten met hun approximatieve weging tegenover het totaal ( = 100) : tarwe (13), katoen (13), varkens (13), schroot (10), suiker (10), wol (7), koper (5), leder (5), maïs (4), rubber (4), zijde (4), koffie (4), lood (3), zilver (3), cacao (2). C) « VOLKSWIRT »-IN D E X C IJF E R S
Het internationaal indexcijfer van de prijzen der grondstoffen gepubliceerd door de « Volkswirt » werd oorspronkelijk opgemaakt door de Duitse dienst voor de Statistiek. In 1948 werd het overgenomen door een private instelling; het wordt tweemaal per maand gepu bliceerd in « der Volkswirt » van Frankfurt aan de Main. Dit indexcijfer heeft betrekking op 89 produkten waarvan het 242 noteringen op de voornaamste wereld markten overneemt. Het gemiddelde van de prijzen van 1936 wordt als basis genomen. De noteringen wor den opgenomen in een vijftiental landen. De weging wordt berekend op basis van de buitenlandse handel volgens hetzelfde beginsel als het Reuterindexcijfer. Het Volkswirt-indexcijfer is onderverdeeld in verschei dene groepen, die elk een gewogen indexcijfer geven voor de volgende produkten : granen, voedingswaren, vlees, plantaardige oliën en vetten, huiden en leder, textielgrondstofifen, rubber, ijzer en staal, non-ferro metalen, steenkool. ' Tabel 21 geeft het algemeen indexcijfer en het index cijfer van de groepen industriële produkten en voedingsprodukten. T a b e l
2 2
:
V o l k s w
i r t - i n d e x c i j f e r s
p e r
p r o d u k t e n g r o e p
Deze indexcijfers zijn berekend op basis van het jaar 1953 = 100, behoudens de indexcijfers van steenkool en rubber die opgemaakt zijn op basis van het jaar 1958.
2. Indexcijfers der kleinhandelsprijzen B ron
:
B ib l io g r a f ie
T a b e l
T a b e l d e
2 3
:A
2 4
:In
a a r d
l g e m
e e n
nieuw indexcijfer van de kleinhandelsprijzen gepubli ceerd met als basis : de jaren 1936-1937-1938 = 100.
i n d e x c i j f e r
d e x c i j f e r s
d e r
Ministerie van Economische Zaken. : Belgisch Staatsblad. Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Tijdschrift van het N.I.S. Arbeidsblad. Bulletin de VI.R.E.S. Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting (N.B.B.). Bulletin mensuel de Statistiques (U.N.O.). Bulletins statistiques : statistiques générales (O.E.C.E.). Statistische gegevens (Raad van Europa).
v a n
d e
k l e i n h a n d e l s p r i j z e n
v o lg e n s
p r o d u k t e n
Het Ministerie van Economische Zaken heeft een —
Deze wijziging had plaats op voorstel van de Commis sie van de indexcijfers der kleinhandelsprijzen en van 85 —
de kosten van levensonderhoud (13) die eveneens haar medewerking verleende bij de vorige wijziging in 1939.
» Ook redenen van onderlinge vergelijkhaarbeid der » economische statistieken hebben tot de keuze van » 1953 geleid. Een contactgroep samengesteld uit verte » genwoordigers van de betrokken ministeries, parasta» tale diensten en wetenschappelijke instellingen werd » inderdaad belast met het onderzoek van de gegevens » betreffende de bestaande indices en hij kwam tot de » conclusie dat het jaar 1953 de beste gemeenschappe» lijke basis voor nieuwe indexcijfers vormde. Dit » besluit van de contactgroep werd voorgesteld aan en » bekrachtigd door de heren Ministers van Economische » Zaken en Sociale Voorzorg, voor alle door hun zorgen » berekende indices.
Het nrB 7-8 van juli-augustus 1955 publiceerde de tabellen van de reek sen indexcijfers per produkt en per gemeente, voor de periode van janiiari 1954 tot juli 1955. Deze publicatie is vergezeld van een beknopte bespreking van de wijzi gingen die aan het vroegere indexcijfer gebracht werden, alsmede van een beschrijving van de nieuwe methode die gebruikt wordt voor het opmaken van het index cijfer der kleinhandelsprijzen. Wij geven hierna de voornaamste punten ervan (14). S t a t i s t i s c h
a
)
T i j d s c h r i f t
v a n
h e t
a lg e m e n e b e s c h o u w in g e n
N
. I . S
. ,
.
» 2.
« De herziening van 1955 is de tweede die op het » indexcijfer der kleinhandelsprijzen, sedert hun ont » staan in 1921, werd toegepast. De vorige greep plaats » in 1939. Hierbij werd de basis april 1914 vervangen » door de referteperiode 1936-1937-1938. In beide » gevallen zijn de in 1921 vastgelegde grondbeginselen » van de berekeningsmethode van het indexcijfer der » kleinhandelsprijzen ongewijzigd gebleven. De aan de » indexcijfers — basis aprü 1914 = 100 en basis » 1936-1937-1938 = 100 — aangebrachte wijzigingen » hadden in hoofdzaak betrekking op de goederenlijst » en de basisperiode. Zo werden in 1939, 13 artikelen » uit de goederenlijst verwijderd om voor 13 nieuwe » produkten plaats te maken. De wijziging van 1955 » heeft het aantal produkten en diensten van 56 tot » 65 gebracht. Twaalf produkten verdwenen uit de » goéderenlijst waaraan éénentwintig nieuwe produk» ten en diensten werden toegevoegd. Bovendien werd » de omschrijving van een vijftiental artikelen » veranderd.
e n
» 3. » » » » » » » »
T i j d s c h r i f t
b
)
. I . S
» 1.
»
v a n
de
aan het
in d e x c ij f e r
d e
p r i j s w
a a r n e m
i n g
b e z o c h te
c e n tr a
•
B e r e k e n i n g s m
e t h o d e
G
o e d e r e n l ijs t
P r o d u k t e n
d i e
u i t
d e
o u d e
g o e d e r e n lijs t
v e r w
i j d e r d
w e r d e n
»
P
r o d u k t e n
e n
d i e n s t e n
d i e
to e g e v o e g d
w e r d e n
:
».broodjes, beschuit, stoofvlees, « filet, d’Anvers », » cöndensmelk, zuidervruchten, jam, spuitwater, onder » lijfjes, dameskousen, damesschoenen, keukenhand» doeken, borden, emmers, magere kolen, sigaretten, » haarsnijden, wassen, dagbladen, bioscoopbezoek en » transport.
aange
WIJZIGINGEN
B a s i s p e r i o d e
» De keuze van het jaar 1953 als basisperiode steunt » vooral op het feit dat 1953 het eerste jaar was dat » voldeed aan de theoretische eisen die doorgaans in dit » verband gesteld worden : betrekkelijke stabiliteit van » de prijzen en aanpassing aan een economische en » sociale structuur welke niet te zeer afwijkt van deze » der waarnemingsperiode.
»
P r o d u k t e n
w a a r v o o r
n i e u w
e
k w
a l i t e i t s n o r m
e n
g e v ó lg d
» worden : zout, rijst, melk, kaas, tafelbier, erwtjes in » blik, herenpak, hoeden, overhemd, sokken, heren » schoenen, zachte zeep, tabak en gas. »
(18) Opgericht bij koninklijk besluit van 2 april 1985 en opnieuw ingesteld bij besluit van de Regent van 20 december 1945. (14) Overgenomen uit het Statistisch Tijdschrift, « Het nieuwe indexcijfer der kleinhandelsprijzen », N.I.S., n" 7-8, juli-augustus 1955, pp. 1509 tot 1518. —
v o o r
: bonen, azijn, appeldeeg, cacao, spliterwten, » gehakt, reuzel, boorden, klompen, lucifers, borstels » en stijfsel. »
. ,
onderzoek van brachte
d e r
» De berekeningsmethode blijft dezelfde als deze wel ke in 1939 werd vastgesteld. De coëfficiënten waar mede de lokale indexcijfers worden gewogen voor de berekening van de provinciale indexcijfers en het algemeen indexcijfer van het Rijk, zijn echter ontleend aan de resultaten van de algemene volkstelling van 31 december 1947 en niet meer aan deze van 31 december 1930. De lijst der oude en nieuwe wegingscoëfficiënten is in bijlage opgenomen. » 4.
» Vermelden wij eveneens de andere redenen, aan » gehaald door de commentaar van het » die pleiten voor de opeenvolgende vervan» gingen der referte-periodes : de mogelijkheid tot » internationale vergelijking, de toename van de sprei » ding van de indexcijfers met de verwijdering der » basisperiode, de ongunstige psychologische invloed » van een hoog indexcijfer. N
i j s t
a ’s
» De in 1939 vastgestelde lijst der 62 steden en » gemeenten waar de prijswaarneming tussen de 10® en » 20e van elke maand wordt verricht, blijft onveranderd. » Het aantal winkels die aan de prijswaarneming deel » nemen, bedraagt zoals vroeger, ongeveer 3.500. Er » werd naar gestreefd in alle centra prijzen te verzame» len in handelszaken die behoren tot verschillende » distributievormen zonder dat nochtans tot een ver » deling naar statistische criteria — dit bij gebrek aan » gegevens over de omzet in de kleinhandel — werd » overgegaan.
» De vervanging van de basisperiode april 1914 door » de periode 1936-1937-1938, en thans door het jaar » 1953, hangt samen met de wijzigingen van de goede » reniijst. Een volledige ombouw van de prijswaarne» ming kan inderdaad slechts met vrucht ondernomen » worden indien van een nieuw vertrekpunt kan worden » uitgegaan.
h e t
L
f i r m
86
» »
P r o d u k t e n
d e n
o p
b a s i s
w
a a r v a n
v a n
d e
d e
i n d e x c i j f e r s
i n d e x c i j f e r s
v a n
o p g e m h u n
a a k t
w o r -
v e r s c h ille n d e
: zalm, erwtjes in blik, » macaroni, rijst, cöndensmelk, zuidervruchten, jam, » gas, haarsnijden, bioscoopbezoek en transport. k w
—
a l i t e i t e n
o f
o n d e r v e r d e l i n g e n
» De criteria welke bij de omwerking van de goede » renlijst werden in aanmerking genomen zijn van » tweeërlei aard : » 1° de « interne » weging van het indexcijfer zoveel » mogelijk aanpassen aan de huidige verbruiks» structuur; » 2° de nieuwe produkten en diensten zoveel mogelijk » representatief maken voor de gezinsuitgaven in » elke groep en deze zodanig kiezen dat zij een rede » lijke kans bieden om gedurende een lange periode » in goede voorwaarden te worden waargenomen. » Voor het vaststellen van het aantal produkten per » uitgavengroep werd uitgegaan van diverse schattin » gen van het nationaal verbruik en van de resultaten » der enquête, ingesteld door het Universitair Instituut » voor sociale en economische voorlichting in 1949, » over de levensvoorwaarden der gezinnen. De relatieve » belangrijkheid van elke produktiegroep ziet er als » volgt uit : Aantal Pet. provan » Groep dukhet ten totaal » Voedingswaren.............................. 35 » waarvan : » bakkerijprodukten, deegwaren. 5 » vlees .......................................... 8 » oliën en vetten ........................ 3 » 5 melk en zuivelprodukten........ » Niet-eetbare produkten .............. 25 » waarvan : kleding........................................ 12 verlichting, verwarming............ 4 tabaksprodukten ...................... 2 andere niet-eetbare producten . 7 » Diensten Totaal...
65
8 12 5 8 39 19 6 3 11 100
» De indexcijfers worden als volgt berekend : — de gemiddelde prijs van een artikel voor een bepaald centrum is het rekenkundig gemiddelde van de prijzen van dit artikel in de magazijnen die in dit centrum bezocht worden; — het indexcijfer van elk produkt in elk centrum wordt verkregen door de formule : JÎL X 100 V o
—
» »
L
i j s t
v a n
b a s i s
d e
1 9 5 3
w e g in g s c o ë ff ic i ë n te n =
v a n
■
»
» »
» » »
h e t
i n d e x c i j f e r
1 0 0 .
Gemeenten en provincies
Antwerpen.................................... Mechelen........................................ Turnhout...................................... L ier................................................ Boom..............................................
» Provincie Antwerpen .................... » Brussel ........................................ » Leuven.......................................... » Tienen .......................................... » N ijv el............................................ » Asse .............................................. » Waver .......................................... » D iest.............................................. » Geldenaken.................................. » Provincie Brabant..........................
» 1953 = 100
=
» Men berekent eveneens het indexcijfer per produkt » voor het Rijk : men berekent eerst het rekenkundig » gemiddelde van de gemiddelde prijzen der 62 centra; » men deelt dit gemiddelde door de gemiddelde prijs » van het Rijk voor de basisperiode en men vermenig» vuldigt het aldus verkregen quotiënt met 100.
Wegingscoëfficiënten %0 %0 ProRijk vincie 570 162 194 32 42
86 25 29 5 6
1.000 692 128 26 57 31 29 22 15
151 146 28 5 12 6 6 5 3
53
» C) BEREKENINGSMETHODE VAN HET INDEXCIJFER BASIS
i
» — het algemeen indexcijfer van het Rijk ten slotte » wordt als volgt verkregen : elk provinciaal index » cijfer wordt gewogen met een wegingscoëfficiënt » vastgesteld volgens de belangrijkheid van de » bevolking van de betrokken provincie.
zijnde de gemiddelde prijs van het artikel voor het betrokken centrum. — p 0 zijnde de overeenstemmende gemiddelde prijs voor het jaar 1953 in elk centrum; — het rekenkundig gemiddelde van de 65 indexcijfers van het centrum geeft het algemene indexcijfer voor dit centrum; —.elk aldus verkregen indexcijfer wordt gewogen met een wegingscoëfficient volgens de belangrijkheid van de bevolking van het gebied dat door de bezochte localiteit vertegenwoordigd wordt : deze berekening geeft het provinciaal index ... cijfer; Pi
—
» » » » » » » »
1.000
211
B ru gge.......................................... Oostende........................................ Kortrijk........................................ Roeselare.......... ........................... Poperinge .................................. Tielt ............................................ Veurne ........................................ Moeskroen ..................................
200 108 220 125 124 75 93 55
23 13 26 15 14 9 11 6
» Provincie West-Vlaanderen ........ » Gent ............................................ » A alst.................................. ........... » Sint-Niklaas ................................ » Dendermonde ............................ » Oudenaarde.................................. » Eeklo..............................................
1.000 362 196 151 132 95 64
117 51 28 22 19 14 9
» Provincie Oost-Vlaanderen .......... » D oornik........................................ » Bergen............ ............................... » Charleroi ...................................... » La Louvière.................................. » ’s Gravenbrakel ........................ » Thuin .......................................... » Leuze .......... ............................... » Ath ............ ................. ..................
1.000 143 106 15 212 31 354 52 43 6 94 13 110 16 16 2 65 ...........9
» Provincie Henegouwen . . . . . . . . . .
1.000
87—
144
, Wegingscoëfficiënten »
.
,
. . . Gemeenten en provincies
»
G e m e e n te n e n p r o v in c ie s
°/ /oo Pro vincie L u ik .................................. .......... Verviers ...................................... Seraing.............................. .......... Hoei .......................... ................. Stavelot .................. ................... Borgworm...................................... Eupen .................... ......
.
°/ /oo Rijk
510 164 76 97 15 72 66 '
57 19 9 11 2 8 7
Provincie L u ik .................... .......... H asselt.............................. . . . . . . . Sint-Truiden .................. .......... Tongeren ........................ .......... Maaseik.............................. .......... B ilzen ................................ Borgloon .......................... ..........
1.000
68
113 21 5 9 12 3 4
Provincie Limburg ............ .......... Aarlen .............................. .......... Bastogne .......................... ..........
1.000
. 54
219 213
5 5
384 92 173 228
Wegingscoëfficiënten V /oo Pro vincie
Rijk
176 221 94 77
4 6 3 2
1 .0 0 0
25 18
»
........ ........ ..... ........ ........ ........ Gembloers .......................... ........ Couvin .............................. ........ Beauraing ..........................
))
Provincie N am en.................. ........
1 .0 0 0
» » »
Marche-en-Famenne ........ ........ Saint-Hubert...................... ........ Bertrix .............................. ........ La Roche ..........................
))
» Provincie Luxemburg.......... )) . Nainen .............................. )) Auvelais ............................... )) Andenne ............................ )) Dinant ................................ )) )) ))
437 23 59 143 62 82 158 36
........................................
» Het Rijk
%„
L
2 6 3 3 7 2 42 1.000 »
3. Indexcijfers van de landbouwprijzen B ron
Ministerie van Lam
:
B ib l io g r a f ie
T a b e l
2 5
:
E v o l u t i e
v a n
h e t
l a n d b o u w
: Landbouwtijdschrift (januari 1948 en februari 1955). Statistisch Jaarboek Door België. Statistisch Tijdschrij ■van het N.I.S.
» fic ië n te n v a n d e se iz o e n s c h o m m e lin g e n w o rd e n b e re
i n d e z c i j f e r
1948 t o t e n m e t » 1954; v o o r d e t a r w e w o r d e n d e p r i j z e n v a n d e j a r e n » 1949 t o t 1954 i n a a n m e r k i n g g e n o m e n . » k e n d a a n d e h a n d v a n d e p rijz e n v a n
Het Ministerie van Landbouw berekent thans op basis van de gemiddelden van de jaren 1951 eii 1952 vier algemene indexcijfers : drie betreffende d© verkoop prijzen van de landbouwprodukten (dierlijke produkten, plantaardige produkten en het geheel van de landbouw produkten) en één met betrekking tot de produktiekostën.
»
W
e g i n g e n
van
de
landbo uw pro duk ten
: tarwe, rogge, gerst, haver, stro, vlas, » cichorei, suikerbieten, aardappelen, ossen en vaarzen, » stieren en koeien, kalveren, varkens, boter, eieren en » paarden. »
d ie
voor
de
w e rd e n g e n o m e n s te u n e n
1950 to t
d e a lg e m e n e te llin g e n
e n d e g e m id d e ld e o p b r e n g s te n v a n d e ja r e n
1951.
(1 5 )
« De prijzen van de basiselementen stemmen overeen » met de prijzen « af landbouwbedrijf ». »
w e g in g s c o ë ffic ië n te n
» o p d e w a a rd e v a n d e v e r k o c h te h o e v e e lh e d e n , o v e r
» 1948 in d e x c ij f e r s
de
» g en o m en u it d e g eg ev en s v a n » van
A)
:
» g ro e p in d e x in a a n m e rk in g
» Als p r i j z e n g e l d e n d e » 1949 t o t e n m e t 1951. »
S c h e m
a
v a n
d e
g e m id d e ld e n
w e g in g s c o ë ff ic i ë n te n
van
d e p e rio d e
:
I n h o u d
R e f e r e n t i e
: gemiddelde van de jaren 1951-1952.
» : men berekent de eenvoudige » indexcijfers van een reeks plantaardige en dierlijke » produkten. De seizoenschommelingen worden ver » volgens uitgeschakeld met behulp van de ketting » methode van W. M. Persons. De verwijderingscoëfB e r e k e n i n g s m
e t h o d e
8
(15) Zie in d it verband Statistisch Jaarboek voor B elg il, N . I . ., ia a r 1960, boekdeel 81, p. X I X . . . .
»
P l a n t a a r d i g e
p r o d u k t e n
» Tarw e............................................................ ..............6,3 » R ogge............................................................ ..............0,6 » Gerst ............................................................ ..............1,0 » H aver............................................................ ..............1,8 » Stro .............................................................. ..............0,5 » Vlas .............................................................. ..............1,6 » Cichorei.......................................................... ..............0,2 » Suikerbieten ................................................ ..............5,4 » Aardappelen.................................................. ..............5,0 » T o t a a i...
2 2 ,4
» zoenschommelingen uitgeschakeld zijn. De verwijde » ringscoëfliciënten van de seizoenschommelingen zijn » berekend in betrekking met de prijzen van de jaren » 1948 tot en met 1954; voor de koeken en de maïs » worden de prijzen van 1949 tot 1954 in aanmerking » genomen.
-» D i e r l i j k e p r o d u k t e n
» Ossen en vaarzen ..................................... » Stieren en koeien ..................................... » Kalveren........................................................ » Varkens ...................................................... » Boter ............................................................ » Eieren .......................................................... » Paarden ......................................................
6,8 7,1 3,2 19,0 27,4 13,0 1,1
» Totaal. ..
77,6
» Totaal voor de landbouwprodukten . . . .
100,0 »
b)
in d e x c ijfe rs
v a n
d e
p ro d u k tie k o s te n
» : de hierna volgende coëfficiënten zijn de » verhoudingen van de respectieve waarden van de » verschillende componenten van de produktiekosten » tot het totaal van deze kosten. W
(16)
I r i h o u d
»
R e f e r e n t i e
:
H
e t
w e g i n g s s c h e m
a
i s
h e t
v o lg e n d e
:
» Pachten ...................................... ............... » Lonen............................................................ »Meststoffen .................................................. » Veevoeders .................................................. » Plantgoed en zaad .................................... » Materieel........................................................ » Belastingen.................................................... » Algemene onkosten ..................................
: gemiddelde van de jaren 1951-1952.
» : voor elke kostencategorie bere » kent men eenvoudige indexcijfers waarvan de seiB e r e k e n i n g s m
» Die waarden zijn het resultaat van liet produkt » van de hoeveelheden die bij de algemene telling van » 1950 opgetekend werden en de gemiddelde prijzen » van de periode van 1949 tot en met 1951. »
het gewogen indexcijfer van de produk» tiekosten omvat volgende elementen : pachten, lonen, » meststoffen, veevoeders, plantgoed en zaad, mate » rieel, belastingen en algemene onkosten. «
e g i n g
e t h o d e
(16) Zie in d it v e r b a n d h e t Statistisch Jaarboek voor B elgië , N .I .S ., ja a r 1960, b o ekdeel 81, p . X X .
» Totaal. ;.
11,8 41,3 10,5 17,5 3,0 8,5 1,2 6,2 100,0 »
4. Indexcijfers van de vrachtprijzen B ro n n e n :
In s titu t de Recherches Economiques et Sodales.
Lloyd Anversoi8. Chamber o f Sh ipping. Bundesministerium f ü r Verkehr.
Norwegian Shipping News. B ib l io g r a f ie : B u lletin mensuel de Statistique ( U .N .O .). — Inzonderheid het supplement b ij het bulletin van ju n i 1954 (blz. X V , Franse uitgave). Service mensuel de conjoncture de V I.R .E .S . T ra m p Sh ip p in g Freights (R eport o f the Freigh t In d ex Committee, j u l i 1953). — Chamber o f Sh ipping. Hansa (H a m b u rg ) (8 november 1952-17 ja n u a ri 1953). Norwegian Sh ip p in g News (Oslo) (n TS 16 en 17 van 25 augustus 1951). . B ulletin mensuel.de V I.R .E .S .
T a b e l
a
)
2 6
:
I n d e x c i j f e r s
a l g e m e n e
v a n
d e
» twintig dagen van de maand, van de vrachtprijzen » voor zes reisrichtingen. De prijzen van een richting » zijn vermeld in dollars en geïndexeerd met als basis » jaar 1953. Het eenvoudig gemiddelde van de index » cijfers van die reisrichtingen vormt het algemeen » indexcijfer. De gekozen richtingen zijn de volgende :
v r a c h t p r i j z e n
b e s c h o u w in g e n
Het indexcijfer van de vrachtprijzen is een gemid delde van verhoudingen van vrachtprijzen. Voor elk van die verhoudingen is de teller de vrachtprijs (of een gemiddelde vrachtprijs) voor een bepaald traject en een bepaald produkt, op een gegeven ogenblik; de noemer is de vrachtprijs (of de gemiddelde vrachtprijs) voor hetzelfde traject en hetzelfde produkt op het basistijdstip. Wanneer het om zeevaartvrachtprijzen gaat, is het gemiddelde vaak gewogen, waarbij de berekening gedaan wordt door middel van de formule van Laspeyres. De wegingscoëfficiënten zijn afhankelijk van de aard van de koopwaar en van de lengte van afgelegde weg in het geheel van het zeevaartverkeer waarop het indexcijfer betrekking heeft. b)
in d e x c ijfe rs
o p g em aak t
d o o r
h e t
i.r .e .s .
» a)
A t l a n t i s c h e
» » »
La Plata — Antwerpen Buenos Aires — Antwerpen Cuba — Antwerpen
» b)
M
» » »
Huelva — Antwerpen : pyriet Algerië-Tunesië — Antwerpen : fosfaten Antwerpen — West-Italië : steenkool
O c e a a n - s e c to r
i d d e l l a n d s e
Z e e - s e c t o r
:
zware granen zware granen suiker
:
» De noteringen zijn deze van Londen en zij zijn » overgenomen uit de Lloyd Anversois.
(17) » 2) Binnenvaartvrachtprijzen
1) Zeevaartvrachtprijzen » De indexcijfers van de vrachtprijzen zijn de gemid » delden van de dagelijkse noteringen van de eerste (17) Zie in d it v e rb a n d Définitions et Méthodes statistiques, I .R .E .S ., C en tre de R ec h erch es E c o n o m iq u e s, p . 100.
—
89
» De indexcijfers van de vrachtprijzen voor de bin » nenvaart zijn de eenvoudige gemiddelden van de » indexcijfers der vrachtprijzen voor de verschillende » reisrichtingen. Al de reizen op de Belgische binnen—
» wateren en de voornaamste reizen naar de buurlanden » zijn in dit indexcijfer opgenomen. » a)
I n d e x c i j f e r s
v a n
d e
b i n n e n l a n d s e
v r a c h t p r i j z e n
» Het betreft de vrachttarieven gereglementeerd door » de Dienst voor Regeling van de Binnenscheepvaart » in pet. van het basistarief : jaren 1936 tot 1938, » omgezet op de basis 1953 = 100. De omzettingscoëffi» ciënt is 367,25. » b)
I n d e x c i j f e r s
v a n
d e
i n t e r n a t i o n a l e
v r a c h t p r i j z e n
» Het betreft de indexcijfers van de vrachtprijzen » van 13 vervoertrajecten van België naar de buurlan» den, berekend op basis van het jaar 1953 = 100. De » gekozen trajecten zijn als volgt ingedeeld : » — 5 vanaf Gent naar Roubaix, naar Isbergues, naar » Arras of Rij sei, naar een haven van de Roer of » Dortmund en naar Amsterdam; » — 8 vanaf Luik of omgeving naar Rotterdam, naar » Maastricht, naar Ymuiden, naar Beek en Donk, » naar Ruhrort, naar Duisburg, naar Dordrecht, » naar Parijs. »
Europese...................... Overzee ......................
38,1 35,6 73,7
9,3 17,0 26,3
In 1955 werden nieuwe officiële indexcijfers van de vrachtprijzen opgemaakt. Zij omvatten geen indexcij fers meer die per gebied berekend zijn (Europa en over zee). Het wegingsstelsel is thans gebaseerd op de statis tieken van het havenver keer voor 1954; de vloeibare onverpakte goederen worden niet meer in aanmer king genomen. Het indexcijfer van de « geregelde Liners-Diensten » (droge ladingen) is een gewogen gemiddelde van de vrachtprijzen op belangrijke tra jecten uitgaande van of eindigend in havens gelegen tussen Antwerpen enerzijds, Hamburg en Bremen anderzijds. Het is gebaseerd op de periode : juli tot december 1954 = 100.
C) IN D E X C IJFE R S OPGEMAAKT DOOR D E « CHAMBER OF SH IPPIN G » (VER EN IG D K O N IN K R IJK )
De indexcijfers van het Verenigd Koninkrijk zijn opgemaakt door de « Chamber of Shipping ». Zij omvat ten niet de tarieven uitgedrukt in dollars. Het indexcijfer « Trip Charter-Reisbevrachting » (droge ladingen) wordt opgemaakt volgens de in onder staande tabel vermelde gegevens : Aantal WegingsGoederen gemaakte coëfficiënt trajecten Steenkool .................... Graan .......................... Suiker .......................... Erts ............................ Meststof ...................... Hout ! .......................... Esparto ......................
17 18,3 10 36,2 3 -11,6 12 13,6 3 4,0 3 14,3 2 2,0 ~~ 52 100,0 Het indexcijfer van elk produkt houdt rekening met het gemiddelde van de prijzen toegepast op alle belang rijke zeeroutes die door schepen van alle nationaliteiten bevaren worden.
e
) IN D E X C IJF E R
BEREKEND
DOOR
DE
«
NORW EGIAN
SH IPPIN G N EW S »
De « Norwegian Shipping News » is een halfmaande lijks tijdschrift dat indexcijfers van zeevaartvrachtprijzen publiceert die rekening houden met alle prijzen om het even welke de vlag van het vrachtschip is. De twee reeksen gepubliceerd in tabel 26 hebben betrekking op de « reisbevrachting — Trip Charter » van petroleumvrachten. De indexcijfers zijn de eenvoudi ge rekenkundigegemiddelden van de individuëleindexcij fers verkregen door de opgetekende prijzen te vergelijken met de basisprijzen. De laatste zijn ingedeeld in twee categorieën naargelang ze uitgedrukt zijn in dollar of in pond sterling. De basisprijzen in dollars opgetekend door de « Nor wegian Shipping News » zijn de tarieven berekend door de Zeevaartcommissie van de Verenigde Staten (U.S.M.C.). Voor de prijzen in pond sterling bestaat de oorspronkelijke basis tot einde 1955 uit de tarieven schaal opgemaakt door het Ministerie van Vervoer van het Verenigd Koninkrijk (M.O.T.) en sinds januari 1957 uit de « London Market (Tanker) Nominal Freight Scale no. 2 ».
De belangrijkheid van de zeeroutes wordt bepaald op grond van de trajecten die in 1951 door de Britse trampvloot werden afgelegd. Het indexcijfer « Time Charter — Tijdbevrachting » (droge ladingen) is een rekenkundig gemiddelde van het indexcijfer der stoomschepen (steamers) en der motor schepen (motor vessels). Elk van deze indexcijfers is een eenvoudig gemiddelde voor de schepen van 8.000 ton en meer, van de heen- en terugbevrachtingen en de bevrachtingen die 9 maanden niet overtreffen.
Dat laatste tarief werd herzien op 15 december 1958 en op 1 juli 1959. Gedurende de tweede wereldoorlog lagen de vrachtprijzen in dollar van het U.S.M.C. op hetzelfde peil als de sterlingvrachtprijzen van het M.O.T. die thans vastgesteld worden volgens de « London Market (Tanker) Nominal Freight Scale no. 2 ».
d ) IN D E X C IJF E R B E R E K E N D DOOR H ET « B U N D E S M IN IS
Tengevolge van de devaluatie van het pond sterling in september 1949 zijn de sterlingprijzen gestegen in verhouding tot de waardevermindering van het pond sterling; sindsdien overtreffen de U.S.M.C.-prijzen de vrachtprijzen van het M.O.T.-tarief/Scale no. 2 met 43,93 %.
TERIUM FÜR VER K E H R » (w E S T -D U IT S L A N D )
De indexcijfers van de vrachtprijzen worden berekend door het Ministerie van Verkeerswezen. Tot in 1954 hadden de indexcijfers als originele basis het 4e kwar taal vàn 1950. —
De keuze der goederen en de weging steunde op een omstandige ontleding van het zeeverkeer in de Duitse havens per land van herkomst en bestemming, en per soort verkeer (geregelde dienst of t r a m p x aart). Tot in 1955, beschikte men niet over nauwkeurige gegevens betreffende het gebruikte gewicht voor het geval der geregelde diensten. De wegingscoëfficiënten per soort traject waren de volgende : ReisGeregelde Handel bevrachting diensten
90
—
G E P U B L IC E E R D E T A B E L L E N
N'
A. — Prijzen 1.
P
r i j z e n
v a n
d e
l a n d b o u w
N'
G E P U B L IC E E R D E T A B E L L E N
Blz.
p r o
Blz.
Industriële produkten..............
14
144
Landbouwprodukten
..............
15
144
....................
16
145
d u k t e n
Gemiddelde prijzen van land bouwprodukten op de bin nenlandse regulerende mark ten opgenomen...................... Gemiddelde prijzen van het slachtvee op de markt te Kuregem opgenomen .......... 2.
P
r i j z e n
v a n
d e
i n d u s t r i ë l e
Groepindexcijfers
1
2
135
Ingevoerde en inheemse pro dukten ..................................
17
149
135
Nijverheids- en landbouwpro dukten in verschillende pro duktiestadia ..........................
18
149
p r o
d u k t e n
b)
Binnenlandse prijzen van enkele steenkoolsoorten en steen koolbriketten ........................
Algemeen indexcijfer en index cijfers der landbouw- en voed selprijzen ..............................
19
149
Indexcijfers der prijzen voor de drie produktiestadia............ ..
20
150
Reuter-, Moody- en Volkswirtindexcijfers..............................
21
150
Volkswirt-indexcijfers per produktengroep ..........................
22
151
Algemeen indexcijfer ..............
23
152
Indexcijfers van de kleinhan delsprijzen volgens de aard der produkten ......................
24
152
25
153
26
153
Gemiddelde afzetprijs van de steenkool door de steenkolen mijnen ...................................... Produkten en bijprodukten van de cokesfabricage en van de steenkoolbriketten : gemid delde verkoopprijzen............ Non-ferrometalen : totale ver kopen ....................................
3
4
136
137
c)
v a n
h e t
I . R
i n d e x c i j f e r s
. E
v a n
d e l s p r i j z e n m
5 6
. S .
d e
o p
g r o o th a n
d e
w e r e ld
a r k t e n
138 138
Koper- en tinnoteringen te Brussel ..................................
7
139
Lood-, zink- en cadmiumnote ringen te Londen ................
8
140
2.
I n d e x c i j f e r s
v a n
d e
k l e i n h a n
d e l s p r i j z e n
IJzer- en staalprodukten :gemid delde verkoopprijs................
9
141
Basisprijzen van de ijzer- en staalprodukten........................
10
142
Steengroevenprodukten : gemid delde verkoopprijzen............
11
143
Evolutie van de prijzen « af fabriek » voor enkele type produkten van de textielnij verheid ....................................
3.
I n d e x c i j f e r s
d e r
12
d e
l a n d b o u w
143 Evolutie van de landbouwindexcijfers................................
g r o o th a n d e ls
4.
p r i j z e n
a)
v a n
p r i j z e n
B. — Prijsindexcijfers 1.
I n d e x c i j f e r s
I n d e x c i j f e r s
v a n
d e
v r a c h t
p r i j z e n v a n n o m
h e t i s c h e
M
i n i s t e r i e
v a n
E c o
Z a k e n
A lg e m e e n in d e x c ijfe r
....................
13
Indexcijfers van de vracht prijzen......................................
144
91 —
VIII. — De buitenlandse handel van de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie B ron
:
B ib l io g r a f ie
Voorwerp en gegeven s 1.
S t a t i s t i s c h
Nationaal Instituut voor de Statistiek. : Maandelijks Bulletin over de buitenlandse handel van de B.L.E.U. Etudes Statistiques, reeks M , nT 10, tweede uitgave ( Verenigde Naties). Office statistique des communautés européennes (bijvoegsel bij de analytische tabellen, januari 1961), Institut de Recherches Economiques et Sociales (I.R.E.S.). Statistisch Bulletin van het N.I.S.
verklaring
van
de
sta tistisc h e
g r o n d g e b ie d
» Onder genationaliseerde goederen dient men te » verstaan eensdeels, de goederen van vreemde herkomst » waarvoor de invoerrechten werden betaald en ander » deels, diegene, welke vrij van tolrechten, voor de » handel of het verbruik in het grondgebied van de » Unie werden aangegeven.
De wet van 5 maart 1922 (1) bekrachtigde de over eenkomst, die op 25 juli 1921 te Brussel tussen België en » b) het Groothertogdom Luxemburg gesloten werd, waarbij tussen beide landen een economische unie werd opgericht. Die overeenkomst is sedert 1 mei 1922 van kracht. Met ingang van die datum worden beide landen, wat de - » Worden in de statistiek van de buitenlandse handel douane en de accijnzen betreft, als één enkel grond » niet opgenomen : gebied beschouwd. » 1. de invoer en de uitvoer van goederen welke niet het » voorwerp van een handelsverrichting uitmaken. Zij 2. (2) » omvatten o.a. verhuisboedels, voertuigen gebruikt » voor internationaal verkeer, reisbagage, tentoon « a) » stellingsgoederen, monsters zonder handelswaarde » De invoer omvat : » enz., » l.d e goederen welke bij rechtstreekse invoer of bij » 2. de produkten van de Belgische visserij, welke als » uitslag uit een entrepot voor het verbruik aange- » nationale produkten worden beschouwd, alsmede de » geven worden, » goederen welke enkel opnieuw dienen verpakt of » 2. de goederen ingevoerd om een bijkomende bewer- » gesorteerd te worden, » king te ondergaan en dan weder uitgevoerd te » 3. bankverrichtingen welke de overbrenging van goud » worden, » in staven alsmede van gouden en zilveren munten » 3. sedert 1951, de goederen die wederingevoerd worden » tot voorwerp hebben, » nadat zij in het buitenland een bijkomende bewer- » 4. sedert mei 1954, de zendingen van goederen waarvan » king hebben ondergaan. » de waarde minder is dan F 1.000, » 5. sedert januari 1956, het ruw en halfbewerkt goud » De uitvoer omvat : » alsmede gouden munten, die niet wettelijk meer in » 1. de Belgische of Luxemburgse goederen en de genaomloop zijn. » tionaliseerde goederen, die werkelijk het grondge» bied van de Unie verlaten, » c) » 2. de goederen welke wederuitgevoerd worden na de » In de statistiek van de buitenlandse handel worden » bijkomende bewerking ondergaan te hebben waar » alle goederen volgens de aangegeven waarde opge» voor ze werden ingevoerd, » 3. sedert 1951, de goederen welke worden uitgevoerd » nomen. » ten einde in het buitenland een bijkomende bewer» De aan te geven waarde bij de (nieuwe bepa» king te ondergaan, en daarna terug ingevoerd te » ling van de waarde bij de invoer, vastgesteld bij » worden. » koninklijk besluit van 16 juli 1953 (3), in werking » De doorvoer omvat de goederen van vreemde her » getreden op 28 juli 1953) is de normale prijs, d.w.z. de » komst die het grondgebied van de B.L.E.U. doortrek » prijs welke gerekend wordt op de dag van de aangifte » ken met bestemming naar het buitenland, hetzij » voor de goederen te kunnen worden bedongen, inge » rechtstreeks, hetzij na verblijf in entrepot, onder » volge een onder vrije mededinging, tussen twee. van » elkaar onafhankelijke partijen, tot stand gekomen » tolregime. » koop en verkoop (bepaling van het I n
d e
n i e t
V o o r w e r p
v a n
d e
s t a t i s t i e k
o p g e n o m
v a n
d e
b u i t e n l a n d s e
e n
g o e d e r e n
d e
g o e d e r e n
h a n d e l
n i e t
s t a t i s t i e k
B e p a l i n g e n
W
a a r d e
v a n
in v o e r
M
» (1) Cf. Belgisch Staatsblad van 11 maart 1922. (2) Zie hiervoor, I.N.S., Maandelijks Bulletin over de buitenlandse handel van de B.L.E.U., nr 1, januari 1960, bijvoegsel, blz. 3 tot 5. —
B
u l l e t i n
o v e r
d e
b u i t e n l a n d s e
h a n d e l
(3 ) Cf. B elfiteh StaaUblad va n 24 Juli 1958.
93 —
v a n
d e
a a n d e l i j k s
B
. L . E
. U
. ) .
» De normale prijs wordt bepaald met inachtneming » van volgende regels : » l.d e goederen worden geacht aan de koper te zijn » geleverd in de eerste zeehaven of grensplaats in het » grondgebied der Benelux-landen, » 2. de verkoper wordt geacht alle kosten, betrekking » hebbende op de verkoop en op de levering tot op de » plaats bedoeld in paragraaf 1 te dragen; zij zijn » dientengevolge in de prijs te begrijpen, » 3. de koper wordt geacht de in de Beneluxlanden ver » schuldigde belastingen en heffingen te dragen; zij » zijn dientengevolge niet in de prijs te begrijpen. » Voor goederen welke worden geleverd ingevolge een » onder vrije mededinging tussen twee van elkaar onaf » hankelijke partijen tot stand gekomen koop en ver » koop, mag als waarde gelden, de koopprijs, waaronder » wordt verstaan de werkelijk betaalde of te betalen » prijs, vermeerderd met alle daarin niet reeds begrepen » kosten, als zijn bedoeld in bovenstaande para » graaf 2 en verminderd met alle verdere kosten, belas » tingen en heffingen in de Benelux-landen, voor zover » die in de prijs begrepen zijn. » Het vorig lid vindt geen toepassing indien de nor » male prijs hoger is dan de koopprijs, bepaald overeen » komstig dat lid. » Voor zover bij het bepalen van de waarde wordt uit » gegaan van bedragen, welke zijn uitgedrukt in buiten » landse munt, geschiedt de herleiding tot Belgisch geld » naar de bij de aanvang van de dag der aangifte te » Brussel geldende wisselkoers. » Bij de is de aan te geven waarde de prijs » binnen het grondgebied van de B.L.E.U., vermeerderd » met de kosten van vervoer tot aan de grens, even » tueel met aftrekking van de accijnsrechten welke in » vermindering mogen gebracht worden. u i t v o e r
» d)
G
e w ie k t
d e r
» Het wettelijk nettogewicht wordt bekomen door » van het brutogewicht de zogenaamde wettelijke tarra » af te trekken. » 3.
N a a m lijs t v a n d e g o ed eren
Over heel de beschouwde periode, bleef het N.I.S. vol gens de classificatie van de zogenoemde « Bijzondere han del volgens afdelingen en hoofdstukken » publiceren. De indeling omvat 22 afdelingen bestaande uit 87 hoofd stukken (vanaf 1960 : 100 hoofdstukken) die elk een reeks tariefposten omvatten. De posten met betrekking tot de steenkolen en het staal werden in 1953 aanzienlijk ge wijzigd, toen de beschikkingen van het E.G.K.S.-verdrag van kracht werden. In 1960 wijzigde het N.I.S. bijna al de tariefposten van het douanetarief zowel voor de uitvoer als voor de invoer, ten einde ze beter aan de internationale classifi caties en inzonderheid aan de T.C.I.H. (Typeclassificatie voor de internationale handel) aan te passen. Sedert 1952 publiceert het N.I.S. geen gegevens meer over de buitenlandse handel volgens de gemeenschap pelijke naamlijst aangenomen door de Overeenkomst van Brussel van 31 december 1913. Het verving die indeling door de T.C.I.H. Met de toepassing van die indeling, volgde het N.I.S. de aanbevelingen van de Commissie voor de Statistiek van de Organisatie der Verenigde Naties. De Commissie achtte het voor de internationale handel nodig dat men tot een enige classificatie zou trachten te komen, die zou dienen om de cijfers over de buiten landse handel aan de internationale instellingen en aan de intergouvernementele organisaties mede te delen. Een aanbeveling van de Commissie voor de statistiek werd door de Economische en Sociale Raad van de 0.V.N. goedgekeurd. Zij strekte ertoe :
g o e d e r e n
» In de statistiek van de buitenlandse handel wordt » het werkelijk of wettelijk nettogewicht der goederen » opgenomen, behoudens de uitzonderingen welke in het » tarief zijn voorzien. » Voor de binnen het kader van de handelsstatistiek » opgemaakte vervoerstatistieken (statistiek van de » doorvoer, statistiek van de in- en uitvoer volgens wijze » van vervoer, statistiek van de internationale haven » beweging) wordt evenwel het brutogewicht der goede » ren gebruikt. » De aangiften der importeurs en exporteurs moeten » het bruto- en het nettogewicht aanduiden. » In zekere gevallen dient bovendien de hoeveelheid » vermeld te worden, uitgedrukt in een speciale eenheid » (liter, meter, stuk, enz.). » Het werkelijk nettogewicht is het gewicht van de » goederen zonder verpakking. » Het brutogewicht is het gewicht der goederen met » verpakking. —
1. DeT.C.I.H. voorinternationaalgebruikteaanvaarden; 2. De rubrieken van de nieuwe classificatie te gebruiken om aan een land inlichtingen voor internationale doel einden te vragen; 3. Aan alle organen van de Verenigde Naties, de regio nale commissies, de gespecialiseerde instellingen en de andere intergouvernementele organismen het bestaan van die nieuwe classificatie mee te delen met het verzoek ze te gebruiken bij hun aanvragen om inlichtingen over de internationale handel. Vanaf 1953 steunt de indeling van de uitvoer, opge steld door de Nationale Bank, op de posten van de T.C.I.H. B e s c h r ijv i n g v a n d e T . C . I . H .
De T.C.I.H. is samengesteld uit 570 posten die, in beknopte vorm, alle produkten van de internationale handel vertegenwoordigen; zij kunnen, indien men die classificatie op nationaal vlak wil gebruiken, verder onderverdeeld worden zodat een omstandiger classifi catie verkregen wordt. Die posten zijn ingedeeld in 150 belangrijke groepen die zodanig opgesteld zijn dat 94 —
men de goederen kan onderscheiden waarover doorgaans in de statistische verslagen over de internationale handel gegevens worden opgezocht. Op hun beurt zijn die groe pen in 52 afdelingen, volgens hun meest algemene ken merken, bijeengebracht. Ten slotte zijn de afdelingen gegroepeerd in tien secties die de gezamenlijke goederen indelen volgens ruim afgebakende economische categorieën, te sectie 0 sectie 1 sectie 2 sectie 3 sectie 4 sectie 5 sectie 6 sectie 7 sectie 8 sectie 9
Voedingswaren, Dranken en tabak, Niet eetbare grondstoffen, behalve brand stoffen, Minerale brandstoffen, smeermiddelen en dergelijke produkten, Oliën en vetten van dierlijke of plantaardige oorsprong, Scheikundige produkten, Fabrikaten, hoofdzakelijk gerangschikt vol gens de grondstoffen, Machines en vervoermaterieel, Diverse fabrikaten, Artikelen die het voorwerp zijn van diverse transacties en niet elders genoemde goederen.
Over het algemeen genomen werden de secties, afde lingen en groepen van de T.C.I.H. in de C.S.T. behouden. De nagestreefde vereenvoudiging bracht nochtans een geringe aanpassing van sommige groepen mede. Van die herziening werd bovendien gebruik gemaakt om de T.C.I.H. actueler te maken : nieuwe omschrijvingen doen produkten die in de internationale handel een belangrijke plaats zijn gaan innemen, zoals de plastische stoffen, produkten van de ijzer- en staalnijverheid, machines, enz. beter uitkomen. Ten slotte steeg het aantal elementaire posten van 570 in de T.C.I.H. tot 1.312 in de C.S.T. waardoor dus de hergroeperingsmo gelijkheden werden verruimd. De omstandige indeling die in de C.S.T. werd bereikt laat toe bijkomende groeperingen te maken per produktiesector, per sector van verbruik der produkten, per bewerkingsgraad en per economisch gebruikstype. Voor het economisch analysewerk zijn dergelijke groeperingen voortdurend vereist. Het dient vermeld dat het N.I.S. deze nieuwe in deling van 1961 af toepast. S ecties en afdelingen van de C .S .T . C o d e
Voor internationale doeleinden en voor de econo mische analyse zouden de landen moeten overgaan tot een herklassering volgens de T.C.I.H. met behulp van ingewikkelde en talrijke correspondentietabellen die, naast het aanzienlijk werk dat ze meebrengen, afwij kingen van het ene land tot het andere zouden laten bestaan, waardoor de internationale vergelijking ver valst en de hergroeperingsmogelijkheden beperkt wor den. De beste oplossing van het drievoudig probleem met name de wederzijdse voordelen van de beide nomenclatures bewaren, de taak der nationale statis tische diensten aanzienlijk verlichten en een minimum vergelijkbaarheid met de vroegere gegevens handhaven, bestond erin de T.C.I.H. te herzien zodat ze eenvoudig bepaald werd uitgaande van de Tolnaamlijst van Brussel (T.N.B.) (4) die de grondslag van de tellingen was geworden. Het Statistisch Bureau van de Europese Gemeen schappen droeg, in samenwerking met verscheidene internationale organismen, actief bij tot de verwezen lijking van dergelijke oplossing. De werkzaamheden leidden tot de goedkeuring van de herziene T.C.I.H. door de Raad voor Douanesamenwerking en door de Commissie voor de Statistiek van de Verenigde Naties. Deze nomenclatuur, aangeduid door de afkorting C.S.T. (5), verschilt van de T.C.I.H. doordat enkele onderverdelingen worden opgenomen, die de herziene T.C.I.H. slechts facultatief voorziet. De C.S.T. omvat :
A
f d e l i n g e n
0
Voedingswaren 00 Levende dieren 01 Vlees en vleesbereidingen 02 Zuivelprodukten en eieren 03 Vis en visbereidingen 04 Granen en produkten van de meelindustrie 05 Fruit en groenten 06 Suiker en suikerwerk 07 Koffie, thee, cacao, specerijen en produkten daarvan 08 Veevoeder, vers,. gedroogd, fijngemaakt of gemalen; voedingsafval 09 Diverse voedingsprodukten
1
Dranken en tabak 11 Dranken 12 Tabak, ruw en bewerkt
2 21 22 23 24 25 26 27
10 secties vertegenwoordigd door het eerste codecijfer, 56 afdelingen vertegenwoordigd door twee codecijfers, 177 groepen vertegenwoordigd door drie codecijfers, 626 rubrieken vertegenwoordigd door vier codecijfers, 1.312 posten vertegenwoordigd door vijf codecijfers.
28 29 3
(4) Tolnaamlijst opgesteld door de Overeenkomst van Brussel van 31 decem ber 1913. (6) Classificatie voor Statistiek en Tarief van de internationale handel. —
S e c t i e s
95 —
32 33 34 35
Grondstoffen andere dan minerale brand stoffen Huiden en pelterijen, ongelooid Oliehoudende amandelen, granen, noten en meel daarvan Ruwe rubber, natuurlijk, synthetisch en geregenereerd Hout en kurk Papierstof en afval van papier Textielstoffen en afval van textielartikelen Minerale niet-metaalhoudende produkten excl. brandstoffen en edelstenen Ertsen en metaalresiduen Ruwe produkten van dierlijke of plantaar dige oorsprong niet elders genoemd Minerale brandstoffen, smeermiddelen en soortgelijke produkten Kolen, cokes en briketten Aardoliën en distillatieprodukten daarvan Aardgas en fabrieksgas Elektrische energie
A fdelingen
Code Secties
C o d e S e c tie s
Vetten en oliën van dierlijke of plantaardige oorsprong 41 Vetten en oliën van dierlijke oorsprong 42 Oliën van plantaardige oorsprong 43 Bewerkte oliën en vetten; was van dierlijke of plantaardige oorsprong 51 52 53 54 55 56 57 58 59
4.
81 82 83 84 85 86
89
Diverse fabrikaten Sanitaire en hygiënische apparaten, verwarmings- en verlichtingstoestellen Meubelen Reisartikelen, handtassen en dergelijke artikelen Kleding Schoeisel Apparaten voor wetenschappelijk gebruik, voor foto- en cinematografie, optische toestellen, uurwerken Fabrikaten niet elders vernoemd
e o g r a f is c h
L a n d e n
. I . S
Niet per goederensoort gerangschikte pro dukten en transacties Postpaketten, niet per produkt gerangschikt Teruggezonden goederen en speciale tran sacties Dieren voor dierentuinen, honden, katten en dergelijke Oorlogswapens en -munitie Niet in omloop zijnde munten, exclusief gouden munten
Produkten niet opgenomen in het interna tionaal goederenverkeer XO Goud XI Zilveren munten en munten van onedel metaal in omloop
Het N
71 72 73
66
94
X
Machines en vervoermaterieel Niet elektrische machines Electrische machines en apparaten Vervoermaterieel
64 65
93
96
67 68 69
62 63
91
95
Fabrikaten gerangschikt naar de grondstof Gelooide huiden, leder en lederwaren, bereide pelterijen Rubberartikelen niet elders genoemd Artikelen van hout en van kürk, excl. meubelen Papier en toepassingen daarvan Garens, weefsels, geconfectioneerde textielwaren, e.d. Fabrikaten van minerale stoffen andere dan metaal Gietijzer, ijzer en staal Non-ferrometalen Metaalwaren
61
G
Chemische produkten Chemische elementen en verbindingen Minerale teer en ruwe chemische derivaten van brandstoffen Kleurstoffen, verfstoffen en looistoffen Geneeskrachtige en farmaceutische pro dukten Aromatische produkten, toiletprodukten en onderhoudsmiddelen Kunstmeststoffen Springstoffen Plastische stoffen, geregenereerde cellulose, kunstharsen Chemische produkten, niet elders genoemd
9
A fd e lin g e n
.
B
v a n
h e r k o m
u l l e t i n
o v e r
s t
d e
e n
b e s t e m
m
i n g
b u i t e n l a n d s e
h a n d e l
v a n
h e t
(*) geeft hierover de volgende toelichtingen :
« Het land van herkomst van de koopwaar is het land, » vanwaar de verzending van de koopwaar met bestem » ming naar het grondgebied van de Unie aanvankelijk » vertrokken is, ongeacht of deze verzending recht » streeks of over het grondgebied van één of meer andere » landen plaats vond. » » » »
» In laatstbedoeld geval mag zelfs een verandering van vervoermiddel hebben plaatsgehad in een derde land, maar de koopwaar mag aldaar niet het voor werp geweest zijn van een handelsovereenkomst, noch van een opslag in entrepot.
» » » » » »
» Met andere woorden, het is het land vanwaar, ter uitvoering van de bepalingen van het koopcontract, de verzending aanvankelijk vertrokken is met bestem ming naar de B.L.E.U., om aldaar voor het verbruik, voor een verwerking, voor het entrepot, of zelfs voor een gebeurlijke doorzending in doorvoer te worden ingevoerd.
» Komt dus desvoorkomend niet in aanmerking, de » omstandigheden dat de factuur in een derde land » werd opgemaakt of dat de betaling in een derde land » moet geschieden. » Bij de uitvoer is het land van bestemming het verst » bekende land waarheen de goederen worden ver » zonden. » Hierna volgen de landen van de verschillende geogra fische gebieden, die in de herclassering van de Nationale Bank worden gebruikt. (*) Nr 1, januari 1960, bijvoegsel, blz. 4.
g e b ie d
L a n d e n
E.G.K.S.
West-Duitsland, Frankrijk, Italië, Nederland en Saarland.
O.E.E.S. (Moederlanden)
De E.G.K.S.-landen, Oostenrijk, Denemarken, Griekenland, Ierland, IJsland, Triëst, Noorwegen, Portugal, het Verenigd-Koninkrijk, Zweden* Zwitserland, Turkije. Spanje is sedert 1960 lid. —
96 —
Landen
G e o g r a f i s c h g e b ie d
Sovjetblok
Oost-Duitsland, Bulgarije, Hongarije, Polen, Roemenië, Tsjechoslowakije, U.S.S.R. Albanië maakt er sedert 1953 deel van uit. Joegoslavië en Finland maken er sedert 1953 geen deel meer van uit.
Oost-Europa
Sovjetblok, Finland en Joegoslavië.
Andere landen van Europa Gibraltar, Malta en Gozo. Andere landen van Afrika
Alle landen van continentaal Afrika, excl. (Belgisch) Kongo en Ruanda-Urundi.
Latijns-Amerika
Alle landen van Amerika, excl. de Verenigde Staten en Canada.
E.B.U. — E.M.O.
Alle O.E.E.S.-landen, hun overzeese gebieden en de landen van het sterlinggebied die geen lid zijn van de O.E.E.S.
Sterlinggebied
Het Verenigd-Koninkrijk, Ierland, IJsland, Gibraltar, Malta en Gozo, Gambia, Siërra Leone, Nigeria, Brits-Kameroen, Sint-Helena, Brits-Somaliland, Kenya en Oeganda, Tanganyika, Zanzibar en Pemba, de Seychellen, Mauritius-eiland, Federatie Rhodesia-Nyassaland, Libië, Ghana (6), Brits Zuid-West-Afrika, Zuid-Afrikaanse Unie, Bermuda-eilanden, Brits-Honduras, Bahama-eilanden, Jamaica, Leewardeilanden, Windward-eilanden, Barbados, Trinidad en Tobago, Brits-Guyana, Falkland-eiland, Cyprus, Aden, Bahrein, Koeweit, Maleise Federatie, Singapore, BritsBorneo, Hong-Kong, Jordanië, West-Pakistan, Oost-Pakistan, Indië, Ceylon, Birma, Australië, Nieuw-Zeeland, Westelijke Samoa-eilanden, Australisch NieuwGuinea, Nauroe, Brits-Oceanië. Volgende landen verlieten het sterlinggebied (in 1960).
5.
V o l u m
a)
e -
e n
p r i j s i n d e x c i j f e r s
I n d e x c i j f e r s
v a n
h e t
v a n
N
d e
b u i t e n l a n d s e
a t i o n a a l
I n s t i t u u t
h a n d e l
v o o r
S t a t i s t i e k
De reeksen volume- en prijsindexcijfers zijn opgesteld volgens de bewerkingsgraad en het gebruik van de goe deren, een classificatie die door de Raad van de Volken bond werd aangenomen (17 september 1935). Wegens de verbeteringen aangebracht aan de jaar lijkse indexcijfers, verschillen deze laatste van het gemiddelde der maandelijkse indexcijfers. De jaarlijkse indexcijfers van het N.I.S. worden inderdaad berekend op een veel ruimere basis en zijn meer representatief dan de maandelijkse indexcijfers. De zijn het resultaat van de vergelijking van de ingevoerde of uitgevoerde hoeveel heden van de verschillende goederen in de basisperiode (1953) en de beschouwde periode, gewogen met hun gemiddelde waarde per eenheid in de basisperiode. Het zijn dus indexcijfers met vaste wegingscoëfficiënten (Laspeyres-indexcijfer ). h o e v e e l h e i d s i n d e x c i j f e r s
De (unit value), berekend om de schommelingen van de gemiddelde prijs van de in- en uitgevoerde goederen te volgen, zijn het resultaat van de vergelijking van de gemiddelde waarden per eenheid van de verschillende goederen in de basisperiode met de beschouwde periode, gewogen met hun in- of uitgevoerde hoeveelheid in de beschouwde periode. Het zijn dus indexcijfers met veranderlijke wegingscoëfficiënten (Paasche-indexcijfer). i n d e x c i j f e r s
v a n
d e
g e m
i d d e ld e
w a a r d e
(6) Van 1957 af inclusief Brits-Togo dat Ghanees grondgebied werd.
7
—
d e
Oman en Maskate (in 1957), Irak
Krachtens het besluit van de Minister van Econo mische Zaken om het jaar 1953 als basis van de voor naamste economische indexcijfers te kiezen, werden sedert januari 1953 de hoeveelheidsindexcijfers en de indexcijfers van de gemiddelde waarde op basis van genoemd jaar berekend. Ter gelegenheid van die veran dering van basis, werden de in de berekening opgenomen goederenposten herzien. Zowel voor de hoeveelheids indexcijfers als voor de indexcijfers van de gemiddelde waarde, steunen de berekeningen thans op posten die, voor het basisjaar 1953, 78 % van de gezamenlijke invoerwaarde en 80 % van de gezamenlijke uitvoer waarde vertegenwoordigen. Ten einde de continuïteit van de reeksen en de ver gelijking met voorgaande periodes te verzekeren, wer den al de jaarlijkse indexcijfers van 1950 tot 1954 opnieuw-berekend op basis van 1953, volgens de her ziene lijst van de getelde goederenposten. b)
I n d e x c i j f e r s m
i q u e s
e t
v a n
h e t
I n s t i t u t
d e s
R e c h e r c h e s
é c o n o
s o d a l e s
Het (nr 5, 2 augus tus 1957, blz. 434 en 460), geeft hierover de volgende aanwijzingen : M
» » » » » » »
a a n d b u l l e t i n
v a n
h e t
I . R
. E
. S .
« De berekening van de I.R.E.S.-indexcijfers steunt op de door het N.I.S. samengevatte rubrieken van de classificaties en, in bijkomende mate, op enkele uitgebreide rubrieken. Tot einde 1952 werd de classificatie van de Overeenkomst van Brussel van december 1913 gebruikt. Sedert 1953 bedient men zich van de Type classificatie voor de Internationale Handel, aanbevolen door de O.V.N. en de berekeningen hebben als grond-
97 —
» slag 1953 = 100. Alleen voor het geheel en voor de » voedingsmiddelen is er een tamelijke continuïteit. » Yoor de andere groepen zijn de volgens beide classi« .ficaties opgestelde indexcijfers niet vergelijkbaar.
G E P U B L IC E E R D E T A B E L L E N
» » De formule van het volume-indexcijfer is de vol » gende : 2 Q, Po » V, = ------------(Laspeyres) 2 Qo Po » waarin : » Vj = het volume-indexcijfer van de periode 1, » Q0 en Q, = de stoffelijke hoeveelheid (gewicht) van » een rubriek van de buitenlandse handel, resp. uit » of ingevoerd tijdens de basisperiode 0 en de periode 1, » P0 = de gemiddelde waarde per eenheid bij de uit » voer of bij de invoer van deze rubriek tijdens de basis » periode 0. » Uitgaande van deze formule en, anderzijds, de » waarde in franken van de uitvoer of van de invoer » der rubrieken gekend zijnde, kan men gemakkelijk » de prijsindexcijfers berekenen door de formule : 2^ Qi Px i! = ------------ (Paasche) 2 Q, Po
» waarin : » Ij = het prijsindexcijfer van de periode 1, » Ql Pj = waarde in franken bij de uitvoer of bij de » invoer van een rubriek tijdens de periode 1. » c)
I n d e x c i j f e r s e n
d e
d o o r
p r i j z e n d e
N
v a n
d e
v a n
a t i o n a l e
s c h o m
d e B
m
e l i n g e n
b u i t e n l a n d s e a n k
v a n
v a n
h e t
h a n d e l ,
v o lu m
N'
e
b e r e k e n d
Bis.
....... '
Buitenlandse handel en doorvoer van de B.L.E.U. :
» De algemene berekeningsmethode van het oude » indexcijfer werd behouden; zij is die van de waarden » tegen constante prijzen, in onderhavig geval de prijzen » van 1953.
»
•
Hoeveelheid..................................
1
154
W aarde........................................
2
154
Oorsprong van de invoer per geo grafisch gebied ..........................
3
157
Spreiding van de uitvoer per geo grafisch gebied ..........................
4
157
Buitenlandse handel van de B.L.E.U. volgens de secties van de T.C.I.H....................................
5
158
Totale waarde van de invoer per goederengroep (N.B.B.-indeling)
6
158
Totale waarde van de uitvoer per goederengroep (N.B.B.-indeling)
7
159
Geografische spreiding van de bui tenlandse handel van de B.L.E.U. (invoer, uitvoer en handelsba lans) ..............................................
8
159
Geografische spreiding van de uit voer (in pet. van de totale waarde van de uitvoer van elke goede rengroep) jaren 1948 tot 1960.
9
160 à 172
Samenstelling van de uitvoer naar elk geografisch gebied (in pet. van de totale waarde van de uitvoer naar elk gebied) jaren 1948 tot 1960 ...................
10
173 à 179
Geografische spreiding van de in voer (in pet. van de totale waarde van de invoer van elke goede rengroep) jaren 1948 tot 1960 ..................
11
180 à 192
Samenstelling van de invoer uit elk geografisch gebied (in pet. van de totale waarde van de invoer uit. elk gebied) jaren 1948 tot 1960 ..................
12
193 à 205
B e l g i ë
Van 1950 tot 1960 bleef de N.B.B.. doorgaan met de berekening van de indexcijfers van het volume (formule van Laspeyres) en van de prijzen (formule van Paasche). Tot in 1952 werd in deze laatste rekening gehouden met alle tariefposten betreffende een produkt of een categorie produkten. Van 1953 tot 1957 waren zij beperkt tot de 570 posten van de T.C.I.H., behalve wanneer deze niet voldoende homogeen waren; in dat geval, dienden de tariefposten als referentie. Van 1958 af steunt de indexcijferberekening opnieuw op de tariefposten behalve voor het jaar 1960 waarvoor, wegens een volledige wijziging van de tariefposten van het N.I.S., de indexcijfers van de uitvoer aan de hand van de T.C.I.H.-posten werden berekend.
Indexcijfers van het volume en van de prijzen van de buitenlandse handel a)
Die indexcijfers worden zowel voor de invoer als voor de uitvoer, berekend voor elk van de grote rubrieken van de N.B.B.-indeling. Zij bieden het voordeel dat men ze kan hergroeperen volgens de vereisten van een ana lyse van de buitenlandse handel.
—
Indexcijfers gepubliceerd door het N.I.S. : — Hoeveelheidsindexcijfers van de in- en uitgevoerde goederen volgens de bewerkingsgraad en het gebruik der produkten (jaarcijfers)
98
—
13
..... 206
G E P U B L IC E E R D E T A B E L L E N
N'
— Indexcijfers van de gemid delde waarden per eenheid van de in- en uitgevoerde goederen volgens de bewerkingsgraad en het ge bruik der produkten en ruilvoet (jaarcijfers) . . .
Bis.
G E P U B L IC E E R D E T A B E L L E N
— Indexcijfers van de gemid delde waarden per eenheid van de invoer en de uit voer voor de voornaamste sectoren en ruilvoet jaarcijfers ........................ 14
207
kwartaalcijfers ................
6) Indexcijfers gepubliceerd door het I.R.E.S.
c) Indexcijfers gepubliceerd door de N.B.B. Indexcijfers van het volume en van de gemiddelde waar den per eenheid van de invoer en de uitvoer per sector (N.B.B.-indeling) en ruilvoet (jaarcijfers)......................
— Indexcijfers van het volu me van de buitenlandse handel per voornaamste sector : jaarcijfers ........................
15
208
kwartaalcijfers ................
16
208
\
—
99
—
N'
B lz.
17
209
18
209
19
210
IX. — De Betalingsbalans van de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie met het buitenland B uon
:
B ib l io g r a f ie
Nationale Bank van België. : Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N.B.B. Balance of Payements Manual van het I.M .F .
De telling door het Belgisch-Luxemburgs Instituut voor de Wissel van het betalingsverkeer met het buiten land door bemiddeling van het Belgische en Luxem burgse bankwezen vormt de statistische basisdocumentatie die de Nationale Bank gebruikt voor het opstellen van de betalingsbalans van de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie (1). Hierdoor is de nauwkeurigheid van de verkregen cijfers grotendeels afhankelijk van de aard en het schema van de van kracht zijnde bepa lingen inzake wisselreglementering. Nu werd deze reeds sinds verschillende jaren sterk versoepeld : de cijfers van de betalingsbalansen van de B.L.E.U. dienen dan ook meer als orden van grootte dan als juiste gegevens beschouwd te worden.
verschillende rubrieken van de gepubliceerde tabellen zodanig verdeeld dat de nomenclatuur en de inhoud van deze rubrieken, zover de gebruikte documentatie het toelaat, het modelschema van de betalingsbalans benaderen dat door het Internationale Monetaire Fonds in de derde uitgave van het «Balance of Payments Manual » gepubliceerd werd.
Bij de opstelling van de betalingsbalansen van de B.L.E.U. worden de statistische gegevens, verzameld door het Belgisch-Luxemburgs Instituut voor de Wissel, op een bepaald aantal punten gewijzigd en aangevuld. Deze aldus aangepaste inlichtingen werden over de
1° van 1955 af, beschouwt men als « niet bepaalde transacties » uitgaven die vooral verband blijken te houden met goederentransacties, reisverkeer en kapitaal verkeer van de particuliere sector, doch die niet bij die verschillende rubrieken konden ingedeeld worden;
(1) Onder voorbehoud dat gedurende bijna heel de beschouwde periode de betalingsbalans tussen de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie en Kongo en Rnanda-Urundl opgesteld werd op basis van statistische inlichtingen verstrekt door de Centrale Bank van Belgiseh-Kongo en van Ruanda-Urundi.
2° van 1955 af, konden de uitgaven voor vervoer- en verzekeringskosten van de goedereninvoer nauwkeuri ger berekend worden.
Al de voorgestelde jaarbalansen werden dus op basis van dezelfde criteria en volgens hetzelfde schema opgesteld. De betalingsbalansen voor de jaren 1950 tot 1954 kunnen evenwel niet nauwkeurig met die van de volgende jaren vergeleken worden voor de hierna volgende twee redenen :
A. — ALGEMENE BETALINGSBALANS VAN DE B.L.E.U. Goederentransacties De cijfers voor de goederentransacties werden ver kregen door bepaalde verbeteringen aan te brengen aan de door het Belgisch-Luxemburgs Instituut voor de Wissel geregistreerde betalingen. Ziehier de voor naamste ervan :
rubriek 15.1 « Kapitaalverkeer. Handelspapier », ingeval een van de volgende bestanddelen veranderde : bedrag der geviseerde uitvoeraccepten ondergebracht op de markt, bedrag der acceptverplichtingen van de Belgische banken aan het buitenland;
— de door het Belgisch-Luxemburgs Instituut voor de Wissel aangetekende transportuitgaven worden — de stijging van de uitvoer en de invoer op krediet gevoegd bij de betalingen van de goedereninvoer; van werd bij de cijfers van de betalingen gevoegd — de het aldus verkregen totaal werd het geraamde bedrag daling ervan afgetrokken — in de mate waarin deze van de transport- en verzekeringskosten, dat voor de verrichtingen aanleiding gaven tot een wijziging van goedereninvoer wordt betaald aan niet-ingezetenen, het uitstaande bedrag van de volgende financiële afgetrokken en naar de dienstentransacties overgeboekt. activa of passiva : geviseerde uitvoeraccepten in Dit verklaart dat de cijfers betreffende de goederen Belgische franken, acceptverplichtingen van Belgische invoer vervoeruitgaven bevatten andere dan de uitgaven banken aan het buitenland. Tegenover die verbetering die verband houden met de invoer van goederen. van de rubriek 1 « Uit- en invoer » staat een correctie De cijfers betreffende de financiële afrekening van de van het « Totaal overeenstemmend met de mutaties van de goud- en nettodeviezenvoorraad van de geld- goederentransacties zoals zij uit de verbeterde betascheppende instellingen », wanneer. het bedrag der lingsgegevens te voorschijn treden, worden in tabel 2 geviseerde en door de banken gefinancierde uitvoer voorgesteld en in drie rubrieken onderverdeeld : de fo b accepten veranderde. Zij bestaat in een aanpassing van in- en uitvoer, het loonwerk, de arbitrage. —
101 —
De rubriek « arbitrage » vertegenwoordigt, op de ontvangstenzijde, de verkoop aan derde landen van in het buitenland gekochte goederen en, op de uit gavenzijde, de aankoop van deze goederen en de kosten waartoe de wederverkoop aanleiding geeft. In tabel 2 komt slechts het saldo van deze rubriek voor, overeenkomstig de onderrichtingen vervat in de derde uitgave van de « Balance of Payments Manual ». Dit bedrag dekt in beginsel de winstmarge van de Bel gische en Luxemburgse doorvoerders en de kosten die zij aan andere ingezetenen voor hun verrichtingen betalen. . Dienstentransacties ' In tabel 3 werden de dienstentransacties in de volgende zes rubrieken ingedeeld : vervoer, verzeke ringspremies en -uitkeringen, reisverkeer, opbrengsten uit investeringen, overheidstransacties niet elders ver meld, en overige diensten. De ontvangsten en uitgaven voortvloeiend uit de prestaties van grensarbeiders en vreemde arbeiders werden in de « overige diensten » ondergebracht; de afzonderlijke posten van deze laatste rubriek en o.m. de onderrubriek « Grensarbeiders én vreemde arbeiders » zijn in tabel 4 vermeld. De cijfers betreffende de ontvangsten, de uitgaven en de saldi der dienstentransacties in tabel 3, dienen met veel omzichtigheid aangewend. Zo dient er o.m. op gewezen dat het positieve saldo van het vervoer over schat is omdat, bij de uitgaven, alleen die betreffende de invoer onder deze rubriek zijn opgenomen; tevens dient aangestipt dat inzake verzekeringspremies en -uitkeringen en het reisverkeer, bepaalde ontvangsten én uitgaven verrekend worden en tot geen enkele aantekening in de betalingsstatistieken aanleiding geven. De rubriek « Overige dienstentransacties » van tabel 3 is in tabel 4 in vijf onderrubrieken verdeeld : royalties voor films, voor patent- en auteursrechten makelaars- en commissielonen; verrichtingen met Euro pese instellingen; grensarbeiders en vreemde arbeiders; diverse diensten. Overdrachten De overdrachten, die in de publicaties van de Bank van vóór juli 1961 « Schenkingen » heetten, werden in de tabellen in twee rubrieken verdeeld : particuliere overdrachten en overdrachten van de Staat. De rubriek particuliere overdrachten werd zelf in tabel 5 in tWeé onderrubrieken ingedeeld : verrichtingen in het kader Van de Europese instellingen en overige transacties. Kapitaalverkeer De kapitaalverrichtingen werden in vijf rubrieken ingedeeld : 11 « Staat », 12 « Andere Overheid », 13 « Parastatale bedrijven », 14 « Parastatale kredietinstel lingen », 15 « Overige », waarvan handelspapier en overige. De rubrieken 13, 14 en' 15 hadden overeen komstig het laatste « Manual » blijkbaar in één enkele rubriek onder de titel « Particulier kapitaalverkeer » kunnen gegroepeerd worden; het leek belangwekkend
een onderscheid te maken. Naast de lagere overheid omvat rubriek 12, de zelfstandige fondsen en de admi nistratieve parastatale instellingen, evenals bepaalde verrichtingen van de Nationale Maatschappij voor Krediet aan de Nijverheid in het kader van de akkoor den die zij met de Belgische Staat heeft afgesloten. Deze post evenals rubriek 11 « Staat » zijn aldus vergelijkbaar met de overeenkomstige rubrieken van de tabel 8 « Goud- en nettodeviezenvoorraad van de geldscheppende instellingen » van het hoofdstuk « Geldscheppende instellingen » (1). Het Internationale Monetaire Fonds hecht groot belang aan een overeenstemming tussen de betalingsbalans en de nationale monetaire statis tieken; in grensgevallen raadt het de lidstaten aan dat zij bij de indeling van hun kapitaalverrichtingen voor de betalingsbalans aan deze overeenstemming de voorkeur zouden geven boven de zorg om de internationale vergelijkingen te vergemakkelijken. De kapitaalverrichtingen van de Staat (tabel 6), van de andere overheid, van de parastatale bedrijven en van de parastatale kredietinstellingen (tabel 7) werden in lang- en kortlopend kapitaal ingedeeld en afzonderlijk geboekt naargelang zij de vorderingen of dé verplich tingen van de B.L.E.U. wijzigen. De ontvangsten uit hoofde van vorderingen omvatten de aflossingen van vorderingen van de B.L.E.U. op het buitenland, en in de uitgaven zijn opgeriomen de leningen en voorschot ten van de B.L.E.U. aan het buitenland evenals de deelnemingen van de B.L.E.U. in internationale instel lingen. De ontvangsten uit hoofde van de verplich tingen vertegenwoordigen het brutobedrag van de in het buitenland door de B.L.E.U. uitgegeven schuld en de uitgaven de op deze schuld gedane terugbetalingen. De cijfers van de rubriek 15.1 « Handelspapier » omvatten een reeks bestanddelen waarvan de voor naamste zijn : de beweging van de accept verbintenissen van Belgische Banken tegenover het buitenland, deze van de geviseerde uitvoeraccepten in Belgische franken, die buiten de Belgische geldscheppende instellingen gefinancierd werden, en deze van het bezit aan handels papier in Belgische franken van sommige buitenlandse instellingen, o.m. van de Centrale Bank van Belgisch Kongo en Ruanda-Urundi; bovendien werd tijdens de jaren vóór 1960 het cijfer van deze rubriek overwegend beïnvloed door de evolutie van de handelsportefeuille in Belgische franken van deze Centrale Bank. Goud- en nettodeviezenvoorraad van de geld scheppende instellingen De lezer die documentatie wenst over de goud- en nettodeviezenvoorraad van de geldscheppende instel lingen van de B.L.E.U. zal de tabel 8 raadplegen op bladzijden 276 en 277 van deel II. Hij zal er inlichtingen vinden over de structuur en de ontwik keling van de vorderingen en verplichtingen van de Nationale Bank van België, van de andere Belgische openbare geldscheppende instellingen en van de Bel gische depositobanken tegenover het buitenland. (1) Er zij nochtans opgemerkt dat in de cijfers van de kolommen 7 en 8 van tabel 8, de kapitaaltransacties van de Luxemburgse overheid niet begre pen zijn, doch wel deze van de Belgische overheid met het Groothertogdom Luxemburg en de overdrachten (schenkingen) van de Belgische Staat. Bovendien bestaan er kleine boekhoudkundige verschillen tussen deze cijfers en die van I de betalingsbalans.
— 102 —
B. —
G E O G R A F IS C H E
B E T A L IN G S B A L A N S
B E L G IS C H -L U X E M B U R G S E
De geografische spreiding van het betalingsverkeer van de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie voor gesteld in de tabel nr 8 is niet dezelfde voor al de jaren van de periode 1950-1960. In de loop van deze periode werden er achtereenvolgens drie « geogra fische » betalingsbalanstypes opgesteld : de eerste loopt over de jaren 1950 tot 1954, de tweede over de jaren 1955 tot 1959 en de derde over het jaar 1960. Van 1950 tot 1954 werden de betalingen tussen de B.L.E.U. en het buitenland in vier deelbalansen inge deeld met respectievelijk volgende titels : 1) goud, Amerikaanse en Canadese dollars en van 1953 af vrije Zwitserse franken; 2) E.B.U.-valuta’s incl. tot 1952 de vrije Zwitserse franken; 3) transacties in Belgische en Kongolese franken met Kongo en Ruanda-Urundi; 4) overige geldsoorten. Voor de valutaverrichtingen was het hoofdcriterium voor de indeling, de geldeenheid van het gebruikte betaalmiddel en niet het land van herkomst of van bestemming van de betalingen (1). Van 1955 tot 1959 bestond het enige onderscheid in de scheiding van de betalingen in Belgische en Kongolese franken met Kongo en Ruanda-Urundi van de overige betalingen in hun geheel. Dank zij aanvullende inlichtingen van de banken en de wisselmakelaars, kon, in 1960, de geografische spreiding van de betalingen tussen de B.L.E.U. en het buitenland verbeterd worden. De aangenomen indeling liet een overzicht toe van de verrichtingen met ieder van de volgende groepen : I. de Sterlingzone; II. de gezamenlijke E.E.G.-landen, hun monetaire zone en de Europese instellingen; III. de groep van de overige O.E.E.S.-landen, hun monetaire zone en de Bank voor Internationale Betalingen; IV. het blok gevormd uit de U.S.S.R., haar Europese satellietstaten en Finland; V. de Verenigde Staten en Canada; VI. Latijns-Amerika; VII. Kongo en Ruanda-Urundi; VIII. de overige landen; IX. de internationale instellingen. De geografische balansen voor het jaar 1960 betekenen eveneens een vooruitgang tegenover de overeenstem mende balansen van de periode 1950-1954 doordat zelfs de valutaverrichtingen in de balans van 1960 konden ingedeeld worden op basis van de buitenlandse opdrachtgever of begunstigde van de betaling (2). Er dient evenwel opgemerkt dat het land van de buiten landse begunstigde of opdrachtgever niet voor alle betalingen gekend was. Ontbrak deze inlichting, dan diende de geldsoort waarin de betaling plaatsvond, als criterium voor de indeling van de betalingen die meestal lijken te geschieden in de valuta van de buitenlandse
VAN
E C O N O M IS C H E
DE
U N IE
ontvanger of opdrachtgever, veeleer dan in derde geld soorten. De betalingen zonder enige betrouwbare aanduiding inzake het land van verblijf van de buiten landse ontvanger of opdrachtgever, werden opgenomen in een bijzondere kolom getiteld « Niet gelokaliseerde betalingen ». In totaal zijn de twee deelbalansen die voor elk van de jaren van de periode 1950-1960 beschikbaar zijn deze welke respectievelijk omvatten : a) de betalingen in Belgische en Kongolese franken met Kongo en Ruanda-Urundi (3); b) de gezamenlijke overige beta lingen. GEPUBLICEERDE TABELLEN (JAARCIJFERS)
Nr
Blz.
Algemene betalingsbalans van de B.L.E.U
1
213
Goederentransacties ......................
2
Dienstentransacties........................
3
213 214
Rubriek « Overige » van de dienstentransacties ....................
4
215
5
6
215 216-217
7
218-219
A. —
A lg e m e n e B e t a lin g s b a la n s van de B .L .E .U .
Overdrachten ................................ Kapitaalverkeer van de Staat . . . Kapitaalverkeer van de « Andere Overheid dan de Staat », van de « Parastatale bedrijven » en van de « Parastatale kredietinstellin gen »..............................................
B. —
G e o g ra fis c h e B e t a lin g s b a la n s van de B .L .E .U .
Geografische Betalingsbalans van de B.L.E.U. : Jaar Jaar Jaar Jaar Jaar Jaar Jaar Jaar Jaar Jaar Jaar
1950 1951 1952 1953 1954 1955 1956 1957 1958 1959 1960
8
................................... ....... 8 ................................... ....... 8 ................................... ....... 8 ................................... ....... 8 ................................... ....... 8 ................................... ....... 8 ................................... ....... 8 ................................... ....... 8 ................................... ....... 8 ................................... ....... 8 ................................... ....... 8
220 221 222
223 224 225 226 227 228 229 230-231
(1) Deze ■ geografische » balansen geven dus de transacties in de munt van een zone of van een betrokken land, zelfs indien de transacties in feite met andere zones of landen verwezenlijkt werden. (2) Het betalingsverkeer voor de in- en uitvoer van goederen werden geo grafisch ingedeeld respectievelijk volgens het land van de koper en van de ver koper. —
(3) In 1960 dekt de balans van de B.L.E.U. met Kongo en Ruanda-Urundi het betalingsverkeer in alle valuta met Kongo en Ruanda-Urundi. 103 —
X. — Valutamarkt en markt der edele metalen Gelet op de artikels 1 en 5 van de wet van 12 april betreffende het monetaire statuut, bepaalt de Nationale Bank van België als volgt de voorwaarden waartegen zij aan haar loketten goud in staven of in munten aankoopt :
1. G oudnoteringen
«
1957
B ronnen
Mocatta and Goldsmid Ltd., Londen. Sharps, Pixley & Company, Londen. Records and Statistics (Supplement to the Economist).
:
B ib l io g r a f ie
Tabel 1
: Survey of Current Business. Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N.B.B. Belgische en buitenlandse financiële dagbladen. Pick’s Currency Yearbook. Review of foreign exchanges (Samuel Montagu). Rapport annuel de la B.R.I. Die Goldmärkte der Welt seit Verlassen des Goldstandards (1).
B a r e n
: G o u d n o te rin g e n te L o n d e n
De goudmarkt te Londen, die in 1939 gesloten werd, werd slechts opnieuw geopend op 22 maart 1954. Sindsdien is zij opnieuw de eerste markt ter wereld geworden door het volume van de verrichtingen die er gedaan worden. Volgens het « Pick’s Currency Yearbook » bedroegen de in 1960 op die markt verhan delde kapitalen gemiddeld ongeveer $ 6 miljoen per dag; bij wijze van vergelijking, kan vermeld worden dat op de goudmarkt van Parijs, die doorgaans als de tweede wereldmarkt beschouwd wordt voor dit metaal, het bedrag van de dagelijkse verrichtingen in 1960 tussen $ 1,5 en 5,5 miljoen schommelde. Wegens de overwegende rol die Londen in de wereldhandel van het goud speelt heeft men er de voorkeur aan gegeven in tabel 1 de goudkoersen op deze markt te vermelden. De « Bank of England » is de voornaamste agent op deze markt. Zij treedt op voor rekening van de Centrale Bank van Zuid-Afrika (die heel de goudproduktie van Zuid-Afrika koopt en ze haast volledig te Londen ver koopt) en van het Egalisatiefonds voor de Wisselkoersen. De markt wordt eveneens gestijfd door goud herkomstig uit andere landen van de sterlingzone, uit de U.S.S.R. en van centrale banken. Tijdens de jongste jaren speel den deze laatsten op de markt vooral een belangrijke rol als koper. Uit door Samuel Montagu gepubliceerde cijfers blijkt dat de centrale banken in 1955 en 1956 een derde van het op de markt aangeboden goud zouden gekocht hebben en in 1957 zou deze verhouding tot 50 pCt. gestegen zijn. 2. G oud transacties door de N ationale Bank van B elgië B ron
:
1. Bij de aankoop van goud, betaalt de Bank F 5 6 .0 65 het kilogram goud met een gehalte fijn van 1000/1000. 2. Worden aanvaard, baren met een gehalte van minstens 9 9 5/1 0 0 0 . 3. De baren moeten ongeveer 12 % kg wegen. 4. De bank koopt slechts de baren, voorzien van de merken, de keuren of de certificaten van een gekende affineur en essaieur; zij behoudt zich het recht voor de baren te weigeren waarvan het merk, de keur of de certificaten door haar niet goed worden bevonden. 5. De bank behoudt zich het recht voor de baren geheel of gedeeltelijk, opnieuw te laten essaiëren op de kosten van de verkoper door de essaieurs van haar keuze. 6. De verkoper blijft verantwoordelijk voor het gehalte fijn aangeduid door de keurmerken of vermeld op de bij de baren gevoegde certifi caten; hij overhandigt dienaangaande een uit drukkelijke waarborgverklaring. 7. De baren moeten zacht zijn, niet broos, vrij van stoffen die ze voor de nijverheid of de aanmun ting zouden kunnen ongeschikt maken, zoals zilver, iridium, antimonium, arsenicum, enz., zij moeten de andere gebruikelijke technische hoedanigheden bezitten. 8. De baren die niet beantwoorden aan’ de speci ficaties door dit reglement vereist, kunnen mits speciaal akkoord aanvaard worden; in dit geval zullen zij opnieuw gesmolten of geaffineerd wor den op kosten van de verkoper. 9. De tegenwaarde van de geleverde baren wordt daags na de levering aan de verkoper betaald of op het credit van zijn rekening gestort. 10. De baren moeten aan de loketten van de Bank te Brussel worden afgeleverd gedurende de gewone kantooruren.
: Nationale Bank van België.
Het reglement van de Bank inzake de goudaankoop van 22 september 1949, gepubliceerd op blz. 9 en 10 van deel 1 van de B e lg is c h e E c o n o m is c h e S ta t is tie k e n , 1 9 4 1 - 1 9 5 0 werd tweemaal gewijzigd, respectievelijk op 24 december 1954 en op 1 februari 1958. De goudaankopen door de Bank werden einde 1960 nog geregeld door het reglement dat sinds 1 februari 1958 toegepast wordt. Dit reglement luidt als volgt :
G
1.
(1 ) B a r t e l s H e r m a n n , Die Geldmärkte der Welt seit Verlassen des Gold• standards, Frankfurt/Main, Knapp, 1960, blz. 265.
—
105 —
o u d s t u k k e n
Voor de aankoop van gemunt goud, betaalt de Bank de volgende prijzen : F
321,60 v. de goudstuk. van 20 F » » 10 F 160,80 » » 5 F 80,40 » » 20 Mark 397,— » » 10 Mark 198,50 » » 1 £ 405,80 » » 10 sh 202,90
] van de > Latijnse ) Unie
» » » » » » » » » » » » » » »
F 1.667,50 v. de goudstuk, van 20 $ (oude) 1 van de 833,75 10 $ » f Verenigde 416,85 » 5 $ » / Staten v. 208,40 » y2 » ) Amerika 335,— » 10 Gulden van 167,50 » 5 » I Nederl. 2. De hierboven vermelde prijzen gelden voor stuk ken die in volmaakte staat zijn en hun juist gewicht hebben. 3. De stukken die aan deze voorwaarden niet beantwoorden evenals die welke in de hierboven ver melde tabel niet voorkomen, kunnen door de Bank per gewicht gekocht worden tegen F 49,80 per brutogram met een gehalte van 900 /1000. 4. De gouden muntstukken mogen aangeboden worden in de zetel van de Bank te Brussel, evenals in al haar bijbanken en agentschappen. » 2
De bepalingen van het reglement van 1 februari 1958 (2) wijken inzonderheid op volgende punten af van de beschikkingen van de reglementen van 22 sep tember 1949 en van 24 december 1954 : a )
wat de aankoop van goudbaren betreft.
In het reglement van 24 december 1954 zoals trouwens in dit van 1 februari 1958 bepaalt punt 2 van de rubriek « Baren » dat « de baren met een gehalte van minstens 995 /1000 aanvaard worden ». Het reglement van 22 september 1949 bepaalde in de tweede zin van punt 2, dat « de baren met een gehalte van 900 /1000 en 916 /1000 mits het vooraf gaand akkoord van de Bank eveneens mochten aanvaard worden ». Er werd besloten deze tweede zin te laten wegvallen om het reglement van de goud ' aankopen door de Bank te doen overeenstemmen met de regels die op de Londense markt van kracht zijn. Deze wijziging betekent niet dat de Bank automatisch baren weigert te kopen waarvan het gehalte kleiner is dan 995/1000 maar zij houdt in dat deze aankopen onderworpen worden aan de voorwaarden van artikel 8 dat als volgt luidt : « De baren die niet beantwoorden aan de specifica ties door dit reglement vereist, kunnen mits speciaal akkoorÜ aanvaard worden en in dit geval zullen zij opnieuw gesmolten of geaffineerd worden op kosten van de verkoper. » Punt 5 van het reglement voor de aankoop van goudbaren van 22 september 1949 en 24 december 1954 luidde als volgt : « De bank behoudt zich het recht voor de baren geheel of gedeeltelijk, opnieuw te laten essaiëren door haar eigen essaieurs : de Munt te Brussel en de Société métallurgique de Hoboken te Hoboken ». In het reglement van 1 februari 1958 werd het lid van de zin dat begint met « haar eigen essaieurs » vervangen door « door de essaieurs van haar keuze »; b )
dat de stukken die niet vorige twee paragrafen gekocht worden tegen brutogram, maar met 900/1000.
wat de aankoop van goudstukken betreft. De reglementen van 24 december 1954 en van 1 februari 1958 bepaalden in de derde paragraaf,
aan de voorwaarden van de beantwoorden voorts zullen de prijs van F 49,80 het een minimumgehalte van
Ten slotte bevatten de reglementen voor de aan koop van goud van 22 september 1949 en van 24 december 1954 i n fin e twee paragrafen die dc houding van de Bank bepaalden t.a.v. de goudcessies waarvan de oorsprong de toepassing zou meebrengen van de Plechtige Verklaring betreffende de door de vijand of onder dezes controle bedreven daden van spoliatie, die te Londen op 5 januari 1943 door de geallieerde en geassocieerde mogendheden ondertekend werd. Het bleek onnodig deze tekst in het reglement van 1 februari 1958 te behouden. D
e
v r i j e
g o u d m
a r k t
De controle op de goudtransacties in België verliep sedert het einde van de eerste wereldoorlog in opeen volgende etappes, gekenmerkt door de geleidelijke versoepeling van de reglementering. Er dient aan herinnerd dat de wisselcontrole, met inbegrip van de controle op de goudtransacties ingesteld werd door de besluitwetten van 6 oktober 1944 (3). De eerste van die besluitwetten maakte de aangifte door de in België verblij vende personen verplichtend, van al de tegoeden in goud en vreemde valuta’s, van alle goederen gelegen in het buitenland en van alle buitenlandse effecten. Een tweede besluitwet schreef in zijn artikel 4 voor, dat de invoer en de uitvoer van goud in muntstukken of in baren, van om het even welke vorm, voorbehouden zijn aan de Nationale Bank van België. Het verhandelen van goud, hetzij in muntstukken, hetzij in baren van om het even welke vorm, is onderworpen aan de mach tiging van de Nationale Bank van België. Een beslissing gepubliceerd in het S ta a ts b la d van 30 december 1955, blz. 8529, heeft een einde gemaakt aan het stelsel van de bijzondere machtigingen. Vanaf 1 januari 1956 heeft de Nationale Bank van België een algemene machtiging verleend om monetair goud in te voeren en uit te voeren; deze machtiging is geldig voor Belgen en buitenlanders (4). Van haar kant heeft het Belgisch Luxemburgs Instituut voor de Wissel (5) de vereffeningsmodaliteiten van de goudtransacties met buitenlanders vastgelegd en heeft de Belgische en Luxemburgse ingezetenen gemachtigd vrij te beschikken over het goud dat zij in het buitenland bezitten. Deze beslissingen volgen op het koninklijk besluit van 29 maart 1954 (6) dat, in het vooruitzicht van een aanstaande herneming van de goudtransacties door de banken en de particulieren, de verplichting opgeheven had, deze transacties tegen de officiële prijzen uit te voeren.
(2) Het reglement van 1 februari 1958 berust juridisch op de artikels 1 en 5 van de wet van 12 april 1957 (Belgisch Staatsblad van 18 april 1957) betreffende het monetaire statuut; de juridische basis van de reglementen van 22 septem (3) Zie Belgisch Staatsblad van 7 oktober 1944, erratum, Belgisch Staatsblad ber 1949 en van 24 december 1954 was het besluit van 1 mei 1944 (Belgisch van 19 oktober 1944. Staatsblad van 5 september 1944) inzake de aankoop- en verkoopvoorwaarden (4) Zie Belgisch Staatsblad van 30 december 1955. van het goud en de vreemde valuta’s. Brengen wij eveneens in herinnering dat (5) Zie <*De evolutie van de wisselcontrole in de B.L.E.U., » Tijdschrift voor artikel 4 van de wet van 12 april 1957 betreffende het monetaire statuut, de Documentatie en Voorlichting. X X IX e jaargang, deel II, nr 5, november 1954, Nationale Bank van België tijdelijk van de verplichting ontslaat om haar blz. 345-358. biljetten in speciën terug te betalen. (6) Zie Belgisch Staatsblad van 29-30 maart 1954. —
106 —
Deze maatregel heeft, door de opheffing van alle formaliteiten, de voorwaarden in het leven geroepen voor de werking van een vrije goudmarkt (7).
T a b e l 2 : N o t e r in g v a n d e g o u d h a a r o p d e v r ij e m a rk t te B r u s s e l
Tabel 2 geeft de gemiddelde richtnoteringen van de goudbaren, per kg goud met een gehalte van 1.000 /1.000. De gepubliceerde cijfers zijn maandgemiddelden van daggemiddelden van prijsschattingen bij de aankoop en dë verkoop, opgetekend tussen 12 h 30 en 13 h 30. Het brutogewicht van de baren is zeer uiteenlopend : y 2 kg tot 12,5 kg. De gehalten schommelen tussen 995 en 999 duizendsten.
3. W isselkoersen B bonnbn
:
B ib l io g r a f ie
" ,
Nationale Bank van België. Belgisch-Luxemburgs Instituut voor de Wistel. : Koerelijst der Fondsen- en Wisselbeurs van Brussel. Statistisch Jaarboek voor België. Statistisch Bulletin van het N.I.S. Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N.B.B. Verslagen van het B.L.I.W.
E v o lu t ie v a n d e w is s e lre g le m e n te rin g
Het Belgisch-Luxemburgs Instituut voor de Wissel voerde geleidelijk een wisselreglementering in op basis van de Belgische en Luxemburgse besluiten (8) die er de algemene trekken van bepaald hadden. In de vorm van Reglementen en Algemene Machtigingen bestreek deze reglementering geleidelijk meer en meer transac ties die aldus toegestaan werden met inachtneming van bepaalde voorwaarden en formaliteiten. Van 1950 af herstelde een algemene machtiging van het B.L.I.W. de volledige vrijheid van de markt van de buitenlandse bankbiljetten die mochten verhandeld worden tegen noteringen die uitsluitend door vraag en aanbod bepaald werden. In het begin mochten evenwel bepaalde vreemde biljetten niet op deze vrije markt doch enkel tegen de officiële noteringen verhandeld worden (£, gulden, Scandinavische kronen). Tijdens het jaar 1955 kwam er een belangrijke her vorming in de reglementering door de definitieve organisatie van een vrije sector, nauwkeurig gescheiden van de gereglementeerde sector, daar deze laatste hoofdzakelijk voorbehouden is voor de betalingen van goederentransacties en aanverwante kosten zoals over drachten, verzekeringen, retributies, enz. Op die manier worden alle betalingen toegestaan en de reglementering bepaalt slechts de uitvoeringsmodaliteiten ervan.
(7) Zie hierover « Huidige stand van de Belgisch-Luxemburgse reglemen tering op het gebied van wisselcontrole », Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting, X X X Ie jaargang, deel 1, nr 3, maart 1956, blz. 175-179. (8) Voor België, wetsbesluit van 6 oktober 1944 en besluit van de Regent van 6 oktober 1944 (Belgisch Staatsblad van 7 oktober 1944); voor het Groot hertogdom Luxemburg, groothertogelijke besluiten van 10 november 1944 en van 23 juli 1945. —
De vrije sector is gekenmerkt door het bestaan van een vrije valutamarkt waar de meeste vreemdé geld soorten verhandeld worden en door het openen bij erkende banken van buitenlandse rekeningen in Bel gische franken, financiële rekeningen genaamd, op naam van buitenlandse ingezetenen en die volledig vrij kunnen aangewend worden voor de kapitaal- en de daarmee gelijkgestelde transacties. In de gereglementeerde sector kwam een geleidelijke eenheid tot stand in de voorgeschreven betalingsmodaliteiten tegenover alle landen buiten de dollarzone die in 1957 leidde tot een « transfereerbare » zone die al deze landen omvat. Op 27 december 1958 maakte België evenals de andere lidstaten van de E.O.E.S. zijn munt overdraagbaar aan de dollarzone en maakte een einde aan het onder scheid dat tot dan bestond tussen de betalingen binnen de « transfereerbare » zone enerzijds en de dollarzone anderzijds. Het huidige geünificeerde stelsel voorziet dus dat alle betalingen van de B.L.E.U. naar het buitenland en omgekeerd naar gelang de aard van de transacties hetzij over de gereglementeerde valutamarkt hetzij over de vrije markt gebeuren. Op de gereglementeerde valutamarkt, die in beginsel voorbehouden is over de goederen- en de daarmee verwante transacties, worden vraag en aanbod van buitenlandse geldsoorten even tueel gecompenseerd door het optreden van de Nationale Bank dat de koersschommelingen binnen enge grenzen houdt. Op de vrije valutamarkt waarop de kapitaaltransac ties gebeuren is een optreden van de Nationale Bank niet nodig en de koersschommeling hangt af van vraag en aanbod.
C o n ta n te W is se lk o e rse n te B r u s s e l
De gemiddelde contante wisselkoersen op de Brusselse markt staan vermeld in de tabellen 3 tot 6. De tabellen 3 en 4 slaan op de officiële wisselkoersen, vastgesteld door de in Verrekeningskamer vergaderde bankiers, de tabel len 5 en 6 op de koersen van de biljetten. In ieder van deze tabellen zijn de koersen in Belgische franken uitgedrukt voor één (of soms honderd) buitenlandse geldeenheid (geldeenheden). ■
T a b e lle n 3 e n 4 : O fficiële w is s e lk o e rs e n v a stg esteld d o o r d e i n V e rre k e n k a m e r te B r u s s e l v e r g a d e r d e b a n k ie r s
Officiële gemiddelde, aan- en verkoopwisselkoersen worden dagelijks door de in Verrekenkamer te Brussel vergaderde bankiers vastgesteld. Het zijn private wis selkoersen waarvan alleen de notering een officieel karakter draagt. Men moet een onderscheid maken met de officiële wisselkoersen die in het artikel 2 van het 107 —
Besluit nr 6 van de Ministerraad van 1 mei 1944 (9) als koersen bepaald worden waartegen de Bank, met de instemming van de Minister van Financiën het goud en de buitenlandse valuta’s kocht en verkocht (10).
Het betreft gemiddelde ramingen die. elke dag opge tekend werden; deze cijfers moeten dus niet als juiste gegevens maar als eenvoudige aanwijzingen beschouwd worden.
Benevens de Zwitserse frank en de U.S.A.-dollar die begin 1950 genoteerd waren, werden volgende deviezen door de bankiers genoteerd, met ingang van de data die voor elke valuta zijn aangegeven : — — — — — — — — — — —
Tabel 5 geeft de ontwikkeling per jaar van het dag gemiddelde van de volgende noteringen sinds 1950 : dollar, pond sterling, Franse frank, Zwitserse frank, Nederlandse gulden en Deutsche Mark; sinds 1955 komt hierbij de Oostenrijkse schilling, de Deense, Noorse en Zweedse kronen, de peseta, de escudo, de Italiaanse lire en de Canadese dollar. Tabel 6 omvat de maandgemiddelden van de voornaamste valuta’s die iedere dag genoteerd worden.
Franse frank, 19 juni 1950, Canadese dollar, 26 juni 1950, Pond sterling 17 december, 1951, Escudo, 7 juli 1952, Nederlandse gulden, 26 januari 1953, Zweedse kroon, 23 februari 1953, Deutsche Mark, 4 mei 1953, Deense kroon, 18 mei 1953, Noorse kroon, 14 december 1953, Italiaanse lire, 22 augustus 1955, Oostenrijkse schilling, 2 januari 1957.
4. T erm ijn w isselk oeraen
Sinds 25 maart 1957 heeft de Canadese dollar twee noteringen : de kabel-dollar die voor een minimumbedrag van $ 10.000 verhandeld wordt, valuta twee dagen, en de post-dollar die kan geleverd worden valuta vijf dagen.
B ron :
Een « Overeenkomst B.L.E.U.-Argentinïe-dollar » werd van 1 maart 1955 tot 30 juni 1956 genoteerd. Van 11 augustus 1957 af ontvingen de Franse uitvoer ders een premie van 20 pCt. voor de deviezen die zij aan de markt afstonden terwijl voor de meeste goederen, de invoerders voor het bekomen van de nodige deviezen voor de betaling van hun aankopen met 20 pCt. belast werden. Deze heffing van 20 pCt. werd van 26 oktober 1957 af tot alle goederensoorten uitgebreid. Deze « 20 pCt. »-transactie van 11 augustus 1957 kwam in de wisselkoersen te Brussel tot uiting door een werke lijke waardevermindering van de Franse frank daar de 20 pCt. in de koersen begrepen waren. Van de andere kant werd het 20 pCt.-stelsel op 23 juni 1958 afgeschaft daar de Franse frank officieel met dit percentage gedevalueerd werd. Bij het invoeren van de buitenlandse convertibiliteit van de Franse frank op 29 december 1958 vond er een nieuwe waarde vermindering met 14,93 pCt. plaats. De verordening 58.1341 van 27 december 1958 (11) voerde op 1 januari 1960 een nieuwe frank in (NF). Hij is gelijk aan 100 oude Franse frank. Een NF bevat 0,18 g fijn goud. De officiële wisselkoersen gepubliceerd in de tabellen 3 en 4 zijn de gemiddelde koersen in Belgische franken waartegen de aan- en verkopen in rekening van buiten landse valuta’s voor de betalingen over de gereglemen teerde wisselmarkt plaatsvonden.
Van 1950 af konden de voorwaarden van het report en het deport voor de termijntransacties vrij door de markt bepaald worden. Het B.L.I.W. machtigde de banken hun termijnposities met hun contanttegoeden te dekken bij andere banken van de B.L.E.U., bij bui tenlandse banken en in laatste instantie bij de Natio nale Bank van België voor zover deze laatste het geschikt acht; sinds januari 1952 kwam de Bank niet meer tussenbeide. De door het B.L.I.W. opgelegde verplichting bij een termijnaankoop op de gereglementeerde markt een rechtvaardiging voor te leggen werd geleidelijk versoe peld en ten slotte afgeschaft; de rechtvaardiging moet nog slechts bij de afloop van de overeenkomst getoond worden. Om evenwel de speculatie te vermijden, behield het B.L.I.W. de verplichting de winst af te staan die voort vloeit uit de vereffening van de termij nwisselovereen komst, afgesloten op de gereglementeerde markt, indien de betaling aan het buitenland niet plaatsvond. Van hun kant werden alle termijntransacties op de vrije valutamarkt, die in 1955 opgericht werd, volledig vrijgelaten. Weliswaar is deze vrijheid niet nadelig voor de regels waaraan de transacties van de vrije markt onderworpen zijn en die in beginsel voorbehouden is aan de handelstransacties en waarvan de toegang aan de hierboven aangehaalde beperkingen onderworpen blijft. . . T a b e l
T a b e lle n 5 e n 6 : N o t e r in g e n v a n d e v a lu t a m a rk t (b ilje tte n ) te B r u s s e l
De noteringen voor de biljetten in de tabellen 5 en 6 zijn gegevens uit particuliere bronnen of uit de pers. (9) Belgisch Staatsblad van 5 september 1944. (10) Paragraaf 8 van artikel 7 van de wet van 12 april 1957 (Belgisch Staatsblad van 18 april 1957), inzake het monetaire statuut schaft het besluit nr 6 van de ministerraad van i mei 1944 af. Artikel 5 van de wet van 12 april 1957, betreffende het monetaire statuut, bepaalt dat de Nationale Bank verplicht is, zolang haar biljetten niet onwisselbaar zijn, haar transacties in buitenlandse valuta’s te verrichten op basis van de wettelijke waarde van de Belgische frank bepaald in artikel 1 van de wet van 12 april 1957. (11) Journal Officiel van 20 november 1959. —
Nationale Bank van België.
o f
7
:
T e r m
i j n w
i s s e l k o e r a e n
( 3
m
a a n d e n )
:
R e p o r t
d e p o r t
De report- en deportrenten aangeduid in tabel 7 voor het pond sterling, de Franse frank en de U.S.-dollar worden door de makelaars ter inlichting medegedeeld; zij hebben uitsluitend betrekking op de gereglemen teerde markt. Deze report- en deportrenten vloeien voort uit de uiterste koersen die rond 14 uur toegepast worden en worden voor de verrichtingen door bemid deling van deze makelaars als de meest representatieve j beschouwd. 108 —
G E P U B L IC E E R D E T A B E L L E N
N'
Blz.
Goudnoteringen te Londen..........
1
233
Noteringen van de goudbaar op de vrije markt te B russel..............
2
233
Officiële wisselkoersen vastgesteld door de in verrekenkamer te Brussel vergaderde bankiers : — jaargemiddelden van de dage lijkse noteringen.................. — maandgemiddelden van de dagelijkse noteringen voor het pond sterling, de U.S.A.dollar, de Zwitserse frank, de Canadese dollar, de Franse frank, de Deutsche Mark, de Nederlandse gulden en de Italiaanse lire ......................
3
233
G E P U B L IC E E R D E T A B E L L E N
Noteringen van de valutamarkt (biljetten) te Brussel : — jaargemiddelden van de be naderende dagelijkse note ringen .................................... — maandgemiddelden van de benaderende dagelijkse note ringen voor het pond sterling, de Zwitserse frank, de Franse frank de Nederlandse gulden, de U.S.A.-dollar, de Canadese dollar, de Deutsche Mark, en de Italiaanse lir e ............ Termijnwisselkoersen (3 maanden) :
4
234
Report of deport ..........................
XI. — Openbare Financiën De tabellen van dit hoofdstuk geven een indeling, voor zover de beschikbare gegevens zulks toelaten, van de uitgaven en ontvangsten van de drie Staatssectoren (1) : overheid, lagere overheid en maatschappelijke zekerheid.
Voor de raming van de courante staatstransacties per kalenderjaar van uit het oogpunt van de nationale rekeningen, gelieve men rekening III van tabel 7 van hoofdstuk I te raadplegen (2). Anderzijds dient erop gewezen dat de gegevens betreffende de uitgiften en de schuld van de overheid voorkomen in de tabellen 1 tot 4 van hoofdstuk XVI.
A. — CENTRALE OVERHEID B ronnen
:
B ib l io g r a f ie
Ministerie van Financiën. Co?nmi88ie voor de Vergelijkende Studie van de Begrotingen der openbare en parastatale instellingen (Benelux). : Algemene Stand van ’s Rijks Schatkist per 1 januari. Algemene Toelichting bij de Begroting van Ontvangsten en Uitgaven. Documentatieblad van het Ministerie van Financiën. Belgisch Staatsblad. Statistisch Jaarboek voor België (N.I.S.). Statistisch Tijdschrift {N.I.S.). Economische en functionele Analyse van de Rijksbegrotingen der Beneluxlanden (verschillende jaargangen). Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N.B.B.
Deze sectie omvat drie indelingen van de Staatsontvangsten en -uitgaven :
pensioenen, dotaties, uitgaven van algemene adminis tratie, toelagen, kwade posten en terugbetalingen, enz.). Zij omvatten inzonderheid de uitgaven die het gevolg zijn van de oorlog.
A 1 de traditionele administratieve classificatie (tabel len 1 tot 5)
(kolom 6) die noch periodisch noch permanent zijn worden doorgaans besteed aan de investeringen en de lasten die aan toevallige feiten dienen toegeschreven (overstromingen, enz.).
D e b u ite n g e w o n e u it g a v e n
A 2 een economische classificatie (tabellen 6 en 6bis) A 3 een functionele classificatie (tabellen 7 en 8). A 1. — TRADITIONELE ADMINISTRATIEVE CLASSIFICATIE
Zowel voor de gewone als voor de buitengewone uit gaven werden de overdrachten van vorige dienstjaren afzonderlijk vermeld; ze komen respectievelijk voor in de kolommen 1 en 4.
Tabel 1. Begrotingsuitgaven en -ontvangsten van de Staat (exclusief de uitgaven en ontvangsten van de speciale fondsen) Deze tabel geeft per dienstjaar de uitgaven, ontvang sten en saldi van de gewone en buitengewone begrotin gen volgens de definitieve rekeningen gepubliceerd in de « Algemene Stand van de openbare schatkist per 1 januari » van elk jaar. De begroting wordt in beginsel voor één jaar opgemaakt. Het dienstjaar wordt evenwel slechts afge sloten een zeker aantal maanden na het einde van het jaar waarop het betrekking heeft. Het grootste deel van de uitgaven en ontvangsten met betrekking tot een bepaald jaar, doch na het einde van dit jaar gedaan, kunnen op die manier gevoegd worden bij het dienstjaar waartoe zij behoren.
Tijdens de beschouwde periode werden bepaalde categorieën van uitgaven van de gewone naar de buiten gewone begroting overgedragen en omgekeerd. Voor een juiste beoordeling van de evolutie der verschillende categorieën van uitgaven (lopende transacties of kapitaaltransacties), is het wenselijk de economische her groepering te raadplegen (tabel 6). D e g ew o n e o n tv a n g ste n
(kolom 11) omvatten :
(kolom 3) zijn in beginsel permanente uitgaven wat hun voorwerp betreft (openbare schuld,
— de belastingontvangsten (kolom 8), waarvan het detail per dienstjaar aangeduid is in de tabellen 4 en 4 b is; — de niet-fiscale ontvangsten (kolom 9) bestaande uit de taksen, tolrechten, retributies, inkomens uit erfgoederen, exploitatie- en financiële vermogens, terugbetalingen en diverse opbrengsten (inclusief de belastingen van de muntsanering voor de dienst jaren 1953 tot 1960, waarvan het detail voorkomt in tabel 5);
(1) « De Staat omvat al de openbare instellingen die op centraal of lokaal » vlak een andere bedrijvigheid uitoefenen (administratie, onderwijs, lands* » verdediging, gezondheidsdiensten, enz.) dan de instellingen van de categorie » Staatsbedrijven... De Staat is belast... met de organisatie, maar gewoonlijk » niet met de verkoop van diensten van algemeen belang, welke de gemeenschap » niet gemakkelijk en economisch door andere middelen zou kunnen verkrijgen, » bovendien moet hij de sociale en economische politiek van de natie leiden.
» Daarom moet men bij de Staatsinstellingen in de enge betekenis de instel* • lingen voor sociale verzekeringen rekenen. » (O.E.E.S., Système normalisé de Comptabilité nationale, uitgave 1958, blz. 37). (2) Deze gegevens worden opgesteld door het « Département d’Economie appliquée » van de V.U.B.; zij worden anders opgemaakt dan die van de tabellen van onderhavig hoofdstuk.
D e g ew o n e u it g a v e n
—
m
—
— de ontvangsten die het gevolg zijn van de oorlog (kolom 10). D
e
b u ite n g e w o n e
o n t v a n g s t e n
belastingen maar wel van belastingen op de uitgaven; zij ontlenen hun naam eenvoudig aan het feit dat ze door het Bestuur van de directe belastingen geïnd worden; — de ontvangsten van de afgesloten dienstjaren.
(kolom 14) omvatten :
— de opbrengst van geconsolideerde leningen (kolom 12) waarvan het detail per lening aangegeven is in de tabellen 3 en 4 van hoofdstuk XVI; ■ — andere ontvangsten (kolom 13) waaronder de opbrengst van de herwaardering van de goudvoor raad (dienstjaar 1950), de belastingen van de muntsanering (dienstjaar 1950 tot 1952) waarvan het detail voorkomt in tabel 5, de ontvangsten betref fende de uitgaven te financieren door middel van de fondsen voortkomend van de E.R.P.-hulpverle ning 1950-51 (dienstjaar 1952), de terugbetaling door Nederland van de lening die aan dit land in het raam van de betalings- en compensatieovereenkomst van 7 september 1949 werd toegestaan (dienstjaren 1953 en 1954), de buitengewone accijnsrechten op lichte minerale oliën (dienstjaren 1953 en 1954), de boek houdkundige ontvangst voortvloeiend uit de con ventionele overname door de N.B.B. van de Bel gische deelneming in goud in het I.M.F. (dienst jaar 1959), de buitenlandse bijdragen voor werken uitgevoerd in het raam van de N.A.V.O., de terug betalingen van verleende voorschotten en de opbrengsten uit de vervreemding van goederen.
(kolom 2). Deze groep omvat de douanerechten op de invoer en de accijnsrechten op de fabricage en invoer in België van sommige goederen (minerale oliën, tabak, alcohol, bieren...). Daarenboven wordt er een speciale verbruikstaks geheven op de invoer of het verbruik van alcohol en jenever. Leggen wij er de nadruk op dat de accijnsrechten evenals de speciale verbruiksbelasting op de ingevoerde produkten de douanerechten niet vervangen doch daarbij gevoegd worden. D
(kolom 5). In toepassing van sommige bepalingen van de wet van 8 maart 1951 betreffende de verwezenlijking van de fiscale gelijkheid van de fysische personen inzake bedrijfsbelasting, werd het stelsel van de voorafbeta lingen van de niet bij de bron ingehouden bedrijfs belasting vanaf het jaar 1951 ingevoerd voor de dienst jaren 1951 en 1952 : het gaat om de vrijwillige storting van de bedrijfsbelasting in de loop van het jaar zelf waarin de inkomens werden verkregen. Volgens de bepalingen van de wet is de verhoging van 20 pet van de belasting op de niet-loontrekkenden inderdaad niet meer toepasselijk in geval van vervroegde storting van de belasting binnen de veertien dagen volgend op de eerste helft van het jaar of boekjaar waarvan de inkom sten als basis voor de aanslag zullen dienen. De verho ging wordt met 10 pet. verminderd voor de belasting gestort binnen de veertien dagen volgend op het betrok ken jaar of boekjaar. V o o r a f b e t a l i n g e n
Opgemerkt zij dat de cijfers van deze tabel niet overeenstemmen met die van tabel 1. Deze laatste hebben betrekking op dienstjaren terwijl die van tabel 2 op kalenderjaren betrekking hebben. Bovendien gaat het om boekhoudkundige cijfers. Nu hebben in de boek houding niet alle verrichtingen een gelijktijdige bewe ging van geldmiddelen tot gevolg. De aanwijzing van een overschrijving op de begroting voor orde heeft op het ogenblik van de verrichting geen enkele geldbeweging tot gevolg. De cijfers van onderhavige tabel vertegenwoordigen effectief gedane uitgaven en ont vangsten.
—
b e d r i j f s b e l a s t i n g
Voor de bepaling van de belastingcategorieën, ver wijzen wij naar de beschrijving van tabel 3. T abel 4 b is. D etail van de b elastin g o n tv a n g sten per dienstjaar
b e l a s t i n g e n
— de belastingen op de eigenlijke inkomens, bedrijfs belasting, mobiliënbelasting, grondbelasting, aan vullende personele belastingen en nationale crisis belasting; — de met de directe belastingen gelijk te stellen taksen zoals de verkeersbelasting op de autovoertuigen en de belasting op de spelen en weddingschappen. In feite hebben deze taksen niet de aard van directe
d e
Deze tabel geeft, per belastingjaar, de werkelijke ontvangsten en de begrotingsramingen per soort belas tingen.
o n d er
(kolom 1). Deze groep omvat de gezamenlijke belastingen en taksen geïnd door het bestuur van de directe belastingen. Hierin komen voor : ir e c te
o p
T abel 4. B ela stin g o n tv a n g sten per dienstjaar
Tabel 3 geeft per kalenderjaar de indeling van de belastingontvangsten per categorie belastingen. D
a c c i j n z e n
(kolom 3). De door het Bestuur van de Registratie geïnde rechten omvatten terzelfder tijd de belastingen op de uitgaven, het zegelrecht en de daarmee gelijk te stellen belastingen en de belastingen op het vermogen, successie- en schenkingsrechten, registratie-, hypotheek- en griffierechten. Opgemerkt zij dat de schenkingen aan het registratierecht onderworpen zijn.
Tabel 2 geeft, sinds 1954, per kalenderjaar de werke lijke uitgaven en ontvangsten van de Schatkist evenals de verschillende financieringswijzen van het schatkist tekort voortvloeiend uit begrotingsverrichtingen.
zonder
e n
R e g i s t r a t i e
T abel 2. Stand van de S chatkist
T abel 3. B elastin gon tvan gsten sch eid van d ienstjaar
o u a n e n
Deze tabel geeft het detail per belasting van de belas tingontvangsten per dienstjaar. Hierna volgt een korte beschrijving van de voornaamste belastingen. — De grondbelasting heeft betrekking op het inkomen dat de eigenaar of de titularis van een reëel genotsrecht verondersteld wordt te verkrijgen uit een gebouw, dat hij zelf betrekt of exploiteert, ofwel verhuurt.
112
G
r o n d b e l a s tin g .
—
— De mobiliënbelasting is toepas selijk op de inkomens van al de in België of in het bui tenland gevestigde roerende goederen en bovendien, van de in het buitenland gelegen onroerende goederen. Zij treft de begunstigden van deze inkomens doch wordt door de debiteur betaald die ze doorgaans afhoudt bij de betaling van het inkomen. De percentages van de mobiliënbelasting verschillen volgens de aard van het belaste inkomen (inkomens uit aandelen, obligaties, leningen, deposito’s). M
o b i l i ë n b e l a s t i n g .
— De bedrijfsbelasting treft al de beroepsinkomsten zonder enige uitzondering, of het gaat om de bezoldigingen van de loontrekkenden of de inkomens van het bedrijf. Zijn bijgevolg belastbaar zowel de bezoldigingen van de loontrekkenden en de beheerders, commissarissen of vereffenaars van ven nootschappen op aandelen als de winsten van de nijver heids-, handels- of landbouwbedrijven en de inkomens van de vrije beroepen evenals die van alle winstgevende bezigheden. Voor de voorafbetalingen van de bedrijfs belasting verwijzen we naar de beschrijving van tabel 3. B e d r i j f s b e l a s t i n g .
Stippen wij eveneens aan dat de nationale crisisbelasting op de bedrijfsinkomens (zie hierna) bij de bedrijfsbelasting gevoegd werd krachtens de wet van 8 maart 1951. — De aanvullende personele belasting is een belasting op het globaal inkomen. Inderdaad slaat zij op de gezamenlijke beroepsinkomsten en inkomsten uit roerende en onroe rende goederen van de in België verblijvende fysische personen. Aldus is zij een aanvulling van de kohier belasting en een meermalige belasting vermits zij toepasselijk is op de gezamenlijke inkomens van een belastingplichtige die reeds aan de cedulaire belasting op het inkomen onderworpen zijn. A a n v u l l e n d e
'p e r s o n e l e
b e l a s t i n g .
— De nationale crisisbelasting is een overblijfsel van een wetgeving van 1933 bedoeld als bijdrage van « al degenen die het voorrecht hadden niet door de werkloosheid getroffen te zijn ». Het is een progressieve belasting die feitelijk komt bij de mobi liënbelasting en de grondbelasting. Zij wordt bij laatst genoemde gevoegd niet zoals de aanvullende personele belasting door het totaal te maken van de verschillende belastbare inkomens doch door voor elk de belastbare basis te behouden. Zij is van toepassing op de inkomens uitgekeerd door de vennootschappen op aandelen en op de inkomens van kapitalen geïnvesteerd in de perso nenvennootschappen door niet actieve vennoten, alsook op de onroerende inkomsten. Daarentegen heeft de wet van 8 maart 1951 de nationale crisisbelasting op de bedrijfsinkomens, door opneming in de bedrijfsbelas ting, afgeschaft. Hierdoor kan het cijfer van de ont vangsten van de nationale crisisbelasting voor de dienstjaren 1950 en 1951 niet met het bedrag van de vorige jaren vergeleken worden. N
O
a t i o n a l e
e i n d e
c r i s i s b e l a s t i n g .
b e d r a g e n
o p
d e
o p b r e n g s t e n
v a n
d e
a fg e s lo te n
— De rubriek « Ontvangsten van de afgeslo ten dienstjaren » registreert de ontvangsten die tijdens het jaar uit hoofde van achterstallige belastingen geïnd werden, d.w.z. belastingen die niet konden inge vorderd worden vóór de afsluiting van het dienstjaar,
alhoewel zij op de rol waren ingeschreven. De aldus geïnde bedragen op de inkomsten van de dienstjaren worden als ontvangsten geboekt op de rekening van het jaar waarin de invorderingen gebeurden. D
o u a n e n
e n
a c c i j n z e n .
— Zie beschrijving van tabel 3.
— Terwijl de zegelrechten toegepast worden op akten of geschriften (akten van overdracht of aanwijzing van eigendom of vruchtgebruik, aandelen en obligaties van vennoot schappen, handelswissels, openbare akten...), hebben de met het zegel gelijk te stellen taksen doorgaans betrek king op de transacties van het zakenleven (goederen verkeer, bedragen of waarden, materiële of juridische feiten) behalve wanneer een geschrift gebruikt wordt voor de kwijting van de taks door het aanbrengen van zegels. Al deze rechten en taksen hebben inderdaad een gemeenschappelijk kenmerk : zij worden, behalve uit zondering, toegepast door middel van plakzegels. Z e g e l
e n
m
e t
h e t
z e g e l
g e lijk g e s t e ld e
t a k s e n .
De ontvangsten komen bijna uitsluitend voort van met het zegel gelijk te stellen taksen. Hiervan is de overdrachttaks de oudste en veruit de belangrijkste. Het is een meermalige taks toegepast op al de verkopen van in België geleverde goederen, dus incl. de invoer. In vele gevallen wordt er een eenheidstaks of zoge naamde « forfaitaire » taks opgesteld die een geheel van transacties dekt waarvan de goederen het voorwerp zijn of kunnen zijn. Andere twee belangrijke taksen, in verband met de overdrachttaks, zijn de factuurtaks en de weeldetaks. De eerste is een soort overdrachttaks tegen beperkt tarief op de verkopen van goederen die om een of andere reden vrij zijn van overdrachttaks. De weeldetaks daarentegen is een overdrachttaks met verhoogd tarief op de verkopen van bepaalde produkten die als weeldeartikelen bestempeld worden. — Het is de belasting op de formaliteit die bestaat in het afschrift, de analyse of de vermelding van een akte of een geschrift, door de ontvanger van de Registratie, in een daartoe bestemd register. R e g i s t r a t i e .
— Deze rechten omvatten de eigenlijke successierechten en de rechten van mutatie wegens overlijden die respectievelijk verschuldigd zijn op de erfenissen van hen die bij hun overlijden al dan niet in het land woonden. S u c c e s s ie r e c h te n .
T abel 5. O ntvangsten u it m u n tsa n e rin g sb e la stin gen
Tabel 5 geeft, per dienstjaar, de Staatsontvangsten ten gevolge van de muntsaneringsbelastingen. De belasting op het kapitaal (kolom 1) ingevoerd bij de wet van 17 oktober 1945, gewijzigd bij de wetten van 2 décember 1950 en van 13 april 1953, is een bui tengewone belasting van 5 pet. op het vermogen van de fysische en rechtspersonen op datum van 9 oktober 1944. De opbrengst van deze belasting werd gebruikt voor de aflossing van de muntsaneringslening.
d i e n s t j a r e n .
8
—
De buitengewone belasting (kolom 2) ingevoerd bij de wet van 16 oktober 1945, gewijzigd bij de wetten van 24 mei 1946, 30 mei 1949 en 19 maart 1953 had betrek king op de inkomens, winsten en uitzonderlijke opbreng 113 —
sten van de fysische en rechtspersonen tijdens de periode van 1 januari 1940 tot 31 december 1944. De speciale belasting (kolom 3) ingevoerd bij de wet van 15 oktober 1945, gewijzigd bij de wetten van 30 mei 1949 en van 19 maart 1953, is een speciale belas ting van 100 pet. op de inkomens, winsten, bezoldi gingen en voordelen die tussen 10 mei 1940 en 31 decem ber 1944 door de fysische en rechtspersonen door toedoen van de vijand verkregen werden.
A 2. — ECONOMISCHE CLASSIFICATIE Tabel 6. Econom ische analyse van de S taats begroting (incl. de verrichtingen van de voor naam ste speciale fondsen) Deze tabel, waarvan de gegevens opgesteld werden door het Bestuur van de Begroting en de Controle van de Uitgaven, deelt de begrotingsverrichtingen van de Staat in, per dienstjaar, volgens economische criteria. Door begrotingsverrichtingen van de Staat worden hier niet enkel de verrichtingen verstaan voortvloeiend uit de gewone en buitengewone begrotingen, doch ook die van de volgende fondsen en instellingen : Zelfstan dige kas voor Oorlogsschade, Fonds voor Buitenlandse Handel, Nationaal Fonds ter bestrijding van de Tuber culose, Fonds der Schoolgebouwen, Wegenfonds, Fonds voor het Zeewezen, Handelsdienst voor Ravitaillering, Dotatiefonds voor de Financiering der Oorlogspensioenen, Nationaal Bureau voor de Noord-Zuidverbinding, Regie der Luchtwegen, Nationaal Fonds voor de Huis vesting, Landbouwfonds, Kas voor Weduwen en Wezen, Fonds voor de buitengewone Conjunctuurtaks. Ander zijds houdt de economische hergroepering slechts reke ning met de verrichtingen der Posterijen en der paket boten Oostende-Dover (3) in netto-cijfers, daar deze diensten als bedrijven moeten beschouwd worden.
Staatsbedrijven : Posterijen : verschil tussen de begrotings uitgaven en -ontvangsten ...................... — Posterijen : fictieve Staatsuitgaven .......... — _____ B
1. Uitgaven ( m
i l j a r d e n
f r a n k e n )
(rubrieken I A en II A van tabel 6) ........................
T o t a a l
e c o n o m
is c h e
h e r g r o e p e r in g
142,5
i j
te
v o e g e n
f
te
t r e k k e n
2,4
+
+ 14,7 +
3,7
+
0,1
+
0,1
+
0,4
+
0,1
+
0,1
+ 21,6 T o t a a l
v a n
d e
o ffic ië le
g e g e v e n s
(kolom 7 van 135,3
2. Ontvangsten (rubrieken I B en II B van tabel 6 ) ..........................
T o t a a l
f
te
e c o n o m
t r e k k e n
is c h e
h e r g r o e p e r i n g
106,7
:
Economische afschrijvingen ........................ Ontvangsten van fondsen en rekeningen voor orde, niet afkomstig van de Staatsbe groting .......................................................... Staatsbedrijven : — Posterijen : economische afschrijving en overschot van de stortingen voor de pen sioenen van weduwen en w e z e n .......... — Paketboten Oostende-Dover : economische afschrijving en terugbe taling van u itgaven ........................ verschil tussen ontvangsten en uit-
—
3,2
—
1,6
—
0,1
—
0,1
-
0,1
---
5,1
g a v e n ..................................................... A
28,8
:
Schatkistvoorschotten in 1958, reeds begre pen in de economische hergroepering van dat jaar en geregulariseerd op de begro ting 1959 .................................................... Overschrijvingen van de begroting naar fondsen en rekeningen voor orde (incl. de premies voor pensioenen van weduwen en wezen) ........................................................ Bruto-uitgaven van de Staatsbedrijven : — Posterijen.................................................. — Paketboten Oostende-Dover en overzetdiensten van de Schelde .................. Correcties wegens terugbetaling : — Uitgaveposten rechtstreeks afgetrokken van de ontvangsten .............................. — Te verminderen uitgaven wegens terug betaling in ontvangsten ........................ Andere begrotingsuitgaven niet opgenomen in de hergroepering : — Door Duitsland gedragen stationeringskosten van het Belgisch le g e r ................ — Diversen (Centraal Bureau voor Beno digdheden, enz.) ......................................
A
De gegevens van onderhavige tabel verschillen van de traditionele begrotingsgegevens zoals zij in tabel 1 voorkomen. Hierna volgt, bij wijze van voorbeeld, het in overeenstemming brengen van de tabellen 1 en 6 voor het dienstjaar 1959.
0,8 0.2
:
Schatkistvoorschotten te regulariseren op de begroting van volgend jaar................. — 5,2 Economische afschrijvingen ........................ — 3,2 Werkelijke uitgaven ten laste van fondsen en rekeningen voor orde (Wegenfonds, Landbouwfonds, pensioenen weduwen en wezen, uitgaven door middel van de opbrengst van de buitengewone conjunc tuurtaks, e n z .)............................................ — 19,4
B
(3) Voor de paketboten Oostende-Dover, worden de verrichtingen slechts vanaf 1058 opgetekend. —
i j
te
v o e g e n
:
Opbrengst van leningen .............................. Bruto-ontvangsten van Staatsbedrijven : — Posterijen .................................................. Paketboten Oostende-Dover.................. Correcties wegens terugbetaling : — Ontvangstposten rechtstreeks afgetrok ken van de uitgaven ............................ — Te verminderen ontvangsten wegens terugbetaling in uitgaven ......................
114 —
+ 21,6 +
2,7 0,3
+
0,4
+
0,1
+
Andere begrotingsontvangsten niet opgeno men in de hergroepering : — Vergoeding door Duitsland van de stationeringskosten van het Belgisch leger.. + — Diversen...................................................... +
0,1 0,1
+ 25,3 (kolom 15 van tabel 1 ) ........................................................
T o t a a l
v a n
d e
o ffic ië le
g e g e v e n s
126,9
Volgende officiële gegevens werden als vertrekpunt genomen : voor de uitgaven : — van 1950 tot 1957, de vastgelegde uitgaven, d.w.z. de kredietverbintenissen van een bepaalde jaar begroting; — van 1958 tot 1960, de machtigingen tot uitbetaling door de schatkist geboekt bij de afsluiting van het dienstjaar voor de gewone uitgaven en op het einde van het kalenderjaar voor de buitengewone uitgaven. voor de ontvangsten : de bij de Schatkist geboekte en tot het dienstjaar behorende kasverrichtingen. Uit tabel 6 komen twee begrippen in verband met het sparen en het ontsparen van de Staat naar voren : — het eerste, dat overeenstemt met het saldo van de lopende transacties (rubriek Ic), vertegenwoordigt een stijging of een daling van het Staatspa trimonium; — het tweede, dat overeenstemt met het saldo van de andere lopende transacties dan de kapitaalover drachten (rubriek I vertegenwoordigt de bijdra ge van de Staat tot de nationale besparingen. Een positief saldo toont aan in welke mate de Staat door middel van zijn lopende ontvangsten zijn eigen investeringen evenals die van derden (via de kapi taaloverdrachten) heeft kunnen financieren. Een negatief saldo toont aan in welke mate de Staat een beroep moest doen op het spaarwezen van derden om zijn eigen verbruiksuitgaven evenals die van derden (via de overdrachten van inkomsten) te financieren. c b is ) ,
gische franken, buitenlandse valuta’s) van de evolutie van de Schuld. Zij brengt eveneens de stijging of de daling naar voren van het kasbezit der rekenplichtigen (rubriek 13). Het onderscheid tussen burgerlijk apparaat, militair apparaat en onderwijs van de rubrieken 1, 2, 4, 10 en 16 van tabel 6 moet als volgt worden begrepen : — de onderrubriek « Onderwijs » heeft niet alleen betrekking op het openbaar onderwijs doch ook op de kunsten, de cultuur, de radioomroep en de televisie; — de onderrubriek « Militair apparaat » omvat benevens de legeruitgaven, de militaire rechtsmacht, de mili taire pensioenen, bepaalde N.A.V.O.-uitgaven, een derde van de uitgaven van de rijkswacht, de militievergoedingen, de burgerbescherming voor de dienstjaren 1950 tot 1957; — de onderrubriek « Burgerlijk apparaat » omvat de dotaties, de burgerlijke administratie, de eredien sten, twee derden van de uitgaven van de rijkswacht, de burgerbescherming voor de dienstjaren 1958 tot 1960, enz. Hierna volgen enkele aanduidingen betreffende de rubrieken waarvan de omschrijving niet voldoende klaar zou zijn. 1. L o p e n d e
A.
v e r r ic h t in g e n
L a s t e n
3. — Deze rubriek vormt een interne imputatie gedaan om rekening te houden met de eco nomische afschrijvingslast van de kapitaalgoederen van de Staat. Het betreft een extra-begrotingspost. A f s c h r i j v i n g e n .
4. — Deze rubriek omvat zekere bijdragen aan organismen in dienst van het algemeen belang (hoofdzakelijk het vrij onderwijs en de eredien sten), evenals de bijdragen aan de internationale instel lingen. I n d i r e c t
v e r b r u i k .
6. — Het gaat om de bijdragen in de exploitatiekosten van de openbare bedrijven (N.M.B.S., enz.). E x p l o i t a t i e v e r l i e z e n .
Het algemene tekort (rubriek III) toont aan in welke mate de Staat een beroep moest doen op buitenlandse middelen.
7. — Het gaat om de overdrach ten van inkomens (4) in de vorm van directe overdrach ten van de Staat aan de particulieren : oorlogspensioenen en bijkomende steungelden, bijstand aan zieken en gebrekkigen, gezinspolitiek (Nationaal Werk voor Kinderwelzijn, Studiefonds, verminderingen op de spoorwegen, regeringskinderen), loontoeslag (werklie denabonnementen op de spoorwegen, premies voor mijn werkers, spoorwegabonnementen, mijnwerkersvakan ties), bijstand aan behoeftigen, bijkomende toelagen; of overdrachten van de Staat aan de particulieren via het stelsel van de sociale verzekering (ouderdomspen sioenen, verzekeringen tegen ziekte en invaliditeit, werkloosheid en kinderbijslag). S o c i a l e
Tabel 6bis. Financiering van het algem een tekort van de Rijksbegroting (incl. de voornaamste speciale fondsen) Deze tabel, opgemaakt door het Bestuur van de Begroting en van de Controle van de Uitgaven, vertoont het detail van de financiering van het algemeen tekort van de Staat (incl. de voornaamste speciale fondsen) zoals dit in rubriek III van tabel 6 voorkomt. Na het algemeen tekort per dienstjaar te hebben aangetoond (rubriek 1) en het tekort per kalenderjaar dat overeenstemt met de netto-aangroei van de Schuld en de evolutie van het kasbezit der rekenplichtigen (rubriek 5), geeft de tabel een indeling per looptijd (lange, halfiange en korte termijn) en per valuta (Bel —
o v e r d r a c h te n .
(4) De term « overdrachten » betekent dat het gaat om eenzijdige verrich tingen zonder aan de andere kant een specifieke economische prestatie van de begunstigden. De term « inkomsten * dient om erop te wijzen dat de betrok ken overdrachten in beginsel, en in navolging van de andere courante inkomsten voor lopende uitgaven bestemd zijn. 115 —
8 .— Het betreft overdrachten | I I . K a p i t a a l v e b b i o h t i n g e n van inkomens aan de particuliere bedrijven om de . prijzen (toelagen aan de steenkolenmijnen, aan de A. maalderijen...) en de huren te doen dalen (inzonder heid de bijdragen van het Nationaal Fonds voor de 16. — Deze rubriek groepeert de Huisvesting in de rentelasten van de huisvestings werkelijke investeringen die de Staat in zijn eigen sec maatschappijen, ten gevolge van de beperkte huren tor voor het burgerlijk apparaat en het onderwijs (6) uitvoert. Zij omvat : toegestaan aan de huurders van hun gebouwen). .
E c o n o m
i s c h e
t o e l a g e n .
D
e b e t
D
9. — Kapitaaloverdrachten (5) van de Staat ten voordele van derden, excl. de overdrachten ten bate van de lagere overheid, aangeduid in rubriek 10& hierna. Deze rubriek omvat, inzonderheid de vergoedingen voor oorlogsschade, de overdrachten ter bevordering van de woningbouw en de overdrachten àan het buitenland. K a p i t a a l o v e r d r a c h t e n .
ir e c te
i n v e s t e r i n g e n .
— de nieuwe investeringen van het burgerlijk appa raat (gebouwen en domeinen, wegen, waterbouw kundige werken en havens, andere openbare werken) en het onderwijs; — het herstel van oorlogsschade aan het staatsdomein; — de vervangingsinvesteringen (groot onderhoud); — de uitrusting (meubilair en materieel). 17. — Deze rubriek geeft een opsomming van de financiering door de Staat van de investeringen der openbare bedrijven (N.M.B.S., Regie der Luchtwegen, Sabena, Nationale Maatschappij voor Goedkope Woningen, enz. I n d i r e c t e
10. drachten omvatten : O
v e r d r a c h te n
a a n
d e
la g e r e
o v e r h e id .
— Deze over
courante overdrachten die de bijdrage van de Staat vertegenwoordigen in de lopende uitgaven van de lagere overheid, bestemd voor algemene doeleinden, voor inkomensoverdrachten en voor onderwijs;
a )
kapitaaloverdrachten die de bijdrage van de Staat vertegenwoordigen in de investeringsuitgaven van de lagere overheid : nieuwe investeringen, herstel van oorlogsschade, door werklozen uitgevoerde werken.
b )
B.
B a t e n
11. — De werkingsontvangsten vermelden de opbrengst van de verkoop van courante goederen en van de door de Staat aan derden verstrekte diensten (opbrengst van de domeinbossen, van het enz.). V e r b r u i k .
B e l g i s c h
i n v e s t e r i n g e n .
18. — Deze rubriek behelst de kapitaalverrichtingen van financiële aard voor zover de Staat als geldschieter of aandeelhouder optreedt. Het betreft hoofdzakelijk de kapitaalvoorschotten en parti cipaties van de Staat zowel in het binnen- als in het buitenland. K
a p i t a a l v o o r s c h o t t e n .
19. — Deze rubriek omvat de aflossing van de geconsolideerde directe staatsschuld in Belgische franken en in buitenlandse valuta’s evenals de aflossingen op de geconsolideerde leningen van het Rentenfonds, de Zelfstandige Kas voor Oorlogsschade en het Dotatiefonds voor de oorlogspensioenen. A
B.
f s c h r i j v i n g e n
v a n
d e
S c h u l d .
C r e d it
S t a a t s b l a d ,
20. — Deze rubriek vermeldt de interne imputatie die de aflossing op de kapitaalgoederen vervangt evenals de opbrengst van de verkopen van reële kapitaalgoederen. A
12. — Het betreft de inte resten van de vorderingen van de Staat en zijn aandeel in de exploitatiewinsten van de zelfstandige openbare bedrijven. R e n t e
e n
w
i n s t a a n d e l e n .
f l o s s i n g e n
e n
13. — Het betreft de directe en indirecte belasting ontvangsten (waarvan detail in tabellen 4 en de. heffingen krachtens de prijzenpolitiek, de boeten en opbrengsten van in beslag genomen goederen en de andere overdrachten van particulieren (schoolgeld, rechten op de jacht, de vis- en vogelvangst, enz.). B e l a s t i n g o n t v a n g s t e n
e n
a n d e r e
i n k o m
e n s o v e r d r a c h
A b is ) ,
14.
S p e c i a l e
h e f f i n g e n
o p
d e
k a p i t a l e n
e n
d e
d a a r m
te
s te lle n
d o o r
o p e n b a r e
b e d r i j v e n .
22. — Hierin zijn begrepen de terug betalingen van de leningen en voorschotten waarvan sprake in rubriek 18 hierboven en de verwezenlijkingen van participaties. T e r u g b e t a l i n g e n .
o v e r d r a c h te n .
15. — Het betreft slechts de courante overdrachten van weinig belang. O
g o e d e r e n .
e e
— Hiermede zijn bedoeld de speciale belastingen (belastingen betreffende de muntsânering en inbeslagnemingen), de opbrengst van de herwaardering van de goudvoorraad (jaar 1950), de opbrengst van de omwisseling van bankbiljetten, de bijdrage van de N.A.V.O. voor militaire werken, enz. g e l i j k
v a n
21. — Het gaat om de terugbetaling door de openbare bedrijven van de leningen door de Staat toegestaan voor de financiering van hun investeringen (cf. rubriek 17 hierboven). T e r u g b e t a l i n g e n
te n .
v e r k o p e n
v e r d r a c h te n
v a n
d e
la g e r e
o v e r h e id .
(6) Overdrachten bestemd voor kapitaaluitgaven.
A 3. — FUNCTIONELE CLASSIFICATIE De tabellen 7 en 8 waarvan de gegevens eveneens werden opgemaakt door het Bestuur van de Begroting en van de Controle der Uitgaven delen de begrotings uitgaven van de Staat in per dienstjaar volgens zijn verschillende tussenkomsten of functies. (6) Al de uitgaven inzake het militair apparaat, incl. de gebouwen, de vaste installaties en het zware materieel, worden ala lopende uitgaven beschouwd^
' De functionele classificatie heeft allëen op de uitgaven betrekking. Het is inderdaad praktisch onmogelijk algemene fiscale inkomsten, die in beginsel voor de financiering van al de categorieën uitgaven bestemd zijn, aan functionele groepen van bepaalde uitgaven toe te wijzen. . . . . . Voor de bepaling van de Staat raadplege men de beschrijving van tabellen 6 en 6 b is van onderhavig hoofdstuk. De officiële gegevens die als uitgangspunt werden genomen zijn de machtigingen tot uitbetaling door de Schatkist geboekt bij de afsluiting van het dienstjaar voor de gewone uitgaven en op het einde van het kalenderjaar voor dê buitengewone uitgaven. T abel 7. O verzicht van de soorten functionele S ta a tsu itg a v en (incl. de speciale fondsen)
Tabel 7 geeft voor de dienstjaren 1950, 1955, 1958, 1959 en 1960 een functionele indeling van de Staats uitgaven. De functies zelf werden in drie grote cate gorieën gegroepeerd naargelang zij van algemeen collec tieve aard zijn of naargelang zij hoofdzakelijk betrek king hebben op de verbruikers of op de producenten. De uitgaven die zich niet tot een functionele classi ficatie lenen zijn afzonderlijk vermeld. Het betreft de uitgaven voor de openbare schuld, de betrekkingen met de lagere overheid voor zover zij niet onder andere functies voorkomen, de speciale financiële verrichting met het Rentenfonds in 1958 en de economische afschrijvingen. ■ Het totaal van onderhavige tabel stemt overeen met het totaal van de uitgaven van de economische hergroe pering (rubrieken I A en II A van tabel 6) voor de dienstjaren 1958 tot 1960. Voor de dienstjaren 1950 en 1955 is het verschil tussen de twee reeksen toe te schrij ven aan het feit dat de onderhavige tabel opgemaakt wérd op basis van de machtigingen tot uitbetaling ter wijl tabel 6 gebaseerd is op de vastgelegde uitgaven. T abel 8. D etail van de functionele u itgaven per soort
Tabel 8 geeft een verdere indeling voor dezelfde dienstjaren en voor de verschillende functies die in tabel 7 werden behandeld. Opgemerkt zij dat in elke functie ondergeschikte functies « Algemene uitgaven » én (' Wetenschappelijk onderzoek » aan het licht komen.
b) De uitgaven voor het zuiver wetenschappelijk onderzoek zijn zoveel mogelijk vervat in de onder geschikte functie « Wetenschappelijk onderzoek » van de functie « Onderwijs, cultuur en erediensten », de uitgaven voor hét toegepast wetenschappelijk onder zoek worden geïmputeerd öp elke specifieke onder geschikte functie « Wetenschappelijk onderzoek ». Wordt eveneens geïmputeerd op de ondergeschikte functie « Wetenschappelijk onderzoek » een deel van de begrotingsuitgaven van sommige instellingen zoals de eigenlijke inrichtingen voor hoger onderwijs, de weten schappelijke instellingen in dienst van het publiek, de Koninklijke Militaire School evenals de laboratoria die zich niet uitsluitend met vorsingswerk bezighouden.
Hierna volgt een korte beschrijving van de voor naamste functies die in de tabellen 7 en 8 voorkomen (7). 1. A
a)
c t iv it e it e n
van
algem een
c o l l e c t ie v e
aabd
A lg e m e e n b estu u r
Deze functie omvat de kosten van het regerings apparaat voor zover zij niet onder de verschillende specifieke functies voorkomen. . De ondergeschikte functie « Algemene uitgaven » omvat de Staatskosten alsook de uitgaven betreffende de diensten van de Eerste-Minister en het Ministerie van Binnenlandse Zaken. De ondergeschikte functie « Wetenschappelijk Onder zoek » heeft hoofdzakelijk betrekking op de uitgaven van het Programmatiebureau, het Nationaal Instituut voor de Statistiek en de algemene weerkundige diensten. Op de « Centrale diensten van de administratie » zijn geïmputeerd de uitgaven voor de diensten van het algemeen bestuur, het Vast Wervingssecretariaat, het Hoge Controlecomité dat voorkomt op de begroting van de Eerste-Minister en van de Minister, Ondervoor zitter van de Raad, de administratieve gezondheids dienst voorkomend op de begroting van Volksgezond heid en het Gezin, de Centrale Dienst voor leveringen van de begroting van Openbare Werken en Weder opbouw, het drukken -van het B e lg is c h S t a a t s b la d van de begroting van Justitie. b)
L a n d s v e r d e d ig in g
Deze functie omvat de uitgaven tot handhaving van de weerbaarheid van het leger, de vloot en de lucht strijdkrachten. Zij omvat al de uitgaven van de overheid a) Op de ondergeschikte functie « Algemene uitgaven » voor de aanwerving, training, uitrusting, bevoorrading, kleding, huisvesting, geneeskundige zorgen en het worden gèïmputeerd : vervoer van de leden der strijdkrachten. Zij omvat — de uitgaven voor het Koninklijk Hof en de Raad van eveneens de uitgaven voor het wetenschappelijk onder State evenals de algemene uitgaven van de minis zoek en de inspectie, alsook die welke betrekking heb teriële. departementen; ben op de militaire bouwwerken, gebouwen en mate — de uitgaven die moeilijk naar de andere onder rieel. De bijdragen in de uitgaven van de internationale geschikte functies kunnen overgeheveld worden. militaire instellingen zijn eveneens in deze rubriek vervat. .. • De ondergeschikte functie « Algemene uitgaven » omvat nooit de uitgaven voor de functionele directies De uitgaven van het landleger omvatten één derde van het Centraal Bestuur (bijv. de Buitenlandse handel van de uitgaven der rijkswacht. in het Departement van Buitenlandse Zaken, het lucht (7) Volgende tekst, komt uit de « Functionele Beneluxcodc » van de Com verkeer, Zeewezen en Toerisme in dit van Verkeers voor de vergelijkende studie van de Begrotingen der openbare en parasta* wezen) noch de uitgaven voor de buitenlandse diensten. I missie tale Instellingen, subcommissie « Bepalingen en methodes » (1000). —
117
—
d)
B
e t r e k k i n g e n
m
e t
h e t
3. A
b u i t e n l a n d
c t iv it e it e n
h o o f d z a k e l ij k
in
verband
m et
de
VOORTBRENGERS :
De uitgaven die over het algemeen de bescherming en de versteviging van de nationale belangen in het buitenland beogen, zijn in deze rubriek samengebracht. Het betreft hier de uitgaven ten bate van instellingen belast met het bepalen en het uitvoeren van de buiten landse politiek en met de directie van de betrekkingen met het buitenland (Ministerie van Buitenlandse Zaken, diplomatieke en consulaire diensten, economische, sociale en landbouwkundige attachés, enz...). De uitgaven met betrekking tot de internationale en buitenlandse instellingen van algemene aard, incl. de bijdragen die voortvloeien uit de akkoorden van Bret ton-Woods en de Overeenkomst tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, komen voor in de ondergeschikte functie « Deelneming aan de interna tionale organismen en conferenties ». De bijdragen tot de Europese Investeringsbank alsook die tot het Euro pees Sociaal Fonds zijn eveneens in deze functie vervat. De bijdragen in de begroting van de gespecialiseerde internationale instellingen staan onder de overeenstem mende functie vermeld. e)
P o l i t i e
e n
j u s t i t i e
Het betreft al de uitgaven voor de handhaving van de openbare orde; incl. deze voor de rechtbanken, gevangenissen, wederopvoedingstehuizen en zomeer.
a)
L a n d b o u w
Deze categorie omvat de uitgaven in verband met de bewaring, de exploitatie en het gebruik van de bodem, de wijngaarden, de bossen, de veestapel, de visvangst, de fauna en de flora. Behoren eveneens tot deze categorie de uitgaven voor de veeartsenijdiensten, de bevloeiing en het draineren van gronden, het ontginnen van braakland en de bebossing. De uitgaven voor de domeinbossen hangen af van de ondergeschikte functie bosbouw. b)
H
2. A
c t iv it e it e n
d ie
h o o f d z a k e l ij k
b e t r e k k in g
H E B B E N OP D E VERBRUIKERS
a)
O
n d e r w
i j s
e n
c u l t u u r
Deze functie omvat niet alleen de uitgaven voor het onderwijs doch ook die in verband met de vorming van de jeugd, de diverse culturele manifestaties, de radio en de erediensten.
e n
c)
V e r k e e r s w e z e n
Onder deze categorie van uitgaven zijn de onkosten samengebracht voor de bouw, het onderhoud en de herstelling van wegen, bruggen, kanalen en andere vervoermiddelen te land (vervoer langs de weg en per spoor), ter zee en in de lucht, evenals de uitgaven voor de behoeften van posterijen, telegraaf en telefoon.
a)
ie t
f u n c t io n e e l
S o c i a l e
v o o r z i e n i n g e n
Deze functie behelst het merendeel van de sociale overdrachten (cf. rubriek 7 van tabel 6), behalve de vergoedingen voor oorlogsschade aan de fysische per sonen (cf. functie « Oorlogsschade »). e)
O
o r lo g s s c h a d e
Buiten de uitgaven voor oorlogsschade vallen de andere rampschaden (vorst, overstromingen, spring vloed, enz.) eveneens ten laste van deze functie.
in g e d e e l d e
u it g a v e n
S t a a t s c h u l d
De last van de leningen van de Nationale Maat schappij voor de Huisvesting en van sommige leningen van de spoorwegen wordt op de bevoegde functies geïmputeerd. Daarentegen wordt de rente en de aflossing van de schuld van het Wegenfonds, van de Zelfstandige Kas voor Oorlogsschade en van de Nationale Kas voor oorlogspensioenen hier geïmputeerd, evenals de rente betaald aan de R.T.T. voor de fondsen die door deze instelling in rekening-courant bij de Schatkist geplaatst zijn. b)
B e t r e k k i n g e n b e t r e k k i n g e n
b)
n i j v e r h e i d
Over het algemeen hebben deze uitgaven betrekking op de extractiebedrijven en de verwerkende nijverheid, de ambachten, de groot- en kleinhandel en het toerisme.
4. N
Twee derden van de uitgaven van de rijkswacht zijn ondergebracht bij de ondergeschikte functie Rijkspo litie — Rijkswacht.
a n d e l
m
e t
n i e t
d e b i j
la g e r e d iv e r s e
o v e r h e id a n d e r e
v o o r
f u n c t i e s
z o v e r
d e z e
v o o r k o m
n n
Het aandeel van de gemeenten en provincies in de algemene ontvangsten van de staatsbelastingen hangt van deze functie af; zijn er bijgevolg in vermeld de toe lagen aan het Fonds der Gemeenten, aan het Fonds der Provincies, de speciale hulp ten bate van de grote steden evenals de speciale bijdrage ten bate van de gemeenten waarvan de financiën erg met schulden bezwaard zijn. Komen eveneens hierin voor de uitkeringen voor de administratieve gebouwen toegekend aan de lagere overheid, alsook de bijdrage van de Staat in de last van de leningen, door deze instellingen afgesloten bij het Gemeentekrediet voor de financiering van werken.
B. — B ronnen
LAG ERE
O V E R H E ID
Nationaal Instituut voor de Statistiek. Ministerie van Binnenlandse Zaken.
;
B ib l io g r a f ie
: Statistisch Tijdschrift (N.I.S.). Statistisch Jaarboek voor België (N.I.S.). Documentatieblad van het Ministerie van Financiën. Jaarverslagen van het Gemeentekrediet van België.
De tabellen van deze sectie vermelden de gewone en buitengewone uitgaven en ontvangsten van de provin cies, gemeenten, en commissies van openbare onder stand. Deze gegevens werden opgemaakt op basis van de definitieve rekeningen of bij ontstentenis op grond van de voorlopige rekeningen of van de begrotingen. Opgemerkt zij dat macro-economische gegevens in verband met het verbruik van de lagere overheid voor komen in rekening III van tabel 7 van hoofdstuk I. Anderzijds bestaan er cijfers betreffende de Uitgiften en de Schuld van de provincies en gemeenten in de tabellen 1 tot 4 van hoofdstuk XVI. T abel 9. B eg ro tin g su itg a v en en -on tvan gsten van de provincies
De gegevens werden opgemaakt op basis van volgende documenten : — de definitieve rekeningen van de vastgestelde rech ten en van de vastgelegde uitgaven voor de dienst jaren 1950 tot 1957; — de goedgekeurde begrotingen, incl. de beroepen, excl. de wijzigingen in de loop van het dienstjaar voor de dienstjaren 1958 tot 1960. De buitengewone begrotingsgegevens zijn voor deze dienstjaren niet beschikbaar.
T abel 10. B egrotin gsu itgaven en van de gem een ten
-on tvan gsten
Van 1950 tot 1952 werd de statistiek opgemaakt vol gens de gedane inningen en betalingen. De gegevens van de volgende dienstjaren zijn gebaseerd op de rekeningen van de vastgestelde rechten en van de vastgelegde uitgaven.
T abel 11. B eg ro tin g su itg a v en en -on tv a n g sten van de c o m m issie s van openbare onderstand
Voor de dienstjaren 1950 tot 1956 zijn al de gegevens gebaseerd op de gedane inningen en uitgaven. Voor de dienstjaren 1957 en 1958 zijn zij gebaseerd op de vastgestelde rechten en de vastgelegde uitgaven volgens de rekeningen door de hogere overheid goedgekeurd. Voor het dienstjaar 1959 zijn er geen gegevens beschik baar. Voor het dienstjaar 1960 gaat het om begrotingsramingen goedgekeurd door de hogere overheid, incl. de beroepen, doch excl. de wijzigingen in de loop van het dienstjaar. Opgemerkt zij dat de rekeningen en begro tingen van de commissies van openbare onderstand geen verlies vertonen. De wet verplicht inderdaad de gemeen ten het tekort van hun commissies van openbare onder stand te dekken.
C. — SOCIALE ZEKERHEID Bbonnen
:
B ib l io g r a f ie
Ministerie van Arbeid en Sociale Voorzorg, Ministerie van Sociale Voorzorg, Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid. : Algemene rekeningen van de sociale zekerheid uitgegeven door het Ministerie van Sociale Voorzorg, mei 1961. Bijlagen bij de Begrotingen van het Ministerie van Arbeid en Sociale Voorzorg, Ministerie van Sociale Voorzorg, Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid• Jaarverslagen van de R.M.Z. en van de verschillende instellingen voor maatschappelijke zekerheid. Belgisch Tijdschrift voor Sociale Zekerheid. Arbeidsblad.
De enige tabel van deze sectie heeft betrekking op de verrichtingen van de sociale verzekering van de bezol digde arbeiders. Geen enkele boekhoudkundige her groepering werd tot op heden doorgevoerd voor de sociale verzekering van de zelfstandige arbeiders (gezinstoelagen en pensioenen). Anderzijds zij opgemerkt dat macro-economische gegevens betreffende de sociale verzekering vermeld staan in rekening III van tabel 7 van hoofdstuk I. T abel 12. A lgem en e rekening van de u itgaven en on tvan gsten van de sociale verzekering der b ezold igde arb eid ers (8)
Deze tabel geeft, voor de jaren 1958 tot 1960 (9), de algemene rekening van de uitgaven en ontvangsten van de sociale verzekering van de bezoldigde arbeiders. (8) V oor h e t d e ta il v a n de rek e n in g e n u itg a v e n e n o n tv a n g s te n , v a n de b a la n s e n ev e n als v o o r d e w ijze v a n o p stellin g , ra a d p le g e m e n d e p u b lik a tie s v a n h e t M inisterie v a n Sociale V oorzorg « A lgem ene rek e n in g e n v a n d e sociale ze k erh eid ». (9) W a t d e vorige ja r e n b e tr e f t, w a a rv o o r geen en k e le b o e k h o u d k u n d ig e h erg ro ep e rin g p la a ts v o n d , v erw ijzen w ij n a a r d e b ijla g e n v a n d e b e g ro tin g e n v a n h e t M in iste rie v a n A rb e id en Sociale V oorzorg.
—
« Deze samenvatting blijft beperkt tot de verrich» tingen van de sociale zekerheid, in de zin welke deze » term heeft in het Belgisch positief recht, met andere » woorden is zij beperkt tot het kader dat wordt » gevormd door de besluitwetten betreffende de sociale » zekerheid der werknemers in het algemeen, der mijn » werkers en gelijkgestelden en der zeelieden ter koop » vaardij » (10). Zij omvat evenwel, voor de jaren 1959 en 1960, de verrichtingen in verband met de beroeps ziekten en de werkongevallen. In beginsel zijn zowel de uitgaven als de ontvangsten gebaseerd op de vastgestelde rechten. « Onder vast » gestelde rechten, verstaat men, in de rubriek ont » vangsten, de ten bate van de sociale zekerheid, door » de beheerders van deze, vastgestelde schuldvorde» ringen (11) en onder de hoofding uitgaven de door » de verschillende instellingen jegens andere personen » vastgestelde schulden. Men notere evenwel, dat het » als gevolg van de huidige boekhoudkundige leemten, (10) D e A lg em en e R e k e n in g e n v a n d e Sociale Z e k erh eid op. cit., b lz . 0. (11) B eg re p en in de ru im ste zin , d .w .z. c e n tra le en p rim a ire in ste llin g en alsm ed e t o t a a n g ifte g e h o u d e n d erd en .
119 —
» niet steeds mogelijk is geweest de vastgestelde rech » ten daadwerkelijk na te gaan, voornamelijk op het » stuk van de sociale prestaties die door de verschil » lende instellingen, aan derden worden verleend » (12). Wat de eerste zes kolommen betreft wordt de tabel voorgesteld volgens de takken van de Sociale verze kering. Sedert 1959 omvat zij bovendien de takken « arbeidsongevallen » en « Beroepsziekten ». Onder tak verstaat men « de eventualiteiten die de mensen kunnen » beroven van hun bestaansmiddelen of hun bepaalde » speciale lasten kunnen doen ondergaan » (13). De besparingen van de instellingen voor sociale ver zekering (rubriek 5) zijn hoofdzakelijk gevormd door de verandering van de omslag- en kapitalisatiereserves.
G E P U B L IC E E R D E T A B E L L E N
Begrotingsuitgaven en -ont vangsten van het Rijk.............. Stand van de Schatkist .............. Belastingontvangsten zonder on derscheid van dienstjaar..........
Nr
B lz.
G E P U B L IC E E R D E T A B E L L E N
Blz.
4
240
4 b is
243
5
243
6
244-245
Belastingontvangsten per dienstDetail van de belastingontvangsten per dienstjaar ............................ Ontvangsten uit muntsaneringsbelastingen ................................ Economische ontleding van de Staatsbegroting............................ Financiering van het algemeen tekort van de Rijksbegroting .. Overzicht van de soorten functio nele Staatsuitgaven . ................. Detail van de functionele uitgaven per categorie .............................. Begrotingsuitgaven en -ont vangsten van de provincies . . . .
6b is
246
7
247
S
247 à 250
9
251
Begrotingsuitgaven en -ont vangsten van de gemeenten . . .
10
252
11
253
12
254-255
1
239
2
240
3
240
Begrotingsuitgaven en -ont vangsten van de commissies van openbare onderstand ................
(12) D e A lg em en e R e k e n in g e n v a n de Sociale Z e k erh eid , op. cit., b lz. 8. (13) O p . cit., blz. 9.
Algemene rekening van de uitgaven en ontvangsten van de sociale verzekering der loontrekkenden
—
Nr
120 —
•
XIII. — Geldscheppende instellingen A. — ECONOMISCHE INDELING VAN DE BALANSGEGEVENS DER GELDSCHEPPENDE INSTELLINGEN B ron
:
B ib l io g r a f ie
Nationale Bank van België. : Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N.B.B. Jaarverslagen van de N.B.B.
Worden in de door de Bank opgestelde statistieken beschouwd als Belgische geldscheppende instellingen :
Die tabellen werden opgesteld om te beantwoorden aan volgende doelstellingen :
— de Nationale Bank van België;
1° wat de gezamenlijke balansen van de geldscheppende instellingen betreft, per einde periode, de inven taris opmaken van de geldhoeveelheid en de quasimonetaire liquiditeiten alsmede van de verschillende rubrieken van het actief, in onderhavig geval, de goud en nettodeviezenvoorraad, do vorderingen op de over heid en de discontokredieten, voorschotten en acceptkredieten aan bedrijven en particulieren gevestigd in België, die als tegenwaarden door de gezamenlijke geld scheppende instellingen worden aangehouden.
— de geldscheppende openbare instellingen, d.w.z. : het Bestuur der Postchecks; het Belgische Muntfonds, waarvoor men alleen de munten en biljetten van de Schatkist, het actief op korte termijn en de portefeuille obligaties (1) in beschouwing neemt; de Nationale Kas voor Beroepskrediet en zijn aangesloten verenigingen, waarvoor men alleen het direct en het op ten hoogste één maand opvraagbaar passief alsmede het actief op korte termijn (1) in aanmerking neemt; het Gemeentekrediet van België, waarvoor men alleen het direct en het op ten hoogste één maand opvraagbare passief en het daartegenover staande actief, in aanmerking neemt; het Herdiscontering- en Waarborginstituut, waar voor men alleen rekening houdt met het passief t.o.v. de geldscheppende instellingen en de activa die het in tegenwaarde daarvan financiert; :— de depositobanken onderworpen aan de bepalingen , van het koninklijk besluit nr 185 van 9 juli 1935 (2). De gegevens met betrekking tot de Belgische geld scheppende instellingen zijn in de volgende drie statis tieken door de Nationale Bank ingedeeld op grond van economische criteria : a ) Gezamenlijke balansen van de geldscheppende instel lingen (tabel 1); b) De balansen van de N.B.B., de geldscheppende open bare instellingen, de depositobanken en van die instellingen samen (tabellen 2 tot 5); c) Oorzaken van de veranderingen in de geldhoeveelheid (tabel 6).
2° met betrekking tot de balans van de Nationale Bank (tabel 2), van de geldscheppende openbare instel lingen (tabel 3), van de depositobanken (tabel 4) en van die instellingen samen (tabel 5), een omstandige opgave van de gezamenlijke balansen geven door de bestand delen die in deze statistiek in dezelfde rubriek zijn samengenomen afzonderlijk te ontleden. 3° met betrekking tot de statistiek over de oorzaken van de veranderingen in de geldhoeveelheid, de bewe gingen geven van de geldhoeveelheid en van de quasimonetaire liquiditeiten in de loop van een periode, en aanduiden in welke mate die veranderingen toe te schrijven zijn aan elk van de hierna vermelde transactiegroepen : transacties met het buitenland (excl. de kapitaaltransacties en de schenkingen van de overheid); b) geldschepping van de Staat en van de andere over heidsinstellingen; inzake de geldschepping van de Staat, worden afzonderlijke cijfers gegeven voor de geldschepping door overdracht van effecten van de schuld en voor de geldschepping door netto-overdrachten van deviezen; c) tegeldemaking van overheidspapier, waarbij het onderscheid wordt gemaakt tussen de tegeldemaking voortvloeiend uit de aankoop op de markt door de geldscheppende instellingen en die welke door tus senkomst van het Rentenfonds wordt verwezenlijkt; a)
De cijfers worden op het einde van ieder kwartaal geteld en in het statistisch gedeelte van het T i jd s c h r if t v o o r D o c u m e n ta tie e n V o o r lic h tin g v a n d e N a t io n a le B a n k v a n B e l g i ë gepubliceerd. (1) I n h e t g ev a l v a n h e t B elgische M u n tfo n d s en v a n d e N a tio n a le K a s v o o r B e ro e p sk re d ie t is h e t ev e n tu e le v ersch il ta s s e n de g eteld e a c tiv a en d e g eteld e p a s s iv a b eg rep e n in een ru b r ie k « D iv ersen ». • (2) V oor d e p e rio d e v o o ra fg a a n d a a n 1 ju li 1952, d a tu m v a n d e o p ric h tin g v a n d e C e n tra le B a n k v a n B elgiseh-K ongo en R u a n d a -U ru n d i, v ielen d e v e s ti g in g e n v a n de B a n k v a n B elgiseh-K ongo in h e t m o e d e rla n d n ie t o n d e r d e to e p a ssin g v a n d e b e p a lin g e n v a n h e t k o n in k lijk b e s lu it n r 185 v a n 9 ju li 1935. Zij w e rd e n n ie tte m in in a a n m e rk in g g enom en, ev e n w el alleen v o o r h u n a c tiv a en p a s s iv a d ie n ie t v e rb a n d hield en m e t h u n a c tiv ite it als C e n tra le B a n k v a n K o n g o . D eze v e rb e te rin g , d ie n o o d za k elijk erw ijs a r b itr a ir is, h e e ft t o t doel de v erg elijk in g v a n de gegevens b in n e n d e p erio d e w a a ro p o n d e rh a v ig T ijd s c h rift b e tre k k in g h e e ft, m o g e lijk te m a k en .
—
Die inventaris is opgenomen in de volgende tabellen : — Gezamenlijke balansen van de geldscheppende instellingen (overzicht) : tabel 1, Detail van bepaalde rubrieken van tabel 1 : — Geldhoeveelheid : tabel 7, — Goud- en nettodeviezenvoorraad : kolommen 1 tot 3 van tabel 8, •—■Discontokredieten, voorschotten en acceptkredieten aan de bedrijven en particulieren geves tigd in België : kolommen 1 tot 6 van tabel 9;
121
—
discontokredieten, voorschotten en acceptkredieten aan in België gevestigde bedrijven en particulieren; e) obligatieleningen van de banken; . /) kredieten aan niet-geldscheppende financiële instel lingen.
—
Die gegevens komen voor in de volgende tabellen :
—
d)
d e p o s i t o ’s
i n
b u i t e n l a n d s e
g e ld s o o r te n
i n
h a n d e n
v a n
(kolom 3) : het betreft de in buitenlandse geldsoorten luidende direct en op termijn opvraagbare deposito’s van ingezetenen (4);
d e
b e d r i j v e n
q v M
s i - m
e n
p a r t i c u l i e r e n
o n e t a ir e
l i q u i d i t e i t e n
i n
h a n d e n
v a n
d e
S c h a t
(kolom 4) : naast haar crediteurrekeningcourant waarvan het bedrag per einde maand gewoonlijk slechts enkele miljoenen bereikt, beschikt de Schatkist op bepaalde tijdstippen over tegoeden in rekening bij de Nationale Bank van België die niet direct kunnen benut worden en die voor bijzon dere doeleinden bestemd zijn. Voor de betrokken periode gaat het hoofdzakelijk om middelen die de tegenwaarde zijn van schenkingen verleend in het raam van het European Recovery Program en het Military Aid Program (jaren 1950 tot 1 9 5 7 ) en om het reservefonds in uitvoering van de wet van 12 maart 1957 inzake de uitzonderlijke conjunctuurtaks (jaren 1957 tot 1 9 60 ). k i s t
— Oorzaken van de veranderingen in de geldhoeveelheid (overzicht) : tabel 6; — Detail van de rubriek « Transacties met het buiten land » van de vorige tabel : kolommen 4 tot 9 van tabel 8. Hierna volgt een bondige beschrijving van de negen tabellen die in deze sectie worden opgenomen (3). T abel 1 : G ezam enlijke balan sen van de g eld sch ep p en de in stellin g en
In deze tabel werden de gezamenlijke geldscheppende instellingen behandeld als zijnde een enkel organisme. De vorderingen en verplichtingen tussen de geldschep pende instellingen werden onderling verrekend. De verschillende kolommen van deze tabel vertegen woordigen de volgende bestanddelen : « » : in de hierna volgende beschrijving van tabel 7 vindt men de bepaling en de berekeningswijze van die post; K
o l o m
K
o l o m
1
m
e n
g e ld h o e v e e lh e id
2 ,
3
e n
4
«
Q
u a s i
m
o n e t a i r e
l i q u i d i t e i t e n
« » : men vindt de bepaling van deze rubriek in de beschrijving van tabel 8 hierna. K
o l o m
K
o l o m
—
» :
Die vorderingen worden over de kolommen 2, 3 en 4 als volgt verdeeld : d e p o s i t o ’s
i n
B e l g i s c h e
f r a n k e n
i n
h a n d e n
v a n
e n
e n
7
to t
e n
1 0
n e tto d e v ie z e n v o o r r a a d
«
V o r d e r i n g e n
o p
d e
o v e r h e id
» :
(kolom 7 ) : die kolom omvat hoofdzakelijk de in Belgische franken en in deviezen gestelde schatkistcertificaten op korte en halflange termijn, ondergebracht bij de geldscheppende instel lingen en niet verkrijgbaar door het publiek, de gevestigde schuld van de Nationale Bank, de tegen waarde van de tegoeden der particulieren in post rekening, de staatsobligaties die de geldscheppende instellingen in portefeuille bezitten (5 ), hetzij ten gevolge van inschrijvingen bij de uitgifte hetzij door aankopen op de Beurs, de debetstaande rekeningcourant van de Schatkist bij het Belgische Munt fonds en, op einde 1957, de debetstaande rekeningcourant van de Schatkist bij de Nationale Bank; v o r d e r i n g e n
o p
d e
S t a a t
d e
(kolom 2) : het betreft deposito’s in rekeningen-courant in Belgische fran ken op meer dan één maand, depositoboekjes en andere op boekjes ingeschreven deposito’s op naam van ingezetenen (4). Daarmee werden eertijds gelijkgesteld de voor 6maanden geblokkeerde speciale rekeningen, gevormd door middel van afhoudingen op de opbrengsten van de uitvoer naar de E.B.U. landen, in uitvoering van de besluiten van 15 sep tember 1951, van 18 januari, 22 maart, 9 mei, 26 juli 1952 en van 30 januari en 8 april 1954; b e d r i j v e n
m
G o u d -
Deze categorie activa is als volgt onderverdeeld :
vorderingen op de geldscheppende instellingen aange houden door niet monetaire ingezetenen (4), die over ’t algemeen als dusdanig niet als betaalmiddel kunnen dienen, doch die binnen vrij korte tijd te gelde kunnen worden gemaakt.
—
6
p a r t i c u l i e r e n
(3) Be beschrijving van die tabellen is voor oen groot gedeelte ontleend aan de volgende artikelen, gepubliceerd in het Tijdschrift voor Documentatic en Voorlichting van de N.B.B. : « Berekening van de geldvoorraad in dc Belgische economie », december 1949; « Monetaire en financiële ontwikkeling van de Belgische economie. — De vor ming van de geldhoeveelheid », november 1955; « Gezamenlijke balansen der geldscheppende instellingen en oorzaken van de veranderingen in de geldhoeveelheid. Herziening van sommige statistische gegevens », november 1957; « Gezamenlijke balansen van de geldscheppende instellingen en oorzaken van de veranderingen in de geldhoeveelheid. Herziening van bepaalde statistische gegevens », november 1958; « De balansen van de Nationale Bank van België, de geldscheppende open bare instellingen en de depositobanken », juli 1961. (4) Hoewel de bedragen van deze kolom, in beginsel, slechts betrekking hebben op deposito’s van Belgische ingezetenen, omvatten zij over ’t algemeen de tegoeden van Luxemburgse en Kongolese ingezetenen bij de Belgische ban ken, tegoeden die wegens leemten in het statistisch materiaal niet kunnen afgezonderd worden. —
—
d e
(kolom 8) : zij worden gevormd door de portefeuille certificaten van het Rentenfonds in het bezit van de banken, door de nettoleningen van daggeld aan het Renten fonds en door de kredieten verleend door de Natio nale Bank in de vorm van discontering van kasbons of van voorschotten op onderpand, na aftrek van het creditsaldo van het Rentenfonds bij de Nationale Bank;
—
d e
n e tt o v o r d e r i n g e n
v o r d e r i n g e n
o p
o p
d e
h e t
R e n t e n f o n d s
a n d e r e
o p e n b a r e
b e s tu r e n
(kolom 9 ) : deze derde onderverdeling omvat hoofd zakelijk de debetstaande rekeningen-courant en de kredietopeningen vaii het Gemeentekrediet (6) en de portefeuille van de geldscheppende instellingen bestaande uit obligaties van de zelfstandige fond sen (7 ), de instellingen voor maatschappelijke zeker heid, de locale besturen (8) en het Gemeentekrediet. (5) Met inbegrip van de obligaties aangehouden als belegging van eigen middelen. (6) Voor de omschrijving van de monetaire verrichtingen van het Gemeente krediet gelieve men de tekst van blz. 151 na te gaan. (7) Verbond van Coöperatieven voor oorlogsschade, Zelfstandige Kas voor Oorlogsschade, Wegenfonds, Nationaal Fonds voor Wetenschappelijk On derzoek. (8) Provincies, steden en gemeenten. 122 —
K
o l o m
m
e n
1 1
a c c e p tk r e d ie te n
e n
1 2
a a n
d e
«
d is c o n to k r e d ie te n ,
b e d r i j v e n
e n
v o o r s c h o t te n
p a r t i c u l i e r e n
e n
g e v e s tig d
» : in de beschrijving van tabel 9 hierna, vindt men een verklaring over de inhoud van deze kolommen.
i n
K
B e l g i ë
o l o m
1 3
«
O
b l i g a t i e l e n i n g e n
v a n
d e
d e p o s i t o b a n k e n
»:
die uitgiften van obligaties en kasbons zijn hier aange geven als een contractiefactor van de kasmiddelen der andere sectoren en worden dus aangeduid met negatief teken. K
o l o m
1 4
«
V o r d e r i n g e n
e n
v e r p l i c h t i n g e n
te g e n o v e r
n i e t
» : deze rubriek omvat hoofdzakelijk de portefeuille van de geldschep pende instellingen bestaande uit obligaties van parasta tale kredietorganismen (9), de aan die instellingen toegestane nettodaggeldleningen, de kredieten die de Nationale Bank hen verstrekt hetzij in de vorm van discontering van kasbons hetzij in de vorm van voor schotten op onderpand, en de voorschotten van het Belgische Muntfonds aan het Centraal Bureau voor de Kleine Spaarders. g e ld s c h e p p e n d e
fin a n c i ë l e
i n s t e l l i n g e n
Van einde 1951 tot juni 1954 omvat zij eveneens de rekeningen die de Luxemburgse banken aanhouden bij de Nationale Bank, in tegenwaarde van de tegoeden van hun cliënten, die voor 6 maanden geblokkeerd zijn en voortvloeien uit de afhoudingen op de uitvoerontvangsten afkomstig uit de E.B.U.-landen. Van mei 1955 tot juni 1959 omvat zij, ten slotte, de speciale voorzieningen door de Nationale Maatschappij voor Krediet aan de Nijverheid bij de Nationale Bank aangehouden met het oog op de financiering van een gedeelte der voorschotten in het raam van betalings akkoorden met het buitenland (10). » : deze rubriek omvat voornamelijk het saldo van de andere verrichtingen dan op korte termijn van het Belgische Muntfonds en van de Natio nale Kas voor Beroepskrediet (11), niet elders vermelde vorderingen en verplichtingen tegenover ingezetenen, salderingsposten, de verschillen tussen eensdeels, de vastleggingen en de participaties van de geldscheppende instellingen en anderdeels, hun eigen middelen. K
o l o m
1 5
« D
boeking op het passiva van verplichtingen tegenover de Luxemburgse banken, doch, bij ontstentenis van nauwkeurige aanduidingen omtrent de oorsprong van dat verschil, heeft men er de voorkeur aan gegeven het met een negatief teken in de rubriek « Diversen » onder te brengen. Ten slotte, heeft men in deze rubriek eve neens de verschillen ondergebracht tussen sommige rekeningen die voor bepaalde geldscheppende instel lingen een actiefpost en voor andere een passiefpost zijn; deze afwijkingen zouden o. m. kunnen verklaard worden door verschillen in data waarop de verrichtingen aangetekend worden.
i v e r s e n
Wat meer in het bijzonder de salderingsposten betreft, zij aangestipt dat daarin de tegoeden der bui tengewone rekenplichtigen van de Schatkist bij het Bestuur der Postchecks begrepen zijn. Deze tegoeden, die courant gebruikte kasmiddelen zijn, werden bij de geldhoeveelheid ingedeeld; de waarde ervan is hier aangetekend als balanspost. Bovendien vloeit een gedeelte van deze « aantekeningen » als balanspost voort uit het feit dat, in de van de banken ontvangen gegevens, de passivarubriek « Bankiers, Belgische franken » een hoger bedrag bereikt dan de gelijknamige activarubriek : dat verschil zou gedeelteüjk kunnen ontstaan uit de (9) N a tio n a le K a s v o o r B e ro e p sk re d ie t, N a tio n a a l I n s tit u u t v o o r L a n d b o u w k re d ie t, C e n tra a l B u re a u v o o r H y p o th e c a ir K re d ie t, N a tio n a le M a a tsc h a p p ij v o o r K re d ie t a a n d e N ijv e rh e id , N a tio n a le M a a tsc h a p p ij v o o r d e K lein e L a n d eig en d o m , N a tio n a le M a a tsc h a p p ij v o o r H u is v e s tin g e n H u isv e stin g sfo n d s v a n d e B o n d d e r G ro te G ezin n en . (10) O v ere e n k o m st v a n 14 s e p te m b e r 1954 tu s s e n d e S ta a t, d e N a tio n a le B a n k e n d e N a tio n a le M a a tsc h a p p ij v o o r K r e d ie t a a n d e N ijv e rh e id . V erm eld zij d a t d ie o v e re e n k o m s t op 1 ju li 1959 w e rd o p g eh e v en e n v e rv a n g e n d o o r een n ie u w e o v e re e n k o m s t k ra c h te n s d ew elk e d e N .M .K .N . a a n d e N a tio n a le B a n k b e p a a ld e v o rd e rin g e n o p h e t b u ite n la n d te r u g b e ta a lt, d ie v o o r m e e r d a n h o n d e rd tw in tig d a g e n b ij o v e re e n k o m s t w o rd e n b e v ro re n o f v astg e leg d . ■ (11) Zie n o o t (1) v a n blz. 121.
—
Tabellen 2 tot 5 : Balansen van de Nationale Bank van België (tabel 2 ), van de geldscheppende openbare instellingen (tabel 3 ), van de depo sitobanken (tabel 4) en van de gezamenlijke geldscheppende instellingen (tabel 5) Deze tabellen zijn in zekere zin een detail van de gezamenlijke balansen der geldscheppende instellingen (tabel 1). Inderdaad, de tabellen 2 tot 5 geven niet alleen een indeling per grote categorie van geldscheppende instellingen, doch ook vermelden deze balansen veelal afzonderlijk bestanddelen die in dezelfde rubriek van de gezamenlijke balansen worden samengenomen. In het bijzonder heeft men niet, zoals in deze laatste sta tistiek, sommige posten van het actief en sommige posten van het passief gecompenseerd, zodat het totaal van het actief of van het passief overeenstemt met de cijfers van de boekhoudkundige documenten van de betrokken instellingen. Bovendien vormen de onder linge vorderingen en verplichtingen van de geldschep pende instellingen, die elkaar in de gezamenlijke balan sen opheffen, een onderscheiden rubriek in de nieuwe statistiek. Ten einde goed het verband aan te tonen tussen de nieuwe statistiek en de gezamenlijke balansen, werd tegenover elke rubriek van tabel 5 met betrekking tot de activa en de passiva van de gezamenlijke geld scheppende instellingen het nummer aangeduid van de kolom waartoe deze rubriek behoort in tabel 1 « Gezamenlijke balansen van de geldscheppende instel lingen » van onderhavig hoofdstuk. Er dienen nog enkele opmerkingen van technische aard gemaakt. Vermelden wij in de eerste plaats dat een rubriek « Statistische aanpassing » diende ingelast tussen de vorderingen en de verplichtingen van de depositoban ken tegenover het buitenland. De reden daarvoor is dat een relatief omstandige indeling van die vorderingen en verplichtingen niet kon gedaan worden op basis van het document dat gebruikt werd om de andere rubrieken van de balans der depositobanken op te stellen en dat men dus uit een andere statistische bron diende te putten. Deze laatste geeft, voor de vorderingen en ver plichtingen tegenover het buitenland, totalen aan die enigszins afwijken van de gegevens van het document dat op geheel de balans betrekking heeft. Het verschil tussen de beide totalen vormt de statistische aanpassing waarvan hierboven sprake is. Twee criteria’s die voor de indeling van de tabellen werden gebruikt, dienen eveneens vermeld : 1. Het onderscheid tussen bepaalde
123
vorderingen
« op ten hoogste één jaar » en « op meer dan één jaar » wordt gemaakt op basis van de periode die de vorde ringen te lopen hebben op het ogenblik dat zij tot stand kwamen en niet op basis van de periode die nog over blijft op het ogenblik dat de balans wordt opgesteld; . 2. In overeenstemming met de bepaling gegeven in hoofdstuk XVI, blz. 1G0 zijn de « obligaties verkrijg baar door het publiek » die welke openbaar werden uit gegeven en die welke ter beurze worden genoteerd en waarvan de officiële notering is voorzien. De « overige » effecten zijn die welke rechtstreeks, zonder een open baar beroep op de markt, bij de geldscheppende instel lingen werden geplaatst, zoals de gevestigde vordering van de Nationale Bank op de Staat en bepaalde schatkistcertificaten op halflange termijn in handen van de depositobanken. Tabel 6 : Oorzaken van de veranderingen in de geld hoeveelheid Deze tabel meet de omvang van het geldtekort der diverse economische sectoren gedurende een bepaalde periode. Hoewel zij is opgesteld op grond van de gege vens van tabel 1 : « Gezamenlijke balansen van de geld scheppende instellingen », kan zij met het oog op de nàgestreefde doeleinden niet uitgewerkt worden mits eenvoudige berekening van de verschillen, van het ene tijdstip tot het andere, tussen de bedragen die in deze tabel voorkomen. De voornaamste aanpassingen die aan de gegevens van de tabel « Gezamenlijke balansen van de geld scheppende instellingen » moeten aangebracht worden om ze te gebruiken in de tabel « Oorzaken van de veran deringen in de geldhoeveelheid » hebben betrekking op de cijfers van de rubrieken « goud- en deviezenvoor raad » en « vorderingen op de overheid ». Die aanpas singen hebben tot doel de beweging van de activa der geldscheppende instellingen die voortvloeien uit ver richtingen met de overheid (12) af te zonderen van de activa welke ontstaan uit de verrichtingen met de ande re sectoren van de economie. Wanneer de overheid een tekort heeft t.o.v. de binnenlandse bedrijven en parti culieren en zij in het buitenland leningen aangaat waar van het provenu in deviezen aan de geldscheppende instellingen wordt overgedragen, wordt aldus in haar voordeel een bijkomende hoeveelheid geld geschapen; dit geld stelt haar in staat het tekort tegenover de andere economische sectoren aan te vullen. Voor een juiste ver klaring van de beweging van de goud- en nettodeviezenvoorraad moet rekening gehouden worden met deze transacties van de overheid met het buitenland en dient men aan de financiering van deze overheid de uitgifte van een overeenstemmende hoeveelheid geld te ver binden (12). Zo ook mag men aan de overheidssector (13) niet de totale opbrengst toekennen van de geldschepping die optreedt telkens als de geldscheppende instellingen effecten van de schuld aankopen. De geldschepping komt ten goede aan de cedenten van die effecten. (12) D e o v e rh e id o m v a t d e S ta a t, de p la a ts e lijk e b e s tu re n (p ro v in c ies, s te d e n cn g em een te n ), de z e lfstan d ig e fo n d s e n en o rg a n ism e n v a n sociale v e rze k erin g . (13) D e o p e n b a re s e c to r o m v a t, n a a s t d e o v erh eid (zie n o o t 12), d e p a r a s ta ta le b e d rijv e n , de p a r a s ta ta le k re d ie tin ste llin g e n en de v o o rm a lig e K o n g o k o lonie. '" '
—
Ofwel, zal dat de overheidssector zijn in de mate dat hij, tijdens de betrokken periode, nieuwe leningen uitgeeft die gedurende dezelfde periode bij de geldscheppende instellingen worden ondergebracht of waarop het publiek inschrijft door overdracht van effecten van vroegere leningen aan de geldscheppende instellingen. Ofwel bezat het publiek, bij de aanvàng van de periode, vorderingen op de openbare sector en besluit het de structuur van zijn activa gedeeltelijk te wijzigen door, bijvoorbeeld, die beleggingen te vervangen door mone taire of quasi-monetaire tegoeden; in dat geval, onder ging de totale schuld uitgegeven door de openbare sec tor in de loóp van de beschouwde periode geen wijzi gingen; de indeling ervan werd veranderd; de schuld werd te geldé gemaakt tot beloop van de verkopen van het publiek aan de geldscheppende instellingen. Doch de openbare sector neemt aan de transactie geen deèl en boekt uit dien hoofde geen enkele ontvangst. ' ' Met behulp van het statistisch materiaal waaróver men met betrekking tot de geldscheppende instellingen in België beschikt kunnen de bewegingen van de vorde ringen van deze instellingen op de openbare sector met een voldoende nauwkeurigheid ontleed worden. Het is inderdaad mögelijk zonder veel ramingen een onder scheid te maken tussen de verrichtingen die beslist tot de financiering van de Schatkist leiden en die welke overeenstemmen met een tegeldemaking van de schuld; wat de geldschepping betreft die door deze tegelde making tot stand komt, kan men moeilijker aanduiden welke de begunstigde sector is geweest. Ten slotte moet men er rekening mee houden dat wanneer de pariteit van de frank of van sommige buiten landse geldsoorten gewijzigd wordt, bepaalde activa of passiva-goudvoorraad een geheel of een gedeelte van do tegoeden en verplichtingen in deviezen moeten herwaar deerd worden. Dat is nu het geval voor het jaar 1950 waarin de opbrengst van de herwaardering van de goud voorraad der Nationale Bank, voortvloeiend uit de pariteitswijziging van de frank in september 1949, op het credit van de Schatkist werd gestort. Houdt men zich alleèn aan deze boekhoudkundige gegevens dan zou men deze herwaardering — bij overigens gelijkblijvende omstandigheden — verklaren als een stijging van de goud- en deviezenvoorraad; in de werkelijkheid gebeurde de geldschepping ten voordele van de Schatkist. « G e ld h o e v e e lh e id e n q u a s i-m o n e ta ire uitzondering van het tweede half jaar 1960, waarvoor verwezen wordt naar noot 1 onder aan de tabel, worden de bedragen van deze kolommen verkregen door het verschil te maken tussen de uit staande bedragen opgenomen in tabel 1. K o lo m m e n 1 , 2 e n 3 liq u id it e it e n » : met
« T r a n s a c tie s m et het b u ite n la n d » : de beschrij ving van deze kolom zal men hierna in de toelichting van tabel 8 vinden.
K o lo m 4
K o lo m m e n 5 en 6 « G e ld s c h e p p in g ten beh oeve v a n de S ta a t » : de geldschepping ten behoeve van de Staat
geschiedt, hetzij door directe overdracht van effecten van de schuld aan de geldscheppende instellingen (kolom 5), hetzij door netto-overdracht aan de geld.scheppende instellingen van deviezen voortvloeiende uit leningen en transfers met het buitenland (kolom 6). 124 —
De eerste financieringswijze (kolom 5) omvat de vol gende bestanddelen : .
op de markt van het overheidspapier, hetzij in de vorm van een optreden der geldscheppende instellingen door tussenkomst van het Rentenfonds.
— de evolutie van de portefeuille der geldscheppénde instellingen bestaande uit effecten van de Staats schuld die over het algemeen niet verkrijgbaar zijn door het publiek;
K o lo m 1 0 « D is c o n to k re d ie te n , voorschotten e n accep tk re d ie te n a a n i n B e l g i ë g ev e stig d e b e d r ijv e n e n p a r t i c u lie r e n » : de bedragen van deze kolom vertegénwoor-
digen de verschillen tussen de uitstaande bedragen opgenomen in kolom 11 van tabel 1.
— de evolutie van de vordering die het Bestuur der Postchecks op de Staat heeft, overeenstemmend met de beweging der vrije tegoeden van particulieren en de rekening-courant van het Belgische Muntfonds bij de Schatkist;
« O b lig a t ie le n in g e n v a n d e d e p o s ito b a n k e n » : de bedragen van deze kolom stemmen overeen met de verschillen tussen de uitstaande bedragen vermeld in kolom 13 van tabel 1. . ..
K o lo m 1 1
— de evolutie van de portefeuille der geldscheppende instellingen bestaande uit over het algemeen door het publiek verkrijgbare effecten van de Staats schuld, doch alleen in de mate waarin deze evolutie het gevolg is van inschrijvingen bij de uitgifte of van inningen van vervallen effecten (14);
K o lo m 1 2 « K r e d ie t e n a a n n ie t g e ld s c h e p p e n d e fin a n c ië le in s t e llin g e n » : de verschillen tussen de uitstaande bedra
gen in kolom 14 van tabel 1 werden gecorrigeerd om met de volgende factoren rekening te houden :
— de regularisatie-aankopen, bij gelegenheid uitgevoerd door het Rentenfonds, die ertoe leiden tijdelijk geldmiddelen ter beschikking van de Schatkist te stellen;
— de tegeldemaking van effecten van de schuld der parastatale kredietinstellingen werd overgebracht naar kolom 8; — de beweging van het daggeld dat het Rentenfonds aan parastatale kredietinstellingen met behulp van monetaire middelen heeft geleend, werd bijgevoegd.
— in 1950, de storting aan de Schatkist van de opopbrengst uit de herwaardering van de goudvoor raad en deviezentegoeden van de Nationale Bank.
—' de overdrachten ( + teken) door de Schatkist van deviezen of van Belgische franken (15) voortvloeiend uit transfers die zij uit de overige, landen ontving . (bijv. de Marshallhulp) en uit de aflossing van lenin gen die zij aan het buitenland verleende; alsmede de verhogingen van in het buitenland geplaatste schulden; — de aankopen (— teken) door de Schatkist van deviezen of van Belgische franken (15) die zij nodig heeft voor transfers naar de overige landen (bijv. de steun aan Kongo en de stortingen aan het Fonds voor de ontwikkeling van de landen en gebieden overzee), de leningen aan het buitenland en de verminderingen van in het buitenland geplaatste schulden. K
o l o m
7
«
O
e l d s c h e p p in g
t e n
b e h o e v e
v a n
d e
a n d e r e
» : de monetaire financiering van de andere openbare besturen (16) geschiedt op dezelfde wijze als voor de Staat door afneming van voorschotten in rekeningen-courant, overdrachten van effecten van de schuld en netto-overdrachten van deviezen. o v e r h e i d s i n s t e l l i n g e n
K
o l o m
m
e n
8
e n
9
«
T e g e l d e m
a k i n g
v a n
o v e r h e i d s p a p i e r
T abel 7 : Geld hoeveelheid
Deze tabel geeft het detail van kolom 1 van tabel 1. In beginsel wordt de geldhoeveelheid gevormd door de gezamenlijke betaalmiddelen bestaande uit vorde ringen op de geldscheppende instellingen luidende in Belgische franken en toebehorende aan niet geldschep pende ingezetenen, en die onmiddellijk kunnen dienen voor de afwikkeling van transacties zonder dat men eerst langs andere geldvormen dient om te gaan. In de mate dat zij gekend waren werden de verplich tingen in Belgische franken op ten hoogste één maand van de Belgische geldscheppende instellingen t.o.v. het buitenland uit de geldhoeveelheid verwijderd en met het min teken ingedeeld bij de goud- en deviezen voorraad (17). De bestanddelen van de geldhoeveelheid zijn :
»:
de tegeldemaking heeft plaats, hetzij in de vorm van een direct optreden van de geldscheppende instellingen (14) D e in s c h rijv in g e n b ij d e u itg ifte s la a n a lle e n o p d e effec ten v a n de d ire c te o p e n b a re Bchuld. D e in n in g v a n v e rv a lle n effecten' h e b b e n zow el b e tre k k in g o p d e effecten v a n d e d ire c te o p e n b a re sc h u ld als op d e effec ten v a n d e in d ire c te o p e n b a re sch u ld . (15) W a n n e e r d e S c h a tk is t B elgische fra n k e n v a n d e g eld sc h ep p en d e in s te l lin g en o n tv a n g t o f c r a a n h e n a f s ta a t te n gevolge v a n o f m e t h e t oog o p h a a r tra n s fe rs en k a p ita a ltra n s a c tie s m e t h e t b u ite n la n d , is h e t r e s u lta a t h e tz e lfd e a ls w a n n e e r d e k r e d ie te n d ie zij v a n d ie in ste llin g en o n tv a n g t zo u d e n s tijg e n o f d alen . (16) V o o r d e b e p a lin g v a n d e « a n d e re o p e n b a re b e s tu r e n >, zie d e to e lic h tin g b ij k o lo m 0 v a n ta b e l 1, blz. 122.
—
1 3 « D iv e r s e n » : de verschillen tussen de uitstaande bedragen van kolom 15 van tabel 1 werden gecorrigeerd ten einde rekening te houden met de tegel demaking van effecten van de schuld der parastatale bedrijven, die naar kolom 8 werd overgebracht, en met de tegenwaarde van de statistische aanpassing van de goud- en nettodeviezenvoorraad. K o lo m
Wat. de nettogeldschepping ten behoeve van de Schatkist door overdracht van deviezen betreft, zij vloeit uit de hierna volgende transfers en kapitaaltransacties met het buitenland voort :
a) het chartaal geld, d.w.z. de biljetten en munten van de Schatkist (kolom 1) en de biljetten uitgegeven door de Nationale Bank van België (kolom 2).
De chartale geldhoeveelheid (kolom 3) is gelijk aan de som van die bestanddelen, verminderd met de chartale kasmiddelen van de geldscheppende instellingen. Er zij aangestipt dat de chartale geldhoeveelheid in handen van de niet-ingezetenen — o. m. de Belgische biljetten (17) D e re d e n e n w a a ro p deze v e rw ijd e rin g s te u n t v in d t m e n in d e > B e re k e n in g v a n d e g eld v o o rra a d in d e B elg isch e eco n o m ie », T ijd sch rift voor D ocum en tatie en V oorlichting, d e c e m b e r 1949, b lz . 337. . .
125 —
in het bezit van ingezetenen van het Groothertogdom geldscheppende instellingen in twee rubrieken gesplitst : Luxemburg, waarvan het monetair bestel gedeeltelijk eensdeels, het bedrag van de goud- en nettodeviezen berust op het Belgisch chartaal geld — niet kon worden voorraad in het bezit van de N.B.B., anderdeels het saldo der vorderingen en verplichtingen tegenover het afgezonderd bij gebrek aan juiste aanwijzingen; b) het giraal geld, d.w.z. de tegoeden in Belgische buitenland van de andere geldscheppende instellingen franken ingeschreven op de direct of op ten hoogste op samen. één maand opvraagbare rekeningen, aangehouden door De goud- en nettodeviezenvoorraad van de geldschep niet-geldscheppende ingezetenen bij de geldscheppende pende instellingen stemt overeen met het goudbezit, instellingen. bovendien vermeerderd met het verschil tussen de Het giraal geld toebehorend aan de Schatkist en de tegoeden en de verplichtingen van de geldscheppende lagere overheid (kolom 4) wordt gevormd door de instellingen tegenover niet-ingezetenen onverschillig of tegoeden in postrekening van de buitengewone Rijks- deze tegoeden en verplichtingen uitgedrukt zijn in rekenplichtigen en door de tegoeden in rekening van de Belgische franken of in buitenlandse geldsoorten. ondergeschikte besturen bij het Gemeentekrediet. De kolommen 1 tot 3 geven de uitstaande bedragen, Het giraal geld in handen van de in België gevestigde per einde jaar en kwartaal, van de goud- en nettode bedrijven en particulieren (met inbegrip van de admi viezenvoorraad. De vorderingen en verplichtingen die nistratieve parastatale instellingen) omvat : in deze kolommen het nettosaldo opleveren, worden op — de rekeningen-courant bij de N.B.B. (kolom 5) op meer omstandige wijze ingedeeld in de tabellen 2, 3 en naam van organismen die onder een speciale wet (18) 4 van onderhavig hoofdstuk, rubriek A van het actief vallen of van in België gevestigde particulieren. De en van het passief. tegoèden in rekening-courant van de geldscheppende De kolommen 4,5 en 6 geven per jaar en per kwartaal instellingen bij de N.B.B. worden niet aangetekend; de beweging van de goud- en nettodeviezenvoorraad — de vrije tegoeden van de bedrijven en particulieren aan : van de Nationale Bank; van de andere geld bij het bestuur der Postchecks (kolom 6), na aftrek scheppende instellingen; c) van de gezamenlijke geld van het tegoed van de N.B.B. voor rekening van het scheppende instellingen na uitschakeling van de bewe Ministerie van Openbaar Onderwijs (19), de tegoeden gingen die niet voortvloeien uit transacties met het van de geldscheppende instellingen en van het Fonds buitenland. voor de ontwikkeling van de landen en gebieden overzee (20); « » : de voornaam — de direct en op ten hoogste één maand opvraagbare ste bewegingen die geen verband houden met transacties deposito’s in Belgische franken bij de banken en de met het buitenland en die afgezonderd werden zijn : N.K.B.K., alsmede de direct en op ten hoogste één maand opvraagbare deposito’s van bedrijven — in het derde kwartaal 1950, een stijging van F 4,4 mil jard als gevolg van de herwaardering van de goud en particulieren bij het Gemeentekrediet (kolom 7); voorraad, voortvloeiend uit de devaluatie van de de kasmiddelen van de geldscheppende instellingen Belgische frank in september 1949; bij de banken, het Gemeentekrediet en de N.K.B.K. a )
K
werden afgetrokken. Men dient op te merken dat de rekeningen op meer dan één maand van de financiële maatschappijen bij de banken vóór augustus 1958 in de geldhoeveelheid begrepen waren; dank zij meer gedetailleerd materiaal konden zij sedertdien afgezonderd worden. Bovendien kunnen de tegoeden van de Luxemburgse en Kongolese ingezetenen niet-banken, over het alge meen, niet van die der Belgische ingezetenen gescheiden worden en zij zijn dus grotendeels in de cijfers van kolom 7 begrepen. Van augustus 1960 af was het noch tans mogelijk een gedeelte van de banktegoeden van die Kongolese ingezetenen af te zonderen. Tabel 8 : Goud- en nettodeviezenvoorraad van de geldscheppende instellingen (21) In de kolommen 1 en 2 van deze tabel wordt het totaal bedrag van de goud- en nettodeviezenvoorraad der (18) Met uitzondering van de rekening-courant van het Rentenfonds die deel uitmaakt van de nettovorderingen der geldscheppende instellingen op het Ïtentenfonds (kolom 8 van tabel 1). (19) Schoolpact, wet van 29 mei 1959, artikel 15. (20) Het tegoed in postrekening van het Fonds voor de ontwikkeling van de landen en gebieden overzee, valt onder de bepaling van de goud- en nettode viezenvoorraad (kolom 6 van tabel 1). (21) Voor de economische betekenis van die tabel, zie in het Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van november 1955 het artikel « Monetaire en financiële ontwikkeling van de Belgische economie sedert juni 1954. — De vorming van de geldhoeveelheid », blz. 317 en 318. —
o l o m
b )
4
N
a t i o n a l e
B
a n k
v a n
B e l g i ë
— in het derde kwartaal 1950, een verhoging van F 1,1 miljard ten gevolge van de vermindering op de direct opvraagbare rekening van het I.M.F. bij de N.B.B. (22); — in het derde kwartaal 1959, een toeneming van F 2,8 miljard, overeenstemmend met de overname door de N.B.B. van de vordering die de Belgische Staat heeft op het I.M.F.; als terugbetaling van zijn quotum als lid van het Fonds, en dat de Bank, krachtens de wet van 19 juni 1959, in haar boeken als eigen bezit mocht aantekenen ten belope van de door haar uitgegeven biljetten, verleende kredie ten of gestorte goudbedragen ten voordele van het Fonds en ter ontlasting van de Staat. « » : om de bedragen van deze kolom te bepalen werden de beide volgende aanpassingen aangebracht : — voor alle periodes werd de statistische reeks van de nettobuitenlandse tegoeden der banken, die voor de uitstaande bedragen wordt gebruikt (kolom 2), ver vangen door een andere statistische reeks van de netto-buitenlandse tegoeden der banken die inzon derheid wordt gebruikt bij de berekening van de financiering van het saldo der betalingsbalans; K
o l o m
5
A n d e r e
g e ld s c h e p p e n d e
i n s t e l l i n g e n
(22) Tegenover die vermindering stond een gelijkwaardige verhoging van de verplichtingen gevormd door in Belgische franken gestelde Schatkistcertifl oaten t.o.v. het I.M.F. 126 —
— voor de ja re n 1958 to t 1960 (23), w erd de tegelde m aking v a n effecten v a n de schuld v a n K ongo o v erg eb rach t n a a r kolom 8 v a n ta b e l 6. D e kolom m en 7 en 8 verm elden h e t saldo v a n de schenkingen en k a p ita a ltra n sac tie s v a n de overheid m e t h e t b u iten lan d , w aarbij h e t onderscheid w ordt g em a a k t tu ssen de S ta a t en de an d ere o p en b are b estu ren. R eeds vroeger (24) w erden de reden en belicht w aarom die verrichtingen, die de bew eging v a n de goud en n etto d ev iezen v o o rraad d er geldscheppende in stel lingen beïnvloeden, in feite m oeten gerekend w orden to t d e geldschepping te n behoeve v an de overheid. K olom 9 geeft de evolutie v a n de goud- en n e tto d e v iezenvoorraad v a n de Belgische geldscheppende in stel lingen n a uitschakeling v a n de k a p ita a ltra n sac tie s en de schenkingen v a n de overheid. K olom 11 w eerspiegelt de evolutie v a n de goud- en n etto d ev iezen v o o rraad volgens de b etalingsbalans van de B .L .E .U . (zie ta b e l 1 v a n h o o fd stu k IX ). D ie evo lu tie h o u d t rekening m e t de volgende drie gegevens die n ie t begrepen zijn in de beweging v a n de goud- en n etto d ev iezen v o o rraad v a n de Belgische geldscheppende instellingen (kolom 6) : a) de schom m elingen v a n de n etto teg o ed en d er L uxem burgse b an k e n t.o .v . de an d ere lan d e n d a n België; b) de schom m elingen v a n de v erplichtingen d er B el gische b an k en t.o .v . de K ongolese vennootschappen; c) de schom m elingen v a n de verplichtingen d er L u x em burgse b an k en en, to t h e t tw eede k w a rta a l 1958, der Belgische b an k en t.o .v . de in de B .L .E .U . gevestigde in tern atio n ale instellingen.
Tabel 9 : Discontokredieten, voorschotten en acceptkredieten aanvankelijk aan de bedrijven en particulieren door de geldscheppende instel lingen verleend
leiding to t h et lenen v an de hand tek en in g v a n de b a n kier; aangezien h e t m erendeel v an die bankaccep ten onm iddellijk b u iten de d ep ositobanken verh an d eld w orden, dragen deze la a tste op geen enkel ogenblik de la st v a n hu n financiering. D och de bankiers blijven gedurende de looptijd v a n de wissels verantw oordelijk. H etzelfde geldt voor de verrichtingen die in de eerste p la a ts door een bankier w orden gefinancierd en v e r volgens door rugtekening w orden gem obiliseerd, hetzij bij h e t H erdiscontering- en W a arb o rg in stitu u t, hetzij bij de N ationale B ank, hetzij op de k a p ita a lm a rk t. Sommige vorderingen v a n de ban k en op bedrijven zijn in d a t to ta a l n iet begrepen, hoewel zij de vorm hebben v a n handelspapier. H e t zijn de vorderingen die d e b an k en verw erven door in h e t b u ite n lan d in deviezen gesteld handelspapier te kopen, d a t tran sacties v e rte genw oordigt w aaraan de Belgische econom ie geen deel nam . D oor die verrichtingen w ijzigen de ban k en de vorm w aarin zij h u n deviezenreserves aanhouden, te n einde ze te doen renderen. D e a a rd v a n deze beleggingen la a t n iet toe ze te rekenen to t de m edew erking die de bankier verleent in zijn hoedanigheid v a n kredietgever; zij m aken veeleer deel u it v a n de b u itenlandse tegoeden v a n de banken (26). I n ta b e l 9 w ordt in de gezam enlijke u itsta a n d e discon to k red ieten , v o orschotten en accep tk red ieten die a a n v ankelijk a a n de bed rijv en en p articu lieren door de geldscheppende instellingen w orden verleend, h e t o n d er scheid g em aak t tu ssen : — de k redieten a an binnenlandse bedrijven en p a r ti culieren die door de geldscheppende instellingen gefinancierd w orden en dus een invloed uitoefenen op h e t geldaanbod (kolom 4 v a n onderhavige tab el overeenstem m end m e t de kolom 11 v a n ta b e l 1). D e k redieten zijn in de kolom m en 1 to t 3 v a n die ta b e l ingedeeld p er groep v an instellingen; bovendien zijn zij, volgens de vorm v a n krediet, opgenom en in de tab ellen 2 to t 5, a ctiv aru b riek en C 3a, C 36 en C 3 c v a n onderhavig hoofdstuk;
D e v aststellin g d a t de in deze ta b e l getelde kredieten hoofdzakelijk dienen voor de financiering v a n de bed rijv en en p articu lieren g a a t u it v a n een verm oeden. D it la a ts te b e ru st op de vorm v a n de kred ieten. H ier w orden in d e rd a a d de k red ieten aan g etek en d die door de geldscheppende instellingen verleend w orden in de hiern a volgende vorm en : disconto k red ieten , v o orschot te n gew aarborgd door effecten, d oor alle an d ere zeker heden of n o to riëteitsk red ieten en acceptkredieten. H e t to ta a l bed rag v a n die kred ieten k o m t voor in kolom 11 van ta b e l 9.
— de k redieten a a n binnenlandse bed rijv en en p a rtic u lieren gefinancierd door de n ie t geldscheppende instellingen, die dus geen w eerslag hebben op h e t geldaanbod (kolom 5);
D e depo sito b an k en nem en de grote m eerderheid v a n de getelde k red ieten (25) en bijgevolg ook de m eeste risico’s v a n die k red ieten voor h u n rekening. Zonder tw ijfel b re n g t de m edew erking die de b ankiers verlenen n ie t a ltijd voor hen een afvloeiing v a n m iddelen teweeg. H e t v erstrek k en v a n accep tk red ieten geeft slechts aan-
— de kredieten a an bedrijven en particu lieren in h e t b u iten lan d , gefinancierd door de n iet geldscheppende instellingen en die dus geen weerslag hebben op h et geldaanbod (kolom 9 v a n onderhavige tabel).
(2 3 ) I n d e g e z a m e n lijk e b a la n s e n v a n d e g e ld s c h e p p e n d e i n s t e ll in g e n w e r d d e v o o r g a a n d e j a r e n d e p o r te f e u i l le e f f e c te n v a n d e K o n g o le s e s c h u ld n i e t o p g e n o m e n i n d e g o u d - e n d e v ie z e n v o o r r a a d d o c h i n d e v o r d e r i n g e n o p d e a n d e r e o p e n b a r e b e s t u r e n ( k o lo m 9 v a n t a b e l 1). (2 4 ) Z ie h i e r b o v e n d e a lg e m e n e b e s c h r i jv i n g v a n t a b e l 6 , b lz . 1 2 4 . (2 5 ) Z ie k o lo m 1 2 . H e t s a ld o w e r d v e r s t r e k t d o o r d e D i s c o n to k a n t o r e n v a n d e N a t io n a l e B a n k , d e N a t io n a l e K a s v o o r B e r o e p s k r e d ie t , o f d e N a t io n a l e B a n k a ls z ij h a n d e ls p a p ie r , a fg e g e v e n d o o r v e r s c h ille n d e o p e n b a r e k r e d i e t in s t e ll in g e n , h e r d l s c o n te e r t .
— de kred ieten a a n bed rijv en en particu lieren in h et bu iten lan d die voor de geldscheppende instellingen gefinancierd w orden te n g u nste v a n B .L .E .U .-inge zetenen en dus een invloed uitoefenen op h e t geld aan b o d (kolom 8 v a n onderhavige tab e l die een gedeelte is v a n kolom 6 « goud- en n etto d ev iezen vo o rraad » v a n ta b e l 1);
H e t bedrag der kred ieten aan in België gevestigde bedrijven en particu lieren is verm eld in kolom 6 v a n de ta b el : h e t geeft een vrij re p resen ta tief beeld v an het beroep d a t de binnenlandse bedrijven en p articulieren op h e t kortlopend kred iet doen; h e t geeft niet de volle
(2d) Z ij werden hier als zodanig beschouwd en komen v o o r in tabel
— 127 —
8.
geldscheppende instellingen en, anderdeels, al de ove rige instellingen : openbare on particu liere financiële instellingen die in België geen geldscheppende fu n ctie uitoefenen (H .W .I. voor h e t gedeelte v a n zijn p o rte feuille d a t n iet gefinancierd is door een beroep op de geldscheppende instellingen, N .M .K .N . en andere parasta ta le instellingen, verzekeringsm aatschappijen, hol dings, L uxem burgse banken).
dige om vang a a n v an d a t beroep v erm its ook andere niet-geldscheppende instellingen k o rtlo p ende k redieten verlenen. H e t bed rag d er k red ieten a a n in h e t b u iten lan d gevestigde b ed rijv en en p articu lieren is aangegeven in kolom 10 v a n de ta b e l : h e t o m v a t de vorderingen op b ed rijv en en p articu lieren in h e t b u iten lan d , die w erden verw orven bij de m obilisatie v a n wissels getro k k en door de u itv o erd ers op h u n invoerders. H e t ty p e v a n deze v errich tin g en is h e t disconteren v a n in Belgische fra n k en o f in deviezen luidend h andelspapier op h e t b u ite n land. W o rd t hierm ee n o ch tan s gelijkgesteld de m obili satie v a n geviseerde b an k accep ten in Belgische franken, m e t b etrek k in g to t de uitv o er. T ussen deze financie ringsw ijze en de vorige b e s ta a t er slechts een v o rm v er schil; ju rid isch is de b an k ier de schuldenaar v a n h e t accept; doch de d o cu m en taire wissel w o rd t hem als zekerheid te r h a n d gesteld en de inning v a n die wissel zal hem in s ta a t stellen, op de v ervaldag, h e t accep t te betalen. D e v errich tin g heeft dezelfde econom ische b e te kenis als h e t disconteren v a n een wissel op h e t b u ite n la n d (27).
H e t is n ie t zonder n u t enkele bijzonderheden te geven over de sam enstelling v a n de u itsta a n d e bedragen die b u iten de geldscheppende instellingen w orden gefinancierd. D e k redieten a a n binnenlandse bedrijven en p articulieren (kolom 5 v an onderhavige tabel) o m v a tte n in deviezen gestelde accepten. D eze wissels die getrokken w orden te n gunste v a n b u itenlandse leve ranciers in h e t ra a m v an door b u itenlandse bankiers a a n invoerders geopende accep tk red ieten , slaan over h e t algem een op aankopen v a n wol of k ato en . D e Belgische bankier deelnem er a a n de v errichting, is door zijn han d tek en in g verbonden, doch die wissels w orden door gaans verhandeld op andere p laatsen , gew oonlijk L o n den o f N ew -Y ork. Die financiering heeft dus geen enkele directe w eerslag op de Belgische g eldm arkt. Die k re dieten op België o m v a tte n ook handelspapier, geviseerde invoeraccepten in Belgische franken, en n ie t geviseerde bankaccepten.
D e dep o sito b an k en die oorspronkelijk h et grootste gedeelte v a n de k red ieten a a n b ed rijv en en p articulieren in binnen- of b u ite n la n d to e sta a n , financieren ze slechts binnen de perk en v a n h u n w erkm iddelen; h e t overschot w o rd t bij andere instellingen gem obiliseerd. D e sta tis tische reeks to o n t a a n hoe h e t to ta a l u itsta a n d e bedrag gefinancierd w o rd t op h e t ogenblik v a n iedere telling. D e m onetaire invloed k o m t duidelijk er n a a r voren indien m en een onderscheid m a a k t tu ssen eensdeels de (27) B ij g e b r e k a a n m a t e r i a a l , k a n m e n o n m o g e l i jk b e p a le n w e lk d e e l v a n d e u i t s t a a n d e n i e t - g e v i s e e r d e b a n k a c c e p t e n h e e f t g e d ie n d v o o r d e f in a n c ie r in g v a n d e u i tv o e r . D a t u i t s t a a n d e b e d r a g w e r d d u s v o lle d ig o p g e n o m e n b ij d e k r e d i e t e n a a n d e B e lg is c h e b e d r i j v e n e n p a r t i c u l i e r e n .
I n de kred ieten a a n bedrijven en p articulieren in h e t b u iten lan d (kolom 8 van onderhavige tabel) zijn vooral geviseerde bank- en handelsaccepten in Belgische fra n ken, m et b etrekking to t de u itvoer. W egens de op blz. 127 aangehaalde redenen w erden die k redieten gerangschikt bij de goud- en n etto d ev iezen v o o rraad v a n de geldscheppende instellingen; zij zijn begrepen in de bedragen v an kolom 6 in ta b e l 1 en v an kolom 2 in ta b e l 8.
B. — G E P U B L IC E E R D E B A L A N S E N V A N D E V O O R N A A M S T E B E L G IS C H E G E L D S C H E P P E N D E I N S T E L L IN G E N B I B ron:
— N A T IO N A L E B A N K V A N B E L G IË N a tio n a le B a n k va n België.
B i b l i o g r a f i e : B elgisch S ta atsblad.
Ja a rversla g en v a n de N .B .B . T ijd s c h r ift voor D ocum entatie en Voorlichting v a n de N .B .B .
T a b e l 10 : B a la n s e n v a n d e N a tio n a le B a n k v a n B e lg ië (1 9 5 0 t o t 1 9 5 8 ) e n t a b e l 11 : B a la n s e n v a n d e N a tio n a le B a n k v a n B e lg ië (1 9 5 9 -1 9 6 0 ) H iern a volgt een bondige beschrijving v a n de vo o r n a a m ste p o sten u it de balan sen v a n de B ank. ACTIVA. Goudvoorraad O nder d it hoofd w o rd t h et goudbezit (baren en m u n ten ) v a n de B an k aangeduid, d a t hetzij in België hetzij in h e t b u ite n la n d w o rd t aangehouden. Voor alle b alansen die in onderhavig tijd sch rift zijn opgenom en is de tegenw aarde in Belgische fran k e n v a n de goudvo o rraad berekend op basis v a n F 56.263,7994 —
per kilogram fijn goud. S edert h e t v a n k ra c h t w orden v a n d e w et v an 12 ap ril 1957 betreffende h e t m unts ta tu u t, vloeit deze p rijs n iet m eer v o o rt u it een een voudige berekening doch wel u it een w ettelijke b e p a ling : « D e fran k , Belgische m unteenheid, is gevorm d u it 19,74824173 m iligram goud m et een gehalte v a n 900 duizendsten fijn m eta al ». A rtikel 6 v a n voornoem de w et b e p a a lt bovendien d a t « de B an k gehouden is een k a sv o o rraad in goud te hebben die te n m in ste gelijk is a a n een derde v a n h e t bedrag v a n h a a r verbintenissen op zich t » (1). (1 ) V o o r h e t fn w e r k in g t r e d e n v a n d e w e t v a n 1 2 a p r i l 1 9 5 7 b e p a a l d e d e o r g a n i e k e w e t v a n d e N a t io n a l e B a n k « d e B a n k is g e h o u d e n e e n k a s v o o r r a a d t e h e b b e n i n g o u d o f i n b u i t e n l a n d s e d e v ie z e n d ie in g o u d o m z e t b a a r z ij n , t e n m in s te g e lijk a a n v e e r t i g t e n h o n d e r d v a n h e t b e d r a g h a r e r v e r b i n t e n i s s e n o p z ic h t , w a a r v a n t e n m i n s t e d e r t i g t e n h o n d e r d g o u d », d o c h d e b e s c h i k k i n g e n v a n d a t a r t i k e l w e r d e n o p g e s c h o r t d o o r a r t i k e l 4 v a n h e t w e t s b e s l u it n r 5 v a n 1 in e i 1 9 4 4 .
128 —
Tegoed op het buitenland (post in de b alansen v an 1950 to t 1958).
b aar, behoudens in de veronderstelling d a t de uitoefe ning v a n h e t trek k in g srech t op h e t F onds a a n de S ta a t zou to ela ten zijn verplichting inzake levering vóór de vervaldag te voldoen.
D eze ru b rie k v e rto o n t to t 1953 de volgende onder verdeling : 1. Tegoeden op het buitenland in buitenlandse deviezen
D e S ta a t w aarborgde de B an k tegen ieder w isselver lies d a t deze la a tste eventueel kon ondergaan u it hoofde v a n die verrichtingen.
D ie tegoeden stem m en overeen m e t de tegenw aarde v a n de b u iten lan d se inw isselbare deviezen (2) op zicht o f op term ijn , b u ite n b etalingsakkoorden, aangehou den bij correspondenten v a n de B a n k in h e t b u itenland, en m e t de b u iten lan d se b ilje tte n in de kassen v a n de B ank.
Op 30 ju n i 1953 deed de S ta a t een gedeeltelijke te ru g koop v a n $ 10 m iljoen. V an 1 ja n u a ri to t 20 m ei 1954 k o c h t hij, a ra to v a n F 25 m iljoen per week, een bedrag v an F 500 m iljoen in, en h e t saldo op 13 ju li 1954. P er 31 decem ber 1956 o m v a t deze ru b riek , te n belope v an F 1.586 m iljoen, eveneens k o n ta n te a a n k o p e n tegen Belgische fran k en v a n deviezen te leveren door de S ch atk ist op te n hoogste 120 dagen (die devie zen w erden in 1957 geleverd bij de uitoefening v an h e t trek k in g srech t v a n België op h e t I.M .F .).
2. Tegoeden op het buitenland in Belgische franken Die tegoeden vertegenw oordigen de wissels in B el gische fran k en g etro k k en op h e t b u iten lan d , die de B a n k in portefeuille h o u d t o f die voor h a a r w orden geïnd. V an 1954 t o t gesplitst.
T e ontvangen vreemde valuta’s en goud (rubriek voorko m end in d e balansen v a n 1959 en 1960).
1958 w erd de ru b riek n ie t m eer
Deze p o st (3) vertegenw oordigt de tegenw aarde in Belgische fran k en v an de deviezen en h e t goud die aan de B a n k m oeten geleverd w orden door verkopers van deviezen en goud op term ijn; de teg en p o st e rv a n op h e t passief is « Te leveren vreem de v a lu ta ’s en goud ».
Vreemde valuta’s (post voorkom end in d e balansen v a n 1959 en 1960). H e t op deze p o st ingeschreven bed rag s te m t overeen m et de tegenw aarde v a n de in goud o f in dollars inw is selbare b u iten lan d se geldsoorten (2), gedeponeerd bij de correspondenten v a n de B an k in h e t b u itenland, en eventueel v a n de buiten lan d se b ilje tte n die zich in de kassen v a n de B an k bevinden.
Akkoord « Europese B etalingsunie : Belgische franken » : (post alleen voorkom end in de balans v a n 1950). Luidens de bijlage n r 1 bij h e t op 19 septem ber 1950 te P arijs ondertekende akkoord, was België ertoe gehouden de helft v a n de hulp die h e t voor h e t boek ja a r 1950-1951 in h e t raam v a n h e t E .R .P . (E uropean R ecovery Program ) ontving, te r beschikking van de E .B .U . te stellen (als in itiaa l debetsaldo). H e t d aarto e op 31 decem ber 1950 verleende voorschot, d a t overeenstem t m et de v aste toew ijzing van $ 44.050.000 die door de E.C.A. (Econom ic C ooperation A dm inistration) w erd b etekend aa n de B a n k en vervol gens teru g g eb rach t to t $ 29.375.000, w erd volledig in 1951 teru g b etaald .
E r zij o pgem erkt d a t in deze ru b rie k n ie t h e t « papier in Belgische fra n k e n op h e t b u ite n la n d » begrepen is; h e t is opgenom en ond er h e t hoofd « h an d elspapier ». Te ontvangen deviezen en goud (post voorkom end in de balan sen v a n 1950 t o t 1958). D eze ru b rie k vertegenw oordigt de tegen w aarde in Belgische fra n k e n v a n de deviezen en h e t goud die aa n de B a n k m o eten geleverd w orden door verkopers v an deviezen en goud op term ijn ; tegenover die ru b riek s ta a t op h e t passief : « T e leveren deviezen en goud » of, even tu eel « C rediteuren wegens te rm ijn a a n k o p e n v an deviezen en goud ».
Vorderingen op het buitenland in het kader van betalings akkoorden (post voorkom end in de balansen v a n 1950 to t 1958) (4).
T ussen 2 o k to b er 1952 en 8 ju li 1954 o m v a tte zij bovendien de aankoop op te rm ijn v a n de S ta a t v an $ 50 m iljoen, w aarvoor, bij beslissing v a n h e t I n te rn a tio n a a l M untfonds, v a n 19 ju li 1952, a a n de Belgische S ta a t een onherroepelijk tre k k in g srech t was to egestaan. D it tre k k in g srech t m oest a a n de B elgisch-L uxem burgse Econom ische U nie d e m ogelijkheid verzekeren de spe ciale lening v a n 50 m iljoen rekeneenheden die zij aan de E uropese B etalingsunie ging to e sta a n , te m obiliseren. D e verrich tin g en betreffende de aankoop erv an door de B an k , w erden gedaan op 120 dagen teg en co n tan te betaling v a n de tegenw aarde in Belgische fran k en aan de S ch atk ist. Ze w aren voor gelijke te rm ijn e n hernieuw -
K rach ten s de w et v a n 28 juli 1948 heeft de uitvoering v an de betalingsakkoorden door de B an k p la a ts voor rekening en m et de w aarborg v a n de S ta a t. a) Europese Betalingsunie (5) D ie o n derrubriek w erd op 15 féb ru ari 1951 ingescha keld m et h e t doel de v o o rschotten te boeken die de B a n k voor rekening v a n de S ta a t a a n de E .B .U . ver-
(2 ) W e r d e n t o t e in d e 1 9 5 8 in b e g in s e l b e s c h o u w d a ls i n w i s s e lb a r e d e v ie z e n , d e A m e r i k a a n s e e n C a n a d e s e d o lla r s e n d e v r ij e Z w its e r s e f r a n k e n . N a d i e n w e r d e n a ls d u s d a n ig b e s c h o u w d d e A m e r i k a a n s e e n C a n a d e s e d o l la r s e n d e v a l u t a 's v a n d e m e e s te l i d s t a t e n v a n d e E u r o p e s e M o n e ta i r e O v e r e e n k o m s t.
9
—
( 3 ) D e e v o lu tie v a n d e z e p o s t in 1 9 6 0 w o r d t t o e g e l ic h t i n d e b e s c h r i jv i n g v a n d e p a s s i e f p o s t « T e l e v e r e n v r e e m d e v a l u t a ’s e n g o u d « b lz . 1 3 6 . (4 ) O p 2 3 a u g u s tu s 1 9 5 1 w e r d d e v r o e g e r e in d e l i n g v a n d e « V o r d e r in g e n o p h e t b u i t e n l a n d in h e t k a d e r v a n b e ta l in g s a k k o o r d e n » i n « b u i te n l a n d s e d e v ie z e n » e n « B e lg is c h e f r a n k e n » v e r v a n g e n d o o r e e n o n d e r v e r d e li n g i n « l a n d e n , l e d e n v a n d e E . B . U . » e n « a n d e r e l a n d e n ». O m d e v e r g e l ij k b a a r h e i d m e t d e v o l g e n d e j a r e n m o g e lijk t e m a k e n w e r d d ie n ie u w e o n d e r v e r d e li n g g e v o lg d v o o r d e b a la n s v a n 1950. (5 ) E e n o m s t a n d ig e t o e l i c h t in g b ij d e v e r r i c h t i n g e n d ie d e z e o n d e r r u b r ie k v a n 1 9 5 1 t o t 1 9 5 5 b e ïn v lo e d h e b b e n , v i n d t m e n i n h e t a r t i k e l v a n h e t w e e k s c h r ift v o o r D o c u m e n ta tie e n V o o r lic h tin g v a n m e i 1 9 5 6 : « D e b a la n s e n e n T i j d s t a t e n v a n d e N a t io n a l e B a n k v a n B e lg ië , 1 9 4 5 -1 9 5 5 ».
129 —
leende; die v o o rsch o tten w erden ged aan overeenkom stig dè verplich tin g en die a a n België opgelegd w erden door h e t In te rn a tio n a a l A kkoord d a t te P a rijs op 19 sep tem b er 1950 o n d ertek en d w erd, h o u dende oprichting v an de E uropese B etalingsunie. T o t 8 feb ru ari 1951 h a d de rekening v a n de E .B .U . een d ebetsaldo v erto o n d : ze kw am sed ert 16 novem ber 1950 voor op de passief zijde onder de ru b rie k « V erbintenissen tegenover h e t b u iten lan d in h e t k a d e r v a n b etalingsakkoorden ». V an 4 o k to b er 1951 to t 8 a p ril 1954 w erd de o n der ru b riek « E uro p ese B etalingsunie » volgens de m odali te ite n v a n h a a r financiering onderverdeeld; de o n der verdelingen w aren « m e t speciale provisie », « zonder speciale provisie » en, v a n 4 decem ber 1952 to t 29 o k to b er 1953, « O vereenkom st v an 28 n o vem ber 1952 ». K ra c h te n s de overeenkom st v a n 7 m a a rt 1951 tussen de S ta a t en de B a n k h a d deze la a ts te a a n v a a rd zonder speciale provisie v o o rsch o tten te verlenen a a n de E.B .U . te n belope v a n F 10.066 m iljoen (201 m iljoen E .B .U .rekeneenheden), d.i. h e t to ta a l d er d oor België te v e r lenen k red ieten binnen h e t q u o tu m v an 360 m iljoen rekeneenheden, v astg esteld in h e t In te rn a tio n a a l akk o o rd v a n P a rijs v a n 19 sep tem b er 1950 houdende oprich tin g v a n een E uropese B etalingsunie. D aar de voo rsch o tten a a n de E .B .U . v a n 13 septem ber 1951 d it bedrag h ad d en overtroffen, w erd een speciale provisie aangelegd door m iddel v a n sto rtin g en v a n de S chatkist, w aarbij zich een weinig n ad ien de speciale rekeningen kw am en voegen welke de tijd elijk e inhoudingen v e rte genw oordigden op d e tegen w aard e v a n de cessie van b u iten lan d se geldsoorten o f op de betalingen in B el gische of L uxem burgse fra n k e n te r vereffening van u itv o e r n a a r de lid sta te n v a n de E uropese B etalingsunie. B u ite n de verbin ten issen die de B a n k in de overeen k o m st v a n 7 m a a rt 1951 h a d aangegaan, aa n v aa rd d e zij, door de overeenkom st v a n 28 novem ber 1952, inge v a l de speciale rekeningen o ntoereikend zouden zijn en teg en b epaalde v oorw aarden, a a n de E .B .U . een bijkom ende tra n c h e k red ieten te n belope v an F 2.130 m iljoen to e te sta a n . D eze overeenkom st v a n 28 n o vem ber 1952 w erd op 7 o k to b er 1953 vervangen d oor een nieuw e o vereenkom st w aardoor de in terventiegrens v a n de B a n k zonder speciale provisie op F 11.066 m iljoen g e b rach t w erd. E en voorlopige rege ling v a n ja n u a ri 1954 verhoogde deze grens to t F 11.566 m iljoen. V an 14 ap ril 1954 a f w erd de o n d e rru b riek « E .B .U . » n ie t m eer gesplitst. E e n nieuw e overeenkom st in v e rb an d m et d e u it voering v a n h e t In te rn a tio n a a l ak k o o rd v a n P a rijs dd. 19 sep tem b er 1950 w erd op 1 ju li 1954 tu ssen de S ta a t en de B a n k aangegaan. D e verbintenis d oor de B an k op zich genom en om u it eigen m iddelen d e voorschotten o f de k red ieten te d ek k en die a a n de E .B .U . te verlenen w aren, w erd opnieuw b e p e rk t to t F 10.066 m iljoen, doch een bijkom ende overeenkom st w erd n o ch tan s op 11 m ei 1955 g etekend tu ssen de S ta a t, de B a n k en de N .M .K .N . luidens dew elke de B a n k erin to estem de de v o o rsch o tten te verlenen die boven de hoogtegrens v a n F 10.066 m iljoen m oesten to eg estaan w orden, op voorw aarde d a t de S ta a t o f voor rekening v a n deze la a tste , de N .M .K .N . a a n de B an k een bedrag in B el gische fra n k e n s to rt gelijk a a n h e t gebeurlijk overschot.
De tu ssen k o m st v a n de N .M .K .N . w erd n o ch tan s b e p e rk t to t een bedrag v a n m axim um F 1 m iljard. Deze bijkom ende overeenkom st alsm ede de overeen k o m st v a n 1 ju li 1954 liepen op 30 ju n i 1955 te n einde. B eide w erden v a n ja a r to t ja a r verlengd. H e t A kkoord houdende oprichting v an een E uropese B etalingsunie n am op 29 decem ber 1958 (6) een einde.
b) Landen, leden van de E .B .U . Deze o n derrubriek o m v a t de co u ran te voorschotten a a n de landen, leden v a n de E .B .U ., bestem d om op h e t einde v a n iedere m aa n d in de schoot v a n de E .B .U ., m et de verbintenissen tegenover dezelfde lan d en verrek en d te w orden. H e t re su lta a t v a n die verrekening k o m t voor op de s ta a t v an de B a n k die om streeks de 15e van de volgende m a an d w ordt opgesteld.
c) Landen, leden van het E .M .A . I n deze ru b riek w orden de tu ssen tijd se voorschotten in Belgische fra n k e n aan g etek en d die de B a n k a a n cen tra le ban k en v an aa n h e t E.M .A. deelnem ende landen k rach ten s de beschikkingen v a n h e t ak k o o rd verleent en die op h e t einde v a n de m a an d n iet teru g b e taa ld zijn (7).
d) Andere landen Deze ru b rie k vertegenw oordigt de netto v o rd erin g en in deviezen en de vorderingen in Belgische fran k en op lan d en die geen deel u itm a k e n v a n de E .B .U . en w aa r m ee betalingsakkoorden w erden gesloten. E en overeenkom st gesloten op 14 septem ber 1954 tu ssen de S ta a t, de B a n k en de N .M .K .N . bep erk te de tussen k o m st v a n de B an k in de financiering v a n die akkoorden to t h e t verschil tu ssen de creditsaldi en de d ebetsaldi in h a a r boeken v a n de rekeningen die u it hoofde v a n die akkoorden aa n de buiten lan d se circula tieb a n k en geopend w erden. B oven d it verschil verbond de Belgische S ta a t of, voor rekening v a n deze la a tste , de N .M .K .N . zich ertoe de nodige dekking a a n te leggen. De tussen k o m st v a n de N .M .K .N . was n o ch tan s to t tw ee m iljard fra n k bep erk t. I n som m ige gevallen diende de N .M .K .N . op te tred en alvorens de globale grens, vastg esteld voor de tu sse n ko m sten v a n de B an k , b ereik t w erd en d it in toepassing van de bepaling luidens dew elke de respectieve b e d ra gen der tu ssen k o m sten v a n de B a n k en v a n de N .M .K .N . in gem een overleg m e t de S ta a t m oesten w orden v a s t gesteld. K ra ch te n s deze la a tste beschikking is de N .M .K .N . sedert ja n u a ri 1956 in som m ige periodes tu ssen beide gekom en.
(6 ) V o o r d e b o e k in g d o o r d e B a n k v a n d e b i l a t e r a l e v o r d e r i n g e n e n v e r p l i c h t in g e n v a n B e lg ië v o o r tv l o e ie n d u i t d e v e r e f f e n in g v a n d e E . B . U . , z ie b lz . 1 3 1 . ( 7 ) Z ie r u b r i e k « E u r o p e e s M o n e ta i r A k k o o r d ’.
— 130 —
Internationale akkoorden (wetten van 28 ju li 1948 en van 19 ju n i 1959) (post voorkom end in de balansen van 1959 en 1960) (8). a) Europese B etalingsunie A angezien h e t ak k o o rd inzake o prichting v a n een E uropese B etalingsunie op 29 decem ber 1958 te n einde liep w erd h e t saldo v a n de vordering v a n België op d a t organism e, d a t op 22 ja n u a ri 1959 F 6.992 m iljoen bedroeg, overeenkom stig de vereffeningsbepalingen van h e t A kkoord, gesplitst.
vige ru b riek en d a t v a n de ru b rie k op h e t passief « S ch atk ist, speciale rekening vereffening E .B .U . ». H e t overschot v a n d e door België o n tv an g en bedragen op de a a n h e t b u iten lan d b etaald e bedragen w ordt g eb ru ik t voor de teru g b etalin g , to t h e t verschuldigde bedrag, v an h e t saldo der vordering v a n de B an k v o o rt vloeiend u it de E .B .U ., terw ijl de S ta a t zich ertoe v er b in d t d a t overschot t o t geen enkel a n d er doel a a n te w enden (9). b) Europees M onetair Akkoord
D e bilaterale vorderingen en de bilaterale schuld die voor België u it deze splitsing volgden, w aren h e t voor w erp v a n nieuw e o f bijkom ende consolidatie- en aflossingsovereenkom sten tu ssen de Belgische S ta a t en de regering v a n ieder b etro k k en la n d m e t uitzondering v a n de vorderingen op N ederland, Z w itserland, Ita lië , P o rtu g a l en O ostenrijk, die volledig w aren teru g b e ta a ld op einde a p ril 1959.
W orden onder deze ru b rie k geboekt de tu ssen tijd se voo rsch o tten in Belgische fran k en die de B an k , even tu ee l a a n centrale b an k en v a n E .M .A .-landen verleend, overeenkom stig de bepalingen v a n h e t E uropees M one ta ir A kkoord v a n 5 au g u stu s 1955, d a t op 29 decem ber 1958 in w erking tr a d (10).
H e t in vereffening stellen v a n de E .B .U . b ra c h t m ede d a t de o vereenkom st v a n 1 ju li 1954 tu ssen de Belgische S ta a t en d e B a n k te n einde liep. T en gevolge v a n de vereffening v a n de E .B .U . w erd op 16 ap ril 1959 tussen de Belgische S ta a t en de B an k een overeenkom st geslo te n k rach ten s dew elke de B an k voor rekening van de S ta a t alle in h e t ra a m v a n de b ilaterale aflossingsakkoorden te o n tv an g en o f te sto rte n bedragen in t en b e ta a lt; zij o p e n t te dien einde op n a a m v a n de S ch at kist, een speciale rekening « Speciale rekening veref fening E .B .U . » (zie ru b rie k op h e t passief, blz. 134).
Bij w et v a n 19 ju n i 1959 w erd de B an k gem achtigd in h a a r boeken, als eigen bezit, de schuldvordering aa n te tek en en die de Belgische S ta a t heeft op h e t I n te r n a tio n aa l M onetair F o n d s to t teru g b etalin g v a n zijn q uotum , als lid v a n h e t F onds, en d it te n belope v a n de b ilje tte n die w erden uitgegeven, de kred ieten die w erden verleend o f de bedragen goud die door de B an k tó t o n tlastin g v a n de S ta a t w erden g estort. D e vordering op h e t F onds, krach ten s deze bepalingen door de B an k geboekt, bedroeg op 31 decem ber 1959, F 4,4 m iljard en onderging geen wijziging in 1960.
H e t n etto b e d ra g v a n de vordering op de E .B .U . is dus gelijk a a n h e t verschil tu ssen h e t bed rag v a n onderha(8 ) A r t i k e l 6 v a n h e t w e t s b e s l u i t n r 5 v a n 1 m e i 1 9 4 4 , g e w ijz ig d d o o r d e w e t t e n v a n 2 8 j u l i 1 9 4 8 , 1 2 a p r i l 1 9 5 7 e n 1 9 j u n i 1 9 5 9 , l u i d t a ls v o l g t : ■ • » • » » » • » » » » » » » » » » » » » >• » » » » » » » » » » » » » » » » »
■ D e N a t io n a l e B a n k v a n B e lg ië is b e l a s t m e t d e u i tv o e r in g v a n d e m e t h e t b u i t e n l a n d g e s lo te n o f n o g t e s l u i t e n i n t e r n a t i o n a l e b e ta lin g s w is s e l- e n c o m p e n s a t i e a k k o o r d e n , t e v e n s m e t d e u i tv o e r in g v a n d e a k k o o r d e n g e h u ld ig d d o o r d e e i n d a k t e d e r f in a n c ië le e n m o n e t a i r e C o n f e r e n tie v a n B r e t t o n - W o o d s , g o e d g e k e u rd b ij d e w e t v a n 26 d e c e m b e r 1945. » D e u i tv o e r in g v a n b e d o e ld e a k k o o r d e n g e s c h i e d t v o o r r e k e n i n g v a n d e S t a a t , d ie o m h e t e v e n w e lk e r is i c o 's , k o s te n , c o m m is s ie lo n e n , i n t e r e s t e n e n l a s t e n e r v a n o p z ic h n e e m t e n e r d e v o o r d e l e n e n w i n s te n v a n i n c a s s e e r t . » D e N a t io n a l e B a n k v a n B e lg ië z a l n o c h t a n s e ig e n a r e s z ij n v a n d e b u i t e n l a n d s e m u n t v e r k r e g e n d o o r m id d e l v a n d e d o o r h a a r , b i n n e n h e t k a d e r v a n v o o r m e ld e a k k o o r d e n u itg e g e v e n b i l j e t t e n o f v e r le e n d e k r e d i e t e n , e n z a l ze v o o r e ig e n r e k e n i n g b o e k e n . » De N a t io n a l e B a n k v a n B e lg ië z a l e v e n e e n s i n h a a r g e s c h r i f t e n , a ls e ig e n b e z i t , d e s c h u ld v o r d e r i n g m o g e n b o e k e n d ie d e B e lg is c h e S t a a t h e e f t o p h e t I n t e r n a t i o n a a l M u n tf o n d s t o t t e r u g b e ta l in g v a n z ij n q u o t u m , a ls Ù d v a n h e t F o n d s , e n d i t t e n b e lo p e v a n d e b i l j e t t e n d i e w e r d e n u itg e g e v e n , d e k r e d i e t e n d ie w e r d e n v e r l e e n d o f d e b e d r a g e n g o u d d ie w e r d e n g e s t o r t d o o r d e N a t io n a le B a n k t e n g u n s te v a n h e t F o n d s , t o t o n t l a s t i n g v a n d e S t a a t , i n h e t r a a m v a n d e v e r b i n t e n i s s e n d ie B e lg ië z ij n o p g e le g d d o o r d e b ij d e w e t v a n 2 6 d e c e m b e r 1 9 4 5 g o e d g e k e u r d e o v e r e e n k o m s t w a a r b ij h e t I n t e r n a t i o n a a l M u n tf o n d s is o p g e r i c h t. » T e n b e lo p e d e r v o o r m e ld e b e d r a g e n , z a l d e N a t io n a l e B a n k v a n B e lg ië g e s u b r o g e e r d w o r d e n i n d e r e c h t e n d ie d e S t a a t b e z it , a ls l id v a n h e t I n t e r n a t i o n a a l M u n tf o n d s , o v e r e e n k o m s t i g a r t i k e l e n X V , s e c t i e s 1 e n 3 , X V I , s e c tie 2 , e n d e b i jl a g e n D e n E v a n d e I n t e r n a t i o n a l e O v e r e e n k o m s t w a a r b ij h e t F o n d s w e r d o p g e r i c h t. D e B e lg is c h e S t a a t b l i j f t l id i n n a a m e n o e f e n t , v o o r r e k e n i n g v a n d e N a t io n a l e B a n k , d e r e c h t e n u i t w a a r in d e z e is g e s u b ro g e e r d . « ü e b e p e r k e n d e b e p a li n g e n v a n a r t i k e l 7 , e e r s t e l id , e n v a n a r t i k e l 12, o ü rs te e n t w e e d e l id , v a n h e t k o n i n k l i j k b e s lu i t n r 2 9 v a n 2 4 a u g u s t u s 19 3 9 , b e tr e f f e n d e d e b e d r i j v ig h e i d , d e i n r i c h t i n g e n d e b e v o e g d h e d e n d e r N a t io n a l e B a n k v a n B e lg ië , g e n o m e n t e r u i tv o e r in g v a n d e w e t v a n 1 m e i 1 9 3 9 , v i n d e n g e e n t o e p a s s in g o p v e r r i c h t i n g e n g e d a a n k r a c h t e n s h e t v i e r d e e n h e t v i jf d e lid v a n d i t a r t i k e l . >» D e b i jz o n d e r e v o o r w a a r d e n e n m o d a l i t e i t e n v a n d e t u s s e n k o m s t d e r N a tio n u le B a n k v a n B e lg ië in h e t u i t v o e r e n d e r i n t e r n a t i o n a l e o v e r e e n k o m s t e n b e o o g d i n d i t a r t i k e l , e v e n a l s d e v o o r w a a r d e n w a a r in d e S t a a t , v o o r r e k e n i n g v a n d e B a n k , d e r e c h t e n z a l u i to e f e n e n d ie a a n B e lg ië lu id e n s d e g e n o e m d e o v e r e e n k o m s t e n w o r d e n to e g e k e n d , w o r d e n g e re g e ld d o o r o v e r e e n k o m s t e n t e s li ii t e n t u s s e n d e S t a a t e n d e N a t io n a l e B a n k . D ie z e lf d e o v e r e e n k o m s t e n z u lle n d e v o o r w a a r d e n b e p a le n w a a r in , v o lg e n s a r t i k e l V , s e c tie s 3 e n 4 v a n d e O v e r e e n k o m s t, w a a r b ij h e t I n t e r n a t i o n a a l M u n tf o n d s o p g e r i c h t w e r d , d e h u l p m i d d e le n v a n g e z e g d F o n d s z u lle n m o g e n w o r d e n g e b r u i k t , m e t d e i n s t e m m i» g v a n d e N a t io n a l e B a n k e n m i t s d e z e l a a t s t e d e c o r r e la t ie v e v e r b i n t e n is s e n u i t v o e r t d ie B e lg ië z ij n o p g e le g d d o o r v o o r n o e m d e O v e r e e n k o m s t. » D e S t a a t w a a r b o r g t d e N a t io n a l e B a n k v a n B e lg ië t e g e n e lk d is a g io o f a n d e r v e rlie s , d a t d e z e l a a t s t e z o u k u n n e n o n d e r g a a n b ij d e u i tv o e r in g v a n b o v e n b e d o e ld e a k k o o rd e n . » •
c) Internationaal M onetair Fonds
I n 1959 heeft de B an k 1° a a n de S ta a t F 2,9 m iljard uitgekeerd als tegenw aarde van h e t goud en de dollars geleverd a a n h e t F onds en v a n de Belgische fran k en die op zijn rekeningco u ran t geboekt sto n d en te n gevolge v a n de in sch rij ving op h e t Belgische quotum ; 2° a a n h e t In te rn a tio n a a l M onetair F onds in n aam , voor rekening en to t o n tlastin g v a n de S ta a t, doch m et eigen m iddelen, F 1,5 m iljard uitgekeerd, d it is h e t bedrag v a n de bijkom ende inschrijving die aan h e t F onds in goud diende b e ta a ld en w aarvoor zijn rekening-courant in Belgische fran k en diende gecre d ite erd te n gevolge v a n de verhoging v a n h e t B el gische aandeel, die eveneens bij de w et v a n 19 jü n i 1959 w erd toegestaan. d) Andere akkoorden Deze ru b rie k vertegenw oordigt de gezam enlijke vor deringen in vreem de v a lu ta ’s en in Belgische fran k e n v a n de B a n k op lan d en die geen deel u itm a k e n v a n h e t E.M .A. en w aarm ede België bilaterale betalingsakkoorden heeft gesloten. I n d it v e rb an d zij aan g estip t d a t de overeenkom st van 14 septem ber 1954 w erd opgeheven en vervangen door die v a n 1 ju li 1959, die op de volgende beginselen beru st : (9) De jaarverslagen van de Bank geven aanwijzingen over de evolutie van de bilaterale vorderingen en schulden van België. (10) De bijzondere modaliteiten van de tussenkomst van de Bank in de uit voering van het E.M.A. werden vastgelegd in de Overeenkomst van 16 april 1959.
— 131 —
— de B a n k verleent, m e t eigen m iddelen, de voor I Handelspapier (post voorkom end in de balansen van sc h o tte n op k o rte te rm ijn a a n de centrale b an k en of 1959 en 1960). a a n de b u iten lan d se m o n etaire a u to rite ite n , in u it voering v a n b etalingsakkoorden gesloten o f te slui Deze portefeuille om v at, n a a st h e t in België b e ta a l te n m e t lan d en die n ie t bij h e t E.M .A. zijn aange b a a r handelspapier, h e t gedisconteerd pap ier in B el sloten; de S ta a t k e e rt een teg en de discontovoet gische fra n k en b e ta a lb a ar in h e t b u iten la n d (12). berekende re n te u it v oor de geaccepteerde in een b a n k gedom icilieerde wissels; Voorschotten op onderpand — to t o n tlastin g v a n de S ta a t en m its bij overeenkom st in de p la a ts te zijn gesteld in de re c h ten v a n de B ank, B edrag v a n de voo rsch o tten in rekeningen-courant zowel t.o .v . de Belgische S ta a t die zijn w aarborg en v a n de leningen op k o rte te rm ijn op o n d erp an d v an verleent, als t.o .v . de b u iten lan d se debiteurinstelgouden en zilveren b aren o f m u n te n o f v a n w aardelingen, b e ta a lt de N .M .K .N . a a n de B an k de vo rd e stu k k e n w aarv a n de lijst periodiek in h e t Belgisch ringen op h e t b u ite n la n d te ru g die voor m eer dan Staatsblad beken d g em aak t w ordt. h o n d erd tw in tig dagen co n tractu eel w orden bev ro re n o f geconsolideerd; M obilisering van speciale rekeningen E .B .U . (post alleen — de B a n k en de N .M .K .N . stellen in gem een overleg voorkom end in de balansen v a n 1952 en 1953). m e t de S ta a t, voor ieder b etalingsakkoord, h e t m ax im u m bedrag v a n h u n tu ssen k o m st vast; de D e p o st « M obilisering v a n speciale rekeningen v erplichtingen v a n de N .M .K .N . zijn in to ta a l to t E .B .U . » (besluiten van 22 m a a rt 1952 en 26 ju li 1952) één m iljard fra n k bep erk t. m a a k te v a n 11 sep tem b er 1952 a f deel u it van de sta te n en balansen. Op deze rekening w erden de m obiliseringen K rach ten s die nieuw e overeenkom st heeft de v a n de speciale rekeningen der passiefzijde geboekt die N .M .K .N . in h e t derde k w a rta a l 1959, to t o n tlastin g overeenstem den m et de vorlopige afhoudingen op de v a n de S ta a t, teg en c o n ta n te betaling, de vorderingen o n tv a n g sten v a n de u itv o er n a a r de E .B .U .-landen. overgenom en die de B an k b ezat op de lan d en w aarm ede Deze m obilisering kon g ed aan w orden in de vorm v an consolidatieakkoorden op m eer d a n h o n d erdtw intig voorschotten in rekeningen-courant o f v a n discontedagen w erden gesloten, h etzij in to ta a l F 795 m iljoen. ring van prom essen gestaafd door certificaten v an sto rtin g in speciale rekeningen, w aarv an de u itg ifte Debiteuren wegens term ijnverkopen van vreemde valuta’s voorzien was in h e t koninklijk besluit v a n 26 juli 1952, en goud houdende wijziging v an d a t v a n 22 m a a rt 1952. D e verbin ten issen tegenover de B a n k v a n kopers v a n vreem de v a lu ta ’s o f goud, te leveren op te rm ijn teg en b etaling in Belgische fran k en , kom en onder deze ru b rie k voor (11). D e teg en p o st op h e t passief k o m t voor : — to t 1958 ond er h e t hoofd « T e leveren deviezen en goud »
D e opheffing v an de afhoudingen in uitvoering v a n de Belgische en L uxem burgse besluiten v a n 8 ap ril 1954 en de vereffening v a n de speciale rekeningen naargelang de te rm ijn v a n h u n onbeschikbaarheid v erstreek m aa k te n door d a t feit zelf een einde a a n de m obiliseringen. D e rekening w aarop deze verrichtingen w erden geboekt, w erd bijgevolg tu ssen 23 en 30 septem ber 1954 afgesloten.
— v a n 1959 a f ond er h e t hoofd « Te leveren vreem de v a lu ta ’s en goud ». Overheidseffecten H andelspapier op België (post balan sen v a n 1950 t o t 1958).
voorkom end
in
de
D eze portefeuille o m v a t h e t in België b e ta a lb a a r handelsp ap ier (12).
(1 1 ) H e t v e r l o o p v a n d e z e r u b r i e k i n 1 9 6 0 w o r d t n a d e r v e r k l a a r d i n d e b e s c h r i jv i n g v a n d e r u b r i e k o p h e t p a s s i e f « T e l e v e r e n v r e e m d e v a l u t a ’s e n g o u d >. (1 2 ) A r t ik e l e n 1 7 , 1 ° e n 1 9 v a n d e S t a t u t e n . A r t . 1 7 . — D e v e r r i c h t i n g e n v a n d e B a n k b e s t a a n in : 1 ° H e t d i s c o n t e r e n , a a n k o p e n e n o v e r d r a g e n v a n w i s s e lb r ie v e n e n a n d e r e e f f e c te n d ie h a n d e ls v e r r i c h t i n g e n t o t d o e l h e b b e n . V o o r d e to e p a s s in g d e z e r b e p a li n g w o r d e n in s g e l ij k s a ls h a n d e ls v e r r i o h tl n g e n b e s c h o u w d k o o p e n v e r k o o p d o o r o f a a n d e la n d b o u w e r s , v a n v e e , l a n d b o u w g e r e e d s c h a p , m e s t s to f f e n , z a d e n , o o g s te n , e n o v e r h e t a lg e m e e n , v a n g o e d e r e n e n w a r e n i n v e r b a n d m e t d e u i to e f e n i n g v a n h u n b e ro e p ; A r t . 1 9 . — Z u lle n a lle e n g e d is c o n t e e r d w o r d e n d e g e z e g e ld e h a n d e ls e f f e c te n a a n o r d e r , d ie b i n n e n d e h o n d e r d t w i n t i g d a g e n o p z ij n l a a t s t v e r v a l le n e n d o o r d r ie s o lv a b e l e h a n d t e k e n i n g e n g e w a a r b o r g d z ijn . E c h t e r m o g e n h a n d e ls e f f e c te n m e t t w e e h a n d t e k e n i n g e n w o r d e n t o e g e l a te n , i n d e g e v a ll e n , o p d e w ijz e e n o n d e r d e v o o r w a a r d e n t e b e p a le n b i j v e r o r d e n i n g e n v a B tg e s te ld i n a lg e m e n e r a a d e n g o e d g e k e u r d d o o r d e M in i s te r v a n F in a n c ië n . E e n p a n d i n w a r r a n t s , k o o p w a r e n o f p u b l ie k e f o n d s e n , t o e r e ik e n d o m h e t g e h e e l d e r s c h u ld v o r d e r i n g t e d e k k e n , k a n i n p l a a t s v a n e e n h a n d t e k e n i n g g e ld e n . D e B a n k m a g d i s c o n t o k r e d i e te n o p e n e n t e n e in d e n ijv e r h e i d s b e s t e ll in g e n t e f in a n c ie r e n b e t a a l b a a r o p h a lf l a n g e t e r m i j n , e v e n w e l z o n d e r d a t d e a ld u B g e d is c o n te e r d e e f f e c te n m e e r d a n h o n d e r d t w i n t i g d a g e n t e lo p e n h e b b e n .
K ra ch te n s de overeenkom sten v a n 14 sep tem b er 1948 en 15 ap ril 1952 tu ssen de S ta a t en de B an k , in overeen stem m ing m et artik e l 20 v a n de sta tu te n , m ag h e t bedrag v a n de portefeuille die de B an k b ezit te n gevolge v a n verrichtingen gedaan overeenkom stig artik e l 11, 3° en 9° v a n h a a r organieke w et, n ie t hoger zijn d a n tie n m iljard d riehonderd drieëndertig m iljoen fran k , de kredietm arge v a n F 333 m iljoen zijnde geopend a a n de L uxem burgse S ta a t op 15 a p ril 1952. a) Schatkistcertificaten Deze rekening vertegenw oordigt d e v o orschotten v a n de B an k a a n de S ta a t. D e certificaten m e t b e tre k king to t deze v o o rsch o tten re n te n tegen h e t ta rie f v a n de geaccepteerde in een b a n k gedom icilieerde wissels, behalve w a t een bedrag v a n F 2.465 m iljoen b e tre ft, d a t, op 13 septem ber 1948 overeenstem de m e t h e t gedeelte v a n de schuld v a n de S ta a t tegenover de B an k , hetw elk de geconsolideerde vordering (F 35 m iljard, zie blz. 133 hierna) overtrof.
132 —
b) Pa/pier uitgegeven door instellingen waarvan de ver bintenissen door de Staat gewaarborgd zijn H e t b e tre ft bons op k o rte te rm ijn uitgegeven door verschillende p a ra sta ta le instellingen.
overeenkom sten gesloten tu ssen de S ta a t, de B a n k en de N .M .K .N . op h e t stu k v a n de financiering d e r bila terale akkoorden gesloten o f te slu iten m et lan d e n die n iet lid zijn v a n de B.B.U . Bijzonder voorschot aan de Staat voor deelneming in het I .M .F . (post die alleen voorkom t in de balans v an 1950)
c) Andere Belgische overheidseffecten O nder deze ru b rie k zijn de ren ted rag en d e schatkistcertificaten opgenom en, die v a n de andere sectoren d a n de S ta a t w erden afgekocht (banken, financiële in stel lingen en andere). Rekening-courant van de Schatkist (post die alleen voor k o m t in de b alans v a n 1957) Voor deze rekening op h e t a c tie f d ie n t m en te ru g te gaan t o t 30 septem ber 1957, d a tu m w aarop de grens v an F 10 m iljard v astg esteld in de overeenkom st v an 14 septem ber 1948, door de S ta a t w erd overschreden. H e t debetsaldo v a n de rek en in g -co u ran t v a n de S c h at k ist b ereik te op 8 o k to b er 1957 een m axim um v a n F 2.675 m iljoen.
Deze p o st w eerspiegelt h e t kasb ezit v a n de B a n k in m u n tstu k k e n en b ilje tte n v a n de S ch atk ist. D e grens v a n de k asv o o rraad v a n de B an k in m u n t stu k k e n en in b ilje tte n in om loop voor rekening v a n de S ch atk ist die, k rach ten s een briefw isseling tu ssen de M inister v a n F in an ciën en de B an k , op F 700 m iljoen w erd vastgesteld, is sed ert 14 o k to b er 1955 a a n volgende m od aliteiten onderw orpen : 1) ingeval de grens overschreden w o rd t op alle sta te n die tijd e n s een b epaalde m a a n d w erden gepubliceerd, b e ta a lt de S ch atk ist a a n de B an k , op de d a tu m v a n de la a tste s ta a t v a n dezelfde m aan d , h e t gem iddeld over schot v a n bedoelde m a a n d terug;
Tegoed b ij het Bestuur der Postchecks I n d e balan sen v a n de ja re n 1950 to t 1954, is die post onderverdeeld in een « R ekening A », w aarop h e t tegoed v an de B a n k bij h e t B estu u r d er P ostchecks voorkw am , en een « R ekening B ». Deze la a ts te rekening v ertegen w oordigde h e t tegoed v a n een b u iten lan d se centrale b a n k bij h e t B e stu u r d er P ostchecks ingevolge een akko o rd gesloten tu ssen de Belgische R egering en de R egering v a n h e t lan d v a n de centrale b a n k in kw estie. H e t tegoed v a n de B a n k in « R ekening B » h a d als tegen p o st op h e t p assief v a n de b alans v a n de B an k een speciale o n d erru b riek v a n de p o st w aarop de v erplich tingen v a n de B an k in b etalingsakkoorden w erden geboekt. D e « R ekening B » bij h e t B estu u r d er Postchecks werd op 6 ja n u a ri 1955 afgeschaft, in h e t ra a m v a n de —
D it voorschot w erd op 23 a u g u stu s 1951 te ru g b eta ald . Geconsolideerde vordering op de Staat (artik el 3, § b v a n de w et v a n 28 ju li 1948) H e t artik el in kw estie lu id t als volgt : « T en belope v a n 35 m iljard fran k w o rd t de schuld v a n de S ta a t tegenover de N ationale B a n k om gezet in geconsoli deerde schuld » (13).
Deel- en pasm unt
2) telk en s de k asv o o rraad v a n de B a n k in d eelm unt n iette g e n sta a n d e de aldus gedane teru g b etalin g tijd en s de volgende m aa n d boven h e t bedrag v a n F 700 m iljoen blijft, b e ta a lt de S ch atk ist a a n de B an k , op d a tu m v a n de la a ts te s ta a t v a n die m aan d , h e t to ta le bedrag te ru g d a t, op die d a tu m , de co n tractu ele grens v a n F 700 m il joen o v ertreft.
H e t b e tre ft een voorschot verleend a a n de S ta a t om hem toe te la te n zijn verplichtingen tegenover h et I.M .F . n a te kom en. H e t bedrag erv a n beloopt 1 p e t v an h e t to en bestaan d e q uotum v a n België, hetzij de teg en w aarde v an $ 2.250.000, m inim um tegoed d a t te behou den was op de rekeningen-courant in Belgische franken die op n a am v a n d it F onds geopend w aren (beslissing v an 20 feb ru ari 1950 v a n de R a a d der « E xecu tiv e D irectors » v a n h e t I.M .F.).
V an d it bedrag w erd één m iljard fra n k (artikel 3 v a n de w et v a n 19 ju n i 1959) te ru g b e ta a ld m e t behulp v a n h e t jaa rlijk s aandeel v a n de S ta a t in de w inst van de N ationale B ank. Overheidsfondsen K rach ten s artik els 18 en 21 d e r s ta tu te n v a n d e B an k verw orven effecten. Te innen waarden Deze p o st vertegenw oordigt inzonderheid d e te incasseren w aarden (cheques, coupons, aflosbare stukken), bedragen te on tv an g en v a n d erd en te n gevolge v a n verrichtingen op effecten o f op deviezen, a a n m a a k v a n b ilje tte n en drukw erken, alsm ede p o st en fiscale zegels. Gebouwen, materieel en meubelen B oekw aarde v a n de te rrein e n en gebouw en v a n de verschillende vestigingen v a n de B an k in België en in h e t G roothertogdom L uxem burg. H e t m aterieel en de m eubelen, volledig afgeschreven, kom en enkel « pro m em orie » in deze ru b riek voor. Waarden van de Pensioenkas van het Personeel O verheidsfondsen en eventueel de tegoeden in rek e nin g -courant v an die kas. Overgangsrekeningen (14) Deze rekeningen o m v a tte n te o n tv an g en in teresten p ro ra ta en, voor een kleiner bedrag, voorraden. (1 3 ) V o o r . n a d e r e g e g e v e n s , z ie T i jd s c h r if t vo o r D o c u m e n ta tie e n V o o r lic h tin g v a n s e p te m b e r 1 9 5 0 , b lz . 8 8 , 8 9 e n 9 0 . (1 4 ) D e i n h o u d v a n d e z e r e k e n i n g e n w o r d t o m s t a n d ig u i te e n g e z e t i n h e t v e rs la g v a n d e B a n k . .
133 —
PA SSIV A Bankbiljetten in omloop D eze p o st o m v a t h e t bedrag d er b iljette n uitgege ven d oor d e B a n k (15) (honderd, v ijfh o n d erd en d u i zend fran k ) n a a ftre k v a n de b ilje tte n die zij in kas heeft; h e t b e tre ft de b ilje tte n die n a d e m u n th e rv o r m ing w erden uitgegeven (w etsbesluit v a n 6 o k to b er 1944). H e t w etsbesluit v a n 10 m ei 1940 w aarbij d e inw issel b aarh eid d e r b ilje tte n v a n de N atio n ale B a n k w erd geschorst, bleef v a n k ra c h t t o t bij h e t inw erkingtreden v a n de w et v a n 12 a p ril 1957. D e artik elen 1 en 2 v an h e t w etsbesluit v a n 10 m ei 1940 luiden als volgt :
» » » »
« A rtik el 1 — W o rd t geschorst de a a n d e N ationale B a n k v a n België opgelegde verp lich tin g h a a r b iljetten te ru g te b etalen volgens de te rm e n v a n artik el 8 van h e t k o n in k lijk besluit dd . 25 o k to b er 1926, betreffende de m u n tstab ilisatie.
» A rtik el 2. — D e d oor de N atio n ale B a n k v a n België » uitgegeven b ilje tte n b lijv en h u n w ettelijke koers » behouden.
» » » » » »
» N iets w o rd t gew ijzigd d oor de bepalingen v a n d it b eslu it a a n d e b estaan d e w ettelijk e bepalingen ten aanzien v a n h e t b e sta a n v a n deze b ilje tte n als w ettig b etaalm id d el en de verplichting voor de publieke kassen en de p articu lieren ze als w ettelijk b e ta a l m iddel te o n tv an g en n ie tte g e n sta a n d e alle an d ers luidende overeenkom st. »
D e w et v a n 12 a p ril 1957 m e t b etrek k in g to t h e t m unts ta tu u t sch aft h e t w etsbesluit v a n 10 m ei 1940 af. A rtikelen 3 en 4 h ierv an luiden als volgt : « A rtik el 3. — D e b ilje tte n v a n de N ationale B ank » v a n België m oeten, n iette g e n sta a n d e elke anderslui» den d e overeenkom st, d oor o p enbare kassen en p a r ti » culieren als w ettelijk e m u n t w orden aa n v a ard . » D e voorgaande bepaling m ag n ie t ingeroepen » w orden d oor de N atio n ale B a n k v a n België ten » opzichte v a n de houders v a n h a a r b iljetten.
» » » »
» A rtik el 4. — D e N atio n ale B a n k v a n België is tijd e lijk vrijgesteld v a n de verp lich ting h a a r b ilje t te n in speciën te ru g te b etalen. D e K oning k an , bij b eslu it w aarover in M in isterraad is beraadslaagd, aa n die v rijstelling een einde m aken.
» Ook k a n H ij, in dezelfde vorm en, an dere voorw aar » d e n inzake inw isseling en b etalin g d er b ilje tte n v a n de » N atio n ale B a n k v a n België bepalen. » Rekeningen-courant en diversen Schatkist
S taatsk assier, de lopende u itg av en voor rekening v an de S c h atk ist doet. W o rd t h e t saldo v a n de rekening d eb iteu r, d a n d isconteert de S ta a t bij de B an k scha , k istcertificaten . Deze v errichting k o m t op de actiefzijde voor onder de ru b rie k « O verheidseffecten, sc h a t k istcertificaten », en h e t p ro venu v a n deze discontering w o rd t geboekt op h e t credit v a n de gewone rekening van de S ch atkist. H e t saldo d a t op de s ta a t voorkom t is hetgeen te n gevolge v a n die v errichtingen a a n de S c h atk ist verschuldigd blijft. 2. Rekening Akkoord voor Economische Sam enw erking (onderrubriek voorkom end in de balansen van 1950 t o t 1957) Op die rekening w erden n a a r gelang h u n o n tv an g st, de tegenw aarde in Belgische fran k e n geboekt v a n de dollars die door h e t E.C.A . en, se d e rt 1 ja n u a ri 1952, door h e t « M utual S ecurity A gency » a a n België g esto rt w erden. D eze rekening w erd gedebiteerd voor de a fn e m ingen die de S ta a t op deze m iddelen deed, in zonder heid te n gu n ste v a n de Belgische D ienst voor de O pvoe ring v a n de P ro d u k tiv ite it en v a n de R egering v a n h et G roothertogdom als aandeel in de rech tstreekse hulp v a n de V erenigde S ta te n a a n de B .L .E .U . 3. Buitengewone conjunctuurtaks (onderrubriek kom end in de balansen v a n 1957 to t 1960)
voor
H e t b e tre ft een R eservefonds voorzien in de w et v an 12 m a a rt 1957 en d a t g eb ru ik t w o rd t voor sociale doel einden en voor econom ische doeleinden v a n algem een belang. 4. Speciale rekening vereffening E .B .U . (onderrubriek voorkom end in de b alansen v a n 1959 en 1960) K ra ch te n s de overeenkom st v a n 16 ap ril 1959 m et betrekking to t de vereffening v a n de E .B .U ., gesloten tu ssen de Belgische S ta a t en de N atio n ale B an k , in t en b e ta a lt deze la a tste voor rekening v a n de S ta a t alle te on tv an g en en te sto rte n bedragen in h e t ra a m v an de bilaterale aflossingsakkoorden. Zij opende m e t d a t doel, op n a am v a n de S ch atk ist, een rekening « Speciale rekening vereffening E .B .U . » (zie blz. 131, beschrij ving v a n de actiefpost « In te rn a tio n a le akkoorden : a) E .B .U . »). B anken in het buitenland Deze p o st o m v a t de in Belgische fra n k en luidende verplichtingen tegenover d e vreem de ban k en , die v o o rt vloeien u it andere verrichtingen d a n die bep aald in de betalingsakkoorden. Deze rekening o m v a t eveneens de d irect o p v raag b are rekening in Belgische fra n k en v an h e t I.M .F . E in d e 1960 beliep h e t op die rekening geboekte bedrag F 169 m iljoen.
.
Instellingen door bijzondere wet beheerd en openbare besturen
1. Gexuone rekening H e t is door afnem ing op die rekening v a n de S c h a t k ist d a t de B an k , h an delend in h a a r hoedanigheid v a n (15) D e verdelin g va n de biljetten per coupure w ord t gegeven in tabel 12.
Deze post o m v at de rekeningen v a n de instellingen u it de overheidssector (andere openbare instellingen d a n de S ta a t, R entenfonds, p a ra sta ta le bedrijven en p a ra sta ta le kredietinstellingen).
-*r- 134 —
Banken in België
c) Landen, leden van het E .M .A .
O nder deze ru b rie k w orden de d ep o sito ’s v an de in België gevestigde b an k en geboekt. Particulieren
.
Deze ru b rie k o m v a t de d ep o sito ’s v a n de p a rtic u lieren in België. T e betalen waarden D e volgende verplichtingen kom en onder h e t hoofd « Te b etalen w aard en » voor : accreditieven, v erp laatste cheques, b e ta a lm a n d aten , dividenden, tegenw aarde van v a lu ta verschuldigd a a n derden, te b etalen taksen, betalingen te doen a a n leveranciers en a a n de R ijk s d ien st voor M aatschappelijke Zekerheid, aanhangige kred ietb erich ten , lopende v errich tin g en die la te r h e t voorw erp zullen u itm a k e n v a n betalin g en o f inschrij vingen op h e t cred it d er rekeningen-courant. Verbintenissen tegenover het buitenland in het kader van betalingsakkoorden (post voorkom end in de balansen v a n 1950 t o t 1958) (16)
H e t b etre ft verplichtingen tegenover de lid sta te n v a n h e t E.M .A ., voortvloeiend u it de v errichtingen die v a n 29 decem ber 1958 a f k rach ten s h e t E uropees M onetair A kkoord p laatsvinden. d) Andere landen. Saldi, in Belgische franken, te n gu n ste v a n h e t b u ite n land, o n tsta a n u it de w erking v a n betalingsakkoorden v a n d e B .L .E .U . m et n ie t E .B .U .-landen. D eze ru b riek o m v a t voor d e ja re n 1950 to t 1954 de teg en p o st op h e t ac tief « Tegoed bij d e D ienst d e r P ostchecks, rekeningB ». Internationale Akkoorden (wet v a n 28 ju li 1948) (post voorkom end in de balansen v a n 1959 en 1960) a) Europees M onetair Akkoord Deze ru b riek o m v at de tegoeden in Belgische franken v a n de centrale ban k en d er lid sta te n v a n h e t E.M .A. en h e t bedrag v a n de tussen tijd se v o o rschotten die eventueel door deze centrale ban k en a a n de N ationale B an k w orden toegestaan. b) Andere akkoorden
a) Europese B etalingsunie (onderrubriek vo o rk o m t in de b alans v a n 1950)
die
alleen
L uidens h e t In te rn a tio n a a l A kkoord v a n P arijs v a n 19 septem ber 1950 b oekte de E .B .U . op h e t d eb et v a n de B an k 44 m iljoen rekeneenheden, die overeenstem den m et h e t « a a n v an k elijk d eb et » v a n België en die de B an k v a n 16 novem ber 1950 a f in h a a r boeken op h e t credit van de U nie geboekt h eeft voor een tegenw aarde van F 2.203 m iljoen. D it bedrag w erd op F 1.812 m iljoen (sta ten van 21 decem ber 1950 to t 11 ja n u a ri 1951 en b alans van 31 decem ber 1950) g eb rach t bij de com pensatieverrich tin g en v a n einde novem ber 1950 en n ad ien op F 1.112 m iljoen (sta te n v a n 18 ja n u a ri to t 8 februari 1951) bij de co m p ensatieverrichtingen op einde decem ber 1950. D e com pensatieverrichtingen v an einde ja n u a ri 1951 z e tte n de vordering v a n de E .B .U . om in een schuld. U it dien hoofde verdw een de ond errubriek « E .B .U . » u it h e t p assief v a n de B a n k op 15 februari 1951, terw ijl een nieuw e o n d erru b riek m e t dezelfde benam ing w erd ingevoerd ond er de ru b riek v a n de actiefzijde « V orderingen op h e t b u iten lan d in h e t k ad er v a n betaling sak k o o rd en ». b) Landen, leden van de E .B .U . D eze rekening die tu ssen 23 au g u stu s 1951 en 8 ja n u a ri 1959 g e b ru ik t w erd, o m v a tte de saldi in Belgische fra n ken te n g u n ste v a n h e t b u iten lan d , voortvloeiend u it de u itv o erin g v a n de b etalingsakkoorden v a n de B .L .E .U . m et E .B .U .-lan d en en b estem d om op h et einde d e r m aa n d b in n en de U nie te w orden verrekend m et de op h e t a c tie f voorkom ende vorderingen op dezelfde landen. T en gevolge v a n de vervanging van de E .B .U . door h e t E.M .A. in decem ber 1958 w erd de rekening in ja n u a ri 1959 gesaldeerd.
Speciale provisie voor voorschotten E .B .U . (post voor kom end in de balansen v a n 1951, 1952 en 1953) V an 13 septem ber 1951 a f overtroffen de voorschot te n v a n de E .B .U . h e t bedrag d a t de B an k h a d a a n v a a rd te financieren zonder speciale dekking en de S ch atk ist was v erp lich t een dekking a a n te leggen. V an 13 to t 27 septem ber 1951 kw am die dekking voor onder de benam ing « S ch atk ist : R ekening E .B .U . », onder de « R ekeningen-courant en diversen ». Op 4 o k tober 1951 w erd ze u it die rekeningen weggenom en en ingeschreven onder de ru b riek « Speciale provisie wegens voor sch o tten E .B .U . » Deze la a ts te w erd g esp litst in tw ee onderrubrieken : a) Speciale rekeningen (besluiten 15 septem ber 1951) (17) b) S ch atk ist. D e speciale rekeningen w erden aangelegd k rach ten s de Belgische koninklijke en m inisteriële besluiten v a n 15 septem ber 1951 en h e t besluit v a n de L uxem burgse regering, getroffen in R a a d op dezelfde d a tu m , en v e r tegenw oordigden de tijd elijk e inhoudingen op de te g en w aarde der cessie v an buitenlandse geldsoorten of op de betalingen in Belgische of L uxem burgse fran k en in v erb an d m et de vereffening v an de u itv o er n a a r de lid sta te n v an de E.B .U . H e t koninklijk besluit v a n 15 septem ber 1951 en de koninklijke besluiten v a n 9 novem ber 1951, 18 ja n u a ri en 5 m a a rt 1952 w erden ingetrokken en v ervangen door h e t koninklijk besluit v an 22 m a a rt 1952, gewijzigd bij de koninklijke besluiten v a n 9 m ei en 26 juli 1952, v a n 16 o k tober 1953 en v an 30 ja n u a ri 1954. Evenzo w erden
(1 6 ) O p 2 3 a u g u s t u s 1 9 5 1 w e r d d e in d e l i n g d e r « V e r b in t e n is s e n te g e n o v e r h e t b u i t e n l a n d in h e t k a d e r v a n b e ta l in g s a k k o o r d e n » : « B a n k e n i n h e t b u i t e n l a n d c ) e n b) », v e r v a n g e n d o o r e e n o n d e r v e r d e li n g « L a n d e n , l e d e n v a n d e E . B . U . » e n « A n d e r e l a n d e n a ) e n b) ». O m t e k u n n e n v e r g e l ij k e n m e t d e j a r e n n a d ie n , w e r d d e z e n ie u w e in d e l i n g g e b r u i k t v o o r d e b a la n s v a n 1 9 5 0 .
—
Tegoeden in Belgische fran k en v a n n iet lid sta te n v a n h e t E.M .A. en w aarm ee betalingsakkoorden geslo te n w erden.
(1 7 ) V a n 4 d e c e m b e r 1 9 5 2 t o t 8 a p r i l 1 9 5 4 m o e s t d e S c h a t k i s t g e e n s p e c ia le p r o v is ie a a n le g g e n e n w e r d d e r u b r i e k : « S p e c ia le r e k e n i n g e n v o o r v o o r s c h o t te n E .B .U . » g e n o e m d .
135 —
in h e t G roothertogdom de vroegere b esluiten in g etro k k en en vervan g en door h e t b eslu it v a n 27 m a a rt 1952, gewijzigd bij de besluiten v a n 9 m ei en 28 juli 1952, v a n 16 o k tob er 1953 en v a n 29 ja n u a ri 1954. H e t k o n in k lijk b eslu it v a n 8 a p ril 1954 en h e t besluit v an de L uxem burgse regering v a n dezelfde d a tu m h eb b en m e t ingang v a n 15 ap ril 1954 de tijd elijk e in h o u dingen afgeschaft. D iegene die to t op die d a tu m gedaan w aren en die op speciale rekeningen ingeschreven ble ven, w erden te ru g b e ta a ld bij h e t v e rstrijk en v a n h u n te rm ijn v a n onbeschikbaarheid. H e t saldo v an die rekeningen w erd d a n ook op 10 o k to b er 1954 volledig aangezuiverd. Om de afschaffing v a n de inhoudingen op d e u itvoer en de teru g b etalin g , op h u n v ervaldag, v a n de speciale rekeningen m ogelijk te m aken, h a d de S ta a t, in april 1954, m et de Belgische V ereniging d er B an k en een overeenkom st aan g eg aan k rach ten s dew elke de erkende b an k e n te n belope v a n F 2.350 m iljoen in tekenden op speciale certificaten. E en gelijkaardige overeenkom st w erd op hetzelfde tijd s tip gesloten in h e t G root hertogdom . H e t volledig bed rag der inschrijvingen w erd te r beschikking v a n de B an k gesteld te n einde, te r o n tla s tin g v a n de uitvo erd ers, de speciale provisie a an te leggen voor de financiering d er k red ieten door de B a n k a a n de E .B .U . boven de co n tractuele grens to e g estaan. D e door de Belgische en L uxem burgse regeringen g esto rte provisie w erd in een su b ru b riek « S chatkist, akko o rd E .B .U . » geboekt. De teru g b etalin g en in dollars op 13 ju li 1954 te n vo o r dele v a n de B .L .E .U . b ra c h te n h e t bedrag v a n de v o r dering op d e E .B .U . beneden de co n tractuele grens v a n F 10.066 m iljoen en bedoelde provisie, die F 1.949 m il joen beliep, w erd op die d a tu m in de R ijkskas te ru g g e sto rt (18). Speciale provisie : Overeenkomst van 14 september 1954 : N .M .K .N . (post voorkom end in de balansen v a n 1956, 1957 en 1958) H e t b e tre ft provisies aangelegd door de N .M .K .N . in h e t ra a m v a n de overeenkom st v a n 14 septem ber 1954 tu ssen de S ta a t, de B an k en de N .M .K .N ., m e t b e tre k king to t de gedeeltelijke financiering door deze la a tste v a n de betaling sak k o o rd en m e t n ie t lid sta te n v a n de E .B .U . (zie blz. 130 de toelichting bij de p o st « V orde ringen op h e t b u ite n la n d in h e t k a d e r v a n b etalings ak koorden, an d ere lan d en »). Te leveren deviezen en goud (post voorkom end in de balan sen v a n 1950 t o t 1958) Deze ru b rie k h eeft als teg en p o st op h e t a c tie f « Te on tv an g en deviezen en goud » en « D eb iteuren wegens term ijn v erk o p en v a n deviezen en goud ». H e t verschil tu sse n de saldi v a n deze rekeningen v e r tegenw oordigt c o n ta n te verplich tin g en in vreem de (1 8 ) U i t d i e n h o o f d e w e r d d e r u b r i e k v a n 15 j u l i 1 9 5 4 a f e n t o t b i j h a a r v e r d w i j n in g o p n i e u w : « S p e c ia le r e k e n i n g e n w e g e n s v o o r s c h o t t e n E . B . U . • g e n o e m d .
geldsoorten o n tv an g en voor rekening v an derden alsm e de koersverschillen. Op 31 decem ber v a n de ja re n 1952, 1953 en 1956 vinden de verschillen eveneens h u n oor sprong in de speciale v errichtingen verm eld onder de actiefp o st « Te o n tv an g en deviezen en goud ». T e leveren vreemde valuta’s en goud (post voorkom end in de b alansen v a n 1959 en 1960) Tegenw aarde v a n de rekeningen op de aotiefzijde « Te on tv an g en vreem de v a lu ta ’s en goud » en « D ebi teu ren wegens term ijn v erk o p en v a n vreem de v a lu ta ’s en goud ». H e t verschil tussen, eensdeels, d e te on tv an g en vreem de v a lu ta ’s en goud en de d eb iteu ren wegens te r m ijnverkopen v a n vreem de v a lu ta ’s en goud, en a n d e r deels, de te leveren vreem de v a lu ta ’s en goud, v e rte genw oordigt c o n tan te verplichtingen in vreem de v a lu t a ’s on tv an g en voor rekening v an d erd en en koers verschillen. De toenem ing in 1960 v a n h e t bedrag d a t op de actiefzijde onder de p o st « D eb iteu ren wegens te rm ijn verkopen v a n vreem de v a lu ta ’s en goud » teboek s ta a t, vloeit v o o rt u it h e t verloop v a n de schuldenlast v a n de Belgische S ta a t in vreem de v a lu ta ’s. W anneer de S ch atk ist vreem de v a lu ta ’s o n tleen t op k o rte te r m ijn, m eestal op drie o f op zes m aanden, s ta a t zij deze c o n ta n t a f a a n de B an k en k o o p t ze dezelfde dag op te rm ijn te ru g v a n de B an k , te n einde de wisselkoers v a st te stellen die zij op de v ervaldag zal m oeten betalen. A an- en verkoop vin d en p la a ts teg en dezelfde koers en zonder k o sten voor de S chatkist. D e verhoging v a n h e t bedrag d a t op de actiefzijde onder h e t hoofd « Te o n tv a n g en vreem de v a lu ta ’s en goud » voorkom t, is hierv an , integendeel, slechts een o n rechtstreeks gevolg. In d e rd a a d k a n de B an k , zonder wisselrisico te lopen, de a a n de S c h atk ist op te rm ijn v erkochte vreem de v a lu ta ’s to t op de vervaldagen aan h ouden. N a tu u rlijk la a t zij h a a r tegoed n ie t o n p ro d uctief. N ochtans is zij n ie t a ltijd in s ta a t een belegging te doen in de v a lu ta die h a a r door de S c h atk ist w erd afgestaan. D e arb itrag es w aartoe zij, in dergelijke o m standigheden, m oet overgaan, w orden geboekt onder d e hoofden. « Te o n tv a n g e n vreem de v a lu ta ’s en goud » en « T e leveren vreem de v a lu ta ’s en goud », doch ze blijven zonder invloed op h e t n e tto -a c tie f in vreem de v a lu ta ’s v erm its h u n afw ikkeling h e t s ta tu s -quo a n te h erstelt. M .a.w ., bij h e t vervallen v a n de term ijn , o v e rtre ft de effectieve afgifte v a n v a lu ta ’s n ie t h e t bedrag der vreem de v a lu ta ’s a a n de S c h atk ist te leve re n tegen betaling v a n h u n teg en w aard e in Belgische fran k en , geboekt op de rekening « D eb iteu ren wegens term ijn v erk o p en v a n vreem de v a lu ta ’s en goud ». Crediteuren wegens term ijnaankopen van deviezen en goud (post die alleen in de balans v a n 1950 voorkom t) D e teg en p o st op h e t ac tie f is « Te o n tv a n g en deviezen en goud ». Pensioenkas van het Personeel H e t is de teg en p o st v a n de rekening « W aard en van de Pensioenkas v a n h e t Personeel » op de actiefzijde.
— 136 —
Overgangsrekeningen
(19)
Deze ru b riek o m v a t inzonderheid h e t herdisconto van de portefeuille wissels en sch atk istcertificaten , provisies voor k osten v a n aank o o p , verkoop en verzending v an goud, provisies voor gebouw en en m aterieel, de fiscale voorziening en een m aatsch ap p elijk e provisie voor diverse risico’s. K apitaal H e t k a p ita a l b e d ra a g t F 400 m iljoen w aarvan 200 m iljoen toebehoren a a n de S ta a t. Op d it la a tste bedrag w erd ingeschreven door a a n de S ta a t de ged u rende de oorlog verw ezenlijkte w insten a f te staan.
Voorzieningsfonds (rubriek voorkom end in de b a la n sen v a n 1950 to t 1958) of Buitengewone reserve (rubriek voorkom end in de balansen v a n 1959 en 1960) : tijd en s de betro k k en periode w erd deze reserve verm eerderd m et h e t vrijgestelde gedeelte der w insten g e m a ak t op de verkoop en d e incassering v a n effecten die de p o rte feuille overheidsfondsen v a n de B a n k vorm en. R ekening der afschrijvingen op gebouwen, materieel en meubelen : op 31 decem ber 1960 vertegenw oordigt h e t verschil tu ssen h e t bedrag v an de p o st « Gebouwen, m aterieel en m eubelen » op de actiefzijde en d a t van onderhavige p o st een redelijke ram ing v a n de gronden. Te verdelen nettowinst
■
H e t b e tre ft de n e tto w in st te verdelen overeenkom stig de bepalingen v an a rtik e l 38 d er sta tu te n .
Reservefonds H e t R eservefonds, voorzien bij a rtik e l 14 der s ta tu te n v a n de B an k , b e sta a t u it volgende ru b riek en : Statutaire reserve : k rach ten s a rtik e l 15 der s ta tu te n w ordt deze reserve aangelegd d oor afhoud ingen van 10 p et. op de n e tto w in sten boven 6 p et. ’s jaars.
(1 9 ) V o o r e e n o m s t a n d ig e o p g a v e v a n d e b e s t a n d d e l e n d e z e r r e k e n i n g e n zie h e t v e rs la g v a n d e B a n k .
T a b e l 12 : I n d e lin g , p e r c o u p u r e , v a n d e b i l j e t t e n o m lo o p v a n d e N a tio n a le B a n k D e ta b e l geeft, per einde ja a r, de indeling v an de in om loop zijnde b iljetten v an de B ank, p er coupures v an 1.000, 500 en 100 fra n k (eerste p o st op de passiefzijde van de tabellen 10 en 11).
B 2. — G E P U B L IC E E R D E B A L A N S E N V A N D E D E P O S IT O B A N K E N B ronn en :
B a n kco m m issie. N a tio n a le B a n k va n B elgië.
B i b l i o g r a f i e : B elgisch Staatsblad.
Jaarverslagen v a n de B a n kco m m issie. S ta tistisch Jaa rb o ek voor B elgië. Statistisch B u lle tin uitgegeven door het N . I . S . B u lle tin v a n het I n s titu t de Recherches Econom iques et Sociales te L eu ven . T ijd s c h r ift voor D ocum entatie en V oorlichting va n de N .B .B .
T a b e l 13 : A lg e m e n e s t a a t d e r b a n k e n T ab el 13 geeft per einde ja a r de bedragen v an de verschillende rekeningen v a n h e t a c tie f en v a n h e t passief v a n de « Algem ene s ta a t der b an k en ». D e algem ene s ta a t d er b an k en w ordt m aandelijks door de N atio n ale B an k v a n België o p g em aakt aa n de h an d v a n de balan sen (definitief schem a in bijlage bij h e t k o n in k lijk besluit v an 24 novem ber 1937) die h aa r w orden g e stu u rd door de financiële instellingen die aa n h e t reglem ent v a n de B ankcom m issie onderw orpen zijn (20).
De sta tistie k om v at, w at de b an k en b e tre ft die gedeel te lijk h u n bedrijvigheid in h e t b u ite n lan d (m et inbegrip v an K ongo en R uan d a-U ru n d i) uitoefenen, slechts de actieve en passieve bestanddelen v a n de Belgische v esti gingen. De saldi v an de rekeningen door deze la a tste geopend op n aam v a n de in h e t b u iten lan d opgerichte vestigingen kom en voor onder de p o st « M oederm aat schappijen, filialen en d o ch term aatsch ap p ijen ». O pgem erkt zij d a t to t h e t derde k w a rta a l 1952 de B an k v an Belgisch-Congo n ie t onderw orpen was aa n h e t koninklijk besluit v an 9 ju li 1935. D e vestigingen in h et m oederland v a n deze b a n k w erden slechts v a n 31 o k tober 1952 a f in de « algem ene s ta a t » opgenom en.
(2 0 ) H e t k o n i n k l i j k b e s l u i t v a n Ô j u l i 1 9 3 5 , e e r s t e a r t i k e l , b e p a a l t d e i n s t e l lin g e n w a a r o p h e t v a n t o e p a s s in g is : « A a n d e b e p a li n g e n v a n d e z e n t i t e l z ij n o n d e r w o r p e n d e B e lg is c h e e n b u i t e n » l a n d 8 c h e o n d e r n e m in g e n , d ie g e w o o n lijk o p z ic h t o f o p t e r m i j n e n v a n h o o g s • s t e n s tw e e j a a r t e r u g b e t a a l b a r e g e ld d e p o s i to ’s o n t v a n g e n t e n e in d e z e v o o r » e ig e n r e k e n i n g t o t b a n k - , k r e d i e t - o f b e le g g i n g s o p e r a ti ë n a a n t e w e n d e n . » E v e n w e l is d e z e t i t e l n i e t v a n t o e p a s s in g o p : » 1 ° D e N a t io n a l e B a n k v a n B e lg ië , h e t H e r d is c o n t e e r in g - e n W a a r b o r g in s t i»• t u u t , d e B a n k v a n B e lg is c h - C o n g o ( t o t h e t d e r d e k w a r t a a l 1 9 5 2 ) e n d e » C e n t r a l e B a n k v a n B e lg is c h - C o n g o e n v a n K u a n d a - U r u n d i ( v a n h e t d e r d e » k w a r t a a l 1 9 5 2 a f ) , d e A lg e m e n e S p a a r - e n L i jf r e n t e k a s , d e N a t io n a l e » M a a t s c h a p p i j , v o o r K r e d i e t a a n d e N i j v e r h e id , h e t G e m e e n t e k r e d i e t v a n • B e lg ië , d e N a t i o n a l e K a s v o o r B e r o e p s k r e d ie t ;
(2 0 ) (v e rv o lg ) » 2 ° d e f in a n c ië le o n d e r n e m in g e n , d ie e r z ic h b ij b e p e r k e n d e l iq u i d e m id d e le n » v a n h a a r f ilia le n i n o n t v a n g s t t e n e m e n o m d e b e le g g in g e r v a n t e c e n t r a » l is e r e n , o n d e r d e v o o r w a a r d e d a t e r g e w o o n lijk g e e n g e b r u i k v a n w o r d e » g e m a a k t v o o r m e t a n d e r e d e r d e n d a n h a a r f ilia le n o v e r e e n g e k o m e n b a n k » o f k r e d i e to p e r a ti ë n ; » 3 ° d e o n d e r n e m in g e n b e d o e ld b ij 1 ° v a n a r t i k e l 1 v a n h e t k o n i n k li jk b e s lu i t » n r 4 2 v a n 1 5 d e c e m b e r 1 9 3 4 , b e tr e f f e n d e d e c o n tr o l e o p d e p r i v a t e s p a a r > k a s s e n e n d e o n d e r n e m in g e n d ie , z o n d e r d e p o s i t o b a n k e n t e z ijn , * g e ld d e p o s i to ’s o n t v a n g e n . » . . .
— 137 —
Hierna wordt de betekenis of de samenstelliiig van de voornaamste posten uit de algemene staat aange geven. A CTIV A A. — Spaargelden (art. 15 K .B . 42) (21). Belegging v a n sp aard ep o sito ’s (art. 11 en 12, K .B . 42). a) V oorlopige beleggingen (art. 11). b) D efinitieve beleggingen (art. 12). N a a s t deze ru b rie k v a n de algem ene s ta a t d er banken w o rd t geen enkel bed rag verm eld; n a a r h u n m ening doen zij geen v errich tin g en w aarv an de a a rd zou to e la te n ze in deze ru b rie k onder te brengen.
Moedermaatschappijen, filialen en dochtermaatschappijen Deze ru b rie k o m v a t slechts de rekeningen v a n de ban k en bij h u n hoofdzetel, filialen en d o c h te rm a a t schappijen. A anduidingen over h e t begrip « filialen » w erden v e rstre k t in h et eerste jaarv erslag v a n de Bankcom m issie (22). Andere te innen waarden op korte term ijn H e t b e tre ft w aarden w aarv an de lo o p tijd dertig dagen n ie t m ag overtreffen en die in de hiernavolgende categorieën a) en d) k u nnen ingedeeld worden. a) Coupons en uitkeerbare effecten D e ban k en m ogen in deze ru b riek de fiscale zegels en de postzegels onderbrengen.
B. — Beschikbare en vlottende middelen : K a s N ationale B a n k Postrekening
b) Tegenwaarde van vreemde m unt en verkochte effecten
D eze ru b riek o m v a t de b ilje tte n en de m u n tstu k k e n v an de S ch atk ist, de b ilje tte n v a n de N atio n ale B an k v an België, de goudbaren, de vreem de geldsoorten in de m a te d a t zij als gem akkelijk inw isselbaar k u n n en beschouw d w orden, de tegoeden in rek en ing-courant bij de N atio n ale B a n k v a n België en in p o strekening en de d ep o sito ’s bij de N .K .B .K .
c) Incassodienst
Daggeld H e t b e tre ft leningen op één dag, en op v ijf en tien dagen, door de b an k en v e rstre k t a a n p a ra sta ta le k re d ietinstellingen en a a n an d ere ban k en , m et inbegrip v an de in België gevestigde b u iten landse banken. O nder d it hoofd w orden ook opgenom en de vrij zeld zaam voorkom ende k o rtlo p en d e leningen a a n h e t b u i te n la n d (op te n hoogste tie n dagen). Bankiers D e a c tiv a die vallen ond er de bepaling v a n de ru b rie ken « D aggeld », « M oederm aatschappijen, filialen en d o c h te rm a a tsch a p p ije n », « A ndere te in n en w aarden op k o rte te rm ijn » m ogen in deze ru b riek n ie t ondergebracht w orden. a) Belgische bankiers (Belgische b an k en en bankiers, in België gevestigde b u iten lan d se b an k en en p a ra s ta ta le kredietinstellingen). « Onze tegoeden » op hoogstens d ertig dagen en op m eer d a n d e rtig d agen evenals « onze v o orschotten ». H e t onderscheid tu ssen tegoeden en v o o rschotten ste m t overeen m e t d it w elk gew oonlijk g em aak t w o rd t tussen d e nostro - en vostrorekeningen. b) B uitenlandse bankiers (kredietinstellingen in h e t b u i te n la n d , excl. de financiële vennootschappen) « Onze tegoeden » die u itslu ite n d de a c tiv a bij b u ite n landse b an k en o m v a tte n voor zover zij als gem akkelijk om zetb aar m ogen beschouw d w orden en « onze vo o r sch o tten ». (2 1 ) K o n i n k l ij k b e s lu i t n r 4 2 v a n 1 5 d c c e n i b e r 1 9 3 4 h o u d e n d e c o n tr o l e o p d e p r iv a t e s p a a r k a s s e n e n d e o n d e r n e m in g e n d ie , z o n d e r d e p o s it o b a n k t e z ijn , g e ld d e p o s i to ’s o n t v a n g e n : A r t . 1 5 . D e t o e g c l a te u o n d e r n e m in g e n d ie z ic h n i e t e n k e l b e z ig h o u d e n m e t s p a a r v e r r i c h t i n g e n m o e t e n , v o o r d e z e l a a t s t e , e e n a f z o n d e r l i j k b e h e e r , e e n a f z o n d e r li jk e k a s e n e e n a f z o n d e r li jk e b o e k h o u d in g h e b b e n .
O m vat de wissels te r incasso hetzij v a n de bank, hetzij m et d it doel a a n de b a n k overhandigd. I n la a ts t genoem d geval w o rd t de tegenw aarde geboekt op h e t cred it v a n de rekening v a n de cliënt o f onder de ru b riek v a n h e t passief « C rediteuren wegens wissels te r incasso ». D och d e te r incasso a a n de b a n k afgegeven wissels k u n n en ook in de orderekeningen g eboekt zijn. Deze opm erkingen gelden voor volgende ru b riek d) : d) Overnemers van wissels ter incasso Wissels Z ijn vanzelfsprekend n iet in deze ru b riek opgenom en de a ctiv a die onder de bepaling vallen v a n de rub riek en « A nderè te innen w aarden op k o rte te rm ijn » « F in a n ciële vennootschappen » en « B eheer en D irectie » v a n de p o st « D iverse deb iteu ren ». Deze ru b riek b e v a t ook n iet de wissels getro k k en voor de m obilisatie v a n v o r deringen die voorkom en in de ru b riek « D iverse d eb i te u re n ». a) Handelswissels H andels wissels ; w a rran ts, ban k accep ten en overeen kom stig de w et v a n 25 o k tober 1919 gedisconteerde facturen. b) Overheidseffecten
herdisconteerbaar
bij
de
N .B .B .
W aard en uitgegeven door de Belgische overheids instellingen of de p a ra sta ta le instellingen en die de voorw aarden vervullen om bij de N .B.B. gedisconteerd te w orden. Deze ru b rie k o m v a t eveneens se d e rt n o v em ber 1957 de certificaten uitgegeven door h e t R e n tenfonds. (2 2 ) « W a n n e e r m o e t e e n o n d e r n e m in g a is e e n f ilia a l v a n e e n a n d e r e w o r d e n » a a n g e z i e n ? D i t is e e n a f z o n d e r li jk e k w e s tie . » i ) c n a u w e b a n d e n d ie d e r g c l ij k c t o e s t a n d v e r o n d e r s t e l t , k u n n e n h e t g e v o lg » z ij n v a n h e t f e i t d a t h e t a a n d e e l w e lk e e e n v e n n o o ts c h a p in h e t k a p i t a a l v a n » e e n a n d e r b e z i t z o b e l a n g r i j k is d a t zij w e r k e li jk c o n tr o l e o v e r d e z e l a a t s t e » u i to e f e n t , o f w e l v a n h e t f e i t d a t e e n v e n n o o ts c h a p o p e e n a n d e r e e n b c la n g » r ij k e s c h u ld v o r d e r i n g b e z i t w a a r d o o r d e s c h u ld e i s e r d e in d e b e t s t a a n d e » v e n n o o ts c h a p c o n t r o l e e r t , v a n h e t f e i t o o k d a t , w e g e n s o v e r e e n k o m s t e n , e e n » v e n n o o ts c h a p d e a d m i n i s t r a t i e v e , c o m m e rc ië le o f t e c h n i s c h e l e id in g v a n e e n » a n d e r w a a rn e e m t. »
— 138 —
o) Overheidspapier mobiliseerbaar bij de N .B .B . beloop van 95 pet.
b) Belgische overheidsfondsen
tot
O verheidspapier w aarop de N atio n ale B a n k voor sch o tten to t beloop v a n 95 p et. to e sta a t.
c) Buitenlandse overheidsfondsen Deze ru b riek o m v a t de fondsen uitgegeven of gew aar borgd door de b u itenlandse openbare besturen.
Prolongaties en voorschotten op effecten D e voorsch o tten op effecten zijn volledig door effecten gew aarborgde v o o rsch o tten die wegens h e t onderpand a a n w isselm akelaars o f hierm ee gelijk te stellen beroepen verleend w orden of volledig door effecten gew aarborgde n ie t com m erciële v o o rsch o tten die k rach ten s h e t on d er p a n d a a n p articu lieren w orden toegestaan. Debiteuren wegens verstrekte accepten
Deze ru b riek o m v at de fondsen uitgegeven o f gew aar borgd door de Belgische openbare besturen.
-
D eze ru b rie k v e rto o n t de verplichtingen v an de begunstigden v a n accep ten tegenover de banken. De tegenw aarde v a n deze ru b rie k k o m t op de passiva voor onder de ru b riek « G eaccepteerde wissels ».
d) Bankaandelen (artikel besluit 185) (23)
14,
lid
1,
koninklijk
e) Andere effecten (23) Deze ru b riek o m v a t de u it te geven (art. 14, lid 2, K .B . 185), de te verkopen fondsen (a rt. 14, lid 3, K .B . 185), de aandelen v a n kredietinstellingen bij bijzondere w et opgericht (art. 14, lid 4, K .B . 185); en de andere vastren d eren d e en n ie t v astrenderende, genoteerde en n ie t genoteerde fondsen. D oor genoteerde fondsen m oet m en v e rsta a n : genoteerd in België o f in een la n d d a t a a n h e t k a p itaalv e rk eer geen beperkingen oplegt.
Diverse debiteuren Diversen a) Financiële vennootschappen D eze ru b riek o m v a t al d e vorderingen v an welke vorm ook, op de financiële vennootschappen. D oor financiële v en n o otschappen m oet m en de ven n o o t schappen v e rsta a n w aa rv a n de v o o rn aam ste b ed rij vigheid b e s ta a t in h e t beheer, de u itg ifte o f de handel v a n effecten o f p a rtic ip a tie s in handelsvennootschappen. b) Beheer en directie
Borggelden g esto rt voor eigen rekening diversen.
en voor
N iet gestort kapitaal C. — Vastgelegde middelen Oprichtings- en eerste inrichtingskosten Deze ru b riek o m v a t d e oprichtings- en eerste in ric h tin g sk o sten evenals alle andere gelijkaardige kosten, zoals de ko sten v a n verlenging, v a n fusie en v a n w ijzi ging v a n de sta tu te n .
O nder deze ru b rie k v in d t m en al de leningen, welke ook h u n v o rm weze, to eg estaan a a n de beheerders, zaakvoerders o f directeu rs v a n de bank.
Gebouwen
c) Debiteuren wegens hypotheek N ie t com m erciële v o o rsch o tten to eg estaan wegens h e t o n d erp an d u itslu ite n d b estaan d e u it een h y p o th e caire inschrijving.
G ebouw en voor beroepsdoeleinden en andere in gebruik o f te realiseren. D e delgingen w orden r e c h t streeks v an de reële a c tiv a afgetrokken. PA SSIV A
d) Debiteuren wegens promessen
A. — Spaargelden (art. 15, K .B . 42).
P rom essen d oor d e b ite u re n onderschreven en door de ban k gedisconteerd voor d e m obilisatie v a n vorderingen.
S paardeposito’s (artikels 9 to t 14, K .B . 42).
e) Andere debiteuren
Zie blz. 138 h et co m m entaar op de ru b rie k m et dezelfde tite l in de a ctiv a v a n de gezam enlijke s ta a t der banken.
Effecten a) Belegde wettelijke reserve D e b an k en opgericht in d e vorm v a n k a p ita a lv e n no o tsch ap p en zijn door a rtik e l 13 v a n h e t koninklijk beslu it n r 185 v erp lich t h u n w ettelijk e reserve te p la a tse n in fondsen uitgegeven hetzij door de S ta a t, de kolonie, de provincies en de gem eenten, hetzij onder h u n w aarborg. Deze reserve m oet dienen om eventuele verliezen te dekken; de w aard en w aaru it zij b e sta a t m oeten essentieel beschikbaar zijn en onder alle o m standighe den gem akkelijk te realiseren. —
(23) Koninklijk besluit 185, art. 14. — « H et wordt aan elke, onder een van de in artikel 8 voorziene vormen opgerichte bank verboden aandeelen o f deel nemingen, onder welken vorm ook, te bezitten in één o f meer handelsvennootschappen of maatschappijen onder handelsvorm, andere dan banken, o f in één of meer verenigingen bij wijze van deelneming. D it verbod geldt eveneens voor de door dergelijke maatschappijen uitgegeven obligatiën. > Edoch zullen deze banken, gedurende een maximumtermijn van zes maan* » den ingaande met den dag waarop zij op de effecten hebben ingeschreven, die » Belgische of buitenlandsche actiën of obligatiën mogen bezitten m et de open* » bare uitgifte waarvan zij betast zijn; dit geldt eveneens voor aandeelen in een » o f meer vereenigingen bij wijze van deelneming, die m et het oog op een derge» Üjke openbare uitgifte opgericht zijn. » Deze banken kunnen buitendien van de in het eerste lid van dit artikel » bedoelde waarden eigenaar worden om zich voor hun dubieuse o f onbetaald » gebleven schuldvorderingen te dekken. Deze waarden moeten binnen een » termijn van twee jaar worden vervreemd. « H et bij het eerste lid uitgevaardigd verbod is niet van toepassing op de in » bewust lid bedoelde waarden wanneer zij den waarborg van den Staat, van de » kolonie, van de provinciën of van de gemeenten genieten, noch op de aan » deelen in het kapitaal van de bij een bijzondere wet in het leven geroepen » kredietiiiHtituten. » » » » » «
139 —
B. — Opvraagbaar
deposito’s (25) en tegoeden en voo rsch o tten v a n de financiële vennootschappen.
Bevoorrechte of gewaarborgde schuldeisers b) op meer dan dertig dagen D e verbin ten issen opgenom en in deze ru b riek hebben, in geval v a n vereffening o f insolventie, voorrang vergele ken m e t de an d ere verbintenissen. D eze ru b riek o m v at volgende p o sten : a) Belastingen en taksen
O nder deze tite l vorm en al de d eposito’s m et een te rm ijn v a n m eer d a n dertig dag en één enkel to ta a l.
» » » » »
.
b) Bijdragen ingevolge sociale wetten c) Crediteuren met zakelijke waarborgen Deze o n d erru b riek o m v a t slechts de bedragen v e r schuldigd door de b an k en en gew aarborgd hetzij door eigen ac tiv a , hetzij door a c tiv a v a n derden. Z ijn de verplichtingen v a n de b an k en slechts gedeeltelijk gew aarborgd d a n kom en zij in deze su b ru b riek voor te n belope v a n de w aarde v a n de w aarborg. W orden slechts als zakelijke w aarborgen beschouw d de effecten, hy p o th ek en en goederen o f de d ocum enten die deze vertegenw oordigen. Daggeld H e t b e tre ft leningen op 1, 5 en 1Ö dagen, door de ban k en zowel in België als in h e t b u ite n la n d gesloten. O pgem erkt zij d a t sedert de h ervorm ing v a n de d ag g eld m ark t in novem ber 1959 de ru b rie k een o n der scheid m a a k t tu ssen de daggeldleningen die al d a n n iet d oor reële zekerheden g ed ek t zijn.
« D e inschrijving v a n d eposito’s op te rm ijn gebeurt n a a r de overeengekom en term ijn , d.w .z. n a a r de periode voor dew elke deze d eposito’s oorspronkelijk w erden aangelegd en n ie t n a a r de te rm ijn die, op h e t ogenblik w aarop de s ta a t w o rd t o pgem aakt, nog t o t de vervaldag m oet verlopen » (26).
V a n a f 31 au g u stu s 1958 la a t een m eer gedetailleerde indeling een onderscheid to e tu ssen volgende su b ru brieken in de d eposito’s en rekeningen-courant a) dadelijk opvraagbaar, b) op hoogstens dertig dagen. Deze onderrubrieken o m v a tte n n iet m eer de b a n k book] es en d e andere op bankböekjes ingeschreven d eposito’s die tw ee onderscheiden subrubrieken u it m aken; daaren b o v en o m v a tte n zij voor de financiële vennootschappen nog slechts de d ad elijk opvraag b are tegoeden en voorschotten, en op hoogstens dertig dagen. c) op meer dan dertig dagen, d) op meer dan één jaar, e) op meer dan twee jaar.
Bankiers
b) buitenlandse : h u n tegoed en h u n voorschotten.
Deze o n d errubrieken o m v a tte n , sed ert 31 au g u stu s 1958, de tegoeden en v o o rsch o tten v a n de financiële vennootschappen m e t een langere te rm ijn d a n dertig dagen.
M oedermaatschappijen, filialen en dochtermaatschappijen
f) bankböekjes (24),
Geaccepteerde wissels
g) andere op boekjes ingeschreven deposito’s (25).
a) Belgische : h u n tegoed en h u n voorschotten;
.
•
Andere te betalen waarden op korte term ijn
Obligaties en kasbons
Crediteuren wegens wissels ter incasso
N og te storten bedragen op fondsen en participaties
D eposito's en crediteuren
Diversen
T o t 31 ju li 1958 was de ru b rie k « D eposito’s en cre d ite u re n » o n derverdeeld in :
C.
— N iet opvraagbaar
a) dadelijk opvraagbaar en op hoogstens dertig dagen
Reserves
O nder deze benam ing w erden in een s u b to ta a l sam en g eb rach t : d ep o sito ’s en op hoogstens d ertig de bankbö ek jes (24) en an d ere op
D e reserves dienen voor h e t dekken v a n eventuele verhezen.
volgende elem enten d ad elijk opvraagbare dagen, bedragen v an boekjes ingeschreven
(24) (vervolg) . — de direct opvraagbare afhalingen worden op F 5.000 per periode van 14 dagen beperkt; (24) Vóór november 1957 mag de rubriek « Bankböekjes » slechts de deposito's — een maximumbedrag van F 25.000 mag worden afgehaald, per periode van 7 dagen, mits een vooropzeg van 7 dagen; inhouden ingeschreven in de gebruikelijke boekjes waarover slechts kan beschikt — een maximumbedrag van F 100.000 mag worden afgehaald, per periode van worden door afhalingen, verwezenlijkt op vertoon van het boekje, en voor zover de zonder vooropzeg toegestane afhalingen per periode van veertien dagen de 14 dagen, m its een opzegging van 14 dagen. ■ ■ Van deze laatste twee mogelijkheden mag niet ter zelfder tijd gebruik gemaakt 5.000 frank-grens niet overtreffen, en dat verder de bijkomende afhalingen slechts toegestaan worden ten belope van ten hoogste 50.000 frank per periode worden. (25) D e banken die op boekjes (gewoonlijk in dat geval « rekeningboekjes • van veertien dagen, en mits een vooropzeg van ten minste veertien dagen (bron : genoemd) deposito’s op zicht ontvangen, o f deposito’s waarvan de opeisings Jaarverslag 1949-1950 v a n de B a n k co m m issie, blz. 28). . voorwaarden niet streng overeenkomen m et deze vastgelegd in de bepaling van Sedert november 1957 mag de rubriek « Bankböekjes » slechts dc'deposito’s dè hierboven vermelde noot (24) kunnen een afwijking vragen; in dit geval inhouden ingeschreven in de gebruikelijke boekjes waarover slechts kan beschikt worden deze deposito’s ingeschreven onder do benaming : « Andere op .boekjes worden door afhalingen, verwezenlijkt op vertoon van het boekje en voor zover de opeisingsvoorwaarden aan de hiernavolgende o f strengere normen beant ingeschreven deposito’s. » . woorden : ' (26) J a a rversla g v a n de B a n k co m m issie 1949-1950, blz. 27. , ■■
140 —
T a b e l 14 : K a s c o ë ffic ië n t, liq u id ite its c o ë f f ic ië n t e n v e r h o u d in g v a n d e e ig e n t o t d e v r e e m d e m id d e le n E r d ie n t op gewezen d a t de coëfficiënten v a n ta b e l 14 die eveneens in de jaarv erslag en v a n de B ankcom m issie voorkom en enkel statistisch e gegevens zijn; zij verschil len v a n de coëfficiënten voorgeschreven door h e t regle m e n t op de bankcoëfficiënten v a n 11 o k to b er 1949 (27). De kascoëfficiënt w o rd t verkregen d oor h e t bedrag v a n de tegoeden d er b an k en in kas, bij de N ationale B an k v a n België, op postrekening en bij de N .K .B .K ., die voorkom en op de activ a, te delen door h et bedrag v a n de d ad elijk o p v raag b are dep o sito ’s en crediteuren, bankboekjes, andere op boekjes ingeschreven deposito’s, financiële venn o o tsch ap p en [u itslu iten d h u n tegoeden (28)], voorkom end op h e t passief. De liquiditeitscoëfficiënt is h e t re s u lta a t v a n een breu k m e t als teller h e t to ta a l v a n de b edragen die op de a ctiv a v a n de b alans onder volgende ru b riek en voor kom en : K as, N atio n ale B a n k v a n België, P o strekening, N atio n ale K as voor B eroepskrediet; Geleend daggeld in België en in h e t buiten lan d ; Belgische en b u itenlandse bankiers; M oederm aatschappijen, filialen en d o c h ter m aatsch ap p ijen in België en in h e t buiten lan d; A ndere te in n en w aard en op k o rte term ijn ; H erd isco nteerbare wissels, A nder h erd isco n teerb aar papier, G eaccepteerde wissels, O verheidspapier h erd isco n teerb aar bij de (27). Voor de wijzigingen tijdens de betrokken periode aan de coëfficiënten, voorgeschreven door het reglement van 11 oktober 1949, gelieve men de jaar verslagen van de Bankcommissie te raadplegen. (28) Uitsluitend de direct opvraagbare tegoeden sedert men deze kan afzon deren, d.w.z. sedert 31 augustus 1958.
N .B.B. (29); P rolongaties; L eningen uitgegeven' door de S ta a t en de K olonie (30), O bligaties o f aandelen gew aar borgd door d e overheid (30). D e noemes v an deze b reu k b e s ta a t u it h e t to ta a l v an d e b ed rag en die onder vol gende tite ls op h e t passief voorkom en : B evoorrechte o f gew aarborgde schuldeisers; O pgenom en daggeld; B el gische en buiten lan d se bankiers; M oederm aatschap pijen, filialen en d o c h term aa tsch a p p ijen in België en in h e t b u itenland, B ijkom ende d o tatie s; G eaccepteerde wissels; A ndere te b etalen w aarden op k o rte term ijn; C rediteuren wegens wissels te r incasso; D eposito’s en rekeningen-courant die d ad elijk o p v ra ag b a ar zijn en op hoogstens dertig dagen; B ankboekjes; A ndere op boekjes ingeschreven dep o sito ’s; Financiële vennootschappen (uitslu iten d h u n tegoeden) (31). De verhouding van de eigen middelen tot de middelen van derden w o rd t verkregen door h e t to ta a l v an d e n ie t o pv raag b are passiva te delen door h e t to ta a l v a n de o pv raag b are passiva.
T a b e l 15 : I n d e lin g d e r b a n k e n n a a r d e g r o o tte h u n n e r w e r k m id d e le n D e w erkm iddelen in h u n geheel o m v a tte n d e eigen m iddelen, de d eposito’s en crediteuren evenals de obligaties en kasbons. (29) Ten belope van het voorschot dat de Bank op de betrokken mobiliseerbare effecten zou toestaan. Voor de berekening van de hierboven aangehaalde gezamenlijk coëfficiënten werden de activa van deze rubriek in feite voor 95 pet. van hun inventariswaarde genomen. (30) Ten belope van het voorschot dat de Bank zou toestaan. De activa van deze twee rubrieken werden praktisch voor 80 pet. van hun inventariswaarde genomen. (31) De tegoeden die direct opvraagbaar zijn en op ten hoogste dertig dagen alleen sedert het mogelijk is ze af te zonderen, d.w.z. sedert 31 augustus 1958
C. — G E G E V E N S M E T B E T R E K K IN G T O T D E T E G O E D E N O P P O S T R E K E N IN G E N H U N B E W E G IN G E V E N A L S T O T D E G E Z A M E N L IJ K E B E T A L IN G E N U IT G E V O E R D D O O R M ID D E L V A N D E D IR E C T O P V R A A G B A R E B A N K D E P O S IT O ’S E N D E T E G O E D E N O P P O S T R E K E N IN G B ron n en :
.
B e stu u r der Postchecks. M in iste r ie v a n F in a n c ië n . N a tio n a le B a n k v a n B elgië.
B i b l i o g r a f i e : Statistisch Ja a rb o ek voor B elgië.
S tatistisch T ijd s c h r ift gepubliceerd door het N . I . S . B u lle tin de V I .R .E .S . T ijd s c h r ift voor D ocum entatie en V oorlichting v a n de N .B .B .
T a b e l 16 : P o s tr e k e n in g e n H e t B e stu u r d er P ostchecks p u b liceert m aandelijks in h e t Staatsblad h e t a a n ta l geopende rekeningen bij h e t B e stu u r d er P ostchecks, h e t gezam enlijke tegoed en d it v a n de p articu lieren op postrek en in g evenals inlich tin g e n o m tre n t de bew eging v a n deze rekeningen in h u n geheel. H e t tegoed in rekening v a n de p articu lieren per einde m a a n d v ertegenw oordigt de schuld v a n h e t B estu u r d e r P ostchecks, d.w .z. een deel v a n de S ta a ts schuld aangezien d it B e stu u r deel u itm a a k t v a n h et B e stu u r d e r P o sterijen ; w at de in lichtingen over d e bew e ging v a n de tijd e n s de m a a n d uitgevoerde verrichtingen b e tre ft, deze h ebben n ie t alleen b etrek k in g op de bew e ging v a n de tegoeden v a n de « p articu lieren » doch eveneens op die v an de rijksrek en p lich tig en die over een postrekening beschikken.
D e ta b e l verm eld t h e t a a n ta l rekeningen p er einde ja a r (kolom 1), h e t gem iddeld dagelijks tegoed in rek e ning (particulieren, rijksrekenplichtigen, sed ert 1944 geblokkeerde rekeningen) (kolom 2) en h e t gem iddeld dagelijks tegoed v a n de particu lieren (kolom 3) (32). D e algem ene beweging (kolom 8) o m v at : (32) H et gemiddeld dagelijks tegoed van de particulieren omvat de vrije tegoeden van de particulieren en de effecten van de Muntsaneringslening waarin de definitief geblokkeerde rekeningen werden omgezet. De vrije tegoeden van de particulieren per einde tijdvak, worden gepubli ceerd in tabel 6 « gedetailleerde stand van de binnenlandse openbare schuld » (onderverdeling schuld op korte termijn) van hoofdstuk X V I. Zij om vatten inzonderheid : — het tegoed van de Nationale Bank bij het Bestuur der Postchecks voor rekening van het Ministerie van Openbaar Onderwijs (schoolpact van 29 mei 1959, artikel 15); — de tegoeden op postrekening van de geldscheppende instellingen; — het tegoed van het Fonds voor de ontwikkeling van de gebieden overzee. Laat men deze drie elementen buiten beschouwing dan bekomt men de vrije tegoeden per einde periode, zoals zij voorkomen in kolom 6 van tabel 7 « Geldhoeveelheid » van hoofdstuk X III.
— 141 —
1° de « S to rtin g en en diverse kred ieten » die h e t credit v a n de rekeningen beïnvloeden; 2° de overschrijvingen te rz e lfd ertijd op h e t deb et en h e t cred it en die d us tw eem aal in de beweging voorkom en; 3° de « cheques en diverse d eb etv errich tin g en » geboekt op h e t debet. ' D e sto rtin g en en diverse cred itv errich tingen (kolom 4) o m v a tte n : 1° de sto rtin g en in speciën te n b ate v an houders van postrekeningen, gedaan bij h e t B e stu u r d e r P o st checks te B russel en in al de p o stb u relen v a n h et R ijk; 2° de o p b ren g st van de incassering v an o n tv a n g k a a r ten; 3° de cheques op bankiers ingeschreven bij de Verreken k am er en geïnd d oor bem iddeling v a n h e t B estu u r d er Postchecks; 4° de assignaties en postw issels te r inning aa n d it B e stu u r overgem aakt; 5° d e opbren g st v a n de incassering v a n kw ijtingen en handelsw issels. D e ru b rie k « cheques en diversen » (kolom 6) o m v a t de cheques a a n to o n d er, d.w .z. de cheques welke a a n de lo k e tte n v a n h e t B e stu u r d er P ostchecks te B russel aangeboden w orden v oor d irecte b etalin g en d e cheques op n aam , d.w .z. de cheques g estu u rd a a n h e t B estu u r d er P ostchecks o f a a n huis b e ta a ld d o o r d e brieven bestellers; zij o m v a t d aaren b o v en de « diversen » d.w .z. de bijkom ende o n k o sten w aarvoor d e aangeslo te n e n gedeb iteerd w orden : diverse leveringen, tak sen op de v errichtingen, enz. D e g iro’s (kolom m en 5 en 7) zijn in tw ee categorieën ingedeeld : d e g iro’s v a n de binnenlandse d ienst w aarv an de bedragen voor d e b e t en cred it dezelfde zijn, en de giro’s v a n de in te rn a tio n a le d ien st die vanzelfsprekend slechts eenm aal geboekt w orden. H e t « p ercen tag e v a n d e v errich tin g en uitgevoerd zonder gebru ik v a n ch artaalg eld » (kolom 9) heeft als teller : 1° de p o stg iro ’s op d e b e t en credit; 2° de g iro’s g ed aan p e r assignatie en postwissel; 3° d e d oor de p o st aan genom en sto rtin g sbulletins in de verrekenkam ers; 4° d e sto rtin g en g ed aan p er bankcheques, accreditieven en betalingsorders;
T a b e l 17 : G e z a m e n lijk e b e ta lin g e n d o o r m id d e l v a n d i r e c t o p e is b a r e b a n k d e p o s ito ’s in B e l g is c h e f r a n k e n e n v a n te g o e d e n in p o s tr e k e n in g e n v e r h o u d in g v a n d e o m z e t t o t d e h o e v e e lh e id Deze ta b e l geeft jaa rlijk se en driem aandelijkse inlich tin g en in v erb an d m e t de gezam enlijke betalingen m et behulp v a n de voornaam ste vorm en v an giraal geld : de d ire ct o p vraagbare ban k d ep o sito ’s in Belgische fra n ken en de tegoeden in postrekening. H e t b e tre ft b en a derende gegevens volgens h e t to ta a l v an d e d e b e t v errichtingen in rekening (incl. de rekeningen van vreem delingen en de deb etv errich tin g en m et b etrekking to t betalingen a a n h et buitenland.) V oor de betalingen door m iddel v a n d irect o p v raag bare b an k d ep o sito ’s (kolom 1), re ik t de telling n iet verder d a n de a c h t v o o rnaam ste banken. M et b etrekking to t de betalingen door m iddel van postrekeningen (kolom 2) verw ijderde m en u it de brutogegevens v a n de debetinschrijvingen, een groot a a n ta l d u bbel getelde giro’s die m eestal h e t gevolg zijn v an de inrichting v a n de rijksboekhouding. Volgende elem enten w erden uitgeschakeld : — de cheques zonder betaling in speciën, getrokken op de rekening v a n de rekenplichtige der postchecks en op de rekening v a n de rekenplichtigen der P osterijen; — de cheques a a n to o n d er b etaa ld a a n de lo k e tte n te B russel, A ntw erpen en L uik; — de giro’s v a n d e rijksrekenplichtigen n a a r de re k e ning v a n de Schatkist; — de giro’s v a n de rekening v a n de S ch a tk ist n a a r de rekenplichtige der postcheques; — d e belangrijke b etalingen door h e t d eb et v a n de rekening v a n de openbare S ch a tk ist te n b a te v a n de rijk srekenplichtigen o f v a n p a ra sta ta le instellingen. O pgem erkt zij d a t deze b etalingen de b ijd rag en v a n de S ta a t a a n de verschillende instellingen voor sociale verzekering o m v atte n . D e ta b e l v erm eld t eveneens de verhouding v a n de om zet to t d e hoeveelheid, m .a.w . de omloopscoëffioiënt v a n de d irect opv raag b are ban k d ep o sito ’s (kolom m en 4 en 5) en v a n de postrekeningen (kolom 6). D e omloopscoëffioiënt w o rd t bekom en door h e t bedrag v a n de inschrijvingen op h e t d eb et v a n de d irect opvraag b are bankdepositorekeningen in B elgische fra n k en o f op h e t d e b e t v a n de postrekeningen d e r p a r ti culieren en v a n d e buitengew one rijksrekenplichtigen te delen door h e t gem iddeld tegoed v a n deze rekeningen tijd en s de beschouw de periode.
6° d e cheques zonder b etalin g in speciën, uitgegeven d oor de rekenplichtigen d er p o sterijen voor de a f h a ling v a n gelden geboekt op h u n lopende postrekening wegens de p o stg iro ’s aangenom en door de p o stb u relen voor de betaling v a n wissels, kw ijtingen, o n tv a n g k a a rte n , aan k o o p v a n zegels, enz.
D it gem iddeld tegoed vertegenw oordigt : a) voor de b an k d e p o sito ’s : h e t gem iddelde van de creditsaldi op de eerste w erkdag v a n elke w eek v a n de onm iddellijk o p v raag b are rekeningen in Belgische franken; b) voor de postcheckrekeningen : h e t dagelijks gem id delde v a n de tegoeden v a n de p articu lieren en h e t gem iddelde tu sse n d e u itsta a n d e bedragen v a n de buitengew one rijk srek en p lich tig en op h e t einde van de vorige m aa n d en op h e t einde v an d e m aan d .
7° de cheques w aarvoor de aangeslotenen gedebiteerd w orden en w aa rv a n h e t bed rag door de zorgen v a n h e t B estu u r d er P ostchecks om gezet w o rd t in p o st wissels b e ta a lb a a r in h e t b u iten lan d .
T en einde de gevolgen v a n de ongelijke d u u r d er m aan d en u it te schakelen w erden de omloopscoëfficiënten berekend door de debetinschrij vingen te h e r leiden to t ty p e m a a n d e n v a n 25 dagen (kolom m en 5 en 6).
5° de postassig n aties en postcheques in verrekenkam er b etaald ;
— 142 —
D. — D O O R D E N A T IO N A L E B A N K V A N B E L G IË G E V IS E E R D E I N - E N U IT V O E R A C C E P T E N BRON :
Nationale Bank van België.
B i b l i o g r a f i e : T ijd s c h r ift voor D ocum entatie en V oorlichting va n de N .B .B ., deel I . , n TS 3-4, m a a rt-a p ril 1945, deel I . , n T 2, fe b ru a r i 1953, deel I I , n T 3, septem ber 1958.
H erdiscontering en W a a rb o rg in stitu u t 1935-1960 (3e deel « de m a rk t v a n het p a rtic u lie r disconto »).
T ijdens de beschouw de periode h a n d h aafd e de N a tio nale B a n k h e t stelsel v a n h e t visum op de in- en u itv o er accep ten d a t in 1945 ingevoerd w erd inzonderheid om de vorm ing v a n een Belgische ac c e p ten m a rk t te begun stigen en de financiering v a n de h an delsverrichtingen m e t h e t b u iten lan d te vergem akkelijken. D oor h a a r visum te p la a tse n g a a t de N ationale B ank de verbintenis a a n h e t daarm ee beklede accept voor herdisconto a a n te nem en op voorw aarde d a t h e t b in nen 120 dagen v e rv a lt en h a a r afg estaan w o rdt door een an d ere b an k ier d a n de a c c e p tan t, d oor een p a ra s ta ta le instelling, of, uitzonderlijk, door een eerste ran g s firm a (dit wegens de derde h an d tek en in g die door de s ta tu te n v ereist is). D aaren b o v en m ag de acceptatiecom m issie v an de dep o sito b an k en 1 p et. ’s ja a rs n ie t overtreffen en de wissels m oeten gedisconteerd gew eest zijn tegen een ren te v o e t die de d iscontovoet v a n de N ationale B ank voor deze wissels m et n ie t m eer d a n 0,1 p e t o v erschrijdt. D e geviseerde bank- en h andelsaccepten (33) kunnen op de m a rk t v a n h e t p articu lier disconto teg en u ite rst
gunstige ren tev o eten verhandeld w orden. Zij w orden doorgaans gedisconteerd, hetzij door h e t H .W .I., hetzij door de N .M .K .N . naargelang h u n lo o p tijd kleiner of groter is d a n tw ee ja a r (in beginsel m ag deze looptijd v ijf ja a r niet overtreffen). S edert 6 au gustus 1959 w orden de geviseerde accepten v a n m eer d a n F 5.000.000 m et een langere lo o p tijd d a n tw ee ja a r gedisconteerd door Creditexport. O pgem erkt zij d a t h e t visum n ie t a u to m atisch v er leend w ordt en d a t h et voor de B an k een in stru m e n t van geldpolitiek v orm t. D oor de toekenningsvoorw aarden van h a a r visum te v eranderen — voorw aarden m et betrekking to t de d u u r v a n de financiering, de a a rd van de goederen, h e t lan d v a n herk o m st o f v a n b estem m ing, — k a n de B an k de oriëntering v an de buitenlandse handel beïnvloeden en h a a r kredietpolitiek steunen n a a r gelang de econom ische en m onetaire to e sta n d (34). De tabellen 18 to t 26 geven, globaal, per econom ische sector en per groep landen v a n h erkom st o f v a n b estem m ing, h e t volum e v a n de tijd en s een ja a r geviseerde accepten evenals h e t u itsta a n d e bedrag per einde ja a r van de in om loop gebleven geviseerde accepten.
(33) H et viseren van handelsaccepten, d.w.z. van wissels in Belgische fran (34) Cf. * Herdiscontering- en Wafirborgln9tituut 1Ô35-1960 », blz. 111 en ken getrokken door uitvoerders en geaccepteerd door hun cliënten, bestaat volgende. slechts sedert augustus 1Ô49.
E . — C E N T R A L E B A N K V A N B E L G IS C H -G O N G O E N R U A N D A -U R U N D I B ron :
Centrale B a n k v a n Belgisch-C ongo en R u a n d a -Ü r u n d i.
B i b l i o g r a f i e : Verslagen va n de Centrale B a n k v a n Bélgisch-C ongo en R tia n d a -U ru n d i.
T oegestaan bij d ecreet v a n 30 ju li 1951, d a t h e t orga nieke k ad er vastlegde, w erd de C entrale B an k van Belgisch-Congo en v a n R u a n d a -U ru n d i op 29 sep tem ber 1951 effectief opgericht in de vorm v a n een «publiek rech telijk e vereniging » m et een k a p ita a l v a n 150 m il joen K ongolese franken. H a a r s ta tu te n w erden goed gekeurd door h e t k oninklijk b eslu it v a n 26 o k to b er 1951.
S edert h e t decreet v an 25 o k tober 1956 w aarv an artik el 1 de Kongolese fra n k bepaalde in verhouding to t h e t goud, w ordt de v o o rraad geraam d op basis v an h e t goudgehalte v an de K ongolese fran k , d. i. 19,74824173 m illigram m et een gehalte v a n 900 duizendsten fijn goud. Tegoed in deviezen omzetbaar in goud
Op 30 ju n i 1952 n a m deze b a n k de o p d ra c h t v a n Cen tra le b a n k over v a n de B an k v a n Belgisch-K ongo. D e vereffening v a n de C.B.B.C. begon op 16 februari 1961. T abel 27 geeft de v o o rn aam ste ru b riek en v a n de balansen v a n deze instelling. ACTIVA
D e a ctiv a en passiva in convertibele geldsoorten zijn g eraam d tegen de notering w aartegen zij in goud k u n n en om gezet worden. D e bedragen v a n deze ru b riek vertegenw oordigen de tegenw aarde in K ongolese fra n k en v a n d e creditsaldi bij de buitenlandse correspondenten alsook de mobiliseerbare vorderingen.
Goudvoorraad Tegoed in Belgische franken D eze v o o rraad w erd to t op 25 o k to b er 1956 geraam d op basis v a n F 56.263,7994 p er kilogram fijn goud, w aarde b epaald door h e t d ecreet v a n 12 decem ber 1952 d a t de w ettelijk e verordening n r 35 /174 v a n 25 ju n i 1952 goedkeurde betreffende de w aardering v a n de goud v o o rraad v a n de C entrale B ank.
Deze p o st is in volgende su b ru brieken ingedeeld : a) B anken en diverse organismen T o t einde 1956, o m v at deze p o st h e t tegoed in re k e ning bij de N ationale B an k v a n België, h e t B e stu u r d er
— 143 —
P ostchecks te B russel, alsook h e t daggeld in Belgische fran k en geleend a a n Belgische p a ra s ta ta le k red ie tin stellingen. V an 1957 a f h eeft deze ru b riek alleen b e tre k king op h e t tegoed bij h e t B estu u r d er P ostchecks te Brussel. b) Certificaten van de Belgische Schatkist Deze certificaten op k o rte te rm ijn zijn in de balans opgenom en voor h u n nom inale w aarde.
tegen voorw aarden bep aald door de R eg e n te n ra ad en goedgekeurd door d e M inister v an K oloniën. D eze voor sc h o tte n m a a k te n deel u it v a n h e t bij a rtik e l 6, § 2, n r 2 v a n de s ta tu te n vastgestelde m axim um , hetgeen bepaalde d a t de gecum uleerde w aarde v a n d e vo o r sch o tten in rekening a a n de S ch atk isten v a n Belgisch K ongo en v an R u a n d a -U ru n d i en h e t n o m inaal bedrag v a n h e t overheidspapier gehouden door de B a n k n iet g ro ter zijn m ag d a n F 1 m iljard w a t Belgisch-K ongo b e tre ft en F 200 m iljoen w at R u an d a-U ru n d i a an g a at.
c) Andere tegoeden Belgische overheidseffecten in Kongolese franken D eze groeperen : — de k asv o o rraad in Belgische franken; — de overheidsfondsen op k o rte te rm ijn en de accepten v a n Belgische b an k en verw orven als tijd elijk e thesauriebeleggingen; — de d eb iteu ren voor verkoop op de m a rk t v a n B russel v a n deviezen op term ijn ; — de om verschillende reden en te in n en w aarden. Tegoeden in andere deviezen Deze ru b rie k vertegenw oordigt de tegenw aarde v a n de n ie t convertibele tegoeden in vreem de deviezen bij de correspondenten.
H e t b e tre ft p ap ier op k o rte te rm ijn overgenom en v an de B a n k v a n Belgisch-K ongo in v e rb a n d m e t v errich tin g en m et de Belgische S ta a t vóór de oprichting v a n de C entrale B an k v a n Belgisch-Congo en R u a n d a-U ru n d i en d a t op de vervaldagen hernieuw d w erd. Overheidsfondsen (art. 6, § 1, n re 12 en 13 v a n de sta tu te n ) D e overheidsfondsen uitgegeven door Belgisch-K ongo, aan g ek o ch t als tegenw aarde v a n de eigen m iddelen van de B a n k w orden geboekt voor een w aarde die kleiner is d a n de terugbetalingsw aarde. V an 1954 to t 1957 w erd h u n bedrag v erm inderd m e t de nog te sto rte n tra n ch e v an de deelnem ing in h e t k a p ita a l v a n de K re d ie tm a a t schappij voor K olonisten en N ijverheid.
Te ontvangen buitenlandse deviezen en goud D eze ru b riek vertegenw oordigt de teg enw aarde v a n op te rm ijn aangek o ch te deviezen. Zij o m v a t d a a re n boven, op 31 decem ber 1957, de tegenw aarde v a n een goudlening a a n de Belgische S ta a t (F 1.002 m iljoen). H andelspapier op Belgisch-Kongo en R u anda-U rundi Deze wissels b e ta a lb a a r in Belgisch-K ongo en R u andaU rundi, door de B a n k gedisconteerd, m ogen n ie t m eer d a n 180 dag en lo o p tijd hebben.
Overheidsfondsen (art. 6, § 2, n r 4, alinea 2 v a n de s ta tu ten ). I n 1957 w erd een tw eede portefeuille aangelegd in v erb an d m et de w erking v a n de re n te m a rk t in Belgisch K ongo en d it overeenkom stig de nieuw e sta tu ta ire beschikkingen die bepalen d a t de B an k bovendien over heidspapier, uitgegeven of gew aarborgd door B elgisch K ongo o f R u an d a -U ru n d i, te n belope v an F 1 m iljard m ag bezitten.
E in d e 1960 h e e tte deze ru b riek « H an d elspapier op K ongo ».
PA SSIV A
Voorschotten op overheidsfondsen en edele stoffen
Biljetten en metalen m unten in omloop
T o t einde 1953 h ad d en deze v o o rschotten alleen b etrek k in g op de edele stoffen; v a n 1954 a f slaan zij u itslu ite n d op de overheidsfondsen.
D e ta b e l o m v at de b ilje tte n en m etalen m u n ten u it gegeven door de C entrale B an k , de b ilje tte n en m u n te n uitgegeven door de B a n k v a n Belgisch-K ongo vóór 1 ju li 1952 en h e t m etalen ch artaalg eld d a t door B el gisch-K ongo vóór 1935 aan g em u n t w erd en d a t de B an k op dezelfde v o et m oet teru g b e talen als h a a r eigen uitgiften.
Overheidspapier uitgegeven door Belgisch-Kongo R uand a -U ru n d i (art. 6, § 1, n r 3 v a n de sta tu te n )
en
D eze portefeuille o m v a t u itslu ite n d p ap ier uitgegeven door de S ch atk isten v a n K ongo en v a n R u an d a-U ru n d i en gedisconteerd te n voordele v a n B elgisch-K ongo, R u a n d a -U ru n d i en v an overheids- en sem i-overheidsinstellingen. Voorschotten in rekening-courant aan parastatale instel lingen T er gelegenheid v a n de w ijziging v a n de sta tu te n , b ek rach tig d door h e t k o n in k lijk b esluit v a n 6 ap ril 1957, w erd h e t m ogelijk leningen en v o o rsch o tten in rekeningc o u ra n t to e te sta a n a a n de p a ra s ta ta le instellingen —
Rekeningen-courant en diverse crediteuren (35) Deze ru b rie k o m v a t de rek en ingen-cou rant v a n B el gisch-K ongo en R u a n d a-U ru n d i, alsook de diverse rek e nin gen-courant en de te b etalen w aarden. D e diverse rekeningen-courant o m v a tte n in zonder heid h e t tegoed in rekening v a n d e K ongolese en b u ite n landse banken, alsook v a n d e K ongolese overheids organism en en p a ra sta ta le instellingen. (35) In K ongolese franken.
144 —
H e t bedrag v a u de « Te b eta le n w aard en » geeft h et to ta a l d er verbintenissen v a n de B an k weer, andere d an deze geboekt in rekening, inzonderheid de accreditieven uitgeschreven in o p d ra c h t v a n de openbare diensten, de te r beschikking gestelde bedragen, de op weg zijnde tran sfers die la te r aanleiding zullen geven to t betalingen of boekingen op h e t cred it v a n rekeningen-courant, de te b eta le n dividenden, de a a n h e t B eheer der B elas ting en verschuldigde bedragen.
Verbintenissen in Belgische franken D e d ire c t o p v raag b are v erbintenissen vertegenw oor digen de tegoeden in rekening v a n Belgisch-K ongo en v an R u a n d a -U ru n d i en v a n bepaalde K ongolese over heids- en sem i-overheidsinstellingen, alsm ede de te b etalen w aard en en de te r d ekking v a n docum entaire k red ieten o n tv an g en bedragen. S edert 1957, o m v a tte n zij d aaren b o v en d e a a n de N atio n ale B a n k v a n België verschuldigde bedragen u it hoofde v a n tijd elijk e voor sch o tten , gew aarborgd door in p a n d gegeven w aarden. D e v erbintenissen op te rm ijn b e sta a n u it de te rm ijn rekeningen, geopend in o p d ra c h t v a n Belgisch-K ongo aa n K ongolese overheids- en sem i-overheidsinstellingen.
Verbintenissen in buitenlandse deviezen (36) Deze ru b rie k m a a k t de tegenw aarde u it v a n de tegoeden in rekening v a n Belgisch-K ongo, v a n R u andaU ru n d i en v a n derden, v a n de bedragen o n tv an g en te r dekking v a n d o cu m en taire k red ieten evenals v a n de te b etalen w aarden, u itg e d ru k t in buiten lan d se deviezen.
GEPUBLICEERDE TABELLEN
G ezam enlijke balan sen d er geld scheppende in s te llin g e n ............. B alansen v a n de geldscheppende instellingen ingedeeld p e r grote categorie instellingen : N atio n ale B a n k v a n België . . G eldscheppende openbare in stellingen ................................. D e p o s ito b a n k e n ......................... G ezam enlijke geldscheppende instellingen ...........................
N'
1
Nr
B lz.
U itsta a n d e discontokredieten, v o o rschotten en acceptkredieten a a n Belgische en buiten lan d se bedrijven en p a rtic u lie re n .........
9
278
B alansen v a n de N atio n ale B an k v a n België (jaren 1950 to t 1958)
10
280-281
B alansen v a n de N ationale B an k v a n België (jaren 1959 en 1960).
11
282
V erdeling, p er coupure, v a n de biljettenom loop v an de N ationale B a n k v a n B e lg ië ...........................
12
282
Algem ene s ta a t d er b an k en
13
284-285
K ascoëfficiënt, liquiditeitscoëfficiënt en verhouding v a n de eigen to t de vreem de m id d e le n ...........
....
14
286
Indeling der ban k en n a a r de g ro o t te h u n n e r w e rk m id d e le n ...........
15
286
P ostrekeningen
16
288
Gezam enlijke betalingen door m id del v a n d irect opeisbare b a n k deposito’s in Belgische fran k en en van tegoeden in postrekeningV erhouding v a n d e om zet to t de h o e v e e lh e id ...............................
17
289
D oor de N ationale B a n k v a n B el gië geviseerde bank- en h andels accepten (overzicht) ..................
18
290
V olum e d e r geviseerde bank- en handelsaccepten betreffende de u itv o er vergeleken m et de w aarde v a n de u itv o er v a n de B .L .E .U . : — classificatie per nijverheidssektoren .................................... — geografische classificatie . . .
19 20
291 292
V olum e der geviseerde bank- en handelsaccepten betreffende de invoer vergeleken m e t de w aarde v a n de invoer v a n de B .L .E .U . : — classificatie p er categorieën v a n goederen ........................ — geografische classificatie . . .
21 22
293 294
U itsta a n d bedrag p e r einde ja a r v a n de geviseerde bank- en handelsaccepten betreffende de u itv o er : — classificatie per nijverheidssektoren .................................... — geografische classificatie . . .
23 24
295 296
U itsta a n d bedrag p e r einde ja a r van de geviseerde bank- en h andels accepten betreffende d e invoer : — classificatie p er categorieën v a n goederen ......................... — geografische classificatie . . .
25 26
296 296
B alansen v a n de C entrale B an k v a n Belgisch - Congo en R u an d aU ru n d i ...............................................
27
297
.................................
Blz.
257 à 259
2
260-261
3 4
262-263 264-265
5
266 à 268
O orzaken v a n de v eranderingen in de geldhoeveelheid ......................
6
272-273
G e ld h o e v e e lh eid .................................
7
274-275
Goud- en n etto d ev iezen v o o rraad v a n de geldscheppende in ste l lingen .................................................
8
276-277
(36) A ndere dan in Belgische franken.
10
G E P U B L IC E E R D E T A B E L L E N
—
145 —
X IV .
—
N ie t
g e ld s c h e p p e n d e
fin a n c ië le
in s te llin g e n
A. — R E N T E N F O N D S B ro n :
Ja a rversla g en v a n het R en ten fo n d s.
B i b u o g r a p i b : B elg isch S ta atsblad.
H e t R en ten fo n d s n eem t op de Belgische g e ld m ark t een zeer bijzondere p la a ts in. H e t is o p g ericht bij w etsbesluit v a n 18 m ei 1945 als een zelfstandige in stel ling w aarv an de verbin ten issen door de S ta a t gew aar borgd zijn. T o t in 1959 b esto n d zijn o p d ra c h t erin de m a rk t v a n de effecten m e t halflange en lange looptijd uitgegeven o f gew aarborgd d oor de S ta a t, de andere overheid en o p en b are instellingen, d oor aan- en v er kopen te regulariseren, aangezien d e N atio n ale B ank alhoew el s ta tu ta ir d a a rto e gem ach tig d op deze m a rk t n ie t m eer o p tra d .
D e w et v a n 19 ju n i 1959 ü e t, bij a rtik e l 8, h e t R e n te n fonds u itd ru k k elijk to e « open m a rk e t »-verrichtingen te doen, n ie t enkel op overheidsfondsen op halflange en lange te rm ijn , doch ook op kortlo p en d overheids papier. T er zelfder tijd w erden d e actiem iddelen v a n h et R entenfonds nog vergroot; d e N atio n ale B a n k stelde een k redietm arge v a n F 2 m iljard in voorschottenrekening te r beschikking v a n h e t F onds on afh an k elijk v an die v a n de Schatkist; aangezien de B a n k daaren b o v en h a d a a n v a a rd om in de p la a ts v a n de S ch a tk ist d e Bel gische deelnem ing in goud in h e t k a p ita a l v a n h e t In te rn a tio n a le M onetaire F o n d s te financieren, w erd h e t aldus vrijgekom en bedrag (F 2.812.500.000) n ie t te r beschikking v a n de S c h atk ist doch wel v a n h e t R e n te n fonds gesteld.
T o t in 1957 financierde h e t R entenfonds zijn p o rte feuille d o o r h e t opnem en v a n geld op zeer k o rte te rm ijn op de m a rk t v an h e t daggeld b u ite n verrekening; w anneer deze leningen o n toereikend w aren disconteerde h e t kasbons bij de N atio n ale B ank. H e t u itsta a n d e bedrag v a n deze bons w erd in m indering g e b rach t v an d e m arge v a n F 10 m iljard v a n de v o o rsch o tten v a n de B a n k a a n de S ta a t.
. De aanvullende m iddelen w aarover h e t F onds beschikt m ogen evenw el n ie t voor financiering v a n de S ch a tk ist geb ru ik t w orden. H e t beheer v a n h e t F o n d s w ordt w aargenom en door een Com ité v an zes leden w aarv an er drie w orden voorgedragen door de B an k en drie door de M inister v a n F inanciën (2).
D e organisatie en d e zending v an h e t R entenfonds w erden achtereenvolgens gew ijzigd door de hervorm ing v a n 12 n o vem ber 1957 w aardoor h e t de m iddelen verkreeg om een ruim ere « open m a rk e t »-politiek te voeren, n ad ien d oor de w et v a n 19 ju n i 1959 die zijn w erkterrein, w ettelijk , u itb reid d e, en te n slo tte door de reorg an isatie v a n de m a rk t v a n h e t daggeld in novem ber 1959.
D e reorganisatie v a n de m a rk t v a n h e t daggeld in novem ber 1959, vergem akkelijkte de toegang v a n h e t R entenfonds to t de m a rk t en s te lt h e t inzonderheid in s ta a t bij de sluiting v a n de verrekening een regelende rol te vervullen.
S ed ert de hervorm ing v a n 12 n o vem ber 1957 g a f h et R en ten fo n d s eigen certificaten u it die in de d ekkingen v a n de b an k e n to eg elaten zijn. B ovendien w erd h e t u itsta a n d e bedrag v a n de sc h a tk istc e rtific ate n die to en bij de b an k e n o n d erg eb rach t w aren, v astg esteld op F 28,9 m iljard; d.w .z. d a t deze kortlo p en d e bij de b an k en o n d erg eb rach te schuld een s ta tu u t kreeg; een speciale lening w erd uitgegeven m e t een k a p ita a l van F 28,9 m iljard verdeeld in tw ee tran ch es : de ene b e sta a n de u it certificaten « A » op één ja a r, v oor een to ta a l bedrag v a n F 20 m iljard , de an d ere u it certificaten « B » op vier m aan d en (1); bovendien w erd overeengekom en d a t zo de b a n k e n wegens een daling v a n h u n d eposito’s d e certificaten v a n deze speciale lening op de v ervaldag n ie t zouden hernieuw en, h e t R en ten fo n d s een gelijk aard ig bed rag v a n bedoelde certificaten zou opnem en. D aaren b o v en h eeft h e t F o n d s sindsdien k u n n en beschik k e n over k re d ie te n op o n d erp an d bij de N atio n ale B an k , b u ite n de m arge v a n F 10 m iljard.
T a b e l 1 : V o o r n a a m s te a c tiv a e n p a s s iv a v a n h e t R e n te n f o n d s T abel 1 geeffc de u itsta a n d e bedragen op h e t einde v a n h e t ja a r v a n de voornaam ste a c tiv a en p assiv a v a n h e t R entenfonds. H e t linkerdeel v an de ta b e l heeft b e trek k in g op de a c tiv a v a n h e t F onds, d.w .z. de portefeuille, h e t c red it saldo bij de N ationale B a n k en de daggeldleningen (3). D e p o st « portefeuille » is in drie ru b riek en o n d erv er deeld : genoteerde w aarden, sch atk istce rtificate n v an d e tra n c h e « B » en andere sch atk istcertificaten . D e genoteerde w aarden in de portefeuille v a n h e t R en tenfonds o m v a tte n overheidsfondsen, d.w .z. effecten
(1) Bij ministerieel besluit van 8 april 1960 werd de speciale lening in certi ficaten van de tranche « A • en in certificaten van de tranche ■B » anders inge deeld : het bedrag van de tranche ■ A • werd van F 20 miljard tot F 19.826 mil joen verminderd en dit van de tranche « B » werd van F 8.920 miljoen op F Û.094 miljoen gebracht.
—
(2) H et Fonds brengt om de drie maanden verslag uit bij de Minister van Financiën; elk jaar publiceert het een verslag in het Staatsblad. (3) B e laatste twee activapostcn kwamen slechts van 1959 a f op de balansen van het Kentenfonds voor. D it houdt verband m et de hervorming van de geld markt van november 1957, m et de aanpassing van h et statuut van het Renten fonds en m et de hervorming van de daggeldmarkt van november 1959.
147 —
v a n d e S ta a t, de zelfstandige fondsen, de p a ra sta ta le instellingen, de lagere overheid en an d ere w aarden die m e t d e effecten v an de S ta a t gelijkgesteld zijn. H e t rech terd eel v a n de ta b e l, d a t op de passiva v an h et R en ten fo n d s b etrek k in g heeft, m a a k t ach tereen volgens een onderscheid tu ssen de certificaten g e p laa tst
bij de b an k e n (4), de daggeldleningen, de verrichtingen m et re c h t v a n w ederinkoop en h e t k re d ie t on tv an g en v a n de N atio n ale B a n k in de vorm v a n v o o rschotten o f disconto v a n kasbons. (4) H et betreft rentenfondscertiflcaten ingevoerd bij de hervorming van november 1057.
B. — A L G E M E N E S P A A R - E N L I J F R E N T E K A S B eon n en :
A lg em en e S p a a r - en L ijfre n te k a s .
B i b l i o g r a f i e : Ja a rversla g en v a n d e A . S .L .K .
A a n v u lle n d e studies b ij de overzichten v a n de A . S . L . E . B elgisch S ta a tsb la d .
T a b e l 2 : B e w e g in g v a n d e in la g e n b ij d e S p a a r k a s v a n d e A .S .L .K . T abel 2 geeft, voor elk ja a r, h e t bed rag v a n de sto r tingen, de opvragingen en de o v ersch o tten op de sp a a r boekjes v a n de p articu lieren bij de sp aark as v a n de A .S.L .K . evenals h e t u itsta a n d e bed rag op h e t einde v an h e t ja a r v a n de inlagen v a n de p articu lieren bij deze instelling.
T a b e l 3 : V o o r n a a m s te p o s te n u i t d e b a la n s e n v a n de S p aark as D e p o sten v a n h e t a c tie f zijn in drie hoofdrubrieken ingedeeld : b eschikbaar, voorlopige en definitieve beleggingen. D eze indeling b e ru st op de s ta tu ta ire bepalingen die de beleggingen v a n de A .S .L .K . regelen (art. 27, 28 en 29 v a n de organieke w et v an 16 m a a rt 1865, w aarbij A .S.L .K . w erd opgericht). D e reeks beleggingen die d oor de s ta tu ta ire beschik kingen to eg elaten zijn, w erd d o o r ta lrijk e bijzondere vo orschriften u itg eb reid (w etten en k oninklijke beslui ten). O nder de p assiv ap o sten w o rd t in de ta b e l eerst een onderscheid g em aak t tu ssen de o p v raag bare en de nieto p v raag b are. D e o p v raag b are w orden vervolgens in tw ee g rote o n d erru b riek en ingedeeld, m e t n am e de inlagen op spaarb o ek jes en de inlagen op rekeningen-courant. D e inlagen op sp aarboekjes o m v a tte n b u ite n de sp aarboèkj es v a n de p articu lieren die v eru it h e t belang rijk s t zijn : a) D e d o ta tie voor krijgsgevangenen — K ra ch te n s de w et v a n 18 au g u stu s 1947 w o rd t onder bepaalde om stan d ig h ed en een d o ta tie verleend a a n de k rijg s g evangenen die m instens zes m aan d en in krijgsgevan genschap verbleven. D e d o ta tie w erd te r beschikking v a n de begunstigden gesteld d oor jaarlijk se tran ch es v a n een zevende, v a n 1947 t o t 1953, en te dien einde in een d o tatieb o ek je opgetekend. S edert 1 april 1953 w erden de d o taties, v erm eerderd m et de interesten , in eenm aal te r beschikking v an de belanghebbenden gesteld.
b) D e inlagen v a n openbare instellingen, instellingen van o p en b aar n u t en organism en m et sociaal o f cultureel doel o f w eldadigheidsinstellingen. D eze instellingen en organism en k u n n en h u n m iddelen p la a tse n op sp a a r boekjes bij de A .S.L .K . teg en de door de R a a d v a n beheer vastgestelde voorw aarden. D eze inlagen zijn op te rm ijn en de opvragingen zijn a a n een opzegging onderw orpen; c) R ekening « L ijfrentezegels ». H e t b e tre ft de b e d ra gen ingezam eld door de beheerder v a n de lijfre n te zegels bij de bed rijv en en de organism en die deze zegels aankopen. S to rtin g en op rekeningen-courant k u n n en gedaan w orden door de m aatsch ap p ijen voor goedkope w onin gen, de sam en wer kende m a atsch ap p ije n voor la n d bouw krediet evenals door de instellingen die zich een speciaal boekje m ogen doen openen. D e ta b e l voorziet geen onderverdelingen v a n h e t n iet o pv raag b are passief; laatstgenoem de ru b riek o m v a t h e t to ta a l v a n de p o sten : « D o tatiefo n d s », « F o n d s voor diverse voorziene u itg av en » en « R eservefonds ». H e t do tatiefo n d s o n tv a n g t op h e t einde v a n h e t ja a r de erfloze n alaten sch ap p en , de saldi v a n de sp a a rre keningen die n a een periode v a n d e rtig ja a r vervallen zijn evenals de ren tesald i op rekeningen die sinds m eer d a n één ja a r te ru g b e ta a ld zijn. H e t F o n d s voor diverse voorziene u itg av en w o rd t gestijfd door ja arlijk se heffingen op de w insten v a n de S p aark as te n einde een dekking voor diverse voorvallen a a n te leggen. Ten slo tte o n tv a n g t h e t R eservefonds de op b ren g sten v an zijn eigen w aarden en een deel v a n de w insten v a n de S paarkas.
T a b e l 4 : V o o r n a a m s te p o s te n u i t d e b a la n s e n v a n d e lijf r e n te k a s s e n T o t in 1956 publiceerde de L ijfren tek as slechts één balans. Deze la a tste o m v a tte de a c tiv a en de verplich tin g en aangegaan k ra ch te n s de organieke w et v a n 16 m a a rt 1865 evenals de p o sten die b e tre k k in g hebben op h e t beheer v a n de verzekeringen afgesloten in h e t ra a m v a n de w ette n v a n 1925 en 1930 op h e t bediendenpensioen.
— 148 —
V an 1957 a f w erd de enige balans door deelbalansen vervangen. — E en eerste deelbalans m e t als tite l L ijfrentekas « Algem ene wet » (to estan d v an h e t R entenfonds) sla at op de verzekeringen v an re n te n afgesloten in h e t raa m van de w et v an 16 m a a rt 1865 en de gecoördineerde w e tte n v a n 1946. Om evenw el de sociale verzekeringen duidelijk te scheiden v a n de tran sacties in v e rb an d m et de w et v a n 16 m a a rt 1865 w erd de sectie v a n de in h e t kad er v a n bovengenoem de w et afgesloten verzekeringen, op 1 ja n u a ri 1960 gescheiden v a n h e t R entenfonds, opgericht in h e t ra a m v a n de sociale pensioenw etten. Ze w erd gevoegd bij d e levensverzekeringskas v an de A .S.L .K . Zo o m v a t h e t R en ten fo n d s v a n die d a tu m a f nog alleen h e t a c tie f v a n d e sectie « algem ene wet, m inderjarigen en k ran k zin n ig en artsen » m et uitzo n d e ring v a n de a c tiv a v a n de secties « bedienden », « zelf stan d ig en » en « w et 1865 ». — E en tw eede deelbalans v a n de L ijfren tek as heeft b etrek k in g op h e t beheer v a n de verzekeringen in het ra am v a n de w e tte n v a n 1925 en 1930 op h e t bediendepensioen. V an 1958 a f v e rto o n t deze b alans alleen de to e sta n d zoals deze v o o rtv lo eit u it de v erplichte sto r tingen, u itgevoerd in h e t ra a m v a n deze w etten. — E en derde deelbalans v a n de L ijfren tekas heet L ijfren tek as « B edienden » (w et v a n 12 ju li 1957). V an 1958 a f to o n t deze b alans alleen de to e sta n d v o o rt vloeiend u it de v erplichte sto rtin g e n gedaan in h e t ra am v a n deze w et. — E en vierde deelbalans sla a t op h e t beheer v a n de verzekeringen die w erden afgesloten in h e t ra a m van de w et v a n 30 ju n i 1956 en v a n 1960 af, in h e t raam v a n de w et v a n 28 m a a rt 1960 op h e t pensioen van de zelfstandige arbeiders. — V an 1958 a f s te lt d e L ijfren tek as een vijfde deelbalans op, die sla a t op h e t beheer v a n de verzeke ringen afgesloten in h e t ra a m v a n d e w e tte n op h et bediendepensioen, door m iddel v an aan v u llen de sto r tingen. T abel 4 v o rm t, te n m in ste v a n 1957 af, een in teg ratie v an de deelbalansen v a n de verschillende L ijfrentekassen. D e globale p o st « E ffectenportefeuille » v an de deelbalansen is in de geïntegreerde b alan s volgens de verschillende beleggingscategorieën ingedeeld. D e sam enstelling v an de portefeuille w o rd t beheerst door de w et v a n 1 ju li 1869, a rtik e l 1 d a t lu id t :
« A l d e beschikbare o n tv a n g sten w orden aangew end » voor de aankoop v a n w aarden v a n d e volgende cate» gorieën : » 1° Belgische overheidsfondsen o f andere w aarden » door de S ta a t gew aarborgd; » 2° obligaties op de provincies, de steden en de gem eenten van België; » 3° h y p othecaire ceels of leningen; » 4° (w et v a n 21 ju n i 1804, a rt. 3. — O bligaties van » Belgische vennootschappen die sed ert m instens v ijf » opeenvolgende ja re n al h u n verplichtingen voldeden » door m iddel v a n h u n gewone m iddelen. » D e reeks beleggingen die door de sta tu ta ire bepalingen toegelaten zijn, w erd door ta lrijk e bijzondere b e p a lingen aangeviild (w etten en koninklijke besluiten). D e tegenhanger v a n de portefeuille v a n de Lijfrentek assen b e sta a t u it h e t « R en tenfonds », d.w .z. de reserves voor de in h e t raam v a n de « Algem ene w et » verzekerde re n ten en de w iskundige reserves, d.w .z. de bedragen gekapitaliseerd in h e t ra a m v an de w e tte n op h e t pensioen v a n de bedienden en de zelfstandigen. T o t h e t d ie n stja a r 1956 w aren de w iskundige reserves, a a n gelegd in h e t ra a m v a n de w e tte n v a n 1925 en 1930 op h e t bediendenpensioen, opgenom en in de p o st « R e n te n fonds » v a n de eenheidsbalans. T a b e l 5 : V o o r n a a m s te p o s te n u i t d e b a la n s e n v a n d e L e v e n s v e r z e k e r in g s k a s Zoals hierboven verm eld, w erd de sectie v a n de in h e t raa m v a n de w et v a n 16 m a a rt 1865 afgesloten verzeke ringen op I ja n u a ri 1960 gescheiden van h e t R e n te n fonds, opgericht in h e t k ad e r v a n de w e tte n op h et sociaal pensioen, en bij de L evensverzekeringskas gevoegd. D e sam enstelling v a n de portefeuille v a n d e K as is geregeld door dezelfde w et als die betreffende d e L ijfren te k a s en dezelfde bepalingen zijn erop v a n toepassing. D e w iskundige reserves die op h e t passief v a n de balans voorkom en vorm en de gem eenschappelijke w aarborg v a n de verzekerden. H e t reservefonds w o rd t door de verlies- en w instre kening gestijfd.
C. — P A R T IC U L IE R E SPA A RKA SSEN Bbon :
C entraal B u r e a u voor de klein e spaarder».
B i b l i o g r a f i e : B elg isch S taatsblad.
T a b e l 6 : I n d e lin g e n b e s t e m m i n g v a n d e w e r k m id d e le n T abel 6 geeft een o v erzicht v a n de indeling en de bestem m ing v a n de w erkm iddelen v a n de particuliere spaark assen ond er to ezich t v a n h e t C en traal B ureau voor de kleine sp aard ers (5). D e actiem iddelen w orden (5) De huidige organisatie van de controle vloeit voort uit het koninklijk besluit nr 42 van 15 december 1934 en zijn bijvoegsel, het koninklijk besluit van 24 juni. 1935 die de particuliere spaarkassen aan de controle van het Centraal Bureau voor de kleine spaarders onderwerpen en die de regels voorschrijven voor de belegging van fondsen, ingezameld in de vorm van spaarinlagen.
ingedeeld in inlagen op m inder d a n tw ee ja a r, op tw ee ja a r en m eer, en in obligaties en kasbons. O nder d e beleg gingen — w aarv an de gegevens slechts sinds 1956 beschikbaar zijn — zijn enerzijds de vorderingen op de b edrijven en de p articu lieren opgenom en en anderzijds de vorderingen op de openbare sector. Deze tw ee c a te gorieën vorderingen zijn op h u n b e u rt onderverdeeld hetzij om de a a rd v a n de vorderingen te doen u itsc h ij n en (disconto, voorschotten, hyp o th ecaire vorderingen, enz.) — d it is h e t geval m et de vorderingen op de
— 149 —
bedrijven en de p articu lieren — hetzij om de sectoren te bepalen die tegenover d e p articu liere spaarkassen
schulden aangingen — d it is h e t geval m e t d e v o rde ringen op de openbare sector.
D . — N A T IO N A L E M A A T S C H A P P I J V O O R K R E D I E T A A N D E N IJ V E R H E I D B ron :
N a tio n a le M a a tsc h a p p ij voor K red iet a a n de N ijverh eid .
B l b l i o o b a f i e : V erslagen v a n de N . M . K . N .
T abel 7
: V o o r n a a m s te b a l a n s p o s te n
2° K redieten aan de scheepvaart
D e a c tiv ap o sten zijn : 1° Investeringskredieten op lange en halflange term ijn D eze o m v a tte n de gewone k red ieten , d.w .z. de k redie te n die n ie t a a n bijzondere w e tte n onderw orpen zijn en de speciale investeringskredieten. D e speciale in v esterin g sk red ieten h ad d e n ach te re en volgens op de volgende categorieën verrichtingen b etrek k in g : — k red ieten voor hulpverlening a a n de nieuw e in d u s trie ë n (koninklijk b eslu it n r 81 v a n 28 novem ber 1939 en uitv o erin g sb eslu it v a n 27 decem ber 1947); — de speciale in v esterin g sk red ieten die de invoer in België financierden v a n uitrustin g sgoederen h er kom stig u it h e t gebied v a n de E uropese B etalingsu nie (begrotingsw et v a n 26 ju li 1952 en koninklijk b eslu it v a n 23 ju li 1953); — de speciale in v esterin g sk red ieten voorbehouden aan — de achtergebleven sectoren, aangew ezen door h e t M inisterie v a n E conom ische Z aken en v a n M idden s ta n d (koninklijk b eslu it v a n 20 decem ber 1953); — de k red ieten die d e oprichting, u itb reiding, heruitru stin g o f ra tio n a lisa tie v a n in d u striële bedrijven o f a m b a c h te n to t doel h eb b en (w et v a n 7 au gustus . 1953 en k o n in k lijk b eslu it v a n 12 o k to b e r 1953); — de k red ieten b estem d to t bevordering v a n de oprich tin g v a n gebouw en voor n ijv erh eid en a m b ac h ten en h e t in b e d rijf n em en v a n b u ite n gebruik gestelde in d u striële gebouw en (w et v a n 31 m ei 1955, nad ien verv an g en door d e w et v a n 12 ju li 1955 en v an 10 ju li 1957); — de k red ieten voor de financiering v a n de voorraden v an de steenkolenm ijnen (w et v a n 5 m ei 1958 en v an 31 decem ber 1958); — de k red ieten to eg estaan in h e t ra a m v a n d e w et v a n 24 m ei 1959 w aardoor de beroeps- en am bachtsk red ieten voor d e m id d e n sta n d v erru im d en m a k kelijk er v e rk rijg b a a r w orden; — d e k red ieten to eg estaan in h e t ra a m v a n d e w et v a n 17 ju li 1957 w aarbij m aatreg elen genom en en gecoördonneerd w orden om d e econom ische expansie en de o prichting v a n nieuw e b ed rijv en te bevorderen; — d e k red ieten ' 18 ju li 1959 : econom ische gew esten te
to eg estaan in h e t ra a m v a n de w et v a n die speciale m aatreg elen in v o ert om de en sociale m oeilijkheden v a n som m ige bestrijd en .
Deze p o st v erm eld t d e k red ieten to eg e staan door de N .M .K .N . voor de ontw ikkeling v a n de koopvaardij- en vissersvloot en v a n de scheepsbouw op grond v a n de w e tten v a n 1 feb ru ari 1939 en v a n 23 a u g u stu s 1948. 3° Herstelkredieten Deze p o st o m v a t de kred ieten voor h e t herstelling v an oorlogsschade (w etsbesluit v a n 30 novem ber 1944 en w etten v a n 1 o k tober 1947 en v a n 6 ja n u a ri 1950) en d e k red ieten bestem d voor h e t herstel v a n d e sohade vero o rzaak t door d e overstrom ingen (wet v a n 24 m a a rt 1953 en v a n 26 ju n i 1956). 4° H andelskredieten op halflange term ijn D eze p o st o m v a t inzonderheid de kred ieten voor de m obilisatie v a n leveringen v a n spoorw egm aterieel en v a n leveringen v a n allerhande m aterieel a a n Belgische in d u striële bedrijven, en de kred ieten voor de finan ciering v an d e verkopen op afb etaling. 5° Kredieten beheerd voor rekening van de Staat Deze p o st o m v a t de kred ieten a a n de steenkolenm ij n e n voor h e t d ek k en v a n de w ed eru itrustingsuitgaven door m iddel van de « M arshall-hulp » (begrotingsw etten v a n 30 m ei 1949 en v a n 26 ju li 1952) en d e k red ieten voor de ontw ikkeling v a n de koopvaardij- en vissers vloot en v a n de scheepsbouw gefinancieerd door h et R ederij- en scheepsbouw fonds (w et v a n 23 au g u stu s 1948, artik el 6bis). D e passivaposten zijn : 1° Obligaties D e obligaties w orden uitgegeven m e t een lo o p tijd v a n v ijf ja a r en m eer. 2° Kasbons Ze w orden uitgegeven op m inder d a n v ijf ja a r. 3° Belgische Staat D eze p o st o m v a t de k a p ita le n te r beschikking v a n de N .M .K .N . gesteld voor d e financiering v a n de k re d ieten verleend o f nog te verlenen onder h e t stelsel v a n de beg ro tin g sw etten v a n 30 m ei 1949 en v a n 26 juli 1952 evenals v a n d e w et v a n 23 a u g u stu s 1948, artik el 6 bis.
— 150 —
E. — G E M E E N T E K R E D IE T V A N B E L G IË T a b e l 8 : V e r r ic h tin g e n v a n d e p r o v in c ia le e n g e m e e n te lijk e s e c to r e n T ab el 8 h eeft b etrek k in g op de financiering door h e t G em eentekrediet v a n België v a n de inv esterings u itg av en v a n de gew estelijke en p laatselijk e overheid en v a n de instellingen v a n de provinciale en gem een telijk e sectoren evenals op de verrich tin g en in rekening c o u ra n t welke deze a u to rite ite n en organism en bij deze instelling doen om h u n gewone b ehoeften te dekken. D e inv esterin g su itg av en v a n de gew estelijke en p laatselijk e overheid en v a n de instellingen v a n de provinciale en gem eentelijke sectoren zoals in terco m m unale verenigingen, com m issies v a n openbare o n der sta n d , k erkfabrieken, polders, w ateringen e. a. w orden gefinancieerd, enerzijds, door m iddelen u it leningen welke deze overheid en organism en bij h e t G em eente k re d ie t v a n België a a n g a a n en anderzijd s u it toelagen die h u n d oor de S ta a t en de provincies als teg em o et kom ing in bovengenoem de u itg a v e n v e rstre k t w orden. Al de m iddelen u it deze toelagen of leningen w orden sam en g eb rach t in d e rekeningen « Toelagen en leningsgelden » w aarv an h e t b eschikbare saldo op h e t passief v a n de b alan s v a n h e t G em eentekrediet v a n België voorkom t. D eze rekeningen o n tv an g en : 1) de b edragen v a n de toelagen die door de S ta a t en de provincies in geld a a n h e t G em eentekrediet uitg e keerd w orden te n voordele v a n de provinciale en gem eentelijke sectoren; 2) de b edragen v an de d oor h e t G em eentekrediet toeg estane en d oor de bescherm ende overheid b ek rach tig d e leningen. D eze leningen o m v a tte n , b u iten die w aarv an de lasten (delgingen en in teresten ) d oor de ontleners gedragen worden, de leningen w aa rv a n de S ta a t de la ste n a a n de ontleners te ru g b e ta a lt en die k rach ten s h e t koninklijk besluit v a n 22 o k to b er 1959 de tegem oetkom ing vorm en v an de S ta a t in de financiering v a n de b etro k k en inves terin g su itg av en in de p la a ts v a n de toelag en die hij vroeger m et hetzelfde doel betaalde.
D e tegoeden v a n de rekeningen « Toelagen en leningsgelden » dienen voor de betaling v a n de buitengew one u itg av en die d e toekenning v a n de toelagen o f h e t beroep op de lening veroorzaakten; in een klein a a n ta l gevallen dienen zij voor de teru g b etalin g v a n leningen. D e schuld v a n d e provincies, de gem eenten en de ondergeschikte openbare b estu ren u it hoofde v a n h u n investeringen tegenover h e t G em eentekrediet o m v at h e t u itsta a n d e bedrag v a n de leningen op k o rte, half lange en lange te rm ijn die h u n door deze instelling w erden toegestaan. D e achtereenvolgende saldi v a n d e schuld op k orte, halflange en lange te rm ijn tegenover h e t G em eente k red iet v a n België vloeien n ie t v o o rt u it h e t verschil tu sse n h e t te r beschikking gestelde bedrag v a n de leningen in d e rekening « Toelagen en leningsgelden » [lijn (2) en (3)] en d it v a n d e afnem ingen op deze rek e ningen voor d e teru g b etalin g v a n leningen [lijn (6)]. Deze opvragingen vertegenw oordigen in d erd aad slechts een klein gedeelte v a n d e teru g b etalin g en v an d e schuld. D e k red ietverbintenissen v a n h e t G em eentekrediet v a n België vertegenw oordigen h e t deel v a n de door deze instelling toegestane leningen d a t nog n iet op de rekeningen « Toelagen en leningsgelden » g e sto rt w erd. V oor de gewone verrichtingen v a n de bovengenoem de au to rite ite n en organism en, geeft ta b e l 8 de gem iddel den v a n d e gezam enlijke dagelijkse creditsaldi enerzijds en deb etsald i anderzijds v a n d e rekeningen -courant v a n de b etro k k en a u to rite ite n en organism en evenals h e t to ta a l v a n de betalingen die over h e t d e b e t v a n die rekeningen uitgevoerd w erden. . D e gezam enlijke debet- en creditsaldi v a n deze rek e n ing en -co u ran t vorm en h e t grootste deel v a n de posten voorkom end op de balans v a n h e t G em eentekrediet v an België, onder de rub riek en « D eb etrekeningen-courant » en « C reditrekeningen-courant » v an de overheid en de openbare instellingen.
F . — L E V E N S V E R Z E K E R IN G S M A A T S C H A P P IJ E N B ro n n e n :
M in iste r ie v a n Econom ische Z a k e n : dien st v a n de Verzekeringen. N a tio n a a l In s titu u t voor de S ta tistie k.
B i b l i o g r a f i e : D e B elgische E conom ie i n 1950, 1951 . . .
T abel 9
1960 (M in iste r ie v a n E conom ische Z a k e n en E n e rg ie, A lg em en e D irectie voor S tu d ië n en D ocum entatie).
: V o o r n a a m s te b a la n s p o s te n
D e beleggingen v an de w iskundige reserves van de levensverzekeringsm aatschappijen zijn onderw orpen a a n h e t reglem ent v a n to ezich t voorgeschreven door de koninklijke beslu iten v a n 17 ju n i 1931 en 8 au g u stu s 1935. D e beleggingen v a n de b edragen b estem d voor de borgstellingen zijn aan een gelijkaardig controlereglem en t onderw orpen d a t bij de bovengenoem de ko n in k lijk e b eslu iten ingesteld w erd. —
D e borgstellingen die op de p assiv a v a n de balansen v a n de levensverzekeringsm aatschappijen voorkom en, m oeten aangelegd w orden door v a n h e t b edrag v a n de geïnde prem ies 5 %0 in te h o uden to t h e t gereserveerde to ta a l m instens 3 % v a n de w iskundige reserves bereikt. D e la a ts te kolom v a n ta b e l 9 v erm eld t h e t to ta a l v a n de w iskundige reserves, d e reserves voor te b etalen schadegevallen, d e reserves voor deelnem ing in de w insten, d e verdelingsfondsen, evenals d e reserves voor de co n tracten o p gem aakt in buiten lan d se v a lu ta ’s. 151 —
D e w iskundige reserves zijn de v o o rnaam ste p o st v a n h e t p assief v a n de balansen. Zij vorm en h e t tegengew icht v a n « h e t tegoed d a t de v erzekeraar m oet b e z itte n om h e t hoofd te bieden a a n de verplichtingen die hij k rach ten s de nog vigerende c o n tracte n a a n ging. » (6)
De verdelingsfondsen zijn hetzij de m iddelen die door de verzekeringsm aatschappijen en de m u tu a lite ite n voor w ettelijke pensioenfondsen aangelegd w erden, hetzij een deel v an de w insten d a t als reserve voor deelnem ing in de w insten d ie n t aangew end te w orden.
D e reserves voor te b eta le n schadegevallen verteg en w oordigen h e t deel v a n de tijd e n s h e t d ie n stja a r a a n gegeven schade en w aa rv a n de vereffening bij de afslui tin g n ié t beëindigd is.
D e reserves voor de co n tracten in b u itenlandse v a lu ta ’s ten slo tte, zijn de w iskundige reserves die op de con trao ten in vreem de geldsoorten b etrekking hebben. Deze c o n trac ten d a te re n v a n vóór 15 fe b ru a ri 1946 aangezien h e t w etsbesluit betreffende h e t reglem ent op de levensverzekeringscontracten en op de lijfre n ten in b u itenlandse v a lu ta ’s (7) in zijn a rtik e l 9 b e p aa lt d a t h e t a a n de erkende levensverzekeringsm aatschap p ijen verboden is in België nieuw e levensverzekerings co n tra cten of lijfren ten in vreem de geldsoorten te slu iten .
D e reserves voor deelnem ing in de w insten kundige reserves, aangelegd als tegengew icht verhogingen v a n de verzekerde k a p ita le n die verzek erin g sm aatsch ap p ijen als w instaandeel verzekerden w orden toegekend.
zijn wis voor de door de aan hun
(6 ) H. M a u r i c e , L es opérations financières et les opérations viagères 1 9 5 1 (Bibliothèque générale des sciences économiques), Bruxelles, les Editions comp tables, commerciales et financières.
(7) Cf. B d g U c h S taatsblad van 14 maart 1946.
G. — H Y P O T H E E K I N S C H R IJ V IN G E N B ro n :
A lgem en e S p a a r - en L ijfre n te k a s (a anvullende studies).
B i b l i o g r a f i e : B elgisch Staatsblad.
Sta tistisch Ja a rb o ek voor B elgië. Sta tistisch B u lle tin gepubliceerd door het N . I . S . T ijd s c h r ift voor D ocum entatie en V oorlichting v a n de N .B .B . Verslagen v a n de A lg em en e S p a a r- en L ijfre n te k a s (A a n v u llen d e stu d iën ).
T a b e l 10 : I n d e lin g d e r h y p o th e e k in s c h r ijv in g e n
m anier opnieuw belegd, d ie n t m en voor de in te rp re ta tie v a n de sta tistie k m e t deze herbelegging rekening te houden. T en slo tte m oet m en rekening houden m e t h et feit d a t de besparingen v a n de p articu lieren die re c h t streeks in hypotheekleningen belegd w orden, klein zijn in vergelijking m e t de inschrijvingen die voor rekening v a n de verschillende financiële instellingen genom en w orden (9).
H e t bedrag v a n de h y potheekinschrijvingen is g eraam d op grond v a n de o n tv an g en inschrijvingsrech ten zoals zij m aan d elijk s in h e t Belgisch Staatsblad v erschijnen en rekening h o u d en d m e t h e t feit d a t h e t ta rie f v a n h e t re c h t, sed ert 23 augustus. 1934, 2 p. d. v a n h e t h y p o th eek b ed rag beloopt. D e h y p o th ek en die v a n h e t in sch rijv in g srech t ontslag en zijn, w erden in deze ram in g n ie t begrepen (8).
T abel 10 d eelt de h y p othecaire inschrijvingen in volgens de groepen instellingen te n b a te w aarv a n deze inschrijvingen genom en werden.
D e in schrijvingen o m v a tte n de hernieuw ingen van h y p o th ecaire in schrijvingen als w aarborg v a n v errich tin g en m e t m eer d a n 15 ja a r lo o p tijd en w aarv an h e t bedrag, v erm eld in d e eerste kolom v an ta b e l 10, op ongeveer 1,5 pC t. v a n h e t to ta a l w o rd t geraam d. De hyp o th eek in sch rijv in g d e k t eveneens de bijkom ende k o sten die gem iddeld op 10,5 pC t. v a n h e t bedrag v an de in schrijving g eraam d w orden. A angezien de tegen h y p o th eek belegde k a p ita le n bovendien vrij vlug w orden te ru g b e ta a ld , dikw ijls n a v ijf of tien ja a r en op dezelfde (8) A r t. 266 (W etboek van de registratie-, hypotheek- en grefilerechten). Zijn vrij van het hypotheekrecht : 1° de wettelijke hypotheekinschrijvingen en hun hernieuwingen; 2° de inschrijvingen die ambtshalve door de hypotheekbewaarder gedaan . worden; . 3® de inschrijvingen die genomen worden om de inning te verzekeren van de belastingen verschuldigd aan de Staat, de kolonie, de provincies, de gemeen ten, de polders en wateringen en de hernieuwingen van deze inschrijvingen; 4° de inschrijvingen ten laste van de Staat, openbare staatsinstellingen en andere rechtspersonen vermeld in artikel 161, 1° en hun hernieuwingen. A r t. 303 (W etboek van de registratie-, hypotheek- en grefflerechten).
Zijn van het hypotheekrecht vrijgesteld : 1° (besluit van 30 juni 1041, artikel 23, van kracht gebleven door de artikel 1 van het wetsbesluit van 30 november 1944 en artikel 68 van de wet van •• 30 januari 1954) de inschrijvingen tot waarborg van de leningen en kredietopeningen waarvan sprake in artikel 301, 1° en 2°; 2° de inschrijvingen genomen in uitvoering van de w et van 27 maart 1924 . betreffende de Nationale Vereniging van Industriëlen en Handelaars voor het v herstel der Oorlogsschade.
—
D e inschrijvingen voor rekening v a n de p a ra sta ta le instellingen groeperen in de kolom « andere » d e in sch rij vingen te n voordele v a n h e t C entraal B ureau voor H y p o th eca ir K red iet, de N ationale M aatschappij voor K red iet a a n d e N ijverheid, h e t N atio n a al In s titu u t voor L andbouw krediet, de N atio n ale K as voor B eroeps k red iet, de N ationale M aatschappij voor d e kleine landeigendom , de N atio n ale K as voor B ediendenpensioenen, h e t N atio n aal Pensioenfonds voor M ijnw erkers, h e t H uisvestingsfonds v an de B ond d er k ro o strijk e Gezinnen v a n België, h e t O nroerend K re d ie t v a n de Belgische Spoorwegen. D e inschrijvingen voor rekening van de geoontroleerde m aatsch ap p ijen w aarborgen d irecte leningen to eg estaan door de h y p o th ee k m aa tsc h ap p ijen , de particu liere sp a a r kassen, de verzekeringsm aatschappijen en deze welke door bem iddeling van gespecialiseerde bed rijv en toege sta a n worden.
(9) Zle aanvullende studies in het verslag van 195S van de Algemene Spaaren Lijfrentekas.
152 —
De ru b rie k « D iverse instellingen » groepeert de inschrijvingen voor rekening v a n de industriële en com m erciële b ed rijv en en voor de financiële instellingen w aa rv a n d e h y p o th ecaire bedrijvigheid n ie t aa n de officiële controle onderw orpen is. H e t bed rag v a n de hypo th ecaire leningen verleend door de p articu lieren werd berekend p er saldo, d.w.z. d a t m en v a n de nieuw e inschrijvingen v a n h e t ja a r de hernieuw ingen evenals de inschrijvingen v a n de andere instellingen eu sectoren die a a n de h y p o th e ek m a rk t deelnem en heeft afgetrokken.
GEPUBLICEEBDE TABELLEN.
V oornaam ste a c tiv a en passiva v an h e t R e n te n f o n d s ...........................
Nr
1
Blz.
299
Beweging van de inlagen bij de S p aark as v a n de Algem ene S paar- en L ijfren tek as (u itslu i te n d sp aarb o ek jes v a n p a rtic u lieren) ...............................................
2
300
V oornaam ste p o sten u it de b a la n sen v a n de S paark as ................
3
301
—
G E P U B L IC E E R D E T A B E L L E N .
N'
B it.
V oornaam ste p o sten u it de b a lan sen v an de L ijfrentekassen . . . .
4
302
V oornaam ste posten u it de b a la n sen van de Levensverzekeringskas ...................................................
5
302
Indeling en bestem m ing v an de w erkm iddelen v an de p a rtic u liere s p a a r k a s s e n ...........................
6
303
N ationale M aatschappij voor K re d ie t aan de N ijverheid : voor n aam ste balansposten ................
7
304
V errichtingen v a n de provinciale en gem eentelijke sectoren v a n h et G em eentekrediet v a n België . . .
8
305
L evensverzekeringsm aatschap pijen : voornaam ste balansposten
9
306
Indeling der hypotheekinschrijvingen ............................................
10
307
153 —
X V .
—
B e la n g rijk s te
v o rm e n
b e s c h ik b a re
B ron : B ib lio g r a f ie :
v an
d e
in
h e t
b in n e n la n d
b e s p a rin g
Algemene Spaar- en Lijfrenlekat. Aanvullende ttudiën bij de Venlagen van de A.S.L.K.
D e enige ta b e l v a n d it h o o fd stu k geeft een ram ing van de in h e t b innenland beschikbare bru to b esp aringen en d e e lt ze volgens v ijf belangrijke vorm en in : h e t sparen in depositovorm , h e t sp aren door fondsvorm ing, h et sp aren in de hypotheek- en w oningbouw sectoren, de effectenem issies en de in te rn e ondernem ingsbesparingen. H e t to ta a l v a n de in deze ta b e l getelde besparingen w ijk t a f v a n h e t begrip «N atio n ale B esparingen» zoals h e t w o rd t om schreven (1) in h e t G enorm aliseerd Stelsel va n de N atio n ale B oekhouding v a n de O .E .E .S . Die afw ijking, welke hoofdzakelijk v o o rtv lo eit u it de leem ten in de beschikbare d o cu m en tatie, w ordt als volg t verklaard. E n erzijd s, houden de ram ingen v a n de A .S.L .K . geen rekening m e t de volgende bestan d d elen v a n de nationale besparingen : — de besparingen (2) v an de S ta a t en een fractie van de besparingen (2) der p laatselijk e b estu ren en zelfstandige fondsen; — de besparingen (2) v a n som m ige sectoren v a n de m aatsch ap p elijk e zekerheid (verzekering tegen ziekte en in v alid iteit, w erkloosheidsverzekering, gezinstoelagen, pensioenen v a n de zelfstandigen); — h e t deel v a n de besparingen (2) d er p articu lieren d a t w o rd t aangew end voor de verm eerdering (3) van de tegoeden in de vorm v a n geld en voor de nettoaan k o p en v a n b u iten lan d se effecten b u iten de bem iddeling v a n beleggingsfondsen om. A nderzijds, konden de ram ingen v a n de A .S.L.K . tw ee bestanddelen, die n ie t to t de n atio n ale besparingen behoren, n iet u itschakelen : — de besparingen, aan g etro k k en door de financiële tu ssenpersonen en aangew end voor h e t verlenen v a n v erbruikskredieten; — de w aarde v a n de Belgische effecten die door ' vreem delingen (4) te r gelegenheid v a n nieuwe em issies verkregen w erden o f die zij v a n p a rtic u liere ingezetenen afkochten. H iern a volg t enige b ek n o p te co m m en taar over de verschillende sp aarv o rm en die in de ta b e l verm eld worden. 1. S p a r e n in d e p o s ito v o r m H e t sp aren in d epositovorm k o m t voor in de volgende drie groepen instellingen : spaarkassen, b an k en en p a ra sta ta le kredietinstellingen. (1) Voor de bepaling van de « Nationale Besparingen » : cf. G enorm aliseerd S te l sei v a n de N a tio n a le B o e kh o u d in g , O.E.E.S., uitgave 1958, blz. 91. (2) Of ontsparingen. (3) Of voor de vermindering. (4) Andere dan sommige openbare en private Kongolese instellingen, die door de Spaarkas gekend zijn, en daarom worden afgetrokken.
—
De d ep osito’s in de spaarkassen o m v a tte n hoofd zakelijk : — de d eposito’s op boekjes v a n de p articulieren evenals de deposito’s op boekjes en in rek ening-co urant v a n de openbare en andere instellingen bij de S p aarkas v an de A .S.L.K .; — de deposito’s bij de p riv a te spaarkassen die onder de controle v a n h e t C entraal B u reau voor K leine Spaarders staan; — de deposito’s bij de gem eentelijke spaarkassen. De d eposito’s m et sp a a rk a ra k te r in de banken o m v a tte n de deposito’s op boekjes (depositoboekjes en andere op boekjes ingeschreven deposito’s) en de term ijn d ep o sito ’s op m eer d a n één m aand, één ja a r en tw ee ja a r (inclusief de term ijn d ep o sito ’s v a n b u ite n landers die, in beginsel, n ie t geteld zouden m oeten worden). De d eposito’s m et sp a a rk a ra k te r bij de p a ra sta ta le kredietinstellingen o m v a tte n inzonderheid de te rm ijn rekeningen van de openbare besturen bij h e t G em eente krediet.
2. Sparen door fondsvorming H e t sp aren door fondsvorm ing vertegenw oordigt de toenem ing v a n de w iskundige reserves, v a n de bo rg stellingen, v a n de technische reserves en v an som m ige « reservefondsen » v a n de verschillende sectoren v a n de sociale en p riv a te verzekeringen. W egens gebrek aan gegevens w erden de reserves, gevorm d in de sector v an de pensioenen der zelfstandigen, n iet geteld.
3. Spaarvorming in de hypotheek- en woning bouwsectoren H e t sparen van de p articu lieren in de hypotheek- en w oningbouw sectoren k o m t in de volgende drie vorm en voor : — de «hypotheekleningen door particu lieren verstrekt», die w orden berekend door h e t to ta a l d er nieuw e hypotheekinschrij vingen te verm inderen m e t de inschrijvingen voor hernieuw ing en m et die genom en door de instellingen en sectoren die a a n de h y p o th e e k m a rk t deel nem en (zie ta b e l 10 v a n hoofdstuk X IV ). De inschrijvingen voor accessoria w erden verw ijderd; — de « afb etalingen door de p articu lieren op h y p o theekleningen v errich t » m .a.w . de afb etalin g en v an de p articulieren bij de financiële instellingen die hy p o th eek k red iet verlenen;
155 —
— de « door p articu lieren voor w oningbouw aan g e w ende eigen m iddelen » die bekom en w orden door h e t to ta a l d er in vesteringen in w oningbouw te v erm in d eren m e t de b edragen gefinancierd door de p a ra s ta ta le en p articu liere instellingen. Die eigen m iddelen o m v a tte n inzonderheid de vergoedingen voor oorlogsschade — in de m a te w aarin zij bestem d w erden voor de financiering v an de w oningbouw — evenals de bouw prem ies verleend door de S ta a t en door de lagere overheid. H e t to ta a l v an de besparingen in de hypotheek- en w oningbouw sectoren is een b ru to b ed rag . Green enkel bedrag w erd d us afg etro k k en u it hoofde v an de econo m ische afschrijvingen, v ereist om de jaarlijk se dep re ciatie v a n de w oningvoorraad te com penseren. Men ra a m t die afschrijvingen voor 1958, 1959 en 1960 respectievelijk op F 7,6, F 7,6 en F 7,8 m iljard.
4. Effectenemissies D e o nder deze ru b rie k opgenom en bedragen w erden berekend door de gezam enlijke netto-em issies v a n de handels- en nijverheid sv en n o o tsch ap p en , de p a ra sta ta le kred ietinstellingen en de openbare b estu ren en in stel lingen, te verm in d eren m e t de schom m elingen die zich in de portefeuille v a n deze sectoren voordoen zodat, n a verscheidene aanpassingen, slechts h e t verse door de particu lieren in effecten belegd k a p ita a l w o rd t over gehouden. W egens de leem ten in h e t sta tistisch e m a te ria a l k o n de aangroei v a n de portefeuille b u iten landse effecten v an de an d ere v en n o otschappen d a n de portefeuille m aa tsc h a p p ije n n ie t g eraam d w orden, zo d at een gedeelte v a n h e t door de vennootschappen in h e t b u ite n la n d belegde k a p ita a l in de berekeningen is opgenom en, h etgeen de ram in g v a n de aankopen door p artic u lie ren v a n in België uitgegeven effecten evenredig v erm in d ert. D aaren teg en , o m v a tte n de b ed ra gen v a n deze ru b rie k verkeerdelijk de n etto -aan k o p en v a n Belgische effecten d oor de niet-ingezetenen andere d a n zekere K ongolese instellingen.
5.
In te r n e o n d e r n e m in g s b e s p a r in g e n
D e berekening v a n de in te rn e ondernem ingsbespa ringen, voor een b elangrijk p a tro o n naam loze v e n n o o t schappen, b e ru st op de sam entelling v a n de w insttoew ijzingen a a n reserves, a a n te h erinvesteren vo o r zieningen en provisiestellingen en a a n afschrijvingen, rekening houdend m e t h e t verschil tu ssen de overge d ragen saldi en n a a ftre k v an de afnem ingen op reserves en op provisiestellingen o f voorzieningen. H e t voor h e t p a tro o n bekom en re su lta a t w o rd t vervolgens per b e d rijfsta k om geslagen op h e t geheel der naam loze vennootschappen (ex trap o latie hoofdzakelijk op basis v a n de eigen m iddelen) en nad ien op h e t geheel v a n de handelsvennootschappen en de individuele o n d er nem ingen die loon- o f w ed d etrekkend personeel in d ienst hebben (ex trap o latie hoofdzakelijk steu n e n d op de sta tistie k v a n h e t op einde 1947 getelde tew erk gestelde personeel). D e ram in g in de ta b e l h o u d t bovendien rekening m e t de in tern e besparingen v a n b epaalde overheidsbedrijven. O pgem erkt zij, d a t de in tern e ondernem ingsbespa ringen, zoals zij hier w orden om schreven, de b esp a ringen v a n de individuele ondernem ingen m et loon en w eddetrekkend personeel o m v a tte n , die, in de natio n ale boekhouding (5), geteld zijn onder de rubriek « besparingen v an de p articulieren ».
GEPUBLICEERDE TABEL
B elangrijkste vorm en v a n de in h et b in n enland beschikbare b espa ring ...................... ........................
Nr
B it.
1
308-309
(5) Cf. G enorm aliseerd Stelsel van de N a tio n a le B o e kh o u d in g O .E .E .Ü ., uitga vo 1958, blz. 84. '*
X V I.
—
E m is s ie s
e n
s c h u ld e n
v an
d e
o v e rh e id s s e c to r
A. — E M I S S I E S V A N D E O V E R H E ID S S E C T O R B ro n n en :
A lgem ene S p a a r • en L ijfre n tek a s. B elgisch Staatsblad. N a tio n a a l In s titu u t voor de Sta tistiek. M in iste rie va n F in a n c ië n . '
B i b l i o g r a f i e : Jaarverslagen v a n de A . S .L .K . (aanvullende studiën).
B elgisch Staatsblad. ' T ijd s c h r ift voor D ocum entatie en V oorlichting va n de N .B .B . Statistisch Ja a rb o ek voor B elgië. Statistisch T ijd s c h r ift uitgegeven door het N . I . S . T ijd s c h r ift voor D ocum entatie v a n het M in iste r ie va n F in a n cië n .
v a n de overheidssector, zoals zij w erden aang etek en d door een w erkgroep b estaan d e u it a m b ten a ren v a n h e t M inisterie v a n F inanciën, de A .S.L .K . en de N .B.B.
T a b e l 1 : N e t to - e m i s s i e s o p h a lf la n g e e n o p la n g e t e r m i j n v a n d e o v e r h e id s s e c to r T ab el 1 geeft v oor de ja re n 1950 to t 1956 de gezam en lijk e netto-em issies (emissies verm in d erd m e t de te ru g betalingen) op halflange en op lange te rm ijn v a n de overheidssector op de binnenlandse m a rk t, zoals zij door de A .S .L .K . (1) w orden verm eld. D e ta b e l m a a k t in de overheidssector h e t onderscheid tu ssen de open bare b e stu re n en instellingen (S ta a t, K olonie, provincies, sted en en gem eenten, Z elfstandige K as voor Oorlogs schade (2), G em eentekrediet v a n België, D otatiefonds voor oorlogspensioenen, R ijk sk as voor ru st- en overle vingspensioenen, a c h ttie n overheids- o f sem i-overheidsbed rijv en en diverse organism en) en de p a ra sta ta le kred ietinstellingen (N ationale M aatschappij voor K re d ie t a a n d e N ijverheid, N atio n ale K as voor B eroeps kred iet, N atio n a a l I n s titu u t voor L andbouw krediet, C en traal B u reau voor H y p o th e c a ir K red iet, N ationale M aatschappij voor de H u isvesting, N atio n ale M aa t schappij voor de K leine Landeigendom ).
De sta tistie k geeft de nom inale w aarde van de effecten m et m eer d a n één ja a r lo o p tijd (3) door de Belgische of K ongolese overheidssector in België u it gegeven of teru g b eta ald . D e leningen op de b u ite n landse m ark ten zijn dus n ie t in de sta tistie k begrepen. D e overheidssector ru brieken :
onderverdeeld
in
v ijf
a) de Staat (directe schuld, m et inbegrip der v errich tin g en v an de m untsaneringslening); b) de Zelfstandige Fondsen en de Instellingen voor m aat schappelijke zekerheid : — — — — —
D e cijfers m e t b etrek k in g to t de o p enbare b esturen en instellingen o m v a tte n noch de evolutie v a n de gevestigde schuld v a n de S ta a t bij de N atio n ale B an k , noch de bew eging d er obligaties v a n de Z elfstandige K as voor Oorlogsschade die a a n geteisterd en als betaling w erden overhandigd.
— — —
E r zij eveneens verm eld d a t in de cijfers n iet de bedragen zijn opgenom en w aarop m et vervallende sch atk istcertificaten en kasbons w erd ingeschreven, zegge F 3,9 m iljard in 1951, F 2,3 m iljard in 1952, F 8,3 m iljard in 1953, F 8,4 m iljard in 1954, F 0,9 m il ja rd in 1955 en F 0,8 m iljard in 1956.
—
V erbond der C oöperaties voor Oorlogsschade; N ationale K as voor Oorlogsschade; D otatiefonds voor Oorlogspensioenen; R ijkskas voor R u st- en O verlevingspensioenen; R ijk sd ien st voor Pensioenen voor Zelfstandigen (vroeger Solidariteits- en W aarborgfonds); A ndere organism en voor sociale verzekering; W egenfonds; Belgische R adio en Televisie (vroeger N atio n aal I n s titu u t voor R adio-om roep); N atio n aal F onds voor W etenschappelijk O nder zoek;
c) de parastatale kredietinstellingen (incl. de organism en voor financiering v a n de huisvesting en diversen) o m v a tte n d e : . . .
T a b e l 2 : E m i s s i e s in B e lg is c h e f r a n k e n o p la n g e e n h a lf la n g e t e r m i j n T abel 2 geeft voor de ja re n 1956 t o t 1960 de emissies in Belgische fran k en op lange en halflange te rm ijn (3) (1) Deze gegevens worden gepubliceerd in de « aanvullende studiën > bij de jaarverslagen van de A.S.L.K. ' (2) Excl. de obligaties uitgegeven als schadeloosstelling van de geteisterden. (8) Voor de doorlopende emissies van de parastatale kredietinstellingen en van het Gemeentekrediet van Belgié werd, wegens de onmogelijkheid in bepaalde gevallen de verdeling te maken van de emissies van kasbons op ten hoogste één jaar én van de emissies op meer dan één jaar, de totale beweging van het uitstaande bedrag dezer effecten in aanmerking genomen. ~
—
w erd
— N ationale K as voor B eroepskrediet; —■ N a tio n aa l In s titu u t voor L andbouw krediet; — C entraal B ureau voor H y p o th e ca ir K rediet; — N ationale M aatschappij voor K re d ie t a an de N ijverheid; — M aatschappijen voor huisvesting en diversen : — N ationale M aatschappij voor de K leine L a n d eigendom;
157 —
— N atio n ale M aatschappij voor de H uisvesting (vroeger N atio n ale M aatschappij d er G oed kope W oningen); — H uisvestingsfonds v a n d e B ond der G rote Gezinnen; — Studiefonds v an de B o n d d e r G rote Gezinnen; d) de Lagere Overheid en het Gemeentekrediet e) de Parastatale B edrijven : — N atio n ale M aatschappij v a n Belgische Spoor wegen; — N atio n ale M aatschappij v a n B uurtspoorw egen; — N atio n ale M aatschappij voor W atervoorziening; — Belgische N aam loze V ennootschap der E x p lo i ta tie v a n h e t L u chtverkeer; — Regie v an T eleg raaf en Telefoon; — A ssociation In terco m m u n ale liégeoise d ’E lec tricité; — C oopérative liégeoise d ’E lectricité; — In terco m m u n ale L odelinsart-G illy; — In terco m m u n ale bruxelloise des E aux; — In terco m m u n ale v a n de L inker Scheldeoever; — In terco m m u n ale W aterbedeling; — In terco m m u n ale A ntw erpsche W aterw erken; — In terco m m u n ale voor de toegangsw egen van de Brusselse lu ch th av en ; — S tu d iecen tru m voor de K ernenergie; — Paleis voor Schone K u n ste n , Brussel; — K oninklijke Belgische Lloyd. f) K ongo en R uand a -U ru n d i (incl. de lotenleningen K ongo 1888). D e v errich tin g en m e t b etrek k in g to t een lening v a n de in d irecte S taatssch u ld kom en n ie t voor on d er de ru b rie k S ta a t, m a a r w orden beschouw d als re c h t streek s u itg ev o erd d oor de instellingen voor w ier rek e ning dergelijke lening w erd uitgegeven. Men zal dus die v errich tin g en w eervinden o nder dé ru b riek en die op de b e tro k k e n instellingen slaan. D e sta tis tie k v ersch aft cijfers w aarm ee verschillende verb eterin g en a a n de ruw e gegevens k u n n en aa n g eb ra ch t w orden, naarg elan g h e t doel d a t m en op h e t oog heeft. D ie v erb eterin g en zullen, volgens h e t geval, op de vol gende p u n te n b etrek k in g h eb b en :
c) A fgifte door d e Z elfstandige K as voor O orlogs schade v a n obligaties a a n de geteisterd en als betaling v a n oorlogsschade. D eze effecten m oeten afgetrokken w orden om eventueel h e t n etto b ero ep op de k a p ita a l m a rk t te verkrijgen; d a a ren te g en m oet m en deze v e rb e terin g n ie t aanb ren g en indien m en enkel de beweging wil m eten v a n h e t u itsta a n d e bedrag d er obligatieschuld v a n de overheidssector. D e sta tistie k m a a k t een onderscheid tu ssen de tr a n sacties in door h e t publiek verk rijg b are effecten en die in n ie t door h e t publiek v erk rijgbare effecten, en onder d e eerste, tu sse n de tran sa cties in v e rb an d m et uitg iften p er g ro te tra n c h e s en die m et b etrekking to t de do o r lopende uitgiften. D e door h e t publiek verk rijg b are effecten zijn emissies p er g ro te tran ch es die a a n h e t publiek w orden aangebo den en op de B eurs genoteerd zijn, o f w a arv an d e to ela tin g to t de officiële notering in h e t v o o ru itzich t is gesteld. W orden daaren b o v en als zodanig beschouw d, de len in gen die doorlopend w orden uitgegeven door h e t G em een te k re d ie t v a n België, de N ationale M aatschappij voor K red ie t a a n de N ijverheid, h e t N atio n aa l In s titu u t voor L andbouw krediet, de N atio n ale K as voor B eroepskre d ie t en h e t C entraal B ureau voor H y p o th e ca ir K rediet. Deze emissies zijn over h e t algem een h e t voorw erp van een w ettelijke publikatie. W orden d u s geteld als n ie t v e rk rijg b a ar door h e t publiek, de rec h tstre ek s do o r bepaalde p a ra sta ta le kredietinstellingen o f door de S ta a t uitgegeven leningen, zonder d a t een o p en b aar beroep op de m a rk t w erd gedaan; de doorlopend uitgegeven effecten v a n de p a ra sta ta le instellingen voor de huisvesting w orden als zodanig beschouw d. D e s ta tistie k geeft in beginsel voor elk geval h e t bedrag v a n d e bruto-em issies (kolom m en 1 en 6), de aflossingen (kolom m en 2 en 7) en, p er verschil, de n etto emissies (kolom m en 3 en 8). N ochtans w orden voor de doorlopend uitgegeven effecten alleen de n e tto b ed rag e n aan g etek en d (kolom 4). H é t begrip aflossing m oet in een form ele betekenis v e rsta a n w orden : h e t b e tre ft d e nom inale w aarde v a n de u it boekhoudkundig o o gpunt afgeloste effecten in de loop v a n een bep aald ja a r. H e t o m v a t d u s d e bij loting u itg e tro k k en effecten, zelfs indien zij n ie t voor teru g b etalin g w erden aangeboden.
o) Conversie v a n d e n iet-v erh an d elb are effecten v a n Tabellen 3 en 4 : Voornaamste emissies op lange de M untsaneringslening in v erh an d elb are effecten. en halflange term ijn van de overheidssector D eze verbetering la a t to e de w erkelijke evolutie te k en n en v a n h e t u itsta a n d e bedrag v a n de door h et publiek v erk rijg b are effecten eensdeels en v a n d e n ie t D e ta b ellen 3 en 4 geven de voo rn aam ste bruto-em isdoor h e t p u b liek v erk rijg b are effecten anderdeels; sies op lange en halflange te rm ijn v a n d e overheids sector. I n ta b e l 3 zijn de leningen in Belgische fran k en b) V erschil tu sse n de nom inale w aarde en de u itg ifte opgenom en. T abel 4 v erm eld t de in vreem de v a lu ta ’s p rijs (incl. de plaatsingscom m issie) (4). D oor deze cor uitgegeven leningen, op voorw aarde d a t zij aanleiding rectie k a n m en o v erg aan v a n h e t n o m in aal bedrag n a a r gaven to t de p u b lik atie v a n een besluit. B eide s ta te n h e t w erkelijk b ed rag d e r emissies. geven de o p en ingsdatum v a n de intek en in g (of de d a tu m v a n h e t besluit), de n aa m v a n de e m itte n t, de nom inale ren tev o e t, de em issiekoers, de lo o ptijd, h e t uitgegeven (4) Op te merken valt dat de terugbetallngspremies als aanvullende interesten bed rag en h e t gem iddeld ren d e m e n t bij de uitgifte. werden beschouwd; derhalve komen zij In deze statistiek niet in aanmerking. —
158 —
B. — S T A A T S S C H U L D B ro n :
M in iste rie v a n F in a n c ië n , D ien st der Staatsschuld.
B i b l i o g r a f i e : K a m er v a n
Volksvertegenwoordigers : begroting v a n ontvangsten en uitg a ven . A lgem ene stand v a n de S ch a tkist o p 1 ja n u a r i. S tatistisch Ja a rb o ek voor B e lg ii. B elgisch Staatsblad : driem aandelijkse p u b lik a tie van het M in iste rie v a n F in a n cië n . S tatistisch T ijd s c h r ift uitgegeven door het N . I . S . B u lle tin v a n het I .R . E . S . T ijd s c h r ift voor D ocum entatie en Voorlichting va n de N .B .B . S tatistisch Jaarboek va n de V erenigde N a ties.
Tabel 8 : Nettoschuldpositie van de Belgische Staat
Tabellen 5 tot 7 : Stand van de Rijksschuld D e ta b e l 5 « S am en v attin g v a n de R ijksschuld » geeft p er einde ja a r een o verzicht v a n de binnenlandse (schuld in Belgische en in Kongolese franken) en v a n de b u iten lan d se (schuld in goud en in vreem de v a lu ta ’s) schuld v a n de S ta a t, onderverdeeld in gevestigde schuld, in schuld op h alflange en op k o rte term ijn . D e tab ellen 6 en 7 die respectievelijk gew ijd zijn a a n de b in nenlandse en a a n d e b u iten lan d se schuld geven de gedetailleerde s ta n d v a n de S taatssch u ld , zoals hij gepubliceerd w o rd t in de algem ene toelich tin g bij de begroting v a n o n tv a n g ste n en u itg av en en in de alge m ene sta n d v a n de S ch atk ist. D e directe gevestigde schuld w o rd t gevorm d door leningen aflo sb aar m e t a n n u ïte ite n , rech tstreek s u itg e geven door de S ta a t (incl. de gevestigde schuld tegenover de N atio n ale B a n k v a n België, de M untsaneringslening en een 4 p e t. lening v a n de N atio n ale M aatschappij voor G oedkope W oningen). D e indirecte gevestigde schuld o m v a t d e d oor a n n u ï te ite n aflosbare leningen, uitgegeven door openbare nutsin stellin g en w aarvoor de S ta a t borg s ta a t en w aa r v a n hij de re n te la st en aflossingen op zich neem t (som m ige leningen v a n de N .M .B.S., de leningen v a n h e t W egenfonds, enz.). D e eenvoudig door de S ta a t gew aarborgde schulden kom en op de s ta a t v a n de R ijksschuld n ie t voor. D e d irecte schuld op halflange te rm ijn b e s ta a t voor nam elijk u it de emissies v a n sc h a tk istc e rtific aten m et m eer d a n één ja a r looptijd. D eze certificaten w orden n ie t p er a n n u ïte it doch gezam enlijk op de vervaldag teru g b e ta a ld . D e in d irecte schuld op halflange te rm ijn b e sta a t u it de geheel op de verv ald ag te ru g b e ta a lb are leningen op m eer d a n één ja a r, uitgegeven door openbare nutsinstellingen en w aa rv a n de re n te en de aflossingen door de S ta a t gedragen w orden. D e schuld op k o rte te rm ijn g roepeert de onderschei den categorieën sch atk istcertificaten op hoogstens één ja a r alsm ede de vrije tegoeden v a n de p articu lieren bij h e t B e stu u r d er P ostchecks (5).
(6) De vrije tegoeden bij het Bestuur der Postchecks omvatten inzonderheid : — het tegoed van de N.B.B. bij het Bestuur der Postchecks voor rekening van het Ministerie van Openbaar Onderwijs (Schoolpact, wet van 20 mei 1Ô59, artikel 15); — de tegoeden van de geldscheppende instellingen in postrekening; — het tegoed in postrekening van het Fonds voor de ontwikkeling van de landen en gebieden overzee. Houdt men met die drie bestanddelen geen rekening, dan verkrijgt men de vrije tegoeden zoals zij voorkomen in kolom 0 van tabel 7 « Geldhoeveelheid », van hoofdstuk XIII.
—
K olom 1 v an ta b e l 8 geeft de cijfers v an de directe en in d irecte S taatsschuld, zoals zij vo o rk o m t in de officiële sta te n gepubliceerd in h e t Belgisch Staatsblad, n a d a t er n o ch tan s een correctie w erd a an g eb ra ch t om de d u b b e l telling u it te schakelen die voortv lo eit u it de in sch rij vingen op sch atk istcertificaten door h e t W egenfonds door m iddel v a n zijn leningen die in de in directe schuld begrepen zijn. D eze cijfers ondergingen verschillende verbeteringen te n einde een ram ing v a n de to ta le n etto schuldpositie v a n de S ta a t te verkrijgen. H e t b e tre ft : — h e t in aanm erking nem en v a n som m ige verplich tin g en v a n de S ta a t die n iet in de openbare schuld opgenom en zijn en v an de verplichtingen der zelfstän d ig e fondsen aangegaan to t financiering van u itg av en w aarv an de la st uitein d elijk door de S ta a t zal gedragen worden; — h e t in aanm erking nem en v an de vorderingen v a n de S taat; — h e t u itslu iten v a n bepaalde verrichtingen in v erb an d m et d e staatssch u ld , welke v an lo u te r nom inale a ard zijn en w aarm ee geen k a so n tv an g sten o f uitg av en w aren gemoeid. D e n ie t in de S taatssch u ld opgenom en verplichtingen (kolom 2) o m v a tte n de m obilisatie bij de N ationale B an k v a n h e t trek k in g srech t op h e t In te rn a tio n a a l M onetair F onds in 1952, de W ederopbouw leningen en andere schuldverbintenissen uitgegeven door de Zelf standige K as voor O orlogsschade, de leningen v a n h e t D otatiefonds voor O orlogspensioenen en v a n h et N atio n a al H ulpfonds voor de huishoudelijke H eruitru stin g d er W erknem ers. D e fondsen voor orde vorm en eveneens verplichtingen v a n de S taa t; een zeker a a n ta l erv an vertegenw oordigen evenw el verplichtingen v a n de S ta a t tegenover zichzelf; d a a r h e t m oeilijk zou gew eest zijn deze fondsen u it te schakelen om alleen die te behouden die a a n verplichtingen v a n d e S ta a t tegenover d erd en beantw oorden, w erd h e t verkieslijk geacht de fondsen voor orde volledig te verw aarlozen. D e vorderingen v a n de S ta a t opgenom en in de ta b e l (kolom 3) o m v a tte n alleen d e vorderingen op h et b u iten lan d , op h e t E m issie-in stitu u t en op h et R e n te n fonds (6). Ziehier de voornaam ste : — de inschrijving op h e t k a p ita a l v a n h e t I n te rn a tio n aal M onetair F o n d s voor zover zij door de S ta a t gefinancierd w ordt, d.w .z. gans de in sch rij ving voor de periode 1950-1958 en h e t deel b etaa ld (6) B ron : Algemene Stand van d t openbare Sehatlntt.
159 —
— —
— —
—
—
—
—
—
in sc h a tk istc e rtific ate n voor 1959 en I960, h e t saldo w o rd t tijd e n s deze la a ts te periode gefinancierd door de N atio n ale B an k in h e t ra a m v an de w et v a n 19 ju n i 1959; de inschrijving op h e t k a p ita a l v a n de In te rn a tio n a le B a n k voor H e rste l en O ntw ikkeling; de in schrijving op h e t k a p ita a l v a n de In te rn a tio n a le F inancierin g sm aatsch ap p ij (w et v a n 18 decem ber 1956); de inschrijving op h e t k a p ita a l v a n de E uropese In v e ste rin g sb a n k (w et v a n 2 decem ber 1957); de vorderingen op h e t G roothertogdom L uxem burg inzonderheid u it hoofde v a n de Belgische b an k b il je tte n te zijner beschikking gesteld voor h e t u it de om loop nem en v a n de D u itse m ark en die tijd en s de la a ts te wereldoorlog op zijn grondgebied in om loop w erden g ebracht; de vorderingen op D u itsla n d te n gevolge v a n de a n n u ïte ite n voorzien door de D uits-Belgische o vereenkom st v a n 13 ju li 1929 (overeenkom st v an 23 decem ber 1952); de in 1949-1950 a a n G ro o t-B rittan n ië en N ederland to egestane leningen in h e t ra a m v a n h e t M arshall plan; de in 1952 a a n F ra n k rijk en G ro o t-B rittan n ië toege sta n e leningen bij de verlenging v a n de E uropese B etalingsunie; h e t in 1951 en 1952 door de S c h a tk ist bij d e N ationale B a n k gevorm de fonds te r financiering v a n h e t deel d er vordering op de E .B .U . g ro ter d a n h e t bedrag d a t de B an k bereid was m e t h a a r eigen m iddelen te financieren en d a t n ie t d oor de tijd elijk e a f h o u dingen g ed ek t w as die d estijd s op de opbrengst van de u itv o e r gedaan werden; de te ru g v o rd erb are v o o rsch o tten die a a n R u an d aU ru n d i voor zijn econom ische en sociale o n tw ik keling verleend w erden;
— de vordering op K ongo te n gevolge v a n d e wedera fsta n d in 1956 v a n de opbrengst v a n de lening v an $ 30 m iljoen, in 1951 bij de I.B .H .O . afgesloten; — de vordering op K ongo te n gevolge v a n de door de Belgische S ta a t tijd e n s h e t tw eede h a lfja a r v a n 1960 gedane u itg a v e n voor re n te en aflossing op de door hem gew aarborgde K ongolese leningen w aarv an de K ongorepubliek de financiële d ien st n ie t verzekerd heeft; — de toekenning a a n h e t R entenfonds, v a n a f 1959, v an de o n tv a n g st v a n F 2,8 m iljard voortvloeiend u it de overnam e v a n de S ta a t door de N atio n ale B a n k v a n de inschrijving in goud op h e t k a p ita a l v a n h e t I.M .F . in h e t ra a m v a n de w et v a n 19 ju n i 1959. D e veranderingen die geen in k o m sten o f uitg av en tew eegbrachten (kolom 6) d an k en h u n o n ts ta a n a a n de n iet-ren ten d e sch atk istce rtificate n die in 1952 en 1953 a a n de uitv o erd ers overhandigd w erden en a a n de delging v a n de m untsaneringslening do o r m iddel v an h iertoe speciaal geheven buitengew one belastingen. D e gecorrigeerde w ijzigingen v a n de n etto rijk ssch u ld hebben voorzeker m eer betekenis d a n de v eranderingen v a n de rijksschuld zelf. Zoals b lijk t u it de v erstrek te uitleg h ad d en de aan g eb rach te correcties evenw el een zeer ap p ro x im atiev e w aarde. D eze veranderingen m oe te n bijgevolg als een vrij ruw e ram ing beschouw d worden.
Tabel 9 : Door de Staat gewaarborgde schuld V erschillende openbare nu tsin stellin g en geven len in gen u it w aa rv a n de S ta a t de d ien st en de teru g b etalin g verzekert. D e bedragen v an deze gew aarborgde schuld w orden ja a rlijk s gepubliceerd in h e t d o cu m en t : « A lge m ene sta n d v a n de openbare S c h atk ist op 1 ja n u a ri ».
C. — D E IN V EN T A R IS EN D E K LA SS ER IN G VAN D E B E L G IS C H E O VERH EID SFO N D SEN BRON :
N a tio n a le B a n k v a n B elg ië.
.
B i b l i o g r a f i e : T ijd s c h r ift voor D ocum entatie en
.
Voorlichting va n de N .B .B . S ta tistisch T ijd s c h r ift uitgegeven door het N . I . S . Sta tistisch Ja a rb o ek voor B elgië. D ocum entatieblad v a n het M in iste r ie v a n F in a n c ië n .
D e.B elgische overheidsfondsen, d.w .z. de effecten op lange en halflange te rm ijn in Belgische fran k e n u itg e geven d oor de B elgische overheidssector en de K ongo lese S ch atk ist, w erden in tw ee categorieën ingedeeld naarg elan g zij al d a n n ie t door h e t p u b liek v erk rijg b aar zijn. D e eerste categorie b e s ta a t u it de effecten die h e t voorw erp u itm a a k te n v a n een o p enbare u itg ifte en die welke te r beurze gen o teerd w orden o f w aa rv an de op n e m ing in de n o terin g in h e t v o o ru itzich t is gesteld, alsook de obligaties en kasbons welke doorlopend door som m ige instellingen uitgegeven w orden, m et nam e h e t G em eentekrediet, de N atio n ale M aatschappij voor K re d ie t a a n de N ijverheid, h e t N a tio n a a l In s titu u t voor L an d b o u w k red iet, de N atio n ale K as voor B eroepskre d ie t en h e t C en traal B u reau voor H y p o th e ca ir K re d ie t (7). D e leningen die rech tstreek s bij som m ige instellingen g e p la a tst w erden, zonder een publiek beroep te d oen op d e m a rk t, behoren t o t de tw eede categorie. (7) W at de doorlopende uitgiften van kasbons door sommige instellingen betreft, was het niet mogelijk de kortlopende kasbons (d.w.z. op minder dan één jaar) afzonderlijk te vermelden : zij werden bijgevolg ln de huidige telling opgenomen.
D eze indeling k a n slechts w orden o p g em aak t v a n a f 31 decem ber 1956 voor de ta b e l betreffende de in v e n taris v a n de overheidsfondsen en v a n a f 31 decem ber 1957 voor de ta b e l betreffende de klassering erv an . Op 31 decem ber v a n de vorige ja re n v erstrek k en d e tab e llen alleen gegevens over de gezam enlijke overheidsfondsen of zij a l d a n n ie t doorgaans door h e t p u b liek v e rk rijg b a a r zijn.
Tabel 10 : Indeling van de schuld in Belgische franken op lange en halflange term ijn van de overheidssector a) Vólgens de emittenten D e in v en taris v a n de B elgische overheidsfondsen die in ta b e l 10a is opgenom en, k lasseert deze effecten vol gens de em itteren d e instelling en o m v a t de overheids fondsen uitgegeven door de S ta a t, de zelfstandige fo n d sen en de a d m in istra tie v e p a ra s ta ta le instellingen, door K ongo, de lagere overheid en h e t G em eentekrediet, de
— 160 —
p a ra sta ta le b ed rijv en en de p a ra s ta ta le k redietinstellingèn. H e t is de begunstigde v a n d e o p b ren g st v a n de lening die als e m itte n t beschouw d w o rd t in de classifi catie v a n ta b e l 10a, zelfs ind ien de la ste n v a n re n te en teru g b etalin g door de S ta a t w orden gedragen, d.w .z. w anneer h e t g a a t om een lening v a n een p a ra sta ta le instelling die v o o rk o m t op de indirecte S taatsschuld. O pgem erkt zij d a t om d ubbeltellingen te verm ijden, dé inschrijvingen op overheidsfondsen door d e S ta a t o f h e t G em eentekrediet door m iddel v a n de opbrengst v a n een lening w erden uitgesloten. D e overheidsfondsen uitgegeven door de S ta a t o m v a t te n de gevestigde en halflange binnenlandse directe overheidsschuld, onder a ftre k de lening uitgegeven voor rekening v a n de N atio n ale M aatschappij voor goedkope W oningen (th an s N atio n ale M aatschappij vóor de H uisvesting) die geklasseerd w erd bij d e em is sies v a n deze instelling te n einde de indelingscriteria v a n onderhavige sta tis tie k in a c h t te nem en.' De- overheidsfondsen uitgegeven door zelfstandige fondsen en ad m in istra tie v e p a ra s ta ta le instellingen groeperen de leningen v a n de F ed eratie v a n Coöperaties voor O orlogsschade, de Z elfstandige K as voor Oorlogs schade, h e t W egenfonds, h e t D otatiefo n d s voor de financiering d er oorlogspensioenen, de R ijk skas voor ru st- en overlevingspensioenen (voorheen N ationale K as voor ouderdom s- en w eduw enrentetoeslagen), de R ijk sd ien st voor de pensioenen der zelfstandigen (voorheen Solidariteits- en w aarborgfonds), h e t N a tio n a a l H ulpfonds voor de H uishoudelijke H e ru itru stin g der W erknem ers, h e t N a tio n a a l F o n d s voor W eten schappelijk O nderzoek, de Belgische R adio en Televisie (voorheen N atio n a a l I n s titu u t voor R adioöm roep). I n 1954, te n gevolge v a n de o n tb in d in g v a n h e t N atio n a a l H ulpfonds voor de H uishoudelijke H e ru it rustin g d e r W erknem ers, w erden de « huishoudelijke w ederuitrustingsbons » door h e t F o n d s uitgegeven en w aarv an h e t u itsta a n d e bed rag d estijd s F 1,3 m iljard beliep, om gezet in « S taatssch u ld 1954-1964 m e t tien ja a r lo o p tijd » en d aaro m o v erg eb rach t v a n de ru b riek « Z elfstandige fondsen en p a ra s ta ta le instellingen » n a a r de ru b rie k « S ta a t ». Zij behóren t o t de categorie der doorgaans door h e t p u b liek n ie t v erk rijg b are effecten. D e ru b rie k « O verheidsfondsen uitgegeven door K ongo » o m v a t alleen de gevestigde u itg ifte n die door de K ongolese S ch atk ist op de Belgische m a rk t u itg e geven w erden. D e overheidsfondsen uitgegeven door d e lagere overheid o m v a tte n de leningen v a n de provincies en de gem eenten. H ierbij w erden de fondsen gevoegd, aan g e tro k k e n d oor h e t G em eentekrediet; deze vo rm en tr o u wens h e t g ro o tste deel v a n de door de lagere overheid opgenom en gelden. D e v o o rn aam ste p a ra s ta ta le bedrijven die leningen uitg ev en zijn de N atio n ale M aatschappij v a n Belgische Spoorw egen, de R egie v a n T elegraaf en Telefoon, de N atio n ale M aatschappij v a n B uurtspoorw egen, de N atio n ale M aatschappij voor W atervoorziening, de Com pagnie In terco m m u n ale bruxelloise des E a u x , de S abena en h e t S tu d iecen tru m voor K ernenergie. Bij h et
11
bedrag d er overheidsfondsen, uitgegeven door de N a tio nale M aatschappij d er Belgische Spoorwegen, voegde m en de preferente aandelen, die een deel v a n h e t k a p ita a l v a n deze instelling vertegenw oordigen en die effectief op de binnenlandse m a rk t w aren uitgegeven en nog in om loop zijn. (Belgische tran ch e, onder a ftre k v a n de effecten overhandigd a a n de S ch atk ist en v a n de gedelgde bedragen.) D e overheidsfondsen uitgegeven door de p a ra sta ta le kredietinstellingen o m v a tte n de leningen v a n de N ationale M aatschappij voor K re d ie t a a n d e N ijv e r heid, de N ationale K as voor B eroepskrediet, h e t N a tio n a a l I n s titu u t voor L andbouw krediet, h e t C entraal B u reau voor H y p o th e cair K red iet, de N atio n ale M a at schappij voor de H uisvesting, de N atio n ale M aatsch ap pij voor de kleine Landeigendom , h e t H uisvestingsfonds v a n de B ond der G rote G ezinnen en h e t Studiefonds v a n de B ond d er grote Gezinnen. H e t deel v a n de leningen v a n de N ationale M aatsch ap pij voor de H uisvesting en v a n de N atio n ale M aatsch ap pij voor de kleine L andeigendom opgenom en door de S ta a t, w erd n ie t in aanm erking genom en. b) Vólgens de houders D e klassering v a n de Belgische overheidsfondsen is h e t voorw erp v a n ta b e l 106. D eze ta b e l to o n t a a n hoe de overheidsfondsen ingedeeld in ta b e l 10a onderge b ra c h t zijn. . D e houders v a n overheidsfondsen zijn in volgende groepen ingedeeld : 1. D e overheid, zelfstandige fondsen en p a ra sta ta le instellingen. Zij o m v a tte n enerzijds de provincies en gem eenten en anderzijds de zelfstandige fondsen en de ad m in istratie v e p a ra sta ta le instellingen, de p a ra sta ta le bedrijven en de p a ra sta ta le kredietinstellingen, excl. deze w aarv an de specifieke fun ctie v a n een hiernavol gende categorie a fh a n g t en excl. de tegoeden v a n de pensioenkassen onder beheer v a n deze instellingen. D e inschrijvingen v a n de S ta a t die bij de telling van de uitgegeven effecten verw aarloosd w erden te n einde dubbeltellingen te voorkom en, w erden in de sta tistie k v a n d e telling n ie t opgenom en; hetzelfde g eld t voor de inschrijvingen op de leningen v a n de lagere overheid die n ie t door h e t publiek v erk rijg b a ar zijn; 2. H e t R entenfonds; 3. D e geldscheppende instellingen. D e geldscheppende instellingen, die overheidsfondsen aan h ouden, zijn de N ationale B ank, de p articuliere b an k e n en h e t M unt fonds. D e tegoeden v a n de pensioenkassen door deze instellingen beheerd, kom en in deze ru b riek n ie t voor; 4. D e spaarinstellingen, de instellingen voor sociale verzekering, de verzekeringsm aatschappijen en de kapitalisatieinstellingen. Deze ru b rie k is in verschillende groepen onderverdeeld : a) S paarkassen. Zij o m v a tte n de S p aarkas v a n de A lgem ene Spaar- en L ijfrentekas, m e t h e t gro o tste deel v an de beleggingen in deze ru b riek , en de particuliere spaarkassen; b) In stellingen voor sociale verzekering. D eze ru b riek o m v a t de pensioenfondsen v a n h e t stelsel der sociale
— 161 —
Verzekering en d e verzekeringsorganism en teg en arb eid s ongevallen. D eze instellingen h eb b en in d erd a ad h e t m eeste belang w a t h e t a an h o u d en v a n overheidsfondsen b e tre ft, aangezien h u n k ap italisatiereserves v a a k in overheidsfondsen belegd w orden. D e pensioenfondsen v a n h e t stelsel v a n d e sociale verzekering o m v a tte n : de N atio n ale K as voor Bediendenpensioenen en m e t d it doel erkende instellingen, h e t N a tio n a a l Pensioenfonds voor m ijnw erkers, de R ijk sk as v o o r ru st- en overlevingspensioenen, d e R ijk sd ien st v oor d e pensioenen d e r Z elfstandigen, d e L ijfren tek as beheerd d oor de A lgem ene Spaar- en L ijfrentekas, de verzekeringsinstellingen teg en ouderdom en vroegtijdig overlijd en d e r bedienden, de pensioenkassen vo o r zelf stan d ig en , d e H u lp - en voorzorgskas v oor zeevarenden o n d er B elgische vlag, d e R ijk sk as v oor ja a rlijk s verlof. D e o n d er deze ru b rie k opgenom en verzekeringsorga nism en teg en arbeidsongevallen zijn : de R en ten k as v o o r arbeidsongevallen beheerd d oor de A lgem ene S paar- en L ijfren tek as, h e t Speciaal F o n d s voor h e t h e rste l v a n arbeidsongevallen v e ro o rzaak t do o r oorlogsfeiten e n de m e t d it doel erkende p articu liere in stel lingen (gem eenschappelijke kassen en naam loze v en n ootschappen). I n d e an d ere ta k k e n v a n de sociale verzekering, inzonderheid die v a n de gezinstoelagen, d e w erkloos heid; de verzekering teg en ziekte en in v alid iteit, heeft h e t b e sta a n v a n een zeer g ro o t a a n ta l instellingen w aaro n d er de reserves verdeeld w orden, d e telling v a n d e portefeuille n ie t m ogelijk m a a k t. c) Z elfstandige pensioenfondsen v a n h e t stelsel v a n de sociale verzekering. T o t deze ru b rie k behoren de overheidsfondsen aan g eh o u d en d oor d e pensioenkassen v a n h e t personeel v a n d e A lgem ene Spaar- en L ijfren tek as, v a n de N atio n ale B an k , h e t G em eentekrediet, h e t N a tio n a a l Pensioenfonds voor M ijnw erkers, de provincies, de N atio n ale M aatschappij v a n Belgische Spoorw egen, d e N atio n ale M aatschappij v a n B u u rt spoorw egen en v a n de N atio n ale M aatschappij voor W atervoorziening, alsook d o o r de pensioenkassen d er V olksvertegenw oordigers en S en ato ren en do o r de O m slagkas d e r gem eentelijke pensioenen; d) V erzekeringsbedrijven. D eze ru b rie k groepeert de overheidsfondsen v a n de an d ere v erzekeringsbedrijven d a n d e erkende instellingen voor de verzekering tegen ouderdom en vroegtijdig overlijden d e r bedienden o f voor d e verzekering teg en arbeidsongevallen die reeds in d e vorige ru b riek en w erden behandeld. Z ijn hier geteld d e overheidsfondsen v a n de levensverzekerings m aa tsc h a p p ije n w aarbij V erzekeringskas, beheerd door de A lgem ene S paar- en L ijfren tek as en de particuliere levensverzekeringsbedrijven. B u ite n deze b ed rijv en die de m eeste v a n d e h ier o n d erg eb rach te effecten aa n h o u den , o m v a t deze ru b rie k nog de an d ere verzekerings b ed rijv en , m e t n am e d e ' m aa tsc h a p p ije n voor verze kering v a n h e t v erv o er en d e v rije ta k k e n .
e) K ap ita lisatie b ed rijv en . H e t b e tre ft hier bedrijven voor h y p o th ecaire leningen die a a n k a p ita lisa tie doen. 5. K ongo en R w an d a-B u ru n d i. D e beleggingen v a n K ongo en R w an d a-B u ru n d i o m v a tte n de portefeuille v a n d e S ch atk ist, d e p a ra s ta ta le instellingen, d e Cen tra le B an k v a n Belgisch-Congo e n R u a n d a -U ru n d i, d e B a n k v a n Belgisch-Congo (to t in 1951) en de A frikaanse zetels v a n de K ongolese b a n k e n (v an 1952 t o t 1956). W égens d e leem ten in d e besohikbare do o u m en tatie, zijn d e gegevens op> einde 1960 onvolledig; 6. D e b ed rijv en e n p articu lieren . D a a r h e t b edrag v a n de beleggingen d er b ed rijv en en p artioulieren n ie t door rech tstreek se telling k a n b ep aald w orden, v e rk rijg t m en d e oijfers door v a n h e t to ta a l v a n d e uitgegeven overheidsfondsen d e effecten a f te tre k k e n die in de voorgaande categorieën opgenom en zijn. V oor zover de in v en ta ris v a n d e portefeuille v a n deze ru b riek e n n ie t volledig ko n w orden o p g e m aa k t o m v a tte n de tegoeden d e r b ed rijv en en p artic u lieren effeoten die bij een v e r schillende classificatie th u ish o ren . D it is inzonderheid h e t geval m e t d e beleggingen vanw ege partiouliere b ed rijv en voor d e pensioenkassen v a n h u n personeel. D eze ru b rie k o m v a t eveneens d e niet-ingezetenen, behalve deze opgenom en o n der de ru b rie k a K ongo en R w an d a-B u ru n d i ».
GEPUBLICEERDE TABELLEN
N etto-em issies op halflange en op lange te rm ijn v a n de overheids sector (jaren 1950 t o t 1956) . . . Em issies in Belgische fra n k en op lange en halflange te rm ijn (jaren 1956 t o t 1960) ................ V oornaam ste emissies op lange en halflange te rm ijn v a n de over heidssector. — L eningen in B el gische fran k en ............................. V oornaam ste em issies op lange en halflange te rm ijn v a n d e o v er heidssector. — L eningen in b u i ten la n d se v a lu ta ’s ......................... S a m en v a ttin g v a n d e R ijk ssc h u ld . G edetailleerde sta n d v a n d e b in nenlandse r ijk s s c h u ld .................. G edetailleerde s ta n d v a n d e b u ite n landse rijksschuld ...................... N e tto sch u ld en last v a n de Belgische S t a a t ................................................... D oor de S ta a t gew aarborgde schuld Indeling v a n de schuld in Belgische fra n k en op lange en halflange te rm ijn v a n d e overheidssector : a) volgens de e m itte n te n ......... b) volgens de houders ..............
— 162 —
N*
Blï.
1
311
2
312-313
3
314-315
4 5
316 319
6
320 à 323
7
324 à 326
8 9
327 327
10a 106
328 328
X V II. A . — E V O L U T IE V A N D E BKomnm :
B ib l i o g r a f i e
—
P a rtic u lie re
e ffe c te n
B E U R S O M Z E T , H E T N O T E R IN G S P E IL VAN D E A A N D ELEN .
EN
HET RENDEM ENT
Nationaal Instituut voor de Statistiek. Beurscommissi» te Brunei. Kredietbank. '
: Statietieeh Jaarboek voor Belgil. Statistisch Bulletin uitgegeven door het N .I.S. Bulletin mensuel de Statistique uitgegeven door de Commissie van de Openbare Fondsen- en Wisselbeurt te Brussel. Bijlagen van het Belgisch Staatsblad. Weekberichten van de Kredietbank.
T a b e l 1 geeft de evolutie v a n d e beursom zet, h e t noteringspeil en h e t re n d e m e n t d e r aandelen. D e evolutie v a n de b eursom zet b lijk t u it de gem id delde dagelijkse k ap ita a lo m z e t. H e t b e tre ft hier de tran sa c tie s in vennootschapsobligaties en in a a n delen (term ijn- en k o n ta n tm a rk t) op de B eurs te Brussel. H e t peil v a n de aandelen n o terin g en w o rd t do o r drie gezam enlijke indexcijfers aangegeven. Deze la a tste zijn h e t rek en k u n d ig gem iddelde v a n de vierentw intig halfm aandelijkse indexcijfers, die h e t N .I.S . jaarlijk s b erek en t. V oor de berekening w orden alle op de B eurs te B russel en te A ntw erpen genoteerde aan delen in aan m erk in g genom en m e t u itzo n d erin g v a n de tijd elijk genoteerde aandelen. M et de gelijk tijd ig op beide p laatsen verhan d eld e effecten w o rd t slechts eenm aal rekening gehouden. O m de indexcijfers v a n d e k o n ta n tm a rk t (kolom m en 2 en 3) op te stellen, w erden de n o terin g en m e t h e t a a n ta l te r beurze to eg elaten effecten gewogen. W o rd t h e t a a n ta l op de B eurs to eg elaten effecten v an een venn o o tsch ap te n gevolge v a n een u itg ifte o f een toekenning v a n nieuw e effecten gew ijzigd, d a n k o m t de b etro k k en w aarde tijd e lijk n ie t m eer in aanm erking voor d e berekening v a n h e t indexcijfer. L a te r w o rd t zij, gewogen m e t h e t nieuw e a a n ta l effecten v a n de venno o tsch ap , h ierin w eer opgenom en. H e t gezam enlijke indexcijfer v a n de te rm ijn m a rk t (kolom 4) d a t Belgische, K ongolese en buitenlandse effecten o m v at, is h e t rek en k u n d ig gem iddelde v a n de indexcijfers d er effectennoteringen op deze m a rk t. D e indexcijfers v a n de kolom m en 2 to t 4 w orden door een k ettin g b erek en in g verkregen (1). Men berek en t h e t in dexcijfer v a n de n o terin g en voor d e beschouw de beursdag in verhouding to t h e t vorige in dexcijfer en m en v erm enigvuldigt h e t vervolgens m e t h e t in d ex cijfer v a n deze la a ts te beu rsd ag op basis v a n 1953. H e t ren d em en t v a n de aan d elen (kolom m en 5 en 6) w o rd t d oor de K re d ie tb a n k berekend.
(1) De formule voor die berekening is de volgende :
l p x les 100
waarin : l p het indexcijfer is van de dagnotering met betrekking tot de notering van de vorige dag; I &3 het indexcijfer iß van de notering van de vorige dag in verhouding tot het jaar 1953, basisperiode.
H e t ren d em en t v a n een effect w o rd t in p ro cen t uitg e d ru k t en verkregen door de aangekondigde coupon m et h e t koerspeil te vergelijken. Is h e t bedrag v a n de vol: gende coupon nog n ie t gekend, d a n n ee m t m en de la a tste coupon in aanm erking, op voorw aarde d a t m en k a n voorzien d a t de volgende coupon hierm ee vrijw el zal overeenstem m en. Is deze voorw aarde n ie t v ervuld, d a n b erek e n t m en geen ren d em en t voor h e t b etro k k e n stu k . H e t ren d em en t v a n de gezam enlijke effecten v an een sector is h e t eenvoudig rek en k u n d ig gem iddelde v a n de rendem enten d e r afzonderlijke effecten v a n die sector. H e t ren d em en t v an de Belgische en K ongolese effecten (kolom 5) is h e t gem iddelde v a n de vier rendem entspercentages die op h e t einde v a n h e t k w a rta al (einde m a a rt, einde ju n i, einde septem ber, einde decem ber) w orden berekend. V oor 1960 evenw el is h et een gem iddelde v a n de ren d em en ten berekend op h e t einde v a n de tw a a lf m aan d en v a n h e t ja ar. H e t ren d em en t v a n de Belgische effecten (kolom 6) is h e t gem iddelde v a n de ren d em en ten berekend per m aandultim o. T a b e l 2 geeft h e t to ta a l bedrag v a n d e m aando m zetten op de B eurs te B russel (obligaties en a a n delen). T a b e lle n 3 e n 4 geven p er bedrijfssector d e m aa n delijkse indexcijfers v a n d e aan d elen n o terin g en op de k o n ta n tm a rk t v an de beurzen v a n B russel en A n tw er pen. D e eerste o m v at de periode 1950 t o t 1952, de tw eede d e periode 1953 to t 1960. D eze splitsing is a an de volgende facto ren toe te schrijven : — eensdeels, dienden de N .I.S .-indexcijfers voor 1950 to t 1952, die w orden berekend op basis 1936 1938 = 100, herberekend op basis 1953 = 100. — anderdeels, w ijzigde h e t N .I.S . v a n benam ingen v a n d e sectoren.
1953 a f de
Men k a n n o ch tan s v astste llen d a t ta b e l 4 n a a s t de indexcijfers voor de periode 1953-1960 ook de in d ex cijfers geeft op 3 ja n u a ri 1951 en op 2 ja n u a ri 1952, berekend op basis 1953 = 100.
— 163 —
T o t einde 1957, zijn de m aandelijkse indexcijfers die v a n de n o terin g en op de eerste b eursdag v an de beschouw de m aan d . V an 1958 a f zijn h e t de n o teringen op de 10e v a n elke m a a n d of, w anneer d a t een feestdag is, op d e eerstvolgende beursdag. a) Tabel 3 D e d oor de N .I.S . aangenom en verdeling in ru brieken is die v a n de Beurscom m issie te Brussel. H e t gezam enlijke indexcijfer o m v a t alle Belgische effecten en de effecten v a n K ongo en R u a n d a-U ru n d i genoteerd op de B eurs te B russel en te A ntw erpen. H e t indexcijfer v a n de Belgische effecten h o u d t inzon d erheid rekening m e t de B elgische v en n ootschappen die in h e t b u ite n la n d een bedrijvigheid uitoefenen; de effecten v a n K ongo en R u a n d a -U ru n d i en de plan tag es w orden er n ie t in opgenom en. H e t indexcijfer v oor de in d u striële effecten sla a t op de aandelen v a n de volgende sectoren : gas en elektrici te it, m etaaln ijv erh eid , zink, lood en m ijnen, chem ische p ro d u k te n , steenkolenm ijnen, glasfabrieken, spiegelglas fabrieken, bouw bedrijf, tex tiel- en zijdefabrieken, voe ding en diversen. I n de reeks indexcijfers p e r sector, o m v a t de ru b rie k « diversen » o.m . de b ed rijv en beho ren d to t de tab ak sn ijverheid, de leerlooierijen, d e p ap ierfabrieken en de p etroleu m in d u strie. b) Tabel 4 D e ru b rie k e n v a n deze ta b e l w erden zo aan g ep a st d a t de w erkelijke bedrijv ig h eid v a n d e vennootschappen b e te r n a a r voren k o m t. D e indeling w ijk t d a n ook enigszins a f v a n die welke de Beurscom m issie volgt. D e indexcijfers v a n de a a n 1953 v o orafgaande ja re n w erden berekend volgens de indexcijfers, op g em aak t op basis 1936-1938 = 100. A angezien d e classificatie v an
som m ige ven n o o tsch ap p en sindsdien gew ijzigd werd, k u n n e n vergelijkingen slechts m e t een zeker voorbehoud g em a ak t w orden. D e sam enstelling v an h e t algem een indexcijfer, v an h e t indexcijfer d e r Belgische effecten en v a n h e t in d ex cijfer d e r industriële effecten, is dezelfde als in de vo o r g aan d e tabel. D e ru b riek « M etaalnijverheid » o m v a t de ijzer- en staalp ro d u k tie , de w alserijen, d e gieterijen, de sm ede rijen, h e t pons- en d rijfw erk en de trek k erijen . D e ru b riek « M etaalverw erkende in d u strieë n » o m v at d e fabricage v a n toestellen voor cen trale verw arm ing, de p laatbew erking, de m achinebouw , de fabricage v an gewone en elektrische a p p a ra te n , evenals de bouw en de herstelling v a n tra n sp o rtto estelle n . D e ru b riek « bouw nijverheid » o m v a t de steengroevenijverheid, de steen b ak k erijen , p an n e n fa b riek en en h e t aardew erk, de cem entfabrieken en cem en tp ro d u k ten , h e t plateelw erk, de porseleinbedrijven, alsm ede h et eigenlijke bouw bedrijf. D e ru b rie k « T ex tielin d u strie » o m v a t de w olkam m erijen en -spinnerijen, de katoen- en vlasspinnerijen, d e w everijen, d e k u n stzijd e en an d e re tex tielw aren . D e ru b rie k « V oedingsbedrijven » o m v a t inzonderheid de m eelfabrieken, de suikerfabrieken en de brouw erijen. D e ru b rie k « H a n d el en dien sten » o m v a t inzonderheid de w arenhuizen, h e t hotelbedrijf, bepaald e h an d els b ed rijv en (chem ische m eststoffen, weefsels, w ijnen en sterk e dranken) en, sinds 1960, de b ed rijv en voor w a te r voorziening, die voordien in een afzonderlijke ru b rie k voorkw am en. D e ru b rie k « D iverse in d u strieën » o m v a t inzonder heid de ta b a k sb e d rijv en , de papierfabrieken, d e fab rie ken v a n ru b b erartik elen , de leerlooierijen, de h o u t n ijverheid en de p etroleum industrie.
B . — R E N D E M E N T V A N D E B E L G IS C H E E N K O N G O L E S E V E N N O O T S C H A P P E N O P AANDELEN BRONNEN :
N a tio n a a l I n s titu u t voor de S ta tistiek. B ijla g e n v a n het S ta a tsb la d . B ijla g e n v a n het A m b te lijk B la d en v a n het B estu u rsb la d v a n B elgisch-K ongo. B ijla g e n v a n het A m b te lijk B la d v a n R u a n d a -U r u n d i.
B i b l i o g r a f i e : S tatistisch Ja a rb o ek voor B elgië.
■
S ta tistisch B u lle tin uitgegeven door de N . I . S . T ijd s c h r ift voor D ocum entatie en voorlichting v a n de N .B .B .
T a b e lle n 5 /1 t o t 3 : J a a r c i j f e r s D e getelde m aa tsc h a p p ije n zijn de naam loze v en n o o t sch ap p en en de com m andites op aan d elen v a n Belgisch re c h t, alsm ede de aan d elen v en n o o tschappen m et b e p erk te aan sp rak elijk h eid v a n K ongolees rech t. Z ijn in de ta b e l n ie t opgenom en de v en n o otschappen die hoew el v a n b u iten lan d s re c h t, h u n balansen in België m oeten publiceren, de p a ra s ta ta le instellingen en de openbare n u tsb e d rijv e n en de in terco m m unale en de interprovinciale organism en. .
D e gegevens w orden gelicht u it de balan sen en de verlies- en w instrekeningen, door d e ven n o o tsch ap p en gepubliceerd in de bijlagen v a n h e t Belgisch Staatsblad, in de bijlagen v a n h e t A m b telijk B lad en v a n h et Bestuursblad van Belgisch-Kongo en in de b ijlag en v a n h e t A m b telijk Blad van R uanda-U rundi. D e cijfers v a n de kolom m en 1 t o t 7 slaan op h e t ja a r w aarin de dividenden zijn u itb e ta a ld o f n o rm aal dienden
— 164 —
u itb e ta a ld te w orden. Zij hebben d u s betrekking op de b o ek jaren afgesloten tijd e n s h e t sta tistisc h ja a r of tijd e n s h e t voorgaande ja a r. W erd de b e ta a ld a tu m in de bijlagen noch in de v akpers verm eld, d a n n eem t m en de d ag v a n de algem ene vergadering plus v ijf dagen als fictieve d atu m . De reserves (kolom 3), die n eg atief k u n n en zijn w anneer h e t overgedragen verliezen b e tre ft, zijn die welke vóór de w instverdeling in d e b alans voor kom en. W orden n ie t als reserves beschouw d : de afschrijvingsfondsen, de fiscale provisies, de w iskundige reserves en an d ere technische reserves v a n d e verzeke ringsm aatsch ap p ijen , de reserves o f provisies voor kosten, studies, onderhoud, de pensioenfondsen, de reserves voor dubieuze debiteuren.
D e batige o f ongunstige saldi (kolom m en 4 en 5) zijn die welke w erkelijk op h e t beschouw de bo ek jaar betrekking hebben; overgebrachtè bedragen u it vorige boekjaren zijn e ru it verw ijderd. H e t zijn n etto sald i n a afschrijving. D e b e ta a lb a a r gestelde d iv idenden (kolom 6) zijn b ru tobedragen, d.w .z. d a t de te betalen mobiliënbelasting erin begrepen is. Z ijn dividenden en tan tièm es in één enkele p o st sam engenom en, d a n w orden 8 /1 0 als dividend en 2 /1 0 als ta n tiè m e beschouw d. De cijfers betreffende de obligatieleningen (kolom m en 8 en 9) zijn h e t re su lta a t v a n een en q u ête m e t b e tre k king to t de obligatieschuld per einde ja a r en de gedurende h e t b etro k k en ja a r vervallen coupons.
C . — K A P I T A A L E M I S S I E S , - V E R E F F E N IN G E N E N -V E R M IN D E R IN G E N V A N D E I N D U S T R I E L E , F IN A N C IE L E E N H A N D E L S V E N N O O T S C H A P P E N . B ro n : • ■
N a t io n a a l I n s t i t u u t vo o r d e S ta tis tie k .
.
.
B i b l i o g r a f i e : S ta tis tis c h J a a r b o e k vo o r B e lg ië . S ta tis tis c h B u l le t in u itg e g e v e n d o o r h et N . I . S . .
D e ta b e lle n 6 to t 8 geven h e t to ta a l en de bedragen per v o o rn aam ste bedrijfssector v a n de jaarlijk se em is sies d e r aandelen v en n o o tsch ap p en en personenven noo tsch ap p en m e t b ep erk te aan sp rak elijk heid v a n Belgisch en v a n K ongolees rech t. I n beginsel, w orden d e emissies geteld : op de d a tu m d a t de a k te verleden w o rd t voor de a a n delen vennootschappen en de p ersonenvennootschappen met, b ep erk te aan sp rak elijk h eid v a n Belgisch recht, op de d a tu m vanneerlegging te r Griffie voor de perso nenv en n o o tsch app en m et b ep erk te aan sp rakelijkheid Kongolees re c h t v a n ' op de d a tu m v an h e t k o n in k lijk b eslu it voor d e a a n delenven n o o tsch ap p en m e t b e p erk te aansprakelijkheid van K ongolees rech t. H e t d ie n t onderlij n d d a t de ven n o o tsch appen v an K ongolees re c h t slechts t o t 30 ju n i 1960 w erden geteld. D e w ijzigingen in h e t k a p ita a l v a n de o p enbare en hierm ee gelijk te stellen instellingen zijn in d e sta tistie k n ie t opgenom en.
geld) en op uitgifteprem ies; bovendien zijn, in teg en stelling m et de N .I.S .-statistiek en , de b ijsto rtin g en van opgevraagd k a p ita a l erin begrepen. De n ie t doorlopende uitg iften van obligaties (kolom 3) o m v a tte n de nieuw e u itg iften , m .a.w . h e t w erkelijk tijd e n s h e t ja a r uitgegeven gedeelte, alsm ede de res teren d e bedragen v an vroegere u itg iften . De conversieleningen zijn erv an afgetrokken. In tegenstelling m e t de door h e t N .I.S . gepubliceerde statistie k en , zijn in de kolom m en v a n de ta b e l die over de. obligaties han d elt, n ie t begrepen de doorlopende en de n iet doorlopende u itg iften v a n de N .M .K .N . (1), de Sabena (1) en de n etto -u itg ifte n v a n obligaties en kasbons d e r Belgische ban k en (2). De la a tste kolom geeft ech ter h e t to ta a l der n e tto aandelen- en obligatieuitgiften, zoals zij door h e t N .I.S . w orden gepubliceerd.
D e nom inale aandelenem issies (kolom 1) o m v a tte n de oprichtingen v a n ven n o o tsch ap p en en de k a p ita a l verhogingen. D e cijfers v a n h e t N .I.S . w erden zonder wijziging overgenom en.
D e ta b e lle n 7 e n 8 geven voor enkele b ed rijfs sectoren en voor de gezam enlijke ven n o o tsch ap p en die h u n voornaam ste bedrijvigheid in België uitoefenen, de oprichting v a n vennootschappen, de k a p ita a lv e r hogingen, de uitgifteprem ies, de n iet in gereed geld gedane sto rtin g en en de n iet doorlopende u itg ifte n van obligaties. De gepubliceerde cijfers zijn die v a n h e t N .I.S ., m et d a t verschil d a t de ta b e l betreffende de financiële m aatsch ap p ijen en de m aatsch ap p ijen voor onroerende goederen (tabel 7) g ie t de obligatie-em issies v a n de N .M .K .N . (1) o m v at en d a t die m et betrekking to t de gezam enlijke v ennootschappen die h u n voor n aam ste bedrijvigheid in België uitoefenen (tabel 8)
De netto-aandelenem issies (kolom 2) o m v a tte n de bedragen die w erden g e sto rt op in schrijvingen v a n a a n delen (na a ftre k v a n de an d ere sto rtin g en d a n in gereed
(1) Deze uitgiften komen voor in de tabellen van de sectie A « Overheidsemissies » van hoofdstuk X VI. (2) Deze uitgiftèn komen,'met tegengesteld tekên, voor in tabel 6 « Oorzaken van de veranderingen in de geldhoeveelheid », kolom 11, hoofdstuk X III.
T a b e l 6 geeft de aandelen- en obligatieuitgiften v a n de gezam enlijke industriële, financiële en h an d els ven n o o tsch ap p en v a n Belgisch en v a n Kongolees recht. D e v en n o o tsch ap p en zijn gerang sch ik t n a a r d e p la a ts w aar zij h u n voorn aam ste b ed rijvigheid uitoefenen (België o f b uitenland).
il*
166
—
n ie t die obligaties v a n de N .M .K .N . en v a n de Sabena o m v a tte n (1). D e in brengen in n a tu ra , opgenom en onder de ru b rie k « sto rtin g e n in n ie t gereed geld » o m v a tte n eveneens d e inb ren g v a n schuldvorderingen, w aaraan in h e t S ta tistisc h B u lletin v a n h e t N .I.S . een afzonder lijke ru b rie k is voorbehouden.
G E P U B L IC E E R D E T A B E L L E N
D e gegevens v an ta b e l 8 k u n n en volgens h e t o n d er sta a n d e voorbeeld d a t b etrek k in g h eeft op 1959 v er geleken w orden m e t d e n om inale aandelenem issies (kolom 1), de n e tto aandelenem issies (kolom 2) en de n ie t doorlopende b ru to -u itg ifte n v an obligaties (kolom 3) v an de sectie A v a n ta b e l 6 : (miljoenen franken) — O prichting v a n vennootschappen : n o m i n aal bedrag (kolom 2 ) ........................... K apitaalv erh og ing en : nom inale verho ging (kolom 6) ........................................ N om inale aandelenem issies (kolom 1 v a n ta b e l 6 ) ........................................................ — O prichting v a n v en nootschappen : g esto rt bedrag op de nom inale w aarde (kolom 3 )............................... ..................... K ap itaalv erh o g in g en : g e sto rt bedrag op de nom inale w aarde (kolom 7 )........... U itgifteprem ies (kolom 8 ) .........................
3 .7 0 2 6.525
10.227
3 .4 1 9
139
6.342 3.337
plus O pvragingen v a n k a p ita a l (bu iten ta b e l) ........................................................
Blz.
J a a rlijk se evolutie v a n d e beurs om zet, h e t noteringspeil en h et ren d e m en t d er a a n d e le n ..............
1
331
M aandelijkse evolutie v a n de kapita a lo m z et (vennootschapsobligaties en aandelen) op de B eurs te B ru s s e l...............................................
2
331
M aandindexcijfers v a n de aan d elen n o teringen op de B eurs te B ru s sel en te A ntw erpen (jaren 1950 ................. 1952)
3
332
M aandindexcijfers v a n de aa n d elen noteringen op de B eurs te B ru s sel en te A ntw erpen (jaren 1953 1960)...................................................
4
335 à 337
R en d em en t v a n de Belgische en Kongolese vennootschappen op a a n d e l e n ....................................
5
338 à 340
Em issies v a n de Belgische en K o n golese v e n n o o ts c h a p p e n .............
6
341
Em issies v a n d e Belgische v en n o o t schappen : financiële m aatsch a p p ijen , m a a t schap. voor onroerende goederen en m etaalv erw erk en d e nijv erh eid
7
342
Em issies v a n de Belgische v e n n o o t schappen : ij zernij verheid en tex tielin d u strie
7
343
Em issies v a n de Belgische v e n n o o t schappen : voedingsbedrijven en chem ische n ijverheid ........................................
7
344
Em issies v an d e Belgische v e n n o o t schappen : elek triciteit en steenkolennij v e r heid .................................................
7
345
Em issies v a n de vennootschappen die h u n v o o rnaam ste bed rijv ig heid in België u ito e f e n e n ...........
8
346
K ap itaalvereffeningen en -verm in deringen v a n de industriële, financiële en han d elsv en n o o t s c h a p p e n ..........................................
9
347
6 .1 2 1
9.6 7 9 m in S to rtin g en zonder gereed geld (kolom m en 9 to t 11) ......................
. K°
423
N e tto aandelenem issies (kolom 2 van ta b e l 6 ) ........................................................
3 .7 6 0
— O bligatieuitgiften (kolom 13) ............. m in C onversieleningen (kolom 14) . . .
3.2 1 0 — 14
N iet doorlopende obligatieuitgiften (kolom 3 v a n ta b e l 6 ) ...........................
3.1 96
Tabel 9 geeft voor ieder ja a r een algem een o v er zicht v a n h e t a a n ta l en h e t bedrag d er kapitaalvereffeningen, -fusies en -verm inderingen voor dezelfde soorten v en nootschappen als die w aarop de voorgaande tab ellen betrekk in g hebben. D e fusies w orden voor d e v en nootschap die verd w ijn t behandeld als een o ntbind in g en voor de andere als een verhoging v a n k ap ita a l, behalve indien de ven no otschappen een nieuw e ondernem ing vorm en. I n d it geval, is er een o prichting v an een vennootschap en vereffening van andere.
(1) Deze uitgiften komen voor in de tabellen van de sectie A < Overheldsemlssies > van hoofdstuk XVI. —
1 6 6
—
X V IIl.
-
G e ld m a rk t
A. — M A R K T V A N H E T D A G G E L D E N V A N H E T G ELD O P Z E E R K O R T E T E R M IJ N B ro n n en :
V errekenkam er v a n B ru ssel. D iscontodienst v a n de N a tio n a le B a n k va n B elgië. H erdiscontering - en W a a rb o rg in stitu u t.
B ib lio g ra fie : Jaarverslagen v a n het H . W . I . S tatistisch Ja a rb o ek v a n B elgië. S ta tistisch B u lle tin v a n het N . I . S . T ijd s c h r ift voor D ocum entatie en Voorlichting v a n de N .B .B .
D e d rie ta b e lle n v a n deze sectie h eb b en u itslu iten d betrek k in g op h e t bedrag v a n de k a p ita le n die op de m a rk t v a n h e t daggeld en v a n h e t geld op zeer k o rte te rm ijn {call money) v erh an d eld w orden. D e gegevens betreffende d e op deze m a rk t to eg ep aste percentages zijn verm eld in ta b e lle n 4 en 5 v a n h o o fd stu k X IX .
Tabel 1 : Kapitalen verhandeld op de markt van het daggeld en van het geld op zeer korte term ijn T ab el 1 v erm eld t, p er ja a r, h e t daggem iddelde van de k a p ita le n geleend en opgenom en door de deposito b an k en enerzijds, en d o o r de instellingen d ie op de m a rk t o p tre d e n anderzijds. D e la a ts te kolom v an de ta b e l h eeft b etrek k in g op d e gew eigerde k a p ita len d.w.z. op de k a p ita le n die d oor de deelnem ende instellingen w erden aangeboden m a a r die n ie t opgenom en werden. D e tab ellen 2 en 3 verm elden dezelfde gegevens per k w a rta a l, te n einde een ev entuele verdeling in conju n ctu u rp erio d es m ogelijk te m aken.
Tabel 2 : Kapitalen die van 1950 tot 16 november ' 1959 óp de markt van het daggeld en van het geld öp zeer korte term ijn verhandeld werden
M en zal hier opm erken d a t er v a a k een verschil b e s ta a t tu ssen h e t bedrag v a n de b u ite n verrekening geleende beschikbaarheden (kolom 4) en h e t bedrag v a n b u ite n verrekening opgenom en bedragen (kolom 7). D ie kennelijke afw ijking k a n v erk laa rd w orden door h e t fe it d a t h e t H .W .I., d a t op de tw ee m a rk te n o p tre e d t óp een m a rk t h e t saldo v a n d e aangeboden beschik b aarh ed en opnam , zelfs zo h e t zijn eigen behoeften overtrof, en h e t overschot weer kon a fsta a n a an de instellingen v a n d e andere m a rk t. W anneer de b u iten verrekening geleende k ap italen (kolom 4) d e b u iten verrekening opgenom en k a p ita le n overtreffen (kolom 7), b e tek en t zulks d a t h e t H .W .I. h e t verschil tu sse n de tw ee bedragen opgenom en heeft om h e t te ru g a f te sta a n op de m a rk t in verrekening. Z ijn d a aren teg en de b u ite n verrekening geleende k a p ita le n lager d a n de in verrekening opgenom en k ap italen , d a n b etek e n t zulks d a t h e t H .W .I. op de m a rk t b u ite n verrekening daggeld afg estaan heeft d a t zij in de v errek en k am er opgenom en had voor een bedrag d a t overeen stem t m et h e t verschil. Men s te lt eveneens v a s t d a t h e t H .W .I. v a n 27 fe b ru a ri 1956 to t 16 novem ber 1957 geldm iddelen op v ijf en tie n dagen opnam , tegen hogere ren tep ercen tag es d a n die v a n de daggeldleningen.
T abel 2 o m v a t d e o peraties die vóór 17 novem ber 1959 p la a ts had d en . V óór die d a tu m h ad d en d e « call »v errich tin g en ofwel in ofwel b u ite n de verrek enkam er plaats.
Tabel 3 : Kapitalen die van 17 november 1959 tot 31 december 1960 op dei markt van het daggeld verhandeld werden
D e m a rk t v a n h e t daggeld « in verrekening » w erd gestijfd door de instellingen leden v a n de v errek en k a m er v a n B russel en v a n A ntw erp en (voornam elijk de depositobanken) evenals d oor de L uxem burgse banken. A an de k a n t v a n de k redietnem ers, v o n d m en hoofd zak elijk h e t H .W .I. w aarvoor deze leningen de voor n a a m ste b ro n v a n financieringsm iddelen u itm a a k te n .
T abel 3 verm eld t de toegestane en opgenom en daggeldleningen v a n a f 17 novem ber 1959, d a tu m w aarop h e t stelsel v a n de « m a rk t v a n h e t gew aarborgd daggeld » in w erking tra d .
D e ^verrichtingen « b u ite n verrekening » uitgevoerd d oor bem iddeling v a n de N atio n ale B an k v a n België, besto n d en u it leningen a a n b epaalde p articuliere en p a ra s ta ta le organism en (R.M .Z., A .S .L .K ., Caisse d ’E p arg n e de l ’E t a t te L u xem burg, Sam enw erkende V ennootschap C oop-dépôts, N .M .B.S., enz.) a a n andere p a ra s ta ta le instellingen, v o ornam elijk h e t R entefonds d a t op deze m an ier h e t g ro o tste deel v a n zijn p o rte feuille overheidsfondsen k o n financieren.
D e nieuw e m a rk t h eeft de volgende kenm erken (1) : — V erruim ing v a n de m a rk t door afschaffing v an de scheiding tussen d e sectoren in en b u iten verreke ning en door verhoging v a n h e t a a n ta l deelnem ers : de nieuw e m a rk t groepeert n ie t alleen de leden v a n de ta lrijk e verrekenkam ers, m a a r eveneens diverse in stel lingen die m achtiging gaven, hetzij a a n een v a n deze leden hetzij a a n de N ationale B a n k v an België om voor h u n rekening verrichtingen a f te sluiten; (1) Cf. H .W .I., Vertlag van het boekjaar 1S59, blz. 30 en 81.
— 167 —
— hetzij door de algem ene w aarborg v a n de S ta a t (2),
— V erhoging v a n de toegangsm ogelijkheden v a n de ban k iers als geldopnem ers d a n k zij een aanpassing v a n d e reg lem en taire bepalingen in zake thesaurie- en dekkingscoëfficiënten; — S p o n tan e ren tev o rm in g op g ro n d v a n v raag en aanb o d ; — R egulerend o p tre d e n v a n h e t R entenfonds, n u eens als lener, d a n w eer als nem er; — D ekking v a n de verbintenissen d e r deelnem ers :
— hetzij door een p a n d in overheidsfondsen, — hetzij door h e t in p a n d geven v a n handelsw issels h erd isco n teerb aar bij de C irculatiebank. V oor d e periode g ed e k t door de ta b e l 3 w erden alleen daggeldleningen gesloten.
(2) W at bij voorbeeld het geval is voor de leningen van het H.W .I.
B. — V E R R E K E N K A M E R S B ro n :
Nationale B ank van België.
B ib lio g ra fie : Statistisch Jaarboek van België. S ta tistisch B u lle tin v a n het N J . 8 . T ijd s c h r ift voor D ocum entatie en V oorlichting v a n de N .B .B .
E r b e sta a n th a n s negenendertig verrekenkam ers ; Zij h ebben h u n zetel in de N atio n ale B a n k v a n België : — te B russel (centrale a d m in istratie), — in de bij huizen v a n A n tw erp en en L uik, — in d e . ag en tsch ap p en in de provincies m et u itzo n dering v a n D in a n t, M alm édy, N eufchâteau, Philippeville. D eze k am ers h ebben to t doel h u n leden in s ta a t te stellen alle vorderingen en schulden die zij elke dag tegenover elk aar h ebben en inzonderheid de checks, accreditieven, w isselbrieven, b etalin g so pdrachten, over schrijvingen, w isselverrichtingen en daggeld v errich tingen, door verrekening te vereffenen. D e vereffening v a n de vorderingen en schulden m o et door m iddel v a n verrekening gebeuren behoudens de coupons en de te ru g b e ta a lb are effecten. D e leden k u n n en deze coupons en effecten onder elk aar uitw isselen en h e t bedrag erv an door verrekening vereffenen; ze zijn d aa rto e evenw el n ie t verplicht. D e verrekende stu k k e n en k a p ita le n w orden een enkele k eer geregistreerd, m a a r elk s tu k w aarv an de vereffening gew eigerd w o rd t, w o rd t d oor bem iddeling v a n de verrek en k am er teruggegeven a a n de b an k ier die h e t aange b o d en heeft, en h e t w o rd t een tw eede m aal geregistreerd.
T a b e l 4 : B e d r ijv ig h e id d e r V e r r e k e n k a m e r s
D e ta b e l betreffende d e bedrijvigheid v a n de y errekenkam ers geeft h e t a a n ta l verrekende stu k k e n en h e t op de dag g eld m ark t geleende bedrag. T o t bij de h er vorm ing v a n deze m a rk t op 17 novem ber 1959 (3) w erd slechts een deel v a n deze v errichtingen verrekend. S edert 17 novem ber 1959 b e sta a t er slechts een enkele dag g eld m ark t w aarv an alle verrich tin g en in d e V erreken k am er v a n B russel m o eten uitgevoerd w orden. D e kolom 3 v a n ta b e l 4 geeft, p e r ja a r, de m aandgem iddelden v a n de als daggeld v erh andelde k ap italen , d.w .z. v a n de opeenvolgende leningen en te ru g betalingen. Bij de bedragen v a n de te B russel uitgevoerde daggeld tran sacties w erden vóór 17 nov em b er 1959 de b e d ra gen gevoegd v a n de gelijkaardige verrich tin g en die in de provincies g ed aan w erden. Deze la a tste tra n sa c tie s zijn a a n de an d ere k a n t opgenom en in de oijfers v a n kolom 9. (3) Cf. Beetle A, « Markt van het daggeld », die voorafgaat.
C. — P A R T IC U L IE R D IS C O N T O B ron :
Herdiscontering - en .Waarborginstituut.
B ib lio g ra fie : Jaarverslagen van het H .W .I. H erdiscontering • e n W a a rb o rg in stitu u t, 1936-1960.
D e « m a rk t v a n h e t p articu lier d isconto » b e s ta a t u it h e t geheel d er negotiëringen v a n h an d elspapier b u iten de centrale b an k . H e t m erendeel v a n de op die m a rk t v erhandelde stu k k e n zijn accep ten v a n Belgische b an k en of h an d elsp ap ier geëndosseerd door een bank; zij financieren b u iten lan d se of b in nenlandse h an dels tran sacties. D e m obilisatie v a n k ask red ieten bij bevoeg de instellingen evenals de m obilisatie v a n p ap ier voor h e t financieren v a n verkopen op afb etalin g w orden —
doorgaans n ie t op d e m à rk t v an h e t p artic u lier disco n to v erh an d eld (4). D rie categorieën personen tre d e n op deze m a rk t op : — d e verkopers, d it zijn hoofdzakelijk d e b a n k e n die de trek k in g en v a n hu n cliënten negotiëren dié zij (4) Herdiscontering- en Waarborginstituut, 1985*1060, blz. 91.
168 —
k rach ten s een accep tk red iet v a n h u n h an d tekening voorzien hebben, evenals h e t h an d elsp ap ier d a t ze in h e t k a d e r v a n h u n k red ieten « disconto cliënten » o f « disconto leveranciers » genaam d, verkregen hebben; — de k opers w aarv an de ta lrijk e categorieën (banken, p a ra s ta ta le kredietinstellingen, verzek eringsm aat schappijen, holdings, spaar- en h y p o th eek m aatschappijen, kassen voor gezinstoelagen, b u ite n landse instellingen en su p ran atio n ale organism es) a a n de gezam enlijke v raag een gro tere sta b ilite it verlenen; — een enkele tussenpersoon — h e t H .W .I. — w aarvan de actiem iddelen v oortkom en v a n de dagg eldm arkt. Als enige tussenpersoon b re n g t h e t H .W .I. een u itstek en d e cen tralisatie v a n v raag en aan b o d to t s ta n d en d e m a rk t v a n h e t p articu lier disconto is er grotendeels gelocaliseerd. H e t volum e v a n de v errich tin g en die b u ite n zijn m edew erking afge h an d eld w orden is evenw el v er v a n onbelangrijk (4 o f 5 m iljard fra n k in 1959). H e t H .W .I. tre e d t n u eens op als kop er of als verkoper van p ap ier, d a n w eer als m akelaar. I n d it la a ts te geval tra c h t h e t een teg en p artij te vin d en voor h e t aanbod o f de v raag die h e t o n tv a n g t. Men zal opm erken d a t de v raag n a a r k o rtlopend pap ier o f n a a r p a p ie r m e t een w elbepaalde looptijd doorgaans h e t beschikbare p ap ier d a t h e t I n s titu u t in portefeuille h eeft o v ertreft; h e t voldoet a a n deze vraag door p ap ier m e t een langere lo o p tijd te verkopen, w aarbij een vervroegde verv ald ag overeengekom en w ordt, bedongen v erv ald ag genaam d. H e t b e tre ft in w erkelijkheid een verkoop- w ederin k o o p co n tract (5). T a b e l 5 : B e w e g in g v a n d e a c c e p te n v a n h e t H .W .I. D eze ta b e l geeft h e t volum e d e r v errich tingen die ja arlijk s d oor h e t H .W .I. t.a .v . de volgende vier c a te gorieën accep ten gedaan w orden : — — — —
door de N .B .B . geviseerde b ankaccepten, n ie t door d e N .B .B . geviseerde bankaccep ten, d oor de N .B.B . geviseerde handelsaccepten, n ie t d oor de N .B .B . geviseerde h andelsaccepten
(6) Herdiscontering- en Waarborginstituut, 1935-1960, blz. 100.
T a b e l 6 : M a a n d e lijk s e a a n k o p e n v a n g e v is e e r d e b a n k a c c e p te n d o o r h e t H .W .I. Deze ta b e l geeft de m aandelijkse aan k o p en van geviseerde bankaccep ten door h e t H .W .I. die voor kom en in kolom 2 v an ta b e l 5. T a b e l 7 : I n v o e r e n u itv o e r g e fin a n c ie r d d o o r m id d e l v a n a c c e p te n g e v is e e r d d o o r d e N .B .B ., e n a a n g e k o c h t d o o r h e t H .W .I. Deze ta b e l geeft h e t bedrag, per econom ische sector, v a n de invoer en u itv o er die gefinancierd w orden door m iddel v a n geviseerde bank- en handelsaccepten, gekocht door h e t H .W .I. H e t to ta a l v an de invoer (kol. 6) plus h e t to ta a l van de u itv o er (kol. 12) stem t overeen m et h e t to ta a l v a n de kolom m en 2 e n -6 v an de ta b e l 5.
GEPUBLICEERDE TABELLEN
N'
Blad*.
K a p ita len verh an d eld op de m a rk t v a n h e t daggeld en v an h e t geld op zeer k o rte te rm ijn ................
1
349
K ap italen die v a n 1950 to t 16 n o vem ber 1959 op d e m a rk t v an h e t daggeld en van h e t geld op zeer k o rte te rm ijn verhandeld w e r d e n ...............................................
2
350
K ap italen die van 17 novem ber 1959 to t 31 decem ber 1960 op de m a rk t v a n h e t daggeld v e rh a n deld w erden (stelsel v a n de gew aarborgde call)........................
3
351
B edrijvigheid der V errekenkam ers
4
351
H .W .I. — Beweging d e r accepten
5
352
M aandelijkse aankopen v a n gevi seerde b an k accepten door h e t H .W .I
6
353
In v o e r en u it voer gefinancierd m et accepten geviseerd door de N.B.B. en aangekocht door h et H .W .I
7
353
— 169 —
X IX .
—
D is c o n to -,
re n te -
e n
re n d e m e n ts p e rc e n ta g e s
A . — O F F IC IË L E T A R IEV EN VAN D E N A TIO N A LE BANK VAN B E L G IË B ro n :
N a tio n a le B a n k v a n B elg ië.
B i b l i o g r a f i e : Belgisch Sta a tsb la d .
T ijd s c h r ift voor D o cum entatie en V oo rlich tin g v a n de N .B .B . S ta tistisch ja a rb o ek voor B elg ië. S ta tistisch T ijd s c h r ift v a n het N . I . S .
Tabel 1 : Officiële discontovoeten van de N .B .B .
1) de lo o p tijd v a n de certificaten te n hoogste 120 dagen,
N iet geaccepteerde wissels, promessen
2) de lo o p tijd v a n de certificaten te n hoogste 8 m aanden,
S ed ert 4 au g u stu s 1955 w orden de niet-geaccepteerde, n ie t in een b a n k gedom icilieerde wissels teg en de re n te voet v a n de prom essen geherdisconteerd.
3) de lo o p tijd v a n de certificaten te n hoogste 12 m aan den,
Vooraf door de N ationale B a n k van België geviseerde bankaccepten, met betrekking tot de in- en uitvoer van goederen V an af 19 feb ru ari 1948 p a ste de N .B .B . verschillende rentevoeten to e voor de discontering v a n vo o raf door h a a r geviseerde b an k accep ten n aargelang deze wissels op de in- o f u itv o e r b etrek k in g hebben. Op 7 decem ber 1950 w erd d it onderscheid opgeheven en w erd e r een enige re n te v o e t vastgesteld. Op 10 novem b er 1960 p a ste de B an k opnieuw v er schillende ren tev o eten to e n aargelang de geviseerde accep ten op de in- o f u itv o e r b etrek k in g hadden.
Tabel 2 : Officiële tarieven van de beleningen en voorschotten van de N .B .B . Beleningen en voorschotten in rekening-courant Schatkistcertificaten en andere overheidsfondsen
op
W a t de S ch a tk istc e rtific ate n b e tre ft, h eeft de N.B.B. to t 3 au g u stu s 1955 verschillende ren tev o eten voor h a a r v o o rsch o tten in rek en in g -co u ran t en h a a r belenin gen vastg esteld , naargelang
4) de lo o p tijd v an de certificaten m eer d a n 12 m aanden bedroeg. S edert 3 septem ber 1953 w erden evenw el geen gelijkaardige w aarden m eer uitgegeven. V anaf 4 au g u stu s 1955 heeft de N .B .B . nog slechts één re n tev o e t voor de S ch atk istcertificaten vastgesteld; de lo o p tijd v a n deze la a tste m ocht te n hoogste 12 m aanden bedragen. S edert 21 m a a rt 1957 w erd deze m axim um looptijd op 366 dagen vastg esteld en h e t percentage v a n h e t voorschot o f v an de belening w erd als volgt bep aald : re n tev o e t v a n h e t certificaat plus 5 /1 6 p e t. m e t een m inim um ren tev o et v a n 2,25 pet. Sinds 13 novem ber 1957, berek en t de N .B .B . op dezelfde m anier de percentages op certificaten v an h e t R entenfonds m e t te n hoogste 366 dagen looptijd. I n ta b e l n r 2 kom en ren tev o eten voor, die eveneens v an toepassing w aren op de v o o rschotten die door de B an k op speciale certificaten verleend w erden (m obi lisatie v a n speciale E .B .U .-rekeningen en speciale S chatk istcertificaten v a n decem ber 1956 to t ja n u a ri 1957).
B. — P A R T IC U LIE R DISCON TO B ron :
H e r d is c o n te r in g - e n W a a r b o r g in s titu u t.
B ibliografie :
J a a r v e r s la g e n v a n h e t H . W . I . H e r d is c o n te r in g - e n W a a r b o r g in s titu u t —
Tabel 3 : Rentevoet toegepast door het H .W .I. bij de aankoop van accepten geviseerd door de N .B .B . I n h e t ra a m v a n zijn tu ssen k o m sten op de « p a rti culiere m a rk t » k o o p t en v erk o o p t h e t H erdiscontering en W a a rb o rg in stitu u t accep ten die op de in- o f u itvoer betrek k in g hebben. 1. Door de N ationale B a n k van België geviseerde bank accepten H e t H .W .I. p a st op deze accepten, voorzien v an tw ee h an d tek en in g en en m e t te n hoogste 120 dagen
1 9 3 5 -1 9 6 0 .
looptijd, een discontovoet to e die beneden die v a n de N ationale B an k ligt. Op de accepten m et een lo o p tijd begrepen tu ssen 121 dagen en tw ee ja a r w o rd t, een hogere discontovoet to egepast, die v e ra n d e rt naargelang de lo o p tijd v a n de wissel. « N a a r h e t voorbeeld v a n » de b a n k begon h e t H .W .I. in februari 1948 lagere » ren tetariev en v a st te stellen voor de aankoop v a n » geviseerde accepten getro k k en u it hoofde v a n e x p o rt » verrichtingen. Toen de B an k in 1950 opnieuw h e t » principe v a n h e t een h eid stariéf inzake herdisconto
— 171 —
» huldigde, w aarv an zij to t 11 n o v em ber 1960 n iet » m eer afw eek, sch afte h e t H .W .I. enkele m aanden » la te r de to eg estan e verm indering af, die to t 1,25 pC t » h ad b e re ik t t.o .v . de gew one voor w aarden ». (1) B ovendien w erd er op 6 novem b er 1951 een stelsel van g u n stta rie v e n ingevoerd voor de accepten m e t b e tre k king to t de invoer u it de E .B .U .-lan d en of de uitv o er n a a r h e t dollargebied. D it stelsel w erd t o t in septem ber 1954 voor de invoer u it de E .B .U .-lan d en en to t in decem ber 1956 voor de u itv o e r n a a r h e t dollargebied g eh an d h aafd. V a n a f feb ru ari 1958 en te n gevolge v a n h et econom ische conju n ctu u rv erlo o p voerde h e t H .W .I. voor de u itv o e r opnieuw een stelsel v a n g u n stta rie v e n in. S ed ert 10 fe b ru a ri 1953 zijn de ta rie v e n to eg ep ast op de accep ten m e t m eer d a n 120 dagen lo o p tijd die van de cen trale b a n k voor de h erdiscontering v a n de geac cepteerde, in een b a n k gedom icilieerde en vooraf geviseerde wissels, verhoogd m e t een v a st percentage volgens de lo o p tijd v a n de wissel en, to t in 1956, volgens de h erk o m st of de bestem m ing v a n de goederen.
v a n h e t M inisterie v a n E conom ische Z aken opende h e t disco n to k red ieten m e t een lo o p tijd v an zes m aan d en voor de m obilisatie v a n wissels to t financiering v a n die veiligheidsstocks : F 450 m iljoen te n voordele v an de m aalderijen en F 360 m iljoen te n g u nste v a n de olie slagerijen. Deze faciliteiten w erden per h a lfja a r en vervolgens p er k w artaa l, telkens voor herziene bedragen, hernieuw d. Voor de olieslagerijen w erd v a n a f 1 au g u s tu s 1959 geen verlenging v a n de faciliteiten m eer gevraagd.
V an 1951 to t einde ju li 1960 heeft de N .B.B. b a n k accep ten geviseerd voor de financiering v a n de veiligheidsstocks. H e t H .W .I., ofschoon in beginsel koper v a n ieder geviseerd, te B russel gedom icilieerd accept en w aa rv a n de lo o p tijd n ie t m eer d a n tw ee ja a r bed raag t, heeft in d it opzicht geen enkele verplichting. Op verzoek
Deze accep ten w orden door h e t H .W .I. gekocht voor zover zij in B russel gedom icilieerd zijn en gerugtekend door een in België gevestigde B an k en de looptijd, op de dag v an de discontering, geen tw ee ja a r overschrijdt. D e discontovoet is deze v a n de geviseerde bankaccepten, verhoogd m e t 1 /8 pet. voor de wissels. N o ch tan s v a n a f 10 feb ru ari 1953 h a d d it su p p lem e n t nog slechts betrekking op p ap ier op te n hoogste 120 dagen. :.
T o t 10 feb ru ari 1953 was h e t aa n k o o p ta rie f voor deze wissels door h e t H .W .I. gelijk a a n d a t v a n de b a n k accepten (« betreffende de invoer »), m et te n hoogste 120 dagen looptijd; nadien was h e t gelijk aa n d it van de N .B .B . voor de discontering v an de geaccepteerde, in een b a n k gedom icilieerde wissels. 2. Door de Nationale B a n k van België geviseerde handels accepten
(1) Cf. Herdiscontering- en Waarborginstituut, 1035-1060, blz. 110.
C. — « D A G G ELD »-V ERRICH TIN G EN B ro n n en :
Verrekenkam er v a n B ru ssel, N a tio n a le B a n k v a n B elgië. H erdisconterin g - en W a a rb o rg in stitu u t.
B ib lio g ra fie : Jaa rversla g en v a n het H . W . I . S ta tistisch Ja a rb o ek voor B elg ië. . S ta tistisch T ijd s c h r ift v a n het N . I . S . T ijd s c h r ift voor D ocu m en ta tie en V o o rlich tin g v a n de N .B .B ,
.
Tabellen 4 en 5
w erden op 27 feb ru ari 1956 ingevoerd; zij w erden tijd en s de m o n etaire hervorm ing v an novem ber 1959 afgeschaft (cf. « D aggeldm arkt » v an h e t ho o fd stu k X V III « G eld m a rk t »).
. D e tab ellen van deze sectie to n e n de ren tev o eten respectievelijk to e g e p a st op de opgenom en daggelden en op de ontlen in g en op v ijf en tie n dagen. Deze la a tste
D. — R EN T EV O ET VAN D E S C H A T K IS T C E R T IF IC A T E N B ro n n e n :
N a tio n a le B a n k v a n B elg ië. M in iste r ie v a n F in a n c ië n . In s titu t de Recherches É conom iques et S o d a le s de V U niversité de L o u v a in .
B ib lio g ra fie : B elgisch Sta a tsb la d . T ijd s c h r ift voor D o cu m en ta tie en V oorlichting v a n de N .B .B . Recherches économ iques de L o u v a in (sta tistisch su p p lem en t).
Tabel 6 : Rentevoet van de Schatkistcertificaten
1. Schatkistcertificaten op zeer korte term ijn
T abel 6 groepeert de re n te v o e te n p er einde tijd v a k v a n d e sc h a tk istc e rtific ate n op zeer k o rte te rm ijn w aa rv a n de vervaldagen tu ssen 15 en 120 dagen schom m elden en v a n de speciale sc h a tk istc e rtificaten aa n g e d u id door : « C ertificaten A » en « C ertificaten B ». I n deze ta b e l zijn eveneens de ren tev o eten v a n de sch atk istcertificaten opgenom en die bij gunning op 6, 9 en 12 m aan d en w;orden uitgegeven. —
.
...
D oor een m inisterieel besluit v a n 30 m a a rt 1956 (2) on tsto n d en v a n a f 7 m ei 1956 sch a tk istc ertificaten , g enaam d « certificaten op zeer k o rte te rm ijn » m e t 5,
(2 ) Belgisch Stautsblad va n 4 mui 1056.
172 —
10 of 15 dagen lo o p tijd en, behoudens toegestane uitzondering, vertegenw oordigd door coupures v a n ten m inste F 1 m iljoen. D e ren tev o eten v a n deze c erti ficaten w erden v astg esteld volgens de ontw ikkeling van de g eld m ark t, zonder de re n te v o e t v an 1 15/16 pet. 's ja a rs te m ogen overschrijden. D e re n te n w orden n a verloop v a n de te rm ijn b eta a ld en zijn vrijgesteld van alle huidige cn toekom stige zakelijke belastingen en tak sen , te n b a te v a n de S ta a t, de provincies en de gem eenten. D e certificaten op 5 en 10 dagen w erden door h e t m inisterieel b esluit v a n 9 n o vem ber 1957 afgeschaft (3). T ijdens de m onetaire hervorm ing v an 12 novem ber 1957, w erd h e t volgende b ep aald (4) : « D e S ch atk ist zal b oven h e t bed rag certificaten A en B andere certi ficaten m ogen u itg ev en w aa rv a n de re n tev o et zal schom m elen in fu n ctie v a n v raag en aan b o d . Zij zullen uitgegeven w orden hetzij door de bem iddeling v a n de N atio n ale B a n k (certificaten op zeer k o rte term ijn), hetzij bij wege v a n o p enbare in schrijvingen en ze zullen in de reg lem entaire d ekkingen d er b an k en m ogen opgenom en w orden. N ie t alleen de banken, doch ook de financiële instellingen v a n de openbare sector, de K oloniale S c h a tk ist en som m ige p a ra s ta ta le bedrijven zullen t o t de m a rk t en to t de inschrijvingen op die certificaten toegang hebben. D it p ap ier zal echter slechts o nder de genoem de instellingen k u n n en v e r hand eld w orden. » D e N atio n ale B an k zal op die m a rk t slechts een regulariserende ro l vervullen. Zij zal trouw ens a a n de inschrijvingen k u n n en deelnem en in de m a te w aarin de m arge die bij de o vereenkom st v a n 1948 voor h aa r v o o rsch o tten a a n de S ch atk ist w erd vastg esteld, zulks zal to elaten . W a t de em issie v a n certificaten b etreft die door h a a r bem iddeling p la a ts heeft, deze gebeurt als volgt. D e B a n k sc h rijft in op die certificaten à pari; zij k a n ze, in de m a te w aarin zij h e t op grond v an de m a rk tto e s ta n d g erech tv aard ig d oordeelt, u itslu ite n d aa n de b an k en en a a n de hierboven opgesom de in stel lingen a fsta a n die ze, op h u n b e u rt, onderling kun n en verhandelen. D e re n te v o e te n v a n de sch atk istcertifi caten op zeer k o rte te rm ijn zijn aan g ep ast a a n h u n loo p tijd en .door de N atio n ale B an k v astg esteld over eenkom stig de evolutie v a n de g eld m ark t, zonder d a t h a a r officiële discontovoet voor de geaccepteerde bij een b a n k gedom icilieerde wissels m ag overschreden w orden. D e in te re st is bij de verv ald ag b e ta a lb a a r en vrij v a n alle reële belastingen en tak sen . De looptijd va n die sch atk istcertificaten op zeer k o rte te rm ijn is 15 dagen 1, 2, 3 o f 4 m aanden. »
de ban k en aangew end w orden voor de gedeeltelijke dekking v an h u n op te n hoogste één m aan d opeisbaar passief, vastgesteld op respectievelijk 1 5 /16 p et. en 1 15/16 p et. (5). D e hervorm ing v a n de g eld m ark t in novem ber 1957 (3) heeft enerzijds een bedrag v a n F 20 m iljard sch atk istcertificaten op 12 m aanden, die voor vo o r noem de gedeeltelijke dekking dienden, om gezet in certificaten op 12 m aanden, aangeduid door de te rm « C ertificaten A » m e t een v o o raf b etaalb a re re n te van 1 15/16 p et. ’s jaars. A nderzijds w erden de vierm aan d scertificaten w a a r v an h e t u itsta a n d e bedrag to t aan de geldhervorm ing weinig b elangrijk was vervangen door gelijkaardige certificaten doch w aarvan de re n te (m inim um 2 pet. ’s jaars) gekoppeld is aa n de discontovoet v a n de N .B.B. voor de geaccepteerde in een b a n k gedom ici lieerde wissels. Deze certificaten w orden aangeduid door de te rm « C ertificaten B ». H e t u itsta a n d e bedrag v an deze certificaten beliep to t 8 ap ril 1960 F 8,9 m il ja rd . Op 31 decem ber 1960 bereikte h e t F 9,1 m iljard. B ovendien geeft h e t R entefonds, sed ert novem ber 1957, een v eran d erlijk bedrag certificaten u it, tegen dezelfde voorw aarden behalve d a t de re n te v a n de certificaten B v o oraf d ie n t b e taa ld en d a t deze v a n de certificaten v an h e t R entenfonds n a verloop v a n de te rm ijn b e ta a lb a a r is (6).
3. Schatkistcertificaten uitgegeven bij gunning H e t volum e v a n deze certificaten w ordt bepaald in gem een overleg tu ssen de M inister v a n F inanciën en de N ationale B an k die eveneens over de aan v a ard in g v an de intekeningen beslissen. D e lo o p tijd en zijn 6, 9 en 12 m aan d en en de ren te , vrijgesteld v a n belastingen, is b e ta a lb a ar n a verloop v an de term ijn . I n ta b e l 6 zijn de re n tev o e ten v a n de sohatkisteertificaten uitgegeven bij gunning, gepubliceerd teg en over de overeenstem m ende toew ijzingsdatum . W ijzen wij erop d a t de sch atk istcertificaten o p zeer k o rte te rm ijn en deze uitgegeven bij gunning, zoals de andere sch atk istcertificaten en de certificaten v a n h et R entenfonds tegen de gewone v o o rw a a rd e n . (zie ta b e l 2) als o n d erp an d in voorschottenrekening bij de N ationale B ank, a a n v a a rd w orden.
2. Schatkistcertificaten b ij de banken S edert 5 fe b ru a ri 1946 w aren de ren tev o eten v an de sch atk istcertificaten op 4 en 12 m aan d en , die door
(S) B elgisch Sta a tsb la d van 10 november 1957.
(5) Cf. tweede ministerieel uitvoeringsbesluit van 5 februari 1946 van de wet van 14 oktober 1946 m et betrekking tot de geblokkeerde o f tijdelijk onbeschik bare monetaire tegoeden (B elg isch S ta a tsb la d van 10 februari 1946, blz. 1135).
(4) Uittreksel uit : « De hervorming van de geldmarkt », T ijd s c h r ift voor (6) Besluit tot wijziging van het uitvoeringsbesluit betreffende artikel 4, paragraaf 2, van het reglement van 11 oktober 1949 op de bankcoëfficiënten — D o cum entatie en V oo rlich tin g , X X X II« jaargang, deel II, nr 5, december 1957, bla. 377. * B elg isch S ta a tsb la d van 27 november 1957.
— 173 —
E . — R E N T E T A R IE F VOOR D E P O S IT O ’S IN B E L G IS C H E FRAN KEN B IJ D E BAN KEN EN D E A LG EM EN E SPAAR- EN L IJF R E N T E K A S B ro n n e n :
B elg isch e V e re n ig in g der B a n k e n . A lg em en e S p a a r • en L ijfre n te k a s.
B ib lio g ra fie : S ta tistisch T ijd s c h r ift v a n het N . I . S . S ta tistisc h J a a rb o e k voor B elg ië. T ijd s c h r ift voor D o cum entatie en V oorlichting va n de N .B .B . Verslagen v a n de A . S L .K .
Tabel 7 : Rentetarief voor deposito’s in Belgische franken bij de banken en de A .S .L .K . T ab el 8 o m v a t enerzijds de cred itrentepercentages voor de d ire c t opeisbare d ep o sito ’s, de d ep osito’s m et opzegging en de te rm ijn d e p o sito ’s (ta rie f 1) bij de ban k en en de ren tep ercen tag es voor de sp aard ep o sito ’s v a n de p articu lieren bij de A lgem ene S p aar en L ijf ren tek as. T arief I is een ta rie f d a t door ongeveer 25 banken, o.m . door de vo o rn aam ste, w o rd t toegepast. A ndere banken, v ooral regionale, p assen over h e t algem een een hoger ta rie f toe. H e t cred itren tep ercen tag e voor d irect opeisbare d ep o sito ’s bleef v an 1950 to t 1960 on v eran d erd . H etzelfde gold to t 12 n ovem ber 1957 voor de re n te vergoed op d ep o sito ’s op te rm ijn en m et
opzegging. Sedertdien schom m elen die tarie v e n a fh a n kelijk v a n de discontovoet v a n de N .B .B . voor geaccep teerd e in een b an k gedom icilieerde wissels. De re n te uitgekeerd op de dep o sito ’s op boekjes bij de A .S.L .K . zijn vrij v a n zakelijke belastingen, d a a r de gebeurlijke m obiliënbelasting op de inkom sten u it sp aard ep o sito ’s door de A lgem ene S p aarkas g ed ra gen w ordt; zoals ta b e l 8 h e t a a n to o n t w o rd t een d if ferentieel ta rie f volgens de om vang der d ep o sito ’s toegepast. I n 1958 en 1960 w erd een renteverhoging v a n 0,30 p e t. toegekend a a n de bedragen die gedurende gans h e t k a le n d e rja ar ingeschreven bleven en m inder d an F 150.000 beliepen. Die verhoging w erd n ie t toegekend in 1959. I n I960 w erd voor de bedragen boven F 250.000, die gans h e t k a le n d erjaar ingeschreven bleven, een renteverhoging v a n 0,20 p e t. verleend.
F . — REN D EM EN T VAN VA ST R EN TEN D E W AARDEN B ro n n en :
N a tio n a le B a n k v a n B elg ië. K o erslijst der F o n d sen - en w isseibeurs te B ru ssel. B eurseo m m issie te B ru ssel. In s titu t de Recherches économ iques et so d a les de l ’ U n iversü é de L o u v a in . N a tio n a a l I n s titu u t voor de S ta tistie k .
B ib lio g ra fie : T ijd s c h r ift voor D ocu m en ta tie en V o o rlich tin g v a n de N .B .B . S ta tistisch T ijd s c h r ift gepubliceert door de B eu rseo m m issie. K o erslijst der F o n d sen - en w isseibeurs te B ru ssel. T ijd s c h r ift v a n het I . R . E . S . Statistisch Ja a rb o ek voor B elgië. S ta tistisch T ijd s c h r ift va n het N . I . S .
Tabel 8 : Rendementsverloop voor vast rentende waarden op de Beurs te Brussel B ehalve voor de geünificeerde schuld, die slechts door inkopen te r B eurze afgelost w ordt, w erd er in de ren d em entsberekening rekening gehouden m et de teru g b etalin g sm o d aliteiten en m et de d u u r v a n de leningen. . Die ta b e l deelt de obligaties in volgens de tijdsnorm , d.w .z. volgens de periode die ze v an de vervaldag scheidt. D it onderscheid is belan g rijk w an t de re n te voeten d e r leningen op k o rte en halflange te rm ijn schom m elen som s m eer d a n deze d e r leningen op lange term ijn . H e t ren d em en t v a n de lotenleningen v an de d irecte Schuld v a n de S ta a t w erd eveneens berekend. A angezien geleidelijk belangrijke w ijzigingen w erden aa n g e b ra ch t a a n de s tru c tu u r v a n de oblig atiem ark t te n gevolge v an h e t verdw ijnen v a n ta lrijk e vervallen leningen en v a n h e t verschijnen v an nieuw e soorten leningen, vloeide h ie ru it een gevoelige verlaging voort v a n h e t a a n ta l leningen p er categorie; in bepaalde gevallen kon de gem iddelde re n te nog alleen voor één o f tw ee leningen berekend w orden. A ldus ondergaan de p ercentages v a n die categorieën schom m elingen die door de facto ren eigen a a n de leningen zelf w orden tew eeggebracht en die de schom m elingen vero o rzaak t door : de algem ene facto ren die op de oblig atiem ark t inw erken onvoldoende benaderen.
H e t bleek du s noodzakelijk de leningen in enkele categoriën te hergroeperen. W aarnem ingen toonden a a n d a t h e t onderscheid op grond v a n de nom inale ren te v o e t slechts een betrekkelijke betekenis h ad d en : aldus w ordt h e t ren d em en t v a n een S taatslen in g tegen 3,50 p et. bijv. enkele tijd n a de n o terin g op de beurs nagenoeg gelijk a an h e t re n d em en t van een lening tegen 4 p e t. E r werd dus geen rekening gehouden m et d a t onderscheid, nog m e t h e t verschil tu ssen leningen uitgegeven door de sted en en de p a ra sta ta le instellingen. Voor de leningen die door veran d erlijk e o f vaste an n u ïte ite n aflosbaar zijn, w ordt h e t gem iddelde ren d em en t als volgt berekend : v ero n dersteld w erd d a t een zelfde persoon alle effecten v a n de lening k o o p t tegen de dagnotering; h e t bedrag d a t hij zou m oeten b etalen w o rd t gelijk gesteld a a n de actuele w aarde v an alle an n u ïte ite n . H e t percentage w aarbij die gelijkheid o p g a at is h e t gevraagde gem iddelde ren d e m ent. R ekening houdend m e t d it gem iddelde re n d e m en t, k a n m en d a n bepalen op welk ogenblik de lening volledig zou m oeten te ru g b e ta a ld w orden in p la a ts v a n de an n u ïteiten reek s; de periode tu ssen d a t tijd s tip en de dag w aarop de lening genoteerd w o rd t — dag to t dew elke alle herleidingen w orden g ed aan — is de w iskundige lo o p tijd v a n de lening op die dag. Gem aks-
— 174 —
h alv e w erd bij de berekening die w iskundige looptijd verv an g en door de gem iddelde lo o p tijd , die hiervan slechts weinig verschilt. H e t is die gem iddelde lo o p tijd die g e b ru ik t werd om de d oor an n u ïte ite n aflosbare lening in een bepaalde categorie v a n vervaldagen ond er te brengen. H e t aldus berekende gem iddelde ren d em en t ste m t n a tu u r lijk n ie t overeen m e t h et reële ren tep ercen tage d a t een insch rijv er zal o n tv an g en bij de teru g b etalin g in een w illekeurig ja a r, n a een periode die v a n de w iskundige lo o p tijd verschilt. H e t is in d e rd a a d bekend d a t, indien de aan k o o p p rijs lager is d a n de teru g b etalingsprijs, h e t ren d em en t d a t de insch rijv er v a n zijn belegging bekom t, kleiner w o rd t n a a rm a te h e t tijd s tip v a n de teru g b etalin g v erd er lig t, o m d a t de prem ie over een g ro te r a a n ta l ja re n verdeeld w ordt.
D e eerste reeks rendem entspercentages w o rd t u itslu i te n d berekend op basis v a n de beursnotering. Voor de tw eede reeks w ordt volgende form ule to eg e p ast : -
T|
T ab el 9 b e v a t d e k a p ita lisa tie re n te v a n sc h a tk ist certiflcaten die om streek s de 15e v a n elke m aan d bere k end w o rd t door h e t I.R .E .S . te L euven.
12
+
1
c ,
w aarin T, Cr n
t
Tabel 9 : Kapitalisatiepercentage van de Schatkistcertificaten genoteerd op de Beurs
-
c >)
= = = =
de te zoeken k a p ita lisatie re n te de teru g b etalin g sp rijs d e beursnotering op d a tu m v an de berekening h e t a a n ta l m aanden v an de d a tu m v a n b ere kening to t de d a tu m v a n teru g b etalin g van de lening = de nom inale ren tev o et van de lening.
Zowel voor de eerste als de tw eede reeks berekeningen d o e t h e t I.R .E .S . een keuze onder de nog in om loop blijvende leningen. W anneer de gekozen lening w o rd t teru g b etaald , w ordt ze vervangen do o r een a n d er nog op de beurs genoteerde lening.
G. — R E N T E T A R IE V E N VOOR H YP O TH EEK LEN IN G EN B ro n n sn :
Algemene Spaar-en Lijfrentekas. C entraal B u r e a u voor H yp o th eca ir K red iet.
B i b l i o g r a f i e : A a n v u lle n d e stu d ies b ij de verslagen v a n de A . S . L . K .
Ja a rversla g v a n het C .B .H .K . T ijd s c h r ift voor D ocum entatie en V oorlichting v a n de N .B .B .
Tabel 10 : Rentetarieven voor hypotheekleningen T abel 10 geeft h et verloop v an de re n te ta riev e n voor hypotheekleningen die door som m ige financiële in stel lingen n iet-b an k en v a n de overheids- en particuliere secto r w orden verleend. Voor die la a ts te sector, g a a t h e t om de m eest geldende ta rie v e n die de p articu liere h y p o th eek m aatsch ap p ijen toepassen. D e ren tep ercen tag es voor de h y p o theekle ningen v a n de beschouw de p a ra s ta ta le instellingen zijn die welke achtereenvolgens gedurende h e t ja a r w orden toegepast. , D e hypotheekleningen v an de A .S.L .K . w orden « gew oon » genoem d w anneer zij n ie t to t de hierna verm elde categorieën h y potheekleningen behoren : 1. leningen a a n de m id d en stan d , 2. leningen a a n de zelfstandigen en bedienden a a n gesloten bij de A .S.L .K ., 3. leningen a a n de am b ten aren , 4. leningen b estem d voor h e t verw erven o f de bouw v a n m iddelgrote woningen, 5. leningen b estem d voor h e t verw erven of de bouw v a n sociale woningen. Green enkele beperking is gesteld, noch voor h et bedrag v a n h e t voorschot, noch voor de w aarde v an h e t goed w aarop de h y p o th eek zal w orden genom en. De v o o rsch o tten zijn n o ch tan s onderw orpen a a n zekere beperkingen w a t h u n verhouding to t de w aarde v a n h e t geh y p o th ek eerd goed en h u n lo o p tijd b e tre ft. B ovendien verschillen die voorw aarden naarg elan g de leningen a l d an n ie t m e t levensverzekering zijn afgesloten.
H e t ta rie f voor de gewone leningen v a n h e t C .B .H .K is h e t algem een ta rie f d a t zogenaam de « gewone m id. d en stan d »-verrichtingen v a n deze instelling geldt. E e n a rtik e l over d e « O ntw ikkeling v a n de h y p o th ee k m a rk t over de la a tste tie n ja a r » verscheen in h et Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting van de N .B .B ., X X X V e jaarg an g , deel I I , n r 4, o k to b er 1960. Blz.
GEPUBLICEERDE TABELLEN
Officiële discontovoet v a n de N .B.B. Officiële ta rie v e n v a n de beleningen en v o o rschotten v a n de N .B.B. R e n tev o e t to eg ep ast door h e t H .W .I. bij d e aankoop v a n accep ten geviseerd door de N .B .B .................................................. R e n te n v a n de d ag g eld m ark t . . . . M ark tren te voor de ontleningen op 5 en 10 d a g e n .................................. R en tev o et v a n de Schatkistcertific a te n ................................................... R e n te ta rie f voor deposito’s in B el gische franken bij de ban k en en de A .S .L .K ........................................ R en d em ent v a n de v a st renten de w aarden op de B eurs te Brussel K apitalisatiepercen tage v a n de schatk istcertificaten genoteerd op de B eurs .................................... R en tetariev en voor hypotheekle ningen ...............................................
— 175 —
1
355
2
356
3
357
4
358
5
358
6
359
7
360
8
361
9
362
10
362
X X .
-
B e lg ië
in
d e en
B ronn en :
O .E .E .S . in
« ,
in
d e
E .E .G .
B e n e lu x
O rganisatie voor E uropese Econom ische S a m en w erkin g (O .E .E .S .). Sedert 30 septem ber 1061. de O rganisatie voor Econom ische S a m en w erkin g en O n tw ikkelin g (O .E .S .O .). S tatistische D ien st v a n de E uropese G em eenschappen. B o o g Gezagsorgaan v a n de E uropese G em eenschap voor K olen en S ta a l (E .O .K .S .). O rganisatie v a n de Verenigde N a tie s ( O .V .N .).
B i b l i o g r a f i e : B u lle tin s Statistiques de V O .E .C .E . : S ta tistiq u es générales.
. Statistiques de m a in -d 'œ u vre 1950-1960 (O .E .E .S .). .. . Statistiques de VA lim e n ta tio n et de V A g ricu ltu re (O .E .E .S .). S tatistiques industrielles 1900-1960 (O .E .E .S .). S ta tistiq u e s de base de V E n erg ie 1950-1960 (O .E .E .S .). . A n n u a ire dém ographique ( O .V .N .). A n n u a ir e des Statistiq u es d u T ra v a il ( I .A .B .) . Statistisches Ja h rb u ch f ü r d ie B u n d e srep u b lik D eutschland. Statistics o f N a tio n a l P ro d u ct a n d E xp en d itu res n T 2, 1938 a n d 1947-1955 (O .E .E .S .). S ystè m e norm alisé de C om ptabilité natio n a le (O .E .E .S .) (uitgave 1958). In te rn a tio n a l F in a n c ia l Sta tistics ( I .M .F .) . B asis8tatistieken voor v ijftie n E uropese landen (E .E .G .). P roduction Y earbook (F .A .O .). D onnées statistiques (R a a d v a n E u ro p a ). D riem a a n d elijks bulletin v a n de K o lenstatistieken ( E .E .G .). D riem a a n d elijks bulletin v a n de Sta d lsta tistieken voor E u ro p a ( E .E .G .). Statistisch B u lle tin (E .O .K .S .). J a a r bulletin v a n de sta tistieken va n de elektrische energie voor E u ro p a ( E .E .G .).
O nderhavig a rtik e l h eeft to t doel enkele belangrijke econom ische gegevens te verzam elen in verband, m et de B enelux-landen, d e lan d en v a n de E uropese E cono m ische G em eenschap, evenals h e t V erenigd K oninkrijk, de gezam enlijke lid s ta te n v a n de org an isatie voor E uropese Econom ische Sam enw erking (1) en de V ere nigde S taten . « B enelux » g roepeert de volgende drie lan d en : België, N ederland en L uxem burg. D e u itd ru k k in g « E uropese Econom ische G em een schap » w ijst op d e lan d en v a n d e G em eenschappelijke M ark t, d.w .z. de B eneluxlanden, F ra n k rijk , W estD u itslan d en Italië. D e lan d en die deel u itm a k e n v a n d e O .E .E .S . (1) w orden aan geduid door de u itd ru k k in g « lid sta te n ». H e t zijn : O ostenrijk, België, D enem arken, F ra n k rijk , d e D u itse B ondsrepubliek (incl. S aarland), G rie k en lan d , IJ s la n d , Ie rla n d , Ita lië , L uxem burg, N ederland, N oorw egen, P o rtu g a l, S panje, Zweden, T u rk ije, h e t V erenigd-K oninkrijk. D e benam ing Verenig d -K o n in k rijk is de v ertalin g v a n U n ited K ingdom afk o rtin g v a n U n ited K ingdom o f G re a t B rita in a n d N o rth ern Ire la n d . Tenzij an d erslu id en d b erich t o m v a t te n de reeksen betreffende W est-D u itslan d geen enkel gegeven over W est-B erlijn. D e gepubliceerde gegevens h ebben slech ts betrekking op een b e p e rk t a a n ta l sta tistisc h e reeksen die o v er genom en zijn u it de B ulletins Statistiques van d e O .E .E .S . (1), de p u b lik a tie s v a n h e t S ta tistisc h B ureau (1) Op 80 september 1961 werd de Organisatie voor Europese Economische Samenwerking opgevolgd door de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling. Canada en de Verenigde Staten zijn volwaardige leden van de nieuwe organisatie. In dit bulletin zal men evenwel de oude benaming O.E.E.S. verder gebruiken aangezien de organisatie tijdens de periode waarop onze statistieken betrekking hebben onder deze benaming gekend was.
—
v an de E uropese G em eenschappen en som s u it d e officiële p u b lik aties v a n de b e tro k k en landen. E en nauw keurige vergelijking op in te rn a tio n a a l v lak van de verzam elde reeksen is evenw el n iet steeds m oge lijk d a a r d e b etro k k en landen m ethodes en b ep a lingen gebruiken die verschillen verto n en w aaraan de in tern a tio n ale instellingen dikw ijls n iets k u nnen veranderen. De verschillende gepubliceerde tab e llen zijn bondig beschreven in de h iern a volgende n o ten . Al deze n o ten zijn ontleend a a n de v ijf B ulletins Statistiques v a n de O .E .E .S . (1) m et als tite l : « D éfinitions e t M éthodes ». — E e rste deel (2 boekdelen) : « P ro d u c tio n industrielle » : I. Indices de p ro d u ctio n industrielle, 3e uitgave, 1957, Î I . P ro d u its industriels, 3e u itg av e 1959; — D eel I I (1 boekdeel) : « P o p u la tio n e t m a in -d ’œ uvre; Com m erce intérieur; P rix e t salaires; F inances », 2e u itgave, 1954; — Deel I I I (1 boekdeel) : « Com m erce ex térieu r », 2e uitg av e, 1955; — Deel IV (1 boekdeel) : « P ro d u ctio n agricole, prix agricoles », 2e u itgave, 1955. . . D e lezer die m eer uitleg v erla n g t over de reeksen die in d it boekdeel voorkom en, zal d u s b est de verschillende delen raadplegen v a n « D éfinitions e t M éthodes » die élk voor zijn onderw erp een opgave b e v a tte n v an de b ronnen en n atio n ale p ublikaties, de m ethodes van berekening, h e t besproken gebied, voor elk v a n de sta tistisch e reeksen.
177 —
T a b e l 1 : B e v o lk in g s s ta tis tie k e n D e eerste ta b e l v a n d it h o o fd stu k o m v a t tw ee delen : h e t eerste h eeft b e trek k in g op de to ta le bevolking, h et tw eede op de bevolking op w erkbekw am e leeftijd. A. Totale bevolking D e cijfers v a n de to ta le bevolking p er einde periode zijn d ie v a n d e w ettelijk e bevolking, behalve voor F ra n k rijk , G riekenland, Ie rla n d , P o rtu g a l, Spanje, T u r kije, Ita lië en h e t V erenigd-K oninkrijk w aar zij de feitelijke bevolking vertegenw oordigen. B rengen wij in herin n erin g d a t m en door w ettelijke bevolking de p ersonen v e rs ta a t die regelm atig binnen de grenzen v a n h e t beschouw de la n d v erb lijv en en door feitelijke bevolking de personen die zich binnen de grenzen v a n h e t b e tro k k e n la n d bevinden. D e gegevens betreffende F ra n k rijk , h e t VerenigdK o n in k rijk en de V erenigde S ta te n w erden dusdanig a a n g e p a st d a t zij de b u ite n h e t la n d gelegerde natio n ale s trijd k ra c h te n o m v a tte n . De bevolking v a n A laska en v a n H aw aï w erd bij die v a n de V erenigde S ta te n , die v a n S aarlan d bij die v a n W est-D u itslan d gevoegd.
D oor deze u itd ru k k in g v e rs ta a t m en de bevolking v an v ijftien to t en m e t vierenzestig ja a r. Men n eem t aan d a t deze ouderdom sgroepen overeenstem m en m e t de norm ale periode v a n bedrijvigheid v a n de b etro k k en bevolking. D e cijfers v a n d e m eeste landen hebben b etrek k in g op h e t m idden v a n h e t ja a r.
T a b e l 2 : I n d e x c ijf e r s v a n h e t v o lu m e v a n h e t B r u to N a tio n a a l P r o d u k t te g e n m a r k t p r i j z e n T ab el 2 v e rto o n t in de v o rm Van indexcijfers de evolutie v a n h e t volum e v a n h e t B .N .P . tegen m a rk t prijzen v a n de E .E .G .-landen, v a n d e lid sta te n v a n de O .E .E .S . (I) evenals v a n h e t V erenigd-K oninkrijk en de V erenigde S ta te n . D e gegevens die als basis dienden vóor de opstelling van deze indexcijfers w erden zoveel m ogelijk aan g ep ast te n einde ze op in te rn a tio n a a l v lak te k u n n en verge lijken. D e aanpassingen g ebeurden in overeenstem m ing n ie t dé bepalingen v e rs tre k t in h e t w erk Systèm e norm a lisé de Comptabilité nationale (uitgave 1958). Men m ag d e o n v o lm aak th ed en v a n deze gegevens n ie t u it h e t oog verliezen. I n d e eerste p la a ts verto n en de n a tio n a le sta tis tie k e n d ie als basis d ienden voor de berekening v a n de E u ro p ese to ta le n , inzonderheid voor d e o u dste ja re n ta lrijk e leem ten w elke do o r h e t se c re ta riaa t v a n d e O .E .E .S . . ( 1) m e t behulp, v an ram ingen d ien d en aangevuld. In de tw eede p la a ts geeft h e t gebru ik v a n d e officiële w isseltarieven voor d e o m zettin g v a n dollars in E u ro p ese v a lu ta ’s a a n leiding to t .een aan zien lijk e lagere w aardering v a n de k o o p k rach t v a n de E uro p ese v a lu ta ’s (2). N iettègen.
. .
( 2 ) C f. M i l t o n G i l b e r t a n d A s s o c i a t e s
and price level*, O.E.E.S., 1958.
:
H e t d ie n t te n slo tte onderlijnd d a t in de indexcijfers van h e t volum e v a n h e t B .N .P . tegen gepubliceerde m a rk tp rijze n , in de invloed v a n de p rijzen uitgeschakeld is en d a t h e t g a a t om globale indexcijfers p e r la n d o f groep lan d en en n ie t om indexcijfers v a n h e t volum e v a n h e t B .N .P . per inw oner.
T abel 3 I n d e x c ijf e r s v a n d e fin a le la n d b o u w p r o d u k tie D é O .E .E .S . (1) b erek en t de indexcijfers v a n de finale lan d b o u w p ro d u k tie voor elk v a n d e lid sta te n en voor deze lan d e n sam en. D eze indexcijfers la te n een vergelijking tö é v an d e evolutie v an d e lan d b o u w p ro d u k tie in Verschillende landen. In ta b e l 3 kom en tw ee reeksen indexcijfers voor :
B. B evolking op werkbekwame leeftijd
(1) Zie nota (1) blï. 177.
sta a n d e d e w eerslag op d e evolutie v a n d e in d e x cijfers v a n h e t volum e zijn de vergissingen die a an dergelijke m eth o d e v a n o m zettin g v erb o n d en zijn n ie t te groot. In d e rd a a d k a n d e gekozen om rekeningsfa cto r slechts een w ijziging brengen a a n h e t relatiev e belang :d a t a â n de verschillende lan d en bij h e t bepalen v a n h e t gem iddelde v an de gezam enlijke lid sta te n v an de O .E .E .S . (1) w erd toegekend.
. Comparative National , product s
A. Het indexcijfer van de gezamenlijke finale landbouw produktie d a t de ganse lan d b o u w p ro d u k tie d e k t (dierlijke en p la n ta a rd ig e al d a n n ie t bestem d voor h e t voedselverbruik), gem eten « op de drem pel v a n de hoeve » d.w .z. in een stad iu m d a t zo d ic h t m ogelijk gelegen is bij d atg en e w aarin de p ro d u k te n de hoeve verlaten. B. Het indexcijfer van de gezamenlijke finale dierlijke ;p roduktie die al d e dierlijke p ro d u k te n o m v a t die onder A voorkom en. . E lk van d e indexcijfers verm eld onder A en B w o rd t berekend op basis v a n sta tistie k e n v a n d e finale p ro d u k tie der beschouw de p ro d u k ten . D oor finale p ro d u k tie v e rs ta a t m en de to ta le p ro d u k tie onder a ftre k v an de veevoeders, d e zad en die opnieuw aangew end w erden in d e land b o u w p ro d u k tie en d e v er liezen op d e hoeve. . D e finale lan d b o u w p ro d u k tie om V at du s : 1° de p ro d u k tie voor h e t b innenlands voedselverbruik . (incl.. h e t v e rb ru ik op d e hoeve); . 2° de p ro d u k tie 'v o o r h e t n a tio n a a l bedrijfsleven; 3° de uitgevoerde p ro d u k tie.
. .
■
D e aldus berekende p ro d u k tie w o rd t doorgaans genoemd, bruto finale land b o u w p ro d u k tie o m d a t zij gedeeltelijk a fh a n g t van de yeràn d erlijk é to ev o er van ingevoerde p ro d uktiem iddelen. Zij zal als wet/ofinale lan d b o u w p ro d u k tie bestem peld w orden w annèer m én v a n d e land b o u w p ro d u k tie d e invóèr v a n dierlijke voe dingsm iddelen en v a n slachtvee a ftre k t. ; Om d e indexcijfers betreffende de E uropese lan d en ópin te rn a tio n a a l vlak te k u n n en veergelijken, w erden zij door h e t se c re ta riaa t van-.dé O .E .E .S ^ (.1)-berekend op
178 —
basis v a n sta tistisc h e in lichtingen v a n de lan d en zelf. D e criteria voor d e berekening w erden opgesteld in sam enw erking m e t d e F.A .O .. Zij zijn voor alle landen gelijk. D e gem iddelden v a n de v ijf ja re n 1952 to t 1956 w er d en als berekeningsbasis g eb ru ik t. D e wegingscoëffi ciënten v a n de verschillende p ro d u k te n die voor h e t indexcijfer in aanm erk in g kom en w erden opgem aakt op basis v a n de gem iddelde p ro d u k tiep rijzen voor de gezam enlijke O .E .E .S .-lan d en (1) tijd e n s de periode 1952-1956. D e p ro d u k te n die voor h e t indexcijfer in aanm erking kom en, zijn : a) voor de plantaardige produktie : graangew assen, tuinb o u w p ro d u k ten (groenten en fru it), nijverheidste e lte n (katoenvezels, hennep, vlas, ta b a k ) en an d ere te e lte n : suiker, aard ap p elen , oliën, wijn; b) voor de dierlijke produktie : vlees, m elk, eieren, honig, wol (ongewassen), zijde (ruwe), afgeroom de m elk voor veevoeding.
F ra n k rijk , D uitse B ondsrepubliek (incl. S aarland), G riekenland, Ierlan d , Ita lië , N ederland, Noorw egen, P o rtu g al, Zweden, T u rk ije en h e t V erenigd-K oninkrijk. Ijs la n d , P o rtu g a l en Z w itserland konden in d it in d e x cijfer n ie t opgenom en w orden d a a r zij geen indexcijfers v an de in d u striële p ro d u k tie berekenen. H e t algem een indexcijfer is een rekenkundig gem id delde m e t v a ste weging v a n de indexcijfers p e r land. T o t einde 1956, w erd de g eb ru ik te weging afgeleid van de berekeningen v an de O .E .E .S. (1) die de toegevoegde w aarde v a n de industriële p ro d u k tie in 1938 vastlegden. D e huidige weging s te u n t op d e toegevoegde w aarden v an de in d u striële p ro d u k ties d er verschillende, landen in 1950, om gezet in een gem eenschappelijke m u n t eenheid : de U .S.A .-dollar. V an de relatiev e weging in h e t ja a r 1950 is m en overgegaan n a a r die v a n h e t ja a r 1953 door de eerste te verm enigvuldigen m e t een coëfficiënt die d e evolutie v a n de respectieve in d u s triële p ro d u k tie van d e beschouw de landen tijd e n s de tw ee b etro k k en ja re n w eergeeft. Ziehier d e effectief g eb ru ik te weging voor 1953 : T otale indusFabriekstriële nijverheid p ro d u k tie
Tableau 4 : Indexcijfers van de industriële pro duktie T abel 4 v erm eld t de algem ene indexcijfers v a n de n ijv erh eid sp ro d u k tie en de produktie-in d ex cijfers v an de fabrieksnijverheid voor dezelfde lan d en en groepen v an lan d en als de vorige tabellen. De basisgegevens die door h e t se c re ta riaa t v a n de O .E .E .S . (1) g e b ru ik t w erden om deze indexcijfers op te stellen zijn d e n atio n ale indices gepubliceerd d o o r de sta tistisc h e d iensten van elk land. Al d e indexcijfers zijn v a n h e t L aspeyresty p e o f v a n een gelijkaardig ty p e . Z ulke w ijze v an berekening b re n g t m ede d a t de door h e t p ro d uktieproces toegevoegde w aarde, u itg e d ru k t in p rijzen v an de referentieperiode, in verhouding b lijft to t de hoeveel heden die in la te re periodes geproduceerd w orden. D e gegevens die door d e sta tistisc h e d ie n sten voor d e opstelling v a n h u n indexcijfers g e b ru ik t w orden zijn over h e t algem een d e hoeveelheden gefabriceerde p ro d u k te n , die dikw ijls te n dele v erv an g en w orden door onrech tstreek se gegevens zoals h e t a a n ta l gew erkte uren, h e t v e rb ru ik v a n grondstoffen, enz. D e periode v a n vergelijking is h e t ja a r 1953. H e t gebied d a t door d e in d u striële bedrijvigheid bestreken w o rd t is in beginsel h e t gebied b ep aald d oor d e in te r n atio n ale type-indeling p er in d u strie van a l d e eco nom ische b e d rijfstak k en (C .I.T .I.) aangenom en door de Econom ische en Sociale ra a d v a n d e V erenigde N aties. D eze indeling b e p a a lt d a t de bouw nijverheid en de b ed rijv en v a n o p enbare w erken in de indexcijfers v a n de in d u striële p ro d u k tie zouden m oeten voorkom en. In feite z ijn deze sectoren er n ie t in opgenom en, gelet op h e t b e p e rk t a a n ta l lan d en die geldige gegevens v erstrek k en over d e bedrijvigheid inzake bouw nij verheid en o p en b are w erken.
O o s te n rijk ...................... B e lg ië ............................... L u x e m b u r g .................... D e n e m a rk e n .................. F ra n k rijk ...................... D uitse B ondsrepubliek S a a rla n d ........................... G riekenland .................. Ierla n d ........................ .. I ta lië ................................. N e d e r la n d ...................... N oorw egen...................... P o rtu g a l ......................... Z w eden............................. V erenigd-K oninkrijk . . T u rk ije ...........................
2 ,1
2 ,2
4 .5
4 ,2
0 ,2
0 ,2
1 .5 15.1 2 2 ,9 0 ,5 0 ,7
1 ,6 15,1 2 3 ,2 0 ,4 0 ,6
0 ,6
0 ,6
9 .2 3 ,8 1 .5 0 ,9 4 .3 3 1 .2
9 ,5 4 ,0 1 ,5 0 ,8 4 ,4 3 0 ,9
1 ,0
0 ,8
1 0 0 ,0
1 0 0 ,0
H e t indexcijfer voor d e gezam enlijke E .E .G .-lid staten is h e t re su lta a t v a n gewogen rekenkundige gem iddelden v a n de indexcijfers d er zes lid sta ten . H e t indexcijfer betreffende de fabrieksnijverheid in h a a r geheel w o rd t door h e t se c re ta riaa t v a n de O .E .E .S . (1) berekend op basis v a n p ro d u k tie-in d ex cijfers, opgesteld per land, voor een zeker a a n ta l sec to re n v a n d e industriële bedrijvigheid. D e bedrijvigheidssectoren die voor alle lan d en nagenoeg hetzelfde gebied o m v a tten , w erden gegroepeerd. Ziehier d e v e r schillende sectoren en sub-sectoren die in aanm erking kom en voor d e berekening v a n h e t indexcijfer v an de gezam enlijke fabrieksnijverheid (100) : A. — Voeding, d ran k en , ta b a k (15,0)
H e t algem een indexcijfer voor d e gezam enlijke lid s ta te n v a n de O .E .E .S . (1) h eeft b etrek k in g op volgende landen : O ostenrijk, België, L u xem burg, D enem arken, (1) Zie n o ta (1) blz. 177.
B. — T extielnijverheid (10,6) C. — B asism etalen (8,3) . a) IJz e r- en staaln ijv erh eid b) N ijverheid der non-ferrom etalen
— 179 —
C. Produktie van ruwe ’petroleum,
D. — M etaalbew erking (31,5) a) M achinebouw (niet elektrische) b) E lek trisch e co n stru ctie c) V ervoerm aterieel E . — Chem ische n ijv erh eid en n ijv erh eid v a n de p e tro leum - en steen k o o ld eriv aten (11,1) a) Chem ische nijv erh eid b) P etro leu m - en steen k o o ld eriv aten
H e t b e tre ft de to ta le p ro d u k tie v a n ruw e petroleum . V oor de V erenigde S ta te n w erden de originele gegevens in barrels (1 m s = 6,2897 barrels) herleid to t to n n en door a a n d e U .S.A .-petroleum een gem iddelde d ic h t heid v a n 0,85 to e te kennen.
T a b e l 6 : P r o d u k tie v a n r u w s ta a l F . — A ndere fab riek sn ijv erh eid (23,5) a ) Schoeisel en kleding b) H o u t-, k u rk -, m eubel- en stofferinganijverheid c) P apier- en k a rto n n ij verheid d) L edernij verheid e) N ijv erh eid v a n de m inerale p ro d u k te n , nietm etalen , excl. de p etroleum - en steenkool d e riv a te n H e t belang v a n elke secto r in v erhouding to t h e t algem een indexcijfer v a n de fab riek sn ijverheid v a n de gezam enlijke lid sta te n v a n d e O .E .E .S . (1), gelijk aan h o nderd, w o rd t tu ssen h aak jes aan g ed u id n a a s t de aan d u id in g v a n d e sector (3). H e t h ierboven aan g e h aald e schem a v o rm t h e t k a d e r w aarin h e t secreta r ia a t v a n de O .E .E .S . (1) gepoogd h eeft d e verschillende indexcijfers ond er te brengen, die d oor de landen volgens h u n eigen n o m en clatu u r gepubliceerd w erden. D e term inologie v an elk la n d o m v a t n ie t noodzakelijk dezelfde reeksen sectoren en sub-sectoren v a n h e t schem a v a n de O .E .E .S . (1).
T a b e l 5 : E n e r g ie T ab el 5 g ro ep eert ond er de benam ing « E nergie » de p ro d u k tie v a n steenkolen, elek triciteit en ruw e p e tro leum in elk E .E .G .-land, in deze lan d en sam en, in de gezam enlijke lid s ta te n v a n de O .E .E .S . (1) alsook in h e t V erenig d -K o n in k rijk en d e V erenigde S taten . A. Steenkolenproduktie H e t b e tre ft h e t to ta a l v a n de gedolven steenkolen, gew ogen n a h e t w assen en zeven, d.w .z. n a verw ijdering v a n de o n b ru ik b are afval. Tenzij teg en strijd ig e verm el ding v ertegenw oordigt een to n v a n al de steenkolenkw aliteiten , incl. de m inderw aardige p ro d u k te n , 1.000 kg. B. Produktie van elektrische energie T abel 5 h eeft b etrek k in g op d e b ru to p ro d u k tie, d.w .z. de to ta le p ro d u k tie incl. h e t deel d a t door de produ ceren d e cen trales v e rb ru ik t w o rdt. D it deel v ertegenw oordigt 5 t o t 7 p e t. v a n d e p ro d u k tie v a n de th erm isch e cen trales en 1 p e t. ongeveer v a n d e h y d ra u lische centrales. I n beginsel h eeft d e s ta tistie k b etrek k in g op al de centrales, zowel op de centrales v a n de o p enbare diensten als op de centrales v a n de zelfproducenten, die zelf hun e le k tric ite it v oortbrengen. (1) Zle nota (1) blz. 177. (3) Voor dc weging van de verschillende sectoren voor elk land raadplege men de Statistische B u lle tin s (O.E.E.S.) « Définitions et Méthodes », I., 3e uit* gave, blz. 16 en 10.
H e t g a a t om de to ta le p ro d u k tie v a n ruw sta a l (sta^ ven en vorm en) excl. h e t sm eedijzer.
T a b e l 7 : P r ijs in d e x c ijf e r s T abel 7 h a n d e lt enerzijds over de indexcijfers v a n de g roothandelsprijzen en an d erzijd s over de indexcijfers v a n de p rijzen a a n de v erb ru ik er. Deze reeksen in d ex cijfers kom en u it de Statistische B ulletins v a n de O .E .E .S . (1). Zij w orden h iern a beschreven, volgens de p u b lik atie « D éfinitions e t M éthodes », deel I I , 1954 (blz. 47 to t 76) v a n de Statistische B ulletins van de O .E .E .S . (1). A. Indexcijfers van de groothandelsprijzen H e t indexcijfer v a n de g ro o th andelsprijzen d ie n t om de veranderingen in de tijd te w eerspiegelen v a n 'h e t gezam enlijke prijspeil in h e t stad iu m v a n de g ro o t handel. T heoretisch d e k t d it sta d iu m de prijzen v a n al d e h an d elstran sacties op goederen behalve de verkopen v a n de k leinhandelaars a a n de verb ru ik ers en de d ien sten tran sacties. De m eeste indexcijfers v a n de g roothandelsprijzen die in de tab e llen voorkom en, hebben b etrek k in g op de grondstoffen, de half-afgew erkte en afgew erkte p ro d u k te n . H e t a a n ta l artik elen o f p ro d u k te n die voor de indexcijfers in aanm erking kom en, v ersch ilt v a n land to t land. O ver h e t algem een zijn d e indexcijfers v a n de g ro o t handelsprijzen d er verschillende la n d en rekenkundige gem iddelden m et v a ste weging. H e t b a sisjaa r v a n de weging (d.w.z. h e t ja a r w a arv an d e verkoopw aarden in h e t sta d iu m v a n d e g ro o th an d el heb b en gediend voor h e t opstellen v a n d e weging) is n ie t noodzakelijk h e t zelfde als h e t basisjaar v a n h e t prijzenindexcijfer. B. Indexcijfers van de prijzen aan verbruiker H e t indexcijfer v a n de p rijzen a a n v e rb ru ik er m oet to e la te n de w ijzigingen in d e tijd te m e ten v an h e t prijspeil in h e t sta d iu m v a n de kleinhandel. H e t w ó rd t opgesteld op basis v a n prijzen v a n een reeks goederen en d ien sten aan g ek o ch t door d e verb ru ik ers o f door een groep verbruikers. H e t indexcijfer w eerspiegelt n ie t de veranderingen v a n h e t levenspeil zelf, h e t d u id t slechts de p rijsw ij zigingen aan in d e tijd voor een bepaalde lev e n ssta n d aard . Om deze beperking te doen u itsc h ijn en w erd h et n ie t langer als indexcijfer voor de k o sten v an levens onderhoud bestem peld. . . .
— 180 —
D e m eeste indexcijfers v a n de p rijz e n a a n v erbruiker, dikw ijls genoem d « indexcijfers v a n d e kleinhandels p rijzen » w orden b erek en d op basis v a n de p rijzen m edegedeeld a a n o f opgetek en d bij een zeker a a n ta l d eclaran ten . .
gaan» in de berekeningen g é b ru ik t w orden de w àardén p er eenheid v a n een groep p ro d u k te n , d.w .z. h e t q u o tië n t v a n de w aard e v a n d e invoer o f d e ü itv ö e r v a n die groep tijd e n s een b ep aald e periode, door de to ta le hoeveelheid.
D e verschillende ald u s verzam elde gegevens w orden gewogen volgens h e t re la tie f belang v a n elk a rtik el, bep aald n a stu d ie v a n h e t b u d g e t v a n de fam ilies die to t de gekozen econom ische groep behoren. D e verschil lende artik elen zijn over h e t algem een ingedeeld volgens de hiernavolgende categorieën : voedsel, h u u r, kleding, verw arm ing en. verlichting, diversen. D e d irecte belas ting en zijn uitgesloten.
De m eest g eb ru ik te w ijze v a n berekening b e s ta a t erin de hoeveelheden v an d e beschouw de periode te v erm e nigvuldigen m e t d e eenheidsw aarden v a n een basis periode, te n einde een « volum e » te bekom en, d a t de to ta le tra n sa c tie s vertegenw oordigt v a n d e beschouw de periode volgens de eenheidsw aarden v a n de basispe riode. D e verhouding v a n d it volum e t o t de co u ran te w aarde d er tra n sa c tie s v a n de basisperiode is een volum e-indexcijfer m et v aste weging, o f indexcijfer v a n L aspeyres. ' ;
V oor d e m eeste lan d en zijn de indexcijfers v a n d e prijzen a a n v e rb ru ik er rekenk u n d ig e gem iddelden m et v aste weging. D e periode gekozen om d e weging te b epalen v ersch ilt in de m eeste gevallen v a n de periode gekozen als re fe re n tieja a r d e r prijzen.
Tabel 8 : Indexcijfers vail de gemiddelde uurverdienste in de fabrieksnijverheid T abel 8 v e rto o n t reeksen u ü rv e rd ie n ste n in d e vorm v a n indexcijfers op basis v a n h e t ja a r 1953 = 100. D oor « v erd ien ste » v e rs ta a t m en d e bezoldiging die een arbeider, tijd e n s een b ep aald e periode, effectief o n tv a n g t. D e v erd ien ste o m v a t gew oonlijk al de bijkom ende vorm en v an bezoldiging : verhogingen voor overuren, rendem entsprem ies, b o n i’s en andere ex tra-to elag en , b e ta a ld e v a k a n tie , feestdagen, enz. O ver h e t algem een, w orden d e basisgegevens v erza m eld door periodieke enq u êtes die in elk lan d op een stel rep resen tatiev e b ed rijv en b etrek k in g hebben. M eestal slaan d e en q u êtes op een b ep aald e b etaalp eriode (over h e t algem een een week) in de loop v a n de beschouw de periode. De gem iddelde u u rv e rd ie n ste w o rd t doorgaans ver kregen door de lonen b e ta a ld tijd e n s een bepaalde periode te delen d oor h e t a a n ta l tijd e n s deze te rm ijn gepresteerde arb eiders-uren. D e sta tistisc h e reeks v a n d e gem iddelde v erd ien sten w eerspiegelt d u s d e w ij zigingen in h e t peil v a n d e bezoldigingen, d e invloed van de bijkom ende lonen en deze v a n d e w ijzigingen v a n de effectieve arb eid sd u u r. D e m eeste gegevens h eb b en b etrek k in g op de vol w assen arb eid ers v a n beide geslachten, leerlingen u it gesloten. I n beginsel h eb b en d e cijfers b etrek k in g op de fabrieksnijverheid. I n feite zijn er ta lrijk e u itzo n d e ringen; zij s ta a n verm eld in n o o t o n d e ra a n ta b e l 8.
Tabel 9 : Indexcijfers van de buitenlandse handel D e volum e-indexcijfers m o eten in beginsel dienen om de ev o lu tie v a n d e b u iten lan d se h an d e l te w eer spiegelen n a uitsch ak elin g v a n d e prijsschom m elingen. G elet evenw el op de buitengew one verscheidenheid v a n d e in te rn a tio n a le h a n d e l en h e t gebrek a a n n au w keurigheid v a n de d o u an en aam lijsten , die h e t slechts zelden m ogelijk m ak en individuele p ro d u k te n v a n andere a f te zonderen, zijn de basisgegevens die door
D eelt m en de verhouding v a n de co u ran te w aarde v a n de beschouw de periode to t die v a n de basisperiode door d it indexcijfer, d a n bek o m t m en een indexcijfer v a n gem iddelde w aarde m e t . veran d erlijk e weging of indexcijfer v a n P aasche. D e c o u ran te w aarde v a n h e t handelsverkeer is ald u s in te g ra a l g esp litst in een volum eindexcijfer en in een indexcijfer v a n gem iddelde w aarde, doch d it la a tste m ag geenszins beschouw d -worden als een prijsindexcijfer : h e t w o rd t in d erd aa d ste rk beïn vloed do o r dikw ijls zeer vlugge en zeer sterk e w ijzigin gen in d e sam enstelling zelf v a n h e t handelsverkeer. Logischerw ijs k a n h e t volum eindexcijfer m e t v asté weging ste rk scheef w orden getro k k en in de m a te w aarin d e prijsverhoudingen — t o t u itin g kom end in de re la tiev e w aarden per eenheid — geldend voor h e t b asis ja a r, n ie t m eer overeenstem m en m e t d e econom ische w erkelijkheid v a n de b estu d eerd e periode. Sommige lid sta te n v a n d e O .E .E .S . (1) g ebruiken berekeningsform ules die a a n deze bezw aren tra c h te n tegem oet te kom en. A ldus berekenden N ederland en Zw eden t o t in 1959 volum e-indexcijfers volgens d e kettin g m eth o d e m et behulp v a n de form ule v a n F isher (m eetkundig gem iddelde v a n een L aspeyres-indexcijfer en v a n een Paasche-indexcijfer), te rw ijl Ierlan d , h e t V erenigd-K oninkrijk en Z w itserland indexcijfers v a n de gem iddelde w aarde m et v a ste weging berekenden (L aspeyres-form ule) te n einde de w eerslag v a n de w ijzigingen in h e t h an d elsp atro o n te verm inderen. W a t de gecom bineerde indexcijfers b e tre ft die h e t se c re ta riaa t v a n de O .E .E .S . (1) b erek en t voor d e geza m enlijke lid sta te n , d e gezam enlijke E .E .G .-landen en d e gezam enlijke lan d e n v a n de E .F .T .A . (E uropean F ree T rad e A ssociation), alsm ede voor N oord-A m erika, zij w orden verkregen door voor ieder la n d de co u ran te w aarde v a n d e invoer en de u itv o e r (berekend in U .S.-dollars) te delen door h e t overeenkom stig in d ex cijfer v a n de gem iddelde w aarde. D e g eb ru ik te in d e x cijfer v a n d e gem iddelde w aard e zijn over h e t algem een de indexcijfers w elke door d e n atio n a le instellingen voor d e sta tistie k w erden berekend; zij zijn ec h ter t o t een gem eenschappelijk b asisja ar herleid en in voorkom end geval, v e rb e te rd om d e scheeftrekkingen te w ijten a a n m u n td e v alu a ties en a a n verschillen in d e berekenings m ethode en -form ule u it te schakelen; bovendien m oeten ram ingen g em aa k t w orden voor d e lan d en d ie geen indexcijfers over de b u iten lan d se h an d e l publiceren. D e ald u s bekom en indexcijfers zijn een benadering v a n een L aspeyres-indexcijfer, terw ijl d e gecom bi(1 ) Zie n ota (1 ) blz. 177.
neerde indexcijfers van 4e gemiddelde waarde een benadering zijn van een Paasche-indexoijfer. E r zij evenwel aangestipt dat het hierboven gemaakte voor behoud inzake nationale indexcijfers in nog sterkere mate geldt voor de gecombineerde indexcijfers; bij de interpretatie van de gecombineerde indexcijfers van de gemiddelde waarde dient bovendien rekening gehouden met het feit dat zij verkregen worden uitgaande van waarden in dollars en dat zij dus geenszins een gemid delde zijn van nationale indexcijfers.
O E P U B L IO B E B D B T A B E L L E N
X»
B l*
Bevolkingsstatistieken ..................
1
303
Indexcijfers van het volume van het Bruto Nationaal Produkt tegen marktprijzen...................
2
304
Indexoijfers van de brutofinale landbouwproduktie...................
3
304
Tabel 10 : Indexcijfers van de noteringen der industriële aandelen
Indexoijfers van de industriële pro duktie .........................................
4
305
De reeksen indexcijfers van de noteringen der indus triële aandelen voorkomend in tabel 10 van onder havig hoofdstuk geven de beweging aan van de prijzen der industriële aandelen. Deze reeksen zijn ontleend aan de nationale publikaties.
Energie.............................................
6
300
Produktie van ruw staal ............
0
307
Prijsindexcijfers.............................
7
307
Indexoijfers van de gemiddelde uurverdienste in de fabrieksnij verheid .......................................
8
308
Indexcijfers van de buitenlandse handel.........................................
9
309
Indexcijfers van de noteringen der industriële aandelen..................
10
370
Iedere nationale statistiek heeft betrekking op een reeks gewone en soms preferente aandelen van indus triële vennootschappen. Deze aandelen worden meestal op de voornaamste beurs van het beschouwde land genoteerd. Sommige reeksen indexoijfers slaan, behalve op de aandelen van industriële vennootschappen, gedeeltelijk op aandelen van vervoermaatschappijen, zeevaart maatschappijen, enz.
—
182
—
£9
d e w a r le h e i
p . p . b . a . , ty p o e n o ffse t Wildewoudstraat 16, Brussel 1 T e l . 18 . 45 . 20 . (3 l i j n e n )
37850