God als werkwoord
Drs. Hans de Hoog, oud-directeur van de Groesbeekse Tehuizen
Opleiding Spil in de oprichting en ontwikkeling van de Groesbeekse Tehuizen in de vooroorlogse jaren was dominee Johannes Antonie Visscher. Vanuit Asch in Gelderland, waar hij op 30 maart 1876 geboren werd als zoon van een predikant, verhuisde het gezin al spoedig naar Numansdorp. Na het afronden van zijn gymnasiumopleiding (1896) in Dordrecht koos hij er voor om in Leiden theologie te gaan studeren. Die keuze voor Leiden, dat in die tijd als vrijzinnig bekend stond, heeft naar men mag aannemen een grote invloed gehad op het denken en de keuzes van de van huis uit orthodox opgevoede Visscher. De nadruk op de kerk als gemeenschap van gelovigen en het solidair zijn Ds. J.A. Visscher in 1936 op 60-jarige leeftijd.
met de zwakken moet, gezien zijn latere activiteiten, hem zeer aangesproken hebben. Het
“Waar en hoe beginnen? Bij de zorg voor de
christelijk karakter van de NCPH (De Neder-
zwervers en heikneuters? Bij de ontslagen
landsche Centrale voor Practische Werkver-
gevangenen? Voogdijkinderen, kinderen van
ruiming en Hulpverlening ), die later door
ongehuwde moeders, bij zwakzinnigen, jong
hem in Groesbeek opgericht werd, werd dan
en oud? Aan het begin van de Groesbeekse
ook niet in de statuten verwoord maar moest
Tehuizen hebben we met al die groepen te ma-
uit de daden blijken. Na zijn proponentsexa-
ken” aldus professor Manning in de inleiding
men in 1902 in Middelburg kon hij snel aan
van zijn boek ter gelegenheid van het 60 jarig
het werk in Rotterdam. Na zijn studie theo-
bestaan van de Groesbeekse Tehuizen in 1989.
logie was dat zijn tweede en waarschijnlijk
NTZ 1-2014 - Extra editie Ds. Visscherprijs
5
ARTIKEL
Wie was ds. Visscher, de naamgever van het Ds. Visscherfonds?
God als werkwoord
nog belangrijkere leerschool. Het werk in het
chures publiceerde waarin de zelfkant van de
“stadszendingswerk” speelde zich af in een
maatschappij centraal stond. Dit heeft zeker
van de meest armoedige wijken die Rotter-
bijgedragen aan het verder uitbouwen van
dam destijds kende: de Zandstraat en omge-
zijn werk. Met name het boek “van de arme
ving, vol prostitutie, zwervers en erbarmelijke
Friesche Heide” heeft bijgedragen aan zijn
sociale omstandigheden. Hij heeft daar zelf
bekendheid en positie binnen het Protestants-
over opgemerkt dat het voor dominees goed
Christelijk sociaal werk.
zou zijn om eerst maar eens in een dergelijke omgeving te gaan werken en voldoende men-
Armenzorg
senkennis op te doen alvorens ergens als pre-
In 1909 was het werk in Rottevalle zo ge-
dikant te gaan werken.
structureerd dat hij zich terug kon trekken. Hij vroeg emeritaat aan om zijn idealen in een
Standplaats Rottevalle
breder verband vorm te geven: de Vereeniging
In het voorjaar van 1903 werd hij beroepen
Nederlandsche Landkolonisatie en inwendige
in het kleine Rottevalle. Na op 14 augustus
Zending werd door hem opgericht. Doel was
van dat jaar getrouwd te zijn met de 25 jarige
om het werk op de Heide een economische
burgemeestersdochter Anna van Duijvendijk
basis te geven en meerdere projecten te begin-
vertrok het jonge echtpaar naar Friesland
nen. Inmiddels woonde hij in Den Haag waar
waar hij op 30 augustus bevestigd werd als
hij een opvangcentrum voor zwervers en de
predikant van de Hervormde Gemeente. Al
Vereening Werkenloozenzorg oprichtte. Daar-
snel na zijn komst trok hij zich het lot aan
naast hield hij zich bezig met fondsenwerving
van de arme bevolking die in plaggenhutten
voor het werk op de Heide dat voor het over-
woonde op de omliggende heide, daarin ge-
grote deel afhankelijk was van particuliere
steund door zijn vrouw die deze rol steeds zou
bijdragen en niet kon rekenen op overheids-
blijven vervullen.
steun, noch op steun van zijn eigen kerk. In
Wat zijn voorganger ds. Kijlstra door een
1914 keerde hij terug naar het Friese, eerst
aantal oorzaken niet voor elkaar kreeg lukte
naar Drachten waar hij een huis voor daklo-
hem wel. Hij bereikte niet alleen de
zen en een wijkgebouw stichtte en vervolgens
“Houtigehagers” op de heide, maar wist
naar Leeuwarden. Behalve het oprichten van
ook na korte tijd een eenvoudig evangelisatie-
weer een huis voor daklozen kwam hij daar
gebouwtje neer te zetten dat de naam Noord
in aanraking met de reclassering en werd ac-
Jeruël kreeg, genoemd naar het wijkgebouw in
tief in het gevangeniswezen. Dit leidde er toe
Rotterdam waar hij werkzaam was geweest.
dat in 1919 de Landkolonisatie met reclas-
Naast dit werk was Visscher een vlotte
seringsprojecten begon. Daarnaast werden
schrijver, die behalve feuilletons in de Nieuwe
er in Friesland ook nog andere initiatieven
Rotterdamsche Courant over zijn werk op de
door hem genomen in het kader van armoe-
Friese Heide ook een aantal boeken en bro-
debestrijding en werkeloosheidsbestrijding:
6
NTZ 1-2014 - Extra editie Ds. Visscherprijs
Drs. Hans de Hoog, oud-directeur van de Groesbeekse Tehuizen
“Wilhelminahoeve” in Opeinde (korven en
was en bij enkele adellijke dames een voor die
mattenmakerij) en “Philadelphia” in Vries
tijd enorm bedrag van 40.000,- gulden wist
(stromatrassen). Ook werd hij nog bestuurslid
los te krijgen. Dit bedrag was in eerste instan-
van de Vereniging tot Christelijke verpleging
tie bedoeld voor het opvangen van kinderen in
van bedelaars en landlopers “Het Hogeland”.
huizen met pleegouders om zo ook de school
Al met al een hectisch bestaan, wat hem er
in stand te kunnen houden. Visscher wilde
niet van weerhield om in 1925 een pre-advies
echter meer: hulp bieden “aan de door zorg
te schrijven voor de Nederlandsche Vereeni-
of aanleg met ondergang bedreigden en aan
ging voor Armenzorg en Weldadigheid. Deze
alleenstaanden wier verleden nog zonder vlek
vereniging adviseerde de regering op het ge-
is, doch die de levensstrijd niet alleen kunnen
bied van maatschappelijke vraagstukken. De
volhouden, ten ondergaan of in Veenhuizen
twee andere adviseurs waren dr. P. Bierens
terechtkomen” zoals de doelstelling luidde
de Haan, psychiater in Utrecht en mr.dr. J.
van de in 1929 opgerichte “De Nederlandsche
Wijnveldt, politierechter in Rotterdam. In de
Centrale voor Practische Werkverruiming en
discussie over dit conceptadvies kwam een
Hulpverlening” (NCPH). Optimisme over ge-
aantal zaken naar voren die Visscher later in
meenten die bijdragen zouden leveren en in
Groesbeek praktisch zou vertalen in gezins-
ruil daarvoor mensen konden plaatsen werd
verpleging, het leren van een vak, werken en
al snel getemperd, dus er volgde weer een lan-
daarnaast samenwerking tussen verschillende
ge periode van pionierswerk waarbij Visscher
disciplines die konden bijdragen aan de zorg
goed gebruik kon maken van zijn inmiddels
voor de cliënten, kortom ”Practische Hulp-
zeer uitgebreid netwerk. Zowel bestuurlijk als
verlening en Werkverruiming” zoals de door
op het gebied van fondsenwerving wist hij vele
hem daar opgerichte vereniging zou gaan he-
prominenten aan zich te binden. Zo stond de
ten.
stichting jarenlang op het collecteplan van de Hervormde Kerk. Door de eerder genoemde Groesbeek
royale gift kon kort na de oprichting begon-
Ondertussen waren er in de zich ontwikke-
nen worden met het bouwen van een aantal
lende organisatie ook de nodige wrijvingen
huizen waarin pleegouders kinderen zouden
ontstaan die er mede toe leidden dat Visscher
gaan opvangen.
zich weer wilde laten beroepen als predikant.
Maar Visscher zou Visscher niet zijn als het
In 1926 werd hij beroepen in Groesbeek, dat
daarbij bleef. In een rap tempo werd in de der-
toen een kleine Hervormde Gemeente had met
tiger jaren een aantal panden verworven of via
een kleine, zieltogende, christelijke school. Al
nieuwbouw gerealiseerd. Niet alleen het kin-
snel nam hij daar weer initiatieven op het ge-
dertehuis “Beatrix”, maar ook voorzieningen
bied van sociaal werk, niet in de laatste plaats
voor volwassenen. Hierbij werd een duidelijk
mogelijk gemaakt door zijn voorganger ds. M.
onderscheid gemaakt tussen doelgroepen. Het
van Rhijn, die inmiddels hoogleraar in Utrecht
streven was om voor iedere doelgroep een
NTZ 1-2014 - Extra editie Ds. Visscherprijs
7
God als werkwoord
apart type huis te hebben, zwervers geschei-
te herstellen en de instelling weer naar beho-
den van zwakbegaafden en een onderscheid
ren te laten functioneren. In de eerste decennia
tussen reclasseringsgevallen en diegenen die
na de oorlog veranderde er in de opvang van
zich buiten hun schuld niet in de maatschap-
kinderen weinig, die was vergelijkbaar met
pij konden handhaven. Gebruikelijk voor die
instellingen voor kinderbescherming elders in
tijd werd er nog een onderscheid gemaakt:
het land.
standsverschil. Er waren dames en vrouwen,
De opvang voor volwassenen kreeg lang-
heren en mannen die ieder hun eigen voorzie-
zaam een ander karakter: in 1960 bestond
ning hadden. Behalve de zorg voor het wonen
de populatie voor tweederde uit “geestelijk
kreeg ook het begrip “werkverruiming” een
gehandicapten”. De 60er en 70er jaren zijn
concrete invulling via werkplaatsen waar ge-
niet bepaald geruisloos voorbijgegaan aan de
tracht werd via arbeidstherapie de cliënten
Groesbeekse Tehuizen, de democratiserings-
een zekere structuur te bieden. Daarnaast wa-
golf hebben zij in volle omvang meegemaakt
ren de producten ook een bron van inkomen.
met alle problemen van dien. Dit en de landelijke ontwikkelingen hebben er toe geleid
Tweede wereldoorlog
dat in 1973 de kinderopvang gestopt is. In-
Aangezien zijn gezondheidstoestand in de late
middels was in 1971 voor de volwassenen de
dertiger jaren slechter werd had zijn schoon-
AWBZ erkenning verkregen wat ook de nood-
zoon H.W. Smit de dagelijkse leiding overge-
zaak met zich meebracht op financieel gebied
nomen en vervulde Visscher nog maar een be-
een strikte scheiding aan te brengen tussen
perkte rol toen de oorlog uitbrak. Zoals overal
de kinderopvang en de AWBZ. De intramu-
zorgde schaarste voor de nodige problemen,
rale AWBZ-zorg werd ondergebracht in de
bovendien werd het verboden collectes te hou-
nieuw opgerichte “Stichting Volwassenenzorg
den en werd verdere fondsenwerving ernstig
Groesbeekse Tehuizen”, later gevolgd door de
bemoeilijkt. Daarnaast speelde constant het
stichting “Gezinsvervangend Tehuis”, de des-
risico dat de cliënten het slachtoffer zouden
tijds onder het ministerie van CRM vallende
worden van de nazi terreur, hetgeen gelukkig
semimurale zorg. De NCPH bleef als stichting
voorkomen is kunnen worden. Midden in deze
het onroerend goed beheren. Dit onroerend
moeilijke periode overleed Visscher plotseling
goed is in de loop der jaren afgestoten, met
op 3 februari 1943. De situatie verslechterde
de opbrengsten daarvan en ontvangen legaten
pas dramatisch toen Groesbeek in september
is een fonds gevormd dat thans projecten in
1944 in de frontlinie kwam te liggen en er ge-
de gehandicaptenzorg (mee) financiert die tot
ëvacueerd moest worden. Uiteindelijk kwam
doel hebben integratie te bevorderen.
men na omzwervingen in Tilburg terecht waar
Door alle turbulentie in de 60er en 70er
het grootste gedeelte van de bewoners onder-
jaren was bouwkundige vernieuwing totaal
gebracht kon worden. Na terugkeer heeft het
achterwege gebleven en had de instelling de
tot 1948 geduurd om de schade van de oorlog
nieuwbouwslag die in Nederland gemaakt
8
NTZ 1-2014 - Extra editie Ds. Visscherprijs
Drs. Hans de Hoog, oud-directeur van de Groesbeekse Tehuizen
werd met concentratie op grote instellingsterreinen totaal gemist. Achteraf bleek dit een groot voordeel te zijn omdat in de 80er jaren toen de vernieuwing op gang kwam er inmiddels totaal anders gedacht werd over huisvesting van gehandicapten en er dus kleinschalige nieuwbouw kon plaatsvinden op allerlei locaties in het dorp Groesbeek. In het kader van deze nieuwbouw is ook besloten om vermogen dat niet tot de AWBZ behoorde onder te brengen in een nieuw op te richten stichting. Deze stichting, het Ds. Visscherfonds, werd opgericht op 23 november 1987 met als belangrijkste doel het financieel ondersteunen van (wetenschappelijk) onderzoek dat zich richt op bevorderen van participatie van mensen met een beperking in de maatschappij. Zo
Wrakhout. Uitg. Koning, Baarn, ca. 1929. Schooier waar ga jij naar toe? Uitg. Callenbach, Nijkerk, 1939. Gekke Eimer. In de Friesche Almanak, 1941. Twisken heide en beamgûd yn. (in 1946 in het Fries vertaald door Eelke Simens de Jong), uitg. La Rivière & Voorhoeve, Zwolle. Sa’n heidekeardel : roman fan de earme Fryske heide. (in 1981 in het Fries vertaald door Eelke Simens de Jong), uitg. Osinga, Bolsward (ISBN 90-6066-403-5).
Literatuur Biografisch lexicon voor het Nederlands protestantisme: deel 3, blz. 376 (ISBN 90-242-4461-7). KOK, 1988. Groesbeekse Tehuizen 1929-1989. A.F. Manning (ISBN 90-6720-062-X) Kerckebosch 1989 Noodkreet om erbarming en hulp. S.C. Kijlstra, 1898. Het rosse leven en sterven in de Zandstraat. M.J. Brusse, Rotterdam 1917 (tweede druk). Armenzorg in Achtkarspelen rond 1898. D.R. Wildeboer, Stichting Oud-Achtkarspelen. Het werk van “Fisker” onder de arme “heidsjers” (Fries Dagblad, 30 augustus 2003).
wordt samen met de Stichting Volwassenenzorg, die per 1 januari 2000 opgegaan is in Pluryn, en de NCPH het werk dat door ds. Visscher begonnen is in volle omvang voort-
Internetadressen Ds. Visscherfonds: www.ntzonline.nl(ds.visscherprijs) NCPH: www.ncph.nl Pluryn: www.pluryn.nl
gezet. ublicaties van ds. Visscher P (en bewerkingen) Bisschop Patteson: de apostel en martelaar van Melanesië. Uitg. Bredée, Rotterdam, 1905. Van de arme Friesche heide. Uitg. Tjeenk Willink, Haarlem, 1909, 2e druk 1910. Uit het land van oude Lutske. Uitg. Ruys, Utrecht, 1913. Schemerdal . Uitg. Callenbach, Nijkerk, 1916. Ochtendgloren. Uitg. La Rivière & Voorhoeve, Zwolle, 1917 (later omgewerkt tot De zoon van den roofridder, 3e druk 1925). De ruïne van Walroo. Uitg. Boek- en Kalenderbureau Het Vischnet, Den Haag, 1917. Toen de heide riep. Uitg. Daamen, Den Haag, 1922. De Fryske heide yn kultuer: petearen en reizen mei domeny J.A. Visscher te Ljouwert. Uitg. Brandenburgh, Sneek, 1926 (geschreven door Jacobus Pieters Wiersma met teksten van Visscher).
NTZ 1-2014 - Extra editie Ds. Visscherprijs
9