BELGISCH SCHEEPSREGISTER
Aandachtspunten bij het registreren van een schip onder Belgische vlag
1. TECHNISCHE CONTROLE VAN HET SCHIP De Belgische Scheepvaartcontrole levert, na technisch onderzoek, een ‘Certificaat van Deugdelijkheid’ af. Zonder dit certificaat kan het schip niet geregistreerd worden. Dit document overkoepelt alle aan IMO Conventies (SOLAS, Marpol,…) gerelateerde certificaten, op twee na (zie verder). Volgende procedure werd uitgewerkt: 1. Indienen van een technisch dossier dat onder meer volgende documenten bevat: -
algemene scheepsgegevens; kopijen van alle geldige statutaire en klasse-certificaten; kopijen van de voornaamste constructietekeningen, waaronder een algemeen plan en een grootspanttekening; een recent verslag van plaatdiktemeting; stabiliteitsgegevens; info over relevante schadegevallen en reparaties; relevante verslagen van voorgaande onderzoeken uitgevoerd door de classificatiemaatschappij/rederij; informatie en relevante gegevens betreffende verbouwingen of belangrijke wijzigingen van de scheepsstructuur; verslagen van recente havenstaatcontroles; enz….
2. Initiële inspectie In samenspraak met de reder wordt datum en plaats van de initiële inspectie bepaald. 3. Afgifte certificaten Op basis van een positief verslag van de initiële inspectie zullen de nodige nationale en internationale certificaten worden afgeleverd. De Belgische Scheepvaartcontrole levert alle internationale certificaten zelf af. Het cargo/passagiers veiligheidsconstructiecertificaat en het certificaat van uitwatering mogen echter door een erkende classificatiemaatschappij in naam van de BSC afgeleverd worden. Buiten het certificaat van deugdelijkheid levert de Belgische Scheepvaartcontrole nog een ander nationaal certificaat af nl. de Meetbrief (Tonnage Certificate).
Vanaf het indienen van de aanvraag tot aflevering van de certificaten dient men rekening te houden met volgende tijdspanne: Administratieve verwerking van het dossier en evaluatie van het technische dossier
14 dagen
Verplaatsing naar schip (indien van toepassing)
1 dag
Initiële inspectie
3 dagen
Verplaatsing van schip (indien van toepassing)
1 dag
Rapportering en opmaak van de certificaten
3 dagen
Een ISM audit, indien van toepassing, is verplicht voor de maatschappijen die schepen onder Belgische vlag hebben. Erkende classificatiemaatschappijen mogen deze uitvoeren in naam van de Belgische Scheepvaartcontrole. Het “Document of Compliance” zal echter afgeleverd worden door de BSC na een positief audit rapport. De BSC houdt zich ook het recht voor om aanwezig te zijn bij de audits. SOPEP, Cargo Securing handboeken en de Stability Manuel moeten goedgekeurd worden door de Belgische Scheepvaartcontrole. INFO : Ir. Bart HEYLBROECK, Scheepvaartcontrole, Natiënkaai 5, 8400 Oostende, Tel: 059/56.14.50, Fax: 059/56.14.74
2. REGISTRATIE VAN HET SCHIP Een schip kan in België geregistreerd worden in het eigendomsregister of in het bareboatregister (naakte romp). Enkel door registratie verkrijgt of behoudt het schip het recht op de Belgische vlag te voeren (Wet van 21.12.1990 – BS 29.12.1990) Aan de registratie zijn een aantal voorwaarden verbonden: Alle schepen moeten door de Belgische Scheepvaartcontrole gecontroleerd worden. Schepen vanaf 15 jaar (sinds kiellegging) moeten vooraf strengere inspecties ondergaan. Om de controle te vergemakkelijken moeten een aantal documenten voorafgaandelijk worden voorgelegd (bv. het ingevulde aangifteformulier voor registratie, de originele meetbrief, titel van eigendom, het origineel buitenlands attest (ofwel van niet-registratie ofwel van doorhaling van registratie en hypothecaire vrijdom), de statuten van de vennootschap(pen) die eigenaar is van het schip, enz). Hypothecaire lonen en kosten moeten voorafgaandelijk betaald worden.
In de praktijk wordt er overleg gepleegd tussen de reder en de scheepshypotheekbewaarder. De documenten worden vooraf nagezien en – war nodig – aangevuld. Desnoods wordt voorlopig genoegen genomen met fotokopie of fax van bepaalde documenten, in afwachting van overlegging van de originelen. Na de registratie levert het Directoraat Generaal Maritiem Vervoer de Zeebrief af. INFO : Dhr. Guido De Latte, Scheepshypotheekbewaarder, Frankrijklei 71/73, 2000 Antwerpen, tel. 02/5791993 & e-mail:
[email protected] & www.shipregistration.be Ir. Frans Van Rompuy, Directeur-Generaal, FOD Mobiliteit en Vervoer, Vooruitgangstraat 56, 1210 Brussel, Tel: 02/277.35.00, Fax: 02/277.40.51.
3. BEMANNING Zeevarenden aan boord van schepen onder Belgische vlag moeten in het bezit zijn van: -
een Belgisch zeemansboek; een certificaat van medische geschiktheid afgeleverd door een door België erkende medische dienst/arts; een geldig STCW-certificaat (Belgisch certificaat of erkenning van buitenlands certificaat)
Bij aanwerving bezorgt de werkgever een kopie van de door beide partijen ondertekende arbeidsovereenkomst aan de Dienst Schepenbeheer. Tevens dient een gewijzigde crewlist aan dezelfde dienst bezorgd te worden bij elke verandering van bemanning. Bij afmonstering wordt een certificate of service opgemaakt waarvan eveneens een kopie wordt bezorgd aan de Dienst Schepenbeheer. Een schip dat de Belgische vlag voert moet wat de bemanning betreft volgende documenten aan boord hebben: -
een arbeidsovereenkomst wegens scheepsdienst voor elke opvarende een kopie van de relevante collectieve arbeidsovereenkomsten een certificaat van medische geschiktheid voor elke opvarende een lijst van de door België erkende medische diensten/artsen in het buitenland.
In principe wordt het bevel over een Belgisch geregistreerd schip opgedragen aan een kapitein van Belgische nationaliteit (art. 7 van de wet van 21.12.1990). De gemachtigde ambtenaar kan hiervan, op verzoek van de reder, afwijken indien de behoeften van handel of scheepvaart dit vereisen (art. 51 van het KB van 4.4.1996).
INFO : Kapitein Pierre Busschaert, Directoraat-Generaal Maritiem Vervoer, Dienst Schepenbeheer Antwerpen, Posthoflei 5, 2600 Antwerpen, Tel: 03/286.68.91, Fax: 03/226.10.43
4. FISCALITEIT VENNOOTSCHAP I.
Fiscale behandeling van de zeescheepvaart.
Op 19 maart 2003 keurde de Commissie het grootste deel van de aangemelde Belgische maatregelen voor de zeescheepvaart goed (programmawet van 2 augustus 2002 (B.S. 29/08/2002 Ed.2 art. 115 – art. 127). Het duurde echter tot 30 juni 2004 voor zij zich uitliet over alle aspecten. De aangepaste Wet van 27 december 2004 werd gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 31 december (art. 321 tot art. 331). Een geconsolideerde tekst van de Belgische fiscale maatregelen voor de zeescheepvaart én de memorie van toelichting is verkrijgbaar op het secretariaat van de Koninklijke Belgische Redersvereniging (
[email protected]) en op de website (www.brv.be). II. De fiscale behandeling van de zeescheepvaart kent een tweeledige aanpak : A. Tonnage tax (forfaitaire winstbepaling aan de hand van het tonnage) De reder verbindt zich tot het systeem voor 10 jaar. Een tonnage tax aanvraag resulteert in een mogelijkheid tot toepassing van de forfaitaire winstbepaling vanaf het volgende boekjaar. Het is dus zeer belangrijk dat de aanvraag tijdig wordt ingediend. Daarentegen verplicht een door de belastingadministratie goedgekeurde aanvraag de reder tot niets. Hij kan tot op het moment van de eigenlijke belastingaangifte beslissen of hij al dan niet gebruik wil maken van de forfaitaire winstbepaling. Per schip, per dag en per 100 nettoton wordt de winst van het belastbaar tijdperk uit de zeescheepvaart vastgesteld aan de hand van de in onderstaande tabel vermelde bedragen: 1,00 EUR voor de schijf tot 1.000 nettoton; 0,60 EUR voor de schijf van 1.000 nettoton tot 10.000 nettoton; 0,40 EUR voor de schijf van 10.000 nettoton tot 20.000 nettoton; 0,20 EUR voor de schijf van 20.000 nettoton tot 40.000 nettoton; 0,05 EUR voor de schijf boven 40.000 nettoton Op het totale bedrag dient dan het tarief van de vennootschapsbelasting (33 % + 3% crisisbelasting) te worden toegepast om de werkelijke verschuldigde belasting te kennen. Hiermee zijn alle belastingsverplichtingen vervuld.
De noodzaak om de schepen in belangrijke mate vanuit België te beheren wordt meermaals benadrukt. Er mag geen twijfel over bestaan dat de beslissing of een reder aan die verplichting voldoet steeds tot de discretie van de met controle belaste ambtenaar zal behoren. De belastingplichtige zal op het ogenblik van de fiscale controle moeten kunnen aantonen dat zijn schepen in belangrijke mate in België beheerd worden. Dit is uiteraard steeds een feitenkwestie. Het staat elke belastingplichtige vrij gebruik te maken van de mogelijkheid om dienaangaande een voorafgaande beslissing (ruling) aan te vragen bij dezelfde dienst die de aanvraag voor tonnage belasting heeft goedgekeurd. Ter oriëntatie van haar leden en andere geïnteresseerden heeft de Koninklijke Belgische Redersvereniging een zelfevaluatie matrix gemaakt, die als gids kan dienen ter beoordeling van de gekozen beheersstructuur. De eigenaar-belastingplichtige kan het beheer zelf verrichten of laten verrichten in België. Om te voldoen aan "in belangrijke mate" zijn we van mening dat hetzij "crewing", hetzij "technical" hetzij "commercial & strategic" management afzonderlijk niet volstaan. De KBRV raadt aan dat een combinatie van de verschillende aspecten van management in België gebeuren: • indien het schip in een Europees register werd ingeschreven en/of een Europese vlag voert, lijkt het aangewezen dat naast de wettelijk verplichte meerderheid van alle beheerstaken zoals vermeld in de matrix (d.w.z. de meerderheid van de 36 punten) een meerderheid van 2 van de 3 aspecten (nl. strategic & commercial, technical en crewing) in België worden uitgevoerd. Elk aspect vertegenwoordigt een totaal score van 12 punten. • indien het schip niet in een Europees register werd ingeschreven en/ of geen Europese vlag voert, lijkt het ons aangewezen dat de reder de meerderheid van de 3 aspecten van management in België verricht of laat verrichten. De matrix mét zijn memorie van toelichting is verkrijgbaar op het secretariaat van de Koninklijke Belgische Redersvereniging (
[email protected]) en op de website (www.brv.be). B. Conventionele belasting Voor de reders die geen gebruik wensen te maken van het tonnage tax systeem werd een tweede piste ontwikkeld :
versnelde afschrijvingen (voor nieuwe schepen, voor schepen die voor de eerste keer op een Belgische balans voorkomen); lineaire afschrijvingen voor tweedehandsschepen; vrijstelling van de meerwaarden (mits herbelegging);
investeringsaftrek van 30% voor binnenlandse vennootschappen of Belgische inrichtingen van buitenlandse vennootschappen.
In België bestaat de mogelijkheid om eerst gebruik te maken van het conventionele belastingssysteem en na verloop van tijd pas over te stappen naar de forfaitaire winstbepaling (tonnage tax). INFO : Voor toelichting over de toepassing van de fiscale maatregelen kan u zich steeds wenden tot de Koninklijke Belgische Redersvereniging (
[email protected]), Ernest Van Dijckkaai 8, 2000 Antwerpen, Tel: 03/232.72.32, Fax: 03/231.39.97.
5. ARBEIDSVOORWAARDEN Het voeren van de Belgische vlag betekent dat wat de arbeidsvoorwaarden betreft de Belgische wetgeving dient nageleefd te worden. -
De wet op de arbeidsovereenkomst wegens scheepsdienst is van toepassing op alle opvarenden op Belgische vlagschepen.
-
Bovendien bestaat de verplichting om alle EU-residenten te laten inschrijven in de Pool der Zeelieden terwijl niet-EU residenten NIET moeten ingeschreven worden in deze Pool.
-
De collectieve arbeidsovereenkomsten (cao’s) gesloten binnen het paritair comité van de koopvaardij moeten gerespecteerd worden. De voornaamste cao’s zijn: a) deze m.b.t. de lonen waarbij er een onderscheid gemaakt wordt tussen de cao voor zeevarenden ingeschreven in de Pool (Belgische lonen) en de collective bargaining agreement (cba) voor zeevarenden die niet ingeschreven zijn in de Pool. b) de cao’s m.b.t. de extra wettelijke sociale zekerheidsbijdragen die eveneens een invloed hebben op de loonkost: Zeevarenden ingeschreven in de Pool der Zeelieden cao risicogroepen : 0.50 €/zeevarende/dag cao vormingsfonds : 0.60 €/zeevarende/dag cao aanvullende premie werk- : 0.83 €/zeevarende/dag loosheid cao tewerkstellingspremie : 0.55 €/zeevarende/dag Zeevarenden niet ingeschreven in de Pool der Zeelieden cao vormingsfonds : 0.60 €/zeevarende/dag cao tewerkstellingspremie : 0.55 €/zeevarende/dag Deze bedragen zijn geldig voor 2011 en worden jaarlijks aangepast.
Voor shortsea gelden andere regels. INFO : Koninklijke Belgische Redersvereniging vzw, Ernest Van Dijckkaai 8, 2000 Antwerpen, Tel: 03/232.72.32 Fax: 03/231.39.97.
6. SOCIALE ZEKERHEID Conform de EU Richtlijn 1408/71 is de vlag van het schip bepalend voor het sociale zekerheidsstelsel waaraan de zeevarenden zijn onderworpen. In principe zijn dus alle zeevarenden op Belgische schepen onderworpen aan het Belgische sociale zekerheidsstelsel voor zeevarenden (Hulp- en Voorzorgskas voor Zeevarenden (HVK)). Ook hier wordt echter een onderscheid gemaakt tussen EU-residenten en niet EUresidenten. EU-residenten: zijn verzekerd via het Belgische sociale zekerheidsstelsel voor zeevarenden. De reders kunnen echter gebruik maken van gereduceerde sociale zekerheidsbijdragen: -
totale vrijstelling van het werkgeversgedeelte; gedeeltelijke vrijstelling van het werknemersgedeelte; verminderde bijdragen voor het Fonds voor Arbeidsongevallen.
Zeevarenden die niet hun woon- of verblijfplaats hebben in een E.E.R. lidstaat of in een staat waarmee België een sociaal zekerheidsverdrag heeft gesloten moeten niet verzekerd worden via de HVK, zij zijn uitgesloten van het toepassingsgebied van HVK. De reder moet wel een minimum aan informatie aan HVK verschaffen. Bovendien moet de reder zich houden aan de normen zoals bepaald in ILO 55 en ILO 56. INFO : Dhr. Bert Strobbe, Hulp- en Voorzorgskas voor Zeevarenden, Olijftakstraat 713, 2060 Antwerpen, Tel: 03/220.74.60, Fax: 03/220.74.66.
7. BEDRIJFSVOORHEFFING Het loon van een zeevarende die door een Belgische firma tewerkgesteld wordt op een Belgisch vlagschip is in principe belastbaar in België. Artikel 4 van de wet van 24.12.1999 stelt echter dat de werkgevers die behoren tot de koopvaardijsector en die in België schuldenaar zijn van bedrijfsvoorheffing er niet toe gehouden zijn de bedrijfsvoorheffing door te storten die zij verschuldigd zijn op de belastbare bezoldigingen van hun werknemers die zij tewerkstellen aan boord van EU-geregistreerde schepen.
In de praktijk betekent dit dat: -
Voor Belgische residenten: de bedrijfsvoorheffing voor Belgische residenten NIET moet doorgestort worden. Voor andere zeevarenden: er moet nagegaan worden of er een dubbelbelastingverdrag bestaat tussen het land van herkomst van de zeevarende en België. Indien er geen dubbelbelastingverdrag bestaat is de zeevarende belastbaar in België. In dat geval geldt eveneens de regel van het niet doorstorten van de bedrijfsvoorheffing. Indien er wél een dubbelbelastingverdrag bestaat moet worden nagegaan waar de belasting op het loon van de zeevarende verschuldigd is. a) In de meeste dubbelbelastingverdragen is een speciale clausule voor schepen en luchtvaartuigen opgenomen waarbij de belasting verschuldigd is in het land waar de werkelijke leiding van de werkgever zich bevindt. Indien blijkt dat inderdaad de belasting op het loon van de betrokken zeevarende in België verschuldigd is, geldt eveneens de regel van het niet doorstorten van de bedrijfsvoorheffing. b) Indien de belasting verschuldigd is in het thuisland van de zeevarende is er uiteraard geen belasting in België verschuldigd.
INFO : Koninklijke Belgische Redersvereniging vzw, Ernest Van Dijckkaai 8, 2000 Antwerpen, Tel: 03/232.72.32 Fax: 03/231.39.97. --------------------------------
17 februari 2011