Almere 2.0 studieopdracht 3e jaar T&L (in teamverband)
Voor de derdejaarsopdracht Ecologie van de opleiding TenL stond de woningopgave van Almere centraal. Almere is in korte tijd uitgegroeid tot een stad met 190.000 inwoners. Nu staat Almere voor een nieuwe opgave. Tot 2030 zal de stad verdubbelen met 60.000 nieuwe woningen. Concept Almere 2.0 De uitgangspunten voor deze uitbreidingen zijn in een concept, Almere 2.0 vastgelegd. Deze schaalvergroting wordt vormgegeven in een plan dat de schaalsprongas genoemd wordt. Onderdeel van die schaalsprongas is een hoogstedelijk deel aan de westzijde. Als tegenhanger is aan de oostkant een ruim opgezette wijk gepland, Almere Oosterwold, waarin ruimte wordt gecreëerd voor landelijke woon- en werkmilieus in lage dichtheden. Almere Oosterwold moet de ruimte bieden aan individuele woon- en werkidealen en organische groei. Studie-opdracht: Almere 2.0 revised De opdracht gaat verder, daar waar Almere 2.0 ophoudt en bepaalt de herformulering van de ontwerpvraag. Tevens wordt meegenomen dat de beoogde ecologische verbindingszone als gevolg van politieke keuzes is komen te vervallen. De hergeformuleerde doelstellingen zijn het uitgaan
van een waterrobuust watersysteem, anticipatie op klimaatveranderingen, versterking van de ecologische waarden in het gebied en de creatie van een duurzaam woonmilieu met ca. 15.000 woningen. Probleemstelling: Het afvoerputje van Almere De meest logische locatie voor een organisch groeimodel zou zijn direct grenzend aan de oostzijde van Almere, omdat nieuwe wijken dan kunnen aantakken op bestaande infrastructuur en gebruik kunnen maken van aanwezige, stedelijke voorzieningen. Er is echter - door de geomorfologie van het gebied en de drooglegging - sprake van een sterke inklinking van de bodem, wat bij verdere drooglegging zal verergeren. Juist aan de oostzijde van Almere is dit inklinkingsprobleem het grootst. Onder de huidige omstandigheden is de drooglegging nèt voldoende voor woningbouw, maar de verwachting is, dat dit gebied de komende jaren nog zeker een halve meter inklinkt. Dit maakt conventionele woningbouw op deze plek onmogelijk. Woningbouw kan alleen plaatsvinden met kunstgrepen en experimentele bouwvormen. Dat is op kleine schaal wel mogelijk, maar biedt onvoldoende basis om de volledige woningopgave te kunnen oplossen. We zullen dus moeten zoeken naar alternatieven.
Robuust watersysteem Om de woningopgave op te lossen, zullen we moeten uitwijken naar de hogere delen, die zich bevinden aan de randen van het oorspronkelijke projectgebied. We hebben daarom besloten om over de grenzen van het projectgebied te kijken en zuidelijk Flevoland als geheel te beschouwen. Dit biedt de mogelijkheid om meerdere vliegen in één klap te slaan. Voor ogen staat een integraal ontwerp waar een robuust watersysteem aan ten grondslag ligt. Verdere bodemdaling moet worden voorkomen, evenals de verzilting van het oppervlakte- en grondwater dat vervuild raakt door kwel met een hoog chloridegehalte. Vernatting van het gebied kan beide problemen tegen gaan. Daarom wordt een grondwaterpeilverandering voorgesteld en worden aangescherpte uitgangspunten vastgesteld, waaronder het gegeven dat de functie het peil zal moeten volgen. Dit leidt vervolgens tot een visie waarin water het sturende element is.
Het concept Binnen het concept voor het masterplan vormen de natuurlijke hoogteligging in combinatie met één peil de basis voor het plan. Een duurzaam watersysteem is zo min mogelijk afhankelijk van de omgeving en heeft een hoge waterkwaliteit. De nadruk ligt op zo lang mogelijk vasthouden, benutten, zuiveren en hergebruiken, in plaats van zo snel mogelijk afvoeren. Een seizoensberging en piekberging voor de opvang van water zijn belangrijke pijlers in dit plan in het streven een onafhankelijk watersysteem te realiseren. In de seizoensberging wordt regenwater opgevangen en vastgehouden. Middels een gecontroleerde afvoer wordt het lager gelegen landbouwgebied in tijden van droogte voorzien van water. Ook wordt deze voorraad aangesproken voor de doorstroming in de beken ten behoeve van de waterkwaliteit.
Huidig waterpeil in 2012 Het watersysteem raakt steeds gefragmenteerder en complexer om op de lage delen droge voeten te hebben en op de hoge delen droogte te voorkomen.
Huidig waterpeil in 2050 Door verdere inklinking is een nog groter verschil ontstaan tussen de hoge en lage delen. Wateroverlast en droogte worden steeds moeilijker te voorkomen.
masterplan
Voorgesteld peil (peilbeheer op één maximumniveau van -4,7NAP) Door vernatting van het gebied kan verdere inklinking worden voorkomen. Het watersysteem wordt vereenvoudigd. Na het instellen van het nieuwe peil volgt functie peil en niet langer andersom.
droge situatie
eco-wonen
wadi-wonen
stedelijk wonen
natte situatie
watersysteem
Water als opgave of als kans? We combineren water en ecologie, water als ruimtelijk ontwerpmiddel, als (fysieke) barrière en als bindmiddel. We combineren water met wonen en groen. Daarnaast benutten we de mogelijkheden van water voor klimatologische problemen: Zuiveren water op natuurlijke wijze, houden water vast, zodat het kan infiltreren en gaan op die manier verdroging tegen. Ook gebruiken we water als airco binnen stedelijke gebieden. Kortom: we zien water niet als probleem, maar als kans.Het watersysteem dat we voorstellen kan gefaseerd wordeningevoerd, wat ook past bij organische stedenbouw.
wonen met water
Vier woontypologieën Bij elke fase hoort de aanleg van verschilende woonmilieus met verschillende typologieën. Het gaat hierbij om wadi-wonen (wonen in een infiltratiezone), waterrijk wonen dorps en stedelijk (wonen in water) en eco wonen (wonen in een ecologische zone). Elk van deze typologieën heeft een eigen watersysteem dat gebaseerd is op de ligging (infiltratie, piekberging, seizoensberging) en de woondichtheid (landelijk, dorps of stedelijk)
visualisatie van het eco-wonen
Ecologische corridor
Ecologische corridor Een belangrijk onderdeel van het land- schapsplan is de realisatie van een, op termijn winstgevende, ecologische corridor tussen de Oostvaardersplassen en het Horsterwold. De vernatting van, met name, het laagstgelegen deel van het plangebied geeft mogelijkheden tot de ontwikkeling van natte natuur en moerasvegetaties. Deze mogelijkheden benutten we voor de aanleg van een functionele en vitale, ecologische corridor die de natuurgebieden Oostvaardersplassen en Horsterwold zal verbinden. Het streven is ernaar een financieel rendabele verbinding te realiseren die in staat is ‘zijn eigen broek op te houden’. Dit gebeurt door functionele en vitale natuur op een slimme manier met elkaar te verweven. Ecosysteemdiensten worden maximaal gebruikt. Opbrengst genererende teelten sluiten aan bij de beoogde natuurdoeltypen. Doelsoort edelhert De doelsoort waarop de inrichting van deze ecologische verbindingszone is gebaseerd op het edelhert. Dit is het ambitieniveau dat gehaald moet worden.
Functie volgt peil Ook bij het ontwerp van deze corridor is het waterpeil leidend en dus bepalend voor de natuur die er zal ontstaan. De vegetatietypen die van nature, door spontane natuurontwikkeling, zouden ontstaan, zijn weer de basis geweest voor de teeltkeuze. Een slim rotatiesysteem zorgt ervoor dat natuur in staat is steeds te regenereren en er tegelijkertijd ook altijd een voor dieren toegankelijke route beschikbaar is voor dispersie van wild van de Oostvaardersplassen naar het Horsterwold. Financieel draagkrachtig Een combinatie van ecosysteemdiensten en oogstwaarde moet de verbinding financieel draagkrachtig maken. De mogelijkheid tot (beperkte) recreatie draagt verder bij aan de functievermenging. Hoe meer kansen er benut worden, hoe groter het bestaansrecht en des te vitaler zal de corridor zich ontwikkelen.