Auto alarm systeem Ultra Micro Ultrasonic
De Hoofd onderdelen · De Basis unit. Plaats deze in de auto onder het dashboard of in het midden console, het moet een plek zijn waar alle draden naar toe kunnen. Kan vast gezet worden met klittenband. (met plaklaag) · Led lampje. (blauw) Plaats deze op het dashboard goed zichtbaar vanaf buiten en vanaf bestuurdersplaats Voer de draad/stekker naar de basis unit. · De sirene. Plaats deze op een niet (voor andere) toegankelijke plaats b.v. onder de motorkap, maar met de opening naar beneden (i.v.m. vocht) Gebruik één van de schroeven voor de massa verbinding Voer de draad naar de basis unit. · Resetknop. Plaats deze op een onzichtbare plaats en bereikbaar van af de bestuurders zitplaats. Voer de draad/stekker naar de basis unit · Resetschakelaar. kan gebruikt worden als noodschakelaar, door hem tussen de zekering en basis unit te plaatsen (let op dat men dikkere draden gebruikt (AWG18) want alle stroom gaat er doorheen (Max. 16Ampére)). · Shocksensor. Plaats deze op een bereikbare positie (i.v.m. afstellen) tegen een solide basis van de auto zodat de trillingen goed overkomen. Voer de draad/stekker naar de basis unit · Microwave sensor. Plaats deze achter een kunststof paneel of achter bekleding, op een bereikbare positie (i.v.m. afstellen) en niet achter metaal Voer de draad/stekker naar de basis unit · Ultrasone sensor Plaats deze in het midden op het dashboard of op de hoedenplank. Kan ook aan het plafond gemonteerd worden Zo plaatsen dat de twee sensors de gehele auto “zien” Voer de draad/stekker naar de basis unit· · Ultrasonic sensor Plaats de sensoren in links recht A-style. Zo plaatsen dat de twee sensors de gehele auto “zien” Voer de draad/stekker naar de basis unit
Aansluiten van draden en stekkers· Basis (minimaal)
1. Als eerste bepaal de plaats van de basis unit (nog niet plaatsen) 2. Zoek een plaats voor het led lampje en resetknop, plaats deze en voer de draden naar de basis unit (let op voor bewegende delen b.v. Bediening hendels/pedalen.) 3. zoek een plaats voor de schoksensor en de microwave of ultrasone sensor en voer de draden naar de basis unit. 4. Zoek een goede massa(–) en sluit de zwarte draad (van 12 polige stekker)hier op aan. 5. Zoek een constante plus (+12Volt) minimaal15A >> (dit is een plus die aan staat als alles uit is) en sluit de rode draad (van 12 polige stekker) hier op aan. 6. Plaats de sirene en bevestig de massa,voer de draad (+) naar de basis unit en sluit deze aan op de roze (van 12 polige stekker) (kan ook de roze draad naar de sirene voeren, deze is langer). 7. Zoek de linker en rechter voedingsdraad van de knipperlichten (deze komen van het knipperlichtrelais) Koppel deze draden aan de bruine draad 2x (van 12 polige stekker) 1x links, 1x rechts. 8. Zoek een ACC plus (+12Volt als de contactsleutel in de stand “ACC aan” of met andere woorden “contact aan”staat en sluit hier de witte draad van 6 polige stekker op aan. 9. Koppel de stekkers >> eerst de 12 polige (grootste) >> dan de 4/3 polige (schoksensor en de microwave of ultrasonic sensor)>> dan de 6 polige (kleine) >> en dan de 2 polige (led lampje en resetknop) · Nu alles testen en sensors afstellen (fabriek afstelling is vaak goed). · Extra opties 1. Deur open indicatie >> hiervoor heeft men een signaal van de deurschakelaar nodig. Dit kan een – of + zijn (meestal een –) en kan men aftakken van de draad die van de deurschakelaar komt en naar de binnenverlichting gaat. Is het een – koppel hier dan de blauwe draad (van 6 polige stekker) op aan. Is het een + koppel hier dan de groene draad (van 6 polige stekker) op aan. Één van de twee kabels aansluiten is dus voldoende, of de blauw of de groene. Extra info: Als één van de twee kabels is aangesloten en de deur gaat open (met alarm uit) gaan de knipperlichten 30x knipperen of blijven knipperen als het contactslot aan staat (stand
ACC of verder). Dit klinkt vervelend maar heeft wel als voordeel dat het alarm merkt dat je in de auto bent gestapt na het deactiveren van het alarm. Het alarm zal in dit geval niet automatisch geactiveerd worden, waardoor het alarm niet afgaat als men het contact nog aan het zoeken is. Mocht men de knipperende lichten vervelend vinden, dan kan dit worden omzeild door de deur open indicatie draad niet aan tesluiten 2. Achterklep/deur openen >> er moet een extra motor aangebracht worden (sommige auto’s standaard) sluit deze aan op de rood/zwarte draad (van 12 polige stekker) via een relais Werking: Als men na of tijdens het uitzetten van het alarm iets langer op deze knop drukt (minimaal 2 sec.) gaat de achterklep open of van slot af (afhankelijk van de uitvoering) Extra info: Signaal van de basis unit is een plus. (12 Volt +)(Max 300 mA) (zijn types die 5A zijn) 3. Centrale deur vergrendeling >> zie “CV aansturing” (dit is afhankelijk van type auto/CV) Werking: Als men alarm aan zet >> gaan de deuren op slot. Als men alarm uit zet gaan de deuren van slot af Extra info: Ongeacht van het signaal van de deuren kan het alarm geactiveerd worden. Dus ook bij open deuren kan men het alarm activeren. 4. Start onderbreking (motor uit) >> Hiervoor moet men de pluskabel die van het contactslot naar de bobine gaat onderbreken (zie schema) en het relais er tussen plaatsen hiermee kan de basisunit de bobine aan en uit zetten (draad onderbroken = motor uit) via de gele draad (van 6 polige stekker) Werking: Als het alarm aan staat of geactiveerd is(sirene aan (luid) en knipperlichten knipperen) wordt de + naar de bobine onderbroken waardoor de motor niet start of als hij draait, uit gaat. Extra info: Signaal van de basis unit is een massa. 5. Raam aansturing >> dit is mogelijk via een comfortrelais wat standaard in de auto zit of een eigen gemaakt systeem, hier is de rode draad (van 6 polige stekker) voor bedoeld. Extra info: De rode draad is een – puls (massa) van 20 sec. en wordt aangestuurd als alarm aangezet wordt. (1x op knop )
6. Automatische deur vergrendeling >> voor deze functie moet de oranje kabel (van 6 polige stekker) aangesloten worden aan de + van de remlichten. Werking: Als de deuren dicht zijn, de auto staat op contact (ACC aan) en men trapt na 5 sec. op het rempedaal, dan gaan de deuren op slot. De deuren gaan van het slot af als men de sleutel uit het contactslot haalt (ACC uit) Deze optie aanzetten >> Contactslot op ACC aan en op de afstandbediening de knop 2 sec. Indrukken, de sirene piept 2x.. Deze optie uitzetten, weer 2 sec. op knop drukken en de sirene piept 1x. Functie van de zenderknoppen Alarm aan: Druk 1x op knop sirene piept 1x en de knipperlichten knipperen 1x (deuren gaan op slot en elektrische ramen gaan omhoog.) Na 7 sec. >> Alarm staat aan en de led gaat knipperen Na 21 sec. >> De schoksensor en microwave/ultrasone sensor worden geactiveerd. Alarm uit: Druk 1x op knop sirene piept 2x en de knipperlichten knipperen 2x (deuren gaan van het slot af) Als de deur of “ACC”niet binnen 30 sec. wordt gedetecteerd gaat het alarm automatisch weer in de stand “Alarm aan”. (zie “extra opties, punt 1” voor meer info) Druk men langer dan 2 sec. op de knop dan gaat de kofferbak open. Stil functie: Druk op de knop de knipperlichten knipperen 1x, geen sirene, deuren gaan op slot, elektrische ramen gaan omhoog en Alarm gaat aan. Het hele alarm is nu in een stille modus, ook bij het afgaan van het alarm zal de sirene niet mee doen! Locatie:· Met Alarm aan >> Druk 2 sec. op knop de knipperlichten knipperen 15 sec. en sirene piept constant.>> Druk 1x op knop knipperlichten en sirene stoppen (Alarm blijft aan) · Met Alarm aan >> Druk 2 sec. op knop de knipperlichten knipperen 10 sec. en sirene piept niet.>> Druk 1x op knop knipperlichten stoppen (Alarm blijft aan) · Met Alarm aan of uit >> Druk 1x op knop knipperlichten knipperen 15 sec. en sirene piept constant >> Druk 1x op knop om te stoppen (Alarm is weer aan of uit) (niet op klapsleutel). .Extra functies Met Alarm aan. Staat het alarm aan en wordt het systeem geactiveerd door het openen van een deur of door een sensor. Dan gaat de sirene, knipperlichten en start onderbreking in werking voor
60 sec. Het alarm staat hierna weer aan. Als het alarm geactiveerd is geweest, zal bij het uit zetten via AB de sirene 5x piepen (i.p.v. 2x) dit ter waarschuwing dat er iets gebeurd is. Let op: er kan een indringer in de auto zitten of er kan schade zijn aan de auto. >> Controleer de auto. Sirene pauzeren. Als de sirene aangaat kan deze uitgezet worden, druk 1x op. Het alarm staat nog steeds aan. Basisunit geheugen. Als de spanning weg valt en er later weer op komt, wordt de laatste status weer actief. Dus het systeem wordt niet gereset. Alarm uit en geen actie = automatisch aan. Na dat het alarm is uitgezet en er wordt geen actie waargenomen in 30 sec. wordt het alarm automatisch weer “aan” gezet (zie automatisch activeren) Nood deactiveren. Bij weigering van AB of door en andere oorzaak gaat het alarm kan deze ge deactiveert worden door het contactslot in de stand “ACC aan” te zetten en op de resetknop te drukken. Centrale vergrendeling tijd optie Sommige auto’s hebben een CV systeem die niet genoeg hebben aan een puls van 0.5 sec (bv pneumatische systemen Mercedes/Audi),dan is er een mogelijkheid deze te verlengen naar 3,5 sec. Hiervoor moet de basisunit geopend worden en de jumper JP1 omgezet worden. Sirene of toeter optie. Basisunit staat standaard op sirene, maar kan ook op toeter/hoorn gezet worden. Hiervoor moet de basisunit geopend worden en de jumper JP2 omgezet worden. Extra info: De rose draad (van 12 polige stekker) levert in de stand “sirene” 12Volt + en in de stand “toeter/hoorn” een massa. Toevoegen van een afstandbediening type 1. Men kan extra AB aan het systeem worden toegevoegd (totaal max.4) Met het contactslot in stand “ACC aan” druk +/- 5sec. op de resetknop de sirene piept 5x en het led lampje gaat aan.(hier zijn nog twijfels over) Druk binnen 10 sec. op een willekeurige knop van de AB, tot dat de sirene 2x piept, druk binnen 10 sec. op een willekeurige knop van de tweede AB, tot dat de sirene 3x piept, druk binnen 10 sec. op een willekeurige knop van de derde AB, tot dat de sirene 4x piept, druk binnen 10 sec. op een willekeurige knop van de vierde AB, tot dat de sirene 5x piept. Nu gaat het led lampje uit en is het toevoegen gereed.
Info: het toevoegen wordt beëindigt als men niet reageert binnen 10 sec.,als men het contactslot uit zet of als het maximale aantal (4x) is bereikt. Toevoegen van een afstandbediening type 2. Men kan extra AB aan het systeem worden toegevoegd (totaal max.4) Bedien de voetrem en zet het contactslot 8x in de “ACC aan” stand. Laat hem de achtste keer in “ACC aan” staan, nu zijn de knipperlichten ook aan. Druk nu op een willekeurige knop van de afstandbediening tot dat de sirene piept en de knipperlichten uit gaan >> de afstandbediening is nu toegevoegd Herhaal deze procedure voor de volgende afstandbediening Met een maximaal 4 dus de 5e is weer de eerste en de andere zijn vervallen.
Opties die je aan en uit kan zetten Anti-Hijacking: Als men rijdt of stilstaat en de deur wordt geopend en gesloten de “AntiHijacking” mode wordt geactiveerd. Het Led lampje gaat aan en na 40 sec. gaat het alarm af. Sirene en knipperlichten gaan aan en motor gaat uit. Dit kan niet meer uit gezet worden ook niet met de afstandsbediening Om weer uit de Anti-Hijacking te komen, contactslot op “ACC aan” en 1x op de resetknop drukken.
Extra info: Dit gebeurt dus ook als je iemand laat instappen! Je kan de Anti-Hijacking ook uit zetten. Met contactslot in de stand “ACC aan” >>druk 1x op de afstandbediening knop >> Anti-Hijacking Mode is uit >>weer 1x drukken en mode is weer aan. Let op: Deze actie is bijna het zelfde als "automatisch activeren van het alarm" aan en uit zetten. Met als verschil dat je de knop dan 2 sec. ingedrukt houdt. Automatisch activeren: Met deze optie gaat het alarm automatisch aan na 30 sec, als de deuren dicht zijn, en de sleutel er uit is (ACC uit) Je kunt het Automatisch activeren ook uit zetten. Met contactslot in de stand “ACC aan” >> Druk 2 sec. op knop de sirene piept 1x “Automatisch activeren” is aan. Druk weer 2 sec. op knop de sirene piept 1x en de knipperlichten knipperen 1x Automatisch activeren is weer uit. Extra info Indien automatisch activeren is uitgeschakeld moet na het uitzetten van het alarm via de AB de basisunit wel een signaal krijgen binnen 30 sec. >> deur open of “ACC aan”.( zie “extra opties, punt 1” voor meer info) Krijgt het alarm geen signaal, dan word het alarm weer geactiveerd(na 30 sec.), dit staat los van “automatisch activeren” en kan niet uitgezet worden. Dit heeft als doel dat bij perongeluk deactiveren van het alarm, het alarm zichzelf weer inschakeld. “Automatisch activeren” zorgt ervoor dat na een ritje(dus deuren open geweest en nu weer dicht) het alarm vanzelf geactiveerd word. Staat deze functie uit, dan zal het alarm na een ritje wel een herinneringssignaal geven(3x piepen). Dus geen signaal naar de basis unit >> alarm weer automatisch aan. Automatische deur vergrendeling: Als de deuren dicht zijn , het contact staat aan (ACC aan) en men trapt na 5 sec. op het rempedaal, dan gaan de deuren op slot. De deuren gaan van het slot af als men de sleutel uit het contactslot haalt (ACC uit). Deze optie aanzetten >> Contactslot op “ACC aan” en op de afstandbediening de knop 2 sec. Indrukken,de sirene piept 2x. Deze optie uitzetten weer 2 sec. op knop drukken en de sirene piept 1x. Car wash mode: (auto-wash-mode) Dit is een uit-stand. Functie activeren door op de afstandsbediening de knop 1x en daarna 1x te drukken (alarm aan en weer uit), daarna het contactslot op “ACC aan” en 5x op de resetknop drukken nu piept de sirene 2x . Het systeem is in carwash-mode . Druk 5x op de resetknop met “ACC aan”, de sirene piept 1x en het systeem is weer normaal.
Extra info In car-wash-mode werkt het alarm niet maar de CV wordt wel aangestuurd. Dus via AB alarm aan = deur op slot en alarm uit = deur open en dit alles dus zonder alarm! Dit is het type met alle stekkers aan één zijde. Microwave sensor en reset schakelaar zijn optioneel. Letop: Aansluiting is het zelfde >> alleen van de 12 polige stekker is de volgorde anders Voor details zie schema type 1 (kleur van de draden is gelijk)
Sensoren Shock Ultrasoon Microwave Ultrasonic · Shocksensor. De schok sensor is een dubbele detectie sensor.1e detectie is een lichte schok (groen lampje op sensor) 2e detectie is een zware schok (groen en rood lampje op sensor) Wordt er een lichte schok gedetecteerd wordt het alarm voor 10 sec. geactiveerd (sirene, knipperlichten en startonderbreking) Wordt er een zware schok gedetecteerd wordt het alarm voor 40 sec.
geactiveerd (sirene, knipperlichten en startonderbreking) · Microwave sensor. Deze sensor detecteert bewegingen in de auto door middel van een laag microwave signaal (radar) en werkt als een soort “zeepbel” om de auto (deze is instelbaar) is zeer geschikt voor cabrio’s, reageert niet op vliegen of blaadjes hij detecteert geen lucht verplaatsing (het bekende nadeel van een ultrasone sensor) alleen op iets met volume. Heeft als voordeel t.o.v. de ultrasone sensor dat men de ramen open kan laten of bij cabrio’s het dak open kan laten. Heeft als “geactiveerd” indicatie een rood led lampje en een instelbare gevoeligheid Instellen/testen van de gevoeligheid: beweeg je hand/lichaam langs de auto en op plaatsen dat hij niet af mag gaan >> stel de gevoeligheid hier op af. · Ultrasone sensor Deze sensor detecteert lucht verplaatsingen in het voertuig en is instelbaar, heeft een rood led lampje als indicator. Heeft een dubbele sensor die horizontaal een vaste hoek hebben maar vertikaal instelbaar zijn als set. Ultrasone sensor wordt steeds vaker door een Microwave sensor vervangen. Extra info ten behoeve van installatie. Tijdens het aansluiten van het alarm moeten er een aantal kabels in de auto gevonden worden. Welke kabels je moet hebben kun je terugvinden in een handleiding van je auto of op internet. Tip: Op ons forum kun u gegevens van uw auto terugvinden. Eenmaal aangekomen bij de juiste draad volgens internet/handboek wil je natuurlijk dubbel zeker weten dat het de juiste is. Maak de kabel bloot(niet doorknippen) en meet met een multimeter wat er gebeurd met deze kabel, staat er plus op bij knipperen etc. Bij CV wil je bijvoorbeeld meten of het plus of min aangestuurd systeem is. Je wilt met het alarm uiteindelijk de actie van het openen van de deuren door middel van de sleutel overnemen. Het signaal van het sleutelgat naar CV unit ondervang je, deze kabel leg je bloot en op het moment dat je de deuren opent met je sleutel meet je of er een plus of min signaal doorheen gaat. Nu wil je deze puls overnemen. Met een kabel aan min(carrosserie) of plus(je continue plus op je alarm) maak je even handmatig contact met de kabel van de CV, dus gewoon tegen aanhouden en kijken of het werkt. Nu weet je zeker dat je goed zit en kun je het alarm aansluiten. De handmatige kabel moet je niet te dik nemen. Dit in verband met het ontdekken van het maken van sluiting.
Blijft de kabel na het contact maken aan je vingers vastplakken, dan weet je dat je sluiting hebt...(dit kan zonder doorbranden van zekering). Sluiting maken kan ook als je geconstateerd hebt dat de puls een + is. In sommige gevallen staat er buiten de puls om een massa op de kabel. Voer jij vervolgens via een omleiding(het alarm) een plus toe, dan heb je sluiting en vliegen de zekeringen je om de oren. Meet dus na je bevinding of het een plus puls betreft altijd of er standaard niet een massa op staat! Einde Centrale deur vergrendeling installatie diagram zie ook: centrale portier vergrendeling. Krijgt het alarm of CV een sluit signaal via AB wordt het bovenste deel (pin 1,2 en 3) gebruikt dit is een relais die de verbinding tussen 1 en 2 omzet naar 2 en 3 (dit duurt +/0,5 sec.)(3,5 sec kan ook) en gaat dan weer terug naar 1 en 2 Krijgt het alarm of CV een open signaal via AB wordt het onderste deel (pin 4,5, en 6) gebruikt dit is een relais die de verbinding tussen 4 en 5 omzet naar 5 en 6 (dit duurt +/- 0,5 sec.)(3,5 sec kan ook) en gaat dan weer terug naar 4 en 5 1) Heeft de auto geen centrale vergrendeling en bouwt u de stelmotoren zelf in gebruik dan de rechtstreekse aansturing zoals in figuur 1.
Fig. 1 2) Heeft de auto originele centrale deur vergrendeling controleer of deze + positief of - negatief
aangestuurd wordt. a) Positief (12 volt +) aansluiten volgens figuur 2. b) Negatief (massa) aansluiten volgens figuur 3.
Fig. 2
Fig. 3 3) Heeft de auto een pneumatische centrale vergrendeling systeem zie figuur 4 (Mercedes/Audi) Het plaatsen van een extra stelmotor in de deur is mogelijk, hierdoor kan de aansturing zonder aansluiting op het bestaande peumatische systeem plaats vinden. Let op: Meestal heeft deze installatie een langer activering tijd nodig (zie jumper optie)
Fig.4 4) Heeft de auto centrale vergrendeling, maar heeft de bestuurders kant geen stelmotor maar een paar schakelaars in het slot dan moet er een stelmotor geïnstalleerd worden. Extra informatie stelmotor
Fig.1a
Stelmotor met aansturing Extra informatie algemeen zie:
Document naam:CV-stelmotoren Voor aanvullende informatie zie ook: Installatie Autoalarm - Aansturing van centrale vergrendeling.