ESF: bijdragen tot de ontwikkeling van de werkgelegenheid door het bevorderen van inzetbaarheid, ondernemerschap, aanpasbaarheid en gelijke kansen en door het investeren in menselijke hulpbronnen
Responsible Young Starters
Basiskennis van het bedrijfsbeheer
Module
Administratie en vereenvoudigde boekhouding in de zeer kleine onderneming
Naam: _______________ _____________________
WOORD VOORAF De cursus ‘Basiskennis van het bedrijfsbeheer’ bestaat uit 3 modules: ¾ Administratie en vereenvoudigde boekhouding in de zeer kleine onderneming; ¾ Dubbel boekhouden als beleidsinstrument; ¾ Ondernemersbeleid. De inhoud van deze cursus is gebaseerd op de omzendbrief SO 44 ‘Leerstof bedrijfsbeheer in het secundair onderwijs’. Doorheen de cursus wordt er gewerkt met spilbedrijfjes om de werking van een zeer kleine onderneming zo realistisch mogelijk voor te stellen. Er kan gekozen worden uit volgende spilbedrijfjes:
De Schoofzak: broodjeszaak Tamusement: taverne GMB: plaatsen van wanden en plafonds Alltigla: plaatsen van vloer- en wandtegels Carmo: carrosseriewerken Elektrobob: plaatsen van elektrische installaties, domotica en beveiliging Kate’s Line: kapsalon Jacaranda: bloemen en planten Fono Harmoniek: cd-shop
Het cursusmateriaal is samengesteld uit een algemeen gedeelte en een specifiek gedeelte verbonden aan het gekozen spilbedrijf. Het leent zich uitstekend tot gedifferentieerd lesgeven aan een groep deelnemers uit verschillende studiegebieden. In het kader van deze cursus werden ook volgende ICT-toepassingen ontwikkeld: ¾ ¾ ¾ ¾
ondernemerstest; facturatieprogramma; pakket voor vereenvoudigde boekhouding; website www.rys.be.
Dit cursusmateriaal kwam tot stand met medewerking van: DBO-medewerkers. Leerkrachten: Marleen Baeten, Michel Evers, Joris Tettelin, Lida Craeninckx, Maria Van den Bergh, Margriet Lamoen, Peter Rademakers en Martine Rulens.
© Kopieerrecht:
Dit cursusmateriaal mag enkel vrij gekopieerd worden voor educatieve doeleinden. Het gebruik voor commerciële doeleinden is expliciet verboden. Al het lesmateriaal ontwikkeld in het kader van het RYS-project blijft eigendom van de Dienst Beroepsopleiding departement
Onderwijs. Eindversie augustus 2004.
1
PICTOGRAMMEN De volgende pictogrammen maken je wegwijs doorheen de cursus. Doe-opdracht algemeen. In deze cursus zal je een flinke portie zelfstandig werk moeten verrichten. Dit figuurtje leidt een algemene oefening, taak of opdracht in. Er is niet onmiddellijk een link met het spilbedrijf. Doe-opdracht specifiek voor het spilbedrijf. Deze tekening verwijst naar een oefening, taak of opdracht die rechtstreeks verband houdt met het spilbedrijf. Het is dus best mogelijk dat andere leerlingen/cursisten in je groep een andere opgave voorgeschoteld krijgen. Te onthouden. Bij dit pictogram worden formules, regels, werkwijzen,… vermeld die heel belangrijk zijn. Tracht ze dan ook goed te onthouden. Bezoek de website. Hier wordt een website vermeld die zeker een bezoekje waard is. Ook kan je gevraagd worden een opdracht uit te voeren met behulp van de vermelde website. ICT-toepassing. Hier wordt verwezen naar een bepaalde informaticatoepassing die kan gebruikt worden. Dit moet je kennen. Bij deze tekening vind je een samenvatting van het hoofdstuk. Dit is de minimumleerstof die je zeker moet kennen. Herhalingsvragen. Deze herhalingsvragen kunnen je zeker helpen bij het verwerken van de leerstof. Voor wie wat meer wil. Als jij je wat meer wil verdiepen, specialiseren,… vind je hier extra oefeningen en doe-opdrachten.
2
HET SPILBEDRIJF
Firmanaam: Zaakvoerder: Adres: Tel.: Fax: gsm: e-mail: website: BTW-nummer: Bankrekeningnummer:
De Schoofzak Sam Smaets Leuvensestraat 37 - 3200 Aarschot 016 57 39 00 016 57 39 00 0473 77 78 59
[email protected] www.deschoofzak.be B.T.W.-BE-0472.527.382 KBC 432-6186601-84
Openingsuren:
dagelijks van 7.00 uur tot 18.00 uur, ’s zaterdags van 7.30 uur tot 14.30 uur, ’s zondags rusten De Schoofzak en wij uit.
Handelsactiviteiten:
broodjeszaak.
Vestigingsplaats:
“De Schoofzak” is gelegen in hartje Aarschot, Leuvensestraat 37 (Bonewijk). Wij hebben deze plaats uitgekozen omdat in het centrum van Aarschot wel altijd iets te beleven valt. Elke donderdagvoormiddag is er markt, dikwijls zijn er braderijen, de vele winkels, …
3
Gebruikelijke verkoopsvoorwaarden: ♦ Leveringsvoorwaarden: Alle bestellingen dienen steeds afgehaald te worden. Gelieve uw bestelling vóór 11 uur door te geven; zo vermijdt u lange wachttijden. De serveerschotels dienen binnen de vijf werkdagen terug binnen gebracht te worden, zoniet zullen wij genoodzaakt zijn een meerprijs van € 12,40 per schotel aan te rekenen. ♦ Betalingsvoorwaarden: Al onze facturen zijn betaalbaar te Aarschot binnen de 14 dagen na ontvangst. Bij contante betaling 5 % korting. Bij niet-betaling van een factuur op de vervaldag zal er van rechtswege en zonder ingebrekestelling een verwijlinterest verschuldigd zijn van 15 % per jaar en een forfaitaire schadevergoeding van 20 % op het verschuldigd gebleven saldo. ♦ Betwistingen: Alle betwistingen zullen uitsluitend beslecht worden door de rechtbank van het arrondissement Leuven. Om geldig te zijn moeten de klachten i.v.m. de levering en/of factuur geschieden binnen de 48 uur na ontvangst van de levering en/of factuur. Bij gebreke zal de levering, de factuur en de voorwaarden geacht worden aanvaard te zijn.
4
2 Een greep uit het assortiment Ref. nr.
Omschrijving
Aankoopprijs (excl. BTW)
Verkoopprijs (excl. BTW)
BTW-tarief %
Leverancier
€ 0,75 € 0,99 € 0,75
€ 1,25 € 1,65 € 1,25
6 6 6
Vleminckx nv Vleminckx nv Vleminckx nv
€ 1,65 € 1,65 € 3,55
6 6 6 6
Vleminckx nv Vleminckx nv Vleminckx nv Vleminckx nv + Bananja
100 100.01 100.02 100.03 100 100.01 100.02 100.03 100.24
Belegde broodjes – klein Kaas Kaas speciaal Hesp Belegde broodjes – groot Kaas Kaas speciaal Hesp Koude schotel met hesp
200 200.01 200.02 200.03
Warme broodjes Hamburger Cheese-burger Vegetarische hamburger
€ 0,99 € 1,05 € 1,14
€ 1,65 € 1,75 € 1,90
6 6 6
Van Zon nv Van Zon nv Van Zon nv
300 300.01 300.02 300.03
Algemeen Piccolo wit/grijs Boerenpistolet Italiaanse bol
€ 0,24 € 0,15 € 0,24
€ 0,40 € 0,25 € 0,40
6 6 6
Pastridor nv Pastridor nv Pastridor nv
400 400.01 400.02 400.03
Dranken – blik Coca Cola Coca Cola Light Sprite
€ 0,48 € 0,48 € 0,48
€ 0,80 € 0,80 € 0,80
6 6 6
Terclavers bvba Terclavers bvba Terclavers bvba
€ 0,99 € 1,20 € 0,99 € 2,13
€ 2,00
Opmerking: afhalen = 6 %; verbruik ter plaatse = 21 %.
5
3 Enkele leveranciers Lev. nr.
Naam
Adres
1
Proline Systems (computers)
Wingerstraat 13 3390 Tielt-Winge
2
Terclavers bvba (dranken)
3
Van Zon nv (frituurproducten)
4
Vleugels Vleeswaren nv Wolfstee 7 (vlees) 2200 Herentals
5
Belgacom nv (telefoon)
6
Buroprint nv (bureaumateriaal)
E. Jacqmainlaan 177 1030 Brussel Leuvensestraat 47 3200 Aarschot
7
Pastridor nv (brood + gebak)
8
Vleminckx Horeca Service nv (eetwaren)
9
Vlaamse Maatschappij Watervoorziening
10
Fobelco (verpakking)
Mechelsestraat 203A 3000 Leuven Middenweg 9 3930 Hamont
tel./fax/e-mail tel. 016 63 22 30 fax 016 63 11 02
[email protected]
RPR RPR Leuven
B.T.W.-BE-
Bank
ING 0389.610.869 392-1267958-84 FORTIS 143-0527362-74
tel. 016 20 20 00 fax 016 20 56 38
RPR Leuven
0415.266.810
tel. 011 62 20 10 fax 011 62 22 05
RPR Tongeren
0476.353.819
tel. 014 21 32 87 fax 014 23 16 63
RPR Tongeren
0727.452.702
tel. 02 236 24 12 fax 02 236 24 13
RPR Brussel
0202.239.951
tel. 016 56 61 19 fax 016 56 84 73
RPR Leuven
0122.133.144
Nijverheidslaan 3 1840 Londerzeel
tel. 052 30 38 41 fax 052 30 38 36
RPR Brussel
0798.978.562
Aarschotsestwg. 60 3012 Wilsele
tel. 016 29 66 35 fax 016 29 61 02
RPR Leuven
0555.987.159
FORTIS 143-0596521-92
tel. 016 24 09 11 fax 016 24 09 10
RPR Leuven
0111.695.145
KBC 734-2631425-17
tel. 0477 37 98 77 fax 016 69 66 36
RPR Leuven
0472.608.051
FORTIS 220-4847569-36
Herbert Hooverplein 23 3000 Leuven Elzenstraat 43 2270 Herenthout
6
FORTIS 220-0745123-05 Bank van De Post 000-0350988-42 ING 310-1234567-37 Bank van De Post 000-1710031-18 DEXIA 068-5989614-13 Bank van De Post 000-2681247-66
4 Enkele klanten Klant nr. 1
Naam Rusthuis Sint-Jozef
2
Garage Wittockx nv
3
De Post 1
4
VDAB
5
Stas Els
6
Duracell Batteries nv
7
Renier Natuursteen nv
8
Geens nv
9
ING
10
Ascoprint
Adres Diestsesteenweg 448 3202 Rillaar
tel./fax/e-mail tel. 016 50 04 21 fax 016 50 50 22
Nieuwlandlaan 30 3200 Aarschot
tel. 016 55 12 51 fax 016 55 12 60
Amerstraat 17 3200 Aarschot Boudewijnlaan 2 3200 Aarschot Bekaflaan 58 3200 Aarschot
tel. 016 56 62 85 fax 016 56 49 09 tel. 016 56 62 53 fax 016 56 62 50 tel. 016 56 68 49 fax 016 56 68 50
Nijverheidslaan 4 3200 Aarschot
tel. 016 55 20 11 fax 016 55 20 10
Nijverheidslaan 1 3200 Aarschot Leuvensestraat 94-98 3200 Aarschot Grote Markt 5 3200 Aarschot Herseltsesteenweg 303 3200 Aarschot
tel. 016 55 00 11 fax 016 55 00 29 tel. 016 55 16 40 fax 016 55 16 41 tel. 016 56 67 52 fax 016 56 60 60 tel. 016 56 04 14 fax 016 56 39 57
RPR
B.T.W.-BE-
---
---
RPR Leuven ---
---
---
---
---
---
RPR Leuven
7
0434.108.157
0268.120.036
RPR Leuven
0321.123.456
RPR Leuven
0789.654.456
RPR Leuven
0258.963.159
RPR Leuven
0946.587.364
Bank DEXIA 068-5982158-24 ING 330-0658100-09 FORTIS 230-0310666-68 Bank van De Post 000-6248965-29 FORTIS 230-3625632-59 --FORTIS 001-6599546-45 KBC 434-1080245-57 ING 330-6359855-21 FORTIS 230-2363259-89 ING 330-5857954-65 CENTEA 850-2652198-27
5 Personeel Naam
Adres
Functie
Verloning bruto
Samenstelling gezin
Mielis Els
Leuvensestraat 37 3200 Aarschot
bediende half-time
€ 15,00/uur
gehuwd
8
1
VERLOOP VAN EEN KOOP
A Schematisch verloop van het koopproces Dagdagelijkse aankopen verlopen vrij eenvoudig. Je stapt een handelszaak binnen en enkele ogenblikken later is de koop al geklonken. Toch gebeuren niet alle aankopen zo eenvoudig. Een voorbeeld. Jij en je vriend(in) hebben zonet besloten om te trouwen. Er moeten bijgevolg heel wat zaken geregeld worden. Op dit ogenblik gaat al je aandacht naar de aankoop van een nieuw salon. Je brengt een bezoekje aan verschillende meubelzaken.
1 Zich informeren
W
elke vragen stel je zoal aan de verkoper wanneer een bepaald model in je
smaak valt? Som er 5 op. ............................................................................................................................ ............................................................................................................................ ............................................................................................................................ ............................................................................................................................ ............................................................................................................................ ............................................................................................................................
9
Wanneer uiteindelijk je keuze vast staat, ga je met de verkoper rond de tafel zitten. Alle voorwaarden worden nog eens op een rijtje gezet.
2 Het voorstel bekijken
3 Een tegenvoorstel formuleren Als een soort ‘huwelijksgeschenk’ vraag je de verkoper nog een korting van 5 %. Die wordt wat aarzelend toegestaan. Alle afspraken worden genoteerd op een bestelbon die door jou en de verkoper ondertekend wordt.
4 Bestellen
10
Enkele weken later wordt het salon geleverd. Je kijkt meteen of alles in orde is en ondertekent de leveringsbon voor ontvangst.
5 De levering in ontvangst nemen Weldra valt de rekening je brievenbus.
6 De rekening nakijken Je stelt vast dat men de 5 % korting niet verrekend heeft, maar na een telefoontje wordt deze vergissing snel rechtgezet.
7 Een klacht formuleren Door de factuur te betalen beëindig je meteen deze aankoopprocedure.
8 De betaling uitvoeren Ook bedrijven gaan op deze manier te werk wanneer ze een belangrijke aankoop willen doen.
11
B
ekijk de afgebeelde documenten en volg het verloop van een koop bij het
spilbedrijf op de voet. Benoem telkens elke stap die ondernomen werd.
Het bedrijf vraagt om informatie rond een bepaalde aankoop bij de verkoper(s). Hoe noemen we deze eerste stap in handelstermen? .......................................................................
De vraag om informatie wordt door de verkoper beantwoord door het meedelen van zijn voorwaarden waartegen hij wenst te verkopen. Hoe noemen we handelstermen?
dit
voorstel
in
.......................................................................
12
Indien de aangeboden voorwaarden niet volledig aan de wensen beantwoorden, kan de koper een tegenvoorstel formuleren. Hoe noemen we dit tegenvoorstel? .....................................................................
Als uiteindelijk de voorwaarden toch in overeenstemming zijn met de wensen van de koper, wordt overgegaan tot het bestellen van het gevraagde. Welk document wordt hiervoor gebruikt? .....................................................................
13
Bij de levering wordt gecontroleerd of alles naar wens is, alvorens af te tekenen voor ontvangst. Welk document wordt hiervoor gebruikt? .....................................................................
De verkoper stuurt een document op naar de koper waarin alle informatie rond de geleverde goederen of diensten en de betaling ervan vermeld staat. Welk document wordt hiervoor gebruikt? ....................................................................
14
Mocht niet alles naar wens zijn verlopen, dan kan een ....................... geformuleerd worden
De laatste stap in de afhandeling van een koop is de
...................................
15
Z
et alle (mogelijke) stappen van het koopproces op een rijtje en vul onderstaand
schema aan.
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
B Het koopproces onder de loep De prijsaanvraag
1
Met de prijsaanvraag informeert de koper naar de prijs en de verkoopsvoorwaarden van een goed of een dienst. De koper kan op verschillende manieren contact opnemen met de verkoper. De mogelijkheden worden in volgend schema weergegeven.
V
ul het schema verder aan. ......................................
mondeling ......................................
CONTACT
......................................
schriftelijk
...................................... ...................................... 16
In je prijsaanvraag kan je vragen om toezending van een prijslijst, catalogus en/of staal of monster. Je kan ook vragen of de vertegenwoordiger even langs kan komen om alles te bespreken. Een prijsaanvraag is zowel van belang voor de koper als voor de verkoper. Omschrijf het belang voor de koper:
¾
................................................................................................................ ²
................................................................................................................ Omschrijf het belang voor de verkoper:
¾
................................................................................................................ ................................................................................................................ Een prijsaanvraag moet zeker een aantal belangrijke elementen bevatten.
B
ekijk nogmaals de prijsaanvraag van het spilbedrijf. Vul onderstaande lijst van
elementen die een prijsaanvraag zeker moet bevatten aan.
1 Identiteitsgegevens van de koper 2 .................................................................. 3 .................................................van uitgifte 4 ................................................. van de brief 5 Eventueel de reden van de prijsaanvraag 6 Nauwkeurige omschrijving van de .............. ....................................................................... 7 Duidelijke formulering van de ..................... ......................... (prijslijst, catalogus, staal,…) 8 ....................................... van de aanvrager.
17
De verkoopsvoorwaarden
2
Verkoopsvoorwaarden zijn de afspraken of voorwaarden waartegen een verkoper bereid is een goed of een dienst te verkopen. De voornaamste verkoopsvoorwaarden zijn:
de hoeveelheid of kwantiteit, de kwaliteit, de prijs, de levering, de betaling.
¾ Algemene verkoopsvoorwaarden Zij zijn voor alle klanten hetzelfde. Ze staan vermeld in een globale tekst. Je vindt ze meestal op de achterkant van een handelsdocument. ¾ Bijzondere verkoopsvoorwaarden Zij zijn specifiek voor een bepaalde klant of een bepaalde verkoop. Ze moeten steeds uitdrukkelijk vermeld worden.
G
aat het hier om algemene (a) of bijzondere (b) verkoopsvoorwaarden?
Zet een kruisje in de juiste kolom.
Verkoopsvoorwaarden
A
B
Als trouwe klant ontvangt Intratex bvba altijd een korting van 2 % Tijdens de opendeurdagen worden geen leveringskosten aangerekend Al onze facturen dienen uiterlijk binnen de 30 dagen betaald te worden Tussen 1 en 10 februari geldt: 5 flessen wijn kopen + 1 gratis Op al onze toestellen geven wij een garantie van 1 jaar ¾De hoeveelheid of kwantiteit De hoeveelheid moet altijd duidelijk aangegeven worden. Je gebruikt hiervoor lengtematen, gewichten, inhoudsmaten en oppervlaktematen volgens het decimaal stelsel, of je geeft gewoon het aantal stuks aan. Een aantal algemeen aanvaarde aanduidingen zoals een paar, een dozijn… mogen ook gebruikt worden.
18
S ¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾
chrap wat niet correct is!
200 liter wijn een handvol schroeven 15 el stof 3 m² tegels een tank van 8 m³ een terrein van 6 are een ons zout een pond suiker een paar schoenen een halfdozijn oesters
Verbind juist met elkaar: Fanta Kaas Tomaten Mayonaise Eieren Hesp Flesje cola Wortelen
bussel cl gram blikje bol ml kilo dozijn
19
Wanneer het gewicht de basis vormt voor de prijsberekening dan maken we een onderscheid tussen brutogewicht, nettogewicht en tarra. Met brutogewicht bedoelen we ................................................................................................ Met tarra bedoelen we .............................................................................................................. Met nettogewicht bedoelen we ................................................................................................
Je herinnert je zeker nog de formule: Nettogewicht = brutogewicht - tarra
Bij het berekenen van het nettogewicht gewichtsverminderingen om allerlei redenen:
houdt
men
vaak
ook
rekening
met
stille uitslag: gewichtsverlies door uitdroging of bederving (bv. graan, fruit); lekkage: gewichtsverlies bij vloeistoffen door verdamping (bv. alcohol, benzine) of bij vetten en oliën die aan de verpakking blijven kleven; goedgewicht: gewichtsverlies bij het uitwegen van droge stoffen (bv. uit 5 kg koffie haalt men niet exact 200 pakjes van 250 gram); extratarra: gewichtsvermindering toegekend wanneer extra verpakkingsmateriaal werd gebruikt (bv. beschermende verpakking bij kwetsbare exotische vruchten); tarra: gewichtsvermindering toegekend omwille van de verpakking; rafactie: gewichtvermindering toegekend omwille van beschadiging van de goederen of wanneer de bestelde kwaliteit niet overeenstemt met de geleverde.
In al deze gevallen wordt een korting op het gewicht toegestaan.
20
Hoe ga je te werk?
¾ De berekening van de gewichtsverminderingen gebeurt in de volgorde zoals hierboven vermeld en telkens op het nieuw verkregen gewicht. ¾ Er wordt rekening gehouden met volgende afrondingsregels: indien de prijs per halve kilogram genoteerd wordt: van 0 g tot en met 249 g van 250 g tot en met 749 g van 750 g tot en met 999 g
0g 500 g 1 kg
indien de prijs per kilogram genoteerd wordt: van 0 g tot en met 499 g van 500 g tot en met 999 g
E
0g 1 kg
en levering bestaat uit 1 500 zakken potgrond van elk 30 kg bruto. Men houdt
rekening met volgende gewichtsverminderingen: ¾ ¾ ¾ ¾
stille uitslag: 1,5 % extratarra: 1 % tarra: 2 % rafactie: 3 %
Bereken het nettogewicht. Rond de subtotalen af op 3 cijfers na de komma. Rond het nettogewicht correct af, als je weet dat de prijs per halve kilogram berekend wordt.
21
Brutogewicht:
………….
kg
.…..…………………… kg
Stille uitslag:
………………………………..…. %
- ..…..……………………kg
x ……..……..
…..……………………..kg
Subtotaal: Extratarra:
……………………………….…… %
………….………………kg
Subtotaal: ………………………………….… %
Tarra:
……………………………………. %
- …………………………kg .……………………….. kg
Nettogewicht:
E
- ……………………….…kg …..……………………..kg
Subtotaal: Rafactie:
- ….………………………kg
en partij bloem weegt bruto 3 500 kg. Bereken het nettogewicht als je weet dat volgende
kortingen op het gewicht worden toegestaan: ¾ goedgewicht: 1,5 % ¾ tarra: 2 % ¾ rafactie: 3 % Rond de subtotalen af op 3 cijfers na de komma. Rond het nettogewicht correct af, als je weet dat de prijs per kilogram berekend wordt.
…………………………….. kg
Brutogewicht Goedgewicht
………..……. %
-
…………………………….kg
Subtotaal -
Tarra ……………………..… %
Nettogewicht
……………………………kg …………………………….kg
Subtotaal Rafactie
……………………………..kg
..................…… %
-
……………………………kg
…………………………….kg
22
Bereken het nettogewicht van frituurvet met volgende gegevens: Je koopt 10 kilo frituurvet. Er blijft 75 gram aan de verpakking kleven. (Lekkage).
23
¾ De kwaliteit De kwaliteit van een goed kan je op verschillende manieren verduidelijken: Door een merk te noemen. Geef zelf 2 voorbeelden:
................................................................................................
Door de herkomst weer te geven. Geef zelf 2 voorbeelden:
................................................................................................
Door te verwijzen naar een staal of monster. Geef zelf 2 voorbeelden:
................................................................................................
Door een code of een klassering toe te kennen. Geef zelf 2 voorbeelden:
................................................................................................
Door een duidelijke beschrijving te geven. Geef zelf 2 voorbeelden:
................................................................................................
¾ De betaling Verschillende tijdstippen (termijnen) van betaling kunnen afgesproken worden:
contant: vrijwel onmiddellijk na ontvangst van de factuur of kort daarop (5 tot 8 dagen); op termijn: op een later vooraf bepaald tijdstip, na factuur- of leveringsdatum; onder rembourse: bij aflevering van de goederen aan de vervoerder; op afbetaling: na het eventueel betalen van een voorschot wordt de nog te betalen som gespreid over verschillende maanden.
De verschillende wijzen van betaling (met briefjes en muntstukken, met kredietkaart, per overschrijving, …) komen later aan bod.
W
elke betalingstermijnen zijn hier van toepassing? Vul je antwoord in op
de invullijn. De postbode brengt een pakje, maar vraagt eerst voor de goederen te betalen alvorens het pakje te overhandigen: ................................................................................................ Je koopt een nieuwe computer. Je betaalt een voorschot van € 150,00 en daarna 12 maanden lang € 100,00: ..................................................................................................... 30 dagen na ontvangst van de factuur wordt het verschuldigde bedrag betaald: ............................................................................................................................................ De factuur die we deze morgen per post ontvingen wordt vandaag nog betaald: .............................................................................................................................................. De goederen die op 1 oktober geleverd werden zullen op 15 november betaald worden:
24
Welke betalingstermijnen zijn vooral van toepassing in onze sector? Zoek op.
25
¾ De prijs In landen van de eurozone worden de prijzen aangeduid in EUR. Bedragen worden altijd afgerond op 2 cijfers na de komma. De prijs kan verminderd worden met bepaalde kortingen: Een handelskorting wordt gebruikt als middel om meer te verkopen. Ze wordt toegestaan: -
bij een aankoop vóór of bij de aanvang van het seizoen; bij een zeer grote aankoop; bij de aankoop van het laatste lot; bij een speciale gelegenheid; aan een goede klant.
Rabat is een korting op de prijs die wordt toegekend bij beschadiging van de goederen of wanneer de geleverde kwaliteit niet overeenstemt met de bestelde. Een financiële korting wordt gebruikt om contante betalingen aan te moedigen.
Hoe ga je te werk?
¾ Bereken eerst de handelskorting of de rabat en daarna pas de financiële korting. ¾ Bedragen worden altijd op 2 cijfers na de komma afgerond. ¾ Veelal komt een combinatie van gewichts- en prijsverminderingen voor.
Bereken dan eerst de gewichtsverminderingen op het gewicht. Bereken daarna pas de prijsverminderingen op de prijs. Werk volgens deze formule: brutogewicht - gewichtsverminderingen = nettogewicht brutoprijs = nettogewicht x eenheidsprijs - prijsverminderingen = nettoprijs
26
B
ereken de nettoprijs aan de hand van volgende gegevens:
¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾
brutogewicht: 12 763 kg eenheidsprijs: € 4,25 per kg korting ‘opendeurdag’: 4 % goedgewicht: 2 % financiële korting: 3 % extratarra: 0,5 %
Let op de juiste volgorde! (Rond het gewicht telkens af op 3 cijfers na de komma.)
....................................... kg
Brutogewicht ............................................
......................................... %
- ....................................... kg .………………………….. kg
............................................
......................................... %
- ....................................... kg
Nettogewicht
....................................... kg
Brutoprijs (…………..kg x ………EUR)
.................................... EUR
............................................
......................................... %
- ....................................EUR .................................... EUR
............................................ Nettoprijs
......................................... %
- ....................................EUR .................................... EUR
27
B
ereken aan de hand van volgende gegevens de nettoprijs. Rond het gewicht
telkens af op 3 cijfers na de komma. Let op de juiste volgorde van de kortingen.
¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾
Brutogewicht: 85 000 kg Eenheidsprijs: 1,75 EUR/kg Rabat: 3 % Lekkage: 2,5 % Tarra: 1,5 % Financiële korting: 2 % Handelskorting: 5 %
....................................... kg
Brutogewicht ............................................
......................................... %
- ....................................... kg ....................................... kg
Subtotaal ............................................
......................................... %
- ....................................... kg
............................................ Nettogewicht
........................................... %
- ....................................... kg ....................................... kg
Brutoprijs (…………..kg x ………EUR) ............................................
.................................... EUR ......................................... %
.................................... EUR
Subtotaal ............................................
......................................... %
Nettoprijs
- ....................................EUR .................................... EUR
Subtotaal ............................................
- ....................................EUR
......................................... %
- ....................................EUR .................................... EUR
28
¾
29
De levering Koper en verkoper moeten duidelijk met elkaar afspreken waar en wanneer de goederen geleverd worden, wie instaat voor de levering en wie de leveringskosten zal dragen. Werd er niets afgesproken dan geldt het principe: “goederen zijn haalbaar”. Enkele vaak gebruikte leveringstermen: franco thuis: de verkoper draagt alle risico’s en kosten voor de levering; af magazijn: de koper draagt alle risico’s en kosten voor de levering vanaf het magazijn van de verkoper. Allerlei tussenoplossingen zijn uiteraard mogelijk.
Ga naar www.rys.be. Bekijk en vergelijk de verkoopsvoorwaarden van de verschillende spilbedrijfjes. Ga naar www.caddyhome.be en http://webshop.overtoom.be en druk telkens de lijst met verkoopsvoorwaarden af.
Stel de prijsaanvraag op. Sam Smaets opent op 1 september e.k. zijn broodjeszaak “De Schoofzak”. Hij vraagt aan Fobelco een prijslijst, catalogus en indien mogelijk enkele stalen van verschillende soorten verpakkingen. Datum van de prijsaanvraag: 20 juli 200.. Kenmerk van de prijsaanvraag: SM/1967.
30
“De Schoofzak” Leuvensestraat 37 3200 AARSCHOT tel.: 016 57 39 00 fax: 016 57 39 00 www.deschoofzak.be B.T.W.-BE-0472.527.382 KBC 432-6186601-84
31
Dit moet je kennen. De prijsaanvraag ¾ Wat? Met de prijsaanvraag informeert de koper naar de prijs en de verkoopsvoorwaarden van een goed of een dienst. ¾ Hoe?
mondeling: gesprek met een verkoper, telefoon; schriftelijk: brief, fax, e-mail.
¾ Soorten:
vraag om toezending van een prijslijst, catalogus, monster of staal; vraag om afspraak met een vertegenwoordiger.
¾ Belang:
voor de koper: om misverstanden en vergissingen uit te sluiten, schriftelijk bewijs; voor de verkoper: duidelijke omschrijving van wat gevraagd wordt.
¾ Elementen:
identiteitsgegevens van de koper; identiteitsgegevens van de verkoper; onderwerp van de brief; plaats en datum van uitgifte; reden van de prijsaanvraag; nauwkeurige omschrijving van de gewenste goederen of diensten; duidelijke formulering van de vraag; naam en functie van de aanvrager.
32
De verkoopsvoorwaarden ¾ Wat? Verkoopsvoorwaarden zijn de afspraken of voorwaarden waartegen een verkoper bereid is een goed of een dienst te verkopen. ¾ Soorten:
algemene verkoopsvoorwaarden: geldig voor alle klanten; bijzondere verkoopsvoorwaarden: specifiek voor een bepaalde klant of een bepaalde verkoop.
¾ Belangrijkste verkoopsvoorwaarden:
de hoeveelheid of kwantiteit: - correct aangeven; - verschillende kortingen op het gewicht zijn van toepassing; de kwaliteit: omschrijven d.m.v. merk, herkomst, moster of staal, code of klassering, beschrijving; de betaling: betalingstermijnen: contant, op termijn, onder rembourse, op afbetaling; de prijs: - afronden op 2 cijfers na de komma; - verschillende kortingen op de prijs zijn van toepassing; de levering: - franco thuis; - af magazijn.
33
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14
Geef alle mogelijke stappen van het koopproces weer in een schema. Som de mogelijke documenten bij een aan- en verkooptransactie op. Wat is het doel van een prijsaanvraag? Op welke verschillende manieren kan een koper een prijsaanvraag doen? Geef schematisch weer. Omschrijf het belang van de prijsaanvraag zowel voor de koper als voor de verkoper. Som de 8 belangrijkste elementen die een prijsaanvraag zeker moet bevatten op. Wat zijn verkoopsvoorwaarden? Welke 2 soorten verkoopsvoorwaarden bestaan er? Wat is het verschil tussen beiden? Welke zijn de 5 voornaamste verkoopsvoorwaarden? Op welke verschillende manieren kan je de kwaliteit van een product omschrijven? Wat is het verschil tussen ‘franco thuis’ en ‘af magazijn’? Welke verschillende kortingen op de prijs kunnen worden toegestaan? Wat zijn de 4 meest voorkomende termijnen van betaling? Leg kort uit. Verklaar ‘bruto-netto-tarra’.
De offerte
3
De offerte is het voorstel waarbij de verkoper zijn goederen of diensten aanbiedt tegen een bepaalde prijs en onder bepaalde voorwaarden. Men spreekt ook van prijsopgave of prijsaanbieding. Een offerte kan op verschillende manieren meegedeeld worden. In het volgende schema krijg je hiervan een overzicht.
V
ul het schema verder aan. bv.
Een offerte overmaken bv. .
34
¾ Vaste offerte: de verkoper is gebonden aan alle verkoopsvoorwaarden, gedurende een duidelijk vermelde termijn. ¾ Vrijblijvende offerte: de verkoper mag de verkoopsvoorwaarden nog wijzigen. ¾ Spontane offerte: de verkoper maakt ongevraagd zijn verkoopsvoorwaarden voor bepaalde goederen of diensten bekend.
D
e offerte is voor zowel de koper als de verkoper van belang.
¾ Omschrijf het belang voor de koper: ............................................................................................................................................ ¾ Omschrijf het belang voor de verkoper: ............................................................................................................................................ Een offerte opmaken moet heel nauwkeurig gebeuren en vraagt dan ook wat tijd. Een aantal elementen moeten zeker vermeld worden.
B
ekijk de offerte die het spilbedrijf ontving nogmaals aandachtig en
vul de lijst van elementen die in een offerte zeker moeten voorkomen, aan. De omcirkelde delen zullen je zeker op weg helpen. 1
Identiteitsgegevens van de verkoper
2
..............................................................
3
..............................................................
4
.................................................... van de brief
5
een nauwkeurige ................................. .................. van de goederen of diensten
6
............................ met vermelding van inclusief of exclusief BTW.
7
eventueel het toepasselijk........... tarief
8
de voornaamste ....................................
9 ................................................................ 10 ........................................ van de opsteller
35
Stel de offerte op. Sam Smaets reageert op de prijsaanvraag van Peter Cool, Schaluin 28, 3200 Aarschot, die voor zijn verjaardag graag belegde broodjes zou aanbieden. Sam stuurt een prijslijst + bestelbon. De verkoopsvoorwaarden staan op de keerzijde van de brief gedrukt. Gezien de ruime keuze aan belegde broodjes, kan Peter ook een bezoek brengen aan De Schoofzak. Voor meer informatie en een afspraak neemt hij best telefonisch contact op met Sam. Datum van de offerte: 5 oktober 200.. Kenmerk van de offerte: SM/1967
36
“De Schoofzak” Leuvensestraat 37 3200 AARSCHOT tel.: 016 57 39 00 fax: 016 57 39 00 www.deschoofzak.be B.T.W.-BE-0472.527.382 KBC 432-6186601-84
37
De tegenofferte
4
De tegenofferte is een mondeling of schriftelijk antwoord op een offerte waarin de koper één of meerdere verkoopsvoorwaarden wil wijzigen. De tegenofferte is dus niet altijd noodzakelijk in het koopproces. Enkel wanneer de koper niet akkoord kan gaan met één of meerdere verkoopsvoorwaarden, zal hij een tegenvoorstel formuleren. Als de verkoper het nieuwe voorstel aanvaardt; dan zal hij een antwoord op de tegenofferte schrijven. Dit is eigenlijk een nieuwe .......................................................................................
B
ij een drankenhal werd geïnformeerd naar de verkoopsvoorwaarden voor
coladrank voor een fuif. De toegestuurde offerte is niet helemaal wat je verwacht had. Formuleer in de onderstaande tabel voor elke verkoopsvoorwaarde een tegenvoorstel. Verkoopsvoorwaarden ¾ de kwaliteit
Offerte
Tegenofferte
Pepsi Cola
¾
de kwantiteit
Petflessen 1,5 l. Minimum afname 100 flessen
¾
de prijs
0,95 EUR/fles incl. BTW
¾
de levering
leveringskosten: 20,00 EUR levering uit voorraad
¾
de betaling
onmiddellijk contant bij bestelling
38
Dit moet je kennen.
De offerte ¾ Wat? De offerte (prijsopgave, prijsaanbieding) is het voorstel waarbij de verkoper zijn goederen of diensten aanbiedt tegen een bepaalde prijs en onder bepaalde voorwaarden. ¾ Hoe meedelen?
Mondeling: via verkoper/vertegenwoordiger, telefoon. Schriftelijk: via brief, fax, e-mail, prijslijst, catalogus, advertentie, website, staal/monster.
¾ Soorten Vaste offerte, vrijblijvende offerte, spontane offerte. ¾Belang Voor de koper: door verschillende offertes met elkaar te vergelijken, de gunstigste selecteren. Voor de verkoper: verkoopstrategie. ¾Elementen
identiteitsgegevens van de verkoper; identiteitsgegevens van de koper; plaats en datum van opstelling; onderwerp van de brief; nauwkeurige omschrijving van de aangeboden goederen of diensten; duidelijke prijsopgave incl. of excl. BTW; eventueel toepasselijk BTW-tarief; verkoopsvoorwaarden; geldigheidsduur; naam en functie van de opsteller.
De tegenofferte ¾Wat? De tegenofferte is een mondeling of schriftelijk antwoord op een offerte waarin de koper één of meerdere verkoopsvoorwaarden wil wijzigen.
39
1 2 3 4 5 6
Wat is een offerte? Op welke manieren kan een offerte meegedeeld worden? Welke 3 soorten offertes bestaan er? Leg kort uit. Omschrijf het belang van een offerte zowel voor de koper als voor de verkoper. Som de 10 belangrijkste elementen die een offerte zeker moet bevatten op. Wat is een tegenofferte?
40
De leveringsbon
5
Aan de hand van de bestelbon maakt de verkoper de goederen klaar voor de levering. Tegelijkertijd stelt hij een leveringsbon op. Een leveringsbon vergezelt de goederen bij hun levering en regelt de eigendomsoverdracht. De leveringsbon wordt opgemaakt in 2 of 3 exemplaren. Nut van de leveringsbon: Voor de koper: ¾ Hij vergelijkt de gegevens op de leveringsbon met de geleverde goederen en met de ............................................................................................................................................ ¾ Hij zal later de leveringsbon ook vergelijken met de ........................................................... Voor de verkoper: ¾ Hij bewaart de door de koper ondertekende leveringsbon als . ............................. dat de goederen in goede staat werden afgeleverd. ¾ De leveringsbon is voor hem de basis voor het opmaken van de
....................................
BTW-vervoerdocument: Dit document vervangt in een aantal gevallen de leveringsbon; het wordt ook gebruikt om belastingontduiking tegen te gaan. De vervoerder moet voor hij vertrekt, vermelden wat, wanneer en naar wie hij iets wil vervoeren. Politie of douane controleren of de vracht overeenstemt met de genummerde vervoersdocumenten. Deze controle is echter beperkt tot het vervoer van specifieke goederen o.a. textiel, schoenen, vlees, leder, bont.
6
De klacht
Ondanks alle inspanningen kan er soms toch iets fout lopen. Tekorten, vergissingen, vergetelheden, fouten, enz. hebben het formuleren van een klacht tot gevolg. Wanneer het om een kleinigheid gaat, kan een vriendelijk telefoongesprek al veel oplossen. Ernstige klachten maak je best schriftelijk over door middel van een klachtenbrief of e-mailbericht. Hou bij het opstellen van je klachtenbrief rekening met volgende aanbevelingen: ¾ wees zakelijk; laat je emoties niet de vrije loop; ¾ formuleer de noodzakelijke gegevens kort maar duidelijk; ¾ blijf beleefd.
41
B
ekijk de afgebeelde
klacht aandachtig. Vul daarna het onderstaande lijstje met elementen die een klacht zeker moet bevatten verder aan. De omcirkelde delen zullen je hierbij zeker helpen.
Elementen die een klachtenbrief zeker moet bevatten: 1
identiteitsgegevens van de koper
2
..............................................................................................................
3
plaats en .............................................................................................
4
.............................................................................................................
5
de gewenste .......................................................................................
6
................................. waarbinnen de rechtzetting dient te gebeuren
7
naam en ......................................... van de opsteller
J
e ontving van leverancier Schramba nv, Hoevelei 198, 2630 Aartselaar
factuur nr. 197 van 12 oktober 200.. Bij het nakijken van deze factuur heb je vastgesteld dat er € 50,00 vervoerskosten werden aangerekend. In de offerte stond echter duidelijk vermeld dat de levering gratis zou gebeuren. Stel als zaakvoerder de klachtenbrief op (datum 15 oktober 200.).
42
tel. fax gsm e-mail RPR B.T.W.-BEBank
43
Dit moet je kennen. De leveringsbon ¾ Wat? Een leveringsbon vergezelt de goederen bij hun levering en regelt de eigendomsoverdracht. ¾ Belang Voor de koper: de gegevens op de leveringsbon vergelijken met de geleverde goederen, met de bestelbon en met de factuur. Voor de verkoper: de ondertekende leveringsbon dient als bewijs dat de goederen in goede staat werden afgeleverd. De leveringsbon vormt de basis voor het opmaken van de factuur. De klacht ¾ Hoe? Mondeling: voor kleinigheden volstaat een vriendelijk gesprek. Schriftelijk: ernstige klachten worden gemeld via brief of e-mail. ¾ Aanbevelingen
wees zakelijk; wees kort maar duidelijk; blijf beleefd; noodzakelijke elementen: -
1 2 3
identiteitsgegevens van de koper; identiteitsgegevens van de verkoper; plaats en datum van uitgifte; het probleem; de gewenste rechtzetting; de termijn voorzien voor de rechtzetting; naam en functie van de opsteller.
Wat is een leveringsbon? Omschrijf het belang van de leveringsbon zowel voor de verkoper als de koper. Welke zijn de 7 belangrijkste elementen die in een klachtenbrief zeker moeten voorkomen.
44
C Belasting over de toegevoegde waarde (BTW) 1
De consument (verbruiker) en BTW
Je kocht een aantal cd’s voor een bedrag van € 41,44. Eigenlijk is dit bedrag samengesteld als volgt: cd’s BTW 21 % Te betalen bedrag :
V
€ 34,25 + € 7,19 € 41,44
ul verder aan.
In het bedrag € 34,25 is de BTW inbegrepen of Op welk bedrag wordt de BTW berekend Dit bedrag is zonder of
............................................................................... BTW
Welke formule werd gebruikt om de BTW te berekenen? ........................ x ............................... =
.................................. EUR
............................................................. Aan wie betaal je de BTW?
............................................................................
Voor wie is de BTW eigenlijk bestemd? Telkens een consument of verbruiker goederen of diensten aankoopt, moet hij BTW betalen. De BTW is dus een verbruiksbelasting. 2
De handelaar en BTW
Indien in het kader van een handelszaak geregeld handelingen worden verricht die in het BTW-wetboek worden opgesomd, is men automatisch BTW-plichtige.
45
Er zijn verschillende BTW-tarieven van kracht. Een volledige lijst van goederen en diensten met hun BTW-tarief is terug te vinden in het BTW-wetboek. Breng ook eens een bezoekje aan www.mineco.fgov.be. Bekijk daar de ‘bedrijvengids’, vademecum van de onderneming, belastingen, en ga naar hoofdstuk 2.3.1. de BTW
W
elk BTW-tarief is van toepassing voor volgende goederen of diensten?
Raadpleeg hiervoor de ‘bedrijvengids’, vademecum hoofdstuk 2.3.1.5 van het Ministerie van Economische Zaken via www.mineco.fgov.be. Goederen en diensten Margarine Kranten Benzine Soepen Abonnement op betaaltv Kapper Personenvervoer Goud als belegging Autorijschool Theebuiltjes
BTW-tarief
Toegevoegde waarde Supermarkt Spar koopt koffie aan bij Douwe Egberts voor € 1,00 per pakje + 21 % BTW en verkoopt deze goederen voor € 1,70 per pakje + 21 % BTW aan haar klanten.
V
ul verder aan:
Hoeveel bedraagt de aankoopprijs exclusief BTW? ................................................................................................................................................... Hoeveel bedraagt de BTW op de aankoopprijs? .................................................................................................................................................. Hoeveel bedraagt de verkoopprijs exclusief BTW? ................................................................................................................................................... Hoeveel bedraagt de BTW op de verkoopprijs? ................................................................................................................................................... Hoeveel bedraagt het verschil tussen de verkoopprijs en de aankoopprijs zonder BTW? ...................................................................................................................................................
46
Dit is het bedrag dat de handelaar toevoegde aan de aankoopprijs omdat hij allerlei kosten heeft gemaakt (o.a. elektriciteit, loon personeel, …) en omdat hij ook winst wil maken. We spreken van toegevoegde waarde. Hoeveel bedraagt nu de BTW berekend op deze toegevoegde waarde? ................................................................................................................................................... Maak nu het verschil tussen de BTW op de verkoopprijs en de BTW op de aankoopprijs. ................................................................................................................................................... Wat stel je nu vast? ................................................................................................................................................... Daarom spreken we van een belasting over de toegevoegde waarde.
Verkoopprijs – Aankoopprijs = Toegevoegde waarde Toegevoegde waarde = winst + kosten
De supermarkt kocht de koffie aan bij producent Douwe Egberts voor € ...................en betaalde hierop € .............................. BTW. Het gaat hier om BTW op aankopen. De supermarkt verkoopt de koffie aan haar klanten voor € ............... en zij betaalden hierop € .................................... BTW aan de supermarkt. Het gaat hier om BTW op verkopen. De supermarkt dient de BTW op de verkopen door te storten aan de staat. Maar vermits de supermarkt reeds BTW betaalde op deze koffie bij de aankoop zal ze volgende bewerking uitvoeren: BTW op verkopen – BTW op aankopen = BTW te vereffenen met de staat. Hoeveel BTW zal de supermarkt nog moeten doorstorten? EUR -
EUR =
EUR
Vul nu met de gegevens uit het bovendstaande voorbeeld de tabel verder aan: BTW op verkopen: BTW op aankoop: BTW verschuldigd aan de overheid:
€ ……………….. Toegevoegde waarde: -
€ ………………..
€…………………. - €………………… = €………….……… BTW berekend op toegevoegde waarde:
€ ..…………….. €……………. x ……….. % = €………………… .
Wat stel je vast? ..................................................................................................................................................
47
V
ul met volgende gegevens de tabel verder aan en bereken telkens de
ontbrekende bedragen. Fruitkweker Pomdapi plukt zijn oogst appelen en verkoopt ze aan conservenfabriek Tincan voor € 758,00. Tincan maakt er appelmoes van en verkoopt deze blikjes aan Supermarkt Karin voor € 1 288,00. Die verkoopt de hele partij appelmoesblikjes uiteindelijk voor € 2 448,00 aan de consument. Bedrijf Fruitkweker Conservenfabriek Supermarkt
Aankoopprijs
Verkoopprijs
Toegevoegde waarde
B
ereken de ontbrekende getallen en vul de tabel verder aan.
Aankoopprijs € 550,00 €1 720,00 € 4 609,00 € 12 139,00
Toegevoegde waarde Allerlei kosten Winst € 120,00 € 479,00 € 361,00 € 308,00 € 522,00 € 1 483,00 € 4 385,00
3
Verkoopprijs € 1 035,00 € 1 839,00 € 6 737,00 € 25 104,00
De boekhouding en BTW
De BTW op verkopen is de handelaar verschuldigd aan de staat (via de BTW-administratie), daarom spreken we in de boekhouding van te betalen BTW. De BTW die de handelaar reeds betaalde bij de aankoop mag hij terug vragen of terug vorderen van de staat. We spreken daarom van terug te vorderen BTW. Dit noemt men de aftrekregeling. Dus: BTW op verkopen - BTW op aankopen
te betalen BTW terug te vorderen BTW
verschuldigde BTW
verschuldigde BTW
Als de BTW op verkopen in een bepaalde periode kleiner is dan de BTW op aankopen, dan zal de handelaar in dat geval een bedrag van de BTW-administratie teruggestort krijgen.
48
Dus: ¾ BTW op verkopen > BTW op aankopen: het verschil wordt door de handelaar betaald aan de BTW-administratie. ¾ BTW op verkopen < BTW op aankopen: het verschil wordt door de BTW-administratie teruggestort aan de handelaar.
B
ereken telkens hoeveel de handelaar aan de BTW-administratie
moet betalen aan de handelaar. Bedrag € 4 251,00 € 1 422,71
Aankopen BTW % 6 6
OF hoeveel de BTW-administratie moet terugstorten
BTW-bedrag
Bedrag € 9 307,50 € 2 699,65
Totaal:
Verkopen BTW % 6 6
BTW-bedrag
Totaal:
Verrekening van de BTW: € ................................................................................. -€
...............................................................................
€ ............................................................................. Te betalen aan/terug te vorderen van de BTW-administratie* *Schrappen wat niet past
Bedrag € 2 847,50 € 6 509,00
Aankopen BTW % 6 6
BTW-bedrag
Bedrag € 1 999,50 € 3 416,00
Totaal:
Verkopen BTW % 6 6
BTW-bedrag
Totaal:
Verrekening van de BTW: € ................................................................................ - € ................................................................................ € ............................................................................. Te betalen aan/terug te vorderen van de BTW-administratie* *Schrappen wat niet past
49
Bedrag € 24 873,50 € 54 642,00
Aankopen BTW % 6 21
BTW-bedrag
Bedrag € 19 359,00 € 47 824,00
Totaal:
Verkopen BTW % 6 21
BTW-bedrag
Totaal:
Verrekening van de BTW: € ................................................................................ - € ................................................................................ € .............................................................................. Te betalen aan/terug te vorderen van de BTW-administratie* *Schrappen wat niet past Bedrag € 75 340,50 € 1 459,50
Aankopen BTW % 21 6
BTW-bedrag
Bedrag € 144 203,00 € 3 217,00
Totaal:
Verkopen BTW % 21 6
BTW-bedrag
Totaal:
Verrekening van de BTW: € ............................................................................. - € ............................................................................. € ............................................................................ Te betalen aan/terug te vorderen van de BTW-administratie* *Schrappen wat niet past
50
4
De administratieve verplichtingen in verband met BTW:
Op basis van de jaaromzetten (bedrag van de verkopen), zonder BTW, zijn er volgens de BTW-wetgeving 3 soorten ondernemingen: ¾ grote en middelgrote ondernemingen met een jaaromzet groter dan of gelijk aan € 500 000,00 ¾ kleine ondernemingen met een jaaromzet kleiner dan € 500 000,00 ¾ kleine ondernemingen met een jaaromzet kleiner dan € 5 580,00 Als BTW-plichtige heb je volgens de BTW-wetgeving een aantal administratieve verplichtingen. ¾ Op vaste tijdstippen moet een handelaar het voorgeschreven BTW-aangifteformulier invullen en een voorschot betalen. Het tijdstip verschilt naargelang de soort onderneming. Een overzichtje: Jaaromzet (excl. BTW) < € 5 580,00 < € 500 000,00 ≥ € 500 000,00
BTW-aangifte zijn vrijgesteld van aangifte per kwartaal of forfaitair* per maand
*Het forfaitair stelstel: in bepaalde bedrijfstakken kan de beroepsvereniging een akkoord sluiten met de BTW-administratie waardoor men op een vaste basis (forfait: inkoopbedrag vermenigvuldigd met een winstpercentage; dit is de fictieve omzet) BTW betaalt.
¾ Op facturen (binnen de EU) moet de koper de prijs exclusief BTW vermelden, de BTW per tarief vermelden en eventuele vrijstellingen van BTW aanduiden. ¾ Een boekhouding voeren bestaande uit: een aankoopdagboek, een verkoopdagboek, een financieel dagboek en een investeringstabel. ¾ Binnen de vastgestelde termijn het verschuldigde BTW-bedrag overmaken aan de BTWadministratie. ¾ Per kwartaal een overzicht indienen van de intracommunautaire leveringen. ¾ Eén maal per jaar een speciaal document indienen waarop al de BTW-plichtige klanten vermeld staan die in de loop van het voorbije jaar voor meer dan 125,00 EUR excl. BTW op factuur gekocht hebben. ¾ Boekhouding en bewijsstukken ten minste 10 jaar bijhouden.
51
Dit moet je kennen. De BTW ¾ Wat? De belasting over de toegevoegde waarde is een verbruiksbelasting, betaald door de consument maar geïnd door de handelaar. ¾ Aanduiding Prijs inclusief BTW: de BTW is in de prijs begrepen. Prijs exclusief BTW: de BTW is niet in de prijs begrepen. ¾ Toegevoegde waarde Het bedrag dat een handelaar aan de aankoopprijs van goederen of diensten toevoegt, omdat hij allerlei kosten gemaakt heeft en omdat hij winst wil maken, noemen we toegevoegde waarde. Verkoopprijs – aankoopprijs = toegevoegde waarde Toegevoegde waarde = kosten + winst ¾ BTW-tarieven Volgende BTW-tarieven zijn van toepassing: 0 %, 6 %, 12 % en 21 %. ¾ Te verrekenen BTW BTW op aankopen = terug te vorderen BTW. BTW op verkopen = te betalen BTW. Als de terug te vorderen BTW > te betalen BTW zal de BTW-administratie het verschil terugstorten aan de handelaar. Als de te betalen BTW > terug te vorderen BTW zal de handelaar het verschil moeten betalen aan de BTW-administratie. ¾ Administratieve verplichtingen i.v.m. BTW Op vaste tijdstippen de BTW-aangifte invullen en de BTW betalen Op facturen de prijs excl. BTW, de BTW per tarief en eventuele vrijstellingen vermelden. Per kwartaal een overzicht indienen van de intracommunautaire leveringen. Eén maal per jaar een BTW-listing met de BTW-plichtige klanten indienen. Een voorgeschreven boekhouding voeren. Boekhouding en bewijsstukken ten minste 10 jaar bijhhouden.
1 2 3 4 5 6 7 8
Waarvoor staan de letters BTW? Wat is BTW? Wat is het verschil tussen ‘een prijs inclusief BTW’ en ‘een prijs exclusief BTW’? Verklaar het begrip toegevoegde waarde. Volgens welke formule vind je de toegevoegde waarde? Is ‘toegevoegde waarde’ gelijk aan ‘winst’? Verklaar. Verklaar de ‘aftrekregeling’ bij de BTW. Som de 6 voornaamste administratieve verplichtingen i.v.m. de BTW op.
52
D De belangrijkste handelsdocumenten De bestelbon
1
Als koper en verkoper tot een akkoord komen over een offerte, volgt er logischerwijze een bestelling. Hoe kan een koper zijn bestelling overmaken? ¾ Mondeling:
...............................................
¾ Schriftelijk:
............................................... ............................................... ............................................... ...............................................
Waarom geeft men een bestelling best schriftelijk door? .................................................................................................................................................. Meestal gebruikt men hiervoor een bestelformulier of bestelbon die (ten minste) in tweevoud wordt opgesteld. De bestelbon is het schriftelijk bewijs van de bestelling. Dit document herhaalt alle verkoopsvoorwaarden. Wanneer een voorschot gevraagd wordt aan de koper, dan is het opstellen van een bestelbon wettelijk verplicht. Wanneer zowel koper als verkoper het document ondertekenen, dan is het bindend voor beide partijen. (De handtekening van de verkoper is in ieder geval wettelijk verplicht).
G
eef telkens het nut van een bestelbon weer.
Voor de verkoper:
....................................................................................................................... ....................................................................................................................... .......................................................................................................................
Voor de koper:
........................................................................................................................ ....................................................................................................................... ........................................................................................................................
53
Ga naar www.rys.be en bekijk bij elk spilbedrijf de bestelbon die aangepast werd aan de aard van het bedrijf.
H
et gebruik van een speciale bestelbon aangepast aan het bedrijf biedt
onbetwistbaar een aantal voordelen. Som er 3 op.
1
.......................................................................................................................................
2
.......................................................................................................................................
3
.......................................................................................................................................
B
ekijk aandachtig de afgebeelde bestelbon. Maak een lijstje van elementen die
zeker op een bestelbon moeten voorkomen. De omcirkelde delen zullen je zeker op weg helpen.
54
1 Identiteitsgegevens van de ................................................................................................ 2 ........................................................................................................................................... 3 ........................................................en ................................................. van de bestelbon 4 .........................................................en ................................................. en eeinheidsprijs 5 ................................................................................................................................ bedrag 6 ........................................................................................................................................... 7 ........................................................................................................van koper en verkoper 8 Eventueel gegeven voorschot en te betalen saldo 9 .......................................................................................................................voorwaarden 10 .....................................................................................................................voorwaarden 11 .............................................................................................................van het document
O
p 1 maart 200. bestelt taverne ‘t Ongenoegen bij Overtoom volgende goederen:
5 stuks Dreumex handreiniger plus (artikelnummer 40483); prijs per stuk € 16,50; 2 stuks handdroger Junior (artikelnummer 43102); prijs per stuk € 154,00; exclusief BTW 21 %. Onderstaande bijzondere verkoopsvoorwaarden zijn van toepassing: Levering binnen de 10 dagen. De vervoerskosten bedragen € 14,00. Als goede klant geniet men van een handelskorting van 3 %. Bij contante betaling (binnen de 7 dagen) wordt een financiële korting van 2 % toegestaan. Vul als zaakvoerder de bestelbon nr. 14, die naar Overtoom verstuurd wordt, volledig in. Leverancier: Overtoom International Belgium nv Industrielaan 30 1740 Ternat Tel.: 02 583 01 01 Fax: 02 582 63 00 www.overtoom.be RPR: Halle-Vilvoorde B.T.W.-BEKlant: Taverne t’Ongenoegen bvba Hoevelei 195 2630 Aartselaar Tel.: 03 887 16 12 RPR: Antwerpen B.T.W.-BE-455 704 745
55
Bestelbon
Nr. bestelbon: Datum: Artikelnummer
B.T.W.-BE-
Omschrijving
Aantal
EP
Totaal
Leveringsvoorwaarden: Totaal exclusief BTW
Betalingsvoorwaarden:
Handtekening koper
Handtekening verkoper
Verkoopsvoorwaarden: zie keerzijde
56
Stel de bestelbon op. (datum van vandaag, nr. 128) Peter Cool, eigenaar van de firma “Ascoprint” bestelt bij “De Schoofzak” voor een personeelsfeest volgende broodjes: - 20 kleine broodjes kaas - 20 kleine broodjes hesp - 20 kleine broodjes kaas speciaal De leveringsdatum is 1 week later. Hij vraagt om deze bestelling te factureren op naam van de zaak. De zaakvoerder van het spilbedrijf ondertekent de bestelbon als verkoper; mijnheer Peter Cool ondertekent als koper.
57
“De Schoofzak” Leuvensestraat 37 3200 AARSCHOT tel.: 016 57 39 00 fax: 016 57 39 00 www.deschoofzak.be B.T.W.-BE-0472 527 382 KBC 432-6186601-84
Bestelbon
Nr. bestelbon: Datum: Artikelnummer
B.T.W.-BE-
Omschrijving
Aantal
EP
Totaal
Leveringsvoorwaarden: Totaal exclusief BTW
Betalingsvoorwaarden:
Handtekening koper
Handtekening verkoper
Verkoopsvoorwaarden: zie keerzijde
58
Dit moet je kennen.
De bestelbon ¾ Wat? De bestelbon is het schriftelijk bewijs van een bestelling. Dit document herhaalt de verkoopsvoorwaarden. Wanneer zowel koper als verkoper het document ondertekenen, dan is het bindend voor beide partijen. ¾ Belang Voor de verkoper: bewijs van de bestelling, basis voor het opmaken van de factuur Voor de koper: middel om de juiste informatie over een bestelling door te geven aan de verkoper, bewijs van de bestelling. ¾ Elementen
Identiteitsgegevens van de verkoper Identiteitsgegevens van de koper Naam van het document Datum en nummer van de bestelbon Aantal, omschrijving en eenheidsprijs van de bestelde goederen of diensten Totaalprijs exclusief BTW Eventueel gegeven voorschot en te betalen saldo Het toepasselijk BTW-tarief De leveringsvoorwaarden De betalingsvoorwaarden Handtekening van de koper (+ naam en functie) en handtekening van de verkoper (+ naam en functie)
1 2 3 4 5
Wat is een bestelbon? Verklaar het belang van een bestelbon zowel voor de koper als voor de verkoper. Welke zijn de 11 belangrijkste elementen die zeker op een bestelbon moeten voorkomen? Op welke verschillende manieren kan een koper zijn bestelling overmaken? Waarom geeft men een bestelling best schriftelijk door?
59
De factuur
2
De factuur is een document waarop wordt uitgerekend hoeveel er voor de geleverde goederen moet betaald worden. Ze wordt opgesteld door de verkoper en is bestemd voor de koper. De verkoper moet voor iedere levering van goederen of diensten een factuur afleveren, uiterlijk op de 5de werkdag van de maand volgend op de levering. Er moet echter geen factuur uitgereikt worden aan particulieren. Toch zijn er enkele uitzonderingen. Zo is een factuur verplicht in volgende gevallen: ¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾
aankoop, verkoop en herstelling van voertuigen; levering van nieuwe gebouwen; werken in onroerende staat; verkopen op afbetaling of huurkoop; verkoop door een onderneming die niet voor verkoop aan particulieren is ingericht; verkoop van goederen die klaarblijkelijk voor beroepsdoeleinden bestemd zijn; verhuring en meubelbewaring.
Een factuur kan je onderverdelen in 3 delen met telkens een aantal wettelijk verplichte vermeldingen.
B
ekijk de afgebeelde factuur aandachtig. Som de verplichte elementen op. De
omcirkelde delen zullen je zeker op weg helpen.
60
¾ de hoofding, bestaande uit een aantal administratieve gegevens: 1 Identiteitsgegevens van de ......................................................................................... 2 ........................................... en
....................................................van de verkoper
3 Het woord .................................................en een ...................................................... 4 Nummer van de ................................................................................ van de verkoper 5 ................................................................................................................... van uitgifte 6 ................................................................................................................van de koper 7 Het ..........................................................................................................van de koper ¾ het midden: 1 De ...........................................................................................in de juiste volgorde 2 ............................... en .......................... van de geleverde goederen of diensten 3 .................................. per tarief en het totale ......................................................... 4 Datum van .............................................................................................................. 5 Bijzondere .............................................................................................................. ¾ de onder- en/of achterkant: Algemene
Er zijn twee soorten facturen: ¾ als je goederen en diensten aankoopt, ontvang je van je ................. een factuur; dit is voor jou een aankoopfactuur (AF); ¾ als je goederen en diensten verkoopt, dan stel je zelf voor je een factuur op; dit is voor jou een verkoopfactuur (VF).
O
mschrijf telkens het nut van de factuur voor:
de koper:
........................................................................................................................... ...........................................................................................................................
de verkoper: ............................................................................................................................ ...........................................................................................................................
61
De berekening van het factuurbedrag dient steeds volgens een welbepaalde volgorde te gebeuren:
Basisbedrag - handelskorting subtotaal + kosten (onderworpen aan BTW)
hoeveelheid x eenheidsprijs
bv. vervoer, verpakking, verzekering, …
subtotaal - financiële korting (KvC) M.v.H. + BTW-bedrag factuurbedrag + kosten (niet onderworpen aan BTW)
bv. terugstuurbare verpakking
totaal factuurbedrag bij contante betaling + financiële korting (KvC)
totaal factuurbedrag bij niet-contante betaling
62
opmerkingen: ¾ M.v.H.: Maatstaf van heffing = basisbedrag waarop de BTW wordt berekend. ¾ Op de kosten is enkel het laagste BTW-tarief dat op de factuur vermeld staat, van toepassing. ¾ Bij bepaalde handelingen in de bouwsector is er sprake van 'medecontractant'. In dit geval wordt op de factuur enkel het bedrag exclusief BTW vermeld. De medecontractant die als klant wordt aanzien, zal de BTW verrekenen. Volgende voorwaarden moeten echter vervuld zijn: de factuur moet gericht zijn aan een BTW-plichtige; het moet gaan over werken in onroerende staat; de uitgevoerde werken moeten geheel of gedeeltelijk dienen voor de beroepsdoeleinden van de klant. Op de factuur wordt duidelijk vermeld: 'BTW te voldoen door de medecontractant'.
S
tel aan de hand van de gegevens op bestelbon 14 van 1 maart 200. (zie
oefening blz 56) de factuur nr A/89 op die Overtoom naar Taverne ‘t Ongenoegen zendt op 15 maart 200.. Er wordt echter €20,00 aan vrachtkosten aangerekend ipv de afgesproken € 14,00. De goederen werden geleverd op 9 maart 200. De factuur vervalt over één maand.
63
Factuur
Factuurnummer: Factuurdatum: Vervaldag: Leveringsdatum:
B.T.W.-BE-
Art.nr. Aantal
Omschrijving
EP
Totaal
Basisbedrag - handelskorting
% Subtotaal
+ kosten (onderworpen aan BTW) Subtotaal - financiële korting
% M.v.H.
+ BTW
% Factuurbedrag
+ kosten (niet onderworpen aan BTW) Totaal factuurbedrag bij contante betaling + financiële korting
% Totaal factuurbedrag bij niet-contante betaling
Verkoopsvoorwaarden: zie keerzijde
64
Met de bestelwagen van De Schoofzak worden de belegde broodjes, samen met de factuur, bij Peter Cool van Ascoprint zoals afgesproken, afgeleverd. Stel de factuur op. (nr. 24, datum van vandaag)
65
“De Schoofzak” Leuvensestraat 37 3200 AARSCHOT tel.: 016 57 39 00 fax: 016 57 39 00 www.deschoofzak.be B.T.W.-BE-0472 527 382 KBC 432-6186601-84
Factuur Factuurnummer: Factuurdatum: Vervaldag: Leveringsdatum: Art.nr.
B.T.W.-BE-
Aantal
Omschrijving
EP
Totaal
Basisbedrag - handelskorting
% Subtotaal
+ kosten (onderworpen aan BTW) Subtotaal - financiële korting
% M.v.H.
+ BTW
% Factuurbedrag
+ kosten (niet onderworpen aan BTW) + financiële korting
Totaal factuurbedrag bij contante betaling % Totaal factuurbedrag bij niet-contante betaling
Verkoopsvoorwaarden: zie keerzijde
66
V
oor haar kantine kocht Cornax nv bij Supermarkt Lanis volgende artikelen:
12 pakjes koffie Rombouts dessert gemalen, 250 g tegen € 2,23 per pakje (BTW 6 %); 3 flessen afwasmiddel Dreft citroen, 1 l tegen € 2,99 per fles (BTW 21 %); 4 dozen Pickwick thee, finest english blend, 100 x 2 g tegen 4,69 per doos (BTW 6 %). De goederen werden aan huis geleverd op 9 mei 200. mits het betalen van € 5,00 vervoerskosten. Als trouwe klant geniet Cornax nv van een handelskorting van 5 %. Stel aan de hand van deze gegevens op datum van 12 mei 200. factuur nr. 497 (vervaldag over 30 dagen) op. Supermarkt Lanis Edestraat 72 9450 Haaltert tel.: 09 403 22 12
[email protected] B.T.W.-BE-694 544 618 RPR: Gent Fortis 233-4698827-12
Cornax nv Legen Heirweg 59 9890 Gavere BTW-nr. BE-457 203 199 RPR: Gent ING 322-4558070-63
67
B.T.W.-BEFactuur Factuurnummer
Art.nummer
Basisbedrag
Factuurdatum
Omschrijving
Handelskorting …… %
Kosten ………
Subtotaal
Vervaldag
Aantal
Eenheidsprijs
KvC …… %
M.v.H.
Leveringsdatum
Basisbedrag 6% 21 %
BTW
BTW
6% 21 %
Terugstuurbare verpakking:
TE BETALEN:
Bij betaling binnen de ….. dagen mag …………….. van het factuurbedrag afgetrokken worden. Verkoopsvoorwaarden: zie keerzijde
68
69
70
M
et een aangepast computerpogramma wordt het opstellen van een factuur
een koud kunstje. Hermaak met behulp van het programma ‘Factureren kan je leren’, of een ander facturatieprogramma je oefeningen op de factuur.
71
Dit moet je kennen.
De factuur ¾ Wat? De factuur is een document waarop wordt uitgerekend hoeveel er voor de geleverde goederen moet betaald worden. Ze wordt opgesteld door de verkoper en is bestemd voor de koper. ¾ Wanneer? De verkoper moet voor iedere levering van goederen of diensten een factuur afleveren, uiterlijk op de 5de werkdag van de maand volgend op de levering. Aan particulieren moet geen factuur gegeven worden tenzij in gevallen omschreven in de wet. ¾ Elementen
De hoofding: - identiteitsgegevens van de verkoper; - rechtspersonenregister en BTW-nummer van de verkoper; - het woord ‘factuur’ en een volgnummer; - nummer van de financiële rekening van de verkoper; - datum van uitgifte; - identiteitsgegevens van de koper; - BTW-nummer van de koper.
Het midden: - de gedetailleerde prijsberekening in de juiste volgorde; - omschrijving en hoeveelheid van de geleverde goederen of diensten; - BTW-bedrag per tarief en het totale BTW-bedrag; - datum van levering; - bijzondere verkoopsvoorwaarden.
De onder- en/of achterkant: - de algemene verkoopsvoorwaarden
¾Soorten
Aankoopfactuur (AF) Verkoopfactuur (VF)
¾Belang Voor de koper: duidelijke omschrijving van het te betalen bedrag voor geleverde goederen of diensten. Basisdocument voor de boekhouding en de BTW-administratie. Voor de verkoper: uitnodiging tot betaling voor geleverde goederen of diensten. Basisdocument voor de boekhouding en de BTW-administratie. ¾Berekening factuurbedrag Dient te gebeuren volgens een welbepaalde volgorde.
72
1. Wat is een factuur? 2. Welke 2 soorten facturen komen in een onderneming voor? Leg kort uit. 3. Welke zijn de 13 belangrijkste elementen die op een factuur zeker moeten voorkomen? 4. Verklaar het belang van de factuur zowel voor de koper als voor de verkoper. 5. Wanneer moet een factuur opgesteld worden? 6. Volgens welke afgesproken volgorde dient het factuurbedrag berekend te worden? 7. Wat versta je onder de afkorting MvH? Leg kort uit. 8. Welke afspraak is er gemaakt rond het aanrekenen van BTW op (verkoop)kosten?
3
De creditnota
Een creditnota is een document opgesteld door de verkoper om het verschuldigde bedrag vermeld op een factuur te mogen verminderen.
S
om 5 redenen op die aanleiding kunnen geven tot het opstellen van een
creditnota. 1 .................................................................................................................................. 2 .................................................................................................................................. 3 .................................................................................................................................. 4 ................................................................................................................................... 5
73
B
ekijk de afgebeelde creditnota aandachtig. Som de verplichte elementen op.
De omcirkelde delen zullen je zeker op weg helpen.
1 Identiteitsgegevens van de .............................................................................................. 2 .................................................... en ........................................................van de verkoper 3 Het woord ............................ en een ................................................................................. 4 Nummer van de ........................................................................................van de verkoper 5 .......................................................................................................................... van uitgifte 6 .......................................................................................................................van de koper 7 .......................................................................................................................van de koper 8 De gedetailleerde .............................................................................. in de juiste volgorde 9 ....................................... en ...........................van de gecrediteerde goederen of diensten 10 ................................. per tarief en het totale ....................................................................
74
11 ...........................................en .......................... waarop de creditnota betrekking heeft 12 ........................................................................................................... van de creditnota 13 Bijzondere ..................................................................................................................... 14 ....................................................................................................verkoopsvoorwaarden De volgorde van bewerkingen en de wijze van berekening zijn dezelfde als bij een factuur.
B
ij controle van factuur A/89 van 15 maart van Overtoom stelt de zaakvoerder
vast dat € 20,00 voor het vervoer werd aangerekend i.p.v. de afgesproken € 14,00 (zie bestelbon + factuur op blz 56 + 68) Na een kort telefoontje geeft Overtoom ruiterlijk de vergissing toe en belooft een rechtzetting door middel van een creditnota. Stel creditnota 32 met als datum 17 maart 200. op die Overtoom verstuurt naar Taverne ‘t Ongenoegen.
75
B.T.W.-BECreditnota Nummer creditnota
Artikelnummer
Basisbedrag
Datum creditnota
Omschrijving
Handelskorting ……%
Kosten ………
Reden
Aantal
Subtotaal
KvC ……%
Betreft
Eenheidsprijs
M.v.H.
Basisbedrag 6% 21 %
BTW
BTW
6% 21 %
Terugstuurbare verpakking:
TE CREDITEREN:
Correctie financiële korting: Verkoopsvoorwaarden: zie keerzijde
76
Spijtig genoeg is er iets misgelopen met de facturatie van broodjes in het rusthuis Sint-Jozef, Diestsesteenweg 448, 3202 Rillaar.(factuur nr.20 / 3 okt.20..) De bestelde 200 kleine belegde broodjes met kaas en de 200 kleine belegde broodjes met hesp werden geleverd, maar op de factuur werden 600 broodjes aangerekend. Stel de creditnota op (creditnota 89, op datum van vandaag).
77
“De Schoofzak” Leuvensestraat 37 3200 AARSCHOT tel.: 016 57 39 00 fax: 016 57 39 00 www.deschoofzak.be B.T.W.-BE-0472 527 382 KBC 432-6186601-84
B.T.W.-BE-
Creditnota Nummer creditnota
Artikelnummer
Basisbedrag
Datum creditnota
Omschrijving
Handelskorting ……%
Kosten ………
Reden
Aantal
Subtotaal
KvC … …%
Betreft
Eenheidsprijs
M.v.H.
Basisbedrag 6% 21 %
BTW
BTW
6% 21 %
Terugstuurbare verpakking:
TE CREDITEREN:
Correctie financiële korting: Verkoopsvoorwaarden: zie keerzijde
78
M
et een aangepast computerprogramma wordt het opstellen van een creditnota
een koud kunstje. Hermaak met behulp van het programma ‘Factureren kan je leren’, of een ander facturatieprogramma je oefeningen op de creditnota. Dit moet je kennen.
De creditnota ¾Wat? Een creditnota is een document opgesteld door de verkoper om het verschuldigde bedrag, vermeld op een factuur, te mogen verminderen. ¾Wanneer?
De geleverde goederen waren stuk, beschadigd, van slechte kwaliteit, … Er werd geen rekening gehouden met een overeengekomen korting. Er werd geen rekening gehouden met teruggestuurde goederen. Er werden teveel goederen aangerekend. Er werd een foute prijs aangerekend. …
¾Elementen
identiteit van de verkoper; rechtspersonenregister (RPR) en BTW-nr. van de verkoper; nummer financiële instelling verkoper; identiteit van de koper; BTW-nr. van de koper; datum van uitgifte; volgnummer en het woord ‘creditnota’; nummer en datum van de betreffende factuur; reden van de creditnota; omschrijving en hoeveelheid van de goederen of diensten; gedetailleerde prijsberekening in de juiste volgorde; BTW-bedrag per tarief en totaal BTW-bedrag; bijzondere verkoopsvoorwaarden; algemene verkoopsvoorwaarden.
¾Opstellen Zelfde berekeningsmethode als bij de factuur.
79
1 2 3
Wat is een creditnota? Som 5 redenen op die aanleiding kunnen geven tot het opstellen van een creditnota. Welke zijn de 14 belangrijkste elementen die op een creditnota zeker moeten voorkomen?
80
E Toemaatje: centen en procenten BTW 21 %, 5 % korting, intrest 2,5 % … dagelijks heb je te maken met procenten. Het is dan ook belangrijk dat je vlot kunt rekenen met procenten. 1
Percent van het honderd
Procent (%) betekent ‘per honderd’. 15 % betekent dus 15 per honderd of in breukvorm 15 100 De volgende formule is je zeker niet onbekend:
een bepaald % van een getal berekenen = getal x % 100
Een voorbeeld: 15 % van 3 255 : 3 255 x 15 = 488,25 100
De meeste rekenmachines hebben een toets voor procentberekening
%
Om 15 % van 3 255 te berekenen met je rekenmachine tik je achtereenvolgens: 3255 x 15 % en het resultaat verschijnt op het schermpje Wil je nu dit procentbedrag bij het basisgetal bijtellen dan druk je gewoon op vervolgens op =
+ en
Wil je het procentbedrag aftrekken van het basisgetal dan druk je gewoon op – en vervolgens op = 2
Percent boven het honderd
In de folder van Makro staan de prijzen inclusief BTW afgedrukt. Een handelaar is echter geïnteresseerd in de prijzen exclusief BTW. (Weet je ook waarom?) Volgende formule biedt het antwoord:
81
prijs inclusief BTW x 100 = prijs exclusief BTW 100 + % BTW
Een voorbeeld: Een blauwe overall kost inclusief BTW € 22,45. Hoeveel kost dit werkpak zonder BTW als je weet dat het BTW-tarief 21 % bedraagt? 22,45 x 100 = € 18,55 100 + 21 3
Procent onder het honderd
Een handelaar merkt volgende aanbieding op: NU uitzonderlijk 15 % korting: deze printer is voor jou voor de prijs van € 187,50. De handelaar wil echter de oorspronkelijke prijs kennen zonder de korting. Hij zal volgende formule moeten toepassen:
verminderde bedrag x 100 = oorsponkelijk bedrag (zonder korting) 100 - %
Een voorbeeld : nettoprijs € 187,50; toegestane korting 15 %; brutoprijs: 187,50 x 100 = € 220,59 100 - 15
82
B
ereken telkens de ontbrekende getallen.
¾ Prijs inclusief BTW € 5 457,40; BTW 6 %; prijs exclusief BTW: ............................................................................................................ ¾ Normale prijs € 933,70; nu speciale korting van 35 %; nettoprijs: ............................................................................................................................ ¾ Betaald bedrag € 3 799,25; korting 15 %; bedrag zonder korting: ....................................................................................................... ¾ Prijs exclusief BTW € 82 311; BTW 6 %; prijs inclusief BTW: ............................................................................................................ ¾ Prijs BTW inbegrepen € 37 603,50; BTW 21 %; prijs zonder BTW: .............................................................................................................. ¾ Koopje voor € 5 850,00; ontvangen korting 45 %; oorspronkelijk bedrag zonder korting: ................................................................................
Dit moet je kennen.
Percent van het honderd getal x % = berekende % 100 Percent boven het honderd prijs inclusief BTW x 100 = prijs exclusief BTW 100 + % Percent onder het honderd nettoprijs x 100 =
brutoprijs
100 - %
83
2
AAN- EN VERKOPEN; JA MAAR HOE ?
A Specifieke aankoopkanalen Goederen of diensten aankopen kan je via verschillende wegen of kanalen doen. We sommen de belangrijkste op. 1
De groothandel
De groothandelaar koopt goederen aan bij verschillende producenten in grote hoeveelheden. Die verkoopt op zijn beurt deze goederen in kleinere hoeveelheden aan de kleinhandelaars.
Producenten
Groothandel
Kleinhandel
Som 5 voorbeelden op van groothandelaars specifiek voor jouw beroepssector.
1
........................................................................................................................................
2
.......................................................................................................................................
3
.......................................................................................................................................
4
.......................................................................................................................................
5
.......................................................................................................................................
84
2
Samenaankoop
Een handelaar kan zich aansluiten bij een samenaankoopvereniging. Door de aankopen van verschillende handelaars te bundelen, kunnen gunstigere voorwaarden bedongen worden bij een producent.
Geef voorbeelden van aankoopverenigingen specifiek voor jouw beroepssector.
............................................................................................................................................... .............................................................................................................................................. .............................................................................................................................................. 3
Tussenpersonen
Personen die een schakel vormen tussen koper en verkoper noemen we tussenpersonen. We sommen de belangrijkste op. ¾ De makelaar Makelaars zijn zelfstandige handelaars die werken voor rekening en in naam van hun opdrachtgever. Ze treden enkel op als bemiddelaar. Voor het bij elkaar brengen van koper en verkoper ontvangen zij een makelaarsloon. Makelaars zijn meestal gespecialiseerd in een bepaald artikel of dienst of in een een specifieke branche. Geef voorbeelden van makelaars die in jouw specifieke sector optreden.
.............................................................................................................................................. .............................................................................................................................................. ¾ De commissionair De commissionair is een zelfstandige handelaar die koopt in eigen naam, maar voor rekening van een opdrachtgever. Voor zijn werk ontvangt hij een commissieloon. Een inkoopcommissionair is belast met de inkoop van goederen, een verkoopcommissionair met de verkoop van goederen en een commissionair-expediteur is belast met het afsluiten van vervoerscontracten en de verzending van de goederen.
85
Geef voorbeelden van commissionairs specifiek voor jouw beroepssector.
.............................................................................................................................................. .............................................................................................................................................. ¾ De handelsagent De handelsagent is een zelfstandige handelaar die een handelsagentuurovereenkomst heeft afgesloten met een onderneming om permanent en tegen vergoeding te bemiddelen bij een verkoop. Zij handelen in naam en voor rekening van hun opdrachtgever, maar staan niet onder diens gezag. De vergoeding kan een vast bedrag zijn, een commissie of een combinatie van beide. Geef voorbeelden van handelsagenten voor jouw beroepssector.
.............................................................................................................................................. .............................................................................................................................................. ¾ De consessiehouder De conssiehouder is een zelfstandige handelaar die in eigen naam en voor eigen rekening werkt. Een consessiehouder heeft steeds het recht op verkoop binnen een bepaald gebied. Hij ontvangt als vergoeding een bepaald procent op de verkoop.
Geef voorbeelden van consessiehouders voor jouw beroepssector.
.............................................................................................................................................. .............................................................................................................................................. ¾ De handelsvertegenwoordiger Een handelsvertegenwoordiger werkt op basis van een bediendencontract. Hij handelt in naam en voor rekening van zijn opdrachtgever. Als vergoeding ontvangt hij meestal een vast loon + een procent op de verkoop.
86
Geef voorbeelden van handelsvertegenwoordigers voor jouw beroepssector.
.............................................................................................................................................. .............................................................................................................................................. ¾ De handelsreiziger De handelsreiziger is een zelfstandige handelaar. Hij bezoekt klanten of kandidaat-klanten en tracht hen producten te verkopen. Als vergoeding ontvangt hij een provisie berekend op de omzet (meer verkopen = meer verdienen). Geef voorbeelden van handelsvertegenwoordigers voor jouw beroepssector.
.............................................................................................................................................. .............................................................................................................................................. ¾ Franchise Franchise is een commerciële samenwerking tussen twee partijen: de franchisegever en de franchisenemer. De franchisegever stelt zijn merknaam, zijn kennis en ervaring, zijn verkoopstechnieken, zijn ICT-toepassingen, bepaalde diensten (o.a.bemiddeling bij financiële instellingen, reclame, winkelinrichting) … ter beschikking van de franchisenemer. De franchisenemer betaalt voor dit alles een vergoeding aan de franchisegever. Die vergoeding kan bestaan uit een toegangsrecht of een periodiek te betalen bijdrage (royalties).
Meer info via de Belgische Franchise Federatie op www.fbf-bff.be
¾ Invoer Producten kunnen ook in het buitenland aangekocht worden. We spreken van: invoer (import): alle aankopen buiten de EU-grenzen; intracommunautaire verwerving: alle aankopen binnen de EU-grenzen.
87
Zoek op internet: (www.horeca.2link.be) of in de gouden gids: Wie is leverancier Vleminckx?.................................................................................................. ................................................................................................................................................. Wie is leverancier Artic? .......................................................................................................... ................................................................................................................................................. Zoek tevens, via internet, informatie over de mogelijke aankoopkanalen die iets te maken hebben met jouw sector (fabrikant, groothandel, kleinhandel, veiling, boer, internetsites). Zoek op in de Gouden Gids of op internet: 1 groothandelaar in frituurproducten, 1 fabrikant van vleessnacks, 2 kleinhandelaars in groenten en fruit. .................................................................. .................................................................. .................................................................. .................................................................. Wat verkoopt welke leverancier? Verbind met lijnen. Pastridor
verpakking
Terclavers
frituurproducten
Van Zon
bureaumateriaal
Fobelco
eetwaren
Buroprint
dranken
Proline Systems
vleeswaren
Vleminckx
brood
Vleugels
computer
88
Dit moet je kennen. Specifieke aankoopkanalen Goederen of diensten aankopen kan via verschillende kanalen gebeuren: ¾ de groothandel, ¾ samenaankoop, ¾ tussenpersonen: de makelaar, de commissionair, de handelsagent, de consessiehouder, de handelsvertegenwoordiger, de handelsreiziger. ¾ franchise ¾ invoer
1 2 3
Welke zijn de 5 belangrijkste aankoopkanalen voor goederen en diensten? Som 6 verschillende tussenpersonen op die kunnen ingeschakeld worden bij het kopen/verkopen van goederen en diensten. Verklaar: - groothandel - samenaankoop
89
B Een commercieel gesprek voeren 1
Een zakelijk gesprek voeren
Als je voor zakelijke aangelegenheden communiceert met klanten, leveranciers, personeel, ambtenaren… mag je niet uit het oog verliezen dat je op dat moment je bedrijf vertegenwoordigt. Je zal dus zeker voldoende aandacht moeten besteden aan je public relations-functie. Je moet immers de goede reputatie van je zaak hoog houden. Een positieve indruk leidt vaak tot vertrouwen en tot uitstekende zakenrelaties. Om die public relations-functie zo goed mogelijk te vervullen moet je aandacht besteden aan een aantal persoonlijkheidskwaliteiten. ¾ Een goed voorkomen Verzorg je kleding, haartooi, gezicht, handen, houding… Wat het oog ziet, bepaalt de eerste indruk die iemand krijgt. ¾ Een verzorgde taal Het gebruik van dialecten laat meestal een minder goede indruk na. Bovendien verstaat niet iedereen alle dialecten. Spreek daarom Algemeen Nederlands. Een accentje dat je herkomst verraadt is echter niet erg. Opgelet, overdrijven door te geforceerd een beschaafde taal te spreken komt ook slecht over. Waarom moeilijke woorden en ingewikkelde zinsconstructies gebruiken als het eenvoudig ook kan? ¾ Beleefdheid en vriendelijkheid Wees steeds beleefd en vriendelijk, ook al heb je een slechte dag. Laat je privé-problemen thuis! Verlies nooit je zelfbeheersing. Door kalm en beleefd te reageren tegen een persoon die over zijn toeren draait, verminder je juist de spanning. Grove uitdrukkingen en gespierde taal zullen de sfeer alleen maar verslechteren. Onderbreek ook nooit iemand tijdens een gesprek; dit is nu eenmaal een elementaire beleefdheidsregel. Je moet niet alleen goed kunnen praten, maar ook geduldig kunnen luisteren. Wees hulpvaardig en gastvrij. Hou de deur open, bied een stoel aan, offreer een drankje, … ¾ Tact Reageer tactvol in onvoorziene, moeilijke en vervelende situaties. De kunst bestaat erin om op het juiste ogenblik en op de gepaste wijze op te treden. Probeer in je contacten met handelsrelaties zo eerlijk mogelijk te zijn. Draai niet rond de pot maar vertel de waarheid. Beloof niets wat je niet kan nakomen. Het paraplu-systeem om klachten en verantwoordelijkheid af te wimpelen is zeker uit den boze. Bied onmiddellijk je verontschuldigingen aan voor een fout en zorg ervoor dat alles zo snel mogelijk in orde komt. Wanneer men iets van je verlangt, reageer dan zo snel mogelijk en laat zeker niets onnodig aanslepen.
90
Sam Smaets is in Brussel naar een beurs geweest. Hij heeft heel wat nieuwe informatie gekregen. Vermits hij veel papierwaren nodig heeft (computer, kasregister, notitieboekjes, …) is hij enorm geïnteresseerd in AVA-papierwaren, want tot nu toe kocht hij deze zaken ergens willekeurig aan. Hij nodigt Peter Papierus uit voor een zakelijk gesprek. Bereid het zakelijk gesprek voor en speel het rollenspel. Bereid aan de hand van onderstaande situatieschets het zakelijk gesprek voor en speel het rollenspel. Een vertegenwoordiger van frituurproducten komt bij jou in de zaak langs. Vermits het 11.00 uur is en zeer druk in je broodjeszaak en omdat er nog heel wat bestellingen moeten klaargemaakt worden, komt deze vertegenwoordiger nu wel zeer ongelegen. Probeer deze persoon op een beleefde manier af te wimpelen en eventueel een afspraak te regelen.
91
2
Een zakelijk telefoongesprek voeren
Kan je onze huidige maatschappij nog indenken zonder telefoon? Voor ondernemingen is de telefoon een gemakkelijk en snel communicatiemiddel waarbij er toch ‘persoonlijk contact’ is zonder dat de gesprekspartners elkaar ‘in levende lijve’ moeten ontmoeten. Een uitgaand telefoongesprek voorbereiden: ¾ ¾ ¾ ¾
zorg dat je steeds schrijfgerief en een notitieboekje onmiddellijk bij de hand hebt; schrijf de punten die tijdens het gesprek aan bod moeten komen vooraf op; zorg dat je alle nodige informatie en/of documenten bij de hand hebt; tracht vooraf het juiste telefoonnummer (directe lijn/binnenpost) en de juiste contactpersoon te weten te komen. Zo vermijd je om steeds maar doorgeschakeld te worden.
Het voeren van een zakelijk telefoongesprek: Een zakelijk telefoongesprek voeren lijkt gemakkelijker dan je denkt. Enkele nuttige tips om het telefoongesprek correct en vlot te laten verlopen: ¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾
spreek Algemeen Nederlands; spreek klaar en duidelijk en niet te snel; zorg dat je in een goede stemming bent; kom zo snel mogelijk tot het doel van je telefoongesprek; stel slechts één vraag per keer, maar stel wel alle vragen (gebruik je voorbereiding); als iets niet duidelijk is, moet je dat ook melden; onderbreek het gesprek niet, geef je contact persoon de kans om uit te praten; laat merken dat je aandachtig luistert; vermijd zinnen die beginnen met ‘ik’, of ‘ja, maar…’; gebruik positieve i.p.v. negatieve formuleringen; reageer nooit boos en verlies nooit je geduld; voor het spellen van moeilijke woorden of namen is het telefoonalfabet een aanrader.
Vaak wordt bij een telefoongesprek het gebruik van foute uitdrukkingen vastgesteld.
B
ekijk volgende ongepaste uitdrukkingen, verklaar waarom ze ongepast zijn en
verbeter ze. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
“Hallo, met wie spreek ik?” “Voor wat is het?” “Ik heb het niet goed verstaan. Wie moet u hebben?” “Ik weet er niets van!” “Kunt u straks eens terug bellen? Het is nu veel te druk” “Geef mij mevrouw De Clerck eens door!” “De directeur heeft gezegd dat hij niet gestoord wil worden.” ”Mijnheer Coeck is met een klant naar het restaurant. Probeer straks eens opnieuw.” “Ik heb niets om te schrijven; kunt u even wachten?” “Het kan nog even duren; gaat u nog wat wachten?”
92
Sam Smaets neemt telefonisch contact op met Gert Stühle, zaakvoerder van Buroprint nv. Deze had beloofd om vóór 17 november een vertegenwoordiger langs te sturen om de nieuwe inrichting van een bureau te bespreken. Ondertussen zijn we al 28 november. Schrijf dit telefoongesprek uit. Voer dit daarna aan de hand van een rollenspel uit. Werk volgende situatie uit tot een goed telefoongesprek en speel het rollenspel. Een klant vraagt je om op zondag een 10-tal belegde broodjes te leveren. Zijn kleinkinderen komen op bezoek en deze zijn écht verlekkerd op jouw belegde broodjes. Indien mogelijk zou jij dit doen voor deze vaste klant, maar juist dit weekend heb je met vrienden afgesproken om naar zee te gaan. Doe een gepast voorstel, per telefoon.
93
Dit moet je kennen.
Om een succesvol commercieel gesprek te kunnen voeren, moet je over volgende persoonlijkheidskwaliteiten beschikken: ¾ ¾ ¾ ¾ ¾
een goed voorkomen; een verzorgde taal; beleefdheid; vriendelijkheid; tact.
Om een zakelijk telefoongesprek vlot te laten verlopen, is het aanbevolen: ¾ uitgaande telefoongesprekken goed voor te bereiden; ¾ nuttige tips toe te passen.
94
3
BETALING EN INNING
In je handelszaak gebeuren heel wat betalingen en inningen.
V
ul de tabel verder aan; geef telkens 5 voorbeelden.
Inningen
Betalingen GELDMIDDELEN VAN JE ZAAK
Inningen en betalingen gebeuren met geld. Er bestaan verschillende geldsoorten.
A Geldsoorten ¾ Chartaal geld: de bankbiljetten en de muntstukken. ¾ Giraal geld: geld dat geplaatst werd op een zichtrekening bij een financiële instelling en dat gebruikt wordt om betalingen te verrichten. ¾ Elektronisch geld: betalingen via elektronische weg (debetkaarten, Proton, kredietkaarten, pc-bankieren).
B Rechtstreekse betaling Als je iets koopt en je betaalt de verkoper met bankbiljetten en muntstukken (in speciën, in baar geld,…), dan heb je een rechtstreeks betaling verricht. Er kwam immers geen tussenpersoon bij te pas.
C Bewijzen van betaling Wie een betaling verricht, vraagt best een bewijs van betaling om alle eventuele misverstanden te vermijden. Bij de rechtstreekse betaling kunnen volgende bewijzen geleverd worden: ¾ De kwijting Dit is een formulering, een schriftelijke verklaring van de schuldeiser, op een bestaand document (vb. factuur, leveringsbon, …). 95
Deze formulering bestaat uit: het woord “voldaan” of “betaald”, de datum, de handtekening van de schuldeiser.
S
chrijf de kwijting op onderstaand document
¾ De kwitantie De kwitantie (kwijtschrift) is een afzonderlijk document dat opgesteld en ondertekend wordt door de schuldeiser. De schuldeiser verklaart hiermee dat de schuld ‘gekweten’ of betaald werd. Hij overhandigt dit document aan de schuldenaar als bewijs van betaling.
96
Het document bestaat meestal uit 2 delen: ¾ het (kleinere) linkerdeel blijft bij de schuldeiser als ‘geheugensteuntje’; ¾ het rechtse deel is de eigenlijke kwitantie, bestemd voor de schuldenaar.
B
ekijk de afgebeelde kwitantie aandachtig en beantwoord onderstaande
vraagjes.
Wie is de schuldenaar? .....................................................................................................
Wie is de schuldeiser?
Ontstaat er een schuld of wordt er een schuld vereffend? ................................................
Wie stelt het document op? ................................................................................................
Voor wie is het document bestemd? ..................................................................................
.....................................................................................................
Sam heeft zijn 3 jaar oude computer en printer verkocht aan klant Els Stas voor de som van € 370,00. Op 09/11 komt Els tot bij Sam om de computer op te halen. Els wil wel een bewijs van betaling; er wordt geen factuur opgesteld. Sam overhandigt haar het betalingsbewijs nr. 27.
97
NR.
EUR
NR.
Ontvangen van Reçu de
ONTVANGEN van REÇU de
Voor Pour
Voor Pour
De som van La somme de
De som van La somme de
de le
EUR
200..
Handtekening: Signature
de le
98
200..
¾ Het ontvangstbewijs Dit afzonderlijk document is het bewijs van het ontstaan van een schuld (vb. bij een lening, iets in bewaring geven,…). Het wordt opgesteld en ondertekend door de schuldenaar. De schuldeiser bewaart het document om later het ‘ontleende’ terug te kunnen eisen.
Het document bestaat meestal uit 2 delen: ¾ het (kleinere) linkerdeel blijft bij de schuldenaar als ‘geheugensteuntje’; ¾ het rechtse deel is het eigenlijk ontvangstbewijs, bestemd voor de schuldeiser.
B
ekijk het afgebeeld ontvangstbewijs aandachtig en beantwoord
onderstaande vraagjes.
Wie is de schuldenaar? .....................................................................................................
Wie is de schuldeiser?
Ontstaat er een schuld of wordt er een schuld vereffend? ................................................
Wie stelt het document op? ................................................................................................
Voor wie is het document bestemd? ..................................................................................
.....................................................................................................
Vul het ontvangstbewijs volledig in aan de hand van volgende gegevens. De zaakvoerder van het spilbedrijf leent bij Maria Centen, Argentlaan 17, 9051 Gent € 1 000,00. De lening zal over 2 maanden terug betaald worden zonder intrest. De zaakvoerder stelt het ontvangstbewijs nr. 14 vandaag op. 99
NR.
EUR
NR.
Ontvangen van Reçu de
ONTVANGEN van REÇU de
Voor Pour
Voor Pour
De som van La somme de
De som van La somme de
de le
EUR
200..
Handtekening: Signature
de le
100
200..
D Betaling en inning door middel van een financiële instelling Wanneer een betaling of een inning gebeurt via een financiële instelling spreken we van een onrechtstreekse betaling. De financiële instelling treedt immers op als tussenpersoon tussen schuldeiser en schuldenaar. 1
Openen van een rekening
Het openen van een rekening bij een financiële instelling verloopt zeer eenvoudig. Je vult een aanvraagformulier in en je geeft een aantal voorbeelden van je handtekening. De bank kent je een persoonlijk rekeningnummer toe dat bestaat uit 12 cijfers, verdeeld in 3 groepjes: vb. 320-0585453-31 ¾ De eerste 3 cijfers vormen het identificatienummer van de financiële instelling. ¾ De volgende 7 cijfers vormen het persoonlijk rekeningnummer van de rekeninghouder. ¾ De laatste 2 cijfers vormen het controlegetal. Met dit controlegetal wordt nagegaan of er geen vergissing gebeurde bij het noteren van de 10 eerste cijfers. (Het controlegetal is de rest van de deling van de eerste 10 cijfers door 97). Grensoverschrijdende betalingen in Europa kunnen voortaan sneller en veiliger worden uitgevoerd dankzij het IBAN (international bank account number). Je hebt er dus alle belang bij je IBAN evenals de BIC (SWIFTadres) van je bank te vermelden als je de begunstigde bent van een buitenlandse betaling. Voorbeeld: bankrekeningnummer nationale betalingen: 320-0585453-31 IBAN: BE04 3200 5854 5331 BIC van ING: BBRUBEBB Meer informatie hierover vind je zeker op de website van de financiële instellingen.
2
Soorten rekeningen
Bij financiële instellingen kan je verschillende soorten rekeningen openen. ¾ Zichtrekening Dit is een rekening om dagelijks financiële verrichtingen uit te voeren. Het bedrag dat op deze rekening staat (tegoed) is op elk ogenblik eenvoudig opvraagbaar. ¾ Spaarrekening Dit is een rekening waarop gelden worden geplaatst die men niet onmiddellijk nodig heeft. Toch blijven de bedragen, die een kleine intrest opbrengen, gemakkelijk opvraagbaar. ¾ Termijnrekening Dit is een rekening waarop gelden geplaatst worden die men gedurende een langere tijd kan missen. Het geld wordt voor een welbepaalde termijn belegd. Pas na het verstrijken van deze termijn kan men terug over zijn tegoed beschikken.
101
3
Bankdocumenten
¾ Het afschrift of rekeninguittreksel Om je op de hoogte te houden van de stand van je rekening en de uitgevoerde transacties, stelt de bank je een rekeninguittreksel of rekeningafschrift ter beschikking. Dit afschrift is meteen een bewijs van betaling. Volgende gegevens vind je erop terug:
V
ul onderstaand lijstje van informatie die op een afschrift staat, verder aan.
1. Nummer van de 2.
.............................................................
3.
............................................................. van het afschrift
4. Soort 5. Het 6.
van het afschrift
............................................................................................................................ ........................................................... van de rekening
............................................................. van de verrichting
102
7
Omschrijving van de .....................................................................................................
8
De .................................................................... datum
9
Het
............................................... van de verrichting
10 Het nieuwe .............................................................................. van de rekening 11 Naam van de ................................................................................................................ 12 Naam van de ................................................................................................................ ¾ Stortingsbiljet Het is een document dat gebruikt wordt door iemand die geen rekening heeft om geld op iemands rekening te plaatsen (storten). Het formulier is wat in onbruik geraakt omdat bijna iedereen tegenwoordig over een zichtrekening beschikt. ¾ Overschrijving Met dit formulier geeft een rekeninghouder de opdracht aan zijn financiële instelling om een bedrag van zijn rekening over te schrijven op de rekening van een aangeduide begunstigde.
V
ul na elk cijfer de vermeldingen die op een overschrijving voorkomen, verder
aan.
1 2
.................................................................................................... van het document Naam van de ............................................................................................................
103
3
.............. waarop het document wordt ingevuld
4
...................................................................... van de rekeninghouder (schuldenaar)
5 6
............................................................. = datum waarop de bank de betalingsopdracht pas mag uitvoeren ............................................................................. dat moet worden overgeschreven
7
Rekeningnummer van de .........................................................................................
8
Rekeningnummer van de .........................................................................................
9
......................................
10 ....................................... 11
en ............................................... van de opdrachtgever en
..............................................
van de begunstigde
......................................... (gewone tekst of gestructureerd) = reden van betaling
Sam Smaets moet zijn telefoonrekening van € 130,12 betalen aan Belgacom. Hij doet dit door middel van een overschrijving. Zoek de nodige gegevens op en vul het overschrijvingsformulier vandaag in. Mededeling: 039/8701/52005.
104
handtekening
OVERSCHRIJVING Bank:
datum ondertekening
Bij manuele invulling, één zwart (of blauw) karakter per vakje memodatum (facultatief)
Niet ter betaling aanvaarden bedrag
EUR
CENT
(enkel voor uitvoering in de toekomst) rekening opdrachtgever naam en adres opdrachtgever
rekening begunstigde naam en adres begunstigde
mededeling (in HOOFDLETTERS)
Hieronder niets schrijven
Op 17/12 krijgt Sam Smaets een vervaldagbericht i.v.m. zijn autoverzekering, in zijn brievenbus. Het bedrag van € 323,87 moet ten laatste op 17/01 betaald worden aan AG Fortis, Koningsstraat 27, bus 5, 1000 Brussel. Rekeningnummer AG Fortis 210-0000762-38. Vul het overschrijvingsformulier in (d.d.17/12) en maak gebruik van de memodatum. Mededeling: polisnr. AV0943BX15.
105
handtekening
OVERSCHRIJVING Bank:
datum ondertekening
Bij manuele invulling, één zwart (of blauw) karakter per vakje memodatum (facultatief)
Niet ter betaling aanvaarden bedrag
EUR
CENT
(enkel voor uitvoering in de toekomst) rekening opdrachtgever naam en adres opdrachtgever
rekening begunstigde naam en adres begunstigde
mededeling (in HOOFDLETTERS)
Hieronder niets schrijven
¾ Gemengd document Dit is een formulier dat zowel als overschrijving en als stortingsbiljet kan gebruikt worden. ¾ Cheque Met een cheque geeft de houder van een zichtrekening aan zijn financiële instelling de opdracht om een bepaald bedrag uit te betalen aan iemand (begunstigde). Sinds 1 januari 2002 is de uitbetaling van cheques niet meer gegarandeerd. Wie een cheque als betaling aanvaardt, doet dit dus volledig op eigen risico. Dit heeft voor gevolg gehad dat het gebruik van de cheque sterk is teruggelopen. Winkeliers aanvaarden immers geen cheques meer. Het gebruik van Bancontact/Mister Cash, Proton en Maestro hebben de cheque zo goed als volledig verdrongen. ¾ Doorlopende opdracht De rekeninghouder geeft aan zijn financiële instelling de opdracht om telkens een vaste som over te schrijven op een vaste datum aan een vaste aangeduide begunstigde. Vb. maandelijks moet telkens op de 26ste de huishuur overgeschreven worden naar de rekening van de huisbaas. ¾ Domiciliëringsopdracht De rekeninghouder geeft aan zijn financiële instelling de toelating om facturen voor rekening van de rekeninghouder, die door de schuldeiser naar de bank gestuurd worden te betalen via diens zichtrekening. 106
Vb. de factuur van Electrabel wordt automatisch betaald door de financiële instelling via de zichtrekening van de rekeninghouder 4
Elektronische betalingen
Betalingsopdrachten kunnen ook elektronisch doorgegeven worden aan financiële instellingen. Hiervoor gebruikt men een computer of betaalkaarten. ¾ Debetkaart Dit is een betaalkaart uitgegeven door een financiële instelling. De rekeninghouder kan hiermee elektronisch een betaalopdracht geven (via terminals) of geld ‘uit de muur’ halen. Hiervoor dient hij een geheime code van vier cijfers in te geven. De gegevens over deze geheime code zitten verborgen in de magneetstrip op de achterkant van de kaart of de chip. Vb. Bancontact/Mister Cash (gebruik in België) en Maestro (gebruik in het buitenland). ¾ Proton Dit noemt men ook wel de ‘elektronische portemonnee’. Via een chip die is ingebouwd in de debetkaart kan men betalingen verrichten zonder een geheime code in te tikken. Het geld moet wel vooraf van de zichtrekening op de Protonchip opgeladen worden via terminals. Voor dit opladen moet wel de geheime code gebruikt worden. ¾ Kredietkaarten Kredietkaarten worden uitgegeven door banken in samenwerking met kredietmaatschappijen (vb. Visa, Eurocard, …). Je kan er wereldwijd betalingen mee verrichten in handelszaken, hotels, restaurants, enz. Ook geld uit een geldautomaat halen is mogelijk. De betalingen worden pas na verloop van een bepaalde tijd in rekening gebracht via de zichtrekening (domiciliëring). Het spreiden van betalingen (vb. wanneer men het financieel wat moeilijk heeft) kan ook. ¾ Zelfbankieren Steeds meer bankkantoren worden volautomatisch. Je neemt zelf plaats achter de computer terminal en doormiddel van je debetkaart of kredietkaart voer je je bankverrichtingen in. ¾ Thuisbankieren Met een computer, een modem en een speciaal abonnement kan je aan thuisbankieren doen. ¾ Telebankieren Hiervoor heb je een telefoontoestel met druktoetsen, een speciaal abonnement en een geheime code nodig. Via de telefoon kan je dan bepaalde bankverrichtingen doen. Een computerstem begeleidt je hierbij.
107
Dit moet je kennen.
Betaling en inning ¾Geldsoorten: chartaal geld: bankbriefjes en muntstukken; giraal geld: tegoed op een zichtrekening bij een financiële instelling; elektronisch geld: inningen en betalingen via elektronische weg. ¾Bewijzen van betaling: de kwijting: een verklaring van de schuldeiser, geschreven op een bestaand document, waaruit blijkt dat de schuld betaald werd; de kwitantie: een afzonderlijk document, opgesteld door de schuldeiser, waaruit blijkt dat de schuld betaald werd; het ontvangstbewijs: een afzonderlijk document, opgesteld door de schuldenaar, bij het ontstaan van een schuld. Betaling en inning via financiële instellingen ¾ soorten rekeningen: zichtrekening, spaarrekening, termijnrekening. ¾ bankdocumenten: het afschrift of rekeninguittreksel, het stortingsbiljet, de overschrijving, het gemengd document, de cheque. de doorlopende opdracht, de domiciliëringsopdracht. ¾elektronische betalingen: de debetkaart, Proton, kredietkaarten, zelfbankieren, thuisbankieren, telebankieren.
108
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17
Welke 3 geldsoorten kan je onderscheiden? Verklaar kort. Wanneer is er sprake van een rechtstreekse betaling? Welke zijn de 3 bewijzen van betaling? Wie stelt ze op en wanneer? Welke zijn de 3 voornaamste rekeningen die je bij een financiële instelling kan openen? a. Leg kort uit. Uit hoeveel cijfers bestaat het persoonlijk rekeningnummer bij een financiële instelling? Waarvoor staan deze cijfers? Wat is een afschrift of rekeninguittreksel? Welke zijn de 12 voornaamste elementen die je kan terugvinden op een dagafschrift? Wat is een overschrijving? Welke zijn de 11 belangrijkste elementen die je kan terugvinden op een overschrijving? Wat is het verschil tussen een doorlopende opdracht en een domiciliëring? Op welke 6 verschillende manieren kan elektronisch betaald worden? Wat is een debetkaat? Wat is een kredietkaart? Wat is Proton en hoe werkt het? Wat is een kredietkaart? Wat is het verschil tussen zelfbankieren en thuisbankieren?
109
E Toemaatje: intresten en procenten Wie geld spaart, ontvangt hiervoor een vergoeding. Wie geld leent moet hiervoor een vergoeding betalen. Deze vergoeding noemt men intrest. De grootte van de intrest hangt af van een aantal factoren. De 3 belangrijkste factoren zijn: ¾ de grootte van het kapitaal, ¾ de tijd, ¾ de basisrente bepaald door de Europese Centrale Bank.
Bij intrestberekening worden volgende symbolen gebruikt: i = intrestbedrag t = tijd, looptijd, periode p = percent, intrestvoet K = kapitaal, bedrag Formules: algemene formule: i = K x p x t 100 als de tijd wordt uitgedrukt in maanden: i = K x p x t 100 x 12 als de tijd wordt uitgedrukt in dagen:
i=Kxpxt 100 x 360*
*Bij handelstransacties telt een jaar altijd 360 dagen. Bij privé-transacties kan een jaar 360 dagen of 365 dagen tellen.
110
V
ul de tabel verder aan en bereken telkens de intrest.
Maak gebruik van je zakrekenmachine.
K € 397,35
p 1,25
€ 2 677,03 2,35 € 904,02
4,50
€ 5 633,19 3,75 € 422,17
2,45
t 5 jaar 8m 257 d 32 m 139 d
..………. x …………. x …………. x …………. x …………. x
formule ………. x ……… ………… ………. x ……… ………… ………. x ……… ………… ………. x ……… ………… ………. x ……… …………
i ………………… ………………… ………………… ………………… …………………
Opmerking: Bij de hierboven vermelde formules spreken we van enkelvoudige intrest. Als het intrestbedrag, na één jaar, bij het startkapitaal wordt opgeteld en op zijn beurt opnieuw intrest oplevert, dan spreken we van samengestelde intrest.
111
E Opvolging van debiteuren en crediteuren Stipt betalen op de afgesproken datum is niet alleen een bewijs van een efficiënt werkende maar ook van een financieel gezonde onderneming. 1
Opvolging van debiteuren
Klanten betalen niet altijd op tijd; dat is nu eenmaal de realiteit. Een goed registratiesysteem zorgt er voor dat je op ieder moment een duidelijk overzicht hebt van nog openstaande vorderingen. Er zijn goede softwarepakketten op de markt die je hierbij kunnen helpen. Mocht uit je administratie blijken dat een klant niet op de vervaldag betaalde, dan kan je volgende stappen ondernemen: ¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾
een (korte en beleefde) herinneringsbrief sturen, een (strengere) aanmaningsbrief sturen, via telefonisch contact navragen wat er mis loopt en waarom, een aangetekende dreigbrief sturen met een officiële ingebreke stelling, eventueel een incassobureau inschakelen, een deurwaarder en/of advocaat inschakelen.
De manier waarop je de zaak aanpakt hangt natuurlijk ook af van de relatie die je met de klant hebt, de grootte van het verschuldigde bedrag, de (uitzonderlijke) situatie waarin de klant zich bevindt, evoluties in de sector, …
2
Opvolging crediteuren
Het niet tijdig betalen van je leveranciers bezorgt je al snel een slecht imago. Ook hier zal een goed (elektronisch) registratiesysteem zijn nut bewijzen. Betalingen voer je best uit via elektronisch bankieren. Dat gaat snel en gemakkelijk en is bovendien veilig. De banken hebben hiervoor uitstekende software ontwikkeld.
112
4
DE ONDERNEMING
A De ondernemingsvormen Bij het opstarten van een eigen zaak zal je een ondernemingsvorm moeten kiezen. Je hebt 2 mogelijkheden. Ofwel start je als éénmanszaak, ofwel richt je een vennootschap op. Beide vormen hebben hun voor- en nadelen. Je uiteindelijke keuze zal zeker afhangen van het soort zaak dat je wilt opstarten. 1
Eénmanszaak
Slechts één (natuurlijk) persoon is eigenaar van de zaak. ¾ Voordelen:
je neemt als enige baas alle beslissingen zelf; je hebt bij de opstart weinig kosten en er zijn weinig formaliteiten te vervullen; je moet je winst met niemand delen; je mag de vereenvoudigde boekhouding toepassen.
¾ Nadelen:
Bezit je alle ondernemerskwaliteiten wel? Je staat er immers alleen voor. Geraak je aan voldoende kapitaal? Wat bij ziekte, invaliditeit of overlijden? Je valt onder de personenbelasting (hogere tarieven). Je bent onbeperkt aansprakelijk. Er is in een éénmanszaak geen scheiding tussen privé- en bedrijfsvermogen. Bij een faillissement kan je bijgevolg niet alleen het bedrijfskapitaal verliezen maar ook je persoonlijk vermogen.
Je kiest voor een éénmanszaak als ondernemingsvorm als je zelf de zaak wilt leiden, als je geen al te grote risico's moet nemen en als je niet over grote kapitalen kan beschikken.
2
De vennootschap
Eén of meerdere personen brengen iets (kapitaal, arbeid, kennis, goodwill, bezit, …) in gemeenschap met als doel handel te drijven en winst te maken. ¾ Voordelen:
het kapitaal kan door verschillende personen worden samengebracht; arbeidsverdeling is mogelijk; 113
de vennoten zijn (bij sommige vennootschapsvormen) slechts beperkt aansprakelijk voor hun inbreng ( de schuldeisers kunnen geen beslag laten leggen op je persoonlijke bezittingen); ziekte, vertrek of overlijden van één van de vennoten brengt het voortbestaan van je zaak niet in gevaar; de vennootschapsbelasting is van toepassing (voordeliger tarief).
¾ Nadelen:
meestal is een minimum kapitaal vereist; de werking verloopt stroever en ingewikkelder, waardoor snel beslissen moeilijk wordt; de winst wordt verdeeld onder alle vennoten; heel wat formaliteiten en kosten bij de oprichting; de boekhouding is ingewikkelder (dubbel boekhouden).
Je kiest voor een vennootschap als ondernemingsvorm als je over een groot kapitaal dient te beschikken, als je grote risico's wenst te nemen en als je wenst samen te werken.
W
elke ondernemingsvorm is het meest geschikt in onderstaande situaties?
Zet een kruisje in de juiste kolom. Eénmanszaak
Vennootschap
¾ Paul beslist om zelfstandig behanger te worden. ¾ Steven wil een horecazaak aan de kust opstarten. ¾ Brigitte en Cindy besluiten om samen een kledingboetiek te beginnen in het centrum van Gent. ¾ Fabrice overweegt een snoepwinkeltje te openen in een shoppingcenter. ¾ Mo denkt er aan om zich als zelfstandig tegellegger te vestigen. ¾ Nico droomt er van om een eigen copycenter uit te baten. ¾ Rita wil in haar woning een aantal kamers met ontbijt verhuren (Bed & Breakfast). ¾ Fatima onderzoekt de mogelijkheid om een schoonheidssalon te beginnen.
B Vennootschapsvormen Verschillende soorten vennootschappen zijn voorzien in de wet. De belangrijkste zijn: ¾ VOF: de vennootschap onder firma; ¾ GCV: de gewone commanditaire vennootschap; ¾ CVA: de commanditaire vennootschap op aandelen; 114
¾ ¾ ¾ ¾ ¾
EBVBA: de éénpersoons besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid; BVBA: de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid; NV: de naamloze vennootschap; CVBA: de coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid; CVOHA: de coöperatieve vennootschap met onbeperkte en hoofdelijke aansprakelijkheid.
Elke vennootschapsvorm heeft zijn specifieke eigenschappen, met voor- en nadelen. Het kiezen voor een bepaalde vennootschapsvorm is niet zo eenvoudig. Je vraagt hierover best raad bij een boekhouder.
In het 'Vademecum van de ondernemer' van het Ministerie van Economische Zaken vind je alles over de verschillende vennootschapsvormen. Ga hiervoor naar: www.mineco.fgov.be ➨bedrijvengids ➨ vademecum➨formaliteiten.
We zetten de voornaamste kenmerken van de 3 belangrijkste vennootschapsvormen op een rijtje. 1
De BVBA of besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
¾ Er moeten minstens twee vennoten (natuurlijke of rechtspersonen) zijn. ¾ Er is een minimum kapitaal vereist van 18 550,00 EUR waarvan min. 6 200,00 EUR volstort moet zijn. ¾ De oprichting gebeurt bij notariële (authentieke) akte. ¾ De vennoten zijn slechts beperkt aansprakelijk. Hun privé-vermogen kan in principe dus niet worden aangesproken in geval van faillissement. ¾ Het opstellen van een financieel plan is verplicht. ¾ De aandelen staan op naam. Het overdragen van aandelen is slechts beperkt mogelijk. ¾ Het dagelijks bestuur is in handen van één of meer zaakvoerders (al dan niet vennoot). ¾ De algemene vergadering dient jaarlijks bijeen geroepen te worden. 2 De EBVBA of éénpersoons besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Hier gelden vrijwel dezelfde kenmerken als bij de BVBA. Volgende verschilpunten zijn toch belangrijk: ¾ Er is slechts één (natuurlijke) persoon eigenaar. ¾ Je kan slechts één EBVBA oprichten. 3
De NV of naamloze vennootschap
¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾
Er moeten minstens twee vennoten (natuurlijke of rechtspersonen) zijn. Er is een minimum kapitaal vereist van 61 500,00 EUR en het moet volledig volstort zijn. De oprichting gebeurt bij notariële (authentieke) akte. De vennoten zijn slechts beperkt aansprakelijk. Het opstellen van een financieel plan is verplicht. De aandelen kunnen op naam of aan toonder zijn. Ze zijn vrij overdraagbaar. 115
¾ Het dagelijks bestuur is in handen van een raad van bestuur die min. uit 3 bestuurders bestaat. ¾ De algemene vergadering dient jaarlijks bijeengeroepen te worden.
Dit moet je kennen. Ondernemingsvormen Voor het opstarten van je zaak heb je de keuze uit 2 ondernemingsvormen: ¾De éénmanszaak Slechts één (natuurlijke) persoon is eigenaar van de zaak. ¾De vennootschap Eén of meerdere personen brengen iets (kapitaal, arbeid, kennis, goodwill, bezit, …) in gemeenschap met als doel handel te drijven en winst te maken. Elke ondernemingsvorm heeft zijn specifieke voor- en nadelen. Vennootschapsvormen In de wet zijn verschillende vennootschapsvormen voorzien. De voornaamste zijn: ¾ BVBA: besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. ¾ EBVBA: éénpersoons besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. ¾ NV: naamloze vennootschap. Elke vennootschapsvorm heeft zijn specifieke kenmerken met voor- en nadelen. Bij het kiezen van een vennootschapsvorm win je best de raad in van een boekhouder.
1 2 3 4 5 6 7 8 9
Welke 2 ondernemingsvormen kan je onderscheiden? Wanneer kies je voor een éénmanszaak als ondernemingsvorm? Wanneer kies je voor een vennootschap als ondernemingsvorm? Wat zijn de kenmerken van een éénmanszaak? Wat zijn de kenmerken van een vennootschap? Wat bedoelt men met ‘onbeperkte aansprakelijkheid’ van de eigenaar van een onderneming? Wat zijn de 8 voornaamste kenmerken van een bvba? Wat zijn de 8 voornaamste kenmerken van een nv? Waarvoor staat de afkorting EBVBA?
116
5
DE BOEKHOUDKUNDIGE VERWERKING
A Het begrip boekhouden Boekhouden is het systematisch registreren of opschrijven van alle commerciële en financiële verrichtingen, bezittingen, vorderingen en schulden in een onderneming.
B De noodzaak van boekhouden Om volgende redenen is een boekhouding noodzakelijk: ¾ de wetgever verplicht ondernemingen een boekhouding te voeren; ¾ als informatiebron om je onderneming goed te beheren; ¾ als informatiebron voor eventuele vennoten, fiscus, financiële instellingen, handelspartners …; ¾ om een oordeel te kunnen vormen over de werking en de toestand van de onderneming; ¾ als hulpmiddel om aan de verschillende verplichtingen van de fiscale wetgeving te voldoen.
W
elke nuttige informatie verschaft de boekhouding aan de ondernemer? Geef 5
voorbeelden. 1
............................................................................................................................................ ...........................................................................................................................................
2
........................................................................................................................................... ...........................................................................................................................................
3
........................................................................................................................................... ...........................................................................................................................................
4
............................................................................................................................................ ...........................................................................................................................................
5
........................................................................................................................................... ........................................................................................................................................... ...........................................................................................................................................
117
C Hoe moet je boekhouden? De wet schrijft voor dat elke boekhouding: ¾ Volledig moet zijn; ALLE verrichtingen worden genoteerd. Ze moet bovendien alle gegevens bevatten die nodig zijn volgens de fiscale wetgeving. ¾ Correct moet zijn; alle verrichtingen worden ingeschreven aan de hand van bewijsstukken. ¾ Aangepast moet zijn aan de aard en de grootte van de onderneming. Som 5 verschillende bewijsstukken (documenten) op die een ingeschreven verrichting in de boekhouding kunnen verantwoorden. 1
...........................................................................................................................................
2
...........................................................................................................................................
3
............................................................................................................................................
4
...........................................................................................................................................
5
............................................................................................................................................
D De vereenvoudigde boekhouding Enkel zeer kleine ondernemingen mogen een vereenvoudigde boekhouding voeren. 1
Zeer kleine ondernemingen
Zeer kleine ondernemingen zijn volgens de wet ondernemingen die aan volgende voorwaarden beantwoorden: ¾ het moet gaan om natuurlijke personen die koopman zijn, om vennootschappen onder firma of om gewone commanditaire vennootschappen; ¾ de omzet, exclusief BTW, over het laatste boekjaar mag niet meer bedragen dan 500 000,00 EUR (620 000,00 EUR voor gasachtige of vloeibare koolwaterstoffen bestemd voor de voortdrijving van motorvoertuigen op de openbare weg). 2
Voornaamste boekhoudkundige verplichtingen
De zeer kleine ondernemingen moeten volgens de wet een voor hun bedrijf passende boekhouding voeren. Kiezen zij voor de vereenvoudigde boekhouding dat moeten alle verrichtingen zonder uitstel, getrouw, volledig en naar tijdsorde worden geregistreerd in ten minste drie dagboeken. ¾ Een financieel dagboek. Hierin worden de verrichtingen opgetekend in contanten (kas) en op financiële rekeningen, geldopnames voor privé-doeleinden, en het dagelijks saldo in speciën. Je hebt volgende 3 mogelijkheden: ofwel hou je verschillende dagboeken bij, één voor je kas en één per financiële instelling;
118
ofwel maak je één dagboek met op elke bladzijde een kolom voor de kas, en een kolom telkens per financiële instelling; ofwel leg je één dagboek aan met een aantal bladzijden voorbehouden voor de kas en een aantal bladzijden voor elke financiële instelling.
¾ Een inkoopdagboek. Hierin worden alle facturen en creditnota’s ingeschreven die je ontvangen hebt van je leveranciers. Elke inkomende factuur en creditnota krijgt éérst een doorlopend volgnummer. Ook de wijze van betaling wordt opgetekend. ¾ Een verkoopdagboek. Hierin worden alle facturen en creditnota’s gericht aan je klanten genoteerd. Ook elke uitgaande factuur en creditnota krijgt een doorlopend volgnummer. Voor verkopen waarvoor geen factuur vereist is (bv. contante verkopen in de winkel), volstaat het om dagelijks het totale verkoopcijfer in te schrijven. ¾ Een inventarisboek. De wet vereist ook het jaarlijks opstellen van een inventaris van alle bezittingen, schulden en verplichtingen van de onderneming. Volgende elementen dienen zeker in de inventaris opgenomen te worden:
de voorraad; alle schulden van de onderneming; alle tegoeden; de eigen middelen die in de onderneming geïnvesteerd werden; geldmiddelen in kas en op financiële rekeningen; andere bezittingen van de onderneming zoals gebouwen, machines, …
In de boekhouding mogen geen lege ruimten voorkomen. Ongebruikte ruimtes dienen doorstreept te worden. Fouten of vergissingen moeten zo verbeterd worden dat de oorspronkelijke gegevens nog leesbaar blijven. 3
Vormvoorwaarden
De voorgeschreven boeken dienen aan een aantal vormvoorwaarden te voldoen: ¾ alle bladzijden moeten genummerd worden; ¾ op de éérste bladzijde van elk boek wordt de naam van de onderneming vermeld en het soort boek; ¾ de boeken vormen een doorlopende reeks (als je boek vol is begin je een nieuw met een duidelijk volgnummer, bv. inkoopdagboek 1, inkoopdagboek 2, …); ¾ alle boeken moeten worden geviseerd en eventueel geparafeerd alvorens ze in gebruik worden genomen door de griffier van de Rechtbank van Koophandel. Het visum is een gedateerde stempel die de functie en het aantal bladzijden vermeldt. Bij een losbladig boekhoudsysteem moeten alle bladzijden geparafeerd worden. 4
Bewaringstermijn
De verplichte boeken moeten ten minste 10 jaar bijgehouden worden. Ook de verantwoordingsstukken moeten 10 jaar bewaard worden.
119
E De vereenvoudigde boekhouding in de praktijk 1
De inventaris
Iedere handelaar is verplicht een inventaris op te maken. Dit moet ten minste één maal per jaar gebeuren; ten laatste op 31 december.
S
tel aan de hand van de volgende gegevens de inventaris op (datum van
vandaag). Maak hierbij gebruik van het schema op de volgende bladzijde. Teakterras, een kleinhandel in terrasmeubilair in teak, is gevestigd in de zonstraat 37 te 8870 Izegem in een handelspand ter waarde van 115 000,00 EUR. De eigenaar ging een hypothecaire lening aan bij Dexia. Hiervan moet nog 85 383,00 EUR afbetaald worden. De zaakvoerder stelde van zijn privé-vermogen 62 000,00 EUR ter beschikking van zijn zaak. Er zijn nog voor 1 750,00 EUR onbetaalde aankoopfacturen. In het magazijn en de winkelruimte staan volgende handelsgoederen gestockeerd: 8 banken Olga à 215,00 EUR per stuk 4 tafels Berta à 179,00 EUR per stuk 12 ligbedden Gerda à 155,00 EUR per stuk 10 vouwstoelen Lana à 49,00 EUR per stuk De kantoor- en winkelruimte werden uitgerust met volgend meubilair: 1 bureau à 239,00 EUR 4 stoelen à 35,00 EUR per stuk 1 toonbank à 144,00 EUR 2 kasten à 199,00 EUR per stuk Verder beschikt men over een computer à 1 521,00 EUR en een kassa ter waarde van 320,00 EUR. Teakterras bezit een kleine bestelwagen Mazda ter waarde van 15 000,00 EUR Er zijn nog voor 1 035,00 EUR onbetaalde verkoopfacturen. Op de zichtrekening bij ING staat een tegoed van 10 108,00 EUR. In de kassa ligt voor 442,00 EUR aan wisselgeld.
120
INVENTARIS van I. BEZITTINGEN 1. Gebouwen
op
/
/ 200.
2. Uitrusting
3. Meubilair
4. Rollend Materieel 5. Handelsgoederen
6. Handelsdebiteuren 7. Bank 8. Kas
TOTAAL BEZITTINGEN: II. SCHULDEN 9. Lening 10. Leveranciers
TOTAAL SCHULDEN: III. EIGEN VERMOGEN 11. Kapitaal (totaal bezittingen – totaal schulden)
121
Stel de inventaris op van broodjeszaak De Schoofzak, op datum van vandaag. Gebouw 111 552,09 EUR. Sam heeft hiervoor een hypothecaire lening aangegaan; er moet nog 99 157,41 EUR worden afbetaald. Hij heeft van zijn eigen spaarcentjes 44 018,69 EUR geïnvesteerd. Verder is nog aanwezig: 1 kasregister 850,00 EUR, 1 koelmeubel 4 709,00 EUR, 1 toonbank 3 100,00 EUR, 1 frigo voor frisdranken 1 500,00 EUR, 1 computer met printer, scanner en fax 2 231,00 EUR, een weegschaal 991,57 EUR en een snijmachine 942,00 EUR. Verder beschikken we over keukenmateriaal voor 203,50 EUR De tafels en stoelen hebben een waarde van 235,00 EUR. Er zijn nog kasten ter waarde van 109,00 EUR. De bestelwagen heeft een waarde van 14 800,00 EUR en de handelsgoederen bedragen 250,00 EUR. Op de zichtrekening bij KBC staat 1 250,00 EUR. In de kassa zit 594,94 EUR. Er moeten nog 2 aankoopfacturen betaald worden: 248,00 EUR. Het feestje dat hij het afgelopen weekend heeft mogen verzorgen moet nog betaald worden 450,00 EUR.
122
INVENTARIS van
op
/
/ 200.
123
2
Het aankoopdagboek invullen
Ontleding van het aankoopdagboek
124
Leverancierskaarten Leverancierskaarten zijn niet bij wet verplicht. Toch worden deze nuttige documenten vaak gebruikt. Een leverancierskaart is een fiche waarop wordt genoteerd aan wie, hoeveel en wanneer moet betaald worden. Daarnaast wordt ook genoteerd wanneer en hoe een schuld betaald werd. Zo kan je meteen ook merken welke schulden nog ‘open staan’. Bovendien worden de verantwoordingsstukken vermeld. De leverancierskaart heeft de vorm van een T-rekening. Op de rechterzijde of creditzijde worden de schulden genoteerd. Op de linkerzijde of debetzijde wordt de vereffening of vermindering van de schulden genoteerd.
125
Nr. basis-doc. Bedrag DEBET Datum Nr. doc. Vervaldag
Factuurbedrag incl. BTW.
Omschrijving
Datum waarop de schuld moet betaald zijn.
-
Eigen volgnummer van het doc. (AF nr. …,)
Datum waarop het document toekwam op het bedrijf.
Vermindering van schuld
Factuurbedrag inc. BTW (de volledige schuld wordt afgeboekt ook al wordt er minder betaald wegens financiële korting)
Nr. doc.
Nummer van de AF waarop de vermindering van de schuld betrekking heeft.
Datum
Eigen volgnummer van het doc. (CN nr. …, kasdoc. nr. …, bankdoc. nr. …, postdoc. nr. …)
Datum waarop het doc. werd opgesteld.
Ontleding van de leverancierskaart Leverancier nr.: Naam: Adres: BTW –nummer: Financiële rekeningen: LEVERANCIERSKAART
Ontstaan van schuld +
Omschrijving Bedrag CREDIT
126
Vul aan de hand van volgende gegevens het aankoopdagboek in. Vul meteen ook de leverancierskaarten aan. 03-18 03-21 03-24 03-27 03-28 03-29 03-30 03-30 04-03
AF nr. 126 ontvangen van leverancier PROLINE SYSTEMS bedrag 189,95 EUR + 21 % BTW. Vervaldag einde maand. AF nr. 127 ontvangen van leverancier VAN ZON nv bedrag 614,75 EUR + 21 % BTW. Vervaldag 04-10. AF nr. 128 ontvangen van leverancier PASTRIDOR nv bedrag 98,00 EUR + 21 % BTW. Vervaldag cash betaald. AF nr. 129 ontvangen van leverancier BELGACOM bedrag 153,69 EUR + 21 % BTW. Vervaldag 04-09. CN nr. 27 ontvangen van leverancier PROLINE SYSTEMS (AF nr. 126) bedrag 44,62 EUR + 21 % BTW. Vervaldag einde maand. AF nr. 130 ontvangen van leverancier TERCLAVERS bvba bedrag 121,74 EUR + 6 % BTW. Vervaldag 04-10. AF nr. 131 ontvangen van leverancier FOBELCO bedrag 121,72 EUR + 21 % BTW. Vervaldag 04-10. AF nr. 132 ontvangen van leverancier VLEMINCKX Horeca bedrag 66,88 EUR + 21 % BTW. Vervaldag 04-15. CN nr. 27 ontvangen van leverancier VAN ZON nv (AF nr. 127) bedrag 52,06 EUR + 21 % BTW. Vervaldag 04-10.
127
AANKOOPDAGBOEK
rooster 83
rooster 85
rooster 59
rooster 63
10
11
12
13
14
128
15
16
Bedrag
rooster 82
9
Privé
Document nummer
rooster 81
Vordering Terugstuurbare verpakking AF + CN -
Datum
8
Schuld BTW CN
7
Vordering BTW AF
6
CN
5
BTW
Investeringen
Handelsgoederen AF + CN -
4
MAATSTAF VAN HEFFING
Diensten en diverse goederen
Totale schuld AF +CN -
3
Investeringen = Bedrijfsmiddelen AF + CN -
Betalingen
Handelsgoederen
Leveranciers
2
Bedrag
Doccumentnummer
1
BTW-AANGIFTE
Diensten en diverse goederen AF + CN -
Aard
Datum ontvangst document
Resultatenrekening: bedrijfskosten
17
18
19
LEVERANCIERSKAART
Leverancier nr.: Naam: Adres: BTW –nummer: Financiële rekeningen: Vermindering van schuld Omschrijving Datum
Nr. doc.
Nr. basis- doc.
Bedrag DEBET
+
Ontstaan van schuld
Omschrijving Datum
Nr. doc.
Vervaldag
Bedrag CREDIT
129
LEVERANCIERSKAART
Leverancier nr.: Naam: Adres: BTW –nummer: Financiële rekeningen: Vermindering van schuld Omschrijving Datum
Nr. doc.
Nr. basis- doc.
Bedrag DEBET
+
Ontstaan van schuld
Omschrijving Datum
Nr. doc.
Vervaldag
Bedrag CREDIT
130
LEVERANCIERSKAART
Leverancier nr.: Naam: Adres: BTW –nummer: Financiële rekeningen: Vermindering van schuld Omschrijving Datum
Nr. doc.
Nr. basis- doc.
Bedrag DEBET
+
Ontstaan van schuld
Omschrijving Datum
Nr. doc.
Vervaldag
Bedrag CREDIT
131
LEVERANCIERSKAART
Leverancier nr.: Naam: Adres: BTW –nummer: Financiële rekeningen: Vermindering van schuld Omschrijving Datum
Nr. doc.
Nr. basis- doc.
Bedrag DEBET
+
Ontstaan van schuld
Omschrijving Datum
Nr. doc.
Vervaldag
Bedrag CREDIT
132
LEVERANCIERSKAART
Leverancier nr.: Naam: Adres: BTW –nummer: Financiële rekeningen: Vermindering van schuld Omschrijving Datum
Nr. doc.
Nr. basis- doc.
Bedrag DEBET
+
Ontstaan van schuld
Omschrijving Datum
Nr. doc.
Vervaldag
Bedrag CREDIT
133
LEVERANCIERSKAART
Leverancier nr.: Naam: Adres: BTW –nummer: Financiële rekeningen: Vermindering van schuld Omschrijving Datum
Nr. doc.
Nr. basis- doc.
Bedrag DEBET
+
Ontstaan van schuld
Omschrijving Datum
Nr. doc.
Vervaldag
Bedrag CREDIT
134
LEVERANCIERSKAART
Leverancier nr.: Naam: Adres: BTW –nummer: Financiële rekeningen: Vermindering van schuld Omschrijving Datum
Nr. doc.
Nr. basis- doc.
Bedrag DEBET
+
Ontstaan van schuld
Omschrijving Datum
Nr. doc.
Vervaldag
Bedrag CREDIT
135
LEVERANCIERSKAART
Leverancier nr.: Naam: Adres: BTW –nummer: Financiële rekeningen: Vermindering van schuld Omschrijving Datum
Nr. doc.
Nr. basis- doc.
Bedrag DEBET
+
Ontstaan van schuld
Omschrijving Datum
Nr. doc.
Vervaldag
Bedrag CREDIT
136
LEVERANCIERSKAART
Leverancier nr.: Naam: Adres: BTW –nummer: Financiële rekeningen: Vermindering van schuld Omschrijving Datum
Nr. doc.
Nr. basis- doc.
Bedrag DEBET
+
Ontstaan van schuld
Omschrijving Datum
Nr. doc.
Vervaldag
Bedrag CREDIT
137
LEVERANCIERSKAART
Leverancier nr.: Naam: Adres: BTW –nummer: Financiële rekeningen: Vermindering van schuld Omschrijving Datum
3
Nr. doc.
Nr. basis- doc.
Bedrag DEBET
+
Ontstaan van schuld
Omschrijving Datum
Nr. doc.
Vervaldag
Bedrag CREDIT
Het verkoopdagboek invullen
Ontleding van het verkoopdagboek
138
VERKOOPDAGBOEK
Document nummer
Bedrag 13
14
15
16
Opname van goederen voor eigen gebruik (incl. BTW)
Datum waarop de vordering geïnd werd.
Volgnummer van het document van kas, bank of post.
Geïnde bedrag.
5
6
Totaalbedrag van de VF/CN, incl. BTW. (Bedrag van de CN met een minteken!)
Bedrag van de handelsgoederen, excl. BTW
Bedrag van de aangerekende verkoopkosten, excl. BTW.
Maatstaf van heffing van de verkopen opgesplitst per BTW-tarief (zie factuur).
Maatstaf van heffing van de verkopen opgesplitst per BTW-tarief (zie factuur).
Maatstaf van heffing van alle creditnota’s
De BTW, ontvangen van de klant, maar te betalen aan de overheid.
De BTW op creditnota’s, terug te vorderen van de overheid.
Bedrag van de schuld aan de klant voor verpakking in bewaring gestuurd.
Datum 4
Maatstaf van Heffing
Inningen Document nummer
1
2
3
Datum waarop het document werd opgesteld.
Eigen volgnummer van het doc. (VF nr. … / CN nr. …)
Naam van de klant (+ eventueel woonplaats)
Klanten
Totaal Vordering VF + CN Datum opmaak document
139
Privé Vorderin g BTW 6% 21 % CN Rooster 01 Rooster 03 Rooster 49 Rooster 54 Rooster 64 7 8 9 10 11
Schuld BTW VF
Creditnota’s
DoorGerekende kosten
Facturen Omzet VF + CN -
BTW
Schuld Verpakking in bewaring bij klanten VF + CN 12 BTW-AANGIFTE Resultatenrekening Bedrijfsopbrengsten
Klantenkaarten Klantenkaarten zijn niet bij wet verplicht. Toch worden deze nuttige documenten vaak gebruikt. Een klantenkaart is een fiche waarop genoteerd wordt wanneer, hoeveel en bij wie er een vordering moet geïnd worden. Daarnaast wordt ook genoteerd wanneer en hoe een klant zijn vordering betaalde. Zo kan je meteen merken welke vorderingen nog ‘open staan’. Bovendien worden de verantwoordingsstukken vermeld. De klantenkaart heeft de vorm van een T-rekening. Op de linkerzijde of debetzijde worden de vorderingen genoteerd. Op de rechterzijde of creditzijde wordt de inning of vermindering van de vorderingen genoteerd.
De klantenkaart is een hulpmiddel bij het opmaken van de BTW-listing op het einde van elk kalenderjaar. Contante winkelverkopen of verkopen zonder verkoopfactuur worden niet genoteerd op de klantenkaarten. Deze klanten komen immers niet voor op de BTW-listing.
140
Bedrag DEBET M.v.H. VF BTW VF
Datum Nr. doc. Nr. basisdoc. Bedrag CREDIT
Maatstaf van heffing van de verkopen.
De BTW aangerekend aan de klant.
Datum waarop het document werd opgesteld.
Eigen volgnummer van het document (CN nr., kasdoc. nr., bankdoc. nr., postdoc. nr.)
Nummer van de verkoopfactuur waarop de vermindering van de vordering betrekking heeft.
Bedrag dat in mindering werd gebracht wegens betaling of CN.
Omschrijving +
Uitsplitsing Omschrijving M.v.H. CN BTW CN -
Bedrag van de BTW voorkomend op de CN.
Vervaldag
Factuurbedrag incl. BTW.
Onstaan van vordering
Maatstaf van heffing voorkomend op de CN.
Nr. doc.
Datum waarop de vordering moet vereffend zijn.
Datum
Eigen volgnummer van het document (VF nr. …)
Datum waarop het document werd opgesteld.
Ontleding van de klantenkaart
Klant nr.: Naam: Adres: BTW -nummer: Financiële rekeningen: KLANTENKAART
Vermindering vordering -
Uitsplitsing
141
Vul aan de hand van volgende gegevens het verkoopdagboek in. Vul meteen ook de klantenkaarten aan. 03-16 03-16 03-20 03-20 03-28 03-28 03-29 03-29 03-29 03-29 04-02 04-02
VF nr. 63 voor garage WITTOCKX nv voor € 24,50 + 6 % BTW. Vervaldag 03-26. Contante winkelverkoop € 425,16 (6 % BTW incl.) VF nr. 64 voor De POST 1, € 37,79 + 6 % BTW. Vervaldag 04-02. Contante winkelverkoop € 603,21 (6 % BTW incl.) VF nr. 65 voor ASCOPRINT € 29,35 + 6 % BTW. Vervaldag 04-05. VF nr. 66 voor GEENS nv € 57,18 + 6 % BTW. Vervaldag 04-28. CN nr.8 voor DE POST 1 (VF nr. 64) wegens te veel aangerekende producten, € 12,07 + 6 % BTW. Vervaldag 04-02. Contante winkelverkoop € 501,89 (6 % BTW incl.) VF nr. 68 voor RENIER NATUURSTEEN nv 65,52 + 6 % BTW. Vervaldag 04-29. VF nr. 69 voor ING € 225,16 + 6 % BTW. Vervaldag 04-30. Contante winkelverkoop € 327,94 (6 % BTW incl.) VF nr. 70 voor rusthuis SINT-JOZEF € 133,29 + 6 % BTW Vervaldag 04-30.
142
VERKOOPDAGBOEK Datum opmaak document
Document nummer
1
2
Klanten
3
Totaal vordering VF + CN -
4
Resultatenrekening Bedrijfsopbrengsten Omzet VF + CN -
Doorgerekende kosten
5
6
BTW-AANGIFTE Maatstaf van Heffing
BTW
Facturen
Vordering BTW 6% 21 % CN Rooster 01 Rooster 03 Rooster 49 Rooster 54 Rooster 64 7 8 9 10 11 Schuld BTW VF
Creditnota’s
143
Schuld verpakking in bewaring bij klanten VF + CN 12
Inningen Privé
13
Datum
Document nummer
Bedrag
14
15
16
KLANTENKAART Klant nr.: Naam: Adres: BTW -nummer: Financiële rekeningen: Onstaan van vordering Omschrijving Datum
Nr. doc.
Vervaldag
+ Uitsplitsing
Bedrag DEBET
M.v.H. VF
BTW VF
-
Vermindering vordering Omschrijving Datum
Nr. doc.
Nr. basisdoc.
Uitsplitsing Bedrag CREDIT
M.v.H. CN -
144
BTW CN -
KLANTENKAART Klant nr.: Naam: Adres: BTW -nummer: Financiële rekeningen: Onstaan van vordering Omschrijving Datum
Nr. doc.
Vervaldag
+ Uitsplitsing
Bedrag DEBET
M.v.H. VF
BTW VF
-
Vermindering vordering Omschrijving Datum
Nr. doc.
Nr. basisdoc.
Uitsplitsing Bedrag CREDIT
M.v.H. CN -
145
BTW CN -
KLANTENKAART Klant nr.: Naam: Adres: BTW -nummer: Financiële rekeningen: Onstaan van vordering Omschrijving Datum
Nr. doc.
Vervaldag
+ Uitsplitsing
Bedrag DEBET
M.v.H. VF
BTW VF
-
Vermindering vordering Omschrijving Datum
Nr. doc.
Nr. basisdoc.
Uitsplitsing Bedrag CREDIT
M.v.H. CN -
146
BTW CN -
KLANTENKAART Klant nr.: Naam: Adres: BTW -nummer: Financiële rekeningen: Onstaan van vordering Omschrijving Datum
Nr. doc.
Vervaldag
+ Uitsplitsing
Bedrag DEBET
M.v.H. VF
BTW VF
-
Vermindering vordering Omschrijving Datum
Nr. doc.
Nr. basisdoc.
Uitsplitsing Bedrag CREDIT
M.v.H. CN -
147
BTW CN -
KLANTENKAART Klant nr.: Naam: Adres: BTW -nummer: Financiële rekeningen: Onstaan van vordering Omschrijving Datum
Nr. doc.
Vervaldag
+ Uitsplitsing
Bedrag DEBET
M.v.H. VF
BTW VF
-
Vermindering vordering Omschrijving Datum
Nr. doc.
Nr. basisdoc.
Uitsplitsing Bedrag CREDIT
M.v.H. CN -
148
BTW CN -
KLANTENKAART Klant nr.: Naam: Adres: BTW -nummer: Financiële rekeningen: Onstaan van vordering Omschrijving Datum
Nr. doc.
Vervaldag
+ Uitsplitsing
Bedrag DEBET
M.v.H. VF
BTW VF
-
Vermindering vordering Omschrijving Datum
Nr. doc.
Nr. basisdoc.
Uitsplitsing Bedrag CREDIT
M.v.H. CN -
149
BTW CN -
KLANTENKAART Klant nr.: Naam: Adres: BTW -nummer: Financiële rekeningen: Onstaan van vordering Omschrijving Datum
Nr. doc.
Vervaldag
+ Uitsplitsing
Bedrag DEBET
M.v.H. VF
BTW VF
-
Vermindering vordering Omschrijving Datum
Nr. doc.
Nr. basisdoc.
Uitsplitsing Bedrag CREDIT
M.v.H. CN -
150
BTW CN -
KLANTENKAART Klant nr.: Naam: Adres: BTW -nummer: Financiële rekeningen: Onstaan van vordering Omschrijving Datum
Nr. doc.
Vervaldag
+ Uitsplitsing
Bedrag DEBET
M.v.H. VF
BTW VF
-
Vermindering vordering Omschrijving Datum
Nr. doc.
Nr. basisdoc.
Uitsplitsing Bedrag CREDIT
M.v.H. CN -
151
BTW CN -
KLANTENKAART Klant nr.: Naam: Adres: BTW -nummer: Financiële rekeningen: Onstaan van vordering Omschrijving Datum
Nr. doc.
Vervaldag
+ Uitsplitsing
Bedrag DEBET
M.v.H. VF
BTW VF
-
Vermindering vordering Omschrijving Datum
Nr. doc.
Nr. basisdoc.
Uitsplitsing Bedrag CREDIT
M.v.H. CN -
152
BTW CN -
KLANTENKAART Klant nr.: Naam: Adres: BTW -nummer: Financiële rekeningen: Onstaan van vordering Omschrijving Datum
Nr. doc.
Vervaldag
+ Uitsplitsing
Bedrag DEBET
M.v.H. VF
BTW VF
-
Vermindering vordering Omschrijving Datum
Nr. doc.
Nr. basisdoc.
Uitsplitsing Bedrag CREDIT
M.v.H. CN -
153
BTW CN -
4
De financiële dagboeken invullen
Bedrijven hebben vaak rekeningen bij verschillende financiële instellingen. Er worden bij voorkeur evenveel financiële dagboeken aangelegd als er rekeningen bij financiële instellingen zijn. Daarnaast wordt ook nog een boek voor de kas aangelegd. Ontleding van het financieel dagboek
154
Vul aan de hand van volgende gegevens de financiële dagboeken in. Vul ook het verkoop- en/of aankoopdagboek verder aan. Ook de leveranciers- en klantenkaarten dienen verder aangevuld te worden.
03-16 03-16 03-20 03-20 03-24 03-29 03-29 03-30 04-01 04-02 04-06 04-06 04-06 04-06 04-06 04-07
Kasdoc. nr. 85 KBC RU nr. 127 Kasdoc. nr. 86 Kasdoc. nr. 87 KBC RU nr. 128 Kasdoc. nr. 88 KBC RU nr. 129 KBC RU nr. 130 Kasdoc. nr. 89 KBC RU nr. 131 Kasdoc. nr. 90 KBC RU nr. 131 KBC RU nr. 131 KBC RU nr. 131 KBC RU nr. 132
Beginsaldo: Kas: € 867,63 KBC: € 1 971,84 Contante winkelverkopen € 425,16 (6 % BTW incl.) Betaling VF nr. 63, Garage WITTOCKX nv Contante winkelverkopen € 603,21 (6 % BTW incl.) Betaling AF nr. 128, PASTRIDOR nv. Betaling AF nr. 126 – CN nr. 27, PROLINE SYSTEMS Contante winkelverkopen € 501,89 (6 % BTW incl.) Betaling VF nr. 64 – CN nr. 8, DE POST 1 Betaling VF nr. 65, ASCOPRINT Contante winkelverkopen € 327,94 (6 % BTW incl.) Betaling AF nr. 129, BELGACOM Opname voor privé € 500,00 Betaling AF nr. 130, TERCLAVERS bvba Betaling AF nr. 131, FOBELCO Betaling AF nr. 127 – CN nr. 27, VAN ZON nv Betaling AF nr. 132, VLEMINCKX Horeca
155
FINANCIEEL DAGBOEK: ………………………. Datum
1
Document nummer
2
Omschrijving
3
…………………….. Ontvangsten +
Uitgaven -
Dagelijks saldo
4
5
6
Vereffening vorderingen en schulden Klanten Leveranciers -
7
8
156
Resultatenrekening Bedrijfskosten
Aard 9
Bedrag 10
Financiële kosten
Financiële opbrengsten
11
12
Vordering privéopname
13
FINANCIEEL DAGBOEK: ………………………. Datum
1
Document nummer
2
Omschrijving
3
…………………….. Ontvangsten +
Uitgaven -
Dagelijks saldo
4
5
6
Vereffening vorderingen en schulden Klanten Leveranciers -
7
8
157
Resultatenrekening Bedrijfskosten
Aard 9
Bedrag 10
Financiële kosten
Financiële opbrengsten
11
12
Vordering privéopname
13
FINANCIEEL DAGBOEK: ………………………. Datum
1
Document nummer
2
Omschrijving
3
…………………….. Ontvangsten +
Uitgaven -
Dagelijks saldo
4
5
6
Vereffening vorderingen en schulden Klanten Leveranciers -
7
8
158
Resultatenrekening Bedrijfskosten
Aard 9
Bedrag 10
Financiële kosten
Financiële opbrengsten
11
12
Vordering privéopname
13
5
Dagboek van de ontvangsten invullen
De BTW-wetgeving legt de handelaar op een dagboek van de ontvangsten bij te houden voor de contante winkelverkopen zonder factuur. Als verantwoordingsdocument neemt men hiervoor de telstrook van de kassa. Ontleding van het dagboek van de ontvangsten
159
V
ul het dagboek van de ontvangsten van je spilbedrijf in (indien van toepassing). We veronderstellen dat alle ontvangsten in speciën
gebeuren. De telstrook van de kassa dient als bewijsdocument.
DAGBOEK VAN DE ONTVANGSTEN Datum
1
Document nummer
Omschrijving
2
3
Ontvangsten (volgens betaalmiddel) in EUR Speciën
Proton
4
5
Bancontact/ Mister Cash 6
TOTALEN 160
Kredietkaarten 7
Totaal in EUR 8
BTW-aangifte (inEUR) Bedrag incl. 6% 9
Bedrag incl. 21 % 10
De boekhoudkundige verwerking van de contante winkelverkopen
Samenvattende telstrook van de kassa afdrukken op het einde van de dag
Dagboek van de ontvangsten invullen aan de hand van de gegevens van de telstrook op het einde van de dag
Ontvangsten in speciën
Financieel dagboek KAS invullen op het einde van de dag
Ontvangsten via Bancontact/ Mister Cash en kredietkaarten
Verkoopdagboek invullen
Financieel dagboek Bank en Post bij ontvangst van het rekeninguittreksel invullen
161
6
De BTW-aangifte invullen
Zoals reeds vroeger vermeld, moet een handelaar op vaste tijdstippen het voorgeschreven BTW-aangifteformulier invullen en een voorschot betalen.
162
We overlopen de verschillende delen van het aangifteformulier.
163
Niet alle vakken zullen altijd ingevuld moeten worden; dit hangt af van het soort handelingen die je binnen je bedrijf uitvoert.
De nummers van de roosters in je aan- en verkoopdagboek, in de kolom van BTW-aangifte, komen overeen met de nummers van de roosters die je moet invullen op het BTW-aangifteformulier.
Vak I: Algemene inlichtingen
Naam en adres van de aangever worden hier ingevuld, evenals zijn BTW-nummer. De aangifte van de BTW kan gebeuren per periode van één maand (12 aangiftes per jaar) of per periode van 3 maanden (4 kwartaalaangiftes per jaar). Bij periode duid je de maand aan door twee cijfers (vb mei = 05) en het jaartal, als je kiest voor maandaangiftes. Bij kwartaal duid je met een cijfer van 1 tot 4 aan over welk kwartaal het gaat gevolgd door het jaartal, als je kiest voor kwartaalaangiftes. Indien de verschuldigde BTW kleiner is dan de aftrekbare BTW, kruis je het vakje ‘aanvraag om terugbetaling’ aan. Indien de verschuldigde BTW groter is dan de aftrekbare BTW, kruis je het vakje ‘aanvraag van betaalformulieren’ aan. Deze speciale formulieren moet je gebruiken om de BTW te betalen. Bestel dus tijdig een voorraadje betaalformulieren.
Alle bedragen worden steeds weergegeven op twee cijfers na de komma!
Vak II: Uitgaande handelingen Rooster 00
Hier worden de verkopen vermeld die aan een bijzondere regeling onderworpen zijn (art. 58, § 4 van het BTW-wetboek).
164
Roosters 01, 02, 03
Hier vul je het totaalbedrag van je verkopen in per BTW-tarief, zonder rekening te houden met eventuele creditnota’s. Het gaat hier om de maatstaf van heffing van alle verkopen: - de verkopen per factuur; - de winkelverkopen. ( De gegevens kan je terugvinden in je verkoopdagboek, rooster 01, rooster 03) Rooster 45
Hier worden de handelingen exclusief BTW met betrekking tot werken in onroerende staat waarvoor de klant gehouden is tot betaling van de belasting, vermeld. (zie opmerking over medecontractant bij hoofdstuk BTW). Rooster 46
Hier komt het totaalbedrag van de leveringen van goederen (en daarmee gelijkgestelde handelingen) aan een land binnen de Europese Unie. ABC-verkopen zijn verkopen waarbij 3 lidstaten betrokken zijn, maar waarbij de goederenstroom niet parallel verloopt met de facturenstroom. Rooster 47
Het betreft hier het totaalbedrag van roerende leveringen met installatie en montage in een andere lidstaat, alsook de verkoop op afstand in een andere lidstaat en het uitvoeren naar niet EU-lidstaten. Roosters 48, 49
165
In rooster 48 komt het bedrag (MvH) van de uitgereikte creditnota’s en de negatieve verbeteringen die betrekking hebben op handelingen bedoeld in rooster 46. In rooster 49 komt het bedrag (MvH) van alle uitgereikte creditnota’s en de negatieve verbeteringen die betrekking hebben op de handelingen bedoeld in roosters 00, 01, 02, 03, 45 en 47. (Hier dus geen opsplitsing per BTW-tarief). (De gegevens kan je terugvinden in je verkoopdagboek, rooster 49) Vak III: Inkomende handelingen Roosters 81, 82, 83
In rooster 81 wordt het totaalbedrag excl. BTW, verminderd met de bedragen van eventuele creditnota’s van alle aankopen van handelsgoederen, grond- en hulpstoffen ingevuld. In rooster 82 wordt het totaalbedrag excl. BTW, verminderd met de bedragen van eventuele creditnota’s van alle aankopen van diensten en diverse goederen ingevuld. (Het gaat hier om algemene onkosten zoals elektriciteit, verwarming, telefoon, onderhoud, bureelmateriaal, …). In rooster 83 wordt het totaalbedrag excl. BTW, verminderd met de bedragen van eventuele creditnota’s van alle aankopen van bedrijfsmiddelen ingevuld. (Het gaat hier om gebouwen, terreinen, vervoermiddelen, machines, …) De gegevens kan je terugvinden in je aankoopdagboek bij de roosters met hetzelfde nummer. Roosters 84, 85
In rooster 84 wordt het totaalbedrag, excl. BTW ingevuld, van ontvangen creditnota’s die betrekking hebben op intracommunautaire verwervingen. In rooster 85 wordt het totaalbedrag, excl. BTW ingevuld, van ontvangen creditnota’s die betrekking hebben op de bedragen in roosters 81, 82 en 83. (De gegevens kan je terugvinden in je aankoopdagboek bij het rooster met hetzelfde nummer).
166
Rooster 86
In rooster 86 wordt het totaalbedrag van de intracommunautaire verwerving van goederen vermeld. Rooster 87
In rooster 87 komt het totaalbedrag, excl. BTW en na aftrek van creditnota’s dat betrekking heeft op: - handelingen waarbij de betaling verlegd wordt naar de medecontractant; - handelingen verricht met leveranciers onderworpen aan de bijzondere landbouwregeling. Vak IV: Verschuldigde belasting Roosters 54, 55, 56
In rooster 54 wordt de BTW op alle verkopen genoteerd: - verkopen met factuur; - winkelverkopen. (zie roosters 01, 02 en 03) De gegevens kan je terugvinden in je verkoopdagboek bij het rooster met hetzelfde nummer. In rooster 55 wordt het bedrag van de verschuldigde BTW op intracommunautaire verwervingen ingevuld. In rooster 56 wordt het totaalbedrag van de BTW ingevuld, verschuldigd voor handelingen vermeld in rooster 87. Rooster 57
Rooster 57 is bestemd voor de verschuldigde BTW ingevolge invoer mits vergunning.
167
Rooster 61
In rooster 61 vul je het totaal van de belastingen in omwille van: - ontoereikende heffing vastgesteld door de aangever; - herziening van aftrek; - regularisaties ingevolge administratieve beslissingen. Roosters 63, 65, XX
In rooster 63 wordt de BTW van de creditnota’s op aankopen ingevuld. De gegevens kan je terugvinden in je aankoopdagboek bij het rooster met hetzelfde nummer. Rooster 65 mag niet ingevuld worden. Het totaal van de roosters 54, 55, 56, 57, 61 en 63 wordt ingevuld in rooster XX. Vak V: Aftrekbare BTW Rooster 59
In rooster 59 wordt de aftrekbare BTW op alle aankopen ingevuld: - handelgoederen; - diensten en diverse goederen; - investeringen (bedrijfsmiddelen). De gegevens kan je terugvinden in je aankoopdagboek bij het rooster met hetzelfde nummer. Rooster 62
In rooster 62 komt het totaal van de belastingen die aftrekbaar zijn: - bedragen waarvan de aangever teruggave kan krijgen (vb. bij faillissement van een klant); - herziening van aftrek; - regularisatie ingevolge administratieve beslissingen.
168
Roosters 64, 66, YY
In rooster 64 wordt de BTW van de creditnota’s op de verkoopfacturen ingevuld. De gegevens kan je terugvinden in je verkoopdagboek bij het rooster met hetzelfde nummer. Rooster 66 mag niet ingevuld worden. In rooster YY wordt het totaal ingevuld van roosters 59, 62 en 64. Kader VI: Saldo Roosters 71, 72
In rooster 71 wordt het bedrag van de aan de staat verschuldigde belasting ingevuld (rooster XX min rooster YY). In rooster 72 wordt het bedrag van de door de staat verschuldigde belasting ingevuld (rooster YY min rooster XX). Slechts één van de twee roosters kan worden ingevuld. Kader VII: Voorschot Rooster 91
Het rooster 91 moet enkel ingevuld worden als je gekozen hebt voor maandaangiftes. Hier komt het bedrag van de werkelijk verschuldigde BTW voor de periode van 1 tot 20 december.
169
Kader VIII: Datum en handtekening(en)
Dit kader vermeldt de datum van opmaken, de handtekening, de hoedanigheid van de ondertekenaar en zijn telefoonnummer.
S
tel nu aan de hand van je ingevulde aankoop- en verkoopdagboek (zie vorige
oefeningen) het BTW-aangifteformulier op als zaakvoerder van je spilbedrijf.
170
171
172
6
HET RESULTAAT BEREKENEN
Je start een onderneming op en je wil uiteraard winst maken. Om die winst te kunnen berekenen, moet je niet enkel je opbrengsten kennen, maar ook je kosten die je diende te maken om die opbrengsten te kunnen realiseren.
Resultaat = opbrengsten - kosten Opbrengsten > kosten = positief resultaat (winst) Opbrengsten < kosten = negatief resultaat (verlies)
A Samenstelling van het resultaat Het resultaat van je onderneming wordt gevormd door drie deelresultaten: Î alle kosten en opbrengsten die het gevolg zijn van je beroepsactiviteit (tegels leggen, broodjesverkopen, haarkappen …) vormen het bedrijfsresultaat; Î alle kosten en opbrengsten die iets te maken hebben met de financiële kant van je onderneming (intresten, bankkosten …) vormen het financieel resultaat; Î alle kosten en opbrengsten die het gevolg zijn van uitzonderlijke activiteiten in je onderneming (brand, diefstal, onverwachte opbrengsten …) vormen het uitzonderlijk resultaat.
Ondernemingsresultaat
Î bedrijfsresultaat Î financieel resultaat Î uitzonderlijk resultaat
Bedrijfsresultaat
1 ¾ Bedrijfsopbrengsten
Gegevens over de bedrijfsopbrengsten vind je in het verkoopdagboek.
Bedrijfsopbrengsten = totaal van de verkoopfacturen (excl. BTW) + totaal van de winkelverkopen (excl. BTW) - totaal van de uitgaande creditnota's (excl. BTW)
173
¾ Bedrijfskosten Dit zijn de kosten die rechtstreeks iets te maken hebben met je bedrijfsactiviteiten. De belangrijkste bedrijfskosten zijn: aankopen: totaal van de aankoopfacturen (excl. BTW) - totaal van de inkomende creditnota's(excl. BTW). De gegevens vind je terug in je aankoopdagboek;
voorraadwijzigingen: je voorraad kan in vergelijking met het begin van het boekjaar toegenomen of afgenomen zijn. Beginvoorraad - eindvoorraad = voorraadwijziging. De gegevens vind je terug in je inventarisboek;
personeelskosten: lonen of wedden van je personeel, sociale lasten …;
administratiekosten: kantoormateriaal, telefoonkosten, portkosten, drukwerk …;
verzekeringen: brand, bedrijfsschade, motorvoertuigen, arbeidsongevallen …;
vervoerskosten: alle kosten i.v.m. de bedrijfsvoertuigen;
huisvestingskosten: huur, elektriciteit, verwarming, water …;
publiciteitskosten: reclame, geschenken, verpakking …;
afschrijvingen: de waarde van je investeringen daalt in principe na verloop van tijd. Machines verslijten, computers verouderen, meubilair geraakt uit de mode … Deze waardeverminderingen worden jaarlijks in je boekhouding genoteerd als bedrijfskosten. Er bestaan wettelijke voorschriften rond afschrijvingen. De levensduur van een computer werd bepaald op 3 jaar. Hij daalt dus jaarlijks met 33 % in waarde (wordt jaarlijks voor 33 % afgeschreven). De levensduur van een bedrijfsmachine is vastgesteld op 5 jaar (jaarlijkse afschrijving is 20 %).
2
Financieel resultaat
¾ Financiële opbrengsten Alle opbrengsten uit geldbeleggingen van de onderneming (intresten op zicht- en spaarrekeningen), dividenden, ontvangen financiële kortingen. ¾ Financiële kosten Betaalde intresten op leningen, toegekende financiële kortingen, bankkosten … 3
Uitzonderlijk resultaat
¾ Uitzonderlijke opbrengsten Onverwachte opbrengst bij de verkoop van een versleten machine, verkoop van oud papier… ¾ Uitzonderlijke kosten Kosten en/of verlies door een brand, diefstal, ongeval …
174
B Schematische voorstelling van een resultaatberekening
BEREKENING VAN HET RESULTAAT 1 Bedrijfsresultaat ¾ Bedrijfsopbrengsten Verkopen Uitgaande creditnota's ¾ Bedrijfskosten Aankopen Inkomende creditnota's Voorraadwijziging Beginvoorraad Eindvoorraad Afschrijvingen Administratiekosten Personeelskosten Verzekeringen Huisvestingskosten Publiciteitskosten Vervoerskosten
183 486,70 EUR 185 407,30 EUR - 1 920,60 EUR 108 518,11 EUR 95 883,50 EUR - 299,20 EUR 7 604,00 EUR - 11 244,30 EUR 4 002,30 EUR 995,60 EUR 0,00 EUR 1 125,53 EUR 7 434,67 EUR 1 305,51 EUR 1 710,50 EUR + 74 968,59 EUR
TOTAAL: 2 Financieel resultaat ¾ Financiële opbrengsten ¾ Financiële kosten
299,10 EUR 75,25 EUR + 223,85 EUR
TOTAAL: 3 Uitzonderlijk resultaat ¾ Uitzonderlijke opbrengsten ¾ Uitzonderlijke kosten
450,00 EUR 80,00 EUR TOTAAL:
+ 370,00 EUR
WINST VAN HET BOEKJAAR:
75 562,44 EUR
L
ees de bovenstaande resultaatberekening aandachtig en beantwoord
volgende vragen. Is de voorraad van de handelsgoederen gestegen of gedaald? Met hoeveel euro? .......................................................................................................................................... Is het financieel resultaat van de onderneming positief of negatief? Waarom? ..........................................................................................................................................
175
Hoeveel personeelsleden heeft de onderneming in dienst? .......................................................................................................................................... Als je weet dat de verkoop van afgedankte computers onverwacht 120,00 EUR opbracht, hoeveel was dan de onverwachte opbrengst van de verkoop van oude kantoormeubelen? (Er waren geen andere onverwachte opbrengsten) .......................................................................................................................................... Wat is de zwaarste bedrijfskost, buiten de aankopen van handelsgoederen? ..........................................................................................................................................
B
ereken aan de hand van onderstaande gegevens het resultaat (winst of
verlies) van de onderneming. Maak gebruik van het bijgevoegde schema. Administratiekosten Personeelskosten Afschrijvingen Verzekeringen Aankopen handelsgoederen Vervoerskosten Verkopen Inkomende creditnota's Financiële kosten Uitzonderlijke kosten Financiële opbrengsten Beginvoorraad handelsgoederen Huisvestingskosten Eindvoorraad handelsgoederen Uitgaande creditnota's Publiciteitskosten Uitzonderlijke opbrengsten
538,40 EUR 41 250,50 EUR 2 802,40 EUR 908,86 EUR 185 260,53 EUR 2 159,97 EUR 295 140,35 EUR 107,99 EUR 355,60 EUR 600,50 EUR 12,57 EUR 2 664,51 EUR 8 005,17 EUR 2 052,03 EUR 338,40 EUR 855,06 EUR 25,90 EUR
176
BEREKENING VAN HET RESULTAAT 1 Bedrijfsresultaat ¾ Bedrijfsopbrengsten Verkopen Uitgaande creditnota's ¾ Bedrijfskosten Aankopen Inkomende creditnota's Voorraadwijziging Beginvoorraad Eindvoorraad Afschrijvingen Administratiekosten Personeelskosten Verzekeringen Huisvestingskosten Publiciteitskosten Vervoerskosten TOTAAL: 2 Financieel resultaat ¾ Financiële opbrengsten ¾ Financiële kosten TOTAAL: 3 Uitzonderlijk resultaat ¾ Uitzonderlijke opbrengsten ¾ Uitzonderlijke kosten TOTAAL:
WINST/VERLIES VAN HET BOEKJAAR:
177
B
ereken aan de hand van onderstaande gegevens het resultaat (winst of
verlies) van de onderneming. Maak gebruik van het bijgevoegde schema. Afschrijving bedrijfswagen Afschrijving meubilair Afschrijving kantoortoestellen Afschrijving machines en gereedschappen Postzegels Papier en omslagen Schrijfgerief Advertenties in plaatselijk reclameblad Reclamefolder Aankopen handelsgoederen Beginvoorraad Benzine en onderhoud bedrijfswagen Herstellingen aan bedrijfswagen Verzekering bedrijfswagen Uitgaande creditnota's Water, gas en elektriciteit Huur kantoor- en garageruimte Onderhoud kantoorruimte Brandverzekering Verzekering beroepsaansprakelijkheid Inkomende creditnota's Lonen en sociale lasten personeel Ontvangen intresten op spaar- en zichtrekeningen Verkopen handelsgoederen Handelsgoederen gestolen uit het magazijn Betaalde intresten op kaskrediet Verkoop oude machine Eindvoorraad handelsgoederen
5 072,30 EUR 402,30 EUR 1 235,50 EUR 509,20 EUR 125,00 EUR 308,50 EUR 89,65 EUR 375,25 EUR 149,50 EUR 157 206,50 EUR 2 330,50 EUR 875,90 EUR 329,40 EUR 625,50 EUR 503,80 EUR 990,57 EUR 879,85 EUR 1 660,50 EUR 289,41 EUR 135,50 EUR 501,85 EUR 48 002,70 EUR 149,20 EUR 203 994,50 EUR 759,30 EUR 82,36 EUR 90,00 EUR 2 450,50 EUR
178
BEREKENING VAN HET RESULTAAT 1 Bedrijfsresultaat ¾ Bedrijfsopbrengsten Verkopen Uitgaande creditnota's ¾ Bedrijfskosten Aankopen Inkomende creditnota's Voorraadwijziging Beginvoorraad Eindvoorraad Afschrijvingen Administratiekosten Personeelskosten Verzekeringen Huisvestingskosten Publiciteitskosten Vervoerskosten TOTAAL: 2 Financieel resultaat ¾ Financiële opbrengsten ¾ Financiële kosten TOTAAL: 3 Uitzonderlijk resultaat ¾ Uitzonderlijke opbrengsten ¾ Uitzonderlijke kosten TOTAAL:
WINST/VERLIES VAN HET BOEKJAAR:
179
Dit moet je kennen. De boekhoudkundige verwerking ¾ Het begrip boekhouden Boekhouden is het systematisch registreren of opschrijven van alle commerciële en financiële verrichtingen, bezittingen, vorderingen en schulden in een onderneming. ¾ De noodzaak van boekhouden wettelijk verplicht; informatiebron om je onderneming goed te beheren; informatiebron voor vennoten, fiscus, handelspartners, financiële instellingen …; beoordeling van de werking en de toestand van je onderneming; hulpmiddel bij het vervullen van fiscale verplichtingen. ¾ Hoe boekhouden? Een boekhouding moet: volledig zijn; correct zijn; aangepast zijn aan de aard en de grootte van de onderneming. ¾ De vereenvoudigde boekhouding Enkel zeer kleine ondernemingen mogen een vereenvoudigde boekhouding voeren. Voornaamste boekhoudkundige verplichtingen: - een financieel dagboek bijhouden; - een inkoopdagboek bijhouden; - een verkoopdagboek bijhouden; - een inventarisboek bijhouden. De voorgeschreven boeken moeten aan een aantal vormvoorwaarden voldoen. De verplichte boeken en de verantwoordingsstukken moeten ten minste 10 jaar bewaard worden. Leverancierskaarten: dat zijn (niet verplichte) fiches waarop genoteerd wordt aan wie, hoeveel, hoe en wanneer moet betaald worden. Klantenkaarten: dat zijn (niet verplichte) fiches waarop genoteerd wordt wanneer, bij wie en hoe een vordering moet geïnd worden. De klantenkaart is bovendien een hulpmiddel bij het opmaken van de BTW-listing. Dagboek van de ontvangsten: volgens de BTW-wetgeving moet een handelaar een dagboek bijhouden waarin hij de ontvangsten van contante winkelverkopen zonder factuur noteert. Het resultaat berekenen Het resultaat berekenen Resultaat = opbrengsten - kosten Opbrengsten > kosten = positief resultaat (winst) Opbrengst < kosten = negatief resultaat (verlies) Samenstelling van het resultaat: Î bedrijfsresultaat Î financieel resultaat Ondernemingsresultaat Î uitzonderlijk resultaat
180
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11
Verklaar het begrip boekhouden. Geef 5 redenen waarom een boekhouding noodzakelijk is. Beschrijf kort hoe een boekhouding moet zijn. Wie mag een vereenvoudigde boekhouding voeren? Welke zijn de 4 verplichte boeken bij een vereenvoudigde boekhouding? Hoe lang moeten de boeken en de verantwoordingsstukken bijgehouden worden? Wat zijn leverancierskaarten? Wat zijn klantenkaarten? Wat noteert men in het dagboek van de ontvangsten? Volgens welke formule wordt het ondernemingsresultaat berekend? Waaruit is het ondernemingsresultaat samengesteld? Leg kort uit.
181
INHOUD 0 Het spilbedrijf 1 Verloop van een koop a Schematisch b Het koopproces ¾prijsaanvraag ¾verkoopsvoorwaarden ¾offerte ¾tegenofferte ¾leveringsbon ¾klacht c De BTW d Handelsdocumenten ¾bestelbon ¾factuur ¾creditnota e Toemaatje: centen en procenten 2 Aan- en verkopen; ja maar hoe? a Aankoopkanalen b Commercieel gesprek 3 Betaling en inning a Geldsoorten b Rechtstreekse betaling c Bewijzen van betaling d Betaling via financiële instellingen e Toemaatje: intresten en procenten f Opvolging van crediteuren en debiteuren 4 De onderneming a De ondernemingsvormen b Vennootschapsvormen 5 De boekhoudkundige verwerking a Het begrip boekhouden b De noodzaak van boekhouden c Hoe moet je boekhouden ? d De vereenvoudigde boekhouding e De vereenvoudigde boekhouding in de praktijk ¾ De inventaris ¾ Het aankoopdagboek invullen ¾ Het verkoopdagboek invullen ¾ De financiële dagboeken invullen ¾ Dagboek van de ontvangsten invullen ¾ De BTW-aangifte invullen 6 Het resultaat berekenen a Samenstelling van het resultaat b Schematische voorstelling van een resultaatberekening
182